AV-regelaar
RDC-7.1 Gebruiksaanwijzing
WAARSCHUWING: OM BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN MAG DIT APPARAAT NIET AAN VOCHTIGHEID OF REGEN BLOOTGESTELD WORDEN.
WARNING
AVIS
RISK OF ELECTRIC SHOCK DO NOT OPEN
RISQUE DE CHOC ELECTRIQUE NE PAS OUVRIR
Deze lichtflits met pijlpunt in een gelijkzijdige driehoek dient de gebruiker er op attent te maken dat er niet-geïsoleerde “gevaarlijke spanning” in de behuizing van het toestel is en personen bij een verkeerde behandeling een elektrische schok op zouden kunnen lopen.
OPGELET: OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN MAG NOCH DE BEHUIZING NOCH HET ACHTERPANEEL WORDEN GEOPEND. LAAT ONDERHOUD AAN PROFESSIONELE ONDERHOUDSMONTEURS OVER.
Het uitroepteken in een gelijkzijdige driehoek dient de gebruiker er op attent te maken dat er belangrijke aanwijzingen voor bediening en onderhoud (reparatie) in de bij het toestel geleverde gebruiksaanwijzing is.
Belangrijke veiligheidsvoorschriften 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
9.
10.
11. 12.
13. 14.
Nl-2
Lees de gebruiksaanwijzing. Bewaar de gebruiksaanwijzing. Neem alle waarschuwingen in acht. Volg alle aanwijzingen op. Gebruik dit apparaat niet in de buurt van water. Gebruik een droge doek om het apparaat schoon te maken. Zorg dat de ventilatie-openingen niet worden afgesloten. Stel het apparaat op overeenkomstig de aanwijzingen van de fabrikant. Plaats het apparaat niet in de buurt van een warmtebron zoals een verwarmingsradiator, kachel, gasfornuis of ander apparaat (inclusief een versterker) dat warmte afgeeft. Zorg dat u niet de veiligheidsvoorziening van de gepolariseerde netstekker of de geaarde netstekker teniet doet. Een gepolariseerde stekker heeft twee ongelijke pennen. Een geaarde stekker heeft twee pennen en tevens een derde aardingspen. De brede pen of de derde aardingspen is aangebracht voor uw veiligheid. Als de bijgeleverde stekker niet in uw stopcontact past, moet u contact opnemen met een elektricien om het oude stopcontact te laten vervangen. Leid het netsnoer zodanig dat er niet over gelopen wordt of dat het snoer klemgedrukt wordt. Vooral op de plaats van de stekker, het stopcontact of het punt waar het snoer uit het apparaat komt, moet u voorzichtig zijn. Gebruik alleen hulpstukken/accessoires die door de fabrikant worden aanbevolen. WAARSCHUWING Gebruik alleen een verrijdbaar onderstel, standaard, VERRIJDBAAR ONDERSTEL steun of tafel die door de fabrikant wordt aanbevolen of die bij het apparaat wordt verkocht. Wanneer het apparaat op een verrijdbaar onderstel staat, moet u dit bijzonder voorzichtig bewe- S3125A gen om te voorkomen dat het apparaat valt. Trek de stekker uit het stopcontact bij bliksem of wanneer u het apparaat geruime tijd niet denkt te gebruiken. Laat alle onderhoudswerkzaamheden over aan bevoegd onderhoudspersoneel. Laat het apparaat nakijken wanneer er beschadigingen worden vastgesteld, zoals een beschadigd netsnoer of netstekker, wanneer er vloeistof of voorwerpen in het apparaat terecht zijn gekomen,
15.
16.
17. 18.
wanneer het apparaat blootgesteld heeft gestaan aan regen of vocht, wanneer het apparaat niet normaal werkt of als het apparaat is gevallen. Storingen die reparatie vereisen In de volgende gevallen moet u de stekker uit het stopcontact trekken en het apparaat door een bevoegd onderhoudsmonteur laten nakijken: A. Wanneer het netsnoer of de stekker beschadigd is; B. Wanneer er vloeistof of een voorwerp in het apparaat is terechtgekomen; C. Wanneer het apparaat in de regen heeft gestaan; D. Wanneer het apparaat niet normaal werkt terwijl u de bedieningsaanwijzingen juist uitvoert. Gebruik alleen de regelaars die in de gebruiksaanwijzing worden beschreven om het apparaat te bedienen. Het maken van ongeoorloofde afstellingen e.d. kan resulteren in ernstige beschadiging en vereist in veel gevallen een uitgebreide reparatie door een bevoegd onderhoudsmonteur om het apparaat weer in de oorspronkelijke toestand terug te brengen; E. Wanneer het apparaat gevallen is of de ombouw beschadigd is; F. Wanneer het apparaat niet naar behoren functioneert of wanneer de prestaties afnemen. Voorwerpen en vloeistoffen Duw nooit voorwerpen via de openingen in het apparaat, want deze kunnen in contact komen met gevaarlijke spanningspunten of kortsluiting veroorzaken, wat kan resulteren in brand of een elektrische schok. Stel het apparaat niet bloot aan waterdruppels of opspattend water en plaats ook geen voorwerpen met een vloeistof erin, zoals een bloemenvaas, op het apparaat. Plaats geen kaarsen of andere brandende voorwerpen op het apparaat. Batterijen Neem alle plaatselijke en landelijke voorschriften in acht wanneer u gebruikte batterijen weggooit. Als u het apparaat in een omsloten ruimte opstelt, zoals een audiokastje of boekenrek, moet u er ook op letten dat er voldoende ventilatie is. Zorg ervoor dat er minstens 20 cm ruimte openblijft aan de bovenkant en de zijkanten en 10 cm aan de achterkant. De achterrand van een plank of plaat die boven het apparaat is, moet 10 cm verwijderd zijn van de wand of muur zodat er een soort schoorsteenpijpopening is waardoor de warme lucht kan ontsnappen.
Wij danken u voor de aanschaf van deze Integra Research AV-regelaar. Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door alvorens het apparaat aan te sluiten en de stekker in de contactdoos te steken. Als u de instructies uit deze handleiding opvolgt, kunt u de beste prestaties en een optimaal luistergenot met uw nieuwe AV-regelaar behalen. Bewaar deze gebruiksaanwijzing voor raadpleging in de toekomst.
Voorzorgsmaatregelen Het opnemen van materiaal waarop auteursrecht rust is illegaal wanneer dit zonder de toestemming van de houder van het auteursrecht gebeurt, tenzij de opname uitsluitend voor persoonlijk gebruik wordt gemaakt.
2. Wisselstroomzekering De wisselstroomzekering in de RDC-7.1 kan niet door de gebruiker worden gerepareerd. Als u de RDC-7.1 niet kunt inschakelen, dient u contact op te nemen met uw Onkyo dealer.
3. Onderhoud U dient de RDC-7.1 zo nu en dan af te nemen met een zachte doek. Voor hardnekkige vlekken bevochtigt u een zachte doek met water waaraan een kleine hoeveelheid mild reinigingsmiddel is toegevoegd. Droog de RDC-7.1 hierna onmiddellijk af met een schone doek. Gebruik geen schuursponsjes, verdunners, alcohol of andere chemische oplosmiddelen, aangezien deze de deklaag kunnen beschadigen of de letters van het paneel kunnen verwijderen.
4. Voeding WAARSCHUWING LEES, VOORDAT U DE STEKKER VAN HET APPARAAT VOOR HET EERST IN HET STOPCONTACT STEEKT, EERST DE VOLGENDE PARAGRAAF AANDACHTIG DOOR. De wisselstroomspanning verschilt van land tot land. Verzeker u ervan dat de spanning in uw gebied overeenkomt met de voorgeschreven spanning die op het achterpaneel van de RDC-7.1 is vermeld (bijvoorbeeld AC 230 V, 50 Hz of AC 120 V, 60 Hz). Het model dat voor de wereldmarkt is bedoeld, beschikt over een spanningsschakelaar zodat het apparaat op alle spanningssystemen over de hele wereld kan worden aangesloten. Voordat u dit model aansluit, dient u te controleren of de spanningsschakelaar op de juiste spanning voor uw gebied staat.
Voor Amerikaanse, Canadese en Australische modellen Als de schakelaar [STANDBY/ON] op STANDBY wordt gezet, wordt de RDC-7.1 niet volledig uitgeschakeld. Als u de RDC-7.1 gedurende langere tijd niet gebruikt, dient u de stekker uit het stopcontact te trekken.
Voor modellen bestemd voor GrootBrittannië De vervanging en montage van een wisselstroomstekker op de voedingskabel van dit apparaat mag uitsluitend worden uitgevoerd door gekwalificeerd servicepersoneel.
BELANGRIJK De draden in de netkabel zijn gekleurd volgens de volgende code: Blauw: Neutraal Bruin: Onder stroom Aangezien het mogelijk is dat de kleuren van de draden in de netkabel van dit apparaat niet overeenkomen met de gekleurde markeringen die de aansluitklemmen in uw stekker identificeren, dient u als volgt te werk te gaan: De draad die blauw gekleurd is, moet worden aangesloten op de klem die gemarkeerd is met de letter N of die zwart gekleurd is. De draad die bruin gekleurd is, moet worden aangesloten op de klem die gemarkeerd is met de letter L of die rood gekleurd is.
BELANGRIJK In de stekker is een geschikte zekering geïnstalleerd. Indien de zekering moet worden vervangen, dient de nieuwe zekering goedgekeurd te zijn door ASTA of BSI - BS1362 en dezelfde nominale waarde in ampères te hebben als die vermeld staat op de stekker. Controleer of op de romp van de zekering het ASTA-merk of het BSI-merk zijn vermeld. INDIEN DE GEÏNSTALLEERDE AANGEGOTEN STEKKER NIET GESCHIKT IS VOOR HET STOPCONTACT IN UW WONING, MOET DE ZEKERING WORDEN VERWIJDERD EN MOET DE STEKKER VAN DE KABEL WORDEN GESNEDEN EN OVEREENKOMSTIG DE VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN WORDEN WEGGEGOOID. ER BESTAAT GEVAAR VOOR ERNSTIGE ELEKTRISCHE SCHOKKEN INDIEN DE AFGESNEDEN STEKKER IN EEN WILLEKEURIG 13 AMP STOPCONTACT WORDT GESTOKEN. Vraag in geval van twijfel advies aan een gekwalificeerd elektricien.
Voor Amerikaanse modellen Opmerking voor de CATV systeeminstallateur: met deze noot willen we de aandacht van de CATV systeeminstallateur vestigen op sectie 820-40 van de NEC, waarin richtlijnen worden gegeven voor correcte aarding en waarin met name wordt gespecificeerd dat de aarding van de kabel verbonden moet zijn met het aardingssysteem van het gebouw, zo dicht als praktisch gezien mogelijk is bij het punt van de kabelinvoer.
FCC informatie voor de gebruiker
Beginnen
1. Auteursrecht opnames
LET OP: Door de gebruiker aangebrachte veranderingen of wijzigingen, die niet uitdrukkelijk zijn goedgekeurd door de partij die verantwoordelijk is voor de overeenstemming met de normen, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om het apparaat te gebruiken doen vervallen.
OPMERKING: Deze apparatuur is getest en is in overeenstemming bevonden met de limieten voor een digitaal apparaat klasse B, overeenkomstig Deel 15 van de FCC voorschriften. Het doel van deze limieten is een redelijke bescherming te verschaffen tegen schadelijke interferentie in een installatie in een woonomgeving. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze uitstralen; indien de apparatuur niet overeenkomstig de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan hij schadelijke interferentie voor radiocommunicatie veroorzaken. Er bestaat echter geen garantie dat in een bepaalde installatie geen interferentie zal optreden. Indien deze apparatuur schadelijke interferentie voor radio- of televisieontvangst veroorzaakt (dit kunt u bepalen door het apparaat in en weer uit te schakelen), wordt de gebruiker aangeraden de interferentie te corrigeren met behulp van één of meer van de volgende maatregelen: • Verander de richting of de positie van de ontvangstantenne. • Verhoog de afstand die de apparatuur scheidt van de ontvanger. • Sluit de apparatuur aan op een stopcontact dat gevoed wordt door een ander circuit dan dat waarop de ontvanger is aangesloten. • Vraag hulp aan uw dealer of aan een ervaren radio/televisietechnicus.
Voor modellen bestemd voor Canada OPMERKING: DIT DIGITALE APPARAAT UIT KLASSE B VOLDOET AAN DE CANADESE VOORSCHRIFTEN ICES-003. RSS 210, Radiocommunicatietoestellen met laag vermogen waarvoor geen vergunning is vereist (Alle frequentiebanden). Voor modellen die een voedingskabel met gepolariseerde stekker hebben:
LET OP: OM ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, HET BREDE BLAD VAN DE STEKKER IN DE BREDE OPENING STEKEN EN VOLLEDIG INSTEKEN.
Modèle Canadien REMARQUE: CET APPAREIL NUMÉRIQUE DE LA CLASSE B EST CONFORME À LA NORME NMB-003 DU CANADA. CNR-210, Dispositifs de radiocommunications de faible puissance, exempts de licence (pour toutes les bandes de fréquences). Sur les modèles dont la fiche est polarisée:
ATTENTION: POUR ÉVITER LES CHOCS ÉLECTRIQUES, INTRODUIRE LA LAME LA PLUS LARGE DE LA FICHE DANS LA BORNE CORRESPONDANTE DE LA PRISE ET POUSSER JUSQU’AU FOND.
Nl-3
Inhoudsopgave Beginnen Belangrijke veiligheidsvoorschriften .................2 Voorzorgsmaatregelen .....................................3 Kenmerken .........................................................6 Bijgeleverde toebehoren ..................................8 De bijgeleverde voedingskabel aansluiten ....... 8 Vóór het gebruik van de RDC-7.1 ....................9 De batterijen plaatsen ....................................... 9 De afstandsbediening gebruiken ...................... 9 Index van onderdelen en voorzieningen .......10 Frontpaneel ..................................................... 10 Binnenpaneel .................................................. 12 Achterpaneel ................................................... 14 Display frontpaneel ......................................... 15 Afstandsbediening (Amp mode) ..................... 16
Als het afstandsbedieningssignaal de afstandssensor van de RDC-7.1 niet bereikt ...........................................................46 Een extern apparaat met 12V Trigger-klem gebruiken – Amerikaanse en Canadese modellen – ................................................... 47 Apparaten die niet bereikt worden door de signalen van de afstandsbediening (IR IN/OUT) aansluiten – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada – ...... 48 Als het afstandsbedieningssignaal de afstandssensor van de RDC-7.1 niet bereikt ...........................................................48 Als het afstandsbedieningssignaal andere apparaten niet bereikt ...................................49 Een extern apparaat met 12V Trigger-klem gebruiken – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada – ............................. 49
Installeren en aansluiten Plaatsing van de luidsprekers........................18 Basisopstelling van de luidsprekers voor het huistheater en de functie van de respectieve luidsprekers .............................. 18 De luidsprekers plaatsen ................................ 19 Luidsprekeropstelling geschikt voor THX Audio ............................................................ 20 Luidsprekeropstelling geschikt voor een muziekbron, zoals DVD-Audio ..................... 20 Beschikbare luidsprekeropstellingen afhankelijk van het aantal luidsprekers ........ 21 Aansluitvoorbeelden ....................................... 22 Een vermogensversterker aansluiten ...........25 Een vermogensversterker aansluiten met RCA-type kabels .......................................... 25 Een vermogensversterker aansluiten met XLR-type kabels ........................................... 26 De Bi-amp-aansluiting gebruiken ................... 27 Antennes aansluiten .......................................28 De FM-binnenantenne aansluiten .................. 28 De AM raamantenne aansluiten ..................... 29 Een FM-buitenantenne aansluiten.................. 29 Een AM-buitenantenne aansluiten ................. 29 AV-componenten aansluiten ..........................30 Types kabels en -aansluitingen ...................... 30 Monitors zoals een TV of een projector aansluiten ..................................................... 32 Een DVD-speler aansluiten ............................ 33 Een DVD-recorder of digitale videorecorder (VIDEO 1) aansluiten ................................... 34 Een videorecorder aansluiten (VIDEO 2, VIDEO 3) ...................................................... 35 Een DBS-tuner, DBS-TV of BS/CS-tuner aansluiten ..................................................... 37 Een CD-speler, draaitafel of tuner aansluiten ..................................................... 38 Opnameapparatuur zoals een MD-recorder, DAT-deck, CD-recorder of een cassettedeck aansluiten............................... 39 Aansluiting met gebruik van de i.LINK (AUDIO)-aansluiting ( ) (Geen Chinees model) ............................................ 40 Verbinding via HDMI-aansluitingen ................ 43 -Compatibele AV-componenten aansluiten.....................................................45 Aansluitingen voor afstandsbediening ( ).... 45 Apparaten die niet bereikt worden door de signalen van de afstandsbediening (IR IN) aansluiten – Modellen voor de VS en Canada –.......................................................46
Nl-4
Bediening Allereerste beginselen van de bediening van de knoppen op de afstandsbediening ...... 50 De RDC-7.1 (AMP-mode) bedienen ...............50 Een ingangsbron selecteren............................50 Een aangesloten apparaat bedienen (wisselen van mode).....................................51 Een bron kiezen in Zone 2 of Zone 3 ..............51 Een Macro-bediening uitvoeren ......................51 Uw afstandsbediening aanpassen aan uw eigen smaak of behoefte ..............................51 De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening..................... 52 De stroom aansluiten.......................................52 Bedienen via de RDC-7.1................................52 Het apparaat met de afstandsbediening aanzetten ......................................................53 Via de afstandsbediening bedienen ................53 De luister-modes gebruiken .......................... 58 De luister-mode selecteren .............................61 Naar radio-uitzendingen luisteren................. 62 De tuner gebruiken ..........................................62 Op een radiostation afstemmen ......................62 Naar RDS-uitzendingen luisteren (alleen voor Europese modellen)........................... 64 Naar RDS-uitzendingen luisteren....................64 PTY-Programmatypes in Europa ....................64 Radiotekst (RT) weergeven.............................65 Een PTY-scan uitvoeren .................................65 Een TP-scan uitvoeren....................................65 Naar meerkanaals weergave luisteren.......... 66 Aansluiten ........................................................66 Instellen ...........................................................66 In meerkanaals geluid afspelen.......................67 Het volumeniveau van luidsprekers voor meerkanaals weergave afstellen ..................67 In de Afstandszone (Zone 2/3) naar films kijken en naar muziek luisteren................. 68 Aansluiten en instellen.....................................68 In een afstandszone naar films kijken en muziek luisteren ............................................69 Een bron opnemen ......................................... 71 Beeld/geluid tijdens het afspelen opnemen .......................................................72 Beeld/geluid op een component opnemen terwijl een andere wordt afgespeeld.............72 Het beeld van een bron en het geluid van een andere bron opnemen ...........................73 Aansluiten Net Audio – Amerikaanse, Canadese en Australische modellen – ..... 74 Net-Tune-kenmerken ......................................74
Inhoudsopgave—Vervolg Het in een netwerk opnemen van uw RDC-7.1 ........................................................75 Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –.............. 76 Net-Tune-kenmerken.......................................76 Het in een netwerk opnemen van uw RDC-7.1 ........................................................77 Netwerkconfiguratie.........................................77 De afstandsbediening gebruiken.....................78 Naar de Internetradio luisteren........................80 Een muziekbestand afspelen dat op uw Net-Tuneserver is opgeslagen......................82 De muziekserver configureren ........................84
Setupmenu Menu Setup...................................................... 86 OSD Map (MAIN A) .........................................86 OSD Map (MAIN B) .........................................88 OSD Map (ZONE 2) ........................................89 Door het menu Setup navigeren .....................90 Hardware Setup (Instelling apparatuur)........ 91 Submenu Remote Control Setup ....................91 Submenu TV Format .......................................91 Submenu AM Frequency Setup (Alleen Aziatische en Australische modellen)...........91 Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output) ... 92 Submenu Speaker Configuration ....................92 Submenu Speaker Crossover .........................93 Submenu Speaker Distance............................93 Submenu Notch Filter......................................93 Submenu Level Calibration .............................94 Submenu THX Audio Setup ............................94 Submenu Audio Output Assign .......................95 Submenu Video Output Assign .......................96 Input Setup (Invoer van instellingen)............ 97 Submenu Audio Assign (wanneer de ingang een andere is dan NET AUDIO) ...................98 Submenu Music Server (Als ingang NET AUDIO is) .....................................................99 Submenu Video Assign ..................................99 Submenu Listening Mode Preset .................100 Submenu Character Edit ..............................101 Submenu IntelliVolume .................................102 Submenu Delay ............................................102 Submenu 12V Trigger Assign ......................102 Listening Mode Setup (Luister-mode instellen) ................................................... 103 Submenu Mono Setup ..................................103 Submenu Multiplex Setup .............................103 Submenu Stereo Setup ................................104 Submenu Direct, Pure Audio Setup ..............105 Submenu Multichannel Input Setup .............105 Submenu i.LINK(IEEE1394):DVD-Audio Input Setup .................................................107 Submenu i.LINK(IEEE1394): SACD Input Setup ..........................................................108 Submenu Dolby Digital Setup ......................109 Submenu DTS Setup ...................................110 Submenu AAC Setup ...................................111 Submenu Dolby Pro Logic IIx/DTS NEO:6 (Alleen 2k ingang) Setup ...........................113 Submenu THX Setup ...................................114 Submenu Mono Movie Setup/Enhance Setup/ Orchestra Setup/Unplugged Setup/ Studio-Mix Setup/TV Logic Setup................115 Submenu All Ch Stereo Setup/Full Mono Setup ..........................................................116 Submenu Dolby Virtual Speaker Setup ........117 Submenu Dolby Headphone Setup ..............118 Audio Adjust (Afstemmen van het geluid) ...119
Submenu Tone Control ................................ 119 Preference (Voorkeuren) .............................120 Submenu Volume Setup .............................. 120 Submenu Headphone Level Setup .............. 120 Submenu OSD Setup .................................. 120 Submenu OSD Position ............................... 120 i.LINK Setup ..................................................121 Submenu Wakeup Setup ............................. 121 Submenu OSD for DVD ............................... 121 Submenu OSD for DVD (Zone 2) ................ 121 Submenu System Control Setup ................. 121 Network Setup ..............................................122 Submenu IP Address ................................... 122 Submenu Proxy ............................................ 122 Submenu MAC Address .............................. 122 Submenu Client ............................................ 123 Lock/Version Setup ......................................123 Submenu Lock Setup ................................... 123 Submenu Firmware Version ........................ 123
Gebruik afstandsbediening IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen ..............124 IntegraRESEARCH/Onkyo producten via de -aansluiting bedienen ..................... 124 DVD-mode .................................................... 124 CD-mode ...................................................... 126 MiniDisc-mode .............................................. 127 Tape-mode ................................................... 128 De afstandsbediening met andere componenten gebruiken ..........................129 Een afstandsbedieningscode invoeren ........ 129 Commando’s van een andere afstandsbediening leren ............................ 136 Macro’s gebruiken ........................................ 137 Andere instellingen voor de afstandsbediening ....................................139 Afstandsbedieningsmodes bewerken .......... 139 De afstandsbediening resetten .................... 141 De afstandsbediening met radiofrequentie gebruiken (alleen RC-555M) ..................... 141 De ID van de afstandsbediening wijzigen..... 142
Diversen Relatie tussen ingangsbron en luister-mode ...............................................143 De RDC-7.1 gebruiken met optieborden – Alleen voor Amerikaanse, Canadese en Australische modellen – ..........................146 Types RDC-7.1 optieborden ........................ 146 Optieborden installeren (alleen voor Amerikaanse en Australische modellen).... 148 Problemen oplossen ....................................149 Voeding ........................................................ 149 Audio ............................................................ 149 Video ............................................................ 150 Tuner ............................................................ 150 Afstandsbediening ........................................ 150 Opnemen ...................................................... 151 Zone 2/Zone 3 .............................................. 151 Net-Tune-kenmerken ................................... 151 Overige ......................................................... 151 Foutmeldingen ............................................. 152 Specificaties – Modellen voor de VS en Canada – .......152 Specificaties – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada – ....................154
Nl-5
Kenmerken Eigenschappen van de versterker • 192 kHz/24-Bit DAC voor All Channels • Apogee Master Clock—de beste in de industrie— voor D/A-conversie van de hoogst beschikbare kwaliteit • 8 Gebalanceerde XLR-uitgangen voor de hoogste, meest stabiele, lawaaivrij mogelijke signaaloverdracht • Kleurgecodeerde 7.1 Meerkanaals kanaalingangen en Pre Outs • 5 12V DC Trigger uitgangen en 3 IR ingangen/uitgangen Audio/Video-eigenschappen • THX Ultra2 gecertificeerd • THX Surround EX, DTS-ES Discrete/Matrix 6.1, DTS NEO:6, DTS 96/24, Dolby Digital EX, Dolby Pro Logic ll/IIx, Dolby Headphone, Dolby Virtual Surround • 4 breedband component-video-ingangen/2 uitgang* • Uitgangen naar dubbele monitor (S Video/Samengesteld) om het signaal op het scherm naar een kleine monitor te sturen en aanpassingen uit te voeren zonder het publiek af te leiden • 12 Digitale ingangen (6 optische/6 coax/12 toewijsbaar) om elke combinatie van digitale bronnen aan te sluiten op de digitale processor van de RDC-7.1 • 4 Digital uitgangen (2 optische/2 coax/4 toewijsbaar) om directe digitale dubs te maken naar andere digitale apparaten • Wolfson 192 kHz/24-Bit D/A-converters voor alle kanalen • Dual 32-Bit DSP Chips voor hoogwaardige hoofden meerzone decodering • Niet-schaalveranderende configuratie Volgende generatie User Interface • HDMI (High Definition Multimedia Interface)* • i.Link (IEEE1394) Digitale invoer voor DVDAudio en SACD • Net-Tune functie met MP3/WAV/WMA-decodering* • Plug-In capaciteit Ethernet en 1 uitgang* • Bi-Directional RS-232 Port om nieuwe programma’s te downloaden en als gemakkelijke interface met tastschermbedieningen van andere fabrikanten. • Samengestelde video en S video* naar component video opconversie (compatibel met NTSC en PAL) • Speaker A en B mode voor 7.1 kanalen • Bi-Wiring aansluitbaar voor FL/FR met SBR/SBL
• Dual 32-Bit DSP Chips voor hoogwaardige hoofden meerzone decodering • 5 12V DC Trigger uitgangen en 3 IR ingangen/uitgangen voor meerzone bediening van een aantal apparaten. • Aparte crossover aanpassing Kenmerken van de FM/AM-tuner • 40 FM/AM voorgeprogrammeerde stations* • Automatische FM/AM-afstemming* Andere prestaties • VLSC (Vector Linear Shaping Circuitry) • Massief aluminium volumeknop voor tastbare kwaliteit—een ergonomisch genot en handig voor snelle aanpassingen in het donker • Aparte PC-borden om de geluids- en beeldsignalen helemaal gescheiden te houden • Rec Out-keuzeschakelaar (Voorop) om het ene programma op te nemen terwijl u kijkt of luistert naar een ander • Vergulde RCA-stekkers om roestvorming te voorkomen en storingsvrije signaaldoorgave te bieden • Feilloze kwaliteitsmaterialen —een zwaar, versterkt stalen frame, panelen van hard aluminium en koperen stabilisatoren voor een grotere stabiliteit van het hele frame • Grote transistors voor meerzenderuitgang bieden een hogere wisselsnelheid waardoor er een wijder dynamisch bereik ontstaat • Zone 2 multiroom/multisource (geluid en beeld) om extra ruimtes in te stellen • Afneembaar IEC-netsnoer berekend op zwaar werk om interferentie van externe bronnen te voorkomen en de stabiliteit van de stroomvoorziening te verbeteren—afneembaar om installatie te vereenvoudigen • Gemotoriseerde klep • Onderdelen van een kwaliteit voor geluidsliefhebbers • IntelliVolume • Pure Audio-mode • Digitale frequentieverdubbeling • Absolute grondplaat • Groot, fluorescerend, 35 dot matrixdisplay met lichtsterkteregelaar voor 4 standen • Voor de ultieme bediening—de laatste afstandsbediening die u ooit nodig hebt • A-Form luister-modegeheugen In catalogi en op de verpakking geeft de letter die is toegevoegd aan het einde van de prodcutnaam de kleur aan van de RDC-7.1. Specificaties en bediening zijn hetzelfde, ongeacht de kleur.
*Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS en Canada
Nl-6
Kenmerken—Vervolg
• Re-Equalization en het “Re-EQ” logo zijn handelsmerken van THX Ltd. • “Net-Tune” is een handelsmerk van de Onkyo Corporation. • Windows Media en het Windows logo zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. • Intel en Pentium zijn geregistreerde handelsmerken van Intel Corporation. • MPEG Layer-3 audio coding technologie in licentie van Fraunhofer IIS en THOMSON multimedia. • “XiVA” is een geregistreerd handelsmerk van Imerge Limited. • Xantech is een geregistreerd handelsmerk van Xantech Corporation. • Niles is een geregistreerd handelsmerk van Niles Audio Corporation. • Clocked by Apogee is een licentie en handelsmerk van Apogee Electronics,Inc. “Dit prodcut is voorzien van technologie ter bescherming van het auteursrecht. Deze technologie is beschermd door Amerikaanse patenten en andere intellectuele-eigendomsrechten. Voor het gebruik van deze auteursrechtbeschermingstechnologie is toestemming nodig van Macrovision Corporation. De technologie is bedoeld voor gebruik in huis en ander beperkt consumentengebruik, tenzij Macrovision toestemming heeft verleend voor ander gebruik. Reverse engineering of demontage is verboden”.
THX Ultra2 Voordat één van de componenten van een huistheater kan worden gecertificeerd volgens THX Ultra2, moet het een serie strenge kwaliteits- en rendementstests doorstaan. Pas dan mag het product een THX Ultra2 logo dragen, waardoor u de garantie hebt dat de huistheaterapparaten die u aanschaft u voortreffelijke prestaties zullen bieden gedurende vele jaren. De eisen van THX Ultra2 definiëren honderden parameters, zoals de prestaties van de vermogensversterker, die van de voorversterker en de werking van de digitale en analoge domeinen. THX Ultra2 ontvangers hebben tevens exclusieve THX technologieën (zoals de THX Mode), die soundtracks van films nauwgezet omzetten voor het afspelen in een huistheater.
Beginnen
• THX is een handelsmerk of een geregistreerd handelsmerk van THX Ltd. Alle rechten voorbehouden. • HDMI, het HDMI-logo en de High-Definition Multimedia Interface zijn de handelsmerken of de geregistreerde handelsmerken van HDMI Licensing, LLC. * Geproduceerd onder licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbel-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. • “DTS”, “DTS 96/24”, “DTS-ES” en “NEO:6” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. • Het i.LINK logo is een handelsmerk van Sony Corporation, geregistreerd in de V.S. en andere landen.
Voor modellen bestemd voor Europa Verklaring Van Conformiteit Wij, ONKYO EUROPE ELECTRONICS GmbH LIEGNITZERSTRASSE 6, 82194 GROEBENZELL, DUITSLAND verklaren onder eigen verantwoordelijkheid, dat het ONKYO produkt beschreven in deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de betreffende technische normen, zoals: EN60065, EN55013, EN55020 en EN61000-3-2, -3-3. GROEBENZELL, DUITSLAND I. MORI
ONKYO EUROPE ELECTRONICS GmbH
RDC-7.1 verschaft optieborden voor geavanceerde capaciteit. Voor meer informatie over optieborden, zie pagina 146.
Nl-7
Bijgeleverde toebehoren Controleer of u over de volgende toebehoren beschikt:
Afstandsbediening en drie batterijen (AA/R6)
Voorzorgsmaatregelen bij het uitpakken • De eenheid is buitengewoon zwaar, pas dus op als u deze optilt om letsel te vermijden. De eenheid niet optillen of verplaatsen door deze aan de klep op het voorpaneel vast te houden. Doet u dat wel, dan kan dat de klep beschadigen. • In de verpakking is de klep op het voorpaneel met tape vastgezet aan de eenheid. Verwijder de tape voor het gebruik. Met tape vastgezet
Master Volume
On
Standby/On Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN) Rec/ Zone 3 (RED)
Power On
Off
DVD
Vido 1
Video 2
Video 3
Video 4
Video 5
Video 6
Video 7
Tape 1
Tape 2
Tuner
Phono
CD
AM-raamantenne (wordt niet geleverd bij modellen die bestemd zijn voor de VS en Canada)
Surround Back Right Surround Back Right Zone 2 Right Zone 2 Right
Center
Surround Back Right Surround Back Right Zone 2 Right Zone 2 Right
Center
Surround Right Surround Right
Surround Back Left Surround Back Left Zone 2 Left Zone 2 Left
Surround Right Surround Right
Luidsprekerlabels
Center
Surround Left Surround Left Surround Left Surround Left
2 3
Speaker Cable
Surround Back Left Surround Back Left Zone 2 Left Zone 2 Left
Front Right Front Right SP-B / Zone 2 Right SP-B / Zone 2 Right Front Right Front Right SP-B / Zone 2 Right SP-B / Zone 2 Right
1
Center
Front Left Front Left SP-B / Zone 2 Left SP-B / Zone 2 Left Front Left Front Left SP-B / Zone 2 Left SP-B / Zone 2 Left
FM-binnenantenne (wordt niet geleverd bij modellen die bestemd zijn voor de VS en Canada) (type connector verschilt van land tot land)
Open/Close
Net Audio
AV Controller
•
De tape in de verpakking kan voor uw product afwijken.
De bijgeleverde voedingskabel aansluiten Steek de bijgeleverde voedingskabel in dit STOPCONTACT. • Gebruik uitsluitend de bij de RDC-7.1 geleverde voedingskabel. De bijgeleverde voedingskabel is ervoor ontworpen om met de RDC-7.1 te worden gebruikt en is niet geschikt voor gebruik met andere apparaten. • Trek de voedingskabel nooit uit de RDC-7.1 terwijl het andere uiteinde verbonden is met de wandcontactdoos. Dit kan een elektrische schok opleveren. Bij het aansluiten dient u de kabel altijd als laatste in de wandcontactdoos te steken en bij het afkoppelen dient u de kabel als eerste uit de wandcontactdoos te trekken.
Voedingskabel
Voedingskabel (bijgeleverd) AC INLET
Sluit het elektriciteitssnoer NIET nu aan.
(type steker verschilt van land tot land)
Nl-8
RDC-7.1
Vóór het gebruik van de RDC-7.1 De batterijen plaatsen
1
Druk om het batterijvak te openen op de kleine holte en schuif de afdekking er af.
De afstandsbediening gebruiken Om de afstandsbediening te gebruiken, richt u deze op de afstandsbedieningssensor van de RDC-7.1 zoals hieronder weergegeven. De [Standby]-aanduiding van de RDC-7.1 knippert zodra er een signaal van de afstandsbediening wordt ontvangen. Afstandsbedieningssensor
Beginnen
RDC-7.1
m
30˚
(5
30˚
O
ng
ev ee r
Plaats de drie bijgeleverde batterijen (AA/ R6) volgens het polariteitenschema dat zich aan de binnenzijde van het batterijvak bevindt.
)
Standby-indicatielampje
2
3
Plaats de afdekking op de afstandsbediening en schuif hem dicht.
Opmerkingen: • De levensduur van de geleverde batterijen bedraagt, afhankelijk van het gebruik, ongeveer zes maanden. • Als de afstandsbediening niet meer betrouwbaar werkt, dient u de batterijen te vervangen. • Gebruik geen nieuwe en oude batterijen of batterijen van een verschillend type naast elkaar. • Als u de afstandsbediening gedurende langere tijd niet gebruikt, dient u de batterijen te verwijderen om mogelijk lekken en corrosie te voorkomen. • Lege batterijen moeten zo snel mogelijk worden verwijderd om schade door lekken of corrosie te voorkomen.
Opmerkingen: • De afstandsbediening werkt mogelijk niet betrouwbaar als er sterk licht, zoals direct zonlicht of licht van fluorescentielampen op de RDC-7.1 valt. Houd hier rekening mee bij het installeren van de RDC-7.1. • Als er een andere afstandsbediening van hetzelfde type in dezelfde kamer wordt gebruikt, of als de RDC-7.1 in de buurt van apparatuur wordt geplaatst die gebruik maakt van infrarood stralen, zal de afstandsbediening mogelijk niet betrouwbaar werken. • Leg geen voorwerpen zoals boeken op de afstandsbediening om te voorkomen dat de toetsen per ongeluk worden ingedrukt, waardoor de batterijen leeglopen. • De afstandsbediening werkt mogelijk niet betrouwbaar als de RDC-7.1 in een kast achter deuren met gekleurd glas wordt geplaatst. Houd hier rekening mee bij het installeren van de RDC-7.1. • De afstandsbediening werkt niet als er zich een obstakel tussen de afstandsbediening en de afstandsbedieningssensor van de RDC-7.1 bevindt. • (alleen RC-555M) U kunt het formaat van het zendsignaal op infrarood (IR) zetten of op radiofrequentie (RF) voor gebruik met de optionele RF-ontvanger. Dit is bijvoorbeeld handig wanneer de RDC-7.1 in een rek is geïnstalleerd of zich niet in het vrije gezichtsveld bevindt van de afstandsbediening. • Om de AMP-mode te selecteren, drukt u op het bladerwiel. Op het display verschijnt “AMP”.
Nl-9
Index van onderdelen en voorzieningen Hieronder ziet u de verschillende bedieningen en displays op het frontpaneel van de RDC-7.1. De specificaties voor uw model kunnen afwijken vanwege speciale regionale eisen.
Frontpaneel
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
Off
DVD
Video 1
Video 2
Video 3
Video 4
Video 5
Video 6
Video 7
Tape 1
Tape 2
Tuner
Phono
CD
Net Audio
Open/Close
AV Controller
Nl-10
RDC-7.1
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg
1 Power-schakelaar [52] Indrukken voor in- en uitschakeling van de netvoeding naar de RDC-7.1. Als de RDC-7.1 wordt ingeschakeld met de [Power]-schakelaar, gaat de [Standby]-aanduiding branden. • Voordat u het apparaat inschakelt, dient u zich ervan te verzekeren dat alle kabels correct zijn aangesloten. • Wanneer de stroom wordt ingeschakeld zal er een plotselinge stroompiek ontstaan die de werking van andere apparaten kan beïnvloeden. Plug de RDC-7.1 niet in hetzelfde circuit als gevoelige apparatuur zoals computers om dit te voorkomen. 2 Standby/On-knop en On-indicatielampje [52] Als u deze indrukt met de [Power]-schakelaar aan, gaat de RDC-7.1 aan en lichten het display en het [On]-indicatielampje op. Als hij opnieuw wordt ingedrukt, gaat de RDC-7.1 weer terug naar standby. In de standby-stand zijn het display en het [On]-indicatielampje uitgeschakeld en kan de RDC-7.1 niet worden bediend.
wordt geselecteerd voor Zone 2 en Rec/Zone 3 licht het oranje op.
0 Pure Audio-aanduiding [61] Licht op tijdens het afspelen van pure audio.
Beginnen
Voor verdere gebruiksaanwijzingen, zie de pagina die tussen haakjes wordt vermeld [ ].
3 Standby-indicatielampje [9, 52] Licht op wanneer de RDC-7.1 in de standby-stand staat en wanneer het apparaat een signaal ontvangt van de afstandsbediening.
4 Afstandbedieningssensor [9] 5 Frontdisplay 6 Master Volume-knop [52] Gebruik deze om het volume in de hoofdzone te regelen. Het volume voor de afstandszone (Zone 2 en Zone 3) is zelfstandig.
7 Open/Close-knop Druk op deze knop om de voorklep die de onderste knoppen bedekt te openen en te sluiten.
8 Knoppen en aanduidingen van de ingangsbronnen (DVD, Video 1–7, Tape 1-2, Tuner, Phono, CD en Net Audio) [52, 62, 65, 80] Druk op deze knoppen om de ingangsbron voor de hoofdzone te selecteren. Het indicatielampje licht blauw op als een ingangsbron wordt geselecteerd. Om de ingangsbron voor de afstandszone (Zone 2) te selecteren, drukt u eerst op de [Zone 2]-knop en vervolgens op de knop van de gewenste ingangsbron. Om de ingangsbron voor de afstandszone (Zone 3) of recording out-functie (Rec Out) te selecteren, drukt u eerst op de [Rec/Zone 3]-knop en vervolgens op de knop van de gewenste ingangsbron.
9 Zone 2 (GRN) en Rec/Zone 3 (RED) indicatielampje [70, 72] Voor Zone 2 licht het indicatielampje boven de gewenste ingangsbron groen op. Voor recording of Zone 3 licht het rood op. Als dezelfde ingangsbron
Nl-11
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg Binnenpaneel Let op: De voorklep van de AV-regelaar is gemotoriseerd. Gebruik de [Open/Close]-knop om de klep te openen of te sluiten. Het met de hand openen of sluiten van de klep, of het verplaatsen van de AV-regelaar door deze aan de klep vast te houden leidt tot storing of kapotgaan van de deur. Modellen voor de Amerikaanse, Canadese en Australische markt
Zone 2
Rec/ Zone 3
Off
Display
DSP
Dimmer
Tuning
Preset
Tuning Mode Memory
Setup
Enter
Exit
Phones
Clear
AV Controller
RDC-7.1
AV Controller
RDC-7.1
Voor Europa bestemde modellen
Zone 2
Rec/ Zone 3
Off
Display
DSP
RT/PTY/TP
Tuning
Preset
Tuning Mode Memory
Setup
Enter
Exit
Phones
Clear
A Zone 2 knop [70] Druk op deze knop om de configuratie-mode van Zone 2 te openen. Als u instellingen van Zone 2 wilt configureren zoals instelling voor standby/aan, ingangsbroninstelling, luister-mode, volume regeling, audioselector-mode en weergave-instellingen, druk dan eerst op deze knop.
Nl-12
B Rec/Zone 3 knop [70, 72] Druk op de [Rec/Zone 3]-knop voor output naar een opname-apparaat om iets op te nemen of ga naar de Zone 3-mode. Druk na het drukken op de [Rec/ Zone 3]-knop binnen 3 seconden op een van de keuzeknoppen voor de ingangsbron om het apparaat te selecteren. Als er een apparaat is geselecteerd licht het indicatielampje bocen die knop rood op. Om op te nemen van dezelfde ingangsbron die u op dat moment gebruikt (die geselecteerd is voor de hoofdzone), drukt u twee maal achtereenvolgens op de [Rec/Zone 3]-knop. Opmerking: De Opname- en Zone 3-bedieningen maken gebruik van hetzelfde circuit en kunnen daarom niet tegelijkertijd worden gebruikt.
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg Wanneer u Rec/Zone 3 of Zone 2 niet gebruikt, drukt u op die knop en dan op de [Off]-knop om het signaal uit te schakelen. Als het Rec/Zone 3 of Zone 2-signaal is ingeschakeld terwijl het aangesloten apparaat niet is ingeschakeld, zal het elektrische signaal toch door het circuit worden gestuurd en kan de hierdoor veroorzaakte belasting leiden tot een verslechtering van de kwaliteit van het audiosignaal.
D Display-knop [56] Indrukken om informatie over het actuele ingangsbronsignaal te laten weergeven. Elke keer dat u op de [Display]-knop drukt, verandert het scherm om u verschillende informatie over het ingangssignaal te geven.
E
DSP [61] Druk op deze knoppen om de verschillende luistermodes weer te geven en een nieuwe mode in te stellen voor de ingangsbron waarnaar u op dat moment aan het luisteren bent. Voor elk verschillend ingangssignaal zijn meerdere luister-modes mogelijk. Zie pagina 58 voor een gedetailleerde toelichting met betrekking tot de verschillende luistermodes.
F Dimmer-knop (voor modellen die niet bestemd zijn voor Europa) [54] Druk de knop in om de helderheid van het display van het frontpaneel in te stellen. Er zijn vier instellingen beschikbaar: normaal, donker, erg donker en alleen volume. Bij modellen die bestemd zijn voor Europa, kan deze functie alleen met de afstandsbediening worden ingesteld.
F RT/PTY/TP-knop (alleen Europese modellen) [65] Deze knop is alleen beschikbaar voor Europese modellen. Druk op deze knop om af te stemmen op het Radio Data System (RDS) voor FM-uitzendingen. RDS is ontwikkeld binnen de European Broadcasting Union (EBU) en is beschikbaar in de meeste Europese landen. Elke keer dat de knop wordt ingedrukt, verandert het display van RT (radiotekst) in PTY (programmatype), in TP (verkeersprogramma) en vervolgens weer in RT.
G
H
Preset -knop [63] Wanneer AM of FM als ingangsbron is geselecteerd, drukt u op één van deze knoppen om rechtstreeks naar een radiostation te gaan dat u vooraf heeft ingesteld met behulp van de [Memory]-knop. Wanneer u op de rechter knop drukt, gaat u van het meest recent ingestelde station naar oudere stations, wanneer u op de linker knop drukt beweegt u zich in omgekeerde volgorde.
I Tuning Mode-knop [62, 63] Deze knop wordt gebruikt om de Automatische of Handmatige tuning-mode te selecteren.
J Memory-knop [63] Indrukken om de radiozender waarop u op dat moment hebt afgestemd toe te wijzen aan een voorgeprogrammeerd kanaal of indrukken om een eerder voorgeprogrammeerde zender te wissen.
K Setup/[ ]/[ ]/Enter/[ ]/[ ]/Exit [90] Deze knoppen worden gebruikt met het menu voor schermweergave On Screen Display (OSD). Setup: Druk op deze knop om het OSD-menu op te roepen. Exit: Druk op deze knop om het OSD-menu te verlaten wanneer u op het menuscherm bent, of naar het vorige scherm te gaan wanneer u op een willekeurig ander scherm bent. en : Wanneer u opties instelt in het OSDmenu, gebruikt u deze knoppen om de cursor op het scherm (of het gemarkeerde gedeelte) naar boven en naar beneden te verplaatsen. en : Wanneer u parameters instelt in het OSDmenu, gebruikt u deze knoppen om parameterwaarden of modes te selecteren. Enter: Druk op deze knop om het scherm voor de geselecteerde optie in het OSD-menu weer te geven. Opmerking voor modellen bestemd voor Europa Deze knoppen worden ook gebruikt om programma’s in te stellen en scans te beëindigen bij het uitvoeren van een PTY- of TP-scan met de RDS-uitzendingen.
L Phones-aansluiting [54] Dit is een standaard stereo-aansluiting voor het aansluiten van stereo koptelefoons.
Tuning -knop [62] Gebruik deze knoppen om de frequentie van de tuner te veranderen. De frequentie van de tuner wordt weergegeven op het display van het frontpaneel en kan worden gewijzigd in stappen van 50kHz voor FM en in stappen van 9-kHz voor AM. Wanneer er op een zendstation wordt afgestemd, verschijnt “> <” op het display van het frontpaneel (Als het stereosignaal wordt ontvangen, verschijnt “ ”).
Nl-13
Beginnen
C Off [71]
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg Achterpaneel Het ontwerp van achterpanelen varieert al naar gelang de regio waarvoor het model is bestemd. Raadpleeg voor modellen die bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië, “De RDC-7.1 gebruiken met optieborden” op pagina 146. * A
C DIGITAL IN
B
MULTI - CH
E
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
1
PB
2
4
7
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
PR
Y
4
REMOTE CONTROL FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
IN 2
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET
5
( Net-Tune )
3
5
8
PB
5
D 100mA MAX.
Y
6
6
1
1
1
9
6
2
4
1
3
3
5
2
4
E
AM
100mA MAX.
PR
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
PR
AES / EBU
2
R
OUT
L
OUT
R
L
ZONE 3
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
CENTER
CENTER
R FRONT
R
R SUB WOOFER
AC INLET
L
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
PRE OUT A
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
*Deze aansluiting is geleverd voor toekomstige serviceverbeteringen en wordt op dit moment niet gebruikt. Steek nooit een kabelconnector voor andere aansluitingen in deze aansluiting.
K
5
L
12 V TRIGGER OUT
RS 232
E
6
IR IN +12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND MAIN ZONE 2 ZONE 3
12 V TRIGGER OUT A
200mA MAX.
B
100mA MAX.
C
100mA MAX.
GND D
100mA MAX.
( SINGLE )
AC INLET
L CENTER
R SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
7
UDD
E TOTAL 100mA MAX.
MODEL NO. RDC-7.1
Modellen voor de VS en Canada
8 1 ( ) i.LINK S400 (AUDIO) aansluitingen Deze aansluitingen zijn voor het aansluiten op een apparaat dat is voorbereid voor een i.LINK (AUDIO), via een 4-pins (S400) i.LINK (AUDIO)kabel. De RDC-7.1 voldoet aan de normen voor alleen audio-uitzendingen. 2 ETHERNET (Net-Tune) (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze connector is bedoeld voor aansluiting op een Ethernet netwerk. 3 DIGITAL OPTICAL IN/OUT De ingangs-/uitgangsaansluitingen voor digitaal geluidssignaal. De geluidskwaliteit is gelijk aan dat van het signaal dat door de COAXIAL-aansluitingen wordt gestuurd. 4 DIGITAL COAXIAL IN/OUT De ingangs-/uitgangsaansluitingen voor digitaal
Nl-14
9
geluidssignaal. De geluidskwaliteit is gelijk aan die van het signaal dat door de OPTISCHE aansluitingen wordt gestuurd. MULTI-CH IN 1 (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze connector is bedoeld voor het aansluiten van apparaten met een multikanaals-uitgang. DIGITAL IN (BALANCED) AES/EBU (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). De DIGITAL IN (BALANCED) AES/EBU-aansluiting dient voor het aansluiten van de DVD-speler en andere apparaten die zijn voorzien van de digitale audio-uitgangsaansluiting van het type XLR (balanced). AUDIO IN/OUT Deze connectors zijn bedoeld voor verbinding met de audio ingangs- en uitgangsaansluitingen op audio-/videocomponenten. Om een draaitafel aan te sluiten, gebruikt u de PH-aansluitingen. Naast de PH-aansluitingen, beschikt de RDC-7.1 over negen ingangs- en vijf uitgangsaansluitingen. VIDEO/S VIDEO IN/OUT (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze connectors zijn bedoeld voor verbinding met de video ingangs- en uitgangsaansluitingen op video-componenten. Er zijn voor zowel de VIDEO als S VIDEO-aansluiting zes ingangs- en vier uitgangsaansluitingen beschikbaar. COMPONENT VIDEO IN/OUT (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze connectors zijn bedoeld voor verbinding met samengestelde video-uitgangen/ingangen van video-componenten waarop zij aanwezig zijn. Modellen voor Europa en Azië beschikken over drie ingangen en één uitgang voor de aansluiting van een RCA-type COMPONENT en over een ingang en een uitgang voor de aansluiting van een BNC-type COMPONENT.
0 ANTENNA (FM/AM)
A
B
C D
(Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze stekerbussen zijn bestemd voor het aansluiten van de bij de RDC-7.1 geleverde FM-binnenantenne en de AM-raamantenne. HDMI IN/OUT (Alleen beschikbaar als optie voor modellen voor de VS). Deze interface kan digitale audio- en videosignalen gelijktijdig overdragen. De aansluiting kan worden aangesloten op de HDMI-aansluiting op componenten zoals een DVD-speler, set top box (B tuner), projector en digitale TV. REMOTE CONTROL Deze stekerbus is bedoeld voor verbinding van andere IntegraRESEARCH/Onkyo componenten die voorzien zijn van dezelfde -aansluiting. De audiokabels moeten ook zijn aangesloten. RS 232 Deze poort is bedoeld om de RDC-7.1 aan te sluiten op huisautomatisering en externe regelapparaten. 12V TRIGGER OUT Deze connectors worden gebruikt om de 12V TRIGGER IN-aansluiting van een component aan te sluiten. De beschikbare connectors bestaan uit
E
F
G
H
een met een maximum stroomcapaciteit van 200 mA en vier met 100 mA. IR IN (voor alle modellen), IR OUT (modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada) Deze connectors zijn bedoeld voor aansluiting van de afstandsbedieningssensor van een multiroom-set (los verkrijgbaar). Er zijn connectors voorzien voor de hoofdzone, Zone 2 en Zone 3. PRE OUT A/B (RCA type) Deze stekerbussen zijn bestemd voor het aansluiten van vermogensversterkers. Als de stekerbussen op uw vermogensversterker van het type RCA zijn, sluit ze dan hier aan. Zowel de PRE OUT A als de PRE OUT B-secties bieden alle aansluitingen voor de kanalen links en rechts voor, midden, surround, surround achter en subwoofer. PRE OUT A (Balanced type) Deze stekerbussen zijn bestemd voor het aansluiten van vermogensversterkers. Als de stekerbussen op uw vermogensversterker van het type XLR (balanced) zijn, sluit ze dan hier aan. AC INLET Deze connector is bedoeld om de bijgeleverde voedingskabel in te steken.
Display frontpaneel
A Aanduidingen van de luister-mode of het
B
C
D E F
ingangsformaat Eén van de aanduidingen brandt om het formaat van de actuele ingangsbron te laten zien. Verder brandt er één van de indicatielampjes van de luister-modes, om aan te geven welke de actuele luister-mode is. Multifunctioneel display Tijdens de normale werking laat dit de actuele ingangsbron zien. Wanneer er een FM- of AMingang geselecteerd is, laat het de frequentie en het nummer van het voorgeprogrammeerde kanaal zien. Wanneer u de knop [Display] indrukt, verschijnen de luister-mode en het ingangsbronformaat. Aanduidingen van het audio-ingangssignaalpad Laat zien vanaf welke aansluiting het audioingangssignaal afkomstig is. MAIN A/B-aanduidingen Geeft aan welke ruimte op dat moment in gebruik is. SLEEP-aanduiding Brandt wanneer de sluimertimer ingeschakeld is. Tuning-indicatielampjes AUTO-indicatielampje Brandt wanneer er een FM-uitzending ontvangen wordt in de stereo-mode. Gaat uit wanneer hij op de mono-mode gezet wordt.
RDS-indicatielampje (alleen Europese modellen) Brandt wanneer er een RDS-radiozender ontvangen wordt. TUNED -indicatielampje Brandt wanneer er een radiozender ontvangen wordt. MEMORY-aanduiding Brandt wanneer de [Memory]-knop wordt ingedrukt om een radiostation voor te programmeren. FM STEREO-indicatielampje Brandt wanneer er een FM-radiozender in stereo ontvangen wordt. Gaat uit wanneer hij op de monomode gezet wordt. G Programmaformaatweergave Wanneer de ingangsbron DVD video, Super Audio CD of gecomprimeerd digitaal audiosignaal is, zoals Dolby Digital en DTS, worden de kanalen die overeenkomen met de ingangsbron verlicht. H Volume display Toont het volumeniveau. I Aanduiding van het video-ingangssignaalpad Laat zien vanaf welke aansluiting het videoingangssignaal afkomstig is.
Nl-15
Beginnen
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg Afstandsbediening (Amp mode) De afstandsbediening van de RDC-7.1 is een apparaat dat voor meerdere doeleinden kan worden gebruikt. U kunt er niet alleen de RDC-7.1, maar ook uw andere AV-componenten mee bedienen. In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe de verschillende bedieningsmodes kunnen worden gebruikt om de RDC-7.1 te bedienen. Als u de Net-Tune-mode gebruikt, kunt u voor meer informatie pag. 78 raadplegen. Zie pag.124 - voor informatie over het gebruik van de afstandsbediening om IntegraRESEARCH-apparaten te bedienen die aangesloten zijn via en TV’s, videorecorders en AV-apparaten van andere fabrikanten. Bladerwiel
De Amp-mode wordt gebruikt om de RDC-7.1 te bedienen. Om de Amp-mode te selecteren, drukt u op het bladerwiel. Op het display verschijnt “AMP”. Opmerking: Zolang de [Input]-knop en de [Mode]-knop beide niet verlicht zijn, worden de ingangsbron en de afstandsbedieningsmode gelijktijdig gewijzigd wanneer u aan het bladerwiel draait.
1 On-knop Deze knop wordt gebruikt om de RDC-7.1 in te schakelen.
2 Standby-knop Deze knop wordt gebruikt om de RDC-7.1 op standby te zetten.
3 Cijfer-/letterknoppen Deze knoppen worden gebruikt om cijfers en letters in te voeren.
4 Custom-knop On
Standby TV Input
I
Deze knop wordt gebruikt om toegang tot de verschillende instellingen te krijgen, die u kunt gebruiken om de werking van de afstandsbediening aan te passen.
5 Macro-knop 1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. T V VOL
# Direct Tuning
--/---
Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
TV Input
Sleep To
rv Se
u
er
Men u Aud io
CH
Enter
Disc
VOL
E xi t
Prev CH
Re
turn
Gu
[ ]/[ ] en Enter-knop Deze knoppen worden gebruikt om opties in de instelmenu’s op het scherm (OSD) te selecteren. De [ENTER]-knop wordt ook gebruikt om namen in te voeren en instellingen te bevestigen. Deze knop wordt gebruikt om vooringestelde radiostations te selecteren.
0 Return-knop
ide
S etu
8 Omhoog/Omlaag/Links/Rechts [ ]/[ ]/
9 CH +/–-knop
A DJ
+
en pM
7 Dimmer-knop Deze knop wordt gebruikt om de helderheid van het display af te stellen.
Custom
Dimmer
Deze knop wordt voor de Macro-functie gebruikt.
6 Mode-knop
p
Display
Muting
Deze knop wordt gebruikt om naar het vorige instelmenu op het scherm (OSD) terug te gaan.
A Display-knop Random
Rec
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Angle Last Memory
Deze knop wordt gebruikt om informatie over de op dit moment geselecteerde ingangsbron weer te geven.
B Main A-knop Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Caps
DSP
Een druk op deze knop schakelt de status van de luidsprekers die in hoofdzone A worden gebruikt om van ingeschakeld naar uitgeschakeld en omgekeerd.
C Knop THX Deze knop wordt gebruikt om de THX-luistermodes te selecteren.
D Surround-knop Deze knop wordt gebruikt om de Dolby en DTSluister-modes te selecteren.
RC-554M RC-555M
Nl-16
E Direct-knop Deze knop wordt gebruikt om de Direct luistermode te selecteren.
Index van onderdelen en voorzieningen—Vervolg S Main B-knop
Deze knop wordt gebruikt om de Pure Audio luister-mode te selecteren.
Een druk op deze knop schakelt de status van de luidsprekers die in hoofdzone B worden gebruikt om van ingeschakeld naar uitgeschakeld en omgekeerd.
G Test Tone, CH SEL, Level– & Level+ knoppen Deze knoppen worden gebruikt om het niveau van elke luidspreker afzonderlijk af te stellen. Deze functies kunnen alleen met de afstandsbediening worden ingesteld. De knoppen [Level –] en [Level+] worden ook gebruikt om het volume in Zone 2 of Zone 3 af te stellen.
T All CH ST-knop Deze knop wordt gebruikt om de All Ch Stereo luister-mode te selecteren.
U Stereo-knop Deze knop wordt gebruikt om de Stereo luistermode te selecteren.
H Audio SEL-knop Deze knop wordt gebruikt om het formaat te kiezen van het audio-ingangssignaal (bijv analoog, digitaal, enz.)
I LIGHT-knop Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen van de afstandsbediening in of uit te schakelen.
J Direct Tuning-knop Deze knop wordt met de cijferknoppen gebruikt om een radiostation te selecteren door de frequentie hiervan in te voeren. Druk eerst op deze knop en gebruik dan de cijferknoppen om de frequentie in te voeren.
K Display
V
Beginnen
F Pure A-knop
DSP/DSP -knoppen Deze knoppen worden gebruikt om de luistermodes te selecteren.
W Re-EQ-knop Deze knop wordt gebruikt om de Re-EQ-functie in en uit te schakelen.
X L Night-knop Deze knop wordt gebruikt om de Late Night-functie in te stellen.
Y Openen/Sluiten [ ]-knop Deze knop dient om de voorklep die de onderste knoppen bedekt te openen en te sluiten.
De bovenste regel van het LCD-display toont de naam van de op dit moment geselecteerde ingangsbron. De onderste regel toonde op dit moment geselecteerde afstandsbedieningsmode.
L Zone 3 knop Deze knop wordt gebruikt wanneer u het volume en de ingangsbron voor Zone 3 wilt instellen.
M Zone 2 knop Deze knop wordt gebruikt wanneer u het volume en de ingangsbron voor Zone 2 wilt instellen.
N Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat de naam van de ingangsbron op het display verschijnt.
O Sleep-knop Deze knop wordt gebruikt om de Sleep-functie in te stellen. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
P VOL
-knop Deze knop wordt gebruikt om het volume van de RDC-7.1 in te stellen.
Q Setup-knop Deze knop wordt gebruikt om toegang te krijgen tot de instelmenu’s (OSD) die op het scherm van de TV verschijnen.
R Muting-knop Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
Nl-17
Plaatsing van de luidsprekers Basisopstelling van de luidsprekers voor het huistheater en de functie van de respectieve luidsprekers De RDC-7.1 beschikt over uitstekende eigenschappen waarmee een helder, driedimensionaal geluidsbeeld en een levendige geluidsbeweging worden gerealiseerd. Zo kunt u thuis genieten van de klankrijke geluidseffecten van een voorstelling in een theater of concertzaal. Bij het afspelen van een DVD kunt u, afhankelijk van het opnameformaat, genieten van DTS- of Dolby Digitalgeluidseffecten. Bovendien beschikt u over THX-geluid en de exclusieve DSP surround weergave van IntegraRESEARCH voor televisie- of digitale satellietuitzendingen. Luidsprekers links en rechts voor Geeft totaalgeluid. Deze luidsprekers creëren de basisgeluidsbeelden en velden en spelen de belangrijkste rol in een huistheatersysteem. Middelste luidspreker Verrijkt en verheldert het geluidsbeeld en de geluidsbeweging door de geluidseffecten van de luidsprekers links en rechts voor aan te vullen. Bij films zijn de stemmen van de acteurs voornamelijk via de middelste luidspreker te horen.
Surround luidsprekers achter Verbetert de weergave van de geluidsruimte met surround kanaalsignalen. Door geluidsbewegingen en geluidsvelden achter de luisteraar te creëren, ontstaat een realistischere geluidsweergave.
Subwoofer Geeft alleen basgeluiden weer waardoor de basgeluidseffecten worden verbeterd en aangevuld.
Surround luidsprekers links en rechts Versterkt de indruk bij een live-voorstelling aanwezig te zijn door de geluidseffecten driedimensionele geluidsbeweging te geven.
• Voor een optimale surround weergave moeten de luidsprekers zich op een zodanige afstand van de luisteraar bevinden, dat de tijd die het geluid nodig heeft om de luisteraar te bereiken hetzelfde is. Bovendien moet het volume voor iedere luidspreker apart worden ingesteld zodat er een juiste volumebalans tussen de luidsprekers ontstaat (zie pag. 92 - 94).
Nl-18
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg De luidsprekers plaatsen Voor optimaal genot van surround geluid, is de configuratie en de plaatsing van de luidsprekers erg belangrijk. Lees de beschrijvingen op de vorige pagina en hieronder daarom aandachtig door. Dit hoofdstuk geeft voorbeelden en beschrijvingen van een typerende situatie.
• Stel de luidspreker links voor en de luidspreker rechts voor symmetrisch op, zodat hun afstand tot de luisterpositie TV of scherm gelijk is. • Richt de luidsprekers op het punt waar zich de oren van de Middelste luisteraar bevinden als deze naar muziek luistert of films Luidspreker luidspreker Luidspreker links voor rechts voor TV kijkt. • Plaats de drie luidsprekers zo dat de bovenkanten zich op dezelfde hoogte bevinden. De ideale hoogte van de luidsprekers is de hoogte van de oren van de luisteraar. Als u de middelste luidspreker boven of onder de TV plaatst, zet u hem schuin in de richting van de oren van de luisteraar. • Plaats de middelste luidspreker zo dicht mogelijk bij het scherm of de monitor en in het midden tussen de luidsprekers links en rechts voor. Als u de middelste luidspreker vlakbij de TV zet, moet u een afgeschermde luidspreker gebruiken. • Als u de middelste luidspreker niet gebruikt, moet u de luidsprekers links en rechts voor dichter bij elkaar opstellen. Surround luidsprekers links en rechts • Plaats deze luidsprekers aan beide zijkanten of in een hoek achter de luisteraar. • Stel de surround luidsprekers symmetrisch ten opzichte van de luisterpositie op en plaats ze zo dat de afstand van de luisteraar naar de surround luidspreker links en rechts gelijk is. • Als u voornamelijk naar films kijkt, plaatst u de surround luidsprekers ongeveer 1 m boven de oren van de luisteraar. Dit resulteert in meer surround effect. Surround achter • Als u voornamelijk naar muziek luistert, kan er een beter surround effect worden bereikt door de surround luidsprekers op dezelfde hoogte als de voorste luidsprekers op te stellen. • Als u surround luidsprekers achter gebruikt in aanvulling op de surround luidsprekers, wordt de geluidsbeweging vloeiender als u de surround luidsprekers iets verder naar voren plaatst. Surround luidsprekers achter • Stel de luidsprekers ongeveer 1 m boven de hoogte van de oren van de luisteraar of hoger op. • Als u een surround luidspreker achter gebruikt, plaatst u deze achter de luisteraar. • Als u twee surround luidsprekers achter gebruikt, plaatst u deze zodanig achter de luisteraar dat de hoek tussen de lijnen van een surround luidspreker achter naar de luisteraar en de lijn die recht op de luisteraar staat ongeveer 30˚ bedraagt. Er wordt dus een gelijkzijdige driehoek door de luisteraar en de twee surround luidsprekers achter gevormd. *Als u een THX-gecertificeerd luidsprekersysteem gebruikt, dient u ook “Luidsprekeropstelling geschikt voor THX Audio” op de volgende pagina te raadplegen.
Nl-19
Installeren en aansluiten
Luidsprekers rechts en links voor en middelste luidspreker
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg Subwoofer Het plaatsen van een subwoofer verbetert het volumeniveau en de geluidskwaliteit van bastonen aanzienlijk. Het effect van de subwoofer hangt niet alleen van de luisterpositie, maar ook van de vorm van de luisterruimte af. • Plaats normaal gesproken de subwoofer in een hoek van de kamer of op een punt op 1/3 van de breedte van de kamer. • Speel een film of muziek af die bastonen van hoge kwaliteit bevat om de plaatsing van de subwoofer te bepalen. Verander de positie van de subwoofer en controleer het effect. 1/3 van de Selecteer daarna de positie waar de basgeluiden het beste lengte van de worden gehoord. kamer • U kunt twee subwoofers opstellen voor krachtigere en rijkere basgeluiden.
Hoek
Luidsprekeropstelling geschikt voor THX Audio Als u naar bronnen luistert die gebruikmaken van de Opstelling met tweepolige luidsprekers THX Cinema of THX Surround EX technologie, raden 1 TV of scherm 2 1 2 Subwoofer wij u aan een THX-luidsprekersysteem van THX Ltd. te 3 5 3 Luidspreker links voor 4 gebruiken. Het luidsprekersysteem dat de norm THX 4 Middelste luidspreker Ultra2 ondersteunt, is het meest geschikt voor THX 5 Luidspreker rechts voor Ultra2 Cinema of THX Music Mode. 6 Surround luidspreker links Het plaatsingsvoorbeeld rechts gaat uit van het gebruik 7 Surround luidspreker van tweepolige luidsprekers. Een tweepolige luidsprerechts 6 7 ker is een tweeweg luidspreker, die hetzelfde geluid in 8 Surround luidspreker links 10 twee richtingen, bijvoorbeeld naar voren en naar achteachter ren, weergeeft. 9 Surround luidspreker rechts achter De meeste tweepolige luidsprekers zijn voorzien van 8 9 10 Luisterpositie een pijl, die aangeeft in welke richting ze in de ruimte moeten worden geplaatst zodat hun fasen overeenkomen*. Tweepolige surround luidsprekers moeten zo worden geplaatst dat hun pijlen vooruit wijzen in de richting van het scherm, en tweepolige surround luidsprekers achter moeten zo worden geplaatst dat hun pijlen naar elkaar wijzen. *Fase: het woord staat voor de positie van de golfvorm in een cyclus (0 tot 360) van een sinusgolf. Als de fasen van meerdere golfvormen niet overeenkomen als gevolg van de afstand tussen de luidsprekers, de richting van de luidsprekers of door het verkeerd aansluiten van de positieve en negatieve polen, kan het geluidsbeeld of de geluidsruimte vervormen of is het geluid minder prettig om naar te luisteren.
Als u een bron in het formaat THX Ultra2 Cinema of THX Music Mode afspeelt en daarbij de twee surround luidsprekers achter gebruikt die de THX Ultra2-norm ondersteunen, moet u deze zo dicht mogelijk bij elkaar plaatsen. Nadat de surround luidsprekers achter zijn opgesteld, voert u de instellingen uit die beschreven zijn in de “THX Audio Setup” (pag. 94).
6
7 10 Zo dicht mogelijk bij elkaar
8
9
Luidsprekeropstelling geschikt voor een muziekbron, zoals DVD-Audio Deze opstelling is gebaseerd op de ITU-R*-aanbeveling. Bij deze opstelling worden vijf luidsprekers met dezelfde prestaties gebruikt voor de luidsprekers links en rechts voor, de middelste luidspreker en de surround luidsprekers links en rechts. Deze worden zo geplaatst dat de afstanden tussen de verschillende luidsprekers en de luisterpositie aan elkaar gelijk zijn en de luidsprekers zich op dezelfde hoogte als het oor van de luisteraar bevinden. Een studio waarin meerkanaals DVD-Audio bronnen worden gemixt, maakt gebruik van deze opstelling.
Luidspreker links voor
Middelste luidspreker
Luidspreker rechts voor
60 Subwoofer
*ITU-R: International Telecommunication Union Radiocommunication Sector Surround luidspreker links
Nl-20
Surround luidspreker rechts
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg
Verklaring afkortingen: FL: linker luidspreker voor, FR: rechter luidspreker voor, C: middelste luidspreker, SL: linker surround luidspreker, SR: rechter surround luidspreker, SBL: linker surround luidspreker achter, SBR: rechter surround luidspreker achter, SW: subwoofer
Deze opstelling is geschikt voor het afspelen van 5.1 ch bronnen inclusief analoge meerkanaals, Dolby Digital, DTS, en AAC-bronnen. Is de bron 2 ch of mono, dan wordt het signaal gedecodeerd met Dolby Pro Logic II of DTS NEO:6 formaat en afgespeeld als 5.1 ch bron. Als het aantal kanalen in de bron 6.1 of meer is, wordt het surround achter signaal over de surround luidsprekers links en rechts verdeeld. SW
FL
SL
SB SW FL
C
FR
SBL
SBR
6 ch/6.1ch/5 ch/5.1ch (zonder middelste luidspreker) SW FR
FL
SR
SL
FR
Deze opstelling wordt gebruikt bij drie luidsprekers (luidsprekers links voor, rechts voor en middelste luidspreker). Als het aantal kanalen in de bron 4.1 of meer is, wordt het signaal voor de surround en surround achter kanalen door de luidsprekers links en rechts voor weergegeven.
SW FR
SR
SBL
SBR SW FR
FL
Deze opstelling is geschikt voor het afspelen van 5.1- of 6.1-kanaalsbronnen als grote voorkeur wordt gegeven aan het surround achtergeluid in plaats van het middengeluid, met minder luidsprekereenheden dan in de normale configuratie. Het signaal van het middelste kanaal zal worden weergegeven door de luidsprekers links en rechts voor.
SR
Als bij deze opstelling het aantal kanalen in de bron 5.1 of meer is, wordt het signaal van het middelste kanaal door de luidsprekers links en rechts voor weergegeven, terwijl de surround achter kanalen door de surround luidsprekers worden weergegeven.
SL
4 ch/4.1 ch
SL
FR
SL SW
FL
C
SR
3 ch/3.1 ch
FL
Deze opstelling is geschikt voor het afspelen van 6.1kanaals bronnen, zoals DTSES Matrix/Discrete en Dolby Surround EX signalen. Als u twee surround luidsprekers achter gebruikt, zullen ze beide hetzelfde signaal weergeven omdat het surround achter-kanaal mono is. Als de bron 2-kanaals of mono is, zal het signaal met Dolby Pro Logic IIx/DTS NEO:6 worden gedecodeerd en als 6.1/7.1kanaals bron worden afgespeeld.
SB
Nl-21
Installeren en aansluiten
SW
SR
Deze opstelling wordt gebruikt bij twee luidspreFR FL kers (luidsprekers links en rechts voor). Het is het beste voor 2 ch bronnen inclusief bronnen met de volgende formaten: analoog 2 ch, 2 ch lineair PCM, Dolby Digital, DTS, DTS96/24 en AAC. Wanneer het aantal kanalen in de bron 3.1 of meer is, dan worden de signalen dienovereenkomstig over de linker en rechter kanalen verdeeld. SW
C
FR
6 ch/6.1 ch/7 ch/7.1ch (met middelste luidspreker)
2 ch/2.1 ch
FL
C
SR
De volgende luidsprekeropstellingen zijn, afhankelijk van het aantal op de RDC-7.1 aangesloten luidsprekers, beschikbaar. Bij het aantal luidsprekerkanalen staat _.1 ch voor een subwoofer.
5 ch/5.1 ch
SL
Beschikbare luidsprekeropstellingen afhankelijk van het aantal luidsprekers
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg Aansluitvoorbeelden De RDC-7.1 heeft twee luidsprekerklemmenblokken voor luidsprekersysteem [A] en [B]. Zo kunt u twee 7.1-kanaals huistheatersystemen bouwen en er zijn ook verschillende luidsprekeropstellingen en -aansluitingen beschikbaar. Sommige kanalen van beide luidsprekersystemen kunnen bijvoorbeeld voor een andere ruimte (Zone 2) worden gebruikt, of u kunt, afhankelijk van de bron, één of twee luidsprekersystemen voor weergave gebruiken. Als u twee luidsprekersystemen gebruikt, moet u de luidsprekers verbinden met de zone (bijv. Main A, Main B, enz.). Als u na het maken van de verbinding bijvoorbeeld op de “Main A”-knop op de afstandsbediening drukt, zal de bron weergegeven worden via de luidsprekers die als “Main A” zijn geconfigureerd. Hier zijn een aantal voorbeelden van luidsprekeropstellingen en zone-verbindingen. Deze voorbeelden kunt u als referentie gebruiken wanneer u uw eigen huistheatersysteem bouwt. De afbeelding aan de rechterkant toont de met het voorbeeld overeenstemmende instellingen. Voor meer informatie over het configureren van de luidsprekeropstelling en de zone-verbinding zie pag. 92 . *In de volgende afbeeldingen verwijzen witte luidsprekers naar luidsprekersysteem [A] en grijze naar luidsprekersysteem [B]. *Verklaring afkortingen: FL: linker luidspreker voor; FR: rechter luidspreker voor; C: middelste luidspreker; SL: linker surround luidspreker; SR: rechter surround luidspreker; SBL: linker surround luidspreker achter; SBR: rechter surround luidspreker achter; SW: subwoofer
Als u 7.1 ch luidsprekersysteem alleen in hoofdzone A wilt configureren, kan de aanvankelijke instellling ongewijzigd gebruikt worden. Hoofdzone A: 7.1 ch luidsprekersysteem; hoofdzone B: 7.1ch luidsprekersysteem SW FL
SW
FR
C
FL
Hoofdzone A SL
SR
SL
FR
Hoofdzone B SR
SBL
C
SBR
SBL
SBR
1-1.Speaker Config ===================== Speaker A a.Front L/R :Main b.Center :Main c.Surr L/R :Main d.Surr Back :Main A 2ch e.Subwoofer :Main Speaker B f.Front L/R :Main g.Center :Main h.Surr L/R :Main i.Surr Back :Main B 2ch j.Subwoofer :Main
A A A A B B B B
• Zet alle zoneparameters voor luidsprekersysteem [A] op “Main A”. • Zet alle zoneparameters voor luidsprekersysteem [B] op “Main B”. • Drukt u op de [Main A]-knop of de [Main B]-knop dan wordt het geluid uitgestuurd via het luidsprekersysteem dat bij de zoneknop hoort. Beide luidsprekersystemen kunnen niet gelijktijdig worden geselecteerd. *Als u alle zoneparameters voor luidsprekersysteem [B] op “Main A” zet en een enkele bron afspeelt, zullen beide luidsprekersystemen [A] en [B] hetzelfde audiosignaal weergeven.
Hoofdzone A: 7.1 ch luidsprekersystemen en de twee extra voorste luidsprekers (Als u luidsprekersysteem [A] voor films wilt gebruiken met 7.1 surroundgeluid en de twee extra voorste luidsprekers voor klassieke muziek). FL
C
FR
1-1.Speaker Config =====================
FR
SW
FL
Hoofdzone A SL
SR
SBL
SBR
Speaker A a.Front L/R :Main A b.Center :Main A c.Surr L/R :Main A d.Surr Back :Main A 2ch e.Subwoofer :Main A Speaker B f.Front L/R :Main A g.Center :Not Used h.Surr L/R :Not Used i.Surr Back :Not Used j.Subwoofer :Not Used
3-3.Stereo ===================== a.Re-EQ/Academy :Off b.Front Speaker
:B
c.Subwoofer :A
Hier is een voorbeeld van de stereo luister-mode.
• Zet alle zoneparameters voor luidsprekersysteem [A] op “Main A”. • Zet de parameters van de voorste luidsprekers voor luidsprekersysteem [B] op “Main A”. • Als u de voorste luidsprekers van luidsprekersysteem [B] voor bepaalde bronnen wilt gebruiken, selecteert u de bron en zet u de parameters van de voorste luidspreker op “B” in het menu Listening mode setup. Als u output wilt hebben naar beide luidsprekersystemen tegelijk, kunt u de “A+B”-instelling kiezen. • Om het geluid weer te geven, drukt u op de [Main A]-knop op de afstandsbediening.
Nl-22
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg Hoofdzone A: 7.1 ch luidsprekersysteem en de twee extra voorste luidsprekers aangesloten via de bi-amp-aansluiting (als u de 7.1 ch luidsprekers of de extra luidsprekers, afhankelijk van de bron, wilt gebruiken)
C
FR
1-1.Speaker Config =====================
FR
SW
FL
Hoofdzone A SL
SR
SBL
SBR
Speaker A a.Front L/R :Main A b.Center :Main A c.Surr L/R :Main A d.Surr Back :Main A 2ch e.Subwoofer :Main A Speaker B f.Front L/R :Main A g.Center :Not Used h.Surr L/R :Not Used i.Surr Back :Bi-Amp for Front j.Subwoofer :Not Used
3-3.Stereo ===================== a.Re-EQ/Academy :Off b.Front Speaker
:B
c.Subwoofer :A
Hier is een voorbeeld van de stereo luister-mode.
• Zet alle zoneparameters voor luidsprekersysteem [A] op “Main A”. • Voor luidsprekersysteem [B] zet u de parameters van de luidspreker voor op “Main A” en van de surround luidspreker achter op “Bi-Amp for Front” (Zie pag. 27 voor meer informatie over verbindingen). • Als u de voorste luidsprekers van luidsprekersysteem [B] voor bepaalde bronnen wilt gebruiken, selecteert u de bron en zet u de parameters van de voorste luidspreker op “B” in het menu Listening mode setup. *Als de bi-amp-aansluitingen worden gebruikt, kunnen de systemen met twee luidsprekers niet gelijktijdig voor weergave worden gebruikt.
Hoofdzone A: 5.1 ch luidsprekersysteem inclusief via de bi-amp-aansluitingen aangesloten voorste luidsprekers
C
1-1.Speaker Config =====================
FR
SW
FL
SR
SL
Hoofdzone A
Speaker A a.Front L/R :Main A b.Center :Main A c.Surr L/R :Main A d.Surr Back :Bi-Amp for Front e.Subwoofer :Main A Speaker B f.Front L/R :Not Used g.Center :Not Used h.Surr L/R :Not Used i.Surr Back :Not Used j.Subwoofer :Not Used
• Voor luidsprekersysteem [A] zet u de parameters van de surround luidspreker achter op “Bi-Amp for Front” en alle andere luidsprekerparameters op “Main A” (voor meer informatie over luidsprekeraansluitingen, zie pag. 27). • Voor luidsprekersysteem [B] zet u de luidsprekerparameters op “Not Used”. *Als de bi-amp-aansluitingen worden gebruikt, kunt u Zone 2 niet gebruiken omdat het surround achter-kanaal wordt gebruikt voor de voorste luidsprekers van hoofdzone A.
Nl-23
Installeren en aansluiten
FL
Plaatsing van de luidsprekers—Vervolg Hoofdzone A: 7.1 ch van het luidsprekersysteem [A] en extra subwoofer en surround luidsprekers van luidsprekersysteem [B] (geschikt voor het beluisteren van een krachtiger en levendiger surroundsysteem in hoofdzone A); hoofdzone B: twee voorste luidsprekers van luidsprekersysteem [B] die de bi-amp aansluitingen gebruiken
FL
FL
FR
C
SW
SW
Hoofdzone A SL
SR
SL
SR
SBL
SBR
FR
Hoofdzone B
1-1.Speaker Config ===================== Speaker A a.Front L/R :Main A b.Center :Main A c.Surr L/R :Main A d.Surr Back :Main A 2ch e.Subwoofer :Main A Speaker B f.Front L/R :Main B g.Center :Not Used h.Surr L/R :Main A i.Surr Back :Bi-Amp for Front j.Subwoofer :Main A
3-5.Multichannel Input =====================
b.Re-EQ
:Off
e.Surr L/R Sp
:A+B
g.Subwoofer
:A+B
Hier is een voorbeeld van de meerkanaals luister-mode. • Voor luidsprekersysteem [A] zet u alle parameters voor luidsprekers op “Main A”. • Voor luidsprekersysteem [B] zet u de parameters van de surround luidspreker en de subwoofer op “Main A”, de parameters van de voorste luidsprekers op “Main B” en de parameters van de surround luidspreker achter op of “BiAmp for Front” (voor meer informatie over luidsprekeraansluiting, zie pag. 27). • Als u de surround luidsprekers en de subwoofer van luidsprekersysteem [B] voor bepaalde bronnen wilt gebruiken, selecteert u de bron en zet u de parameters van deze luidsprekers op “B” of “A+B” in het menu Listening mode setup. Als u de parameter op “B” zet, komt het audiosignaal uit de surround luidsprekers en de subwoofer van luidsprekersysteem [B]. Als u de parameter op “A+B” zet, komt het signaal uit de surround luidsprekers en de subwoofer van beide luidsprekersystemen [A] en [B].
Nl-24
Een vermogensversterker aansluiten Een vermogensversterker aansluiten met RCA-type kabels U kunt een vermogensversterker met RCA-type ingangsaansluitingen, aansluiten op de RDC-7.1 met RCA-type kabels. Er zijn twee sets (A en B) RCA-type ingangsaansluitingen beschikbaar voor deze aansluiting. De PRE OUT A-aansluitingen gebruiken de mode-instellingen die zijn geconfigureerd voor “luidsprekersysteem [A]”. DIGITAL IN
RDC-7.1
( BALANCED )
2
AES/EBU
2
3
R
OUT
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
L CENTER
R
R SUB WOOFER
FRONT
SURR
SUBWOOFER
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SURR BACK R
SURR R
FR
PRE OUT A
Subwoofer FRONT RIGHT
SURROUND LEFT
FRONT LEFT
CENTER
SURROUND BACK LEFT
LINE INPUT
LINE INPUT
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
SPEAKER IMPEDANCE 4 OHMS MIN. PER EACH SPEAKER TERMINAL
AC INLET
FUSE
12V TRIGGER IN
SEVEN CHANNEL AMPLIFIER
MODEL NO. RDA-7.1
OUT
Vermogensversterker
De PRE OUT B-aansluitingen gebruiken de mode-instellingen die zijn geconfigureerd voor “luidsprekersysteem [B]”.
2
4
ZONE 3
OUT
S VIDEO
OUT
OUT
VIDEO
UPP
PR
RDC-7.1
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR AC INLET
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L CENTER
R FRONT L
SURR L
SURR BACK L
R SUB WOOFER SURR
FRONT
( SINGLE)
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
Subwoofer SURROUND BACK RIGHT
SURROUND RIGHT
FRONT RIGHT
CENTER
SURROUND LEFT
FRONT LEFT
SURROUND BACK LEFT
LINE INPUT
LINE INPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
SPEAKER IMPEDANCE 4 OHMS MIN. PER EACH SPEAKER TERMINAL
FUSE
AC INLET
12V TRIGGER IN
OUT
SEVEN CHANNEL AMPLIFIER
MODEL NO. RDA-7.1
Vermogensversterker
Nl-25
Installeren en aansluiten
SURROUND RIGHT
SURROUND BACK RIGHT
Een vermogensversterker aansluiten—Vervolg Controleer in de gebruiksaanwijzing van uw vermogensversterker of de ingangspintoewijzingen compatibel zijn met die voor de RDC-7.1. 1. De uitgangsaansluiting aansluiten Stel de pinnen op elkaar af en steek de aansluiting naar binnen tot u een klik hoort. Controleer of hij goed vast zitten door er voorzichtig aan te trekken.
Een vermogensversterker aansluiten met XLR-type kabels U kunt een vermogensversterker met XLR (balanced)type ingangsaansluitingen, aansluiten op de RDC-7.1 met XLR-type kabels. Er is een set XLR-type ingangsaansluitingen beschikbaar voor deze aansluiting. De pintoewijzingen voor deze aansluitingen, die conform zijn aan de AES*-standaard, ziet u hieronder. *AES: Audio Engineering Society XLR type
Gebalanceerde kabel
2. De uitgangsaansluiting losmaken Trek de kabel naar buiten (in de door de pijl aangegeven richting) terwijl u de knop van de aansluitkabel ingedrukt houdt. Duwen
1. GND 2. niet-inverterend (+) 3. inverterend (–) RDC-7.1 S400
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
Y
AUDIO
PB
The i.LINK logo is a trademarks of Sony Corporation, registered in the U.S. and other countries.
1
1
2
2
2
4
1
3
3
5
2
4
DIGITAL IN PR
( BALANCED )
AES / EBU
R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
VIDEO
S VIDEO
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
OUT
VIDEO
( ASSIGNABLE)
L
L CENTER
R FRONT
R
R SUB WOOFER
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
PRE OUT A
SURR BACK L ( SINGLE)
FRONT
Subwoofer SURROUND BACK RIGHT
SURROUND RIGHT
FRONT RIGHT
CENTER
SURROUND LEFT
FRONT LEFT
SURROUND BACK LEFT
LINE INPUT
LINE INPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
SPEAKER IMPEDANCE 4 OHMS MIN. PER EACH SPEAKER TERMINAL
FUSE
AC INLET
12V TRIGGER IN
Vermogensversterker
Nl-26
OUT
SEVEN CHANNEL AMPLIFIER
MODEL NO. RDA-7.1
Een vermogensversterker aansluiten—Vervolg De Bi-amp-aansluiting gebruiken Als u luidsprekers die geschikt zijn voor dubbele bedrading gebruikt voor de voorste luidsprekers, kunt u de bi-ampaansluiting maken. Bij deze aansluiting worden de aansluitingen van de voorste luidspreker en van de surround luidspreker achter op de vermogensversterker respectievelijk voor de tweeter en de woofer gebruikt. Met deze aansluiting krijgt u bereikt u zowel een hoge geluidskwaliteit als maximale prestaties van de tweeter en de woofer bij de hoge en lage tonen, hetgeen uw geluidservaring rijker maakt. Let op: Verwijder bij het maken van de bi-amp aansluiting de kortsluitbeveiligingen die de hoogbereik- (Tweeter) en laagbereik- (Woofer) aansluitingen verbinden. Voor instellingen met betrekking tot de bi-amp aansluiting, zie pagina’s 92 en 93. Vermogensversterker
INPUT SELECT
SURROUND RIGHT
FRONT RIGHT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
CENTER
INPUT SELECT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
SURROUND LEFT
FRONT LEFT
INPUT SELECT
SURROUND BACK LEFT
INPUT SELECT
OUTPUT
INPUT SELECT
OUTPUT
OUTPUT
Installeren en aansluiten
SURROUND BACK RIGHT
SPEAKER IMPEDANCE 4 OHMS MIN. PER EACH SPEAKER TERMINAL
FUSE
AC INLET
12V TRIGGER IN
SURROUND BACK RIGHT OUTPUT
SEVEN CHANNEL AMPLIFIER
MODEL NO. RDA-7.1
OUT
FRONT RIGHT
FRONT LEFT
SURROUND BACK LEFT
OUTPUT
OUTPUT
OUTPUT
Hoog bereik (Tweeter)
Hoog bereik (Tweeter)
Laag bereik (Woofer)
Laag bereik (Woofer)
Rechter luidspreker
Linker luidspreker
Luidsprekers die geschikt zijn voor dubbele bedrading
1.
2.
3.
4.
Sluit de (+) tweeter-aansluiting van de rechter luidspreker aan op de FRONT RIGHT (+)-aansluiting van de vermogensversterker en de (+) woofer-aansluiting van de rechter luidspreker op de SURROUND BACK RIGHT (+)aansluiting van de vermogensversterker. Sluit de (–) tweeter-aansluiting van de rechter luidspreker aan op de FRONT RIGHT (–)-aansluiting van de vermogensversterker en de (–) woofer-aansluiting van de rechter luidspreker op de SURROUND BACK RIGHT (–)aansluiting van de vermogensversterker. Sluit de (+) tweeter-aansluiting van de linker luidspreker aan op de FRONT LEFT (+)-aansluiting van de vermogensversterker en de (+) woofer-aansluiting van de linker luidspreker op de SURROUND BACK LEFT (+)-aansluiting van de vermogensversterker. Sluit de (–) tweeter-aansluiting van de linker luidspreker aan op de FRONT LEFT (–)-aansluiting van de vermogensversterker en de (–) woofer-aansluiting van de linker luidspreker op de SURROUND BACK LEFT (–)-aansluiting van de vermogensversterker.
Nl-27
Antennes aansluiten Voor deze functie moet het klemmenbord [K] van de tuner in de RDC-7.1 gestoken zijn. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de bijgeleverde FM-binnenantenne en de AM-raamantenne, en de in de handel verkrijgbare FM- en AM-buitenantennes kunt aansluiten.
De FM-binnenantenne aansluiten De bijgeleverde FM-binnenantenne is uitsluitend geschikt voor gebruik binnenshuis.
1
Sluit de FM-antenne aan zoals afgebeeld. ■ Modellen voor de VS en Canada
Connector FM-antenne Inplugaansluiting AM-antenne A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
1
2
2
PH
4
1
Y
5
2
PB
6
3
PR
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
FM 75
RS 232
HDMI
Y SUB
IN 1
C
GND
SR “Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
3
R
SL
L
1
3 SBR
PB FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
4
4
2
7
4
Y
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
PR
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A
Steek de steker volledig in de aansluiting.
200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
■ Andere modellen
MAIN
PB 3
ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES/EBU
2
PR 3
5
R
OUT
L
OUT
2
R
4
L
ZONE 3
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
L CENTER
CENTER
R FRONT
R
R SUB WOOFER
AC INLET
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
PRE OUT A
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
R FRONT
SUB WOOFER SURR SURR BACK ( ASSIGNABLE)
PRE OUT B
MODEL NO. RDC-7.1
FM 75
Steek de steker volledig in de aansluiting.
Als uw RDC-7.1 klaar is voor gebruik, moet u op een FM-radiostation afstemmen en de FMantenne zodanig plaatsen dat u een optimale ontvangst bereikt.
2
Gebruik bijvoorbeeld punaises om de FMantenne op de juiste plaats te bevestigen.
Punaises, enz.
Let op: Wees voorzichtig dat u zich niet aan de punaises bezeert. Als u met de bijgeleverde FM-binnenantenne geen goede ontvangst kunt bereiken, kunt u in plaats daarvan een in de handel verkrijgbare FM-buitenantenne gebruiken.
Nl-28
Antennes aansluiten—Vervolg De AM raamantenne aansluiten De bijgeleverde AM-raamantenne is uitsluitend geschikt voor gebruik binnenshuis.
1
Een FM-buitenantenne aansluiten Als u met de bijgeleverde FM-binnenantenne geen goede ontvangst kunt bereiken, kunt u in plaats daarvan een in de handel verkrijgbare FM-buitenantenne gebruiken.
Monteer de AM-raamantenne door de lipjes in de basis te steken zoals afgebeeld. FM 75
2
Verbind beide draden van de AM-raamantenne met de AM-inplugaansluitingen zoals afgebeeld. (De draden van de antenne kunnen op elk van beide aansluitingen worden aangesloten, u hoeft geen rekening te houden met de polariteit). Controleer of de draden goed bevestigd zijn en de inplugaansluitingen de kale draad en niet de isolatie vastklemmen.
• FM-buitenantennes werken het beste buitenshuis, maar soms kunnen ook acceptabele resultaten worden bereikt door de antenne op een zolder of vliering te plaatsen. • Voor het beste resultaat installeert u de FM-buitenantenne op een redelijke afstand van grote gebouwen, liefst op een vrije gezichtslijn met uw plaatselijke FM-zender. • Buitenantennes dienen uit de buurt van bronnen die mogelijk elektrische ruis veroorzaken te worden geplaatst, zoals neonborden, drukke wegen, enz. • Om veiligheidsredenen mogen buitenantennes niet in de buurt van elektriciteitsmasten en andere hoogspanningsapparatuur worden geïnstalleerd. • Buitenantennes moeten in overeenstemming met de plaatselijke voorschriften worden geaard om het gevaar van elektrische schokken te voorkomen.
Een TV-/FM-antennesplitter gebruiken
Duwen
Draad insteken Loslaten
Het is beter om de antenne niet tegelijkertijd voor FMen televisieontvangst te gebruiken. Dit kan namelijk tot interferentieproblemen leiden. Gebruik, wanneer de omstandigheden dit vereisen, een TV-/FM-antennesplitter zoals afgebeeld.
AM
Als uw RDC-7.1 klaar is voor gebruik, moet u op een AM-radiostation afstemmen en de AMantenne zodanig plaatsen dat u een optimale ontvangst bereikt. Houd de antenne zover mogelijk verwijderd van uw RDC-7.1, televisie, luidsprekerkabels en elektriciteitssnoeren. Als u met de bijgeleverde AM-raamantenne geen goede ontvangst kunt bereiken, kunt u in plaats daarvan een in de handel verkrijgbare AM-buitenantenne gebruiken.
TV-/FM-antennesplitter Naar AV-ontvanger
Naar TV (of videorecorder)
Een AM-buitenantenne aansluiten Als er met de bijgeleverde AM-raamantenne geen goede ontvangst kan worden verkregen, kan er een AM-buitenantenne in aanvulling op de raamantenne worden gebruikt zoals afgebeeld. Buitenantenne Geïsoleerde antennekabel AM-raamantenne
AM
AM-buitenantennes werken het beste wanneer ze buitenshuis horizontaal worden geïnstalleerd, maar soms kunnen er ook goede resultaten worden bereikt door de antenne binnenshuis horizontaal boven een raam te monteren. De AM-raamantenne moet aangesloten blijven. Buitenantennes moeten in overeenstemming met de plaatselijke voorschriften worden geaard om het gevaar van elektrische schokken te voorkomen.
Nl-29
Installeren en aansluiten
Opmerkingen:
AV-componenten aansluiten Types kabels en -aansluitingen In aanvulling op de conventionele aansluitingen, heeft de RDC-7.1 diverse aansluitingen die geschikt zijn voor digitale transmissie van de volgende generatie. Voordat u AV-componenten op de RDC-7.1 aansluit, moet u controleren of het type kabel dat u gebruikt, geschikt is voor de aansluitingvorm en het signaaltype, en of de kabel de juiste lengte heeft voor de opstelling van uw aangesloten componenten. Audiokabels Kabelnamen
Kabelvormen
Aansluitingvormen
Beschrijving
Optische kabel De aansluiting die deze kabeltypen gebruiken, brengt digitale audiosignalen over. De geluidskwaliteit is voor al deze kabeltypen gelijk. Over het algemeen zijn de modellen voor de consument voorzien van optische of coaxiale klemmen, terwijl de professionele modellen van AEU/EBU-klemmen zijn voorzien. Opmerking: Sommige optische kabels hebben hun eigen dopjes. Voordat u een aansluiting maakt, moet u de dopjes verwijderen. Controleer bij het insteken van een kabel of de vorm van de connector overeenkomt met de vorm van de aansluiting. Iedere optische aansluiting op de RDC-7.1 heeft zijn eigen dekseltje van het afsluiter-type. Steek bij de RDC-7.1 de optische kabels zo in dat de connector van de optische kabels het dekseltje van de aansluiting naar beneden drukt.
Coaxiale kabel
AES/EBU Gebalanceerde kabel DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
Audiokabel
Deze aansluiting brengt een analoog audiosignaal over. Steek de rode connector (R) in de aansluiting van het rechter kanaal en de witte connector (L) in de aansluiting van het linker kanaal.
Multikanaals-kabel MULTI - CH
FR
IN 1
FL
SUB
C
SR
SL
SBR
SBL
i.LINK kabel (type 4pin (S400))
De aansluitingen voor dit kabeltype zijn voor DVD-spelers die geschikt zijn voor het DVDAudioformaat. Deze aansluiting brengt meerkanaals analoge audiosignalen over.
Deze aansluiting kan worden gebruikt voor het aansluiten van apparatuur die geschikt is voor i.LINK (AUDIO) en het overbrengen van digitale audiosignalen. Meerkanaals analoge audiosignalen van een bronnen van het formaat DVDAudio of Super Audio CD worden eveneens digitaal overgebracht. De RDC-7.1 brengt alleen audiosignalen via de i.LINK-aansluiting over.
Ethernetkabel (CAT-5 recht type) ETHERNET ( Net-Tune )
De ethernetkabel wordt gebruikt om meerdere PC’s of netwerk-geschikte audiocomponenten aan te sluiten, die samen een LAN-netwerk vormen. Een LAN is een kleiner netwerk voor binnen het huis of het gebouw. De aansluitingen voor de Ethernet-kabels heten vaak “LAN-poort” of “breedbandpoort”.
*Het audio-ingangssignaal van de ETHERNET- (Net-Tune) of MULTI-CH IN-aansluiting zal niet naar de HDMI OUTaansluiting worden gestuurd. Het DVD-audio of SACD-audio-ingangssignaal van de i.LINK (AUDIO)-aansluiting zal niet naar de HDMI OUT-aansluiting worden gestuurd. Als u een bron in de afstandszone (Zone 2 of Zone 3) afspeelt, gelden de volgende beperkingen. • Als u het audiosignaal afspeelt dat afkomstig is van de i.LINK (AUDIO)-interface, wordt het audiosignaal niet naar Zone 2 of Zone 3 uitgevoerd. Met deze aansluiting kunt u het audiosignaal van de bron niet opnemen.
Nl-30
AV-componenten aansluiten—Vervolg • Het audio-ingangssignaal van de LAN-poort zal alleen als een analoge bron naar de AUDIO OUT-aansluitingen worden gestuurd. • Als u het audiosignaal van de PH- of AUDIO IN-aansluitingen in Zone 3 afspeelt, zal de ingangsbron alleen als een analoge bron naar de AUDIO OUT-aansluitingen worden gestuurd. Met deze aansluiting kunt u alleen het audiosignaal als een analoge bron via de AUDIO OUT-aansluitingen opnemen. • Als u het audiosignaal van de DIGITAL IN-interface in Zone 2 afspeelt, zal de bron naar een 2 kanaals analoog audiosignaal worden gedownmixt en naar de AUDIO OUT-aansluitingen worden gestuurd. • Als u het audiosignaal van de DIGITAL IN-aansluitingen in Zone 3 afspeelt, zal alleen het PCM-signaal als een analoge bron naar de AUDIO OUT-aansluitingen worden gestuurd. Met deze aansluiting kunt u alleen het PCM-signaal als een analoge bron via de AUDIO OUT-aansluitingen opnemen. • Het audio-ingangssignaal van de HDMI IN-aansluiting kan naar de HDMI OUT-aansluiting worden gestuurd. • Het audio-ingangssignaal van de MULTI-CH IN-aansluitingen in Zone 2 zal worden teruggebracht tot een 2-kanaals bron voor uitsturing. U kunt de bron van de MULTI-CH IN-aansluitingen niet afspelen en opnemen in Zone 3. Videokabels Kabelvormen
Aansluitingvormen
Y
Y
PB
PB
PR
PR
Component videokabel (BNC-type) Y
Y
PB
PB
PR
PR
Beschrijving
Bij deze aansluiting wordt het videosignaal in drie kleurverschilsignalen (Y, Pb/Cb en Pr/Cr) gescheiden en door drie kabels gestuurd, hetgeen een betere beeldkwaliteit dan de S videoaansluiting oplevert. De vorm van de aansluiting voor de videokabel van de component kan van het BNC-type of het RCA-type zijn. Deze aansluiting kan geen informatie voor de bediening van beeldschermapparatuur overbrengen (bijv. beeldverhouding).
S-videokabel
De beeldkwaliteit is beter dan met het samengestelde signaal. Bij deze aansluiting kan de RDC-7.1 geen informatie voor de bediening van beeldschermapparatuur overbrengen (bijv. beeldverhouding).
Videokabel
Deze aansluiting brengt het standaardvideosignaal over en wordt veelvuldig gebruikt voor verschillende beeldschermapparaten zoals TV en videorecorder.
HDMI-kabel Deze aansluiting geleidt videosignalen digitaal. (Met dit apparaat wordt geen audiosignaal geleid).
Opmerking: Als u de bron in de afstandszone (Zone 2 of Zone 3) afspeelt, moet u de TV of monitor op de VIDEO 1-, VIDEO 2- of VIDEO 3-aansluiting aansluiten. • Houd u altijd aan de gebruiksinstructies die bij het aan te sluiten apparaat geleverd zijn. • Steek de voedingskabel niet in het stopcontact voordat alle aansluitingen goed tot stand zijn gebracht. • Steek de stekkers en connectors goed vast. Onjuiste aansluitingen kunnen resulteren in ruis, een slechte werking of beschadiging van de apparatuur. Voorbeeld: Audiokabel Fout!
Goed!
• Verbind geen audio/video-verbindingskabels met voedingskabels en luidsprekerkabels. Doet u dat wel, dan kan de beeld- en geluidskwaliteit afnemen.
Nl-31
Installeren en aansluiten
Kabelnamen Component videokabel (RCA-type)
AV-componenten aansluiten—Vervolg Monitors zoals een TV of een projector aansluiten Voor Amerikaanse en Canadese modellen is dit type aansluiting alleen mogelijk als een optiebord met een geschikte klem is geïnstalleerd. • In deze paragraaf worden de aansluitingen beschreven die worden gebruikt voor weergave van de videobron of de bedieningsinformatie van de RDC-7.1 op een monitor zoals een TV of een projector. Voordat u een aansluiting maakt, moet u controleren over welke typen aansluitingen de monitor beschikt en de benodigde kabels aanschaffen. Raadpleeg hiervoor pag.31. • De RDC-7.1 beschikt over een videoconverter, zodat u ook een videobron kunt afspelen wanneer de aansluitingen tussen het afspeelapparaat en de RDC-7.1 en tussen de RDC-7.1 de monitors verschillend zijn. Als uw TV of monitor verschillende typen ingangsaansluitingen heeft, gebruikt u de aansluiting waarmee u de beste beeldkwaliteit kunt bereiken. (bij een model dat geen HDMI-aansluiting heeft, wordt het ingangssignaal van de COMPONENT-aansluiting alleen via de COMPONENT-aansluiting weergegeven). • De aansluitingen VIDEO OUT 4 en S VIDEO OUT 4 kunnen alleen voor Hoofdzone A worden gebruikt. • Als u de videobron in de afstandszone (Zone 2 of Zone 3) afspeelt, moet de TV of monitor op de VIDEO 1-, VIDEO 2- of VIDEO 3-aansluiting worden aangesloten. *Voor meer informatie over de HDMI-interface, zie pag.43.
Maak een aansluiting via één van de hieronder weergegeven aansluitingen. *1 Als u een aansluiting op de andere S VIDEO OUT-aansluiting maakt, moet u de instellingen voor video output in het submenu Video Output Assign aanpassen (zie pag. 96). *2 Als u een aansluiting op de andere VIDEO OUT-aansluiting maakt, moet u de instellingen voor video output in het submenu Video Output Assign aanpassen (zie pag. 96). *3 Alleen voor Europese en Aziatische modellen. Monitor zoals TV en projector voor Hoofdzone A
VIDEO IN
S VIDEO IN
COMPONENT VIDEO (RCA)
COMPONENT VIDEO (BNC)
IN
IN
Y
*2
Y
PR
PB
PB
HDMI IN
*3 PR
*1
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
IN 2
K
J
COMPONENT VIDEO
L
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
RS 232
HDMI
Y
1
Y IN 1 2
PB
3
PR
PB
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
PR
Y
4
REMOTE CONTROL FM 75
IN 3
OUT 1
IN 2
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
5
PB
6
PR
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB 1
3
2
4
ZONE 2
L
OUT
S VIDEO
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
UPP
PR
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR
*2
*2
VIDEO IN
Monitor zoals een TV voor Hoofdzone B
Nl-32
VIDEO IN
Monitor zoals een TV voor Zone 2
*2
VIDEO IN
Monitor zoals een TV voor Zone 3
AV-componenten aansluiten—Vervolg Een DVD-speler aansluiten Voor Amerikaanse en Canadese modellen is dit type aansluiting alleen mogelijk als een optiebord met een geschikte klem is geïnstalleerd. • Als u een DVD-speler op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen voor video- en audiosignalen maken via digitale en analoge aansluitingen. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina’s 30, 31 voordat u een aansluiting maakt. • Als u het audiosignaal van een DVD-speler analoog wilt opnemen of uw -compatibele IntegraRESEARCH producten via -aansluitingen met de RDC-7.1 wilt bedienen, moet u analoge audiosignaalaansluitingen maken. Sluit de audio-uitgangsaansluitingen op de DVD-speler met analoge audiokabels (RCS/phono) aan op de AUDIO IN-aansluitingen op de RDC-7.1. • Deze paragraaf toont het aansluitvoorbeeld bij gebruik van de standaardinstellingen van de RDC-7.1. U kunt een DVD-speler echter ook op andere aansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie op de RDC-7.1 aansluiten. U dient in dat geval wel de audio-ingangtoewijzing in het submenu Audio Assign (zie pag. 98) en de video-ingangtoewijzing in het submenu Video Assign (zie pag. 99) te configureren. • Als u een model zonder HDMI-aansluiting heeft en de DVD-speler op de COMPONENT-aansluitingen aansluit, moet u erop letten dat u de COMPONENT-aansluiting gebruikt voor de aansluiting van een TV of projector.
Installeren en aansluiten
*Voor meer informatie over de HDMI-interface, zie pag.43. *Voor meer informatie over de i.LINK (AUDIO)-interface, zie pag. 40.
DVD-speler Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de video-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Assign (zie pag. 99).
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98). AUDIO UIT
VIDEO UIT MULTICH OUT CENTER
AUDIO OUT FRONT
DIGITAL
AUDIO OUT ANALOG
SURR BACK
SURR
L
OPTICAL
S VIDEO OUT
VIDEO OUT
COMPONENT OUT (RCA)
L
R
Y
PB
HDMI OUT
PR
R
SUB WOOFER
A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
1
PB
7
2
4
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
PR
Y
4
REMOTE CONTROL FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
IN 2
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
3
3
5
2
4
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( SINGLE )
L
L
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
AC INLET
L
Nl-33
AV-componenten aansluiten—Vervolg Een DVD-recorder of digitale videorecorder (VIDEO 1) aansluiten Voor Amerikaanse en Canadese modellen is dit type aansluiting alleen mogelijk als een optiebord met een geschikte klem is geïnstalleerd. • Als u een DVD-recorder of digitale videorecorder op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen voor video- en audiosignalen maken via digitale en analoge aansluitingen. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina’s 30, 31 voordat u een aansluiting maakt. • Deze paragraaf toont het aansluitvoorbeeld bij gebruik van de VIDEO 1 als ingang. In dit geval hoeft u geen extra configuraties uit te voeren. Als u een aansluiting maakt op andere aansluitingen binnen dezelfde aansluitingssectie op de RDC-7.1, moet u de audio-ingangstoewijzing in het Audio Assign submenu (zie pag. 98), de videoingangstoewijzing in het Video Assign submenu (zie pag. 99), de audio-uitgangstoewijzing in het Audio Output Assign sub-menu (zie pag. 95) en de video-uitgangstoewijzing in het Video Output Assign submenu (zie pag. 96) configureren. • U kunt de displaynaam voor de ingangsbron zodanig wijzigen, dat deze het op dit moment aangesloten apparaat aangeeft (zie pag. 101). • Als u het audiosignaal van het digitale apparaat analoog wilt opnemen, moet u analoge audiosignaalaansluitingen maken. Sluit de audio-uitgangsaansluitingen op de het digitale apparaat met analoge audiokabels (RCA/phono) aan op de AUDIO IN-aansluitingen op de RDC-7.1. • Als u een model zonder HDMI-aansluiting heeft en een DVD-recorder of digitale videorecorder op de COMPONENT-aansluitingen aansluit, moet u erop letten dat u de COMPONENT-aansluitingen gebruikt voor de aansluiting van een TV of projector. *Voor meer informatie over de HDMI-interface, zie pag.43. *Voor meer informatie over de i.LINK (AUDIO)-interface, zie pag. 40. Voorbeeld van een aansluiting met de VIDEO 1 als ingang
Digitale videorecorder (DVD-recorder, digitale VCR)
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
A
C DIGITAL IN
B
AUDIO UIT AUDIO OUT ANALOG
AUDIO OUT DIGITAL COAXIAL
D DIGITAL IN
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
COMPONENT OUT (RCA)
R
PB
Y
AUDIO IN G
F
IN 1
FL
S VIDEO VIDEO OUT OUT
L
R
OPTICAL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
4
PH
1
PR
K
J
IN 2
L
COMPONENT VIDEO
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de videoingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Assign (zie pag. 99).
VIDEO UIT
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
SUB
C
SR
SL
IN 1
2
5
2
6
3
PB
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
3
SBR
4
R
L
PB
1
3
PR
7
2
4
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
PR
Y
4
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB 3
ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
2
PR 3
5
R
OUT
L
OUT
2
R
4
L
OUT
S VIDEO
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
UPP
2
AES / EBU
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Output Assign (zie pag. 95).
Nl-34
( ASSIGNABLE)
AUDIO IN DIGITAL COAXIAL
AUDIO IN
R
L
AUDIO IN ANALOG
S VIDEO VIDEO IN IN
VIDEO IN
( SINGLE )
AC INLET
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de video-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Output Assign (zie pag. 96).
AV-componenten aansluiten—Vervolg Een videorecorder aansluiten (VIDEO 2, VIDEO 3) Voor Amerikaanse en Canadese modellen is dit type aansluiting alleen mogelijk als een optiebord met een geschikte klem is geïnstalleerd. • Als u een videorecorder op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen voor video- en audiosignalen maken. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina’s 30, 31 voordat u een aansluiting maakt. • Deze paragraaf toont het aansluitvoorbeeld bij gebruik van de VIDEO 2 of VIDEO 3 als ingang. In dit geval hoeft u geen extra configuraties uit te voeren. Als u een aansluiting maakt op andere aansluitingen binnen dezelfde aansluitingssectie op de RDC-7.1, moet u de audio-ingangstoewijzing in het Audio Assign submenu (zie pag. 98), de videoingangstoewijzing in het Video Assign menu (zie pag. 99), de audio-uitgangstoewijzing in het Audio Output Assign menu (zie pag. 95) en de video-uitgangstoewijzing in het Video Output Assign submenu (zie pag. 96) configureren. • U kunt de displaynaam voor de ingangsbron zodanig wijzigen, dat deze het op dit moment aangesloten apparaat aangeeft (zie pag. 101). • Als u een model zonder HDMI-aansluiting heeft en een videorecorder op de COMPONENT-aansluitingen aansluit, moet u erop letten dat u de COMPONENT-aansluitingen gebruikt voor de aansluiting van een TV of projector. *Voor meer informatie over de HDMI-interface, zie pag.43. *Voor meer informatie over de i.LINK (AUDIO)-interface, zie pag. 40.
Installeren en aansluiten
Voorbeeld van een aansluiting met de VIDEO 2 als ingang
VCR Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audioingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
AUDIO UIT
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de video-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Assign (zie pag. 99).
VIDEO UIT AUDIO OUT ANALOG
AUDIO OUT DIGITAL COAXIAL
S VIDEO VIDEO OUT OUT
COMPONENT VIDEO (RCA)
L
R
PB
Y
PR
Voor digitale VCR A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
PB
1
7
2
4
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
Y
4
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
PR
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
3
3
5
2
4
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
UPP
2
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Output Assign (zie pag. 95).
( ASSIGNABLE)
R
L
AUDIO IN ANALOG
AUDIO IN
S VIDEO IN
VIDEO IN
( SINGLE )
AC INLET
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de videouitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Output Assign (zie pag. 96).
Nl-35
AV-componenten aansluiten—Vervolg Voorbeeld van een aansluiting met de VIDEO 3 als ingang
VCR Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
AUDIO UIT AUDIO OUT ANALOG
AUDIO OUT DIGITAL OPTICAL
S VIDEO VIDEO OUT OUT
COMPONENT OUT (BNC) PB
Y
L
R
PR
*
Voor digitale VCR A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
1
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de video-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Assign (zie pag. 99).
VIDEO UIT
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
6
3
PB
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
PB
1
PR
7
2
4
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
Y
4
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
PR
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
3
3
5
2
4
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audiouitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Output Assign (zie pag. 95).
( ASSIGNABLE)
R
L
AUDIO IN ANALOG
AUDIO IN
S VIDEO IN
VIDEO IN
( SINGLE )
AC INLET
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de video-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Output Assign (zie pag. 96).
*Europese en Aziatische modellen gebruiken BNC-aansluitingen voor componenten en andere modellen gebruiken RCA-aansluitingen.
Nl-36
AV-componenten aansluiten—Vervolg Een DBS-tuner, DBS-TV of BS/CS-tuner aansluiten Voor Amerikaanse en Canadese modellen is dit type aansluiting alleen mogelijk als een optiebord met een geschikte klem is geïnstalleerd. • Als u een DBS-tuner, DBS-TV of BS/CS-tuner op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen voor video- en audiosignalen maken via digitale en analoge aansluitingen. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina’s 30, 31 voordat u een aansluiting maakt. • Deze paragraaf toont het aansluitvoorbeeld bij gebruik van de VIDEO 4 of VIDEO 5 als ingang. In dit geval hoeft u geen extra configuraties uit te voeren. Als u een aansluiting maakt op andere aansluitingen binnen dezelfde aansluitingssectie op de RDC-7.1 dient u de audio-ingangtoewijzing in het submenu Audio Assign (zie pag. 98) en de video-ingangtoewijzing in het submenu Video Assign (zie pag. 99) te configureren. Wanneer u de S VIDEO-aansluiting als aansluiting gebruikt, moet u het submenu Video Assign configureren. • U kunt de displaynaam voor de ingangsbron zodanig wijzigen, dat deze het op dit moment aangesloten apparaat aangeeft (zie pag. 101). • Voor een model zonder sleuf voor de HDMI-aansluiting, moeten als u een BS/CS-tuner of LD-speler op de COMPONENT-aansluitingen aansluit, de COMPONENT-aansluitingen gebruikt worden voor de aansluiting van een TV of projector.
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audioingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
AUDIO OUT DIGITAL OPTICAL
AUDIO OUT ANALOG
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
Als u een aansluiting op andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de videoingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Video Assign (zie pag. 99).
VIDEO OUT
L
R
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
Installeren en aansluiten
*Voor meer informatie over de HDMI-interface, zie pag.43. *Voor meer informatie over de i.LINK (AUDIO)-interface, zie pag. 40. Voorbeeld van een aansluiting met de VIDEO 4 als ingang
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
1
PB
7
2
4
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
PR
Y
4
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET
5
( Net-Tune )
8
3
5
PB
5
D 100mA MAX.
Y
6
6
1
1
1
9
6
2
4
1
3
3
5
2
4
E
AM
100mA MAX.
PR
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
R
AUDIO OUT DIGITAL COAXIAL
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
AC INLET
L
AUDIO OUT VIDEO OUT
Als u een aansluiting op Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen andere videoaansluitingen binnen dezelfde aansluitingbinnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de sectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen video-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configu- dienovereenkomstig confireren in het submenu Audio gureren in het submenu Assign (zie pag. 98). Video Assign (zie pag. 99). Voorbeeld van een aansluiting met de VIDEO 5 als ingang
Nl-37
AV-componenten aansluiten—Vervolg Een CD-speler, draaitafel of tuner aansluiten • Als u een CD-speler op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen maken via digitale of analoge aansluitingen. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina’s 30, 31 voordat u een aansluiting maakt. Deze paragraaf toont het aansluitvoorbeeld bij gebruik van de standaardinstellingen van de audio-ingangtoewijzingen. Als u echter coaxiale kabels voor digitale audiosignalen gebruikt, moet u de CD-speler op een van de aansluitingen tussen de AUDIO IN DIGITAL COAXIAL 1 en 6 aansluiten en niet vergeten om de audio-ingangtoewijzingen in het submenu Audio Assign te configureren (zie pag. 98). • Gebruik de PH-aansluiting als u een draaitafel aansluit. De PH-aansluiting op de RDC-7.1 is bedoeld voor draaitafels die gebruik maken van een MM-element (moving magnet, draaiende magneet). Als u een draaitafel met een MC-element (moving coil, draaiende spoel) wilt gebruiken, moet u de draaitafel via een step-up transformator of een hoofdversterker aansluiten. • Als u andere aansluitingen aan de PHONO-ingangsbron toewijst, moet u de audio-ingangtoewijzingen in het submenu Audio Assign configureren (zie pag. 98). • Als een draaitafel van een aardkabel is voorzien, moet u de kabel aansluiten op de GND-aansluiting op de RDC-7.1. Sommige draaitafels kunnen echter ruis produceren als de aardkabel op de RDC-7.1 wordt aangesloten. In dat geval hoeft u de aardkabel niet aan te sluiten. • Als u het audiosignaal analoog wilt opnemen of uw -compatibele IntegraRESEARCH producten via -aansluitingen met de RDC-7.1 wilt bedienen, moet u analoge audiosignaalaansluitingen maken. Sluit de audio-uitgangsaansluitingen op het bronapparaat met analoge audiokabels (RCA/phono) aan op de AUDIO IN-aansluitingen op de RDC-7.1. Draaitafel
CD-speler AUDIO OUT
AUDIO OUT
DIGITAL OPTICAL
ANALOG
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
L
R
GND
A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
FL
AUDIO IN G
F
R
IN 1
L
R
L
H S VIDEO
IN
VIDEO
IN
I
IN 1
COMPONENT VIDEO
IN 2
K
J
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
1
Y
1
Y
2
SUB
C
SR
SL
2
5
2
6
3
PB
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
3
SBR
4
4
R 1
3
L
PB PR OUT 1
SBL
2
7
4
FM 75
IN 3
PR
Y OUT
Nl-38
HD is or tra Lic
AV-componenten aansluiten—Vervolg
• Als u een MD-recorder, DAT-deck of CD-recorder op de RDC-7.1 aansluit, moet u aansluitingen maken via digitale of analoge aansluitingen. Raadpleeg voor correcte aansluitingen pagina 30 voordat u een aansluiting maakt. • Sluit een cassettedeck of DAT cassettedeck aan op TAPE1 en een MD of CD recorder op TAPE 2. • Als u een cassettedeck op de RDC-7.1 aansluit, moet u erop letten dat u hiervoor alleen analoge audioaansluitingen gebruikt. In de aanvankelijke instellingen zijn geen aansluitingen van dit apparaat toegewezen aan een REC-aansluiting van het cassettedeck. Ter afronding van de toewijzing, sluit u de REC-aansluiting van het cassettedeck aan op een van de AUDIO OUT 1 tot 5 aansluitingen en stelt u de aansluiting in op “Tape 1 Rec Out” in het Audio Output Assign sub-menu (Zie pag. 95). Bovendien kunt u de ingangsbron “TAPE2” omzetten naar MD of CDR. Druk op de knop [Tape 2] op het frontpaneel om “TAPE 2” weer te geven en druk dan opnieuw op de knop [Tape 2] en houdt hem 3 seconden ingedrukt. Dit zet het display om naar “MD”. Indien u het wilt omzetten naar “CDR”, laat dan de knop even los, druk hem opnieuw in en houdt hem opnieuw 3 seconden ingedrukt. Deze handeling stelt u in staat MD- of CDrecorders van Onkyo te bedienen met de afstandsbediening van dit apparaat (Let op: de -aansluiting is vereist). • Als u een aansluiting op andere aansluitingen maakt, moet u niet vergeten de audio-ingangtoewijzing in het submenu Audio Assign (Zie pag. 98) en de audio-uitgangtoewijzing in het submenu Audio Output Assign (Zie pag. 95) te configureren. • U kunt de displaynaam voor de ingangsbron zodanig wijzigen, dat deze het op dit moment aangesloten apparaat aangeeft (zie pag. 101). • Als u een audiosignaal analoog wilt opnemen of uw -compatibele IntegraRESEARCH producten via -aansluitingen met de RDC-7.1 wilt bedienen, moet u analoge audiosignaalaansluitingen maken. Sluit de audio-uitgangsaansluitingen op het bronapparaat met analoge audiokabels (RCA/phono) aan op de AUDIO IN-aansluitingen op de RDC-7.1. Voorbeeld van een aansluiting met de TAPE 1 als ingang
Cassettedeck of DAT-deck Als u een aansluiting op andere digitale audioaansluitingen of andere analoge audio-uitgangsaansluitingen maakt, moet u de audio-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Output Assign (zie pag. 95).
A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
AUDIO OUT
AUDIO OUT
DIGITAL OPTICAL
DIGITAL OPTICAL
ANALOG L
R
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
K
J
IN 2
4
PH
1
L
COMPONENT VIDEO
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
1
RS 232
HDMI
Y
1
Y
2
2
3
3
SUB
C
SR
SL
IN 1 5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
4
R
L
PB
1
7
2
4
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
PR
Y
4
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
1
1
2
4
1
3
3
5
2
4
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
2
PR R
OUT
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
AES / EBU
ZONE 3 OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
Als u een aansluiting op andere digitale audioaansluitingen of andere analoge audio-uitgangsaansluitingen maakt, moet u de audio-uitgangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Output Assign (zie pag. 95).
( ASSIGNABLE)
AUDIO IN
AUDIO OUT
DIGITAL OPTICAL
DIGITAL COAXIAL
R
L
AUDIO OUT ANALOG
( SINGLE )
AC INLET
Als u een aansluiting op andere audioaansluitingen binnen dezelfde aansluitingsectie maakt, moet u de audio-ingangsinstellingen dienovereenkomstig configureren in het submenu Audio Assign (zie pag. 98).
MD-recorder of CD-recorder
Voorbeeld van een aansluiting met de TAPE 2 als ingang
Nl-39
Installeren en aansluiten
Opnameapparatuur zoals een MD-recorder, DAT-deck, CD-recorder of een cassettedeck aansluiten
AV-componenten aansluiten—Vervolg Aansluiting met gebruik van de i.LINK (AUDIO)-aansluiting ( model)
) (Geen Chinees
Wat is i.LINK? De term i.LINK is een IEEE1394-begrip, hetgeen de norm is voor een digitale interface die is vastgesteld door het Institute of Electrical and Electronics Engineers (IEEE). Tussen i.LINK (AUDIO)-apparaten die met elkaar zijn verbonden, is hogesnelheids gegevensoverdracht mogelijk zoals de overdracht van digitaal geluid. Dankzij i.LINK (AUDIO) kunnen dit soort apparaten bovendien worden bediend. Wat is i.LINK (AUDIO)? De RDC-7.1 ondersteunt “i.LINK (AUDIO)” van het overdrachtsformaat i.LINK. Dienovereenkomstig moet “i.LINK (AUDIO)” ook worden ondersteund door de andere apparaten die u wilt aansluiten op de RDC-7.1. De RDC-7.1 ondersteunt geen andere i.LINK-overdrachtsformaten zoals “MPEG-2 TS” dat wordt gebruikt voor uitzendingen in BS-digitaal of “DV” dat wordt gebruikt voor DVD-recorders, digitale video, etc. Met de RDC-7.1 verbonden met andere i.LINK(AUDIO)-apparaten via een i.LINK-kabel kunt u meerkanaals digitaal geluid overdragen zoals DVD-Audio en SACD (videosignaal wordt niet ondersteund). Zelfs als er verscheidene apparaten met elkaar zijn verbonden, kunt u gegevens via een ander apparaat overdragen en de doelapparaten via een ander apparaat bedienen. De IEEE-interfaces op de RDC-7.1 zijn volgens onderstaande normen ontworpen. 1. IEEE Std 1394a-2000, norm voor High Performance Serial Bus 2. IEC60958 bitstream, DVD-Audio en SACD in de AM824 Sequence-aanpassingslagen van het Audio en Music Data Transmission Protocol 2.0 Kopieerbeveiligingssysteem De RDC-7.1 ondersteunt het DTCP-systeem (Digital Transmission Contents Protection). Het DTCP-systeem gebruikt technologie voor gegevensversleuteling en -verificatie tijdens de gegevensoverdracht tussen de digitale apparaten die via i.LINK zijn verbonden om het auteursrecht van de inhoud te beschermen tegen illegaal kopiëren. Wilt u DVD-Audio etc., kunnen afspelen, dan moeten andere apparaten die zijn verbonden met de RDC-7.1, DTCP ook ondersteunen. Een aansluiting via de i.LINK (AUDIO)-interface maken Gebruik de S400 4-pins i.LINK-kabel om de i.LINK (AUDIO)-aansluiting op de RDC-7.1 aan te sluiten op de i.LINK (AUDIO)-aansluiting op het voor i.LINK (AUDIO) geschikte apparaat. • Als u de i.LINK-aansluiting gebruikt, moet u de audio-ingangtoewijzing in het “i-LINK”-deel van het submenu Audio Assign configureren. (Sommige via LINK aangesloten apparaten vereisen audio-uitganginstellingen). • De RDC-7.1 ondersteunt alleen de overdracht van audiosignalen via de i-LINK (AUDIO)-interface. Als u beeldschermapparatuur aansluit, moet u van andere aansluitingen voor videosignaal gebruik maken. Opmerking: Als er andere producten van IntegraRESEARCH met de RDC-7.1 zijn verbonden via i.LINK, dan kunt u het systeem bedienen via de i.LINK-kabel. Maak in dat geval de -verbinding los; deze kan storingen veroorzaken.
VIDEO OUT
Zorg ervoor dat u naast de i.LINK-verbinding de aansluitingen aansluit voor beeld zoals VIDEO en/of S VIDEO aansluitingen A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
COAXIAL
MULTI - CH
E
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
IN
VIDEO
I
IN 1
IN
COMPONENT VIDEO
IN 2
K
J
COMPONENT VIDEO
4
PH
1
L
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
1
Y
1
Y
2
SUB
C
SR
SL
2
5
2
PB
6
3
PR
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
3
R 1
3 SBR
L
PB
OUT 1
SBL
7
FM 75
IN 3
4
4
2
4
Y
5
5
3
8
5
PB
6
6
1
9
6
PR
PR
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
Y
PB 1
2
1
DIGITAL IN
Nl-40
4
1
3
AM
HDMI is a tr or reg trade Licen
AV-componenten aansluiten—Vervolg Verbinding van i.LINK (AUDIO) apparaten Met de i.LINK-verbinding kunnen er gegevens worden overgedragen, zelfs als de RDC-7.1 is verbonden met andere apparaten via een ander i.LINK (AUDIO)-apparaat. U kunt maximaal 17 apparaten in daisychain-opstelling (in-line) via de i.LINK-aansluiting aansluiten. Voorbeeld: RDC-7.1 voor i.LINK geschikte DVD-speler
voor i.LINK geschikte BS-tuner ... maximaal 17 apparaten
U kunt maximaal 63 apparaten in een vertakte opstelling aansluiten indien ze drie of meer i.LINK (AUDIO)aansluitingen hebben. Voorbeeld: RDC-7.1 voor i.LINK geschikte BS-tuner
voor i.LINK geschikte MD-recorder
... maximaal 63 apparaten
Zorg ervoor dat de apparaten niet in een lusopstelling aangesloten zijn, zoals in de afbeelding hieronder. Laat de uitgaande signalen niet terugkeren naar het apparaat waarvan ze afkomstig zijn; dit kan leiden tot storing in het apparaat. voor i.LINK (AUDIO) geschikt apparaat
voor i.LINK (AUDIO) geschikt apparaat voor i.LINK (AUDIO) voor i.LINK geschikt apparaat (AUDIO) geschikt apparaat
voor i.LINK (AUDIO) geschikt apparaat
Opmerking: • Verbind geen apparaten met elkaar die i.LINK (AUDIO) niet ondersteunen, zoals apparaten die zijn voorbereid voor “MPEG-2 TS” en die worden gebruikt voor uitzendingen in BS digitaal en apparaten die zijn voorbereid voor “DV” en die worden gebruikt voor digitale video, etc. • Doe de volgende dingen niet als er een i.LINK (AUDIO)-apparaat aan het afspelen is: sluit de i.LINK-kabel niet aan op apparaten of maak de kabel niet los; zet apparaten ook niet aan of uit. Het geluid kan anders worden onderbroken. • Sommige i.LINK (AUDIO)-apparaten kunnen geen gegevens overbrengen als ze op standby staan of zijn uitgeschakeld. Zie de specifieke gebruikershandleiding van het i.LINK (AUDIO)-apparaat dat u wilt aansluiten. • i.LINK (AUDIO)-apparaten hebben hun eigen maximum gegevensoverdrachtsnelheid: S100 (100 Mbps*), S200 (200 Mbps*) of S400 (400 Mbps*). Het label met de snelheid bevindt zich vlakbij de i.LINK (AUDIO)-aansluitingen. De RDC-7.1 heeft een maximum gegevensoverdrachtsnelheid van 400 Mbps. De werkelijke gegevensoverdrachtsnelheid kan echter lager zijn; dit hangt af van de specificaties of de maximum gegevensoverdrachtsnelheid van de apparaten die zijn verbonden met de RDC-7.1. U kunt het beste apparaten met elkaar aansluiten die dezelfde maximale snelheid van gegevensoverdracht hebben. *“Mbps” staat voor “megabits per second”; dit geeft de maximum grootte aan van de gegevens die per seconde worden overgedragen. 400 Mbps geeft bijvoorbeeld aan dat er per seconde 400 megabits aan gegevens kan worden overgedragen.
• i.LINK garandeert niet dat alle i.LINK (AUDIO)-apparaten met succes op elkaar kunnen worden aangesloten. De specifieke eigenschappen van ieder apparaat bepalen of gegevens met succes worden overgedragen en of bedieningssignalen met succes worden doorgegeven.
Nl-41
Installeren en aansluiten
voor i.LINK geschikte DVD-speler
AV-componenten aansluiten—Vervolg Hoe moeten i.LINK-verbindingen worden geconfigureerd Een apparaat selecteren Is de i.LINK-verbinding gereed, dan kunt u het instellingenmenu gebruiken om elk apparaat te kiezen dat is verbonden via i.LINK. Hebt u de i.LINK-instelling eenmaal geconfigureerd, dan wordt de volgende keer dat u de ingangsbron kiest deze gekozen als weergavebron. De afstandsbediening gebruiken 1. Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om de in te stellen bron te selecteren. 2. Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Setup]-knop. 3. Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. 4. Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Audio Assign” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. 5. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om “g. i.LINK” te selecteren. 6. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om een apparaat te selecteren. Kies “No” als u geen geluid wilt horen ongeacht of de i.LINK-verbinding klaar is. De knoppen gebruiken op de RDC-7.1 1. Selecteer een ingangsbron en druk daarna op de [Setup]-knop. 2. Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. 3. Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Audio Assign” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. 4. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om “g. i.LINK” te selecteren en druk dan op de [Enter]-knop. 5. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om een apparaat te selecteren. Kies “No” als u geen geluid wilt horen ongeacht of de i.LINK-verbinding klaar is. Handige functies gebruiken wanneer de i.LINK-verbinding gereed is U kunt de volgende functies gebruiken als er een ander IntegraRESEARCH-product is verbonden met de RDC-7.1 via i.LINK en als ingangsbron is aangewezen (Audio Assign). Om deze functies te kunnen gebruiken moet de -verbinding worden losgemaakt. i.LINK Selector Change (i.LINK Wisselkeuzeschakelaar) Wanneer het apparaat dat via i.LINK is verbonden begint af te spelen, wordt automatisch overgeschakeld op de ingangsbron die is toegekend aan het apparaat, zelfs als er een andere ingangsbron is geselecteerd. Zie pag. 121 voor meer informatie. Opmerking: U kunt geen geluid horen van apparaten die zijn verbonden via i.LINK in Zone 2. DVD-speler bedienen U kunt een DVD-speler bedienen door signalen te verzenden van de afstandsbediening naar de RDC-7.1. Automatisch starten (Wakeup instellen) Staat de RDC-7.1 in standby, dan kunt u de instelling configureren van ieder apparaat dat via i.LINK is verbonden. Zie pag. 121 voor meer informatie. OSD for DVD (OSD voor DVD) Is de DVD-speler verbonden met de RDC-7.1 via i.LINK, dan kunt u de OSD van de RDC-7.1 op een TV weergeven, zelf als een DVD-speler direct is verbonden met de TV. U kunt via de instelling opgeven waar op de TV de OSD moet worden weergegeven, bijvoorbeeld aan rechter- of linkerkant van het scherm. Zijn er verscheidene apparaten verbonden, dan kunt u kiezen naar welk apparaat het uitgangssignaal moet worden gestuurd. Deze functie is ook beschikbaar in Zone 2. Zie pag. 121 voor meer informatie. Opmerking: De speler niet op stand-by of aan/uitzetten tijdens het gebruik van OSD voor DVD. System Control Setup Met de RDC-7.1 kunt u het i.LINK (AUDIO)-uitgangssignaal van een DVD-speler aan- of uitzetten. Zie pag. 121 voor meer informatie. Opmerkingen over “DTCP ERROR XXXX”-bericht Het bericht “DTCP ERROR XXXX” (waarin “XXXX” een apparaatnaam is) geeft aan dat het aangesloten apparaat DTCP (Digital Transmission Contents Protection) niet ondersteunt. Volg in dit geval de onderstaande procedure. 1. Selecteer in het menu Setup “6. i.LINK Setup” → “6-1. Wakeup Setup” om “a. Wakeup on i.LINK (IEEE1394)” op “Disable” in te stellen. 2. Ontkoppel het apparaat van het hoofdapparaat door de i.LINK-kabel te verwijderen van het achterpaneel. 3. Druk op de toets [Standby/On] zodat het hoofdapparaat in Standby-modus gaat.
Nl-42
AV-componenten aansluiten—Vervolg Verbinding via HDMI-aansluitingen Voor deze functie moet het HDMI-klemmenbord [L] in de RDC-7.1 gestoken zijn. Over de HDMI (High Definition Multimedia Interface)
Kopieerbeveiligingssysteem De RDC-7.1 ondersteunt High-bandwidth Digital Contents Protection (HDCP)*2, technologie om het auteursrecht van digitale videosignalen tegen illegaal kopiëren te beschermen. HDCP moet ook worden ondersteund door de apparaten die zijn verbonden met de RDC-7.1. Gebruik de HDMI-kabel die wordt meegeleverd met het product of een kabel die in de handel is verkrijgbaar om de HDMI OUT-aansluiting op de RDC-7.1 aan te sluiten op de HDMI-ingangsaansluitingen op TV’s of monitoren. *1 DVI (Digital Visual Interface): De norm voor de digitale weergave-interface, vastgesteld door DDWG*3 in 1999. *2 HDCP (High-bandwidth Digital Contents Protection): Intel-technologie voor DVI voor versleuteling van videogegevens. Deze technologie is ontworpen om videocontent te beschermen. De voor HDCP geschikte DVI-ontvanger moet de versleutelde videocontent kunnen afspelen. *3 DDWG (Digital Display Working Group): De normeringsgroep voor digitale interface voor weergave, voornamelijk geleid door Intel, Silicon Image, FUJITSU en Hewlett-Packard (Compaq Computer). Een aansluiting via de HDMI-interface maken Gebruik de HDMI-kabel om de HDMI-aansluitingen op de RDC-7.1 en op een voor HDMI geschikt apparaat zoals een DVD-speler, TV of projector aan te sluiten. Stel HDMI in op 1 of 2 in het Video Assign sub-menu in overeenstemming met het aangesloten apparaat dat u wenst te gebruiken. In de aanvankelijke instellingen is 1 toegewezen aan DVD en 2 aan Video 1. De HDMI kan audiosignalen overbrengen. Om echter het audiosignaal af te spelen met de RDC-7.1, maakt u een aparte digitale aansluiting met een DVD-speler of andere apparaten omdat de RDC-7.1 geen audiosignalen kan afspelen die afkomstig zijn van de HDMI IN 1/2 aansluitingen. • Als er een andere ingangsbron dan 1 of 2 is geselecteerd, worden analoge/digitale audiosignalen en analoge videosignalen omgezet in HDMI-formaat en weergegeven door de HDMI OUT-aansluiting (in de aanvankelijke instellingen wordt geen audiosignaal weergegeven. De juiste instelling dient gemaakt te worden in het Audio Output Assign sub-menu). • Analoge audiosignalen worden weergegeven in het PCM-formaat. Digitale audiosignalen worden alleen weergegeven door de HDMI OUT-aansluiting als de aangesloten TV of projector digitale audiosignalen kan afspelen. Een TV of projector die bijvoorbeeld alleen PCM audiosignalen ondersteunt, kan geen audiosignalen in het Dolby Digital-formaat afspelen dat als ingangsbron wordt geleverd aan de RDC-7.1. Om audiosignalen in dit geval toch goed af te spelen, moet de speler geconfigureerd zijn om PCM-signalen weer te geven. Als een analoge audio-aansluiting is gemaakt op de RDC-7.1, wordt een analoog audiosignaal weergegeven in het PCM-formaat.
Nl-43
Installeren en aansluiten
De High Definition Multimedia Interface (HDMI) is een interface-norm voor de TV van de volgende generatie. De norm is ontworpen voor de aansluiting op een digitale decoder voor het afspelen van digitale beelden in de huiskamer. Hiermee wordt ingespeeld op technologische veranderingen zoals de digitalisering van TV-uitzendingen. Naast de bestaande kenmerken van de Digital Visual Interface (DVI)*1 standaard maakt HDMI de overdracht mogelijk van audio- en besturingssignalen. Bovendien zijn er bij conventionele aansluitingen meerdere kabels nodig voor de video-, audio- en besturingssignalen, maar met de HDMI-interface kunt u een aansluiting via een enkele HDMI-kabel maken. Hierdoor is de overdracht van digitale video- en geluidsgegevens mogelijk tussen de HDMI-apparaten. De HDMI-videostroom (videosignalen) is in principe compatibel met de DVI. U kunt de HDMI-DVI-conversiekabels gebruiken om aan te sluiten op TV’s of monitoren die zijn uitgerust met DVI-aansluitingen, hoewel videobeelden mogelijk niet zijn te zien afhankelijk van de combinatie van apparaten. De RDC-7.1gebruikt HDCP; u kunt beelden zien op monitoren die zijn voorbereid op HDCP. De HDMI-interfaces op de RDC-7.1 zijn volgens onderstaande normen ontworpen. High-Definition Multimedia Interface Specification Informational versie 1.0
AV-componenten aansluiten—Vervolg Aansluitvoorbeeld waarbij de bronselectie wordt uitgevoerd op de RDC-7.1 DVD-speler met HDMI OUTPUT
K
L
ONENT VIDEO
ANTENNA
IN
RS 232
HDMI
Y
TV of projector
IN 1
PB
HDMI OUT
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT
FM 75
A 200mA MAX.
PR
IN 2
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
Set Top Box met HDMI OUTPUT
PB ZONE 2
HDMI IN
UPP
PR ZONE 3 OUT
IN
OUT
IR ( SINGLE )
L
AC INLET
L CENTER
R
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
HDMI OUT
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
RDC-7.1
Tips: Om de HDMI audio-uitgang van de RDC-7.1 vanaf de TV-luidsprekers in te schakelen, schakelt u HDMI Out in volgens “HDMI Out” op pag. 96.
Aansluitvoorbeeld voor hogere videokwaliteit Als u een AV-component die voorzien is van een HDMI-ingangsaansluiting aansluit, kunt u het onderstaande aansluitschema gebruiken. Voordat u een aansluiting maakt, moet u eerst de gebruiksaanwijzing van het aan te sluiten apparaat aandachtig doornemen. K
VIDEO
L
ANTENNA
IN
DVD-speler met HDMI INPUT en OUTPUT
RS 232
HDMI
Y IN 1
PB
REMOTE CONTROL
TV of projector
12V TRIGGER OUT
FM 75
A 200mA MAX.
PR
IN 2
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
D 100mA MAX.
Y
E
AM
100mA MAX.
MAIN
PB ZONE 2
UPP
PR ZONE 3 OUT
IN
HDMI IN
HDMI IN
OUT
IR ( SINGLE )
AC INLET
L CENTER
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
HDMI OUT
RDC-7.1 Voordat u een aansluiting maakt, moet u eerst de gebruiksaanwijzing van de DVD aandachtig doornemen.
Opmerkingen: • Een ingangsvideosignaal dat niet via de HDMI IN-aansluiting wordt geleverd (analoge video-ingang), is in de originele resolutie aanwezig op de HDMI OUT-aansluiting. Daarom wordt het niet weergegeven op een monitor die niet compatibel is met de resolutie. Pas in dit geval de resolutie van het ingangsvideosignaal op het bronvideoapparaat aan. • De RDC-7.1 is zo ontworpen dat een audiosignaal waarvan het formaat niet wordt ondersteund, wordt weggelaten. Als echter een ondersteund audiosignaal wordt geleverd, kan de monitor ongewenst geluid maken wanneer de schakelfrequentie of het signaalformaat wordt omgeschakeld. Schakel in dit geval de audio-uitgang uit en schakel het geluid in van de in de monitor ingebouwde luidsprekers.
Nl-44
-Compatibele AV-componenten aansluiten
IntegraRESEARCH/Onkyo DVD-speler
Aansluitingen voor afstandsbediening ( ) Om componenten met elkaar te verbinden met behulp van de -connector, sluit u eenvoudig een afstandsbedieningkabel aan tussen deze -connector en de connector van de andere component. Een -afstandsbedieningskabel met een miniatuursteker met dubbele geleider van 3,5 mm wordt standaard geleverd bij cassettedecks, CD-spelers, MD-recorders en DVD-spelers die over een -connector beschikken. • Bij het uitvoeren van handelingen met via de -connector aangesloten componenten met gebruik van het -systeem, moet u niet de afstandszone (Zone 2/ Zone 3) gebruiken. • Voor besturing via de afstandsbediening moeten ook de audiokabels zijn aangesloten. • Indien een component twee -connectors heeft, kunt u één ervan gebruiken voor aansluiting op de RDC-7.1. De andere connector kan gebruikt worden voor een ringnetwerk met een andere component. • Op IntegraRESEARCH/Onkyo DVD-spelers kunt u de voorprogrammeercode invoeren, zodat u de DVDspeler rechtstreeks kunt besturen met de afstandsbediening zonder aansluiting van de -connectors (zie pag. 129). RDC-7.1 REMOTE CONTROL
REMOTE CONTROL
-connector
L R
-
ANALOG OUTPUT
afstand sbedieningskabel
bijv: Onkyo CD-speler
-connector bijv: Onkyo cassettedeck
AUDIO IN REMOTE CONTROL
L
R
-afstandsbedieningskabel
4
C DIGITAL IN
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
J
IN 2
K
COMPONENT VIDEO
1
2
2
4
1
Y
5
2
PB
1
6
3
2
7
4
PH
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y SUB
IN 1
C
GND
3
3
4
4
SR
SL
SBR
SBL
R
L
PB HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
PR FM 75
n.
IN 3
OUT 1
PR
Y
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
T
5
3
5
8
PB
5
D 100mA MAX.
Y
6
6
1
9
6
1
1
2
4
1
E
AM
100mA MAX.
PR
MAIN
PB 3
ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES/EBU
2
PR 3
5
R
OUT
L
OUT
2
R
4
L
ZONE 3
OUT
S VIDEO
VIDEO
UPP
2
OUT
OUT
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
R
R
AC INLET
L CENTER
CK
BLE)
SUBWOOFER
PRE OUT A
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
Nl-45
Installeren en aansluiten
De -connector op de RDC-7.1 is bestemd voor verbinding met andere IntegraRESEARCH/Onkyo componenten die met eenzelfde -connector zijn uitgerust. Als een component op deze -connector wordt aangesloten, kan hij worden bediend door de afstandsbediening die bij de RDC-7.1 geleverd wordt. Wanneer u een component met de -connector verbindt, kunt u bovendien ook de onderstaande systeembedieningen uitvoeren. Functie Voeding aan/Gereed Als de RDC-7.1 in de standby-stand staat en er wordt -connector aangesloten component ingeeen via de schakeld, wordt ook de RDC-7.1 ingeschakeld en schakelt de ingangsbron die is geselecteerd op de RDC-7.1, automatisch naar die component. Functie Directe wisseling Als de play-knop wordt ingedrukt op een component die is aangesloten via een -connector, gaat de ingangsbron die geselecteerd is op de RDC-7.1 automatisch over op die component. Functie Voeding uit Als de RDC-7.1 in de standby-stand wordt gezet, worden ook alle via -connectors aangesloten componenten automatisch in de standby-stand gezet. Verder, als u op de knop [On] drukt op de afstandsbediening van de RDC-7.1 terwijl de RDC-7.1 is ingeschakeld, worden ook alle op -connectors aangesloten apparaten (DVD-spelers, CD-spelers, MD-recorders, tuners, enz.) ingeschakeld.
Apparaten die niet bereikt worden door de signalen van de afstandsbediening (IR IN) aansluiten – Modellen voor de VS en Canada – Om de afstandsbediening te gebruiken voor het bedienen van de RDC-7.1 van afstand, moet een (los verkrijgbare) multiroom-set worden gebruikt, zoals de onderstaande sets: • Multiroomsets zoals die van Niles® en Xantech® Het is ook mogelijk om een RF-ontvanger te gebruiken om de RDC-7.1 van afstand met de afstandsbediening te bedienen. Om een RF-ontvanger te gebruiken moet u het transmissiesignaalformaat op “RF” zetten (zie pag. 141 voor bijzonderheden).
Als het afstandsbedieningssignaal de afstandssensor van de RDC-7.1 niet bereikt Doeltreffende sensoropstelling Voorbeeld voor de hoofdzone
Als de RDC-7.1 geïnstalleerd is in een kast of andere behuizing waar de infrarode stralen van de afstandsbediening niet kunnen doordringen, kan de afstandsbediening niet worden gebruikt. In dergelijke gevallen moet u buiten de kast een afstandssensor installeren, zodat de infrarode stralen van de afstandsbediening kunnen worden waargenomen. Aansluitblok
Doeltreffende sensoraansluitingen Gebruik bij het aansluiten van een multiroomset de IRaansluiting Phoenix (insteekbare connector) klem (kleiner) die is meegeleverd met de RDC-7.1. Sluit de lintkabel van het aansluitblok aan op de IR-aansluiting Phoenix klem. 1. Draai de schroeven los met een platte schroevendraaier om de afsluiters te openen. 2. Sluit de witte draad aan op de MAIN, ZONE 2 of ZONE 3-klem, al naar gelang de ruimte waar de multiroomset wordt gebruikt. Sluit de afsluiter. 3. Sluit de rode draad aan op de +12V-klem. Sluit de afsluiter. Als u meer dan een multiroomset gebruikt in verschillende ruimtes, zoals MAIN en ZONE 2, sluit dan alle rode draden samen aan op de +12Vklem. 4. Sluit de zwarte draad aan op de GND-klem. Sluit de afsluiter. Als u meer dan een multiroomset gebruikt in verschillende ruimtes, sluit dan alle zwarte draden samen aan op de GND-klem. Lintkabel Rood Zwart Wit
IR-ontvanger
Platte schroevendraaier
+12V GND IN
IR IN
RDC-7.1 Afstandsbediening
In de kast
Hoofdzone : signaalstroom
Voorbeeld voor de afstandszone (Zone 2/Zone 3)
Door de IR IN ingang is het mogelijk de RDC-7.1 met de afstandsbediening vanuit een ander gebied (Zone 2/ Zone 3) te besturen, ook als de afstandszone aan de andere kant van het gebouw is ten opzichte van de hoofdzone. Op onderstaand schema ziet u wat de juiste aansluitingen zijn voor de afstandszone. Naar IR IN IR-ontvanger
RDC-7.1
Als de multiroomsets voor alle ruimtes worden gebruikt Vanaf hoofdzone
Roo
ZONE 2
Wit Roo
ZONE 3
Wit Roo
+12V GND MAIN ZONE 2 ZONE 3
Wit
5. Sluit de Phoenix-klem stevig aan op de IR IN- stekerbus op de RDC-7.1 zoals op de afbeelding wordt getoond. A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
1
1
2
2
3
3
4
4
5
5
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
L
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
Y
1
12 V TRIGGER OUT
HDMI
IN 4
4
PH SUB
IN 1 5
2
1
6
3
2
7
4
3
RS 232
Y
C
E
PB
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SR
SL
SBR
SBL
R
PB
L PR
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
FM 75
IN 3
OUT 1
PR S400
FR
ETHERNET ( Net-Tune )
IR IN +12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND
IN 2
Y
MAIN ZONE 2
OUT
FL
8
5
1
9
6
2
4
1
3
3
5
2
4
ZONE 3
PB
Y AM
AUDIO
The i.LINK logo is a trademarks of Sony Corporation, registered in the U.S. and other countries.
6
6
1
1
2
2
SUB
C
SR
SL
12 V TRIGGER OUT
PR
A
200mA MAX.
PB
B
100mA MAX.
C
100mA MAX.
GND SBR
SBL
R
OUT
D
PR
L
OUT
R
L
E TOTAL 100mA MAX.
OUT
S VIDEO
MULTI - CH
VIDEO
100mA MAX.
OUT
OUT
VIDEO
UDD
Aansluitblok
S VIDEO
IN 2 ( ASSIGNABLE)
L
Afstandsbediening
Hoofdzone
Ruimte Zone 2/Zone 3
: signaalstroom
Nl-46
L
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
AC INLET
L CENTER
R
R SUB WOOFER
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L ( SINGLE )
CENTER
R FRONT
SUBWOOFER
PRE OUT A
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
R FRONT
SUB WOOFER SURR SURR BACK ( ASSIGNABLE)
PRE OUT B
MODEL NO. RDC-7.1
Duw de connector in de aansluiting tot u een klik hoort.
Een extern apparaat met 12V Trigger-klem gebruiken – Amerikaanse en Canadese modellen – U kunt de op de RDC-7.1 aangesloten AV-apparaten automatisch aanzetten met het uitgangssignaal van de 12V TRIGGER OUT-klem op de RDC-7.1.
5. Sluit de Phoenix-klem stevig aan op de 12V TRIGGER OUT- stekerbus op de RDC-7.1. A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
1
1
2
2
3
3
4
4
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
H S VIDEO
L
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
L
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
1
2
6
3
2
7
4
Y
12 V TRIGGER OUT
HDMI
IN 4
4
5
1
PH SUB
RS 232
Y E
IN 1
C
PB
GND
SR “Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
SBR
R
SL
PB
L PR
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
PR
FR
ETHERNET
5
( Net-Tune )
IR IN +12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND
IN 2
Y
MAIN ZONE 2
OUT
FL
5
3
8
5
1
9
6
2
4
1
ZONE 3
PB
Y AM
AUDIO
The i.LINK logo is a trademarks of Sony Corporation, registered in the U.S. and other countries.
6
6
1
1
SUB
C
SR
SL
12 V TRIGGER OUT
PR
A
200mA MAX.
PB
B
100mA MAX.
C
3
100mA MAX.
GND SBR
2
SBL
D
PR 5
3
2
R
OUT
L
OUT
2
R
E TOTAL 100mA MAX.
OUT
S VIDEO
MULTI - CH
100mA MAX.
4
L
OUT
OUT
VIDEO
UDD
Een aansluiting maken
S400
VIDEO
S VIDEO
IN 2 ( ASSIGNABLE)
L
L CENTER
R
R SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
AC INLET
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L ( SINGLE )
CENTER
SUB WOOFER
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L
R SUB WOOFER SURR SURR BACK ( ASSIGNABLE)
FRONT
( SINGLE)
PRE OUT A
MODEL NO. RDC-7.1
PRE OUT B
Duw de connector in de aansluiting tot u een klik hoort.
6. Na het maken van aansluitingen moet u de verbinding configureren tussen de ruimte waar het apparaat wordt gebruikt en het apparaat dat aan moet gaan. Raadpleeg “12V Trigger Assign” in het hoofdstuk “Input Setup” op pagina 102. Als de vermogensversterker van de RDA-7.1 IntegraRESEARCH wordt aangesloten: Sluit de versterker aan op de 12V TRIGGER OUT A 200mA MAX-klem. Bij gebruik van de mini-jack van de 12V TRIGGER OUT E-klem: Als u twee apparaten wilt aansluiten op zowel de Phoenix klem E en de mini-jackklem tegelijk, kunt u dit doen zolang de totale stroomwaarde van de 12V TRIGGERklemmen niet hoger is dan 100 mA. A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
1
1
2
2
3
3
4
4
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2 Y
1
SR
SL
SBR
SBL
IN 1 5
2
1
6
3
2
7
4
R
RS 232
E
PB PB
L PR
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
FM 75
IN 3
OUT 1
PR
FR
ETHERNET ( Net-Tune )
5
5
6
6
1
1
IR IN +12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND
IN 2
Y
MAIN ZONE 2
OUT
FL
8
5
1
9
6
2
4
1
3
2
4
3
ZONE 3
PB
Y AM
AUDIO
SUB
C
SR
SL
SBR
2
2
A
12 V TRIGGER OUT
5
R
L
OUT
R
L
OUT
S VIDEO
MULTI - CH
VIDEO
OUT
VIDEO
S VIDEO
IN 2 ( ASSIGNABLE)
( ASSIGNABLE)
( ASSIGNABLE)
L
SURR BACK R
SURR R
GND D
FRONT R
PRE OUT A
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
100mA MAX.
E TOTAL 100mA MAX.
OUT
( SINGLE )
AC INLET
L CENTER
R SUBWOOFER
C
RS 232 100mA MAX.
PR 3
L
SURR BACK
B
100mA MAX.
R SURR
200mA MAX.
PB
( SINGLE )
CENTER
SUB WOOFER
12 V TRIGGER OUT
PR
SBL
OUT
L
R FRONT
A B C GND D E
12 V TRIGGER OUT
HDMI
Y
C
GND
The i.LINK logo is a trademarks of Sony Corporation, registered in the U.S. and other countries.
Draad
L
ANTENNA
COMPONENT VIDEO
IN 4
4
PH SUB
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
S400
FRONT
E
R
SUB WOOFER SURR SURR BACK ( ASSIGNABLE)
PRE OUT B
MODEL NO. RDC-7.1
IR IN
Platte schroevendraaier
+12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND MAIN ZONE 2 ZONE 3
12V TRIGGER IN
12 V TRIGGER OUT
Apparaat
4. Als u meer dan een extern apparaat aansluit, kunt u alle GND-draden samen aan de GND-klem aansluiten.
A B C GND D E
200mA MAX 100mA MAX 100mA MAX 100mA MAX TOTAL 100mA MAX
Nl-47
Installeren en aansluiten
Bij gebruik van de 12V TRIGGER Phoenix (insteekbare connector) klem: 1. Draai de schroeven los met een platte schroevendraaier om de afsluiters te openen. 2. Sluit de GND-draad (zwart) aan op de GND-klem. Sluit de afsluiter. 3. Sluit de resterende draad aan op de klemmen tussen A en E. Sluit de afsluiter.
L
R FRONT
UDD
U kunt maximaal vijf apparaten aansluiten op de 12V TRIGGER Phoenix (insteekbare connector) klem (grotere) en een apparaat op de 12V TRIGGER OUT E-klem (mini-jack). U kunt alle externe apparaten aansluiten op de RDC-7.1 ongeacht of het aangesloten apparaat zich bevindt in de hoofdzone, Zone 2 of Zone 3. Er zijn vijf klemmen om externe apparaten aan te sluiten en de maximale stroom die aangesloten mag worden is als volgt: A: Maximaal 200 mA. B, C en D: Ieder maximaal 100 mA. E: Maximaal 100 mA voor de totale stroomwaarde van zowel de Phoenix- als de mini-jackklemmen. Controleer alvorens een extern apparaat aan te sluiten of de stroomwaarde voor de 12V TRIGGER-klem van het aangesloten apparaat de maximale stroom (zie hierboven) van de doelklem niet overschrijdt.
Apparaten die niet bereikt worden door de signalen van de afstandsbediening (IR IN/OUT) aansluiten – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada – Om de afstandsbediening te gebruiken voor het bedienen van de RDC-7.1 van afstand, moet een (los verkrijgbare) multiroom-set worden gebruikt, zoals de onderstaande sets: • Multiroomsets zoals die van Niles® en Xantech® Het is ook mogelijk om een RF-ontvanger te gebruiken om de RDC-7.1 van afstand met de afstandsbediening te bedienen. Om een RF-ontvanger te gebruiken moet u het transmissiesignaalformaat op “RF” zetten (zie pag. 141 voor bijzonderheden).
Als het afstandsbedieningssignaal de afstandssensor van de RDC-7.1 niet bereikt
Voorbeeld voor de afstandszone (Zone 2/Zone 3)
Door de IR IN ingang is het mogelijk de RDC-7.1 met de afstandsbediening vanuit een ander gebied (Zone 2/ Zone 3) te besturen, ook als de afstandszone aan de andere kant van het gebouw is ten opzichte van de hoofdzone. Op onderstaand schema ziet u wat de juiste aansluitingen zijn voor de afstandszone. Naar IR IN IRontvanger
RDC-7.1 Aansluitblok
Afstandsbediening
Doeltreffende sensoropstelling Voorbeeld voor de hoofdzone
Hoofdzone
Als de RDC-7.1 geïnstalleerd is in een kast of andere behuizing waar de infrarode stralen van de afstandsbediening niet kunnen doordringen, kan de afstandsbediening niet worden gebruikt. In dergelijke gevallen moet u buiten de kast een afstandssensor installeren, zodat de infrarode stralen van de afstandsbediening kunnen worden waargenomen. Aansluitblok
IR IN
IR-ontvanger
Ruimte Zone 2/Zone 3
: signaalstroom
Sensoraansluitingen maken Als u de IR-ontvanger in de hoofdzone plaatst, moet u de kabel van het aansluitblok op de IR IN MAIN-klem aansluiten. Als u de IR-ontvanger in de afstandszone plaatst, moet u de kabel van het aansluitblok op de ZONE 2-, respectievelijk ZONE 3-klem aansluiten. Breng de aansluiting tot stand zoals hieronder getoond. Steek geen stekkers van apparaten in het stopcontact voordat alle aansluitingen voltooid zijn. vanaf aansluitblok
RDC-7.1 Afstandsbediening
In de kast
Kabel ministeker
RDC-7.1
Hoofdzone : signaalstroom
MAIN
ZONE 2
ZONE 3
IN
OUT
IR
Nl-48
Een extern apparaat met 12V Trigger-klem gebruiken – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada –
Doeltreffende sensoropstelling In dit geval moet u een in de handel verkrijgbare IRzender gebruiken. Verbind de ministeker van de IR-zender met de IR OUT-klem op de RDC-7.1 en plaats de IR-zender vervolgens op de afstandssensor van de component of recht ertegenover. Wanneer de IR-zender is aangesloten, wordt alleen de signaalinput naar de IR IN-klem naar de IR OUT-klem gestuurd. De signaalinput van de afstandssensor op de voorzijde van de RDC-7.1 zal niet naar de IR OUT-klem gestuurd worden.
IR-ontvanger
Aansluitblok IR IN
U kunt de aangesloten AV-componenten automatisch aanzetten met het uitgangssignaal van de 12 V TRIGGER OUT-klem van de RDC-7.1. Een aansluiting maken Sluit de 12V TRIGGER OUT-klem op de RDC-7.1 aan op de 12 V TRIGGER IN-klem op andere componenten. Iedere 12 V TRIGGER OUT-klem kan worden aangesloten op de componenten of deze nu in de hoofdzone, in Zone 2 of in Zone 3 zijn geplaatst. De RDC-7.1 heeft vijf 12 V TRIGGER OUT-klemmen en hierop kunnen de volgende maximale spanningen worden aangesloten: A: 200 mA B, C, D en E: 100 mA Nadat u aansluitingen hebt gemaakt, moet u de verbinding tussen de ruimte (zone) en de in te schakelen component configureren (raadpleeg “12 V Trigger Assign” onder “Input Setup” op pag. 102).
RDC-7.1
IR OUT
IR-zender
Afstandsbediening Ander apparaat
: signaalstroom
Apparaat A
12V TRIGGER IN 200mA MAX.
Sensoraansluitingen maken Als u de IR-ontvanger in de hoofdzone plaatst, moet u de kabel van het aansluitblok op de IR OUT MAINklem aansluiten. Als u de IR-ontvanger in de afstandszone plaatst, moet u de kabel van het aansluitblok op de ZONE 2-, respectievelijk ZONE 3-klem aansluiten.
12V TRIGGER OUT A
Apparaat B
200mA MAX.
12V TRIGGER IN
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
100mA MAX.
D 100mA MAX. E 100mA MAX.
Andere component : signaalstroom
Afstandsbedieningssensor
Ministeker
Apparaat C
12V TRIGGER IN 100mA MAX.
Zender
IR-zender
MAIN
Apparaat D ZONE 2
12V TRIGGER IN 100mA MAX.
ZONE 3
IN
OUT
IR
RDC-7.1
Apparaat E
12V TRIGGER IN 100mA MAX.
Nl-49
Installeren en aansluiten
Als het afstandsbedieningssignaal andere apparaten niet bereikt
Allereerste beginselen van de bediening van de knoppen op de afstandsbediening De afstandsbediening die is geleverd met de RDC-7.1 is een multifunctionele afstandsbediening, u kunt dus niet alleen de RDC-7.1 bedienen maar ook AV-apparaten die zijn aangesloten op het apparaat en apparaten die in een andere kamer staan. Hier worden de allereerste beginselen van de bediening uitgelegd. Wij raden u aan deze pagina te lezen en te begrijpen voordat u het apparaat begint te bedienen. Deze uitleg is vooral gericht op de bediening van de afstandsbediening.
De RDC-7.1 (AMP-mode) bedienen
1 On
On, Standby
Aanduiding op de onderste regel verandert in AMP.
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
2
Wanneer de Afstandsbediening in AMPmode staat, zijn de volgende functies beschikbaar: On/Standby: druk hierop om de elektriciteit aan of op standby te zetten. Main A: wordt gebruikt bij besturing van de luidspreker die is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Main B: wordt gebruikt bij besturing van de luidspreker die is ingesteld op “Main B” in het Speaker Configuration submenu. Dimmer: wordt gebruikt wanneer u de helderheid wijzigt van het displayvenster. Setup/Return/Enter/Cursor / / / ): druk hierop om het menu Setup te gebruiken. Display: wordt gebruikt om van display te wisselen. THX/Surround/Pure A/Direct/All CH ST/Stereo/DSP / : wordt gebruikt om van luistermode te wisselen. Test Tone/CH SEL/Level–/+: wordt gebruikt voor de testtoon of om tijdelijk de geluidssterkte aan te passen. Audio SEL: wordt gebruikt om het geluidssignaal te wisselen. Sleep: wordt gebruikt om de sluimertimer in te stellen. VOL : wordt gebruikt om de geluidssterkte aan te passen. Muting: wordt gebruikt om onmiddellijk het geluid tijdelijk uit te schakelen. L Night: wordt gebruikt om het dynamisch bereik te wisselen. Re-EQ: wordt gebruikt om het Re-EQ effect toe te passen.
1
Druk op de knop [Input]. De [Input]-knop brandt.
2
Druk op het bladerwiel.
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Bladerwiel Dimmer
Dimmer
Sleep
TV Input
Top
rv Se
Setup/ Enter/ Return/ Cursor / / / Surround, THX, All CH ST, Stereo, Pure A, Direct, DSP /
u
Sleep
Men u
er
Aud io
A DJ
+
Display
M en
CH
Enter
Disc
Prev CH
Re
VOL /
VOL
t
ide Gu
turn
S etu
E xi
p
Muting
Display
Muting
Random
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Surround
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Repeat
Main B
Druk op het bladerwiel.
Main A/ Main B
Angle Last Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
DSP
Test Tone, CH SEL, Level –/+
Audio SEL
L Night, Re-EQ
RC-554M RC-555M
Een ingangsbron selecteren
On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
Aanduiding op de bovenste regel verandert.
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Bladerwiel
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Nl-50
Sleep Top
M en
u
r rve Se
Men u Aud io
Input
Als u de procedures op de RDC-7.1 uitvoert, gebruikt u de knoppen op het frontpaneel voor de ingangsbron.
Allereerste beginselen van de bediening van de knoppen op de afstandsbediening—Vervolg Een aangesloten apparaat bedienen (wisselen van mode)
On
1
Druk op de [Mode]-knop. De [Mode]-knop brandt.
2
Druk op het bladerwiel.
Standby TV Input
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Aanduiding op de onderste regel verandert om de mode aan te geven van het geselecteerde apparaat.
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Mode
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer
Bladerwiel
TV Input
Volg de instructies op pagina 124 tot 133 en met om met de afstandsbediening het aangesloten apparaat correct in te stellen voordat u het bedient.
Sleep Top
M en
rv Se
u
Men u
er
Aud io
Een bron kiezen in Zone 2 of Zone 3
On
1
Druk op de [Zone 2]- of [Zone 3]-knop. De [Zone 2]- of [Zone 3]-knop brandt.
2
Druk op het bladerwiel.
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
PQRS
TUV
+10
0
9 WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Aanduiding op de bovenste regel verandert om de geselecteerde ingang aan te geven.
Custom Zone 3
Bladerwiel
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Zone 3 Zone 2
Sleep Top
M en
rv Se
u
er
Men u
Wanneer u de procedures uitvoert op de RDC-7.1, druk dan op [Zone 2] (of [Rec/Zone 3]) en druk op de ingangsbronknop.
Aud io
Een Macro-bediening uitvoeren Voltooi uw macro-instellingen (zie pag.137) voordat u de volgende procedures uitvoert. On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
+10
0
WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Macro
2
Draai aan het bladerwiel om het nummer van de macro te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Input
Dimmer TV Input
Druk op de [Macro]-knop. De [Macro]-knop brandt.
Zone 2
Mode
Bladerwiel
1
Sleep Top
u M en
rv Se
er
Men u Aud io
Uw afstandsbediening aanpassen aan uw eigen smaak of behoefte Gebruik de [Custom]-knop “om de afstandsbedieningscode voor een ander apparaat in deze afstandsbediening in te voeren”, “om deze afstandsbediening bepaalde handelingen van de afstandsbediening van een ander apparaat te laten leren”, of “om deze afstandsbediening een reeks handelingen te laten leren met macrofuncties” volgens de configuratie die u gebruikt. Zie pagina’s 136-142 voor uitgebreidere informatie.
Nl-51
Bediening
I
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening • Voordat u de stekker van de RDC-7.1 in het stopcontact steekt, dient u te controleren of alle aansluitingen in orde zijn. • Het inschakelen van de stroom kan een tijdelijke vermogenspiek veroorzaken, die interferentie met andere elektrische apparatuur op hetzelfde circuit (bijvoorbeeld computers) kan veroorzaken. Gebruik, als dit gebeurt, een stopcontact van een ander circuit. • De RDC-7.1 wordt afgeleverd met de hoofdschakelaar (Power-schakelaar) in de stand ( On ). Wanneer de stekker van de elektriciteitskabel voor de eerste keer in het stopcontact wordt gestoken, schakelt de RDC-7.1 automatisch in de standby-stand en gaat de [Standby]-aanduiding branden (dezelfde conditie als na de hieronder beschreven stap 2 in de linkerkolom). Knoppen van ingangsbronnen
Standby/On
Master Volume
Standby-indicatielampje
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
Video 5
Dimmer
Video 6
Tuning
Tape 1
Video 7
Preset
Tape 2
Tuning Mode Memory
Tuner
Phono
Setup
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
Clear
AV Controller
RDC-7.1
Naar wandstopcontact Power
De stroom aansluiten
Bedienen via de RDC-7.1
1
1
Power On
Off
Standby
Steek de stekker van de elektriciteitskabel in een wandstopcontact (wisselstroom). Druk op de [Power]-schakelaar om de RDC-7.1 in de standby-stand te schakelen. De [Standby]-aanduiding zal gaan branden.
2
Druk op de [Standby/On]-knop om de RDC-7.1 in te schakelen. Het display zal oplichten en de [Standby]-aanduiding zal uitgaan. Als u opnieuw op de [Standby/On]-knop drukt, schakelt de RDC-7.1 weer in de Uitschakestandby-stand. len
DVD
Video 1
Video 2
Video 3
Video 4
Video 5
Video 6
Video 7
Tape 1
Tape 2
Tuner
Phono
CD
Net Audio
2
Start de weergave van het geselecteerde apparaat. Als u een beeldapparaat zoals een DVDspeler afspeelt, moet u de input wijzigen naar een monitor zoals een TV. Voor sommige apparaten die beelden weergeven, zoals een DVD-type spelmachine, moet ook de geluidsweergave worden ingesteld. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aangesloten apparaat.
3
Stel het volumeniveau af met de [Master Volume]-keuzeknop. U kunt het volumeniveau afstellen in het bereik van –∞, –81,5 dB tot 18,0 dB (indien Relative is geselecteerd in het submenu Volume Setup). Tip: De RDC-7.1 is een product dat bedoeld is voor gebruikers die van alle voordelen van het huistheater willen genieten. Het is daarom voorzien van een breed scala aan volumeniveaus. Stem het volumeniveau fijn af op uw eigen wens.
Standby/On
Standby
Opmerking: Alle apparaten die via zijn aangesloten, zullen eveneens worden ingeschakeld wanneer er op de [On]-knop van de afstandsbediening wordt gedrukt.
Nl-52
Selecteer een ingangsbron. Druk op de ingangsbronknop. *U kunt niet naar een bron in hoofdzone A en naar een andere bron in hoofdzone B luisteren.
Master Volume
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening—Vervolg
On
1
Standby TV
On Standby
Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
Main A
Main B
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Bladerwiel Mode
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Top
M en
rv Se
u
er
Men u Aud io
CH
Enter
Disc
VOL
E xi
Prev CH
A
DJ
+
Re
t
turn
Gu
up
Muting
Main B
Main A
Audio
Subtitle
Surround
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Angle Last Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
2
Draai aan het bladerwiel om een af te spelen apparaat te selecteren. Doe dit terwijl noch de [Mode]-knop, noch de [Input]-knop brandt. Als een van de knoppen oplicht, moet u erop drukken om hem uit te schakelen. Als u aan het bladerwiel draait, gaan beide knoppen branden en worden de ingangsbron en de mode tegelijkertijd omgeschakeld.
3
Start de weergave van het geselecteerde apparaat. Als u een beeldapparaat zoals een DVDspeler afspeelt, moet u de input wijzigen naar een monitor zoals een TV. Voor sommige apparaten die beelden weergeven, zoals een DVD-type spelmachine, moet ook de geluidsweergave worden ingesteld. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het aangesloten apparaat.
4
Stel het volumeniveau af met de [VOL ]-knop. U kunt het volumeniveau afstellen in het bereik van –∞, –81,5 dB tot 18,0 dB (max) (indien Relative is geselecteerd in het submenu Volume Setup). Tip: De RDC-7.1 is een product dat bedoeld is voor gebruikers die van alle voordelen van het huistheater willen genieten. Het is daarom voorzien van een breed scala aan volumeniveaus. Stem het volumeniveau fijn af op uw eigen wens.
Random
Rec
Repeat
VOL /
ide
S et
Display
Main A
Input
Sleep
Main B
DSP Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
RC-554M RC-555M
Het apparaat met de afstandsbediening aanzetten Voordat u de afstandsbediening kunt gebruiken, moet u de stappen 1 en 2 uitvoeren uit het hoofdstuk “De stroom aansluiten” en de RDC-7.1 in standby zetten.
1
Druk op het bladerwiel. Op het display van de afstandsbediening verschijnt “AMP”. Dit is de mode voor de bediening van de RDC-7.1.
2
Druk op de [On]-knop om de RDC-7.1 in te schakelen. Om de RDC-7.1 weer in de standbystand te zetten, drukt u op de [Standby]knop.
VOL
On
Druk op de knop voor de ruimte waarin u het apparaat wilt afspelen. Main A: schakelt naar bediening in hoofdzone A. Main B: schakelt naar bediening in hoofdzone B. Als Main A of Main B is geselecteerd, gaat de aanduiding op het front display van de RDC-7.1 branden. Als de mode al is geactiveerd, hoeft u niet op de knop te drukken. Als u op deze knop drukt, wordt de mode gedeactiveerd. De luidspreker die in het menu Speaker/ Output Setup is ingesteld, weerklinkt in de geselecteerde ruimte.
Nl-53
Bediening
Via de afstandsbediening bedienen
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening—Vervolg De helderheid van het frontdisplay instellen Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
Video 4
DSP
Video 5
Dimmer
Video 6
Tape 1
Video 7
Tuning
Preset
Tape 2
Tuning Mode Memory
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
Clear
AV Controller
Dimmer
RDC-7.1
Phones
U kunt de helderheid van het display van het frontpaneel van de RDC-7.1 instellen met de [Dimmer]-knop op de afstandsbediening of op het frontpaneel van de RDC-7.1 (voor modellen die niet bestemd zijn voor Europa). RDC-7.1 Dimmer
On
Afstandsbediening
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
+10
0
WXYZ
T V VOL
Clear
Custom
Dimmer
Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Sleep
Dimmer
Dimmer
TV Input
Top
M en
rv Se
CH
Exi
Display
Men u Aud io
A
Enter
Disc
Prev CH
u
er
Het geluid tijdelijk uitschakelen (alleen afstandsbediening)
DJ
+
Re
t
turn
VOL
id e Gu
p Setu
Muting Muting
Met een koptelefoon luisteren Om koptelefoons te gebruiken, sluit u een koptelefoon met een standaard stereoplug aan op de Phones-aansluiting op het frontpaneel van de RDC-7.1.
Gebruik de [Muting]-knop om het geluid tijdelijk uit te zetten. Afstandsbediening
Exit
Phones
Muting AV Controller
RDC-7.1
• Wanneer u een koptelefoon aansluit, komt er geen geluid uit de luidsprekers. • Als de functie Dolby Headphone actief is, verschijnt op het front display. Raadpleeg pagina’s 60, 61 en 120. Opmerking: Het signaal naar de afstandszone (Zone 2/3) wordt niet beïnvloed door het feit of er wel of geen koptelefoon is aangesloten.
Nl-54
Druk op het bladerwiel op de afstandsbediening en druk dan op de [Dimmer]-knop.
# Direct Tuning
--/---
Bladerwiel
Gebruik de [Dimmer]-knop op de RDC-7.1 om: normaal, donker, erg donker en alleen volume te selecteren.
Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Muting]-knop op de afstandsbediening. Wanneer deze knop wordt ingedrukt, verschijnt de tekst “Muting” op het display van de RDC-7.1. Druk nog een keer op de [Muting]-knop om het geluid weer aan te zetten.
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening—Vervolg Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer
Sleep
TV Input
Top
M en
rv Se
u
er
Sleep
Men u Aud io
A DJ
+ CH
Enter
Disc
Exi
Prev CH
Re
t
turn
VOL
id e Gu
p Setu
Display
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Direct
DSP
1
Druk op het bladerwiel om de AMP-mode te activeren.
2
Druk op de [CH SEL]-knop en selecteer de gewenste luidspreker.
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Caps
Om de afzonderlijke luidsprekervolumes tijdelijk te veranderen, volgt u de procedure die hieronder is beschreven. Ieder kanaal kan tussen de –12 en +12 decibel worden ingesteld (voor de subwoofer is dat tussen de –15 en +12 decibel). De luidsprekervolumes zullen terugkeren naar de oorspronkelijke instellingen wanneer de RDC-7.1 in de standby-stand wordt geschakeld.
Random
Repeat Pure A
CH SEL
De uitgangsniveaus van de luidspreker tijdelijk veranderen (alleen afstandsbediening)
Level– Level+
CH SEL
RC-554M RC-555M
De Sleep Timer gebruiken (alleen afstandsbediening) Met de sluimertimer kunt u de RDC-7.1 zo instellen dat deze na een bepaalde periode automatisch wordt uitgeschakeld. Afstandsbediening
Sleep
Druk op het bladerwiel en druk dan meerdere malen op de [Sleep]knop om de gewenste tijd te selecteren. U kunt de sleep timer instellen tussen 90 tot 10 minuten in stappen van 10 minuten. Nadat de sleep timer is ingesteld, verschijnt de [SLEEP]-aanduiding op het display zoals afgebeeld. De ingestelde tijd wordt ongeveer vijf seconden op het display weergegeven, daarna verschijnt het vorige display weer. Opmerking: Indien u de afstandszone (Zone 2 of 3) gebruikt, zal deze op hetzelfde tijdstip uitschakelen als de hoofdzone.
3 Level -
Level +
Bediening
Bladerwiel
Druk op de [Level –]- or [Level +]knop om het volumeniveau af te stellen.
Opmerking: U kunt geen luidspreker selecteren als het submenu Speaker Configuration van het menu Speaker/Output Setup is ingesteld op “Not Used”.
Om de sleep timer te annuleren, drukt u meerdere malen op de [Sleep]-knop totdat de [SLEEP]-aanduiding verdwijnt. Om de resterende tijd te controleren, drukt u op de knop [Sleep]. Als u op de [Sleep]-toets drukt terwijl de sluimertijd wordt weergegeven, vermindert u de sluimertijd met 10 minuten.
Nl-55
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening—Vervolg
Master Volume
Wanneer een andere ingangsbron dan FM of AM geselecteerd is:
Standby/On
Ingung
On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
Video 4
DSP
Video 5
Video 6
Tuning
Dimmer
On
Tape 1
Video 7
Preset
Tape 2
Tuning Mode Memory
Standby
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Programmaformaat*
Exit
Phones
Clear
TV Input
I
AV Controller
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
Display
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
RDC-7.1
Aangepaste naam Luistermode
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
*Als het ingangssignaal een digitaal audio-signaal is maar niet PCM
Custom Zone 3
Bladerwiel
Macro
Zone 2
Mode
Input
TV Input
Top
M en
rv Se
u
Men u
er
Aud io
CH
Enter
Disc
Prev CH
Re
VOL
id e Gu
Exi t
Audio SEL
A
DJ
+
Display
Input
Sleep
Dimmer
p Setu
turn
Display
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Random
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Ar tist
Location
Genre
Re-EQ L Night
RC-554M RC-555M
Het display omschakelen Terwijl u naar een ingangsbron luistert of kijkt, kunt u informatie over het brontype en het uitgangssignaaltype laten weergeven. RDC-7.1 Display
Afstandsbediening
Druk op de [Display]-knop op de RDC-7.1. Druk op het bladerwiel op de afstandsbediening en druk dan op de [Display]-knop.
Het programmaformaat wordt weergegeven. De weergave “Dolby D: 3/2.1” laat bijvoorbeeld zien dat het formaat Dolby Digital is met discrete 5.1 kanalen, bestaande uit drie voorste kanalen (links voor, rechts voor en midden), twee surround kanalen (surround links en surround rechts) en het kanaal voor het laagfrequentie-effect (LFE). Als het nummer van de voorste kanalen 2 is, zijn zij links voor en rechts voor; als er maar 1 kanaal is, is het mono. Als het nummer voor surround kanalen 1 is, is dit mono; is het 0 dan is er geen surround kanaal. Als er geen LFE-getal wordt gegeven, is er geen LFE-kanaal. Verder zal er niets worden weergegeven als er geen programmaformaat is voor het ingangssignaal. Als het ingangssignaal lineair PCM is
De schakelfrequentie wordt weergegeven. De weergave “PCM fs: 44.1k” laat bijvoorbeeld zien dat het signaal PCM is en dat de schakelfrequentie 44,1 kHz is. Dialog norm Dialogue Normalization (Dialog Norm), oftewel dialoognormalisatie is een kenmerk van Dolby Digital. Bij het afspelen van software die gecodeerd is in Dolby Digital, ziet u soms een korte melding op het display op het frontpaneel: Dialog Norm xdB (op de plaats van “x” staat een nummer). Dialogue Normalization dient ervoor u te laten weten of het bronmateriaal is opgenomen op een hoger of lager niveau dan gebruikelijk is. Ziet u bijvoorbeeld het bericht “Dialog Norm: +4” op het display van het frontpaneel, dan is het uitgangsvolume automatisch met 4 dB verlaagd om het globale uitgangsniveau constant te houden. Met andere woorden, het bronmateriaal waarnaar u aan het luisteren bent, is 4 dB luider opgenomen dan gebruikelijk.
Display
Als AM of FM als ingangsbron is geselecteerd: Aangepaste naam Luistermode
FM/AM + Frequentie Luistermode
Nl-56
Selecteren nee
Selecteren nee
De stroom aansluiten/Allereerste beginselen van de bediening—Vervolg
De RDC-7.1 accepteert analoge, digitale, i.LINK (AUDIO), en meerkanaals-signalen voor de audioingang. U kunt het type signaal kiezen dat voor een bepaald apparaat moet worden gespeeld. Voor Zone 2 accepteert de RDC-7.1 alleen analoge en digitale signalen voor de audio-ingang.
1
Input
Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren die u wilt instellen.
De Re-EQ-functie gebruiken Deze functie corrigeert soundtracks met een sterk niveau van hoge tonen tot het huistheaterniveau. Deze correctie moet worden toegepast als de hoge tonen van de voorste luidsprekers te sterk zijn. Tip: Dit kan ook in het menu met OSD worden ingesteld. De luistermode waarop het Re-EQ effect kan worden toegepast, heeft een Re-EQ optie in het Listening Mode Setup menu.
1
Druk op het bladerwiel en druk dan (meerdere malen) op de [Re-EQ]knop. Re-EQ
2
Audio SEL
Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Audio SEL]-knop. Elke keer dat u op de knop drukt, verandert de mode van “Auto” → “Analog”→ “Multich”→ “i.LINK” en weer terug naar “Auto”. De “Auto” audiomode wordt aanbevolen voor normale omstandigheden.
Auto (XXX) (automatische detectie): met deze instelling detecteert de RDC-7.1 automatisch of het ingangssignaal digitaal of analoog is. Komt er geen digitaal signaal binnen dan wordt het analoge signaal afgespeeld. Deze instelling verschijnt alleen als er een digitale invoer is geselecteerd als Digital Input instelling in het Setup Menu → Input Setup Menu → Audio Assign Sub-menu → Digital Audio (Zie pag. 99). (XXX) geeft de naam weer van de toegekende aansluiting. Multich (Multichannel): selecteer deze instelling om de input weer te geven van de component die op de MULTICH-IN 1/2-poort is aangesloten. Deze instelling verschijnt alleen als er “1” of “2” is geselecteerd voor de instelling Multichannel in het Setup Menu → Input Setup Menu → Audio Assign submenu→ Multichannel (zie pag. 98). Analoog: selecteer deze instelling om af te spelen met een apparaat dat is aangesloten op analoge audio-aansluitingen. Met deze instelling wordt alleen het analoge signaal verzonden, ook als er een digitaal signaal binnenkomt vanaf hetzelfde apparaat. i.LINK: selecteer deze instelling om de input weer te geven van een bronapparaat dat op de i.LINK (AUDIO)aansluiting is aangesloten. Met deze instelling wordt alleen het i.LINK-signaal weergegeven. Deze instelling is beschikbaar als er een apparaat is geselecteerd in het Input Setup menu → Audio Assign Sub-menu → i.LINK.
De Late Night-functie gebruiken (alleen voor Dolby Digital) Bij films die geproduceerd zijn voor bioscopen, is het verschil tussen harde en zachte geluiden is erg groot. U moet het volumeniveau dus verhogen om omgevingsgeluiden en conversaties te kunnen horen. De Late Nightfunctie kan het verschil tussen harde en zachte geluiden verminderen, zodat u zachte geluiden kunt horen zonder het gehele volumeniveau te verhogen. Deze functie is handig als u ’s avonds laat naar een film kijkt en het geluid wat zachter wil zetten. De functie wordt vrijgegeven als de RDC-7.1 in de standby-stand wordt gezet. Tip: Deze functie kan ook in het menu met OSD worden ingesteld (zie pag.109).
1
L Night
Druk op het bladerwiel en druk dan (een aantal malen) op de [L Night]knop. Off: schakelt de Late Night-functie uit. Low: vermindert het verschil tussen harde en zachte geluiden. High: vermindert het verschil tussen harde en zachte geluiden nog meer. Het voorgaande display komt na verloop van tijd terug. Opmerkingen: • De Late Night-functie werkt alleen voor Dolby Digital-bronnen. • De Late Night-functie kan, afhankelijk van de Dolby Digital-bron, in bepaalde gevallen minder of helemaal geen effect hebben.
Nl-57
Bediening
De audio-mode veranderen (alleen maar afstandsbediening)
De luister-modes gebruiken Typen luister-modes Met de luister-modes op de RDC-7.1 haalt u de geluidskwaliteit van een bioscoop of concertzaal in huis. De RDC-7.1 biedt de volgende luister-modes. Voordat u een bron met de optimale geluidskwaliteit kunt afspelen, moet u eerst de Speaker/Output Setup uitvoeren (Zie pag. 92-94). Direct In deze mode kunt u naar een zuiver geluid luisteren direct van een oorspronkelijke bron. Elk kanaal van de audio-ingangsbron wordt ongewijzigd naar het overeenkomstige kanaal gestuurd. Pure Audio In aanvulling op de Direct-mode is de getrouwere weergave van oorspronkelijke geluiden ingeschakeld. Het displayvenster is hiervoor uitgeschakeld om het aantal ruisbronnen te minimaliseren (Het videocircuit is ook uitgeschakeld, dus er wordt niets op het scherm weergegeven). Stereo Geluiden worden weergegeven via de luidsprekers links en rechts voor en via de subwoofer. Mono Deze mode is geschikt voor het afspelen van met monogeluid opgenomen oude films, of voor het gescheiden afspelen van het rechter en linker kanaal van tweetalige bronnen. Met deze mode kunt u ook luisteren naar de multiplexe geluidstracks op DVD’s en andere bronnen. Dolby Pro Logic II Deze mode maakt 5.1 kanaals weergave mogelijk van muziek en films die in twee kanalen zijn opgenomen. U kunt de Movie-mode selecteren, die speciaal bedoeld is voor het afspelen van films, de Music-mode, die bedoeld is voor het luisteren naar muziek, en de Game-mode, die het meest geschikt is voor het spelen van spellen. • PLII Movie Deze mode kan worden gebruik met VHS- en DVDvideo’s met het -merk en bepaalde televisieprogramma’s. • PLII Music Deze mode kan worden gebruikt met stereomuziekCD’s en -DVD-opnamen van live concerten. • PLII Game Deze mode kan voor spellen worden gebruikt. Dolby Pro Logic IIx Deze mode reproduceert muziek-CD’s in 5.1-7.1 kanalen en films die in 2 kanalen zijn opgenomen. U hoort hierdoor niet alleen een helderder geluid, maar ook surroundeffecten die natuurlijker en vloeiender zijn dan ooit tevoren. Naast CD’s en films, krijgen ook spelbronnen een opvallend ruimtelijk geluidseffect met plaatsing van het geluid. Deze mode maakt 7.1 kanaals weergave mogelijk van muziek en films die in 5.1 kanalen zijn opgenomen. U kunt de PLIIx Movie en PLIIx Music mode selecteren. • PLIIx Movie Dit is de beste mode voor het bekijken van films. • PLIIx Music Dit is de beste mode voor het afspelen van muziek.
Nl-58
• PLIIx Game Dit is de beste mode voor het spelen van spellen. Hij biedt het beste bewegingsgevoel. Dolby Digital Dit is een surround mode die u het gevoel geeft in een theater of concertzaal te zitten. Deze mode kan worden gebruikt met DVD’s en LD’s met het -merk. Dolby VS (Dolby Virtual Speaker) De dynamische surround geluidseffecten van de 5.1kanaals luidsprekers worden via 2 luidsprekers gereproduceerd. Als deze mode met “Dolby Pro Logic II”/ “DTS NEO:6” wordt gecombineerd, geeft hij 5.1kanaals surround muziek die in 2 kanalen op CD of MP3 is opgenomen, via slechts 2 luidsprekers. Deze mode kan ook worden toegepast bij een systeem dat met meer dan 2 luidsprekers is uitgerust. Als u slechts 2 luidsprekers in een aparte ruimte (Zone 2 of Zone 3) of hoofdzone B kunt gebruiken, laat deze mode u de krachtige geluiden van een film, CD of spel ervaren via de virtuele surround effecten. Als u deze mode met drie of meer luidsprekers gebruikt, hangt het van de ingangsbron en de decodeermode af, welke luidsprekers voor de weergave zullen worden gebruikt. Dolby Digital EX/Dolby EX Deze mode maakt 6.1-kanaals weergave mogelijk van muziek of films die in 5.1 kanalen zijn opgenomen. Er wordt een surround kanaal aan de achterkant van 5.1kanaals luidsprekers toegevoegd om hiervan 6.1kanaals luidsprekers te maken. Hierdoor wordt de ruimtelijke uitdrukkingskracht verbeterd, hetgeen u een echt gevoel moet geven van bewegende geluiden, zoals van een draaiing over 360 graden of van overvliegende vliegtuigen. Omdat geluiden op het achterste surround kanaal worden verdeeld in het surround kanaal links en rechts, maakt deze mode ook gewone weergave van 5.1kanalen mogelijk. Wanneer u DVD’s en LD’s afspeelt die zijn opgenomen in 5.1-kanalen met het -merk, gaat Dolby Digital EX aan, en wanneer u andere bronnen afspeelt, gaat Dolby EX aan. DTS Geluidsgegevens die een enorme grootte zouden hebben als ze volledig in 5.1-kanalen werden verdeeld, worden tot digitale gegevens gecomprimeerd in een toestand die de originele geluiden zo goed mogelijk benadert. Om in deze mode af te spelen, is een DVD-speler vereist die DTS kan weergeven. Deze mode kan worden gebruikt met CD’s, DVD’s en LD’s met het -merk. DTS 96/24 Dit is een luister-mode die beschikbaar is voor DTS 96/ 24. Met deze mode kunt u van zachte geluiden genieten. DTS-ES Discrete Dit is een 6.1-kanaals surround systeem gebaseerd op DTS waaraan een surround achterkanaal is toegevoegd. Aangezien alle 6.1-kanalen, inclusief het toegevoegde surround achterkanaal, als volledig onafhankelijke digitale gegevens zijn opgenomen, worden het 3D-gevoel en dat van bewegende geluiden duidelijker gereproduceerd. Deze mode kan worden gebruikt met CD’s, DVD’s en LD’s met het
-merk.
DTS-ES Matrix Deze mode speelt in 6.1-kanalen de muziek en films af die zijn opgenomen in DTS-ES. Bronnen die in DTSES zijn opgenomen, bevatten gegevens voor het surround achter kanaal en elk kanaal wordt in 6.1-kanalen gereproduceerd. Deze mode kan worden gebruikt met CD’s, DVD’s en LD’s met het -merk. DTS NEO:6 Deze mode maakt 6.1 kanaals weergave mogelijk van muziek en films die in twee kanalen zijn opgenomen. Aan elk kanaal wordt een brede frequentieband toegekend en ieder kanaal wordt zeer onafhankelijk gehouden. Deze mode kan worden ingesteld op de Cinemamode voor het afspelen van films en de Music-mode voor het luisteren naar muziek. De bronnen die in 5.1-kanalen zijn opgenomen worden afgespeeld in NEO:6. • NEO:6 Cinema Er worden surround effecten weergegeven vol gevoel van bewegend geluid. Deze mode is geschikt voor VHS-video’s, DVD-video’s en televisie programma’s, die in 2 kanalen zijn opgenomen. • NEO:6 Music Aangezien deze mode een surround kanaal gebruikt, creëert hij een natuurlijk geluidsveld, dat niet van gewone 2 kanaals weergave kan worden verwacht. Deze mode is geschikt voor het afspelen van CD’s die in 2 kanalen zijn opgenomen. AAC Digitale gegevens die via het MPEG-2 AAC-systeem zijn gecomprimeerd, reproduceren de surround geluiden van 5.1-kanalen optimaal. Deze mode kan worden gebruikt voor het afspelen van AAC-bronnen zoals een BS digitaal uitgezonden programma. Multiplex Deze mode wordt gebruikt voor het luisteren naar multiplex uitzendingen. THX Deze mode produceert de maximale effecten op een voor THX geschikt luidsprekersysteem. • THX Cinema Dit is een 5.1-kanaals THX-mode, ontworpen voor het bekijken van theaterfilms die zijn opgenomen en gemonteerd met het oog op afspelen in een grote ruimte, zoals een bioscoop. De audioweergave voor de surround achter kanalen hangt af van de ingangsbron en de decodeermode. • THX Ultra2 Cinema Dit is de THX Ultra 2-mode. Deze mode maakt 7.1 kanaals weergave mogelijk van muziek en films die in 5.1 kanalen zijn opgenomen. Hij analyseert surround factoren die moeten worden gereproduceerd, en distribueert de factoren naar de surround achter om de sfeer en het gevoel van oriëntatie te optimaliseren. Deze functie versterkt de horizontale en achterwaartse reikwijdte en de plaatsing van het geluid. • THX Music Mode Dit is de THX Ultra 2 mode die is ontworpen voor het afspelen van muziekbronnen. Met deze mode kunnen bronnen opgenomen in 5.1-kanalen worden afgespeeld als 7.1-kanalen. • THX Games Mode Dit is de THX Ultra 2 mode die is ontworpen voor het afspelen van spelbronnen.
• THX Surround EX ”THX Surround EX” - Dolby Digital Surround EX is gezamenlijk ontwikkeld door Dolby Laboratories en THX Ltd. In een filmtheater kunnen geluidstracks van films die gecodeerd zijn met Dolby Digital Surround EX technologie een extra surround achter kanaal reproduceren dat is toegevoegd tijdens het mixen van het programma. Een lijst van met Surround EX gecodeerde films vindt u op www.Dolby.com. • Meerkanaals Dit is een luister-mode beschikbaar voor analoge meerkanaals aansluiting. • i.LINK: DVD-Audio Dit is een luister-mode die wordt gebruikt om bronnen af te spelen in het DVD-Audio formaat tijdens i.LINK (AUDIO) aansluiting. • i.LINK: SACD Dit is een luister-mode die wordt gebruikt om bronnen af te spelen in het Super Audio CD-formaat tijdens i.LINK (AUDIO) aansluiting. Exclusieve luister-mode (DSP) van IntegraRESEARCH All Ch Stereo Deze mode is bruikbaar voor het afspelen van muziek als BGM. Alle luidsprekers geven stereogeluid weer, dus u kunt van een krachtig geluidsveld genieten. Full Mono Alle luidsprekers geven monogeluid weer. U kunt, waar u ook bent, naar dezelfde muziekklank luisteren. Mono Movie Deze mode is geschikt voor het afspelen van oude films die met monogeluid zijn opgenomen. Het middelste kanaal geeft zuivere geluiden weer, terwijl de andere luidsprekers de middelste geluiden van adequate echoeffecten voorzien. Ondanks het monogeluid krijgt u toch het gevoel dat u zich in een filmtheater bevindt. Enhance Deze mode is geschikt voor het afspelen van muziek en het kijken naar sportprogramma’s op de televisie. Omgevingsgeluiden worden op een natuurlijke manier naar de surround en de surround luidsprekers achter verplaatst, zodat er een dynamischer geluid wordt gereproduceerd. Orchestra Deze mode is geschikt voor het afspelen van klassieke en operamuziek. De surround effecten zijn versterkt om het geluidsbeeld over de gehele luisterruimte uit te breiden. U kunt van natuurlijk klinkende muziek genieten, zodat het lijkt alsof u zich in een grote concertzaal bevindt. Unplugged Deze mode is geschikt voor het luisteren naar akoestische geluiden, zang en jazzmuziek. Deze mode richt zich op het voorste geluidsbeeld, zodat er een beeld van het geluidsveld wordt gecreëerd, dat u het gevoel geeft alsof u voor een podium naar de muziek luistert. Studio-Mix Deze mode is geschikt voor rock-’n-roll en popmuziek. Er wordt een krachtig geluidsbeeld gereproduceerd, dat klinkt alsof u bij een live concert aanwezig bent.
Nl-59
Bediening
De luister-modes gebruiken—Vervolg
De luister-modes gebruiken—Vervolg TV Logic Deze mode is geschikt voor televisieprogramma’s die vanuit een studio worden uitgezonden. U krijgt het gevoel alsof u in een televisiestudio zit. Alle surround geluiden worden verbeterd en gesprekken worden helder weergegeven. Luister-modes voor luisteraars die de koptelefoon gebruiken Dolby Headphone In deze mode reproduceert de koptelefoon dynamische surround geluidseffecten zoals 5.1 kanaals luidsprekers. De luister-mode die werd gebruikt voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt op de koptelefoon toegepast. De volgende luister-modes worden echter als volgt gedecodeerd: • De Dolby VS of Stereo-mode bronnen worden gedecodeerd naar de Dolby Headphone-mode. • De bron die in het 7.1-kanaals surround formaat is gedecodeerd, wordt in het 5.1-kanaal surround formaat gedecodeerd. • De DTS 96/24-mode bron wordt naar de DTS-formaat bron gedecodeerd. Luister-modes als de Dolby Headphone op “Off” is gezet: Direct Als de luister-mode Direct was voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt deze mode toegepast. Effecten zijn hetzelfde als de Direct mode die eerder is aangegeven. Pure Audio Als de luister-mode Pure Audio was voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt deze mode toegepast. Effecten zijn hetzelfde als de Pure Audio die eerder is aangegeven. Mono Als de luister-mode Mono, Mono Movie of Full Mono was voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt deze mode toegepast. Effecten zijn hetzelfde als de Mono mode die eerder is aangegeven. Deze mode wordt ook toegepast als u, voordat u de koptelefoon opzette, naar de monobron in de Dolby VSluister-mode aan het luisteren was. Stereo Als de luister-mode een andere dan Direct, Pure Audio, Mono, Mono Movie of Full Mono was voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt deze mode toegepast. Effecten zijn hetzelfde als de Stereo mode die eerder is aangegeven. Multiplex Als de luister-mode Multiplex was voordat de koptelefoon werd opgezet, wordt deze mode toegepast.
Nl-60
De luister-mode selecteren De RDC-7.1 voorziet in verschillende luister-modes. Opmerking: De beschikbare modes zijn afhankelijk van het door u geselecteerde ingangssignaal. Knoppen van ingangsbronnen
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
Video 4
DSP
Video 5
Video 6
Tape 1
Video 7
Tuning
Dimmer
Preset
Tape 2
Tuning Mode Memory
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
Clear
AV Controller
RDC-7.1
DSP
On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
PQRS
TUV
+10
0
9 WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom
Bladerwiel Mode
Zone 3
Zone 2
Macro
Mode
Input
Dimmer TV Input
M en
rv Se
u
er
CH
A
Enter
Disc
Exi t
Prev CH
Men u Aud io
DJ
+
Re
turn
VOL
de Gui
p Setu
Display
THX Surround
Muting
Random
Rec
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Angle Last Memory
Surround
Pure A Direct
Repeat Pure A
Input
Sleep Top
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Direct
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
All CH ST Stereo DSP DSP
RC-554M RC-555M
Bedienen via deRDC-7.1
1
Druk op de ingangsbronknop.
2
Start het afspelen op het apparaat dat u als ingang hebt geselecteerd.
3
Gebruik de [ ] DSP [ ]-knoppen om een luister-mode te selecteren.
Via de afstandsbediening bedienen
1
Draai aan het bladerwiel om een apparaat voor weergave te selecteren. Doe dit terwijl noch de [Mode]-knop, noch de [Input]-knop brandt. Als een van de knoppen oplicht, moet u erop drukken om hem uit te schakelen. Als u aan het bladerwiel draait, gaan beide knoppen branden en worden de ingangsbron en de mode tegelijkertijd omgeschakeld.
2
Start het afspelen op het apparaat dat u als ingang hebt geselecteerd.
3
Druk op het bladerwiel en druk dan op een luister-mode-knop om de luister-mode te selecteren. Pure A-knop: om de luister-mode op “Pure Audio” te zetten. Als u “PURE AUDIO” selecteert wordt het videosignaal onderbroken (met als resultaat een zwart scherm) en gaat de [Pure Audio]-aanduiding branden. Direct-knop: om de luister-mode op “Direct” te zetten. Stereo-knop: om de luister-mode op “Stereo” te zetten. Surround-knop: om de luister-mode op de surround-mode te zetten. • Bij input van 5-kanaalssignalen verandert de luister-mode elke keer dat u op de knop drukt in “DolbyEX” → “PLIIx Movie (Standaard)” → “PLIIx Music” → “NEO:6”→ “Off” → “DolbyEX”, enzovoorts. • Bij input van 2-kanaalssignalen verandert de luister-mode elke keer dat u op de knop drukt in “PLIIx Movie (Standaard)” → “PLIIx Music” → “PLIIx Game” → “NEO:6 Cinema” → “NEO:6 Music” → “PLIIx Movie (Standaard)”, enzovoorts. THX-knop: om de luister-mode op “THX” te zetten. • Bij input van Dolby Digital-meerkanaalssignalen (*/2) kunt u naar elke van de volgende decodeermodes omschakelen. Elke keer dat u op de knop drukt, verandert de luister-mode in “THX Cinema” → “SurroundEX” → “Ultra2 Cinema (Standaard)” → “MusicMode” → “Games Mode”→“THX Cinema”, enzovoort (Zie pag. 115). DSP/DSP -knoppen: iedere keer dat u op de knoppen drukt, kunt u overschakelen naar een van de luister-modes, in overeenstemming met de ingangssignalen. All CH ST-knop: om de luister-mode op “All Ch Stereo” te zetten. [ ]/[ ] cursorknoppen: • Wanneer er AAC multiplex geluidssignalen worden gegeven, dan worden het hoofdgeluid en het subgeluid gewisseld. Iedere keer dat u op de [ ]/[ ]-knoppen drukt, wisselt de mode “Main” → “Sub” → “Main + Sub” → “Main”, enzovoort. • Wanneer u de koptelefoon gebruikt, kunt u de [ ]/[ ]-knoppen gebruiken om de Dolby Headphone luister-mode aan of uit te zetten.
Tip: Een tabel later in deze handleiding laat zien welke luister-modes er kunnen worden gebruikt bij welk formaat van de ingangssignalen. Zie pagina 143.
Nl-61
Bediening
De luister-modes gebruiken—Vervolg
Naar radio-uitzendingen luisteren Voor deze functie moet het klemmenbord [K] van de tuner in de RDC-7.1 gestoken zijn.
De tuner gebruiken Eén van de functies van de RDC-7.1 die het vaakst gebruikt wordt, is die voor het beluisteren van FM- en AM-radiostations. De RDC-7.1 beschikt over een aantal luister-modes die perfect geschikt zijn voor het luisteren naar de radio en die alles uit uw audiosysteem halen wat er in zit. Bovendien kunt u, door het voorprogrammeren van radiostations waar u vaak naar luistert, deze gemakkelijk selecteren met behulp van de [CH/Disc +/–]-knop op de afstandsbediening. Het AM Tuning interval instellen U moet voor de Aziatische en Australische modellen de instellingen voor de “AM Frequency Step” aanpassen aan uw gebied. Gebruik het Setup menu om de “AM Frequency Step” instellingen aan te passen. Ga naar “Hardware Setup” → “AM Frequency Setup” →“Frequency Step”, en kies “9 kHz” of “10 kHz” om de instelling aan te passen. Voor meer informatie over deze instelling, zie pag. 91.
Op een radiostation afstemmen
Band
Frequentie
Wanneer er in de FM-uitzending met stereoweergave te veel lawaai zit: Druk op de [Tuning Mode]-knop om over te schakelen op afstemmen met de hand. De “AUTO”-aanduiding verdwijnt en het radiostation wordt nu mono weergegeven. In de monoweergave wordt het lawaai minder en is de uitzending makkelijker te horen. Op een radiostation afstemmen met de hand (manual tuning)
1
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop. Telkens wanneer u op de [Tuner]-knop drukt, wordt omgeschakeld tussen AM en FM als ingangsbron.
Tuner
2 Tuning Mode Memory
Tuner Clear
Druk op de [Tuning Mode]-knop om de “AUTO”-aanduiding uit te zetten.
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
Video 1
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Off
Video 2
Display
Video 3
Video 4
DSP
Dimmer
Video 5
Video 6
Tuning
Video 7
Preset
Tape 1
Tuning Mode Memory
Tape 2
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Clear
Open/Close
Net Audio
Exit
Ga door met op de Tuning [ ] of [ ]-knop te drukken. Laat de knop los wanneer de tuner in de buurt komt van de frequentie waarnaar u wilt luisteren. Druk dan meerdere malen op de Tuning [ ] of [ ]-knop om de frequentie in frequentiestappen aan te passen.
Tuning Phones
AV Controller
Tuning
3
RDC-7.1
Tuning Mode
Automatisch op een radiostation afstemmen (automatic tuning)
1
Tuner
2 Tuning Mode Memory
Clear
3 Tuning
Nl-62
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop. Telkens wanneer u op de [Tuner]-knop drukt, wordt omgeschakeld tussen AM en FM als ingangsbron. Druk op de [Tuning Mode]-knop om de “AUTO”-aanduiding aan te zetten. Druk een keer op de Tuning [ ] of [ ]-knop. De tuner stopt van zelf als hij afstemt op een station. Als u op een radiostation afstemt, verschijnt de TUNED -aanduiding op het display. Als u op een FM-station met stereoweergave afstemt, verschijnt de aanduiding “FM STEREO”.
• De frequentie van de tuner verandert in stappen van 200 kHz (50 kHz) voor FM en in stappen van 10 kHz (of 9 kHz) voor AM. • Wanneer u met de hand afstemt op een FM-station, dan schakelt de tuner over op mono. Druk op de [Tuning Mode]-knop als u naar het FM-station wilt luisteren in stereo. Radiostations op frequentie specificeren Afstandsbediening Clear # Direct Tuning
1
2
@.-'/
ABC
3 DEF
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
--/---
Om een radiostation te selecteren door zijn frequentie in te voeren, drukt u op de [Direct Tuning]-knop van de afstandsbediening, waarna u de cijferknoppen gebruikt om de frequentie in te voeren.
Naar radio-uitzendingen luisteren—Vervolg Een voorkeuze-radiostation selecteren Tuner
Preset
Als u de RDC-7.1 gebruikt: Master Volume
Standby/On
1
On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Tuner
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
Dimmer
Video 5
Video 6
Tuning
Video 7
Preset
Tape 1
Tuning Mode Memory
Tape 2
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop op de RDC-7.1.
Exit
Clear
Phones
AV Controller
RDC-7.1
2
Tuning Mode Memory
Preset
Gebruik de Preset [ ] en [ ]knoppe en selecteer het nummer van het gewenste voorkeuze-station.
Er kunnen maximaal 40 stations in het geheugen worden opgeslagen als voorkeuze-radiostations.
1
Stem af op het gewenste radiostation (zie “Op een radiostation afstemmen”).
2 Tuning Mode Memory
Wanneer u de afstandsbediening gebruikt:
1 Input
Druk op de [Memory]-knop op het frontpaneel.
Druk op de [Input]-knop en gebruik dan het bladerwiel om “TUNER” te selecteren. Druk op het bladerwiel om over te schakelen op AM of FM.
Knippert Clear
2 3
Preset
4 Tuning Mode Memory
Clear
Gebruik de Preset [ ] en [ ]knoppen om een nummer (van 1 tot 40) te selecteren om toe te kennen aan het station. Het “MEMORY”-indicatielampje knippert gedurende 5 seconden. Maak de procedure af terwijl het “MEMORY”indicatielampje knippert. Ga terug naar stap 2 en herhaal de procedure als het “MEMORY”-indicatielampje verdwijnt voordat u de procedure hebt voltooid. Druk op de [Memory]-knop om de procedure te beëindigen. Brandt
Gebruik de [CH/Disc +/–]-knop om het voorkeuze-radiostation te selecteren.
+ CH Disc
-
Voorkeuze-stations op nummer selecteren
Om een voorkeuze-station op nummer te selecteren, gebruikt u de cijferknoppen van de afstandsbediening. Om bijvoorbeeld voorkeuze-station nr. 7 te selecteren, drukt u op [7]. Om voorkeuzestation nr. 12 te selecteren, drukt u op [1] en vervolgens op [2].
Een voorkeuze-radiostation wissen
1
Tuner
U kunt voor alle voorkeuze-radiostations tekstnamen invoeren (zie pag.101).
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop en gebruik de Preset [ ] en [ ]-knoppen om het voorkeuzeradiostation te selecteren dat u wilt wissen (zie hierboven).
Preset
2 Tuning Mode Memory
Clear
Druk de [Memory]-knop in en houd hem ingedrukt en druk vervolgens op de [Tuning Mode]-knop. Hierdoor wordt het geselecteerde voorkeuze-radiostation gewist.
Nl-63
Bediening
Een voorkeuze-radiostation instellen
Naar RDS-uitzendingen luisteren (alleen voor Europese modellen) Naar RDS-uitzendingen luisteren RDS-ontvangst is alleen beschikbaar op het Europese model en alleen in gebieden waar RDS-uitzendingen ontvangen kunnen worden. Wat is RDS?
RDS staat voor Radio Data System en is een soort FMuitzending. RDS is ontwikkeld binnen de European Broadcasting Union (EBU) en is beschikbaar in de meeste Europese landen. Veel FM-uitzendstations zenden nu de RDS-signalen uit die de vereiste extra informatie bevatten. RDS biedt verschillende services, u kunt dus een station kiezen dat uw favoriete categorieën van muziek, nieuws of andere informatie uitzendt. Er bestaan drie hoofdtypes van RDS-uitzendingen. Alhoewel u op deze uitzendingen af kunt stemmen met behulp van de Tuning-knoppen, net als bij gewone stations, is het met RDS-uitzendingen mogelijk te scannen naar stations van het type en de classificatie waarnaar u op zoek bent. Dit maakt het veel makkelijker het gewenste station te vinden (zie “Een PTY-scan uitvoeren” en “Een TP-scan uitvoeren” op pagina 65). Een toelichting van de drie hoofdtypes vindt u hieronder. RT: Radio Text Wanneer een RDS-station wordt geselecteerd dat RTinformatie uitzendt, wordt de tekstinformatie, die van het station wordt ontvangen, weergegeven. PTY: programmatype Wanneer een RDS-station wordt geselecteerd dat PTYinformatie uitzendt, wordt het type station (classificatie) weergegeven. TP: verkeersprogramma Wanneer een RDS-station wordt geselecteerd dat TPinformatie uitzendt, wordt periodiek verkeersinformatie uitgezonden. Opmerkingen: • In sommige gevallen zijn de tekens die worden weergegeven op het display van de RDC-7.1 niet exact hetzelfde als de tekens die worden uitgezonden door het radiostation. Er kunnen ook ongebruikelijke tekens op het display verschijnen als de RDC-7.1 tekens ontvangt die niet correct kunnen worden weergegeven. Dit duidt niet op een storing. • Wanneer een RDS-station wordt geselecteerd dat PSinformatie uitzendt, wordt in plaats van de frequentie de naam van het station weergegeven.
Nl-64
PTY-Programmatypes in Europa De tekst tussen haakjes is wat er op de RDC-7.1 wordt weergegeven. Geen (NONE): Geen programmatype. Nieuws (NEWS): Nieuws over actuele gebeurtenissen en evenementen. Actualiteiten (AFFAIRS): Nieuws over actuele gebeurtenissen, vaak met een breder aanbod aan onderwerpen dan bij het gewone nieuws. Informatie (INFO): Algemene informatie zoals weerberichten, consumentenzaken, medische hulp, enz. Sport (SPORT): Live sportverslagen, sportnieuws en interviews. Educatie (EDUCATE): Educatieve programma’s. Drama (DRAMA): Radiohoorspelen en series. Cultuur (CULTURE): Culturele programma’s (ook religieuze programma’s). Wetenschap en technologie (SCIENCE): Programma’s over natuurwetenschappen en technologie. Diversen (VARIED): Gesproken programma’s die niet tot één van bovenstaande categorieën behoren (bijvoorbeeld quizprogramma’s, spelprogamma’s en komische programma’s). Popmuziek (POP M): Commerciële popmuziek, gewoonlijk uit oude of actuele hitlijsten (bijvoorbeeld Top 40). Rockmuziek (ROCK M): Meer alternatieve popmuziek, die vaak niet op de hitlijsten verschijnt. “Middle of the road” muziek (M.O.R. M): Easy listening muziek (dat wil zeggen, geen Pop, Rock of Klassiek). Licht klassiek (LIGHT M): Klassieke muziek die eerder voor een algemeen dan voor een specialistisch publiek bestemd is. Serieus klassiek (CLASSICS): Uitvoeringen van grote orkestwerken, symfonieën, kamermuziek enz. (inclusief grote operawerken). Andere muziek (OTHER M): Muziekstijlen die niet tot één van bovenstaande categorieën behoren (bijvoorbeeld Jazz, Rhythm & Blues, Folk, Country en Reggae). • Alarm (ALARM): Wanneer een RDS-station bezig is met een nooduitzending, zal dit ALARM op het display knipperen.
Naar RDS-uitzendingen luisteren (alleen voor Europese modellen)—Vervolg
Enter
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
RT/PTY/TP
Video 5
Video 6
Tuning
Video 7
Preset
Tape 1
Tuning Mode Memory
Tape 2
Tuner
Phono
Setup
CD
Open/Close
Net Audio
Enter
Exit
Phones
Clear
AV Controller
RT/PTY/TP
Enter
RDC-7.1
/
Radiotekst (RT) weergeven Als het station waarop u hebt afgestemd RT-signalen uitzendt, zullen deze worden weergegeven op het display op het frontpaneel van de RDC-7.1. Als het station deze signalen niet uitzendt, wordt deze functie genegeerd. RT/PTY/TP
5 Enter
Om de radiotekst weer te geven, drukt u één keer op de [RT/PTY/ TP]-knop.
• Als het station waarnaar u op dat moment luistert geen RDS-station is, wordt alleen de frequentie van het station weergegeven. • Als de tekst “Waiting” op het display verschijnt, is er meer tijd nodig om de RT-informatie te ontvangen. Wanneer de informatie ontvangen is, zullen de tekens over het front display verschuiven. • Als de tekst “No Text Data” op het display verschijnt, is er geen RT-informatie beschikbaar. • Het display laat gedurende 3 seconden de frequentie zien en keert vervolgens terug tot de programmanaam.
Tuner
2 RT/PTY/TP
1
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop. Tuner
2
Druk drie keer op de [RT/PTY/TP]knop.
RT/PTY/TP
Als het station waarop u hebt afgestemd TP-signalen uitzendt, zal de tekst “[TP]” verschijnen. Dit station zal periodiek verkeersinformatie uitzenden. Om een ander station te vinden, gaat u verder met de volgende stap. Ook als “TP” wordt weergegeven gaat u nu door naar de volgende stap.
3
Druk op de [Tuner]-ingangsbronknop en selecteer FM als ingangsbron.
Druk twee keer op de [RT/PTY/TP]knop. Het actuele programmatype verschijnt op het display.
Druk op de [Enter]-knop wanneer het station is gevonden waarnaar u wilt luisteren. De tekst “Not Found” zal worden weergegeven wanneer er geen RDS-signaal van het station wordt ontvangen.
Een TP-scan uitvoeren
Een PTY-scan uitvoeren
1
Druk op de [Enter]-knop. De RDC-7.1 zal scannen tot er een station van het geselecteerde type is gevonden. Het apparaat zal kort op dit station stoppen, alvorens verder te scannen tot het volgende station gevonden wordt. Wanneer u op de [Enter]-knop drukt, stopt de PTY-scan op dat punt. Als u op [RT/PTY/ TP] drukt terwijl de aanduiding “NONE” wordt weergegeven, zal de tekst “PTY ?” verschijnen. Ga in dit geval terug naar stap 3.
3 Enter
Druk op de [Enter]-knop. De RDC-7.1 zal scannen tot er een station wordt gevonden dat verkeersinformatie uitzendt. Als de tekst “Not Found” op het display verschijnt, kan er geen TP-station worden gevonden.
Gebruik de [ ] en [ ]-knoppen om het door u gewenste PTY-programmatype te selecteren.
Nl-65
Bediening
4
Tuner
Naar meerkanaals weergave luisteren Voor de meerkanaals weergavefunctie moet het meerkanaals klemmenbord [E] in de RDC-7.1 gestoken zijn. De RDC-7.1 kunnen twee apparaten worden aangesloten die van meerkanaals geluid (5.1-7.1 kanalen) gebruik maken, zoals een DVD-speler. Om meerkanaals aansluitingen te gebruiken, moet u instellingen in het menu Input Setup specificeren. Bovendien kunt u ook luister-modes naar wens instellen. Naar meerkanaals weergave in de hoofdzone luisteren.
Instellen Specificeer het type ingangsbron. Standaard is DVD “1”, CD “2’ en andere zijn “No”. GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Bladerwiel
Aansluiten
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL 1
2
2
MULTI - CH
E
COAXIAL
1
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
C
SR
SL
SBR
SBL
R
L
H S VIDEO
IN
4
1
5
2
1
6
3
PH SUB
+
Enter / / /
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
3
3
( Net-Tune )
4
2
7
4
5
5
3
8
5
6
6
1
9
6
1
2
1
4
1
DIGITAL IN
FL
AES / EBU
2
3
5
R
OUT
L
OUT
SUB
C
SR
SL
SBR
SBL
2
R
L
O
S VIDEO
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
L
R SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
R
Re
t
turn
VOL
id e Gu
Setup
p Setu
Muting
Main A
Main B
Random
Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop.
4
Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Audio Assign” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop.
5
Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om “Multichannel” te selecteren en selecteer dan een instelling met de [ /[ ]-knoppen. Selecteer “1” als het apparaat op MULTICH IN 1 is aangesloten of “2” als het op MULTI-CH IN 2 is aangesloten. *MULTI-CH IN 2 kan worden geselecteerd als het meerkanaals optiebord twee meerkanaals klemmensets bevat.
6
Druk op de [Setup]-knop. De instelling is voltooid en het menuscherm verdwijnt.
L
SUB
Exi
3
FRONT L
PRE OUT A
FRONT
-
Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Setup]-knop om “Main menu” weer te geven.
R SUB WOOFER
A
Enter
Disc
Prev CH
Aud io
2
CENTER
FRONT
er
Men u
Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om de in te stellen ingangsbron te selecteren.
IN 1
( BALANCED )
2
u
1 MULTI - CH
E
4
rv Se
CH
Rec
L
FR ETHERNET
M en
Display
GND
R
Top
DJ
Gebruik drie of vier audio-kabels of meerkanaals-kabelsom de meerkanaals-uitgang op het aangesloten apparaat aan te sluiten op de MULTI-CH IN 1/2-aansluiting op de RDC-7.1. Als het meerkanaals optiebord, dat twee meerkanaals klemmensets bevat, is geïnstalleerd, gebruik dan dezelfde procedure die hierboven is beschreven voor het maken van de aansluiting.
TV Input
Input
Sleep
Dimmer
A
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
CENTER
SURR
R
L
SURR BACK
Nl-66
Naar meerkanaals weergave luisteren—Vervolg In meerkanaals geluid afspelen Zone 2
Input
CH
Top
M en
rv Se
er
-
Men u Aud io
Exi
Prev CH
A
DJ
+
u
CH
Enter
Disc
E xi
Prev CH
Re
t
turn
VOL
Re
t
turn
VOL
id e Gu
p Setu
Display
VOL /
Muting
id e Gu
p Setu
Display
Random
Rec
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Angle Last Memory
Muting
Surround
Random
Rec
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Angle Last Memory
Surround
THX A-B
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Memory Caps
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Test Tone
CH SEL
Level Ar tist
DSP
Repeat
Level –/+
Stereo
All CH ST Search
CH SEL
THX
Repeat
Bediening
Repeat
Audio SEL
A
Enter
Disc
Sleep
Dimmer TV Input
o
S
+
Input
DJ
Macro
Mode
Bladerwiel
Het volumeniveau van luidsprekers voor meerkanaals weergave afstellen
DSP Photo Level +
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
Genre
RC-554M RC-555M
1
Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om de in te stellen ingangsbron te selecteren.
2
Druk op het bladerwiel en druk dan (meerdere keren) op de [Audio SEL]-knop om “Multich” te selecteren.
3
Start het afspelen.
4
Stel het volumeniveau af met de [VOL ]knoppen. U kunt het volumeniveau afstellen in het bereik van –∞, –81,5 dB tot 18,0 dB (indien Relative is ingesteld voor Volume Setup).
U kunt de luister-mode vooraf instellen voor meerkanaals weergave (Listening Mode Preset). Om dat te doen, selecteert u “Input Setup” → “Listening Mode Preset” → “Multichannel” in het menu Setup om de gewenste mode te kiezen. De standaardinstelling is “Multichannel”. Zie pag. 59 voor meer informatie over de luister-mode en pag. 100 voor de voorkeurinstelling van de luistermode.
RC-554M RC-555M
1
Druk op het bladerwiel en druk dan op de [CH SEL]-knop om een luidspreker te selecteren, waarvan u het volumeniveau wilt afstellen. Luidsprekers die ingesteld zijn via het submenu Speaker Configuration van het menu Speaker/ Output Setup worden één voor één weergegeven.
2
Druk op de [LEVEL –/+]-knop om het volumeniveau in te stellen. U kunt het volume afstellen binnen een bereik van –12 dB tot +12 dB. De subwoofer kan worden afgesteld binnen een bereik van –15 dB tot +12 dB.
Tip: Het volumeniveau van elke luidspreker voor meerkanaalsgeluiden verschilt van de kalibrering die wordt ingesteld met de testtoon die wordt beschreven op pag. 94. De afstelling die hier wordt gemaakt, heeft geen effect als er niet in meerkanaals weergave wordt afgespeeld.
Om de luister-mode-instellingen inclusief audioeffecten en weergave-opties te configureren:
U kunt gedetailleerde instellingen voor de decodeermode en de luidsprekeromgeving voor meerkanaals weergave specificeren (Listening Mode Setup). Zie pag. 106 voor meer informatie.
Nl-67
In de Afstandszone (Zone 2/3) naar films kijken en naar muziek luisteren U kunt luidsprekers en versterkers voor de afstandszone aansluiten en verschillende bronnen in een afstandszone (Zone 2 of Zone 3) afspelen. Er zijn twee manieren voor het afspelen in een afstandszone:
1
Sluit de voorversterker of de ontvanger voor Zone 2 of Zone 3 aan op de RDC-7.1. Maak de aansluiting op een van de volgende aansluitingen: • AUDIO OUT 1-5 Standaard: Analog 4 (AUDIO OUT 4): Zone 2 Out Analog 5 (AUDIO OUT 5): Zone 3 Out • DIGITAL OUT OPTICAL 1-2 • DIGITAL OUT COAXIAL 1-2
2
Sluit de luidsprekers voor Zone 2 of Zone 3 aan op de voorversterker of ontvanger.
3
Sluit de videocomponent voor Zone 2 of Zone 3 aan op een van de samengestelde VIDEO OUT 1-4-aansluitingen.
4
Stel het menu Setup in. 1. Selecteer op het menu Setup (Zie pag. 95) “Speaker/Output Setup” → “Audio Output Assign” en stel de aansluiting waarop het apparaat is aangesloten in op “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out”. 2. Stel dan “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” in het submenu Audio Output Assign in op “Line Out (fixed)”. 3. Selecteer op dezelfde manier “Speaker/Output Setup” → “Video Output Assign” en stel de aansluiting waarop de component is aangesloten in op “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out”. 4. Druk op de [Setup]-knop om het menu te sluiten.
Aansluiten en instellen Als de voorversterker of de ontvanger worden aangesloten (Zone 2 of Zone 3) • U kunt een andere bron in een afstandszone afspelen terwijl er een 7.1 kanaals bron in de hoofdzone wordt afgespeeld. • Stel het volumeniveau op de voorversterker of de ontvanger in de afstandszone af. Hoofdzone
Vermogensversterker
RDC-7.1
TV
Zone 2/Zone 3
R
L
OUT
OUT
VIDEO
TV IN R
Nl-68
L
Ontvanger/ Voorversterker
Als de vermogensversterker wordt aangesloten (Zone 2 of Zone 3)
4
• U kunt een andere bron in een afstandszone afspelen terwijl er een 7.1 kanaals bron in de hoofdzone wordt afgespeeld. • Stel het volumeniveau af op de RDC-7.1 (niet op de vermogensversterker). Hoofdzone
Vermogensversterker
RDC-7.1
TV
Zone 2/Zone 3
R
L
OUT
OUT
VIDEO
In een afstandszone naar films kijken en muziek luisteren • De sluimertimer in de hoofdzone werkt ook in Zone 2 en Zone 3. Stel de sluimertimer in op de RDC-7.1 in de hoofdzone en zet het apparaat dan op standby om de sluimertimer alleen te laten werken in Zone 2 of Zone 3. • Geluiden en beelden kunnen op de volgende manieren in Zone 2 en Zone 3 worden weergegeven: REC/ Van ingangs- ZONE ZONE aansluiting 2 3
TV
1
L
vermogensversterker
Sluit de vermogensversterker voor Zone 2 of Zone 3 aan op de RDC-7.1. Maak de aansluiting op een van de volgende aansluitingen: • AUDIO OUT 1-5 • DIGITAL OUT OPTICAL 1-2 • DIGITAL OUT COAXIAL 1-2
2
Sluit de luidsprekers voor Zone 2 of Zone 3 aan op de vermogensversterker.
3
Sluit de videocomponent voor Zone 2 of Zone 3 aan op een van de samengestelde VIDEO OUT 1-4-aansluitingen.
✔ Audio-ingang
R
Video-ingang
IN
Stel het menu Setup in. 1. Selecteer op het menu Setup (Zie pag. 95 ) “Speaker/Output Setup” → “Audio Output Assign” en stel de aansluiting waarop het apparaat is aangesloten in op “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out”. 2. Stel dan “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” in het submenu Audio Output Assign in op “Pre Out (variable)”. 3. Selecteer op dezelfde manier “Speaker/Output Setup” → “Video Output Assign” en stel de aansluiting waarop de component is aangesloten in op “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out”. 4. Druk op de [Setup]-knop om het menu te sluiten.
✔
ETHERNET, PH, AUDIO IN 1-9
Naar uitgangsaansluiting AUDIO OUT 1-5 DIGITAL OUT OPTICAL 1-2 DIGITAL OUT COAXIAL 1-2
DIGITAL IN OPTICAL 1-6, DIGITAL IN COAXIAL 1-6 VIDEO IN 1-6, S VIDEO IN 16, COMPONENT VIDEO IN 1-6
✔*2
✔*1 AUDIO OUT 1-5
✔
✔
DIGITAL OUT OPTICAL 1-2
✔
✔
DIGITAL OUT COAXIAL 1-2
✔*3
✔*3 VIDEO OUT 1-4 S VIDEO OUT 1-4 COMPONENT VIDEO OUT
*1 Alleen PCM-weergave *2 Mogelijk voor 2-kanaals downmix-signaal. *3 In het geval van COMPONENT VIDEO IN, mogelijk als de HDMI-sleuf is geplaatst. Kolommen vol met “ \ ” geven aan dat er geen instelling is ingevoerd voor Zone 2 Out of Zone 3 Out in “Audio Output Assign” of “Video Output Assign”.
Nl-69
Bediening
In de Afstandszone (Zone 2/3) naar films kijken en naar muziek luisteren— Vervolg
In de Afstandszone (Zone 2/3) naar films kijken en naar muziek luisteren— Vervolg Via de afstandsbediening bedienen Als u de afstandsbediening gebruikt, hangt de manier van bedienen af van de lokatie van Zone 2 of Zone 3 of van de afstand tot de RDC-7.1. • Richt de afstandsbediening op de infraroodontvanger op de RDC-7.1 en druk op de knoppen. • Installeer een afstandsbedieningssensor in Zone 2 of Zone 3 via een IR-aansluiting (zie pag. 46-49). • Zet het formaat van het transmissiesignaal op RF (radiofrequentie) (afhankelijk van de bestemming) (Zie pag. 141).
Bedienen via deRDC-7.1 Standby/On Master Volume
Standby-indicatielampje
Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
Dimmer
Video 5
Video 6
Tuning
Video 7
Preset
Tape 1
Tuning Mode Memory
Clear
Tape 2
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
AV Controller
RDC-7.1
Ingangsbronknoppen en Zone 2 Off Rec/Zone 3 indicatielampjes On
Standby TV Input
I
On, Standby
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
GHI
JKL
-
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
T V VOL
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
M en
rv Se
u
er
CH
Regel het volumeniveau. Voor Zone 2: Druk op de [Zone 2]-knop en stel dan af met de [Master Volume]-keuzeknop. Voor Zone 3: Druk op de [Rec/Zone 3]-knop en stel dan af met de [Master Volume]-keuzeknop. Opmerkingen: • Als een voorversterker of ontvanger op de RDC-7.1 is aangesloten, moet het volumeniveau aan de kant van de aangesloten component worden afgesteld.
A
Ex i
Re
t
turn
VOL
de Gui
p Setu
Display
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Random
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Caps
2
Men u Aud io
Enter
Disc
Prev CH
Zone 3 Zone 2
DJ
CH Disc +/–
Schakel de RDC-7.1 in en selecteer dan een bron voor Zone 2 of Zone 3. Voor Zone 2: Druk op de [Zone 2]-knop en selecteer dan de bron met de ingangsbronknoppen. Het indicatielampje boven de geselecteerde ingangsbronknop zal groen oplichten. Voor Zone 3: Druk op de [Rec/Zone 3]-knop en selecteer dan de bron met de ingangsbronknoppen. Het indicatielampje boven de geselecteerde ingangsbronknop zal rood oplichten. Als u op de [Zone 2]- of [Rec/Zone 3]-knop drukt, gaat de [Standby]-aanduiding op de RDC-7.1 gedurende drie seconden knipperen. U moet de bediening uitvoeren terwijl de aanduiding knippert. Als voor Zone 2 en Zone 3 dezelfde ingangsbron is geselecteerd zal het oranje oplichten. Om de bron voor Zone 2 (of Zone 3) en de hoofdzone tegelijkertijd om te schakelen: Druk een aantal malen op de [Zone 2]- (of [Rec/ Zone 3])-knop om “Z2Sel:SOURCE” weer te geven en kies vervolgens de bron.
Sleep Top
+
1
Clear # Direct Tuning
--/---
DSP Photo
Level –/+
RC-554M
1
Schakel de apparaten in Zone 2 of Zone 3 in. Druk op de [Zone 2]- of [Zone 3]-knop en dan op de [On]-knop.
2
Selecteer een bron. Draai aan het bladerwiel om een bron te selecteren terwijl de [Zone 2]- of [Zone 3]-knop brandt (als de knop niet brandt, drukt u op de [Zone 2]of [Zone 3]-knop zodat deze gaat branden). • Als u de tuner hebt geselecteerd, kunt u een vooringesteld kanaal kiezen met de [CH Disc +/–]-knop
3
Nl-70
Regel het volumeniveau. Druk op de [Zone 2]- (of [Zone 3])-knop en druk dan binnen 5 seconden op de [Level –/+]-knop om het volumeniveau af te stellen. Opmerkingen: • Als de voorversterker of ontvanger is aangesloten, moet het volumeniveau aan de kant van de aangesloten component worden afgesteld. • Als Zone 2 of Zone 3 niet worden gebruikt, drukt u op de [Zone 2]- (of [Zone 3])-knop en dan op de [Standby]-knop.
Een bron opnemen
Audio • Signalen (analoog) van de ETHERNET, PH of AUDIO IN-aansluitingen worden alleen naar de AUDIO OUT-aansluitingen gestuurd. Muzieksignalen van MP3, WMA en WAVE die met Net Audio moeten worden afgespeeld, worden ook alleen maar naar analoge audio-uitgangen gestuurd. • Er wordt geen signaal van de MULTI-CH IN-aansluitingen weergegeven. • Het signaal dat wordt geleverd via de HDMI IN-aansluiting is altijd aanwezig op de HDMI OUT-aansluiting. • Signalen van de DIGITAL IN OPTICAL of COAXIAL-aansluitingen worden naar de DIGITAL OUT OPTICAL of COAXIAL-aansluitingen gestuurd. PCM-signalen worden in analoge signalen geconverteerd en ook naar de AUDIO OUT-aansluitingen gestuurd. Video • Videosignalen van de VIDEO IN, S VIDEO IN of COMPONENT VIDEO IN-aansluiting worden alleen naar de VIDEO OUT-aansluitingen gestuurd.
Nl-71
Bediening
• Als Zone 2 of Zone 3 niet worden gebruikt, drukt u op de [Zone 2]- (of [Rec/Zone 3])knop en dan op de [Standby/On]-knop. Of druk op de [Zone 2]-(of [Rec/Zone 3])-knop en dan op de [Off]-knop. In het geval van Zone 2, is het groene indicatielampje boven de ingangsbronknop uit en in het geval van Zone 3 is het rode indicatielampje uit. • Als de bediening in de hoofdzone plaatsvindt, moet u voordat u met bedienen begint, controleren of de [Standby]-aanduiding niet knippert. Als de hoofdzone niet wordt gebruikt, drukt u op de [Standby/On]-knop. Als de RDC-7.1 in de standby-stand staat, is de voeding van Zone 2 en Zone 3 niet uitgeschakeld.
De RDC-7.1 kan niet alleen de bron opnemen die wordt afgespeeld maar kan ook een bron opnemen terwijl het apparaat een andere bron afspeelt. U kunt ook beeld- en geluidsmateriaal combineren om een nieuwe bron te creëren. Welke signalen er precies naar een beeld-/geluidsopnameapparaat kunnen worden gestuurd, hangt af van het type aansluiting. Let op de volgende omstandigheden voordat u begint op te nemen:
Een bron opnemen—Vervolg Sommige stappen kunnen ook met de afstandsbediening worden uitgevoerd, maar deze beschrijving heeft betrekking op de bediening via de RDC-7.1. Opmerkingen: • Er kunnen geen surround effecten worden opgenomen. • Er kunnen geen DVD’s of andere bronnen worden opgenomen, die beveiligd zijn tegen kopiëren. • Er gelden een aantal beperkingen voor het opnemen van digitale audio-/videosignalen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw opnameapparaat. • Als DTS-signalen als analoge signalen worden opgenomen, resulteert dit in ruis. Neem dus nooit signalen van een DTS-compatibele CD of LD op. Ingangsbronknoppen en indicatielampjes
4
Druk op de ingangsbronknop om de component voor beeld-/geluidsopname te selecteren (aan de zijde van de speler).
5
Druk op de [Rec/Zone 3]-knop en druk er binnen 3 seconden nogmaals op. De “RecSel:SOURCE” wordt aangegeven op het displayvenster en het indicatielampje boven de geselecteerde ingangsbronknop licht rood op. Beeld-/geluidsopname is ingeschakeld op de component waarvoor in stap 3 “Rec Out” is gespecificeerd.
6
Bereid de component voor op de beeld-/ geluidsopname (aan de zijde van de recorder). • Zet de component voor de beeld-/geluidsopname in de standby-stand voor opname. • U dient het opnameniveau op het opnameapparaat af te stellen. • Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het opname-apparaat voor informatie over het opnemen.
7
Start de beeld-/geluidsopname. Speel de in stap 4 geselecteerde component af. • Als u de bron tijdens de beeld-/geluidsopname omschakelt, zal de nieuw geselecteerde bron worden opgenomen. • Indien u FM (of AM) hebt geselecteerd met de [Tuner]-ingangsbronknop wanneer de opnamebron is ingesteld op AM (of FM), verandert de output voor de opnamebron ook in AM (of FM).
Standby-indicatielampje Master Volume
Standby/On On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
Dimmer
Video 5
Video 6
Tuning
Video 7
Preset
Tape 1
Tuning Mode Memory
Tape 2
Tuner
Phono
Setup
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
Clear
AV Controller
Rec/Zone 3
Setup
RDC-7.1
/ / /
Beeld/geluid tijdens het afspelen opnemen Muziek of een film opnemen, die u op dit moment afspeelt. Bedien op de RDC-7.1 in de hoofdzone.
1 2
3
Nl-72
Schakel de voeding van de RDC-7.1 in. Controleer de aansluiting van uw opnameapparaat. Een audiorecorder moet op de AUDIO OUT of DIGITAL OUT-aansluitingen worden aangesloten, en een videorecorder op de VIDEO OUTaansluitingen. Controleer de instellingen voor de aangesloten recorder. 1. Selecteer in het menu Setup (Zie pag. 95) “Speaker/Output Setup” → “Audio Output Assign” en specificeer “Rec Out” als instelling voor de aansluiting waarop uw audioopnameapparaat is aangesloten. 2. Selecteer op dezelfde manier “Speaker/Output Setup” → “Video Output Assign” en specificeer “Video XX Rec Out” als instelling voor de aansluiting waarop uw video-opnameapparaat is aangesloten. 3. Druk op de [Setup]-knop om het menu te sluiten. Tip: Aangezien Zone 3 Out en Rec Out hetzelfde circuit gebruiken, is geluidsopname uitgeschakeld als Zone 3 Out is gespecificeerd. Beeld-/geluidsopname is ook uitgeschakeld op hetzelfde apparaat als dat voor afspelen.
Beeld/geluid op een component opnemen terwijl een andere wordt afgespeeld U kunt een beeld- of geluidsbron op een component opnemen, terwijl u een andere bron op een andere component afspeelt. U kunt bijvoorbeeld een CD opnemen terwijl u naar een DVD kijkt. Bedien deze functie op de RDC-7.1 in de hoofdzone.
1
Schakel de voeding van de RDC-7.1 in, in MAIN A of MAIN B mode. Als u in de standby-stand naar de volgende stap gaat, wordt de Zone 3 mode geactiveerd, zorg er dus voordat u de voedingsbron inschakelt.
2
Controleer de aansluitingen en instellingen van het opnameapparaat. Zie de stappen 2 en 3 in “Beeld/geluid tijdens het afspelen opnemen” in het vorige hoofdstuk.
3
4 5
Druk op de [Rec/Zone3]-knop en selecteer binnen 3 seconden de op te nemen bron met ingangsbronknoppen. Als er op de [Rec/Zone 3]-knop wordt gedrukt, gaat de [Standby]-aanduiding gedurende 3 seconden knipperen. Kies de doelbronnen terwijl de aanduiding knippert. De naam van de op te nemen bron wordt weergegeven in het displayvenster. Beeld-/geluidsopname is ingeschakeld op de component waarvoor in stap 2 “Rec Out” is gespecificeerd. Bereid de component voor op de beeld-/ geluidsopname (aan de zijde van de recorder). Start de beeld-/geluidsopname. U kunt niet luisteren naar een uitzending van het ene station terwijl u een uitzending van een ander station opneemt.
Het beeld van een bron en het geluid van een andere bron opnemen U kunt geluidssignalen van de ene bron toevoegen aan het beeld van een andere bron om zo uw eigen persoonlijke video-opnamen te maken. Hieronder ziet u een voorbeeld waarbij de audiosignalen van een CD-speler die is aangesloten op de DIGITAL IN OPTICAL 2-aansluiting, en het beeld van een videocamera die is aangesloten op VIDEO 3 IN-aansluiting, worden opgenomen op een videocassettetape in een videocassetterecorder die is aangesloten op de VIDEO 2 OUT-aansluiting. Voer deze functie in de hoofdzone uit.
1
Schakel de voeding van de RDC-7.1 in, in MAIN A of MAIN B mode.
2
Controleer de aansluitingen en instellingen van het opnameapparaat. Zie de stappen 2 en 3 in “Beeld/geluid tijdens het afspelen opnemen” op pag. 72.
3
Druk op de [CD]-ingangsbronknop.
4
Druk op de [Setup]-knop om “Main Menu” weer te geven en draai dan aan de [ ]/ [ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren. Druk, nadat u “Input Setup” hebt geselecteerd, op de [Enter]-knop. Om de stappen 3-6 op de afstandsbediening uit te voeren, volgt u de bedieningsprocedures die beschreven zijn op pag. 90.
5
Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “Video Assign” te selecteren en druk op de [Enter]-knop.
6
Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om “Composite Video” te selecteren en stel deze in op “3” met de [ ]/[ ]-knoppen. Druk, nadat u “3” hebt ingesteld, op de [Setup]knop.
7
Doe een CD in de CD-speler en doe een tape in de videocamera die is aangesloten op de VIDEO 3 IN-aansluiting.
8
Doe een tape in de videorecorder die is aangesloten op de VIDEO 2 OUT-aansluiting.
9
Druk op de [Rec/Zone 3]-knop en selecteer binnen 3 seconden “RecSel:CD” met de [CD]-ingangsbronknop. Nu is de CD-speler geselecteerd als de audioingangsbron en VIDEO 3 als de video-ingangsbron.
met opnemen op de videorecorder 10 Begin en start het afspelen op de CD-speler en de videocamera. Het afspelen start op het apparaat dat in stap 3-6 is geselecteerd. Opmerking: Als u de bron tijdens de beeld-/geluidsopname omschakelt, zal de nieuw geselecteerde bron worden opgenomen.
Nl-73
Bediening
Een bron opnemen—Vervolg
Aansluiten Net Audio – Amerikaanse, Canadese en Australische modellen – U kunt beschikken over Net Audio als het ETHERNET-klemmenbord [B] (voor Net Audio) is geplaatst.
Net-Tune-kenmerken De RDC-7.1 kan worden gebruikt als een Net-Tune client in een standaard Ethernet-netwerk, zodat u muziek (MP3, WAV) kunt afspelen die is opgeslagen op uw Net-Tune server, zoals Integra NAS-2.3 Network Audio Server via de RDC-7.1. Als uw netwerk is verbonden met het Internet, kunt u ook afstemmen op Internet-radiostations. Internetradio Met Internetradio kunt u: • naar stations luisteren die voor streaming de MP3bestandsindeling gebruiken. • stations kiezen op basis van genre, plaats of taal. • maximaal 30 voorkeuze-internetradiostations instellen. Net-Tune-kenmerken IntegraRESEARCH heeft NTSP (Net-Tune System Protocol) ontwikkeld voor audio-weergave via het Internet. Omdat NTSP is gebaseerd op het TCP/IP-protocol, een industriële norm, is het efficiënt en zeer gevoelig. De Net-Tune server ondersteunt MP3- en WAV-formaten. • WAV: hoge kwaliteit, niet gecomprimeerd, lineaire PCM. • MP3: hoge kwaliteit, gecomprimeerd, kleine bestandsgrootte. Zie voor meer informatie over Net-Tune de volgende IntegraRESEARCH Web sites. • http://www.integraresearch.com/
Nl-74
Netwerkvereisten ■ Ethernet-netwerk
De Ethernet-poort van de RDC-7.1 ondersteunt 10BaseT. Voor de beste resultaten wordt een 100Base-T switched Ethernet-netwerk aanbevolen. Hoewel het in theorie mogelijk is om een draadloos netwerk te gebruiken, geeft dat mogelijk geen bevredigende resultaten omdat de prestaties onvoorspelbaar zijn. Daarom wordt er een kabelnetwerk aanbevolen. ■ Ethernet-router
Een router beheert het netwerk, stuurt gegevens naar de juiste plek en verschaft IP-adressen. Uw router moet het volgende ondersteunen: • NAT (Network Address Translation). Met NAT hebben verscheidene computers in een netwerk tegelijkertijd toegang tot het Internet via een enkele Internet-verbinding. De RDC-7.1 heeft toegang tot Internet nodig voor Internet-radio. • DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) DHCP geeft IP-adresinformatie aan netwerkapparaten waardoor dit soort apparaten zichzelf kunnen configureren. • Een router met een ingebouwde 100Base-TX switch wordt aanbevolen. Sommige routers hebben een ingebouwd modem en sommige ISP’s eisen dat u een bepaalde router gebruikt. Overleg met uw ISP of uw computerleverancier als u het niet zeker weet. ■ CAT5 Ethernet-kabel
Gebruik een standaard CAT5 Ethernet-kabel (recht). ■ Internet-toegang (voor Internet-radio)
Uw Ethernet-netwerk moet Internet-toegang hebben om Internet-radio te kunnen gebruiken. Omdat een inbel Internet-verbinding (bijvoorbeeld 56K-modem, ISDN) geen bevredigende resultaten geeft, wordt een breedband-verbinding ten sterkste aanbevolen (bijvoorbeeld kabelmodem, xDSL-modem, enz.). Overleg met uw ISP of uw computerleverancier als u het niet zeker weet.
Aansluiten Net Audio – Amerikaanse, Canadese en Australische modellen –—Vervolg Opmerkingen: • Om Internetradio te gebruiken met RDC-7.1 moet uw breedband Internet-verbinding werken en toegang hebben tot het web. Neem contact op met uw ISP als u problemen hebt met uw Internet-verbinding. • De RDC-7.1 gebruikt DHCP en AutoIP om zijn netwerkinstellingen automatisch te configureren. Zie pag.122 als u deze instellingen met de hand wilt configureren.
• De RDC-7.1 ondersteunt geen PPPoE-instellingen. Hebt u dus een PPPoE Internet-verbinding, dan moet u een router gebruiken die PPPoE compatibel is. • Afhankelijk van uw ISP moet u misschien een proxyserver opgeven om Internteradio te kunnen gebruiken. Als uw PC geconfigureerd is voor het gebruik van een proxyserver, gebruik dan dezelfde instellingen (zie pag. 122).
Steek één eind van een CAT5 Ethernet-kabel in de ETHERNET (Net-Tune) poort en steek het andere eind in een LANpoort op uw router of switch om de RDC-7.1 op uw Ethernet-netwerk aan te sluiten. Het volgende schema laat zien hoe u uw RDC-7.1 kan aansluiten op uw Ethernet-netwerk. In het schema is het apparaat aangesloten op een LAN-poort op de router, waarin een 4-poorts 100Base-TX switch is ingebouwd. U kunt net zoveel RDC-7.1’s aansluiten op uw netwerk, en Net-Tuneserver kan maximaal drie clients tegelijkertijd bedienen dus kunt Net-Tune in drie verschillende ruimtes tegelijkertijd gebruiken. Het volgende schema laat een NetTune-netwerk zien met twee RDC-7.1’s. Net-Tune server zoals Integra NAS-2.3 Network Audio Server
RDC-7.1 A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
L
H S VIDEO
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
1
2
2
3
3
4
5
4
1
5
2
PB
6
3
PR
2
7
4
Y
3
8
5
PB
PH
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y
Y SUB
C
SR
SL
IN 1
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
R 1
4
5
SBR
L
PB FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
PR
IN 2
REMOTE CONTROL
LAN/ Ethernetpoort
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
D 100mA MAX.
Y
6
1
6
9
E
AM
100mA MAX.
PR
6
MAIN
PB 1
2
1
4
1
3
ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR 3
5
R
OUT
L
OUT
2
R
4
L
ZONE 3
OUT
S VIDEO
OUT
OUT
VIDEO
UJJ
2
VIDEO
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
L CENTER
CENTER
R FRONT
R
R SUB WOOFER
AC INLET
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
PRE OUT A
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
Internetradio
ETHERNET ( Net-Tune )
Internetradio
Modem Modem
Router
LAN-poort
WAN-poort
LAN-poort LAN-poort
Router
LAN-poort
LAN-poort
Net-Tune server zoals Integra NAS-2.3 Network Audio Server
LAN/ Ethernetpoort
Kamer 1
Kamer 2
Nl-75
Bediening
Het in een netwerk opnemen van uw RDC-7.1
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië – Net-Tune-kenmerken Een Net-Tune server is een servercomputer waarop het Net-Tune systeemprotocol draait, inclusief een homeserver die compatibel is met Net-Tune of een PC waarop Net-Tune Central is geïnstalleerd. De RDC-7.1 kan worden gebruikt als een Net-Tune client in een standaard Ethernet-netwerk. Installeer de software op uw computer voor de Net-Tune Central server van IntegraRESEARCH en u kunt al uw MP3-, WMA- en WAVbestanden afspelen via de RDC-7.1. Als uw netwerk is verbonden met het Internet, kunt u ook afstemmen op Internet-radiostations. Internetradio Met Internetradio kunt u: • naar stations luisteren die voor streaming de MP3- of WMA-bestandsindeling gebruiken. • stations kiezen op basis van genre, plaats of taal. • maximaal 30 voorkeuze-internetradiostations instellen. Net-Tune-kenmerken Onkyo heeft NTSP (Net-Tune System Protocol) ontwikkeld voor audio-weergave via het Internet. Omdat NTSP is gebaseerd op het TCP/IP-protocol, een industriële norm, is het efficiënt en zeer gevoelig. U kunt de software voor Net-Tune Central server downloaden van de volgende websites: • Europa: http://www.integraresearch.net/ • Azië, Oceanië en Latijns-Amerika: http://www.intl.onkyo.com/ Net-Tune Central zoekt op de harde schijf van uw PC naar muziekbestanden en maakt automatisch een muziekdatabase; hierdoor is Net-Tune Central heel makkelijk in te stellen. Net-Tune clients, inclusief de RDC-7.1, kunnen de muziek in de database afspelen. Net-Tune Central ondersteunt de volgende bestandsindelingen en schakelfrequenties van 32 kHz, 44.1 kHz en 48 kHz. • WAV: hoge kwaliteit, niet gecomprimeerd, lineaire PCM. • MP3: hoge kwaliteit, gecomprimeerd, kleine bestandsgrootte. • WMA: hoge kwaliteit, gecomprimeerd, kleinere bestandsgrootte dan MP3, ontwikkeld door Microsoft (Beschermde WMA-bestanden kunnen niet worden afgespeeld). Voordat u Net-Tune Central downloadt, wordt u om het serienummer gevraagd dat op de achterkant staat van uw RDC-7.1. Afhankelijk van uw Internet-verbinding kan het meer dan 10 minuten duren om te downloaden. Bewerkingsfuncties van Net-Tune Central Met Net-Tune Central kunt u de titels, het album en de namen van de artiesten van uw MP3-, WMA- en WAVbestanden bewerken en de namen van genres maken en bewerken. Bovendien kunt u afspeellijsten samenstellen van uw favoriete tracks.
Nl-76
Computervereisten De computer moet aan de volgende eisen voldoen om de software van Net-Tune Central server te kunnen draaien: • Besturingssysteem: Windows XP of 2000 (Mac OS niet ondersteund). • Processor: Intel Pentium III, 600 MHz of hoger • Geheugen: 128 MB (Windows 2000) 256 MB (Windows XP) • Weergave: 800 × 600 pixels of hoger, Hoge kleuren • LAN/Ethernet-netwerkpoort • Geluidsmogelijkheden • Harde schijf: tenminste 20 MB voor Net-Tune Central. U heeft natuurlijk ook ruimte nodig om uw muziekbestanden op te slaan. MP3 en WMA gebruiken ongeveer 1 MB per minuut, terwijl WAV ongeveer 10 MB per minuut gebruikt, hoewel dit afhangt van de schakelfrequentie en de bit rate die u gebruikt. MP3-bestanden van bepaalde encoders kunnen misschien niet worden afgespeeld of zijn misschien lawaaiïg wanneer ze worden afgespeeld. Netwerkvereisten ■ Ethernet-netwerk
De Ethernet-poort van de RDC-7.1 ondersteunt 10BaseT. Voor de beste resultaten wordt een 100Base-T switched Ethernet-netwerk aanbevolen. Hoewel het in theorie mogelijk is om een draadloos netwerk te gebruiken, geeft dat mogelijk geen bevredigende resultaten omdat de prestaties onvoorspelbaar zijn. Daarom wordt er een kabelnetwerk aanbevolen. ■ Ethernet-router
Een router beheert het netwerk, stuurt gegevens naar de juiste plek en verschaft IP-adressen. Uw router moet het volgende ondersteunen: • NAT (Network Address Translation) Met NAT hebben verscheidene computers in een netwerk tegelijkertijd toegang tot het Internet via een enkele Internet-verbinding. De RDC-7.1 heeft toegang tot Internet nodig voor Internet-radio. • DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) DHCP geeft IP-adresinformatie aan netwerkapparaten waardoor dit soort apparaten zichzelf kunnen configureren. • Een router met een ingebouwde 100Base-TX switch wordt aanbevolen. Sommige routers hebben een ingebouwd modem en sommige ISP’s eisen dat u een bepaalde router gebruikt. Overleg met uw ISP of uw computerleverancier als u het niet zeker weet. ■ CAT5 Ethernet-kabel
Gebruik een standaard CAT5 Ethernet-kabel (recht). ■ Internet-toegang (voor Internet-radio)
Uw Ethernet-netwerk moet Internet-toegang hebben om Internet-radio te kunnen gebruiken. Omdat een inbel Internet-verbinding (bijvoorbeeld 56K-modem, ISDN) geen bevredigende resultaten geeft, wordt een breedband-verbinding ten sterkste aanbevolen (bijvoorbeeld kabelmodem, xDSL-modem, enz.). Overleg met uw ISP of uw computerleverancier als u het niet zeker weet.
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg Opmerkingen: • Om Internetradio te gebruiken met RDC-7.1 moet uw breedband Internet-verbinding werken en toegang hebben tot het web. Neem contact op met uw ISP als u problemen hebt met uw Internet-verbinding. • De RDC-7.1 gebruikt DHCP en AutoIP om zijn netwerkinstellingen automatisch te configureren. Zie pag. 122 als u deze instellingen met de hand wilt configureren.
• De RDC-7.1 ondersteunt geen PPPoE-instellingen. Hebt u dus een PPPoE Internet-verbinding, dan moet u een router gebruiken die PPPoE compatibel is. • Afhankelijk van uw ISP moet u misschien een proxyserver opgeven om Internteradio te kunnen gebruiken. Als uw PC geconfigureerd is voor het gebruik van een proxyserver, gebruik dan dezelfde instellingen (zie pag. 122).
Steek één eind van een CAT5 Ethernet-kabel in de ETHERNET (Net-Tune) poort en steek het andere eind in een LANpoort op uw router of switch om de RDC-7.1 op uw Ethernet-netwerk aan te sluiten. Het volgende schema laat zien hoe u uw RDC-7.1 kan aansluiten op uw Ethernet-netwerk. In het schema is het apparaat aangesloten op een LAN-poort op de router, waarin een 4-poorts 100Base-TX switch is ingebouwd. U kunt net zoveel RDC-7.1’s aansluiten op uw netwerk, en Net-Tune Central kan maximaal drie clients tegelijkertijd bedienen dus kunt Net-Tune in drie verschillende ruimtes tegelijkertijd gebruiken. Het volgende schema laat een NetTune-netwerk zien met twee RDC-7.1’s. RDC-7.1 A
C DIGITAL IN
B
D DIGITAL IN
OPTICAL
MULTI - CH
E
COAXIAL
FR
AUDIO IN G
F
R
IN 1
FL
L
R
H S VIDEO
L
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
I
IN 1
IN
K
J
IN 2
COMPONENT VIDEO
1
2
2
PH
4
1
Y
5
2
PB
L
ANTENNA
IN
(( HD/BNC HD/BNC ))
1
RS 232
HDMI
Y SUB
C
SR
SL
IN 1
GND
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
R
L
PB
1
6
3
PR
3
3
4
4
2
7
4
Y
5
5
3
8
5
PB
SBR
HDMI, the HDMI logo is a trademark or registered trademarks of HDMI Licensing LLC.
FM 75
IN 3
OUT 1
SBL
PR
IN 2
REMOTE CONTROL
12V TRIGGER OUT A 200mA MAX.
B 100mA MAX. C 100mA MAX.
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
D 100mA MAX.
Y
6
6
1
1
1
9
6
2
4
1
E
AM
100mA MAX.
PR
Internetradio
MAIN
PB 3
ZONE 2
DIGITAL IN ( BALANCED )
AES / EBU
2
PR 5
3
R
OUT
L
OUT
2
R
4
L
ZONE 3
OUT
S VIDEO
VIDEO
OUT
OUT
VIDEO
PC
UJJ
2
S VIDEO IN
OUT
IR ( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
CENTER
CENTER
R FRONT
R
R SUB WOOFER
AC INLET
L
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
SURR BACK L ( SINGLE)
PRE OUT A
Internetradio
R FRONT
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
( ASSIGNABLE)
MODEL NO. RDC-7.1
ETHERNET
Modem
( Net-Tune )
Modem Naar de WAN-zijde
Naar de WAN-zijde
Naar de poort aan de LAN-zijde Naar de poort aan de LAN-zijde
Router Router Naar de poort aan de LAN-zijde
Naar de poort aan de LANzijde
Naar de poort aan de LAN-zijde Kamer 1
Kamer 2
PC LAN-poort/ ethernet, enz.
U kunt Net-Tune central installeren op verscheidene computers in een netwerk en de Select Server-instelling van RDC-7.1 gebruiken om de server te selecteren waarop de muziek-database staat die u wilt gebruiken (zie pag. 99).
Netwerkconfiguratie Gebruikt u de breedbandrouter met de DHCP-functie ingeschakeld, dan worden de netwerkinstellingen automatisch geconfigureerd. In dit geval hoeft u niets in te stellen via het instellingenmenu. Hebt u de DHCP-functie uitgeschakeld op de breedbandrouter, dan configureert u de netwerkinstellingen met de hand; zie pag.122.
Nl-77
Bediening
Het in een netwerk opnemen van uw RDC-7.1
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg De afstandsbediening gebruiken
Bladerwiel
Om de Net-Tune-mode te selecteren, drukt u op de [Mode]-knop en draait u vervolgens aan het bladerwiel totdat “NET-T” op het display verschijnt. Opmerking: Is de [Input]-knop en ook de [Mode]-knop niet verlicht, dan wijzigt het bladerwiel tegelijkertijd de ingangsbron en de afstandbedieningmodus (Zorg ervoor dat het LCDdisplay “MSRV” of “IRD” aangeeft op de bovenste regel en “NET-T” op de onderste wanneer u de Net-Tunemodus binnengaat).
On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Sleep
Dimmer TV Input
To
rv Se
u
er
Men u Aud io
CH
Enter
Disc
VOL
E xi
Prev CH
A DJ
+
en pM
Re
t
turn
Gu
ide
S etu
p
Display
Muting
Rec
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Surround
THX
All CH ST
Angle Last Memory Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
DSP Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
RC-554M RC-555M
Nl-78
Random
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg Deze knoppen worden gebruikt om nummers en letters in te voeren wanneer u muziek zoekt op uw Net-Tuneserver.
2 Mode-knop Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “NET-T” op het display verschijnt.
3 Omhoog/Omlaag/Links/Rechts
/ / / en Enter-knoppen Deze knoppen worden gebruikt om door de menu’s te navigeren van de Internetradio en de Net-Tuneserver. De [Enter]-toets wordt gebruikt om opties te bevestigen en om het afspelen te beginnen van de Net-Tuneserver.
4 CH/Disc +/– -knop Deze knop wordt gebruikt om vooringestelde Internetradiostations te selecteren.
5 Afspelen
-knop Deze knop wordt gebruikt om de weergave te starten van de Net-Tuneserver.
6 Vorige/Volgende
/ -knoppen De knop Vorige wordt gebruikt om de vorige track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert deze knop het begin van de huidige track. De knop Volgende wordt gebruikt om de volgende track te selecteren.
7 Pauze
-knop Deze knop wordt gebruikt om de weergave te pauzeren.
C Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “MSRV” (Music Server) of “IRD” (Internet Radio) op het display verschijnt.
D FR/FF
/ -knoppen De FR-knop wordt gebruikt om snel terugspoelen te starten. De FF-knop wordt gebruikt om snel vooruitspoelen te starten.
E Stop
-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen te stoppen.
F Random-knop Deze knop wordt gebruikt om de willekeurige weergave te starten.
G Artist-knop Deze knop wordt gebruikt om in de muziekbibliotheek van de Net-Tuneserver te zoeken op artiest.
H Genre-knop Deze knop wordt gebruikt om in de muziekbibliotheek van de Net-Tuneserver te zoeken op genre en om naar Internetradiostations te zoeken op genre.
I Location-knop Deze knop wordt gebruikt om in de Internetstations te zoeken op land.
J Language-knop Deze knop wordt gebruikt om in de Internetstations te zoeken op taal.
8 Repeat-knop Deze knop wordt gebruikt om de weergave te herhalen.
9 Album-knop Deze knop wordt gebruikt om in de muziekbibliotheek van de Net-Tuneserver te zoeken op album.
0 Playlist-knop Deze knop wordt gebruikt om in de muziekbibliotheek van de Net-Tuneserver te zoeken op afspeellijst.
A Caps-knop Deze knop wordt gebruikt om kleine letters, hoofdletters en nummers te kiezen wanneer u in de muziek op de Net-Tuneserver zoekt op album, artiest of afspeellijst.
B Delete-knop Deze knop wordt gebruikt om tekens te verwijderen die u hebt ingevoerd met de knoppen voor nummers en letters.
Nl-79
Bediening
1 Cijfer-/letterknoppen
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg
4
Net Audio Master Volume
Standby/On
Enter
On
Standby
Pure Audio
Zone 2 (GRN ) Rec/ Zone 3 ( RED)
Power On
DVD
Off
Zone 2
Rec/ Zone 3
Video 1
Off
Video 2
Display
Video 3
DSP
Video 4
Video 5
Video 6
Tuning
Dimmer
Tape 1
Video 7
Preset
Tape 2
Tuning Mode Memory
Tuner
Setup
Phono
CD
Enter
Open/Close
Net Audio
Exit
Phones
Clear
AV Controller
On
RDC-7.1
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
+10
0
WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Mode
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Top
M en
rv Se
CH
Prev CH
Men u Aud io
A
Enter
Disc
Exi
Display
u
er
Re
t
turn
VOL
de Gui
p Setu
Display
Muting
Main A
Subtitle THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
Main B
Angle Last Memory
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Caps
Enter, / / /
Random
Rec
Audio Surround Repeat
Bladerwiel Input
DJ
+
CH/Disc +/–
Sleep
RC-554M
Naar de Internetradio luisteren Om naar de Internetradio te luisteren moet worden voldaan aan de aansluitings- en configuratie-eisen die worden genoemd op pag. 74, 76.
1
Zolang noch de [Input]-knop noch de [Mode]-knop verlicht zijn, aan het bladerwiel draaien om IRD (Internet Radio) te selecteren. “NET-T” verschijnt op de onderste regel. Druk op de [Net Audio]-knop op de RDC-7.1. Met deze knop schakelt u tussen twee alternatieve instellingen: Server en Internetradio.
2
Druk op de knop [Display] op de afstandsbediening. Ga naar de volgende stap als het hoofdmenu al wordt weergegeven.
Display
3 Enter
Nl-80
Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om in het hoofdmenu Genre, Location of Language te selecteren. Druk op de [ ]-knop om te annuleren.
Druk op de [Enter]-toets. Wacht tot de gewenste gegevens van de XiVA Internet Radio Service gedownload zijn. *Wat is de XiVA Internet Radio Service? De XiVA Internet Radio Service geeft informatie over het afstemmen op stations zodat u uit een groot aantal stations kunt kiezen. U kunt internetradiostations zoeken op basis van uw interesses, muzikale smaak, taal en locatie. Indien Genre is geselecteerd: Wacht even totdat het menu Genre verschijnt. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om het gewenste genre te kiezen, als de hoofdlijst met genres verschijnt. Druk op de [Enter]-toets om de sublijst op te roepen van het genre dat u hebt gekozen; hierop wordt u gevraagd weer één van de opties te kiezen met de [ ]/[ ]knoppen. Als Location is geselecteerd: De lijst met landennamen verschijnt. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om het gewenste item te selecteren. Als Language is geselecteerd: De lijst met talen verschijnt. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om het gewenste item te selecteren. Als er geen lijst gevonden is, verschijnt “No List”. U kunt vanuit dit scherm terugkeren naar het vorige scherm door op de [ ]knop te drukken.
5
Druk op de [Enter]-toets. U ziet nu een lijst met namen van radiostations. Enter
6 Enter
Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om één van de radiostations te selecteren. U kunt terugkeren naar de vorige stap door op de [ ]-knop te drukken.
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg
7
3
Druk op de [Enter]-toets. Het bufferen start terwijl de volgende melding wordt weergegeven.
Druk op de [Enter]-toets. De voorkeuze is nu afgerond. Enter
Enter
OSD
Een voorkeuze-Internetradiostation kiezen
1
Zolang noch de [Input]-knop noch de [Mode]-knop verlicht zijn, aan het bladerwiel draaien om IRD (Internet Radio) te selecteren.
2
Gebruik de [CH/Disc +/–]-knop op de afstandsbediening om het voorkeuze-radiostation te selecteren. Wanneer u een voorkeuzestation kiest, wordt de naam van het station 5 seconden lang weergegeven en vervolgens wordt de voortgang van het bufferen weergegeven.
+ CH Disc
-
Waneer de voortgang van het bufferen 100% bereikt, verschijnt het afspeelscherm.
iNet Radio Station ONK 7ch Title: Station ONK Live Program: Station ONK Live Artist: RealOnkyoNet.com Data: WMA 20kbps
Een voorkeuze-internetradiostation wissen
Tuned
Display
Voorkeuze-internetradiostations instellen U kunt maximaal 30 voorkeuze-internetradiostations instellen.
Selecteer het station dat u wilt wissen, volgens de bovenstaande aanwijzingen.
2
Druk op de [
]-knop. ch
1
Ontvang het gewenste station.
2
Druk op de [ ]-knop. De RDC-7.1 gaat over naar de presetmode; het op dat moment geselecteerde nummer van de voorkeuze knippert 5 seconden.
Enter
1
Enter
De RDC-7.1 gaat over naar de wis-mode van voorkeuzestations.
3
Druk op de [Enter]-toets. Het door u geselecteerde station wordt gewist. Enter
Voorkeuzenummer
ch
Nl-81
Bediening
Nadat het bufferen is voltooid, begint de RDC-7.1 met de weergave van de uitzending. Opmerking: Internetradio kan mogelijk niet bevredigend werken als u een inbel-Internetverbinding gebruikt zoals een 56K-modem of ISDN. Gebruik een breedbandverbinding voor de beste resultaten (bijv. kabelmodem of xDSL-modem, enz.). U kunt de afgebeelde inhoud omschakelen met behulp van de [ ]/[ ]-knoppen. Na het omschakelen verschijnt de display mode gedurende 3 seconden, waarna de betreffende informatie voorbij schuift. Als er geen informatie over de titel of de artiest is, verschijnt “No Info”. Bij gebruik van het OSD-scherm wordt alle informatie op één scherm weergegeven zonder dat deze over het scherm schuift.
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg
On
“Disconnected” De Net-Tuneserver start niet of de server waarmee de laatste keer werd verbonden, wordt niet gevonden. Bevestig de aansluitingen tussen de router, Net-Tune server en de RDC-7.1. Start de Net-Tuneserver of selecteer een andere server met “Select Server” in het “Music Server Sub-menu” (zie pag. 99).
Standby TV Input
I
Cijfer-/letterknoppen
3
+
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
+10
0
1
2
@.-'/
ABC
WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Zone 2
Input
Sleep
Dimmer TV Input
Top
+
M en
rv Se
CH
-
Repeat Album Playlist
Prev CH
Men u Aud io
A
Enter
Disc
Exi
Display
u
er
Re
t
turn
VOL
de Gui
p Setu
Display
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Surround Repeat
Bladerwiel Input
DJ
Mode Enter, / / /
Macro
Mode
Main B
Random
Angle Last Memory
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
DSP
Level +
Ar tist
DSP
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
Genre
, , , , , , Random Artist Genre
RC-554M
4 Afstandsbediening
Druk op de [ ]-knop om het muziekbestand af te spelen. De RDC-7.1 heeft vijf normale displaymodes; u kunt de [ ]/[ ]-knop gebruiken om hiertussen af te wisselen. OSD
Een muziekbestand afspelen dat op uw Net-Tuneserver is opgeslagen
Track:
Zet de Net-Tuneserver aan. Wacht tot de Net-Tuneserver is opgestart. Dit kan even duren.
2
Zet de RDC-7.1 aan. Als u de RDC-7.1 voor de eerste keer met het netwerk verbindt, zal hij verbinding maken met de server die het eerst gevonden wordt.
3
Zolang noch de [Input]-knop noch de [Mode]-knop verlicht zijn, aan het bladerwiel draaien om MSRV (Music Server) te selecteren. “NET-T” verschijnt op de onderste regel. Druk op de [Net Audio]-knop op de RDC-7.1. Met deze knop schakelt u tussen twee alternatieve instellingen: Server en Internetradio. Totdat de RDC-7.1 met het netwerk verbonden is, de server heeft gevonden en de verbinding heeft voltooid, verschijnt “Network Starting...” en “Connecting...”. Zodra de verbinding met de Net-Tuneserver tot stand is gebracht, laat het display weer de normale aanduidingen zien. Als het volgende bericht verschijnt, dient u de betekenis van het bericht na te gaan en de aangewezen procedures uit te voeren. “No Track” De Net-Tuneserver heeft geen trackinformatie ontvangen. Registreer tracks met de Net-Tuneserver. Als u al tracks geregistreerd hebt, gebruikt u de knoppen [Display], [Artist], [Album], [Genre] en [Playlist] om informatie weer te geven.
Nl-82
Play
1/12 1m20s> My sweet candy
Album: My Best 100 Artist: Happy PanPot Data: MP3 160kbps
Voor het afspelen van muziekbestanden die op uw PC zijn opgeslagen, moet voldaan zijn aan de voorwaarden die worden genoemd op pag. 76.
1
Music Server
Display
• Het afspelen stoppen: Druk op de [ ]-knop op de afstandsbediening. • Het afspelen pauzeren: Druk op de [ ]-knop op de afstandsbediening. • Een track selecteren: Druk op de [ ]/[ ]-knop op de afstandsbediening. Druk op de [ ]-knop om naar de volgende track te gaan. Druk op de [ ]-knop om naar het begin van de huidige track te gaan; houd de [ ]-knop ingedrukt om naar de vorige track te gaan. U kunt ook de cijfer-/letterknoppen gebruiken om een track te selecteren. Voorbeelden: Om nummer 3 te selecteren, drukt u op 3. Om nummer 10 te selecteren, drukt u op --/---, 1 en 0. Om nummer 37 te selecteren, drukt u op --/---, 3 en 7. Om nummer 123 te selecteren, drukt u twee maal op --/---, 1, 2 en 3. Om nummer 2568 te selecteren, drukt u drie maal op --/---, 2, 5, 6 en 8. • De muziek snel vooruit/achteruit spoelen: Houd de [ ]-knop op de afstandsbediening ingedrukt om de muziek snel vooruit te spoelen; houd de [ ]-knop ingedrukt om de muziek snel achteruit te spoelen. Als de muziek tot aan het begin is teruggespoeld, begint de normale weergave. • Naar de tracklijst overschakelen: Terwijl de muziek wordt afgespeeld, kunt u op de [ ]-knop drukken om een lijst van op dat moment geopende tracks te laten verschijnen.
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg
U kunt de gegevens van een muziekbestand dat op de Net-Tuneserver is opslagen gebruiken om te selecteren welke tracks er moeten worden afgespeeld. U kunt bijvoorbeeld: • Een lijst van tracks selecteren die gebaseerd is op de naam van het album • Een lijst van tracks selecteren die gebaseerd is op de naam van de artiest • Een lijst van tracks selecteren die gebaseerd is op de naam van het genre • Een afspeellijst selecteren
1 Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
2 Enter
3 Enter
4
Enter
Druk op de knop [Album], [Artist], [Genre] of [Playlist] op de afstandsbediening. Zoek de tracks die op de Net-Tuneserver zijn opgeslagen met de geselecteerde mode voor weergave in het display. In de modes artist en album worden de tracks in alfabetische volgorde weergegeven. U kunt ook de procedure hieronder gebruiken. 1. Druk op de knop [Display]. 2. U kunt op de [ ]/[ ]-knoppen drukken om afwisselend te schakelen tussen de vier modes: Albums ↔ Artists ↔ Genres ↔ Playlists. 3. Druk op de [Enter]-toets. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om er één uit het menu te selecteren. Als u nu op de [ ]-knop drukt, gaat u een stap terug zodat u de selectie kunt wijzigen. Als u in de mode genre of artist op de [ ]-knop drukt, verschijnt er een lijst met albums van het gekozen genre of de gekozen artiest. Als u in de selectiemode album, artist of playlist de letterknoppen gebruikt, kunt u de keuzeprocedure versnellen (zie hieronder). Druk op de [Enter]-toets. De titel van de geselecteerde track verschijnt. U kunt een andere track kiezen door op de [ ]/[ ]-knoppen te drukken. Druk op de [ ]-knop om terug te keren naar de vorige stap. U kunt het lijstnummer ook met de cijfer-/ letterknoppen selecteren. Druk op de [Enter]-toets. Het afspelen begint.
Gebruik van de cijfer-/letterknoppen Caps
Test Tone
CH SEL
Playlist
Album
Caps
Level Ar tist
Level + Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Met de cijfer-/letterknoppen kunt u een van de letters of cijfers invoeren die op de bovenkant van de knop is weergegeven. Drukt u op de [Caps]-knop dan schakelt het type invoer afwisselend tussen: Hoofdletters (A) → Kleine letters (a) → Cijfers (2) →... Als het door u gewenste type invoer geselecteerd is, drukt u op de knop voor cijfers en letters. We nemen de knop [2ABC] als voorbeeld om te laten zien hoe deze kan worden bediend. Als de hoofdletters zijn geselecteerd: Druk één keer op de knop om op de letter “A” te zoeken. Druk twee keer om op “B” en drie keer om op “C” te zoeken. Als de kleine letters zijn geselecteerd: Druk één keer op de knop om op de letter “a” te zoeken. Druk twee keer om op “b” en drie keer om op “c” te zoeken. Als de cijfers zijn geselecteerd: Druk één keer op de knop om op cijfer “2” te zoeken. De bewerking annuleren:
Druk op de [ ]-knop om terug te keren naar de vorige stap. U kunt de hele bewerking annuleren door op de [ ]-knop te drukken in stap 1. Opmerkingen: • Druk op de [Delete]-knop om het ingevoerde cijfer of de ingevoerde letter te wissen. • Als u op de knop [Display] op het hoofdapparaat drukt, wordt de actuele luister-mode weergegeven. Het willekeurig afspelen van een muziekbestand Random
Druk in stop-mode op de knop [Random] op de afstandsbediening. Deze knop laat de huidige willekeurige instellingen zien en wisselt tussen twee alternatieve instellingen: Aan en Uit. On: Speelt de tracks in willekeurige volgorde af in de op dat moment geselecteerde mode. Off: De Random-mode is uitgeschakeld. Nadat de benodigde instellingen voltooid zijn, drukt u op de [ ]-knop.
Een muziekbestand een aantal keer afspelen
Pure A Repeat
Druk op de knop [Repeat] op de afstandsbediening. Deze knop laat de huidige instellingen zien voor herhalen en schakelt afwisselend over tussen drie verschillende instellingen: Herhaal 1 → Alle → Uit. Repeat 1: Herhaalt alleen de actuele track. Repeat All: Herhaalt de tracks in de op dat moment geselecteerde mode. Repeat Off: Herhalings-mode is uitgeschakeld. U kunt de RDC-7.1 bedienen tijdens het afspelen en als de weergave is gestopt.
Nl-83
Bediening
Een Tracklijst selecteren
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg De muziekserver configureren
4 Enter
U kunt de instellingen van de muziekserver invoeren wanneer u de muziekserver kiest als een ingangsbron.
Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om het submenu “Music Server” te selecteren en druk dan op de [Enter]-toets. Het Setup-scherm voor het submenu verschijnt.
Enter On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
5
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Sleep Top
+
M en
rv Se
CH
Exi
Display
1
Input
Men u Aud io
A
Enter
Disc
Prev CH
u
er
DJ
Enter, / / /
Bladerwiel Input
Re
t
turn
VOL
id e Gu
Setup
p Setu
Muting
Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om MSRV te selecteren. Zorg ervoor dat “MSRV” wordt weergegeven als u de muziekserver configureert.
6 2
Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Setup]-knop om “Main Menu” weer te geven.
3
Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-toets. Enter
Enter
Nl-84
Enter
Gebruik de cursorknoppen [ ] en [ ] om “Select Server” te selecteren, en gebruik vervolgens de cursorknoppen [ ] en [ ] om de gewenste server te selecteren. Selecteer een netwerkserver die op het netwerk aanwezig is. De servers die gedetecteerd zijn in het netwerk worden aangeduid met een *. Als er een server is die geen * heeft, dient u te controleren of deze server functioneert. Het bericht “Not Found” geeft aan dat er momenteel geen server beschikbaar is om te selecteren. Als het bericht verschijnt, moet u ervoor zorgen dat de server aangesloten is en werkt. Druk op de [Setup]-knop. Hiermee is de configuratieprocedure voltooid en verdwijnt het menu. Tips: Gebruik voor het kiezen van instellingen op de RDC-7.1, de ingangsbronknoppen, de [Setup]-knop, de [ ]/[ ]/[ ]/[ ]knoppen en de [Enter]-toets.
Aansluiten Net Audio – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS, Canada en Australië –—Vervolg Internet Radio Memo
Bediening
Music Server Memo
Nl-85
Menu Setup Bij het verrichten van de diverse instellingen die nodig zijn om uw RDC-7.1 te configureren voor een optimaal rendement, kunt u zowel gebruik maken van het OSD-menu dat op uw televisiescherm verschijnt, als van het display op de voorkant van de RDC-7.1. Het OSD-menu is een instellingenmenu dat op uw tv-scherm wordt weergegeven. De RDC-7.1 is voorzien van een onafhankelijk Setup-menu dat niet alleen voor Hoofdzone A, maar ook voor Hoofdzone B en Zone 2 gebruikt kan worden, zodat u voor iedere zone instellingen kunt maken. Het menu Setup bestaat uit verschillende menu’s. Deze menu’s zijn op hun beurt verdeeld in verschillende submenu’s, die instellingen bevatten waarmee u uw huistheater volgens uw eigen wensen kunt optimaliseren. Het display hieronder is bedoeld als voorbeeld. De daadwerkelijke inhoud van uw display kan verschillen afhankelijk van het model voor uw regio, de geïnstalleerde optieborden en de geselecteerde ingangsbron. Voor meer informatie over de bedieningsinstructies, zie pagina’s 90-123.
OSD Map (MAIN A) Referentiepagina’s
Hoofdmenu Main A Setup ===================== 0.Hardware Setup 1.Speaker/Output Setup 2.Input Setup 3.Listening Mode Setup 4.Audio Adjust 5.Preference 6.i.LINK Setup 7.Network Setup 8.Lock/Version
0.Hardware Setup ===================== 1.Remote Control Setup 2.TV Format Setup
91
3.AM Frequency Setup
92 93 1.Speaker/Output Setup ===================== 1.Speaker Configuration 2.Speaker Crossover 3.Speaker Distance 4.Notch Filter 5.Level Calibration 6.THX Audio Setup 7.Audio Output Assign 8.Video Output Assign
94 95 96 98 99
2.Input Setup ==Input:XXXXXX======= 1.Audio Assign 2.Video Assign 3.Listening Mode Preset 4.Character Edit 5.IntelliVolume 6.Delay 7.12V Trigger Assign
100 101 102
103
*De tekst die verschijnt met uw eenheid kan enigszins afwijken van de teksten die hier zijn afgedrukt. Er is echter geen verschil in de opties die worden weergegeven of hun betekenis.
Nl-86
3.Listening Mode Setup =====================
104
1.Mono Setup 2.Multiplex Setup 3.Stereo Setup 4.Direct, Pure Audio Setup 5.Multichannel Input Setup 6.i.LINK(IEEE1394) :DVD-Audio Input Setup 7.i.LINK(IEEE1394) :SACD Input Setup 8.Dolby Digital Setup 9.DTS Setup 10.AAC Setup 11.Dolby Pro LogicIIx/ DTS NEO:6 Setup 12.THX Setup 13.Mono Movie Setup 14.Enhance Setup 15.Orchestra Setup 16.Unplugged Setup 17.Studio-Mix Setup 18.TV Logic Setup 19.All Ch Stereo Setup 20.Full Mono Setup 21.Dolby Virtual Speaker Setup 22.Dolby Headphone Setup
105 107 108 109 110 111 113 114 115 116 117 118
Menu Setup —Vervolg Referentiepagina’s 4.Audio Adjust ===================== 1.Tone Control
119
5.Preference ===================== 1.Volume Setup 2.Headphone Level Setup
120
3.OSD Setup 4.OSD Position
Setupmenu
Main A Setup ===================== 0.Hardware Setup 1.Speaker/Output Setup 2.Input Setup 3.Listening Mode Setup 4.Audio Adjust 5.Preference 6.i.LINK Setup 7.Network Setup 8.Lock/Version
6.i.LINK Setup ===================== 1.Wakeup Setup 2.OSD for DVD 3.OSD for DVD (Zone 2) 4.System Control Setup
7.Network Setup ===================== 1.IP Address 2.Proxy 3.MAC Address 4.Client →Save Settings
121
122 123
8.Lock/Version ===================== 1.Lock Setup
123
2.Firmware Version
Nl-87
Menu Setup —Vervolg OSD Map (MAIN B) Referentiepagina’s
Hoofdmenu Main B Setup ===================== 0.Hardware Setup 1.Speaker Setup 2.Input Setup 3.Audio Adjust 4.Preference
0.Hardware Setup ===================== 1.TV Format Setup
1.Speaker Setup ===================== 1.Speaker Crossover 2.Speaker Distance 3.Level Calibration 4.THX Audio Setup
2.Input Setup ==Input:XXXXXXXXX====
91
93 94
100
1.Listening Mode Preset 2.Delay
102
3.Audio Adjust ===================== 1.Tone Control
119
4.Preference ===================== 1.Volume Setup 2.OSD Setup 3.OSD Position
Nl-88
120
Menu Setup —Vervolg OSD Map (ZONE 2) De Zone 2-instellingen op deze pagina kunnen worden gemaakt wanneer u de volgende instellingen uitvoert in het setup-menu “MAIN A”. • Wanneer u onder het menu “Speaker/Output Setup → Audio (Video) Output Assign”, de instelling voor de uitgangsaansluiting selecteert op “Zone 2 Out”.
0.Hardware Setup ===================== 1.TV Format Setup
1.Input Setup ==Input:XXXXXXXXX====
Referentiepagina’s 91
100
1.Listening Mode Preset
102
Setupmenu
2.Delay
103 Zone 2 Setup ===================== 0.Hardware Setup 1.Input Setup 2.Listening Mode Setup 3.Audio Adjust 4.Preference
2.Listening Mode Setup ===================== 1.Mono Setup 2.Multiplex Setup 3.Stereo Setup 4.Dolby Digital Setup 5.DTS Setup 6.AAC Setup 7.Dolby Virtual Speaker Setup
104
109 110 111 117
3.Audio Adjust ===================== 1.Tone Control
119
4.Preference ===================== 1.Volume Setup 2.OSD Setup
120
3.OSD Position
Nl-89
Menu Setup —Vervolg Door het menu Setup navigeren U kunt de instellingen van het menu Setup wijzigen met behulp van de knoppen op het frontpaneel en op de afstandsbediening. De afbeeldingen hier tonen de afstandsbediening. OSD
Main A Setup ===================== 0.Hardware Setup 1.Speaker/Output Setup 2.Input Setup 3.Listening Mode Setup 4.Audio Adjust 5.Preference 6.i.LINK Setup 7.Network Setup 8.Lock/Version
Display frontpaneel
1.Speaker/Output Setup ===================== 1.Speaker Configuration 2.Speaker Crossover 3.Speaker Distance 4.Notch Filter 5.Level Calibration 6.THX Audio Setup 7.Audio Output Assign 8.Video Output Assign
1-1.Speaker Config ===================== Speaker A a.Front L/R :Main b.Center :Main c.Surr L/R :Main d.Surr Back :Main A 2ch e.Subwoofer :Main
A A A A
Hoofdmenu Menu Submenu
On
2
Druk op de knop voor de ruimte waar u handelingen wilt uitvoeren. Druk op [Main A], [Main B], of [Zone 2]. U hoeft niet op de knop hier te drukken als de ruimte waar u handelingen wilt uitvoeren reeds is geactiveerd. De ruimte wordt voor setup gedeactiveerd als u op de knop drukt terwijl de betreffende ruimte is geactiveerd.
3
Druk op de [Setup]-knop. Het hoofdmenu verschijnt op uw televisiescherm.
4
Gebruik de cursorknoppen [ ] en [ ] om het menu te selecteren dat u wilt openen.
5
Druk op de knop [Enter] om het geselecteerde menu binnen te gaan. Het scherm voor het betreffende menu verschijnt.
6
Gebruik de cursorknoppen [ ] en [ ] om het submenu te selecteren dat u wilt openen en druk op de knop [Enter]. Elk submenu heeft verschillende instellingen die naar wens veranderd kunnen worden. Al deze instellingen worden op de volgende pagina’s toegelicht. Om een instelling te veranderen, selecteert u deze eerst met behulp van de cursorknoppen [ ] en [ ] en vervolgens verandert u de instelling met behulp van de cursorknoppen [ ] en [ ].
7
Druk op de knop [Setup] om het menu Setup te verlaten. Druk op de knop [Return] om de nieuwe instellingen vast te leggen en terug te keren naar het vorige menu.
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Bladerwiel Dimmer
Sleep
TV Input
Top
u M en
rv Se
er
Men u Aud io
A
DJ
+ CH
Enter
Disc
Prev CH
Re
VOL
E xi t
ide Gu
turn
S etu
p
Display
Setup/ Enter/ Return/ / / /
Zone 2
Muting
Main A
Audio
Subtitle
Surround
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Repeat
Main B
Random
Rec
Angle Last Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Ar tist
Main A, Main B
DSP
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
Genre
RC-554M RC-555M
1 Nl-90
Druk op het bladerwiel bij het gebruik van de afstandsbediening.
Gebruik voor het maken van instellingen op de RDC-7.1, de [Setup]-knop, de [ ]/[ ]/[ ]/[ ]-knoppen en de [Enter]-knop. Gebruik bovendien de knop [Exit] in plaats van de knop [Return].
Hardware Setup (Instelling apparatuur) In dit hoofdstuk voert u de begininstellingen voor de volgende scenario’s uit. • Wanneer u de ID van de afstandsbediening van de RDC-7.1 wilt wijzigen. • Wanneer u de instelling voor het TV-formaat op PAL of NTSC wilt zetten. • Wanneer u de instelling voor de AM Frequency Step op 9 kHz of 10 kHz wilt zetten.
ID afstandsbediening In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de ID van de afstandsbediening van de RDC-7.1 kunt wijzigen. U moet de ID mogelijk wijzigen als de afstandsbediening van RDC-7.1 andere IntegraRESEARCH-apparaten in dezelfde ruimte stoort. Voor de ID van de afstandsbediening kunt u 1, 2 of 3 selecteren. Als u de ID van de afstandsbediening van de RDC-7.1 wijzigt, moet u niet vergeten dezelfde ID voor de afstandsbediening te selecteren (Zie pag 142). De standaard-ID voor zowel de RDC-7.1 als de afstandsbediening is 1. Opmerking: Het wordt aanbevolen de setup uit te voeren met gebruik van de knoppen [Setup]/[ ]/[ ]/[ ]/[ ]/[Exit] op het frontpaneel van de RDC-7.1. Als de afstandsbediening voor de setup wordt gebruikt, worden signalen van de afstandsbediening niet opgevangen direct nadat de IDinstellingen van de afstandsbediening zijn gewijzigd (Zie “De ID van de afstandsbediening wijzigen” op pagina 142 om de ID van de afstandsbediening voor de afstandsbediening te wijzigen).
Submenu AM Frequency Setup (Alleen Aziatische en Australische modellen) Frequency Step De instelling in dit submenu bepaalt de omvang van de verhoging of verlaging bij het bijstellen van de frequentie van de AM-tuner. De aanvankelijke instelling is 9 kHz en dit hoeft alleen te worden veranderd als u de RDC-7.1 gebruikt in een regio waar de frequentie is onderverdeeld in stappen van 10 kHz. 9 kHz: selecteren als in het gebied waar u woont stappen van 9 kHz worden gebruikt. 10 kHz: selecteren als in het gebied waar u woont stappen van 10 kHz worden gebruikt.
Setupmenu
Submenu Remote Control Setup
Submenu TV Format TV Format (voor alle modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada) De instellingen in het submenu TV Format kunnen zowel voor Main B en Zone 2 als voor Main A worden geconfigureerd. Als u de instellingen wilt wijzigen om ze aan te passen aan het televisieformaat van het gebied waarin u de RDC-7.1 gebruikt, kunt u dit submenu gebruiken zodat er geen tijd wordt verloren met de detectie. Auto: dit is de standaardinstelling. Als u deze instelling niet wijzigt wordt het televisieformaat gedetecteerd en automatisch ingesteld door de RDC-7.1. PAL: gebruik deze instelling als u weet dat het televisieformaat PAL is. NTSC: gebruik deze instelling als u weet dat het televisieformaat NTSC is.
Nl-91
Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output) The RDC-7.1 verschaft u een groot aantal mogelijkheden voor luidsprekeraansluitingen en luidsprekerinstellingen. Specificeer de instellingen van de luidspreker volgens omstandigheden van iedere variatie. Voor de juiste selectie van een aangesloten AV-apparaat bij het wisselen van het type ingang, dient u tevens “audio output en “video output” voor elk type invoer toe te wijzen. Als de toewijzing niet juist is, zal de gewenste component de geselecteerde ingangsbron niet weergeven. Gebruik de informatie die u heeft opgeschreven in het boekje Your System Settings voor een correcte setup. Main B: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone B. Deze Submenu Speaker Configuration instelling kan alleen worden gemaakt als u de instelling “(Speaker B) Front L/R” op “Main B” zet. Specificeer de ruimtes waar u de luidsprekers wilt Not Used (standaard): selecteer dit indien niet in gebruik. gebruiken. Specificeer volgens de instellingen van (Speaker B) Surr L/R hoofdzone A. Opmerking: Main A: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone A. Ga ervan uit dat een luidsprekerset met het hoogste aantal Main B: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone B. Deze luidsprekers moet worden toegewezen aan Speaker A en instelling kan alleen worden gemaakt als u de instelling worden geconfigureerd voor hoofdzone A (Main A). “(Speaker B) Front L/R” op “Main B” zet. U kunt de instellingen voor de midden, surround of surNot Used (standaard): selecteer dit indien niet in round achterluidsprekers die zijn geconfigureerd op gebruik. Speaker B niet uitvoeren als deze speakers niet zijn (Speaker B) Surr Back geconfigureerd op de aansluitingen van Speaker A of een van deze luidsprekers staat ingesteld op “Not used” Main A 2ch: selecteer dit bij het aansluiten en het in de instellingen van Speaker A. gebruik van twee surround achter luidsprekers in hoofd(Speaker A) Front L/R zone A. Main A 1ch (SBL): selecteer dit bij het aansluiten en De instelling van de voorste luidsprekers is aanvankelijk het gebruik van een surround achter luidspreker in verbonden aan Main A. hoofdzone A. Installeer altijd luidsprekers die zijn geconfigureerd op Main B 2ch: u kunt deze optie selecteren indien (Speaker A) Front L/R in hoofdzone A. (Speaker B) Front L/R en Surr L/R beide zijn ingesteld (Speaker A) Center, Surr L/R op “Main B”. Selecteer dit bij het aansluiten en het Main A (standaard): selecteer dit bij gebruik van de gebruik van twee surround achter luidsprekers in hoofdmiddelste luidspreker en/of de surround luidsprekers in zone B. hoofdzone A. Main B 1ch (SBL): u kunt deze optie selecteren indien Not Used: selecteer dit als middelste luidspreker of sur(Speaker B) Front L/R en Surr L/R beide zijn ingesteld round luidsprekers niet worden gebruikt. op “Main B”. Selecteer dit bij het aansluiten en het (Speaker A) Surr Back gebruik van een surround achter luidspreker in hoofdzone B. Main A 2ch (standaard): als Surr L/R ingesteld is op Bi-Amp for Front: deze instelling kan alleen uitge“Main A”, kunt u deze optie selecteren. Selecteer dit bij voerd worden wanneer u de instelling “(Speaker B) het aansluiten en het gebruik van twee surround achter luidsprekers in hoofdzone A. Front L/R” op “Main A” of “Main B” zet. Selecteer dit Main A 1ch (SBL): als Surr L/R ingesteld is op “Main bij het gebruik van de voorste luidspreker in hoofdzone A”, kunt u deze optie selecteren. Selecteer dit bij het B door het voorste kanaal en het surround achter kanaal aansluiten en het gebruik van een surround achter luidaan te sluiten op de luidspreker via Bi-Amp (Zie pag. spreker in hoofdzone A. 27). Bi-Amp for Front: selecteer dit bij het gebruik van de Not Used (standaard): selecteer dit als geen surround voorste luidspreker in hoofdzone A door het voorste achter luidsprekers worden gebruikt. kanaal en het surround achter kanaal aan te sluiten op de Opmerking: luidspreker via Bi-Amp (Zie pagina 27). U kunt hier niet “Main A 2ch” en “Main B 2ch” selecteNot Used: selecteer dit als geen surround achter luidren indien (Speaker A) Surr Back is ingesteld op “Main sprekers worden gebruikt. A 1ch”. Opmerking: (Speaker B) Subwoofer Als “Not Used” is geselecteerd voor Surr L/R, gaat deze Deze instelling kan alleen worden gemaakt als u de insteloptie standaard staan op “Not Used”. ling “(Speaker B) Front L/R” op “Main A” of “Main B” zet. (Speaker A) Subwoofer Main A: selecteer dit bij gebruik van een subwoofer in Main A (standaard): selecteer dit bij gebruik van een hoofdzone A. subwoofer in hoofdzone A. Main B: selecteer dit bij gebruik van een subwoofer in Not Used: selecteer dit als geen subwoofer wordt hoofdzone B. Deze instelling kan alleen worden gebruikt in hoofdzone A. gemaakt als u de instelling “(Speaker B) Front L/R” op (Speaker B) Front L/R “Main B” zet. Not Used (standaard): selecteer dit indien geen subMain A: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone A. woofer wordt gebruikt. Main B: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone B. Specificeer de volgende instellingen afzonderlijk in Not Used: selecteer dit indien niet in gebruik. hoofdzone A, hoofdzone B en Zone 2 wanneer de (Speaker B) Center instellingen voor de configuratie van de Speaker zijn Main A: selecteer dit bij gebruik in hoofdzone A. voltooid.
Nl-92
Submenu Speaker Crossover De instellingen in het submenu Speaker Crossover kunnen voor zowel “Main A” als “Main B” worden geconfigureerd. Front L/R, Center, Surr L/R, Surr Back Specificeer een frequentiedrempel in Hz voor basgeluiden van iedere luidspreker vanuit de subwoofer. (Speaker A) Front L/R wordt automatisch ingesteld op “Full Band” als geen subwoofer wordt gebruikt en de basgeluiden uit iedere luidspreker komen dan uit de voorste luidsprekers. U kunt ook andere luidsprekers instellen op “Full Band”. U kunt de frequentie specificeren op intervallen van 10 Hz tussen 40 en 150 Hz. Specificeer de instelling van 80 Hz (THX) (standaard) bij het gebruik van een THXSelect-certified luidsprekersysteem. • Indien u de frequentie van de voorste luidsprekers specificeert tussen 40 en 150 Hz, kunt u “Full band” niet selecteren voor de andere luidsprekers. • Voor eventuele niet beschikbare luidsprekers of luidsprekers die zijn ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration, wordt geen instellingsoptie weergegeven. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt geen optie voor surround achter luidsprekers weergegeven. LPF of LFE (instelling van de laagdoorlaatfilter voor LFE) Specificeer de laagdoorlaatfilter voor LFE (Low Frequency Effect). De laagdoorlaatfilter geeft alleen de signaalcomponenten onder de gespecificeerde frequentie door en elimineert daarmee ongewenst geluid. U kunt de frequentie specificeren op intervallen van 10 Hz tussen 40 en 150 Hz. SW Mode (Subwoofer Mode) Deze optie wordt weergegeven bij het gebruik van een subwoofer (andere opties dan “Not Used” worden voor Subwoofer geselecteerd op het submenu Speaker Configuration) en Front L/R wordt ingesteld op “Full Band” op het submenu Speaker Crossover. Stel het geluid van de subwoofer in op een van de volgende opties: LFE only: de subwoofer geeft alleen LFE (Low Frequency Effect)-informatie. D. Bass: de subwoofer geeft niet alleen LFE (Low Frequency Effect) factoren maar ook basgeluiden uit de voorste luidsprekers.
Submenu Speaker Distance Meet de afstand tussen de luisterpositie en iedere luidspreker. Door de afstand te specificeren worden de luidsprekers gesynchroniseerd wat de tijd betreft waarin geluiden van iedere luidspreker de luisterpositie bereiken. Dit is voor u een belangrijke specificatie om van een realistisch huistheater te genieten. De instellingen in het submenu Speaker Distance kunnen voor zowel “Main A” als “Main B” worden geconfigureerd.
Voer de onderstaande setup-procedure uit volgens de bedieningsinstructies op pagina 90. 1. Selecteer de lengte-eenheid in “Unit”. U kunt kiezen voor “feet” of “meters”. De standaardinstelling is afhankelijk van de regio. 2. Stel de gemeten afstand in. Voer alle waarden in voor iedere aangesloten luidspreker. • Voor eventuele niet beschikbare luidsprekers of luidsprekers die zijn ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration, wordt geen instellingsoptie weergegeven. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt geen optie voor surround achter luidsprekers weergegeven. Indien “feet” is geselecteerd: Front L, Center, Front R en Subwoofer kunnen worden ingesteld op intervallen van 0,1 voet in een bereik van 1,0 voet tot 30,0 voet. De standaardinstelling is 12,0 voet. Surr R, Surr Back (of Surr Bk R en Surr Bk L), en Surr L kunnen worden ingesteld op intervallen van 0,1 voet in een bereik van 1,0 voet tot 30,0 voet. De standaardinstelling is 7,0 voet. Indien “meters” is geselecteerd: Front L, Center, Front R en Subwoofer kunnen worden ingesteld op intervallen van 0,03 meter in een bereik van 0,30 meter tot 9,00 meter. De standaardinstelling is 3,60 meter. Surr R, Surr Back (of Surr Bk R en Surr Bk L), en Surr L kunnen worden ingesteld op intervallen van 0,03 meter in een bereik van 0,30 meter tot 9,00 meter. De standaardinstelling is 2,10 meter.
Submenu Notch Filter Om de instellingen onder het submenu Notch Filter te configureren is een speciaal meetapparaat nodig. Laat deze instellingen normaal gesproken op de standaardinstelling “Off” staan. Een scherpfilter haalt het signaal van bepaalde frequentiebereiken weg en laat de rest van het signaal door. Een aantal eigenschappen die te maken hebben met elementen in de ruimte, zoals muren en kleine omvang van de ruimte, zorgen ervoor dat de signaalpiek in bepaalde lage frequenties voorkomt op de resonantiefrequentie, waardoor een dof geluid ontstaat. De filter reduceert het signaal op de frequenties die dit doffe geluid veroorzaken. Gebruik een lage frequentie sinusgolfgenerator om te bepalen op welke frequentie de piek zich voordoet en een SPL (Sound Pressure Level)-meter om de frequentie en de piekwaarde te controleren. Notch Filter Off (Standaard): Selecteer deze instelling indien u de scherpfilter niet gebruikt. On: Selecteer deze instelling indien u de scherpfilter gebruikt. Frequency Indien u “Notch Filter” hierboven op “On” instelt, treedt de scherpfilter in werking op de frequentie die u hier aangeeft. De frequentiewaarde kan m.b.v. uw meetinstrument worden ingesteld op intervallen van 1 Hz in een bereik van 20 Hz tot 300 Hz. De standaardinstelling is 100 Hz.
Nl-93
Setupmenu
Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output)—Vervolg
Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output)—Vervolg Depth Indien u “Notch Filter” hierboven op “On” instelt, treedt de scherpfilter in werking op de waarde die u aangeeft. U kunt intervallen van 0,5 dB in een bereik van –15 dB tot 0 dB specificeren. De standaardinstelling is –10 dB. Width De beschikbare instelwaarden zijn berekend op basis van de waarden die zijn aangegeven bij de “Frequency”en “Depth”-instellingen hierboven. U kunt de waarden op basis van uw favoriete geluid kiezen.
Submenu Level Calibration Gebruik dit submenu om het volume voor elke luidspreker in te stellen, zodanig dat de luisteraar alle luidsprekers op hetzelfde volumeniveau hoort. Dit is met name belangrijk voor luidsprekeropstellingen waarin de linker en rechter luidsprekers zich op verschillende afstanden of in asymmetrische posities bevinden als gevolg van het ontwerp en de inrichting van de ruimte. Deze instellingen en instellingen van de afstand in het submenu Speaker Distance zijn van groot belang om de juiste geluidsruimte en -dynamiek te creëren. De instellingen in het submenu Level Calibration kunnen voor zowel “Main A” als “Main B” worden geconfigureerd. • Deze instellingen kunnen niet worden uitgevoerd als de mute-functie is ingeschakeld, als de hoofdtelefoon is aangesloten en als u meerkanaals-afspelen gebruikt. • U kunt de keuzeknop [Master Volume] niet gebruiken terwijl u de instellingen Level Calibration uitvoert. Deze instellingen zijn bedoeld om de geluidsniveaus van de verschillende luidsprekers in balans te brengen, zodat de juiste geluidsruimte ontstaat. • Dit apparaat ondersteunt het THX-formaat en de testtoon wordt op een standaardwaarde van 0 dB weergegeven (de absolute volumewaarde is 82). Als u normaal gesproken liever naar een lager volume dan dat van de testtoon luistert, moet u bedacht zijn op het plotselinge harde geluid van de testtoon. De testtoon wordt onmiddellijk gegeven nadat de knop [Enter] in stap 1 hieronder is ingedrukt. 1. Selecteer “Level Calibration” wanneer u dit instelscherm weergeeft en druk op de knop [Enter]. Het display gaat over naar het scherm Level Calibration en tegelijkertijd klinkt een geluid op de voorste linkerluidspreker. 2. Druk op de knoppen [ ]/[ ] om een luidspreker te selecteren, begin met de voorste luidspreker, en druk op de knoppen [ ]/[ ] om het volumeniveau in te stellen. De setup is voltooid wanneer u alle aangesloten luidsprekers heeft ingesteld. U kunt het volume afstellen binnen een bereik van –12 dB tot +12 dB in stappen van 0,5 dB. De subwoofer kan worden afgesteld binnen een bereik van –15 dB tot +12 dB in stappen van 0,5 dB.
Nl-94
• Voor eventuele niet beschikbare luidsprekers of luidsprekers die zijn ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration, wordt geen instellingsoptie weergegeven. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt geen optie voor surround achter luidsprekers weergegeven.
Submenu THX Audio Setup Deze optie dient om een huistheater met een THX Ultra2 compatibel luidsprekersysteem in te stellen. Deze instellingen worden geactiveerd in de luistermode voor THX Ultra2 Cinema en THX Music Mode. De instellingen in het submenu THX Audio Setup kunnen voor zowel “Main A” als “Main B” worden geconfigureerd. THX Ultra2 Subwoofer A/ THX Ultra2 Subwoofer B Dit dient om de aangesloten subwoofer in te stellen. Selecteer “Yes” of “No” in overeenstemming met de specificatie van uw subwoofer. Yes: Stel “Yes” in als uw subwoofer in overeenstemming is met de THX Ultra2-standaard of als het afspeelvermogen van het bastonenbereik tot 20 Hz loopt. In alle andere gevallen dient “No” te worden ingesteld. No (Standaard): Stel “No” in als u een subwoofer gebruikt die niet voldoet aan de bovenstaande voorwaarden. • Voor eventuele niet beschikbare luidsprekers of luidsprekers die zijn ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration, wordt geen instellingsoptie weergegeven. Boundary Gain Compensation A/ Boundary Gain Compensation B Dit dient om het versterkingseffect door te muren te corrigeren. Deze optie kan worden ingesteld als “THX Ultra2 Subwoofer” is ingesteld op “Yes”. Ruimtebegrenzers (muren) of andere eigenschappen (zoals bouwmaterialen) kunnen de waargenomen akoestische niveau’s op lage frequenties verhogen. Afhankelijk van de positie van de luisteraar en de subwoofer, kan het zijn dat de luisteraar een te krachtig baseffect hoort. Het doel van deze eigenschap is deze al te krachtige bas, veroorzaakt door het versterkingseffect door de muren, te compenseren. On: de Boundary Gain Compensation wordt toegepast. Off (Standaard): de Boundary Gain Compensation wordt niet toegepast.
Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output)—Vervolg
Deze instelling is alleen toegestaan als “Main 2ch” is geselecteerd in het submenu Speaker Configuration. Plaats twee surround achter luidsprekers zo dicht mogelijk bij elkaar, meet de afstand en stel de waarde in (zie afbeelding). De maximum effecten worden bereikt met THX’s ASA* technologie.
Analog 1-5 Stel de analoge audio uitgangsbussen van “AUDIO OUT 1-5” in. U kunt kiezen uit Tape 1 Rec Out, Tape 2 Rec Out, Video 1 Rec Out, Video 2 Rec Out, Video 3 Rec Out, Zone 2 Out, Zone 3 Out en Not Used. AUDIO
1
2
4
3
5
R
0-0,3 m (0-1 voet)(Standaard): Dit is de instelling als de afstand tussen de luidsprekers 0-30 cm (0-1 voet) is. 0,3-1,2 m (1-4 voet) Dit is de instelling als de afstand tussen de luidsprekers 30 cm-1,2 m (1-4 voet) is. >1,2 m (4 voet): Dit is de instelling als de afstand tussen de luidsprekers 1,2 meter (4 voet) of meer is. * ASA: Advanced Speaker Array
Submenu Audio Output Assign Deze instelling wijst audio-uitgangsbussen op de RDC-7.1 toe aan (afspeel-)ingangsbronnen. De instelling is afhankelijk van de aansluitingsomstandigheden. De RDC-7.1 is voorzien van analoge uitgangsbussen voor vijf lijnen, digitale uitgangsbussen: optische bussen (OPT) voor twee lijnen en coaxiale bussen (COAX) voor twee lijnen. Als u de analoge bussen instelt op “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out”, kunt u ook specificeren of de uitgang variabel of vast moet zijn. De standaardinstellingen zijn als volgt: Aansluitingen
Standaard ingangsinstellingen
Analog 1 (AUDIO OUT 1)
Video 1 Rec Out
Analog 2 (AUDIO OUT 2)
Video 2 Rec Out
Analog 3 (AUDIO OUT 3)
Video 3 Rec Out
Analog 4 (AUDIO OUT 4)
Zone 2 Out
Analog 5 (AUDIO OUT 5)
Zone 3 Out
Opt 1 Out (DIGITAL OUT OPTICAL 1)
Tape 1 Rec Out
Opt 2 Out (DIGITAL OUT OPTICAL 2)
Tape 2 Rec Out
L
OUT
R
L
Voorbeeld 1: Als de ingang (REC) van een audio-opnameapparaat (bijv. een cassetterecorder) met TAPE 1 als ingangsbron is aangesloten aan AUDIO OUT 1, stel dan “Analog 1” in op “Tape 1 Rec Out”. Voorbeeld 2: Als de geluidsingang van een beeldopnameapparaat (bijv. een videorecorder) met VIDEO 1 als ingangsbron is aangesloten aan AUDIO OUT 2, stel dan “Analog 2” in op “Video 1 Rec Out”. Voorbeeld 3: Als de versterker voor Zone 2 is aangesloten aan AUDIO OUT 5, stel dan “Analog 5” in op “Zone 2 Out”. Als niets is aangesloten: Selecteer “Not Used”. Zone 2 Out, Zone 3 Out Deze optie wordt weergegeven als “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” is gespecificeerd voor Analog 1-5 hierboven. De standaardinstelling voor “Zone 2 Out” is “Pre Out (variabel)” en voor “Zone 3 Out” is dat “Line Out (vast)”. Pre Out (variabel): Selecteer dit als u “variable” in wilt stellen voor uitgang naar een apparaat dat is aangesloten aan Zone 2 of Zone 3. Gebruik RDC-7.1 om het geluidsvolume van het apparaat in Zone 2 of Zone 3 aan te passen. Line Out (vast): Selecteer dit als u “fixed” wilt instellen voor uitgang naar een apparaat dat is aangesloten aan Zone 2 of Zone 3. Gebruik de versterker die is aangesloten aan de aansluiting om het geluidsvolume van het apparaat in Zone 2 of Zone 3 aan te passen.
Coax 1 Out (DIGITAL OUT COAXIAL 1) Video 1 Rec Out Coax 2 Out (DIGITAL OUT COAXIAL 2) Zone 2 Out
Nl-95
Setupmenu
Distance Between Surr Back A SP/ Distance Between Surr Back B SP
Speaker/Output Setup (Instelling Speaker/Output)—Vervolg Opt 1 Out, Opt 2 Out, Coax 1 Out, Coax 2 Out Specificeer een instelling voor “DIGITAL OUT OPTICAL 1-2” en “DIGITAL OUT COAXIAL 1-2”. U kunt kiezen uit Tape 1 Rec Out, Tape 2 Rec Out, Video 1 Rec Out, Video 2 Rec Out, Video 3 Rec Out, Zone 2 Out, Zone 3 Out en Not Used. 1
1
2
Voorbeeld 1: Als de ingang (REC) van een audio-opnameapparaat (bijv. een MD-recorder) met TAPE 2 als ingangsbron is aangesloten aan DIGITAL OUT OPTICAL 1, stel dan “Opt 1 Out” in op “Tape 2 Rec Out”. Voorbeeld 2: Als de ingang (IN) van een beeldopnameapparaat (bijv. een DVD-recorder) met VIDEO 2 als ingangsbron is aangesloten aan DIGITAL OUT OPTICAL 2, stel dan “Opt 2 Out” in op “Video 2 Rec Out”. Als niets is aangesloten: Selecteer “Not Used”. HDMI Out Dit submenu verschijnt als het HDMI-klemmenbord [L] is geplaatst. Met deze instelling kunt u geluidsuitvoer van de HDMIterminal in of uitschakelen. Gebruik deze instelling als de HDMI terminal van een TV is aangesloten aan de HDMI terminal van de RDC-7.1 en u wilt HDMI geluidsuitvoer van de RDC-7.1 inschakelen vanuit de TV-luidsprekers. Laat deze instelling normaal gesproken op de standaardinstelling “Disable” staan. Disable (Standaard): Schakelt HDMI geluidsuitvoer uit. Enable: Schakelt HDMI geluidsuitvoer in.
Submenu Video Output Assign Dit submenu verschijnt als het video-klemmenbord [H] en [I] is geplaatst. Deze instelling wijst video-uitgangsbussen op de RDC-7.1 toe aan (afspeel-)ingangsbronnen. De instelling is afhankelijk van de aansluitingsomstandigheden. De RDC-7.1 is voorzien van samengestelde video uitgangsaansluitingen voor vier lijnen en S-video uitgangsaansluitingen voor vier lijnen. 1
3
2
4 OUT
Nl-96
Aansluitingen
Standaard ingangsinstellingen
Composite Video 1 (VIDEO OUT 1)
Monitor Out B
Composite Video 2 (VIDEO OUT 2)
Zone 2 Out
Composite Video 3 (VIDEO OUT 3)
Zone 3 Out
Composite Video 4 (VIDEO OUT 4)
Monitor Out A (vast)
S-Video 1 (S VIDEO OUT 1)
Video 1 Rec Out
S-Video 2 (S VIDEO OUT 2)
Video 2 Rec Out
S-Video 3 (S VIDEO OUT 3)
Video 3 Rec Out
S-Video 4 (S VIDEO OUT 4)
Monitor Out A (vast)
2 OUT
S VIDEO
De standaardinstellingen zijn als volgt:
VIDEO
OUT
VIDEO
S VIDEO
Composite Video 1-3, S-Video 1-3 Dit is een instelling voor de samengestelde video uitgangsaansluitingen (VIDEO OUT 1-3) en S video uitgangsaansluitingen (S VIDEO OUT 1-3). Voor samengestelde video 1-3, kunt u kiezen uit Monitor Out A, Monitor Out B, Video 1 Rec Out, Video 2 Rec Out, Video 3 Rec Out, Zone 2 Out, Zone 3 Out en Not Used. • U kunt “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” alleen instellen als “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” is geselecteerd in het submenu Audio Output Assign. Voor S Video 1-3, kunt u kiezen uit Monitor Out A, Monitor Out B, Video 1 Rec Out, Video 2 Rec Out, Video 3 Rec Out en Not Used. Voorbeeld 1: Als de videopoort van een beeldopnameapparaat (bijv. een videorecorder) met VIDEO 1 als ingangsbron is aangesloten aan VIDEO OUT 2, stel dan “Composite Video 2” in op “Video 1 Rec Out”. Voorbeeld 2: Als u een TV-set wilt aansluiten op VIDEO OUT 3 om ernaar te kijken in hoofdzone A, stel dan “Composite Video 3” in op “Monitor Out A”. Als niets is aangesloten: Selecteer “Not Used”. Composite Video 4, S-Video 4 De samengestelde video uitgangsaansluitingen (VIDEO OUT 4) en S video uitgangsaansluitingen (S VIDEO OUT 4) zijn bevestigd aan Monitor Out A. U kunt deze instelling niet veranderen. U kunt een TV-set en een projector voor gebruik in de hoofdzone A aansluiten aan VIDEO OUT 4 of S VIDEO OUT 4.
Input Setup (Invoer van instellingen) De hier beschreven opties worden ingesteld als u op de knoppen van de ingangsbronnen drukt. De RDC-7.1 is voorzien van verschillende soorten aansluitingen in aanvulling op de standaard audio- en video-aansluitingen en voor iedere soort zijn er meerdere aansluitingen. U kunt vrij ingangsbronnen, zoals CD, Phono, Tuner, Tape 1, Tape 2 en Video 1-7, toewijzen aan deze aansluitingen. Verder kunt u een luister-mode voorinstellen, namen voor displays specificeren, audiovertragingen afstellen, het verschil in volumeniveau met andere ingangsbronnen corrigeren en de 12V-trigger instellen. Wees in het bijzonder voorzichtig met het instellen van de ingangsaansluitingen. Specificeer instellingen voor de correcte selectie van weer te geven beelden en audio goed op basis van de informatie die u heeft opgeschreven in het boekje Your System Settings. In het geval van Net Audio kunt u instellingen voor de server specificeren (Zie pag.99). De standaardinstellingen zijn als volgt: Audio Assign Analog Audio Multichannel Digital Audio Naam van in te stellen aansluiting Net Audio
MULTI-CH IN
DIGITAL IN
Composite Video
S-Video
Component Video
HDMI
i.LINK
VIDEO IN
S VIDEO IN
COMPONENT VIDEO IN
HDMI IN
No
No
No
No
Last
Last
Last
Last
1
No
Opt 2
No
Last
Last
Last
Last
Phono
Phono
No
No
No
Last
Last
Last
Last
Tuner
No
No
VS: Coax 6 Overigen: No
No
Last
Last
Last
Last
Tape 1
2
No
Opt 3
No
Last
Last
Last
Last
Tape 2
3
No
Coax 1
No
Last
Last
Last
Last
DVD
4
1
Opt 1
No
1
1
RCA 1
HDMI 1
CD
Input Selector
AUDIO IN
Video Assign i.LINK
Video 1
5
No
Coax 2
No
2
2
RCA 2
HDMI 2
Video 2
6
No
Coax 3
No
3
3
RCA 3
Video
Video 3
7
No
Opt 4
No
4
4
RCA 4/BNC
Video
Video 4
8
No
Opt 5
No
5
No
No
Video Video
Video 5
9
No
Coax 4
No
6
No
No
Video 6
No
No
Coax 5
No
No
5
No
Video
Video 7
No
No
Opt 6
No
No
6
No
Video
Setupmenu
OSD-indicatie
Opmerking: Standaardinstellingen kunnen afwijken afhankelijk van uw regio of het gebruikte optiebord. VS: Amerikaanse en Canadese modellen
Nl-97
Input Setup (Invoer van instellingen)—Vervolg Volg de onderstaande procedures om instellingen te wijzigen: Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren die u wilt instellen. Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Setup]-knop. Het hoofdmenu verschijnt op het scherm.
1
2
3
Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. Het submenu wordt weergegeven. 2.Input Setup ==Input:XXXXXX======= 1.Audio Assign 2.Video Assign 3.Listening Mode Preset 4.Character Edit 5.IntelliVolume 6.Delay 7.Picture Setting 8.12V Trigger Assign
4
5 6 7
Gebruik de knoppen [ ] en [ ] om een optie te selecteren die u in wilt stellen en gebruik vervolgens de knoppen [ ] en [ ] om de gewenste waarde te in te stellen. Andere opties dienen op dezelfde manier te worden geselecteerd. Druk op de [Return]-knop. Het display keert terug naar het submenu. Herhaal procedures 4-5 om de gewenste opties achtereenvolgens in te stellen. Ga verder met procedure 7 wanneer alle opties zijn ingesteld. Druk op de [Setup]-knop. De instellingen zijn voltooid en het menuscherm verdwijnt.
Tip: Druk op de knop [Setup] als u de procedures op de RDC-7.1 uitvoert na de ingangsbron te hebben geselecteerd met de ingangsbronknoppen. Selecteer vervolgens het te configureren menu door op de [ ]/[ ]-knoppen te drukken en druk op de [Enter]-knop om de selectie te bevestigen. Kies nadat u het submenu dat u wilt configureren, hebt geselecteerd door op de ]/[ ]-knoppen te drukken, de waarde die u wilt instellen door op de [ ]/[ ]-knoppen te drukken en druk op de [Enter]knop om de waarde te bevestigen. Als u wilt terugkeren naar de vorige handeling, druk op de knop [Exit]. Voorbeeld 1: Bij het toewijzen van de DVD-recorder aan de ingang van VIDEO 1, wanneer de analoge audio-ingang is aangesloten aan “VIDEO 1”, de digitale audio aan “COAXIAL 2” en de video aan “S VIDEO 2” en “COMPONENT 2”. 1. Druk op de [Input]-knop en draai dan aan het bladerwiel om “VIDEO 1” te selecteren. 2. Druk op het bladerwiel en druk dan op de [Setup]knop om “Main Menu” weer te geven. 3. Druk op de [ ]/[ ]-knoppen om “Input Setup” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop.
Nl-98
4. Gebruik de knoppen [ ] en [ ] om het submenu “Audio Assign” te selecteren en druk dan op de knop [Enter]. 5. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “Analog Audio” te selecteren en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/ [ ] om “1” te selecteren. 6. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “Digital Audio” te selecteren en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/ [ ] om “Coax 2” te selecteren. 7. Druk op de knop [Return] om terug te keren naar het submenu. 8. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “Video Assign” te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. 9. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “S-Video” te selecteren en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/ [ ] om “2” te selecteren. 10. Gebruik de knoppen [ ]/[ ] om “Component Video” te selecteren en gebruik vervolgens de knoppen [ ]/[ ] om “RCA 2” te selecteren. 11. Druk op de [Setup]-knop. De instelling is voltooid en het menuscherm verdwijnt.
Submenu Audio Assign (wanneer de ingang een andere is dan NET AUDIO) Hieronder volgen instellingen voor audio. Zie de volgende bladzijde wanneer de ingang “NET AUDIO” is. Analog Audio Hieronder volgen instellingen voor analoge audio-uitgang. Phono: .Selecteer het apparaat dat is aangesloten op “AUDIO IN PH”. 1-9: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting van “AUDIO IN 1-9”. No: Selecteer dit wanneer geen apparaat is aangesloten. Multichannel Deze optie verschijnt als het meerkanaals klemmenbord [E] is geplaatst. Als het meerkanaals-klemmenbord een enkele set meerkanaalsklemmen bevat, zijn de beschikbare opties “1” en “No”. 1: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting van “MULTI-CH IN 1”. 2: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting van “MULTI-CH IN 2”. No (Standaard): Selecteer dit als er geen apparaat is aangesloten. Surr Back Channel Deze optie verschijnt als het meerkanaals-klemmenbord [E] is geplaatst. Hieronder volgen instellingen voor de hierboven beschreven “Multichannel 1” of “Multichannel 2”. Deze instellingen kunnen niet afzonderlijk worden gespecificeerd voor iedere ingangsbron. Als bijvoorbeeld de ingangsbron CD is en “Surround Back Channel” is ingesteld op “Not Used (5.1 ch)” voor “Multichannel 1”, dan zal bij het omzetten van de ingangsbron naar DVD en “Surround Back Channel” naar “SBL/SBR (7.1ch)”, ook “Surround Back Channel” van de CD veranderen in “SBL/SBR (7.1ch)”. Not Used (5.1 ch): Selecteer dit als het surround achter kanaal niet wordt gebruikt.
Input Setup (Invoer van instellingen)—Vervolg
Deze optie verschijnt als het meerkanaals-klemmenbord [E] is geplaatst. Hieronder volgen meer instellingen voor “Multichannel 1” of “Multichannel 2” (ze kunnen niet afzonderlijk worden gespecificeerd voor iedere ingangsbron). Sommige DVD-decks geven het LFE-kanaal 15 dB lager weer dan de andere kanalen in de meerkanaalsweergave. De niveau-instelling onder het submenu Level Calibration wordt toegepast op zowel de analoge en digitale ingangen als de meerkanaalsingang. Daarom kunt u in deze instelling het optimale LFE-kanaalniveau instellen, toegepast op alleen de meerkanaalsingang. U kunt kiezen uit 0 (Standaard), +5, +10 en +15 dB. Digital Audio Hieronder volgen instellingen voor digitale audio-uitgang. Opt 1-Opt 6: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan “DIGITAL IN OPTICAL 1-6”. Coax 1-Coax 6: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan “DIGITAL IN COAXIAL 1-6”. AES/EBU: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan “DIGITAL IN (BALANCED) AES/EBU”. De “AES/ EBU” is beschikbaar als het bord [E], dat is voorzien van AES/EBU-terminal, is geplaatst. No: Selecteer dit wanneer geen apparaat is aangesloten. Digital Format Voor digitale aansluitingen kunt u instellen dat de digitale signalen preferentieel gedetecteerd worden. Deze optie wordt niet weergegeven als “Digital Audio” is ingesteld op “No” op het bovenstaande submenu Audio Assign. Auto: Detecteert automatisch het formaat van ingangssignalen. Het formaat van het signaal (Dolby Digital, DTS, PCM, AAC, enz.) dat gebruikt wordt voor de geselecteerde bron, wordt automatisch gedetecteerd om de vereiste decodeerprocedure uit te voeren. DTS: Selecteer dit voor DTS-decodering. U kunt deze optie selecteren als het detecteren van de signalen naar uw gevoel te lang duurt met “Auto” geselecteerd of als u zich stoort aan de geluiden van CD’s die snel vooruit of achteruit gespoeld worden. Als er een ander geluid dan DTS binnenkomt, is er geen geluid. PCM: Selecteer dit voor PCM-decodering. U kunt deze optie selecteren als u zich stoort aan het weglaten van een volgend muziekstuk met “Auto” geselecteerd. Als er een ander geluid dan PCM binnenkomt, is er geen geluid. Opmerking: Selecteer altijd “Auto” en “DTS” bij het afspelen van een DTS-type CD of LD. Als u “PCM” selecteert veroorzaakt dat ruis. i.LINK Deze optie verschijnt als het i.LINK (AUDIO)-klemmenbord [A] is geplaatst.
Als u meerdere apparaten aansluit met de i.LINK (AUDIO) interface, verschijnen de namen van de apparaten in de i.LINK-aansluiting en daaruit kunt u het ingangsapparaat selecteren met de cursorknoppen ([ ]/[ ]). Het hier geselecteerde apparaat wordt het voorkeurapparaat onder de aangesloten i.LINK(AUDIO)-apparaten. No: Selecteer dit wanneer de aangesloten i.LINK(AUDIO)-apparaten niet zijn geselecteerd als ingangsapparaten.
Submenu Music Server (Als ingang NET AUDIO is) Dit submenu verschijnt als het ETHERNET-klemmenbord [B] (voor Net Audio) is geplaatst. Select Server Als de ingang Music Server is geselecteerd uit NET AUDIO, kunt u een aan te sluiten server specificeren (Zie pagina 77).
Submenu Video Assign Hieronder volgen instellingen voor video. Dit submenu verschijnt als het video-klemmenbord [H] en [I] is geplaatst. Composite video 1-6: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting “VIDEO IN 1-6”. Last: Selecteer dit als u een videosignaal wilt uit het apparaat dat u het laatste als uitgang heeft geselecteerd. No: Selecteer dit als er geen apparaat is aangesloten. S-Video 1-6: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting “S VIDEO IN 1-6”. Last: Selecteer dit als u een videosignaal wilt uit het apparaat dat u het laatste als uitgang heeft geselecteerd. No: Selecteer dit wanneer geen apparaat is aangesloten. Component Video RCA 1-4: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting “COMPONENT VIDEO IN 1-4”. De “RCA 4” is beschikbaar als het video-klemmenbord [J] de RCA-type COMPONENT VIDEO IN 4-klemmen bevat. BNC: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de BNC-aansluiting “COMPONENT VIDEO IN”. De “BNC” is beschikbaar als het video-klemmenbord [J] de BNC-type COMPONENT VIDEO IN-klemmen bevat. Last: Selecteer dit als u een videosignaal wilt uit het apparaat dat u het laatste als uitgang heeft geselecteerd. No: Selecteer dit als er geen apparaat is aangesloten. HDMI Deze optie verschijnt als het HDMI-klemmenbord [L] is geplaatst. 1: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting “HDMI IN 1”. Als u dit selecteert zal het videosignaal van de aansluiting HDMI IN 1 ook uitgevoerd worden naar de aansluiting HDMI OUT.
Nl-99
Setupmenu
SBL/SBR (7.1 ch) (Standaard): Selecteer dit bij gebruik van het surround achter kanaal. Subwoofer Sensitivity
Input Setup (Invoer van instellingen)—Vervolg 2: Selecteer het apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting “HDMI IN 2”. Als u dit selecteert zal het videosignaal van de aansluiting HDMI IN 2 ook uitgevoerd worden naar de aansluiting HDMI OUT. VIDEO: Selecteer dit als u het videosignaal, zoals Composite Video, S Video en Component Video uitgevoerd wilt hebben uit de aansluiting HDMI OUT. Last: Selecteer dit als u een videosignaal wilt uit het apparaat dat u het laatste als uitgang heeft geselecteerd. No: Selecteer dit als er geen apparaat is aangesloten.
Submenu Listening Mode Preset U kunt een luister-mode die u veel gebruikt specificeren voor elke ingangsbron. Als een film die u waardeert en vaak bekijkt een Dolby Digital-bron is, kunt u bijvoorbeeld “Dolby Digital” specificeren en als een van uw klassieke muziek CD’s een PCM-bron is, kunt u “Pure Audio” specificeren. Door “Last” te selecteren wordt dezelfde luister-mode ingesteld als de mode die u het laaste heeft gespecificeerd voor die bron. • De optie “PL IIx” wordt ingesteld op “PL II” als “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front”, of “Not Used” op het submenu Speaker Configuration. • U kunt THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix of TV Logic niet selecteren indien “Surr L/R” is ingesteld op “Not Used” op het submenu Speaker Configuration. • U kunt THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, of Full Mono niet selecteren indien zowel “Center” als “Surr L/R” zijn ingesteld op “Not Used” op het submenu Speaker Configuration. Analog/PCM Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van PCM-signalen van CD’s en analoge signalen van platen en cassettetapes. Deze optie kan zowel worden ingesteld voor Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo (Standaard), Mono, PL IIx/ NEO:6, THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS, en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last. Dolby Digital Hier kunt u de luistermode specificeren voor het afspelen van Dolby Digital-signalen. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, Dolby Digital (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS, en Last. (Zone 2)
Nl-100
Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last. DTS Hier kunt u de luistermode specificeren voor het afspelen van DTS-signalen. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, DTS (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last. AAC Hier kunt u de luistermode specificeren voor het afspelen van AAC-signalen. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, AAC (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last. i.LINK (IEEE1394):DVD-Audio Deze optie verschijnt als het i.LINK (AUDIO)-klemmenbord [A] is geplaatst. Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van DVD-Audio op een apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting i.LINK(AUDIO). U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, DVD-Audio (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS, en Last. i.LINK (IEEE1394):SACD Deze optie verschijnt als het i.LINK (AUDIO)-klemmenbord [A] is geplaatst. Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van Super Audio CD op een apparaat dat is aangesloten aan de aansluiting i.LINK(AUDIO). U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, SACD (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. D.F.2ch Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van digitale signalen zoals door twee kanalen opgenomen Dolby Digital. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes:
Input Setup (Invoer van instellingen)—Vervolg
D.F. Mono Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van digitale signalen zoals Dolby Digital en in mono opgenomen AAC. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono (Standaard), Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last.
Submenu Character Edit Character Display Specificeer of de naam die u heeft gegeven aan een ingangsbron al dan niet moet worden weergegeven. No: De gegeven naam wordt niet weergegeven. Alleen de naam van de ingangsbron wordt weergegeven. Yes (Standaard): De gegeven naam wordt weergegeven wanneer de ingangsbron wordt vervangen. Character Als hierboven “Yes” is geselecteerd voor “Character Display”, kunt u de ingangsbron een naam geven. U kunt maximaal tien tekens invoeren. Voer de volgende handelingen uit op het scherm Character Input: 123456789012345678901234 1 2-4.Character Input 2 Input:VIDEO3 3 b.Character 4 : 5 ABCDEFGHIJKLM 6 NOPQRSTUVWXYZ 7 abcdefghijklm 8 nopqrstuvwxyz 9 0123456789-.’ 0 ()+*/=,:;!?_ 1 2
D.F. Multiplex Hier kunt u de luistermode specificeren voor multiplex uitzendingen van AAC-geluid (bijv. een tweetalige uitzending). Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, Multiplex (Standaard), Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Multiplex, Dolby VS en Last. Multichannel Deze optie verschijnt als het meerkanaals-klemmenbord [E] is geplaatst. Hier kunt u de luister-mode specificeren voor een analoge meerkanaalsaansluiting. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, Multichannel (Standaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS, en Last.
1
Druk op de knop [ ] om “Character” te selecteren en druk dan op de knop [ ] om het scherm Character Input weer te geven.
2
Druk op de knoppen [ ]/[ ]/[ ]/[ ] om de tekens te selecteren die u wilt invoeren en druk dan op de knop [Enter].
3
Herhaal bovenstaande stap 2 om maximaal tien tekens in te voeren. In het geval dat u een verkeerd teken heeft geselecteerd: Door op [Return] te drukken beweegt de cursor terug naar het vorige teken. Om een teken te veranderen: 1. Druk op de knop [Enter] (herhaaldelijk) om de cursor op het te corrigeren teken te plaatsen. 2. Druk op de knoppen [ ]/[ ] om het nieuwe teken te selecteren en druk dan op de knop [Enter]. Voer spaties in als de naam korter is dan tien tekens om de naam uit tien tekens te laten bestaan.
4
Druk op de [Setup]-knop. De setup is voltooid en het menuscherm verdwijnt.
176.4/192 kHz Hier kunt u de luister-mode specificeren voor het afspelen van audio uitgangssignalen op 192 kHz en 176.4 kHz zoals DVD-Audio. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt kiezen uit de onderstaande luister-modes: (Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo en Last. (Zone2) Direct, Stereo en Last.
Setupmenu
(Main A/B) Pure Audio, Direct, Stereo, Mono, PLIIx/NEO:6 (Satndaard), THX, Mono Movie, Enhance, Orchestra, Unplugged, Studio-Mix, TV Logic, All Ch Stereo, Full Mono, Dolby VS en Last. (Zone 2) Direct, Stereo, Mono, Dolby VS en Last.
Om alle ingevoerde tekens te wissen: Druk bij stap 1 hierboven op de knop [ ] in plaats van op de knop [ ].
Nl-101
Input Setup (Invoer van instellingen)—Vervolg Submenu IntelliVolume Als er meerdere apparaten zijn aangesloten op de RDC-7.1, kan het volume voor een apparaat afwijken, zelfs als de volume-instellingen op de RDC-7.1 hetzelfde zijn. Door de verschillen in het volumeniveau te reduceren heeft u geluiden op hetzelfde volumeniveau zonder de volume-regelaar op de RDC-7.1 aan te passen. IntelliVolume Gebruik de knop [ ] als het volume harder is dan de andere apparaten en de knop [ ] als het volume zachter is. U kunt instellen op intervallen van 0,5 dB binnen een bereik van –12,0 dB tot +12,0 dB. De standaardinstelling is 0,0 dB.
Submenu Delay In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de vertraging van geluiden kunt aanpassen. A/V Sync Als het beeld niet synchroon is met het geluid kunt u ze synchroon maken met behulp van deze instellingen. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. U kunt instellen op intervallen van 0,1 ms binnen een bereik van 0,0 ms tot 300,0 ms. Relative Delay - Center, Surr L/R, Surr Back Ons exclusieve “Enhanced Special Positioning Algorithm” (een verlengd driedimensionaal positioneringsalgoritme) stelt het geluidsveld fijn af. Dit algoritme kan een maximum vertraging van 10 ms creëren in de uitvoer van iedere luidspreker. Deze vertraging is equivalent aan een afstand van 3 meter tussen luidsprekers. Deze optie kan worden ingesteld voor Main A en Main B. • Er is geen instelling voor “Center” als “Center” is ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration. Zo is er, als “Surr L/R” is ingesteld op “Not Used” of “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front”, of “Not Used”, ook geen instelling voor de betreffende luidsprekers. U kunt instellen op intervallen van 0,1 ms binnen een bereik van –10,0 ms tot +10,0 ms. De standaardinstelling is 0,0 ms. Gebruik deze functie voor de fijnafstelling van uw geluidsomgeving na het instellen van de afstand tussen luidsprekers (Zie pagina 93) en het volumeniveau (Zie pagina 94). Door de afstand tussen luidsprekers te verlengen (de tijdsvertraging verbreden) wordt het geluidsveld groter, terwijl het kleiner maken van de afstand (de vertraging vernauwen) het geluidsveld scherper maakt.
Nl-102
Submenu 12V Trigger Assign Als de aansluiting 12V TRIGGER OUT op de RDC-7.1 is aangesloten aan de aansluiting 12V TRIGGER IN van een apparaat, kunt u de ruimte specificeren waarin u het apparaat gaat activeren om de stroom in te schakelen (voor aansluitingsdetails, zie pagina’s 47, 49). De standaardinstellingen zijn als volgt: Instelling ruimte
Vertraging
Trigger A
Main
0
Trigger B
Zone 2
1
Trigger C
Zone 3
2
Trigger D
Off
0
Trigger E
Main
2
Trigger A-E Hieronder volgen instellingen voor de aansluitingen 12V trigger A-E: Off: Selecteer dit indien niet in gebruik. Main: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in de hoofdzone wordt gebruikt wilt inschakelen. Zone 2: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in Zone 2 wordt gebruikt wilt inschakelen. Zone 3: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in Zone 3 wordt gebruikt wilt inschakelen. Main/Zone 2: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in de hoofdzone of Zone 2 wordt gebruikt wilt inschakelen. Main/Zone 3: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in de hoofdzone of Zone 3 wordt gebruikt wilt inschakelen. Zone 2/Zone 3: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat alleen in Zone 2 of Zone 3 wordt gebruikt wilt inschakelen. Main/Zone 2/Zone 3: Selecteer dit als u een aangesloten apparaat dat in een een van de zones wordt gebruikt wilt inschakelen: hoofdzone, Zone 2 of Zone 3. A delay-E delay Als een apparaat dat is aangesloten aan de 12V trigger wordt ingeschakeld kan een grote hoeveelheid stroom, afhankelijk van het soort apparaat, onmiddellijk gaan stromen. Om effecten van dit probleem te verminderen kunt u intervalverschillen instellen voor uitgangssignalen van de 12V Trigger. Intervalverschillen kunnen onnodige ongewenste geluiden voorkomen (pruttelende geluiden). 0 sec: Selecteer dit als u geen verschil instelt. 1 sec: Selecteer dit als u uitgangssignalen instelt op 1 seconde na het inschakelen van de RDC-7.1. 2 sec: Selecteer dit als u uitgangssignalen instelt op 2 seconden na het inschakelen van de RDC-7.1. 3 sec: Selecteer dit als u uitgangssignalen instelt op 3 seconden na het inschakelen van de RDC-7.1.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)
Submenu Mono Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de Mono luister-mode. a. Re-EQ/Academy Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ of Academy effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik deze effecten als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Deze optie kan ook voor zone 2 worden ingesteld. Off (Standaard): de effecten worden niet toegepast. Re-EQ On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. Academy On: verlaagt het niveau van de hoge tonen en filtert het geluid wanneer de bron hoge tonen met nadruk bevat en te veel blaasgeluid zoals een oude film met monogeluid opgenomen op video. b. Input Channel Deze optie configureert de uitgangsmethode wanneer u de stereo ingangsbron afspeelt in Mono luister-mode. Deze optie kan ook voor zone 2 worden ingesteld. Auto L+R (Standaard): hetzelfde geluissignaal wordt uitgestuurd van de linker en de rechter luidsprekers. Left: speelt u een ingangsbron af waarbij verschillende talen zijn opgenomen op ieder kanaal, dan wordt het linker kanaal uitgestuurd uit de linker en recht luidsprekers. Right: speelt u een ingangsbron af waarbij verschillende talen zijn opgenomen op ieder kanaal, dan wordt het rechter kanaal uitgestuurd uit de linker en recht luidsprekers. c. Output Speaker Deze optie configureert de te gebruiken luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Mono luistermode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. Center A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. Center B: stuurt de bron alleen uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. Center A + B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Front L/R A: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. Front L/R B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. Front L/R A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. • Als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op een andere optie dan “Main A” in het Speaker Configura-
tion submenu, dan zijn de beschikbare opties “Center A”, “Center B”, “Center A+B” en “Front L/R A”. • Als “(Speaker A) Center” is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare opties “Front L/R A”, “Front L/R B” en “Front L/R A+B”. In dit geval is de standaard instelling “Front L/R A”. • Als “(Speaker B) Center” is ingesteld op een andere optie dan “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare opties “Center A”, “Front L/R A”, “Front L/R B” en “Front L/R A+B”. • Deze instelling wordt niet weergegeven, als “(Speaker A) Center” is ingesteld op “Not Used” en de “(Speaker B) Front L/R” niet is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. d. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de Mono luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A aansluiting. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B aansluitingen. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu Multiplex Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de D.F. Multiplex luister-mode. a. Re-EQ/Academy Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ of Academy effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik deze effecten als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Deze optie kan ook voor zone 2 worden ingesteld. Off (Standaard): de effecten worden niet toegepast. Re-EQ On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. Academy On: verlaagt het niveau van de hoge tonen en filtert het geluid wanneer de bron hoge tonen met nadruk bevat en te veel blaasgeluid zoals een oude film met monogeluid opgenomen op video.
Nl-103
Setupmenu
Met dit menu kunt u de instellingen van de luister-mode configureren inclusief audio-effecten en weergaveopties.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg b. Multiplex Input Channel Met deze optie kunt het audiokanaal van uw voorkeur kiezen wanneer de input het multiplex-signaal is van AAC/Dolby Digital-geluid. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. De instellingen voor het ingangssignaal die hier worden opgegeven, gelden voor alle luister-modes voor de “1+1” bronnen van het Dolby Digital en AAC-ingangssignaal. Main (Standaard): het hoofdkanaal heeft de voorkeur voor output. Sub: het subkanaal heeft de voorkeur voor output. Main+Sub: het hoofd- en het subkanaal zijn output. c. Output Speaker Deze optie configureert de te gebruiken luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de D.F. Multiplex luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. Center A: stuurt de bron alleen uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. Center B: stuurt de bron alleen uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. Center A + B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Front L/R A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. Front L/R B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. Front L/R A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. • Als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op een andere optie dan “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare opties “Center A”, “Center B”, “Center A+B” en “Front L/R A”. • Als “(Speaker A) Center” is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare opties “Front L/R A”, “Front L/R B” en “Front L/R A+B”. In dit geval is de standaard instelling “Front L/R A”. • Als “(Speaker B) Center” is ingesteld op een andere optie dan “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare opties “Center A”, “Front L/R A”, “Front L/R B” en “Front L/R A+B”. • Deze instelling wordt niet weergegeven, als “(Speaker A) Center” is ingesteld op “Not Used” en de “(Speaker B) Front L/R” niet is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. d. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de D.F. Multiplex luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is
Nl-104
“(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A aansluiting. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B aansluitingen. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu Stereo Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de Stereo luister-mode. a. Re-EQ/Academy Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ of Academy effect al dan niet wordt toegepast in de Stereo luister-mode. Gebruik deze effecten als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. Off (Standaard): de effecten worden niet toegepast. Re-EQ On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. Academy On: verlaagt het niveau van de hoge tonen en filtert het geluid wanneer de bron hoge tonen met nadruk bevat en te veel blaasgeluid zoals een oude film met monogeluid opgenomen op video. b. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Stereo luistermode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. c. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de Stereo luistermode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
Deze optie staat standaard op “A”.
Submenu Direct, Pure Audio Setup
Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de Direct of Pure Audio luister-mode. a. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken voorste luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Direct of Pure Audio luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. b. Center Speaker Deze optie configureert de te gebruiken middelste luidspreker wanneer de bron wordt afgespeeld in de Direct of Pure Audio luister-mode. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. c. Surr L/R Sp Deze optie configureert de te gebruiken surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Direct of Pure Audio luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
d. Surr Bk Speaker Deze optie configureert de te gebruiken achterste surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Direct of Pure Audio luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • U kunt “A” of “B” selecteren als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het Speaker Configuration submenu verschillen. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. e. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de Direct of Pure Audio luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A aansluiting. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu Multichannel Input Setup Met dit submenu kunt u de opties instellen voor audioeffecten en weergave wanneer u een analoge meerkanaalsbron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Dit submenu verschijnt als het meerkanaals-klemmenbord [E] is geplaatst. a. SB Mode (5ch) Deze optie kiest de enhancement mode voor weergave wanneer u een 5.1k analoge meerkanaalsbron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instellingen voor surround back die u hier kiest, worden toegepast op alle multikanaals-invoersignalen. • Deze optie verschijnt niet waneer de instelling voor Surr Back Channel in het Audio Assign submenu staat op “SBL/SBR (7.1ch)”.
Nl-105
Setupmenu
A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de SUBWOOFER PRE OUT A aansluiting. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PL IIx Movie (Standaard): speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. • U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu. PL IIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Off: speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is. b. Re-EQ Met deze optie kunt u configureren of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast wanneer een analoge multikanaalsbron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. c. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een analoge meerkanaals bron afspeelt zoals DVDAudio en Super Audio CD. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. d. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een analoge meerkanaals bron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”.
Nl-106
A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. e. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een ingangsbron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr Bk Speaker Met deze optie configureert u welke achterste surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een ingangsbron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • U kunt “A” of “B” selecteren als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het Speaker Configuration submenu verschillen. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. g. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een ingangsbron afspeelt zoals DVD-Audio en Super Audio CD. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u DVD-Audio afspeelt doorgegeven van de i.LINK(AUDIO)-interface. Dit submenu verschijnt als het i.LINK(AUDIO)-klemmenbord [A] is geplaatst. a. LFE Level Met deze optie kunt u het niveau instellen van de lage tonen voor de i.LINK(IEEE1394):DVD-Audio luistermode. Het LFE-niveau dat u hier instelt, wordt toegepast op alle i.LINK(IEEE1394):DVD-Audio ingangssignalen. De beschikbare instellingen zijn –∞ dB, –20 dB, – 10 dB en 0 dB. De optie staat standaard op “0”. b. SB Mode (5ch) Deze optie kiest de enhancement mode voor weergave wanneer u een 5.1k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround back die u hier kiest, wordt toegepast op het i.LINK(IEEE1394):DVD-Audio ingangssignaal “*/2”. • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PLIIx Movie: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. • U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu. PLIIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Off(Standaard): speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is. c. Re-EQ Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. d. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 DVD-Audio afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als
“(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 DVD-Audio afspeelt. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround-luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 DVD-Audio afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. g. Surr Bk Speaker Met deze optie configureert u welke achterste surroundluidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 DVD-Audio afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
Nl-107
Setupmenu
Submenu i.LINK(IEEE1394):DVDAudio Input Setup
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg h. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 DVD-Audio afspeelt. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu i.LINK(IEEE1394): SACD Input Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een Super Audio-CD afspeelt doorgegeven van de i.LINK(AUDIO)-interface. Dit submenu verschijnt als het i.LINK(AUDIO) klemmenbord [A] is geplaatst. a. LFE Level Met deze optie kunt u het niveau instellen van de lage tonen voor de i.LINK(IEEE1394):SACD luister-mode. Het LFE-niveau dat u hier instelt, wordt toegepast op alle i.LINK(IEEE1394): SACD ingangssignalen. De beschikbare instellingen zijn –∞ dB, –20 dB, –10 dB en 0 dB. De optie staat standaard op “0”. b. SB Mode (5ch) Deze optie kiest de enhancement mode voor weergave wanneer u een 5.1k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround back die u hier kiest, wordt toegepast op het i.LINK(IEEE1394):SACD ingangssignaal “*/2”. • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PLIIx Movie: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. • U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu.
Nl-108
PLIIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Off (Standaard): speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is. c. Re-EQ Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. d. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een Super AudioCD afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een Super Audio CD afspeelt. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een Super Audio CD afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg g. Surr Bk Speaker
b. Late Night
Met deze optie configureert u welke achterste surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een Super Audio CD afspeelt. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
Met deze optie kunt u instellen hoe de Late Night-functie werkt (zie pag. 57). De instelling die u hier kiest, wordt toegepast op alle Dolby Digital ingangssignalen. Let erop dat de Late Night-instelling niet wordt vastgehouden en terugkeert naar “Off” nadat de RDC-7.1 op standby is gegaan. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. Off: schakelt de Late Night-functie uit. Low: maakt het volumebereik kleiner. High: maakt het volumebereik kleiner dan de “Low”instelling.
Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de RDC-7.1 een Super Audio CD afspeelt. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Met deze optie configureert u het Dolby EX effect wanneer u de bron afspeelt in Dolby Digital luister-mode. Auto: speelt automatisch een bron af met gebruikmaking van de Dolby EX mode wanneer er in de bron het Dolby Digital EX identificatiesignaal zit. Als dit signaal niet aanwezig is, wordt de instelling “SB Mode (5ch)” toegepast. Manual: de instelling van “SB Mode (5ch)” wordt toegepast ongeacht het identificatiesignaal van de Dolby Digital EX. d. SB Mode (5ch)
Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de Dolby Digital luister-mode.
Met deze optie kunt u de enhancement mode kiezen voor weergave wanneer u een 5.1k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround back die u hier kiest, wordt toegepast op het Dolby Digital ingangssignaal “*/2”. • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PLIIx Movie (Standaard): speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. • U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu. PLIIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Off: speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is.
a. LFE Level
e. Re-EQ
Met deze optie kunt u het niveau instellen van de lage tonen voor de Dolby Digital luister-mode. Het LFEniveau dat u hier instelt, wordt toegepast op alle Dolby Digital ingangssignalen. De beschikbare instellingen zijn –∞ dB, –20 dB, –10 dB en 0 dB. De optie staat standaard op “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld.
Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater.
Submenu Dolby Digital Setup
Nl-109
Setupmenu
h. Subwoofer
c. Dolby EX
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg f. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken voorste luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Digital luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. g. Center Speaker Deze optie configureert de te gebruiken middelste luidspreker wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Digital luister-mode. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. h. Surr L/R Sp Deze optie configureert de te gebruiken surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Digital luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. i. Surr Bk Speaker Deze optie configureert de te gebruiken achterste surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Digital luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”.
Nl-110
B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. j. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Digital luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu DTS Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de DTS luister-mode. a. LFE Level Met deze optie kunt u het niveau instellen van de lage tonen voor de DTS luister-mode. Het LFE-niveau dat u hier instelt, wordt toegepast op alle DTS ingangssignalen. De beschikbare instellingen zijn –∞ dB, –20 dB, – 10 dB en 0 dB. De optie staat standaard op “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. b. SB Mode (5ch) Met deze optie kunt u de enhancement mode kiezen voor weergave wanneer u een 5.1k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround back die u hier kiest, wordt toegepast op het DTS ingangssignaal “*/2”. • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PLIIx Movie: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
c. Re-EQ Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. d. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken voorste luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de DTS luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Deze optie configureert de te gebruiken middelste luidspreker wanneer de bron wordt afgespeeld in de DTS luistermode. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Deze optie configureert de te gebruiken surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de DTS luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
g. Surr Bk Speaker Deze optie configureert de te gebruiken achterste surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de DTS luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. h. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de DTS luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu AAC Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de AAC luister-mode. a. LFE Level Met deze optie kunt u het niveau instellen van de lage tonen voor de AAC luister-mode. Het LFE-niveau dat u hier instelt, wordt toegepast op alle AAC ingangssignalen. De beschikbare instellingen zijn –∞ dB, –20 dB, –10 dB en 0 dB. De optie staat standaard op “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. b. SB Mode (5ch) Deze optie kiest de enhancement mode voor weergave wanneer u een 5.1k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround back die u hier kiest, wordt toegepast op het AAC ingangssignaal “*/2”.
Nl-111
Setupmenu
• U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu. PLIIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. Off: speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used” in het Speaker Configuration submenu, dan wordt deze optie niet weergegeven. Dolby EX: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Digital EX mode. PL IIx Movie (Standaard): speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. • U kunt “PLIIx Movie” niet kiezen wanneer u (Speaker A) Surr Back instelt op “Main A 1ch (SBL)” in het Speaker Configuration submenu. PLIIx Music: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. NEO:6: speelt een 5.1k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 mode. Off: speelt een oorspronkelijke 5.1k bron af zoals deze is. c. Re-EQ Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. d. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken voorste luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de AAC luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Deze optie configureert de te gebruiken middelste luidspreker wanneer de bron wordt afgespeeld in de AAC luister-mode. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”.
Nl-112
A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Deze optie configureert de te gebruiken surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de AAC luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. g. Surr Bk Speaker Deze optie configureert de te gebruiken achterste surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de AAC luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • U kunt “A” of “B” selecteren als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het Speaker Configuration submenu verschillen. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. h. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de AAC luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een 2k ingangsbron afspeelt in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luister-mode. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Center” of “(Speaker A) Surr Back” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. • Is “(Speaker A) Surr Back” ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt de PLII mode gebruikt in plaats van de PLIIx mode. a. Surr Mode (2ch) Deze optie kiest de enhancement mode voor weergave wanneer u een 2k bron afspeelt als een 6.1 of hogere kanaalbron via de RDC-7.1. De instelling voor surround mode die u hier kiest, wordt toegepast op de Analog/ PCM en D.F. 2k ingangssignalen. • De optie “NEO:6 Music” is beschikbaar als “(Speaker A) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. PLIIx Movie (Standaard): speelt een 2k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Movie mode. PLIIx Music: speelt een 2k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Music mode. PLIIx Game speelt een 2k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de Dolby Pro Logic IIx Game mode. NEO:6: Cinema speelt een 2k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 Cinema mode. NEO:6: Music speelt een 2k bron af als een 6.1 of hogere kanaalbron met gebruikmaking van de DTS NEO:6 Music mode. b. PLIIx Music Panorama Met deze optie kunt u het panorama-effect configureren in de Dolby Pro Logic IIx Music mode. Hierdoor wordt het geluid in het horizontale vlak verspreid. On: het panorama-effect is ingeschakeld. Off (Standaard): het panorama-effect is uitgeschakeld. c. PLIIx Music Dimension Met deze optie kunt u de locatie van de geluidsruimte vooruit of achteruit verplaatsen tijdens de Dolby Pro Logic IIx Music mode. De optie staat standaard op “3”. De waarde “3” plaatst de geluidsruimte in het midden. Kiest u waarden tussen “2” en “0”, dan verplaatst de geluidsruimte naar achteren. Kiest u waarden tussen “4” en “6”, dan verplaatst de geluidsruimte naar voren. Tips: Krijgt u het gevoel dat de geluidsruimte te verspreid is of dat er te veel surround-effect is, verplaats de geluidsruimte dan naar voren om een betere balans te krijgen. Krijgt u het gevoel dat de geluidsruimte te veel op een mono bron lijkt of te smal is, verplaats de geluidsruimte dan naar achteren om een betere balans te krijgen.
d. PLIIx Music Center Width Met deze optie kunt u de breedte van het geluidsbeeld aanpassen die de middelste luidspreker bestrijkt tijdens de Dolby Pro Logic IIx Music mode. Speelt u de bron af in Dolby Pro Logic II mode en de middelste luidspreker is aangesloten op de, dan wordt het middelste signaal alleen maar uitgestuurd van de middelste luidsprekerRDC-7.1 (is de middelste luidspreker niet aangesloten, dan wordt het middelste signaal gelijkelijk verdeeld over de linker en rechter luidsprekers voor om een virtueel midden geluidsbeeld te creëren). Pas bij deze optie de balans van de uitvoer aan tussen de middelste luidspreker en de linker en rechter luidsprekers voor om de schaal van het middelste geluidsbeeld te bepalen. De beschikbare instellingen van deze optie zijn tussen 0 en 7. De standaardwaarde is “3”. e. NEO:6 Music Center Image U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. De DTS NEO:6 Music mode is een luister-mode waarin een bron met oorspronkelijk twee kanalen wordt afgespeeld als een bron met zes kanalen. In deze mode wordt het signaal voor het middelste signaal samengesteld uit signalen die tot op zekere hoogte worden afgetrokken van het linker en rechter kanaal voor. Met deze optie kunt u configureren hoeveel de signalen worden afgetrokken van het linker en rechter kanaal om het middelste geluidsbeeld te creëren. De beschikbare instellingen van deze optie zijn tussen “0” en “5”. De standaardwaarde is “2”. f. Re-EQ Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ effect al dan niet wordt toegepast. Gebruik dit effect als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): het effect wordt niet toegepast. On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. g. Front Speaker Deze optie configureert de te gebruiken voorste luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luistermode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn.
Nl-113
Setupmenu
Submenu Dolby Pro Logic IIx/DTS NEO:6 (Alleen 2k ingang) Setup
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg h. Center Speaker Deze optie configureert de te gebruiken middelste luidspreker wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luistermode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. i. Surr L/R Sp Deze optie configureert de te gebruiken surround luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luistermode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. j. Surr Bk Speaker Deze optie configureert de te gebruiken surround achter luidsprekers wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luister-mode. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. k. Subwoofer Deze optie configureert de te gebruiken subwoofer wanneer de bron wordt afgespeeld in de Dolby Pro Logic IIx luister-mode of de DTS NEO:6 luister-mode. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op
Nl-114
“Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu THX Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u het THX-effect toepast in de THX-mode. U kunt de opties in dit submenu instellen als “(Speaker A) Surr Back” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. a. Surround EX Met deze optie configureert u het Surround EX effect. Auto: speelt automatisch een bron af met gebruikmaking van de Surround EX mode wanneer er in de bron het Dolby Digital EX identificatiesignaal zit. Is het Dolby Digital EX identificatiesignaal niet aanwezig en is het signaal afkomstig van de multikanaalsbron, dan wordt de instelling “SB Mode (5ch)” toegepast. Komt het signaal van de tweekanaalsbron, dan wordt de instelling “SB Mode (2ch)” toegepast. Manual: de instelling “SB Mode (5ch)” wordt toegepast wanneer het signaal afkomstig is van de meerkanaalsbron ongeacht het Dolby Digital EX identificatiesignaal. Komt het signaal van de tweekanaalsbron, dan wordt de instelling “SB Mode (2ch)” toegepast. b. THX Mode (5ch) Met deze optie kunt u de THX-mode kiezen die de RDC-7.1 gaat gebruiken wanneer het apparaat het THX-effect toepast op het signaal. De THX-mode die u hier kiest, krijgt de voorkeur boven de SB Mode (5ch). • Wanneer de (Speaker A) Surr Back in het Speaker Configuration submenu is ingesteld op “Main A 1ch”, dan zijn de beschikbare opties “THX Cinema” en “SurroundEX”. THX Cinema: deze mode is geschikt voor bioscoopfilms die zijn opgenomen en gemonteerd met het oog op afspelen in een grote ruimte zoals een bioscoop. SurroundEX: de RDC-7.1 gaat automatisch over in THX Surround EX weergave-mode. Ultra2 Cinema (Standaard): in deze nieuwe mode voor THX Ultra2 speelt de RDC-7.1 muziek of film voor 5.1 kanalen af als een bron voor 7.1 of hogere kanalen. Music Mode: deze nieuwe mode voor de THX Ultra2 is geschikt voor een muziekbron. In deze mode speelt de RDC-7.1 een muziekbron voor 5.1 kanalen af als een bron voor 7.1 of hogere kanalen.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
c. THX Mode (2ch) Met deze optie kunt u de THX-mode kiezen die de RDC-7.1 gaat gebruiken wanneer het apparaat het THX-effect toepast op het signaal. THX Cinema: deze mode is geschikt voor bioscoopfilms die zijn opgenomen en gemonteerd met het oog op afspelen in een grote ruimte zoals een bioscoop. Games Mode: in deze nieuwe mode voor THX Ultra2 speelt de RDC-7.1 een spelletjesbron voor 2 kanalen af als een bron voor 7.1 of hogere kanalen. d. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer u de bron afspeelt met het THX-effect. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer u de bron afspeelt met het THX-effect. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer u de bron afspeelt met het THX-effect. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
g. Surr Bk Speaker Met deze optie configureert u welke surround achter luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer u de bron afspeelt met het THX-effect. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. h. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer u de bron afspeelt met het THX-effect. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu Mono Movie Setup/ Enhance Setup/Orchestra Setup/ Unplugged Setup/Studio-Mix Setup/ TV Logic Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de oorspronkelijke luister-mode van IntegraRESEARCH. U kunt de opties in dit submenu instellen als “(Speaker A) Surr L/R” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu.
Nl-115
Setupmenu
Games Mode: in deze nieuwe mode voor THX Ultra2 speelt de RDC-7.1 een spelletjesbron voor 5.1 kanalen af als een bron voor 7.1 of hogere kanalen.
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg a. Front Effect Met deze optie kunt u de galm uitzetten voor de voorste luidsprekers. Dit is nuttig als u live opnamen afspeelt die al live galm bevatten; toegevoegde galm vervaagt het oorspronkelijke geluid alleen maar. Als Front Effect is uitgeschakeld, krijgen de luidsprekers links voor, rechts voor en midden geen extra galm maar is de oorspronkelijke galm te horen. On (Standaard): het Front Effect is ingeschakeld en de galm wordt toegevoegd. Off: het Front Effect is uitgeschakeld. b. Reverb Level Met deze optie kunt u de hoeveelheid galm aanpassen aan uw luisteromgeving, het bronmateriaal en dergelijke. De beschikbare instellingen zijn Small, Mid en Large. De optie staat standaard op “Mid”. c. Reverb Time Met deze optie kunt u de tijd van de galm aanpassen aan uw luisteromgeving, het bronmateriaal en dergelijke. De beschikbare instellingen zijn Short, Mid en Long. De optie staat standaard op “Mid”. d. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. e. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. f. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr
Nl-116
L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. g. Surr Bk Speaker Met deze optie configureert u welke achterste surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. h. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu All Ch Stereo Setup/Full Mono Setup Met dit submenu kunt u de audio-effecten en weergaveopties configureren wanneer u een bron afspeelt in de All Ch Stereo luister-mode of de Full Mono luistermode. U kunt de opties in dit submenu instellen als “(Speaker A) Center” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu.
a. Re-EQ/Academy
e. Surr Bk Speaker
Met deze optie kunt u bepalen of het Re-EQ of Academy effect al dan niet wordt toegepast in de oorspronkelijke luister-mode van IntegraRESEARCH. Gebruik deze effecten als u de hoge tonen niet al te veel wilt benadrukken. Off (Standaard): de effecten worden niet toegepast. Re-EQ On: past de soundtrack aan waarin de hoge tonen te veel nadruk krijgen zodat het geluid wordt geoptimaliseerd voor het huistheater. Academy On: verlaagt het niveau van de hoge tonen en filtert het geluid wanneer de bron hoge tonen met nadruk bevat en te veel blaasgeluid zoals een oude film met monogeluid opgenomen op video.
Met deze optie configureert u welke achterste surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr Back” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker A) Surr Back” echter ingesteld op “Bi-Amp for Front” of “Not Used”, dan wordt deze instelling niet weergegeven. • Als de instellingen voor “(Speaker A) Surr Back” en “(Speaker B) Surr Back” in het submenu Speaker Configuration verschillend zijn, zijn de beschikbare opties “A” en “B”. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround achter luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
b. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. c. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. d. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”.
f. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A. B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave.
Submenu Dolby Virtual Speaker Setup Met dit submenu kunt u de weergave-opties configureren wanneer u het Dolby Virtual Speaker-effect gebruikt. a. Mode (alleen maar 2k of 3k) Met deze optie kunt u de breedte configureren van een virtueel geluidsbeeld dat met twee of drie luidsprekers wordt gesimuleerd terwijl u het Dolby Virtual Speakereffect gebruikt. Wide: de breedte van het geluidsbeeld wordt benadrukt. Reference (Standaard): het algemeen 5.1k surroundgeluid wordt gesimuleerd.
Nl-117
Setupmenu
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg
Listening Mode Setup (Luister-mode instellen)—Vervolg b. Front Speaker Met deze optie configureert u welke voorste luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Front L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de voorste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. Deze optie is niet beschikbaar als de voorste luidsprekers in Bi-amp-configuratie zijn. c. Center Speaker Met deze optie configureert u welke middelste luidspreker er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidspreker die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Center” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de middelste luidspreker die is geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de middelste luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. d. Surr L/R Sp Met deze optie configureert u welke surround luidsprekers er moeten worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Selecteer de luidsprekers die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker B) Surr L/R” is ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu. A (Standaard): stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A”. B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker B”. A+B: stuurt de bron uit de surround luidsprekers die zijn geconfigureerd op “Speaker A” en “Speaker B”. e. Subwoofer Met deze optie configureert u welke subwoofer er moet worden gebruikt wanneer de bron wordt afgespeeld. Kies de aansluiting waarop de subwoofer is aangesloten die u wilt gebruiken. U kunt deze instelling maken als “(Speaker A) Subwoofer” niet is ingesteld op “Not Used” in het Speaker Configuration submenu. Is “(Speaker B) Subwoofer” echter niet ingesteld op “Main A” in het Speaker Configuration submenu, dan zijn de beschikbare mogelijkheden “A” of “Not Used”. A (Standaard): stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT A.
Nl-118
B: stuurt de bron alleen uit de subwoofer die is aangesloten op de aansluiting van de SUBWOOFER PRE OUT B. A+B: stuurt de bron uit de subwoofers die zijn aangesloten op de aansluitingen van de SUBWOOFER PRE OUT A en SUBWOOFER PRE OUT B. Not Used: Er worden geen subwoofers gebruikt voor weergave. In Zone 2 kunt u de volgende opties instellen. a. Mode Met deze optie kunt u de breedte configureren van een virtueel geluidsbeeld dat met twee luidsprekers wordt gesimuleerd terwijl u het Dolby Virtual Speaker-effect gebruikt. Wide: de breedte van het geluidsbeeld wordt benadrukt. Reference (Standaard): het algemeen 5.1k surroundgeluid wordt gesimuleerd. b. Decode (2ch) Met deze optie kunt u de decode-mode selecteren voordat het Dolby Virtual Speaker-effect wordt toegepast. Dolby Pro Logic II: het Dolby Virtual Speaker-effect wordt toegepast nadat het signaal is gedecodeerd met Dolby Pro Logic II. DTS NEO:6: het Dolby Virtual Speaker-effect wordt toegepast nadat het signaal is gedecodeerd met DTS NEO:6.
Submenu Dolby Headphone Setup Met dit submenu kunt u de Dolby Headphone-functie inschakelen en uitschakelen bij het gebruik van een koptelefoon. a. Mode On (Standaard): schakelt de Dolby Headphone-functie in. Off: schakelt de Dolby Headphone-functie uit.
Audio Adjust (Afstemmen van het geluid) U kunt de lage tonen, hoge tonen en de tonen in het middengebied aanpassen voor elke luidsprekerset. • Voor luidsprekers die zijn ingesteld op “Not Used” in het submenu Speaker Configuration, wordt geen instellingsoptie weergegeven. Front Bass Met deze optie kunt u de lage tonen van de voorste L/R luidsprekers aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. Front Mid Met deze optie kunt u de tonen in het middengebied van de voorste L/R luidsprekers aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. Front Treble Met deze optie kunt u de hoge tonen van de voorste L/R luidsprekers aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Deze optie kan ook voor Zone 2 worden ingesteld. Center Bass Met deze optie kunt u de lage tonen van de middelste luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Center Mid Met deze optie kunt u de tonen in het middengebied van de middelste luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Center Treble
intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Surr L/R Treble Met deze optie kunt u de hoge tonen van de surround L/ R luidsprekers aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Surr Bk Bass Met deze optie kunt u de lage tonen van de achterste surround luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt deze optie niet weergegeven. Surr Bk Mid Met deze optie kunt u de tonen in het middengebied van de achterste surround luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt deze optie niet weergegeven. Surr Bk Treble Met deze optie kunt u de hoge tonen van de achterste surround luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. • Indien “Surr Back” is ingesteld op “Bi-Amp for Front” op het submenu Speaker Configuration, wordt deze optie niet weergegeven. Subwoofer Bass Met deze optie kunt u de lage tonen van de subwoofer aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”.
Met deze optie kunt u de hoge tonen van de middelste luidspreker aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Surr L/R Bass Met deze optie kunt u de lage tonen van de surround L/ R luidsprekers aanpassen. Stel in op intervallen van 1 dB in een bereik van –12 dB tot en met +12 dB. De standaardinstelling is “0”. Surr L/R Mid Met deze optie kunt u de tonen in het middengebied van de surround L/R luidsprekers aanpassen. Stel in op
Nl-119
Setupmenu
Submenu Tone Control
Preference (Voorkeuren) Met dit menu kunt u de instellingen van de luister-mode configureren inclusief audio-effecten en weergave-opties.
Submenu Volume Setup a. Volume Display U kunt voor de.geluidssterkteweergave wisselen tussen een absolute waarde en een relatieve waarde. Absolute (absolute waarde): weergave in een bereik van 0 tot en met 100. Relative (relatieve waarde) (standaard): Weergave in een bereik van –∞ dB, –81,5 dB, –80 dB......18,0 dB. Een absolute waarde van 82 is gelijk aan een relatieve sterktewaarde van 0 dB. b. Muting Level U kunt het geluidssterkteniveau aanpassen van gedempte geluiden. Stel in met intervallen van 10 dB in een bereik van – ∞ dB en –50 dB tot en met –10 dB. De standaardinstelling is “– ∞”. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. c. Maximum Volume U kunt het maximum sterkteniveau instellen van de uitsturing om te voorkomen dat geluiden te hard worden. Stel in met intervallen van 0,5 in een bereik van 50,0 tot 99,5 wanneer u weergeeft in absolute waarden. Stel in met intervallen van 0,5 dB in een bereik van –32 dB tot +17,5 dB wanneer u weergeeft in relatieve waarden. Wilt u geen specifieke waarde instellen laat deze optie dan “Off”, de standaardinstelling. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. d. Power On Volume U kunt een vast sterkteniveau van geluidsuitsturing instellen wanneer de RDC-7.1 wordt aangezet. Stel in met intervallen van 0,5 in een bereik van 0 tot en met 100 wanneer u weergeeft in absolute waarden. Stel in met intervallen van 0,5 dB in een bereik van – ∞ dB en –81,5 dB tot en met +18,0 dB (Max) wanneer u weergeeft in relatieve waarden. Kies “Last” als u de instelling van een gekozen sterkteniveau wilt vasthouden wanneer het apparaat in standby gaat. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A.
Submenu Headphone Level Setup a. Headphone Level Wanneer het sterkteniveau verschilt tussen luidsprekers en koptelefoons, dan kunt u vooraf de sterkte van de koptelefoons nauwkeurig regelen. Stel het volume af in intervals van 0,5 dB binnen een bereik van –12 dB tot +12 dB.
Submenu OSD Setup Dit submenu verschijnt als het video-klemmenbord [H] en [I] is geplaatst. a. Component Video Geef op of het On Screen Display (OSD) op het scherm moet worden weergegeven als zowel het bronapparaat
Nl-120
en de TV/projector zijn aangesloten op de component videoklemmen. Deze optie kan worden ingesteld voor Main A en Main B. OSD On (Standaard): OSD wordt weergegeven. OSD Off: OSD wordt niet weergegeven. b. Immediate Display Geef op of de beschrijving van de bediening al dan niet moet worden weergegeven op het scherm terwijl u de RDC-7.1 bedient (wanneer het component videosignaal wordt verzonden, wordt niets weergegeven als de instelling On is). Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. On (Standaard): Weergegeven. Off: Niet weergegeven. c. Display Position Geef de positie op waar de Immediate Display moet worden weergegeven. U kunt de weergave instellen op één van de tien posities van Top tot Bottom van het scherm. Standaard wordt Bottom van het scherm ingesteld. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. d. Scan Mode Geef op of het videosignaal al dan niet met Interlace mode moet worden verzonden. Interlaced: Stuurt met interlace mode. Non-Interlaced: Stuurt niet met interlace mode. e. Net-Tune OSD Display Dit submenu verschijnt als het ETHERNET-klemmenbord [B] (voor Net Audio) is geplaatst. Geef op of de beschrijving van de bediening al dan niet moet worden weergegeven op het scherm terwijl u NetTune gebruikt (wanneer het component videosignaal wordt verzonden, wordt niets weergegeven als de instelling On is). Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A. On (Standaard): Weergegeven. Off: Niet weergegeven.
Submenu OSD Position Met dit submenu kunt u de positie kiezen waarop het menu OSD Setup op uw scherm wordt weergegeven. Dit submenu verschijnt als het video-klemmenbord [H] en [I] is geplaatst. Afhankelijk van het gebruikte scherm, kunnen er gevallen zijn waarin het menu OSD Setup niet op het midden van het scherm verschijnt en er delen van het menu wegvallen. Om de positie van het menu OSD Setup te veranderen, drukt u op de cursorknoppen om het menu in de gewenste positie te brengen. Deze optie kan worden ingesteld voor zowel Main B en Zone 2 als voor Main A.
i.LINK Setup Dit menu kan worden gebruikt bij het aansluiten van een IntegraRESEARCH i.LINK (AUDIO)-apparaat.
Submenu Wakeup Setup a. Wakeup on i.LINK (IEEE1394) Geef de aansluitconditie op bij de standbystand van de RDC-7.1. Enable: Aangesloten laten. Disable (Standaard): Losmaken terwijl de RDC-7.1 op standby is om elektriciteit te sparen.
Met deze functie ingeschakeld, worden audiosignalen van SACD uitgevoerd door i.LINK als er geen bron is geselecteerd voor Zone 2, of het wordt uitgevoerd in analoog formaat als er een bron is geselecteerd voor Zone 2. Enable: Schakelt de functie DVD-uitgang voor Zone 2 in. Disable (Standaard):Schakelt de functie DVD-uitgang voor Zone 2 uit.
Submenu OSD for DVD a. OSD for DVD
Setupmenu
U kunt het OSD-scherm van de RDC-7.1 op het televisiescherm weergeven zelfs als een DVD-speler direct is verbonden met de TV, als de DVD-speler een IntegraRESEARCH i.LINK (AUDIO)-apparaat is. In dit geval, gebruik de i.LINK-kabel om de aansluiting van de i.LINK (AUDIO) op de RDC-7.1 en de aansluiting van de i.LINK (AUDIO) op de DVD-speler te verbinden. Disable (Standaard): Selecteer dit om weergave van het OSD-scherm te blokkeren. Left: Selecteer dit om het OSD-scherm aan de linkerkant van het televisiescherm weer te geven. Right: Selecteer dit om het OSD-scherm aan de rechterkant van het televisiescherm weer te geven. b. Select DVD Selecteer de naam van het apparaat dat het OSD-scherm moet weergeven. Gebruik daarvoor de [ ]/[ ]-cursorknoppen als er meer dan één IntegraRESEARCH i.LINK (AUDIO)-apparaat verbonden is aan de RDC-7.1. Deze optie verschijnt niet wanneer “Disable” is geselecteerd in de OSD als DVD-instelling (OSD for DVD).
Submenu OSD for DVD (Zone 2) Bij het luisteren in Zone 2, is dezelfde instelling als hierboven beschikbaar.
Submenu System Control Setup a. i.LINK Selector Change Met dit menu kunt u de functie i.LINK Selector Change in- of uitschakelen. Als er een i.LINK (AUDIO)-enableapparaat wordt gebruikt om af te spelen, schakelt deze functie de ingangsbron over naar de bron die is toegewezen aan het apparaat. Enable: Schakelt de functie i.LINK Selector Change in. Disable (Standaard):Schakelt de functie i.LINK Selector Change uit. b. DVD Output for Zone 2 Deze optie wisselt automatisch de i.LINK Audio-uitgang van DVD-spelers van IntegraRESEARCH/Onkyo.
Nl-121
Network Setup Dit menu verschijnt als het ETHERNET-klemmenbord [B] (voor Net Audio) is geplaatst. Als u een breedband-router (DHCP-functie) gebruikt, hoeft u “7. Network Setup” niet uit te voeren omdat de DHCPfunctie op de standaard op “Enable” staat RDC-7.1. Als de DHCP-functie voor de breedband-router is ingesteld op “Disable”, moet u de Network Setup uitvoeren. In dat geval dient u over netwerkkennis te beschikken. DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) en Auto IP zijn de mechanismes die automatisch netwerkinstellingen invoeren zoals een IP-adres op een netwerkapparaat zoals de RDC-7.1, een PC en een breedbandrouter. DNS (Domain Name System) is het mechanisme dat een domeinnaam omzet, zoals “www.jp.onkyo.com/” dat wordt gebruikt om naar een homepage te bladeren, naar een IP-adres zoals “210.199.170.69” dat wordt gebruikt in de feitelijke communicatie.
Submenu IP Address a. DHCP Settings Geef op of DHCP al dan niet automatisch wordt ingesteld. Enable (Standaard): Schakelt de DHCP-functie in. Disable: Schakelt de DHCP-functie uit. b. IP Address Geef op als “Disable” is geselecteerd in “a. DHCP Settings”. Als een xDSL-modem of een terminal adapter rechtstreeks aangesloten is op de RDC-7.1, voer het IPadres in dat uw ISP heeft gegeven. Gebruik het volgende formaat om het IP-adres in te voeren. U kunt de net-audiofunctie niet gebruiken met een IP-adres dat niet in het volgende formaat is. CLASS A: 10.0.0.0–10.255.255.255 CLASS B: 172.16.0.0–172.31.255.255 CLASS C: 192.168.0.0–192.168.255.255 c. SUBNET Mask Geef op als “Disable” is geselecteerd in “a. DHCP Settings”. Als een xDSL-modem of een terminal adapter rechtstreeks aangesloten is op de RDC-7.1, voer de subnet mask in die uw ISP heeft gegeven. Normaal gesproken is de subnet mask “255.255.255.0”. d. Gateway Geef op als “Disable” is geselecteerd in “a. DHCP Settings”. Als een xDSL-modem of een terminal adapter rechtstreeks aangesloten is op de RDC-7.1, voer het gateway-adres in dat uw ISP heeft gegeven. e. DNS Server 1, DNS Server 2 Geef op als “Disable” is geselecteerd in “a. DHCP Settings”. Als een xDSL-modem of een terminal adapter rechtstreeks aangesloten is op de RDC-7.1, voer het DNS-adres in dat uw ISP heeft gegeven. Voer het IPadres in van de gateway als het apparaat is aangesloten op een gateway (router). Als u een enkel DNS-adres krijgt, voert u het adres in “e. 1st” in. Als u twee of meer adressen krijgt, voert u er een in “f. 2nd”.
Submenu Proxy Geef op wanneer u een proxyserver gebruikt voor verbinding met het Internet. a. Proxy Server Sommige ISP’s (Internet service providers) gebruiken een proxyserver om verbinding te maken met het Internet. Houd u in dit geval aan de aanwijzingen op schrift van de aanbieder om de proxy in te stellen. Enable: Schakelt de proxyserver-functie in. Disable (Standaard): Schakelt de proxyserver-functie uit. b. Proxy URL Input Voer de domeinnaam van de proxy server in. Als “Disable” is ingesteld voor “a. Proxy Server”, selecteer deze optie en druk op de [Enter]-knop om de RDC-7.1 in de mode voor tekeninvoer te zetten. Druk op de [ ]/[ ]/ [ ]/[ ]-knoppen om cijfers te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. Nadat alle benodigde cijfers zijn ingevoerd, verlaat de mode voor tekeninvoer. c. Proxy Port Voer het poortnummer in van de proxy server. Als “Disable” is ingesteld voor “a. Proxy Server”, selecteer deze optie en druk op de [Enter]-knop om de RDC-7.1 in de mode voor tekeninvoer te zetten. Druk op de [ ]/ [ ]/[ ]/[ ]-knoppen om cijfers te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. Nadat alle benodigde cijfers zijn ingevoerd, verlaat de mode voor tekeninvoer. Opmerking: Nadat de benodigde instellingen zijn uitgevoerd, drukt u op de [Return]-knop om terug te gaan naar het menu Network Setup. Gebruik de cursorknoppen [ ]/[ ] om “→Save Settings” te selecteren en druk daarna op de [ ]-knop om de instellingen op te slaan. Het kost een paar seconden om de gegevens op te slaan nadat u klaar bent met de instellingen. Schakel tijdens het opslaan van gegevens de stroom niet uit, anders zullen de gegevens verloren gaan.
Submenu MAC Address a. MAC Address Bevestig het MAC-adres van uw PC. U kunt het MACadres niet wijzigen.
Nl-122
Submenu Client Het systeem dat gegevens stuurt is een server, terwijl de machine die de gegevens ontvangt een “client” is. U kunt meer dan een client verbinden met een enkele server. Net-Tune Central beschouwt de RDC-7.1 als een client. a. Client Name Bevestig de naam van de client die op het Net-Tune-systeem wordt gebruikt. De clientnaam wordt door de RDC-7.1 toegewezen. U kunt de toegewezen naam niet wijzigen. b. Wakeup on LAN Geef de netwerkconditie op bij de standbystand van de RDC-7.1. Enable: Aangesloten laten. Disable: Losmaken terwijl de RDC-7.1 op standby is om elektriciteit te sparen. c. NTSP Port Geef de TCP/IP-poort op die gebruikt wordt voor de communicatie met Net-Tune Central. Deze instelling bepaalt de poort voor onderlinge communicatie en moet overeenkomen met de instelling van de Net-Tune Central. Wijzig het poortnummer alleen als dit absoluut noodzakelijk is. Druk op de [ ]/[ ]/[ ]/[ ]-knoppen om cijfers te selecteren en druk daarna op de [Enter]-knop. Nadat alle benodigde cijfers zijn ingevoerd, verlaat de mode voor tekeninvoer. Opmerking: Nadat de benodigde instellingen zijn uitgevoerd, drukt u op de [Return]-knop om terug te gaan naar het menu Network Setup. Gebruik de [ ]/[ ]-knoppen om “→ Save Settings” te selecteren en druk vervolgens op de [ ]-knop om de instellingen op te slaan die zijn beschreven in “Network Setup” op pagina’s 122 en 123. Het kost een paar seconden om de gegevens op te slaan nadat u klaar bent met de instellingen. Schakel tijdens het opslaan van gegevens de stroom niet uit, anders zullen de gegevens verloren gaan. Specificaties Ethernetpoort: 10BASE-T Bestandstype: MP3, WMA, WAV (Ondersteunt het niet comprimeerde formaat en schakelfrequentie van 32, 44,1, 48 kHz). (WMA-bestanden met beschermde inhoud kunnen niet worden afgespeeld).
Lock/Version Setup Met de volgende submenu’s kunt u uw instellingen vergrendelen of de software-versie van de RDC-7.1 weergeven.
Submenu Lock Setup a. Lock U kunt alle menu’s voor instellingen vergrendelen om te voorkomen dat instellingen per ongeluk worden gewijzigd. Locked: Door de stroom in- en uit te schakelen wordt de instelling van het moment van de vergrendeling weer gebruikt, daarna aangebrachte wijzigingen worden genegeerd. Unlocked (Standaard): Geen vergrendeling op instellingen.
Submenu Firmware Version Dit hoofdstuk gaat over de bevestiging van de firmwareversie voor elk programma dat op dit moment geïnstalleerd is in uw RDC-7.1. (Er is geen procedure om de firmware bij te werken). a. Master version Bevestig de firmware-versie voor het hoofdprogramma. b. i.LINK(IEEE1394) version Bevestig de firmware-versie voor i.LINK. Deze optie verschijnt als het i.LINK(AUDIO) klemmenbord [A] is geplaatst. c. Net-Tune version Bevestig de firmware-versie voor het Net-Tune programma. Dit submenu verschijnt als het ETHERNETklemmenbord [B] (voor Net Audio) is geplaatst. d. HDMI version Bevestig de firmware-versie voor HDMI. Deze optie verschijnt als het HDMI-klemmenbord [L] is geplaatst.
Nl-123
Setupmenu
Network Setup—Vervolg
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen De RC-554M/555M afstandsbediening is een handig instrument, niet alleen om de RDC-7.1 te bedienen, maar ook voor bediening van alle andere apparaten van uw huistheater. Druk op de [Mode]-knop en gebruik het bladerwiel om het apparaat te selecteren dat u wilt bedienen, om met de afstandsbediening RC-554M/555M andere apparaten te bedienen dan de RDC-7.1. Voordat u een digitaal apparaat kunt bedienen met de RC-554M/555M zoals de satelliettuner, kabel-TV, VCR en TV, moet u de codes voor afstandsbediening van het te bedienen digitale apparaat invoeren in de RC-554M/555M. Er zijn twee methodes. De eerste methode bestaat uit het selecteren van de naam van een ander merk uit de tabel, invoer van het instellingsnummer in de lijst en oproep van de voorprogrammeercode (zie pag.130 ). De andere methode bestaat uit het zenden van de commando’s van de afstandsbediening van het andere merk direct door naar deze afstandsbediening (zie pag. 136).
DVD-mode De DVD-mode wordt gebruikt om een IntegraRESEARCH/Onkyo DVD-speler te bedienen, die is aangesloten op de RDC-7.1 via . Om de DVD-mode te selecteren, drukt u op de [Mode]-knop en draait u vervolgens aan het bladerwiel totdat “DVD” op het display verschijnt. Opmerking: Als de [Input]-knop en de [Mode]-knop niet zijn verlicht, dan wijzigt u de ingangsbron en de mode van de afstandsbediening tegelijkertijd als u met het bladerwiel draait (zorg ervoor dat het LCD-scherm op bovenste en onderste regel “DVD” heeft staan, als u de DVD mode binnengaat). Bladerwiel
IntegraRESEARCH/Onkyo producten via de -aansluiting bedienen
On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Sleep Top
+
M en
rv Se
Druk op de [Mode]-knop.
u
er
CH
Men u Aud io
VOL
E xi
Prev CH
A
Enter
Disc
1
Re
t
turn
Gu
ide
Setu
p
Display
2
3
Nl-124
Draai aan het bladerwiel om uw favoriete mode te selecteren. • Als u de IntegraRESEARCH/Onkyo DVDspeler bedient, selecteert u “DVD”. • Als u de Onkyo CD-speler bedient, selecteert u “CD”. • Als u de Onkyo MD-speler bedient, selecteert u “MD”. • Als u het Onkyo cassettetapedeck bedient, drukt u op het bladerwiel om “AMP” weer te geven. Richt de afstandsbediening op het voorpaneel van de RDC-7.1, en druk op de juiste knoppen voor uw bediening.
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
DJ
Als u uw -compatibele IntegraRESEARCH/Onkyo CD-speler, MD-recorder, DVD-speler of cassetterecorder op de RDC-7.1 aansluit via de , kunt u het systeem bedienen met de afstandsbediening van de RDC-7.1 door deze op de RDC-7.1 te richten. U hoeft geen speciale codes of programma’s in te voeren, met kunt u deze apparaten snel en gemakkelijk bedienen. Zie pagina 45 voor meer informatie over het aansluiten. Opmerking: Om de -functie te gebruiken, moet u een -verbinding en een analoge RCA/phono-verbinding tussen het AV-apparaat en de RDC-7.1 maken, ook als ze digitaal verbonden zijn.
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Random
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Ar tist
Location
RC-554M RC-555M
Genre
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen—Vervolg
2 3
4
5 6
7 8
9
0
A
B C D
Deze knop wordt gebruikt om de DVD-speler in te schakelen. Standby-knop Deze knop wordt gebruikt om de DVD-speler op standby te zetten. Cijfer-/letterknoppen Deze knoppen worden gebruikt om titel, hoofdstuk, tracknummers en tijdstippen in te voeren. Met behulp van deze tijdstippen kunt u later bepaalde punten in de tijd terugvinden. Mode-knop Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “DVD” op het display verschijnt. Top Menu-knop Deze knop wordt gebruikt om het topmenu van een DVD te selecteren. Omhoog/Omlaag/Links/Rechts [ ]/[ ]/ [ ]/[ ] en Enter-knop Deze knoppen worden gebruikt om door de DVDmenu’s en door de instelmenu’s op het scherm van de DVD-speler te navigeren. De [Enter]-knop wordt gebruikt om het afspelen van de geselecteerde titel, hoofdstuk of track te starten en om instellingen te bevestigen. CH/Disc +/–-knop Deze knop wordt gebruikt om discs op een DVDwisselaar te selecteren. Return/Exit-knop Deze knop wordt gebruikt om het instelmenu op het scherm van de DVD-speler te verlaten en het afspelen van het menu opnieuw te starten. Display-knop Deze knop wordt gebruikt om informatie over huidige disc, titel, hoofdstuk of track, inclusief de verstreken tijd, resterende tijd, totale tijd, enz., weer te geven. Vorige/Volgende [ ]/[ ]-knoppen De knop Vorige [ ] wordt gebruikt om het vorige hoofdstuk of track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert deze knop het begin van het huidige hoofdstuk of track. De knop Volgende [ ] wordt gebruikt om het volgende hoofdstuk of track te selecteren. FR/FF [ ]/[ ]-knoppen De FR [ ]-knop wordt gebruikt om snel terugspoelen te starten. De FF [ ]-knop wordt gebruikt om snel vooruitspoelen te starten. Pauze [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de DVD te pauzeren. Stap/Langzaam [ ]/[ ]-knoppen Deze knoppen worden gebruikt om beeld-voorbeeld en in slowmotion af te spelen. Subtitle-knop Deze knop wordt gebruikt om ondertitels te selecteren.
E Audio-knop
F G H I J K
L M N O
P Q R S T
U
V
Deze knop wordt gebruikt om soundtracks in een andere taal en audioformaat (bijvoorbeeld Dolby Digital of DTS) te selecteren. Repeat-knop Deze knop wordt gebruikt om de functie afspelen herhalen in te stellen. A-B-knop Deze knop wordt gebruikt om de functie A-B afspelen herhalen in te stellen. Openen/Sluiten [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om de disc-lade te openen en te sluiten. LIGHT-knop Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen van de afstandsbediening in of uit te schakelen. Clear-knop Deze knop wordt gebruikt om functies te annuleren en ingevoerde cijfers te wissen. Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “DVD” op het display verschijnt. Menu-knop Deze knop wordt gebruikt om het menu van een DVD te selecteren. VOL -knop Deze knop wordt gebruikt om het volume van de RDC-7.1 in te stellen. Setup/Guide-knop Deze knop wordt gebruikt om de instelmenu’s op het scherm van de DVD-speler te openen. Muting-knop Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld. Afspelen [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de DVD te starten. Stop [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de DVD te stoppen. Random-knop Deze knop wordt voor de functie random afspelen gebruikt. Angle-knop Deze knop wordt gebruikt om verschillende camerahoeken te selecteren. Last Memory-knop Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie laatste, waarmee het afspelen van de DVD kan worden gestart op de plaats waar u de laatste keer bent gestopt. Memory-knop Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie afspelen, waarmee u een aangepaste afspeellijst met titels, hoofdstukken of tracks kunt samenstellen. Search-knop Deze knop wordt gebruikt om naar titels, hoofdstukken, tracks en bepaalde punten in de tijd te zoeken.
Nl-125
Gebruik afstandsbediening
1 On-knop
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen—Vervolg CD-mode De CD-mode wordt gebruikt om een Onkyo CD-speler te bedienen, die op de RDC-7.1 is aangesloten via de . Om de CD-mode te selecteren, drukt u op de [Mode]-knop en draait u vervolgens aan het bladerwiel totdat “CD” op het display verschijnt. Opmerking: Als de [Input]-knop en de [Mode]-knop niet zijn verlicht, dan wijzigt u de ingangsbron en de mode van de afstandsbediening tegelijkertijd als u met het bladerwiel draait (zorg ervoor dat het LCD-scherm op bovenste en onderste regel “CD” heeft staan, als u de CD-mode binnengaat). Bladerwiel
On
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
-
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
+10
0
WXYZ
T V VOL
Clear # Direct Tuning
--/---
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Sleep
Dimmer TV Input
Top
rv Se
u
er
Men u Aud io
CH
Enter
Disc
VOL
E xi
Prev CH
A DJ
+
M en
Re
t
turn
Gu
ide
S etu
p
Display
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
DSP
Level + Genre
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Playlist
Album
Ar tist
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
RC-554M RC-555M
Nl-126
Random
Cijfers in een vierkantjes zijn voor MiniDisc-mode (Zie pag. 127). 1 On-knop Deze knop wordt gebruikt om de CD-speler aan of op standby te zetten. 2 Cijfer-/letterknoppen Deze knoppen worden gebruikt om de nummers van tracks in te voeren. 3 Mode-knop Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “CD” op het display verschijnt. 4 CH/Disc +/–-knop Deze knop wordt gebruikt om discs op een CD-wisselaar te selecteren. 5 Display-knop Deze knop wordt gebruikt om informatie over huidige disc of track, inclusief de verstreken tijd, resterende tijd, totale tijd, enz., weer te geven. ]/[ ]-knoppen 6 Vorige/Volgende [ De knop Vorige [ ] wordt gebruikt om de vorige track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert deze knop het begin van de huidige track. De knop Volgende [ ] wordt gebruikt om de volgende track te selecteren. 7 FR/FF [ ]/[ ]-knoppen De FR [ ]-knop wordt gebruikt om snel terugspoelen te starten. De FF [ ]-knop wordt gebruikt om snel vooruitspoelen te starten. 8 Pauze [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de CD te pauzeren. 9 Repeat-knop Deze knop wordt gebruikt om de functie afspelen herhalen in te stellen. 0 Openen/Sluiten [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om de disc-lade te openen en te sluiten. A LIGHT-knop Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen van de afstandsbediening in of uit te schakelen. B Clear-knop Deze knop wordt gebruikt om functies te annuleren en ingevoerde cijfers te wissen. C Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “CD” op het display verschijnt. D VOL -knop Deze knop wordt gebruikt om het volume van de RDC-7.1 in te stellen. E Muting-knop Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen—Vervolg ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de CD te starten.
G Stop [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de CD te stoppen.
H Random-knop Deze knop wordt voor de functie random afspelen gebruikt.
I Memory-knop Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie afspelen, waarmee u een aangepaste afspeellijst met tracks kunt samenstellen.
MiniDisc-mode De MiniDisc-mode wordt gebruikt om een Onkyo MiniDisc-recorder te bedienen, die via RDC-7.1 is aangesloten op de . Om de MiniDisc-mode te selecteren, drukt u op de [Mode]-knop en draait u vervolgens aan het bladerwiel totdat “MD” op het display verschijnt. Opmerking: Als de [Input]-knop en de [Mode]-knop niet zijn verlicht, dan wijzigt u de ingangsbron en de mode van de afstandsbediening tegelijkertijd als u met het bladerwiel draait (Als u “TAPE2” selecteert als de bovenste regel, verschijnt “MD” op de onderste regel).
1 On-knop Deze knop wordt gebruikt om de MiniDisc-recorder aan of op standby te zetten.
2 Cijfer-/letterknoppen Deze knoppen worden gebruikt om tracknummers en tijdstippen in te voeren. Met behulp van deze tijdstippen kunt u later bepaalde punten in de tijd terugvinden.
3 Mode-knop Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “MD” op het display verschijnt.
4 Display-knop Deze knop wordt gebruikt om informatie over huidige disc of track, inclusief de verstreken tijd, resterende tijd, totale tijd, enz., weer te geven.
7 Pauze [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de MiniDisc te pauzeren.
8 Rec [●]-knop Deze knop wordt gebruikt om MiniDisc-opname te starten.
9 Repeat-knop Deze knop wordt gebruikt om de functie afspelen herhalen in te stellen.
0 Uitwerp [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om de MiniDisc uit te werpen.
A LIGHT-knop Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen van de afstandsbediening in of uit te schakelen.
B Clear-knop Deze knop wordt gebruikt om functies te annuleren en ingevoerde cijfers te wissen.
C Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “TAPE2” op het display verschijnt.
D VOL
-knop Deze knop wordt gebruikt om het volume van de RDC-7.1 in te stellen.
E Muting-knop Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
F Afspelen [
]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de MiniDisc te starten.
G Stop [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de MiniDisc te stoppen.
H Random-knop Deze knop wordt voor de functie random afspelen gebruikt.
I Memory-knop Deze knop wordt gebruikt voor de geheugenfunctie afspelen, waarmee u een aangepaste afspeellijst met tracks kunt samenstellen.
5 Vorige/Volgende [
]/[ ]-knoppen De knop Vorige [ ] wordt gebruikt om de vorige track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert deze knop het begin van de huidige track. De knop Volgende [ ] wordt gebruikt om de volgende track te selecteren.
6 FR/FF [
]/[ ]-knoppen De FR [ ]-knop wordt gebruikt om snel terugspoelen te starten. De FF [ ]-knop wordt gebruikt om snel vooruitspoelen te starten.
Nl-127
Gebruik afstandsbediening
F Afspelen [
IntegraRESEARCH/Onkyo producten met de afstandsbediening bedienen—Vervolg 1 Mode-knop
Tape-mode De tape-mode wordt gebruikt om een Onkyo cassetterecorder te bedienen, die op de RDC-7.1 is aangesloten via de . Om Tape mode te selecteren drukt u op het bladerwiel waardoor u uw afstandsbediening in “AMP” mode brengt. Opmerking: Als de [Input]-knop en de [Mode]-knop niet zijn verlicht, dan wijzigt u de ingangsbron en de mode van de afstandsbediening tegelijkertijd als u met het bladerwiel draait (Als u “TAPE1” selecteert als de bovenste regel, verschijnt “AMP” op de onderste regel). Bladerwiel
Deze knop wordt samen met het bladerwiel gebruikt om de afstandsbedieningsmodes te selecteren. Druk op het bladerwiel totdat “AMP” op het display verschijnt.
2 Vorige/Volgende [
]/[ ]-knoppen De knop Vorige [ ] wordt gebruikt om de vorige track te selecteren. Tijdens het afspelen selecteert deze knop het begin van de huidige track. De knop Volgende [ ] wordt gebruikt om de volgende track te selecteren. De Volgende/Vorige [ ]/[ ]-knoppen werken wellicht niet goed met sommige cassettetapes. Dit hangt af van de manier waarop de tapes zijn opgenomen.
3 Terugspoelen/FF [
On
]/[ ]-knoppen De Terugspoelen [ ]-knop wordt gebruikt om het terugspoelen te starten. De FF [ ]-knop wordt gebruikt om snel vooruitspoelen te starten.
Standby TV Input
I
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
Custom Zone 3
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer TV Input
Sleep Top
rv Se
u
er
Men u Aud io
CH
Enter
Disc
VOL
E xi
Prev CH
Re
t
turn
Gu
ide
Setu
Muting
Main A
Main B
Audio
Subtitle
Angle Last Memory
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Playlist
Album
Ar tist
Genre
Audio SEL
L Night
Re-EQ
Delete
Language
Location
Caps
RC-554M RC-555M
Nl-128
Random
Rec
Surround
6 Input-knop Deze knop wordt gebruikt om de ingangsbron te selecteren. Druk eerst op deze knop en draai dan aan het bladerwiel totdat “TAPE1” op het display verschijnt. -knop Deze knop wordt gebruikt om het volume van de RDC-7.1 in te stellen.
8 Muting-knop
p
Display
Deze knop wordt gebruikt om de verlichte knoppen van de afstandsbediening in of uit te schakelen.
7 VOL
A DJ
+
M en
Deze knop wordt gebruikt om de tapeopname te starten.
5 LIGHT-knop T V VOL
# Direct Tuning
--/---
4 Rec [●] -knop
DSP
Deze knop wordt gebruikt om het geluid van de RDC-7.1 tijdelijk uit te zetten. Deze functie kan alleen met afstandsbediening worden ingesteld.
8 Afspelen [
]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de tape te starten.
0 Stop [ ]-knop Deze knop wordt gebruikt om het afspelen van de tape te stoppen.
A Achteruit afspelen [
]-knop Deze knop wordt gebruikt om het achteruit afspelen te starten.
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken U kunt de afstandsbediening (RC-554M/555M) van de RDC-7.1 gebruiken om andere AV-componenten, inclusief die van andere fabrikanten, te bedienen. Om dit te doen kunt u: • Een afstandsbedieningscode invoeren voor de componenten die u wilt bedienen (bijvoorbeeld DVD, TV, videorecorder). • De commando’s rechtstreeks leren van de afstandsbediening van het andere apparaat (zie pag.136 ). • De macrofunctie gebruiken om een opeenvolgende reeks acties te leren (zie pag.137 ).
5 1
2
3
@.-'/
ABC
DEF
4
5
6
GHI
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
Gebruik de cijferknoppen om de 4cijferige afstandsbedieningscode in te voeren.
0
Als de code is geaccepteerd, verschijnt het volgende gedurende korte tijd op het display. Daarna wordt het normale display opnieuw weergegeven.
Als u de juiste afstandsbedieningscode voor al uw apparaten invoert, kunt u iedere component bedienen door de betreffende afstandsbedieningsmode te selecteren: DVD, TV, VCR, CBL (kabel) of SAT (satelliet).
1
Zoek de juiste afstandsbedieningscode voor de component op. Zie “Afstandsbedieningscodes” op pagina’s 130-133.
2
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
Custom
3
Draai aan het bladerwiel om “PRGRM” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Als de code niet is geaccepteerd, wordt eerst het bericht “RETRY” (opnieuw proberen) weergegeven, waarna het invoerscherm weer verschijnt. Probeer de code nu nogmaals in te voeren. U kunt op elk gewenst moment op de [Custom]-knop drukken om de procedure te annuleren.
6
Selecteer de afstandsbedieningsmode, richt de afstandsbediening op de component en controleer of de bediening werkt. De knoppen van de afstandsbediening die u in DVD-mode kunt gebruiken, staan aangegeven op pag. 124. De knoppen die kunnen worden gebruikt in de modes TV, VCR, CBL en SAT staan aangegeven op pag. 134 en 135.
Afstandsbedieningscodes voor een IntegraRESEARCH/Onkyo DVD-speler
4
Draai aan het bladerwiel om de afstandsbedieningsmode te selecteren die u met deze component wilt gebruiken en druk vervolgens op het bladerwiel. U kunt de volgende afstandsbedieningsmodes kiezen: DVD, TV, VCR, CBL of SAT.
De afstandsbedieningscode die u gebruikt met een IntegraRESEARCH/Onkyo DVD-speler hangt af van het feit of deze is aangesloten via : 5001: Gebruik deze code als u een -kabel en een RCA/phono analoge audiokabel op uw DVDspeler hebt aangesloten. Dit is de standaardinstelling, dus als u gebruikt, hoeft u deze niet te wijzigen. Richt de afstandsbediening op de RDC-7.1 om de DVD-speler te bedienen. 5002: Gebruik deze code als uw DVD-speler geen -stekerbus heeft of als u geen gebruikt. Richt de afstandsbediening op de DVD-speler om deze te bedienen.
Nl-129
Gebruik afstandsbediening
Een afstandsbedieningscode invoeren
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg Afstandsbedieningscodes Worden er twee of meer codes gegeven, probeer elke code op zijn beurt en zie welke het beste werkt.
SAT (satellietontvanger)
SAT (satellietontvanger)
Fabrikant
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Daewoo
4016, 4017, 4025
Oceanic
4022
Diamond
4022
Octagon
4016, 4017
Dishnet
4008
Okano
4013
Dual
4016
Optex
4015, 4023
DVD (DVD-speler)
Echostar
4010, 4018, 4025
Orbit
4016
Fabrikant
Bedieningscode
Einhell
4013, 4017, 4025
Orbitech
4017, 4019
Aiwa
5010
Elta
4015, 4017
Pace
4012, 4026, 4031
Akai
5019
Engel
4025
Pacific
4022
Apex
5015, 5016
Eurosat
4013, 4022
Palladium
4013, 4017, 4021
CyberHome
5027
Eurosky
4013, 4024
Palsat
4019
Denon
5017, 5020
Eurostar
4024
Panasonic
4006, 4031
GE
5003
Fagor
4015, 4023
Panda
4024
Hitachi
5009
Ferguson
4012
Philips
4021, 4029
Integra
5001, 5002
Fidelity
4030
Phonotrend
4015, 4023
Integra Research
5001, 5002
Fracarro
4017
Predki
4017
JVC
5023
FTE
4025, 4030
Premier
4023
Kenwood
5017
Fuba
4017
Primestar
4007
Magnavox
5004, 5021
Galaxis
4015, 4023
Proscan
4001, 4002
Marantz
5025, 5026
GE
4001, 4002
Protek
4022
Mitsubishi
5005
General Instruments
4003
Pye
4021
Onkyo
5001, 5002
GMI
4013
Quelle
4024
Panasonic
5011, 5017, 5020
Grundig
4021, 4029, 4031
Radix
4035
Philips
5004, 5021, 5028
Hinari
4017
RCA
4001, 4002
Pioneer
5006
Hirschmann
4019, 4035
Roadster
4025
Proscan
5003
Hitachi
4036, 4037
Rover
4025
RCA
5003
Saba
5012
Hughes Network Systems
4011
Sanyo
4014, 4020, 4024, 4027
5007, 5013, 5018, 5029
Huth
4013, 4015, 4024
Samsung
4017
Sony
Imperial
4014
Satcom
4024
Technics
5020
Intertronic
4013
SatPartner
Thomson
5022, 5024
Intervision
4015, 4023, 4024
4017, 4020, 4027, 4030
Toshiba
5008, 5021
Johansson
4015
Schneider
4029
Xbox
5022
JVC
4009, 4021
Yamaha
5020
Kathrein
4025
Zenith
5014, 5021
Kolon
4017
K-SAT
4025
SAT (satellietontvanger)
Kyostar
4017
Fabrikant
Bedieningscode
Lasat
4013, 4020, 4024
Lenco
4016, 4017, 4025
Alba
4014, 4017, 4025, 4027
Lennox
4023
Allsat
4015, 4027
Loewe
4013
Alltech
4022, 4025
Lorenzen
4024
Amstrad
4013, 4019, 4025, 4030, 4031
Macab
4022
Manhattan
4015, 4020, 4023
Anglo
4025
Ankaro
4025
Anttron
4017
Apollo
4017
Arcon
4016
Armstrong
4013
Asat
4016
Astra
4013, 4016, 4024
Astro
4019, 4020
AudioTon
4015
Maspro
4021, 4025
Matsui
4021
Mediamarkt
4013
Medion
4025
Metronic
4013, 4017, 4020
Micro Technology
4025
Minerva
4021
Morgan’s
4013, 4015, 4025
Mysat
4025
Neuhaus
4019, 4023, 4024, 4025
Sedea Electronique
4017
Seemann
4013
SEG
4017, 4028
Seleco
4015, 4023
Skymaster
4025, 4034
Skyvision
4015
Sony
4005, 4031
Strong
4016, 4017, 4020
Sunstar
4013
Techniland
4015, 4023
TechniSat
4019
Teco
4013, 4016
Teleciel
4027
Telefunken
4017
Teleka
4013
Telemaster
4020
Telewire
4015, 4023
Tensai
4016
Thomson
4024, 4025
Thorens
4022
Tonna
4015, 4023, 4025
Toshiba
4004
Triasat
4019
Bush
4012, 4014
Condor
4024
Neusat
4025
Tristar
4016
Conrad
4024
Nikko
4013, 4025, 4027
Unisat
4013
Cosat
4015, 4023
Nokia
4033
Crown
4013
Nordmende
4017, 4020
Nl-130
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg VCR (videorecorder)
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Universum
4021, 4024
Aiwa
2012, 2046, 2047
Jensen
2013
Vortec
4017
Akai
2003, 2004, 2022
JVC
Wela
4025
2033, 2041, 2044, 2045, 2047
2005, 2006, 2007, 2009, 2032, 2035, 2040, 2048
Alba
Kaisui
2033
Anitech
2033
Kendo
2041, 2046
ASA
2034
Kenwood
2005, 2006, 2007, 2009
Baird
2036
Kodak
2010
Bell & Howell
2007
Loewe
2028, 2034
Blaupunkt
2039, 2042
Logik
2028, 2043
Bush
2033, 2041, 2044, 2045, 2047
Luxor
2030, 2031, 2036
Magnavox
2010, 2011, 2014, 2019, 2020
Marantz
2005, 2006, 2007, 2009, 2010, 2014, 2031, 2034
Matsui
2028, 2041, 2046, 2047
Zehnder
4020
Zenith
4032
CBL (kabelontvanger) Fabrikant
Bedieningscode
ABC
3001, 3002, 3021
Archer
3006
Cabletime
3028, 3032
Canon
Cableview
3004
Carver
2014
Contec
3009
Cimline
2033
Eastern
3010
Citizen
2008, 2009
GE
3001, 3002
Colortyme
2005
Gemini
3011
Craig
2008
General Instruments
3002, 3022
Crown
2033
Grundig
3031
Curtis Mathes
Hamlin
3012
2001, 2005, 2008, 2009, 2010, 2011, 2023, 2026
Hitachi
3002
Cyrus
2034 2012
Jerrold
3002, 3011, 3013, 3021, 3022, 3023, 3026
Daewoo Dansai
2033
Magnavox
3014
Decca
2034
Memorex
3015
Dimensia
2001, 2026
Movie Time
3016
Dumont
2034, 2036, 2037
NEC
3003
Elcatech
2033
Nokia
3033
Emerson
2003, 2010, 2012, 2022
NSC
3016
ESC
2043
Oak
3009
Ferguson
2035
Panasonic
3020
Finlandia
2034, 2036
Philips
3007, 3008, 3014
Finlux
2034, 2036, 2037
Pioneer
3017, 3024
Firstline
2033, 2041
Proscan
3001, 3002
Fisher
2007, 2030, 2036
RCA
3004, 3020, 3022
Fuji
2004, 2010, 2024
Realistic
3006
Funai
2012
Sagem
3034
Garrard
2012
Salora
3029
GE
Samsung
3017
2001, 2002, 2008, 2010, 2011, 2023, 2025, 2026
Signature
3002
GEC
2034
Sprucer
3020
GoldHand
2033
GoldStar
2005, 2009
2010, 2011
Standard Component
3018
Goodmans
2031, 2033
Starcom
3011, 3021
Gradiente
2012
Stargate
3011
Graetz
2036, 2043
Tele+1
3030
Granada
2030, 2034, 2036
Tocom
3013
Grandin
United Cable
3021, 3023
Grundig
Universal
3005, 3006
Videoway
3025
Harman Kardon
View Star
3009, 3014, 3016
HCM
2033, 2044
Zenith
3019
Hinari
2028, 2033, 2043, 2044, 2047
VCR (videorecorder)
Matsushita
2010
Memorex
2007, 2008, 2010, 2012, 2019, 2030, 2036
Metz
2039
MGA
2022
Minerva
2039
Minolta
2013, 2021
Mitsubishi
2013, 2022, 2032, 2034
Motorola
2010
MTC
2008
Multitech
2008, 2012, 2033
NEC
2005, 2006, 2007, 2009, 2032
Neckermann
2034
Nesco
2033
NOBLEX
2008
Nokia
2030, 2036, 2043
Nordmende
2048
Okano
2046
Olympus
2010
Optonica
2017
Orion
2028, 2041, 2045, 2046, 2047
Osaki
2033
Otto Versand
2034
Palladium
2033
Panasonic
2010, 2011, 2042
Pentax
2013, 2021, 2025, 2037
Pentex Research
2009
Philco
2010, 2011, 2014
Philips
2010, 2014, 2017, 2034, 2048
2033
Phonola
2034
2029, 2033, 2034, 2039, 2040, 2042, 2044
Pioneer
2006, 2013, 2032, 2034
2005
Hitachi
2013, 2021, 2025, 2028, 2037, 2038, 2043
Ingersol
2028
Interfunk
2034
ITT
2030, 2036, 2043, 2048
JC Penney
2005, 2006, 2007, 2008, 2010, 2011, 2013, 2014, 2021
Proline
2044
Proscan
2001, 2002, 2026
Pye
2034
Quasar
2010, 2011
Quelle
2034
Radio Shack
2017
Radio Shack/Realistic
2007, 2008, 2010, 2011, 2012, 2017
Radiola
2034
Nl-131
Gebruik afstandsbediening
SAT (satellietontvanger) Fabrikant
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg VCR (viderecorder)
TV
Fabrikant
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Admiral
1026, 1040, 1062
RCA
2001, 2002, 2003, 2008, 2010, 2013, 2021, 2023, 2025, 2026, 2027
Akai
1002, 1067
Akura
1045
Alba
1035, 1043
Realistic
2007, 2008, 2010, 2011, 2012, 2017
TV
Rex
2048
Amplivision
1063
Roadstar
2033, 2043
Amstrad
1035, 1067
Runco
2019
Amtron
1009
Saba
2040, 2048
Anam National
1003, 1009
Saisho
2028, 2041
Anitech
1035
Salora
2030
AOC
1004, 1005, 1006
Samsung
2008, 2043, 2049
Arc en Ciel
1066
Sansui
2006, 2032
Arcam
1063
Sanyo
2007, 2008, 2030, 2036
ASA
1040
Saville
2047
Audiovox
1009
SBR
2034
Autovox
1040, 1068
Schaub Lorenz
2036
Baird
1069
Schneider
2033, 2034
Bang & Olufsen
1040
Scott
2015
Baur
Sears
2007, 2010, 2013, 2021
1036, 1054, 1055, 1058, 1059, 1068
SEG
2043
SEI
2028, 2034
Sharp
2016, 2017, 2031
Shintom
2004, 2033, 2036
Shorai
2028
Siemens
2034, 2036, 2039
Singer
2010
Sinudyne
2028, 2034
Sonolor
2030, 2031
Sony
2004, 2018, 2024
STS
2010, 2021
Beko
1052
Bell & Howell
1010, 1017
Binatone
1063
Blaupunkt
1041, 1042, 1044, 1058, 1059
Boots
1063
Brionvega
1040
Bruns
1040
BSR
1048
Bush
1035, 1043, 1048, 1050, 1053, 1057
Cascade
1035
Sunkai
2046
Celebrity
1002
Sylvania
2010, 2011, 2012, 2014
Century
1040
Symphonic
2012
Tandy
2007
Tatung
2034
Teac
2012
Technics
2010, 2042
Teknika
2010, 2012
Telefunken
2048
Thomson
2048
Thorn
2035, 2036
Toshiba
2013, 2015, 2022, 2034, 2048
Totevision
2008
Uher
2043
Unitech
2008
Universum
2034, 2039, 2043
Vector Research
2005, 2006
Video Concepts
2005, 2006, 2022
Wards
2008, 2010, 2012, 2013, 2017, 2021, 2027
XR-1000
2010, 2012
Yamaha
2005, 2006, 2007, 2009
Yoko
2043
Zenith
2004, 2019, 2024
Cimline
1035, 1043
Citizen
1004, 1006, 1009, 1017, 1022, 1025
Clatronic
1052
Colortyme
1004, 1006
Condor
1052
Contec
1035
Contec/Cony
1007, 1009
Continental Edison
1066
Craig
1009
Crosley
1040
Crown
1009, 1014, 1035, 1052
Curtis Mathes Daewoo
Bedieningscode
Emerson
1004, 1006, 1007, 1009, 1010, 1017, 1025, 1027, 1029, 1033, 1040, 1070
Envision
1004, 1006
Erres
1037
Europhon
1067
Fidelity
1068
Finlux
1039, 1040, 1067
Firstline
1035, 1043, 1048, 1049, 1063
Fisher
1010, 1017, 1052, 1063, 1068
Formenti
1040
Frontech
1045, 1062
Fujitsu
1070
Funai
1009, 1045, 1048, 1070
GE
1001, 1003, 1004, 1006, 1011, 1012, 1019, 1034
GEC
1038, 1063, 1067, 1069
Geloso
1035
Genexxa
1062
GoldStar
1004, 1005, 1006, 1007, 1008, 1025, 1047, 1063
Goodmans
1043, 1053, 1063
Gorenje
1052
Graetz
1062, 1069
Granada
1063, 1067
Grundig
1039, 1041, 1042, 1058, 1059, 1064
Hallmark
1004, 1006
Hanseatic
1060, 1068
Hantarex
1067
HCM
1035
Hinari
1035, 1043
Hitachi
1004, 1006, 1007, 1013, 1027, 1038, 1062, 1063, 1069
Huanyu
1053
ICE
1045, 1063
Imperial
1052
Infinity
1014
Inno Hit
1056, 1067
Interfunk
1055, 1062, 1066, 1069
Intervision
1045, 1063
ITT
1062, 1068, 1069
JBL
1014
1001, 1004, 1006, 1010, 1017, 1022, 1025, 1034
JC Penney
1001, 1004, 1005, 1006, 1011, 1012, 1016, 1019, 1022, 1025, 1034
1004, 1005, 1006, 1025, 1035, 1053
Jensen
1004, 1006
JVC
1007, 1012, 1013, 1015, 1033
Daytron
1004, 1006, 1025, 1035
Decca
1067
Kaisui
1035, 1063
Dimensia
1001, 1034
Kapsch
1062, 1069
Dixi
1035
Kathrein
1060
Dual
1057, 1068
Kawasho
1002, 1004, 1006
Dumont
1004, 1039, 1040
Kendo
1043
Electroband
1002
Kenwood
1004, 1006, 1008
Electrohome
1002, 1003, 1004, 1006, 1008
Kloss Novabeam
1009
Korting
1040
KTV
1009, 1025
LG
1005
Elta
Nl-132
Fabrikant
1035
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg TV
TV
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Fabrikant
Bedieningscode
Loewe
1014, 1040, 1055
Quasar
1003, 1012, 1031
Techwood
1004, 1006, 1012
Quelle
1036, 1039, 1054, 1055, 1058, 1059, 1068
Teknika
1004, 1005, 1006, 1007, 1009, 1022, 1025, 1031, 1070
Teleavia
1066
Telecaption
1024
Luxman
1004, 1006
LXI
1001, 1006, 1010, 1014, 1016, 1017, 1034
M Electronic
1035, 1053, 1062, 1063
Magnadyne
1040, 1067, 1068
Magnafon
1067
Magnavox
1004, 1006, 1008, 1014, 1018, 1020
Radio Shack
1010, 1017, 1034
Radio Shack/Realistic
1001, 1004, 1006, 1007, 1009, 1010, 1017, 1021, 1025
Radiola
1037
Radiomarelli
1040, 1067
Marantz
1004, 1006, 1014, 1060
RCA
1001, 1003, 1004, 1005, 1006, 1008, 1027, 1034
Matsui
1035, 1043, 1048, 1050, 1063, 1064, 1067, 1068
Realistic
1010, 1017, 1034
Megatron
1006
Memorex
1005, 1006, 1010, 1017, 1035
Metz
1040, 1051, 1058
MGA
1004, 1005, 1006, 1008
Minerva
1039, 1058, 1059, 1064
Mitsubishi
1004, 1005, 1006, 1008, 1040, 1055, 1058
Mivar
1047, 1056, 1067
Motorola
1003, 1026
MTC
1004, 1005, 1006, 1022, 1055
Multitech
1009, 1035
NAD
1006, 1016
NEC
1003, 1004, 1005, 1006
Neckermann
1040, 1041, 1054, 1059, 1060
Nikkai
1045
Nikko
1006
Oceanic
1062
Onwa
1009
Rex
1045, 1062
RFT
1040
Roadstar
1035, 1045
Saba
1040, 1062, 1066, 1069
Saisho
1035, 1043, 1045, 1067, 1068
Salora
1062
Sambers
1056, 1067
Sampo
1004, 1006, 1025
Samsung
1004, 1005, 1006, 1007, 1008, 1022, 1025, 1035, 1045, 1047, 1052, 1056, 1060, 1063, 1065
Sansui
1029
Sanyo
1004, 1010, 1017
SBR
1037, 1038
Schaub Lorenz
1069
Schneider
1068
Scott
1004, 1006, 1007, 1009, 1070
Sears
1001, 1004, 1006, 1008, 1010, 1015, 1016, 1017, 1028, 1034, 1070
Optonica
1021, 1026
Orion
1029, 1043, 1048, 1049, 1050, 1067, 1068
Osaki
1045, 1063
Otto Versand
1036, 1041, 1043, 1054, 1055, 1058, 1059, 1060, 1063
Palladium
1052
Siarem
1040, 1067
Panasonic
1003, 1012, 1014, 1031, 1044, 1046, 1051, 1061, 1062, 1069
Siemens
1041, 1042, 1058, 1059
Pathe Marconi
1066
SEG
1045, 1063
SEI
1036, 1040, 1048, 1067, 1068
Seleco
1062
Sharp
1004, 1006, 1007, 1021, 1023, 1025, 1026
Shorai
1048
Singer
1040 1036, 1040, 1043, 1067, 1068
1003, 1004, 1005, 1006, 1007, 1008, 1014, 1018, 1040
Sinudyne
Philco
Solavox
1062
Sonoko
1035
Philips
1003, 1004, 1007, 1008, 1014, 1018, 1019, 1020, 1037, 1038, 1040, 1053, 1059, 1060
Phoenix
1040
Phonola
1037, 1040
Pioneer
1004, 1006, 1027, 1062
Portland
1004, 1005, 1006, 1025
Price Club
1022
Prism
1012
Profex
1035
Proline
1049
Proscan
1001, 1034
Protech
1035, 1045, 1063
Proton
1004, 1006, 1007
Pye
1037
Sonolor
1062
Sony
1002, 1030, 1032, 1036, 1054
Soundesign
1004, 1006, 1009, 1070
Starlite
1009
Stern
1062
Sunkai
1043, 1048, 1049, 1050
Sylvania
1004, 1006, 1008, 1014, 1018, 1020
Symphonic
1009, 1028
Tandy
1026, 1062, 1063
Tashiko
1038, 1063
Tatung
1003, 1063, 1067
Tec
1063
Technics
1012, 1044, 1061
Telefunken
1066
Teletech
1035
Teleton
1063
Tensai
1048
Thomson
1066
Thorn
1054, 1055, 1058
Toshiba
1010, 1016, 1017, 1022, 1024, 1039
Totevision
1025
Triumph
1067
Universal
1011, 1019
Universum
1045, 1052, 1058
Voxson
1040, 1062
Waltham
1063
Wards
1001, 1004, 1005, 1006, 1008, 1011, 1014, 1018, 1019, 1020, 1021, 1034, 1070
Watt Radio
1068
Wega
1040
Yamaha
1004, 1005, 1006, 1008
Yoko
1045, 1063
Zenith
1004
Nl-133
Gebruik afstandsbediening
TV Fabrikant
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg Een satellietontvanger bedienen
On
On, Standby
Een videorecorder bedienen
Standby
Cijfertoetsen
On
On, Standby
TV Input
I
Standby TV Input
I
1
2
3
+
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
4
5
6
-
7
8
9
T V VOL
PQRS
TUV
WXYZ
0
Clear
GHI
JKL
GHI
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
+10
# Direct Tuning
--/---
--/---
JKL
MNO
T V VOL
# Direct Tuning
Custom
Custom
Zone 3
Zone 3
Bladerwiel
Bladerwiel Mode
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer
Enter
Top
M en
u
r rve Se
Input
A
Top
VOL
VOL /
CH/Disc +/–
M en
u
r rve Se
+
Enter
Disc
Sleep
TV Input
CH
Prev CH
Re
t
turn
S etu
p
Prev CH
Muting
Display
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Re
VOL
E xi t
id e Gu
turn
S etu
p
Random
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Random
Rec
Angle Last Memory
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Repeat
A-B
Search
Memory
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Pure A
Direct
DSP
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Genre
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Ar tist
Location
VOL / Muting
Display
Muting
Rec
A
Enter
Disc
id e Gu
E xi
Men u Aud io
DJ
CH
-
/ / /
Mode
DJ
+
Men u Aud io
Zone 2
Dimmer
Sleep
TV Input
CH/Disc +/–
Mode
Macro
Ar tist
Genre
RC-554M RC-555M
RC-554M RC-555M
1. Draai aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren en de mode van uw afstandbediening voor uw satellietontvanger. Voer deze handelingen uit terwijl de [Mode]-knop en de [Input]-knop niet verlicht zijn. Wilt u alleen de satellietontvanger gebruiken zonder de ingangsbron te wijzigen, druk dan op de [Mode]-knop en draai aan het bladerwiel om “SAT” te kiezen. 2. Richt de afstandsbediening op uw satellietontvanger en gebruik dan de volgende knoppen (u moet eerst de juiste afstandsbedieningscode invoeren).
1. Draai aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren en de mode van uw afstandsbediening voor uw videorecorder. Voer deze handelingen uit terwijl de [Mode]-knop en de [Input]-knop niet verlicht zijn. Wilt u alleen de videorecorder gebruiken zonder de ingangsbron te wijzigen, druk dan op de [Mode]-knop en draai aan het bladerwiel om “VCR” te kiezen. 2. Richt de afstandsbediening op uw videorecorder en gebruik dan de volgende knoppen (u moet eerst de juiste afstandsbedieningscode invoeren).
On, Standby
De satellietontvanger aan of op standby zetten
CH/Disc +/–
Satellietkanalen selecteren
/
/
/
CH/Disc +/–
Selectie bevestigen
Cijfertoetsen
Cijfers invoeren
De volgende knoppen bedienen de RDC-7.1. VOL
Het volume van de RDC-7.1 instellen
Muting
Het geluid tijdelijk uitzetten van de RDC-7.1
De videorecorder aan of op standby zetten TV-kanalen selecteren Afspelen Stop
Menu-opties selecteren
Enter
Nl-134
On, Standby
Terugspoelen Snel vooruit Pauze Rec ●
Opnemen
De volgende knoppen bedienen de RDC-7.1. VOL
Het volume van de RDC-7.1 instellen
Muting
Het geluid tijdelijk uitzetten van de RDC-7.1
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg Een TV bedienen
Een kabelontvanger bedienen
Standby Input
Cijfertoetsen
1
2
3
+
@.-'/
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
GHI
JKL
* TV CH +/–*
On
On, Standby
TV I
TV
8
9
TUV
WXYZ
Cijfertoetsen
+10
0
Clear
TV VOL / *
2
3
+
ABC
DEF
T V CH
4
5
6
-
JKL
MNO
7
8
9
PQRS
TUV
WXYZ
+10
0
Clear
# Direct Tuning
--/---
1 @.-'/
GHI
T V VOL
Input
I
MNO
7 PQRS
Standby
Custom
Custom
Zone 3
Zone 3
Mode TV Input
Macro
Zone 2
Mode
Input
Dimmer Top
M
enu
r rve Se
Input
TV Input
A
Enter
t
id e Gu
turn
S etu
E xi
Prev CH
Re
VOL /
CH/Disc +/–
p
Audio
Subtitle
u
r rve Se
CH
Main B
Men u Aud io
A
Enter
Disc
Prev CH
Muting
Re
VOL
E xi t
id e Gu
turn
S etu
p
Display
Muting
Main A
M en
-
Display
Rec
Top
+ VOL
Random
Angle Last Memory
Muting
Rec
Main A
Audio
Subtitle
Main B
Random
Angle Last Memory
Surround
THX
All CH ST
Stereo
Surround
THX
All CH ST
Stereo
A-B
Search
Memory
Repeat
A-B
Search
Memory
Pure A
Direct
DSP
Pure A
Direct
DSP
DSP
Repeat
Video
Music
Photo
Repeat
Video
Music
Photo
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Test Tone
CH SEL
Level -
Level +
Genre
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Location
Playlist
Album Audio SEL
L Night
Re-EQ
Caps
Delete
Language
Ar tist
Location
On, Standby
De TV aan of op standby zetten
TV TV CH +/– Cijfertoetsen CH/Disc +/– TV Input
TV aan/uit TV-kanalen selecteren Cijfers invoeren Kabelkanalen selecteren TV- of video-ingang selecteren
TV VOL
Het volume van de TV instellen
* Knoppen die met een sterretje zijn gemarkeerd, kunnen altijd worden gebruikt om een TV te bedienen, ongeacht de op dat moment geselecteerde afstandsbedieningsmode. Deze knoppen werken niet met de extra TV-modes.
Ar tist
Genre
RC-554M RC-555M
RC-554M RC-555M
1. Draai aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren en de mode van de afstandsbediening voor uw TV. Voer deze handeling uit terwijl de [Mode]-knop en de [Input]-knop niet verlicht zijn. Wilt u alleen de TV gebruiken zonder de ingangsbron te wijzigen, druk dan op de [Mode]-knop en draai aan het bladerwiel om “TV” te kiezen. 2. Richt de afstandsbediening op uw TV en gebruik dan de volgende knoppen (u moet eerst de juiste afstandsbedieningscode invoeren).
VOL /
Muting
Repeat
DSP
Bladerwiel
Sleep
Dimmer
Men u Aud io
Zone 2
Mode
DJ
CH Disc
-
/ / /
Mode
Macro
DJ
+
CH/Disc +/–
Bladerwiel
Sleep
TV Input
T V VOL
# Direct Tuning
--/---
1. Draai aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren en de mode van uw afstandsbediening voor uw kabelontvanger. Voer deze handelingen uit terwijl de [Mode]-knop en de [Input]-knop niet verlicht zijn. Wilt u alleen de kabelontvanger gebruiken zonder de ingangsbron te wijzigen, druk dan op de [Mode]-knop en draai aan het bladerwiel om “CBL” te kiezen. 2. Richt de afstandsbediening op uw kabelontvanger en gebruik dan de volgende knoppen (u moet eerst de juiste afstandsbedieningscode invoeren). On, Standby
De kabelontvanger aan of op standby zetten
CH/Disc +/–
Kabelkanalen selecteren
Cijfertoetsen
Cijfers invoeren
De volgende knoppen bedienen de RDC-7.1. VOL
Het volume van de RDC-7.1 instellen
Muting
Het geluid tijdelijk uitzetten van de RDC-7.1
De volgende knoppen bedienen de RDC-7.1. VOL
Het volume van de RDC-7.1 instellen
Muting
Het geluid tijdelijk uitzetten van de RDC-7.1
Nl-135
Gebruik afstandsbediening
On
On, Standby
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg Commando’s van een andere afstandsbediening leren
5
U kunt de afstandsbediening van de RDC-7.1 eenvoudig nieuwe commando’s leren door er de commando’s van een andere afstandsbediening één voor één naartoe te zenden. Door bijvoorbeeld de commando’s Afspelen en Stop van de afstandsbediening van uw CD-speler over te zenden, kunt u de afstandsbediening van de RDC-7.1 leren om deze commando’s uit te zenden wanneer er in CD-mode op de knoppen Afspelen [ ] en Stop [ ] wordt gedrukt. Dit is gemakkelijk als u commando’s aan knoppen wilt toevoegen na het invoeren van een afstandsbedieningscode (Zie pag. 129).
1 Custom
2
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode. Draai aan het bladerwiel om “LEARN” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om de afstandsbedieningsmode te selecteren die u een nieuw commando wilt leren en druk vervolgens op het bladerwiel.
4
Druk op de afstandsbediening van de RDC-7.1 op de knop die u een nieuw commando wilt leren.
Als u op een knop drukt die geen nieuw commando kan leren, verschijnt de melding “RETRY” (opnieuw proberen) en moet u op een andere knop drukken.
Nl-136
Richt de afstandsbedieningen vanaf een afstand van 5-15 cm op elkaar en druk op de knop waarvan u het commando wilt leren. Als het leren van het commando is gelukt, verschijnt er “OK” op het scherm. Het kan nodig zijn om meerdere keren op de knop te drukken.
Als het leren van het commando is mislukt, wordt eerst het bericht “FAIL” weergegeven, waarna het modeselectiedisplay (stap 3) opnieuw verschijnt. U kunt het nu opnieuw proberen.
6
Om de afstandsbediening van de RDC-7.1 meer nieuwe commando’s te leren, herhaalt u de stappen 3 tot en met 5. Druk op de [Custom]-knop als u klaar bent.
Opmerkingen: • Aan de volgende knoppen kunt u geen nieuwe commando’s toewijzen: [LIGHT], [Custom], [Macro], [Mode], [Input], [Zone 2], [Zone 3] en het bladerwielknop. • De afstandsbediening van de RDC-7.1 kan in totaal 150 commando’s leren. De commando’s van sommige afstandsbedieningen gebruiken echter veel geheugen. In dat geval neemt het aantal te leren commando’s af. • Als het bericht “FULL” (vol) verschijnt, kan de afstandsbediening geen nieuwe commando’s meer leren omdat het geheugen vol is. • De afstandsbediening van de RDC-7.1 kent standaard de commando’s voor de bediening van een IntegraRESEARCH/Onkyo CD-speler, cassettedeck, DVDspeler en MD-speler (bijvoorbeeld de knoppen Afspelen, Stop, Pauze, enz.). U kunt deze knoppen nieuwe commando’s leren, maar de standaardcommando’s worden teruggezet zodra de afstandsbediening wordt gereset. • Om een nieuw commando te leren aan een knop die al een commando heeft geleerd, kunt u deze procedure gewoon herhalen. • Zoals de meeste afstandsbedieningen gebruikt de afstandsbediening van de RDC-7.1 infrarood. U kunt commando’s van afstandsbedieningen die geen infrarood gebruiken, niet toewijzen. • Zodra de batterijen van de afstandsbediening leeg zijn, gaan alle geleerde commando’s verloren en moeten deze opnieuw worden geleerd. Gooi uw andere afstandsbedieningen dus niet weg.
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg
Met de macrofunctie kunt u de afstandsbediening zodanig programmeren, dat hij een opeenvolgende reeks acties met één druk op een knop uitvoert. Normaalgesproken moet u bijvoorbeeld de volgende acties uitvoeren om een CD-speler te gebruiken, die op RDC-7.1 is aangesloten: 1. Druk op het bladerwiel (om de mode AMP te selecteren). 2. Druk op de [On]-knop (om de RDC-7.1 in te schakelen). 3. Draai aan het bladerwiel om CD te selecteren (om de CD-afstandsbedieningsmode en de CDingangsbron te selecteren). 4. Druk op de Afspelen [ ]-knop (om de CD-speler te starten). Met de macrofunctie kunt u de afstandsbediening zodanig programmeren, dat hij dit alles met één druk op een knop uitvoert.
4
Draai aan het bladerwiel om een macro te selecteren en druk dan op het bladerwiel. Macro’s zijn van 1 tot 8 genummerd.
Macro nr. 1 geselecteerd Actie nr. 1
5
Druk op de afstandsbediening op de knoppen waarvan u de acties in de macro wilt programmeren, in de volgorde waarin u deze wilt laten uitvoeren. Doe het volgende om het CD-voorbeeld in de linkerkolom als een macro in te voeren: druk op het bladerwiel, druk op de [On]-knop, draai aan het bladerwiel om CD te selecteren, druk op het bladerwiel en druk dan op de Afspelen [ ]knop. Acties zijn van 1 tot 8 genummerd.
Macro’s maken U kunt maximaal acht macro’s maken en elke macro kan maximaal acht acties uitvoeren.
1 Custom
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
Macro nr. 1 geselecteerd 8 acties geleerd
2
3
Draai aan het bladerwiel om “MACRO” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Nadat er een knop is ingedrukt, wordt eerst “SET” en vervolgens “KEY” weergegeven. Om een actie toe te voegen die een ingangsbron voor de hoofdzone, Zone 2 of Zone 3 selecteert, drukt u respectievelijk op de [Input], [Zone 2] of [Zone 3]-knop, draait u aan het bladerwiel om de ingangsbron te selecteren en drukt u vervolgens op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om “EDIT” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
6 Macro
Druk op de Macro-knop als u klaar bent. Nadat het volgende op het display verschijnt, keert het display terug naar de normale weergave.
Nl-137
Gebruik afstandsbediening
Macro’s gebruiken
De afstandsbediening met andere componenten gebruiken—Vervolg Macro’s uitvoeren Geprogrammeerde macro’s kunnen als volgt worden uitgevoerd.
1
Druk op de [Macro]-knop.
2
Draai aan het bladerwiel om het nummer van de macro te selecteren en druk dan op het bladerwiel. De acties in de macro worden uitgevoerd in de volgorde waarin deze zijn geprogrammeerd.
4
Macro nr. 1 geselecteerd 1e teken
5 Macro’s een naam geven U kunt uw macro’s op de volgende manier een naam geven. Namen mogen uit maximaal vijf tekens bestaan.
1 Custom
Draai aan het bladerwiel om het nummer van de macro te selecteren die u een naam wilt geven en druk dan op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om een teken te selecteren en druk dan op het bladerwiel om dit in te voeren. De volgende tekens zijn beschikbaar. 0123456789ABCDEFGHIJK L M N O P Q R ST UV W XY Z + –=< > _ ¯¯ / \ * spatie
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
Macro nr. 1 geselecteerd
1e tekenset
6 2
Draai aan het bladerwiel om “MACRO” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om “NAME” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Nl-138
Herhaal stap 5 totdat u alle 5 de tekens hebt ingevoerd. Het vorige menu verschijnt weer. Als de naam die u invoert uit minder dan vijf tekens bestaat, moet u aan het einde spaties invoeren om toch aan vijf tekens te komen.
Andere instellingen voor de afstandsbediening
Nieuwe afstandsbedieningsmodes toevoegen U kunt extra modes (DVD, TV, VCR, CBL, SAT) aan de afstandsbediening toevoegen. Dit is bijvoorbeeld handig als u meerdere DVD-spelers of TV’s hebt.
1 Custom
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
2
Draai aan het bladerwiel om “MODE” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om “ADD” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
4
Draai aan het bladerwiel om het type mode te selecteren dat u wil toevoegen en druk dan op het bladerwiel.
U kunt maximaal acht extra modes toevoegen: bijvoorbeeld 4 DVD, 2 TV, 1 VCR en 1 CBL.
De volgorde van de afstandsbedieningsmodes wijzigen U kunt de volgorde wijzigen waarin de afstandsbedieningsmodes verschijnen als u aan het bladerwiel draait. De positie van de AMP-mode kan niet worden gewijzigd.
1 Custom
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
2
Draai aan het bladerwiel om “MODE” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om “SORT” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
4
Draai aan het bladerwiel om de mode te selecteren die u wilt verplaatsen en druk dan op het bladerwiel.
5
Draai aan het bladerwiel om de mode te selecteren waarvoor u de gespecificeerde mode wilt invoegen en druk dan op het bladerwiel. Hier zal de gespecificeerde mode worden ingevoegd voor de “VCR”-mode.
Als het verplaatsen is gelukt, wordt eerst “OK” weergegeven, waarna het SORT display (stap 3) opnieuw verschijnt.
Nl-139
Gebruik afstandsbediening
Afstandsbedieningsmodes bewerken
Andere instellingen voor de afstandsbediening—Vervolg Afstandsbedieningsmodes verwijderen
Afstandsbedieningsmodes toewijzen
Afstandsbedieningsmodes die u niet nodig hebt, zoals modes voor componenten die u niet bezit, kunnen worden verwijderd. De AMP-mode kan niet worden verwijderd.
U kunt de combinatie wijzigen door de ingangsbron en de mode van de afstandsbediening gelijktijdig te selecteren met het bladerwiel. Wanneer bijvoorbeeld de ingangsbron (bovenaan) “TAPE1” is en de mode van de afstandsbediening (onderaan) “AMP”, kunt u alleen “AMP” (de mode van de afstandsbediening) in “CDR” veranderen.
1 Custom
2
3
4
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode. Draai aan het bladerwiel om “MODE” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om “DEL” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om de mode te selecteren die u wilt verwijderen en druk dan op het bladerwiel.
Als het verwijderen is gelukt, wordt eerst “OK” weergegeven, waarna het DEL display (stap 3) opnieuw verschijnt.
1 Custom
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
2
Draai aan het bladerwiel om “MODE” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om “ASSGN” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
4
Draai aan het bladerwiel om een ingangsbron te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
5
Draai aan het bladerwiel om de mode te selecteren die u aan de gespecificeerde ingangsbron wilt toewijzen en druk dan op het bladerwiel.
Als de toewijzing is gelukt, wordt eerst “OK” weergegeven, waarna het ASSGN display (stap 3) opnieuw verschijnt.
Nl-140
Andere instellingen voor de afstandsbediening—Vervolg De afstandsbediening resetten U kunt de standaardinstellingen van de afstandsbediening terugzetten.
Custom
2
3
4
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
Custom
Druk op de [Custom]-knop en houd deze ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
2
Draai aan het bladerwiel om “SETUP” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om “IR/ RF” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
4
Draai aan het bladerwiel om “IR” of “RF” te selecteren en druk dan op het bladerwiel. Als u “IR” selecteert.
5
Als u “RF” selecteert, draait u aan het bladerwiel om dezelfde ID te selecteren als voor de RF-ontvanger en drukt u vervolgens op het bladerwiel. ID’s 0 tot een met 9 en A tot een met F kunnen worden geselecteerd.
6
Draai aan het bladerwiel om hetzelfde kanaal te selecteren als voor de RF-ontvanger en druk vervolgens op het bladerwiel. Kanalen 0 tot de met 3 kunnen worden geselecteerd. Als het instellen van de ID en het kanaal is gelukt, verschijnt “OK” op het display.
Draai aan het bladerwiel om “SETUP” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om “RESET” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
Draai aan het bladerwiel om “YES” te selecteren en druk dan op het bladerwiel. De standaardinstellingen van de afstandsbediening zijn nu teruggezet.
De afstandsbediening met radiofrequentie gebruiken (alleen RC-555M) U kunt het formaat van het transmissiesignaal van de afstandsbediening instellen op infrarood (IR) of radiofrequentie (RF). De standaardinstelling is IR. Dit is handig als de RDC-7.1 bijvoorbeeld in een kast is geïnstalleerd, of niet direct in het zicht van de afstandsbediening staat. U kunt in dat geval gebruikmaken van een in de handel verkrijgbare RF-ontvanger om de commando’s van de afstandsbediening op te pikken en deze vervolgens via de IR IN-stekerbus naar de RDC-7.1 voeren. Om dit te laten werken, moet u dezelfde ID en hetzelfde kanaal aan zowel de afstandsbediening als de RF-ontvanger toewijzen.
Nl-141
Gebruik afstandsbediening
1
1
Andere instellingen voor de afstandsbediening—Vervolg De ID van de afstandsbediening wijzigen In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de ID van de afstandsbediening kunt wijzigen. U moet de ID mogelijk wijzigen als de afstandsbediening van RDC-7.1 andere IntegraRESEARCH/Onkyo-apparaten in dezelfde ruimte stoort. Opmerking: Als u de ID van de afstandsbediening wijzigt, moet u niet vergeten dezelfde ID op de RDC-7.1 te selecteren. Voor meer informatie over het instellen van de ID van de afstandsbediening van de RDC-7.1 kunt u de paragraaf “Submenu Remote Control Setup” raadplegen op pag. 91. De standaard-ID voor zowel de RDC-7.1 als de afstandsbediening is 1.
1
Houd de [Custom]-knop van de afstandsbediening ten minste drie seconden ingedrukt. De afstandsbediening gaat naar de aanpassingsmode.
2
Draai aan het bladerwiel om het menu “SETUP” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
3
Draai aan het bladerwiel om het menu “ID” te selecteren en druk dan op het bladerwiel.
4
Draai aan het bladerwiel om een ID—1 (standaard), 2, of 3—te selecteren en druk dan op het bladerwiel. Selecteer dezelfde ID die is ingesteld op de RDC-7.1.
Nl-142
Relatie tussen ingangsbron en luister-mode Opmerking:Beschikbare luister-modes kunnen afwijken afhankelijk van uw regio en het geïnstalleerde optiebord. Dolby Digital Ingangssignaalformaat
PCM
Meerkanaals(*/2)
Knop Type bron
Luistermode
CD, TV, LD, VHS, MD, Vinyl, Radio, Cassette, Kabel, Satelliet enz.
Meerkanaals (maar niet */2)
Dolby Digital/AAC 2ch
1/0
AAC 1+1
Analoog meerkanaals 5.1k
7.1k
DVD-Audio, Super Audio CD
DVD, Digitale kabel/satelliet enz.
Direct
Direct
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Pure A
Pure Audio
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Multiplex Dolby Pro Dolby Pro Logic IIx Logic II
Stereo
• PLII Movie
✔
✔
• PLII Music
✔
✔
• PLII Game
✔
• PLIIx Movie
✔
✔
✔
✔
• PLIIx Music
✔
✔
✔
✔
• PLIIx Game
✔
Dolby Digital/AAC
Surround
Dolby VS
✔
✔
✔ ✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Dolby Digital EX/Dolby EX
✔ ✔
DTS DTS 96/24 DTS-ES Discrete DTS-ES Matrix ✔
DTS NEO:6 (NEO:6 Matrix)
✔
• NEO:6 Cinema
✔
✔
• NEO:6 Music
✔
✔
Meerkanaals
✔
✔
✔
✔
i.LINK(IEEE1394):DVDAudio i.LINK(IEEE1394):SACD • THX Cinema
✔
THX
✔
✔
✔
✔
✔ ✔
✔
✔
✔
• THX Surround EX
DSP, DSP
✔
✔
• THX Music Mode • THX Games Mode
✔ ✔
• THX Ultra2 Cinema
Diversen
THX
✔
✔
Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
All Ch Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔ ✔
Full Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Mono Movie
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Enhance
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Orchestra
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Unplugged
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Studio-Mix
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
TV Logic
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Nl-143
Relatie tussen ingangsbron en luister-mode—Vervolg DTS Ingangssignaalformaat Knop
Meerkanaals(*/2)
Meerkanaals (maar niet */2)
DTS96/24 2/0
1/0
Type bron
Meerkanaals Meerkanaals ( maar niet (*/2) */2)
Matrix
2ch
1/0
Discrete/ Matrix
DVD, LD, CD enz.
Luistermode Direct
Direct
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Pure A
Pure Audio
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Multiplex Dolby Pro Dolby Pro Logic II Logic IIx
Stereo
• PLII Movie
✔
✔
• PLII Music
✔
✔
• PLII Game
✔
• PLIIx Movie
✔
• PLIIx Music
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
• PLIIx Game
✔
Surround
Dolby Digital/AAC Dolby VS
✔
Dolby Digital EX/Dolby EX
✔
DTS
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔ ✔
✔ ✔
DTS 96/24
✔
DTS-ES Discrete DTS NEO:6 (NEO:6 Matrix)
✔
✔*2
DTS-ES Matrix ✔
✔*2
• NEO:6 Cinema
✔
✔*2
• NEO:6 Music
✔
✔*2
Multichannel i.LINK(IEEE1394):DVDAudio i.LINK(IEEE1394):SACD
DSP, DSP
THX
THX • THX Cinema
✔
• THX Music Mode
✔
• THX Games Mode
✔
• THX Surround EX
✔
✔
✔
✔
✔
✔ ✔ ✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
All Ch Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Full Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Mono Movie
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Enhance
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Orchestra
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Unplugged
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Studio-Mix
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
TV Logic
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
*2 NEO:6-96k
Nl-144
✔
• THX Ultra2 Cinema
Relatie tussen ingangsbron en luister-mode—Vervolg i.LINK(IEEE1394):DVD-Audio Ingangssignaalformaat Knop
Multichannel Multichannel (*/2) (maar niet */2)
Type bron
2/0
1/0
i.LINK(IEEE1394): SACD
1+1
176,4/192 Multichannel kHz (3/2)
DVD-Audio
Luistermode
2/0
Super Audio-CD
Direct
Direct
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Pure A
Pure Audio
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Multiplex Dolby Pro Dolby Pro Logic IIx Logic II
Stereo
• PLII Movie
✔
✔
• PLII Music
✔
✔
✔
• PLII Game
✔
• PLIIx Movie
✔
✔
✔
• PLIIx Music
✔
✔
✔
✔
• PLIIx Game
✔ ✔ ✔
Surround
Dolby Digital/AAC Dolby VS
✔
Dolby Digital EX/Dolby EX
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
DTS DTS 96/24 DTS-ES Discrete DTS-ES Matrix DTS NEO:6 (NEO:6 Matrix)
✔
✔
• NEO:6 Cinema
✔
✔
• NEO:6 Music
✔
✔
Multichannel ✔
✔
✔
✔
✔
i.LINK(IEEE1394):SACD THX • THX Cinema
DSP, DSP
THX
• THX Ultra2 Cinema
✔
✔
✔
• THX Music Mode
✔
• THX Games Mode
✔
• THX Surround EX
✔
✔
✔ ✔ ✔
✔
✔
✔
✔
Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
All Ch Stereo
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Full Mono
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Mono Movie
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Enhance
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Orchestra
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Unplugged
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Studio-Mix
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
TV Logic
✔
✔
✔
✔
✔
✔
✔
Diversen
i.LINK(IEEE1394):DVDAudio
Nl-145
De RDC-7.1 gebruiken met optieborden – Alleen voor Amerikaanse, Canadese en Australische modellen – Types RDC-7.1 optieborden De volgende optieborden zijn vanaf november 2004 beschikbaar voor de RDC-7.1.
A
C DIGITAL IN
B
AUDIO IN G
F
E
D DIGITAL IN
OPTICAL
R
COAXIAL
1
L
H
R
K
J
I
L
L
12 V TRIGGER OUT
4
PH
1
RS 232
E
5
2
2
3
3
1
6
4
4
2
7
GND
R
L
IR IN +12 V DC PWR SUPPLY 20mA MAX.
GND MAIN ZONE 2
5
ZONE 3
8
3
5
12 V TRIGGER OUT 6
6
1
9
1
1
2
4
2
2
3
5
A
200mA MAX.
B
100mA MAX.
C
100mA MAX.
GND D
R
OUT
OUT
E
R
L
( ASSIGNABLE)
( SINGLE )
L
L
TOTAL 100mA MAX.
( SINGLE )
( ASSIGNABLE)
L
L
R FRONT
R
R SUB WOOFER
AC INLET
L CENTER
CENTER
SURR
SURR BACK
( ASSIGNABLE)
B
SUBWOOFER
SURR BACK R
SURR R
FRONT R
CENTER
FRONT L
SURR L
PRE OUT A
E
MULTI - CH
FR
H
S VIDEO
I
VIDEO
IN
IN 1
FL
COMPONENT VIDEO
IN 1
IN
SURR BACK L
R FRONT
( SINGLE)
SUB WOOFER SURR
SURR BACK
PRE OUT B
K
J
IN 2
( ASSIGNABLE)
L
COMPONENT VIDEO
ANTENNA
IN
( HD/BNC )
MODEL NO. RDC-7.1
HDMI
Y
1
Y SUB
C
SR
SL
SBR
SBL
IN 1 PB
2
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
PB PR
3
FR
FM 75
IN 3
OUT 1
4
Y
5
PB
6
PR
PR
FL
IN 2
OUT
ETHERNET ( Net-Tune )
Y SUB
C
SR
SL
SBR
SBL
1
3
2
4 OUT
MULTI - CH
AM
PB
S VIDEO
VIDEO
PR OUT
VIDEO
OUT
S VIDEO
IN 2
C-NET-A
C-MULTI
E
MULTI - CH
FR
C-VIDEO
C-CPNT-BNC
J
IN 1
FL
COMPONENT VIDEO
IN 4 Y SUB
C
SR
SL
SBR
SBL
PB
PR
OUT
Y
PB
DIGITAL IN ( BALANCED )
PR
AES / EBU
C-AES
Nl-146
C-CPNT-RCA
C-AMFM
C-HDMI
UDD
100mA MAX.
De RDC-7.1 gebruiken met optieborden – Alleen voor Amerikaanse, Canadese en Australische modellen –—Vervolg Ditributieregio’s (vanaf november 2004)
(de Verenigde Staten en Canada)
(Australië)
Productnummer: C-NET-A Verschaft een Ethernetpoort voor de Net Audio-aansluiting. Door de netwerkserver aan te sluiten op de poort kunt u naar muziek luisteren die is opgeslagen op uw PC of uitgezonden door een Internetradiozender. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf B op de RDC-7.1. Productnummer: C-MULTI Verschaft twee sets analoge meerkanaalsingangsaansluitingen. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf E op de RDC-7.1. Productnummer: C-AES Verschaft een analoge set meerkanaalsingangsaansluiting en een AES/EBU digitale audioingangsstekerbus. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf E op de RDC-7.1. Productnummer: C-VIDEO Verschaft de volgende videoaansluitingsklemmen. Samengestelde video: Ingang × 6, Uitgang × 4 S-video: Ingang × 6, Uitgang × 4 Component video (RCA): Ingang × 3, Uitgang × 1 Dit optiebord wordt geplaatst over sleuven H en I op de RDC-7.1. Productnummer: C-CPNT-BNC Verschaft BNC-type component videoklemmen. Een ingangsklemmenset en een uitgangsklemmenset zijn beschikbaar. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf J op de RDC-7.1. Productnummer: C-CPNT-RCA Verschaft RCA-type component videoklemmen. Een ingangsklemmenset en een uitgangsklemmenset zijn beschikbaar. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf J op de RDC-7.1.
Diversen
Productnummer: C-FMAM Verschaft klemmen voor FM- en AM-tuners. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf K op de RDC-7.1. Productnummer: C-HDMI Verschaft HDMI-klemmen. Twee ingangsklemmen en een uitgangsklem zijn beschikbaar. Dit optiebord wordt geplaatst in sleuf L op de RDC-7.1.
Nl-147
De RDC-7.1 gebruiken met optieborden – Alleen voor Amerikaanse, Canadese en Australische modellen –—Vervolg De subfronten zijn aan de RDC-7.1 bevestigd met twee schroeven aan de bovenkant en de onderkant. Het front dat de sleuven [H] en [ I ] bedekt is met vier schroeven aan de bovenkant en de onderkant bevestigd. Gebruik de verwijderde schroeven om het optiebord te bevestigen.
Optieborden installeren (alleen voor Amerikaanse en Australische modellen) De optieborden moeten in hun individuele toegewezen sleuven worden geïnstalleerd. Als u het optiebord in een andere sleuf installeert ka dit leiden tot storing.
B TAL D DIGI
1
2
Haal het optiebord voorzichtig uit de verpakking. Het optiebord bestaat uit vele componenten, klemmen en connectors met soldeersels op het oppervlak. Als u het bord met uw vingers aanraakt kan dit leiden tot storing of schade wegens statische elektriciteit, incorrecte contact enzovoort. Zorg er bij het hanteren van het bord voor dat u het vasthoudt aan de het buitengedeelte of aan het front van het bord, zonder het oppervlak van het bord aan te raken.
E
IN
COAXIAL
IN
TAL C DIGI ICAL
Zet de stroom uit en trek de voedingskabel uit zowel de RDC-7.1 als het stopcontact. Verzeker u ervan dat de stroom van de RDC-7.1 is uitgezet. Het plaatsen of verwijderen van een optiebord met de RDC-7.1 aan kan leiden tot storing.
OPT
B
1 1
A
2 2
3 3
4 4
5
S400
5
6 6
AUDIO
1 is a K logo The i.LIN s of Sony trademarkon, registered Corporati and other in the U.S.. countries
1
2 2 OUT
E)
( ASSIGNABL
L ( SINGLE
L
)
SURR
CENTER
R
SURR
R
R
BACK
WOOFER
R SUB FER WOO
FRONT
5
SURR
SUB T A PRE OU
BACK SURR NABL E) ( ASSIG
Steek het optiebord langzaam langs de rail naar binnen. Als het bord op de positie komt waar het stopt maar niet de gehele sleuf bedekt, duw het bord dan iets steviger verder. TAL D DIGI
Bordoppervlak
E
IN
COAXIAL
IN
TAL C DIGI ICAL
OPT
1 1
A
2
B
2
3 3 B
4 4
( Net-Tune)
ETHERNET
“Net-Tune” is a trademark of Onkyo Corporation.
S400
” “Net -Tunemark of on. is a trade Corporati Onkyo 5
5
6 6
AUDIO
ET ETHERN ) ( Net -Tune
1 is a K logo The i.LIN s of Sony trademarkon, registered Corporati and other in the U.S.. countries
1
2 2 OUT
E)
( ASSIGNABL
L ( SINGLE
L
)
SURR
CENTER
R
SURR
BACK
R
R
WOOFER
R
3
Controleer de alfabetletter op het optiebord. De alfabetletter staat op de linker bovenhoek van het front. B
” of “Net -Tune emark is a tradCorporation. Onkyo
B
6
SURR
SUB FER WOO
FRONT
SUB T A PRE OU
BACK SURR NABL E) ( ASSIG
Bevestig het bord stevig aan de RDC-7.1 met de verwijderde schroeven. Zorg ervoor de schroeven stevig vast te draaien aan de RDC-7.1. Als de schroeven loszitten kunnen zich contactstoringen of grond- of signaaldraden voordoen op de sectie tussen de sleufklem van de RDC-7.1en het optiebord, hetgeen ertoe kan leiden dat de RDC-7.1 of het bord niet werkt. TAL D DIGI
E
IN
COAXIAL
IN
ET ETHERN )
TAL C DIGI ICAL
OPT
( Net -Tune
B
1 1
A
2 2
3 3
” “Net -Tunemark of on. is a trade Corporati Onkyo
4 4
5
S400 ETHERN
5
ET
( Net -Tune
)
6
4
Nl-148
Verwijder het subfront met dezelfde alfabetletter als uw optiebord van de achterkant van de RDC-7.1. Gebruik de meegeleverde inbussleutel om de schroef geleidelijk los te draaien en houd het subfront vast zodat het niet naar beneden valt.
6
AUDIO
1 is a K logo The i.LIN s of Sony trademarkon, registered Corporati and other in the U.S.. countries
1
2 2 OUT
E)
( ASSIGNABL
L ) ( SINGLE
L
SURR
CENTER
R
SURR WOOFER
R FRONT
SUB FER WOO
SURR
BACK SURR NABL E) ( ASSIG
SUB T A PRE OU
BACK
R
R
Hebt u problemen bij het gebruik van uw RDC-7.1, kijk dan in dit hoofdstuk. Kunt u een probleem niet zelf oplossen, neem dan contact op met de leverancier van wie u deze eenheid hebt gekocht.
Voeding Kan de RDC-7.1 niet aanzetten? • Zorg ervoor dat het netsnoer goed in het stopcontact zit. En ook zorg ervoor dat het andere einde van het netsnoer goed vast zit in de AC INLET van de RDC-7.1. • Trek de stekker van de voedingskabel uit het stopcontact, wacht minimaal vijf seconden en steek de kabel vervolgens weer in het stopcontact. De RDC-7.1 schakelt uit zodra deze wordt aangezet? • Het beschermingscircuit van de versterker is ingeschakeld. Haal het netsnoer onmiddellijk uit het stopcontact en neemt contact op met de leverancier van wie u de eenheid hebt gekocht. Het [Standby]-indicatielampje op de RDC-7.1 blijft aan? • Er wordt vanuit gegaan dat de RDC-7.1 een bron gebruikt in Zone 2 of 3. Zet Zone 2 en 3 uit (pag. 71), wanneer niet in gebruik.
Audio Er is geen geluid of het geluid is erg zacht? • Zorg ervoor dat alle audioverbindingsstekkers helemaal zijn ingestoken. • Zorg ervoor dat de ingangen en uitgangen van alle componenten goed zijn aangesloten (pagina’s 25-44). • Zorg ervoor dat de polariteit van de luidsprekerkabels juist is en dat de kale draden contact maken met de metalen delen van iedere luidsprekeraansluiting op de vermogensversterker. • Zorg ervoor dat de ingangsbron juist is gekozen (pagina’s 52, 53). • Controleer het volume. Het kan worden ingesteld van –81.5 tot +18 (pagina’s 52, 53). De RDC-7.1 is ontworpen voor het gebruik als huistheater. Het apparaat heeft een breed volumebereik waardoor u heel nauwkeurig kunt afstellen. • Als de MUTING-aanduiding wordt weergegeven op het display, druk dan op de [Muting]-knop van de afstandsbediening om de RDC-7.1 weer hoorbaar te maken (pag.54 ). • Zit er een koptelefoon aangesloten op de Phones-aansluiting, dan komt er geen geluid uit de luidsprekers (pag. 54). • Controleer de instelling van de digitale audio-uitgang op het aangesloten apparaat. Op sommige bedieningspanelen van spelletjes zoals de panelen die DVD ondersteunen, is de standaardinstelling uit. • Bij sommige DVD-Videodiscs moet u een audio-uitgangsformaat kiezen van een menu. • Zorg ervoor dat u het juiste een audio-ingangsformaat kiest met de [Audio SEL]-knop (pag. 57). • Om een draaitafel te kunnen gebruiken met een MC-element hebt u een MC-phonovoorversterker nodig die in de handel verkrijgbaar is (pag. 38). • Zorg ervoor dat geen van de verbindingskabeltjes gebogen, gedraaid of beschadigd is. • Niet alle luister-modes gebruiken alle luidsprekers. • Geef de Instelling Speaker/Output en de Input Setup op (pagina’s 92-102).
Alleen de voorste luidsprekers geven geluid? • Is de Stereo luister-mode gekozen, dan maken alleen de voorste luidsprekers en de subwoofer geluid. • Is de Direct luister-mode of de Pure Audio luister-mode gekozen, dan maken alleen de voorste luidsprekers geluid. • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pag. 92). Alleen de middelste luidspreker maakt geluid? • Gebruikt u de Pro Logic II/IIx Movie of Pro Logic II/IIx Music luister-mode met een monobron, zoals een AMradiostation of mono TV-programma, dan wordt het geluid geconcentreerd in de middelste luidspreker. • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pag. 92). De surround luidsprekers maken geen geluid? • Als de Stereo, Direct of Pure Audio luister-mode is gekozen, maken de surround luidsprekers geen geluid (pag. 58). • De surround luidsprekers maken misschien niet veel geluid afhankelijk van de bron en de huidige luister-mode. Probeer een andere luister-mode te kiezen. • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pag. 92). De middelste luidspreker maakt geen geluid? • Als de Stereo, Direct of Pure Audio luister-mode is gekozen, maakt de middelste luidspreker geen geluid (pag. 58). • Staat de luister-mode op “Mono”, dan kan er geen geluid uit de middelste luidspreker komen. • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pag. 92). De surround achterste luidsprekers maken geen geluid? • De achterste surround luidsprekers worden niet gebruikt bij alle luister-modi.Kies een andere luister-mode (pagina’s 58-60 ). • De achterste surround luidsprekers kunnen soms niet veel geluid maken bij sommige bronnen. • Is de “SB Mode (5k)” beschikbaar in één van de submenu’s van het menu “Listening Mode Setup”, zorg er dan voor dat deze niet op “Off” staat (pagina’s 106-112). • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pag. 92). De subwoofer maakt geen geluid? • Wanneer u bronmateriaal afspeelt dat geen informatie bevat in het LFE-kanaal, maakt de subwoofer geen geluid. • Zorg ervoor dat de luidsprekers juist zijn geconfigureerd (pagina’s 92, 93). Bij een bepaald signaalformaat is er geen geluid? • Controleer de instellingen voor het formaat van het ingangssignaal. Afhankelijk van de afgespeelde bron kunt u Auto, Multich, Analog of i.LINK kiezen (pag. 57). • Controleer de instelling van de digitale audio-uitgang op het aangesloten apparaat. Op sommige bedieningspanelen van spelletjes zoals de panelen die DVD ondersteunen, is de standaardinstelling uit. • Bij sommige DVD-Videodiscs moet u een audio-uitgangsformaat kiezen van een menu. • Afhankelijk van het ingangssignaal kunnen bepaalde luister-modi niet worden gekozen (pagina’s 143-145). Kan de DTS-ES Discrete/Matrix luister-modus of de THX Surround EX luister-modus niet kiezen? • Deze modi kunnen niet worden gekozen wanneer er geen surround achterluidsprekers zijn aangesloten of Zone 2/3 wordt gebruikt. • Is de “SB Mode (5k)” beschikbaar in één van de submenu’s van het menu “Listening Mode Setup”, zorg er dan voor dat deze niet op “Off” staat (pagina’s 106-112).
Nl-149
Diversen
Problemen oplossen
Problemen oplossen—Vervolg Krijg geen 6.1 of 7.1 weeergave? • Als er geen surround achterluidsprekers zijn aangesloten of Zone 2/3 wordt gebruikt, dan is 6.1 en 7.1 weergave niet mogelijk. • Is de “SB Mode (5k)” beschikbaar in één van de submenu’s van het menu “Listening Mode Setup”, zorg er dan voor dat deze niet op “Off” staat (pagina’s 106-112). Het volume kan niet boven 99 worden ingestel? • Wanneer het niveau van alle luisprekers is gekalibreerd (pag. 94), dan kan de index voor het maximum volume wijzigen. Er kan herrie worden gehoord? • Bundel audiokabels niet met kabelbinders samen met elektriciteitskabels en luidsprekerkabels en dergelijke; dit kan de audioprestaties verminderen. • Een audiokabel kan interference oppikken. Vind een andere plaats voor uw kabels. Werkt de Late Night-functie niet? • Zorg ervoor dat het bronmateriaal Dolby Digital is (pag. 56). De meerkanaalsingang werkt niet? • Controleer de MULTI-CH IN verbindingen (pag. 66). • Zorg ervoor dat de meerkanaalsingang is toegekend aan de juiste ingangsbron (pag. 66). • Zet het audioingangssignaal op Multich (pag. 67). DTS-signalen • Wanneer het DTS programmamateriaal eindigt en de DTS bitstream stopt, dan blijft de RDC-7.1 in DTS luister-mode en blijft het DTS-indicatielampje aan. Dit is om ongewenst geluid te voorkomen wanneer u de pauze-, snel vooruit of snel achteruit functie gebruikt op uw speler. Schakelt u uw speler over van DTS naar PCM, dan hoort u mogelijk geen enkel geluid omdat de RDC-7.1 niet direct van formaat wisselt; in die situatie moet u uw speler voor ongeveer drie seconden stoppen en dan het afspelen vervolgen. • Met sommige CD- en LD-spelers kunt u DTS materiaal niet goed afspelen zelfs als uw speler is aangesloten op de digitale ingang op de RDC-7.1. Dit komt gewoonlijk doordat de DTS-bitstream is bewerkt (bijvoorbeeld uitgangsniveau, sampling rate of frequentierespons gewijzigd) en de RDC-7.1 herkent het niet als een echt DTS-signaal. In dit soort situaties kunt u ongewenst geluid horen. • Wanneer u DTS-programmamateriaal afspeelt, kan gebruik van de pauze-, snel vooruit of snel achteruit functie op uw speler een kort hoorbaar ongewenst geluid voortbrengen. Dit duidt niet op een storing.
Video Er is geen beeld? • Zorg ervoor dat alle videoverbindingsstekkers helemaal zijn ingestoken. • Zorg ervoor dat iedere videocomponent goed is aangesloten. • Zorg ervoor dat de juiste instellingen zijn ingevoerd voor het “Video Assign” submenu onder het “Input Setup” menu (pag. 99). • Zorg ervoor dat op uw TV de video-ingang is gekozen waarop de RDC-7.1 is aangesloten. • Is de Pure Audio luister-mode gekozen, dan zijn de videocircuits uitgeschakeld en de RDC-7.1 stuurt geen videosignalen uit. De menu’s op het scherm (OSD) verschijnen niet of ze verschijnen op een rare plaats?
Nl-150
•
•
•
Zorg ervoor dat de juiste instellingen zijn ingevoerd voor het “Video Output Assign” submenu onder het “Speaker/ Output Setup” menu (pag. 92). Zorg ervoor dat de juiste instellingen zijn ingevoerd voor het “OSD Setup” submenu onder het “Preference” menu (pag. 120). Zorg ervoor dat op uw TV de video-ingang is gekozen waarop de RDC-7.1 is aangesloten.
Tuner Ontvangst is lawaaiïg, FM stereo ontvangst is lawaaiïg of de FM STEREO-aanduiding verschijnt niet? • Verplaats uw antenne. • Zet de RDC-7.1 op een grotere afstand van uw TV of computer. • Druk op de [Tuning Mode]-knop om de “AUTO”-aanduiding uit te schakelen waardoor de FM-mode naar mono terugvalt (pag. 62). • Gebruik van de afstandsbediening kan lawaai veroorzaken wanneer u luistert naar een AM-station. • Voorbijkomende auto’s of vliegtuigen kunnen storing veroorzaken. • Betonmuren verzwakken radiosignalen. • Installeer een buitenantenne als niets de ontvangst verbetert. Wanneer de RDC-7.1 is losgekoppeld of als er zich een stroomstoring voordoet: • Gewoonlijk houdt het ingebouwde geheugen zijn inhoud vast voor twee weken. Voer de voorkeurzenders opnieuw in als het apparaat de voorkeurradiozenders kwijt raakt.
Afstandsbediening De afstandsbediening werkt niet? • Zorg ervoor dat de batterijen zijn gemonteerd met de juiste polariteit (pag. 9). • Monteer nieuwe batterijen. Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar of oude en nieuwe (pag. 9). • Zorg ervoor dat de afstandsbediening niet te ver weg is van de RDC-7.1, en dat er niets in de weg is tussen de afstandsbediening en de sensor van de afstandsbediening op de RDC-7.1 (pag. 9). • Zorg ervoor dat er geen direct zonlicht of licht van t.l.-verlichting (met een gelijkstroom-wisselstroomomzetter) op de RDC-7.1 valt. Zet het apparaat zo nodig op een andere plaats. • Als de RDC-7.1 in een kast achter deuren van gekleurd glas staat, werkt de afstandsbediening mogelijk niet betrouwbaar als de deuren gesloten zijn. • Zorg ervoor dat u de juiste mode hebt gekozen voor de afstandsbediening (pag. 51). • Sommige knoppen werken soms niet zoals u verwacht, als u de afstandsbediening gebruikt om AV-componenten te bedienen van andere fabrikanten. • Zorg ervoor dat u het juiste ID hebt ingevoerd voor de afstandsbediening. • Als u het transmissiesignaalformaat van de afstandsbediening wijzigt in RF, moet u niet vergeten dezelfde ID te selecteren als de RF-ontvanger. Kan andere componenten niet bedienen? • Als het component van IntegraRESEARCH is, zorg er dan voor dat de -kabel en de analoge audiokabel (RCA/ phono) juist zijn aangesloten. Alleen een -kabel aansluiten werkt niet (pag. 45). • Zorg ervoor dat u de juiste mode hebt gekozen voor de afstandsbediening (pag. 51).
Problemen oplossen—Vervolg
Opnemen Kan niet opnemen? • Zorg ervoor dat u op uw recorder de juiste ingang hebt gekozen zoals digitaal of analoog. • Zorg ervoor dat de juiste uitganginstellingen zijn ingevoerd voor de aangesloten apparaten. Instellingen zijn beschikbaar in de “Rec Out” van de “Audio Output Assign” en “Video Output Assign” submenu’s onder het “Speaker/Output Setup” menu (pagina’s 95, 96).
Zone 2/Zone 3 Zone 2/3 is uitgeschakeld? • Was de Sleep-functie ingesteld? De Sleep-functie schakelt zowel Zone 2/3 uit als de RDC-7.1. Om de Sleep-functie in te stellen voor alleen maar Zone 2/3, ie pag.69. Er is geen geluid? • De Opname- en Zone 3-bedieningen maken gebruik van hetzelfde circuit en kunnen daarom niet tegelijkertijd worden gebruikt. Zorg ervoor dat u de juiste instellingen hebt ingevoerd voor de uitgangen. Instellingen zijn beschikbaar in “Zone 2 Out” of “Zone 3 Out” van de “Audio Output Assign” en “Video Output Assign” submenu’s onder het “Speaker/Output Setup” menu (pagina’s 95, 96). De instelling voor de Surr Back-luidspreker verschijnt niet? • De instelling is niet beschikbaar als er geen surround achterluidsprekers zijn aangesloten of als de surround achteruitgangen worden gebruikt met Zone 2/3.
Net-Tune-kenmerken
Kan geen lijst krijgen van Internet-radiostations van de Xiva-Net online database? • Probeer het op een later tijdstip nog eens. Kan niet bij de muziek op de gekozen server of kan geen verbinding maken met de server? • Zorg ervoor dat uw Net-Tuneserver aan staat . • Voeg de MP3-, WMA- en WAV-bestanden op uw NetTuneserver. • Zet de [Power]-schakelaar van de RDC-7.1 Uit, wacht vijf minuten en schakel hem daarna weer In. Als dit niets oplost, moet u uw Net-Tuneserver opnieuw starten. • Zorg ervoor dat op het Client submenu de instelling voor de NTSP-poort naar hetzelfde poortnummer wijst als NetTune Central. Corrigeer indien nodig (pag.123). Kan geen albums selecteren? • Gebruik de Net-Tuneserver om albumtitels toe te voegen aan uw muziekbestanden. Kan geen artiesten selecteren? • Gebruik de Net-Tuneserver om artiestnamen toe te voegen aan uw muziekbestanden. Kan niet selecteren op genre? • Gebruik de Net-Tuneserver om genrenamen toe te voegen aan uw muziekbestanden. Geen afspeellijsten beschikbaar? • Gebruik de Net-Tuneserver om afspeellijsten te maken.
Overige Het geluid verandert wanneer ik mijn koptelefoon aansluit? • Wanneer een koptelefoon wordt aangesloten kan de luistermode veranderen afhankelijk van de mode die was ingesteld voordat hij werd aangesloten. Kan een instelling niet aanpassen? • Sommige instellingen zijn niet beschikbaar als u Net-Tune gebruikt. Kan een audio adjust-functie niet gebruiken? • Sommige audio adjust-functies kunnen niet worden gebruikt met bepaalde luister-modi. Het display werkt niet? • Het display wordt uitgezet als de Pure Audio luister-mode is geselecteerd.
Geen toegang tot Internet radio of de Net-Tuneserver? • Controleer de verbinding tussen de RDC-7.1 en de LANpoort op uw router of switch. • Zorg ervoor dat uw modem en router juist zijn aangesloten en zorg ervoor dat ze allebei aan staan. • Zorg ervoor dat de instellingen van de Network Setup juist zijn (pag. 122). Afspelen stopt terwijl u luistert naar Net-Tune tracks? • Zorg ervoor dat uw Net-Tuneserver aan voldoet aan de systeemeisen die staan op pagina’s 74,76. • Zendt Net-Tuneserver WAV-bestanden naar verscheidene clients tegelijkertijd, dan kan het netwerk overbelast raken waardoor afspelen wordt onderbroken. Dit kan worden opgelost door een Ethernet-netwerk voor te bereiden dat alleen maar wordt gebruikt door Net-Tune waardoor NetTune wordt gescheiden van de gewone netwerkverkeer, en door switches te gebruiken om de netwerkprestaties te verbeteren.
Nl-151
Diversen
Kan geen commando’s leren van andere afstandsbedieningen? • Zorg ervoor dat de zendeindes van beide afstandsbedieningen naar elkaar wijzen. • Probeert u te leren van een afstandsbediening die niet kan worden gebruikt om te leren? Sommige commando’s kunnen niet worden geleerd met name dat soort commando’s dat een aantal instructies verzendt met een enkele druk op de knop.
Problemen oplossen—Vervolg Foutmeldingen ”Not available with Headphones use” (Niet beschikbaar indien Koptelefoon in gebruik is) • Deze handeling mag niet als er een koptelefoon is aangesloten. ”Not available in this Sp Config” (Niet beschikbaar bij deze luidsprekerconfiguratie) • Werkt niet met de actuele luidsprekerconfiguratie. ”Only available with Dolby D” (Alleen beschikbaar met Dolby D) • Alleen maar te gebruiken met Dolby Digital. ”Not available with this signal” (Niet beschikbaar met dit signaal) • Werkt niet in de actuele luister-mode. ”Not available with Muting” (Niet beschikbaar met muting) • Bediening niet mogelijk omdat de RDC-7.1 is gedempt. ”Not available in this Listening mode” (Niet beschikbaar in deze luister-mode) • Werkt niet in de actuele luister-mode. ”Not available with NET AUDIO use” (Niet beschikbaar indien NET AUDIO in gebruik is) • Handeling niet mogelijk als Net Audio geselecteerd is als ingangsbron. “Not available with Dolby Headphone Off” (Niet beschikbaaar met Dolby koptelefoon uit) • Werkt niet als de Dolby Headphone-functie uit is. “Not available with Dolby Headphone On” (Niet beschikbaaar met Dolby koptelefoon aan) • Werkt niet als de Dolby Headphone-functie aan is. “Not available with zone2 out in Line out” (Niet beschikbaar met zone2 out in Line out”) • Handeling niet mogelijk met “1-8. f. Zone 2 Out” ingesteld op “Line Out”. “Not available with zone3 out in Line out” (Niet beschikbaar met zone3 out in Line out”) • Handeling niet mogelijk met “1-8. g. Zone 3 Out” ingesteld op “Line Out”. Backup-geheugen De RDC-7.1 maakt gebruik van een backup-systeem zonder batterijen voor het geheugen zodat voorkeuze-radiostations en andere instellingen bewaard blijven als de stekker van het apparaat uit het stopcontact wordt getrokken of bij een stroomstoring. Hoewel er geen batterijen nodig zijn, moet de stekker van de RDC-7.1 in het stopcontact zijn gestoken om het backup-systeem op te laden. (De Power-schakelaar van de RDC-7.1 moet On worden gezet om het backup-systeem op te laden, behalve bij Amerikaanse, Canadese en Australische modellen). Is het backup-systeem opgeladen, dan houdt de RDC-7.1 zijn instellingen voor een aantal weken vast; dit hangt echter af van de omgeving en deze tijd is korter in vochtige klimaten. De RDC-7.1 bevat een microcomputer voor signaalverwerking en bedieningsfuncties. In uiterst zeldzame gevallen kan sterke interferentie, ruis van een externe bron of statische elektriciteit ertoe leiden dat de microcomputer vastloopt. Als dit onverhoopt mocht gebeuren, dient u de stekker van de voedingskabel uit de wandcontactdoos te trekken, minimaal vijf seconden te wachten en de stekker vervolgens weer in de wandcontactdoos te steken. Om de standaardinstellingen van de RDC-7.1 terug te zetten, zet u het apparaat aan en drukt u op de [Standby/On]knop terwijl u de [Video 1]-knop ingedrukt houdt. Is deze reset klaar, dan verschijnt er “CLEAR” op het display en de RDC-7.1 gaat in de standby-stand. Onkyo is niet aansprakelijk voor schade (zoals onkosten voor het lenen van CD’s) als opnames mislukken door een storing van het apparaat. Voordat u belangrijke gegevens gaat opnemen, moet u controleren of het materiaal goed zal worden opgenomen.
Nl-152
Specificaties – Modellen voor de VS en Canada – Algemeen Nominale waarde van de voeding: Stroomverbruik: Stroomverbruik standby-stand: Afmetingen (B × H × D): Gewicht: Ingangen:
AC 120 V, 60 Hz 1,0 A 3,9 W 17 11/16" × 7 3/4" × 18 13/16" (450 × 197.3 × 477.1 mm) 45,6 lbs (20,7 kg)
Audio Meerkanaals (7.1k) ingangen: 1 of 2 (optie) 1 Phono (MM): 9 (toewijsbaar) Line ingangen: Digitale ingangen coaxiaal: 6 6 (toewijsbaar) Digitale ingangen optisch: Digitale ingangen AES/EBU 1 (optie) Video (Optie) Samengestelde video-ingan6 (toewijsbaar) gen: 6 (toewijsbaar) S video-ingangen: Component Video RCA 3 of 4 ingangen: Component video BNC1 ingang: Audio en video HDMI ingangen (19-pins): 2 (optie) Diversen 3 (voor Main, Zone 2 en Zone 3) IR in (phoenix connector): Uitgangen:
Audio Gebalanceerde Pre out A:
Front L/R, Center, Surround L/R, Surround Back L/R, Subwoofer Ongebalanceerde Pre out A: Front L/R, Center, Surround L/R, Surround Back L/R, Subwoofer Ongebalanceerde Pre out B: Subwoofer 1 Koptelefoon: 5 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 Line uitgangen: out en Zone 3 out) Digitale uitgangen coaxiaal: 2 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) Digitale uitgangen optisch: 2 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 out en Zone 3 out)
Video (Optie) Samengestelde video-uitgan3 (toewijsbaar aan Monitor out A/B, gen: S video-uitgangen:
Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) 1 (vast, Monitor out A) 3 (toewijsbaar aan Monitor out A/B en Recout) 1 (vast, Monitor out A)
Component Video RCA 1 of 2 uitgangen: Component Video BNC 1 uitgang: Audio en video 1 HDMI uitgang (19-pins): Diversen 12V Trigger out (phoenix con5 (voor A, B, C, D, E) nector): Ingangen/Uitgangen:
Diversen i.LINK(AUDIO) (4-pins): ETHERNET (Net-Tune): (1/8-inch mini-jack): RS232 (9 pin D-SUB contrastekker):
2 1 (optie) 1 1
Antennes:
FM AM: AC-Inlet:
75 ohms niet uitgebalanceerd Bijgeleverde raamantenne en externe aansluiting 1 (type IEC)
Specificaties – Modellen voor de VS en Canada –—Vervolg Tuner FM Afstemfrequentiebereik: Bruikbare gevoeligheid: Stereo Mono
87,50 tot 108,00 MHz, stappen van 200 kHz 17,2 dBf, 2,0 µV (75 Ω IHF) 23 µV (75 Ω DIN) 11,2 dBf, 1,0 µV (75 Ω IHF) 0,9 µV (75 Ω DIN)
50 dB gevoeligheid geruisloosheid: Mono 17,2 dBf, 2,0 µV (75 ohm) Stereo 37,2 dBf, 20,0 µV (75 ohm) Opvangverhouding: 2,0 dB Beeldonderdrukkingsfactor: 40 dB IF-onderdrukkingsfactor: 90 dB S/N: Mono 76 dB, IHF Stereo 70 dB, IHF Alternerende kanaalverzwakking: Mono 55 dB IHF Selectiviteit: 50 dB DIN AM-onderdrukkingsfactor: 50 dB Harmonische vervorming: Mono 0,2% Stereo 0,3% Frequentierespons: 30 tot 15.000 Hz, +/–1,0 dB Stereoscheiding: 45 dB bij 1.000 Hz 30 dB bij 100 tot 10.000 Hz Stereodrempel: 17,2 dBf, 2,0 µV (75 Ω)
AM Afstemfrequentiebereik: Bruikbare gevoeligheid: Beeldonderdrukkingsfactor: IF-onderdrukkingsfactor: S/N: THD:
530 tot 1.710 kHz, stappen van 10 kHz 30 µV 40 dB 40 dB 40 dB 0,7%
Specificaties en kenmerken kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden.
Diversen
Versterker Maximum Uitgangsniveaul: 8.5 Vrms THD (Totale harmonische vervorming): 0,05% (bij 1 Vrms output) Ingangsgevoeligheid en Impedantie: Audio 200 mV, 50 kΩ (AUDIO IN 1-9) 2,5 mV, 50 kΩ (PHONO MM) 200 mV, 50 kΩ (MULTI IN FR/FL/C/ SR/SL/SBR/SBL)(Optie) 36 mV, 50 kΩ (MULTI IN SUB)(Optie) 0,5 Vp-p, 75 Ω (DIGITAL IN COAXIAL 1-6) 1.3 Vp-p, 110 Ω (DIGITAL IN (uitgebalanceerd) AES/EBU) (Optie) Video (DVD, VIDEO 1-5) (Optie) 1 Vp-p, 75 Ω (samengestelde video) 1 Vp-p, 75 Ω (S video, Y-signaal) 0,28 Vp-p, 75 Ω (S video, C-signaal) Component (Optie) 1 Vp-p, 75 Ω (Y) 0,7 Vp-p, 75 Ω (PB/CB, PR/CR) Uitgangsniveau en impedantie: Audio AUDIO 1-5: 200 mV, 470 Ω (Tape 1/2/ Video 1/2/3 Rec Out) 100 mV, 470 Ω (Zone 2/3 Out (vast)) 1 V, 470 Ω (Zone 2/3 Out (variabel)) PRE OUT A: 1 V, 470 Ω (Front L/R, CENTER, SURR L/R, SURR BACK of Zone 2 L/R, SUB WOOFER) PRE OUT B: 1 V, 470 Ω (SUB WOOFER) Video (Optie) VIDEO 1-4 (Samengestelde video-aansluiting): 1 Vp-p 75 Ω (Monitor Out A/B, Video 1/2/3 Rec Out, Zone 2/3 Out) VIDEO 1-4 (S Video, Y-signal): 1 Vp-p, 75 Ω (Monitor Out A/B, Video 1/2/3 Rec Out) VIDEO 1-4 (S Video, C-signal): 0,28 Vp-p, 75 ohm (Monitor Out A/B, Video 1/2/3 Rec Out) COMPONENT VIDEO: 1 Vp-p, 75 ohm (Y) 0,7 Vp-p, 75 ohm (PB/CB, PR/CR) Phono overbelasting: 120 mV RMS bij 1.000 Hz, 0,5% THD Frequentierespons: Audio (CD in Direct mode) 5 Hz-100 kHz: +1/–3 dB Videocomponent 10 Hz-50 MHz: +1/–3 dB RIAA-afwijking: 20-20 kHz: ±0,8 dB Toonregeling: ±12 dB bij 50 Hz (Bass) ±12 dB bij 1.000 Hz (Mid) ±12 dB bij 20.000 Hz (Treble) S/N (Direct mode): 80 dB (PHONO, IHF A, 5 mV ingang) 95 dB (LINE, IHF A, 0,5V ingang) Muting: hangt af van instellingenmenu
Nl-153
Specificaties – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada – Algemeen
Antennes:
Nominale waarde van de voeding: Modellen voor Europa en Austra- AC 230-240 V, 50 Hz lië: Aziatische modellen: AC 220-230 V, 50 Hz AC 120 V, 60 Hz Stroomverbruik: Modellen voor Europa en Austra100 W lië: Aziatische modellen: 100 W Stroomverbruik standby-stand: 3,9 W Afmetingen (B × H × D): 450 × 197,3 × 477,1 mm (17 11/16" × 7 3/4" × 18 13/16") Gewicht: 21,7 kg (47,8 lbs) Ingangen: Audio Meerkanaals (7.1k) ingangen: 1 Phono (MM): 1 Line ingangen: 9 (toewijsbaar) Digitale ingangen coaxiaal: 6 Digitale ingangen optisch: 6 (toewijsbaar) Digitale ingangen AES/EBU 1 Video (Optie) Samengestelde video-ingangen: 6 (toewijsbaar) S video-ingangen: 6 (toewijsbaar) Component Video RCA ingangen: 3 Component video BNCingang: 1 Audio en video HDMI ingangen (19-pins): 2 Diversen IR in (1/8-inch mini-jack): 3 (voor Main, Zone 2 en Zone 3) Uitgangen: Audio Gebalanceerde Pre out A: Front L/R, Center, Surround L/R, Surround Back L/R, Subwoofer Ongebalanceerde Pre out A: Front L/R, Center, Surround L/R, Surround Back L/R, Subwoofer Ongebalanceerde Pre out B: Subwoofer Koptelefoon: 1 Line uitgangen: 5 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) Digitale uitgangen coaxiaal: 2 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) Digitale uitgangen optisch: 2 (toewijsbaar aan Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) Video Samengestelde video-uitgangen: 3 (toewijsbaar aan Monitor out A/B, Recout, Zone 2 out en Zone 3 out) 1 (vast, Monitor out A) S video-uitgangen: 3 (toewijsbaar aan Monitor out A/B en Recout) 1 (vast, Monitor out A) Component Video RCA uitgangen: 1 Component Video BNC uitgang: 1 Audio en video HDMI uitgang (19-pins): 1 Diversen IR out (1/8-inch mini-jack): 3 (voor Main, Zone 2 en Zone 3) 12 V Trigger out (1/8-inch mini-jack): 5 (voor A, B, C, D, E) Ingangen/Uitgangen: Diversen
i.LINK(AUDIO) (4-pins): ETHERNET (Net-Tune): (1/8-inch mini-jack): RS232 (9 pin D-SUB contra-stekker):
Nl-154
2 1 (optie) 1 1
FM: AM: AC-Inlet:
75 ohms niet uitgebalanceerd Bijgeleverde raamantenne en externe aansluiting 1 (type IEC)
Versterker THD (Totale harmonische vervorming): 0,05% (bij 1 Vrms output) Ingangsgevoeligheid en Impedantie: Audio 200 mV, 50 kΩ (AUDIO IN 1-9) 2,5 mV, 50 kΩ (PHONO MM) 200 mV, 50 kΩ (MULTI IN FR/FL/C/ SR/SL/SBR/SBL) 36 mV, 50 kΩ (MULTI IN SUB) 0,5 Vp-p, 75 Ω (DIGITAL IN COAXIAL 1-6) 1.3 Vp-p, 110 Ω (DIGITAL IN (uitgebalanceerd) AES/EBU) Video (DVD, VIDEO 1-5) 1 Vp-p, 75 Ω (samengestelde video) 1 Vp-p, 75 Ω (S video, Y-signaal) 0,28 Vp-p, 75 Ω (S video, C-signaal) Component 1 Vp-p, 75 Ω (Y) 0,7 Vp-p, 75 Ω (PB/CB, PR/CR) Uitgangsniveau en impedantie: Audio AUDIO 1-5: 200 mV, 470 Ω (Tape 1/2/ Video 1/2/3 Rec Out) 100 mV, 470 Ω (Zone 2/3 Out (vast)) 1 V, 470 Ω (Zone 2/3 Out (variabel)) PRE OUT A: 1 V, 470 Ω (Front L/R, CENTER, SURR L/R, SURR BACK of Zone 2 L/R, SUB WOOFER) PRE OUT B: 1 V, 470 Ω (SUB WOOFER) Video VIDEO 1-4 (Samengestelde video-aan- 1 Vp-p 75 Ω (Monitor Out A/B, Video sluiting): 1/2/3 Rec Out, Zone 2/3 Out) VIDEO 1-4 (S Video, Y-signal): 1 Vp-p, 75 Ω (Monitor Out A/B, Video 1/2/3 Rec Out) VIDEO 1-4 (S Video, C-signal): 0,28 Vp-p, 75 ohm (Monitor Out A/B, Video 1/2/3 Rec Out) COMPONENT VIDEO: 1 Vp-p, 75 ohm (Y) 0,7 Vp-p, 75 ohm (PB/CB, PR/CR) Phono overbelasting: 120 mV RMS bij 1.000 Hz, 0,5% THD Frequentierespons: Audio (CD in Direct mode) 5 Hz-100 kHz: +1/–3 dB Videocomponent 10 Hz-50 MHz: +1/–3 dB RIAA-afwijking: 20-20 kHz: ±0,8 dB Toonregeling: ±12 dB bij 50 Hz (Bass) ±12 dB bij 1.000 Hz (Mid) ±12 dB bij 20.000 Hz (Treble) S/N (Direct mode): 80 dB (PHONO, IHF A, 5 mV ingang) 95 dB (LINE, IHF A, 0.5V ingang) Muting: Hangt af van instellingenmenu
Specificaties – Modellen die niet bestemd zijn voor de VS en Canada –— Vervolg Tuner FM Afstemfrequentiebereik: Bruikbare gevoeligheid: Stereo Mono
87,50 tot 108,00 MHz, stappen van 50 kHz 17,2 dBf, 2,0 µV (75 Ω IHF) 23 µV (75 Ω DIN) 11,2 dBf, 1,0 µV (75 Ω IHF) 0,9 µV (75 Ω DIN)
50 dB gevoeligheid geruisloosheid: Mono 17,2 dBf, 2,0 µV (75 ohm) Stereo 37,2 dBf, 20,0 µV (75 ohm) Opvangverhouding: 2,0 dB Beeldonderdrukkingsfactor: 85 dB IF-onderdrukkingsfactor: 90 dB S/N: Mono 76 dB, IHF Stereo 70 dB, IHF Alternerende kanaalverzwakking: Mono 55 dB IHF Selectiviteit: 50 dB DIN AM-onderdrukkingsfactor: 50 dB Harmonische vervorming: Mono 0,2% Stereo 0,3% Frequentierespons: 30 tot 15.000 Hz, +/–1,0 dB Stereoscheiding: 45 dB bij 1.000 Hz 30 dB bij 100 tot 10.000 Hz Stereodrempel: 17,2 dBf, 2,0 µV (75 Ω)
AM Afstemfrequentiebereik: Modellen voor Europa en Australië: 522 tot 1.611 kHz, stappen van 9 kHz Aziatische modellen: 522 tot 1.611 kHz, stappen van 9 kHz of 530 tot 1.710 kHz, stappen van 10 kHz *selecteerbaar Bruikbare gevoeligheid: 30 µV Beeldonderdrukkingsfactor: 40 dB IF-onderdrukkingsfactor: 40 dB S/N: 40 dB THD: 0,7%
Diversen
Specificaties en kenmerken kunnen zonder voorafgaande kennisgeving gewijzigd worden.
Nl-155
Integra Research Division of Sales & Product Planning Div. : 2-1, Nisshin-cho, Neyagawa-shi, OSAKA 572-8540, JAPAN Tel: 072-831-8023 Fax: 072-831-8124 http://www.onkyo.com/ Integra Research Division of ONKYO U.S.A. CORPORATION 18 Park Way, Upper Saddle River, N.J. 07458, U.S.A. Tel: 201-785-2600 Fax: 201-785-2650 http://www.integraresearch.com ONKYO EUROPE ELECTRONICS GmbH Liegnitzerstrasse 6, 82194 Groebenzell, GERMANY Tel: +49-8142-4401-0 Fax: +49-8142-4401-555 http://www.eu.onkyo.com/ ONKYO EUROPE UK Office Suite 1, Gregories Court, Gregories Road, Beaconsfield, Buckinghamshire, HP9 1HQ UNITED KINGDOM Tel: +44-(0)1494-681515 Fax: +44(0)-1494-680452 ONKYO CHINA LIMITED Units 2102-2107, Metroplaza Tower I, 223 Hing Fong Road, Kwai Chung, N.T., HONG KONG Tel: 852-2429-3118 Fax: 852-2428-9039 http://www.ch.onkyo.com/ SN 29343690
Printed in Japan D0411-1
Nl
(C) Copyright 2004 ONKYO CORPORATION Japan. All rights reserved.
* 2 9 3 4 3 6 9 0 *