2010

Direction générale Soins de Santé primaires et Gestion de Crises Service Planification des Professionnels de Santé

Directoraat-generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer Dienst Planning van de Gezondheidsberoepen

Werkgroep kinesitherapie - Planningscommissie medisch aanbod. Notulen van de vergadering van 16/03/2010 Status document Brontaal: Redactie ontwerp : Goedkeuring : Aanwezig Voorzitter : Leden :

Administratie : Verontschuldigd Leden :

Frans Tite Kubushishi Goedgekeurd door PC_WG_Kinesitherapie

18/03/2010 20/04/2010

Johan Vandenbreeden Wannes Cappon, Richard De Grez, Simon D’Hooghe, Frank Ego, Marius Gielen, François Gruwez , Pascal Meeus, Jean-Jacques Moraine, Jules Schiemsky, Karel Stappaerts, Cindy Teixeira Mota, Peter Van Roy Tite Kubushishi Rik Gosselink, Patrick Willems, Monique Zuyderhoff

Agenda 1. Goedkeuring van de notulen van de vergadering van de werkgroep van 12 januari 2010 De notulen worden goedgekeurd mits volgende opmerkingen aangaande punt 2.4 van Prof. Rik Gosselink erin worden opgenomen: « een (al dan niet bindend) ingangsexamen zou nuttig zijn om de selectie van studenten bij het begin van de studies te rationaliseren. De studenten en de opleidingsinstituten zijn ook geïnteresseerd onder bepaalde voorwaarden. Door de selectie aan het begin van de studies moeten de studenten en de opleidingsinstituten vooraf een algemene kennis hebben over de arbeidsmogelijkheden die de kinesitherapie biedt in alle activiteitensectoren zodat ze met kennis van zaken kunnen kiezen, en niet alleen degene waarvoor een specifieke nomenclatuur wordt gevraagd. Enkel met die kennis van zaken kan er een goede keuze worden gemaakt. De beschikbaarheid van die informatie is voor de opleidingsinstituten een voorwaarde om te kunnen nadenken over het concept van een ingangsexamen.» Er moet ook worden toegevoegd aan de notulen dat het gaat om de «Nationale Raad voor de Kinesitherapie ».

2. Evaluatie van de gemaakte afspraken in punt 6 van de notulen van de vergadering van de werkgroep van 12 januari 2010 a) RIZIV-gegevens: ingeschreven kinesitherapeuten, actieve kinesitherapeuten en kinesitherapeuten die volgens de gegevens van het RIZIV op 31/12/2008 in RVT’s werkten De tabel van de individuele zorgverleners die het RIZIV sinds 2006 publiceert in zijn jaarrapporten evolueert in 2010. Hij ondergaat een methodologische herziening om coherent te zijn met de gegevens die aan de internationale instanties worden bezorgd (OESO, WGO, Eurostat). De telling van die beroepsbeoefenaars is gebaseerd op het rijksregisternummer zodat overblijvende dubbeltellingen worden vermeden.

PCP_WG_Kines_2010_03_16_PV_NL Goedgekeurd

p. 1 /5 p. 1 /5



- het totale aantal kinesitherapeuten dat op 31/12/2008 was ingeschreven bij het RIZIV bedraagt 26.194 waarvan er 840 65 jaar of meer zijn. Het totale aantal actieve kinesitherapeuten dat op 31/12/2008 actief was bij het RIZIV bedraagt, op basis van het criterium « een salaris hebben en/of minstens een prestatie per jaar », 18.430. Dat aantal houdt rekening met de diverse gemengde praktijken van de kinesitherapeuten. Er zijn er 17.691 die RIZIV-verstrekkingen uitvoeren en er zijn er 3.367 geïnventariseerd in RVT’s. We tellen 17.145 kinesitherapeuten die een drempel halen van 500 contacten en/of een loon trekken. In termen van afgevlakte voltijdsequivalenten (VTE’s) (want geraamd naar rata van de jaarlijkse mediaanuitgaven van de kinesitherapeuten uit leeftijdsgroep 45-54 jaar of geïnventariseerd in de RVT’s en in medische huizen), bedraagt het totale aantal actieve kinesitherapeuten bij het RIZIV op 31/12/2008 13.384, waarvan 12.015 VTE’s met RIZIV-verstrekkingen en 1.738 in RVT’s. De afvlakking gebeurt omdat er geen rekening wordt gehouden met de VTE’s hoger dan 1 bij het delen van de uitgaven door de mediaan. Als er enkel rekening wordt gehouden met de kinesitherapeuten met enkel RIZIV-verstrekkingen, bedraagt het totale aantal VTE kinesitherapeuten 12.015. Het aandeel van de kinesitherapeuten van 65 jaar en meer in het totale aantal VTE’s bedraagt 1%. Het aandeel van de vrouwelijke kinesitherapeuten in het totale aantal VTE’s bedraagt 48%. Het aandeel van de Nederlandstalige kinesitherapeuten in het totale aantal VTE’s bedraagt 57%. De gewogen gemiddelde leeftijd per VTE is 42,5 jaar. Het gewogen gemiddelde per VTE van de attesten van verstrekkingen per jaar bedraagt 2.787; dat van de uitgaven voor verstrekkingen (het betreft het gemiddelde van de bedragen die het RIZIV betaalde voor de verstrekkingen van de voltijds actieve kinesitherapeut, forfaits niet inbegrepen) bedraagt 37.707 € per jaar. De mediaan van de uitgaven voor prestaties 45-54 jaar bedraagt 28.608 €. De densiteit actieve kinesitherapeuten per 10.000 inwoners bedraagt 16,1. De vergelijking van de evolutie tussen 2000-2008 en 2004-2008 wordt samengevat in onderstaande tabel: Evolutie

Groeipercentage voor de periode 2000-2008

Groeipercentage voor de periode 2004-2008

Aantal actieve kinesitherapeuten Aantal VTE’s Gemiddelde leeftijd Vervrouwelijking Uitgaven voor prestaties

-0,37%

+0,52%

-0,59% +0,69% +0,57% +3,09%

+0,61% +1,80% +0,89% +5,70%

In deze tabel: - Stellen we een verlies in aantal en in VTE’s vast tussen 2000 en 2008. Dat verlies hangt samen met de maatregelen die minister Vandenbroucke nam in 2002. Tussen 2004 en 2008 zien we een lichte stijging. De uitstap uit het beroep in de eerste periode 2000-2008 wordt allesbehalve gecompenseerd tijdens de periode 2004-2008. - De vervrouwelijking en de vergrijzing van het beroep lijken wel toe te nemen voor de 2 periodes. - De uitgaven voor prestaties namen lichtjes toe maar niet voldoende vergeleken met de andere paramedische beroepen en gelijkgestelde. PCP_WG_Kines_2010_03_16_PV_NL Goedgekeurd

p. 2 /5 p. 2 /5


-


Algemene conclusie: we stellen tussen de 2 periodes grosso modo een daling vast van het totale aantal actieve kinesitherapeuten.

b) Kinesitherapeuten werkzaam in nomenclatuur K De gegevens van de kinesitherapeuten die werken in nomenclatuur K zullen niet onmiddellijk beschikbaar zijn. Het RIZIV werd echter gesensibiliseerd om na te gaan in welke mate het mogelijk is ze te verkrijgen. Het zal met name de vraag stellen aan DG1 om ze te kunnen identificeren per nationaal nummer en per ziekenhuis. c) Gegevens van het onderwijs van de Vlaamse gemeenschap Aangezien de gegevens van het onderwijs per studiejaar niet meer bestaan, is enkel het aantal kinesitherapeuten dat in 2009-2010 zijn diploma kan behalen beschikbaar, namelijk 265. Het voorziene quotum voor dit jaar bedraagt 270. We kunnen concluderen dat er dit jaar geen examen zal plaatsvinden voor de Vlaamse gemeenschap. d) Gegevens van het onderwijs van de Franse gemeenschap De gegevens over onderwijs worden opgesteld per studiejaar (4 jaar) en ingedeeld in hogescholen en universiteiten, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen residenten, niet-residenten en anderen vanaf academiejaar 2004/2005 tot in 2009/2010. Het aantal voorziene gediplomeerden, enkel rekening houdend met de residenten, voor dit academiejaar bedraagt minstens 340, terwijl het quotum 180 bedraagt. We stellen ook vast dat de interpretatie residenten/niet-residenten vaak onduidelijk is. Het aantal niet-residenten dat elk jaar een RIZIV-nummer vraagt wordt geraamd op 10%. We kunnen dus besluiten dat er dit jaar een examen zal plaatsvinden voor de Franse gemeenschap. e) Het MAS-rapport bezorgen aan de leden van de werkgroep Het MAS-rapport werd bezorgd aan de leden van de werkgroep. Om de reflectie over de resultaten van de MAS-enquête voort te zetten en te antwoorden op de kernvraag « Wat doen de kinesitherapeuten?», beveelt de werkgroep aan om het rapport van Prof. Pacolet te updaten. Prof. Stappaerts zal ook een aantal opmerkingen maken. 3. Beschikbaarheid van de nieuwe gegevens en opnieuw contact opnemen om de gevraagde gegevens te verkrijgen Er zijn momenteel geen andere gegevens die gevraagd moeten worden. 4. Het beroepsprofiel als hefboom om de arbeidscapaciteit te bepalen in de verschillende activiteitensectoren Voor de Vlaamse gemeenschap zou een (al dan niet bindend) ingangsexamen nuttig zijn om de selectie van de studenten bij aanvang van de studies te rationaliseren. De studenten en de opleidingsinstituten zijn ook geïnteresseerd onder bepaalde voorwaarden. Door de selectie aan het begin van de studies moeten de studenten en de opleidingsinstituten vooraf een algemene kennis hebben over de arbeidsmogelijkheden die de kinesitherapie biedt in alle activiteitssectoren zodat ze met kennis van zaken kunnen kiezen, en niet alleen degene waarvoor een specifieke nomenclatuur wordt gevraagd. Enkel met die kennis van zaken kan er een goede keuze worden gemaakt. De beschikbaarheid van die informatie is voor de PCP_WG_Kines_2010_03_16_PV_NL Goedgekeurd

p. 3 /5 p. 3 /5



opleidingsinstituten een voorwaarde om te kunnen nadenken over het concept van een ingangsexamen.» In de Franse gemeenschap organiseert de minister momenteel rondetafels inzake onderwijs. Een hervorming van het onderwijs aan het begin van het volgend schooljaar (september?) wordt overwogen. Vraagstukken zoals fusies, de opleiding kinesitherapie aan de universiteit of in hogescholen, de duur van de opleiding, de opleiding kinesitherapie uitbreiden tot 5 jaar, etc. zullen worden besproken. De werkgroep wil de bespreking van de maatregelen, die kunnen genomen worden in het onderwijs, herbespreken na de voorbereiding van het advies aan de Minister. Er kan dan rekening worden gehouden met de resultaten van de rondetafel in de Franse gemeenschap, wanneer deze voorhanden zijn. 5. Voorbereiding van het advies aan de minister De werkgroep is unaniem voor het schrappen van het selectie-examen voor kinesitherapeuten. De belangrijkste redenen die worden aangehaald zijn: - Uit de cijfers over kinesitherapeuten blijkt een grote uitstroom uit het beroep, te wijten aan de maatregelen die werden genomen in 2002, de vervrouwelijking en de vergrijzing van het beroep, de moeilijkheid voor jonge kinesitherapeuten om hun weg te vinden in het beroep, etc. - De evolutie van de VTE kinesitherapeuten voor de periode 2004-2008 bedraagt 0,52%, een relatief laag cijfer om de werkkracht van de kinesitherapeuten op het huidige peil te houden, terwijl dit cijfer 16,91% bedraagt voor de andere paramedische beroepen en gelijkgestelde. - Sinds 2008 stellen we vast dat het aantal gediplomeerden in de kinesitherapie in de Vlaamse gemeenschap nauwelijks hoger ligt dan 260, een aantal dat onvoldoende is om alleen nog maar het quotum te halen van de kinesitherapeuten die werken in nomenclatuur M. De andere activiteitensectoren van de kinesitherapie (kinesitherapeuten die werken in ziekenhuizen, in RVT’s en ROB’s, andere) zullen niet aan voldoende personeel geraken. Als we op die manier verdergaan, kan dat tot een reëel probleem leiden voor de planning van het beroep. - In de Franse gemeenschap stellen we momenteel vast dat de kinesitherapeuten die niet slagen in het eerste jaar het jaar niet overdoen maar overstappen naar de paramedische richtingen. De komst van een 5de jaar kinesitherapie zal het aantal beschikbare VTE’s in de kinesitherapie nog maar eens doen afnemen. - De ergotherapeuten zullen binnenkort een eigen nomenclatuur krijgen. Zij vormen echter rechtstreekse concurrentie voor de kinesitherapeuten die thuis werken en in de ROB’s en de RVT’s. 6. Varia De werkgroep verheugt zich over de aanwezigheid van nieuwe studenten Marius Gielen en Cindy Teixeira Mota, Revaki Kuleuven.

7. Data van de volgende vergaderingen De datum van de volgende werkgroep wordt vastgesteld op dinsdag 20/04/2010 om 11u00. Het volgende punt zal op de agenda staan: - Afwerking van het advies aan de Minister


p. 4 /5 p. 4 /5



8. Gemaakte afspraken Wat ? Een draft indienen van het ontwerpadvies van de werkgroep aan de minister

Volgende vergadering van de werkgroep


Wie ? Simon D’Hooghe

Wanneer ? 02/04/2010

dinsdag 20/04/2010 om 11u00.

p. 5 /5 p. 5 /5

2010

Recommend Documents