DONDERDAGAVONDSERIE PROMS SERIE ASKO|SCHÖNBERG
DO 16 FEBRUARI 2012 GROTE ZAAL / 20.15 UUR
ASKO|SCHÖNBERG Deense sneeuw
PROMS in de Donderdagavondserie
PROGRAMMA
ASKO|SCHÖNBERG
DO 16 FEBRUARI 2012 GROTE ZAAL / 20.15-22.10 UUR DUUR: CA. 35 MINUTEN VOOR DE PAUZE CA. 60 MINUTEN NA DE PAUZE INLEIDING MET UITZICHT FOYERDECK 1 / 19.15-19.45 UUR Hans Haffmans in gesprek met Hans Abrahamsen en prof. Henk van der Liet, hoogleraar Scandinavische taal- en letterkunde aan de UvA Reinbert de Leeuw DIRIGENT
Partners Donderdagavondserie:
De activiteiten van Stichting PROMS komen tot stand met steun van:
2
PROGRAMMA
Deense sneeuw
Carl Nielsen (1865-1931) Zesde symfonie (Sinfonia semplice) (1924-25) bewerking Hans Abrahamsen (2009) Nederlandse première
1 Tempo giusto 2 Humoreske. Allegretto 3 Proposta seria. Adagio 4 Tema con variazioni. Allegro PAUZE Hans Abrahamsen (1952) Schnee (2006-2008) Canon 1a: Ruhig aber beweglich Canon 1b: Fast immer zart und still Canon 2a: Lustig spielend, aber nicht zu lustig, immer ein bisschen melancholisch Intermezzo 1 Canon 2b: Lustig spielend, aber nicht zu lustig, immer ein bisschen melancholisch Canon 3a: Sehr langsam, schleppend und mit Trübsinn (im Tempo des ‘Tai Chi’) Canon 3b: Sehr langsam, schleppend und mit Trübsinn (im Tempo des ‘Tai Chi’) Intermezzo 2 Canon 4a (minore): (Hommage à WAM) Stürmisch, unruhig und nervös Canon 4b (maggiore): Sehr stürmisch, unruhig und nervös Intermezzo 3 Canon 5a (rectus): Einfach und kindlich Canon 5b (inversus): Einfach und kindlich 3
TOELICHTING
Deense sneeuw
Ravel en Nielsen. Als sterke onderstroom van zijn eigen muziek noemt Abrahamsen: ‘het fictieve aspect, dat je rondwaart in een imaginaire muzikale ruimte’. Is de muzikale ruimte van Nielsens late pianowerken in 1990 door Abrahamsen uitgebreid tot blaas- en strijkkwintet, deze bewerking uit 2009 van Nielsens Zesde symfonie dunt de troepen danig uit. Het symfonieorkest is gereduceerd tot kamerorkest: 18 musici, waaronder drie koperblazers en drie slagwerkers.
Carl Nielsen (1931)
‘Ik zie een volkomen andere nieuwe kunst van zuiver archaïsche aard voor me’, schreef Carl Nielsen al in 1909 aan de Nederlandse componist Julius Röntgen. ‘We moeten terug, niet naar het oude, maar naar het reine en klare’. Een eeuw later krijgt het visioen van Nielsen gestalte in het oeuvre van iemand die er wederom in slaagt de Deense eigentijdse muziek internationaal op de kaart te zetten: Hans Abrahamsen. Kristalhelder uitgetekende canons paart hij in Schnee aan archaïsche wind-, ruis- en wrijfklanken. Hij haalt de piano uit zijn vertrouwde context en verstemt snaar- en zelfs blaasinstrumenten in een zoektocht naar loepzuivere intervallen als de natuurseptime. De eminente Deense componist, die dit jaar evenals zijn collega’s Wolfgang Rihm en Peter-Jan Wagemans zestig wordt, blijft verbazen. Het lijkt Abrahamsen steeds beter te lukken ‘het beenharde en het vruchtbare in de muziek’ te verenigen, zoals hij het begin jaren zeventig al boven een essay kopte. En dan te bedenken dat hij in 1997 nog overwoog met componeren te stoppen. Carl Nielsen – Zesde symfonie (Sinfonia semplice) bewerking Hans Abrahamsen Abrahamsen wisselt het componeren graag af met bewerkingen van eigen of andermans stukken, waaronder muziek van Satie, 4
TOELICHTING
De paukenist loopt op eieren om het kamerorkest niet te overdonderen en speelt met lichtere stokken. Piano en harmonium (of synthesizer) nemen tutti’s over, zoals een wals van de strijkers. Wat helpt is dat Nielsens aanpak in de Zesde al behoorlijk kamermuzikaal was. Naar de geest van zijn tijd – Schönberg verkeerde nog halverwege zijn Kammersymphonie nr. 1 en 2 – voelde Nielsen de drang ‘elk instrument te laten ontwaken’.
We weten het niet!’ In het tweede deel, Humoreske, laat Nielsen triangel, glockenspiel en grote trom erover bekvechten, waarbij de drie slagwerkers koppig hun eigen standpunt vasthouden. Nielsen brengt de tonaliteit vervaarlijk aan het wankelen, laat fugatische inzetten spaak lopen in het ‘serieuze voorstel’ (Proposta seria) van deel drie en wisselt sarcastische marsjes af met lieflijke momenten in Tema con variazioni. Abrahamsen duikt in opdracht van de Athelas Sinfonietta in Kopenhagen diep in de symfonie om te ontdekken hoe fris en vernieuwend zijn muzikale stamvader nog was, terwijl Nielsen destijds toch ook al tegen de zestig liep.
Sinfonia semplice Lieflijk, idyllisch en eenvoudig zou het worden, dacht hij in de zomer van 1924: een ‘Sinfonia semplice’. Minder alarmerend en agressief dan zijn Vierde en Vijfde symfonie, directe reacties op de verscheurdheid van de Eerste Wereldoorloog. Maar in de zestien maanden dat hij aan dit stuk werkte, gebeurde er iets anders. Zodra onder zijn pen de idylle opbloeide, of de melancholie, bedacht Nielsen een inbreuk, nu eens ironisch of sarcastisch, dan weer een bombastische, ruwe verstoring. Kenners zijn het erover eens dat Nielsen daarmee in deze allesbehalve ‘eenvoudige’ symfonie vooruitliep op componisten als Sjostakovitsj en Britten. Nielsen stelde zichzelf vragen die aan actualiteit in feite niets hebben ingeboet: ‘De tijden veranderen. Waar gaat het heen met de muziek? Wat is blijvend?
Jutland De bakermat van Abrahamsen ligt in Jutland. Fel gekant tegen de tot in de Koninklijke Academie voor Muziek in Kopenhagen doordringende dogma’s van componisten als Stockhausen en Boulez keerden zijn leraren Pelle GudmundsenHolmgreen en Per Nørgård in 1966 de hoofdstad met haar zeemeermin de rug toe. Bevrijd van de knellende banden in Kopenhagen begonnen ze een alternatieve beweging in Århus: ‘Den Ny Enkelhed’ (De Nieuwe Eenvoud). Abrahamsen organiseerde in de stad aan de Oostzee ‘ongecensureerde concerten’ met de 5
TOELICHTING
Deense ‘Gruppen for alternativ musik’. Elke stijl was er welkom, gebracht met welke middelen dan ook. En hoe ver Abrahamsen zich inmiddels ook van de objectiverende ‘eenvoud’ van vroege orkestwerken als Skum (Schuim) heeft verwijderd, zijn ondogmatische houding is gebleven. Twee winters terug was hier te horen hoe hij eind jaren zeventig kleine luikjes openzette naar de romantiek in de ‘delicate ijspegeltjesmuziek’ (De Volkskrant) van het vierluik Winternacht. Latere voorbeelden zijn Nacht und Trompeten (1981) voor de Berliner Philharmoniker en Märchenbilder (1984). Achter die sprookjesachtige titels nam niet alleen de dramatische lading toe, ook de texturen werden complexer. In het raffinement van zijn instrumentatie en in zijn beheersing van licht schurende ijstinten toont Abrahamsen zich een waardige nazaat van micropolyfonist György Ligeti, bij wie hij vroeger eveneens lessen nam en met wie hij de bewondering deelt voor onze graficus M.C. Escher, tekenaar van meerduidige raadsels in zwart-wit.
‘Vorahnung’ en ‘Nachklang’ zijn meegenomen in het compositieproces. Op microniveau door minutieus geplande rusten rond de noten en aanwijzingen als ‘luftig’, op macroniveau door strak geregisseerde fermates: ‘lunga’ of ‘lungissimo’ bijvoorbeeld, of ‘corta’ bij het talmen tussen twee frases. De tijd staat vrijwel stil als strijkers en blazers hun instrumenten in minieme stapjes van 1/6e toon naar beneden verstemmen in drie intermezzo’s. Schnee is opgebouwd uit tien canons.
HANS ABRAHAMSEN
Hans Abrahamsen - Schnee Het Duitse woord ‘locker’, voor de luchtige structuur van vers gevallen ‘Neuschnee’ vindt in Schnee zijn muzikale pendant. Binnen een strenge vorm geeft Abrahamsen zijn noten letterlijk lucht en vrijheid. 6
TOELICHTING
Abrahamsen omschrijft ze als vijf paren met twee versies van hetzelfde schilderij in verschillende kleuren. Op het podium is de slagwerker de verbindende factor tussen twee elkaar spiegelende groepen: drie strijkers met piano, drie houtblazers met piano. In de herhaling van de eerste drie canons (1b, 2b, 3b) voegt de percussionist met schuifbewegingen van papier over houten tafels telkens een ruimtelijke dimensie aan de muziek toe. Bij een eerste uitvoering van de nog incomplete versie van Schnee door het Schönberg Ensemble in Muziekgebouw aan ‘t IJ (20 december 2007) bleek pakpapier voor de kerst het beste effect te sorteren. Bach Begin jaren negentig arrangeerde Abrahamsen al een achttal canons van Bach met de intentie de noten ‘vele, vele keren te herhalen, als een soort van minimal music’. Hij raakte ‘totaal verzonken in deze muziek.’ (programmatoelichting 2006). Er opende zich voor hem ‘een nieuwe diepzinnige en roerende wereld van circulaire tijd.’ Een opdracht van de WDR voor de Wittener Tage für neue Kammermusik 2008 bood hem de kans dit vruchtbare gebied diepgaand te exploreren met Schnee. In de vrieskou van ‘ijzige’ strijkersklanken opent Canon 1a toepasselijk met een
witte‑toetsenmotief in de piano. De kern van dit een goed uur durende werk ligt in die eerste vijf maten besloten. Pointillistisch plaatst Abrahamsen zijn hoge noten: eerst aarzelend een voor een, dan regelmatiger, dan versneld en op het allerlaatst weer ingehouden. Het is een muzikale metafoor. Abrahamsen wil in Schnee tot uitdrukking brengen hoe onze tijd van leven almaar sneller richting einde loopt. Canons blijken zich daar uitstekend voor te lenen. Thema’s en hun afgeleiden kunnen vooruit en achteruit lopen, rechtop of ondersteboven, in verschillende snelheden tegelijk klinken, elkaar inhalen als in een ‘caccia’, ja zelfs hinkelen. Voor- en nazin in de strijkers van Canon 1a schuiven bij elke herhaling steeds meer ineen, wat tot verdichting van de klank leidt. Abrahamsen maakt dergelijke processen expressief door het tumult in de verdichting te versterken met glissando’s en sterk aangezette dynamiek. Gaat de storm weer liggen, dan blijkt de omkering compleet: eerst komt de nazin, dan de voorzin. Verwijzingen Bach mocht zijn canons graag optuigen met allerlei cryptische verwijzingen en verborgen raadsels. Abrahamsen geeft een eigen draai aan die traditie. In Canon 2 en 4 geven uitroepen een indicatie van de sfeer. 7
TOELICHTING
‘Es ist Schnee. Es ist Schnee! Es ist Schnee!’ staat er bij de fluitpartij (Canon 2a). ‘Es ist Winternacht, Winternacht jetzt!’ leest de klarinettist onder zijn antwoord op die inzet. De woorden geven meteen de juiste articulatie van de noten aan. Karakteriseringen van de tempi wekken in de derde canon associaties met Schubert (‘sehr stille und leise’), en Mahler (‘sehr langsam, schleppend und mit Trübsinn’ en ‘sehr traurig, nicht eilen’). Ter heling van romantische neuroses draagt Abrahamsen geen gedichten van Li-Tai-Po aan, maar modelleert hij het tempo naar de langzame bewegingen van Tai Chi. In lijn met deze Chinese ontspanningsoefeningen laat Abrahamsen de basklarinettist ‘vanuit de buik’ kleine toonvibraties maken, ‘wie dunkle Schatten’. Abrahamsen zet er na het tweede intermezzo het extreemst denkbare contrast tegenover, de overrompelend snelle Canon 4a: ‘stürmisch, unruhig’ en juist wél ‘nervös’. Hij noemt het een Duitse dans en noteert boven de slagwerkpartij ‘Hommage à WAM’. De juiste oplossing van het cryptogram is Wolfgang Amadeus Mozart, de partituur vraagt sledebellen ‘van hetzelfde type’ als Mozart ze gebruikt in Trio en Coda van Die Schlittenfahrt (Deutsche Tänze KV 605 nr. 3). ‘Kindern hoffen es gibt Schnee!’ staat er onder de viool- en fluitpartij.
Binnen het raamwerk van tien canons roert zich de romantiek, brengt Abrahamsen een groet aan Mozart en passeert in de verfijnde speeltechniek alles wat in de twintigste eeuw is uitgevonden. Schnee overstijgt elke associatie met kerstkaarten van Anton Pieck, of een sprookjesboek van Hans Andersen, al eindigt het werk nog zo ‘einfach und kindlich’, in ijle elysische sneeuwvelden, met speels getinkel in de piano’s. Huib Ramaer
8
VASILI POLENOV (1844-1927) - VROEGE SNEEUW (1891)
TOELICHTING
9
BIOGRAFIE
Reinbert de Leeuw - dirigent Vanaf de oprichting in 1974 is Reinbert de Leeuw vaste dirigent van het Schönberg Ensemble, tegenwoordig Asko|Schönberg. Daarnaast dirigeert hij ook een groot aantal andere ensembles en symfonieorkesten in binnen- en buitenland, onder andere het Koninklijk Concertgebouworkest en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Hij dirigeerde diverse producties bij De Nederlandse Opera en de Nationale Reisopera. Producties die onder zijn leiding hebben plaatsgevonden zijn onder andere Stravinsky (Rake’s Progress), Andriessen (Rosa, a Horse Drama, Writing to Vermeer en La Commedia), Ligeti (Le Grand Macabre) en Vivier (Rêves d’un Marco Polo). Reinbert de Leeuw was gedurende drie seizoenen verbonden aan het Sydney Symphony Orchestra als artistiek adviseur voor de series moderne en hedendaagse muziek. In 1992 was hij artistiek directeur van het Aldeburgh Festival en van 1994 tot 1998 was hij in die functie verbonden aan het Tanglewood Festival voor hedendaagse muziek in de Verenigde Staten. Tot voor kort was hij artistiek leider van het Nationaal Jeugd Orkest. Hij ontving diverse prijzen en onderscheidingen voor zijn baanbrekende werk. In 2004 werd hij aangesteld als hoogleraar aan de Universiteit Leiden.
De Leeuw oogstte veel bewondering en succes met zijn grootse uitvoering van de Gurrelieder van Schönberg in 2011. In 2008 is hij onderscheiden met de Ridder in de orde van de Nederlandse Leeuw. Reinbert de Leeuw ontving diverse Edisons, waaronder in 2007 voor de Schönberg Ensemble Edition, een uitgave van 25 cd’s en dvd’s ter gelegenheid van het 30-jarig jubileum van het Schönberg Ensemble.
10
REINBERT DE LEEUW (FOTO: SERGE LIGTENBERG)
BIOGRAFIE
11
BIOGRAFIE
Asko|Schönberg Asko|Schönberg, toonaangevend ensemble voor nieuwe muziek, voert muziek uit de 20ste en 21ste eeuw uit. Deze muziek is niet alleen van grote, gevestigde namen als Andriessen, Goebaidoelina, Kagel, Kurtág, Rihm en Stockhausen, maar ook van jongere componisten als Van der Aa, Padding, Widmann en Zuidam, en van de jongste generatie, van wier muziek de inkt nog nat is. Maar ook de grondleggers van de twintigste-eeuwse muziek komen ruimschoots aan bod: van Weill tot Schönberg en van Stravinsky tot Messiaen. Dit alles vindt plaats in de Donderdagavondserie-PROMS en de serie Tijdgenoten in het Concertgebouw in Amsterdam, in gastoptredens in de ZaterdagMatinee, het Holland Festival, De Nederlandse Opera, De Veenfabriek en het Nationale Toneel. Asko|Schönberg speelt regelmatig in festivals in o.a. Keulen, Krakau en Parijs. De afgelopen seizoenen waren er optredens in Melbourne, Londen (Barbican Centre), Los Angeles (Walt Disney Concert Hall) en New York (Carnegie Hall). Ook het jongere publiek wordt niet vergeten: educatieve projecten voor zevenjarigen, compositieprojecten voor middelbare scholieren en voor studenten compositie aan de conservatoria. En dan is er nog de György Ligeti Academy die in samenwerking met de conservatoria masterstudenten bekwaamt in het dirigeren en spelen van eigentijdse repertoire. Naast dirigent Reinbert de Leeuw werkt
Asko|Schönberg geregeld met gastdirigenten als Oliver Knussen, Stefan Asbury, Emilio Pomárico, Peter Eótvös en Etienne Siebens. Asko|Schönberg is ensemble in residence bij Muziekgebouw aan ’t IJ. www.askoschoenberg.nl
Rob van Dord FLUIT/PICCOLO/ALTFLUIT Evert Weidner HOBO/ALTHOBO Anna voor de Wind KLARINET/ESKLARINET/ BASKLARINET Liesbeth de Jong KLARINET/BASKLARINET Remko Edelaar FAGOT Jan Harshagen HOORN Hendrik Jan Lindhout TROMPET Toon van Ulsen TROMBONE Pauline Post PIANO René Eckhardt PIANO/HARMONIUM Joey Marijs SLAGWERK Ger de Zeeuw SLAGWERK Mervyn Groot SLAGWERK Jan Erik van Regteren Altena VIOOL Wim de Jong VIOOL Bernadette Verhagen ALTVIOOL Hans Woudenberg CELLO Pieter Smithuijsen CONTRABAS 12
ASKO|SCHÖNBERG MET REINBERT DE LEEUW (FOTO: ANNALEEN LOUWES)
BIOGRAFIE
13
OVERZICHT CONCERTEN
VOLGENDE CONCERT in de Donderdagavondserie PROMS
DO 8 MAART 2012
DO 23 FEBRUARI 2012
GROTE ZAAL / 20.15 UUR
GROTE ZAAL / 20.15 UUR
ASKO|SCHÖNBERG Laatste woorden
NIEUW ENSEMBLE Anton Webern + György Kurtág
de keuze van Claron McFadden
GYÖRGY KURTÁG
JOHN CAGE
(FOTO: BOOSEY & HAWKES)
VOLGENDE CONCERT van Asko|Schönberg
Weberns Symphonie en Konzert blijven verbluffen door hun geconcentreerde expressionisme en hun kristalheldere, compacte structuur. Zijn muziek inspireerde vele Italiaanse componisten, onder wie de Italiaan Niccolò Castiglioni en de Hongaar György Kurtág. Kurtág verdiepte zich in Webern, nadat een psychologe hem had geadviseerd zijn ‘writer’s block’ te overwinnen met het componeren van miniaturen. Dit resulteerde in de kleurrijke liederencyclus Berichten van wijlen mevrouw Truszova, 21 fijngeslepen juweeltjes vol zeggingskracht. Kurtág was in het Westen nog volslagen onbekend, toen dirigent/componist Pierre Boulez de originaliteit van zijn liederen herkende. Hij voerde de cyclus uit en vestigde daarmee op slag Kurtágs naam en faam.
De Amerikaanse componist John Cage probeerde in zijn Concerto for Prepared Piano and Chamber Orchestra uit 1951 de virtuositeit en de persoonlijke expressie meer en meer uit te sluiten. Ondertussen speelde hij met de traditie van het soloconcert. Zijn vrije geest, die onvermoede muzikale vergezichten opende, is niet vreemd aan het type Nederlandse componist dat opereert op het grensvlak van de geïmproviseerde en gecomponeerde muziek, zoals Guus Janssen en de in 2003 overleden Paul Termos. Meer Vivaldi- dan Cage-achtige flair klinkt in het recente celloconcert Last Words van Martijn Padding. De wereldpremière van Duststorm van Wilbert Bulsink is voorzien van een geïntegreerd lichtontwerp. 14
OVERZICHT CONCERTEN
FEBRUARI VR 17 + ZA 18 FEBRUARI / 20.15 UUR SERIE NEDERLANDS KAMERORKEST
VR 2 MAART 2012 / 20.15 UUR SERIE NEDERLANDS KAMERORKEST
NEDERLANDS KAMERORKEST Van de huiscomponist
NEDERLANDS KAMERORKEST + NEDERLANDS KAMERKOOR De spirituele wereld van Pärt en Bach
VR 17 FEBRUARI / 20.30 UUR / I.S.M. & LOCATIE BIMHUIS
ZA 3 MAART 2012 / 20.15 UUR SERIE GROTE ZANGERS
SVEN RATZKE + CLARON MCFADDEN Ich habe den Dreigroschenblues
ANNE SCHWANEWILMS + CHARLES SPENCER Een spel met vele rollen
DO 23 FEBRUARI / 20.15 UUR DONDERDAGAVONDSERIE PROMS
NIEUW ENSEMBLE Anton Webern + György Kurtág De keuze van Claron McFadden
ZO 4 MAART 2012 / 20.15 UUR SERIE NEDERLANDS KAMERORKEST
NEDERLANDS KAMERORKEST + NEDERLANDS KAMERKOOR De spirituele wereld van Pärt en Bach
VR 24 FEBRUARI / 20.15 UUR SERIE AMSTERDAM SINFONIETTA
AMSTERDAM SINFONIETTA Beethovens kleine symfonie
WO 7 MAART 2012 / 20.15 UUR SERIE SPANNENDE STRIJKKWARTETTEN
PRAŽÁK QUARTET Veertig jaar aan de top
ZA 25 FEBRUARI / 19.30 UUR / ATRIUM / GRATIS ELLEN FULLMAN
SONIC ACTS XIV – TRAVELLING TIME presents: Long String Instrument WO 29 FEBRUARI / 20.15 UUR SERIE DE STEM
DO 8 MAART 2012 / 20.15 UUR
EXPOSITIE
COLLEGIUM VOCALE GENT + I SOLISTI DEL VENTO Das Berliner Requiem De keuze van Claron McFadden
DO 19 JAN T/M ZO 19 FEB / ATRIUM 10.00-20.15 UUR TOEGANG GRATIS
JACCO OLIVIER Videoinstallatie ‘Whale’ (2009)
T/M 19 FEBRUARI / DAGELIJKS NA ZONSONDERGANG / GRATIS
EXPOSITIE JACCO OLIVIER Videoinstallatie ‘Whale’
De Keuze van Acht prominente muziekliefhebbers kozen uit al onze concerten hun favorieten. Lees hun motivatie op www.muziekgebouw.nl
MAART DO 1 MAART 2012 / 20.15 UUR DONDERDAGAVONDSERIE DIVERS
Geheimtips Bijzondere concerten die u niet mag missen
NIEUW AMSTERDAMS PEIL La fuga del tempo 15
FOTO: MENNO TUMMERS
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop Openingstijden kassa: maandag t/m zaterdag 12.00-18.00 uur T 020 788 2000 Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E
[email protected] Zaalverhuur T 020 788 2023 Café-restaurant Zouthaven T 020 788 2090 OP DE HOOGTE BLIJVEN? Geef u op voor de gratis e-nieuwsbrief via www.muziekgebouw.nl Twitter: www.twitter.com/ muziekgebouw
Gelieve uw mobiele telefoon uit te zetten voor aanvang concert.
De activiteiten van Muziekgebouw aan ‘t IJ komen tot stand door steun van:
Café-restaurant Zouthaven, in het Muziekgebouw, is dagelijks open van 10.30 tot 23.00 uur (op concertavonden tot 0.00 uur) voor lunch, lounge en diner. Visspecialiteiten à la carte. Reserveren (en menukaart): www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 COLOFON
Mediapartner van Muziekgebouw aan ‘t IJ:
Toelichting Huib Ramaer Eindredactie Elmer Schönberger (Asko|Schönberg), Nicole van Lint (MGIJ) Opmaak Evert de Cock Vormgeving Silo (www.silodesign.nl) Druk omslag Veenman Drukkers Rotterdam Druk binnenwerk Repros Amsterdam
De Piet Hein Parkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open.
Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. 24 uur per dag.
Beeld- en geluidopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels in de entreehal
Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 24.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 6777 777.
Via de kassa zijn Earlybirdkaarten verkrijgbaar: voor jongeren tot 30 jaar, alle concerten € 10,-. Wees snel. Hoe eerder je belt, des te meer kans: op=op!