Gezond opgroeien in Kollumerland c.a. 2009/2010
Inhoudsopgave jaarrapportage JGZ 2009-2010 Vooraf ......................................................................................................................... 3 Medewerkers gemeentelijk JGZ-team ........................................................................ 4 Gemeentelijke beleidsspeerpunten ten aanzien van jeugd en gezondheid ................ 5 Monitor jeugdgezondheid ........................................................................................... 6 Activiteiten en interventies jeugdgezondheidszorg ....................................................20 Conclusies en aanbevelingen....................................................................................25
2
Vooraf Met veel genoegen bied ik u namens de afdeling Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van GGD Fryslân de jaarrapportage 2009-2010 aan. In deze rapportage worden de activiteiten van de afdeling JGZ gepresenteerd in samenhang met beleidsspeerpunten van uw gemeente op het terrein van jeugd en gezondheid. Daarnaast geeft de rapportage inzicht in de gezondheidstoestand van de jeugd in uw gemeente en worden suggesties voor gemeentelijk beleid gedaan. Op 1-1-2009 is de JGZ 0-19 jaar in één uitvoeringsorganisatie gestart met als kernthema “gezond en veilig opgroeien”. Naast de implementatie van de afdeling is ingezet op het versterken van de samenwerking met ketenpartners op gemeentelijk en provinciaal niveau. Dit kwam onder andere tot uitdrukking in de samenwerking in Centra voor Jeugd en Gezin, Verwijsindex Fryslân, Zorg Advies Teams in het onderwijs en de samenwerkingstrajecten en convenanten met instellingen voor Maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg, De Friese Huisartsenvereniging en Friese ziekenhuizen. De inzet van JGZ in de grootschalige vaccinatiecampagne bij de uitbraak van Nieuwe influenza A, onderstreepte het belang van de positionering van JGZ binnen de openbare gezondheidszorg. In korte tijd werd veel professionele menskracht gemobiliseerd om samen met gemeenten de vaccinatiecampagne uit te voeren. Binnen de GGD is in 2009 ook op andere terreinen intensief samengewerkt met collega’s van andere afdelingen. Bijvoorbeeld in het kader van gezonde leefstijl, beleidsadvisering, epidemiologisch onderzoek, openbare geestelijke gezondheidszorg (OGGZ), calamiteitenzorg, bemoeizorg, kindermishandeling en medische milieukunde. In 2009 zijn de medewerkers van de afdeling JGZ in gemeentelijke teams 0-19 jaar gaan werken om de zorg voor de jeugd nog beter aan te laten sluiten op de situatie in uw gemeente. Intern heeft de afdeling JGZ geïnvesteerd in de implementatie van de nieuwe afdelingsstructuur, het samenwerken van collega’s, de implementatie van alle werkprocessen en protocollen, de interne scholing en het versterken van een integrale manier van werken voor JGZ 0-19 jaar. Ook is een aantal grotere trajecten voorbereid: het digitaal kinddossier, de directe verwijzing door jeugdarts naar medisch specialist, HKZcertificering en scholing medewerkers in de methodiek Triple P.
Ik wens u veel plezier bij het lezen van deze rapportage. Voor opmerkingen of vragen kunt u terecht bij uw regiomanager.
Engelien Zeinstra Regiomanager jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân Telefoon: 088 – 229 9517
E-mail:
[email protected]
3
Medewerkers gemeentelijk JGZ-team Het team jeugdgezondheidszorg van de gemeente Kollumerland c.a. bestaat uit: (werkzaam per september 2010) • • • • • • • •
Francine Woldring, verpleegkundige JGZ 0-4 Klaske Klaver, verpleegkundige JGZ 0-4 Ella van der Wal, verpleegkundige JGZ 4-19 Christa Kruze, arts JGZ 0-4 Veerle Heeren, arts JGZ 4-19 Wieke Boersma, cb-assistente Marja Braaksma, assistente JGZ Martina Hut, pedagoog
4
Gemeentelijke beleidsspeerpunten ten aanzien van jeugd en gezondheid In het Collegeprogramma 2010-2014 houdt de gemeente een pleidooi voor preventie: ‘Preventie in al zijn facetten is belangrijk. Preventie vertaalt zich in de stellingname: “Voorkomen is beter dan genezen!”. Aandacht voor preventie komt onder meer terug in tal van ontwikkelingen op het terrein van gezondheid (gezonde leefstijl), wonen en ouder worden (levensloopbestendig wonen), sport (fitter zijn) en hulp aan huis (burenhulp/ klussendienst). De gemeente houdt met dit gegeven dus rekening in haar beleidsvorming. Verder wil de gemeente dat het alcohol- en drugsgebruik wordt aangepakt: “Bij de overlast van groepen jongeren speelt alcohol- en drugsgebruik een belangrijke rol en daar zal de aanpak zich op moeten richten.” Wij verwachten bij deze beleidsvoornemens aan te (blijven) sluiten, evenals bij de beleidsvoornemens op andere terreinen, zoals bij de kadernotitie ‘De jeugd als middelpunt’.
5
Monitor jeugdgezondheid In de afgelopen jaren informeerde de monitor jeugdgezondheid u over de gezondheid van de jeugd in de gemeente Kollumerland c.a. in het voorafgaande kalenderjaar. Deze monitor jeugdgezondheid informeert u over de gezondheid van schoolgaande kinderen en jongeren in de schooljaren 2007-2008, 2008-2009 en 2009-2010. De informatie is verzameld tijdens gezondheidsonderzoeken bij leerlingen van groepen 2 en 7 basisonderwijs, klassen 1 en 3 vmbo en klas 2 havo/vwo. De informatie over gezondheid van de jeugd in de gemeente Kollumerland c.a. wordt gepresenteerd als het totaal van deze drie schooljaren en wordt vergeleken met provinciale percentages over dezelfde periode. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen jongens en meisjes. In de monitor zijn ook gegevens opgenomen afkomstig van de in 2009 afgenomen vragenlijst Stevig Ouderschap. Deze vragenlijst wordt kort na de geboorte van een kind aan ouders voorgelegd. Trends worden op provinciaal niveau gepresenteerd. De aantallen onderzochte kinderen/ jongeren zijn op gemeenteniveau helaas veelal te klein om hieruit een trend te kunnen samenstellen. Gezond gewicht Kinderen en jongeren met overgewicht hebben een aanzienlijke kans op overgewicht op volwassen leeftijd. Daarnaast hebben zij een grotere kans om later suikerziekte, hoge bloeddruk, hartvaatziekten, kanker of gewrichtsproblemen te ontwikkelen. Dit geldt in versterkte mate bij kinderen en jongeren met ernstig overgewicht (obesitas). Op jonge leeftijd kan het overgewicht ook problemen geven: klachten van voeten, knieën, benen of rug, gepest worden, niet goed mee kunnen doen met gymnastiek, sport- en spelactiviteiten en weinig zelfwaardering. In onderstaande figuren wordt het percentage kinderen en jongeren met overgewicht in de gemeente Kollumerland c.a. vergeleken met de rest van Fryslân. De Body Mass Index ( BMI) is als maat voor het gewicht gebruikt.
Overgewicht en ernstig overgewicht (obesitas) Gemeente Kollumerland C.A. 30% 25%
4%
20% 15% 10% 5%
2% 21%
3% 13%
13%
ernstig overgew icht (obesitas) (matig) overgew icht
8%
0% Groep 2
Groep 7
Klas1 vmbo
Klas2 havo/vw o
6
Overgewicht en ernstig overgewicht (obesitas) Provincie Fryslân 20% 4% 15% 2% 10%
2%
2% 15% 12%
5%
9%
8%
ernstig overgew icht (obesitas) (matig) overgew icht
0% Groep 2
Groep 7
Klas1 vmbo
Klas2 havo/vw o
Bij vrijwel alle kinderen en jongeren met overgewicht wordt door de JGZ actie ingezet in de vorm van advies, begeleiding of verwijzing naar huisarts, diëtist of kinderarts. De verpleegkundigen en artsen JGZ hebben een training motiverende gespreksvoering gevolgd om in de contacten met kind, ouder of jongere het onderwerp gezond gewicht bespreekbaar te maken. Trend overgewicht In onderstaande figuur is het percentage kinderen en jongeren met overgewicht in Fryslân gedurende de afgelopen drie schooljaren gepresenteerd. In het basisonderwijs stabiliseert het aantal kinderen met overgewicht. In het voortgezet onderwijs zijn de verschillen opmerkelijk tussen vmbo-leerlingen en havo/vwo-leerlingen. In het VMBO is de toename van overgewicht het meest uitgesproken. Bovendien is in het schooljaar 2009-2010 het percentage jongeren met obesitas (ernstig overgewicht) in klas 1 vmbo gestegen naar 4%. Trend overgewicht 2007/2010 groep 7 BaO, klas 1 vmbo en klas 2 havo/vwo Provincie Fryslân 25%
20%
Groep 7 15%
Klas 1 vmbo Klas 2 havo/vw o
10%
5% 2007/2008
2008/2009
2009/2010
7
Lid van een sportclub Sporten in clubverband kan positieve effecten hebben op de (sociale) ontwikkeling en de gezondheid (onder andere gewicht) van kinderen en jongeren. Door sport ontwikkelen kinderen ook andere talenten zoals de sociale omgang, organisatievermogen, verantwoordelijkheidsgevoel en leiderschap. Op Fries niveau is 78% van de leerlingen groep 7 basisonderwijs lid van een sportclub. In de onderbouw van het voortgezet onderwijs is dit percentage afgenomen tot 69%. In de afgelopen drie schooljaren is op Fries niveau het percentage kinderen en jongeren dat lid is van een sportvereniging, stabiel gebleven. In bijgaande figuur is het percentage kinderen (groep 7 basisonderwijs) en jongeren (klassen 1 en 2 voortgezet onderwijs) uit de gemeente Kollumerland c.a. dat lid is van een sportvereniging, vergeleken met de rest van Fryslân. Lid van sportclub groep 7 BaO en onderbouw VO 100%
75%
77%
78% 66%
69%
50%
25%
0% groep 7 BaO Gemeente Kollumerland C.A.
klas 1/2 VO Overige gemeenten Fryslân
Voor kinderen en jongeren die opgroeien in een gezin “met een smalle beurs”, kunnen de financiën een belemmering vormen om te sporten. Onderstaande figuur toont op Fries niveau voor specifieke risicogroepen het percentage kinderen/jongeren met een lidmaatschap van een sportvereniging in vergelijking tot leeftijdsgenoten die niet tot een risicogroep horen.
8
Lid van sportvereniging van leerlingen groep 7 BaO en onderbouw VO Friese percentages voor drie belangrijke doelgroepen 100%
89% 75%
79%
79%
75%
69%
68% 68%
68% 59%
62%
50% 54%
55%
25%
0% éénouder
anders
Nederlands
gezinssamenstelling
Niet w esters etniciteit
Groep 7 BaO
laag
hoog
opleidingsniveau blauw =ouders/groen=leerling Onderbouw VO
Genotmiddelen In de afgelopen jaren is duidelijk geworden dat de jeugd in Fryslân veel alcohol drinkt. Vanwege de gevolgen voor de openbare orde (agressie en vandalisme) en de gezondheidsrisico’s (o.a. vermindering van de hersenfuncties aandacht en geheugen, onveilig vrijen en verslaving), zetten veel gemeenten in op het terugdringen van het alcoholgebruik door jongeren. Zoals bekend verhoogt roken de kans op hart- en vaatziekten en longkanker. Jongeren die op jonge leeftijd roken kunnen makkelijk verslaafd blijven. Op jonge leeftijd vormen de jongeren uit het vmbo hierbij een belangrijke risicogroep. Om alcoholgebruik en het roken in kaart te brengen zijn voorafgaand aan de gezondheidsonderzoeken de jongeren uit klas 1 vmbo en klas 2 havo/vwo schriftelijk bevraagd naar het alcoholgebruik tijdens de afgelopen week, het drinken van tenminste 5 glazen alcohol bij tenminste een gelegenheid in de afgelopen vier weken en het dagelijks of wekelijks roken. In onderstaande tabel worden het alcoholgebruik en het roken door de jongeren in de onderbouw van het voortgezet onderwijs in de gemeente Kollumerland c.a. vergeleken met hun leeftijdsgenoten elders in Fryslân.
9
Roken en drinken in klas 1 VMBO 12% 11%
8%
8% 7%
4%
5% 2%
3%
0% rookt w ekelijks / dagelijks
alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken
Gemeente Kollumerland C.A.
meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken Totaal Fryslân
Roken en drinken in klas 2 HAVO / VWO 18%
15% 12%
12%
6% 6% 4% 1% 0%
0% rookt w ekelijks / dagelijks
alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken
Gemeente Kollumerland C.A.
meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken Totaal Fryslân
10
Trend alcoholgebruik en roken De onderstaande figuur laat op provinciaal niveau een bemoedigende trend zien voor het alcoholgebruik door jongeren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs: in het algemeen is het alcoholgebruik in de afgelopen drie schooljaren afgenomen. Uit landelijk onderzoek blijkt dat ouders alerter zijn geworden op het alcoholgebruik van hun kind. In Fryslân is in de onderbouw van het voortgezet onderwijs het verschil in alcoholgebruik tussen leerlingen van vmbo en van havo/vwo afgenomen. Het percentage jongeren dat tenminste wekelijks rookt blijft stabiel. De nieuwste inzichten over de risico’s op hersenbeschadiging door alcoholgebruik hebben geleid tot de volgende richtlijnen voor jongeren: Beneden de 16 jaar: Drink geen alcohol. 16 jaar of ouder:
Drink alleen in het weekend en daarnaast maximaal nog twee dagen per week. Jongens maximaal twee standaardglazen alcohol op die dagen. Meisjes maximaal 1 standaardglas alcohol op die dagen.
Trend roken en drinken in de onderbouw van het voortgezet onderwijs provincie Fryslân 15% Rookt w ekelijks / dagelijks VMBO Rookt w ekelijks / dagelijks HAVO/VWO
10%
Alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken VMBO Alcohol gedronken in afgelopen 4 w eken HAVO/VWO 5% Meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken VMBO Meer dan 4 glazen per keer in afgelopen 4 w eken HAVO/VWO 0% 2007
2008
2009
Overmatig alcoholgebruik en ongewenst gedrag De jongeren uit klas 3 vmbo (14-16 jaar) die in de afgelopen vier weken tenminste vijf glazen alcohol bij tenminste een gelegenheid hebben gedronken (binge drinken) zijn vergeleken met leeftijdsgenoten van het vmbo die niet of weinig alcohol drinken. Jongeren die bovenmatig alcohol drinken (binge drinken) scoren in vergelijking met leeftijdsgenoten die niet of weinig alcohol drinken, bovenmatig op recent gebruik van hasj/ wiet, ooit gebruik van XTC, cocaïne of speed, het bekladden of vernielen van dingen en het pikken van dingen van anderen of uit winkels. Zie onderstaande figuur.
11
Ongewenst gedrag in relatie tot (binge)drinken 30%
28% 20%
12% 14% 10%
6%
1%
2%
0% Gebruikt hasj of wiet
0%
Heeft wel eens XTC, cocaïne of speed gebruikt
Bekladt of vernielt wel eens dingen
bovenmatige drinker
1%
Pikt wel eens dingen van anderen of uit winkels
niet of w einig drinker
Alcoholgebruik stijgt met de leeftijd Onderstaande figuur illustreert hoe alcohol- en drugsgebruik onder jongeren toeneemt met het stijgen van de leeftijd.
Alcohol en drugsgebruik naar leeftijd 90%
Alcohol gedronken in afgelopen maand
60%
Vijf of meer drankjes met alcohol bij één gelegenheid
Drinkt wel eens meer dan 20 glazen alcohol per week
30%
Gebruikt hasj of wiet
Heeft wel eens XTC, cocaïne of speed gebruikt 0% 14 jaar (of jonger)
15 jaar
16 jaar en ouder
12
Opvoeden en opgroeien De meeste kinderen groeien op in goede omstandigheden. Vergeleken met andere Europese landen geven Nederlandse kinderen en jongeren relatief vaak aan, gelukkig te zijn. En ook veel ouders zijn tevreden over het verloop van de opvoeding. Maar opgroeien en opvoeden gaat niet vanzelf. Ouders kunnen opvoedingsvragen hebben of het gevoel hebben de opvoeding niet goed aan te kunnen. Door voorlichting en advisering, ondersteuning en begeleiding kan voorkomen worden, dat opvoedingsvragen tot opvoedingsproblemen of tot een opvoedingscrisis leiden. Ook jongeren kunnen worstelen met opgroeivragen, onzekerheden, faalervaringen, onzeker toekomstperspectief, sociaal isolement of de groepsdruk van leeftijdsgenoten. Ondersteuning en begeleiding dichtbij de jongere kunnen helpen opgroeiproblemen te voorkomen. Indicatie Stevig Ouderschap In de eerste week na de geboorte legt een verpleegkundige van de JGZ aan ouders een vragenlijst Stevig Ouderschap voor. Met deze vragenlijst worden risicofactoren voor opvoedingsproblematiek in kaart gebracht. De verpleegkundige JGZ bepaalt met behulp van de vragenlijst of ouders de interventie Stevig Ouderschap krijgen aangeboden. Stevig Ouderschap is een programma voor opvoedingsondersteuning aan ouders met een verzwaarde belasting voor het ouderschap. De figuur toont het percentage gezinnen in de gemeente Kollumerland c.a., dat in 2009 in aanmerking kwam voor Stevig Ouderschap. Percentage ouders met indicatie voor Stevig Ouderschap 20%
15%
10%
11%
12%
5%
0% Gemeente Kollumerland C.A.
Overige gemeenten Fryslân
Een van de risicofactoren die worden bevraagd is het ervaren van een sociaal isolement. Opvallend is dat van de ouders die een indicatie hebben voor Stevig Ouderschap, een derde deel aangeeft een sociaal isolement te ervaren.
Opvoedingsadvies, opvoedingsondersteuning en gespecialiseerde hulpverlening vanwege gedrag of opgroeiomstandigheden Wanneer kinderen of jongeren door hun gedrag niet goed kunnen functioneren in sociale situaties thuis, op school of tussen leeftijdsgenoten, dan is sprake van een psychosociaal probleem. Deze problematiek hangt vaak samen met omgevingsfactoren zoals verwaarlozing, mishandeling, echtscheiding of gepest worden of hangt samen met kindfactoren zoals bijvoorbeeld ADHD, moeilijk temperament, contactstoornis of een ontwikkelingsstoornis. Psychosociale problemen bij kind of jongere verzwaren de opvoedingstaak van ouders. Vaak is dan hulp en ondersteuning bij de opvoeding nodig. Bij ongunstige opgroeiomstandigheden is meestal hulp of opvoedingsondersteuning nodig.
13
De JGZ registreert tijdens de vaste contactmomenten het voorkomen van psychosociale problemen en het voorkomen van ongunstige opgroeiomstandigheden. De arts of verpleegkundige bepaalt in deze situaties of er behoefte is aan opvoedingsadvies, opvoedingsondersteuning (door bijvoorbeeld pedagoog, verpleegkundige of maatschappelijk werk), of behoefte aan gespecialiseerde hulpverlening (door bijvoorbeeld Bureau Jeugdzorg, AMK, GGZ-jeugd). Deze indeling sluit aan op functies die in het kader van de WMO bij gemeenten zijn belegd.
Onderstaande figuren tonen het percentage kinderen en jongeren waarbij arts of verpleegkundige JGZ tijdens een gezondheidsonderzoek opvoedingsvoorlichting, opvoedingsondersteuning of gespecialiseerde hulpverlening nodig vond. De gemeente Kollumerland c.a. wordt hierbij vergeleken met de rest van Fryslân. Psychosociale problematiek gemeente Kollumerland C.A. 60% 50% 5% 40%
12%
5% gespecialiseerde hulpverlening
7%
30% 4% 20% 33%
opvoedingsondersteuning
10% 27%
10%
opvoedingsadvies
13% 1% 0% groep 2
groep 7
klas1 vmbo
klas 2 havo/vw o
Psychosociale problematiek provincie Fryslân 50%
40% 2% 30%
4%
4%
9%
9%
7%
20%
gespecialiseerde hulpverlening 1% 4%
25% 10%
20%
20%
opvoedingsondersteuning opvoedingsadvies
12% 0% groep 2
groep 7
klas1 vmbo
klas 2 havo/vw o
14
Ongunstige opgroeiomstandigheden gemeente Kollumerland C.A. 40%
30%
2% 3%
20%
15%
6%
gespecialiseerde hulpverlening
7% 10% 13%
opvoedingsondersteuning
17% 11%
opvoedingsadvies 3%
0% groep 2
groep 7
klas1 vmbo
klas 2 havo/vw o
Ongunstige opgroeiomstandigheden provincie Fryslân 40%
30% 1% 20%
6%
2%
2%
6%
6%
10% 16%
14%
gespecialiseerde hulpverlening 0% 3%
opvoedingsondersteuning
9%
opvoedingsadvies
14%
0% groep 2
groep 7
klas1 vmbo
klas 2 havo/vw o
Gebruik van vragenlijsten voor signaleren psychosociale problematiek Om psychosociale problematiek sneller te signaleren gebruikt de JGZ tijdens de vaste gezondheidsonderzoeken gevalideerde vragenlijsten over gedrag. Afhankelijk van de leeftijd vult de ouder of de jongere zelf voorafgaand aan het gezondheidsonderzoek de vragenlijst in. In groep 7 van het basisonderwijs gebruikt de JGZ de SDQ-vragenlijst. De score op de SDQ-vragenlijst geeft een indicatie voor geen psychosociale problematiek, mogelijk psychosociale problematiek (borderline score) of 95% kans op psychosociale problematiek (klinische score). In het gesprek met ouder en kind wordt nagegaan of er een psychosociaal probleem is en wordt advies gegeven of zo nodig verwezen. Onderstaande figuur toont het percentage kinderen uit groep 7 van het basisonderwijs met een borderline score en met een klinische score op de SDQ-vragenlijst. De percentages in de gemeente Kollumerland c.a. zijn vergeleken met de rest van Fryslân.
15
Percentages SDQ scores van - door ouder(s) gesignaleerde psychosociale problematiek 20%
15% 9% 9%
klinische score (w aarschijnlijk probleem)
10%
5%
borderline score (mogelijk probleem)
8%
7%
Gemeente Kollumerland C.A.
Overige gemeenten Fryslân
0%
Depressieve gevoelens bij jongeren Een depressie houdt in dat iemand zich voor langere tijd neerslachtig voelt en zijn interesse en plezier in gewone dagelijkse dingen heeft verloren. Naar schatting 5 procent van de Nederlandse jongeren tussen de 13 jaar en 17 jaar heeft het afgelopen half jaar een depressieve stoornis gehad. Jongeren met uitgesproken depressieve gevoelens hebben een verhoogde kans op een depressie op volwassen leeftijd. Een depressie op jongere leeftijd kan de sociale omgang met leeftijdsgenoten en de schoolprestaties verminderen. Jongeren die zich soms of vaak depressief of somber voelen rapporteren ook op andere gedragsterreinen opvallend veel problematiek. In onderstaande figuur zijn jongeren uit klas 3 vmbo die zich soms (7,8%) of vaak (1,4%) depressief of somber voelen, vergeleken met leeftijdsgenoten die aangeven geen problemen van depressieve aard te hebben (90,8%). (Fryslân afgelopen drie schooljaren) Indicatieve antw oorden op vragen uit de KIVPA van jongeren in relatie tot depressiviteit 50% 44% 40% 40% 33% 30% 30% 22% 20%
18%
17%
15%
16%
14%
10%
8%
6%
0% Eigen gezo ndheid niet (zo ) go ed
Thuis niet leuk
Niet go ed kunnen praten met o uders
Weinig vrienden
Niet tevreden met uiterlijk
somber of depressief
Wo rdt gepest
Onvrijwillige seksuele ervaring
M oe of lustelo o s
Ho o fdpijn P ro blemen Onbestemd vanwege met eten verdrietig spanningen
geen problemen van depressieve aard
16
Eenzaam
In Fryslân zetten veel gemeenten in het kader van gemeentelijk gezondheidbeleid in op depressiepreventie. De JGZ ondersteunt dit beleid met extra zorg voor de jongeren met deze klachten door middel van een risicotaxatie, ondersteunen van zelfzorg van de jongere, versterken van het eigen sociale netwerk van de jongere met leeftijdsgenoten. Daarnaast kan in samenwerking met het Zorg Advies Team van de school, de mentor de jongere extra ondersteunen. Zo nodig wordt verwezen naar gespecialiseerde hulpverlening.
Ontwikkeling Op jonge leeftijd hangt de ontwikkeling van een kind (psychosociaal, cognitief, sociaal, motoriek en spraak en taal) samen met de in aanleg aanwezige mogelijkheden van een kind, de opgroeisituatie, de lichamelijke groei en gezondheid en de zintuigen. Meisjes ontwikkelen zich op jong leeftijd gemiddeld wat sneller dan jongens. Jonge kinderen kunnen een licht ongelijkmatig ontwikkelingsprofiel hebben waarbij lichte achterstanden later kunnen worden ingelopen. Vanaf de geboorte wordt de ontwikkeling van een kind nauwkeurig gevolgd door de JGZ en vindt zo nodig advies of verwijzing naar bijvoorbeeld CB+ of VTO-team plaats. Tijdens het gezondheidsonderzoek in groep 2 van de basisschool wordt de ontwikkeling van een kind door de arts JGZ beoordeeld in samenhang met lichamelijke gezondheid, zintuigen en opgroeisituatie. In onderstaande figuur staat het percentage kinderen uit groep 2 van de basisschool bij wie de arts JGZ een achterstand in de motorische ontwikkeling, de spraak- en taalontwikkeling of de algemene ontwikkeling signaleert. - Motoriek: ontwikkeling van grove motoriek tenminste zes maanden achter ten opzichte van de leeftijd en/óf sterk afwijkende handmotoriek; - Spraak en taal: taalontwikkeling tenminste zes maanden achter ten opzichte van leeftijd en/óf matig tot ernstige articulatieproblemen; - Algemeen: achterstand van 1 jaar of meer op tenminste twee van de volgende gebieden: motoriek, spraak/taal, lichamelijke rijping, emotionele en psychosociale ontwikkeling, cognitief functioneren.
Ontwikkelingsachterstand groep 2 BaO 20%
15%
16% 12%
10% 10%
9%
7% 5%
5%
0% motoriek
spraak/taal
Gemeente Kollumerland C.A.
algemeen Overige gemeenten Fryslân
17
Kinderen afkomstig uit eenoudergezinnen, gezinnen met een laag opleidingsniveau van de moeder en eenoudergezinnen hebben een verhoogd risico op ontwikkelingsachterstanden. Onderstaande figuur laat zien dat een achterstand in de spraak- en taalontwikkeling relatief veel voorkomt bij vijfjarige kinderen van moeders met een laag opleidingsniveau (16%) en vijfjarigen met niet westerse allochtone ouders( 18%).
Ontwikkelingsachterstand groep 2 BaO Friese percentages voor drie belangrijke doelgroepen 20%
18% 16% 13% motoriek
10%
11% 9%
9%
spraak/taal
9% 8% 12%
10%
9%
5%
9%
5%
algemeen
8% 6%
5% 2%
0% éénouder
anders
gezinssamenstelling
Nederlands
Niet w esters
etniciteit
laag
hoog
opleidingsniveau ouders
Risicogroepen opgroeien en opvoeden Sociaaleconomische status en gezondheid Een lagere sociaaleconomische status heeft effecten op de gezondheid, opgroeien en opvoeden. Een lage SES geeft op de kinderleeftijd meer risico op overgewicht, ongevallen, luchtwegklachten, behoefte aan opvoedingsondersteuning, onvoldoende tandzorg, alcoholgebruik, roken en gedragsproblemen. Meisjes vertonen vaker depressieve klachten terwijl jongens meer agressie laten zien. Kinderen kunnen geïsoleerd raken omdat ze niet kunnen meedoen met culturele en/of recreatieve activiteiten of niet de juiste kleding dragen en daardoor worden uitgesloten door een groep. Kinderen uit gezinnen met armoede blijken vaker de huisarts te bezoeken in verband met luchtwegklachten. Armoede komt vooral voor bij eenoudergezinnen, allochtonen en in gezinnen met ouders met een laag opleidingsniveau. Onderstaande figuur toont de percentages kinderen uit groep 2 basisonderwijs met een laag opgeleide moeder, niet westerse allochtone achtergrond of afkomstig uit een eenoudergezin voor de gemeente Kollumerland c.a. en voor de overige gemeenten in Fryslân. De cijfers zijn afkomstig van de afgelopen drie schooljaren.
18
Belangrijke doelgroepen Opgroeien en Opvoeden 30%
20%
22% 19%
10% 8%
7%
6% 3% 0% Laag opleidingsniveau moeder
Eénoudergezin
Gemeente Kollumerland C.A.
Niet-Westers Overige gemeenten Fryslân
Preventie van infectieziekten Namens uw gemeente voert de afdeling JGZ het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) uit. Voor kinderen van 0-4 jaar vindt dat plaats tijdens de consulten op het consultatiebureau; voor de 9-jarigen tijdens zogenaamde massavaccinaties op één locatie per gemeente. In 2009 is de vaccinatie tegen het HPV voor meisjes vanaf 13 jaar opgenomen in het RVP. Een vaccinatiegraad van 90% is goed en een vaccinatiegraad van 95% is zeer goed. In Fryslân is de vaccinatiegraad met uitzondering van HPV voor alle vaccinaties tot 10 jaar gemiddeld meer dan 95%. Naast het RVP zijn in 2009 een groot aantal kinderen gevaccineerd tegen de “Mexicaanse griep”. Bijgaand een overzicht van de in de gemeente Kollumerland c.a. in 2009 uitgevoerde vaccinaties in het kader van het Rijksvaccinatieprogramma.
Vaccinatie DKTP zuigelingen 2007 Hib Zuigelingen 2007 BMR zuigelingen 2007 MenC zuigelingen 2007 Pneumo zuigelingen 2007 D(K)TP kleuters 2004 DTP schoolkinderen 1999 BMR schoolkinderen 1999
Kollumerland Fryslân Nederland c.a. 99,3% 96,7% 95,0% 99,3% 97,1% 95,6% 99,3% 98,0% 96,2% 99,3% 97,8% 96,1% 100,0% 96,3% 94,4% 95,0% 98,3% 91,7% 98,2% 97,0% 93,4% 98,2% 97,0% 93,1%
19
Activiteiten en interventies jeugdgezondheidszorg GGD Fryslân en in het bijzonder de JGZ voert een groot aantal activiteiten en interventies uit gericht op het gezond en veilig opgroeien van de jeugd. Voor een deel vinden deze plaats tijdens de contactmomenten op de consultatiebureaus en op de scholen, tijdens huisbezoeken en spreekuren. Daarnaast zijn er activiteiten en interventies, die gericht zijn op een specifiek (gezondheids)probleem. In dit hoofdstuk worden deze beschreven aan de hand van de thema’s uit de monitor jeugdgezondheid in het vorige hoofdstuk. De activiteiten en interventies hebben betrekking op 2009 en het eerste halfjaar van 2010.
Gezond gewicht In het collegeprogramma 2010-2014 houdt de gemeente Kollumerland c.a. een pleidooi voor preventie, o.a. door het bevorderen van een gezonde leefstijl. In deze gemeente hebben de JGZ GGD Fryslân en andere organisaties de volgende activiteiten/ interventies uitgevoerd gericht op het voorkomen en bestrijden van overgewicht. Borstvoeding stimuleren Borstvoeding werkt preventief op het ontstaan van overgewicht. De gemeente Kollumerland c.a. wil ouders stimuleren om borstvoeding te geven en te continueren. Zij doet dit door ouders tijdens de zwangerschap een cursus borstvoeding aan te bieden. De JGZ GGD Fryslân kan vervolgens op het consultatiebureau ouders stimuleren en ondersteunen om door te gaan met borstvoeding Begeleidingsconsulten overgewicht In het aanvullend pakket biedt de JGZ GGD Fryslân de mogelijkheid van drie extra begeleidingsconsulten voor elk kind en jongere waarbij tijdens een vast contactmoment overgewicht wordt vastgesteld. De verpleegkundige JGZ sluit in haar begeleiding aan op de motivatie van kind of jongere voor een leefstijlverandering. Naast informatie over energierijke voeding en bewegen is de begeleiding gericht op opvoedingsondersteuning (ouders) en opgroeiondersteuning (jongeren). Big Fun 4 Kids Big Fun 4 Kids is een beweegprogramma voor kinderen van 7-14 jaar met obesitas en hun ouders. Onder leiding van een kinderfysiotherapeut, diëtist en pedagoog wordt er gewerkt aan een gezonder gewicht en een gezondere leefstijl. De medewerkers JGZ kunnen kinderen naar dit beweegprogramma verwijzen.
Genotmiddelen De gemeente Kollumerland c.a. wil het alcohol- en drugsgebruik door jongeren aanpakken. Bij genotmiddelen gaat het om preventie van schadelijk alcoholgebruik, roken en drugsgebruik. De interventies kunnen gericht zijn op genotmiddelen in het algemeen of specifiek op één genotmiddel, bv. alcohol of roken. Alcohol voorlichting tijdens contactmoment JGZ in groep 7 basisonderwijs De verpleegkundige JGZ geeft tijdens dit contactmoment individuele voorlichting aan ouder en kind. Het vaste contactmoment wordt per kind met 5 minuten uitgebreid. “Tot het 16e jaar geen alcohol drinken”, is hierbij de boodschap. Op alle basisscholen in Kollumerland c.a. is deze boodschap met ouders en kinderen besproken.
20
Actie Tegengif Actie Tegengif is een klassikale niet-roken wedstrijd voor alle 1e en 2e klassen van het voortgezet onderwijs. Het doel van Actie Tegengif is voorkomen dat jongeren beginnen met roken en terugdringen van het aantal jongeren dat experimenteert met roken De Actie is aanvullend op de lessen die op school worden gegeven over de gevolgen van roken en het oefenen in “nee” zeggen tegen een sigaret. Schoolklassen spreken met elkaar af een half jaar niet te roken. In de gemeente Kollumerland c.a. heeft één school meegedaan aan Actie Tegengif.
Opvoeden en opgroeien De JGZ GGD Fryslân probeert tijdens de reguliere contactmomenten en met specifieke interventies een bijdrage te leveren aan het gezond en veilig opgroeien van de jeugd in Fryslân. Stevig Ouderschap Stevig Ouderschap is gericht op het voorkómen van ontwikkelings-, opvoedings- en gedragsproblematiek. De doelgroep bestaat uit ouders van kinderen van 0-1½ jaar, waarbij één of meer risicofactoren zijn geconstateerd. Ouders worden ondersteund door middel van informatie over de ontwikkelingsfasen van kinderen, vergroten van opvoedingscompetentie en zelfvertrouwen van de ouders, stimuleren van hechting en responsief gedrag van de ouders en het helpen vergroten van sociale steun. Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap Stevig Ouderschap tijdens de zwangerschap is gericht op zwangere vrouwen, die door hun eigen problematiek een hoog risico hebben op een verminderde draagkracht ten aanzien van het ouderschap. Door hen al tijdens de zwangerschap ondersteuning en begeleiding aan te bieden in de vorm van huisbezoeken door een verpleegkundige JGZ kunnen deze risico’s beperkt worden. De prenatale huisbezoeken kunnen voortgezet worden met de huisbezoeken, die de verpleegkundige JGZ brengt in het kader van Stevig Ouderschap. Pedagogische thuisbegeleiding Pedagogische thuisbegeleiding is een vorm van opvoedondersteuning. Doel is de ouderlijke opvoedvaardigheden te verbeteren en problemen bij het opvoeden en opgroeien in een vroeg stadium te verminderen of op te lossen. Daarmee draagt pedagogische thuisbegeleiding bij aan de preventie van stoornissen in de sociaal-emotionele ontwikkeling en van gedragsproblemen van kinderen. In de gemeente Kollumerland c.a. is de pedagogische thuisbegeleiding gericht op ouders van kinderen van 0-12 jaar. Themabijeenkomsten en cursussen Tijdens een themabijeenkomst of ouderavond kan met ouders en/of leerkrachten aandacht besteed worden aan opvoedingsvragen en -problemen. Thema’s zijn o.a.: eten, slapen, zindelijkheid; taalontwikkeling; druktemakers; waarde(n)vol opvoeden en weerbaarheid. Daarnaast zijn er cursussen ‘Peuter in zicht’ en ‘Positief omgaan met kinderen’. In de gemeente Kollumerland c.a. is de volgende bijeenkomst gehouden: • Themabijeenkomst over opvoeden voor leidsters kinderopvang.
21
Gezondheidsbevordering, projecten en campagnes GGD Fryslân kan meewerken aan specifieke gezondheidsbevorderende activiteiten op scholen. Dit kan in de vorm van een eenmalige actie, een project of als onderdeel van een landelijke campagne. • Een basisschool heeft gebruik gemaakt van de poetslessen in het kader van mondgezondheid. • Drie basisscholen hebben in 2010 deelgenomen aan de week van de Lentekriebels, een project over relationele en seksuele vorming. RAAK training In het kader van RAAK Fryslân worden trainingen van drie dagdelen georganiseerd voor leidsters van kindercentra en leerkrachten basisonderwijs. Doel is dat de deelnemers leren om kindermishandeling te signaleren, weten hoe te handelen bij een vermoeden van kindermishandeling en in staat zijn hun zorgen over een kind te bespreken met de ouders/ verzorgers. De trainers zijn afkomstig van de JGZ GGD Fryslân en van Bureau Jeugdzorg Friesland. In Kollumerland c.a. hebben de leidsters van de peuterspeelzalen een RAAK training gehad. Verwijsindex Friesland De verwijsindex is een digitaal systeem dat signalen van beroepskrachten die werken met kinderen en jongeren (0-23 jaar) bij elkaar brengt. De Verwijsindex brengt risicomeldingen over jeugdigen bij elkaar. Hulpverleners kunnen daardoor in een vroeg stadium contact met elkaar opnemen voor snelle en afgestemde hulp aan jeugdigen. De JGZ GGD Fryslân participeert in de gemeente Kollumerland c.a. in de Verwijsindex Friesland. Collateralenoverleg AMK Een collateralenoverleg is een afstemmingsoverleg van professionals, die betrokken zijn bij een gezin met een melding van kindermishandeling. Het overleg is gericht op het stoppen van de mishandeling en hulp voor het gezin. Medewerkers JGZ hebben in Kollumerland c.a. niet deelgenomen aan een collateralenoverleg. Crisiszorg Bij calamiteiten met leerlingen en/of leerkrachten geven medewerkers van GGD Fryslân ondersteuning en advies gericht op de eerste opvang, de coördinatie van zorg en het verlenen van nazorg. Dit is bijvoorbeeld het geval bij zelfdoding, zedenzaak, geweldsdelict, extreme vormen van kindermishandeling, epidemie infectieziekte. Medewerkers JGZ hebben in Kollumerland c.a. geen crisiszorg verleend. Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGZ) OGGZ is een product van de afdeling Algemene Gezondheidszorg van GGD Fryslân en is gericht op vangnet en bemoeizorg. Hierbij gaat het om diverse groepen cliënten die tussen wal en schip dreigen te raken. Deze cliënten hebben geen individuele hulpvraag en mijden zorg of worden door de reguliere zorg gemeden. De cliënten kampen met o.a. verwaarlozing, vervuiling en veroorzaken veelal overlast voor derden. Bij deze cliëntsituaties kunnen ook kinderen of jongeren betrokken zijn. De verpleegkundige OGGZ treedt op als regisseur van het vangnetwerk. Dit gebeurt veelal in samenwerking met een sociaal team, waarin – wanneer er kinderen betrokken zijn – ook een verpleegkundige JGZ participeert. Zodra reguliere zorg op gang is gekomen houdt de coördinerende rol voor de GGD op.
22
Vertrouwenspersoon machtsmisbruik GGD Fryslân levert samen met Maatschappelijk Werk Fryslân vertrouwenspersonen machtsmisbruik in het kader van de wettelijke verplichte klachtenregeling voor scholen. Ingeval van een klacht over een ernstige vorm van machtsmisbruik (seksuele intimidatie, racisme, discriminatie, agressie/geweld of pesten) of een klacht over schoolorganisatorische zaken treedt een verpleegkundige van de GGD op als vertrouwenspersoon voor leerlingen/ouders. Het maatschappelijk werk levert zo nodig een vertrouwenspersoon voor de ‘aangeklaagde’. Voor ROOBOL (Regionaal Orgaan Openbaar BasisOnderwijs Lauwersland) verzorgt de GGD de functie van vertrouwenspersoon op in totaal 18 scholen. Zorgnetwerken Verpleegkundigen en artsen JGZ kunnen – met toestemming van de ouders of jongere – kinderen of jongeren met psychosociale problematiek bespreken in verschillende zorgnetwerken. In de gemeente Kollumerland c.a. heeft de JGZ deelgenomen aan de volgende zorgnetwerken: • Overleg met leidsters peuterspeelzalen • Preventienetwerk 0-4 jaar • Overleg met intern begeleider basisonderwijs en/of schoolmaatschappelijk werk • CPL basisonderwijs Kollumerland c.a., Dantumadeel, Ferwerderadiel • Zorg Advies Team op de scholen voor voortgezet onderwijs • Kernteam CJG (in opstartfase) • Home Team met o.a. de huisartsen • Regionaal Meld- en Coördinatiepunt vroegtijdige schoolverlaters Ontwikkeling De JGZ GGD Fryslân biedt een aantal producten dat specifiek gericht is op kinderen met een verhoogd risico op een ontwikkelingsachterstand. Nazorg prematuren Sinds een aantal jaren werken de JGZ GGD Fryslân en de kinderafdeling van het Medisch Centrum Leeuwarden samen bij de nazorg voor kinderen die ernstig prematuur zijn geboren of een slechte start hebben doorgemaakt. De samenwerking heeft tot doel de adviezen en begeleiding door het MCL en de JGZ op elkaar af te stemmen. De medische begeleiding wordt in het eerste jaar op de nazorgpoli in het MCL gegeven. Bij een consult op de nazorgpoli zien ouders de ene keer een jeugdarts, de andere keer een kinderarts. Afwisselend zijn een kinderfysiotherapeut of logopedist aanwezig. De begeleiding die ouders anders op het consultatiebureau zouden krijgen, wordt nu thuis aangeboden door een gespecialiseerde verpleegkundige JGZ. In de gemeente Kollumerland c.a. hebben ouders geen gebruik gemaakt van de multidisciplinaire begeleiding van de nazorg prematuren. Consultatiebureau Plus Het Consultatiebureau Plus is een speciaal spreekuur voor kinderen van 0-4 jaar, waarbij zorgen of vragen over de ontwikkeling zijn. Tijdens een eenmalig consult kijken een jeugdarts, die zich gespecialiseerd heeft op het gebied van ontwikkelingsproblemen, een kinderfysiotherapeut, logopedist en orthopedagoog naar het kind en geven een advies over het vervolgbeleid. Het team JGZ 0-4 meldt – in overleg met de ouders – een kind aan voor het Consultatiebureau Plus en is verantwoordelijk voor het vervolgbeleid. In de gemeente Kollumerland c.a. hebben drie ouders met hun kind het Consultatiebureau Plus bezocht en een advies gekregen.
23
VTO-vroeghulp VTO-vroeghulp heeft als doel het vroegtijdig onderkennen van ontwikkelings- en/of gedragsproblematiek bij kinderen van 0-7 jaar en daar waar nodig in een zo vroeg mogelijk stadium hulp verlenen aan kind en ouders. Zowel ouders als hulpverleners en peuterleidsters/ leerkrachten kunnen een kind aanmelden bij het team VTO-vroeghulp. Het kernteam VTO-vroeghulp bestaat uit een coördinator, maatschappelijk werker, orthopedagoog of psycholoog en kinderarts. Daarnaast kunnen, afhankelijk van de vraagstelling, andere disciplines en instanties ingeschakeld worden, zoals JGZ 4-19 GGD Fryslân, Bureau Jeugdzorg of GGZ-Jeugd. In de gemeente Kollumerland c.a. hebben 14 ouders voor hun kind advies, ondersteuning en begeleiding gekregen van het VTO-vroeghulp team. BoekStart Boekstart is een programma van de Stichting Lezen en de Vereniging van Openbare Bibliotheken. Boekstart wil het lezen bij heel jonge kinderen bevorderen én ouders met jonge kinderen laten genieten van boeken. De verpleegkundige JGZ besteedt tijdens het contactmoment op de leeftijd van ca. 7 maanden extra aandacht aan de taalontwikkeling; zo nodig kan hier een extra lang contactmoment voor gepland worden. Dan wordt ook BoekStart onder de aandacht van de ouders gebracht en worden ouders gestimuleerd om naar de bibliotheek te gaan. In Kollumerland c.a. is het werken met Boekstart in voorbereiding. Toegeleiding naar VVE In 2011 moeten alle gemeenten beschikken over een dekkend en kwalitatief goed aanbod van Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) voor peuters en kleuters met een risico op een taalachterstand. De programma’s worden aangeboden op de kindercentra (peuterspeelzalen en kinderdagverblijven) en in groep 1 en 2 van het basisonderwijs. De JGZ GGD Fryslân geeft, met toestemming van de ouders, aan de gemeente de namen door van de kinderen, die in aanmerking komen voor een VVE-programma. De indicatie wordt gesteld op basis van informatie over het opleidingsniveau van de ouders, wel/niet een indicatie voor Stevig Ouderschap en een omgevingsanalyse. In Kollumerland c.a. is vanaf 1 november 2010 gestart met deze wijze van toegeleiding.
Gezonde omgeving Project Binnenmilieu op basisscholen Een slecht binnenmilieu op school kan leiden tot gezondheidsklachten. In het kader van het project Binnenmilieu Basisscholen voert GGD Fryslân sinds 2007 jaarlijks op 100 basisscholen een systematisch onderzoek uit naar luchtkwaliteit en ventilatie. Dit gebeurt met de zogenoemde ‘eendagsmethode’. Elk onderzoek wordt gevolgd door een advies op maat aan de school. Het project wordt in Fryslân jaarlijks voor 100 scholen gefinancierd door de Rijksoverheid. De gemeente Kollumerland c.a. neemt deel aan het project binnenmilieu. In totaal zijn in de periode 2008-2010 acht scholen onderzocht. Luizeninstructie Hoofdluis blijft een veelvoorkomend probleem op alle scholen. Een doktersassistente van de JGZ GGD Fryslân kan op scholen een gratis hoofdluisinstructie geven. Het doel van de bijeenkomst is dat een ouderwerkgroep kennis over hoofdluis en de behandeling hiervan heeft of dat de kennis hierover wordt bijgeschaafd. Daarnaast is er aandacht voor het opzetten van een ouderwerkgroep en alle materialen die daarbij gebruikt kunnen worden. In Kollumerland c.a. is op een basisschool een luizeninstructie gegeven.
24
Conclusies en aanbevelingen Een groot deel van de Friese jeugd ontwikkelt zich goed en groeit op in een goede gezondheid. Toch komen er bij de Friese jeugd gezondheidsproblemen voor die reden tot zorg geven en voor gemeentelijk beleid van belang zijn. Alcoholgebruik, overgewicht, psychosociale problematiek, opvoedings- en opgroeiproblemen en achterstand in spraak- en taalontwikkeling vragen extra aandacht. Kinderen afkomstig uit gezinnen met een lage sociaal economische status, eenoudergezinnen of uit gezinnen met een allochtone achtergrond lopen een verhoogd risico op genoemde problemen. Dit met uitzondering van het alcoholgebruik dat zich niet beperkt tot specifieke groepen jongeren. Alcoholgebruik jongeren Jongeren uit de onderbouw van het voortgezet onderwijs zijn minder alcohol gaan drinken. (Trend Fryslân 2007-2010). Dit is bemoedigend. Desondanks is het alcoholgebruik op oudere leeftijd nog steeds reden tot zorg mede vanwege de sterke relatie met agressie/ vandalisme, het gebruik van andere drugs en de risico’s op schade aan hersenfuncties. Overgewicht Het percentage kinderen/ jongeren met overgewicht is stabiel in de afgelopen vier jaar en ligt circa 5% onder het landelijk gemiddelde. In het basisonderwijs stabiliseert het percentage kinderen met overgewicht terwijl in het voortgezet onderwijs het percentage jongeren met overgewicht toeneemt. De toename van het aantal VMBO-leerlingen met ernstig overgewicht (obesitas) is zorgelijk. Gelet op de gezondheidsrisico’s op volwassen leeftijd (o.a. hart- en vaatziekten) blijft extra inzet op preventie van groot belang. Psychosociale problematiek en opvoedings- en opgroeiproblemen Bij circa 10% van de jeugd is sprake van zodanige psychosociale problematiek of opvoedings- of opgroeiproblemen dat professionele ondersteuning nodig is. Sommige psychosociale problemen manifesteren zich al op heel jonge leeftijd en kunnen een grote invloed hebben op de ontwikkeling van een kind. Daarnaast kent elke leeftijdsfase (0-19 jaar) zijn specifieke gedrags- en opvoedingsproblematiek. Dit vraagt enerzijds vanaf jonge leeftijd een periodieke risicotaxatie en anderzijds een laagdrempelig informatiepunt voor ouders en jongere. CJG, VIF en ZAT’s spelen hierin een centrale rol. Spraak- en taalontwikkeling Traditioneel kent Fryslân relatief veel spraak- en taalontwikkelingsachterstanden bij jonge kinderen. De cijfers uit monitor jeugdgezondheid bevestigen dit beeld. Mede door deze achterstand start een deel van de kinderen ook met onderwijsachterstand in het voorgezet onderwijs. Gemeenten in Fryslân zetten met integraal beleid of facetbeleid in op de aanpak van bovengenoemde gezondheidsproblemen. Aanbevelingen gemeente Kollumerland c.a. Aanvullend op de inspanningen in de gemeente Kollumerland c.a. adviseert GGD Fryslân in te zetten op de preventie van overgewicht. Naast de uitvoering van Big Fun 4 Kids kan worden gedacht aan het stimuleren van borstvoeding door middel van gerichte voorlichting. Daarnaast kunnen extra begeleidingsconsulten door een verpleegkundige van de JGZ worden ingezet wanneer tijdens een preventief gezondheidsonderzoek overgewicht wordt gesignaleerd. Regelmatig sporten kan overgewicht tegengaan. Mogelijk kan de gemeente het lidmaatschap van een sportvereniging faciliteren voor kinderen die opgroeien in een gezin met een “smalle beurs”.
25
GGD Fryslân ondersteunt de goede gemeentelijke ketensamenwerking op het terrein van opvoeden en psychosociale problematiek. GGD Fryslân adviseert de opvoedkundige ondersteuning door pedagogen te continueren en daarnaast pedagogische observatie en advisering in te zetten op peuterspeelzalen en centra voor kinderopvang. Ten behoeve van het verminderen van het alcoholgebruik kan worden gedacht aan een extra voorlichting aan ouder en kind over de risico’s van alcoholgebruik, tijdens het preventief gezondheidsonderzoek in groep 7 van de basisschool. In verband met de spraak- en taalproblematiek bij jongere kinderen is de Vroeg- en Voorschoolse Educatie (VVE) van belang, die in de gemeente Kollumerland c.a. in november 2010 is gestart. Daarnaast kan op dit terrein worden gedacht aan de interventie BoekStart.
26