Inhoudsopgave
schoolgids 2012/2013
INHOUDSOPGAVE
1
VOORWOORD
4
1.
DE SCHOOL: ALGEMENE GEGEVENS
5
1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6 1.7 1.8 1.9
Adres school Namen directie Namen teamleden Bevoegd gezag Namen en secretariaatsadres ouderraad Namen en secretariaatsadres medezeggenschapsraad Werkgroep overblijven Aantal leerlingen Informatie ten aanzien van de bereikbaarheid
5 5 5 6 7 7 8 8 8
2.
WAAR STAAT DE SCHOOL VOOR?
9
Inleiding 2.1 De school als leefgemeenschap 2.1.1 Ontwikkelingen op hoofdlijnen 2.1.2 Aandacht voor het kind zelf 2.1.3 Schoolregels 2.2 De school als leergemeenschap 2.2.1 Gemeentelijk Onderwijsachterstandenbeleid 2.2.2. De onderwijstijd 2.3 De school als katholieke gemeenschap 2.3.1 Geloof en levensbeschouwelijke uitgangspunten 2.3.2 Relatie school – gezin – kerk – parochie 2.3.3 Ontmoeting met andere culturen en tradities
9 9 9 9 10 10 10 10 11 11 11 12
1
3.
DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS
13
3.1 3.2
De organisatie van de school Welke jaaractiviteiten worden er georganiseerd 3.2.1 Brabants Instituut Steunfunctie Kunstzinnige vorming 3.2.2 (Buiten)schoolse activiteiten 3.2.3 Verkeersexamen 3.2.4 Brabants verkeersveiligheids label 3.2.5 Kinderpostzegels 3.2.6 Jeugd-EHBO 3.2.7 Project “doe effe normaal” 3.2.8 Scholensportdag 3.2.9 Sporttoernooien 3.2.10 Gezamenlijke vieringen 3.2.11 Een gezond gewicht
13 13 13 13 14 14 14 14 14 14 15 15 15
4.
VOORZIENINGEN IN HET SCHOOLGEBOUW
16
4.1 Computers 4.1.1 Internet en email protocol
16 16
5.
DE ZORG VOOR KINDEREN
18
5.1 5.2 5.3 5.4 5.5 5.6 5.7 5.8 5.9 5.10 5.11 5.12 5.13 5.14 5.15 5.16 5.17 5.18 5.19
De interne begeleider / coördinator leerlingenzorg / ICL Procedure zorg Toelatingsprocedure Speciaal Basisonderwijs (WSNS) Zorgadviesteam Leerlinggebonden financiering (LGF of het rugzakje) Leerlingdossiers Leerlingvolgsysteem De rol van de ouders bij de zorg Leerlingenzorg door externe instanties De aanname van leerlingen op onze school Schorsing en verwijdering van leerlingen De begeleiding van de overgang van kinderen naar het V.O. De begeleiding van de overgang van kinderen naar een andere school Scholing van leraren Ouderavonden Informatievoorziening gescheiden ouders Sovatrainingen Kinderen met dyslexie Regeling diagnose en behandeling dyslexie
18 19 19 20 20 20 21 22 22 23 23 24 25 25 25 26 26 26 27
6.
DE BETROKKENHEID VAN OUDERS BINNEN SCHOOL
29
6.1 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7
Als lid van de raad van toezicht van de Stichting Nuwelijn Als lid van de medezeggenschapsraad Als lid van de ouderraad Als deelne(e)m(st)er bij andere activiteiten Als overblijfouder Als lid van de ARBO-werkgroep Als lid van de werkgroep scholen en verkeersveiligheid
29 29 29 29 30 30 30
2
7.
DE EXTERNE CONTACTEN
31
7.1 7.2
7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8 7.9
Bibliotheek Onderwijsbegeleidingsdienst 7.2.1 Individuele begeleiding 7.2.2 Systeembegeleiding Peuterspeelzaal Hummeldonk De identiteitsbegeleider Jeugdgezondheidszorg GGD Midden Brabant Stichting Leergeld Onderwijs Brede School Gilze en Rijen Centrum voor Jeugd en Gezin Gilze en Rijen Buitenschoolse opvang
31 31 31 31 31 31 31 33 34 35
8.
DE EFFECTEN VAN HET ONDERWIJS
36
8.1 8.2 8.3 8.4 8.5
De sociaal-emotionele zorg De onderwijskundige zorg Uitstroomgegevens De inspectie van het onderwijs Kwaliteitsonderzoek op scholen van de stichting Nuwelijn
36 36 37 37 37
9. 9.1
REGELINGEN EN PRAKTISCHE AANGELEGENHEDEN Schooltijden 9.1.1 Regels voor aanvang en einde schooltijd 9.2 Wet persoonsregistratie 9.3 Schoolverzuim volgens de leerplichtwet 9.4 Vakanties en vrije dagen 9.5 Diverse afspraken 9.6 Vervanging bij afwezigheid van leerkrachten 9.7 Klachten en klachtenprocedure 9.8 Sponsoring 9.9 Verzekeringen en aansprakelijkheid 9.10 Aanmelding 9.11.1 Arbozorg en ontruimingsplan 9.11.2 De veilige school 9.12 Overblijfreglement 9.13 Voor- tussen- en naschoolse opvang 9.14 Protocol mobiele telefoons op school 9.15 Vertrouwenspersoon
38 38 38 38 38 40 41 44 44 46 46 47 47 47 48 49 49 50
10. 10.1 10.2 10.3 10.4 10.5 10.6 10.7 10.8 10.9
ADRESGEGEVENS EXTERNE INSTANTIES Rijksinspectie Leerplichtambtenaar Schoolbegeleidingsdienst Schoolarts en logopedist Identiteitsbegeleiding Externe vertrouwenspersoon Stichting KOMM Advies- en meldpunt kindermishandeling Bestuur van de school
51 51 51 51 51 51 51 52 52 52
11.
LIJST MET AFKORTINGEN
53
3
VOORWOORD Scholen verschillen steeds meer in manier van werken, in sfeer en in wat kinderen er leren. Scholen hebben verschillende kwaliteiten en ze hebben de vrijheid hun doelen na te streven. Daarbij leggen ze allemaal hun accenten en bespreken onderwerpen die zij voor hun eigen leerlingen en school belangrijk vinden. Daarnaast kunnen scholen ook zelf bepalen op welke manier ze les geven. Om daar inzicht in te geven geeft iedere basisschool een schoolgids uit. Deze schoolgids heeft vooral tot doel om zittende en toekomstige ouders duidelijk te maken welke doelen onze school nastreeft en welke activiteiten ondernomen worden om die doelen te bereiken. De gids geeft aan waar de school voor staat, wat u van ons kunt verwachten en wat wij voor uw kind kunnen betekenen. Ieder nieuw schooljaar kunt u op verzoek een schoolgids krijgen. De schoolgids bevat ook praktische informatie en informeert u dus over onze school in al zijn facetten en is tevens een soort naslagwerk. Zijn er vragen of opmerkingen over en suggesties voor de schoolgids, dan nodigen wij u van harte uit om daarover met ons te praten. Wij stellen het erg op prijs uw reactie te vernemen. Samen immers zorgen ouders en team voor het opvoeden van kinderen. De directie van KBS Gerardus Majella Gerardus Majellastraat 17 5125 NL Hulten. Tel. 0161-223587
4
1. DE SCHOOL: ALGEMENE GEGEVENS KBS Gerardus Majella is een bijzondere school voor katholiek onderwijs en maakt deel uit van het bevoegd gezag Stichting Nuwelijn. Tot schooljaar 1994/1995 bestond de school zelfstandig en als enige school onder het bevoegd gezag SKOH (Stichting Katholiek Onderwijs Hulten). Om het voortbestaan van onze school te waarborgen, heeft het genoemde bestuur aansluiting gevonden bij een grotere bestuurlijke organisatie SKOR (Stichting Katholiek Onderwijs Rijen). In 2000 heeft er een besturenfusie plaatsgevonden met SKOG (Stichting Katholiek Onderwijs Gilze) waardoor het SKON (stichting Katholiek Onderwijs Nuwelijn is ontstaan. In 2011 heeft Stichting Peuterspeelzalen Muzerij en de SKON besloten tot een verregaande samenwerking en is de huidige situatie ontstaan. Onder het bevoegd gezag vallen een zestal scholen: 3 grote scholen (meer dan 400 leerlingen), 1 middelgrote school (150 tot 200 leerlingen) en 2 kleine scholen (minder dan 100 leerlingen) Per 1 oktober 2011 telde onze school 49 leerlingen. Nagenoeg alle leerlingen hebben wegingsfactor 1.00. In ons onderwijssysteem laten wij zien dat een kleine school ook groot en volwassen kan zijn. KBS Gerardus Majella;
De school waar uw kind gezien wordt.
1.2 Namen directie : Directeur: Locatiedirecteur:
Dhr. Johan Kamp Dhr. Mike van Oosten Hertogenlaan 44 4902 AS Oosterhout Tel 06 426 356 93
1.3 Namen teamleden Functie
naam
groep
leerkracht
Yvonne Wouters – de Bekker
leerkracht
Ria van Broekhoven - van Zon
1-2 Tekenen 1-2
leerkracht
Loes Kamp – Bruinincx
locatiedirecteur
Mike van Oosten
3-4-(5) Natuur 5-6
leerkracht
Marly v.d. Hout –van Rijswick
(6)-7-8
Leerkracht
Jirsca Mantel
3-4-(5)
IB’er En ICL 5 t/m 8 ICL-er 1 t/m 2 ICL-er 3 t/m 4 directeur
Martijn Schrauwen (ma ocht) Rianne van Diepstraten (op afspraak) Henriëtte van der Veeken (op afspraak) Johan Kamp (telefonisch bereikbaar op de Brakken)
(0161 223074) (0161 223074) (0161 223074)
5
1.4 Bevoegd gezag Onze school hoort bij de Stichting Nuwelijn. Deze stichting beheert zes basisscholen in de gemeente Gilze en Rijen nl.: KBS St. Anna, KBS De Bolster, KBS Gerardus Majella, KBS St. Jozef, KBS Burg. Van Mierlo en KBS De Brakken. Naamswijziging Per 01-01-2011 is Stichting Katholiek Onderwijs Nuwelijn gaan werken met het bestuurlijk model Raad van Toezicht - College van Bestuur. Per die datum is er ook een bestuurlijke samenwerking gerealiseerd met het peuterspeelzaalwerk van Stichting Muzerij. Door deze acties was het wenselijk ook de naam van de stichting aan te passen: vanaf die datum is het daarom "Stichting Nuwelijn". In alle nieuwe stukken en correspondentie van de stichting zal deze naam in het vervolg gebruikt worden. In bestaande stukken zult u beslist nog wel eens de oude naam van de stichting tegenkomen. We verwachten dat u daar begrip voor zult hebben. Bestuurlijk model Stichting Nuwelijn werkt volgens het bestuurlijk model Raad van Toezicht - College van Bestuur. Het College van Bestuur bestaat uit één persoon, de voorzitter. Het College van Bestuur vertegenwoordigt de stichting in- en extern, legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht en voert overleg met de GMR (Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad). Het College van Bestuur wordt daarbij ondersteund door een beleidsmedewerker en een casemanager. Voor de personeels- en salarisadministratie en de financiële administratie wordt gebruik gemaakt van de diensten van een administratiekantoor: OSG te Breda. De personele vervangingen worden bij Stichting Nuwelijn geregeld via een centrale Vervangerspool. Voor alle verwerkingen in deze pool is een externe coördinator aangetrokken. Het bestuur en de beleidsmedewerkers werken vanuit het Nuwelijnkantoor. Postadres: Postbus 152, 5120 AD Rijen Bezoekadres: Past. Gillisstraat 145A, 5121 CD Rijen 0161-232154 06-22560520
[email protected] www.nuwelijn.nl f. 084-7598218 Bezetting: Dhr. G. (Gerard) Miltenburg
Voorzitter College van Bestuur
Mevr. I. (Irma) Grunwald Mevr. A van Eijk
Beleidsmedewerkster Casemanager
Mevr. L. (Linda) van Gerven
Coördinator Vervangerspool
6
De Raad van Toezicht van Stichting Nuwelijn bestaat uit zes personen. De dagelijkse verantwoordelijkheid is in handen van het College van Bestuur. De kaders van beleid zijn vastgelegd in het strategisch beleidsplan. De Raad van Toezicht ziet toe op de uitvoering van dit beleid. Voor het functioneren van de Raad van Toezicht is een reglement opgesteld. In deze bestuurlijke organisatie is de school de lokale eenheid, met op elke school een directie, het onderwijzend en onderwijsondersteunend personeel. Plattegrond met scholen die bij het bestuur aangesloten zijn
1 = KBS St. Anna 2= KBS De Bolster 3= KBS Gerardus Majella
1.5
4 = KBS St. Jozef 5= KBS Burgemeester van Mierlo 6 = KBS De Brakken
Namen + secretariaatsadres ouderraad
Voorzitter: Mandy Brants Secretariaatsadres: Christel Kampschreur (adres v.d. school) Penningmeester: John van Poppel Overige leden: Bea van Poppel, Mirella van der Poel, Leni Huijsmans, Graauwmans en Christel Kampscheur.
1.6
Namen + secretariaatsadres medezeggenschapsraad:
Voorzitter Secretaris Overige leden:
Anna Pawulski Ria van Broekhoven Tilburg Cathinka Brouwers (ouder) Loes Kamp (personeel) tevens lid GMR
7
1.7
Werkgroep overblijven:
In de werkgroep hebben zitting: Karin Schuermans (ouder) Ingrid Veroude Marly v.d. Hout (teamlid)
1.8
Aantal leerlingen:
In het schooljaar 2012/2013 hebben we om te beginnen 52 leerlingen. We groeien aan het einde van het jaar door naar het aantal van 55 Het leerlingaantal is de laatste jaren aan het teruglopen, vandaar dat er op het ogenblik veel gebeurd om dat tegen te gaan.
1.9 Informatie ten aanzien van bereikbaarheid Bereikbaarheid kunnen wij garanderen tijdens kantooruren buiten de schoolvakanties van het basisonderwijs: Maandag t/m donderdag van 8.30u – 17.00u Op vrijdag van 8.30u – 16.00u Ten tijde van schoolvakanties kunt u altijd proberen contact met ons op te nemen, maar wij kunnen dan geen bereikbaarheid garanderen. De locatiedirecteur is te bereiken op 06 – 42635693.
8
2. WAAR STAAT DE SCHOOL VOOR? Gerardus Majellaschool: de school waarin elk kind gezien wordt. Het professioneel begeleiden van kinderen op hun weg naar zelfstandigheid neemt een belangrijke plaats in binnen ons brede onderwijsaanbod. De ontwikkeling van ieder kind volgen wij nauwgezet. Door de kleinschaligheid van de school is dit goed mogelijk en is er een gestructureerd, overzichtelijk en veilig werkklimaat. Optimale ontwikkeling wordt nagestreefd door middel van een uitdagende speel-,leer en werkomgeving waarin ruimte is voor creativiteit en de belevingswereld van de kinderen. De christelijke levensvisie, respect voor elkaar en goed contact met ouders zijn belangrijk. De landelijke omgeving van de school zorgt ervoor dat de kinderen de ruimte hebben.
2.1
De school als leefgemeenschap
2.1.1 Ontwikkelingen op hoofdlijnen Om te werken aan de zelfstandigheid van leerlingen en aan het gevoel voor samenwerking en verantwoordelijkheid heeft de school de volgende doelstellingen: De zelfstandigheid van de leerling bevorderen. Het ontwikkelen van sociale vaardigheden. Het bevorderen van zelfredzaamheid. Het komen tot samenwerking. Het leren omgaan met emoties. Het leren kiezen en daarvoor verantwoording dragen. Het aanleren van een kritische houding. Het bijbrengen van verwondering voor mens en natuur. Er wordt respect voor het anders zijn aangeleerd. Leerlingen worden nieuwsgierig gemaakt voor de culturen. De maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het milieu leren kennen. De religieuze gevoeligheid stimuleren. Leren vertrouwen te hebben in de toekomst en geloven in eigen kunnen.
2.1.2
Aandacht voor het kind zelf
Aan het uitgangspunt om ieder kind als individu binnen de school volledig tot zijn of haar recht te laten komen, geeft de school als volgt gestalte: Leerlingen die dreigen uit te vallen worden extra begeleid. Leerlingen die meer stof aan kunnen, krijgen een aanbod. Er wordt speciale aandacht besteed aan kinderen die langer dan normaal ziek zijn. De school is actief bij conflicten tussen kinderen onderling.
9
2.1.3 Schoolregels Op onze school hebben we weloverwogen gekozen voor een drietal kapstokregels, waar eigenlijk de meeste geschreven en ongeschreven omgangs- en gedragsregels onder geschaard kunnen worden: Voor groot en klein zullen we aardig zijn. De school is van binnen een wandelgebied en buiten hoeft dat lekker niet. We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken voor morgen. De kanjerleefregels gelden voor ons allemaal (www.kanjertraining.nl)
2.2
De school als leergemeenschap
De school gaat uit van de doelstellingen van het onderwijs volgens de Wet op het Primair Onderwijs (1-8-98). Daarnaast zijn ook de doelstellingen van het onderwijs, zoals die in het schoolplan geformuleerd staan, uitgangspunt bij het aanleren van basisvaardigheden en het onderwijzen van wereldoriënterende vakken en expressievakken. Uiteraard worden alle ontwikkelingen in het onderwijs nauwlettend gevolgd. .
2.2.1 Lokaal Onderwijsbeleid De gemeente is op dit moment in overleg met het scholenveld en andere partnersom vorm te geven aan het nieuwe “Lokaal Onderwijsbeleidsplan” . Op basis van de nieuwe regelgeving vanuit het ministerie zullen nieuwe keuzes gemaakt moeten worden. Bij het samenstellen van deze schoolgids was daar echter nog onvoldoende over bekend om hier te kunnen vermelden.
2.2.2 De onderwijstijd Vele vakken en vakgebieden worden in samenhang aangeboden. Als voorbeeld kan een taalactiviteit met een sprookje over de prinses en de kikker uitmonden in bijvoorbeeld een natuurles over kikkerdril of in een rekenles over de diepte van de vijver. Om toch een beeld te geven vindt u hierbij een overzicht van het aantal uren dat per week ongeveer aan een bepaald vak wordt besteed. De kleuters gaan bij ons 22 uur en 40 minuten per week naar school De groepen 3 t/m 8 maken bij ons 26 uur en 40 minuten per week. Dit jaar komt de onderwijstijd voor groep 1 t/m 4 op 928 en voor groep 5 t/m 8 op 1011 uur Gr. 1 Gr. 2 Gr.3 Gr.4 Gr.5 Gr.6 Gr.7 Gr.8 Lezen 7,5 3 2 Begrijpend lezen 1 1 1 1 2 Taal 2 2 4 5 6 6 5 Spelling 2½ 2½ 2½ 2½ 2½ Rekenen 1 1 5 6 6 6 6 6 Schrijven ½ ½ 2 1 ½ ½ ½ ½ Werken met ont8 8 wikkelingsmateriaal Beweging 4 4 2 2 2 2 2 2 wereldoriëntatie 1 1 1½ 1½ Aardrijkskunde 1 1 1 1 geschiedenis 1 1 1 1 Natuuronderwijs 1 1 1 1 Verkeer ½ ½ 1 1 1 1 1 1 Handvaardigheid 2 2 1 1 1 1 1 1 Tekenen 2 2 1 1 1 1 1 1 Muziek 1 1 1 1 1 1 1 1
10
Op onze school gaat er geen onderwijstijd verloren door “reizen”. De gymzaal ligt naast de deur en de bibliotheek komt 1x per twee weken voor de school.
2.3 De school als katholieke gemeenschap 2.3.1. Geloof en levensbeschouwelijke uitgangspunten Bij de opvoeding van kinderen krijg je vroeg of laat te maken met vragen en zaken rond geloof en kerk, want ook dit terrein is een onderdeel van ons leven en van onze samenleving. In eerste instantie is het aan de ouders of zij de religieuze gevoeligheid van hun kind willen stimuleren. De verantwoordelijkheid voor geloofsopvoeding ligt dan ook vooral thuis bij de ouders of verzorgers, maar school en kerk willen hen daarbij helpen. Als ouders of verzorgers voor een katholieke school kiezen, mogen zij verwachten dat de school uitgaat van christelijke normen en waarden. Bij het katholiek onderwijs gaat het immers om leven in de geest van het evangelie. De leerkrachten maken kinderen vertrouwd met religie d.m.v. verhalen en beelden uit de christelijke traditie. Zij leren kinderen waar het Jezus van Nazareth om te doen is: alle mensen als gelijkwaardig beschouwen, liefde en zorg hebben voor elkaar, samen delen, opkomen voor de zwakkere. Dit gebeurt onder andere in geregelde lessen levensbeschouwing/godsdienst, die de kinderen krijgen van de leerkrachten. Zij worden daarin begeleid door de identiteitsbegeleidster.
2.3.2. Relatie school - gezin - kerk- parochie Ouders en leerkrachten krijgen bij de geloofsopvoeding van hun kinderen ondersteuning van de kerkgemeenschap. De parochie wil graag helpen, zonder dwingend te zijn. Dus niet vanuit een houding van “zo en zo hoort het”, maar wel door samen te zoeken hoe het geloof voor kinderen zinvol kan zijn. Vanuit de parochie worden verschillende activiteiten ondernomen voor ouders en kinderen: thema-avonden rond kind en geloof, gezinsvieringen, de voorbereiding op de eerste communie en het vormsel, driekoningen zingen. Diverse werkgroepen zijn in de parochie actief om deze activiteiten te organiseren en als u wilt kunt u ook hieraan meewerken. Elke werkgroep heeft voor haar activiteit een aanspreekpunt op school: Gerardusfeest en Vormsel (juf Marly ), gezinsvieringen (juf Ria), Eerste Communie (juf Loes). Geloofsontwikkeling vindt dus thuis, op school en in de parochie plaats. Een goede relatie tussen school en parochie is dan ook noodzakelijk. Om aansluiting met de katholieke scholen te bewaren heeft een afgevaardigde van de parochie zitting in het schoolbestuur. Bovendien is er elk jaar een studiemiddag of identiteitsmiddag voor alle leerkrachten van de katholieke scholen, mede georganiseerd door de identiteitsbegeleidster. Enkele malen per jaar is er overleg tussen pastor, directeuren, identiteitsbegeleidster en bestuursafgevaardigde. De uitnodigingsbrieven voor de voorbereidingen van de sacramenten krijgen de kinderen via de school. Informatie daarover wordt ook verstrekt bij de wekelijkse kerkberichten of via het parochieblad, dat maandelijks in het weekblad Gilze en Rijen staat.
11
2.3.3. Ontmoeting met andere culturen en tradities Kinderen ontmoeten dagelijks mensen die "anders" zijn. Ze komen in aanraking met andere culturen en godsdienstige opvattingen. Het is van groot belang dat kinderen leren dat elke mens het recht heeft om trouw te zijn aan zijn of haar eigen traditie. Het is eveneens van belang dat kinderen leren omgaan met deze andere culturen, dat ze leren praten met elkaar en dat ze van elkaar leren. In onze katholieke school voeden we kinderen daartoe op omdat we ervan overtuigd zijn dat verdraagzaamheid dé voorwaarde is tot vrede. Het bijbrengen van verwondering voor mens en natuur. Er wordt respect voor het anders zijn aangeleerd. Leerlingen worden nieuwsgierig gemaakt voor de culturen. De maatschappelijke verantwoordelijkheid voor het milieu leren kennen. De religieuze gevoeligheid stimuleren. Leren vertrouwen te hebben in de toekomst en geloven in eigen kunnen.
12
3. DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 3.1
De organisatie van de school
De school is op een dusdanige manier georganiseerd dat we vorm kunnen geven aan klassenverkleining en bezig kunnen blijven met de organisatie en de ontwikkeling van de school. De verdeling van de groepen is als volgt: Maandagochtend, dinsdagochtend, donderdagochtend en vrijdagochtend. groep 1/2, groep 3/4, groep 5/6 en groep 7/8. Maandagmiddag, dinsdagmiddag, donderdagmiddag en vrijdagmiddag groep 1/2, groep 3/4/5 en groep 6/7/8. Op woensdagochtend groep 3/4/5 en groep 6/7/8 Op donderdag krijgen de kinderen tekenles van juf Yvonne. Deze lessen worden ook weer in kleine combinatiegroep gegeven zodat op die momenten er ook sprake is van kleine klassen. Op maandagochtend is meester Martijn op school als intern begeleider.
3.2
Welke jaaractiviteiten worden er georganiseerd?
Naast de basisvaardigheden, wereldoriënterende vakken en expressieactiviteiten komen de volgende activiteiten aan bod:
3.2.1 Brabants Instituut Steunfunctie Kunstzinnige vorming Al enige jaren nemen de scholen in de regio Gilze en Rijen deel aan een jaarlijks wisselend kunstconfrontatieprogramma. Dit programma wordt opgezet door B.I.S.K. in samenwerking met de plaatselijke werkgroep van de scholen. Deze werkgroep werkt onder de naam K.I.C.K. (Kinderen in Cultuur en Kunst Gilze en Rijen). Het menu bestaat steeds uit: muziek, foto/film, drama en dans. Tijdens hun basisschoolperiode krijgen de leerlingen vanuit elk onderdeel twee voorstellingen. De programma’s dragen bij aan de culturele ontwikkeling van de leerlingen. Helaas mogen wegens omstandigheden de ouders die ons naar de voorstelling toe brengen de voorstelling niet meer bijwonen.
3.2.2 (Buiten)schoolse activiteiten Gerardus-Majellafeest Sinterklaasfeest Kerstviering Carnaval sportdag avondvierdaagse schoolreisje schoolkamp oud papier/batterijen inzameling gezamenlijke vieringen sporttoernooien musical of schoolfeestdag mengelmoesmiddag
13
3.2.3 Verkeersexamen Op alle scholen wordt verkeersles gegeven. In groep 7 nemen onze leerlingen deel aan het landelijk verkeersexamen ( theoretisch) en het plaatselijk examen (praktisch).
3.2.4 Brabants Verkeersveiligheidslabel Onze school neemt sinds 2004 deel aan het project “Brabants Verkeersveiligheidslabel” (BVL). Meer dan 600 andere basisscholen in onze provincie doen dat ook. Dat houdt in dat we ook verkeersonderwijs serieus nemen. In de praktijk betekent dat - dat we werken vanuit een jaarlijks activiteitenplan; - dat alle kinderen les krijgen uit moderne materialen - dat we vooral aandacht besteden aan praktisch verkeersonderwijs, dat aansluit bij de leeftijd van de kinderen en hun rol in het verkeer (oversteekdiploma, fietskeuring, bochten rijden, school-thuisroute naar het voortgezet onderwijs) - dat we vooral gericht zijn op wat onze schoolomgeving en de schoolthuisroute van kinderen aan veilig verkeersgedrag vraagt - dat we ouders bij ons verkeersonderwijs betrekken en met hen samenwerken; Daarom heeft onze school ook twee verkeersouders: Marieke van Roessel en Sander Hofman, samen met Mike van Oosten. vormen zij de verkeerswerkgroep van onze school. Onze groep werkt op haar beurt weer samen met de gemeente, de politie, vertegenwoordigers van Veilig Verkeer Nederland en verkeerswerkgroepen van andere basisscholen in Gilze en Rijen. Op 08-06-2005 zijn we officieel gecertificeerd.
3.2.5 Kinderpostzegels Eenmaal per jaar komen de leerlingen van groep 7 en 8 langs de deur voor de verkoop van de bekende postzegels en prentbriefkaarten “Voor het kind”.
3.2.6 Jeugd-EHBO In samenwerking met Marlies de Vette, nemen de leerlingen uit groep 8 deel aan een aantal EHBO-lessen. Deze lessen worden op school gegeven.
3.2.7 Project 'Doe effe normaal' Het project “Doe effe normaal” is op initiatief van de politie van het team Gilze & Rijen gestart. Een politieagent komt les geven in groep 7/8 . Het doel daarvan is drempelverlaging tussen het kind en de politie. Voor “Doe effe normaal” zijn aparte lessen geschreven. Al deze lessen worden in een speciale map bewaard
3.2.8. Scholensportdag In mei wordt de jaarlijkse scholensportdag voor de groepen 7 t/m 8 gehouden. Op sportpark De Vijf Eiken zijn de kinderen van de scholen uit Rijen, Gilze, Hulten en Molenschot sportief bezig.
14
3.2.9. Sporttoernooien Op enkele woensdagmiddagen worden de handbal- en voetbaltoernooien gehouden. Leerlingen uit de hoogste groepen van alle scholen uit de gemeente strijden om de verschillende wisselbekers. Inschrijving en data worden doorgegeven in de nieuwsbrief of via aparte brieven
3.2.10 Gezamenlijke vieringen 4x per schooljaar verzorgen alle groepen een optreden, we proberen in ± een half uur lang het publiek op een afwisselende, pakkende manier te vermaken. De bedoeling is veelzijdig: elkaar respecteren (ook blijven opletten als iets niet zo boeiend is), voor een publiek staan: uitbeelden, spreken, durven optreden, gebruiken van beschikbare ruimten. Er wordt een beroep gedaan op creativiteit: met weinig attributen toch effect bereiken, opdrachten uitvoeren, dingen regelen, gezond kritisch het optreden bekijken en (na)bespreken. Tevens is een mengelmoesmiddag een prima kans om kennis en kunsten te etaleren, want vaak komen er in de klas geleerde liedjes, versjes en drama aan de orde. Verder vieren we jaarlijks met de kinderen het kerstfeest en het paasfeest in een gezamenlijke viering. Ook hierbij wordt gezongen, gedanst en toneel gespeeld.
3.2.11 Een gezond gewicht? Lekker aan de slag! Programma voor kinderen met overgewicht Voor de kinderen en hun ouder(s)/ verzorger(s) in Rijen en Hulten uit de groepen 5 en 6 wordt het het programma: ‘Een gezond gewicht? Lekker aan de slag!’ aangeboden. Dit jaarprogramma wil kinderen plezier geven in bewegen en ze stimuleren tot een actieve vrijetijdsbesteding en een gezonder eetpatroon. We willen dit bereiken met een intensieve aanpak. Een deel van het programma bestaat uit wekelijkse beweeglessen die door fysiotherapie Jongh & Van Osta worden aangeboden. Daarnaast wordt er elke maand een bijeenkomst over gezonde voeding voor ouders en/ of kinderen gegeven. Een aantal bijeenkomsten gaat ook over de psychische aspecten van eetgedrag. De bijeenkomsten worden uitgevoerd door een diëtiste van Thebe Voeding en Dieet en een medewerker gezondheidsvoorlichting en opvoeding van GGD Hart voor Brabant. Daarnaast ondersteunt een preventiefunctionaris van GGZ Breburg groep een aantal bijeenkomsten. Kinderen uit groep 5 en 6 van de basisschool, met kans op dreigend overgewicht, kunnen meedoen aan het programma. Het programma wordt het ene jaar voor de scholen uit Rijen en Hulten aangeboden en het andere jaar voor de scholen uit Gilze en Molenschot. Dit jaar zijn wij aan de beurt.
15
4.
VOORZIENINGEN IN HET SCHOOLGEBOUW
4.1 Computers De school beschikt over een aantal computers. Deze worden door het team gebruikt voor het volgen van de leerlingen, voor de administratie en voor communicatie. Voor de leerlingen zijn er verschillende programma’s in gebruik. Een aantal van deze programma’s geeft extra oefeningen aan kinderen die moeite hebben met bepaalde vakken. Een aantal van de programma’s geeft extra oefeningen aan kinderen die juist heel ver zijn met bepaalde vakken. En een aantal van de programma’s zijn bedoeld als reguliere aanvulling op de methode waarbij de leerkracht kan kiezen om er wel of geen gebruik van te maken. De computers hebben ook aansluiting op internet waardoor er vooral in de bovenbouw groepen gebruik van kan gemaakt worden op zoek naar informatie.
4.1.1 Internet- en e-mailprotocol Op onze school zullen de kinderen de komende jaren steeds meer gebruik gaan maken van moderne communicatiemiddelen als internet en e-mail. De school zal proberen om de leerlingen in een zo veilig mogelijke internet- en email omgeving te laten werken. Er wordt geprobeerd de leerlingen zo veel mogelijk met gerichte zoekopdrachten te laten werken om vrijblijvend surfgedrag te beperken. De school zorgt ervoor dat de kinderen op school tekst en uitleg krijgen over het gebruik en misbruik van internet en het e-mail adres. De school kiest er niet voor om te gaan werken met filters. We kiezen ervoor om samen met de kinderen manieren te vinden om op een verantwoorde manier te kunnen werken met Internet. Het samen in de klas hierover praten, het maken van afspraken en vaststellen van regels, het bijbrengen van een goede attitude en sociale controle spelen hierbij een zeer belangrijke rol. In de klassen waar met internet en e-mail wordt gewerkt, worden samen met de kinderen klassenregels opgesteld. Daarbij worden de volgende afspraken als leidraad genomen: Ik zal nooit mijn persoonlijke informatie doorgeven op Internet zoals: mijn naam, adres en telefoonnummer, het werkadres en telefoonnummer van mijn ouders of het adres van mijn school zonder toestemming van mijn /leerkracht Ik vertel het mijn leraar meteen als ik informatie zie waardoor ik me niet prettig voel of waarvan ik weet dat het ongewenste informatie is zoals porno, geweld, discriminatie, racisme Ik zal nooit afspreken met iemand die ik ‘online’ op Internet heb ontmoet, zonder toestemming van mijn leerkracht Ik zal nooit e-mailberichten en foto’s of iets anders van mij of andere leerlingen versturen, zonder toestemming van mijn leerkracht Ik zal nooit op e-mailberichten antwoorden die onprettig zijn. Het is niet mijn schuld dat ik zulke berichten krijg en vertel het meteen aan mijn leerkracht, zodat zij maatregelen kunnen nemen Ik spreek met mijn leerkracht af op welk tijdstip en hoe lang ik op Internet mag en van welke programma’s ik gebruik mag maken
16
Een e-mailadres en/of een gebruiker van Internet wordt (na overleg met de directie) onmiddellijk uit de bestandenlijst verwijderd of als gebruiker toegang tot het internet verboden, wanneer wordt vastgesteld dat er: - onwettige activiteiten mee worden gepleegd - informatie wordt gezocht op het gebied van porno, geweld, racisme en discriminatie en deze informatie verspreid en/of doorgegeven wordt - gepest wordt Ouders/verzorgers worden daarvan schriftelijk in kennis gesteld. Daarbij wordt aangegeven wat de reden van deze waarschuwing/blokkering is De gebruiker van een emailadres en/of het internet krijgt bij minder ernstig misbruik een waarschuwing. Twee van deze waarschuwingen leveren de volgende sanctie op: de gebruiker wordt voor een door de leerkracht te bepalen tijd toegang tot het internet verboden. Ouders/verzorgers worden ook hiervan schriftelijk in kennis gesteld. Daarbij wordt aangegeven wat de reden van deze waarschuwing/blokkering is De ICT-coördinator op school draagt er zorg voor dat zodra hij melding krijgt van mogelijk misbruik, dit controleert en dit meldt aan de groepsleerkracht.
17
5.
DE ZORG VOOR KINDEREN
5.1 De interne begeleider De ontwikkelingen in het basisonderwijs verlangen dat het “werk in de klas” meer en meer gericht is op adaptief onderwijs, dat is onderwijs op maat. De basis van goede zorg ligt in de groep en dat betekent dat: onderwijs moet zijn aangepast aan de onderwijs- en ontwikkelingsbehoeften van ieder kind; de leerkracht moet gebruik maken van verschillende materialen en instructieroutes; de leerkracht wordt geacht gevarieerde instructieprincipes en pedagogische aanpakken te hanteren; de kinderen in toenemende mate zelf verantwoordelijkheid kunnen krijgen voor de planning en evaluatie van het eigen leerproces. In de praktijk blijkt dat dit streven weinig kans van slagen heeft, als de leerkrachten geen daadwerkelijk ondersteuning krijgen bij het omgaan met de soms zeer grote verschillen tussen de leerlingen. In steeds meer scholen zien we dan ook een takenpakket, waarbinnen het coördineren van de leerlingenzorg gestalte heeft gekregen. Daarvoor moet de school: een samenhangend systeem van leerlingenzorg hanteren; de deskundigheid van de leerkrachten bevorderen en evalueren; beleid voeren ten aanzien van integrale leerlingenzorg en professionalisering op basis van analyse van de effectiviteit van het onderwijs; Het (speciaal hiertoe opgeleide) teamlid dat zijn collega’s hierbij ondersteunt, heeft de taak van interne begeleider, ook wel coördinator leerlingenzorg of ICL-er genoemd. Bij ons op school is dat Meester Martijn De taak van IB’er omvat eigenlijk drie taakvelden: * Coördinerende taken; het coördineren van de leerlingenzorg. het maken van planningen voor zorgactiviteiten; opstellen van procedures en richtlijnen; het organiseren en leiden van leerlingenbesprekingen met de leraren; het organiseren van onderzoek en hulp; het diagnostisch onderzoek doen bij leerlingen; het beheren van materialen en dossiers; het onderhouden van contacten met personen en instanties die werkzaam zijn in de bovenschoolse zorg zoals Edux, het speciaal onderwijs , de P.C.L. , het zorgteam en het samenwerkingsverband WSNS; het organiseren van evaluaties. * Begeleidende taken; het coachen van de leraren. het ondersteunen van leraren bij hun activiteiten in de leerlingenzorg; het begeleiden van leraren bij het opstellen van handelingsplannen; begeleiden van leraren bij het uitvoeren van zorgmaatregelen; het ondersteunen van leerlingen en ouders; het observeren van klassensituaties; het consulteren van leerkrachten; het informeren van leerkrachten en directie;
18
* Innoverende taken; het verbeteren van de leerlingenzorg. het in kaart brengen van de resultaten van de leerlingenzorg; het inventariseren van problemen waar leraren tegenaan lopen; het analyseren van zwakke onderdelen van het onderwijsaanbod; het genereren van ideeën ter verbetering van de leerlingenzorg in de school. volgen van cursussen met het doel het up-to-date houden van de kennis omtrent zorgverbreding;
5.2 Procedure zorg Stapsgewijs wordt hieronder kort aangegeven welk traject op onze school wordt gevolgd. Voor een nadere toelichting op dit zorgtraject kunt u bij de ICL leerkracht terecht. Stap 1: De leerkracht signaleert een probleem. Neemt actie (hulpplan opstellen en uitvoeren en ouders op de hoogte brengen) Evaluatie: voldoende of volgende stap? Stap 2: De leerkracht meldt de leerling bij de IB’er en komt in leerlingbespreking. Gezamenlijke actie (handelingsplan opstellen en uitvoeren, ouders op de hoogte brengen en eventuele observatie door de IB’er ) Evaluatie: voldoende of volgende stap? Stap 3: Bespreking leerling in het zorgteam Gezamenlijke actie (handelingsplan opstellen en uitvoeren en ouders op de hoogte brengen) Evaluatie: voldoende of volgende stap? Stap 4: Aanmelding bij PCL (door ouders zelf, met steun van de school ). Advies opvolgen en eventueel aanmelding op een school voor speciaal basisonderwijs of andere basisschool.
5.3. Toelatingsprocedure Speciale School voor Basisonderwijs De wettelijke regeling Leerling Gebonden Financiering houdt in dat kinderen met een handicap met een zogenaamde rugzak op een gewone basisschool kunnen worden toegelaten. Er zijn verschillende richtingen in het Speciaal Onderwijs waarbij een rugzak aangevraagd kan worden: Het REC II, Speciaal Onderwijs voor spraaktaalstoornissen Het REC III, Speciaal Onderwijs voor motorische beperkingen Het REC IV, Speciaal Onderwijs voor gedragsmatige beperkingen Daarnaast kennen we in onze regio de rugzak SBO. (Speciaal Basisonderwijs) In een rugzak zitten faciliteiten voor extra zorg: financiële middelen en ambulante begeleiding vanuit het Speciaal Onderwijs. Het LGF-SBO vormt hierop een uitzondering, hierbij is de ambulante begeleiding niet automatisch geregeld en moet die indien gewenst apart ingekocht worden. Aan het toekennen van de LGF gaat een heel traject vooraf. Voor het LGF-SBO is daarvoor de Permanente Commissie Leerlingenzorg (PCL) die besluit of een leerling een LGF toegewezen krijgt of niet. Voor het Speciaal Onderwijs is dit de Commissie van Indicatiestelling (CVI).
19
Als een leerling de zogenaamde beschikking toegewezen heeft gekregen is er de keuze om de LGF in te zetten op de reguliere basisschool of om de stap naar het speciaal (basis)onderwijs te maken. Deze keuze wordt door de ouders gemaakt, meestal in samenspraak met de school
5.4 Zorgadviesteam Met het actief worden van het Centrum voor Jeugd en Gezin in onze gemeente zijn er nu eveneens een Schoolmaatschappelijk Werker en een Sociaal Jeugdverpleegkundige voor ons beschikbaar waar wij als school advies kunnen vragen om de begeleiding van een leerling vorm te geven op gebieden die indirect met school te maken hebben. Het ZAT komt gedurende een schooljaar een aantal keer bij elkaar. In dit ZAT bespreken de Intern Begeleider, de Onderwijsadviseur Leerlingenzorg (Edux), de Collegiale Consultant vanuit het SBO (de Leye) ,de Schoolmaatschappelijk Werker en de Sociaal Jeugdverpleegkundige de zorgleerling(en). In dit ZAT kunnen op uitnodiging ook andere deskundigen plaatsnemen.
5.5 Leerlinggebonden financiering (LGF of het rugzakje) Op 1 aug. 2003 trad de ‘ Wet op de leerlinggebonden financiering’ in werking. Ouders van gehandicapte kinderen krijgen hiermee een keuzemogelijkheid tussen regulier basisonderwijs en speciaal onderwijs. Er is geen sprake van een toelatingsrecht. De keuzevrijheid van de ouders kan daarom worden beperkt door de aard en de zwaarte van de handicap in combinatie met de feitelijke (on)mogelijkheden van de reguliere basisscholen om gehandicapte leerlingen op te nemen. De zorgbreedte verschilt per basisschool en de zorgvraag verschilt per individuele leerling. Daarom is er in het LGF-beleidsplan een procedure opgenomen waarin beschreven staat op welke wijze de school komt tot besluitvorming. Deze procedure moet voor ouders inzichtelijk zijn. Ons LGF-beleid (inclusief procedure) ligt op school voor iedereen ter inzage.
5.6
Leerlingendossiers
Alle gegevens van de kinderen worden bewaard in een klassen- en een dossiermap en in ons digitaal leerlingvolgsysteem “Parnassys”. Van iedere leerling van onze school is er zo’n dossiermap aanwezig, die in een aparte dossierkast bewaard wordt. In de klassenmap bewaren wij o.a.: - rapportverslagen - stamkaart In de dossiermap bewaren wij: - verslagen van gesprekken met externe hulpverleners - eventuele observaties - algemene gegevens - onderzoeken en hun resultaten In parnassys staat onder andere : - gepsreksverslagen - toetsresultaten - handelingsplannen - rapporten
20
5.7
Leerlingvolgsysteem
U herinnert het zich vast nog wel, die rapporten van de lagere school. In cijfers of woorden stond erin wat de leraren van U vonden: van uw prestaties bij taal, rekenen, schrijven enz. Ook werd gedrag beoordeeld. Altijd was het weer een spannend moment als de rapporten werden uitgedeeld. Zou het deze keer mee of tegen vallen? Nu zijn het uw kinderen die met een rapport thuiskomen. Wat dat betreft is de tijd dus stil blijven staan. Toch is er iets veranderd. Op onze school wordt gebruik gemaakt van een leerlingvolgsysteem (LVS). Dit LVS betreft een tweetal terreinen: 1. leerprestaties 2. sociaal-emotionele ontwikkeling 1. LVS-leerprestaties De school werkt niet alleen met de bekende rapporten, maar ook met een leerlingvolgsysteem, vnl. dat van Cito. Uw kind maakt regelmatig een toets hiervan. Waarom dat zo is en wat u eraan heeft, willen we u graag vertellen. Leraren hebben over het algemeen een goed beeld van een kind. Dat kan ook haast niet anders als je het kind zo vaak in allerlei situaties meemaakt en werk van ze nakijkt en beoordeelt. Waarom dan nog een leerlingvolgsysteem? Vorderingen De afgelopen tien jaar is er hard gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw systeem van toetsen. Dit systeem levert aanvullende gegevens over de leerling. Het laat zien hoeveel een kind in een bepaalde periode heeft bijgeleerd, bijvoorbeeld in de periode tussen Kerstmis en Pasen: de echte vorderingen dus. Met de bekende rapporten kon je dat niet zien. Een zeven met Kerstmis en een zeven met Pasen zegt nog niets over de feitelijke vooruitgang. Landelijke vergelijking De toetsen zijn afgenomen bij een grote groep leerlingen verspreid over het hele land. Daardoor is het mogelijk de vorderingen van uw kind te vergelijken met alle andere kinderen in Nederland die net zoveel onderwijs hebben genoten. Het voordeel daarvan is dat je een goede maatstaf hebt voor het beoordelen van de vorderingen. Dat is heel belangrijk. Als uw kind namelijk in een groep zit met over het algemeen begaafde leerlingen, loopt het een grote kans lager beoordeeld te worden dan wanneer het in een groep zit met minder begaafde leerlingen. En dat kan toch niet de bedoeling zijn. Objectief Het is niet belangrijk wie de toetsen afneemt. Het resultaat verandert er niet door. Dat is belangrijk want bij de dagelijkse beoordeling doet iedere leerkracht het op zijn eigen wijze en dat kan wel eens tot verschillende resultaten leiden. Alle leerlingen worden nu gelijk beoordeeld. Alle groepen Een belangrijke eigenschap van het leerlingvolgsysteem is, dat het toegepast wordt tijdens de hele basisschoolperiode van de leerlingen (van kleuter tot schoolverlater). Met dit leerlingvolgsysteem kun je het volgende goed in de gaten houden: zijn de vorderingen van dit kind met zijn of haar mogelijkheden in de afgelopen periode bevredigend te noemen? De toetsscores kunnen omgezet worden in een grafiek en vertoont de lijn in de grafiek van uw kind te weinig stijging, dan zal de leerkracht actie ondernemen. Hij gaat op zoek naar de knelpunten. Voor het opsporen van de knelpunten kan hij terecht in de orthotheek (bibliotheek met speciale leer- en hulpmiddelen) en bij de intern begeleider (IB). Het zo exact mogelijk opsporen van problemen is nodig. Alleen dan kan de leerkracht uw kind zo goed mogelijk helpen om verder te komen, eventueel geholpen door RT-er of IB-er
21
Het moet u het geruststellende gevoel geven dat we systematisch en doelgericht werken en dat de zorgleerlingen in goede handen zijn. 2. LVS-sociaal-emotionele ontwikkeling. Om deze ontwikkeling in beeld te krijgen, hebben wij een vragenformulier ontwikkeld, dat we twee keer per schooljaar invullen. De gebieden die wij hiermee in beeld brengen, zullen onderdeel zijn van de oudergesprekken. Aan opvallende aspecten in het gedrag van kinderen proberen we klassikaal of individueel aandacht te besteden. De orthotheek biedt ons de nodige hulpmiddelen om aan de slag te gaan. Ook zijn we preventief met sociaal-emotionele ontwikkeling bezig. Via de Kanjer methode proberen we van onze kinderen echte KANJERS te maken. Voor meer informatie www.kanjertraining.nl We gebruiken het leerlingvolgsysteem “ZIEN”.
5.8 De rol van de ouders bij de zorg. Wij zien binnen het onderwijs een gedeelde verantwoordelijkheid tussen de ouders en de leerlingen. Vandaar dat we er dan ook na streven om de ouders geregeld op de hoogte te stellen van de vorderingen van de kinderen. Op deze manier hopen we dat de ouders zich betrokken voelen bij het onderwijs van hun kinderen en dat ze zich ook hard willen maken voor goed onderwijs aan hun kinderen Een schriftelijke rapportage vindt in de groepen 1 en 2 plaats aan de hand van een techniekmap. De groepen 3 t/m 8 krijgen drie keer per jaar een verslag mee naar huis. Alle ouders worden uitgenodigd voor een 10-minuten-gesprek. Het eerste gesprek vindt plaats in november voor de groepen 1 t/m 8. Het tweede gesprek is in juni voor de groepen 1 t/m 7. Een gesprek halverwege het jaar kan in februari plaats vinden. In groep 8 wordt in maart het Onderwijskundig Rapport met de ouders besproken en het definitieve advies voor de basisschool. Indien nodig vinden er tussentijds gesprekken plaats. Dit kan op initiatief van de ouders of van de leerkracht gebeuren. Wij rekenen op een ondersteunende rol van de ouders bij het onderwijsleerproces. Dat betekent in onze ogen een motiverende en meelevende ouder. Kinderen dienen ook thuis uitgedaagd te worden tot leren. Dit kan met behulp van een lidmaatschap van de bibliotheek (lezen is heel belangrijk voor de ontwikkeling), maar ook bijvoorbeeld door het samen kijken naar programma’s als het klokhuis of het (jeugd) journaal. Kinderen die extra zorg op school krijgen, kunnen ook thuis wel een steuntje gebruiken. In sommige gevallen geven we extra huiswerk mee, wij rekenen er dan op dat uw kind dat op een rustig moment kan maken met ondersteuning van een ouder.
5.9
Leerlingenzorg door externe instanties
Basisscholen krijgen steeds meer te maken met ouders/verzorgers die op eigen initiatief en voor eigen rekening externe hulp inschakelen om extra zorg voor hun kind(eren) te organiseren. Het bestuur van Nuwelijn heeft hierop beleid gemaakt, waarmee de GMR heeft ingestemd. Als de hulp onder schooltijd buiten de school gegeven wordt staat de school hier in principe , gezien de uitgangspunten van het beleid, afwijzend tegenover. Voor meer informatie hierover kunt u contact opnemen met de directie.
22
5.10 De aanname van leerlingen op onze school De opvang van nieuwe leerlingen (met name kleuters)is als volgt geregeld. 1. Nadat een signaal is gekomen (via een vooraanmeldingsformulier of de peuterspeelzaal) dat er een nieuwe leerling gaat komen, worden de ouders, ± 5 weken voordat hun kind 4 jaar wordt, uitgenodigd voor een kennismakingsbezoek. 2. Tijdens dit bezoek krijgen de ouders diverse formulieren (waaronder het definitieve inschrijfformulier) en brochures uitgedeeld. Een afspraak wordt gemaakt voor een gesprek, waar het inschrijfformulier wordt ingeleverd en vragen en opmerkingen besproken worden. 3. De ouders worden daarna verwezen naar de leerkracht om een afspraak te maken voor klassenbezoek van hun kind. 4. Uw kind wordt uitgenodigd voor zijn eerste officiële schooldag. 5. Na ongeveer een maand in de groep vindt er een eerste informeel gesprek plaats tussen ouders en leerkrachten. Deze afspraak wordt gelijk de eerste schooldag gemaakt. Tevens kunnen we te maken krijgen met leerlingen die van een andere basisschool komen of die vanuit een School voor Speciaal Basisonderwijs terugkomen naar het Basisonderwijs. Wij proberen deze leerlingen op een zo adequaat mogelijke manier op te vangen en te begeleiden in hun nieuwe schoolomgeving.
5.11 Schorsing en verwijdering van leerlingen De school werkt volgens het “kanjer” principe. Dat betekent dat we elkaar moeten kunnen vertrouwen, elkaar respecteren en voor ons zelf opkomen. Onder het schorsen van een leerling verstaan we het aan een leerling tijdelijk ontzeggen van de toegang tot de school, als disciplinaire maatregel. Dit impliceert ook dat er van de school een inspanningsverplichting jegens de leerling blijft bestaan. De termijn moet verder van een beperkte duur zijn. Onder het verwijderen van een leerling verstaan we het vanaf een aangegeven datum niet meer toelaten van een leerling op school en dus de toegang tot de school ontzeggen. Dit kan meestal alleen nadat de leerling eerst geschorst is geweest en er na die schorsing geen duidelijke verbetering in het probleem (= de reden van de voorafgaande schorsing) is opgetreden. Er kan ook sprake zijn van cumulatieve factoren, die het handhaven van de leerling, ondanks alle aanwezige zorgmomenten niet meer billijkt. Redenen om kinderen te schorsen en/of te verwijderen: Een voortdurend, storend, agressief gedrag van de leerling, waardoor de voortgang van het onderwijs wordt verstoord (dat is dan uiteraard al herhaaldelijk met de ouders besproken en er zijn afspraken voor leerling, school en ouders over gemaakt en schriftelijk vastgelegd). De leerling vergt door zijn gedrag een onevenredig groot deel van de schoolorganisatie, waarbij niet of nauwelijks doelen worden bereikt (ook hierbij is van belang dat er met de ouders al gesprekken gaande zijn over de ontwikkelingen). Bedreigend of agressief gedrag van de ouders van de leerling, waarbij herhaling niet is uitgesloten en waardoor gegronde vrees is ontstaan voor de veiligheid van het personeel of de leerlingen, of voor de ongestoorde voortgang van het onderwijs.
23
Procedure. 1. De uiteindelijke beslissing om kinderen toe te laten en te schorsen of te verwijderen berust bij het bevoegd gezag. 2. Voor dat besloten wordt tot schorsing/verwijdering wordt dit besproken in de teamvergadering. Is raadpleging niet mogelijk, dan dient er minimaal overleg plaats te vinden tussen de directie, de betrokken leerkracht en een ander teamlid. Daarna hoort het bevoegd gezag de directeur, die desgevraagd alle ondernomen stappen moet aangeven, die tot dan toe m.b.t. de begeleiding van de leerling zijn genomen. Ook de gevoerde gesprekken en de verslagen met de ouders horen hierbij. Bij de argumentering kan alleen gelet worden op bovenstaande redenen. 3. De ouders worden altijd schriftelijk op de hoogte gesteld van een schorsing en verwijdering en de redenen die daarbij een rol hebben gespeeld. 4. Bij verwijdering is tevens aangegeven dat de ouders de mogelijkheid hebben om binnen een termijn van 4 weken bij het bevoegd gezag in beroep te gaan tegen de verwijdering. Het bevoegd gezag dient binnen 4 weken na ontvangst van het bezwaarschrift te beslissen. Ouders, betrokken leerkracht(en) en directie kunnen hierbij gehoord worden, gezamenlijk maar ook iedere partij afzonderlijk. 5. Bij schorsing krijgt een leerling altijd “huiswerk” mee. Dit werk bestaat uit het werk, dat hij normaal gesproken op school zou moeten maken. 6. Voor dat tot definitieve verwijdering van een leerling wordt overgegaan dient de directeur te zoeken naar een andere school voor basisonderwijs of speciale school voor basisonderwijs. Het bevoegd gezag zal aan de ouders moeten kunnen aantonen vanaf welk moment, welke serieuze pogingen zijn gedaan om een andere school te vinden voor de te verwijderen leerling. 7. De leerplichtambtenaar en inspectie worden op de hoogte gebracht van verwijdering van een leerling.
5.12 De begeleiding van overgang van kinderen naar het voortgezet onderwijs Na groep 8 van de basisschool staat het voortgezet onderwijs te wachten. De groepsleerkracht en directie adviseren ouders over de meest geschikte vorm van onderwijs na de basisschool. Informatie over het voortgezet onderwijs ontvangt u via de school. Dat gebeurt onder andere tijdens een algemene voorlichtingsavond hierover vlak voor of na de kerstvakantie. Het schooladvies is gebaseerd op: De kennis en de ervaring die de basisschool met uw kind gedurende acht jaar heeft opgedaan. De resultaten van de cito-eindtoets. De resultaten van de drempeltoets Het schooladvies wordt middels een onderwijskundig rapport en onafhankelijk van de Cito-eindtoets, mondeling toegelicht en met de ouders besproken. Van het onderwijskundig rapport krijgen de ouders een afschrift. Vervolgens melden de ouders hun kind zelf, of via school, aan bij het voortgezet onderwijs. De scholen voor voortgezet onderwijs beslissen over toelating en plaatsing.
24
5.13 Begeleiding overgang kinderen naar een andere school. Als de eigen basisschool niet langer de zorg kan bieden die het kind nodig heeft, kan er uiteindelijk gekozen worden om een basisschool te zoeken die de nodige zorg wel kan geven. In voorkomende gevallen wordt de procedure BAO-BAO gevolgd. De procedure is op school in te zien. Als ouders te kennen geven dat hun kind, om welke reden dan ook, een andere school gaat bezoeken, nemen we op een passende manier afscheid . Verder maken wij een onderwijskundig rapport dat naar de ouders en de ontvangende school wordt gestuurd.
5.14 Scholing van leraren Vanwege de veranderingen in het onderwijs op allerlei gebied is het noodzakelijk dat de leerkrachten regelmatig cursussen volgen om op de hoogte te blijven van de nieuwste ontwikkelingen. Deze cursussen zijn deels individueel en deels in teamverband. Via de nieuwsbrief houden wij u hiervan op de hoogte.
5.15 Ouderavonden Ouderavond Een schriftelijke rapportage vindt in de groepen 1 en 2 plaats aan de hand van een techniekmap. De groepen 3 t/m 8 krijgen drie keer per jaar een verslag mee naar huis. Alle ouders worden uitgenodigd voor een 10-minuten-gesprek. Het eerste gesprek vindt plaats in november voor de groepen 1 t/m 8. Het tweede gesprek is in mei/juni voor de groepen 1 t/m 8. Een gesprek halverwege het jaar kan in februari plaats vinden. In groep 8 wordt ook het Onderwijskundig Rapport met de ouders besproken. Indien nodig vinden er tussentijds gesprekken plaats. Dit kan op initiatief van de ouders of van de leerkracht gebeuren. Informatie/inloopavond. Aan het begin van ieder schooljaar (meestal in de derde of vierde schoolweek) organiseren we een informatieavond. Bij een informatieavond wordt er in de diverse groepen voorlichting gegeven m.b.t. het reilen en zeilen in de betreffende groepen. U hoort en ziet wat over gebruikte methodes en andere specifieke zaken voor die groepen. De Algemene ledenvergadering oudervereniging. Meestal in de maand april organiseren we een ouderavond die een tweeledig karakter heeft. Het eerste gedeelte van de avond zijn we rondom een thema bezig dat pedagogisch van aard is. Vaak wordt dit gedeelte gepresenteerd door een gast. Het tweede deel van de avond is aan de MR en de OR. Zij berichten u over de activiteiten van het afgelopen schooljaar. Open Ochtend. In januari of februari organiseren we altijd de Open Ochtend. U kunt onze school in vol bedrijf komen bewonderen. De diverse geledingen op onze school presenteren zich op deze ochtend ook.
25
5.16 Informatievoorziening gescheiden ouders. Wanneer ouders gescheiden leven of gaan scheiden kan het voor ons (de school) moeilijk zijn om te bepalen welke positie wij bij het verstrekken van informatie moeten innemen. De wet biedt ons hierin echter een duidelijke richtlijn. We zijn als school namelijk verplicht beide ouders te informeren. Dus ook de ouder die niet met het ouderlijk gezag is belast, heeft recht op informatie. Alleen in geval van zeer zwaarwegende argumenten kan van die richtlijn worden afgeweken. Omdat de wet niet voorschrijft welke informatie moet worden gegeven geldt hiervoor ons schoolbeleid. Als school willen we geen speelbal tussen ouders worden. Vanwege onze neutrale positie hebben wij ervoor gekozen beide ouders op een gelijke wijze te informeren. Om hierboven genoemde redenen zal het adres van de niet met het ouderlijk gezag belast zijnde ouder evenzo in onze administratie worden opgenomen. Voorzover van toepassing wordt uw medewerking gevraagd bij het vastleggen van oudergegevens. Wij vragen begrip voor onze positie. Als de adresgegevens van de niet bij het kind wonende ouder bij ons bekend zijn wordt hij/zij door de school op de hoogte gesteld van: Schoolgids, ouderavonden, 10-minutengesprekken (indien gewenst op een ander tijdstip als de andere ouder), schoolresultaten, toetsresultaten, rapporten, verwijzing naar vervolgonderwijs en aanmeldingen PCL. Als dit niet is toegestaan (b.v. via een gerechtelijke uitspraak), moet het schriftelijk bewijs hiervan aan de directie worden overlegd.
5.17 Sova-trainingen (sociale vaardigheidstrainingen) De gemeente zet een beperkt budget in om Sova-trainingen aan kinderen in de basisschoolleeftijd te verzorgen. In het schooljaar 2006-2007 zijn er verschillende collega’s opgeleid om Sova-trainingen te verzorgen aan deze kinderen, waardoor de trainingen vanaf het schooljaar 2007-2008 kunnen starten. Op schoolniveau wordt door het zorgteam bekeken of er kinderen zijn die aan de criteria voldoen om aan deze trainingen deel te nemen. Deze sociale vaardigheidstrainingen zijn in principe preventief van aard. Dit wil zeggen dat zware trainingen voor bijvoorbeeld autistische kinderen of kinderen met ADHD moeten worden verzorgd door JGZ na een indicatie door het Bureau Jeugdzorg. Deze kinderen worden, na overleg met de ouder/verzorger, door de coördinator leerlingenzorg aangemeld bij een groep op gemeentelijk niveau, die de aanmeldingen verwerkt en bekijkt wanneer en op welke school deze kinderen een training kunnen volgen. De trainingen vinden buiten schooltijd plaats.
5.18 Kinderen met dyslexie In bepaalde gevallen kunnen de ouders van een kind met ernstige dyslexie aanspraak maken op vergoeding van de behandeling van dit kind. De exacte regeling hierbij is nogal ingewikkeld, te ingewikkeld om die precies in de schoolgids weer te geven. Op de website van de school is een tekst te vinden met de exacte uitleg en de procedure rond de aanvraag. In het kort komt het erop neer dat: Uit het leerlingvolgsysteem van de school moet blijken dat het kind problemen ervaart met lezen en spelling. De school heeft al extra begeleiding geboden aan het kind op het gebied van lezen en spelling, maar de resultaten bleven uit. De extra hulp/het onderzoek vond plaats voor de negende verjaardag van het kind. Een specialiseerde zorgverlener stelde aan de hand van vastgestelde criteria de diagnose “ernstige dyslexie”.
26
Regeling diagnose en behandeling dyslexie
Achtergrond informatie. Vanaf 1 januari 2009 is het door een wetswijziging mogelijk dat leerlingen in aanmerking komen voor door de zorgverzekeraar vergoede diagnostiek en behandeling van dyslexie. Deze regeling geldt alleen voor leerlingen met een hardnekkig lees- en spellingprobleem, waarbij de zorg start / is gestart voor het 9de levensjaar en de school op basis van het Protocol Leesproblemen en Dyslexie al de nodige extra begeleiding heeft gegeven. Jaarlijks wordt de leeftijdscategorie met 1 kalenderjaar uitgebreid. Kinderen die vóór 1 januari 2000 zijn geboren, vallen buiten deze regeling. Zij kunnen wel in aanmerking komen voor diagnostiek en behandeling, maar niet voor vergoeding van de kosten. Op basis van de diagnostiek wordt bepaald wat de aard en de ernst van de lees- en spellingproblemen is en of er sprake is van voldoende hardnekkigheid om tot vergoede behandeling over te gaan. Als blijkt dat de problemen niet voldoende hardnekkig zijn, wordt de diagnostiek wel vergoed, maar de behandeling niet. Afspraken Tekstvarianten 1. Het SWV heeft ten behoeve van de uitvoering van deze regeling afspraken gemaakt met de samenwerkende partners Edux onderwijsadvies en het Regionaal Instituut voor Dyslexie (R.I.D.). Onze school sluit zich daarbij aan. 2. Het bestuur van onze school heeft ten behoeve van de uitvoering van deze regeling ervoor gekozen samen te werken met Edux Onderwijsadvies en de door haar gekozen partner het Regionaal Instituut voor Dyslexie. 3. Onze school heeft ten behoeve van de uitvoering van deze regeling ervoor gekozen samen te werken met Edux Onderwijsadvies en de door haar gekozen partner het Regionaal Instituut voor Dyslexie Ouders mogen overigens zelf kiezen aan welk instituut zij de vraag naar vergoede diagnostiek en behandeling voorleggen, de keuze voor onze samenwerkingspartners is niet verplicht. Argumenten voor de gekozen samenwerkingspartners: 1. Het R.I.D. (of andere aanbieder) staat als erkend kwaliteitsinstituut vermeld op de website van het Nationaal Referentiecentrum Dyslexie. 2. Edux en het R.I.D. hebben een inhoudelijke betrokkenheid bij onze zorgstructuur en kennen onze school goed. 3. Edux en het R.I.D. zorgen voor een goede afstemming m.b.t. hun rol in het gehele begeleidingstraject. 4. De behandeling van het R.I.D. is wetenschappelijk onderbouwd. Ons bestuur/onze school acht het onwenselijk en praktisch niet uitvoerbaar om haar lesaanbod aan behandelingen van verschillende hulpaanbieders aan te passen. Wij zullen bij de problemen van dyslectische aard, ook als ouders een andere keuze maken, hetgeen hun goed recht is, onze inspanningsverplichting volledig gestand doen. Hoe deze vorm gegeven moet worden is ter beoordeling van de school zelf. Praktische zaken 1. Edux heeft gekozen voor samenwerking met het R.I.D. vanwege haar inhoudelijke expertise en wetenschappelijk getoetste behandelprogramma met aantoonbare resultaten. De samenwerking heeft er toe geleid, dat het R.I.D. huisvesting heeft gevonden in het gebouw van Edux. 2. Wanneer de behandeling onder schooltijd gebeurt zal hiervoor altijd door de ouders aan de school vooraf toestemming moeten worden gevraagd.
27
3. De school is niet verplicht hieraan medewerking te verlenen. De school zal hier slechts alleen dan toestemming voor kunnen geven wanneer zij het lesaanbod gedurende de behandeling accepteert als haar onderdeel van het te geven onderwijs aan uw kind. Voor wat betreft het aanbod van Edux/R.I.D. is die acceptatie geregeld zodat bij de keuze voor deze partner behandeling onder schooltijd mogelijk is. 4. Wij stellen het op prijs wanneer er eerst overleg met de school plaatsvindt, alvorens over te gaan tot aanvraag tot diagnose/behandeling. Bij aanmelding moeten namelijk zowel de ouders als de school vragenlijsten invullen. Dit houdt in dat ouders zonder ondersteuning door de school niet zelfstandig zo’n traject in kunnen gaan. In de meeste gevallen betekent het ook dat de school al een Checklist Onderkenning Dyslexie Edux (“CODE”) heeft afgegeven. Er is dan officieel een vermoeden van dyslexie afgegeven. De CODE wordt op school afgegeven in samenwerking met de onderwijsadviseur van Edux. Indien er bij een leerling reeds op school een CODE is afgegeven, wordt er bij de aanmelding bij het R.I.D. gebruik gemaakt van een verkorte vragenlijst. 5. Indien uw kind in aanmerking komt voor vergoede diagnostiek zal – bij inschakeling van het R.I.D. - het onderzoek in het gebouw van Edux, Stadionstraat 20 te Breda, plaatsvinden. Het onderzoek is gericht op de oorzaak van de lees- en spellingproblemen en bevat naast een intakegesprek met de ouders waarin de ontwikkelingsanamnese van de leerling aan de orde komt ook onderzoek naar o.a. de capaciteiten van de leerling, het niveau van technisch lezen en spellen, de fonologische en sociaal emotionele ontwikkeling. 6. Het is in principe aan de ouders om de school te informeren over de uitkomsten van het onderzoek. Ouders bepalen of de school een onderzoeksrapport ontvangt t.b.v. het leerlingendossier op school. Op verzoek van de ouders kan de onderzoeker ook de school informeren over de resultaten van het diagnostisch onderzoek. Uiteraard zijn wij als school gebaat bij een zo uitgebreid mogelijke informatie teneinde de begeleiding van uw kind goed te kunnen afstemmen met de hulpvraag. 7. Op basis van de onderzoeksgegevens stelt de onderzoeker vast of de leerling in aanmerking komt voor vergoede behandeling. De conclusie vindt plaats op basis van de richtlijnen van het Protocol Dyslexie Diagnostiek en Behandeling (PDD&B) en de afspraken die gemaakt zijn met de minister van VWS (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en de zorgverzekeraars. De zorgverzekeraar kan het R.I.D. toetsen of de vaststelling terecht heeft plaatsgevonden. Indien u nadere informatie wenst over deze regeling en over de wijze waarop de school u in dit proces kan ondersteunen kunt u het beste contact opnemen met de intern begeleider (IB-er) van onze school. Tijdens een gesprek met de intern begeleider en de leerkracht kunnen alle zaken die met aanmelding, diagnostiek, behandeling en communicatie te maken hebben aan de orde worden gesteld.
28
6.
DE BETROKKENHEID VAN OUDERS BINNEN SCHOOL
De eisen die aan een basisschool gesteld worden zijn zonder de inbreng van de ouders haast niet meer te verwezenlijken. Op velerlei gebied zijn ouders dan ook betrokken . Ouders kunnen betrokken zijn :
6.1
Als lid van de raad van toezicht: Stichting Nuwelijn
Bij de Stichting Nuwelijn zijn de katholieke scholen uit Hulten, Molenschot, Gilze en Rijen aangesloten. In de RvT zit een vertegenwoordiger namens de GMR.
6.2
Als lid van de Medezeggenschapsraad
Vanaf 1985 heeft iedere school een medezeggenschapsraad, die is samengesteld uit een vertegenwoordiging van personeel en ouders. De medezeggenschapsraad heeft advies- en instemmingsrecht m.b.t. de beleidszaken van de school. Op bovenschools niveau is er een GMR ingesteld. Namens de Gerardus Majella heeft Loes Kamp zitting in de GMR. Voor de MR worden, indien nodig, in het begin van het schooljaar verkiezingen gehouden. Er wordt ongeveer 6 maal per schooljaar vergaderd. Deze vergaderingen zijn openbaar en dus voor iedereen toegankelijk.
6.3 Als lid van de oudervereniging De oudervereniging wordt vertegenwoordigd door ouders van kinderen op de Gerardus Majellaschool. De oudervereniging organiseert samen met het team (buiten)schoolse activiteiten, zoals het St. Nicolaasfeest, de kerstviering, schoolcarnaval en vele andere zaken. Voor de organisatie hiervan wordt een vrijwillige ouderbijdrage per leerling gevraagd. De oudervereniging vergadert ongeveer 6 maal per schooljaar. Bij wijzigingen in de samenstelling van de oudervereniging wordt dit via de Nieuwsbrief kenbaar gemaakt en zo nodig volgen hier verkiezingen op. .
6.4 Als deelne(e)m(st)er bij andere activiteiten Ook op andere terreinen kunt u als ouder actief zijn binnen onze school. Heeft u overdag een uurtje vrij dan kunt u zich opgeven voor hulp bij o.a.: Hand- en spandiensten bij diverse activiteiten en/of feestelijkheden Klassenouder Klusgroep Vervoer van leerlingen Brigadieren Hiervoor wordt u door het team, klassenouder, en/of ouderraad benaderd.
29
6.5
Als overblijfouder
Door onze korte lunchpauze, is het overblijven als volgt geregeld: de kinderen brengen van thuis een lunchpakket en drinken (goed verpakt en geen wegwerpverpakking s.v.p.) mee naar school. 2 ouders verzorgen het overblijven en 1 ouder zorgt voor toezicht op het speelplein. De kosten dragen we gezamenlijk. Voor het overblijfreglement verwijzen wij u door naar hoofdstuk 9.12
6.6. Als lid van de ARBO-werkgroep Op school is er een arbo-werkgroep aanwezig. Deze werkgroep houdt allerlei zaken m.b.t. gezondheid, veiligheid en hygiëne in de gaten. Aan de hand van een risicoinventarisatie zijn knelpunten in beeld gebracht en m.b.v. een plan van aanpak worden verbeteringen gerealiseerd. Ook houdt de werkgroep zich bezig met het zgn. ontruimingsplan. In geval van nood dient de school ordelijk ontruimd te worden. In deze werkgroep hebben zitting een afgevaardigde van de MR een leerkracht (juf Loes) en de locatiedirecteur.
6.7. Als lid van de werkgroep scholen en Verkeersveiligheid Op bovenschoolse niveau functioneert er een werkgroep die zich bezighoudt met de verkeersveiligheid rond de scholen. Van elke basisschool zit er een vertegenwoordiger in deze werkgroep. Op dit niveau is besloten, uiteraard in samenspraak met de school, dat elke school zich aanmeldt voor het zgn. Brabants Verkeersveiligheidslabel (BVL). In het schooljaar 2005/2006 hebben we dat label ook echt gehaald. Door het geven van veel praktische verkeerslessen willen we ook inhoud blijven geven aan dit label. Projecten als Trapvaardig, oversteekdiploma en spoorveilig geven daar voor ons inhoud aan. Op schoolniveau hebben we ook een verkeerswerkgroep, die concreet inhoud geeft aan het BVL. Hierin hebben de volgende personen zitting: Marieke van Roessel (ouder)en Mike van Oosten (locatiedirecteur)
30
7.
DE EXTERNE CONTACTEN
Voor adressen verwijzen wij u door naar hoofdstuk 10.
7.1
Bibliotheek
Tussen de school en plaatselijke bibliotheek is er contact met als gezamenlijk streven: leesbevordering. Het stimuleren van leesplezier is hierbij van groot belang en dat wordt nagestreefd door de volgende activiteiten: Leesbevorderingsactiviteiten + kinderboekenweek/voorleesochtend + leerlingen stimuleren op te treden als kinderjury. In Hulten en Molenschot komt 1 keer per 2 weken de biebbus, en wel op maandag van 13.15u tot 13.45u.
7.2
Onderwijsbegeleidingsdienst
Onze school is aangesloten bij Edux Schooladviseurs. Edux begeleidt de school op twee manieren:
7.2.1 Individuele begeleiding ( onderzoeken c.q. testen van leerlingen) Een onderzoek of test kan, indien nodig, plaatsvinden op verzoek van ouders en/of school. De onderzoeken vinden over het algemeen plaats in Breda waar Edux gevestigd is.
7.2.2 Systeembegeleiding Hulp aan teams bij algemeen onderwijskundige zaken.
7.3 Peuterspeelzaal Hummeldonk De vroeg- en voorschoolse opvang (VVE) staat steeds vaker in ‘t nieuws. Aangezien wij een peuterspeelzaal in het gebouw hebben, is er veel overleg en veel samenwerking. Een aantal keren per schooljaar zullen we een bijeenkomst hebben, waarin actuele zaken besproken worden. Tevens bekijken we wat we voor elkaar kunnen betekenen.
7.4
De identiteitsbegeleidster
Onze school wordt begeleid door een identiteitsbegeleidster. Deze begeleiding bestaat uit ondersteuning van het team bij het vak godsdienst en levensbeschouwing. Zij zet zich ook in om de contacten met de parochie verder uit te bouwen. De identiteit van de school wordt regelmatig onder de loep genomen opdat we onze eigen "vlag" waard zijn. We proberen waar te maken waar we voor staan: een leer- en leefgemeenschap waarin het goed is om te zijn.
7.5 Jeugdgezondheidszorg GGD Midden Brabant Bij de aanvang van de basisschoolperiode wordt de zorg voor uw kind van het consultatiebureau overgenomen door de GGD Hart voor Brabant, afdeling jeugdgezondheidszorg (JGZ). Aan onze basisschool is een team van de GGD verbonden bestaande uit een jeugdarts, logopedist, jeugdverpleegkundige en een assistente. De medewerkers hebben als doel een gezonde lichamelijke en geestelijke ontwikkeling bij kinderen van vier tot negentien jaar te bevorderen.
31
De afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de GGD Hart voor Brabant zet zich in voor de bescherming en bevordering van de gezondheid van de jeugd van 4 tot 19 jaar. Artsen, verpleegkundigen, assistenten, logopedisten en de jeugdpsycholoog sporen gezondheidsproblemen bij jeugdigen op. Zij geven ook adviezen over de gezondheid en ontwikkeling van uw kind. De sociaal verpleegkundige kan allerlei vragen beantwoorden over de lichamelijke en psychosociale ontwikkeling van uw kind. Hierbij kunt u denken aan de volgende vragen: Eet mijn kind wel gezond of genoeg? Hoe komt het dat mijn kind vaak hoofdpijn heeft? Waarom wil mijn kind niet slapen? Mijn kind plast nog steeds in bed. Groeit mijn kind wel goed? Mijn kind wordt gepest! Waarom is mijn kind zo druk? Tevens voert de GGD voert op verschillende leeftijden een gezondheidsonderzoek uit: 5 jaar: de logopedist screent de (door uzelf en school) ingevulde vragenlijsten van kinderen van ongeveer 5 jaar. Als hier bijzonderheden uit komen, onderzoekt de logopedist bij uw kind of er problemen zijn met stem, spraak, taal, mondgedrag en het horen. 5/6 jaar: de arts en assistente onderzoeken de 5/6-jarigen. Aan bod komen: ogen, oren, lichamelijke ontwikkeling, houding, motoriek, lengte en gewicht, spraak en de psychosociale ontwikkeling. Nieuwsgierig wat zo'n onderzoek precies inhoudt? Op onze website www.ggdhvb.nl vindt u een informatiefilm. 10/11 jaar: de assistente onderzoekt de 10/11-jarigen. Het onderzoek bestaat uit een ogentest, het bepalen van lengte en gewicht en een onderzoekje naar kleurenblindheid. Spreekuren: De sociaal verpleegkundige heeft vanuit het Centrum Jeugd en gezin Gilze-Rijen spreekuren op de school. De data worden bekend gemaakt op de posters in de scholen. Verder ondersteunen we de school bij het gebruik van lesmaterialen en voeren we projecten uit rond gezond gedrag, bijvoorbeeld over ontbijten, bewegen en het voorkómen van hoofdluis. Heeft u vragen over de opvoeding en wilt tips of adviezen? Of heeft u twijfels over de gezondheid/het gedrag van uw kind? Dan kunt u een extra onderzoek of gesprek aanvragen bij de arts of verpleegkundige. Het is belangrijk dat u tijdig met uw vragen of moeilijkheden komt. De kans is dan groter dat we iets voor u en uw kind kunnen doen.
Wilt u meer weten? Voor meer informatie over het werk van de GGD of voor het maken van een afspraak kunt u bellen naar 0900 - 4636 443 (lokaal tarief). Kijk ook eens op onze website: www.ggdhvb.nl.
32
7.6 Stichting Leergeld Oosterhout e.o. Wat doet de stichting Leergeld Oosterhout e.o.? Het doel van de stichting Leergeld Oosterhout e.o. is om schoolgaande kinderen in de leeftijd van 4 tot 18 jaar de mogelijkheid te bieden om mee te doen aan alle activiteiten op school en /of deel te nemen aan sportclubs, muzieklessen, danslessen en andere activiteiten buiten de school. Ouders van Kinderen, die een laag inkomen hebben, en in de gemeenten Dongen, Gilze-Rijen of Oosterhout wonen, kunnen een beroep doen op de Stichting, wanneer ze de kosten niet of slechts gedeeltelijk vergoed krijgen via bijzondere bijstand, WTOS of andere regelingen. In principe worden alleen aanvragen VOORAF behandeld. De stichting werkt met vrijwilligers(intermediars) van wie de meesten de situatie, waarin de aanvrager verkeert uit eigen ervaring kennen. De intermediars komen bij de aanvrager thuis om de situatie zorgvuldig te bekijken en zo tot een passende oplossing te komen. De Stichting kan op verschillende manieren hulp bieden zoals bemiddeling tussen aanvrager en hulpverlenende instantie, doorverwijzing naar andere organisaties etc. Wanneer de financiële situatie van het betreffende gezin past binnen de criteria van de Stichting en voorliggende voorzieningen niet aangesproken kunnen worden, biedt de Stichting hulp in de vorm van voorschot, gift (evt. in natura) of renteloze lening. Een uitgebreidere brochure is telefonisch aan te vragen. U kunt de brochure evt. ook op school vragen of uit het folderrek van bibliotheek of huisarts pakken. Tot slot de bereikbaarheid van de Stichting: Stichting leergeld Oosterhout e.o. postbus 4093, 49900 CB Oosterhout. Tel 0162 - 458487 (ma t/m do van 09.00 uur tot 11.30 uur, niet tijdens schoolvakanties.)
7.7
Samenwerking in “Brede School Gilze en Rijen”.
Wat is een Brede School? Brede Scholen komen vooral tot stand dankzij inspanningen van gemeente, scholen en lokale organisaties. Dit vanuit de overtuiging dat zij door samen te werken meer kunnen bieden aan kinderen, ouders en buurtbewoners. Door samenwerking tussen verschillende disciplines kan beter gewerkt worden aan: - het vergroten van ontwikkelingskansen van kinderen; - het realiseren van een doorgaande pedagogische lijn; - het bieden van een sluitende dagopvang; - het creëren van een sluitend netwerk rond kinderen en - het versterken van de sociale cohesie in een dorp of wijk. Oftewel: “Een sluitende keten van diensten met voorzieningen voor onderwijs, opvang en vrije tijd voor kinderen van nul tot twaalf jaar”.
33
Wat houdt de Brede School gemeente Gilze en Rijen in? De Brede School in de gemeente Gilze en Rijen wordt gevormd door het verrijkingsprofiel, met elementen uit het zorgprofiel. Alle basisscholen (leidende kernpartners) kunnen met instellingen en verenigingen deel uitmaken van een Brede School in onze gemeente. Het is de bedoeling dat door de samenwerking kinderen meer kans krijgen om zich te verrijken binnen de gemeente. De gemeente heeft hiervoor een Brede School coördinator aangesteld die het proces begeleidt, stimuleert en de samenwerking bevordert. De Brede School ontwikkeling wordt gezien als een groeimodel. Wat betekent dit voor onze school? De rol van de scholen zal initiatiefnemend zijn (welke behoefte hebben de scholen) en vraaggericht (welke ondersteuning is mogelijk) naar de gemeente. Uitgangspunt is de afstemming: Wat wil de school en wat kunnen de lokale organisaties bieden? Het geven van onderwijs is en blijft uiteraard de kerntaak van elke school. Daarom proberen kernpartners zoveel mogelijk samen activiteiten te organiseren. De verrijking aan kinderen, zal door middel van het aanbieden van allerlei activiteiten binnen en buiten schooltijd vorm krijgen.
KIDS sport kennismakingslessen Omdat het een groeimodel is kan er in de toekomst een uitbreiding komen van de verrijkingsactiviteiten op de scholen. Zo ontstaan er of zijn er naschoolse activiteiten op verschillende scholen en is men bezig met het oprichten van een centrum voor Jeugd en Gezin waar de Brede School ook mee gaat samenwerken. Voor meer informatie over de Brede School: www.bredeschool-gilzerijen.nl
7.8
Centrum voor Jeugd en Gezin Gilze en Rijen
Bij het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) Gilze en Rijen kunnen gezinnen en professionals terecht voor alle vragen en hulp op het gebied van opvoeden en opgroeien. De medewerkers van het CJG spannen zich in om vragen en problemen op samenhangende wijze aan te pakken en op te lossen, samen met ouders/verzorgers, kinderen en jongeren. Zij delen hun kennis en ervaring met
34
elkaar. En ze zorgen ervoor dat hulp op elkaar is afgestemd. Zo hoeven ouders of jeugdigen niet drie keer hun verhaal te doen. En krijgen zij geen tegenstrijdige adviezen. De medewerkers komen van Thebe, IMW, MEE en GGD-JGZ, en werken nu ook al in de gemeente Gilze en Rijen voor ouders en kinderen. Maar nu zijn ze makkelijker te bereiken, via de inlooppunten en via één gratis telefoonnummer (0800 365 65 65). Een vraag kan ook schriftelijk gesteld worden via de website, waar ook meer informatie te vinden is. (www.jeugdengezingilzerijen.nl)
7.9 Buitenschoolse opvang Verschillende organisaties in Rijen en directe omgeving verzorgen buitenschoolse opvang (BSO). Met ingang van het schooljaar 2007/2008 heeft de SKO Nuwelijn een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Kinderopvang Humanitas om uw kind(eren) een passend en sluitend dagarrangement aan te bieden van 07.30 – 18.30 uur, waardoor een aanbod van BSO voor u bereikbaar is. Heeft u interesse en denkt u erover om uw kind van het aanbod bij de buitenschoolse opvang van Kinderopvang Humanitas gebruik te laten maken, neem dan gerust contact op met één van onze medewerkers op het regiokantoor en vraag een uitgebreid informatiepakket aan. U kunt hen tussen 8.00u en 17.30 uur bereiken op telefoonnummer: 013 – 5 33 99 33 U kunt ook mailen;
[email protected] of de website; www.kinderopvanghumanitas.nl bezoeken. Onze “kalender” sturen wij voorafgaande aan het schooljaar aan verschillende kinderdagverblijven.
35
8.
De effecten van het onderwijs
8.1
de sociaal-emotionele zorg
Geestelijk welbevinden is een zeer belangrijke zaak. Bij onderwerpen als pesten, treiteren, vechten enz. is hier geen sprake van. Een school zal aandacht besteden aan deze problematiek op het moment dat een kwestie van dien aard zich voordoet. Uiteraard mag het daarbij niet blijven. In de preventieve sfeer kan er ook veel gedaan worden. Sociaal-emotionele zorg spreekt voor een groot deel uit de houding van leerkrachten. In het activiteitenplan is ruimte gereserveerd om met een methode rond sociaal- emotionele ontwikkeling te werken. De methode heet “KANJER” Ook zijn er regelmatig vieringen, waarbij alle kinderen iets voor medeleerlingen voorbereiden en uitvoeren. Elkaar respecteren is daarbij heel belangrijk. We willen de leerlingen op het terrein van sociaal emotionele ontwikkeling dus goed volgen.
8.2
de onderwijskundige zorg
Om na te gaan of door de organisatie van het onderwijs de gewenste effecten worden bereikt, zijn er door het schooljaar heen diverse toetsmomenten. Deze toetsen worden enerzijds gebruikt om te signaleren waar en welke problemen er bij een leerling dreigen te ontstaan. Anderzijds worden deze toetsen ook gebruikt om na te gaan of het onderwijs wel voldoende is afgestemd op een goede ontwikkeling van het kind. De toetsen zijn te verdelen in: A: Niet methode-gebonden toetsen Hierbij moet u denken aan de toetsen behorende bij het leerlingvolgsysteem B: Methode-gebonden toetsen Voor de onderdelen lezen, taal, schrijven, rekenen en wereldoriëntatie worden de toetsonderdelen, behorende bij de methode gebruikt. In de groepen 1 en 2 worden geen methoden gehanteerd met toetsen. Toetsing vindt plaats d.m.v. geselecteerde werkbladen en opdrachten. Op ouderavonden en rapportbesprekingen wordt u door de leerkracht(en) van uw kind(eren) op de hoogte gehouden van de resultaten bij de diverse leerstofonderdelen.
36
8.3 Uitstroomgegevens Voor wat betreft de Cito-Eindtoets hebben de leerlingen van onze school de afgelopen 3 schooljaren de volgende gemiddelde score gehaald. Het landelijke gemiddelde ligt rond het getal 535. “Als we de gegevens van de cito-eindtoets van de afgelopen 10 jaren bekijken liggen de resultaten hiervan boven het gemiddelde, wat op grond van de leerling-populatie op onze school verwacht mag worden. Belangrijker dan uitslagen op zich, is ons inziens de zorg voor een goede aansluiting op het bij de vermogens van de individuele leerling passend voortgezet onderwijs.”
Uitstroom van de leerlingen
3 4 1
Vwo
2 2 2
Havo/ vwo
2 3 1
Vmbo t / havo
2 3
Vmbo g/t
534,9 535,1 535,1
Vmbo b/k
VSO
8.4
Landelijk gemiddel de CITO
Gem.cito score
Schooljaar
2009/2010 536,4 2010/2011 530,3 2011/2012 540,5
1 2
De inspectie van het onderwijs
De effecten van het onderwijs op onze school zijn ook weergegeven in het Inspectierapport n.a.v. een Integraal Schooltoezicht, dat in februari 2009 heeft plaatsgevonden. De resultaten van dit onderzoek liggen op school ter inzage, terwijl u die ook kunt lezen op internet op www.owinsp.nl Ook deze gegevens zijn terug te vinden op bovengenoemde website.
8.5
Kwaliteitsonderzoek op scholen Nuwelijn
Natuurlijk vinden wij met u de kwaliteit van het onderwijs op onze scholen belangrijk. Wij vragen ons echter ook steeds af of het beter kan. Om een goed beeld van de kwaliteit op de school te krijgen, hecht het bestuur veel waarde aan het oordeel van de directe gebruikers, te weten: de ouders, de leerlingen en het personeel. Het bestuur laat daarom op al haar scholen een kwaliteitsonderzoek houden. Dit onderzoek vindt plaats door middel van een tevredenheidspeiling (Scholen met Succes) . Er wordt een drietal tevredenheidspeilingen afgenomen: voor ouders, voor leerlingen uit de groepen 5 t/m 8 en voor het personeel. De laatste gegevens zijn te vinden op onze website. Daarnaast gebruiken de scholen KIK (Kwaliteit in Kaart) om de onderwijsprocessen en de afspraken , die hierover gemaakt zijn, tegen het licht te houden. Tenslotte is ook de onderwijsinspectie op dit terrein actief en rapporteert over haar bevindingen aan het bestuur en de scholen.
37
9.
REGELINGEN EN PRAKTISCHE AANGELEGENHEDEN
9.1
Schooltijden.
Gr. 1-2 Gr. 3 t/m 8
maandag
dinsdag
8.45-12.15 12.50-15.00 8.45-12.15 12.50-15.00
8.45-12.15 12.50-15.00 8.45-12.15 12.50-15.00
woensdag vrij 8.45-12.30
donderdag
Vrijdag
8.45-12.15 12.50-15.00 8.45-12.15 12.50-15.00
8.45-12.15 12.50-15.00 8.45-12.15 12.50-15.00
De ochtendpauze is van 10.30 – 10.45 uur 9.1.1 Regels voor aanvang en einde schooltijd: vanaf 8.30u gaan de schooldeuren open. de lessen starten om 8.45u. een ziekmelding kunt u wel even doorgeven, maar bewaart u een dringende vraag of opmerking tot na schooltijd. Na schooltijd kunnen de ouders ook de klas in komen om het werk van hun kinderen te bekijken of om de leerkracht te spreken. indien u dat wenst, kunt u uw kind in groep 1 ‘s ochtends tot in de klas begeleiden. In het kader van zelfstandigheidswording kunnen de leerlingen van groep 2 en andere groepen alleen de klas binnenkomen (wij willen de ouders van de leerlingen van groep 1 verzoeken , in verband met de rust, niet langer in de klas te blijven dan nodig is). De eerste schooldag begint op maandagochtend 08.45 uur. De laatste schooldag duurt tot vrijdag 12.15 uur.
9.2
Wet persoonsregistratie
Als er een onderzoek van een leerling moet plaatsvinden, wordt aan de ouders of verzorgers hiervoor (schriftelijk) toestemming gevraagd. Zo wordt men op de hoogte gebracht van het feit dat er gegevens worden verzameld en geregistreerd. Volgens de wet op de persoonsregistratie zijn deze gegevens ter inzage bij Edux Breda. Voor een leerlingbespreking tijdens het zogenaamde “Spreekuur op school” is geen toestemming van de ouders nodig. Hierbij kunnen ook wel eens video-opnames gemaakt worden. Op de verzamelde en vastgelegde gegevens is eveneens de genoemde wet van toepassing. Zie hiervoor het Reglement persoonsregistratie (ter inzage bij Edux. en de basisscholen). Als ouders bezwaar hebben tegen vermelding van namen of foto´s in het weekblad, op internet of video moeten ze dat zelf doorgeven aan de directie.
9.3
Schoolverzuim volgens de leerplichtwet.
Een dag vrij buiten de schoolvakantie, mag dat? Kinderen hebben recht om te leren maar ze hebben ook recht op vakantie. Vakantieverlof buiten de schoolvakanties is in principe niet mogelijk. De opvatting dat uw kind recht zou hebben op tien dagen extra verlof per schooljaar berust op een misverstand. In een aantal uitzonderingssituaties is het echter mogelijk één dag of meerdere dagen vrij te krijgen buiten de schoolvakanties. In de leerplichtwet heet dat extra verlof bij gewichtige omstandigheden.
38
Hiervoor moet u altijd vooraf toestemming vragen aan de directie van de school. Gewichtige omstandigheden zijn onder meer: 1. Het voldoen aan een wettelijke verplichting, een en ander voor zover dit niet buiten de lesuren kan gebeuren. 2. Verhuizing. Richtlijn: verlof één dag (binnen de gemeente) of twee dagen (buiten de gemeente). 3. Het bijwonen van het huwelijk van bloed- of aanverwanten in de eerste, tweede graad of derde graad. Richtlijn: verlof van één dag of ten hoogste twee dagen (wanneer het huwelijk wordt gesloten buiten de woonplaats) 4. Bij ernstige ziekte van ouders of bloed- of aanverwanten tot en met de tweede graad. Richtlijn: de duur van het verlof in overleg met de directeur vast te stellen. 5. Bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de eerste of tweede graad. Richtlijn: de duur van het verlof in overleg met de directeur vast te stellen. Bij overlijden van bloed- of aanverwanten in de derde of vierde graad ten hoogste één dag. 6. Het 12½-, 25-, 40- en 50 jarig huwelijks- of ambtsjubileum van bloed- of aanverwanten in de eerste, tweede of derde graad. Richtlijn verlof op de dag van het feest. 7. Feest- en gedenkdagen (met name voor migranten.) Richtlijn: verlof op de dag(en) zelf. 8. Andere naar het oordeel van de directeur belangrijke redenen, maar geen vakantieverlof. Richtlijn: de duur van het verlof in overleg met de directeur vast te stellen. Bij hoge uitzondering extra vakantieverlof Extra vakantieverlof is mogelijk wanneer u als ouder/verzorger een beroep heeft waardoor u in de schoolvakanties geen verlof op kunt nemen. Dit moet blijken uit een werkgeversverklaring. Het extra verlof buiten de reguliere vakantie moet u schriftelijk tenminste twee maanden voor het verlof aanvragen bij de directeur van de school. De directeur beschikt over de aanvraagformulieren voor dit verlof. Dit verlof kan slechts één maal per schooljaar verleend worden. Bovendien mag het verlof niet langer dan tien dagen duren. Bij meer dan tien dagen ligt de beslissingsbevoegdheid bij de leerplichtambtenaar van de gemeente. Extra vakantieverlof kan nooit in de eerste twee weken van het nieuwe schooljaar plaats vinden. Dat is logisch omdat kinderen juist in die eerste weken niet de aansluiting op het lesprogramma mogen missen. Ten overvloede Ten overvloede wordt erop gewezen, dat NIET als gewichtige omstandigheden gelden: Een tweede vakantie (men is tijdens de schoolvakantie in de gelegenheid op vakantie te gaan.) Sportevenementen buiten schoolverband. Talenten ontwikkeling. Uw kind mag bij een prof voetbalclub mee trainen of optreden in het theater. Op wintersportvakantie gaan na de schoolvakantie, omdat tijdens de schoolvakantie de gelegenheid hiervoor ontbrak. Het bezoeken van een tentoonstelling, pretpark, concerten en dergelijke buiten schoolverband.
39
Een of meerdere dagen eerder met vakantie of later terugkomen, bijvoorbeeld om financiële redenen (goedkoper buiten het seizoen, vakantie door anderen betaald, etc) of vervoerstechnische redenen (files vermijden, met anderen meerijden). Bovengenoemde omstandigheden worden niet geaccepteerd als grond voor het verlenen van extra schoolverlof. Bovenstaand stuk is afkomstig van de leerplichtambtenaar van de gemeente Gilze & Rijen. Heeft u hier vragen over dan kunt u contact op nemen met mevr. W. den Besten. Contactgegevens staan achter in de schoolgids. Vragen kunnen ook op school gesteld worden. Er is geen mogelijkheid van een zogenaamde snipperdag. Verlofaanvragen getalenteerde leerlingen Ieder kind beschikt over vele talenten. Sommige kinderen beschikken over talenten die men graag wil tonen aan een groter publiek. Zo worden sommige kinderen uitgenodigd voor (landelijke) uitvoeringen of sportfestijnen om daar hun talenten te tonen. Deze festijnen vallen vaak samen met reguliere lestijden van de scholen. Natuurlijk leren kinderen van deze activiteiten, want leren doe je niet alleen op school. De Nederlandse wet kent echter geen specifieke regelingen voor dit soort activiteiten en dus ook geen speciale verlofvormen. De gezamenlijke schoolbesturen en de gemeente spraken met elkaar af dat niet zal worden ingegaan op verzoekaanvragen ten behoeve van het bijdragen aan uitvoeringen of sportactiviteiten. Door deze afspraak wordt conform de Nederlandse leerplichtwet gehandeld. Eventueel wordt, net zoals bij ander verzuim, dan gemeld bij de leerplichtconsulent. Ontluikend talent Veel ouders zijn van mening dat hun kind speciale gaven heeft op het gebied van sport, muziek, schilderen en andere creatieve vakken. Hier is uiteraard niets op tegen, als het naar school gaan van de leerling niet in het gedrang komt. Er zijn echter ouders die menen dat hun kind onder schooltijd die specifieke les of cursus, die buiten de school om gegeven wordt, moet kunnen volgen. Dit is niet het geval.
9.4 Vakanties en vrije dagen Herfstvakantie 15 oktober 2012 19 oktober 2012 Kerstvakantie 24 december 2012 04 januari 2013 Voorjaarsvakantie 8 februari 12.15 uur 15 februari 2013 Paasvakantie 29 maart 2013 1 april 2013 Meivakantie (groep 1 t/m 5) 24 april 2013 10 mei 2013 Meivakantie (groep 6 t/m 8) 29 april 2013 10 mei 2013 Tweede pinksterdag 20 mei 2013 Zomervakantie 1 juli 2013 11 augustus 2013
40
Extra vrije dagen vanwege studie van het schoolteam: 22 t/m 24 oktober 23 januari 27 februari 28 maart
9.5 Diverse afspraken * Stage lopen / stagiaires in de klas. Zijn er studenten die interesse hebben om bij ons op school stage te lopen, dan kunnen zij dat te kennen geven aan de directie, of wij geven dit zelf te kennen bij PABO. Wij bieden ook ruimte aan de zogenaamde snuffelstages en aan de maatschappelijke stages van het VMBO Ook dit schooljaar zullen dus weer studenten van de PABO en het VMBO onze school komen bezoeken. In verband met de privacy hebben we besloten om geen studenten uit Hulten toe te laten als stagiair(e). Verder nemen wij ook geen familieleden van kinderen of leerkrachten van de school aan als stagiair(e). Een stagiaire tekent bij ons op school een stagecontract waarin duidelijke afspraken zijn opgenomen over privacy van de leerlingen. Bij het niet nakomen van deze afspraken wordt de stage automatisch beëindigd. Ook is er in principe, na intern overleg, plaats voor een LIO-student om gedurende een periode van 8 weken of meer een klas volledig over te nemen. * Fietsers De kinderen die op de fiets naar school komen worden 's middags bij de school overgezet door brigadiers . De fietsen kunnen geplaatst worden in de fietsenrekken bij de kerk. * Vervoer leerlingen Per klas is er een ouder die zorg draagt voor het regelen van het vervoer van leerlingen indien nodig. Dat kan zijn bij een bezoek aan een museum, winkel, bedrijf of bij een feestmiddag. * Verjaardag vieren in groep ½: De ouders zijn om 10.45u welkom om samen met de groep de verjaardag van hun kind te vieren. De jarig mag ook broer of zusje trakteren die in een andere groep zit. * Zindelijkheid: Wij verwachten van de kinderen dat ze zindelijk zijn, hun eigen billen kunnen afvegen en zichzelf aan- en uit kunnen kleden. * Toernooien Ouders nemen vrijwillig het leiderschap tijdens het handbal- en voetbaltoernooi en dammen op zich. * Jeugdtijdschriften In het begin van het schooljaar is er de mogelijkheid om uw kind te abonneren o.a. op Bobo, Okki, Taptoe, Hello you, Doremi, Hoy, Zonnestraal en Zonneland. U krijgt een informatiefolder over deze tijdschriften mee en bent u geïnteresseerd dan kunt u het opgeven door middel van het bijgeleverde strookje. Daarnaast is er ook de mogelijkheid om uw kind te abonneren op de Vroege Lijsters of de Leesleeuw. Mochten er evt. nog meer leuke educatieve aanbiedingen komen dan hoort u daarover.
41
* Gymnastiek Groep 1-2 gymt twee keer drie kwartier in de Chump. Op de overige dagen wordt er buiten gespeeld. Dit spelen bestaat uit vrij spelen, maar ook gezamenlijke spelletjes, of motorische oefeningen. Gymschoenen zijn nodig voor de lessen in de Chump. Groep 3-8 heeft de gymlessen zoals gebruikelijk in de Chump. Gymkleding (broekje, shirt of gympakje) en gymschoenen zijn verplicht. De groepen douchen niet. Brigadieren Brigadieren vindt plaats voor de veiligheid van uw eigen kinderen. Bij de school wordt er het gehele schooljaar gebrigadierd van 15.00 uur tot 15.15 en op woensdag van 12.30 tot 12.45 * Veiligheid in en om school Tijdens het speelkwartier mogen de kinderen op het afgesloten kerkplein en in het speelbos spelen. Op het schoolplein kunnen dan de rustige spelletjes gespeeld worden. Tussen de middag mogen de leerlingen van groep 1-8 op het school- en kerkplein. * Verhuizen Ook bij verhuizing wordt schriftelijk , maar vooral persoonlijk contact op prijs gesteld i.v.m. te verstrekken informatie aan de andere school en het opstellen van een onderwijskundig rapport, waarvan een afschrift aan de ouders wordt toegezonden * Wijzigingen in de gezinssituatie Dit graag even mondeling doorgeven aan de directie. * Carnaval De kinderen moeten meelopen met de optocht, maar dan op eigen risico. * Vrijwillige ouderbijdrage De ouderraad stelt ieder schooljaar een ouderbijdrage vast. Het bedrag wordt besteed aan schoolse activiteiten zoals Sinterklaas, Kerstviering, Carnaval enz. * Derde Wereldproblematiek Op schoolniveau kiezen we een project, waar we aandacht aan zullen besteden en er zal dan een geldelijke donatie gedaan worden. U leest daarover t.z.t. meer in de nieuwsbrief. * Wensjes In groep 1-2 mogen de kinderen voor de verjaardag van papa, mama, opa en oma een attentie in de klas maken. Hiervoor hangt in de kleuterklas een kalender waar u de verjaardagen in kunt vullen. Voor speciale gelegenheden, zoals koperen bruiloft, bruiloft van oom en tante mogen de kinderen uit alle groepen iets leuks maken. Geef dit tijdig door. Voor de lagere groepen d.m.v. een briefje. * Fruit eten Om 10.15u wordt er in groep 1-2 fruit gegeten. De kinderen gaan dan in een kring zitten en eten gedurende ongeveer een kwartier fruit. De groepen 3 t/m 8 eten hun fruit tijdens het speelkwartier op. Wat mogen de kinderen meebrengen: + fruit, bv. appel, peer, banaan. + liga, evergreen, sultana + drinken Het is niet de bedoeling dat de kinderen meerdere dingen gaan eten of drinken. Het wordt echt gezien als een tussendoortje.
42
* Inzamelacties Voor oud papier, schoenen, batterijen zijn er containers/ tonnen beschikbaar Het afgelopen jaar hebben we weer veel oud papier opgehaald. We krijgen hiervoor subsidie van het Recyclingbedrijf SCA uit Tilburg. Het geld wordt besteed aan de school. Zoals u ziet komt het geld dus goed terecht. Al uw moeite van verzamelen en naar de container brengen is dus beslist niet voor niets. De oudpapier-container staat vanaf donderdag ± 14.00u tot vrijdag ± 13.30u op het kerkplein. * Algemene regels De kinderen worden niet voor 8.30u op school verwacht. Er wordt verwacht , dat de ouders voor aanvang van de schooltijd bericht van verhindering geven. Is dit niet gebeurd, dan doet de groepsleerkracht navraag. Berichten van verhindering kunnen telefonisch ofwel schriftelijk of via broer/zus gegeven worden. Als er zonder toestemming wordt verzuimd, neemt de directeur contact op met de ambtenaar Leerplichtzaken. Indien er niet gegymd mag worden, willen wij dit graag middels een briefje of telefonisch van de ouders vernemen. Wanneer uw kind jarig is, gelieve de uitnodigingskaarten niet onder schooltijd of in de klas uit te delen * Kleding en schoeisel Vooral gedurende de warme maanden is het prettig om luchtig gekleed naar school te gaan. Voor ons is er echter een verschil tussen strandkleding en schoolkleding. Dit is voor ons als team moeilijk te definiëren en willen dan ook geen strakke kleding normen aanleggen. Wij hopen dat u als ouder met ons mee wilt denken. Zachte slippers staan wij uit veiligheid niet toe. Uw kind wordt ziek op school. Het kan voorkomen dat uw kind gezond op school komt en tijdens de schooluren klachten krijgt, ziek wordt, door een insect wordt geprikt of iets dergelijks. In zo’n geval zal de school altijd contact opnemen met de ouders, verzorgers of met een andere, door hen aangewezen persoon. Een enkele keer komt het voor dat, voor deze personen niet te bereiken zijn Als deze situatie zich voordoet dan zal de leerkracht een zorgvuldige afweging maken of, eventueel na overleg met de EHBOer/BHV-er , de huisarts geraadpleegd moet worden.
43
9.6. Vervanging bij ziekte van leerkrachten Het vinden van vervanging voor zieke en/of afwezige leerkrachten is in het algemeen een groeiend probleem. Het bestuur van onze scholen voert in geval van ziekte onder leerkrachten het volgende beleid: 1. De directie benadert eerst alle mogelijke vervangers. 2. Als er dan geen vervangers(sters) zijn worden de parttimers van de eigen basisschool benaderd of zij eventueel de mogelijkheid hebben in te vallen. 3. Indien stap 1 t/m 2 geen oplossing heeft geboden, wordt getracht een passende oplossing te creëren uit één van de volgende mogelijkheden. inzet van Pabo/Lio-studenten, waarbij de vrijgeroosterde leerkracht dan in principe wordt ingezet. aan de leerkrachten die adv hebben vragen om adv-dag te wisselen. anderen, met een hbo-opleiding en door de directie als competent bevonden personen worden voor maximaal 1 dag ingezet. de adjunct-directeuren, Icl-ers en Rt-ers vangen de eerste dag op en dit voor maximaal 2 dagen per maand. 4. Als het mogelijk is de groep verdelen over andere groepen voor maximaal 1 dag. Deze oplossing is een echte noodoplossing en wordt alleen maar uitgevoerd om te voorkomen dat leerlingen naar huis moeten worden gestuurd. 5. Als voorgaande mogelijkheden geen aanvaardbare oplossing bieden, zal de betreffende groep een briefje mee naar huis krijgen, waarin de ouders kenbaar wordt gemaakt, dat hun kind de volgende dag geen les kan krijgen en dus ook niet op school kan komen. Als dit meerdere dagen achter elkaar nodig is, zal er periodiek een andere groep leerlingen thuis moeten blijven. Als er besloten wordt om een groep niet naar school te laten gaan, zal dit medegedeeld worden aan de inspectie. Daarna worden de leerlingen naar huis gestuurd, nadat ze op de eerst dag (zie bij 5) een briefje mee naar huis hebben gekregen, waarin de ouders kenbaar gemaakt wordt dat hun kind de volgende dag vrij heeft. Als dit meerdere dagen achter elkaar nodig is, zal er periodiek een andere groep leerlingen vrijaf krijgen. Als er besloten wordt om een groep naar huis toe te sturen, zal dit medegedeeld worden aan de inspectie
9.7
Klachten en klachtenprocedure
In dit stukje willen we u informeren over wat u kunt doen als u een klacht heeft m.b.t. de school. De school is aangesloten bij een onafhankelijke klachtencommissie Stichting KOMM ( Klachten over MachtsMisbruik) en heeft daarmee ook de klachtenregeling (inclusief procedure) van deze Stichting overgenomen. De volledige klachtenregeling ligt op elke school ter inzage. Hieronder volgt een korte toelichting op de klachtenregeling. Soorten klachten Er kan onderscheid gemaakt worden in: 1. klachten betreffende de schoolorganisatie, zoals o onverantwoord pedagogisch handelen o het creëren van een onveilig schoolklimaat o communicatie t.a.v. ouders o kwaliteit van het onderwijs o hygiëne in het schoolgebouw o klachtenafhandeling 2. klachten betreffende begeleiding / beoordeling van lln., zoals
44
o het onvoldoende begeleiden van leerlingen o het stellen van verkeerde diagnoses o niet overgaan van leerlingen o proefwerkuitslagen o advies over schooltype of vervolgonderwijs 3. klachten betreffende sancties, zoals o schorsing of verwijdering van leerlingen 4. klachten betreffende machtsmisbruik, zoals o geestelijke of fysieke intimidatie of mishandeling o seksuele intimidatie o discriminatie o agressie, geweld, pesten De klachten onder 1, 2 en 3 worden betiteld als overige klachten. Melding wordt gedaan bij de leerkracht en/ of directeur. Ook de afhandeling geschiedt door deze personen. De klachten onder 4 worden betiteld als klachten over machtsmisbruik. Melding hiervan kunt u doen bij de leerkracht dan wel de Interne Vertrouwenspersoon (IVP). Bij ons op school is dat Loes Kamp.
Stappenplan voor klacht 1, 2 en 3 ( overige klachten) Welke weg kunt u volgen als u een klacht heeft? Stap 1: We gaan ervan uit dat u met een klacht in eerste instantie naar de betrokkene gaat. Vaak zal dat de leerkracht zijn. Stap 2: Komt u er samen met de leerkracht niet uit, dan kunt u terecht bij de directie van de school. Stap 3: Heeft dit geen bevredigend resultaat opgeleverd, dan kunt u het Bevoegd Gezag (het Bestuur) inlichten. Zij zullen samen met de betrokkenen naar een oplossing zoeken. Een lid van het bevoegd gezag zal dan bemiddelen. Stap 4: Bij een officiële overige klacht wordt de externe klachtencommissie (KOMM) ingeschakeld worden. Deze commissie bestaat uit 3 leden, die deskundig zijn op het gebied van onderwijs, machtsmisbruik en recht. De voorzitter is een jurist, de twee andere leden zijn gedragsdeskundigen. De externe commissie heeft een ambtelijk secretaris. Wanneer de externe commissie klaar is met haar onderzoek, doet ze uitspraak of de klacht wel of niet gegrond is. Bij een gegronde klacht wordt bovendien een advies gegeven aan het Bestuur over de te nemen maatregelen. Het Bestuur neemt de eindverantwoordelijkheid voor de te nemen maatregelen. De klachtencommissie voorziet in een procedure bij meningsverschillen. Wij zijn aangesloten bij de commissie KOMM, regio West-Brabant. Voor het adres verwijs ik u door naar bladzijde 44.
45
Stappenplan voor klacht 4 ( Klacht over machtsmisbruik) Stap 1: Men kan de in eerste instantie de betrokken leerkracht benaderen. Als u dit wenst kunt u zich rechtstreeks wenden tot de Interne VertrouwensPersoon. Stap 2: Bij een ernstige klacht wordt meteen de Externe VertrouwensPersoon en het Bestuur ingeschakeld. Stap 3: De externe klachtencommissie wordt ingeschakeld.
9.8 Sponsoring In februari 1997 is er een convenant m.b.t. sponsoring afgesloten Indien wij, als school, gebruik maken van sponsoring, blijven we binnen de grenzen van de afspraken. Met het oog op bijv. de bibliobusvoorziening is het zaak om deze aspecten goed in de gaten te houden. De belangrijkste zaken uit het convenant zijn: Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de door de school aan het onderwijs gestelde kwalitatieve eisen. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen.
9.9 Verzekeringen / Aansprakelijkheid De school heeft een verzekeringspakket afgesloten, bestaande uit een ongevallenverzekering en een aansprakelijkheidsverzekering. Op grond van de ongevallenverzekering zijn alle betrokkenen bij schoolactiviteiten (leerlingen; personeel; vrijwilligers) verzekerd. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering als een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets etc.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als diegenen die voor de school actief zijn (bestuursleden; personeel; vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims als gevolg van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dat verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand. Ten eerste is de school of het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. Wanneer dit wel het geval zou zijn, zou alle schade die in schoolverband ontstaat door de school
46
moeten worden vergoed. Deze opvatting leeft wel bij veel mensen, maar berust op een misverstand. De school is alleen aansprakelijk en daarmee schadevergoedingsplichtig wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is dus mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid van de kant van de school. Een voorbeeld daarvan is schade aan een bril tijdens de gymnastiekles; die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering, en wordt (dan ook) niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor (schade door) onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of, als zij jonger zijn dan 14 jaar, hun ouders) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Een leerling die tijdens de schooluren of tijdens andere door de school georganiseerde activiteiten door onrechtmatig handelen schade veroorzaakt, is daar dus in de eerste plaats zelf (of de ouders) verantwoordelijk voor. Het is dus van belang dat ouders/verzorgers zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering afsluiten
9.10 Aanmelding Na carnaval komt in het Weekblad Gilze en Rijen een advertentie, waarin wordt aangekondigd dat kinderen die 4 jaar worden, voor het basisonderwijs kunnen worden aangemeld. Een informatieboekje en aanmeldingsformulier zijn te verkrijgen via de peuterspeelzalen, de gemeente, bibliotheek en uiteraard via de 7 scholen. Daarnaast kunt u altijd nog een afspraak met de directie maken voor nadere informatie. Via het aanmeldingsformulier uit het informatieboekje kunt u uw kind aanmelden voor één van de 6 scholen. Voor eventuele verdere informatie kunt u ook terecht bij het secretariaat van de Stichting Katholiek Onderwijs Nuwelijn of bij de directies van de katholieke scholen te Rijen, Hulten, Molenschot en Gilze.
9.11. Arbozorg en ontruimingsplan Op school bestaat de werkgroep Arbo. Deze inventariseert en doet aanbevelingen bij situaties waarbij de arbeidsomstandigheden voor kinderen en leerkrachten in het geding zijn. De werkgroep BHV heeft een ontruimingsplan/schoolnoodplan opgesteld. Elk schooljaar zal het ontruimen van de school minstens eenmaal met de kinderen en leerkrachten worden geoefend. Er is ook op bestuursniveau een Arbowerkgroep samengesteld. Deze preventiemedewerkers van de diverse scholen proberen zoveel mogelijk werk uit handen weg te nemen van de scholen zelf. Namens de KBS Gerardus Majella (en KBS de Brakken) zit Mike in deze werkgroep.
9.11.2 De veilige school We proberen onze school tot een plek te maken die veilig is voor iedereen. Een plek waar de kinderen zich thuis voelen en als het nodig is, worden beschermd. Een aantal regels en afspraken is daarbij van belang: In de groep worden met de leerlingen samen regels vastgesteld en gedrag afgesproken, waar ze zich in de school en op de speelplaats aan moeten houden.
47
Er wordt veel aandacht besteed aan het voorkómen en het oplossen van conflicten. Pesten wordt niet getolereerd. Voor pestgedrag is een protocol opgesteld. Zaken die niet in orde zijn, worden gemeld bij en behandeld door de directeur of de interne vertrouwenspersoon. We proberen de school er van binnen en van buiten netjes en overzichtelijk te laten uitzien. Een goede ordening en indeling van het groepslokaal, de overige ruimtes en het speelterrein zijn van belang voor de veiligheid. Voor de fysieke veiligheid is een arbo-coördinator aangesteld. Hij/zij houdt ondermeer toezicht op: De veiligheidsrisico’s in en rond het schoolgebouw en het speelterrein. Via een checklist worden de veiligheidsvoorzieningen elk jaar gecontroleerd. De bedrijfshulpverlening (BHV) De school heeft een aantal opgeleide BHV-ers in huis, die snel kunnen optreden bij ongelukken en calamiteiten. Elk jaar wordt er geoefend om het schoolgebouw, indien nodig, snel en efficiënt te kunnen ontruimen.
9.12 Overblijven 1. 2. 3. 4. 5.
6.
7.
8.
9.
Het bestuur draagt de verantwoordelijkheid voor het overblijven. Het bestuur heeft een verzekering met betrekking tot wettelijke aansprakelijkheid afgesloten. (voor zowel ouders als kinderen) Het bestuur draagt de praktische uitvoering over aan de directie. De directie stelt een overblijfwerkgroep samen. Daarin zit minimaal 1 ouder en 1 teamlid. De overblijfwerkgroep doet ieder jaar, in mei, een voorstel voor de bijdragen van het overblijven. De directie stelt dit in overleg met de medezeggenschapsraad vast. De structurele bijdrage is samengesteld uit twee delen: Een geldbedrag per kind. Een aantal overblijfbeurten, deze zijn af te kopen door een afkoopsom. Deze overblijfbeurten/afkoopsom is per gezin. De incidentele bijdrage bestaat maar uit één deel: Een geldbedrag per kind. Tegelijk met de bekendmaking van het bedrag voor het nieuwe jaar, is er de mogelijkheid om de kind(eren) op een structurele basis af te melden voor het overblijven. Er zijn wat dat betreft twee mogelijkheden: De ouder meldt zijn kind(eren) voor de hele week af voor het overblijven. Met als gevolg dat hij/zij niet meer hoeft te betalen en niet meer ingedeeld wordt. De ouder meldt zijn kind(eren) voor vaste dagen af voor het overblijven. Met als gevolgd dat de ouder naar gebruik moet betalen en ingedeeld wordt als overblijfouder. Bijvoorbeeld: iedere maandag en donderdag blijven de kinderen niet over. Iedere dinsdag en vrijdag wel. De ouder betaalt dan maar de helft. Incidenteel overblijven (voor kinderen die dus structureel afgemeld zijn voor een bepaalde dag of de hele week) is mogelijk. Dit moet voor het begin van de schooldag doorgegeven worden aan de school, door een briefje of telefoontje van de ouder. Het bedrag moet cash en direct betaald worden aan de locatiedirecteur. Gedurende het schooljaar is het in principe niet mogelijk om wijzigingen door te geven.
48
10.
Kinderen die niet overblijven, worden niet op het schoolplein verwacht tot 5 minuten voor aanvang van de lestijd, (in het huidige geval dus 12.45 uur) aangezien het toezicht is geregeld in het kader van de overblijfregeling.
9 .13 Voor- tussen en naschoolse opvang Buitenschoolse opvang bij Kinderopvang Humanitas: VET COOL Buitenschoolse opvang (BSO) is vrije tijd. Vóór en na school, op vrije dagen en in vakanties. De buitenschoolse opvang van Kinderopvang Humanitas is een plek waar voor ieder kind wat te beleven is. De pedagogisch medewerkers plannen iedere dag verschillende activiteiten: sport en spel, knutselen, toneel, muziek en nog veel meer. Er zijn uitstapjes en workshops. Er is dansles en voetbaltraining. Maar kinderen kunnen zich ook lekker terugtrekken in een hoekje met een boek. Alles mag, niets moet….. Is dit ook niet wat uw kind graag zou willen? Vanaf 20 eurocent per uur is dit mogelijk! Met ingang van het schooljaar 2007/2008 heeft uw school een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met Kinderopvang Humanitas om uw kind(eren) een passend en sluitend dagarrangement aan te bieden van 07.30 – 18.30 uur waarbij een optimaal aanbod gecreëerd zal worden van Opvang, Onderwijs en Ontspanning. Als kinderen tevreden zijn, kunnen ouders hun drukke taken met een gerust hart uitvoeren. Heeft u interesse en denkt u erover om uw kind van het aanbod bij de buitenschoolse opvang van Kinderopvang Humanitas gebruik te laten maken, neem dan gerust contact op met één van onze medewerkers op het regiokantoor en vraag een uitgebreid informatiepakket aan. U kunt hen tussen 8.00u en 17.30 uur bereiken op telefoonnummer: 013 – 5 33 99 33 Uiteraard kunt u ons ook even mailen;
[email protected] Kijk ook eens op onze website; www.kinderopvanghumanitas.nl
9.14 Protocol mobiele telefoons op school. 1. 2. 3. 4. 5.
6.
Het is voor de leerlingen verboden om mobiele telefoons mee naar school te nemen. Uitzonderingen zijn mogelijk. Kinderen die bijvoorbeeld een flink stuk alleen moeten fietsen, of direct na school ergens naar toe moeten. Is er zo’n uitzondering dan zijn de volgende dingen van belang: De telefoon is op school onder eigen risico van de leerling/ouders. De school aanvaardt geen verantwoordelijkheid voor schade / vermissing. De leerling levert de telefoon om 08.45 uur (bij het begin van de lessen) in bij de leerkracht. De leerling krijgt de telefoon om 15.00 uur (bij het einde van de lessen) terug van de leerkracht. Wordt er ondanks deze regels toch een telefoon aangetroffen bij een leerling, dan volgen er maatregelen. Deze maatregelen zullen in ieder geval inhouden dat de ouder op school wordt gevraagd om de telefoon op te komen halen.
49
9.15 Vertrouwenspersoon Op onze school is Juffrouw Loes de vertrouwenspersoon. Is er sprake van machtsmisbruik, een verstoorde relatie of ongewenste handelingen ten opzichte van u als ouder of ten opzichte van uw kind kan u met haar een gesprek aan vragen. Dit kunnen de kinderen zelf ook doen. Stichting Nuwelijn heeft een team van externe vertrouwenspersonen aangezocht, die deskundig zijn op het terrein van machtsmisbruik en de gevolgen ervan, allen GGD medewerkers (jeugdartsen, orthopedagogen enz.) Op dit moment wordt er niet meer zoals voorheen met één vertrouwenspersoon per school gewerkt, maar met een pool van externe vertrouwenspersonen. Er zijn 6 personen vertegenwoordigd. Deze verandering heeft plaatsgevonden om een continue bereikbaarheid van de PMM-telefoon: 013 464 39 28 onder schooltijden te kunnen waarborgen. En een goede spreiding van de kennis en expertise onder alle externe vertrouwenspersonen. Als u via de PMM-telefoon een externe vertrouwenspersoon om advies hebt gevraagd, noteer dan goed zijn of haar naam. De externe vertrouwenspersoon zal dit ook aan u vragen. Bij eventuele vervolgvragen over dezelfde casus blijft de eerst betrokken externe vertrouwenspersoon aanspreekpunt.. De externe vertrouwenspersoon zal met u over de klacht praten en kijken welke volgende stappen wenselijk zijn. Dat kan een vorm van hulpverlening zijn, het indienen van een klacht en/of het doen van aangifte bij de politie. U beslist welke stappen u wilt zetten, de vertrouwenspersoon ondersteunt u desgewenst daarbij. Hebt u geen vertrouwen in de interne contactpersoon, dan kunt u rechtstreeks contact opnemen met de externe vertrouwenspersoon via bovenstaand nummer.
50
10.
ADRESGEGEVES EXTERNE INSTANTIES
10.1 Rijksinspectie: Inspectie van het Onderwijs Postbus 2730 3500 GS Utrecht www.onderwijsinspectie.nl Vragen over onderwijs 0800-8051 Voor klachtmeldingen over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld, discriminatie en extremisme: Centraal meldpunt vertrouwensinspecteurs: 0900-1113111
10.2 Leerplichtambtenaar: Gemeente Gilze en Rijen Mevr. W. den Besten Groep onderwijs en welzijn Raadhuisplein 1, 5121 JX Rijen Bereikbaar ma t/m vrij 0161- 290241 (tussen 9 en 12 uur) tel: 0161 - 290241
10.3
Schoolbegeleidingsdienst
Stationstraat 20 4815 NG Breda Tel: 076 5245500 mail:
[email protected] postadres: 2086,4800 CB Breda
10.4 Schoolarts en logopedist GGD Hart voor Brabant Vestiging Tilburg Ringbaan West 227, 5037 PC Tilburg Antwoordnummer 78, 5200 VE 's-Hertogenbosch Telefoon: 0900- info GGD oftewel 0900- 4636 443 (lokaal tarief)
10.5 Identiteitsbegeleidster Er is op dit moment geen identiteitsbegeleider voor de school aanwezig.
10.6 Externe Vertrouwenspersoon tel: 013 464 39 28
10.7 Stichting KOMM (Klachtencommissie Machtsmisbruik) REGIO West-Brabant Mw. Drs. A. de Koning Postbus 2086, 4800 CB Breda Tel: 076 – 5245500
10.8 Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) 0900-1231230 (Centrale telefoonnummer voor advies over en meldingen van (vermoedens van) kindermishandeling binnen en buiten het gezin)
51
10.9 Bestuur van de School Stichting Katholiek Onderwijs Nuwelijn Postadres: Postbus 152, 5120 AD Rijen Bezoekadres: Past. Gillisstraat 145A, 5121 CD Rijen 0161-232154 06-22560520
[email protected] www.nuwelijn.nl f. 084-7598218
52
11 ADV ARBO BAPO BISK BVL CC CITO EHBO GGD IH ICL ICT LIO LGF PABO PCL PO RIAGG SbO VMBO B VMBO K VMBO G VMBO T VO VSO WA WSNS
Lijst met afkortingen Arbeidsduurverkorting Arbeidsomstandigheden Bevordering Arbeidsparticipatie Ouderen Brabants Instituut voor School en Kunst Brabants Verkeersveiligheids Label Collegiale Consultatie Centraal Instituut Toetsontwikkeling Eerste Hulp bij Ongelukken Gemeenschappelijke Gezondheidszorg Individuele Hulpverlening Interne coördinatie leerlingenzorg Informatie en Communicatie Technologie Leerkracht in opleiding Leerling Gebonden Financiering Pedagogische Academie Basisonderwijs Permanente Commissie Leerlingenzorg Primair Onderwijs Regionaal Instituut Ambulante Geestelijke Gezondheidszorg Speciale school voor Basisonderwijs Voortgezet Middelbaar Beroeps Onderwijs Basis beroeps leerweg Voortgezet Middelbaar Beroeps Onderwijs Kader beroeps leerweg Voortgezet Middelbaar Beroeps Onderwijs Gemengde leerweg Voortgezet Middelbaar Beroeps Onderwijs Theoretische leerweg Voortgezet Onderwijs Voortgezet Speciaal Onderwijs Wettelijke Aansprakelijkheid Weer Samen Naar School
53