(wereld) burgerschap Bij dit onderdeel maken de leerlingen kennis met projecten in ontwikkelingslanden en leren ze wat ontwikkelingssamenwerking inhoudt. De bedrijfjes die kinderen in andere Aflatoun landen zijn gestart, worden toegelicht. De leerlingen kunnen deze bedrijfjes als voorbeeld gebruiken en leren zo hoe zij zelf hun steentje kunnen bijdragen aan ontwikkelingssamenwerking. Na deze les weten de leerlingen: • Waarom er aan ‘ontwikkelingssamenwerking’ in de wereld wordt gedaan. • Dat ze hier zelf ook een bijdrage aan kunnen leveren, bijvoorbeeld door middel van hun bedrijfje. • Dat er officiële Rechten van het Kind bestaan voor kinderen uit de hele wereld.
Geld: geven, nemen of delen? (20 minuten) Benodigdheden: - werkbladen groep 5 & 6 thema Sociale Vaardigheden.
Toelichting: Bespreek met de leerlingen onderstaande: De winst van je bedrijf kun je natuurlijk in je eigen zak steken. Je kunt er die iPod mee kopen die je al zo lang wilt hebben, of dat computerspel. Maar, je kunt er ook iets ‘goeds’ mee doen. Dat wil zeggen, het geld zo besteden dat andere mensen er iets aan hebben. In veel delen van de wereld hebben jongens en meisjes niet zoveel te besteden als jij. Ze kunnen weinig of soms helemaal geen speelgoed, of zelfs eten of kleding kopen. Landen zoals Nederland bieden hulp aan mensen in deze landen. Ze helpen de mensen daar met het opzetten van een bedrijf of zorgen dat kinderen naar school kunnen gaan en genoeg te eten hebben. Voedsel, onderwijs, onderdak, medicijnen en drinkwater zijn zaken waar ieder mens recht op heeft. En ieder kind. Er zijn speciale
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
Rechten van het Kind opgesteld. De Verenigde Naties, een organisatie waar landen vanuit de hele wereld in deelnemen, hebben de belangrijkste rechten op een rijtje gezet. In het materiaal voor groep 5 & 6 vindt u deze rechten (zie Groep 5 & 6, thema (Sociale Vaardigheden). Op www.planstation.nl/Zenders/ Plan+News+Network/Plan+Bieb/Kinderrechten, worden de belangrijkste rechten nog een keer uitgelegd aan de hand van een voorbeeld. Dit zijn: Kinderrecht 1: recht op informatie. Kinderrecht 2: recht op een eigen mening. Kinderrecht 3: alle kinderen zijn gelijk. Kinderrecht 4: recht om te spelen. Kinderrecht 5: recht op zorg en liefde. Kinderrecht 6: recht op genoeg en gezond voedsel. Kinderrecht 7: recht om naar school te gaan. Kinderrecht 8: geen enkel kind hoeft te werken. Kinderrecht 9: geen enkel kind mag mishandeld worden. Kinderrecht 10: recht op gezondheid. Nederland heeft dit verdrag ondertekend. Dit betekent dat Nederland erkend dat kinderen deze rechten hebben. De Verendigde Staten en Somalië hebben dit verdrag niet ondertekend. Somalië niet omdat dit land weinig overheidsinvloed heeft. Er heerst oorlog, waardoor de regering weinig invloed heeft op het land. Zij kunnen dus niet zorgen dat de rechten van het kind gewaarborgd worden. De Verenigde Staten hebben het verdrag niet ondertekend omdat in sommige staten kinderen de doodstraf kunnen krijgen. En dit is natuurlijk tegen het Verdrag van de Rechten van het Kind.
Er zijn helaas veel landen die het verdrag wel ondertekend hebben, maar waar de Rechten van het Kind nauwelijks gewaarborgd worden. Daarom zijn er kinderrechtenorganisaties. Zij steunen de kinderen in landen waar de rechten niet gehandhaafd worden op het gebied van onderwijs, onderdak en gezondheid. In Nederland zijn er verschillende van deze organisaties, én bekende Nederlanders die willen helpen. Zij zorgen ervoor dat de projecten nog net iets meer aandacht krijgen (op televisie of in een tijdschrift).
Toelichting: op het werkblad vindt u afbeeldingen van kinderen uit verschillende ontwikkelingslanden. Laat de afbeeldingen zien en bespreek onderstaande: Wat zien jullie op deze foto? • Welk recht krijgt dit kind? of welk recht krijgt het kind niet? • Wat vind je daarvan? • Wat is er anders op de foto dan hier in Nederland? • Wat is er hetzelfde op de foto als in Nederland?
En jij kunt zelf ook helpen! Jullie hebben toch zelf een bedrijfje opgezet? Met de winst kunnen jullie mooi een project steunen. Zo help je jongens en meisjes uit een ander land aan een betere toekomst.
antwoorden: foto 1: recht op gezond eten; foto 2: recht op school; foto 3: recht op gezondheid; foto 4: recht om niet te hoeven werken; foto 5: recht om te spelen; foto 6: recht op zorg en liefde).
Bespreek klassikaal: • Welke organisaties/bekende Nederlanders de leerlingen kennen. • Wat doen deze clubs, kunnen de leerlingen voorbeelden noemen? • Waar kennen ze deze organisaties van? (Reclame televisie, tijdschrift?) • Welke rechten vinden de leerlingen het belangrijkst? Waarom? Bijvoorbeeld: Plan Nederland, Edukans, Cordaid, Amnesty International, Greenpeace, SoS kinderdorpen, Return to Sender (Katja Schuurman), Kids united van unicef (Sipke Jan Bousema), Liliane fonds, Rode Kruis.
RECHTEN IN ANDERE LANDEN (15 MINuTEN)
benodigdheden: - werkblad 1 ‘ontdek de wereld met Aflatoun’.
HET IS JE GoED RECHT (20 MINuTEN) benodigdheden: - werkblad 2 ‘ontdek de wereld met Aflatoun’. Toelichting: De tekst op werkblad 2 gaat over Isatu uit Sierra Leone en Kinderrecht 6: genoeg en gezond eten voor elk kind. Het voorbeeld bij dit recht staat ook op het werkblad voor de leerlingen. Zij lezen alleen het voorbeeld en weten niet welk recht erbij hoort. Bespreek onderstaande klassikaal: • Wat doen ze bij Isatu thuis? • Wie helpen er allemaal mee? • Wat doet de familie van Isatu met de rijst die ze niet zelf opeten? • om welk recht gaat het hier?
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
Kinderrecht 6: genoeg en gezond eten voor elk kind. Patat met mayonaise of pizza zou je misschien wel elke dag willen eten. Nou, goed dan, één keer in de week lekker ongezond eten moet kunnen. Toch? Maar wist je dat je recht hebt op genoeg en gezond eten? Dus tarwebrood, kiwi’s en ja: ook witlof of rode bietjes... Het is een recht om te kunnen eten! Daar denk je natuurlijk niet altijd bij na als je met een bord eten voor je neus aan tafel zit en daar allerlei zaken ontdekt die je absoluut niet lekker vindt. Maar dan weet je het nu: gezond en genoeg eten is een recht. En voor sommige kinderen in landen ver weg is dat recht niet vanzelfsprekend. Zij moeten hard werken om aan genoeg eten te komen.
WAT WoRDT JuLLIE GoEDE DoEL? (30 MINuTEN) benodigdheden: - Internet.
Laat de leerlingen op de sites van de hulporganisaties zoeken naar projecten. Zorg dat er uiteindelijk een lijst met projecten komt waar klassikaal op gestemd kan worden. De leerlingen kiezen met elkaar één project waar ze met hun bedrijfje geld voor gaan inzamelen. u kunt er ook voor kiezen om zelf een lijst samen te stellen en hier de kinderen uit te laten kiezen.
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
AfLATouN IN DE WERELD (40 MINuTEN)
benodigdheden: - uitgeprinte werkbladen 3 ‘ontdek de wereld met Aflatoun’.
Toelichting: op het werkblad staan verschillende voorbeelden van projecten van kinderen uit andere Aflatounlanden. De leerlingen lezen deze voorbeelden en maken de opdrachten van het werkblad. Bespreek de antwoorden daarna klassikaal. Aan het einde van deze opdracht kan er klassikaal gestemd worden op ‘het beste idee voor een project’. ook kunnen ze deze projecten gebruiken ter inspiratie voor hun eigen project.
oNTDEK DE WERELD MET AfLATouN: WERKBLAD 1
Rechten in andere landen Welke kinderrechten ontdek je hier?
1
2
3
4
5
6 (Wereld) Burgerschap groep 7/8
oNTDEK DE WERELD MET AfLATouN: WERKBLAD 2
Het is je goed recht! Hopen op een goede oogst De rijst die Isatu en haar moeder, Yeabu, nu planten, is over vier maanden rijp. Dan kunnen ze de rijst oogsten, er bundels van maken en die drogen in de zon. Daarna moeten de korrels natuurlijk nog uit de planten gehaald worden. Dat heet dorsen. Dorsen gaat het beste, wanneer je bundels rijst hard op de grond slaat. Bij Isatu thuis helpt iedereen bij het oogsten en dorsen. Zelfs Sinneh, haar kleine zusje van drie. Maar voor haar is het eigenlijk een spelletje. Het slaan met die droge rijstplanten geeft een flinke stofwolk. Isatu kan daar niet zo goed tegen. Zij moet er altijd ontzettend van niezen. Isatu’s ouders houden een deel van de oogst apart, als zaaigoed. De rest van de rijst dient als voedsel. Want in Sierra Leone
eten mensen rijst bij alle maaltijden. Soms blijft er ook nog rijst over om te verkopen. Dan gaan Isatu en haar familie naar de markt. Isatu hoopt dat de oogst deze keer weer groot zal zijn, want zij wil graag naar de markt. Daar is altijd zoveel te beleven. Met zorg stopt zij de tere plantjes in de grond. Je weet nooit hoe het helpt. De manden zijn leeg. Het werk zit erop. Het rijstveld is al voor meer dan de helft beplant. Isatu en Yeabu zijn er heel tevreden over. Als alles goed gaat, is de klus morgenavond geklaard. Lees het hele verhaal bij Kinderrecht 6 op: www.planstation.nl/Zenders/Plan+News+Network/ Plan+Bieb/Kinderrechten/
Na het oogsten gaat de opbrengst mee in de mand die zonder al te veel moeite op het hoofd gedragen wordt. Probeer zelf maar eens!
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
oNTDEK DE WERELD MET AfLATouN: WERKBLAD 3
Aflatoun in de wereld Aflatoun in de wereld weet je nog van de argentijnse kinderen met hun tachtig kilo spaghetti? Zo zijn er nog veel meer voorbeelden van projecten van kinderen over de hele wereld. lees de verhalen en maak daarna de opdrachten die je onder de verhalen vindt. Leuk voor aan élke muur: schilderijlijstjes (uit Peru) Steban (13) uit Monteverde in Peru maakt met zijn klas voor de Aflatounmarkt schilderijlijstjes van... oude kranten! Het lijkt wel hout, maar deze lijstjes zijn gemaakt van kranten die je oprolt en met lekker veel lijm dichtplakt zodat het papier goed op elkaar blijft zitten. onder andere David, Nelson, Steban en Myrtha (v.l.n.r. rechts op de foto) maakten mooie vormen in de lijstjes en gingen daarna aan de slag met kwast en verf. Eerlijk is eerlijk... Steban is hier heel handig in omdat zijn vader het hem heeft geleerd (Stebans vader maakt van alles voor mensen; dat is zijn beroep). Maar na wat oefenen hadden de andere kinderen de slag snel te pakken! Jij kunt voor de Aflatounmarkt ook goedkope schilderijlijstjes kopen en deze mooi schilderen en beplakken met bijvoorbeeld schelpjes, kralen of stukjes papier.
Slingers maken voor de Aflatounmarkt in India
Kerstversieringen uit Argentinië Jongens en meisjes van de basisschool in Ejercicio Ciudadano in Argentinië hadden voor hun Aflatounmarkt een heel slim plan: het was bijna kerst dus ze maakten met elkaar zestig kerstversieringen. Ze hebben er maar liefst 120 Argentijnse pesos mee verdiend (dat is ruim 21 euro). Geen kerst als jullie je Aflatounmarkt houden? Dan kun je natuurlijk ook andere versieringen maken (zoals oranje versieringen voor Koninginnedag of verjaardagsslingers).
Te koop: unieke zelfgemaakte kralen uit Uganda op een paar scholen in uganda maken jongens en meisjes kralen van papier die ze verkopen in hun winkeltje. De kralen zijn los te koop, maar er worden ook kettingen en armbanden van geregen. Met de opbrengst kochten ze pennen, schriften en andere spulletjes voor hun school. Jij kunt deze kralen ook maken van papier maché: je vindt de instructies hoe je ze maakt op www.planstation.nl/Zenders/In+actie/ In+actie+voor+Plan/In+actie+met+je+kralenwinkel. Voor de Aflatounmarkt maak je natuurlijk lekker veel (verschillende) kralen, zodat er voor iedereen een mooi sieraad is. Vergeet natuurlijk niet erbij te vermelden dat het Afrikaanse kralen zijn, dat maakt je sieraden extra bijzonder.
wil je nog meer voorbeelden van aflatounprojecten? Je vindt ze op www. planstation.nl/Zenders/In+actie/aflatoun/aflatounmarkt+is+overal.
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
oNTDEK DE WERELD MET AfLATouN: WERKBLAD 3 vervolg
Aflatoun in de wereld Even snacken: oliebolletjes uit Peru De bezoekers van de Aflatounmarkt krijgen van het bekijken van al die kraampjes trek in iets lekkers. Je kunt thuis (samen met je vader of moeder) cakejes bakken of taart en dat op de markt verkopen. Maria, Jose en Jesus uit Peru maakten picarons; dat zijn mini oliebolletjes gemaakt van bloem, pompoen en zoete aardappel die je bakt in de frituurpan. Voor vijftig eurocent kreeg je drie oliebolletjes. En daar was genoeg belangstelling voor! Maak nu de antwoorden: Wat hebben de kinderen uit uganda met het verdiende geld gedaan? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waarom hebben ze dit gedaan? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Zou jij dit ook doen, of zou jij iets anders met het geld doen? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat maakten de kinderen in Peru? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat is het verschil tussen de oliebollen van Maria, Jose en Jesus en die van ons? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat deden de kinderen in Argentinië? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waarom kan Steban zo goed schilderen? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Wat vond jij het leukste project? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waarom? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Zou jij dit zelf ook kunnen doen? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Waarom wel/niet? ………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………… Welk project zou jijzelf met de klas willen doen? …………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………
(Wereld) Burgerschap groep 7/8
(Wereld) Burgerschap groep 7/8