ALGEMENE GEGEVENS VAN DE BURCHTGAARDE Basisschool De Burchtgaarde is op 1 augustus 1994 ontstaan door een fusie van drie basisscholen. De Burchtgaarde is nu de enige basisschool in IJpelaar/Mariaveld. Sinds januari 1995 is onze school gehuisvest in één gebouw. Dit gebouw ligt in een groene en zeer rustige omgeving achter winkelcentrum De Burcht. adres telefoon e-mail website
Stoutenburgstraat 26 4834 LP Breda 076 - 5 65 08 28
[email protected] www.burchtgaarde.nl
directeur
René Rijpert
schoolbestuur
Stichting INOS Postbus 3513, 4800 DM Breda Bestuursbureau Annastede, Haagweg 1, 4814 GA Breda E-mail:
[email protected] Website: www.inos..nl
gymzaal
Gemeentelijke gymzaal Stoutenburgstraat (naast de school)
LIJST VAN AFKORTINGEN CC-er CITO CVI GMR IB-er JGZ LGF MR OBD PCL REC RT-er SBO
2
Collegiale Consultatiegever Centraal Instituut voor Toetsontwikkeling Commissie van Indicatiestelling Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad Interne Begeleider Jeugdgezondheidszorg (afdeling van de GGD) Leerling Gebonden Financiering medezeggenschapsraad Onderwijsbegeleidingsdienst Permanente commissie leerlingenzorg Regionaal Expertise Centrum Remedial teacher Speciale school voor basisonderwijs
I N H O U D S O P G A V E 1
WOORD VOORAF
2
WAAR 2.0 2.1 2.2 2.2.1 2.2.2 2.2.3 2.2.4 2.2.5 2.2.6 2.2.7 2.2.7 2.3 2.4
3
HET 3.1 3.2 3.3 3.3.1 3.4 3.5 3.6 3.6.1 3.6.2 3.7 3.8 3.9 3.10 3.11 3.12 3.13 3.13.1 3.14 3.15 3.16 3.17 3.18 3.19 3.20 3.21
STAAN WIJ VOOR? INOS GEEFT JE ONTWIKKELING KLEUR Onze missie Onze visie op onderwijs ● Doelen van ons onderwijs ● Opvoedings-en onderwijsstijl ● Groeperingsvormen ● Werkvormen ● Leerinhouden ● Zorgbreedte ● Middelen ● Evaluatie Levensbeschouwing Specifieke kleuterafspraken
ONDERWIJS EN DE ORGANISATIE De groepen Inhoud van het onderwijs De schooltijden ● Gym Het schoolterrein Speciale voorzieningen op onze school Extra activiteiten ● Buitenschoolse activiteiten ● Krenten in de pap Huiswerk Naschoolse en tussenschoolse opvang Surveillance Aanname nieuwe leerlingen Schorsing en verwijdering van leerlingen Pesten Leerplicht, verlofregeling en vakanties ● Vakanties Verzekeringen De kosten van het onderwijs Gevonden voorwerpen Geld mee naar school Jeugdtijdschriften Sponsoring en giften Acties voor het goede doel Meegeven folders e.d. van derden
5
ZIE BIJLAGE
6 6 6 7 7 8 9 9 11 11 12 13 14 14 14 16 16 16 17 18 18 18 18 19 20 20 20 21 22 23 23 24 24 24 24 24 25 25 3
4
DE 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5
ZORG VOOR KINDEREN Inleiding De interne zorgstructuur De externe zorgstructuur Eureka ! Gezondheid, welzijn en veiligheid
25 25 27 31 32 34
5
DE
RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS
37
6
HET 6.1 6.2
7
DE 7.1 7.2 7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
TEAM VAN DE BURCHTGAARDE Wie werken er op onze school? Afwezigheid en vervanging
OUDERS EN DE SCHOOL De medezeggenschapsraad De ouderraad Klassenouders Hulpouders Het overleg tussen school en ouders Informatieverstrekking Klachtenregeling
38 38 39 40 40 41 42 42 43 43 44
8
DE BURCHTGAARDE:
46 46 47
9
TOT
48 48 49
4
8.1 8.2
SCHOOL IN BEWEGING Wat hebben we gedaan? Voordelen op een rijtje.
SLOT Burchtgaarde lied Plattegrond
1
WOORD VOORAF
Woord vooraf Hierbij bieden wij u de schoolgids van Kbs De Burchtgaarde aan. Onze schoolgids kunt u ook vinden op onze website www.burchtgaarde.nl. Aan ouders die geen computer bezitten, delen wij een papieren versie uit. U kunt in deze gids lezen wat u van onze school mag en kunt verwachten. Wij willen graag dat deze gids aan uw verwachtingen voldoet. Als u daarom vragen, opmerkingen of suggesties over de inhoud ervan hebt, nodigen wij u uit om die met de directeur te bespreken. Om onze gids goed leesbaar te houden, hebben we ervoor gekozen alleen de mannelijke vormen van de woorden te gebruiken. En als er over ouders gesproken wordt, bedoelen wij uiteraard ook de verzorgers. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen heeft een onderwijsgids voor het basisonderwijs uitgebracht. Hierin staan zaken die voor alle basisscholen in Nederland gelden. Enkele passages uit deze gids zijn in onze schoolgids overgenomen. Wij raden u aan ook deze onderwijsgids goed door te lezen. Ouders van nieuwe leerlingen krijgen de gids bij aanmelding van hun kind. Deze schoolgids is vastgesteld door het bevoegd gezag na instemming van de medezeggenschapsraad. Breda, Het team van Kbs De Burchtgaarde
5
2
WAAR STAAN WIJ VOOR ?
2.1
ONZE MISSIE
Wij willen de kinderen van onze school een goede basis meegeven voor hun toekomst in de maatschappij. Wij werken hard om De Burchtgaarde steeds verder te ontwikkelen tot een plek, waar de kinderen graag zijn en waar de cognitieve en sociaal-emotionele mogelijkheden optimaal worden ontplooid. De school moet een veilige plek zijn, waar rust en respect voor elkaar heersen. Zinvolle werkafspraken voor leerkrachten en leerlingen zijn daarbij nodig. Bij het leren zullen we eigentijdse inzichten vertalen naar praktisch handelen. Dat betekent o.a. : gebruik maken van moderne methoden en (communicatie)middelen, samen leren en rekening houden met ieders individuele ontwikkeling en mogelijkheden. Dit alles kunnen wij als team niet alleen. Ieders steun – van ouders, Edux, de buurt, collega’s van andere scholen – is onontbeerlijk. Voor ons is elk kind uniek. Daarom heeft ieder - ongeacht zijn afkomst, nationaliteit, geslacht, uiterlijk, sociaal milieu, cultuur, geloof of levensbeschouwing - recht op onze acceptatie en zorg. Kortom, De Burchtgaarde is “een school voor iedereen”. 2.2
ONZE VISIE OP ONDERWIJS
In dit hoofdstuk vindt u de belangrijkste passages van de visie van de school. De volledige tekst vindt u op onze internetsite. Ook kunt u de tekst opvragen bij de directeur van de school. 2.2.1 Doelen van ons onderwijs De Burchtgaarde wil bereiken dat ieder kind via een ononderbroken leer- en ontwikkelingsproces, die kennis en vaardigheden verwerft die het nodig heeft om een zelfstandig, sociaal en kritisch denkend mens te worden in een multiculturele samenleving. De gebruikte onderwijsleerpakketten waarborgen het bovengenoemde proces en de wettelijke plicht om aan de kerndoelen te voldoen. Waar staan we voor ? In onze omgang met het kind De Burchtgaarde is een katholieke school. Ieder kind moet zich thuis voelen op De Burchtgaarde. Ieder kind moet zich optimaal kunnen ontwikkelen op onze school.
6
We willen in ons werk graag bereiken dat uw kinderen zich weerbaar op kunnen stellen. Dat ze een positieve kijk ontwikkelen op de samenleving. Dat kinderen de weg kunnen vinden en een standpunt in kunnen nemen in de hoeveelheid informatie die op hen af komt. Op onze school zitten ook kinderen met een andere geloofsovertuiging en/of uit een andere cultuur. Wij zien dit als een verrijking van onze school. Daarom streven wij naar respect voor elkaar, begrip voor elkaar en een positieve benadering van de ander. Belangrijk is dat we de kinderen de gelegenheid geven om onder alle omstandigheden zichzelf te zijn. Kinderen moeten de dingen op eigen wijze kunnen benaderen, hanteren en in zich opnemen. Zo kan het kind aan zichzelf bouwen. Zo ontstaat een begin van persoonlijke vrijheid, zelfstandigheid en verantwoordelijkheid. Dit alles passend binnen de kaders en structuur van de school. 2.2.2 Opvoedings-en onderwijsstijl In ons onderwijs gaan wij uit van het kind als individu. We proberen ons onderwijs dan ook zo in te richten dat, rekening houdend met de maatschappelijke normen en waarden, elk kind de kans krijgt zich zo goed mogelijk te ontwikkelen, op een wijze die een persoonlijke ontwikkeling niet in de weg staat, maar juist stimuleert. De leerkrachten willen de kinderen het gevoel geven van veiligheid en geborgenheid. Wederzijds respect, naar kinderen, ouders en collega’s, is een belangrijk gegeven in onze school. Afspraken die we maken zijn duidelijk voor iedereen. Kinderen, ouders en collega’s zijn bekend met de regels. De collega’s zorgen ervoor dat de kinderen zich aan de regels houden, zonder hun spontaniteit aan te tasten. Deze regels passen we consequent toe ter bescherming van het individu. Wij maken gebruik van mogelijkheden om het gevoel van eigenwaarde te ontwikkelen door bemoediging en waardering naar kinderen, ouders en collega’s. Belangrijk hierbij is om feedback te geven en te krijgen. 2.2.3 Groeperingsvormen We werken op onze school met een leerstofjaarklassensysteem. Dat wil zeggen dat alle kinderen zijn ingedeeld in jaargroepen. Alleen in groep 1/2 zitten de kinderen in een gemengde groep. In de groepen 1/2 is er veel aandacht voor ontdekkend leren en wordt er veel in hoeken gewerkt. De leerkracht stemt zijn bedoelingen zo goed mogelijk af op de eigen ontwikkeling en initiatieven van kinderen. Vanaf groep 3 wordt er gewerkt volgens methodische lijnen in alle jaarklassen. De technische vaardigheden in lezen, taal, schrijven en rekenen worden stap-voorstap aangeboden. Onderwijs moet flexibel aansluiten bij het gemeten ontwikkelingsniveau en tempo van verschillende groepen kinderen. Dit vraagt differentiatie bij instructie en bij 7
verwerking in basis-, herhalings-, en zinvolle verrijkingsstof. Om daarnaast structureel aandacht te geven aan de leer- en ontwikkelingsbehoeften van verschillende kinderen, wordt adaptief onderwijs als uitgangspunt genomen. In het onderwijs kent men een verscheidenheid aan systemen, waaruit wij die elementen gebruiken die het beste bij onze kijk op kinderen en onze school passen. Wij hanteren didactische werkvormen die de kinderen bij uitstek gelegenheid geven om op eigen niveau en tempo te werken; hierdoor worden voor de leerkracht mogelijkheden gecreëerd voor het bieden van extra planmatige hulp en wordt tevens de zelfstandigheid van de kinderen bevorderd. Dit houdt in dat de leerlingen binnen een groep volgens een standaardindeling in regelmatig wisselende groepjes worden ingedeeld. 2.2.4 Werkvormen Naast de leidende rol heeft de leerkracht op De Burchtgaarde ook steeds meer een begeleidende rol. De leerkracht legt niet alleen meer uit maar begeleidt ook kinderen met zelfstandig werk. Iets wat in ons onderwijs een steeds grotere rol speelt. In de groepen 1-2 neemt het werken in hoeken een belangrijke plaats in. Kinderen kiezen een "hoek" en gaan aan het werk. In de meeste hoeken kunnen de kinderen zelfstandig werken en is de leerkracht er om de kinderen te stimuleren. Doordat het grootste gedeelte van de klas zelfstandig bezig is heeft de leerkracht tijd om te observeren of te helpen. Naast werken in de hoeken is er aandacht voor bewegingsonderwijs, muziek en kringactiviteiten. Ook in de groepen 3 t/m 8 ligt de nadruk steeds meer op het zelfstandig werken. De leerlingen krijgen klassikale instructie en gaan daarna het geleerde zelfstandig verwerken. Daarna gaan de kinderen op het eigen niveau zelfstandig aan de slag met materialen die hiervoor in de klas aanwezig zijn. Dit kan individueel of in groepjes, waarin men moet samenwerken. Zelfstandig werken gaat niet zomaar. Kinderen moeten hiervoor wel de gereedschappen in handen krijgen en hierin speelt de leerkracht een grote rol. De leerkracht leert de kinderen informatie te zoeken en bijzaken van hoofdzaken te scheiden.
8
2.2.5 Leerinhouden Wanneer we denken aan leerinhouden, dan denken we aan het bereiken van einddoelen. Op dit moment wordt grotendeels de methode nog als uitgangspunt gebruikt voor het stellen van einddoelen en het bereiken van deze einddoelen. Daarnaast ontwikkelen we in ons onderwijs een vorm die er op gericht is om voor ieder kind per jaargroep een duidelijk omschreven “basisdoel” te stellen dat in theorie door elk kind behaald kan worden. Vanuit deze basis kan er voor ieder kind een individueel einddoel gesteld worden dat voor elk kind weer anders kan zijn. Voor het bereiken van het bovenstaande baseren we ons niet alleen op een methodische benadering, maar ook op een thematische/projectmatige aanpak wanneer de situatie zich hiervoor leent. Onze kinderen moeten geloof en plezier hebben in eigen kunnen, moeten in toenemende mate allerlei zaken binnen het leerproces zelf gaan ondernemen. De houding van de leerkrachten zal zich kenmerken door het uitdagen van het kind om op verkenning te gaan, hem te prikkelen en de gelegenheid te bieden zijn grens te verleggen, om kinderen te ondersteunen daar waar zij het niet zonder hulp kunnen.
2.2.6 Zorgbreedte Omgaan met verschillen Elk kind is uniek en daardoor verschillend. Dat noopt ons onderwijs aan onze kinderen af te stemmen op hun basisbehoeften als voorwaarde voor het bereiken van optimale resultaten. Als basisbehoeften onderscheiden we: relatie: het gevoel dat mensen je waarderen en met je om willen gaan; competentie: het streven naar geloof en plezier in eigen kunnen; onafhankelijkheid: de wil of drang tot zelfontplooiing. Als we deze basisbehoeften serieus nemen, moeten we zorgen voor een schoolklimaat waarin we omgaan met verschillen. Een klimaat waarbinnen leerkrachten en kinderen in vertrouwen met elkaar omgaan op basis van gelijkwaardigheid en acceptatie van verschillen. In een veilige, duidelijke en ordelijke omgeving worden kinderen uitgedaagd en gestimuleerd om eruit te halen wat erin zit. Relatie betekent het gevoel hebben dat mensen je waarderen en met je willen omgaan. Voor leerkrachten betekent dat: kinderen veiligheid en geborgenheid geven. Zij zorgen ervoor dat de draaglast van de kinderen niet groter is dan hun draagkracht. Dit betekent dat er aandacht geschonken wordt aan onderlinge afspraken, belonen en straffen, pestprotocol, sociaal-emotioneel handelen, het structureel observeren en registreren van leerlingengedrag. De eerder genoemde basisbehoeften zijn universeel. Dit houdt in dat ook de leerkrachten en directie in 9
een vertrouwde omgeving, waar werken wordt gewaardeerd en waar kansen geboden worden om zich te ontplooien, beter zullen functioneren. De relatie met ouders dient een open karakter te hebben. Ouders worden goed en tijdig geïnformeerd inzake de ontwikkeling van hun kind(eren). De leerkracht kan en mag op zijn professionaliteit aangesproken worden en ouders dienen de grenzen van hun domein te kennen. Competentie en onafhankelijkheid Deze twee basisbehoeften zullen door elkaar heenlopen en ook elkaar versterken. Het zelfstandig werken heeft twee doelen: 1. Zelfstandigheidbevordering van kinderen: het is fijn om te weten dat je de problemen die je ontmoet zelf kan overwinnen. 2. Door het zelfstandig werken heeft de leerkracht de handen vrij om individuele kinderen extra zorg of aandacht te geven. Zo kunnen we beter omgaan met verschillen tussen kinderen. Niet de prestatie staat voorop, maar wel eruit halen wat erin zit. Daartoe is het belangrijk om kinderen leren te leren. Gesprekken met kinderen over de taakuitvoering (feedback) behoren tot het dagelijks begeleidend werk van de leraar. Op die manier krijgt hij inzicht in de wijze waarop een kind een taak heeft aangepakt.
Verschil in zorg Uitgaande van het feit dat elk kind uniek is, moeten we accepteren dat niet elk kind de instructie op dezelfde wijze zal ervaren. De één heeft meer behoefte aan instructie dan de ander. Dit geldt ook voor het verwerken van alle leerstof. Niet alle kinderen zullen alle leerstof kunnen verwerken. Nader vast te stellen basisdoelen zullen duidelijk moeten maken welke niveaus we als school minimaal nastreven. De leerkracht èn het kind halen er uit wat er in zit. Bij de keuze van een nieuwe methode wordt ook kritisch gekeken naar de mogelijkheid tot zelfstandige verwerking en differentiatie en dus naar omgaan met verschillen. Het beste uit het kind halen houdt ook in dat het ene kind meer zorg en begeleiding vraagt dan het andere. Op school bestaat een leerlingvolgsysteem waarmee de doorgaande ontwikkeling op leer – en sociaal emotioneel gebied van elk kind gevolgd wordt. Kinderen, welke na observatie en/of toetsing uitvallen, worden extra gevolgd en geholpen. De zorgstructuur wordt bewaakt en uitgevoerd door de intern begeleider. (IB-er)
10
2.2.7 Middelen Wij maken gebruik van moderne leermiddelen die voldoen aan de kerndoelen. Wij hebben methoden die verschillend gebruikt kunnen worden, afhankelijk van het doel dat er wordt nagestreefd. Daarnaast wordt gebruik gemaakt van aanvullend materiaal zoals materiaal uit de werkelijkheid en technische apparatuur. 2.2.8 Evaluatie Evalueren is op een doelgerichte manier terugkijken, bijsturen en verbeteren. Zo behoud je en bevorder je de kwaliteit van je onderwijs. Dit gebeurt op schoolniveau, maar ook op individueel- en op groepsniveau. Op schoolniveau wordt er o.a. geëvalueerd na implementatie van een nieuwe methode of na een buitenschoolse activiteit. Op groepsniveau wordt er structureel geëvalueerd naar aanleiding van bijvoorbeeld een toetsafname, door de leerkrachten van dezelfde leerjaren middels het zgn. ‘paralleloverleg’. Individueel wordt er geëvalueerd middels methodegebonden toetsen, methode – onafhankelijke toetsen m.b.v. Kijk, het CITO leerlingvolgsysteem, observaties en na het afronden van het werken met een handelingsplan in de groep. Kinderen, welke na observatie of toetsing uitvallen (op leer- of sociaal emotioneel gebied ) worden door de groepsleerkracht met behulp van een handelingsplan in de groep begeleid (zgn. re - teaching). Na een bepaalde periode (6 – 8 weken) wordt de begeleiding geëvalueerd. Afhankelijk van het resultaat van de begeleiding wordt deze voortgezet (handelingsplan wordt bijgesteld/aangepast) of beëindigd. Bij de manier van evalueren op individueel niveau onderscheiden we 2 manieren van evalueren namelijk: productmatig (bijv. leervorderingen m.b.v. toetsen) en procesmatig (bijv. gedrag via observatie). Ook kunnen er bij bepaalde evaluaties ouders worden betrokken. Dit bijvoorbeeld na afronding van een begeleidingstraject van hun kind, rapportbespreking (10 minutengesprek) enz..
11
2.3
LEVENSBESCHOUWING
De Burchtgaarde is een katholieke school. Kinderen van andere gezindten worden ook op onze school toegelaten. Enerzijds omdat we een wijkfunctie hebben, anderzijds omdat wij openheid en pluriformiteit op religieus gebied erg belangrijk vinden. Opvattingen en waarden veranderen steeds in onze multi-culturele samenleving. De Burchtgaarde zal deze ontwikkelingen kritisch volgen. Regelmatig zullen we moeten vaststellen welke waarden en normen wij de kinderen dienen mee te geven. Door met de kinderen te praten over verschillende opvattingen hopen we begrip voor elkaars overtuiging te ontwikkelen. Tijdens de catecheselessen leren de kinderen op hun eigen niveau omgaan met levensvragen. Wij gaan daarbij uit van de christelijke levensvisie, maar brengen ook andere godsdiensten en levensvisies onder de aandacht. Op levensbeschouwelijk terrein krijgt het team begeleiding van een districtscatecheet. De voorbereiding op eerste communie en vormsel geschiedt buiten schooltijd door werkgroepen die door de parochie zijn ingesteld. Zij nodigen de betrokken ouders van tevoren uit voor een informatie-avond. De leerkrachten zullen in de klas aan beide gebeurtenissen aandacht schenken, opdat ook de kinderen die niet deelnemen aan eerste communie en vormsel, weten waarmee hun klasgenoten bezig zijn.
12
2.4
SPECIFIEkE KLEUTERAFSPRAKEN De kleuters komen binnen via een eigen ingang aan de kant van de Twikkelstraat op de kleine speelplaats.
Om 8.35 uur en om 13.05 uur gaat de deur open. Gezien het grote aantal kinderen (en ouders/verzorgers) én gelet op de rust in de groep, komen de kinderen van groep 2 alleen naar binnen en de kinderen van groep 1 worden tot de deur van de klas gebracht. Wilt u bij het uitgaan van de school uw fiets buiten het hek laten staan en het voetpad bij de poort vrij laten? De fietsen van de kinderen dienen in de fietsenberging op de grote speelplaats gestald te worden.
Als u de leerkracht wilt spreken of de werkjes van uw kinderen wilt bekijken, dan bent u na schooltijd van harte welkom.
Voor de ochtendpauze mogen de kinderen drinken, fruit of koek meebrengen. Houdt u dit zo gezond mogelijk? Het fruit dient geschild in een doosje of zakje meegebracht te worden.
Wilt u alles wat uw kind naar school meebrengt, voorzien van zijn/haar naam? Als we door slecht weer niet buiten kunnen spelen, gaan we naar de speelzaal. In verband met de speciale vloer in deze ruimte moeten de kinderen hier gymschoenen
dragen
met
lichtgekleurde
zolen.
Graag schoenen
met
klittenband of elastiek (dus niet met veters).
Er mag in verband met de kans op stuk gaan en verlies alleen speelgoed meegebracht worden op verjaardagen en met Sinterklaas.
Heeft uw kind een allergie, geef dit dan door aan de leerkracht. Wij verzoeken u uw kind(eren) elke week te controleren op hoofdluis en zonodig maatregelen te nemen.
Wij vragen u tenslotte uw kinderen te leren naar de wc te gaan zonder dat een ander daarna overlast heeft. Als u en wij samen hier aandacht aan besteden, kunnen we op school ook zorgen voor schone toiletten.
13
3
HET ONDERWIJS EN DE ORGANISATIE
3.1
DE GROEPEN
Wij verdelen de groepen in:
onderbouw (groep 1 t/m 4) bovenbouw (groep 5 t/m 8).
In de groepen 4 t/m 8 wordt er voornamelijk klassikaal gewerkt, maar bij een aantal vakken neemt ook in groepen zelfstandig werken een belangrijke plaats in. We kiezen er bewust voor om de kleuters bij elkaar te plaatsen in gecombineerde groepen 1/2. Daardoor kunnen kinderen beter van elkaar leren en kan er binnen de groep gemakkelijker worden omgegaan met individuele verschillen. Bovendien wordt een verlengde kleuterperiode minder snel ervaren als doubleren en is de opvang van nieuwe kleuters niet geconcentreerd in één groep. We streven ernaar na de kleuterperiode zoveel mogelijk zelfstandige groepen te vormen. Soms zullen we echter ook moeten werken met combinatiegroepen. Bovendien hebben we bij het kiezen van nieuwe methoden speciaal gelet op de bruikbaarheid ervan in combinatie- groepen. In hoofdstuk 4 kunt u lezen hoe wij omgaan met kinderen die meer zorg en aandacht nodig hebben.
3.2
INHOUD VAN HET ONDERWIJS
In de Wet op het primair onderwijs staat beschreven welke leer- en ontwikkelingsgebieden er aan de orde moeten komen. Dat zijn: zintuiglijke en lichamelijke oefening Nederlandse taal, rekenen en wiskunde, Engelse taal; wij geven Engels vanaf groep 1 expressieactiviteiten, bevordering van sociale redzaamheid (o.a. verkeer), bevordering van gezond gedrag, enkele kennisgebieden (wereldoriëntatie), Voor onze school voegen wij daar uiteraard een half uur per week godsdienst/levensbeschouwing aan toe. 14
Voor een groot aantal leer- en vormingsgebieden gebruiken we methodes. De belangrijkste methodes van De Burchtgaarde zijn: Aanvankelijk lezen: Nederlandse taal: Begrijpend lezen: Schrijven: Engelse taal: Rekenen/Wiskunde: Aardrijkskunde: Geschiedenis: Natuur: Sociaal-emotionele ontwikkeling: Verkeer: Expressie: Godsdienst/levensbeschouwing: Gymnastiek:
Veilig leren lezen (nieuwste versie) Taalverhaal Nieuwsbegrip en Nieuwsbegrip XL Schrijftaal Real English, let's do it! My name is Tom Pluspunt (nieuwste versie) Een wereld van verschil Bij de tijd Leefwereld Kanjertraining en Zien KIJK Katernen van 3VO Moet je doen Hemel en aarde Bewegingsonderwijs in het speellokaal en Basislessen bewegingsonderwijs
In de onderbouw worden activiteiten vaak geclusterd. Zo kan bijvoorbeeld een thema vanuit het rekenen ook leiden tot wereldoriëntatie of muziek binnen dezelfde lestijd. In de bovenbouw vindt splitsing plaats. De vakken komen daar apart aan de orde. Wereldoriëntatie wordt dan onderverdeeld in aardrijkskunde, geschiedenis, natuur en geestelijke stromingen. Binnen ons onderwijsaanbod zijn ook excursies gepland. Deze zijn gekoppeld aan leeractiviteiten in de groep. Te denken valt daarbij aan bezoekjes aan kinderboerderij, bibliotheek, paddenpoel, ziekenhuis, de krant, het bos, een bank etc. Hoe vaak kinderen er op uit gaan, is mede afhankelijk van het aanbod. Maar voor elke groep staan in ieder geval enkele excursies per jaar op het rooster. Voor de begeleiding en het vervoer doen wij een beroep op de ouders. Indien de kinderen met auto’s vervoerd worden, dienen de bestuurders ervan in elk geval WA-verzekerd te zijn en zo mogelijk een inzittendenverzekering te hebben afgesloten en dienen alle kinderen in autogordels plaats te nemen. Kinderen die twaalf jaar of ouder zijn mogen voor in de gordel. Kinderen die jonger zijn dan twaalf jaar, maar langer dan 1,50 meter, mogen ook voor in de gordel. Kinderen die jonger zijn dan twaalf jaar, en kleiner dan 1,35 meter, mogen alleen voor in de auto zitten in een goedgekeurd en passend kinderzitje. Goedgekeurd zijn zitjes met labels ECE R44/03 en R44/04. Passend is: geschikt voor lengte en gewicht van het kind.
15
In de loop van het jaar vinden er onder schooltijd nog tal van andere activiteiten plaats, zoals het instuderen en opvoeren van musicals, een spellendag, sportdag, schoolconcert, een schoolreis en projecten op allerlei gebied. Daarnaast hebben wij natuurlijk onze feesten en vieringen met Sinterklaas, Kerstmis, carnaval en Pasen. Op het einde van het schooljaar nemen we met zijn allen afscheid van groep 8. De schoolverlaters zelf hebben er dan al enkele feestelijke dagen met leuke activiteiten op zitten. Op kamp gaan is één van de activiteiten Bij de meeste van deze activiteiten is de hulp van ouders zeer welkom. We proberen zoveel mogelijk de data van activiteiten een jaar van te voren te plannen. Deze worden vermeld op de jaarkalender.
3.3
DE SCHOOLTIJDEN
De schooltijden zijn als volgt: Ochtend: van 8.45 uur tot 12.00 uur De ochtendpauze is van 10.30 uur tot 10.45 uur. Na 13:00 uur gaat de poort weer open Middag: van 13.15 uur tot 15.30 uur (woensdag tot 12.30 uur voor groep 3 t/m 8) (woensdagmiddag vrij)
De kleuters zijn op alle woensdagen vrij.
3.3.1
Gym
De gymlessen voor groep 3 tm 8 zijn in de zaal naast de school. De kleuters hebben gymles in de speelzaal in de school.
16
3.4
HET SCHOOLTERREIN
Achter in deze gids staat een schets van de schoolomgeving. De school heeft twee ingangen: de hoofdingang(A) aan de grote speelplaats, bestemd voor de groepen 3t/m 8 de achteringang(B) bij de kleine speelplaats voor de groepen 1 en 2. De toegangen tot de beide speelplaatsen liggen aan het voetpad dat parallel aan de Rijnauwenstraat loopt. De brievenbus van de school bevindt zich aan het hek langs de Stoutenburgstraat. Als u de kinderen met de auto brengt, verzoeken wij u dringend, met het oog op de veiligheid, de kinderen te laten uitstappen in de Twikkelstraat en niet in de Rijnauwenstraat. Brengt u de kinderen a.u.b. alleen met de auto naar school als dat echt noodzakelijk is. Veel auto’s maken de straat onoverzichtelijk, dus gevaarlijk.
17
3.5
SPECIALE VOORZIENINGEN OP ONZE SCHOOL
De digitale speelplaats (voor meer informatie kunt u onze website bekijken).
De bibliotheek De Burchtgaarde is in het bezit van een uitgebreide schoolbibliotheek. Deze wordt beheerd door een groep ouders. De kinderen van de groepen 3 t/m 8 kunnen er op vrijdag een boek lenen en mogen dat dan veertien dagen lang thuis houden. Het lenen van boeken is gratis. Wel moeten de ouders van tevoren de uitleenvoorwaarden ondertekenen. In verband met de hoge aanschafkosten voor de boeken is de boete vastgesteld op 10 euro. Dit geldt voor boeken die niet worden ingeleverd én voor boeken die zo beschadigd zijn, dat ze niet meer kunnen worden uitgeleend. Voor de groepen 1/2 geldt dat de bibliotheekboeken worden uitgeleend aan de klas en ook daar gelezen. Ze gaan dus niet mee naar huis. Kamer intern begeleider / remedial teacher De intern begeleider heeft in onze school een eigen ruimte, waarin kinderen die extra ondersteuning nodig hebben, deze in alle rust kunnen krijgen.
18
Lokaal handvaardigheid In dit lokaal kunnen de leerkrachten handvaardigheid geven. Bovendien is het een ruimte die voor allerlei andere activiteiten gebruikt kan worden.
Het speellokaal Voor de groepen 1 en 2 hebben we in het schoolgebouw een aparte speelzaal. In deze ruimte staat volop klim- en klautermateriaal. Hier worden gym- en spellessen gegeven.
Timmerhoek De kleuters hebben een eigen timmerhoek waarin zij met ouders werken.
De aula In onze aula is een gedeelte gereserveerd voor de overblijvers. De hal wordt tevens gebruikt bij activiteiten die meer ruimte vragen. Ook hebben wij in de aula een digibord hangen dat voor veel doeleinden wordt gebruikt.
3.6
EXTRA ACTIVITEITEN
3.6.1 Buitenschoolse activiteiten De leerlingen kunnen -kosteloos of tegen een kleine vergoeding - deelnemen aan allerlei sporttoernooien (avondvierdaagse, voetballen etc.). Deze zijn vaak buiten schooltijd of in de vakanties. Bij deze evenementen worden de kinderen begeleid door leerkrachten of ouders. Een leerkracht coördineert de aanmeldingen. 3.6.2 Krenten in de pap Naast de "verplichte leerstof" vinden we het belangrijk, dat kinderen zich ook op andere terreinen ontwikkelen. Zo doen we als school mee aan het gemeentelijk schoolcultuurproject 'De Ontdekking', waarbij alle groepen elk jaar een aantal activiteiten ondernemen op cultureel gebied (o.a. bezoeken van musea, voorstellingen, kunstenaar in de klas). Verder organiseren we zelf ook musicals met Kerstmis, in het voorjaar door groep 2 en aan het einde van het schooljaar door groep 8. Ook de jaarlijkse schoolreisjes zijn activiteiten waar de leerlingen reikhalzend naar uitkijken.
3.7
HUISWERK
Vanaf groep 6 krijgen onze leerlingen regelmatig huiswerk. Wij vragen u ook voor dit werk interesse te tonen. Sommige kinderen zullen in het begin thuis wat hulp nodig hebben. Bespreek met uw kind het huiswerk en maak samen een planning. Groep 6: 1 keer per week; Groep 7: 2 keer per week; Groep 8: dagelijks. Proefwerken worden een week van te voren opgegeven. Soms worden de proefwerken in de klas geleerd. Het doel van het huiswerk is de kinderen te leren plannen. Als uw kind zijn huiswerk niet af heeft, vernemen we graag van u de reden.
19
3.8
NASCHOOLSE EN TUSSENSCHOOLSE OPVANG
Kober kindercentra Alle ruimte voor ontwikkeling en leuk!
Zoekt u kinderopvang? U wilt het beste voor uw kind en u stelt hoge eisen aan de kinderopvang die u zoekt. Logisch. Dus zoekt u een veilige plek waar genoeg ruimte is om te spelen waar uw kind zich niet verveelt, waar genoeg uitdaging is en volop ontwikkelingskansen zijn waar uw kind aandacht krijgt, waar iemand is die liefdevol voor uw kind zorgt én waar uw kind het leuk heeft en graag naar toe wil gaan.
Kober kindercentra heeft zo’n plek voor uw kind!
Wij bieden goede, professionele kinderopvang voor kinderen van 0-13 jaar bij u in de buurt. U kunt kiezen uit:
20
Kinderdagverblijf (0-4 jaar): De Kasteeltuin, op nog geen 500 meter van Kbs de Burchtgaarde. Kleine groepen met eigen vaste leidsters. Naast natuurlijk veel aandacht voor een goede verzorging ook heel veel speelplezier. Voor info: (
[email protected]) Peutertuin (2-4 jaar): De Druppeltjes, gevestigd in de school Kbs de Burchtgaarde. Twee keer per week spelen met leeftijdsgenootjes onder begeleiding van professionele groepsleidsters. Een hele goede, onmisbare voorbereiding op de basisschool. Voor info: (www.kober.nl) Buitenschoolse opvang (4-13 jaar): Opvang na schooltijd en/of in de vakanties. Een gezellige en vertrouwde plek om te spelen of te relaxen. Met veel leuke activiteiten. Voor info:
[email protected] of bel 076 5045603
Kober kinderlunch Overblijven moet leuk en gezellig zijn, net als thuis, maar dan met vriendjes en vriendinnetjes van school. Overblijven geeft kinderen de kans om tussen de middag rustig te eten, tot rust te komen, hun verhaal te vertellen of zich buiten uit te leven. De primaire taak van een overblijfteam is simpelweg klaar te staan voor de kinderen. Om kinderen onder verantwoorde begeleiding zichzelf te laten zijn en ook rekening met elkaar te houden. Wij verzorgen, in nauwe samenwerking met uw school, het overblijven. Een gezellige en ontspannen lunchpauze kan eraan bijdragen dat uw kind weer fris aan de middaglessen kan beginnen.
Aanmelden overblijven Op de website van de Kober groep ( www.kober.nl) vindt u via de Locatiezoeker( zoeken op de naam van de school) alle actuele overblijfinformatie per school en de wijze van betaling. Ook hier kunt u het aanmeldingsformulier en de informatiekaart downloaden. U kunt de ingevulde formulieren naar ons e-mailen of afgeven op school. Mocht u geen internet hebbendan kunt u op school of bij de overblijfcoördinator een informatiepakket ophalen. Heeft u nog vragen? Neem contact op met de overblijfcoördinator of bel of e-mail Kober kinderlunch: (076) 504 56 12 of
[email protected]
21
3.9
SURVEILLANCE
Het toezicht op de grote speelplaats begint vijftien minuten vóór aanvang van de lessen. Stuurt u de kinderen daarom a.u.b. niet te vroeg naar school? Ook tijdens de ochtendpauze is er toezicht. Indien u problemen signaleert op de speelplaats, wilt u dan contact opnemen met de leerkracht die toezicht houdt of met de directeur? Wij vragen u dringend in ieder geval zelf geen andere actie te ondernemen. 3.10
AANNAME NIEUWE LEERLINGEN
Procedure: Ouders/verzorgers kunnen hiervoor een afspraak maken voor een kennismakingsgesprek met Juffrouw Carmen. (076-5650828). Na afloop van het gesprek krijgen de ouders een rondleiding en een inschrijfformulier. Daarnaast bestaat er de mogelijkheid om te komen kijken in één van de kleutergroepen. Ongeveer 4 tot 6 weken voordat de kleuter naar school komt krijgen de ouders/verzorgers een intakeformulier opgestuurd. Als dit formulier teruggestuurd is, neemt de desbetreffende kleuterjuf contact op met de ouders/verzorgers. Er wordt een afspraak gemaakt voor een intakegesprek. Het kind komt dan mee voor kennismaking. Ook worden er dan afspraken gemaakt voor de wendagen.
3.11
SCHORSING EN VERWIJDERING VAN LEERLINGEN
Schorsing en verwijdering van leerlingen Als een kind zich ernstig misdraagt, kan het geschorst of van school verwijderd worden. De beslissing tot verwijdering wordt genomen door het bevoegd gezag (in de persoon van het College van Bestuur), nadat ouders, groepsleerkracht en directie hun mening hebben gegeven. Als het besluit eenmaal is genomen, heeft het bevoegd gezag maximaal acht weken de tijd om - eventueel in samenwerking met de leerplichtambtenaar en onderwijsinspectie - een andere school te zoeken. Als dat na die acht weken nog niet gelukt is, mag de toegang tot de school geweigerd worden. Wij hopen natuurlijk dat het nooit zover hoeft te komen. Goed overleg tussen school en ouders kan veel voorkomen .
22
3.12
PESTEN Signalen die zouden kunnen duiden op pestgedrag worden genoteerd, zowel in het dossier van de 'pester' als ook in het dossier van de 'gepeste'. Mogelijke signalen: 1. Alleen staan in de pauze. 2. In de pauze steeds contact zoeken met de surveillant. 3. Een spel is "toevallig" steeds net begonnen als het pestslachtoffer eraan komt, terwijl een ander kind even later nog wel mag meedoen. 4. Bijna altijd met kleine kinderen spelen. 5. Niet naar buiten willen. 6. Zuchten, piepen en steunen van andere kinderen als een pestslachtoffer een idee aandraagt of in de kring iets zegt. 7. Roddelen in de groep over een bepaald kind. 8. Als andere kinderen zich negatief uitlaten over het kind (of zijn / haar familie) zonder dat dit echt reëel is. 9. Als men steeds alles van een bepaald kind stom vindt. 10. Als andere kinderen negatiever reageren op een fout van het pestslachtoffer dan bij andere kinderen. 11. Als het kind, de ouder(s), en/of andere kinderen aangeven, dat er gepest wordt. 12. Het kind wil niet meer naar school, klaagt bijvoorbeeld regelmatig over hoofdpijn en buikpijn, terwijl deze pijnen in vakanties verdwijnen. 13. Bepaalde kleren niet meer aan wil hebben naar school / club. 14. Gauw prikkelbaar of boos. 15. Nachtmerries. 16. Bedplassen. 17. Nooit uitgenodigd worden op feestjes / partijtjes.
In elke groep worden lessen over pesten gegeven. In elke groep wordt een anti-pestprotocol opgesteld. Enkele regels in het anti-pestprotocol kunnen zijn: 1. Kinderen en volwassenen gaan respectvol met elkaar om; 2. Ik spreek de ander aan bij zijn naam (geen bijnaam); 3. Ik spreek positief over de ander; 4. Ik ga zorgvuldig om met de spullen van medeleerlingen en met de spullen van school; 5. Ik ben belangrijk voor de groep en zal meewerken aan een goede sfeer; 6. Een ruzie heeft iedereen wel eens, maar ik doe wel mijn best om de ruzie uit te praten. Binnen onze school maken wij gebruik van de methode “Kanjertraining” voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leerkrachten zijn geschoold om deze methode te kunnen gebruiken.
23
3.13
LEERPLICHT, VERLOFREGELING EN VAKANTIES
Elk kind moet evenveel kansen krijgen in de maatschappij. Het onderwijs geeft het kind kansen. Daarom heeft ieder kind evenveel recht op onderwijs. De leerplichtwet verzekert het recht op onderwijs voor alle kinderen. De leerplicht van uw kind is begonnen vanaf het vijfde jaar en duurt tot en met het schooljaar, waarin het 16 jaar is geworden. De leerplicht is geregeld in de leerplichtwet. De gemeente moet erop toezien dat deze wet wordt uitgevoerd. Daarvoor zijn speciale leerplichtambtenaren aangesteld. Schoolverzuim is nadelig voor kinderen. Het mag dan ook zo weinig mogelijk voorkomen. De gemeente is daarom strenger geworden bij het toezien op de uitvoering van de wet. De gemeente zorgt ervoor dat de regels van deze wet beter worden nageleefd. De school heeft de plicht uw kind onderwijs te geven. U bent verplicht ervoor te zorgen dat uw kind naar school gaat. U bent ook verplicht om aan de school te melden dat uw kind niet naar school kan, bijvoorbeeld omdat het ziek is of om andere dringende redenen. In Breda hebben alle scholen met de gemeente Breda afgesproken dat zij wekelijks het verzuim van de leerlingen melden bij de leerplichtambtenaar. Het gaat hierbij om ongeoorloofd verzuim of vermoedelijk ongeoorloofd verzuim. De leerplichtambtenaar onderneemt in alle gevallen actie. Slechts bij hoge uitzondering en in bijzondere omstandigheden wordt toestemming gegeven om uw kind van school thuis te houden. Wilt u daar meer over weten, vraag dan op school naar de folder: 'Samen verantwoordelijk voor de leerplicht'. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de leerplichtambtenaar van de gemeente Breda telefoon: (076) 529 91 28 De overheid is zeer streng als het gaat over de naleving van de leerplichtwet. Alleen in bijzondere gevallen - de wet spreekt van “gewichtige omstandigheden”kan op verzoek van de ouders door de directeur extra verlof worden verleend. Zo moeten scholen kinderen vrij geven voor de dagen waarop ze vanwege geloofs- of levensovertuiging niet op school kunnen zijn. Dat geldt ook voor dagen met belangrijke familieverplichtingen, zoals een begrafenis of huwelijk. Bij de secretaresse zijn formulieren voor verlofaanvraag verkrijgbaar. Ouders dienen zich te houden aan de vastgestelde schoolvakanties. In heel bijzondere omstandigheden mag de directeur van de school hooguit één keer per jaar – maar niet in de eerste twee weken na de zomervakantie - voor ten hoogste tien dagen een kind extra vrij geven. Dat geldt alleen als ouders door hun beroep niet in staat zijn in de schoolvakanties hun vakantie op te nemen. Een verklaring van de werkgever dient bij het verzoek gevoegd te worden. Voor kinderen die nog geen zes jaar zijn, geldt een bijzondere regeling. Zij kunnen per week vijf uur thuis blijven. De ouders moeten dit wel van te voren aan de school melden. In overleg met de directeur kan dit verlof uitgebreid worden tot tien uur per week. Indien leerlingen door ziekte of andere omstandigheden de lessen niet kunnen bijwonen of wat later komen, willen wij dat graag van de ouders weten vóór de school begint. 24
Als kinderen zonder bericht van de ouders niet op school verschijnen, wordt door ons contact met thuis opgenomen. Wij verzoeken u dringend bezoekjes aan artsen en therapeuten buiten de schooltijd te laten plaatsvinden. In de leerplichtwet staan ook de regels waaraan de schoolleiding zich moet houden. Deze is verplicht het schoolverzuim zorgvuldig bij te houden en (vermoedelijk) ongeoorloofd verzuim te melden bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. Deze is bevoegd proces-verbaal op te maken als blijkt dat ouders de wet overtreden hebben. 3.13.1 VAKANTIES Voor de schoolvakanties verwijzen wij u naar de jaarkalender en onze website www.burchtgaarde.nl.
3.14
VERZEKERINGEN
Voor alle kinderen van onze school is een collectieve ongevallenverzekering afgesloten. Deze verzekering is van toepassing op ongevallen die de verzekerde overkomen tijdens verblijf in schoolgebouwen of op de daarbij behorende terreinen gedurende de schooluren, alsmede tijdens het gaan van huisadres naar school en omgekeerd langs de normaliter kortste weg gedurende ten hoogste een uur vóór en een uur na schooltijd; tijdens het verblijf op sportvelden, tijdens deelneming aan schoolsportwedstrijden, in gymlokalen, zwembaden e.d., mits in schoolverband en onder toezicht, alsmede op ouderavonden en schoolfeestjes; tijdens schoolreizen, tijdens excursies en uitstapjes in schoolverband, zowel in Nederland als daarbuiten in Europa, mits en zolang de leerlingen onder toezicht staan van de leraren of de daartoe door de directeur van de school aangewezen leiders.” U kunt de polis bij de directeur inzien. 25
3.15
DE KOSTEN VAN HET ONDERWIJS
Onderwijs wordt in Nederland door de overheid betaald uit belastinggelden. Alles wat op school gebruikt wordt, wordt door ons aangeschaft. Echter, we kunnen enkele duurzame artikelen maar één maal verstrekken. Als ze voortijdig stuk gaan, zullen de ouders voor vervanging ervan moeten zorgen. Daarnaast zullen uiteraard de ouders voor vervanging ervan moeten zorgen, indien er sprake is van vernieling. Over de vrijwillige ouderbijdrage voor de ouderraad leest u in paragraaf 7.2. 3.16
GEVONDEN VOORWERPEN
Gevonden voorwerpen worden op school verzameld en bewaard. Bij de conciërge kunt u ze afhalen. In de zomervakantie brengen we de overgebleven spullen naar een instelling die deze goed kan gebruiken. 3.17
GELD MEE NAAR SCHOOL
Als kinderen geld mee naar school moeten brengen, krijgt u daarover altijd van te voren schriftelijk bericht. Geef uw kind verder geen geld mee a.u.b.
3.18
JEUGDTIJDSCHRIFTEN
U kunt uw kind abonneren op Bobo, Okki, Taptoe of Hello You. De kinderen krijgen daarvoor in het begin van het schooljaar een folder mee naar huis. 3.19
SPONSORING EN GIFTEN
In februari 2009 is onder andere door de PO-raad het convenant “Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring” ondertekend. INOS voelt zich aan dit convenant gebonden. Voor het convenant en toelichting zie: www. rijksoverheid.nl ( zoek op “sponsering in het primair onderwijs).
26
3.20
Relevante achtergrondinformatie: Er is sprake van sponsoring als er sprake is van een tegenprestatie door de school. Als er geen tegenprestatie is, is er sprake van schenking. De vermelding van beeldmerken en (korte) reclameteksten op door de school gebruikte materialen zijn geen sponsoring. Dit betreft bijvoorbeeld het logo van het computermerk op de PC’s in de klas of de reclameslogan van de schoolboekenproducent in het lesboek. Een klacht over de wijze waarop de school omgaat met reclame of sponsoring kan volgens de klachtenregeling van INOS worden behandeld. Zie hiervoor elders in deze schoolgids. ACTIES VOOR HET GOEDE DOEL
Er zijn nogal wat instanties die bij de school aankloppen om medewerking te vragen voor een goed doel. Om kinderen, ouders en de school niet te overladen hebben we besloten alleen mee te doen aan de Kinderpostzegelactie. Daarnaast kan de school zelf acties op touw zetten, zoals een sponsorloop. 3.21
MEEGEVEN VAN FOLDERS E.D. VAN DERDEN
De school is bereid folders en brieven mee te geven van niet-commerciële instellingen waarvan de werkzaamheden in het verlengde van die van de school liggen. Te denken valt hierbij aan sportverenigingen en culturele instellingen. Omdat het aanbod erg groot is, maakt de directeur een keuze.
27
4
DE ZORG VOOR KINDEREN
4.1
INLEIDING
Onze school zorgt voor een doorlopende zorg voor de leerling. In toenemende mate richten wij ons op een betere afstemming op de individuele verschillen van kinderen. Dit resulteert in wisselende samenstelling van de groepjes, variabele instructiemomenten, leerroutes en leerstofpakketten. In de basisschool wordt steeds verder het leerlingvolgsysteem ontwikkeld. Dit leerlingvolgsysteem is mede de basis voor het signaleren van problemen. Vanuit de gesignaleerde problematiek wordt een diagnose gesteld en handelingsadviezen gegeven. Het gaat dan om: Het verzamelen van gegevens uit observatie, screening, toetsen, e.d. Het ordenen van deze gegevens in een digitaal leerlingvolgsysteem. Voor didactische ontwikkelingen gebruiken we de toetsen van Cito en de toetsen die bij onze methoden horen. Om de sociaal-emotionele ontwikkeling nauwkeurig te volgen gebruiken we het leerlingvolgsysteem van Zien en KIJK. Het structureel en inhoudelijk voeren van groepsen leerlingbesprekingen. Het geschikt maken van een klasse- en groepsorganisatie om het handelingsplan uit te kunnen voeren. Deze handelingen tezamen wordt de 'interne zorgstructuur' genoemd. De organisatie van deze interne zorgstructuur berust bij de interne begeleider, remedial teacher en de directie genoemd: het intern zorgteam (IZT). Het streven naar een ononderbroken ontwikkeling veronderstelt ook dat leerkrachten samenwerken en hun werkwijze op elkaar afstemmen. Collegiale consultatie (CC) is steeds meer een vanzelfsprekende zaak geworden: leerkrachten bespreken hun vragen en twijfels over het omgaan met zorgkinderen met elkaar. Soms gaan ze ook bij elkaar op lesbezoek.
28
Ook de interne begeleider (IB-er) is een belangrijke rol gaan spelen in het streven naar een ononderbroken ontwikkeling. Alle extra onderwijszorg in de school wordt door deze leerkracht geregisseerd wat betreft screening; bespreking van leerlingen en uitvoering van de aanpassing van het onderwijs. Hij ondersteunt de leerkrachten bij het opstellen van individuele handelingsplannen en groepsplannen die de leerkracht vervolgens zelf in de klas kan uitvoeren. De remedial teacher neemt toetsen af bij leerlingen of werkt een korte tijd met de leerling buiten de groep. Het zorgteam heeft vier keer per jaar een groepsbespreking met de leerkrachten. Hierbij wordt zowel de cognitieve als sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen in kaart gebracht. Van deze zorgbesprekingen worden verslagen gemaakt. De ontwikkelingen van de kinderen worden digitaal vastgelegd. Daarnaast vormen verslagen van observaties, onderzoeken, zorgbesprekingen en dergelijke het leerlingdossier.
29
4.2
DE INTERNE ZORGSTRUCTUUR
Op Basisschool De Burchtgaarde is een aantal fasen in de zorg te onderscheiden afhankelijk van de problematiek van kind en onderwijs. De ouders dienen vanaf het eerste moment dat hun kind de school bezoekt op de hoogte te zijn van deze fasering in de interne zorgstructuur. Fase 0. De groepsleerkracht verzamelt gegevens van alle leerlingen. Dit kan door methodegebonden- en methode onafhankelijke toetsen. De gegevens worden geordend in een volgsysteem. Vanuit de school en het gezin zijn er geen redenen en aanwijzingen om het onderwijs aan te passen. De groepsleerkracht geeft algemene informatie over de interne werkwijze, screening en toetsing via de infoavond. Op een ouderavond wordt specifieke leerlingeninformatie gegeven. Fase 1. Vanuit de groepsbesprekingen worden leerlingen geselecteerd die in aanmerking komen voor een individuele bespreking. Ouders worden vooraf altijd geïnformeerd over acties die ondernomen worden op het gebied van de zorg. Dit betekent dat er voor observaties, consultatiebesprekingen, ondersteuning binnen en buiten de klas e.d. altijd vooraf toestemming aan de ouders gevraagd wordt. De leerkracht is hiervoor verantwoordelijk. De volgende leerlingen komen in aanmerking voor een handelingsplan (HP) binnen of buiten de klas:
Leerlingen die een D of E scoren bij het Cito leerlingvolgsysteem Leerlingen waar een leerachterstand of voorsprong van minimaal 6 maanden is gemeten. Uitval op AVI-leesniveau Leerlingen met problemen op sociaal emotioneel gebied Kinderen met leer - of gedragstoornissen Leerlingen die vallen onder de regeling Leerling Gebonden Financiering (LGF) Wanneer een leerkracht tussentijds op didactisch of sociaal-emotioneel gebied uitval bij een leerling signaleert, vult deze een aanmeldingsformulier voor remedial teaching in.
Na overleg met de leerkracht en het intern zorgteam wordt bepaald of de zorgleerling een handelingsplan binnen of buiten de klas (externe RT) krijgt. Tijdens de leerlingenbespreking op teamniveau worden ook zorgleerlingen ingebracht. De organisatie van deze besprekingen ligt bij de IB’er. De school kan een beroep doen op deze begeleider voor het opstellen van een handelingsplan, waarbij doelen, frequentie van begeleiding en evaluatie worden aangegeven. Voor het uitvoeren van een (groeps)handelingsplan binnen de klas is de groepsleerkracht verantwoordelijk. Dit geldt tevens voor contacten met de ouders. Bij de externe RT is de remedial teacher verantwoordelijk voor het uitvoeren van een onderzoek, opstellen van een HP en de uitvoering hiervan. 30
Na een aantal weken worden de handelingsplannen geëvalueerd. Waneer de begeleiding binnen of buiten de klas voldoende is gebleken, is het probleem opgelost en wordt het dossier gesloten. De evaluatie kan vier resultaten opleveren: 1. 2.
3. 4.
Het probleem is opgelost. Het dossier wordt gesloten of de hulp c.q. aanpassing van het onderwijs wordt gecontinueerd. De aanpassing van het onderwijs is gelukt, maar er is een ander probleem ontstaan; de procedure start opnieuw. (leerlingenbespreking, overleg ouders, aanpassing onderwijs) De school kan niet verder met het probleem; er volgt overleg binnen het extern zorgteam. Aanmelding Permanente Commissie Leerling-zorg (PCL) of Commissie van Indicatiestelling (CVI).
Fase 2. De aanpassing van het onderwijs heeft niet de gewenste resultaten opgeleverd en er is nader onderzoek nodig, dat door de IB-er van de school kan worden uitgevoerd. Na het onderzoek begeleidt de IB-er de leerling-buiten de groepgedurende een beperkte periode. Het handelingsplan wordt opgesteld vanuit de gegevens van dit onderzoek en wordt met de ouders besproken. Deze begeleiding is vooral bedoeld om vast te stellen of het kind “leerbaar” is of wat zijn/haar specifieke instructiebehoeften zijn. De groepsleerkracht heeft de leiding van dit gesprek en de IB-er/ RT-er van de school is hierbij aanwezig. Externe hulpverlening onder schooltijd op verzoek van ouders ( waaronder Remedial Teaching) In toenemende mate worden scholen geconfronteerd met verzoeken van ouder(s)/ verzorgers om extra zorg ( waaronder remedial teaching) voor hun kinderen te organiseren waarbij zij op eigen initiatief en voor eigen rekening externe hulp inschakelen. De school gaat bij het beslissen op een dergelijk verzoek uit van het wettelijk gegeven dat onderwijstijd besteed moet worden aan onderwijs ( en niet aan andere zaken). Daarom staat de school in beginsel afwijzend tegenover verzoeken tot het (laten) verrichten van hulp ( waaronder Remedial Teaching) door externe hulpverleners onder schooltijd ( binnen of buiten het schoolgebouw). Indien er sprake is van een medische indicatie of indien er kan worden aangetoond dat de te verlenen hulp een onmisbare schakel in het hulpverleningsproces is, wordt hierop een uitzondering gemaakt. Dit ter beoordeling aan de directeur van de school. Daarbij dienen goede afspraken gemaakt te worden over het beperken van het schoolverzuim dat hierdoor ontstaat. Dit betreft bijvoorbeeld afspraken over de frequentie en de tijdsduur van de hulp en de wijze waarop overleg met de school plaatsvindt. 31
Fase 3. Aanmelding Zorgplatform (externe deskundigen bijv. Edux, collegiale consultatiegever etc.) . Bij de evaluatiebespreking blijkt dat de begeleiding niet de gewenste resultaten heeft opgeleverd. De school kan zich bij dit onderzoek door het extern zorgteam laten adviseren. De school kan bij consultatiebesprekingen een beroep doen op de Onderwijsbegeleidingsdienst in Breda (Edux) of collegiale consultatiegever (CC’er) voor handelingsadviezen, observaties, nader onderzoek, invullen van vragenlijsten etc. Het zorgplatform geeft advies over de te nemen stappen: a. Nader onderzoek, observatie, invullen van vragenlijsten etc. b. Verwijzing naar een andere instantie. Alle acties die door het intern –en extern zorgteam worden voorgesteld en uitgevoerd, gaan in overleg met school en ouders. De uit te voeren acties moeten kunnen leiden tot een aanpassing van het onderwijs. Is dit niet het geval, dan wordt aangegeven wat hiervan de reden is.
32
Fase 4. Mocht de speciale begeleiding niet het gewenste effect hebben, of wordt de achterstand van een kind ten opzichte van zijn groepsgenoten te groot, dan kan het belang van het kind gediend zijn met “zittenblijven”, onderwijs vervolgen met aangepaste leerlijnen, een verwijzing naar speciaal onderwijs (SO) of speciaal basisonderwijs (SBO). Het zorgplatform geeft een advies. Dit advies kan zijn: a. Doubleren b. Een aangepaste leerlijn c. Een andere basisschool d. Een school voor speciaal basisonderwijs e. Een school voor speciaal onderwijs (REC 1 t/m 4) Het advies genoemd bij c en e kan door het zorgplatform met de ouders worden afgehandeld. Het advies bij d betekent aanmelding bij de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) Aanmelding Permanente Commissie Leerlingenzorg. Het onderwijskundig rapport wordt door de school ingevuld. Het onderwijskundig rapport, voorzien van de nodige bijlagen, wordt met de aanmelding naar het secretariaat van de PCL opgestuurd. Het advies van het zorgplatform is met redenen omkleed: beschikking speciaal basisonderwijs. De secretaris beoordeelt of het dossier voldoende is om de leerling te agenderen voor bespreking. Aanmelding Commissie van Indicatiestelling. De leerling wordt bij de Commissie van Indicatiestelling (CVI) aangemeld voor een REC-indicatie. REC= Regionaal Expertise Centrum) Het CvI bepaalt of een leerling in aanmerking komt voor een beschikking. Fase 5. De Permanente Commissie Leerlingenzorg heeft de beschikking SBO afgegeven. De ouders worden na de bespreking op de hoogte gesteld. De school krijgt hiervan een afschrift. De ouders geven schriftelijk toestemming voor het opsturen van het dossier naar de SBO-school. Daarna gaat het dossier naar deze school. Indien de ouders een andere SBO-school wensen, dan die in het samenwerkingsverband, zal de secretaris van de PCL voor het opsturen van het dossier naar de PCL van dat samenwerkingsverband zorgdragen. Als de leerling REC- geïndiceerd is kunnen de ouders kiezen voor plaatsing in het speciaal onderwijs (REC 1 t/m 4) of plaatsing met Leerlinggebonden Financiering (LGF) in de reguliere school. Dit noemen we de leerling met een rugzak. Ouders kunnen een beroep doen op het REC dat hen moet helpen bij die keuze. Een ambulant begeleider (AB’er) ondersteunt de leerkrachten en ouders bij het begeleidingsproces op school.
33
4.3
DE EXTERNE ZORGSTRUCTUUR
Naast de interne zorgstructuur is er ook een ‘externe zorgstructuur’. De structuur wordt ingezet ten behoeve van het hele primair onderwijs op Basisschool De Burchtgaarde. Communicatie vanuit de school naar de externe zorgstructuur gaat via het regulier overleg tussen het zorgplatform en de interne begeleider, op afroep is de remedial teacher hierbij intermediair. De groepsleerkrachten kunnen coaching en begeleiding vragen bij het zorgplatform. Ook kunnen vanuit het zorgplatform (voornamelijk Edux) onderzoeken worden uitgevoerd. Het zorgplatform beschikt hiervoor over een aantal deskundigen. We noemen:
Een ambulante begeleider (AB’er); deze houdt zich o.a. bezig met het coachen van de interne begeleiders en groepsleerkrachten op de scholen met een expertise vanuit het speciaal onderwijs. een logopedist een jeugdarts een school-CJG-er een psycholoog of orthopedagoog CC’er externe deskundige vanuit SBO
Procedure aanmelding van leerlingen bij het extern zorgteam Op BS De Burchtgaarde werken we nauw samen met de onderwijsadviseurs van Edux. Ieder jaar worden er voor de consultatie spreekuren ingekocht. Wanneer er na overleg met het intern zorgteam besloten wordt een leerling in te brengen, dient de groepsleerkracht vooraf een consultatieformulier in te vullen. Hierop wordt de problematiek van de leerling ingevuld. (zie fase 3) Daarnaast zijn er CC (Collegiale Consultatie) uren ingekocht. Wanneer na overleg met de IB’er besloten wordt een leerling in te brengen, vult de groepsleerkracht vooraf het aanmeldingsformulier CC in.
34
4.4
EUREKA !
I Eureka! Kenniscentrum meer- en hoogbegaafdheid INOS (http://eureka.inos.nl) Eureka! is het kenniscentrum voor meer- en hoogbegaafdheid voor de INOSscholen. Zij verlenen de volgende diensten:
4,4,1 Trajectbegeleiding Trajectbegeleiding heeft als doel passende begeleiding te zoeken voor kinderen waarbij een vermoeden van hoogbegaafdheid bestaat. Bij een dergelijk vermoeden( gesignaleerd door ouders en /of school) heeft onze coördinator hoogbegaafdheid een gesprekje met het kind. Naar aanleiding van dit gesprek kan de IB-er contact opnemen met Eureka! Vervolgens bepaalt de coördinator van Eureka! door middel van gesprekken met het kind en school over het welbevinden en de resultaten of een kind in aanmerking komt voor deelname aan de verrijkingsklas. 4,4,2, Bovenschoolse verrijkingsklassen Kinderen, vanaf groep 3, kunnen voor de verrijkingsklas in aanmerking komen als zij een IQ van 130 of meer hebben dat is vastgesteld in een intelligentieonderzoek. In de verrijkingsklas krijgen de kinderen kansen om te leren op hun persoonlijke uitdagingniveau. Ze doen succeservaringen op. Ze bouwen eigenwaarde op door iets succesvol te volbrengen waarvan ze aannamen dat het moeilijk zou zijn. Dat doen ze door in projecten te werken. Ontdekkend en onderzoekend leren staat centraal. De projecten monden uit in een presentatie voor hun ouders en belangstellenden. De kinderen krijgen ook Spaanse les en technieklessen. Tevens is er veel gevarieerd verrijkingsmateriaal aanwezig. De sociaal-emotionele ontwikkeling neemt een belangrijke plaats in. Ze spelen het spel Kwink, (ontwikkeld voor hoogbegaafde kinderen) en filosoferen samen. Natuurlijk is er ook ruimte voor creativiteit. Ook de ontmoeting met ontwikkelingsgelijken is van groot belang;ze worden herkend en erkend! De kinderen komen één dagdeel per week bij elkaar in een voor hen speciaal ingerichte klas op basisschool De Werft of basisschool De Griffioen. De groep bestaat uit maximaal 15 leerlingen en er is een onderverdeling gemaakt tussen leerlingen uit de groepen 3, 4 en 5 en leerlingen uit de groepen 6, 7 en 8.
4,4,3,Online kenniscentrum voor scholen en ouders (http://eureka.inos.nl) De website van Eureka! biedt een kenniscentrum voor ouders en scholen. Hierop is een schat aan actuele informatie te vinden over hoogbegaafdheid. Daarnaast biedt de website forums waarop ouders, scholen en leerlingen met elkaar in contact kunnen komen. 35
4.4.4 Eureka! Mobiel en Kleuterbegeleiding Eureka!Mobiel ondersteunt en adviseert de leerkrachten van de kinderen die de verrijkingsklas bezoeken, in de eigen onderwijssituatie. Zij helpt de scholen bij het opstellen van handelings- en beleidsplannen en geeft adviezen ten aanzien van het aanpassen van het curriculum voor (meer- en) hoogbegaafde leerlingen. De Kleuterbegeleiding van Eureka! ondersteunt en begeleidt de leerkrachten van kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong op de scholen van INOS. 4.4.5. Voorlichting aan o.a. schoolteams, op landelijke conferenties en aan ouders Met enige regelmaat worden voorlichtingsbijeenkomsten voor verschillende doelgroepen verzorgd. Ook wordt Eureka! geregeld uitgenodigd haar kennis en ervaring buiten INOS te presenteren. 4.4.6.Coordineren van een Professionele Leergemeenschap Hoogbegaafdheid INOS-breed Om ervoor te zorgen dat de specifieke vakkennis over hoogbegaafdheid breed wordt gedeeld tussen leerkrachten en INOS, begeleidt Eureka een INOS-brede leergemeenschap op dit gebied. Mocht u meer willen weten over het project of vragen hebben, kunt u zich wenden tot de IB-er van de school of Sandra Spruyt, onze collega specialist op het gebied van hoogbegaafdheid. Het beleidsplan Hoogbegaafdheid kunt U vinden op de website.
36
4.5
VEILIGHEIDSBELEID OP DE SCHOLEN VAN INOS
In scholen zijn veel mensen actief. Daarom dient de aandacht voor veiligheid hoog op de agenda te staan. Er is sprake van een aantal wettelijke kaders die scholen (en schoolbesturen) voorschrijven veiligheidsbeleid te voeren. Denk hierbij aan de Wet Primair Onderwijs en de Arbowet. Deze wetgeving stelt kaders aan zowel de fysieke veiligheid in een gebouw als aan de sociale veiligheid van kinderen en volwassenen die met elkaar leren en werken. Met behulp van de ‘checklist voor een veilige school’ van het landelijke kwaliteitsteam veiligheid is het INOS-brede veiligheidsbeleid geformuleerd. Daardoor is er sprake van een heldere taakverdeling tussen wat de individuele scholen doen op het gebied van veiligheid en wat op bestuursniveau voor de gezamenlijke scholen van INOS wordt gedaan. Enkele relevante elementen uit het INOS-brede veiligheidsbeleid: Voldoende, geschoolde bedrijfshulpverleners op scholen; Een medezeggenschapsraad op elke school; Een klachtenregeling; Een door de brandweer afgegeven gebruiksvergunning voor elk schoolgebouw; Een actief netwerk met maatschappelijke zorginstellingen rondom de school; Alle INOS-scholen zijn aangesloten bij het signaleringssysteem Zorg voor Jeugd. In dit systeem kan melding worden gedaan van zorgen om de leef- en leersituatie van een kind. In het geval dat meerdere hulpverleningsinstanties actief zijn in 1 gezin, wordt door dit signaleringssysteem een regievoerder van de gezamenlijke hulpverlening aangewezen. (voor meer informatie: www.zorgvoorjeugd.nu) Een gedragscode voor alle bij INOS betrokken personen; Een meldcode voor signalering van Huiselijk Geweld en Kindermishandeling; Alle medewerkers hebben een Verklaring Omtrent het Gedrag; Het gebruik van een methode voor Sociaal Emotionele Ontwikkeling op alle scholen; Een gestructureerd plan voor onderhoud van schoolgebouwen op het gebied van veiligheid; Het stimuleren van het verkeersveiligheidslabel voor scholen. De scholen vullen deze INOS-brede activiteiten aan op een manier die past bij de eigen specifieke situatie. Daarbij is de Medezeggenschapsraad de gesprekspartner van de directie van de school. 37
Schoolspecifiek: Een keer per jaar worden alle knelpunten op papier gezet. Het ontruimingsplan wordt tweemaal per jaar uitgetest. aangekondigd en één keer per jaar onaangekondigd.
Één keer per jaar
De zorg voor de gezondheid van de jeugd wordt uitgevoerd door de afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD. Als je het woord GGD hoort denken de meeste mensen meteen aan de jeugdarts. Iedereen is daar vroeger zelf naar toe geweest en misschien hebt u samen met uw kind ook al kennis gemaakt met de jeugdarts. Maar de GGD doet ook een heleboel dingen die minder bekend zijn bij de mensen. Daarom lijkt het ons een goed idee om eens wat meer te vertellen over de activiteiten die voor kinderen, scholen en ouders plaatsvinden. Elk kind dat op school zit wordt een aantal keren gezien door iemand van de afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD. Op deze afdeling werken jeugdartsen,jeugdverpleegkundigen,assistentes,logopedisten, gezondheidsvoorlichters en administratieve krachten. Als u vragen of zorgen hebt over uw kind kunt u ook zelf om een onderzoek vragen. Het is goed te weten dat de GGD zorgvuldig omgaat met de gegevens van uw kind. Alle informatie wordt vertrouwelijk behandeld en alleen met uw toestemming besproken met andere personen of instellingen. Daarnaast wordt de school ondersteund bij het opzetten van een beleid op het gebied van de gezondheid van de leerlingen; het schoolgezondheidsbeleid. In dit kader vinden heel veel activiteiten plaats, zoals bijvoorbeeld het geven van voorlichting aan de kinderen over voeding, pesten, hygiëne en allerlei andere gezondheidsonderwerpen.
38
Voor de leerkrachten worden bijeenkomsten georganiseerd over een bepaald gezondheidsthema en de mogelijkheid bestaat om de cursus 'Opvang van ongevallen' te volgen. Deze cursus voorziet in een basiskennis op het gebied van EHBO zodat iedereen op school weet wat er gedaan moet worden bij kleine en eventueel grotere ongelukken. Om de school te helpen bij het werken aan gezondheid heeft de GGD een uitgebreide collectie lesmaterialen verzameld. Al deze materialen kunnen geleend worden om daar in de klassen mee te werken. Artikeltjes voor de schoolkrant, misschien hebt u ze wel eens gelezen, worden regelmatig geschreven en aangeboden aan de scholen. En natuurlijk vergeet de GGD ook de ouders niet.
Ouders en kinderen kunnen informatie over allerlei gezondheidsonderwerpen in de vorm van een folder of brochure krijgen bij het INFO-centrum in Breda, tel. 076 -5282276 of bij de Gezondheidswijzer in Bergen op Zoom, tel. 0164-287415.
Al enige tijd wordt de controle op hoofdluis uitgevoerd door een werkgroep, bestaande uit ouders en personeel. U krijgt van tevoren te horen op welke dag er gecontroleerd wordt. Indien er bij uw kind hoofdluis aangetroffen wordt, krijgt u daarover bericht.
39
Verder zijn er op school BHV-ers aangesteld. De BHV-ers hebben o.a. als taken: Inspectie van het schoolgebouw organiseren en de resultaten verwerken Huisregels van de school inventariseren, bespreken met het team Ontruimingsoefening coördineren, evalueren, ontruimingsplan zonodig bijstellen Veiligheidsverslag maken en presenteren Bijhouden van risico’s en ongelukken.
40
5
DE RESULTATEN VAN ONS ONDERWIJS
In hoofdstuk 4 hebt u kunnen lezen, hoe wij de resultaten van de leerlingen door de hele school volgen. Men kan zich de vraag stellen, wat al onze zorg voor uw kind in acht jaar oplevert. Om daar een juist antwoord op te kunnen geven, zouden we van elk kind in groep 1 het beginniveau moeten bepalen en dat vergelijken met de resultaten van de Eindtoets Basisonderwijs. Maar toetsen om het instapniveau bij kleuters te bepalen, zijn er (nog) niet. Bovendien twijfelen vrijwel alle deskundigen op dit terrein aan de betrouwbaarheid van dit soort toetsen bij kleuters. Al met al moeten we hier volstaan met een paar constateringen:
Wij zijn tevreden over de uitstroom naar het voortgezet onderwijs. De meeste leerlingen komen terecht op een scholengemeenschap voor (VMBO-) HAVO - VWO. Een klein aantal gaat naar het VMBO en naar het Stedelijk Gymnasium.
Wij volgen onze oud-leerlingen gedurende een aantal jaren en kunnen vaststellen, dat de meeste op de juiste school terecht zijn gekomen. Soms gaat het echter fout, maar daarbij spelen vaak andere factoren dan capaciteiten een rol.
Kinderen die - bijvoorbeeld door verhuizing - de school verlaten, ondervinden vrijwel nooit leerproblemen op de nieuwe school. Tenzij er natuurlijk al sprake was van problemen.
In vergelijking met de andere basisscholen in Nederland scoren wij bij de Eindtoets Basisonderwijs voldoende tot goed.
We gaan ervan uit dat dit niet alleen een gevolg is van de samenstelling van de schoolbevolking, maar ook te danken is aan ónze inspanningen.
41
6
HET TEAM VAN DE BURCHTGAARDE
6.1
WIE WERKEN ER OP ONZE SCHOOL ?
de directeur De Burchtgaarde wordt geleid door een directeur.
de teamcoördinator Deze leerkracht met bijzondere taken bewaakt vooral de kwaliteit van het onderwijsproces en helpt de directeur met de beheerstaken.
de secretaresse Is vooral belast met administratieve- en beheerstaken.
de groepsleerkrachten Elke groep heeft een vaste groepsleerkracht. Soms delen twee leerkrachten de zorg voor een groep. Uiteraard is het lesgeven en de begeleiding van de leerlingen de hoofdtaak van de groepsleerkracht. Hij zal echter ook een aantal taken moeten uitvoeren die voor de hele school van belang zijn. Zo zal bijvoorbeeld de één zijn collega’s helpen bij het computeronderwijs, een tweede de organisatie van het carnavalsfeest op zich nemen en weer een ander de buitenschoolse activiteiten coördineren. Er kan ook een uitwisseling van groepsleerkrachten onder schooltijd plaatsvinden: een leerkracht geeft een bepaalde les in de klas van zijn collega. Op die manier kan men profiteren van elkaars sterke kanten.
de remedial teacher / intern begeleider In hoofdstuk 4 leest u meer over de remedial teaching op onze school.
de conciërge De conciërge verricht allerlei huishoudelijke werkzaamheden, verzorgt het kopieerwerk en knapt kleine klusjes op.
stagiaires Studenten van diverse opleidingen kunnen een stageperiode doorbrengen op onze school. De leerkracht blijft te allen tijde verantwoordelijk voor zijn groep.
42
6.2
AFWEZIGHEID EN VERVANGING
MATCHPOINT: PERSONELE VERVANGINGEN OP DE SCHOLEN VAN INOS
Op onze school wordt vervanging van de groepsleerkrachten en waar mogelijk ook andere functies, geregeld door “Matchpoint”. Daar wordt een “match”gemaakt tussen een tijdelijke (vervangings)vacature en een competente en enthousiaste waarnemer. Als een medewerker ziek wordt of verlof heeft, kan de school digitaal een aanvraag voor vervanging melden bij Matchpoint. De planners zoeken daar dan een passende waarnemer bij, die kan zorgen dat het onderwijsproces van uw kind zo ononderbroken mogelijk doorgang vindt. Matchpoint is ook “de poort tot werken bij INOS”. Goede vervangers kunnen bij gebleken geschiktheid doorstromen naar een passende functie op een van de INOS-scholen. Mocht u mensen kennen die de juiste opleiding hebben en die belangstelling hebben om bij INOS aan het werk te gaan, dan kunt u altijd contact (laten) opnemen met Matchpoint via
[email protected] of 076 5611688. Matchpoint wordt georganiseerd vanuit het bestuursbureau van INOS, Haagweg 1 in Breda.
Leerkrachten hebben soms recht op compensatieverlof. Sommige groepsleerkrachten hebben één of meer vrije dagen per maand, andere collega’s zijn regelmatig een ochtend of middag vrij. Bij afwezigheid in het kader van compensatieverlof is er zoveel mogelijk een vaste vervanger per klas. 43
7
DE OUDERS EN DE SCHOOL
We vinden het van groot belang, dat ouders daadwerkelijk betrokken worden bij onze school. Van elkaar moeten we weten waarmee we bezig zijn en een aantal dingen moeten we gezamenlijk aanpakken. De samenwerking tussen school en ouders krijgt op verschillende manieren vorm. 7.1
DE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD
In de medezeggenschapsraad(MR) zitten zowel ouders als leerkrachten. De leden worden gekozen voor een periode van vier jaar. De raad heeft advies- of instemmingsrecht ten aanzien van allerlei schoolse zaken, zoals schooltijden en begroting van de school. De vergaderingen van de MR zijn openbaar. Het verslag van de MR kunt u lezen op onze website. Over de samenstelling van de medezeggenschapsraad informeren wij u in onze nieuwsbrief. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) houdt zich bezig met alle bovenschoolse zaken van de stichting INOS.
44
7.2
DE OUDERRAAD
Wat doet de ouderraad op school?
De leden van het bestuur van de ouderraad organiseren samen met mensen van het team voor de kinderen een aantal festiviteiten op school. Het sinterklaasfeest, het kerstfeest, carnaval, Pasen, het schoolreisje en de Burchtgaardedag zijn enkele voorbeelden hiervan.
Wat is de organisatievorm van de ouderraad van basisschool de Burchtgaarde?
De ouderraad van basisschool De Burchtgaarde is een vereniging.
Wie zijn er lid van deze vereniging?
Alle ouders en verzorgers die hun kind inschrijven en vervolgens plaatsen op onze school zijn automatisch lid van de vereniging: Ouderraad De Burchtgaarde.
Hoe heeft deze vereniging zich georganiseerd? Eén keer per jaar worden alle ouders uitgenodigd voor de Algemene Ledenvergadering. Op deze A.L.V. wordt het bestuur van de vereniging gekozen. Alle ouders en verzorgers kunnen zich opgeven voor het bestuur van de ouderraad, indien er vacatures bestaan. Het bestuur mag uit 15 mensen bestaan. Elk bestuurslid wordt voor een periode van 2 jaar benoemd. Dan treden zij af, maar zijn meteen herkiesbaar. Dit bestuur kiest zelf uit zijn midden zijn voorzitter, secretaris en penningmeester. Waarom is er voor de vereniging als rechtsvorm gekozen?
Er is bewust voor een vereniging als rechtsvorm gekozen, omdat dit een democratische rechtsvorm is. Eén keer per jaar kunt u nl. meebesluiten over: o De hoogte van de ouderbijdrage,(dit schooljaar € 23,50 per leerling). o De besteding van de ouderraadgelden: Het financieel jaarverslag. De begroting. De vereniging: “Ouderraad De Burchtgaarde” staat geregistreerd bij de Kamer van Koophandel en de statuten zijn vastgelegd door de notaris.
45
7.3
KLASSENOUDERS
Voor elke groep is een klassenouder aangewezen. Als er in een bepaalde groep een activiteit plaatsvindt (bijvoorbeeld een excursie), neemt de leerkracht contact op met deze ouder. Deze zal ouders benaderen om daarbij te assisteren. De klassenouder is er dus niet voor het bespreken van eventuele problemen. Hiervoor moet u uiteraard bij de groepsleerkracht zijn.
7.4
HULPOUDERS
Bijna dagelijks zijn er op onze school ouders te vinden die daar werken in het belang van ons allemaal: in de bibliotheek, tijdens het groepslezen, bij excursies, voor het opknappen van klusjes, bij het instuderen van een musical etc. Zij werken altijd onder verantwoordelijkheid van de school. De school heeft voor deze ouders een WA-verzekering afgesloten.
46
7.5
HET OVERLEG TUSSEN SCHOOL EN OUDERS
In het begin van het jaar worden de ouders uitgenodigd voor een informatieavond. De leerlingen mogen daar bij zijn. De methodes en schriften van leerlingen zijn in te zien en U kunt ondertussen vragen stellen aan de groepsleerkracht. U krijgt ook schriftelijke informatie mee over het reilen en zeilen in de groep. De leerlingen van groep 1 en 2 krijgen in januari en juni een rapport.In de groepen 3 t/m 8 krijgen de leerlingen drie keer per jaar een rapport. Mede naar aanleiding hiervan zijn er oudergesprekken gepland voor alle groepen. Met de ouders van de leerlingen uit groep 8 worden adviesgesprekken gevoerd over de keuze van voortgezet onderwijs. Maar... natuurlijk bent u ook buiten deze geplande momenten welkom op school. Maakt u dan van tevoren wel even een afspraak? 7.5.1
Informatieverstrekking aan gescheiden ouders
Indien de ouders van een leerling gescheiden zijn, is het belangrijk dat er duidelijkheid is over de manier waarop de communicatie en consultatie over de vorderingen van de leerling verloopt. De school heeft daarom een protocol ontwikkeld over hoe we met deze regels omgaan. De school volgt de wettelijke regels met betrekking tot de informatieplicht naar gescheiden ouders. Dat betekent dat de school ervan uitgaat dat ouders die beiden het ouderlijk gezag verkregen hebben elkaar informeren met betrekking tot zaken rondom hun zoon of dochter. Beide ouders zijn dan ook gezamenlijk welkom bij de ouderavonden en bij de oudergesprekken. In overleg met de directeur kan daarvan worden afgeweken. Verdere informatie vindt u in het protocol dat via de administratie van de school te verkrijgen is. 7.6
INFORMATIEVERSTREKKING
Regelmatig geven wij een nieuwsbrief uit met informatie over allerlei schoolse zaken. Ook ouderraad en medezeggenschapsraad kunnen hierin berichten plaatsen. De informatiebron bij uitstek is onze website. Soms komen er op onze site en in onze digitale nieuwsbrief foto’s te staan van onze kinderen. Alle ouders/verzorgers krijgen eenmalig de gelegenheid schriftelijk aan te geven of zij wel of niet akkoord gaan met gebruik van de foto’s in onze nieuwsbrief en/of op onze schoolsite. Daarnaast ontvangt u aan het begin van het schooljaar onze jaarkalender. Het meegeven van losse briefjes wordt tot een minimum beperkt. De Burchtgaarde geeft ook enkele keren per jaar een schoolkrant uit. Hierin wordt door de leerlingen geschreven. Ook kunt u natuurlijk kijken op onze schoolsite: www.burchtgaarde.nl. 47
7.7
Klachtenregeling
Hebt u een klacht? Op scholen werken mensen. Waar mensen werken, gaat wel eens wat mis. Dat willen we graag oplossen en we willen daarvan leren. Er zijn afspraken gemaakt over de manier waarop we op school omgaan met een klacht. Deze afspraken zijn vastgelegd in de Klachtenregeling INOS die op school aanwezig is. In het kort zijn er de volgende mogelijkheden: 1) Eerst een gesprek met de betrokken leerkracht of de betrokken medewerker. Een goed gesprek kan veel problemen oplossen. Bespreek het probleem. Vertel wat u zelf hebt gedaan om het probleem op te lossen. Vertel ook wat u van de leerkracht (of medewerker) verwacht. In de meeste gevallen lukt het om er samen uit te komen.
48
2) De directeur van de school Als het niet lukt om een goede oplossing te vinden, kunt u praten met de directeur van de school. Hij (of zij) is verantwoordelijk voor de school. De directeur kan een beslissing nemen in een conflict. Op deze school is Renè Rijpert de directeur. 3) De school heeft een schoolvertrouwenspersoon Elke school van INOS heeft een schoolvertrouwenspersoon. Als u dat wilt, kan de schoolvertrouwenspersoon meedenken in het oplossen van een klacht. Het is meestal een leerkracht die de regels goed kent. Hij (of zij) kan u helpen in het zoeken van een manier om uw klacht te bespreken. Op deze school zijn de vertrouwenspersonen: Esther van Gent en Nico Hermus. 4) Het College van Bestuur Als het op school niet lukt om een goede oplossing te vinden (ook niet met de directeur), kunt u een brief sturen aan het College van Bestuur van INOS (Postbus 3513, 4800 DM Breda). In die brief vertelt u wat uw klacht is en wat u al hebt gedaan om de klacht op te lossen. Het College van Bestuur kan een gesprek met u aangaan. Ook kan het College van Bestuur de interne klachtencommissie van INOS vragen een advies te geven over de klacht. Het College van Bestuur neemt een beslissing. 5) De landelijke klachtencommissie Als het helemaal niet lukt om tot een goede oplossing te komen, kunt u een brief sturen aan de landelijke klachtencommissie katholiek onderwijs (Postbus 82324, 2508 EH Den Haag). Hoe dat moet, staat beschreven in de klachtenregeling. Het staat ook beschreven op de gezamenlijke website van de geschillencommissie in het bijzonder onderwijs ( www.gcbo.nl) . Zijn er nog meer mogelijkheden om uw klacht te bespreken? Er zijn nog een paar extra mogelijkheden om uw klacht te bespreken. De medezeggenschapsraad of oudervereniging De medezeggenschapsraad, of oudervereniging bespreekt geen klachten over personen. Klachten over het beleid van de school kunnen wel worden besproken. De externe vertrouwenspersoon INOS heeft ook een vertrouwenspersoon die niet op een school werkt. Dit is de heer Toine van Dorst van de Arbo-Unie (06-52501975). Hij heeft een beroepsgeheim. Dat is belangrijk als u met iemand in vertrouwen wilt praten over erg moeilijke persoonlijke situaties.
49
De inspectie van het onderwijs U kunt uw klacht ook melden bij de inspectie van het onderwijs (Postbus 7447, 4800 GK Breda, of: 076-5244477, of www.onderwijsinspectie.nl). De inspectie geeft een signaal af aan de school, maar lost de klacht niet op. Daarvoor moet u echt in gesprek gaan met de school zelf.
Zijn er bijzondere afspraken bij (seksuele) intimidatie, (seksueel) misbruik en geweld? Als een klacht te maken heeft met (seksuele) intimidatie, misbruik, of geweld, kunt u daarvoor de gewone klachtenprocedure doorlopen. Let erop dat alle INOS-medewerkers verplicht zijn aangifte te doen bij de politie in dit soort situaties. Als u een klacht over intimidatie, misbruik of geweld wilt bespreken, maar (nog) geen aangifte wilt doen, kunt u contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon (de heer Toine van Dorst van de Arbo-Unie: 06-52501975) of de vertrouwensinspecteur van de inspectie van het onderwijs (0900-1113111). Wel zullen deze mensen u vragen zelf aangifte te doen bij de politie.
Als kinderen ergens mee zitten … Kinderen kunnen met vragen en problemen zitten die ze niet thuis, of met de eigen leerkracht kunnen (of willen) bespreken. In die gevallen kunnen zij terecht bij de schoolvertrouwenspersoon (op onze school zijn dat Esther van Gent en Nico Hermus). De schoolvertrouwenspersoon informeert de ouders over het gesprek en bespreekt eventuele vervolgstappen
.
50
. 8
DE BURCHTGAARDE: SCHOOL IN BEWEGING
8.1
WAT HEBBEN WE GEDAAN ?
In de voorgaande hoofdstukken hebt u kunnen lezen, dat wij op De Burchtgaarde niet stil hebben gezeten. We zetten de belangrijkste ontwikkelingen van de laatste jaren op een rij. We hebben het dyslexieprotocol t/m groep 8 ingevoerd We hebben een protocol hoogbegaafdheid voor groep 1 tm 8 ingevoerd. We hebben nieuw verrijkingsmateriaal aangeschaft. In alle groepen worden Engelse lessen gegeven door een native-speaker. We hebben de dag van de internationalisering gevierd. We hebben nieuwe methodes voor gymnastiek en natuurkunde gekozen. We hebben nieuwe materialen voor zelfstandig werken aangeschaft. We hebben de speelplaatsen verfraaid. Het gebouw is verfraaid. (nieuwe toiletten / zonwering / meubilair) We hebben een systeem voor kwaliteitszorg ingevoerd. En nog heel veel meer.
51
8.2
ALLE VOORDELEN OP EEN RIJTJE:
Wij zijn trots op onze school. Hieronder vertellen we u waarom: 1.
Op onze kleine school heerst een warme sfeer en geven we veel persoonlijke aandacht.
2.
Goed onderwijs De inspectie oordeelt dat onze school “beschikt over alle kenmerken die de kern van goed basisonderwijs vormen.”
3.
Goede onderwijsresultaten De inspectie: “Opvallend zijn jaar in jaar uit de gemiddelde resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool.”
4.
Goede zorg voor kinderen die extra hulp nodig hebben De inspectie vindt dat de zorg “zonder meer planmatig wordt uitgevoerd.”
5.
Extra zorg voor meer- en hoogbegaafde kinderen Onze school participeert in het Expertisecentrum hoogbegaafdheid van INOS. Wij traceren en begeleiden hoogbegaafde kinderen en beschikken over een Kennisbank en een beleidsplan Hoogbegaafdheid op schoolniveau.
6.
Vroeg Vreemde Talen Onderwijs (VVTO) Om te profiteren van de taalgevoelige leeftijd van jonge kinderen geven wij Engels vanaf groep 1. Recente wetenschappelijke onderzoeken hebben uitgewezen dat de effecten hiervan zeer positief zijn.
7.
Moderne leer- en hulpmiddelen Wij maken gebruik van de modernste methodes, computers en digiborden.
8.
Onderwijs op maat In ons onderwijs houden wij nadrukkelijk rekening met de verschillen tussen kinderen.
9.
Digitale speelplaats Op onze digitale speelplaats worden de kinderen door computers uitgedaagd tot meer bewegen en leren.
10. Modern en gerenoveerd schoolgebouw 11. Alle soorten kinderopvang in eigen huis 12. Veel extra activiteiten onder en na schooltijd
52
9.
TOT SLOT
Deze gids bevat heel veel informatie, maar toch zult u dingen willen weten die hierin niet vermeld staan. Aarzel in zo’n geval niet even bij de groepsleerkracht of de directeur langs te komen! Laten we met zijn allen aan de groei en bloei van onze school werken, opdat we met trots kunnen zeggen: De Burchtgaarde: School in beweging!
Burchtgaarde lied: Burchtgaarde, Burchtgaarde; Heeft voor ons een grote waarde. Fijne school, veel plezier; Daarom zijn we hier !
53
PLATTEGROND
54
55