Statenvoorstel nr. PS/2010/359 Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.
Datum
GS-kenmerk
Inlichtingen bij
20 april 2010
2010/0073195
dhr. L. de Jong, telefoon 038 499 87 62 e-mail
[email protected]
Aan Provinciale Staten
Onderwerp Vaststelling Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o.; uitwerking Omgevingsvisie Bijlagen I. Ontwerpbesluit nr. PS/2010/359 (bijgevoegd) II.
III.
IV.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. (te raadplegen via www.overijssel.nl/sis onder het bovengenoemde PS-kenmerk en ligt ter inzage in het informatiecentrum) Reactienota met de wijzigingen zoals opgenomen in de Ruimtelijke visie (te raadplegen via www.overijssel.nl/sis onder het bovengenoemde PS-kenmerk en ligt ter inzage in het informatiecentrum) Bestuursovereenkomst Gebiedsontwikkeling Vliegveld Twente en Bestuursovereenkomst Vliegveld Twente (te raadplegen via www.overijssel.nl/sis onder het bovengenoemde PSkenmerk en ligt ter inzage in het informatiecentrum)
Samenvatting van het voorgestelde besluit Provinciale Staten stellen de provinciale ruimtelijke visie vast voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. Het provinciaal bestuur kiest voor de benutting van kansen op economische ontwikkeling door zich in te zetten voor een doorstart van vliegveld Twente als burgerluchthaven: niet als doel, maar als middel ter versterking van de economie in de regio. De kwaliteit van het gebied wordt verder ontwikkeld door herstructurering van de waterhuishouding in samenhang met uitbreiding tot een robuustere groen-blauwe hoofdstructuur aan de zuidkant met 170 ha, Aansluitend aan de luchthaven biedt het gebied ruimte voor vestiging van luchthavengebonden bedrijvigheid. Daarnaast is er ruimte voor kleinschalige bedrijvigheid, voor voorzieningen op het gebied van leisure op een Twentse schaal en voor enige woningbouw. De provincie zet zich in voor versnelde realisering van de EHS, los van de luchthavenexploitatie. Provinciale Staten besluiten € 15,6 mln beschikbaar te stellen ter uitvoering van hun besluit tot versnelde realisering van ecologische hoofdstructuur die wordt gekoppeld aan de versterking van de wateropgave in het gebied en het inzetten op de realisering van leisure op Twentse schaal. In twee bestuursovereenkomsten zijn met het Rijk en de gemeente Enschede afspraken gemaakt over de uitvoering van de gebiedsontwikkeling. Met het Rijk is afgesproken dat provincie en gemeente de rijksgronden kopen voor € 29,8 mln. Verder zijn afspraken gemaakt over de verantwoordelijkheid van het Rijk voor bodemsanering en munitieopruiming en over de verdere rol van het Rijk bij de gebiedsontwikkeling. De provincie Overijssel en de gemeente Enschede participeren samen in de gebiedsontwikkeling.
1.
Inleiding en probleemstelling
1.1
Proces van gebiedsontwikkeling
Vanaf 2007 werkt de provincie samen met het Rijk en de gemeente Enschede aan een visie op de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. Een groot aantal maatschappelijke organisaties is bij dat proces betrokken en heeft daarin meegedacht. In de voorgaande fase zijn conform uw opdracht twee vlekkenplannen voor het gebied van luchthaven Twente uitgewerkt tot twee structuurvisies. Waarbij het alternatief De Twentse Basis van Stichting Alternatief Vliegveld Twente is betrokken. Met het Rijk en B&W van Enschede hebben wij in juni 2009 een voorkeur uitgesproken voor Structuurvisie B. Na de ter visie legging van de Structuurvisies en het MER, zes informatieavonden in het gebied, advisering door PCFL en commissie MER en beoordeling van de ingediende zienswijzen hebben wij u in oktober 2009 voorgesteld Structuurvisie B vast te stellen. De regering onderschreef in een brief aan de Tweede Kamer op 11 december 2009 onze keuze. De gemeenteraad van Enschede stelde op 14 december 2009 Structuurvisie (gewijzigd) vast. Op 16 december 2009 hebt u ons voorstel tot vaststelling van deze Structuurvisie verworpen. Daaropvolgend overleg tussen de drie coalitiefracties van CDA, PvdA en VVD heeft geleid tot een brief met bijlage aan uw staten en aan ons College. Uw staten hebben vervolgens op 10 februari jl. de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz aangenomen over Vervolg Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. In de motie hebt u ons gevraagd aan PS kenbaar te maken hoe het gestelde in deze brief en bijlage wordt beoordeeld, op welke wijze dit zal worden gerealiseerd, hoe wij procedureel het vervolg vorm willen geven en daarbij aandacht te geven aan de rol van PS. In onze brief d.d. 9 maart jl. hebben wij u in procesmatige zin onze reactie gegeven en het door ons voorgenomen vervolgproces geschetst. Wij hebben de voorbereiding aangekondigd van een ruimtelijke visie voor de gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. Op deze brief is op 24 maart in de commissie Ruimte, Water en Duurzaamheid overwegend instemmend gereageerd. 1.2
Ontwikkeling Rijksbeleid
In de Luchtvaartnota van april 2009 heeft de regering haar standpunt opgenomen dat vliegveld Twente een luchthavenfunctie dient te behouden voor burgerluchtvaart. Luchthaven Twente is van nationale betekenis; het Rijk is daardoor op grond van de Wet Luchtvaart (waar RBML vanaf 01-11-2009 deel van uitmaakt) bevoegd gezag voor de opstelling van een luchthavenbesluit. Het Rijk is echter niet van plan structureel financieel bij te dragen in de exploitatie van de luchthaven. Op advies van de Alderstafel rond Schiphol vindt onderzoek plaats naar de uitplaatsing van 70.000 vluchten per jaar van Schiphol naar de vliegvelden Eindhoven en Lelystad. Ook voor het overleg rond Eindhoven en Lelystad zijn Alderstafels in het leven geroepen. Eindhoven is, zoals Twente in het verleden, een militaire luchthaven met medegebruik voor burgerluchtvaart. Aangezien de milieuruimte rond vliegveld Eindhoven beperkt is wordt onderzocht of toename van burgervliegverkeer kan worden opgevangen door verplaatsing van militaire vluchten naar elders. Twente is één van de luchthavens die in aanmerking komt om periodiek militaire vluchten op te vangen. De behandeling van de Luchtvaartnota en van het verwachte advies van Alders met betrekking tot Eindhoven heeft de Tweede Kamer doorgeschoven tot na de verkiezingen. Op 31 maart 2010 is de Crisis- en herstelwet in werking getreden. De ontwikkeling van luchthaven Twente is één van de projecten die onder deze wet valt. Dat biedt goede mogelijkheden om de gebiedsontwikkeling te versnellen door dubbele procedures te vermijden. Wij zullen van de procedurele versnellingsmogelijkheden die de wet nu biedt op een zorgvuldige wijze gebruik maken; we zullen blijven zorgen voor voldoende mogelijkheden voor overleg en inspraak. 1.3
De kaders voor de ruimtelijke visie
In de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz van 10 februari jl. hebt u kaders aangegeven voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente. Die kaders betreffen • de benutting van de mogelijkheden van gebied luchthaven Twente zowel voor economische ontwikkeling als voor natuur en landschap; • de deelname van de provincie, samen met partners, aan de gebiedsontwikkeling en richting geven aan de luchthavenontwikkeling; • de verkrijging van de grondeigendom;
2
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
•
het starten van een entiteit, samen met Enschede, die kan optreden als gebiedsregisseur; • benutten van – en inspelen op de kwaliteiten van het gebied als onderdeel van het kleinschalige karakter van het Twentse landschap met een sturende en bewakende rol voor de gebiedsregisseur; • daarbij nadrukkelijk aan te sluiten bij de uitgangspunten van de Omgevingsvisie; • terughoudend omgaan met het toevoegen van nieuwe infrastructuur; • realisering van EHS, landschap en waterhuishouding zo snel mogelijk ter hand te nemen en af te ronden onafhankelijk van de uitkomst van de tender of een succesvolle luchthavenexploitatie; • leisure qua omvang in te vullen op Twentse schaal; geen onderdeel van luchthaventender • afstemming van de ontwikkeling van de economische potenties met de ontwikkeling van de Innovatiedriehoek; • benutting van de landingsbaan als burgerluchthaven opvatten als een kans, als een middel tot economische ontwikkeling; streven naar succesvolle tender voor de luchthavenontwikkeling; • verkleining van de geluidscontour tot 8 km2 met een buffer tot 10,6 km2 uit oogpunt van welzijn en volksgezondheid; • militair medegebruik is mogelijk als het de exploiteerbaarheid van de luchthaven vergroot en economische ontwikkeling niet in de weg zit; opnieuw afweging maken waar militair medegebruik de 8 km2-contour overschrijdt. Wij hebben deze kaders als uitgangspunt genomen voor de opstelling van de Ruimtelijke visie voor de Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. Zoals door u gevraagd hebben wij daarover overleg gevoerd met het Rijk en met de gemeente Enschede. We hebben ook rekening gehouden met eerder door u genomen besluiten in relatie tot de gebiedsontwikkeling. Wij verwijzen in dit verband naar de motie Antuma Dalhuisen van november 2008 met uitgangspunten voor de uitwerking van vlekkenplan B en de eerdere besluitvorming van uw Staten over de alternatieven en de vlekkenplannen. Met dit voorstel leggen wij de Ruimtelijke visie voor de Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. als uitwerking van de Omgevingsvisie ter vaststelling aan u voor. In dit voorstel gaan we nader in op de hoofdlijnen van de provinciale visie. We staan stil bij een aantal uitvoerings- en financiële aspecten naar aanleiding van de uitspraken in uw motie. En we bespreken de uitvoering van de ruimtelijke visie, waarin de beide gesloten bestuursovereenkomsten een centrale rol spelen.
2.
Overwegingen
2.1
De ruimtelijke visie
Het gebied van de luchthaven Twente is in meerdere opzichten bijzonder. Door menselijk ingrijpen is een landschap ontstaan met een buitengewoon interessant contrast tussen de grote schaal van het luchthaventerrein en het omringende kleinschalige essenlandschap met zijn houtwallen en bospercelen. De waterafvoer van de Lonnekerberg is door omvangrijke drainage ver af komen te staan van de natuurlijke situatie. Het gebied is dun bebouwd gebleven; de bebouwing die er staat is door functie en vormgeving echter cultuurhistorisch vaak interessant. De omvangrijke luchthaveninfrastructuur is een waardevol element in het geheel. Het gebied zelf ligt strategisch, tussen de grote Twentse steden en aan internationale infrastructuur. Over dit gebied met deze bijzondere kenmerken gaat de ruimtelijke visie Luchthaven Twente en omgeving. De Omgevingsvisie is bepalend voor de provinciale ruimtelijke visie. De inzet is de ontwikkeling van een vitale samenleving in een mooi en vitaal landschap. De opgaven en kansen die de Omgevingsvisie schetst voor de fysieke leefomgeving in Overijssel drukken hun stempel op de visie voor het gebied van de luchthaven Twente. De gebiedsontwikkeling staat in het teken van de bijdrage aan de economische ontwikkeling van Twente en de ontwikkeling van de kwaliteiten van natuur en landschap. Door te kiezen voor een ruimtelijke visie als uitwerking van de Omgevingsvisie bewerkstelligen we dat het generieke beleid voor de fysieke leefomgeving zoals beschreven in de Omgevingsvisie ook expliciet van kracht is voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. We sluiten daarbij aan op uw motie. De Uitwerking is, evenals de Omgevingsvisie zelf, een structuurvisie krachtens de Wet ruimtelijke ordening. De Uitwerking is kaderstellend voor detaillering in verdere plannen. Als structuurvisie bindt ze het provinciaal bestuur, hetgeen in
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
3
dit geval bijzondere betekenis heeft nu de provincie (beoogd) grondeigenaar en rechtstreeks partner is in de uitvoering van de gebiedsontwikkeling. 2.2
Hoofdlijnen van de gebiedsontwikkeling
De gebiedsontwikkeling wordt gebaseerd op twee krachtige pijlers. De luchthaveninfrastructuur wordt maximaal benut ten behoeve van de economische ontwikkeling van Twente. Binnen de Innovatiedriehoek, waarvan naast het luchthavengebied ook Kennispark en CST/Hart van Zuid deel uitmaken, versterken de functies elkaar. Met Innovatiedriehoek als een geheel wordt een economische en maatschappelijke ontwikkeling op gang gebracht die in Oost Nederland voor de lange termijn toonaangevend zal zijn. De economische potentie van het gebied wordt benut door te streven naar heropening van vliegveld Twente als burgerluchthaven. De luchthavenontwikkeling is, binnen de gebiedsontwikkeling, geen doel maar een middel ter versterking van de economie van de regio. De luchthaven kan geleidelijk groeien en tegen 2030 omstreeks 1,2 miljoen passagiers per jaar verwerken, deels voor zakelijke en deels voor recreatieve vluchten. De luchthaven zal verder een functie krijgen voor general aviation en in beperkte mate voor vrachtvervoer. Op het terrein van de luchthaven wordt aan de noordzijde ruimte gecreëerd voor de vestiging van bedrijven en dienstverlening die op de luchthavenfunctie zijn georiënteerd. Leisurefuncties zijn mogelijk op Twentse schaal. De tweede pijler voor de gebiedsontwikkeling is de versterking van de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit van het gebied. De waterhuishouding wordt geherstructureerd, beeklopen worden opnieuw uitgegraven. Het gebied ten zuiden van de startbaan krijgt een natuurfunctie. De hekken worden er verwijderd, het gebied gaat deel uitmaken van de grotere en robuustere ecologische hoofdstructuur tussen Lonnekerberg en de landgoederen van Driene. De ecologische verbinding tussen de natuurgebieden bij de Lonnekerberg en de landgoederen ten noordwesten van het Vliegveld wordt versterkt. Tot nu toe liep deze verbinding alleen via een flessenhals bij de Jufferenbeek. Aan de noord en oostkant van het vliegveld worden enkele gebiedjes uit de EHS gehaald om de luchthavenontwikkeling volgens plan mogelijk te maken. Een deel hiervan had in het bestemmingsplan al de bestemming luchtvaartterrein. Compensatie vindt ruimschoots plaats elders op het luchthaventerrein. De groen-blauwe hoofdstructuur wordt aan de zuidkant met 170 ha uitgebreid, waarvan circa 44 ha buiten de rijkseigendomsgrens ligt. Circa 40 ha zal geen deel meer uitmaken van de groenblauwe hoofdstructuur. Per saldo wordt de EHS met circa 130 ha vergroot. De landschappelijke karakteristiek van het gebied wordt versterkt. Er ontstaan mogelijkheden voor recreatief medegebruik. Met deze ontwikkeling wordt een geweldige impuls gegeven aan een robuuste invulling van de groene en blauwe hoofdstructuur in dit deel van Twente. Naar aanleiding van het amendement dat de raad van Enschede heeft aangenomen krijgt de munitiebunkerstrip een functie primair gericht op de bescherming van de aanwezige landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische kwaliteiten. De karakteristieke bunkers worden gehandhaafd, verdichting van bebouwing is beperkt mogelijk. Om de bunkers een economische functie te laten behouden brengen we het gebied, anders dan het amendement vroeg, niet in de ecologische hoofdstructuur. Het beleid binnen de EHS is namelijk gericht op natuurontwikkeling en met dat beleid is onverenigbaar de ontwikkeling van economische functies, ook niet op beperkte schaal, zoals wel wordt voorgestaan. De ruimtelijke visie voorziet op een aantal andere locaties in enige verdichting van de aanwezige bebouwing, soms met functies als kleinschalige bedrijven, dienstverlening of leisure, soms met een woonfunctie. Bij Zuidkamp ligt een grotere woonlocatie die wat betreft woonkwaliteit zal aansluiten bij de Enschedese woonuitbreiding ‘t Vaneker. De gebiedsontwikkeling en in het bijzonder de luchthavenontwikkeling wordt wat ons betreft een aansprekend voorbeeld van duurzaamheid. De ontsluiting en inrichting van het gebied, het materiaalgebruik, de energievoorziening, op veel terreinen zijn duurzame oplossingen denkbaar. Wij hebben de ambitie om daar maximaal gebruik van te maken. Bij de ontsluiting van de luchthaven is realisering van goed openbaar vervoer van groot belang. Voor een hoogwaardige ontsluiting voor autoverkeer en openbaar vervoer moet de capaciteit en doorstroming van de huidige Vliegveldstraat (N 737) worden verbeterd. Een directe aansluiting voor autoverkeer op de hoofdinfrastructuur wordt vanuit een visie op bereikbaarheid (OV en wegbereikbaarheid) onderzocht door de Regio Twente. Dit is een belangrijke bouwsteen voor de integrale afweging die wordt meegenomen in de studie A1 zone. De visie voorziet geen doorgaande autoverbindingen door het gebied.
4
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
Wij zullen ons er voor inspannen dat de geluidcontour, die te zijner tijd door het Rijk in een Luchthavenbesluit zal worden vastgelegd, een omvang van 8 km2 niet te boven gaat. Uit oogpunt van gezondheid en welzijn nemen we een buffer van 10,6 km2 in het provinciaal beleid op (waar binnen de geluidcontour is gelegen). Binnen de geluidcontour en binnen die buffer wordt de realisering van geluidgevoelige functies als woningen, scholen, ziekenhuizen, zorginstellingen en dergelijke – anders dan ter vervanging van al bestaande functies – uitgesloten. Het positieve effect van deze nieuwe contouren zal het meest merkbaar zijn in Oldenzaal. Nu al wordt de ontwikkeling van enkele tientallen projecten gehinderd door de geldende militaire geluidcontour van vliegveld Twente die een omvang heeft van ca. 38 km2. Uit overleg met de gemeente Oldenzaal is gebleken, dat de nu voorgestelde buffer nog voor één potentiële herstructureringslocatie in Oldenzaal belemmeringen oplevert; wij vinden dat aanvaardbaar en oplosbaar. Wij overleggen met het Rijk om voor de overige ontwikkelingslocaties in Oldenzaal de weg vrij te maken door middel van ontheffingen van de geldende militaire geluidcontour vooruitlopend op het nieuwe Luchthavenbesluit. Aan de hand daarvan bezien we of het noodzakelijk is de geluidcontour en de buffer alvast op te nemen in de Omgevingsverordening. 2.3
Effecten van de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz
Geluidcontour en militair medegebruik In de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz hebt u ons gevraagd samen met de gemeente Enschede in overleg te treden met het rijk om de ruimtelijke reservering van de burgerluchthaven Twente terug te brengen tot 8 km2. Verder hebt u gevraagd samen met het rijk en de gemeente Enschede te bewerkstelligen dat voor de start van de vervolgprocedure helderheid ontstaat of en hoe de overloop van Schiphol en/of militair medegebruik eventueel invulling kan krijgen onder de voorwaarden zoals verwoord in deze brief. In de ruimtelijke visie hebben wij het door uw staten in de motie verwoorde standpunt opgenomen. Wat ons betreft is dat de inzet en de randvoorwaarde bij de verdere luchthavenontwikkeling. Wij zijn met het Rijk in gesprek over de implicaties van de motie en de opvatting van het Rijk. Onze inzet is voor de zomer duidelijkheid te krijgen over de opvattingen van het Rijk ten aanzien van militair medegebruik, over de mogelijke consequenties voor de geluidcontour en over de financiële bijdrage die er mee gemoeid is. Mochten tijdens het overleg inzichten ontstaan die afwijken van onze uitgangspunten dan komen wij daar bij u op terug. Potentiële passagiersaantallen U hebt in de motie gevraagd op korte termijn de bandbreedtes van potentiële passagiersaantallen inzichtelijk te maken en te beoordelen of op grond hiervan kan worden geconcludeerd dat op voorhand een kansrijke tender onhaalbaar kan worden geacht. Wij hebben u met onze brief van 9 maart jl. een overzicht gestuurd van de bandbreedtes in de berekening van mogelijke passagiersaantallen op basis van de beschikbare rapporten van LEK, Engelfriet & Del Canjo en SEO. Met de gegevens en veronderstellingen die daarin worden gehanteerd laat zich berekenen hoe de prognose van passagiersaantallen kan variëren. Op grond daarvan hebben wij vastgesteld dat verwachtingen sterk uiteen kunnen lopen. Wij zien in die berekende bandbreedte geen aanknopingspunten om een tender voor de luchthavenexploitatie bij voorbaat kansloos te achten. Wij vinden onze verwachting, dat een passagiersaantal van 1,2 miljoen in 2030 haalbaar is een voorzichtige en, realistische inschatting en houden daar voorshands aan vast. Zoals we u op 9 maart schreven vinden we dat de uitkomsten van de tender moeten laten zien of er een kansrijk perspectief is voor de luchthavenexploitatie. Leisure Op uw verzoek hebben wij in kaart gebracht welke werkgelegenheids- en financiële effecten leisure op Twentse schaal heeft ten opzichte van het PS-voorstel. Verder hebben we samen met Enschede en het Rijk nagegaan of het noodzakelijk is voorstellen aan u te doen hoe deze effecten kunnen worden weggenomen. In ons eerdere voorstel was aansluitend aan het platform van de luchthaven de mogelijkheid opgenomen om een grootschalige leisurevoorziening te realiseren met bijbehorende parkeergelegenheid (in gecombineerd gebruik met parkeren voor de luchthaven). Op deze locatie kunnen we ons leisure voorstellen op de Twentse schaal. Initiatieven zullen in dit verband moeten aansluiten bij de ontwikkelingen in de omgeving en de nagestreefde ruimtelijke kwaliteit. In dat geval worden naar schatting 100 arbeidsplaatsen minder gerealiseerd. Het totale aantal arbeidsplaatsen komt daarmee op zo’n 3.300 à 3.400 i.p.v. de 3.440 waarmee in de oorspronkelijke structuurvisie is gerekend. In de ruimtelijke visie hebben wij uw opvatting met betrekking tot leisure op Twentse schaal overgenomen en in kwalitatieve zin ingevuld.
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
5
De nu voorliggende visie heeft in vergelijking tot de in december aan u voorgelegde structuurvisie zowel gevolgen voor de berekende grondexploitatie als voor de tender. De genoemde bedragen zijn, tenzij anders vermeld, uitgedrukt in een netto contante waarde per 01-01-2009. Het realiseren van leisure op een Twentse schaal in plaats van grootschalige leisure heeft door een daling van het uitgeefbaar terrein en daarmee de grondopbrengst een beperkt nadeel op de grondexploitatie van ca. € 0,7 mln. Voor de tender is het rechtstreekse effect nagenoeg budgettair neutraal, maar indirect ontstaat toch een nadelig effect doordat de parkeeropbrengst die aan de tender was toegerekend lager zal uitvallen. Bij een halvering van het verwachte aantal bezoekers bedraagt het nadelig effect € 1,6 mln. EHS Wij hebben naar aanleiding van de motie onderzocht welke publieke belangen zijn verbonden met snelle realisering van EHS, landschap en waterhuishouding en hoe die kunnen worden geborgd (in bestemming of geld). De realisering van een robuuste Groene en Blauwe hoofdstructuur is één van de hoofddoelen voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. We doen dat in de vorm van een strategische uitbreiding van de EHS in samenhang met een omvangrijke verbetering van de waterhuishouding inclusief beekherstel. Wij zijn met u overtuigd van de grote maatschappelijke meerwaarde om al op betrekkelijk korte termijn in dit deel van het gebied natuur, waterhuishouding en landschap opnieuw in te richten, daarmee uitvoering te kunnen geven aan de natuurdoelen voor het gebied en van het resultaat te kunnen genieten. Zolang de realisering afhankelijk is van de luchthavenexploitatie blijven er onzekerheden over het tijdstip waarop met de daadwerkelijke realisering kan worden begonnen. Voor een evenwichtige gebiedsontwikkeling is het eveneens beter wanneer op de beide hiervoor geschetste pijlers tegelijkertijd voortgang kan worden gemaakt. Snelle realisering van de EHS betekent dat de luchthaven niet meer vanuit de huidige terminal in gebruik kan worden genomen. De hekken worden verplaatst, de gebouwen, de daaromheen gelegen infrastructuur, het platform en de taxibanen worden voor zover nodig gesloopt. Eerder dan verwacht zal daardoor aan de noordzijde moeten worden voorzien in luchthaveninfrastructuur, in ontsluiting en in gebouwen. Op het moment dat de luchthaventender met succes wordt afgerond dient aan de noordzijde van het gebied vervangende infrastructuur te worden gerealiseerd. Tevens moet op dat moment worden voorzien in ontsluiting en parkeeraccommodatie. In principe zijn daarvoor twee mogelijkheden: met de luchthavenexploitant wordt afgesproken dat hijzelf de nodige voorzieningen treft, of de aanbestedende partijen, i.c. provincie en gemeente, zorgen in een vorm van voorfinanciering voor de noodzakelijke voorzieningen. Versnelde realisering van de EHS heeft ten gevolge van renteverliezen een negatief effect op de grondexploitatie. Dit hangt samen met het eerder dan gepland slopen en bouwrijp maken. Het nadelig effect voor de grondexploitatie is € 1,1 mln. Een ander financieel effect hiervan is dat veel eerder dan voorzien nieuwe luchthaveninfrastructuur aan de noordzijde van het gebied (zoals platformen, terminal, verkeerstoren, parkeerterreinen, serviceweg e.d.) moet worden gerealiseerd. Het daarmee samenhangend nadelig effect bestaat uit rentenadeel ten gevolge van vervroegde investeringen en uit verslechtering van de free cash flow (het saldo van de in- en uitgaande kasstromen) in de aanvangsjaren. Ten opzichte van de oorspronkelijke businesscase van de luchthavenexploitatie bedraagt het nadelig effect € 10 mln. Tot nu toe hielden we rekening met realisering van de EHS na 2013. Binnen het PMJP zijn binnen de tranche 2007-2013 geen middelen meer beschikbaar. Bij versnelling van de EHS zal vóór 2014 € 5,7 mln beschikbaar moeten komen ten behoeve van grondverwerving en inrichting. De rentelast voor dat bedrag kan worden bepaald op € 0,8 mln.
6
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
Samenvattend overzicht financiële effecten (bedragen in NCW 01-01-2009) grondexploitatie kleinschalige i.p.v. grootschalige leisure versneld realiseren EHS
€
0,7 mln 1,1 mln ---------
+
totaal negatief effect grondexploitatie
€ 1,8 mln
tender leisure buiten de tender laten € lagere parkeeropbrengst tgv leisure op Twentse schaal negatief effect rente en cash flow tgv versnelde realisering EHS
0,0 1,6 mln 10,0 mln --------- +
totaal negatief effect tender
€ 11,6 mln ------------ + € 13,4 mln
totaal aankoop EHS
versnelde aankoop en inrichting EHS
€ 5,7 mln (middelen na 2013 beschikbaar)
Voorstel compensatie effecten In de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz hebt u ons gevraagd hoe wij uw opvattingen, zoals verwoord in de motie, zullen realiseren, hoe de financiële effecten van uw keuze voor leisure op Twentse schaal en voor het buiten de luchthaventender plaatsen van leisure kunnen worden weggenomen. En hoe de publieke belangen kunnen worden geborgd die verbonden zijn met snelle realisering van EHS, landschap en waterhuishouding. Wij stellen u voor deze effecten van in totaal € 15,6 mln op de volgende manier te compenseren: 1. t.b.v. de uitvoering van de tender in 2011 een bijdrage van € 13 mln. (= € 11,6 mln herrekend naar Netto Contante Waarde 01-01-2011) beschikbaar te stellen ten behoeve van compensatie van de rente- en cash flow nadelen voortvloeiende uit de vervroegde investeringen in de airport en airside, een bedrag dat tot maximaal € 6,5 mln kan worden terugverdiend uit de erfpacht; 2. op basis van het Besluit Begroting en verslaglegging BV voor het nadelig effect op de grondexploitatie een voorziening te treffen van € 1,8 mln. En dit bedrag te betrekken bij een aan PS nog aan te bieden voorstel tot instelling van een Voorziening exploitatieresultaten gebiedsexploitaties; 3. de t.o.v. de oorspronkelijke programmering van de EHS met 2,5 jaar naar voren halen van investeringen in de EHS, resulterend in € 800.000,-- rentelasten waarvan wordt voorgesteld die ten laste van de provinciale middelen te laten komen. De financiële bijdrage die wij voorstellen komt rechtstreeks voort uit de keuze voor een snelle realisering van een robuustere EHS met een belangrijke wateropgave en kwalitatief aantrekkelijke voorzieningen. Het is daarmee een wezenlijke investering in de gebiedsontwikkeling op deze strategische locatie in Twente. Er is derhalve geen sprake van een bijdrage in de exploitatie van de luchthaven waarop de motie Welten Weijnen van februari 2005 betrekking had. De inzet van de voorgestelde compensaties zal, met name waar het de tender betreft, moeten passen binnen geldende (Europese) wet- en regelgeving. Voor de start van de aanbesteding zal daarover duidelijkheid moeten worden geboden. Op dit moment staat niet vast of en op welke wijze en welke omvang het Rijk na 2013 financiële middelen beschikbaar stelt voor aankoop en inrichting van de EHS. Indien het Rijk als gevolg van de brede herwaardering o.a. de thans nog voorziene middelen voor aankoop en financiering van EHS na 2013 niet c.q. minder beschikbaar stelt zijn wij voornemens een brede herprioritering uit te voeren zowel binnen als tussen de begrotingsprogramma’s, waarbij inzet van eigen middelen niet is uitgesloten. De compensatieuitgaven die samenhangen met de luchthavenontwikkeling zullen pas worden gedaan na een succesvolle afronding van de tender. Indien u met dit voorstel instemt, zullen we deze beslissing meenemen in de Perspectiefnota 2011.
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
7
2.4
Gevoerd overleg
Wij hebben in de afgelopen tijd overleg gevoerd met de gemeente Enschede en met het Rijk. Met beide partners hebben wij de kaders besproken zoals die zijn gesteld in de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz en de wijze waarop deze in de provinciale ruimtelijke visie tot uitgangspunt zijn genomen. We zijn gezamenlijk tot de conclusie gekomen dat de provinciale ruimtelijke visie uitvoerbaar is en niet strijdig met de opvattingen van de gemeente en het Rijk. We hebben de besturen van de omliggende gemeenten en het waterschap (WEHOLD) geïnformeerd over de concept ruimtelijke visie. De in het verleden betrokken maatschappelijke organisaties, die deelnamen in het voormalige Maatschappelijk Platform, zijn door ons tijdens een inloopbijeenkomst op 28 april geïnformeerd. Op die dag hebben we ook een informerend gesprek met de besturen van de meest betrokken Duitse grensgemeenten gehad. 2.5
Reactienota
De Ruimtelijke visie die wij nu aan u ter vaststelling voorleggen heeft ook gevolgen voor de eerder door ons vastgestelde Reactienota op de zienswijzen die waren ingebracht tegen de Structuurvisies A en B. De wijzigingen hebben wij aangegeven in hoofdstuk 13. 2.6
Uitvoering van de ruimtelijke visie
Tegelijk met ons voorstel, in oktober 2009, tot vaststelling van Structuurvisie B hebben wij u voorgesteld in te stemmen met het besluit van ons college de bestuursovereenkomst Gebiedsontwikkeling Vliegveld Twente tussen Rijk, provincie en gemeente Enschede en de bestuursovereenkomst Vliegveld Twente tussen provincie en gemeente Enschede aan te gaan. Dit voorstel is op 16 december niet meer in stemming gebracht. Door de verwerping van het eerste voorstel konden de beide bestuursovereenkomsten niet meer ongewijzigd in stand blijven. Wij hebben met de gemeente Enschede en het Rijk afspraken gemaakt over de wijziging van beide overeenkomsten zodanig dat ze (mede) dienen ter realisering van de provinciale ruimtelijke visie. Wij leggen de beide overeenkomsten nu opnieuw aan u voor. Beide overeenkomsten samen geven duidelijkheid over de financiële gevolgen voor de provincie bij vaststelling van de ruimtelijke visie. Ze bepalen tevens in hoofdlijnen de uitgangspositie en de onderlinge verhoudingen voor de partijen bij de voortzetting van de gebiedsontwikkeling. Ze vormen daarom een noodzakelijk sluitstuk bij het besluit tot vaststelling. In de overeenkomst met het Rijk hebben we afgesproken dat de provincie Overijssel en de gemeente Enschede samen per 01-01-2010 de rijksgronden op het luchthaventerrein en de opstallen kopen voor een bedrag van € 29,8 mln, te betalen op 31-12-2011. Het Rijk is tot 10 jaar na grondoverdracht verantwoordelijk voor de bodemsanering zodanig dat de in de structuurvisies van provincie en gemeente voorziene functies kunnen worden gerealiseerd. Over de wijze van uitvoering is nog overleg met het Rijk gaande. Ook voor munitiedetectie en opruiming ligt de verantwoordelijkheid bij het Rijk, op plekken waar nu (nog) niet kan worden gedetecteerd tot 2018. In de overeenkomst zijn ook afspraken gemaakt over de inspanningen van partijen ten behoeve van de gebiedsontwikkeling. Het Rijk ondersteunt de gebiedsontwikkeling, maar participeert niet. Het Rijk investeert € 3 mln in luchthaveninfrastructuur (waaronder begrepen de recent reeds geïnvesteerde € 1,2 mln) onder voorwaarde van een snelle en succesvolle aanbesteding, de regio verplicht zich tot een investering van € 3 mln in de luchthaveninfrastructuur. Het is partijen duidelijk dat de provincie daaraan niet meebetaald. Aanvullend op de overeenkomst met het Rijk hebben provincie Overijssel en gemeente Enschede als kopende partijen basisafspraken gemaakt over hun onderlinge verhouding en wijze van samenwerken. De kosten van de grondaankoop worden door provincie en Enschede samen op 50-50 basis gedragen. Hiermee worden zowel de baten als de risico’s gelijkelijk over de beide partijen verdeeld. Beide gewijzigde overeenkomsten worden u zo spoedig mogelijk nagezonden. De overeenkomst met de gemeente Enschede wordt op korte termijn geconcretiseerd in een samenwerkingsovereenkomst. Onderdeel daarvan is een juridische regeling waaronder onze samenwerking publiekrechtelijk en privaatrechtelijk zijn beslag krijgt. De gedachten gaan uit naar een Gemeenschappelijke Regeling (GR), zoals bijvoorbeeld ook voor het XL Businesspark Twente is overeengekomen. Onder die GR zal een Grondexploitatiemaatschappij (GEM) functioneren.
8
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
Deze kan onder meer: * namens provincie en gemeente grondeigendom beheren; * beheer en onderhoud van het gebied regelen; * planvoorbereiding voor de gebiedsontwikkeling doen; * uitvoering organiseren en begeleiden. Deze GEM gaat zo de rol van gebiedsregisseur invullen. Vanzelfsprekend binnen de kaders en instructies die het bedrijf van het bestuur krijgt. We komen hierop binnenkort in een Statenvoorstel bij u terug. 2.7
Risico’s
Het Rijk neemt tot 2020 de verantwoordelijkheid voor bodemsanering naar het niveau dat voor realisering van de ruimtelijke visie noodzakelijk is. Het risico dat voor de nieuwe grondeigenaren blijft is de situatie dat bij nader inzien een andere functie wordt gerealiseerd dan in de visie nu is voorzien, die zwaardere sanering noodzakelijk maakt. Dit zal dan onderdeel moeten uitmaken van de afweging op dat moment. Het Rijk is daarnaast op basis van de overeenkomst verantwoordelijk voor detectie en ruiming van oefenmunitie en van afwerpmunitie boven 100 lb (boven 20 lb in gebieden waar grondwerkzaamheden plaats vinden) tot 2018. Er blijft voor de grondeigenaren een beperkt risico voor afwerpmunitie onder 20 lb en voor afwerpmunitie na 2018. Ook is er nog het risico dat de gebiedsontwikkeling ernstig vertraagt of zelfs geheel stagneert, bijvoorbeeld door het uitblijven van een luchthavenexploitant, vertragen of mislukken van de uitgifte van bedrijfsterrein aan luchtvaart-georiënteerde bedrijven, stagnatie in woningbouw of procesvertraging bijvoorbeeld ten gevolge van slepende procedures. Alle bovengenoemde risico’s zijn op basis van de bestuursovereenkomst tussen Rijk, gemeente Enschede en provincie geactualiseerd en gekwantificeerd. Rekening houdend met de gebruikelijke zekerheid van 90% is het risico voor de voorgenomen gebiedsontwikkeling berekend op € 12,4 mln. Dat risico zal worden gedragen door de op te richten grondexploitatiemaatschappij, waarin gemeente Enschede en provincie ieder voor 50% deelnemen. Dit risico zal nadat de grond aan gemeente en provincie is overgedragen (naar verwachting 01-01-2010) voor 50% (deel van de provincie) worden toegevoegd aan alle in kaart gebrachte risico’s van de provincie Overijssel. Hiermee wordt de afdekking van dit risico opgevangen in het weerstandsvermogen van de provincie. Deze aanpassing past binnen de afgesproken weerstandscapaciteit; een afzonderlijke voorziening vinden we niet noodzakelijk. 2.8
Tender
Wij vinden het met u van belang dat de luchthaventender een succesvol verloop heeft. Met de gemeente Enschede en met het Rijk overleggen we over de voorwaarden die daarvoor nodig zijn. Bij de aanbesteding is het onze inzet om door middel van een openbare aanbesteding de internationale kennis en ervaring rond de exploitatie van luchthavens te kunnen mobiliseren. Iedere gegadigde kan daarop in principe inschrijven, al zullen we tevoren wel een aantal eisen formuleren als het gaat om ervaring en reputatie. Het voeren van een concurrentiegerichte dialoog is één van de opties die we overwegen. Bij de start van de tender zullen kaders worden geformuleerd, die absoluut kunnen zijn of onderhandelbaar. Verder spreken we tevoren beoordelingscriteria af. Hoe dit in zijn werk gaat en met welke voorwaarden en criteria de tender wordt gestart zullen we nog met u bespreken. Voor dit moment is belangrijk dat deze tender niet een aanbesteding zal zijn waarbij een werk wordt omschreven en vervolgens aan de hoogste bieder wordt gegund. De aard en kwaliteit van het bod doet er toe. De luchthavenexploitatie op zichzelf zal vermoedelijk geen marktconforme rendementen opleveren. Dat geldt voor vrijwel geen enkele regionale luchthaven. Marktconforme rendementen zijn mede afhankelijk van de opbrengst van met de luchthavenexploitatie samenhangende functies. De mogelijkheden die we daarvoor zien en de randvoorwaarden die daarvoor gelden staan in de visie aangegeven en worden bij de start van de tender nog eens expliciet omschreven. De mate waarin zondagsrust wordt gerespecteerd zal daarbij een van de beoordelingscriteria zijn. Tijdens de aanbesteding zullen we zien met welke voorstellen gegadigden komen en hoe ze deze willen realiseren.
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
9
3.
Voorstel
Gelet op het voorgaande stellen wij u voor het besluit te nemen, als in concept in bijlage I verwoord. Gedeputeerde Staten van Overijssel,
voorzitter,
secretaris,
10
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
Bijlage I
Ontwerpbesluit nr. PS/2010/359
Provinciale Staten van Overijssel, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten d.d. 20 april 2010 - kenmerk 2010/0063664 in aanmerking nemende de beslissing van Provinciale Staten d.d. 16 december 2009 over het voorstel van GS d.d. 1011-2009 kenmerk 2009/0173680 tot vaststelling van de structuurvisie Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o., waarbij het voorstel van GS is verworpen; de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz d.d. 10 februari 2010 waarmee Provinciale Staten de aanpak voor het vervolg en de daarvoor geldende kaders hebben aangegeven; de brief van GS d.d. 9 maart 2010 kenmerk 2010/0045601 waarin het College heeft uiteengezet op welke wijze ze uitvoering aan de motie geeft; besluiten: 1. vast te stellen de Ruimtelijke visie Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente e.o. en daarmee: a. te kiezen voor de ontwikkeling van een burgerluchthaven Twente voor lijnvluchten, charters, zakelijk en recreatief luchtverkeer en general aviation, als middel ter versterking van de economie in de regio; b. in te zetten op een geluidcontour van 8 km2 met een buffer (inclusief de geluidcontour) van 10,6 km2 waarbinnen nieuwe geluidgevoelige functies worden geweerd; c. aansluitend aan het platform de platformgebonden activiteiten te ontwikkelen en direct daarbij gelegen bedrijventerreinen voor vestiging van luchtvaart-georiënteerde bedrijvigheid (20 ha netto; 60 ha bruto), leisure op Twentse schaal en de realisering van parkeervoorzieningen; d. te kiezen voor versneld realiseren van een robuustere EHS in samenhang met een versterking van de waterhuishouding (inclusief verdrogingsopgave) en daarmee voor versnelde omklapping van de luchthaven van zuid naar noord; e. in te stemmen met de herijking van de groen-blauwe hoofdstructuur als opgenomen op de bij de Ruimtelijke visie behorende kaart ontwikkelingsperspectieven, met daarin de nieuwe globale begrenzing van de EHS; f. een beslissing over de directe aansluiting van de luchthaven op de A1 en de functie en inrichting van de strook langs de A1 afhankelijk te maken van de resultaten van nader onderzoek; 2. kennis te nemen van de in verband daarmee gewijzigd vastgestelde Reactienota; 3. in te stemmen met het voorstel tot compensatie van de financiële effecten van de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz door: a. t.b.v. de uitvoering van de tender in 2011 een bijdrage van € 13 mln. (= € 11,6 mln herrekend naar NCW 01-01-2011) beschikbaar te stellen ten behoeve van compensatie van de rente- en cash flow nadelen voortvloeiende uit de vervroegde investeringen in de airport en airside, een bedrag dat tot maximaal € 6,5 mln kan worden terugverdiend uit de erfpacht; b. op basis van het Besluit Begroting en Verslaglegging BV voor het nadelig effect op de grondexploitatie een voorziening te treffen van € 1,8 mln. en dit bedrag te betrekken bij een aan PS nog aan te bieden voorstel tot instelling van een Voorziening exploitatieresultaten gebiedsexploitaties; c. de t.o.v. de oorspronkelijke programmering van de EHS met 2,5 jaar naar voren halen van investeringen in de EHS, resulterend in € 800.000,-- rentelasten waarvan wordt voorgesteld die ten laste van de provinciale middelen te laten komen; en voor dit bedrag van € 15,6 mln voorzieningen te treffen;
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
11
4. kennis te nemen van de (gewijzigde) bestuursovereenkomsten met het Rijk en de gemeente Enschede respectievelijk met de gemeente Enschede.
Zwolle, Provinciale Staten van Overijssel,
voorzitter,
griffier,
12
Statenvoorstel
nr. PS/2010/T359T
Ruimtelijke visie Gebiedsontwikkeling Luchthaven Twente en omgeving Uitwerking Omgevingsvisie april 2010
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving
Uitwerking Omgevingsvisie
April 2010
Colofon
Datum
21 april 2010 Oplage
Fotografie/Illustraties
Vormgeving
Project/kenmerk
Concernstaf Projecten en Programma’s
Adresgegevens
Provincie Overijssel Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 87 04 Fax 038 425 48 88 www.overijssel.nl
[email protected]
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving
2
Inhoudsopgave
3
1
Inleiding
5
1.1
Status van de ruimtelijke visie
8
2
De ontwikkeling van de luchthaven
11
3
Omgevingsvisie Overijssel
14
3.1 3.1.1 3.1.2 3.1.3 3.1.4 3.1.5 3.1.6 3.1.7 3.1.8 3.2 3.3 3.3.1 3.3.2 3.3.3 3.3.4 3.3.5 3.3.6
Opgaven en kansen Bevolkingsontwikkeling Economische ontwikkeling Woningbouw Mobiliteit Klimaatverandering Energie Landelijk gebied Externe veiligheid Uitvoeringsmodel Brede waaier aan woon-, werk- en mixmilieus Natuur als ruggengraat Zichtbaar, beleefbaar en mooi landschap De natuurlijke laag Het agrarisch cultuurlandschap De stedelijke laag Lust- en leisurelaag
4
Groene en Blauwe hoofdstructuur
28
4.1 4.1.1 4.1.2 4.1.3
Herbegrenzing rond het vliegveld Twente Kwaliteit Beheer en toegankelijkheid Waarborg uitvoering
29 31 31 31
5
Water
5.1 5.2 5.2.1
Huidige situatie watersysteem Waterbeleid Omgevingsvisie Uitwerking waterbeleid voor de gebiedsontwikkeling
6
Economie
6.1 6.2 6.3
Economische ontwikkeling en werkgelegenheid in de regio Twente Innovatiedriehoek Twente Een programmatische aanpak
7
Landelijk wonen en werken
7.1 7.2
Zuidkamp Prins Bernhardkamp
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving
15 15 15 16 16 16 16 16 17 17 22 23 23 24 25 25 26
32 33 35 35
38 39 40 41
45 48 48
7.3 7.4 7.5 7.6 7.7
Overmaat Oostkamp-Oost Oostkamp-West De strip Taxibaan
48 48 48 49 49
8
Mobiliteit
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5 8.6
Strategische ligging Verkeersontwikkeling Autoverkeer Openbaar vervoer Fiets Inpassing
9
Milieu, geluid, bodem en duurzaamheid
9.1 9.2
Bodemaspecten Geluidsruimte en geluidscontour
10
Planbeschrijving en ruimtegebruik
62
11
Financiële uitvoerbaarheid
67
11.1 11.2
Programmatische uitgangspunten Financieel resultaat
68 69
12
Plan-MER
12.1 12.2
Voorgeschiedenis Voorliggend voorstel
13
De reactienota
13.1 13.2 13.3 13.4 13.5
Leisure Ruimtelijke reservering geluidszone Werkgelegenheid A1-zone EHS
50 51 52 52 53 54 55
56 57 57
70 71 71
73 74 74 74 75 75
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving
4
1
Inleiding
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
5
Nieuwe kansen De keus van het Rijk om de militaire luchtbasis Twente te sluiten, biedt een kans om zowel aan het gebied van de luchthaven zelf als aan het omliggende gebied nieuwe functies toe te kennen. De sociaaleconomische ontwikkeling krijgt hierdoor een impuls en er wordt bovendien een substantiële bijdrage geleverd aan de versterking van de ruimtelijke kwaliteit. De provincie Overijssel heeft deze uitdaging samen met de gemeente Enschede en het Rijk aangenomen in de vorm van een gebiedsontwikkeling, waarbij alle betrokken belangen in beeld worden gebracht. De plannen voor de gebiedsontwikkeling moeten een vliegwiel creëren voor de Twentse economie en ertoe leiden dat het verlies van werkgelegenheid door het vertrek van de militaire basis meer dan goed wordt gemaakt.
Provinciaal belang/provinciale rol Met het beëindigen van de functie als militaire basis, is een gebied van ongeveer 500 ha in het hart van het stedelijke gebied van Twente beschikbaar gekomen voor nieuwe functies. Daarbij is van belang dat in het gebied al luchthavenvoorzieningen aanwezig zijn die benut kunnen worden voor burgerluchtvaart, waaronder een relatief lange start- en landingsbaan. Het past bij de SER-ladder (redeneerlijn van de Sociaal-Economische Raad rond het principe van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik, uitgangspunt van provinciaal ruimtelijk beleid) om waar mogelijk bestaande bebouwing en verhardingen te benutten voor nieuwe, passende functies. Voor deze functies is van belang dat de locatie in de nabijheid gelegen is en goed ontsloten kan worden op de aanwezige hoofdinfrastructuur, zoals de A1 en de spoorlijn Hengelo-Duitsland. De provincie beschouwt het benutten van de aanwezige infrastructuur als luchthaven voor zakelijk, toeristisch en recreatief vliegverkeer als een passende vervolgfunctie. De nieuwe functie voor de bestaande luchthaven is een middel tot economische ontwikkeling. Het vliegen moet bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe (innovatieve) bedrijvigheid in aanvulling op ontwikkelingen elders in de Innovatiedriehoek. Uit de Ruimtelijke Ontwikkelingsagenda Twente blijkt dat deze regio wil veranderen van een industriële regio naar een gebied met innovatieve kenniseconomie. De Innovatiedriehoek wordt door alle drie betrokken overheidslagen omarmd. Juist de innovatieve kenniseconomie heeft een internationaal karakter en kan zich alleen goed ontplooien als er hele goede internationale verbindingen zijn. Daarbij speelt de aanwezigheid van een luchthaven een belangrijke rol. Twente wordt aangemerkt als Technology Valley en vormt samen met Health Valley (Arnhem/Nijmegen) en Food Valley (Wageningen) de zogenaamde Triangle. Voor de ontwikkeling van elk concept zijn verschillende condities van belang. Een regionale luchthaven is voor een bepaald type een toegevoegde waarde (Arnhem/Nijmegen of Wageningen), maar voor een Technology Valley ingevuld met innovatieve bedrijvigheid een wezenlijke voorwaarde. Kiezen voor het profiel innovatieve kenniseconomie heeft dus consequenties. Het volgende citaat van Friedman is hierbij illustrerend: “In The World Is Flat, Thomas Friedman makes it clear that an increasingly fast-paced, globally networked economy is changing the rules of business location. These rules are being altered by a catalytic convergence of digitalization, globalization, aviation, and time-based competition. Speed, agility, and connectivity have become the mantra of many of the world’s most successful firms. The combined importance of these factors is creating a new economic geography with aviation networks driving and shaping business location and economic development in the 21st century as much as highways did the 20th century, railroads in the 19th, and rivers and seaports in the 18th. As a result, commercial airports and their surrounding areas have become magnets for time-critical manufacturing, distribution, entertainment, tourism and other enterprises that require speedy connectivity to distant suppliers, customers, clients and partners nationally and worldwide.” Vanwege het regionale karakter van de beoogde ontwikkeling, is de herontwikkeling van het gebied aangemerkt als provinciaal belang. De provinciale inzet daarbij is dat er sprake is van een samenhangende ontwikkeling van de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. met de realisatie van het Kennispark in Enschede en de ontwikkeling van het gebied Hart van Zuid/Centraal Station Twente/WTC. De gebiedsontwikkeling rond de luchthaven zal naar verwachting ook een positief effect hebben op andere werklocaties in Twente. Het terrein van de luchthaven is gelegen in een aantrekkelijk gebied dat met zijn natuurwaarden en landschapswaarden kenmerkend is voor Twente. De provincie hecht eraan dat - in het kader van de herontwikkeling van het gebied van de luchthaven - ook wordt ingezet op een
6
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
robuuste versterking van de ruimtelijke kwaliteit en daarmee ook natuur en landschap. Om krachtig invulling te geven aan de provinciale rol en de ambities in de gebiedsontwikkeling, wil de provincie Overijssel samen met de gemeente Enschede van het Rijk het grondeigendom van het voormalige militaire luchthaventerrein verkrijgen. Voor de uitvoering van de gebiedsontwikkeling wordt samen met Enschede een entiteit opgericht die kan optreden als gebiedsregisseur.
Instrument gebiedsontwikkeling De provincie ziet gebiedsontwikkeling als een belangrijk instrument om samen met partners complexe, vaak meervoudige doelstellingen te realiseren. Bij gebiedsontwikkeling is de provincie zelf als partner betrokken in de voorbereiding en uitvoering. Met gebiedsontwikkeling worden verschillende doelen gelijktijdig gerealiseerd. Doelen die in een gebiedsontwikkeling kunnen samenkomen zijn onder andere woningbouw, wateropgaven, ontwikkeling van bedrijvenlocaties, natuurontwikkeling en de aanleg van infrastructuur. De provincie wil deze doelen vooral realiseren vanuit vitale coalities. In de Omgevingsvisie is de ontwikkeling van het gebied rond de luchthaven Twente aangewezen als een gebiedsontwikkeling waarbij de provincie een trekkende rol wil vervullen in goede samenwerking met de andere betrokken partijen. De provincie ziet het als haar taak om de mogelijkheden van het gebied zowel voor economische ontwikkeling als voor natuur en landschap te benutten en daarbij te komen tot een kansrijke, samenhangende ontwikkeling. Deze ontwikkeling is overigens ook afhankelijk van kansrijke marktvoorstellen die, in de vorm van een tender, zullen moeten komen van particuliere partijen. In de Omgevingsvisie heeft de provincie in principe de bereidheid uitgesproken om investeringen in te zetten en het provinciaal ruimtelijk instrumentarium, om zo te komen tot daadwerkelijke realisatie van de beoogde ontwikkelingen.
Kaderstellend De provincie wil vanuit haar rol als gebiedsregisseur heldere kaders meegeven voor deze gebiedsontwikkeling en heeft daartoe een ruimtelijke visie voor de luchthaven Twente en omgeving ontwikkeld. Er is voor gekozen om deze kaderstellende ruimtelijke visie vast te stellen als uitwerking van de Omgevingsvisie, om duidelijk te maken dat het algemene beleid dat in het kader van de Omgevingsvisie is ontwikkeld van toepassing blijft op de beoogde herontwikkeling van het gebied rond luchthaven Twente. Met deze nadere uitwerking voor de gebiedsontwikkeling wordt ingezoomd op de specifieke situatie rond luchthaven Twente. Ook voor deze nadere uitwerking geldt dat alleen kaders opgenomen zijn die vanuit provinciaal belang nodig zijn om de beoogde ontwikkelingen aan te sturen.
Voorgaande procedure De procedure van de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente is formeel gestart toen de provincie Overijssel en de gemeente Enschede gezamenlijk een startnotitie-MER hebben vastgesteld. Deze startnotitie is begin 2007 ter inzage gelegd. In de loop van 2007 sloot ook het Rijk (Rijksvastgoed en Ontwikkelingsbedrijf) zich bij het proces voor gebiedsontwikkeling aan. Rijk, provincie en gemeente hebben gezamenlijk de Vliegwiel Twente Maatschappij ingericht die zich bezighoudt met onderzoek en planvorming en optreedt als kwartiermaker voor de daadwerkelijke gebiedsontwikkeling. In november 2008 heeft het Ministerieel Opdrachtgeversberaad al te kennen gegeven te kiezen voor herontwikkeling van Twente als burgerluchthaven. Dit gebeurde na het vastlopen van de aanbesteding van de luchthavenexploitatie voor een interim-periode van drie jaar. Voor het Rijk golden vooral strategische overwegingen die verband hielden met de verwachte luchtvaartontwikkeling in Nederland en de aanwezige luchthaveninfrastructuur. Wel bleef het Rijk het gebiedsproces met de uitwerking van twee alternatieven steunen. Op basis van de uitkomsten van de onderzoeken, sloten Gedeputeerde Staten van Overijssel en Burgemeester en Wethouders van Enschede zich in juni 2009 aan bij de voorkeur van het Rijk en spraken zich uit voor de realisering van een variant met luchthaven. Beide structuurvisies, vergezeld van een MER, zijn in de zomer van 2009 ter visie gelegd. Daarop zijn circa 600 zienswijzen ingediend, waarvan de helft afkomstig uit Duitsland. Voor
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
7
een groot deel richten deze zienswijzen zich tegen luchthavenontwikkeling. In oktober 2009 besloten Gedeputeerde Staten en Burgemeester en Wethouders bij hun voorkeur te blijven. Ze legden aan Provinciale Staten en aan de gemeenteraad het voorstel tot vaststelling van een structuurvisie voor. In twee bestuursovereenkomsten, één tussen de drie partijen en één tussen provincie en gemeente, zijn afspraken vastgelegd over de gebiedsontwikkeling die door Overijssel en Enschede samen wordt opgepakt. Verder zijn daarin afspraken gemaakt over de grondaankoop en de bijbehorende voorwaarden voor grondoverdracht door het Rijk. De minister van Verkeer en Waterstaat informeerde de Tweede Kamer namens het Ministerieel Opdrachtgeversberaad (MOB) op 11 december 2009 over het definitieve rijksstandpunt. De minister stelde dat betrokkenheid van de markt bij de gebiedsontwikkeling en de luchthavenexploitatie essentieel is, en dat op basis van marktgesprekken voldoende interesse lijkt te bestaan om tot een geslaagde aanbesteding te kunnen komen. Namens het MOB sprak de minister een definitieve voorkeur uit voor een gebiedsontwikkeling met luchthaven en besloot tot grondoverdracht op basis van de in de bestuursovereenkomsten gemaakte afspraken.
Motie Provinciale Staten Op 16 december 2009 verwierpen Provinciale Staten het voorstel tot vaststelling van de structuurvisie. De impasse die door dit statenbesluit ontstond werd na diepgaand overleg tussen de coalitiepartijen op 10 februari 2010 doorbroken met een motie waarin de kaders voor de verdere gebiedsontwikkeling zijn aangegeven. Dit is kaderstellend voor de invulling van de provinciale ruimtelijke visie. De motie vraagt om aansluiting bij het beleid van de Omgevingsvisie, in het bijzonder waar het provinciale beleid betreft voor de economische ontwikkeling van Twente en de ruimtelijke kwaliteit vanuit de gebiedskenmerkenbenadering. De gehele kaderstellende motie is als bijlage in deze visie opgenomen. Over de gevolgen van de motie voor beleidskeuzen maar ook voor de financiering van de gebiedsontwikkeling, is overleg gevoerd met de gemeente Enschede en met het Rijk. In hoofdstuk 10 wordt ingegaan op de financiële gevolgen.
1.1
Status van de ruimtelijke visie
In de provinciale Omgevingsvisie zoals deze is vastgesteld op 1 juli 2009, is niet gedetailleerd ingegaan op de invulling van de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente. De reden daarvoor is dat toen nog het voornemen bestond om hiervoor een aparte visie te ontwikkelen samen met de gemeente Enschede, in overleg met het Rijk en andere betrokken partners. Gekozen is nu voor een ruimtelijke visie als uitwerking van de Omgevingsvisie, waarin de provinciale kaders voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente scherper worden neergezet. De ruimtelijke principes en beleidsuitgangspunten die in de Omgevingsvisie zijn vastgelegd, vormen het vertrekpunt voor het formuleren van de provinciale kaders voor de beoogde herontwikkeling. Voor de uitwerking van de Omgevingsvisie geldt dat deze uitdrukkelijk wordt ingestoken vanuit het provinciaal belang. Concreet betekent het voorgaande dat niet op ‘perceelniveau’ invulling wordt gegeven aan het beleid. Gelet op het feit dat het gaat om een provinciale visie, wordt een hoger abstractieniveau gehanteerd dan in de structuurvisie die door de raad van de gemeente Enschede is vastgesteld. De uiteindelijke concretisering van de plannen moet plaatsvinden in het op te stellen bestemmingsplan. Hierbij wordt benadrukt dat deze ruimtelijke visie naar zijn aard alleen een zelfbindend karakter heeft. Dit neemt niet weg dat er wel degelijk sprake is van provinciale sturing, ondermeer doordat er diverse onderwerpen uit de Omgevingsverordening relevant zijn voor de ontwikkeling van het gebied. Bij de opstelling van deze uitwerking van de Omgevingsvisie is gebruik gemaakt van alle eerder verrichte onderzoeken, uitgebrachte adviezen en ingediende zienswijzen. De provincie ziet hiervoor ruimte omdat dit onderzoek, de adviezen en de zienswijzen zijn ingebracht met het oog op de vaststelling van een provinciale structuurvisie. Wetgeving en jurisprudentie laten
8
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
ruimte voor een gewijzigde vaststelling ten opzichte van de ontwerp structuurvisie zoals die in 2009 ter inzage is gelegd. Daar waar in deze provinciale ruimtelijke visie afwijkende keuzes worden gemaakt ten opzichte van de gezamenlijk vast te stellen structuurvisie (zoals die in de zomer van 2009 ter visie is gelegd), is deze aanleiding geweest om de eerdere standpunten (zoals die in de Reactienota zijn gebundeld) opnieuw af te wegen met voor sommige aspecten een andere uitkomst.
Betrokkenheid burgers en maatschappelijke organisaties De ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving is op grond van de wet grotendeels vorm- en procedurevrij. Er is geen verplichting tot het geven van inspraak. Wel moet op grond van artikel 2.1 Besluit ruimtelijke ordening aangegeven worden op welke wijze burgers en maatschappelijke organisaties bij de totstandkoming zijn betrokken. De provincie heeft in de afgelopen tijd over de voorbereiding van de provinciale ruimtelijke visie overleg gevoerd met de gemeente Enschede en met het Rijk. Met beide partners zijn de kaders besproken zoals die zijn gesteld in de motie Antuma Dalhuisen Steinmetz en de wijze waarop deze in de provinciale ruimtelijke visie tot uitgangspunt zijn genomen. De gezamenlijke conclusie is dat de provinciale ruimtelijke visie uitvoerbaar is en niet strijdig is met de opvattingen van de gemeente en het Rijk. De provincie heeft verder de besturen van de omliggende gemeenten en het waterschap geïnformeerd over de concept ruimtelijke visie. De maatschappelijke organisaties, die deelnamen in het voormalig Maatschappelijk Platform, zijn tijdens een inloopbijeenkomst op 28 april 2010 geïnformeerd over de kaders die de provincie vanuit haar beleid meegeeft aan de gebiedsontwikkeling rond de luchthaven Twente. Verder is een informatief gesprek belegd met de besturen van de meest betrokken Duitse gemeenten. Daarnaast geldt dat bij de voorbereiding van de ruimtelijke visie gebruik gemaakt is van de reacties die zijn ingebracht op de gezamenlijk vast te stellen structuurvisie die in de zomer van 2009 ter visie is gelegd.
Relevant rijksbeleid Luchtvaartnota Tot de kaders voor deze uitwerking behoort ook het rijksbeleid met betrekking tot luchthaven Twente. Het meest recent is dat verwoord in de Luchtvaartnota die het kabinet in april 2009 aan de Tweede Kamer heeft toegezonden. In de Luchtvaartnota wordt Twente gerekend tot de zeven luchthavens van nationale betekenis. Voor deze luchthavens is het Rijk op grond van de Wet Luchtvaart het bevoegd gezag. Het Rijk is daarmee verantwoordelijk voor het vaststellen van een luchthavenbesluit, waarin onder meer een beslissing over de geluidscontour wordt genomen. Twente heeft voor het Rijk een strategische betekenis. Luchthaven Twente kan direct of indirect een rol spelen in het accommoderen van 70.000 niet-mainportgebonden vliegbewegingen waarvoor op den duur op Schiphol geen plaats meer is. In afwachting van een advies van Alders over die uitplaatsing, in de eerste plaats naar Eindhoven en Lelystad, heeft de Tweede Kamer de behandeling van de Luchtvaartnota uitgesteld. Het Rijk stelt zich op het standpunt dat luchthaven Twente kan dienen voor militair medegebruik. De noodzaak en de wenselijkheid hangen af van de advisering van Alders over de ontwikkeling van luchthaven Eindhoven en de ruimte die daar aanwezig blijft voor militair gebruik. Daarnaast hangt de noodzaak en de wenselijkheid af van nadere afweging die het Ministerie van Defensie in verband daarmee nog moet maken en vervolgens van eventueel overleg tussen het Rijk, de provincie Overijssel en de gemeente Enschede over de mogelijkheden en de randvoorwaarden.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
9
Relevant gemeentelijk beleid Structuurvisie gemeente Enschede De gemeente Enschede heeft op 14 december 2009 een structuurvisie vastgesteld. Deze structuurvisie gaat uit van een transformatie van de voormalige vliegbasis Twente in een burgerluchthaven in een robuuste landschappelijke setting. Uitgangspunt is dat het vliegveld op termijn een capaciteit van 1,2 miljoen passagiers kan verwerken. Het vliegveld maakt gebruik van de voormalige start- en landingsbaan van de militaire basis. De aan het vliegveld gelieerde functies zoals parkeren, bedrijvigheid en leisure, liggen allemaal ten noorden van de startstrip en landingsstrip en worden ontsloten vanaf de A1. Ten zuiden van het vliegveld, aan de voet van de Lonnekerberg, ligt de nadruk op het uitbouwen van de landschappelijke kwaliteit van het gebied. Beekherstel en het ontwikkelen van nieuwe natuur opent het perspectief op een nieuwe verbreding van de Ecologische Hoofdstructuur, zuidelijk van de luchthaven. In dit landschap is in de visie van de gemeente plaats voor thematische woonclusters en extensieve vormen van leisure en bedrijvigheid. De bestaande waardevolle bebouwing wordt in deze herprogrammering nadrukkelijk meegenomen. Deze deels nieuwe programma’s op de vroeger goed beveiligde en geïsoleerde enclaves van de vliegbasis, worden bereikbaar door een stelsel van lanen die het terrein dooraderen en de locatie verankeren in haar wijdere omgeving. In dit netwerk van verbindingen vormt de vroegere infrastructuur van de basis een belangrijke schakel. De gemeenteraad van Enschede heeft bij de vaststelling van haar visie op de gebiedsontwikkeling door het aannemen van een aantal amendementen de ontwerp structuurvisie zoals die ter visie heeft gelegen gewijzigd. De raad van Enschede vindt dat de geluidsruimte van de luchthaven maximaal 8 km2 mag bedragen. De gemeenteraad heeft ook de munitiebunkerstrip op de Lonnekerberg als onderdeel van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) aangemerkt, omdat zij verwacht dat hiermee de beste bescherming wordt gegeven van de aanwezige natuurwaarden. Tevens bepaalde de raad dat, om een impasse in de gebiedsontwikkeling te voorkomen, binnen 5 jaar zal worden bezien of de aanbesteding zicht geeft op een haalbare luchthavenexploitatie.
10
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
2
De ontwikkeling van de luchthaven
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
11
Voor de ontwikkeling van economie en werkgelegenheid in Twente kan de hernieuwde ontwikkeling van de luchthaven een belangrijke factor zijn. De aanwezigheid van een luchthaven is een extra vestigingsfactor voor nieuwe bedrijven. Bovendien profiteren de bestaande bedrijven van de rechtstreekse ontsluiting voor luchttransport, zowel voor passagiers- als vrachttransport. De ervaring leert dat rondom luchthavens economische ontwikkeling op gang komt. Meer rechtstreeks bezien heeft een luchthaven daarnaast natuurlijk een direct gevolg voor de werkgelegenheid in Twente. De provincie is zich bewust van de internationale context waarin zij functioneert. Overijssel is goed aangesloten op (inter)nationale netwerken dankzij goede verbindingen over spoor, weg en water. De provincie hecht aan de samenwerking met onze Duitse buren. Er zijn goede contacten opgebouwd in het kader van MONT (Münster – Osnabrück – Netwerkstad Twente) en er is geïnvesteerd in de grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van water, milieu, infrastructuur, kennis en economie. De ontwikkeling van een burgerluchtvaartterrein op de locatie van het voormalige militaire vliegveld Twente, vormt de invulling van een ontbrekende schakel in het internationale netwerk van vervoersmogelijkheden. De ontwikkeling zal dit deel van Overijssel hierdoor nog aantrekkelijker maken voor de vestiging van bedrijven maar ook als toeristische bestemming. De ontwikkeling van luchthaven Twente als burgerluchthaven is een aanvulling op het aanbod van andere luchthavens in Nederland en Duitsland, waaronder de Flughaven Münster-Osnabrück (FMO) te Munster. Deze luchthavens liggen over het algemeen op grote afstand (meer dan een uur reistijd) en zijn daardoor in elk geval voor de behoefte aan zakelijk luchttransport vanuit Twents perspectief maar beperkt interessant. FMO heeft dan ook voor de zakelijke Nederlandse vervoersbehoefte op dit moment geen grote functie. Uit verkennend onderzoek blijkt dat de beide vliegvelden goed naast elkaar kunnen bestaan, en dat de ontwikkeling van luchthaven Twente geen onevenredige negatieve effecten zal hebben op de FMO. Misschien zijn er in de toekomst zelfs mogelijkheden voor afstemming en samenwerking in de bedrijfsvoering van beide luchthavens. Naar verwachting zal FMO geen bijdrage leveren aan (nieuwe) werkgelegenheid voor Twente. De provincie ziet luchthavenontwikkeling als één van de drie pijlers van de
12
Innovatiedriehoek Twente. In hoofdstuk 5 gaan wij daar nader op in. Het Rijk ziet de aanwezigheid van de luchthaveninfrastructuur en de beschermde geluidsruimte er omheen als een strategische factor voor de luchtvaartontwikkeling in Nederland en als economische motor voor deze regio. Die opvatting wordt door de provincie wel onderschreven, juist vanwege de behoefte aan economische impulsen in Twente. Uitgaande van de regionale behoefte op een markt die een groot deel van Oost-Nederland en een smalle strook van het Duitse grensgebied beslaat, zijn er mogelijkheden voor zakelijke vluchten met kleinere toestellen, voor chartervluchten, lowcost-vluchten en - in beperkte mate - voor vrachtvluchten. De luchthaven heeft nu een start- en landingsbaan met een lengte van 3.000 meter. Daarvan is 2.400 meter operationeel bruikbaar. De overige 2 x 300 meter, aan beide uiteinden van de baan, betreffen een verharde veiligheidsstrook. Om de startbaan over de volle lengte te kunnen gebruiken wordt, in de vorm van onverharde grasstroken, in het verlengde aan weerszijden van de baan ruimte gemaakt voor de vereiste veiligheidszones. Dit biedt een luchthavenexploitant de kans om desgewenst de landing en start van grotere vliegtuigen mogelijk te maken. Luchthaven Twente zal geen grote omvang bereiken. Verwacht wordt dat na een aanloopperiode het aantal passagiers dat jaarlijks van de luchthaven gebruik maakt zal groeien tot ca. 1,2 miljoen in 2030 en dat het daarnaast ruimte biedt voor 31.000 ton gevlogen vracht en ca. 15.000 jaarlijkse generalaviationbewegingen. Afhankelijk van de bestemming en de vliegtuigen die voor het vervoer worden ingezet, betekent dit niet meer dan in totaal gemiddeld 15 tot 30 aankomende en vertrekkende vluchten per dag. Daarnaast blijft op grond van het Rijksbeleid militair medegebruik mogelijk. Uitgangspunt hierbij is in elk geval dat militair medegebruik geen afbreuk mag doen aan de exploitatie van de burgerluchthaven en er geen sprake is van een structurele overschrijding van de geluidszonering. De luchthaven is open van 06.00–23.00 uur. Er vinden geen nachtvluchten plaats.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
13
3
14
Omgevingsvisie Overijssel
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: De centrale beleidsambitie voor Overijssel is om een vitale samenleving tot ontplooiing te laten komen in een mooi en vitaal landschap. Een samenleving waarin alle inwoners van Overijssel zich thuis voelen en participeren, met bloeiende steden en dorpen als motoren voor cultuur en werkgelegenheid, ingebed in een landschap waarin wonen, natuur, landbouw en water elkaar versterken.
In de Omgevingsvisie is de visie op de ontwikkeling van de fysieke leefomgeving van Overijssel geschetst. In deze Omgevingsvisie, die op 1 juli 2009 is vastgesteld, richt de provincie zich op de periode tot 2030. De Omgevingsvisie definieert voor de fysieke leefomgeving wat van provinciaal belang is. Leidraad daarbij is dat van provinciaal belang zijn juist die publieke belangen die op provinciaal niveau het meest effectief te beïnvloeden zijn. Daarbij geldt dat door al deze beleidsthema’s heen de twee rode draden ‘duurzaamheid’ en ‘ruimtelijke kwaliteit’ spelen. Een belangrijk uitgangspunt van de Omgevingsvisie is dat de ruimte en haar kenmerken niet statisch zijn. Er zal door de tijd heen altijd sprake zijn van maatschappelijke en economische ontwikkelingen die een claim leggen op de inrichting van de ruimte. Gebiedskenmerken die wij waarderen als een ruimtelijke kwaliteit zijn meestal het gevolg geweest van menselijk ingrijpen vanuit de behoeften van die tijd. De aanwezige gebiedskenmerken zijn in de loop van de jaren, soms door eeuwenlange processen, tot stand gekomen. De dynamiek in de ruimtelijke inrichting is in deze optiek dan ook niet zonder meer een bedreiging voor ruimtelijke kwaliteiten, maar juist een kans om nieuwe kwaliteiten te verbinden met bestaande kwaliteiten. Dit vergt wel een zorgvuldige benadering van nieuwe ontwikkelingen, waarbij de voorwaarde wordt gesteld dat elke nieuwe ruimtelijke ontwikkeling moet bijdragen aan het versterken van de ruimtelijke kwaliteit conform onze ambities ten aanzien van gebiedskenmerken. Deze voorwaarde is in de Omgevingsverordening geborgd door
middel van de regeling die in artikel 2.1.5 is opgenomen.
3.1
Opgaven en kansen
De provincie ziet de gebiedsontwikkeling van luchthaven Twente als een kans om niet alleen de regionale economie een impuls te geven door de vliegwielfunctie van de luchthaven met bijkomende bedrijvigheid, maar ook om natuur, landschap en water te herstellen en te versterken door de keus om een groot deel van het gebied te gebruiken voor het realiseren van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). In de Omgevingsvisie zijn de opgaven en kansen benoemd die de ambities van de keuze voor een ‘vitale samenleving in een mooi landschap’ kunnen raken. Deze opgaven en kansen zijn in meer of mindere mate relevant voor de gebiedsontwikkeling van luchthaven Twente.
3.1.1
Bevolkingsontwikkeling
Op basis van prognoses wordt verwacht dat er in Overijssel op termijn sprake zal zijn van een afnemende groei van de bevolking en een verandering van de samenstelling. In Twente zal er al na 2020 een lichte afname van de bevolkingsaanwas optreden, waar buiten Twente dan nog sprake is van een blijvende groei. Dit proces gaat gepaard met een verdergaande vergrijzing. Voor Twente wordt ook eerder dan in de rest van Overijssel een daling van de (potentiële) beroepsbevolking verwacht.
3.1.2
Economische ontwikkeling
Er zijn verschillende scenario’s ontwikkeld voor de economische ontwikkeling in Overijssel. In alle scenario’s neemt de werkgelegenheid in de landbouw en nijverheid af, terwijl de dienstverlening groeit. In de Omgevingsvisie wordt de uitdaging benoemd om de transitie naar een kennisintensieve economie succesvol vorm te geven bij een afname van de beroepsbevolking, door te voorzien in voldoende en goed geschoold personeel. Daarbij is van belang dat de regio Twente al jaren kampt met hogere werkeloosheidscijfers dan andere regio’s. Door het creëren van hoogwaardige werkgelegenheid in de regio kan de kennis worden vastgehouden die de
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
15
Universiteit Twente genereert en de demografische krimp in Twente worden tegengegaan. De ontwikkeling van luchthaven Twente draagt bij aan de versterking van het vestigingsklimaat in de regio. Niet alleen door het creëren van een innovatief ontwikkelingsklimaat, maar ook door het realiseren van een aantrekkelijke woon- en leefomgeving door de versterking van de natuurwaarden en landschapswaarden in de omgeving van de luchthaven.
3.1.3
Woningbouw
De Omgevingsvisie signaleert dat de vraag naar woningen gaat wijzigen. Woonwensen worden door differentiatie van huishoudens steeds specifieker. Het is van belang om in te spelen op de vraag naar specifieke woonmilieus. De voor jongeren aantrekkelijke groei van werkgelegenheid, in combinatie met een hoge woonkwaliteit, kan mensen aan de regio binden en heeft aantrekkingskracht naar buiten.
3.1.4
Mobiliteit
Verwacht wordt dat de mobiliteit tot 2040 zal toenemen, waarbij het goederenvervoer sneller zal groeien dan het personenvervoer. Hoewel de auto ook in de toekomst het grootste aandeel van de verplaatsingskilometers voor zijn rekening zal nemen, neemt de vraag toe naar andere verkeersmodaliteiten. Door de ontwikkeling van stationsgebieden en multimodale knooppunten moet tegemoet worden gekomen aan de vraag naar gedifferentieerde vervoerswijzen. De ontwikkeling van luchthaven Twente tot burgerluchthaven, in combinatie met het realiseren van goede aansluitingen op het huidige infrastructuurnet, vergroot de keuze in vervoerswijzen.
3.1.5
Klimaatverandering
en langere droogteperioden. De Omgevingsvisie voorziet in acties op het gebied van waterveiligheid, wateroverlast en watercondities. Watersystemen dienen meer ruimte te krijgen om extreme situaties op te vangen. In het gebied rond de luchthaven zal in dat kader ingezet worden op het herstellen en versterken van het bekensysteem, dat hierdoor meer capaciteit krijgt voor waterberging.
3.1.6
Energie
In de Omgevingsvisie wordt gewezen op het belang van een meer duurzame energieopwekking en daardoor minder afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. Daarom wordt gezocht naar kansen voor meer innovatieve vormen van energieopwekking zoals warmte-koudeopslag (WKO), het benutten van aardwarmte, zonneenergie, mestvergisting en windenergie.
3.1.7
Landelijk gebied
Voor de landbouw voorziet de Omgevingsvisie een belangrijke opgave als gevolg van diverse nationale en internationale ontwikkelingen, zoals de afbouw van de Europese steun aan de landbouw, de toename van de internationale concurrentie, de stijging van de mondiale vraag naar voedsel en de zwaardere eisen vanuit het milieu- en waterbeleid. Verwacht wordt dat de sector hierop zal inspelen door aan de ene kant in te zetten op specialisatie en verbreding en aan de andere kant door schaalvergroting en professionalisering. Deze ontwikkelingen zullen een belangrijke stempel drukken op het buitengebied. In de Omgevingsvisie wordt in bepaalde delen van Overijssel de ruimte geboden aan de ontwikkeling van de landbouw, met name binnen het ontwikkelingsperspectief ‘buitengebied accent productie’. In andere delen wordt het primaat gelegd bij de realisatie van de Groene en Blauwe hoofdstructuur. Een belangrijke opgave is het creëren van evenwicht tussen landbouw, natuur en landschap. Geconstateerd moet worden dat de kwaliteit van de natuurgebieden onder druk staat en dat de kenmerkende verschillen tussen landschappen dreigen te verdwijnen door ontwikkelingen als schaalvergroting en globalisering, terwijl juist de afwisseling en de verscheidenheid van landschappen een kernkwaliteit is van Overijssel.
In de toekomst moet rekening worden gehouden met een verandering in het klimaat die gepaard gaat met hogere waterstanden, heftiger neerslagpatronen
16
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
3.1.8
Externe veiligheid
In de Omgevingsvisie wordt het belang onderkend van een veilig en gezond leefmilieu voor mens en dier, door de omgeving zoveel mogelijk te vrijwaren van veiligheidsrisico’s en belasting van het
3.2
Uitvoeringsmodel
De keus die met de Omgevingsvisie is gemaakt om te sturen op duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit, vraagt een andere wijze van werken van zowel de provincie als van gemeenten en andere partners die een rol spelen in het domein van de fysieke leefomgeving. Om deze nieuwe manier van werken vorm te geven is in de Omgevingsvisie een uitvoeringsmodel neergezet. Dit uitvoeringsmodel is gebaseerd op de provinciale sturingsfilosofie dat de provincie samen met partners wil komen tot gedeelde visies en doelen om vervolgens ieder vanuit eigen verantwoordelijkheden in actie te komen. Het uitvoeringsmodel gaat uit van een logische benadering van ruimtelijke vraagstukken. Eerst zal bepaald moeten worden óf er wel een ruimtelijke opgave is, vervolgens zal nagegaan moeten worden waar de opgave - gelet op de provinciale ruimtelijke ambities - bij voorkeur een plek moeten krijgen. Als derde fase in het afwegingsproces zal nagegaan moeten worden hoe de opgave het beste kan worden ingepast. In de fase waarin het ‘of’ aan de orde is, zal een initiatief getoetst moeten worden
milieu. Economische ontwikkeling en toename van de bevolking betekenen ook een toename van ex-terne veiligheidsrisico’s. Daarom is het doel in Overijssel om de blootstelling aan externe veiligheidsrisico's beperkter te laten zijn dan de wettelijke eisen. Tevens is er aandacht voor luchtkwaliteit, geurhinder, geluidshinder en lichthinder.
aan de generieke beleidskeuzes die in de Omgevingsvisie zijn gemaakt, maar soms ook bepaald zijn door het Rijk of de Europese Unie. Het gaat ondermeer om de toepassing van de SER-ladder, maar ook om de vrijwaring van bepaalde ontwikkelingen zoals die geformuleerd zijn voor de Ecologische Hoofdstructuur, drinkwaterbeschermingsgebieden en gebieden waarvoor een specifiek regiem geldt met het oog op de waterveiligheid. In de Omgevingsvisie vormt de toepassing van de SER-ladder een belangrijk instrument om duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit te versterken, doordat onnodig ruimtebeslag op de groene omgeving wordt tegengegaan. De SER-ladder geeft uitwerking aan het principe ‘inbreiding gaat voor uitbreiding’. Ook legt deze de verplichting op om eerst de mogelijkheden te benutten binnen gebieden die al een stedelijke functie hebben, voordat een claim mag worden gelegd op gebieden die nu nog een groene functie hebben. Het optimaal benutten van het bestaande bebouwde gebied betekent dat waar mogelijk wordt ingezet op het herstructureren en/of transformeren van bedrijfsterreinen en woonwijken die nu niet goed functioneren. In de fase waarin het ‘waar’ aan de orde is, zal een initiatief getoetst moeten worden aan de ontwikkelingsperspectieven zoals beschreven in paragraaf 2.6 van de Omgevingsvisie. De Omgevingsvisie kent zes ontwikkelings-
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
17
perspectieven, die aangeven welke ruimte de provincie wil geven voor het realiseren van beleidsambities en kwaliteitsambities. Voor het stedelijke gebied gaat het om de ontwikkelingsperspectieven ‘steden als motor’, ‘dorpen en kernen als veelzijdige leefmilieus’ en ‘hoofdinfrastructuur: vlot en veilig’. Voor de groene omgeving wordt onderscheid gemaakt in gebieden die bedoeld zijn voor ‘realisatie Groene en Blauwe hoofdstructuur’, gebieden die zijn aangeduid als ‘buitengebied: accent productie’ met daarbinnen de landbouwontwikkelingsgebieden en gebieden die aangeduid worden als ‘schoonheid van de moderne landbouw’. Als derde categorie wordt onderscheidt gemaakt in gebieden die zijn aangegeven als ‘buitengebied: accent veelzijdige gebruiksruimte’. Binnen deze laatste categorie wordt nog een onderscheid gemaakt tussen ‘mixlandschap met landbouw, natuur, water en wonen als goede buren’ en ‘gebieden met landgoederen’. Voor de ontwikkelingsperspectieven geldt dat zij richtinggevend zijn, zodat daarvan onder voorwaarden gemotiveerd kan worden afgeweken. Hierdoor wordt flexibiliteit voor de toekomst geboden. In de fase waarin het ‘hoe’ aan de orde is, moet bepaald worden welke randvoorwaarden de aanwezige gebiedskenmerken stellen aan de ontwikkeling. Dit kan betekenen dat alsnog geconstateerd moet worden dat een ontwikkeling zich niet verdraagt met de uitspraken die zijn gedaan over het behoud en de ontwikkeling van deze gebiedskenmerken. In dat geval komt opnieuw de vraag aan de orde waar de opgave dan wel een plek gegeven kan worden. In de Catalogus Gebiedskenmerken worden normerende, richtinggevende en inspirerende uitspraken gedaan over de wijze waarop bij de landschappelijke inpassing van een opgave bijgedragen kan worden aan het behoud en versterken van de ruimtelijke kwaliteit conform de provinciale ambities. In de nu voorliggende ruimtelijke visie wordt de toepassing van het uitvoeringsmodel op de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving verder doorvertaald. Hieronder wordt geschetst wat de relevante generieke beleidsuitspraken uit de Omgevingsvisie en Omgevingsverordening zijn die van belang zijn, welke ontwikkelingsperspectieven van toepassing zijn en wat de relevantie is van de aanwezige gebiedskenmerken.
18
De ‘of’-fase: relevante generieke beleidsuitspraken Omgevingsvisie/ Omgevingsverordening Principes en beleidsuitspraken uit de Omgevingsvisie/Omgevingsverordening op gebied van de volgende thema’s zijn relevant voor deze uitwerking: Principe van concentratie van stedelijke bebouwing In het kader van sturen op ruimtelijke kwaliteit gaat de Omgevingsvisie ervan uit dat stedelijke opgaven zoveel mogelijk geconcentreerd worden in stedelijke netwerken. Daar mag gebouwd worden voor de bovenregionale behoefte, terwijl voor de overige kernen geldt dat alleen voor de lokale behoefte gebouwd mag worden. Dit principe werkt door in de gemeentelijke woonen bedrijventerreinenvisies die voor bestemmingsplannen de onderbouwing leveren van de capaciteit die daarin wordt geboden voor wonen en werken. 1.
Voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving, die grotendeels plaatsvindt op het grondgebied van de gemeente Enschede, betekent het principe van concentratie dat voorzien mag worden in een bovenlokale behoefte aan woningbouw, bedrijventerrein en voorzieningen passend binnen de gemeentelijke programmering (woonvisie en bedrijventerreinenvisie). SER-ladder/principes van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik Een belangrijk onderdeel van de provinciale sturing op ruimtelijke kwaliteit is de toepassing van het principe ‘inbreiding gaat voor uitbreiding’. Door middel van de SER-ladder wordt de verplichting opgelegd om eerst de mogelijkheden te benutten binnen gebieden die al een stedelijke functie hebben, voordat een claim mag worden gelegd op gebieden die nu nog een groene functie hebben. De principes van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik geeft een vergelijkbare regeling voor functies in de groene omgeving. Het principe ‘inbreiding gaat voor uitbreiding’ werkt op verschillende manieren door voor de gebiedsontwikkeling. Voor zover is voorzien in de ontwikkeling van luchthavengebonden bedrijvigheid gaat de provincie ervan uit dat deze functie zodanig is verbonden met de luchthaven, dat in redelijkheid niet meer de toets gedaan hoeft te worden of daarvoor binnen het bestaand stedelijk gebied ruimte te vinden is. 2.
3. Woningbouw De provincie zet in op differentiatie in woonmilieus om nu en in de toekomst voldoende
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
ruimte te kunnen bieden aan de huisvesting van alle doelgroepen. Daarbij wordt groot belang gehecht aan de afstemming over de woningbouwprogrammering met buurgemeenten en de provincie, op basis van een gemeentelijke woonvisie. Voor de gebiedsontwikkeling betekent dit dat waar ruimte wordt geboden voor de bouw van nieuwe woningen, deze woningbouw uiteraard zal moeten passen binnen de gemeentelijke woonvisie. Bedrijventerreinen Het provinciale beleid is erop gericht te voorkomen dat nieuw bedrijventerrein wordt aangelegd als er op bestaande bedrijventerreinen nog voldoende ruimte beschikbaar is, of, naar verwachting door optimalisering van de bouwmogelijkheden en gebruiksmogelijkheden beschikbaar zal komen. Door middel van de Omgevingsverordening is geborgd dat zorgvuldig wordt omgegaan met de programmering van nieuwe bedrijventerreinen en dat daarover afstemming plaatsvindt met de buurgemeenten en de provincie op basis van een gemeentelijke bedrijventerreinenvisie. Voor de luchthavengebonden bedrijvigheid wordt aangenomen dat daarvoor, vanwege het specifieke karakter daarvan, ruimte is voor de bedrijventerreinenprogrammering waarop de afstemmingseis zich richt. 4.
5. Detailhandel De provincie hecht eraan dat detailhandelsvoorzieningen zoveel mogelijk geconcentreerd worden in binnensteden en wijkwinkelcentra omdat dit bijdraagt aan het creëren van aantrekkelijke winkelomgevingen en het verhogen van de aantrekkingskracht van binnensteden. Om te voorkomen dat de binnensteden door concurrentie van goedkopere locaties op bedrijventerreinen en in het buitengebied leeglopen, is bepaald dat detailhandel daar tot uitzonderingen beperkt dient te blijven. Voor de gebiedsontwikkeling betekent dit dat eventuele detailhandelsfuncties als onderdeel van de luchthaven, het bedrijventerrein en de eventueel te ontwikkelen voorzieningen gericht op vrije tijdsbesteding (leisure) in dat kader onderbouwd moeten worden. 6. EHS Het provinciale beleid is erop gericht te voorkomen dat de wezenlijke kenmerken of waarden van gronden die aangewezen zijn voor de realisatie van de EHS significant worden aangetast door nieuwe
ontwikkelingen. Daartoe is een vrijwaringsregime geregeld in de Omgevingsverordening. De EHS wordt gerealiseerd op vrijwillige basis, maar de provincie hecht eraan dat de bestemming van gronden die met het oog op het realiseren van nieuwe natuur verworven worden zo spoedig mogelijk van een passende natuurbestemming worden voorzien. In het kader van het op te stellen bestemmingsplan zal dat verder vorm en inhoud moeten krijgen. 7. Bos- en natuurgebieden buiten de EHS Buiten de EHS zijn bos- en natuurgebieden aanwezig die ook op bescherming kunnen rekenen. Aanvullend op de bescherming via de gebiedskenmerken is in de Omgevingsverordening bepaald dat bestaande bos- en natuurgebieden een passende bestemming moeten krijgen en moeten worden gevrijwaard van ontwikkelingen die aanwezige en te ontwikkelen natuur- en landschapswaarden aantasten. Voor de gebiedsontwikkeling betekent dit het volgende. Voor zover binnen het gebied bos- en natuurgebieden aanwezig zijn die niet al een andere bestemming hebben dan wel in het kader van de ruimtelijke visie een andere functie krijgen, moeten deze gebieden een passende bestemming krijgen in het op te stellen bestemmingsplan, gericht op het beschermen van de landschappelijke en natuurlijke waarden. 8. Water De provincie streeft naar een meer natuurlijk watersysteem als zich veranderingen voordoen in het ruimtelijke systeem, zeker in gebieden waar natuurontwikkeling en wateropgaven samen opgaan. Herstel van de veerkracht van het watersysteem draagt bij aan de vermindering van de piekafvoer en aan het langer vasthouden van water in het gebied. Dit draagt weer bij aan het tegengaan van verdroging. Voor de gebiedsontwikkeling betekent dit dat de beoogde herontwikkeling van het gebied aangegrepen wordt om de veerkracht van het watersysteem te versterken en daaraan een meer natuurlijk verloop te geven. In hoofdstuk 3 wordt nader ingegaan op de provinciale ambitie om een deel van de huidige drainage onder de huidige vliegbasis te verwijderen en het bekensysteem zoveel mogelijk weer in zijn natuurlijke staat te herstellen. 9. Cultuurhistorie De provincie vindt het belangrijk dat in de toelichting op bestemmingsplannen duidelijk wordt gemaakt op welke wijze bij de planontwikkeling rekening is gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden. Binnen het gebied zijn op diverse plekken cultuurhistorisch waardevolle gebouwen en bebou-
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
19
wingsstructuren aanwezig die de geschiedenis van de luchthaven laten zien. In het kader van de herontwikkeling van deze locaties zal rekening moeten worden gehouden met deze cultuurhistorische waarden. 10. Mobiliteit Ook voor mobiliteit zet de provincie in op concentratie. Vanuit het belang van economische ontwikkeling wordt de bereikbaarheid bevorderd van en naar stedelijke centra en streekcentra, zowel per auto, openbaar vervoer, fiets als over water. Daarbij wordt ingezet op bundeling van verkeersstromen op de hoofdinfrastructuur. In hoofdstuk 8 wordt voor het aspect mobiliteit nader ingegaan op de provinciale ambities voor de gebiedsontwikkeling. 11. Veiligheid en gezondheid De provincie heeft in de Omgevingsvisie haar ambitie neergelegd voor een veilig en gezond leefmilieu voor mens en dier door het tegengaan van veiligheidsrisico’s en extra belasting van het milieu. Het spectrum daarvan is breed en loopt uiteen van aspecten als waterveiligheid, externe veiligheid en verkeersveiligheid tot een gezond leefmilieu met aspecten als luchtkwaliteit, geluidshinder, lichthinder en kwaliteit van bodem en grondwater. Voor de gebiedsontwikkeling betekent dit dat een helder beeld wordt gegeven van de luchtkwaliteit, geluidshinder, geurhinder en externe veiligheid, op basis van de MER die is verricht en een gezondheidseffectscreening (GES). In de vervolgstappen van de gebiedsontwikkeling geldt dat voor onderdelen een besluit-MER nodig kan zijn.
20
In hoofdstuk 12 wordt nader ingegaan op de gevolgde MER-procedure. 12. Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving Het provinciaal beleid biedt de mogelijkheid om in het buitengebied (de uitbreiding van) functies toe te staan die daar eigenlijk bij toepassing van de SER-ladder en de principes van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik geen plek hebben. Om sociaaleconomische en/of maatschappelijke redenen kan er aanleiding zijn om een uitzondering te maken op de algemene regel ‘inbreiding gaat voor uitbreiding’, mits het verlies van ecologisch en landschappelijk kapitaal in voldoende mate wordt gecompenseerd. De extra investering in ruimtelijke kwaliteit komt bovenop wat in ieder geval al is vereist, op basis van het principe dat elke ontwikkeling moet bijdragen aan het versterken van ruimtelijke kwaliteit. Ook voor deze extra investering in ruimtelijke kwaliteit geldt dat daarvoor de gebiedskenmerken bepalend zijn. De Kwaliteitsimpuls biedt een kapstok voor ontwikkelingsmogelijkheden die geboden kunnen worden in het kader van ‘roodvoor-rood’, ‘rood-voor-groen’, nieuwe landgoederen, het beleid voor vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing (VAB) enzovoorts. In het verlengde van de ruimtelijke visie, de daarbij behorende Kaart Ontwikkelingsperspectieven en de meer indicatieve inrichtingsschets zal daaraan in het op te stellen bestemmingsplan verder invulling moeten worden gegeven.
De ‘waar’-fase: ontwikkelingsperspectieven Het ontwikkelingsperspectief van de Omgevingsvisie voor het gebied tussen Enschede, Oldenzaal en Hengelo toont naast de luchthavenfunctie een ‘aaneengesloten structuur van natuurgebieden’ met daarin uitlopers van een ‘continue en herkenbaar watersysteem’.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Kaart Ontwikkelingsperspectieven
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
21
Korte karakteristiek In de Omgevingsvisie is voor de vier windstreken van Overijssel de ruimtelijke ontwikkelingsvisie meer in detail toegelicht. De windstreek Zuidoost-Overijssel wordt gekarakteriseerd als Twentse zandgronden, waar in het verleden in de steden een sterke gerichtheid is ontstaan op industrie (textiel en metaal). Het economische profiel van de netwerkstad Twente heeft zich doorontwikkeld naar een krachtig kenniscentrum met een specialisme in technologie en innovatie. De provinciale ambitie voor Twente is tweeledig. Enerzijds is de ambitie om door kwalitatieve economische groei de positie van Twente als hoogwaardige, internationale kennisregio verder uit te bouwen. Anderzijds is de ambitie om het gebied te ontwikkelen als landgoed met landschappelijke, natuurlijke en recreatieve topklasse. Het stedelijke netwerk wordt namelijk omgeven door gebieden die gekenmerkt worden door hoge landschappelijke en natuurlijke waarden. De kwaliteit van het wonen wordt sterk verhoogd door de aanwezigheid van een uitzonderlijk mooi historisch landschappelijk gebied met publiek toegankelijke landgoederen op ‘loopafstand’. Voor zowel de ontwikkeling van het economische profiel als de verrijking in de diversiteit aan woonmilieus geldt als randvoorwaarde dat dit moet bijdragen aan de versterking van gebiedskenmerken. Een ander aandachtspunt zijn de mogelijkheden voor toerisme en recreatie.
De ‘hoe’-fase: randvoorwaarden vanuit de algemene ruimtelijke kwaliteitsambities/ gebiedskenmerken Hieronder volgt een beschrijving van de relevante provinciale kwaliteitsambities uit de Omgevingsvisie voor vliegveld Twente en omgeving en de kwaliteitsopgave die deel uit dient te maken van de gebiedsontwikkeling op en rond het vliegveld. Een nieuwe ontwikkeling als de doorstart van het vliegveld vraagt een gebiedsontwikkeling met kwaliteit. Deze ontwikkeling moet enerzijds rekening houden met de bestaande kwaliteiten van het gebied en daarop doorbouwen, anderzijds bijdragen aan realisatie van de provinciale kwaliteitsambities voor het gebied. De kwaliteiten en eisen voortkomend uit die kwaliteiten zullen in het volgende hoofdstuk aan de orde komen. Daarbij wordt de koppeling gelegd met de zeven provinciale kwaliteitsambities, die uitgewerkt zijn in de catalogus
22
gebiedskenmerken.
3.3
Brede waaier aan woon-, werk- en mixmilieus
Aansluiten op het eigen karakter van een plek en aanwezige bebouwing vormt het vertrekpunt voor de ontwikkeling van een brede waaier aan woon-, werk- en mixmilieus. De ambitie is het palet verder te verbreden en daarbij vooral ook de uitersten te bedienen (van kleinschalige extensieve milieus in het buitengebied tot hoogstedelijke compacte mixmilieus in de steden). Voor het vliegveld en omgeving wordt dit zodanig ingevuld dat huidige, overbodige bebouwing wordt getransformeerd naar woon/werkmilieus met een kwaliteit die nu niet of onvoldoende in de regio aanwezig is en die een bijdrage leveren aan verbreding van het palet. Nieuwe bebouwing zal nadrukkelijk voortbouwen op de landgoederenstructuur, de bebouwingsstructuur van het voormalig vliegveld en/of de esdorpstructuur. Voortbouwen op de kenmerkende structuren van de agrarische cultuurlandschappen. Het ‘landbouwlandschap’ is beeldbepalend in driekwart van Overijssel en kent een grote verscheidenheid. De provincie wil de contrasten tussen die landbouwlandschappen en de eigenheid en interne samenhang van de landschappen versterken en nivellering tegengaan. Eigenheid en samenhang worden versterkt door voort te bouwen op de karakteristieke structuren: de wegenstructuur, de structuur van waterlopen, de bebouwingsassen en de nederzettingsvormen, de landgoederenstructuur, het web van verspreide hoeven met onderlinge verbindingslijnen en de landschappelijke met landschapselementen. Specifiek voor Twente zijn essen, oude hoeven, beken, lanen en dorpen, beslotenheid, afwisseling en schaalcontrast en essentiële, structurerende kwaliteiten. Nieuwe ontwikkelingen dienen bij te dragen aan behoud en versterking van eigenheid en interne samenhang en aan versterking van het contrast met andere landschappen. De uitwerking van deze kwaliteitsambitie is in het volgende hoofdstuk aan de orde, waar de gebiedskenmerken en de omgang met die kwaliteiten worden behandeld.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
3.3.1
Natuur als ruggengraat
Natuur ligt overal in Overijssel ‘om de hoek’. De Twentse steden liggen dicht tegen natuurgebieden aan. Opgave is enerzijds het netwerk van natuurgebieden, inclusief het bekenstelsel te versterken. Anderzijds om de verbondenheid met de omgeving, in het bijzonder ook de steden, te verbeteren. Het doel is om een robuust en continu netwerk te creëren, waarin natuurlijke processen waar mogelijk weer vrij spel hebben. Realisatie van de EHS is een integrale opgave: het gaat niet alleen om het bevorderen van de biodiversiteit, maar ook om ruimtelijke continuïteit, de cultuurhistorische kwaliteiten, de belevingskwaliteit en de beleefbaarheid van de natuur. Integratie van de natuuropgave in een bredere gebiedsopgave biedt de gelegenheid de natuur een duidelijk gezicht te geven. De kwaliteit van de randen van natuurgebieden, de uitstraling van de natuurgebieden en het besef van massa en robuustheid van de natuurgebieden kunnen hierdoor worden vergroot. De natuuropgave is daarmee geen monofunctionele opgave; er kunnen kenmerkende agrarische structuren doorklinken in het natuurontwerp, de beleefbaarheid is essentieel, het watersysteem is medebepalend en daarnaast draagt natuur bij aan regionale identiteitsversterking. Voor het vliegveld en de omgeving betekent dit onder andere: Versterken en herstellen van het bekensysteem als één van de dragers van continuïteit in het natuurnetwerk en het landschap. Het gaat hierbij om het stelsel van bron tot buiten het plangebied, zowel ten aanzien van de hydrologie als de zichtbaarheid, toegankelijkheid, uitstraling en ruimtelijke continuïteit van het bekenstelsel. Verbinden van de natuur binnen en buiten het gebied, onder andere via de beken en de landgoederenstructuur, met natuurcomplexen ten zuidwesten (Twickel), ten noordwesten (Twekkelo) en ten oosten (Oldenzaalse stuwwal) van het gebied. Vergroten van de specifieke natuurkwaliteiten van het gebied, verbonden aan natte en droge heide, bossen, schrale weiden, beken, landgoederen, lanen en eventueel natuurrijke akkers. Versterken van de randen van de robuuste natuurlijke eenheden met functies die
gebruik maken van de natuurkwaliteit en gelijktijdig de kwaliteiten versterken, toegankelijker maken en extra identiteit geven.
3.3.2
Zichtbaar, beleefbaar en
mooi landschap Het landschap in Twente heeft veel supporters. Verschillende groepen met diverse wensen gebruiken het gebied voor grote en kleine ommetjes, voor grote en kleine tochten en ontdekkingsreizen. Een fijnmazig netwerk, zeker rond de Twentse steden, van routes voor wandelen, fietsen en paardrijden is daarvoor van groot belang. Het accentueren en het beleefbaar houden/maken van een aantal regionale lange lijnen en randen is daarnaast een belangrijke ambitie. In Twente gaat het vooral om het herstellen en completeren van de laanstructuur en het met kwaliteit ontwikkelen van de stadsranden. Tot slot verdient ook het kunnen ervaren van de Twentse stuwwalreeks aandacht, en hier met name de Oldenzaalse stuwwal met de Lonnekerberg. Het gaat hier om het vrij houden van het zicht op en het uitzicht vanaf de stuwwal op strategische plekken. Het contrast tussen dynamische en luwe gebieden versterken door het infrastructuurnetwerk. Een belangrijk onderscheid vanuit beleving is dat tussen rust en drukte, tussen gebieden waar het ’s nachts nog echt donker is en gebieden waar het licht nooit uit gaat. De hoofdinfrastructuur is de motor voor de ontwikkelingsdynamiek, draagt bij aan de bereikbaarheidsambitie en respecteert de relatieve ‘luwte’-gebieden. In de steden kan de dynamiek worden opgevoerd, met goede ontsluiting, herstructurering en stapeling van functies. Tussen de steden wordt verdichting tegengegaan en scheert de weg op snelheid door de ‘trage’ landschappen. De hoofdinfrastructuur wordt gecompleteerd met een onderliggend en ondersteunend systeem van het spoorwegnet. Rondom (nieuwe) haltes en stations wordt het netwerk voor de fiets en het fijnmazig voortransport verbeterd. Rond de vliegveldontwikkeling zal zorgvuldig gezocht dienen te worden naar de juiste ontsluiting en ontsluitingswijze. Daarbij dient zeer bewust gekozen te worden voor dynamische en luwtegebieden, gekoppeld aan
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
23
de keuze voor ontsluiting. Tevens is de koppeling met het openbaar vervoer over spoor en weg van belang, met bijbehorende (fiets)routes voor het voor- en natransport.
kansen om zowel de stedelijke kwaliteiten van de netwerkstad (zoals het kenniscluster) te versterken als de landschappelijke kwaliteiten en daarmee de identiteit van Twente als geheel (dynamische steden in een mooi landschap) te versterken.
Een continu en beleefbaar watersysteem als dragende structuur van Overijssel. Het bekensysteem is een belangrijk kenmerk van Twente en een veerkrachtig watersysteem is een belangrijke, duurzame factor. De opgave is enerzijds het water beter beleefbaar te maken en het anderzijds als stelsel kwantitatief en kwalitatief te verbeteren. De zichtbaarheid, toegankelijkheid, uitstraling en ruimtelijke continuïteit van het bekenstelsel op en rond het vliegveld kunnen aanmerkelijk worden verbeterd. Daarbij dient verbetering van het stelsel van bron tot buiten het plangebied als eenheid te worden meegenomen in de gebiedsontwikkeling, mede omdat de beken belangrijke verbindingen zijn binnen de EHS. Klimaatverandering vraagt om vergroting van de sponswerking en bergend vermogen van brongebieden en bovenlopen van beken, zoals aanwezig in het plangebied. Vernatting is daarmee deel van de gebiedsopgave. Een natuurlijker loop en ‘schone’ beekdalgronden en oevers dragen bij aan verbetering van de waterkwaliteit. Sterke ruimtelijke identiteiten als merken voor Overijssel. Gedeelde verhalen en waardering van gebieden met een sterke ‘sense of place’ zorgen ervoor dat mensen er identiteit en betekenis aan toekennen, zich er thuis voelen en willen wonen, recreatief/toeristisch gewaardeerd worden en aantrekkelijk zijn als vestigingsplaats. Het vliegveld heeft in het verleden vanwege het gesloten militaire karakter niet erg bijgedragen aan een sterk merk voor het gebied. Toch liggen er goede aanknopingspunten om de gebiedseigen identiteit te accentueren en als merk te promoten. Landgoederen, historie, beken, het essenlandschap rond Lonneker en de nabijgelegen steden vormen hiervoor een goed vertrekpunt. Het is belangrijk om in te zetten op een eigen, unieke identiteit voor het gebied en de gebiedsontwikkeling mede te richten op versterking van die identiteit. Daarnaast biedt de gebiedsontwikkeling
24
3.3.3
De natuurlijke laag
In het Lonnekerland is de natuurlijke opbouw van het landschap nog redelijk goed zichtbaar. In het oosten verheft zich de stuwwal van Oldenzaal, met de Lonnekerberg als brongebied van westwaarts stromende beken. Oorspronkelijk liepen deze beken door een dekzandvlakte met oostwest georiënteerde droge ruggen en natte dalen. De beken zijn deels omgelegd en afgeleid, de natte plekken zijn deels gedraineerd en het watersysteem is aangepast aan stedelijk en landbouwkundig gebruik. Het reliëf is op het vliegveldterrein zelf verdwenen door egalisatie. Er zijn voldoende aanknopingspunten om de hydrologie en natuurlijke dynamiek van stromend water te herstellen, waarbij de natuurlijke kwaliteiten van de bronnen versterkt worden, de voet van de stuwwal natter wordt en beken opnieuw een watervoerende functie krijgen. Het reliëf van stuwwal en vlakte kan beter zichtbaar en beleefbaar gemaakt worden. Natte laagtes kunnen, als onderdeel van de beeksystemen, water vasthouden. De oostwestelijke strekkingsrichting van het landschap met haar beken, kan uitgangspunt worden van gebiedsontwikkeling.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
leverend aan versterking van het huidige kleinschalige patroon van landschapselementen en bebouwing. Waar mogelijk, zou de drieslag van es, heide en beekdal met bebouwing op de flank van de es geaccentueerd kunnen worden. Met name in de zuidoostkant liggen hiervoor kansen. Het jonge heideontginningslandschap kenmerkt zich door dragende, vaak lineaire structuren van lanen, bosstroken en –vlakken en ingebedde landbouwgronden. Vooral de landgoederen zijn hier nu beeldbepalend. Ontwikkelingen kunnen deze ontginningstructuren en landgoedstructuren versterken, waar mogelijk de restanten van de kampjes herstellen en de aanliggende beekdalen vernatten. Daarnaast kunnen resterende heidevelden open, versterkt en vernat worden.
3.3.4
Het agrarisch
cultuurlandschap Het agrarisch gebruik van de grond heeft geleid tot een divers landschap. Het drieslagsysteem van essen of kampen, hooien graslandjes in de natte beekdalen en uitgestrekte natte en droge heidevelden schemert nog door in het hedendaagse landschap. De meeste grote essen zijn onder stedelijke bebouwing verdwenen. Alleen rond Lonneker liggen nog duidelijk beleefbare essencomplexen. De kleinere kampen zijn veelal onderdeel geworden van later ontstane landgoederen en her en der terug te vinden in het huidige landschap. Ook de natte beekdalen hebben deels hun oorspronkelijke kleinschalige verkaveling en natte bodem verloren. De heide is, na het opheffen van de Marke, verkaveld. Natte delen zijn drooggelegd en in gebruik genomen door land- en bosbouw, even later gevolgd door aanleg van een groot aantal landgoederen op deze gronden. In het hart van het gebied is op de oorspronkelijke heide het vliegveld ontstaan. Daarmee is het gebied open gebleven en de grond vrijwel onbemest en schraal. De karakteristieken van het essenlandschap en van jonge heideontginningen met landgoederen zijn de belangrijkste kwaliteiten van het huidige landschap. Wanneer ontwikkelingen plaatsvinden dienen de essencomplexen hiervan gevrijwaard te worden en is er slechts beperkte ontwikkelruimte in de flanken, voortbordurend op en een bijdrage
3.3.5
De stedelijke laag
De afgelopen honderd jaar is het gebied stapsgewijs steeds meer onder stedelijke invloedsfeer gekomen. Rond het gebied zijn steden als Enschede, Hengelo en Oldenzaal fors gegroeid. Samen met de bijbehorende infrastructuur tussen en langs deze steden is het gebied in de oksel van stedelijk gebied komen te liggen. De stedelijke ring is echter niet gesloten: tussen de steden liggen luwe, open gebieden die contrasteren met de dynamische, stedelijke gebieden. De overgang stad–land is een belangrijk uitloop-
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
25
gebied voor de steden geworden. Het bijbehorende netwerk van informele routes en routenetwerken wordt intensief gebruikt. In het hart van het gebied is, vanaf de jaren ’20, het vliegveld gegroeid. Uit verschillende tijdsperioden zijn kenmerkende structuren en gebouwen aanwezig, zoals de strip en bebouwing van de Duitse Fliegerhorst. Het vliegveld verhield zich niet met conflicterende functies als woningbouw en heeft bijgedragen aan het onbebouwde karakter van het Lonnekerland. Samen heeft dit geleid tot een gezoneerde opbouw van het gebied: een gefragmenteerde infrastructuur en stedenring rond driekwart van het gebied, een binnenring van landgoederen en essenlandschap fungerend als uitloopgebied en een ontoegankelijke kern, het vliegveldterrein. Nieuwe (woon)bebouwing of bedrijven zullen zich moeten voegen naar deze gezoneerde opbouw: dus een concentratie van dynamiek en ‘stedelijke’ ontwikkelingen rond infrastructuur en binnenstedelijk. Daarnaast is het zaak om de landschappelijke karakteristieken te versterken rond met name de landgoederen en het essenlandschap. Nieuwe erven in het buitengebied dienen expliciet de bestaande kwaliteiten van het gebied te behouden en versterken. Nieuwe of aan te passen infrastructuur dient altijd onderdeel te zijn van een grotere gebiedsontwikkeling, zoveel mogelijk bestaande tracés te benutten en mede gericht te zijn op behoud en versterking van afwisselende en herkenbare uitzichten vanaf en op de weg. Verder dient infrastructuur te leiden tot een mooie aaneenschakeling van Overijsselse impressies, bij te dragen aan versterking van de aansluiting tussen weg en omgeving en het opheffen van barrières voor water, mens, plant en dier. Als er bij snelwegen nieuwe op- en afritten worden aangelegd en als er ontwikkelingen plaatsvinden aan en in de directe omgeving van op- en afritten, dan dragen deze op- en afritten of ontwikkelingen bij aan het gewenste contrast tussen dynamische en luwe gebieden en zijn dus gelegen in/bij de drukke, stedelijke gebieden. Kleinere wegen dienen zich te voegen naar de structuren van het aanwezige landschap. Ontwikkelingen in de nabijheid van stedelijk gebied dienen bij te dragen aan behoud en versterking van het recreatief
26
padennetwerk, de toegankelijkheid van het gebied en het creëren van uitnodigende entrees van stad en landschap.
3.3.6
Lust- en leisurelaag
Met de opkomst van de textielindustrie ontwikkelde zich een nieuwe bovenlaag in de samenleving. De nieuwe rijken, de textielbaronnen, wilden hun nieuwe rijkdom zichtbaar maken en ruimte creëren voor bijvoorbeeld de jacht. Dat heeft geleid tot uitbreiding van bestaande landgoederen en het stichten van nieuwe. Deze landgoederen bepalen nu het beeld in een groot deel van het gebied. Met de groei van de steden zijn de landgoederen deels in de stadsranden komen te liggen en vervullen ze belangrijke recreatieve functies. Bij gebiedsontwikkeling op en nabij landgoederen staat behoud en herstel van het monumentale en historische karakter van bebouwing, tuinen, parken en het landschap voorop. Intensivering van bebouwing op landgoederen kan alleen plaatsvinden als dit tevens leidt tot een forse kwaliteitsimpuls van de groene omgeving. In de stadsranden staan uitbreiding van recreatieve routes, het slechten van barrières in die routes, uitnodigende entrees van stad en landschap en het tegengaan van nieuwe barrières bij ontwikkelingen centraal.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Conclusie De provincie ziet de gebiedsontwikkeling van luchthaven Twente en omgeving als een kans om niet alleen de regionale economie een impuls te geven door de vliegwielfunctie van de luchthaven met bijkomende bedrijvigheid, maar ook om de natuur en het landschap te herstellen en te versterken door de keus om een groot deel van het gebied te gebruiken voor het realiseren van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). Bij dit alles zal niet alleen vanuit zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van de reeds aanwezige bebouwing, maar ook vanwege behoud van het karakteristieke karakter ervan.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
27
4
28
Groene en Blauwe hoofdstructuur
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: Het doel van de onderscheiden Groene en Blauwe hoofdstructuur, waarvan de EHS onderdeel is, is de ontwikkeling van een duurzaam, samenhangend stelsel natuurgebieden waardoor behoud en ontwikkeling van de biodiversiteit mogelijk is. Het bereiken van dit doel wordt zoveel mogelijk gecombineerd met herstel en verbeteren van de waterhuishouding, aspecten van ruimtelijke continuïteit, belevingskwaliteit en de beleefbaarheid van natuur en landschap. Het realiseren van een EHS die ook op waarde wordt geschat als gebruiksfunctie voor de mens, vergroot de maatschappelijke betekenis van de EHS. Dit maakt het cruciaal om te investeren in combinaties van functies die de leefkwaliteit van het gebied verhogen.
4.1
Herbegrenzing rond het vliegveld Twente
De EHS rond het vliegveld vormt de belangrijkste verbinding tussen de natuurgebieden in Noordoost Twente met die in Zuid-Twente en maakt deel uit van de Groene en Blauwe hoofdstructuur zoals die in de Omgevingsvisie wordt onderscheiden. Direct aan de oostkant van het vliegveld ligt het natuurgebied de Lonnekerberg en aan de zuidwestkant de landgoederen van Driene. Het vliegveld ligt op dit moment als een uitsparing in de EHS. In het noordoostelijk deel van het projectgebied bestaat de huidige verbinding uit een smalle ‘flessenhals’ vanaf de Lonnekerberg langs het industriegebied Hanzepoort en het vliegveld. Hier zijn geen mogelijkheden om de EHS robuuster te maken. De gebiedsontwikkeling biedt wel die mogelijkheid. De hoofdverbinding komt dan aan de zuidkant van het vliegveld te liggen. Hiermee ontstaat een robuustere, meer samenhangende EHS aan de zuidkant van het vliegveld. Aan de noordkant blijft een smallere corridor bestaan die onder andere van belang is voor het dal van de Jufferbeek.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
29
Aan de noordkant wordt de Groene en Blauwe hoofdstructuur / EHS iets versmald ten gunste van de ontwikkeling van aan het vliegveld gerelateerde bedrijvigheid en infrastructuur. Aan de zuidkant maakt een deel bestaande natuur bij het Prins Bernhard Park en Kamp Overmaat geen deel uit van de EHS. Aan de zuid- en zuidoostelijke zijde wordt de Groene en Blauwe hoofdstructuur met ruim 170 ha uitgebreid. 44 ha hiervan ligt buiten de rijksgronden, waarvan ca. 20 ha reeds bestaande natuur is. De versterking van de Groene en Blauwe hoofdstructuur aan de zuidkant van het vliegveld wordt gecombineerd met herstel van de beekstructuur en versterking van de ruimtelijke en landschappelijke kwaliteit. Omdat een meer robuuste structuur ontstaat wordt ook de beheerbaarheid verbeterd. Deze oppervlakte zal meetellen voor de prestaties nieuwe natuur waarover de
30
provincie met het Rijk afspraken heeft gemaakt. Circa 40 ha zal geen deel meer uitmaken van de EHS. Het realiseren van deze nieuwe natuur op het terrein van de luchthaven, heeft als groot voordeel dat deze oppervlakte niet op landbouwgrond hoeft te worden gerealiseerd. Hierdoor hoeven er elders in de provincie ca. 3 landbouwbedrijven minder te worden uitgekocht. Met de uitbreiding en vaststelling van de Groene en Blauwe hoofdstructuur in deze ruimtelijke visie is de EHS in hoofdlijnen vastgelegd. In onderstaande figuur is ook de concrete begrenzing weergegeven. De Groene en Blauwe hoofdstructuur kan door GS worden gewijzigd onder de voorwaarde dat de totale oppervlakte van de Groene en Blauwe hoofdstructuur binnen de gebiedsontwikkeling niet verminderd. Op basis van die Groene en Blauwe hoofdstructuur stellen GS de concrete begrenzing van de EHS vast.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
4.1.1
Kwaliteit
De natuurkwaliteit in de nieuw begrensde EHS zal bestaan uit een afwisseling van natuurlijke beken en de daarbij behorende schraalgraslanden, (lokaal) natte heide, bloemrijk grasland en bos. Om deze kwaliteit mogelijk te maken zal het gebied heringericht worden. De inrichtingsmaatregelen zullen bestaan uit het verwijderen van de drainage, plaatselijk saneren van de bodemvervuiling en herstel van de beeklopen. Bij het maken van het inrichtingsplan zullen de bestaande natuurwaarden zoveel mogelijk in het ontwerp worden gehandhaafd. Door jarenlang natuurgericht beheer zijn de huidige graslanden op het luchtvaartterrein zeer bloemrijk en herbergen zij tal van zeldzame planten.
4.1.2
kunnen garanderen is het nodig om het eigendom en beheer van dit gebied samen met de aanliggende natuurgebieden op de Lonnekerberg en de landgoederen bij Driene en het Holthuis goed op elkaar af te stemmen.
4.1.3
Waarborg uitvoering
De opname in de EHS betekent dat – overeenkomstig de verordening in het op te stellen bestemmingsplan – een planologisch regime wordt opgenomen dat is gericht op ontwikkeling en bescherming van de Ecologische Hoofdstructuur. In 2013 zullen de gronden worden aangekocht en zal conform een op te stellen inrichtingsplan met de inrichting worden gestart. In het bestemmingsplan zullen de gronden conform onze provinciale verordening een op de EHS afgestemde bestemming moeten krijgen. Ook buiten de EHS zijn bos en natuurgebieden aanwezig die bijdragen aan de essentiële gebiedskenmerken. Ook die gebieden krijgen een adequate bestemming gericht op behoud en ontwikkelingsmogelijkheden.
Beheer en
toegankelijkheid De gekozen inrichtingvariant gaat uit van EHS, gecombineerd met extensieve vormen van recreatie. Op deze wijze wordt het gebied voor omwonenden en andere bezoekers eenvoudig en vrij toegankelijk en is het daarmee niet alleen een impuls voor de vrijetijdseconomie maar draagt het eveneens bij aan het sociaal flankerende beleid. Om zowel de toegankelijkheid als de beoogde hoge natuurkwaliteit te
Conclusie Met de beoogde gebiedsontwikkeling zal een forse impuls gegeven worden aan een robuuste invulling van de Groene en Blauwe hoofdstructuur in het gebied, in de vorm van de uitbreiding van de EHS. De uitbreiding wordt gecombineerd met beekherstel en leidt daarmee ook tot een substantiële verbetering van de wateropgave en verbetering van de recreatieve beleving van het gebied. De aanleg van de EHS zal van meet af aan worden opgepakt.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
31
5
32
Water
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: De gebiedsontwikkeling van de luchthaven moet leiden tot een verbetering van de veerkracht en een meer natuurlijk watersysteem.
5.1
Huidige situatie watersysteem
Het gebied van de luchthaven Twente ligt op de westelijke flank van de stuwwal Oldenzaal. Bovenstaand kaartje toont de hoogteopbouw van het gebied en de omgeving. De helling van het gebied leidt tot een oostwest-gerichte stroming van zowel grond- als oppervlaktewater. De opbouw van de ondergrond is gelaagd. Slecht doorlatende lagen beperken de diepte van
het watervoerende pakket. Dat betekent dat op diverse plaatsen van nature vochtige situaties voorkomen en dat neerslag relatief snel wordt afgevoerd naar het oppervlaktewater. Er komen zowel situaties voor van kwel als van inzijging. De flank van de stuwwal is van nature een zone waar beken ontspringen. In dit gebied liggen de bronnen van de Jufferbeek, Hesbeek, Blankenbellingsbeek en Leutinkbeek. Het stroomgebied
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
33
van de Jufferbeek, een relatief klein noordelijk deel van het gebied van de luchthaven, is onderdeel van het stroomgebied van de Deurningerbeek. De Deurningerbeek stroomt nu nog uit in de Lolee en de Wendel (voorheen Stadsregge), maar zal in de toekomst afwateren via de Doorbraak op de Laaglandregge. Het overgrote, zuidelijke deel ligt in het stroomgebied van de Koppelleiding, die afwatert op de Omloopleiding en verder in de Woolderbinnenbeek en Berflobeek, met pieklozingen in het Twentekanaal. De ontwikkeling van de vliegbasis heeft in het verleden geleid tot ingrijpende veranderingen van het watersysteem. Diverse beken die het terrein in oostwestelijke richting doorsneden zijn als het ware doorgeknipt; de bron en bovenloop is gescheiden van de benedenloop. Een groot deel van het terrein is verhard, waarbij een deel van de waterlopen is gedempt. Om het terrein voldoende droog te houden is het gehele verharde gebied gedraineerd. Dit drainagesysteem is door een gescheiden rioleringssysteem aangesloten op watergangen aan de noord- en noordwestzijde van de luchthaven. De afvoer van de drainage vindt plaats op stroomafwaarts gelegen beeksystemen.
34
Omdat hemelwater vanaf het verharde deel eveneens op deze beeksystemen wordt geloosd (gescheiden rioolstelsel), kan er sprake zijn van enige verontreiniging van deze wateren met stoffen die meegevoerd zijn vanaf bijvoorbeeld de start- en landingsbaan. Op het terrein van de vliegbasis komt verspreid bodemverontreiniging voor. Het afkoppelen van bron/bovenlopen van de benedenlopen en het draineren van het terrein leidde tot een versnelde afvoer van neerslag in vergelijking met de oorspronkelijke situatie. De oorspronkelijke, relatief natuurlijke situatie is op het terrein van de vliegbasis omgevormd tot een geheel kunstmatige waterafvoer. Dit heeft geleid tot een vermindering van de veerkracht van het watersysteem. Mogelijk is nader onderzoek nodig om na te gaan welk deel van de drainage verwijderd kan worden en tegen welke kosten. Onder de grote landingsbaan blijft de drainage gehandhaafd. Op het terrein van de luchthaven komen geen waterlopen voor die zijn aangewezen als KRWwaterlichaam (Kaderrichtlijn Water). Wel kent het gebied enkele zogenaamde waardevolle kleine wateren: de Jufferbeek en de Hesbeek. Deze bovenlopen zijn belangrijk als voedingsbron van de benedenstrooms gelegen waterlichamen.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
5.2
Waterbeleid Omgevingsvisie
Het waterbeleid van de provincie Overijssel is opgenomen in de Omgevingsvisie. Voor de gebiedsontwikkeling van de luchthaven Twente en omgeving is het volgende van belang. In algemene zin is het streven erop gericht om de veerkracht van het watersysteem te herstellen en te vergroten, afvoerpieken tegen te gaan en om een meer natuurlijk watersysteem te bevorderen. Om verdroging tegen te gaan wordt bevorderd dat water langer in het systeem wordt vastgehouden en dat infiltratie in het grondwatersysteem toeneemt, zodat meer water
beschikbaar wordt gehouden voor droge perioden. Voor bovenlopen van beken is het beleid van de Omgevingsvisie gericht op een ontwikkeling naar een compleet en meer natuurlijk watersysteem. Brongebieden en bovenlopen bieden aantrekkelijke kwaliteiten voor omwonenden en recreanten. In de stadsrandzone kunnen natuurlijke beeksystemen een welkome aanvulling vormen op de kwaliteit van het stedelijk uitloopgebied.
5.2.1
Uitwerking waterbeleid
voor de gebiedsontwikkeling De gebiedsontwikkeling van de luchthaven Twente en omgeving leidt tot een verbetering
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
35
van de veerkracht en een meer natuurlijk watersysteem. Dit is geheel in lijn met de doelstellingen van de Omgevingsvisie. In een deel van het terrein van de vliegbasis zal de drainage worden verwijderd. Dit leidt tot een minder snelle afvoer van neerslag en tot herstel van vochtige omstandigheden die bijdragen aan het realiseren van de EHS in het zuidoostelijk deel van het gebied. In het kader van het inrichtingsplan dat wordt opgesteld, zal in detail worden onderzocht welk deel van de drainage afgekoppeld kan worden. Onder de landingsbaan blijft de drainage in ieder geval gehandhaafd. De beoogde uitbreiding van het bebouwde gebied aan de noordzijde van de landingsbaan zal waterneutraal moeten worden uitgevoerd; hemelwater moet worden afgekoppeld en een eventuele uitbreiding van de drainage zal gepaard moeten gaan met retentievoorzieningen om te voorkomen dat water versneld wordt afgevoerd. De afvoer zal via een hersteld beeksysteem plaatsvinden op het stroomgebied van de bovenbeschreven Koppelleiding.
Uitvoeringsaspecten De financiering van het beekherstel krijgt gestalte via de totale exploitatieopzet.
Zuidkamp en Overmaat In het gebied Zuidkamp is extensieve woningbouw geprojecteerd. Een gebied van ruim 43 ha wordt herontwikkeld tot een groen en hoogwaardig woongebied, waarbij de bestaande groen- en wegenstructuur grotendeels wordt ingepast. In dit plandeel is de realisatie van ca. 150 woningen voorzien, overeenkomend met 3 – 4 woningen per ha. Het gebied Zuidkamp ligt voor ongeveer de helft in het grondwaterbeschermingsgebied van de drinkwaterwinning Weerseloseweg. Het gebied ligt volledig in het intrekgebied van deze waterwinning. Het gebied Overmaat ligt geheel in het grondwaterbeschermingsgebied en intrekgebied. In dit deelgebied is een beperkte aanpassing van de reeds aanwezige woonfunctie voorzien. Deze winning zal naar verwachting op korte termijn worden beëindigd. Een besluit hierover zal naar verwachting in 2012 worden genomen, in samenhang met de besluitvorming over een alternatieve winning in Twente. Tot dat moment is het reguliere grondwaterbeschermingsbeleid van toepassing.
Herstel van het beeksysteem draagt tevens bij aan de gebruikskwaliteit van dit gebied, dat tegen de stadsrand van Enschede en Hengelo is gelegen. Tevens kunnen de Hengelose stadsbeken een langere periode watervoerend zijn.
Locaties Zuidkamp (groot) en Overmaat (klein)
peerd als een ‘grondwaterbeschermingsgebied met een stedelijke functie’.
In het grondwaterbeschermingsbeleid van de provincie Overijssel is dit gebied gety-
36
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Wanneer het gaat om nieuwe stedelijke ontwikkelingen zijn daarop, op grond van de Omgevingsverordening, de volgende voorwaarden van toepassing: • In het grondwaterbeschermingsgebied zijn nieuwe functies toegestaan, mits deze functies voldoen aan de eis van een goede ruimtelijke ordening en aan het ‘stap vooruit’-principe (art. 2.13.7). • In het intrekgebied kunnen nieuwe, grotere of grootschalige risicovolle functies worden toegestaan mits deze functie voldoet aan de eis van een goede ruimtelijke ordening en het ‘stand still’-principe (art. 2.13.8). Het ‘stap vooruit’-principe houdt in dat nieuwe functies een minder zware belasting van en risico voor de kwaliteit van het grondwater veroorzaken dan de huidige, voorafgaande functie. Voor het omliggende gebied van Zuidkamp, het Vaneker, heeft de gemeente Enschede in het kader van een beoogde woningbouwontwikkeling een geohydrologisch onderzoek laten uitvoeren (Iwaco, 2001). Uit het onderzoek blijkt dat nieuwe woningbouw in lage dichtheden (2 – 5
won/ha) minder risico oplevert voor de grondwaterkwaliteit dan het daar vigerende agrarische gebruik, zodat van een stap vooruit kan worden gesproken. Op grond daarvan heeft de provincie ingestemd met de ontwikkeling van woningbouw in het Vaneker binnen het grondwaterbeschermingsgebied/ intrekgebied. Van de locatie Zuidkamp, die door ‘t Vaneker wordt omsloten, wordt een deel agrarisch gebruikt. Diverse boeren in de omgeving maken gebruik van de daar liggende landbouwpercelen. Daarnaast vinden er allerlei potentieel vervuilende activiteiten plaats binnen de bestemming Defensieterrein (autowerkplaatsen, opslag van materieel, zeer grote parkeerplaatsen et cetera). Voor de locatie Zuidkamp wordt extensieve woningbouw geprojecteerd, (3 – 4 won/ha) zodat ook voor deze locatie mag worden verondersteld dat er sprake is van een stap vooruit die past binnen de voorwaarden van de Omgevingsverordening. In het kader van de bestemmingsplanvoorbereiding zal hier verder invulling aan worden gegeven. Voor de ontwikkelingen in het gebied Overmaat gelden overeenkomstige argumenten en aanpak.
Conclusie Vanuit de optiek van het watersysteem biedt de beoogde gebiedsontwikkeling vele voordelen. Het ongedaan maken van een deel van de intensieve drainage onder het terrein en het opnieuw gestalte geven aan een beeksysteem betekent een verbetering van de veerkracht van het watersysteem, een minder snelle afvoer van neerslag en het vergroten van de belevingskwaliteit van het gebied. In combinatie met het toevoegen van areaal aan de EHS biedt dit tevens kansen voor het realiseren van natte natuur en het verminderen van de verdroging.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
37
6
38
Economie
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: Ondersteuning en versterking van een vitale en zichzelf vernieuwende regionale economie door de realisering van een levensvatbare luchthaven met bijbehorende voorzieningen.
6.1
Economische ontwikke-
ling en werkgelegenheid in de regio Twente De economie van de regio wordt nu nog gekenmerkt door een grote vertegenwoordiging van industriële bedrijvigheid. Dit zijn voornamelijk kleine en middelgrote ondernemingen, maar in het gebied zijn ook diverse grote industriële bedrijven gevestigd, zoals Koninklijke Ten Cate, Thales, Siemens en Stork. De tendens is echter dat ook in Twente het aandeel van de werkgelegenheid in de commerciële en niet-commerciële dienstverlening toeneemt. Vergeleken met het landelijke gemiddelde zal de industriële sector in Twente voorlopig nog bovengemiddeld vertegenwoordigd blijven. Deze industriële werkgelegenheid kan op termijn alleen voor de regio worden behouden als de bedrijven in staat zijn te concurreren op de wereldwijde markt. Vernieuwing van producten, processen en markten is voor deze bedrijven daarom essentieel. De voorwaarden daarvoor zijn gunstig. Twente vormt een van de belangrijkste kennis- en innovatieclusters van Nederland. Vanuit internationaal perspectief is de ligging gunstig en vormt Twente voor diverse economische segmenten een aantrekkelijk alternatief voor de ruimtedruk van bijvoorbeeld de Randstad of de Brabantse Stedenrij. Twente kent een hoogwaardig en groen investeringsklimaat met een intermediaire ligging op de as tussen de economische kerngebieden de Randstad en het Duitse Ruhrgebied. Kennis- en innovatieclusters in de regio bieden belangrijke aanknopingspunten voor nieuwe (internationale) bedrijvigheid en productiviteitsontwikkeling. Vernieuwende dwarsverbanden tussen ICT, materialen, mechatronica &
onderhoud (M3), de bouwsector en de medische sector vormen belangrijke economische krachten. Twente beschikt in deze sectoren over een aantal internationaal toonaangevende bedrijven. De kwaliteiten van het natuurlijke en culturele woon- en recreatielandschap van Twente versterken verder de reeds gunstige bedrijfsomgeving. Met de Gebiedsagenda Twente werken provincie, regio en Twentse gemeenten verder aan de kwaliteiten van een internationaal toonaangevende kennisregio. Hierbij zijn de gebiedsontwikkelingen van luchthaven Twente en omgeving, het Kennispark/Universiteit Twente en Hart van Zuid/Centraal Station Twente/WTC van strategisch belang; de zogenaamde ‘Innovatiedriehoek’. De onderling complementaire programmatische ontwikkeling van deze projecten vormt de basis voor de sociaaleconomische structuurversterking van Twente. Het aantrekken en langer vasthouden van hoger opgeleiden vormt dan ook een van de belangrijkste uitdagingen voor Twente als kenniseconomie. Dit sluit aan bij de kernambities van het Regionaal Economisch Ontwikkelingsplan (REOP) van de Regio Twente/Netwerkstad. De Innovatiedriehoek moet de ambities van Twente meer volume geven en de realisering ervan bespoedigen. Multimodale bereikbaarheid van de EUREGIO draagt bij aan de ontwikkeling van de regio tot een internationaal toonaangevende kennis- en innovatieregio. De missie van de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omstreken, ‘inzetten op economische structuurversterking met gelijkwaardige aandacht voor omgeving en duurzaamheid’, past geheel in deze lijn van ambities voor Twente. Om die reden zoeken de partners in deze gebiedsontwikkeling naar complementaire programma’s en
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
39
ontwikkelingsstrategieën met de reeds aanwezige sterke sectoren. Twente is gebaat bij een goede functionele en inhoudelijke samenhang om zodoende de ‘unique selling points’ van Twente als woon-, werk- en recreatielandschap (Landgoed Twente) verder op de (inter)nationale kaart te zetten. Hieronder wordt nader ingegaan op de samenhangen in de Innovatiedriehoek Twente. Ondanks de op zich gunstige kenmerken van de regio moet worden geconstateerd dat de economie van Twente nog steeds kwetsbaar is. De mogelijkheden om werkgelegenheid voor laag- en hoogopgeleiden vast te houden c.q. te creëren zijn schaars en de kansen die er zijn moeten waar mogelijk worden benut. Voor de ontwikkeling van economie en werkgelegenheid in Twente kan de hernieuwde ontwikkeling van de luchthaven een belangrijke factor zijn. Het realiseren van de luchthaven is een concrete mogelijkheid tot het realiseren van werkgelegenheid, zowel directe als indirecte werkgelegenheid. De bestaande bedrijven profiteren van de rechtstreekse ontsluiting voor luchttransport voor zowel passagiers als vracht. Voor vestiging van nieuwe bedrijven kan de aanwezigheid van de luchthaven een extra vestigingsfactor zijn. De ervaring leert dat rondom luchthavens dikwijls economische ontwikkeling op gang komt. Ook meer rechtstreeks heeft een luchthaven natuurlijk een direct gevolg voor de werkgelegenheid in Twente. Het Twentse bedrijfsleven heeft zich dan ook in overgrote meerderheid achter een doorstart van de luchthaven geschaard. Ook de Bad Bentheimer Interessengemeinschaft für Handel – Handwerk Industrie & Gastronomie onderstreept dit standpunt. De ontwikkeling van de luchthaven zal leiden tot verbreding van de economische basis. In samenhang met de Innovatiedriehoek zien we mogelijkheden tot een versterkend effect op de gehele sociaaleconomische ontwikkeling waardoor er een multiplier-effect ontstaat. De verwachte werkgelegenheidseffecten
40
hangen onder andere samen met de te verwachten passagiersaantallen. Uitgaande van een geleidelijke groei naar 1,2 miljoen passagiers en 31.000 ton vracht in 2030 kan het totaal aantal arbeidsplaatsen op ca. 3.300 – 3.400 uitkomen als in het noordelijke gebied aanvullend ondersteunende luchthavenfuncties worden ontwikkeld en/of leisure die qua omvang bij de Twentse schaal past. In de paragraaf Werkgelegenheidseffecten hieronder worden de cijfers nader uitgesplitst en toegelicht.
6.2
Innovatiedriehoek Twente
Zoals hierboven is aangegeven is voor de ontwikkeling van de economische structuur van de regio Twente innovatie een noodzakelijk instrument. Door Rijk, provincie en regio zijn economische programma’s opgezet, die deze ontwikkelingen ondersteunen. In de deze programma’s ligt de nadruk op open innovatie, waarmee de samenwerking tussen bedrijven wordt gestimuleerd. Daarnaast ligt de nadruk op kennisvalorisatie, waarmee de overdracht van kennis van de Universiteit Twente en de Saxion Hogeschool naar het bedrijfsleven wordt gestimuleerd. Hierdoor ontstaat nieuwe bedrijvigheid in de regio, waarmee de traditionele economische structuur langzaam maar zeker verandert in een kennisgedreven economische structuur. Een duurzame inbedding van deze nieuwe bedrijvigheid in de regio vraagt ook om ruimtelijke ontwikkeling die moet zorg dragen voor een aantrekkelijk woon- en werkklimaat. In Twente zijn er drie majeure projecten die bijdragen aan deze doelstelling; Kennispark Twente, Hart van Zuid/Centraal Station Twente en gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving. Deze projecten zijn los van elkaar ontwikkeld, maar kunnen niet los van elkaar worden gezien. De projecten kennen ieder hun eigen profiel en eigen dynamiek. Door een samenhangende programmatische aanpak op een aantal specifieke punten zoals profilering, acquisitie en programmering worden deze projecten echter in hun kracht versterkt.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
6.3
Een programmatische aanpak
In de Innovatiedriehoek staat het realiseren van een aantrekkelijk, internationaal georiënteerd vestigingsklimaat voor de innovatieve maakindustrie centraal. De programmatische aanpak richt zich op het bewerkstelligen van een maximale synergie tussen de projecten. Kern van de aanpak is dat de afzonderlijke projecten zich binnen het eigen profiel in hun eigen tempo blijven ontwikkelen. Hart van Zuid is het internationaal stedelijk knooppunt, zowel fysiek via de internationale verbindingen door Centraal Station Twente, als qua internationale bedrijvigheid. De focus ligt op innovatieve bedrijvigheid met een internationale oriëntatie. Voorbeelden van bedrijfsprofielen zijn handelsbedrijven met een focus op hoogwaardige technologie, sales offices van buitenlandse bedrijven, spin-off bedrijvigheid vanuit de maakindustrie en kennisinstellingen met internationale focus. Belangrijke aanjagers hierbij zijn, naast het WTC, internationale bedrijven als Siemens en
Stork Thermeq, toonaangevend in de wereld op het gebied van energietechniek en mechatronica. De gebiedsontwikkeling van luchthaven Twente en omgeving gaat uit van een compacte luchthaven in het groen met daaraan gelieerd platformgebonden en/of luchtvaartgerelateerde bedrijvigheid. Het zwaartepunt daarbij ligt, naast de werkgelegenheid die ontstaat door de handling van passagiers, ook vooral op de ontwikkeling van platformgebonden bedrijvigheid. Te denken valt hierbij aan bedrijven voor vliegtuigonderhoud, logistieke bedrijven en opleidingsinstituten. Verder biedt de luchthaven de mogelijkheid om Twente ook via de lucht goed te ontsluiten voor andere zakencentra in Europa. Verder biedt de gebiedsontwikkeling rondom de luchthaven kansen voor versterking van de leefomgeving. Kennisvalorisatie is de belangrijkste drager van het profiel van Kennispark Twente. Het richt zich op de ontwikkeling van hoogwaardige werkgelegenheid die een relatie heeft met de Universiteit Twente. Het is een kennisknooppunt met een economische
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
41
functie. Gerelateerd aan Universiteit Twente biedt Kennispark Twente een omgeving waarin gestimuleerd wordt om nieuwe bedrijven op te zetten en waar ruimte is en faciliteiten zijn voor kleinere bedrijven om te groeien. Naast het stimuleren van starters wordt gewerkt aan samenwerkingsverbanden met bestaande industrie. Door met een aantal activiteiten gezamenlijk op te trekken, kunnen de projecten effectiever worden uitgevoerd en is het resultaat meer dan het resultaat van de afzonderlijke projecten. Deze activiteiten vormen samen het programma Innovatiedriehoek. In het programma worden onder andere de volgende activiteiten ondergebracht: Afstemming met Gebiedsagenda OostNederland, MIRT en daaraan gekoppelde programma’s en investeringen. Gezamenlijke marketing en acquisitie en het bewaken van het profiel. Fasering van de deelprojecten onderling en in relatie tot de andere projecten in de regio Twente. Hierbij dient de Innovatiedriehoek prioriteit te krijgen boven andere projecten, maar vooral dienen geen initiatieven te worden opgestart die potentieel concurrerend kunnen zijn met de Innovatiedriehoek. Programmering van de ontwikkeling van vastgoed. Met betrekking tot de verbindingen tussen de drie deelprojecten en voor het tussenliggende gebied een gezamenlijke ambitie voor de ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid vaststellen. De internationale inbedding in onder andere MONT-verband. Het opstellen van een integrale visie op de bereikbaarheid van de Innovatiedriehoek. Daarbij moet het om het totale pakket aan infrastructurele maatregelen gaan; dus zowel wegen als OV. Door de programmatische aanpak zullen de individuele projecten versterkt worden. Dit wordt mede bereikt door consequente keuzes maken. De faciliteiten moeten daar worden ontwikkeld waar ze de grootste waarde toevoegen aan het profiel van het gebied. Dit houdt bijvoorbeeld in dat faciliteiten voor congressen en hospitality worden gerealiseerd in Hart van Zuid en niet bij luchthaven Twente of Kennispark Twente. De Innovatiedriehoek is van belang voor de hele regio Twente. Het is het kerngebied waar Regio Twente op inzet voor de ontwikkeling van haar innovatieve kenniseconomie. Dit betekent niet dat de innovatieve bedrijvigheid exclusief aan de Innovatiedriehoek is
42
toebedeeld. Maar het is wel het gebied waar de innovatieve kracht zit en verder versterkt wordt; het werkt als katalysator voor de kenniseconomie. De Innovatiedriehoek hangt onlosmakelijk samen met het bieden van een aantrekkelijke groene leefomgeving, met een goed woonaanbod in de directe nabijheid van interessante (grootstedelijke) voorzieningen. De bedrijven en hun werknemers willen immers naast een goed vestigingsmilieu voor het bedrijf ook een aantrekkelijke woon- en leefomgeving voor de werknemers. En dat biedt Twente. Het is dan ook voor de Innovatiedriehoek van belang dat het ‘hele pakket van Twente’ klopt en versterkt wordt. Het creëren van een aantrekkelijk woonaanbod, het versterken van de groene leefomgeving door onder andere ‘De Groene Poort’ en het bieden van aantrekkelijke toeristische en recreatieve voorzieningen zijn ook versterkend voor de Innovatiedriehoek.
Bedrijventerrein Op de kaart is op globale wijze de afbakening van het luchthavengebied aan de noordzijde van het gebied weergegeven. Binnen dit luchthavengebied vindt de inpassing plaats van de start- en landingsbaan, met de bijbehorende luchthavenprogramma’s als terminal, vrachtloods en brandweer. Het biedt ook ruimte voor de inpassing van de opstelplatformen voor vliegtuigen. Voor de direct daaraan grenzende platformgebonden en luchthavengerelateerde bedrijvigheid met een netto bebouwing van 20 ha en parkeergelegenheid, is een bruto gebied van 60 ha aangegeven. De parkeervoorzieningen (ca. 6.000 plaatsen, ruimtebeslag ca. 15 – 16,2 ha), passende bij een luchthavenontwikkeling voor 1,2 miljoen passagiers, zijn gesitueerd in de nabijheid van de terminal en direct ontsloten vanaf de hoofdverbindingsweg. De ruime gebiedsaanduiding biedt mogelijkheden voor een zorgvuldige landschappelijke inpassing, rekening houdend met de Twentse schaal en kwaliteiten. Gezien het specifieke karakter van dit type bedrijvigheid (luchthavengebonden) is de SER-ladder in die zin doorlopen dat aannemelijk is dat hiervoor in de omgeving geen andere of bestaande locaties gevonden kunnen worden.
Leisure Aansluitend aan de luchthavengebonden bedrijvigheid is op de plankaart een gebied gearceerd, dat als overgangsgebied wordt aangeduid en waar in de flank van de luchthaven ondersteunende functies als
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
parkeren en kleinschalige leisure een plek kunnen krijgen. Tot die laatste categorie worden functies gerekend die qua aard, ligging en uiterlijke verschijningsvorm en situering opgaan in en passen bij de Twentse
schaal en gebiedskenmerken. Nadrukkelijk gaat het hier niet om functies die concurrerend zijn met bestaande of te ontwikkelen (binnen)stedelijke functies.
Referentiebeeld leisure
Dit onderdeel van de ruimtelijke visie ligt voor een klein deel binnen de begrenzing van de Nationaal Landschap Noordoost Twente (NOT). De begrenzing is toentertijd getrokken op basis van de gemeentegrens en niet tot stand gekomen op basis van de te onderscheiden gebiedskenmerken. Het betreffen hier voornamelijk een paar maïsakkers. Het betrokken gebied is ruimtelijk van belang gezien de totale samenhang van het plangebied en de noodzakelijke ontsluiting. Deze feiten en omstandigheden rechtvaardigen de gekozen planontwikkeling binnen het NOT. Bezien zal worden of te zijner tijd de begrenzing nog moet worden aangepast.
Werkgelegenheidseffecten De werkgelegenheidseffecten van een luchthaven met 1,2 miljoen passagiers zijn omvangrijk. In totaal ontstaan er ongeveer 3.300 – 3.400 arbeidsplaatsen waarvan er naar verwachting tussen de 2.600 en 2.700 in Twente komen. Overeenkomstig de eerder geschetste uitgangspunten is hierbij geen rekening gehouden met grootschalige leisurefuncties op het luchthaventerrein. Deze getallen zijn gebaseerd op de volgende werkgelegenheidsberekeningen. Verwacht wordt dat het luchthavenbedrijf zelf werk geeft aan ca. 1.000 directe arbeidsplaatsen (op het luchthaventerrein aan de noordzijde). Binnen het ruimere gebied van de totale gebiedsontwikkeling luchthaven Twente komen er naar verwachting nog eens ongeveer 1.000 -1.100
directe arbeidsplaatsen. Daarnaast komen er naar verwachting 1.300 indirecte arbeidsplaatsen tot ontwikkeling. Samen komt dat uit op ongeveer 3.300 tot 3.400. De genoemde circa 1.000 directe arbeidsplaatsen op het luchthaventerrein komen uiteraard in Twente. Ook de andere directe arbeidsplaatsen slaan natuurlijk in Twente neer. Van de 1.300 indirecte arbeidsplaatsen komt naar verwachting ongeveer de helft in Twente terecht. In totaal dus ongeveer 2.600 tot 2.700. In de aannames bij de in december gepresenteerde structuurvisie waren deze totaalcijfers ongeveer 100 hoger. Het verschil wordt verklaard door het schrappen van de grootschalige leisure. De werkgelegenheid in deze voorziening was geraamd op ongeveer 400 arbeidsplaatsen. Als deze ruimte wordt benut voor leisure die past bij de Twentse schaal en/of ondersteunende luchthavenfuncties, levert dat een werkgelegenheid van ongeveer 300 op. Er worden zowel nieuwe banen aan de onderkant van de arbeidsmarkt als nieuwe banen aan de bovenkant van de arbeidsmarkt gecreëerd. Hierdoor kunnen er mensen uit een uitkeringssituatie worden geholpen en wordt bovendien een bijdrage geleverd aan het vasthouden en aantrekken van middelbaar en hoger opgeleiden. Voor een luchthaven geldt dat de verhouding bruto-netto werkgelegenheid gunstiger uitpakt dan voor een andere programmatische invulling van het gebied, omdat een luchthaven veel minder verdringing en verplaatsing van werkgelegenheid zal veroorzaken binnen Twente en Overijssel. Er zijn immers geen andere
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
43
arbeidsplaatsen op een luchthaven elders in de provincie en eveneens is er geen platform- of luchthavengebonden bedrijvigheid.
Conclusie De ontwikkeling van de luchthaven Twente levert een belangrijke bijdrage aan de regionale werkgelegenheid en de ontwikkeling van de bedrijvigheid. De ontwikkeling vormt een essentieel onderdeel van de innovatiedriehoek. Zij versterkt daarmee de ontwikkelingsmogelijkheden voor grootstedelijke voorzieningen en innovatieve bedrijvigheid. De aansluitende gebiedsontwikkeling geeft een extra impuls aan een goed woon-, leef- en werkklimaat voor de gehele regio.
44
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
7
Landelijk wonen en werken
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
45
Centrale ambitie: De centrale beleidsambitie voor de ontwikkeling van landelijk wonen en werken geeft invulling aan het principe van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik en biedt ruimte voor een wervend woon-, werk- en leefklimaat. Behoud en ontwikkeling van de gebiedskenmerken en onder andere cultuurhistorische waarden staan daarbij centraal.
Op diverse plekken rond de voormalige vliegbasis is in de loop van de tijd bebouwing ontstaan ten dienste van de militaire functie van het vliegveld. Het gaat niet alleen om bebouwing die direct gerelateerd is aan de luchtvaartfunctie zoals een terminal, een verkeerstoren, een brandweerkazerne, hangars en shelters, maar ook om bedrijfswoningen, legeringsgebouwen, kantoren, opleidingsfaciliteiten en sportfaciliteiten. De bebouwing is deels karakteristiek en zelfs van monumentale waarde en daarom het behouden waard. Er is ook sprake van bebouwingspatronen die een bepaalde cultuurhistorische waarde hebben omdat ze de geschiedenis van de luchthaven laten zien. Voor deze bebouwing is het van belang dat daarvoor een nieuwe, passende functie wordt gezocht die het mogelijk maakt om deze cultuurhistorische waarden te behouden en waar mogelijk te versterken. Deze nieuwe functies hebben ook betekenis voor de financiële uitvoerbaarheid van de gebiedsontwikkeling. Het provinciale beleid laat ook ruimte voor het toevoegen van nieuwe bebouwing
46
(nieuw rood), onder de voorwaarde dat dit in verhouding moet staan tot de extra investeringen die in het gebied worden gedaan in ruimtelijke kwaliteit. Deze ontwikkelingsruimte is in de Omgevingsvisie geïntroduceerd onder de noemer ‘Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving’. De regeling van de kwaliteitsimpuls doet een beroep op de creativiteit van gemeenten en initiatiefnemers om te zoeken naar mogelijkheden om de ruimtelijke kwaliteit van de omgeving een forse impuls te geven, binnen de randvoorwaarden die de provincie daarvoor stelt vanuit de gebiedskenmerken. De opgenomen toevoeging van woningen valt binnen de aantallen die de gemeentelijke woonvisie geeft voor toevoeging in het suburbane milieu. Het merendeel van de toe te voegen woningen, namelijk die van het Zuidkamp, maakten al deel uit van de gemeentelijke plannen voor ’t Vaneker. Deze zijn al langere tijd verankerd in het gemeentelijk beleid. In het gebied zijn op diverse plekken bebouwingsconcentraties aanwezig waarvoor inmiddels verkenningen zijn gedaan naar mogelijke nieuwe functies of mogelijkheden voor verdichtingen met behoud en versterking van karakteristieke bebouwing en structuren.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Overzichtskaart locaties
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
47
7.1
Zuidkamp
Het deelgebied Zuidkamp is ongeveer 45 ha groot, waarvan Defensie 4 tot 5 ha in eigendom houdt voor militaire doeleinden. In het gebied is relatief veel bebouwing aanwezig, waaronder diverse monumentale panden. Het deelgebied vormt de kern van het nieuw te realiseren woongebied ‘t Vaneker. Dit nieuwe woongebied, waar een zeer hoogwaardig woonmilieu wordt gecreëerd, krijgt een extensief karakter met grote kavels die particulier ontwikkeld worden. In het Zuidkamp wordt hierop aangesloten met een gedifferentieerd aanbod in de top van de markt. Het behoud van inpasbare cultuurhistorische waarden en het hoogwaardige landschap vormen belangrijke randvoorwaarden. De Zuidkampweg vormt een centrale as die een eigen karakter heeft door de monumentale panden die daaraan staan. Deze panden krijgen een woonfunctie of een daarbij passende functie die de instandhouding bevorderd. De mogelijkheden om te verdichten zouden gezocht kunnen worden in het realiseren van clusters woningen in de vorm van knooperven of complexen met een gemeenschappelijke buitenruimte. Daarnaast worden de open plekken in het gebied ingevuld met hoogwaardige extensieve bebouwing. Het deelgebied ligt nu al buiten de huidige geluidscontour rond de luchthaven. Verkenningen laten zien dat er ruimte is voor het toevoegen van ongeveer 150 woningen.
7.2
Prins Bernhardkamp
Dit deelgebied was in vroegere tijden de plek waar de officieren verbleven. Een restant daarvan is de officiersmess die hier nog staat. Op dit moment staan er nog 4 woningen, maar in het verleden was hier meer bebouwing aanwezig. Het patroon kan hersteld worden door het toevoegen van enkele nieuwe woningen. Voor de bestaande officiersmess wordt gezocht naar een passende nieuwe invulling. Het gebied kan goed ontsloten worden via de Deventerstraat naar de Oldenzaalsestraat. Het deelgebied valt buiten de huidige geluidscontour rond de luchthaven. Verkenningen gaan uit van het toevoegen van ongeveer 15 woningen en het realiseren van een horecavoorziening.
48
7.3
Overmaat
In dit deelgebied is in een kantoorvilla het projectkantoor van Domeinen gevestigd. Het gebied kan goed ontsloten worden van de Weerseloseweg. Er staan voormalige bunkers die de verschijningsvorm van woningen hebben en nu als zodanig worden gebruikt. Het karakter van de villa die oorspronkelijk in een parkachtige setting met vijverpartijen is gebouwd, kan versterkt worden door de huidige aanbouwen te vervangen door bebouwing in de vorm van flankerende bebouwing.
7.4
Oostkamp-Oost
In dit deelgebied zijn bunkers aanwezig die op dit moment worden gebruikt voor het rijpen van kazen en hammen en dergelijke. De bunkers hebben een karakteristieke verschijningsvorm die gehandhaafd zou moeten worden. Als toekomstige functie wordt gedacht aan innovatieve bedrijvigheid en toeristisch-recreatieve functies in het verlengde van de huidige raffinage-functie. Een belangrijke voorwaarde is dat de groene setting gehandhaafd blijft en de natuurlijke kwaliteiten in het gebied middels het bestemmingsplan een adequate, op de kwaliteiten afgestemde bestemming krijgen. Daaruit vloeit voort dat de bebouwing slechts beperkt uitgebreid kan worden. Een aanduiding als EHS is dan, in tegenstelling tot het besluit van de gemeenteraad van Enschede, niet opportuun, omdat binnen de EHS het beleid gericht is op inrichting ten behoeve van de natuur en daarbinnen geen op de natuurdoelen geënte ontwikkelingen zijn toegestaan.
7.5
Oostkamp-West
In dit deelgebied is bebouwing aanwezig die zeer uiteenloopt qua aard en schaal. Zo staat hier een enorme hal (H-11) die zich in principe leent voor grootschalige nieuwe functies zoals een hippisch centrum/manege, sportaccommodatie of evenementengebouw. Er staan langs een centrale as verder diverse gebouwen die op dit moment al een (tijdelijke) bedrijfsfunctie hebben en die in de toekomst ook een bedrijfsbestemming zouden kunnen krijgen. Er lijken beperkt verdichtingsmogelijkheden te zijn in de vorm van bedrijfsgebouwen. Het gebied is goed te ont-
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
sluiten vanaf de Oldenzaalsestraat via de Oude Deventerweg.
7.6
De strip
In dit deelgebied staan diverse gebouwen die in het verleden een functie hadden voor de militaire basis, zoals een verkeerstoren, een brandweerkazerne, shelters en andere bedrijfsgebouwen. Het zal enige creativiteit vergen om voor de aanwezige bebouwing een passende nieuwe functie te vinden. Gelet op de wens om aan de west- en de oostkant groene en blauwe verbindingen te realiseren, is er alleen in het middengebied in principe ruimte voor verdichtingen. De verkenningen die tot dusver zijn verricht komen uit op het realiseren van lichte bedrijvigheid, gezondheidsvoorzieningen (medical park) en enkele woningen op ruime kavels. Daarbij wordt uitgegaan van het toevoegen van ongeveer 10.000 m2 bedrijfsvloeroppervlak.
7.7
Taxibaan
Dit deelgebied wordt gekarakteriseerd door openheid in de vorm van lange zichtlijnen. In eerste instantie is voor dit deelgebied gedacht aan landbouwontwikkelingen. In latere verkenningen is dit omgezet naar het realiseren van zogeheten ‘paardenwoningen’. Daarbij geven (gemeenschappelijke) paardenweiden invulling aan de zone die open gehouden zou moeten worden en de woningen zorgen voor begeleiding van de zichtlijnen. Het deelgebied komt buiten de toekomstige geluidscontour te liggen. In de zuidwesthoek van de taxibaan kan op het parkeerterrein van het voormalige zwembad ruimte gevonden worden voor enkele woningen. Binnen het plangebied is ook ruimte voor de ontwikkeling van een nieuw landgoed. Hiervoor gelden de algemene kaders die zijn opgenomen in het geldende beleid voor nieuwe landgoederen dat opgaat in de Kwaliteitsimpuls Groene Omgeving (openstelling en inrichting).
Conclusie De voorgestane ontwikkelingen ten aanzien van landelijk wonen en werken geven een positieve impuls aan behoud en versterking van het Twentse landschap en zijn aanvullend voor de ontwikkeling van de luchthaven.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
49
8
50
Mobiliteit
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: Een vlotte en veilige reis over weg, spoor en per fiets van en naar luchthaven Twente en omgeving.
Goede verbindingen zijn van essentieel belang voor de economische groei en de gebiedsontwikkeling van het plangebied. De gewenste bereikbaarheid wordt onderscheiden in de bereikbaarheid van stedelijke functies met het accent op de ontsluiting en de bereikbaarheid van het buitengebied met het accent op de groene omgeving. Op deze manier wordt het
8.1
Strategische ligging
In de directe omgeving van het plangebied
contrast in stand gehouden tussen het dynamische noordelijke deel en het luwe zuidelijke deel van het plangebied. Verplaatsingen van deur tot deur bestaan steeds meer uit verschillende vervoerswijzen. Goede overstapmogelijkheden tussen weg, openbaar vervoer, per vliegtuig of fiets zijn daarom van belang voor de bereikbaarheid van en naar het plangebied. Wervende alternatieven per openbaar vervoer en de fiets beperken bovendien de negatieve effecten van mobiliteit.
is de verdere ontwikkeling van de Innovatiedriehoek (en de A-1 zone) van groot belang. Het gaat om de samenhang en ontwikkeling van het Kennispark Twente, Hart van Zuid/Centraal Station Twente en de gebiedsontwikkeling
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
51
luchthaven Twente e.o. (van nationale betekenis). Deze opgaven vragen om een daarop toegesne-den ontsluitingsstructuur. Het plangebied is strategisch gelegen langs de hoofdinfra-structuur voor autoverkeer en openbaar vervoer. De Berlijnlijn verbindt treinreizi-gers vanuit de Randstad via Overijssel met Duitsland, en de A1 (120 km/uur) verbindt het wegverkeer vanuit de Randstad en Gelderland via Overijssel naar Duitsland. Op beide hoogwaardige verbindingen heeft doorstroming prioriteit voor een optimale bereikbaarheid van de omgeving. De ontsluiting van de luchthaven is gericht op een hoogwaardige aansluiting op beide (inter)nationale hoofdverbindingen voor weg en spoor. Drie gebiedsontsluitingswegen (80 km/uur) verbinden kernen, bedrijventerreinen en gebieden met bovenlokale verkeersbewegingen in en rond het plangebied met de hoofdinfrastructuur: aan de noordzijde verbindt de Hengelosestraat (N342) het plangebied met de A1 zone; aan de westzijde ontsluit de Vliegveldstraat-Weerseloseweg (N737) Enschede-Noord; aan de oostzijde verbindt de Oldenzaalsestraat (N733) Lonneker en Enschede-West. Deze wegen met een doorgaande verkeersfunctie voegen zich naar het landschap en zijn van provinciaal belang voor het verbindende openbaar vervoernetwerk met vlotte en frequente busverbindingen naar de stedelijke centra, en voor het kwaliteitsnetwerk goederenvervoer naar bedrijventerreinen van (regionaal) niveau. Het gebied aan de zuidzijde van het voormalige vliegveld wordt ontsloten met vier lanen die aantakken op de oostelijke en westelijke gebiedsontsluitingswegen. Het gaat om de Oude Deventerweg, de Snellenweg, de Vergertweg, de Vliegveldstraat en de doorgaande Braakweg.
8.2
Verkeersontwikkeling
De autonome verkeersontwikkeling leidt in de toekomst tot bereikbaarheidsproblemen op de drie gebiedsontsluitingswegen van en naar het plangebied. Ook zonder gebiedsontwikkeling zijn (kruispunt)maatregelen nodig voor een vlotte verkeersafwikkeling. De
52
mobiliteitseffecten van luchthaven en gebiedsontwikkeling komen hier bij, zo blijkt uit een verkeerskundige verken-ning. De berekeningen maken gebruik van het ‘Regionaal Verkeersmodel 2004, update 2006’ waarin ook de mobiliteitseffecten van overige geplande regionale ontwikkelingen zijn opge-nomen. De Vliegveldstraat (N737) ontsluit het dynamische noordelijke plangebied, terwijl de Oldenzaalsestraat (N733) het verkeersluwe gebied ten zuiden van de start- en landingsbaan ontsluit. Doorgaande routes voor fietsverkeer verbinden beide gebieden. Uitwisseling van autoverkeer is niet mogelijk, om functiemenging en ongewenst doorgaand verkeer te voorkomen. Het wegvak Vliegveldstraat – Weerselosestraat (N737) is de hoofdroute naar het noordelijke plangebied met de luchthaven en daaraan verbonden functies. Dit wegvak is daarom bepalend voor de verkeersafwikkeling van dit gedeelte. Bij ontwikkeling van het plangebied is voorzien in een aantal infrastructurele aanpassingen van het wegvak en de kruispunten om stapsgewijs de capaciteit en doorstroming te verbeteren. Volgens de eerder genoemde verkenning kunnen deze maatregelen de mobiliteitstoename van het dynamische, noordelijke plangebied goed verwerken. Het streefbeeld met deze aanvullende verkeersmaatregelen verbetert de doorstroming aanzienlijk, vergeleken met de autonome ontwikkeling in de huidige verkeerssituatie zonder aanvullende maatregelen.
8.3
Autoverkeer
Goede bereikbaarheid van de luchthaven en overige functies door een adequate noordelijke ontsluiting is van essentieel belang voor de gewenste economische ontwikkeling. De verkeersintensieve functies worden aan de noordzijde van het plangebied ontsloten over de Vliegveldstraat (N737). Het streven is deze hoogwaardige hoofdontsluiting op termijn direct aan te sluiten op de A1. In eerste instantie wordt gebruik gemaakt van de huidige aansluiting bij Hengelo Noord. Onder verantwoordelijkheid van de regio Twente wordt een visie op de bereikbaarheid ontwikkeld (voor OV en wegbereikbaarheid) inclusief heldere keuzes en oplossingsrichtingen. Dit vormt een belangrijke bouwsteen voor de in het kader van de A1 zone te maken integrale afweging. Een en ander gericht op het maken van een keus voor een passende aansluiting op de A1 op langere termijn. Bij de in dat kader te maken afwegingen zullen onder meer ook
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
betrokken worden een aantal andere regionale ontwikkelingen, zoals de ontsluiting van het Kennispark (UT), de Noorderval Enschede, de ontsluiting van Hengelo-Noord en de alternatieve route van Almelo richting Duitsland waarbij de zone rondom knooppunt Buren bij calamiteiten omzeild kan worden. De extensieve programma’s gericht op kwaliteit van landschap en verblijf in het zuidoosten van het plangebied worden ontsloten vanaf de Oldenzaalsestraat (N733) en de Oude Deventerweg. Op het terrein van het vliegveld rijgt een ringweg rond de start- en landingsbaan alle vliegveldfuncties aaneen. Taxibanen verbinden start- en landingsbaan met hangars en de huidige terminal. Een stelsel van oprijlanen ontsluit het plangebied voor autoverkeer. Deze oprijlanen voegen zich zoveel mogelijk naar de bestaande wegenstructuur. De lanen zijn onderling niet verbonden, om doorgaand verkeer in het zuidoosten tegen te gaan. De centrale oprijlaan ten noordwesten van de landingsbaan verbindt de Vliegveldstraat (N737) met de noordkant van het plangebied. In het streefbeeld heeft deze parkachtige oprijlaan een profiel van ongelijkvloerse aansluitingen met het spoor, een parallelweg en zonodig twee maal twee rijstroken met een groene middenberm. Het huidige profiel van de Vliegveldstraat (N737) wordt stapsgewijs aangepast en afgestemd op de intensiteiten en de beoogde functie van hoofdontsluiting. Het streefbeeld kan op termijn de verwachte verkeersdruk goed verwerken. Naast deze oprijlaan is geen nieuwe doorgaande infrastructuur nodig. Zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik is op deze manier in lijn gebracht met de gewenste bereikbaarheidskwaliteit voor de stedelijke functies en het buitengebied, met een accent op de groene omgeving. Naast de hoofdontsluiting via de Vliegveldstraat (N737) wordt noodzaak, route en vormgeving van een extra calamiteitenroute onderzocht. Deze route verbindt de noordelijk gelegen bezoekersintensieve functies over het onderliggende wegennet met de aansluiting van de A1 met de Oldenzaalsestraat (N733). De calamiteitenroute krijgt voor het overige verkeer geen doorgaande functie. Het Prins Bernhardpark, Oostkamp, de vliegveldstrips bij de voormalige verkeerstoren en de paardenwoonwijk sluiten met een stelsel van vertakkende
lanen aan via de Oude Deventerweg op de Oldenzaalsestraat (N733). Deze lanen voeren (grotendeels) over voormalige taxibanen en de ringweg. De woonenclaves Zuidkamp en kamp Overmaat kunnen binnen het huidige profiel goed worden ontsloten met de Braakweg en Vargershuizenweg. De centraal gelegen Zuidkampweg wordt een hoogwaardig ingerichte autoluwe/-vrije as midden door het parkachtige woongebied, afgestemd op de bestaande ringvormige ontsluitingsstructuur voor autoverkeer. De locatie van Defensie, ten zuiden van de voormalige vliegveldbasis, blijft ontsloten over de Lonnekerveldweg. Voor parkeren is in de plannen voldoende ruimte gereserveerd. Bij de luchthaven is voorzien in een regime van betaald parkeren voor hoogwaardige en veilige parkeervoorzieningen. Het versterkt bovendien de aantrekkelijkheid van alternatieve vervoerswijzen van en naar het vliegveld.
8.4
Openbaar vervoer
Met snelle, frequente, duurzame, betrouwbare en comfortabele verbindingen vormt het openbaar vervoer een alternatief voor de auto. Vooral op lange afstanden is de trein kansrijk met goede overstapvoorzieningen en een hoogwaardig voor- en natransport. Samen met vervoerders en gemeenten wordt gestreefd naar een hoogwaardige verbinding van de luchthaven en overige functies, met de hoofdinfrastructuur voor het openbaar vervoer naar het stedelijke centrum van Enschede en naar Hengelo, als centraal hoofdstation langs de Berlijnlijn. Voor deze verbindingen is het streven een bereikbaarheidskwaliteit van minimaal twee intercity- en stoptreinen per uur. Hart van Zuid /CS Twente vormt in dit verband het OVknooppunt. In samenhang met de ontwikkeling van de A1-zone en de OV-visie van de regio Twente is dicht bij de aansluiting met de A1 en het plangebied te zijner tijd een extra voorstadhalte mogelijk met (recreatieve) P+Rvoorziening en OV-fiets(kluis)concepten. De stedelijke busnetwerken zijn cruciaal voor het aansluiten van het stationsgebied en hoogstedelijke functies op luchthaven en overige functies. Bij de inrichting van de ontsluitingsstructuur streven wij naar een hoogwaardige vormgeving met een goede doorstroming voor verbindende buslijnen van en naar de stedelijke netwerken, inclusief goede aansluiting op het fietsnetwerk en veilige stallingvoorzieningen voor de fiets.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
53
8.5
Fiets
Locaties met veel herkomst en bestemmingen sluiten met hoogwaardige fietspaden aan op de (knooppunten) van de infrastructuur. Deze vlotte en veilige fietspaden zijn comfortabel en hebben waar mogelijk voorrang. Langs de Vliegveldstraat-Weerseloseweg (N737) verbindt een hoogwaardig en vrijliggend fietspad het plangebied met de omgeving. De kansen voor OV-fiets(kluis)concepten nemen toe bij de ontwikkeling van een voorstadhalte in de A1-zone. Wegen met een verkeersfunctie worden waar nodig voorzien van vlotte en veilige fietsvoorzieningen. De uitvoeringsvorm, fietsstrook of vrijliggend fietspad, wordt afgestemd op de intensiteiten van het autoverkeer, bijvoorbeeld langs de Oude Deventerweg. Een fijnmazig en open netwerk van langzame verkeersroutes creëert nieuwe mogelijkheden voor utilitair en recreatief gebruik. Met een aantal strategisch gekozen nieuwe verbindingen wordt het
54
bereik van (recreatieve) fietsroutes aanzienlijk vergroot en is het gebied aan alle kanten goed verankerd in het regionale fietsroutenetwerk. De geïsoleerde ligging van het zuidelijke plangebied wordt hiermee doorbroken. Het samenhangende routenetwerk draagt bij aan de ambitie om de kwaliteit en het aandeel van het (recreatieve) fietsverkeer te vergroten. Een goed gekozen en hoogwaardige ontsluiting voor autoverkeer voorkomt ongewenst en onnodig doorgaand verkeer in de luwe delen van het plangebied. In deze gebieden krijgen langzaam verkeersroutes een hoge bereikbaarheidskwaliteit: het zuidoosten wordt ontsloten door hergebruik van voormalige taxibanen en delen van weginfrastructuur. Vanuit Zuidkamp ontstaan twee routes naar de Lonnekerberg. Vanaf de Lonnekerberg wordt het mogelijk in zuidwestelijke richting langs het vliegveld naar de Weerseloseweg te fietsen. Aan de noordzijde worden de Seringenberg of ‘spottershill’ verbonden met de omgeving van Oldenzaal. Aan de zuidzijde verbindt een fiets- en voetpad tussen de oprijlaan en de Oude Postweg het vliegveld en Oldenzaal en omgeving. Deze fietsroutes verbinden de nieuwbouw aan de zuidzijde eveneens met het centrum van Enschede en vice versa.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
8.6
Inpassing
De ontsluitingsstructuur is afgestemd op het ruimtegebruik in de dynamische en luwe delen van het plangebied. De ontsluiting voegt zich zoveel mogelijk naar bestaande wegen voor een zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik en het minimaliseren van extra infrastructuur door groene gebieden. Bij de uitwerking van ligging, dimensionering en inpassing van de ontsluitingsstructuur wordt dit ingezet met specifieke aandacht voor de Ecologische Hoofdstructuur en robuuste ecologische verbindingszone door het plangebied. Met de inpassing van infrastructuur willen we de ruimtelijke kwaliteit versterken, in het bijzonder bij de stads- en dorpsranden. Aandachtspunt daarbij is het in stand houden en verbeteren van kruisingen met fiets- en wandelroutes. Het streven naar samenhang tussen weg en omgeving wordt bij de inpassing verbonden aan de gebiedskenmerken en de principes van Duurzaam veilig en kosteneffectiviteit.
Conclusie Het is essentieel dat de nieuwe burgerluchthaven en overige functies zowel via het openbaar vervoer als per auto goed bereikbaar zijn. Wat betreft het openbaar vervoer zal dat nog verder worden ingevuld in samenwerking met de regio Twente en de gemeenten Hengelo en Enschede. Voor een hoogwaardige ontsluiting van de noordkant van het plangebied moet de capaciteit en de doorstroming van de huidige Vliegveldstraat (N737) worden verbeterd. Onder verantwoordelijkheid van de regio Twente wordt een visie op de bereikbaarheid ontwikkeld (voor OV en wegbereikbaarheid) inclusief heldere keuzes en oplossingsrichtingen. Dit vormt een belangrijke bouwsteen voor de in het kader van de A1 zone te maken integrale afweging. Een en ander gericht op het maken van een keus voor een passende aansluiting op de A1 op langere termijn De ontwikkeling van een voorstadhalte en P+R- voorziening wordt te zijner tijd niet uitgesloten. Uit het oogpunt van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik wordt eerst onderzocht in hoeverre de bestaande infrastructuur kan worden benut c.q. geoptimaliseerd, om zo stapsgewijs aan te kunnen haken bij de hoofdinfrastructuur zoals die in de Omgevingsvisie wordt onderscheiden. Hoe dan ook zullen we de ingrepen tot het hoogst noodzakelijke beperken. Nieuwe doorgaande wegen zijn niet nodig. Hierbij realiseren we ons dat een goede bereikbaarheid van de luchthaven van grote betekenis is voor de exploitatie van de luchthaven. Bij de dimensionering en inpassing van de infrastructuur spelen ook de gebiedskenmerken weer een belangrijke rol. Daarnaast zal in dat kader zoveel mogelijk worden gezocht naar koppelingen met andere doelstellingen. Het combineren van infrastructuur met de realisatie van verbindingen in de EHS of het fietsroutenetwerk zijn hier goede voorbeelden van.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
55
9
56
Milieu, geluid, bodem en duurzaamheid
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: De centrale beleidsambitie voor het gebied is om het woon- en leefklimaat voor mens, plant en dier een impuls te geven.
9.1
Bodemaspecten
In het voorjaar van 2008 is door de gemeente voor de vliegbasis de bodemkwaliteit in kaart gebracht. De grond onder het terrein van de vliegbasis bevat verontreinigingen, zowel vanwege munitie als vanwege stoffen die naar de bodem zijn gelekt of gestort. De algemene bodemkwaliteit van het terrein rondom de vliegbasis kan worden omschreven als een diffuus verontreinigd gebied, waarbij de concentraties voor de bodemgebruikfunctie ‘industrie’ plaatselijk worden overschreden. De verontreinigende parameters betreffen onder andere PAK en in mindere mate zware metalen. Bomkraters zijn in het verleden veelal opgevuld met divers materiaal zoals puin en ander afval. Daarnaast zijn er ook nog oude funderingen aanwezig bij de luchthaven. Volgens informatie van de gemeente Enschede zijn alle gevallen van ernstige verontreiniging op de vliegbasis in kaart gebracht. Voor deze gevallen geldt een saneringsplicht, die onder de verantwoordelijkheid van het Ministerie van Defensie valt. Voor het gehele terrein geldt dat Defensie zorg draagt voor sanering tot ten minste het niveau ‘industrie’ (= huidig gebruik). Daarmee wordt het gebied gedeeltelijk geschikt voor de toekomstige inrichting. Welke saneringsmaatregelen verder nodig zijn (met het oog op gevoeliger functies in het noordelijk deel van het gebied en om de functie natuurontwikkeling en beekherstel te kunnen realiseren) is nog onderwerp van gesprek. In het zuidoostelijke deel van het gebied, waar de uitbreiding van de EHS en beekherstel zijn geprojecteerd, wordt uitgegaan van een gedifferentieerde sanering. In die delen waar beken worden hersteld of opnieuw gegraven, zal sanering plaatsvinden tot ‘Achtergrondwaarde’. Overige delen
worden gesaneerd tot de maximale waarde voor industrie, voor zover die waarde wordt overschreden en de beoogde functie niet wordt belemmerd. In die delen van het noordwestelijke deel, waar vanwege de beoogde functies (openbaar groen, speelvoorzieningen) niet kan worden volstaan met het niveau maximale waarde ‘industrie’, zal sanering tot het niveau ‘wonen’ plaatsvinden. De locatie Zuidkamp zal worden gesaneerd tot het functieniveau ‘wonen’. Over de explosievenopruiming zijn nadere afspraken gemaakt met het Rijk.
9.2
Geluidsruimte en geluidscontour
De directe omgeving van de luchthaven is relatief extensief bebouwd. Dit betekent dat er betrekkelijk weinig omwonenden zijn die gehinderd zouden kunnen worden door vliegtuiglawaai. De grootste problemen doen zich voor in de wijk Berghuizen in Oldenzaal. Het provinciaal beleid is erop gericht in een zone rond de luchthaven toename van geluidsgevoelige functies te voorkomen. Dit is zowel in het belang van de luchthavenontwikkeling als in het belang van welzijn en gezondheid van (toekomstige) bewoners. De vergunde militaire geluidscontour voor 35 Ke beslaat een oppervlak van 38,71 km2. Grote delen van Oldenzaal en de randen van Hengelo worden op dit moment door deze contour in hun ontwikkelingsmogelijkheden beperkt. Bij de herstart van Twente als burgerluchthaven kan dit oppervlak aanzienlijk worden teruggebracht. Naar verwachting zal de groei van passagiers die via de luchthaven Twente zullen reizen jaarlijks toenemen, tot ca. 1,2 miljoen passagiers in 2030. Een onzekere factor bij het bepalen van de nieuwe geluidscontour is dat gelet op de Luchtvaartnota vooralsnog rekening gehouden moet worden met een beperkt militair medegebruik. De aard en omvang daarvan zijn niet bekend. We zijn bereid een bijdrage te leveren aan de Alders-tafel - zoals eventuele capaciteitsopvang voor Schiphol en/of militair medegebruik - mits dit enerzijds de exploiteerbaarheid van de
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
57
luchthaven vergroot en anderzijds het beoogde economische effect niet in de weg zit. Waar de geluidsruimte van 8 km2 wordt overschreden, zal de betekenis van de capaciteitsomvang Schiphol of militair medegebruik, voor de economische effecten en exploiteerbaarheid in relatie tot die extra geluidsruimte opnieuw worden gewogen. Het militair medegebruik zal dus het economisch effect niet in de weg mogen staan en niet leiden tot een structurele overschrijding van de geluidzonering. Uit berekeningen blijkt dat een contour van 56 dB(A) Lden, die voor dit voorziene luchthavengebruik rondom de start- en landingsbaan wordt vastgelegd, een oppervlakte kan beslaan van ca. 8 km2. Dit gebied wordt wel aangeduid als het beperkingengebied, waarbinnen
nieuwbouw van woningen en bebouwing voor andere geluidsgevoelige functies als regel niet is toegestaan (behoudens uitzonderingen). Deze geluidscontour zal te zijner tijd op basis van aanvullend onderzoek en van een besluit-MER worden vastgelegd in het Luchthavenbesluit. Voor het nemen van dat besluit is de minister van Verkeer en Waterstaat verantwoordelijk. In het Luchthavenbesluit zal ook een contour van 48 dB(A) Lden worden aangegeven. Deze contour geeft de buitengrens van het zogenaamde afwegingsgebied waarbinnen per project of initiatief moet worden nagegaan of dit zich redelijkerwijs verdraagt met de luchthavenontwikkeling, in het bijzonder vanuit oogpunt van geluid en veiligheid. 48 dB(A)contour
afwegingsgebied
buffer omvat 10,6 km2
Start- en landingsbaan
56 dB(A)-contour, omvat 8 km2, beperkingengebied
De provincie vindt het vanwege de belangen van welzijn en volksgezondheid hoogst onwenselijk wanneer zich direct buiten de contour van 56 dB(A) Lden nieuwe geluidsgevoelige functies zouden ontwikkelen. Daarom wordt rekening gehouden met een buffer binnen het afwegingsgebied met een oppervlakte van 10,6 km2, waarbinnen wij nieuwbouw van woningen en andere geluidgevoelige functies als scholen, ziekenhuizen en verpleeginrichtingen niet mogelijk achten. Van de betreffende gemeenten wordt gevraagd om daarmee in hun beleid rekening te houden. Afhankelijk van de besluiten die het Rijk neemt over de geluidscontour van de luchthaven, zullen
58
wij zo nodig adequate stappen nemen om deze contour en in het bijzonder de 10,6 km2-buffer in de provinciale verordening te verankeren. Op onderstaande kaart is de 8 km2- en de 10,6 km2-buffer opgenomen. Oldenzaal De grootste geluidsoverlast van de luchthaven zal worden ervaren in Oldenzaal-Zuid, vooral bij opstijgende vliegtuigen in oostelijke richting. De geluidscontour van 8 km2 en de buffer van 10,6 km2 vallen deels over de zuidelijke bedrijventerreinen en over de woonwijk Berghuizen. Ontwikkelingsprojecten en herstructureringsprojecten die binnen deze contouren vallen moeten rekening houden met de effecten van de geluidsoverlast; daarbinnen
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
kunnen als regel geen geluidsgevoelige functies worden gerealiseerd. Een uitzondering geldt voor bestaande geluidsgevoelige functies binnen de contour die worden gemoder-niseerd of die worden vervangen door andere. Voor de actuele situatie in Oldenzaal betekent dit dat vrijwel alle projecten uit oogpunt van geluidsbelasting volgens plan kunnen worden gerealiseerd. Dit geldt ook voor de vervanging van een schoolgebouw in Berghuizen-Zuid door woningbouw. Knelpunt blijft alleen de voorgenomen herstructurering van houtbedrijf De Volharding, binnen de geluidscontour van 8 km2. Op het terrein van dat bedrijf is woningbouw uit oogpunt van geluidshinder niet mogelijk.
mogelijk zijn. Naast een geluidscontour voor de nieuwe situatie zal ook een contour voor de externe veiligheidsrisico's berekend en getekend worden. Ook deze maakt deel uit van het Luchthavenbesluit waar de minister van Verkeer en Waterstaat voor verantwoordelijk is. Voor zover op dit moment is te overzien, zullen de ruimtelijke gevolgen van deze externe veiligheidscontour geen beperkingen voor de ontwikkeling van de projecten in Oldenzaal met zich mee brengen.
Op dit moment belemmert de militaire geluidscontour in een groot deel van Oldenzaal de ontwikkeling van diverse projecten. Rekening houdend met de voorgenomen luchthavenontwikkeling is deze belemmering onnodig. Wij zullen ons inspannen om in overleg met het Rijk te bezien of, anticiperend op het komende Luchthavenbesluit, ontheffingen voor de projecten binnen de geldende contour
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
59
Duurzaamheid Mobiliteit is een wezenskenmerk van de postmoderne samenleving. Productieketens van diensten en producten omspannen de gehele wereld. Als Nederland haar welvaartsniveau wil behouden, dan is er geen andere keuze dan inzetten op de onderdelen in de totale keten, met de hoogste toegevoegde waarde en het importeren van andere delen, vaak ook fysiek, just-in-time. Daarnaast raakt de samenleving ook in sociaal-cultureel opzicht steeds meer verknoopt met andere werelddelen; door afkomst, kettingmigratie, banden met familie en vrienden of door de wens andere culturen te beleven. Door de toenemende welvaart in andere delen van de wereld is dit in de toekomst niet langer een voorrecht van burgers uit het noordwestelijk deel van de wereld. Verwacht wordt een toenemende stroom bezoekers uit Azië, Australië, Afrika en Zuid-Amerika naar Europa. Wanneer het niet lukt om deze verkeersstromen op een veel duurzamer wijze in te richten, dan zal ongetwijfeld een rem gezet moeten worden op mobiliteit met grote effecten op de welvaartsontwikkeling. Duurzame mobiliteit vraagt een grote inzet op technologische en bestuurskundige vernieuwing. Verschillende wegen staan hiervoor open waaronder: Het verminderen van onnodige reizigerskilometers. Het stimuleren van de per reizigerskilometer meest duurzame vervoersvormen. Het door technologische vernieuwing beperken van emissies. Het compenseren van onvermijdelijke emissies. Van alle CO2-uitstoot die wereldwijd door de mens wordt veroorzaakt, is 2% afkomstig van luchtvaart. Dit geringe percentage is niet toevallig, gezien het feit dat continue competitie, beperking van het brandstofverbruik (om concurrerend te kunnen blijven) en de aandacht voor veiligheid noopt tot een permanente focus op innovatie. De afgelopen 40 jaar hebben technologische ontwikkelingen er toe geleid dat vliegtuigen gemiddeld 75% minder geluid produceren en 70% minder brandstof per passagier verbruiken. Daardoor is ook de CO2-uitstoot van een gemiddeld vliegtuig sinds de jaren '60 met 70% gedaald.
60
De voortdurende focus op innovatie in de luchtvaartsector en de groeiende aandacht voor duurzaamheid in het algemeen zal de trend naar een stillere en schonere luchtvaart verder doen toenemen. Daarbij komt dat de laatste jaren steeds meer nadruk is komen te liggen op de noodzaak van innovatieve en duurzame ontwikkelingen, gezien de stijging van de brandstofprijzen en het opraken van fossiele brandstoffen. Bij de opgave voor verdere reductie van CO2uitstoot is stevig inzetten op innovatie essentieel. Kennisintensieve, innovatieve bedrijvigheid zal dan ook een impuls geven aan het bereiken van een schonere en stillere luchtvaart. De aanwezigheid van de UT/Kennispark en innovatieve bedrijven, zoals bijvoorbeeld Ten Cate en Thales, vormen een goede basis om dat in Twente verder te ontwikkelen. De ambitie van Twente om van een industriële regio te veranderen naar een regio met innovatieve kenniseconomie biedt kansen voor duurzaamheid. Het Innovatieplatform Twente speelt daarbij een rol. Dit platform is op initiatief van de provincie Overijssel tot stand gekomen. In Innovatieplatform Twente (IPT) zitten vertegenwoordigers uit regionale overheid, onderwijs- en onderzoeksinstellingen en ondernemingen. Samen vormen zij de 4 O’s. Het Innovatieplatform Twente heeft zorgvuldig onderzoek gedaan naar de kwaliteiten en sterktes van Twente. Vervolgens is tot een gezamenlijke integrale aanpak gekomen: de Twentse Innovatieroute. Hierin staat centraal dat het bestaande innovatieproces bij bedrijfsleven en onderwijs- en onderzoeksinstellingen wordt versneld en dat zorg wordt gedragen dat de versnelde innovatie ook resulteert in nieuwe bedrijvigheid en werkgelegenheid. Er kan in dit kader sterk worden ingezet op het aantrekken van innovatieve bedrijvigheid gericht duurzaamheid in relatie met de mogelijkheden die een luchthaven biedt. Als voorbeeld van innovatieve nieuwe bedrijvigheid in relatie tot de luchtvaart kan de overeenkomst gelden die bestuurders van Boeing, Koninklijke Ten Cate NV, Stork Fokker en de Universiteit Twente hebben getekend in juni 2009. Daarin is de oprichting van een nieuw Thermoplastic Composites Research Centre (TPRC) op de Universiteit Twente afgesproken. De belangrijkste reden om gezamenlijk onderzoek te starten naar de technologie van thermoplastische composieten is dat deze materialen nieuwe productie- en assemblageprocessen gaan opleveren die kostenefficiënt zijn en belangrijke milieuvoordelen hebben. Deze
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
thermoplastische materialen zijn duurzamer dan thermohardende composieten. Een belangrijke drijfveer om het nieuwe centrum te starten is het toenemende gebruik van thermoplastische materialen in de luchtvaartindustrie: klanten stellen hogere eisen aan producten die lichter zijn, kostenefficiënt en duurzaam. Om te kunnen voldoen aan die nieuwe eisen, is de luchtvaartindustrie voortdurend op zoek naar innovaties die de ontwikkeling van de technologie voor thermoplastische composieten versnellen, en die snelle introductie in de productielijnen mogelijk maken. Bij luchthaven Twente zal dan ook ingezet moeten worden op de ambitie om uit te groeien tot een voorbeeldstellende luchthaven. De luchthaven moet immers nieuw worden opgebouwd en wordt niet gehinderd door grote investeringen in het accommoderen van vervoersstromen uit het recente verleden. Daarnaast beschikt Twente over de relevante technische en bestuurskundige knowhow en gedrevenheid om dit tot een succes te maken. De duurzame gebiedsontwikkeling van luchthaven Twente en omgeving ontwikkelt zich langs de volgende sporen: Een luchthaven in Twente beperkt zowel reistijden als reizigerskilometers (zie KBA). In de gebiedsontwikkeling wordt ingezet op de meest compacte vorm van de luchthaven, die het mogelijk maakt een plan te realiseren met groen herstel van bronnen en beken en een aanzienlijke uitbreiding van de EHS. Door het noordelijk deel van het gebied te blijven bestemmen voor de luchtvaart is hergebruik mogelijk van een zeer groot deel van de aanwezige verharding en het aanwezige vastgoed. Dit is ook het uitgangspunt bij het transformeren van de andere onderdelen van het militaire luchtvaartterrein. het multimodale knooppunt biedt
mogelijkheden om met milieuvriendelijke vervoersconcepten het verkeer van deur tot deur op de meest vriendelijke wijze af te wikkelen en daarmee de luchthaven ook te positioneren naar de klanten. Bij de nieuw te ontwikkelen functies op de luchthaven zal goed gekeken moeten worden naar de totale ketens van energie, afval, voedsel en de mogelijkheden van hergebruik, voortbouwend op de ervaringen met de ‘Cradleto-cradle’-aanpak. Het in reactie op de zienswijzen voorgestelde onderzoek naar hinderbeleving, gezondheidseffecten en monitoren biedt mogelijkheden om Twente ook op bestuurskundig gebied in de luchtvaart als innoverende regio te positioneren, met een grotere betrokkenheid van omwonenden bij het sturen en bewaken van het gewenste maatschappelijke evenwicht tussen mobiliteit en duurzaamheid. Zoveel mogelijk beperken van geluidshinder en lichthinder bij infrastructuur. De aanwezigheid van de DPO (Defensie Pijpleiding Organisatie) biedt grote kansen op een milieuvriendelijke aanvoer van brandstoffen voor de luchthaven en mogelijk ook voor andere vervoersvormen. De aanvoer van Jet A1brandstof voor de luchtvaart per pijp is niet alleen ca. € 300.000,-- per jaar voordeliger dan wanneer dit per tankauto geschiedt, het is ook uitermate betrouwbaar en reduceert de uitstoot van CO2 met ongeveer 25% ofwel met ca. 70.000 ton per jaar. Indien dit systeem ook zou worden ingezet voor de regionale behoefte aan andere brandstoffen zou, onder condities, een reductie van de CO2-uitstoot mogelijk zijn van maximaal 670.000 ton. De implementatie van deze kansen en de voornemens zullen langs verschillende sporen verlopen: - verkennen van de belangstelling op dit gebied een bijdrage te leveren aan innovatie bij het Twentse bedrijfsleven en de Twentse kennisinstellingen; - opnemen van duurzaamheid als criterium in de aanbesteding van de luchthaven; - duurzaamheid verankeren in de aansturing van de gebiedsontwikkeling in de GEM.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
61
10
62
Planbeschrijving en ruimtegebruik
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Centrale ambitie: In de Omgevingsvisie is al de doelstelling geformuleerd om de huidige vliegbasis te transformeren tot een vliegwiel voor een economische sterker en duurzamer Twente. De unieke en centrale ligging in Twente, in combinatie met de specifieke kenmerken van het gebied, vragen om een ontwikkeling die meerwaarde heeft voor de hele regio. De doorstart als burgerluchthaven geeft voor de regio belangrijke sociaaleconomische impulsen. De sociaaleconomische impulsen moeten vanuit de trits welvaart, welzijn en natuurlijke hulpbronnen wel voldoen aan een aantal belangrijke randvoorwaarden die in het voorgaande al nader zijn omschreven. Hierbij wordt ingezoomd op wat van provinciaal belang is en niet hoe op perceelsniveau onderdelen worden ingevuld. Verder is van belang dat het algemene gedachtegoed van de Omgevingsvisie onverkort van toepassing blijft.
Deze centrale ambitie doorvertaald naar het plangebied betekent het volgende voor de ruimtelijke invulling.
Geluid De doorstart als burgerluchthaven betekent een forse inperking van de geluidscontour zoals die nu geldt op basis van het militair gebruik. De huidige contour met een totale oppervlakte van circa 38 km2 wordt teruggebracht tot 8 km2. Daarbuiten is er een buffer tot 10,6 km2 waarbinnen nieuwe woningbouw wordt vermeden. Deze contouren bieden de mogelijkheid om te groeien naar een luchthaven waarvan per jaar 1,2 miljoen passagiers (met mogelijkheid van enige groei) gebruik kunnen maken, naast de activiteiten op het gebied van vrachtvervoer en general aviation. Waar de geluidsruimte van 8 km2 structureel wordt overschreden, zal de betekenis van capaciteitsomvang Schiphol of militair medegebruik voor de economische effecten en exploiteerbaarheid in relatie tot die extra geluidsruimte opnieuw worden gewogen. Het terugleggen van de geluidscontour in deze omvang biedt kansen voor de sociaaleconomische ontwikkeling in de regio. Locaties die voorheen niet in ontwikkeling gebracht konden worden, kunnen nu wel worden ontwikkeld. Voor de enkele potentiële ontwikkellocaties die nu binnen de voorgestane geluidscontouren liggen wordt een oplossing gezocht.
Natuur en water In de gebiedsontwikkeling is, ten opzichte van de nu de geldende Omgevingsvisie, voorzien in een substantiële uitbreiding van de Groene en Blauwe hoofdstructuur. Die uitbreiding is geprojecteerd aan de zuidkant van het gebied. Het betreft hier een uitbreiding van de EHS van 170 ha,
dat als majeur gebied kan worden aangeduid. Aan de noordkant is, gezien het grootste maatschappelijke belang, een klein deel van de Groene en Blauwe hoofdstructuur komen te vervallen. Dit verlies wordt aan de zuidkant gecompenseerd. Voor de inrichting en het beheer van dit gebied zal een beheersplan worden opgesteld dat aansluit bij de gebiedskenmerken van deze locatie en de omringende gebieden. De waterhuishoudkundige situatie is van dien aard dat beekherstel noodzakelijk is. Beekherstel kan op een goede manier gecombineerd worden met de natuurdoelen op deze plek. Dit betekent dat de wateropgave en de natuuropgave op een adequate manier met elkaar in verbinding worden gebracht. De concrete begrenzing op detailniveau zal uiteindelijk conform de verordening door Gedeputeerde Staten worden vastgesteld. Gekozen wordt om per direct te starten met de realisatie van de Groene en Blauwe hoofdstructuur. De gekozen inrichtingsvariant gaat uit van EHS, gecombineerd met extensieve vormen van recreatie. Op deze manier wordt het gebied voor omwonenden en andere bezoekers eenvoudig en vrij toegankelijk. Daarmee is het niet alleen een impuls voor de vrijetijdseconomie maar draagt het ook bij aan het sociaal flankerende beleid. Dit alles met een passende zonering die recht doet aan de aanwezige en te realiseren natuurwaarden. Om de veerkracht van het watersysteem te herstellen zal een deel van de drainage worden verwijderd en het beeksysteem in aangepaste vorm worden gereconstrueerd. Dat leidt tot een minder snelle afvoer van neerslag, vergroot de belevingskwaliteit van het gebied en draagt bij aan het ontwikkelen van de natuurkwaliteit in de EHS.
Bedrijvigheid De luchthaven maakt deel uit van de Innovatiedriehoek (Hart van Zuid/CS Twente,
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
63
Kennispark Twente en gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o.). De programmatische afstemming binnen deze driehoek betekent dat bij de luchthaven alleen de daaraan gebonden noodzakelijke bedrijfsgebouwen en andere voorzieningen op- en ingericht kunnen worden. Die bebouwing mag alleen worden gesitueerd aan de noordkant van de start- en landingsbaan. Hier wordt ruimte geboden aan: het realiseren en/of exploiteren van een luchthaven (gebouwen, terreinen luchtzijdige infrastructuur; bijbehorende infrastructuur op het terrein zelf zoals parkeervoorzieningen en de weginfrastructuur; de direct daarbij gelegen of aansluitende bedrijventerreinen met een maximum van 60 ha bruto en 20 ha netto bebouwing. Gezien het specifieke karakter van dit type bedrijvigheid (luchthavengebonden) is de SER-ladder in die zin doorlopen dat aannemelijk is dat hiervoor in de omgeving geen andere of bestaande locaties gevonden kunnen worden. Aansluitend aan de luchthavengebonden bedrijvigheid is op de plankaart een gebied gearceerd, dat als overgangsgebied wordt aangeduid en waar in de flank van de luchthaven ondersteunende functies als parkeren en/of leisure passend bij de Twentse schaal een plek kunnen krijgen. Tot die laatste categorie worden functies gerekend die qua aard, ligging, verschijningsvorm en situering opgaan in en passen bij de Twentse schaal en gebiedskenmerken. Nadrukkelijk gaat het hier niet om functies die concurrerend zijn met bestaande of te ontwikkelen (binnen)stedelijke functies. Het te zijner tijd op te stellen bestemmingsplan zal daaraan getoetst worden. Met name de gebiedskenmerken zullen eisen stellen aan de situering en schaal van de wijze waarop functies en bebouwing zich manifesteren. De schaal van het Twentse landschap is daarbij leidend.
Mobiliteit Het is essentieel dat de nieuwe burgerluchthaven en overige functies zowel via het openbaar vervoer als per auto goed bereikbaar zijn. Wat betreft het openbaar vervoer zal dat nog verder worden ingevuld in samenwerking met de regio Twente en de gemeenten Hengelo en Enschede. Voor een hoogwaardige ontsluiting van de noordkant van het plangebied moet de
64
capaciteit en doorstroming van de huidige Vliegveldstraat (N737) worden verbeterd. Onder verantwoordelijkheid van de regio Twente wordt een visie op de bereikbaar-heid ontwikkeld (voor OV en wegbereikbaarheid) inclusief heldere keuzes en oplossingsrichtingen. Dit vormt een belangrijke bouwsteen voor de in het kader van de A1 zone te maken integrale afweging. Een en ander gericht op het maken van een keus voor een passende aansluiting op de A1 op langere termijn. De ontwikkeling van een voorstadhalte en P+R-voorziening wordt te zijner tijd niet uitgesloten. Uit het oogpunt van zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik wordt eerst onderzocht in hoeverre de bestaande infrastructuur kan worden benut c.q. geoptimaliseerd. Zo wordt stapsgewijs aangehaakt bij de hoofdinfrastructuur zoals die in de Omgevingsvisie wordt onderscheiden. Hoe dan ook zullen we de ingrepen tot het hoogst noodzakelijke beperken: nieuwe doorgaande wegen zijn niet nodig. Hierbij realiseren we ons dat een goede bereikbaarheid van de luchthaven van grote betekenis is voor de exploitatie van de luchthaven. Bij de dimensionering en inpassing van de infrastructuur spelen ook de gebiedskenmerken weer een belangrijke rol. Daarnaast zal in dat kader zoveel mogelijk worden gezocht naar koppelingen met andere doelstellingen. Het combineren van infrastructuur met de realisatie van verbindingen in de EHS of het fietsroutenetwerk zijn hier goede voorbeelden van.
Landelijk wonen en werken Mede gerelateerd aan zuinig en zorgvuldig ruimtegebruik, het bieden van een wervend woon-, werk- en leefklimaat en de ontwikkeling van de gebiedskwaliteiten is er binnen het plangebied ruimte geboden voor landelijk wonen en werken. De verdere invulling zal gecombineerd worden met de kwaliteitsimpuls voor de gebiedsontwikkeling.
Duurzaamheid Bij de luchthaven Twente wordt ingezet op de ambitie om uit te groeien tot een voorbeeld van een duurzame luchthaven. Niet alle componenten van duurzaamheid zijn te vertalen in ruimtelijke keuzes. Veel onderdelen hebben een sterk operationeel karakter en zijn niet in een bestemmingsplan vast te leggen. Voor de ontsluiting wordt ingezet op een goede aansluiting op multimodale knooppunten waardoor milieuvriendelijke verkeersconcepten (OV en fiets) mede het verkeer afwikkelen en daarmee de luchthaven positioneren voor klanten. Geluidshinder en lichthinder worden zoveel mogelijk beperkt.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
Ruimtelijke kwaliteit
cultuurhistorische waarden.
Naast duurzaamheid is ook ruimtelijke kwaliteit een centraal thema. In het kader van de gebiedsontwikkeling is onder meer ingezet op de meest compacte vorm van de luchthaven, zodat er maximaal ruimte is voor de versterking van een robuuste Groene en Blauwe hoofdstructuur aan de zuidkant. De realisering van de EHS zal worden verbonden met het herstel van het bekensysteem. Conform de SER-ladder wordt ingezet op hergebruik van aanwezige bebouwing en verharding. Daarbij geldt dat hergebruik van bestaande bebouwing en zorgvuldige verdichting ook een bijdrage kan leveren aan het behoud en versterken van de
Kaart Ontwikkelingsperspectieven De kaart Ontwikkelingsperspectieven, behorend bij de op 1 juli 2009 vastgestelde Omgevingsvisie, is conform de bovengeschetste beleidsambities gewijzigd. Deze gewijzigde kaart ontwikkelingsperspectieven heeft een op het provinciaal belang geënte abstractie. In de bijlage is een inrichtingsschets opgenomen die een beter beeld geeft van het beoogde eindresultaat, zonder daarbij de suggestie te wekken dat dit ook in detail het eindbeeld zal worden. Het geeft dus een mogelijk perspectief op het eindbeeld.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
65
66
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
11
Financiële uitvoerbaarheid
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
67
Als basis voor de beoordeling van de financiële uitvoerbaarheid zijn de gegevens uit de business case d.d. 16 juni 2009 (Buca) gebruikt, die ten grondslag hebben gelegen aan de beoordeling van de financiële haalbaarheid van structuurvisie model B. Op basis van die gegevens is voor structuurvisie model B geconcludeerd dat het totaalresultaat van structuurvisie B, inclusief overige onderdelen van de exploitatie (VTM-organisatie, subsidies en resultaat tijdelijk vastgoedbeheer), maar exclusief de luchthaven- en parkeerexploitatie een positief saldo van € 30,4 miljoen NCW 01-01-2009 bedraagt. Op deze basis zijn de volgende correcties doorgevoerd: Actualisering en besluiten uit bestuursovereenkomst. Waar een actueel inzicht bestaat in de omvang van kosten en opbrengsten, zijn deze betrokken bij de beoordeling van de financiële haalbaarheid. Daarbij kan een onderscheid worden gemaakt in wijzigingen die het gevolg zijn van enerzijds de Bestuursovereenkomst die tussen Rijk, provincie en de gemeente
Enschede is gesloten, anderzijds de actualisering van individuele kosten en opbrengstenposten. Beleidswijzigingen Als beleidswijzigingen zijn aangemerkt de effecten van besluiten door de provincie en/of de gemeente Enschede op de (grond)exploitatie. Daarbij is een onderscheid gemaakt in: De effecten van de motie van Provinciale Staten, waarin de kaders voor de verdere gebiedsontwikkeling zijn aangegeven. Overige wijzigingen, die ten opzichte van de uitgangspunten van structuurvisie model B in deze uitwerking Omgevingsvisie Onderdeel structuurvisie luchthaven Twente zijn verwerkt.
11.1
Programmatische uitgangspunten
Ruimtegebruik Bij de beoordeling van de financiële uitvoerbaarheid zijn op basis van de uitgangspunten van deze ruimtelijke visie de navolgende uitgangspunten gehanteerd.
Ruimtegebruik in ha Bruto
Uitgeefbaar
Infra
Groen/ water
Vliegveld •
Noord
226.0
212.0
9.0
6.0
•
Midden
145.0
4.0
12.0
130.0
•
Oost Strip
31.0
8.0
8.0
14.0
•
Oost Kamp
25.0
24.0
1.0
0.0
Zuidkamp
42.7
21.6
4.8
16.3
Prins Bernhardkamp
10.4
4.5
1.0
4.9
1.7
1.5
0.1
0
Kamp Overmaat
Tabel Ruimtegebruik
68
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
11.2
Financieel resultaat
Het totaalresultaat van de in december 2009 besproken structuurvisie (inclusief overige onderdelen van de exploitatie: VTM i.o. organisatie, subsidies en tijdelijk vastgoedbeheer), maar exclusief de luchthaven- en parkeerexploitatie, bedroeg NCW 01-01-2009 € 30,4 miljoen.
Resultaat grondexploitatie structuurvisie zoals in december 2009 aan PS voorgelegd Actualisering en besluiten bestuursovereenkomst Bestuursovereenkomst: verwerving, beheer Actualisatie Totaal na actualisering en bestuursovereenkomst Beleidswijzigingen Motie provincie Overijssel:kleinschalige leisure en versnelde omklap EHS
+ 30,4
- 27,9 - 2,5 -0 - 1,8
Totaal na beleidswijzigingen en actualisering en bestuursovereenkomst Bijdrage Provinciale Staten n.a.v. versnelde omklap EHS Resultaat
- 1,8
+ 1,8
- 0,0*
De conclusie is dat op basis van de beleidsmatige uitgangspunten de grondexploitatie een negatief saldo krijgt van 1,8 miljoen. Door Provinciale Staten is besloten dat de omklap van de EHS voor haar rekening komt. Met de bijdrage van de Staten wordt de grondexploitatie sluitend. In de grondexploitatie is de A1zone niet meegenomen. Bij het bepalen van het resultaat van de grondexploitatie zijn buiten beschouwing gelaten de mogelijke effecten van de beleidswijzigingen op de tender van de luchthaven (inclusief parkeren). Naar verwachting is een financiële impuls nodig om de tender haalbaar te krijgen en daarmee de luchtvaart in Twente te kunnen starten. * hierbij is geen rekening gehouden met de uitvoering van de motie van de gemeente Enschede wat betreft OostkampOost en de invulling van de munitiebunkerstrip.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
69
12
70
Plan-MER
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
12.1
Voorgeschiedenis
De voornemens voor de ontwikkeling van het gebied hebben geleid tot het opstellen van een startnotitie voor een milieueffectrapportage, die – na overleg met de betrokken gemeenten en destijds bestaande organisaties van omwonenden en belanghebbenden - in december 2006 door Provinciale Staten is vastgesteld. Deze startnotitie heeft in het voorjaar van 2007 ter inzage gelegen. De ingebrachte zienswijzen en het advies van de commissie voor de milieueffectrapportage hebben ertoe geleid dat in juni 2007 door Provinciale Staten richtlijnen voor de milieueffectrapportage zijn vastgesteld. Hierin is aangegeven dat zowel een gebiedsontwikkeling mét luchthaven als een gebiedsontwikkeling zónder luchthaven (en voor beide een variant met intensief gebruik en een variant met extensief gebruik), in een plan op hoofdlijnen zou moeten worden uitgewerkt. In het plan moeten ook de daarbij te verwachten milieueffecten worden uitgewerkt. Deze uitwerking is in juni 2008 gepresenteerd en ter inzage gelegd, in de vorm van ‘vlekkenplannen’. In de rapportage met die uitwerking zijn de bedoelde vier varianten, plus van elke variant een optimalisatie, opgenomen, alsmede een variant die in de loop van 2007-2008 in samenspraak met partijen in het maatschappelijk platform tot stand is gekomen. De mogelijke milieueffecten van deze negen varianten zijn in een milieubeoordeling op hoofdlijnen beschreven. Deze negen varianten en het advies om daaruit twee vlekkenplannen voor nadere uitwerking te kiezen, zijn ter inzage gelegd. Mede op grond van de ingebrachte zienswijzen en het tussentijdse toetsingsadvies van de commissie voor de milieueffectrapportage, hebben Provinciale staten in oktober 2008 ingestemd met het voorstel om de vlekkenplannen (zonder en met luchthaven) uit te werken tot structuurvisies. Bij de eerder uitgewerkte structuurvisies zijn de mogelijke milieueffecten in beeld gebracht in een volledig plan-MER (met bijlagen). Deze structuurvisies en het plan-MER zijn, met de voorgenomen keuze, in de zomer van 2009 ter inzage gelegd. De in die periode ingediende zienswijzen zijn, conform de wettelijke procedure, aan de commissie voor de milieueffectrapportage doorgeleid. In oktober 2009 is een toetsingsadvies door de commissie voor de milieueffectrapportage uitgebracht. In dat toetsingsadvies constateert
de commissie onder meer dat de essentiële milieuinformatie voor besluitvorming over de gebiedsontwikkeling (voor elk van beide structuurvisies) in de MER en de aanvullende studie naar de 2,4 miljoen passagiers aanwezig is. In het toetsingsadvies zijn verder een aantal aanbevelingen opgenomen voor de verdere uitwerking.
12.2
Voorliggend voorstel
De activiteiten die in deze ruimtelijke visie voor het gebied luchthaven Twente en omgeving worden mogelijk gemaakt zijn onderzocht op hun mogelijke effecten op het milieu. De beschrijving is te vinden in het plan-MER dat in juni 2009 is vastgesteld, bij de toen vastgestelde voorstellen voor de structuurvisies. Ten opzichte van deze plan-MER zijn de volgende wijzigingen relevant: 1. De ontwikkeling van de EHS aan de zuidoostkant van het luchthaventerrein gaat op kortere termijn en dus al in 2013 van start. 2. Wat de leisurefunctie betreft wordt aan de noordkant gekozen voor het beperken tot leisure die qua omvang bij de Twentse schaal past. 3. Het terugbrengen van de geluidscontour van 10,6 km naar 8 km2. 4. Het openhouden van de mogelijkheid van militair medegebruik. Met betrekking tot de mogelijke effecten op het milieu merken wij hierover het volgende op: Ad1: de mogelijke effecten op het milieu zullen door deze wijziging positiever worden beoordeeld. Ad2: de mogelijke effecten op het milieu zullen door deze wijziging positiever worden beoordeeld. Ad3: de mogelijke effecten op het milieu zullen door deze wijziging positiever worden beoordeeld. Ad 4: voor zover op dit moment valt te overzien zal het militair medegebruik beperkt en tijdelijk van aard zijn. Militair medegebruik is mogelijk voor zover dit het economisch effect niet in de weg staat en dit geen structurele overschrijding van de geluidzone tot gevolg heeft. De effecten daarvan zijn beschreven én de beperking daarvan als bedoeld onder c, met als conclusie dat op het niveau van plan-MER voor het openhouden van de mogelijkheid van militair medegebruik geen wezenlijk andere beoordeling kan worden gegeven. Voor de overige onderdelen geldt dat de activiteiten die in deze uitwerking van de Omgevings-
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
71
visie mogelijk worden gemaakt van geringere omvang zullen zijn dan wat in het plan-MER is meegenomen. Dat betekent dat de mogelijke negatieve effecten op het milieu voor deze onderdelen geringer zullen zijn. Voor de goede orde merken wij op dat voor de uitwerking van een luchthavenbesluit en van andere onderdelen het opstellen van een besluitMER aan de orde zal zijn.
72
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
13
De reactienota
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
73
In de Reactienota zijn de reacties gebundeld die zijn ingediend op de gezamenlijk vast te stellen structuurvisie die in de zomer van 2009 ter visie is gelegd. Deze reacties zijn van commentaar voorzien en zijn door de gemeente Enschede betrokken bij de vaststelling van structuurvisie. Bij de voorbereiding van de provinciale ruimtelijke visie op de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving is gebruik gemaakt van dat materiaal (zie hoofdstuk 1). De Reactienota is voor een groot deel nog actueel, ook voor de inhoud van de Ruimtelijke visie luchthaven Twente en omgeving. Op de hieronder genoemde thema’s is er in de Ruimtelijke visie sprake van een andere invulling of van andere keuzes. Per thema is die andere invulling of keuze aangegeven.
13.1
Leisure
Pagina 14-15, 38, 41, 42, 54, 89, 97-99, 102, 109, 121 en 129. In afwijking van de op deze bladzijden gegeven reacties is het uitgangspunt in de Uitwerking Omgevingsvisie dat er geen sprake zal zijn van grootschalige leisurefuncties in het gebied. Wel wordt ruimte gezien voor leisurefuncties die qua omvang passen bij de Twentse schaal. Leisure zal geen deel gaan uitmaken van de tender voor de ontwikkeling van het luchthavengebied. In het kader van de gebiedsontwikkeling in ruimere zin zal nader worden bezien of er leisurefuncties kunnen worden ontwikkeld die zich goed verhouden tot de gebiedskenmerken en de karakteristieken van dit deel van Twente.
13.2
Ruimtelijke reservering geluidszone
Pagina 28, 52, 53, 57, 60, 68, 77, 105 en 137. In afwijking van de hier genoemde ruimtelijke reservering van ca. 11 km2 (10,6 km2) wordt in de Uitwerking Omgevingsvisie uitgegaan van een kleinere reservering. Uit berekeningen blijkt dat een contour van 56 dB(A) Lden - die voor dit voorziene
74
luchthavengebruik rondom de start- en landingsbaan wordt vastgelegd - een oppervlakte kan beslaan van ca. 8 km2. Dit gebied wordt wel aangeduid als het beperkingengebied, waarbinnen nieuwbouw van woningen en bebouwing voor andere geluidsgevoelige functies als regel niet is toegestaan (behoudens uitzonderingen). Deze geluidscontour zal te zijner tijd op basis van aanvullend onderzoek en van een besluitMER worden vastgelegd in het Luchthavenbesluit. Voor het nemen van dat besluit is de minister van Verkeer en Waterstaat verantwoordelijk. In het Luchthavenbesluit zal ook een contour van 48 dB(A) Lden worden aangegeven. Deze contour geeft de buitengrens van het zogenaamde afwegingsgebied waarbinnen per project of initiatief moet worden nagegaan of dit zich redelijkerwijs verdraagt met de luchthavenontwikkeling, in het bijzonder vanuit oogpunt van geluid en veiligheid. De provincie vindt het vanwege de belangen van welzijn en volksgezondheid hoogst onwenselijk wanneer zich direct buiten de contour van 56 dB(A) Lden nieuwe geluidsgevoelige functies zouden ontwikkelen. Daarom wordt rekening gehouden met een buffer binnen het afwegingsgebied met een oppervlakte van 10,6 km2 waarbinnen wij nieuwbouw van woningen en andere geluidsgevoelige functies als scholen, ziekenhuizen en verpleeginrichtingen niet mogelijk achten. De betreffende gemeenten zullen daarmee in hun beleid rekening moeten houden.
13.3
Werkgelegenheid
Pagina 37 en 39. De berekende werkgelegenheidseffecten die in deze reacties aan de orde komen, gaan uit van een aandeel werkgelegenheid in de grootschalige leisure. In overeenstemming met de eerder geschetste uitgangspunten is hierbij geen rekening gehouden met grootschalige leisurefuncties op het luchthaventerrein. Afhankelijk van de invulling van het gebied aan de noordkant met ondersteunende luchthavenfuncties en/of leisure die qua omvang bij de Twentse schaal past, zal dat een plus geven op de werkgelegenheid waardoor het totaal aantal arbeidsplaatsen in het kader van de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. op ca. 3.300 – 3.400 kan uitkomen.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
13.4
A1-zone
Pagina 29, 84, 93, 94, 96, 97, 99, 109, 110, 117, 118, 119, 129 en 130. In aanvulling op, en deels in afwijking van de reacties die op deze bladzijden is gegeven, wordt erop gewezen dat in de Uitwerking Omgevingsvisie geen uitspraak wordt gedaan over de ontwikkeling van de A1-zone tussen de snelweg en het spoor. Eventuele planontwikkeling voor dit gebied komt aan de orde in het programma voor de A1-zone. Ook eventuele aanpassingen in de infrastructuur in dat gebied komen in dat kader aan de orde.
13.5
EHS
Pagina 89-93, 102, 103, 106 en 107. In aanvulling op de beantwoording van deze reacties kan worden opgemerkt dat de keuze in de Uitwerking Omgevingsvisie voor een versnelde realisering van het luchthavengebied aan de noordzijde ook een versnelde realisering van de EHS aan de zuidzijde betekent. In de uitwerking is aangegeven dat al in 2013 met de realisering van de EHS in dit gebied kan worden begonnen.
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
75
Inrichtingsschets
76
Ruimtelijke visie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente en omgeving april 2010
BIJLAGE 1: INDIENERS ZIENSWIJZEN Nr. 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87
Aanhef Dhr. Dhr. Dhr. Dhr./ Mevr. Mevr. Dhr. Mevr. Dhr./ Dhr./Mevr Dhr. Dhr./Mevr Dhr. Mevr. Dhr. Dhr Dhr./Mevr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Naamloos Dhr/Mevr. Dhr./M. Dhr./Mevr Dhr./ Mevr. Mevr. Dhr./Mevr Dhr. Dhr. Mevr. Dhr Dhr. Dhr Dhr. Dhr. Dhr en Mevr Herr Herr Dhr Dhr./Mevr Mevr. Dhr. Dhr/Mevr. Herr Dhr. Mevr. Dhr Herr ? Herr Familie Mevr. Dhr Dhr/Mevr. Dhr Mevr. Dr. Dhr/Mevr. Dhr Fam. Mevr. Frau Herr. Dipl.-Ing. Herr Herr Herr Mevr. Dhr/Mevr. Herr/Frau Frau Dhr Fam. Kolonel Bürgemeister Dhr. Mevr. Herr Dhr/Mevr. Herr Herr Frau Herr Dhr Dhr/Mevr. Herr Herr
Voorletters D.J.M. H. G. D.J.M.
D. J H. D.G. H. T. A. S. P. M. G. F. R. H. W H. O
Oldemeule Verbeek Wilbers Morshuis Visser Knol-Boomkamp Folkertsma Keuper Buursink Ottink Haas Fischer Ottink Folkertsma Buma Donker Danziger Budde Ubbink Tent Agterbosch Heerink Snippe Goerner Geerdinck zienswijze 2 Jissink-van Ballegooij van Benthem Uneken Burger van Nordhorn Tibbe Stegedirk Christenhusz Hofman Springintveld Nijhuis Nijhuis-Wevers Paziorek Hellegers Voget Austrup de Haan Eggenoor Oncken Hartmann Kammer Krafzik Altena Dreyer Melis namens de Burgemeester Pertsch Heerink zienswijze 2 zie nr 43 Gerloff Stallinga Koers Vorgers Groeneveld Gerdes Benjamins Aβmann Ohly Füser Bonke Exterkate Roeleveld Kramer Neumann
88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99
Frau Herr Herr Dhr Dhr Frau Herr Dr. Herr/Frau Herr Herr/Frau Dhr Fam.
B. C S. L.W.F. G. G. K.H. D L A. P.B R.
Haget Chur Moss Bredschneijder Meuffels Horstmeier- Busmann Meier Tholema Frentjen Stroeve Douwes Dekker Bartscht
E. M. G.D.J. J.W C. S.F. L.A. K. G.J. A.G.M. G.J. M. J. R.J. R.
Th. G. H. T. A. J. W. L.J.M.H. H. B B. F. K. G. G. H. J. C. M. J. E. J. M. S. B. U. ? B. I. P. J.A.P.M. J.G.J. C.M.J. P. W.J.G. L. S. L. P. Bernd J. H. J A. D.
Achternaam Oude-Mulders-Wolkorte Beldman Koren Holsheimer Gebi Hofman Ottink Roelofs ten Cate Metz van Ekeren Bloem van der Maar Reerink Hemmelder Stegeman Geerdinck van der Heijden van der Plas Tameling
Organisatienaam
Plaats De Lutte Wierden Hengelo (OV) Oldenzaal Munchen
Enschede Hengelo (OV) Hengelo (OV) Hengelo (OV)
Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Hengelo (OV) Oldenzaal Enschede Hengelo (OV) Hengelo (OV) Hengelo (OV) Oldenzaal
NFLA-HLI
Bezirksregierung Münster
De Kwakel Hengelo (OV) Hengelo (OV) Münster Deurningen
Landkreis Grafschaft Bentheim Landkreis Grafschaft Bentheim Stadt Gronau, namems de burgemeester
Stadt Ochtrup
Ochtrup Nordhorn Nordhorn Zwolle
Samtgemeinde Uelsen
Niedersächsische LandesBehörde für Strassenbau und Verkerhr
Airport Reisecentrum
Oldenburg
Datum ontvangst Land Nederland 5-jul-09 Nederland 5-jul-09 Nederland 7-jul-09 Nederland 9-jul-09 Nederland 5-jul-09 Nederland 18-jul-09 Duitsland 20-jul-09 Nederland 19-aug-09 Nederland 16-aug-09 Nederland 21-aug-09 Nederland 23-aug-09 Nederland 12-aug-09 Nederland 24-aug-09 Nederland 24-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 24-aug-09 Nederland 25-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 27-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 26-aug-09 Nederland 27-aug-09 Nederland 26-aug-09 Duitsland 31-aug-09 Duitsland 31-aug-09 Duitsland 31-aug-09 Nederland 31-aug-09 Nederland 27-aug-09 Nederland 28-aug-09 Nederland 28-aug-09 Nederland 27-aug-09 Duitsland 28-aug-09 Nederland 28-aug-09 Nederland 29-aug-09 Nederland 29-aug-09 Duitsland 30-aug-09 Duitsland 30-aug-09 Duitsland 30-aug-09 Duitsland 30-aug-09 Nederland 30-aug-09 Nederland 30-aug-09 Nederland 28-aug-09 Nederland 28-aug-09 Nederland 28-aug-09 Duitsland 31-aug-09 Nederland 31-aug-09 Duitsland 2-sep-09 Duitsland 2-sep-09 Duitsland 1-sep-09 Duitsland 1-sep-09 Duitsland 26-aug-09 Duitsland 26-aug-09 Duitsland 13-jul-09 Duitsland 1-sep-09 Nederland 1-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Nederland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Nederland 3-sep-09 Duitsland 1-sep-09 Nederland 3-sep-09 Nederland 2-sep-09 Duitsland 2-sep-09 Nederland 2-sep-09 Duitsland 2-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Nederland 3-sep-09 Nederland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland 3-sep-09 Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland
Wijze van indiening Mail Mail Mail Schriftelijk Mail Mail Mail mail mail mail mail mail mondeling mondeling mail mail mail mail mail mail mondeling mondeling mondeling mondeling mondeling mondeling Schriftelijk mail mail mail mail mail Mail mail Mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
4-sep-09 mail 4-sep-09 mail 4-sep-09 mail mail 4-sep-09 mail 4-sep-09 mail 4-sep-09 mail 4-sep-09 mail 5sept.09 mail 5sept.09 mail 5sept.09 mail 5sept.09 mail
1 van 7
Nr. 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162
Aanhef Herr und Frau Herr Frau Frau Dr. Frau Frau Frau Frau Fam Herr Dhr. Herr Frau Herr Frau Herr Pastor Fam. Dhr Herr/Frau Frau Dhr. Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Personeel Dhr Dhr Dhr Mr. Dhr Mevr. Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Mevr. Dhr Frau Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr Dhr. Dhr Mevr. Dhr. Dhr.
Voorletters H. H. F. R. K D. M. D A. A und G L H. U. J Anreas Antje R. L. F. G.J. E C G J W J J. M. R. E E K P.C.J. B. M. H. B. A R. J.P. A B. J M. E G B. E. J.H. H. B T E H. M. J.F. R. J G J E.H.J. P.
Achternaam Böhle Heils Orth Schnieders Eckstein Passlick Meier Thiel Buttler Brickem Jecker Vrijkorte Voort Evers Evers Evers Lüttel Voget Rawers de Bruin CS Reimers Russek Wolfert Koopman Geul Stuip Rodel Aberson Rake Wendrich en Co Achterberg Achterberg Wendrich Garrels Visser Dieperink Ipskamp van der Geest van der Linden Elbrink Muller Zinkweg Hulshof Keereweer Vorsteveld Schepers Klukkert Wolbert Kruidenier Handlogten Rakhorst Hermelink Peren Pol Kamphorst Walhof Kolkman Esschendal Ensink Brummer Sikma Schepers Ennik
163 164 165 166 167 168 169 170 171
Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.
K. R. W. F. J. L.F. R. R. T.
Eeftingh Marres Brantjes Bouman van Waard Brantjes Wermelink Nibbrig Wolt
172 173 174 175 176 177 178 179 180 181 182 183 184 185 186 187 188 189 190 191 192 193 194 195 196 197 198 199 200
Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Team Dhr. Dhr. Dhr. Dhr.
J. R. H. I. R. J. G. J. A. D. D. R. L. R. V. A. D. J. S. G. F. F. M. J.
Fransen Nibbrig Brink ten Velde Koop Lamann Wolf Hoogsteder van Liere Bosch te Bokkel Diekel Aveskamp Kleinecke Klaus Reinders Morssinkhof Bats Asbreuk Tyborczyk Haafkes Reefman van den Brink Beerink Weka Meijer Nijhof Huge Braakhuis
J. T. M. P.
Organisatienaam
Bewoners Ootmarsumsestraat (Oldenzaal)
Plaats
Oldenzaal
Kirchenrat Kirchengemeinde Gildehaus
Berk NV Huiskes-Kokkeler Autogroep Gullimex instruments Akzo Nobel Eurosped BV Route to market Telecount Antwoordservice Ingenieursbureau Wendrich &Co Achterbergballonvaarten Mode Sierra Aviation Supplies Ingenieursbureau Wendrich &Co Garrels Advocatenpraktijk Pam people Management Down Town Ipskampgroep Schilder en Vastgoed onderhoud Atl Coatings Eringa Mode Muller Fresh Food Logistics Telecount Antwoordservice De Boddestam BV Bestuur VVEAT Bestuur Good Cause Rally De Kok Accountants Copydruk Wolbert Autobedrijf Berenpas Handelton management advies Urenco UWV werkbedrijf Rokramix Betoncentrales Conrad Electronic Benelux BV Regionaal vervoerscentrum Aqua+ Sprinklersystemen IntroIT security Mitopics Blend&Better media Partners Stimulering regionale economie MKB Denekamp Financiele en fiscale dienstverlening APRO BV RopeBlock Suwijn Notarissen Ten Tije Groep Inaday Product Bescherming Skylance International BV Uts Grijpma Verhuizingen BV InnoBrands
Oldenzaal Schalkhaar Oldenzaal Haaksbergen Haaksbergen Hengelo Delden Enschede Enschede Enschede Hengelo
Enschede
Oldenzaal Hengelo Hengelo Enschede Enschede Enschede Delden
BDO CampsObers Accountants & Belastingadviseurs Natuur en Milieu BUND Kreisgruppe Grafschaft Bentheim Wibbelink Transport BV Ijsbaan Twente
Goor Enschede
HPD Hoogsteder Personeelsdiensten Present Media
Isterberg Nordhorn Oldenzaal Enschede
Stork Thermeq BV
Hengelo
Pilkington Benelux BV
Enschede Nordhorn Enschede
Graf Holland BV Julo BV Morssinkhof Bouw BV Bats Publishing Asbreuk drukkerij
Hengelo Utrecht
Enschede Enschede Nordhorn
Haaksbergen Weka Druk Career Center Twente Vanille Natuurmonumenten Overijssel-Flevoland Braakhuis Borne Bedrijven
Enschede Enschede Borne
Land Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland
Datum ontvangst
Wijze van indiening
5sept.09 5sept.09 5sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 7-sep-09 6sept.09 6sept.09 6sept.09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 3-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland
7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 8-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland
7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
2 van 7
Nr. 201 202 203 204 205 206 207 208 209 210 211 212 213 214 215 216 217 218 219 220 221 222 223 224 225 226 227 228 229 230 231 232 233 234 235 236 237 238 239 240 241 242 243 244 245 246 247 248 249
Aanhef Herr Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Herr Herr Frau Herr Herr Bewonersgroep Herr Herr und Frau Frau Herr Bürgerbewegung Herr Herr Herr Frau Herr Frau Frau Frau Frau Frau Frau Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dipl. Ing. Frau
Voorletters J. M. H.J. P. N. K.D. B. J. D. W. A. C. P. C.H.M. M. P. B. R. J. S.
R. J. H.J.J. J. M.
Dhr.
F.A.W.
Dhr. Dhr. IVN
K.H. J.
J. J. en H. E. B. T. H. R. T. K. L. S. I. und C. G. B. A.
250 IVN
Achternaam Beckmann Hannink Oude Elferink Peelen van der Aa Dahmen de Hoop Halkes ter Grote Lentink Oosting van Dijk Sassanian Aldenberg Tol Paziovek Oncken Mengel Hesping Taube Bergweg Keijzer Böhle Blömer Schoo Isterberg Krallmann Lange Lescher Sbardellotto Neumann Alferink Zittema Krallmann Oldekamp Nykamp Koelmann Snippert Siemelink Westerburger Grave Baumann Baumann KvK VNO NCW Schipdam Waterschap Regge en Dinkel van Galen Schoonenberg IVN IVN
251 252 253 254 255 256 257 258 259 260 261 262 263 264 265 266 267 268 269 270 271 272 273
Fam. Dhr. Herr Frau Herr Herr Dhr. Fam. Dhr. Fam. Herr Fam. Frau Herr Herr Fam. Fam. Fam. Herr Frau Herr Fam. Dhr.
A. T. F. P. U. E. und R. H. und V. J. und K. F.W. K. W. W. und B. W.J.
van der Valk/ fam. Scholten/ Takkenkamp Bergman Grabsch Keen Feldkamp Keen Oude Hengel Heekeren Bos Geertsma Veldhuis Wargers Otte Vennemeyer Hockenbrink Klitzke Koelmann Schneuing von Stamm Hennig Hennig Kirsch Plomp
274 275 276 277 278 279 280 281 282 283 284 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294
Dhr.
D.
Nykamp
Frau Dhr. lijst Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Herr Frau Herr Herr
W. B.J.G.
Meyer-Glauner Westerik
C. G. J.M.A. P. G.W. S. S. D. H. Y. J. T. I. D. H.J. H.
de Groot Wilmink van der Lof Bebseler Wilmink Damhof Vreeman ter Grote Baartman Maeijer Matel Thomson Guen Hüls Pohl Albuschkat
295 296 297 298
Dhr. Dhr. Fam. Dhr.
J. M.
de Bruin Hofschröer Koop Sewerin
D. P. A. U. A. F. P. und M. A.
Organisatienaam Twentevisie BV MKB Oldenzaal Schröder Vastgoed BV De Hoop Recherche Adviesbureau John Halkes Internovi BV New Destination BV
Bezirksregierung Münster Landkreis Grafschaft Bentheim
Bewonersgroep Bergweg
Bürgerbewegung Isterberg
Stichting Dorpsraad Lonneker
Georganiseerd bedrijfsleven (KvK, VNO NCM) VVEAT Waterschap Regge en Dinkel Stichting Houdt Driene Groen Vereniging voor natuur- en milieueducatie, afdeling Losser Vereniging voor natuur- en milieueducatie, afdeling Losser Van Merksteijn Real Estate BV
Stadt Greven Gemeinde Westerkappeln
Heemschut Bescherming natuurmonumenten Landwirtschafstkammer Niedersachsen
P.
Grün Alternative Liste Gronau Systabo BV Wilvasto BV TKH Group NV Galvano Hengelo BV Wilmink - Oosterveld BV Kom ter zake Post Jr Vreeman Makelaars Internovi BV
Borne Enschede Markelo Nordhorn Enschede Enschede Enschede Münster Nordhorn Neuenhaus Schüttdorf Nordhorn Enschede De Lutte Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Isterberg Nordhorn Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Golenkamp Neuenhaus Nordhorn Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Losser Losser Losser Enschede Nordhorn Nordhorn Enschede
Datum ontvangst Land Duitsland 14-sep Nederland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Nederland 14-sep-09 Nederland 8-sep-09 Duitsland 5-sep-09 Nederland 14-sep Nederland 10-sep-09 Nederland 14-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Nederland 10-sep-09 Nederland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 8-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Nederland 2-sep-09 Nederland 2-sep-09 Nederland 2-sep-09 Nederland 10-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09
Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk mail mail Schriftelijk mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mondeling mondeling mondeling Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Enschede Almelo Isterberg Enschede Losser
Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Plaats Bad Bentheim Enschede
Almelo Nordhorn Enschede
9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 10-sep-09
Wijze van indiening
Losser
Nederland
10-sep-09 Schriftelijk
Lonneker Wierden Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Lonneker Nordhorn Oldenzaal Oldenzaal Helsen Engden Nordhorn Greven Westerkappelen Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Dalfsen
Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland
10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Nordhorn Neuenhaus Nordhorn De Lutte Gronau Enschede Borne Haaksbergen
Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 10-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Nederland Duitsland Nederland Duitsland
9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 8-sep-09
mail mail Schriftelijk mail
Agfra Holding BV Innosell BV McDonald's restaurants
Ministerium für Bauen und Verkehr des Landes Nordrhein-Westfalen Greenfields Restaurant Oldenzaal Gütersloh
3 van 7
Nr. 299 300 301 302 303 304 305 306 307 308
Aanhef dhr. Dhr. Frau Dhr. Dhr. Mevr. Herr Frau mevr. Dhr.
Voorletters M. B. J. B. B. M. J. M. E. P.
Achternaam Schulz Kühlkamp Weduwen Oncken Pieper Slot Kropp Pohlmann Overbeek-Fonteijn Sloot
309 310 311 312 313 314 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328 329 330 331 332 333 334 335 336 337 338 339 340 341 342 343 344 345 346 347 348 349
Dhr. Frau Fam. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Fam. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Frau Dhr. Dhr. Fam. Dhr.
R. M. D. J. R. A. R. P. E.J. R. B. H. M. H. J. D. Th. M. J. J. M. J. V.N.W.J.M. E. Y. J. H. G. R. H. und I. A. J. H. B. C. M. G. G.B. U. H. und G. G.M.H.
Dimitriadou Schomakers Blume Kuipers Otte Grootte Bromhaar de Witte Bos Voortman Wiggers van Berthold Olde Monnikhof van den Berg Hengeveld Uitdenbogaard Tepper Korstanje sr. van der Wal Elbert Vrielmann Walter van Eck Cox Hoitink van Eck van Brakel van Midden Wolf ter Bals Löhle Schavemaker van den Berg Plegt Elfers Hardeman van Veen Reurik-Kwak Heijne Meyer-Spethmann Seggers van de Velde
350 351 352 353 354 355 356 357 358 359 360 361 362 363 364 365 366 367 368 369 370 371 372 373 374 375 376 377 378 379 380 381 382 383 384 385 386
Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Fam. herr Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Frau Dhr. Dhr. Frau Dhr. herr Herr Dhr. Frau Frau Herr Mevr. Dhr. Dhr.
D. J. J. G. A. G. M. T. B. H.G.M. B. J. J. J. G. G. D. S. und G. J. B. W. G. C. J. T. M. I. W.H. G. J. J. S. A. S. M. R.L. E.P.
Lindschulte van Deuren Elbert Minkjan Kienhuis Hülsmann de Ruiter Nerlinger van Otten Dijstelbloem Ankone Veneman Verwey de Ruijter Bergjan Peters Bönnen Siegmar Hofmann Kuiper Boudrie Heetderks Ellermann Bonge Beune Dokman Niehaus Arends Olthuis Brendel Wessels de Vries de Vries de Vries van Kampen Stinenbosch Krudop
387 388 389 391 392 393 394 395 396
Dhr. Dhr. Fam. Fam. Dhr./mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Frau
R. J.F.E. S. und S K. und S.
B.
Roemaat Schothuis Stübue Pawelzik Pott Schüring Kolk Brinkman Fulda-Huhn
B. T.
Veltman Kubendorff
397 Dhr. 398 herr
A. D.
Organisatienaam
Datum ontvangst Land Duitsland 8-sep-09 Nederland 8-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland
9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 10-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 8-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Enschede
Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland
10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09
mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Hengelo Hengelo Nordhorn Bad Bentheim Lingen Gölenkamp Nordhorn Uelsen Bonn
Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Neede Lotte
Nederland Duitsland
11-sep-09 Schriftelijk 11-sep-09 Schriftelijk
Plaats
Twentsche Zweefvlieg Club
Aannemersbedrijf Overbeek Goor BV Provinciale Commissie Overijssel Bond Heemschut
Goor collectief Stichting Hart van Twente Bauhuis International BV S. Frankenhuis en Zoon BV Werkgevers Kring Enter Wiggers Muziekinstrumenten Borne UNETO-VNI afdeling Overijssel Twente De Monnik Dranken Landschap Overijssel Stichting Natuur en Milieu
Ankerslot VVV Stadtmarketing Nordhorn Vertaalbureau De zilveren tong Van Eck Blues Cox Consulting Group Gemeente Dinkelland Bewonersbelangen Groot Driene/de Grundel Stadt Nordhorn, Stadtentwicklung Gullimex Kenter & Co BV Gemeente Losser Hardeman Hypotheken MVV Bouwconsultancy BV
Stichting Lonnekerland en Twentse werkgroep Natuurbehoud
Vereniging Vrienden van Twickel
Ev.-ref. Kirchengemeinde Nordhorn De Basis BV i.o.
BBU Raedthuys Groep
Natuur- en milieuraad Enschede IHK Nord Westfalen Wouter Witzel EuroValve BV Uelsen Uelsen Uelsen Stichting Alternatieven Vliegveld Twente Gemeente Dinkelland, ontwikkeling Vereniging Natuur en Landschapsbehoud Lonneker Wijkraad Berflo Es
Stadt Lingen EMS
Samtgemeinde Uelsen Bundesministerium für Verkehr, Bau und Stadtentwicklung Landrat Gemeinde Lotte
Wijze van indiening
4 van 7
Nr. 399 400 401 402 403 404 405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429 430 431 432 433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451 453 452 454 455 456 457 458 459 460 461 462 463 464 465 466 467 468 469 470 471 472 473 474 475 476 477 478 479 480 481 482 483 484 485 486 487 488 489 490 491 492 493 494 495 496 497 498 499 500
Aanhef herr Fam. Frau Herr. Frau Herr Frau Frau Frau Fam. Mevr. Dhr. Fam. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Mevr. Frau Dhr. Frau Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Fam. Dhr. Dhr. Frau Herr Mevr. Fam. dhr. Fam. herr Herr Frau Herr Herr Frau Frau Fam. Frau Frau Herr Fam. Herr Mevr. Dhr. Dhr. Herr Dhr. vervallen Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Herr Herr Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Herr Dhr. Mevr. Herr Herr Dhr. Herr Dhr. Mevr. Herr Herr Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Mevr. Herr Mevr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Frau Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Herr Dhr. Dhr. Herr Herr Frau
Voorletters E. G. S. D. A. F. L. M. G. O. P.B.J. J.P. en B. E.K. M. G. P. M. E. F.J.A. B. T. O. R.F.M. M.A. E. A.M. H. E. K. E.J. H. B. W. und J. V P. M. G. M. M. P. college M. A. G. J. en D. D. A. A. R.J. J. R. vervallen A.M.J. A. B. T.M. P. U. U. J. M. N. N. M. F.J. B. S. U. U. R. H.JH. R.P.G. F. E. D. M. J. R. R. H. J.W. J. K.W. J. H. A. J.J. T. N. E.J. J.H.M. J. J. F. H. G.M.L. F. Th. G.
Achternaam Rauen Veldboer Bernstorff Heckert Helming Helming Helming Pohlmann Somberg Sablowski Kuijpers Jansen van der Sligte van der Giessen Lugard Drost van Midden-Goselink van de Walle Jeeninga Klanke Broekhuis Brückner-Dülfer Heskamp Jogems Kuiphuis Dokman Sannes Rouwers Lucas vor der Straße Westhuis Huizing Ukaj Velthuis Egberdt Teltenkötter Teltenkötter Verwold Wiesman Kalter Kalter Wessling Berkelland Tuin-ten Napel Korte Brockhaus Niehoff Brookmann Zegger van Os Koers Hakstegen Arends Bouw Bos-Waamelink Bijl van Beurden Tuinte Wilhelm Ruhe Gottschalk Oettel Tinholt Essers Graas Graas Fritz Rottmann Slatman Inckel Buchholz Buchholz Bloemendaal Nordholt Janssen Alan Lammers Rüger Leeuwerink Bolscher Fischer Brongers Wijzenbeek van Brakel Beuzel ter Horst Bosch Kiewik Schulz Roothart Kubendorf Averes Faber Geelen Veldhuis Momann Duky Brüning Wijffels Prigge Ekkert Murken Haußmann-Schettler
Organisatienaam Gemeinde Wettringen
Plaats Wettringen Nordhorn Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Enschede Enschede Enschede Lonneker Enschede Weerselo Hengelo Nordhorn De Lutte Bad Bentheim Enschede Bad Bentheim Borne Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal
landrats kreisenentwicklung Kreis Borken (West Münsterland)
Borken Nordhorn Nordhorn
Gemeente Berkelland Isterberg
college gemeente Oldenzaal college gemeente Oldenzaal College gemeente Borne Samtgemeinde Neuenhaus
Nordhorn Gölenkamp Oldenzaal Oldenzaal
Hart van Twente Orkest van het Oosten TKF Tuinte Beheer Franziskaner in Badel Agotron-Sicherheitstechnik Missionsgymnasium St. Antonius SAVT/Natuurmonumenten VOLT-Twente
Verkehrsclub Deutschland (VCD) Stichting Natuur & Milieu Ootmarsum Stichting Rondom Vliegveld Twente Grün Alternative List (GAL) Grün Alternative List (GAL) Synodalverband Grafschaft Bentheim Gemeente Hof van Twente Italiaans restaurant/pizzeria IHK Osnabrück-Emsland Notgemeinschaft Nordhorn-Range e.V. Vereniging Milieudefensie Schmits Chemical Solutions LNU-NRW College gemeente Haaksbergen
Oldenzaal
ev.-reformierte Kirchengemeinde Schüttorf Overijssels Particulier Grondbezit
landrat Kreis Steinfurt
Steinfurt Wilsum Enschede Vereniging Heemkunde Oalde gemeente Weersel Rossum
Verkehrs- und Verschönerungsverein VVV-Stadtmarketing Nordhorn e.V. Natuur en milieu Overijssel Stadt Lengerich Gemeinde Lienen
Uelsen Nordhorn Nordhorn Zwolle Lengerich Nordhorn Lienen Nordhorn
Datum ontvangst Land Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 31-aug-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Nederland 11-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Nederland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09 Duitsland 9-sep-09
Wijze van indiening Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mondeling Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail
Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland
9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 10-sep-09 8-sep-09 9-sep-09 9-sep-09 7-sep-09 7-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09
mail mail mail mail Schriftelijk mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail
Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
14-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 4-mei-09 29-aug-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 11-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 7-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09 14-sep-09
Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
5 van 7
Nr. 501 502 503 504 505 506 507 508 509 510 511 512 513 514 515 516 517 518 519 520 521 522 523 524 525 526 527 528 529 530 531 532 533 534 535 536 537 538 539 540 541 542 543 544 545 546 547 548 549 550 551 552 553 554 555 556 557 558 559 560 561 562 563 564 565 566 567 568 569 570 571 572 573 574 575 576 577 578 579 580 581 582 583 584 585 586 587 588 589 590 591 592 593 594 595 596 597 598 599 600 601 602 603
Aanhef Dhr. Herr Herr Herr Herr Herr Herr Herr Fam. Herr Herr Herr Herr Frau Frau Frau Frau Frau Frau Herr Herr Frau Herr Frau Frau Herr Fam. Frau Herr Herr Frau Frau Herr Herr Herr Frau Herr Frau Frau Frau Herr Frau Herr Herr Herr Frau Frau Herr Herr Herr Frau Herr Herr Frau Herr Frau Frau F. Herr Fam. Herr Herr Herr Herr Herr Frau Herr Herr Herr Herr Herr Herr Frau Herr Herr Herr Herr Herr Herr Frau Herr Herr Herr Dhr. Frau Herr Herr Fam. Frau Herr Frau Herr Herr Frau Frau Frau Frau Frau Frau Herr Herr Frau Herr
Voorletters H. H. G. V. G. G. B. G. und A. H.G. H. K.H. M. C. S. G. M. B. G. J. H. P. R. H. m. W. E. und H.D. J. D. B. F. J. W. B. F. A. M. K. G. M. S. N. J. G. K. H. J. D. K. B. H. K.H. B. B. A. K. F. C. H. R. E. A. F.J. D. H. B. A. J. U. R. P. M. M. M. D. D. G. H. Th. H. T. M. D. H. A. A. A. K. und R. H. K. J. A. U. S. M. I. H. R. R. Th. E. A. H.
Achternaam Hinke Schettler Stöwer Pannen Wolf Wolf Wellen Kleibömer Willemsen Jürriens Leerkamp Meier Aßmann Nixdorf Gr. Bardenhorst Schulte Nordholt Gr. Bardenhorst Verbeck Holtschulte Holke Holtschulte Egbers Mann Behrens Hohl Burkert ten Thoren Vos Schoppen Vos Butke Schoppen Kellmann Kleibömer Gülker Bardenhorst Casser Küpers Goray Holtel Holtel Winkler Beckmann Luksherm Kotowski Mannebeck Nibbrig Konjer Lippok Dobbe Tobias Tobias Bonte Brückner-Dülfer Kesekamp Rott Heddendorp Loh Schulte-Westenberg Höllmann Heilen Hillenaar Hennekens ten Brink Lange Focke Rüggen Loh Weinberg Weinberg Weinberg Focke Hillen Becking Tepper Steinecke Klümper Scholten Brüningholt Brüningholt Brüningholt Nahmer Schmidt Ueffing Dondhoaite Koelmann Hoge van der Weel Elberg Elberg Heidekrüger Helmold Moelert Krijger Jacobs Voshaar-Moelert Moelert Beckmann Knüver-Meijer Rerink Straten Fink-Straten Schipper
Organisatienaam
FMO Flughafen Münster Osnabrück Stadt Bad Bentheim Stadt Nordhorn, ambt für Stadtentwicklung Stadt Nordhorn, ambt für Stadtentwicklung Flugplatz Nordhorn-Lingen
Mitglied des Deutschen Bundestages NABU Grafschaft Bentheim
Elektronik Werkstatt Kreisstadt Steinfurt
Plaats Nordhorn Nordhorn Greven Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim
Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Ahaus Bad Bentheim Osterberg Ahaus Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Quendorf Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Nordhorn Emlichheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Enschede Schüttdorf Nordhorn Steinfurt Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Emsbüren
Datum ontvangst Land Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 10-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 7-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 11-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Nederland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09
Wijze van indiening Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
6 van 7
Nr. 604 605 606 607 608 609 610 611 612 613 614 615 616
Aanhef Frau Frau Herr Herr Frau Frau Frau Frau Frau Frau Frau Mevr. Herr
Voorletters I. M. E. K.J. A. A. K. J. R. B. J. M.A.E. T.
Achternaam Schneider-Schipper Hemme Hemme Fremder Vonink Stüker Schlinker Keesmann-Egbers Schoemaker Meijer Leisman-Moss Roelofs Allin
617 618 619 620 621 622 623 624 625 626 627 628 629 630 631 632
Herr Dhr. Dhr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Mevr. Dhr. Dhr. Frau Herr Fam. Dhr. Dhr.
J.P. A. A.K. M. B. L.J.M.H. B. H. H. J. R. I. W. H.J. J.M.E. S.F.
Voget Bos Uiterwijk Plaschke Höning Ottink-Leus Ottink Lucas Busmann Overbeek Ruyter Teltenkötter Raffel Kreuwel Traag Inckel
I.C.
Seuters- Koopman
633 Mevr.
Organisatienaam
Gemeenteraad Hengelo kirchenrates ev-ref. kirchengemeinde Nordhorn Stichting Hart van Twente Dienst Landelijk Gebied
Regio Twente Omwonendenvertegenwoordiger COVM Vliegbasis Twente College B&W Gemeente Haaksbergen
Datum ontvangst Land Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Duitsland 14-sep-09 Nederland 10-sep-09 Duitsland 15-sep-09
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Haaksbergen Enschede Enschede
Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland
Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk mail mail mail mail mail mail mail mail mail mail Schriftelijk Schriftelijk Schriftelijk
Haaksbergen
Nederland
Plaats Emsbüren Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Hengelo Nordhorn Nordhorn Oldenzaal Zwolle
15-sep-09 10-sep-09 10-sep-09 11-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 9-sep-09 8-sep-09 8-sep-09 2-sep-09 7-sep-09 24-aug-09 10-sep-09 21-sep-09 20-aug-09
Wijze van indiening
5-okt-09 Schriftelijk
7 van 7
1van20
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32
Munchen
Enschede Hengelo (OV) Hengelo (OV) Hengelo (OV)
Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal Hengelo (OV) Oldenzaal Enschede Hengelo (OV) Hengelo (OV)
Werkwijze VTM
Besluitvorming 7.4
Risico(beheersing) 5.3
7.3
Business case 5.2
Informatieverstrekking en voorlichting
Grondexploitatie 5.1
7.2
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
Participatie
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
7.1
Stedenbouwkundige invulling 4.3
Afweging en advies
Wonen 4.2.3
6
Leisure 4.2.2
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Bedrijven en kantoren 4.2.1
Algemeen 3.2.1
Natuur / EHS
Duurzaamheid 3.1
4.1
Technische vragen 2.2.6
Woongenot en leefbaarheid
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
3.3.2
Markt & exploitatie 2.2.4
Gezondheid
Passagiersaantallen 2.2.3
3.3.1
FMO 2.2.2
(externe) veiligheid
Vluchttijden 2.2.1
Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland X Nederland Nederland Nederland X Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland X Nederland Nederland Nederland
3.2.4
Economische schade 2.1.4
De Lutte Wierden
AfwegProces en werkwijze
Luchtkwaliteit
Reistijdeffecten 2.1.3
Oude-Mulders-Wolkorte Beldman Koren Holsheimer Gebi Hofman Ottink Roelofs ten Cate Metz van Ekeren Bloem van der Maar Reerink Hemmelder Stegeman Geerdinck van der Heijden van der Plas Tameling X Oldemeule Verbeek Wilbers Morshuis Visser Knol-Boomkamp Folkertsma Keuper Buursink Ottink Haas
Financiën
3.2.3
Toerisme 2.1.2
Land
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Geluid
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Plaats
Welzijn
3.2.2
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
Hengelo (OV) Oldenzaal
DuurzaMilieu en natuureffecten
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
5.4
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X
X X X
X X X
X X
X
X X X
X
X
X X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X X
X X
X
X X
X X X
X X X X X X
X
X
X
X
X X
X
X
X X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
2van20
De Kwakel Hengelo (OV) Hengelo (OV) Münster Deurningen
Financiën
AfwegProces en werkwijze
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
Participatie
Informatieverstrekking en voorlichting
5.3
5.4
6
7.1
7.2
Besluitvorming
Business case 5.2
7.4
Grondexploitatie 5.1
Werkwijze VTM
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X
7.3
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
Wonen 4.2.3
Stedenbouwkundige invulling
Leisure 4.2.2
4.3
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X
Natuur / EHS
X
4.1
Gezondheid 3.3.1
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Woongenot en leefbaarheid
(externe) veiligheid 3.2.4
Duurzaamheid 3.1
Luchtkwaliteit
Technische vragen 2.2.6
3.2.3
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
Geluid
Markt & exploitatie 2.2.4
3.2.2
Passagiersaantallen 2.2.3
Algemeen
FMO X
Welzijn
3.2.1
X
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
Vluchttijden 2.2.1
X
Economische schade
X
2.1.4
Nederland X Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland X Nederland Nederland Nederland Duitsland X Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
Reistijdeffecten
Hengelo (OV) Oldenzaal
2.1.3
Fischer Ottink Folkertsma Buma Donker Danziger Budde Ubbink Tent Agterbosch Heerink Snippe Goerner Geerdinck zienswijze 2 Jissink-van Ballegooij van Benthem Uneken Burger van Nordhorn Tibbe Stegedirk Christenhusz Hofman NFLA-HLI Nijhuis Nijhuis-Wevers Bezirksregierung Münster Hellegers Voget Austrup de Haan Eggenoor Landkreis Grafschaft Bentheim Hartmann
Toerisme
33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65
2.1.2
Land
Werkgelegenheidseffecten
Plaats
2.1.1
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X X X
X X
X
X X
X X
X X
X
X
X X X
X
X X
X X
X X X
X X
X
X
X X
X X
X X
X
X
X X
X
X
X X X X
X
X X
X X
X
X
X X
X
X
X
X X X
X
X
X
X X
X
X
X
X X X
X X
X X
X X X
X X
X
X
X X
X X X X X
X X
X
X X
X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
3van20
X
Business case
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
5.2
5.3
5.4
6
X
X X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X X
X X
X X
X
X
X
X X
X X
X X
X
X
X X X X X X X X X
X
X X X X
X
X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X X
X X X
X X
X X X
X X X
X X
X
X X
X X X X X X
X
X X
X X X
X X X X X X
X X
X X
X X X X X X X X
Besluitvorming
Grondexploitatie 5.1
X
7.4
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X
X
X X X
X
X
Werkwijze VTM
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X X
X X
X
7.3
Stedenbouwkundige invulling 4.3
X X X
X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Wonen 4.2.3
X X
X
7.2
Leisure 4.2.2
X
Participatie
Bedrijven en kantoren
Algemeen 3.2.1
4.2.1
Duurzaamheid 3.1
Natuur / EHS
Technische vragen 2.2.6
4.1
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
Woongenot en leefbaarheid
Markt & exploitatie 2.2.4
3.3.2
Passagiersaantallen 2.2.3
Gezondheid
FMO 2.2.2
X
X
X X
3.3.1
Vluchttijden 2.2.1
X
(externe) veiligheid
Economische schade 2.1.4
X X
3.2.4
Reistijdeffecten 2.1.3
X X X
AfwegProces en werkwijze
Luchtkwaliteit
Toerisme 2.1.2
X X X
X
Financiën
X
Geluid
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland X Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
3.2.3
Landkreis Grafschaft Bentheim Stadt Gronau, namems de burgemeester Altena Dreyer Stadt Ochtrup Ochtrup Pertsch Nordhorn Heerink zienswijze 2 zie nr 43 Gerloff Nordhorn Stallinga Zwolle Samtgemeinde Uelsen Vorgers Groeneveld Gerdes Benjamins Aβmann Ohly Füser Bonke Exterkate Roeleveld Kramer Niedersächsische LandesBehörde für StrassenbauOldenburg Haget Chur Moss Bredschneijder Meuffels Horstmeier- Busmann Meier Tholema Frentjen Airport Reisecentrum Douwes Dekker
Land
Welzijn
3.2.2
66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98
Plaats
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
DuurzaMilieu en natuureffecten
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
7.1
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X
X X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X
X
X
X X
X
X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
4van20
Oldenzaal Schalkhaar Oldenzaal Haaksbergen Haaksbergen
X X X X X
X X
X
X X
X X X X X X X X X X
X X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X
X X
Besluitvorming 7.4
Afweging en advies 6
Werkwijze VTM
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
7.3
Risico(beheersing) 5.3
Informatieverstrekking en voorlichting
Business case 5.2
7.2
Grondexploitatie 5.1
Participatie
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X X X
X X
X
X
X
X
X X X X X X X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X X X
X X
X X X X X X X X X X X X
7.1
Mobiliteitsconcepten en OV
X
X X X X X X X X X X
AfwegProces en werkwijze
4.4.1
X
X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X X X X X
Financiën
Stedenbouwkundige invulling
X
(externe) veiligheid
Wonen
X X X
X X
X
4.2.3
X
Leisure
X
4.2.2
X
Bedrijven en kantoren
X
4.2.1
X
Natuur / EHS
X
4.1
X
X
Woongenot en leefbaarheid
X
3.3.2
X
X
Gezondheid
X X
3.3.1
X
3.2.4
Duurzaamheid 3.1
X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Luchtkwaliteit
Technische vragen 2.2.6
X X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
3.2.3
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X X X
X X X
Geluid
Markt & exploitatie 2.2.4
X X
Algemeen
Passagiersaantallen 2.2.3
X
3.2.1
FMO 2.2.2
Reistijdeffecten 2.1.3
Vluchttijden
Toerisme 2.1.2
Economische schade
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
X X
Welzijn
3.2.2
Oldenzaal
Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland
2.2.1
Bartscht Böhle Heils Orth Schnieders Eckstein Passlick Meier Thiel Buttler Brickem Jecker Bewoners Ootmarsumsestraat (Oldenzaal) Voort Evers Evers Evers Lüttel Kirchenrat Kirchengemeinde Gildehaus Rawers de Bruin CS Reimers Russek Berk NV Huiskes-Kokkeler Autogroep Gullimex instruments Akzo Nobel Eurosped BV Route to market Telecount Antwoordservice Ingenieursbureau Wendrich &Co Achterbergballonvaarten Mode Sierra Aviation Supplies
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.1.4
99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
4.3
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
5van20
Oldenzaal Hengelo
Financiën
AfwegProces en werkwijze
Informatieverstrekking en voorlichting
Werkwijze VTM
7.2
7.3
Besluitvorming
Participatie 7.1
X X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X X
X
X X
X X X X X X X X X X X X X
X
X X X X X X X X X X X X X
X
X
X X X X X
X
X
X X X X X X X X X X X X X X X X
X X
7.4
Afweging en advies 6
Risico(beheersing) 5.3
X X X X X
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Business case 5.2
X X X X X
5.4
Grondexploitatie 5.1
X X X X X
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X X X X X
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X X X X X X X X X X
Stedenbouwkundige invulling
X X X X X X X X X X
4.3
X X X X X X X X X X
Wonen
X X X X X X X X X X
4.2.3
X X X X X X X X X X
X X
X X X X X X X X X X X X X
Leisure
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X X X X X X X X X X
4.2.2
Natuur / EHS
3.1
X
4.1
Gezondheid 3.3.1
X X X X X
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Woongenot en leefbaarheid
(externe) veiligheid
X X X X X
Duurzaamheid X X X X X X X X X X
Technische vragen
X X X X X X X X X X
2.2.6
X X X X X X X X X X
Luchtvaartnota & Schiphol
X X
2.2.5
3.2.4
Markt & exploitatie 2.2.4
Luchtkwaliteit
Passagiersaantallen 2.2.3
3.2.3
FMO 2.2.2
X X
X X X X X X X X X X
X X X X X X
Algemeen
Vluchttijden 2.2.1
Economische schade X X
2.1.4
Geluid
Enschede
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X
X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Welzijn
3.2.2
Delden Enschede Enschede Enschede Hengelo
Reistijdeffecten
Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland
2.1.3
Hengelo
Toerisme
Ingenieursbureau Wendrich &Co Garrels Advocatenpraktijk Pam people Management Down Town Ipskampgroep Schilder en Vastgoed onderhoud Atl Coatings Eringa Mode Muller Fresh Food Logistics Telecount Antwoordservice De Boddestam BV Bestuur VVEAT Bestuur Good Cause Rally De Kok Accountants Klukkert Copydruk Wolbert Autobedrijf Berenpas Handelton management advies Urenco UWV werkbedrijf Rokramix Betoncentrales Conrad Electronic Benelux BV Regionaal vervoerscentrum Aqua+ Sprinklersystemen Kolkman IntroIT security Mitopics Blend&Better media Partners Stimulering regionale economie MKB Denekamp Financiele en fiscale dienstverlening APRO BV RopeBlock Suwijn Notarissen
DuurzaMilieu en natuureffecten
3.2.1
132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 158 159 160 161 162 163 164
2.1.2
Land
Werkgelegenheidseffecten
Plaats
2.1.1
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X X X X X X X X X X X X X X X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
6van20
X
X X X X X X X X X X X
X
X
X X
AfwegProces en werkwijze
X X X X
X X X X
X
X
X
X
X X X X X X
X X X X X X
X X
X X X
X
X X X
X
X
X
X X
X X
X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X X X
X X X
X X X
X
X
X X X
X X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Werkwijze VTM
7.2
7.3
X X X X X X
X X
X
X
X
X
X X
X X
X X
X X
X X X
X
X
X
X
X X
X
X X X
X X
X
X
X X
X X X X
X X X X
X X X X
X X X X
X X X X
X X X X
X
X
X
X
X
X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X X X X X
X
X X X X X
X X
X
Besluitvorming
Participatie 7.1
X X X X
7.4
Afweging en advies 6
Risico(beheersing) 5.3
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Business case 5.2
X X X X
5.4
Grondexploitatie 5.1
X X X X
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X X X X
Mobiliteitsconcepten en OV
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X X X X
4.4.1
Natuur / EHS 4.1
Stedenbouwkundige invulling
Woongenot en leefbaarheid 3.3.2
4.3
Gezondheid 3.3.1
X X X X
X X
Wonen
(externe) veiligheid 3.2.4
X
X X X
4.2.3
Luchtkwaliteit 3.2.3
X X
X X X X X X
X
X
Leisure
Geluid 3.2.2
X X X
X X
Financiën
X
X X
X X X
X X X X
X
X X
X
X X X X
Duurzaamheid
Markt & exploitatie 2.2.4
X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Technische vragen
Passagiersaantallen 2.2.3
X X X X
X
X X X X X
X X X
2.2.6
FMO 2.2.2 X X
Luchtvaartnota & Schiphol
Vluchttijden 2.2.1
X X X X
2.2.5
Economische schade
Reistijdeffecten 2.1.3
2.1.4
Toerisme 2.1.2
X X X X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Algemeen
Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland
Welzijn
3.2.1
Ten Tije Groep Hengelo Inaday Product Bescherming Enschede Skylance International BV Enschede Uts Grijpma Verhuizingen BV Enschede InnoBrands Delden Nibbrig BDO CampsObers Accountants & Belastingadvise Hengelo Natuur en Milieu Utrecht BUND Kreisgruppe Grafschaft Bentheim Wibbelink Transport BV Goor Ijsbaan Twente Enschede Koop Lamann Isterberg Wolf Nordhorn HPD Hoogsteder Personeelsdiensten Oldenzaal Present Media Enschede Bosch Stork Thermeq BV Hengelo Diekel Pilkington Benelux BV Enschede Kleinecke Nordhorn Graf Holland BV Enschede Julo BV Morssinkhof Bouw BV Enschede Bats Publishing Asbreuk drukkerij Enschede Tyborczyk Nordhorn Haafkes Reefman van den Brink Haaksbergen Beerink Weka Druk Enschede Career Center Twente Enschede
DuurzaMilieu en natuureffecten
3.1
165 166 167 168 169 170 171 172 173 174 175 176 177 178 179 180 181 182 183 184 185 186 187 188 189 190 191 192 193 194 195 196 197
Werkgelegenheidseffecten
Land
2.1.1
Plaats
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
4.2.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X X X
X
X
X
X X
X X X
X X
X X
X X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
7van20
Almelo Nordhorn Enschede Borne Enschede Markelo Nordhorn Enschede Enschede Enschede Münster Nordhorn Neuenhaus Schüttdorf Nordhorn Enschede De Lutte Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Isterberg Nordhorn Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn
Financiën
AfwegProces en werkwijze
X
Participatie
Informatieverstrekking en voorlichting
Werkwijze VTM
7.1
7.2
7.3
Besluitvorming
Afweging en advies 6
7.4
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
Risico(beheersing)
X
5.3
X
Business case
X X
5.2
Grondexploitatie 5.1
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
Mobiliteitsconcepten en OV
Stedenbouwkundige invulling X
4.4.1
X X
4.3
Wonen 4.2.3
X
Leisure
X
4.2.2
Bedrijven en kantoren
X
4.2.1
X
Natuur / EHS
X
4.1
Gezondheid 3.3.1
X
Woongenot en leefbaarheid
(externe) veiligheid
X
Luchtkwaliteit
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X
X
X X X X
X X X X X X X X
X X X X X X X X
X
X X
X X
X X
X
X
X X X X X X X
X X X
X X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X X X X X X X X X
X
X X
X X
X
X X
X X X
X X
X
X
X
X X X
X X
X X X
X X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X
X X
X X
X
X X X X X X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X X X X
X
X
X X
X X
X
3.2.4
X
Welzijn
3.2.3
X
Geluid
Algemeen 3.2.1
Duurzaamheid
Technische vragen 2.2.6
3.1
Luchtvaartnota & Schiphol
Markt & exploitatie 2.2.4
2.2.5
Passagiersaantallen 2.2.3
FMO 2.2.2
Vluchttijden
X
X
X
X X
X X X
X
X
DuurzaMilieu en natuureffecten
3.2.2
Bad Bentheim Enschede
2.2.1
X X X
Economische schade
Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland X Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
2.1.4
Toerisme 2.1.2
Borne
Reistijdeffecten
Werkgelegenheidseffecten
Vanille Natuurmonumenten Overijssel-Flevoland Braakhuis Borne Bedrijven Beckmann Twentevisie BV MKB Oldenzaal Peelen Schröder Vastgoed BV Dahmen De Hoop Recherche Adviesbureau John Halkes Internovi BV Lentink New Destination BV van Dijk Sassanian Aldenberg Tol Bezirksregierung Münster Landkreis Grafschaft Bentheim Mengel Hesping Taube Bewonersgroep Bergweg Keijzer Böhle Blömer Schoo Bürgerbewegung Isterberg Krallmann Lange Lescher Sbardellotto
2.1.3
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
2.1.1
198 199 200 201 202 203 204 205 206 207 208 209 210 211 212 213 214 215 216 217 218 219 220 221 222 223 224 225 226 227 228 229 230
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X X X X X X X X X X X X X X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X
X X X
X X X X X X X
X
X X
X
X
X X X
X
X
X X
X X X
X
X X
X X
X
X
X X X X X
X
X X
X X
X
X X
X
X X
X
X X X
X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
8van20
X X
X X
X X X X X
X
X
X
X
X
X X X X X X X X X X X
X X X X X
X
X X
X X X
X
X X X
X X X
X
Besluitvorming
X
X X X
X
X
X X X X
X X X X
X X X X
X X X X
X
X
X
X X X X
X X X X
X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X
X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X X X X
X
X X
X X X X X
X
X X
X X
X X X
7.4
Werkwijze VTM
Afweging en advies 6
7.3
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
Informatieverstrekking en voorlichting
Risico(beheersing) 5.3
7.2
Business case 5.2
Participatie
Grondexploitatie 5.1
7.1
Bereikbaarheid en ontsluiting X
X X X
X X X X X X X X X X
AfwegProces en werkwijze
4.4.2
Wonen 4.2.3
X X X X
Mobiliteitsconcepten en OV
Leisure 4.2.2
X X X X
4.4.1
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X X X
Stedenbouwkundige invulling
Natuur / EHS 4.1
X X X
4.3
Woongenot en leefbaarheid 3.3.2 X X
X X
Financiën
X
X X
X
X X X X
X X
X X X
3.3.1
Algemeen 3.2.1
X X
X
(externe) veiligheid
Duurzaamheid 3.1
X X
3.2.4
Technische vragen 2.2.6
X X X
X
Luchtkwaliteit
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X
3.2.3
Markt & exploitatie 2.2.4
X X X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X X X X X X X
Geluid
Passagiersaantallen 2.2.3
X X X X
Welzijn
3.2.2
FMO 2.2.2
Reistijdeffecten 2.1.3
X
X X X
X X
X X
Vluchttijden
Toerisme 2.1.2 X X
X
Economische schade
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland
2.2.1
Neumann Nordhorn Alferink Golenkamp Zittema Neuenhaus Krallmann Nordhorn Oldekamp Nordhorn Nykamp Nordhorn Koelmann Bad Bentheim Snippert Losser Siemelink Losser Westerburger Losser Stichting Dorpsraad Lonneker Enschede Baumann Nordhorn Baumann Nordhorn Georganiseerd bedrijfsleven (KvK, VNO NCM) Enschede VVEAT Enschede Waterschap Regge en Dinkel Almelo van Galen Isterberg Stichting Houdt Driene Groen Enschede Vereniging voor natuur- en milieueducatie, afdelingLosser Vereniging voor natuur- en milieueducatie, afdelingLosser van der Valk/ fam. Scholten/ Takkenkamp Lonneker Van Merksteijn Real Estate BV Wierden Grabsch Nordhorn Keen Nordhorn Feldkamp Nordhorn Keen Nordhorn Oude Hengel Lonneker Heekeren Nordhorn Bos Oldenzaal Geertsma Oldenzaal Veldhuis Helsen Wargers Engden Otte Nordhorn
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.1.4
231 232 233 234 235 236 237 238 239 240 241 242 243 244 245 246 247 248 249 250 251 252 253 254 255 256 257 258 259 260 261 262 263
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
Gezondheid
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X
X X
X
X
X X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
9van20
X
X
Mobiliteitsconcepten en OV
Bereikbaarheid en ontsluiting
Grondexploitatie
Business case
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
4.4.1
4.4.2
5.1
5.2
5.3
5.4
X X X X X X
X X X X X X
X
X
X
X
X X
X
X X
X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X X
X
X X
X X
Besluitvorming
Stedenbouwkundige invulling 4.3
X X X X X X
7.4
Wonen 4.2.3
X
X X X X X X
Werkwijze VTM
Leisure 4.2.2
X X
7.3
Bedrijven en kantoren 4.2.1
Informatieverstrekking en voorlichting
Natuur / EHS 4.1
7.2
Woongenot en leefbaarheid 3.3.2
Participatie
Gezondheid 3.3.1
7.1
(externe) veiligheid 3.2.4
Afweging en advies
Luchtkwaliteit 3.2.3
X X X X X X
X
X X X
X X
X X X X X
AfwegProces en werkwijze
Geluid
Duurzaamheid 3.1
X
Financiën
3.2.2
Technische vragen 2.2.6
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Algemeen
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X
Welzijn
3.2.1
Markt & exploitatie
Vluchttijden 2.2.1
2.2.4
Economische schade 2.1.4
X X X X
X X
Passagiersaantallen
Reistijdeffecten 2.1.3
X X X X X X
2.2.3
Toerisme 2.1.2
Stadt Greven Greven Duitsland Gemeinde Westerkappeln Westerkappelen Duitsland Klitzke Nordhorn Duitsland Koelmann Nordhorn Duitsland Schneuing Bad Bentheim Duitsland von Stamm Nordhorn Duitsland Hennig Nordhorn Duitsland Hennig Nordhorn Duitsland Kirsch Nordhorn Duitsland Heemschut Bescherming natuurmonumenten Dalfsen Nederland Nykamp Nordhorn Duitsland Landwirtschafstkammer Niedersachsen Neuenhaus Duitsland Meyer-Glauner Nordhorn Duitsland Westerik De Lutte Nederland Grün Alternative Liste Gronau Gronau Duitsland Systabo BV Enschede Nederland Wilvasto BV Borne Nederland TKH Group NV Haaksbergen Nederland Galvano Hengelo BV Nederland Wilmink - Oosterveld BV Nederland Kom ter zake Nederland Post Jr Vreeman Makelaars Nederland Internovi BV Nederland Baartman Nederland Agfra Holding BV Nederland Innosell BV Nederland McDonald's restaurants Nederland Guen Duitsland Hüls Duitsland Pohl Duitsland Ministerium für Bauen und Verkehr des Landes Nordrhein-Westfalen Duitsland Greenfields Restaurant Nederland Hofschröer Duitsland
FMO
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
264 265 266 267 268 269 270 271 272 273 274 275 276 277 278 279 280 281 282 283 284 285 286 287 288 289 290 291 292 293 294 295 296
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
6
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X
X X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X X X
X X
X X X X X X X X X X X X
X
X X X
X X X
X X X
X X X X X X X X X X X X X X X X
X X X
X
X
X X X
X X X
X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X
X X X X
X
X X X X X X X X X X X X
X
X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
10van20
X X X
X
X X
Mobiliteitsconcepten en OV
Bereikbaarheid en ontsluiting
Grondexploitatie
Business case
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
Participatie
4.3
4.4.1
4.4.2
5.1
5.2
5.3
5.4
6
7.1
X X X
X X
X X
X
X
X
X X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X X
X X
X X
X X
X X
X
X
X X X
X
X
X X
X
X
X X X X
Besluitvorming
Stedenbouwkundige invulling
4.2.3
X
X
7.4
Wonen
4.2.2
X
X
Werkwijze VTM
Leisure
4.2.1
X X
X X X
7.3
Bedrijven en kantoren
4.1
X
X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Natuur / EHS
3.3.2
X
X
7.2
Woongenot en leefbaarheid
3.3.1
X X X
(externe) veiligheid 3.2.4
X
Luchtkwaliteit
Duurzaamheid 3.1
3.2.3
Technische vragen 2.2.6
X X X
Geluid
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X X
X
X
AfwegProces en werkwijze
X X X X X X
X X X
Financiën
X X
Algemeen
Markt & exploitatie
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
3.2.2
X
2.2.4
Vluchttijden 2.2.1
X X X
X
X
Welzijn
3.2.1
X
Passagiersaantallen
Economische schade 2.1.4
X
FMO
Reistijdeffecten
Toerisme 2.1.2
2.1.3
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland X Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland
2.2.3
Koop Oldenzaal Sewerin Gütersloh Schulz Kühlkamp Weduwen Oncken Twentsche Zweefvlieg Club Slot Kropp Pohlmann Aannemersbedrijf Overbeek Goor BV Provinciale Commissie Overijssel Bond Heemschut Dimitriadou Schomakers Blume Goor collectief Otte Stichting Hart van Twente Bauhuis International BV S. Frankenhuis en Zoon BV Werkgevers Kring Enter Wiggers Muziekinstrumenten Borne UNETO-VNI afdeling Overijssel Twente De Monnik Dranken van den Berg Landschap Overijssel Stichting Natuur en Milieu Tepper Korstanje Ankerslot Elbert VVV Stadtmarketing Nordhorn Vertaalbureau De zilveren tong
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
297 298 299 300 301 302 303 304 305 306 307 308 309 310 311 312 313 314 315 316 317 318 319 320 321 322 323 324 325 326 327 328 329
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
Gezondheid
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X
X X
X
X X X
X X X X X X X X X X
X X
X
X X X X X X X X
X X X X X X X X
X X X
X
X X
X X
X X
X
X
X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X X X X X X X X
X X X X X X X X X
X
X X X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X X X
X
X X X X X X X X
X
X
X
X X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
11van20
330 331 332 333 334 335 336 337 338 339 340 341 342 343 344 345 346 347 348 349 350 351 352 353 354 355 356 357 358 359 360 361 362
Van Eck Blues Cox Consulting Group Gemeente Dinkelland van Eck Bewonersbelangen Groot Driene/de Grundel van Midden Stadt Nordhorn, Stadtentwicklung Gullimex Löhle Kenter & Co BV van den Berg Gemeente Losser Elfers Hardeman Hypotheken MVV Bouwconsultancy BV Reurik-Kwak Heijne Meyer-Spethmann Seggers Stichting Lonnekerland en Twentse werkgroep Natuurbehoud Lindschulte van Deuren Elbert Minkjan Vereniging Vrienden van Twickel Hülsmann de Ruiter Nerlinger van Otten Dijstelbloem Ankone Veneman Ev.-ref. Kirchengemeinde Nordhorn
X X
X X X
X X
X
X
X X
X X
X X
X
X
X
X X
X
X X
X
X X
X
X
X
X X X
X
X
X
X
X
X X X
X
X
X
X
X X X
X X
X
X X X
X X
X
X X
X X X
X X
X
X X
X X
X X
X X X X X X X X X X X X X X X X
X X
X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X
Business case
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
Participatie
5.2
5.3
5.4
6
7.1
Besluitvorming
Grondexploitatie 5.1
7.4
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X
X
X
X
X X
X
X X
X
X
X X
X X
X X
X X
X X
X
X
X
X
X X X X
X X
X X X
X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X X X X
X
X
X
X X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X X
X
Werkwijze VTM
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X
X
X X X X
7.3
Stedenbouwkundige invulling 4.3 X
X
X X X
X X
X X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Wonen 4.2.3
X
7.2
Leisure
Woongenot en leefbaarheid 3.3.2
X
X
4.2.2
Gezondheid 3.3.1
X
X X X
X X X
X X
X X
X X X X X
X
AfwegProces en werkwijze
Bedrijven en kantoren
(externe) veiligheid 3.2.4
X X
Financiën
4.2.1
Luchtkwaliteit 3.2.3
X
Natuur / EHS
Geluid 3.2.2
X X
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Algemeen
Duurzaamheid 3.1
X
Welzijn
3.2.1
Technische vragen
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
2.2.6
Markt & exploitatie 2.2.4
Vluchttijden 2.2.1
Passagiersaantallen
Economische schade 2.1.4
2.2.3
Reistijdeffecten 2.1.3
FMO
Toerisme 2.1.2
Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
Werkgelegenheidseffecten
Land
2.1.1
Plaats
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
4.1
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
12van20
X X X X X
X X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X X X X X X
X
X X
X
X
X X X
X X
X X
X X X
X X X X
X X X X X X
X
X
X X X
X X
X
X
X X X X
X
Besluitvorming 7.4
Werkwijze VTM 7.3
Informatieverstrekking en voorlichting
Afweging en advies 6
X
X
X
X
X
X
X
X X X X
X
X X
X X
X X
X
X X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X X X X
X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X X X
X X X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
X X
X X X
X
X X
X X X
X X X
7.2
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
X
X X X X X X
Participatie
Risico(beheersing) 5.3
X
X X
7.1
Business case 5.2
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
Grondexploitatie
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X
X X
5.1
Stedenbouwkundige invulling 4.3
X
Wonen
X
X X X X X
AfwegProces en werkwijze
X X
X X
X
X
X
X X
X
X X
X X X X X X
X X
X
X
X X X
X
X
X
X X X X
X
X X X
X
X
X
X X
X
X X X
X X
4.2.3
X
X X
Leisure
X X X X X
X X
4.2.2
4.1
X X X X
Bedrijven en kantoren
Natuur / EHS
3.3.2
X X X X
X X
Financiën
4.2.1
Woongenot en leefbaarheid
3.3.1
X X X X X
(externe) veiligheid 3.2.4
X
Luchtkwaliteit
Algemeen 3.2.1
3.2.3
Duurzaamheid 3.1
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X X X
Geluid
Technische vragen 2.2.6
Welzijn
3.2.2
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X
Markt & exploitatie
Passagiersaantallen 2.2.3
X X X X
X
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.4
FMO 2.2.2
Reistijdeffecten 2.1.3
Economische schade
Toerisme 2.1.2
Vluchttijden
Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
2.2.1
De Basis BV i.o. Bergjan Peters Bönnen Siegmar Hofmann Kuiper Boudrie Heetderks BBU Bonge Raedthuys Groep Dokman Niehaus Natuur- en milieuraad Enschede Olthuis IHK Nord Westfalen Wouter Witzel EuroValve BV de Vries Uelsen de Vries Uelsen de Vries Uelsen Stichting Alternatieven Vliegveld Twente Gemeente Dinkelland, ontwikkeling Vereniging Natuur en Landschapsbehoud LonnekeEnschede Wijkraad Berflo Es Hengelo Schothuis Hengelo Stübue Nordhorn Pawelzik Bad Bentheim Stadt Lingen EMS Lingen Schüring Gölenkamp Kolk Nordhorn Samtgemeinde Uelsen Uelsen Bundesministerium für Verkehr, Bau und StadtentwBonn
2.1.4
363 364 365 366 367 368 369 370 371 372 373 374 375 376 377 378 379 380 381 382 383 384 385 386 387 388 389 391 392 393 394 395 396
Werkgelegenheidseffecten
Land
2.1.1
Plaats
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
Gezondheid
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X
X X X
X X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
13van20
Nordhorn De Lutte Bad Bentheim Enschede Bad Bentheim Borne Oldenzaal Oldenzaal Oldenzaal
X X X X X X
X X X X X
X X
X X
X X X X X X X X X
X X X X X X X
X
X
X
X X X X X
X X
X X
AfwegProces en werkwijze
X X X X X X X
X
X X X X X X
X X X X X X
X
X X X X X X X
X X
X X X X X
X X X X X X X X X
Werkwijze VTM
Besluitvorming 7.4
X X X
X X X X X X X
7.3
Afweging en advies 6
Informatieverstrekking en voorlichting
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
7.2
Risico(beheersing) 5.3
Participatie
Business case 5.2
7.1
Grondexploitatie 5.1
Stedenbouwkundige invulling 4.3
Bereikbaarheid en ontsluiting
Wonen 4.2.3
4.4.2
Leisure 4.2.2
Mobiliteitsconcepten en OV
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X
4.4.1
Natuur / EHS
Gezondheid 3.3.1
4.1
(externe) veiligheid 3.2.4
X
Woongenot en leefbaarheid
Luchtkwaliteit 3.2.3
Financiën
X X
X X X X X X X X X X X X X
X
X
X X X X X
X X X X X
X X
X X
X
X
X
X
X
X X X
X
X X
X
X
X
X X
Geluid
Duurzaamheid 3.1
X
X
X
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X
X
X X X
Welzijn
3.2.2
Technische vragen 2.2.6
X X
Algemeen
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X
3.2.1
Markt & exploitatie 2.2.4
X X
X
X
Passagiersaantallen 2.2.3
X
FMO
Vluchttijden 2.2.1
X
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
Economische schade 2.1.4
Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland
Reistijdeffecten
Neede Lotte Wettringen Nordhorn Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Enschede Enschede Enschede Lonneker Enschede Weerselo Hengelo
2.1.3
Veltman Landrat Gemeinde Lotte Gemeinde Wettringen Veldboer Bernstorff Heckert Helming Helming Helming Pohlmann Somberg Sablowski Kuijpers Jansen van der Sligte van der Giessen Lugard Drost van Midden-Goselink van de Walle Jeeninga Klanke Broekhuis Brückner-Dülfer Heskamp Jogems Kuiphuis Dokman Sannes Rouwers Lucas vor der Straße Westhuis Huizing
Toerisme
397 398 399 400 401 402 403 404 405 406 407 408 409 410 411 412 413 414 415 416 417 418 419 420 421 422 423 424 425 426 427 428 429
2.1.2
Land
Werkgelegenheidseffecten
Plaats
2.1.1
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X X
X
X X X
X X
X X X X X X X
X X X X X X X X X X
X
X
X
X
X X X X X X X
X X X X X X
X X X
X
X
X X
X X
X X X
X X
X
X X
X X
X X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
14van20
Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland X Nederland Nederland
X X
X
X X
X
X X
X X
X
X
X X
X X X
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
5.3
5.4
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X X X
X X X X X X
X
X X
X
X
X X
X X
X
X X
X
X
X X X
X
X
Besluitvorming
Business case 5.2
X
X
X
X
X
X X X X
X
X X
X X X X
X
7.4
Grondexploitatie 5.1
X X X X X
X X
Werkwijze VTM
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
X
7.3
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X X X
X X
X
X X X X X
X X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Stedenbouwkundige invulling 4.3
X X
X
7.2
Wonen 4.2.3
X
Participatie
Leisure 4.2.2
X X X
7.1
Bedrijven en kantoren 4.2.1
X X
Afweging en advies
Natuur / EHS 4.1
X X
6
Woongenot en leefbaarheid
X
X
X X X
X X
X X
X X X
X
X X
X
X
3.3.2
X X X
X
X
X
X
X
X
3.3.1
Algemeen 3.2.1
X
X X
X
X X
X X X X
X
X X X X X X X X X
(externe) veiligheid
Duurzaamheid 3.1
X X
3.2.4
Technische vragen 2.2.6
X X
AfwegProces en werkwijze
X X X X X X
Luchtkwaliteit
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X X
Financiën
3.2.3
Markt & exploitatie 2.2.4
X X X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X
Geluid
Passagiersaantallen 2.2.3
X
Welzijn
3.2.2
FMO
X X
X
Vluchttijden
X
Economische schade
Reistijdeffecten 2.1.3
Toerisme 2.1.2
X
2.2.2
Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland
2.2.1
Ukaj Velthuis Egberdt Teltenkötter Teltenkötter Verwold landrats kreisenentwicklung Kreis Borken (West M Borken Kalter Nordhorn Kalter Nordhorn Wessling Gemeente Berkelland Tuin-ten Napel Isterberg Korte Brockhaus Niehoff Brookmann Nordhorn Zegger Gölenkamp college gemeente Oldenzaal Oldenzaal college gemeente Oldenzaal Oldenzaal College gemeente Borne Samtgemeinde Neuenhaus Bouw Hart van Twente vervallen Orkest van het Oosten TKF Tuinte Beheer Franziskaner in Badel Agotron-Sicherheitstechnik Missionsgymnasium St. Antonius Tinholt SAVT/Natuurmonumenten VOLT-Twente
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.1.4
430 431 432 433 434 435 436 437 438 439 440 441 442 443 444 445 446 447 448 449 450 451 452 453 454 455 456 457 458 459 460 461 462
Werkgelegenheidseffecten
Land
2.1.1
Plaats
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
Gezondheid
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X X X
X X
X
X X
X X
X X
X
X X
X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
15van20
X X
X
X X X
X
X
X X
X
X X
X
X
X
X X X
X
X X X
X X X
X
X
X X
X
X
Besluitvorming
Werkwijze VTM
Informatieverstrekking en voorlichting
Afweging en advies 6
Participatie
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4 X
Risico(beheersing) 5.3 X
Business case 5.2 X X
Grondexploitatie 5.1 X
X
X X X
X
X
X
Bereikbaarheid en ontsluiting
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X X
X
4.4.2
Stedenbouwkundige invulling X X
X
X
X
4.3
Natuur / EHS
Wonen
X
X X X X
4.2.3
X
X
7.4
X
X
X X X X X
7.3
X
X
X X X X X X
Leisure
X
X X
X
4.2.2
X
X
Bedrijven en kantoren
X
4.2.1
X
AfwegProces en werkwijze
7.2
X X
X X X
Financiën
7.1
X
X
X
X
X X
X X
4.1
X
Woongenot en leefbaarheid
(externe) veiligheid 3.2.4
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
3.3.2
Luchtkwaliteit 3.2.3
X X
Welzijn
Gezondheid
Geluid 3.2.2
Algemeen 3.2.1
X X
X
Duurzaamheid
X
Technische vragen
3.1
X
Luchtvaartnota & Schiphol
Markt & exploitatie
Passagiersaantallen X
2.2.6
X
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.5
X
2.2.4
X
2.2.3
FMO 2.2.2
Vluchttijden 2.2.1
X
Economische schade
X X
2.1.4
Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland X Nederland Nederland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland
Werkgelegenheidseffecten
Reistijdeffecten
Uelsen Nordhorn Nordhorn
2.1.3
Steinfurt Wilsum Enschede Rossum
Toerisme
Oldenzaal
2.1.2
Graas Fritz Verkehrsclub Deutschland (VCD) Stichting Natuur & Milieu Ootmarsum Stichting Rondom Vliegveld Twente Grün Alternative List (GAL) Grün Alternative List (GAL) Bloemendaal Synodalverband Grafschaft Bentheim Gemeente Hof van Twente Italiaans restaurant/pizzeria IHK Osnabrück-Emsland Notgemeinschaft Nordhorn-Range e.V. Vereniging Milieudefensie Schmits Chemical Solutions LNU-NRW College gemeente Haaksbergen Wijzenbeek van Brakel Beuzel ev.-reformierte Kirchengemeinde Schüttorf Overijssels Particulier Grondbezit Kiewik Schulz Roodhart landrat Kreis Steinfurt Averes Faber Vereniging Heemkunde Oalde gemeente Weersel Veldhuis Verkehrs- und Verschönerungsverein Duky VVV-Stadtmarketing Nordhorn e.V.
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
2.1.1
463 464 465 466 467 468 469 470 471 472 473 474 475 476 477 478 479 480 481 482 483 484 485 486 487 488 489 490 491 492 493 494 495
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.1
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X
X
X
X X
X X X
X X
X
X
X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X
X
X X
X
X
X X X
X
X X
X X
X X
X X
X
X
X X
X
X
X
X
X
X
X
X X X X
X
X
X
X
X X
X
X
X X X
X X X X
X
X
X
X
X X
X X
X
X
X
X X
X X X
X
X X
X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
16van20
Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim
X X X
X X X
X X
X X
X X X
X
X
X X X
X X X X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X X
X X X
X
X
X
X
X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X
AfwegProces en werkwijze
X X
X X
X X
X X
X X
X
X X
X
X
X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X X X
X X X
X
X X
X X
X
X X
X X
X
X
X
X X X X X
X X X X
Besluitvorming 7.4
Werkwijze VTM 7.3
Afweging en advies 6
X X X
X X X X X
X
X X X
X X X X X X X X X X X X X X X
Informatieverstrekking en voorlichting
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
X
X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X
X
X X
Participatie
Risico(beheersing)
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
5.3
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
Business case
Stedenbouwkundige invulling 4.3
5.2
Wonen 4.2.3
Grondexploitatie
Leisure 4.2.2
X
5.1
Bedrijven en kantoren 4.2.1
Natuur / EHS
Gezondheid 3.3.1
4.1
(externe) veiligheid 3.2.4
Woongenot en leefbaarheid
Luchtkwaliteit
Geluid 3.2.2
3.2.3
Algemeen 3.2.1
Financiën
X
X
X
X
X
X
X X X X
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
7.2
X
X
Welzijn
7.1
X
X
Duurzaamheid
Technische vragen 2.2.6
X
X
X X X X
X X
3.1
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
Vluchttijden 2.2.1
Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
Markt & exploitatie
Economische schade 2.1.4
Zwolle Lengerich Nordhorn Lienen Nordhorn Nordhorn Nordhorn Greven Bad Bentheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim
2.2.4
Reistijdeffecten 2.1.3
Natuur en milieu Overijssel Stadt Lengerich Ekkert Gemeinde Lienen Haußmann-Schettler Hinke Schettler FMO Flughafen Münster Osnabrück Stadt Bad Bentheim Stadt Nordhorn, ambt für Stadtentwicklung Stadt Nordhorn, ambt für Stadtentwicklung Flugplatz Nordhorn-Lingen Kleibömer Willemsen Jürriens Leerkamp Meier Aßmann Nixdorf Gr. Bardenhorst Schulte Nordholt Gr. Bardenhorst Verbeck Holtschulte Holke Holtschulte Egbers Mann Behrens Hohl Burkert ten Thoren Vos
Passagiersaantallen
Toerisme 2.1.2
Land
2.2.3
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Plaats
FMO
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.2
496 497 498 499 500 501 502 503 504 505 506 507 508 509 510 511 512 513 514 515 516 517 518 519 520 521 522 523 524 525 526 527 528
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X X X X X X X X X X X X X X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
17van20
X X X X X
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
Participatie
5.4
6
7.1
Besluitvorming
Risico(beheersing) 5.3
7.4
Business case 5.2
Werkwijze VTM
Grondexploitatie 5.1
7.3
Bereikbaarheid en ontsluiting 4.4.2
Informatieverstrekking en voorlichting
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
7.2
Stedenbouwkundige invulling 4.3
3.3.2
Wonen
3.3.1
4.2.3
3.2.4
Leisure
3.2.3
4.2.2
3.2.2
Bedrijven en kantoren
Algemeen 3.2.1
X
X
X
4.2.1
Duurzaamheid 3.1
X
AfwegProces en werkwijze
X X
X
X X X X X
X
X X
X X X
X X
X
X X X X
X
X X
X
X X X
X X X
X X
X
X X X
X
X X X
X
X
X
X X X X X
X
X
Financiën
Natuur / EHS
Technische vragen 2.2.6
X X X
Woongenot en leefbaarheid
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X X
Gezondheid
Markt & exploitatie 2.2.4
X X
(externe) veiligheid
Passagiersaantallen 2.2.3
X X X X X
Luchtkwaliteit
FMO 2.2.2
X X X X X
Geluid
Vluchttijden 2.2.1
Reistijdeffecten 2.1.3
X X X X X
X X X X
X X
X X X X X X
X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
X X X X X
X X X X
Welzijn
X X X X
Economische schade
Toerisme
Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
2.1.2
Ahaus Bad Bentheim Osterberg Ahaus Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Quendorf Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Nordhorn Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim
Werkgelegenheidseffecten
Schoppen Vos Butke Schoppen Kellmann Kleibömer Gülker Bardenhorst Casser Küpers Goray Holtel Holtel Winkler Beckmann Luksherm Kotowski Mannebeck Nibbrig Konjer Lippok Dobbe Tobias Tobias Bonte Brückner-Dülfer Kesekamp Rott Heddendorp Loh Schulte-Westenberg Höllmann Heilen
2.1.1
Land
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Plaats
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.1.4
529 530 531 532 533 534 535 536 537 538 539 540 541 542 543 544 545 546 547 548 549 550 551 552 553 554 555 556 557 558 559 560 561
Indiener
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
4.1
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X
X
X
X
X
X X
X
X X X
X X
X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
18van20
562 563 564 565 566 567 568 569 570 571 572 573 574 575 576 577 578 579 580 581 582 583 584 585 586 587 588 589 590 591 592 593 594
X X
X X X
Bereikbaarheid en ontsluiting
Grondexploitatie
Business case
Risico(beheersing)
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten
Afweging en advies
Participatie
4.4.2
5.1
5.2
5.3
5.4
6
7.1
Besluitvorming
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
7.4
Stedenbouwkundige invulling 4.3
Werkwijze VTM
Wonen 4.2.3
7.3
Leisure 4.2.2
Informatieverstrekking en voorlichting
Bedrijven en kantoren 4.2.1
7.2
Natuur / EHS 4.1
Gezondheid 3.3.1
AfwegProces en werkwijze
X
X X
X
X X
X
X
X
X X X
X
Financiën
X X
X
X X X
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Woongenot en leefbaarheid
(externe) veiligheid
Welzijn
3.2.4
Luchtkwaliteit
Algemeen 3.2.1
3.2.3
Duurzaamheid 3.1
Geluid
Technische vragen 2.2.6
3.2.2
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland X Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland
Markt & exploitatie
Vluchttijden 2.2.1
Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Bad Bentheim Nordhorn Emlichheim Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Nordhorn Enschede Schüttdorf Nordhorn Steinfurt Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.2.4
Economische schade 2.1.4
Hillenaar Hennekens ten Brink Lange Focke Rüggen Loh Weinberg Weinberg Weinberg Focke Hillen Becking Tepper Mitglied des Deutschen Bundestages NABU Grafschaft Bentheim Scholten Brüningholt Brüningholt Brüningholt Nahmer Schmidt Ueffing Dondhoaite Elektronik Werkstatt Kreisstadt Steinfurt van der Weel Elberg Elberg Heidekrüger Helmold Moelert Krijger
Passagiersaantallen
Reistijdeffecten 2.1.3
Land
2.2.3
Toerisme 2.1.2
Plaats
FMO
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Indiener
2.2.2
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting 1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
3.3.2
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X
X X
X X X
X X
X
X
X
X
X
X
X X X
X X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X X X
X X X X X X X
X
X X X X X X X
X X X X X X
X X X X X X
X X X
X X
X X X X X X X
X X X X X X X
X
X
X
X
X X
X X
X X
X X
X X
X X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X X
X X X X X X X
X
X
X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
19van20
X X
X X
X X X X X X
X
X X
X X
X
X X X X X
X X X X X X
X X
X X X X x
X X X X
X X
X X
X
X X
Financiën
AfwegProces en werkwijze
X
X
X
Werkwijze VTM
Besluitvorming 7.4
X
7.3
Afweging en advies 6
Informatieverstrekking en voorlichting
Analyse (maatschappelijke) kosten en baten 5.4
7.2
Risico(beheersing) 5.3
Participatie
Business case X
7.1
X
5.2
Grondexploitatie 5.1
X
Bereikbaarheid en ontsluiting
X
4.4.2
Mobiliteitsconcepten en OV 4.4.1
4.1
X
X
Stedenbouwkundige invulling
3.3.2
X
4.3
3.3.1
X
X
Wonen
3.2.4
X
X
4.2.3
Natuur / EHS
3.2.3
X
Leisure
Woongenot en leefbaarheid
3.2.2
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
4.2.2
Algemeen 3.2.1
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Bedrijven en kantoren
Duurzaamheid 3.1
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Gezondheid
Technische vragen 2.2.6
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
X X
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
(externe) veiligheid
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Luchtkwaliteit
Markt & exploitatie 2.2.4
X X X X X X X X X X X X X X X X X X X X
Geluid
Passagiersaantallen 2.2.3
Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Duitsland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland Duitsland Duitsland Nederland Nederland
FMO
Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Emsbüren Emsbüren Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Neuenhaus Hengelo Nordhorn Nordhorn Oldenzaal Zwolle
2.2.2
Reistijdeffecten 2.1.3
Jacobs Voshaar-Moelert Moelert Beckmann Knüver-Meijer Rerink Straten Fink-Straten Schipper Schneider-Schipper Hemme Hemme Fremder Vonink Stüker Schlinker Keesmann-Egbers Schoemaker Meijer Leisman-Moss Gemeenteraad Hengelo kirchenrates ev-ref. kirchengemeinde Nordhorn Voget Stichting Hart van Twente Dienst Landelijk Gebied Plaschke Höning Ottink-Leus Ottink Lucas Busmann Overbeek Ruyter
Ruimtelijke aspecten structuurvisies Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
Vluchttijden
Toerisme 2.1.2
Land
Welzijn
2.2.1
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
Plaats
Economische schade
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Indiener
DuurzaMilieu en natuureffecten
2.1.4
595 596 597 598 599 600 601 602 603 604 605 606 607 608 609 610 611 612 613 614 615 616 617 618 619 620 621 622 623 624 625 626 627
1.5
Nr.
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Luchtvaart
4.2.1
Economische aspecten Economische ontwikkeling
X X X X
X
X X
X X
X
X X
X X X
X X X
X X
X X
X X
X X
X X X
X X
X X
X X
X X
X X
X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.
Nr.
628 629 630 631 632 633 Indiener Plaats
Teltenkötter Raffel Kreuwel Haaksbergen Regio Twente Enschede Omwonendenvertegenwoordiger COVM VliegbasisEnschede College B&W Gemeente Haaksbergen Haaksbergen X X
Bedrijven en kantoren Leisure Wonen Stedenbouwkundige invulling Mobiliteitsconcepten en OV Bereikbaarheid en ontsluiting Grondexploitatie Business case Risico(beheersing) Analyse (maatschappelijke) kosten en baten Afweging en advies
4.2.1 4.2.2 4.2.3 4.3 4.4.1 4.4.2 5.1 5.2 5.3 5.4 6
X X X X
X X X X X X X X X X
X X
X X X X
Werkwijze VTM Besluitvorming 7.4
Financiën
7.3
Ruimtelijke aspecten structuurvisies
Informatieverstrekking en voorlichting
Welzijn
7.2
Milieueffecten, welzijn en duurzaamheid
Participatie
Gezondheid
(externe) veiligheid
DuurzaMilieu en natuureffecten
7.1
Natuur / EHS 4.1
X
Luchtkwaliteit
Woongenot en leefbaarheid
Algemeen 3.2.1
3.3.2
Duurzaamheid 3.1
X
3.3.1
Technische vragen 2.2.6
X
3.2.4
Luchtvaartnota & Schiphol 2.2.5
Luchtvaart
3.2.3
Markt & exploitatie 2.2.4
Economische aspecten
Geluid
Passagiersaantallen 2.2.3
Economische ontwikkeling
3.2.2
FMO 2.2.2
Reistijdeffecten 2.1.3
Vluchttijden
Toerisme 2.1.2
Economische schade
Werkgelegenheidseffecten 2.1.1
2.2.1
Duitsland Duitsland Nederland Nederland Nederland Nederland 2.1.4
Zienswijze bevat uitsluitend standpunt/opvatting
Land
1.5
20van20
Natuurogrammatische invullwkundiMobiliteit
AfwegProces en werkwijze
X X X
Dit overzicht is een hulpmiddel bij het herleiden van de ingediende zienswijzen en maakt formeel geen onderdeel uit van de reactienota. De inhoud van dit overzicht is onder voorbehoud van fouten.