UW PENSIOENBUREAU
Actualiteiten week 24 februari tot en met 3 maart 2015
Kitty Vriend, adviseur bij Montae
Actualiteiten week 24 februari tot en met 2 maart 2015
? ? ? ? ? ? ?
DNB beantwoordt vragen over toetsingen DNB krijgt uit het pensioenveld diverse vragen over de toetsing van bestuursleden en leden RvT. Onderstaand geven wij in het kort de vragen en antwoorden weer die DNB in de laatste nieuwsbrief Pensioenen heeft opgenomen. Mag een kandidaat als bestuurder optreden als de toetsing nog niet is afgerond? Pas nadat DNB heeft ingestemd met de benoeming mag de voorgedragen bestuurder als lid van het bestuur optreden. Aanwezigheid vooraf bij vergaderingen is wel toegestaan mits de kandidaat geen beleidsbepalende bevoegdheden uitoefent. Leidt een antecedent automatisch tot een aftoetsing? Een antecedent leidt niet automatisch tot een aftoetsing. DNB kijkt altijd naar de inhoud en de ernst van een antecedent en hoe zwaar het antecedent weegt in relatie tot de functie. Het is belangrijk dat er openheid wordt betracht over antecedenten. Wordt een kandidaat afgetoetst als hij iets op zijn CV is vergeten? DNB toetst geen personen af op grond van een enkel, onbelangrijk feit. Iemand kan een reden hebben om iets niet te vermelden. Indien echter op een CV belangrijke informatie ontbreekt die relevant is voor de functie is dit een toezichtantecedent. Hier wordt mee omgegaan zoals bij de vorige vraag beschreven.
UW PENSIOENBUREAU
Waaraan moet een kandidaat voldoen om tot de beleggingscommissie toe te kunnen treden? DNB verwacht van kandidaten dat zij:
Goede kennis van beleggen hebben; Deze kennis kunnen toepassen in de context van het fonds; Goed tegenwicht kunnen geven aan vermogensbeheerders.
Moet een kandidaat veel bestuurlijke ervaring hebben? Dat is niet direct een voorwaarde. Het is afhankelijk van de situatie. Een kandidaat dient geschikt te zijn in de context van het fonds (samenstelling van het collectief) en de rol die de bestuurder hierin gaat vervullen. Hoeveel pensioenkennis wordt van een kandidaat verwacht? Basiskennis van pensioenen op de zeven in de Beleidsregel geschiktheid 2012 genoemde aandachtsgebieden is cruciaal. Als het tot een toetsingsgesprek komt moet blijken dat de kandidaat zich in het fonds en de specifieke omstandigheden heeft verdiept.
Risico van belangenverstrengeling Uit het door DNB verrichte onderzoek naar belangenverstrengeling bij pensioenfondsen kwam naar voren dat de beheersing van dit risico voor verbetering vatbaar is. Om fondsen te helpen bij de aanpak van dit niveau heeft DNB het selfassesment, de goodpractices en het beoordelingskader op de website geplaatst. Zie hiervoor de onderstaande links. http://www.toezicht.dnb.nl/7/50-230315.jsp http://www.toezicht.dnb.nl/2/50-232636.jsp DNB verwacht van de sector dat zij hiermee aan de slag gaat. Specifiek aandachtspunt voor het eerste half jaar van 2015 is dat pensioenfondsen beschikken over een risicoanalyse van het risico op belangenverstrengeling dan wel een systematische analyse van alle integriteitsrisico’s.
Alternatieven om rendementen te vergroten In 2014 heeft DNB een onderzoek gedaan of pensioenfondsen gezien de huidige lage rentestand op zoek gegaan zijn naar alternatieven om meer rendement te genereren (“search for yield”). Uit het onderzoek komt naar voren dat op sectorniveau het risicoprofiel niet is vergroot, maar dat bij individuele fondsen er wel sprake is van een duidelijke “search for yield”. Hypotheken en aandelen in opkomende markten zijn de populairste categorieën. In 2015 gaat DNB door met het onderzoeken naar “search for yield”.
UW PENSIOENBUREAU
Kamervragen over pleidooi AFM opt-out verplichte pensioenregeling Staatssecretaris Klijnsma heeft vragen van het Tweede Kamerlid Van Klaveren beantwoord over het pleidooi van de AFM voor een opt-out op de verplichte aanvullende pensioenregeling. Zij geeft aan dat de visie van de AFM aansluit bij de opvattingen die tijdens de Nationale Pensioendialoog zijn geuit door diverse deelnemers aan de bijeenkomsten, namelijk een pleidooi voor meer flexibiliteit bij aanvullende pensioenen en meer aansluiting bij individuele behoeften. In mei 2015 stuurt de staatssecretaris haar hoofdlijnennotitie over de toekomst van het pensioenstelsel. Daar wordt zeker ingegaan op de individuele behoeften die er leven op pensioengebied. Zij benadrukt nog wel dat uit de gesprekken en onderzoeken tijdens de Nationale Pensioendialoog naar voren is gekomen dat verplichte deelneming aan een pensioenregeling wel als een sterk element van ons stelsel wordt gezien.
Wetsvoorstel Algemeen Pensioenfonds (APF) leidt tot vragen Naar aanleiding van het wetsvoorstel APF hebben diverse Kamerleden opmerkingen gegeven en vragen gesteld. De VVD is benieuwd hoe de medezeggenschap nu vormgegeven moet worden. Een APF dat kiest voor een onafhankelijk bestuursmodel moet voor elke collectiviteitskring een belanghebbendenorgaan (BO) optuigen, zo is vermeld in het wetsvoorstel. Volgens de VVD kan dit leiden tot een aanzienlijk aantal BO’s. De VVD vraagt het kabinet om voor verschillende scenario’s te schetsen hoe de medezeggenschap, de overlegstructuur en het besluitvormingsproces eruit ziet. Ook de invulling van het BO roept vragen op. Een van de vragen betreft het feit of een onafhankelijk deskundige deel kan uitmaken van meerdere organen. Ook vraagt de politiek zich af waarom het kabinet gekozen heeft om uiteindelijk alle vijf bestuursmodellen toe te staan bij het APF. Volgens de toezichthouders is het voldoende als een APF kan kiezen uit twee onafhankelijke bestuursvormen. Wanneer staatssecretaris Klijnsma met een inhoudelijke reactie komt is nog niet du idelijk.
Vakbonden zijn negatief over beperking bijbetalingsplicht waardeoverdracht In ons vorige overzicht hebben wij u bericht dat er vanuit de politiek en Pensioenfederatie bezwaren zijn geuit tegen de beperking van de bijbetalingsverplichting bij w aardeoverdracht. Ook grote werkgevers kunnen weigeren om mee te werken aan waardeoverdracht als zij € 15.000 of meer moeten bijbetalen bij verzekerde regelingen. In een brief aan de Tweede Kamer geven ook de gezamenlijke vakbonden aan dat het niet nodig is om ook grote werkgevers te beschermen tegen de hoge bijbetalingen. Het kabinet loopt daarmee vooruit op de fundamentele herziening van waardeoverdracht, maar ontneemt nu deelnemers (onder bepaalde omstandigheden) wel het recht op waardeoverdracht. Ook geeft het kabinet geen gefundeerde onderbouwing voor de beperking. Anders dan bij kleine bedrijven gaat het argument van continuïteit niet op menen de vakbonden.
UW PENSIOENBUREAU
Pensioendatum eerder dan eerste van de maand waarin leeftijd 67 valt Het Tweede Kamer lid Lodders van de VVD heeft aan staatssecretaris Wiebes de vraag gesteld of naar aanleiding van het standpunt van de Belastingdienst de pensioenregelingen die een pensioeningangsdatum hebben van de eerste van de maand waarin de 67 e verjaardag valt moeten worden aangepast. Wiebes heeft dit als volgt beantwoord. De opbouwpercentages die op grond van het Witteveenkader ten hoogste in aanmerking mogen worden genomen zijn gekoppeld aan een pensioenrichtleeftijd van 67 jaar. In een pensioenregeling mag eventueel een e erdere pensioeningangsdatum worden opgenomen maar dat heeft tot gevolg dat de hiervoor genoemde maxima worden herrekend ten opzichte van de wettelijke pensioenrichtleeftijd met inachtneming van algemeen aanvaarde actuariële principes. Pensioenregelingen die het pensioen laten ingaan op de eerste dag van de maand waarin de deelnemer 67 jaar wordt, in combinatie met het aan leeftijd 67 gekoppelde maximum opbouwpercentage van 1,875% dan wel 1,657% moeten derhalve inderdaad worden aangepast ervan uitgaande dat ook voor het overige de fiscale ruimte voor het Witteveenkader volledig is benut. Lodders vraagt vervolgens of de kosten van deze aanpassing wel opwegen tegen het belang van de herrekening. Wiebes antwoordt hierop dat het achterwege laten van de herrekening betekent dat de fiscale ruimte vergroot wordt. Om redenen van eenvoud en doelmatigheid acht hij het achterwege laten van de herrekening tijdelijk aanvaardbaar bij pensioenregelingen die ingaan op de eerste dag van de maand waarin leeftijd 67 valt. Hij keurt dit voor deze gevallen voor twee jaar goed. Deze goedkeuring is tijdelijk en in die twee jaar moeten partijen de pensioenregeling en administratie laten aanpassen. Na deze periode van twee jaar zal de wettelijke voorwaarde van de actuariële herrekenin g bij vervroegde ingang van het pensioen weer volledig gelden.
3 maart stemming in Tweede Kamer over wetsvoorstel Pensioencommunicatie Op 3 maart vindt de stemming plaats in de Tweede Kamer over het wetsvoorstel Pensioencommunicatie. De bepalingen dienen op 1 juli aanstaande in werking te treden. Tijdens de recente behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer bleek dat er geen enkele fractie is die overwegende bezwaren heeft. Klijnsma heeft toegezegd dat zij gaat bekijken of lijfrentes ook ku nnen worden betrokken in het Pensioenregister. Zij beloofde ook te bezien of het Pensioenregister bij het berekenen van toekomstige pensioenrechten ook kan uitgaan van een hogere pensioenleeftijd dan 67 jaar. Ook gaat zij na of het mogelijk is om het werkg eversaandeel in de premies zichtbaar te maken. Klijnsma kijkt tenslotte tevens naar een alternatief voor een centrale “berichtenbox” waarin starbrieven en UPO’s als hard bewijs voor toegezegde pensioenrechten in een beveiligde omgeving kunnen worden bewaard. Omtzigt had aangedrongen op een dergelijke box. Klijnsma vond zijn oplossing echter te duur. Op aandringen van de VVD gaf Klijnsma aan de informatiewebsite Pensioenkijker te optimaliseren en andere overheidsgerelateerde websites te actualiseren.
UW PENSIOENBUREAU
Weerstand tegen wetsvoorstel rol ondernemingsraad bij pensioen Wij hebben u verleden week bericht over het wetsvoorstel dat Klijnsma ter consulatie heeft rondgestuurd. De bedoeling van dit wetsvoorstel is dat de rol van de OR bij de arbeidsvoorwaarde pensioen en de uitvoering daarvan duidelijker wordt. Door pensioenjuristen in de sector wordt dit betwijfeld. Men vindt juist dat het op onderdelen onduidelijker wordt. Het wordt niet helderder of een OR instemmingsrecht heeft of niet. Er zal een wildgroei aan interpretaties ontstaan. Volgens de juristen is het voorstel wat betreft onderscheid naar uitvoerder zeker verbeterd. De moeilijkheid zit echter in de reikwijdte van het instemmingsrecht. De sector zat namelijk te wachten op duidelijkheid of de OR naast de pensioenovereenkomst ook wat te zeggen krijgt over de uitvoeringsovereenkomst. Het voorstel stelt nu dat dit in principe niet het geval is tenzij een besluit de arbeidsvoorwaarde pensioen raakt. Of dit zo is wordt aan de sociale partners overgelaten.
AFM publiceert lijst met veel gestelde vragen De afgelopen periode heeft de visie van de AFM op het pensioenstelsel veel aandacht gekregen vanuit de markt. De AFM heeft daarom besloten een lijst met de meest gestelde vragen over deze visie te publiceren. In onderstaande link treft u de verwijzing aan naar deze vragen. http://www.afm.nl/nlnl/professionals/nieuws/2015/feb/faq-visie-afmpensioenstelsel Mochten er nog andere vragen zijn dan geeft de AFM de mogelijkheid deze te melden bij het Meldpunt Financiële Markten van de AFM.
Het bestemmen van pensioengelden voor zorg en wonen In een eerder overzicht hebben wij u reeds gemeld dat het expertisecentrum Pensioen van de Vrije Universiteit Amsterdam bezig is met een studie over het bestemmen van pensioengelden voor zorg en wonen. Onlangs heeft de VU een eerste uitkomst van dit initiatief gepubliceerd. In onderstaande link treft u deze publicatie aan: http://rechten.vu.nl/nl/Images/2019885_80x%20DEF%20VERSIE%20EPAZ% 205%20febr%20INCLUSIEF%20INHOUDSOPGAVE_tcm22-428924.pdf
UW PENSIOENBUREAU
Reactie Riemen (Pensioenfederatie ) op SER-advies Toekomst Pensioenstelsel Op 27 februari jl. is Gerard Riemen van de Pensioenfederatie tijdens een themamiddag over het SER-advies Toekomst Pensioenstelsel ingegaan op de argumentatie van de SER om de doorsneepremie af te schaffen. Hij is van mening dat de SER alleen de nadelen van de doorsneepremie belicht. Argumenten om de doorsneepremie te handhaven kan hij niet terugvinden. Riemen geeft aan dat hij (nog) geen mening heeft over het afschaffen of handhaven van de doorsneepremie. Er zullen zeker argumenten zijn om de doorsneepremie te handhaven maar deze mist hij in het verhaal van de SER.
Wijziging UPO-modellen Als gevolg van de aanpassing in het zogenaamde Witteveenkader (“aanpassing fiscale spelregels pensioen”) dient de tekst op het UPO inzake Factor A te worden gewijzigd. Om de jaarruimte te berekenen voor het jaar 2015 moet volgens de fiscale regels de pensioenaangroei van 2014 vermenigvuldigd worden met factor 37/40. De Pensioenfederatie en het Verbond van Verzekeraars verzoeken hun leden om expliciet in de toelichting van het UPO op te nemen als zij deze rekenexercitie niet hebben gedaan bij het opstellen van de Factor A. Hiervoor wordt aangeraden onderstaande tekst op te nemen.: “ Let op: als gevolg van de wettelijke wijziging van de maximale pensioenopbouw is de jaarruimte voor lijfrenteaftrek beperkt. U mag de factor A corrigeren om uw jaarruimte te bepalen. De correctiefactor die u mag toepassen is 37/40. De factor A die u gebruikt voor de jaarruimte is dus 37/40 x de opgegeven factor A op dit pensioenoverzicht.” Ook zijn er enkele passages in het UPO-model 2 (kapitaalovereenkomst) aangepast. Naar aanleiding van de verhoging van de pensioenrichtleeftijd naar 67 zijn regelingen op kapitaalbasis ontstaan waarbij de toekomstige opbouw naar pensioenleeftijd 67 is gegaan en de opgebouwde aanspraken op 65 zijn blijven staan. Dit kan nu ook in dit model verwerkt worden.
DNB en toezicht op verzekerraars Bij verzekeraars wordt per 1 april 2015 ook een leidinggevende uit het 2 e echelon getoetst door DNB op geschiktheid en betrouwbaarheid. Er geldt hiervoor geen overgangstermijn. Ook heeft DNB aangekondigd dat verzekeraars met een beperkte risico -omvang die vanaf 1 januari 2016 vallen onder Solvency II Basic een “Dry Run” moeten uitvoeren. De Dry Run is een kwantitatieve uitvraag over boekjaar 2014 op Solvency II Basis grondslagen. Deze uitvraag is bedoeld om verzekeraars vertrouwd te maken met Solvency II en de toekomstige jaarrapportages. Ook geeft DNB inzicht in de effecten op de financiële positie van verzekeraars.
UW PENSIOENBUREAU
Bijeenkomsten, seminars De komende maanden vinden onder meer de volgende bijeenkomsten plaats: 12 maart
nFTK sessie Sociale partners Montae
17 maart
Informatiesessie ‘Langer leven, anders werken’ Montae voor ondernemingsraden
19 maart
Informatiesessie ‘Langer leven, anders werken’ Montae voor ondernemingsraden
13 april 2015 Seminar DNB inzake nFTK voor intern toezichthouders 26 juni 2015 Jaarlijks seminar voor intern Toezichthouders van DNB Voor de zomer van 2015
AFM seminar voor pensioenuitvoerders over de wetswijziging Pensioencommunicatie
10 september 2015 DNB-pensioenseminar
Wetsvoorstellen (in parlementaire behandeling) Wetsvoorstel
Status
Beoogde datum
Wetsvoorstel
Wetsvoorstel is op 2
inwerkingtreding Naar verwachting vindt
Pensioencommunicatie
september jl. ingediend bij de Tweede Kamer. Nota n.a.v. het verslag, eerste nota van wijziging (o.a. plicht tot opnemen reële dekkingsgraad in jaarverslag) en
de behandeling van het wetsvoorstel plaats voor de uitreiking van het UPO dit jaar (voor 1 oktober 2015).
ontwerpbesluit zijn eind december 2014 bij de Tweede Kamer ingediend. Op 6 februari jl. is een tweede nota van wijziging ingediend bij de Tweede Kamer. Op 23 februari jl. is een derde nota van wijziging ingediend. Deze bevat uitsluitend
Datum inwerkingtreding is vermoedelijk 1 juli 2015. NB Bepalingen met betrekking tot waardeoverdracht van een nettopensioen treden waarschijnlijk met terugwerkende kracht tot 1 januari 2015 in
technische correcties. Bespreking van het wetsvoorstel in Tweede Kamer vond plaats op 25 februari. De stemming staat gepland voor 3 maart. Zie ook onderdeel 4 in
werking.
Wetsvoorstel werken
dit actualiteitenoverzicht. Wetsvoorstel is op 11
na de AOW-
november jl. ingediend bij de
1 januari 2016
UW PENSIOENBUREAU
gerechtigde leeftijd
Tweede Kamer. Bespreking inbreng fracties in Tweede Kamercommissie SZW vond op 10 december jl. plaats. Nota n.a.v. het verslag van deze bespreking is ingediend op 17 februari jl.. Tevens is op die datum een nota van wijziging ingediend bij de Tweede Kamer. Zie ook onderdeel 2 in dit actualiteitenoverzicht.
Wetsvoorstel versnelde verhoging AOW-leeftijd
Wetsvoorstel is op 17 november jl. ingediend bij de Tweede Kamer. Bespreking inbreng fracties in Tweede Kamercommissie SZW vond op 10 december jl. plaats. Klijnsma heeft op 16 februari jl. een brief aan de Tweede Kamer gestuurd waarin de noodzaak
1 januari 2016
voor aanpassing bevestigd wordt. Op 17 februari jl. heeft Klijnsma de nota n.a.v. het verslag en een nota van wijziging ingediend. Zie ook onderdeel 3 in dit Wetsvoorstel Algemeen Pensioenfonds (APF)
actualiteitenoverzicht. Eind december 2014 is het
Nog nader te bepalen
wetsvoorstel door Klijnsma aan de Tweede Kamer gezonden. De vaste commissie SZW in de Tweede Kamer heeft aan de staatssecretaris diverse vragen gesteld over het wetsvoorstel.
Overige pensioenonderwerpen/aangekondigde wet- en regelgeving Thema
Stand van zaken/planning
Nationale Pensioendialoog (toekomst van ons
Fase 1 (Oriëntatie) en 2 (Bijeenkomsten) zijn afgerond. Fase 3: Resultaten (Hoofdlijnennota)
pensioenstelsel) Wetsvoorstel tot wijziging
wordt afgerond in mei 2015. Consultatie van het wetsvoorstel is gestart op 17
instemmingsrecht OR bij pensioenregelingen (aanpassing WOR)
februari jl. en loopt af op 17 maart a.s. Wetsvoorstel wordt naar verwachting ingediend voor de zomer van 2015. Zie ook dit overzicht onder punt 9.
Facilitering pensioenregeling zzp’ers, aanpassing Participatiewet in het kader van
Deels al in voorzien in Belastingplan 2015. Consultatie liep af eind januari jl.
vermogenstoets
UW PENSIOENBUREAU
Wijzigingswet financiële markten 2016
Diverse wijzigingen van de Wet op het financieel toezicht (Wft) en enkele andere wetten. Consultatie gestart op 26 juni jl. en gesloten op 13 augustus jl.. Wetsvoorstel ligt voor advies voor bij de Raad van State.
Monitoren wijze waarop pensioenfondsen omgaan met vrijwillige voortzetting na ontslag
Consultatie aanpassing Pensioenwet is afgerond eind januari jl..
Verkenning naar de mogelijkheid om pensioen in te zetten voor de aflossing van de
Brief over voortgang onderzoek en doorkijk is op 28 november jl. ingediend bij de Tweede Kamer. Voortgangsrapportage verkenning volgt naar verwachting begin 2015.
woningschuld (n.a.v. verzoek Reformatorische maatschappelijke unie) Onderzoek fundamentele
Wegens prioritering in de capaciteitsinzet is dit
herziening waardeoverdracht
onderwerp stil komen te liggen. Wordt op zijn vroegst vanaf 1 januari 2015 opnieuw opgepakt na afronding van de parlementaire behandeling van het nFTK. Klijnsma streeft ernaar brief met uitkomst onderzoek voor de zomer van 2015 gereed te hebben.
Monitoren pensioenpremies (n.a.v. nFTK)
Monitor premiedalingen door DNB volgt eind 2015.
Onderzoek naar (mate van) nadelige gevolgen
Uitkomsten volgen naar verwachting voor de zomer van 2015.
renteafdekkingen in nFTK Onderzoek naar
Brief met uitkomsten onderzoek volgt naar
mogelijkheid van vertegenwoordiging gepensioneerden in bestuur beroepspensioenfondsen
verwachting in voorjaar 2015.
Oplossingsrichtingen problematiek pensioen in eigen beheer
Oplossingsrichtingen volgen zo spoedig mogelijk maar uiterlijk voor het meireces 2015.