Bedienings handleiding en installatie instructies
Zonnepaneellaadregelaar SL45 SL60
C opyrig h t © 2 0 1 0 Vet u s n .v. Sc h ie d a m H ol l a nd
Inhoud
1
Beschrijving . . . . . . . . . . . . . . 3
3
Bedieningspaneel voorzijde . . . 25
1.1
Versies en vermogens . . . . . . . . . 4
3.1
Led-statusindicatoren . . . . . . . . 25
1.2
Gebruiksfuncties . . . . . . . . . . . . 4
3.2
1.3
Instelmogelijkheden . . . . . . . . . . 5
Indicator voor acculaden en omleidingslaadregeling . . . . . . . 26
1.4
Algemene kenmerken . . . . . . . . . 6
3.3
Lastregelingindicatoren . . . . . . . 26
1.5
Beschikbare opties . . . . . . . . . . . 7
3.4
Indicator voor ladingsverdeling . . 27
3.5
Storingsindicator . . . . . . . . . . . 28 Lcd-display . . . . . . . . . . . . . . . 28
2
Installeren . . . . . . . . . . . . . . . . 8
3.6
2.1
Algemene informatie . . . . . . . . . 8
3.6.1 Lcd-displayvolgorde . . . . . . . . . . 29
2.2
Installatieoverzicht . . . . . . . . . . . 8
3.6.2 Foutmeldingen . . . . . . . . . . . . . 30
2.3
Aansluitingen van de regelaar . . . 9
2.4
De installatie in stappen . . . . . . . 12
2.4.1 Monteren . . . . . . . . . . . . . . . . . 13 2.4.2 DIP-schakelaarstanden voor acculaden . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 2.4.3 DIP-schakelaarstanden voor lastregeling . . . . . . . . . . . . . . . . 17 2.4.4 DIP-schakelaarstanden voor omleidingslaadregeling . . . . . . . . 19 2.4.5 Accutemperatuursensor (BTS) . . . . 19 2.4.6 Systeembedrading en inschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20 2.4.7 Het installeren afronden . . . . . . . . 22 2.5
Communicatie met de Vetus Combi-Gamma . . . . . . . . . . . . 23
2 090136.01
4
Zonnestroomaccu’s laden . . . . . 31
4.1
PWM-acculaden . . . . . . . . . . . . 31
4.1.1 De vier fasen van het acculaden . . . 31 4.1.2 Opmerkingen over acculaden . . . . 32 4.2
Standaardacculaadprogramma’s . 33
4.3
Temperatuureffecten . . . . . . . . . 34
4.3.1 Accutemperatuursensor (BTS) . . . . 34 4.4
Ladingverdeling . . . . . . . . . . . 35
4.4.1 Standaardladingverdeelprogramma’s . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 4.4.2 Verloop van het ladingverdeelproces . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 4.4.3 Wanneer is ladingverdeling nodig . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
4.5
Druppelladen . . . . . . . . . . . . . 37
5
Lastregeling . . . . . . . . . . . . . . 38
5.1
Lastregelaarinstellingen . . . . . . . 38
5.2
Inductieve lasten (motoren) . . . . 38
5.3
Algemene instructies lastregeling . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
8
Informatie over accu’s . . . . . . . 49
8.1
Dichte accu’s . . . . . . . . . . . . . . 49
8.2
Natte accu’s . . . . . . . . . . . . . . . 50
8.3
L-16 cellen . . . . . . . . . . . . . . . 51
8.4
NiCad- en NiFe-accu’s . . . . . . . . 52
5.3.1 Inverters . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 5.3.2 Parallel geschakelde Vetus Solar Chargers . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39 5.3.3 Verkeerd om aansluiten . . . . . . . . 39 6
Omleidingslaadregeling . . . . . 41
6.1
Omleidingslaadregeling . . . . . . . 41
6.2
Nominale omleidingsstroom . . . . 41
6.3
Standaardomleidingslaadprogramma’s . . . . . . . . . . . . . . . . 42
6.4
De omleidingslast dimensioneren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
6.4.1 Geschikte omleidingslasten . . . . . 43 6.4.2 Definitie van terminologie . . . . . . 43 6.4.3 Lastvermogen . . . . . . . . . . . . . . 44 6.4.4 Maximaal omleidingsvermogen . . . 44 6.4.5 Minimaal omleidingsvermogen . . . 45 7
Storingen verhelpen . . . . . . . . 47 Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 3
1
Beschrijving
Deze ‘Solar Charger SL’ van Vetus is een technisch geavanceerde laadregelaar voor zonnestroomsystemen. Elke ‘Vetus Solar Charger SL’ kan drie functies uitvoeren. Deze handleiding beschrijft de laadregelaar voor zonnestroomaccu’s, en waar nodig zijn aparte vermeldingen voor DC-omleidingslaadregeling en DC-lastregeling toegevoegd. Deze handleiding beschrijft de functies en mogelijkheden van de Vetus Solar Charger SL. De handleiding geldt voor alle ‘Vetus Solar Charger SL’-apparaten met softwareversie V1.05 of hoger. Enkele onderwerpen die aan bod zullen komen, zijn: • Het laadproces maakt gebruik van pulsbreedtemodulatie (PWM) en halfgeleiders om een viertrapsregeling te realiseren, met temperatuurcompensatie en handmatige of automatische ladingverdeling voor maximale systeemprestaties en verlenging van de levensduur van de accu. • De overbelasting- en kortsluitbeveiligingen die over automatische en handmatige herstelfuncties beschikken, zorgen voor extra betrouwbaarheid van onbewaakte systemen vanwege het ontbreken van zekeringen die kunnen doorbranden of afschakelen. • De optionele externe accutemperatuurcompensatie (BTS) voor automatische aanpassing van de laadinstellingen. • De oververhittingsbeveiliging voor de elektronische schakelingen bij gebruik in warme omgevingen (meer dan 80 °C) • Het lcd-display met duidelijke functie- en statusmeldingen. • De 8 DIP-schakelaars voor het instellen van de werking van de regelaar. Alle belangrijke functies worden met deze DIP-schakelaars ingesteld. • Het nominale vermogen bij systemen van 12, 24 en 48 volt, en een stroom van 45 of 60 ampère. • De acht standaardprogramma’s voor laad- en lastregeling, instelbaar via de DIP-schakelaars. • De continue zelftestfunctie met storingsmeldingen. • De functies van de led-indicatoren en de drukknoppen. • Compatibel met EMC- en LVD-richtlijnen voor de CE-markering.
4 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
1.1 Versies en vermogens Er zijn twee versies van de ‘Vetus Solar Charger SL’-laadregelaar: De SL60:
Geschikt voor maximaal 60 ampère continu. (laad- en lastregeling of lastomleiding) Geschikt voor systemen met 12, 24 en 48 V DC.
De SL45:
Geschikt voor maximaal 45 ampère continu. (laad- en lastregeling of lastomleiding) Geschikt voor systemen met 12, 24 en 48 V DC.
1.2 Gebruiksfuncties Elke ‘Vetus Solar Charger SL’ kan naar keuze drie verschillende functies uitvoeren. U kunt elke Vetus Solar Charger SL slechts één functie tegelijk laten uitvoeren. Als uw systeem zowel een laadregelaar als een lastregelaar nodig heeft, moet u twee Vetus Solar Charger SL’s gebruiken. Zonnestroomaccu’s laden De zonnepanelen wekken de energie op waarmee de accu van het systeem wordt opgeladen. De Vetus Solar Charger SL regelt op efficiënte wijze het laadproces en maximaliseert daarbij de levensduur van de accu. Het laadproces omvat een bulklaadfase, een PWM-absorptielaadfase, een druppellaadfase en een ladingverdeelfase (equalization). DC-lastregeling Wanneer u de Vetus Solar Charger SL instelt op DC-lastregeling (DC Load Control), kunt u een verbruiker voeden vanuit de accu terwijl de accu wordt beschermd tegen te diep ontladen met stroomgecompenseerde lastafschakeling bij een te lage spanning (LVD - Low Voltage Disconnect). DC-omleidingslaadregeling Bij de DC-omleidingsregeling (DC Diversion Charge Control) zal de Vetus Solar Charger SL het acculaden regelen door overtollige energie van de accu om te leiden naar een speciale verbruiker. De opgewekte energie is hierbij doorgaans afkomstig van wind of water.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 5
1.3 Instelmogelijkheden Met de acht DIP-schakelaars kunt u de volgende parameters instellen in het apparaat zelf: DIP-schakelaar
Zonnestroomaccu’s laden (omleidingslaadregelaar)
1 (UIT)
Acculaadregeling (omleidingslaadregeling)
2
3
Keuze accuspanning
UIT
UIT
48 V-systeem
AAN
UIT
24 V-systeem
UIT
AAN
12 V-systeem
4~6
Standaardacculaadprogramma’s
7 (UIT)
Handmatige ladingverdeling
(AAN)
Automatische ladingverdeling
8 (UIT)
DIP-schakelaars 4-6 bepalen het acculaadprogramma
(AAN)
VR1 en VR2 bepalen de gebruikersinstelling voor het acculaadprogramma
DIP-schakelaar
Lastregelaar
1 (AAN)
Lastregeling
2
3
Keuze accuspanning
UIT
UIT
48 V-systeem
AAN
UIT
24 V-systeem
UIT
AAN
12 V-systeem
DIP-schakelaar
Lastregelaar
4~6
Standaard in- en uitschakelwaarden bij te lage spanning
7 (UIT)
Handmatig inschakelen bij te lage spanning volgens DIP-schakelaar 4-6
(AAN)
Automatisch inschakelen bij te lage spanning volgens DIP-schakelaar 4-6
8 (UIT)
DIP-schakelaars 4-6 bepalen het in- en uitschakelen bij te lage spanning
(AAN)
VR1 en VR2 bepalen de gebruikersinstelling voor het in- en uitschakelen bij te lage spanning
6 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
1.4 Algemene kenmerken NB: Deze handleiding beschrijft de laadregelaar voor zonnestroomaccu’s. De speciale aanwijzingen die alleen gelden voor DC-lastregeling en DC-omleidingslaadregeling staan als aparte voetnoten vermeld. • Deze Solar Charger van Vetus is geschikt voor allerlei zonne-energiesystemen, zowel voor thuisgebruik als voor telecomtoepassingen en industriële voedingen. • Alle Vetus Solar Charger-regelaars zijn ontworpen met een negatieve aarde. Er zitten geen onderdelen in het negatieve circuit van de regelaar. U kunt de behuizing aarden met de aardaansluiting in de aansluitkast. • De Vetus Solar Charger beschikt over een elektronische beveiliging tegen storingen met een automatische herstelfunctie. Er zitten geen zekeringen of mechanische onderdelen in de Vetus Solar Charger SL die u zelf kunt vervangen of herstellen. • Zonnestroompieken tot 130% van het nominale vermogen worden gedempt zonder het zonnepaneel af te schakelen. En ook bij oververhitting wordt de zonnestroom eerst afgeknepen om afschakeling te voorkomen. • U kunt net zo veel Vetus Solar Chargers parallel schakelen als u wilt om de laadstroom te verhogen. De Vetus Solar Chargers mogen UITSLUITEND als acculaadregelaar parallel worden geschakeld. Schakel de Vetus Solar Chargers NOOIT parallel als lastregelaar, aangezien u hiermee zowel de regelaars als de aangesloten verbruikers kunt beschadigen. • Deze Vetus Solar Charger is bedoeld voor plaatsing binnenshuis. De regelaar is weliswaar robuust uitgevoerd door het gebruik van gecoate printplaten, roestvrijstalen en geanodiseerd aluminium onderdelen en een behuizing met een beschermende poedercoating, maar dat maakt hem nog niet bestand tegen corrosieve omgevingen of het binnendringen van water. • De Vetus Solar Charger werkt uitsluitend met halfgeleiders en bevat geen bewegende onderdelen. • De accu wordt geladen met PWM-techniek en een constante stroom, in achtereenvolgens een bulklaadfase, een PWM-absorptiefase, een druppellaadfase en ladingverdeelfase. • De Vetus Solar Charger kan langdurig het juiste tijdsverloop meten om bijvoorbeeld de automatische ladingverdeling te regelen of storingsmeldingen voor de accu te geven. • Ook dag en nacht worden door de Vetus Solar Charger gedetecteerd, en de vermogenscircuits bevatten geen sperdiodes. • De leds, de drukknoppen en het lcd-display geven statusinformatie en verzorgen de bedieningsfuncties. Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 7
1.5 Beschikbare opties U kunt op elk gewenst moment de standaardregelaar uitbreiden met drie opties. Accutemperatuursensor (BTS) Als de temperatuur van de systeemaccu meer dan 5 °C kan variëren over de verschillende jaargetijden, is het een overweging om het laadproces te laten compenseren voor de temperatuur van de accu. Omdat het verloop van de chemische reacties in de accu afhankelijk is van de temperatuur, kan het van belang zijn om het laadproces op dit effect aan te passen. De BTS meet de temperatuur van de accu, en de Vetus Solar Charger gebruikt deze informatie om het laadproces aan te passen. De temperatuurcompensatie voor het laden van de accu is als volgt: Temperatuurcompensatietabel voor de laadspanning Type accu
Systeemspanning 12 V DC
24 V DC
48 V DC
Loodaccu
–30 mV/ºC
–60 mV/ºC
–120 mV/ºC
NiCad
–20 mV/ºC
–40 mV/ºC
–80 mV/ºC
Gebruik de BTS uitsluitend voor het laden van de accu en de omleidingslaadregeling. Gebruik de BTS nooit voor lastregeling. De temperatuurafhankelijke laadparameters zijn: • PWM-regeling • Ladingverdeling • Druppelladen • Overspanningsbeveiliging RJ-45 communicatiekabel Met een RJ-45 communicatiekabel kunt u de Vetus Solar Chargers aansluiten op een Vetus Combi-Gamma Inverter/Charger. Door een Vetus Combi-Gamma en een Vetus Solar Charger op elkaar aan te sluiten, creëert u een krachtige voedingsregeling voor een autonoom PVsysteem. U munt maximaal 10 Vetus Solar Chargers parallel aansluiten op één Vetus CombiGamma. De optionele RJ-45 communicatiekabels zijn verkrijgbaar in de volgende lengten. • RJ-45-03 (3 meter lange communicatiekabel) • RJ-45-05 (5 meter lange communicatiekabel) • RJ-45-10 (10 meter lange communicatiekabel)
8 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
2
Installeren
Dit installatiehoofdstuk beschrijft de laadregelaar voor zonnestroomaccu’s. De speciale aanwijzingen die alleen gelden voor lastregeling en omleidingsregeling staan als aparte voetnoten vermeld.
2.1 Algemene informatie De exacte plaatsing is van groot belang voor de prestaties en de levensduur van de regelaar. Plaats hem in een droge omgeving en scherm hem voldoende af, zoals hieronder is aangegeven. U mag de regelaar in een geventileerde behuizing plaatsen bij gesloten accu’s, maar nooit in een afgesloten accubehuizing of in combinatie met open accu’s. Wanneer de zonnepanelen meer stroom leveren dan de regelaar aankan, kunt u een aantal Vetus Solar Chargers parallel schakelen. U kunt achteraf altijd extra regelaars parallel bijplaatsen. Lastregelaars mogen nooit parallel worden geschakeld. Als u tegelijk wilt acculaden én een last wilt regelen, moet u daar twee aparte regelaars voor gebruiken.
2.2 Installatieoverzicht Het installeren is een eenvoudig karwei, maar voer elke stap wel correct en zorgvuldig uit. Bij vergissingen kunt u zich blootstellen aan gevaarlijke spanningen en stromen. Voer nauwkeurig alle instructies uit die in hoofdstuk 2.3 staan, en neem alle voorzorgsmaatregelen en waarschuwingen in acht. De volgende schema’s geven een overzicht van de aansluitingen en de juiste aansluitvolgorde: Di p Schakelaars
VR2
VR1
BCD Schakelaar
IN UIT
Accu Plus +
PV+ / Last +
PV — / Last —
Accu Min —
Communicatiepoort
Aarde
BTS —
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
BTS +
090136.01 9
2.3 Aansluitingen van de regelaar Naam
Omschrijving
Accu +
Accukabel naar de pluspool
PV+ / last+
Positieve aansluiting van zonnepaneel of DC-verbruiker
PV- / last-
Negatieve aansluiting van zonnepaneel of DC-verbruiker
Accu -
Accukabel naar de minpool
Aarde
Aardeaansluiting
DIP-schakelaar 1
AAN of UIT om te kiezen tussen acculaden of lastregeling
DIP-schakelaars 2, 3
Instellen van de accuspanning op een 12 V-, 24 V- of 48 V-systeem
DIP-schakelaars 4, 5, 6
Acculaden: Laadprogramma Lastregeling: In- en uitschakelmethode
DIP-schakelaar 7
Acculaden: Automatische / handmatige ladingverdeling Lastregeling: Automatisch / handmatig opnieuw inschakelen
DIP-schakelaar 8
AAN De potmeters VR1, VR2 bepalen de instelling UIT: DIP-schakelaars 4-6 bepalen de instelling
VR1, VR2
Gebruikersinstelling voor het acculaden of het in- en uitschakelen bij te lage spanning
BCD-keuzeschakelaar 0 De Vetus Solar Charger werkt autonoom. *Als de BCD-keuzeschakelaar niet op 0 staat en de volgende foutmelding verschijnt: “Alarm: CPF01 Wait for Combi”, dan kan communiceert de Vetus Solar Charger niet met een Vetus CombiGamma. BCD 1 - A
1-10 Vetus Solar Chargers communiceren met een Vetus CombiGamma
BCD B - F
Werking als de 10e Vetus Solar Charger
Communicatie IN
Communicatiepoort voor Vetus Combi-Gamma
Communicatie UIT
Communicatiepoort naar de volgende Vetus Solar Charger
BTS+
Aansluiting voor de pluspool van de accutemperatuursensor
BTS-
Aansluiting voor de minpool van de accutemperatuursensor
10 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
BAT+
PV+/ LAST+
MASSA MASSA
DC Belasting of Zonnecellen
Massa
ACCU
BTS
Aansluitschema voor acculaden of DC-lastregeling Acculaden of DC-lastregeling: Stap 1:
Maak het deksel open
Stap 2:
Monteer de Vetus Solar Charger met behulp van de sjabloon.
Stap 3:
Zet de 8 DIP-schakelaars in de stand die correspondeert met de gewenste werking.
Stap 4:
Sluit de BTS-sensor aan als u wilt acculaden met temperatuurcompensatie (niet voor lastregeling).
Stap 5:
Sluit de stroomkabels van de accu aan op de Vetus Solar Charger. Sluit vervolgens de kabels van het zonnepaneel aan (of van de DC-verbruiker).
Stap 6:
Sluit het deksel.
Stap 4 is optioneel.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 11
PV+/ BAT+ LAST+
MASSA MASSA
Hydro Wind Solar
Massa BTS OMLEIDINGSBELASTING
ACCU
Aansluitschema voor DC-omleidingslaadregeling DC-omleidingslaadregeling: Stap 1:
Maak het deksel open
Stap 2:
Monteer de Vetus Solar Charger met behulp van de sjabloon.
Stap 3:
Zet de 8 DIP-schakelaars in de stand die correspondeert met de gewenste werking.
Stap 4:
Sluit de BTS-sensor aan als u wilt acculaden met temperatuurcompensatie
Stap 5:
Sluit de stroomkabels van de accu aan op de Vetus Solar Charger. Sluit vervolgens de kabels van de omleidingslast aan.
Stap 6:
Sluit het deksel.
Stap 4 is optioneel.
12 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
2.4 De installatie in stappen Sluit de Vetus Solar Charger correct aan en neem alle ter plaatse geldende installatievoorschriften en regelgeving in acht. Het is ook voor de optimale werking van uw zonnestroomsysteem van groot belang dat u de Vetus Solar Charger op een veilig, correct en volledig installeert. Zorg dat u aan de volgende veiligheidsvoorschriften voldoet voordat u begint met installeren: • Gebruik nooit hogere accuspanningen dan 48 V (nominaal). Gebruik geen accu’s van minder dan 12 V. • Sluit nooit een zonnepaneel aan dat meer dan 48 V levert tijdens het acculaden. De open spanning (Voc; open-circuit voltage) mag nooit hoger worden dan 140 V. • Laad uitsluitend 12, 24 of 48 volt loodaccu’s op met de standaardacculaadprogramma’s of NiCad-accu’s met de DIP-schakelaars 4-6 in de AAN-stand op de Vetus Solar Charger. • Controleer of de nominale laadspanning overeenkomt met de nominale accuspanning. • Plaats de Vetus Solar Charger nooit in één afgesloten ruimte met één of meer accu’s. • Maak nooit het deksel van de Vetus Solar Charger open zonder eerst de stroomonderbrekers van de zonnepaneelkabels en accukabels te openen. • Sluit nooit een zonnepaneel aan op de Vetus Solar Charger als er geen accu is aangesloten. Dit kan gevaarlijke situaties opleveren met hoge open spanningen over de aansluitingen.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 13
2.4.1 Monteren Eenheden: mm
9.5
5
14 30.5
185
131
265
10
94 127
Montageafmetingen • Plaats de Vetus Solar Charger uit het directe zonlicht tegen een wand, en houd voldoende afstand tot warmtebronnen en water. Monteer hem nooit in een afgesloten ruimte waar zich accudampen kunnen verzamelen. • Zorg bij het monteren van de Vetus Solar Charger voor voldoende ventilatie rondom de regelaar en de koelribben. De ruimte boven en onder de koelribben moet volledig vrij zijn, en houd rondom deze koelribben minimaal 75 mm ruimte vrij zodat de lucht er ongehinderd langs kan stromen. • Plaats voordat u begint met installeren de Vetus Solar Charger tegen de wand waar u hem wilt ophangen en kijk waar de kabels bij de regelaar naar binnen gaan.
14 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
2.4.2 DIP-schakelaarstanden voor acculaden De 8 DIP-schakelaars zitten rechts van de aardeaansluiting. Elke schakelaar heeft een nummer. U kunt de volgende acculaadfuncties instellen met de DIP-schakelaars: AAN
ON UIT
DIP
1 2 3 4 5 6 7 8
Werking regelaar (1) Acculaden (omleidingslaadregeling) Systeemspanning (2,3) Acculaadprogramma (4,5,6) Handmatige/automatische ladingverdeling (7) Eigen laadprogramma van gebruiker (8)
Functies DIP-schakelaars Zoals in de afbeelding is te zien, staan alle schakelaars in de “UIT”-stand behalve de schakelaars 3 en 7 die op “AAN” staan. NB: Schakel de DIP-schakelaars uitsluitend om wanneer er geen spanning op de regelaar staat. Schakel alle stroomonderbrekers uit en maak de regelaar spanningsvrij voordat u een DIPschakelaar omschakelt. U krijgt een foutmelding wanneer u een DIP-schakelaar omzet terwijl de regelaar is ingeschakeld. WAARSCHUWING 1: Elke Vetus Solar Charger wordt geleverd met alle schakelaars op “UIT”. Controleer tijdens het installeren de standen van alle schakelaars. Een verkeerde instelling kan de accu of andere onderdelen van het systeem beschadigen. WAARSCHUWING 2: Neem bij het instellen van de gewenste laad- en regelfuncties voor uw Vetus Solar Charger de onderstaande aanwijzingen voor het instellen van de DIP-schakelaars in acht. Zet voor het omschakelen altijd eerst de BCD-keuzeschakelaar op 0 om de Vetus Solar Charger in te stellen. Schuif de schakelaar volledig omhoog naar de bovenkant van de regelaar om hem van de UIT-stand naar de AAN-stand te verplaatsen. Controleer of elke schakelaar goed op AAN of UIT staat.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 15
DIP-schakelaar nr.1 - Werking regelaar: Zonnestroomaccu laden Schakelaar 1
Werking regelaar
AAN
Lastregeling
UIT
Zonnestroomaccu laden (omleidingslaadregeling)
Laat voor acculaden de DIP-schakelaar in de UIT-stand staan. DIP-schakelaars nr. 2, 3 - Systeemspanning Schakelaar 2
Schakelaar 3
Systeemspanning
UIT
UIT
48 V-systeem
AAN
UIT
24V-systeem
UIT
AAN
12V-systeem
DIP-schakelaars 4, 5, 6 - Acculaadprogramma Verdeeltijd (uren)
Verdeelinterval (dagen)
geen
-
-
13,4 V
14,2 V
1
28
14,3 V
13,4 V
14,4 V
2
28
14,4 V
13,4 V
15,1 V
3
28
UIT
14,6 V
13,4 V
15,3 V
3
28
UIT
AAN
14,8 V
13,4 V
15,3 V
3
28
AAN
UIT
15,0 V
13,4 V
15,3 V
3
14
AAN
16,0 V
14,5 V
-
-
-
BulkDruppel- Verdeelspanning spanning spanning
DIP-nr. 4
DIP-nr. 5
DIP-nr. 6
UIT
UIT
UIT
14,0 V
13,4 V
UIT
UIT
AAN
14,1 V
UIT
AAN
UIT
UIT
AAN
AAN
AAN
UIT
AAN AAN AAN
AAN
Kies één van deze 7 standaardacculaadprogramma’s, of stel NiCad in als acculaadproces. • De bovenstaande spanningsinstellingen gelden voor 12 V-systemen. De genoemde spanningen zijn het dubbele in systemen met 24 V en het vierdubbele in systemen met 48 V. • Zie hoofdstuk 8.0 in deze handleiding voor meer informatie over het acculaadproces. • De hierboven genoemde 7 standaardacculaadprogramma’s worden meer uitgebreid geschreven in hoofdstuk 4.2.
16 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
DIP-schakelaar nr.7 - Ladingverdeling accu Schakelaar 7
Ladingverdeling accu
AAN
Automatische ladingverdeling
UIT
Handmatige ladingverdeling
• Bij automatische ladingverdeling (schakelaar nr.7 AAN) start de Vetus Solar Charger regelmatig zelf het proces voor ladingverdeling (equalization). Bij zo’n automatische start wordt de geselecteerde verdeelspanning gedurende het ingestelde interval (uren en dagen) ingeschakeld. De status-led geeft aan wanneer het verdeelproces actief is (ladingverdeling is niet van toepassing op NiCad-accu’s en daarom uitgeschakeld). Het verdeelproces zal doorgaan tot de spanning gedurende een cumulatieve periode van het hierboven aangegeven aantal uren hoger is geweest dan de bulkspanning. Dit kan enkele dagen duren bij grote systemen met veel accu’s en kleine zonnepanelen. De timer begint te tellen wanneer de accuspanning hoger is dan de ingestelde bulkspanning - de spanning hoeft de ingestelde verdeelspanning niet te bereiken. Druk op de reset-drukknop om het ladingverdeelproces handmatig te onderbreken. De status-led geeft dan aan dat het proces is gestopt. Als het ladingverdeelproces korter dan een uur heeft geduurd, zal de regelaar vervolgens een bulklaadcyclus uitvoeren en de accu daarna één uur lang op de ingestelde bulkspanning houden (de absorptiespanning) voordat wordt overgeschakeld naar de druppellaadspanning. Bij het uitvoeren van een handmatige ladingverdeling wordt de periodeteller voor volgende automatische ladingverdeling opnieuw gestart. Bij handmatige ladingverdeling (schakelaar nr. 7 UIT) kan het verdeelproces uitsluitend met een druk op de knop worden gestart. De status-led geeft aan wanneer het ladingverdeelproces is ingeschakeld. Het verdeelproces zal doorgaan tot de accuspanning gedurende een cumulatieve periode gelijk of hoger is geweest aan/dan de ingestelde verdeelspanning. Tijdens het ladingverdeelproces wordt de accuspanning op de ingestelde verdeelspanning gelimiteerd. Wanneer de accuspanning gedurende de ingestelde cumulatieve periode gelijk of hoger is geweest aan/dan de ingestelde verdeelspanning, zal de Vetus Solar Charger overschakelen naar druppelladen. Druk op de reset-drukknop om het ladingverdeelproces te onderbreken. De status-led geeft dan aan dat het proces is gestopt. Als het ladingverdeelproces korter dan een uur heeft geduurd, zal de regelaar vervolgens een bulklaadcyclus uitvoeren en de accu daarna één uur lang op de ingestelde bulkspanning houden (de absorptiespanning) voordat wordt overgeschakeld naar de druppellaadspanning. DIP-schakelaar nr.8 - Zelf ingesteld laadprogramma Schakelaar 8
Laadregelaarprogramma
AAN
Zelf gedefinieerd (via VR1, VR2)
UIT
Bepaald door DIP-schakelaars 4-6
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 17
Het instelbereik voor de accuspanning van de VR2 BULKspanning-potmeter is 13,0 V - 15,0 V Het instelbereik voor de accuspanning van de VR1 DRUPPELspanning-potmeter is 12,5 V 14,5 V • De bovenstaande spanningsinstellingen gelden voor 12 V-systemen. De genoemde spanningen zijn het dubbele in systemen met 24 V en het vierdubbele in systemen met 48 V. Het lcd-display toont de spanningsinstellingen voor VR2 en VR1 en de gebruiker kan deze waarden direct zelf wijzigen. 2.4.3 DIP-schakelaarstanden voor lastregeling U kunt de volgende lastregelfuncties instellen met de DIP-schakelaars: AAN
ON
UIT
DIP
1 2 3 4 5 6 7 8
Werking regelaar (1) DC lastcontrole Systeemspanning (2,3) LVD / LVR (4,5,6) Handmatige/automatische LVR (7) Door gebruiker gedefinieerd LVD / LVR (8)
LVD: (Onderspanning waarbij wordt uitgeschakeld) LVR: (Onderspanning waarbij weer wordt ingeschakeld)
DIP-schakelaarfuncties bij lastregeling • Zoals in de afbeelding is te zien, staan alle schakelaars in de “UIT”-stand behalve schakelaar 1 die op “AAN” staat. NB: Schakel de DIP-schakelaars uitsluitend om wanneer er geen spanning op de regelaar staat. Schakel alle stroomonderbrekers uit en maak de regelaar spanningsvrij voordat u een DIPschakelaar omschakelt. U krijgt een foutmelding wanneer u een DIP-schakelaar omzet terwijl de regelaar is ingeschakeld. WAARSCHUWING 1: Elke Vetus Solar Charger wordt geleverd met alle schakelaars op “UIT”. Tijdens het installeren moet u alle schakelaarstanden controleren. Een verkeerde instelling kan de verbruiker of andere onderdelen van het systeem beschadigen. WAARSCHUWING 2: Neem bij het instellen van de gewenste lastfuncties voor uw Vetus Solar Charger de onderstaande aanwijzingen voor het instellen van de DIP-schakelaars in acht. Zet voor het omschakelen altijd eerst de BCD-keuzeschakelaar op 0 om de Vetus Solar Charger in te stellen. Schuif de schakelaar volledig omhoog naar de bovenkant van de regelaar om hem van de UIT-stand naar de AAN-stand te verplaatsen. Controleer of elke schakelaar goed op AAN of UIT staat.
18 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
DIP-schakelaar nr.1 - Werking regelaar: Lastregelaar Schakelaar 1
Werking regelaar
AAN
Lastregeling
UIT
Zonnestroomaccu laden
Zet voor lastregeling de DIP-schakelaar in de AAN-stand. DIP-schakelaars nr.2, 3 - Systeemspanning Schakelaar 2
Schakelaar 3
Systeemspanning
UIT
UIT
48 V-systeem
AAN
UIT
24 V-systeem
UIT
AAN
12 V-systeem
DIP-schakelaars 4, 5, 6 - Lastregelaarprogramma LVR
LVD
DIP-nr. 4
DIP-nr. 5
DIP-nr. 6
12V
24V
48V
12V
24V
48V
UIT
UIT
UIT
12,6 V
25,2 V
50,4 V
11,1 V
22,2 V
44,4 V
UIT
UIT
AAN
12,8 V
25,6 V
51,2 V
11,3 V
22,6 V
45,2 V
UIT
AAN
UIT
13,0 V
26,0 V
52,0 V
11,5 V
23,0 V
46,0 V
UIT
AAN
AAN
13,2 V
26,4 V
52,8 V
11,7 V
23,4 V
46,8 V
AAN
UIT
UIT
13,4 V
26,8 V
53,6 V
11,9 V
23,8 V
47,6 V
AAN
UIT
AAN
13,6 V
27,2 V
54,4 V
12,1 V
24,2 V
48,4 V
AAN
AAN
UIT
13,8 V
27,6 V
55,8 V
12,3 V
24,6 V
49,2 V
AAN
AAN
AAN
12,0 V
24,0 V
48,0 V
10,5 V
21,0 V
42,0 V
Kies 1 van de 8 standaardlastregelaarprogramma’s. DIP-schakelaar nr.7 - Automatisch inschakelen na opheffen te lage spanning Schakelaar 7
Keuze
AAN
Automatisch opnieuw inschakelen wanneer de spanning weer is gestegen tot het LVR-niveau (low voltage reconnect) dat met DIP-schakelaars 4-6 is ingesteld
UIT
Handmatig opnieuw inschakelen na het uitschakelen bij een te lage spanning (low voltage disconnect - LVD)
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 19
Het handmatig opnieuw inschakelen van verbruikers is ook mogelijk als de spanning de LVRwaarde nog niet heeft bereikt. Druk op de reset-knop op de voorkant van het apparaat om de verbruikers weer handmatig in te schakelen. Als de spanning lager is dan de LVR-waarde, kan de DC-verbruiker na circa 6 minuten weer worden ingeschakeld. U kunt net zo vaak opnieuw inschakelen als u wilt, maar de “inschakelduur” is afhankelijk van de accuspanning. (Deze bedraagt nog maar zo’n 5 seconden wanneer de accuspanning lager is dan 10 V). Als DIP-schakelaar 7 op AAN staat, kunt u de regelaar de DC-verbruiker weer automatisch opnieuw laten inschakelen wanneer de spanning tot boven de LVR-waarde is gestegen. DIP-schakelaar nr.8 - Zelf ingestelde LVR- en LVD-waarden Schakelaar 8
Lastregelaarprogramma
AAN
Zelf gedefinieerd (via VR1, VR2)
UIT
Bepaald door DIP-schakelaars 4-6 12,0 V - 14,0 V (12 V-systeem)
LVR-bereik via VR2:
24,0 V - 28,0 V (24 V-systeem) 48,0 V - 56,0 V (48 V-systeem) 10,5 V - 12,5 V (12 V-systeem)
LVD-bereik via VR1:
21,0 V - 25,0 V (24 V-systeem) 42,0 V - 50,0 V (48 V-systeem)
Het led-display toont de spanningsinstellingen voor LVR (VR2) en LVD (VR1) en de gebruiker kan deze waarden direct zelf wijzigen 2.4.4 DIP-schakelaarstanden voor omleidingslaadregeling De DIP-schakelaarstanden voor omleidingslaadregeling zijn exact dezelfde als de DIP-schakelaarstanden voor acculaden, zie hoofdstuk 2.4.2. 2.4.5 Accutemperatuursensor (BTS) Bij acculaden en omleidingslaadregeling raden we u aan om een accutemperatuursensor (BTS) te gebruiken voor temperatuurcompensatie van het laadproces. Installeer geen accutemperatuursensor voor de DC-lastregeling. De BTS wordt geleverd met 10 meter kabel met een doorsnede van 0,34 mm2 (22 AWG). Deze sensor heeft een plus- en een minpool, dus let goed op de +/- polariteit bij het aansluiten. Verkeerd om aansluiten kan de BTS beschadigen.
20 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
2.4.6 Systeembedrading en eerste ingebruikname Draaddoorsnede: De vijf grote vermogensaansluitingen zijn ontworpen voor kabels van 35 - 2,5 mm2 (2-14 AWG). De aansluitingen zijn geschikt voor geleiders van koper en aluminium. Een goed ontworpen systeem maakt voor de zonnepanelen en de accu’s doorgaans gebruik van dikke aansluitkabels die een spanningsval van minder dan 3% veroorzaken. De onderstaande tabel geeft de maximale kabellengte (nettoaansluitafstand / 2-draads kabel) voor het aansluiten van een accu, zonnepaneel of last op de Vetus Solar Charger met een maximale spanningsval van 3%. Doorsnede
60 A
45 A
95 mm2
12,86 m
17,15 m
70 mm2
10,19 m
13,58 m
50 mm2
8,10 m
10,80 m
35 mm2
5,12 m
6,83 m
25 mm2
3,21 m
4,27 m
16 mm2
2,02 m
2,69 m
10 mm2
1,27 m
1,70 m
6 mm2
1,06 m
Maximale nettoaansluitlengte (12 volt) Opmerking: • De genoemde kabellengtes gelden voor de lengte van het aderpaar tussen de regelaar en het zonnepaneel, de verbruiker of de accu (nettoaansluitafstand). • De genoemde lengtes zijn in meters (m). • Voor 24-voltsystemen kunt u de nettolengtes in de tabel met 2 vermenigvuldigen. • Voor 48-voltsystemen kunt u de nettolengtes in de tabel met 4 vermenigvuldigen. Aardeaansluiting: Sluit een koperdraad aan op de aardaansluiting in aansluitkast en verbind deze met een grondpen of met een ander aardpunt. De aardaansluiting is herkenbaar aan het onderstaande aardesymbool dat in de behuizing is geslagen:
Aardesymbool
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 21
Deze koperen aarddraad moet een minimale doorsnede hebben van: • Vetus Solar Charger-45A (SL45): 6 mm2 •
(10 AWG)
Vetus Solar Charger-60A (SL60): 10 mm2
(8 AWG)
De stroomdraden aansluiten: Controleer eerst of DIP-schakelaar nr.1 correct is ingesteld voor de gewenste werking van de regelaar. Di p Schakelaars
VR2
VR1
BCD Schakelaar
IN UIT
Accu Plus +
PV+ / Last +
PV — / Last —
Accu Min —
Communicatiepoort
Aarde
BTS —
BTS +
WAARSCHUWING: Zonnepanelen kunnen open spanningen genereren van meer dan 100 Vdc wanneer er zonlicht op valt. Controleer eerst of de stroomonderbreker (hoofdschakelaar) van het zonnepaneel is geopend (verbinding verbroken) voordat u de stroomdraden aansluit (bij gebruik van de regelaar voor acculaden). Raadpleeg de schema’s op de voorgaande pagina’s en sluit de vier stroomdraden in de onderstaande volgorde aan: 1.
Controleer of de in- en uitgaande stroomonderbrekers (hoofdschakelaars) beide zijn uitgeschakeld voordat u de stroomdraden op de regelaar aansluit. In de Vetus Solar Charger zelf zitten geen stroomonderbrekers.
2.
Trek de kabels door tot in de aansluitkast. U mag de kabel van de accutemperatuursensor (BTS) langs de stroomdraden leggen.
3.
Sluit de draad van de pluspool van de accu (+, positief ) aan op accu+ (BAT+).
22 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
4.
Sluit de draad van de minpool van de accu (-, negatief ) aan op accu (GND).
5.
Sluit de draad van de pluspool van het zonnepaneel (+, positief ) aan op zonnepaneel+ (PV+). (of last+ / omleiding+)
6.
Sluit de draad van de minpool van het zonnepaneel (-, negatief ) aan op zonnepaneel(GND). (of last- / omleiding-)
De toegekende CE-markering schrijft voor, dat de stroomdraden van de accu en de BTS-kabel niet toegankelijk zijn zonder het gebruik van gereedschap, en dat ze in de accubehuizing moeten worden afgeschermd. Buig de stroomdraden nooit omhoog in de richting van het deksel. Deze stevige draden kunnen het display beschadigen bij het sluiten van het deksel. Zet alle vijf de stroomdraden vast met een aanhaalmoment van 6 Nm. Eerste ingebruikname • Controleer of de plus- en minpolen van de accu en het zonnepaneel (of de last/verbruiker) correct zijn aangesloten. • Schakel als eerste de stroomonderbreker van de accu weer in. Kijk of de leds en het lcddisplay aangeven dat de regelaar met succes is opgestart. • Let op: De Vetus Solar Charger moet altijd op een accu worden aangesloten om de regelaar te kunnen starten en bedienen. De regelaar zal niet werken als u alleen een zonnepaneel aansluit. • Schakel de stroomonderbreker van het zonnepaneel (of de last) in. 2.4.7 Het installeren afronden Controleer of er geen gereedschappen of losse draden in de behuizing zijn achtergebleven. Controleer of de stroomdraden diep genoeg in de aansluitkast zijn geplaatst zodat ze niet tegen het deksel of tegen het lcd-display drukken. NB: Als de stroomdraden omhoog zijn gebogen en bij het sluiten van het deksel tegen het lcd-scherm aan kunnen komen, kan dit het display beschadigen. • Sluit het deksel van de regelaar en draai de sluitschroef van het deksel vast. • Controleer na het installeren gedurende 2 tot 4 weken regelmatig of het systeem correct werkt en of de accu correct wordt opgeladen.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 23
2.5 Communicatie met de Vetus Combi-Gamma De Vetus Solar Chargers zijn niet alleen geschikt voor autonome werking met de BCD-schakelaar op 0, maar kunnen ook met maximaal 10 exemplaren op een Vetus Combi-Gamma worden aangesloten wanneer u de BCD-schakelaar in één van de standen 1 - A zet. Hieronder zijn twee voorbeelden afgebeeld waarbij er 1 Vetus Solar Charger en 2-10 Solar Chargers op de Vetus Combi-Gamma worden aangesloten. Aansluiten van een (1) Vetus Solar Charger op een Vetus Combi-Gamma
COMBI - GAMMA PORT C (EXT) PORT A (IN)
PORT B (OUT)
AC INPUT BREAKER REMOTE
1 V-SENS BTS CHARGE + - + - + -
RY1 A B C
RY2 A B C
RY3 A B C
VETUS SOLAR CHARGER SL ZONNEPANEEL
BAT+ PV+A GND
GND
IN
OUT
RJ-45 Kabel
ACCU
24 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
Aansluiten van meerdere (2 - 10) Vetus Solar Chargers op een Vetus Combi-Gamma COMBI - GAMMA PORT C (EXT) PORT A (IN)
AC INPUT BREAKER
PORT B (OUT)
REMOTE
1 V-SENS BTS CHARGE + - + - + -
RY1 A B C
RY2 A B C
RY3 A B C
VETUS SOLAR CHARGER SL ZONNEPANEEL
BAT+ PV+A GND
GND
IN
OUT
RJ-45 Kabel
2
ACCU
VETUS SOLAR CHARGER SL ZONNEPANEEL
BAT+ PV+A GND
GND
IN
OUT
RJ-45 Kabel
3
VETUS SOLAR CHARGER SL ZONNEPANEEL
BAT+ PV+A GND
GND
RJ-45 Kabel IN
OUT
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 25
3
Bedieningspaneel voorzijde
Er zitten 4 leds, 1 lcd-display met 16 x 2 karakters en 2 drukknoppen op de voorkant van de Vetus Solar Charger. Deze hebben de volgende functies:
Vetus Zonnepaneellaadregelaar 60 A
Vetus Zonnepaneellaadregelaar 60 A Afleespaneel
3.1 Led-statusindicatoren De vier leds geven de bedrijfstoestand van de regelaar weer. Wanneer de regelaar bezig is met acculaden (of omleidingslaadregeling), knippert de (groene) ‘Charge mode’-led. Wanneer de lastregeling is ingeschakeld, knippert de (rode) ‘Load control mode’-led. En wanneer het ladingverdeelproces bezig is, knippert de (oranje) ‘Equalization’-led. Als de rode led continu oplicht of knippert, is er sprake van een storing.
26 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
3.2 Indicator voor acculaden en omleidingslaadregeling De groene “Charge mode”-led licht continu op: De accu is bezig met DRUPPELLADEN. Deze status-led blijft continu AAN tenzij de accuspanning gedurende een accumulatieve periode van een uur lager is dan de ingestelde druppellaadspanning. Hiermee kunt u als gebruiker controleren of het systeem aan het einde van de dag de druppellaadfase heeft bereikt. Het is goed wanneer het systeem regelmatig de druppellaadfase bereikt, voor een maximale levensduur en optimale werking van de accu. De groene “Charge mode”-led knippert: De regelaar is bezig met ACCULADEN of OMLEIDINGSLAADREGELING en de accu is nog niet volledig opgeladen. Wanneer de accuspanning de BULK-instelling bereikt, zal de groene status-led enkele keren knipperen (max. vijf keer) en daarna even pauzeren, wat aangeeft dat de accuspanning de BULK-instelling nadert en een indicatie is voor de toestand van de accu. Zie tabel 1 voor het bepalen van de accuspanning. NB: Eén enkele groene flits geeft aan dat de accu de bulkspanning nog niet heeft bereikt. Dit geeft NIET aan dat de accu’s worden geladen. Accuspanning (indicatie door status-led) Status-led
Groene led (acculaden/omleiding)
Continu AAN
Accu heeft DRUPPEL-spanning bereikt
5 flitsen
Accu heeft BULK-spanning bereikt Bulk-instelling minus (-)
4 flitsen
0,25 VDC
0,50 VDC
1,00 VDC
3 flitsen
0,50 VDC
1,00 VDC
2,00 VDC
2 flitsen
0,75 VDC
1,50 VDC
3,00 VDC
1 flits
> 0,75 VDC onder bulkspanning
> 1,50 VDC onder bulkspanning
> 3,00 VDC onder bulkspanning
DC-spanning
12 volt
24 volt
48 volt
3.3 Lastregelingindicatoren De rode “Load control mode”-led licht continu op: De lastregeling van de regelaar is ingeschakeld en de accuspanning heeft de ingestelde uitschakelspanning (LVD) bereikt. Na 6 minuten vertraging zullen de aangesloten DC-verbruikers worden afgeschakeld tenzij de gebruiker de belasting binnen deze periode zodanig reduceert dat de accuspanning weer tot boven de LVD-instelling stijgt.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 27
De rode “Load control mode”-led knippert: Bij het naderen van de LVD-spanning, zal de rode led enkele keren knipperen (max. vijf keer) en daarna even pauzeren, wat een indicatie is voor de accuspanning. Zie tabel 2 voor het bepalen van de accuspanning. Accuspanning (indicatie door status-led) Status-led
Rode led (lastregeling)
Continu AAN
Accu heeft de LVD-instelling bereikt (gedurende 6 minuten=LVD)
5 flitsen
>0,15 VDC hoger dan LVD
>0.3hoger dan LVD
>0,45 VDC hoger dan LVD
LVD-instelling plus (+) 4 flitsen
0,15 VDC
0,30 VDC
0,45 VDC
3 flitsen
0,30 VDC
0,60 VDC
0,90 VDC
2 flitsen
0,45 VDC
0,90 VDC
1,35 VDC
1 flits DC-spanning
> 0,45 VDC hoger dan > 0,90 VDC hoger dan > 1,35 VDC hoger dan LVD LVD LVD 12 volt
24 volt
48 volt
Tabel 2 Led-indicatie van accuspanning (lastregeling) De rode “Load control mode”-led knippert langzaam: De DC-lastregeling van de regelaar heeft de verbruikers afgeschakeld omdat de ingestelde uitschakelspanning (LVD) is bereikt. De gebruiker kan op de resetknop drukken voor maximaal 6 minuten “uitstel” wanneer DIP-schakelaar op UIT staat, of kan wachten tot de spanning weer is gestegen tot het ingestelde inschakelniveau (LVR) en tot de automatische reset wanneer de DIP-schakelaar 7 op AAN staat.
3.4 Indicator voor ladingsverdeling De oranje “Equalization”-led knippert: De regelaar is bezig met ladingverdeling. Dit proces stopt automatisch wanneer de ingestelde ladingverdeelperiode is verstreken gedurende welke de verdeelspanning hoger is geweest dan de BULKinstelling. De gebruiker kan het ladingverdeelproces te allen tijde onderbreken door op de resetknop te drukken tot de status-led dooft.
28 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
3.5 Storingsindicator Licht continu rood op: De regelaar heeft een overbelasting of oververhitting gedetecteerd en de verbruikers zijn afgeschakeld. De regelaar zal automatisch proberen om de verbruikers na 10 seconden weer in te schakelen. Als het de regelaar niet lukt om opnieuw te starten, schakel dan alle verbruikers uit en druk op de resetknop. Wanneer de regelaar nu wél start, is de aangesloten belasting wellicht te hoog. Het kan vijf seconden duren voordat de regelaar een nieuwe startpoging onderneemt na het indrukken van de resetknop. De datacommunicatie tussen de CPU en het display kan door de regelaar als een storing worden opgevat waarna de foutmelding CPF00 volgt. Als u de regelaar heeft aangesloten op een Vetus Combi-Gamma, zet de BCD-keuzeschakelaar voor de communicatie dan niet op 0. Knippert rood: Tijdens DC-lastregeling zijn de verbruikers uitgeschakeld omdat de accuspanning te ver is gedaald. Zie hoofdstuk 3.6.2 voor meer details over foutmeldingen.
3.6 Lcd-display Alle statusmeldingen worden uitsluitend gegeven via het tweeregelig lcd-display met 32 karakters en de vier led-indicatoren. Het lcd-display geeft de volgende informatie: • Stroomsterkte van zonnepaneel of naar DC-verbruiker: 0-80 ampère DC • Accuspanning: 4 tot 80 volt DC • Vermogen: 0 tot 3600 watt (volt x ampère) • Ampère-uur: 0 tot 655536 Ah; kan weer op 0 worden gezet • Totaal ampère-uur: 0-65536 Ah; wordt weer 0 bij afkoppelen van de voeding • Regelaarfunctie en acculaadstatus • Ingestelde BULK- en DRUPPEL-spanningen • Weergave van ladingverdeelspanning, -periode en -interval • Weergave van de koellichaam- en de BTS-temperatuur • Foutmeldingen
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 29
3.6.1 Lcd-displayvolgorde De onderstaande afbeelding geeft duidelijk de volgorde aan waarin de gegevens worden getoond, zowel voor acculaden als bij lastregeling.
Acculaden en Omleidingslaadregeling Displayvolgorde
Amp Watts BatV 0.0 12.0 0.0
Amp Watts BatV 0.0 0.0 12.0
DRUK OP: Display Select
DRUK OP: Display Select
Amp-Hours 0 Ah
Amp-Hours 0 Ah
DRUK OP: Display Select
DRUK OP: Display Select
Total Amp-Hours 0 Ah
Total Amp-Hours 0 Ah
DRUK OP: Display Select
DRUK OP: Display Select
Mode : Charger State : BULK DRUK OP: Display Select
Lastregeling Displayvolgorde
DRUK OP: Display Select
Bulk 14.0V
Float 13.4V
Mode : Load State : connect DRUK OP: Display Select
DRUK OP: Display Select
LVR 12.6V
LVD 11.1V
DRUK OP: Display Select
EQU EQU-TCYCLE 14.2V 1hrs 28day
DRUK OP: Display Select
DRUK OP: Display Select
Heatsink 25º C
30 090136.01
BTS 25º C
Heatsink 25º C
BTS 25º C
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
3.6.2 Foutmeldingen Het lcd-display geeft de volgende foutmeldingen weer als er storing is in de regelaar. Raadpleeg de onderstaande tabel met omschrijvingen en oorzaken om de storingen te verhelpen. Display
Omschrijving
Details oorzaak
Stroompiek
De stroom is hoger dan 150% van de nominale stroom
Alarm : OT Over Temperature
Koellichaam oververhit
De temperatuur van het koellichaam is hoger dan 90 ºC
Alarm : LVD Load Disconnect
Afgeschakeld door te lage accuspanning
In lastregeling is de accuspanning gedurende 6 minuten lager dan de ingestelde waarde
Alarm : CPF00 Link Maste Err
Displaystoring
De CPU kan geen informatie uitwisselen met het display
Alarm : CPF01 Wait for Combi
Wachten op communicatie van CombiGamma
Wanneer de BCD-schakelaar op 1-A staat, wacht de Vetus Solar Charger op communicatie met de Combi-Gamma
Alarm : OC Over Current
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 31
4
Zonnestroomaccu’s laden
4.1 PWM-acculaden PWM-acculaden (pulsbreedtemodulatie) is de meest efficiënte en effectieve methode om accu’s in zonnestroomsystemen op te laden. Deze combinatie van de beste acculaadmethode en regelmatig onderhoud zorgt voor optimaal werkende accu’s en voor een lange levensduur. Hoewel het acculaden door de Vetus Solar Charger volledig automatisch verloopt, is de onderstaande informatie van belang om te begrijpen hoe de Vetus Solar Charger-regelaar en de accu optimaal werken. 4.1.1 De vier fasen van het acculaden Bulkladen: In deze fase neemt de accu alle stroom op die het zonnepaneel levert.
2.
PWM-absorptie: Wanneer de accu zijn bedrijfsspanning bereikt, wordt deze spanning met PWM constant gehouden. Dit voorkomt oververhitting van de accu en gasvorming. De stroom zal afnemen tot een veilig niveau terwijl de accu zijn volle capaciteit bereikt.
3.
Ladingverdeling: Veel accu’s profiteren van een periodieke pieklading om het elektrolyt te activeren, de celspanningen te nivelleren en de chemische reacties te voltooien.
4.
Druppelladen: Wanneer de accu eenmaal volledig is opgeladen, wordt de laadspanning verlaagd om verdere verhitting van de accu en gasvorming te voorkomen.
SPANNING
1.
NACHT
1 BULK LADEN
2 PWM ABSORPTIE
3 LADINGVERDELING 4 DRUPPELLADEN
NACHT
TIME Fig. 4.1.1 Fasen laden door middel van zonnepaneel
32 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
4.1.2 Opmerkingen over acculaden De Vetus Solar Charger kan verschillende laadtoestanden en systeemconfiguraties regelen. Hieronder staan enkele nuttige weetjes. Zonnestroompieken: Stralingspieken door bijv. het “wolkenrandeffect” kunnen meer stroom opwekken dan de regelaar aankan. De Vetus Solar Charger kan dergelijke pieken tot 130% van de nominale stroom veilig opvangen en terugregelen. Pas wanneer de zonnestroom tot meer dan 150% van de nominale regelaarcapaciteit oploopt, zal de regelaar het laadproces onderbreken. Accutemperatuurcompensatie: Alle instelpunten voor het laden gaan uit van 25 °C Maar wanneer de accutemperatuur hier 5 °C van afwijkt, moeten de laadspanningen met 0,15 volt worden aangepast bij een 12-voltaccu. Voor het laadproces is dit een aanzienlijk verschil, en we raden u dan ook aan om een accutemperatuursensor (BTS) te gebruiken om het laadproces aan te passen aan de werkelijke accutemperatuur. Dag-/nachtdetectie: De Vetus Solar Charger detecteert automatische wanneer het dag en nacht is. Alle functies die een periode meten, of die bij zonsopkomst beginnen, zullen automatisch verlopen. Typen accu’s: Voor de meeste loodaccu’s kunt u één van de standaardacculaadprogramma’s van de Vetus Solar Charger gebruiken. Zie hoofdstuk 4.2 voor meer informatie over deze standaardprogramma’s. Hoofdstuk 8.0 geeft meer algemene informatie over accutypen en hun laadbehoeften.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 33
4.2 Standaardacculaadprogramma’s De Vetus Solar Charger beschikt over 8 standaardacculaadalgoritmes (-programma’s) die u via de DIP-schakelaars kunt instellen. Deze standaardprogramma’s zijn geschikt voor allerlei soorten loodaccu’s zoals dichte accu’s (gel, AGM, onderhoudsvrij), natte accu’s, L-16 accu’s, NiCad enzovoort. Daarnaast kunt u via een 8e DIP-schakelaar ook zelf laadspanningen instellen met twee potmeters (VR2, VR1). De onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste parameters van de standaardlaadprogramma’s. Let op: Alle spanningen gelden voor 12 V-systemen (24 V = 2x, 48 V = 4x). Alle waarden bij 25 °C. DIP-schakelaars (4-5-6)
A Type accu
B Bulkspanning
C Druppel- D Verdeelspanning spanning
E Verdeeltijd (uren)
F Verdeelinterval (dagen)
uit-uit-uit
1 – dicht
14.0
13.4
geen
-
-
uit-uit-aan
2 – dicht
14.1
13.4
14.2
1
28
uit-aan-uit
3 - dicht
14.3
13.4
14.4
2
28
uit-aan-aan
4 - nat
14.4
13.4
15.1
3
28
aan-uit-uit
5 - nat
14.6
13.4
15.3
3
28
aan-uit-aan
6 - nat
14.8
13.4
15.3
3
28
aan-aan-uit
7 - L-16
15.0
13.4
15.3
3
14
aan-aanaan
8 - NiCad
16.0
14.5
geen
-
-
8 aan
afwijkend
VR2
VR1
VR2+1V
2
7
Tabel 4.2 Standaardacculaadprogramma’s A. Type accu– Dit zijn de normale loodaccu’s en NiCad-accu’s. Zie hoofdstuk 8.0 voor meer informatie over typen accu’s en het laden met zonnepanelen. B. BULK-spanning– Dit is de overgangsspanning naar de PWM-absorptiefase met constante spanning. De “PWM-spanning” is de maximale accuspanning die door de regelaar constant wordt gehouden. Terwijl de accu verder wordt geladen, neemt de laadstroom geleidelijk af tot de accu zijn volledige capaciteit heeft bereikt. C. Druppelspanning– Als de accu eenmaal volledig is opgeladen, wordt de laadspanning voor alle accutypen verlaagd tot 13,4 volt. D. Ladingverdeelspanning– Tijdens de ladingverdeelcyclus wordt de laadspanning constant op dit niveau gehouden. E. Ladingverdeelperiode– Het laden met de ingestelde verdeelspanning duurt het genoemde aantal uren. Het kan langer dan één dag duren om dit aantal uren te bereiken.
34 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
F. Ladingverdeelinterval– Ladingverdeling vindt doorgaans één keer per maand plaats. De meeste cycli bedragen 28 dagen zodat het verdeelproces elke vier weken op dezelfde dag plaatsvindt. Via de DIP-schakelaars 4-6 kunt u ook een ander interval kiezen. Elke nieuwe cyclus begint opnieuw te tellen bij aanvang van de ladingverdeling zodat deze steeds op de ingestelde dag start. Met deze 8 standaardacculaadprogramma’s is de overgrote meerderheid van zonnestroomsystemen te regelen. En voor uitzonderlijke systemen die andere regelwaarden vereisen, kunt u deze via de potmeters VR2 en VR1 zelf instellen.
4.3 Temperatuureffecten 4.3.1 Accutemperatuursensor (BTS) Een BTS wordt gebruikt voor temperatuurcompensatie tijdens het acculaden. Wanneer een accu opwarmt, wordt er meer gas gevormd. En wordt een accu koud, dan is zijn laadweerstand hoger. Afhankelijk van de hoogte van deze temperatuurverschillen, kan het van belang zijn om het laadproces voor de temperatuurwisselingen te corrigeren. Er zijn drie acculaadparameters die worden beïnvloed door de temperatuur: PWM-absorptie Dit is de belangrijkste fase van het laden die wordt beïnvloed door de temperatuur omdat het laadproces de PWM-absorptiefase vrijwel elke dag kan bereiken. Wanneer de accu koud is, zal de regelaar de spanning te snel afvlakken en bereikt de accu bij een beperkte zonnestroom wellicht niet zijn volledige capaciteit. En wanneer de accu te warm is, kan er teveel gasvorming plaatsvinden. Ladingverdeling Een koude accu profiteert niet optimaal van het ladingverdeelproces. En bij een warme accu kan teveel gasvorming plaatsvinden. Druppelladen Het druppelladen is minder temperatuurgevoelig, maar ook hier kan onvolledig laden of juist gasvorming plaatsvinden bij grote temperatuurwisselingen. De BTS corrigeert de drie hierboven genoemde laadspanningen in de volgende mate: • 12 Voltaccu: -0,030 volt per °C • 24 Voltaccu: -0,060 volt per °C • 48 Voltaccu: -0,120 volt per °C Variaties in de accutemperatuur kunnen het laden, de accucapaciteit en de levensduur van de accu beïnvloeden. Hoe groter de temperatuurwisselingen, hoe meer invloed dit heeft op Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 35
de accu. Als de temperatuur bijvoorbeeld zou dalen tot 10 °C, wijzigt dit temperatuurverschil van 15 °C de benodigde instellingen voor PWM-absorptie, ladingverdeling en druppelladen bij een 48 V-systeem met maar liefst 1,80 V. Temperatuur
12 volt
24 volt
48 volt
50°C
-0,75 V
-1,50 V
-3,00 V
45°C
-0,60 V
-1,20 V
-2,40 V
40°C
-0,45 V
-0,90 V
-1,80 V
35°C
-0,30 V
-0,60 V
-1,20 V
30°C
-0,15 V
-0,30 V
-0,60 V
25°C
0V
0V
0V
20°C
+0,15 V
+0,30 V
+0,60 V
15°C
+0,30 V
+0,60 V
+1,20 V
10°C
+0,45 V
+0,90 V
+1,80 V
5°C
+0,60 V
+1,20 V
+2,40 V
0°C
+0,75 V
+1,50 V
+3,00 V
Tabel 4.3 Temperatuurcompensatie De behoefte aan temperatuurcompensatie is afhankelijk van de temperatuurverschillen, het type accu, hoe het systeem wordt gebruikt en van andere factoren. Wanneer een accu teveel gasvorming heeft of onvoldoende wordt opgeladen, kunt u te allen tijde alsnog een BTS aan het systeem toevoegen. De Vetus Solar Charger detecteert automatisch of er een BTS is aangesloten bij het starten (inschakelen) van de regelaar.
4.4 Ladingverdeling Regelmatige onderhoudscycli zijn essentieel voor de prestaties en de levensduur van een accu — en dat geldt met name voor zonnestroomsystemen. Tijdens het ontladen wordt het zwavelzuur omgezet in zachte loodsulfaatkristallen die zich op de platen afzetten. Wanneer de accu langdurig ontladen blijft, veranderen deze zachte kristallen langzaam in harde kristallen. Dit proces wordt “sulfatering” genoemd waarbij de kristallen in de loop der tijd steeds harder worden en steeds moeilijker zijn terug te brengen tot zachte, actieve materialen. Sulfatering door het steeds weer te kort laden van de accu is de grootste oorzaak van accudefecten in zonnestroomsystemen. Niet alleen neemt hierdoor de capaciteit van de accu af, maar sulfaatafzettingen kunnen ook plaat- en celdefecten veroorzaken. Accu’s die diep worden ontladen zijn bijzonder gevoelig voor sulfatering. Tijdens het normale acculaadproces wordt het gevormde sulfaat weer omgezet in zachte, actieve materialen tot de accu volledig is geladen. Een zonnestroomaccu wordt echter zelden
36 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
volledig opgeladen, waardoor zachte loodsulfaatkristallen op den duur kunnen verharden. Uitsluitend een langdurige en gecontroleerde overlading, of pieklading, op een hogere dan de normale laadspanning kan dit uithardingsproces van de sulfaatkristallen omkeren. Dit ladingverdeelproces vertraagt en voorkomt niet alleen de sulfatering, het levert ook andere voordelen op voor zonnestroomaccu’s. Dit zijn o.a.: Nivellering van de afzonderlijke celspanningen In de loop der tijd kunnen de afzonderlijke celspanningen gaan variëren door kleine verschillen in de cellen. In een accu met bijvoorbeeld 12 cellen (24 V) kan het gebeuren dat één cel minder efficiënt laadt tot de definitieve accuspanning van 28,8 volt (2,4 V/cel) is bereikt. Na verloop van tijd bereikt die cel nog slechts 1,85 volt, terwijl de andere 11 cellen worden opgeladen tot 2,45 volt per cel. De totale accuspanning is dan nog steeds 28,8 V, maar de spanningen van de afzonderlijke cellen variëren. Regelmatige ladingverdeling brengt alle cellen weer op dezelfde spanning. Mengen van het elektrolyt In natte accu’s, en met name de hoge exemplaren, zal het zwaardere zuur zich in de loop der tijd onderin de accu verzamelen. Deze laagvorming in het elektrolyt vermindert de accucapaciteit en zorgt voor extra aantasting van de onderkant van de platen. De gasvorming die in het elektrolyt ontstaat bij gecontroleerd overladen (ladingverdeling) zal het zuur en het elektrolyt opnieuw goed mengen. NB: Excessief overladen en overmatige gasvorming kan de accuplaten beschadigen en kan ook de nog actieve sulfaatkristallen van de platen losmaken. Een ladingverdeelproces bij een te hoge spanning of dat te lang duurt kan de accu beschadigen. Raadpleeg altijd de exacte specificaties voor de accu die in uw systeem is geïnstalleerd. 4.4.1 Standaardladingverdeelprogramma’s U kunt de ladingverdeling zowel automatisch als handmatig laten uitvoeren met één van de standaardprogramma’s of met uw eigen instellingen. Handmatige ladingverdeling Bij levering is de DIP-schakelaar van elke Vetus Solar Charger ingesteld op handmatige ladingverdeling. Dit voorkomt een onverwachte of ongewenste start van de automatische ladingverdeling. Gebruik bij handmatig starten de drukknop om het proces te starten en te stoppen. Houd de drukknop 5 seconden lang ingedrukt om het ladingverdeelproces te starten of te stoppen (afhankelijk van of het systeem bezig is met ladingverdeling). Er gelden geen beperkingen voor het gebruik van de drukknop voor het starten en stoppen van ladingverdeelprocessen. Als u niet zelf op de drukknop drukt om het ladingverdeelproces handmatig te stoppen, wordt dit proces automatisch beëindigd volgens het ingestelde laadprogramma. Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 37
Automatische ladingverdeling Wanneer u de DIP-schakelaar op AAN zet, zal het ladingverdeelproces periodiek automatisch starten volgens het ingestelde laadprogramma. De automatische en handmatige ladingverdeelprocessen zijn identiek, met uitzondering van de manier van starten, en werken volgens het ingestelde laadprogramma. Zowel bij handmatig als automatisch starten, kunt u de drukknop gebruiken om het ladingverdeelproces te starten en te stoppen. 4.4.2 Verloop van het ladingverdeelproces Het ladingverdeelproces verloopt volgens het met DIP-schakelaars 4-6 ingestelde laadprogramma. Bij de start van de ladingverdeling (automatisch of handmatig) wordt de acculaadspanning verhoogd tot de verdeelspanning (Veq). De accu wordt op Veq gehouden gedurende de periode die het ingestelde laadprogramma’s aangeeft. Het verdeelproces zal doorgaan tot de spanning gedurende een cumulatieve periode van het ingestelde aantal uren hoger is geweest dan de bulkspanning. Zo nodig kunt u met de drukknop een tweede ladingverdeelproces handmatig starten. Als de ladingverdeelperiode niet binnen één dag kan worden voltooid, zal deze de volgende dag(en) worden afgemaakt. Na voltooiing van het ladingverdeelproces, zal worden overgeschakeld op PWM-absorptieladen. 4.4.3 Wanneer is ladingverdeling nodig De ideale onderhoudsfrequentie hangt af van het type accu (lood-calcium, lood-antimoon enz.), de diepte van de ontlading, de leeftijd van de accu, de temperatuur en vele andere factoren. Een ruwe vuistregel is om natte accu’s elke 1 tot 3 maanden te desulfateren of na elke 5 tot 10 diepe ontladingen. Bij sommige soorten accu’s, zoals L-16 accu’s, moet het ladingverdeelproces vaker plaatsvinden. Het spanningsverschil tussen de cel met de hoogste en de laagste spanning van de accu kan ook aangeven dat er ladingverdeling moet plaatsvinden. U kunt zowel de dichtheid van het zuur als de celspanning meten. De accufabrikant kan u adviseren bij welke dichtheids- of spanningsverschillen ladingverdeling noodzakelijk is.
4.5 Druppelladen Wanneer een accu bijna volledig is geladen, zorgt de druppellaadfase voor een hele kleine onderhoudslading die nauwelijks oververhitting of gasvorming veroorzaakt. Is een accu eenmaal volledig geladen, dan kunnen er geen chemische reacties meer plaatsvinden en wordt de volledige laadstroom omgezet in warmte en gasvorming. Het druppelladen voorkomt langdurig overladen van de accu. Na de PWM-absorptiefase zakt de laadspanning tot de druppelspanning. Doorgaans bedraagt deze 13,4 V.
38 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
5
Lastregeling
Dit hoofdstuk (5.1) beschrijft welke instellingen voor de lastregeling u zelf kunt kiezen en de uitschakelwaarschuwingen wanneer de spanning (LVD) te laag wordt (5.2). De overige hoofdstukken geven u informatie over de lastregeling en algemene instructies.
5.1 Lastregelaarinstellingen Het belangrijkste doel van de uitschakelfunctie bij spanningsverlies (LVD), is het beschermen van de accu tegen diepe ontladingen die de accu kunnen beschadigen. De lastregeling van de Vetus Solar Charger beschikt over acht LVD-standaardinstellingen die u via de DIP-schakelaars kunt selecteren. De volgende tabel geeft hier een overzicht van. Met de twee potmeters (VR2, VR1) kunt u ook zelf een afwijkende LVD-instelling creëren.
DIP-schakelaars
12 V LVD
24 V LVD
48 V LVD
Resterende acculading, SOC%
12 V LVR
24 V LVR
48 V LVR
uit-uit-uit
11.1
22.2
44.4
8
12.6
25.2
50.4
uit-uit-aan
11.3
22.6
45.2
12
12.8
25.6
51.2
uit-aan-uit
11.5
23.0
46.0
18
13.0
26.0
52.0
uit-aan-aan
11.7
23.4
46.8
23
13.2
26.4
52.8
aan-uit-uit
11.9
23.8
47.6
35
13.4
26.8
53.6
aan-uit-aan
12.1
24.2
48.4
55
13.6
27.2
54.4
aan-aan-uit
12.3
24.6
49.2
75
13.8
27.6
55.2
aan-aan-aan
10.5
21.0
42.0
4
12.0
24.0
48.0
8-aan
VR1-instelling
VR2-instelling
Tabel 5.1 Standaardlastregelprogramma’s De bovenstaande tabel geeft een overzicht van de standaardinstellingen voor de LVD-accuspanningen in systemen van 12, 24 en 48 volt. De LVR-waarden zijn de inschakelspanningen. De waarde “Resterende acculading, SOC%” geeft het globale ‘State Of Charge’-capaciteitspercentage bij de LVD-waarden. Hoeveel lading de accu werkelijk nog bevat, kan aanzienlijk variëren afhankelijk van de conditie van de accu, de gevraagde ontlaadstroom en andere systeemkenmerken.
5.2 Inductieve lasten (motoren) Als u een gelijkstroommotor of een andere inductieve last aansluit, raden we u sterk aan om de regelaar met een diode te beschermen. Inductieve belastingen kunnen grote spanningspieken veroorzaken die de bliksembeveiligingen van de regelaar kunnen beschadigen. Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 39
Installeer de diode zo dicht mogelijk bij de regelaar, in de richting die in het schema staat aangegeven: PV+/LAST+
Gelijkstroommotor
ZONNEPANEELLAADREGELAAR
Figure 5.2 Diode Protection De specificaties voor deze diode zijn: • Gebruik een vermogensdiode, • die bestand is tegen 80 volt of hoger, • en die bestand is tegen 45 A (SL45) of 60 A (SL60) of hoger. Bij grote inductieve belastingen kan het nodig zijn om de diode van een koellichaam te voorzien.
5.3 Algemene instructies lastregeling Naast de inductieve belastingen zoals hierboven genoemd, gelden ook voor andere lasten bepaalde eisen: 5.3.1 Inverters Sluit nooit een inverter aan op de Vetus Solar Charger. 5.3.2 Parallel geschakelde Vetus Solar Chargers Schakel nooit twee of meer Vetus Solar Chargers parallel om een grote last te voeden. Deze regelaars kunnen geen lasten onderling verdelen. 5.3.3 Verkeerd om aansluiten Nadat u de accu correct heeft aangesloten (leds lichten op), moet u ook de last zorgvuldig aansluiten en goed op diens polariteit (+/–) letten. De regelaar detecteert NIET of u de last verkeerd om aansluit. U krijgt hier geen melding van.
40 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
Voor neutrale verbruikers zonder polariteit geldt deze waarschuwing niet. Verbruikers met een expliciete polariteit kunnen beschadigd raken. Het is wel mogelijk dat de kortsluitbeveiliging van de Vetus Solar Charger wordt geactiveerd voordat de verbruiker beschadigd raakt. Wanneer de leds een “foutmelding” geven, controleer dan zowel op kortsluiting als op verkeerd om aansluiten. Als de kortsluitbeveiliging van de regelaar niet ingrijpt, zal een verkeerd om aangesloten verbruiker worden beschadigd. WAARSCHUWING: Controleer zorgvuldig de polariteit (+ en –) van de verbruikersaansluitingen voordat u de regelaar onder spanning brengt.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 41
6
Omleidingslaadregeling
De derde functie van de Vetus Solar Charger is omleidingslaadregeling voor acculaden. Wanneer de accu vol raakt, zal de Vetus Solar Charger overtollige stroom niet langer naar de accu sturen maar naar een speciale verbruiker. Deze speciale verbruiker moet groot genoeg zijn om alle overtollige energie te kunnen opnemen, maar niet zo groot dat de regelaar overbelast raakt.
6.1 Omleidingslaadregeling Bij de omleidingslaadregeling zal de Vetus Solar Charger de PWM-laadregeling gebruiken om overtollige stroom naar een externe verbruiker te leiden. Hoe voller de accu wordt, hoe langer de FET-schakelaars elke periode sluiten om meer stroom naar de externe verbruiker te leiden. Tijdens het opladen van de accu zal er steeds meer stroom worden omgeleid. En wanneer de accu volledig is opgeladen, zal alle opgewekte energie naar de speciale verbruiker stromen, mits er geen andere verbruikers zijn aangesloten. De opgewekte energie is hierbij doorgaans afkomstig van wind of water. Maar ook sommige zonnestroomsystemen gebruiken een omleidingsregeling om water te verwarmen in plaats van het zonnepaneel af te schakelen en energie verloren te laten gaan. De belangrijkste factor voor een succesvolle omleidingslaadregeling is de juiste dimensionering van de omleidingslast. Bij een te grote last kunnen de regelaarbeveiligingen de FETschakelaars openen en het omleiden van stroom onderbreken. Dit kan echter de accu beschadigen. Als u niet zeker weet wat u doet, raadpleeg dan uw leverancier of een professionele installateur.
6.2 Nominale omleidingsstroom De maximale omleidingsstroom voor de twee Vetus Solar Charger-versies bedraagt 45 A (SL45) en 60 A (SL60). Dimensioneer de omleidingslast zodanig, dat de pieklaststroom deze maximumwaarden niet kan overschrijden.
42 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
6.3 Standaardomleidingslaadprogramma’s De Vetus Solar Charger beschikt over 8 standaardomleidingslaadalgoritmes (-programma’s) die u via de DIP-schakelaars kunt instellen. Met het vrij instelbare algoritme (DIP-schakelaar 8 op AAN) kunt u zelf regelwaarden definiëren via de twee potmeters VR2 en VR1. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste parameters van de standaardomleidingslaadprogramma’s. Let op: Alle spanningen gelden voor 12 V-systemen (24 V = 2x, 48 V = 4x). Alle waarden bij 25 °C DIP-schakelaars (4-5-6)
A Bulkspanning
B Druppelspanning
C Verdeelspanning
D Verdeel- tijd (uren)
E Verdeelinterval (dagen)
uit-uit-uit
14.0
13.4
geen
-
-
uit-uit-aan
14.1
13.4
14.2
1
28
uit-aan-uit
14.3
13.4
14.4
2
28
uit-aan-aan
14.4
13.4
15.1
3
28
aan-uit-uit
14.6
13.4
15.3
3
28
aan-uit-aan
14.8
13.4
15.3
3
28
aan-aan-uit
15.0
13.4
15.3
3
14
aan-aan-aan
16.0
14.5
-
-
-
8-aan
VR2
VR1
VR2+1V
2
7
Tabel 6.3 Standaardomleidingslaadprogramma’s A. PWM BULK- spanning - Dit is de overgangsspanning naar de PWM-absorptiefase met constante spanning. De PWM-absorptiespanning is de maximale accuspanning die door de regelaar constant wordt gehouden. B. Druppelspanning - Als de accu eenmaal volledig is opgeladen, wordt de laadspanning voor alle accutypen verlaagd tot 13,4 volt. C. Ladingverdeelspanning - Tijdens de ladingverdeelcyclus wordt de laadspanning constant op dit niveau gehouden. Het ladingverdeelproces kan zowel handmatig als automatisch worden gestart. D. Ladingverdeelperiode - Het laden met de ingestelde verdeelspanning duurt het ingestelde aantal uren. E. Ladingverdeelperiode - Ladingverdeling moet doorgaans één keer per maand plaatsvinden maar u kunt het aantal dagen voor het gewenste verdeelinterval zelf instellen. De teller voor de volgende cyclus begint te lopen bij aanvang van het laatste ladingverdeelproces.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 43
6.4 De omleidingslast dimensioneren Het is van wezenlijk belang om de omleidingslast correct te dimensioneren. Als de last te klein is, kan hij onvoldoende vermogen van de opwekkingsbron (windmolen, watergenerator enz.) opnemen. De accu kan overladen als er onvoldoende laadstroom wordt omgeleid. Als de omleidingslast te groot is, kan hij meer stroom vragen dan de Vetus Solar Charger kan leveren. De overbelastingsbeveiliging van de regelaar kan dan de omleidingslast afkoppelen en de opgewekte stroom loopt vervolgens alsnog naar de accu. WAARSCHUWING: De omleidingslast moet het volledige opgewekte bronvermogen kunnen opnemen, maar de belasting mag nooit groter worden dan de nominale stroom die de Vetus Solar Charger kan leveren. Anders kan de accu overladen en beschadigd raken. 6.4.1 Geschikte omleidingslasten Verwarmingselementen om water mee te verhitten zijn zeer geschikt als omleidingslast. Deze verwarmingselementen zijn betrouwbaar en alom verkrijgbaar. Ook zijn verwarmingselementen gemakkelijk te vervangen en hun vermogenskarakteristiek is stabiel. NB: Gebruik nooit gloeilampen, motoren of andere elektrische apparaten als omleidingslast. Dergelijke verbruikers kunnen makkelijk defect raken of de Vetus Solar Charger overbelasten. Gebruik uitsluitend verwarmingselementen. Verwarmingselementen voor water werken doorgaans op 120 of 230 volt. Er bestaan ook elementen voor 12, 24 en 48 volt, maar deze zijn moeilijker te vinden. Het omrekenen van verwarmingselementen van 120/230 volt wordt in hoofdstuk 6.4.3 besproken. 6.4.2 Definitie van terminologie Maximale bronstroom: Dit is de maximale stroomopbrengst van alle energiebronnen (water, wind, zon enz.) samen. Deze stroom wordt via de Vetus Solar Charger naar de omleidingslast geleid. Maximale accuspanning: De maximale accuspanning is de PWM-regelspanning die u met de DIP-schakelaars heeft ingesteld, plus de verhoging voor ladingverdeling, plus een verhoging bij lagere temperaturen. De hoogste accuspanning bedraagt doorgaans 15, 30 en 60 volt voor resp. 12-, 24- en 48-voltsystemen. Pieklaststroom: Dit is de stroom die de omleidingslast bij de maximale accuspanning zal trekken. Deze pieklaststroom mag de nominale regelstroom van de Vetus Solar Charger niet overschrijden. NB: Omdat de accu geschikt is voor elke belasting, wordt de pieklaststroom niet beperkt door
44 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
de bron (water- of windgeneratorvermogen). Het absorptievermogen van de omleidingslast is de kritieke factor voor een betrouwbaar acculaadproces. 6.4.3 Lastvermogen Het absorptievermogen van de omleidingslast is afhankelijk van de spanning van de accu die wordt opgeladen. Als het verwarmingselement niet voor dezelfde spanning is ontworpen als het omleidingssysteem, moet het opnamevermogen van de last worden omgerekend naar de accuspanning. Fabrikanten geven het vermogen van hun verwarmingselementen doorgaans op bij een bepaalde spanning. De pieklaststroom bij de nominale spanning is het vermogen van de last gedeeld door die nominale spanning (I = P / V). Een voorbeeld: 3000 W / 230 V = 13 A stroom. Wanneer de last wordt gebruikt bij een lagere spanning dan de nominale spanning, kunt u het vermogen berekenen door vermenigvuldiging met het kwadraat van de spanningsverhouding. Een 230-voltverwarmingselement van 2000 watt dat bijvoorbeeld op 60 volt wordt aangesloten, verbruikt: 2000 W x (60/230)2 = 136 watt Dit element van 2000 W verbruikt slechts 136 W wanneer u hem aansluit op 60 volt. NB: Deze verbruikers (verwarmingselementen) mogen worden aangesloten op de spanning die de fabrikant aangeeft of lager. Sluit ze nooit aan op een spanning die hoger is dan de aangegeven nominale spanning. 6.4.4 Maximaal omleidingsvermogen De omleidingslaststroom mag de nominale regelstroom van de Vetus Solar Charger (45 A of 60 A) niet overschrijden. Let op: De last wordt niet gelimiteerd door de bron (wind, water), en zal zijn nominale stroom van de accu betrekken. De onderstaande tabel geeft de absolute maximale omleidingsvermogens voor de beide versies van de Vetus Solar Charger. Deze lasten (verwarmingselementen) zijn berekend voor dezelfde nominale spanning als de systeemspanning. Nominale spanning
SL45
SL60
48 V
2700 W bij 60 V
3600 W bij 60 V
24 V
1350 W bij 30 V
1800 W bij 30 V
12 V
675 W bij 15 V
900 W bij 15 V
Deze maximale vermogens zijn in de volgende tabel omgerekend naar hun equivalent bij 120 V resp. 230 V. Als u verwarmingselementen gebruikt met een nominale spanning van 120 V of 230 V, mag u de vermogens van al deze elementen eenvoudigweg optellen en de som vergelijken met de waarden in deze tabel zonder verder te hoeven rekenen. Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 45
Nominale spanning
SL45
SL60
48 V
10,8 kW bij 120 V
14,4 kW bij 120 V
24 V
21,6 kW bij 120 V
28,8 kW bij 120 V
12 V
43,2 kW bij 120 V
57,6 kW bij 120 V
48 V
39,675 kW bij 230 V
52,9 kW bij 230 V
24 V
79,35 kW bij 230 V
105,8 kW bij 230 V
12 V
158,7 kW bij 230 V
211,6 kW bij 230 V
En illustratie van hetzelfde effect van de andere kant is: Een verwarmingselement voor 120 resp. 230 volt zal een lagere laststroom trekken volgens de onderstaande tabel. We gebruiken hier een standaardverwarmingselement van 2000 watt / 120 Vac resp. 3000 watt / 230 Vac als referentie. Spanning
Vermogen
Stroom
120 V
2000 W
16,7 A
60 V (48 V nominaal)
500 W
8,3 A
30 V (24 V nominaal)
125 W
4,2 A
15 V (12 V nominaal)
31 W
2,1 A
230 V
3000 W
13 A
60 V (48 V nominaal)
204 W
3,4 A
30 V (24 V nominaal)
51 W
1,7 A
15 V (12 V nominaal)
13 W
0,9 A
Of u nu het gelijkstroomvermogen gebruikt (de eerste tabel) of de vergelijking met elementen van 120 V (230 V), de totale omleidingslaststroom mag de nominale regelstroom van de Vetus Solar Charger niet overschrijden. 6.4.5 Minimaal omleidingsvermogen De omleidingslast moet minimaal groot genoeg zijn om alle stroom die de bron produceert (wind-, watergenerator enz.) te kunnen opnemen. Deze waarde is de maximale accuspanning maal de maximale bronstroom. Een hydrogenerator kan bijvoorbeeld maximaal 30 ampère aan stroom opwekken bij een nominale systeemspanning van 48 volt (60 V maximaal). Het minimale omleidingsvermogen moet dan 60 V x 30 A = 1800 watt bedragen (voor een last met een nominale spanning van 60 volt).
46 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
Algemeen rekenvoorbeeld We gaan hier uit van een 24 V-systeem met een windturbine die maximaal 35 A aan stroom kan leveren. Een SL45 kan niet de benodigde 150% marge voor de omleidingslast leveren en een SL45 is bovendien slechts geschikt voor een nominale bronstroom van 30 A. De SL45 heeft onvoldoende reserves om windstoten of overbelastingen te kunnen opvangen; dus moet u een SL60 gebruiken. De omleidingslast moet minimaal 52,5 A (150% van de bronstroom) kunnen opnemen en maximaal 60 A (het nominale regelvermogen van de SL60). Als u kiest voor 55 A als omleidingslaststroom, moet deze last 55 A kunnen opnemen bij 30 V (de maximale accuspanning). Bij gebruik van een 30 V-verwarmingselement, moet deze een vermogen van 1650 watt hebben (of in ieder geval tussen de 1575 W en de 1800 W volgens het hierboven genoemde stroombereik). Als u verwarmingselementen gebruikt van 2000 watt en 120 volt, moet u 13 van deze elementen parallel schakelen als omleidingslast (4,2 A per element [zie tabel in 6.4.4] x 13 = 54,6 ampère). Het minimale omleidingsvermogen is de bronstroom (35 A) maal de spanning (30 V). Dit is een 1050 watt verwarmingselement dat op 30 volt werkt. Of als u verwarmingselementen van 2000 W en 120 volt gebruikt, zijn 9 van deze elementen nodig om bij 30 volt het minimale omleidingsvermogen te kunnen opnemen.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 47
7
Storingen verhelpen
De Vetus Solar Charger voert continu zelftests uit om de werking van de regelaar en het systeem te bewaken. Een gedetecteerd probleem wordt geclassificeerd als een storing of als een foutmelding. Storingen zijn problemen waardoor de regelaar niet meer normaal werkt en moeten direct worden verholpen. Foutmeldingen geven een afwijkende toestand aan, maar de regelaar kan nog wel blijven doorwerken. Algemene storingen De Vetus Solar Charger kan niet worden ingeschakeld • Controleer of alle stroomonderbrekers en schakelaars van het systeem zijn gesloten • Controleer alle zekeringen • Controleer op losse aansluitingen en draadbreuk • Controleer of de accuspanning niet lager is dan 9 Vdc • Controleer of de accu niet verkeerd om is aangesloten De BTS werkt niet goed • Controleer of de sensorkabel verkeerd om is aangesloten • Controleer of de BTS-kabel op de juiste contacten is aangesloten • Controleer op kortsluiting en draadbreuk in de kabels • Controleer of de aansluitingen stevig vastzitten • NB: Als u de Vetus Solar Charger opnieuw start terwijl er een storing in de BTS is, zal de BTS niet worden gedetecteerd en licht de led-indicator ook niet op Storingen bij het laden verhelpen • De accu wordt overladen of onvoldoende geladen • Verkeerde DIP-schakelaarinstellingen • De BTS corrigeert niet voor lage of hoge temperaturen • Oververhitting verlaagt de laadstroom (koellichaam functioneert slecht — aangegeven door leds) • De spanningsval tussen de Vetus Solar Charger en de accu is te groot • Acculaden vereist temperatuurcompensatie (sluit een accutemperatuursensor (BTS) aan). • De aangesloten last is te hoog en ontlaadt de accu
48 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
De accu laadt niet op • Verkeerde DIP-schakelaarinstellingen (controleer zorgvuldig de stand van elke schakelaar) • De Vetus Solar Charger heeft een storing gedetecteerd • De stroomonderbreker of hoofdschakelaar van het zonnepaneel is geopend • Zonnepaneel verkeerd om aangesloten (de Vetus Solar Charger detecteert het zonnepaneel niet) • Kortsluiting in het zonnepaneel heeft het paneelvermogen aangetast • Het zonnepaneel levert onvoldoende stroom (lage zonkracht of defect in het paneel) • De accu is defect en kan geen lading meer opslaan Storingen in de lastregeling verhelpen De last wordt niet gevoed • Verkeerde DIP-schakelaarinstellingen (controleer zorgvuldig de stand van elke schakelaar) • De regelaar heeft de last afgeschakeld bij de LVD-spanning (zie de leds) • De stroomonderbreker of hoofdschakelaar van de last is geopend • Controleer de aansluitkabels van de last op draadbreuk en of ze stevig zijn bevestigd • De last kan zijn afgeschakeld door oververhitting Storingen in de omleidingslaadregeling verhelpen • Te kleine omleidingslast waardoor de PWM de 99% bereikt • Doorgebrande omleidingslast waardoor de PWM de 99% bereikt • Te grote omleidingslast die de Vetus Solar Charger overbelast • De last kan zijn afgeschakeld door oververhitting • De BTS corrigeert niet voor lage of hoge temperaturen • De spanningsval tussen de Vetus Solar Charger en de accu is te groot
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 49
8
Informatie over accu’s
De standaardacculaadprogramma’s van de Vetus Solar Charger, zoals beschreven in hoofdstuk 4.2, zijn de gangbare laadalgoritmes voor vier typen accu’s: • dichte accu’s (VRLA) • natte accu’s (open) • L-16 groep • NiCad en NiFe Accu’s met andere samenstellingen of speciale spanningen zoals 36 V, kunnen worden opgeladen met een zelf in te stellen algoritme via de potmeters VR2 en VR1. Wij gaan hier alleen in op de standaardacculaadprogramma’s van de Vetus Solar Charger. WAARSCHUWING: Probeer nooit om (niet-oplaadbare) batterijen op te laden. Alle hieronder genoemde laadspanningen gelden voor 12 V-accu’s bij 25 °C.
8.1 Dichte accu’s Het algemene type dichte accu dat geschikt is voor zonnestroomsystemen wordt VRLA-accu genoemd (Valve Regulated Lead-Acid). De twee belangrijkste kenmerken van VRLA-accu’s zijn het stationaire elektrolyt en de zuurstofrecombinatie. Bij het laden van de accu treedt slechts een beperkte gasvorming op met recombinatie om het verlies aan water te minimaliseren. De twee typen VRLA-accu’s die het meest worden gebruikt voor zonnestroomsystemen zijn AGM- en gelaccu’s. AGM: ‘Absorbed Glass Mat’-accu’s zijn eigenlijk nog steeds “natte” accu’s omdat het elektrolyt is opgenomen in glasvezelmatten tussen de platen. Sommige nieuwe typen AGM-accu’s dienen bij voorkeur met een constante laadspanning te worden opgeladen tot 2,45 volt/cel (14,7 V). Voor cyclische toepassingen wordt vaak aangeraden om te laden tot 14,4 V of 14,5 V. AGM-accu’s zijn meer geschikt voor diepe ontlading dan voor dagelijkse laadcycli. Pas op deze accu’s geen ladingverdeling (equalization) toe omdat het gas kan ontsnappen en de accu zal uitdrogen. Bij oververhitting is het ook mogelijk dat de accu op hol slaat en volledig doorbrandt, waarna hij onbruikbaar is. AGM-accu’s zijn gevoelig voor warmte en kunnen tot 50% aan capaciteit verliezen voor elke 8 °C boven de 25 °C. Het is van groot belang om de gasrecombinatiecapaciteit van een AGM-accu niet te overschrijden. De optimale laadtemperatuur ligt tussen de 5 en 35 °C.
50 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
Gel: Gelaccu’s hebben ongeveer dezelfde kenmerken als AGM-accu’s, maar hier voorkomt een silicaattoevoeging dat het elektrolyt uit het huis kan lekken. Net zoals bij AGM-accu’s, is het ook bij gelaccu’s van groot belang om de maximale laadspanning van de fabrikant nooit te overschrijden. Doorgaans wordt een gelaccu voor cyclische toepassingen geladen tot zo’n 14,1 V - 14,4 V. Het gelsysteem is zeer gevoelig voor overladen. Zowel bij AGM- als gelaccu’s wordt gestreefd naar 100% recombinatie van de gassen zodat er geen water verloren gaat uit de accu. Echte ladingverdeling (equalization) vindt nooit plaats, maar er kan soms een beperkte pieklading nodig zijn om de afzonderlijke celspanningen te nivelleren. Overige typen gesloten accu’s: Autoaccu’s en “onderhoudsvrije” accu’s zijn ook dichte typen accu’s. Deze worden hier echter niet besproken omdat ze niet echt geschikt zijn voor sterk cyclische zonnestroomsystemen. NB: Neem de aanwijzingen van de accufabrikant in acht wat betreft de aanbevolen laadspanningen voor het type accu dat u gebruikt.
8.2 Natte accu’s Natte (open) accu’s verdienen de voorkeur voor grote, cyclische zonnestroomsystemen. De voordelen van natte accu’s zijn o.a.: • er kan water worden bijgevuld • geschikt voor diepe cycli • hoge laad- en piekcapaciteit • lange levensduur Bij cyclische toepassingen profiteren natte accu’s van hun aanzienlijke gasvorming bij hoge laad- en piekstromen. Zonder deze gasvorming zal het zwaardere elektrolyt omlaag zakken en kan er laagvorming in de cellen plaatsvinden. Dat geldt met name voor hoge cellen. Er kunnen hydrocaps worden gebruikt om het waterverlies door gasvorming te verminderen. NB: Een mengsel van 4% waterstof in lucht is explosief. Zorg voor voldoende ventilatie van de accuruimte. De gangbare ladingverdeelspanningen voor natte accu’s lopen van 15,3 volt tot 16 volt. Een zonnestroomsysteem is echter beperkt tot de spanning die het zonnepaneel kan leveren. Wanneer de ladingverdeelspanning te hoog is, kan de I-V karakteristiek van het paneel over het “omslagpunt” gaan en aanzienlijk minder laadstroom leveren.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 51
Lood-calcium: Calciumaccu’s laden bij een lagere spanning (doorgaans zo’n 14,2 tot 14,4 V) en zijn sterk in het laden bij constante spanning en druppelladen. Het waterverlies bedraagt slechts ééntiende van dat van antimooncellen. Calciumaccu’s zijn echter niet geschikt voor sterk cyclische toepassingen. Lood-seleen: Deze accu’s zijn vergelijkbaar met calciumaccu’s met kleine interne verliezen en een laag waterverbruik gedurende hun volledige levensduur. Ook seleniumaccu’s zijn niet geschikt voor sterk cyclische toepassingen. Lood-antimoon: Antimooncellen zijn robuust, hebben een lange levensduur en kunnen diep worden ontladen. Deze accu’s vertonen echter wel veel zelfontlading en deze kan nog met een factor vijf toenemen tijdens de levensduur van de accu. Antimoonaccu’s worden doorgaans geladen op zo’n 14,4 V tot 15,0 V, met een ladingverdeelspanning van 120%. De waterverliezen bij nieuwe accu’s zijn gering, maar ook dit kan met een factor vijf toenemen tijdens de levensduur van de accu. Er bestaan ook alternatieve plaatsamenstellingen met gunstige eigenschappen. Zo leveren platen met een laag antimoon- of seleengehalte redelijke cyclische prestaties, een lange levensduur en beperkte waterverliezen. NB: Neem de aanwijzingen van de accufabrikant in acht wat betreft de aanbevolen laadspanningen voor het type accu dat u gebruikt.
8.3 L-16 cellen Een speciaal type natte accu is de L-16 groep, die vaak in grote zonnestroomsystemen wordt gebruikt. De L-16 accu’s leveren goede cyclische prestaties, hebben een lange levensduur en de gebruikskosten zijn laag. Een L-16 accu stelt speciale eisen aan het laadproces in een zonnestroomsysteem. Uit onderzoek is gebleken dat bijna de helft van de L-16 accucapaciteit verloren kan gaan als de regelspanning te laag is en wanneer de periodes tussen piekladingen te lang zijn. Eén van de standaardlaadprogramma’s van de Vetus Solar Charger is specifiek bedoeld voor L-16 accu’s, met hogere laadspanningen en een frequentere ladingverdeling (equalization). U kunt extra ladingverdeelprocessen ook handmatig starten via de drukknop. NB: Het beste laadalgoritme voor natte accu’s bij cyclische toepassingen hangt af van de gangbare mate van ontlading, de cyclusfrequentie en het plaatmateriaal. Neem de aanwijzingen van de accufabrikant in acht wat betreft de aanbevolen laadspanningen voor het type accu dat u gebruikt.
52 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
8.4 NiCad- en NiFe-accu’s De Vetus Solar Charger is ook geschikt voor NiCad- (nikkel-cadmium), NiFe- (nikkel-ijzer) en alkaline-accu’s die een hogere laadspanning vereisen om volledig door te laden. Wanneer u de NiCad-instelling gebruikt, vindt er geen ladingverdeling (equalization) plaats.
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 53
54 090136.01
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
Zonnepaneel-laadregelaar SL45, SL60
090136.01 55
vetus n. v. FOKKERSTRAAT 571 - 3125 BD SCHIEDAM - HOLLAND - TEL.: +31 10 4377700 TELEFAX: +31 10 4372673 - 4621286 - E-MAIL:
[email protected] - INTERNET: http://www.vetus.com
Printed in the Netherlands 090136.01 03-10