INHOUDSOPGAVE
53
Voorwoord
5
In memoriam
7
De boekhoudkundige verwerking van fusies Advies 2009/6, 1 april 2009
9 9
Inleiding BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
11
1.
Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 2 en § 4 K.B. W.Venn.).
11
1.1. H et kapitaal van de overnemende vennootschap is samengesteld uit aandelen zonder nominale waarde
12
1.2. H et kapitaal van de overnemende vennootschap is samengesteld uit aandelen met nominale waarde (toepassing van artikel 78, § 4 K.B. W.Venn.)
13
1.3.
14
2.
Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 3 K.B. W.Venn.).
1.2.1 A neemt B over met behoud van de nominale waarde van de aandelen A 1.2.2 B neemt A over met behoud van de nominale waarde van de aandelen B Kosten en opbrengsten van de overgenomen vennootschap
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 1
15 15 16
bulletin n°53 / 1
28/09/10 11:02
3.
Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen. Er wordt een opleg in geld toegekend (toepassing van artikel 78, § 5 K.B. W.Venn.).
17
4.
De overnemende vennootschap bezit aandelen van de overgenomen vennootschap. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 6 K.B. W.Venn.).
18
4.1. De boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap stemt overeen met het aandeel in haar boekhoudkundig eigen vermogen
19
4.2. De boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap stemt niet overeen met het aandeel in haar eigen vermogen (artikel 78, § 7 K.B. W.Venn.)
23
23 24
4.2.1 De boekwaarde van de aandelen in de boekhouding van de overnemende vennootschap is groter dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen 4.2.2 De boekwaarde van de aandelen in de boekhouding van de overnemende vennootschap is kleiner dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen 4.3. Kapitaalsubsidies en herwaarderingsmeerwaarden
4.3.1 Kapitaalsubsidies 4.3.2 Herwaarderingsmeerwaarden 4.3.3 Wedersamenstelling van het boekhoudkundig verdwenen gedeelte van de kapitaalsubsidies en herwaarderingsmeerwaarden
27 28 29
5.
De overgenomen vennootschap bezit aandelen van de overnemende vennootschap. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen.
30
27
De boekhoudkundige verwerking van grensoverschrijdende fusies Advies 2009/7, 15 juli 2009
33
Inleiding
33
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
35
A.
Overname van een Belgische vennootschap, zonder buitenlandse inrichting, door een vennootschap gevestigd in een andere EU-lidstaat
35
1.
Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. Vennootschap B bezit geen A aandelen en bezit geen Belgische inrichting; vennootschap A bezit geen eigen aandelen.
35
2.
Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. De vennootschap B bezit A aandelen en deze A-participatie is belegd in een Belgische inrichting van de vennootschap B; vennootschap A bezit geen eigen aandelen.
36
2 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 2
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. De vennootschap B bezit A aandelen maar heeft geen Belgische inrichting voor de fusie; vennootschap A bezit geen eigen aandelen.
38
3.
B.
Overname van een vennootschap gevestigd in een andere EU-lidstaat door een Belgische vennootschap
39
1.
Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit geen aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft geen Belgische inrichting.
39
2.
Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft geen inrichting in België.
40
3.
Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit geen aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft een Belgische inrichting.
41
4.
Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft een Belgische inrichting.
41
De boekhoudkundige verwerking van splitsingen Advies 2009/8, 15 juli 2009
45
Inleiding
45
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
47
De boekhoudkundige verwerking van partiële splitsingen Advies 2009/11, 16 september 2009
59
Inleiding
59
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
62
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
bulletin n°53 / 3
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 3
28/09/10 11:02
De boekhoudkundige verwerking van de inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen Advies 2009/15, 16 december 2009
71
Inleiding
73
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING
75
1.
Principe
75
2.
Enkele bijzonderheden
75
a.
Geherwaardeerde activa worden mee ingebracht
75
b.
Gespreid te belasten meerwaarden of kapitaalsubsidies
78
Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies Advies 2009/16, 16 december 2009
81
Inleiding
81
1. Te volgen procedure bij een grensoverschrijdende fusie
84
2. Controle van de procedure
84
3. Juridische gevolgen van de grensoverschrijdende fusie
85
4. Datum waarop het kapitaal van de overgenomen buitenlandse vennootschap omgerekend moet worden naar de euro
83
4 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 4
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
VOORWOORD De bijzondere regeling inzake de boekhoudkundige verwerking van fusies en splitsingen gerealiseerd conform de wetgeving van toepassing op vennoot schappen, evenals de inbreng van een bedrijfstak of een algemeenheid van goederen, werd meer dan vijftien jaar geleden in het leven geroepen door het koninklijk besluit van 3 december 1993. Hierdoor werd het continuïteitsbeginsel overgenomen in het boekhoud recht. Krachtens dit beginsel worden de actief- en passiefbestanddelen van de overdragende vennootschap in de boekhouding van de verkrijgende ven nootschap overgenomen tegen de waarde waarvoor zij in de boekhouding van de overdragende vennootschap voorkwamen op het tijdstip van de boekhoudkundige voltrekking van de herstructurering. In 1994 publiceerde de Commissie voor Boekhoudkundige Normen een eerste advies rond de boekhoudkundige verwerking van fusies (CBN-advies 166/1, Bulletin CBN nr. 32, juni 1994), zich beperkend tot de behandeling van de fusie door overneming. De Commissie wou deze fusievorm als model laten gelden voor andere vormen van fusies en splitsingen, dit zowel op vennootschapsrechtelijk als op boekhoudrechtelijk vlak. Het was wachten tot 2002 vooraleer de Commissie voor Boekhoudkundige Normen met fusies en splitsingen gelijkgestelde verrichtingen onderzocht (CBN-advies 166/2, Bulletin CBN nr. 47, mei 2002). In dit advies was de Commissie voornemens om later deze benadering nader toe te lichten aan de hand van voorbeelden, met de boekhoudkundige verwerking van gewone splitsingen als uitgangspunt. In deze context heeft de CBN conform haar manier van werken, eind 2008 een werkgroep opgericht rond het thema verrichtingen inzake her structurering van vennootschappen. Deze werkgroep, met als voorzitter de heer L. Van Brantegem (lid van de CBN), was samengesteld uit de vol gende leden: mevrouw I. Van De Woesteyne (Universiteit Gent), mevrouw V. Pauwels (FOD Financiën) en de heren J. Verstraelen (Deloitte), D. Delvaux (FOD Financiën), D. Willermain (Willkie Farr & Gallagher) en N. Pisca dor (De Deyne, Verhoeye Accountants en Belastingconsulenten). Het weten schappelijk secretariaat werd waargenomen door de heer S. Rompteau (wetenschappelijk secretaris van de CBN).
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 5
bulletin n°53 / 5
28/09/10 11:02
Zo heeft de werkgroep aan de Commissie voorgesteld om het CBNadvies 166/1 te actualiseren (CBNadvies 2009/6), waarna ze is overgegaan tot een analyse van de grensoverschrijdende fusies (CBNadvies 2009/7), splitsingen (CBNadvies 2009/8), partiële splitsingen (CBNadvies 2009/11), de inbreng van een bedrijfstak of een algemeenheid van goederen (CBN advies 2009/15) en van de omrekening van kapitaal bij grensoverschrij dende fusies (CBNadvies 2009/16). Dit Bulletin bundelt deze zes adviezen. De Commissie voor Boekhoudkundige Normen houdt eraan de leden van de werkgroep ten zeerste te danken voor de kwaliteit van hun bijdragen, hun niet aflatende inzet en beschikbaarheid.
6 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 6
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
IN MEMORIAM Op 29 maart 2010 overleed de heer Jef Verstraelen, lid van de werkgroep “Fusies en splitsingen” van de Commissie voor Boekhoudkundige Normen. Jef Verstraelen werd geboren in Antwerpen op 19 november 1944. Hij studeerde Wiskundige Wetenschappen en Economische Wetenschappen aan de K.U.Leuven. Zijn onaflatende drang om bij te leren, heeft hem er in 1984 toe gebracht zijn curriculum uit te breiden met een diploma Rechten. Daar maakte hij kennis met wat zijn geliefkoosd vakgebied zou worden: de reorganisatie van ondernemingen. Deze “uit de hand gelopen hobby”, zoals hij het zelf omschreef, heeft geleid tot talrijke uitstekende en alom gewaardeerde publicaties van zijn hand. Eind 2008 had de Commissie voor Boekhoudkundige Normen de eer om de heer Verstraelen te verwelkomen als lid van de CBN-werkgroep “Fusies en splitsingen”. Gezien zijn specialisatie in de fiscale aspecten van de reorga nisaties van ondernemingen, een onderzoeksterrein dat hij als geen ander beheerste, heeft hij in belangrijke mate bijgedragen tot de totstandkoming van verschillende CBN-adviezen met betrekking tot dit onderwerp. Deze adviezen werden gebundeld in dit Bulletin. Als eerbetoon aan een bijzonder warm man, wiens gedrevenheid en diep gaande vakkennis een aanzienlijke invloed hebben gehad op het Belgische fiscale landschap inzake reorganisaties van ondernemingen, draagt de Commissie en de werkgroep “Fusies en splitsingen” dit Bulletin op aan de heer Jef Verstraelen.
Jan Verhoeye Voorzitter Commissie voor Boekhoudkundige Normen
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 7
bulletin n°53 / 7
28/09/10 11:02
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 8
28/09/10 11:02
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN FUSIES ADVIES 2009/6 1 april 2009 53
TREFWOORDEN fusies – herwaarderingsmeerwaarden – kapitaalsubsidies
Inleiding De boekhoudkundige verwerking van een fusie door overneming, een fusie door oprichting en een met fusie door overneming gelijkgestelde verrichting zoals gedefi nieerd in de artikelen 671, 672 en 676 van het Wetboek van Vennootschappen (hierna W.Venn.) is geregeld in de artike len 41, § 1, tweede lid, 78 en 79 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschappen van 30 januari 2001 (hierna K.B. W.Venn.). Omdat fusie door overneming niet alleen vennootschapsrechtelijk maar ook boekhoudrechtelijk model staat voor de andere vormen van fusie, wordt in dit advies verder alleen aandacht besteed aan de fusie door over neming. Bovendien worden in dit advies enkel de fusieverrichtingen tussen Belgische vennootschappen besproken. De grensoverschrijdende fusies zullen het voorwerp uitmaken van een afzonderlijk advies.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 9
bulletin n°53 / 9
28/09/10 11:02
In vennootschapsrechtelijk opzicht kenmerkt een fusieverrichting zich door het feit dat het hele vermogen van één of meer vennootschappen, als gevolg van een ontbinding zonder vereffening, overgaat op een andere vennoot schap, waarbij de aandeelhouders van de overgenomen vennootschap(pen) aandelen in de overnemende vennootschap ontvangen. Het beginsel van de juridische continuïteit die fusieverrichtingen in ven nootschapsrechtelijk opzicht kenmerkt, wordt ook doorgetrokken op boek houdrechtelijk vlak. Voor deze verrichtingen wordt dan ook het principe van de boekhoudkun dige continuïteit gehuldigd. In beginsel worden actief en passiefbestand delen van de overgenomen vennootschap in de boekhouding van de over nemende vennootschap opgenomen tegen de waarde waarvoor zij voor kwamen op het tijdstip waarop de fusie boekhoudkundig wordt voltrokken en wijzigt er niets aan de samenstelling van de overgenomen eigen vermogensbestanddelen. Wanneer bijgevolg de ruilwaarden op grond waarvan de ruilverhouding tussen de aandelen van de overgenomen en die van de overnemende ven nootschap wordt vastgesteld, niet overeenstemmen met de boekwaarden zoals meestal het geval zal zijn zullen die ruilwaarden boekhoudkundig niet tot uitdrukking worden gebracht. Eén en ander houdt verband met de onderscheiden aard van het waarde rings en registratiegebeuren. Enerzijds is het duidelijk dat de waardeverhoudingen tussen de vennoot schap en vóór fusie, de verhoudingen in de aandeelhouderskring na fusie bepalen. Daartoe moet worden gezocht naar een billijke ruilverhouding tussen de nieuwe aandelen van de overnemende vennootschap en de be staande aandelen van de overgenomen vennootschap, wat kan uitgedrukt worden in volgende formule: (ruil)waarde per aandeel van de overgenomen vennootschap (ruil)waarde per aandeel van de overnemende vennootschap = xaantal nieuwe aandelen van de overnemende vennootschapx aantal bestaande aandelen van de overgenomen vennootschap
10 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 10
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Anderzijds moet het fusieproces worden verwerkt in een continuïteits optiek met naleving van de boekhoudprincipes. Deze laatste zorg verklaart waarom de fusieregeling ernaar streeft zoveel mogelijk te vermijden dat: –– de eigen vermogensbestanddelen van de overgenomen vennootschap in kapitaal zouden omgezet worden, wat samen met de waardecorrecties op activa en passiva zou leiden tot een gewijzigd beeld van de rendabiliteit; –– de richting van de fusie bepalend zou zijn voor haar boekhoudkundige verwerking. De krachtlijnen van de boekhoudkundige verwerking van fusies zullen in dit advies dan ook worden toegelicht door talrijke voorbeelden. Dit advies vervangt CBN-advies 166/1.
Boekhoudkundige verwerking 1. Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 2 en § 4 K.B. W.Venn.). Ter zake wordt bepaald dat de verschillende actief- en passiefbestanddelen van de overgenomen vennootschap, inclusief de bestanddelen van haar eigen vermogen, worden opgenomen in de boekhouding van de over nemende vennootschap tegen de waarde waarvoor zij in de boekhouding van de overgenomen vennootschap voorkwamen op het tijdstip als be doeld in artikel 693, tweede lid, 5° W.Venn. Wat betreft de verschillende bestanddelen van het eigen vermogen, zal het kapitaal van de overgenomen vennootschap toegevoegd worden aan het kapitaal van de overnemende vennootschap; hetzelfde geldt voor wat be treft de uitgiftepremies, de herwaarderingsmeerwaarden, de reserves, het overgedragen resultaat en de kapitaalsubsidies. Waardeaanpassingen kunnen vóór fusie bij de overgenomen vennootschap worden doorgevoerd maar moeten dan uiteraard voldoen aan de bepalin gen van het gemeen boekhoudrecht.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 11
bulletin n°53 / 11
28/09/10 11:02
1.1. Het kapitaal van de overnemende vennootschap is samengesteld uit aandelen zonder nominale waarde Meestal zal het samenvoegen van het kapitaal van de overgenomen ven nootschap met dat van de overnemende vennootschap tot gevolg hebben dat, rekening houdend met de toegepaste ruilverhouding, de fractiewaarde van de aandelen van de overnemende vennootschap door de fusie zal ge wijzigd worden in de ene of de andere richting. Deze wijziging is zonder betekenis voor de boekhoudkundige verwerking van de verrichting: er moeten geen kapitaalcorrecties gebeuren, tenzij men de oude fractiewaar de wenst te behouden (voor deze correcties: zie verder onder 1.2.). Voorbeeld 1 (In de balansen die volgen worden de bedragen steeds uitgedrukt in duizend euro; het aantal aandelen wordt in eenheden vermeld.)
Vaste activa Vlottende activa
Balans A 3.080 Kapitaal 1.610 Reserves Voorzieningen Schulden 4.690
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Aantal aandelen: 1.200 zonder nominale waarde Overeengekomen ruilwaarde van vennootschap A: 3.750.000 Ruilwaarde per aandeel A: 3.750.000/1.200 = 3.125
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Voorzieningen Schulden 18.380
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
Aantal aandelen: 2.000 zonder nominale waarde Overeengekomen ruilwaarde van vennootschap B: 12.500.000 Ruilwaarde per aandeel B: 12.500.000/2.000 = 6.250 Naar aanleiding van de fusie waarbij vennootschap A vennootschap B overneemt, worden de 2.000 aandelen B omgeruild tegen 4.000 nieuwe aandelen A, m.a.w. er wordt een ruilverhouding toegepast waarbij 1 aan deel B wordt omgeruild tegen 2 nieuwe aandelen A.
12 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 12
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Indien vennootschap B vennootschap A overneemt, worden naar aanlei ding van de fusie 1.200 aandelen A omgeruild tegen 600 nieuwe aandelen B, m.a.w. er wordt een ruilverhouding toegepast waarbij 2 aandelen A worden omgeruild tegen 1 nieuw aandeel B.
Vaste activa 3.080 + 12.660 = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B of B + A Kapitaal 15.740 1.800 + 4.000 = Reserves 7.330 1.670 + 8.900 = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 = 23.070
5.800 10.570 16.370 2.080 4.620 23.070
Men zal vaststellen dat fusie door overneming van B boekhoudkundig tot hetzelfde resultaat leidt als fusie door overneming van A. Noteer evenwel dat als A de overnemende vennootschap is, de uitgifte van de nieuwe aandelen gebeurt beneden de fractiewaarde (4.000.000/4.000) = 1.000 per nieuw aandeel t.a.v. 1.800.000/1.200 = 1.500 per bestaand aandeel). In casu is artikel 582 W.Venn. niet van toepassing.
1.2. Het kapitaal van de overnemende vennootschap is samengesteld uit aandelen met nominale waarde (toepassing van artikel 78, § 4 K.B. W.Venn.) Hebben de aandelen van de overnemende vennootschap een nominale waarde, dan wordt hun waarde na fusie niet gewijzigd. Is de overnemende vennootschap een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, dan kunnen er slechts aandelen worden gecreëerd met een gelijke nominale waarde (toepassing van artikel 238 W.Venn.). De nominale waarde van een nieuw aandeel zal dan per definitie overeen stemmen met de nominale waarde van een bestaand aandeel van de over nemende vennootschap. Het bedrag waarmee het kapitaal van de overnemende vennootschap wordt verhoogd, staat echter niet in verband met het kapitaalbedrag van de overgenomen vennootschap. Het is immers de ruilverhouding die het aantal nieuw uit te geven aandelen bepaalt en, door vermenigvuldiging Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 13
bulletin n°53 / 13
28/09/10 11:02
met de nominale waarde van de uitgegeven aandelen, ook het bedrag van de kapitaalverhoging. Meestal zal het kapitaal van de overgenomen vennootschap dan ook niet overeenstemmen met het bedrag van de kapitaalverhoging bij de overne mende vennootschap en zijn volgende correcties nodig (toepassing van ar tikel 78, § 4 K.B. W.Venn.): – is het bedrag waarmee het kapitaal van de overnemende vennootschap wordt verhoogd groter dan het kapitaal van de overgenomen vennootschap, dan wordt het verschil onttrokken aan de andere eigen vermogens bestanddelen volgens de regels vastgesteld door de algemene vergade ring die tot fusie besluit; – in het tegenovergestelde geval wordt het verschil geboekt als uitgiftepremie. Voorbeeld 2 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1.
Vaste activa Vlottende activa
Balans A 3.080 Kapitaal 1.610 Reserves Voorzieningen Schulden 4.690
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Aantal aandelen A: 1.200 met nominale waarde 1.500
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Voorzieningen Schulden 18.380
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
Aantal aandelen B: 2.000 met nominale waarde 2.000 Ruilverhouding: 2 A = 1 B
1.2.1 A neemt B over met behoud van de nominale waarde van de aandelen A 2 A = 1 B => creatie van 2.000 x 2 = 4.000 nieuwe aandelen A met nomi nale waarde 1.500. Het kapitaal van A wordt dus verhoogd met 4.000 x 1.500 = 6.000.000 d.i. 2.000.000 meer dan het kapitaal van B. Dit verschil wordt onttrokken 14 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 14
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
aan de reserves van B, op de wijze beslist door de algemene vergadering die tot fusie besluit.
Vaste activa 3.080 + 12.660 = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 15.740 1.800 + 4.000 + 2.000 = Reserves 7.330 1.670 + 8.900 – 2.000 =
7.800 8.570 16.370
Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 =
2.080 4.620 23.070
23.070
1.2.2 B neemt A over met behoud van de nominale waarde van de aandelen B 2 A = 1 B => creatie van 1.200 x 1/2 = 600 nieuwe aandelen B met nomi nale of fractiewaarde 2.000. Het kapitaal van B wordt dus verhoogd met 600 x 2.000 = 1.200.000 d.i. 600.000 minder dan het kapitaal van A. Dit verschil wordt geboekt als uitgiftepremie.
Vaste activa 3.080 + 12.660 = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans B + A Kapitaal 15.740 4.000 + 1.800 - 600 = Uitgiftepremie + 600 = 7.330 Reserves 8.900 +1.670 =
5.200 600 10.570 16.370
Voorzieningen 1.680 + 400= Schulden 3.800 + 820 =
2.080 4.620 23.070
23.070
1.3. Kosten en opbrengsten van de overgenomen vennootschap Wat kosten en opbrengsten van de overgenomen vennootschap betreft, wordt in het W.Venn. bepaald dat: –– het fusievoorstel de datum vermeldt vanaf welke de handelingen van de overgenomen vennootschap boekhoudkundig worden geacht verricht te zijn voor rekening van de overnemende vennootschap (artikel 693, tweede lid, 5° W.Venn.); –– de jaarrekening van de overgenomen vennootschap die het fusietijdstip voorafgaat, de verrichtingen bevat van de periode begrepen tussen de
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 15
bulletin n°53 / 15
28/09/10 11:02
datum van de laatste jaarafsluiting en het in artikel 693, tweede lid, 5° W.Venn. vermelde tijdstip. Hieruit volgt dat: – de kosten en opbrengsten van de overgenomen vennootschap die betrek king hebben op de periode vóór het in artikel 693, tweede lid, 5° W.Venn. vermelde tijdstip, opgenomen worden in de laatste jaarrekening van de overgenomen vennootschap; – de kosten en opbrengsten van de overgenomen vennootschap die betrek king hebben op de periode tussen het in artikel 693, tweede lid, 5° W.Venn. vermelde tijdstip en de datum waarop de fusie vennootschaps rechtelijk wordt voltrokken, worden opgenomen in de jaarrekening van de overnemende vennootschap.
2. Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 3 K.B. W.Venn.). Artikel 703, § 2, 2° W.Venn. bepaalt dat er geen omwisseling plaatsvindt van aandelen van de overnemende vennootschap tegen aandelen van de overgenomen vennootschap die worden gehouden door de overgenomen vennootschap zelf. Bijgevolg verdwijnen bij fusie de eigen aandelen gehouden door de overge nomen vennootschap en wordt haar eigen vermogen verminderd ten be lope van de boekwaarde van deze aandelen. Werd bij inkoop een onbeschikbare reserve voor eigen aandelen gevormd, dan wordt de eigen vermogensvermindering toegerekend aan deze reserve. Werd met overtreding van de artikelen 325, eerste lid, en 623, eerste lid W.Venn., geen onbeschikbare reserve gevormd, dan moet de in de artikelen 325, tweede lid, en 623, tweede lid W.Venn. bepaalde toerekening worden gevolgd: eerst worden de beschikbare reserves verminderd en, bij gebreke, het kapitaal. Voorbeeld 3 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1, B bezit 10% eigen aandelen met een boek waarde van 1.300.000, A (aandelen zonder nominale waarde) neemt B over. 16 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 16
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Balans A 3.080 Kapitaal 1.610 Reserves
Vaste activa Vlottende activa
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Voorzieningen Schulden 4.690 Vaste activa Vlottende activa Eigen aandelen
Balans B 12.660 Kapitaal 4.420 Onbeschikbare reserves 1.300 eigen aandelen Beschikbare reserves
4.000 1.300 7.600 12.900 1.680 3.800 18.380
Voorzieningen Schulden 18.380 Vaste activa 3.080 + 12.660 = Vlottende activa 1.610 + 4.420 =
Balans A + B Kapitaal 15.740 1.800 + 4.000 = Reserves 6.030 1.670 + 7.600 + 1.300 - 1.300 = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 = 21.770
5.800 9.270 15.070 2.080 4.620 21.770
3. Overnemende en overgenomen vennootschap houden geen aandelen van elkaar. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen. Er wordt een opleg in geld toegekend (toepassing van artikel 78, § 5 K.B. W.Venn.). Artikel 671 W.Venn. stelt dat een opleg in geld kan toegekend worden die niet meer mag bedragen dan een tiende van de nominale of, bij gebreke van nominale waarde, van de fractiewaarde van de toegekende aandelen. Boekhoudkundig wordt de toegekende opleg geacht onttrokken te zijn aan het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap. Deze onttrekking gebeurt op de wijze vastgesteld door de algemene vergadering die tot fusie besluit en kan slechts betrekking hebben op voor uitkering vatbare bedragen. Is er geen beslissing van de algemene vergadering, dan gebeurt de onttrekking, in volgorde, aan de overgedragen winst, de beschikbare reserves en de ove rige reserves die volgens de wet en/of de statuten kunnen uitgekeerd worden. Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 17
bulletin n°53 / 17
28/09/10 11:02
Voorbeeld 4 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1, A (aandelen zonder nominale waar de) neemt B over. Aan de aandeelhouders van B worden 3.904 aandelen toegekend en een opleg in geld van 300.000.
Vaste activa Vlottende activa
Balans A 3.080 Kapitaal 1.610 Reserves Voorzieningen Schulden 4.690
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Voorzieningen Schulden 18.380
Vaste activa 3.080 + 12.660 = Vlottende activa 1.610 + 5.720 - 300 =
Balans A + B Kapitaal 15.740 1.800 + 4.000 = Reserves 7.030 1.670 + 8.900 – 300 = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 = 22.770
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
5.800 10.270 16.070 2.080 4.620 22.770
4. De overnemende vennootschap bezit aandelen van de overgenomen vennootschap. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen (toepassing van artikel 78, § 6 K.B. W.Venn.). Artikel 703, § 2, 1° W.Venn. bepaalt dat er geen omwisseling plaatsvindt van aandelen van de overnemende vennootschap tegen aandelen van de overgenomen vennootschap die gehouden worden door de overnemende vennootschap zelf.
18 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 18
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
In de huidige stand van het vennootschapsrecht wordt de overnemende vennootschap niet meer vergoed voor de aandelen die zij bezit in de over genomen vennootschap: voor haar aandelenpercentage in de overgenomen vennootschap worden geen nieuwe aandelen gecreëerd. Deze regeling heeft tot gevolg dat alle actief- en passiefbestanddelen van de overgenomen vennootschap worden opgenomen in de boekhouding van de overnemende vennootschap tegen de waarde waarvoor zij in de boekhou ding van de overgenomen vennootschap voorkwamen, met dien verstande evenwel dat de verschillende bestanddelen van het eigen vermogen van de over genomen vennootschap slechts worden opgenomen ten belope van de fractie die overeenstemt met de aandelen van de overgenomen vennootschap die om gewisseld werden tegen aandelen van de overnemende vennootschap. Tege lijk wordt de boekwaarde van de deelneming verrekend met de fractie die zij vertegenwoordigt in het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap. Wordt er een verschil vastgesteld tussen de boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap en het overeenstemmende gedeelte in haar eigen vermogen, dan wordt dit verwerkt volgens zijn aard of oorsprong. Hierna worden een aantal bijzondere aspecten van deze regeling toegelicht.
4.1. De boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap stemt overeen met het aandeel in haar boekhoudkundig eigen vermogen Het spreekt vanzelf dat deze situatie zich in de praktijk vrijwel nooit zal voordoen. Deze situatie wordt dan ook voornamelijk om didactische rede nen aan de hand van onderstaand voorbeeld uitgewerkt. Voorbeeld 5 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1, maar A bezit 20% van de aandelen van B waarvan de boekwaarde overeenstemt met het aandeel in het eigen vermogen van B (20% x 12.900 = 2.580). A neemt B over.
Vaste activa Deelneming B (20 %) Vlottende activa
Balans A 500 Kapitaal 2.580 Reserves 1.610 Voorzieningen Schulden 4.690
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Aantal aandelen A: 1.200 Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 19
bulletin n°53 / 19
28/09/10 11:02
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Voorzieningen Schulden 18.380
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
Aantal aandelen B: 2.000 Ruilverhouding: 2 A = 1 B A neemt B over en zou dus 2.000 x 2 = 4.000 nieuwe aandelen moeten creëren indien vennootschap A geen aandelen in vennootschap B zou bezitten. Aangezien er overeenkomstig artikel 703, § 2, 1° W.Venn. geen aandelen worden toegekend voor de aandelen die vennootschap A in vennootschap B bezit, creëert A slechts 3.200 (80% van 4.000) nieuwe aandelen die toegekend worden in de verhouding 2 A = 1 B. Het aandeel in het eigen vermogen van B dat overeenstemt met het aan delenpercentage van A in B (20% x 12.900.000) wordt verrekend met de boekwaarde van de deelneming van A in B. Dit heeft tot gevolg dat de ver schillende bestanddelen van het eigen vermogen van B in principe slechts worden opgenomen ten belope van het aandelenpercentage dat niet in be zit is van A (toepassing van artikel 78, § 6 K.B. W.Venn.).
Vaste activa 500 + 12.660 = Deelneming B (20 %) 2.580 – (4.000 + 8.900) x 20% = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Reserves 0 7.330
20.490
1.670 + 8.900 x 80% = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 =
5.000 8.790 2.080 4.620 20.490
Nochtans moet rekening worden gehouden met: – de eventuele toepassing van artikel 78, § 4 K.B. W.Venn. (zie hoger) bij aandelen met een nominale waarde; – de eventuele gewijzigde fiscale kwalificatie van de reserves van de over genomen vennootschap (artikel 78, § 6, in fi ne, K.B. W.Venn.). Boekhoudkundig kan afgeweken worden van een proportionele overname van de verschillende bestanddelen van de reserves om aldus de belasting 20 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 20
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
vrije reserves van de overgenomen vennootschap bij de overnemende ven nootschap te kunnen wedersamenstellen. Er wordt immers opgemerkt dat, vanuit fiscaal oogpunt, de overnemende vennootschap thans in de regel de vrijgestelde reserves (doorgaans opge nomen onder de rekening “Belastingvrije reserves”) integraal overneemt, zodat de belastingheffing op het normalerwijze boekhoudkundig verdwe nen gedeelte van de vrijgestelde reserves achterwege blijft. Voorbeeld 6 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 5, maar B heeft 8.000.000 beschikbare reserves en 900.000 belastingvrije reserves. Balans A 500 Kapitaal 2.580 Reserves 1.610 Voorzieningen Schulden 4.690
Vaste activa Deelneming B (20%) Vlottende activa
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Voorzieningen Schulden 18.380
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
4.000 900 8.000 12.900 1.680 3.800 18.380
Indien vennootschap A vennootschap B overneemt, zou elk eigen vermo gensbestanddeel van B slechts overgenomen worden ten belope van 80%, inclusief de belastingvrije reserves. Om dit te vermijden, mag de vermindering van de reserves (zoals omschre ven door het boekhoudrecht) bij voorrang worden toegerekend aan andere dan de belastingvrije reserves. In dit voorbeeld zullen de 900.000 belastingvrije reserves van B volledig worden overgenomen en zal de globale vermindering toegerekend worden aan de beschikbare reserves die na de fusie 7.890.000 zullen bedragen.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 21
bulletin n°53 / 21
28/09/10 11:02
Vaste activa 500 + 12.660 = Deelneming B 2.580 – (4.000 + 900 + 8.000) x 20% = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Belastingvrije reserves 0 7.330
0 + (900 x 80%) + 180 = Beschikbare reserves 1.670 + (8.000 x 80%) - 180 = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 =
20.490
5.000 900 7.890 13.790 2.080 4.620 20.490
In de mate dat de andere dan de belastingvrije reserves van de overgeno men vennootschap ontoereikend zouden zijn om de vermindering van de belastingvrije reserves volledig op te vangen, kan het gedeelte van de be lastingvrije reserves dat, na de toerekening aan de andere dan de belas tingvrije reserves van de overgenomen vennootschap nog steeds niet is weder samengesteld, na de fusie worden heraangelegd via het debet van de resultatenrekening aan de hand van de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
De lege ferenda heeft de Commissie besloten voorstellen aan de Regering te doen indien n.a.v. de recente wetswijzigingen op fiscaal vlak bij zowel Belgische als grensoverschrijdende fusies zou blijken dat de bedoelingen van de wetgever niet of onvoldoende door artikel 78, § 6, in fi ne, K.B. W.Venn. zouden kunnen worden gerealiseerd. Om redenen van praktische aard is de Commissie van mening dat de we dersamenstelling van de belastingvrije reserves ook lastens het resultaat mag gebeuren zonder artikel 78, § 6, in fi ne, K.B. W. Venn. toe te passen. De openingsbalans na de fusie is dan als volgt:
22 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 22
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Vaste activa 500 + 12.660 = Deelneming B 2.580 – (4.000 + 900 + 8.000) x 20% = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Belastingvrije reserves 0 7.330
5.000
0 + 900 x 80% =
720
Beschikbare reserves 1.670 + (8.000 x 80%) = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 =
8.070 13.790 2.080 4.620 20.490
20.490
De overnemende vennootschap A zal evenwel de belastingvrije reserves van B (fiscaal vrijgestelde reserves) volledig overnemen (zodat deze reserves in fiscaal opzicht niet zullen worden verminderd). Hiertoe kan de belastingvrije reserve na de fusie worden heraangelegd via de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
180 180
4.2. De boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap stemt niet overeen met het aandeel in haar eigen vermogen (artikel 78, § 7 K.B. W.Venn.) Meestal zal bij fusie een verschil blijken tussen de boekwaarde van de aan delen van de overgenomen vennootschap en de fractie die zij vertegenwoor digen in het eigen vermogen. Dit verschil moet verwerkt worden volgens zijn aard of oorsprong, waarbij volgende situaties onderscheiden worden:
4.2.1 De boekwaarde van de aandelen in de boekhouding van de overnemende vennootschap is groter dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen Vooreerst dient nagegaan te worden of met toepassing van de gemeenrech telijke bepalingen van het boekhoudrecht, het eigen vermogen van de over genomen vennootschap moet gecorrigeerd worden: –– de artikelen 61, § 1, derde lid, in fine, en 64, § 1, derde lid, in fine, K.B. W.Venn., bepalen dat aanvullende of uitzonderlijke afschrijvingen moe ten teruggenomen worden indien zij niet langer verantwoord blijken; –– de artikelen 49 en 55 K.B. W.Venn. bepalen dat waardeverminderingen en voorzieningen niet gehandhaafd mogen blijven in de mate waarin zij op het einde van het boekjaar hoger zijn dan vereist volgens een actuele beoordeling. Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 23
bulletin n°53 / 23
28/09/10 11:02
Het betreft hier slechts de gemeenrechtelijke waarderingsregels die ook los van elke fusieverrichting moeten toegepast worden. Uiteraard staat het de overgenomen vennootschap ook vrij om met toepas sing van de gemeenrechtelijke bepalingen van het boekhoudrecht: – hetzij materiële of fi nanciële vaste activa te herwaarderen wanneer hun waarde, bepaald in functie van het nut voor de vennootschap, op vast staande en duurzame wijze uitstijgt boven de gebruikswaarde; – hetzij afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa terug te nemen wanneer blijkt dat het voordien toegepaste afschrijvingsplan wegens gewijzigde economische of technologische omstandigheden een te snelle afschrijving tot gevolg had. De uit deze waardeaanpassingen voortvloeiende vermogenswijziging wordt ten belope van het aandelenpercentage verrekend met de boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap. Vervolgens dient het overblijvende verschil zo veel mogelijk toegerekend te worden aan activa met een hogere of passiva met een lagere waarde dan hun boekwaarde. Deze waardetoerekeningen vormen de uitdrukking van bij de fusie vastge stelde actuele waarderingsverschillen. Zij worden beperkt tot het bedrag van het overblijvende fusieverschil en worden volledig verrekend met de boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap. Zij gebeu ren rechtstreeks, dus niet via de resultatenrekening. Is de boekwaarde van de aandelen na waardecorrecties en na waardeaan passingen met toepassing van de gemeenrechtelijke bepalingen van het boekhoudrecht of waardetoerekeningen bij fusie, nog steeds groter dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen, dan wordt dit ver schil al naargelang het geval geactiveerd als goodwill of ten laste genomen door de overnemende vennootschap.
4.2.2 De boekwaarde van de aandelen in de boekhouding van de overnemende vennootschap is kleiner dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen Deze situatie moet eerst worden getoetst aan de boekhoudrechtelijke be palingen om na te gaan of het eigen vermogen van de overgenomen ven nootschap niet is overgewaardeerd: – de artikelen 61, § 1, tweede lid en 64, § 1, tweede lid K.B. W.Venn., bepalen dat aanvullende of uitzonderlijke afschrijvingen moeten geboekt 24 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 24
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
worden indien wegens technische omstandigheden of wijziging van econo mische of technologische omstandigheden, de boekwaarde van materiële of immateriële vaste activa met beperkte gebruiksduur, hoger is dan hun gebruikswaarde voor de vennootschap; –– de artikelen 70, tweede lid, 72, tweede lid en 75 K.B. W.Venn., bepalen dat aanvullende waardeverminderingen worden geboekt om rekening te houden hetzij met de evolutie van de markt- of realisatiewaarde, hetzij met de risico’s inherent aan de aard van de betrokken producten of gevoerde activiteit; –– artikel 33, eerste lid K.B. W.Venn. verplicht om rekening te houden met alle voorzienbare risico’s. Kan op grond van de genoemde bepalingen het vastgestelde fusieverschil niet worden weggewerkt, dan wordt dit in resultaat genomen door de overnemende vennootschap. Ingevolge de fusies heeft zij immers in over eenstemming met haar deelnemingspercentage een netto-actief ontvangen dat hoger is dan de boekwaarde van de betrokken aandelen. Hierna wordt de verwerking van het fusieverschil toegelicht wanneer de boekwaarde van de aandelen in de overgenomen vennootschap groter is dan het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen. Voorbeeld 7 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1, maar A bezit 20% van de aandelen van B met een boekwaarde die 65.000 hoger is dan het aandeel in het eigen vermogen van B (20% x 12.900.000 = 2.580.000). Vennootschap A neemt B over. Balans A 500 Kapitaal 2.645 Reserves 1.545 Voorzieningen Schulden 4.690
Vaste activa Deelneming B (20%) Vlottende activa
Vaste activa Vorderingen op meer dan 1 jaar
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Voorzieningen Schulden 18.380
(1)
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
Uit een actuele beoordeling blijkt dat de voorzieningen van B 50.000 te hoog zijn.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 25
bulletin n°53 / 25
28/09/10 11:02
Met toepassing van artikel 55 K.B. W.Venn. wordt deze voorziening terug gebracht tot 1.630.000. Een overeenkomstig resultaat wordt geboekt. Vaste activa Vorderingen op meer dan 1 jaar
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Overgedragen resultaat Voorzieningen 1.680 – 50 Schulden 18.380
4.000 8.900 50 12.950 1.630 3.800 18.380
(2)
Na aanpassing van het eigen vermogen van B met toepassing van de gemeenrechtelijke boekhoudbepalingen, blijft er een verschil van 55.000 tussen de boekwaarde van de aandelen B en het aandeel in het eigen vermogen van B (20% x 12.950.000). Er dient dan te worden nagegaan of er een toerekening kan gebeuren aan activa met een hogere of aan passiva met een lagere waarde dan hun boek waarde. Hierna volgen enkele toepassingen. (2.1.) Toerekening aan een materieel vast actief
Wanneer B bv. 60.000 zou kunnen toerekenen aan een vast actief, dan wordt deze toerekening beperkt tot het bedrag van het resterende verschil, in casu 55.000. Balans A + B na toerekening aan een materieel vast actief Vaste activa Kapitaal 13.215 1.800 + 4.000 x 80% = 500 + 12.660 + 55 = Deelneming B Reserves 2.645 – (4.000 + 8.950) x 20% 1.670 + 8.950 x 80% = – 55 = 0 Vorderingen op meer dan 1 jaar 5.720 Vlottende activa 1.545 Voorzieningen 400 + 1.630 = Schulden 820 + 3.800 = 20.480
5.000 8.830 13.830 2.030 4.620 20.480
(2.2.) Toerekening aan een geactualiseerde schuld
Wanneer B bv. 60.000 zou kunnen toerekenen aan een schuld die wordt geactualiseerd, wordt deze toerekening beperkt tot het bedrag van het res terende verschil, in casu 55.000. Deze blijft geboekt tegen nominale waarde. Het tot het resterende fusiever schil beperkte bedrag van het verschil tussen de nominale en de actuele waar de wordt op een overlopende rekening geboekt en wordt nadien op geactuali seerde basis in resultaat genomen (toepassing van artikel 77 K.B. W.Venn.). 26 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 26
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Balans A + B na toerekening aan een geactualiseerde schuld Vaste activa Kapitaal 500 + 12.660 = 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Deelneming B Reserves 0 1.670 + 8.950 x 80% = 2.645 – (4.000 + 8.950) x 20% – 55 = Vorderingen op meer dan 1 jaar 5.720 Vlottende activa 1.545 Voorzieningen Overlopende rekening 55 400 + 1.630 = Schulden 820 + 3.800 = 20.480
5.000 8.830 13.830 2.030 4.620 20.480
4.3. Kapitaalsubsidies en herwaarderingsmeerwaarden
4.3.1 Kapitaalsubsidies Artikel 78, § 6 K.B. W.Venn. bepaalt dat de verschillende bestanddelen van het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap slechts worden opgenomen bij de overnemende vennootschap ten belope van de fractie die overeenstemt met de aandelen die omgeruild worden (onder voorbehoud van een toepassing van artikel 78, § 4 K.B. W.Venn., en van een wijziging van de fiscale kwalificatie van de reserves bij de overgenomen vennootschap). Bijgevolg verdwijnen bij fusie ook de kapitaalsubsidies van de overgeno men vennootschap ten belope van het deelnemingspercentage van de over nemende in de overgenomen vennootschap. De uitgestelde belastingen die betrekking hebben op de kapitaalsubsidies van de overgenomen vennootschap worden opgenomen in de boekhouding van de overnemende vennootschap om de belastingen op deze subsidies te dekken. Voorbeeld 8 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 5, B ontving kapitaalsubsidies van 1.000.000 (de belastingvoet bedraagt 30%).
Vaste activa Deelneming B (20%) Vlottende activa
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 27
Balans A 500 Kapitaal 2.580 Reserves 1.610 Voorzieningen Schulden 4.690
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
bulletin n°53 / 27
28/09/10 11:02
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Kapitaalsubsidies Uitgestelde belastingen Voorzieningen Schulden 18.380
Vaste activa 500 + 12.660 = Deelneming B 2.580 – (4.000 + 8.200 + 700) x 20% = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Reserves 0 1.670 + 8.200 x 80% = Kapitaalsubsidies 7.330 700 x 80% = Voorzieningen 400 + 1.380 = Uitgestelde belastingen Schulden 820 + 3.800 = 20.490
4.000 8.200 700 12.900 300 1.380 3.800 18.380
5.000 8.230 560 13.790 1.780 300 4.620 20.490
4.3.2 Herwaarderingsmeerwaarden Net zoals de kapitaalsubsidies verdwijnen bij fusie ook de herwaarderings meerwaarden van de overgenomen vennootschap ten belope van het deel nemingspercentage van de overnemende in de overgenomen vennootschap. Wordt het geherwaardeerde actief vervreemd, dan zal rekening worden gehouden met het bij de fusie «verrekende» gedeelte van de herwaarde ringsmeerwaarde. Voorbeeld 9 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 5, B heeft een gebouw met aanschaf fi ngsprijs 400.000 met 600.000 geherwaardeerd.
Vaste activa Deelneming B (20%) Vlottende activa
28 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 28
Balans A 500 Kapitaal 2.580 Reserves 1.610 Voorzieningen Schulden 4.690
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Vaste activa Vlottende activa
Balans B 12.660 Kapitaal 5.720 Reserves Herwaarderingsmeerwaarde Voorzieningen Schulden 18.380
Vaste activa 500 + 12.660 = Deelneming B 2.580 – (4.000 + 8.300 + 600) x 20% = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.160 1.800 + 4.000 x 80% = Reserves 0 1.670 + 8.300 x 80% = Herwaarderingsmeerwaarde 7.330 600 x 80% = Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 = 20.490
4.000 8.300 600 12.900 1.680 3.800 18.380
5.000 8.310 480 13.790 2.080 4.620 20.490
Indien het geherwaardeerde gebouw (met aanschaffingsprijs van 400.000) voor 1.000.000 wordt verkocht, dan wordt een meerwaarde geboekt van 480.000. 416 Diverse vorderingen 1.000.000 121 Herwaarderingsmeerwaarde 480.000 aan 221 Gebouwen 400.000 228 Geboekte meerwaarde op gebouwen 600.000 480.000 763 Meerwaarde op realisatie van vaste activa 120.000 (d.i. 20% van de oorspronkelijke herwaarderingsmeerwaarde van 600.000) werd bij fusie verrekend met de aanschaffingswaarde van de deelneming in vennootschap B.
4.3.3 Wedersamenstelling van het boekhoudkundig verdwenen gedeelte van de kapitaalsubsidies en herwaarderingsmeerwaarden Teneinde een overeenstemming te bereiken met de fiscale verminderings regels, zal de vennootschap er doorgaans voor opteren om het aldus boek houdkundig verdwenen gedeelte van de kapitaalsubsidies of herwaarde ringsmeerwaarden onmiddellijk na de fusie terug weder samen te stellen. Deze wedersamenstelling kan dan als een mutatie binnen het eigen vermo gen gebeuren door middel van de volgende correctieboekingen:
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 29
bulletin n°53 / 29
28/09/10 11:02
Voorbeeld 10 133
Beschikbare reserves aan 15 Kapitaalsubsidies
140 140
Voorbeeld 11 133
Beschikbare reserves aan 121 Herwaarderingsmeerwaarden
120 120
Er wordt opgemerkt dat de correctieboeking eveneens lastens het resultaat mag gebeuren.
5. De overgenomen vennootschap bezit aandelen van de overnemende vennootschap. Er wordt geen opleg in geld toegekend. De overgenomen vennootschap bezit geen eigen aandelen. Artikel 703, § 2 W.Venn. bepaalt enkel dat er geen omwisseling plaats vindt van aandelen van de overnemende vennootschap tegen aandelen van de overgenomen vennootschap die gehouden worden door de overnemende vennootschap zelf of door de overgenomen vennootschap. De aandelen van de overnemende vennootschap die de overgenomen ven nootschap bezit, worden bij fusie dan ook als eigen aandelen aan de activa van de overnemende vennootschap toegevoegd ten gevolge van de over dracht onder algemene titel van alle activa en passiva. De artikelen 325, eerste lid, en 623, eerste lid W.Venn. bepalen dat bij het verkrijgen van deze eigen aandelen, een onbeschikbare reserve moet ge vormd worden, gelijk aan de waarde waarvoor deze aandelen in de inven taris ingeschreven zijn. Deze eigen aandelen kunnen: – hetzij onmiddellijk, hetzij binnen 12 maanden na fusie worden vernietigd; – worden vervreemd binnen 12 maanden na fusie; – gedeeltelijk worden vervreemd binnen 12 maanden na fusie. De nomi nale of fractiewaarde van de niet vervreemde aandelen mag bij het ver strijken van deze termijn hoogstens 20% bedragen van het geplaatste kapitaal (artikelen 324, tweede lid, en 622, § 2, tweede lid, 4° W.Venn.);
30 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 30
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
–– van rechtswege nietig worden indien zij binnen 12 maanden na fusie niet werden vervreemd of vernietigd binnen de hoger vermelde grenzen (artikelen 324, derde lid, en 625, § 1, eerste lid W.Venn.). Voorbeeld 12 Dezelfde gegevens als in voorbeeld 1, B bezit 50% van de aandelen van A. A neemt B over. Balans A 3.080 Kapitaal 1.610 Reserves
Vaste activa Vlottende activa
1.800 1.670 3.470 400 820 4.690
Voorzieningen Schulden 4.690
Vaste activa Deelneming A (50%) Vlottende activa
Balans B 10.660 Kapitaal 2.000 Reserves 5.720 Voorzieningen Schulden 18.380
4.000 8.900 12.900 1.680 3.800 18.380
Indien vennootschap A vennootschap B overneemt, een onbeschikbare reserve voor eigen aandelen vormt en daarna de verkregen eigen aandelen vernietigt, krijgen wij de volgende toestand:
Vaste activa 3.080 + 10.660 = Vlottende activa 1.610 + 5.720 =
Balans A + B Kapitaal 13.740 1.800 + 4.000 = Reserves 7.330 1.670 + 8.900 – 2.000 =
Eigen aandelen 2.000 – 2.000
0
21.070
5.800
Onbeschikbare reserve eigen aandelen 2.000 – 2.000 Voorzieningen 400 + 1.680 = Schulden 820 + 3.800 =
8.570 14.370 0 2.080 4.620 21.070
Men zal opmerken dat het eigen vermogen overeenstemt met een fusie in omgekeerde richting waarbij het niet toegerekende fusieverschil ten laste wordt genomen als resultaat. Uiteraard zal ook de samenstelling van het eigen vermogen er anders uitzien.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 31
bulletin n°53 / 31
28/09/10 11:02
Vaste activa 10.660 + 3.080 = Deelneming A 2.000 – (1.800 + 1.670) x 50% - 265 Vlottende activa 5.720 + 1.610 =
Balans B + A Kapitaal 13.740 4.000 + 1.800 x 50% = Reserves 0 8.900 + 1.670 x 50% = Verlies 7.330 Voorzieningen 1.680 + 400 = Schulden 3.800 + 820 = 21.070
4.900 9.735 (265) 14.370 2.080 4.620 21.070
Indien de bij de fusie betrokken vennootschapen aandelen van elkaar hou den, zal de richting die de fusie aanneemt dus niet neutraal zijn t.a.v. de verwerking van het verschil tussen de boekwaarde van deze aandelen en het overeenstemmende aandeel in het eigen vermogen: – gaat het om een fusie waarbij de overnemende vennootschap aandelen houdt van de overgenomen vennootschap, dan wordt dit verschil hetzij toegerekend, hetzij in resultaat genomen; – gaat het om een fusie waarbij de overgenomen vennootschap aandelen houdt van de overnemende vennootschap, dan gebeurt er bij vernieti ging van de verkregen eigen aandelen een rechtstreekse vermogenstoe rekening.
32 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 32
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN GRENSOVERSCHRIJDENDE FUSIES ADVIES 2009/7 15 juli 2009 53
TREFWOORDEN belastingvrije reserves – fusies – kapitaal – onderneming [vennootschap] naar buitenlands recht
Inleiding Dit advies strekt ertoe de boekhoudkundige verwerking van grensoverschrij dende fusies te behandelen, inzonderheid van fusies die vanaf 12 januari 2009 in België in beginsel belastingneutraal kunnen worden gerealiseerd. In het Verslag aan de Koning bij het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschappen van 30 januari 2001 (hierna K.B. W.Venn.) werd expliciet vermeld dat het toepassingsgebied van de boekhoudkundige regels voor het verwerken van een fusie (of een splitsing) zoals die vermeld werden in het KB van 8 oktober 1976 (met andere woorden de regels betref fende het boekhoudkundig continuïteitsprincipe met betrekking tot derge lijke verrichtingen) werden aangepast derwijze dat niet langer wordt ver wezen naar fusieverrichtingen gerealiseerd overeenkomstig de bepalingen van het vennootschappenrecht, maar enkel nog naar fusies (of splitsingen) zoals gedefi nieerd in het Wetboek van Vennootschappen (hierna W.Venn.). Dit is de uit voering van wat reeds werd aangekondigd in het advies 126/16 van de Commissie (Bull. CBN nr. 45, p. 1114). Derhalve worden hierna Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 33
bulletin n°53 / 33
28/09/10 11:02
dan ook alleen fusieverrichtingen behandeld waarvan het begrip in over eenstemming is met het W.Venn. en die in boekhoudkundige continuïteit kunnen worden gerealiseerd. Vermits de begripsomschrijving van een grensoverschrijdende fusie zoals die 1 wordt geformuleerd in de Richtlijn van 26 oktober 2005 volledig overeen stemt met het fusiebegrip zoals geformuleerd in het W.Venn., impliceert dit dat in de Belgische boeken van de bij dergelijke grensoverschrijdende fusie betrok ken vennootschappen de verrichting eveneens volgens de regels van het boek houdkundig continuïteitsprincipe moet worden verwerkt, d.w.z. met in acht neming van de artikelen 41, § 1, tweede lid, 78 en 79 van het K.B. W.Venn. Verder wordt uitgegaan van de hypothese dat de in België gevestigde bij kantoren en centra van werkzaamheden als bedoeld in artikel 1 van de wet van 17 juli 1975 (hierna genoemd de Belgische inrichtingen) die n.a.v. grens overschrijdende fusies ontstaan of bij grensoverschrijdende fusies betrok ken zijn – op basis van voormelde wet en artikel 92, § 2 van het W.Venn. – gehouden zijn hun boekhouding te voeren en hun jaarrekening op te stellen overeenkomstig het Belgisch boekhoudrecht. Het begrip “Belgische inrich ting” stemt niet noodzakelijk overeen met de gelijkaardige fiscale begrip pen, t.t.z. “Belgische inrichting” als bedoeld in artikel 229 van het Wet boek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna WIB 92) of “vaste inrich ting” in de zin van de door België gesloten dubbelbelastingverdragen. Niettemin wordt in de hierna vermelde voorbeelden steeds uitgegaan van de hypothese dat deze “Belgische inrichtingen” tevens aan te merken zijn als vaste inrichtingen in fiscaal opzicht. In dit advies wordt onder het begrip “dotatie” verstaan de eigen middelen van de Belgische inrichting die door de buitenlandse vennootschap aan de bedrijfsuitoefening van die inrichting duurzaam worden besteed, voor zo ver deze middelen niet hun oorsprong vinden in gereserveerde of overge dragen winsten van die inrichting (zie artikel 95, § 2, I.A., eerste lid, e) en laatste lid K.B. W.Venn.). Deze dotatie wordt geboekt onder de rekening 10 van het algemeen rekeningenstelsel. Wanneer deze inrichting ontstaat naar aanleiding van een grensoverschrijdende fusie zijn deze middelen ge lijkwaardig aan het maatschappelijk kapitaal en de uitgiftepremie van een
1 Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen, PB L 310 van 25 november 2005.
34 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 34
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Belgische vennootschap. Dit begrip stemt niet noodzakelijk overeen met het fiscaal begrip “kapitaaldotatie” in het WIB 92. Zoals in het CBN-advies 2009/6 zullen telkens voorbeelden worden gege ven van een fusie door overneming, waarbij de bij de verrichting betrok ken vennootschappen hun boekhouding in euro voeren.
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING In een eerste afdeling wordt de situatie behandeld waarbij een Belgische vennootschap, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap gevestigd in een andere lidstaat van de Europese Unie en in een tweede afdeling wordt de situatie behandeld waarbij een Belgische vennootschap een vennootschap gevestigd in een andere lidstaat van de Europese Unie overneemt.
A. Overname van een Belgische vennootschap, zonder buitenlandse inrichting, door een vennootschap gevestigd in een andere EU-lidstaat 1. Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. Vennootschap B bezit geen A aandelen en bezit geen Belgische inrichting; vennootschap A bezit geen eigen aandelen. Naar aanleiding van de fusie ontstaat normalerwijze een Belgische inrich ting van de overnemende vennootschap B. Het boekhoudkundig continu ïteitsprincipe houdt dan in dat in de rekeningen van deze Belgische inrich ting de actiefbestanddelen, de voorzieningen en de schulden worden opgenomen tegen de boekwaarde die deze elementen hadden in de reke ningen van de overgenomen vennootschap. De eigen vermogensrekenin gen van de overgenomen Belgische vennootschap worden in principe ook als dusdanig aan dezelfde boekwaarde als eigen vermogensrekeningen van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap opgenomen, met dien verstande dat het verschil tussen het boekhoudkundig eigen ver mogen en het bedrag aan reserves, herwaarderingsmeerwaarden en kapi taalsubsidies in de balans van de Belgische inrichting wordt ingeschreven Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 35
bulletin n°53 / 35
28/09/10 11:02
als dotatie, zijnde het maatschappelijk kapitaal en, in voorkomend geval, de uitgiftepremies van de overgenomen Belgische vennootschap A. Voorbeeld 1
Vaste activa Vlottende activa
Balans A (Belgische overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Reserves Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
De balans van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap B zal er na de fusie als volgt uitzien:
Vaste activa Vlottende activa
2.
Balans Belgische inrichting van B (na de fusie) 5.500 Dotatie 9.500 Reserves Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. De vennootschap B bezit A aandelen en deze A-participatie is belegd in een Belgische inrichting van de vennootschap B; vennootschap A bezit geen eigen aandelen. De boekhoudkundige verwerking van de fusie waarbij A wordt overge nomen door B en B aandelen in A bezit welke belegd zijn in een Belgische inrichting, geschiedt op het Belgisch niveau op een identieke manier als in geval het een fusie betreft waarbij A wordt overgenomen door een Belgische vennootschap welke aandelen in de overgenomen vennoot schap bezit. Hierbij is artikel 78, § 6 van het K.B. W.Venn. onverkort van toepassing. Dit wil zeggen dat op het niveau van de Belgische inrichting van de over nemende vennootschap B, de A aandelen worden ingetrokken en de ver schillende bestanddelen van het eigen vermogen van de overgenomen ven nootschap in de boekhouding van de Belgische inrichting van de over nemende vennootschap B slechts worden opgenomen ten belope van de fractie die overeenstemt met de aandelen in de overgenomen vennootschap die worden omgewisseld tegen de nieuw uitgegeven aandelen door de over nemende vennootschap. 36 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 36
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Zoals in de laatste zin van artikel 78, § 6 K.B. W.Venn., wordt bepaald, dient in voorkomend geval rekening te worden gehouden met de ten ge volge van de fusie gewijzigde fiscale kwalificatie van de reserves bij de 2 overgenomen vennootschap . Dit kan leiden tot bijkomende boekhoud kundige correcties. Voorbeeld 2 Balans A (Belgische overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Beschikbare reserves Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
Balans Belgische inrichting van B (vóór de fusie) Materiële vaste activa 200 Dotatie 10.800 Beschikbare reserves Financiële vaste activa 3 (Participatie A 90%) Schulden 11.000
2.500 3.500 5.000 11.000
Vaste activa Vlottende activa
Bij de fusie zal – met toepassing van artikel 78, § 7, a) K.B. W.Venn. – in hoofde van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap, een 4 boekhoudkundig fusieverlies worden toegewezen als “goodwill” . Na de fusie zal de balans van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap B er als volgt uitzien:
2 Conform de fiscale fusierichtlijn van 23 juli 1990, zoals aangevuld en geamendeerd door de Richtlijn van 17 februari 2005, stelt de wet van 11 december 2008 dat ingeval een Belgische vennootschap (belastingneutraal) wordt overgenomen door een intra-Europese vennootschap, de vrijgestelde reserves van de overgenomen vennootschap, andere dan de vrijgestelde reserves verbonden aan een buiten landse inrichting, worden teruggevonden binnen het eigen vermogen van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap. Onder intra-Europese vennootschap wordt een vennootschap van een EU-lidstaat, andere dan België, verstaan, met een rechtsvorm vermeld in de bijlage bij de fiscale fusierichtlijn van 23 juli 1990, zoals gewijzigd door de Richtlijn van 17 februari 2005, die fiscaal in die lidstaat is gevestigd (zonder volgens een met een derde staat gesloten verdrag inzake dubbele belasting heffing te worden geacht fiscaal buiten de EU te zijn gevestigd) en die zonder mogelijkheid van keuze en zonder ervan te zijn vrijgesteld, is onderworpen aan een van de belastingen gelijkaardig aan de vennootschapsbelasting opgesomd in artikel 3, c) van de fiscale fusierichtlijn (artikel 2, § 1, 5°, b)bis WIB 92, ingevoegd door artikel 3 van de wet van 11 december 2008, BS 12 januari 2009). 3 De participatie werd aangeschaft op een ogenblik dat de reële waarde van A 12.000 bedroeg. Bij hypothese is de reële waarde van A op het ogenblik van de fusie nog minstens gelijk aan 12.000. 4
In beginsel wordt het boekhoudkundig fusieverlies verwerkt overeenkomstig artikel 78, § 7, a) K.B. W.Venn. In dit voorbeeld wordt evenwel uitgegaan van de hypothese dat het fusieverlies dient te worden opgenomen in de post “Goodwill” (zie mutatis mutandis CBN-advies 2009/6, 4.2.1).
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 37
bulletin n°53 / 37
28/09/10 11:02
Balans Belgische inrichting van B (na de fusie) Goodwill 1.800 Dotatie (2.500 + 3.000 x 10% 5 ) Vaste activa (200 + 5.500) 5.700 Beschikbare reserves (3.500 + 7.000 x 10%) Vlottende activa 9.500 Voorzieningen Schulden (4.000 + 5.000) 17.000
2.800 4.200 1.000 9.000 17.000
In de hypothese dat de 7.000 reserves van A vóór de fusie zouden bestaan uit belastingvrije reserves, kunnen zij na de (belastingneutrale) fusie slechts ten belope van 700 worden teruggevonden binnen het eigen vermogen van de Belgische inrichting van de overnemende vennootschap B. Indien men de belastingvrije reserves van A volledig wenst weder samen te stellen, zal de inrichting van de overnemende vennootschap B nog een correctieboe king dienen door te voeren (cf. CBNadvies 2009/6).
3.
Een Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt overgenomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat. De vennootschap B bezit A aandelen maar heeft geen Belgische inrichting voor de fusie; vennootschap A bezit geen eigen aandelen. Voorbeeld 3
Vaste activa Vlottende activa
Balans A (Belgische overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Beschikbare reserves Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
De Belgische vennootschap A, zonder buitenlandse inrichting, wordt over genomen door een vennootschap B gevestigd in een andere EUlidstaat waarbij deze overnemende vennootschap 90% van de A aandelen bezit. De vennootschap B bezit voor de fusie niet over een Belgische inrichting. Ten gevolge van de fusie ontstaat in principe een Belgische inrichting van de overnemende vennootschap B. De balans van deze Belgische inrichting van B na de fusie zal er als volgt uitzien:
5 De boekhoudkundige voorstelling van het bedrag van “3.000 x 10%” onder “Dotatie” impliceert geen stellingname van de Commissie nopens de fiscale kwalificatie van dit bestanddeel.
38 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 38
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Vaste activa Vlottende activa
Balans Belgische inrichting van B (na de fusie) 5.500 Dotatie 6 9.500 Beschikbare reserves 6 Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
B. Overname van een vennootschap gevestigd in een andere EU-lidstaat door een Belgische vennootschap 1. Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit geen aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft geen Belgische inrichting. Voorbeeld 4
Vaste activa Vlottende activa
Vaste activa Vlottende activa
Balans A (Belgische overnemende vennootschap) 3.200 Kapitaal 6.800 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Voorzieningen Schulden 10.000
2.000 1.500 4.500 900 1.100 10.000
Balans B (overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Reserves 7 Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
6 De boekhoudkundige voorstelling van deze vermogensposten impliceert geen stellingname van de Commissie nopens de fiscale kwalificatie van deze bestanddelen. 7 De eventuele zogenaamde belastingvrije reserves van de overgenomen vennootschap B (t.t.z. de reserves waarvoor een belastingvrijdom geldt als zij in het vermogen van de vennootschap behouden blijven – zie mutatis mutandis artikel 95, § 2, IV.C K.B. W.Venn.), en die begrepen zijn in de rekening “Reserves” van 7.000, krijgen op fiscaal vlak ten name van A in beginsel het karakter van een belaste reserve.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 39
bulletin n°53 / 39
28/09/10 11:02
Na de fusie door overneming van B door A, ziet de balans van A er als volgt uit:
Vaste activa (3.200 + 5.500) Vlottende activa (6.800 + 9.500)
2.
Balans A (na de fusie) 8.700 Kapitaal (2.000 + 3.000) 16.300 Belastingvrije reserves (1.500 + 07) Beschikbare reserves (4.500 + 7.000 7) Voorzieningen (900 + 1.000) Schulden (1.100 + 4.000) 25.000
5.000 1.500 11.500 1.900 5.100 25.000
Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft geen inrichting in België. In toepassing van artikel 78, § 6 K.B. W.Venn., worden ten name van de overnemende Belgische vennootschap de verschillende bestanddelen van het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap slechts opgenomen ten belope van de fractie die overeenstemt met de aandelen van de overge nomen vennootschap die worden omgewisseld tegen aandelen van de over nemende vennootschap waarbij tevens rekening moet worden gehouden met de fiscale kwalificatie van de reserves van de overgenomen vennootschap. Voorbeeld 5 Balans A (Belgische overnemende vennootschap) Materiële vaste activa 230 Kapitaal 2.970 Belastingvrije reserves Financiële vaste activa (aandelen B 90%) 8 Beschikbare reserves Vlottende activa 6.800 Voorzieningen Schulden 10.000
Vaste activa Vlottende activa
Balans B (overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Reserves Voorzieningen Schulden 15.000
2.000 1.500 4.500 900 1.100 10.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
8 A verwierf de 90% participatie in B op het ogenblik dat de reële waarde van B 3.300 bedroeg.
40 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 40
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Na de fusie door overneming van B door A zal de balans van A er als volgt uitzien:
Vaste activa (230 + 5.500) Vlottende activa (6.800 + 9.500)
Balans A (na de fusie) 5.730 Kapitaal (2.000 + 3.000 x 10%) 16.300 Belastingvrije reserves (1.500 + 0) Beschikbare reserves (4.500 + 7.000 x 10%) Overgedragen winst 9 Voorzieningen (900 + 1.000) Schulden (1.100 + 4.000) 22.030
2.300 1.500 5.200 6.030 1.900 5.100 22.030
3. Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit geen aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft een Belgische inrichting. De boekhoudkundige verwerking van de fusie door overneming van B door A gebeurt in de boeken van A op een analoge manier als aangegeven in voorbeeld 4, maar met dit verschil dat de belastingvrije reserves van de overgenomen vennootschap B, welke verbonden zijn met haar Belgische inrichting, na de fusie gelet op de fiscale bepalingen ter zake in beginsel het karakter van belastingvrije reserves ten name van de overnemende vennootschap A behouden.
4. Een Belgische vennootschap A neemt een vennootschap B, gevestigd in een andere EU-lidstaat over; de overnemende Belgische vennootschap A bezit aandelen in de overgenomen vennootschap B en de overgenomen vennootschap B heeft een Belgische inrichting. Deze situatie is een combinatie van de gevallen behandeld onder de punten B.2. en B.3.
9 Het boekhoudkundig fusieresultaat bedraagt 6.030 (10.000 x 90% = 9.000; 9.000 – 2.970 = 6.030).
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 41
bulletin n°53 / 41
28/09/10 11:02
Voorbeeld 6 Balans A (Belgische overnemende vennootschap) Materiële vaste activa 230 Kapitaal Financiële vaste activa 2.970 Belastingvrije reserves (aandelen B 90%) Beschikbare reserves Vlottende activa 6.800 Voorzieningen Schulden 10.000
Vaste activa Vlottende activa
Vaste activa Vlottende activa
2.000 1.500 4.500 900 1.100 10.000
Balans B (overgenomen vennootschap) 5.500 Kapitaal 9.500 Reserves Voorzieningen Schulden 15.000
3.000 7.000 1.000 4.000 15.000
Balans Belgische inrichting van B (vóór de fusie) 1.300 Dotatie 7.200 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Voorzieningen Schulden 8.500
2.600 1.650 1.850 450 1.950 8.500
Wanneer vennootschap A de buitenlandse vennootschap B overneemt, zou elk eigenvermogensbestanddeel van B slechts overgenomen worden ten belope van 10%, inclusief de belastingvrije reserves van de Belgische in richting van vennootschap B. In toepassing van artikel 78, § 6, in fi ne, K.B. W.Venn., kan boekhoud kundig afgeweken worden van een proportionele overname van de ver schillende bestanddelen van de reserves om aldus de belastingvrije reser ves van de Belgische inrichting van de overgenomen vennootschap B bij de overnemende vennootschap te kunnen wedersamenstellen. De vermindering van de reserves van de overgenomen buitenlandse ven nootschap mag dan ook bij voorrang worden toegerekend aan de andere dan de belastingvrije reserves van haar Belgische inrichting (7.000 – 1.650).
42 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 42
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Na de fusie zal de balans van A er als volgt uitzien:
Vaste activa (230 + 5.500) Vlottende activa (6.800 + 9.500)
Balans A (na de fusie) 5.730 Kapitaal (2.000 + 3.000 x 10%) 16.300 Belastingvrije reserves (1.500 + 1.650 x 10%10 + 53511) Beschikbare reserves 4.500 + (7.000 – 1.650) x 10% - 53512 Overgedragen winst12 Voorzieningen (900 + 1.000) Schulden (1.100 + 4.000) 22.030
2.300 2.200 4.500
6.030 1.900 5.100 22.030
Aangezien in dit voorbeeld de andere dan de belastingvrije reserves van de Belgische inrichting van de overgenomen buitenlandse vennootschap on toereikend zijn om de vermindering van de belastingvrije reserves van haar Belgische inrichting volledig op te vangen, kan het gedeelte van deze belas tingvrije reserves dat, na de toerekening aan die andere reserves nog steeds niet is weder samengesteld, na de fusie worden heraangelegd via het debet van de resultatenrekening aan de hand van de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
950 950
Naar analogie van het gestelde in het CBN-advies 2009/6 (zie voorbeeld 6) is de Commissie om redenen van praktische aard van mening dat de vol ledige wedersamenstelling van de belastingvrije reserves van de Belgische inrichting van de buitenlandse vennootschap ook lastens het resultaat mag gebeuren zonder artikel 78, § 6, in fine, K.B. W.Venn. toe te passen.
10 De belastingvrije reserves van 1.650 verbonden met de Belgische inrichting van B behouden ten name van de overnemende vennootschap A op fiscaal vlak, in beginsel, het karakter van vrijgestelde reserves. 11 (7.000 – 1.650) x 10% = 535. 12 Het boekhoudkundig fusieresultaat op de participatie bedraagt 6.030 (10.000 x 90% = 9.000; 9.000 – 2.970 = 6.030).
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 43
bulletin n°53 / 43
28/09/10 11:02
De openingsbalans na de fusie is dan als volgt:
Vaste activa (230 + 5.500) Vlottende activa (6.800 + 9.500)
Balans A (na de fusie) 5.730 Kapitaal (2.000 + 3.000 x 10%) Belastingvrije reserves 16.300 (1.500 + 1.650 x 10%13) Beschikbare reserves 4.500 + (7.000 – 1.650) x 10% Overgedragen winst14 Voorzieningen (900 + 1.000) Schulden (1.100 + 4.000) 22.030
2.300 1.665 5.035 6.030 1.900 5.100 22.030
De overnemende vennootschap A zal evenwel de belastingvrije reserves van de Belgische inrichting van de buitenlandse vennootschap B (fiscaal vrijgestelde reserves) volledig overnemen (zodat deze reserves in fiscaal opzicht niet zullen worden verminderd). Hiertoe kan de belastingvrije re serve na de fusie worden heraangelegd via de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
1.485 1.485
13 De belastingvrije reserves van 1.650 verbonden met de Belgische inrichting behouden ten name van de overnemende vennootschap op fiscaal vlak het karakter van vrijgestelde reserves. 14 Het boekhoudkundig fusieresultaat op de participatie bedraagt 6.030 (10.000 x 90% = 9.000; 9.000 – 2.970 = 6.030).
44 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 44
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN SPLITSINGEN ADVIES 2009/8 15 juli 2009 53
TREFWOORDEN splitsing
Inleiding Overeenkomstig artikel 80 van het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschappen van 30 januari 2001 (hierna K.B. W.Venn.) moet een splitsing door overneming, door oprichting of een gemengde split sing zoals gedefinieerd in de artikelen 673, 674 en 675 van het Wetboek van Vennootschappen (hierna W.Venn.) boekhoudkundig worden verwerkt zoals bepaald in artikel 78 of in artikel 79 K.B. W.Venn. Het boekhoudkundig continuïteitsbeginsel dat in de artikelen 78 en 79 K.B. W.Venn. expliciet wordt vermeld voor fusies, is dus eveneens van toepassing bij de boekhoud kundige verwerking van splitsingen met ontbinding maar zonder vereffening. Artikel 80, tweede lid K.B. W.Venn. stelt dat artikel 78 K.B. W.Venn. van toepassing is in hoofde van elke verkrijgende vennnootschap op de actief en passiefbestanddelen welke van de gesplitste vennootschap worden ver kregen. Dit betekent dat in hoofde van elke verkrijgende vennootschap de actief en passiefbestanddelen welke van de gesplitste vennootschap wor den verkregen, in de boekhouding moeten worden opgenomen tegen de waarde waarvoor zij in de boekhouding van de gesplitste vennootschap voorkwamen in de rekeningen op basis waarvan de splitsing plaatsvindt. Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 45
bulletin n°53 / 45
28/09/10 11:02
Artikel 80, tweede lid K.B. W.Venn. stelt dat het boekhoudkundig conti nuïteitsprincipe zoals vermeld in artikel 78 K.B. W.Venn. in hoofde van elke verkrijgende vennootschap tevens geldt voor het deel van het eigen vermogen van de gesplitste vennootschap dat aan de verkrijgende ven nootschap wordt overgedragen. Aangezien het boekhoudrecht niet speci ficeert volgens welk criterium de verschillende bestanddelen van het eigen vermogen van de gesplitste vennootschap moeten worden toebedeeld aan de verkrijgende vennootschappen, zal het boekhoudkundig continuïteits principe met betrekking tot deze bestanddelen in de regel enkel inhouden dat de som van elk bestanddeel van het eigen vermogen van de aan de verkrijgende vennootschappen toegewezen eigen vermogens gelijk is aan het overeenkomstig bestanddeel van het eigen vermogen van de gesplitste vennootschap. Daarentegen wordt op fiscaal vlak wel gespecificeerd hoe bij een belasting neutrale splitsing – en dit is de hypothese waarvan wordt uitgegaan – de verschillende bestanddelen (fiscaal gestort kapitaal, belaste reserves en vrijgestelde reserves) van het fiscaal eigen vermogen van de gesplitste ven nootschap moeten worden toegewezen aan de verkrijgende vennootschap pen, nl. pro rata de fiscale nettowaarden van de aan de verkrijgende ven nootschappen toegewezen vermogens (artikel 213 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 – hierna WIB 1992). Bijgevolg lijkt het aangewezen dat bij de toebedeling van de boekhoudkun dige bestanddelen van het eigen vermogen van de gesplitste vennootschap aan de verkrijgende vennootschappen, rekening wordt gehouden met die fi scale toewijzing om zo veel als mogelijk discrepanties tussen de boek houdkundige en fiscale toewijzing te vermijden. Het is dan ook deze me thodologie die in de uitgewerkte voorbeelden wordt aangehouden. Op het niveau van de aandeelhouders van de gesplitste vennootschap wor den de aandelen in de gesplitste vennootschap omgeruild voor aandelen in de verkrijgende vennootschappen (in principe in evenredigheid met hun aandeelhouderschap in de gesplitste vennootschap, tenzij op basis van de artikelen 736, § 5 of 751, § 5 W.Venn., tot een disproportionele aandelen ruil wordt beslist). In de hiernavolgende voorbeelden wordt steeds ondersteld dat in hoofde van de aandeelhouders van de gesplitste vennootschap een proportionele ruil van aandelen plaatsvindt.
46 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 46
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
In hoofde van een aandeelhouder onderworpen aan het K.B. W.Venn. dient deze aandelenruil boekhoudkundig te worden verwerkt volgens het boekhoudkundig continuïteitsprincipe vastgelegd in artikel 41, § 1, twee de lid K.B. W.Venn. Dit betekent dat de totale boekwaarde van de beko men aandelen in de verkrijgende vennootschappen gelijk zal moeten zijn aan de boekwaarde tegen dewelke de ingeruilde aandelen in de gesplitste vennootschap waren geboekt. Het boekhoudrecht preciseert echter niet hoe deze globale boekwaarde van de participatie in de gesplitste vennootschap tussen de verschillende verkregen participaties in de verkrijgende vennootschappen moet worden uitgesplitst. Aangezien op fiscaal vlak in hoofde van een aandeelhouder van de ge splitste vennootschap de fiscale waarde van de participatie in de gesplitste vennootschap tussen de bekomen participaties in de verkrijgende vennoot schappen pro rata de werkelijke waarde van de toebedeelde vermogens wordt omgedeeld (artikel 45, § 1, derde lid WIB 1992) en een opdeling pro rata deze reële waarden ook de meest voor de hand liggende weergave is van de werkelijkheid, is het aangewezen dat de boekhoudkundige verde ling van de boekwaarde van de participatie in de gesplitste vennootschap over de verschillende verkregen participaties in de verkrijgende vennoot schappen eveneens plaatsvindt pro rata de reële waarde van de toegewezen vermogens.
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING Voorbeeld 1 Basisvoorbeeld De algemene principes die hierboven werden beschreven, kunnen worden geïllustreerd aan de hand van volgend basisvoorbeeld. Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) wordt ge splitst in twee op te richten vennootschappen B en C.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 47
bulletin n°53 / 47
28/09/10 11:02
Activa
Balans A 14.000 Kapitaal1 Belastingvrije reserves 2 Beschikbare reserves Schulden 14.000
3.000 2.000 5.000 4.000 14.000
De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap B verkrijgt 5.500 activa en 1.500 schulden. De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap C verkrijgt 8.500 activa en 2.500 schulden. De reële waarde van A op het ogenblik van de splitsing bedraagt 20.000 en de reële waarde van het aan B, respectievelijk C overgedragen netto actief bedraagt 9.000, respectievelijk 11.000. Er wordt ondersteld dat A een aandeelhoudervennootschap D heeft die 80% van de aandelen A heeft aangeschaft voor een bedrag gelijk aan 7.500.
In hoofde van B en C wordt dan als volgt gehandeld: Op basis van bovenstaande gegevens, en de samenstelling van de eigen vermogens van B en C buiten beschouwing latend, zien B en C er na de splitsing als volgt uit:
Activa
Activa
Balans B 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans C 8.500 Eigen vermogen Schulden 8.500
6.000 2.500 8.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A aan de verkrijgende vennootschappen B en C. De fiscale nettowaarde van A bedraagt 10.000 waarvan 4.000 wordt overgedragen aan B en 6.000 aan C. Bijgevolg worden A’s fiscaal gestort
1 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 2 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 1992 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
48 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 48
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en vrijgestelde reserves (2.000) in dezelfde verhouding aan B en C overgedragen. De fiscale eigen vermogens van B en C zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves Belaste reserves
B 1.200 800 2.000 4.000
C 1.800 1.200 3.000 6.000
De boekhoudkundige eigen vermogens van B (4.000) en C (6.000) kunnen dus zo worden “opgevuld” dat er een volledige overeenstemming is met de fiscale samenstelling ervan. Na de splitsing zullen B en C er dan als volgt uitzien:
Activa
Activa
Balans B 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans C 8.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 8.500
1.800 1.200 3.000 2.500 8.500
In hoofde van aandeelhouder D wordt als volgt gehandeld: De boekwaarde van de A-participatie (7.500) moet worden omgedeeld in verhouding tot de reële waarden van de aan B en C toebedeelde vermogens. De boekwaarde van de A-participatie welke overeenstemt met het aan B overgedragen vermogen bedraagt 3.375 (7.500 x 9.000/20.000) en de boekwaarde van de A-participatie welke overeenstemt met het aan C over gedragen vermogen bedraagt 4.125 (7.500 x 11.000/20.000). Bij D wordt de aandelenruil naar aanleiding van de splitsing dan ook als volgt geboekt:
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 49
bulletin n°53 / 49
28/09/10 11:02
Participatie B Participatie C
3.375 4.125 aan Participatie A
7.500
Voorbeeld 2 Gespreid te belasten meerwaarden of kapitaalsubsidies Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) wordt ge splitst in twee op te richten vennootschappen B en C.
Activa Activum 1
Balans A 12.000 Kapitaal 3 2.000 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Uitgestelde belastingen Schulden 14.000
3.000 1.320 5.000 680 4.000 14.000
Nadat een actiefbestanddeel volledig was afgeschreven, werd het verkocht voor 2.000. A besloot de meerwaarde gespreid te laten belasten en weder belegde de verkoopprijs in activum 1. De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap B verkrijgt 5.500 activa (activum 1 is hier niet onder begrepen) en 1.500 schulden. De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap C verkrijgt activum 1, 6.500 andere activa en 2.500 schulden. Vermits de gespreid te belasten meerwaarde vanuit fiscaal oogpunt volle dig zal worden belast in hoofde van die verkrijgende vennootschap welke het wederbeleggingsactief heeft verkregen (of welke de wederbeleggings verplichting op zich heeft genomen), worden de uitgestelde belastingen opgenomen in de balans van vennootschap C. Op basis van bovenstaande gegevens, en de samenstelling van de eigen vermogens van B en C buiten beschouwing latend, zien B en C er na de splitsing als volgt uit:
3 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat.
50 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 50
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Activa
Activa Activum 1
Balans B 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans C 6.500 Eigen vermogen 2.000 Uitgestelde belastingen Schulden 8.500
5.320 680 2.500 8.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A aan de verkrijgende vennootschappen B en C. De fiscale nettowaarde van A bedraagt 10.000 waarvan 4.000 aan B wordt overgedragen en 6.000 aan C. Bijgevolg worden A’s fiscaal gestort kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en vrijgestelde reserves (2.000) 4 in dezelfde verhouding aan B en C overgedragen . De fiscale eigen vermogens van B en C zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves Belaste reserves
B 1.200 800 2.000 4.000
C 1.800 1.200 3.000 6.000
Het boekhoudkundig eigen vermogen van B kan dus zo worden “opge vuld” dat er een volledige overeenstemming is met de fiscale samenstelling ervan. Bij C bevinden de vrijgestelde reserves zich reeds voor een bedrag gelijk aan 680 onder de post “Uitgestelde belastingen”. Het overige gedeelte van het aan C toegewezen fiscaal eigen vermogen, zijnde 5.320 (6.000 – 680), kan dan volledig in het boekhoudkundig eigen vermogen van C worden opgenomen. Na de splitsing zullen B en C er dan als volgt uitzien:
4 De rekening “Uitgestelde belastingen” wordt vanuit fiscaal oogpunt in beginsel niet als schuld maar als een vrijgestelde reserve aangemerkt en maakt deel uit van de fiscale nettowaarde van A.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 51
bulletin n°53 / 51
28/09/10 11:02
Activa
Activa Activum 1
Balans B 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans C 6.500 Kapitaal 2.000 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Uitgestelde belast. Schulden 8.500
1.800 520 3.000 680 2.500 8.500
Voorbeeld 3 Herwaarderingsmeerwaarde Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) wordt ge splitst in twee op te richten vennootschappen B en C.
Activa Activum 1
Balans A 14.000 Kapitaal 5 1.000 Herwaarderingsmeerwaarde Belastingvrije reserves 6 Beschikbare reserves Schulden 15.000
3.000 1.000 2.000 5.000 4.000 15.000
Nadat activum 1 volledig was afgeschreven, werd het voor een bedrag gelijk aan 1.000 geherwaardeerd. De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap B verkrijgt 5.500 activa (activum 1 is hier niet onder begrepen) en 1.500 schulden. De naar aanleiding van de splitsing op te richten vennootschap C verkrijgt activum 1, 8.500 andere activa en 2.500 schulden. Op basis van bovenstaande gegevens, en de samenstelling van de eigen vermogens van B en C buiten beschouwing latend, zien B en C er na de splitsing als volgt uit:
5 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 6 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 1992 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
52 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 52
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Activa
Activa Activum 1
Balans B 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans C 8.500 Eigen vermogen 1.000 Schulden 9.500
7.000 2.500 9.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A aan de verkrijgende vennootschappen B en C. De fiscale nettowaarde van A bedraagt 10.000 waarvan 4.000 wordt overgedragen aan B en 6.000 aan C (het vrijgesteld gedeelte van de her waarderingsmeerwaarde – in casu 1.000 – heeft een fiscale waarde gelijk aan nul). A’s fiscaal gestort kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en vrijgestelde reserves die begrepen zijn in de fiscale nettowaarde (2.000) worden in diezelfde verhouding aan B en C overgedragen en de herwaar deringsmeerwaarde (1.000) wordt volledig aan C toegewezen. De fiscale eigen vermogens van B en C zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves begrepen in de fiscale nettowaarde Belaste reserves Herwaarderingsmeerwaarde
B 1.200 800
C 1.800 1.200
2.000 4.000 0 4.000
3.000 6.000 1.000 7.000
De boekhoudkundige eigen vermogens van B (4.000) en C (7.000) kunnen dus zo worden “opgevuld” dat er een volledige overeenstemming is met de fiscale samenstelling ervan. Na de splitsing zullen B en C er dan als volgt uitzien:
Activa
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 53
Balans B 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
bulletin n°53 / 53
28/09/10 11:02
Activa Activum 1
Balans C 8.500 Kapitaal 1.000 Herwaarderingsmeerwaarde Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 9.500
1.800 1.000 1.200 3.000 2.500 9.500
Voorbeeld 4 Splitsing waarbij een verkrijgende vennootschap aandeelhouder is van de te splitsen vennootschap Onderstaande vennootschap A wordt (belastingneutraal) gesplitst waarbij een deel van haar vermogen wordt overgedragen aan een bestaande vennoot schap B welke 80% van de aandelen van A bezit en de rest van haar ver mogen wordt overgedragen aan een nieuw op te richten vennootschap C.
Activa
Balans A 14.000 Kapitaal7 Belastingvrije reserves 8 Beschikbare reserves Schulden 14.000
3.000 2.000 5.000 4.000 14.000
De verkrijgende aandeelhoudervennootschap B heeft 80% van de aandelen A aangeschaft voor 7.500 en ziet er uit als volgt:
Participatie A (80%)
Balans B 7.500 Kapitaal
7.500
B verkrijgt 5.500 activa en 1.500 schulden en de naar aanleiding van de split sing op te richten vennootschap C verkrijgt 8.500 activa en 2.500 schulden. De reële waarde van A bedraagt 20.000 en de reële waarde van het aan B, res pectievelijk C overgedragen netto actief bedraagt 9.000, respectievelijk 11.000. De aan B en C overgedragen vermogens zien er dan, de samenstelling van de eigen vermogens ervan buiten beschouwing latend, als volgt uit:
7 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 8 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 1992 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
54 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 54
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Activa
Balans aan B overgedragen vermogen 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500 Balans C 8.500 Eigen vermogen Schulden 8.500
Activa
4.000 1.500 5.500
6.000 2.500 8.500
Om de bestanddelen van de aan B en C overgedragen eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A aan de verkrijgende vennootschappen B en C. Dit is identiek met wat in voorbeeld 1 werd uiteengezet. Het aan B overgedragen vermogen en vennootschap C zien er dan ook als volgt uit:
Activa
Balans aan B overgedragen vermogen 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans C 8.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 8.500
1.800 1.200 3.000 2.500 8.500
Activa
In hoofde van B dient de boekwaarde van de A-participatie (7.500) te wor den opgedeeld in het gedeelte dat overeenstemt met het aan B overgedra gen vermogen en in het gedeelte dat overeenstemt met het aan C overge dragen vermogen. Deze opdeling gebeurt pro rata de reële waarde van die overgedragen vermogens. Bijgevolg stemt in hoofde van B de boekwaarde van de A-participatie (7.500) voor 3.375 (7.500 x 9.000/20.000) overeen met het aan B overge dragen vermogen en voor 4.125 (7.500 x 11.000/20.000) met het aan C overgedragen vermogen. Bij B wordt het gedeelte van de A aandelen dat overeenstemt met het aan C overgedragen vermogen omgeruild tegen 80% van de aandelen die C zal uitge Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 55
bulletin n°53 / 55
28/09/10 11:02
ven als vergoeding voor dat verkregen vermogen. Op basis van het continuï teitsprincipe zal B deze C aandelen boeken tegen 4.125 (zijnde de boekwaarde van de A aandelen die correspondeert met het aan C overgedragen vermogen). In hoofde van B gebeurt de verwerking van het aan B overgedragen vermo gen als volgt: het gedeelte van de A aandelen dat overeenstemt met het aan B overgedragen vermogen (boekwaarde 3.375) wordt ingetrokken en de boekhoudkundige verwerking van dit verkregen vermogen gebeurt vol gens de regels van een (belastingneutrale) moeder/dochter fusie. In dit voorbeeld wordt beslist om de belastingvrije reserves toegewezen aan het aan B overgedragen vermogen uit te sluiten van het bedrag dat aan aandeelhouder B fiscaal kan worden uitgekeerd. Bij B zal elk van de aan haar toegewezen eigen vermogensbestanddelen van A slechts worden over genomen ten belope van 20%, met inbegrip van de aan haar toegewezen belastingvrije reserves van A. In toepassing van artikel 78, § 6, in fi ne, K.B. W.Venn., kan boekhoud kundig afgeweken worden van een proportionele overname van de ver schillende bestanddelen van de reserves om aldus de belastingvrije reser ves van de gesplitste vennootschap A bij de verkrijgende vennootschap B te kunnen wedersamenstellen. De vermindering van de reserves mag dan ook bij voorrang worden toege kend aan de andere dan de belastingvrije reserves. Rekening houdend met al het bovenstaande, zal de balans van B na de splitsing er als volgt uitzien:
Activa (ex A) Participatie C
5.500 4.125
Balans B Kapitaal (7.500 + 1.200 x 20%) Belastingvrije reserves (800 x 20% + 400) Beschikbare reserves (2.000 x 20% - 400) Overgedragen resultaat 9 Schulden
9.625
7.740 560 0 -175 1.500 9.625
9 Het boekhoudkundig verlies ingevolge de splitsing bedraagt -175 (4.000 x 80% = 3.200; 3.200 – 3.375 = -175). In beginsel wordt dit verlies verwerkt overeenkomstig artikel 78, § 7, a) K.B. W. Venn. In dit voorbeeld wordt evenwel uitgegaan van de hypothese dat het verlies in resultaat dient te worden opgenomen (zie mutatis mutandis CBN-advies 2009/6, nr. 4.2.1.).
56 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 56
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Aangezien in dit voorbeeld de andere dan de belastingvrije reserves ontoe reikend zijn om de vermindering van de belastingvrije reserves volledig op te vangen, kan het gedeelte van deze belastingvrije reserves dat, na de toe rekening aan die andere reserves nog steeds niet is weder samengesteld, na de splitsing worden heraangelegd via het debet van de resultatenrekening aan de hand van de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
240 240
Naar analogie met het gestelde in het advies 2009/6 (zie voorbeeld 6), is de Commissie om redenen van praktische aard ook hier van mening dat de volledige wedersamenstelling van de belastingvrije reserves bij B ook las tens het resultaat mag gebeuren zonder artikel 78, § 6, in fine, K.B. W.Venn., toe te passen. De openingsbalans na de splitsing is dan als volgt:
Activa (ex A)
5.500
Balans B Kapitaal (7.500 + 1.200 x 20%)
Participatie C
4.125
Belastingvrije reserves (800 x 20%)
7.740 160 400 -175 1.500 9.625
Beschikbare reserves (2.000 x 20%) Overgedragen resultaat 9 Schulden 9.625
De verkrijgende vennootschap B zal evenwel de aan haar toegewezen be lastingvrije reserves van de gesplitste vennootschap A (fiscaal vrijgestelde reserves) volledig overnemen (zodat deze reserves in fiscaal opzicht niet zullen worden verminderd). Hiertoe kan de belastingvrije reserve na de splitsing bij B worden heraangelegd via de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 57
640 640
bulletin n°53 / 57
28/09/10 11:02
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 58
28/09/10 11:02
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN PARTIËLE SPLITSINGEN ADVIES 2009/11 16 september 2009 53
TREFWOORDEN partiële splitsing
Inleiding Met een partiële splitsing wordt bedoeld “de verrichting waarbij een deel van het maatschappelijk vermogen van een vennootschap A op een andere vennootschap B overgaat, en waarbij de aandeelhouders van vennootschap A, benevens het behoud van hun aandelen A, ook nieuwe aandelen B ont vangen. De vennootschap A, die aldus slechts een deel van haar maat schappelijk vermogen heeft overgedragen, blijft dus voortbestaan: zij onder gaat evenwel een vermogensvermindering die gelijk is aan het deel van haar maatschappelijk vermogen dat werd overgedragen aan vennootschap 1 B” . Deze verrichting wordt in artikel 677 van het Wetboek van Vennoot schappen (W.Venn.) omschreven als een met splitsing gelijkgestelde ver richting.
1 Zie de verantwoording van de amendementen bij het wetsontwerp dat aanleiding heeft gegeven tot de wet van 16 juli 2001 (B.S. 20 juli 2001) (Parl.St. Kamer 2000-2001, nr. 50-1052/3, p. 6).
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 59
bulletin n°53 / 59
28/09/10 11:02
In het CBNadvies 166/2 stelt de Commissie voor Boekhoudkundige Normen 2 het volgende: “Met artikel 677 van het Wetboek van Vennootschappen heeft de wetgever dergelijke verrichtingen immers duidelijk een specifi ek karakter, sui generis, willen geven en de ter zake geldende wettelijke regeling willen afstemmen op die voor splitsingen.” Hiermee geeft de Com missie aan dat een dergelijke verrichting bij voorkeur moet worden be schouwd als een splitsing met specifieke kenmerken. Deze zienswijze is daarenboven gestoeld op het feit dat de wetgever expli ciet de bedoeling had om de fiscale behandeling van een partiële splitsing volledig af te stemmen op een gewone splitsing. Om dit te kunnen verwe zenlijken, werden bij de invoering van een belastingneutraal regime voor partiële splitsingen door de wet van 16 juli 2001 (B.S. 20 juli 2001) twee wettelijke ficties ingevoerd: 1° de wettelijke fictie van omruiling in artikel 45, § 1, derde lid, in fi ne, WIB 92, waarbij ten name van een aandeelhouder van de partieel gesplits te vennootschap A, de aandelen A (vóór afsplitsing) als het ware worden geacht te zijn omgeruild tegen diezelfde aandelen A (na afsplitsing) en 3 nieuwe aandelen in de verkrijgende vennootschap B; 2° de wettelijke fictie in artikel 213, derde lid WIB 92, dat ertoe strekt voor diverse bepalingen in het WIB 92 een partiële splitsing gelijk te stellen met een gewone splitsing, nl. “Wanneer aldus een vennootschap A, ingevolge belastingneutrale afsplitsing, een deel van haar maatschappelijk vermogen overdraagt aan een vennootschap B, wordt, al naargelang de van toepassing zijnde bepaling, de vennootschap A aangemerkt als overgenomen/gesplitste vennootschap of als overnemende/verkrijgende vennootschap, wordt de vennootschap B uiteraard aangemerkt als overnemende/verkrijgende ven 4 nootschap en wordt de verrichting zelve aangemerkt als een splitsing.” In voornoemd advies werd eveneens opgemerkt dat de Regering in de par lementaire voorbereiding van de wet van 16 juli 2001 verklaarde dat zij de nodige initiatieven zou nemen opdat de partiële splitsing op boekhoudkun 5 dig vlak volgens het continuïteitsbeginsel zou kunnen worden verwerkt.
2 CBN-advies 166/2 Verwerking in de jaarrekening van bepaalde verrichtingen als bedoeld in artikel 677 van het Wetboek van Vennootschappen, Bull. C.B.N. nr. 47, mei 2002, p. 42-44. 3 Parl.St. Kamer 2000-2001, nr. 50-1052/3, p. 7. 4 Parl.St. Kamer 2000-2001, nr. 50-1052/3, p. 9. 5 Parl.St. Kamer 2000-2001, nr. 50-1052/3, p. 7. De Commissie zal aan de Regering voorstellen het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschappen in die zin aan te passen.
60 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 60
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Er werd dan ook besloten dat “gelet op wat voorafgaat en omwille van de coherentie met de tot nog toe in België courante boekhoudkundige verwerking van herstructureringsverrichtingen, is de Commissie van mening dat op de afsplitsing, mutatis mutandis, de voor gewone splitsingen geldende boekhoudkundige regels moeten worden toegepast waarvan sprake in artikel 80 van het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschappen”. In de inleiding van het CBN-advies 2009/8 werd uiteengezet hoe het boek houdkundig continuïteitsprincipe met betrekking tot de boekhoudkundi ge verwerking van splitsingen moet worden toegepast. Voor de boekhoud kundige verwerking van een partiële splitsing dient bijgevolg op dezelfde wijze te worden gehandeld. Dit betekent dat in hoofde van elke verkrij gende vennootschap de actief- en passiefbestanddelen welke van de parti eel gesplitste vennootschap worden verkregen, in de boekhouding moeten worden opgenomen tegen de waarde waarvoor zij in de boekhouding van de partieel gesplitste vennootschap voorkwamen in de rekeningen op basis waarvan de partiële splitsing plaatsvindt. Eveneens zoals bij een gewone splitsing werd uiteengezet, lijkt het aange wezen dat, naar aanleiding van de boekhoudkundige verwerking van een belastingneutrale partiële splitsing – dit is de hypothese waarvan wordt uitgegaan – bij de uitsplitsing van de boekhoudkundige bestanddelen van het eigen vermogen van de partieel gesplitste vennootschap tussen deze ven nootschap en de verkrijgende vennootschap(pen), rekening wordt gehouden met de fiscale toewijzing van de verschillende bestanddelen (fiscaal gestort kapitaal, belaste reserves en vrijgestelde reserves) van het fiscaal eigen ver mogen van de partieel gesplitste vennootschap tussen deze vennootschap en de verkrijgende vennootschap(pen), nl. pro rata de fiscale nettowaarden van de toegewezen vermogens (artikel 213, eerste lid WIB 92). Aldus kun nen zo veel als mogelijk discrepanties tussen de boekhoudkundige en fis cale toewijzing van de eigen vermogensbestanddelen worden vermeden. Een aandeelhouder van de partieel gesplitste vennootschap (andere dan een verkrijgende vennootschap) behoudt naar aanleiding van de partiële splitsing al zijn aandelen in die partieel gesplitste vennootschap en ver krijgt – pro rata zijn aandeelhouderschap in de partieel gesplitste vennoot schap – een aantal van de nieuwe aandelen uitgegeven door de verkrij gende vennootschap(pen) als vergoeding voor het verkregen vermogen, of zoals hoger reeds werd vermeld, op het niveau van zulke aandeelhouder vindt er naar aanleiding van de partiële splitsing een “fictieve ruil” van Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 61
bulletin n°53 / 61
28/09/10 11:02
aandelen plaats waarbij hij zijn aandelen in de partieel gesplitste vennoot schap omruilt voor diezelfde aandelen samen met dat aantal nieuwe aan delen in de verkrijgende vennootschap(pen). In hoofde van een aandeelhouder onderworpen aan het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van Vennootschap pen (K.B. W.Venn.) dient deze “fictieve ruil” boekhoudkundig te worden verwerkt volgens het boekhoudkundig continuïteitsprincipe vastgelegd in artikel 41, § 1, tweede lid K.B. W.Venn. Dit betekent dat na de partiële splitsing de som van de boekwaarden van de aandelen in de verkrijgende vennootschap(pen) en de aandelen in de partiële gesplitste vennootschap (na afsplitsing) gelijk moet zijn aan de boekwaarde van de aandelen in de partieel gesplitste vennootschap vóór de partiële splitsing. Zoals in het geval van een gewone splitsing, is het aangewezen dat hierbij de boekhoudkundige verdeling van de boekwaarde van de participatie in de partieel gesplitste vennootschap vóór de partiële splitsing, tussen de boekwaarde van die participatie na de partiële splitsing en de boekwaarde van de bekomen participatie(s) in de verkrijgende vennootschap(pen), plaatsvindt pro rata de reële waarden van het door de partieel gesplitste vennootschap behouden vermogen en de reële waarde(n) van de afgesplits te vermogen(s). Het is de bovenstaande methodologie die in de uitgewerkte voorbeelden wordt aangehouden.
BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING Voorbeeld 1 Basisvoorbeeld De algemene principes die hierboven werden beschreven, kunnen worden geïllustreerd aan de hand van volgend basisvoorbeeld. Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) partieel wordt gesplitst waarbij 8.500 activa en 2.500 schulden aan een nieuw op te richten vennootschap B worden overgedragen; A behoudt 5.500 activa en 1.500 schulden.
62 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 62
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Activa
Balans A 14.000 Kapitaal 6 Belastingvrije reserves 7 Beschikbare reserves Schulden 14.000
3.000 2.000 5.000 4.000 14.000
De reële waarde van A op het ogenblik van de splitsing bedraagt 20.000. De reële waarde van het aan B overgedragen netto actief bedraagt 11.000 en de reële waarde van het door A behouden netto actief bedraagt 9.000. Er wordt ondersteld dat A een aandeelhouder-vennootschap D heeft die 80% van de aandelen A heeft aangeschaft voor een bedrag gelijk aan 7.500.
In hoofde van A en B wordt dan als volgt gehandeld: Op basis van bovenstaande gegevens en de samenstelling van de eigen vermogens van A (na afsplitsing) en B buiten beschouwing latend, zien A en B er na de partiële splitsing als volgt uit:
Activa
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans B 8.500 Eigen vermogen Schulden 8.500
6.000 2.500 8.500
Activa
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt bij hypo these rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A (vóór afsplitsing) aan de verkrijgende vennootschap B en A (na afsplitsing). De fiscale nettowaarde van A (vóór afsplitsing) bedraagt 10.000, waarvan 6.000 wordt overgedragen aan B en 4.000 wordt behouden door A. Bijge volg worden A’s fiscaal gestort kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en vrijgestelde reserves (2.000) in dezelfde verhouding aan B en A (na afsplit sing) toegewezen.
6 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 7 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 92 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 63
bulletin n°53 / 63
28/09/10 11:02
De fiscale eigen vermogens van A (na afsplitsing) en B zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves Belaste reserves
A (na afsplitsing) 1.200 800 2.000 4.000
B 1.800 1.200 3.000 6.000
De boekhoudkundige eigen vermogens van A (na afsplitsing) (4.000) en B (6.000) kunnen dus zo worden “opgevuld” dat er een volledige overeen stemming is met de fiscale samenstelling ervan. Na de partiële splitsing zullen A en B er dan als volgt uitzien:
Activa
Activa
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans B 8.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 8.500
1.800 1.200 3.000 2.500 8.500
In hoofde van aandeelhouder D wordt als volgt gehandeld: D behoudt haar Aparticipatie en verkrijgt 80% van de nieuw uitgegeven B aandelen. In hoofde van D moet de boekwaarde van de Aparticipatie (7.500) wor den omgedeeld in verhouding tot de reële waarden van het door A behou den vermogen en het aan B toebedeelde vermogen. De boekwaarde van de Aparticipatie welke overeenstemt met het door A behouden vermogen bedraagt 3.375 (7.500 x 9.000/20.000) en de boek waarde van de Aparticipatie welke overeenstemt met het aan B overge dragen vermogen bedraagt 4.125 (7.500 x 11.000/20.000). Naar aanleiding van de partiële splitsing wordt bij D het volgende ge boekt: 64 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 64
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Participatie B
4.125 aan Participatie A
4.125
In hoofde van D bedraagt de boekwaarde van de participatie A na de par tiële splitsing 3.375. Voorbeeld 2 Gespreid te belasten meerwaarden of kapitaalsubsidies Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) partieel wordt gesplitst waarbij een gedeelte van haar vermogen wordt overgedra gen aan een nieuw op te richten vennootschap B.
Activa Activum 1
Balans A 12.000 Kapitaal 8 2.000 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Uitgestelde belastingen Schulden 14.000
3.000 1.320 5.000 680 4.000 14.000
Nadat een actiefbestanddeel volledig was afgeschreven, werd het verkocht voor 2.000. A besloot de meerwaarde gespreid te laten belasten en weder belegde de verkoopprijs in activum 1. De naar aanleiding van de partiële splitsing op te richten vennootschap B verkrijgt activum 1, 6.500 andere activa en 2.500 schulden; vennootschap A behoudt 5.500 activa en 1.500 schulden. Vermits de gespreid te belasten meerwaarde vanuit fiscaal oogpunt volle dig zal worden belast in hoofde van de vennootschap waar het wederbe leggingsactief zich bevindt (of welke de wederbeleggingsverplichting op zich heeft genomen), worden de uitgestelde belastingen in casu opgenomen in de balans van vennootschap B. Op basis van bovenstaande gegevens, en de samenstelling van de eigen vermogens van A (na afsplitsing) en B buiten beschouwing latend, zien A en B er na de partiële splitsing als volgt uit:
8 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 65
bulletin n°53 / 65
28/09/10 11:02
Activa
Activa Activum 1
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500 Balans B 6.500 Eigen vermogen 2.000 Uitgestelde belastingen Schulden 8.500
4.000 1.500 5.500
5.320 680 2.500 8.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A (vóór afsplitsing) aan de verkrijgende vennootschappen B en A (na afsplit sing). De fiscale nettowaarde van A (vóór afsplitsing) bedraagt 10.000, waarvan 6.000 aan B wordt overgedragen en 4.000 door A wordt behouden. Bijge volg worden A’s fiscaal gestort kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en fiscaal vrijgestelde reserves (2.000) in dezelfde verhouding aan B en A (na 9 afsplitsing) toegewezen . De fiscale eigen vermogens van B en A (na afsplitsing) zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves Belaste reserves
A (na afsplitsing) 1.200 800 2.000 4.000
B 1.800 1.200 3.000 6.000
Het boekhoudkundig eigen vermogen van A (na afsplitsing) kan dus zo worden “opgevuld” dat er een volledige overeenstemming is met de fiscale samenstelling ervan. Bij B bevinden de fiscaal vrijgestelde reserves zich reeds voor een bedrag gelijk aan 680 onder de post “Uitgestelde belastingen”. Het overige ge deelte van het aan B toegewezen fiscaal eigen vermogen, zijnde 5.320 (6.000 – 680), kan dan volledig in het boekhoudkundig eigen vermogen van B worden opgenomen.
9 De rekening “Uitgestelde belastingen” wordt vanuit fiscaal oogpunt in beginsel niet als schuld maar als vrijgestelde reserve aangemerkt en maakt deel uit van de fiscale nettowaarde van A.
66 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 66
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Na de partiële splitsing zullen A en B er dan als volgt uitzien:
Activa
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans B 6.500 Kapitaal 2.000 Beslastingvrije reserves Beschikbare reserves Uitgestelde belastingen Schulden 8.500
Activa Activum 1
1.800 520 3.000 680 2.500 8.500
Voorbeeld 3 Herwaarderingsmeerwaarde Onderstel dat onderstaande vennootschap A (belastingneutraal) partieel wordt gesplitst waarbij een gedeelte van haar vermogen wordt overgedra gen aan een nieuw op te richten vennootschap B.
Activa Activum 1
Balans A 14.000 Kapitaal10 1.000 Herwaarderingsmeerwaarde Belastingvrije reserves11 Beschikbare reserves Schulden 15.000
3.000 1.000 2.000 5.000 4.000 15.000
Nadat activum 1 volledig was afgeschreven, werd het voor een bedrag gelijk aan 1.000 geherwaardeerd. De naar aanleiding van de partiële splitsing op te richten vennootschap B verkrijgt activum 1, 8.500 andere activa en 2.500 schulden. Vennootschap A behoudt 5.500 activa en 1.500 schulden.
10 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 11 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 92 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 67
bulletin n°53 / 67
28/09/10 11:02
Op basis van bovenstaande gegevens, en de samenstelling van de eigen vermogens van A (na afsplitsing) en B buiten beschouwing latend, zien A en B er na de partiële splitsing als volgt uit:
Activa
Activa Activum 1
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans B 8.500 Eigen vermogen 1.000 Schulden 9.500
7.000 2.500 9.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A (vóór afsplitsing) aan de verkrijgende vennootschap B en aan vennoot schap A (na afsplitsing). De fiscale nettowaarde van A (vóór afsplitsing) bedraagt 10.000, waarvan 6.000 wordt overgedragen aan B (het vrijgesteld gedeelte van de herwaar deringsmeerwaarde – in casu 1.000 – heeft een fiscale waarde gelijk aan nul) en 4.000 wordt behouden door A. A’s fiscaal gestort kapitaal (3.000), belaste reserves (5.000) en vrijgestelde reserves die begrepen zijn in de fiscale nettowaarde (2.000) worden in diezelfde verhouding aan B en A (na afsplitsing) toegewezen en de herwaarderingsmeerwaarde (1.000) wordt volledig aan B toegewezen. De fiscale eigen vermogens van A (na afsplitsing) en B zijn dus als volgt samengesteld:
Fiscaal gestort kapitaal Vrijgestelde reserves begrepen in de fi scale nettowaarde Belaste reserves Herwaarderingsmeerwaarde
A (na afsplitsing) 1.200 800
B 1.800 1.200
2.000 4.000 0 4.000
3.000 6.000 1.000 7.000
De boekhoudkundige eigen vermogens van A (na afsplitsing) (4.000) en B (7.000) kunnen dus zo worden “opgevuld” zodat er volledige overeen stemming is met de fiscale samenstelling ervan.
68 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 68
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Na de partiële splitsing zullen A en B er dan als volgt uitzien:
Activa
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans B 8.500 Kapitaal 1.000 Herwaarderingsmeerwaarde Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 9.500
Activa Activum 1
1.800 1.000 1.200 3.000 2.500 9.500
Voorbeeld 4 Partiële splitsing waarbij de verkrijgende vennootschap aandeelhouder is van de partieel te splitsen vennootschap Onderstaande vennootschap A wordt (belastingneutraal) partieel ge splitst, waarbij het afgesplitst vermogen wordt overgedragen aan een be staande vennootschap B, welke 80% van de aandelen van A bezit.
Activa
Balans A 14.000 Kapitaal12 Belastingvrije reserves13 Beschikbare reserves Schulden 14.000
3.000 2.000 5.000 4.000 14.000
De verkrijgende aandeelhouder-vennootschap B heeft 80% van de aande len A aangeschaft voor 7.500 en ziet er uit als volgt:
Participatie A (80%)
Balans B 7.500 Kapitaal
7.500
12 Er wordt verondersteld dat het maatschappelijk kapitaal vanuit fiscaal oogpunt volledig uit fiscaal gestort kapitaal bestaat. 13 De belastingvrije reserves zijn bij hypothese geen belastingvrije reserves die op basis van artikel 47 WIB 92 kunnen genieten van het regime van de gespreide taxatie.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 69
bulletin n°53 / 69
28/09/10 11:02
Naar aanleiding van de belastingneutrale partiële splitsing van A verkrijgt vennootschap B 8.500 activa en 2.500 schulden en behoudt vennootschap A 5.500 activa en 1.500 schulden. De reële waarde van A (vóór afsplitsing) bedraagt 20.000 en de reële waarde van het aan B overgedragen netto actief bedraagt 11.000. De reële waarde van het door A behouden vermogen bedraagt 9.000. Het aan B overgedragen vermogen en A (na afsplitsing) zien er dan, de samenstelling van de eigen vermogens buiten beschouwing latend, als volgt uit:
Activa
Activa
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Eigen vermogen Schulden 5.500
4.000 1.500 5.500
Balans B 8.500 Eigen vermogen Schulden 8.500
6.000 2.500 8.500
Om de bestanddelen van de eigen vermogens te bepalen, wordt rekening gehouden met de fiscale toewijzing van het fiscaal eigen vermogen van A (vóór afsplitsing) aan het aan B overgedragen vermogen en aan A (na af splitsing). Dit is analoog met wat in voorbeeld 1 werd uiteengezet. Het aan B overgedragen vermogen en vennootschap A (na afsplitsing) zien er dan ook als volgt uit:
Activa
Activa
70 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 70
Balans A (na afsplitsing) 5.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 5.500
1.200 800 2.000 1.500 5.500
Balans aan B overgedragen vermogen 8.500 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Schulden 8.500
1.800 1.200 3.000 2.500 8.500
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
In hoofde van B dient de boekwaarde van de A-participatie (7.500) te wor den opgedeeld in het gedeelte dat overeenstemt met het aan B overgedra gen vermogen en in het gedeelte dat overeenstemt met het door A behou den vermogen. Deze opdeling gebeurt pro rata de reële waarde van dit overgedragen en behouden vermogen. Bijgevolg stemt in hoofde van B de boekwaarde van de A-participatie (7.500) voor 4.125 (7.500 x 11.000/20.000) overeen met het aan B over gedragen vermogen en voor 3.375 (7.500 x 9.000/20.000) met het door A behouden vermogen. In hoofde van B gebeurt de verwerking van het aan B overgedragen vermo gen als volgt: het gedeelte van de boekwaarde van de A-aandelen (4.125) dat overeenstemt met het aan B overgedragen vermogen wordt afgeboekt en de boekhoudkundige verwerking van dit verkregen vermogen gebeurt volgens de regels van een (belastingneutrale) moeder/dochter fusie. De Aparticipatie wordt bij B behouden en na de partiële splitsing bedraagt haar boekwaarde 3.375 (7.500 – 4.125). In dit voorbeeld wordt beslist om de belastingvrije reserves, toegewezen aan het aan B overgedragen vermogen, uit te sluiten van het bedrag dat aan aandeelhouder B fiscaal kan worden uitgekeerd. Bij B zal elk van de aan haar toegewezen eigen vermogensbestanddelen van A slechts worden overgenomen ten belope van 20%, met inbegrip van de aan haar toegewe zen belastingvrije reserves van A. Door de toepassing van artikel 78, § 6, in fine, K.B. W.Venn., kan boek houdkundig afgeweken worden van een proportionele overname van de verschillende bestanddelen van de reserves om aldus de belastingvrije re serves van de partieel gesplitste vennootschap A bij de verkrijgende ven nootschap B te kunnen wedersamenstellen. De vermindering van de reserves mag dan ook bij voorrang worden toege kend aan de andere dan de belastingvrije reserves. Rekening houdend met al het bovenstaande, zal de balans van B na de splitsing er als volgt uitzien:
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 71
bulletin n°53 / 71
28/09/10 11:02
Activa (ex A) Participatie A
Balans B 8.500 Kapitaal (7.500 + 1.800 x 20%) 3.375 Belastingvrije reserves (1.200 x 20% + 600) Beschikbare reserves (3.000 x 20% - 600) Overgedragen resultaat14 Schulden 11.875
7.860 840 0 675 2.500 11.875
Aangezien in dit voorbeeld de andere dan de belastingvrije reserves ontoe reikend zijn om de vermindering van de belastingvrije reserves volledig op te vangen, kan het gedeelte van deze belastingvrije reserves dat, na de toe rekening aan die andere reserves nog steeds niet is weder samengesteld, na de partiële splitsing worden heraangelegd via het debet van de resultaten rekening aan de hand van de volgende correctieboeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
360 360
Naar analogie van het gestelde in het CBNadvies 2009/6 (zie voorbeeld 6), is de Commissie om redenen van praktische aard ook hier van mening dat de volledige wedersamenstelling van de belastingvrije reserves bij B ook las tens het resultaat mag gebeuren zonder artikel 78, § 6 in fi ne K.B. W.Venn., toe te passen. De openingsbalans na de partiële splitsing is dan als volgt:
Activa (ex A) Participatie A
Balans B 8.500 Kapitaal (7.500 + 1.800 x 20%) 3.375 Belastingvrije reserves (1.200 x 20%) Beschikbare reserves (3.000 x 20%) Overgedragen resultaat14 Schulden 11.875
7.860 240 600 675 2.500 11.875
De verkrijgende vennootschap B zal evenwel de aan haar toegewezen be lastingvrije reserves van de partieel gesplitste vennootschap A (fiscaal vrij gestelde reserves) volledig overnemen (zodat deze reserves in fiscaal op zicht niet zullen worden verminderd). Hiertoe kan de belastingvrije reserve na de partiële splitsing bij B worden heraangelegd via de volgende correctie boeking: 689
Overboeking naar de belastingvrije reserves aan 132 Belastingvrije reserves
960 960
14 Het boekhoudkundig resultaat ingevolge de partiële splitsing bedraagt 675 (6.000 x 80% = 4.800; 4.800 - 4.125 = 675).
72 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 72
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
DE BOEKHOUDKUNDIGE VERWERKING VAN DE INBRENG VAN EEN BEDRIJFSTAK1 OF VAN EEN ALGEMEENHEID VAN GOEDEREN
ADVIES 2009/15 16 december 2009
53
TREFWOORDEN continuïteitsbeginsel – fi scale aspecten – inbreng van een algemeenheid van goederen – inbreng van een bedrijfstak
Inleiding Door het koninklijk besluit van 3 december 1993 (B.S. 23 december 1993) werd met betrekking tot de boekhoudkundige verwerking van een inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen vanaf 1 oktober 1993 het boekhoudkundig continuïteitsprincipe opgelegd indien deze ver richting belastingneutraal geschiedde. In het Verslag aan de Koning werd hierbij inderdaad gesteld dat het ver kieslijk leek om het boekhoudkundig continuïteitsprincipe voor dergelijke inbrengen “althans in een eerste fase, te beperken tot inbrengen van be drijfsafdelingen of algemeenheden van goederen die voldoen aan de voor
1 De termen bedrijfstak (artikel 680 W.Venn.) en bedrijfsafdeling (artikelen 81 en 41, § 1, tweede lid, in fine, K.B. W.Venn.) moeten als synoniem worden beschouwd.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 73
bulletin n°53 / 73
28/09/10 11:02
waarden die de belastingwetgeving stelt om voor die verrichting belasting vrijdom te verkrijgen”. Voor de boekhoudkundige verwerking van fusies en splitsingen werd – voor verrichtingen vanaf 1 oktober 1993 – door ditzelfde koninklijk be sluit eveneens de toepassing van het continuïteitsprincipe opgelegd maar, in tegenstelling tot inbrengen, stond (en staat) de toepassing van dit prin cipe los van de fiscale behandeling van de verrichting. Van zodra de fusie of splitsingsverrichting conform de vennootschapsrechtelijke bepalingen ter zake verliep, moest de boekhoudkundige verwerking volgens het conti nuïteitsprincipe verlopen. Aangezien de vennootschapsrechtelijke regeling voor de inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen slechts door de wet van 13 april 1995 (B.S. 17 juni 1995) werd ingevoerd, kon voor de boekhoud kundige verwerking van zulke verrichtingen in 1993 vanzelfsprekend niet worden gerefereerd naar bijzondere vennootschapsrechtelijke bepalingen. Met het koninklijk besluit tot uitvoering van het Wetboek van Vennoot schappen (K.B. W.Venn.) werd – voor verrichtingen vanaf 6 februari 2001 – de boekhoudkundige verwerking van een inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen losgekoppeld van het fiscaal statuut van de verrichting. Van zodra vanaf 6 februari 2001 een inbreng van een bedrijfsafdeling of van een algemeenheid van goederen beantwoordt aan de begripsomschrij vingen gegeven in de artikelen 678 en 679 W.Venn., dient de verrichting boekhoudkundig volgens het continuïteitsprincipe te worden verwerkt. Voor een vlotte en verstaanbare lezing in relatie tot de fiscaliteit, werd dit advies aangevuld met de voetnoten (2) tot (7) die de zienswijze ter zake van de fiscale administratie op het ogenblik van de publicatie van dit advies weergeven, uitgaande van de op dat ogenblik van kracht zijnde fi scale regelgeving.
74 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 74
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Boekhoudkundige verwerking 1. Principe Het continuïteitsprincipe bij de boekhoudkundige verwerking van de inbreng van een bedrijfstak of van een algemeenheid van goederen houdt in dat: –– de ingebrachte activa, passiva, rechten en verplichtingen in de boekhouding van de inbrenggenietende vennootschap moeten worden opgenomen tegen de waarde waarvoor zij op het tijdstip van de inbreng in de boekhou ding van de inbrengende vennootschap (t.t.z. in de rekeningen op basis waarvan de inbreng gebeurt) voorkwamen (artikel 81 K.B. W.Venn.); –– in de boekhouding van de inbrengende vennootschap de als vergoeding voor de inbreng ontvangen aandelen in de verkrijgende vennootschap, moeten worden opgenomen tegen de nettowaarde van de ingebrachte bestanddelen (artikel 41, § 1, tweede lid, in fine, K.B. W.Venn.).
2. Enkele bijzonderheden Enkele in de praktijk veelvuldig voorkomende bijzonderheden bij inbren gen verdienen een bijzondere aandacht.
a. Geherwaardeerde activa worden mee ingebracht Wanneer de inbrengende vennootschap op een activum voorheen een her waarderingsmeerwaarde had uitgedrukt en dit activum wordt naar aanlei ding van een inbreng (er wordt uitgegaan van de hypothese dat de verrich ting belastingneutraal verloopt) mee ingebracht (wat natuurlijk steeds het geval zal zijn indien de algemeenheid wordt ingebracht) dan zal – als bij alle andere ingebrachte bestanddelen de fiscale waarde overeenstemt met hun boekwaarde – de nettoboekwaarde van de inbreng groter zijn dan de fiscale nettowaarde van de inbreng. Hoe in zulk geval moet worden gehandeld, wordt geïllustreerd aan de hand van volgend voorbeeld. Voorbeeld 1 Vennootschap A brengt haar algemeenheid van goederen in, in een be staande vennootschap B. Er wordt uitgegaan van de hypothese dat de ver richting belastingneutraal verloopt.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 75
bulletin n°53 / 75
28/09/10 11:02
Activa Activum 1
Balans A 9.000 Kapitaal 1.000 Herwaarderingsmeerwaarden Beschikbare reserves Schulden 10.000
3.000 1.000 4.000 2.000 10.000
Activum 1 was volledig afgeschreven en werd met 1.000 geherwaardeerd (er wordt uitgegaan van de hypothese dat deze 1.000 nog niet werd belast).
Activa
Balans B 3.000 Kapitaal 3.000
3.000 3.000
De verwerking van deze verrichting volgens het boekhoudkundig continu iteitsprincipe kan op twee manieren gebeuren. - Eerste benadering: de herwaarderingsmeerwaarde wordt uitgeboekt In deze eerste benadering wordt het vermogensbestanddeel “Herwaarde ringsmeerwaarde” als het ware beschouwd een integrerend deel uit te ma ken van de ingebrachte algemeenheid (resp. bedrijfstak). De debitering van deze vermogenspost die zulks tot gevolg heeft, wordt niet in resultaat ge nomen maar tegengeboekt door creditering van een belastingvrije reserve (op fiscaal vlak gaat het immers bij voortduur om een vrijgestelde reserve die aan de onaantastbaarheidsvoorwaarde is onderworpen). Deze benadering vindt ook steun in artikel 57 K.B. W.Venn., luidens het welk de geboekte herwaarderingsmeerwaarde wordt behouden zolang de goederen waarop zij betrekking heeft, niet worden gerealiseerd.
Bij A wordt geboekt: Participatie B Herwaarderingsmeerwaarde Schulden aan Activa Activum 1 Belastingvrije reserves
8.000 1.000 2.000 9.000 1.000 1.000
en bij B: Activa 9.000 Activum 1 1.000 aan Kapitaal Herwaarderingsmeerwaarde Schulden 76 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 76
7.000 1.000 2.000
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Na de inbreng zien A en B er dan als volgt uit:
Participatie B
Activa (3.000 + 9.000) Activum 1 (0 + 1.000)
Balans A 2 8.000 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves 8.000
3.000 1.000 4.000 8.000
Balans B 3 12.000 Kapitaal (3.000 + 7.000) 1.000 Herwaarderingsmeerwaarde (0 + 1.000) Schulden (0 + 2.000) 13.000
10.000 1.000 2.000 13.000
- Tweede benadering: de herwaarderingsmeerwaarde wordt niet uitgeboekt In deze benadering blijft de herwaarderingsmeerwaarde behouden bij de inbrengende vennootschap niettegenstaande het geherwaardeerde acti vum zich niet langer in het vermogen van de inbrengende vennootschap bevindt. Deze herwaarderingsmeerwaarde wordt nu als het ware geacht een herwaarderingsmeerwaarde te zijn op de in ruil voor de inbreng ont vangen participatie. Bij vennootschap B, die het geherwaardeerde activum naar aanleiding van de inbreng verkrijgt, wordt op het passief van de ba lans geen herwaarderingsmeerwaarde tot uitdrukking gebracht.
Bij A wordt geboekt: Participatie B 8.000 Schulden 2.000 aan Activa Activum 1
9.000 1.000
en bij B: Activa 9.000 Activum 1 1.000 aan Kapitaal Schulden
8.000 2.000
2 Ten name van A is het verschil tussen de boekwaarde van participatie B (8.000) en de fiscale waarde ervan (7.000) terug te vinden in de belastingvrije reserve van 1.000, die op fiscaal vlak wordt aangemerkt als een meerwaarde als bedoeld in de artikelen 46, § 1, eerste lid, 2°, en 190, derde lid van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992. 3 Bij B is de kapitaalverhoging van 7.000 volledig als fiscaal gestort kapitaal aan te merken. Pro rata de fiscaal niet aanvaardbare afschrijvingen op activum 1 wordt de ingeboekte herwaarderingsmeerwaarde jaarlijks omgezet in een belaste reserve.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 77
bulletin n°53 / 77
28/09/10 11:02
Na de inbreng zien A en B er dan als volgt uit:
Participatie B
Activa (3.000 + 9.000) Activum 1 (0 + 1.000)
Balans A 4 8.000 Kapitaal Belastingvrije reserves Beschikbare reserves 8.000
3.000 1.000 4.000 8.000
Balans B 5 12.000 Kapitaal (3.000 + 8.000) 1.000 Schulden (0 + 2.000) 13.000
11.000 2.000 13.000
De Commissie voor Boekhoudkundige Normen is van mening dat de eerste benadering de voorkeur geniet aangezien de tweede benadering minder transparant is inzonderheid ten aanzien van de verkrijgende vennootschap.
b.
Gespreid te belasten meerwaarden of kapitaalsubsidies Wanneer vennootschap A een gespreid te belasten meerwaarde (artikel 47 WIB 92) realiseerde (of een kapitaalsubsidie bekwam artikel 362 WIB 92) en het wederbeleggingsactivum (of gesubsidieerde activum) behoorde tot een belastingneutrale inbreng van een bedrijfstak (of uiteraard tot een be lastingneutrale inbreng van de algemeenheid), gold voor verrichtingen vóór 15 januari 1999 het volgende: aangezien naar aanleiding van een inbreng van een bedrijfstak of een algemeenheid normalerwijze de belastingvrije reserves van de inbrengende vennootschap niet mee werden ingebracht, bleef de gerealiseerde gespreid te belasten meerwaarde (of kapitaalsubsi die) belast bij de inbrengende vennootschap en dit pro rata de afschrijvin gen die de verkrijgende vennootschap op de betrokken activa uitvoerde. Omdat een logische samenhang tussen de gerealiseerde meerwaarde (of bekomen kapitaalsubsidie) en de noodzakelijke wederbelegging (of inves tering) vereist dat de meerwaarde (of de kapitaalsubsidie) zou worden be
4 Aangezien de fiscale nettowaarde van de inbreng 7.000 bedraagt (10.000 – 1.000 – 2.000 = 7.000), is de fiscale waarde van de participatie B ten name van A, 7.000. Het verschil van 1.000 tussen de boekwaarde van participatie B en de fiscale waarde ervan, wordt teruggevonden in de niet uitgeboekte herwaarderingsmeerwaarde. 5 Bij B zal de kapitaalverhoging met 8.000 slechts voor 7.000 als fiscaal gestort kapitaal worden aangemerkt. De overige 1.000 is een vrijgestelde reserve in kapitaal die op fiscaal vlak wordt aangemerkt als een herwaarderingsmeerwaarde op activum 1. Bijgevolg zal, pro rata de fiscaal niet aanvaardbare afschrijvingen op activum 1, deze vrijgestelde reserve in kapitaal worden omgezet in een belaste reserve in kapitaal.
78 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 78
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
last ten name van de vennootschap welke de afschrijvingen op het weder beleggingsgoed (of gesubsidieerd activum) boekt, werden door de wet van 22 december 1998 bepalingen ingevoerd, waarbij het de verkrijgende ven nootschap zal zijn in wiens hoofde de door de inbrengende vennootschap gerealiseerde gespreid te belasten meerwaarde (of bekomen kapitaalsubsi die), zal worden belast indien: –– het wederbeleggingsgoed (of gesubsidieerd activum) deel uitmaakt van de inbreng; –– of, ingeval de wederbelegging voor een gespreid te belasten meerwaarde op het ogenblik van de inbreng nog niet plaatsvond, de verkrijgende vennootschap de wederbeleggingsverplichting uitdrukkelijk en onher roepelijk op zich neemt. Deze bepalingen impliceren dat ten name van de inbrengende vennoot schap de gespreid te belasten meerwaarde (of de kapitaalsubsidie) wordt uitgeboekt en terug wordt aangelegd bij de verkrijgende vennootschap. Deze regeling wordt hierna geïllustreerd met een gespreid te belasten meerwaarde. De te volgen handelswijze in geval van een kapitaalsubsidie verloopt volledig analoog. Voorbeeld 2 Onderstel dat vennootschap A voorheen een gespreid te belasten meer waarde van 1.000 realiseerde op een activum dat volledig was afgeschre ven. De verkoopprijs werd wederbelegd in activum 1. Teneinde te voldoen aan de fiscale onaantastbaarheidsvoorwaarde, werd de gerealiseerde meerwaarde overgeboekt ten belope van 660 onder de post “Belastingvrije reserves” en voor 340 onder de post “Uitgestelde belastingen”.
Activa Activum 1
Balans A 9.000 Kapitaal 1.000 Belastingvrije reserves Beschikbare reserves Uitgestelde belastingen 10.000
4.000 660 5.000 340 10.000
Vennootschap A brengt haar algemeenheid van goederen in, in een be staande vennootschap B. Er wordt uitgegaan van de hypothese dat de ver richting belastingneutraal verloopt.
Activa
Balans B (vóór inbreng) 3.000 Kapitaal 3.000
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 79
3.000 3.000
bulletin n°53 / 79
28/09/10 11:02
Bij A wordt geboekt: Participatie B 9.660 Belastingvrije reserve 660 Uitgestelde belastingen 340 aan Activa Activum 1 Uitzonderlijke opbrengsten
9.000 1.000 660
en bij B: Activa Activum 1 aan Kapitaal Belastingvrije reserves Uitgestelde belastingen
9.000 1.000 9.000 660 340
Na de inbreng zien A en B er dan als volgt uit:
Participatie B
Activa (3.000 + 9.000) Activum 1 (0 + 1.000)
Balans A 6 9.660 Kapitaal Beschikbare reserves Overgedragen resultaat 9.660
Balans B7 12.000 Kapitaal (3.000 + 9.000) 1.000 Belastingvrije reserves (0 + 660) Uitgestelde belastingen (0 + 340) 13.000
4.000 5.000 660 9.660
12.000 660 340 13.000
6 Vermits de fiscale waarde van de inbreng 10.000 bedraagt, hebben de aandelen verkregen als vergoeding voor deze inbreng een fiscale waarde gelijk aan 10.000 terwijl de boekwaarde van deze aandelen 9.660 is. Deze participatie B is bijgevolg ten belope van 340 onderschat. Deze onderschatting wordt in de fiscale aangifte van A tot uiting gebracht door de inschrijving van een occulte reserve van 340. A heeft bij de inbreng tevens een uitzonderlijk resultaat van 660 gerealiseerd. Ingevolge de toepassing van het belastingneutraal inbrengregime bij de inbrengende vennootschap A, wordt het fiscale resultaat van 1.000 (340 occulte reserve en 660 geboekt als uitzonderlijke opbrengst) geneutraliseerd door de begintoestand van de reserves met eenzelfde bedrag (1.000) te verhogen. 7 Ten gevolge van de inbreng werd bij B het “Kapitaal” met 9.000 verhoogd. Aangezien de fiscale waarde van de inbreng 10.000 is, wordt het fiscaal gestort kapitaal naar aanleiding van deze inbreng met 10.000 verhoogd. Bij B zal ten belope van 1.000 een negatieve belaste reserve in kapitaal worden ingeschreven. Deze vermindering van belaste reserves zal evenwel worden gecompenseerd door eenzelfde bedrag (1.000) onder de verworpen uitgaven op te nemen.
80 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 80
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
OMREKENING VAN KAPITAAL BIJ GRENSOVERSCHRIJDENDE FUSIES ADVIES 2009/16 16 december 2009 53 TREFWOORDEN fusie – grensoverschrijdende fusie
Inleiding De Belgische wetgever heeft de grensoverschrijdende fusie, voorzien in de 1 2 Tiende Richtlijn , geregeld in de wet van 8 juni 2008 , door de invoering van een nieuwe titel “Titel Vbis. Bijzondere regels inzake de grensoverschrijdende fusies en gelijkgestelde verrichtingen” in Boek XI van het Wetboek van Vennootschappen. De Tiende Richtlijn is van toepassing op fusies van kapitaalvennootschappen, opgericht in overeenstemming met de wetgeving van een Europese lidstaat en die hun statutaire zetel, hoofd bestuur of hoofdvestiging binnen de Europese Gemeenschap hebben, in dien ten minste twee daarvan onder de wetgeving van verschillende lidsta 3 ten ressorteren . De bepalingen inzake interne fusies van Boek XI Herstructurering van vennootschappen van het Wetboek van Vennoot schappen blijven evenwel, behoudens uitdrukkelijke afwijking, van toe 4 passing op grensoverschrijdende fusies .
1 Richtlijn 2005/56/EG van het Europees Parlement en van de Raad van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen, P.B. L 310/1 25.11.2005. 2 Wet houdende diverse bepalingen (I), B.S. 16 juni 2008. 3 Art. 1 Richtlijn 2005/56/EG. 4 Art. 772/1 W.Venn.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 81
bulletin n°53 / 81
28/09/10 11:02
Aan de Commissie wordt in deze context de casus voorgelegd van een grensoverschrijdende fusie waarbij een Belgische vennootschap een ven nootschap overneemt die gevestigd is in een lidstaat die niet tot de euro zone behoort. Bij deze fusie werd voorzien dat het kapitaal van de overne mende Belgische vennootschap gelijk is aan de som van het kapitaal van beide vennootschappen vóór de fusie. Vermits het kapitaal van de buitenlandse vennootschap werd uitgedrukt in een andere valuta dan de euro, werd aan de Commissie gevraagd te bepalen op welk tijdstip het kapitaal van deze buitenlandse vennootschap moet worden omgerekend naar de euro, ten behoeve van de desbetreffende fusie. De Commissie is in dit opzicht de mening toegedaan dat een aantal artike len, ingevoerd in het Wetboek van Vennootschappen ten gevolge van de omzetting van de Tiende Richtlijn, die hoofdzakelijk betrekking hebben op de te volgen procedure door de desbetreffende vennootschappen in geval van een grensoverschrijdende fusie, uitvoerig dienen behandeld te worden.
1. Te volgen procedure bij een grensoverschrijdende fusie De bestuursorganen van de te fuseren vennootschappen zijn ertoe gehou den een gemeenschappelijk fusievoorstel op te stellen. Dit voorstel omvat een aantal elementen, zoals informatie over de evaluatie van de activa en passiva die overgaan naar de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane 5 vennootschap . Bovendien vermeldt het fusievoorstel de datum vanaf dewelke de hande lingen van de fuserende vennootschappen boekhoudkundig worden ge acht voor rekening van de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane ven 6 nootschap te zijn verricht . Er dient te worden opgemerkt dat het fusievoorstel ook nog andere infor matie bevat, met name:
5 Art. 772/6, k) W.Venn. 6 Art. 772/6, f) W.Venn.
82 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 82
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
–– de ruilverhouding van de aandelen of deelbewijzen in het maatschappe 7 lijk kapitaal en, in voorkomend geval, het bedrag van de opleg in geld ; –– de datum vanaf dewelke deze aandelen of deelbewijzen in het maat schappelijk kapitaal recht geven in de winst te delen, alsmede elke bij 8 zondere regeling betreffende dit recht ; –– de statuten van de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennoot 9 schap . Aldus geeft het fusievoorstel aanwijzingen over het kapitaal en, meer be paald, over het eigen vermogen van de overgenomen vennootschap, dat in het kader van de fusie zal overgaan op de overnemende vennootschap. Dit fusievoorstel moet door elke vennootschap die bij de fusie betrokken is, uiterlijk zes weken voor de algemene vergadering die over de fusie moet 10 besluiten, ter griffie van de rechtbank van koophandel worden neergelegd . Daarnaast stelt het bestuursorgaan van elke betrokken vennootschap een omstandig verslag op, bestemd voor de vennoten, waarin de stand van het vermogen van de te fuseren vennootschappen wordt uiteengezet en de wenselijkheid van de fusie, de voorwaarden en de wijze waarop de fusie zal geschieden vanuit juridische en economisch oogpunt worden toegelicht 11 en verantwoord . Het Wetboek van Vennootschappen stelt in artikel 772/11, § 1, dat, onder voorbehoud van strengere bepalingen in de statuten, enkel tot grensover schrijdende fusie van de vennootschap kan worden besloten door de alge mene vergadering, overeenkomstig de specifieke regels van aanwezigheid 12 en meerderheid . In elke vennootschap die de fusie aangaat, worden de notulen van de alge mene vergadering waarin tot de fusie wordt besloten, opgesteld bij authen 13 tieke akte .
7 Art. 772/6, b) W.Venn. 8 Art. 772/6, e) W.Venn. 9 Art. 772/6, i) W.Venn. 10 Art. 772/7 W.Venn. 11 Art. 772/8 W.Venn. 12 De goedkeuring door de algemene vergadering van de overgenomen vennootschap is evenwel niet vereist in geval van een met fusie door overneming gelijkgestelde verrichting. 13 Art. 772/11, § 7 W.Venn.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 83
bulletin n°53 / 83
28/09/10 11:02
2. Controle van de procedure De Tiende Richtlijn en de overeenkomstige bepalingen van de artikelen 772/12 en 772/13 W.Venn. voorzien in een dubbele controle van de wet tigheid van de fusieoperatie. Vooreerst zal de instrumenterende notaris na onderzoek het bestaan en zo wel de interne als de externe wettigheid moeten bevestigen van de rechtshan delingen en formaliteiten waartoe de vennootschap waarvoor hij optreedt, gehouden is. Indien voldaan is aan alle wettelijke voorschriften, zal de nota 14 ris aan de betrokken vennootschap een attest afleveren waaruit dit blijkt . Vervolgens zal de notaris nagaan of de fuserende vennootschappen ge meenschappelijke voorstellen voor een grensoverschrijdende fusie hebben goedgekeurd. Hiertoe legt elke fuserende vennootschap het in artikel 772/12 W.Venn. bedoelde attest voor aan de instrumenterende notaris binnen een termijn van zes maanden na de afgifte ervan, samen met een afschrift van het gemeenschappelijk voorstel voor een grensoverschrijden 15 de fusie, dat door de algemene vergadering is goedgekeurd .
3. Juridische gevolgen van de grensoverschrijdende fusie Voor wat betreft het van kracht worden van de grensoverschrijdende fusie, verwijst de Tiende Richtlijn naar het recht dat van toepassing is op de uit de fusie ontstane vennootschap. Krachtens de Belgische wetsbepalingen wordt de grensoverschrijdende fu sie van kracht op de datum waarop de instrumenterende notaris de vol tooiing van de fusie heeft vastgesteld op verzoek van de vennootschappen die fuseren, op voorlegging van de attesten en andere documenten die de verrichting rechtvaardigen. Deze akte wordt neergelegd en bij uittreksel 16 bekendgemaakt overeenkomstig artikel 74 W.Venn.
14 Art. 772/12 W.Venn. 15 Art. 772/13 W.Venn. 16 Art. 772/14 W.Venn.
84 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 84
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
Op deze datum gaat het gehele vermogen van iedere ontbonden vennoot 17 schap over op de verkrijgende vennootschappen .
4. Datum waarop het kapitaal van de overgenomen buitenlandse vennootschap omgerekend moet worden naar de euro De Commissie is van oordeel dat de omrekening naar de euro van het ka pitaal van de buitenlandse vennootschap dient te gebeuren tegen de wis selkoers die geldt op de datum, in samenspraak bepaald door de beheers organen van de fuserende vennootschappen, waarop de handelingen van de fuserende vennootschappen boekhoudkundig worden geacht voor reke ning van de uit de grensoverschrijdende fusie ontstane vennootschap te zijn verricht, zoals gedefinieerd in het fusievoorstel, goedgekeurd door de algemene vergaderingen van de desbetreffende vennootschappen, conform artikel 772/6, f) W.Venn. Deze datum zal, algemeen genomen, steeds voorafgaan aan de datum bedoeld in artikel 772/14 W.Venn. (datum waarop de grensoverschrijdende fusie van kracht wordt). In feite is het, enerzijds, vanaf deze datum dat, ten gevolge van de boek houdkundige retroactiviteit, de overnemende vennootschap de winst of het verlies draagt, met inbegrip van de wisselkoersverschillen, gerealiseerd door de overgenomen vennootschap. In dit opzicht is het niet uitgesloten dat de overnemende vennootschap de valutapositie dekt van de over te nemen vennootschap. Anderzijds is het in de praktijk meestal op deze datum, die normaliter zal samenvallen met het einde van een boekjaar, van een semester of trimester, dat de bestuursorganen van de fuserende vennootschappen samenkomen teneinde de ruilverhouding en de andere modaliteiten van de fusie te bepalen. Bij ontstentenis van specifieke bepalingen van toepassing op grensover schrijdende fusies, verwijst, ten slotte, art. 78, § 2 K.B. W.Venn., dat het boekhoudkundig principe van continuïteit in geval van een fusie invoert, ter bepaling van de waarde tegen dewelke de verschillende actief-en pas siefbestanddelen van de overgenomen vennootschap, inclusief de bestand delen van haar eigen vermogen, opgenomen dienen te worden in de boek
17 Art. 772/3 W.Venn.
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 85
bulletin n°53 / 85
28/09/10 11:02
houding van de overnemende vennootschap, naar de datum vanaf dewelke de handelingen van de over te nemen vennootschap boekhoudkundig wor den geacht voor rekening van de overnemende vennootschap te zijn ver richt. De Commissie is de mening toegedaan dat dezelfde denkpiste moet worden gevolgd voor de grensoverschrijdende fusies (cf. CBNadvies 2009/7 betreffende de boekhoudkundige verwerking van grensoverschrij dende fusies). Wat de wisselkoersen betreft tegen dewelke de uitgevoerde transacties tus sen, enerzijds, de datum waarop de handelingen van de fuserende ven nootschappen boekhoudkundig worden geacht voor rekening van de uit de fusie ontstane vennootschap te zijn verricht, en anderzijds, de datum waarop de fusie juridisch van kracht wordt, wordt verwezen naar CBN 18 advies 172/1 , dat een afweging maakt tussen de monetaire/nietmonetai re methode, enerzijds, en de methode van de slotkoers/nettoinvesteringen, anderzijds. De Commissie is van oordeel dat, voor wat grensoverschrijdende fusies betreft, de monetaire/nietmonetaire methode de voorkeur geniet. Ter herinnering: volgens deze methode worden de bestanddelen van de nietmonetaire posten omgerekend tegen de geldende koers op het ogen blik van de transactie, terwijl de bestanddelen van de monetaire posten normaliter omgerekend worden tegen de slotkoers. Voor een meer gedetailleerde bespreking wordt verwezen naar het voor noemde advies 172/1.
18 CBN-advies 172/1 – Opneming van de rekeningen van een buitenlands bijkantoor (CBN-Bulletin nr. 35, oktober 1995, p. 18-39).
86 / bulletin n°53
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 86
Commissie voor Boekhoudkundige Normen
28/09/10 11:02
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 87
28/09/10 11:02
1003072 CBN Bulletin 53 Nl zwart.indd 88
28/09/10 11:02