Gemeenteblad Nijmegen
Jaartal / nummer
2013 / 083 Naam
Notitie Versoepeling Welstandstoezicht Nijmegen (2013).
Publicatiedatum
13 juni 2013 Opmerkingen
-
Vaststelling van de notitie bij Raadsbesluit van 15 mei 2013 (raadsvoorstel nummer 61/2013).
Aantal bladzijden / verkoopprijs
24 / € 1,25
VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
april 2013
colofon Nijmegen, april 2013
Notitie Versoepeling Welstandstoezicht Nijmegen Gemeente Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Postbus 9105 6500 HG Nijmegen www.nijmegen.nl
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
INHOUD
Inleiding 5 H1 Uitwerking toetsingsniveaus 7
H2 Welstandsvrije bouwwerken 13 Vervolg 19 BIJLAGEN Bijlage 1: Overzicht te toetsen bouwwerken en welstandsaspecten Bijlage 2: Kaart Toetsingsniveaus
AANLEIDING & OPGAVE
3
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
INLEIDING In de Kadernota Beeldkwaliteit 2013 wordt aangegeven hoe in Nijmegen de versoepeling van het welstandsbeleid vormgegeven wordt. Uitgangspunt is een naar gebied gedifferentieerd welstandstoezicht, waarbij voor verschillende gebieden een verschillend welstandregime zal gelden. Daarmee wordt de verruiming van het welstandstoezicht gerelateerd aan de mate waarin een gebied van invloed is op het stadsbeeld of de mate waarin een gebied gevoelig is voor verrommeling. Het welstandstoezicht wordt onderverdeeld in vier zogenaamde toetsingsniveaus: bijzonder, aandacht, luw en vrij. In deze notitie wordt deze versoepeling van het welstandstoezicht verder uitgewerkt en wordt gemotiveerd op welke wijze de verschillende niveaus van toetsing aan de verschillende delen van de stad zijn toegewezen. Naar aanleiding van de bespreking van de startnotitie Actualisatie Beeldkwaliteitbeleid in de raadskamer (nov. 2011) is het draagvlak voor de voorgestane koers bij inwoners getoetst. Daartoe is een stadsbrede meningspeiling uitgevoerd via internet. Belangrijke conclusies uit dit onderzoek: - Er is een breed draagvlak voor welstandstoezicht. - Er is ook draagvlak voor een geografische differentiatie in toetsing van beeldkwaliteit. - Een minderheid is voorstander van welstandsvrije woongebieden. - Veel panelleden zien het terugbrengen van de regelgeving rond welstand best zitten, maar het lijkt erop dat bepaalde consequenties niet worden aanvaard. Zo verwacht men een rommelig straatbeeld, iets waar een meerderheid duidelijk moeite mee heeft. De uitkomsten van de enquête zijn meegenomen bij het formuleren van het beleid. Zo worden bijvoorbeeld alleen de meest gangbare ‘standaard’ uitvoering van dakkapellen, dakramen en erfscheidingen welstandsvrij. Door nietstandaard uitvoeringen niet op voorhand uit te sluiten, maar welstandelijk te toetsen wordt het beleid flexibel en blijft de beeldkwaliteit van straten geborgd. De vergunningplichtige bijgebouwen, erkers en aanbouwen in voor- en zijtuinen zijn van invloed op het straatbeeld en blijven welstandelijk beoordeeld. Hiermee wordt het risico op een, door inwoners ongewenste, verrommeling verminderd.
Doel De doelstelling van deze notitie is het concretiseren van de in de Kadernota voorgestelde versoepeling van het welstandstoezicht. Na vaststelling van de Kadernota Beeldkwaliteit 2013 zal de Uitwerkingsnota Beeldkwaliteit geactualiseerd worden. Met vaststelling van deze notitie wordt tevens beoogd om de versoepeling, vooruitlopend op de actualisatie van de Uitwerkingsnota Beeldkwaliteit, te formaliseren.
AANLEIDING & OPGAVE
5
6
Afbeelding: kaart Toetsingsniveaus Nijmegen (in bijlage)
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
UITWERKING TOETSINGSNIVEAUS
1
De gemeente heeft een verantwoordelijkheid als het gaat om de beeldkwaliteit van de stad. Hierbij zal zij haar aandacht voornamelijk richten op die gebieden die van belang zijn voor de stad als geheel. Hier zal meer kwaliteit worden verlangd van ontwerpers en opdrachtgevers. In veel woongebieden ligt de verantwoordelijkheid voor de beeldkwaliteit voor een deel bij de bewoners zelf. De inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte is in hoofdzaak een taak van de overheid, maar waar het gaat om het bouwen aan en om de eigen woning, heeft de eigenaar de verantwoordelijkheid om er iets goeds van te maken. Het welstandstoezicht zal zich hier vooral richten op het voorkomen van achteruitgang en verlies van bestaande ruimtelijke kwaliteit. In andere gebieden is het gemeentelijk sturen op beeldkwaliteit minder van belang. Bijvoorbeeld bij binnenterreinen van werkgebieden, waar een representatieve functie minder noodzakelijk is. Ook valt hier te denken aan gebieden waar ruimte geboden wordt aan experimenten met particulier opdrachtgeverschap. In deze gebieden stelt de gemeente op voorhand geen esthetische eisen aan bouwwerken, maar kunnen initiatiefnemers, opdrachtgevers en betrokkenen indien gewenst zelf afspraken maken. Om dit naar gebied gedifferentieerde beleid uit te kunnen voeren onderscheidt de gemeente vier zogenaamde toetsingsniveaus. Aan deze niveaus is de zwaarte van welstandstoezicht gekoppeld. Hieronder worden de wijze waarop de toetsingsniveaus aan gebieden zijn toegewezen en de uitwerking van het welstandstoezicht per niveau toegelicht.
Toetsingsniveau Bijzonder Toekenning
Voor gebieden waar de gemeente hoge ambities heeft ten aanzien van de te behouden of te ontwikkelen beeldkwaliteit geldt het niveau Bijzonder. Het niveau Bijzonder wordt toegekend aan de zogenaamde beelddragers van de stad; gebieden met hoog gewaardeerde cultuurhistorische, architectonische of landschappelijke kwaliteiten of een beeldbepalende positie in de stad. Beelddragers zijn bijvoorbeeld gebieden zoals het historisch centrum, de Waalkade, het Goffertpark, Campus Heijendaal, de Brabantse Poort en de stedelijke knopen uit de Structuurvisie Nijmegen. Maar ook de hoofdwegen, de waterwegen en de stadsranden vallen hieronder. Het is voor de stad van belang dat de ruimtelijke kwaliteit hiervan van hoog niveau is. Veel mensen beleven de stad immers vanaf deze routes. Ook objecten zoals monumenten, bruggen en hoogbouw zijn beeldbepalend en vallen onder het niveau Bijzonder. Bij bouwplannen die direct aan de belangrijke routes gelegen zijn óf van invloed zijn op het beeld van deze routes (hiermee een visuele relatie hebben) is het niveau Bijzonder ook van toepassing. Hetzelfde geldt voor bebouwing in de stadsranden indien deze van invloed is op het beeld vanuit het omliggende landschap.
AANLEIDING & OPGAVE
7
Het toetsingsniveau Bijzonder geldt daarnaast voor bepaalde typen bouwplannen vanwege: • de bijzondere kwaliteiten van de aangrenzende gebouwen of buitenruimte, • de bijzondere functie van het bouwplan, bijvoorbeeld een gebouw met een openbare functie, • de omvang of importantie van het bouwplan.
Ambitieniveau Er zal een sterke positie worden ingenomen om de hoge ambities waar te maken. Professioneel opdrachtgeverschap bij bouwplannen zal gestimuleerd worden en er wordt verwacht dat er vakkundig en zorgvuldig ontworpen wordt. In gebieden waar een bijzonder niveau geldt, zal de gemeente een meer actieve rol spelen bij de totstandkoming van nieuwe ontwikkelingen. Ook worden er hoge eisen gesteld aan de architectonische kwaliteit van bouwplannen en de vormgeving van de openbare ruimte. In gebieden met een bijzondere cultuurhistorische, architectonische of landschappelijke waarde zal de gemeente haar beleid en instrumenten inzetten om deze kwaliteiten te behouden en te versterken.
Zwaarte welstandstoezicht Het welstandstoezicht blijft onverminderd van kracht, dit betekent dat: • het welstandsvrije bouwen hier niet wordt verruimd; • alle vergunningplichtige bouwwerken welstandelijk worden beoordeeld tot in detailniveau [op alle welstandsaspecten]; • redelijke eisen van welstand hier een hoogstaande architectuur inhoudt.
Voorbeelden van gebieden waar het niveau Bijzonder van toepassing is Het historisch centrum, de Waalkade, Campus Heijendaal, de Brabantse Poort. De stedelijke knopen uit de Structuurvisie Nijmegen. De transformatiegebieden binnen ‘Nijmegen omarmt de Waal’ (Waalfront, Citadel, Veur-Lent). De
8
Ooijpolder, de Waal met uiterwaarden, het Goffertpark en de Kwakkenberg. Ook de hoofdwegen, de stadsranden en entrees vallen hieronder.
Toetsingsniveau Aandacht Toekenning
Voor gebieden waar grootschalige ontwikkelingen worden verwacht waarbij de functie, de stedenbouwkundige en /of landschappelijke structuur van het gebied sterk gaan veranderen geldt tijdens de ontwikkelfase het niveau Aandacht.1 Ook aan gebieden waar de gemeente een impuls wil geven aan de beeldkwaliteit kan het toetsingsniveau Aandacht toegekend worden. Het toetsingsniveau Aandacht wordt aan gebieden toegekend vanwege: • sterk veranderende stedenbouwkundige en landschappelijke structuur; • laag gewaardeerde kwaliteiten, met de bedoeling een kwaliteitsimpuls te geven.
Ambitieniveau In ontwikkelingsgebieden is de kwaliteit van het ruimtelijk beeld in wording, het beeld van de toekomstige leefomgeving wordt immers gebouwd. Dat verlangt een zorgvuldig ontwerp waarbij aandacht geschonken wordt aan die elementen die een belangrijke bijdrage leveren aan het straatbeeld. In nieuwe woongebieden zullen de eerst gerealiseerde kleine bouwwerken de trend zetten voor soortgelijke bouwwerken die later gerealiseerd worden. Daardoor kunnen de eerste bouwwerken sterk bepalend zijn voor het straatbeeld. Het is dus van belang om tijdens de ontwikkelingsfase niet alleen de kwaliteit te borgen van de hoofdbebouwing, maar ook van de ‘kleine’ bouwwerken die van invloed zijn op het beeld vanuit de openbare ruimte. Daarom wordt er in deze gebieden bij de naar openbare ruimte gekeerde zijde van tuinen en erven meer kwaliteit verlangd dan in de bestaande woonwijken. Wanneer een ontwikkelgebied gerealiseerd is zal voor de delen die onder het niveau Aandacht vielen het Luw niveau gaan gelden. De basis voor het ruimtelijk beeld is dan immers gelegd en het welstandsbeleid voor de bestaande stad kan dan gelden.
1
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
Zwaarte welstandstoezicht • Vanwege hun invloed op het straatbeeld worden de vergunningplichtige bijgebouwen en erfscheidingen welstandelijk beoordeeld. Hierbij stimuleren we zorgvuldig vormgegeven straathoeken en, daar waar wenselijk, herhaling door het aanwijzen van trendsetters. • Platte dakkapellen en dakramen in naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde dakvlakken zijn onder voorwaarden welstandsvrij en daarmee vergunningsvrij (zie hoofdstuk 2 voor de voorwaarden). • In gebieden waar het niveau Aandacht geldt, heeft het welstandstoezicht zowel betrekking op de vormgeving op hoofdlijnen, de vormgeving van karakteristieke elementen als de detaillering van de bebouwing. • Redelijke eisen van welstand betekent hier een zorgvuldige vormgeving.
Gebieden waar het niveau aandacht van toepassing is De ontwikkelgebieden in de Waalsprong vallen onder het niveau Aandacht. Met uitzondering van die delen waar een bijzonder toetsingsniveau geldt én die delen die welstandsvrij zijn verklaard. In de bestaande stad is Neerbosch-West (omgeving Kinderdorp Neerbosch) een voorbeeld van een gebied met een lage ontwikkeldynamiek dat vanwege het landelijk karakter deels binnen het toetsingsniveau Aandacht valt.
9
Toetsingsniveau Luw Toekenning
Voor bestaande woon- of werkgebieden waar geen grootschalige ontwikkelingen verwacht worden geldt een Luw toetsingsniveau. De basis voor het ruimtelijk beeld van deze gebieden is al enige tijd geleden gerealiseerd en kleine veranderingen hebben niet direct een grote invloed op het beeld van deze gebieden. In veel (woon)gebieden ligt de verantwoordelijkheid voor een aantrekkelijk straatbeeld bij de bewoners en gebruikers zelf.
Ambitieniveau In deze gebieden is het van belang om de bestaande kwaliteiten te behouden en te waken voor achteruitgang. De inrichting en het onderhoud van de openbare ruimte is in hoofdzaak een taak van de overheid, maar waar het gaat om het bouwen aan en om de eigen woning of bedrijf, heeft de eigenaar ook de verantwoordelijkheid om er iets goeds van te maken. In gebieden waar een Luw toetsingsniveau van kracht is, zullen minder strenge eisen worden gesteld aan bouwplannen. Het welstandstoezicht zal zich hier vooral richten op het voorkomen van achteruitgang en verlies van bestaande ruimtelijke kwaliteit.
AANLEIDING & OPGAVE
Zwaarte welstandstoezicht • Erfscheidingen zijn onder voorwaarden welstandsvrij en daarmee vergunningsvrij. Platte dakkapellen en dakramen in naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde dakvlakken zijn onder voorwaarden welstandsvrij en daarmee vergunningsvrij (zie hoofdstuk 2 voor de voorwaarden). • Vanwege hun invloed op het straatbeeld worden de vergunningplichtige bijgebouwen, erkers en aanbouwen in voor en zijtuinen welstandelijk beoordeeld. aan- en bijgebouwen in voor- en zijtuinen (zoals erkers en garages) worden beperkt getoetst aan de hand van sneltoetscriteria. • In gebieden waar het niveau Luw geldt, heeft het welstandstoezicht niet langer betrekking op de vormgeving van ondergeschikte elementen (kozijnindeling, detaillering kozijnen, voegen, boeiboorden). • Redelijke eisen van welstand betekent hier een zorgvuldige vormgeving.
Gebieden waar het luwe niveau van toepassing is Het luwe toetsingsniveau betreft in principe alle gebieden die niet vallen onder de niveaus ‘bijzonder’, ‘aandacht‘ of ‘vrij’. Wanneer een locatie die is benoemd als ‘luw’ een ruimtelijk-visuele relatie heeft met een gebied met bijzonder toetsingsniveau, dan wordt daar bij de toetsing rekening mee gehouden. Bestaande woongebieden zoals Brakkenstein, Dukenburg, Grootstal, Lindenholt, dorp Lent en de gerealiseerde delen van Oosterhout en Visveld vallen onder dit niveau. Bedrijventerrein Bijsterhuizen is een voorbeeld van een bedrijventerrein dat zich in de markt profileert met een kwalitatief hoogwaardige uiterlijk. Hier worden bedrijven aangetrokken die op zoek zijn naar een representatieve locatie. Ook de werkgebieden waar een representatief straatbeeld wenselijk is vallen onder het niveau Luw: bedrijventerrein Bijsterhuizen en Kerkenbos.
10
Toetsingsniveau Vrij Toekenning
In gebieden waar we ruimte willen geven aan experimenten met architectonische vormgeving en/of particulier opdrachtgeverschap willen stimuleren, stellen we vooraf geen criteria aan de vormgeving van bouwwerken. Een belangrijke succesfactor bij het stimuleren van particulier opdrachtgeverschap is dat initiatiefnemers zelf kunnen bepalen hoe hun toekomstige woning er uit komt te zien. In bestaande woongebieden hebben inwoners bij de keuze van hun woning een bepaald beeld gevormd van hun woonomgeving. Het welstandsvrij verklaren van bestaande woongebieden kan betekenen dat het beeld van een woonomgeving niet langer meer aansluit bij het verwachtingspatroon dat een inwoner van deze gebieden had op het moment dat hij of zij in het gebied ging wonen. Daarom komen in Nijmegen alleen nieuwbouwwijken in aanmerking als mogelijk welstandsvrij gebied. In werkgebieden die geen representatieve functie hebben en niet prominent aanwezig zijn in het stadsbeeld is een aantrekkelijk straatbeeld van minder belang. Het beeld van deze gebieden wordt vooral bepaald door functionaliteit en soberheid; een aantrekkelijk beeld staat hier niet voorop. Daar waar werkgebieden grenzen aan belangrijke openbare ruimten of woonwijken zijn ze van invloed op het stadsbeeld. De binnengebieden van dit soort werkgebieden zijn dan ook welstandsvrij; de randen van deze gebieden niet.
Ambitieniveau In welstandsvrije gebieden wordt een maximale ontwerpvrijheid aan de initiatiefnemers en architecten geboden. De verantwoordelijkheid voor de beeldkwaliteit van de bebouwing komt daarmee in grote mate bij de gebruikers zelf te liggen. Initiatiefnemers, ontwikkelaars en vormgevers hebben de vrijheid om samen zelf vormgevingskaders op te stellen. Indien de wens bestaat om zaken met elkaar af te spreken, dan gebeurt dit echter door middel van privaatrechtelijke instrumenten.
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
Zwaarte welstandstoezicht In welstandsvrije gebieden worden vanuit de gemeente geen welstandelijke eisen gesteld. Er geldt in deze gebieden wel een excessenregeling om tegen extreem ontsierende situaties op te kunnen treden. Welstandsvrij betekent niet automatisch vergunningvrij. Er is in veel gevallen nog steeds een omgevingsvergunning voor het bouwen vereist, maar die aanvraag wordt niet meer getoetst aan welstandseisen. De regeldruk vanuit welstandstoezicht wordt hiermee minder groot. In de welstandsvrije werkgebieden worden voor reclame-uitingen alleen regels opgesteld met betrekking tot aantal en maatvoering.
Gebieden die welstandsvrij zijn Delen van de bedrijventerreinen Noord- en Oost Kanaalhaven, West Kanaaldijk-Sluis, Winkelsteeg en De Grift. In de Waalsprong wordt in navolging van het project Plant-je-vlag het te ontwikkelen woongebied Vossenpels welstandsvrij.
Ontwikkelings- en transformatiegebieden Dit zijn gebieden waar grootschalige ontwikkelingen worden verwacht en waarbij de functies en de stedenbouwkundige structuur sterk gaan veranderen, zodat ook de beeldkwaliteit sterk verandert. Een voorbeeld van een ontwikkelingsgebied is de Waalsprong; een voorbeeld van een transformatiegebied is het Waalfront. In ontwikkelingsen transformatiegebieden is de bestaande situatie niet het enige referentiekader, maar zal ook de ambitie voor de toekomst het aanknopingspunt zijn voor de toetsingscriteria voor beeldkwaliteit. De gemeente streeft ernaar die ambities vast te leggen in stedenbouwkundige visies, ontwerpen, ambitiedocumenten en beeldkwaliteitplannen. De beeldkwaliteit van deze majeure ontwikkelingen kan al vroeg in het ontwikkelproces geborgd worden door de inzet van de ruimtelijk kwaliteitsteams (RKT’s).
Groengebieden Groen vormt net als bebouwing en infrastructuur een belangrijke bouwsteen in de stad. Grootschalige groenstructuren zijn beelddragers van de stad. Kenmerkend voor deze gebieden is dat het ruimtelijk beeld vooral bepaald wordt door de groenelementen, bebouwing is vaak slechts sporadisch aanwezig en heeft een ondersteunende functie. De basis voor ruimtelijke kwaliteit van de groengebieden ligt in een goed groenontwerp; afgestemd op het gebruik van de plek en met duurzaam en beheerbaar (plant)materiaal. Vanwege de beperkte invloed van bebouwing op het beeld van deze groengebieden biedt een Luw toetsniveau in beginsel een voldoende kwaliteitsborging, maar er zijn een aantal uitzonderingen. De Waal met haar uiterwaarden, de Ooijpolder en de stuwwal zijn van grote betekenis voor de identiteit van Nijmegen op nationaal niveau. De uiterwaarden en de Ooijpolder zijn open landschappen waarbinnen bouwwerken al snel domineren in het ruimtelijk beeld. Ook de bebouwing op de stuwwal ligt zeer prominent in het zicht vanuit de polder en is daarmee van invloed op het landschappelijk beeld. Daar waar de stad grenst aan een open landschap geldt hetzelfde. Om de landschappelijke kwaliteit van deze gebieden maximaal te borgen geldt voor bebouwing in en grenzend aan deze gebieden het toetsingsniveau Bijzonder. Ook het Kronenburgerpark, het Valkhof, het Hunnerpark zijn belangrijk voor het stadsbeeld van Nijmegen. Niet alleen vanwege de ligging in of tegen het centrum van de stad, maar ook vanwege de cultuurhistorische waarde. Dat laatste geldt tevens voor de villawijk op de Kwakkenberg. Het Goffertpark is de huiskamer van onze stad; een volkspark dat plaats biedt aan druk bezochte evenementen. Voor bebouwing in en grenzend aan deze gebieden geldt tevens het toetsingsniveau Bijzonder.
AANLEIDING & OPGAVE
11
12
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
WELSTANDSVRIJE BOUWWERKEN
2
In het licht van decentralisatie van taken en verantwoordelijkheden heeft de rijksoverheid in de Wet ruimtelijke ordening en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) de regels voor vergunningaanvraag vereenvoudigd. In het Besluit omgevingsrecht (Bor) is de landelijke regeling voor vergunningvrije bouwwerken verder verruimd (met name voor bouwwerken aan de achterzijde van woningen).2 Nieuw daarbij is dat gemeenten de mogelijkheid geboden wordt bepaalde bouwwerken vergunningvrij te maken door deze welstandsvrij te verklaren. Het betreft bouwwerken op plaatsen die vanuit de openbare ruimte goed waarneembaar zijn en daarmee direct van invloed zijn op het straatbeeld. Om die reden zijn deze bouwwerken in het Besluit omgevingsrecht niet rechtstreeks vergunningvrij verklaart, maar is de mogelijkheid daartoe bij de gemeenten gelegd. Daarbij zijn gemeenten vrij om beperkt aanvullende voorwaarden te stellen. Het aanwijzen van vergunningsvrije bouwwerken past bij het streven van het college om binnen de grenzen van de regelgeving te zoeken naar mogelijkheden om overbodige regels te schrappen. Het al dan niet welstandsvrij verklaren wordt gerelateerd aan de mate waarin een gebied beeldbepalend is of gevoelig is voor verrommeling. Dit gebeurt door de aanwijzing van welstandsvrije bouwwerken te koppelen aan de toetsingsniveaus. Het betreft de volgende situaties: 1. bijbehorende bouwwerken (zoals aanbouwen, bijgebouwen en overkappingen) in achtertuinen direct op de erfgrens met openbaar toegankelijk gebied. 2. platte dakkapellen aan de voorkant of naar de openbare ruimte gekeerde zijkant (binnen een bepaalde maatvoering). Dakkapellen met een andere vorm dan plat blijven vergunningplichtig. 3. daglichtvoorzieningen (dakraam, lichtkoepel e.d.) in een voordakvlak of naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd dakvlak die maximaal 60 cm uit het dakvlak steekt. 4. erfafscheidingen direct grenzend aan openbaar toegankelijk gebied.
Aanwijzing welstandsvrije bouwwerken Het merendeel van de dakkapellen, dakramen en erfscheidingen in onze stad kennen een vrij standaard uitvoering. De aanvullende voorwaarden die de gemeente stelt aan het welstandsvrij verklaren van deze bouwwerken zijn er op gericht het merendeel van deze standaardoplossingen vergunningsvrij te maken. De voorwaarden waaronder dit gebeurd zijn dusdanig opgesteld dat deze standaard bouwwerken vergunningsvrij worden, maar dat negatieve uitschieters voorkomen worden. Wanneer een plan niet aan deze voorwaarden voldoet betekent dat niet op voorhand dat het bouwplan niet aan redelijke eisen van welstand voldoet, maar dat een welstandelijke beoordeling nodig is.
2
Besluit omgevingsrecht, Bijlage II - behorende bij de artikelen 2.3 en 2.7, oktober 2010
AANLEIDING & OPGAVE
13
14
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
Voorwaarden aanwijzing welstandsvrije bouwwerken
In de welstandsvrije gebieden zijn geen redelijke eisen van welstand van toepassing en gelden er dus logischerwijs ook geen aanvullende voorwaarden.
Bijbehorende bouwwerken De vergunningplichtige bijgebouwen, erkers en aanbouwen in achtertuin direct op de erfgrens met openbaar toegankelijk gebied kunnen van grote invloed zijn op het straatbeeld. Om deze reden worden deze bouwwerken niet welstandsvrij verklaard. Hiermee wordt het risico op een, de door inwoners ongewenste, verrommeling verminderd.
Dakkapellen Voorwaarden die het Bor stelt: Het betreft een dakkapel in het voordakvlak of een naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlak, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. redelijke eisen van welstand zijn niet van toepassing; b. voorzien van een plat dak, c. gemeten vanaf de voet van de dakkapel niet hoger dan 1,75 m, d. onderzijde meer dan 0,5 m en minder dan 1 m boven de dakvoet, e. bovenzijde meer dan 0,5 m onder de daknok, en f. zijkanten meer dan 0,5 m van de zijkanten van het dakvlak.
Aanvullende voorwaarden gemeente Nijmegen: Als voldaan wordt aan de onderstaande aanvullende voorwaarden zijn op deze dakkapellen redelijke eisen van welstand niet van toepassing: • Het betreffende gebouw ligt niet in een gebied waar een toetsingsniveau Bijzonder van kracht is; • Het betreft de eerste dakkapel in het dakvlak (per woning gerekend); • De zijwangen van de dakkapel zijn ondoorzichtig; • De breedte bedraagt in totaal maximaal 3,0 meter. 3 • De hoogte bedraagt maximaal 1,5 meter; 4 • Dichte panelen tussen de glasvlakken mogen per paneel niet breder zijn dan 0,25 m. • Boeiboorden van de dakkapel zijn maximaal 0,25 meter hoog. • De horizontale afstand van de dakkapel tot hoekkepers en kilkepers is minimaal 1 meter. 5 • De dakkapel wordt niet geplaatst in de kap van een aan- of uitbouw of van een bijgebouw.
In De afmeting van het dakvlak wordt gemeten tussen de woningscheidende bouwmuren of tot aan het einde van het dakvlak met eventuele overstekken. Bij hoekkepers wordt gemeten aan de bovenzijde van de dakkapel (ter plaatse van de buitenzijde van de dakranden). Bij kilkepers wordt gemeten aan de voet van de dakkapel. 4 Gemeten vanaf de onderkant van de dakkapel tot de bovenzijde van het boeiboord of dakrand van de dakkapel. 5 De horizontale afstand wordt gemeten van de bovenzijde van de dakkapel (de dakrand) tot de hoekkepers en van de onderzijde van de dakkapel (de voet) tot de kilkepers. 3
AANLEIDING & OPGAVE
15
16
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
Dakramen, daklicht en andere daglichtvoorzieningen Voorwaarden die het Bor stelt: Het betreft een dakraam, daklicht, lichtstraat of soortgelijke daglichtvoorziening in een dak, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. indien in het achterdakvlak, een niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlak of een plat dak, de constructie niet meer dan 0,6 m buiten het dakvlak respectievelijk het platte dak uitsteekt, b. indien in een ander dakvlak dan bedoeld in onderdeel a, 1º. de constructie niet buiten het dakvlak uitsteekt, of 2º. ingeval geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn, de constructie niet meer dan 0,6 m buiten het dakvlak uitsteekt, en c. zijkanten meer dan 0,5 m van de randen van het dakvlak of het platte dak.
Aanvullende voorwaarde gemeente Nijmegen: Als voldaan wordt aan de onderstaande aanvullende voorwaarden zijn op deze daglichtvoorzieningen redelijke eisen van welstand niet van toepassing: • Het betreffende gebouw ligt niet in een gebied waar een toetsingsniveau Bijzonder van kracht is; • Het betreft de eerste daglichtvoorziening in het dakvlak (per woning gerekend).
17 Erfafscheidingen Voorwaarden die het Bor stelt: Het betreft een erf- of perceelafscheiding, mits wordt voldaan aan de volgende eisen: a. niet hoger dan 1 m, of b. niet hoger dan 2 m, en 1º. op een erf of perceel waarop al een gebouw staat waarmee de erf- of perceelafscheiding in functionele relatie staat, 2º. achter de voorgevelrooilijn, en 3º. op meer dan 1 m van openbaar toegankelijk gebied, tenzij geen redelijke eisen van welstand van toepassing zijn;
Aanvullende voorwaarden gemeente Nijmegen: Als voldaan wordt aan de onderstaande aanvullende voorwaarden zijn op deze erfscheidingen redelijke eisen van welstand niet van toepassing: • Het betreffende gebouw ligt niet in een gebied waar een toetsingsniveau Bijzonder of Aandacht van kracht is; • De erf- of perceelsafscheiding bestaat uit haagplanten, een begroeid gazen hekwerk of wordt uitgevoerd in metselwerk, metalen spijlhekwerk, hout of andere natuurlijke, niet snel verwerende materialen. • De gebruikte kleuren zijn afgestemd op het hoofdgebouw of er worden gedekte kleuren toegepast.
AANLEIDING & OPGAVE
VERVOLG
3
De in de Kadernota Beeldkwaliteit 2013 voorgestane versoepeling van het welstandstoezicht is een wijziging ten opzichte van het huidige beleid. Indien een gemeente een welstandsbeleid wenst te voeren is zij wettelijk verplicht om een welstandsnota vast te stellen (in Nijmegen is dit de Uitwerkingsnota Beeldkwaliteit). Elke wijziging in het welstandsbeleid dient vastgesteld te worden door de gemeenteraad en opgenomen te worden in de welstandsnota. Na vaststelling van de Kadernota Beeldkwaliteit 2013 zal het nieuwe beleid dan ook geformaliseerd moeten worden door de Uitwerkingsnota te actualiseren.
18
Vooruitlopend op deze actualisatie zal de notitie Versoepeling Welstandstoezicht Nijmegen opgenomen worden als erratum in de Uitwerkingsnota Beeldkwaliteit. Bij de actualisatie van de Uitwerkingsnota zal het in deze notitie beschreven gewijzigde beleid opgenomen worden.
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
BIJLAGEN
Bijlage 1 Overzicht te toetsen bouwwerken en aspecten per toetsingsniveau Bijlage 2 Kaart toetsingsniveaus De kaart is los bijgevoegd
AANLEIDING & OPGAVE
19
20
AANLEIDING & OPGAVE NOTITIE VERSOEPELING WELSTANDSTOEZICHT NIJMEGEN
X X
Erfscheidingen op de erfgrens met openbaar toegankelijk gebied
Bijgebouwen in achtererfgebied op de erfgrens met openbaar toegankelijk gebied
AANLEIDING & OPGAVE
Aansluitingen; naden, voegen, boeiboorden
X betekent dat het bouwwerk of welstandsaspect getoetst wordt
1
Kozijnindeling & –detaillering, omlijstingen, lateien en vensterbanken
Vormgeving van ondergeschikte elementen
Daklijsten, goten
Erkers, aanbouwen en dakkapellen (indien vergunningplichtig)
Vormgeving van karakteristieke elementen
Materiaal- en kleurgebruik
Compositie gevels (reliëf, vlakken, openingen)
Compositie hoofdmassa's
Relatie tussen functie, constructie en het uiterlijk van het gebouw
Vormgeving op hoofdlijnen
Specifiek voor zijn omgeving ontworpen
Keuze voor harmonie of contrast, eenvoud of complexiteit
Stijl, allure, representatie, karakter, originaliteit
Architectonisch concept
het voorerf in relatie tot het bouwplan
oriëntatie (voorkant of ‘alzijdig’, positie van de entree)
situering en verdeling van bouwmassa’s over de kavel (hiërarchie of niet, ritme, …)
Bouwplan op het perceel
Bouwstijl in relatie tot omgeving
Korrelgrootte, schaal en maatverhoudingen, positie in rooilijn
Inpassing in het stedenbouwkundig en/of landschappelijk patroon
Bouwplan in relatie tot de omgeving
X
X
X
X
X
X
X
Dakramen in dakvlak naar openbaar toegankelijk gebied
Toetscriteria grote bouwwerken
X
Platte dakkapellen in dakvlak naar openbaar toegankelijk gebied
Kleine bouwwerken
Hoog
X
X
X
X
X
X
X
X
Aandacht
X
X
X
X
X
X
Luw
Vrij
Bijlage 1 Overzicht te toetsen bouwwerken en aspecten per toetsingsniveau
X=186091.36 Y=433994.98
Kr ui de ns tr aa t
d pa an ra ff Sa
ad np aa ffr Sa
t aa tr es l l ni Va
Ma rj ol ei ns tr aa t
Di l l es tra at
Di l l es tr aa t
Or eg an op ad
Or eg an op ad
17 Se sa ms tra at
Se sa m
st ra at
15
12
15a
13
te ma i Ke
6a
Keimate
3a
e mat Kei
69
and sel l Pe
65
63
14-16
and esl j t Smi
12
18
59
and esl tj Smi
Weefgewichtstraat
57a
Gladiusstraat
57
55 20
3
53
51
49
45
43
s el senp Vos 39
37
aat r gst Ber
12
10
14
35
33
7a W.I.U.
31
29
MAGAZIJN
winkelruimte 135m2
gezondheidszorg ’buurtstation’ 174m2
bijeenkomstfunctie ’horeca’ 81m2
25-27
23
18
21 19 10
12 16
Bekkersland
1A
17
15
100 13
71 73 65
63
61
75
69 67
Laauwikstraat
86
60
92
90 88
30 Wa al
Ma as
Wa al ka na al
109
105
103
101
99
30
60
Wa al
aal kan aal s W Maa Maas Waal kana al
Wa al
Waal
Ma as
Wa al ka na al
Haven
Wa al
Haven
Ma as
Wa al ka na al
Wa al
Waal
Waal
Wa al
Waal
Waal
Waal
Maas Waalkanaal
Waalhaven
Kanaalhaven Waalhaven
Waal
Waalhaven
Maas Waalkanaal
Kanaalhaven
Maas Waalkanaal
STADSDL
Kanaalhaven
Kanaalhaven
Wa al ka na al
Maas Waalkanaal
Ma as -W aa l
ka na al
Ma as
-
Wa al ka na al
Ma as
Kanaalhaven
ka na al
STADSDL
Me er tj e
Ma as
Wa al ka na al
Ma as -W aa l
ka na al
Ma as
-
Wa al ka na al
Ma as -W aa l
’t
Ma as
Wa al ka na al
dkp
at ra st ng oe nd Ba
Bandoe ngstra at
Maa s W aal kan aal
at ra st ng oe nd Ba
STADSDL
Pe t aa tr ss el nk wi Ha Pe Hawi nkelsst raat
t aa tr ss el nk wi Ha
Maas Waalk anaal
Pe
aat str ven nho Tie an k v Hen
STADSDL
Maas Waalkanaal
Maas WaalKanaal
anaal WaalK Maas-
al kana Waal Maas aal lKan -Waa Maas
dkp
l naa lka Waa s Maa
STADSDL
l naa lka Waa s Maa
aal kan aal s W Maa
l naa lka Waa s Maa
l naa lka Waa s Maa
aal kan aal s W Maa dkp
aal kan aal s W Maa
STADSDL
aal kan aal s W Maa
aal kan aal s W Maa al Kana Waal Maas Ire ne Vor rin kst raa t
e en Ir t aa tr ks in rr Vo
dkp
aal kan aal s W Maa dkp
aal kan aal s W Maa aal kan aal s W Maa
as Ma
al na ka al Wa aal kan aal s W Maa
LEGENDA BIJZONDER as Ma al na ka al Wa
BIJZONDER (BEELDBEPALENDE STEDELIJKE (WATER)WEG) as Ma
al na ka al Wa as Ma
BIJZONDER (STADSRAND GRENZEND AAN OPEN LANDSCHAP)
al Wa
al na Ka as Ma
al Wa al na Ka
AANDACHT
LUW
VRIJ
53
GEMEENTEGRENS
ONDERGROND
Toetsingsniveaus Nijmegen Kadernota Beeldkwaliteit
0
100
200
300
400
500
600
700
800
900
1000
29-03-2013