Aanvullingen op de Drogisterij CAO
Aanvullende Collectieve Arbeidsovereenkomst op de CAO voor de Drogisterij branche voor het winkelpersoneel van ETOS BV
INHOUDSOPGAVE Artikel nummering conform CAO voor de Drogisterij branche Aanvullingen Algemeen
Blz.
Inhoudsopgave Artikel 1 Werkingssfeer Artikel 2 Definities Artikel 3 Algemene verplichtingen van de werkgever Artikel 4 Algemene verplichtingen van de werknemer Artikel 5 Nevenwerkzaamheden Artikel 6 Overwerk Artikel 7 Uitkering bij arbeidsongeschiktheid Artikel 8 Vakantie Artikel 9 Vakantiebijslag Artikel 10 Buitengewoon verlof Artikel 11 Plaatsvervanging / vervangingstoeslag Artikel 12 Beëindiging van het dienstverband Artikel 13 Kinderopvang Artikel 14 Soorten dienstverband Artikel 15 Overplaatsing Artikel 16 Ouderschapsverlof Artikel 17 Straf- en correctiemaatregelen Artikel 18 Ongewenste intimiteiten Artikel 19 Pensioen Artikel 20 Concernregelingen Artikel 21 Beslechting van geschillen Artikel 22 Faciliteitenregeling Vakbondswerk Artikel 23 Duur, wijziging en opzegging der overeenkomst Artikel 24 Slotbepaling
1 3 3 4 4 5 5 5 6 6 7 7 7 7 8 8 9 10 10 10 10 11 11 13 13
Aanvullingen voor het winkelmanagement Artikel 25 Artikel 26 Artikel 27 Artikel 28
Functie-indeling en salarissen Arbeidstijd en betaling Vakantie Vakantiebijslag
1
14 17 18 18
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Protocollen Gehandicapte medewerkers Uitzendkrachten Uitgangspunt personeelsbeleid Scholing in verband met veiligheid Verschuiving van hetmoment van toekenning van de jaarlijkse salaris-trede Vakbondscontributie
20 21
Bijlagen Bijlage 1 Concernregelingen Bijlage 2 Regeling kinderopvang Bijlage 3 Regeling winkelmanagers in opleiding Bijlage 4 Regeling trainees Bijlage 5 Salarisschaal winkelmanagers Bijlage 6 Traineetoeslagen Bijlage 7 Salarisschaal Eerste verkopers/sters en trainees Bijlage 8 Overzichten van artikelen
22 23 28 29 31 32 33 34
2
19 19 19 19
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 1
WERKINGSSFEER
1. Deze CAO geldt voor alle medewerkers van ETOS BV die werkzaam zijn in één van de winkels van ETOS BV. 2. Deze CAO is aanvullend op de CAO voor de Drogisterij branche. 3. De artikel nummers uit deze CAO sluiten aan bij de artikelnummers uit de CAO voor de Drogisterij branche. 4. Voor oproepkrachten geldt in afwijking van het in het eerste lid bepaalde alleen het bepaalde in het algemeen gedeelte: Artikel 1, 2, 3, 4, 8,12,14,15,17,18,21
Artikel 2
DEFINITIES
In deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder: 1. Concern:
Koninklijke Ahold NV en haar Nederlandse dochtervennootschappen.
2. Werkgever:
de Besloten Vennootschap ETOS.
3. Werknemer:
iedere natuurlijke persoon met een arbeidsovereenkomst met ETOS BV.
4. Periode:
het dertiende deel van een kalenderjaar. De perioden van een jaar zijn genummerd van 1 t/m 13. In periode 1 van elk jaar is het grootste deel van januari begrepen en eventueel de laatste dagen van december van het voorafgaande kalenderjaar.
5. Dienstverband: de relatie tussen werkgever en werknemer die ontstaat na het afsluiten van een arbeidsovereenkomst.
3
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 3
ALGEMENE VERPLICHTINGEN VAN DE WERKGEVER
1. Het beleid van de werkgever zal er op gericht zijn om parttimers zoveel mogelijk als eerste in aanmerking te laten komen voor verhoging van het aantal contracturen indien en voorzover extra contracturen beschikbaar komen, tenzij de noodzakelijk geachte flexibele inzet van personeel om de afdeling of winkel adequaat te bezetten daardoor in gevaar komt. 2. In aanvulling op het vermelde in artikel 3.1.2 van de CAO voor de Drogisterij branche zal in de aanstellingsbrief worden vermeld dat de regelingen vermeld in het handboek Personeelsleiding van toepassing zijn. 3. Wijzigingen in de in de aanstellingsbrief vermelde voorwaarden worden schriftelijk aan de werknemer meegedeeld onder vermelding van de datum van ingang.
Artikel 4
ALGEMENE VERPLICHTINGEN VAN DE WERKNEMER
1. De werknemer zal de belangen van de werkgever naar behoren behartigen rekening houdende met de belangen van het onder hem/haar gestelde personeel. 2. De werknemer zal op verzoek van de werkgever rekening en verantwoording afleggen over het door hem/haar gevoerde beheer. 3. De werkgever is gerechtigd gelden, geldswaardige papieren en goederen toevertrouwd aan de werknemer te controleren en te inventariseren. De werknemer zal hieraan en aan de in dit artikel onder lid 3 genoemde vaststelling van zijn/haar rekening en verantwoording zijn/haar volle medewerking verlenen en zal alle daartoe gewenste inlichtingen of ophelderingen verschaffen.
4
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 5
NEVENWERKZAAMHEDEN
1. Voor het verrichten van nevenwerkzaamheden die geheel of gedeeltelijk in arbeidstijd moeten worden verricht, is schriftelijke toestemming van werkgever vereist. In principe zullen vergoedingen voor in arbeidstijd verrichte nevenwerkzaamheden aan de werkgever moeten worden afgedragen. Voor zover deze vergoeding hoger is dan het door de werkgever over deze tijd uitbetaalde salaris, zal het meerdeel door de medewerker mogen worden behouden. 2. De werknemer mag zonder schriftelijke toestemming van de werkgever geen bedrijfsgegevens c.q. -hulpmiddelen gebruiken ten behoeve van nevenwerkzaamheden zelfs al worden deze buiten arbeidstijd verricht. 3. Ten aanzien van alle nevenwerkzaamheden die verband houden met het werk, ongeacht of deze in of buiten arbeidstijd worden verricht (zoals het schrijven van artikelen of het houden van lezingen), geldt als regel dat geval voor geval wordt gemeld aan de direct leidinggevende. Indien betrokkene voor dit soort activiteiten gevraagd wordt, bijvoorbeeld uit hoofde van zijn/haar functie bij de werkgever, dient de betrokken werknemer zich terdege bewust te zijn dat in dat verband gedane uitspraken geïnterpreteerd kunnen worden als standpunten van de werkgever.
Artikel 6
OVERWERK
In aanvulling op de CAO voor de Drogisterij branche geldt dat in beginsel het verrichten van overuren gecompenseerd wordt in vrije tijd.
Artikel 7
UITKERING BIJ ARBEIDSONGESCHIKTHEID
1. In afwijking van het gestelde in artikel 7.2.1 A van de CAO voor de Drogisterij branche zal ook voor de eerste dag van arbeidsongeschiktheid of ziekte een uitkering plaatsvinden. In tegenstelling tot artikel 7.1.1 E van de CAO voor de Drogisterij branche, is dit ook van toepassing op medewerkers die nog geen twee maanden in dienst zijn. 2. Indien de werknemer ten opzichte van derden een vordering tot schadevergoeding wegens loonderving kan doen gelden, wordt de werknemer geacht zijn recht op schadevergoeding ten belope van het bedrag van het voorschot aan de werkgever te hebben gecedeerd en is desverlangd verplicht een hierop betrekking hebbende akte van cessie te tekenen. De werkgever zal het voorschot met de uit te keren schadevergoeding verrekenen.
5
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 8
VAKANTIE
1. Vakantie uren a) Het vakantiekweekjaar loopt van 1 januari tot en met 31 december. b) Werknemers die werkzaam zijn in één van de winkels van ETOS BV kunnen geen vakantie opnemen in de week van moederdag, Sint Nicolaas en Kerstmis en de week daaraan voorafgaand. 2. Extra vakantie-uren a) Het extra aantal vakantiedagen m.b.t. aantallen dienstjaren, wijkt af van de CAO voor de Drogisterij branche. Zie onderstaande tabel. 45 tot en met 49 jaar 50 tot en met 54 jaar 55 tot en met 59 jaar 60 jaar 61 jaar 62 jaar 63 jaar 64 jaar
2 dagen 3,5 dagen 5 dagen 7 dagen 9 dagen 11 dagen 13 dagen 15 dagen
Overgangsregeling: Medewerk(st)ers die vóór 1 april 1997 reeds rechten hebben opgebouwd op basis van de leeftijdstabel vermeld in de CAO die van kracht was tot 1 april 1997 behouden deze rechten. Ook hier geldt dat de extra vakantiedagen zoals bedoeld onder lid 1 van dit artikel de in tabel aangegeven rechten niet verhogen; het hoogste aantal geldt. b) Werknemers die minder dan de normale arbeidsduur werken verkrijgen de extra vakantiedagen naar verhouding.
Artikel 9 VAKANTIEBIJSLAG 1. Het vakantietoeslagkweekjaar loopt van de eerste dag van de 6e periode van enig jaar tot en met de laatste dag van de 5e periode van het daarop volgende jaar. 2. De werknemer kweekt voor elke betalingsperiode van 4 weken, 8% vakantietoeslag op basis van het in die periode aantal uitbetaalde uren exclusief overwerkuren. 3. Uitbetaling van vakantietoeslag vindt plaats in de 5e betalingsperiode van elk kalenderjaar. 4. Bij beëindiging van het dienstverband wordt nog niet uitbetaalde vakantietoeslag alsnog uitgekeerd. 6
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 10
BUITENGEWOON VERLOF
In aanvulling op de CAO voor de Drogisterij branche heeft een werknemer recht op: - 1 dag bij 12,5 jarig dienstjubileum - 3 dagen bij overlijden van één van zijn ouders.
Artikel 11
PLAATSVERVANGING / VERVANGINGSTOESLAG
Naast het in artikel 4.2.4 van de CAO voor de Drogisterij branche bepaalde is plaatsvervangingstoeslag niet van toepassing: a. indien vervanging onderdeel is van de functie-eisen (zogenaamde ambtshalve vervanging) b. bij vervanging tengevolge van vakantie
Artikel 12 BEEINDIGING VAN HET DIENSTVERBAND 1. Het dienstverband eindigt met onmiddellijke ingang: a. bij afloop van het werk van oproepkrachten; b. indien een werknemer gebruik maakt van de Ahold CAO Vrijwillig Vervroegd Uittreden. 2. Het dienstverband op grond van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd eindigt van rechtswege op het tijdstip in die arbeidsovereenkomst genoemd. 3.
a.Indien de werknemer de functie van winkelmanager heeft bedraagt de opzegtermijn, zowel voor werkgever als voor werknemer drie perioden. b.Voor zover in artikel 8.2.2. van de CAO Drogisterijbranche 2004-2007 wordt gesproken van een opzegtermijn van een maand of meer maanden dient voor de toepassing van genoemd artikel in plaats van maand of maanden, periode van vier weken c.q. perioden van vier weken gelezen te worden.
4. Een dienstverband kan met wederzijds goedvinden van werkgever en werknemer worden beëindigd. Hierbij kan van de normaal in acht te nemen opzegtermijn worden afgeweken. 5. Werknemer verbindt zich bij beëindiging van het dienstverband alle eventueel onder zijn berusting zijnde ontvangsten van de winkel en alle bescheiden op de onderneming betrekking hebbende (waaronder bedrijfskleding) terstond aan de werkgever af te geven. Werknemer is bovendien gehouden tot medewerking bij de inventarisatie als bepaald in artikel 4 lid3.
Artikel 13
KINDEROPVANGREGELING
De Regeling Kinderopvang is opgenomen als bijlage 2 bij deze CAO. 7
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 14
SOORTEN DIENSTVERBAND
Met de werknemer kan door werkgever één van de van de navolgende soorten dienstverbanden worden aangegaan: A. Dienstverband voor onbepaalde tijd Het dienstverband geldt voor een niet van te voren vastgestelde tijd. B. Dienstverband voor bepaalde tijd Het dienstverband geldt voor een van te voren overeengekomen tijd echter niet langer dan 1 jaar. Werkgever kan met werknemer meer tijdelijke dienstverbanden na elkaar afsluiten rekeninghoudend ♦ met een maximale keten van drie opeenvolgende tijdelijke arbeidsovereenkomsten die steeds direct of binnen niet meer dan drie maanden na elkaar worden afgesloten ♦ dat de opeenvolgende tijdelijke arbeidsovereenkomsten samen niet langer dan 36 maanden duren Bij overschrijding van keten en/of termijn verandert de tijdelijk arbeidsovereenkomst automatisch in onbepaalde tijd. C. Los personeel (oproepkrachten)
Artikel 15
OVERPLAATSING
1. Als overplaatsing van de werknemer noodzakelijk is, streeft werkgever er naar zoveel mogelijk een functie van vergelijkbare taakinhoud en vergelijkbaar functieniveau aan te bieden. Indien mogelijk worden verscheidene geschikte functies voorgesteld. 2. De werkgever kan de werknemer in de functie van winkelmanager onder andere op basis van capaciteiten, prestatie, sluiting winkel, formulewijzigingen en dergelijke overplaatsen naar een ander winkel. 3. Indien de overplaatsing van de werknemer het verhuizen voor hem/haar noodzakelijk maakt dan zal werkgever dit aspect nadrukkelijk betrekken bij de afweging voorafgaande aan een definitieve besluitvorming. 4. Bij wijzigingen van de positie van de werknemer tengevolge van reorganisatie, overplaatsing, herplaatsing en dergelijke zal de reactie van de werknemer eerst worden verlangd nadat hem/haar een bedenktijd van tenminste 3 maal 24 uur is gegeven of gelet op de omstandigheden zoveel langer als noodzakelijk is echter niet langer dan 10 maal 24 uur.
8
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 16
OUDERSCHAPSVERLOF
1. De medewerker − die als ouder in een familierechtelijke betrekking tot het kind staat, of − die blijkens verklaringen uit de gemeentelijke basisadministratie op hetzelfde adres woont als het kind en duurzaam de verzorging en opvoeding van dat kind als eigen kind op zich heeft genomen, heeft recht op ouderschapsverlof. 2. Het recht op ouderschapsverlof bestaat indien de medewerker ten minste één jaar in dienst is van werkgever. Geen recht op ouderschapsverlof bestaat na de datum waarop het kind de leeftijd van acht jaren heeft bereikt. 3. De medewerker meldt het voornemen om verlof op te nemen ten minstens 2 maanden vóór ingangsdatum van het voorgenomen verlof. De melding moet schriftelijk plaats vinden. 4. De omvang van het verlof bedraagt ten hoogste dertien maal de arbeidsduur per week. 5. Het verlof wordt per week opgenomen gedurende een aaneengesloten periode van ten hoogste zes maanden. 6. Het aantal verlofuren per week bedraagt ten hoogste de helft van de arbeidsduur per week 7. In afwijking van lid 5 en 6 van dit artikel kan de medewerker ETOS verzoeken om: − het verlof op te delen in ten hoogste drie tijdvakken, waarbij ieder tijdvak ten minste een maand bedraagt: − meer uren verlof per week dan de helft van de arbeidsduur per week 8. ETOS kan het verzoek van de medewerker bedoeld in lid 7 afwijzen indien een zwaarwegend bedrijfsbelang zich hiertegen verzet. 9. Over de verlofuren bestaat geen recht op salaris en overige arbeidsvoorwaarden. 10. Over de verlofuren worden geen ouderdoms- en nabestaandenpensioen opgebouwd. Na afloop van het verlof zal de opbouw van het ouderdoms- en nabestaandenpensioen onder aftrek van de verlofperiode worden voortgezet. 11. Voor medewerkers die ouderschapsverlof opnemen zal werkgever een verzekering afsluiten die voorziet in een weduwe-, weduwnaars- en wezenpensioen in geval van overlijden tijdens het ouderschapsverlof. De kosten van deze verzekering zullen door werkgever worden gedragen. 9
Aanvullingen op de Drogisterij CAO 12. Voor gehuwde medewerkers of samenwonenden die zich bij het pensioenfonds als zodanig hebben aangemeld en middels een schriftelijke bevestiging zijn geaccepteerd, wordt tijdens de periode van het ouderschapsverlof het op grond van de pensioenregeling verzekerde partneren wezenpensioen voorzover dat betrekking heeft op de verlofuren, op risicobasis voortgezet. De kosten van de risicoverzekering komen voor rekening van de werkgever.
Artikel 17
STRAF- EN CORRECTIEMAATREGELEN
1. Teneinde de naleving te verzekeren van de binnen de onderneming geldende regels zijn de volgende door werkgever op te leggen straf- en correctiemaatregelen mogelijk: a. mondelinge of schriftelijke berisping; b. schadevergoeding in gevallen van grove schuld of nalatigheid; c. schorsing; d. ontslag wegens dringende reden met ingang van de datum waarop dit ontslag schriftelijk aan werknemer wordt meegedeeld. 2. Tegen de opgelegde maatregelen genoemd in lid 1 sub b en c van dit artikel is beroep mogelijk bij de leidinggevende van degene die de maatregel heeft opgelegd. De werknemer heeft het recht zich te voorzien van rechtsbijstand.
Artikel 18
ONGEWENSTE INTIMITEITEN
a. Partijen bij deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn van oordeel dat ongewenste intimiteiten moeten worden bestreden. b. Indien een werknemer geconfronteerd wordt met ongewenste intimiteiten en daarover een klacht in wil dienen, kan hij daartoe gebruik maken van de individuele klachtenprocedure.
Artikel 19
PENSIOEN
De werknemer wordt opgenomen in de pensioenregeling van de Stichting Pensioenfonds Ahold, rechtgevende op een ouderdoms- en nabestaandenpensioen, overeenkomstig de bepalingen van het desbetreffende pensioenreglement.
Artikel 20
CONCERNREGELINGEN
Alle met vakbonden overeengekomen voor het concern geldende regelingen zijn, rekening houdend met de in die verschillende regelingen opgenomen bepalingen voor wat betreft de werkingssfeer, van toepassing voor de werknemers die onder deze CAO vallen (zie bijlage 1). 10
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 21 BESLECHTING VAN GESCHILLEN Behoudens wanneer partijen anders zijn overeengekomen zullen geschillen welke tussen partijen ontstaan naar aanleiding van deze overeenkomst door arbitrage worden beslist met uitsluiting van de gewone rechter. Een geschil is aanwezig zodra één der partijen een twistpunt als zodanig aanmerkt. Binnen 30 dagen nadat één der partijen de andere partij bij aangetekend schrijven te kennen heeft gegeven arbitrage te verlangen, zullen beide partijen elk een arbiter aanwijzen en de aangewezen arbiters zullen gezamenlijk een derde benoemen. De meest gerede partij heeft het recht om aan de President van de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam de benoeming te vragen van drie arbiters in de volgende gevallen: 1. Indien één der partijen nalaat een arbiter aan te wijzen vóór de 30ste dag na ontvangst van de sommatie daartoe door de tegenpartij. 2. Indien de twee door partijen aangewezen arbiters niet vóór de 15e dag na de laatste aanwijzing van één der arbiters tot overeenstemming zijn gekomen omtrent de derde arbiter. De arbiters bepalen de procesorde en zullen rechtspreken als goede mannen, naar billijkheid en in hoogste ressort.
Artikel 22
FACILITEITENREGELING VAKBONDSWERK
Werkgever stelt ten behoeve van het bedrijvenwerk van de Vakbonden die partij zijn bij deze CAO extra verlof en een aantal andere faciliteiten ter beschikking. De aard en omvang van deze faciliteiten worden opgenomen in dit protocol: 1. Verlof a. Per vakbond worden voor elke 15 leden faciliteiten verleend voor één bedrijvenwerkersplaats, met een maximum van 7 voor de gehele organisatie. b. Ten behoeve van werkzaamheden in het kader van bedrijvenwerk stelt werkgever per bedrijvenwerkersplaats 5 dagen betaald verlof per kalenderjaar ter beschikking. c. Het totaal aantal verlofdagen kan gebruikt worden door alle bedrijvenwerkers tezamen. d. Bedrijvenwerkverlof dat in enig kalenderjaar niet is benut vervalt aan het einde van het kalenderjaar. e. Indien blijkt dat in individuele gevallen het genoemde aantal verlofdagen niet toereikend is dan zal overleg plaatsvinden tussen vakverenigingen en de bestuurder van ETOS.
11
Aanvullingen op de Drogisterij CAO 2. Overige faciliteiten a. Voor uitnodigingen aan vakbondsleden voor vergaderingen en algemeen zakelijke mededelingen kunnen de vakbonden de publicatieborden van de werkgever gebruiken. b. Werkgever zal, indien mogelijk, vergaderruimte ter beschikking stellen voor vergaderingen in het kader van bedrijvenwerk. c. De voorzitter en secretaris van een kadergroep kunnen kosteloos gebruik maken van telefoon, kopieerapparatuur en telefax. d. Werkzaamheden die niet binnen de beschikbaar gestelde verlofdagen kunnen worden verricht, zullen buiten werktijd plaatsvinden. e. Drie maal per jaar kan vanaf 15.30 uur in ledenvergaderingen overleg plaatsvinden tussen bestuurders van de vakbonden en de bij werkgever werkende leden. Indien (aparte) vergaderingen worden gehouden voor medewerk(st)ers in ploegendienst, kan de vergadering op een zodanig tijdstip worden belegd dat begin- en eindtijd een half uur respectievelijk vóór en na de begin- en eindtijd van twee diensten ligt, waarbij beide ploegen en half uur werktijd mogen besteden. Indien meer overleg noodzakelijk wordt geacht, vindt dit buiten werktijd plaats. 3. Verplichtingen van de Vakbonden a. De vakbonden zullen werkgever voortdurend schriftelijk op de hoogte houden van alle vakbondsleden die als bedrijvenwerker functioneren. b. Eén maal per jaar (vóór 1 april) zullen de vakbonden een accountantsverklaring overleggen waaruit blijkt dat in het voorgaande jaar niet meer verlofdagen zijn gebruikt dan waarop ingevolge artikel 1 lid a. recht bestond. c. Eén maal per jaar (vóór 1 april) zullen de vakbonden aan werkgever een opgave doen van alle verlofdagen bedoeld in deze regeling die zijn gebruikt door bedrijvenwerkers. Deze opgave zal inzicht moeten geven op individueel niveau. 4. Verplichting van de werkgever De positie van de bedrijvenwerkers in de onderneming zal uitsluitend worden beïnvloed door de naleving van de rechten en verplichtingen uit hun arbeidsovereenkomst en de wet en niet door hun optreden als bedrijvenwerker. 5. Opschorten faciliteiten Werkgever kan de verleende faciliteiten opschorten, indien de vakbonden zich niet aan deze overeenkomst houden en/of bestaande communicatie-patronen en overlegstructuren belemmeren of doorkruisen. 6. Nakoming Vakbonden en werkgever zullen de inhoud van deze regeling te goeder trouw naar letter en geest nakomen. 12
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Artikel 23
DUUR, WIJZIGING EN OPZEGGING DER OVEREENKOMST
Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt aangegaan met ingang van 1 juli 2004 en eindigt op 31 maart 2007 Tussentijdse wijzigingen kunnen alleen tot stand komen met instemming van beide partijen. Verlenging vindt stilzwijgend plaats telkens voor de tijd van 1 jaar, tenzij één der partijen tenminste 3 maanden vóór de afloop van de overeenkomst schriftelijk kennis geeft aan de andere partij op verlenging geen prijs meer te stellen, of wijzigingen te wensen. Artikel 24
SLOTBEPALING
Partijen verbinden zich deze collectieve arbeidsovereenkomst naar letter en geest te goeder trouw na te komen. Partij ter ene zijde Partij ter andere zijde ETOS BV FNV Bondgenoten
…………………………………. W.A. Kolk CEO Etos
…………………………………. M.Sekercan
CNV Dienstenbond
…………………………………. L.J.A.P.M. de Baets Directeur P&O Organisatie Ahold Nederland
…………………………………… M. Jukema
De Unie
………………………………….. H. Weiland
13
Aanvullingen op de Drogisterij CAO AANVULLINGEN OP DE CAO VOOR DE DROGISTERIJ BRANCHE, SPECIFIEK VOOR HET WINKELMANAGEMENT Artikel 25 FUNCTIE INDELING EN SALARISSEN 1. Functie indeling en salarissen Winkelmanagers Werkgever zal aan de winkelmanager een salaris betalen volgens de salarisschaal winkelmanagers in bijlage 5. a) Alle winkels van ETOS BV zullen op basis van het winkelclassificatiesysteem worden ingedeeld in één van de moeilijkheidscategorieën 1 tot en met 3. Eenmaal per jaar, in het laatste kwartaal, zal de moeilijkheidscategorie van alle winkels opnieuw worden vastgesteld met behulp van het winkelclassificatiesysteem. Daarbij wordt uitgegaan van de gegevens over de voorafgegane aaneengesloten periode van dertien perioden, beginnend met de 11e periode van het voorafgaande jaar en eindigend in de 10e periode van het lopende jaar. b) Een winkelmanager wordt ingedeeld in één van de categorieën 1 tot en met 3: 1. Indien voldaan wordt aan de benoemingscriteria van de desbetreffende winkelcategorie en 2. indien een formatieplaats beschikbaar is in de desbetreffende winkelcategorie. c) Benoeming van een winkelmanager vindt in principe plaats in categorie 1. Jaarlijks zal worden beoordeeld of de winkelmanager voor een hogere categorie in aanmerking komt. Benoeming direct in categorie 2 of 3 kan alleen plaatsvinden indien men door omstandigheden langer dan een jaar verantwoordelijk is geweest voor een winkel in categorie 2 of 3. d) De salariëring van winkelmanager vangt aan op het minimumsalaris behorende bij de categorie waarin de winkel waarvoor hij/zij verantwoordelijk is gesteld, is ingedeeld. Een tot winkelmanager aan te stellen werknemer ontvangt één trede van de betreffende categorie. Op de eerste dag van de eerste periode van elk kalenderjaar wordt in het algemeen een periodieke verhoging, genaamd normopslag, aan de winkelmanager toegekend, tot het maximum salaris van de salarisklasse is bereikt. Het maximum van deze salarisklasse kan nooit worden overschreden. De normopslag verschilt per salarisklasse en is vermeld in de salarisschaal die als bijlage 5 is bijgevoegd. Indien sprake is van meer dan normale functievervulling (D- of E-beoordeling) kan, naast de normopslag een extra verhoging worden verleend met een maximum van een halve normopslag. Het periodesalaris kan nooit meer bedragen dan het maximum van de salarisschaal waarin de winkelmanagers is ingedeeld.
14
Aanvullingen op de Drogisterij CAO e) 1. Aan de winkelmanager zal geen normopslag worden toegekend indien zijn/haar taakvervulling in ernstige mate afwijkt van de afspraken bedoeld in artikel 4 lid 1 van het Algemene gedeelte van de ETOS CAO: Algemene verplichtingen van de werknemer. De winkelmanager zal hiervoor tenminste 3 maanden van te voren door of namens werkgever worden gewaarschuwd. De waarschuwing zal in dit geval schriftelijk worden bevestigd. Het niet toekennen van de normopslag kan nooit twee maal achtereenvolgend plaatsvinden. 2. In geval van gebleken ongeschiktheid in de categorie waarin hij/zij is ingedeeld zal de winkelmanager gedurende het volgende kalenderjaar in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat de indeling in de oorspronkelijke categorie is gerechtvaardigd. De winkelmanager ontvangt bij de aanvang van dat kalenderjaar dan geen normopslag. Aan het einde van laatst bedoeld kalenderjaar vindt een nieuwe toetsing plaats. Indien de uitslag van deze toetsing positief is, blijft de winkelmanager het daaropvolgende kalenderjaar ingedeeld in zijn/haar oorspronkelijke categorie. Indien de uitslag van deze toetsing negatief is, zal de winkelmanager met ingang van het daarop volgende kalenderjaar in de lagere categorie worden ingedeeld en naar een winkel in de bijbehorende categorie worden overgeplaatst met het bij die categorie behorende salaris. Dit zal hem/haar schriftelijk door werkgever worden meegedeeld. f) Indien de winkel op grond van de in lid a) van dit artikel bedoelde vaststelling in een hogere moeilijkheidscategorie wordt ingedeeld, zal de winkelmanager per eerstvolgende 1 januari in de dienovereen-komstige categorie worden benoemd indien hij/zij in die winkel volgens de geldende beoordelingssystematiek goed functioneert. In dat geval wordt het salaris naast de onder lid d) van dit artikel bedoelde normopslag met een halve normopslag van de nieuwe categorie verhoogd. Het nieuwe salaris zal tenminste gelijk zijn aan het minimum van de nieuwe categorie terwijl het niet hoger kan zijn dan het maximum van de nieuwe categorie. Indien de winkelmanager niet voldoet aan de voor die winkelcategorie geldende benoemingscriteria en indien hij/zij in die winkel volgens de geldende beoordelingssystematiek niet goed functioneert, zal hij/zij gedurende een jaar in de gelegenheid worden gesteld te bewijzen dat hij/zij de hogere categorie-indeling wel aan kan. Hij/zij krijgt de normopslag van de categorie waarin hij/zij is ingedeeld. Mocht op basis van deze beoordeling geen benoeming mogelijk zijn dan volgt overplaatsing naar een winkel van de oorspronkelijke moeilijkheids-categorie. g) Indien de winkel op grond van de in lid a) van dit artikel bedoelde vaststelling in een lagere categorie wordt ingedeeld, zal gestreefd worden naar overplaatsing van de winkelmanager naar een winkel dat in 15
Aanvullingen op de Drogisterij CAO overeenstemming is met de categorie waarin hij/zij is ingedeeld. Hierbij zal gehandeld worden in overeenstemming met hetgeen hieromtrent in artikel 31 van de het Algemene gedeelte van de ETOS CAO is bepaald. Deze overplaatsing zal uiterlijk na twee jaar gerealiseerd moeten zijn. Gedurende deze twee jaar blijft de winkelmanager recht houden op salarisverhogingen in overeen-stemming met de categorie waarin hij/zij is ingedeeld. Indien na uiterlijk twee jaar de overplaatsing niet gerealiseerd is, zullen geen individuele salarisverhogingen meer worden gegeven tot het moment waarop alsnog een overplaatsing plaatsvindt. Indien deze overplaatsing niet heeft kunnen plaatsvinden wegens gebrek aan een geschikte plaatsingsmogelijkheid dan kan bij beoordeling "zeer goed" of "uitstekend", na verloop van deze twee jaar nog een verhoging worden gegeven. h) In uitzonderlijke situaties (bijvoorbeeld bijzondere problematiek) is het mogelijk dat een winkelmanager in principe tijdelijk voor ten hoogste anderhalf jaar wordt geplaatst in een winkel van een lichtere of zwaardere categorie dan die waarin hij/zij is ingedeeld. i) Bij tijdelijke overplaatsing in een lichtere categorie zullen zijn/haar arbeidsvoorwaarden onverminderd gebaseerd blijven op de categorie waarin hij/zij vóór die overplaatsing was ingedeeld. Bij overplaatsing van een winkelmanager naar een zwaardere categorie ontvangt men één trede van de categorie waarnaar men wordt bevorderd. Het salaris gaat tenminste het minimum van betreffende categorie bedragen en kan het maximum van betreffende categorie niet overschrijden. 2. Regeling winkelmanagers in opleiding Er geldt een regeling gericht op voorbereiding en begeleiding van winkelmanagers in opleiding tot moment van definitieve benoeming. Voor hen geldt bij benoeming tot winkelmanager in opleiding een basissalaris behorend bij het minimumsalaris van een WM1 of WM2. De regeling is als bijlage 3 van de CAO opgenomen. 3. Functie indeling en salarissen eerste verko(o)p(st)ers en trainees a) De categorie-indeling van de Eerste Verko(o)p(st)ers is gekoppeld aan de winkelklasse-indeling. b) Bij bevordering (en dus overplaatsing) naar een zwaardere categorie (van 1 naar 2 of van 2 naar 3) gaat men naar de voor die categorie geldende salarisschaal. c) Bij overplaatsing naar een lagere categorie winkel (van 3 naar 2 of van 2 naar 1) blijft men bij voldoende functioneren in de schaal waarin men is benoemd. d) Indien de winkel bij de jaarlijkse weging in een lagere categorie komt, blijft men in de op dat moment geldende salarisschaal. Er zal gestreefd worden naar plaatsing in een winkel dat in overeenstemming is met de categorie waarin hij/zij is ingedeeld. Indien een overplaatsing geweigerd wordt op 16
Aanvullingen op de Drogisterij CAO
e) f)
g) h)
oneigenlijke gronden wordt het salaris gebaseerd op de categorie-indeling van de winkel waarin men werkzaam is. Indien de winkel bij de jaarlijkse weging in een hogere categorie komt, zullen bij gebleken geschiktheid functie en salaris worden aangepast. Bij onvoldoende functioneren kan men teruggeplaatst worden naar een lagere categorie met het daarbij behorende salaris. Betrokkene zal hiervoor tenminste 3 maanden van te voren door de Operationeel Manager schriftelijk worden gewaarschuwd. Aanstelling tot 1e Verko(o)p(st)er kan plaatsvinden vanaf 18 jaar. Er geldt een Traineeprogramma dat is gericht op de opleiding tot Winkelmanager. Bij voldoen aan de eisen welke aan het Traineeschap worden gesteld, geldt een basissalaris behorend bij de functie Eerste Verko(o)p(st)er 3 aangevuld met een toeslag. De regeling is als bijlage 4 van de CAO opgenomen.
Artikel 26 ARBEIDSTIJD EN BETALING 1. In het algemeen geldt voor de werknemer een gemiddelde arbeidstijd per week zoals vermeld in de CAO voor de Drogisterij branche. 2. De bepalingen betreffende de toepassing van de winkelsluitingswet gelden zoals vermeld in de CAO voor de Drogisterij branche. 3. De winkelmanager zal op drie van de vier zaterdagen alsmede op drie van de vier wekelijkse koopavonden per periode werken uitgezonderd in perioden waarin een vakantie wordt opgenomen van langer dan één week. Indien werkgever noodgedwongen gebruik maakt van de avondopenstelling zullen deze uren voornamelijk ingevuld worden door full-timers en parttimers. In die situatie kunnen werknemers niet verplicht worden meer dan 2 avonden per week te werken, uitgezonderd maximaal 6 (nader in te vullen) weken per jaar waarin men 3 avonden verplicht kan worden om te werken. Werknemer kan niet worden verplicht om gemiddeld meer dan 3 zaterdagen per 4 weken te werken. Eén en ander betekent dat werknemer recht heeft op minimaal 17 vrije zaterdagen per jaar. De zaterdagen die in de vakantie van betreffende werknemer vallen zijn hierbij inbegrepen. 4. Indien na akkoord van de werkgever door de winkelmanager arbeid wordt verricht op de wekelijkse vrije dag, dan zal deze arbeid in principe binnen twee perioden na de dag waarop deze arbeid is verricht moeten zijn gecompenseerd in gelijkwaardige vrije tijd. Slechts indien compensatie in gelijkwaardige vrije tijd niet mogelijk is zullen, na melding hiervan door de leidinggevende van de winkelmanager bij de naast hogere leidinggevende, de gewerkte uren conform de in de CAO voor de Drogisterij branche genoemde overwerkvergoeding worden uitbetaald.
17
Aanvullingen op de Drogisterij CAO 5. De individuele inroostering geschiedt in overleg met de betrokken werknemers. Daarbij wordt rekening gehouden met bestaande afspraken over kinderopvang.
Artikel 27 VAKANTIE In aanvulling op de CAO voor de Dogisterij branche geldt voor Winkelmanagers, dat in overleg met de werkgever de mogelijkheid bestaat tot opname van 20 aaneengesloten vakantiedagen mits dit geen organisatorische problemen met zich meebrengt.
Artikel 28 VAKANTIEBIJSLAG In aanvulling op de CAO voor de Drogisterij branche geldt voor winkelmanagers: a. Vanaf 23 jaar en ouder een bruto minimum vakantietoeslag van € 1.450,33 per 1 juli 2004, € 1461,20 per 1 november 2005, € 1483,12 per 1 januari 2006 en € 1494,24 per 1 januari 2007. Zij die niet het gehele vakantietoeslag kweekjaar in dienst zijn geweest of minder dan de normale arbeidsduur werkzaam zijn, ontvangen de minimum vakantietoeslag naar verhouding. b. Voor medewerkers jonger dan 23 jaar geldt dat de minimum vakantietoeslag naar evenredigheid van de minimumloonstaffel lager ligt. c. De minimum vakantietoeslag volgt de loonindexering.
18
Aanvullingen op de Drogisterij CAO PROTOCOLLEN Protocol gehandicapte werknemers 1. De werkgever neemt op zich gelijke kansen van gehandicapte en niet gehandicapte werknemers aan het arbeidsproces te bevorderen en de nodige voorzieningen te treffen gericht op het behoud, herstel of bevordering van de arbeidsgeschiktheid van werknemers. De werkgever zal daarbij gebruik maken van instrumenten die bij of krachtens de wet in het leven zijn geroepen. 2. De werkgever zal in overleg met deskundigen (zoals een arts van een Arbodienst of van een Uitvoeringsinstelling) een beleid voeren ter voorkoming van langdurig ziekteverzuim en uitstroom van werknemers naar de WAO.
Protocol uitzendkrachten De intentie van de werkgever is om uitzendkrachten na een half jaar uitzendperiode in dienst te nemen.
Protocol uitgangspunt personeelsbeleid In haar personeelsbeleid neemt ETOS de positie/functie van de individuele medewerker als uitgangspunt. De doelstelling is om werknemers gedurende hun gehele loopbaan optimaal in te zetten op een niveau dat in overeenstemming is met hun capaciteiten. Bij het bepalen van een volgende stap in de loopbaan spelen verschillende aspecten een rol in de afweging, zoals de wensen van de werknemer, zijn persoonlijke situatie (leeftijd, combinatie van werk/zorg, combinatie van studie/werk), een analyse van het functioneren en de behoefte van het bedrijf.
Protocol scholing in verband met veiligheid ♦ In ieder winkel is een telefoon aanwezig die in noodgevallen gebruikt kan worden om hulp in te roepen. ♦ Waar een werknemer alleen in de winkel staat, is een alarmsysteem aangebracht. ♦ Alle medewerkers krijgen een instructie over veilig werken, in het belang van de eigen veiligheid, die van collega’s en die van klanten. ♦ Alle werknemers in volledige of onvolledige dienst krijgen een training in het omgaan met allerlei vormen van winkelcriminaliteit. ♦ Een eventuele personeels- en/of goedereningang wordt beveiligd en goed verlicht. ♦ De winkel beschikt over een behoorlijke inbraakbeveiliging. ♦ Er wordt een jaarlijkse risico-inventarisatie gemaakt. 19
Aanvullingen op de Drogisterij CAO ♦ Drogisterijen nemen deel aan gezamenlijke veiligheidsactiviteiten in winkelcentra. ♦ Voor zover een werkgever niet binnen zes maanden na indiensttreding van de werknemer voor een veiligheidstraining heeft gezorgd, worden de initiatieven van een werknemer om zo’n cursus te volgen gehonoreerd, tenzij een training binnen zes maanden staat gepland, waarbij de kosten voor rekening van de werkgever komen. Deze regeling gaat in per 1 januari 2001. Protocol Verschuiving van het moment van toekenning van de jaarlijkse salaris-trede De jaarlijkse salaris-trede wordt thans met ingang van de eerste periode van elk jaar toegekend op basis van de beoordeling van het functioneren in het jaar daarvoor. De beoordeling zelf, en/of het gesprek daarover vindt echter (vaak) na de toekenning plaats. Partijen zijn overeengekomen het tijdstip van de ingang van de trede m.i.v. 2008 te verschuiven naar de 4e periode, zodat na afloop van het jaar de beoordeling en het gesprek kan plaats vinden, met daaraan gekoppeld de wel/niet toekenning van de trede. Uitgangspunten bij deze verschuiving zijn: 1. kosten/opbrengst neutraal voor werkgever en medewerker; 2. geen wijzing van de kostenverdeling van de verhogingen van de kalenderjaren; 3. geen overschrijding van de salarisgroepmaxima als gevolg van deze systeemwijziging. In verband met de verschuiving gaat het volgende gelden: Bij voldoende beoordeling van het functioneren einde 2006: - per de eerste periode van 2007 wordt een hele trede toegekend - per de 4e periode van 2007 wordt een trede groot 3/13 toegekend - per de 4e periode van 2008 wordt een hele trede toegekend en daarna jaarlijks per de 4e periode een trede voor zover er uiteraard ruimte in de schalen is. Dit geldt ook indien de ruimte voor de verhoging per de 4e periode van 2007 minder dan een trede is. Bij onvoldoende beoordeling van het functioneren einde 2006: - per de eerste periode van 2007 wordt geen trede toegekend - per de 4e periode van 2007 wordt geen deeltrede toegekend indien het functioneren onvoldoende blijft: - per de 1e periode van 2008 wordt geen trede toegekend - indien het functioneren einde 2007 voldoende wordt beoordeeld: - per de eerste periode van 2008 wordt een hele trede toegekend - per de 4e periode van 2008 wordt een trede groot 3/13 toegekend en daarna jaarlijks per de 4e periode een trede voor zover er uiteraard ruimte in de schalen is. 20
Aanvullingen op de Drogisterij CAO Protocol Vakbondscontributie Etos zal zich inspannen om te bewerkstelligen dat de vakbondscontributie uit het brutoloon, dus fiscaal vriendelijk, door werknemers wordt betaald. De verlaging van het bruto-loon heeft wel gevolgen voor inkomensaanspraken die zijn afgeleid van het bruto-loon. Etos en de vakbonden zullen bij de doorvoering afstemmen over de communicatie.
21
Bijlagen Bijlage 1 CONCERNREGELINGEN De bedoelde regelingen van Ahold NV zijn op het moment van afsluiten van deze CAO: -
Het tussen Ahold en de de vakorganisaties FNV Bondgenoten, CNV Dienstenbond en De Unie, alsmede de Vereniging Ahold Hoger Personeel (VAHP) gesloten principe akkoord van 25 oktober 2005 in verband met nieuwe wetgeving per 1 januari 2006 inzake vervroegd uittreden.
-
De Ahold CAO betreffende aanvullingen op uitkeringen krachtens de WAO bij arbeidsongeschiktheid en de afspraken met de vakbonden betreffende aanvullingen uitkeringen krachtens de WIA zoals deze worden vastgelegd in de Collectieve arbeidsovereenkomst inzake de WIA (WIA-CAO)
22
Bijlagen Bijlage 2 REGELING KINDEROPVANG ETOS stelt 0,15% van de SV-loonsom beschikbaar voor bijdragen aan de medewerkers in de kosten van kinderopvang. Bij nadering van dit maximum zullen dat jaar geen nieuwe gebruikers worden toegelaten met uitzondering van alleenstaande moeders. ETOS overweegt de bestaande regeling op een aantal punten aan te passen en zal zich hierover in de komende periode nader beraden. Punten die bij de nadere uitwerking o.m. aan de orde zullen komen zijn: kostendeling tussen de (fondsen van) de werkgevers van de beide ouders, wijze van vaststelling van de vergoeding uit het fonds en eigen bijdrage van de ouders, uitvoering in eigen beheer of uitbesteden. In afwachting van een nieuwe regeling blijft de bestaande regeling toegepast worden. Algemeen ETOS BV geeft aan werknemers die kosten maken in verband met kinderopvang van kinderen tot maximaal 4 jaar, onder bepaalde voorwaarden een financiële tegemoetkoming. Met ingang van periode 1-2003 kan de werknemer gebruik maken van deze regeling tot zijn/haar kind groep 2 van de basisschool heeft afgerond. ETOS BV wil op deze wijze meehelpen te bevorderen dat mensen de betaalde arbeidsmarkt kunnen betreden zonder belemmerd te worden door de kosten van, dan wel het gebrek aan, kinderopvang. Voorwaarden Een werknemer komt in principe in aanmerking voor een tegemoetkoming indien aan de volgende voorwaarden wordt voldaan: − werknemer is in dienst van ETOS BV en valt onder de werkingssfeer van deze CAO − het kind kan niet opgevangen worden door één der ouders/verzorgers doordat door beiden aan het arbeidsproces wordt deelgenomen, dan wel doelgericht een opleiding wordt gevolgd als voorbereiding op de toetreding op de betaalde arbeidsmarkt − er is sprake van een dienstverband voor onbepaalde tijd of bepaalde tijd met een duur van minimaal 6 maanden − het aantal contracturen is groter dan 48 uur per periode − geldt voor kinderen tot en met groep 2 van de basisschool
23
Bijlagen − het kind is ondergebracht bij één van de volgende vormen van kinderopvang: 1. Een gastouder aangesloten bij een erkende gastoudercentrale (= ingeschreven bij de Kamer van Koophandel) 2. Een al dan niet gesubsidieerd kinderdagverblijf. Met ingang van 1 januari 2005 volgt Etos de Ahold regeling kinderopvang. Deze regeling luidt als volgt: Wet kinderopvang en de bijdrage van Etos De Wet kinderopvang heeft als uitgangspunt dat ouders de kosten voor kinderopvang zelf betalen en zij bij hun werkgever(s) en overheid een tegemoetkoming in de kosten kunnen aanvragen. Ouders sluiten dus zelf een contract af met een kinderopvangorganisatie en dienen vervolgens bij hun werkgever(s) en de Belastingdienst een aanvraag in voor een tegemoetkoming in de kosten. Voor een bijdrage van de werkgever kan de medewerker van gebruik maken van de 'Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang'. De regeling komt er in het kort op neer dat Etos BV 1/6 deel van de kosten van kinderopvang vergoedt, mits de medewerker in aanmerking komt voor een tegemoetkoming en er ruimte is in het budget. Wie komt in aanmerking voor een tegemoetkoming in de kosten kinderopvang? 1. De werknemer heeft een dienstverband met Etos BV. 2. Het kind kan niet worden opgevangen door een van de ouders/verzorgers. Dit geldt als ouders/verzorgers: - deelnemen aan het arbeidsproces; - met een uitkering in een reïntegratietraject zitten; - een studie volgen ter voorbereiding op het arbeidsproces; - een verplicht inburgeringtraject volgen. 3. Er wordt gebruik gemaakt van de volgende vormen van kinderopvang: Dagopvang:
opvang in crêche of kinderdagverblijf waar kinderen van 0 tot 4 jaar gedurende een of meer dagdelen het hele jaar worden opgevangen.
Buitenschoolse opvang: opvang van kinderen vóór en na schooltijd en in de schoolvakanties. Gastouderopvang:
opvang van kinderen in de woning van de gastouder of in uw eigen woning. De gastouder mag maximaal vier kinderen (exclusief eigen kinderen) onder zijn hoede hebben.
Let op: Kinderopvang door buren, familie of vrienden; peuterspeelzalen en het 'overblijven' van schoolgaande kinderen vallen niet onder de regeling.
24
Bijlagen 4. Het kind zit maximaal in groep 4 van de basisschool. 5. De kinderopvangorganisatie waar het kind naar toe gaat is geregistreerd bij de gemeente. Aanvraag en honorering Er is een budget waaruit de tegemoetkomingen in de kosten van kinderopvang worden betaald. Aanvragen worden beoordeeld op basis van dit budget. Zolang er ruimte is in het budget worden alle aanvragen die aan de gestelde voorwaarden voldoen, in principe gehonoreerd. Indien het totaalbedrag van de aanvragen hoger is dan het budget, zal er een wachtlijst worden aangemaakt. Het kan dus voorkomen dat een aanvraag niet direct wordt gehonoreerd. Indien dit het geval is ontvangt de medewerker daarvan bericht. Hoogte van de tegemoetkoming De tegemoetkoming van Etos bedraagt 1/6 deel van de kosten. De vergoeding wordt berekend over het uurtarief van de kinderopvangorganisatie. Er gelden echter maximumtarieven (tarieven 2005): Dagopvang Voor dagopvang heeft de overheid een maximumtarief van € 5,68 per uur gesteld. Op basis daarvan bedraagt de maximale vergoeding van Etos € 0,95 per uur (1/6 deel van € 5,68). Buitenschoolse- en gastouderopvang Voor buitenschoolse- en gastouderopvang heeft de overheid een maximumtarief van € 6,13 per uur gesteld. Op basis daarvan bedraagt de maximale vergoeding van Ahold € 1,02 per uur (1/6 deel van € 6,13). Indien de kinderopvangorganisatie een hoger uurtarief berekent betaalt de werknemer zelf de meerkosten. Is het uurtarief lager, dan bedraagt de vergoeding 1/6 deel van de werkelijke kosten. Hoe wordt een tegemoetkoming aangevraagd? Hieronder wordt stap-voor-stap beschreven hoe een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang moet worden aangevraagd.
25
Bijlagen STAP 1 Aanvraagformulier Achterin de brochure 'Regeling tegemoetkoming kosten kinderopvang' zit een aanvraagformulier. De brochure kan worden opgevraagd bij Accounting Plaza. -
vul het aanvraagformulier in,
-
voeg het volgende bij het aanvraagformulier:
-
kopie van het contract met de kinderopvangorganisatie,
-
bewijs van registratie van de kinderopvangorganisatie. Dit registratiebewijs kan worden opgevraagd bij de gemeente,
-
stuur het ingevulde aanvraagformulier, een kopie van het contract en het bewijs van registratie naar:
Ahold T.a.v. Accounting Plaza/Kinderopvang Antwoordnummer 250 1500 VC Zaandam STAP 2 Bevestiging - Na ontvangst van het aanvraagformulier toetst Accounting Plaza of er ruimte is in het budget van de betreffende werkmaatschappij. Is dit het geval, dan wordt de hoogte van de tegemoetkoming berekend die de medewerker per periode ontvangt. Dit gebeurt op basis van het aantal uren en de uurprijs die in het contract met de kinderopvangorganisatie staan vermeld. - De Afdeling Arbeidszaken stuurt vervolgens een bevestiging naar de medewerker, waarin de hoogte van de vergoeding wordt vermeld. Deze bevestiging is nodig bij de aanvraag tegemoetkoming kosten door de overheid. - Indien er geen ruimte is in het budget wordt de aanvraag op een wachtlijst geplaats. De medewerker ontvangt daar ook bericht van. STAP 3 Uitbetaling -
De vastgestelde tegemoetkoming wordt elke periode tegelijk met het salaris overgemaakt
-
De factuur van de kinderopvangorganisatie betaalt de medewerker zelf.
26
Bijlagen STAP 4 Opgave werkelijke kosten -
Na afloop van elk kalenderjaar (uiterlijk 28 februari van het nieuwe jaar) is de medewerker verplicht een opgave van de werkelijk gemaakte kosten naar Accounting Plaza te sturen. Dit kan een kopie van de jaaropgave van de kinderopvangorganisatie zijn, of een kopie van de facturen.
-
De kosten worden vergeleken met de vergoeding die de medewerker heeft ontvangen.
-
Accounting Plaza stuurt vervolgens een jaaropgave naar de medewerker waarop de vergoeding van de werkgever staat vermeld. Deze opgave heeft de medewerker nodig voor de Belastingdienst. Let op: Wanneer de medewerker geen opgave van de kosten heeft ingestuurd, wordt de tegemoetkoming (tijdelijk) stopgezet, totdat de opgave is ontvangen.
Doorgeven wijzigingen -
Wijzigingen in de kinderopvangsituatie kunnen gevolgen hebben voor de hoogte van de tegemoetkoming. Geef een wijziging zo spoedig door aan Accounting Plaza. Het gaat bijvoorbeeld om wijzigingen in het aantal kinderopvanguren of in de uurprijs.
-
Wanneer een kind van de dagopvang naar de buitenschoolse opvang gaat, vul dan geen wijzigingsformulier in, maar een aanvraagformulier Buitenschoolse opvang.
-
Vraag een wijzigingsformulier en een aanvraagformulier op bij Accounting Plaza, telefoon: 075-6518518 of per e-mail:
[email protected]. NB.: Aan de tekst van deze bijlage kunnen geen rechten ontleend worden; dat kan uitsluitend aan de inhoud van de Ahold regeling.
27
Bijlagen Bijlage 3 REGELING WINKELMANAGERS IN OPLEIDING (WMio)
De regeling Winkelmanager in opleiding (WMio) is uitsluitend bedoeld voor hen die in deze functie schriftelijk zijn benoemd. Opleidingsprogramma De WMio-regeling behelst ondermeer een verkort Trainee/WMioopleidingsprogramma en een stageperiode met een totale looptijd van circa één jaar. Begeleiding geschiedt door de Operationeel Manager waaronder een WMio ressorteert. De functie-eisen behorend bij WM 1 (of 2) zijn maatgevend bij de begeleiding. In de regel opereert een WMio zelfstandig in een winkel van de categorie 1. Extern geworven WMio's dienen gedurende het eerste half jaar versneld alle opleidingsfasen zoals uitgewerkt in het Trainee/WMio-opleidingsprogramma te doorlopen. Voor WMio's die instromen vanuit het traineeprogramma geldt uitsluitend het opdoen van praktijkervaring onder het mentorschap van de Operationeel Manager. Salarisregeling WMio's Voor een WMio bedraagt het salaris tenminste het minimum van de salarisgroep WM 1 of WM 2 conform de categorie waarin het toegewezen winkel is ingedeeld. Afsluiting WMio-schap Benoeming tot winkelmanager geschiedt door het Manager Marktgebied na bindend advies van de Operationeel Manager en de Adviseur PZ. Benoeming moet in principe binnen een periode van een jaar, berekend vanaf het moment dat het verkorte Trainee/WMio-opleidingsprogramma is beëindigd, plaatsvinden. Bij benoeming geldt een salaris van het basissalarisniveau 1 of 2 verhoogd met 1 trede. Voor het overige is artikel 6 van deze CAO van toepassing.
28
Bijlagen Bijlage 4 REGELING TRAINEES Het Traineeprogramma binnen ETOS BV is bedoeld voor huidig of extern te werven winkelpersoneel dat voldoet aan de volgende criteria: − geschikt voor doorgroei naar de functie Winkelmanager − in het bezit van of studerend voor het Vakdiploma Drogist − Mavo-niveau − leeftijd tenminste 20 jaar − binnen redelijke grenzen mobiel. Trainee-plaatsen Het aantal Trainee-plaatsen wordt vooraf gepland op basis van verwachte uitbreiding c.q. vervanging van het Winkelmanagersbestand. De vaststelling van het aantal plaatsen per regio geschiedt door het Manager Marktgebied in samenspraak met de Operationeel Manager en de Adviseur PZ. Randvoorwaarden − het Traineeprogramma mag niet verstorend werken op de interne organisatie van ETOS BV − doorgroei van het huidig personeelsbestand mag niet worden belemmerd − indien in een winkel een Eerste Verko(o)p(st)er staat blijft deze de Winkelmanager vervangen behalve wanneer het in het kader van opleiding noodzakelijk is dat de Trainee vervangt − de personeelsbezetting in een winkel zal ten hoogste voor 20% bestaan uit Trainee-uren teneinde een effectieve begeleiding mogelijk te maken (uitgezonderd in geval een Trainee vervangt) − de Operationeel Manager is verantwoordelijk voor de uitvoering van het Traineeprogramma. Werving, selectie en aanstelling Trainees kunnen zowel intern als extern worden geworven. De selectie vindt plaats door de Operationeel Manager ondersteund door Personeel & Organisatie. Een psychotechnisch onderzoek kan deel uitmaken van de selectieprocedure. De beslissing tot aanstelling binnen de Traineeregeling wordt gezamenlijk genomen door de Manager Marktgebied en de Operationeel Manager ondersteund door Personeel & Organisatie. Opleidingsprogramma Het opleidingsprogramma is gefaseerd in 4 fasen nader uitgewerkt in "Trainee/WMio Opleidingsprogramma". Nieuwe medewerkers nemen vooraf deel aan een introductieprogramma, de 1e fase, gericht op de kennismaking met en oriëntatie op de ETOS-organisatie.
29
Bijlagen In samenspraak met betrokkene wordt voor elke opleidingsfase het opleidingsprogramma door de Manager Marktgebied vastgesteld. De Operationeel Manager treedt op als mentor. De dagelijkse begeleiding van Trainees kan worden gedelegeerd aan een Winkelmanager. Tussentijds vindt minimaal per 2 maanden een evaluatiegesprek plaats tussen Trainee, Winkelmanager en Operationeel Manager. Bij met goed gevolg doorlopen van het Traineeprogramma zal de Trainee worden uitgenodigd voor het volgen van de cursus WMio. Het afsluiten van een opleidingsfase geschiedt middels een toetsingsgesprek tussen de Operationeel Manager en de Winkelmanager ondersteund door Personeel & Organisatie. Indien een Trainee gedurende het Traineeprogramma niet overgaat naar een volgende opleidingsfase wordt deze ingedeeld in de functie Eerste Verko(o)p(st)ers, mits organisatorische omstandigheden deze indeling in de weg staan. Definitieve aanstelling tot Winkelmanagers Na succesvol afsluiten van de IVe fase van het Traineeprogramma is betrokkene opgeleid voor de functie van Winkelmanager. Definitieve aanstelling is afhankelijk van het beschikbaar zijn van een formatieplaats: a. Er is een winkel beschikbaar Betrokkene wordt benoemd tot Winkelmanager in opleiding waarna definitieve benoeming tot Winkelmanager volgt na een periode van een 1/2 jaar tot 1 jaar. b. Er is geen winkel beschikbaar Betrokkene kan zo lang geen winkel beschikbaar is, ingezet worden in bijzondere projecten, vervangingen en op Eerste Verko(o)p(st)er-plaatsen. Benoeming tot WMio vindt plaats zodra er een formatieplaats beschikbaar is. Betrokkene behoudt vooralsnog het salaris + toeslag behorend bij fase IV van de Traineesalarisregeling.
30
Bijlagen Bijlage 5
Salarisschaal Winkelmanagers
Salarisregeling Winkelmanagers en Winkelmanagers in opleiding per periode 01/2007 Minimum Maximum Normopslag Groep uursal. pers.sal. uursal. per.sal. uursal. per.sal. 1 11,74 1737,52 15,24 2255,52 0,59 87,32 2 13,20 1953,60 17,32 2563,36 0,67 99,16 3 14,53 2150,44 19,23 2846,04 0,73 108,04
Salarisregeling Winkelmanagers en Winkelmanagers in opleiding per periode 01/2006 Minimum Maximum Normopslag Groep uursal. pers.sal. uursal. per.sal. uursal. per.sal. 1 11,65 1724,20 15,13 2239,24 0,59 87,32 2 13,10 1938,80 17,19 2544,12 0,66 97,68 3 14,42 2134,16 19,09 2825,32 0,72 106,56
Salarisregeling Winkelmanagers en Winkelmanagers in opleiding per periode 12/2005 Minimum Maximum Normopslag Groep uursal. pers.sal. uursal. per.sal. uursal. per.sal. 1 11,48 1699,04 14,91 2206,68 0,58 85,84 2 12,91 1910,68 16,94 2507,12 0,65 96,20 3 14,21 2103,08 18,81 2783,88 0,71 105,08
Salarisregeling Winkelmanagers en Winkelmanagers in opleiding per periode 11/2003 Minimum Maximum Normopslag Groep uursal. pers.sal. uursal. per.sal. uursal. per.sal. 1 11,39 1685,72 14,80 2190,40 0,58 85,84 2 12,81 1895,88 16,81 2487,88 0,64 94,72 3 14,10 2086,80 18,67 2763,16 0,70 103,60
Inclusief 0,75% initieel per 7-11-2005 Inclusief 1,5% per 1-1-2006 Inclusief 0,75% per 1-1-2007
31
Bijlagen Bijlage 6 Traineetoeslagen Traineetoeslagen per periode 01/2007 Opleidingsfase I II III IV
Maximale duur 2 perioden 6 perioden 6 perioden 6 perioden
Salaris 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3
Traineetoeslagen per periode 01/2006 Opleidingsfase Maximale Salaris
I II III IV
duur 2 perioden 6 perioden 6 perioden 6 perioden
1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3
Traineetoeslagen per periode 12/2005 Opleidingsfase Maximale Salaris
I II III IV
duur 2 perioden 6 perioden 6 perioden 6 perioden
1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3 1e Verkoper/ster 3
Traineetoeslagen per periode 11/2003 Opleidingsfase Maximale Salaris duur 1e Verkoper/ster I 2 perioden 3 1e Verkoper/ster II 6 perioden 3 1e Verkoper/ster III 6 perioden 3 1e Verkoper/ster IV 6 perioden 3
Toeslag per periode 32,46 65,54 98,29 131,04
Toeslag per periode 32,22 65,05 97,56 130,06
Toeslag per periode 31,74 64,09 96,12 128,14
Toeslag per periode 31,50 63,61 95,40 127,19
Inclusief 0,75% initieel per 7-11-2005 Inclusief 1,5% per 1-1-2006 Inclusief 0,75% per 1-1-2007
32
Bijlagen Bijlag e 7 Salar issch aal 1e ver ko p er s/st er s en Tr ain eees Salar isr e g e lin g 1 e Ve r kop e r s/ st e r s e n Tr ain e e s p e r p e r iod e 0 1 / 2 0 0 7 1 e Ve r kop e r s/ st e r s i.o1 e Ve r kop e r s/ st e r s I 1 e Ve r kop e r s/ st e r s II1 e Ve r k op e r s/ st e r s II Tr ain e e s Leef t ijd p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. Per io d esal. uur sal. 18 jaar 5,64 834,72 5,64 834,72 5,86 867,28 5,86 867,28 5,86 867,28 19 jaar 6,18 914,64 6,18 914,64 6,36 941,28 6,36 941,28 6,36 941,28 20 jaar 7,05 1043,40 7,05 1043,40 7,26 1074,48 7,26 1074,48 7,26 1074,48 21 jaar 8,06 1192,88 8,06 1192,88 8,27 1223,96 8,27 1223,96 8,27 1223,96 22 jaar 9,30 1376,40 9,30 1376,40 9,47 1401,56 9,47 1401,56 9,47 1401,56 23 jaar e.o . 9,96 1474,08 9,96 1474,08 10,13 1499,24 10,13 1499,24 10,13 1499,24 1e f u n kt iejaar 10,31 1525,88 10,69 1582,12 10,69 1582,12 10,69 1582,12 2e f u n kt ie jaar 11,11 1644,28 11,11 1644,28
Salar isr e g e lin g 1 e Ve r kop e r s/ st e r s e n Tr ain e e s p e r p e r iod e 0 1 / 2 0 0 6 1 e Ve r kop e r s/ st e r s i.o1 e Ve r kop e r s/ st e r s I 1 e Ve r kop e r s/ st e r s II1 e Ve r k op e r s/ st e r s II Tr ain e e s Leef t ijd p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. Per io d esal. uur sal. 18 jaar 5,60 828,80 5,60 828,80 5,82 861,36 5,82 861,36 5,82 861,36 19 jaar 6,13 907,24 6,13 907,24 6,31 933,88 6,31 933,88 6,31 933,88 20 jaar 7,00 1036,00 7,00 1036,00 7,21 1067,08 7,21 1067,08 7,21 1067,08 21 jaar 8,00 1184,00 8,00 1184,00 8,21 1215,08 8,21 1215,08 8,21 1215,08 22 jaar 9,23 1366,04 9,23 1366,04 9,40 1391,20 9,40 1391,20 9,40 1391,20 23 jaar e.o . 9,89 1463,72 9,89 1463,72 10,05 1487,40 10,05 1487,40 10,05 1487,40 1e f u n kt iejaar 10,23 1514,04 10,61 1570,28 10,61 1570,28 10,61 1570,28 2e f u n kt ie jaar 11,03 1632,44 11,03 1632,44
Salar isr e g e lin g 1 e Ve r kop e r s/ st e r s e n Tr ain e e s p e r p e r iod e 1 2 / 2 0 0 5 1 e Ve r kop e r s/ st e r s i.o1 e Ve r kop e r s/ st e r s I 1 e Ve r kop e r s/ st e r s II1 e Ve r k op e r s/ st e r s II Tr ain e e s Leef t ijd p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. Per io d esal. uur sal. 18 jaar 5,52 816,96 5,52 816,96 5,73 848,04 5,73 848,04 5,73 848,04 19 jaar 6,04 893,92 6,04 893,92 6,22 920,56 6,22 920,56 6,22 920,56 20 jaar 6,90 1021,20 6,90 1021,20 7,10 1050,80 7,10 1050,80 7,10 1050,80 21 jaar 7,88 1166,24 7,88 1166,24 8,09 1197,32 8,09 1197,32 8,09 1197,32 22 jaar 9,09 1345,32 9,09 1345,32 9,26 1370,48 9,26 1370,48 9,26 1370,48 23 jaar e.o . 9,74 1441,52 9,74 1441,52 9,90 1465,20 9,90 1465,20 9,90 1465,20 1e f u n kt iejaar 10,08 1491,84 10,45 1546,60 10,45 1546,60 10,45 1546,60 2e f u n kt ie jaar 10,86 1607,28 10,86 1607,28
Salar isr e g e lin g 1 e Ve r kop e r s/ st e r s e n Tr ain e e s p e r p e r iod e 1 1 / 2 0 0 3 1 e Ve r kop e r s/ st e r s i.o1 e Ve r kop e r s/ st e r s I 1 e Ve r kop e r s/ st e r s II1 e Ve r k op e r s/ st e r s II Tr ain e e s Leef t ijd p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. p er io d esal. uur sal. Per io d esal. uur sal. 18 jaar 5,48 811,04 5,48 811,04 5,69 842,12 5,69 842,12 5,69 842,12 19 jaar 5,99 886,52 5,99 886,52 6,17 913,16 6,17 913,16 6,17 913,16 20 jaar 6,85 1013,80 6,85 1013,80 7,05 1043,40 7,05 1043,40 7,05 1043,40 21 jaar 7,82 1157,36 7,82 1157,36 8,03 1188,44 8,03 1188,44 8,03 1188,44 22 jaar 9,02 1334,96 9,02 1334,96 9,19 1360,12 9,19 1360,12 9,19 1360,12 23 jaar e.o . 9,67 1431,16 9,67 1431,16 9,83 1454,84 9,83 1454,84 9,83 1454,84 1e f u n kt iejaar 10,00 1480,00 10,37 1534,76 10,37 1534,76 10,37 1534,76 2e f u n kt ie jaar 10,78 1595,44 10,78 1595,44
In clu sief 0,75 % in it ieel p er 7-11-2005 In clu sief 1,5% p er 1-1-2006 In clu sief 0,75% p er 1-1-2007
33
Bijlagen Bijlage 8 Overzicht van artikelen, hoofdstukken of bijlagen van de Cao voor de Drogisterijbranche 2004/2007 die door artikelen in de Aanvullende ETOS CAO Winkelbedrijf 2004/2007 worden vervangen c.q. daardoor worden aangevuld.
CAO ETOS 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28
CAO Drogisterijbranche 1.2 Hoofdstuk 2 3.1 3.2 3.3 4.2.1 7.2 6.2 4.3 6.3 4.2.4 8.2 10.3 3.1.2 Hoofdstuk 10 Bijlage 5 8.1.1 9.2, Protocol VI, Bijlage IV Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 10 10.1.1 Hoofdstuk 10 Hoofdstuk 5 Hoofdstuk 6 6.2.2 4.3
34