Toerisme in Amsterdam 2009/2010 Gasten en overnachtingen 2009 en hotels medio 2010
Project 9233 In opdracht van Economische Zaken Amsterdam
drs. T. Fedorova R. Meijer
Oudezijdsvoorburgwal 300
Postbus 658
1012 GL Amsterdam
1000 AR Amsterdam
Telefoon 020 2510433
Fax 020 527 9595
[email protected]
www.os.amsterdam.nl
Amsterdam, oktober 2010
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
2
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Inhoud Samenvatting
5
Inleiding
9
1 Hoteldatabase 2010 1.1 Hotelcapaciteit in Amsterdam toegenomen 1.2 Hotelmutaties Amsterdam periode juli 2009 – juli 2010 1.3 Balans 2007-2010: meer viersterrenhotels aan de rand van Amsterdam 1.4 Stadsdelen Amsterdam onder de loep 1.5 Hotelcapaciteit in de Metropoolregio Amsterdam 1.6 Campings
11 11 12 13 15 20 22
2 Uitkomsten enquête gastenaccommodaties 2.1 Responsverantwoording 2.2 Laagste kamerbezettingsgraad sinds 2005 2.3 Verdere daling kamerprijzen 2.4 Afname hotelgasten: perceptie hoteliers 2.5 Boekingen in Amsterdam via reserveringssysteem, in regio via internet en telefoon
23 23 24 25 26 28
3 Toerisme in 2009 en 2010 3.1 Voorzichtig herstel toerisme in Amsterdam 3.2 Minder Britse, maar meer Nederlandse, Duitse en Franse toeristen in 2009 3.3 Samenstelling toeristen veranderd 3.4 Daling hotelbezetting 3.5 Lagere prijzen en meer overnachtingen in luxe hotels 3.6 Minder zeecruises in 2009 3.7 Stagnatie banengroei in toeristische sector 3.8 Minder zakelijke overnachtingen ondanks toename congressen 3.9 Populairste musea en attracties minder druk 3.10 Afname toerisme in de Metropoolregio
29 29 30 31 31 32 34 35 36 37 37
4 Bijlage 1
39
5 Bijlage 2
43
3
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
4
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Samenvatting
Hotelcapaciteit en campings Meer hotelcapaciteit in Amsterdam Op 1 juli 2010 telt Amsterdam 370 hotels met in totaal bijna 22.000 kamers en 48.000 bedden. Vergeleken met juli 2009 is de capaciteit van de Amsterdamse hotels met 4% toegenomen, onder andere door de komst van twee nieuwe grootschalige hotels in het stadsdeel Oost. Schaalvergroting Amsterdamse hotels zet door Het meest toegenomen is de capaciteit van viersterrenaccommodaties- en sterloze accommodaties. Ook zet de schaalvergroting van hotels sterk door die is te danken aan de komst van nieuwe grote en middelgrote hotels. Telde een gemiddeld hotel in 2007 55 kamers en 119 bedden, dat zijn nu 59 kamers en 129 bedden. Groei capaciteit buiten het stadscentrum De capaciteitstoename is vooral buiten het centrum te zien. Traditioneel zijn de meeste Amsterdamse hotels in het stadscentrum geconcentreerd, maar in de laatste jaren neemt het aantal kamers en bedden in de stadsdelen Oost, Zuid en Nieuw-West fors toe. In het afgelopen jaar zijn er in totaal drie nieuwe hotels buiten Centrum bijgekomen, waarvan twee grote hotels in het stadsdeel Oost. Ruim 550 hotels in de Metropoolregio Amsterdam In 2010 zijn voor het eerst regionale hotels in dit onderzoek opgenomen. Op 1 juli 2010 telt de Metropoolregio Amsterdam 551 hotels, waarvan 181 (33%) buiten Amsterdam. Relatief veel hotels zijn geconcentreerd in Haarlemmermeer rond de luchthaven Schiphol, in Haarlem en in Zandvoort. Hotelcapaciteit Metropoolregio Amsterdam, op 1 juli 2010 hotels
kamers
bedden
Amsterdam
370
21.748
47.692
regio
181
9.586
19.643
Metropool totaal
551
31.334
67.335 bron: O+S
Campings Amsterdam telt formeel gezien vier campings. De vijfde camping ligt in het Amsterdamse Bos in Amstelveen, maar wordt vaak ook tot de Amsterdamse campings gerekend. De capaciteit van de campings loopt uiteen van 1.200 tot 2.000 gasten per nacht.
5
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Hotelenquête: bezetting, kamerprijzen Laagste kamerbezetting sinds 2005 In 2009 was gemiddeld 69% van de hotelkamers in Amsterdam bezet. Dit is te vergelijken met de bezetting in de periode 2004-2005 en is drie procentpunten lager dan in 2008. De daling geldt voor alle hotelsegmenten, maar is het sterkst in het luxere segment (4-5 sterren), waar de capaciteit ook het meest is toegenomen. Hotels in de regio zijn gemiddeld minder bezet (57%) dan Amsterdamse hotels. Kamerprijzen voor de tweede keer verlaagd Om de lage bezetting tegen te gaan, verlaagden hoteliers de kamerprijzen in 2009 voor het tweede achtereenvolgende jaar. Luxere hotels (4-5 sterren) hebben de prijzen relatief het meest verlaagd. Het prijsniveau in de regio ligt circa 7% onder het niveau van de hoofdstad. Opmerkelijk is dat in 2009 aanzienlijk meer Amsterdamse hotels hun prijzen hebben verlaagd (73%) dan hotels in de regio (34%). Hoteliers wijten afname gasten aan economie en concurrentie Uit de hotelenquête onder 189 Amsterdamse en 68 regionale hoteliers blijkt dat de meeste van hen in 2009 te maken hebben gehad met een daling van het aantal gasten: in Amsterdam iets meer (70%) dan in de regio (63%). De meeste respondenten schrijven deze daling toe aan de economie: crisis, recessie, dure euro. Daarnaast is de toegenomen hotelcapaciteit relatief vaak genoemd waardoor hoteliers meer concurrentie ervaren. Meer samenwerking tussen alle partijen In Amsterdam komen relatief veel reserveringen via een reserveringssysteem (36%). In de regio is dit boekingskanaal minder vaak in gebruik en er is relatief vaak via internet (31%) en telefonisch gereserveerd (28%). Verder wensen hoteliers uit de regio meer samenwerking met Amsterdam en tussen verschillende partijen binnen de toeristische branche.
Toerisme: gasten, overnachtingen, recreatief en zakelijk bezoek Toename overnachtingen in Amsterdam In 2009 groeide het toerisme in Amsterdam weer na de krimp in 2008. Het niveau van het topjaar 2007 is nog niet gehaald maar Amsterdam loopt met een groei van 3% in 2009 voor op de landelijke trend (-3%). Het totaal aantal hotelovernachtingen in 2009 bedroeg 8,6 miljoen en het aantal gasten 4,6 miljoen. In de eerste drie maanden van 2010 is het aantal hotelovernachtingen in Amsterdam verder toegenomen (+14%). Meer Nederlandse, Duitse en Franse toeristen in de hoofdstad De toeristische groei is toe te schrijven aan Nederlanders, Duitsers en Fransen, maar ook aan Belgen en Chinezen. Het aantal overnachtingen van Britten is in 2009 voor het derde achtereenvolgende jaar fors gedaald. Het toerisme uit de Verenigde Staten en Spanje is in 2009 ook iets afgenomen, maar in het begin van 2010 weer toegenomen.
6
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Veranderingen in samenstelling toeristen Door de forse afname van de Britse en Amerikaanse hotelgasten en de toename van Nederlanders is de samenstelling van gasten in Amsterdamse hotels structureel veranderd. In 2009 zijn Nederlanders de grootste groep hotelgasten: één op de vijf. Vijf jaar gelden was één op de vijf gasten een Brit. Ook is het aandeel Amerikanen afgenomen, terwijl dat van Europese hotelgasten is toegenomen. Minder zakelijk bezoek ondanks groei internationale congressen De toename van het aantal hotelovernachtingen in 2009 was te danken aan recreatief toerisme. Het aandeel zakelijke overnachtingen is in de periode 2008-2009 gedaald van 40% naar 35%. Dit is ondanks de toename van het aantal grootschalige internationale congressen in Amsterdam. Populairste attracties in Amsterdam minder bezocht De populairste Amsterdamse musea en attracties die jaarlijks meer dan één miljoen bezoekers trekken werden in 2009 opvallend minder bezocht: rondvaarten (-9%), Amsterdam ArenA (-8%), het Van Goghmuseum (-2%) en Artis (-2%). In totaal nam het aantal museumbezoekers in 2009 met 3,5% toe vergeleken met 2008, terwijl het aantal bezoekers aan attracties met 6,1% afnam. De toename van het museumbezoek komt voor een deel door de opening van het nieuwe gebouw van Hermitage. Metropoolregio 2009: buiten Amsterdam neemt toerisme af Naast 8,6 miljoen hotelovernachtingen in Amsterdam vinden nog 2,9 miljoen overnachtingen in de andere gemeenten van de Metropool plaats, waarvan 1,7 miljoen in de gemeenten rondom Amsterdam (Amstel-Meerlanden en Waterland samen). In 2009 ging het minder goed met het toerisme in de regio dan met die in Amsterdam. Het aantal overnachtingen is in alle deelgebieden van de Metropool gedaald, behalve in Amsterdam (+3%) en Flevoland (+9%).
Werkgelegenheid in toeristische sector Stagnatie banengroei in Amsterdam Met in totaal 49.400 banen op 1 januari 2010 stagneert de werkgelegenheidsgroei in de toeristische sector in Amsterdam. Het aantal grote banen is met 1% gedaald tot 36.700. De daling is vooral te zien in de branches reisorganisaties, logiesbedrijven en personenvervoer. Het aantal kleine banen is licht toegenomen (+2%), maar minder dan vorig jaar (+5%).
7
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
8
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Inleiding
O+S levert in opdracht van Economische Zaken Amsterdam jaarlijks statistische informatie over hotels en toerisme in Amsterdam. Er wordt ingegaan op het aantal accommodaties, kamers en bedden, de spreiding van accommodaties over de stad en kamerprijzen. Verder levert O+ S statistische informatie over het aantal hotelgasten en overnachtingen. Nieuw dit jaar is dat ook accommodaties in de andere gemeenten van de Metropoolregio Amsterdam hebben meegedaan aan dit onderzoek. In dit rapport zijn gegevens opgenomen uit verschillende bronnen. Gegevens over gastenaccommodaties komen uit de hoteldatabase van O+S en de hotelenquête van O+S. Cijfers over het aantal gasten en overnachtingen zijn oorspronkelijk van het CBS en worden door O+S bewerkt. Hieronder worden statistieken uit verschillende bronnen nader toegelicht. De hoteldatabase is een databestand van Amsterdamse accommodaties dat wordt bijgehouden aan de hand van de gegevens van het Bedrijfschap Horeca, de respons op de hotelenquête O+S (zie alinea hieronder en hoofdstuk 2), internet en diverse externe bronnen. In 2010 zijn niet alleen Amsterdamse, maar ook andere hotels in de Metropoolregio Amsterdam in de hoteldatabase opgenomen en geënquêteerd. De gegevens zijn per 1 juli 2010 bevroren. Deze rapportage gaat dus in op de meest recente cijfers van gastenaccommodaties in Amsterdam en de regio: de stand van zaken wat betreft het aantal hotels, kamers en bedden medio 2010. Om de hoteldatabase te actualiseren, houdt O+S een jaarlijkse enquête onder de gastenaccommodaties. Het veldwerk vindt plaats in het tweede kwartaal van het jaar. De enquête bevat naast de vragen over de actuele capaciteit van hotels, ook vragen over hun kamerbezetting, kamerprijzen en reserveringskanalen (zie bijlage 2). De respons in Amsterdam bedraagt 51% in de gemeenten buiten Amsterdam tezamen 38%. De uitkomsten van de hotelenquête hebben deels betrekking op 2010 (aantal kamers en bedden) en deels op de situatie in 2009 (kamerprijzen en kamerbezetting). De hier gepresenteerde statistieken over het aantal gasten en overnachtingen zijn gedetailleerder dan de cijfers die het CBS zelf publiceert. Daardoor kunnen meer trends opgespoord worden in de ontwikkeling van het toerisme in Amsterdam. Dit rapport is als volgt opgebouwd:in het eerste hoofdstuk worden de volgende gegevens behandeld: het aantal hotels, kamers en bedden in Amsterdam en de Metropoolregio. Dit zijn de standcijfers uit de hoteldatabase. In het tweede hoofdstuk komen de resultaten van de enquête aan de orde, waaronder de hotelprijzen en kamerbezetting in 2009. Het derde hoofdstuk bevat gegevens over het aantal gasten en overnachtingen die overigens ook al zijn gepubliceerd in oktober 2010 in de vorm van een fact sheet.
9
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
10
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
1 Hoteldatabase 2010
In dit hoofdstuk staan de belangrijkste statistische gegevens van de hotels centraal: hoeveel hotels, kamers en bedden zijn er in Amsterdam, hoeveel sterren hebben ze en waar zijn ze gevestigd in de stad. Deze statistieken betreffen de stand van zaken medio 2010, maar worden ook vergeleken met de cijfers van vorige jaren. De bron van deze gegevens is de hoteldatabase van O+S. In 2010 zijn voor het eerst ook accommodatie in de andere gemeenten van de Metropoolregio Amsterdam benaderd voor dit onderzoek (zie paragraaf 1.5). De hoteldatabase bevat verschillende klassen en typen accommodaties in Amsterdam en de Metropoolregio. Naast hotels worden ook bij hotels behorende appartementen en bed & breakfastvoorzieningen met meer dan vier bedden meegeteld. Bedrijven die eigen appartementen verhuren maar geen hotel runnen, vallen buiten het bestek van dit onderzoek.1 Ook worden verschillende soorten tehuizen in deze rapportage niet opgenomen.2 Gegevens over campings worden apart gerapporteerd in paragraaf 1.6.
1.1 Hotelcapaciteit in Amsterdam toegenomen In totaal telt Amsterdam medio 2010 370 hotels, één meer dan vorig jaar (zie tabel 1.1). De totale capaciteit van hotels is in één jaar tijd met 4% toegenomen (+816 kamers en +1.778 bedden). Tabel 1.1 Hotels, kamers en bedden naar sterklasse volgens Benelux Hotel Classificatie, Amsterdam 1 juli 2009 en 1 juli 2010 2009
2010
toename/afname
hotels
kamers
bedden
hotels
kamers
bedden
hotels
geen ster
69
1.596
5.657
81
2.008
6.710
1 ster
68
1.197
2.656
59
1.017
2.214
2 sterren
81
1.928
4.387
77
1.733
3 sterren
95
6.402
13.164
93
6.708
4 sterren
44
7.000
14.254
49
7.708
5 sterren totaal
kamers
bedden
12
412
1.053
-9
-181
-442
3.916
-4
-195
-471
13.809
-2
306
645
15.704
5
708
1.450
12
2.809
5.796
11
2.574
5.339
-1
-235
-457
369
20.932
45.914
370
21.748
47.692
1
815
1.778 bron: O+S
De totale toename is voornamelijk toe te schrijven aan twee nieuwe grootschalige (meer dan 100 kamers) hotels in het stadsdeel Oost: Eden Parc Hotel en Casa 400 Amsterdam Hotel.
1 2
Ze zijn wel in de hoteldatabase opgenomen. Idem.
11
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Door de sterwijziging van één hotel van vijf naar vier sterren telt Amsterdam in 2010 niet langer 12, maar 11 vijfsterrenhotels. Door deze en ook door andere sterwijzigingen is de capaciteit van het viersterrensegment fors toegenomen.
1.2 Hotelmutaties Amsterdam periode juli 2009 – juli 2010 Tussen juli 2009 en juli 2010 zijn er in Amsterdam zes accommodaties bijgekomen (zie tabel 1.2) en vijf accommodatie uit het bestand verwijderd3 (zie tabel 1.3). Tabel 1.2 Nieuw opgenomen accommodaties in de periode 1 juli 2009 - 1 juli 2010 stadsdeel
sterklasse
kamers
bedden
Centrum
3
26
48
Centrum
2
14
28
Centrum
0
3
5
Zuid
0
3
6
Oost
4
120
240
Oost
3
520
1.023
686
1.350
Totaal (6)
bron: O+S Tabel 1.3 Afgevoerde accommodaties in de periode 1 juli 2009 - 1 juli 2010 stadsdeel
sterklasse
kamers
bedden
Centrum
3
28
59
Centrum
0
16
40
Centrum
0
9
17
Centrum
0
3
6
West
0
5
10
61
132
Totaal (5)
bron: O+S
Van de al bestaande hotels hebben er 34 een andere sterklasse gekregen in de periode 2009-2010.4 Dertien daarvan hebben één of meer sterren meer gekregen dan in 2009 was geregistreerd. Bij de overige 21 gaat het om sterrenafname. Daarnaast hebben 51 bestaande hotels hun beddencapaciteit uitgebreid, terwijl bij 37 hotels de beddencapaciteit is verminderd (zie tabel 1.5).5
3
Er is een aantal redenen waarom accommodaties worden verwijderd uit de hoteldatabase. Sommige hotels worden opgeheven en daarom uit het hotelbestand verwijderd. Andere accommodaties, bijvoorbeeld schepen, kunnen naar een andere locatie buiten Amsterdam gebracht worden, maar dit wil nog niet zeggen dat ze opgeheven zijn. Sommige accommodaties worden uit het hotelbestand verwijderd omdat ze niet meer aan de definitie van een hotel voldoen. 4 De reden van deze sterwijzigingen kan variëren. Dit kan een administratieve correctie zijn, het gevolg van overname of van herbeoordeling. 5 De mogelijke redenen voor de capaciteitwijzingen zijn: renovatie, uitbreiding, administratieve correcties.
12
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 1.5 Wijzigingen in hotelcapaciteit in de periode 1 juli 2009 - 1 juli 2010 toename capaciteit
afname capaciteit
hotels
toename bedden
hotels
0-1 ster
15
197
12
-45
2 sterren
8
60
8
-124
3 sterren
19
404
9
-41
4 sterren
8
197
7
-85
5 sterren
1
2
1
-5
51
860
37
totaal
afname bedden
-300 bron: O+S
Tot slot zijn sinds medio 2009 35 hotels van naam gewijzigd. Dit heeft noch invloed op het aantal hotels in de stad, noch op de sterklasse.
1.3 Balans 2007-2010: meer viersterrenhotels aan de rand van Amsterdam De balans van alle hotelmutaties in Amsterdam is in figuur 1.6 – 1.9 te zien. De capaciteit van viersterren- en sterloze accommodaties is sinds 2007 het meest toegenomen. In de periode 2007-2010 zijn er per saldo 2.347 kamers en 5.949 bedden bijgekomen in Amsterdam, waarvan circa 45% in het viersterren segment en rond een derde in het sterloze segment. Figuur 1.6 Hotelbedden naar sterklasse, Amsterdam
geen ster 16.000 12.000 5 sterren
8.000
1 ster
4.000
2007 0
2009 2010
4 sterren
2 sterren
3 sterren bron: O+S
13
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
De groei van deze segmenten is zowel aan sterwijzigingen te danken als aan uitbreiding van bestaande hotels en aan de start van nieuwe hotels. Voorbeelden van nieuwe grote viersterrenhotels die er sinds 2007 in Amsterdam zijn bijgekomen, zijn: Fashion Hotel Amsterdam, NH Musica en Eden Parc Hotel. Eén voorbeeld van een relatief grote nieuwe accommodatie in het sterloze segment is de Stayokay Zeeburg.6 Meer nieuwe grote en middelgrote hotels In de laatste jaren zet de schaalvergroting van hotels sterk door onder andere door de komst van nieuwe grote (meer dan 100 bedden) en middelgrote (25-100 bedden) hotels (zie figuur 1.7a en tabel 1.7b). Figuur 1.7a Hotels naar grootte, Amsterdam minder dan 10 bedden 150 125 100 75 meer dan 100 bedden
50
10-25 bedden
2007
25
2009
0
2010
51-100 bedden
26-50 bedden
bron: O+S Figuur 1.7b Hotels naar grootte, Amsterdam 2007 minder dan 10 kamers 10-50 kamers meer dan 50 kamers minder dan 25 bedden
2010 toename (abs.) toename (%)
60
58
-2
-3
202
217
15
7
89
95
6
7 -8
84
77
-7
25-100 bedden
164
179
15
9
meer dan 100 bedden
103
114
11
11
totaal hotels
351
370
19
5 bron: O+S
6
14
Van enkele nieuwe hotels is de sterklasse nog niet bekend; tot de bepaling van het aantal sterren worden zij beschouwd als sterloos.
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
In de periode 2007-2010 zijn er zes nieuwe grote en zes middelgrote hotels bijgekomen. Het aantal hotels met minder dan 25 bedden neemt juist af. De gemiddelde capaciteit van een Amsterdams hotel is in de periode 2007-2010 toegenomen van 55 kamers en 119 bedden naar 59 kamers en 129 bedden. Groei capaciteit in Zuid, Oost en Nieuw-West Verder valt op dat de capaciteit het meest toeneemt buiten het centrum. Traditioneel zijn de meeste Amsterdamse hotels in het stadscentrum geconcentreerd, maar in de periode 2007-2010 is het aantal kamers en bedden in de stadsdelen Zuid, Oost en Nieuw-West fors toegenomen (zie figuur 1.9). Sinds 2007 zijn er onder andere enkele nieuwe grote hotels op de Zuidas bijgekomen, Casa 400 in Oost en Fashion Hotel en Blue Square Hotel in Nieuw-West. Figuur 1.9 Hotelbedden naar stadsdeel, Amsterdam Centrum 24.000 20.000 16.000 Noord
12.000
Zuid
8.000
2007
4.000
2009
0
2010
Nieuw-West
Oost
West (incl. Westpoort)
bron: O+S
1.4 Stadsdelen Amsterdam onder de loep Hotels in Amsterdam zijn spreid over alle stadsdelen, maar tweederde van de hotels (oftewel ongeveer de helft van alle kamers en bedden) is gevestigd in het stadsdeel Centrum (zie tabellen 1.9 - 1.11). Andere stadsdelen met relatief veel hotels zijn Zuid (20%) en West (8%). Tabellen met stadsdeelindeling naar 15 stadsdelen zijn in bijlage 1 opgenomen (tabel 4.1-4.3).
15
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 1.9 Hotels naar stadsdeel en sterklasse, 1 juli 2010 (procenten)
Centrum
0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
%
110
53
46
22
7
238
64
1
0
1
28
8
9
2
3
75
20
Westpoort
1
West
4
Nieuw-West
4
14 3
4
20
22
12
2
5
Zuid
18
Oost
4
3
4
11
3
Noord
2
2
2
6
2
2
1
Zuidoost
2
Amsterdam totaal
140
77
93
49
11
370
100 bron: O+S
Hoe groot is de hotelcapaciteit van de stadsdelen? Om deze vraag te beantwoorden kunnen er twee criteria als uitgangspunt gebruikt worden: het aantal kamers en het aantal bedden (zie tabel 1.10 en 1.11).7 Tabel 1.10 Kamers naar stadsdeel en sterklasse volgens NHC, 1 juli 2010
Centrum Westpoort
0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
%
1.925
1.150
2.963
3.053
1.488
10.579
49
.
.
x
.
.
x
1
220
64
611
577
x
1.864
9
87
.
472
843
.
1.402
6
Zuid
558
519
987
1.916
694
4.674
21
Oost
224
.
986
1.012
.
2.222
10
11
.
243
307
.
561
3
.
.
266
.
.
266
1
3.025
1.733
6.708
7.708
2.574
21.747
100
West Nieuw-West
Noord Zuidoost Amsterdam totaal
bron: O+S Tabel 1.11 Bedden naar stadsdeel en sterklasse volgens NHC, 1 juli 2010
Centrum Westpoort
0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
%
5.849
2.513
6.095
6.025
2.955
23.437
49
.
.
x
.
.
x
1
West
775
121
1.245
1.213
x
4.352
9
Nieuw-West
244
.
1.021
1.743
.
3.008
6
Zuid
1.265
1.282
1.979
4.054
1.386
9.966
21
Oost
771
.
2.051
2.053
.
4.875
10
20
.
494
616
.
1.130
2
.
.
544
.
.
544
1
8.924
3.916
13.809
15.704
5.339
47.692
100
Noord Zuidoost Amsterdam totaal
bron: O+S
7
16
Het aantal kamers toont aan hoeveel gasten er minimaal in een hotel kunnen overnachten. Daarbij moet rekening gehouden worden met het feit dat een hotel met alleen eenpersoonskamers minder capaciteit heeft dan een hotel met twee- en driepersoonskamers. Sommige budgetaccommodaties verhuren geen kamers, maar bedden. Meerdere personen kunnen in een kamer overnachten. Het aantal bedden laat dus de maximale capaciteit van een hotel zien.
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Groei hotelcapaciteit in stadsdelen buiten centrum De ontwikkelingen van de hotelcapaciteit in het afgelopen jaar zijn uit tabel 1.12 af te lezen. De grootste toename is in het stadsdeel Oost te zien, waar in 2010 twee grote nieuwe hotels zijn gevestigd (zie ook paragraaf 1.2). Kaart 1.12 Ontwikkeling hotelcapaciteit in stadsdelen in absolute aantallen, Amsterdam 2009-2010
Centrum Westpoort
toename kamers
toename bedden
33
77
0
2
West
-9
47
Nieuw-West
12
41
Zuid
90
232
Oost
654
1.318
35
70
0 815
-9 1.778
Noord Zuidoost totaal
bron: O+S
In tabel 1.13 is de toename van het aantal bedden over twee periodes te zien: 2004-2007 en 2007-2010. Het valt op dat in de stadsdelen buiten het centrum (Zuid, Oost en NieuwWest) de hotelcapaciteit steeds sneller toeneemt. Vooral in de afgelopen drie jaar zet de groei door. Kaart 1.13 Toename aantal hotelbedden in stadsdelen in absolute zin, Amsterdam
Centrum Westpoort
2004-2007
2007-2010
1.408
456
18
2
West
741
486
Nieuw-West
474
1.061
Zuid
199
1.799
Oost
1.060
1.726
59
428
21 3.980
-9 5.949
Noord Zuidoost totaal
bron: O+S
Inzoomen op hotellocaties Het vestigingspatroon van Amsterdamse hotels is op de kaarten 1.14a-1.14c te zien. Budgethotels zijn met name vertegenwoordigd in het stadsdeel Centrum, op afstand gevolgd door Zuid (Museumkwartier, De Pijp). In het vestigingspatroon van de driesterrenen luxere hotels is er meer spreiding te zien (Zuid, West, Nieuw-West, Oost). Relatief veel grote luxe hotels zijn gevestigd ten zuiden van het centrum (Zuideramstel, zuidelijk deel van Oost-Watergraafsmeer en Slotervaart).
17
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Kaart 1.14a Spreiding van hotels naar sterklasse per postcode in Amsterdam, op 1 juli 2010 Hotels juli 2010 4-5 sterren en meer dan 50 bedden 4-5 sterren en 50 of minder bedden 3 sterren en meer dan 50 bedden 3 sterren en 50 of minder bedden 0-2 sterren en meer dan 50 bedden 0-2 sterren en 50 of minder bedden
Projectgebied Zuidas
bron: O+S
Op kaart 1.14b is te zien dat er enkele concentraties van hotels zijn rond het gebied van het Centraal Station, het Rembrandt plein, het Vondelpark en het Museumplein. Wat aan deze concentraties opvalt is dat kleine budgetaccommodaties en wat grotere luxe accommodaties in sterke mate zijn gemengd. Dit staat in contrast met de Apollobuurt waar relatief veel grote luxe hotels zijn gevestigd.
18
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Kaart 1.14b Spreiding van hotels naar sterklasse per postcode, op 1 juli 2010 (ingezoomd op concentraties hotels in centrale stadsdelen) Hotels juli 2010 4-5 sterren en meer dan 50 bedden 4-5 sterren en 50 of minder bedden 3 sterren en meer dan 50 bedden 3 sterren en 50 of minder bedden 0-2 sterren en meer dan 50 bedden 0-2 sterren en 50 of minder bedden
bron: O+S
Op kaart 1.14c zijn hotellocaties aan de rand van de stad te zien, ingezoomd op het projectgebied Zuidas en het stadsdeel Oost. Vergeleken met een jaar eerder zijn er in totaal drie nieuwe hotels buiten Centrum in de hoteldatabase opgenomen, waarvan twee grote hotels in het stadsdeel Oost.
19
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Kaart 1.14c Hotels naar sterklasse per postcode, op 1 juli 2010 (ingezoomd op hotels buiten de ring) Hotels juli 2010 4-5 sterren en meer dan 50 bedden 4-5 sterren en 50 of minder bedden 3 sterren en meer dan 50 bedden 3 sterren en 50 of minder bedden 0-2 sterren en meer dan 50 bedden 0-2 sterren en 50 of minder bedden
Westpoort
Noord West
Nieuw-West
Zuid Oost
Projectgebied Zuidas
bron: O+S
1.5 Hotelcapaciteit in de Metropoolregio Amsterdam Omdat Amsterdam vanaf 2009 samen met de regio als één toeristisch product naar buiten treedt8 worden in dit onderzoek naast Amsterdamse ook regionale gastenaccommodaties opgenomen. Op 1 juli 2010 telt de Metropoolregio Amsterdam 551 hotels, waarvan 370 (67%) in Amsterdam en de overige 181 in de regio (zie tabel 1.15 en tabel 4.4-4.6 in bijlage 1). Kaart 1.15 Hotelcapaciteit Metropoolregio Amsterdam, op 1 juli 2010 hotels
kamers
5
315
639
Amstel-Meerlanden
31
5.053
10.003
Gooi en Vechtstreek
19
769
1.566
agglomeratie Haarlem
57
1.564
3.325
IJmond
22
747
1.683
Waterland
37
782
1.634
Zaanstreek
10
356
793
regio totaal
181
9.586
19.643
Amsterdam
370
21.748
47.692
totaal Metropool
551
31.334
67.335
Almere
bedden
bron: O+S
8
20
Dit werd in 2008 vastgelegd in het ‘Toeristisch Actieplan Metropoolregio Amsterdam’ (TAMA).
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
De helft van alle hotelbedden en -kamers in de regio is geconcentreerd in AmstelMeerlanden, gevolgd door agglomeratie Haarlem waar iets minder dan 20% van de regionale hotelkamers en -bedden is te vinden. De spreiding van hotels in de Metropoolregio Amsterdam naar sterklasse en capaciteit is op kaart 1.16 afgebeeld. Grote hotelconcentraties vallen op in Haarlemmermeer rond de luchthaven Schiphol (plaatsen Hoofddorp, Badhoevedorp, Lijnden en Schiphol), in het stadscentrum van Haarlem en de badplaats Zandvoort . Kaart 1.16 Spreiding van hotels naar sterklasse en beddencapaciteit per postcode, op 1 juli 2010 Hotels juli 2010 4-5 sterren en meer dan 50 bedden 4-5 sterren en 50 of minder bedden 3 sterren en meer dan 50 bedden 3 sterren en 50 of minder bedden 0-2 sterren en meer dan 50 bedden 0-2 sterren en 50 of minder bedden
BEEMSTER
ZEEVANG UITGEEST
1 BEVERWIJK
WORMERLAND RM PU
2
ZAANSTAD
3
D EN ER
EDAMVOLENDAM
WATERLAND
VELSEN
BLOEMENDAAL
AMSTERDAM
HAARLEM
Westpoort
Noord
ZA ND VO OR T
West
Nieuw-West
6
ALMERE
Zuid Oost
MUIDEN
WEESP
NAARDEN
VE
EN
Schiphol
5
AM
ST EL
HAARLEMMERMEER
HUIZEN OUDERAMSTEL WIJDEMEREN
HILVERSUM
4 Subregio’s binnen de Metropool (excl. Amsterdam en Almere) 1 IJmond 2 Zaanstreek 3 Waterland+ 4 Het Gooi en Vechtstreek 5 Amstel-Meerlanden 6 agglomeratie Haarlem
bron: O+S
In de overige subregio’s zijn de volgende concentraties te zien. In IJmond hebben Velsen (IJmuiden) en Beverwijk (Wijk aan Zee) de grootste kamer- en beddencapaciteit. In Zaanstreek zijn bijna alle kamers en bedden in Zaanstad (Zaandam) te vinden. De capaciteit van Zaandam is te vergelijken met die van Almere (meer dan 300 hotelkamers). In Waterland+ hebben gemeenten gelegen aan de Gouwzee: Waterland (plaatsen Monnickendam en Katwoude) en Edam-Volendam (Volendam) de meeste bedden en kamers. Hilversum heeft veruit de grootste capaciteit in Gooi en Vechtstreek.
21
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
1.6 Campings Amsterdam telt formeel gezien vier campings: twee in Amsterdam-Noord, één in Zeeburg en één in Zuidoost. De camping in het Amsterdamse Bos wordt vaak ook tot de Amsterdamse campings gerekend. Deze camping ligt echter officieel in Amstelveen (zie kaart 1.17). Kaart 1.17 Campings in Amsterdam, medio 2010
Camping Vliegenbos Camping de Badhoeve
camping Zeeburg
De Gaasper camping
Camping het Amsterdamse bos
22
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
2 Uitkomsten enquête gastenaccommodaties
In dit hoofdstuk worden de resultaten van de enquête onder gastenaccommodaties besproken. Er wordt ingegaan op de respons op de enquête, de gemiddelde kamerbezetting, de gehanteerde boekingsmethode en de kamerprijzen. Waar mogelijk worden de uitkomsten van de enquête met de uitkomsten van voorgaande edities vergeleken. De respons kan per tabel verschillen. Dit komt doordat niet alle respondenten alle vragen hebben beantwoord. Naast de antwoorden van de Amsterdamse respondenten worden hier voor het eerst ook de antwoorden van de regionale hotels gepresenteerd.
2.1 Responsverantwoording Tabel 2.1 beschrijft de respons op de enquête gastenaccommodaties in 2010. Van de 370 Amsterdamse hotels die voor de enquête zijn benaderd hebben er 189 gereageerd, een respons van 51%. In de regio waren er 181 hotels benaderd, waarvan 68 de vragenlijst hebben ingevuld (38%).9 Het veldwerk is uitgevoerd in het tweede kwartaal van 2010. De resultaten van deze enquête hebben betrekking op de situatie in 2009. Tabel 2.1 Respons enquête gastenaccommodaties naar sterklasse, 2010 Amsterdam
regio
ster NHC aantal hotels (abs.) respons (abs.) respons (%) aantal hotels (abs.) respons (abs.) respons (%) 0-1 ster
140
67
48
63
21
33
2 sterren
77
34
44
29
13
45
3 sterren
93
52
56
46
15
33
4 sterren
49
31
61
42
18
43
5 sterren
11
5
45
1
1
100
370
189
51
181
68
totaal
38 bron: O+S
In 2009 ligt de respons van sommige stercategorieën relatief laag (vooral bij 5-sterren hotels in Amsterdam en de regio). De resultaten per stercategorie moeten daarom met enige voorzichtigheid worden geïnterpreteerd.
9
In 2010 heeft O+S voor het eerst hotels buiten Amsterdam benaderd om mee te werken aan de enquête gastenaccommodaties. Deze regionale hoteldatabase is voornamelijk gebaseerd op de gegevens van Bedrijfschap Horeca en enquête gastenaccommodaties van O+S. Ter vergelijking: het CBS heeft in 2009 202 hotels geregistreerd in de regio, inclusief pensions en zeilscholen.
23
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
2.2 Laagste kamerbezettingsgraad sinds 2005 Figuur 2.3 en tabel 2.4 gaan in op de kamerbezetting in hotels.10 In 2009 is de kamerbezetting in Amsterdam gedaald naar 69%. Dit is te vergelijken met de bezetting in de periode 2004-2005. Toen begon het toerisme in een rap tempo te groeien na een dal in 2003, terwijl de hotelcapaciteit relatief weinig toenam. Dit drukte op de kamerbezetting in Amsterdam die in 2006 tot een van de hoogste in Europa was gestegen (78%). Na 2007 werd de toeristische groei afgeremd door onder andere wereldwijde recessie, terwijl de hotelcapaciteit in Amsterdam vanaf dat moment snel toenam. Hierdoor is de bezetting in alle hotelsegmenten weer lager geworden, maar vooral in het luxere segment, waar ook de capaciteit het meest is toegenomen (zie tabel 2.3). Figuur 2.2 Kamerbezetting, aantal hotelkamers en overnachtingen van hotelgasten in Amsterdam
100
%
overnachtingen/ kamers 22.000
90
20.000
80
18.000 16.000
70
14.000
60
12.000
50
10.000
40
8.000
30
6.000
20
4.000
10
2.000
0
0 2001
2002
2003
kamerbezetting (%)
2004
2005
2006
2007
overnachtingen (x1.000)
2008
2009
hotelkamers bron: O+S/CBS
Sinds 2007 is het aandeel hotels met een kamerbezetting boven de 80% meer dan gehalveerd (zie tabel 2.4). De meeste Amsterdamse hotels zijn op jaarbasis tussen de 50% en 80% bezet. Het aandeel onderbezette hotels (voor minder dan 50%) is toegenomen, maar is relatief klein vergeleken met de regio. Regionale hotels zijn gemiddeld minder bezet dan de Amsterdamse hotels.
10
Respondenten (woordvoerders van hotels) geven zelf aan hoeveel procent van de kamers gemiddeld bezet
was in 2009 in hun hotels. Voor Amsterdam is vergelijking mogelijk met de voorgaande jaren. Voor de regio zijn alleen gegevens voor 2009 beschikbaar.
24
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 2.3 Gemiddelde kamerbezetting naar sterrenklasse hotels, Amsterdam (procenten) Amsterdam ster NHC
regio
Metropool
2007
2008
2009
2009
2009
0-1 ster
70
68
64
50
61
2 sterren
77
72
72
58
68
3 sterren
80
74
74
59
71
4 sterren
82
77
69
59
66
5 sterren
72
65
58
x
60
gemiddeld
76
72
69
57
66
N 2007=196; N 2008=201; N Amsterdam 2009=189; N regio 2009=68 x zeer laag respons
bron: O+S
Tabel 2.4 Hotels kamerbezetting, 2009 (procenten) Amsterdam
tot 50% 50%-80% meer dan 80%
regio
Metropool
2007
2008
2009
2009
2009
4
7
11
26
15
46
66
69
72
70
51
27
20
2
15
totaal (%)
100
100
100
100
100
totaal N (abs)
196
201
189
68
257 bron: O+S
Hoteliers die hebben meegewerkt aan de enquête bevestigen de groeiende hotelcapaciteit (‘…toename aantal hotels in Amsterdam’) en als gevolg daarvan de toegenomen concurrentie in Amsterdam (‘…te veel concurrentie’). Hoteliers in de regio ervaren meer concurrente vanuit Amsterdam en merken dat hun gasten een korter verblijf boeken dan vroeger: ‘Meer concurrentie vanuit Amsterdam, minder aanvragen’, ‘Mensen boeken een kortere periode’, ‘Meeste boekingen van vier nachten naar drie nachten’.
2.3 Verdere daling kamerprijzen Om de lage bezetting tegen te gaan worden kamerprijzen in 2009 voor het tweede jaar verlaagd (zie tabel 2.5a en 2.5b). Opmerkelijk is dat in 2009 aanzienlijk meer Amsterdamse hotels hun prijzen hebben verlaagd (73%) dan hotels in de regio (34%). Tabel 2.5 Hotels die kamerprijzen in 2009 hebben verlaagd in het totaal aantal hotels, (procenten) Amsterdam
regio
Metropool
0-1 ster
58
14
48
2 sterren
76
23
62
3 sterren
83
33
72
4 sterren
84
61
76
5 sterren
80
x
83
totaal
73
34
63
N Amsterdam 2009=179; N regio 2009=66 X zeer laag respons
bron: O+S
25
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 2.5 Gemiddelde kamerprijzen per nacht naar sterklasse, (in euro’s)
11
Amsterdam 2008 1-persoons2-persoonskamer kamer 0-1 ster
47
2 sterren 3 sterren
regio
2009 1-persoonskamer
2-persoonskamer
2009 1-persoons2-persoonskamer kamer
75
46
72
52
69
65
91
62
78
47
74
87
110
85
98
73
94
4 sterren
132
154
115
130
96
101
5 sterren*
187
253
165
202
x
x
gemiddeld
76
108
74
92
68
86
N 2008= 197; N Amsterdam 2009=179; N regio 2009=66 *) Respons 5-sterrenhotels: N 2008=9; N 2009=4 X zeer laag respons
bron: O+S
Luxere hotels (4-5 sterren) laten de prijzen relatief het meest zakken. Maar ook de drieen de tweesterren hotels hebben in 2009 hun prijzen verlaagd om de concurrentie met de luxere hotels aan te kunnen. Dit is ook te lezen in de spontaan gegeven antwoorden van de respondenten: ‘4-5 sterren met lagere prijzen werden onze concurrent’, ‘…kamerprijzen staan erg onder druk door dumpprijzen 4- en 5-sterren hotels’,‘De 4- en 5sterren hotels dumpen de kamerprijzen, dan moeten wij ook lager gaan’ en ‘Klanten willen meer voor minder’. Het prijsniveau in de regio ligt gemiddeld circa 7% onder het niveau van de hoofdstad. Lagere prijzen in de Amsterdamse hotels zetten ook de regionale hotelprijzen onder druk: ‘Andere hotels verlagen hun prijzen en hebben meer beschikbaarheid; geen overflow vanuit Amsterdam’.
2.4 Afname hotelgasten: perceptie hoteliers Respondenten (woordvoerders van hotels) is gevraagd of het aantal gasten in hun hotel is afgenomen in de periode 2008-2009 en - indien ja – naar de reden daarvan. De antwoorden op deze vragen zijn in tabel 2.7 en figuur 2.8 gepresenteerd.
11
Respondenten is gevraagd naar de reguliere gemiddelde kamerprijzen inclusief ontbijt, service en btw. Omdat
respons op deze vraag bij sommige stercategorieën nogal laag is moeten deze resultaten voorzichtig worden geïnterpreteerd.
26
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 2.7 Hotels, waar aantal gasten is afgenomen ten opzichte van vorig jaar, (procenten) Amsterdam ster NHC
regio
Metropool
2007-2008
2008-2009
2008-2009
2008-2009
0-1 ster
60
67
55
64
2 sterren
73
67
46
61
3 sterren
63
72
47
66
4 sterren
73
74
94
82
5 sterren
90
75
x
80
totaal
67
70
63
68
N 2008=210, N Amsterdam 2009=184 en N regio 2009=67
bron: O+S
Figuur 2.8 Redenen, waarom aantal hotelgasten is afgenomen in periode 2008- 2009
bron: O+S
In 2009 hebben de meeste hoteliers een afname van het aantal gasten ervaren: in Amsterdam iets meer (70%) dan in de regio (63%). De meeste respondenten schrijven deze afname toe aan de economie: crisis, recessie, (slechter) economisch klimaat, dure euro. Verder vallen ook andere redenen op: Concurrentie. Mede door de toegenomen hotelcapaciteit, het wegblijven van sommige groepen gasten (zakelijke gasten, Britten) en de lagere prijzen is de concurrentie tussen verschillende segmenten en tussen Amsterdam en de regio harder geworden. In 2009 probeerden hotels van alle segmenten gasten aan te trekken door hun prijzen te verlagen, waarbij het aantal gasten in de accommodaties met de minste sterren het meest is afgenomen. Hoteliers in de regio, die vroeger in het hoogseizoen konden profiteren van de volgeboekte hotels in Amsterdam hebben in 2009 ook hun prijzen moeten verlagen.
27
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Amsterdam minder aantrekkelijk. Volgens sommige respondenten zijn er ook nieteconomische redenen waarom toeristen in 2009 wegbleven uit hun hotel: hinder van bouwwerkzaamheden, de tijdelijke sluiting van drie musea, sluiten van een deel van ramen in de Rosse buurt in Amsterdam, problemen met parkeren. Wat opvalt is dat deze redenen vaak samen worden genoemd.
2.5 Boekingen in Amsterdam via reserveringssysteem, in regio via internet en telefoon In tabel 2.6 is te zien via welke kanalen bij hotels in Amsterdam en de regio is gereserveerd. In Amsterdam komen steeds meer reserveringen via een reserveringssysteem (36% in 2009). In de regio is dit boekingskanaal minder vaak in gebruik (22%) en er is relatief vaak telefonisch gereserveerd (28%). Internetboekingen zijn bijna even populair in Amsterdam (29%), als in de regio (31%). Tabel 2.6a Reserveringen naar boekingskanaal en sterklasse van hotels, 2009 (procenten)
0-1 ster
reserveringsVVV touroperators telefoon/ fax internet walk-in overig systeem 34 1 4 10 31 18 2
totaal abs. 67
2 sterren
54
2
2
9
26
5
0
34
3 sterren
35
1
19
11
25
6
2
52
4 sterren
28
2
15
18
32
3
1
31
5 sterren totaal Amsterdam 2009
9
0
9
30
51
1
1
5
36
2
10
12
29
9
2
189
totaal Amsterdam 2008
35
2
9
15
28
9
2
211
totaal Amsterdam 2007
30
3
9
15
31
11
1
205
totaal regio 2009
22
2
6
28
31
7
4
68
bron: O+S
Enkele hoteliers uit de regio wensen meer samenwerking met Amsterdam en tussen verschillende partijen binnen de toeristische branche. Er wordt spontaan genoemd: ‘Er moet meer worden samengewerkt met de VVV en boekingskantoren. Nieuwe OV chipkaart is niet duidelijk voor de gasten omdat de busmaatschappijen ieder weer een eigen systeem hebben’. En een andere veelzeggende opmerking: ‘Wilt u ervoor zorgen dat ik ook in Amsterdam te vinden ben voor toeristen?’
28
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
3 Toerisme in 2009 en 2010
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op de ontwikkelingen van het toerisme in Amsterdam. Er wordt gekeken naar het aantal gasten en overnachtingen in de Amsterdamse hotels, naar het land van herkomst van de hotelgasten en hun verblijfsduur. Verder wordt de werkgelegenheid in de toeristische branches onder de loep genomen. Tot slot wordt gekeken naar de ontwikkelingen in het toerisme in de andere gemeenten rond Amsterdam.
3.1 Voorzichtig herstel toerisme in Amsterdam Van alle hotelovernachtingen in Nederland vindt 27% in de hoofdstad plaats. Amsterdam trok in 2009 4,6 miljoen hotelgasten, goed voor 8,6 miljoen overnachtingen (zie figuur 3.1). Dit is een toename van bijna 101.000 hotelgasten (+2%) en 252.000 overnachtingen (+3%) vergeleken met 2008. De eerste tekenen van de dalende trend waren in Amsterdam ongeveer een half jaar eerder te zien (augustus 2007) dan landelijk (maart 2008), maar het herstel begon in de hoofdstad ook ruim een half jaar eerder. In de eerste drie maanden van 2010 is het aantal hotelovernachtingen zowel landelijk (+6%), als in Amsterdam (+14%) toegenomen.12 Figuur 3.1 Hotelgasten en overnachtingen in Amsterdam, 2005-2009
x 1 mln. 9 8 7 6
gasten overnachtingen
5 4 3 2 1 0 2005
2006
2007
2008
2009 bron: CBS
12
Voorlopige cijfers CBS.
29
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
In 2009 werd het internationale inkomende toerisme belemmerd door de economische crisis, de dure euro en de gevolgen van de vliegtaks. Ook speelde de onzekere situatie rond de pandemie van de Mexicaanse griep een rol, maar in mindere mate dan eerder verwacht.13 Voor 2010 zijn de verwachtingen tamelijk positief: zowel in Nederland als in heel Europa en wereldwijd wordt een lichte stijging van het toerisme verwacht. Amsterdam kon in augustus 2010 een forse toename van het aantal toeristen verwachten in verband met het maritiem evenement SAIL.
3.2 Minder Britse, maar meer Nederlandse, Duitse en Franse toeristen in 2009 De toeristische groei in Amsterdam in de periode 2008-2009 is vooral toe te schrijven aan het toenemende aantal hotelovernachtingen van Nederlanders (+189.000), Duitsers (+76.000) en Fransen (+57.000). De andere groeiende maar relatief kleinere markten zijn de Belgische en Chinese met een toename van respectievelijk 36.000 en 26.000 overnachtingen. Het aantal overnachtingen van Britten is in 2009 voor het derde achtereenvolgende jaar fors gedaald (-95.000). Het toerisme uit de Verenigde Staten en Spanje is ook iets afgenomen, maar relatief minder vergeleken met de forse daling in 2008 (zie figuur 3.2). Figuur 3.2 Groei hotelovernachtingen per land van herkomst (gesorteerd op groeipercentages in 2009)
totaal 2009 t.o.v. 2008
l ta a to
n* * nd e BR IC -la
t-B e rit ta nn ië
G ro o
Sp an j
Ita lië
en
Af ri
ka
an d Fr an kr ijk N ed e ov rla er nd ig Eu ro pa
ts l D ui
Az ië O ce ov an er ië ig Ve Am re er ni ik gd a e St at en
%
40 35 30 25 20 15 10 5 0 -5 -10 -15
I kw 2010* t.o.v. I kw 2009
*) voorlopige cijfers. **) BRIC-landen: Brazilië, Rusland, India en China.
bron: CBS
De nog voorlopige cijfers van het CBS voor het eerste kwartaal van 2010 duiden op een positieve trend op alle grote toeristische markten in Amsterdam. Vooral het toerisme uit Spanje, de Verenigde Staten en Groot-Brittannië neemt weer toe. 13
30
Bron: Het Nederlands Bureau voor Toerisme (NBTC) en The World Tourism Organisation (UNWTO).
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
3.3 Samenstelling toeristen veranderd In de afgelopen vijf jaar heeft de toeristische markt in Amsterdam een periode van groei, crisis en herstel meegemaakt, waardoor deze structureel is veranderd. Het aantal Britse en Amerikaanse hotelgasten is sinds 2005 met circa een kwart afgenomen, terwijl het aantal Nederlanders met de helft is gegroeid (zie figuur 3.3) Waren Britten in 2005 met 21% van het totaal aantal hotelgasten de grootste groep in Amsterdam, nu zijn dit de Nederlanders (21%). Figuur 3.3 Hotelgasten in Amsterdam naar herkomstland, 2005 en 2009 2009
2005 3% 6%
2%
3% 2%
14%
4% 21%
3%
18% 16% 21%
16% 4% 5%
5%
Nederland Groot-Brittannië Verenigde Staten Duitsland Frankrijk Spanje Italië BRIC-landen* overig Europa overig Azië overig Amerika Afrika en Oceanië
5%
5% 5%
14% 6%
**) BRIC-landen: Brazilië, Rusland, India en China.
10% 5% 7%
bron: CBS
Het aandeel Amerikanen is in dezelfde periode afgenomen van 14% naar 10%, terwijl dat van Europese hotelgasten (exclusief Britten en Nederlanders) is toegenomen van 36% naar 40%. Dit is onder andere te wijten aan een reeks economische factoren, als de hypotheekcrisis in Amerika, de dure euro, de wereldwijde recessie in de periode 20072009 en het dalende consumentenvertrouwen. In slechte economische tijden blijven mensen vaak dicht bij huis en wordt er bezuinigd op luxe, verre vakanties. Het toerisme uit Japan – tot voor kort het grootste Aziatische marktsegment in Amsterdam – is voor het derde achtereenvolgende jaar afgenomen. Het toerisme uit China neemt juist gestaag toe en oversteeg in 2009 voor het eerst het toerisme uit Japan.
3.4 Daling hotelbezetting Medio 2007 telde Amsterdam 351 hotels, medio 2008 357 hotels en medio 2009 369 hotels met in totaal circa 21.000 kamers en 46.000 bedden. Dit is een capaciteitstoename van circa 1.500 kamers (+8%) en 4.200 bedden (+10%) vergeleken met het toeristische topjaar 2007. De capaciteit van het luxe hotelsegment (4-5 sterren) is het meest toegenomen. De gemeente Amsterdam heeft als doelstelling de hotelcapaciteit met 9.000 kamers uit te breiden tussen 2007 en 2015 en houdt ondanks de recessie vast aan het
31
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
ingezette beleid. De belangrijkste overweging daarbij is dat voor de toekomst een verdere groei van het toerisme wordt verwacht.14 Door dalende aantallen toeristen en de grotere hotelcapaciteit is de bezetting van de Amsterdamse hotels in 2008 en 2009 afgenomen. In 2007 was gemiddeld 63% van de Amsterdamse hotelbedden bezet, in 2008 59% en in 2009 57%.15 Vooral in de wintermaanden 2008-2009 was de bedbezetting zeer laag: onder de 50%. Maar vanaf het derde kwartaal van 2009, toen het toerisme duidelijk aantrok, begon de bedbezetting weer toe te nemen. Ook hielp dat de verblijfsduur van hotelgasten iets toenam: in 2007 verbleven hotelgasten 1,82 nachten in Amsterdam, in 2008 1,84 nachten en in 2009 1,85 nachten (zie tabel 3.4). Tabel 3.4 Hotelgasten, overnachtingen, verblijfsduur en de gemiddelde bedbezetting in Amsterdamse hotels, 2009-2010 gasten
overnachtingen
verblijfsduur
gemiddelde bedbezetting (%)
1 kw 2009
936.694
1.705.974
1,82
47
2 kw 2009
1.242.158
2.299.238
1,85
61
3 kw 2009
1.312.292
2.530.814
1,93
66
4 kw 2009
1.136.626
2.025.187
1,78
54
totaal 2009
4.627.770
8.561.213
1,85
57
1 kw 2010*
1.088.100
1.951.300
1,79
49
*) voorlopige cijfers.
bron: CBS
3.5 Lagere prijzen en meer overnachtingen in luxe hotels Om de dalende bezetting tegen te gaan hebben Amsterdamse hotels hun kamerprijzen in 2009 verder verlaagd, na eerdere verlaging in 2008, overigens net als hoteliers in de meeste Europese steden.16 De hoogste prijzen zijn geregistreerd in 2007, toen het toerisme op zijn top was. Tijdens de daaropvolgende twee jaar is het gemiddelde prijsniveau gezakt tot onder het niveau van 2005.17 In Amsterdam zegt bijna driekwart van de hoteliers de prijzen in 2009 te hebben verlaagd.18 De prijsconcurrentie speelt tussen alle hotelsegmenten. Luxe accommodaties (4-5 sterren) - het grootste marktsegment in Amsterdam met ruim 40% van alle bedden en overnachtingen - hebben in 2009 hun prijzen het meest verlaagd en een recordaantal overnachtingen geboekt. In 2008 kregen ze de grootste klap toen het 14
Bron: Nota Hotelbeleid 2007-2010, Economische Zaken Amsterdam. De kamerbezetting is ook gedaald van 76% in 2007 naar 72% in 2008 en naar 69% in 2009. Bron: O+S 16 Volgens de Hotel Price Index (HPI), die door het internationale hotel marketingbureau Hotels.com jaarlijks wordt berekend, zijn de Europese hotelprijzen gedurende 2009 met 13% gedaald ten opzichte van 2008. In Amsterdam zijn de prijzen met gemiddeld 8% gedaald (per nacht per persoon). Volgens de O+S hotelenquête onder 189 hotels is de prijs voor een gemiddelde eenpersoonskamer in de periode 2008-2009 met 3% afgenomen en de prijs voor een tweepersoonskamer met 14%. 17 Dit blijkt uit het onderzoek van het internationale hotel marketingbureau Hotels.com en uit de O+S hotelenquête. 18 O+S enquête onder 189 hotels in Amsterdam. 15
32
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
aantal overnachtingen in dit segment met 9% daalde ten opzichte van 2007. Dit was voor een groot deel te wijten aan het wegblijven van Britten en Amerikanen, die relatief vaak de voorkeur aan deze hotels geven. In 2009 bereikte het aantal overnachtingen in het luxe segment een record van 3,5 miljoen (+17%). Dit is mogelijk aan de lagere kamerprijzen toe te schrijven: de prijs voor een tweepersoonskamer in een luxe accommodatie daalde in de periode 2008-2009 met gemiddeld 21%.19 En hoewel de gasten in 2009 iets langer bleven (1,65 nachten) dan in 2008 (1,60 nachten) is de bedbezetting onveranderd gebleven (54%). Dit omdat de totale capaciteit van de vier- en vijfsterrenhotels ook is toegenomen. Het luxe segment trok in 2009 vooral meer gasten uit de Verenigde Staten, Nederland, Groot-Brittannië en andere Europese landen, maar ook uit China. Figuur 3.5 Ontwikkeling overnachtingen, hotelbedden, bedbezettingsgraad en kamerprijzen naar sterklasse hotels in periode 2008-2009, Amsterdam
20
%
15 10 5 0 -5 -10 -15 -20 -25 hotels 0-2 sterren overnachtingen
hotels 3 sterren aantal bedden
hotels 4-5 sterren bedbezetting
totaal
kamerprijs (2-persoonskamer) bron: CBS/O+S
De driesterrenhotels, die 29% van de beddencapaciteit in Amsterdam bieden, kampen ondanks de verlaagde prijzen met een dalend aantal gasten en een lagere bedbezetting. In 2009 is het aantal gasten hier voor het tweede achtereenvolgende jaar gedaald (-3%), vooral door de afname van Britten en Nederlanders. De gasten bleven wel opvallend langer (1,97 nachten) dan in 2008 (1,90), waardoor het aantal overnachtingen in dit segment is gestabiliseerd op 2,8 miljoen (32% van alle overnachtingen in Amsterdam). Maar omdat de hotelcapaciteit van de driesterrenhotels is toegenomen is de bedbezettingsgraad iets gedaald (van 65% in 2008 naar 61% in 2009). De prijs voor een tweepersoonskamer in een driesterrenhotel daalde in de periode 2008-2009 met gemiddeld 10%, relatief minder vergeleken met de luxe accommodaties.20
19 20
Bron: O+S enquête onder 189 Amsterdamse hotels, voorjaar 2010. Bron: enquête O+S onder 189 Amsterdamse hotels, voorjaar 2010.
33
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Budgetaccommodaties (0-2 sterren) - een iets kleiner marktsegment dan de driesterrenhotels (27% van alle bedden) – hebben in 2009 de grootste tegenslag gekregen als gevolg van de toeristische daling en de prijsconcurrentie met de andere hotelsegmenten. Het aantal overnachtingen in budgetaccommodaties is in de periode 2008-2009 met 10% afgenomen. Budgetaccommodaties zijn populair onder Nederlanders en Britten maar ook andere Europese toeristen, als Fransen, Duitsers, Italianen en Spanjaarden. De afname in 2009 is voor een deel aan de algemene afname van het aantal Britten, Spanjaarden en Italianen in Amsterdam toe te schrijven en is te zien vooral in hotels met minder dan twee sterren. De gemiddelde bedbezetting lag in 2009 op 58% iets onder het niveau van 2008 (60%). De prijs voor een tweepersoonskamer is verlaagd met gemiddeld 10%.21
3.6 Minder zeecruises in 2009 22 Naast de hotellerie kampte ook de cruisesector in 2009 met de negatieve gevolgen van de economische crisis. Dit valt vooral op omdat één jaar eerder de cruisesector een spectaculaire opmars maakte: het aantal cruiseschippassagiers dat Amsterdam in 2008 aandeed, bereikte een record van 227.600, ruim de helft meer dan in 2007. In 2009 nam dit aantal af tot 181.300 passagiers (-20%). Het aantal schepen is in de periode 20082009 afgenomen van 117 naar 93 (-21%). De drukste maanden in 2009 waren mei, juni en augustus, toen er per maand meer dan 40.000 passagiers aankwamen. De meeste passagiers zijn Duitsers (18%), Britten (16%), Amerikanen (14%) of Italianen (12%). Van de 93 cruiseschepen in 2009 waren er 54 zogenaamde transit calls, die Amsterdam als tussenhaven gebruikten. Een gemiddelde transit call levert Amsterdam en de regio naar schatting €365.000 op, waaronder het havengeld, bevoorrading van het schip en de uitgaven van de passagiers aan horeca, taxi’s en souvenirs vallen. De overige 39 schepen waren de zogenaamde turn arounds, waarbij de vaart begon en eindigde in Amsterdam. Naar schatting levert een gemiddelde turn around €610.000 op.23
21
Bron: enquête O+S onder 189 Amsterdamse hotels, voorjaar 2010. Deze paragraaf is gebaseerd op de gegevens van Passenger Terminal Amsterdam (PTA). 23 Bron: Economische betekenis cruise- en ferryvaart in het Noordzeekanaalgebied 2008. ZKA Consultants & Planners 22
34
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Figuur 3.6 Zeecruiseschepen en –passagiers in Amsterdam, 2005-2009
250
200
150
100
50
0 2005
2006
zeecruieseschepen
2007
2008
2009
passagiers (x1.000) bron: PTA
3.7 Stagnatie banengroei in toeristische sector
24
Met in totaal 49.400 banen op 1 januari 2010 stagneert de werkgelegenheidsgroei in de toeristische sector in Amsterdam (-0,2% ten opzichte van stand op 1 januari 2009). Het aantal grote banen (12 uur en meer per week) is met 1% gedaald tot 36.700. Het aantal kleine banen (minder dan 12 uur per week) is wel licht toegenomen (+2%), maar minder dan vorig jaar (+5%). Werkgelegenheid reageert meestal met enige vertraging op de economische veranderingen, maar bij de toeristische sector is vaak een heftigere reactie te zien dan bij andere sectoren.25 Door de afname van het aantal toeristen in 2008, laag consumentenvertrouwen en minder bestedingen in de horeca is ook de horecaomzet in 2009 gedaald en worden ondernemers voorzichtiger met het aannemen van nieuw personeel.26 Het aantal grote banen is vooral gedaald bij de reisorganisaties (-9%), logiesbedrijven (5%) en personenvervoer (-5%). Hier valt de banenafname bij logiesbedrijven (hotels, pensions, campings) op, gezien de toegenomen hotelcapaciteit. Wel is het aantal kleine banen in deze sector licht toegenomen (+2%). 24
Tot de toeristische sector worden de volgende branches gerekend: horeca, cultuur en recreatie (o.a. musea, amusement), personenvervoer (o.a. taxi), reisbureaus, detailhandel in souvenirs e.d. Het toerisme heeft een onmiskenbaar stimulerend effect op het aantal banen in deze branches, hoewel ze niet altijd direct door het toerisme tot stand zijn gekomen. 25 Het totale aantal banen in de stad is in dezelfde periode met 3% toegenomen. Bron: O+S. 26 In 2009 daalde de totale horecaomzet in Nederland met 4,75% ten opzichte van 2008. In het vierde kwartaal van 2009 was de daling echter iets minder -3,5%. Grote steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag) werden zwaarder getroffen door de omzetdaling (-5,1% in het vierde kwartaal 2009). Bron: Koninklijke Horeca Nederland/ Horecabarometer, Synovate in opdracht van Bedrijfschap Horeca en Catering.
35
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Figuur 3.7 Grote en kleine banen in toeristische bedrijfstakken, Amsterdam 1 januari 2000-2010
26.000 24.000 22.000 20.000 18.000 16.000 14.000 12.000 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000 0 2000 logies
2001
2002
horeca*
2003
2004
2005
personenvervoer
2006
2007
2008
2009
cultuur en recreatie
* exclusief logies ** reisorganisaties, toeristische goederen
2010
overig**
bron: O+S
3.8 Minder zakelijke overnachtingen ondanks toename congressen De lichte toename van het aantal hotelovernachtingen in 2009 was uitsluitend te danken aan recreatief toerisme, want het aantal overnachtingen met een zakelijke reden is in de periode 2008-2009 met 8% gedaald tot 3,0 miljoen (-261.000). Ook is het aandeel zakelijke overnachtingen in het totaal gedaald van 40% naar 35% (landelijk van 48% naar 45%). Dit kan verklaard worden door de vertraagde reactie van de zakelijke markt op de wereldwijde conjunctuurveranderingen. De daling heeft in Amsterdam alleen hotels in het budget- en het middensegment getroffen. Het luxe segment (4-5 sterren) – waar overigens 60% van alle zakelijke overnachtingen plaatsvindt – heeft een stijging van 6% geboekt (bij 5 sterren hotels zelfs +22%). De drukste maanden voor zakelijk bezoek in 2009 waren juni en september. Over het algemeen is 14% van de zakelijke hotelovernachtingen verbonden aan internationale zakelijke bijeenkomsten.27 Het aantal van dergelijke bijenkomsten in Amsterdam is in de periode 2008-2009 ook afgenomen (- 21%) tot 515. Tegelijkertijd is het aantal grootschalige (300 deelnemers of meer) internationale congressen in 27
36
Dit zijn bijenkomsten, die minimal twee dagen duren en minimaal 40 deelnemers tellen, waarvan een derde uit het buitenland. Bron: ATCB.
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Amsterdam toegenomen van 103 in 2008 naar 126 in 2009.28 Ook is het aantal kleinere congressen (minimaal 50 deelnemers) van 89 naar 98 toegenomen.29
3.9 Populairste musea en attracties minder druk De populairste Amsterdamse musea en attracties zagen in 2009 een forse afname van het aantal bezoekers. Vooral valt op dat attracties en musea die jaarlijks meer dan één miljoen bezoekers trekken, in 2009 minder werden bezocht: rondvaarten (-9%), Amsterdam ArenA (-8%), het Van Goghmuseum (-2%) en Artis (-2%). In totaal nam het aantal museumbezoekers in 2009 met 3,5% toe vergeleken met 2008, terwijl het aantal bezoekers aan attracties met 6,1% afnam. De toename van het museumbezoek komt voor een deel door de opening van het nieuwe gebouw van de Hermitage, maar ook door musea als het Fotografiemuseum Amsterdam (+52%), De Oude Kerk (+31%) en het Amsterdams Historisch Museum (+11%). Van de attracties hadden vooral de rondvaarten het minder druk in 2009 (zie tabel 3.8).30 Tabel 3.8 Bezoekers (x1.000) aan de meest bezochte musea en attractiepunten in Amsterdam, 2009 2009 verandering t.o.v. 2008 (%) Rondvaarten
2.811
-9
Amsterdam ArenA
1.632
-8
Van Goghmuseum
1.451
-2
Artis en Aquarium
1.208
-2
986
-1
Rijksmuseum
876
-10
Holland Casino Amsterdam
860
-9
Anne Frankhuis
Hermitage*
630
Diamantslijperijen van DFA
554
Madame Tussauds Amsterdam
554
*) Opening Grote Hermitage 20 juni 2009.
-11 5 bron: musea/ATCB
3.10 Afname toerisme in de Metropoolregio Vanaf 2009 treedt Amsterdam samen met de regio internationaal als één toeristisch product naar buiten om onder andere het bezoek van buitenlandse toeristen te stimuleren.31 Naast 8,6 miljoen hotelovernachtingen in Amsterdam vinden nog 2,9 miljoen overnachtingen in de andere gemeenten van de Metropool plaats, waarvan 1,7 miljoen in de gemeenten rondom Amsterdam (Amstel-Meerlanden en Waterland samen). Het effect van de samenwerking is pas over een aantal jaren te beoordelen, maar in 2009 ging het 28
Bron: Union of International Associations (UIA). UIA registreert congressen met minimaal 300 deelnemers, waarvan minimaal 40% uit andere landen komt. Het aantal vertegenwoordigde landen moet minimaal vier zijn en het congres moet minstens drie dagen duren. 29 Bron: International Congress and Convention Association (ICCA). ICCA registreert congressen die zjin georganiseerd op een reguliere basis (dus éénmalige bijeenkomsten worden niet meegeteld), tellen minimaal 50 deeldemers uit minimaal drie landen. 30 Bron: ATCB. 31 Dit werd in 2008 vastgelegd in het ‘Toeristisch Actieplan Metropoolregio Amsterdam’ (TAMA).
37
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
minder goed met het toerisme in de regio, overigens net als in heel Nederland (-3%). Het aantal overnachtingen is in alle deelgebieden van de Metropool gedaald, behalve in Amsterdam (+3%) en Flevoland (+9%). In de gebieden rondom Amsterdam nam het toerisme met 8% af (zie kaart 3.9). Kaart 3.9 Hotelgasten per COROP-gebied in Metropoolregio Amsterdam, 2009 Groei hotelovernachtingen in de periode 2008-2009 groei daling
Aantal hotelovernachtingen in 2009 minder dan 250.000 250.000 tot 1.000.000 1.000.000 tot 5.000.000 meer dan 5.000.000 Waterland IJmond Zaanstreek
-8%
-8% -19%
Agglomeratie Haarlem
Flevoland AMSTERDAM
-2%
+3%
+9%
Amstel-Meerlanden
-8%
Het Gooi en Vechtstreek
-16%
bron: CBS/ bewerking O+S
Opmerkelijk is dat vooral Nederlanders dit gebied in 2009 links lieten liggen (-13%). In de andere gebieden nam vooral het buitenlandse toerisme af. Ook verbleven gasten in de regionale hotels minder lang dan in 2008.
38
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
4 Bijlage 1
Tabel 4.1 Hotels naar stadsdeel (indeling 2008) en sterklasse, 1 juli 2010
Centrum
0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
110
53
46
22
7
238
Westpoort
1
Westerpark
1
1
13
3
Oud-West
4
Zeeburg
3
4
Bos en lommer
1 2 1
25
1
4
1
1
2
6
1
2
De Baarsjes Amsterdam-Noord
2
Geuzenveld-Slotermeer
1
Osdorp
1
2 1
Slotervaart
2
Zuidoost
2
Oost-Watergraafsmeer Oud Zuid Zuideramstel totaal
1 16
18
2 3
5 2
3
3
21
9
2
2
1
3
140
77
93
49
7 3
67
11
370
8
bron: O+S Tabel 4.2 Hotelkamers naar stadsdeel (indeling 2008) en sterklasse, 1 juli 2010
Centrum Westpoort Westerpark
0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
1.925
1.150
2.963
3.053
1.488
10.579
.
.
180
.
.
180
.
.
x
x
.
186
Oud-West
220
64
481
333
392
1.490
Zeeburg
215
.
.
x
.
623
.
.
.
x
.
x
Bos en Lommer De Baarsjes Amsterdam-Noord
11
.
243
307
.
561
Geuzenveld-Slotermeer
x
.
.
x
.
245
Osdorp
x
.
x
.
.
183
Slotervaart
.
.
306
668
.
974
Zuidoost
.
.
266
.
.
266
Oost-Watergraafsmeer
x
.
986
604
.
1.599
Oud-Zuid
308
472
956
829
694
3.259
Zuideramstel
250
47
x
1.087
.
1.415
3.025
1.733
6.708
7.708
2.574
totaal
21.748 bron: O+S
39
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 4.3 Hotelbedden naar stadsdeel (indeling 2008) en sterklasse, 1 juli 2010 0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
5 sterren
totaal
5.849
2.513
6.095
6.025
2.955
23.437
.
.
380
.
.
380
Centrum Westpoort Westerpark
.
.
x
x
.
386
Oud-West
775
121
975
663
998
3.532
Zeeburg
752
.
.
x
.
1.568
.
.
.
x
.
x
20
.
494
616
.
1.130
Geuzenveld-Slotermeer
x
.
.
x
.
555
Osdorp
x
.
x
.
.
434
Slotervaart
.
.
659
1.360
.
2.019
Zuidoost
.
.
544
.
.
544
Oost-Watergraafsmeer
x
.
2.051
1.237
.
3.307
Oud Zuid
765
1.187
1.917
1.636
1.386
6.891
Zuideramstel
500
95
x
2.418
.
3.075
8.924
3.916
13.809
15.704
5.339
47.692
Bos en lommer De Baarsjes Amsterdam-Noord
totaal
bron: O+S Tabel 4.4 Hotels naar sterrenklasse per subregio, Metropoolregio Amsterdam 2010 0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
2
2
1
Almere
5 sterren
totaal
1
31
5
Amstel-Meerlanden
5
1
8
16
Gooi en Vechtstreek
3
3
6
7
19
25
12
11
9
57
8
3
6
5
22
Waterland
18
7
9
3
37
Zaanstreek
4
1
4
1
regio totaal
63
29
46
42
1
181
Amsterdam
140
77
93
49
11
370
totaal Metropool
203
106
139
91
12
agglomeratie Haarlem IJmond
10
551 bron: O+S
Tabel 4.5 Hotelkamers naar sterrenklasse per subregio, Metropoolregio Amsterdam 2010 0-1 ster Almere Amstel-Meerlanden Gooi en Vechtstreek
295
2 sterren
3 sterren
4 sterren
17
181
117
230
906
3.343
5 sterren
totaal
x
5.053
315
45
50
186
488
769
agglomeratie Haarlem
214
190
176
984
1.564
IJmond
130
43
200
374
747
Waterland
152
156
240
234
782
Zaanstreek
82
6
109
159
regio totaal
918
692
1.998
5.699
279
9.586
Amsterdam
3.025
1.733
6.708
7.708
2.574
21.748
totaal Metropool
3.943
2.425
8.706
13.407
2.853
356
31.334 bron: O+S
40
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Tabel 4.6 Hotelbedden naar sterrenklasse per subregio, Metropoolregio Amsterdam 2010 0-1 ster
2 sterren
3 sterren
4 sterren
33
366
240
753
460
1.673
6.550
Almere Amstel-Meerlanden Gooi en Vechtstreek
5 sterren
totaal
x
10.003
639
79
101
367
1.019
1.566
agglomeratie Haarlem
505
385
365
2.070
3.325
IJmond
390
77
385
831
1.683
Waterland
335
320
501
478
1.634
Zaanstreek
246
11
218
318
regio totaal
2.308
1.387
3.875
11.506
567
19.643
8.924
3.916
13.809
15.704
5.339
47.692
11.232
5.303
17.684
27.210
5.906
67.335
Amsterdam totaal Metropool
793
bron: O+S
41
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
42
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
5 Bijlage 2
Jaarlijkse enquête Gastenaccommodaties 2010 Voor Hotels, Campings, Appartementen, Botels, Hostels en Tehuizen.
De vragen hieronder hebben betrekking op de huidige situatie van uw accommodatie (voorjaar 2010). 1. Zou u onderstaande gegevens willen controleren en indien nodig aanpassen? Wijzingen en aanvullingen «PREG»
1. Politie codenummer 2. Naam bedrijf
«HOTNAAM»
3. Adres
«STRAAT» «HUISID»
4. Postcode en plaats
«POSTCODE» «PLAATS»
5. Algemeen telefoonnummer
«TELEFOON»
6. Algemeen faxnummer
«FAX»
7. Algemeen e-mailadres
«EMAIL»
8. Website (zonder www.)
«WEBSITE»
9. Contactpersoon 10. Aantal sterren volgens Benelux-
«BCSTER»
classificatie 11. Aantal sterren volgens Ned.Hotel
«NHC»
Classificatie
2. Zou u onderstaande tabel op basis van de huidige situatie volledig willen invullen? aantal slaapplaatsen
aantal ruimten (kamers, appartementen, slaapzalen, -ruimten in woonboten *)
(exclusief bijzetbedden) 1-persoons
x 1=
2-persoons **
x 2=
3-persoons
x 3=
4 of meer-persoons Totalen Kampeerplekken * voor zover appartementen/woonboten eigendom zijn en per dag of week worden verhuurd ** zowel met 1 tweepersoonsbed als met 2 losse bedden
43
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
Uw accommodatie in 2009 De vragen hieronder hebben betrekking op de situatie in 2009. 3. Wat was de gemiddelde prijs voor 1- en/of 2-persoonskamer (inclusief ontbijt, service en b.t.w.) over 2009 in uw accommodatie? a. 1-persoonskamer b. 2-persoonskamer
€ €
4. Wat was in 2009 uw gemiddelde kamerbezetting? _______________% (gemiddeld percentage verhuurde kamers / units)
5. Kunt u aangeven hoe in 2009 het bezoek aan uw bedrijf was samengesteld? zakelijk bezoek
_____%
recreatief bezoek _____%
6. Is deze vestiging in 2009 van eigenaar veranderd? ja nee
7. Hoeveel dagen was uw accommodatie in 2009 gesloten? __________dagen 8. Via welke kanalen werden in 2009 de boekingen voor uw accommodatie gedaan? (zonodig schatten, svp gehele percentages en geen kanalen samenvoegen) percentage reserveringssystemen
%
VVV
%
touroperators
%
rechtstreeks via telefoon, fax
%
rechtstreeks via internet
%
walk-in
%
anders, namelijk ________________________________________________________ totaal
% 100%
9 Is het aantal hotelgasten in uw accommodatie in 2009 afgenomen in vergelijking met 2008? ja nee , ga door naar vraag 11 weet niet, ga door naar vraag 11
44
Gemeente Amsterdam Dienst Onderzoek en Statistiek Toerisme in Amsterdam
10 Wat is er volgens u de reden dat het aantal hotelgasten in uw bedrijf in 2009 is afgenomen? _____________________________________________________________________ 11 Zijn de kamerprijzen in uw accommodatie verlaagd ten opzichte van de kamerprijzen van 2008? _____________________________________________________________________
12 Eventuele opmerkingen: X
45