TECHNISCH BULLETIN 5.29
Applicatie van gelamineerde Avery gegoten films op onregelmatige ondergronden uitgebracht: 13/12/2009 In dit technische bulletin worden de stappen beschreven die genomen moeten worden om een geslaagde totale voertuigwrap te realiseren. Dit technische bulletin is uitsluitend van toepassing op de volgende combinaties van materialen: • • •
Avery MPI(A) 1005 + DOL 1030 of DOL 1130 3D Laminaat Avery MPI(A) 1900 + DOL 1030 3D of DOL 1130 Laminaat Avery MPI 1004 Easy Apply + DOL 1030 of DOL 1130 3D Laminaat
De applicatie van deze gelamineerde Avery MPI Cast films op onregelmatige ondergronden dient op de best mogelijke wijze te geschieden om te waarborgen dat het product aan de specificaties voldoet. Een goede applicatie resulteert in een adequate hechting tussen lijm en ondergrond. Wij raden u aan eerst de instructies voor de voorbewerking van de ondergrond te lezen voordat u de film aanbrengt. In het hele proces van aanbrengen van digitaal geprinte en gelamineerde materialen op onregelmatige oppervlakken kunnen we een aantal basisstappen onderscheiden. Het is belangrijk dat men zich realiseert dat de verwerking van deze materialen op de best mogelijke wijze dient te geschieden. 1. Voorbewerken afbeelding/Printen: Gebruik bij het printen de speciale media-profielen in uw RIP-software. Profielen zijn geoptimaliseerde instellingen voor het realiseren van een constant en reproduceerbaar printresultaat van uw combinatie van machine, inkt, media en RIP. Op de website van Avery, www.europe.averygraphics.com, kunt u mediaprofielen voor een groot aantal combinaties downloaden. De toepassing van profielen heeft alleen zin als alle instellingen van bestanden, software en printer correct zijn. In de prepress fase wordt geadviseerd gebruik te maken van opties als Grey Colour Replacement (GCR), Solid Color Reduction (SCR) of Under Colour Removal (UCR). Dit zal ervoor zorgen dat er minder inkt op het materiaal wordt gebracht, zodat het oplosmiddel minder invloed heeft op de eigenschappen van het materiaal. Na het printen dienen digitaal geprinte afbeeldingen op Avery MPI gegoten films grondig te drogen vóór de applicatie. Dit betekent dat de materialen ten minste gedurende 24 uur moeten drogen en afhankelijk van de hoeveelheid inkt maximaal 48 uur. Het is van belang dat het materiaal niet strak om een kern wordt gewikkeld. 2. Lamineren afbeelding: De tweede stap in het proces is het lamineren van het DOL 1030 of DOL 1130 3D Laminaat op de basisfilm. Er moet op een aantal dingen worden gelet tijdens het lamineren. Lamineerspanning: Dient zo laag mogelijk te zijn om de hoeveelheid spanning in het gelamineerde materiaal zo laag mogelijk te houden. Lamineertemperatuur:
Pagina 1 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 Aangezien het DOL 1030 of DOL 1130 3D Laminaat een zelfklevend product is, hoeft de temperatuur niet hoog te zijn tijdens het lamineren. De rollers kunnen op 25 °C worden gezet, zodat de kans op het ontstaan van "zilveren" plekjes wordt gereduceerd. Zie onderstaande tabel met algemene instellingen die bij het lamineren kunnen worden gebruikt
Druk (psi) Avery DOL 1030/1130 3D 50-70
Snelheid (m/min)
Temperatuur roller ( °C)
0 - 2.5
20-35
NB: De materialen dienen voldoende droog te zijn voordat een laminaat wordt aangebracht. Over het algemeen volstaat een droogtijd van 24 uur. Indien een dikke laag inkt is aangebracht kan een droogtijd van 48 uur nodig zijn om de materialen voldoende te laten drogen. Tijdens het drogen dient het materiaal niet strak om een kern te worden gewikkeld, aangezien de oplosmiddelen dan niet kunnen verdampen. De materialen dienen losjes om een kern te worden gewikkeld of als vellen te worden gestapeld in rekken. Alleen bij voldoende gedroogde afbeeldingen kan profijt worden getrokken van de specifieke eigenschappen van elk product.
3. Voorbewerking oppervlak: Het oppervlak moet worden gereinigd met: • •
Een milde wasmiddeloplossing, waarna het oppervlak moet worden afgespoeld en daarna met een pluisvrije doek moet worden afgedroogd. Avery Surface Cleaner.
Er zijn veel reinigingsmiddelen en ontvetters op de markt: de verwerker dient voorafgaand aan het daadwerkelijke gebruik vast te stellen of het product geschikt is. Daarnaast dient vóór iedere applicatie rekening te worden gehouden met de volgende factoren: Autowas en poetsmiddelen dienen volledig te worden verwijderd. Geschilderde oppervlakken dienen volledig droog en uitgehard te zijn en dienen geen krassen vertonen. Op de meeste met gemoffelde verven behandelde ondergronden kunnen de films direct na het afkoelen worden aangebracht. Luchtgedroogde verven en reparatieverven voor auto’s hebben een droogtijd van ten minste een week nodig voordat films kunnen worden aangebracht. Resten van oplosmiddelen op geverfde ondergronden kunnen de kleefkracht van de film negatief beïnvloeden en overmatige krimp of vorming van luchtbellen veroorzaken. Geschilderde ondergronden voor zelfklevende films dienen te worden voorbewerkt overeenkomstig de instructie van de verffabrikant. Ook hierbij is het belangrijk dat er geen resten van oplosmiddelen achterblijven. Bij verflagen met componenten die niet op elkaar zijn afgestemd of zich niet goed aan elkaar hechten kan er verf afbladderen van de ondergrond als de films na gebruik moeten worden verwijderd.
Pagina 2 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 Speciale aandacht dient te worden besteed aan lastige plekken zoals randen, hoeken, naden, klinknagels e.d. Overtuig u ervan dat deze plekken grondig schoon en droog zijn voordat de film wordt aangebracht. We raden in alle gevallen aan om voor de laatste stap van het schoonmaakproces Avery Surface Cleaner te gebruiken. Hiermee worden alle ongewenste resten van de ondergrond verwijderd. We raden u ook aan om extra aandacht te besteden aan lastige plekken. 4. Applicatiemethoden. Gelamineerde Avery MPI Cast films hebben een hoge mate van vervormbaarheid vergeleken met andere gelamineerde gegoten vinylsystemen. Zelfs op driedimensionaal gebogen oppervlakken worden voortreffelijke resultaten bereikt met de gelamineerde Avery MPI Cast films. De applicatie kan uiteraard worden vergemakkelijkt door een professionele föhn te gebruiken. Na de applicatie is het absoluut noodzakelijk om de delen die onderworpen zijn aan rek, spanning of andere deformaties na te verwarmen om de uiteindelijke vorm te verkrijgen. Door na te verwarmen worden de spanningen in de film weggenomen. Houd u altijd aan de minimale applicatietemperaturen zoals aangegeven in de technische datasheets. Avery MPI Cast films zijn ontwikkeld voor droge applicatie op voorbewerkte oppervlakken. Het wordt niet aanbevolen om de "natte methode" te gebruiken voor gelamineerde afbeeldingen die in dit technisch bulletin worden beschreven. 4.1 Droge applicatiemethode Een van de voordelen bij het aanbrengen van een gelamineerde afbeelding is dat er geen applicatie tape hoeft te worden gebruikt om 'body' aan de afbeelding te geven. De gelamineerde afbeelding kan gemakkelijker worden gepositioneerd en rekt niet uit bij herpositionering. Hierna duiden we het nieuw gevormde laminaat aan met het woord "film". Indien geen applicatie tape wordt gebruikt, dient er tijdens de applicatie goed op te worden gelet dat er geen krassen worden gemaakt op het materiaal. Dit betekent dat de rakel in een goede toestand moet verkeren. De afbeeldingen hieronder illustreren een applicatie met applicatie tape. Applicatieoppervlakken. In dit bulletin worden korte beschrijvingen en instructies gegeven voor een aantal oppervlakken. Concave oppervlakken: Deze holle vorm of komvorm impliceert dat materiaal op een gerond of naar binnen gebogen oppervlak wordt aangebracht. Leg de film over het totale oppervlak, zoals beschreven in ons Technisch Bulletin 1.4. Verwijder (een deel van) het rugpapier en breng de film aan op het oppervlak met behulp van uw duim of een rakel. Verwijder de applicatie tape (indien van toepassing) en begin de film in de holle vorm aan te brengen. Als het van pas komt, kan de film met behulp van warmte zachter worden gemaakt om het inlegproces te vergemakkelijken. De temperatuur waaraan de film wordt blootgesteld dient te liggen tussen 45° en 55°C. Dit proces wordt vergemakkelijkt als handschoenen (droge of enigszins vochtige) worden gedragen. Volg voorzichtig de vorm van de ondergrond totdat al het materiaal gepositioneerd is. Verwarm het gehele oppervlak en met name het concave gedeelte om de film permanent de vorm van de ondergrond te laten aannemen. De uitgerekte delen van de film dienen opnieuw te worden verwarmd tot een temperatuur van 80° tot 90°C. Het is belangrijk dat niet alleen de film deze temperaturen bereikt. De ondergrond dient ook tot deze temperaturen te worden opgewarmd. Dit kan het beste worden gerealiseerd door geleidelijke opwarming in plaats van een snelle toediening van veel warmte. Laat de film en de ondergrond afkoelen tot kamertemperatuur voordat u randen of overlappingen etc. bijsnijdt.
Pagina 3 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 4.1 Droge applicatiemethode, vervolg Convexe oppervlakken: Deze gebogen of ronde vorm impliceert dat het materiaal wordt uitgerekt over een naar buiten gebogen oppervlak. Leg de film over het oppervlak, zoals uitgelegd in Technisch Bulletin 1.4. Verwijder (een deel van) het rugpapier en breng de film aan op het oppervlak met behulp van een rakel. Beweeg over het gehele convexe oppervlak en volg de vorm zo goed mogelijk met zacht streken met de rakel, zodanig dat de film niet verder wordt uitgerekt en er geen grote hoeveelheid lucht onder de film gevangen blijft. Verwijder de applicatie tape en begin de film vorm te geven met een vilten rakel of gebruik handschoenen en maak voorzichtige bewegingen over het oppervlak. Verwijder opgesloten lucht door kleine gaatjes te prikken in de film, en daar waar het van pas komt kan warme lucht worden gebruikt om de vervormbaarheid van de film te vergroten. Tijdens dit vervormingsproces dient de temperatuur waaraan de film wordt blootgesteld te liggen tussen 45° en 55° C. Na de applicatie te hebben voltooid, verwarmt u de film op het convexe oppervlak nogmaals met warme lucht van 80° tot 90° C en drukt u de film op de lastige plekken nog eens goed aan met een vilten rakel of met uw handschoenen. Ook hier geldt dat het belangrijk is dat niet alleen de film deze temperaturen bereikt. De ondergrond dient ook tot deze temperaturen te worden opgewarmd. Dit kan het beste worden gerealiseerd door geleidelijke opwarming in plaats van een snelle toediening van veel warmte. Laat de film en de ondergrond afkoelen tot kamertemperatuur voordat u randen of overlappingen etc. bijsnijdt. Samengestelde oppervlakken (convex en concaaf): Dit is meestal een complexe vorm van concave en convexe oppervlakken, die zich achter of zelfs naast elkaar bevinden. Deze vormen worden vaak aangetroffen in moderne modellen auto's of bestelwagens. De applicatiemethode voor de twee verschillende vormen is conform de beschrijving van de twee afzonderlijke vormen in de vorige twee paragrafen. Geribbelde oppervlakken: Positioneer de film op het applicatie-oppervlak met behulp van een stuk afplakband dat als scharnier kan dienen (zie Technisch Bulletin 1.4). Zorg ervoor dat het scharnier zich op een vlak gedeelte van het oppervlak bevindt. Verwijder slechts een klein gedeelte van het rugpapier om voortijdige hechting te voorkomen. Een applicatie op dit type oppervlak dient systematisch te geschieden; segment voor segment is de beste aanpak. Indien van deze werkwijze wordt afgeweken, kunnen er vouwen ontstaan die niet of moeilijk zijn weg te krijgen. Begin de applicatie bij het scharnier (vervolgens segment voor segment), en breng de film aan vanuit het midden naar de randen van de film of de afbeelding. Deze werkwijze verkleint de kans op vouwen. Terwijl u ervoor zorgt dat de lijm niet tegen de ondergrond aankomt, brengt u de afbeelding aan met een rakel van kunststof. Rek de film NIET uit, maar volg het onregelmatig gevormde oppervlak. Gebruik de volle breedte van de rakel en druk de film stevig aan op het gehele oppervlak. Verticale segmenten dienen te worden aangebracht met verticale streken met de rakel. Zorg ervoor dat de film goed is aangebracht in de randen, hoeken en naden etc. Verwijder de applicatie tape (indien van toepassing) na 3 tot 5 minuten, en druk de randen of hoeken nogmaals aan met de rakel.
Pagina 4 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 4.1 Droge applicatiemethode, vervolg Bij het opnieuw aandrukken van randen en hoeken met de rakel moet u ervoor zorgen dat het materiaal zich goed hecht aan de randen van de ribbel (zie hieronder), en werkt u de gehele ribbel af, maar alleen langs de randen!!
Nu kan het materiaal in de ribbel worden aangebracht. Aangeraden wordt de handschoen nat te maken met een oplossing van water en zeep om plooien en kreukels te voorkomen.
De volgende stap is dat het materiaal voorzichtig wordt opgewarmd met een föhn tot ongeveer 45°-55°C. Aangeraden wordt om steeds een klein deel van het oppervlak te verwarmen.
Pagina 5 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 4.1 Droge applicatiemethode, vervolg Rek het materiaal nu op in de ribbel en begin daarbij in het diepste deel van de ribbel. Houd het materiaal daarbij op een temperatuur van 45°-55°C.
Breng op deze wijze het materiaal aan in de hele ribbel en concentreer u alleen op het diepste deel van de ribbel.
Als het materiaal in alle diepste delen is aangebracht kan de binnenkant van de ribbel worden gedaan. Verwarm het materiaal weer tot de vereiste 45°-55°C en werk de hele ribbel af.
Pagina 6 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 4.1 Droge applicatiemethode, vervolg Als alle randen correct zijn aangebracht moet het materiaal in het midden van de ribbel worden aangebracht. Hierbij moet u ervoor zorgen dat er geen lucht opgesloten wordt. Laat altijd een opening vrij zodat de lucht kan ontsnappen.
Controleer tot slot of er nog luchtinsluitingen zijn. Als er nog luchtinsluitingen zichtbaar zijn kunt u deze weghalen door ze in te prikken, het materiaal een beetje te verwarmen en de lucht eruit te drukken.
Dan begint de laatste fase van de applicatie. Het materiaal moet nu met behulp van de föhn worden opgewarmd tot een temperatuur van ongeveer 80-90°C; vooral op die plekken waar het materiaal is uitgerekt. Verwarm het materiaal voorzichtig en zorg ervoor dat de temperatuur geleidelijk stijgt. Het is belangrijk dat niet alleen de film deze temperaturen bereikt. De ondergrond dient ook tot deze temperaturen te worden opgewarmd. Dit kan het beste worden gerealiseerd door geleidelijke opwarming in plaats van een snelle toediening van veel warmte.
Pagina 7 van 8
TECHNISCH BULLETIN 5.29 4.1 Droge applicatiemethode, vervolg Oppervlakken met klinknagels: Positioneer de film op het applicatie-oppervlak met behulp van een stuk afplakband dat als scharnier kan dienen (zie Technisch Bulletin 1.4). Zorg ervoor dat het scharnier zich op een vlak gedeelte van het oppervlak bevindt. Verwijder slechts een klein gedeelte van het rugpapier om voortijdige hechting te voorkomen. Begin de applicatie bij het scharnier en breng de film of afbeelding aan vanuit het midden naar de randen. Bij klinknagels drukt u de film met de rakel in de richting van de kop van de klinknagel en brengt u de film verder aan terwijl er een luchtbel rond de klinknagel achterblijft. Houd de afbeelding voldoende onder spanning om vouwen rond de klinknagels te voorkomen. Als de gehele film of afbeelding is aangebracht (en de applicatie tape nog niet is verwijderd), prikt u met een naald 4 of 5 gaatjes rond de klinknagel en brengt u de film verder aan met een plastic rakel. Zodra dit is gebeurd kunt u de applicatie tape verwijderen. Druk de lucht met een gehandschoende hand of een zachte rakel voorzichtig uit de luchtbellen. Verwarm de film rond elke klinknagel met een draagbaar hete-luchtapparaat totdat de film zacht wordt. Een temperatuur van 45° tot 55° C wordt aanbevolen. Druk de film vervolgens met de duim (met handschoenen) of een vilten rakel in zijn vorm rond de klinknagel. Vorm de film vervolgens rond de klinknagel met behulp van cirkelvormige bewegingen met een borstel. Zorg ervoor dat alleen bij kamertemperatuur druk met de kwast wordt uitgeoefend en let erop dat er geen krassen komen op het oppervlak. Voltooi de applicatie door de film te verwarmen met hete lucht van 80°90°C. Het is belangrijk dat niet alleen de film deze temperaturen bereikt. De ondergrond dient ook tot deze temperaturen te worden opgewarmd. Dit kan het beste worden gerealiseerd door geleidelijke opwarming in plaats van een snelle toediening van veel warmte. Controleer de randen van de klinknagels van de aangebrachte film of afbeelding en druk deze, waar nodig, nogmaals aan met de rakel. 5. Aanbevolen toepassingen voor gegoten vinylfilms.
Pagina 8 van 8