VOORSTEL AAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS Van:
D. Storm
Datum: 23 februari 2015
Tel nr: 8348
Nummer: 15A.00209
Team: Ruimtelijk beleid en
projecten Tekenstukken: Nee Afschrift aan:
Bijlagen:
1
Jan Zwaneveld, Frank Frijlink, Carla Vermeend, Fija Kers
N.a.v. (evt. briefnrs.): Onderwerp: Ontwerpbeschikking Wet bodembescherming over
bodemverontreiniging voormalig Den Oudsten terrein Utrechtse straatweg 112a in Woerden
Advies: Instemmen met de bijgevoegde zienswijze op de ontwerpbeschikking over de bodemverontreiniging. De Omgevingsdienst mandateren de zienswijze te versturen.
Begrotingsconsequenties B . e n W. d . d . :
Portefeuillehouder: wethouder Schreurs
NEE
Inl ei din g: Op de locatie van het bronperceel van bussenfabriek Den Oudsten terrein aan de Utrechtsestraatweg 112a in Woerden is in het verleden een bodemverontreiniging ontstaan. Er is mogelijk sprake van twee bronlocaties met VOCL (vluchtige organochloorverbindingen). In het verleden is oplosmiddel Tri gebruikt. Op 15 december 2014 is een saneringsplan ter beoordeling voorgelegd aan het bevoegd gezag de provincie Utrecht vertegenwoordigd door de RUD-Utrecht. De RUD-Utrecht heeft op 26 januari 2015 een ontwerpbeschikking ernst, spoed en saneringsplan vastgesteld (UT063200071). Deze beschikking vervangt de beschikking uit het jaar 2000. Met de beschikking wordt vastgelegd dat uiterlijk binnen twee jaar na inwerkingtreding met saneren moet zijn gestart. Hieraan voorafgaand moet binnen 6 maanden na in werking treden van de beschikking een uitvoeringsplan wordt voorgelegd aan het bevoegd gezag. Binnen deze 6 maanden dient sloop van de opstallen plaats te vinden en aanvullend onderzoek uitgevoerd te zijn. In de grond is een verontreinigingskern aanwezig waarbij tot 10 meter onder het maaiveld sterk verhoogde gehalten aan VOCL zijn aangetoond. In de kern worden zaklagen met puur product niet uitgesloten. Niet uitgesloten is dat de bronzone zich ook buiten de voormalige bedrijfslocatie bevindt. De grondwaterverontreiniging is perceelsgrensoverschrijdend en heeft een omvang van minstens 1 miljoen m3 (tot 52 meter diep en een reikwijdte van 260 meter). De grondwaterverontreiniging reikt in zuidelijke richting tot onder de R. de Jagerschool. Uit de uitgevoerde risicobeoordeling blijkt dat de aangetroffen verontreinigingen geen onaanvaardbare ULVLFR¶VRSOHYHUWYRRUPHQVSODQWRIGLHU(ULVJHHQJHYDDUYRor uitdamping van de verontreiniging naar de binnenlucht. Vanwege de omvang is wel sprake van onbeheersbare verspreiding. Dit laatste betekent dat de locatie met spoed moet worden gesaneerd. Met de sanering is het doel om de onverzadigde zone tot 2 meter diepte te saneren tot de tussenwaarde dan wel kwaliteitsklasse wonen. Voor het gebiedsdeel wat binnen de vastgelegde definitie van bronzone valt wordt van 2 tot 30 meter diepte 95% van de vracht verwijderd en voor de pluim moet worden aangetoond dat een stabiele eindsituatie optreedt. Na sanering is de bodem geschikt voor het toekomstige gebruik voor de IXQFWLH³ZRQHQPHWWXLQ´HQ³EHERXZLQJHQYHUKDUGLQJ´ Met dit voorstel wordt op de nu voorliggende instemmingsprocedure een zienswijze ingediend. Doel van het indienen van deze zienswijze is om te bereiken dat een goede saneringsdoelstelling wordt vastgelegd en dat voldoende duidelijkheid wordt verkregen over het verdere saneringsproces, -aanpak en communicatie omtrent de sanering.
De b ev oeg dh eid v an het co ll eg e ko mt v o o rt uit d e v ol ge nd e w e t - e n/of re ge lg ev ing: He t c o l le g e is b e v oe g d om a ls be l a ng h eb b e nd e e e n zi e ns wi j ze in te d i e ne n o p e en on t wer p bes c h ik k ing o p gr o nd va n d e W et bo d em bes c h er m i ng .
Beo ogd ef fe ct: Het doel van de zienswijze is het vastleggen van een robuuste saneringsdoelstelling, zodat het verspreidingsrisico wordt weggenomen. Daarmee wordt voorkomen dat de gemeente met meer belemmeringen in het gebruik van grondwater te maken krijgt dan op dit moment het geval is. Bereiken van een goede gemeentelijke betrokkenheid bij het saneringsproces, zodat voor de herontwikkeling van het Den Oudsten terrein duidelijk is of en welke aanvullende afspraken moeten worden vastgelegd in een ontwikkelingsovereenkomst. Bereiken van voldoende draagvlak bij omwonenden voor de sanerinig wat eveneens bijdraagt aan een positieve herontwikkeling van het Den Oudsten terrein.
Ar g um ent en: 1.1 Met het indienen van een zienswijze wordt duidelijk gemaakt dat een robuustere saneringsdoelstelling nodig is. Uit het ontwerpbesluit blijkt dat 95% vrachtverwijdering in de bronzone als voldoende wordt gezien om het verspreidingsrisico weg te nemen. In de zienswijze worden argumenten aangedragen dat met deze doelstelling nog een zodanige verontreiniging achter kan blijven dat het verspreidingsrisico niet wordt weggenomen en een stabiele eindsituatie niet haalbaar is. 1.2 Met de zienswijze wordt duidelijkheid gevraagd over de voorgenomen aanpak. ,QKHWVDQHULQJVSODQ]LMQIRUPXOHULQJHQRSJHQRPHQDOV³YRRUJHVWHOGZRUGWRP´'HUJHOLMNHIRUPXOHULQJHQ maken niet duidelijk of dat hetgeen voorgesteld wordt daadwerkelijk uitgevoerd wordt. Met de zienswijze wordt duidelijkheid gevraagd, omdat dit voor belangrijke saneringsstappen van belang is of die nu wel of niet worden uitgevoerd. 1.3 Met de zienswijze wordt ingezet op een goed saneringsproces met daarbij een goede communicatieve insteek. Het ontwerpbesluit heeft betrekking op een complexe sanering waarbij de verontreinigingssituatie nog niet goed in beeld is en waarbij de saneringsaanpak slechts op hoofdlijnen is uitgewerkt. In dit stadium is dan ook nog niet duidelijk welke concrete saneringsmaatregelen er worden getroffen en hoeveel tijd (nu ingeschat op 5 jaar) nodig is voor de sanering. Daarom is het proces en de communicatie over de sanering belangrijk, met name omdat er geen verdere inspraakmogelijkheden zijn voor de saneringsaanpak. Daarnaast wordt het terrein door de saneerder herontwikkeld voor onder andere woningbouw. Door een goed saneringsproces en communicatie wordt onder andere duidelijk welke nadere afspraken over de sanering moeten worden vastgelegd in een te sluiten ontwikkelingsovereenkomst met Burgland Projectontwikkeling. Daarnaast draagt een goede communicatie en dialoog met omwonenden bij aan voldoende draagvlak voor een goede herontwikkeling van het terrein.
Kan tte k eni ng: Door het indienen van een zienswijze bestaat de kans op vertraging in de afgifte van de definitieve beschikking en is er een kans op bezwaar en beroep waardoor de uiteindelijke sanering vertraging op kan lopen. Met name de vraag om een robuuste saneringsdoelstelling kan voor vertraging zorgen, omdat een robuuste saneringsdoelstelling gevolgen kan hebben voor de saneringsaanpak, duur en hoogte van de saneringskosten. Er is ook een kans dat het saneringsplan zodanig moet worden aangepast dat het beschikkingstraject opnieuw moet worden doorlopen.
Fin an ci ën: niet van toepassing
Uitv o er ing : De Omgevingsdienst zal de verdere ontwikkelingen over de op te stellen plannen van aanpak blijven volgen, deze inhoudelijk toetsen op mogelijke gevolgen voor gemeente en omwonenden en daarover contact onderhouden met de gemeentelijk projectleider voor de herontwikkeling van het Den Oudsten terrein.
Com mun ic at ie / Web s ite: Door de RUD-Utrecht is de ontwerpbeschikking verzonden naar alle eigenaren binnen het pluimgebied. Bij de ODRU en gemeente zijn over de beschikking geen vragen of reacties ontvangen over het besluit.
O nde rn em ing s r aad :
S am enh ang m et e e rd er e b es lui tv or min g:
Bij l ag en: CO N C E PT BR I EF A AN DE R UD - UT R EC HT ( 1 5 i. 00 6 01 )
Naam organisatie (zonder aan ervoor) De heer of Mevrouw (zonder tav) Adres Postcode Woonplaats
Utrecht, 17 februari 2015 Uw kenmerk: Ons kenmerk: Behandeld door:
Uw kenmerk: Ons kenmerk Naam medewerker
Onderwerp:
Zienswijze saneringsonderzoek en ±plan Utrechtsestraatweg 112a Woerden
Geachte
,
Op 28 januari 2015 heeft de gemeente Woerden een ontwerpbesluit ontvangen wat is genomen over de ernst, spoed en saneringsplan op de locatie van de voormalige carrosserie fabriek van Den Oudsten aan de Utrechtsestraatweg 112A in Woerden (UT063200071). Namens het college van de gemeente Woerden ontvangt u hierbij de zienswijze op het ontwerpbesluit. Zienswijzen 1. ,QKHWGHHOVDQHULQJVSODQNRPHQIRUPXOHULQJHQYRRUDOV³YRRUJHVWHOGZRUGWRP´'HUJHOLMNH formuleringen maken niet duidelijk of dat hetgeen voorgesteld wordt daadwerkelijk uitgevoerd wordt. De Omgevingsdienst ziet graag duidelijkheid in de beschikking over welke acties nu wel of niet worden uitgevoerd. 2. In het deelsaneringsplan is de doelstelling geformuleerd dat voor de bronzone van 2 tot 30 meter 95% van de vracht VOCL-verontreiniging wordt gesaneerd. De Omgevingsdienst acht deze doelstelling niet voldoende en ziet graag een saneringdoelstelling waarin het aantal kilogrammen product wordt vastgelegd wat in de bodem mag achterblijven. 3. De organisatie van het saneringsproces blijft beperkt tot een opsomming van betrokken instantie en bedrijven. De Omgevingsdienst mist in de organisatieopzet de gemeentelijke betrokkenheid, zeker omdat er gewerkt gaat worden met werkplannen en de saneringsopgave die redelijk complex is 4. In het saneringsplan ontbreekt een communicatieparagraaf.
Toelichting Onderstaand is een puntsgewijze toelichting gegeven op de bovenstaande zienswijze. 1. ,Q³VDQHULQJEURQ]RQHV92&/-2 m-PY ´LVDOVZHUNZLM]HRSJHQRPHQGat wordt voorgesteld RPQDYHUZLMGHULQJYDQGHRSVWDOOHQGHJURQGWHUSODDWVHYDQGHJHVORRSWHSDQGHQVHOHFWLHIµRPWH VSLWWHQ¶RQGHUWRH]LFKWYDQHHQPLOLHXNXQGLJEHJHOHLGHU+HWLVQLHWGXLGHOLMNRIKHWHHQYRRUVWHOEOLMIW of dat dit de daadwerkelijke aanpak is. In de beschikking is duidelijkheid nodig, mede omdat dit een Kwaliteitsdocument, versie 12.0, 13 november 2014
essentiële stap is om mogelijke brongebieden inzichtelijk te krijgen. Het is zelfs het overwegen waard om ook op grotere diepte, na sloop, gericht te zoeken naar mogelijke bronnen, omdat de praktijk uitwijst dat op een diepte van meer dan 3 meter ook een bron aanwezig kan zijn. 2.
Voor een VOCL verontreiniging blijkt het erg moeilijk om voor aanvang van de sanering te bepalen hoeveel vracht er in de bodem aanwezig is. Pas na afloop van de sanering kan bepaald worden hoeveel vracht voor aanvang van de sanering aanwezig was. Deze beperking blijkt niet uit het saneringsplan. Omdat het moeilijk is om voor aanvang van de sanering de hoeveelheid vracht te bepalen kan niet gesteld worden dat met 95% vrachtverwijdering, het verspreidingsrisico wordt weggenomen en er en stabiele eindsituatie behaald wordt. Sanering kan immers resulteren in een forse restverontreiniging. Bijvoorbeeld bij 2000kg aan vracht blijft met 95% verwijdering nog steeds 100 kg in de bodem achter (mogelijk ook als puur product), wat in potentie de pluim aanzienlijker groter kan maken dan de huidige pluim. Op dat moment wordt er geen stabiele eindsituatie bereikt HQ]LMQGHULVLFR¶VYRRUYHUVSUHLGLQJYDQGH92&/-verontreiniging niet opgeheven. Het is de vraag of hiermee zo min mogelijk nazorg en gebruiksbeperkingen worden bereikt. Het is daarom beter om als doelstelling het aantal kilogrammen product vast te leggen dat in de bodem mag achterblijven. In elk geval is een goede onderbouwing nodig van de saneringsdoelstelling.
3. Het terrein wordt herontwikkeld voor woningbouw waarbij met de gemeente onder meer afspraken moeten worden gemaakt over de stedenbouwkundige randvoorwaarden, fasering en inrichting van het openbaar gebied. Wanneer de gemeente direct betrokken is in het overleg voor de uitwerken van de saneringsopgave (bijvoorbeeld met het opstellen van het uitvoeringsplan) wordt duidelijk welke afspraken nodig zijn tussen gemeente en de beschikkinghouder. Het is van belang dat het eindresultaat bevredigend is voor de gemeente. Op basis van het voorliggende plan zijn er teveel onzekerheden om een goed beeld te kunnen krijgen van het eindresultaat en eventuele gevolgen voor de gemeente. Zo heeft het ontwerpbesluit betrekking op een complexe sanering waarbij de verontreinigingssituatie nog niet goed in beeld is en waarbij de saneringsaanpak slechts op hoofdlijnen is uitgewerkt. In dit stadium wordt dan ook nog niet duidelijk welke concrete saneringsmaatregelen er worden getroffen en hoeveel tijd (nu ingeschat op 5 jaar) nu daadwerkelijk nodig is voor de sanering. Omdat er nog maar relatief weinig bekend is wordt het proces en de communicatie over de sanering belangrijker, met name omdat er geen verdere inspraakmogelijkheden meer zijn voor de saneringsaanpak. De gemeente is ook nodig om de benodigde omgevingsvergunningen te verkrijgen waarmee saneringsactiviteiten uit kunnen worden gevoerd. Met een goede gemeentelijke betrokkenheid kan naar verwachting sneller worden geschakeld om de benodigde vergunningen rond te krijgen. 4. Over de communicatie van de sanering naar omwonenden en toekomstige gebruikers van de gesaneerde percelen is niets opgenomen in het saneringsplan. Voor een goed verloop van de sanering en een succesvolle herontwikkeling van het terrein acht de Omgevingsdienst het van belang dat de omgeving, met een goede communicatie, wordt meegenomen in het proces . Dit kan in het saneringsplan goed worden omschreven in een communicatieparagraaf.
Heeft u naar aanleiding van deze brief nog vragen dan kunt u contact opnemen met de heer De Rijk van de Omgevingsdienst regio Utrecht, telefoonnummer (0346) 26 06 57 /
[email protected]
pagina 2/3
Met vriendelijke groet, namens burgemeester en wethouders van gemeente Woerden,
Jacco Post directeur
bijlagen:
benoemen
doc.ref cc intern c.c.
Document1
pagina 3/3