week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
Handleiding niveau C
Op 31 maart werd door de Tweede Kamer de eerste Kinderombudsman van Nederland beëdigd. Verschillende scholen hebben aangegeven hierover een tekst te willen. Daarom besteedt Nieuwsbegrip er deze week aandacht aan. Deze les is een blokles.
De blokles Na elke Nieuwsbegripcyclus van vijf weken, volgt een blokles in de zesde week. Waar in een ‘gewone’ les een van de vijf Nieuwsbegripstrategieën centraal staat, worden die in de blokles geïntegreerd aangeboden; de leerlingen passen alle strategieën toe aan de hand van vragen bij de actuele tekst. Ook maken ze een sleutelschema. Omdat veel docenten en leerkrachten hebben aangegeven de vorderingen van leerlingen met wat grotere regelmaat te willen volgen, is de blokles zodanig geconstrueerd dat u deze desgewenst ook als toetsmoment kunt inzetten. Om aan te sluiten bij de manier van toetsen van het Cito, is een groot deel van de opdrachten in de vorm van meerkeuzevragen. De blokles bevat geen meervoudige intelligentieopdracht. Dit is de vijfde blokles van dit schooljaar. Werkwijze Wilt u de les als toets inzetten? Laat in dat geval de leerlingen individueel en zelfstandig aan de les werken en neem de opdrachten na afloop in voor beoordeling. Zie voor de antwoorden en de beoordelingsrichtlijn het antwoordblad. Als u de les niet als toetsmoment gebruikt, kunt u de leerlingen gewoon in tweetallen of groepjes aan de opdrachten laten werken, volgens de didactiek van samenwerkend leren en rolwisselend lezen (zie zo nodig de Algemene handleiding). U kunt de antwoorden als volgt waarderen: Opdracht 1: geen punten Opdracht 2: vraag 1 t/m 6 en 8: 1 punt per antwoord. vraag 7: 1/2 punt per goed antwoord (totaal 2 punten). vraag 9: 1/4 punt per goed antwoord (totaal 1 punt), (totaal maximaal 10 punten) Opdracht 3: 5 punten voor een goed ingevuld sleutelschema Opdracht 4: maximaal 5 punten voor een goede samenvatting Totaal: maximaal 20 punten
pagina 1 van 8 pagina 1 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
• • • •
•
Deze week komen alle strategieën aan bod. Het sleutelschema dat in opdracht 3 ingevuld wordt, is een vraag- en antwoordschema. De leerlingen kunnen dit schema gebruiken voor hun samenvatting. Het CLIB-niveau van de leestekst is 77/8+. De extra les op Nieuwsbegrip XL gaat dieper in op de tekstsoort informatieve tekst. De leerlingen lezen zeven artikelen uit het Kinderrechtenverdrag. Ook kunnen de leerlingen zelf een informatieve tekst schrijven over de klassenregels die ze met elkaar gemaakt hebben. De woorden uit de basisteksten die deze week in Nieuwsbegrip XL (extra licentie) aan de orde komen zijn:
de klacht het recht de taak melden in de gaten houden het advies het verdrag
contact opnemen met opkomen voor het verdrag oprichten zich inzetten voor divers de klacht meedenken ergens meezitten nationaal
terecht kunnen bij de rechten schenden zich inzetten voor het verdrag het artikel naleven het advies trouwens de plicht
beëdigen in het geding zijn unaniem iets naleven een beroep doen op zich wenden tot continu doorslaggevend het optreden de overheid
Voor elke leerling een exemplaar van de tekst Eerste Kinderombudsman beëdigd (niveau C) met bijbehorende opdrachten voor niveau C, het stappenplan met woordhulp (te downloaden bij Basismateriaal op de website). Eventueel rolkaarten voor de leerlingen (zie ook Basismateriaal). Kopieer de woordenlijst achteraan deze handleiding zoveel keer als u nodig denkt te hebben voor uw leerlingen. Neem de Algemene handleiding een keer door (te downloaden bij Basismateriaal op de website). Voor scholen die de filmpjes gebruiken: voor iedere leerling een kopie van het stappenplan Luisteren en kijken (te downloaden op de website onder basismateriaal).
Voorspellen (Deze opdracht telt niet mee voor de toets.) 1. Laat de leerlingen de tekst en het stappenplan voor zich nemen. 2. Vraag de leerlingen om kort voor zichzelf stap 1 van het stappenplan (‘Voor het lezen’) uit te voeren en vraag vervolgens kort naar hun voorspellingen.
pagina 2 van 8 pagina 2 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
3. Lees en bespreek nu gezamenlijk de meerkeuzevraag bij opdracht 1. Wanneer uw leerlingen de neiging hebben een voorspelling heel globaal of wat nonchalant te formuleren, bijvoorbeeld vooral op basis van de titel en hun associaties daarbij, kunt u ingaan op de mogelijkheid om op basis van kopjes en inleiding tot een nauwkeuriger voorspelling te komen. Betrek hierbij zo mogelijk leerlingen die (meestal) wel nauwkeuriger voorspellingen doen. 4. Bespreek desgewenst eveneens de overige vragen bij opdracht 1 klassikaal of laat de leerlingen verder zelfstandig aan de slag gaan met de rest van de opdracht en opdracht 2.
Vragen beantwoorden bij de tekst 1. De leerlingen lezen de tekst zelfstandig. 2. De leerlingen beantwoorden vragen over de tekst die betrekking hebben op de strategieën ophelderen van onduidelijkheden, vragen stellen en beantwoorden en relaties en verwijswoorden. Geef zo nodig instructies voor het rolwisselend lezen/samenwerken.
Een sleutelschema maken De leerlingen vullen de informatie uit de tekst in het vraag- en antwoordschema in. Het invullen van het sleutelschema bereidt de leerlingen voor op het maken van de samenvatting van de tekst.
Samenvatten De leerlingen maken op grond van hun ingevulde sleutelschema een samenvatting. Let bij het beoordelen op het goed formuleren van zinnen. Let er ook op dat de belangrijkste informatie uit de tekst in de samenvatting staat.
1. Doe de opdracht klassikaal. Laat de leerlingen het Stappenplan Luisteren en kijken voor zich nemen (te downloaden bij Basismateriaal op de website). Laat de leerlingen het filmpje zien (log in op www.nieuwsbegrip.nl, ga naar recent materiaal en klik op de link). Volg de stappen van het stappenplan. 2. Stel de leerlingen naar aanleiding van het filmpje de volgende vragen: • Waar komt het woord ombudsman vandaan en wat betekent het? • Wat doet de Kinderombudsman allemaal? • Welk voorbeeld geeft Marc Dullaert van een probleem waarvoor hij in actie komt?
pagina 3 van 8 pagina 3 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
………………………………………………………………………………………………………………………………
beëdigen = iemand een eed of belofte af laten leggen dat hij zijn functie goed zal uitoefenen schenden = niet doen wat je volgens een regel moet doen de aanstelling = een bepaalde functie krijgen
………………………………………………………………………………………………………………………………
beëdigen = iemand een eed of belofte af laten leggen dat hij zijn functie goed zal uitoefenen schenden = niet doen wat je volgens een regel moet doen de aanstelling = een bepaalde functie krijgen
………………………………………………………………………………………………………………………………
beëdigen = iemand een eed of belofte af laten leggen dat hij zijn functie goed zal uitoefenen schenden = niet doen wat je volgens een regel moet doen de aanstelling = een bepaalde functie krijgen
………………………………………………………………………………………………………………………………
beëdigen = iemand een eed of belofte af laten leggen dat hij zijn functie goed zal uitoefenen schenden = niet doen wat je volgens een regel moet doen de aanstelling = een bepaalde functie krijgen
………………………………………………………………………………………………………………………………
beëdigen = iemand een eed of belofte af laten leggen dat hij zijn functie goed zal uitoefenen schenden = niet doen wat je volgens een regel moet doen de aanstelling = een bepaalde functie krijgen
pagina 4 van 8 pagina 4 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
C D B B C A
8. C 9.
1. 2. 3. 4.
legt uit hoe je voor je rechten moet opkomen en wat je daarvoor moet doen informeert kinderen en jongeren over hun rechten waakt over kinderrechten (kijkt of overheid en scholen het goed doen) adviseert overheid en organisaties
1. 2. 3. 4.
C B D A
Vraag
Antwoord
Wat is een ombudsman?
Behandelt klachten van burgers over het optreden van de overheid.
Hoe wordt iemand ombudsman?
Solliciteren op een advertentie.
Wat is het doel van werk van de Kinderombudsman?
Opkomen voor de rechten van kinderen en jongeren.
Wie is de eerste Kinderombudsman in Nederland geworden?
Marc Dullaert
Waarom is Marc Dullaert de eerste Kinderombudsman geworden?
Zijn werk voor KidsRight, Kindervredesprijs.
Welke organisatie heeft de Kinderombudsman beëdigd?
Tweede Kamer
pagina 5 van 8 pagina 5 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
Welke drie taken heeft de Kinderombudsman?
a. kinderen en jongeren informeren over hun rechten b. waken over kinderrechten c. overheid en organisaties adviseren over kinderrechten
Wat is de voorgeschiedenis van de Kinderombudsman? Hoe is de Kinderombudsman ontstaan?
Vanaf 1982 is er een Nationale Ombudsman voor volwassenen. In 1989 ondertekende Nederland het Kinderrechtenverdrag van de VN. De Nationale Ombudsman was alleen voor volwassenen.
Wie kunnen er gebruikmaken van de Kinderombudsman?
Kinderen en jongeren
Waarom is een Kinderombudsman in Nederland nodig?
Kinderrechten zijn in Nederland goed geregeld, maar zijn nooit klaar.
Voorbeeldsamenvatting: Eerste Kinderombudsman beëdigd Op 31 maart heeft de Tweede Kamer de eerste Kinderombudsman van Nederland beëdigd, de 47-jarige Marc Dullaert. Nederland is het 34e Europese land met een Kinderombudsman. In 1989 hebben de Verenigde Naties het Kinderrechtenverdrag opgesteld. Ook Nederland heeft dit ondertekend. De 54 artikelen uit het verdrag zijn in drie soorten rechten op te delen: • verzorging • bescherming • inspraak Sinds 1982 kent Nederland al een ombudsman voor volwassenen. Hij behandelt klachten van burgers over de overheid. Voor kinderen en jongeren was er zoiets nog niet. De Kinderombudsman komt op voor de rechten van kinderen om de positie van kinderen en jongeren te verbeteren. De vier belangrijkste taken van de Kinderombudsman zijn: • hij legt uit hoe je voor je rechten moet opkomen en wat je daarvoor moet doen
pagina 6 van 8 pagina 6 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
• hij informeert kinderen en jongeren over hun rechten • hij waakt over kinderrechten (kijkt of overheid en scholen het goed doen) • hij adviseert overheid en organisaties over kinderrechten De Tweede Kamer koos unaniem voor Marc Dullaert. Dit komt waarschijnlijk omdat hij de oprichter is van stichting KidsRights, die de Kindervredesprijs uitreikt.
Normering U kunt de punten koppelen aan een cijfer. Bereken het cijfer door het puntenaantal te delen door 20 en dan te vermenigvuldigen met 100 >> (behaalde punten/20) x 100 Het zo verkregen cijfer is geschikt voor de beoordeling van de doelgroep van Nieuwsbegrip C: leerjaar 1-2 havo/vwo en bovenbouwleerlingen in het vmbo (leerjaar 34 bbl/kbl en leerjaar 2/3 tl). Door de berekeningsformule iets aan te passen, kunt u de toets lichter of zwaarder maken en zo onderscheid maken tussen verschillende groepen leerlingen voor wie u de blokles als toets inzet. Voorbeelden: o Wilt u meer fouten toestaan voor een voldoende (= normverlichting, bijvoorbeeld bij leerlingen van groep 8 of in de onderbouw van vmbo-bb/kb)? >> vermenigvuldig het cijfer met 1,1 tot 1,25 of tel 2-4 punten op bij het door leerlingen behaalde puntenaantal. o Wilt u minder fouten toestaan voor een voldoende (Bijvoorbeeld bij tweedejaars (havo)vwo’ers of bij leerlingen in leerjaar 4 van vmbo-t)? >> vermenigvuldig het cijfer dan met 0,8 a 0,9 of trek 2-4 punten af van het behaalde puntenaantal.
pagina 7 van 8 pagina 7 van 8
week 14 – 4 april 2011 – handleiding Blokles C
Scoreformulier Blokles niveau C Score (aantal goed) per strategie/vraag
Naam leerling:
Opdr. 1
1
2
9
4
3
5
6
7
schema)
(sleutel-
Visualiseren
Opdr. 3
Verwijsw.
Relaties/
Samenvatt
Vragen
ond.
Ophelderen
Opdr. 2
Tot.1
Res.2
Opdr. 4
Samenvatt.
Niveau C
Voorspellen
Groep:
8
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30
1
Tot. = Totaal aantal punten voor de opdrachten
2
Res. = resultaat: voldoende of onvoldoende
pagina 8 van 8 pagina 8 van 8