Special onder auspiciën van Business Process Magazine en Software Release Magazine Extra editie november 2007
service oriented architecture
MET ESB-MARKTOVERZICHT Is uw bedrijf toe aan een Service Oriented Architecture? 19698-1_SOA.indd 1
Onderzoek naar Nederlandse SOAmarkt
SOA in de praktijk: DSM en OAD 24-10-2007 15:03:06
Transfer Solutions biedt
gratis
SOA-Xperience aan
Transfer Solutions heeft werk voor: • Database specialisten (DBA’s) • Java-EE specialisten • SOA/BPEL specialisten • Geo-ICT specialisten • DWH/BI specialisten
SOA is ‘hot’. Maar hoe zit het met jouw ervaring? Nog geen ervaring? Wij bieden je de kans om onder begeleiding met SOA en BPEL aan de slag te gaan. Zodat je zelf kunt ervaren dat SOA die verfrissende oplossing is die het beweert te zijn. Schrijf je nu in voor een gratis avond hands-on-training SOA/BPEL. Kijk op www.transfer-solutions.com/soaXperience/
• Forms en Designer specialisten • Reageer ook als je nog geen specialist bent maar het wel wilt worden. Dan maken wij een specialist van jou.
Transfer Solutions is gespecialiseerd in ICT-dienstverlening met focus op Oracle- en Java-technologie. Wij hebben een sterke affiniteit met innovatieve projecten en technologieën. Om deze projecten te kunnen uitvoeren zijn wij op zoek naar nieuwe collega’s. Voel jij je hierdoor uitgedaagd? Maak kennis met Transfer op de soaXperience. Wil je niet wachten tot de soaXperience en heb je nu al interesse, reageer dan via het sollicitatieformulier op onze website of stuur een e-mail met CV naar
[email protected]
Transfer Solutions BV Stationsweg 19 4141 HB Leerdam T 0345 - 616888 F 0345 - 616300 E
[email protected] www.transfer-solutions.com
SOA_array publications.indd 1
17-10-2007 13:47:05
INHOUD 6
Is uw bedrijf rijp voor SOA?
SPECIAL | SERVICE ORIENTED ARCHITECTURE onderzoek 26 Nederlands naar SOA
Do’s en don’ts van een succesvolle implementatie
MarketCap en InterAccess ondervragen Nederlandse bedrijven
Veel SOA invoeringstrajecten mislukken omdat een organisatie er niet rijp voor is. De organisatie moet een vorm van volwassenheid in haar bedrijfsvoering bereikt hebben, waarbij proces management volledig geïntegreerd is in de bedrijfsvoering. Michel van den Hoek en Peter Pottjewijd beschrijven het af te leggen traject en de daarbij te nemen beslissingen.
Medio 2007 vindt niet minder dan 42 procent van de business- en algemene managers in de publieke sector dat de IT-afdeling onvoldoende betrokken wordt bij het maken van de business planning. Dit blijkt uit onlangs uitgevoerd onderzoek onder Nederlandse organisaties met ten minste honderd geautomatiseerde werkplekken.
14
Voorwaarde voor business flexibiliteit
Je moet beginnen met de business processen “Als daar geen discussie meer over is, kan IT eigenlijk bijna direct overgaan tot een technische vertaling. Op die manier industrialiseren we IT door op een gerichte manier met processen te werken. Met SOA als uitgangspunt”, zegt management consultant Wim Vanderstraeten.
is een heet 34 Performance hangijzer Rick van der Lans over technische en projectaspecten Rick van der Lans geeft al sinds vele jaren lezingen en doet consultancy over SOA. In een gesprek met Dré de Man licht hij vooral de technische aspecten van SOA toe: waar verschilt het van andere technieken, waar liggen de technische valkuilen en wat zijn de mogelijkheden.
30SOA in de praktijk
Cases op pagina 30 en 40
20
To ESB or not to ESB Marktoverzicht Enterprise Service Bus
Implementaties van SOA’s worden vaak in verband gebracht met een Enterprise Service Bus. Die twee zijn echter bepaald niet keihard gekoppeld: het SOA-begrip is veel breder. Erik de Ruijter ging de markt op.
VERDER IN DIT NUMMER 5 VAN DE REDACTIE 13 SOA-NIEUWS 18 OVERZICHT VENDORS, CONSULTANTS EN INTEGRATORS 45 COLUMN
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 3
Een op SOA-principes gebaseerde en vergaand gestandaardiseerde infrastructuur helpt DSM bij het proces van desinvesteren en aankopen. CIO Jo van den Hanenberg vertelt op pagina 30 en verder. Reisorganisatie OAD liet het niet bij PowerPoint en voerde een nieuwe IT-structuur in. Een interview met Ivar Scheffelaar Klots en Jan-Willem Torken op pagina 40 en verder.
Advertentie-index Amis Services Cordys Corporations DCE Consultants Dupaco Distribution Info Support IT-Eye Progress Software SecondFloor Systemation Transfer Solutions
16 8 28 47 36 48 4 42 12 2
3 24-10-2007 15:03:09
WebServiceAdDutch.qxd
10/17/07
10:20 AM
Page 1
We see a world in which the architecture of business applications, and the infrastructure that supports them, no longer create rigid business systems and changeresistant processes, but instead are able to support the timely execution of business decisions. In this world, agile businesses respond more quickly to market changes and customer demands, adjust their business practices in real time, and deliver new products and services faster than their competition. Progress provides infrastructure products and best practices that enable companies to lay the flexible, reliable, scalable and manageable foundation required to deliver on the promise of SOA today. Progress Sonic ESB products, recognized as #1 in the market, simplify the integration and flexible re-use of business applications within a service-oriented architecture.
©
Progress Actional Web Services and SOA Management products provide operational and business visibility, policy-based security and control of services and end-toend business processes in heterogeneous environments. Progress DataXtend products offer a unique approach to data management, including employing a common semantic data model to facilitate the integration of heterogeneous data sources. So if you share our vision, welcome to our world. Achieve the promise of SOA today and rapid ROI. Call us at +31 10 2351111 or learn more at: www.progress.com Or look at blogs/progress.com/soa_infrastructure Change is good. Progress® is better.sm
Copyright 2007 Progress Software Corporation. Progress is a registered trademark and Progress Sonic, Actional and DataXtend are trademarks of Progress Software Corporation.
VAN DE REDACTIE Colofon
Hybride
Dit is een speciale editie onder auspiciën van Business Process Magazine en Software Release Magazine. Het is een uitgave van: Array Publications b.v. Lemelerberg 19 – 23 Postbus 2211 2400 CE Alphen aan den Rijn Telefoon: 0172 – 469030 Telefoon redactie: 0172 – 469050 Fax: 0172 – 424381 www.array.nl www.businessprocess.nl www.softwarerelease.nl E-mail redactie:
[email protected] (niet voor abonnementen)
Uitgever Drs. Werner M. Schoots
Redactie Hans Lamboo (projectleiding) Bijdragen Business Process Magazine Hans Lamboo (hoofdredacteur) Bart Plooij (eindredacteur) Bijdragen Software Release Magazine Dré de Man (hoofdredacteur) Vincent Hoogendijk (eindredacteur)
Aan dit nummer werkten mee Erik van Ginneken, Erik van Gurp, Robbert Hoeffnagel, Michel van den Hoek, Peter Pottjewijd, Erik de Ruijter
Illustratie omslag Leon van Leeuwen, Leiden
Foto’s binnenwerk Dré de Man Emile Verhijden
Ontwerp & vormgeving VerheulCommunicatie.com, Alphen a/d Rijn
Advertentie-exploitatie Array Publications b.v. Will Manusiwa, Jos Raaphorst en Jannie Meijer: tel.: 0172 - 469030 Advertentie-order: Melinda de Zwart, tel.: 0172 - 469046
Drukwerk Thieme Media Center, Nijmegen © 2007
Niets uit deze uitgave mag op enigerlei wijze worden overgenomen zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
ISSN 1567-5998
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 5
Service Oriented Architecture, ik weet niet wie die term ooit bedacht heeft. Ongetwijfeld een IT-analist. Merkwaardig genoeg staat IT er helemaal niet in. Het is dan ook aan insiders voorbehouden om te weten dat er een architectuur-concept voor informatie-technologie achter schuilgaat. Service-georiënteerd. “Het zal eens tijd worden dat IT eindelijk eens service gaat verlenen” is een veelgehoorde cynische opmerking. Ongetwijfeld doelde de bedenker van de term echter op een IT-architectuur die gericht was op webservices. Als hij echt van plan was geweest een wit voetje te halen bij de business, was Business Oriented Architectuur pr-wise een betere term geweest – hoewel dat dan weer een vervelend, verstikkend acroniem oplevert. Nee, dan SOA, dát is pas een acroniem waar je op bruiloften en partijen mee voor de dag kan komen. Zeg op een verjaardag “Ik ben SOA-specialist” en succes is verzekerd. Veel Amerikaanse en Engelse presentatoren laten geen gelegenheid voorbijgaan om aan hun internationale toehoorders te vertellen dat ze weten waar de afkorting SOA in het Nederlands voor staat, krijgen zo de lachers op de hand en scoren via de evaluatie-formulieren hoog op entertainment-gehalte. Maar de Service Oriented Architecture verdient het niet om onderwerp van
spotternij te zijn. SOA is een heel belangrijke stap voorwaarts. Het zou de lang gezochte brug over de legendarische kloof tussen IT en business kunnen zijn. Met SOA biedt IT de business de door de laatste zo diep verlangde flexibiliteit – de monolitische systemen van voorheen zijn immers een onwrikbaar rotsblok aan het been van de business. Snel reageren op marktveranderingen is een illusie, wijzigingen in de IT-omgeving zijn (te) kostbaar en duren (te) lang. SOA lijkt de belofte in zich te hebben om daarmee af te rekenen. Ik formuleer het voorzichtig, want SOA is natuurlijk geen Tibetaans wondermiddel dat overal zomaar kan worden ingezet en dan ook nog alle problemen oplost – zeker niet als het in verkeerde handen valt. SOA heeft heel duidelijk twee gezichten: een technische IT-kant en een procesgeoriënteerde business-kant. Het is daarom dat de hoofdredacteuren van de zusterbladen Software Release Magazine en Business Process Magazine de handen ineen hebben geslagen en een hybride special over SOA hebben gemaakt. In dit blad proberen we zoveel mogelijk informatie over SOA te bundelen en beide kanten van de Januskop evenveel aandacht te gunnen. Met dank aan alle auteurs en collegahoofdredacteur Dré de Man.
Hans Lamboo is hoofdredacteur van Business Process Magazine
5 24-10-2007 15:03:09
audit De do’s en don’ts van een succesvolle implementatie
IS UW BEDRIJF TOE
AAN EEN SOA? De fictieve verzekeringsmaatschappij Innova heeft een verouderde infrastructuur en een geautomatiseerde ondersteuning die daadkrachtige positionering in de markt bemoeilijkt. De verzekeringsmaatschappij wil haar bedrijfsvoering moderniseren met behulp van een Service Oriented Architecture. In dit artikel staan het af te leggen traject en de daarbij te nemen beslissingen centraal. Ook de valkuilen en randvoorwaarden die bij een dergelijk veranderingsproces aan bod komen, worden besproken. Door Michel van den Hoek en Peter Pottjewijd eel SOA invoeringstrajecten mislukken omdat een organisatie er niet rijp voor is. De organisatie moet een vorm van volwassenheid in haar bedrijfsvoering bereikt hebben, waarbij proces management volledig geïntegreerd is in de bedrijfsvoering1. Dus de organisatie is ingericht in termen van processen die het resultaat zijn van klantverwachtingen gerelateerd aan eigen organisatiedoelstellingen. Flexibiliteit ten aanzien van toekomstige wijzigingen van klantverwachtingen speelt hierbij een grote rol.
V
Innova is een bedrijf met een traditionele organisatiestructuur: schade- en levenbedrijf gescheiden, verkopen en administreren gescheiden, verkoop via eigen en zelfstandige tussenpersonen en via internet. Om processen te benoemen en te managen vanuit klantverwachtingen moet één en ander veranderen in de verantwoordelijkheidsstructuur; klantprocessen raken nu veelal meerdere verantwoordelijkheden en de verantwoordelijkheid voor het totale proces ontbreekt. Innova moet wel in staat zijn haar organisatie in die richting te veranderen. Daarbij moet men de volgende vragen beantwoorden: - Heeft Innova ervaring in veranderen; - Heeft Innova een heldere strategie;
6 19698-1_SOA.indd 6
- En zo ja, is die offensief ten opzichte van de omgeving; - Zijn de bedrijfsresultaten voldoende om een veranderingstraject te doorlopen; - Zijn de doelstellingen eenduidig geformuleerd en zijn deze ook gecommuniceerd? Als de organisatie voornamelijk intern gericht is ten aanzien van de bedrijfsvoering en resultaten vooral afdelingsresultaten zijn die onvoldoende gerelateerd zijn aan klanteffecten, mislukt een SOA implementatie. Voor een SOA implementatie moet u deze gerichtheid naar extern kunnen veranderen, anders verspilt u alleen maar geld.
Domeinafbakening Als de organisatie procesgericht gaat werken, verschuiven ook de verantwoordelijkheden in die richting. Procesafbakening heeft naast de klantwens te maken met de interne krachtverhoudingen en in hoeverre deze, in relatie tot de klantfocus, te optimaliseren zijn. Dit verantwoordelijkheidsaspect is een eerste factor die de omvang en aanpasbaarheid van de services uit uw SOA bepaalt. Voorafgaand aan de daadwerkelijke afbakening van processen moet u vaststellen of het onderkennen van domeinen zinvol is. Onder domein wordt in dit verband verstaan: ‘een gebied waarin iemand het voor het zeggen heeft; een machtsgebied’. Voor de beheersbaarheid en het onderstrepen van de eigen
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:10
Doelstelling 1 Doelstelling 2 Doelstelling 3 Doelstelling 4
Proces 1, 2 Proces 2, 3 Proces 4 Proces 3, 4
Niveau 0: Waardeketen Inkomende logistiek
Operaties
Uitgaande logistiek
Marketing en verkoop
Service
Niveau 1: Hoofdprocessen 1. Opstellen offerte contract
.....
2. Opstellen offerte verzekering Klant
Niveau 2: Processen Klant
3. Afhandelen nieuwe verzekering
.....
Acceptatie
Acceptatie marketing
Acceptatie operations
Acceptatie speciale zaken
Niveau 3: Processtappen
4. Afhandelen schademelding
.....
.....
.....
Niveau 4: Activiteiten en werkinstructies .....
voor presentatiedoeleinden
Procesafbakening primair vanuit klantfocus
Innova denkt erover om voor de beheersbaarheid domeinen te benoemen. De huidige geautomatiseerde ondersteuning is echter zo door de hele organisatie verweven, dat geen verandering mogelijk is zonder algemeen geldende uitgangspunten betreffende de infrastructuur en de toekomstige geautomatiseerde ondersteuning. Alleen de eigen tussenpersonen werden altijd behandeld als hadden ze volledige vrijheid, omdat Innova ook geen invloed heeft op de zelfstandige tussenpersonen. Eén directielid is specifiek verantwoordelijk voor de eigen tussenpersonenorganisatie en het contact met de zelfstandige tussenpersonen. Gegeven deze situatie worden twee domeinen onderkend: ‘verzekeringsbedrijf’ en ‘tussenpersonen’. Eenduidig wordt beschreven waar de grenzen van de verantwoordelijkheden liggen. Clustering van objecten (taken, functionaliteiten etcetera) vindt voor beheersbaarheid altijd plaats. Ook services zijn
19698-1_SOA.indd 7
.....
Procesafbakening primair vanuit waardeketen
verantwoordelijkheid kan een domeinindeling zinvol zijn. Voorwaarde is dat het beschouwingsgebied wordt bestuurd door een directie die over alle facetten van de bedrijfsvoering zelfstandig beslist én dat binnen deze directie een verdeling van aandachtsgebieden plaatsvindt. Hierdoor kan elk directielid volledig zelfstandig beslissingen nemen voor zijn of haar aandachtsgebied. Op een lager niveau in een organisatie is het onderkennen van domeinen zinloos. Dit wil niet zeggen dat er op een lager niveau geen clustering van gebieden plaatsvindt, maar er zullen altijd gebiedsoverstijgende afspraken gelden.
service oriented architecture special
.....
Afbeelding 1: Twee stromingen met betrekking tot procesafbakening.
zulke clusters. Gebruik een indeling in domeinen alleen op directieniveau. Een te realiseren SOA ondersteunt altijd een domein en is niet domeinoverschrijdend.
Procesafbakening Na de domeindiscussie krijgt de SOA verdere invulling, bij gebruik van domeinen per domein, door de procesafbakening vast te stellen. Bij procesafbakening zijn er twee stromingen te onderkennen, zie afbeelding 1. Stroming 1. Procesafbakening primair vanuit klantfocus: centraal staat de vraag wat de klant van de organisatie vraagt en welke reactie de klant verwacht. Dit is in relatie tot de organisatiedoelstellingen het uitgangspunt. Randvoorwaarde in de procesafbakening is dat: - de klantvraag een eenduidig startmoment is; - het case onderwerp enkelvoudig is. Processen worden horizontaal in beeld gebracht van klant tot klant en alleen voor presentatiedoeleinden wordt achteraf een beperkte clustering van processtappen toegevoegd. Stroming 2. Procesafbakening primair vanuit waardeketen: de waardeketen van de organisatie is het uitgangspunt. Deze is hiërarchisch opgesplitst in processen, subprocessen, activiteiten en werkinstructies. Omdat de waardeketen per definitie waarde toevoegt voor de klant, wordt de klantfocus impliciet meegenomen. Vraagstellingen met betrekking tot het case onderwerp en de klantvraag die het proces aanstuurt, worden wel beantwoord maar vaak niet op een éénduidige wijze.
❱
7 24-10-2007 15:03:10
Business Process Management gebaseerd op een service-georiënteerde architectuur
=
A
A
Ontwerp
IN DAGEN
Wijzig
indien nodig IN WEKEN
Implementeer A
A
Snelle oplossingen om uw bedrijfsprocessen te stroomlijnen
www.cordys.com of bel: 0341-375555
Stroming 2 (vanuit waardeketen) is de manier van afbakenen die veruit het meest gebruikt wordt en die ook door veel procesmodelleringspakketten wordt ondersteund. Zelf gebruiken wij stroming 1 (klantfocus centraal). De flexibiliteit is groter, sluit beter aan bij ideeën achter BPM en is makkelijk over te zetten naar BPEL. Bijkomend voordeel is dat het aantal te beheren processen veel kleiner is (verhouding vaak 1:10), waardoor dit beheer beter in te richten is.
Overgang naar procesafbakening op klantfocus is vaak alleen een kwestie van wennen Innova heeft zes jaar geleden haar processen voor het eerst beschreven vanuit de waardeketen. Dit heeft geleid tot 500 processen en 3500 werkinstructies, vastgelegd in drie dikke mappen. Onderhoud wordt alleen gepleegd voor essentiële wettelijke verplichtingen. Door de hiërarchische indeling lopen werkelijkheid en afbeelding steeds verder uit elkaar. Nu Innova een SOA wil implementeren gaat men ook weer kritisch naar de processen te kijken. Vanwege de beheersbaarheid worden nu vanuit de klantfocus, zonder hiërarchie, werkprocessen benoemd. Dit leidt tot 30 primaire processen en 20 ondersteunende processen. Werkinstructies worden, als nodig, per stap vervaardigd. Dit leidt tot maximaal 700 werkinstructies. Speciale aandacht is besteed aan het daadwerkelijk beleggen van de beheerverantwoordelijkheid om de processen te onderhouden. Procesafbakening op basis van klantfocus in plaats van waardeketen geeft meer garantie op een soepele vertaling naar BPEL en vergt minder inspanning. Overgang naar procesafbakening op klantfocus is vaak alleen een kwestie van wennen.
Orkestratieproces Het traditionele proces is gerelateerd aan een enkelvoudig product. Klantwensen en dus producten worden steeds complexer en samengesteld van aard. Daarom kijken wij bij het benoemen van processen expliciet naar zogenoemde ‘orkestratieprocessen’. Orkestratie is van oorsprong een arrangement van een orkest, waarbij alle meespelende instrumenten tot hun recht komen. Een orkestratieproces zorgt ervoor dat op zich zelfstandig benoemde processen (eigen procesverantwoordelijke en eigen klantvraag en product) gezamenlijk een product aan de klant leveren dat meer toegevoegde waarde heeft voor de klant dan de afzonderlijke delen.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 9
Orkestratieprocessen komen voor als: - Meerdere partijen in een keten voor een eindklant onafhankelijke verantwoordelijkheid hebben voor een deel van de keten; - Er sprake is van assemblage van producten, waarbij productie van de te assembleren delen plaatsvindt onder verantwoording van verschillende functionarissen en deze delen ook op zich zelf staand aan klanten worden aangeboden; - Als bij de totstandkoming van het product gebruik gemaakt wordt van partijen waaraan een deel van de werkzaamheden is uitbesteed (zelfstandig bedrijf of een servicecentrum). Orkestratieprocessen onderkennen wij bij DCE vanuit een bedrijfskundig oogpunt en dit is een belangrijk facet bij de keuze van de gewenste technische ondersteuning als een SOA geïmplementeerd wordt. De implementatie moet vanuit het orkestratieproces asynchroon de diverse zelfstandige processen kunnen aanroepen en het gestandaardiseerd uitwisselen van informatie tussen deze processen is van essentieel belang. Implementatie van orkestratieprocessen is erg ingewikkeld. In omgevingen met veel orkestratie heeft SOA een grote toegevoegde waarde omdat het de beheersbaarheid vergroot. Innova wil all-in pakketten aan haar klanten gaan aanbieden. Op basis van gebeurtenissen zijn klanten dan voor alle mogelijke risico’s verzekerd. De klant hoeft zich niet af te vragen of alle benodigde dekkingen er wel zijn. Ook worden ondersteunende diensten (vervangend vervoer, verhuizen, tuinaanleg) onderdeel van zulke all-in pakketten. Voor de realisatie wordt gebruik gemaakt van de traditionele producten die Innova voert. Tevens wordt samengewerkt met derden voor de ondersteunende diensten. De uniformiteit en het verband tussen de onderdelen wordt door een nieuw benoemd orkestratieproces geregeld. Men moet orkestratieprocessen in een vroegtijdig stadium onderkennen. Zorg ervoor dat de technische realisatie deze processen goed kan ondersteunen. Asynchroon uitvoeren van de het orkestratieproces in relatie tot de bijbehorende inhoudelijke processen, is hierbij essentieel.
Granulariteitsbepaling Alles lijkt nu klaar te zijn om de benoemde processen met informatiesystemen te ondersteunen. Toch passen de bestaande systemen (legacy) en eventueel nieuw aangekochte pakketten niet zomaar binnen de procesontwerpen. Managementidealen als snelheid, betrouwbaarheid, efficiëntie en hergebruik staan onder druk. Innova heeft een weerbarstig legacy-systeem voor de verzekeringsadministratie. Ze wil dit geleidelijk vervangen door een pakket dat meer flexibel is. Ondanks veel inspan-
❱ 9 24-10-2007 15:03:11
audit
Functionele granulariteit
1. Processtappen eerste uitgangspunt voor granulariteitsbepaling
Indeling van proces in stappen vanuit klantfocus, rekening houdend met bedrijfsstrategie en doelstellingen.
2. Bepaal de macroflow
Hoofdindeling op basis van: • werkingsprincipe organisatie (bijvoorbeeld front- en backoffice) die clusters met eenduidige interactie voortbrengen. • de stappen van de onderkende processen. Verdere detaillering bedrijfsobjecten en de bewerkingen daarop (bijvoorbeeld invoeren nieuwe klant, registreren van een order).
Technische granulariteit
3. Bepaal de microflow
Standaardpakket en legacy: • buitenwerking stellen surplus logica • inzet objectservers • aanpassingproces of oplossing buiten pakket 4. Bepaal de units of work eigen softwareontwikkeling
ning is het op dit moment niet mogelijk een goede migratiestrategie op te stellen van de huidige naar de gewenste situatie. Er is zelfs niet aan te geven hoe de systeemondersteuning zich verhoudt tot de benoemde processen. Innova wil geen concessies doen aan haar idealen, maar schrikt van de weerbarstigheid van de informatietechnologie. Ze wil niet beginnen aan een ondoorzichtige verbouwing met onzekere uitkomst. Daarom besluit ze eerst te kijken naar de gewenste granulariteit van haar informatiesystemen. Om processen met informatiesystemen, gebaseerd op SOA, te ondersteunen is een expliciete vaststelling van de granulariteit noodzakelijk. Het op te lossen probleem is het bepalen van de gewenste korrelgrootte (granulariteit) van het landschap van informatiesystemen. Het werkingsgebied van zelfstandige systeemonderdelen wordt zo afgebakend. Eenvoudig gezegd; komt alles in één doos of stoppen we verschillende spullen in verschillende doosjes? De afmetingen van en het aantal dozen bepalen de korrelgrootte. Deze moet passen bij de idealen van de onderneming. Hoe kleiner de dozen, hoe groter de flexibiliteit, maar ook hoe meer inspanning nodig om alles te beheersen. Die beheerinspanning moet een organisatie aankunnen.
Ordeningsprincipes Regels voor granulariteit worden ordeningsprincipes genoemd. Een bekend voorbeeld van een ordeningsprincipe
10 19698-1_SOA.indd 10
Verdere detaillering op basis van op zich zelfstaande units of work. Hierbij rekening houden met integratie- en performanceproblematiek. Afbeelding 2: Gestructureerde set van ordeningsprincipes. op een hoog abstractieniveau is de front-, mid- en back-office indeling. Door deze indeling wordt een proces door tenminste drie systemenclusters ondersteund. Een ordeningsprincipe van een lager abstractieniveau is het scheiden van gegevensobjecten in afzonderlijke bronverzamelingen, zoals het relatiebestand en het orderbestand. De ondersteuning van het proces versnippert hierbij verder, omdat de procesuitvoering door meerdere bronsystemen wordt ondersteund. Een nog lager abstractieniveau is het opdelen van softwarecode in handzame herbruikbare componenten. Hierdoor kan de procesondersteuning extreem versnipperd raken. Zonder een goede beheerorganisatie levert dit grote problemen op bij de implementatie van een proces. SOA principes zoals aanpasbaarheid, hergebruik en gemeenschappelijk gebruik zijn juist gebaat bij een hoge granulariteit (kleine korrelgrootte) van de software-componenten. De kunst is dus het goede optimum te vinden. Innova past als ordeningsprincipe de verdeling in front- en back-office toe. In de front-office ontstaan klantportalen voor invoer van schadeclaims. Dit wordt ondersteund met een workflow tool met daarin de voor een claim geldende validatieregels. Deze regels komen echter ook voor in de back-office component. Een verdere opdeling in componenten is wenselijk. De bedrijfsregels voor claim-afhandeling die in beide componenten geldig zijn, worden omwille van de eenvoud van beheer centraal belegd in een rules engine die door beide componenten wordt gebruikt. Innova vraagt zich
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:11
af of het mogelijk is een gestructureerde set van ordeningsprincipes op te stellen om de granulariteit te bepalen. Hoe lager het abstractieniveau van het ordeningsprincipe, des te groter is de fragmentatie van de architectuur en even zoveel moeizamer verloopt de implementatie van een proces. De balans tussen de toegevoegde waarde van de fragmentatie en de mogelijkheid die men heeft om deze te beheersen, bepaalt de korrelgrootte. In afbeelding 2 is weergegeven welke set van ordeningsprincipes doorlopen moet worden om een goede granulariteit te verkrijgen.
ordeningsprincipe voor de granulariteitsbepaling. Daarbinnen zoeken we naar de meest optimale aanpasbaarheid en herbruikbaarheid van componenten.
Conclusies Realisatie van SOA voordelen en korte termijn bedrijfsbelangen kunnen met elkaar op gespannen voet staan. Door het toepassen van een voldoende verfijnde, gestructureerde set van de ordeningsprincipes, is het mogelijk om beide behoeften tegelijkertijd te realiseren. Zo kan men profiteren van SOA voordelen zonder grote voorinvesteringen op basis van abstracte beloften en gehoopt rendement.
Implementatieproblematiek Voor het gebruik van standaard software-pakketten en legacy-systemen moet u op technisch niveau extra beslissingen nemen, omdat deze een eigen granulariteit hebben. Bij legacy-systemen is deze meestal gebaseerd op al lang geleden in onbruik geraakte regels. Software-pakketleveranciers hebben een korrelgrootte toegepast die bijdraagt aan release en versiebeheer, ondersteuning van de ontwikkelstrategie, gemakkelijke herbruikbaarheid of aanroepbaarheid van componenten. Dit alles natuurlijk vanuit de optiek van de leverancier. De volgende oplossingen (of combinatie’s ervan) zijn mogelijk: - Het proces is leidend en u past de componenten hierop aan. Dit kan leiden tot verlies van SOA idealen zoals aanpasbaarheid en herbruikbaarheid ten gunste van operationele prestaties; - De SOA is leidend en u past de processtappen aan op de grootte van de afzonderlijke componenten. Dit kan leiden tot operationele complexiteit ten gunste van SOA idealen; - Koppeling van de twee werelden zonder concessies door het inzetten van Business Process Management tools. Dit laatste kan alleen als de verantwoordelijkheden goed geregeld zijn en vragen betreffende overhead en performance bevredigend beantwoord zijn. Wanneer een proces wordt ondersteund door een op SOA principes opgedeelde applicatie-architectuur, waar herbruikbaarheid en aanpasbaarheid voorop staan, is het niet ongebruikelijk dat één enkel proces vele tientallen componenten in de uitvoering betrekt. Hoe meer componenten, hoe meer koppelingen en daardoor een even zoveel grotere implementatie-inspanning. Ondanks moderne standaarden voor procesintegratie tussen componenten zoals BPEL en BPML, blijft het verdelen van de besturing over meerdere componenten een integratievraagstuk opleveren op het gebied van tijdsynchronisatie, transformatie van gegevens, status van transacties, orkestratie van het proces zelf, monitoren van status, logging van handelingen, authenticiteit van actoren, autorisatie van acties etcetera. Wij vinden dat de SOA idealen altijd ten dienste staan aan de realisatie van de klantvraag. Dit wordt dan ook het leidende
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 11
Hoe lager het abstractieniveau van het ordeningsprincipe des te groter is de fragmentatie van de architectuur De set ordeningsprincipes legt een directe koppeling met de onderkende processen, gebaseerd op de klantfocus en alle daaraan gerelateerde operationele eisen. De eerste stappen op weg naar een strategie waar deze granulariteitsbepaling een rol speelt, zet men door: 1. Think big, act small: kies een beperkt doelgebied; 2. Het (her)beschrijven van de bedrijfsprocessen; 3. SOA principes niet domeinbreed toe te passen maar slechts binnen een afgebakend cluster. Heb de moed om synergiemogelijkheden over de grenzen van clusters heen even te laten rusten; 4. Het afbakenen niet over te laten aan de IT organisatie, maar door een leidende participatie van de business te organiseren; 5. Zo lang als mogelijk geen concessies te doen aan de ordeningsprincipes. Alleen uw klanten kunnen u daartoe dwingen, nooit de interne organisatie; 6. Vroegtijdig de beheerorganisatie over te schakelen op proces- en SOA denken.
Noten 1. Peter Pottjewijd: Echte BPM kan niet zonder architectuur, Bepaal uw conditieniveau, Business Process Magazine 1, 2007.
Michel van den Hoek en Peter Pottjewijd zijn principal consultant bij DCE Consultants. Michel van den Hoek is werkzaam in het centre of excellence ‘IT management’, Peter Pottjewijd is in het centre of excellence ‘process improvement’ werkzaam.
❰
11 24-10-2007 15:03:11
nieuws
SOFTWARE AG’S WEBMETHODS VALT IN DE PRIJZEN Software AG introduceert versie 7.1 van de webMethods-product suite. Deze nieuwe versie bundelt de technologieën van webMethods en Software AG op de gebieden SOA, bedrijfsintegratie, BPM en legacy-modernisering in één enkele modulaire product-suite. De belangrijkste toevoegingen in de nieuwe versie zijn verbeteringen in de Business Process Management component (webMethods BPMS), de introductie van webMethods Optimize for B2B (voor ‘real-time’ controle en analyse in de uitgebreide waardeketen), en de introductie van de webMethods ESB (Enterprise Service Bus), een brede op standaarden gebaseerde oplossing voor integratie en interoperabiliteit van applicaties, services, processen en partners. Software AG heeft als ‘Strong Performer’ zijn intrede gedaan in de markt voor BPM-software. Het onafhankelijke marktresearchbureau Forrester Research heeft de webMethods BPM-suite van Software AG hoog geklasseerd in het onlangs verschenen rapport ‘The Forrester Wave: Human-Centric BPM for Banking and Investments, Q3 2007.’ Daarnaast noemde Forrester de webMethods BPM-suite marktleider in zowel ‘The Forrester Wave: Human-Centric BPM for Java Platforms, Q3 2007’, als in ‘The Forrester Wave: Integration-Centric Business Process Management Suites, Q4 2006’.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 13
Forrester stelt in het rapport dat met de recente overname van webMethods Software AG’s BPMS-aanbod voor banken en investeringmaatschappijen veel sterker is geworden. Veranderingsbeheer en integratiefuncties zijn diep verankerd in de webMethods software en dit betekent ondersteuning voor de belangrijkste behoeften van financiële instellingen. Ook zijn zeer krachtige, direct toepasbare oplossingen beschikbaar voor gangbare financiële standaards, zoals SWIFT, FIX en ACH.
ORACLE WIL BEA SYSTEMS KOPEN Oracle Corporation heeft op 9 oktober een brief gestuurd aan de Board of Directors van BEA Systems waarin het voorstelt BEA over te nemen voor 17 dollar per aandeel, cash. Dat is 25 procent meer dan de slotkoers van destijds van 13,62 dollar. De brief geeft verder aan dat Oracle bereid is direct te starten met het proces om te komen tot een definitieve overeenkomst. “Wij hebben een serieus bod gedaan, inclusief een aanzienlijke premie voor BEA”, zegt Oracle President Charles Phillips in het persbericht. “Wij geloven dat ons cash-aanbod de beste waarde vertegenwoordigt voor de aandeelhouders van BEA en een goede thuishaven biedt voor BEA’s medewerkers en klanten. Wij hebben het voornemen om de investeringen die klanten gedaan hebben in de producten van BEA te beschermen en zowel hen als de producten nog lange
tijd te ondersteunen”, stelt Phillips. “Ons commitment met betrekking tot ondersteuning is al bewezen in onze eerdere acquisities, inclusief die van PeopleSoft en Siebel. Het zal met BEA niet anders zijn. De acquisitie van BEA door Oracle betekent een uitbreiding van onze ontwikkelcapaciteit en zal de ontwikkeling van onze middleware suite verder versnellen. De klanten van zowel Oracle als BEA plukken hiervan de vruchten bij hun overschakeling naar moderne SOA-technologie.” BEA Systems nam vorig jaar BPMS-vendor Fuego over. Oracle beschikt nog niet over een eigen BPMS.
CORDYS INTRODUCEERT NIEUWE VERSIE BPMS Cordys BPMS versie C3 introduceert diverse verbeteringen in modellering en ontwerp: SwimLanes voor een visuele en effectieve weergave van bedrijfsfuncties in BPM, verbeterde modellering van bedrijfsregels, en diverse nieuwe functies in de op XForms gebaseerde studio voor de bouw van Composite Applications. Samen met veel andere innovaties zullen deze functies bijdragen aan een sterke verbetering van de ontwikkelproductiviteit. Voor wat betreft Process Execution, biedt C3 diverse innovaties voor betere productiviteit, waaronder PageFlow-ondersteuning voor gestroomlijnde workflow-verwerking en op maat te maken inbox- en e-mail templates. Daarnaast omvat de oplossing XGridtechnologie voor een rijke en
responsieve gebruikersinterface bij grote datahoeveelheden, en GZIP voor het terugdringen van netwerkbelasting en -vertraging. Op het gebied van Process Monitoring en Improvement brengt C3 geavanceerde mogelijkheden voor prioriteitenbeheer, tijdregistratie en escalatie management van processen en workflowtaken. Bedrijfsanalisten kunnen met de vernieuwde Process Instant Manager de proceskwaliteit nu nog beter meten en beheren. Case Manager is een nieuwe proces managementoplossing voor complexe, minder gestructureerde case-intensieve processen met geavanceerde mogelijkheden voor indexering en bundeling van documenten, case-beheer en -monitoring, en proces- en activiteitenbeheer. Tevens biedt C3 platformbrede integratie van WS-I Basic Profile 1.1 en UDDI integratie voor samenwerking met UDDI producten van derde partijen. Daarnaast biedt C3 een generiek, XSLT gebaseerd import/exportmechanisme voor BPM-modellen van andere leveranciers en ondersteuning van de XPDL procesmodelstandaard, evenals ondersteuning van Linux 4, JDBC, Oracle Linux, IE7 en Microsoft Vista Client. XML Security (W3C standaard) zorgt voor volledige beveiliging en transmissieintegriteit van elk XML bericht, en SAML gebaseerde implementatie van Single Sign On (SSO). Daarnaast biedt C3 uitgebreide authenticatie en autorisatie van veranderingen in BPM-modellen en -regels.
13 24-10-2007 15:03:11
interview Business consultant Wim Vanderstraeten over de noodzaak van proces management
SOA VOORWAARDE
VOOR BUSINESS
FLEXIBILITEIT In zijn kantoor in Brussel spreekt Wim Vanderstraeten. Gepokt en gemazeld in het proces management. “Die term gebruik ik liever dan BPM. Want in tegenstelling tot IT’ers gebruiken managers niet graag acroniemen.” Door Hans Lamboo KF is vanaf de eerste dag gestart met procesconsulting. Dat is een brede waaijer: het modelleren van processen, het meten van processen, het verbeteren van processen, maar ook afgeleide elementen zoals functiebeschrijvingen, competentie- en organisatiestructuren. Organisaties willen vandaag de dag graag ‘lean & mean’ zijn oftewel efficiënt en effectief tegelijkertijd. Dus moeten organisaties procesmatig ingericht worden, stelt Vanderstraeten.
P
“Je ziet daar ook weer cycli in. Door het herstel van de markt hoeven bedrijven momenteel niet meer zo ‘lean’ zijn, want er wordt weer marge gemaakt. Daardoor krijg je veel meer commerciële mensen aan het roer. En die hebben een totaal andere drive: time-to-market is dan cruciaal. De ontwikkelingen zijn overigens per bedrijfstak verschillend, omdat de snelheid per sector anders is. Het is mijn verwachting dat men in een aantal markten veel meer zal gaan focussen op productcomponenten, time-to-market, new product develop-
14 19698-1_SOA.indd 14
ment, alternative business, alternative distribution, multichannel enzovoort. Als een bedrijf de afgelopen jaren de processen al gerationaliseerd heeft, dan is het niet zo moeilijk om daar naartoe te gaan. Maar een aantal vergaloppeert zich, die hebben die beweging nog niet ingezet”, constateert hij.
Juiste terminologie Vanderstraeten probeert terug te gaan naar de basics, naar management technieken. Hij probeert vragen te beantwoorden zoals: wat is een onderneming; wat is de waardeketen; wat is de core business; waar gaan we op focussen? En last but not least: hoe steken de processen in elkaar? “Daarvoor hebben we een methodologie ontwikkeld, waarin we de verschillende onderdelen van de waardeketen, domeinen, uitfilteren en terugbrengen naar end-to-end processen. Zo’n end-to-end proces begint en eindigt bij uw klant. En dan begint direct de discussie: wat is een klant? Ik heb die discussie bij tal van organisaties gevoerd, in de directiekamers en op de werkvloer. Dat zijn heel belangrijke discussies, want u moet dat al weten op het moment dat uw
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:12
proces wordt getriggerd en het proces is pas af wanneer de verwachting van de klant is ingelost. Het gebruik van de juiste terminologie is absolute voorwaarde. Als een bedrijf FileNet gebruikt en een stukje workflow om documenten te distribueren in de organisatie, noemt men dat al snel een proces. Maar dat IS het niet, het is een procedure. Het begint al met het vastleggen van die termen. Wat zijn processen? Wat zijn business domains? Wat is de waardeketen? Wat is het end-to-end proces? Wat is een klant? Zo’n end-to-end proces kan een verschillende invulling krijgen per kanaal. De verkoop van een beleggingsproduct via een kantoor, of via internet, of een clientennetwerk, of een broker netwerk, dat kán anders zijn. En ik kan daar accenten in leggen. Maar ik wil dat in het proces zodanig construeren dat dat voor de medewerker aan de binnenkant maar één proces lijkt. Voor hem of haar zal het immers niet uitmaken. Die samenhang is cruciaal voor er gepraat kan worden over subprocessen, activiteiten en taken. Ik zie helaas maar al te vaak dat men over taken en activiteiten begint te praten als zijnde processen. En dan nog alleen de geautomatiseerde taken en activiteiten. Dat is de verkeerde weg,” waarschuwt Vanderstraeten. “Bij het invoeren van proces management in een organisatie is het heel belangrijk om snel de organisatiestructuur, de rollen in de organisatie, te kunnen ‘mappen’ op de processen”, zegt Vanderstraeten. “Ik wil in de zogenaamde ‘swim lanes’ kunnen zien hoe het proces, het arbeidsproces – zo omschrijf ik dat eigenlijk het liefst – samengaat. Het is de link tussen de organisatie en het proces. Achter sommige van die processen zit technologie. Maar verre van allemaal. Die correlatie wordt heel vaak over het hoofd gezien. Terwijl ik ervan overtuigd ben dat je in de niet door technologie gesteunde processen de meeste efficiëntie kunt behalen.”
Procesmodellering met de hand doen is absolute waanzin Als voorbeeld geeft Vanderstraeten een balie-onderzoek. Dat heeft bitter weinig met technologie te maken. “Er kon in het balie-proces 35 procent verbetering worden verkregen door de human interface op een andere manier te laten werken. Dat is een gigantisch resultaat. Daar was met automatisering heel weinig aan te doen. Nog een voorbeeld: de processtap waarin een medewerker een klant moet opbellen kun je niet automatiseren. Wat je wel kunt aanpakken is de manier waarop iemand dat gesprek voert, door een bepaalde methode toe te passen. Waarin de medewerker zich af moet vragen: wie is mijn klant, kan ik hem hetzelfde benaderen als de vorige keer, hoe ga ik me differentiëren en welke informatie ga ik oppikken die ik volgende keren kan gebruiken. Dat is enkel een marketingtechniek om op een bepaalde manier
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 15
Roots Wim Vanderstraeten is een Belgische Management Consultant en vandaag Managing Partner van PKF Management Consulting Services. Hij begon zijn carrière in 1986 bij AEGON België en mocht voor een project al snel naar AEGON in Leeuwarden om opgeleid te worden in een IT-ontwikkelingstraject. Na een half jaar kwam hij tot de conclusie dat hij zich meer aangetrokken voelde tot de grijze zone tussen IT en business. Hij ging terug naar België, zocht een aantal associates en begon in dat gebied te werken. Op zoek naar een grote partij om hem verder te helpen, belandde hij in een bankverzekeringsbedrijf en werd verder gevormd door het Nederlandse Volmac. Na enkele jaren besloot hij in 1997 in dienst te treden bij Ernst & Young, dat hem wilde inzetten voor de opbouw van een specifieke management consultancy aanpak. In 2000 werd de Management Consultancy tak van E&Y verkocht aan Capgemini. “Zo kwam ik weer bij Capgemini in Utrecht terecht – ja het oude Volmac”, verhaalt Vanderstraeten. “Die periode was voor mij een echte eye opener. Ik leerde inzien dat een business case twee totaal verschillende perspectieven had: een management consultant kijkt er volkomen anders tegenaan dan een system integrator. De club bij Capgemini die zich met proces management bezighoudt is eigenlijk helemaal bezig met tools. En daar gaat het mij niet om. Natuurlijk heb je tools nodig, maar er zit zoveel meer in. Ik wil met waardeketens werken, ik wil business processen zien, ik wil processen kunnen meten, de correlatie tussen processen en activiteiten kunnen zien.” Vanderstraeten verliet Capgemini en keerde terug naar wat hij zijn roots noemt: management consultancy. Hij werd partner in het van origine Britse PKF en vestigde zich te Brussel. PKF is actief over de gehele wereld en heeft onder meer kantoren in Amsterdam, Rotterdam en Delft. “Bij PKF hebben we direct vanaf de eerste dag gezegd: alles draait om het business proces en daar richten wij ons op. Wij doen niets met IT, we gaan eigenlijk tot en met IT-strategie, IT-visie. In de invulling daarvan zijn andere mensen zeer bedreven en waarschijnlijk ook effectiever dan wij. Laten die dat maar rustig doen. Die materie is not our cup of tea.”
15 24-10-2007 15:03:12
Service-Oriented Architecture oplossingen van AMIS
De eisen en wensen van uw klanten staan centraal Al sinds het ontstaan benut AMIS actief de mogelijkheden die BPEL en later Oracle Soa Suite bieden om bedrijfsprocessen te ondersteunen. Twee AMIS-medewerkers zijn door Oracle aangewezen als ‘Regional Director Oracle Fusion Middleware’.
AMIS stelt haar kennis op het gebied van ServiceOriented Architecture graag ter beschikking. Kijk nu voor de speciaal samengestelde SOA-bundel met publicaties op het gebied van Service-Oriented Architecture op: www.amis.nl
COMMITTED TO ICT. INVOLVED IN PEOPLE.
AMIS_SOA_.indd 1
28-10-2007 20:15:34
met klanten te communiceren. Dat heeft geen enkele band met IT, maar het proces is wel op die methodiek gestoeld”, stelt Vanderstraeten. “Dat is voor mij eigenlijk ontzettend belangrijk: als wij erin slagen om een business bewustwording te geven op het vlak van processen, om ze elementen aan te reiken om dat zelfstandig te kunnen beheren, om hen daarin te begeleiden tot ze het zelf kunnen, dan is onze opdracht geslaagd.”
Business processen en IT “Aan de andere kant heb je natuurlijk het IT-verhaal. De vraag die we steeds vaker horen is: hoe allieer je dat procesdenken dan aan IT? Wat op zich geen enkel probleem is. Alleen moet er veel meer gestuurd worden vanuit de business en je moet dus niet beginnen op de IT-afdeling”, adviseert Vanderstraeten. Sterker nog: “Steeds vaker zie je dat men bij IT de discussie opnieuw opentrekt en terug wil draaien wat de business al heeft gedaan. Dat moet natuurlijk niet. Mijn standpunt is simpel: als je wilt gaan automatiseren en je rationaliseert de totale end-to-end keten in twee of drie golven, dan wordt de automatiseringsproblematiek veel kleiner. Als je dan een nieuw ERP-systeem wilt implementeren, of een back-office wilt vernieuwen, zul je veel minder IT-kosten hebben om dat te realiseren. Je gaat jezelf ‘lean & mean’ maken. En ‘lean & mean’ is vandaag de dag steeds minder belangrijk om kosten te besparen, maar veel belangrijker in het licht van flexibiliteit, openheid naar je markt, de time-to-market, nieuwe kanalen, nieuwe doelgroepen, internationalisering, globalisering – dat maakt dat je snel met je mechanisme, met je proces moet kunnen anticiperen”, onderstreept Vanderstraeten. “Als je naar IT toestapt, dan is er een aantal componenten dat inhoud moet krijgen. Dan moet je kunnen aangeven welke activiteiten en taken moeten worden geautomatiseerd. Welke logica daar achter moet zitten. En die logica moet uit de applicaties, want zolang dat niet het geval is, is er bij IT geen flexibiliteit te vinden. De logica moet er dus uit en dat doe je door je rules, je condities, allemaal los te filteren en in zogenaamde rule engines onder te brengen. Elke rule, elke conditie, is verbonden aan het proces, aan een activiteit. Net zoals de informatiebehoefte. Als je dus rules en data separeert kun je ze afzonderlijk benaderen, dan kun je ze als elementen gebruiken om de link te leggen naar IT. Die kan ze koppelen, waardoor een informatiemodel ontstaat. Op deze wijze krijgt IT eigenlijk vrij lineaire, zeer eenvoudige applicaties te bouwen. En als dat in een SOA gedaan kan worden, dan kan er pas echt worden afgestemd op het absolute minimum.”
Emotie “In onze projecten gebruiken wij methodieken, technieken en natuurlijk ook tools – procesmodellering moet je niet met de hand doen in Visio of PowerPoint, dat is absolute waanzin. We werken veel met tools zoals MEGA, ARIS en ProVision.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 17
Maar de keuze van een tool is allemaal emotie en we laten die keuze dan ook altijd over aan de klant. We zijn daar heel makkelijk in. Wat veel belangrijker is, is dat die tools een repository met data creëren, waarmee je de gewenste flexibiliteit creëert en echt inzicht verschaft. Die repository vormt de link met IT. Wij filteren de data en exporteren die vanuit de repository naar de ontwikkel-tool van IT; zij kunnen de data opladen. Met als resultaat dat hun IT-project ineens duidelijk vorm heeft gekregen: dit is het te ondersteunen proces, dit zijn de activiteiten, dat zijn de rollen. Er is geen discussie meer over processen en je kunt je dan ook afvragen wat nog langer de relevantie is van een functionele analyse. IT kan eigenlijk bijna direct overgaan tot een technische vertaling. Op die manier industrialiseren we IT door op een gerichte manier met processen te werken. Met SOA als uitgangspunt. Want alles dat niet SOA-compatibel is, is niet flexibel – en moet eruit”, zegt Vanderstraeten beslist.
Alles dat niet SOA-compatibel is is niet flexibel en moet eruit
Volgens Vanderstraeten kan SOA de brug zijn over de legendarische kloof tussen business en IT. Bovendien is SOA de gemakkelijkste weg voor maatwerktrajecten. “Als je een standaard softwarepakket gebruikt is het maar helemaal de vraag in hoeverre ze SOA-compliant zijn. De vendors schreeuwen allemaal wel van de daken ‘wij zijn open!’ maar ze zijn niet allemaal even open. Logisch, dat is een stukje zelfbescherming. Nog een voordeel van een maatwerkoplossing is dat je zelf de granulariteit van het proces kunt bepalen.” Vanderstraeten beaamt dat vernieuwing altijd moeilijk is, omslachtig, duur en risicovol. Als het om de vernieuwing van één systeem gaat is dat nog vrij eenvoudig. Maar gaat het om 15 systemen, dan is dat ontzettend lastig. Vanderstraeten stelt dat het SOA-principe dat veel gemakkelijker maakt: “Je bouwt een nieuw systeem dat je als het ware boven het oude hangt en aansluit op 14 van de bestaande systemen, terwijl er misschien één wordt vervangen door een nieuw. Binnen een SOA-architectuur kan de transitie, de technologische vernieuwing, veel meer stapsgewijs plaatsvinden. IT kan dat doen achter de schermen, zonder dat de business daar last van heeft. IT kan er bijvoorbeeld een thin client versie boven hangen met een stukje workflow, waardoor de gebruiker naar andere applicaties terugkeert; niemand die het zal merken. Steeds meer bedrijven zullen de vier hoofdcomponenten, organisatie, proces, rules en data, gaan scheiden en opnieuw aan elkaar koppelen via een SOA. Eigenlijk wordt IT een facilitaire afdeling. Er is niets meer aan”, besluit Wim Vanderstraeten.
Hans Lamboo is hoofdredacteur van Business Process Magazine
17 24-10-2007 15:03:12
overzicht
PARTIJEN IN DE SOA-MARKT Accenture Postbus 75797 1070 AT Amsterdam www.accenture.nl Michael Widjaja Senior Executive 020-49 33 83 83
[email protected] consultant
CIBER Nederland Postbus 843 5600 AV Eindhoven www.ciber.nl Indra Overmars Marketing & Communicatie 040-232 90 90
[email protected] IT-dienstverlener
Enable-U b.v. Kadoelenweg 230 1035 NN Amsterdam www.enable-u.nl Frank Arts Managing Director 020-427 08 44
[email protected] software-leverancier, consultant
Accenture Technology Solutions Versterkerstraat 6 1322 AP Almere www.accenturetechnologysolutions.nl Freddie van Rijswijk Senior Manager Technology 036-546 14 70
[email protected] consultant, system integrator
Conspect ICT diensten bv Stationsweg 19 4141 HB Leerdam www.conspect.nl Robin van der Beek Account Manager 0345 47 33 33
[email protected] software-leverancier, system integrator
Finalist IT Group Postbus 1354 3000 BJ Rotterdam www.finalist.com Mark de Vos Accountmanager 06-52 63 82 41 mark@finalist.com software-leverancier, consultant
AMIS Services BV Postbus 24 3430 AA Nieuwegein www.amis.nl Emile Voogt, Tessa van Leeuwen, Account/Office Manager 030-601 60 00
[email protected] IT Consultancy Atos Consulting NV Papendorpseweg 93, gebouw C, 3528 BJ Utrecht www.atosconsulting.nl/wcit Marc Bartels Partner World Class IT 088-265 83 51
[email protected] IT-dienstverlener Casewise 64 Clarendon Road Watford Hertfordshire D17 1DA United Kingdom www.casewise.com Vincent Margreve Sales Manager Benelux +44 (0) 19 23 83 03 00
[email protected] Enterprise software editor
Dit overzicht valt buiten verantwoordelijkheid van de redactie; de gegevens in dit overzicht zijn door de vermelde bedrijven zelf opgegeven.
18 19698-1_SOA.indd 18
Cordys Corporation B.V. Postbus 118 3880 AC Putten www.cordys.com Monique van Galen Last Manager Field Marketing 0341-37 55 55
[email protected] software-leverancier CSC Computer Sciences B.V. Kosterijland 20 3981 AJ Bunnik www.csc.nl Ronald Meijerink Marketing Communicatie Manager 030-657 45 74
[email protected] system integrator DCE Consultants Walaardt Sacrestraat 405 1117 BM Schiphol www.dceconsultants.com Esther Konz Marketing & Communicatie 020-449 99 00
[email protected] software-leverancier, consultant Dupaco distribution bv Zwarteweg 32 3833 AL Leusden www.dupaco.nl Sven Groot Productmanager 033-494 88 88
[email protected] distributeur Red Hat Jboss
Getronics PinkRoccade Postbus 439 3430 AK Nieuwegein www.getronicspinkroccade.nl Marco Bussemaker, Solution Manager 0800 - 8004
[email protected] system integrator HP Software Startbaan 16 1187 XR Amstelveen www.hp.nl Remco van Dijk Marketing Manager 020-547 69 11
[email protected] software-leverancier IBM Johan Huizingalaan 765 1066 VH Amsterdam www.ibm.com Gerjan Vasse 020-513 51 51 www.ibm.com/contact/nl/ Op SOA-vlak actief in alle facetten. Info Support Kruisboog 42 3905 TG Veenendaal www.infosupport.com Henk van der Pol Sales Support & Marketing 0318-55 20 20
[email protected] software-leverancier, system integrator
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:12
Inter Access BV Postbus 840 1200 AV Hilversum www.interaccess.nl Edwin van den Thillart SOA Programma Manager 035-688 80 00
[email protected] system integrator
Progress Software BV Postbus 8643 3009 AP Rotterdam www.progress.com P.N. Broekhoven Business Development 010-235 11 11
[email protected] software-leverancier
Sybase Nederland b.v. Postbus 10055 3505 AB Utrecht www.sybase.nl Jeannette van der Have Marketing & PR 030-247 83 16
[email protected] software-leverancier
IT-eye Edisonbaan 14a 3439 MN Nieuwegein www.it-eye.nl R. van der Stuijf Sales Manager 030-602 82 80
[email protected] consultant, system integrator
QNH Creators of Integration Postbus 63 3700 JB Zeist www.qnh.nl Monique A. ten Hagen, Marcel Kurvers 030-698 20 00
[email protected] system integrator
Systemation AES B.V. Westhaven 65 2800 AL Gouda www.systemation.nl David Hakkenberg Directeur 0182-68 91 29
[email protected] software-leverancier
KJP Consultants B.V. Alver 78 3356 EN Papendrecht www.kjpconsultants.nl B.D. (Benno) de Jongh Directeur 06-16 47 11 53
[email protected] consultant
SecondFloor Beech Avenue 180 1119 PS Schiphol-Rijk www.secondfloor.nl Marco Kempenk Sales Manager 020-658 97 00 info@secondfloor.nl IT projectorganisatie
Tibco Software B.V. Lichtenauerlaan 122 - 140 3062 ME Rotterdam www.tibco.com Hans Delleman Country Manager Benelux/Sales 010-204 57 15
[email protected] software-leverancier
LogicaCMG Postbus 8566 3000 AN Rotterdam www.logicacmg.nl Rob Martens Competence Manager 010-253 70 00 ICT-dienstverlener
Software AG Postbus 1355 3430 BJ Nieuwegein www.softwareag.nl Rob van Silfhout Sales 030-750 30 00
[email protected] software-leverancier
Transfer Solutions Stationsweg 19 4141 HB Leerdam www.transfer-solutions.com Gerard Hilte Algemeen Directeur 0345-61 68 88
[email protected] Software projecten, beheer en opleidingen
Oracle Nederland BV Postbus 147 3454 PV De Meern www.oracle.com Robert Voermans Business Development Manager 030-669 83 07
[email protected] software-leverancier, consultant Ordina Postbus 7101 3430 JC Nieuwegein www.ordina.nl Bart Pruijn Solution Manager SOA 030-663 70 00
[email protected] consultant, system integrator
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 19
Sogyo Landgoed Sandwijck Utrechtseweg 301 3731 GA De Bilt www.sogyo.nl Edwin van Dillen Principal Consultant 030-220 22 16
[email protected] consultant Spikes NV Singel 6 2550 Kontich, België www.spikes.be Dirk Verhaeghe Business development & sales manager +32 (0)3 451 94 90
[email protected] software-leverancier, consultant, system integrator
VX Company IT Professionals Postbus 169 3740 AD Baarn www.vxcompany.com Maikel Alderhout Technisch Manager 035-539 09 09
[email protected] consultant, system integrator Xebia b.v. Utrechtseweg 49 1213 TL Hilversum 035-538 19 21
[email protected] www.xebia.com
19 24-10-2007 15:03:12
software review Enterprise Service Bus: een marktoverzicht
TO ESB OR
NOT TO ESB Implementaties van SOA’s worden vaak in verband gebracht met een Enterprise Service Bus. Die twee zijn echter bepaald niet keihard gekoppeld: het SOA-begrip is veel breder, en dekt ook allerlei services in standaardpakketten of losse zelfbouwprojecten en -tools. Daarnaast kan ESB net zo goed een programmeer-pattern zijn als een specifiek tool. Door Erik de Ruijter n dit overzichts-artikel beschouwen we het als een set tools en leggen de lat daarbij vrij hoog. Ze moeten zoveel mogelijk zonder Java/Dotnet-coding services en aanverwante logica bieden, en nog een heleboel extra zoals orchestraties en transformaties. Zijn deze schapen-met-vijf-poten, de droom van de SOA-visie, nu echt leverbaar? Moeten we daarvoor zijn bij specialistische middleware-leveranciers, of juist eerder bij bedrijven die ook volledige coding-omgevingen leveren?
I
State-of-the-art De vlag Enterprise Service Bus kan heel wat ladingen dekken. Functioneel is het zoiets als ‘Service Oriented Architecture plus plus’: naast webservice-verwerking moeten allerlei datatransformaties en routerings-opties geboden worden. Ook moeten samengestelde webservices via BPEL in de toolkit zitten. Technisch komen we allerlei invullingen tegen; Microsoft BizTalk bijvoorbeeld past heel goed binnen de ESB-definities, maar dat geldt ook voor veel zwaargewicht J2EE-suites en Java-gerichte tools waar juist níét geprogram-
20 19698-1_SOA.indd 20
meerd hoeft te worden. Die ‘codefree’ groep definiëren we hier als de ware ESB. In de kern verlangen van zo’n ESB suite: - Data binnenhalen en wegzetten via SOAP-services, zonder programmering. Qua SOAP-dialecten moet de WS-I(nteroperability) set in ieder geval ondersteund worden. Hierbij hoort ook een stuk service-catalogus, maar die mag zowel proprietary zijn als in UDDI-formaat; - Datatransformatie en -routering, dus minimaal ook 1-naar-n doelen of misschien zelfs n-naar-m, en/of content-based. Veelal impliceert deze eis XML-omzetting op een zwaarder niveau dan XSLT-stylesheets. Ook andere formaten dan XML dienen ondersteund te worden, zoals bijvoorbeeld spreadsheets en Cobol Copybooks. Een extensie op die transformatie en routering kan non-SOAP connectivity via een adapter/connector model zijn: denk aan database-drivers, standaardpakketten als SAP en midframe-omgevingen; - Samengestelde services via BPEL, inclusief de waitstates die in deze taal ondersteund worden. Wederom codefree, dus zonder in de Execution Language zelf te scripten. Dat is ook het grote verschil tussen ‘kaal’ BPEL, zoals bijvoorbeeld
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:12
WebLogic of WebSphere dat aankunnen, en BPEL binnen een ESB. Een synoniem voor deze ‘servicelijm’ is Process Orchestration; - Menselijke dialogen (nog steeds waar mogelijk codefree!) om workflow te bieden op basis van waitstates en postbakjes. In zekere zin eist volwaardige proces-orchestratie zowel BPEL als deze workflow; hetgeen nog niet wil zeggen dat het volwaardig Business Process Management is, maar de discussie wat dáár allemaal voor nodig is, gaan we hier niet aan. Een standaard in opkomst op dit vlak is zelfs een BPEL-extensie, BPEL4People, maar die is nog te prematuur om leveranciers daar nu al op te toetsen; - Business Activity Monitoring (BAM), op basis van onder meer de (functionele) waitstates en de (technische) audit trails die overal in de uitvoering aangemaakt kunnen worden. Maar BAM is niet zomaar een datawarehouseachtige analyse – het specialiseert zich in realtime (proces) monitoring, dus is een architectuur die deels los staat van de historische audit trails wenselijk. We willen dit alles natuurlijk kunnen realiseren met een zo compact mogelijke set bouwstenen, die onderling nauw samenwerken en een bediening hebben die past bij het codefree karakter. En dus zoveel mogelijk werk haalbaar maken voor business analisten en pas bij uitzondering de programmering induiken. In feite dekt een ESB volgens deze definitie het terrein waar vroeger ook de ‘integration brokers’ zich begaven, met als verschil dat die zich ook volop op andere dan SOAP-data richten. De ESB’s doen dat vaak via extensies, die we boven al noemden – en dit nemen we niet als vergelijkingspunt mee. Ook zit de ‘process manager’ functionaliteit, veelal bestaand uit process-scripting plus workflow plus BAM, tegenwoordig onder de ESB-paraplu.
Tweesporenaanbieders Verderop in dit artikel komen de leveranciers aan bod die ESB-middleware als hoofdvisie hebben en die programmering een specialisten-route vinden waarvoor ze zelf niet direct tools leveren. Eerst komen de leveranciers aan de orde die, positief gezegd, ‘de klant alle keuze willen bieden’ en naast ESB-tools ook IDE’s leveren. Of, negatief gezegd, ‘zelf niet kunnen kiezen wat de optimale SOA-omgeving is’ en ‘de ESB gemuilkorfd zullen houden zodat ze de klant ook IDE-tools kunnen verkopen’. Waar precies de waarheid ligt, zal per leverancier en soms zelfs per klantsituatie verschillen. IBM. Voor IBM is het predicaat ‘de klant alle keuze willen bieden’ zeker niet misplaatst. Men biedt een ruim scala aan tools die ESB-functionaliteit bieden, vaak zelfs met een lichte en een zware versie. IBM komt echter nadrukkelijk uit de hoek die ESB een ‘pattern voor programmering’ vindt en geen volwaardige codefree omgeving, en dat zien we zeker bij een aantal van de geboden tools terug. WebSphere ESB bijvoorbeeld is een subset van de applicatie
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 21
server die speciaal bedoeld is voor webservices. Er zitten tools bij om snel services te genereren, maar in heel veel gevallen is toch ook Java-kennis nodig. De zwaardere versie van ESB heet WebSphere Process Server en voegt onder meer BPEL-support en workflow-programmering toe. WebSphere Business Monitor, voor de uitzondering netjes codefree, is IBM’s BAM-tool gebaseerd op ESB of Process Server waitstates/trails. In deze familietak vinden we ook de ‘Business Services Fabric’ die, net als ESB, het maken van SOAP-services moet vergemakkelijken. Vanuit de codefree hoek biedt IBM óók een tool: WebSphere Business Integration Server inclusief de Message Broker. Dit is weer sterker dan Process Server in datatransformatie en bevat ook BPEL plus een nette grafische editor ervoor. Workflow-toevoeging gebeurt hier geheel los van BPEL in de ‘WebSphere MQ Workflow’ module die wederom redelijk codefree is. Tot slot leunen alle tools, speciaal de coded, op de Service Registry and Repository, wat een mond vol is voor een krachtige UDDI-directory. IBM heeft de laatste 2 à 3 jaar al enkele forse koerswijzigingen rondom ESB en integration brokers gemaakt, maar er is in ieder geval nog het nodige werk te doen om het portfolio te verduidelijken. Vermoedelijk zullen ook de codefree en codegerichte tools nog wat betere integratie gaan krijgen en hopelijk ook wat versimpeling. BEA Systems. Bij BEA, pionier van het WebLogic J2EE-platform, liggen de kaarten nogal anders. Het bedrijf biedt alle gewenste ‘ESB’ functies in de coded wereld van WebLogic plus diens add-on WebLogic Integration, maar zet daarnaast sinds 2005 een codefree platform in de markt: AquaLogic. De basisversie daarvan, de Service Bus, is een prima tool voor het bouwen en vooral koppelen van webservices, plus vertalingen naar andere standaarden zoals MQ, EJB en zelfs filetransfer. De tool is bare-bones; een aantal andere zaken in ons eisenpalet zit in andere AquaLogic modulen. De belangrijkste zijn: - AquaLogic Integrator. Deze verricht allerlei data-omzettingen, zowel 1:n als n:m. En dat zonder daarvoor code te hoeven schrijven of zelf aan XML-documenten zoals XSLT stylesheets te sleutelen, daarvoor is een mooie GUI. Integrator is een re-labeling van WebLogic Integrator. - De AquaLogic BPM Suite, die zelf weer een aantal losse modulen kent. Belangrijk daarin zijn, naast de BPM (orchestration) Designer, de HIPer Workspace voor codefree workflow-dialogen en het BPM Dashboard voor volwaardige BAM. Daarnaast kent AquaLogic ook een registry, die vanuit UDDI kan importeren. Dit hele BPM-stuk komt voort uit de Fuego-overname van 2006. Een belangrijke beperking van de AquaLogic orchestratiestukken is de standaarden-compliance. In AquaLogic, en dus ook in WebLogic Integrator, kan een BPEL-script as-is worden uitgevoerd, worden geïmporteerd en geëxporteerd, maar niet
❱
21 24-10-2007 15:03:13
software review
worden bewerkt. De basis-engine van de BPM Server is namelijk XPDL-gebaseerd (workflow). BEA wil dit allemaal gaan verbeteren zodra de BPEL 2.0 standaards “voldoende stabiel en breed gedragen” zijn, maar concurrenten zijn op dit vlak wat voortvarender. We kunnen in ieder geval constateren dat BEA, hoewel men officieel ‘tweesporenleverancier’ is met WebLogic naast AquaLogic, écht in codefree werken gelooft en voor onze ESB-wensen ook een goede mate van wizard-gedreven configuratie biedt. Daarnaast volgt BEA de meeste webservice-standaarden goed, met BPEL dus als gedeeltelijke uitzondering. Bovendien biedt het allerlei krachtige extra’s, zoals de ‘SOA Management’ console die precies kan aangeven hoe de keten van services er uitziet en hoe gezond deze momenteel in productie is. Sun Microsystems. Voor de productfamilies van Sun geldt bijna hetzelfde als voor BEA: Sun biedt een eigen J2EE-applicatieserver met omliggend ecosystem, Java Enterprise System geheten, naast een ESB en B2B-platform. Dat is in hun geval niet zelf ontwikkeld maar enkele jaren terug aangekocht, en is deels nog herkenbaar als de SeeBeyond-producten. De nieuwe naam ervan is Java CAPS (Composite Application Platform Suite). Vanuit die wortels, maar ook vanuit Sun’s commitment voor openheid, draait CAPS naast op de gebundelde applicatieserver ook op andere J2EE-servers zoals IBM of JBoss – bij Sun is de ESB dus niet het begin van een programmerings lock-in! De volgende CAPS-modulen zijn het meest relevant voor onze scope: - eGate Integrator. Dit is de basislaag bovenop J2EE en omvat alle webservice-standaarden en datatransformaties. De bijbehorende ontwikkeltoolset staat toe om de meeste logica codefree aan te maken; - eInsight BPM. Dit is een orchestratie-tool dat native werkt met zowel BPEL als met het meer workflow-gerichte BPMN;
Bedrijf Levert coded naast codefree IBM BEA Sun Oracle Microsoft Levert alleen ESB Tibco
Oracle. Het begrip ‘tweesporen’ wordt bij Oracle wel heel specifiek geïnterpreteerd: de Oracle SOA Suite, kern van de Fusion Middleware-stack, kent één ontwikkel-GUI die zowel een coded modus als een codefree modus heeft! Sterker nog: JDeveloper – want daar praten we over – kent in de meeste functies drie niveaus, te weten: grafisch/WYSIWYG, Property Sheets/tables of broncode (Java of XML). Het topniveau is prima te gebruiken voor een business analist, de lagere niveaus vereisen toch IT-bloed. De SOA Suite biedt ook ‘Oracle ESB’, maar Oracle definieert dat zelf slechts als de connectivity- en de webservicetransformatie- en routeringslagen. Andere hoofdbouwstenen zijn BPEL Process Manager (schermloze orchestratie maar ook human workflow en business rules), Oracle BAM en Oracle Web Services Manager voor beveiliging. Standaard gebundeld
Productnaam
Hoe codefree?
BPEL orchestratie
Websphere Process Server en Websphere BI AquaLogic Suite CAP Suite SOA Suite BizTalk Server 2006 en Visual Studio 2005
Process Server matig, BI vrij goed Alle relevante delen: uitstekend Uitstekend Uitstekend maar multi-laags BizTalk uitstekend
Beide AquaLogic BPM (alleen import/export) eInsight BPM BPEL Process Manager BizTalk optimaal
BusinessWorks, iProcess Suite en ActiveMatrix Business Works en iProcess Suite: uitstekend
Alleen runtime uitvoering (ActiveMatrix)
Sonic (Progress) ESB Suite webMethods (Software AG) webMethods Fabric
Uitstekend Uitstekend
BPEL Manager webMethods BPM
Iona
Vrij matig, wát men levert is codefree maar ‘incompleet’
Artix Orchestration
22 19698-1_SOA.indd 22
- eVision Studio, voor de feitelijke dialogen die voor onder andere workflow nodig zijn; - eBAM Studio voor de Activity Monitoring. Deze kan data uit eInsight BPM halen maar ook, zoals het een degelijk BAM-tool betaamt, uit allerlei zelf configureerbare (database-)bronnen. De uitdaging bij de Sun-tools is niet zozeer hun compleetheid of standaarden-compliance, want die is beter dan bij IBM en BEA, maar de brug tussen codefree en coded. Hoewel de CAPS-stukken in hoge mate codefree zijn, kennen ze wel eens ‘losse eindjes’ waar dan toch Java of native XSLT gewenst kan zijn. Daarvoor moeten dan weer JES-componenten gebruikt worden zoals Java Studio Enterprise; een verbetering vergeleken met de eigen tools die SeeBeyond er vroeger zelf voor had, maar nog altijd een behoorlijk drempeltje. Dat komt doordat Studio Enterprise op heel andere standaarden (NetBeans) geënt is dan de eVision tools; bovendien heeft Sun de lat zelf hoog gelegd door het mogelijk te willen maken om weer naar diverse applicatieservers toe te kunnen deployen. Maar in de volle breedte gemeten scoort Sun als ESB-bouwer opvallend degelijk!
Artix
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:13
zit de Oracle Application Server, het eigen J2EE-platform. De SOA Suite kan echter ook draaien op WebLogic, WebSphere en JBoss; in dat geval worden die platforms uitsluitend als standaard J2EE-runtime gebruikt, inclusief JAX-RPC, en zit een deel van de webservicelaag (onder meer routering en XSLT) er als een Fusion-module bovenop, de eigen BPEL-optie van pakweg JBoss negerend. De Oracle ESB is in zekere zin een abstractie-laag die de set basisfunctionaliteiten levert ongeacht de onderliggende applicatieserver. De grafische modelleermogelijkheden zijn fraai en bieden ook de optie om gelijk de processen realtime te volgen. Waar de standaardschermen onvoldoende functionaliteit bieden, is een uitstapje naar Java of naar een property sheet relatief snel gemaakt. Daar zit hem echter ook de catch bij Oracle: in tegenstelling tot de volledig codefree aanbieders heeft men geen stok achter de deur voor optimale Javaloze functionaliteit, en de ‘uitstapjes-route’ wordt soms nét wat te snel aanbevolen. Daar staat, naast de GUI-kracht, nog een voordeel tegenover: modulariteit. Voor business rules binnen een orchestratie kunnen we bijvoorbeeld de Oracle Business Rules-module van Oracle BPEL Process Manager aanroepen, maar dat is relatief een lichtgewicht. Oracle biedt tevens interfaces aan naar de zwaardere (en duurdere) concurrerende engines van iLog en Corticon. Ook met administratieve organisatie-gerichte procesmodellering is er samenwerking: de BPA (Business Process Analysis) Suite is een partnership en tweewegsbrug met het Aris-tool van IDS Scheer. Al met al dus een wisselend beeld, maar zeker één der toonaangevende ESB-aanbiedingen in de tweesporen-wereld. Microsoft. De laatste van de besproken tweesporenaanbieders is ook gelijk een buitenbeentje in webservice- en middlewareland: Microsoft. De reden moge duidelijk zijn: het is de enige leverancier die niet Java- maar Dotnet-centrisch werkt. Bovendien is Microsoft ook nog eens zodanig dominant binnen de eigen stack-omgeving, dat geen enkele Microsoftpartner het aandurft om een Dotnet ESB-tool uit te brengen!
Natuurlijk werken ook alle andere in dit artikel besproken ESB-tools onder Windows, maar de meeste zijn J2EE-gericht of in ieder geval multiplatform. Het zou allemaal niet zoveel meer mogen uitmaken in deze SOA-tijd, met zijn crossplatform SOAP-standaard, maar toch. De huidige versie is BizTalk 2006 en release 2 hiervan is in bèta. Architectonisch gaat er in deze release weinig veranderen, het is meer een evolutie binnen de bestaande aanpak. De volgende versie, die gepland staat ergens in 2008 of 2009, gaat wél fors veranderen: de BizTalk Rules Server en Workflow Server gaan samenvloeien met de nieuwe Windows Workflow Foundation (WWF). Die is sinds vorig jaar leverbaar als add-on op Visual Studio 2005 – of beter gezegd: op het Dotnet framework – en gaat integraal onderdeel worden van de volgende Visual Studio. Dit samenvloeien heeft potentiële voor- en nadelen. Voordeel is dat BizTalk beter geschikt wordt voor workflow-dialogen, ook al biedt WWF deze nog steeds niet; momenteel is er wel een werkbak-API maar schermwizards “zijn voor een volgende versie”. (Vooralsnog is er dus genoeg business voor Microsoft-partners die dit wél bieden.) Potentieel nadeel is dat BizTalk meer en meer gepositioneerd wordt als een set krachtige add-ons voor Visual Studio en Dotnet-ontwikkelaars en niet meer als een complete codefree ESB. In de huidige versie heeft het daar wél veel van weg, onder meer door de krachtige datatransformatie-flows, de BPELgebaseerde orchestratie en de complete BAM-omgeving. Dat zijn overigens zaken waarvan in de gewone Visual Studio soms lichtere varianten aanwezig zijn: volledige SOAPsupport, BPEL-uitvoering en XSLT- transformaties. Dus de Microsoft-richting om BizTalk ook aan ontwikkelaars meer ‘ontbundeld’ te gaan aanbieden is verklaarbaar. In tegenstelling tot de meeste besproken Java-based ESB’s biedt Microsoft momenteel minder in coded vorm dan in codefree vorm. Wel is belangrijk dat de codefree omgeving behouden blijft, anders verliest Microsoft een stuk van de huidige doelgroep en misschien van het marktaandeel.
Human workflow
WS-I standaarden
1:n transform
BAM
Beide (met gescheiden modellen!) HIPer Workspace van BPM Suite eVision Studio BPEL PM Coded, bovenop BizTalk of Visual Studio ‘WWF’
Beide In Service Bus en alle extra’s eGate Integrator In basislaag (‘Oracle ESB’) Beide
Alleen WebSphere BI AquaLogic Integrator eGate Integrator In Oracle ESB BizTalk
Business Monitor, alleen op Process Server Dashboard in AquaLogic BPM Suite eBAM Studio Oracle BAM BizTalk BAM module
BW en iProcess
Bouwtools BW en IPS: beperkt Runtime AM: goed Sonic ESB Op alle lagen, ook onder meer webMethods Fabric Integration Server Artix ESB
BusinessWorks Sonic ESB en Orchestration Manager Fabric Integration Server
OpsFactor (BW plugin) en BusinessFactor (stand-alone dus ook voor AM) Apama BAM webMethods Fabric Optimize for Process
Artix ESB
Niet (3rd party samenwerking)
Orchestration Manager webMethods BPM Niet
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 23
❱ 23 24-10-2007 15:03:13
software review
Codefree aanbieders We komen nu toe aan de leveranciers die zelf geen developer IDE’s leveren, maar middleware als hoofdproduct zien. Met liefst wél ontwikkel-achtige tools voor (business)analisten, dat is nu eenmaal een eis voor ‘codefree’ leveren, en support voor alle eerder genoemde marktstandaarden. Tibco. Tibco is een oudgediende in middleware-land, met zijn pionierende bus-oplossing die leidend is in onder meer de effectenhandel. Primair gaat het hier echter om een stuk runtime-middleware, vergelijkbaar met IBM MQSeries, dat nog geen bouw-opties biedt. Die heeft Tibco zelf; sinds de overname van StaffWare enkele jaren terug zelfs twee aparte productlijnen, die slechts langzaam naar elkaar toegroeien. Tibco zelf kent drie productgroepen die met ESB te maken hebben: - BusinessWorks, en plugins, voor ‘SOA en ESB’; - iProcess Suite (ex-StaffWare) voor ‘BPM’; - ActiveMatrix voor ‘SOA’. Elk van de drie is echter niet bepaald onze ideale ESB. BusinessWorks is een uitstekend applicatie-integratietool, met codefree ontwikkeling, workflow en BAM, maar in principe proprietary. SOAP-services worden als een databron ondersteund en dat is het dan; geen BPEL en geen volwaardige WS-I standaard. De iProcess Suite is primair een (codefree) workflow-tool, met uitgebreide loadbalancing, rules engine en monitoring. Niet zozeer BAM maar eerder detailmonitoring over hoe de workflow verloopt en welke afdelingen te zwaar of te licht belast zijn. En ActiveMatrix, de nieuwste loot in de familie, is een interessante toolset voor runtime-verwerking van webservices. Het ondersteunt zowel J2EE als Dotnet op drie vlakken: - Service Grid. Dit is een ‘web service virtualisation’ toolset, die gerealiseerd is als plugin bovenop Dotnet- en J2EEservers. Voordelen zijn onder meer gemakkelijkere implementatie van loadbalancing, verplaatsing van fysieke servers en toevoeging van technieken zoals SOAP over JMS; door de aard kan ‘via Service Grid’ ook een BPEL-proces draaien; - Policy Manager, die helpt in zaken zoals audit trails en WS-Security; - Registry, een UDDI-directory die in dit alles ondersteunt. Het is allemaal best nuttig maar voegt niets toe aan servicecodering; daardoor kwalificeert ActiveMatrix zich eigenlijk niet voor onze definitie van ESB. Wél biedt Tibco naast BAM-tool OpsFactor (voor BusinessWorks processen) ook de standalone BAM-console BusinessFactor – die kan zelf configureerbare audit trails als input gebruiken, dus ook ActiveMatrix-hosted processen. Al met al is Tibco dus zeker interessant in sommige aspecten van webservices en BPM, maar het combineren van hun codefree kennis met open webservice standaards is nog in een pril stadium.
24 19698-1_SOA.indd 24
Sonic Software. Sonic is net als Tibco een messaging-pionier middels SonicMQ, maar heeft een aantal jaren terug al de omslag naar een codefree ESB-benadering doorgemaakt. Dat liep ongeveer parallel met het verwateren van de ‘betonnen muur’ naar het andere hoofdmerk van het bedrijf, Progress. Dat is geen legacy database/4GL-bouwer meer, maar richt zich primair op objectgericht bouwen en zware businesslogica. Het bedrijf biedt met de recente ESB Suite versie 7.5 een aardige set onderling gekoppelde bouwstenen, die dicht bij ons ideaalplaatje komen: - Sonic ESB, de service-runtime met onder meer support voor WS-I en alle moderne delivery- en securitytoevoegingen op SOAP. Ook datatransformaties met XSLT en XPath zijn zonder meer mogelijk; - Sonic Workbench. Dit is geen developmenttool, maar is voor de ‘customization’ van de ESB en alle plugins; - Sonic Orchestration Server. Dit is een in principe proprietary omgeving die allerlei proces-modellen (inclusief waitstates en transformaties) toestaat. De mogelijkheden zijn krachtiger dan BPEL en omvatten ook een uitgebreid human workflow-model; daarbij kunnen simpele dialogen codefree geboden worden, voor complexe dialogen is (3rd party) J2EE-programmering nodig tegen een Sonic API; - Sonic BPEL Server. Deze implementeert BPEL 2.0 maar houdt zich (in tegenstelling tot bijvoorbeeld Oracle) nog steeds keurig aan de standaardregels – vandaar dat de workflow er buiten valt. Net als bij Orchestration Server en ESB gebeurt alle ‘customizing’, inclusief het volledig genereren van de BPEL-code, in Workbench. - XML Server, Database Service en Adapters for ESB. Dit zijn specifieke connectivity-toevoegingen voor deelterreinen en vallen buiten onze basiswensen. De enige wens die buiten de ESB Suite valt is BAM. Dat klopt, hiervoor positioneert Sonic de Apama-toolfamilie en specifiek diens ‘BAM desktops’. Apama is een (aangekocht) platform voor high-volume eventbeheer in onder meer de effectenwereld en de transportsector. Door toepassing van allerlei customizing kan zo’n desktop ‘trekken’ op de ESB audit trails en waitstates, de tweede via een periodieke poll-query. Concluderend kunnen we zeggen dat Sonic griezelig dicht komt bij het ideaalplaatje: codefree werken én alle open standaards. Alleen de versnippering van functionaliteit over de niet altijd direct koppelende tools kan nog beter; denk aan Orchestration Server versus BPEL Server. webMethods binnen Software AG. In de vrij volle markt van ESB’s vinden we, naast Tibco en Sonic, nóg een leverancier uit de message bus/broker-hoek. webMethods, sinds kort onderdeel van Software AG, heeft zijn producten nu uitgebouwd tot de ‘webMethods Fabric’ die een opvallend goede match met de wensenlijst heeft.
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:13
Maar eerst een stap terug naar de toekomst, want ook het nieuwe moederbedrijf Software AG zal producten gaan toevoegen. De nieuwe ‘integratie’ unit van Software AG zal webMethods gaan heten die naast de ex-webMethods producten ook SAG-tools gaat meenemen. Dat zijn onder meer een eigen service registry (CentraSite) en een ‘Application Composer’ die op de grens van coded en codefree ligt. Hiernaast behoudt Software AG de andere productlijnen: database (Adabas), query-taal (Natural) en XML Server (Tamino). De Fabric bestaat uit een basis ‘bus’ en vier optionele tools daarbovenop: - webMethods BPM, wat veel meer is dan alleen BPM. Dit is in onze termen de ‘echte ESB’, inclusief schermen en service-aanroepen; - webMethods BAM. Dit heet Optimize for Process; zusterproduct Optimize for Infrastructure is een beduidend technischer gericht monitoring-tool; - De low-level bouwtools van de bus. Dit zijn onder meer Glue en Integration Server. Hier definiëren we, in principe codefree, services en data-transformaties. Maar onder deze groep vallen ook zwaardere tools voor EDI en andere B2B-transformaties, mainframe-drivers, enzovoort; - De SOA-groep, voor de overname bekend als Infravio. Dit is onder meer een UDDI-repository maar veel meer een set tools daaromheen voor policy-meting, versiebeheer, lifecycles, enzovoorts. Dus in de richting van de add-ons op BEA Aqualogic. De belangrijkste tools vanuit de ESB-hoek zijn dus BPM en BAM. Het moet gezegd: met name het top-level BPM product toont een goed codefree-gehalte, inclusief het painten van workflow-dialogen. De adder onder het gras is echter dat webMethods ook door developers complete schermen en portlets kan laten ontwerpen, met deels dezelfde ESB-toolset, onder meer door de Application Composer-toevoegingen. Het zou moeten gaan om aparte views op een gezamenlijke repository, maar doet potentieel afbreuk aan de codefreeonly opzet van een ideale ESB! Iona. Als er één bedrijf geassocieerd werd met coded middlewarebusplatforms, dan was dat zeker Iona. Het bedrijf is pionier van het SOA-platform dat aan Web Services voorafging, CORBA. Dat heeft ons – net als evenzeer gedoemde visionaire zaken als OSI – tóch nuttige dingen nagelaten. In het geval van CORBA doel ik op het hele concept van registry en kwaliteitsmonitoring, en ook zeer concreet de RMI/IIOP-protocolsuite die binnen J2EE volop gebruikt wordt. Iona levert ook nog steeds CORBAtools onder de naam Orbix, maar in feite is het legacy. De langjarige ervaring van Orbix zit verwerkt in hun ESB, Artix genaamd; hij heeft ook een open source-zusje, Celtix, met netjes een doorgroeipad. Echter: het grote verschil tussen de CORBA-toolset en een volwassen moderne ESB is de codefree
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 25
benadering en brede businessfunctionaliteit – in welke mate Iona daaraan kan voldoen is hun uitdaging. Artix heeft twee voor onze scope relevante modulen, de ESB en de Orchestration. En daarnaast een paar nuttige hulpmodulen: de Registry/Repository, de Data Services module en een OEM-versie van de Amberpoint WSDM-gebaseerde manager. Dat management zien we trouwens bij de meeste andere codefree-only leveranciers in de een of andere vorm terug. Artix ESB is zowel de runtime – die onder meer SOAP naast MQ en natuurlijk CORBA toestaat – als het ontwerptool. Dat tool staat toe om services en transformaties redelijk codefree te genereren, met moderne standaards zoals WS-I, maar schermen en dergelijke weer niet. Het is Eclipse-gebaseerd en kent net als webMethods het ‘risico’ dat de developer-mogelijkheden de codefree opties overschaduwen. Bij Artix Orchestration is dat risico wat minder, omdat het doet wat het belooft: een keurige grafische BPEL-editor mét de mogelijkheid om daarna ook op code-niveau te werken. Ook hier is, mede door de afwezigheid van human workflow-opties en BAM, het risico vrij groot dat het meer als een codingassistent dan als een begin van een codefree ESB gezien wordt. We kunnen dus vooralsnog constateren dat de Iona Artixfamilie een uitstekende SOA-runtime is, met een erin verwerkte ervaring waar de meeste concurrenten jaloers op kunnen zijn, maar geen volwaardige ESB in onze definitie. Er is nog wat te weinig codefree functionaliteit en te vaak is ‘code’ nodig - overigens dan veelal met non-Iona tools zoals een J2EE-ontwikkelset.
Afronding: schapen tellen Onze basisvragen hadden een ietwat negatieve ondertoon. De formulering “zijn deze schapen-met-vijf-poten nu echt leverbaar” was ook mede gestoeld op ervaringen; in een soortgelijk marktoverzicht in Software Release Magazine Zomer 2006 bleken ze erg dun gezaaid. Beter gezegd: de ideale codefree ESB konden we niet vinden: óf het was codefree maar proprietary, óf het bood wel BPEL en BAM, maar deels met coding-tools. Gelukkig verrast de markt ons deze keer. Alle codefree leveranciers zijn langzaamaan hun proprietary-vacht aan het afschudden en met name Sonic en WebMethods (Software AG) blijken ons ideaalbeeld verrassend dicht te benaderen. Naast deze twee ‘schapen’ van specialistische middlewareleveranciers hebben ook de bedrijven die tevens volledige coding-omgevingen leveren vooruitgang geboekt. Met name BEA en Sun uit deze club hebben hun (functioneel reeds volwassen) ESB’s nu nog wat meer codefree gemaakt, al blijft het soms ietsje te dicht bij de developer-wereld zitten. Langzamerhand kunnen we de velen die een SOA-platform op een volwassen, productieve manier willen inzetten dus complete ESB’s gaan adviseren. Het is meer en meer “to ESB” en niet meer zo snel “not to be”.
Erik de Ruijter RI is ICT Architect bij ABN Amro Bank Nederland.
❰ 25 24-10-2007 15:03:13
markt Coördinatie business en IT vooral in de publieke sector een aandachtspunt
NEDERLANDS
ONDERZOEK Als de geschiedenis iets heeft geleerd dan is het dat onduidelijke doelstellingen, onvoldoende draagkracht en onvoldoende interne afstemming tussen de ‘business’ en de ‘IT-organisatie’ een goed recept is voor het falen van omvangrijke IT-projecten. Toch blijkt dat medio 2007 niet minder dan 42 procent van de geïnterviewde business- en algemene managers in de publieke sector vindt dat de IT-afdeling onvoldoende betrokken wordt bij het maken van de business planning. Door Erik van Gurp én op de acht managers in de publieke sector geeft zelfs aan dat IT helemaal nog niet wordt betrokken bij het opstellen van de planning. Voor circa 30 procent van de managers in het publieke segment geldt dat IT wel een rol speelt, maar naar de mening van de business managers een te kleine rol. Voor de profit sector pakken de cijfers beduidend gunstiger uit. Hier geeft slechts 6 procent van de business managers aan dat IT helemaal niet wordt betrokken bij de business planning, circa 18 procent geeft aan dat de betrokkenheid van IT nog onvoldoende is. In de profit sector geeft inmiddels 21 procent van de business managers aan dat IT zelfs een leidende rol heeft voor wat betreft de business planning. Dit blijkt uit het onlangs uitgevoerde onderzoek naar Service Oriented Architecture dat MarketCap in samenwerking met Inter Access heeft uitgevoerd onder Nederlandse organisaties met ten minste honderd geautomatiseerde werkplekken.
E
Dat IT-projecten nog altijd voor een groot deel mislukken bleek onlangs weer uit de barometer van Ernst en Young. Meer dan de helft van alle uitgevoerde IT-projecten wordt
26 19698-1_SOA.indd 26
nog altijd beoordeeld als ‘niet volledig geslaagd’. Ook binnen de overheid onderkent men het probleem van het mislukken van IT-projecten inmiddels. Als gevolg hiervan heeft de algemene rekenkamer onlangs opdracht gekregen om alle mislukte IT-trajecten vanaf 2000 in kaart te brengen en de redenen die daarbij horen. Enkele bekende projecten die hierbij genoemd worden zijn: SPEER, Walvis, Sonar, P-Direkt en C2000. Het betreft dus vaak bedrijfstoepassingen in de sfeer van CRM, HR, salarissystemen, ERP etcetera. In vergelijking met deze enkelvoudige implementaties zal een volledig SOA-traject doorgaans nog een stuk complexer zijn. Een gebrekkige samenwerking tussen IT en Business, waarvan dus nog altijd sprake lijkt te zijn, zal de kans op het falen van dergelijke trajecten alleen maar doen toenemen.
Focus Nederlandse organisaties Naast business managers is ook met een groot aantal IT-functionarissen gesproken met verantwoordelijkheid op het gebied van applicatiestrategie en/of applicatiemanagement. Deze IT-managers geven aan dat de belangrijkste zaken waarop ICT zich momenteel richt bestaan uit digitale
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:14
IT is voldoende betrokken bij de business planning; 55%
IT is leading bij de business planning 3% IT is niet betrokken bij business planning; 6% IT is nog niet betrokken; maar binnenkort wel; 6%
IT is betrokken maar onvoldoende; 30% Basis: Alle vestigingen (Nederland / >=100 geautomatiseerde werkplekken) Bron: MarketCap, september 2007 Afbeelding 1: Betrokkenheid IT bij de business planning: publieke sector. dienstverlening (8,0 procent), implementatietrajecten van nieuwe software (7,7 procent), consolidaties (6,8 procent), Service Oriented Architecture (5,4 procent) en Security issues (5,1 procent). Digitale dienstverlening domineert al een tijd lang de agenda van de IT-managers binnen de overheid. Het ambitieuze project Een Andere Overheid (PAO) heeft onder andere als doelstelling om een zeer groot deel van de diensten die de overheid levert aan haar burgers ook elektronisch (digitaal) beschikbaar te stellen. Hiermee is een enorme druk gelegd op zowel back-office als front-office applicaties binnen de centrale en gemeentelijke overheden, om informatie uitwisselbaar te maken tussen systemen om uiteindelijk ontsloten te kunnen worden naar de burger. Omdat vrijwel elke overheidsinstantie dit ICT-agendapunt noemt komt dit zeer prominent naar voren. Service Oriented Architecture wordt door 5,4 procent van de respondenten spontaan genoemd als huidig aandachtpunt. Als we dat doorrekenen op basis van het totaal aantal Nederlandse vestigingen met 100 of meer geautomatiseerde werkplekken (circa 4.600), komt dat neer op ongeveer 250 organisaties.
bedrijfsomvang (in dit geval in aantal geautomatiseerde werkplekken).
Houding ten aanzien van SOA Aan de IT-managers die hebben aangegeven ten minste bekend te zijn met het concept van SOA, is gevraagd hoe er in de organisatie wordt gedacht over SOA. Daaruit blijkt dat medio 2007 bijna 30 procent van de organisaties met 100 of meer geautomatiseerde werkplekken al bezig is met SOA. Dat komt neer op circa 650 organisaties met een SOA. Een kleine 10 procent van de IT-managers ziet mogelijkheden voor een SOA voor de eigen organisatie op korte termijn (200 organisaties) en iets minder dan een derde van de IT-managers ziet mogelijkheden op langere termijn (ongeveer 680 organisaties). Van de IT-managers die een invulling weten te geven aan de term SOA geeft circa 15 procent aan er niets in te zien om SOA toe te passen voor de eigen organisatie. In 2006 heeft MarketCap vrijwel dezelfde vragen aan een vergelijkbare doelgroep voorgelegd. Een van de belangrijkste verschillen tussen de twee metingen is de mate waarin de IT-managers het algemene SOA concept kunnen of durven vertalen naar de eigen organisatie. In 2006 gaf 14 procent van de IT-managers aan dat men wel bekend was met de globale betekenis en inhoud van het SOA concept, maar dat men eigenlijk nog onvoldoende op de hoogte was van de houding ten opzichte van SOA en toepasbaarheid van SOA binnen de eigen organisatie. In 2007 is hierin duidelijk verandering gekomen. Slechts 1 procent van de IT-managers, bekend met SOA, geeft nu nog aan dat men niet weet hoe het zit met de houding van de eigen organisatie ten aanzien van SOA. Dit is een afname van circa 233 organisaties in 2006 naar circa 25 in 2007. De grootste toenames in absolute cijfers in 2007 ten opzichte van 2006 zijn te vinden bij organisaties die aangeven SOA te
8% (7%)
16% (24%)
16% (15%)
Bekend met term, niet met inhoud
Bekendheid Voor 2007 is zichtbaar dat 16 procent van de geïnterviewde IT-managers aangeeft nog niet bekend te zijn met SOA. Ten opzichte van 2006 (in afbeelding 2 weergegeven tussen haakjes) is dit een daling met 8 procentpunten. De belangrijkste groei in bekendheid met SOA valt in de categorie ‘globaal een idee van de inhoud van dit concept’. Daar is ten opzichte van 2006 een aanwas met 8 procentpunten gemeten. Verdere uitsplitsing van de bekendheid met SOA naar branches laat zien dat SOA momenteel het meest bekend is in het segment Onderwijs, Overheid en Utilities. Segmentatie naar omvang laat zien dat evenals in 2006 de bekendheid met SOA nog altijd toeneemt met het toenemen van de
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 27
Nooit van gehoord
Globaal idee van SOA concept Redelijk/goed bekend met SOA Zeer goed bekend mee/ al in verdiept 25% (17)
35% (37%)
Basis: Alle vestigingen (Nederland / >=100 geautomatiseerde werkplekken) Bron: MarketCap, september 2007
❱
Afbeelding 2: Bekendheid met Service Oriented Architecture.
27 24-10-2007 15:03:14
markt Gedetailleerde analyse op basis van Business Case
46%
Gedetailleerde analyse op basis van ROI Berekeningen
42%
35%
Oriënterend gesprek voor advies met externe ICT adviseurs
42%
59%
Algemene analyse naar de haalbaarheid of mogelijkheden 20%
Al gebeurd/nu mee bezig
24%
27%
57% 0%
12%
37% 40%
60%
Gaat plaatsvinden
80%
14%
6% 100%
Zal niet worden gedaan
Basis: Vestigingen die al actie hebben ondernomen m.b.t. SOA of dit de komende 24 maanden verwachten (Nederland / >=100 geautomatiseerde werkplekken) MarketCap, september 2007 Afbeelding 3: Termijn waarop men acties of concrete plannen verwacht m.b.t. SOA. gebruiken (toename van circa 250 organisaties naar totaal 650 organisaties), bij organisaties die mogelijkheden zien voor SOA voor de eigen organisatie op langere termijn (toename met circa 320 organisaties naar 675 organisaties) en bij organisaties waar men denkt dat SOA niet interessant genoeg is voor toepassing (toename met circa 180 organisaties naar 316 organisaties totaal).
Activiteiten Organisaties waar men mogelijkheden onderkent voor het toepassen van een SOA, hebben voor een viertal activiteiten aangeven in welke mate deze hebben plaatsgevonden of nog zullen plaatsvinden (zie afbeelding 3). Meer dan de helft van
deze sites (57 procent) geeft aan dat er al een eerste algemene analyse naar de haalbaarheid en mogelijkheden voor SOA is uitgevoerd. Ruim eenderde geeft aan dat dit nog gaat gebeuren. Circa 59 procent geeft aan dat er al een oriënterend gesprek is gevoerd met een externe dienstverlener met betrekking tot SOA, nog eens een kwart van de organisaties verwacht dat dit nog gaat gebeuren. Een analyse op basis van een ROI is van de onderzochte onderdelen het aspect dat de minste bijval krijgt. Ongeveer 35 procent van de vestigingen die positief staan ten aanzien van SOA geeft aan dat een dergelijke analyse al heeft plaatsgevonden. Bijna een kwart van deze organisaties verwacht niet dat dit überhaupt gaat gebeuren. Een analyse aan de hand van een business case heeft al plaatsgevonden bij 46 procent van de organisaties die mogelijkheden voor SOA zien. Bij een iets kleinere groep (42 procent) gaat een dergelijke business case nog gemaakt worden.
Bedrijfstoepassingen De aanwezigheid van een Service Oriented Architecture ligt het hoogst bij organisaties die een software-omgeving hebben die bestaat uit een mix van best-of-breed applicaties en geïntegreerde oplossingen. Circa 17 procent van deze organisaties geeft aan al bezig te zijn met SOA. Voor organisaties die vrijwel uitsluitend gebruik maken van geïntegreerde oplossingen ligt het percentage SOA-gebruikers op 10 procent, voor sites die hoofdzakelijk best-of-breed
Is uw organisatie wel helemaal lekker? De wereld om ons heen verandert voortdurend. Een fitte organisatie speelt hier alert op in en neemt zo alvast een voorsprong op de concurrentie. DCE Consultants helpt u daarbij. Door een daadkrachtige implementatie van uw managementstrategie bent u klaar voor veranderingen. Zorg dat u in vorm bent. Kijk op dceconsultants.com. DCE Consultants. Voor de Verandering. 055-7524 Adv BPM.indd 1 19698-1_SOA.indd 28
Regulatory Change – Competitive Change – Organisational Fitness 15-10-2007 17:07:32 24-10-2007 15:03:14
oplossingen gebruiken ligt het SOA-gebruik op 11 procent. Ook de aanwezigheid van bedrijfskritische toepassingen heeft een sterke invloed op de mate van gebruik van SOA. Voor zowel CRM, HR, BI als financiële software geldt dat organisaties waar deze in gebruik zijn, een penetratie van SOA kennen die twee tot zes keer zo hoog ligt als bij vestigingen waar deze toepassingen niet in gebruik zijn. Dit komt goed overeen met andere resultaten uit het onderzoek. Aan alle organisaties die al actie hebben ondernomen op het gebied van SOA of dit binnen 24 maanden verwachten te doen, is gevraagd welke toepassingen of functionaliteiten zij het meest geschikt achten om door middel van een SOA aan te pakken. Als meest geschikte toepassing worden bedrijfsspecifieke c.q. branchespecifieke oplossingen genoemd (17 procent). Kort daarna worden de eerder genoemde bedrijfstoepassingen genoemd. Finance-, HRM- en CRM-applicaties staan alle in de top-vijf van toepassingen/functionaliteiten die men het meest geschikt acht voor een aanpak door middel van een SOA.
MarketCap MarketCap is een marketingadvies- en market intelligence-bedrijf voor de ICT-sector in de Nederland en België. MarketCap is een ‘Marketing Capital Company’. MarketCap heeft de exclusieve analyserechten van de Benelux IT- en telecommunicatie-database (CiTDB) van Harte-Hanks, een database die ICT-informatie bevat van circa 40.000 bedrijven. In de praktijk betekent dit dat 99 procent van de bedrijven met 50 of meer werknemers in kaart gebracht is. De informatie in deze database wordt op een continue basis ververst, hetgeen betekent dat de ‘database’ beschouwd kan worden als een vorm van ‘continu marktonderzoek’. Echter, hier is geen sprake van een steekproef, maar is gewoon de markt in totaliteit (actueel) in kaart gebracht.
Erik van Gurp (
[email protected]) is Senior Data & Business Analist bij
❰
MarketCap BV.
Weet niet 20%
Volledig oneens Deels 6% oneens 7%
Deels mee eens 31%
Deels mee eens 37%
Volledig mee eens 20%
Met SOA zijn ook mijn externe klanten meer tevreden
Volledig oneens Deels 6% oneens 9%
Volledig mee eens 35%
Deels mee eens 29%
SOA geeft mijn organisatie de mogelijkheid flexibeler of adaptiever te reageren op prikkels van buitenaf
Weet niet 21%
Volledig oneens 26%
Deels mee eens 27%
Deels oneens 15%
De business afdelingen zijn onvoldoende betrokken bij het inrichten van de ICT
Basis: Alle IT managers (Nederland / >=100 geautomatiseerde werkplekken)
service oriented architecture special
De business en niet de ICT afdeling is verantwoordelijk voor de beslissing om op alle vernieuwing het SOA concept toe te passen
Weet niet 10%
Volledig mee eens 22%
Deels oneens 18% Deels mee eens 23%
Volledig mee eens 17%
SOA zorgt voor een betere samenwerking tussen IT en Business
19698-1_SOA.indd 29
Volledig oneens 21%
Weet niet 18%
Weet niet 37%
Volledig mee eens 30%
Weet niet 21%
Volledig oneens Deels 8% oneens 7%
Volledig oneens 45%
Volledig mee eens 9% Deels mee eens 11%
Deels oneens 14%
Transformatie naar een SOA is eigenlijk alleen mogelijk in één grote klap en niet in kleine stappen Bron: MarktCap, september 2007
29 24-10-2007 15:03:15
case Dankzij SOA kan DSM snel nieuwe bedrijven integreren
INNOVATIE ALS
STANDAARD PROCES DSM kent een strikt strategieproces waarbij om de vier à vijf jaar de koers van het concern opnieuw wordt geijkt. Dat kan grote veranderingen met zich meebrengen waarbij bedrijfsonderdelen worden afgestoten, terwijl andere juist door middel van acquisities worden versterkt. Een op SOA-principes gebaseerde en vergaand gestandaardiseerde infrastructuur helpt bij dit proces van desinvesteren en aankopen. “De snelheid waarmee we destijds de ICT-omgeving van Catalytica wisten te integreren, was voor de Raad van Bestuur een eye opener”, vertelt CIO Jo van den Hanenberg.
Door Robbert Hoeffnagel SM is een opmerkelijk bedrijf. Er bestaan in ons land maar weinig andere ondernemingen die in hun geschiedenis zo van karakter zijn veranderd. En dat niet één keer, maar meerdere malen. Begonnen als De Nederlandse Staatsmijnen heeft het bedrijf zich in de loop van de decennia onder andere gericht op de winning en verwerking van steenkolen, op de productie van meststoffen, de bulkchemie, om inmiddels te zijn uitgegroeid tot een wereldwijd actieve speler op het gebied van voedingsmiddelen, farmacie, hoogwaardige materialen en speciale chemische producten. De netto omzet bedroeg vorig jaar ruim acht miljard euro, de winst kwam uit op bijna 550 miljoen euro.
D
Strategieproces “Wij kennen een strikt strategieproces”, vertelt CIO Jo van den Hanenberg in het kantoor van DSM Corporate ICT in Sittard. “Daarbij kijken we iedere keer voor een periode van vijf jaar vooruit. In 2000 heeft dat geleid tot wat wij intern ‘Vision 2005: Focus and Value’ noemen. Daarin stond een duidelijke strategiewijziging beschreven die tot belangrijke veranderingen binnen het bedrijf heeft geleid. Zo hebben we inmiddels de bulk- en petrochemie verlaten. Dat waren activiteiten die tot dan toe goed waren voor circa eenderde
30 19698-1_SOA.indd 30
van de omzet. Ook besloten we in Vision 2005 om fors te investeren in producten en markten die een hogere marge en betere groeikansen bieden. Vision 2005 gaf aan dat we dat zowel via autonome groei als overnames wilden bereiken. Dat heeft bijvoorbeeld geleid tot de acquisitie van ondernemingen als Roche Vitamins en Catalytica.” Inmiddels is het concern alweer een revisie van de strategie verder. Deze is vastgelegd in ‘Vision 2010: Building on Strengths’. “Een belangrijk punt in de strategie voor de komende jaren is onder andere een nog grotere nadruk op innovatie. Dat doen we door te investeren in het verdiepen en versterken van onze bestaande activiteiten, waar mogelijk en zinvol aangevuld met gerichte acquisities.” Het concern mag dan een geschiedenis vol veranderingen kennen, van een acquisitie een succes maken is ook voor DSM geen eenvoudige opgave. ICT speelt daarbij regelmatig een belangrijke en vaak ook negatieve hoofdrol. “Toen wij destijds Gist-brocades overnamen heeft het meer dan een jaar geduurd voordat er op ICT-gebied sprake was van enige vorm van integratie. Als je strategie er echter uit bestaat dat je ook door middel van acquisities wilt kunnen groeien, dan is dat dus niet acceptabel. Dan zul je als bedrijf moeten zorgen dat de infrastructuur op het gebied van ICT geheel op orde is, anders wordt ICT eerder een belemmering dan een hulpmiddel.”
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:15
“Dat geldt overigens niet alleen voor acquisities, maar natuurlijk ook voor desinvesteringen. Toen wij onze petrochemische activiteiten aan het Saoedische Sabic verkochten, ging het niet alleen om een bedrijf met een fors aantal fabrieken, maar hebben we ook een flink deel van onze ICT-systemen aan de nieuwe eigenaar verkocht. Ik zeg wel eens: je moet dan dus wel weten waar je de knip moet zetten: wat gaat mee en wat blijft hier?” Daarom heeft DSM de afgelopen jaren veel tijd en energie gestoken in het op orde brengen van de basis ICT-infrastructuur. “Denk aan het wide area netwerk, de desktopautomatisering, e-mail, toegang tot internet en dergelijke. Dat hebben we volledig gestandaardiseerd. Het voordeel daarvan is dat het overnemen of afstoten van bedrijven hierdoor veel gemakkelijker verloopt. Het is meer een kwestie van inklikken en loskoppelen geworden. Bovendien hebben we door die standaardisatie de kosten fors omlaag kunnen brengen. Om een idee te geven: in 2000 gaven we als DSM 250 miljoen euro per jaar aan ICT uit, in 2005 was dat al 100 miljoen minder. Standaardisering is een belangrijke oorzaak van die daling.” Om makkelijk acquisities te kunnen integreren of bedrijfsonderdelen te kunnen verkopen, is echter meer nodig dan ‘alleen maar’ een gestandaardiseerde infrastructuur, meent Van den Hanenberg. “We werken ook aan het standaardiseren van business processen. Voor alle belangrijke processen ontwikkelen we een – zeg maar – gestandaardiseerde DSM ‘manier van werken’. Die worden uiteindelijk overal binnen het bedrijf ingevoerd. Bij acquisities is dat echter lastig. Je kunt niet in pakweg twee weken alle bestaande werkprocessen vervangen door nieuwe processen. Daar komt SOA om de hoek kijken.”
Foto: Emile Verhijden.
Knip zetten
Reeks van stappen Bij iedere nieuwe acquisitie volgt de afdeling Corporate ICT tegenwoordig een standaard reeks van stappen. “Heel belangrijk is dat we zo snel mogelijk de mail-systemen van DSM en de nieuwe dochter aan elkaar knopen. E-mail is nu eenmaal een van meest bedrijfskritische systemen die binnen een onderneming aanwezig is, dus dat moet zeer snel geïntegreerd zijn. En dan heb ik het echt over maximaal twee of drie dagen. Ook de betrokken websites moeten zo snel mogelijk binnen het DSM-stramien passen. Wat er achter de schermen allemaal nog aan bestaande systemen draait, is in eerste instantie niet zo belangrijk. Klanten en toeleveranciers moeten echter direct zien dat de onderneming nu bij DSM hoort. Verder laten we in eerste instantie de back-office systemen van de nieuwe dochter met rust. Wat we wel doen, is deze systemen zo snel mogelijk van een XML interface voorzien waardoor het mogelijk is om – desnoods op een vrij rudimentair niveau – data uit te wisselen. Pas als deze eerste integratieslag achter de rug is, gaan we aan de slag met het vervan-
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 31
CIO Jo van den Hanenberg van DSM: “We werken ook aan het standaardiseren van business processen”. gen van systemen en processen. Soms zal dat tot vervanging van systemen leiden, maar het kan ook goed zijn dat we een systeem handhaven en via XML toegankelijk maken voor andere systemen.” Het gebruik van XML interfaces maakt het mogelijk dat vrijwel ieder informatiesysteem binnen DSM in staat is gegevens uit te wisselen met andere systemen. Hiertoe heeft DSM een ‘enterprise service bus’ (ESB) geïmplementeerd die is geleverd door webMethods, sinds kort onderdeel van het Duitse Software AG. “Voor vrijwel iedere applicatie bestaat reeds een standaard XML interface of connector.”
❱
31 24-10-2007 15:03:15
case
Wereld van verschil
den. Des te meer reden om het goed aan te pakken. Daarom hebben we al snel gekozen voor het implementeren van één centraal e-business platform waarvan alle DSM-bedrijven gebruikmaken.” Het idee om met SOA-technieken aan de slag te gaan, kwam in deze periode op. “We waren met deze drievoudige standaardisatie bezig en vroegen ons toen ook af hoe je op die vereenvoudigde infrastructuur nu een goede architectuur kunt bouwen. Misschien heeft het te maken met mijn achtergrond – ik heb een opleiding elektrotechniek gevolgd – maar toen we naar het idee van een enterprise service bus keken, sprak me dat erg aan. Wie naar de ontwikkeling van de computer kijkt, ziet dat men ooit is begonnen met een processor. Die kreeg steeds meer functionaliteit. Tot die processor op een gegeven moment zo complex werd, dat er een functionele scheiding is aangebracht. De processor kreeg een aantal kerntaken, de andere functies werden op aparte printplaten ondergebracht. Maar al die functies moesten natuurlijk wel met elkaar kunnen praten. Daar is toen de ‘backplane’ voor ontwikkeld. Een soort centrale bus waar al die printplaten met chips in kunnen worden gestoken en die de communicatie tussen al die elektronica regelt. Een ESB is in feite net zoiets, maar dan voor software.”
Foto: Emile Verhijden.
Deze manier van werken levert DSM flinke voordelen op, meent Van den Hanenberg. “Als ik de ICT-integratie van Gist-brocades enkele jaren terug en die van Catalytica met elkaar vergelijk, dan is dat een wereld van verschil. Gistbrocades was een uiterst gecompliceerde operatie die uiteindelijk wel gelukt is, maar die zeer veel tijd en energie heeft gekost. De overname van Catalytica was in feite de eerste die we op de nieuwe manier konden aanpakken. Ook voor de Raad van Bestuur van DSM was het een ‘eye opener’ om te zien wat standaardiseren van ICT aan voordelen kan opleveren. De snelheid waarmee we mail en het uitwisselen van bedrijfsgegevens mogelijk maakten, was dusdanig hoog dat het ook bij de Raad van Bestuur opviel.” De standaardisatie gaat binnen DSM echter nog een stap verder. “We hebben de ICT-infrastructuur aangepakt en zijn vervolgens naar de processen gaan kijken. Interessant wat dit laatste punt betreft is het feit dat we nu met interne shared service centers kunnen werken. Ook hebben we onze e-business activiteiten aangepakt. Zoals bij veel bedrijven ontstonden al die websites destijds spontaan en her en der verspreid door de organisatie. Al snel werd echter duidelijk hoe belangrijk e-business en internet voor DSM eigenlijk zijn. Onze ‘reach’ in de markt is er vele malen groter door gewor-
Jo van den Hanenberg: “Het invoeren van SOA gebeurt bij DSM langs evolutionaire weg”.
32 19698-1_SOA.indd 32
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:27
Selectieproces Hoe ging het selectieproces voor een ESB in zijn werk? “Technisch is een ESB geen ‘rocket science’. We hadden dan ook maar één heel duidelijk argument: de ESB moest gebaseerd zijn op open standaarden. Daarmee viel een aantal bekende leveranciers al direct af. Het viel bovendien op dat een aantal leveranciers claimt open te zijn, terwijl men dat toch echt niet is. Voor DSM is dat echter een eis. De producten die wel aan die eis voldoen, zijn toch wel enigszins vergelijkbaar als het om de functionaliteit gaat. Dan wordt het verder dus min of een meer standaard inkoopproces.” De ESB van webMethods vervult binnen DSM nu de rol van softwarematige ‘backplane’, vertelt Van den Hanenberg. “In het kader van onze inspanningen op het gebied van standaardisatie hebben we ook een strikte scheiding aangebracht tussen back-end systemen waar de data zich bevinden en de front-end waar de koppeling met de buitenwereld plaatsvindt. De ESB koppelt beide omgevingen aan elkaar. Maar daarnaast gebruiken we de ESB ook vaker om back-end systemen onderling met elkaar te laten communiceren.” Bij acquisities is dat dus ideaal, meent Van den Hanenberg. “We zijn binnen DSM gestandaardiseerd op SAP, maar als een overgenomen bedrijf een ander ERP-pakket in gebruik heeft, kunnen we dat pakket simpelweg inklikken op de ESB, waardoor dit systeem data kan uitwisselen met andere back-end systemen. Daarmee winnen we dus veel tijd en kunnen we het veel complexer overzetten van complete werkprocessen nog even uitstellen. De organisatieveranderingen en wijzigingen van werkmethoden die daarbij komen kijken, kosten veel meer tijd, maar daar willen we bij een overname niet op wachten. Dan moet ik snelheid kunnen maken. De ESB geeft me die mogelijkheid.”
Niet ingewikkeld Vrijwel ieder back-end systeem van DSM communiceert nu via de ESB. “Technisch is dat allemaal niet zo ingewikkeld. Het is vooral een kwestie van goede afspraken maken over de berichten die heen en weer gestuurd worden en om welke records en dergelijke het dan precies gaat. Daarin hebben we veel tijd en energie gestoken. Bovendien hebben we goed gebruik kunnen maken van de ervaringen die in het verleden op dit terrein zijn opgedaan door de grote eMarketplaces die in de jaren negentig tot ontwikkeling kwamen om handel via elektronische weg binnen tal van branches mogelijk te maken. In die tijd is al veel kennis en ervaring opgebouwd van hoe de berichten eruit dienen te zien die daarbij worden gebruikt. Als we nu langs digitale weg met een nieuwe klant of toeleverancier gaan communiceren, dan is zo’n B2Bkoppeling in twee of drie dagen operationeel. Voorheen kostte dat al gauw drie maanden en moest er niet zelden allerlei maatwerkprogrammatuur worden geschreven.” Het invoeren van een ESB wordt vaak gezien als een eerste stap op weg naar het breder invoeren van een Service Oriented Architectuur. “Dat gebeurt hier stap voor stap.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 33
Als we nieuwe functionaliteit nodig hebben, dan wordt dat eigenlijk alleen nog maar op basis van SOA-technieken gedaan. Anders gezegd: SAP R/3 is bevroren. Binnen SAP wordt eigenlijk geen nieuwe functionaliteit meer wordt ontwikkeld. Dat doen we nu buiten SAP en we stellen die functie vervolgens als een service beschikbaar. Deze is dan via de ESB bereikbaar zodat deze functionaliteit ook op andere plaatsen kan worden benut. Een vorm van hergebruik dus.”
Al snel werd echter duidelijk hoe belangrijk e-business en internet voor DSM eigenlijk zijn Dit gebeurt echter nog niet op grote schaal, vertelt Van den Hanenberg. “We zijn nog niet zover dat we al dusdanig veel services in het leven hebben geroepen dat we bijvoorbeeld aan een goed gestructureerde vorm van beheer van services toe zijn. Maar dat aantal zal op termijn ongetwijfeld verder groeien en dan zal de vraag naar zo’n SOA governanceproduct ongetwijfeld actueel worden. Laat ik dit zeggen: het invoeren van SOA gebeurt bij DSM langs evolutionaire weg. Het is wat ons betreft zeker geen revolutie.”
Zelf doen Ook al beperkt het toepassen van SOA zich binnen het concern tot nu toe voornamelijk tot het gebruik van een enterprise service bus, toch speelt SOA inmiddels een hoofdrol bij DSM. “Het heeft ons denken over ICT veranderd. Het gebruik van de ESB sluit nadrukkelijk aan op onze behoefte aan standaardisatie zodat DSM als concern veel sneller en flexibeler kan opereren.” Het is dan ook geen verrassing dat ICT bij iedere potentiële overname een belangrijke rol speelt. “Corporate ICT is bij ieder ‘due diligence’-onderzoek betrokken”, vertelt Van den Hanenberg. “Soms doe ik het zelf, maar ook andere medewerkers van Corporate ICT zijn uitstekend in staat om dit soort onderzoeken te verrichten. Dit lijkt wellicht een onderzoek dat gemakkelijk aan een externe consultant kan worden overgelaten, maar daar zie ik niets in. Wij hebben niet alleen een goed beeld nodig van de stand van zaken op ICT-gebied bij een overnamekandidaat waar DSM mee in gesprek is. We willen ook zicht hebben op de tijd, energie en kosten die het gaat vergen om de ICT infrastructuur en de back-end systemen met die van DSM te integreren. Dat moeten wij dus zelf doen.”
❰
Robbert Hoeffnagel is freelance journalist.
33 24-10-2007 15:03:35
interview Rick van der Lans over technische en projectaspecten van SOA’s
PERFORMANCE
HEET HANGIJZER Rick van der Lans geeft al sinds vele jaren lezingen en doet consultancy over SOA. In een gesprek licht hij vooral de technische aspecten van SOA toe: waar verschilt het van andere technieken, waar liggen de technische valkuilen en wat zijn de mogelijkheden.
Door Dré de Man a en nee,” antwoordt Rick van der Lans op de vraag of SOA nu echt zo nieuw is en zo’n geweldig idee is als onder meer Gartner ons wil doen geloven. “Het is natuurlijk niet helemaal nieuw want het erft van alle voorliggende generaties van technologieën, het is alleen technologisch een stap verder.” Van der Lans ziet vijf grote verschillen. Drie daarvan worden vaker genoemd: het is allemaal gebaseerd op internationale standaarden, je kunt loosely koppelen, en het wordt door iedereen geadopteerd. Alleen dat laatste is redelijk nieuw volgens hem. “Wat ik zelf het grote verschil vind: met alle voorgaande generaties kon je koppelingen mee realiseren, maar de applicaties bleven wel gewoon staan. Bij SOA begin je waarschijnlijk met het inzetten om koppelingen te creëren, maar het leuke is dat als je doorzet je uiteindelijk stap voor stap je hele IT-systeem opnieuw kunt opbouwen. Dan is het niet meer alleen integratietechnologie maar een platform waarop je nieuwe systemen gaat bouwen. Het vijfde verschil ten slotte is de invloed op de organisatie. Doen we SOA met BPM dan is de invloed op zowel de IT- als op de gebruikersorganisatie erg groot. Er verandert dan gewoonweg veel.”
“J
Die flexibiliteit is de grote belofte van SOA? “Ja, dat hoort de belofte te zijn, al denk ik dat sommige bedrijven nu zeggen dat ze aan SOA doen of SOA-projecten
34 19698-1_SOA.indd 34
doen, maar in feite gebruiken ze alleen de integratietechnologie van vandaag, bijvoorbeeld SOAP. Dat is zeker ook interessant, maar dan is het niet revolutionair, het is dan gewoon een heel kleine stapje in de goede richting. Ik denk dat als Gartner van die voorspellingen doet dat ze uitgaan van niet alleen integreren maar ook een heel nieuw systeem neerzetten, want dan pas kom je van je silo’s af.” Er bestaat nog steeds geen algemeen geaccepteerde definitie. Volgens Van der Lans vertroebelt dit ook veel discussies over het onderwerp: “’W3C begint zijn definitie met ‘het is een set van componenten die je kunt aanroepen’. Dat vind ik wel een heel simpele definitie. Als je kijkt naar een definitie van IBM; daar praten ze expliciet over businessproces, dat vind ik heel interessant. Ik weet dat Gartner in een van zijn definities het eigenlijk een approach noemt, daar vind ik ook wat voor te zeggen, maar het is jammer dat we niet één algemene geaccepteerde definitie hebben.” Mijn observatie is dat veel bedrijven die zeggen met SOA bezig te zijn, zich nog in het stadium van de proof of concept bevinden. Klopt dat? “De markt is nu verdeeld in vier kwarten. Een kwart dat nog niets doet, een kwart die zitten te lezen en te studeren, een kwart zit te experimenteren, en een kwart heeft wat draaien. Maar ik denk dat weer een heel substantieel deel daarvan iets
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:36
Foto: Dré de Man
heel simpels heeft draaien, waarschijnlijk weer een aantal SOAP services, niet per definitie een SOA. Maar er zijn wel bedrijven die een SOA draaien met business proces lagen daar bovenop en dus vóelen wat de voordelen daarvan zijn. Het leek een beetje alsof de Europeanen wat voorliepen op de Amerikanen op dit gebied, maar volgens mij gaan de Amerikanen ons weer inhalen. So be it.”
Modellen De invloed op de organisatie is misschien wel het belangrijkste verschil tussen SOA en voorgaande technologieën. “Veel van de technologieën die we gehad hebben waren gewoon puur technologie. Met SOA, mits we wel naar de businessproceslaag toegaan (als we die niet meenemen dan is het wederom gewoon technologie, speelgoed voor de IT-afdeling). Dan ga je echt ingrijpen op de organisatie. Businessgebruikers krijgen vanuit dat soort omgevingen ineens heel veel inzage hoe efficiënt bepaalde stappen nu eigenlijk uitgevoerd worden, en kunnen daarmee de organisatie gaan sturen. Dat is iets wat we met OO of client/server nooit hebben gekregen. We zitten met die bovenlaag van SOA, die businessproceslaag staat toch wel met meer dan één been in de business zelf en nog maar met een half beentje in de technologie. Daar ligt meteen ook een uitdaging, want je moet mensen hebben die aan de ene kant de business heel goed begrijpen, en daar modellen of systemen voor creëren die wel door de IT-afdeling te bouwen zijn. Daar struikelen we soms ook in de projecten over, omdat we daar niet de mensen voor kunnen vinden, of omdat de organisatie er nog niet helemaal klaar voor is. Ik denk ook dat meer SOA-projecten mislukken door dit aspect, dan door de techniek. Als er een probleem is met technologie, dan krijgen we dat uiteindelijk altijd wel opgelost. Maar als het probleem in de organisatie zit dan kan je dat niet zomaar oplossen door er geld ertegenaan te gooien. Dat moet, soms heeft het met politiek te maken, soms met krachten binnen de organisatie, met visies, met doelstellingen. Dat is nooit echt ons terrein geweest.” Sommige architecturen maken weliswaar gebruik van webservices maar zijn toch geen SOA. Van der Lans vindt dat je een SOA zou kunnen maken zonder business proces laag. Daarbij gaat het vooral om de vraag of de nadruk ligt op de (business-) services, of op de bus. Wordt de bus (ESB) alleen maar gebruikt om data of commando’s heen en weer te sturen, dan is het volgens Van der Lans geen SOA, maar een BOA (bus-georiënteerde architectuur). Als daarentegen in een project de nadruk ligt op (business) services, dan wel. “Het gaat daarbij wel om business services, functionaliteit die voor iemand uit de business wat betekent. Misschien moeten we dat ook in de definities van SOA opnemen, dat de service vanuit het business proces en de wensen van de business zijn ontworpen. Van de interface naar de body toe en niet vanuit
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 35
de applicaties naar de interface toe, outside in in plaats van inside out.” Ook het gebruik van programmeertalen gaat volgens Van der Lans veranderen. Daarbij moet verschil gemaakt worden tussen hoger gelegen en lager (dichter bij de applicatie) gelegen services. Hoger gelegen services zullen waarschijnlijk toch in
❱
35 24-10-2007 15:03:36
Koppeling gegevens zorgverzekeraars levert miljoenen op VECOZO (Veilige communicatie in de zorg) biedt zorgverzekeraars één digitaal loket. Het bedrijf gebruikt de meest geavanceerde web- en beveiligingstechnieken om de gegevens van de zorgverleners en zorgverzekeraars aan elkaar te koppelen. Hiermee besparen de betrokken partijen, waaronder CZ, VGZ en OZ miljoenen euro's per jaar. Info Support heeft een belangrijke rol gespeeld in de technische realisatie van het informatiesysteem op basis van SOA-applicaties.
Han Tanis, directeur bij VECOZO
In het verleden had elke verzekeraar een eigen database. Als ziekenhuizen dan van verschillende patiënten gegevens moesten opvragen, betekende dit eindeloos zoeken in al die databases. Veel werk zat er ook in declaraties indienen en verwerken. Daarom startten drie grote verzekeraars in 2002 een initiatief om patiëntengegevens gecombineerd aan te bieden met één centraal beveiligingspunt. Deze organisatie kreeg de naam VECOZO. Han Tanis, directeur bij VECOZO, vertelt dat het in het begin louter om de verificatie van patiëntgegevens ging: 'Maar de potentiële reikwijdte is natuurlijk veel groter en dat zien we nu al. We hebben inmiddels een digitale postbus waar de zorgverleners in één keer al hun declaraties naartoe kunnen sturen en ze kunnen versleutelde berichten met vertrouwelijke patiëntgegevens beveiligd naar elkaar versturen.' Keuze van de juiste IT-partner belangrijk De korte lijnen tussen Microsoft en Info Support waren een groot voordeel voor het project. Tanis: 'We stuitten op een bug die de schaalbaarheid in de weg stond. Info Support sprak dat direct door met de ontwerpers van .NET
in Redmond, USA, waarna korte tijd later een 'fix' volgde. Dat toont aan hoe belangrijk het soortelijk gewicht is van je IT-partner bij een dergelijk project.' Momenteel (ultimo 2007) kunnen zorgverleners via VECOZO van meer dan 16 miljoen verzekerden door geheel Nederland het verzekeringsrecht en de NAW-gegevens opvragen en declareren via het declaratie portaal. Bijna 77.000 gebruikers van zo'n 25.000 zorgaanbieders maken gebruik van het systeem. Tanis: 'Dat zorgt natuurlijk voor een enorme efficiencywinst, maar nieuwe technologieën zullen in de toekomst nog meer mogelijk maken. In feite is dit pas het begin.' SOA met Endavour De technische realisatie is gebaseerd op een Service Oriented Architecture (SOA)-infrastructuur. Info Support heeft met de softwareontwikkelstraat Endeavour een middel waarmee op SOA gebaseerde applicaties beheersbaar en transparant ontwikkeld kunnen worden. Zo houdt de opdrachtgever altijd grip op de softwareontwikkeling. Info Support levert Endeavour ook als product aan organisaties met een eigen IT-ontwikkelafdeling.
Meer informatie over SOAapplicaties bouwen met Endeavour vindt u op www.infosupport.com/ softwareontwikkelstraat, of bel: Dennis Joosten Manager Professional Development Center Tel: 06 - 22 52 93 34
Kijk voor meer informatie op www.infosupport.com/softwareontwikkelstraat
Tr a i n i n g • P r o f e s s i o n a l D e v e l o p m e n t • B u s i n e s s I n t e l l i g e n c e • L i f e Cy c l e M a n a g e m e n t • H o s t i n g Info Support levert met 300 medewerkers hoogwaardige IT-diensten en producten aan Top 500-bedrijven in Nederland en België. Vanuit verschillende business units bedienen we de markt. We werken daarbij met diverse competence centers, die specifieke IT-kennis vergaren, borgen en perfect afstemmen op het doel. Dat heeft geleid tot innoverende diensten en producten, maar ook tot waarderingen als het Microsoft Gold Certified Partnership en het IBM Business partnership. Info Support is actief partner van de NLJUG.
Foto: Dré de Man
een BPEL of BPEL-achtige taal geschreven worden, die leent zich ook veel beter voor dingen als a-synchrone calls. Voor de onderste services zullen we waarschijnlijk verschillende oplossingen hanteren. “Als je moet koppelen met een COBOL-systeem dan is het waarschijnlijk toch gemakkelijker om die koppeling ook in COBOL te schrijven. Eigenlijk willen we daar speciale tools voor inzetten om die interfaces te bouwen. Er zijn nu tools, maar die gaan wederom uit van die inside out benadering. Daar zouden we eigenlijk veel meer intelligentie willen, om data te kunnen reinigen of filteren en waar je declaratief dingen kan aangeven.” Voor de middenlaag is het antwoord niet zo eenduidig. “Daar zullen we voor een deel Java en C#-achtige talen gaan zien, maar misschien ook BPEL of BPELJ-achtige talen. Het accent gaat toch iets meer liggen op efficiency, want het moet toch allemaal snel gebeuren.” Bij de user interface ten slotte zal het klassiek programmeren waarschijnlijk blijven bestaan. “Als er een prachtige AJAX-gebaseerde user interface gebouwd moet worden die een business proces service opstart, dan moet waarschijnlijk nog wel gewoon geprogrammeerd worden. Daar gebruik je waarschijnlijk gewoon verder JavaScript-achtige talen. Ik denk echter dat het merendeel van deze applicaties niet meer op de gewone manier gebouwd zal worden.” Van der Lans vindt het idee van business rules engines heel mooi past bij een SOA. Wel vraagt hij zich af of de overzichtelijkheid behouden blijft wanneer er te veel business rules in de engine terecht komen, en maakt hij zich zorgen over de vraag of dingen nog trackable en traceable blijven.
Performance Performance is volgens Van der Lans een bron van grote zorg in dit soort projecten. In een gelaagde architectuur moeten voortdurend XML documenten opgebouwd en verwerkt worden. Die verwerking kost veel performance, veel meer dan het versturen van de documenten over de bus. “Sommige leveranciers bedenken daar wel oplossingen voor. Uiteindelijk is die BPEL-engine gewoon een Java-applicatie die draait op een Java-applicatieserver, en vanuit dat BPELproces wordt bijvoorbeeld een service aangeroepen en die service draait uiteindelijk ook op die applicatieserver. Dan zou je natuurlijk kunnen zeggen: ik doe een interne call via RMI. Dit gebeurt nu wel, bijvoorbeeld door Oracle.” Maar dan geef je wel een stuk openheid prijs? “Ja, het zijn natuurlijk proprietary interne optimalisaties, ik denk dat we die sowieso moeten uitvoeren. Dan verandert XML SOAP van een runtime-technologie in een design time technologie. Verplaatsen we dan die service ineens naar de
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 37
andere kant van de wereld dan moet hij alsnog gewoon XML SOAP gaan uitvoeren. Dat vind ik eigenlijk wel goede verbeteringen, want daar winnen we heel veel performance mee. Waar we voor moeten oppassen, is dat het we het al in design time gaan optimaliseren.” Van der Lans ziet een soort relatie met de ontwikkeling van relationele databases. Die waren in het begin ook erg traag en de leveranciers zijn op een gegeven moment optimalisaties gaan uitvoeren om het sneller te doen gaan. Niettemin rust ook een zware verantwoordelijkheid op de schouders van de ontwerpers van de applicaties. Hij ziet het als noodzakelijk om vanwege de performance een deel van de functionaliteit in de applicaties in plaats van in de services onder te brengen. “Wanneer heel veel communicatie gaat plaatsvinden tussen service en applicatie dan kan de performance zo slecht worden dat een onwerkbare situatie ontstaat. Zoiets gebeurt bijvoorbeeld wanneer je veel applicaties hebt en die gewoon laat as is en alles daar bovenop zet. Dan krijg je gewoon heel veel services. Van Volkswagen wordt nu wel gezegd dat die meer dan 15.000 services hebben en dat is toch gewoon veel te veel. Dan kun je beter aan een oudere COBOL-applicatie een module toevoegen, puur om een service te kunnen bouwen. In plaats van dat je een service schrijft met een dikke body krijg je eigenlijk een dunne body, en die body verplaatst zich naar de applicatie. Dat soort dingen gebeuren
❱
37 24-10-2007 15:03:42
interview
al en die gaan we de komende jaren nog meer doen. We hopen natuurlijk dat we in de toekomst zo efficiënt worden dat we dat niet meer hoeven te doen.” Een canonical datamodel kan ook een oplossing zijn. “Ja, ik denk dat we voor de SOA-wereld toch weer hard moeten gaan nadenken over onze enterprise datamodellen. Wanneer er bij de één een adresgegeven uitkomt en het moet er bij de ander weer in, zouden beide partijen dezelfde definities moeten hanteren. Een grote overheidsinstantie bijvoorbeeld hanteert in dit soort situaties ook de stelregel ‘de vervuiler vertaalt’. Als ze een applicatie aansluiten dan komen er services op te staan die in principe de data opleveren conform de eisen van de SOA. Het betekent ook dat de services die dat doen niet behoren tot de SOA zelf, maar tot de applicaties en dus ook waarschijnlijk eigendom zijn van de applicatie-eigenaar. Dat is wel een principe waarvan ik denk dat iedereen het zou moeten hanteren. Ik ben er alleen geen voorstander van dat we het totale enterprise data model voor de hele organisatie neerzetten. Dat zijn meestal projecten die tot niets lijden. Het leidt tot wat de Amerikanen ‘analysis paralysis’ noemen: het eindigt nooit, er is altijd wel meer te analyseren. Dat moeten we gewoon niet doen, we moeten praktisch denken en met een paar business processen beginnen.”
Bij performance hoort ook de discussie over grofkorrelige en fijnkorrelige services. Hoe kijkt Van der Lans daar tegenaan? “Het antwoord is: de services moeten niet te groot en niet te klein zijn (lacht). Ik doe niet meer mee aan die discussie. Het lijkt ook wel alsof je tussen twee discussies in zit. Aan de ene kant wil je de services tamelijk groot maken om de hoeveelheid interactie met de applicatie tot een minimum te beperken, puur om performance-redenen, aan de andere kant wil je natuurlijk niet je applicaties gaan uitbreiden. Misschien wil je die eigenlijk juist wel uitfaseren, dus juist de service in trekken. Je zit met conflicterende belangen, performance en flexibiliteit zitten elkaar dan in de weg.” Wanneer je start vanuit je businessprocessen is er volgens Van der Lans vaak helemaal geen discussie over granulariteit. Binnen een model van een businessproces heb je een aantal stappen, en elke stap wordt een service. “De discussie die we wel hebben: als je vanuit twee businessprocessen start, dan heb je soms ineens twee services, die bijna hetzelfde zijn. Misschien moet ik die twee stappen in twee verschillende businessprocessen dan samenvoegen tot één, de interface wat generaliseren, en dan kan hij dienst doen voor allebei.”
Beheer
Foto: Dré de Man
De gedistribueerde opzet van een SOA-structuur maakt het beheer moeilijker. Gelukkig zijn er ook oplossingen. “Ik denk dat governance tools als van AmberPoint, Sonic Software, en IBM in de Tivoli-tak dat redelijk goed invullen. Die producten kunnen real time laten zien wat de performance is en die ten opzichte van de SLA in stand houden. Waar ik zenuwachtiger over ben, is dat veel bedrijven in de fase zitten waarin ze een service bus gaan selecteren. Dan kijken ze initieel eigenlijk alleen naar de producten om zo’n SOA te bouwen. Maar stel je nu voor dat je zo’n product hebt dat een optimalisatie uitvoert via de applicatieserver als het ware om de SOAP-call heen gegaan wordt en het governancetool houdt daar geen rekening mee? Wanneer je een ESB koopt, moet je je ook meteen de vraag stellen: hoe gaan we governance doen? Dat moet gewoon bij elkaar passen. Niet alleen vangen beheeraspecten, maar ook vanwege de security. Mag iedereen wel alle services aanroepen, op een bepaald moment, moet er encryptie worden toegepast? Ik ben geen security-expert, maar alle security-experts zeggen altijd dat je niet moet wachten met security inbouwen tot het einde van het project. Ik denk dat bijna alle analisten het daarover eens zijn: governance moet er gewoon vanaf dag één bij zijn.” De keuze voor een bepaalde ESB is op dit moment nog niet zo gemakkelijk. Volgens Van der Lans zijn er nog te veel aanbieders en moet de echte shake out nog plaatsvinden. “Als je zo’n ESB-markt bekijkt zou je moeten zeggen, ja, uiteindelijk wordt het gewoon een slag, op een gegeven moment moet je technologisch mee en je moet ook qua
38 19698-1_SOA.indd 38
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:49
marketing mee. En ik denk dat een aantal op een gegeven moment niet meekan, die gaan gewoon uit de boot vallen.” Probleem bij de selectie is ook dat de onderlinge portabiliteit minimaal is. “Interoperabiliteit is er uiteraard, maar de portabiliteit is minimaal. Als ik met de spullen van IBM zo’n hele SOA opbouw en daarna zou ik willen migreren naar Microsoft en dan naar Oracle, daar blijft niet veel van over. Er moeten zoveel specificaties opgevoerd worden waarvoor geen standaard bestaat, denk aan een business rules engine. Alle specificaties die daar worden ingevoerd zijn in principe proprietary specificaties. Er zijn heel veel plekken waar je toch allemaal proprietary talen gebruikt. De standaarden geven interoperabiliteit, en bij portabiliteit kunnen we een groot vraagteken zetten. En ik denk dat dat vraagteken alleen maar groter gaat worden. Je ziet nu bedrijven als Tibco en webMethods die nu met modules bezig zijn om voorspellingen te doen. Die functionaliteit hebben we nu bij een aantal leveranciers, prachtig, maar dat zijn wederom allemaal proprietary talen, daar is helemaal geen standaard voor. Ik denk dat je er vanuit moet gaan dat je een hofleverancier kiest en je zit daar gewoon aan vast.” Maar wanneer je nu heel veel functionaliteit bijvoorbeeld al je business rules in zo’n systeem hebt gestopt en het blijkt een doodlopende weg, dan heb je een probleem. “Ja, helemaal mee eens. Maar we zeggen ook: je moet klein beginnen. Mensen denken dat ze allemaal low level services moeten bouwen. Dat bedoelen we niet: je moet beginnen met een soort staafje te bouwen een business proces, wat services daaronder en dan een link naar de applicaties. De reden om het op die manier te doen is: dan krijg je misschien al uit dat staafje een ROI, want ergens ga je een soort optimalisatie in de business uitvoeren. Zou je beginnen met wat low level services, wat wordt daar dan ooit de ROI van? Waar ga je het geld verdienen? Als dan op een gegeven moment blijkt dat je het verkeerde product gekozen hebt omdat het buiten de shake out valt, dan is het wel een heel verdrietig verhaal.” Ik heb het gevoel dat met SOA wel heel veel dingen naar elkaar toegroeien, in het algemeen de business en de IT, maar ook binnen IT-vakgebieden. “SOA en BI raken elkaar op een aantal vlakken. Een interessant raakvlak is dat de BI-wereld graag kijkt naar KPI’s, terwijl we moeten bekennen dat we sommige KPI’s die we willen hebben niet kunnen genereren vanuit het productiesysteem. Simpel gezegd: in veel productiesystemen registreren we eigenlijk alleen het startpunt en het eindpunt van een bedrijfsproces. Van het proces zelf, van wat er na een bestelling in al die afdelingen gedaan is en hoe lang ze erover gedaan hebben, zien we weinig terug. Veel van de KPI’s hangen eigenlijk aan dat proces. Als we zo’n business proces
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 39
engine inzetten, die verzamelt al dat soort gegevens, dat is een automatisme, die data kunnen we dan oppakken en in een datawarehouse stoppen en de meest fantastische rapporten over draaien. Voor de BI-wereld is dit een geweldige toevoeging, sommige mensen zeggen: BI of balanced scorecards of KPI’s kan eigenlijk niet zonder business processen. Voor het eerst krijgen we een geweldig mechanisme om die businessprocessen echt te implementeren.”
Fortune 100 “Het is heel logisch om deze werelden wel naast elkaar te gaan zetten. Een ander aspect is: veel van de services die we bouwen halen uiteindelijk toch data uit meerdere systemen. Je wil bijvoorbeeld een service bouwen: geef een klantdossier. Dat betekent: je moet uit vijftien systemen data halen, in ons datawarehouse is dat natuurlijk ook al gebeurd, en daar hebben we vaak heel veel tijd en geld in gestoken om al die data bij elkaar te brengen, te masseren en te filteren, te cleanen en in dat datawarehouse te krijgen. Dan zou je eigenlijk al die logica opnieuw moeten gaan bouwen om het in de service ook voor elkaar te krijgen. Dan bouw je toch gewoon die queryservice op het datawarehouse? Je kunt ook gebruik maken van de kennis van degenen die het datawarehouse gebouwd hebben. Die hebben het al een keer gedaan en kunnen dat vrij eenvoudig herhalen voor de services. Laat ik het zo samenvatten: datawarehousing is data-integratie, SOA is applicatie-integratie, maar applicatie-integratie is uiteindelijk ook data-integratie. Dus dan is het logisch om te zeggen die problemen ga ik niet twee keer oplossen.” Hebben kleinere bedrijven bij de invoering van een SOA voordeel van de omgekeerde wet van de remmende voorsprong? “SOA is er in ieder geval niet alleen voor de Fortune 100 bedrijven, het is voor iedereen. Ik moet ook bekennen dat we nu al zien dat de kleintjes gedwongen worden. Grote multinationals eisen vaak dat SOAP-services beschikbaar zijn. Ik denk dat het net als een relationele database, een technologie gaat worden die we uiteindelijk allemaal zullen gaan gebruiken.” Is Van der Lans nu blij met de huidige ontwikkelingen? “Ja! Ik vind het een mooi en goed idee, als we dit op die manier gaan doen dan denk ik inderdaad dat we in staat zullen zijn om flexibeler IT-systemen te gaan bouwen. Dan zullen we ook gemakkelijk business-IT alignment voor elkaar kunnen krijgen. We krijgen dan bouwstenen waarmee we gemakkelijker de business kunnen volgen in plaats van dat we zelf een bepaalde structuur neerleggen. Persoonlijk vind ik het ook leuk dat we het eindelijk hebben over de business en de technologie samen, het wordt gewoon één onderwerp, en dat werd ook tijd.”
Dré de Man is hoofdredacteur van Software Release Magazine.
❰ 39 24-10-2007 15:03:56
case Service Oriented Architecture bij OAD
BUS NAAR DE
DUTCH MOUNTAINS Al sinds de allereerste dagen van webservices worden reisorganisaties als voorbeeld in presentaties gebruikt om het voordeel van servicegeoriënteerde architecturen aan te tonen. OAD liet het niet bij PowerPoint en voerde een nieuwe IT-structuur in. Een interview met Ivar Scheffelaar Klots (OAD) en Jan-Willem Torken (onafhankelijk consultant). Door Dré de Man OAD Reizen B.V. is in de loop van de jaren uitgegroeid van een Overijsselse autobusdienst (1924) tot de op één na grootste reisorganisatie van Nederland. Deze groei, gecombineerd met een nieuwe beleidsvisie vroeg om een nieuwe ICT-omgeving. Ook de eisen die webtechnologie stelde gecombineerd met de eis snel te kunnen reageren op veranderende behoeften van de business, lieten nauwelijks een andere keuze. Het oude systeem was technologisch gezien ook wel erg verouderd. Het was in feite een Basic-variant op een flat file structuur die op een aantal Unix servers draait (Provide X). Uiteindelijk is de keuze gemaakt voor een totaal nieuwe ICT-omgeving.
We praten bewust niet over silo’s De nieuwe ICT-omgeving moest uiteraard genoemde beleidsvisie faciliteren, maar daarnaast uitgaan van een soort zelfbedieningsconcept. OAD werkt als reisorganisatie aan de ene kant voor de klant en aan de andere zijde voor de leverancier. Scheffelaar Klots: “Touroperators doen heel veel voor leveranciers; het bewaken van voorraden, het sturen van overzich-
40 19698-1_SOA.indd 40
ten; voor airlines is dat een variatie op hetzelfde thema. Al met al zijn dat heel veel activiteiten die wij geautomatiseerd hebben voor leveranciers enerzijds en de consument anderzijds. Het streven is in die nieuwe omgeving om daar ook een zelfbedieningsconcept te introduceren, dat we het werk maximaal willen terugleggen bij die consument respectievelijk leverancier. Wij willen dat wel optimaal technisch met webtechnologie faciliteren, op zodanige wijze dat wij ook de regie van die processen in handen hebben. Daarnaast willen we ook langs die route bereiken dat we de totale fulfillment aan beide zijden beter kunnen stroomlijnen, efficiënter en goedkoper kunnen maken. Dat alles was een belangrijke start voor ons project ‘Dutch mountains’, in feite de totale nieuwbouw van de ICT-omgeving voor de gehele organisatie.”
Modules Flexibiliteit was een belangrijke eis, en daarmee ook een voorname reden om te kiezen voor een SOA-structuur. Scheffelaar Klots: “Een belangrijke doelstelling is het neerzetten van een omgeving die zo flexibel is, die je zo relatief gemakkelijk kunt aanpassen, zodat je ook veel soepeler kunt inspelen op vragen vanuit de business. Ook dat vereist een bepaalde architectuur. Wat je in zijn algemeenheid ziet bij reserveringssystemen, is dat ze dat ze langs organische groei tot stand zijn gekomen en dat ze doorgaans ook één grote integrale applicatie vormen. We hebben nu ook op voorhand
service oriented architecture special
24-10-2007 15:03:57
de principiële keuze gemaakt dat we niet één grote integrale applicatie gaan bouwen waarbij alles uiteindelijk aan elkaar hangt, maar dat we het opdelen in een aantal losse applicaties, modules. Om ervoor te zorgen dat die losse modules wel met elkaar kunnen communiceren hebben we de Solid (Progress) Enterprise Service Bus geïntroduceerd. De SOAstructuur die wij hier hebben opgezet biedt flexibiliteit, autonomie van applicaties en goede optimale integrale functionaliteit.”
Is er bij het ontwerp van de afzonderlijke modules wel rekening gehouden met de andere modules, is er een gezamenlijk datamodel bijvoorbeeld en hoe fijnmazig is het? Torken: “Je hebt het wel over één van de moeilijkste dingen. We praten bewust niet over silo’s, maar we hebben wel gezegd: we blijven groeperen in applicaties, en daarbinnen hebben we interne en externe functies, of exposures, hoe je het ook wil noemen. De crux is natuurlijk wel dat mensen aan de ene kant moeten blijven denken in hun eigen stukje. Je hoeft niet te weten wat er aan de andere kant gebeurt en dat mag je ook niet weten. Aan de andere kant moet je het toch op elkaar afstemmen want het is een beetje zonde om allerlei ouderwetse problemen boven tafel te halen. Als het klantnummer bij de een 8 groot is en numeriek en bij de ander 27 groot en alfanumeriek, dan proberen we dat te vermijden. Het is constant spelen tussen dezelfde dingen Foto: Dré de Man
De totale functionaliteit werd daartoe verdeeld over een aantal op zich logische modules. Zo is er een module voor het voorraadbeheer, een calculatiemodule, een module factureren, reserveren – in totaal ongeveer 40 modules. Het self service-concept speelt daarbij ook een belangrijke rol. Torken: “Als ik het chargeer, op het moment dat ik vanuit een reserveringsmodule moet zijn in een voorraadmodule, dan weet ik helemaal niet of die voorraadmodule iets is wat wij zelf hier hebben of dat het toevallig aan de andere kant van ‘de plas’ is. Dat is één voorbeeld, zo zijn er legio. Die modules worden zo opgezet dat ze nooit weten of ze nu praten met
een module intern of extern, waar dan ook. Die flexibiliteit is natuurlijk deels theoretisch, je moet toch vormen van transformatie toepassen om elkaar te begrijpen, maar daar hebben we ESB voor.”
Scheffelaar Klots (links) en Torken: “We maken niet alleen een efficiency-slag in de zin van handling, maar ook een grote kostenbesparing”.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 41
41 24-10-2007 15:03:57
ADVERTORIAL
Business Process Management & Service Oriented Architecture:
een ideale combinatie om de concurrentie voor te blijven. Elke organisatie streeft naar een efficiënte en flexibele inrichting van haar processen en systemen; enerzijds om de concurentie voor te blijven, anderzijds om te voldoen aan de hoge eisen van de klant - organisaties bekijken hun bedrijfs-
gedegen aanpak en een duidelijke koers brengt de combinatie van BPM en SOA de bedrijfsvoering in een sterke conditie om met een goede, klantgerichte visie daadwerkelijk het verschil te maken”.
voering steeds vaker vanuit klantperspectief. Twee werelden Het in kaart brengen en evalueren van business processen en het simuleren van mogelijke veranderingen geven goed inzicht in de benodigde verbeteringen. De beschikbare tools zijn inmiddels volwassen genoeg om complexe en minder complexe processen tot op het laagste niveau te analyseren. Deze interne analyses moeten uiteindelijk leiden tot de doorvoering van de gewenste verbeteringen, die uiteraard in een hoog tempo dient te worden gerealiseerd. Door de voortschrijdende wereldwijde economische ontwikkelingen is er simpelweg geen tijd om verbeteringen langzaam door te voeren.
Flexibele technologieën Deze “need for speed” heeft gevolgen voor de inrichting van informatiesystemen: deze moeten flexibel genoeg zijn om de nieuwe inzichten mo-
gelijk te maken en toe te passen. Flexibele technologieën zijn al geruime tijd voorhanden: de service georienteerde architectuur (SOA) waarin de Enterprise Service Bus – een integratieplatform dat verschillende applicaties koppelt en de interactie coördineert – een centrale rol speelt, heeft de potentie om voor dit businessvraagstuk een oplossing te bieden.
Level up! SecondFloor, dienstverlener aan financiële instellingen, werkt met standaard tools en een framework waarmee snel een analyse van processen kan worden opgezet. Vervolgens realiseert SecondFloor informatiesystemen waarbij bestaande of nieuwe service libraries worden gebruikt. Het toepassen van BPM in combinatie met SOA en het continue werken aan verbetering is voor het SecondFloor team gelijk aan het motto van de organisatie: Level up! Martin Knook, General Manager van SecondFloor: “Wij zijn trots op een door ons gerealiseerd project, waar business process modelling het startpunt is geweest en waarbij een SOA oplossing gecombineerd met een bestaande oplossing tot een verbetering van het inzicht en de performance van een grote, wereldwijd opererende financiële instelling heeft geleid. Deze oplossing is inmiddels genomineerd voor de Banking & Finance ICT Innovation Award 2007. Ook de buitenwacht ziet dus absoluut de toegevoegde waarde in van onze oplossingen en diensten”.
Realistische roadmap
Martin Knook
20227-2_adv_SOA.indd 1
Bij de inrichting van een goede combinatie van BPM en SOA worden veel facetten van de organisatie geraakt. Op basis van deze resultaten van de analyse die voorafgaat aan deze inrichting, wordt een realistische roadmap opgesteld om bestaande systemen te ontsluiten in dit nieuwste model. Een dergelijke roadmap behandelt besturing, samenwerking, betrokken eigenaars, haalbare realisatie en de tools die nodig zijn om de complexiteit van het project te managen. Knook: “Met een
De combinatie van BPM en SOA behelst echter nog steeds twee verschillende werelden die met elkaar moeten samenwerken. De implementatie vanuit het BPM model staat voornamelijk voor training van medewerkers, het opstellen van werkinstructies en het beschrijven van processen, waar een implementatie bij SOA het schrijven van software code betekent. De twee werelden Business en ICT sluiten niet naadloos op elkaar aan en dat maakt een implementatie van een combinatie van BPM en SOA extra complex: hulp van gespecialiseerde partijen kan hierbij vruchten afwerpen. Knook: “We moeten ons realiseren dat de concepten BPM en SOA daadwerkelijk de potentie hebben om de werking van ICT systemen te laten veranderen. Het lijkt voor de klant misschien nog wat ver van zijn bed, maar met de juiste kennis en de juiste tools en frameworks kunnen business processen worden geëvalueerd, simulaties worden gedaan op basis van historische business data en keuzes worden gemaakt om de juiste processen in te richten. Met een directe koppeling van business processen en het SOA-platform kunnen concepten als BPEL (Business Process Execution Language) de werking van een systeem veranderen. Om dit te bereiken moet er een volwassen service library zijn en dienen BPM en software development platformen sterk met elkaar geïntegreerd te zijn. SecondFloor is een betrouwbare partner voor dit soort projecten; wij zetten graag onze kennis en ervaring in om ons motto Level up! eer aan te doen.” SecondFloor presenteert tijdens het congres IT & Banking 2007 hoe zij met tools als Aris en IBM oplossingen realiseert.
SecondFloor BV Beech Avenue 180 1119 PS Schiphol-Rijk Tel: 020 – 6589 700 www.secondfloor.nl
24-10-2007 15:53:34
Er wordt ook gepubliceerd vanuit het basis-CMS naar gidsproductiesystemen doen zodat je zo weinig mogelijk hoeft te doen om met elkaar te kunnen blijven praten en iedereen terugzetten in zijn hok en zeggen: en nou zelfstandig blijven denken. Wat betreft de fijnmazigheid: ik vind veertig services wel genoeg. Verder proberen we binnen de ‘silo’s’ aan objectoriëntatie te doen, zodat je hergebruik kunt forceren in andere silo’s. Soms zie je ook mensen die grenzen van de silo overtreden, dat is het spel.” In welke zin? Gaan ze direct dingen van andere applicaties aanroepen, buiten de services om? Torken: “Ja, die neiging blijft altijd bestaan. Inmiddels is het wel zo dat we werken met een framework van Progress en dat dwingt wel een zekere discipline af.” Er is ontwikkeld gebruikmakend van de Progress 4GL; ook bij het begin van het project (2004) geen voor de hand liggende keuze. Scheffelaar Klots: “Een aantal aspecten in een willekeurige volgorde: ik heb zelf al zeer lang ervaring met Progress, vanaf eind jaren ‘80, en heb er buitengewoon goede ervaringen mee opgedaan. Een ander belangrijk element bij de totale afweging was de total cost of ownership, en de vraag of er voldoende kennis in de markt is van Progress om ook aan ontwikkelcapaciteit te komen. Maar uiteindelijk is de afweging toch een economische, rekening houdende met een aantal technische kwalificaties.” De ESB staat er, doet een aantal transformaties, wat draait er nu? Torken: “We hebben hier nu twee sporen lopen, aan de e-commerce kant hebben we de meeste meters gemaakt, aan de back-office kant hebben we uiteindelijk gekozen voor een aanpak waarbij alles in één keer live gezet wordt. Het bleek dat het heel moeilijk was om het oude systeem stuk voor stuk te ontmantelen. Aan de randen lukt het wel, betalingsverkeer is op die manier via een webservice geregeld. Factureren, reisdocumenten versturen, aan de voorkant het zoeken en boeken via de websites. Maar bijvoorbeeld bij de voorraadfunctionaliteit waren er te veel afhankelijkheden in het oude systeem.” Ook het CMS is vervangen. Scheffelaar Klots: “Bij het nieuwe systeem hebben we gekozen voor een basis-CMS, daar vind je alle content terug
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 43
uit het bedrijf, alles wat met tekst en plaatjes te maken heeft. Als gebruikers daarmee klaar zijn publiceren ze het naar een web-CMS. Daar zit een aparte zoek-engine bij; die stelt ook eisen aan opslag en dergelijke. Er wordt ook gepubliceerd vanuit het basis-CMS naar gidsproductiesystemen. Onderhoud van dat soort gegevens vindt allemaal centraal plaats, publicatie loopt uiteraard via de bus, want je zou je kunnen voorstellen dat je niet alleen publiceert naar je eigen kanaalspecifieke CMS, maar naar een andere partij. Alles wat over lay-out en opmaak gaat zit in je targetsysteem en niet in je basissysteem, dat kent geen lay-out.” Functiescheiding vindt niet alleen bij het CMS plaats. Scheffelaar Klots: “We trekken ook op ander plaatsen dingen stevig uit elkaar: functies waar veel rekenwerk aan te pas komt, door de rekenlogica en de data volkomen te separeren. Een aantal van die deelprocessen wordt strikt gescheiden. Dat alles draagt ertoe bij dat je applicaties gemakkelijker te onderhouden zijn. Dat vereist wel de discipline dat je de dingen op de juiste plaats oplost. Je mag geen workarounds bedenken die ogenschijnlijk wel het juiste effect bereiken maar op de verkeerde plaats hun oplossingen met zich meebrengen.” Is er al nu al voordeel behaald door het nieuwe systeem? Scheffelaar Klots: “Voordeel is er per definitie, alleen het voordeel laat zich op het ene onderdeel gemakkelijker vertalen dan op het andere. Gedrukte brochures vormen een belangrijk communicatiemiddel in de reisbranche. In de oude situatie hadden we een CMS, de data die daaruit kwamen gingen naar een prepress bedrijf en die zorgden dat er mooi opgemaakte pagina’s uitkwamen. Dat doen we nu niet meer; de gidsen die wij nu voor de komende winter hebben geproduceerd zijn volledig in het eigen systeem gemaakt. Hier stoppen we de content er nog steeds in, maar de nieuwe omgeving maakt op basis van templates daar automatisch mooi opgemaakte InDesign-pagina’s van. De logica om de templates te vullen zit in een aparte applicatie. We maken niet alleen een efficiency-slag in de zin van handling, maar ook een grote kostenbesparing. Je hebt ook een heel ander proces, waardoor je met actuele data kunt werken en aan de andere kant heel vroeg in het jaar al content kunt invoeren, dat staat volkomen los van je opmaakproces. Maar we maken zo’n 14.000 pagina’s per jaar.
43 24-10-2007 15:04:03
case
Het levert een grote besparing op en dat is een grote stap, we hopen er zo nog een paar te maken.”
Performance Bij SOA denk je al snel aan performance. Is daar niet te veel verlies? Scheffelaar Klots: “Ik denk dat het per definitie zo is dat wanneer je er iets tussenzet het altijd langzamer gaat. Maar als de gebruiker daar niets van merkt, waar gaat het dan om? Ook dat is overigens een uitdaging, hoe krijg je het zo geconfigureerd dat je alleen de positieve dingen ervan kunt oppakken en dat je nadelen – theoretisch een afnemende performance – niet zodanig zijn dat je er hinder van ondervindt.”
Wordt het te druk dan zetten we er gewoon een servertje bij De informatie op reissites is vaak niet up-to-date, zoals ik onlangs bij een paar concurrerende organisaties heb mogen ervaren. Hoe zit nu bij het oude en het nieuwe systeem? Scheffelaar Klots: “We hebben natuurlijk een gigantisch reisaanbod, en dat verandert ook voortdurend, vierentwintig uur per dag. Wij tonen de voorraad meteen op onze website. Nu nog niet helemaal actueel, maar met het nieuwe systeem wel. Zo heb ik grip op de belasting van ons reserveringssysteem: als ik de buitenwereld erop los laat en het wordt op een dag druk omdat het al wekenlang regent en iedereen naar Turkije wil, dan komt er een moment dat je de performance van je reserveringssysteem gaat vernachelen. Daar heb ik daar totaal geen last van. Het is een geclusterde omgeving en wordt het te druk, dan zetten we er gewoon een servertje bij.” De ontwikkeling van service-georiënteerde modules en applicaties vergt ook een mentaliteitsverandering van de ontwikkelaar. Scheffelaar Klots: “Aan de ontwikkelzijde is het een heel andere manier van denken. Je moet echt uitleggen dat we dingen uit elkaar hebben getrokken om de toepassing transparanter te maken. Het is wel belangrijker geworden dat je de goede dingen op de goede plaats oplost. Het besef van de voordelen van de nieuwe architectuur dringt ook wel door. Als ik mijn rekenlaag ontkoppeld heb van mijn datalaag, dan heb ik ook iets heel anders bereikt, namelijk dat ik een universele rekenstructuur kan maken die voor elk type reis werkt. Of ik nou drie dagen naar Berlijn ga met twee tussenovernachtingen of ik heb een vierweekse rondreis door
44 19698-1_SOA.indd 44
Latijns-Amerika met allerlei toeters en bellen, ik werk met één en dezelfde rekenstructuur. De variabelen die ik vanuit een data entry programma aanbied bepalen wat er nu in werkelijkheid voor welke individuele reis doorgerekend wordt. Dat maakt niet alleen de betrouwbaarheid van je calculaties veel beter, maar ook de onderhoudbaarheid. Je moet als ontwikkelaar wel de discipline hebben dat je je er nooit toe laat verleiden variabelen te stoppen in je formules. Maar doe je het goed, dan worden complexe calculaties ineens relatief eenvoudig. Facturering is een goed voorbeeld. Een hele complexe calculatie in deze business is een deel van het yield management. Wij hebben grote garantievoorraden zoals alle grote touroperators. We kopen vliegtuigen vol met stoelen, of wij ze nu verkocht hebben of niet, we moeten ze wel betalen. Het gaat dus om heel grote financiële risico’s. Dat betekent dat je wel moet waarnemen waar je een partij onverkochte stoelen dreigt te gaan krijgen. Voor al die problemen geldt dat ze alleen bij een goede scheiding van data, business logica en variabelen goed in een applicatie op te lossen zijn.” Scheffelaar Klots is zich terdege bewust van het belang van business processen. “Wat je in zijn algemeenheid bij applicaties in de reisbranche ziet, is dat die bijna altijd zijn gebouwd om de verkoop beter te faciliteren. Het zijn, als ik het wat onaardig vertaal, veredelde factureersystemen. De handling voordat een reis verkocht wordt, is vaak een meer ondergeschoven gebied. De voorzijde en de webwereld is van belang, maar aan de achterzijde is het meeste te halen ook ten opzichte van nu. Je moet zorgen dat beide goed met elkaar samenwerken en dat betekent ook een herinrichting van je bedrijfsprocessen daarbovenop. Ik ben begonnen met het herdefiniëren van een aantal kernbedrijfsprocessen, die een heel andere verdeling te geven zodat je het optimaal kan inrichten en op basis daarvan je ICT inrichten. Meestal gebeurt het omgekeerd. Dat betekent dus dat de ingebruikname van de nieuwe systemen ook een stuk change management inhielden, en dat is een belangrijke hoofdvoorwaarde geworden met de nieuwe applicaties. De applicaties moeten doen wat wij ermee bedoeld hebben, maar de business moet meegaan. Beide moeten gaan werken, als een van de twee het niet doet dan valt het weg. We hebben de beide sporen te lopen en op zichzelf is dat een grote klus, het bouwen van de omgeving is een grote klus waar we drieënhalf jaar voor nodig hebben. Eind volgend jaar moeten we klaar zijn, maar het veranderingsproces in je organisatie dat is een klus van een andere orde. Daarbij moeten mensen ook anders gaan denken en dat is altijd veel lastiger. Als je een applicatie vervangt dan kun je zeggen: die delete ik wel even en daar neem ik een andere voor, die machine doet het wel. Maar om mensen zover te krijgen dat is een uitdaging, ook al lukt dat nu heel aardig.”
Dré de Man is hoofdredacteur van Software Release Magazine.
❰
service oriented architecture special
24-10-2007 15:04:03
column
IS SOA/BPM
WEL DHG? Het heeft iets weg van de eeuwenlange zoektocht naar De Heilige Graal: de zoektocht van ICT’ers naar de ultieme technologie waarmee we een antwoord hebben op àlle vragen van de business: nú gaat de business ons begrijpen, nú kunnen we alles maken wat ze nodig hebben! Door Erik van Ginneken Die ultieme technologie noemen we hier maar even DHG (in lijn met de acroniem-traditie van ons vakgebied verwijzen we met een drieletterafkorting naar De Heilige Graal). Bij elke nieuwe technologische ontwikkeling zijn we weer enthousiast over de mogelijkheden, maar telkens is er na afloop enige teleurstelling. Client-Server technologie zou de gebruiker baas in eigen business maken. Maar wie weet nu nog wat Client-Server technologie is? 4GL’s zouden de gebruikers aan het stuur zetten: programmeren van business rules was zó makkelijk geworden, nu konden gebruikers zelf hun software ontwikkelen en aanpassen. Maar niemand programmeert er nog in die ouderwetse 4GL’s. We ontwikkelen liever in moderne, opgepimpte 3GL omgevingen als Java of .Net! We hebben CORBA zien opkomen en verdwijnen en nu zijn we al geruime tijd druk met SOA en BPM. Daar heeft de business pas écht wat aan! Dat SOA en BPM hot zijn, blijkt alleen al uit het feit dat u nu een special over deze onderwerpen voor uw neus hebt liggen.
service oriented architecture special
19698-1_SOA.indd 45
Wie durft, met enig realisme vanuit historisch besef, te voorspellen hoe we over vijf jaar terugkijken op SOA en BPM? Ik durf het aan: met SOA en BPM is niet De Heilige Graal van de ICT gevonden. SOA en BPM zijn net als Client-Server, 4GL’s en CORBA ‘slechts’ nuttige technologische concepten die de ICT voorziening aanpasbaar, schaalbaar en beheersbaar kúnnen maken. Begrijp me goed: al de genoemde concepten uit het verleden zijn, nadat ze de hype cycle hadden doorgemaakt, nuttige groeistappen (of -stuipen) gebleken in de ontwikkeling van de ICT, maar achteraf moet ik constateren dat er momenten waren waarop we er meer van verwachtten. Zo is het ook met SOA/BPM. De beloften zijn mooi, maar dat een organisatie die winst ook daadwerkelijk verzilvert is niet vanzelfsprekend. Dat is namelijk van veel factoren afhankelijk die buiten de techniek liggen. Het onder ogen zien van deze factoren brengt realisme in de verwachtingen die we mogen hebben en de beloften die we de business doen. Dat vermindert de kans op teleurstellingen achteraf. Hieronder geef ik drie belangrijke niettechnische factoren, die iedereen zich moet realiseren wanneer hij een SOA/BPM implementatie overweegt.
45 24-10-2007 15:04:03
column
1. Behoefte aan flexibiliteit. De investeringen in SOA/BPM zijn fors. Of ze rendabel zijn hangt met name af van de mate waarin de verworven flexibiliteit van de ICT voorziening er aan bijdraagt om toekomstige kosten voor aanpassing van de ICT voorziening te verminderen. Voordat besloten wordt te investeren in SOA/BPM is dus het verstandig eens kritisch te kijken naar de gewenste flexibiliteit en dan te bepalen waar dan het rendement zit van SOA/BPM. Wat zouden toekomstige aanpassingen in de ICT voorziening kosten als we geen SOA/BPM hebben? En wat kosten ze mét SOA/BPM? Door dit verschil af te zetten tegen de investering en extra beheerskosten van SOA/BPM, wordt duidelijk of het bedrijfseconomisch gezien verstandig is deze investering te doen. En let wel: het kostenbegrip moet hier niet te eng opgevat worden. Het gaat niet alleen om directe uitgaven aan ICT veranderingen, maar ook om kosten die verband houden met de langere time-to-market van veranderingen aan inflexibele ICT. Dit zijn kostenposten als omzetderving en operationele proceskosten als gevolg van inefficiënties. Graag verwijs ik naar het artikel ‘Een SOA verdient een business case’ dat ik samen met Erwin Oord in november 2005 publiceerde in Informatie. Dit artikel gaat verder in op de manier waarop een business case voor een SOA bepaald kan worden. Tot slot wijs ik er nog op dat er naast de puur bedrijfseconomische afweging natuurlijk ook nog andere (kwalitatieve) argumenten voor SOA/BPM zijn om mee te wegen in een dergelijke beslissing. 2. Flexibiliteit van de ICT organisatie. SOA/BPM brengt organisaties vooral flexibiliteit van hun ICT systemen, maar hoe flexibel de systemen ook zijn, als de ICT beheers- en regieorganisatie niet flexibel is, verdampen de voordelen van flexibele systemen. Juist met het oog op continuïteit, security en kostenbeheersing zijn ICT systemen het afgelopen decennium sterk omgeven geraakt met procedures, SLA’s, standaards en controlerende gremia die de operatie en evolutie van die ICT systemen dirigeren. De inzet van externe outsourcingspartners heeft de ICT organisatie verder gecompliceerd. Veranderingen aan ICT worden beperkt of zelfs tegengehouden door Compliancy Officers, Architecture Boards, Change Advisory Boards, Security Officers en dergelijke functionarissen met indrukwekkende benamingen. Niet dat ik het nut van dergelijke regie- en beheersfuncties betwijfel, maar hun remmende invloed is een realiteit om rekening mee te houden bij het inschatten van de flexibiliteit die SOA/BPM voor een organisatie kan opleveren.
46 19698-1_SOA.indd 46
3. Machtsverdeling. SOA breekt bestaande verzuilde systeemlandschappen af. Dit is niet alleen een technische herschikking, maar doorbreekt ook de bestaande verdeling van systeem- en proceseigenaarschap in een organisatie. Tel daarbij op dat met de Business Activity Monitoring functionaliteit binnen BPM er meer inzicht ontstaat in de werkelijke performance van processen in een organisatie en het moge duidelijk zijn dat partijen en personen binnen een organisatie door de komst van een SOA mogelijk hun macht zien veranderen. En wanneer partijen en personen hun macht zien verbrokkelen zullen ze zich verdedigen; met negatieve effecten op de te bereiken voordelen van SOA en/of BPM als gevolg. De boodschap moge duidelijk zijn: het door de schoonheid van de techniek ingegeven enthousiasme van ICT’ers gaat nogal eens voorbij aan de complexiteit van de context waarin die technologie moet functioneren. Dat maakt ons ICT’ers blind voor de nodige nuanceringen in ons verhaal. Wij ICT’ers moeten leren realistische verwachtingen te creëren. Keer op keer beloven we de business De Heilige Graal, terwijl de wijn die we de business er in schenken nogal eens een bittere afdronk heeft. Toegegeven, een Heilige Graal klinkt natuurlijk goed op managementniveau, maar als de ICT’ers niet stoppen met DHG te verkopen, komt ooit het moment dat ze hun geloofwaardigheid volledig verspeeld hebben. Alle theologen, geschiedkundigen, avonturiers en premiejagers die de zoektocht naar De Heilige Graal van het Christelijke geloof hebben ondernomen hadden allemaal een eigen beeld van wat De Heilige Graal nu precies zou zijn. Het zou de beker zijn waaruit Jezus zijn wijn dronk tijdens het laatste avondmaal of juist de kom waarin Jezus zijn bloed werd opgevangen toen hij aan het kruis stierf. Of had het begrip voor hen een metaforische betekenis en verwijst het naar Sarah, de vermeende dochter van Jezus en Maria Magdalena? Of verwijst het naar de stapel documenten waaruit zou blijken dat de Christelijke kerk de geboorte van Sarah in de doofpot heeft gestopt? Wat dan ook de ware aard van De Heilige Graal moge blijken te zijn, die kennis zal de kern van het Christelijke geloof niet wezenlijk beïnvloeden. Zo is het ook met DHG van de ICT. Welke technologie we ook ontwikkelen, ICT blijft een vak waarin de fundamenteel verschillende werelden van technologie en business verbonden moeten worden. Dat is hard werken en mede dankzij SOA en BPM worden we er gelukkig steeds ietsje beter in. Maar we zullen er nooit helemaal mee klaar zijn.
Erik van Ginneken is zelfstandig consultant. service oriented architecture special
24-10-2007 15:04:03
SERVICE ORIENTED ARCHITECTURE IETS VOOR U? WIN EEN GRATIS AUDIT! Die bestaat uit een analyse van de bestaande omgeving plus een kort rapport met conclusies en aanbevelingen. Surf naar www.dupaco.nl/jboss en maak kans op één van de drie gratis audits (reageren kan tot en met 3 december 2007).
SOA IETS VOOR U? • • •
Weet u al wat SOA en webservices voor uw organisatie kunnen betekenen? Bestaat in uw organisatie behoefte aan het verbinden van werknemers, partners en klanten, waardoor de productiviteit kan stijgen en de kosten kunnen dalen? Zijn kostenverlaging, operationele efficiency en verhoging van ROI in uw organisatie speerpunten?
DAAROM JBOSS SOFTWARE: • • •
biedt de enige – en toonaangevende! - gecombineerde suite van open source middleware-producten aan. biedt technologische keuzevrijheid en een hogere ROI op IT-investeringen. beschermt eerder gedane investeringen door de plug-and-play-basis.
JBoss Enterprise Application Platform JBoss Seam
JBoss Hibernate
JBoss Application Server Java EE, Apache Tomcat, Clustering, Cache
Red Hat Enterprise Linux
Windows, Unix, Other Linux
[email protected] tel 088 217 08 00
[email protected] tel 033 494 88 88
Finalist IT Group is een Nederlandse IT dienstverlener in technische consultancy en softwaredevelopment, support & maintenance
Dupaco distribution bv is distributeur van o.a. Red Hat en JBoss
ICT-architecten gezocht… … die niet alleen over SOA willen praten, maar het ook willen doen! IT-eye is dé specialist op het gebied van Service Oriented Architectures met behulp van Oracle/Java technologie. Wij bestrijken hierbij het gehele traject, van bedrijfsproces tot en met de realisatie en we hebben hier al enkele jaren ervaring mee.
Als architect leg je de brug tussen bedrijfsprocessen van onze klanten en de techniek. Je opereert als architect bij onze opdrachtgevers op strategisch en tactisch niveau. Gezien de grote hoeveelheid werkzaamheden op dit gebied zijn wij dringend op zoek naar architecten die hun kennis en ervaring bij ons ook echt in de praktijk kunnen brengen. Ook trainees zijn van harte welkom. Kijk op www.it-eye.nl
> IT-eye Edisonbaan 14a 3439 MN Nieuwegein Nederland M a a t w e r k p r o j e c t e n
T F E I
+31 (0)30 602 82 80 +31 (0)30 602 82 88
[email protected] www.it-eye.nl
m e t
O r a c l e
S O A / B P E L
e n
O r a c l e
B u s i n e s s
I n t e l l i g e n c e