DIDACTISCHE ONDERSTEUNING
BLITS
www.krantenindeklas.be
KIK 2006-2007
BLITS
1/38
Inhoud BLITS THEMA 1: Aangename kennismaking_________________________________ 5 1.1
De kranten van bij ons ________________________________________ 5
1.2
Dat is weer typisch! ___________________________________________ 5
1.3
Tot uw dienst _________________________________________________ 6
1.4 Kranten met een persoonlijkheid _________________________________ 6 1.4.1 Nieuws voor iedereen _______________________________________ 6 1.4.2 Een krant voor iedereen & _____________________________ 6 THEMA 2: Een blik op de kranten _____________________________________ 9 2.1 Kranten vergelijken ______________________________________________ 9 2.1.1 Online ______________________________________________________ 9 2.2.2 Op papier 2.2
_________________________________________ 14
Aandacht, aandacht! De pagina vooraan _____________________ 17
THEMA 3: Het nieuws in de krant ____________________________________ 20
_____________________________________ 20
3.1
De voorpagina
3.2
‘Radio gaga, radio goegoe’ _________________________________ 20
3.3 Dagelijks opnieuw nieuws _______________________________________ 20 3.3.1 De 5 V’s ___________________________________________________ 20 3.3.2 Het traject van een nieuwsbericht _______________________ 21 1.2
Historisch
_____________________________________________ 21
THEMA 4: Artikels onder de loep_____________________________________ 22 4.1
W W W W W H _______________________________________________ 22
4.2 De structuur van een artikel ____________________________________ 22 4.2.1 Inleiding, midden, slot en ____________________________ 22 4.2.2 Het is maar hoe je het bekijkt en ________________ 22 4.3
Koppensnellen _____________________________________________ 23
4.4
Iedereen kan de krant lezen _________________________________ 23
THEMA 5: De krant in beeld en beelden in de krant ________________ 24 5.1
Waarom staan er foto’s in de krant? en _________________ 24
5.2
Stripperdestrip in cartoonland ________________________________ 24
5.3
Informatie in infografieken
_____________________________ 25
THEMA 6: Zelf een krant maken _____________________________________ 26
KIK 2006-2007
BLITS
2/38
6.1
Hoe maak je een krant? en
______________________ 26
THEMA 7: Krant-en-taal ______________________________________________ 27 7.1 Sporting talála __________________________________________________ 27 7.1.1 Figuurlijke sporttaal ___________________________________ 27 7.1.2 Oorlogstaal en leenwoorden in mijn sportbericht _________ 27 7.2
Recensies schrijven … een vak apart ____________________________ 28
7.2.1 De recensie in een notendop ________________________ 28 7.2.2 1 ster of 5 sterren? ______________________________________ 29 7.2.3 Criticus of criticaster? ___________________________________ 30 7.3
Quiz’t het! ___________________________________________________ 31
7.4 Interview _______________________________________________________ 31 7.4.1 ‘Je bent mijn type (niet)’ ________________________________ 31 7.4.2 Spervuur van vragen ____________________________________ 31 THEMA 8: Hoe gaat het met ... _______________________________________ 34 8.1 Hoe gaat het met ... jou? _______________________________________ 34 8.1.1 In je omgeving ____________________________________________ 34 8.1.2 Leesonderzoek _________________________________ 34 8.1
Hoe gaat het met ... jou en de school? _______________________ 34
8.2 Hoe gaat het met ... je dorp, je stad in België, in Europa?_______ 35 8.3.1 Van dichtbij ... _____________________________________________ 35 8.3.2 ... en van veraf __________________________________________ 35 8.3.3 ... in de tv-rubriek _________________________________________ 37 Bronnen _______________________________________________________________ 38 Geraadpleegde werken________________________________________________ 38 Geraadpleegde websites ______________________________________________ 38 Ingezonden opdrachten van___________________________________________ 38
KIK 2006-2007
BLITS
3/38
Beste leerkracht
Welkom bij de nieuwste editie van Kranten in de Klas. Zoals steeds denken wij ook dit jaar aan uw pedagogisch comfort. In dit document vindt u niet alleen de oplossingen bij de meeste opdrachten, maar ook didactische ondersteuning zoals nuttige invalshoeken, weblinks, suggesties en achtergrondmateriaal. Om praktische redenen werd de volgorde van de thema’s en opdrachten in BLITS aangehouden. De oplossingen vindt u in de grijze kaders; de didactische ondersteuning staat telkens in een witte kader. Zo vindt u in een oogopslag uw weg in deze tekst, zelfs op een zwart-witte afdruk. Heeft u vragen of opmerkingen bij het lesmateriaal, contacteer dan het KiK-team via
[email protected]. We wensen u en uw leerlingen vele uren leesplezier met de kranten en bijzonder fijne momenten met BLITS. Het KiK-team
Symbolen
dit kan ik zeker hier moet ik al eens over nadenken
computer nodig
groepswerk knippen en plakken informatie over de opdracht bij je leerkracht kranten van meerdere dagen nodig
KIK 2006-2007
BLITS
4/38
THEMA 1: Aangename kennismaking 1.1 De kranten van bij ons a. Lees jij soms een krant? Zo ja, wat is je favoriete krant? Waar en wanneer lees je het liefste een krant? Hoe lang lees of blader je per dag in de krant? ..... uur en ..... minuten Persoonlijke antwoorden van de leerlingen. b. Ken je onderstaande kranten? c. Welke kranten ken je nog? Andere Vlaamse kranten De Gentenaar, De Nieuwe Gazet De Lloyd De Streekkrant, Passe-Partout Metro, De Zondag Franstalige Belgische kranten: Duitstalige Belgische krant: enz. Buitenlandse kranten Nederlandse kranten
Franse kranten Duitse kranten
Britse kranten Amerikaanse kranten
regionale edities van respectievelijk Het Nieuwsblad en Het Laatste Nieuws voornamelijk gericht op de transportsector en al wie erbij betrokken is gratis huis-aan-huisbladen gratis kranten o.a. La Libre Belgique, La Dernière Heure, Le Soir, L’Echo, Vers L’Avenir, La Meuse o.a. Grenz-Echo
o.a. De Telegraaf, Algemeen Dagblad, NRC Handelsblad, Het Parool, de Volkskrant, Trouw, Reformatorisch Dagblad enz o.a. Le Monde, Libération, Le Figaro, Le Parisien, L’Equipe, Le Nouvel Observateur o.a. Die Welt, Die Zeit, Bild, Frankfurter Allgemeine, Die Tageszeitung, Berliner Zeitung, Süddeutsche Zeitung o.a. The Times, The Daily Telegraph, The Daily Mail, The Guardian, The Sun o.a. The New York Times, International Herald Tribune, Washington Post
enz.
1.2 Dat is weer typisch! a. Lijken alle kranten op elkaar? Leg uit. De leerlingen noteren hun eigen indrukken. b. De kranten kunnen we indelen in groepen. Een voorbeeld van een indeling vind je in het kadertje. Neem er de kranten bij en kruis aan welke kranten regionale, populaire of zakelijke kranten zijn.
KIK 2006-2007
BLITS
5/38
Krantentypes
Regionale kranten: Gazet van Antwerpen, Belang van Limburg, De Gentenaar (niet in het KiK-pakket), De Nieuwe Gazet (niet in het KiK-pakket) Populaire kranten of massakranten: Het Laatste Nieuws,/De Nieuwe Gazet (laatste is regionale editie), Het Nieuwsblad/De Gentenaar (laatste is regionale editie), Het Volk Kwaliteitskranten, zakelijke kranten of referentiekranten: De Morgen, De Standaard, De Tijd
1.3 Tot uw dienst a. Bedenk 3 redenen waarom mensen graag een krant lezen. b. Vergelijk met de andere leerlingen van de klas. Hebben zij nog andere redenen bedacht? c. Zoek bij elke reden een voorbeeld uit de krant: een artikel, een foto, een strip, … Leg aan de andere leerlingen uit waarom je hiervoor hebt gekozen. d. Welke voorbeelden hebben de andere leerlingen gevonden? De krant … 1. houdt mensen op de hoogte van wat er in de wereld gebeurt 2. biedt achtergrondinformatie en duiding bij de actualiteit 3. helpt lezers om een eigen mening te vormen 4. levert onderwerpen om over te praten 5. is een bron van ontspanning 6. is een aangenaam tijdverdrijf (bv. ook voor wie onderweg is) 7. brengt mensen op ideeën voor aankopen, werk, vrije tijd enz. 8. …
1.4 Kranten met een persoonlijkheid 1.4.1 Nieuws voor iedereen Zoek in de krant een artikel dat interessant is voor… Persoonlijk antwoord van de leerlingen. Vooral de motivatie is belangrijk!
1.4.2 Een krant voor iedereen & a. Leg de verschillende kranten van vandaag naast elkaar. Probeer voor elk van onderstaande lezers de ideale krant(en) te vinden. b. Zoek voor elke krant een klasgenoot of een leerkracht die als lezer zo goed mogelijk bij die krant past.
KIK 2006-2007
BLITS
6/38
c. Doe hetzelfde ook eens in je familie en je vriendenkring. d. Waardoor heb je je laten leiden? Persoonlijk antwoord van de leerlingen. Vooral de motivatie (vraag d.) is belangrijk! Dit onderwerp biedt u de kans dieper in te gaan op het proces van veralgemening en op de gevaren van vooroordelen en stereotypering. Hoe komen leerlingen tot hun keuze? Waarop baseren ze zich? Dit onderwerp kan aanleiding geven tot stevige discussies. Wil u een verrijkende discussie over dit onderwerp, blijf dan niet hangen bij racisme. Vooral oudere leerlingen krijgen hier een déjà-vu gevoel bij, de discussies verzanden vaak in napraten van opgevangen kreten en staan garant voor hevige emoties en polarisering. Waagt u zich liever niet aan dergelijke explosieve materie, kies dan voor alternatieve invalshoeken als ‘leeftijd’ of ‘geslacht.’ Deze thema’s worden ook als relevant aangevoeld maar zijn minder gepolitiseerd. Inzichten uit deze debatten hebben via transfer eveneens invloed op de mening die de leerlingen zich vormen over andere mogelijke punten van discriminatie (nationaliteit, religie enz) Leerlingen ontdekken dat ze karakteristieken van een paar leden van een groep al gauw (onbewust?) veralgemenen naar een hele groep. Waarom doen mensen zoiets? Is dat terecht of onterecht? Wat zijn de voor- en nadelen van dergelijke veralgemeningen? Waarom overleven vooroordelen? - mensen geloven vaak de dingen die ze hebben van ‘horen zeggen’. Vermoedens lijken zo al snel feiten en worden als dusdanig doorgegeven. Soms zien we dingen ‘met onze eigen ogen’, bv op straat of op de televisie. We kunnen echter niet altijd volledig duiden wat we observeren. Vaak missen we de context (bv omdat we de aanloop van de gebeurtenissen niet hebben meegemaakt, omdat we de situatie slechts uit één invalshoek registreren of omdat alleen het visueel sterkste gedeelte op TV komt), waardoor we de situatie eigenlijk niet kunnen interpreteren. Ons brein veronderstelt een aantal dingen voor ons om de lege gaten in te vullen: op die manier komen we tot stereotypering en daardoor tot vooroordelen. Dit wordt vooral een probleem als we ons niet van deze beperking bewust zijn. - vooroordelen worden doorgegeven met onze opvoeding, door vrienden en familie, via de media, maar bv ook via het onderwijs. - vooroordelen groeien vaak uit angst en onwetendheid. Uit zelfbescherming staan we weigerachtig tegenover dingen, situaties en mensen die we niet kennen. - eenvoud: hokjesdenken verschaft ons de illusie dat we dingen en mensen beter kunnen plaatsen. Ons menselijk brein heeft er behoefte aan de wereld te categoriseren, zodat gegevensverwerking makkelijker wordt. Stereotypering
KIK 2006-2007
BLITS
7/38
helpt daarbij. Dit wordt ook gebruikt in films, advertenties e.d.: herkenbaarheid en inleving staan hierbij voorop, zodat al snel wordt teruggegrepen naar clichés. Op die manier worden deze clichés nog verder verspreid, waardoor grote groepen mensen ze internaliseren als ‘de’ waarheid. - samenhorigheid, zich verbonden voelen door een gemeenschappelijk kenmerk of een gemeenschappelijke interesse. Mensen zijn groepsdieren: ze hebben nood aan sociaal contact en maatschappelijke bevestiging. Groepen ontstaan door de inclusie van gelijken en gelijkgestemden en door de uitsluiting van anderen. Door de creatie van ‘wij’ en ‘zij’ voelen ‘wij’ ons de goeden en worden ‘zij’ voorgesteld als de slechten. Wie zich niet zo goed in zijn vel voelt, kan op die manier zijn zelfbeeld opkrikken. Vooroordelen kunnen ons een beter gevoel geven over wie we zelf zijn. Waarom zijn vooroordelen een probleem? - polarisering: vooroordelen zetten mensen tegen elkaar op. Dit leidt tot ruzie en geweld. De emoties winnen het van de rationaliteit, zodat we al snel in een vicieuze cirkel terechtkomen. - veralgemeningen doen mensen onrecht aan. Clichés als ‘de jeugd van tegenwoordig is gevaarlijk en crimineel’, ‘dikke mensen zijn lui’ of ‘Duitsers zijn harde werkers’ doen afbreuk aan de diversiteit in de samenleving. Niet alle 82 miljoen inwoners van Duitsland zijn hetzelfde, net zomin als alle jongeren of corpulente mensen. - Het echte gevaar ontstaat wanneer we mensen op basis van onterechte veronderstellingen anders behandelen - Bv mensen in een rolstoel worden op infantiele toon aangesproken (vooroordeel: ‘gehandicapten zijn niet verstandelijk in orde’) - Bv sollicitanten met een vreemde naam worden niet weerhouden voor een vacature; een jongen met een donkere huid moet om de haverklap zijn identiteitskaart tonen aan de politie (vooroordeel: ‘migranten zorgen voor problemen’) - Bv in aanwezigheid van ouderen wordt over de ouderen gesproken ipv met hen (vooroordeel: ‘oudere mensen zijn niet meer bij hun verstand’) - Bv op straat een blokje om lopen omdat er een groepje tieners even verderop staat te skaten (vooroordeel: ‘jongeren zijn ontspoord en gevaarlijk’) - Bv leerlingen die andere leerlingen links laten liggen omdat ze een andere muzikale voorkeur hebben (vooroordelen ‘wie van klassieke muziek houdt, is een watje,’ ‘hardcore house en raves zijn voor neonazi’s, ‘gothic-liefhebbers zijn depressief en suïcidaal’) of afwijkende hobby’s (vooroordelen ‘jongens die ballet dansen zijn mietjes,’ ‘meisjes die voetbal spelen, zijn lesbo’s’) - enz.
KIK 2006-2007
BLITS
8/38
THEMA 2: Een blik op de kranten 2.1 Kranten vergelijken 2.1.1 Online Kranten lezen kan tegenwoordig niet alleen op papier, maar ook op het internet. http://www.demorgen.be http://www.gva.be/ http://www.hbvl.be/ http://www.hetvolk.be/
http://www.hln.be http://www.nieuwsblad.be/ http://www.standaard.be http://www.tijd.be/
a. Vergelijk een papieren krant en een internetkrant van dezelfde titel en datum. Geef 4 belangrijke overeenkomsten en verschillen tussen beide versies. Overeenkomsten en verschillen in functie van de kranten van de dag. Mogelijke invalshoeken: • rubrieken die erbij komen of die ontbreken • aantal foto’s • aard van de foto’s • inhoud van de teksten: hetzelfde of toch niet helemaal? • lengte van de teksten • opmaak van de teksten • extra media op het internet (audio, video enz) • digitaal archief (al dan niet betalend) • online updates • dossiers • wedstrijden • lezersbrieven/forum • enz. b. Een papieren krant en een internetkrant hebben allebei hun voor- en nadelen. Welke voor- en nadelen kun je bedenken? Papieren krant VOORDELEN o gebruiksvriendelijk o makkelijk mee te nemen o aangenaam leesbaar (ogen!) o ontspannender o betrouwbaarder (?) o charmanter NADELEN o o o o
KIK 2006-2007
duurder eens gepubliceerd is het al snel ‘oud’ nieuws papierafvalberg (>< recyclage) het formaat is niet altijd even handig
BLITS
9/38
o
inkt gaat af op handen
Internetkrant VOORDELEN o trendy o constant up-to-date (permanente actualiteit) o aanvulling op traditionele media o archieffunctie (hypertekstualiteit) o nieuws op maat selecteren (selectie-interactiviteit) o multimediale opties o wereldwijd raadpleegbaar o goedkoper dan de papieren krant NADELEN o o o o o o
online lezen is minder aangenaam voor de ogen leest trager dan op papier minder lineaire vorm van lezen lezen van papieren kranten is meer ontspanning de online krant kun je niet meenemen de online krant is arbeids- en tijdsintensief (cf. tragere internetverbinding)
XTRA Hans Beyers (Universiteit Antwerpen, Departement Communicatiewetenschappen) maakte in 2005 een studie over online kranten: “De Krant van Morgen: nog steeds op papier? Een studie naar percepties, opinies en attitudes tegenover online kranten”. Kenmerken van online kranten volgens Beyers: Multimedialiteit: de traditionele grenzen tussen de media vervagen stilaan, zowel de grenzen tussen massamedia (denk aan webtelevisie, online kranten, enz.) als die tussen massamedia en interpersoonlijke communicatie (het internet maakt zowel massacommunicatie als one-to-one communicatie mogelijk) •
Interactiviteit: ine kranten uit interactiviteit zich op twee manieren: (1) communicatie-interactiviteit (interactie d.m.v. tussenkomst in het interactieproces, vb. e-mail, discussiefora, chat) en (2) selectie-interactiviteit (de mate waarin journalisten gebruikers in staat stellen om informatie zelf uit te kiezen en te beheren) •
Hypertekstualiteit: de interconnectiviteit van computerbestanden via (hyper)links. De archieffunctie bijvoorbeeld, kan zowel gezien worden als een facet van hypertekst als van interactiviteit: enerzijds linken archieven stukjes informatie aan elkaar, maar anderzijds ligt het interactieve element hiervan in de controle die de gebruiker krijgt om onafhankelijke keuzes te maken binnen de archieven. Er zijn interne •
KIK 2006-2007
BLITS
10/38
(binnen een site) en externe hyperlinks (buiten de site). • Permanente actualiteit: online kranten hebben geen sluitingsuren en kunnen/moeten 24u op 24u en 7 dagen op 7 up to date zijn. Er is niet langer sprake van deadlines.
Het is niet met zekerheid te zeggen wat beter is voor het milieu: de papieren dan wel de internetkrant. Verschillende studies spreken elkaar hieromtrent tegen.
c. Wat denk je zelf? Zal de papieren krant verdwijnen of zal ze altijd blijven bestaan ? Leg uit waarom je dat denkt. Denk ook terug aan de voordelen van papieren kranten en internetkranten. d. Wat vinden de andere leerlingen? Waarom? Het ziet er niet naar uit dat de nieuwe media de klassieke spelers volledig zullen verdringen. Traditionele media passen zich aan aan de nieuwe competitieve omgeving door zich bijvoorbeeld te richten op (andere) doelgroepen of door nieuwe diensten aan te bieden. Een voorbeeld: radio heeft de krant niet doen ophouden met bestaan. Net zo heeft de televisie de radio niet vervangen.
DE SLIMME VRAAG. Lezen we in 2025 nog kranten? ,,Kranten zullen blijven bestaan, alleen de drager zal misschien veranderen.'' Steve Paulussen, die een doctoraat maakte over digitale kranten en de gevolgen van de digitalisering voor de journalistiek, is optimistisch over de toekomst van de krant. Momenteel werkt hij mee aan project over e-paper van het Interdisciplinair Instituut voor Breedbandtechnologie. Dat project wil aan lezers de kans bieden hun krant op een gebruiksvriendelijke manier te lezen op digitaal papier. ,,Mensen zullen nieuws blijven consumeren. Misschien verandert het fysieke product wat, maar de inhoud zal er over twintig jaar nog zijn. De krant zal blijven bestaan als leverancier van nieuws en duiding. Mensen zullen ook dan nog een product willen dat gemaakt is door beroepsjournalisten en dat hen gidst naar bruikbare en betrouwbare informatie. Maar ook weblogs en internetsites zullen die rol voor een deel vervullen.'' - Lezen we de krant dan nog op papier of downloaden we haar op een ,,e-reader''? De e-reader zal op korte termijn de krant niet overnemen. Hoewel hij nu al bijna aanvoelt en oogt als een papieren krant, verwacht ik dat hij eerder iets complementairs wordt aan de papieren krant. Nieuwsfreaks die vaak in het buitenland zitten, kunnen de e-reader dan gebruiken om overal ter wereld hun krant te lezen. De gemiddelde Vlaming zit daar niet op te wachten. Voor veel mensen is de krant immers ook meer dan een product dat nieuws brengt. Men heeft er een bepaald gevoel bij, men ziet de krant als een metgezel. Met de e-reader zou dat kunnen verdwijnen. Daarom zullen veel lezers altijd teruggrijpen naar de papieren versie, tenzij uitgevers het anders beslissen, natuurlijk. Want zij kunnen met de e-reader veel besparen omdat ze dan geen papier meer hoeven te kopen of te zorgen dat de krant 's morgens in de bus zit. - Zullen mensen hun informatie niet van het net halen?
KIK 2006-2007
BLITS
11/38
Voor een stuk zullen ze die wel op sites vinden, maar zelfs nu zie je dat de meeste surfers naar de websites van de traditionele media stappen: The New York Times, The Guardian, de BBC, in België De Standaard online... Dat de oplages van de kranten onder druk staan, heeft meer te maken met de ontlezing dan met het internet. Maar de kranten moeten zich verder aanpassen aan de nieuwe technologieën zodat ze modern blijven. Als ze dat niet meer doen, zullen ze veel lezers verliezen. De krant van vandaag heeft al veel kenmerken van het internet overgenomen omdat men het gevaar van het nieuwe medium heeft ingezien. Kijk bijvoorbeeld naar de hyperlinks die je nu zelfs in de papieren krant ziet. In de toekomst moeten ze dat nog meer doen. De berichten zullen ook korter worden en meer in stukken geknipt. Ook de taal zal aangepast worden zodat je geen zinnen meer zult tegenkomen van 34 woorden lang. De Standaard Online, vrijdag 22 juli 2005 (dbj)
LEVEN IN 2025. Een e-krant van papier Leest u dit artikel in 2025 nog op papier? Het elektronische papier is hard aan de weg aan het timmeren om de papieren krant te vervangen. Maar of het nu echt in de plaats van de papieren krant zal komen, is onzeker.
DE krant viert feest dit jaar. Exact vierhonderd jaar geleden drukte de gazettier Abraham Verhoeven in Antwerpen zijn eerste vlugschrift, volgens velen de eerste gedrukte krant van Europa. Vierhonderd jaar later vecht dezelfde krant voor haar toekomst. Tegen de ontlezing, maar ook tegen het internet. Vele goeroes en zelfbenoemde experts hebben al verklaard dat de krant meer dood dan levend is. De digitale revolutie waarbij iedereen zijn informatie op het net zoekt, kan volgens hen niet anders dan de definitieve doodsteek zijn voor dit medium. Maar het is weinig waarschijnlijk dat hun voorspellingen zullen uitkomen. De komst van elk nieuw medium heeft altijd al de doodsklokken doen luiden voor een ouder medium. De krant zou de radio, en later de televisie, ook al niet overleven. Wie zou er nog geïnteresseerd zijn in het dagblad als je alles 's avonds al op de televisie gezien hebt? Maar de krant bestaat nog steeds. Meer realistisch zijn de voorspellingen dat de krant niet meer op papier zal verschijnen. Verschillende bedrijven zijn dan ook nu al druk aan het werken aan het elektronische papier, De koploper daarin is de Amerikaanse firma E-Ink. Ze gebruikt voor haar e-ink (elektronische inkt) een soort ultrakleine cellen die in een doorzichtige kunststoflaag zitten. De cellen zelf bestaan uit positief geladen witte bolletjes en negatief geladen zwarte bolletjes. Een positieve lading brengt de witte bolletjes naar het oppervlak, een negatieve de zwarte. Op die manier kun je op het scherm een tekst laten verschijnen. De prototypes hebben een schermdikte van 0,3 millimeter, het verschil met ,,ouderwets'' papier is miniem. DAT is inmiddels geen verre toekomstmuziek meer, want de e-ink is al uit de laboratoria ontsnapt. Verscheidene warenhuizen in Amerika gebruiken hem al om de prijzen aan te geven. E-Ink zelf zegt dat het commerciële toepassingen voor het grote publiek binnen drie jaar verwacht.
KIK 2006-2007
BLITS
12/38
Ook de krant staat op dat lijstje, maar dat zou wel nog wat langer op zich laten wachten. De schermen zijn nu bijvoorbeeld nog te klein en e-ink kan ook nog geen kleuren op het scherm toveren. Eens er voor die problemen een oplossing gevonden is, zouden we dus iedere morgen onze krant kunnen downloaden in plaats van ze uit de brievenbus te halen. En wanneer er breaking news is, staat het meteen op je elektronische krant. Maar volgens Hans Beyers, assistent communicatiewetenschappen aan de Antwerpse universiteit, is het twijfelachtig of e-ink echt de papieren krant zal vervangen. ,,In het onderzoek dat ik hierover heb gedaan, komt telkens naar voren dat de krant van nu veel meer charme heeft, alleen al door het geluid van het papier. Bovendien kun je haar ook gemakkelijk overal mee naartoe nemen. E-ink maakt dus maar een kans als hij even flexibel wordt en je hem ook overal kan meenemen.'' Als hij er komt, zou hij ook nieuwe mogelijkheden kunnen openen, zegt Beyers. ,,Je kunt meer multimediaal te werk gaan en veel meer met links werken. Als je iets leest op elektronisch papier, kun je direct doorlinken voor meer informatie. De enige voorwaarde is dat je daarvoor permanent draadloos on line moet kunnen zijn. Wellicht zal dat geen probleem vormen: binnen enkele jaren zullen die hotspots overal zijn.'' Een andere toepassing zou de gepersonaliseerde krant kunnen zijn. De Amerikaanse internetgoeroe Nicholas Negroponte had het in 1995 al over de ,,Daily me'', een gepersonaliseerde krant die alleen nog maar het nieuws bevat dat je interesseert. ,,Een nadeel daarvan'', zegt Beyers, ,,is dat een van de belangrijkste functies van de krant erdoor verdwijnt. De krant heeft immers ook een sociale functie. Het is een gemeenschappelijk discussieplatform met informatieve en opiniërende artikels. Als iedereen iets anders leest in zijn krant, heb je dat niet meer.'' Het klinkt veelbelovend, maar of het allemaal zo'n vaart zal lopen, weet Beyers niet. ,,De technologische mogelijkheden zullen altijd sneller zijn dan de mensen die ze moeten gebruiken.'' De Standaard Online, vrijdag 22 juli 2005 JAN DEBACKERE
WWW De Vlaamse kranten op het net: een korte geschiedenis (Hans Beyers, Universiteit Antwerpen) http://www.ua.ac.be/download.aspx?c=hans.beyers&n=31543&ct=32566&e=86 885 De krant van morgen: nog steeds op papier? Een studie naar percepties, opinies en attitudes tegenover online-kranten (Hans Beyers, Universiteit Antwerpen) http://www.ua.ac.be/download.aspx?c=hans.beyers&n=31543&ct=32566&e=86 893 E-paper: zo ziet het eruit (beeld en video): http://www.plasticlogic.com/hi-res.php#videos Onderzoek naar e-paper door het Interdisciplinair instituut voor BreedBand Technologie KIK 2006-2007
BLITS
13/38
https://projects.ibbt.be/epaper/index.php?id=130 De Britse krant The Times over toepassingen en geschiedenis van e-paper (01.10.2005) http://technology.timesonline.co.uk/article/0,,19509-1806634,00.html Wikipedia over geschiedenis en evoluties van elektronisch papier http://en.wikipedia.org/wiki/Electronic_paper E-paper nu ook in kleur (De Telegraaf, 04.08.2006) http://www.telegraaf.nl/imobile/47675521/Elektronisch_papier_krijgt_kleur.html
2.2.2 Op papier
a. Hoewel de kranten van elkaar verschillen, zie je een duidelijke opbouw en een vaste structuur die steeds min of meer terugkomen. Opmaak
Bekijk o.a. het aantal foto’s, de grootte van de koppen, het aantal artikels per pagina, de lengte van de artikels, het gebruik van kleur, enz.
Aantal onderwerpen op de voorpagina Dit verschilt uiteraard van dag tot dag. Het aantal onderwerpen is veeleer typerend voor de krant zelf dan voor het type krant. Binnen de krantencategorieën noteren we ook verschillen. Zo bieden De Morgen en De Tijd bijvoorbeeld een aanzienlijk groter aantal verhalen op de voorpagina dan De Standaard. Soort nieuws
Luchtiger of ernstiger onderwerpen, meer of minder voorkennis vereist, enz.
Taalgebruik
Kortere of langere zinnen, enkelvoudige of samengestelde zinnen, moeilijkere of eenvoudigere woordenschat, enz. Koppen: meestal positief, beknopt en zonder leestekens, in de tegenwoordige tijd en zelden voegwoorden en voorzetsels. ‘Oorlogstaal’ in sportberichten.
Inspanning voor de lezer Ligt bij de zakelijke kranten doorgaans hoger dan bij de populaire en regionale kranten. Wat verschilt er concreet? Kijk o.a. naar de aard van het onderwerp, benodigde voorkennis, taalgebruik (zie boven), enz. b. Hoe verklaar je deze verschillen? Bespreek.
KIK 2006-2007
BLITS
14/38
De centrale vraag is hier wat de lezers van die specifieke krant precies verwachten. Deze voorkeuren hangen samen met de types kranten. Een lezer van een regionale krant wil meer lokale berichtgeving, voor de lezers van een populaire krant houden we het best luchtig, de fans van zakelijke kranten willen graag meer achtergrondinformatie en duiding, enz. De teksten zijn dan ook doorgaans langer in zakelijke kranten en we vinden doorgaans meer foto’s en meer kleur in de populaire kranten. U merkt dat er binnen de krantencategorieën ook verschillen zijn. Zo bieden De Morgen en De Tijd een aanzienlijk groter aantal verhalen op de voorpagina dan De Standaard. Verder zijn er ook overlappingen tussen categorieën: regionale kranten kunnen bijvoorbeeld ook als populaire dan wel als kwaliteitskranten gelden. De Gazet van Antwerpen en Het Belang Van Limburg zij typisch regionale kranten, al hebben de andere kranten tegenwoordig ook een uitgebreide regionale katern. Zelfs De Standaard, een zakelijke krant, heeft vandaag regionaal nieuws. Ook de verschillende krantenformaten zijn niet eenduidig te koppelen aan de verschillende types kranten. In de drie types vinden we zowel kranten op kleiner (tabloid) als op groter (broadsheet) formaat. Er bestaat ook nog het Berlinerformaat, een tussenformaat dat in Vlaanderen wordt gebruikt door de krant De Morgen.
SUGGESTIES Hieronder vindt u een overzicht van mogelijke punten waarop u kranten zoal kunt vergelijken. Let wel: deze lijst is niet exhaustief. U kunt deze oefening differentiëren naargelang de leeftijd en het niveau van uw leerlingen. Voorpagina
Rubrieken
KIK 2006-2007
Wat staat er allemaal op? Hoeveel kleur? Hoeveel advertenties? Aantal foto’s? Hoeveelheid tekst? Aantal artikelen? Aantal koppen? Welk nieuws komt op de voorpagina bij de verschillende kranten? Hoeveel ruimte/plaats (kolommen/pagina’s) per rubriek? • binnenland • buitenland • politiek • cultuur • wetenschap BLITS
15/38
sport media regionaal Taalgebruik Koppen: meestal positief, beknopt en zonder leestekens, in de tegenwoordige tijd en zelden voegwoorden en voorzetsels. Oorlogstaal in sportberichten Soorten nieuws Moeilijk & makkelijk Verrassend & niet verrassend Praktisch (bruikbaar in het dagelijkse leven) en beschouwelijk (niet meteen bruikbaar in het dagelijkse leven) Groot en klein Eendags- en vervolgnieuws Persoonlijk en afstandelijk Subjectief en objectief Nieuws met directe en uitgestelde beloning Koppen Welke koppen komen er in de krant? • Nieuwskop (een kop die de inhoud van het artikel feitelijk weergeeft) • Appetizerkop (een kop die je nieuwsgierig maakt) • Citaatkop (een kop waarin een uitspraak wordt gedaan) Combinaties kunnen uiteraard ook voorkomen. Beelden Hoeveel foto’s? Hoeveel plaats ten opzichte van tekst? Kleur of zwart-wit? Wat laat de foto zien? • meteen te interpreteren of doordenkertje • afstandelijk of persoonlijk • weinig emotie of veel emotie • over het nieuws of een ‘leuk plaatje’ • ‘hard’ en confronterende of zacht • toont het nieuws of toont het randgebeuren Hoeveel cartoons? Waarover? Gebruik van infographics? Lay-out Sober, eenvoudig of schreeuwerig en druk Weinig beeldmateriaal of veel beeldmateriaal Weinig kleur of veel kleur Geen hele grote koppen of grote opvallende koppen Formaat Traditioneel krantenformaat Tabloid Prijs Week/weekend? Abonnement? Lezersdoelgroepen Opleidingsniveau Aantal mannen / aantal vrouwen Alle lagen van de bevolking Publiek met een ruime interessesfeer Advertenties Voor welke producten of diensten wordt er geadverteerd? Hoeveel reclame ten opzichte van redactionele inhoud? • • •
c. Naar welke krant gaat je persoonlijke voorkeur? Waarom? d. Welke krant kiezen je medeleerlingen? Waarom? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen (zie ook vraag b.). KIK 2006-2007
BLITS
16/38
LET OP Een krant kies je naargelang je persoonlijke voorkeuren en interesses. Je keuze hangt af van de functies die je een krant toedicht. Wie een krant leest om zich degelijk te informeren over een bepaald onderwerp, kiest bijvoorbeeld een andere titel dan wie zich vooral wil ontspannen. De voorkeur voor een bepaalde titel groeit geleidelijk. Er bestaat vaak een sterke relatie tussen de krantentitel van de ouders en die van hun kinderen: jongeren lezen later het vaakst de krant van hun ouders. Als leerkracht oefen je een gelijkaardige invloed uit op de leerlingen. De voorkeur voor een bepaalde titel suggereert misschien een afkeuring van de ouderlijke keuze. Jongeren zijn hier heel gevoelig voor. Het gevolg is conflict. Daarom blijf je als leerkracht het beste neutraal. Blijf echter wel waakzaam en kritisch, want de oefening speelt in op de vakoverschrijdende eindterm ‘opvoeden tot burgerzin’. Door de kranten in deze oefening naast elkaar te leggen en er in de klas mee te werken, kunnen de leerlingen voor een groot stuk zelf uitmaken welke krant hen het meeste aanspreekt en waarom.
2.2 Aandacht, aandacht! De pagina vooraan a. Neem een krant en bekijk de voorpagina gedurende 2 minuten. Leg de krant weg. Wat herinner je je nog? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen. Bedenkingen: je onthoudt het makkelijkste die dingen … • waarover je al enige voorkennis hebt (cf. eigen leefwereld) • die zoveel mogelijk zintuigen aanspreken (bv. opvallende foto) • die je emotioneel raken • die tot de verbeelding spreken • die verband houden met iets dat je al hebt meegemaakt • die je verder kunt vertellen b. Neem je krant er terug bij. In de lijst hieronder staan items die typisch op de voorpagina van de krant voorkomen. Schrijf ze op de juiste plaats op je voorpagina. De antwoorden zijn afhankelijk van de titel. Echter, net zoals in Word de eigenlijke tekst van het document tussen een header en een footer zit, zo bestaan alle krantenvoorpagina’s uit een bovenste zone, een middenzone en een onderste zone. Hieronder vullen we schematisch aan welke termen uit de opdracht het vaakst in een zone voorkomen. Sommige termen horen ofwel in de bovenste, ofwel in de onderste zone. De specifieke plaats daarbinnen is titel-afhankelijk. KIK 2006-2007
BLITS
17/38
Bovenste zone Datum Titel (van de krant) Editie Webadres Prijs Teaser of publiekslokker
Middenzone Openingsartikel (meestal bovenaan) Frontfoto Teaser of publiekslokker Advertentie (meestal onderaan) Bon
Onderste zone Inhoudsopgave Prijs Streepjescode Editie Webadres Teaser of publiekslokker (bv. weerkaart) OPM: Bij De Tijd is de functie van de onderste zone vervangen door een kolom links.
c. Staan er nog elementen op je voorpagina die niet in het lijstje staan? Welke? In welke krant? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen. Voorbeelden zijn: • Contactgegevens (bv. adres van de drukkerij, telefoonnummers, e-mailadres) • Hoofdredacteur(s) • Uitgave KIK 2006-2007
BLITS
18/38
• • • •
Jaargang Dagbladnummer Prijs van de krant in het buitenland Andere artikelsoorten (bv. kortje of eenkolommer (soms over 2 kolommen gesplitst), streep, diapositief of negatief, etc.) Zie ‘aanvullende oefeningen’
KIK 2006-2007
BLITS
19/38
THEMA 3: Het nieuws in de krant 3.1 De voorpagina
Samen zijn jullie de hoofdredacteurs van deze krant. Beslis wat er vandaag op de voorpagina verschijnt. Hou hiervoor rekening met de criteria in het kadertje. b. Vergelijk de voorpagina’s van groepen die een andere krant hadden. Zijn er overeenkomsten, verschillen? Bespreek.
Persoonlijke antwoorden van de leerlingen o rekening houdend met de criteria voor nieuwswaarde (kader in werkkrant) o in functie van het nieuws van de dag Overeenkomsten en verschillen bestaan op het vlak van: • nieuwskeuze • volgorde van het nieuws • verhouding tekst/foto’s • verhouding nieuws/reclame • ...
c. Je leerkracht geeft je de echte voorpagina terug. Lijkt jouw versie op het origineel? Hoe verklaar je dit? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen o Rekening houdend met de criteria voor nieuwswaarde (kader in werkkrant) o in functie van het nieuws van de dag
3.2 ‘Radio gaga, radio goegoe’ Grasduin even in de kranten. Maak nu een eigen radiojournaal op basis van wat je hebt gelezen. Volg daarbij de structuur van de echte nieuwslezers. Breng je reportage naar voren in de klas. Leef je in! Persoonlijk werk van de leerlingen
3.3 Dagelijks opnieuw nieuws 3.3.1 De 5 V’s a. Wat zijn de verschillende stappen om van nieuwsfeit tot krantenartikel te komen? Zet de woorden hieronder in de juiste volgorde. b. Welke V’s zorgen ervoor dat het nieuws in de krant komt?
KIK 2006-2007
BLITS
20/38
c. Welke V’s zorgen ervoor dat het nieuws bij het publiek komt? De weg van de 5 V’s (zie ook 3.3.2) 1. gebeurtenis: wat is er gebeurd? Zo komt het nieuws in de krant
verzamelen 2. nieuwsgaring: verzamelen van nieuws 3. selectie: welke onderwerpen komen in de krant? verwerken 4. redactie: de artikels worden gemaakt 5. lay-out of opmaak: vormgeving en bladschikking vormgeven 6. proefdruk en eindredactie: foutjes verbeteren
Zo raakt het nieuws bij de lezers
7. aanmaken van drukplaten vermenigvuldigen 8. drukken 9. distributie: versturen en bezorgen van de kranten verspreiden
10. lezen!
3.3.2 Het traject van een nieuwsbericht (zie 3.3.1)
1.2 Historisch
Zoek 3 artikels die verband houden met gebeurtenissen waarvan jij denkt dat ze later nog herinnerd zullen worden. Leg ook uit waarom je dat denkt. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen. Vooral de motivatie (het waarom) is zeer belangrijk.
KIK 2006-2007
BLITS
21/38
THEMA 4: Artikels onder de loep 4.1 W W W W W H Schrijf de antwoorden op de W- en H-vragen hieronder over of gebruik fluostiften om de antwoorden in het artikel zelf aan te duiden. Persoonlijke antwoorden in functie van het gekozen artikel.
4.2 De structuur van een artikel 4.2.1 Inleiding, midden, slot en a. Zoek een kort artikel dat je buur voor jou koos. Vergelijk het met het voorbeeld. Vind je alle elementen terug? Welke wel? Welke niet? Waarom is dat zo, denk je? b. Verklaring Persoonlijke antwoorden in functie van het gekozen artikel. c. Vergelijk deze eenvoudige artikelstructuur met de structuur van een langer artikel, bijvoorbeeld een reportage, een interview of een nieuwsanalyse. Vind je hier andere elementen in terug dan die je al kende? Welke? Wat is hun functie? Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen artikels. Voorbeelden: • Streamer: een (deel van een) zin, meestal in een groter lettertype in de broodtekst (net zoals het citaat); geen aanhalingstekens, want het is geen citaat. Functie: smaakmaker, doet het artikel lezen, maakt de tekst luchtiger. • Citaat of quote: letterlijk geciteerde of aangehaalde tekst. Functie: smaakmaker, doet het artikel lezen, maakt de tekst luchtiger. • Vraag van de interviewer: typisch in interviews. In andere artikelsoorten is de vraag meestal verwerkt in het antwoord. Structurerende functie. • Plaatsnaamvermelding in de inleiding: localiseren van de feiten. • Bronvermelding (bv. persagentschap of website): ‘echtheid’ van de feiten.
4.2.2 Het is maar hoe je het bekijkt en Zoek een ‘slecht-nieuwsbericht’ en maak er een goed-nieuwsbericht van. Dat mag met pen en papier of met de computer. Volg de opbouw van het artikel hierboven. Heb je alle W’s en de H? Zijn structuur en lay-out van je artikel zoals in de ‘echte’ krant? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen.
KIK 2006-2007
BLITS
22/38
4.3 Koppensnellen a. Raad de juiste kop. Maak de originele kop onleesbaar. Noteer hem wel ergens, zodat je hem achteraf kunt terugvinden. Schrijf de antwoorden op. Welk antwoord lijkt het meeste op het origineel? b. Welke soort kop was de originele kop? Nieuwskop/citaatkop/appetizerkop (schrap wat niet past) c. Van welk type zijn de verzonnen koppen in je antwoorden? Bespreek. Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen artikels.
4.4 Iedereen kan de krant lezen a. Neem een populaire of regionale krant en kies een artikel dat je moeilijk vindt en een artikel dat je gemakkelijk vindt. Verklaar je keuze. b. Neem een zakelijke krant en kies een artikel dat je moeilijk vindt en een artikel dat voor jou gemakkelijker is. Verklaar waarom je net deze artikels kiest. Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen artikels. De moeilijkheidsgraad wordt verschillend ingeschat naargelang o interesse voor en persoonlijke betrokkenheid bij het onderwerp o de complexiteit van de thematiek o de benodigde voorkennis o de moeilijkheidsgraad van de woordenschat o de moeilijkheidsgraad van de zinsbouw (enkelvoudig, samengesteld e.d.) o de moeilijkheidsgraad van de tekststructuur o …
c. Ga in een makkelijk en een moeilijk artikel op zoek naar 3 woorden waarvan je de betekenis niet kent. Onderstreep de woorden en noteer ze hieronder. Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen artikels.
KIK 2006-2007
BLITS
23/38
THEMA 5: De krant in beeld en beelden in de krant 5.1 Waarom staan er foto’s in de krant? en a. Waarom staan er foto’s in de krant? Zoek minstens 4 verschillende redenen aan de hand van de foto’s in de kranten van vandaag. b. Zorg ervoor dat je voor elke reden een voorbeeld hebt. Mogelijke antwoorden bij vraag a: • als bewijs dat het echt gebeurd is • om de aandacht te trekken • om het artikel duidelijker te maken (‘één beeld zegt meer dan duizend woorden’) • om emoties (bijvoorbeeld geluk, woede, droefheid) op te roepen bij de lezer • voor de afwisseling • om een deel van de gebeurtenis te benadrukken • … c. Verzin een bijschrift bij elk van deze foto’s. Je vindt vast wel inspiratie in de kranten. Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen foto’s.
5.2 Stripperdestrip in cartoonland Kies 6 foto’s uit de verschillende kranten en maak een fotostripverhaal. Vertel aan de hand van de foto’s aan je klasgenoten een knotsgek, droevig of grappig verhaal. Laat je verbeelding spreken! Wie vertelt het mooiste, gekste, zieligste verhaal?
WWW Voor wie meer wil weten, dit handige overzicht van richtlijnen voor bronvermelding: http://www.nvbonline.nl/images/273/RICHTLIJNEN%20BRONVERMELDING%20DEFINITI EVE%20VERSIE%20MEI%202006.pdf
Welke cartoonist hoort bij welke krant? Noteer telkens de naam van de krant onder de cartoon. Let op! Er zijn 7 cartoonisten en 8 krantentitels.
KIK 2006-2007
BLITS
24/38
• • • • • • •
•
De Morgen De Standaard De Tijd Gazet van Antwerpen Het Belang van Limburg Het Laatste Nieuws Het Nieuwsblad Het Volk
Jacques Moeraert alias ZAK ZaZa Bart Schoofs Canary Pete alias Quirit Kurt Valkeneers alias Klier Kamagurka Marec Marec
Er is een cartoonist die voor 2 ‘huizen’ of kranten tekent! Wie is het? Marec (Het Nieuwsblad en Het Volk)
5.3 Informatie in infografieken
a. Zoek in de kranten 3 voorbeelden van infografieken. Noteer hieronder waarover de infografieken gaan en welke soort informatie ze bevatten Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen grafieken. b. Ga naar de sportpagina’s en verzamel de wedstrijduitslagen van je favoriete sport. Maak een infografiek (met potlood en papier ofwel aan de computer). Hou rekening met de tips in de kader. Persoonlijke grafiek in functie van de gekozen wedstrijduitslagen.
KIK 2006-2007
BLITS
25/38
THEMA 6: Zelf een krant maken 6.1 Hoe maak je een krant? en
Persoonlijke krantjes van de leerlingen.
KIK 2006-2007
BLITS
26/38
THEMA 7: Krant-en-taal 7.1 Sporting talála 7.1.1 Figuurlijke sporttaal
a. Zoek in de sportrubriek naar spreekwoorden, uitdrukkingen of gezegdes. Zorg ervoor dat je na verschillende dagen kranten lezen ten minste 6 verschillende voorbeelden hebt gevonden. Zorg ook voor de verklaring en schrijf er telkens bij uit welke krant (afgekorte titel en datum) je voorbeeld komt. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen.
7.1.2 Oorlogstaal en leenwoorden in mijn sportbericht De sportverslaggeving maakt vaak gebruik van ‘oorlogstaal’ zoals bijvoorbeeld defensie, aanvallen, bezwijken, tegenstander, etc. Zoek hiervan 8 andere voorbeelden in de kranten. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen. a. Zoek nog 5 andere leenwoorden in de kranten. Ken je een Nederlands synoniem? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen.
XTRA Leenwoorden zijn woorden die onze taal heeft overgenomen van andere talen. We onderscheiden vreemde woorden en bastaardwoorden. Terwijl bastaardwoorden zijn aangepast aan het Nederlands (op het gebied van uitspraak, vorm of spelling), worden vreemde woorden onveranderd in onze taal overgenomen.
b. Waarom gebruiken journalisten al eens een vreemd woord in hun tekst? Mogelijke redenen zijn: • Synoniemen brengen variatie in de tekst. • Er bestaat (nog) geen Nederlands woord (bv. car- en homejacking). • Het Nederlandse synoniem is nog niet voldoende bekend/ingeburgerd bij de lezers. • De connotatie van het woord past beter in de context: in een tekst voor jongeren is iets veeleer ‘cool’ of ‘vet’ dan gewoon ‘leuk’. • De betekenis verschilt (lichtjes): zo is ‘shoppen’ niet helemaal hetzelfde als ‘winkelen’ en al helemaal iets anders dan ‘boodschappen doen’. … KIK 2006-2007
BLITS
27/38
c. Hoe verklaar je dat zoveel woorden uit de sportwereld uit het Engels komen? Veel sporten (voornamelijk balsporten) zijn uitgevonden of voor het eerst populair geworden in Engelssprekende landen. Bv. voetbal (penalty, corner, team, ref, goal, keeper, shirt, …) Bv. tennis (game, set, match, love, ace, volley, dropshot, backhand, forehand, …) d. Ook in andere sporten zien we een gelijkaardig verschijnsel. Uit welke talen komen volgens jou de typische woorden van volgende sporten? Bespreek. Karate: Japans Schermen: Frans • Basketbal: Engels • Petanque: Frans (zie ook kader WWW.WEB.BE) • •
WWW Karate: Japans (zie ook http://home.scarlet.be/~pin22230/term_ned_fr.htm ) Schermen: Frans (zie ook http://psvschermen.dse.nl/sort_nl.htm ) Basketbal: Engels (zie ook http://www.pickerreds.nl/files/terminologie.doc ) Petanque: Frans (zie ook http://fr.wikipedia.org/wiki/P%C3%A9tanque#Vocabulaire_sp.C3.A9cifique Franstalige site!)
7.2 Recensies schrijven … een vak apart 7.2.1 De recensie in een notendop
a. Op welke weekdag vind je in de kranten van deze week recensies? Over welke onderwerpen? Krant
Dag?
Ik vind recensies over (onderwerp)
Antwoorden in functie van de periode waarmee u met KiK werkt b. Wat valt je op? (Tip: denk aan de onderwerpen en dan aan de krantensoorten: populaire, zakelijke, regionale kranten) c. Over welke onderwerpen vind je meer of minder voorbeelden? KIK 2006-2007
BLITS
28/38
Naargelang het type krant verschilt zowel het aantal recensies als de aard ervan. Literaire recensies komen bijvooorbeeld vaak voor in de boekenbijlagen van De Standaard (DSLetteren, elke vrijdag) en De Morgen (Uitgelezen, elke woensdag). De Standaard brengt elke dag een volledig katern onder de naam ‘Cultuur en Media’. Besprekingen van cd’s, strips, concerten, films, toneelstukken, enz. vinden we eveneens vooral in de zakelijke kranten. Op woensdag biedt De Morgen bijvoorbeeld telkens de vrijetijdsgids Encore en brengt De Standaard de bijlage ‘Film en Cultuur’. De populaire en regionale kranten tellen veel minder recensies; de ene krant heeft er al wat meer dan de andere. De besprekingen zijn hier doorgaans ook veel korter en zijn vooral te vinden in de weekendedities.
7.2.2 1 ster of 5 sterren? a. Zoek 2 recensies die over hetzelfde onderwerp gaan, maar die geschreven zijn door 2 verschillende recensenten in 2 verschillende kranten. Vergelijk beide teksten. b. Welke recensent is het meest positief over het werk? c. Welke informatie verschilt in beide recensies? Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen recensies de subjectieve informatie vooral meningen d. Welke informatie is precies dezelfde in beide recensies? Persoonlijke antwoorden in functie van de gekozen recensies de objectieve informatie vooral feiten e. Leid zelf af wat de definitie van een feit en een mening is. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen f. Vergelijk jouw definities met die in 1 of meer woordenboeken. Ontbrak er iets in jouw definitie?
KIK 2006-2007
BLITS
29/38
Eigen definitie • Een feit is objectief, algemeen aanvaard: iedereen is het erover eens dat het zo is en niet anders. • Een mening is subjectief, persoonlijk: niet iedereen is het ermee eens, er kan discussie over bestaan. Volgens Van Dale • feit (het ~, ~en) 1 gebeurtenis of omstandigheid waarvan de werkelijkheid vaststaat => feitelijkheid, waarheid • me·ning (de ~ (v.), ~en) 1 wat men van iem. of iets vindt, hoe men oordeelt => gedacht, gedachte, geluid, gevoelen, inzicht, oordeel, opinie, opvatting, standpunt, stellingname
7.2.3 Criticus of criticaster? Schrijf een recensie over een zelfgekozen onderwerp. Ben jij de criticus of de criticaster? Gebruik het kadertje over de opbouw van een recensie in de vorige opdracht. Persoonlijk werk van de leerlingen Mogelijke evaluatiecriteria: 1. Inhoud - doel bereikt? - publiek bereikt? - leesbereidheid oproepen: motiverende, aantrekkelijke inleiding - voldoende argumenten - overtuigende argumenten - uitwerking argumenten - voldoende voorbeelden - logische samenhang - concluderend slot (geen nieuwe elementen) 2. Vorm - correcte titel - inleiding, midden, slot + witruimte - correcte alineaverdeling 3. Taal / stijl - taalregister - verwijswoorden, signaalwoorden - taalfouten tegen woordgebruik en zinsbouw 4. Spelling - interpunctie - werkwoorden - overige
KIK 2006-2007
BLITS
30/38
TIP Koppel deze opdracht aan de opdrachten bij het leesdossier!
7.3 Quiz’t het! Weet jij wat deze woorden in verband met kranten betekenen en waar ze vandaag komen? (Tip: wie zoekt, die vindt!) 1. 2. 3. 4. 5.
Het woord ‘pers’ komt van drukpers. Het woord ‘krant’ komt van courant. Een ‘zetduivel’ is een denkbeeldige oorzaak van een drukfout. Het woord ‘katern’ betekent een viertal pagina’s in een krant. ‘Komkommertijd’ is een periode in de zomer met weinig nieuws.
7.4 Interview 7.4.1 ‘Je bent mijn type (niet)’ a. Lees een tijdje in de kranten. Zoek van elk type interview een voorbeeld. Vermeld je bronnen! Motiveer je keuze in het schema. b. Wordt er in deze interviews een citaat uitgelicht? Welk citaat? Waarom precies dat citaat? Vul aan in het schema. c. Welke van de interviewtypes lees je het liefst? Leg ook uit waarom. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen Bedenking: waarom wordt een citaat uitgelicht? Het is o kort en krachtig o treffend, het spreekt tot de verbeelding en zet aan tot (verder)lezen o typerend voor de persoon, de situatie of het interview o …
7.4.2 Spervuur van vragen Persoonlijke antwoorden van de leerlingen
XTRA Interviewtechnieken
KIK 2006-2007
BLITS
31/38
De voorbereiding • Probeer vooraf zoveel mogelijk te weten te komen. Maak een dossier. • Zorg voor voldoende vragen. • Schrijf ze in thematische volgorde. • Bereid niet het hele interview vraag voor vraag voor. Laat het gesprek zijn natuurlijk verloop volgen. • Zorg voor vertelvragen, bv. ‘Maar hoe dóét u dat eigenijk? Ik zou niet weten hoe ik daaraan moet beginnen?’ (‘Nou, het is eigenlijk niet zo moeilijk. Wat je nodig hebt is ...’). Tijdens het gesprek • Neem het interview op en neem tegelijk notities. Je kunt er het belangrijkste in aanstrepen. Je houdt zo beter overzicht. • Geef de geïnterviewde al je aandacht, dan wind je hem zo rond je vinger. • Stel een paar vragen om het gesprek te openen, ook al ga je die niet gebruiken. Zo stel je de geïnterviewde op zijn gemak. • Controleer de schrijfwijze van eigennamen. • Vraag of je de geïnterviewde mag opbellen om eventuele onduidelijkheden bij het uitschrijven uit te klaren. Uitschrijven • Zoek naar enkele belangrijke uitspraken tijdens het gesprek. Die kan je als kop, citaat of onderschrift gebruiken. • Breng orde in kreupele zinnen, maar respecteer de waarheid. Suggereer geen verbanden die er niet zijn. • Leg iemand nooit woorden in de mond. Heb je een deel waarin de geïnterviewde moeilijk uit zijn woorden komt, parafraseer dan of vat zijn woorden samen. • Schrap alle delen waarin de geïnterviewde zichzelf herhaalt. • Schrap ook de vragen van de interviewer. Dat leest aangenamer. • Deel de thema’s in alinea’s en paragrafen in. • Laat het eerste thema aansluiten op de kop. • Laat de gesprekspartner je uitgeschreven versie lezen. Dat moet volgens de deontologie of de plichtenleer waaraan journalisten zich moeten houden. • Geef een foto van de geïnterviewde. De lezers willen graag zien wie hij is. Naar Stijlboek, 1998, Ludo Permentier en Ludo Van den Eynde
XTRA Snelschrift Tijdens een gesprek (of in de les) is het erg handig voor leerlingen om snel te kunnen noteren. In sms’jes zijn ze een kei in snelschrijven en afkorten. Deze tips zijn allicht een kolfje naar hun hand. •
•
Noteer korte zinnetjes en/of kernwoorden en probeer lange zinnen te vermijden. Stel jezelf telkens de vraag: ‘Waarover gaat dit eigenlijk?’ en je komt er vanzelf toe. Gebruik zoveel mogelijk dezelfde afkortingen voor veel voorkomende woorden en schrijf zo beknopt mogelijk. Dat is iets dat je moet oefenen. Je kan officiële afkortingen gebruiken of er zelf uitvinden.
KIK 2006-2007
BLITS
32/38
Officiële afkortingen gesch. = geschiedenis bv. = bijvoorbeeld opm. = opmerking NL = Nederlands o Eigen afkortingen, bijvoorbeeld w = worden z = zijn = = hetzelfde ≠ = verschillend ≈ = lijkt op, ongeveer gelijk aan => = zodat, gevolg mij = maatschappij o Voorbeeld van snelschrift: “De attractie werd ondertussen verdraaid zodat de slachtoffers zo comfortabel mogelijk kwamen te hangen.” Wordt: “Draaien attr. => slachtoffs. comfortabeler” Heb je al lesdocumenten, schrijf dan niet wat er al staat, maar beperk je tot het noteren van: o Voorbeelden o Vragen en antwoorden die in de les worden gegeven o Bijkomende uitleg o Concrete afspraken die moeten gemaakt worden o Tips bij een opdracht of studiewijze Heb je nog geen lesdocumenten, breng dan zoveel mogelijk structuur in je notities door: o Gedachtestreepjes of nummering om te ordenen (bv. opsommingen) o Lay-out te brengen in je manier van noteren (tekstreliëf): groter lettertype voor titels, verder van de kantlijn bij onderdelen, enz. o
•
•
KIK 2006-2007
BLITS
33/38
THEMA 8: Hoe gaat het met ... 8.1 Hoe gaat het met ... jou? 8.1.1 In je omgeving Over de onderwerpen hieronder wordt in het parlement vaak gesproken en gediscussieerd. Zoek over 4 of meer van deze onderwerpen een artikel in de krant. Geef aan wat er in het artikel staat dat voor jou persoonlijke gevolgen heeft. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen
8.1.2 Leesonderzoek
b. Zet de manieren waarop jongeren van jouw leeftijd in het nieuws komen in de eerste kolom, bijvoorbeeld als slachtoffer. Dat is meteen je eerste categorie. Vind minstens 5 categorieën. Zet het aantal artikels dat je hebt gevonden per categorie in de tweede kolom. • • • • • • •
Jongeren als slachtoffers Jongeren op school Briljante jongeren Jongeren en politiek Jongeren als boosdoeners Jongeren die anderen helpen …
c. Na 2 weken tel je het aantal artikels per categorie op. Dit is het totaal. Bereken nu het percentage van elke categorie. Vul de tabel aan. d. Op welke manier komen leeftijdsgenoten het vaakst in het nieuws? e. Wat vind je hiervan? Leg uit. Persoonlijke antwoorden in functie van de actualiteit
8.1 Hoe gaat het met ... jou en de school? Ben jij 1 van de enthousiastelingen die in de jeugdraad van de gemeente zetelt of heeft gezeteld? Misschien maak je nu nog deel uit van de leerlingenraad van je school? a. Wat is het nut van dergelijke raden?
KIK 2006-2007
BLITS
34/38
Leerlingen … • krijgen inspraak • voelen zich meer betrokken bij de school en zijn er daardoor liever • leren hun mening te verwoorden • leren andere standpunten te begrijpen • leren rekening te houden met de gevoelens van anderen • leren debatteren • leren onderhandelen • worden beter voorbereid op het ‘echte’ leven • … b. Wat heb je samen kunnen verwezenlijken? c. Haalden jullie ooit de pers gehaald? Vertel! d. Leg aan je medeleerlingen uit waarom ook zij mee moeten doen aan dergelijke initiatieven. Wees overtuigend! Persoonlijke antwoorden van de leerlingen
8.2 Hoe gaat het met ... je dorp, je stad in België, in Europa? 8.3.1 Van dichtbij ... a. Schrijf hier de naam van je gemeente (dorp of stad): b. Staat er vandaag iets in de krant over jouw gemeente? Wat? c. Komt jouw dorp of stad vaak in de krant? Over welke onderwerpen wordt er zoal geschreven als het om jouw gemeente gaat? Persoonlijke antwoorden van de leerlingen d. Als je veel wil weten over wat er in je buurt gebeurt, welke kranten lees je dan het beste? e. Leg uit waarom je dat vindt. De regionale kranten bieden uiteraard veel streeknieuws, maar ook in de populaire kranten vind je heel wat lokale berichtgeving. De drie Vlaamse kwaliteitskranten leggen zich hier beduidend minder op toe.
8.3.2 ... en van veraf a. Welke kranten hebben het meeste nieuws over België? Welke kranten hebben het meeste buitenlands nieuws? b. Wat valt je op? Alle kranten brengen veel Belgisch nieuws; het zijn vooral de onderwerpen en invalshoeken die verschillen. Onze kwaliteitskranten graven bijvoorbeeld dieper in de politieke actualiteit en brengen meer achtergrondanalyses. Cultureel nieuws vinden we ook in alle kranten, maar dan wel vaak over andere onderwerpen.
KIK 2006-2007
BLITS
35/38
Informatie over de grote cultuurhuizen (theater, dans, muziek) is veel uitgebreider en diepgaander in de kwaliteitskranten dan in de populaire kranten. De regionale kranten schipperen ergens middenin: zo zal de Gazet van Antwerpen bijvoorbeeld veel aandacht besteden aan Antwerpse evenementen als ZuiderZinnen, festival van het woord, enz. De kwaliteitskranten brengen duidelijk het meeste buitenlands nieuws. De regionale kranten besteden daar iets minder aandacht aan; de populaire kranten het minste. Een uitzondering vormen grote evenementen of rampen. Populaire kranten besteden hier ook vaak aandacht aan, maar benadrukken dan wel meer de menselijke kant van de zaak (bv. emotioneel geladen taferelen ten gevolge van de tsunami in Zuid-Oost-Azië, sappige nieuwtjes in de marge van de Olympische Spelen of het Eurovisiesongfestival, enz). Veel mensen kopen ook de populaire kranten omdat de sportkaternen duidelijk omvangrijker zijn dan in de kwaliteitskranten. Voor dit onderwerp brengen de populaire kranten opvallend meer analyses dan op de andere, meer algemene pagina’s van hun kranten. Algemeen gaat ook meer aandacht naar buitenlands nieuws indien er Belgen bij de situatie betrokken zijn (bv. een vredesmissie in dat land, slachtoffers bij een natuurramp, ontvoering, enz). c. Hoeveel van het buitenlandse nieuws gaat over Europa? Over welke onderwerpen? Antwoorden in functie van de actualiteit d. Hoeveel van het buitenlandse nieuws gaat over de rest van de wereld? Over welke onderwerpen? Antwoorden in functie van de actualiteit e. In welke kranten vind je nieuws over de ruimte, over de planeet aarde, andere planeten, manen en sterren, het melkwegstelsel of het heelal? In welke context(en) komt dit nieuws voor (bv. wetenschap, ruimtevaart, natuurfenomenen)? Antwoorden in functie van de actualiteit Vooral De Standaard besteedt uitgebreide en vrij diepgaande aandacht aan exacte wetenschappen in DS Wetenschap op donderdag. f. Toon het verband tussen de soort kranten uit bovenstaande lijst en de context. Waarom komt dit soort nieuws niet of minder voor in de niet genoemde kranten? De kranten spelen in op de interesses en verwachtingen van hun lezerspubliek. Lezers van kwaliteitskranten worden graag degelijk geïnformeerd over de stand van zaken in de wereld en hebben vaak een bredere interesse, terwijl lezers van populaire en regionale kranten doorgaans minder geïnteresseerd zijn in “zware” wetenschappelijke onderwerpen e.d.
KIK 2006-2007
BLITS
36/38
8.3.3 ... in de tv-rubriek a. Ga in jouw favoriete tv-krant op zoek naar de zenders en uitzenduren van 3 politieke programma’s. Voorbeelden van programma’s o De Zevende Dag (één) o Villa Politica (Ter Zake) o Polspoel en Desmet (VTM) o De Stemtest (één) (in de aanloop naar de verkiezingen) Denk o o o
ook aan politieke debatten in Ter Zake (Canvas) de actualiteitsdebatten in Breekpunt (Kanaal Z) debatprogramma’s op de lokale zenders (vb ‘Brussel Centraal’ op TV Brussel, ‘Opinie’ op AVS, …) o …
Van de debatten van het Vlaams Parlement en de meeste commissievergaderingen vind je de verslagen op het internet. De debatten van de senaat kunnen ook via live-streaming worden gevolgd. b. Kijk naar 1 van de programma’s die je net hebt opgezocht. • Schrijf een kort samenvattend artikel aan de hand van de 5 W’s en H (zie opdracht 4.1 W W W W H). • Zorg ervoor dat het antwoord op elke W-vraag en de H-vraag in je samenvatting voorkomt. • Vermeld of het binnenlands of buitenlands nieuws is. Persoonlijke antwoorden van de leerlingen
KIK 2006-2007
BLITS
37/38
Bronnen Geraadpleegde werken • •
•
•
•
•
•
•
•
•
•
Beauprez, J. (red.) (2005). Presscartoon Belgium 2005. Gent: Imschoot. Daelmans, R., De Schryver, K. & Weyns, A. (z.d.). Sprakeloos 6. Deurne: Wolters Plantyn. Dussenbroek, B. & Debbaut, R. (2006). Markant Nederlands, Compendium tweede graad. Uitgeverij Pelckmans. DVO (2002). Over de grenzen: vakoverschrijdende eindtermen in de tweede en derde graad van het secundair onderwijs. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Onderwijs, Afdeling Informatie en Documentatie, Brussel. Etymologisch woordenboek: de herkomst van onze woorden. (1990). Utrecht/Antwerpen: Van Dale Lexicografie. Henderickx, H., Cocquyt, L., Kuhn, M., e.a. (1999). Taalsein 6: Nederlands voor het TSO. Kapellen: Uitgeverij Pelckmans. Permentier, L. & Van Den Eynden, L. (1998). Stijlboek. Groot-Bijgaarden: Scoop. Stichting Krant in de Klas (1995). Krant in de Klas praktijkboek: basisvorming. Amsterdam: Grafisch Bedrijf Tuijtel. Stichting Krant in de Klas (2003). Nederland(s) ontdekken met de krant, Kopieerboek Onderwijs NT2. Amsterdam: Van Ketel. Stichting Krant in de Klas (2004). Krant in de klas praktijkboek: primair onderwijs groep 7/8. Amsterdam: Van Ketel. Verleyen, T., (2005). PMV: Printmedia in Vlaanderen: alle persgroepen doorgelicht. Mechelen: Wolters Plantyn.
Geraadpleegde websites http://www.krantindeklas.nl http://www.dekrachtvanjestem.be http://www.vsknet.be/ http://www.paperchainforum.org/
Ingezonden opdrachten van Liesbeth Marckx Rik Schuyesmans Magda Theuns
KIK 2006-2007
BLITS
38/38