april 2010
Perfectionisme in een relaxte sfeer | Limburgse ontwerpers in de voorhoede | Geobsedeerd door het vierkant | Een tijd lang was the sky the limit | Vanuit de veste aan de Weteringschans
complot rond een vierkant
de goodwill uitgaven van drukkerij rosbeek (1969-2006) van 25/3 - 21/5 gouvernement maastricht.
1
www.zuiderlucht.eu
april 2010
Misschien was Rosbeeks gulle, democratische bedrijfscultuur wel zijn eigenlijke bedrijfsgeheim.
perfectionisme in een relaxte sfeer
Twee momenten waren cruciaal voor de faam van drukkerij Rosbeek. De introductie door verzamelaar Jo Eyck van de Venlose ontwerper Marcel Pijpers, en de verhuizing in 1978 naar het door Herman Zeekaf ontworpen nieuwe bedrijfspand in Nuth. door Cyrille Offermans
H
et succesverhaal van drukkerij Rosbeek beslaat precies één generatie. Of liever: één werkzaam leven. Het begint in de vroege jaren zestig in Hoensbroek. Noodgedwongen nemen de broers Cor en Jean, respectievelijk achttien en zeventien jaar jong, het bedrijf van hun vroeg gestorven vader over. Het verhaal eindigt, abrupt en dramatisch, 45 jaar later, als in oktober 2008 het faillissement van de drukkerij wordt uitgesproken. Kort daarvoor waren de geplande feestelijkheden voor het afscheid van Cor al halsoverkop geannuleerd. De medewerkers aan het liber amicorum kregen het fraaie boekwerk, dat nog in niets het naderende einde verraadt, zonder trompetgeschal per post in huis. Aanvankelijk was het enthousiasme van de beide broers voor het beroep van hun vader gering. Als kind hadden ze weliswaar af en toe hand-enspandiensten verricht in de drukkerij, maar Cor, die zich later tot het artistieke en commerciële brein van de drukkerij ontwikkelde, had meer interesse in dure Italiaanse sportauto’s dan in de obligate geboortekaartjes, enveloppen en trouwaankondigingen die het grootste deel van de portefeuille van zijn vader uitmaakte. Voorlopig moest de drukkerij het immers hebben van de plaatselijke clientèle met haar plaatselijke smaak, niets wees erop dat het bedrijf zich spoedig tot een van de belangrijkste drukkerijen van het land zou ontwikkelen. Enthousiasme voor het drukkersvak ontstond er door toedoen van de
2
Cor (l) en Jean Rosbeek foto boek: Cor Rosbeek/een leven in druk
verffabrikant Jo Eyck, wiens vader, Jac Eyck, ook al tot de klantenkring van vader Rosbeek had behoord. Als er één datum in de geschiedenis van de drukkerij van beslissende betekenis is geweest, is het de dag waarop Eyck de Rosbeeks in contact bracht met de uit Venlo afkomstige grafisch ontwerper Marcel Pijpers, die in opdracht van Eyck een integrale huisstijl voor de verffabriek ontwikkelde. Ineens werd duidelijk dat drukken meer kon zijn dan een met liefde en vlijt beoefend ambacht. Cor kwam in contact met de onbekende, horizon verruimende wereld van modernistische ontwerpers, die hem de ogen openden voor de esthetische traditie van het minimalisme en het constructivisme. Zonder Jo Eyck – de broers hebben daar nooit een geheim van gemaakt – was Rosbeek met aan zekerheid grenzende waarschijnlijk altijd de provinciale, op traditionele leest geschoeide drukkerij gebleven die ze ook voor vader Rosbeek al was. Maar dat veranderde nu snel. Eyck
was een liefhebber en verzamelaar van abstracte, vooral minimalistische kunst. In zijn bedrijfsruimten organiseerde hij exposities van belangwekkende, aan de weg timmerende kunstenaars als Peter Struycken (van wie hij maar liefst vijfendertig werken bezit), Ad Dekkers, Ger van Elk, Carel Visser en William Graatsma. De catalogi, meestal ingeleid door kopstukken uit de Nederlandse kunstwereld, liet hij drukken door Rosbeek. Zo ontstonden er, vooral na de start van de zogenaamde Goodwill-reeks in 1969 (zie elders in deze bijlage), vaste contacten met Limburgse ontwerpers, van wie allereerst Baer Cornet en Piet Gerards genoemd moeten worden, en later ook Amsterdamse. Cor sprak zelfs trots van ‘een aparte Limburgse school’, die volgens hem een eigen, consistente lijn volgde, los van de meer trendy ontwikkelingen in de Randstad. Een tweede cruciale datum in de geschiedenis van de drukkerij is de verhuizing in 1978 naar het industrieterrein in Nuth, zo’n vijf
www.zuiderlucht.eu
kilometer verderop. Daar viel het door Herman Zeekaf vormgegeven bedrijfsgebouw flink uit de toon. Zeekaf, wars van elke retro-mode en pseudoromantische versierkunst maar met een des te scherper oog voor details, ontwierp een strak en helder kubusachtig gebouw, dat volgens alle betrokkenen een inspirerende invloed had op de kwaliteit van het werk dat in het gebouw werd geleverd. Rosbeek ontketende in het aan experimenten niet erg verslingerde Zuiden een revolutie op het gebied van de vormgeving. Het gebouw werd een centrum van avontuurlijke, modernistische drukkerskunst, waar ontwerpers uit het hele land en opdrachtgevers uit de hele wereld spoedig kind aan huis waren. Niets was Rosbeek te dol, hij enthousiasmeerde ontwerpers en klanten, en stelde de hoogste eisen aan zijn personeel. Maar dat alles gebeurde in een ‘Limburgse’, relaxte en vriendschappelijke sfeer. Misschien was Rosbeeks gulle, democratische bedrijfscultuur wel zijn eigenlijke bedrijfsgeheim. De ondergang van het bedrijf moet mede een gevolg zijn geweest van de onweerstaanbare opkomst van de computer. Rosbeek behoorde tot de eerste drukkerijen in ons land waar de computer zijn intrede deed, al in 1972. Aanvankelijk waren vooral de voordelen evident, later de nadelen. De computer maakte van iedereen in een handomdraai een ontwerper of kunstenaar, voor kwaliteitsverschillen had men geen oog of men had er geen geld voor over. Zo kon het gebeuren dat de drukkerij naast prestigieuze staaltjes van meesterschap ook steeds vaker spullen onder haar niveau afleverde. Cor maakte zich kort voor zijn afscheid zorgen over de toekomst. Zijn opvolger zou in elk geval in kwalitatieve zin de continuïteit van het bedrijf moeten waarborgen. Dat heeft, weten wij nu, niet zo mogen zijn. Wat ons rest zijn de herinneringen aan het stelletje enthousiastelingen daar in Nuth. En meer nog: de gedrukte vruchten van hun arbeid. Die zullen zich met des te meer gezag als hoge kwaliteitsnorm opdringen naarmate we vollediger door de lawines ongevraagde trash worden overspoeld.
april 2010
Complot rond een vierkant geeft een visueel beeld van de goodwillreeks en een inkijk in de achterliggende ideeën van de vormgevers.
tableau de la troupe met limburgse roots
De goodwillreeks van Drukkerij Rosbeek geldt als collectors items: er zijn er maar weinigen in Nederland die ze compleet hebben. Behalve een boek over de reeks is er nu ook een expositie, in het Gouvernement in Maastricht. Ben van Melick beschrijft hoe een en ander tot stand kwam. door Ben van Melick
P
arallel aan de gelijknamige expositie in het Gouvernement in Maastricht heeft uitgeverij Huis Clos het boek Complot om een vierkant. De goodwilluitgaven van Drukkerij Rosbeek 1968-2008 uitgegeven. Het boek toont het omslag van elk deeltje samen met een typische spread, verschaft bibliografische informatie, heeft een kort commentaar van de desbetreffende ontwerper. Waar nodig is dat aangevuld met uitweidingen van ontwerper/ architect William Graatsma die, naast ontwerper Baer Cornet, als redacteur het gezicht van de reeks bepaalde. Complot rond een vierkant geeft een visueel beeld van de goodwillreeks en een inkijk in de achterliggende ideeën van de vormgevers. Dat levert niet enkel technische verhalen op. De vele anekdotes zijn inkijkjes in de ontwerperskeuken, fascinerend, soms ontluisterend. In het boek plaatst Frederike Huygen, kunsthistorica en auteur van het tweedelige standaardwerk Visies op vormgeving, de serie in een geografische
3
en historische context en geeft een afgewogen oordeel over aard, kwaliteit en belang. Zij schetst daarmee de typische grafische cultuur in Nederland, gekenmerkt door trots, beroepseer, engagement en experiment tegen een achtergrond van grote liefde voor het vak en belangeloze inzet. Huygen inventariseert de grote variëteit aan onderwerpen op het gebied van vormgeving, typografie, fotografie, architectuur, beeldende kunst, literatuur en muziek. Soms zijn de boekjes een podium voor een dichter, fotograaf, illustrator of kunstenaar, of voor een project. Andere keren hebben ze het karakter van een monografie. Onderwerpen uit de regio zijn talrijk: de St. Servaaskerk, drukker en typograaf Charles Nypels, dichter en letterkundige Wiel Kusters, literator Frans Erens, fotograaf Werner Mantz, het Centrum Cubische Constructies, Dom Hans van der Laan, de Jan van Eyckacademie, Herman Zeekaf, de kerkschilderingen van Aad de Haas, fotograaf Kim Zwarts, de toren van Robert Garcet, componist Matty Niël, kasteel Wijlre van Jo en Marlies Eyck, het
vrijheidsbeeld van Charles Eyck en het San Claessenshuis in Maastricht. Andere boekjes zijn gewijd aan de winnaars van Limburgse prijzen als de Charles Nypelsprijs (vanaf 1986), de Frans Erens literatuurprijs (vanaf 1985) en de Werner Mantzprijs voor fotografie (vanaf 1990). Onder hen: Dieter Roth met kunstenaarsboeken, de grafisch ontwerpers Walter Nikkels, Harry Sierman, Pierre di Sciullo (onlangs ontslagen als huisontwerper van het ‘nieuw’ Stedelijk Musuem in Amsterdam, red), literator Harry Prick en fotograaf Kim Zwarts. Het Limburgse accent in de opsomming komt door de betrokkenheid van William Graatsma bij de Rosbeekuitgaven; zo werden de boekjes ook een ambassadeur van de cultuur uit deze zuidelijke provincie. Met zo’n tableau de la troupe markeert de drukker zijn positie in de commerciële en culturele context, die in die jaren steeds meer in elkaar schoven. In omstandigheden waarin alles voor de wind gaat, kan zo het visitekaartje van een drukkerij uitgroeien tot opvallend drukwerk dat alleen al om zichzelf de aandacht vraagt en direct verwijst naar de drukker. Dat betekent bij Rosbeek technisch perfecte uitvoering, creatieve oplossingen, betrokkenheid en culturele relevantie. Daarmee is de positie afgebakend die Rosbeek op de markt wil innemen. Met succes. Rosbeek behoorde jarenlang tot de top drie van Nederlandse drukkerijen. Maar niet voor altijd. In de voor de drukkerij en de gebroeders Rosbeek benarde zomer van 2008 ontstond tijdens een gesprek tussen grafisch ontwerper Piet Gerards, drukker Arie Lenoir en Alwin Steijn, directeur Grafische Cultuurstichting het idee van een publicatie. In het gesprek viel de term ‘grafisch erfgoed’ en men was het
www.zuiderlucht.eu
april 2010
erover eens dat kwaliteit en belang van de goodwillreeks, waar toen al een einde aan was gekomen, opnieuw aandacht verdienden. Lenoir en Steijn boden aan de productie van een boek ter hand te willen nemen dat door Piet Gerards vorm moest worden gegeven. Het drietal vond vervolgens zes kwaliteitsdrukkers, twee binders en een papierleverancier bereid om belangeloos mee te werken – als hommage aan Rosbeek. De Grafische Cultuurstichting financierde de inleiding en Huis voor de Kunsten Limburg deed de ontbrekende duit in de zak. Het boek kon gerealiseerd worden. Een actueel voorbeeld van wat Huygen noemt: unieke grafische cultuur. Het Huis voor de Kunsten kwam op het idee van de presentatie een expositie te maken in het Gouvernement in Maastricht. De expositie, een samenspel tussen Piet Gerards, provinciaal conservator beeldende kunst Ad Himmelreich en Kim Roufs van het Huis voor de Kunsten toont behalve de complete goodwillreeks ook zeven kabinetten die zijn gewijd aan de architect Herman Zeekaf, de schrijver Frans Erens, het ontwerpersduo Jan Slothouber en William Graatsma, typograaf Charles Nypels, componist Matty Niël, fotograaf Werner Mantz en beeldend kunstenaar Aad de Haas, allen vertegenwoordigd in de reeks. De expositie toont zo een keur van drukwerk van het hoogste niveau en maakt inzichtelijk hoe drukkerij Rosbeek verankerd was in de Limburgs cultuur en welke stimulerende rol ze daarin heeft gespeeld. Ben van Melick is neerlandicus en leidt, samen met oprichter en ontwerper Piet Gerards en Jo Linssen, uitgeverij Huis Clos.
Foto’s met de klok mee: Jo en Marlies Eyck, Herman Zeekaf, Jan Slothouber en William Graatsma, Baer Cornet. foto’s: Kim Zwarts, Archief William Graatsma, Zuiderlucht.
De gekantelde, open kubus als beeldmerk was zoiets als een esthetische revolutie in Zuid Limburg.
complot rond een vierkant
De bloeiperiode van drukkerij Rosbeek werd geschraagd door de opkomst van een groep jonge ontwerpers rondom verffabrikant en kunstverzamelaar Jo Eyck. Heren met uiteenlopende karakters en één gemeenschappelijke eigenschap: een fascinatie voor het vierkant. door Frederike Huygen
I
n het Limburg van de jaren zestig van de twintigste eeuw bekeerde een aantal mensen zich tot het vierkant. Hun geloof bleek standvastig en wist zich ook aanhang in het westen van het land te verwerven. Het waren: Baer Cornet (1937), Jo Eyck (1930), Herman Zeekaf (1938-2009), Jan Slothouber (1918-2007), William Graatsma (1925) en Cor Rosbeek (1944). De Venlose grafisch ontwerper Baer Cornet werkte voor drukkerij Lecturis in Eindhoven, maar kwam in 1970 in dienst bij het Limburgse Océ-van der Grinten. Hij verzorgde publicaties voor bedrijven als ’t Spectrum (deels gedrukt bij Rosbeek), voor Slothouber en Graatsma en voor Zeekaf, en maakte tentoonstellingscatalogi en kalenders voor verffabrikant en kunstverzamelaar Jo Eyck. Het was Baer Cornet (die in 2007 het eerste ontwerp van Zuiderlucht zou vervaardigen, red) die drukkerij Rosbeek in 1969 het idee aan de hand deed om een letterproef uit te geven, de eerste van een reeks van boekjes gewijd aan aspecten van het drukken en later ook aan andere onderwerpen die aan relaties werden gestuurd. Het vierkante formaat werd Cornets handelsmerk. Jo Eyck nam, net als Cor Rosbeek, de zaak van zijn vader over en bracht die tot grote bloei. Hij liet al heel vroeg een huisstijl ontwerpen door Marcel Pijpers die als beeldmerk een gekantelde, open kubus had. “Dat was zoiets als een esthetische revolutie in Zuid-Limburg”, aldus Rosbeek die het drukwerk uitvoerde. Op zijn kantoor
4
Omslag van de catalogus bij Complot rondom een vierkant.
organiseerde Eyck tentoonstellingen van constructivistische en geometrischabstracte kunstenaars zoals Peter Struycken, Richard Paul Lohse, Ad Dekkers, Slothouber en Graatsma, François Morellet en anderen. Zij exploreerden het fenomeen kleur en waren geïnteresseerd in maatverhoudingen en systemen. De catalogi stuurde Eyck aan al zijn relaties. Rosbeek was onder de indruk van de manier waarop Eyck public relations bedreef en in alles een hoog kwaliteitsniveau nastreefde. Herman Zeekaf had een winkel in Heerlen waar hij moderne vormgeving toonde en verkocht, en was tevens interieurarchitect. Hij begeleidde voor Eyck verbouwingen en inrichtingen en was de architect van de nieuwe drukkerij Rosbeek in Nuth (1978). Ook Zeekaf was een modernist die met uitgekiende verhoudingen werkte. Jan Slothouber en William Graatsma werkten sinds 1955 samen bij de De Staatsmijnen/DSM waarvoor zij tentoonstellingen en presentaties
samenstelden en vormgaven. Het duo ontwikkelde cubische dragers voor de informatie en begon van daaruit geometrische wetmatigheden te onderzoeken. Zij kwamen in contact met Pieter Brattinga van Steendrukkerij De Jong & Co in Hilversum die daar sinds 1955 de befaamde Kwadraatbladen uitgaf, een reeks gedrukte relatiegeschenken op vierkante maat. Deze drukkerij met haar op ontwerpers gerichte beleid en haar Kwadraatbladen werd voor Rosbeek het voorbeeld dat hij wilde evenaren. Brattinga, die als ontwerper ook veelvuldig het vierkant hanteerde, leidde de huisstijloperatie van DSM en door zijn bemiddeling kregen Slothouber en Graatsma in 1965 een expositie in het Amsterdamse Stedelijk Museum getiteld: Vier kanten. Daarna volgde een hele reeks van exposities over hun werk, onder andere bij Jo Eyck en in de toonzaal van Zeekaf, met als hoogtepunt een presentatie op de Biënnale van Venetië in 1970. Het onderzoek naar de kubus leidde tot de formatie van het Centrum voor
www.zuiderlucht.eu
Cubische Constructies en tot producten als een modulaire bank, stoeptegels en ruimtelijke objecten. In 1966 ontving het duo Graatsma/Slothouber de Sikkensprijs en enkele jaren later zat Graatsma in de jury van deze prijs. In de reeks goodwillpublicaties van Rosbeek zijn drie boekjes gewijd aan het werk van deze kubusadepten. Graatsma gaf les aan verschillende opleidingen waaronder de academie in Den Bosch waar ook Cornet doceerde. Later werd hij docent aan de Eindhovense TH en directeur van de Maastrichtse Jan van Eyckacademie. Zijn netwerk was enorm en hij stelde onder andere in Eindhoven een reeks tentoonstellingen samen waaronder een over Cornet in 1977. Graatsma was ook betrokken bij het Bonnefantenmuseum in Maastricht en bij tal van jury’s, besturen en commissies, als hij al niet zelf de initiator was van Limburgse prijzen. Vanaf 1982 ging hij vele Rosbeekboekjes begeleiden en was hij betrokken bij de keuze van de onderwerpen die er in aan bod kwamen. Het Limburgse netwerk rond het vierkant was hecht, maar ook open en breidde zich gestaag uit. Tussen 1969 en 2006 verschenen 57 boekjes, aanvankelijk publicaties die ‘het creatieve drukken’ van Rosbeek illustreerden, later heetten ze goodwilluitgaven. De drukkerij begon zich in de jaren zestig te onderscheiden met haar hoge kwaliteit en legde zich toe op het samenwerken met ontwerpers. Toen het eerste deeltje het licht zag, was het proces van de mijnsluiting al in volle gang en Rosbeek wilde ook opdrachtgevers en ontwerpers buiten Limburg aan zich binden. Doordat de contacten met ontwerpers, bedrijven en musea intensiveerden werden de jaren zeventig en tachtig een bloeiperiode voor de firma Rosbeek, geleid door de broers Cor en Jean, bijgestaan door Herman en Michel Kölker. Zoals gezegd was het vierkante formaat en het idee afgeleid van de Kwadraatbladen, maar die keuze hing ook samen met het feit dat zowel staande als liggende afbeeldingen in een vierkante maat tot hun recht komen. Het achterliggende motief was natuurlijk ook om de kunde en de kennis van de drukkerij te demonstreren en naar buiten te brengen.
april 2010
Cor Rosbeek: “Er zullen altijd mensen blijven, al is het een kleine culturele elite, die om kwaliteit zullen blijven geven.”
een tijdlang was the sky the limit
“ Voordat je het weet sta je met een zethaak in de hand en mag je voor het eerst een regel zetten”, zei Jean Rosbeek ooit over het opgroeien in de drukkerij van zijn vader. Samen met zijn boer Cor bouwde hij een unieke drukkerij op die lange tijd maatgevend was in de grafische industrie. door Ben van Melick
W
e schrijven 2008. Inktzwarte wolken pakken zich samen boven Drukkerij Rosbeek te Nuth, jarenlang een van de beste, meest gelauwerde drukkerijen van Nederland. De chemie tussen de broers Rosbeek is uitgewerkt: de plaats van Jean als technisch en zakelijk leider is al enige tijd ingenomen door verschillende opvolgers. Het bedrijf kan zijn reputatie niet meer waarmaken. In 2009 valt het doek. Niet alleen inconsistente bedrijfsvoering – de achilleshiel van vele familiebedrijven - en gezondheidsproblemen, ook concurrentie uit het buitenland, kwaliteitsverlies door digitale automatisering en snel verslechterende economische omstandigheden betekenen het einde van Drukkerij Rosbeek, het bedrijf dat boekdrukkunst personifieerde en cultuur schiep, het bedrijf waarin de broers hun ziel en zaligheid hadden gelegd. Begin jaren zestig waren Cor (1944) en Jean (1945) Rosbeek de piepjonge eigenaars van een kleine handelsdrukkerij aan de Hommerterweg in Hoensbroek onder de rook van Staatsmijn Emma. Zij groeiden op in een bedrijvig en artistiek gezin waar zelfwerkzaamheid, creativiteit, betrokkenheid en kwaliteit groot geschreven werden. Vader was behalve meesterdrukker een in de regio bekend musicus, moeder dreef een winkel in kantoor- en
5
De door Zeekaf ontworpen drukkerij Rosbeek in Nuth. foto: Kim Zwarts
tekenbenodigdheden. Thuis werd geplakt, getekend, gekleurd, gegutst, geknutseld. De kinderen kwamen veel in de drukkerij en waren zo al vroeg vertrouwd met de wereld van pers, inkt en papier. Jean: “Je raakt geïnteresseerd en voordat je het weet sta je met een zethaak in de hand en mag je voor het eerst een regel zetten. Op een kleine pers, een degeltje, drukte ik voor het eerst mijn naam. Wat jaren later stond ik in de vakanties mee te helpen.” Ook Cor was gegrepen, maar anders. Fantasierijk en nieuwsgierig was hij, de blik naar buiten gericht: de wereld van blue suede shoes en scherp gesneden kostuums. Gedistingeerd halbstark, perfect gesoigneerd op jonge leeftijd al. Verkoop en acquisitie werden zijn fort. Beiden wilden vooruit. De jongens zaten midden in de puberteit toen hun vader plotseling stierf en zij de zaak, aanvankelijk met
hulp van collega-drukkers, overnamen. De mijnen floreerden nog en het bedrijf groeide. De Rosbeeks legden de lat hoog. Hun voorbeelden vonden ze in de kwaliteitsdrukkerijen buiten Limburg, waar ontwerpers een belangrijke rol speelden en gedurfde staaltjes drukwerk afgeleverd werden.Tegelijkertijd kwamen ze in contact met klanten en relaties die op zakelijk en artistiek niveau de hoogste eisen stelden en zo rolden ze in de moderne scene van kunstenaars en vormgevers in Limburg, waar vooral de cultuurbegerige Cor zich als een vis in het water voelde. De sluiting van de mijnen was voor de gebroeders geen neergang maar een impuls. De noodzaak van nieuwe opdrachtgevers bracht het bedrijf in een stroomversnelling: Jean innoveerde de techniek en Cor wierf klanten en verkocht. Kan niet bestaat niet. Kwaliteit voor alles. Kwaliteit en schoonheid
www.zuiderlucht.eu
april 2010
werden synoniem. Functionele schoonheid in zakelijke objecten, dus met een belangrijke rol voor de grafisch ontwerper, creatieve schoonheid in de vrijere opdrachten, met een nog grotere invloed voor de ontwerper. Waar mogelijk werd het grafisch ontwerp even belangrijk als het drukproces. Vooral in dit opzicht speelden de contacten van Cor een belangrijke rol. Diens zelfvertrouwen groeide en hij liet zich steeds meer gelden als inleider, spreker en jurylid. Het was dus niet verwonderlijk dat de Rosbeeks zich inmiddels hadden gewaagd aan drukkersdrukwerk, het ‘kaartje’ van de drukkerij dat per definitie moest beantwoorden aan de hoogste technische en artistieke eisen. Eind jaren zestig was de goodwillreeks gestart die niet alleen de staalkaart werd waarmee de drukker zijn positie in de commerciële en culturele context markeerde, maar hem ook poneerde als initiator, ‘medeschepper van cultuur’. Dat er prestigieuze opdrachten uit de wereld van kunst en cultuur kwamen, bewees dat ze op de goede weg zaten en gaf hun vleugels. De tijd was gunstig. Geld rolde, communicatie, creativiteit en kwaliteit lagen in ieders mond bestorven, vormgeving was een cult. The sky was the limit. Mogelijk ging hun vlucht te hoog, en verloren de broers het zicht op de verhoudingen. Ze gingen er prat op dat de drukkerij zich in de onmogelijkste omstandigheden kon bewijzen. Kwaliteit is duur, soms te duur. Hoge taakopvatting, beroepseer en verbeeldingskracht zijn sleutelwoorden voor succes. Maar de literatuur leert dat dan de hoogmoed dreigt. Zo gezien bloedde de goodwillreeks dood in esthetische tolerantie en verstikte het bedrijf in twijfelachtige innovatie. “Er zullen altijd mensen blijven, al is het een kleine culturele elite, die om kwaliteit zullen blijven geven”, zegt Cor. Maar er is geen drukkerij Rosbeek meer om die kwaliteit te leveren.
“Eigenlijk is vriendschap het Leitmotiv bij alles wat we doen.”
de veste die af en Auteurs en kunstenaars die geen knieval maken voor publiek of commercie. Dwarsliggers die een bestaan in de marge voor lief nemen. Ze vormen een blijvende fascinatie voor ontwerper Piet Gerards. Uitgeverij Huis Clos geeft ze een podium. door Fons Elbersen
Piet Gerards: “Je kunt op school leren om illustrator te worden; je kunt niet leren Kamagurka te worden.” foto Jasper Groen
6
www.zuiderlucht.eu
april 2010
toe iets moois baart ‘Ik heb in mijn leven misschien twee boeken gekocht omdat ik ze móói vond.’
D
e schatkamer bevindt zich in het souterrain van het kantoor van Piet Gerards Ontwerpers aan de Weteringschans in Amsterdam. Gerards wijst naar een wandvullende boekenkast. “Deze boeken zijn door ons ontworpen.” Het zijn er zo’n vijfhonderd. Boeken die je qua vormgeving, druk en afwerking niet bij de reguliere boekhandel aantreft. “Ongeveer een kwart daarvan heb ik in eigen opdracht gemaakt. Da’s wel veel, ja.” Zeg nou niet dat je hier in hartje Amsterdam voor een bibliofiel walhalla staat. Ook al is Piet Gerards (Heerlen, 1950) een gelauwerd ontwerper met een imponerende reeks bekroningen als ‘Best Verzorgd Boek’ op zijn naam, bij hem gaat inhoud vóór de vorm. “Ik heb in mijn leven misschien twee boeken gekocht omdat ik ze móói vond. Opperlandse taal- & letterkunde van Battus bijvoorbeeld, in die ongelooflijke vormgeving van Harry Sierman. Maar de inhoud is absoluut het belangrijkste voor mij, als lezer en als ontwerper. Er zijn te veel boeken waarbij de vormgeving de inhoud overschaduwt. Het gaat om mensen die je spannend vindt. Multitalenten, met een controversiële boodschap. Interessant vind ik waar ‘de straat’ en ‘het verhevene’, het ‘hoge’ en het ‘lage’ elkaar raken. Dan kán ik gewoon niks lelijks maken.” Gerards’ drang naar schoonheid heeft zijn oorsprong in het anarchisme. Drie jaar studeerde hij aan de kunstacademie in Maastricht. Kunstschilder wilde hij worden. “Huilend ben ik van die academie afgegaan, het klimaat daar was helemaal niks voor mij.” In zijn middelbare schooltijd was hij al in de ban geraakt van literatuur; in het linksanarchistische, activistische milieu van de jaren zeventig ontdekt doener (‘ik ben geen studiehoofd’) Gerards dat hij veel lol beleeft aan het maken van pamfletten, affiches, folders. “Typen, koppen maken, vergroten, verkleinen, je handen zwart van de inkt, ik genoot ervan.” Op 1 april 1979 hoort hij tijdens
7
een lezing van de door hem en zijn vrienden georganiseerde Anarchisme sieklus in Maastricht de dichter/activist Steef Davidson diens vertaling van Europa van de Poolse dichter Anatol Stern voordragen. Als hij vervolgens de Europa-editie van in de originele vormgeving van Mieczyslaw Szczuka ontdekt, is hij verkocht. “Dat vond ik echt geweldig. Dàt wilde ik maken!” Hij maakt een ontwerp, dat heel dicht bij dat van Szczuka blijft, en er komt een nieuwe vertaling. Het boek verschijnt in 1982 in een oplage van 100 bij uitgeverij AAP in Maastricht. De ontwerper en uitgever Piet Gerards is geboren. Fascinatie voor bijzonder literair werk, liefde voor vormgeving, voor goedverzorgde boeken zijn ook de drijfveer van Gerards en Schreurs uitgevers, die Gerards twee jaar later met zijn vriend Joep Schreurs opricht. Zo’n 25 boeken geeft het tweetal uit. De Laatste Brieven 1936-1938 van de Rus Osip Mandelstam opent de Fragmentenreeks van de uitgeverij. In de reeks wordt verder onder meer werk van Louis Paul Boon (naast Reve een van de literaire helden van Piet Gerards) en Wiel Kusters’ X kijkt in Y over Pierre Kemp gepubliceerd. Gerards woont in die tijd in Heerlen, in een statig pand aan de Akerstraat. Het huis is woon- en werkplek. Hij koopt een proefpers en zet die in het souterrain. Als de machine aanslaat, trilt het pand op zijn fundamenten. Huis Clos heet het huis, naar een boek van Sartre, ‘Met gesloten deuren’. In 1986 wordt het de naam van de margeuitgeverij, waar Gerards mee verder gaat, ook na het opheffen van Gerards & Schreurs in 1990. “Het was een huis dat alles behalve gesloten was”, zegt hij. “De deur stond altijd open. Maar ik vond dat beeld wel mooi: een veste, die zich af en toe opent om iets moois te baren.” Huis Clos. In een melige bui omschrijft Gerards het ook wel als Huize De Klos. De ontwerper Gerards verwerft de nodige faam (‘der Meister’ wordt hij door sommige collega’s genoemd) en verhuist eind jaren negentig naar Amsterdam. “Daar zat ik sowieso al ieder weekend.” Maar voor de uitgever Gerards is het bloed, zweet en tranen. Ongedurig als hij is (“ik
ben te kortademig voor langdurende projecten, ik wil altijd weer naar iets nieuws”) is hij blij als Huis Clos wordt versterkt met Ben van Melick (redactie), Jo Linssen (productie/ distributie) en Lily Balmaekers (administratie).De uitgeverij zetelt nu in Rimburg. Het fonds telt 32 titels, in bescheiden oplagen; één titel is uitverkocht. Per jaar komen er drie, vier boeken bij. Tot nu toe financierde de ene uitgave de volgende. Een groep van 100 vaste afnemers moet gaan zorgen voor wat meer financiële armslag.
Z
o werden boeken van onder anderen John Hejduk, Gerard Reve, Arthur Lehning, Leo Herberghs, Gerrit Komrij, Wiel Kusters en Nic. Tummers uitgegeven. Daarnaast verschenen er titels óver Paul van Ostaijen, Louis Paul Boon, Ine Schröder, Constant, Herman Hertzberger, Kurt Schwitters en Han Bennink. Hoewel Huis Clos zich als vanouds beweegt tussen literatuur, beeldende kunst, architectuur, vormgeving en muziek, is met de komst van literator Van Melick de nadruk wat meer op literatuur komen te liggen. De grondgedachte blijft hetzelfde: “Auteurs en kunstenaars die hun eigen weg blijven volgen, geen knieval maken voor publiek of commercie. Soms dwarsliggers die een bestaan in de marge voor lief nemen”, meldt de catalogus 2010. “Relevante teksten van geëngageerde auteurs. Boeken die mooi zijn, niet bibliofiel. Functioneel maar niet geestloos.” Gerards: “Ik begin altijd bij de tekst. Wat vraagt die tekst? Bij een ontwerp werk ik van binnen naar buiten. Naar buitenissigheden ben ik niet op zoek. Het is de sport om binnen de normale kaders en binnen economische begrenzingen iets moois te maken.” Een ‘sport’ die wel uniek ontwerp kan opleveren. Voor Cover art, waarin alle hoesontwerpen van jazz-slagwerker Han Bennink bijeen zijn gebracht, zijn 750 omslagen gemaakt waarvan er geen twee hetzelfde zijn. De tweede druk is bestempeld en gesigneerd door multitalent Bennink zelf. “Dankzij
www.zuiderlucht.eu
april 2010
Cover art kunnen we nu ook in alle rust naar jazz kijken”, prees de Volkskrant. “De geest is hetzelfde.” “Eigenlijk is vriendschap het Leitmotiv bij alles wat we doen”, zegt Piet Gerards in zijn studio. “Iemand heeft iets gelezen, iets gezien, en zegt: ‘Daar moeten we wat mee doen!’ Dan gaan we erover denken, praten, verder denken, discussiëren, en zo ontstaat een nieuw boek.” Over één ding heerst absolute consensus: als er een boek komt, moet het mooi zijn, en goed verzorgd. Van ontwerp tot druk. Gerards: “Drukkerij Rosbeek was in sommige opzichten de allerbeste, vanwege de kwaliteit van de mensen die ze in huis hadden. Het was nooit: ‘Dat kan niet, maar altijd: Wacht eens, even kijken hoe we dat kunnen doen…’ De materiaalkeuze, de verwerking van materiaal, het mooi uitgekiende letteraanbod, het drukken – daarin liepen ze voorop. Zoals ze ook voorop liepen in het besef dat ontwerpers ook voor hun bedrijf belangrijk waren. Verschillende van mijn Best Verzorgde Boeken hebben hun erkenning gekregen omdat Rosbeek ze instuurde.” Vakmanschap, zoals van de voormalige drukkerij in Nuth, is belangrijk, oorspronkelijk talent echter allesbepalend. Gerards: “Ik denk dat de euforie over Nederlands ontwerp een beetje over is. De oudere generatie, onder wie ikzelf, heeft letterlijk school gemaakt. Er wordt veel nagevolgd, en er is heel veel van hetzelfde. Het interessante van Dutch Design was een zekere dwarsheid, een dubbele bodem. Ik zie het minder nu. Je kunt op school leren om illustrator te worden; je kunt niet leren Kamagurka te worden.” www.uitgeverijhuisclos.nl
Provincie Limburg: Geeft met Kunst en Cultuur kleur aan het leven in Limburg. Houdt het cultureel erfgoed levend.
Gedeputeerde Kunst en Cultuur, Odile Wolfs over:
De Passiespelen Tegelen
“Het Tegelse Passiespel is uitgegroeid tot een
vijfjaarlijkse
theatergebeurtenis
van
internationale allure. Het is meer dan een theatervoorstelling, het is een gebeurtenis. Een verhaal dat spelers en toeschouwers moeten
ondergaan en beleven. Een prachtproductie van regisseur Cees Rullens en muzikaal leider Nard Reijnders”
De Passiespelen Tegelen 2010 zijn te zien vanaf 16 mei t/m 12 september 2010 www.passiespelen.nl Expositie ‘Complot rond een vierkant’ “De
expositie
‘Complot
rond
een
aan het gouvernement meer dan waard! Centraal staan de 56 bijzondere Goodwill 2006).
van
Deze
artistieke
Drukkerij
kwalitatief
uitgaven
Rosbeek
door
en
hun
inhoud en vormgeving de betekenis van een relatiegeschenk.”
Complot rond een vierkant is te zien in het Gouvernement aan de Maas, Limburglaan 10, in Maastricht. Van 25 maart t/m 21 mei 2010 www.limburg.nl
8
Stimuleert een rijk geschakeerde kunst- en cultuurbeoefening door amateurs en professionals.
(1969-
hoogstaande
overstijgen
Neemt concrete initiatieven voor euregionale culturele samenwerking. Organiseert toonaangevende exposities en tentoonstellingen in het gouvernement.
vierkant’, is de moeite van een bezoek
uitgaven
Verbindt cultuur en economie.
Is een belangrijke trekker van de kandidatuur Maastricht Culturele Hoofdstad van Europa 2018. Investeert in een goede culturele infrastructuur in Limburg.
www.zuiderlucht.eu
april 2010