24

NEDERLANDS

UniTech Laundry Bedieningshandleiding

DUMA_UNITECHL 060520 - 0900857 Rev: A (06/05)

P 1 / 24

INHOUDSOPGAVE

Specificaties .................................................................................................... 3 Voorbereiding van de installatie ....................................................................... 4 Installatie

► Montage ................................................................................................... 4 ► Algemeen ................................................................................................. 5 ► Signaalaansluitingen ................................................................................. 6 Werking .......................................................................................................... 7 Programmering ............................................................................................... 8 Pompen toevoegen ....................................................................................... 16 Wijziging van de Printplaat

► Procedures .............................................................................................. 17 ► Jumper Settings ....................................................................................... 17 Onderdelenschema

► Primaire Controller .................................................................................. 18 ► 800 Sateliet ............................................................................................ 20 Pomp Layout Schema ................................................................................... 21 Aansluitschema ............................................................................................. 22 Verklaring van overeenstemming ................................................................... 23 Garantie-informatie ........................................................................................ 24 Knight vestigingen ......................................................................................... 24

WAARSCHUWING: Draag altijd beschermende kledij en ogenbeveiliging tijdens het behandelen van chemicaliën of ander materiaal. Neem de instructies voor het veilig omgaan (MSDS) met chemische producten in acht. WAARSCHUWING: Om gevaarlijke of dodelijke elektrische schokken te vermijden moet u tijdens de werkzaamheden op de unit altijd de voedingsspanning uitschakelen. WAARSCHUWING: Bij de installatie van alle apparatuur moet u ervoor zorgen dat aan alle plaatselijke veiligheids-, elektrische en hydraulische voorschriften wordt voldaan.

P 2 / 24


SPECIFICATIES Parameters Toegangscode Stroomsnelheden pomp Systeemmodus

Defaultwaarde 0000 0 Signaal

Waarden 0 – 9, A – Z 0-99.9 Oz, 999.ml Signaal Afvoer, Relay

Formule #

1

1 t/m 20

Ladingtelpomp

2

1 t/m 8

0

0 – 65536

Ladingteller

Maateenheden Vertragingseenheden pomp

US SEC

US, Metrisch, UK SEC, MIN

Blokkering wassignaal

Uitgesch.

Uitgeschakeld, ingeschakeld

Selectie AFS (automatische

Uitgesch.

Uitgeschakeld, ingeschakeld

Tijd systeemblokkering AFS Modus AFS Micro Tijdverdeler Spoelen modus Duur spoelen

0 Micro 1 Uitgesch. 0

Polariteit afvoersignaal

Normaal

Kwalificatietijd signaal

1

IJken modus

Tijd

0-100 min Micro, Tabel 1, 2, 5 Uitgeschakeld, ingeschakeld 0-100 sec Normaal, omgekeerd 1-100 sec Tijd, volume

Vertraging controle

5

0-100 sec

Doorlooptijden/volumes

0

0-255 sec, 0-999 ml, 0-99,9 oz

0

0-255 sec of min

Vertragingstijden formule Namen formules

Formule ##

Alfanumerieke volgorde

De toegangscode verandert niet bij het wissen van alle geprogrammeerde instellingen

De ladingteller heeft een eigen menu om de nulstelling mogelijk te maken VERKLARINGEN VAN DE VEILIGHEIDSSYMBOLEN

Onderstaand volgt een lijst van verklaringen van de veiligheidssymbolen die u op de unit en/of in de bedieningshandleiding kunt tegenkomen. Maak u a.u.b. vertrouwd met de betekenis van ieder symbool.

ALGEMENE WAARSCHUWING: Dit waarschuwing voor de veiligheid.

symbool

verwijst

naar

een

algemene

GEVAAR VOOR ELEKTRISCHE SCHOKKEN: Dit symbool wijst op de aanwezigheid van gevaarlijke elektrische spanningen in de behuizing. LEES DE HANDLEIDING: Dit symbool verwijst u naar de handleiding voor belangrijke instructies en procedures met betrekking tot de veiligheid.


P 3 / 24

VOORBEREIDING VAN DE INSTALLATIE (1) Controleer vóór de installatie alle toepasselijke hydraulische en elektrische codes. Dit zal bijdragen aan een veilige en doelmatige installatie van het systeem. (2) Zorg voor een aansluitschema van de wasmachine (verstrekt door de fabrikant van de machine of aangebracht op de machine zelf). (3) Controleer, om er verzekerd van te zijn dat alle functies van de wasmachine naar behoren functioneren. Waaronder; kaartlezer of timer, watersolenoïden, spoelkranen, waterniveauschakelaar, machinemotor, en afvoerklep. (4) Controleer de voorgestelde locatie op een 115, 208, of 230 V wisselstroom-voedingsbron. (5) Controleer de spanning van alle te gebruiken voedingssignalen van de wasmachine. Meet de spanning tussen het signaal van de stroomvoorziening en de massa van het signaal met een voltmeter. Meet de signaalspanning niet tussen het signaal van de stroomvoorziening en de massa van de kast (aarde). (6) Meet de afstand tussen de chemicaliënrecipiënten en het pomphuis, en tussen het pomphuis en het inspuitpunt in de wasmachine. Voordat u begint met de installatie moet u zich er van verzekeren dat u het volgende gereedschap en materiaal bij de hand heeft...

• Platte

en kruiskopschroev endraai ers. Een schroevendraaier moet een lange steel (20 cm) hebben om de montageschroef onderaan op de dispenser te bereiken.

• Boormachine en boren. • Geschikte bedrading voor de voedingsspanning en signalen (controleer plaatselijk toegepaste codes).

• Kniptang, draadstripper, en buigtang.

• Draadklemmen en een randomlegstempel. • Voltmeter (of multimeter). • Pluggen voor droge muur en montageschroeven. • Isolatieband. • Chemicaliëntest kit. • Accessoirekit dispenser.

INSTALLATIE - MONTAGE (1) Verwijder de bestaande dispenser, indien aanwezig. (2) Gebruik de montagebeugel om de plaats waar de gaten moeten worden geboord af te tekenen. Boor de drie gaten.

(3) Druk de pluggen in de droge muur en monteer de beugel.

(4) Hang de dispenser op en teken de plaats af waar het onderste gat moet komen. Bij UniTech systemen met meer dan twee pompen moet u de exacte plaats van de andere montagegaten aftekenen.

(5) Boor de overige gaten en druk de laatste pluggen in de muur. Monteer de unit nog niet tegen de wand. (6) Indien u een MFM bediening gebruikt, moet u die op de voorkant van de wasmachine plaatsen waar de bedieners er gemakkelijk bij kunnen. Bevestig hem stevig tegen de wasmachine met de verstrekte m ont ageschr oev en of de Dual-Lock bevestigingsstrippen (na reiniging van het montageoppervlak omdat de lijm niet op een vies oppervlak zal hechten). OPMERKINGEN: Alle systemen verlaten de fabriek met de MFM kabel reeds aangesloten in de schakelkast. Bij montage van een MFM op een bestaand systeem, moet u de kabel aansluiten zoals beschreven op het aansluitschema van pagina 22. .

P 4 / 24


INSTALLATIE - ALGEMEEN Controleer of alle spanningsbronnen zijn uitgeschakeld voordat u met de volgende stappen verder gaat. (1) Trek

de

stroomtoevoerdraden

door

de

buis.

(2) Verwijder de pomp van de linkerkant van de dispenser om ruimte vrij te maken. Verdraai de uitwerpdop voor de buis met een plattang om hem te verwijderen .

(3) Trek de draden door het pomphuis de schakelkast in. Maak het eind van de buis los zodat het insteekgedeelte vrij kan draaien. Er is weinig speelruimte in het pomphuis en u zult de buismoer niet gemakkelijk kunnen draaien. Houd daarom de buismoer vast met een tang en draai het insteekgedeelte om hem vast te zetten.

(5) Plaats de contactstrip weer terug en draai de schroef weer aan. Zet alle kabelbundels weer vast. Plaats de pomp weer terug en breng het frontje weer aan.

(6) hang de dispenser aan de wand en installeer de laatste schroef aan de onderkant van de dispenser. Gebruik een schroevendraaier met een lange steel om erbij te kunnen. Bij UniTech systemen met meer dan twee pompen moet u de overige montageschroeven aanbrengen.

(7) Voor iedere pomp moet u de aanzuigslang op lengte snijden en één zijde ervan in het daarvoor bestemde toevoerrecipiënt steken met gebruikmaking van een PVC pijp ter ondersteuning. Steek het andere einde van de aanzuigslang in de linkerzijde (input) van de pompslang. (8) Voor iedere pomp moet u de afvoerslang op lengte snijden en één zijde ervan in de rechterzijde (output) van de pompslang steken. Creëer met het andere einde van de afvoerslang een antihevellus (naar “beneden” gericht“) en steek die in het voedingsvak van de machine.

(4) Maak de kabelbundels los om beter bij de contactstrip te kunnen komen. U kunt het contactstrip-paneeltje verwijderen door één schroef los te draaien (het paneeltje heeft een gleuf en de schroef hoeft niet te worden verwijderd). Schuif het paneeltje over de schroef en trek hem naar boven om er beter bij te kunnen. Strip ruim een halve cm van de spanningsdraden en verbind ze met de juiste contactklemmen op de strip. Zie het aansluitschema (pagina 22) voor meer informatie.


OPMERKINGEN: Bij gebruik van een “Flush manifold” verdeelstuksysteem wordt de uitgangszijde van de pompslang aangesloten op de keerkleppen van het verdeelstuk.

Inschakelen Bij het inschakelen zal de display achtereenvolgend alle herkende inrichtingen tonen, zoals de satellietpompen, SIB, en MFM controller. Wanneer de display aangeeft dat een pomp niet van de juiste grootte is (bijvoorbeeld: wanneer een 800 pomp wordt gebruikt terwijl de display aangeeft dat het een 500 is) moet u Knight raadplegen voor assistentie.

P 5 / 24

INSTALLATIE — SIGNALEN / SIB De SIB is een signaal interface module die voedingssignalen ontvangt van de wasmachine, en daarna met de dispenser communiceert om de pompen te laten draaien. De laagspanningskabel verbindt de module met het pompsysteem zonder dat een kabelgoot nodig is. OPMERKINGEN: Alle systemen verlaten de fabriek met de SIB reeds op de juiste wijze aangesloten. Bij latere toevoeging van een MFM aan een bestaand systeem zal de SIB rechtstreeks op de MFM moeten worden aangesloten in plaats van op de pomp. Zie het aansluitschema op pagina 22 voor details. (1) Monteer de module met gebruikmaking van de geleverde Dual Lock zelfklevende strip. De module kan in of naast het besturingsgedeelte van de wasmachine, of op enige andere geschikte plaats worden gemonteerd. (2) Sluit de voedingssignalen aan op de SIB in overeenstemming met de draadkleuren op het SIB etiket. Bij gebruik van de Afvoermodus is slechts één signaal nodig (pomp #1). (3) Wanneer u één massa van het signaal gebruikt (typisch) moet u die aansluiten op “COM A” op de SIB. Wanneer u twee massa’s van het signaal gebruikt zult u een weerstand in de SIB moeten verwijderen voordat u de massageleiders aansluit. Zie de onderstaande details.

Het “splitsen” van de signaalmassa’s:

FILTER LAAGSPANNINGSSIGNAAL De signaalfilteringscapaciteit van de SIB kan helpen om ongewenste inspuitingen veroorzaakt door zwerfsignalen of spanningsvallen te voorkomen. Gewoonlijk zult u slechts één massasignaal gebruiken, maar, bij het gebruik van “gesplitste massa’s”, kan iedere massa onafhankelijk worden ingesteld om signalen te filteren. Het signaalfilter wordt geactiveerd door een draadbrug in de SIB te verwijderen. Er is een draadbrug voor massa A en één voor massa B (indien noodzakelijk). In de onderstaande tekening ziet u de exacte positie van de draadbruggen in de SIB. . Draadbrug voor massa “A” signaalfilter

Draadbrug voor het massa “B” signaalfilter

• Bij verwijdering van de draadbrug bedraagt het invoerbereik van het signaal 70 – 240 volt.

• Bij een aanwezige draadbrug (normaal) bedraagt het invoerbereik van het signaal 24 – 240 volt.

(1) Verwijder de schroeven van de bodem van de SIB om de module te openen.

• Sluit geen signaal- of massadraden aan op de contactklemmen waar de draadbruggen naar toe gaan..

(2) Identificeer de weerstanden aan de rechterzijde van de module (iedere weerstand heeft een enkele zwarte ring).

Volg de onderstaande stappen om het signaalfilter te activeren. Wanneer u later de SIB moet instellen voor een normaal signaalbereik, hoeft u slechts de draadbruggen terug te plaatsen.

(3) Snij de weerstand die de massa’s over de gewenste pompen zal “splitsen” los en verwijder hem. U mag slechts één weerstand verwijderen.

(1) Verwijder alle schroeven van de bodem van de SIB om de module te openen.

SNIJ WEERSTAND LOS

OM COM A TE GEBRUIKEN VOOR POMPEN

EN COM B VOOR POMPEN

R19

1-2

3-8 (en AFS)

R20

1-3

4-8 (en AFS)

R17

1-4

5-8 (en AFS)

R15

1-5

6-8 (en AFS)

R16

1-6

7-8 (en AFS)

R18

1-7

8 (en AFS)

R21

1-8

AFS

(2) Om signalen te filteren die massa A gebruiken, moet u de draadbrug van de contactklemmen in de linkerbovenhoek van de printplaat verwijderen. (3) Om signalen te filteren die massa B (indien noodzakelijk) gebruiken, moet u de draadbrug van de contactklemmen in de linkerbenedenhoek van de printplaat verwijderen . (4) Sluit de module en plaats de schroeven weer terug wanneer u klaar bent.

(4) Sluit de module en plaats de schroeven weer terug wanneer u klaar bent.

P 6 / 24


WERKING Het UniTech wassysteem heeft drie bedrijfsmodi voor de grootst mogelijke veelzijdigheid met alle soorten wasmachines hetgeen u in staat stelt om de beste handeling voor uw toepassing te kiezen.

Signaalmodus Het systeem heeft een capaciteit van maximaal 20 door de gebruiker te selecteren formules waarbij iedere formule voor iedere pomp specifieke doorlooptijden en vertragingstijden heeft. De basisunit kan maximaal 8 formules bevatten (dit geldt ook bij gebruik van de formulekiezer). Het maximum van 20 formules vereist het gebruik van de draagbare MFM controller. De signalen van de wasmachine zullen de pompen activeren, waarna de UniTech de besturing overneemt om de vertragingstijden en doorlooptijden af te tellen met maximaal 3 “niveaus” voor iedere pomp (onderstaand verklaard). De of toetsen om de geschikte bediener van de machine zal de formule selecteren met gebruikmaking van de wasformule te kiezen.

”Programmeringsniveaus" stellen een pomp in staat om verschillende hoeveelheden chemicaliën in te spuiten voor meerdere signalen naar dezelfde pomp tijdens een formule. Zo kan pomp 1 bijvoorbeeld op het eerste signaal 8 ounces (circa 226 g) aan chemicaliën inspuiten en later 12 ounces (circa 340 g) aan chemicaliën op het tweede signaal. Voor iedere pomp op iedere formule zijn drie niveaus beschikbaar, met uitzondering van de ladingtelpomp. Voor de ladingtelpomp (en voor enige andere pomp die gelijktijdig een signaal zal kunnen ontvangen) kan slechts 1 niveau geprogrammeerd worden. De niveaufunctie kan ook worden gebruikt om een inspuiting “over te slaan”. het volstaat om gewoon geen volume of vertragingsijd voor dat niveau te programmeren. One-to-one pump signal mode: When a formula begins the first signal to a pump will activate level 1. The signal has to be present for at least as long as the signal qualify time to be recognized. The second signal to the pump during the formula will activate level 2. The third signal to the pump during the formula will activate level 3. Any further signals will be disregarded once level 3 has been activated. The load count pump signal must be received to reset levels in preparation for the next formula. Assigned pump signal mode: Each pump/formula/level combination has a signal assignment for which signal (to the SIB) will trigger the chemical injection. For example, pump 1 input on the SIB becomes “signal 1” and can be assigned to whatever pumps you wish to activate with this signal. Pump 2 input on the SIB becomes “signal 2”, and so on. Incoming signals should be received by the UniTech in order from lowest number to highest number. This type of operation allows certain types of washer signals to be used more effectively to trigger chemical injections.

Afvoermodus Deze modus is vergelijkbaar met de signaalmodus, maar vereist slechts één signaalbron van de wasmachine en werkt op basis van de telling van het aantal afvoerbeurten tijdens een wascyclus. Tijdens de programmering van de UniTech voor de afvoermodus krijgt iedere chemicaliënpomp een specifieke afvoergebeurtenis toegewezen waarop hij het product zal moeten inspuiten. Deze functie heeft alleen gevolgen voor de wijze waarop de pompen worden geactiveerd – alle andere functies, zoals de doorlooptijden van de pomp, vertragingstijden en de spoelenmodus, zullen normaal blijven functioneren. Tijdens een wasformule wordt ieder afvoersignaal geteld en zullen de pompen chemicaliën inspuiten afhankelijk van het afvoernummer dat hen is toegekend. De afvoermodus lijkt op de signaalmodus, dat wil zeggen dat de pompen geprogrammeerd zijn met doorlooptijden (en vertragingstijden indien noodzakelijk) en de spoelenmodus werkt op dezelfde wijze als het doet in de signaalmodus. Zorg ervoor dat de ladingtelpomp de laatste pomp is om tijdens een formule in te spuiten en programmeer een spoeltoekenning voor de ladingtelpomp bij iedere gebruikte formule. Indien noodzakelijk kunt u een ongebruikt pompnummer bestemmen als ladingtelpomp. De “multiniveau” functie werkt iets anders in de afvoermodus, vanwege de wijze waarop afvoermodus het aantal signalen naar pomp #1 invoer telt. Een eventueel vereiste tweede inspuitniveau moet worden geprogrammeerd om op een later afvoernummer in te spuiten (gebeurtenis) dan het eerste niveau voor die pomp. .

• Wanneer de pompen tijdens een formule vrijlopen zal de display de huidige afvoertelling en de formulenaam tonen. • Auto Formula Select is werkzaam in de afvoermodus, maar wordt gewoonlijk niet gebruikt (AFS van kaart wordt niet aanbevolen).

• Auto Formula Select (indien gebruikt) zal de afvoertelling resetten. Relay modus Dit soort handeling kan worden gebruikt bij een door een microprocessor gestuurde wasmachine. Indien ingesteld op de relay modus, zal het UniTech systeem de pompen laten draaien zolang hun respectievelijke signalen aanwezig zijn. Er is een geringe vertraging van een paar seconden voor het starten en stoppen van het draaien van de pomp. De on en off vertraging zijn ongeveer gelijk en het is daarom niet echt nodig om de duur van het signaal aan te passen voor een meer precieze dosering. Om dit te bewerkstelligen zal het systeem zijn doorlooptijd en vertragingstijdmogelijkheden voor de chemicaliënpompen “by-passen”, hoewel de spoelenmodus op dezelfde wijze zal blijven werken. De keuze voor een ladingtelpomp is optioneel in de relay modus — Ladingtellingen worden bijgehouden als een accumulatief nummer en worden op de gangbare wijze weergegeven.


P 7 / 24

BESCHRIJVING VAN DE TOETSFUNCTIES • ENTER: Wanneer u de entertoets circa 3 seconden lang ingedrukt houdt schakelt u over tussen de werkings- en programmeringsmodi. Met Enter kunt u ook door de programmeringsmenu's bladeren. .

• SCROLL: Met de scrolltoets verplaatst u de positie van de cursor in de menu's tijdens het wijzigen van tekst of nummers. De scrolltoets zal op het eind van een regel met karakters een “wrap around” uitvoeren, d.w.z. hij gaat automatisch verder naar het begin van de regel. Met de scrolltoets verplaatst u de positie van de cursor in de menu's met selecteerbare instellingen. Tijdens het normale gebruik toont de scrolltoets tevens de ladingteller.

• UP ( ): Vermeerdert numerieke waarden of zorgt voor een verplaatsing naar boven door de beschikbare karakters. Houd de toets ingedrukt voor een snelle verplaatsing. De UP toets dient ook voor het kiezen van de formule tijdens het normale gebruik.

• DOWN ( ): Vermindert numerieke waarden of zorgt voor een verplaatsing naar beneden door de beschikbare karakters. Houd de toets ingedrukt voor een snelle verplaatsing. De DOWN toets dient ook voor het kiezen van de formule tijdens het normale gebruik.

PROGRAMMERING Het is wellicht handig om de programma-instructies door te lezen voordat u begint. Dit zal u helpen om meer vertrouwd te raken met de werking van de UniTech en zal de uiteindelijke programmering veel sneller doen verlopen.

• U kunt op ieder punt tijdens de programmering terugkeren naar de normale bedrijfsmodus door de Entertoets 3 seconden lang ingedrukt te houden om de programmeermodus te verlaten.

• Wanneer tijdens de programmering 2 minuten lang geen toetsen worden ingedrukt zal UniTech automatisch terugkeren naar de normale bedrijfsmodus.

• Bij gebruik van een MFM wordt het aanbevolen om alle programmering op het toetsenbord van de MFM uit te voeren en niet op de basisunit. Wanneer u gereed bent om te starten moet u de Entertoets ongeveer 3 seconden lang ingedrukt houden om de programmeermodus te openen. Laat de toets los wanneer u de toegangscode prompt ziet. Volg de prompts en instructies van het menu op de volgende pagina en begin met het programmeren.

ENTER ACCESS 0000 CODE:

Alle nieuwe systemen verlaten de fabriek met de toegangscode ingesteld op 0000. Indien het systeem nieuw is moet u ENTER intoetsen om verder te gaan. Wanneer de toegangscode van de defaultwaarde van 0000 gewijzigd is (zie verderop in deze handleiding) moet u / en SCROLL gebruiken om uw code in te toetsen, en vervolgens ENTER intoetsen om verder te gaan .

SELECT LANGUAGE: ENGLISH

If you wish to change the menu language, press SCROLL to advance through the available choices until your desired language name is shown on the display. Press ENTER to continue.

PRIME PUMP 2 SCROLL = START

Gebruik / om het pompnummer (of de spoelsolenoïde, indien gebruikt) te kiezen die u wenst te voeden, gebruik dan SCROLL om de pomp in of uit te schakelen. Herhaal naar behoefte voor de andere pompen. Wanneer u klaar bent moet u ENTER intoetsen om verder te gaan..

Vervolg op volgende pagina

P 8 / 24


PROGRAMMING CHANGE FORMULAS? NO—SCRLL FOR YES

Gebruik SCROLL om ervoor te kiezen of de formule-instellingen wenst te wijzigen, toets vervolgens ENTER in (alleen voor signaalmodus of afvoermodus – is niet van toepassing op relay modus). Indien u NEE antwoordt, zult u de onderstaande displays niet zien en verdergaan naar de volgende pagina. Indien u JA antwoordt, zal één van de volgende displays verschijnen.

FOR01 LEV01 PU01 SIO RUN 0S DL0

FM01 L1 P1 DC00 VOL 0S DL00

Indien u de signaalmodus gebruikt

Indien u afvoermodus gebruikt

Gebruik SCROLL en / om de gewenste formule/niveau/pomp op de bovenste regel te kiezen. Gebruik dan SCROLL en / om de doorloop- en vertragingstijd van de pomp op de onderste regel in te stellen (indien vereist) . Herhaal dit voor alle pompen en formules die u wenst te programmeren. Toets ENTER in om verder te gaan. .

Iedere pomp/formule moet een afvoertelnummer toegewezen hebben (zichtbaar als “DC” op de bovenste regel). Dit nummer vertegenwoordigt het afvoersignaal waarop u wenst dat de pomp wordt geactiveerd. Het telbereik van de afvoer is 0 - 20.

/ om de gewenste Gebruik SCROLL en formule/niveau/pomp en afvoertelling op de bovenste regel te kiezen. Gebruik dan SCROLL en Ý/ß om de doorloop- en vertragingstijd van de pomp op de onderste regel in te stellen (indien vereist) . Herhaal dit voor alle pompen en formules die u wenst te programmeren. Toets ENTER in om verder te gaan. .

Terug naar pompvoeden menu — OF — Verder naar MFM transfer menu

OPMERKINGEN: Ga als volgt te werk voor de programmering van de signaal- en afvoermodus formule.

• Druk ENTER in zonder enige data te wijzigen indien u onmiddellijk verder wenst te gaan naar het MFM transfer menu. • De pompen zijn geijkt in de volumemodus, de display zal “VOL” aangeven in plaats van “DOORLOPEN”. • Doorlooptijdbereik: 0 - 255 seconden • Bereik vertragingstijd is 0 - 255 seconden (of minuten).

CHANGE MAIN PASS 0000 CODE?

Met dit menu-item kunt u de “primaire” toegangscode wijzigen. Gebruik / om de geselecteerde letter (die is onderstreept) te wijzigen en SCROLL om verder te gaan naar de volgende letter. Wanneer u klaar bent moet u ENTER intoetsen om verder te gaan. OPMERKINGEN: Met de “primaire” toegangscode heeft u toegang tot het systeem voor alle programmeringsfuncties.

NEW MAIN CODE IS 0000

Wanneer u in het vorige menu de toegangscode heeft gewijzigd zal het systeem de nieuwe code tonen om de wijziging ervan te bevestigen Toets ENTER in om verder te gaan.



P 9 / 24

PROGRAMMING

CHANGE USER PASS 0000 CODE?

Met dit menu item kunt u de “gebruikers” toegangscode wijzigen. Gebruik / om de geselecteerde letter (die is onderstreept) te wijzigen en SCROLL om verder te gaan naar de volgende letter. Wanneer u klaar bent moet u ENTER intoetsen om verder te gaan. OPMERKINGEN: Met de “gebruikers” toegangscode pass heeft u slechts toegang tot het systeem voor het voeden van de pompen en zijn ongeoorloofde wijzigingen van alle geprogrammeerde instellingen onmogelijk.

NEW USER PASSCOD 0000

SCROLL & DOWN TO RESET EVERYTHING

Wanneer u in het vorige menu de toegangscode heeft gewijzigd zal het systeem de nieuwe code tonen om de wijziging ervan te bevestigen Toets ENTER in om verder te gaan.

U zult worden verzocht te bevestigen dat u het systeem wenst te resetten. Deze functie wordt aanbevolen voor nieuwe installaties en stelt u in staat om het volledige geheugen te wissen en de unit weer in de stand met de defaultparameters te brengen. Wanneer u deze functie wenst uit te voeren om het geheugen te wissen moet u tegelijkertijd SCROLL en DOWN intoetsen en ziet u de volgende display

ARE YOU SURE? SCRLL & DWN AGAIN

Het systeem zal u vragen of u er werkelijk zeker van bent dat u het geheugen wenst te wissen. Indien u zeker bent moet u wederom SCROLL en DOWN intoetsen. U zult het bericht “VOLLEDIGE RESET” een paar seconden lang zien en dan zal het geheugen zijn gewist en zal de display links weer worden afgebeeld. Toets ENTER in om verder te gaan .

OPERATE MODE IS: SIGNAL

Deze display laat zien in welke operationele status de UniTech op dit moment draait . Gebruik de SCROLL toets om te kiezen voor signaal-, afvoer-, of relaymodi (verklaard op pagina 7) , toets vervolgens ENTER in om verder te gaan.

OPMERKINGEN: indien u relay modus gebruikt, ga dan naar de volgende pagina om verder te gaan (menu prompt primaire controller). Anders zult u één van de onderstaande displays zien, afhankelijk van de geselecteerde operationele status. DRAIN SIG = NORMAL

Indien u afvoermodus gebruikt Gebruik SCROLL om te kiezen uit een normaal of omgekeerd afvoersignaal. Toets ENTER in om verder te gaan. OPMERKINGEN: De “normaal” instelling zal functioneren voor de meeste toepassingen waarbij het afvoermechanisme van de wasmachine een solenoïde klep bekrachtigd om de afvoer te sluiten en desactiveert om die te openen. Dit type activering is standaard op praktisch iedere Wascomat, Milnor en Uni-Mac wasmachine. Indien noodzakelijk kan de afvoermodus worden ingesteld om een “omgekeerd” signaal te herkennen (activering om de afvoer te openen).


P 10 / 24


PROGRAMMING AFS SELECT = DISABLED

Indien u signaalmodus gebruikt Deze keuze schakelt de Automatic Formula Select functie in. Deze functie stelt de controller van de wasmachine in staat om signalen te sturen naar het UniTech systeem en automatisch de correcte wasformule te kiezen. Het personeel van de Waskamer zal niet langer formules selecteren en dus potentiële fouten vermijden. Gebruik SCROLL om voor ingeschakeld of uitgeschakeld te kiezen, toets vervolgens ENTER in om verder te gaan.

AFS MODE = MICRO

Indien tijdens de vorige stap auto formule select ingeschakeld was, zult u deze display zien. Gebruik SCROLL om te kiezen uit microprocessor- of kaartmodus. Toets ENTER in om verder te gaan. MICRO: Bedoeld voor de door een microprocessor gestuurde wasmachines die een AFS signaal met een exacte duur kan verzenden. UniTech interpreteert de duur van het signaal als het gevraagde formulenummer, op grond van de “tijddeler” van AFS, verklaard in de volgende menuselectie. KAART: Bedoeld voor de kaartlezende machines. Een combinatie van signalen wordt gebruikt om de formule in een “binair” nummeringformaat te pakken. Het AFS signaal moet tenminste 30 seconden lang worden toegepast.

AFS MICR TIME DV 1 SEC

SIGNAL LOCKOUT DISABLED (5 MIN)

PUMP SIGNAL MODE ONE-TO-ONE

Indien tijdens de vorige stap de microprocessormodus was geselecteerd, zult u deze display zien. gebruik / om de signaaltijddeler te kiezen. Toets ENTER in om verder te gaan. De duur van het signaal zal worden gedeeld door het geselecteerde nummer om de formule te kiezen. De beschikbare signaaltijdtoenames (in seconden) bedragen 1, 2, of 5.Voorbeeld: Bij een instelling van 2 zal een signaal van 2 seconden, formule 1 kiezen, een signaal van 4 seconden formule 2, enzovoorts.

Niet beschikbaar in de relay modus of afvoermodus. Met deze selectie kan het systeem de “zwerfsignalen” negeren, die door sommige wasmachines kunnen worden gegenereerd wanneer het waterniveau laag wordt en een vulklep wordt geactiveerd. Met deze functie ingeschakeld zal het systeem alle extra (ongewenste) signalen naar een pomp negeren die tijdens de laatste 5 minuten al een signaal had ontvangen gesignaleerd. Gebruik SCROLL om te kiezen uit This display shows what pump signal mode the UniTech is operating in. Use the SCROLL button to choose the desired pump signal mode (explained on page 7) then press ENTER to continue. ONE-TO-ONE: Each pump has its own independent signal on the SIB. ASSIGNED: Each signal input on the SIB is regarded as a signal number and can be assigned to multiple pumps in the formula programming.



P 11 / 24

PROGRAMMING SIG QUALIFY TIME 05 SEC

Niet beschikbaar in de relay modus. Met deze selectie wordt de tijd ingesteld die noodzakelijk is voor de wasmachine om een voedingssignaal te herkennen. Deze functie dient ervoor om “zwerfsignalen” (of echosignalen) die de pomp ongewenst zouden kunnen activeren, weg te filteren. Het wordt aanbevolen om de kwalificatietijd van het signaal op tenminste 5 seconden korter in te stellen dan de duur van het voedingssignaal. Gebruik SCROLL en Ý/ß om de kwalificatietijd van het signaal in te stellen (bereik is 1 - 255 seconden). Toets ENTER in om verder te gaan. OPMERKINGEN: Bepaal de normale duur van het signaal van de wasmachine en stel de kwalificatietijd tenminste 5 seconden korter in dan de duur van het voedingssignaal van de wasmachine. Wanneer de voedingssignalen bijvoorbeeld altijd 30 scoorden duren, moet u de kwalificatietijd van het signaal op 25 seconden instellen.

MAIN CONTROLLER PUMPS L/R = 0/0

Met dit menu-item kunt u de pompnummers voor de basisunit instellen. De pompnummers lopen van links naar rechts en het systeem zal alle op de bus aangesloten satellietpompen herkennen. Wanneer de basisunit bijvoorbeeld 2 satellietpompen links heeft en rechts ook 2, dan moet de basisunit worden ingesteld als pompen 3 en 4. De satellieten zijn dus de pompen 1 en 2 (links), en 5 en 6 (rechts). De letters “FLSH” verwijzen naar een spoelsolenoïde. Dit zal automatisch aan de rechterkant verschijnen indien (en wanneer) een duur van het spoelen is ingesteld.

Gebruik / en SCROLL om de bijbehorende toegekende pompen te kiezen, toets dan ENTER in om verder te gaan. LOAD COUNT PMP = 2

Met dit menu-item kunt u de pomp instellen die zal worden gebruikt om de ladingen te tellen. Kies hiervoor altijd de laatste pomp die het signaal zal ontvangen. Tijdens een lopende cyclus zal de ladingtelpomp de formule beëindigen en het systeem gereedmaken voor de volgende formule. Gebruik Ý/ß om de eerste ladingtelpomp in te stellen, toets vervolgens ENTER in om verder te gaan. OPMERKINGEN: De ladingtelpomp moet op het eind van iedere formule een signaal ontvangen om het systeem bij de volgende formule naar behoren te laten functioneren. Indien een chemicaliëninspuiting niet nodig is, kunt u een doorlooptijd van nul hebben in de geprogrammeerde formule. Voor toepassingen in de afvoermodus zal de ladingtelpomp het afvoersignaal weer op nul zetten.

‘DOWN’ TO RESET LOAD COUNT

Toets eenmaal op om de ladingteller te resetten. De display zal kort oplichten om aan te geven dat de ladingteller gereset is (op nul). Toets ENTER in om verder te gaan.

UNITS = US

In deze selectie kunt u kiezen uit US, Metrisch, of UK maateenheden. Gebruik / om de maateenheid te kiezen, toets vervolgens ENTER in om verder te gaan.

PMP DELAY UNITS = SEC

Sommige inspuitingen hoeven slechts een paar seconden te worden vertraagd terwijl voor andere veel langere tijden nodig zijn (bereik is 0 - 255 voor seconden of minuten). Kies de meest geschikte instelling voor uw specifieke installatie. Gebruik / om te kiezen tussen seconden of minuten als maateenheden voor de vertraging. Toets ENTER in om verder te gaan.


P 12 / 24


PROGRAMMING SYS LOCKOUT 0 MINUTES

Met deze selectie wordt de tijd ingesteld (in minuten) dat het systeem “geblokkeerd” zal zijn voor alle inkomende voedingssignalen. De blokkeringstijd wordt gestart door een signaal naar de ladingtelpomp. Gebruik Ý/ß en SCROLL om de blokkeringstijd van het systeem in te stellen (bereik is 0 - 99 minuten). Toets ENTER in om verder te gaan.

FLUSH TIME = 00 SEC

Met deze selectie kunt u voor alle formules of bij het gebruik van relay modus de duur van het spoelen instellen. Dit is de tijdsduur dat het spoelen actief zal blijven nadat een pomp het inspuiten heeft voltooid. Kies voor een tijdsduur die lang genoeg is om alle chemicaliën van de toevoerlijn naar de wasmachine te laten spoelen. Gebruik / en SCROLL om de spoeltijd in te stellen (bereik is 0 - 255 seconden). Toets ENTER in om verder te gaan.

FLUSH = WITH

U zult slechts deze prompt zien indien u tijdens de vorige stap de duur van het spoelen heeft ingesteld. In deze selectie kunt u ervoor kiezen om het spoelen “met” of “na” een pompdosering uit te voeren. Gebruik SCROLL om te kiezen, toets vervolgens ENTER in om verder te gaan. MET: Het spoelen zal gelijktijdig met de/alle pomp(en) plaatsvinden. Wanneer de pompen niet meer lopen, zal het spoelen verdergaan en wordt de duur van het spoelen afgeteld. NA: Het spoelen zal niet worden geactiveerd tot het stoppen van de pomp(en), daarna zal het spoelen beginnen met aftellen van de duur van het spoelen.

FLUSH FLOW ALARM 00 SEC DELAY

Deze instelling is voor spoeltoepassingen die een (optionele) stromingsschakelaar gebruiken om de werkelijke stroming te controleren. Het systeem controleert op contact bij de invoer van de stromingsschakelaar op de printplaat van de UniTech. Met deze instelling kan de stromingsschakelaar gedurende de ingestelde tijd het contact “onderbreken” zonder dat dit per abuis tot een spoelfout leidt. Indien op 00 ingesteld, zal deze functie “off” zijn, en wordt de input van de stromingsschakelaar niet gecontroleerd (er zullen geen SPOELFOUT waarschuwingen optreden). Gebruik / om de alarmtijd van de spoelstroming in te stellen (bereik is 0 - 20 seconden). Toets ENTER in om verder te gaan.

FORMULA 01 FORMULA 01

In deze selectie kunt u de formulenamen aanpassen (maximaal 16 karakters). Gebruik / wanneer de cursor op de bovenste regel staat om de formule te kiezen waarvan u de naam wenst te wijzigen. Gebruik SCROLL om de cursor naar de onderste regel te verplaatsen, gebruik dan / en SCROLL om de naam van de formule te wijzigen. Toets ENTER in om de nieuwe formulenaam in het geheugen op te slaan. Toets SCROLL in om andere formulenamen te wijzigen, tot de cursor op de bovenste regel staat, herhaal dan de bovenstaande stappen. Wanneer u klaar bent met het wijzigen van de formulenamen moet u de cursor naar de bovenste regel verplaatsen (SCROLL) en ENTER intoetsen om verder te gaan .



P 13 / 24

PROGRAMMING CALIBRATE = TIME

Dit selectiemenu zal niet verschijnen bij gebruik van de relay modus (is alleen van toepassing op signaalmodus of afvoermodus). Gebruik SCROLL om de tijd- of volumeprogrammeringsmodus te kiezen, toets vervolgens ENTER in om verder te gaan. VOLUME: De stroomsnelheden van de pomp worden ingesteld door de pomp te laten lopen en het product te doseren. Dit stelt het systeem in staat om de werkelijke stroomsnelheden te berekenen. Gebruik een grote bak met volumeaanduidingen, zoals een maatbeker of -cilinder, voor de onderstaande ijkingsstappen. TIJD: Het instellen van de stroomsnelheden van de pomp is niet noodzakelijk. Pompen lopen simpelweg net zolang als ze in iedere formule zijn geprogrammeerd .

CALIBRATE PUMP #1 SCRLL = START/STOP

U zult deze display alleen zien wanneer u in de vorige stap de volumemodus heeft gekozen. Controleer of de pomp wordt gevoed, plaats dan uw recipiënt onder de uitgangszijde van de pomp.

►

Gebruik / om, bij het ijken van de pomp, het pompnummer te kiezen, toets vervolgens tweemaal SCROLL in om de pomp te starten. Laat de pomp ongeveer een minuut lang lopen (dit hoeft niet precies te zijn) toets vervolgens SCROLL weer in om de pomp te stoppen. U zult automatisch naar de volgende stap worden gebracht.

►

Om zonder ijking verder te gaan moet u ENTER intoetsen om rechtstreeks verder te gaan naar de stromingssnelheden van de pomp.

VOLUME DISPENSED 1.0 OZ

Gebruik / om het volume of de chemicaliën die tijdens de vorige stap werden gedoseerd, in te voeren, toets vervolgens ENTER in. TIP: Houd de toets ingedrukt voor een snelle verplaatsing naar het volgende nummer.

FLOW RATES / MIN. PMP 1 = 10.7 OZ

Dit is een voorbeeld van de ijking van een pomp. Het volume per minuut wordt weergegeven in de door u geselecteerde maateenheid.

►

Indien u ijkingsstappen aan het uitvoeren was, zal het systeem automatisch de stromingssnelheid berekenen aan de hand van de werkelijke looptijd van de pomp en het exacte gedoseerde volume. Toets ENTER in om verder te gaan. De nieuwe gegevens zullen worden opgeslagen en u keert terug naar het ijkingsmenu.

►

Indien u dit menu zonder ijking heeft bereikt, kunt u de stromingssnelheden met de hand wijzigen. Gebruik Ý/ß om het pompnummer te kiezen en gebruik vervolgens SCROLL om de cursor naar rechts te verplaatsen. Gebruik Ý/ß om de stromingssnelheid te wijzigen en toets vervolgens ENTER in. Herhaal naar behoefte voor de andere pompen. TIP: Houd de toets ingedrukt voor een snelle verplaatsing naar het volgende nummer. Vervolg op volgende pagina bij gebruik van MFM Terug naar eerste menu bij programmering vanaf de primaire P 14 / 24


DATATRANSFER FUNCTIE OPMERKINGEN: De onderstaande menu’s zullen alleen verschijnen indien u op de MFM programmeert. Indien u geen MFM gebruikt, en programmeert vanaf de basisunit, zal de display het allereerste menu-item weergeven (het begin van de menu’s). De MFM transferfunctie maakt het mogelijk om alle geprogrammeerde instellingen van de ene UniTech MFM naar een andere te kopiëren via een MFM netwerkkabel (stereo jacks aan beide zijden). Alle instellingen worden van de ene naar de andere MFM gekopieerd, inclusief de toegangscodes. U kunt kiezen (zie de onderstaande menu’s) welke MFM de gegevens zal verzenden en welke MFM ze zal ontvangen. Beide UniTech systemen moeten worden ingeschakeld en de onderstaande menuprompt in hun displayvensters weergeven . COPY MFM TO MFM ? UP=SEND/DOWN=RCV

Gebruik SCROLL om te kiezen of u data wenst te verzenden van de ene MFM naar de andere, toets daarna ENTER in. Indien u NEE antwoordt, zult u terugkeren naar het pompvoedingsmenu. Indien u JA antwoordt, zult u de volgende display zien.

THIS MFM WILL: SEND DATA-WAIT

CONEC C

Gebruik SCROLL om te bepalen of de MFM data zal verzenden of ontvangen. Verzeker u ervan dat u “verzenden” selecteert op de MFM waarvandaan u wenst te kopiëren, en kies voor “ontvangen” op de MFM waar alle instellingen naar toe zullen worden gekopieerd. Toets ENTER in om verder te gaan .

T MFM Wanneer u deze display op beide MFM’s ziet is het transferproces gereed om te starten. Druk de kabel stevig in de contacten op beide MFM’s. Dan zult u het volgende zien.

re ABLE i t n e s i h d. t e n g o xt e chan e t he hav t k y c Che , it ma e pag MFM TO MFM LINKED

NOTE: If you are not ready to transfer data, press ENTER to abort the process. When you see a display that shows “COPY HALTED”, then press ENTER again to return up.

Deze display zal op beide MFM’s verschijnen om aan te geven dat de kabelverbinding goed is. Na meerdere seconden zult u het volgende zien.

COPY IN PROGRESS 000% DATA SENT

Deze display laat de voortgang zien van de datatransfer. Op de ontvangende MFM zal de display 00 weergeven en tot en met 18 tellen (dit duurt ongeveer 1,5 minuten).

COPY COMPLETE DISCONNECT CABLE

Het transferproces is nu voltooid. Nadat u de kabel heeft losgekoppeld van beide MFM’s zullen hun displays ongeveer 7 seconden lang “wachten op primaire controller” afbeelden, waarna u wordt teruggebracht naar de MFM voor de prompt van het MFM menu

Terug naar pompvoeden menu


P 15 / 24

POMPEN TOEVOEGEN

Het toevoegen van een bestaande pomp aan een bestaand systeem vereist slechts een paar eenvoudige stappen. De pomp kan zowel op de rechter- als de linkerzijde van de UniTech dispenser worden gemonteerd.

(4) Breng de twee geleverde schroeven aan en trek ze aan .

(1) Kantel de unit en leg hem neer, bij voorkeur op een glad oppervlak om krassen op de display te vermijden . (2) Licht het deksel aan de zijkant van de unit voorzichtig op met de punt van een platte schroevendraaier.

(5) Stel de DIP switches (achterkant van de pomp) in op wat het nieuwe pompnummer zal zijn. In het onderstaande voorbeeld zijn de DIP switches zo gezet dat de nieuwe pomp pomp #1 zal zijn .

(3) Plaats de pomp recht tegenover de sleuf in de UniTech. Verzeker u ervan dat de 4-pin (bus) connectors recht tegenover elkaar staan en schuif de pomp langzaam op zijn plaats.

(6) Herhaal deze stappen voor alle eventueel toe te voegen pompen. (7) Verzeker u ervan dat u de pompnummer stickers op de voor- en achterkant van iedere toegevoegde pomp plakt.

Display afgebeeld bij inschakeling spanning Wanneer de UniTech dispenser na toevoeging van een pomp (pompen) voor de eerste keer wordt ingeschakeld zal het systeem automatisch op nieuwe inrichtingen controleren en zullen op de display alle herkende inrichtingen verschijnen . 500 PMP Found SubDevice #1

De display laat zien dat UniTech de op de bus aangesloten nieuwe pomp heeft herkend. De #1 indicatie betekent gewoon dat dit de eerste aan de unit toegevoegde “satellietpomp” is. Dit bericht zal kort verschijnen waarna het systeem automatisch weer de normale weergave zal hervatten. OPMERKINGEN: De display zal alle herkende toestellen achtereenvolgend weergeven. Indien er pompen op de display ontbreken moet u de DIP switch instellingen en de aansluiting van de busverbinding controleren. Wanneer de display aangeeft dat een pomp niet van de juiste grootte is (bijvoorbeeld: wanneer een 800 pomp wordt gebruikt, terwijl de display aangeeft dat het een 500 is) moet u Knight raadplegen voor assistentie.

P 16 / 24


WIJZIGING VAN DE PRINTPLAAT

(1) Verzeker u ervan dat de unit niet onder spanning staat. (2) Draai de twee schroeven los en draai het deksel open .

(3) Verwijder de montageschroef in het midden van de printplaat. Maak de draadbundels en alle overige draden die de printplaat met de contactstrip verbinden, los. (4) Maak een notitie van de plaats van de draden voor later .

(4) Druk de twee bovenste montagelipjes voorzichtig naar boven terwijl u de printplaat wegtrekt van het deksel. Wanneer de bovenkant eenmaal los is zal de onderkant vanzelf vrijkomen van de onderste lipjes.

(5) Vervang hem met de nieuwe printplaat en zet de knoppen en LEDs zorgvuldig recht tegenover de gaten in het deksel. Klik de printplaat op zijn plaats op de bovenste en onderste montagelipjes. Zet de jumpers volgens de onderstaande tabel .

(6) Herstel de aansluitingen van alle draden die de printplaat met de contactstrip verbinden (in stap 3 losgemaakt) en plaats de draadbundels weer terug. Plaats de montageschroef weer terug .

(7) Druk alle draden zorgvuldig naar binnen bij het sluiten van het deksel.

(8) Dat was het! U kunt het apparaat nu inschakelen.

Jumper Settings De printplaat heeft shunt jumpers waarvan de instelling afhangt van uw UniTech systeem (in de tekening rechts staan de posities van de jumpers afgebeeld). Dit is vooral van belang bij het vervangen van de printplaten om ervoor te zorgen dat de nieuwe plaat ook goed zal werken. Voor UniTech wasmachinesystemen, moet u de jumpers altijd zetten zoals afgebeeld in de onderstaande tabel .

UNITECH CIRCUIT BOARD

JP1 JP2

JP1

JP2

JP3

JP4

JP3

UIT

UIT

AAN

AAN

JP4


P 17 / 24

ONDERDELENTEKENING – PRIMAIRE CONTROLLER

P 18 / 24


ONDERDELENTEKENING – PRIMAIRE CONTROLLER


P 19 / 24

ONDERDELENTEKENING – 800 SATELLIET

P 20 / 24


POMP LAYOUT SCHEMA


P 21 / 24

AANSLUITSCHEMA

P 22 / 24


EG - VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING


P 23 / 24

DISCLAIMER Knight Inc. kan niet aansprakelijk worden gesteld voor de verkeerde behandeling, het verkeerde gebruik of het nietfunctioneren van de beschreven producten bij een gebruik ervan voor andere doelen dan die vermeld in de gebruiksaanwijzing. Voor informatie over gevaarlijke materialen moet u het etiket, MSDS of Knight LLC. raadplegen. Knight producten zijn niet bestemd voor gebruik in potentieel explosieve omgevingen. Ieder gebruik van onze apparatuur in een dergelijke omgeving is voor risico van de gebruiker, onder dergelijke omstandigheden kan Knight niet aansprakelijk worden gesteld.

GARANTIE Alle bedieningsorganen en pompsystemen van Knight worden EEN jaar lang gegarandeerd tegen materiaal- en fabricagefouten. Alle elektronische circuitkaarten hebben een garantie van TWEE jaar. De garantie is alleen van toepassing op de vervanging of reparatie van de onderdelen die franco naar de fabriek met een Knight Return Authorization (KRA) nummer zijn geretourneerd en die na de door de fabriek toegestane inspectie defect zijn gebleken. Lagers en pompafdichtingen of rubberen en synthetische rubberen onderdelen zoals “O” ringen, membranen, pompslangen, en pakkingen worden beschouwd als verbruiksgoederen en vallen daarom niet onder de garantie. Aansprakelijkheid als gevolg van het gebruik van deze apparatuur of arbeidskosten om deze apparatuur te vervangen vallen niet onder de garantie. Misbruik of een verkeerd gebruik van het product zal de garantie doen komen te vervallen.

KNIGHT LLC,

A Unit of IDEX Corporation

Knight Headquarters

> Knight Canada

> Knight Europe

Tel +1 (949) 595 4800 Toll Free (800) 854 3764 Fax +1 (949) 595 4801

Tel +1 (905) 542.2333 Fax +1 (905) 542.1536

Tel +44 (1293) 615.570 Fax +44 (1293) 615.585

> Knight Australia

> Knight N. Asia

> Knight S. Asia

Tel +61 (2) 9725.2588 Fax +61 (2) 9725.2025

Tel. +82 (2) 3481.6683 Fax +82 (2) 3482.5742

Tel. +65 67636633 Fax +65 67644020

www.knightequip.com

P 24 / 24


24

Recommend Documents