Tijdschrift Verschijnt als het past
Nummer 60 April 2009
EXTRA EDITIE
BERTJE 80 Een extra editie van mijn Dagboek dat aan slechts één onderwerp is gewijd: de feestviering van een tachtigjarige. Bert Verhaegen, ook al een aangespoelden, die aan onze kust en bijzonder te Oostende met zijn Vlaamse Klub Kust culturele bergen verzette. Een intiem verjaardagsfeest, maar met meer dan honderd aanwezigen, en wellicht had men nog niet alle vrienden kunnen bereiken, die Bertje rijk is. Gelukkig waren wij erbij, en wie een Dagboek aan anderen te lezen geeft, kan niet anders dan over die onvergetelijke avond verslag uit te brengen. Vooral om te herinneren wat Bert
voor Oostende betekent. Helaas een beknopt overzicht, een greep herinneringen, want wat Bert en zijn VKK verwezenlijkten daarvoor zouden vele tientallen A4-tjes moeten volgeschreven worden. Vrijdag 20 maart, Oostends Variététheater, Leen Persijn kondigt Johan Verminnen aan. Zaallichten doven, spots op Johan. “Mooie dagen, ik hou zo van die mooie dagen…”, de zanger is pas aan zijn tweede nummer toe, als enkele laatkomers arriveren. Plots hebben alle aanwezigen aandacht voor die laatkomers, want onder hen bevindt zich Bert Verhaegen, zeg maar Bertje voor de vrienden. Zaallichten terug aan, Bertje herkent enkele aanwezigen, kan even zijn ontroering niet de baas, maar stapt dan de zaal in en begroet allen met weidse armgebaren. Het is tot hem doorgedrongen: dit is zijn verjaardagsgeschenk.
Pas later zal hij vernemen dat zijn vrouw Zoveel vrienden eensklaps terugzien: Bertje begroet ze met open armen.
Anneke en zijn vijf zonen wekenlang aan het originele geschenk hebben ‘gesleuteld’. (Lees door pagina 2)
BERTJE TACHTIG (Vervolg van pagina 1)
Hem voor zijn verjaardag een etentje aanbieden in een Oostends restaurant, en hem na het dessert voorstellen een ‘repetitie’ van De Bacchanten bij te wonen in het Variététheater, het was te doen. Maar iemand die vele honderden artiesten op de Oostendse scénes bracht, verdient een origineel geschenk. Berts zonen slaagden erin Johan Verminnen en Leen Persijn te strikken. De vele vrienden en vroegere medewerkers van Bertje opzoeken en uitnodigen vergde heel wat opzoekwerk, maar een prachtig gemaakte website hielp veel. Groot probleem was alles geheim te houden voor Bertje, maar dat lukte wonderwel. Hij was zich van geen kwaad (hier een misplaatste uitdrukking die ik dus wijzig), van geen geluk bewust toen hij die vrijdagavond de trappen van het Variététheater opstapte.
Terug naar dat knusse zaaltje, waar Johan Verminnen zong over Brussel en zijn Paulien, hoe graag hij de wereld wilde zien, dat hij geen vriend kon zien huilen. Het Verminnenoptreden had Bertje de gelegenheid gegeven van de eerste ontroering te bekomen, maar toen kwam de pauze en iedereen wilde de jarige persoonlijk feliciteren. Het werd een emotioneel moment waarbij vaak traantjes niet konden bedwongen worden. “Herman, zo veel herinneringen, zo veel
Het eerste uurtje nog wat onder de indruk, maar Anneke weet wel dat de brede glimlach spoedig terugkomt.
2
Vier hoog in de wolken...
herinneringen” kropte het in zijn keel toen hij me omarmde. Het tweede deel van de avond stond Leen Persijn centraal op het podium. Met leuke anekdotes, enkele chansons, waarbij ze voor een lievelingslied van Bert op de piano werd begeleid door zijn jongste zoon Tim. Meesterlijk was het mimespel van Leen waarin ze twee personages op ludieke wijze Bertjes leven schetste, van kapoen tot kunstenaar.
Een avond om nooit te vergeten, men gebruikt die uitdrukking wel meer. Men moet het maar klaren: een groots verjaardagsfeest, zonder toespraken, geen opvallende geschenken. Bert kreeg het mooiste cadeau dat men hem kon schenken, even terug in zijn Oostende van toen, waar echte vrienden hem niet vergeten zijn. En wie er, zoals ik mocht bijzijn, heeft volop in zijn geluk gedeeld.
FOTOALBUM
Meer dan amusement VKK, bij heel wat van ons brengt die naam de vereniging in herinnering die 27 jaar lang instond voor een enorm gevarieerd cultureel aanbod. Concerten, recitals, ballet- en toneelopvoeringen, tentoonstellingen, kleinkunstprogramma’s, musicals, film- en diareeksen, boekenbeurzen, en zo veel meer. Maar de vereniging heeft heel wat meer op haar palmares. Het is 1963 als Bert met enkele vrienden start met zijn Vlaamse Klub Kust, en wij laten
Emotioneel weerzien • Wij waren er ook • Leen Persijn staat nog op het podium als Bertje dankt • Laat op de avond: Bertje heeft de emoties overwonnen, Anneke straalt omdat het allemaal gelukt is.
hem (geplukt uit een krantenartikel) daarover zelf aan het woord: “Langs de toen omzeggens eentalige Franse kust werd een enorm werkterrein ontdekt en de jonge club groeide meteen uit tot een strijdende vereniging. Naast het jaarlijks klaarstomen van eigen culturele programma’s zette de VKK de strijd in tegen de franstalige sermoenen, tegen de franstalige commerciële sector, herschreef franstalige spijskaarten, inspireerde voor nederlandstalige uithangborden, adviseerde voor de vernederlandsing van het bedrijfsleven en bevorderde de meertalige toeristische infrastructuur”.
3
De door Berts jongens professioneel gemaakte website “www.bertje80.be” bevat diverse onderdelen. In het ‘Gastenboek’ kon iedereen zijn wensen, maar vooral anekdotes of herinneringen aan VKK en uiteraard Bertje kwijt. De ‘losse greep’ die volgt was mijn bijdrage. Nadien nog enkele ‘stukjes’ uit wat andere vrienden neerschreven.
EEN LOSSE GREEP UIT VELE JAREN MET “BROERE” BERT Eind 1969, telefoontje van Bert: “Januari volgend jaar brengen De Bacchanten ‘De Muizeval’ van Agatha Christie op de planken. Maar een van de acteurs heeft verstek gegeven. Wil je invallen?”. Dan zeg je ja en maakt kort daarop kennis met het ‘zenuwcentrum’ van de Vlaamse Klub Kust, een kelderverdieping van het huis waar bestuurslid Dries Van De Velde’s zaak is gevestigd. Secretariaat, vergaderzaal, repetitielokaal, allemaal in twee kleine kamertjes. Van hier uit werden reeds enkele jaren, onder de bezielende leiding van Bert Verhaegen, de meest interessante cultuurevenementen in onze stad georganiseerd. Enkele weken later: opbouwen van decor en repitities in het toneelzaaltje van het Feestpaleis. Voorzitter Bert hanteert als een volleerd behanger de lijmborstel, hamert wat later een vensterraam steviger vast, informeert wat nog aan benodigdheden ontbreekt. Ik ontdek wat ik later vaak zal vaststellen en bewonderen: Berts leuze is gewoonweg “doen”, handen uit de mouwen. Delegeren is voor hem z’n enthousiasme op anderen overzetten, zodat ze spontaan meewerken zonder er om gevraagd te worden. Mijn Paravicini-rolletje in ‘De Muizeval’ gaf me de kans concreet mee te werken aan het VKKsuccesverhaal. En nu Bert de 80 heeft bereikt wat herinneringen neerpennen. Die zijn zo talrijk, maar ik heb geluk. Zeven jaar gaf ik het maandblad ‘De Kinkhoorn’ uit, het werd zowat het orgaan van de VKK en dus kan ik rustig thuis die onvergetelijke tijd herbeleven. Eén probleem: er is zoveel gebeurd, ik zal erg moeten selecteren. Maar vraag eender welke journalist een herinnering aan Bert en je krijgt steevast als antwoord ‘De Engel van Amsterdam’. Een musical rond de
Ook beroemde buitenlandse artiesten prijkten soms op het VKK-programma. Blijkbaar wil Bertje Nana Mouskouri niet loslaten...
4
viering van het 700-jarig bestaan van Amsterdam, met Jasperina de Jongh, Lex Goudsmit en Leen Jongewaard in de hoofdrollen. Bert kan de productie in exclusiviteit voor Vlaanderen naar Oostende brengen, maar dan wel voor twee voorstellingen. Een groot risico, dus moet het publiek wakker geschud worden. Dat kan door de media te bespelen, maar Bert denkt: ik zal het de penneridders laten meemaken. Die zaterdagmiddag met een halfvolle bus journalisten naar Amsterdam. In Carré blijkt er iets mislopen te zijn met de reservaties, er zijn plaatsen te weinig voor de aangevoerde perslui. Ik behoorde tot de gelukkigen die een prima zitje midden de zaal kregen, maar een groepje werd naar de zijbalkons verwezen. Naar we later vernamen plaatsen die voor musicals nooit werden verkocht. Want de naam Carré betekent niet dat het beroemde theater vierkantig is. Het werd door ene Oscar Carré gebouwd om er zijn circusvoorstellingen te geven. Met als resultaat dat de onfortuinlijke confraters op de balkons meer te zien kregen van wat zich achter dan vóór het doek afspeelde. Maar zelfs zij waren enthousiast, de pers gaf het noodzakelijke duwtje, en dank zij Bert heeft de Amsterdamse Engel twee nokvolle Kursaalzalen in vervoering gebracht. VKK brengt meerdere musicals naar Oostende. Ook ’En nu naar bed’, ik voel nog de rillingen over mijn rug als Jenny Arean en Frans Halsema het Annie M. G. Schmidt-meesterwerkje ‘Vluchten kan niet meer ‘ vertolkten. Hetzelfde gevoel overvalt me als ik in mijn geest Liesbeth List en Ramses Shaffy op ons Kursaalpodium hun beroemde ‘Pastorale’ hoor zingen. Als ik namen citeer van wat Bert aan Vlaamse en Nederlandse artiesten bij ons heeft gebracht, wordt het een litanie van alles wat talentvol was. Maar ik kan het niet laten: Herman Van Veen, Ballet van Vlaanderen, Focus met Thys van Leer, Boudewijn de Groot, De Nieuwe Scène met ‘Mistero Buffo’, Johan Verminnen, Miel Cools, Trio Louis Van Dijck... Daar bleef het niet bij, VKK stak ook zijn schouders onder het Nederlands Toneel dat toen nog ’s winters op het Kursaalprogramma stond. Vandaag niet meer te
geloven: er werden bijvoorbeeld in de winter 72-73 in het Kursaal niet minder dan negen voorstellingen gebracht door NTG, KVS, KVS, GLT. En dan heb ik het nog niet gehad over de grote zomertentoonstellingen die door de VKK werden georganiseerd, retrospectieve Felix De Boeck en de internationale tentoonstelling Konfrontatie, om er maar enkele te noemen. “Exploration du Monde” was jarenlang de grote naam inzake avontuurlijke en/of toeristische filmvoordrachten. De vlaamse tegenhanger “Ontdek de Wereld” die het met heel wat minder financiële steun moest doen, had het dan ook heel wat moeilijker om te overleven, uiteindelijk kwam ook Oostende aan de beurt. “De Vlaamse Klub kontesteert, niet met betogingen of sabotagedaden. Maar met iets positiefs. VKK gaat er voor zorgen, dat zusje ‘Ontdek de Wereld’ meerderjarig en volwaardig wordt en dat in haar 21e levensjaar” schreef onze voorzitter in De Kinhoorn. Zoals steeds bij Bert: doen. Vrijdag 27 april ’73 kwam Marc Sleen vertellen over zijn Keniaavontuur. De start van een jaarlijks terugkomende succesreeks op het VKK-palmares. Een schot in de roos was ‘Met een muze op schoot’. Bert inviteerde een vijftal bekende Vlamingen, en liet hen op het Kursaalpodium, in goede banen geleid door stadsgenoot Julien Van Remoortere, gewoon aan de praat. Een spervuur van originele verhalen, gevatte opmerkingen, spitante invallen, alles met een humorsausje overgoten. Ik kan ze niet allemaal opnoemen, maar toch: Jef Burm, Mick Clinckspoor, Gaston Durnez, Jos Ghysen, Piet Theys, Louis Verbeeck, Gerard Vermeersch, Herman Elegast, Hugo Raspoet, Willem Vermandere. Een enthousiast publiek, maar toch kreeg één van de Muzeprogramma’s een negatieve kritiek in de pers. Bert reageerde op originele wijze: het volgend jaar kregen de Muze-toeschouwers, die alweer de zaal vulden, een programmabrochure in handen waarin al die ‘slechte’ kritiek te lezen was.. Toen zoals nu: zonder commentaar. Altijd weer originele invallen bij Bert. Als De Bacchanten in ’72 ‘Lady Godiva’ ten tonele brengen, besluit hij het zonder de traditionele affiches te doen. Met alle acteurs wordt naar Brugge getrokken, waar o.m. in de omgeving van Gruuthuse, fotograaf Marc Sagaert een reeks beelden schoot. Bijtend koud was het, en dat voelden de acteurs nog best aan, want ze droegen uiteraard historische kledij, door VKK-dames smaakvol, maar wel in dunne costumeringsstof vervaardigd. De in pastelkleuren kunstvolle foto’s werden, voorzien van de nodige uitleg, ingekaderd en in de uitstalramen van zowat alle belangrijke Oostendse handelszaken geplaatst. Een hele karwei, en je hoeft niet eens te raden wie ze tot een goed einde bracht. Dat de Bacchanten “Het Huwelijk” van Bertold Brecht in de Luchterzaal van het Feestpaleis opvoerden lijkt een voor de hand liggende keuze. Maar toen “August, August, August” van Pavel Kohout op het programma kwam, zorgde Bert alweer voor een stunt die geen ander amateurgezelschap zou aandurven. Hij liet in
Een heus circustentje optrekken in het Media-Center, een scène op het strand: ‘De Bacchanten’ waren Bertjes lievelingskind.
het Mediacenter een authentieke circustent optrekken. De toeschouwers zaten op de ongemakkelijke houten banken. De figuratie bracht wel problemen mee, want naast clown August dienden nog andere artiesten uitgebeeld. De trucs van de amateur-goochelaar lukten niet allemaal. Maar er dienden ook acrobaten tot in de nok van de circustent te klauteren. Mijn geheugen kan me in de steek laten, maar ik verdenk onze VKK-voorzitter er nog altijd van dat hij voor éénmaal een ‘hoge’ figurantenrol voor zijn rekening nam. Er is heel wat heimwee naar die jaren dat de VKK het culturele leven in Oostende op zo’n hoog peil bracht. Maar ook een beetje fierheid dat we Bert niet voor alles alleen lieten staan, dat we als lid van de Raad van Beheer, als acteur bij de Bacchanten, als plaatselijk journalist, een steentje bijbrachten. Dankbaarheid kreeg je van Bert op ’n eenvoudige, maar diep gemeende manier, hij noemde me zo vaak “broere”. Terugkijken op wat we hebben gepresteerd doet goed, maar het was slechts mogelijk met Bert. Dus zeg ik: “broere, dank, vooral voor je vriendschap, maar ook voor de zo talrijke onvergetelijke momenten die je mij, de bewoners van de stad waar wij aanspoelden, en de duizenden VKK-leden hebt bezorgd”.
5
GRASDUINEN IN HET GASTENBOEK Velen zullen zich hem herinneren, vaak op een verschillende manier want hij was veel wezens tegelijk en hij kon zich meesterlijk handhaven tegenover onbegrip en kleinzieligheid, tegenover de pietluttigheid die in Oostende stellig niet minder groot was dan elders en waar op dat ogenblik een vleugje meer dan nu de francofonie of beter gezegd het franskiljonisme diep ingeworteld zat in de ridicule arrogantie van wie Nederlands niet kon of niet wilde spreken. Bert heeft Oostende een diadeem opgezet vanuit zijn overtuiging en zijn innerlijke rijkdom meer dan om het even welke burgemeester of cultuurfakkel van de laatste decennia - en dat mogen er gerust velen zijn - zich mag toeeigenen. Indien hij hier (actief) was gebleven, dan was Oostende al lang cultuurstad van Europa geweest of zou het zich niet zo hopeloos belachelijk hebben gemaakt nu het meent daarvoor in aanmerking te komen.
Hugo Brutin
Je slaagt er telkens in om toch verbindend te zijn dus ook oneindig. Mede dank zij jou verzeilde ik in Oostende en ben er dan ook blijven hangen, niet enkel omwille van de mooie meisjes, maar ook met levensopdrachten. Graag wil ik de legaten die jij doorgaf respectvol maar vernieuwend realiseren, van jouw VKK naar TaZ en nu als intendant van Oostende, cultuurstad vlaanderen 2010. Ik nodig je bij deze uit, niet enkel om te genieten, maar ook als 'vader' en 'kameraad' kritisch weerwerk te bieden. Mark Lybaert
In de "tijd van toen" was de programmatie in de Kursaal nog voor een groot deel Franstalig. Met geduld, doorzicht, tact en heel veel doorzettingsvermogen is Bert geslaagd daarin een kentering te brengen. Vandaag is het voor mij nog steeds een vraag hoe hij dat Franstalig bastion toen heeft ingenomen. Het naar Oostende brengen van het Nederlandstalig toneel, was zeker een belangrijke stap in de strategie van Bert. Het succes ervan, deed vele mensen nadenken, ook de Kursaaldirectie. *** Zoals iedere "ernstige" vereniging had de VKK een bestuur. De voorzitter was van begin tot het einde Bert Verhaegen, maar er was ook een ondervoorzitter, een secretaris, een penningmeester en een aantal beheerders. Alle oud-beheerders zullen het wellicht met mij eens zijn dat het Bert was die alles organiseerde, hij prospecteerde en toverde het volledig jaarprogramma in elkaar. De bestuursleden lieten het zich maar al te graag welvallen. Kortom zonder deze "doener" was er nooit een Vlaamse Klub Kust geweest. Zijn inzet en invloed voor en op het Nederlandstalig Cultuurleven aan onze kust is niet met superlatieven te omschrijven. Eddie Van Haverbeke
6
In die periode was Frans de voertaal, het toerisme was wellicht de oorzaak daarvan. Maar toen ... kwam een klein, bezig, intelligent, vriendelijke, werkzame, vlotte prater aan de horizon die wel vond dat onze eigen taal wat meer belangstelling kon genieten en onze Vlaamse ziel kon ... , la "Reine des Plages" werd "Koningin der Badsteden" en de" Vlaamse Klub Kust" werd geboren. Bertje Verhaegen stond aan het roer om onze kust "Vlaams" te maken. Hij kreeg onmiddellijk "carte blanche" en kreeg alle steun van de directie van het casino om het Nederlandstalige cultuurleven in de programmatie in te lassen. *** En toen, ... veel later verliet Bert Oostende om familiale redenen en vestigde zich in Gent, en met deze verhuis werd de Vlaamse Klub Kust begraven. Nu, zoveel jaren later denkt men nog steeds met weemoed aan de gloriejaren van de "Vlaams Klub Kust" en wachten we nog hoopvol op een nieuwe "Bert". Dat intussen de 80-jarige nog "jong" moge blijven en misschien komt hij ooit eens terug naar "zijn" geliefd Oostende, Willy Bosschem
Vanaf die tijd mocht ik jou beter leren kennen, als de gedreven kapitein van het schip: "Bacchanten" genaamd. De drijvende kracht en de onuitputtelijke energie die jij aan de dag legde om de kwaliteit en de kwantiteit van de "Bacchanten" te waarborgen kende geen grenzen. En precies omdat jij wist, waartoe jouw spelers in staat waren, legde jij bij elk stuk de lat zeer hoog. Jij wou er altijd alles uitpersen omdat je enkel en alleen cultuur met een hoofdletter C wou brengen in: het feestpaleis. Hoeveel uren heb jij daar niet gewerkt en gezweet bij het opslaan en afbreken van de decors? Je zocht gerenommeerde regisseurs op en je koos in functie van jouw spelers toneelstukken van de bovenste plank. Daar ben ik je nog uitermate dankbaar voor. Het feestpaleis ... letterlijk en figuurlijk een vervlogen tijd want ook dit theater werd ons afgenomen en dan zijn er nog mensen die van Oostende een cultuurstad willen maken! Geloof me Bert :'t is hier nog voor geen "vinne" veranderd! Rita Geldhof