Nummer 1
Nieuwsbrief
November 2011
Bijna vierhonderd auteurs die samen een ijzersterke serie maken, dat is iets om te koesteren en uit te bouwen. In tijden van verandering betekent dat: elkaar informeren, inspireren en uitdagen de toekomst vorm te geven. Deze nieuwsbrief wil daaraan bijdragen. Niet bedoeld als eenrichtingsverkeer dus, maar als uitnodiging aan u om mee te (blijven) praten over de toekomst van Tekst & Commentaar.
AUTEUR & COMMENTAAR
Carel Stolker: ‘Dit is een belangrijk moment’ Carel Stolker hoort bij de club van drie die de Redactieraad vormen van Tekst & Commentaar. Tot voor kort was hij decaan van de Leidse rechtenfaculteit. Hoe kijkt hij aan tegen zijn vak, tegen de serie? Hoe moet je de kwaliteit van T&C bewaken in roerige digitale tijden? ‘Tweehonderd meter hier vandaan ben ik geboren, en ik heb me nooit uitgeschreven uit Leiden. Dat wil ik graag zo houden.’ Carel Stolker is een man op zijn gemak, hij praat vlot, beweegt zich soepel. Maakte voorspoedig carrière binnen de Leidse rechtenfaculteit – de afgelopen jaren was hij er decaan. Misschien schuilt zijn kracht wel in die oersterke wortels: ‘het is erg prettig om een vaste basis te hebben. Maar ik ben in de tussentijd wel van huis geweest hoor. Ik heb bijvoorbeeld in 1991 een half jaar aansprakelijkheidsrecht gedoceerd in Amerika. Wat hebben wij ze te vertellen over dat onderwerp, zou je zeggen? Het is voor beide kanten interessant de vergelijking te maken, je af te vragen in hoeverre aansprakelijkheid ook een cultureel verschijnsel is.’ En, is dat zo? Stolker: ‘In de VS geldt: “pech moet weg”, schade moet altijd elders belegd worden. Dat heeft te maken met de manier waarop de Amerikaanse maatschappij is vormgegeven: uitgaan van zelfredzaamheid, weinig sociale zekerheid, onderverzekering. Neem smartengeld, dat berekent men in de VS voor een aantal terreinen nog steeds aan de hand van een soort kosten/batenanalyse: voor welk bedrag zou betrokkene bereid zijn deze schade te accepteren? Dan wordt het verlies van een arm of een been natuurlijk al snel onbetaalbaar. Wij hebben het
slimmer en goedkoper geregeld, met relatief bescheiden smartengeldtabellen: gestolde realiteit op basis van de jurisprudentie. Wij zien het niet als compensatie maar toch iets meer als een douceurtje, om het leven dragelijk te maken.’ Pikorde Nu hij met sabbatical is duikt Stolker weer in de culturele verschillen, voor een boek over rechtenfaculteiten in de hele wereld. ‘Waarom staat bijvoorbeeld in Canada de rechtenstudie in de pikorde boven sterrenkunde, en is dat hier andersom? Ik ga het onderzoeken, maar ik heb al wel ideeën. Ten eerste: in de meeste landen selecteert men aan de poort. Je moet als scholier veel meer je best doen om binnen te komen. In de tweede plaats is de studie in het buitenland vaak veel duurder, dan
ga je als student niet van alles ernaast doen. Die nevenactiviteiten zijn overigens wel waardevol: we kweken op de Nederlandse universiteiten geen sociaalarme nerds. Rechten hoort immers tot de menswetenschappen. Een derde veronderstelling is dat betere studenten de docenten weer naar een hoger niveau trekken, ze vormen een grotere intellectuele uitdaging voor de staf. Wat ons als discipline wereldwijd nog parten speelt is dat juridische wetenschappelijke literatuur vaak nog betrekkelijk moeilijk te krijgen is. Dat geldt zeker voor boeken. Waarom heb ik niet veel gemakkelijker online toegang tot alle juridische literatuur in de wereld? Waarom zijn we niet in staat dat beter en inzichtelijker te organiseren, ook kwalitatief?’
1
En dat brengt het gesprek op Tekst & Commentaar. ‘Wij zijn nog heel erg van de boekencultuur. We hebben in de Redactieraad ook wel strijd – nou ja: discussie – gehad over digitalisering. Kluwer was daar leidend in, en het moest ook echt, ik kan het niet anders zien. De digitale revolutie is geen neutrale, gevaarloze ontwikkeling: ze beïnvloedt ons hele werken en onze dagelijkse omgangsvormen: we mailen een vraag naar een collega aan de andere kant van de wereld en krijgen dezelfde dag nog antwoord. We zoeken wetenschappelijke artikelen binnen een paar seconden op via de Navigator of Legal Intelligence. In zo’n cultuur wil niemand nog drie jaar wachten op een nieuwe druk. Dat moest ook gevolgen hebben voor Tekst & Commentaar.’ Kamelenneus Maar met digitalisering alleen was het niet klaar. Stolker: ‘het was een camelnose, je ziet een klein neusje om de hoek verschijnen en denkt: ‘wat is dat voor schattig diertje?’ Maar dan blijkt er aan dat neusje een hele kameel vast te zitten. Omdat het digitaal mogelijk is, is informatie uit 2010 óók niet meer acceptabel. We willen permanent bij zijn. Dus zitten we nu tot diep in de nacht met de auteurstool te stoeien.’ Inmiddels is T&C Burgerlijk Wetboek via de auteurstool verwerkt. Het was nog geen rozengeur en maneschijn. ‘Vertraging, kinderziektes. Je moet nogal wat administratieve handelingen verrichten. En het is veel moeilijker om het overzicht te houden, omdat je per artikel werkt – wat bijzonder lastig is. Maar we zijn voorlopig dóór, en er is niemand afgehaakt.’ Het is natuurlijk al een toer om in zo’n brede, nog altijd groeiende serie als
2
T&C één lijn vast te houden. Daar komt nu bij dat het voor redacteuren van de delen moeilijker is geworden om overzicht te houden. Hoe houd je in die omstandigheden de formule en de kracht van Tekst & Commentaar overeind? ‘Het is inderdaad echt even opletten, dit is een belangrijk moment. Voor redacteuren verwacht ik een accentverschuiving van controle achteraf, naar instructies aan de auteurs vooraf. Elke bewerking apart op je scherm bekijken heeft niet zoveel zin, je kunt beter eens in de zoveel tijd naar de gehele bijdrage van de auteur en naar het geheel van het boek kijken. Met de hoge kwaliteit van onze auteurs heb je die inhoudelijke controle per artikel ook minder nodig.’
W
‘ e kweken op de universiteiten in Nederland geen sociaalarme nerds’ Lunchtafel Het behoud van die kwaliteit, daar is het Stolker om te doen. ‘We hebben zulke hoogwaardige auteurs en redacteuren: veel hoogleraren, hooggespecialiseerde advocaten, rechters, wetgevingsjuristen. Tekst & Commentaar heeft ook in dat opzicht een hele goede naam. Je wilt niet dat ze ermee stoppen of het werk aan medewerkers gaan overlaten.’ Dat betekent volgens Stolker dat er grenzen zijn aan wat je kunt vergen: ‘Auteurs zijn geen werknemers van Kluwer. De meesten schrijven naast een baan, waarin ze zelf als praktijkjuristen of als onderzoekers vormgeven aan het recht. Ik denk dat je te veel vraagt als je zegt dat auteurs elke week één of twee uren aan Tekst & Commentaar zouden moeten besteden, om elke ontwikkeling onmiddellijk online te verwerken. Misschien is een oplossing dat je de écht ingrijpende veranderingen direct verwerkt, als namelijk het bestaande commentaar de lezer echt op het verkeerde been zet. De nuanceringen in nieuwe jurisprudentie of literatuur kunnen dan later, in één keer, worden verwerkt.’ Levert dat geen onevenwichtigheid op? De gebruiker heeft dan met verschillende gradaties van actualiteit te maken. ‘Dat zou kunnen. Maar ach, wat is actualiteit in deze internettijd? We zijn in ontwikkeling, het zal moeten blijken. We moeten vooral veel met elkaar
praten. Ik heb het geluk dat ik werk in een organisatie met veel T&C-auteurs en redacteuren. We hebben het erover aan de lunchtafel. Maar we moeten denk ik ook systematischer met elkaar overleggen, misschien niet met alle vierhonderd auteurs, maar in elk geval met de redacteuren van de delen, aangevuld met auteurs. Daar gaan we als redactie de komende tijd aandacht aan besteden.’ Praten, niet te véél vragen: voorzichtige woorden voor iemand die bekend stond als een decaan die orde op zaken stelde. ‘Ik heb ook als decaan altijd gezegd: het is een kwestie van balans. Rustig aan. Als je in de academische wereld hard roept dat het anders moet, roept er altijd wel iemand iets terug. Je werkt met professionals met een hoge mate van eigen verantwoordelijkheid. Het komt wel. Auteurs maken zelf ook gebruik van Navigator, van Legal Intelligence. Iedereen ziet het praktische nut van ‘bijzijn’.’ Praktisch nut: daar wordt Stolker ook als oud-decaan heel gelukkig van. ‘Tekst & Commentaar is een overtuigend voorbeeld van ‘valorisatie’: het economisch ‘uitnutten’ van wetenschap – een van de thema’s op dit moment in Den Haag als het over wetenschap gaat. In Nederland ontwikkelen we veel kennis, maar in het benutten daarvan zijn we minder goed.
T
‘ ekst & Commentaar is een overtuigend voorbeeld van valorisatie’ Dat heet de ‘kennisparadox’. Maar kijk eens naar de juristen: als er vrijdag een artikel met een doorwrochte analyse in het NJB verschijnt, leest de advocaat dat op zaterdag of zondag en is de analyse op maandag in de pleitnota verwerkt. Valorisatie bij juristen duurt geen vijftien jaar zoals bij de farmaceuten, maar drie of vier dagen! Daar draagt ook Tekst & Commentaar aan bij. Laten we die verhouding met de praktijk koesteren.’
Omgaan met veranderingen
U
‘ w werk is dan ook niet meer uitsluitend gericht op het T&Cdeel in boekvorm, maar vooral op de online variant van de informatie.’ Gereedschap Die auteurstool is voor Kluwer ontwikkeld opdat al haar auteurs een uniform hulpmiddel hebben voor de bijwerking en indiening van kopij voor regelmatig muterende uitgaven. Het is dus geen specifiek T&C-gereedschap. Dat heeft grote voordelen (vooral voor auteurs die aan meer Kluweruitgaven meewerken dan alleen Tekst & Commentaar), maar ook wel wat nadelen, met name in die zin dat zaken die alleen bij T&C voorkwamen soms zijn opgeofferd aan het streven naar een grootste gemene deler. Daar vragen we uw begrip voor, maar overigens horen we graag uw ervaringen opdat de ‘tool’ verder verbeterd kan worden.
Soms zeggen mensen tegen me: “Jij bent als uitgever van Tekst & Commentaar toch wel het goudhaantje van Kluwer.” In zekere zin voel ik dat ook wel zo. Ga maar na: een prachtserie met inmiddels 29 verschillende titels, een groeiende omzet, bijna vierhonderd gerenommeerde en betrouwbare auteurs, veel tevreden klanten die zeggen niet buiten hun T&C-deel te kunnen, regelmatig op het NOS-journaal in beeld, enzovoort. Daar zou je bijna zelfgenoegzaam van worden en tevreden van achterover gaan leunen. En dat is natuurlijk nooit goed! Want er valt altijd wat te verbeteren. Geliefd Lange tijd waren klanten volmaakt tevreden met de handige, compacte boeken, op het bureau en mee op weg naar cliënt, rechtszaal of huis. En nog altijd zijn onze boeken enorm geliefd. Maar in lijn met de digitalisering van hun eigen werkprocessen verlangen klanten ook elektronische beschikbaarheid van Tekst & Commentaar: verbeterde doorzoekbaarheid, koppeling met andere en ook eigen know-how, ‘links’ naar jurisprudentie, andere wetgeving en literatuur. Tegelijkertijd verwacht de klant een (veel) hogere actualiteit.
Niet alleen het werken met de nieuwe auteurstool is een verandering voor u als auteur of redacteur. Nieuw is ook dat we u binnenkort gaan vragen uw commentaren niet alleen meer eens in de twee jaar bij te werken als er een nieuwe druk wordt uitgebracht, maar steeds als er aanleiding is tot aanpassing. Die aanleiding zal primair gelegen zijn in nieuwe wetgeving: als de wettekst verandert, kan de bijbehorende commentaartekst in het algemeen niet ongewijzigd voortbestaan. Ook nieuwe (belangrijke) jurisprudentie of een nieuwe editie van een gerenommeerd handboek waar u regelmatig naar verwijst, kan zo’n aanleiding tot bijwerking vormen. Uw werk voor Tekst & Commentaar is dan ook niet meer uitsluitend gericht op het T&C-deel in boekvorm, maar vooral op de online variant van de informatie. Hierboven heb ik twee ontwikkelingen met betrekking tot Tekst & Commentaar aangestipt. Er is natuurlijk veel meer te melden. Bent u benieuwd naar de toekomstige situatie rond een bepaald aspect van (het werken aan) T&C en staat daar nu juist niets over in deze nieuwsbrief, mail ons daar dan over. Wij komen er graag op terug.
Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar
Kluwer wil én moet hierop inspelen, want de klant is ook op de informatiemarkt koning. Dat is inmiddels ook al lang in gang gezet en dan meteen maar Kluwer-breed: een nieuw productiesysteem (in de wandeling ‘puma’ genoemd), een versnelde focus op elektronische productvormen, nieuwe commerciële proposities en nog veel meer. Onder dat ‘meer’ valt ook de auteurstool waar inmiddels de helft van de T&C-auteurs al ervaring mee heeft opgedaan.
Huub Derk van der Staak, Senior uitgever Tekst & Commentaar
3
Ieeeh, een auteurstool! Hoewel het nog niet zo gek lang geleden is dat ‘kopij’ een dikke stapel papier was, voelt inmiddels het Word-document als heerlijk vertrouwd. En nu moet het wéér anders. Twee T&C-auteurs vertellen over hun eerste ervaringen met die griezelige auteurstool.
Jan van den Broek, senior legal counsel bij VNO-NCW en
‘Eigenlijk werkt het redelijk intuïtief’
MKB Nederland, bewerkte onder andere de Wet bodembescherming voor T&C Milieu in de tool. Hij had niet echt een vliegende start. ‘Ik heb een Mac en de auteurstool werkt niet met een Safari browser. Dat staat echter niet in de handleiding, wel dat de tool niet goed werkt met Firefox. Het duurde dus even voordat mij werd verteld dat Firefox juist wel geschikt is voor de Mac. Achteraf denk ik dat het wel handig was geweest als er een A4-tje bij had gezeten met een verkorte versie van de handleiding. Want eigenlijk werkt het redelijk intuïtief, het is een tamelijk gebruiksvriendelijk systeem.’ Je kunt in de tool maar één artikel tegelijk bewerken. Was dat lastig? ‘Je hebt minder overzicht over het geheel. Maar wat ik wel weer handig vind is dat je links in je scherm de structuur van het commentaar ziet. Je ziet precies wat er bij dat artikel hoort. Daarnaast staan er nog wel veel andere dingen op het scherm. Er blijft maar weinig ruimte over voor het schermpje waarin je eigen tekst staat. Het zou prettiger zijn als je zelf het scherm kon indelen, dus zaken waar je niets mee hoeft even wegklikken. En dan ook een iets groter lettertype graag!’ Goeie tips voor Kluwer. Voor collega-auteurs heeft Van den Broek er ook één. ‘Als je een probleem hebt, een artikel zit bijvoorbeeld “op slot”, blijf dan niet proberen, maar bel Kluwer. Ze zijn heel hulpvaardig en in het algemeen is het probleem dezelfde dag opgelost.’
Marielle Koppenol-Laforce
, advocaat bij Houthoff en hoogleraar internationaal commercieel contracteren in Leiden, schrijft mee aan de T&C-delen Vermogensrecht en Verzekeringsrecht. Ze vond de tool ‘in het begin wel even ingewikkeld. De handleiding weerspiegelde niet exact wat ik op mijn scherm zag. Dat werd heel wat heen en weer bellen. Maar heb je eenmaal twee artikelen gedaan, dan zit je er in.’ Voor het feit dat Kluwer op een nieuw systeem is overgestapt heeft Koppenol wel begrip. ‘Ik heb IT altijd heel leuk gevonden, we hadden in 1986 al een homecomputer staan, een Tandy. Wat betreft de auteurstool is de grote stap voorwaarts natuurlijk als je straks zelf op elk gewenst moment kunt bijwerken, zodat je constant een redelijk bijgewerkte versie hebt.’ Is het geen probleem dat je dan als auteur continu bedacht moet zijn op aanpassingen? ‘Het hangt er denk ik vanaf of je dagelijks met de materie bezig bent of niet. Ik houd bijvoorbeeld over Brussel I toch al een overzicht bij van alle uitspraken van het Europese Hof. Maar als sommige onderwerpen wat verder van je bed staan, moet je je pakket misschien gaan delen.’ Ook Koppenol heeft wel een tip aan Kluwer: ‘Het zou toch wel erg handig zijn als je voor de laatste controle van je kopij in één keer een uitdraai van het geheel op papier kon maken. Wat me ook handig lijkt, is als je de tool op twee schermen tegelijk kunt openzetten. Dat ga ik zelf nog eens uitproberen.’
‘De grote stap voorwaarts is als je op elk gewenst moment kunt bijwerken’
Net als Marielle Koppenol zelf is haar kantoor dol op IT-snufjes. Houthoff won diverse prijzen met een zelf ontwikkelde recruitment game voor studenten genaamd Moot Court. En marketing manager Jaap Bosman ontwikkelde zelfs een Houthoff-App met een driedimensionale user interface, waarop het kantoor patent heeft aangevraagd.
4
Hans Nieuwenhuis: ‘Ik ben zelf ook een stevige gebruiker’ groen en geel die erbij zijn gekomen. Rood is zelfs misschien tegenwoordig wel beeldbepalender, met al die strafzittingen op TV. ’ U bent als lid van de Redactieraad al vanaf het begin de hoeder van de T&C-formule, samen met Lodewijk Valk en Carel Stolker. Maar schrijft u zelf ook? Jazeker, ik mag als bedenker de artikelen 1, 2 en 3 van het BW becomentariëren. Daarnaast zei Theo Koens indertijd: “doe jij nou de Wet op de adeldom”.’
Ruim twintig jaar geleden bedacht Hans Nieuwenhuis dat juridisch Nederland toe was aan een uitgave in de traditie van de Duitse commentaarseries. Over de oertijd van Tekst & Commentaar, Kant en andere verhalen. Wat was het grote idee achter Tekst & Commentaar? ‘In de tachtiger jaren had je aan de ene kant de Groene Serie, met heel uitgebreid commentaar per artikel. Je kon er alles in vinden, maar dan had je wel een middag nodig. En je had de Cremers, met vier of vijf kleine uittreksels uit de jurisprudentie per artikel. Wat niet bestond was een serie voor de tienminutensituatie, zoals Duitsland die kende: kort, analytisch commentaar, in een bundel die de advocaat kan meenemen in zijn koffertje en die de rechter kan neerzetten op zijn bureau. Ik was in die tijd – net als nu weer – hoogleraar burgerlijk recht in Leiden. Lodewijk Valk – nu raadsheer in Arnhem - was een piepjonge wetenschappelijk medewerker. We zijn samen ‘proeflapjes’ gaan maken: hoe moet een artikel er dan uitzien, niet alleen inhoudelijk maar ook typografisch, welk ritme moet het hebben? We vroegen al spoedig Carel Stolker erbij, die toen hoofddocent was. Hans van Zaaijen van Kluwer kwam langs op het Rapenburg om onze ideeën te horen. Toen ging het snel: in 1990 lag er een compact, kobaltblauw boek met de Boeken 3, 5 en 6 van wat toen nog het ‘Nieuw BW’ heette.’
Dat eerste deel kwam dus uit vlak voordat in 1992 de Boeken 3, 5 en 6 werden ingevoerd. Slimme timing? ‘We hadden ons eigenlijk niet gerealiseerd dat Tekst & Commentaar door de invoering van het nieuwe BW in 1992 zo’n opleidingsfunctie zou krijgen. Heel juridisch Nederland was zich op dat moment aan het omscholen. Dat heeft zeker enorm bijgedragen aan het succes, het leverde ons de bijnaam Blauwe Bijbel op.’ Die bijnaam vinden niet alle betrokkenen even prettig: ‘ leunt men niet te zwaar op ons?’ ‘Het schept verantwoordelijkheden ja, we moeten heel zorgvuldig zijn. De auteur moet zijn gebied volledig beheersen, en ook nog trouw willen zijn aan de formule. Ik hoorde laatst een rechter klagen dat in het strafrecht niet verder werd gekeken dan Tekst & Commentaar. Dat is niet goed. Verwijzingen bijvoorbeeld kloppen nooit 100%, ze gaan gepaard met interpretatie. Dan is het beter terug te gaan naar de bron. Maar ik ben zelf ook een stevige gebruiker van Tekst & Commentaar, ik kijk er iedere dag in. Overigens is dat ’blauwe’ al lang niet meer allesbepalend, met de series rood,
Ah, heeft u iets met adeldom? Neenee, helemaal niets. Het was meer dat die wet volgens Theo maar zes artikelen had. Dat bleken er overigens negen te zijn. Daar heb ik me overheen gezet.’ Als auteur hebt u duidelijk meer tijd gestoken in andere boeken. Wat is uw liefste boek? ‘Ik ben nog altijd trots op Hoofdstukken vermogensrecht, dat voor het eerst verscheen in 1973. Maar het dierbaarste is mij mijn nieuwste boek: Kant & Co. Dat gaat over drie mensbeelden: het theonome, van Paulus, het autonome van Kant, en het zoönome van Darwin. En over hoe die mensbeelden doorwerken in de literatuur en het recht. Het theonome gaat ervan uit dat onze rechten van God zijn gegeven. Het zoönome leert dat we gemeenschappelijke voorouders hebben met apen, en dat we in normatief opzicht van dierengedrag kunnen leren. Mij inspireert vooral het Kantiaanse mensbeeld: de zelfbeschikkende mens, die zijn eigen wetten kan stellen. Je ziet dat beeld bijvoorbeeld sterk terug in het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens.’ Kant & Co laat zien dat u veel inspiratie haalt uit de filosofie en de literatuur. ‘Ja, en volgens mij zou elke jurist de pijlers van de wereldliteratuur moeten lezen en herlezen. Dat is misschien wel net zo belangrijk als het bijhouden van je vakliteratuur. Het scherpt de verbeeldingskracht, en die heb je nodig om je in een casus te verplaatsen.’
5
Han Wansink vogelfotograaf Werken, lezen, schrijven. Daarnaast is er natuurlijk nog een heel ander leven. Voor Han Wansink – auteur T&C Verzekeringsrecht – verschuilt het zich tussen de takjes van het struikgewas, zingt het tussen het riet of duikt het plotseling op uit het water van een plas. ‘Ik heb het van mijn vader, we gingen samen ’s morgens vroeg vogels kijken. Later kwam het fotograferen erbij. Het spannende is: zo dichtbij mogelijk komen, hópen dat ze niet wegvliegen. Het heeft iets met jagen te maken, maar je hoeft ze gelukkig niet dood te schieten.’
Roodborsttapuit
Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Geoorde fuut Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar
Saxicola rubicola
‘Hier ben ik tot op een metertje of 15 genaderd. Op één kilometer kan ik met mijn 500 mm-camera een edelhert nog in de ogen kijken, maar dan krijg je niet zo’n scherpe foto’
Podiceps nigricollis
‘Dit is bij Nieuwkoop. Hij komt nét boven, je ziet dat ie helemaal druipt. Zeldzaam dat je zo dichtbij kan komen’
6
Pestvogel
Bombycilla garrulus ‘De kleuren van de vogel, in combinatie met die takjes. Je moet de vogel nooit te groot nemen, altijd letten op de achtergrond’
Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Wouwaap Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar Ixobrychus minutus
‘De wouwaap is heel zeldzaam, er broeden er maar vijftien in Nederland. Hier kruipt hij omhoog langs een rietstengel, langs de Rotte, hij staat op het punt te gaan roepen’
Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commen Tekst & Commentaar Auteur & Commentaar TekstBlauwborst & Commenta Auteur & Commentaar Tekst & Commentaar Auteur & Commen Luscina svecica
‘Er gebeurt iets, hij zingt, daar gaat het mij vooral om bij deze foto’
7
Van de lezers Gebruikers van Tekst & Commentaar kunnen hún commentaar kwijt op het redactie-adres T&C@kluwer. nl. Een redelijk druk bezochte postbus met nuttige opmerkingen van uiteen-lopend karakter. Alle opmerkingen worden doorgeleid naar de betrokken auteurs. Vaak leiden ze tot verbetering van een LJNnummer, of herstel van een typefout. Lang niet altijd gaat het om een vergissing van de auteur, getuige deze fout die wel door vier verschillende lezers werd opgemerkt: Goedemiddag, Zo-even zie ik dat artikel 273f vanaf pagina 1237 tot 1249 wordt aangehaald als Art. 237f. Doe jullie voordeel hiermee.☺ Gr., Piet Sommige opmerkingen dragen bepaald bij aan de algemene ontwikkeling van de redactie: Bij mijn weten vliegen draagvleugelboten helemaal niet over het land, maar planeren zij door middel van ‘vleugels’ slechts over het water. Andere laten zien met hoeveel smart er op T&C-commentaar wordt gewacht: In deze uitgave is artikel 7:220 lid 5 niet opgenomen, waarschijnlijk omdat dit artikel zeer onlangs wet is geworden. Heeft u daar toevallig al commentaar op van de samenstellers van het boek? Hoogleraren hebben zo hun eigen invalshoek en stijl: De gedachte van collega (...)is origineel en fascinerend, maar ik ben bang dat de wijze waarop daarnaar op dit moment wordt verwezen in T&C voor de praktijk en studenten verwarrend kan werken. En om deze bloemlezing een beetje prettig af te sluiten: Dank je, Reinhard! Mooi fonds heb je met T&C!
Colofon
Auteur & Commentaar is een nieuwsbrief voor de auteurs van Tekst & Commentaar. Auteur & Commentaar verschijnt tweemaal per jaar. Teksten en fotografie: Trudeke Sillevis Smitt, Huub Derk van der Staak, Han Wansink Eindredactie: Reinhard Crommelin, Trudeke Sillevis Smitt Ontwerp en vormgeving: Océ Studio Uitgever: Huub Derk van der Staak
8
Auteur & Commentaar Tek Commentaar Auteur & Co Tekst & Commentaar Aute Commentaar Tekst & Com