2007 Flowschema Omschrijving bij Flowschema

----BBK Ketel----

9 9 9 9

Omschrijving en instelling ketelbeveiligingen Omschrijving werking type BBK/2007 Flowschema Omschrijving bij Flowschema

Ketelbeveiligingen type BBK/2006 1. Laagwater ketel. (levering pen BKC) Note: levering en inbouw laagwaterversterker in schakelpaneel door Branderleverancier. 1.1. Uitvoering/type: Pen Laagwaterversterker

: Omron / BS1 of gelijkwaardig : Omron / 61F–GP–N8

1.2. Plaats: Pen zit gemonteerd in een van de ½" lassokken bij de ketel thermostaten ketel. 1.3. Doel: Controle en beveiliging van het keteldeel op laagwaterniveau.

2. Laagwater economizer. (levering pen BKC) Note: levering en inbouw laagwaterversterker in schakelpaneel door Branderleverancier. 2.1. Uitvoering/type: Pen Laagwaterversterker

: Omron / BS1 of gelijkwaardig : Omron / 61F–GP–N8

2.2. Plaats: Pen zit gemonteerd in de hevelbocht (brievenbus) tussen economizer en ketel deel. 2.3. Doel: Controle en beveiliging van de economizer op laagwaterniveau.

3. maximaal thermostaat ketel. (levering branderleverancier) 3.1. Uitvoering/type: Failsafe. 3.2. Plaats: Thermostaat dient gemonteerd te worden in een van de ½" sokken bij de aanvoer aansluiting van het ketel/vuurgangdeel. 3.3. Doel: Tegengaan van oververhitting van de ketel/vuurgangdeel. 3.4. Instelling: Thermostaat mag ingesteld worden tot maximaal 98 ºC. Ps: na temperatuur meting mag eventuele afwijking wel gecorrigeerd worden t.o.v. de ingestelde waarden. Indien er een minimum drukbewaking (minimaal pressostaat , DP1) direct op het ketellichaam wordt gemonteerd en deze is ingesteld op minimaal 0,5 Bar voordruk mag de maximaal thermostaat tot uiterlijk 108 ºC worden ingesteld. U dient er rekening mee te houden dat bij open buffersystemen (verticale buffertank opstelling) niet met temperaturen boven de 95 tot 98 ºC gevuld kan worden omdat er dan de kans kan ontstaan van dampbellen/stoomslag in de buffer. Met instellingen van de maximaal thermostaat boven de 98 ºC dient u er rekening te houden dat er nooit een situatie kan ontstaan van dat er gevuld wordt met water boven de 98 ºC.

4. Maximaal thermostaat economizer. (levering BKC) 4.1. Uitvoering/type: Siemens / RAK – TW.1200B 4.2. Plaats: Thermostaat zit gemonteerd bovenop economizer in de uitrede net voor de hevelbocht (brievenbus). 4.3. Doel: Tegengaan van oververhitting van de economizer. 4.4. Instelling: Thermostaat staat ingesteld op 98 ºC en mag niet hoger worden ingesteld. Ps: na temperatuur meting mag eventuele afwijking wel gecorrigeerd worden t.o.v. de ingestelde waarden.

5. Minimaal temperatuur Rookgassen. (levering BKC) 5.1. Uitvoering/type: Siemens / RAK – TW.1000B 5.2. Plaats: Thermostaat zit gemonteerd in het rookgaskanaal tussen economizer en de rookgascondensor. 5.3. Doel: Tegengaan van condensvorming in de economizer.

5.4. Instelling: Thermostaat staat ingesteld op 63 ºC en mag niet lager worden ingesteld. Ps: na temperatuur meting mag eventuele afwijking wel gecorrigeerd worden t.o.v. de ingestelde waarden. De thermostaat meet rookgastemperatuur. Er bestaat de kans dat de thermostaat afwijkt. Voorbeeld inregelen thermostaat: Bij in bedrijf zijn van de ketel de rookgastemperatuur meten met een thermometer via de sok naast de thermostaat bijvoorbeeld 75ºC . Thermostaat opdraaien totdat men deze hoort omschakelen en de meldingslamp gaat branden. Hierna de thermostaat terugdraaien totdat men hem hoort omschakelen en de meldingslamp uitgaat. Bij deze stand de stand op de thermostaat aflezen bij voorbeeld 68ºC. Dit houdt in dat de thermostaat 7ºC afwijkt t.o.v. de aanwijzing. De thermostaat instellen op 63ºC - 7ºC = 56ºC. Hierna de procedure opnieuw doen om de gegevens alsnog een keer te controleren.

Omschrijving werking type BBK/2006 6. Mengkraan in de retour van de ketel. 6.1. Uitvoering/type: BBK 2.00 t/m 4.00 Siemens VBF 21.125 BBK 5.00 t/m 8.00 Siemens VBF 21.150 BBK 9.00 t/m 12.00 Honeywell DR 200 FA Ontwerpnorm: Delta T over ketel 25 ºC Servomotor afhankelijk van mogelijkheid van aansturing 24 of 220 V AC. 6.2. Plaats: Mengkraan zit gemonteerd in de retour van de ketel. A poort : vanaf hoofd retourleiding naar A poort. B poort : vanaf aanvoerleiding ketel naar B poort (shunt en bijmengfunctie). AB poort : vanaf AB poort gemengd retourwater naar frequentiegeregelde buffer/ketelpomp. 6.3. Doel: : shuntfunctie bij stilstand. : voorregeling retourtemperatuur tijdens stookcyclus ketel. : Tegengaan van condensvorming. 6.4. Sturing: Voor de sturing dient er een computer ketelregeling open buffersysteem met Frequentie geregelde pomp met directe terug melding bijvoorbeeld PRIVA Modulerend vulpompsysteem t.b.v. een BBK ketel of Kebus systeem of WOK systeem te worden toegepast.

A

6.5. : shuntfunctie bij stilstand De mengkraan staat bij stilstand van de ketel met de A poort (retour)gesloten en de B poort en AB poort 100% naar elkaar geopend. Zo gauw brander opstart en men de positie vrijgave regeling bereikt (gas of oliekleppen zijn open) dient de mengkraan direct van shuntfunctie naar voor voorregeling retourtemperatuur over te schakelen. Wordt de brander wordt weer uitgestuurd dient men de mengkraan direct weer in shuntfunctie positie te sturen.

B

M

AB

6.6. : voorregeling retourtemperatuur tijdens stookcyclus ketel. Instelling voorregeling retourtemperatuur tijdens stookcyclus Standaard: De instelling van het gemengde retourwater (uittrede AB poort)is tussen de 65 en 75ºC. Deze instelling geldt voor de hele regelband van de brander tussen kleinstand en vollast. De minimum stand van de regelband dient minimaal 12,5% of hoger van vollast (100%)te zijn. (zie bijgevoegde grafiek)

6.7. Instelling gewenst m.b.t. maximale energiezuinigheid: Er bestaat de mogelijkheid bij diverse computerregelingen om de gemengde retourwater (uittrede AB poort ) te beïnvloeden op basis van de branderbelasting. Op kleinstand wordt dan de instelling 68 en 70ºC en op vollast tussen de 50 en 55ºC. Hierdoor wordt op vollast het retourwater maximaal gebruikt voor het uitkoelen van de rookgassen in de economizer waardoor het meest optimale ketelrendement wordt behaald. Tevens wordt er elektrische energie bespaard doordat door de grotere delta T tussen aanvoer en gemengde retourtemperatuur minder water verpompt te hoeven worden om de opgewekte warmte af te voeren. De curve van de regeling kan lineair zijn op basis van branderbelasting of kan voor een gedeelte vlak zijn met daarna een lineaire uitsturing. (zie bijgevoegde grafieken) Gaarne mogelijkheden afstemmen indien gewenst met BKC.

7. De plaats voor de computertemperatuursensor van de mengkraan is: -

Voeler plaatsen direct na de ketel/bufferpomp (maximaal 0,5meter) in de leiding tussen pomp en inlaat economizer. (TC3 zie flow schema)

8. Open/dicht afsluiter in de Retour van de ketel. (levering installateur) 8.1. Uitvoering/type: BBK 2.00 t/m 6.50 DN 200 BBK 7.00 t/m 9.00 DN 250 BBK10.00 t/m 12.00 DN 300 Ontwerpnorm: Delta T over ketel 25 ºC Aandrijving kan plaatsvinden d.m.v. een elektrisch of pneumatisch afhankelijk van ontwerp installatie. U dient rekening te houden met een minimale looptijd van ca 10 seconde om eventuele effecten van waterslag in de leidingen tegen te gaan. 8.2. Plaats: Afsluiter zit gemonteerd in de retour van de ketel. De afsluiter dient voorbij de mengleiding (poort B) van de mengkraan te zitten. 8.3. Sturing: Afsluiter staat bij stilstand van de ketel gesloten. Zo gauw brander opstart en men de positie vrijgave regeling bereikt (gas of oliekleppen zijn open) dient de afsluiter direct open gestuurd te worden. Zo gauw de brander wordt uitgestuurd dient men direct de afsluiter weer dicht te sturen.

9. Ketel/bufferpomp 9.1. Uitvoering/type: Frequentie geregeld. Ontwerpnorm: Delta T over ketel 25 ºC. Waterzijdige weerstand keteldeel bij bovenvermelde Delta T. BBK 2.00 t/m 3.50 30 mbar BBK 4.00 t/m 6.00 45 mbar BBK 6.50 t/m 8.00 55 mbar BBK 9.00 t/m 10.00 75 mbar BBK11.00 t/m 12.00 100 mbar 9.2. Plaats: Ketel/bufferpomp zit gemonteerd in de leiding tussen AB poort van de mengkraan en de retourinlaat van de ketel. 9.3. Doel: 1: Regelen d.m.v. aansturing vanuit de computer de aanvoer temperatuur van de ketel. 2: Afvoeren van de opgewekte warmte uit de ketel naar de warmtebuffer/installatie. 3: Minimale flow over de ketel bij stilstand van de ketel . 9.4. Sturing: Voor de sturing dient er een computer ketelregeling open buffersysteem met frequentie geregelde pomp met directe terug melding bijvoorbeeld PRIVA modulerend vulpompsysteem t.b.v. een BBK ketel of Kebus systeem of WOK systeem te worden toegepast.

9.5. Shuntfunctie bij stilstand De Ketel/bufferpomp staat bij stilstand van de ketel op zijn minimum ingestelde toerental te draaien ( 8 tot 10 HZ ). Zo gauw brander opstart en men de positie vrijgave regeling bereikt (gas of oliekleppen zijn open) dient de ketel/bufferpomp direct verder te worden opgestuurd naar de minimale instelling bij de stookcyclus. Zo gauw de brander wordt uitgestuurd (stookcyclus wordt beëindigd) dient men direct de ketel/bufferpomp weer in shuntfunctie positie te sturen op zijn minimale toerental.

9.6. Regeling ketel/bufferpomp tijdens stookcyclus Zo gauw de brander opstart en men de positie vrijgave regeling bereikt (gas of oliekleppen zijn open) dient de ketel/bufferpomp direct verder te worden opgestuurd naar de minimale instelling bij de stookcyclus (15-20 HZ). De computer meet de retour en aanvoertemperatuur van de ketel en stuurt de pomp naar een hoger of lager toerental. Zo gauw de branderbelasting wordt verhoogd wordt er meer energie in de ketel opgewekt en wordt de aanvoertemperatuur van de ketel hoger de computer meet de verschillen en stuurt de pomp naar een hoger toerental tot het geheel weer in balans is (opwekking/afvoer). Zo gauw de brander wordt uitgestuurd (stookcyclus wordt beëindigd) dient men direct de ketel/bufferpomp weer in shuntfunctie positie te sturen op zijn minimale toerental.

9.7. De plaats van de temperatuursensoren van de ketel voelers is:

-

Retour voeler op economizer uit direct naast maximum thermostaat economizer. (TC2 zie flow schema) Aanvoer temperatuurvoeler bij de aanvoeraansluiting van de ketel in het ketellichaam direct naast aan/uit en modulerende thermostaat van de brander. Op de ketel zijn diverse sokken bij de aanvoeraansluiting geplaatst. (TC1 zie flow schema) Het is echt noodzakelijk om de voeler van de computer en de voelers van de ketel naast elkaar te zetten om meetverschillen tot een minimum te beperken.

FLOW SCHEMA

M1

M

M2

M

LW E T2

V1

V1

DP1

M A X 500

FP P

T1 D1

TC3

ES

TC 2

T7 TK 1

TB 3

LW K

TB 2

TC 1

TB 1

T3

T4

HDR TK3 T6

TK2 T5

V2

ES

T7 T4

AFK O R T I N G

D1 LWK LWE M1 M2 P1 T1 T2 T3 T4 T5 T6 T7 T8 T9 TB1 TB2 TB3 TC1 TC2 TC3 TK1 TK2 TK3 HDR TK4 V1 V2 V3 DP1 ES

V3

TK4 T8

T9

TK2

V2

T5

OMS C H R I JV I N G

Man omet er w at er dr uk in ke te l (in vo or fr on t) L aa gw a te re le ktr od e ket el L aa gw a te re lektr od e e co no mizer Mo to r/ pn eu mat isch b e dien de Op en /d icht a f sluite r in de r et o ur ket el Mo to rb ed ie nd e men gkra an in d e re to u r ke te l. Fr eq ue nt ie g er eg elde Ket el/b uf fe rp omp Th er mo met er a an vo er te mpe ra tu ur ket el (o p vo or fr on t) Th er momet e r t. b .v. a an wijzing te mp e ra tu u r eco no mizer u it T her mo me te r ret ou rt empe rat uu r ke te l T he rmomet er w at er in la at t empe ra tu ur r oo kg asco nd en so r Th er mo met er w at er uitla at t empe ra tu ur r o okga scon de nsor T he rmomet er ro okga sinlaa t te mp er atu ur r oo kg asco nd en so r T he rmomet er r oo kg asuitlaat t empe ra tu ur r oo kg asco nd en so r The rmome te r w at erinlaa t t emper at uur t wee de se ct ie ro okgasco nde nsor (o ptie combi) The rmome te r w at eru it laa t tempe rat uu r t we ede sect ie ro okgasco nde nsor (o ptie combi) Aa n/ uit th er mo st aa t br an de r Mo du le re n de t he r mo st aa t b ra nd er Ma ximaa l t he rmo st aa t Ket el Co mp ut er voe le r ke te l aa nvo er t empe ra tu ur C ompu te rvoe le r ket el r et ou r te mp er at uu r C ompu te rvoe le r t.b .v. st ur in g me ng kr aa n in de r et ou rinlaa t ke te l Maxima al t h er mosta a t eco no mizer Ma ximaa l th e rmosta a t ro okg asco nd e nsor Th e rmosta a t min imaa l t empe r at uu r r oo kg a ssen Dr ukb eveilig in g maxima le t e ge nd r uk r o okga sse n (H D r oo kga sco nd en sor ) Ma ximaal th er mostaa t twe ede se ct ie roo kg ascond ensor (o ptie combi) Over sto rt ve nt ie le n ket el Over st or t ve n tiel r oo kg a scon de nsor Ove r st or t ve nt iel t we ed e se ctie ro okga sco nd en so r (o p tie co mb i) Min ima al p re ssosta at (o pt ie ind ie n maximaa l th er mo sta at van h et Ke te ld ee l bo ve n d e 98 ºC w or d t in ge st eld) Eind sch akelaa r voo r con tr ole kle pkast in olie posit ie (eind scha kelaa r geslo te n kle p in o liesta nd )

Boe te rs K et e l C on st ruc t ie BV Mari e nd i j k 7 267 5 s v H o ns e le rsd i jk

 0174 -626081  0174 -627445  [email protected]

STANDAARD Min Retour Max Retour

12,5% 65 75

25,0% 65 75

37,5% 65 75

50,0% 65 75

62,5% 65 75

75,0% 65 75

87,5% 65 75

100,0% 65 75

50% LINIEAR Min Retour Max Retour

12,5% 65 75

25,0% 65 75

37,5% 65 75

50,0% 65 75

62,5% 62,5 72,5

75,0% 60 70

87,5% 57,5 67,5

100,0% 55 65

100% LINIEAR Min Retour Max Retour

12,5% 70 80

25,0% 68 78

37,5% 66 76

50,0% 64 74

62,5% 62 72

75,0% 60 70

87,5% 58 68

100,0% 56 66

WKK

M

NOTE : Dit schema is een voorbeeld schema van een opstelling van 2 warmtebronnen en verdeelstuk het punt A verandert niet indien de situatie anders is

PUNT B : op de mengleiding van de BB K ketel

PUNT A : tussen aanvoer bufferkl ep en de eerste warmtebron bijvoorbeel d WKK of ketel

W .O .T

A

FLO W S C HE M AW A R M H O U D LE ID IN G

M

D P1

BBK

Boeters Ketel Const ruc tie BV Mari endijk 7 2675 sv Honseler sdi jk tel 0174-626081 fax 0174- 627445 Emai l bkc@boeter sbk c.nl

P

B

M

M

M