WOONPLAN DILBEEK
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
2
VOORWOORD
METHODIEK EN PROCESVERLOOP
Wonen in eigen streek, betaalbaar wonen, …
Om een woonplan voldoende breed gedragen te ontwikkelen, werd een werkgroep samengesteld die
Wonen wordt steeds nadrukkelijker een thema waarover gepraat wordt, waarover nagedacht wordt,
alle relevante actoren met betrekking tot wonen samen bracht. Deze werkgroep bestond uit:
waarvoor een beleid moet gevoerd worden.
-
Rita Dedobbeleer, schepen gemeente Dilbeek
-
Marc De Meulemeester, schepenen gemeente Dilbeek
De Vlaamse regering heeft met de Vlaamse Wooncode en met het decreet Grond- en Pandenbeleid
-
Mieke Verschaffel, sectorcoördinator gemeente Dilbeek
aan de gemeenten ook een aantal taken toebedeeld inzake wonen en huisvesting.
-
Linda De Vriendt, huisvestingsambtenaar gemeente Dilbeek
-
Martine Pitteljon, OCMW-raadslid Dilbeek
De gemeente wil hierop inspelen. Met het opstellen van een woonplan streeft de gemeente ernaar
-
Piet Vervondel, secretaris OCMW Dilbeek
het woonbeleid in Dilbeek vorm te geven.
-
Magda De Meersman/Ilse Baeck, OCMW Dilbeek
-
Claikens Jules, Voorzitter Seniorenraad Dilbeek
Ondersteund door het samenwerkingsverband “Regionaal woonbeleid Noord-West Brabant” (met
-
Karel Janssens, Directeur Providentia
Asse, Kapelle-op-den-Bos, Londerzeel, Meise en Opwijk) werd een woonplan uitgewerkt.
-
Marc Paesmans, Directeur Gewestelijke Maatschappij Volkshuisvesting
-
Nathalie De Mulder/Ellen Marcelis, Coördinator RSVK De Woonkoepel
-
De Becker Betsy, Contactpersoon ACW Dilbeek
Het is een uitdaging om op basis van beschikbare gegevens over het wonen en leven in Dilbeek en in Vlaanderen en van de resultaten van de omgevingsanalyse, op lokaal niveau strategische
-
Geert De Feyter/Marieke Van Eyghen, Coördinator Interlokale Vereniging (IV) RWNWB
doelstellingen te formuleren.
-
Barbara Nackaerts/Frédéric Van Hamme, medewerker LSB IV RWNWB
De strategische doelstellingen vertalen in meer concrete, operationele doelstellingen betekent
-
Joanna Timmermans, Stedenbouwkundige IV RWNWB
beleidskeuzes maken. Doelstellingen vertalen in concrete actiepunten vraagt inzicht in de
-
Sabrina Van Eeckhout, Jurist IV RWNWB
noodzakelijke inzet van mensen en middelen om die doelstellingen ook op het terrein waar te maken. Uiteraard moet hierbij rekening gehouden worden met de beschikbaarheid van mensen en middelen.
Als eerste stap werd een omgevingsanalyse opgemaakt. De medewerkers van de interlokale
Op die basis worden prioriteiten bepaald.
vereniging verzamelden alle relevante gegevens omtrent wonen en toetsten deze af tegen de bovenlokale (provinciale en gewestelijke) gegevens.
Het formuleren van een droomplan of het uitwerken van een actieprogramma waarvoor noch de mensen noch de (financiële) middelen beschikbaar zijn, heeft geen zin. Alles tegelijk willen realiseren
Een eerste overlegmoment met de werkgroep ging door op 13 oktober 2010 om de omgevings-
ook niet. Daarom is dit plan een eerste, bescheiden aanzet tot een gemeentelijk woonbeleid.
analyse van Dilbeek te overlopen en te finaliseren. Op een volgend overlegmoment (17 november 2010) werd een denkoefening gedaan die uitmondde
Door het woonplan en een woonbeleid continu op te volgen en bij te sturen, moeten de resultaten
in een SWOT-analyse van het woonbeleid van de gemeente. Ook werden de bestaande beleids-
van een gedragen woon- en huisvestingsbeleid in de gemeente zichtbaar worden.
plannen die refereerden naar het beleidsdomein “wonen” (meerjarig strategisch beleidsplan, lokaal sociaal beleidsplan) overlopen en werd de samenhang van de andere plannen met het woonplan in kaart gebracht. Een volgende stap (4 mei en 15 juni 2012) bestond er dan in om de eerder geformuleerde doelstellingen rond wonen samen te brengen, tegen elkaar af te wegen en te actualiseren. Deze werden aangevuld met een aantal nieuw te nemen acties. Daarna werd het plan ter advies overgemaakt aan de bevoegde commissies en/of adviesraden. Zo werd het woonplan voorgelegd aan de gemeentelijke commissie Ruimtelijke Ordening op 13 november 2012, aan de seniorenraad op 7 november 2012, aan de welzijnsraad op 3 december 2012, aan de cultuurraad op 2 oktober 2012, aan de Milieuraad op 11 december 2012. Op het Vast Bureau van het OCMW werd het woonplan op 29 augustus 2012 al besproken. De gemeenteraadscommissie niet gebiedsgebonden materies besprak het dossier een eerste keer op 11 september 2012. Na de bestuurswissel van januari 2013 werd het dossier opnieuw voorgelegd aan de gemeenteraadscommissie niet gebiedsgebonden materies op 10 september 2013.
4.2
INHOUDSTAFEL
"REGIONAAL WOONBELEID NOORD-WEST BRABANT” ............................................................... 11 4.3
OPERATIONELE DOELSTELLING: SAMENWERKING WOONACTOREN STIMULEREN .................................. 11
4.4
OPERATIONELE DOELSTELLING: KLANTVRIENDELIJKE DIENSTVERLENING NAAR DE BEVOLKING
VOORWOORD ...................................................................................................................... 1 METHODIEK EN PROCESVERLOOP ....................................................................................... 1 INHOUDSTAFEL................................................................................................................... 2 WOONPLAN ......................................................................................................................... 4 1.
SAMENVATTING OMGEVINGSANALYSE ......................................................................... 4
1.1
WONINGAANBOD EN KWALITEIT VAN HET WONINGAANBOD ........................................................... 4
1.2
SOCIALE HUISVESTING .................................................................................................... 4
1.3
BETAALBAARHEID........................................................................................................... 4
1.4
DEMOGRAFIE ................................................................................................................ 4
1.5
INKOMENS ................................................................................................................... 5
2.
SWOT-ANALYSE ............................................................................................................ 5
3.
VISIE OP HET WOONBELEID ......................................................................................... 6
4.
BELEIDSDOELSTELLINGEN ............................................................................................ 7
1.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: BETAALBAAR WONEN IN DILBEEK BEVORDEREN ....... 7
1.1
OPERATIONELE DOELSTELLING: BESCHIKBARE RUIMTE INSCHAKELEN IN EEN DUURZAME WOONBELEIDSVISIE. 7
1.2
OPERATIONELE DOELSTELLING: HET AANBOD AAN WONINGEN VOOR SPECIFIEKE DOELGROEPEN VERHOGEN ... 7
1.3
OPERATIONELE DOELSTELLING: HET AANBOD AAN BESCHEIDEN WONINGEN UITBREIDEN ......................... 8
1.4
OPERATIONELE DOELSTELLING: HET AANBOD AAN SOCIALE WONINGEN UITBREIDEN EN OPTIMALISEREN ....... 8
1.5
OPERATIONELE DOELSTELLING: VERDER UITBOUWEN VAN HET AANBOD VAN SOCIAAL VERHUURKANTOOR (SVK) WOONKOEPEL ...................................................................................................... 8
1.6 2.
OPERATIONELE DOELSTELLING: BETAALBAAR WONEN IN EIGEN STREEK BEVORDEREN ............................ 8
STRATEGISCHE DOELSTELLING: DUURZAAM EN KWALITEITSVOL (VER)BOUWEN EN WONEN ......................................................................................................................... 9
2.1
OPERATIONELE DOELSTELLING: RUIMTELIJKE KWALITEIT VAN DE LEEFOMGEVING GARANDEREN ................. 9
2.2
OPERATIONELE DOELSTELLING: AANDACHT VOOR DUURZAAMHEID EN ENERGIEZUINIGHEID IN WONINGEN EN WOONPROJECTEN ........................................................................................................... 9
2.3
OPERATIONELE DOELSTELLING: WONINGKWALITEIT STIMULEREN .................................................... 9
2.4
OPERATIONELE DOELSTELLING: VERKROTTING BESTRIJDEN .......................................................... 9
2.5
OPERATIONELE DOELSTELLING: AANMOEDIGEN VAN EN CREËREN VAN MOGELIJKHEDEN VOOR ALTERNATIEVE WOONVORMEN
3.
............................................................................................................ 10
STRATEGISCHE DOELSTELLING: EEN RECHTVAARDIGE TOEGANG TOT EEN BETAALBARE EN KWALITEITSVOLLE WONING BEVORDEREN EN HET RECHT OP WONEN GARANDEREN.............................................................................................................. 10
3.1
OPERATIONELE DOELSTELLING: UITSLUITING OP DE PRIVATE HUURMARKT TEGENGAAN......................... 10
3.2
OPERATIONELE DOELSTELLING: FYSIEKE TOEGANKELIJKHEID VAN WONINGEN VERSTERKEN.................... 10
4.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: EFFICIËNT EN DOELTREFFEND GEMEENTELIJK BESTUUR ..................................................................................................................... 11
4.1
OPERATIONELE DOELSTELLING: VERSTERKING LOKALE WOONREGIE ............................................... 11
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
OPERATIONELE DOELSTELLING: VOORTZETTING ACTIEVE DEELNAME AAN DE INTERLOKALE VERENIGING
VERBETEREN/OPTIMALISEREN ........................................................................................... 11
4.5
OPERATIONELE DOELSTELLING: OPRICHTEN VAN EEN GEMEENTELIJKE WOONRAAD .............................. 12
BIJLAGE OMGEVINGSANALYSE ........................................................................................13 1.
ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE GEMEENTE DILBEEK .............................................13
2.
BESTAANDE DIENSTVERLENING EN WOONACTOREN ..................................................14
2.1
BESTAANDE DIENSTVERLENING M.B.T. WONEN VAN GEMEENTE EN OCMW ....................................... 14
2.2 WOONACTOREN WERKZAAM OP HET GRONDGEBIED VAN DILBEEK ................................................. 14 2.2.1 ... Sociale huisvestingsmaatschappij (SHM) ................................................................. 14 2.2.2 ... Sociaal verhuurkantoor RSVK De Woonkoepel V.Z.W. ............................................... 15 2.2.3 ... Vlabinvest ........................................................................................................... 15 2.2.4 ... Intercommunale Haviland...................................................................................... 15 3.
HUIDIG LOKAAL BELEID EN WOONOVERLEG ...............................................................16
3.1
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN (GRS) ............................................................... 16
3.2
ALGEMEEN BELEIDSPROGRAMMA 2008-2012 ....................................................................... 17
3.3
LOKAAL SOCIAAL BELEIDSPLAN 2008-2013 ........................................................................ 17
3.4
SENIORENBELEIDSPLAN (VOORSTEL) OKTOBER 2011 ............................................................... 18
3.5 INSTRUMENTEN TER VERBETERING VAN DE WONINGKWALITEIT ..................................................... 18 3.5.1 ... Leegstandsheffing ................................................................................................ 18 3.5.2 ... Gemeentelijke premies ......................................................................................... 18 3.6 STEUNMAATREGELEN EN DIENSTEN M.B.T. WONEN, GEORGANISEERD VANUIT HET OCMW. ................... 18 3.7 4.
INTERGEMEENTELIJKE VERENIGING “REGIONAAL WOONBELEID NOORD-WEST BRABANT”...................... 19
AANBOD INZAKE WONINGEN: HOEVEELHEID, KWALITEIT EN BETAALBAARHEID .......20
4.1 ALGEMENE BESCHRIJVING WONINGAANBOD ........................................................................... 20 4.1.1 ... Aantal woningen en evolutie .................................................................................. 20 4.1.2 ... Woningdichtheid .................................................................................................. 20 4.1.3 ... Type woningen..................................................................................................... 20 4.1.4 ... Verhouding eigenaar/huurder ................................................................................ 20 4.2 KWALITEIT VAN HET WONINGAANBOD.................................................................................. 21 4.2.1 ... Comfortindicatoren ............................................................................................... 21 4.2.2 ... Leegstand & verwaarlozing .................................................................................... 21 4.2.3 ... Ongeschikt- en onbewoonbaarverklaringen .............................................................. 22 4.2.4 ... Conformiteitsattesten (huurwoningen) .................................................................... 22 4.2.5 ... Gegevens renovatie .............................................................................................. 23 4.2.6 ... Aantal stedenbouwkundige vergunningen ................................................................ 24 4.2.7 ... Duurzaam bouwen en energieverbruik woningen ...................................................... 25 4.2.8 ... Gemeentelijke premies m.b.t. wonen ...................................................................... 26 4.3 SOCIALE HUISVESTING................................................................................................... 27 4.3.1 ... Aanbod sociale huurwoningen (SHM, SVK) .............................................................. 27 4.3.2 ... Aanbod sociale koopwoningen / sociale kavels ......................................................... 28 4.3.3 ... Sociale huisvesting: projecten op korte en middellange termijn. Voortgang BSO .......... 28 4.4 BETAALBAARHEID ......................................................................................................... 29 4.4.1 ... Huursubsidies ...................................................................................................... 29 4.4.2 ... Aanbod bescheiden woningen / gesubsidieerde kavels / woonaanbod met sociaal karakter ......... 29 4.4.3 ... Aankoopprijzen en evolutie (private woningmarkt) ................................................... 30 4.5 AANBOD T.A.V. SPECIFIEKE DOELGROEPEN ........................................................................... 31 2
4.5.1 ... Rusthuisbedden / serviceflats (ouderen en personen met een handicap) ..................... 31 4.5.2 ... Noodopvang ........................................................................................................ 32 4.5.3 ... Lokaal Opvanginitiatief (LOI) ................................................................................. 32 4.5.4 ... Leefloners ........................................................................................................... 32 4.5.5 ... Huurwaarborg...................................................................................................... 32 4.5.6 ... Huurtoelage ........................................................................................................ 32 4.5.7 ... Stookoliefonds via het Stookoliefonds ..................................................................... 32 4.5.8 ... Verwarmingstoelage toegekend via het OCMW ......................................................... 33 4.5.9 ... Budgetmeter voor elektriciteit en gas ..................................................................... 33 4.5.10 . Installatiepremie daklozen (op basis van de RMI-wet)............................................... 33 5.
VRAAG – BEHOEFTEN .................................................................................................. 33
5.1 DEMOGRAFISCHE GEGEVENS ............................................................................................ 33 5.1.1 ... Aantal inwoners & bevolkingsevolutie ..................................................................... 33 5.1.2 ... Bevolkingsdichtheid .............................................................................................. 33 5.1.3 ... Aantal gezinnen en samenstelling........................................................................... 33 5.1.4 ... Natuurlijke bevolkingsaangroei .............................................................................. 34 5.1.5 ... Migratie .............................................................................................................. 34 5.1.6 ... Burgerlijke staat .................................................................................................. 34 5.1.7 ... Leeftijdsverdeling, -evolutie en prognose ............................................................... 35 5.1.8 ... Aantal personen met een handicap ......................................................................... 35 5.2 SOCIO-ECONOMISCHE GEGEVENS ...................................................................................... 36 5.2.1 ... Inkomen ............................................................................................................. 36 5.3 WACHTLIJSTEN / TYPOLOGIE SOCIALE HUISVESTING ................................................................ 37 5.3.1 ... Aantal kandidaat-huurders .................................................................................... 37 5.3.2 ... Typologie sociale huurwoningen ............................................................................. 39 6.
CONFRONTATIE VRAAG EN AANBOD : MOGELIJKHEDEN OM BEHOEFTEN OP TE VANGEN? .................................................................................................................... 40
6.1
AANTAL NIET-BEBOUWDE KAVELS (BEBOUWDE EN ONBEBOUWDE PERCELEN) .................................... 40
6.2 GEBIEDEN MET BIJZONDER STATUUT ................................................................................... 41 6.2.1 ... Woonuitbreidingsgebieden..................................................................................... 41
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
3
1.
SAMENVATTING OMGEVINGSANALYSE
1.1
Woningaanbod en kwaliteit van het woningaanbod
Dilbeek is gelegen in de Vlaamse rand rond Brussel. Enerzijds is een deel van de gemeente sterk aan het verstedelijken, anderzijds vertoont een aantal deelgemeenten een eerder landelijk karakter. Deze dualiteit moet men in gedachten houden bij het interpreteren van de cijfergegevens m.b.t. het woonaanbod. Het merendeel van de huizen zijn open bebouwingen (37%), en er is een relatief hoog aandeel eigenaars (73%). Ongeveer 60% van de woningen dateert van na 1961, wat een eerder jong woningpatrimonium betekent. Dat het gaat over een jong woningbestand blijkt ook uit het comforten uitrustingsniveau van de woningen: Dilbeek heeft t.o.v. de bovenlokale gemiddelden een hoger percentage woningen met een groot comfort. Op vlak van energiezuinigheid van de woningen scoort Dilbeek daardoor ook iets beter dan de gemiddelden op Vlaams en provinciaal niveau.
WOONPLAN
1.2
Sociale huisvesting
Het aandeel sociale huurwoningen ten opzichte van het aantal huishoudens bedraagt in Dilbeek 4,04%. Het aandeel sociale koopwoningen/kavels ligt nog lager (0,87%). Het Decreet Grond- en Pandenbeleid legt de gemeente bindende objectieven op en biedt een aantal instrumenten om tegen 2020 een bijkomend sociaal woonaanbod te creëren. Om het sociaal woonaanbod in de gemeente te verhogen, is reeds een aantal projecten voorzien, op korte en middellange termijn (hetzij projecten i.s.m. de SHM’s, hetzij private projecten waar een sociale last opgelegd wordt). Het bindend sociaal objectief voor Dilbeek is als volgt vastgesteld: 285 bijkomende sociale huurwoningen, 139 extra sociale koopwoningen en tenslotte 6 de sociale kavels.
1.3
Betaalbaarheid
De gemiddelde prijs van appartementen en gewone woonhuizen in Dilbeek ligt (voor 2011) ruim boven het Vlaams-Brabantse en Vlaamse gemiddelde. Ook in vergelijking met de andere gemeenten die deel uitmaken van de Interlokale Vereniging RWNWB, zijn deze gemiddelden gevoelig hoger. Voor bouwgronden ligt de prijs ook ruim boven het Vlaams-Brabantse en Vlaamse gemiddelde. Men dient echter op te merken dat de prijs uitgedrukt wordt per m². De grootte van de gronden zal de gemiddelde prijs dus sterk beïnvloeden. Ook is er een groot prijsverschil tussen uitgeruste en nietuitgeruste grond: dit verschil is echter niet opgenomen in de gemiddelde cijfers. De evolutie die de prijzen sinds 1995 doorgemaakt hebben, is in Dilbeek iets minder groot dan in Vlaanderen en Vlaams-Brabant, maar dat komt omdat de prijsniveaus van Dilbeek vroeger ook reeds veel hoger lagen dan de bovenlokale gemiddelden.
1.4
Demografie
De laatste 10 jaar kende Dilbeek een iets sterkere bevolkingsgroei dan Vlaanderen, de groei was over dezelfde periode wel minder sterk dan deze in Vlaams-Brabant. Het aantal huishoudens groeide de laatste 10 jaar minder sterk dan de bovenlokale evolutie. Daarnaast merken we een algemene dalende trend op vlak van gezinsgrootte: de gezinnen worden kleiner en dit geldt voor heel Vlaanderen. Met een gemiddelde gezinsgrootte van 2,42 personen per huishouden voor 2009 ligt Dilbeek iets boven het gemiddelde van het Vlaams Gewest (2,36pph). Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
4
Dilbeek kende over een periode van 5 jaar een lager migratiesaldo, in vergelijking met de provincie en het gewest. De natuurlijke bevolkingsaangroei was voor Dilbeek (gezien over een periode van 5 jaar) negatief: er worden dus minder mensen geboren dan dat er mensen sterven. Op bovenlokaal
2.
SWOT-ANALYSE
niveau is de natuurlijke bevolkingsaangroei minder sterk dan de bevolkingstoename als gevolg van migratie, maar de natuurlijk aangroei is wel nog positief. Tenslotte zet de algemene tendens van vergrijzing van de bevolking zich ook in Dilbeek door. Deze tendensen zullen een verschuiving in de manier van huisvesten tot gevolg hebben.
1.5
Inkomens
In 2009 (aanslagjaar 2010) gaf ongeveer 15% van de (personen)belastingaangiften in Dilbeek een laag inkomen (minder dan 10.000/jaar) aan, meer dan 17% een hoog inkomen (meer dan 50.000/jaar). Het percentage lage inkomens schommelt hiermee tussen het provinciaal en het gewestelijk gemiddelde. De hoge inkomens liggen ruim boven de bovenlokale gemiddelden. Het gemiddelde inkomen per aangifte bedroeg voor 2009 in Dilbeek €33.763, wat ruim boven het Vlaamse gemiddelde ligt en ook iets hoger is dan het Vlaams-Brabantse gemiddelde. Er valt uit deze cijfergegevens geen informatie te genereren over de gezinssamenstelling van de aangiftes. De cijfers geven dus slechts een indicatie over het algemeen welvaartsniveau in de gemeente.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
5
3.
VISIE OP HET WOONBELEID
Met het opstellen van een woonplan wil de gemeente werk maken van het recht op wonen. Om dat recht op wonen te kunnen waarmaken streven we naar betaalbaar wonen, duurzaam wonen, kwaliteitsvol wonen, toegang tot de woningmarkt voor iedereen. Basis voor het betaalbaar wonen veronderstelt een voldoende ruim aanbod aan woongelegenheden, en hierbij denken we zowel aan het optimaal gebruik van de beschikbare ruimte als aan een gevarieerd aanbod aan woongelegenheden, met bijzondere zorg voor de minst begoeden. Daarvoor is de samenwerking met de sociale huisvestingsmaatschappijen en met de sociale Woonkoepel van groot belang. Duurzaam en kwaliteitsvol wonen gaat niet enkel over de woongelegenheid op zich, maar heeft ook alles te maken met de woonomgeving, de voorzieningen, de leefbaarheid, toegankelijkheid en veiligheid van de plaats(en) waar we wonen, werken, winkelen, ontspannen, … Energie om je te verplaatsen of je huis te verwarmen kost (veel) geld. De gemeente kan energiezuinig leven en wonen stimuleren, en daar zelf ook het goede voorbeeld geven. Woningkwaliteit hangt uiteraard ook samen met de technische kwaliteit en de uitrusting van een woning (verwarming, sanitair, elektrische uitrusting, …) en met het beschikken over voldoende woonruimte in overstemming met het aantal bewoners. Woonkwaliteit betekent ook kunnen kiezen voor een aangepaste woonvorm. Daarom krijgen alternatieve woonvormen zoals cohousing en Community Land Trust, kansen. Iedereen moet kansen krijgen op de Dilbeekse woonmarkt. Ook de toegang tot de private woonmarkt, zowel voor kopen als huren, is een zorg van de gemeente. De gemeente wil alle inwoners en kandidaat-inwoners van de gemeente op een goede manier informeren over en kansen bieden op de Dilbeekse woningmarkt. Via het voeren van een grondregie probeert het bestuur mee te spelen op de gemeentelijke woon- en grondmarkt. In samenwerking met de verschillende publieke en semi-publieke woonactoren streeft de gemeente er met dit woonplan naar om een betaalbaar, kwaliteitsvol, duurzaam, toegankelijk, aangepast woningaanbod te realiseren voor de inwoners van Dilbeek.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
6
BELEIDSDOELSTELLINGEN
4.
SHM's = sociale huisvestingsmaatschappijen SVK = sociaal verhuurkantoor 'Woonkoepel' RWNWB = samenwerkingsverband 3WPlus
Gemeente (RP) = Ruimtelijke Planning
OCMW
Gemeente (RO) = Ruimtelijke Ordening Gemeente (HV) = Huisvesting
= nieuw beleid
Gemeente (WP) = Welzijn & Preventie
= verderzetten van het huidig beleid
Gemeente (GG) = Grondgebied Gemeente (GB) = Gebouwen
NW = normale werking gemeentelijke diensten – algemene werkingsmiddelen
Gemeente (JE) = Jeugd
X = middelen in gemeentelijk budget noodzakelijk
Gemeente (CT) = Cultuur / wijkwerking Gemeente (ML) = Milieu / Duurzaamheidsambtenaar
Trekker
1.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: BETAALBAAR WONEN IN DILBEEK BEVORDEREN
1.1
Operationele doelstelling: beschikbare ruimte inschakelen in een duurzame woonbeleidsvisie
ACTIES: • Zuinig omgaan met onbebouwde ruimte (oa. door woonuitbreidingsgebieden niet te snel en ondoordacht te
Gemeente (RP)
Betrokkene
Gemeente (RO)
Timing
Gemeentebudget
Continu
NW
Continu
X
ontwikkelen) •
Verhogen van het woonaanbod binnen het bestaand weefsel door de opmaak van een aantal ruimtelijke
Gemeente (RP)
uitvoeringsplannen (RUP’s) o.a. -
uitvoering van het gewestelijk RUP Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel (VSGB)
-
RUP Bosstraat
•
Bijhouden en actualiseren van het register van onbebouwde percelen (ROP)
Gemeente (RP)
Gemeente (RO)
Jaarlijks
NW
•
Opmaak van een gemeentelijk actieprogramma. Hierbij zal worden aangegeven wat de prioritair te ontwikkelen
Gemeente (RP)
RWNWB
2013-2014
NW
Gemeente (RP)
Gemeente (RO)
Continu
NW
Gemeente (RP)
Gemeente (RO) /
Continu
NW
projecten kunnen zijn (o.b.v. bijvoorbeeld ruimtelijke toegankelijkheid naar inplanting, bereikbaarheid via openbaar vervoer, voorzieningen, …).
Operationele doelstelling: het aanbod aan woningen voor specifieke doelgroepen verhogen
1.2 ACTIES: •
Bij opmaak van ontwikkelingsplannen (RUP’s, masterplannen, …) zones inrichten die een gedifferentieerd woonaanbod (specifiek voor doelgroepen: jongeren, senioren, alleenstaanden, …) mogelijk maken (bv seniorenhuisvesting in RUP Bosstraat). Dit houdt in dat het woonaanbod aangepast is aan de doelgroep zowel naar typologie als naar dienstverlening (bv serviceflats). Voorkooprecht voorzien.
•
Bij opmaak en beoordeling van plannen (RUP’s, masterplannen, verkavelingen, …) de nodige aandacht besteden aan het voorzien van voldoende aangepaste woonvoorzieningen voor senioren (woon- en zorgflats)
OCMW / Privéinitiatieven
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
7
Operationele doelstelling: het aanbod aan bescheiden woningen uitbreiden
1.3 ACTIES: •
Contacten leggen en nauwere samenwerking nastreven met VLABINVEST - Investeringsfonds voor Grond- en
Gemeente (HV)
SHM's / SVK
2014
NW
SHM’s
Gemeente (HV) /
2014
NW
Continu
NW
Woonbeleid voor Vlaams-Brabant •
In overleg met de sociale huisvestingsmaatschappijen en andere woonactoren bekijken wat de mogelijkheden zijn om een bescheiden woonaanbod te realiseren
SVK / OCMW
Operationele doelstelling: het aanbod aan sociale woningen uitbreiden en optimaliseren
1.4 ACTIES: •
Behalen bindend sociaal objectief (BSO) tegen 2020
SHM's
Gemeente (HV) / SVK
• •
Toepassen en regelmatig bijsturen van het gemeentelijk reglement Sociaal Wonen
Gemeente
SHM's, OCMW
Jaarlijks evalueren
NW
Toepassen en regelmatig evalueren van het gemeentelijk toewijzingsreglement waarbij sociale huurwoningen bij
Gemeente
SHM's, OCMW
Jaarlijks evalueren
NW
SHM's
Gemeente (HV) /
Continu
NW
Continu
X
Jaarlijks
X
Continu
NW
voorrang worden toegewezen aan kandidaat-huurders met lokale binding •
In overleg met de gemeente, het OCMW, de sociale huisvestingsmaatschappijen en het sociaal verhuurkantoor die actief zijn in de gemeente, de nodige acties ondernemen om sociale woongelegenheden te realiseren onder de
SVK / OCMW
vorm van huur- en koopwoningen. Dit in overeenstemming met de vraag naar en het bestaande aanbod van sociale huisvesting dat in de gemeente Dilbeek aanwezig is (+ monitoring van de vraag (wachtlijsten) om het aanbod beter af te stemmen). •
Een gezamenlijk (i.s.m. de SHM’s) aankoopbeleid van gronden en panden voor sociale huisvesting voeren en
Gemeente (RP)
tevens met systemen als erfpacht en sociaal beheer het aanbod aan sociale woningen verhogen. De gemeentelijke
SHM's / SVK / OCMW
en OCMW-eigendommen (gebouwen en gronden) worden maximaal ingezet voor het realiseren van het BSO. In RUP's zones met voorkooprecht voorzien.
Operationele doelstelling: verder uitbouwen van het aanbod van Sociaal Verhuurkantoor (SVK) Woonkoepel
1.5 ACTIES:
•
Sensibiliseren en stimuleren van eigenaars om woning in beheer van SVK te geven, bv. bij leegstand van woningen eigenaars contacteren en hen per brief informeren rond de werking van SVK De Woonkoepel
Gemeente (HV)
Bekendmaking van de Woonkoepel bv bij vragen aan het woonloket/welzijnsloket omtrent sociale huisvesting (bv. inschrijving op de wachtlijsten voor een sociale huurwoning bij Providentia/Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting) folder meegeven met info over het SVK
Gemeente (HV)
•
Publicatie artikel in gemeentelijk infoblad ter bekendmaking van de werking van het SVK Woonkoepel
Gemeente
SVK
Jaarlijks
X
•
Samenwerkingsprojecten met SVK Woonkoepel ondersteunen (bv i.h.k.v. uitvoeringswijze van de sociale last)
Gemeente
SVK
Continu
NW
RWNWB
Gemeente (HV),
2014
X
•
Gemeente (WP) / SVK Gemeente (WP) / SHM's / SVK
Operationele doelstelling: betaalbaar wonen in eigen streek bevorderen
1.6 ACTIES: •
Het aanbod op grondgebied van Dilbeek voor alle deelmarkten (dus zowel sociale huur, als private huur, als eigendomsmarkt) ontsluiten voor de zwaksten (via een woondatabank, persoonlijke begeleiding, …)
•
Jongeren informeren over en stimuleren om zich in te schrijven op de beschikbare wachtlijsten voor de
OCMW Gemeente (HV)
OCMW / SVK
2014
X
Gemeente (HV)
OCMW / Gemeente
2014
X
verschillende types van woningen (huur/koop – sociaal/vlabinvest - …) •
Senioren informeren over en stimuleren om zich in te schrijven op de beschikbare wachtlijsten voor de verschillende types van woningen (huur/koop – sociaal/vlabinvest - …)
(WP)
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013 8
•
Analyseren van de woningvraag en het woningaanbod op de verschillende deelmarkten (sociale huur, private huur,
Gemeente (HV)
RWNWB
2015
NW
koopmarkt) om beter zicht te krijgen op de gevraagde typologieën
2.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: DUURZAAM EN KWALITEITSVOL (VER)BOUWEN EN WONEN
2.1
Operationele doelstelling: ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving garanderen
ACTIES: •
Waken over de inrichting over een kwaliteitsvolle, veilige en toegankelijke inrichting van de leefomgeving (zowel bij
Gemeente (RP)
nieuwe projecten als bij aanpassingen/herinrichtingen van het openbaar domein) -
Oog voor veiligheid en toegankelijkheid bij inrichting verkavelingen
-
Veilige, toegankelijke inrichting openbare ruimte
-
Voorzien van een minimaal uitrustingsniveau aan gemeenschapsvoorzieningen (bv speelpleinen,
Gemeente (RO,
Continu
X
GG, WP, JE, CT)
gemeenschapslokaal) •
Waken over een verbeterde fysieke toegankelijkheid van bestaande openbare gebouwen (in aanvulling op de
Gemeente (GB)
Gemeente (RO)
Continu
X
Gemeente (RO)
SHM's / OCMW
Continu
NW
gewestelijke verordening m.b.t. toegankelijkheid voor nieuwbouw- of verbouwingsprojecten). •
Bij realisatie van grootschalige (sociale) woonprojecten zal er voldoende aandacht geschonken worden aan de architecturale kwaliteit van de gebouwen en de omgeving.
•
Opmaak van een gemeentelijke beeldkwaliteitsplannen/masterplannen voor alle deelkernen.
Gemeente (RP)
2014 e.v.
X
Operationele doelstelling: aandacht voor duurzaamheid en energiezuinigheid in woningen en woonprojecten
2.2 ACTIES: •
Evaluatie + optimalisatie bestaand gemeentelijk premiestelsel
Gemeente (HV)
Gemeente (ML)
2014
NW
•
Samenwerkingsverband met het Fonds ter Reductie van de Globale Energiekost. De werking van het FRGE
RWNWB
Gemeente (HV /
Continu
NW
Continu
X
promoten bij de lokale bevolking (o.a. via huisvestingsambtenaar en via het OCMW). •
Voldoende informeren en sensibiliseren van huiseigenaars, maar ook van architecten en projectontwikkelaars
ML) RWNWB
omtrent duurzaam en energiezuinig (ver)bouwen. (bv infomoment dakisolatie, woon/welzijnsbeurs)
Gemeente (HV / ML) / SHM's / SVK / OCMW
• •
Streven naar een zo energiezuinig mogelijk sociaal woonpatrimonium Aandacht hebben en ruimte voorzien voor systemen voor energievoorziening (zonne- en windenergie o.a.)
SHM's Gemeente (ML)
Continu Gemeente (RP /
Continu
X
RO)
Operationele doelstelling: woningkwaliteit stimuleren
2.3 ACTIES: •
Aanpakken van het (illegaal) opsplitsen van eengezinswoningen naar meergezinswoningen met oog op controle van
Gemeente (RO)
2014
NW
de woonkwaliteit van de woongelegenheden / kamers die zo gecreëerd worden en met aandacht voor behoud van voldoende gezinswoningen in de dorpskernen (gevarieerd woningaanbod) •
Actief stimuleren van het aanvragen van een conformiteitsattest
Gemeente (HV)
•
Ondersteunen van de bevolking om premies aan te vragen en hen hierbij administratief begeleiden
Gemeente (HV)
2014 Gemeente (ML /
Continu
X NW
WP)
2.4
Operationele doelstelling: verkrotting bestrijden
ACTIES: Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013 9
•
Actief inventariseren verwaarlozing, ongeschiktheid en onbewoonbaarheid + toepassing van de wettelijke
Gemeente (HV)
RWNWB
Jaarlijks
NW
Actief bijhouden en actualiseren van het leegstandsregister + innen van een leegstandsheffing.
Gemeente (HV)
RWNWB
Jaarlijks
NW
Stimuleren dat woningen die in een inventaris ingeschreven zijn, opnieuw op de markt komen, hetzij op initiatief
Gemeente (HV)
Gemeente (WP),
Continu
NW / X
Jaarlijks
X
Continu
NW
procedures + innen van opcentiemen op de gewestelijke heffing voor woningen op de inventaris verwaarlozing, ongeschiktheid en onbewoonbaarheid • •
2.5
van de eigenaar zelf, hetzij door tussenkomst van één van de actoren (verwerving & renovatie, sociaal beheer, …).
SHM’s, SVK,
Voorkooprecht uitoefenen.
OCMW
Operationele doelstelling: aanmoedigen van en creëren van mogelijkheden voor alternatieve woonvormen
ACTIES • Bevolking informeren rond zorgwonen •
Bij de opmaak van RUP’s een juridisch kader scheppen voor (ver)nieuwe(nde)woonvormen zoals bv co-housing
Gemeente (HV)
Gemeente (WP)
Gemeente (RP)
3.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: EEN RECHTVAARDIGE TOEGANG TOT EEN BETAALBARE EN KWALITEITSVOLLE WONING BEVORDEREN EN HET RECHT OP WONEN GARANDEREN
3.1
Operationele doelstelling: uitsluiting op de private huurmarkt tegengaan
ACTIES: • De Dilbeekse huursubsidie ter ondersteuning van de minder gegoeden die moeten huren op de privémarkt jaarlijks
Gemeente (HV)
OCMW
Jaarlijks
€ 8.000,00
evalueren en optimaliseren. •
Aanbod van woningen voor noodopvang verhogen
OCMW
Gemeente (HV)
Continu
X
•
Sensibiliseren van verhuurders om discriminatie bij het verhuren van hun eigendom tegen te gaan
Gemeente (HV)
Gemeente (WP) /
Jaarlijks
X
Continu
X NW
RWNWB
3.2
Operationele doelstelling: fysieke toegankelijkheid van woningen versterken
ACTIES: • Blijvend organiseren en evalueren van infosessies voor doelgroepen in samenwerking met het OCMW
Gemeente (HV)
OCMW / Gemeente (WP)
•
Ondersteunen en stimuleren van projecten die de mogelijkheid bieden aan ouderen om zo lang mogelijk in hun
RWNWB
Gemeente (HV)
Jaarlijks
Gemeente (WP)
Gemeente (HV)
2014
X
Gemeente (RO)
Gemeente (RP)
2015
NW
Gemeente (WP)
Gemeente (HV) /
Jaarlijks
X
Jaarlijks
X
vertrouwde omgeving te blijven wonen: bv BOEBS-project rond valpreventie •
Project opstarten ‘Onbezorgd thuis in Dilbeek’ – adviesverlening en begeleiding ivm woningaanpassingen (projectsubsidie)
•
De gemeente zal bij ieder nieuw woonproject – in aanvulling op de gewestelijke verordening toegankelijkheid – de ontwikkelaar sensibiliseren om ook in de woonentiteiten zelf een betere mobiliteit te bewerkstelligen (d.m.v. checklist met aandachtspunten die in het ontwerp van een woonproject een verbeterde mobiliteit mogelijk maken zoals bijvoorbeeld brede trappen voorzien, stopcontacten op gebruikshoogte plaatsen, …)
•
Stimuleren van toegankelijkheidsonderzoeken via infomomenten. Deze toegankelijkheidsscans hebben enkel nut als er daarna ook daadwerkelijk iets mee gebeurt. De gemeente zal hiertoe onderzoeken of er eventueel
RWNWB
samengewerkt kan worden met de regionale dienstencentra voor verdere begeleiding. •
Burgers actief informeren over gewestelijke en provinciale premies voor woningaanpassing
Gemeente (HV)
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013 10
4.
STRATEGISCHE DOELSTELLING: EFFICIËNT EN DOELTREFFEND GEMEENTELIJK BESTUUR
4.1
Operationele doelstelling: versterking lokale woonregie
ACTIES: • Opstarten van een rollend grondfonds met het oog op het realiseren van een groter betaalbaar woonaanbod
Gemeente (RP)
Gemeente (GB)
2014
X
Fondsen kunnen verworven worden uit de inningen van de leegstandsheffing, opcentiemen op de ongeschikte en onbewoonbare woningen, de afkoopsom (i.h.k.v. de uitvoering van de sociale last), …. Deze fondsen kunnen aangewend worden om een decretaal voorkooprecht uit te oefenen of - meer algemeen gronden te verwerven die men dan als gemeente kan ontwikkelen om daarna opnieuw aan te bieden aan bv de Dilbeekse bevolking (volgens eigen toewijzingsregels).
4.2
Operationele doelstelling: voortzetting actieve deelname aan de interlokale vereniging "Regionaal Woonbeleid Noord-West Brabant”
ACTIES: • Deelname aan thematische overlegmomenten van de interlokale vereniging •
4.3
Voorzien van voldoende middelen om lidmaatschap te behouden
Gemeente (HV)
NW
Gemeente (HV)
RWNWB
RWNWB
Gemeente (HV) /
X
Operationele doelstelling: samenwerking woonactoren stimuleren
ACTIES: • Organisatie jaarlijks overlegmoment met het oog op afstemming van de diverse huisvestingsinitiatieven op het grondgebied van Dilbeek (cf. IP-UP)
Jaarlijks
NW
SHM's / SVK / OCMW
•
Thematisch overleg organiseren (bv. over gerechtelijke uithuiszetting) om bepaalde werkprocedures te
Gemeente (HV)
Gemeente (WP) /
optimaliseren. Indien relevant kunnen ook privé-initiatiefnemers of de politie op deze overlegmomenten
SHM's / SVK /
uitgenodigd worden.
OCMW / RWNWB /
NW
politie
4.4
Operationele doelstelling: klantvriendelijke dienstverlening naar de bevolking verbeteren/optimaliseren
ACTIES: • Verstrekken van basisinformatie over de gemeentelijke, provinciale en gewestelijke huisvestingspremies,
Gemeente (HV)
huuraangelegenheden en actuele beleidsmaatregelen inzake huisvesting
Gemeente (WP),
Continu
NW
Jaarlijks
NW
Continu
NW
Continu
NW
RWNWB
•
Regelmatig burgers informeren over de huisvestingsdienst via gemeentelijke website, infoblad, …
Gemeente (HV)
•
Folders op een toegankelijke manier ter beschikking stellen van de inwoners
Gemeente (HV)
RWNWB / Gemeente (WP) / OCMW
•
Aanbieden van actuele informatie via de gemeentelijke website en via het digitaal sociaal huis
Gemeente (HV)
•
Opmaak artikels over nieuwigheden inzake wonen voor gemeentelijk infoblad
Gemeente (HV)
•
Organiseren thematische infocampagnes voor de inwoners (bv infomoment dakisolatie, woon/welzijnsbeurs)
Gemeente (HV)
Gemeente (WP)
NW RWNWB /
Jaarlijks
X
Gemeente (ML / WP) •
Registratie van de woonvragen door de loketbediende
Gemeente (HV)
•
De sociaal zwakkeren ondersteunen in hun zoektocht naar een aangepaste, betaalbare woning:
Gemeente (HV)
-
toeleiding cliënteel naar sociale huisvesting (sociaal woonaanbod via SHM’s en SVK)
-
begeleiden en sensibiliseren van zwakke doelgroepen met woonproblemen
NW OCMW / RWNWB
Continu
NW
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013 11
•
Intensieve samenwerking en regelmatig overleg tussen gemeentelijke diensten (HV / WP) en OCMW organiseren
Gemeente (HV)
Gemeente (WP) /
NW
OCMW
4.5
Operationele doelstelling: oprichten van een gemeentelijke woonraad
ACTIES: • Oprichten van een woonraad
Gemeente (HV)
Gemeente (WP) /
2014
NW
Jaarlijks
NW
SHM's / SVK / OCMW / RWNWB •
Opvolgen en regelmatig bijsturen van het gemeentelijk woonbeleid en regelmatig (2 keer per jaar) het woonplan evalueren en bijsturen
Gemeente (HV)
Gemeente (WP) / SHM's / SVK / OCMW / RWNWB
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013 12
1.
ALGEMENE BESCHRIJVING VAN DE GEMEENTE DILBEEK
De gemeente Dilbeek is gelegen ten westen van Brussel en aan de rand van het groene Pajottenland. Naast Brussel grenst Dilbeek ook aan de gemeenten Asse, Ternat, Lennik en SintPieters-Leeuw. Dilbeek bestaat uit zes deelgemeenten met elk een eigen karakter. In 1977 groeide Dilbeek uit Dilbeek, Groot-Bijgaarden, Itterbeek, Schepdaal, Sint-Martens-Bodegem en Sint-UlriksKapelle een onafscheidelijk geheel. Dilbeek maakt deel uit van het administratief arrondissement Halle-Vilvoorde, van het gerechtelijk arrondissement Brussel en van het gerechtelijk kanton Lennik. Met meer dan 40.000 inwoners is Dilbeek, na Leuven en Vilvoorde, de derde grootste gemeente van Vlaams-Brabant.
BIJLAGE OMGEVINGSANALYSE
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
13
2.
BESTAANDE DIENSTVERLENING EN WOONACTOREN
2.1
Bestaande dienstverlening m.b.t. wonen van gemeente en OCMW
Sector Gemeentelijke Ontwikkeling Gemeente Dilbeek
Coördinator: Mieke Verschaffel
gemeentelijke subsidies
niet-medisch minder mobielen vervoer via de vervoerdienst
techno-preventief advies
burenbemiddeling
fiets graveren
vrijwilligerswerk
inlichtingen en doorverwijzing in functie van welzijnsvragen
Diensthoofd: Marrit Volckaert tel: 02/568.00.40
[email protected]
•
Dienst ruimtelijke ordening De dienst ruimtelijke ordening groepeert een aantal activiteiten die verband houden met het ruimtelijk beleid van de gemeente.
OCMW Dilbeek
Dit betekent onder meer dat de dienst instaat voor:
het meewerken aan de beleidsplanning op het vlak van ruimtelijke ordening en
•
Dienst “sociale bijstand”
mobiliteit (gemeentelijk ruimtelijk structuurplan, mobiliteitsplan, Ruimtelijk
In het OCMW is er geen specifieke dienst m.b.t. wonen aanwezig. Steunmaatregelen m.b.t.
Uitvoeringsplan (RUP), verkeersinrichting, masterplan…)
wonen zijn verspreid onder de dienst “sociale bijstand”.
de administratieve afhandeling van de stedenbouwkundige dossiers en
Afdelingsverantwoordelijke: Marleen Vanlaethem
verkavelingsdossiers
tel 02/568.09.12
de behandeling van diverse aanvragen die verband houden met het gebruik van de ruimte
•
Dienst “seniorenzorg” Daarnaast is er ook nog de dienst “seniorenzorg” die zich onder andere specifiek bezig houdt met
Diensthoofd: Laurent Coppens
woonvoorzieningen voor bejaarden.
Huisvestingsambtenaar: Linda De Vriendt
Hoofdmaatschappelijk werkster: Ann Vermoesen
tel: 02/451.68.70
tel 02/568.07.10
[email protected] •
Dienst Milieu Bij Milieu kan u voor onder meer volgende zaken terecht:
Milieuklachten / Milieuvergunningen / Natuurvergunningen / Bodemattesten
Energiepremies
Subsidie op hemelwaterinstallatie
Duurzaamheidsbeleid
Landschapsbeheer
Diensthoofd: Sen Verdievel Duurzaamheidsambtenaar: tel: 02/451.68.80
[email protected]
2.2
Woonactoren werkzaam op het grondgebied van Dilbeek
2.2.1
Sociale huisvestingsmaatschappij (SHM)
Op het grondgebied van de gemeente Dilbeek zijn er twee sociale huisvestingsmaatschappijen werkzaam: C.V.B.A. Providentia en de Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting. C.V.B.A. Providentia Tot de activiteiten van Providentia horen onder andere het verkopen en verhuren van sociale woningen, het oprichten van sociale verkavelingen, het uitvoeren van renovaties en grote onderhoudswerken aan het bestaande huurpatrimonium, het toekennen van sociale leningen, het aankopen van grond en het uitvoeren van bouwprojecten. Contactgegevens Providentia:
Sector Burger & Welzijn
Brusselsesteenweg 191
•
02/452 72 43
Dienst Welzijn en Preventie Op de dienst welzijn en preventie kan men terecht voor:
pensioenaanvragen
steun aan personen met een handicap
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
1730 Asse
[email protected]
14
Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting Sinds de fusie in mei 2009 met de Brabantse huisvestingsmaatschappij behoren alle gemeenten
Contactgegevens VLABINVEST:
van het arrondissement Halle-Vilvoorde tot het werkgebied van de Gewestelijke Maatschappij voor
Koloniënstraat 40
Volkshuisvesting. De maatschappij biedt sociale leningen en sociale koopwoningen aan en heeft ook
1000 Brussel
een aantal sociale huurwoningen in portefeuille.
02/505 45 16
[email protected]
Contactgegevens Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting: Bezemstraat, 83 bus 131 1600 St. Pieters Leeuw
2.2.4
Intercommunale Haviland
02/371 03 30
[email protected]
De intercommunale Haviland is een dienstverlenend intergemeentelijk samenwerkingsverband voor
Bijkantoor Ternat (waar geïnteresseerden uitsluitend terecht kunnen voor vragen omtrent sociale
streekontwikkeling opgericht in 1965 door alle 35 gemeenten van het arrondissement Halle-
leningen en sociale koopwoningen):
Vilvoorde en door de provincie Vlaams-Brabant.
Brusselstraat 24/1
De drie voornaamste activiteiten van de intercommunale situeren zich in:
1740 Ternat
-
02/582 41 27
[email protected]
het realiseren van verkavelingen en het bouwen van appartementen en woningen in het kader van het sociale huisvestingsbeleid binnen Halle-Vilvoorde.
-
de aanleg, oprichting en beheer van bedrijventerreinen, kantoorgebouwen en commerciële panden als bijdrage tot de economische ontwikkeling van de regio.
2.2.2
Sociaal verhuurkantoor RSVK De Woonkoepel V.Z.W.
-
het initiëren, coördineren en realiseren van een afvalpreventiebeleid, afvalinzameling en afvalverwerking.
Daarnaast biedt de intercommunale nog andere diensten aan. In de gemeente Dilbeek is het regionaal sociaal verhuurkantoor “De Woonkoepel V.Z.W.” actief. Dit sociaal verhuurkantoor heeft als werkingsgebied de gemeenten Ternat, Dilbeek en Lennik. Het
Contactgegevens Intercommunale Haviland:
verhuurkantoor heeft tot doel betaalbare en comfortabele huisvesting te verschaffen aan personen
Brusselsesteenweg 617
en gezinnen die door hun maatschappelijke situatie geen of weinig kans hebben om op de bestaande
1731 Zellik
huisvestingsmarkt aan bod te komen. Het SVK houdt in haar toewijzingssysteem achtereenvolgens
02/466 51 00
rekening met de rationele bezetting van de woning, de absolute voorrangsregels, het puntensysteem
[email protected]
en tenslotte de chronologische volgorde van inschrijvingen in het inschrijvingsregister. In 2012 werd de werking van Haviland sterk gereduceerd en zij ontwikkelen geen eigen Contactgegevens RSVK De Woonkoepel vzw:
(bouw)projecten meer. Bestaande of op te starten projecten zullen vermoedelijk worden
Statiestraat 156
overgedragen aan de sociale huisvestingsmaatschappij of een andere woonactor.
1740 Ternat 02/568 09 96
[email protected]
2.2.3
Vlabinvest
Via Vlabinvest kan men – indien men voldoet aan de voorwaarden – aanspraak maken op een woning/grond. Vlabinvest richt zich tot personen en gezinnen met een klein tot middelgroot inkomen en is werkzaam in alle gemeenten van het arrondissement Halle-Vilvoorde, alsook de gemeenten Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren van het arrondissement Leuven. Het fonds tracht, onder de slogan “betaalbaar wonen in de Vlaamse rand rond Brussel” gezinnen betaalbare woongelegenheden aan te bieden, opdat deze gezinnen in de buurt waar men opgegroeid is, zouden kunnen blijven wonen. Sinds de decreetswijziging van 23/12/2011 worden Vlabinvest-woningen ook aanzien als sociale woningen en tellen deze dus mee voor het behalen van het BSO (zie verder). Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
15
HUIDIG LOKAAL BELEID EN WOONOVERLEG
3.
We proberen de verstedelijkingsdruk die op Dilbeek vanuit het Brussels grootstedelijk gebied uitgeoefend wordt, te beheersen.
3.1
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS)
De kernen in buitengebied worden versterkt voor wonen, werken en voorzieningen in functie van de lokale gemeenschap.
Een ruimtelijk structuurplan is een beleidsdocument. Met een structuurplan maakt men afspraken
de ruimtelijke ontwikkelingskansen voor lokale werkgelegenheid in het gedrang te brengen.
over het ruimtegebruik in de gemeente. Ruimte die nodig is voor woningen, sport, recreatie, wegeninfrastructuur en natuur. De beschikbare ruimte is echter beperkt en er zijn veel verschillende
De (boven)lokale economische potenties in de stedelijke sfeer worden geoptimaliseerd zonder
We streven naar de inrichting van kwalitatieve stationsomgevingen op maat van de kernen.
belangen en meningen over het gebruik van die ruimte. Het structuurplan tekent een visie uit voor
De open ruimte, met en in functie van een leefbare agrarische structuur, wordt beschermd.
de toekomst van de gemeente en geeft aan welke activiteiten waar kunnen plaatsvinden.
We versterken de natuurlijke structuur.
Het GRS wordt opgebouwd rond drie decretaal vastgelegde onderdelen met telkens een
We werken aan een mobiel en verkeersveilig Dilbeek.
verschillende juridische draagwijdte:
Er is ruimte voor recreatieve infrastructuur op maat van de kernen en de behoeften van de
kenmerken van de gemeente op alle vlakken (wonen, werken, verkeer, sport, openbaar vervoer, natuur, landschap, …), met daarbij telkens de vastgestelde problemen en met
bevolking
een informatief deel met een opsomming van alle bestaande eigenschappen, structuren en
en in de volgende ruimtelijke concepten Stedelijke sfeer versus buitengebied:
prognoses van de bevolkingsgroei en de behoefte aan bijkomende woningen, bedrijven,
een gedifferentieerde aanpak met respect
recreatievoorzieningen enz. ;
voor gebiedsspecifieke karakteristieken
een richtinggevend deel met een voorstel van toekomstige ontwikkeling van de gemeente voor alle sectoren en delen van de gemeente, waarbij als algemene regel geldt dat
Specifiek voor de nederzettingsstructuur in Dilbeek komen volgende aanbevelingen in het
geprobeerd wordt om de problemen op te lossen of weg te werken, en de kansen en troeven
richtinggevende gedeelte naar voor.
van de gemeente extra in de verf te zetten.
De gewenste nederzettingsstructuur geeft invulling aan de tweeledige beleidsmatige benadering
een bindend deel met beleidsmaatregelen. Dit is het “huiswerk” voor de gemeente: een reeks
tussen de stedelijke sfeer en het buitengebied. De gemeente zal vooral de lokale rol van de kernen
concrete acties die een begin zijn om van Dilbeek de gemeente te maken zoals ze beschreven
in functie van de opvang, het onderhoud en de ontwikkeling van de eigen bevolking, ondersteunen.
wordt in de toekomstvisie.
In de stedelijke sfeer weegt men permanent nieuwe ontwikkelingen af tegen het behoud van de open ruimte en van de landschappelijke kwaliteiten.
Het ruimtelijk beleid wordt uitgewerkt op drie beleidsniveaus, zo is dat in de Vlaamse Codex op de
De gemeente nuanceert de hiërarchie van kernen die in het RSVB vastgelegd werd, door de kern
Ruimtelijke ordening voorzien. Het decreet voorziet dat zowel het Vlaams gewest, als de provincies
van Sint-Anna-Pede aan te duiden als traditionele landelijke kern.
en de gemeenten een ruimtelijk structuurplan, uitvoeringsplannen en verordeningen maken. Het
De gemeente zet in op het geven van waarborgen voor een kwalitatieve woonomgeving, zowel voor
gemeentelijk ruimtelijk structuurplan voor Dilbeek moet zich dan ook richten naar het Ruimtelijk
de huidige als voor nieuwe bewoners. De aandachtspunten hiervoor zijn: kernversterking, de groene
Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB)
vingers in de kernen, het sociaal woonbeleid en betaalbaar wonen, en aandacht voor het markant
en de gemeente moet haar beleid ontwikkelen binnen de grenzen die door de hogere plannen
erfgoed.
gesteld zijn.
Om in de toekomst voor een voldoende woonaanbod te kunnen zorgen, zal het nodig zijn om een
Zo bepaalt het RSV dat de kernen van Dilbeek en Groot-Bijgaarden behoren tot het Vlaams
aantal woonuitbreidingsgebieden in of aanleunend bij de stedelijke sfeer aan te snijden. De
strategisch gebied rond Brussel (VSGB). Omwille van de sterke verweving tussen verstedelijkte
ontwikkeling van deze gebieden moet gebeuren met respect voor de open ruimtekwaliteiten en de
gebieden en de omringende waardevolle open ruimte, zijn voor Dilbeek en Groot-Bijgaarden geen
woonkwaliteit in de omliggende woongebieden. In het buitengebied kan -op basis van de huidige
grootschalige uitbreidingen van woningaanbod of bedrijvigheid opportuun. Verder behoort het
prognoses- aan de woonbehoefte voldaan worden door de nog beschikbare bouwloten in de woon-
grondgebied van de gemeente tot het buitengebied.
gebieden te ontwikkelen en op de markt te brengen.
Het RSVB heeft (binnen de grenzen van het RSV) een hiërarchie van de kernen opgesteld. Het RSVB
Bijzondere aandacht op vlak van wonen gaat verder nog naar de seniorenhuisvesting, de
selecteert Wolsem, Bettendries, Itterbeek, Schepdaal, Sint-Martens-Bodegem en Sint-Ulriks-Kapelle
bescherming en mogelijkheden van het (meestal zonevreemd gelegen) markant erfgoed (kloosters,
bindend als woonkernen. De kern Sint-Gertrudis-Pede wordt weerhouden als kern in het
oude hoeves, …) en de aanpak van zonevreemde woningen.
buitengebied. Op provinciaal niveau werd ook een wegenhiërarchie uitgewerkt en werden er standpunten ingenomen in verband met bovengemeentelijke recreatieve voorzieningen. Uit het beschrijvend, informatief gedeelte van het GRS Dilbeek concludeert men dat de gewenste ruimtelijke ontwikkeling voor Dilbeek zich dient te vertalen in volgende basisdoelstellingen ……
We voeren een specifiek beleid in de stedelijke sfeer en in het buitengebied.
We bouwen Dilbeek verder uit als aangename woonomgeving voor de eigen bevolking.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
16
3.2
Algemeen Beleidsprogramma 2008-2012
Operationele doelstelling 12: Onderzoek en opzet van nood aan en mogelijkheden naar kortverblijf en nachtopvang Acties:
Strategische doelstelling 1: Veilige en geborgen gemeente
•
Operationele doelstelling 1.1: Huisvesting: verbeteren en vergroten aanbod
plannen
Acties: •
Uitwerken woonbeleid voor doelgroepen (ouderen, jongeren, …)
-
onderzoek afzonderlijke huisvestingsdienst
-
realisatie gem. grondbeleid door oprichting grondfonds en toewijzingsreglement
•
samenwerkingsverband lokaal woonbeleid
sociale woningen voorzien -
aanbod kwaliteitsvolle huurwoningen verhogen
-
voldoende oppervlakte reserveren voor sociale bouwprojecten (cfr. structuurplan)
•
•
•
Uitwerken woonbeleid -
Oog voor veiligheid bij inrichting verkavelingen
-
veilige inrichting openbare ruimte
Leegstand en verkrotting tegengaan -
Zoeken naar goede detectiemogelijkheden, inventarisatie en
senioren Operationele doelstelling 13: Uitbouwen van een positieve beeldvorming rond wonen in rust- en verzorgingstehuizen Acties: • •
Interacties van het seniorencentrum met de buitenwereld verruimen via samenwerking met andere organisaties (tentoonstellingen, scholen…)
Operationele doelstelling 15: Privacy en comfort in eigen instelling verhogen Acties: •
Uitbreiden van het aantal eenpersoonskamers.
•
Inspelen op nieuwe eisen naar comfort (koelkast op de kamer, flexibiliteit gebruik van maaltijden,…)
Woningkwaliteit garanderen -
Inventariseren van ongeschikte en onbewoonbare woningen en kamers
Strategische doelstelling 3: Sociale gemeenschap Operationele doelstelling 3.3: Aandacht voor doelgroepen Acties: •
Het organiseren van een jaarlijkse open-deurdag binnen het OCMW. Onderzoeken of dit ook binnen de gemeente opportuun, mogelijk is.
bestraffingsmethoden •
Uitbreiding van mogelijkheden tot kortverblijf in eigen instelling.
Strategische doelstelling 6: Uitbouwen van een kwaliteitsvolle residentiële zorg voor
veilige woonomgeving -
Detectie van noden + opvangmogelijkheden (Dilbeek, regio) cfr zorgstrategische
Noodopvang -
Aanpassen noodopvang aan huidige normen
-
Onderzoek uitbreiding noodopvang (ook gelijkvloers voor niet mobiele
Strategische doelstelling 9: Waarborgen van het recht op wonen voor iedereen Operationele doelstelling 19: Onderzoek naar mogelijkheden van sturend beleid Acties: •
Onderzoek naar samenwerking met andere actoren op de markt (bv. Intercommunale Haviland) Noodopvang
•
Aanwending van de vertegenwoordiging van het lokaal bestuur in de sociale huisvestingsmaatschappijen om: -
gebruikers
te ijveren voor het opdrijven van het aantal sociale woningen (tot het Vlaams gemiddelde)
-
de verspreiding van het aantal sociale woningen over de verschillende deelgemeenten te bewerkstelligen
3.3
-
Lokaal Sociaal Beleidsplan 2008-2013
te streven naar voldoende ‘aangepaste’ woningen binnen het pakket van sociale woningen
Strategische doelstelling 5: Senioren zo lang mogelijk in hun eigen milieu laten wonen Operationele doelstelling 11: Werking van het seniorencentrum Breugheldal verder uitbouwen op basis van de behoeften en noden van de bevolking
•
sociaal beleidsplan gelet op de aanwezigheid van alle betrokken actoren •
In samenwerking met C.G.G. Passant permanentie opzetten in het seniorencentrum voor psychologische begeleiding van senioren
•
Aanbod van service flats verruimen
•
Onderzoeken of er werk kan gemaakt worden van antenneposten van het
Opstellen van inventaris van gronden, eigendommen van gemeente, OCMW, kerkfabrieken en van leegstand
Acties: •
Verder zetten van de werking van de werkgroep huisvesting van het lokaal
Operationele doelstelling 20: Verderzetten van de samenwerking van de lokale overheid met actoren werkzaam op het vlak van huisvesting Acties: •
dienstencentrum Breugheldal in de verschillende deelgemeenten.
Het OCMW blijft lid van de huurdersbond: gerichte doorverwijzing van individuele vragen
•
Verdere samenwerking met het regionaal sociaal verhuurkantoor, De Woonkoepel
• Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
Gesprekken aangaan met de privé-markt 17
Strategische doelstelling 10: Bestaande dienstverlening toegankelijk maken, evalueren, bijsturen Operationele doelstelling 22: Inventariseren van bestaande dienstverlening, alle premies betreffende huisvesting en ter beschikking stellen van professionelen en individuele gebruikers (cfr. Sociaal Huis)
3.5
Instrumenten ter verbetering van de woningkwaliteit
3.5.1
Leegstandsheffing
De strijd tegen de leegstand en verkrotting van onroerende goederen werd ingezet met het Decreet van 22/12/1995 (houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996), laatst gewijzigd bij
Acties: •
Overzicht van premies, diensten... digitaal en via brochure verspreiden
Decreet van 8 juli 1996 en Besluit van 2 april 1996 en 15 juli 1997. Tot voor kort was dit een
•
Actualiseren van de informatie, aansluitend de doelgroep informeren
gewestelijke bevoegdheid.
Operationele doelstelling 23: Evaluatie van bestaande premiestelsels Acties: •
Welke premies worden aangevraagd / toegekend / is er nood aan aanpassing van de voorwaarden
•
Onderzoek naar een uitbreiding van premies voor aanpassingen en/of
In het Decreet Grond- en Pandenbeleid is voorzien dat elke gemeente verplicht een leegstandsregister moet bijhouden. De gemeenteraden zijn bovendien gemachtigd tot het heffen van een leegstandsheffing op gebouwen en woningen die opgenomen zijn in dat leegstandsregister. Dilbeek maakt hier werk van door actief de leegstand op te sporen en te belasten.
verbouwingen aan de woning •
Onderzoek naar voorwaarden van huursubsidies (Vlaamse overheid),
3.5.2
Gemeentelijke premies
mogelijkheden om lokale subsidies te voorzien De gemeente Dilbeek beschikt over een aantal gemeentelijke premies die betrekking hebben op
3.4
Seniorenbeleidsplan (voorstel) oktober 2011
wonen:
Strategische doelstelling: “Bouwstenen voor een seniorvriendelijk Dilbeek” Doelstelling 6. Huisvesting, energie, milieu samen met bouwsector en RO: Dilbeek promoot aangepaste en ecologische huisvesting voor zijn senioren! Acties:
premie voor hemelwatergebruik en infiltratievoorziening
premie voor een zonneboiler
premie voor zonnepanelen
premie voor het plaatsen van een geothermische warmtepomp
premie voor superisolerende beglazing
premie voor het uitvoeren van een energie-audit
premie voor het plaatsen van een condensatieketel op aardgas (enkel voor beschermde
•
Adviesverstrekking en hulp gericht op het aanpassen van de woning.
•
Aanpassing van bouwvoorschriften m.b.t. bevordering van levenslang wonen
Deze worden besproken onder 4.2.8
(o.a. breedte van deuren, dorpels, schakelaars….). •
Daarnaast keurde de gemeenteraad ook een reglement goed waardoor een bepaalde doelgroep
Alle openbare gebouwen veilig en toegankelijk maken.
•
aanspraak kan maken op een gemeentelijke huursubsidie (cf. 4.4.1).
Concrete hulp in de verschillende deelkernen ( klusjesdienst, maaltijden,
• •
gemeentelijke huursubsidie
boodschappen dienst, PWA... ).
Ten slotte kan men bij de dienst Welzijn en Preventie terecht voor gratis advies over de
Kangoeroewoningen, intergenerationele bouwprojecten, assistentiewoningen,
inbraakveiligheid van uw woning. Aan dit advies wordt ook een gemeentelijke inbraakpremie
serviceflats gespreid over de gemeente.
gekoppeld (cf. 4.2.8).
Stimuleren van concrete energiebesparende toepassingen.
Doelstelling 7. Voldoende sociale voorzieningen, individuele, maatschappelijke en toegankelijke dienstverlening en zorg: Dilbeek is een sociale gemeente en is bezorgd voor zijn senioren! Acties: •
Senioren betrekken bij het beleid in ouderenvoorzieningen (overleg).
•
Aanbod specifieke zorg (kortverblijf, dagopvang, nachtzorg, palliatieve zorgen..).
•
Verwezenlijking kwalitatieve hulpverlening bij verantwoorde thuiszorg en zorgvernieuwing.
•
afnemers)
Ondersteuning problematiek mantelzorg.
•
Aandacht voor verborgen armoede: informeren en communiceren.
•
Aandacht voor zwakkeren en kansarmen: verantwoorde, goed gerichte en
Steunmaatregelen en diensten m.b.t. wonen, georganiseerd vanuit het OCMW.
3.6
Via het OCMW kan men onder bepaalde voorwaarden beroep doen op een aantal (financiële) steunmaatregelen:
Leefloon, equivalent leefloon en aanvullende financiële steunverlening (huurwaarborg, installatiepremie voor daklozen, huurtoelage,…) Contactpersoon: Mevr. De Wit 02/568.09.34
gecoördineerde hulpverlening. •
Samenwerking tussen woonzorgcentra.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
18
De Provincie Vlaams-Brabant neemt daarbovenop nog een aanzienlijk percentage van de loonkost
stookoliefonds verwarmingstoelage
voor zijn rekening. Het gezamenlijk aandeel ten laste van de gemeentebegrotingen van de
Administratief gebouw OCMW
deelnemende gemeenten in de totale kosten van het project bedraagt minstens 25% met dien
Itterbeeksebaan 210
verstande dat elke deelnemende gemeente bijdraagt in de kosten van het project.
1701 Itterbeek
Dinsdagvoormiddag: van 9u30 tot 11u30
De subsidie wordt toegekend voor een periode van 3 jaar. De subsidiëringperiode kan hierna voor 3
Donderdagavond: van 18u00 tot 20u00
jaar verlengd worden, mits men deze verlenging op tijd aanvraagt. Daarna kan er nogmaals een
budgetmeter - Oplaadpunt budgetmeter 1.
Administratief gebouw OCMW
verlenging zijn voor 3 jaar, maar dan bedraagt de subsidie maar de helft van de oorspronkelijke subsidie.
Itterbeeksebaan 210
2.
1701 Itterbeek
Om in aanmerking te komen voor een subsidie moeten de projecten uitgevoerd worden met het oog
Maandag tot vrijdag: Van 9u00 tot 12u00 en van 14u00 tot 16u00.
op de realisatie van elk van de volgende doelstellingen:
Donderdagavond: van 18u00 tot 20u00
het ontwikkelen van een gemeentelijke beleidsvisie op het vlak van wonen
Welzijn en preventie (nieuw sinds 01/04/2012):
het organiseren van het woonoverleg
De Heetveldelaan 10
het uitbouwen van een klantgerichte dienstverlening aan de burger (bv. één infopunt voor alles
1700 Dilbeek
over wonen)
Maandag tot vrijdag: Van 9u00 tot 12u00
het verbeteren van de kwaliteit van het woningpatrimonium en de woonomgeving
Woensdagnamiddag: Van 14u00 tot 16u00
aandacht voor sociaal, maar ook voor betaalbaar wonen
Donderdagavond: Van 18u00 tot 20u00
seniorenhuisvesting
Voor de realisatie van deze doelstellingen moeten er 5 activiteiten opgenomen worden in het project
Contactpersoon: Mevr. Vermoesen
(3 verplicht en 2 te kiezen), dit zijn eigenlijk de subsidiabele activiteiten.
02/568.07.23
Op 24 oktober 2007 organiseerde 3Wplus (toen Opbouwwerk Haviland) in het PIVO een infoavond
Noodopvang Contactpersoon: Mevr. Van Cutsem
rond het nieuwe subsidiebesluit van de Vlaamse regering voor projecten lokaal woonbeleid. Er waren 41 personen aanwezig uit de verschillende gemeenten van Halle-Vilvoorde.
02/568.09.32
Lokaal Opvang Initiatief (LOI)
Woonbeleid Noord-West Brabant
Contactpersoon: Mevr. Meremans 02/568.09.20 Deze diensten worden ook verder in de tekst besproken.
In december 2007 is er een subsidiedossier ingediend met 7 actoren. Dit werkingsgebied Noord-West Brabant met de gemeenten Asse, Dilbeek, Kapelle-op-den-Bos, Londerzeel, Meise en Opwijk gaf recht op een subsidie voor 6,5 voltijds equivalenten.
3.7
Intergemeentelijke vereniging “Regionaal woonbeleid Noord-West Brabant”
De Vlaamse regering wil gemeenten stimuleren, begeleiden en ondersteunen om de taak als regisseur van het lokaal woonbeleid echt op te nemen met alle publieke en private woonactoren. Daartoe heeft de Vlaamse Regering een nieuw subsidiekader voor projecten in verband met lokaal woonbeleid goedgekeurd. Met dit subsidiekader wil men de gemeenten aanzetten om een woonbeleid te voeren dat overdacht en overlegd is en strookt met de principes uit de Wooncode. Projecten met een werkingsgebied met minstens 2 gemeenten komen in aanmerking en hierbij wordt prioriteit gegeven aan het stimuleren van intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Vlaanderen neemt 50% van de personeelskosten per project op zich. Afhankelijk van het aantal huishoudens, aantal gemeenten en aantal kleine gemeenten in het werkingsgebied kan het aantal
Na verschillende overlegmomenten met de deelnemende gemeenten is er een akkoord bereikt over de personeelsformatie: 1 voltijdse coördinator (universitair niveau) 1 medewerker met juridische achtergrond (universitair niveau) 1 medewerker met een opleiding in stedenbouw / master in ruimtelijke planning en stedenbouw (universitair niveau) 3 polyvalente medewerkers voor o.a. bemanning woonloket of advies voor het aanpassen van de woning, … 0.5 medewerker met administratieve achtergrond Dit dossier werd destijds goedgekeurd voor een looptijd van drie jaar. In november 2010 werd ook de verlenging van het woonproject (voor de periode 2011 t/m 2013) goedgekeurd door Vlaams Minister voor Woonbeleid Freya Van den Bossche.
gesubsidieerde personeelsleden variëren. De subsidie voor de werkingskosten bedraagt 25% van de subsidie voor de personeelskosten.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
19
4.
4.1 4.1.1
AANBOD INZAKE WONINGEN: HOEVEELHEID, KWALITEIT EN BETAALBAARHEID
appartementsgebouwen, handelshuizen en tenslotte andersoortige gebouwen (deze laatste categorie
Algemene beschrijving woningaanbod
Tabel 3. Aard van de woningen (1/1/2011)
omvat bijvoorbeeld de industriegebouwen, winkelcentra, kantoorgebouwen, zwembaden,…).
Dilbeek Gebouwen
Aantal woningen en evolutie
absoluut
Tabel 1. Aantal woongelegenheden (op 1/1/200x) 2001 Dilbeek
15.993
2006
2007
16.647
16.757
2008
2009
16.858
16.943
2010
2011
17.096
Totaal IV 53.258 53.749 54.242 54.787 55.327 50.928 RWNWB Vlaams458.010 462.045 466.388 471.228 475.566 440.867 Brabant Vlaams 2.733.692 2.842.588 2.868.361 2.896.677 2.928.158 2.956.628 Gewest Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL.
Index 20012011
Woongelegenheden.
%
absoluut
Gebouwen
%
absoluut
Woongelegenheden %
absoluut
2.831
18,51
2.928
16,94
10.200
19,73
10.482
18,73
Huizen in halfopen bebouwing
4.393
28,73
4.447
25,73
14.019
27,12
14.183
25,34
5.610
36,69
5.637
32,62
18.377
35,55
18.463
32,99
765
5,00
3.631
21,01
2.263
4,38
10.657
19,04
Huizen in open bebouwing, hoeven en kastelen Buildings en appartementsgebouwen
17.281
108,05
55.971
109,90
Handelshuizen
480.398
108,97
Alle andere gebouwen
2.985.366
109,21
Totaal type gebouw
299
1,96
335
1,94
1.184
2,29
1.226
2,19
1.393
9,11
303
1,75
5.654
10,94
960
1,72
15.291
100
17.281
100
51.697
100
55.971
100
Vlaams-Brabant Gebouwen
Vlaams Gewest (tijdens de periode 2001-2011) liggen iets boven deze van Dilbeek.
absoluut
Vlaanderen
Woongelegenheden
%
absoluut
%
Gebouwen absoluut
Woongelegenheden
%
absoluut
%
Huizen in gesloten bebouwing
98.395
22,16
102.265
21,29
643.417
24,84
691.279
23,16
Huizen in halfopen bebouwing
96.949
21,84
97.974
20,39
552.866
21,34
558.251
18,70
172.106
38,77
172.941
36,00
870.939
33,62
876.244
29,35
14.239
3,21
86.642
18,04
103.077
3,98
680.128
22,78
Huizen in open bebouwing, hoeven en kastelen Buildings en appartementsgebouwen
Woningdichtheid
%
Huizen in gesloten bebouwing
De relatieve stijging van het aantal woongelegenheden in de provincie Vlaams-Brabant en in het
4.1.2
Totaal IV RWNWB
De cijfers van de bebouwde oppervlakte hangen meestal nauw samen met die van de
Handelshuizen
11.912
2,68
12.760
2,66
88.996
3,44
94.807
3,18
bevolkingsdichtheid (zie 5.1.2): in meer verstedelijkte gemeenten is zowel het aandeel bebouwde
Alle andere gebouwen
50.321
11,34
7.816
1,63
330.993
12,78
84.657
2,84
443.922
100
480.398
100 2.985.366
100
Totaal type gebouw
oppervlakte als de bevolkingsdichtheid hoger.
100 2.590.288
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL & eigen verwerking.
Tabel 2. Evolutie van het aandeel bebouwde oppervlakte t.o.v. de totale oppervlakte. Totale opp. ha Dilbeek
4.117,64
2001 aantal ha 1.063,03
2006 % 25,82
Totaal IV 19.686,49 4.100,15 20,83 RWNWB Vlaams210.614,58 36.372,77 17,27 Brabant Vlaams 1.352.225,10 224.382,38 16,59 Gewest Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen en eigen verwerking
aantal ha
2011 %
aantal ha
%
Index 20012011
1.111,62
27,00
1.169,24
28,40
109,99
4.358,23
22,14
4.609,33
23,41
112,42
38.585,16
18,32
40.685,93
19,32
111,86
236.173,67
17,47
248.228,28
18,36
110,63
In Dilbeek vormt het percentage open bebouwing het grootste aandeel van het woonpatrimonium. De gemeente volgt daarmee het Vlaams-Brabantse gemiddelde en overstijgt het gewestelijk gemiddelde. Huizen in gesloten en halfopen bebouwing vormen samen net iets minder dan de helft van het woningenbestand.
4.1.4
Verhouding eigenaar/huurder
De cijfers in tabellen 4 en 6 zijn gebaseerd op de sociaal-economische enquête van 2001 (SEE 2001 Dilbeek heeft een totale oppervlakte van 4.118 ha, waarvan ca. 28% is bebouwd (2011). Dat
van het NIS). Er zijn geen recentere cijfers over comfortkenmerken van woningen beschikbaar op
percentage ligt ver boven het Vlaams-Brabantse en het Vlaamse gemiddelde.
gemeentelijk niveau. Niettemin kunnen deze cijfers relatief gezien een goed beeld van de huidige
De evolutie die Dilbeek het laatste decennium heeft doorlopen, is wel minder sterk dan in Vlaams
toestand geven, vermits de cijfers op de huisvestingsmarkt tamelijk stabiel zijn en verschuivingen
Brabant en Vlaanderen. Tien jaar geleden was de gemeente namelijk ook al dichter bebouwd,
meestal erg traag gebeuren. Toch is het via de cijfers van 2001 niet na te gaan hoe groot
vergeleken met de Provincie en het gewest.
bijvoorbeeld de invloed van de verschillende premies (zowel deze op federaal, gewestelijk en gemeentelijk niveau als deze uitgekeerd door de netwerkbeheerder) op het comfortniveau van de woningen geweest kan zijn.
4.1.3
Type woningen Hoge aandelen huurders vinden we gewoonlijk terug in de meer verstedelijkte gemeenten. Het
De volgende tabel geeft de verdeling weer over de aard van de woningen: woningen in gesloten
percentage huurders in Dilbeek is vergelijkbaar met dat in Vlaanderen, maar ligt een stuk hoger dan
bebouwing, in halfopen bebouwing en in open bebouwing (+ hoeven en kastelen) en buildings en
het Vlaams-Brabantse gemiddelde.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
20
Woningen met middelmatig comfort zijn de woningen met badkamer, WC en centrale verwarming. Tabel 4. eigendomsstructuur 2001 (t.o.v. het totaal aantal woningen waarvan de eigendomstitel
Woningen met groot comfort zijn de woningen uitgerust met badkamer, WC, centrale verwarming,
gekend is)
een keuken van 4m² of een geïntegreerde keuken, een telefoon of GSM en een auto. Eigenaars
Dilbeek
% eigenaars
Huurders*
% huurders
Tabel 6. Woningcomfort 2001
10.623
73,14
3.902
26,86
34.960
75,76
11.189
24,24
Arr. Halle-Vilvoorde
158.034
75,40
51.547
24,60
Vlaams-Brabant
293.317
76,49
90.167
23,51
Dilbeek
1.666.840
72,70
625.916
27,30
Totaal IV RWNWB
Totaal IV RWNWB
Vlaams gewest
* Bij het deel huurders worden eveneens de woningen die kosteloos ter beschikking gesteld worden, gerekend. Bron: Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI), FOD economie; sociaal-economische enquête 2001.
Tijdens de nulmeting van 31/12/2007, toegevoegd aan het Decreet Grond- en Pandenbeleid (zie ook
Gemeente
Totaal aantal woningen waarvan comfort gekend % groot comfort is
% klein comfort
% zonder klein comfort
14.499
68,7
14,5
12,9
3,9
46.079
nb
nb
nb
nb
209.515
63,7
13,5
18,2
4,6
385.586
63,5
14,1
17,7
4,7
2.283.714
56,0
14,0
25,0
4,9
Arr. Halle-Vilvoorde Vlaams-Brabant Vlaams gewest
% middelmatig comfort
Bron: Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI), FOD economie; sociaal-economische enquête 2001.
verder) werden er 653 sociale huurwoningen geteld in Dilbeek. Maken we abstractie van het feit dat de cijfers met betrekking tot de eigendomsstructuur dateren
Het procentueel aandeel woningen met klein comfort en zonder klein comfort op het woningbestand
van 2001 en de gegevens van de nulmeting van 2007, dan kunnen we vaststellen dat van de totale
ligt in Dilbeek ver onder het arrondissementeel en provinciaal gemiddelde. Dilbeek lijkt daarmee een
groep huurders ongeveer 17% een sociale huurwoning betrekt. Hoeveel personen van de andere
eerder goed uitgerust woningpatrimonium te hebben. Deze stelling wordt bevestigd door de cijfers
83% daarvan graag sociaal zou willen huren en dan ook daadwerkelijk aanspraak zouden kunnen
m.b.t. het groot comfort. Deze liggen ver boven het Vlaamse gemiddelde.
maken op een sociale huurwoning is uit deze cijfers niet af te leiden. De wachtlijsten voor een sociale huurwoning worden wel besproken onder hoofdstuk 5.3.
Het VRIND-rapport (Vlaamse Regionale Indicatoren) van 2011 toont aan dat het comfortniveau er de voorbije 15 jaar in Vlaanderen sterk op vooruit is gegaan. In 1991 had 14% geen klein comfort, in 2005 was dit nog slechts 3%. Het aandeel woningen met groot comfort is toegenomen van 42%
4.2 4.2.1
in 1991 naar 69% in 2005.
Kwaliteit van het woningaanbod
Om de woonkwaliteit te verbeteren is er de
Comfortindicatoren
renovatiepremie (zie verder), daarnaast heeft de Vlaamse
Tabel 5 geeft een indicatie over de ouderdom van de gebouwen in Dilbeek. In Dilbeek blijkt het
overheid kwaliteitsnormen
percentage oudere gebouwen (voor 1945 opgericht) veel lager dan het Vlaams en provinciaal gemiddelde. Daartegenover staat dat het percentage van de gebouwen opgericht tussen 1962 en 1981 in Dilbeek ruim boven het Vlaamse en provinciale gemiddelde ligt. Deze cijfers geven echter geen beeld over het feit of deze woningen ondertussen reeds werden gerenoveerd of niet.
absoluut
Aantal gebouwen opgericht voor 1945 Absoluut
%
Aantal gebouwen opgericht van 1945 tot 1961 Absoluut
%
Aantal gebouwen opgericht van 1962 tot 1981 Absoluut
%
het
volledige Vlaamse Gewest, maar
het
%
geeft wel een trend weer die ook
in de
gemeenten merkbaar moet zijn.
15.291
3.014
19,71
2.956
19,33
5.236
34,24
4.085
26,72
totaal IV RWNWB
51.697
11.631
22,50
8.360
16,17
17.001
32,89
14.705
28,44
443.922
127.646
28,75
75.082
16,91
127.106
28,63
114.088
25,70
2.590.288
760.256
29,35
405.864
15,67
719.290
27,77
704.878
27,21
Vlaanderen
deze
Naastliggende grafiek geldt voor
Dilbeek
Vlaams-Brabant
Vlaamse Wooncode voorziet woningkwaliteit te waken.
Aantal gebouwen opgericht na 1981 absoluut
woning moet voldoen. De instrumenten om effectief over
Tabel 5. Bouwjaar gebouwen en % t.o.v. totaal woningenbestand, volgens het kadaster (2011). Totaal aantal gebouwen
vastgelegd waaraan iedere
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL
4.2.2
Bron: vrind 2011 - Vlaamse Regionale Indicatoren, hoofdstuk 4, pg 281
Leegstand & verwaarlozing
Tabel 6 toont de comfortcijfers van 2001. Comfort hangt vaak samen met de ouderdom van
Het Vlaams Gewest beschouwde een woning als leegstaand wanneer zij meer dan een jaar niet meer
woningen. Onder de oudere woningen zijn er vaak nog terug te vinden die niet zijn uitgerust met
effectief gebruikt werd.
elementaire comfortelementen zoals een toilet met waterspoeling of badkamer. Bij woningen zonder klein comfort ontbreekt één of beide van de volgende comfortkenmerken: WC met waterspoeling en badkamer. Woningen met klein comfort hebben een badkamer en WC.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
Tabel 7. Leegstaande woningen op de gewestelijke inventaris Leegstand Op de inventaris einde
2002 63
2003 47
2004 45
2005 14
2006 15
2007 16
2008
2009
16
11
Bron : Gemeente Dilbeek
21
4.2.3
Ongeschikt- en onbewoonbaarverklaringen
Op basis van voorgaande tabel kunnen we besluiten dat er tussen 2004 en 2009 een dalende evolutie in het aantal leegstaande woningen op de gewestelijke inventaris heeft plaatsgevonden. In
Wanneer een woning niet aan de opgelegde minimumkwaliteitsnormen van de Vlaamse Wooncode
2009 stonden er nog 11 woningen op de inventaris van leegstaande woningen terwijl dat er begin de
voldoet, kan ze ongeschikt en/of onbewoonbaar verklaard worden. Als een onderzoeker op basis
jaren 2000 nog een 60-tal woningen waren.
van het technisch verslag vaststelt dat een woning vijftien of meer strafpunten telt, kan de woning ongeschikt worden verklaard. Een woning is onbewoonbaar als er een ernstig veiligheids- of
In het Decreet Grond- en Pandenbeleid dd. 27/03/2009 is voorzien dat deze gewestelijke inventaris
gezondheidsrisico is vastgesteld dat verdere bewoning uitsluit zolang het veiligheids- of
van leegstand overgedragen wordt naar de gemeenten. Elke gemeente is sinds begin oktober 2010
gezondheidsrisico niet is verholpen.
verplicht een leegstandsregister bij te houden. Een woning of gebouw wordt nu als leegstaand beschouwd wanneer meer dan de helft van de totale vloeroppervlakte gedurende een termijn van
De regelgeving voorziet twee procedures. De administratieve procedure houdt in dat de
ten minste twaalf opeenvolgende maanden niet aangewend wordt in overeenstemming met haar
burgemeester na onderzoek en advies van het Vlaams Gewest een woning ongeschikt of
functie (cf. art. 2.2.6 § 3 DGP). De gemeenteraden zijn bovendien gemachtigd tot het invoeren van
onbewoonbaar kan laten verklaren, dit op initiatief van elke belanghebbende. Elke ongeschikt of
een leegstandsheffing.
onbewoonbaar verklaarde woning wordt opgenomen op de heffingsinventaris.
De gemeente Dilbeek is van plan de leegstandsproblematiek in de gemeente op een grondige manier
De procedure verloopt in 3 stappen:
aan te pakken. Zo heeft de gemeente de intentie om het gemeentelijk leegstandsregister actief bij
1° Er wordt een vooronderzoek gevoerd door de gemeente.
te houden en ook een belasting heffen op leegstaande panden. Hiertoe keurde de gemeenteraad het
2° Er wordt een technisch verslag opgemaakt door Wonen Vlaanderen.
gemeentelijk reglement leegstand en leegstandsheffing goed (goedgekeurd door de gemeenteraad
3° Het besluit wordt genomen.
op 27 april 2010 en aangepast door de gemeenteraad op 22 juni 2010). Ondertussen stonden er
Naast de administratieve procedure kan ook een strafrechtelijke procedure worden ingezet wanneer
einde 2011 54 panden op het register.
ongeschikt of onbewoonbaar verklaarde woningen verder worden verhuurd. De Vlaamse wooninspectie kan in dit geval optreden om de wantoestanden te bestrijden.
Tabel 8. Leegstaande woningen op het gemeentelijk register Leegstand Op het register einde
2010
2011
72
54
Tabel 11. Ongeschikte en onbewoonbare woningen Ongeschikt- en onbewoonbaarheid
Bron : Gemeente Dilbeek
Op de inventaris einde
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
7
9
11
15
15
22
39
17
16
40
Bron : Gemeente Dilbeek
Een woning is verwaarloosd wanneer ze ernstige, zichtbare en storende gebreken of tekenen van verval vertoont aan bijvoorbeeld buitenmuren, voegwerk, schoorstenen, dakbedekking, dakgebinte,
Op basis van vorige tabel kan men vaststellen dat er eind 2011 40 woningen op de inventaris van
buitenschrijnwerk, kroonlijst of dakgoten1. De verwaarlozing wordt aan de hand van een uitwendig
ongeschikte en onbewoonbare woningen stonden. Sinds 2002 is er een vrijwel constante stijging
onderzoek van de woning vastgesteld.
waar te nemen in het aantal ongeschikte en onbewoonbare woningen.
Tabel 9. Verwaarloosde woningen Verwaarlozing Op de inventaris einde
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
23
20
19
13
10
10
11
8
8
8
4.2.4
Conformiteitsattesten (huurwoningen)
Bron : Gemeente Dilbeek
Een conformiteitsattest is een officieel document waaruit blijkt dat de woning voldoet aan de Op basis van voorgaande tabel kunnen we besluiten dat er eind 2011 8 woningen op de inventaris
opgelegde gewestelijke woonnormen. Het is niet verplicht bij het verhuren van een woning. Het
van verwaarloosde woningen stonden. De toestand is dus verbeterd ten opzichte van 2002, toen er
attest wordt door de verhuurder aangevraagd bij de gemeente en is tien jaar geldig, ook na
nog 23 woningen geïnventariseerd waren als verwaarloosd.
overdracht van het zakelijk recht.
Tabel 10 geeft een beeld van het aantal woningen dat zowel op de inventaris leegstand als op de
In het kader van de huursubsidie kan ook de gewestelijke ambtenaar (van Wonen-Vlaanderen) een
inventaris verwaarlozing staat. Eind 2011 was er in Dilbeek geen enkele woning tegelijkertijd
conformiteitsattest afleveren.
geïnventariseerd als leegstaand én als verwaarloosd. In Dilbeek werd het conformiteitsattest tot nog toe slechts eenmaal aangevraagd door SVK De Woonkoepel (in mei 2010).
Tabel 10. Leegstaande en verwaarloosde woningen Leegstand en verwaarlozing Op de inventaris einde
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
19
16
15
8
7
8
8
11
/
/
Bron : Gemeente Dilbeek
1
art. 29, Decreet houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
22
3) gevelwerkzaamheden: het metselen van een nieuw buitenspouwblad in gevelsteen, het aanbrengen van een gevelbekleding of -bepleistering, het
4.2.5
Gegevens renovatie
aanbrengen van een gevelisolatie en het vernieuwen van het voegwerk, al dan niet gepaard met gevelreiniging;
VAP: Vlaamse verbeterings- en aanpassingspremie Beschrijving:
4) het behandelen van optrekkend muurvocht: het bestrijden van optrekkend
Als men aan een woning verbeterings- of aanpassingswerken uitvoert, kan men in
vocht in binnen- en buitenmuren door middel van onderkapping, de plaatsing
aanmerking komen voor een verbeterings- en aanpassingspremie.
van een waterkerende laag of de injectie of diffusie van waterdichtende
Aanvraagvoorwaarden: Voor 2012 gelden volgende voorwaarden: -
-
middelen. De herstelling van muurvoeten als gevolg van die werkzaamheden
De renovatiepremie kan aangevraagd worden door de bewoner of de verhuurder
wordt eveneens in aanmerking genomen;
van een woning.
5) de plaatsing of aanpassing van een sanitaire installatie
De bewoner is de meerderjarige particulier, en in voorkomend geval de persoon
6) de gehele of gedeeltelijke vernieuwing van de elektrische huisinstallatie. De
met wie hij gehuwd is of wettelijk of feitelijk samenwoont, die de woning waarop
conformiteit van de installatie met het Algemeen Reglement op de Elektrische
de aanvraag betrekking heeft op de aanvraagdatum zelf bewoont op grond van
Installaties moet aangetoond worden met een attest van een erkend
een zakelijk recht.
keuringsorgaan;
De verhuurder is de meerderjarige particulier, en in voorkomend geval de
7) werkzaamheden om de risico's op co-vergiftiging te verhelpen
persoon met wie hij gehuwd is of wettelijk of feitelijk samenwoont, die de woning
8) verbouwingswerkzaamheden: werkzaamheden die betrekking hebben op het
waarop de aanvraag betrekking heeft met het oog op de onderverhuring ervan
vergroten of het herbouwen van de woon-, kook- of slaapvertrekken van
op de aanvraagdatum verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor voor de duur van
woningen. Na de verbouwingswerkzaamheden moet de woning voldoende
minstens negen jaar.
groot zijn.
Voor aanvragen in 2012 mag het aan de personenbelasting onderworpen
Bedrag: het bedrag van de verbeteringspremie wordt als volgt vastgesteld per bouwonderdeel:
inkomen van de bewoner en de persoon met wie hij of zij wettelijk of feitelijk
1) voor de dakwerken: 1.250 euro
samenwoont niet meer bedragen dan 28.030 euro. Dit maximum wordt
2) voor het buitenschrijnwerk: 1.250 euro
verhoogd met 1.460 euro per persoon ten laste.
3) voor de sanitaire installatie: 750 euro
Het maximuminkomen van de verhuurder en de persoon met wie hij of zij
4) voor de elektrische installatie: 750 euro
wettelijk of feitelijk samenwoont bedraagt 56.060 euro. Er is in dit geval geen
5) voor de gevelwerken: 1.500 euro
verhoging voor personen ten laste.
6) voor het behandelen van optrekkend muurvocht: 750 euro
Er wordt gekeken naar het belastbaar inkomen van de bewoner van het derde
7) voor de werkzaamheden om de risico's op CO-intoxicatie te verhelpen:
jaar dat voorafgaat aan de aanvraagdatum. Voor renovatiepremies die worden
de plaatsing van een waterverwarmingstoestel op gas met gesloten
aangevraagd in 2012 wordt dus het belastbaar inkomen van 2009 in aanmerking genomen. -
verbrandingsruimte: 250 euro de plaatsing van maximaal drie verwarmingstoestellen met gesloten
De woning waarvoor de verbeteringspremie wordt aangevraagd moet:
verbrandingsruimte, of het vervangen van een bestaande centrale verwarmingsketel
in het Vlaamse Gewest gelegen zijn;
door een hoogrendementsverwarmingsketel met het label HR+, HR Top, Optimaz of
minstens 20 jaar oud zijn (deze voorwaarde vervalt als de
de installatie van of omschakeling naar centrale verwarming: 1.000 euro
overbewoning te verhelpen);
het bouwen, verbouwen, herstellen of aanpassen van een rookkanaal: 500 euro
een niet-geïndexeerd kadastraal inkomen hebben van maximaal 1.200 euro. -
Optimaz Elite: 250 euro per toestel
verbeteringspremie betrekking heeft op het verbouwen van een woning om
8) voor de verbouwingswerken om overbewoning te verhelpen: 50% van het bedrag van
De werkzaamheden die in aanmerking komen voor de Vlaamse
de voorgelegde facturen, btw inbegrepen, afgerond tot op het lagere tiental. De premie
verbeteringspremie moeten betrekking hebben op het hoofdgebouw of op een
bedraagt maximaal 1.250 euro, en minimaal 600 euro.
aanbouw met een woonfunctie. Ze moeten uitgevoerd zijn volgens de gangbare normen, en een substantiële verbetering van het bouwonderdeel in kwestie
RENOVATIE: Vlaamse renovatiepremie
inhouden. De volgende werkzaamheden zijn subsidieerbaar:
Beschrijving:
1) dakwerk: het herstellen of vernieuwen van een of meer onderdelen van het dak, in het bijzonder de draagstructuur, de dakbedekking, de goten en de
De Vlaamse renovatiepremie ondersteunt de eigenaars die een eigen woning wensen te renoveren. De renovatiepremie geeft hen de kans om de kwaliteit van hun woning aanzienlijk te verbeteren.
randaansluitingen en de dak(vlak)ramen. Dakisolatiewerkzaamheden zijn mogelijk indien het dak wezenlijk wordt hersteld of vernieuwd; 2) buitenschrijnwerk: het vernieuwen van bestaande ramen, buitendeuren en rolluiken voor zover ook dubbele beglazing wordt aangebracht.
Aanvraagvoorwaarden: Voor 2012 gelden volgende voorwaarden: -
De renovatiepremie kan aangevraagd worden door de bewoner of de verhuurder van een woning. De bewoner is de meerderjarige particulier, en in voorkomend geval de persoon
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
23
met wie hij gehuwd is of wettelijk of feitelijk samenwoont, die de woning waarop
men de aanvraag indient als bewoner en uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het derde
de aanvraag betrekking heeft op de aanvraagdatum zelf bewoont op grond van
jaar voor de aanvraag meer bedraagt dan 28.030 euro, te verhogen met 1.460 euro per
een zakelijk recht.
persoon ten laste.
De verhuurder is de meerderjarige particulier, en in voorkomend geval de
-
persoon met wie hij gehuwd is of wettelijk of feitelijk samenwoont, die de woning
Voor de renovatiepremie en verbeteringspremie in 2011 hebben we het aantal aanvragen
waarop de aanvraag betrekking heeft met het oog op de onderverhuring ervan
vergeleken met het aantal huisgezinnen2. Deze kunnen we dan verder vergelijken met het
op de aanvraagdatum verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor voor de duur van
percentage woningen met klein en zonder klein comfort, en met het aantal gebouwen van voor
minstens negen jaar.
1961.
Voor aanvragen in 2012 mag het aan de personenbelasting onderworpen inkomen van de bewoner niet meer bedragen dan:
Tabel 12. Cijfers premies wonen (2011)
39.250 euro voor alleenstaanden zonder persoon ten laste
Huisgezinnen (2010)
56.060 euro voor alleenstaanden met één persoon ten laste, te verhogen met 3.140 euro per persoon ten laste vanaf de tweede 56.060 euro voor gehuwden en wettelijk of feitelijk samenwonenden, te verhogen met 3.140 euro per persoon ten laste. Er wordt gekeken naar het belastbaar inkomen van de bewoner van het derde jaar dat voorafgaat aan de aanvraagdatum. Voor renovatiepremies die worden aangevraagd in 2012 wordt dus het belastbaar inkomen van 2009 in
Dilbeek
16.225
Totaal IV RWNWB
52.275
VlaamsBrabant
442.945
aanmerking genomen. De verhuurder van een woning die men voor minstens 9 jaar verhuurt aan een sociaal verhuurkantoor is niet gebonden aan de inkomensvoorwaarde. -
Vlaanderen
2.625.334
Aanvragen
VAP
35
21
16
0,22
RENOVATIE
47
55
15
0,29
VAP
148
126
45
0,28
RENOVATIE
246
282
64
0,47
VAP
1.821
1.074
529
0,41
RENOVATIE
3.609
2.723
604
0,81
VAP
18.937
12.692
4.645
0,72
RENOVATIE
25.793
20.871
4.453
0,98
Premiesoort
Weigeringen
aanvragen/ 100 huisgezinnen
Toezeggingen
woningen met en zonder klein comfort (2001)
Aantal gebouwen < 1961 (2011)
16,80%
5.970 (39%)
nb
19.991 (39%)
22,4%
202.728 (46%)
29,9%
1.166.120 (45%)
Bron: Wonen Vlaanderen
De woning moet gelegen zijn in het Vlaamse Gewest en dient op de dag van de premieaanvraag minstens 25 jaar oud te zijn.
Het blijkt dat in de gemeenten waar minder woningen met klein comfort en zonder klein comfort
-
Er moet een minimale investering van €10.000 (excl. btw) gedaan worden.
zijn, minder gebruik gemaakt wordt van de renovatiepremie. Zo blijkt ook voor Dilbeek.
-
Er komen voor aanvragen vanaf 29 oktober 2009 slechts 8 categorieën van werkzaamheden in aanmerking. Voor elke categorie is er tevens een maximaal
Als we het aantal aanvragen voor aanpassingspremies vergelijken met het aantal gezinnen, blijkt
bedrag exclusief btw waarvoor er facturen aanvaard kunnen worden.
dat er in Dilbeek merkelijk minder aanvragen voor de aanpassingspremie worden ingediend. Bij deze
Het gaat om volgende categorieën en maxima:
cijfers dient echter opgemerkt te worden dat de renovatiepremie en VAP niet cumulatief
Funderingen en muren: facturen voor maximum 15.000 euro
aangevraagd kunnen worden. Bovendien blijkt het gemiddelde inkomen per aangifte in Dilbeek veel
Draagvloeren: facturen voor maximum 15.000 euro
hoger dan de bovenlokale gemiddelden. De inkomensvoorwaarde zou dus voor de inwoners van
Daken: facturen voor maximum 15.000 euro
Dilbeek te streng kunnen zijn, waardoor deze geen aanspraak kunnen maken op de premies.
Buitenschrijnwerk: facturen voor maximum 15.000 euro Centrale verwarming: facturen voor maximum 7.500 euro Elektriciteit: facturen voor maximum 3.750 euro
4.2.6
Aantal stedenbouwkundige vergunningen
Sanitaire installaties: facturen voor maximum 3.750 euro Trappen: facturen voor maximum 3.750 euro
Tabel 13. Aantal stedenbouwkundige vergunningen 2011 NIEUWBOUW
Bedrag: De renovatiepremie bedraagt nooit meer dan 10.000 euro. Afhankelijk van het inkomen bedraagt de premie 20% of 30% van de goedgekeurde facturen. Hieronder kan men voor
Aantal gebouwen
aanvragen in 2012 nagaan welk percentage van toepassing is. 30% van de goedgekeurde facturen als: 1) men de aanvraag indient als bewoner en uw gezamenlijk belastbaar inkomen van het derde jaar voor de aanvraag niet meer bedraagt dan 28.030 euro, te verhogen met 1.460 euro per persoon ten laste; 2) men de aanvraag indient als verhuurder. In dit geval moet men de woning die men
Dilbeek Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant Vlaams Gewest
Aantal woongelegenheden
Aantal flats
RENOVATIE Aantal gebouwen met één woning
Bewoonbare oppervlakte (m²)
Aantal gebouwen
65
76
15
61
11.493
100
273
427
179
248
51.694
351
2.220
3.608
1.600
2.008
451.942
2.702
15.951
30.334
16.198
14.136
3.262.885
16.309
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL
renoveert voor minstens 9 jaar verhuren via een sociaal verhuurkantoor. 20% van de goedgekeurde facturen als: 2
Voor het aantal huisgezinnen zijn nog geen gegevens van 2011 beschikbaar dus wordt het aantal premieaanvragen bekeken t.o.v. het aantal huisgezinnen van 2010. Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
24
In bovenstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de afgeleverde stedenbouwkundige
Op vlak van ruimtegebruik betekent duurzaam bouwen in eerste instantie bouwen met een hoge
-
vergunningen. Enkel de vergunningen voor residentiële bouwprojecten werden in rekening gebracht.
densiteit of met andere woorden in of nabij de stad. Open ruimte wordt schaars en moet vanuit
Ook afgewezen aanvragen werden niet opgenomen in de vergelijkingstabel.
de optiek van duurzaamheid zoveel mogelijk bestendigd worden. Op vlak van energie is de eerste vereiste bij duurzaam bouwen dat men de energiebehoefte zo
In Dilbeek werden er in 2011 meer woningen gerenoveerd dan dat er nieuwe woningen gebouwd
laag mogelijk maakt. Dit kan door “compact”3 te bouwen, goed te isoleren, luchtdicht te bouwen,
werden. Ook voor Vlaams–Brabant geldt de vaststelling dat er meer gerenoveerd wordt, al is het
…. Daarnaast kan men er voor zorgen dat de energie die nodig is zoveel mogelijk afkomstig is uit
verschil tussen nieuwbouw en renovatie niet enorm. Hierbij valt op te merken dat de cijfergegevens
hernieuwbare energiebronnen (zonne-energie, warmtepomp, pelletkachel,…) zodat het gebruik
gelden voor één jaar en dat de verhouding renovatie – nieuwbouw per jaar sterk kan wisselen.
van fossiele brandstoffen en de uitstoot van CO2 beperkt wordt. Naast energie is ook de waterhuishouding een belangrijke peiler binnen duurzaam bouwen. Ook
Concreet voor Dilbeek geldt dat er sinds 2005 meer renovatie-vergunningen dan dat er nieuwbouw-
hier komt het er in de eerste plaats op aan de nood aan water zo laag mogelijk te maken. Voor
vergunningen werden aangevraagd. Dit in tegenstelling tot eind jaren 1990 – begin 2000, toen er in
die zaken waarvoor toch water nodig is, dient men zoveel mogelijk gebruik te maken van
verhouding nog veel minder werd gerenoveerd.
regenwater of van gezuiverd afvalwater. Bij de keuze van bouwmaterialen dient men vanuit oogpunt van duurzaamheid de volledige
Stedenbouwkundige- en
levenscyclus (gaande van de ontginning van de grondstoffen tot de eventuele recyclage van het
verkavelingsvergunningen: aantal
eindproduct) van het materiaal in overweging nemen. Duurzaam bouwen is ook werken met
afgeleverde vergunningen
duurzame materialen. De gemeente Dilbeek hecht veel belang aan duurzaam bouwen en kiest dan ook uitdrukkelijk voor
Er is een relatief sterke bouwactiviteit
een aantal beleidsopties die dit ondersteunen en/of promoten.
in Dilbeek, op te maken uit de cijfers van stedenbouwkundige vergunningen.
De volgende tabellen geven een beeld over de duurzaamheid van het bestaande woningpatrimonium
Het aantal stedenbouwkundige
in Dilbeek. Ook bij deze tabellen (15 en 16) geldt de opmerking dat de cijfers dateren van 2001
vergunningen voor appartementen en
(laatste volkstelling Nationaal Instituut voor Statistiek) en dat de invloed van de verschillende
meergezinswoningen kent in Dilbeek
premies dus niet volledig ingeschat kunnen worden.
een verhoudingsgewijze stijging. Tabel 15. Energiebron woning (2001) totaal gekend Dilbeek
Tabel 14. Stedenbouwkundige vergunningen en verkavelingsvergunningen 2001
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Stedenbouwkundige vergunningen (aantal dossiers voor nieuwbouw) Totaal woongelegenheden
105
101
117
87
91
62
66
57
Nieuwe woonentiteiten waarvan
195
191
184
135
122
177
110
79
- Aantal eengezinswoningen
134
106
106
72
78
60
68
51
61 31%
85 45%
78 42%
63 47%
44 36%
89 50%
42 38%
28 35%
- Aantal in meergezinswoningen (absolute getallen en percentage t.o.v. totaal aantal woonentiteiten) - Bejaardenwoningen/ serviceflats
94
117
91
6
Totaal IV RWNWB VlaamsBrabant Vlaams gewest
aardgas absoluut
%
butaan/ propaan
elektriciteit absoluut
hout
%
steenkool
stookolie absoluut
Andere
%
14.583
7.943
54
121
1.160
8
74
198
5.074
35
13
46.496
19.885
43
363
4.149
9
332
781
20.929
45
57
389.225
158.661
41
4.986
30.088
8
3.143
7.772
184.010
47
391
2.305.993
1.098.145
48
28.923
195.761
8
27.673
58.895
894.258
39
2.338
Bron: Wonen en Energie, Focus op Wonen 4 (Oases, Provincie Vlaams-Brabant), NIS 2001.
In 2001 vormde aardgas met 54% de voornaamste energiebron voor de Dilbeekse huishoudens. Op een tweede plaats kwam stookolie met 35%. Deze cijfers staan in contrast met die van de rest van het projectgebied, waarbij stookolie veelal de voornaamste energiebron is. Dilbeek scoort op het vlak van duurzame energiebron zelfs beter dan de bovenlokale gemiddelden. Hierbij dient
28
opgemerkt te worden dat de aanwezigheid van een gasaansluiting in de straat mee bepalend is bij
Verkavelingsvergunningen Afgeleverd (inclusief wijzigingen)
30
39
39
36
38
24
17
29
22
27
31
Afgeleverd (exclusief wijzigingen)
15
18
24
11
11
6
10
6
6
14
9
Bron: Gemeente Dilbeek
de keuze van energiebron. Tabel 16 geeft aan hoe energiezuinig de woningen uitgerust zijn. Dilbeek doet het opvallend goed betreffende dakisolatie en dubbele beglazing. Ook wat betreft isolatie in buitenmuren scoort Dilbeek beter dan de bovenlokale gemiddelden.
4.2.7
Duurzaam bouwen en energieverbruik woningen
Duurzaam bouwen is zodanig bouwen dat men optimaal gebruik maakt van ruimte, energie, water en materialen.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
3
Een compact gebouw is een gebouw dat een kleine buitenschil heeft in verhouding tot het volume. De meest compacte vorm is deze van een doos. Hoe meer hoekjes en kantjes er aan een gebouw zijn, hoe groter namelijk de oppervlakte van gevels, daken en vloeren in verhouding tot het totale volume, en dus hoe meer warmte er relatief gezien verloren kan gaan. 25
Tabel 16. Percentage woningen waar een isolatie-item ontbreekt (2001), (gekend). Geen dubbele beglazing
Geen geïsoleerd dak
Geen geïsoleerde buitenmuren
Geen geïsoleerde verwarmingsbuizen
Dilbeek
19,6
31,6
47,9
35,6
Vlaams-Brabant
25,6
39,7
51,9
34,4
Vlaams Gewest
27,6
41,7
54,1
36,8
totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant Vlaanderen
zonnepanelen. Sindsdien werd het premiestelsel van Dilbeek regelmatig geëvalueerd en bijgestuurd. Vanaf 01/01/2010 werden de toenmalige premies voor zonneboilers en zonnepanelen verlaagd naar
brandstofverbruik 2009 (GWh)
50% van de kosten voor aankoop en installatie, na aftrek van de huishoudelijke energiepremies van
gemiddeld verbruik / huishouden (MWh)
16.145
329,1
20,38
51.834
1.074,2
20,72
439.350
9.267,1
21,09
2.601.266
54.127,7
20,81
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
de netbeheerder en van de provincie, met een maximum van € 400,00 per installatie en per woning. Sinds 01/01/2012 is het subsidiereglement opnieuw aangepast en bedragen de subsidies: -
verwarming. Dilbeek heeft een lager verbruik per huishouden t.o.v. de interlokale vereniging en het gemiddeld verbruik ligt ook onder de bovenlokale gemiddelden.
Gemeentelijke premies m.b.t. wonen
voor zonnepanelen: vanaf 1 januari 2012 maximaal € 125,00; vanaf 1 april 2012 maximaal € 115,00; vanaf 1 juli 2012 maximaal € 105,00.
-
De voorgaande tabel geeft een beeld over hoeveel brandstof de gezinnen gemiddeld verbruiken voor
4.2.8
Sinds 1998 kon men in Dilbeek een premie van € 620,00/installatie krijgen voor het plaatsen van 2000 kende men hetzelfde bedrag ook onder bepaalde voorwaarden toe voor de installatie van
Tabel 17. Brandstofverbruik (voor verwarming) per huishouden (2009) Dilbeek
installatie voor fotovoltaïsche zonnepanelen een zonneboiler wanneer men voldeed aan de voorwaarden uit het subsidiereglement. Vanaf einde
Bron: Wonen en Energie, Focus op Wonen 4 (Oases, Provincie Vlaams-Brabant)
Huishoudens (01.01.2009)
Premie voor de installatie van zonnepanelen voor warm water (zonneboiler) en voor de
Voor zonneboilers bleef het maximumbedrag van € 400,00/installatie behouden.
Tabel 19. Subsidieaanvragen zonneboilers & zonnepanelen 2007
2008
2009
2010
2011
Aanvragen zonneboiler
28
20
21
6
13
Subsidie zonneboiler
28
20
21
6
13
Aanvragen fotovoltaïsche zonnepanelen
3
40
186
155
121
Subsidie fotovoltaïsche zonnepanelen
3
40
186
155
121
Bron : Gemeente Dilbeek
Premie voor hemelwatergebruik en infiltratievoorziening bij bestaande gebouwen
Premie voor het plaatsen van een geothermische warmtepomp
Wanneer men een hemelwaterput en/of -pomp plaatst, kon men sinds 1999 van de gemeente een
Sinds 01/01/2010 kan men, wanneer men een geothermische warmtepomp plaatst, een
premie bekomen. Sinds 01/12/2008 werd een nieuw reglement van toepassing waarin volgende
gemeentelijke premie bekomen voor zover men voldoet aan de voorwaarden van de netbeheerder of
maximumbedragen werden vooropgesteld (de installatie van de hemelwaterput dient te voldoen aan
de provincie. De premie bedraagt 50% van de kosten voor aankoop en installatie na aftrek van de
de code van goede praktijk):
premies van de netbeheerder en de provincie met een maximum van € 400,00 per installatie en per
Voor een hemelwaterinstallatie in een bestaande woning kan men rekenen op een gemeentelijke
woning.
toelage van 1/6 van de kostprijs, met een maximum van € 1.000,00. Ook wie al beschikt over een hemelwaterput en enkel een pompinstallatie wil installeren voor
Tabel 20. Subsidieaanvragen geothermische warmtepomp
hemelwatergebruik kan een premie bekomen worden van 50 % van de aankoopprijs met een
2010
2011
maximum van €250.
Aanvragen geothermische warmtepomp
2
0
De subsidie voor een infiltratievoorziening bedraagt €500 en de bijkomende subsidie voor de
Goedgekeurde subsidies
2
0
overloop van de hemelwaterput op een infiltratievoorziening zonder noodoverlaat naar de riolering
Bron : Gemeente Dilbeek
bedraagt €250. De schijnbaar lage cijfers voor het gebruik van de subsidie voor hemelwatergebruik zijn te wijten aan het feit dat deze enkel geldt voor bestaande woningen. Bij nieuwbouwprojecten is een
Premie voor hoogrendementsbeglazing Wanneer men hoogrendementsbeglazing plaatst, kan men sinds 2010 van de gemeente een premie
hemelwaterinstallatie immers verplicht.
bekomen, voor zover men voldoet aan de voorwaarden van de netbeheerder of de provincie. De
Tabel 18. Subsidie voor hemelwatergebruik
netbeheerder en de provincie met een maximum van € 400,00 per installatie en per woning. Sinds
Hemelwaterputten en hemelwatergebruik Subsidies
premie bedraagt 50% van de kosten voor aankoop en installatie na aftrek van de premies van de 2007
2008
2009
2010
2011
13
5
6
5
3
7
5
6
5
3
01/01/2012 is het subsidiereglement aangepast en bedraagt de maximale subsidie nog € 200,00. Tabel 21. Subsidieaanvragen hoogrendementsbeglazing 2010
2011
Aanvragen hoogrendementsbeglazing
16
90
Goedgekeurde subsidies
16
90
Bron : Gemeente Dilbeek
Bron : Gemeente Dilbeek
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
26
Premie voor het uitvoeren van een energie-audit
Volgens de definitie die de decreetgever toepast, omvat het aandeel “sociale huurwoningen”
Sinds 01/01/2010 kan men, wanneer men een energie-audit laat uitvoeren, van de gemeente een
concreet:
premie bekomen.
-
Bij de premieaanvraag dient men het attest van de energieauditeur die de audit heeft uitgevoerd,
alle huurwoningen die zijn opgenomen in het patrimonium van de VMSW en de sociale huisvestingsmaatschappijen, ongeacht of zij al dan niet werden gesubsidieerd en ongeacht de
toe te voegen. De premie bedraagt 50% van de kosten na aftrek van de premies van de
herkomst van de eventuele subsidiëring
netbeheerder en de provincie, met een maximum van € 400,00 per woning. Ook deze premie werd
-
sinds 01/01/2012 gereduceerd naar een maximum van € 250,00 per woning
alle woningen die worden verhuurd door sociale verhuurkantoren, waarbij geen onderscheid gemaakt wordt tussen gesubsidieerde en erkende maar niet gesubsidieerde sociale verhuurkantoren.
Tabel 22. Subsidieaanvragen uitvoeren van een energie-audit 2010 Aanvragen energie-audit 0 Goedgekeurde subsidies 0
De huurwoningen van het Vlaams Woningfonds, de gemeenten, de OCMW’s en de 2011 5 5
intergemeentelijke samenwerkingsverbanden die middels gewestelijke subsidiëring opgericht werden, zouden strikt gezien ook sociaal verhuurd kunnen worden, maar op het moment van de nulmeting was dat nog niet het geval en deze werden dan ook niet opgenomen.
Bron : Gemeente Dilbeek
Premie voor het plaatsen van een condensatieketel op aardgas (enkel voor beschermde
Tabel 24. Sociale huurwoningen 31/12/2007 Sociale huurwoningen (SHM)
afnemers) Dilbeek
Sinds 01/01/2012 is er ook een premie van maximaal € 250,00 voorzien voor het plaatsen van een
Totaal IV RWNWB
condensatieketel op aardgas. Deze premie kan enkel toegekend worden aan de zogenaamde
Vlaams-Brabant
“beschermde afnemers” (deze worden gedefinieerd in het gemeentelijk reglement en omvatten o.a. personen aan wie een leefloon toegekend wordt, personen met een handicap, …). De aanvraag dient
Vlaanderen
Sociale huurwoningen (SVK)
631
Sociale huurwoningen totaal
22
Aandeel sociale huur
653
4,04 %
1.612
62
1.674
3,25 %
15.752
527
16.279
3,74 %
139.358
3.868
143.226
5,56 %
Bron: Nulmeting 31/12/2007, gevoegd als bijlage bij het Decreet Grond- en Pandenbeleid
te gebeuren bij de netbeheerder en deze geeft maandelijks de door hen goedgekeurde dossiers door aan de gemeente. Deze laatste beslist dan autonoom over het al dan niet toekennen van de
Dilbeek beschikte op het moment van de nulmeting over 631 sociale huurwoningen bij een SHM en
gemeentelijke premie.
22 sociale huurwoningen bij een SVK. Het aandeel sociale huurwoningen ten opzichte van het aantal huishoudens bedraagt in de gemeente 4,04%. Hiermee ligt Dilbeek boven het percentage van
Premie voor inbraakpreventie
Vlaams-Brabant, maar onder het gemiddelde van Vlaanderen.
De gemeente Dilbeek geeft sinds 2006 subsidies aan personen die hun woning beter beveiligen door middel van inbraakwerende maatregelen na advies van een adviseur technopreventie. De premie
Het Decreet Grond- en Pandenbeleid (DGP) legt elke gemeente een gemeentelijk objectief voor
bedraagt 25% van de netto aankoop- en/of installatiekosten (uitgevoerd vanaf 1 juni 2006) en dit
sociale huurwoningen op dat verwezenlijkt moet worden tegen 2020 (cf. art. 4.1.4, §1, DGP). De
met een maximum van €250 per installatie en per woning. Door het grote succes raakt het
woningen die in aanmerking komen voor het behalen van dit ‘bindend sociaal objectief sociale
voorziene budget op en heeft de gemeente geopteerd om het subsidiebedrag te verminderen naar
huurwoningen’ zijn deze die verhuurd worden conform het ‘Sociaal Huurbesluit’4. Zowel Sociale
€ 200,00.
Verhuurkantoren (SVK’s) als Sociale Huisvestingsmaatschappijen (SHM’s) bieden sociale huurwoningen aan, maar ook de gemeenten en OCMW’s kunnen sociaal verhuren.
Tabel 23. Subsidieaanvragen inbraakpreventie 2007
2008
2009
2010
2011
Aanvragen subsidie inbraakpreventie
…
…
…
…
…
Goedgekeurde subsidies
…
…
…
…
…
Bron : Gemeente Dilbeek
Het DGP werd sinds zijn inwerkingtreding reeds verschillende malen gewijzigd, zo ook door het decreet van 23/12/2011 (B.S. 27/01/2012). Door deze decreetswijziging worden woningen en kavels die gerealiseerd worden met financiële steun van het Investeringsfonds voor Grond- en Woonbeleid voor Vlaams-Brabant (VLABINVEST), ook beschouwd als sociaal woonaanbod. Daardoor tellen deze woningen en kavels steeds mee voor het bereiken van het BSO van de gemeenten. Als compensatie voor het meetellen van huur- en koopwoningen aan hogere inkomensgrenzen
4.3
Sociale huisvesting
4.3.1
Aanbod sociale huurwoningen (SHM, SVK)
worden de objectieven voor sociale huur- en koopwoningen van de provincie Vlaams-Brabant wel evenredig verhoogd. Voor Dilbeek is het objectief voor sociale huurwoningen daardoor gestegen met 17 entiteiten en komt dit nu neer op 285 sociale huurwoningen.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de percentages “sociale huurwoningen” ten opzichte van het totaal aantal huishoudens op het moment van de nulmeting (dd. 31/12/2007) van het decreet Grond en Pandenbeleid. 4
Besluit van de Vlaamse Regering van 12/10/2007 tot “reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode” en latere wijzigingen.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
27
4.3.2
Aanbod sociale koopwoningen / sociale kavels
4.3.3
Sociale huisvesting: projecten op korte en middellange termijn. Voortgang BSO
Tabel 25 geeft een overzicht van de percentages “sociale koopwoningen” en “sociale kavels” ten opzichte van het totaal aantal huishoudens op het moment van de nulmeting (dd. 31/12/2007) van
Sociale huisvesting op korte of (middel)lange termijn door de sociale huisvestingsmaatschappijen
het decreet Grond en Pandenbeleid.
Providentia Dilbeek
Tabel 25. Sociale koopwoningen en sociale kavels 31/12/2007
Wolsemveld
UITBREIDING
24 duplex hW
Groot-Bijgaarden
Emile de Blutslaan
NIEUWBOUW
Dilbeek
140
0
0,87 %
Itterbeek
Oude Ninoofsebaan
NIEUWBOUW
12 duplex hW
Totaal IV RWNWB
270
5
0,53 %
Schepdaal
BPA Loveld
NIEUWBOUW
40 duplex hW
1.157
30
0,27 %
TOTAAL BIJKOMENDE WOONEENHEDEN
12.041
664
0,49 %
GMV
Sociale koopwoningen
Vlaams-Brabant Vlaanderen
Sociale kavels
Aandeel sociale koop / kavels
Bron: Nulmeting 31/12/2007, gevoegd als bijlage bij het Decreet Grond- en Pandenbeleid Dilbeek
Volgens de definitie die de decreetgever toepast, omvat het aandeel “sociale koopwoningen” concreet alle “klassieke” sociale koopwoningen die verwezenlijkt werden sinds 1 januari 1988, en dit gedurende een periode van twintig jaar, ongeacht of zij al dan niet gesubsidieerd werden en ongeacht de herkomst van de eventuele subsidiëring. Analoog definieert men de “sociale kavels” als alle sociale kavels die door de VMSW of de sociale huisvestingsmaatschappijen zijn verkocht vanaf 1 januari 1988, en dit gedurende een periode van
Dilbeek
Wolsemveld 1ste fase Zuurweidestraat / Braambessen-straat / Lange Haagstraat Wolsemveld 2de fase Zuurweidestraat / Braambessen-straat / Lange Haagstraat
TOTAAL BIJKOMENDE WOONEENHEDEN
8 kW
12 hW
NIEUWBOUW
8 kW
88 hW
NIEUWBOUW (1ha48a07ca)
12 kW
16 hW
NIEUWBOUW (3ha40a93ca)
+/- 65 kW
+/- 96 hW
NIEUWBOUW
77 kW
112 hW
NIEUWBOUW
85 kW
200 hW
ALGEMEEN TOTAAL TOTAAL AANTAL BIJKOMENDE ENTITEITEN
tien jaar (met dien verstande dat slechts gegevens beschikbaar waren vanaf 1 januari 2001). Dilbeek beschikte op het moment van de nulmeting over 140 sociale koopwoningen en geen enkele sociale kavel. De provincie Vlaams-Brabant legt aan de gemeente een objectief voor sociale koopwoningen (cf. art. 4.1.5, DGP) en een objectief voor sociale kavels (cf. art 4.1.6, DGP) op. Deze objectieven moeten verwezenlijkt worden tegen 2020. Bij het opmaken van het verdelingsschema heeft de provincie rekening gehouden met het gemotiveerd voorstel van de gemeente, opgesteld op grond van een advies van het gemeentelijk woonoverleg en rekening houdend met de sociale woonbehoefte, sociale contextfactoren en de bestaande en geplande ruimtelijke structuur. Ook dit objectief werd t.g.v. de decreetswijziging van 23/12/2011 aangepast (cf. supra). Concreet dient Dilbeek 139 (of 11 meer dan vóór de decreetswijziging) sociale koopwoningen te realiseren en 6 sociale kavels. Bijkomend bepaalt de Provincie dat van het aandeel sociale koopwoningen er minimum 113 verwezenlijkt moeten worden door de publieke sector en maximum 26 door private investeerders.
De Intercommunale Haviland was in Dilbeek i.s.m. de GMV met het project “Wolsemveld 2de fase” bezig. In dit project werden door Haviland een aantal sociale koop- en huurwoningen voorzien, alsook een aantal woonentiteiten die aan “Vlaamse Rand”- en Haviland-voorwaarden zouden worden verkocht. De werking van Haviland werd echter sterk gereduceerd, waardoor dit project niet meer door hen gerealiseerd zal worden. De gronden zouden worden /overgedragen aan de GMV (onder voorbehoud van een gunstig schattingsverslag). Het is de bedoeling om dezelfde invulling van de gronden aan te houden. Sociale huisvesting op korte of (middel)lange termijn door privé-initiatiefnemers (projecten die vallen onder het uitvoeren van een sociale last) door uitvoering via uitzonderlijke bijdrageregeling Dilbeek
Project OCMW BRUSSEL Kraaienbroekstraat
2 entiteiten aan €50.000 = €100.000
door verkoop van de gronden/uitvoering in natura Groot-Bijgaarden
Project Stichelgat (VSGB) i.s.m. Providentia
nog niet gekend (percentage sociale last opgelegd in VSGB = min. 20% - max 25%)
door verhuring aan een SVK Dilbeek
Project Scholiers (Bodegemstraat)
2 hW
uitvoeringswijze nog niet gekend Groot-Bijgaarden
Project Sint-Wivina-abdij (H. Placestraat)
Seniorenhuisv.
7 kW
of 7 hW
TOTAAL AANTAL BIJKOMENDE ENTITEITEN door SHM's TOTAAL AANTAL BIJKOMENDE ENTITEITEN
NIEUWBOUW
0 kW
2 hW
In de veronderstelling dat bovenstaande projecten allemaal uitgevoerd zullen worden, brengt dit volgende voortgangscijfers van het BSO met zich mee (situatie op 18/04/2012):
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
28
Het aantal woningen in beheer van een SVK is gestegen met 23 woonentiteiten t.o.v. het aantal dat verrekend werd in de nulmeting van 31/12/2007. Deze mogen mee opgenomen worden voor het
Tabel 26. Vlaamse tegemoetkoming in de huurprijs (2011) huursubsidie
behalen van het BSO voor sociale huurwoningen. BSO voor sociale huurwoningen: 285 – (23 + 88 + 112 + 2) = 60 eenheden.
Dilbeek
2
BSO voor sociale koopwoningen: 139 – (8 + 77) = 54 eenheden.
Totaal IV RWNWB
10
BSO voor sociale kavels blijft ongewijzigd (6 te realiseren kavels).
Vlaams-Brabant Vlaanderen
279 nb
Bron: Wonen Vlaanderen
4.4
Betaalbaarheid
4.4.1
Huursubsidies
4.4.1.1
Vlaamse tegemoetkoming in de huurprijs
Vanuit de gemeente Dilbeek werden er in 2011 2 huursubsidies toegekend. De voornaamste weigeringsgronden voor de Vlaamse huursubsidie in Dilbeek zijn een te hoge huurprijs of een ongeschikte woning.
De tegemoetkoming in de huurprijs (vroeger de huursubsidie en installatiepremie genoemd) ondersteunt mensen met een laag inkomen die verhuizen van een slechte, onaangepaste woning
4.4.1.2
Gemeentelijke huursubsidie Dilbeek
naar een goede, aangepaste woning. Ook als men verhuist van een private huurwoning naar een
De gemeenteraad keurde in zitting van 8 september 2009 een gemeentelijk reglement inzake het
woning verhuurd door een sociaal verhuurkantoor, kan men de tegemoetkoming in de huurprijs
toekennen van een gemeentelijke huursubsidie goed. Dit reglement ging in vanaf 1 januari 2010 en
aanvragen.
zal jaarlijks worden geëvalueerd. Deze kan cumulatief aan de gewestelijke tegemoetkoming in de
De tegemoetkoming in de huurprijs werd ingevoerd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2
huurprijs aangevraagd worden.
februari 2007 tot instelling van een tegemoetkoming in de huurprijs voor woonbehoeftige huurders. Dit besluit is van toepassing op alle aanvragen die worden ingediend vanaf 1 mei 2007.
Via deze gemeentelijke huursubsidie verleent de gemeente aan inwoners die voldoen aan de voorwaarden een financiële tussenkomst in de huurprijs van de woning, die men, in afwachting van
De huursubsidie wordt bepaald op basis van het inkomen. Ze wordt maximaal gedurende negen jaar
de toewijzing van een sociale woning, huurt op de private markt. Deze woning moet gelegen zijn in
uitbetaald en neemt af in de loop van die periode.
de gemeente Dilbeek en mag niet voorkomen op de lijst van ongeschikte en/of onbewoonbare
De eenmalige installatiepremie is gelijk aan drie keer het bedrag van de maandelijkse huursubsidie
woningen.
tijdens jaar 1 en 2.
Om in aanmerking te kunnen komen voor de gemeentelijke huursubsidie moet de aanvrager aan
Aan de tegemoetkoming in de huurprijs zijn een aantal voorwaarden verbonden (onderstaande
bepaalde voorwaarden. Zo mag het inkomen niet hoger zijn dan het bedrag dat overeenkomt met
cijfers zijn geldig voor 2012 en worden jaarlijks geïndexeerd):
het leefloon + 20%. Bovendien moet men ingeschreven zijn in de gemeente en op een wachtlijst
1. Inkomen: Voor aanvragen in 2012 mag de som van het aan de personenbelasting inkomen,
staan van een sociale huisvestingsmaatschappij. Voor iedere gehandicapte persoon (min. 66%), die
alsook van de niet-belastbare vervangingsinkomsten van de huurder en van de inwonende
deel uitmaakt van het gezin, wordt een extra persoon ten laste gerekend.
gezinsleden, niet meer bedragen dan 16.320 euro.
De gemeentelijke huursubsidie bedraagt €50 per maand en wordt per drie maanden uitbetaald. Er
Er wordt gekeken naar het inkomen van het derde jaar dat voorafgaat aan de aanvraagdatum.
zijn vier uiterste data voorzien voor het indienen van de aanvraag: vóór 1 januari 2011, 1 april
Voor een tegemoetkoming in de huurprijs die wordt aangevraagd in 2012 wordt dus het inkomen
2011, 1 juli 2011 of 1 oktober 2011.
van 2009 in aanmerking genomen. Per persoon ten laste op de aanvraagdatum in 2012 mag men het inkomen met 1.460
Momenteel zijn er in Dilbeek 10 lopende dossiers m.b.t. de gemeentelijke tegemoetkoming.
euro verminderen. 2. Eigendom: De huurder en de inwonende gezinsleden mogen op de aanvraagdatum en tijdens de drie jaar die daaraan voorafgaan geen woning volledig in volle eigendom of volledig in vruchtgebruik hebben (gehad).
4.4.2
Aanbod bescheiden woningen / gesubsidieerde kavels / woonaanbod met sociaal karakter
3. Huurprijs: De huurprijs van de nieuwe woning mag maximaal 550 euro bedragen, te verhogen met 38,50 euro per persoon ten laste (beperkt tot maximaal vier personen). 4. Woning: De Vlaamse overheid beoordeelt de woning die men wil verlaten en de nieuwe woning
De Intercommunale Haviland realiseerde in het verleden reeds een aantal projecten op het
die men wil betrekken, en beslist of zij voldoen aan de wettelijke voorwaarden. Deze beoordeling
grondgebied van Dilbeek, met de bedoeling betaalbare woningen of gronden aan te bieden. Deze werden toegewezen via een eigen toewijzingsreglement gebaseerd op lokale binding,
is niet nodig als men verhuist naar een woning die verhuurd wordt door een sociaal
gezinssamenstelling en inkomen. De werking van Haviland werd begin 2012 echter afgebouwd en de
verhuurkantoor.
woonprojecten die lopende waren of in zich in opstartfase bevonden, zullen vermoedelijk worden overgedragen aan de sociale huisvestingsmaatschappij of een andere woonactor. De woningen of gronden zullen dan ook toegewezen worden volgens de geldende reglementering van de overnemer.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
29
Via Vlabinvest kan men – indien men voldoet aan de voorwaarden (zie verder) – aanspraak maken
-
Bovendien wordt in deze gemiddelde verkoopprijzen ook de verkoop van niet-uitgeruste
op betaalbare woningen/gronden. Vlabinvest is werkzaam in alle gemeenten van het arrondissement
bouwgronden opgenomen. Wanneer er in een kalenderjaar in een bepaalde gemeente veel niet-
Halle-Vilvoorde, alsook in de gemeenten Bertem, Huldenberg, Kortenberg en Tervuren van het
uitgeruste gronden worden verkocht zal dit een lager gemiddeld prijsniveau opleveren, terwijl de
arrondissement Leuven.
prijs voor uitgeruste gronden misschien net gestegen kan zijn.
Voor Dilbeek werden in het verleden nog geen Vlabinvestwoningen gerealiseerd. In de nabije toekomst wordt er wel samengewerkt met de Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting om
De stijging van de gemiddelde verkoopprijs van gewone woonhuizen sinds 1996 is in Dilbeek minder
in het project gelegen aan de Braambessenstraat twee koop- en twee huurwoningen aan Vlabinvest-
sterk dan in de provincie en Vlaanderen. De gemiddelde verkoopprijs van een gewoon huis lag in
voorwaarden te realiseren.
1996 ook wel al ruim boven de gemiddelde prijzen van de provincie en het gewest. Tabel 29. Evolutie van de gemiddelde verkoopprijs van gewone woonhuizen (in euro)
4.4.3
Aankoopprijzen en evolutie (private woningmarkt) Dilbeek
1996
2001
2006
2011
102.785,34
117.615,11
215.371,52
261.357,89
Index 1996-2011 254,28
In 2011 werden in de gemeente Dilbeek 195 gewone woonhuizen verkocht en 106 villa’s, bungalows
IV RWNWB
91.659,77
110.990,93
191.612,43
244.581,12
266,84
of landhuizen.
Vlaams-Brabant
86.134,56
104.207,58
190.174,88
232.797,12
270,27
Vlaams gewest
69.308,43
89.460,89
157.351,63
201.129,25
290,19
Tabel 27. Verkoopprijs onroerende goederen in euro (2011) gewone woonhuizen Aantal verkocht
gemiddelde prijs (€)
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL villa’s, bungalows en landhuizen Aantal verkocht
gemiddelde prijs (€)
Dilbeek
195
261.357,89
106
369.089,94
Totaal IV RWNWB
678
244.581,12
269
386.003,83
6.328
232.797,12
2.510
388.776,21
39.710
201.129,25
12.018
353.056,48
Vlaams-Brabant Vlaams gewest
Deze evolutie wordt in de volgende figuur ook grafisch weergegeven: Grafiek: evolutie gemiddelde verkoopprijs van gewone woonhuizen (in euro).
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL
De gemiddelde verkoopprijs van een woonhuis in Dilbeek bedraagt € 261.358,00 (voor 2011). Dat is ver boven de gemiddelden van Vlaams-Brabant en Vlaanderen. De gemiddelde prijs van een villa, bungalow of landhuis in Dilbeek is € 369.090,00 (voor 2011). Voor deze categorie woningen schommelt Dilbeek tussen de bovenlokale gemiddelden. In 2011 werden in de gemeente Dilbeek 107 appartementen, flats en studio’s verkocht en 55 bouwgronden. Tabel 28. Verkoopprijs onroerende goederen in euro (2011) Appartementen, flats, studio’s Aantal verkocht
gemiddelde prijs (€)
Bouwgronden Aantal verkocht
gemiddelde prijs (€) / m²
Dilbeek
107
209.707,87
55
243,73
Totaal IV RWNWB
364
183.235,07
187
191,49
3.039
200.709,74
1.752
173,60
26.437
200.863,52
11.329
156,82
Vlaams-Brabant Vlaams gewest
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL
De gemiddelde verkoopprijs van een appartement, flat of studio in de gemeente bedroeg in 2011 € 209.708,00. Dit gemiddelde ligt net boven het Vlaams-Brabantse en het Vlaamse gemiddelde.
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL en eigen berekening
Wat betreft de evolutie van de gemiddelde verkoopprijs per m² bouwgrond stellen we vast dat de prijzen in Dilbeek in de periode 1996–2011 meer dan verviervoudigd zijn. De stijging in Dilbeek is iets minder sterk dan deze voor Vlaanderen, maar dit kan mogelijk verklaard worden door het feit dat ook hier de gemiddelde prijzen in 1996 in Dilbeek ruim boven het Vlaamse gemiddelde lagen. Tabel 30. Evolutie van de gemiddelde verkoopprijs per m² bouwgrond (in euro) 1996
Voor een bouwgrond in Dilbeek betaalde men in 2011 gemiddeld € 243,73/m², wat een stuk hoger ligt dan de bovenlokale gemiddelden. Bij de cijfers van de prijzen van bouwgrond dienen echter volgende bedenkingen gemaakt te worden: -
de prijs voor bouwgrond wordt uitgedrukt per m². Dat wil zeggen dat de grootte van de bouwgronden ook een invloed heeft op het prijsniveau.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
2001
2006
2011
index 1996-2011
Dilbeek
54,53
69,60
154,53
243,73
446,96
IV RWNWB
46,43
82,99
135,95
191,49
412,43
Vlaams-Brabant
39,61
73,71
135,48
173,60
438,27
Vlaams gewest
34,16
62,00
120,37
156,82
459,07
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL & eigen berekening
30
Sociale huurwoningen voor senioren Sint-Ulriks-Kapelle
De prijsevolutie van bouwgronden wordt in volgende grafiek weergegeven:
In het centrum van Sint-Ulriks-Kapelle staan 6 sociale woningen, allen gelijkvloers en aan elkaar geschakeld. Valide echtparen of alleenstaanden kunnen deze onder welbepaalde voorwaarden
Grafiek: evolutie gemiddelde verkoopprijs van gewone woonhuizen (in euro).
(voorwaarden van sociale huisvesting) huren. De bewoners kunnen nog zelfstandig wonen en/of kunnen beroep doen op thuiszorghulp. De wachtlijst voor deze woningen is beperkt, gelet op de gestelde voorwaarden (=voorwaarden sociale huurwoningen). Serviceflats Sedert december 2011 beschikt het seniorencentrum Breugheldal over 89 serviceflats, verdeeld in 3 complexen (serviceflatgebouw A: 31, serviceflatgebouw B: 30 en serviceflatgebouw C: 28). Deze complexen zijn verbonden met het woonzorgcentrum Breugheldal doch elke oudere bewoont de serviceflat op een autonome wijze en beslist zelfstandig over de voor hem/haar noodzakelijke dienstverlening. De bewoner kan voor deze dienstverlening beroep doen op de organisatie die zijn voorkeur geniet, hetzij een dienst van het OCMW Dilbeek, hetzij een private dienst. Kandidaat-bewoners dienen minstens 5 jaar te wachten vooraleer ze aan de beurt komen om een serviceflat te huren. Er is in de nabije toekomst nog de bouw van 22 serviceflats gepland die eveneens zouden aansluiten bij Breugheldal. De start van de werken is voorzien in 2014.
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL en eigen berekening
Woonzorgcentrum Breugheldal
4.5
Aanbod t.a.v. specifieke doelgroepen
4.5.1
Rusthuisbedden / serviceflats (ouderen en personen met een handicap)
Het woonzorgcentrum (WZC) beschikt over 65 wooneenheden, 27 plaatsen in een eenpersoonskamer en 38 plaatsen in tweepersoonskamer. De afdeling voor ouderen met dementie is een gesloten afdeling met 25 wooneenheden. Op dit totaal van 90 wooneenheden hebben 48 bedden een rust- en verzorgingsstatuut (RVT5) en de
Dilbeek beschikt over 575 erkende plaatsen in rusthuizen. Daarnaast beschikt Dilbeek over 95
overige 42 zijn rustoordbedden (ROB).
erkende plaatsen in serviceflats.
Het woonzorgcentrum beschikt sedert 1 januari 2011 over 2 erkende eenheden kortverblijf: 1 op de
Tabel 31. Aantal erkende plaatsen (2011) & programmatiecijfers (= de theoretische behoefte aan woongelegenheden) voor rusthuizen/serviceflats (2012) Aantal erkende plaatsen rusthuizen (2011)
Programmatiecijfer 2012 Rusthuizen
Aantal erkende plaatsen serviceflats (2011)
Programmatiecijfer 2012 Serviceflats
gewone afdeling van het WZC, 1 op de afdeling voor personen met dementie. Een thuiswonende oudere kan voor enkele dagen, een week of meer (maximaal 1 maand) naar het rusthuis komen in kortverblijf. Voor dringende hulpvragen wordt een oplossing gezocht via thuiszorg, kortverblijf of opname in een
575
647
95
223
ander passend rusthuis.
1.452
1.699
255
694
Er is een ontdubbeling van de tweepersoonskamers in het WZC voorzien. De start van de werken is
Vlaams-Brabant
10.667
14.927
1.900
5.650
Vlaams Gewest
66.725
89.455
14.532
33.793
Dilbeek Totaal IV RWNWB
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
voorzien in 2014. Dagverzorgingscentrum Breugheldal Ouderen die nog thuis wonen of die inwonen bij familie of vrienden kunnen overdag opgevangen
Het OCMW van Dilbeek heeft volgende voorzieningen met betrekking tot seniorenhuisvesting ter
worden in het woon-en zorgcentrum van het OCMW.
beschikking:
In het dagverzorgingscentrum worden ouderen (vanaf 60 jaar) uit de thuissituatie opgevangen om de familie die instaat voor de dagelijkse zorg te ondersteunen. In samenspraak met de familie wordt
Bejaardenwoningen Schepdaal
gezorgd voor een (individuele) zinvolle tijdsbesteding en zorg.
De 8 bejaardenwoningen voor valide alleenstaanden of echtparen, gelijkvloers aan elkaar geschakeld, zijn gelegen in het centrum van Schepdaal. De bewoners kunnen nog zelfstandig wonen en/of kunnen beroep doen op thuiszorghulp. Er is een lange wachtlijst (gemiddeld 11 jaar).
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
5
Een woonzorgcentrum is een bij decreet beschermde collectieve woonvorm. De ouderen die er verblijven krijgen er huisvesting. Ze kunnen er ook geheel of gedeeltelijk gebruik maken van de aangeboden gezins- en huishoudelijke zorg. Veel woonzorgcentra die zorgbehoevende ouderen opnemen (maar niet allemaal), hebben van de overheid een aantal rust- en verzorgingsbedden gekregen. Die RVT-bedden zijn bedoeld voor het opvangen van zwaar zorgbehoevende ouderen. Ze kunnen er genieten van een intensieve verzorging. woonzorgcentra met zulke bedden noemen we rust- en verzorgingstehuizen. Voor een RVT-bed wordt door de overheid een hoger zorgforfait toegekend. Dat betekent dat het woonzorgcentrum er meer personeel kan inzetten voor de verzorging en de verpleging. Het is echter niet omdat een woonzorgcentrum niet over RVT-bedden beschikt, dat er geen zwaar zorgbehoevenden kunnen opgenomen en verzorgd worden. De meeste RVT-bedden bevinden zich in woonzorgcentra. Ook sommige ziekenhuizen beschikken over een aantal RVT-bedden. 31
Deze dagopvang kan georganiseerd worden op weekdagen, tussen 08.30 uur en 17.00 uur.
Wanneer personen nood hebben aan tijdelijke opvang en er geen plaats meer is in de noodwoningen
Afhankelijk van uw behoefte kan U één of meerdere weekdagen beroep doen op deze
van het OCMW, dan kan het Sociaal Comité beslissen om de opleg van verblijfskosten in een
dienstverlening.
onthaaltehuis ten laste te nemen.
Voorts zijn op het grondgebied van Dilbeek ook nog volgende private zorginstellingen voor ouderen aanwezig: -
-
-
4.5.3
Lokaal Opvanginitiatief (LOI)
WZC Quietas op de Bezenberg. Dit woon- en zorgcentrum wordt beheerd door de koepelorganisatie SOPRIMAT (deze organisatie groepeert momenteel 15 Woon- en Zorgcentra
Naar aanleiding van de grote instroom van asielzoekers werd door de Federale Overheid beslist om
verspreid over heel Vlaanderen). Binnen deze Woon- en Zorgcentra is er opvangmogelijkheid
de financiële dienstverlening van de OCMW’s t.a.v. asielzoekers te heroriënteren zodat aan de
voor ROB- en RVT-bewoners, maar ook voor valide bejaarden in serviceflats. Er zijn 75
nieuwe asielzoekers niet langer financiële hulp werd verstrekt maar wel materiële hulp
woongelegenheden, waarvan 48 RVT-bedden en 27 ROB-woonentiteiten.
(huisvesting, nutsvoorzieningen, …)
WZC Koning Albert I op de Keperenbergstraat ressorteert eveneens onder de
In 2010 beschikte het OCMW-Dilbeek over een Lokaal Opvanginitiatief dat bestond uit 13
koepelorganisatie SOPRIMAT. Hier zijn 66 woongelegenheden, waarvan 25 RVT-bedden, 40 ROB-
wooneenheden voor de opvang van 33 personen. In 2011 nam het OCMW van Dilbeek 7 nieuwe
entiteiten en 1 kort verblijf.
wooneenheden in huur, goed voor 18 extra opvangplaatsen. Begin 2011 beschikt het OCMW van
RVT De Verlosser vzw op de Brusselstraat. Deze instelling heeft een capaciteit van 56 erkende
Dilbeek over 20 wooneenheden met een opvangcapaciteit van 51 asielzoekers.
rusthuisbedden, waarvan 37 onder het RVT-statuut vallen. -
Residentie Maria-Assumpta op de H. Moeremanslaan wordt beheerd door VULPIA. Deze organisatie concentreert zich hoofdzakelijk op het beheer van de eigen rusthuizen, verspreid
4.5.4
Leefloners
over gans België. Daarnaast is de groep actief in het overnemen van bestaande rusthuizen, het
-
bouwen van nieuwe voorzieningen en catering. Residentie Maria-Assumpta heeft een erkende
In 2011 weren er 207 personen/gezinnen gerechtigd op een leefloon en 85 gerechtigden op een
capaciteit van 120 plaatsen, waarvan 56 RVT-bedden.
equivalent leefloon (ingeschreven in wacht- of vreemdelingenregister). In totaal waren er 292
Dilhome op de dr. J. Appelmanslaan heeft een erkende capaciteit van 28 plaatsen. Dilhome
gerechtigden.
bestaat uit 2 gebouwen die met elkaar in verbinding staan via een tuin. Het gebouw aan de Baron de Vironlaan heeft 65 bedden, in het andere gebouw op de Appelmanslaan verblijven 25 bewoners in een RVT-afdeling. -
4.5.5
Huurwaarborg
Het Witte huis VZW. Sinds 2011 verenigt deze VZW 3 instellingen die tot dan verspreid waren over de gemeente in één gebouw langsheen de Kerkstraat in Itterbeek (m.b. Campus Hoogveld
Het OCMW levert via Dexia huurwaarborgen af: het OCMW stort het bedrag van de huurwaarborg op
die voordien gelegen was langsheen de Hoogveldlaan, Campus Sint-Alena die aan de de
een geblokkeerde rekening bij de bank Dexia. In 2011 kende het OCMW 41 huurwaarborgen toe.
Heetveldelaan gesitueerd was en het bestaande gebouw van de VZW in de Kerkstraat). De 36 bestaande serviceflats werden uitgebreid met een rusthuis waar plaats is voor 63 kamers en 1 kamer voor kort verblijf.
4.5.6
Huurtoelage
Het OCMW kan tevens aanvullende steun toekennen als aanvulling op het leefloon/equivalent
4.5.2
Noodopvang
leefloon of op alle andere mogelijke vormen van inkomen. Dit gebeurt in situaties waarbij uit het sociaal onderzoek blijkt dat een menswaardig bestaan onmogelijk is gelet op het beperkte
Personen die op het grondgebied van Dilbeek verblijven en die door een noodgeval hun eigen
beschikbare inkomen. Zo kregen in 2011 27 gezinnen een huurtoelage van het OCMW.
woning of huurwoning niet meer kunnen bewonen, kunnen tijdelijk in de noodopvang terecht. De toekenning van deze steun in natura wordt beslist door het bijzonder comité van de sociale dienst van het OCMW en is beperkt in tijd.
4.5.7
Stookoliefonds via het Stookoliefonds
Het OCMW van Dilbeek beschikt over drie noodwoningen. Het gaat om twee studio’s waar één persoon kan verblijven en één woonentiteit waar vier personen ondergebracht kunnen worden.
Het federale sociaal stookoliefonds bestaat sinds 2004 en kent via de OCMW’s verwarmingstoelages
Momenteel loopt een renovatieproject waardoor het OCMW eind 2012 over twee nieuwe
toe aan mensen die het niet breed hebben, voor de verwarming van hun woning met huisbrandolie,
noodwoningen zal beschikken.
verwarmingspetroleum of bulkpropaangas.
Naast het aanbod van het OCMW beschikte ook de gemeente over opvangmogelijkheden. In het
In 2011 kende het OCMW aan 124 gezinnen een verwarmingstoelage toe. Daarnaast dienden 22
kader van het Lokaal Sociaal Beleidsplan werd echter beslist om deze taak vanaf 2011 over te
gezinnen een aanvraag in die geweigerd werd.
dragen aan het OCMW.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
32
4.5.8
Verwarmingstoelage toegekend via het OCMW
In 2011 waren er 6 gezinnen die via het OCMW een verwarmingstoelage hebben ontvangen in de vorm van ten laste name van 300 kg of 600 kg kolen of 500 liter mazout.
4.5.9
Budgetmeter voor elektriciteit en gas
Iedereen heeft recht op een minimumlevering aan elektriciteit, gas en water voor huishoudelijk gebruik. Als men de verbruiksfacturen van de energieleverancier niet betaalt, kan deze energieleverancier het contract wel opzeggen. Vindt men geen nieuwe leverancier, dan komt men automatisch terecht bij de netbeheerder van de gemeente die dan optreedt als sociale leverancier. Betaalt men ook hier de facturen niet, dan zal de sociale leverancier een budgetmeter plaatsen die de afnemer vooraf moet opladen. Wanneer de budgetmeter voor elektriciteit leeg is, schakelt deze automatisch over op de minimumlevering van 10 ampère. In 2011 waren er op het grondgebied van Dilbeek 164 actieve budgetmeters voor elektriciteit en 95 voor gas.
5.
VRAAG – BEHOEFTEN
5.1
Demografische gegevens
5.1.1
Aantal inwoners & bevolkingsevolutie
Dilbeek is (samen met Asse) met voorsprong de grootste gemeente in het werkingsgebied van het woonproject. De index van de bevolkingstoename in Dilbeek schommelt rond deze van VlaamsBrabant en Vlaanderen. Tabel 32. Bevolkingsevolutie (aantal inwoners) 2001-2011 (01-01-200X) Dilbeek Totaal IV RWNWB
Index 01-11
2001
2006
2007
2008
2009
2010
2011
37.818
39.412
39.585
39.654
39.742
39.998
40.201
106,30
121.943
125.645
126.225
126.747
127.505
128.560
129.407
106,12
Vlaams-Brabant
1.018.403
1.044.133
1.052.467
1.060.232
1.068.838
1.076.924
1.086.446
106,68
Vlaams Gewest
5.952.552
6.078.600
6.117.440
6.161.600
6.208.877
6.251.983
6.306.638
105,95
De sociale dienst van het OCMW registreerde in 2011 3.534 opladingen.
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen, FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL & eigen berekening
4.5.10 Installatiepremie daklozen (op basis van de RMI-wet)
5.1.2
Daklozen die een woonst vinden, kunnen in kader van de wet 'betreffende het recht op
Tabel 33. Gemiddelde bevolkingsdichtheid inw./km²
Bevolkingsdichtheid
grondgebied (km²)
maatschappelijke integratie' een installatiepremie krijgen van het OCMW wanneer ze aan volgende voorwaarden voldoen:
Dilbeek
1. De persoon moet recht hebben op een leefloon (of aanvullend leefloon)
Totaal IV RWNWB
2. De persoon moet zijn hoedanigheid van dakloze verliezen door een woning te betrekken die
Vlaams-Brabant
hem als hoofdverblijfplaats dient. Dit wil zeggen dat het moet gaan om een woning met een permanent karakter. Een opname in een opvangcentrum bijv. geeft geen recht op een
Vlaams gewest
2001
2006
2007
2008
2009
2010
2011
Index 01-11
41,18
918
957
961
963
965
971
976
106,30
196,87
619
638
641
644
648
653
657
106,12
2.106,15
484
496
500
503
507
511
516
106,68
13.522,25
440
450
452
456
459
462
466
105,95
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen & eigen berekening
installatiepremie. 3. De persoon mag nog niet eerder in z'n leven genoten hebben van de installatiepremie van
Opvallend aan de cijfers uit tabel 33 is dat de bevolkingsdichtheid in Dilbeek veel hoger ligt dan in
het OCMW. De wet stelt duidelijk dat men maar één keer in z'n leven gebruik kan maken van
Vlaams-Brabant en Vlaanderen. Deze bedraagt meer dan het dubbele van het Vlaamse gemiddelde
de installatiepremie.
(wat ook al het geval was 10 jaar geleden).
Het bedrag van de installatiepremie bedraagt 1/12de van het jaarlijkse bedrag van het leefloon voor de categorie 3. De installatiepremie wordt in één schijf uitbetaald en dit op het moment dat de persoon de woning betrekt. Bedoeling is immers dat de cliënt de premie betaalt om zich te
5.1.3
Aantal gezinnen en samenstelling
installeren in de woning. In 2011 werden Dilbeek 8 installatiepremies aan daklozen uitgekeerd.
Tabel 34. Aantal huishoudens: evolutie 2001 Dilbeek Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant Vlaams gewest
2006
2007
2008
2009
2010
Index 01-10
15.117
15.956
16.035
16.145
16.145
16.225
107,33
48.104
50.707
51.101
51.520
51.834
52.275
108,67
409.924
427.437
431.896
435.719
439.350
442.945
108,06
2.413.745
2.525.849
2.550.088
2.576.974
2.601.266
2.625.334
108,77
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
33
Bovenstaande tabel geeft een overzicht van het aantal huishoudens6 per gemeente. Dilbeek telt het
Het migratiesaldo (2006-2010) is zeer verschillend van gemeente tot gemeente en verschilt ook erg
meeste aantal huishoudens van de interlokale vereniging. De relatieve stijging van het aantal
van jaar tot jaar. Ook hier werden de cijfers als gemiddelden bekeken over een periode van vijf jaar.
huishouden, gezien over een periode van ongeveer 10 jaar is iets minder sterk dan in de andere Tabel 37. Migratiesaldo
gemeenten van de interlokale vereniging en dan de bovenlokale gemiddelden.
2006
Tabel 35. Gemiddelde gezinsgrootte
291
206
+ 161,00
4,04
382
294
574
914
676
+ 568,00
4,45
2010
Totaal IV RWNWB
2,43
2,47
Vlaams-Brabant
Gemiddelde IV RWNWB
2,56
2,50
2,46
Vlaams Gewest
2,43
2,43
2,40
2,38
gemid./ 1000 inw.
92
2004
2,47
gemid. 2006-‘10
2010
32
2,48
2,45
2009
184
2000
Vlaams Gewest
2008
Dilbeek
Dilbeek
Vlaams-Brabant
2007
5.912
5.227
6.545
6.119
7.265
+ 6.213,60
5,83
27.923
31.225
35.145
32.043
40.975
+ 33.462,20
5,40
Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) en eigen berekening
Gezien per duizend inwoners had Dilbeek op vijf jaar tijd een aantrekkingskracht die vergelijkbaar is
Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI)
met het gemiddelde van de interlokale vereniging. Deze cijfers zijn typisch voor de rand rond Tabel 35 toont duidelijk aan dat de gezinnen in Vlaanderen kleiner worden in omvang. Dilbeek
Brussel: er is namelijk een doorschuifbeweging op gang vanuit Brussel. De migratiecijfers voor
daarentegen gaat in tegen deze trend en kent een stijging van het gemiddeld aantal personen per
Dilbeek liggen wel onder het provinciaal en gewestelijk gemiddelde. Een verklaring hiervoor zou
huishouden.
kunnen gevonden worden in het rapport omtrent de Vlaamse Rand rond Brussel van de Studiedienst van de Vlaamse Regering7. Hierin worden de migratiebewegingen naar de Vlaamse Rand bestudeerd, maar ook deze vanuit de Vlaamse Rand. Daarbij valt een grote instroom op vanuit het
5.1.4
Natuurlijke bevolkingsaangroei
Brussels Hoofdstedelijk Gewest naar de randgemeenten, maar tegelijk zijn er een aantal van die randgemeenten die een grote uitstroom kennen naar andere gemeenten in het Vlaams Gewest. Het
De natuurlijke aangroei wordt bekomen door het aantal geboorten per jaar te verminderen met het
feit dat Opwijk (gelegen in de tweede gordel rond Brussel) een zeer sterk positief migratiesaldo kent
aantal overlijdens van dat jaar. Het saldo van de natuurlijke bevolkingsaangroei verschilt erg van
(gemiddeld 14,57 inwoners / 1.000 inwoners), zou deze hypothese kunnen bevestigen.
jaar tot jaar. Vandaar dat deze cijfers worden samengeteld over een periode van vijf jaar en als
Gezien per duizend inwoners valt meteen ook het verschil in grootteorde op in vergelijking met het
gemiddelde worden bekeken.
saldo van de natuurlijke bevolkingsaangroei (zie tabel 36). De bevolkingstoename is relatief gezien dus vooral het gevolg van de migratiebewegingen van de bevolking.
Tabel 36. Saldo natuurlijke bevolkingsaangroei 2006
2007
Deze cijfers staan dan ook in schril contrast met de woonbehoefteanalyse die gemaakt wordt in het 2008
2009
2010
gemid. 2006-‘10
gemid. /1000 inw.
Dilbeek
-21
28
-15
-35
-25
-13,60
-0,47
Totaal IV RWNWB
174
175
164
147
134
158,80
1,00
Vlaams-Brabant
2.188
2.079
2.057
1.862
2.022
2.041,60
1,56
Vlaams Gewest
9.476
10.045
12.168
10.593
11.502
10.756,80
1,44
kader van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Hierbij dient uitgegaan te worden van een gesloten bevolkingstoename, dus zonder rekening te houden met migratie.
5.1.6
Burgerlijke staat
Bron: FOD Economie - Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) en eigen berekening
Tabel 38. Evolutie van het aantal gescheiden personen en weduw(e)(naar)s 2000-2010 2000
Dilbeek is de enige gemeente in het werkingsgebied van de IV RWNWB die een negatief gemiddelde gescheiden
scoort en kent ook in vergelijking met de bovenlokale gemiddelden (per duizend inwoners) een
aantal
lagere natuurlijke bevolkingstoename. Dilbeek Totaal IV RWNWB
5.1.5
Vlaams-Brabant
Migratie
Vlaams Gewest
Het migratiesaldo is het verschil tussen het aantal inwijkingen en het aantal uitwijkingen. Zowel
2010 weduw(e)(naar)s
%
aantal
2.096
5,6
2.538
%
gescheiden aantal
6,7
weduw(e)(naar)s
%
aantal
2.427
6,1
2.068
% 5,2
6.140
5,1
7.897
6,5
7.474
5,8
6.706
5,2
50.584
5,0
66.199
6,5
60.345
5,6
55.706
5,2
308.523
5,2
397.511
6,7
377.417
6,0
334.594
5,4
% t.o.v. totaal aantal inwoners Bron: FOD Economie, STATBEL & eigen berekening
interne verschuivingen, tussen twee Belgische gemeenten, als externe migraties, tussen een Belgische gemeente en het buitenland, worden hier meegeteld. Het aantal asielzoekers (met een
Dilbeek kende in 2010 een hoog percentage gescheiden personen en een vergelijkbaar percentage
verblijfsadres) is niet in deze tabel opgenomen. Deze worden wel opgenomen van zodra zij het
weduw(e)(naar)s in vergelijking met de andere gemeenten, de provincie en Vlaanderen.
statuut van vreemdeling krijgen of op een andere manier geregulariseerd worden.
6
Een huishouden bestaat uit alle mensen die onder één dak leven (domicilie op hetzelfde adres). Enkel de private huishoudens worden hier geteld, niet de collectieve (rusthuizen, kloosterordes…).
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
7
SVR-Rapport 2009/5: ”De Vlaamse Rand: een socio-economisch profiel en een blik op het Vlaamse karakter”– Samenstelling Daniël Derudder. pg 73, binnenlandse migratie. 34
5.1.7
Leeftijdsverdeling, -evolutie en prognose
aantal huishoudens mee opgenomen werd. De projecties gaan uit van de waarnemingen op 1 januari 2008 en werkt prognoses uit tot 2030.
Tabel 39. Bevolking, verdeeld volgens leeftijd (01-01-2010) 0-19 absoluut Dilbeek Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant Vlaanderen
20-59 %
absoluut
60-79 %
absoluut
Tabel 42. Bevolkingsprojecties aantal inwoners 2020 en 2030
80+ %
absoluut
bevolking 2010 (waargenomen cijfers)
%
projectie 2020
index 2010-‘20
index 2010-‘30
projectie 2030
9.085
22,71
20.554
51,39
8.173
20,43
2.186
5,47
29.304
22,79
68.271
53,10
24.623
19,15
6.362
4,95
Dilbeek
39.998
40.729
101,83
40.611
101,53
128.560
132.309
102,92
132.987
103,44
245.903
22,83
578.271
53,70
199.249
18,50
53.501
4,97
Totaal IV RWNWB
1.376.385
22,02
3.368.380
53,88
1.195.956
19,13
311.262
4,98
Vlaams-Brabant
1.076.924
1.119.773
103,98
1.129.713
104,90
Vlaanderen
6.251.983
6.545.046
104,69
6.619.961
105,89
% t.o.v. de totale bevolking Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
Bron: Studiedienst van de Vlaamse Regering (SVR) - projecties van de bevolking en de huishoudens voor Vlaamse steden en gemeenten, 2009-2030.
Het percentage 0-19 jarigen in 2010 ligt in Dilbeek iets hoger dan in Vlaanderen en volgt het percentage van Vlaams-Brabant. Het aandeel ouderen (60-79 jarigen en 80-plussers) in Dilbeek
Voor Dilbeek voorziet de Studiedienst een stijging van het aantal inwoners. Men voorspelt echter dat
overstijgt lichtjes het percentage van de provincie en Vlaanderen, ten koste van het aandeel 20- tot
de groei tegen 2030 gestagneerd zal zijn en men zelfs een daling van het aantal inwoners zal
59-jarigen.
kunnen vaststellen. Voor het aantal huishoudens echter voorziet men een blijvende stijging tot 2030. De stijging (van zowel het aantal inwoners als het aantal huishoudens) zal in Dilbeek wel minder sterk zijn dan deze op bovenlokaal niveau.
Tabel 40. Evolutie aantal -20-jarigen 0-19
2000 absoluut
Dilbeek
Vlaanderen
absoluut
2010 %
absoluut
Tabel 43. Bevolkingsprojecties aantal huishoudens 2020 en 2030
%
8.542
22,64
8.970
22,83
9.085
22,71
28.066
23,07
28.452
22,78
29.304
22,79
232.577
22,92
235.193
22,66
245.903
22,83
1.369.264
23,05
1.342.718
22,22
1.376.385
22,02
Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant
2005 %
% t.o.v. de totale bevolking Bron: Lokale statistieken Vlaanderen & eigen berekening
huishoudens 2009 (geen recentere waargenomen cijfers beschikbaar) Dilbeek
16.145
Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant
Uit tabel 40 kunnen we opmaken dat er sinds 2000 in Dilbeek in absolute cijfers een constante stijging is van het aantal -20 jarigen. Relatief gezien kan men echter vaststellen dat het aantal -20
Vlaanderen
projectie 2020
index 2010-‘20
17.166
index 2010-‘30
projectie 2030
106,32
17.420
107,90
51.834
55.689
107,44
57.166
110,29
439.350
474.016
107,89
487.614
110,99
2.601.266
2.823.307
108,54
2.913.559
112,01
Bron: Studiedienst van de Vlaamse Regering (SVR) - projecties van de bevolking en de huishoudens voor Vlaamse steden en gemeenten, 2009-2030.
jarigen over een periode van +/- 10 jaar quasi gelijk gebleven is. Deze cijfers volgen de tendens op provinciaal niveau. Op gewestelijk niveau is er een relatieve daling van het aandeel -20 jarigen vast
Ook in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) wordt een hoofdstuk gewijd aan de
te stellen.
prognoses op vlak van demografische ontwikkelingen. Hierbij dient men uit te gaan van een gesloten bevolkingstoename, dus zonder rekening te houden met migratie. De cijfers m.b.t.
Tabel 41. Evolutie aantal +60-jarigen 60+
absoluut
Dilbeek
Vlaanderen
2005 %
absoluut
2010 %
absoluut
%
9.286
24,62
9.823
25,00
10.359
25,90
27.023
22,21
28.603
22,90
30.985
24,10
223.455
22,02
232.102
22,37
252.750
23,47
1.316.767
22,17
1.377.529
22,79
1.507.218
24,11
Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant
bevolkingstoename werden in het GRS ook verder uitgewerkt per deelgemeente.
2000
Bron: Lokale statistieken Vlaanderen & eigen berekening
Uit bovenstaande tabel kunnen we opmaken dat er sinds 2000 in absolute aantallen in Dilbeek sprake is van een constante stijging van het aantal +60-jarigen. Ook relatief gesproken constateren we een toename van hun belang sinds 2000. De vergrijzing zet zich dus ook in Dilbeek door. Ook
5.1.8
Aantal personen met een handicap
Dilbeek heeft één van de laagste percentages van personen met een handicap in vergelijking met de andere gemeenten binnen het woonproject. Voor alle gemeenten van het intergemeentelijk project ligt het percentage gehandicapten echter lager dan het Vlaams-Brabantse gemiddelde. Tabel 44. Aantal personen met een handicap, Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) 2011 totaal
bovenlokaal wordt de bevolking ouder (of grijzer). Begin 2011 stelde de Studiedienst van de Vlaamse Regering de nieuwe projecties van de bevolking voor Vlaamse steden en gemeenten voor. Nieuw is dat in deze prognoses ook de evolutie van het
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
aantal
jongeren (< 18 j) %*
aantal
%**
actieven (18-65) aantal
%**
ouderen (65+) aantal
%**
Dilbeek Totaal IV RWNWB Vlaams-Brabant
35
Vlaanderen
van de partner mag er worden gekozen of er een afzonderlijke of een gezamenlijke aangifte wordt
* % t.o.v. totale bevolking ** % t.o.v. totaal aantal personen met een handicap Bron: Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH)
ingevuld. Indien er geen keuze wordt gemaakt, wordt men afzonderlijk belast. Dilbeek heeft, in vergelijking met Vlaams-Brabant en het Vlaams gewest, een iets hoger percentage
Personen met een handicap kunnen aanspraak maken op een vergoeding van de overheid. De
lage inkomens (= minder dan €10.000 per jaar). Het percentage hoge inkomens (= meer dan
integratietegemoetkoming (IT) gaat naar wie omwille van zijn handicap en ten gevolge van
€50.000 per jaar) in Dilbeek ligt iets hoger dan het gemiddelde van Vlaams-Brabant en ruim boven
vermindering van zelfredzaamheid, bijkomende kosten heeft om zich in het maatschappelijk leven in
het gemiddelde van Vlaanderen.
te passen. De inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) bestaat er voor wie, omwille van zijn handicap, niet in staat is om meer dan één derde te verdienen van wat een gezond persoon kan
Tabel 46. Lage en hoge inkomens 2009 (aanslagjaar 2010)
verdienen.
Totaal netto belastbaar inkomen (in EUR x 1.000.000)
vanaf Minder 10.00 dan 1 tem 10.00 20.00 0 0
vanaf 20.00 1 tem 30.00 0
vanaf 30.00 1 tem 40.00 0
7,97
14,50
22,45
19,35
11,47
6,99
17,28
7,76
14,10
18,57
13,31
6,37
2,87
3,49
0,21
0,40
3,88
6,04
5,10
4,11
13,79
6,69
13,94
23,22
20,49
11,42
7,09
17,16
6,52
13,55
18,90
14,18
6,33
2,52
2,84
0,17
0,39
4,32
6,31
5,09
4,56
14,32
8,65
13,75
23,63
19,92
10,99
6,90
16,18
8,39
13,35
19,40
13,51
5,98
2,45
2,64
0,26
0,39
4,23
6,41
5,01
4,45
13,53
7,21
14,02
27,49
21,35
10,74
6,68
12,51
individuele
6,97
13,53
21,92
13,68
5,07
1,82
1,64
gemeenschappelijke
0,23
0,49
5,57
7,68
5,67
4,86
10,87
Tabel 45. Begunstigden inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) en/of integratietegemoetkoming (IT) (2009) aantal
inwoners 2009
303
39.742
7,62
Totaal IV RWNWB
873
127.505
6,85
9.262
1.068.838
8,67
68.841
6.208.877
11,09
Vlaanderen
Nulaang.
per duizend inwoners
Dilbeek
Vlaams-Brabant
Aantal aangiften % (t.o.v. totaal aantal aangiften)
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen.
alle aangiften Dilbeek
777,132
individuele gemeenschappelijke alle aangiften
tot. IV RWNWB
2.429,521
individuele gemeenschappelijke
Dilbeek heeft per duizend inwoners ongeveer 7,6 personen die recht hebben op een IVT en/of IT. Dit is het hoogste cijfer van alle gemeenten die deel uitmaken van het project. Voor alle 6
alle aangiften VlaamsBrabant
Bij deze cijfers dient opgemerkt te worden dat de tegemoetkomingen gebeuren door de federale overheid en dat niet iedereen die recht heeft op een tegemoetkoming ook bij het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap (VAPH) ingeschreven staat. Om door het VAPH erkend te worden als een persoon met een handicap, moet men aan een aantal voorwaarden voldoen. Naast de inschrijvingsvoorwaarden moet de aanvrager ook nood hebben aan de dienstverlening van het VAPH. Dit maakt dat niet alle personen met een handicap zich tot het VAPH richten of bij het VAPH zijn ingeschreven. Een erkenning van de handicap kan dus zowel op federaal als op Vlaams niveau gebeuren.
individuele gemeenschappelijke
gemeenten uit het project ligt het aantal wel lager dan het Vlaams-Brabantse en Vlaamse gemiddelde.
19.738,355
alle aangiften Vlaams Gewest
103.191,442
vanaf 40.00 1 tem 50.00 0
meer dan 50.00 0
Gemid. inkomen per aangifte (in EUR) 33.763
33.000
32.687
28.733
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL & eigen berekening
Koppelen we deze gegevens aan de inkomensgrenzen die gesteld worden bij het aanbod aan sociale/vlabinvest woningen, dan kunnen we een indicatie krijgen van het procentueel aantal aangiften die potentieel aanspraak zou kunnen maken op een sociale en/of Vlabinvestwoning. Volgende opmerkingen moeten wel in overweging genomen worden bij de evaluatie van deze cijfers:
Bij de aangiften per looncategorie wordt geen onderscheid gemaakt naar de verschillende huishoudens: een individuele aangifte kan zowel van een alleenstaande als van een alleenstaande met 1 of meer kinderen ten laste als van een echtgenoot die getrouwd is onder het
Bovendien is er in Dilbeek een tehuis voor opvang en begeleiding van volwassen personen met een
huwelijksstelsel “scheiding van goederen” zijn. Ook bij de gemeenschappelijke aangiften kan
verstandelijke handicap gevestigd, de Michielsheem vzw.
men niet afleiden of het om gezinnen met of zonder kinderen ten laste gaat.
bovendien zijn de voorwaarden om toegang te krijgen tot een sociale woning ruimer dan enkel de inkomensplafonds.
5.2
Socio-economische gegevens
5.2.1
Inkomen
De VMSW biedt via de SHM’s zowel sociale huur- als sociale koopwoningen aan. De sociale huurwoningen worden verhuurd conform het sociaal huurbesluit8 en de sociale koopwoningen worden toegewezen volgens het overdrachtenbesluit9. In onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van percentages t.o.v. het totaal aangiften en dit per soort aangifte. Een aangifte kan worden ingevuld door één persoon (individuele aangifte) of twee personen (gemeenschappelijke aangifte). De algemene regel is dat iedereen een individuele aangifte moet invullen, buiten de gehuwden en wettelijk samenwonenden. Zij moeten gezamenlijk een aangifte invullen, behalve in het jaar van het huwelijk of het wettelijk samenwonen en in het jaar van de scheiding of het stopzetten van het wettelijk samenwonen. In het jaar van het overlijden Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
8
Besluit van de Vlaamse Regering van 12/10/2007 “tot reglementering van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de Vlaamse Wooncode” en latere wijzigingen 9 Besluit van de Vlaamse Regering van 29/09/2006 betreffende “de voorwaarden voor de overdracht van onroerende goederen door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen en de sociale huisvestingsmaatschappijen ter uitvoering van de Vlaamse Wooncode” en latere wijzigingen 36
Om aanspraak te kunnen maken op zo’n woning, dient de aanvrager te voldoen aan een aantal voorwaarden, zo ook een inkomensvoorwaarde. De bovengrenzen voor het inkomen (geïndexeerde bedragen 2012) voor een sociale huurwoning zijn als volgt vastgelegd (dit zijn minimumwaarden; sommige sociale huisvestingsmaatschappijen laten hogere lonen toe):
€ 19.796,00 voor een alleenstaande zonder personen ten laste;
€ 21.455,00 voor een alleenstaande gehandicapte;
€ 29.694,00 vermeerderd met €1.659 per persoon ten laste, in alle andere gevallen.
Om aanspraak te kunnen maken op een sociale koopwoning mag het inkomen (geïndexeerde bedragen 2012):
niet lager zijn dan € 8.190,00
niet meer bedragen dan: -
€ 32.740,00 voor alleenstaanden;
-
€ 49.110,00 voor gehuwden, wettelijk of feitelijk samenwonenden en alleenstaanden met één persoon ten laste. Dit bedrag mag worden vermeerderd met € 3.270,00 per bijkomende persoon ten laste.
Ook aan de Vlabinvest woningen worden een aantal voorwaarden gesteld, waaronder een inkomensvoorwaarde (geïndexeerde bedragen 2012):
voor een huurwoning bedragen de maxima: -
€ 32.583,00 voor alleenstaanden;
-
€ 47.248,00 voor een gezin met twee personen (per persoon ten laste mag bij het bedrag € 3.274,00 bijgeteld worden).
voor een koopwoning bedragen de maxima: -
€ 39.100,00 voor alleenstaanden;
-
€ 55.396,00 voor een gezin met twee personen (per persoon ten laste mag bij het bedrag € 3.274,00 bijgeteld worden).
Bovendien moet het minimuminkomen van de kandidaat € 7.395,00 bedragen.
5.3
Wachtlijsten / typologie sociale huisvesting
5.3.1
Aantal kandidaat-huurders
Bij de cijfers m.b.t. het sociaal huurpubliek dient opgemerkt te worden dat het niet uit te sluiten valt dat er dubbele tellingen van kandidaten optreden. Het is mogelijk dat een kandidaat-huurders voor een SVK-woning ook voorkomt op de wachtlijsten van de sociale huisvestings-maatschappijen. Ook bij de SVK’s en SHM’s onderling zijn dubbele kandidaturen mogelijk. Einde 2011 waren er bij Providentie een totaal van 4.080 kandidaturen die in aanmerking kwamen voor een sociale huurwoning (in het volledige werkingsgebied van de SHM). De wachtlijsten van de kandidaat-huurders bij de sociale huisvestingsmaatschappijen (Providentia en GMV) zijn nominatief en de kandidaten voldoen aan alle gestelde voorwaarden om aanspraak te kunnen maken op een sociale huurwoning. Het aantal kandidaten omvat de aanvragen van de verschillende huishoudens. De aantallen zijn dus niet uitgedrukt in aantal personen, maar in aantal huishoudens De lijsten van de kandidaturen worden onderverdeeld volgens kamertype. Dat wil zeggen dat men bij het overzicht van het totaal aantal wachtenden rekening moet houden met het feit dat er dubbele tellingen van kandidaten mogelijk zijn: volgens de rationele bezetting is het immers mogelijk dat dezelfde kandidaat recht heeft op verschillende kamertypes. Dit is duidelijk vast te stellen door het feit dat tabel 47 een totaal van 4.080 kandidaturen geeft, terwijl het aantal unieke kandidaturen 2.325 bedraagt. Tabel 47. Aantal kandidaturen per domicilie bij SHM Providentia en SHM GMV Providentia gedomicilieerd in Dilbeek gedomicilieerd in het werkgebied van de SHM
GMV
TOTAAL
301
nb
301
2.781
nb
2.781
uit het Vlaams Gewest (buiten het werkgebied)
554
nb
554
Uit de volgende grafiek kan men afleiden dat het potentieel maximum voor een sociale huurwoning
uit het Brussels Gewest
434
nb
434
voor een alleenstaande 40% van de aangiften bedraagt. Voor een koppel zou dit potentieel
uit het Waals Gewest
10
nb
10
4.080
nb
4.080
maximum slechts 10% van de aangiften zijn (sociale huur). Men gaat er hierbij van uit dat men pas een appartement/woning/grond zal aankopen op het
Totaal aantal kandidaturen Bron: SHM Providentia en SHM GMV
moment dat men niet meer voor een (sociale/vlabinvest) huurwoning in aanmerking komt. En dat men enkel in een Vlabinvest woning geïnteresseerd zal zijn indien men boven de inkomensgrens
Bovenstaande tabel toont de kandidaten, ingedeeld volgens woonplaats. Op de wachtlijst van
voor een sociale woning zit.
Providentia hebben 301 van de 4.080 gestelde kandidaturen hun domicilie in Dilbeek. In tabel 47 is geen rekening gehouden met de woonplaatsvoorkeur. In principe dienen de kandidaten zich in te schrijven voor het volledige werkingsgebied van de sociale huisvestingsmaatschappij. Hierop kan op gemotiveerd verzoek echter afgeweken worden. Tabellen 48 en 49 houden wel rekening met het feit dat de kandidaat Dilbeek als voorkeursgemeente heeft opgegeven. Wanneer men deze aanvragen opdeelt volgens kamertypevoorkeur, krijgt men voor de kandidaten die geïnteresseerd zijn in een woning van Providentia in Dilbeek een onderverdeling volgens onderstaande tabel. Ook hier geldt hetzelfde voorbehoud zoals hierboven aangehaald: onderstaande cijfers betreffen geen unieke kandidaten, maar kandidaturen die eventueel voor meerdere kamertypes in aanmerking komen. De onderverdeling geeft wel een duidelijk beeld over naar welk woningtype het meeste vraag is.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
37
Grafiek: grafiek potentiële maxima (%) kandidaten sociale/vlabinvest-woningen
Bron: FOD Economie – Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie, STATBEL & eigen verwerking
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
38
Tabel 48. Aantal kandidaturen per domicilie bij SHM Providentia voor een huurwoning in Dilbeek Domicilie van de kandidaten
voorkeur kamertype (aantal kamers) 0/1
2
3
4
totaal
5
Tabel 50. Aantal kandidaturen per domicilie bij SVK de Woonkoepel gedomicilieerd in Dilbeek
43
Dilbeek
65
94
74
23
27
283
gedomicilieerd in het werkgebied van het SVK
40
rest van het werkgebied van Providentia
78
120
140
61
45
444
uit het Vlaams Gewest (buiten het werkgebied)
15
rest van het Vlaams Gewest
18
49
59
25
23
174
uit het Brussels Gewest
14
Brussels Gewest
40
67
81
39
33
260
uit het Waals Gewest
0
2
3
0
0
5
Waals Gewest Totaal aantal kandidaturen Aanbod sociale huurwoningen Aant. Kandidat. uit Dilbeek/totale aanbod
201
332
357
148
128
1.166
39
144
160
58
21
422
1,67
0,65
0,46
0,40
1,29
0,67
Bron: SHM Providentia
4
Totaal aantal kandidaturen
116
Bron: SVK de Woonkoepel
5.3.2
Typologie sociale huurwoningen
Concreet voor Dilbeek kan men dus uit bovenstaande tabel afleiden dat van de mensen die momenteel
Het OCMW van Dilbeek heeft 6 bejaardenwoningen te Sint-Ulriks-Kapelle in eigendom, die zij verhuurt
gedomicilieerd zijn in de gemeente het hoogste aandeel voor een 2-kamerappartement in aanmerking
overeenkomstig het sociaal huurbesluit (deze werden reeds besproken onder 4.5.1).
zou komen. Tabel 51. huurwoningen in beheer van OCMW Dilbeek. Voor de Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting krijgt men onderstaande verdeling.
Gemeente + straat Dilbeek St-U.-Kapelle
Tabel 49. Aantal kandidaturen per domicilie bij SHM GMV voor een huurwoning in Dilbeek Domicilie van de kandidaten
voorkeur kamertype (aantal kamers) 0/1
2
3
4
TOTAAL DILBEEK totaal
5
Dilbeek
46
96
42
11
0
195
rest van het werkgebied van GMV
37
64
59
35
0
195
8
16
13
4
0
41
38
50
47
16
0
151
2
2
1
0
0
5
Totaal aantal kandidaturen
131
228
162
66
0
587
Aanbod soc. huurwoningen
18
67
121
4
0
210
2,56
1,43
0,35
2,75
-
0,93
rest van het Vlaams Gewest Brussels Gewest Waals Gewest
Aant. Kandidat. uit Dilbeek/totale aanbod Bron: SHM GMV
Ook hier kan men afleiden dat van de mensen die momenteel gedomicilieerd zijn in de gemeente het hoogste aandeel voor een 2-kamerappartement in aanmerking zou komen. Op de wachtlijst van het RSVK De Woonkoepel stonden er einde 2011 116 kandidaturen ingeschreven. Deze cijfers betreffen het totaal aantal kandidaten op de wachtlijsten (dus zonder rekening te houden met hun woonplaatsvoorkeur). Ook bij een SVK heeft de kandidaat om bij woonvoorkeur te kiezen voor één gemeente, voor alle gemeenten van het werkgebied, of onbeperkt een selectie kunnen maken voor een aantal gemeenten. Het is dus mogelijk dat van de kandidaten die Dilbeek als voorkeurgemeente hebben opgegeven een groot aantal ook in een andere gemeente uit het werkingsgebied van het SVK dan Dilbeek wil wonen. Opgesplitst volgens de woonplaats van de kandidaten geeft dit volgende onderverdeling:
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
Krekelendries
app
won
0
6
0
6
0slpk
1slpk
2slpk
3slpk
4+slpk
6 0
tot aal 6
6
0
0
0
6
Bron : OCMW Dilbeek
Het patrimonium sociale huurwoningen van de sociale huisvestingsmaatschappijen (onderverdeeld volgens type) wordt in tabel 52 weergegeven. In de hoofdkern Dilbeek werden door Providentia in het verleden nog geen enkele sociale huurwoning voorzien. In Groot-Bijgaarden en Schepdaal kent men de grootste bundeling van sociale huurwoningen; kleinere groeperingen vindt men terug in St-MartensBodegem en St-Ulriks-Kapelle. Ook de Gewestelijke Maatschappij voor Volkshuisvesting realiseerde op het grondgebied van Dilbeek reeds een 200-tal sociale huurwoningen. Deze sociale huurwoningen bevinden zich alleen in de hoofdkern Dilbeek gerealiseerd, op wandelafstand van het treinstation. Tabel 52. Sociale huurwoningen (per type) gerealiseerd in Dilbeek door SHM Providentia/SHM GMV (situatie 01/02/2012) Project + Gemeente Dilbeek Wolsemveld Dilbeek Wolsemveld GrootReinaertwijk Bijgaarden Schepdaal Loveld Schepdaal Loveld Sint-UlriksBrusselstraat Kapelle TOTAAL PROVIDENTIA Dilbeek Savio 1 Dilbeek Savio 2 Zuurweidestraat, Dilbeek Koolmees, Kwikstaart Torenvalk, Kwikstaart, Dilbeek Koolmees Stationsstraat, Dilbeek Zuurweidestraat Dilbeek Kruisbes, Mispel Dilbeek Framboos Totaal GMV Bron : SHM PROVIDENTIA en SHM GMV
app
won 6
Jaar
2 36
225
8
35
140
1966 1968
40
6
1983
0
23
1987
16
1993
3 slpk
4 slpk
23
2007 183 24 22
126
2 slpk
1980 1981
239 26 7
16 16 84
1 slpk
1978 1978 1976
40 105
14
0 slpk
5 slpk 2 19
50
tota al 2 42 225
28 59
12 46
40 105
4
4
39
144
160
58
2
44
30
3
79
16
23
91
1
131
18
67
121
4
8 21
422
1999 2000 0
0
39
210
Een overzicht van de woningen in beheer van SVK de Woonkoepel is opgenomen in tabel 53.
6.
CONFRONTATIE VRAAG EN AANBOD : MOGELIJKHEDEN OM BEHOEFTEN OP TE VANGEN?
6.1
Aantal niet-bebouwde kavels (bebouwde en onbebouwde percelen)
Tabel 53. huurwoningen in beheer van SVK Woonkoepel VZW. Gemeente + straat
app
Dilbeek
Ninoofsesteenweg
Dilbeek Itterbeek
Neerhofstraat
won
0slpk
1slpk
15
0
11
2
0
2
2slpk
3slpk
4+slpk
totaal
4
15 2
Dilbeek Gr.-Bijgaarden
Kasteellaan
0
1
Dilbeek Itterbeek
Kerkstraat
2
0
2
2
Dilbeek Itterbeek
Koeivijverstraat
0
1
1
1
Dilbeek Gr.-Bijgaarden
Brusselstraat
7
2
4
2
Dilbeek Gr.-Bijgaarden
Bosstraat
3
0
1
2
Dilbeek Gr.-Bijgaarden
Nwe Gentsestwg.
1
0
1
Dilbeek Schepdaal
Wijngaardstraat
0
1
1
Dilbeek
Bruine Lieveheerstr.
0
1
Dilbeek
Verheydenstraat
1
0
1
1
Tabel 55. Evolutie bebouwde en onbebouwde percelen (toestand op 01/01/20XX) van 2002 tot 2012
Dilbeek
Molenbergstraat
1
0
1
1
(opp. in ha)
Dilbeek
Boudewijnlaan
0
1
32
7
TOTAAL DILBEEK
1
1
2
1
9
23
11
3
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
16.283
16.459
16.682
16.776
16.961
17.241
17.430
17.639
17.913
18.143
18.372
8.927
8.869
8.801
8.776
8.721
8.663
8.619
8.563
8.491
8.437
8.424
1 1
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
1 2
2002
1
1 0
(aantal) Bebouwde percelen Onbebouwde percelen
3
1
Tabel 54. Evolutie bebouwde en onbebouwde percelen (toestand op 01/01/20XX) van 2002 tot 2012
39
Bron : SVK Woonkoepel VZW
De volgende figuur geeft
Bebouwde percelen Onbebouwde percelen
2002
2003
2004
2005
2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
1.073,2
1.082,5
1.089,7
1.098,3
1.111,6
1.122,8
1.137,5
1.148,0
1.159,9
1.169,2
1.176,6
2.617,8
2.608,6
2.600,8
2.591,2
2.574,7
2.563,3
2.545,2
2.534,2
2.522,1
2.512,8
2.502,6
Bron: Lokale Statistieken Vlaanderen
de geografische spreiding weer van de sociale
Als basisgegevens worden de registers van het kadaster gebruikt. Vermits ongeveer 7% van de
huurwoningen die in het
oppervlakte in het Vlaamse Gewest (cijfer 2007) niet gekadastreerd of genormaliseerd is, geeft het
verleden gerealiseerd
bestand een onvolledige beschrijving van het bodemgebruik. M.a.w. de onbebouwde oppervlakte
werden door de GMV,
optellen met de bebouwde oppervlakte geeft niet de totale oppervlakte van het grondgebied. Daarvoor
Providentia en het OCMW
moet nog de niet-gekadastreerde en de niet-genormaliseerde oppervlakte bijgeteld worden.
van Dilbeek (t.h.v. de rode stippen situeren zich de kernen van sociale huisvesting):
Figuur: geografische spreiding sociale huurwoningen in Dilbeek Bron: orthofoto: google earth + eigen verwerking.
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
40
6.2
Gebieden met bijzonder statuut
6.2.1
Woonuitbreidingsgebieden
Figuur 2: Woonuitbreidingsgebieden in Dilbeek aan te snijden binnen de planperiode van het GRS
Bron: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Dilbeek
Woonplan Dilbeek - versie 04/11/2013
41