Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
1
INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1
Begripsomschrijvingen
4
Artikel 1
Begripsomschrijving
4
Hoofdstuk 2
Bijzondere bepalingen over het persoonsgebonden budget
5
Artikel 2.1.
Verstrekking op aanvraag
5
Artikel 2.2.
Overwegende bezwaren
5
Artikel 2.3.
Budgetperiode
5
Artikel 2.4.
Afschrijvingstermijnen
5
Artikel 2.5.
Verantwoording persoonsgebonden budget
6
Hoofdstuk 3
Bijzondere bepalingen over het persoonsgebonden budget voor huishoudelijk werk
7
Artikel 3.1.
Het persoonsgebonden budget
7
Artikel 3.2.
Hoogte persoonsgebonden budget
7
Artikel 3.3.
Aanvangsdatum en gebruik persoonsgebonden budget
7
Artikel 3.4.
Bijzondere verplichtingen persoonsgebonden budget
7
Artikel 3.5.
Onderdelen en periode beschikking toekenning persoonsgebonden Budget
8
Artikel 3.6.
Controle besteding persoonsgebonden budget
8
Hoofdstuk 4
Individuele woonvoorzieningen
9
Artikel 4.1.
Individuele woonvoorzieningen
9
Artikel 4.2.
De verhuiskostenvergoeding
9
Artikel 4.3.
Het persoonsgebonden budget voor (niet-)bouwkundige of (niet-) woontechnische woonvoorzieningen of uitraaskamer
9
Artikel 4.4.
Kosten keuring, onderhoud en reparatie
10
Artikel 4.5.
Kosten tijdelijke huisvesting
10
Artikel 4.6.
Kosten huurderving
10
Artikel 4.7.
Bijzondere bepalingen persoonsgebonden budget voor woonvoorziening
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
11
2
Hoofdstuk 5
Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel
12
Artikel 5.1.
Individuele vervoersvoorzieningen
12
Artikel 5.2.
Omvang in gebied
12
Artikel 5.3.
Persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen
12
Artikel 5.4.
Kosten reparatie
12
Artikel 5.5.
Medische begeleiding en aanpassing eigen auto
13
Artikel 5.6.
Bovenregionale vervoersbehoefte
13
Hoofdstuk 6
Verplaatsen in en rond de woning
14
Artikel 6.1.
Persoonsgebonden budget voor rolstoel
14
Artikel 6.2.
Kosten reparatie
14
Hoofdstuk 7
Advisering en samenhangende afstemming
15
Artikel 7.1.
Samenhangende afstemming
15
Artikel 7.2.
Heronderzoek
15
Artikel 7.3.
Inwerkingtreding
15
Artikel 7.4.
Citeertitel
15
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
3
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen. Artikel 1 Begripsomschrijving. In dit besluit wordt verstaan onder: a. Huishoudelijk werk 1: Dit omvat de volgende activiteiten: a. boodschappen doen, b. broodmaaltijd bereiden, c.
warme maaltijd opwarmen,
d. licht huishoudelijk werk doen, e. zwaar huishoudelijk werk doen, f.
de was doen,huishoudelijke spullen in orde houden.
b. Huishoudelijke werk 2: Dit omvat de volgende activiteiten: a. anderen helpen in huis met zelfverzorging, b. anderen helpen in huis bij verzorgen van maaltijden, c.
dagelijkse organisatie van het huishouden.
d. begeleiding gericht op de huishoudelijke verzorging, e. advies, instructie en voorlichting. c. College: College van Burgemeester en Wethouders. d. De Wet: Wet maatschappelijke ondersteuning. e. De Verordening: Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Venray 2013.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
4
Hoofdstuk 2. Bijzondere bepalingen over het persoonsgebonden budget. 2.1. Verstrekking op aanvraag. Verstrekking van een toegekende individuele voorziening in de vorm van een persoonsgebonden budget vindt plaats op verzoek van de aanvrager. 2.2. Overwegende bezwaren. 1. Op grond van individuele omstandigheden kunnen er bezwaren van zodanige aard zijn dat geen persoonsgebonden budget (pgb) zal worden toegekend. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn indien sprake is van schuldhulpverlening of verslaving bij belanghebbende. 2. Indien een pgb-aanvraag namens belanghebbende wordt ingediend door een bemiddelingsbureau en aanvrager beschikt niet over het keurmerk pgb-bureau’s van het Keurmerk-instituut dan wordt geen pgb verstrekt. Indien aanvrager wel over het keurmerk van het Keurmerk-instituut beschikt dan is het niet toegestaan om het pgb te besteden aan de door het bemiddelingsbureau in rekening gebrachte kosten. 3. Indien er een indicatie voor collectief vervoer is en belanghebbende vraagt een pgb aan dan zal weigering plaatsvinden indien daardoor aannemelijk is dat het bestaansrecht van het collectief vervoer ernstig in het gedrang komt en de kosten voor vervoersvoorziening substantieel zullen stijgen. 2.3. Budgetperiode. 1. Het persoonsgebonden budget wordt geacht in ieder geval toereikend te zijn voor een periode overeenkomend met de afschrijvingstermijn die van toepassing is op de met het persoonsgebonden budget te verwerven voorziening. 2. Het verstreken zijn van de toepasselijke afschrijvingstermijn betekent niet automatisch dat recht bestaat op een nieuwe voorziening. In zulke situaties zal altijd beoordeeld dienen te worden of de oude voorziening nog gebruikt kan worden. Belangrijk hierbij is of de oude voorziening nog in voldoende mate compenserend is. Is daar sprake van dan wordt geen persoonsgebonden budget toegekend. 2.4. Afschrijvingstermijnen. De volgende afschrijvingstermijnen zijn van toepassing: a. Voor hulpmiddelen uit het kernassortiment van de leverancier: Voorzieningen voor volwassenen Voorzieningen voor kinderen
:
:
7 jaar 5 jaar
b. Voor woningaanpassingen gelden de volgende afschrijvingstermijnen: •
Keuken 25 jaar
•
Tegels 25 jaar,
•
Sanitair 25 jaar,
•
Natte cel 25 jaar,
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
5
2.5. Verantwoording persoonsgebonden budget. De verantwoording van het persoonsgebonden budget door de budgethouder aan het college vindt in ieder geval plaats direct na aanschaf van de voorziening of voltooiing van de werkzaamheden waarvoor het persoonsgebonden budget is verstrekt. Bij een persoonsgebonden budget voor hulp bij het huishouden dient echter na ieder kwartaal verantwoording plaats te vinden.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
6
Hoofdstuk 3. Bijzondere bepalingen over het persoonsgebonden budget voor huishoudelijk werk. 3.1. Het persoonsgebonden budget. Het persoonsgebonden budget wordt berekend op basis van een bedrag per uur gedurende de periode waarin de voorziening noodzakelijk is. 3.2. Hoogte persoonsgebonden budget De bepaling van de hoogte van een persoonsgebonden budget vindt plaats door het op decimalen afgeronde aantal geïndiceerde uren hulp bij het huishouden per week te vermenigvuldigen met: -
€22,75 per uur bij huishoudelijk werk I en €26,- per uur bij huishoudelijke werk II indien de hulp werkzaam is bij een zorginstelling,
-
€16,80 per uur bij huishoudelijk werk I en de hulp wordt op basis van een alfahulpconstructie te verzorgen door een zorginstelling,
-
€14,44 per uur bij het huishoudelijk werk I in alle overige situaties
en het aantal van toepassing zijnde weken. 3.3. Aanvangsdatum en gebruik persoonsgebonden budget. 1. Een persoonsgebonden budget wordt toegekend voor een periode die aanvangt op de dag waarop het recht op een persoonsgebonden budget is ontstaan, voor zover deze dag niet ligt voor de dag waarop het persoonsgebonden budget is aangevraagd. Het persoonsgebonden budget wordt aan de budgethouder betaald in termijnen van vier weken. 2. Binnen zes weken na afloop van een kwartaal waarin een of meer termijnen zijn betaald, legt de aanvrager door middel van invulling van een daartoe aan het eind van die periode door de gemeente toegezonden formulier verantwoording af over het gebruik van het persoonsgebonden budget gedurende die periode. 3.4. Bijzondere verplichtingen persoonsgebonden budget. Bij de toekenning van een persoonsgebonden budget worden de aanvrager de volgende bijzondere verplichtingen opgelegd: a.
de aanvrager sluit een schriftelijke overeenkomst met de persoon of instantie bij wie hij de huishoudelijke voorziening betrekt waarin ten minste de volgende afspraken zijn opgenomen: 1*.een declaratie van een persoon bij wie de budgethouder de hulp bij het huishouden betrekt bevat een overzicht van de dagen waarop is gewerkt, het uurtarief, het aantal te betalen uren, het burgerservicenummer en de naam en het adres van de persoon bij wie de budgethouder de hulp bij het huishouden betrekt en wordt door deze persoon ondertekend,
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
7
2*.een declaratie van een instantie bij wie de budgethouder de hulp bij het huishouden betrekt, bevat het BTW-nummer van die instantie, een overzicht van de dagen waarop is gewerkt, het tarief, het aantal te betalen uren, dagdelen of etmalen en de naam en het adres van de instantie en wordt namens de instantie ondertekend. b.
de aanvrager bewaart de in onderdeel a bedoelde originele overeenkomsten en declaraties gedurende vijf jaar en stelt kopieën hiervan desgevraagd ter beschikking van het college.
3.5. Onderdelen en periode beschikking toekenning persoonsgebonden budget. 1. De beschikking tot toekenning van een persoonsgebonden budget bevat, naast de onderdelen als bedoeld in artikel 21 van de Verordening, tenminste de volgende gegevens: a. dat de aanvrager vooraf, in duidelijke en begrijpelijke bewoordingen is ingelicht over de gevolgen van de keuze voor een individuele voorziening in natura, een persoonsgebonden budget of een financiële tegemoetkoming. b. de hoogte van de per vier weken te betalen termijnen, c. de overige verplichtingen van de budgethouder. 3.6. Controle besteding persoongebonden budget 1. Na afloop van iedere betaalperiode van een kwartaal wordt steekproefsgewijs aan de hand van de ingediende verantwoordingsformulieren gecontroleerd of het in die periode betaalde persoonsgebonden budget ook daadwerkelijk is gebruikt voor de betaling van de geïndiceerde hulp bij het huishouden. Daarbij is maximaal 1 1/2 % van het in de betreffende betaalperiode betaalde bedrag vrij besteedbaar. 2. Budgethouders krijgen na indiening van de verantwoordingsformulieren schriftelijk bericht indien is gebleken dat het in die periode betaalde persoonsgebonden budget geheel of gedeeltelijk niet is gebruikt voor de betaling van de geïndiceerde hulp bij het huishouden.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
8
Hoofdstuk 4. Individuele woonvoorzieningen. 4.1 Individuele woonvoorzieningen 1. De individuele voorzieningen die verstrekt kunnen worden om normaal gebruik te kunnen maken van de woning waarover men beschikt, kunnen bestaan uit: a.
een tegemoetkoming in de verhuis- en herinrichtingskosten;
b.
een bouwkundige of woontechnische woonvoorziening;
c.
een niet bouwkundige of niet woontechnische woonvoorziening;
d.
een uitraasruimte;
e.
onderhoud, keuring en reparatie;
f.
tijdelijke huisvesting;
g.
vergoeding huurderving.
4.2. De verhuiskostenvergoeding. Het bedrag voor de verhuiskostenvergoeding als genoemd in artikel 4.1 onder a van dit Besluit bedraagt € 2500,-. 4.3. Het persoonsgebonden budget voor (niet-) bouwkundige of (niet-) woontechnische woonvoorzieningen of uitraaskamer. 1. De hoogte van het persoonsgebonden budget voor woonvoorzieningen als bedoeld in artikel 4.1 onder b, c en d van dit Besluit (incl. onderhoudskosten) wordt vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in de codelijst verkorte procedure woningaanpassingen. Indien de codelijst niet van toepassing is, wordt de hoogte van het persoonsgebonden budget vastgesteld als tegenwaarde van het bedrag zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte (conform het programma van eisen). Er bestaat de verplichting om minimaal twee offertes te vragen. 2. Indien de aanvrager niet de eigenaar is van de woning waarin de voorziening dient te worden aangebracht, wordt het persoonsgebonden budget voor een voorziening als bedoeld in artikel 4.1 onder b van dit Besluit, conform artikel 7 lid 2 van de Wet, betaald aan de eigenaar van de woning. 3. De realisering van de woonvoorziening als bedoeld in artikel 4.1 onder b, c, d en e kan uitsluitend plaatsvinden door een erkend bedrijf. Hiervan is sprake indien het bedrijf is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel en voorzien is van een BTW-nummer. Het zelf uitvoeren van werkzaamheden is niet toegestaan, tenzij hiervoor vooraf schriftelijk toestemming is verleend door het college.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
9
4. Indien de woonvoorziening als bedoeld in artikel 4.1 onder c van dit Besluit bestaat uit een woningsanering wordt bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding rekening gehouden met de ouderdom van de te vervangen vloerbedekking en gordijnen. Er geldt een afschrijvingstermijn van tien jaar. 4.4. Kosten keuring, onderhoud en reparatie. 1. De kosten van keuring en onderhoud als bedoeld in artikel 4.1 onder e van dit Besluit komen in aanmerking voor vergoeding indien deze betrekking hebben op: a.
trapstoelliften;
b.
woonhuisliften;
c.
hefplateauliften;
d.
de mechanische inrichting voor het verstellen van een in hoogte verstelbaar keukenblok, bad of wastafel;
e.
elektromechanische openings- en sluitingsmechanismen van deuren.
2. De hoogte van een door burgemeester en wethouders te verstrekken vergoeding in de kosten van onderhoud en keuring als bedoeld in artikel 4.1 onder e van dit Besluit is gelijk aan de kosten zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. Voor standaardonderhoud van een traplift geldt daarbij een maximale vergoeding van € 93,78 en voor all-in onderhoud een maximale vergoeding van €182,37. 3. De hoogte van een door burgemeester en wethouders te verstrekken vergoeding in de kosten van reparatie als bedoeld in artikel 4.1 onder e van dit Besluit is gelijk aan de kosten zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. 4.5. Kosten tijdelijke huisvesting. De hoogte van een door burgemeester en wethouders te verstrekken vergoeding in de kosten van tijdelijke huisvesting als bedoeld in artikel 4.1 onder f van dit Besluit is gelijk aan de werkelijk gemaakte kosten, met een maximum van het bedrag genoemd in artikel 13 lid 1 sub a van de Wet op de Huurtoeslag. 4.6. Kosten huurderving. 1. De hoogte van een door burgemeester en wethouders te verstrekken vergoeding in de kosten van huurderving als bedoeld in artikel 4.1 onder g van dit Besluit is gelijk aan de hoogte van de Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
10
kale huur van de woonruimte, met een maximum van het bedrag genoemd in artikel 13 lid 1 sub a van de wet op de Huurtoeslag. Betaling vindt plaats aan de eigenaar van de woning. 2. Vergoeding vindt slechts plaats indien het een woning betreft die voor meer dan €5000,- is aangepast. De periode waarvoor een vergoeding wordt verstrekt bedraagt maximaal zes maanden. Onder voorwaarden is verlenging van deze termijn met maximaal drie maanden mogelijk. 4.7. Bijzondere bepalingen persoonsgebonden budget voor woonvoorziening 1. Na voltooiing van de werkzaamheden in het kader van een voorziening als bedoeld in artikel 4.1 onder b en d van dit Besluit, maar uiterlijk binnen 15 maanden na het toekennen van het persoonsgebonden budget, verklaart de woningeigenaar aan burgemeester en wethouders dat de bedoelde werkzaamheden zijn voltooid. 2. De gereed melding als bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van een verklaring dat bij het treffen van de voorzieningen is voldaan aan de voorwaarden en verplichtingen waaronder het persoonsgebonden budget is toegekend. 3. Op basis van de gereed melding wordt beoordeeld of is voldaan aan voorwaarden en verplichtingen waaronder het persoonsgebonden budget is verstrekt, met name of de werkzaamheden conform het programma van eisen zijn uitgevoerd. 4. De gereed melding als bedoeld in het eerste lid is tevens een verzoek tot uitbetaling van het persoonsgebonden budget. 5. De budgethouder dient gedurende een periode van vijf jaar alle rekeningen en betalingsbewijzen met betrekking tot de werkzaamheden ter controle beschikbaar te houden.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
11
Hoofdstuk 5. Het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel 5.1 Individuele vervoersvoorzieningen De individuele voorzieningen die verstrekt kunnen worden om zich lokaal te kunnen verplaatsen en daardoor de mogelijkheid te hebben om contacten met medemensen te hebben en deel te nemen aan recreatieve, maatschappelijke of religieuze activiteiten, kunnen bestaan uit: a. een collectieve vervoersvoorziening tegen gereduceerd tarief, de zogenaamde Regiotaxi, b. een scootmobiel c.
een al dan niet aangepaste gesloten buitenwagen,
d. een ander verplaatsingsmiddel; e.
een persoonsgebonden budget bestemd voor de aanpassing van een eigen auto;
f.
een financiële tegemoetkoming bestemd voor medisch noodzakelijke begeleiding.
5.2. Omvang in gebied. Bij de te verstrekken vervoersvoorziening wordt ten aanzien van de vervoersbehoefte ten behoeve van maatschappelijke participatie uitsluitend rekening gehouden met de verplaatsingen in de directe woon- en leefomgeving in het kader van het leven van alledag, tenzij zich een uitzonderingssituatie voordoet waarbij het gaat om een bovenregionaal contact, dat uitsluitend door de aanvrager zelf bezocht kan worden, terwijl het bezoek voor de aanvrager noodzakelijk is om dreigende vereenzaming te voorkomen. 5.3. Persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen. 1. Het persoonsgebonden budget voor vervoersvoorzieningen wordt toegekend op basis van de tegenwaarde van de (koop)prijs van de goedkoopst-adequate nieuwe voorziening inclusief onderhoud en wa-verzekering zoals dat door het college aan de leverancier wordt betaald. 2. Betaling van het persoonsgebonden budget vindt plaats op basis van de toekenningsbeschikking. 5.4. Kosten reparatie. 1. De hoogte van een door burgemeester en wethouders, op individuele gronden, toe te kennen persoonsgebonden budget voor de kosten van reparatie van een vervoersvoorziening als bedoeld in artikel 5.1 onder b, c en d is gelijk aan de kosten zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. Indien dit redelijkerwijs mogelijk is dienen er minimaal twee offertes gevraagd te worden. 2. Vergoeding vindt slechts plaats indien: a. de reparatie niet veroorzaakt is door verwijtbare gedragingen en b. fabrieks- of wettelijke garantie niet van toepassing is. 3. Betaling van het persoonsgebonden budget vindt plaats op basis van de toekenningsbeschikking.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
12
5.5. Medische begeleiding en aanpassing eigen auto. 1. Het bedrag dat per kalenderjaar, op declaratiebasis, toegekend wordt voor begeleidingskosten, als bedoeld in artikel 5.1 onder f van dit Besluit, bedraagt, conform de beleidsregels UWV normbedragen voorzieningen 2012, maximaal €815,- per jaar. 2. De financiële tegemoetkoming voor de vervoersvoorziening als bedoeld in lid 1, wordt per kwartaal, na ontvangst van de declaratie, betaald. 3. Het persoonsgebonden budget dat toegekend wordt voor de kosten van aanpassing van een eigen auto als bedoeld in artikel 5.1 onder e van dit Besluit is gelijk aan de door het college geaccepteerde offerte. Er bestaat de verplichting om minimaal twee offertes te vragen. 4. Betaling vindt plaats op basis van de toekenningsbeschikking. 5.6. Bovenregionale vervoersbehoefte. 1. Indien zich een uitzonderingssituatie voordoet als omschreven in (het tweede deel van) artikel 5.2 van dit Besluit wordt, op declaratiebasis, een bedrag toegekend dat gelijk is aan de werkelijke kosten minus een eigen aandeel van €0,18 per kilometer. Er kan een tegemoetkoming verstrekt worden voor maximaal 2000 kilometers. Daarbij geldt het vervoer middels Valys als een voorliggende voorziening. 2. De vergoeding voor de vervoersvoorziening als bedoeld in dit artikel, wordt per kwartaal, na ontvangst van de declaratie, betaald.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
13
Hoofdstuk 6. Verplaatsen in en rond de woning.
6.1. Persoonsgebonden budget voor rolstoel. 1. De individuele voorziening die verstrekt kan worden met het oog op het verplaatsen in en om de woning, bestaat, conform artikel 14 van de Verordening, uit een rolstoel voor dagelijks, zittend gebruik. 2. Het persoonsgebonden budget voor een rolstoel wordt toegekend op basis van de tegenwaarde van de (koop)prijs van de goedkoopst-adequate voorziening inclusief onderhoud zoals dat door het college aan de leverancier wordt betaald. 3. Betaling van het persoonsgebonden budget vindt plaats op basis van de toekenningsbeschikking. 6.2. Kosten reparatie. 1. De hoogte van een door burgemeester en wethouders, op individuele gronden, toe te kennen persoonsgebonden budget in de kosten van reparatie van een rolstoel als bedoeld in artikel 6.1. lid 1 van dit Besluit is gelijk aan de kosten zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte. Er bestaat de verplichting om minimaal twee offertes te vragen. 2. Betaling van het persoonsgebonden budget vindt plaats op basis van de toekenningsbeschikking.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
14
Hoofdstuk 7. Advisering en samenhangende afstemming. 7.1.
Samenhangende afstemming.
Om de verkrijging van individuele voorzieningen samenhangend af te stemmen op de situatie van de aanvrager wordt bij het onderzoek ex artikel 27 van de Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning aandacht besteed aan: a.
de algemene gezondheidstoestand van de aanvrager;
b.
de beperkingen die de aanvrager in zijn functioneren ondervindt als gevolg van ziekte of gebrek;
c.
de woning en de woonomgeving van de aanvrager;
d.
het psychisch en sociaal functioneren van de aanvrager;
e.
de sociale omstandigheden van de aanvrager.
Bij de besluitvorming en de motivering van het besluit wordt door het college bij deze bevindingen aangesloten. 7.2. Heronderzoek. 1. Burgemeester en wethouders kunnen jaarlijks een heronderzoek instellen naar het voortduren van het recht op de ingevolge de verordening toegekende voorzieningen. 2. Indien naar aanleiding van een heronderzoek blijkt dat de gehandicapte niet langer recht heeft op een voorziening ingevolge de verordening trekken burgemeester en wethouders deze voorziening in. 7.3 Inwerkingtreding. Dit Besluit treedt in werking met ingang van 15 februari 2013. Het Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2010 gemeente Venray wordt op dezelfde datum ingetrokken.
7.4. Citeertitel. Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray.
Besluit nadere regels maatschappelijke ondersteuning 2013 gemeente Venray Vastgesteld door Ben W op 18-12-2012, Gepubliceerd in Peel en Maas op 14-2-2013, Datum inwerkingtreding: 15-2-2013.
15