Beleidsplan Unie van Baptistengemeenten in Nederland 2013-2016 unieke geloofsgemeenschappen met elkaar verbonden door het volgen van Jezus in gemeenschappen en hun lokale omgeving
Inleiding Voor u ligt een nieuw beleidsplan van de Unie van Baptistengemeenten in Nederland. Een plan dat ontwikkeld is vanuit de praktijk. Versterkt door het verlangen om gemeenten te ondersteunen in hun missionaire roeping en het verlangen om dit gezamenlijk te doen. Dit Beleidsplan is op de Algemene Vergadering van 9 juni 2012 te Appingedam unaniem aangenomen. We verlangen een Unie van Baptistengemeenten te zijn waarin unieke geloofsgemeenschappen met elkaar verbonden zijn door het volgen van Jezus Christus en het goede nieuws van Jezus’ leven in hun gemeenschappen en handen en voeten geven in hun lokale omgeving. Het plan zoals het er nu ligt, is ontstaan uit gesprekken binnen Unieraad en staf èn uit gesprekken met gemeenten en voorgangers. Dit leverde waardevolle inzichten op. De kern daarbij was: durf als Unie een helder gezicht te tonen! Durf te dromen met geloof in God. En blijf tegelijk in dialoog met de gemeenten. We verlangen ernaar dat dit plan gemeenten inspireert om samen als Unie dit plan in de praktijk handen en voeten te geven. Dit plan bestaat uit een aantal delen. Als eerste leest u het plan met een korte schets van de achtergrond en met veel nadruk op de plannen zelf. U leest wie wij zijn (§1), waartoe wij geroepen zijn (§2), onze bronnen van inspiratie (§3) en onze droom van de Unie(§4). Vervolgens maken we dit concreet in kerntaken (§5) en speerpunten (§6). We kunnen ons goed voorstellen dat u denkt ‘waar zijn die plannen op gebaseerd?’ Dit kunt u lezen in twee bijlagen, de eerste bijlage is een schets van gemeenten en onze Nederlandse omgeving. De tweede bijlage schetst een verlangen dat groeit binnen de Unie en dat uitdaagt tot missionaire gemeenschappen, een verlangen dat voortkomt uit het teruggaan naar onze bronnen van inspiratie. Her en der leest u vragen. Deze vragen staan er omdat zij reflectie oproepen, het zijn vragen die tijd nodig hebben om bij stil te staan, vragen die richting geven. We kiezen ervoor om in dit plan te komen tot vier speerpunten waar we de komende jaren mee aan de slag gaan. In de beleidsplannen van de taakvelden, die in het najaar 2012 op de agenda staan worden de speerpunten omgezet in doelen van taakvelden. Tussendoor staan – vooral in de bijlagen- praktijkverhalen of quotes uit gemeenten en maatschappij. Op deze manier hopen we het verhaal te verlevendigen, zodat het u uitdaagt om vanuit uw eigen gemeente situatie dit plan te lezen.
1
1. Wie zijn die Uniegemeenten? De Unie van Baptistengemeenten is een Unie van zo’n 80 Baptistengemeenten met allemaal een uniek karakter in een unieke omgeving. Elke gemeenten heeft haar eigenheid en tegelijk zijn er een aantal overeenkomsten die in veel Baptistengemeenten herkenbaar zijn. Laten we eens naar dat plaatje kijken: Even kennis maken met…. de Baptistengemeente het Zoutvat Baptistengemeente het Zoutvat in Middenwater is een warme gemeente die wekelijks bij elkaar komt in ‘de Lichtkoepel’. De zondagochtenddiensten zijn vieringen waarin God centraal staat. Met elkaar wordt gebeden, gezongen en het Woord van God geopend. De gemeente heeft zo’n 135 leden en 30 vrienden, 25 kinderen in de basisschool leeftijd en 15 tieners. Leden en vrienden komen uit de regio, sommigen komen elkaar wel eens tegen bij de supermarkt. De gemeente blijft stabiel qua grootte. Af en toe komen er mensen bij, vaak uit andere kerken. Net zoveel mensen stromen verder of haken af. Het Zoutvat heeft haar zaken op orde, de basis van gemeente-zijn loopt goed. Visie en missie staan op papier. Maar wat stond er ook alweer? Zij heeft een veelheid aan activiteiten, er is voor elk wat wils. Het is lastig hier iedereen bij te betrekken, zeker omdat mensen al zo’n druk leven buiten de gemeente hebben. Is het niet belangrijk dat mensen meer prioriteit aan de gemeente geven? Dat zij meer betrokkenheid tonen? Of doen we teveel? Het is lastig kiezen, want dat betekent veranderen en de ervaring heeft geleerd dat dit met conflicten gepaard kan gaan. Het Zoutvat is een warme geloofsgemeenschap, mensen leven met elkaar mee, nieuwe leden vertellen dat zij warm en gastvrij ontvangen worden en voelen zich thuis. Er wordt koffie gedronken na de dienst, vaak rondom ‘stamtafels’. Ertussen komen als gast is dan niet zo gemakkelijk. Eenmaal betrokken in een commissie of werkgroep is het contact zo gelegd. De warme contacten in de gemeente blijven vaak aan de oppervlakte en het is best moeilijk om met mensen in gesprek te raken over wat geloven in ons leven van alledag betekent. Kringen zijn wel zo’n plek waar geloof gedeeld wordt. De gemeente verlangt om meer te leven vanuit bezieling door geloof. Je proeft het verlangen hier meer in te delen. De gemeente is veelkleurig in haar geloofsbeleving. Dit zie je in de beleving van diensten, het begrijpen van de Bijbel, in de verscheidenheid aan activiteiten en in levensstijl. Jongeren en kinderen hebben een belangrijke plek in de gemeente, de zondagsschool bloeit. De betrokkenheid van jongeren is een zorg, net als de betrokkenheid van ouders bij het jongerenwerk. Hoe kunnen we jongeren meer bij de gemeente betrekken? Wat hebben jongeren nodig om te geloven? Welke rol spelen ouders en andere rolmodellen hierbij? Het Zoutvat is geen afspiegeling van de stad. Langzamerhand is het meer een middenklasse gemeente geworden, er zijn geen migranten, in de wijk waar de kerk staat woont een handjevol gemeenteleden. Dat geeft veel vragen want de gemeente heeft het verlangen meer naar buiten te treden, er te zijn voor haar omgeving. De vraag is hoe doen we dat in een gemeente waarin iedereen op verschillende plekken woont en werkt? Hoe doen we dat in een gemeente die eigenlijk altijd gezegd heeft ‘Kom bij ons en doe als wij’. Hoe doen we dat met een gemeente waarin iedereen al zo druk is? Gaat het niet ten koste van de interne activiteiten die toch ook belangrijk zijn? Al die acties van vroeger waren toen goed, maar werken nu niet meer…. Geloof en leven meer met elkaar verbinden is de meest reële optie die gezien wordt. Hieronder ligt de vraag naar de roeping van de gemeente. Wat is onze roeping? ‘Ligt de roeping van de gemeente in een
2
gezellig samenzijn waarbij God aanbeden wordt of ligt de roeping in het meedoen met de zending die God zichzelf gesteld heeft in de wereld?’ 1
2. Waartoe zijn we geroepen? Het Zoutvat is een plaatje van ‘een’ Baptistengemeente in Nederland, een beeld dat uit het onderzoek ‘Gemeenten op een gezonde weg?’ uit 20102 naar voren komt. Een beeld waar u misschien wel meer of minder in herkent uit uw eigen gemeente. Natuurlijk is het een generalisatie en doet deze generalisatie deels af aan de uniciteit van lokale gemeenten. Tegelijk geeft het wel een beeld van Baptistengemeenten. Veel gemeenten zijn op zoek naar hun roeping en hun plek in hun omgeving. Veel gemeenten zijn gemeenschappen waarin mensen mogen ’zijn’, waarin mensen met elkaar meeleven en gastvrij zijn. Gemeenten waarin mensen groeien in geloof en daar meer in willen delen met elkaar en hun omgeving. Er zijn gemeenten die hier wegen in gevonden hebben, die de toekomst vol vertrouwen tegemoet zien. Er zijn ook gemeenten die teruglopen en onzeker zijn over hun toekomst. Hoe ziet onze gemeente er over 10 jaar uit? Is zij er dan nog? De vraag naar de roeping van de gemeente is een urgente vraag! Een vraag die alles te maken heeft met wie zijn wij in deze huidige tijd. Als christenen zijn we steeds meer een minderheid in de samenleving. We geloven dat deze positie van zwakheid nieuwe mogelijkheden opent: de weg van het kruis gaan in plaats van de weg van succes. Kunnen we het kruis als Gods symbool van kracht en wijsheid opnieuw ontdekken? In bijlage 1 leest u meer over wie wij zijn en wat belangrijke trends zijn in onze huidige tijd. De roeping van een gemeente heeft 3 lijnen: Leven in verbondenheid met God, onderlinge gemeenschap en haar plek in de maatschappij. Gemeenschap is daarbij één van de parels van gemeenten, mensen hebben een plek om thuis te komen. Veel gemeenten hebben zich de afgelopen jaren gericht op leven in verbondenheid met God en verlangen in de komende jaren hier verder in te groeien. Veel gemeenten zijn op zoek naar hun roeping in hun omgeving. Op de AV in het najaar van 2010 werd dit nog eens benadrukt. In dit beleidsplan willen we vanuit die achtergrond, het geloof en ook de vragen van gemeenten, ons vooral richten op de roeping van unieke gemeenten op unieke plekken. We willen gemeenten uitnodigen om mee te gaan op reis als Gods volk, om met elkaar mee te leven en met elkaar te delen op de weg die we gaan om onze roeping op onze verschillende plekken gestalte te geven. 3. Bronnen van inspiratie Er leeft een verlangen naar ‘herbronning’, vanuit de Bijbel en de traditie met het oog op onze tijd. We halen hier de kern naar voren waardoor we gevormd willen worden. In bijlage 2 leest u dit uitgebreider. Als eerste en bovenal willen we onze bron zoeken in God de Vader zelf. Onze hoop ligt in God. Elke keer opnieuw willen we onze voeding zoeken in God zelf, drinken uit zijn bron. Juist in een tijd van veel drukte willen we leven in vertrouwen op God, leven in navolging van Christus, in afhankelijkheid van zijn Geest. We willen stil zijn, bidden, zoeken naar zijn aanwezigheid en nabijheid. 1 2
(Groen 2011, pag 10) (Janssen-te Loo 2010)
3
Wij hebben niet primair als kerk een missie. God heeft een missie in deze wereld, in onze geschiedenis. Als gewone en gemankeerde mensen en gewone en gemankeerde gemeenschappen mogen wij deel uit maken van de missie van God. Het gaat niet om het overleven van ons als gemeenten als doel op zichzelf. Wij verstaan onszelf in het grotere geheel van Gods werk en Gods beloften. Jezus brengt met zijn leven, zijn sterven voor onze zonden en zijn opstanding het leven en de kracht van God de wereld binnen om deze wereld te vernieuwen en te herstellen. Zo wordt zijn Koninkrijk ook nu al zichtbaar op deze aarde. Jezus gebruikte hiervoor beelden van kleine dingen, met grote betekenis: zout, een lamp, een mosterdzaad. Vanuit het goede nieuws van Jezus Christus dringen wij er bij mensen op aan om zich te laten verzoenen met God, én zoeken wij de vrede en gerechtigheid voor stad en land, schepsel en schepping. Het evangelie creëert zo een nieuwe gemeenschap die individuen (die allemaal heel verschillend zijn!) koestert en tot hun bestemming helpt te komen. Open gemeenschappen waarin brood en wijn met elkaar gedeeld worden. Open gemeenschappen die de gave van eenheid in doop, geloof en leven uitleven als teken van Gods komende rijk. Open gemeenschappen waar mensen zichzelf durven geven. Open gemeenschappen die laten ervaren wat gastvrijheid is. Het navolgen van Jezus krijgt vlees en bloed in het leven van alledag, in het leven van gewone mensen. Zo ontstaat tastbaar discipelschap. Trouw Jezus navolgen wordt zichtbaar in ons leven en heeft gevolgen voor onze manier van denken en doen, ons omgaan met elkaar, met conflicten en verschillen. We worden uitgenodigd om dat wat Jezus deed in relatie te brengen met onze lokale context: onze vrienden en familie, werk en studie, sportclub en buurt. We worden uitgedaagd om ons elke keer de vraag te stellen: wat betekent Jezus’ manier van doen in ons leven nu, voor ons handelen nu? Wij geloven dat in deze bronnen het hart van het baptisme klopt: belijdende gemeenschappen, op weg in vertrouwen op de levende God gemeenschappen van heel diverse mensen, verbonden door Jezus de Heer tastbaar discipelschap (vertaling van de doperse uitdrukking ‘incarnational discipleship’), het volgen van Jezus in ons gewone leven, tussen de mensen. 4. Droom We zijn dit plan gestart met een beeld van gemeenten zoals ze nu zijn. We willen nu verder vooruit kijken, onze dromen en ons verlangen delen. Wat betekent dat verlangen gerelateerd aan de ontwikkelingen binnen de Uniegemeenten voor de Unie? Wat zegt dit over onze roeping, onze droom, ons verlangen als Unie van Baptistengemeenten?
4
We dromen van een Unie van Baptistengemeenten….. … waar gemeenten beseffen dat zij van God zijn en dat zij met wat God hun heeft gegeven, Zijn uitnodiging aannemen om getuigen te zijn van de hoop van het komende koninkrijk. ... waar unieke gemeenten in vertrouwen op God hun unieke roeping ontdekken, in eigen wijk, de stad of de regio, vanuit hun unieke gemeentesituatie. …waar gemeenten hun plek als minderheid in de samenleving aanvaarden en in het volgen van de weg van Jezus, God, elkaar en hun omgeving dienen vanuit een steeds vernieuwd geloof in God. …waar gemeenten merken dat verschillen tussen mensen soms pijn doen en moeite geven, maar dat verschillen tegelijkertijd - als er openheid en kwetsbaarheid kan zijn helpen om samen te leven vanuit de genade van Jezus Christus. …waar gemeenten op nieuwe en oude manieren hun bron blijven zoeken in God de Vader zelf. Waarin door de Heilige Geest de gemeenschap groeit vanuit de gezamenlijke belijdenis ‘Jezus is Heer’ en het vieren van Jezus’ overwinning over zonde en kwaad, in de samenkomsten, in doop en avondmaal. …waar mensen het evangelie van genade aannemen en het volgen van Jezus zichtbaar wordt in hoe mensen met elkaar omgaan, in een ‘anders zijn’ in woord en daad en waarbij vooral een dienende houding opvalt. …waar mensen gevormd worden in hun geloof en hun karakter door het Woord van God voor onze tijd, waarin ouderen jongeren op weg helpen in het volgen van Jezus, waarin jongeren ouderen uitdagen met hun vragen en hun geloof. …waar gemeenten open en gastvrij zijn voor mensen die binnenkomen, waar mensen voor elkaar klaar staan. Waar mensen met verschillende achtergronden, verschillende culturen en verschillende leefwerelden met elkaar hun leven delen en daarin een voorbeeld zijn voor hun omgeving. … waar gemeenten vanuit hun warme en gastvrije gemeenschappen naar buiten stappen, oog hebben voor waar de Geest aan het werk is in hun omgeving, soms in heel kleine en gewone ontmoetingen. …waar gemeenten luisteren naar wat er leeft bij de mensen om hen heen en door samen te bidden, Gods leiding zoeken, waar mensen samen een missie gaan zien en nieuwe missionaire gemeenschappen ontstaan zowel uit nieuwe initiatieven van gemeentestichting als uit bestaande gemeenten. …waar gemeenten samenwerken met andere geloofsgemeenschappen in hun stad of dorp om zo zout en licht te zijn in hun omgeving. … waarin netwerken van gemeenten elkaar ondersteunen, inspireren, en mensen uit een gemeente een andere gemeente helpen in specifieke situaties. …waar mensen uit gemeenten gecoacht en getraind worden om hun roeping te ontdekken, om praktisch aan de slag te gaan met hun verlangen, en de gaven die ze van God hebben gekregen. …waar voorgangers opgeleid worden met hart voor God, voor gemeenschappen en voor mensen om hen heen.
5
... waar mensen steeds opnieuw onder de indruk zijn van God en hun leven in zijn hand durven te leggen, waar mensen in alles wat zij meemaken leren leven vanuit de hoop van Gods koninkrijk en ‘ja’ zeggen tegen de eigen plek die God hun geeft in dienst van zijn komende koninkrijk, het visioen van een herstelde wereld in de toekomst.
5. Kerntaak van de Unie: visie, missie en speerpunten Dit verlangen, deze vraag naar de unieke roeping van gemeenten, leidt tot de volgende opdracht voor de Unie van Baptistengemeenten: Als Unie van Baptistengemeenten willen we gemeenten ondersteunen en stimuleren om in vertrouwen op God te zoeken naar hun roeping, in de basis van gemeente zijn en in hun plek in de samenleving. Dat doen we zowel door het opleiden en toerusten van voorgangers als door het ondersteunen en toerusten van gemeenten. We maken hierbij gebruik van zowel nationale als internationale netwerken. Visie We verlangen een Unie van Baptistengemeenten te zijn waarin unieke geloofsgemeenschappen met elkaar verbonden zijn door het volgen van Jezus Christus en het goede nieuws van Jezus leven in hun gemeenschappen en handen en voeten geven in hun lokale omgeving. De Unie ziet het als haar missie om gemeenten - met profetische passie én dienstbare compassie - te stimuleren, ondersteunen en verbinden in het vormgeven aan deze visie en te zoeken naar nieuwe vormen van gemeenschappen die passen in deze tijd. Dit maken we concreet in vier speerpunten. De uitvoering hiervan vereist durf en flexibiliteit van Unie en Uniegemeenschap die zich uit in de volgende ‘waarden’ openheid naar God aansluiten op lokale gemeenten en hun verlangen respect en ruimte geven aan elkaar en elkaar durven aanspreken betrokkenheid op elkaar samen zoeken en leren van elkaar open zijn voor nieuwe manieren van doen In de praktijk betekent dit goed weten wat in gemeenten, maatschappij, andere denominaties en internationale geloofsgemeenschappen leeft. Weten welke vragen leven bij gemeenten en aansluiten waar gemeenten zijn. Het betekent zien waarin God aan het werk is in gemeenten, waarderen wat in gemeenten goed gaat en gemeenten stimuleren in hun eigen verantwoordelijkheid om hier meer ruimte voor te maken. 6. Speerpunten van beleid De geformuleerde speerpunten fungeren als een samenhangend kader. De speerpunten zijn concrete uitwerkingen van de visie. We zien voortdurende communicatie met en tussen gemeenten als randvoorwaarde voor het slagen van deze visie. Communicatie via moderne media en face to face. De Unie ondersteunt gemeenten in: a. het zoeken en vormgeven van hun roeping: hun relatie met God, elkaar en hun omgeving. Hierbij sluit zij aan op de unieke, door God gegeven identiteit
6
van gemeenten en haar unieke omgeving. Ondersteuning is hierbij maatwerk: welke doelgroepen hebben extra aandacht nodig? Jongeren, ouderen, kinderen of migranten? Wat is het unieke van de omgeving van de gemeenten? Leven er migranten, spirituele zoekers, mensen in de marge? Dit betekent dat we gemeenten willen stimuleren en toerusten in een fundamentele basishouding van het zoeken naar de wil van God, in deze tijd en op deze plaats om zo Christus na te volgen. Daartoe ondersteunen we gemeenten in het gestalte geven aan hun roeping. We ondersteunen gemeenten in het versterken en verdiepen van de basis van hun geloofsgemeenschap: diensten, kringen, jongerenwerk, pastoraat en diaconaat. We stimuleren gemeenten om luisterende gemeenschappen te zijn met inspirerende erediensten, missionaire kringen, groeiplekken voor kinderen, jongeren en ouderen. Verschillende generaties kunnen van elkaar leren. We willen gemeenten laten beseffen dat God hen zelf uitnodigt zijn volk te zijn op hun eigen plek. Daarom dagen we gemeenten uit tot het nemen van verantwoordelijkheid, het maken van keuzes en het stellen van prioriteiten ten aanzien van hun gemeente-zijn. De basis voor deze ondersteuning is een (financieel) gezonde en stabiele Unieorganisatie. In de komende periode wordt nagedacht over een verdere doorontwikkeling van de Unie (zowel bestuur als staf). Het doel van deze doorontwikkeling is een grotere flexibiliteit om in te kunnen spelen op ontwikkelingen in gemeenten in de samenleving. b. het vormen van missionaire gemeenschappen. Dit zijn gemeenschappen die vorm geven aan hun missionaire roeping op een specifieke plek of voor een specifieke doelgroep. We gaan verder met experimenteren met nieuwe vormen van gemeente-zijn, vooral op die plekken waar de kerk is verdwenen. Daarbij laten we ons uitdagen door het evangelie en laten we ons inspireren door de bronnen uit de geschiedenis. Hoe kunnen we zichtbaar aanwezig zijn voor mensen die opgroeien in een postchristelijke samenleving? Hoe kunnen we mensen die ‘blanco’ ten opzichte van het geloof staan, boeien en in aanraking brengen met de goede boodschap? We stimuleren gemeenten in het zijn van goed nieuws in hun manier van omgaan met elkaar en hun plek in de omgeving. We stimuleren gemeenten om naar de mensen toe te gaan in plaats van te verwachten dat de mensen naar ons toekomen. Gemeenten zijn in hun gewone functioneren betrokken op hun lokale omgeving, maken werk van diaconaat en komen op voor sociale gerechtigheid. Gemeentestichting is een specifieke en experimentele vorm waar we mee verder willen. Ervaringen uit gemeentestichtingsinitiatieven maken we bruikbaar voor bestaande gemeenten en missionaire gemeenschappen. c. het toerusten en begeleiden tot tastbaar discipelschap. Tastbaar discipelschap krijgt vorm in en vanuit de gemeenschap, we hebben elkaar nodig om Christus na te volgen in alle aspecten van ons leven. In onze relaties, onze levensvragen, ons werk, onze manier van omgaan met geld, onze manier van omgaan met mensen ver weg en dichtbij. Hoe kunnen we, net als Jezus, in de menselijke nood durven te staan, met hoop? Hoe kunnen we juist als minderheid de weg van Jezus gaan, ook in zwakheid en lijden? Om met kleine dingen als zout, licht, een mosterdzaad, mensen te prikkelen God en zijn koninkrijk te gaan zoeken. Gemeenten vragen om toegerust te worden in het volgen van Jezus. Het is nodig om te beseffen dat het hier gaat om ‘hartskeuzes’ van ieder. We rusten gemeenten en toerusters in gemeenten toe om hieraan bij te dragen. We
7
stimuleren mentoraat en rolmodellen hierin. We zoeken hierbij naar manieren die bij de verschillende doel– en leeftijdsgroepen passen. De Unie werkt aan d. het verbinden van netwerken van gemeenten en kerkgenootschappen, zowel binnen als buiten de Unie, zowel nationaal als internationaal. Eenheid tussen christenen uit zich in goede samenwerking en hartelijke relaties. Vanuit die invalshoek wordt samensmelting met de ABC-gemeenten en samenwerking met andere partners onderzocht en waar mogelijk in praktijk gebracht. Samenwerking vindt plaats op lokaal, regionaal en landelijk niveau op de terreinen van opleiding, missionair gemeente zijn, diaconaat, jongerenwerk en gemeentestichting. Samenwerking met migranten en migrantengemeenten krijgt nadrukkelijk prioriteit. Gemeenten worden gestimuleerd tot samenwerken met andere Baptistengemeenten en plaatselijke gemeenten. Internationale netwerken en verbindingen met o.a. de IBTS, EBF en BWA worden versterkt.
8