Ned. Provincie Karmelieten
Special 19 november 2015
In dit nummer: Symposium Gemeentehuis Oss Opening kunsttentoonstelling Jozefkerk Oss Viering Jozefkerk Persberichten
125 JAAR KARMELIETEN IN OSS In het weekend van 6-8 november 2015 vierden ze in Oss ‘125 jaar Karmelieten in Oss’. Op vrijdagmiddag werd er een symposium gehouden. Bij deze gelegenheid kreeg Titus Brandsma het ereburgerschap van de Gemeente Oss.
OPENING SYMPOSIUM GEMEENTEHUIS OSS Oss, 6 november 2015 Welkom door burgemeester Buijs-Glaudemans Geachte genodigden, Graag heet ik u van harte welkom in het Gemeentehuis op deze speciale dag. Een bijzonder welkom aan dhr. Wagemakers, dhr. George Zeegers en andere Karmelieten, zoals de sprekers van vandaag de heer Hemels, pater Falco Thuis, pater Jan Brouns. And a very special welcome to Father Fernando Millan Romeral. Uiteraard een bijzonder welkom aan familie Brandsma, mevrouw Hettinga en andere familie van 'Heeroom Titus'. Een zeer speciaal welkom aan dhr. van Veldhuizen, ereburger van Oss en dhr. Straatsma, ereburger van Berghem en oud burgemeester Dijkstra en hun partners. Vandaag zijn vanuit zeer veel verschillende kanten mensen aanwezig: van de Titus-Brandsmaparochie en andere parochies, kerken en genootschappen van de pers die hier vandaag niet zijn om verslag te doen, maar omdat Titus Brandsma een belangrijke voorganger is. Directie, oud directie,
Rembrandtlaan 25 | 7606 GH Almelo |
[email protected] | Tel. 0546-536420
leraren en leerlingen van het Titus-Brandsmalyceum en anderen uit het onderwijs. De breedte van het gezelschap van vandaag laat zien hoe belangrijk Titus Brandsma geweest is voor heel veel mensen. Ook zoveel jaren na zijn tragische dood. In 2015 wordt herdacht dat de Karmelkring 125 jaar actief is in Oss. Vandaag ¡s het symposium opgedragen aan een bijzondere Karmeliet, aan wie ik later in de middag het ereburgerschap zal verlenen. Het ereburgerschap wordt alleen in heel bijzondere gevallen verleend aan personen, die zich op uitzonderlijke wijze verdienstelijk hebben gemaakt voor de gemeente Oss. We hebben dit nog maar vier keer eerder gedaan. Wie waren eerdere ereburgers van de gemeente Oss: de heer Saal van Swanenberg (1954), de heer Louis Janssen (1980), de heer Bernard van Buel (1980), de heer Eppo van Veldhuizen (vandaag aanwezig) ( 1996). Vandaag ¡s ook bij ons oud-burgemeester Straatsma. Hij is ereburger van de gemeente Berghem, dat inmiddels ook bij Oss hoort. Deze mensen hebben op heel verschillende manieren een bijdrage geleverd aan de Osse samenleving. In zijn zuiverste vorm is een ereburgerschap voor Nederlandse gemeenten een zeer bijzondere gelegenheid. Gemeenten omschrijven het als een blijk van grote waardering, erkentelijkheid en dankbaarheid. Ereburgers onderscheiden zich door het ontplooien van, zoals dat heet: 'exceptionele activiteiten', die in het oog lopende, aanwijsbare effecten sorteren voor de gemeenschap van Oss. Titus Brandsma wordt niet alleen in Oss, maar ook in Nederland en zelfs in Rome en de rest van de wereld gezien als een bijzondere man. De katholieke kerk verklaarde hem zalig. Een voorbeeld, niet alleen voor Oss, maar voor heel veel mensen in de rest van de wereld. Zo iemand heb je niet elke eeuw in je midden. Daarom ben ik ongelooflijk blij dat U in zo’n grote getale vanmiddag bent gekomen voor dit symposium. Vanmiddag gaat u luisteren naar een communicatiewetenschapper die Hemels heet. Wat een mooie symbolische naam op deze dag. Naar een oud-prior die Thuis heet en zelfs naar muzikanten. I am honored that Father Fernando Millan Romeral has joined us from Rome/Madrid. Hiermee open ik formeel dit symposium. Ik wens u vandaag een inspirerende dag. Dank u wel.
INLEIDING DOOR PROF.DR. JOAN HEMELS De tekst uitgesproken door prof.dr.Joan Hemels met als titel ‘In de geest van Titus Brandsma: media met een moreel kompas’ kunt u opvragen bij het secretariaat van de provincie (tel.0546-536520).
Burgemeester Buijs-Glaudemans (links) en prof.dr. Joan Hemels bij het schilderij van Titus Brandsma 2 |
LEZING DOOR FALCO THUIS Titus Brandsma Ereburger Oss (Onderwijs en Vorming) Als Titus Brandsma in het najaar van 1909 als gedoctoreerde filosoof uit Rome naar Oss komt, om enthousiast les te gaan geven aan jonge karmelieten, waren er in ‘de collegezaal’ op dat moment niet meer dan twee. Te weinig voor een man met een enorme “naar alle richtingen uitslaande werkdrift”, zal biograaf Meijer schrijven over hem. De karmelieten hadden Oss verkozen boven Helmond om met hun karmelaanwezigheid in dit deel van Brabant hun bijdrage te leveren aan de godsdienstige en maatschappelijke ontwikkeling van de mensen. In het begin van de twintigste eeuw was Oss een zeer achtergebleven gebied in Noord Brabant. Er bestond een kleine rijke elite tegenover een massa slecht geschoolde arbeiders. Door criminaliteit was de naam Oss er in het land niet beter op geworden. Van een arm boerendorp dicht bij de Maas, met vaak terugkerende overstromingen, was Oss in de jaren van Brandsma een groeiend industriestadje geworden. Er was een spoorlijn, één van de redenen waarom de karmelieten zich in Oss wilden vestigen. Maar, zo signaleerde Titus, er was nauwelijks infrastructuur. Tot 1935 was er geen waterleiding. Er was grote zuigelingensterfte, er was geen ziekenhuis, geen middelbaar onderwijs, geen openbare bibliotheek. In zijn van nieuw leven voorziene krant De Stad Oss hekelde Brandsma de sociale wantoestanden in Oss en omstreken. Hij gaf de werkgevers ervan langs, maar ook verweet hij de arbeiders dat ze weinig lust en ambitie hadden om een vak te leren, maar te gauw geld wilden verdienen. Voor eenvoudige weinig ontwikkelde mensen is ‘brood op de plank’ vanzelfsprekend een dagelijks terugkomende prioriteit. Om meer perspectief te hebben in het leven en vooruit te komen in je maatschappelijk bestaan, zijn ‘leren’ en ‘lezen’ , onderwijs en vorming echter noodzakelijke wegen naar vooruitgang. De situatie in Oss maakte Titus creatief en bracht hem tot vele initiatieven tot promotie van de mensen. Openbare leeszaal Steeds meer ging de gedachte leven dat een katholieke openbare leeszaal van het grootste belang zou zijn voor geestelijke en maatschappelijke ontwikkeling. Lange tijd durfde men dit niet aan in Oss. Ook de Deken had zijn bezwaren en meende dat er te weinig animo zou zijn bij het volk. Toch spoorde hij Titus tenslotte aan er zijn schouders onder te zetten. Bovendien had een goede vriend uit Overijssel, voorzitter van de bond van besturen van katholieke leeszalen in Nederland, Titus al eens voorgehouden hoe nuttig voor de ontwikkeling van veel mensen in Oss de oprichting zou zijn van een publieke leeszaal. Vanaf 1919 maakte Titus zich er sterk voor, en waar hij kon maakte hij propaganda, en schreef artikelen. Een aantal Ossche burgers bleef het nut er niet van in zien, erger nog: “Veelvuldig bezoek aan de leeszaal zou schadelijk zijn voor het gezinsleven.” Brandsma reageerde fel: “Gij, Apostelen der huiselijkheid, weet ge wel dat bijvoorbeeld in Limburg de herbergiers op de leeszalen vloeken, omdat zij het publiek in de dranklokalen naar de leeszaal lokken?” (Crijnen p.115) Ook wist Titus niet zonder moeite de lokale fabrikanten, maar ook de rijksoverheid en de provincie Noord Brabant te motiveren tot financiële steun. Pikant is het wel op deze plaats te vermelden dat de gemeente
| 3
Oss in eerste instantie geen subsidie wilde geven, terwijl Titus met het maken van de begroting daar vanzelfsprekend van uit was gegaan. Later kwam het blijkbaar toch goed. In 1921 kon de leeszaal worden geopend met 1400 boekdelen, en een 60-tal weekbladen en tijdschriften. Een tijdlang was een geschikte behuizing voor de bibliotheek een probleem. Titus zocht heel lang en liep veel blauwtjes op, zegt hij zelf. Hij slaagde er ten slotte in een geschikte plek te vinden in twee lokalen van het Bondsgebouw op de Heuvel. Bij de selectie van de lectuur hield Titus zich aan de richtlijnen van Rome: geen ‘verboden boeken’. De boekerij bestond meest uit stichtelijke lectuur. Niettemin sommige mensen ergerden zich aan de anti revolutionaire “Standaard” en aan de wekelijkse Sportbladen die daar lagen. De openbare leeszaal die Titus in zijn tijd van de grond hielp en zich verder heeft ontwikkeld, is een waardevol en onmisbaar ‘vormingsinstrument’ geworden voor de gemeenschap van Oss. Middelbaar Onderwijs, de HBS De stichting van de HBS in Oss kan worden gezien als de bekroning van een hele reeks ondernemingen van Titus Brandsma. Titus was een man die alles aandurfde en heel veel aan kon. Maar in de jaren rond 1920 liet zijn gezondheid ernstig te wensen over. Maagbloedingen hadden opnieuw zijn bekende ‘werkdrift’ en ‘apostolisch vuur’ moeten temperen. Desalniettemin slaagden zijn oversten er nauwelijks in hem ‘buiten de arena’ te houden. Zijn ontembare ijver bleef hem aandrijven zich met alles te bemoeien en actief mee te leven. In Oss bestond al enige tijd een Handelsdagschool met een moeizaam en geenszins florissant bestaan. Men wendde zich tot Titus Brandsma met het verzoek om hulp om de school tot een beter niveau te ontwikkelen. Er was een lang bestaand verlangen er een vijf-jarige HBS van te maken. Dit streven zou het meeste succes hebben als een karmeliet directeur werd van de Handelschool. En zo geschiedde ook. Pater Modestus Truyen werd directeur. Maar niet lang daarna werd p. Truyen ziek, en pater Titus ging hem vervangen. Zijn vriend en mentor Hubertus Driessen, destijds lid van het hoofdbestuur van de Karmelorde in Rome, had er geen goed woord voor over, gezien Titus’ zwakke gezondheid. Stiekem zal Driessen hebben gebeden dat het allemaal goed zou gaan, want hij was de man die samen met de capabele en energieke jonge confrater Titus de Nederlandse Karmel tot bloei wilde brengen en hij droeg de stichting in Oss een zeer warm hart toe. Hij besefte dat in de karmelmissie in Oss ook middelbaar onderwijs een nodige en voorname rol zou spelen. Deze rol, vond Titus Brandsma, is in lijn met de traditie van de Karmelorde. “ Wij streven er thans naar, ook op dit gebied onze vroegere roem te handhaven en op onderwijsgebied steeds meer te presteren. Het moge niet veel zijn, wat wij in Nederland doen, we zijn op weg”. (brief aan J. K. Alberdingk Thijm 1919, Crijnen) Titus Brandsma zag (in de contekst van de emancipatie van het achtergebleven katholieke volksdeel in die tijd en van de rol die de R.K.Kerk ‘apologetisch’ en verdedigend daarin speelde) het Middelbaar Onderwijs als een vorm van apostolaat. Het katholiek onderwijs moest tegelijk met goed onderwijs de jeugd godsdienst-ethische vorming bij brengen, naast culturele en maatschappelijke ontwikkeling. Het was Titus’ overtuiging: “De bloei van het onderwijs is van de grootste betekenis voor de bloei van de maatschappij”. (rede Titus Brandsma)
4 |
De totstandkoming van de HBS heeft Titus Brandsma veel hoofdbrekens gekost. Subsidie van de Rijksoverheid was een moeilijke hindernis. Door het z.g. Stopwetje van 1921 bleef de verwachte subsidie uit. Titus had begrepen dat er toch een positieve verwachting was gewekt door de minister. De school raakte door het wegvallen van de subsidie in grote moeilijkheden. Titus zou Titus niet zijn als hij niet onmiddellijk in het verweer kwam. In de biografie van Aukes (103vv.) kun je lezen hoe Titus alarm slaat voor het grote publiek. In vier kolommen in de Maasbode weerlegt hij wat de minister Oss en andere geopende scholen verweet. In de kamer had de minister gezegd dat net als vier andere katholieke scholen ook de Karmel in Oss het er vrijmoedig maar prematuur op gewaagd had de school te starten. Titus zet de gang van zaken uiteen en laat zien hoe zeer de inspectie betrokken was bij de opening van de Handelsdagschool. Deze was akkoord gegaan met het voorgenomen proces van eerst de HBS-bovenbouw, en in 1922 de spoedige opening van een volledige HBS. Ook de Ossche gemeenschap was er vast van overtuigd dat ze toen door de bemoeienissen van Brandsma de buit al binnen hadden. Met brandende fakkels en Brabantse kopermuziek hadden de Ossenaren met de burgermeester voorop, op een donkere avond voor de eerste Wereldoorlog, voor het karmelklooster gestaan om hun dankbaarheid duidelijk te maken. De oorlog en de moeilijke tijd daarna hadden een streep gezet door de rekening. Het verhaal in de Maasbode met de argumenten van Titus kwam in de Tweede Kamer ter sprake, waarop de minister geen argument meer had. Pas in 1927 kwam de R.K. HBS te Oss voor subsidie in aanmerking. En zo, schrijft Aukes, had deze middelbare school, met Titus als motor, haar wettige en moeizaam bevochten plaats gevonden. Gaandeweg trok de school meer leerlingen aan uit Oss en omstreken, en groeide naar een groter aanbod van onderwijs, met name van Latijn en Grieks. Sinds 1929 was de school gehuisvest in een indrukwekkend schoolgebouw van architect Zwanikken in het centrum van Oss. Na de Tweede Wereldoorlog kreeg dit Carmelcollege in Oss de naam “Titus Brandsmalyceum”. Deze naam (TBL) staat sinds jaar en dag voor goed en succesvol onderwijs. Altijd was er menselijke zorg voor de zwakkere leerling. Boeiend is hoe ook vandaag bijzondere en professionele begeleiding wordt georganiseerd voor de hoog begaafde leerling. Graag wil ik hier vermelden wat niet zo lang geleden een oud leerling uit Oss van Joodse huize, thans hoogleraar pedagogie aan de universiteit van Utrecht, professor Micha de Winter over zijn school, het TBL, getuigde. Hij roemde het pedagogisch klimaat en de menselijke zorg voor elke leerling en noemde met name pater Joseph Galema die onvermoeibaar op zijn fiets leerlingen met problemen thuis opzocht. Voor de gevel van de school staat een bronzen beeld van Titus, stichter van de school en door de vervolging van de Nazi’s martelaar geworden voor de christelijke waarden van vrijheid van het woord, van humaniteit en gelijkwaardigheid van alle mensen. Op bepaalde tijden wordt weliswaar door ‘examenklassers’ met dit populaire standbeeld (wel eens het ‘Lievertje van Oss’ genoemd) creatief, gepast en ongepast omgesprongen. Door het jaar echter staat Titus daar als een vaste wakende garant voor de genoemde waarden die onderwijs en vorming op ‘zijn school’ kleur en smaak geven. | 5
Bijna tegelijk met de oprichting van de HBS in Oss, was door Titus Brandsma in Twente in soortgelijke omstandigheden het Twens Carmelcollege (later Twents Carmellyceum) opgericht. Deze twee in 1923 geopende scholen werden voor bestuur en beheer ingebracht in de Stichting Carmelcollege (SCC), dat ook vandaag nog alle Karmelscholen bestuurt. Tot zijn dood zal Titus de permanente secretaris zijn van deze stichting. De laatste jaren heeft het onderwijs in Nederland grote ontwikkelingen gekend op onderwijskundig, op confessioneel-religieus, en ook op organisatorisch gebied. Door de groei van de school-populatie groeide het aantal scholen voor voortgezet onderwijs. Sinds de oorlog was ook het aantal scholen van de SCC fors toegenomen. Op dit moment is de SCC in Nederland één van de grootste organisaties voor bijzonder voortgezet onderwijs, waarbij de levensbeschouwelijke dimensie een wezenlijke rol is blijven spelen. Ook aan het Titus Brandsmalyceum in Oss waren al deze ontwikkelingen van groei en verandering in het onderwijs niet voorbij gegaan. Oss was een middelgrote industriestad geworden met nieuwe ondernemingen, met nieuwe kerken, met nieuwe scholen en opleidingen, en een forse bevolkingsgroei. De grote zusterorganisatie Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) stichtte in Oss het R.K. Maaslandcollege dat eveneens uitgroeide tot een school voor volledig voortgezet onderwijs. Naast het TBL hadden de ouders voortaan voor hun kinderen ook een andere keuze. Door de nieuwe onderwijswetten die meerdere onderwijsvormen in één scholengemeenschap bevorderden, gingen ook in Oss verschillende scholen voor voortgezet onderwijs samen werken of fuseren. Het TBL werd onderdeel van een brede Scholengemeenschap “Het Hooghuis”, onder beheer en bestuur van SCC. Deze stichting die, zoals gezegd, in 1923 door Titus Brandsma wijselijk werd opgericht, gaat niet alleen vandaag de dag door met centraal professioneel besturen van haar twaalf instellingen op vijftig locaties in Nederland, maar blijft ook in de geest van Titus Brandsma zorg dragen voor ‘waardengericht leren’ in de verschillende vormen van het onderwijs in haar scholen. Tenslotte: op 12 september jl. vond in Nijmegen, waar professor Titus Brandsma in 1942 werd gearresteerd, de opening plaats van de gerestaureerde monumentale hekken die toegang geven tot het gerenoveerde plein met de zuil voor de martelaar Titus, leidend naar de Titus Brandsma Gedachteniskerk. Leerlingen van het Hooghuis, de karmel-school in Oss door Titus Brandsma gesticht, hebben vakkundig en met veel geduld en precisie in de smidse van de school o.l.v. leraren/oppersmeden Otto van Dijk Poorten Titushof Nijmegen en Gerard Damen de restauratie van de monumentale hekken verricht. Deze restauratie heeft zes jaar geduurd. De opening gebeurde door de wethouder van de stad Nijmegen, samen met een leerling die bij het werk betrokken was. De prachtige poorten met goud-blinkende knoppen symboliseren de toegang tot het rijke, kostbare geestelijk erfgoed van Titus Brandsma, en tegelijk duiden de poorten, als ze gesloten zijn op het zorgvuldig bewaren van Titus’ erfgoed ons toevertrouwd. Falco J.Thuis o.carm. ___________________ Bronnen: H. W.F. Aukes, Het leven van Titus Brandsma, Spectrum, Utrecht/Antwerpen 1985 Dr. Brocardus Meijer O.Carm., Titus Brandsma, Paul Brand, Bussum 1951 Ton Crijnen, Titus Brandsma, de man achter de mythe, Valkhof Pers, 2008 Constant Dölle, De weg van Titus Brandsma 1881-1942, Biografie van een martelaar, Ten Have-Baarn-Carmelitana Gent 2000
6 |
LEZING PRIOR GENERAAL FERNANDO MILLÁN ROMERAL Pater Titus Brandsma en zijn internationale onderneming Allereerst wil ik zeggen dat ik erg blij ben om hier in Oss te zijn (een stad die nogal verbonden is met het leven van Titus Brandsma). Ik wil mijn dankbaarheid uiten aan de Nederlandse Provincie van de Karmelieten, aan pater Zeegers en de Karmel Parochie, aan de plaatselijke autoriteiten en aan allen die deze vieringen hebben georganiseerd bij de 125e verjaardag van de Karmelieten in deze stad. Tijdens de afgelopen jaren ben ik in de gelegenheid geweest om deel te nemen aan diverse vieringen ter ere van de Zalige Titus Brandsma, hier in Nederland en in andere delen van de wereld. Ik wil even enkele van deze gebeurtenissen en feesten met u delen zodat u een idee krijgt hoe populair Titus Brandsma is, de man die in deze stad doceerde en in diverse plekken in de wereld. Laten we beginnen met te zeggen dat TB waarschijnlijk de populairste moderne “heilige” is (ik ga geen exacte canonieke onderscheidingen maken) in wat we het “Karmelitaanse universum” zouden kunnen noemen. Hiervoor zijn vele redenen: hij was een zeer betrokken persoon en had enkele universele waarden, zoals vrijheid, broederschap of vrede; hij had de moed om de bezettende Naziregering te weerstaan; hij was een man met cultuur, spiritualiteit en sociale bewogenheid; en – niet in het minst – hij was een man van dialoog en oecumenische gesteldheid, en toch een standvastig iemand met betrekking tot de belangrijkste overtuigingen (in deze zin was de verklaring van Christine Mohrman, de befaamde taalkundige uit Nijmegen, bij het proces van zaligverklaring zeer interessant). Ik wil even met u enkele momenten of anekdotes delen die zeer belangwekkend zijn met betrekking tot de verschillende dimensies van Titus’ leven en tot hoe mensen in verschillende landen hem zien en eren. Titus en Esperanto Op Eerste Kerstdag 2009 was ik op het Sint Pieters Plein met mijn familie. Zij bezochten Rome en ook mij. Toentertijd was ik een artikel aan het schrijven over Titus en Esperanto (de kunstmatige taal die ontworpen werd door Doctor Ludwig Zamenhof). Titus was erg enthousiast over deze taal en trachtte met gering succes) om verscheidene broeders ertoe over te halen om die te bestuderen. In 2009 ging mijn familie naar Rome om me te bezoeken. Het was Kerstmis en we gingen naar het Sint Pieters Plein voor de zegen Urbi et Orbi van de paus. Het was koud en mijn neef verveelde zich na enige tijd te hebben gewacht, dus nam ik hem mee voor een wandeling rond het plein. Toen zag ik een spandoek van de “Associazione Cattolica di Esperantisti”. Dus ging ik erheen en stelde mezelf voor en ik vroeg hen of ze ooit van Titus Brandsma hadden gehoord. Een van hen zei: “Natuurlijk kennen we hem! We beschouwen hem als onze patroonheilige”. De belangstelling van Titus Brandsma voor deze taal is veel meer dan een curiositeit in zijn levensbeschrijving. Het zegt veel over zijn houding ten opzichte van het leven, van mensen en van de dialoog en het begrip. Ik zei altijd dat Titus een beroepsvertaler was, dat wil zeggen, iemand die in staat is om mensen elkaar te doen verstaan. Het zou te lang duren om dit idee uit te diepen, dus wil ik doorgaan naar het tweede verhaal. | 7
Titus en volkscultuur Ik heb veel reizen gemaakt naar Latijns Amerika gedurende de afgelopen paar jaar om de Karmelitaanse aanwezigheid in verschillende landen te bezoeken (EI Salvador, Bolivia, Colombia, Venezuela, Argentinië enz.). Het was erg interessant om te zien dat er op sommige plekken “bibliothecas populares” (volksbibliotheken) zijn onder de naam van Titus Brandsma. Ik heb er drie “ingewijd”: een in Temperley. een volkswijk van Buenos Aires (de enorme hoofdstad van Argentinië), een andere in Tarija, een heel aardige stad in Bolivia en de laatste in Medellin (Colombia) in de volkswijk genaamd “12 de octubre”. Het is interessant dat in verafgelegen plekken Titus herkend wordt en er is die “link” tussen hem en de volkscultuur. Het hoofddoel van deze bibliotheken is om de cultuur te delen met de armste bevolkingsgroepen, vooral in gebieden waar onderwijs (basisonderwijs) erg minimaal is en soms zelfs helemaal niet bestaat. Eigenlijk gaat achter dit feit een soort grote ingeving schuil. Titus was altijd iemand die nogal betrokken was bij het scheppen van cultuur en ook bij het toegankelijk maken van cultuur. Het volstaat om eraan te herinneren hoe hij de Friese taal en cultuur ontsloot, waarbij hij een leerstoel creëerde op de Katholieke Universiteit Nijmegen. Het zou goed zijn om ook zijn grote activiteit te memoreren ten behoeve van het Katholieke onderwijs, waarbij hij enkele Karmelscholen stichtte, waarvan een in deze stad Oss. De conclusie is heel interessant en is een soort uitdaging voor de Karmelieten vandaag de dag: om geïnspireerd door Titus Brandsma plekken en ruimtes voor ontmoeting en cultuur te creëren en mogelijk te maken. Fabio Borg, Iria Fernández en Caroline Peyron Gedurende de afgelopen jaren heb ik contact gehad met enkele kunstenaars op diverse plekken. Als er dan een soort vertrouwensband of zelf vriendschap is, vroeg ik altijd een afbeelding van (of liever gezegd hun eigen kijk op) de Zalige Titus Brandsma te maken. Tegelijkertijd schrijf ik kleine artikeltjes in ons tijdschrift in Spanje (een tijdschrift over volksdevotie genaamd “Escapulario del Carmen”, met de bedoeling dat het ooit een boek zal worden. Intussen ontving ik een uitnodiging om een conferentie te verzorgen in de geboorteplaats van Titus Brandsma, in Bolsward, Friesland. Het museum van Titus Brandsma in zijn vaderstad organiseert diverse tentoonstellingen en in dat jaar ging de tentoonstelling over ‘Titus Brandsma in de moderne kunst’. De organisator, de heer Tjebbe de Jong, is kort geleden overleden en ik maak van de gelegenheid gebruik om hem te gedenken en te eren om zijn grote bijdrage aan de kennis over professor Brandsma. Tijdens het jaar dat ik daar was, was de tentoonstelling over Titus Brandsma met diverse artistieke presentaties. Het was een grootse tentoonstelling en Tjebbe vroeg om verschillende stukken uit verscheidene Karmelitaanse vestigingen in de wereld. Van daaruit pakte ik het idee op om deze kleine artikeltjes te schrijven en – wat belangrijker is – om jonge kunstenaars te vragen om de Zalige Titus Brandsma te schilderen. Graag wil ik drie voorbeelden uit de meest recente tijd noemen. Het eerste is van de Maltezer schilder Fabio Borg. Hij heeft diverse thema’s uit de Karmelitaanse Spiritualiteit en geschiedenis geschilderd en toen ik hem voorstelde om Titus te schilderen, was hij opgetogen. Ik stuurde hem enkele boeken en na enige weken schreef hij me terug en zei dat het schilderij klaar was. 8 |
Het tweede is de Spaanse jonge naïeve kunstenaar Iria Fernández. Haar zus woont in Los Angeles en ik ontmoette haar bij een bezoek aan onze Karmelieten daar. Ze sprak met me over Iria die toentertijd in Rome woonde. Ik nodigde haar uit om naar onze Curia te komen en ze wist dat ik aan Titus werkte dus besloot ze om een portret te schilderen in haar speciale stijl. Het derde is de Franse kunstenares, woonachtig in Napels, Caroline Peyron. In haar beroemde “book notes” (quaderni) heeft Caroline gewerkt aan verscheidene grootheden van de spiritualiteit zoals Johannes van het Kruis, Edith Stein, Beatrix van Nazareth, enz. Toen ik haar de eerste keer ontmoette, sprak ik met haar over Titus en stuurde ze haar versie van Titus’ spiritualiteit. Ze hebben alle drie Titus weergegeven op verschillende manieren en met verschillende technieken. In zekere zin hebben zij de nauwe band voortgezet die professor Brandsma had met enkele kunstenaars uit zijn tijd. De beroemdste was de Belgische expressionist Albert Servaes, die zijn beroemde Via Crucis (de kruisweg) schilderde. Men beschouwde zijn Via Crucis als te menselijk, te veel vervreemd voor de kitscherige mentaliteit van die dagen. Na een lange strijd, die zeer goed is beschreven in de inleiding door Hein Blommestijn en Jos Huls van het boek ‘Ecce homo. Contemplating the way of love (meditations on the way of the cross of Albert Servaes)’, besloot het Vaticaan om het tonen van de Via Crucis in godshuizen te verbieden. Brandsma zei tegen de schilder en tegen hen die hem steunden om aan het bevel uit Rome te gehoorzamen, maar tegelijkertijd reproduceerde hij de veertien staties in het nieuwe tijdschrift Opgang en maakte hij een zeer fraaie toelichting bij elke statie. Vandaag de dag kunnen we zeggen dat de vriendschap tussen Titus Brandsma en kunstenaars doorgaat! Titus Brandsma en Teresa van Avila De grote bewondering en liefde die pater Titus betuigde voor de Spaanse mystica is wel bekend. Toen hij nog student was, publiceerde hij een soort bloemlezing van teksten van Teresa vertaald vanuit het Frans (het had geen hoog academisch gehalte, maar het was de eerste onderneming om Teresa in het Nederlands te lezen!) Gedurende heel zijn leven ging Titus door met het publiceren van enkele academische studies over het leven, het werk en de spiritualiteit van Teresa. Hij bestudeerde bijvoorbeeld haar relatie met de Rijnlands-Vlaamse mystiek en met de devotio moderna (met name Ruysbroek). Zelfs in de gevangenis van Scheveningen ging Titus door met een soort spirituele biografie van de Heilige van Avila. De eerste pagina’s zijn op gewoon papier met het briefhoofd van de gevangenis. Op een gegeven moment echter blijkt dat men het papier heeft weggehaald zodat hij nu doorgaat met schrijven tussen de regels van een ander boek (een Leven van Jezus door Cyril Verschaeve) dat na de oorlog werd gevonden en nu wordt bewaard als relikwie door de Nederlandse Karmelieten. Enkele getuigen (inclusief de verpleegster die hem de dodelijke injectie toediende) verklaarden tijdens het zaligverklaringsproces dat hij teksten van Teresa uitsprak in de laatste dagen (in de laatste ogenblikken!) van zijn leven. Dit jaar hebben we de 500e geboortedag van Teresa van Jezus gevierd. In de hele wereld zijn er vele congressen geweest, toespraken, workshops, kunsttentoonstellingen, theatervoorstellingen… Honderden boeken zijn gepubliceerd in vele talen. | 9
In deze context is ook Titus Brandsma aanwezig, professor Brandsma, die “de geschiedenis van de mystiek” doceerde op de Katholieke Universiteit Nijmegen. In enkele publicaties en congressen wordt zijn bijdrage aan een beter begrip van Teresa’s mystieke leer onderstreept. Het was mij een eer om het toe te lichten in een belangrijk congres dat gehouden werd nabij Mexico DF, genaamd “Juntos andemos, de la memoria al compromiso” (“Laten we samen voortgaan: van herinnering tot betrokkenheid”). In die context was het zeer ontroerend om de getuigenis van Titus weer te geven en hoe hij zijn leven werkelijk betrok op zijn toewijding aan en bewondering voor Teresa van Avila. Radio Titus in EI Salvador EI Salvador is een van de kleinste landen van Latijns Amerika. Het is nu befaamd vanwege de heiligverklaring van “Monseñor Romero”, de katholieke bisschop die vocht tegen onrecht, institutioneel geweld en extreme armoede van het volk in zijn land. De karmelieten aldaar hebben veel projecten en zeer belangwekkende activiteiten. Als onderdeel daarvan zou ik met u de zogenaamde “Radio Titus” willen delen. Het is een radiostation dat u op het internet kunt vinden, geleid door een groep jonge leken- Karmelieten die erg hard werken om het bekendheid te geven, niet alleen in EI Salvador maar ook in andere landen van Centraal Amerika en over de hele wereld. Radio Titus is nu in feite verbonden aan “La fonte Radio” in Mexico, en er wordt gewerkt aan de samenwerking met andere katholieke zenders. Titus was journalist en enthousiast over journalistiek en communicatie. Vanaf de tijd dat hij student was, was hij betrokken bij enkele tijdschriften en kranten waarmee hij bleef samenwerken zelfs toen hij in Rome studeerde. Toen hij terugkeerde naar Nederland in 1909 werkte hij erg hard op dit terrein en hij had een internationale perskaart. Hij was redacteur (hier in deze stad!) van de plaatselijke krant De stad Oss. Na enige jaren werd hij aangesteld als “Kerkelijk assistent van de Katholieke pers” en na zijn reis naar de Verenigde Staten in 1935 (waarbij hij zeer onder de indruk was van de sterke ontwikkeling van de massamedia daar) trachtte hij een leerstoel journalistiek te creëren op de Katholieke Universiteit Nijmegen. Hij kon deze droom niet tot werkelijkheid zien worden, maar na de oorlog werd de “zetel der journalistiek” gecreëerd. In feite was zijn passie voor de journalistiek, voor heldere, eerlijke en ethisch verantwoorde informatie de reden (naast andere de concrete reden) waarom hij gearresteerd werd in januari 1942. Zoals u weet bezocht hij, als Kerkelijk Assistent van de Katholieke pers, alle redacteuren van katholieke tijdschriften, waarbij hij ze ervan op de hoogte stelde dat ze geen Nazi slogans en propaganda mochten publiceren, met name die tegen de Joodse bevolking niet. Hij was zich er wel van bewust dat het een moeilijke positie was voor die leken-redacteuren met gezinnen, die hun leven en hun banen riskeerden. Titus was heel blij dat de meesten moedig waren en vaderlandslievend en dat ze bereid waren en klaar om verzet te plegen. Na zijn arrestatie bevond Titus zich in diverse gevangenissen en huizen van bewaring en hij zou sterven in het concentratiekamp Dachau, nabij München in juli 1942. Er zullen nog veel meer voorbeelden zijn in de hele wereld over hoe de persoon van Titus Brandsma zeer inspirerend is met betrekking tot communicatie en journalistiek. Laten we in gedachte houden de Internationale Prijs van de UCIP (de Unie van de Ka10 |
tholieke Internationale Pers) die elke twee jaar het werk van journalisten over de hele wereld waardeert met betrekking tot vrede en vrijheid van meningsuiting. Of ook de “Titus Brandsma prijs” die toegekend wordt door het Titus Brandsma Media Center (TMBC) in Manilla. Maar ik heb die kleine radiozender in EI Salvador gekozen (waarbij men behalve naar religieuze programma’s en bezinning kan luisteren naar “Bachata”, “Lambada” of “Merengue”) omdat het een aardig eerbetoon is door jonge mensen aan onze Karmeliet en diens werk op dit terrein. Toen Titus Brandsma in Rome werd zalig verklaard op 3 november 1985 door paus Johannes Paulus II, opende het belangrijkste TV-journaal van de RAl (de officiële Italiaanse televisiezender) met te zeggen: “Vandaag is één van ons, de journalist Titus Brandsma, verheven tot de eer van Bernini.” De stad Oss, uw stad, was heel belangrijk in het leven van Titus Brandsma en ook bij de innerlijke tocht in zijn groeiproces als man, als gelovige, als iemand die betrokken was op Christelijke waarden van broederschap, vrede en respect voor het menselijk leven. Hij was zeer verbonden met Oss. Het is mij een grote eer om vandaag hier te zijn en met u samen te vieren in deze betekenisvolle en gastvrije stad. Fernando Millán Romeral, O.Carm.
Prior Generaal Fernando Millán Romeral (links) samen met Johan Wagemakers bij het schilderij van Titus Brandsma
(vertaling: Drs. N.F.S. Smit)
EREBURGERSCHAP POSTUUM VERLEEND AAN TITUS BRANDSMA Dames en heren, Wat een bijzondere middag, wat een variatie aan bijdragen, wat een bijzonder mens..... Langzamerhand komen we aan het einde van het symposium. Ik vind het mooi om op dit moment nog eens stil te staan bij het leven van Titus Brandsma en van een afstandje naar hem te kijken... Pater Brandsma wordt in 1BB1 geboren in Friesland. Hij heet dan nog Anno Sjoerd. Hij is de zoon van Titus Brandsma en Tjitje Postma. Kan het nog Frieser? Net als zijn broer en drie van zijn zussen krijgt hij een roeping. Hij wil het klooster in. Op zijn elfde gaat hij helemaal alleen op reis naar de Franciscanen in Megen. Moeder Tjitje en zus Gatske zetten hem op de tram. Cornelis Remmen en zijn 'belegen dochters' (d.w.z.: ongehuwd) geven hem een nieuw warm huis. In verschillende boeken zien we het beeld van een klein, mager, wat ziekelijk jochie. Zijn bijnaam wordt 'punt'. Maar het is ook een 'goed studentje'. Hij schrijft brave gedichten. Als hij het gymnasium verlaat is hij de beste in Latijn en Burgemeester BuijsGrieks, in Frans en algemene letterkunde en meetkunde. (Hij is bovenGlaudemans dien tweede van de school voor Nederlandse letterkunde en derde voor geschiedenis. Wat moet dat worden?) | 11
Via enkele omzwervingen komt hij in Oss terecht, bij de karmelieten. Na een studie (in Rome) keert hij terug naar Oss. Kennelijk vond hij hier zijn plek. Hij wordt onder meer leraar. Om een idee te geven van zijn activiteiten tussen 1916 en 1919: hij schrijft drie studieboeken (filosofie, astronomie en geschiedenis), hij vertaalt de volledige werken van Theresia van Avila, hij publiceert over het klooster in Haren, hij richt een handelsdagschool op en wordt hoofdredacteur van De Stad Oss. In 1920 ontwerpt hij een nieuwe dagorde voor het klooster. Regel 1: de karmelieten staan om kwart over vijf op. Oss eert hem graag, omdat we onszelf als stad graag in hem herkennen. Oss is ook: 'ondernemingslust'. We hebben een rijk verenigingsleven, een sociaal klimaat. Heel veel Ossenaren zetten zich in voor een vereniging of een goed doel. En dat is nog altijd te zien. Denk aan de Maasdijkmarathon en veel andere sportevenementen. Vorig jaar hadden we een festival Oeverloos, aan de Maas bij Demen en heel veel andere culturele evenementen. Als je in de geschiedenisboeken duikt, zie je dat ook heel veel paters verenigingen in het leven geroepen hebben. Vanuit Oss hebben enkele belangrijke innovaties de wereld veroverd, zoals de pil, de rookworst en de margarine. En het ondernemerschap gaat heel vaak verder dan alleen maar geld verdienen. Een mooi voorbeeld is ‘Oss het Magazine’. Een uitgever die dwars tegen het economisch tij in een kritische Glossy uitbrengt. Kritisch, vanuit een enorme betrokkenheid met Oss en omgeving. Het zijn maar een paar bijna willekeurige voorbeelden. Oss is een combinatie van initiatief nemen, echt samenwerken en dan ook koppig doorzetten, knokken desnoods, om iets te realiseren. Omdat je het belangrijk vindt. Dat is typisch Oss. Maar het is niks nieuws. Ik geef een oud voorbeeld, om te laten zien hoe dat in een Osse traditie past en hoe Brandsma daarin een pionier was. In 1922 kwamen 56 missionarissen uit de hele wereld naar Oss, ontvangen door vier harmonieën, drie bisschoppen, met drie tentoonstellingen en heel veel pers. Zo kort na de Eerste Wereldoorlog was dat een enorme organisatie. Het geld hadden de Karmelieten bijeengebracht met een loterij, en een voetbalwedstrijd. Hier verrichtte Mgr J.Aelen de aftrap. Er is een mooie foto van de bisschop die in zijn plechtige gewaad tegen de bal trapt. De toenmalige burgemeester (Van den Elzen) zei toen trots: 'Heel Oss was gemobiliseerd.' Dit was een zeer zichtbare actie, maar heel vaak werkten de karmelieten op een andere typisch Osse manier: vanuit de coulissen, in stilte. 'Ze kwamen zonder vertoon', schreef het Brabants Dagblad begin dit jaar. Maar ze waren 'door hun activiteiten spoedig niet meer weg te denken.' Titus Brandsma liep bescheiden, maar standvastig voorop. Ook als wetenschapper. Hij was hoogleraar in de theologie (vooral Nederlandse mystiek) en in de wijsbegeerte. Al voor hij ging studeren kwam hij soms in aanvaring met de autoriteiten omdat hij zelf nadacht. Omdat hij niet alleen voor zijn mening uitkwam, maar ook heel goede argumenten had. Een ander belangrijke waarde in het leven van Brandsma, is de vrijheid van meningsuiting. Hij vond een kritische, onafhankelijke pers ook enorm belangrijk. Hij komt in de tweede wereldoorlog in actie 12 |
tegen het nationaal socialisme, tegen de NSB die de journalisten naar zijn hand wilde zetten. Een krantendirecteur verraadt hem bij de Sicherheitsdienst. Iemand waarschuwt Brandsma (de vader van de verrader!), maar Brandsma weigert te vluchten. De nazi's voeren hem af naar Scheveningen en daarna naar Duitsland. In Dachau wordt hij ziek, raakt in coma en niet veel later maakt een dodelijke injectie een eind aan zijn leven. Het is het verhaal van hoe een gewoon jongetje zijn karakter ontwikkelt, zijn leven invulling geeft, zijn idealen vindt, zijn opgaven in het leven aanpakt, zijn eigen talenten ontwikkelt, ten dienste van de samenleving....., Eén van die idealen is Vrijheid van meningsuiting. Vrijheid van meningsuiting is de laatste jaren, d€ laatste weken zelfs weer een actueel thema. Heel veel mensen beroepen zich erop. Heel veel mensen misbruiken hem ook. Op luide toon richten ze de aandacht op zichzelf, op hun eigen belangen. Soms ook op een ongefundeerde mening. En te vaak wordt diezelfde vrijheid van meningsuiting gebruikt om een ander in diskrediet te brengen. Dat was niet de vrijheid van meningsuiting waarvoor Titus Brandsma gestreden heeft. Zijn strijd stond voor een groot deel in het teken van de medemens, van het grotere belang. Het Prior Generaal Fernando Millán algemeen belang. Romeral bij het beeld van Titus Vrijheid van meningsuiting stond voor hem in het teken van voor het Titus Brandsma Lyceum respect. Dat eis je niet op voor jezelf, dat verleen je aan de mensen om je heen. Ook aan de mensen waarmee je het oneens bent - juist aan hen. Dat vergt moed. De moed om je uit te spreken. En de moed om je mond te houden als dat verstandig is. De moed om te luisteren naar de ander en je mening te onderbouwen met argumenten. Het mooie van Oss is dat hier respectvol met elkaar gedebatteerd wordt. Zijn leven en daden inspireerde heel veel mensen. Er zijn straten, parochies en scholen naar hem genoemd. In 2013 kreeg hij een eigen Osse musical. Bij die gelegenheid schreef Pieter de Laat een mooi gedicht over hem: Jouw bril Nu pas Leer ik jou kennen, Kwikzilverig Manusje-van alles Dat vaak ziek zou zijn, Ik blijk jouw bril te liken Om de doorkijk naar Goddelijks in iedereen om Ons heen, Dachau bewees Dat dit overal en altijd kan. Fragiel ventje, grootse man En hiermee is de cirkel rond. Betere argumenten om iemand ereburger te maken, vind je zelden. Door die combinatie van initiatief, samenwerken en doorzetten in Oss is hij een voorbeeld, ruim buiten onze gemeentegrenzen. De manier waarop hij zich letterlijk met hart en ziel inzette voor een betere wereld. De enorme rijkdom die hij achterliet. Brandsma en de karmelieten legden het fundament: - voor het Verdihuis (en het maatschappelijk werk), - het Osse jongerenwerk en de crisisopvang, | 13
- voor de Jozefkerk (en heel veel parochiewerk) en - voor het H. Hartbeeld (en heel veel religieus en cultureel erfgoed) - voor het Osse onderwijs (met en een beroemde hoogleraar), - voor clubs en verenigingen, - een eerste grote internationale conferentie - en niet te vergeten een wereldwinkel. en nog veel meer onderdelen van het Oss van nu. Niet alleen in stenen, maar ook in zijn gedachtegoed. Brandsma was een keiharde werker, een koppige doordouwer, hij was betrokken, hij stond met een groot hart midden in het leven. Hij toonde lef: kwam op voor de vrijheid van meningsuiting! Hij deed dat vanuit een zeer doorleefd ethisch besef. Kortom, een compleet mens, een exceptionele man. En dan nu het grote moment. Graag nodig ik pater Jan Brouns, Prior Provinciaal van de Karmelieten in Nederland naar voren uit om hem de oorkonde aanbieden. Deze krijgt een mooie plek in het Osse gemeentehuis, in de (hoe kan het anders?) Titus Brandsmazaal. De architect had er al een mooie plek voor vrij gehouden. Geachte Pater Brouns, Pater Titus Brandsma was een man, die in zijn eenvoud met een enorme kracht zijn leven heeft ingezet voor grotere idealen. Hij heeft veel betekend voor de mensen om hem heen, niet alleen van zijn eigen generatie, maar ook voor de generaties na hem. Pater Titus Brandsma was een exceptioneel man. De gemeente Oss wil hem hiervoor eren. Bij besluit van 1 juni 2015 heeft het college van Burgemeester en Wethouders van de Gemeente Oss, de raadscommissie Sociaal Bestuurlijk gehoord hebbende, het ereburgerschap postuum toegekend aan Titus Brandsma. Het is mij een eer om U als vertegenwoordiger van de orde van de Karmelieten deze oorkonde te overhandigen. Samen met de provinciaal mag ik het monument onthullen dat een plek krijgt bij het Osse Titus Brandsma Lyceum. Daar staat een mooi beeld van de priester en hoogleraar. Daar komt een zuil bij, met daarop de oorkonde van zijn ereburgerschap. Zodat we allemaal kunnen laten zien dat we trots zijn op deze Friese Ossenaar. Hiermee komen we aan het eind van de middag. Ik wil enorm graag de initiatiefnemers en de mensen, die hier een bijdrage aan geleverd hebben bedanken. De gemeente drukt deze dank uit in een prachtig boek “Onder de Maas".
Bovenkant van de zuil die geplaatst wordt bij het beeld van Titus Brandsma voor het Titus Brandsma Lyceum te Oss
14 |
WOORDJE VAN PRIOR PROVINCIAAL JAN BROUNS Graag wil ik allereerst u, mevrouw Buijs, burgemeester van de gemeente Oss, van harte danken voor uw uitnodiging hier vandaag aanwezig te zijn bij dit symposium. Dankbaar ben ik u, en allen die dit symposium mede mogelijk hebben gemaakt en vandaag realiseren en er een bijdragen aan leveren. U allen begrijpt dat het voor de Nederlandse Karmelprovincie en voor de Karmel wereldwijd heel bijzonder is wat hier vandaag gebeurt: een symposium én de postume verlening van het ereburgerschap aan mijn en onze in Dachau om het leven gebrachte medebroeder, de zalige pater Titus Brandsma. Ik ben u, mevrouw de burgemeester dank en erkentelijkheid spreek ik uit namens alle medebroeders en zusters van de familia carmelitana. Staat u mij toe een tekst te citeren die mij onlangs onder ogen kwam: ‘Gaat het stedeke Oss zich nog eens de luxe permitteren, Ossche eerburgers te scheppen, dan mag het onder degenen wien het postuum die eer aandoet, Titus wel vooraan plaatsen. Letterlijk alles wat hij als priester gevoeglijkerwijze kon ondernemen, heeft hij voor Oss gedaan. De feiten, dat hij er jarenlang de hoofdredactie voerde van de plaatselijke krant, dat hij de stichter en eerste directeur was der Ossche openbare leeszaal, zijn curieus genoeg’. Einde citaat. De schrijver van deze woorden moet een vooruitziende blik hebben gehad. Want waar hij lang geleden naar uitzag, is zojuist werkelijkheid geworden: Titus Brandsma is ereburger van Oss. En dat uitgerekend in het jaar dat herdacht wordt dat de karmelieten zich 125 jaar geleden in Oss vestigden en er hun werkzaamheden begonnen. Oss profiteert nog altijd van wat Titus en d e karmelieten hier hebben opgebouwd, allen levend vanuit wat wij noemen: ‘horigheid aan Jezus Christus’ – waar we onder verstaan: een intens doorleefde luisterbereidheid naar de heilige Schrift en het woord en leven van Jezus. Daarnaar horend en luisterend hebben Titus en zijn broeders en zusters gewerkt en vorm gegeven aan hun leven, in bezinning en in daden die uitnodigen tot bewondering en vooral navolging. U begrijpt me zeer zeker als ik – naast nogmaals mijn grote dankbaarheid te hebben uitgesproken – de wens onder woorden breng dat het vandaag verleende ereburgerschap ertoe bijdraagt dat Titus mag blijven leven in het hart van de Ossche bevolking. Dat hij de burgers en de bestuurders van deze stad, zal blijven inspireren door zijn voorbeeldige manier van leven, door alles waarin hij groot is geweest. Jan Brouns Prior provinciaal | 15
BEZOEK AAN MEGEN Op zaterdagmorgen bracht Prior Generaal Fernando Millán Romeral samen met Jan Brouns, George Zeegers en Johan Wagemakers o.a. een bezoek aan Megen, waar Titus Brandsma heeft gestudeerd aan het gymnasium.
Gymnasium te Megen
OPENING EXPOSITIE KUNST IN DE JOZEFKERK Woordje van Ada Braat Op 31 mei van dit jaar werd mij gevraagd of ik ook iets wilde maken voor de expositie ivm. Titus. Ja, dat wilde ik graag. Het werk zou komen te hangen in de Jozefkerk, deze kerk dus. Een samenkomstkerk, waar mensen zitten rondom een tafel. Waar ik me welkom voel. Ik nam me voor veel te gaan lezen over hem. In de eerste week van juni was het nogal warm. In Heesch, waar ik woon, staan 3 grote groenblijvende magnolia-bomen. vlak voor de Hema en Blokker. Er stonden voorheen platanen, maar die moesten weg. Ik maakte me al eerder wat zorgen over deze uitheemse planten, ze komen immers hier niet vandaan. Ze krijgen geen extra water als het zomer is, en in de winter overleven ze moeizaam, ze hebben gelukkig een dikke huid. Er lagen een paar bruine bladeren op de stoep, die raapte ik maar op, de stengeltjes waren verdord. Omdat ik er elke dag langs kom, zag ik er steeds meer liggen. Thuis waste ik ze, en liet ze drogen. Moeilijk vond ik het, die bomen die alsmaar kaler werden. De caissière van de Hema kwam elke keer naar buiten, als ze me bezig zag. Ook sprak ik een bewoonster van de appartementen die boven de winkels liggen. "Soms geef ik ze een beetje water", zei ze. "Misschien gaan ze wel dood". Ada Braat 16 |
De natuur doet me altijd denken aan mensen, en mensen doen me denken aan de natuurverschijnselen. Die Titus Brandsma, wat was het toch dat maakt dat er zoveel over hem gesproken wordt, dat er zoveel over hem in boeken staat? Hij was priester, hij had een overtuiging. Om die reden werd hij gevangen gezet in een concentratiekamp. Zovelen heeft hij zien sterven. Er lagen steeds meer bladeren op de grond. Aan de bomen steeds minder. Thuis had ik de gedroogde bladeren met koperen splitpennetjes op een stuk stramiengaas bevestigd. Het werd een wandtapijt, de bladeren kregen een tweede leven. De gaatjes van het stramien leken wel ge"Bladeren die vielen" vangenisraampjes. Om de bladeren goed vast te zetten, druk ik de pennetjes uiteen. Toen ik op een keer de achterkant bekeek van het doek, leken de splitpennetjes als koperkleurige vogeltjes uit de raampjes te komen. Intussen ging ik nog steeds elke dag bladeren rapen, sommige waren nog groen, of half geel, of bruingroen. Totdat op een dag ik aan de kale takken vreemde knoppen zag. Zouden er toch weer nieuwe bladeren komen. Was de boom niet stervende? Op een avond in juli, wandelden we even langs de bomen. Het rook lekker, ik keek om me heen. Nee, niemand met parfum. Aan een van de magnolia's zag ik iets wits, een prachtige. bloem. Heerlijke geur! Toen begreep ik het: de bladeren moesten vallen om de bloemen kansen te geven. Toen begreep ik waarom ik de bladeren verzamelde. Toen begreep ik iets van Titus Brandsma. En waarom hij zalig is verklaard. En waarom hij wat mij betreft heilig genoemd mag worden. Was hij als het blad dat zich opoffert, zodat iets anders groeien kan? Was hij als de boom die weet waar alles toe dient? En wie is dan de bloem? Vanmorgen liep ik nog even langs de bomen. Waar de bloemen hadden gezeten, zag ik nu stevige vruchten met heel veel zaden.
Woord door Leon Teubner Beste mensen, Zo meteen wordt de tentoonstelling ‘125 jaar KarmeI in Oss’ geopend. Om ons heen staan heel wat verbeeldingen van wat de Karmelieten in Oss aan betekenis hebben gehad. Het is goed om bij deze beeldvorming even stil te staan. We laten ons hierbij leiden door Titus Brandsma. Leon Teubner In een kerkkalender uit 1924 beschrijft Titus het leven van de heilige Teresa van Avila. Titus gaat onder meer in op de beeldvorming rond Teresa. Hij zegt: 'Beelden schieten te kort om uit te drukken, wat niet onder beelden is te brengen. Wij verlustigen ons in het beeld van de Heilige van Avila, maar vergeten vaak, dat het straaltniet in een aureool van wereldse grootheid, maar straalt in het licht van God'. Einde citaat. Gemaakt door zr. Ludwina Foolen. ´Elia vlucht voor zijn taak en een engel sommeert hem om te eten en verder te gaan´.
| 17
Volgens Titus lopen wij het gevaar, ons te verlustigen in de beelden die wij maken. Niet alleen van Teresa, maar ook van anderen en van onszelf. Titus is helemaal niet tegen beelden, maar wil ons waarschuwen dat de beelden die wij maken, ongemerkt ook het wezen verduisteren van het oorspronkelijke beeld in al wat is: God zelf. De beeldvorming rond Teresa, waar Titus over schreef, overkwam ook hemzelf. Hij, die gisteren werd uitgeroepen tot Ereburger van onze stad, wordt ook door ons bekleed met allerlei beelden. Daar waren we gisteren weer getuige van. Bij de zaligverklaring van Titus, schreef de karmeliet Kees Waaijman daarover: Het is vanzelfsprekend, dat mensen die tijdens de Tweede Wereldoorlog hun leven waagden voor de vrijheid, in Titus vóór alles de verzetsheld zagen. Het is vanzelfsprekend dat journalisten in Titus vooral een voorvechter van de persvrijheid zien. Het is vanzelfsprekend dat de Karmelieten in Titus een karmeliet zien zoals die moet zijn. Het is vanzelfsprekend dat mensen in nood in Titus hun persoonlijke hulp en toeverlaat zien. Het is vanzelfsprekend dat mensen die geïnteresseerd zijn in mystiek, hem vooral zien als mysticus. Einde citaat. Precies nu die vanzelfsprekendheid kan misleidend werken. Want deze verhult heel gemakkelijk dat Titus maar 'een vóórbeeld' is. Een beeld vóór een ander beeld, dat zelf niet te vatten is: Titus als beeld van de onverbeeldbare God. Van die onverbeeldbare God heeft Titus in al zijn rollen zijn leven lang getuigd. Misschien blijft hij ons dáárom wel boeien. Omdat wij, naar hem kijkend, geraakt worden door een “ik weet niet wat'. lets dat niet met Titus samenvalt, maar dat eeuwig onverbeeld Een werk van Ank: blijft. En dat tóch altijd, in hem, maar ook in alles en iedereen, ".... leven Rondom de Schrift..." tot onze verbeelding blijft spreken. Vandaag zijn wij in deze kerk omringd met prachtige verbeeldingen Van 125 jaar Karmel in Oss. Ook doorheen deze verbeeldingen probeert die onverbeeldbare God; onze aandacht te trekken. In februari vroegen wij aan de makers ervan: Maak iets voor deze tentoonstelling dat voor jóu verbeeldt, waar de Karmelieten of deze Karmelparochie voor staat'. Welke bezieling tref je er aan? Deze vraag riep bij jullie een aantal kernwoorden op: zoekend leven, een luisterend oor, dichtbij mensen rechtvaardig leven bezinning en inkeer, eenvoud, een thuis, ruimte en respect, oog voor de zwakken, bewarend omzien naar elkaar. Daarna zijn jullie aan de slag gegaan. En dat heeft geresulteerd in deze veelheid van vormen en afbeeldingen. Door al deze werken heen straalt - voor wie het wil zien - óók iets van die ongrijpbare, beeld loze God van Titus en Teresa. Een 'ik weet niet wat', dat, doorheen al deze beelden en woorden, ook ons vandaag raken en bezielen wil. Dat onzichtbare beeld van God dat ook in ons opstraalt wanneer wij meebewegen, met die innerlijke aandrang om dichtbij mensen te staan, een luisterend oor te zijn, zoekend door het leven te gaan; Zijn onzichtbare beeld dat ook in ons opstraalt, wanneer wij dat verlangen volgen naar eenvoud, naar bezinning en naar inkeer; Dat beeld dat telkens in ons opstraalt, wanneer wij ingaan op dat appel respectvol en bewarend om te zien naar de ander, die ons op onze weg gegeven wordt. Wij mogen ons zo meteen uitgenodigd weten. Om in al jullie prachtige werken, óók contact te maken met die verborgen, goddelijke bezieling in ons. Dank jullie wel. 18 |
Gedicht door Jan van den Boom Titus Brandsma Bij leven klein, maar gesmeed uit onbuigzaam staal. Nu.. vast in bruinig brons gegoten staat hij daar en staart over de straat waarin hij aanzet gaf tot: Een echte bieb, het regionale blad "de Stad Oss" én middelbaar onderwijs. Zo schiep de kleine Fries in grijs verleden ruimte in een dorpse stad voor nieuwe mogelijkheden. In zijn spoor een stoet van Karmelieten, die huis en haard verlieten om -voor eigen ziel en zaligheidmet vuur God en mens te dienen.
VIERING JOZEFKERK Zondag 6 november 2015
Welkomstwoord door vice-voorzitter Henk Peters Als je tegen mijn opa zei dat je iemand een goed mens vond, dan zei hij steevast: “Wacht met je oordeel tot je er mee hebt gedeeld. Heddur al mi gedild.” Kennelijk laten mensen zich pas echt kennen als ze moeten delen en zeker als ze iets van zichzelf moeten delen. We horen allemaal hoe gezellig het er soms aan toe kan gaan bij verdeling van erfenissen. En is de angst voor de stroom vluchtelingen, eigenlijk niet de angst dat ons wordt opgelegd om een stukje wereld met hen te delen? We vieren vandaag feestelijk dat Carmelieten 125 jaar lang een stuk van hun leven, hun spiritualiteit, dat wat hen beweegt, met ons in Oss delen. In onderwijs en pastoraat. In maatschappelijke betrokkenheid met oog voor het zwakkere: wereldwinkel, bedrijfspastoraat, Blijf van mijn lijf huis, vreemdelingenpastoraat, media. Elk van hen op zijn eigen manier, naar eigen aard maar ook op een eigen manier aardig en bereid hoop, verdriet, vertrouwen en geluk te delen. Door gewoon een stukje levensweg met je op te lopen. Geen heiligen, nou ja een enkeling dan, maar herkenbare mensen met bereikbare idealen, die navolging verdienen. We hebben het ondervonden 125 jaar lang en kunnen als ervaringsdeskundigen zeggen: goed volk en ze kunnen delen. En na 125 jaar mag dan wel eens gezegd worden wat we teveel achterwege laten tegen elkaar te zeggen n.l. dat we waarderen dat zij het beste van zichzelf deelden met ons. Het is een groot genoegen dat niet alleen te kunnen doen tegenover de prior-provinciaal pater Jan Brouns maar ook tegenover de prior generaal uit Rome pater Fernando Millán Romeral. | 19
V.l.n.r. George Zeegers, Fernando Millan Romeral, Jan Brouns, Leon Teubner
We zijn er trots op dat u vandaag met ons bij EEN wilt komen en wilt voorgaan in deze dienst van dankbaarheid en vertrouwen want jullie zijn eersten en gelijken van de Carmelieten die met en voor ons werkten 125 jaar lang en nog vele jaren na vandaag hopen wij. Ik wens dat ons vieren vandaag goddelijke mag zijn. Dankbaar om wat we deelden met elkaar. Henk Peters, Vice-voorzitter Titus Brandsmaparochie Oss
Jubileumlied Karmel Oss 125 jaar Tekst: Rémy Albers
Melodie: Uit vuur en ijzer
Elia, Karmel, Oss, Boxmeer: een oud verhaal, toch nieuw steeds weer; een woonplaats waar ook iedere keer een mens wordt uitverkoren| om mens met elk mens te zijn, om met en bij elkaar te zijn, om ruimte voor God te zijn, In Hem steeds opnieuw geboren. Wij volgen onze bronnen na: Theresia van Avila, godzoekend, -vindend mystica, vol eenvoud zich bezinnend. In oude, vervlogen tijd of eigentijdse eigenheid. Verbonden, daardoor bevrijd: in elk mens God beminnend. In kerken, kloosters, pastoraat, bedrijven en ook zorg op maat, in onderwijs, zelfs buitengaats is Karmel steeds herboren. Met Titus als martelaar, as regelaar en bedelaar, ons voorbeeld, geweldenaar, te volgen door ons verkoren. In eenvoud steeds op zoek naar God, betrokkenheid tot op het bot. Elk maakt zijn eigen mensenlot en is er voor de ander. Als helper in raad en daad, tot steun in nood, altijd paraat: de Karmel in hoogste graad: God dienstbaar in de ander. 20 |
Dankwoord aan Prior Generaal pater Fernando Millán Romeral Eerwaarde Prior Generaal pater Fernando Millán Romeral, Het is een grote eer voor mij dat ik aan het eind van deze viering een paar woorden mag zeggen. Ik probeer het in het Spaans te doen. Henk Peters, de nieuwe vice-voorzitter van het parochiebestuur, sprak een welkom uit aan het begin van deze viering. Nu is het mijn beurt om enkele woorden te spreken. Sinds een week ben ik niet meer de vice-voorzitter van de parochie, maar ik heb deze taak gedurende negen jaar met veel plezier gedaan. Ik voel de warmte van de Karmelitaanse sfeer. Een gevoel dat 125 jaar geleden in onze stad werd geïntroduceerd door de Karmelieten. Op dit moment bent u de belangrijkste persoon in de orde van Karmelieten in de wereld. Ik wil u bedanken voor uw aanwezigheid en uw bijdrage bij ons jubileum. U hebt er drie dagen in Oss aan gewijd om met ons 125 jaar aanwezigheid van de Karmelieten in Oss te vieren. De Karmelieten hebben veel belangrijke dingen gerealiseerd op het gebied van cultuur, religie, onderwijs en bewustwording van de inwoners van onze stad. Eén Karmeliet in het bijzonder was een groot voorbeeld. We hebben zijn naam gegeven aan onze parochie: Titus Brandsma. Hij is de patroonheilige van onze gemeenschap. Maar blijkbaar was hij ook een inspiratie voor u. U schreef zelfs enkele boeken over hem. Op deze wijze weten wij ons met u verbonden. Ik hoop dat de drie dagen in Oss hebben bijgedragen aan het verhogen van de kennis van de plaatsen waar Titus werkte en woonde. Op deze manier hoop ik dat uw bezoek voor u nuttig is geweest. Ik kan u verzekeren dat uw bezoek voor ons zeer waardevol is geweest. En als bewijs van dankbaarheid en als een herinnering wil ik u een klein cadeau aanbieden. Dit geschenk vormt een herinnering aan de contacten tussen u en Oss en onze gemeenschap. Ik wil besluiten met te zeggen: Adios, heel erg bedankt en wij hopen op een weerzien bij een volgende keer! Harry Faassen, Oud vice-voorzitter parochiebestuur
| 21
PERSBERICHTEN UIT BRABANTS DAGBLAD Presentatie boek Karmel Oss 125 jaar Oss - De tentoonstelling 125 jaar karmelieten in Oss 1890 – 2015 in het Stadsarchief aan de Peperstraat is op donderdag 15 oktober onder grote belangstelling geopend. Tijdens deze opening is het gedenkboek aan burgemeester Wobine Buijs-Glaudemans en prior provinciaal Jan Brouns aangeboden. Daarmee zijn twee beoogde doelen bereikt om iets van waar de karmelieten al die jaren voor hebben gewerkt en gestaan te laten zien. Karmelieten die in Oss hebben gewoond en gewerkt, hebben een bijdrage over hun persoonlijke ervaringen en belevenissen geschreven. Het boek, met vele foto’s, geeft een tijdsbeeld over de periode vóór en na het IIe Vaticaans Concilie, medio jaren ’60. Een inkijkje wordt gegeven in het veranderde kerkelijk leven. Belangrijke plaats Met de komst van de karmelieten hebben zij een belangrijke plaats, niet alleen in het godsdienstig leven, maar ook in het sociaal-maatschappelijk leven. Denk aan de openbare leeszaal en bibliotheek, missietentoonstellingen, het onderwijs (TBL), noodopvang in het Verdihuis (voormalig Karmelklooster in de Verdistraat) en de Wereldwinkel. Als een rode draad lopen onder andere: tot hun recht laten komen, verdiepen, beschouwen, ontwikkelen, leven iets meer mogelijk maken, met alle ups en downs. Te koop Het gedenkboek is te koop voor € 9,95 bij boekhandel Derijks, Stadsarchief Oss, Bibliotheek Oss, VVV en de receptie van de Titus Brandsmaparochie aan de Oude Molenstraat in Oss.
125 JAAR KARMELIETEN IN OSS De omvangrijke erfenis van de Osse paters Uit Brabants Dagblad, 30 oktober 2015
De paters drukten stempel op Oss Al 125 jaar verrichten karmelieten in Oss veel werk in maatschappelijk leven en zielzorg. En nog steeds. door Mari van Rossem
Hij draagt ‘de leidraad voor zijn leven’ op zijn hart. Als een opgevouwen, dubbelzijdig bedrukt A4’tje, in het hoesje van zij id. Voor Ossenaar Johan Wagemakers, lid van de Familia Carmelitana, is de regel van de Karmel hét model voor religieus leven. “Dit A4’tje is samengevat eigenlijk een eenvoudige leefregel: zoek stilte, zoek rust en kom zo tot beschouwing en tot gebed. Voor mij is dat het uitgangsStoet van Karmelieten in de Molenstraat op punt, elke dag weer.” weg naar het H.Hartbeeld op het Walplein 22 |
Wagemakers is de samensteller van het gedenkboek 125 jaar karmelieten in Oss, dat eerder deze maand in een vol Stadsarchief gepresenteerd werd. Tot en met donderdag 5 november is daar nog de gelijkmakende tentoonstelling, die laat zien hoe de karmelieten zich op religieus en sociaal-maatschappelijk gebied dienstbaar maakten voor Oss. Als actief leek binnen de Osse Karmelkring wil Wagemakers vooral gezegd hebben dat de vaderlandse Karmelbeweging levendig en actief is. Met name in Oss, waar de Titus Brandsmaparochie ook op diaconaal gebied van alles te bieden heeft. Met het inloophuis HOI, muziekevenementen onder naam Da’s Passie en film bij Zin in film. “Eigenlijk draait alles om het gegeven dat de karmelieten mensen tot hun recht willen laten komen. In onze parochie zijn meer dan tweehonderd vrijwilligers actief. Dat wil toch wel wat zeggen.” In voorbereiding op het gedenkboek was het eerste idee om in de vorm van feitelijke geschiedschrijving op 125 jaar karmelieten in Oss terug te blikken. “Dat was echter een brug te ver. Uiteindelijk Het Verdihuis
De Jozefkerk
In het midden van de Jaren zeventig begonnen de karmelieten met de opvang van mensen in moeilijkheden. Eerst in het patersklooster aan de Verdistraat, later in de Kromstraat. Tegenwoordig staat het Verdihuis in de Kardinaal de Jongstraat.
De plannen voor de Jozefkerk warden media Jaren zestig ontwikkeld door de Osse architect Jos Bijnen: in zijn optiek moest de kerk een ontmoetingsplek en multifunctioneel verlengstuk van de straat ineen zijn.
De Wereldwinkel
Het patersklooster
De sporthalkerk
De Scheppingskerk
Niet alleen het Verdihuis, ook het JAC (het Jongeren Advies Centrum), en de Wereldwinkel waren een initiatief van de karmelieten. De Wereldwinkel was het geesteskind van de Osse karmeliet Bernard van Balveren die ermee begon in de voormalige Mariaschool in de Torenstraat.
In de groeiende wijk de Ruwaard verscheen in 1968 het nieuwe patersklooster, in de Verdistraat. Eind Jaren zeventig werd duidelijk dat het klooster te groot was; in 1981 verlieten de laatste negen bewoners het pand.
Tegenwoordig is dit pand het domein van onder anderen de teakwondoka’s van sportcentrum Tapia. Ooit was de sporthalkerk aan de Troelstrastraat een van de noodkerken in de Ruwaard; later werden deze vervangen door de Scheppingskerk.
De grote terugloop in aantal kerkgangers noodzaakte het parochiebestuur de poort van de Scheppingskerk te sluiten. De Ruwaard-gemeenschap werd in processie door de kerkpoort heen geleid, op naar de Jozefkerk. Tegenwoordig is hier het Herinneringshuis gevestigd.
| 23
Karmelietessenklooster In drie huizen van het kinderloze echtpaar Welting-van Leeuwen aan de Molenstraat 75, 77 en 79 werd op zaterdag 6 december 1958 het Maria Theresia klooster van de karmelietessen ingezegend. Tien jaar lang zouden de panden die-
Het TBL Wat in 1923 begon als hogere burgerschool groeide uit tot het TBL, vernoemd naar Oss’bekendste karmeliet Titus Brandsma die zich in zijn Osse Jaren sterk maakte voor deze school. In de tuin staat zijn standbeeld; elk jaar is er een Titusherdenking.
kozen we voor een mix van historie en persoonlijke ervaringen van karmelieten die hier in Oss woonden, werkten en studeerden. We vroegen deze mannen of ze een stukje wilden schrijven over hun ervaringen en belevenissen, gebeurtenissen en werkzaamheden en liefst ook met de nodige anekdotes.” Vuur uit de sloffen “De reacties waren enthousiast, de bijdragen heel divers en van hoge kwaliteit. Wat mij bij het lezen ervan erg raakte, was de dankbaarheid waarmee de karmelieten terugblikken: ze liepen het vuur uit hun sloffen en waren unaniem dankbaar voor het werk dat ze hier in Oss mochten doen”, stelt Johan Wagemakers. En dat er in 125 jaar veel werk verricht is, blijkt nog altijd uit de zichtbare herinneringen, her en der in Oss. Al zijn die niet altijd even duidelijk, weet Wagemakers. Zo is er het korte ‘hoofdstukje’ van tien jaar dat de mannelijke karmelieten er een vrouwentak bij kregen: de zusters karmelietessen die vanuit Boxmeer naar drie herenhuizen aan de Molenstraat togen. In november 1958 werd de begane grond van nr. 75 tot kapel met koor en sacristie verbouwd, op nr. 77 kwamen onder meer refter, keuken en spreekkamer met op ‘het eerste verdiep’ vijf cellen voor de zusters en een bibliotheekje. Op de zolderverdieping was vervolgens nog ruimte voor zes cellen. Waar de statige paterskerk aan de Molenstraat de sloopkogel niet kon ontwijken, bleven andere gebouwelijke initiatieven van de karmelieten gespaard. Maar ze kregen vaak wel een andere bestemming. In het voormalig nieuwe karmelietenklooster aan de Verdistraat zag het Verdihuis het licht, maar die verhuisde later naar het huidige pand aan de Kardinaal de Jongstraat. Ook de Scheppingskerk, de eerste échte kerk in de Ruwaard, verdween. Het gebouw is tegenwoordig Herinneringshuis. De voormalige noodkerk in de Troelstrastraat is nu de sporthal van Tapia. En de Wereldwinkel, ooit gestart in de Toerenstraat, verhuisde naar de Kruisstraat. Gelukkig voor Oss is er nog wel het aloude TBL met Titus prominent in de voortuin.
´Titus is wereldwijd bron van inspiratie´ Door Rob van Gemert
Oss – Van Bolivia tot de Filipijnen leeft het werk en gedachtegoed van Titus Brandsma voort. De wereldwijde invloed en populariteit van de kersverse ereburger van Oss is groot, vertelde Fernando Millán Romeral gisteren. De prior generaal van de karmelieten was een van de sprekers op een symposium rond de toekenning van het ereburgerschap in het Osse gemeentehuis. Volgens de uit Rome overgekomen Millán inspireert Brandsma nog altijd mensen over de hele wereld. In Latijns/Amerika zijn bibliotheken en radiostations naar hem vernoemd, katholieke pleitbezorgers van het esperanto beschouwen 24 |
Titus Brandsma (1881-1942), de kersverse ereburger van Oss, in zijn studeerkamer
hem als hun patroonheilige en zelfs nu nog, 73 jaar na zijn dood, schilderen kunstenaars zijn portret. Onder toeziend oog van zo´n geschilderde Titus reikte burgemeester Wonine Buijs de oorkonde uit waarmee Brandsma ereburger van Oss wordt. Diverse sprekers hadden daarvoor al gewezen op de enorme betekenis van Brandsma voor Oss. “Betere argumenten om iemand ereurger te maken vind je zelden”, vatte Buijs de betogen samen. De burgmeester legde een verband tussen Brandsma’s strijd voor de vrijheid van meningsuiting en het recente debat over de opvang van vluchtelingen. “De vrijheid van meningsuiting wordt luidkeels opgeëist, maar wordt vaak gebruikt om anderen in diskrediet te brengen. Dat is niet de vrijheid van meningsuiting van Titus Brandsma.”
PERSBERICHT UIT KATHOLIEK NIEUWSBLAD Titus Brandsma ereburger Oss en moet ‘subiet’ heilig worden De zalige pater Titus Brandsma o.carm. is uitgeroepen tot ereburger van de stad Oss. Dit gebeurde doordat burgemeester Wobine Buijs-Glaudemans afgelopen vrijdag een oorkonde uitreikte aan pater Brouns, prior provinciaal van de karmelieten in Nederland. 125 jaar geleden kwamen de paters karmelieten naar de Brabantse stad. Brandsma zette er zich in voor de vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid en het onderwijs. Hij was verantwoordelijk voor het oprichten van de gymnasiumafdeling van het Titus Brandsmalyceum en stichtte een bibliotheek. Voor de school staat een beeld van hem. Het postume ereburgerschap markeert de dertigste verjaardag van Titus’ zaligverklaring door paus Johannes Paulus II, inmiddels zelf heilig verklaard. Met Titus zelf zou dat ook “subiet” moeten gebeuren, betoogt Wim Schrijver, redacteur van de Leeuwarder Courant. Volgens hem staan alle lichten daarvoor op groen. Het internationale hoofd van de karmelieten in Rome, Fernando Milán Romeral, kijkt bijvoorbeeld naar de heiligverklaring uit. Die zal “Titus bekender en universeler voor de wereldkerk” maken, aldus de prior-generaal, die erop wijst dat er al direct na diens dood een geur van heiligheid rond Titus hing. En “Brandsma’s onverzettelijke houding tegenover de nazi’s spreekt nog altijd velen aan”, betoogt Schrijver, die vindt dat ook Friesland meer voor zijn grote zoon kan doen. In 2018 is Leeuwarden Cultureel Hoofstad. Met het eerbewijs dat Oss aan Titus heeft bewezen zou de Friese hoofdstad in 2018 kunnen scoren, zo suggereert de Leeuwarder CouDe zalige Titus Brandsma is benoemd tot rant, en tegelijk de heiligverklaring een zetje in de ereburger van Oss goede richting geven. (KN/LC)
PERSBERICHTEN WEBSITE BRABANTS DAGBLAD Stadsarchief: 125 jaar karmelieten in Oss In het Stadsarchief is donderdag de op één na laatste tentoonstelling in het pand aan de Peperstraat geopend: 125 jaar karmelieten in Oss. En voor bij wie er nu geen belletje gaat rinkelen, deze beste mensen hebben best wat betekend voor de stad. | 25
Door Rachelle Suppers
Bijvoorbeeld in de vorm van het Verdihuis, de Wereldwinkel, de Osse Tiener Club en het onderwijs. “In Oss zie je dat karakter van de karmelieten nog steeds terug. Sociaal betrokken, dat vurige, de harde werker en de dankbaarheid”, spreekt burgemeester Wobine Buijs tijdens de opening. Leuk om te zien zijn ook de foto’s van de oude (nood)kerken die de nieuwe generatie Ossenaren waarschijnlijk nooit gezien hebben. Zo was er bijvoorbeeld de noodkerk in een afgescheiden ruimte in een fabriekshal van Lagos Tapijtenfabriek, eentje in een boerderij aan de Bosschestraat en een in een sporthal aan de Troelstrastraat. Naast de tentoonstelling is er ook een gedenkboek. Karmelieten die ooit in Oss hebben gewoond, gestudeerd of gewerkt delen in dit boek hun dierbare, soms persoonlijke, herinneringen aan die tijd. Ook staat er een unieke bijdrage in van waarschijnlijk de bekendste karmeliet: Titus Brandsma. “Dat moest ik wel wat inkorten”, grapt Johan Wagemakers die verantwoordelijk is voor het boek. 125 jaar karmelieten in Oss is tot en met 9 november te zien in het Stadsarchief in de Peperstraat. Ook op het gemeentehuis is vanaf maandag een expositie te zien. Deze is meer gericht op Titus Brandsma. Dit omdat de karmelietenpater op 6 november tot ereburger wordt benoemd.
Karmelieten na 125 jaar nog altijd zichtbaar in Oss OSS - De karmelieten vieren dat ze al 125 jaar in Oss actief zijn: onlangs zag een persoonlijk getint gedenkboek het licht, in het Stadsarchief loopt een expositie en volgende week wordt Oss’ bekendste karmeliet, Titus Brandsma, ereburger van de stad. Nog altijd zijn her en der in Oss delen van de erfenis van de orde van de karmelieten zichtbaar. Of het nu gaat om religieus erfgoed of om sociaal maatschappelijke ‘erfstukken’, wie goed om zich heen kijkt, ziet dat de karmelieten in die 125 jaar niet alleen voor gebed naar Oss kwamen. Want ook al viel de prachtige paterskerk aan de Molenstraat decennia geleden aan de slopershamer ten prooi, het TBL, het voormalige klooster aan de Verdistraat en de vroegere Scheppingskerk staan er nog steeds. Weliswaar kreeg menig gebouw een nieuwe bestemming, maar ze overleefden. Bovendien is de nieuwgevormde Titus Brandsmaparochie, bezuiden de spoorlijn, een levendig centrum van geloof en spiritualiteit.
26 |
Titus Brandsma is nu officieel ereburger van Oss OSS - Titus Brandsma is vrijdagmiddag postuum benoemd tot ereburger van Oss. De uitreiking van de oorkonde vond plaats bij een geschilderd portret van de in 1942 overleden pater. Burgemeester Wobine Buijs wees in haar speech onder meer op de betekenis van Titus Brandsma voor Oss en op zijn strijd voor de vrijheid van meningsuiting. "Betere argumenten om iemand ereburger te maken vind je zelden”. Buijs overhandigde een oorkonde aan pater Jan Brouns, prior provinciaal van de Karmelieten in Nederland. Die orde viert dit jaar dat ze 125 jaar actief is in Oss. Samen onthulden ze een plakkaat, dat bij het beeld van Titus Brandsma voor 'zijn' school, het TBL, wordt geplaatst.
Pater Titus Brandsma benoemd tot ereburger van Oss OSS - Pater Titus Brandsma is uitgeroepen tot ereburger van de stad. Precies 125 jaar geleden kwam zijn orde, de Karmelieten, naar Oss. Brandsma heeft zich hard gemaakt voor de vrijheid van meningsuiting, de persvrijheid en het onderwijs. Titus Brandsma was verantwoordelijk voor het oprichten van de gymnasiumafdeling van het Titus Brandsmalyceum. Titus Brandsma heeft in Oss onder meer een bibliotheek en een school opgericht, het Titus Brandsmalyceum. Voor de school staat een beeld om hem te eren. Belangrijk voor Oss En nu is hij dus ook benoemd tot ereburger van Oss. Burgemeester Wobine Buijs-Glaudemans reikte een oorkonde uit aan pater Brouns, prior provinciaal van de Karmelieten in Nederland. Daarmee is Brandsma officieel benoemd tot ereburger. Burgemeester Buijs-Glaudemans: "Hij was belangrijk voor Oss. Brandsma heeft hier gestudeerd en is hier begonnen aan zijn professionele leven. Hij heeft er in zijn leven voor gezorgd dat het goed gaat met anderen." Terechte eer Johan Wagemakers van Karmelkring Oss heeft zich hard gemaakt voor zijn benoeming. "Hij heeft heel veel gedaan voor de bevolking van Oss. Hij heeft gewerkt voor het onderwijs en een bibliotheek. En hij heeft zich ingezet voor betere arbeidsvoorwaarden voor de pers. Uiteindelijk is hij in de oorlog omgebracht vanwege zijn verzetsdaden.” Wagemakers is blij dat Titus Brandsma nu eindelijk ereburger is. "Het is terecht dat hij deze hele bijzondere eer heeft gekregen." | 27