1 november 2002 Beste allemaal. Ondertussen al meer dan 6 weken in Vietnam; ik begin nu een beetje te wennen aan het leven hier, de nieuwigheid is er vanaf. Dat betekent ook dat ik wat meer tijd begin te krijgen voor mezelf en om eens een beetje een beeld te schetsen van mijn ervaringen in Vietnam. Het is een hele lap tekst, print ´m uit of lees ervan wat je leuk vindt. Helaas is het onbegonnen werk om 'm persoonlijk aan iedereen te richten, vandaar het gehele verhaal voor mijzelf en iedereen.
REIS(BEGE)LEIDERSCHAP Wat m'n 'werk' inhoudt wordt natuurlijk erg beïnvloed door de groep. Had ik hiervoor nog een grote groep van 19 mensen met daarin 9 alleenreizenden, nu is het totaal anders. Dit keer bestaat m'n groepje uit 3 'clubjes' van 4, 2 en 3 mensen. De eerste groep was meer van overal stoppen, overal foto's, 's avonds naar de bar. De huidige groep is wat minder uitgaanderig en met name meer koperig. (Jezus, volgens mij moet ik binnenkort een extra bus regelen voor de extra bagage. Alles wordt gekocht hier. Horloges, kunst, Kunst en vooral veel kleding. Er is gisteren een megaorder geplaatst bij de locale kleermaker: 30 overhemden?). Daarentegen eet de huidige groep praktisch elke avond samen. Voor elke avond heb ik nl een suggestie voor het eten, meestal gaat iedereen mee. Lekker makkelijk. Hoe dan ook: met deze groep heb ik door het een en ander meer tijd over. Heb al een heel boek uitgelezen na een week. Terwijl ik bij de vorige groep hier vier weken voor nodig had? M´n dagelijkse werk bestaat uit: zorgen dat de kamers ok zijn, zorgen dat het vervoer geregeld is, tijdens lange reizen de stops/sights inplannen, leuke restaurants zoeken en het ter plaatse regelen van excursies, maar vooral ook: 'zullen we gaan' , 'zullen we even pauzeren', 'zullen we dat gaan doen' en dergelijke. Veelal zijn er suggesties in mijn instructies van te vinden. Maar daarnaast is er natuurlijk ruimte voor je eigen ideeën. Ik heb zelf bijvoorbeeld een brommertocht georganiseerd waarbij iedereen zelf reed (hartstikke stoer) en natuurlijk probeer ik weer te gaan snorkelen en duiken met deze groep. ETEN Het eten is over het algemeen ontzettend goed en lekker. Toch is het op een of andere manier niet helemaal ?mijn ding?. Ik vind het lekker als hapje, maar heb maar zelden het idee dat ik een echte maaltijd op heb. Er zit ook maar ontzettend weinig vet in het eten hier natuurlijk. De eerste weken waren dan ook een aanslag op mijn eigen vetreserves; ik heb dit nu tot een halt weten te roepen door meer pancakes en fruitshakes te bestellen. Beide naast het stokbroodje met smeerkaas door Vietnam geïmporteerde locale specialiteiten. Naast echte locale specialiteiten als gebraden hond. Daarnaast is het eten soms ook een echte 'experience': zoals bijvoorbeeld de keer dat we met de groep kip bestellen. 3 Meter naast onze tafel wordt een kip bij zijn poten gegrepen (de meest trage, de rest van de kippen zag de bui al hangen?) en werd voor onze ogen de nek doorgesneden en geplukt. Gegarandeerd vers... hoewel de meesten niet zo'n zin meer hadden. Of die keer dat we een onbestemd soort vlees in onze soep hadden en na enkele happen aan de reisleider (alwetend, althans volgens sommige reizigers) wordt gevraagd wat dit is. Ik maak als grap de opmerking dat dit hond is en meteen is de groep
enthousiast. Ze eten niks meer van de soep nu, maar ze hebben het ondertussen wel al geproefd! Wat een verhaal voor thuis! Tsja. Ga je dan als reisleider deze illusie nog verbreken? ILLUSIES Over illusies gesproken: voor een groot deel is het leven voor een toerist hier een illusie. Iedereen vindt je aardig, ieder vindt je knap en wil met je trouwen, iedereen wil met je praten en er wordt voortdurend naar je gezwaaid. Vaak met maar 1 doel: dat ene setje kaarten aan je verkopen voor 1 dollar. Of extra geld van je vangen. Of een poot uit te draaien. Iedereen maakt het wel een keer mee: dat je je gewoon ontzettend genaaid voelt. Ik heb hier reizigers soms ook echt woest zien reageren. En dan gaat het natuurlijk niet om die ene dollar. Het is de doorgeprikte illusie dat hier alles alleen maar leuk en aardig is, wat je frustreert. De jongen die op de ene hoek van de straat vraagt om een euro-munt voor zijn verzameling, verkoopt nl. stapels euromunten voor Vietnamees geld aan de andere kant van de straat. Toch is de doorgeschoten commercie wel begrijpelijk. Stel je voor: de gemiddelde toerist heeft in z'n achterzak meer dan een maandsalaris van het gemiddelde inkomen hier op straat? HEILIGE KOE De heilige koe van Vietnam is absoluut de brommer, hoewel 100CC in Nederland al een motor genoemd wordt, geloof ik. Met name de Honda is het helemaal. Met als gevolg dat er natuurlijk ontzettend veel namaak is, zoals met alle a-merken in Vietnam. Honga Team (vs Honda Dream), Hongi en ga zo maar door. Met de brommers kun je trouwens ook alles. Dagje uit met het gezin (5 man op 1 brommer) voor veevervoer (3 varkens achterop; er is zelf een brommer gespot met een waterbuffelkalf achterop) of als taxi (toeristje achterop) alles is hier mogelijk. Vorige week nog heb ik 8 brommers gechartered via het hotel. Wat blijkt de volgende dag: alle brommers zijn van het personeel: ze verhuren graag hun eigen brommer voor een dagje. Meer dan een dagje moet je ze trouwens ook niet huren hier. Gemiddeld moet er elke dag namelijk weer wat worden bijgesleuteld. Een brommer huur je hier overigens overal. Meestal zonder iets achter te laten als een rijbewijs o.i.d. en zonder vooruitbetaling. Over vertrouwen gesproken? STAPPEN MET Mo, Ngoc en Henh De dag dat ik afscheid heb genomen van mijn 2e groep, wordt ik door Ngoc, de eigenaresse van mijn stamkroeg in Ho Chi Minh city uitgenodigd om mee te gaan stappen in de locale yuppentent (voornamelijk buitenlanders en dure Vietnamezen en minder dure vietnamezen die een centje bijverdienen en eigenlijk dus ook duur zijn) van HCM city. Gezellig met z'n vieren. Ah, denk ik, lekker hin-ein-interpretierend, gezellig met Marc, haar Nederlandse vriend. Maar als ik 's avonds kom en in de taxi stap, springen er 3 vietnameze dames bij me in de auto: het hele personeel van het restaurant gaat mee. Shit, shit, shit, is mijn eerste reactie, ben ik er weer ingetuind. Vietnamezen kunnen nl nog wel eens zichzelf uitnodigen, voor je het weet zit je in een restaurant en ben JIJ (de rijke westerling natuurlijk) degene die alles mag betalen. En nu gaan we dus naar de duurste dancing... Maar, dit vooroordeel bleek al gauw geheel onterecht. Integendeel, ik was de gast van Ngoc. Een hele leuke avond met een bijzondere ervaring. Ngoc is namelijk communicatief ontzettend sterk, maar ook doof. Met gebaren en doen is ze tijdens de avond (we troffen nog 4 bekende fransen) HET middelpunt van het geprek. Heel bijzonder om te zien. Ook bijzonder om met haar te dansen (goed!). Op buikgevoel, want de bas van de muziek hoort ze niet, maar voelt ze wel...
NAAR CAMBODJA Nou na al dat harde werken als reisleider had ik dan eindelijk ook een week vakantie. En dus ben ik maar voor een weekje naar Cambodja gegaan. Samen met Klaus, een Deen, die ik al twee maanden her en der in Vietnam tegenkom, nemen we een bus tot aan de grens en een nieuwe bus voorbij de grens en ik krijg zodoende meteen mijn eerste indrukken: slechte wegen. He-le slechte wegen dus. En gefrituurde spinnen onderweg bij een koffiestop. Het formaat van de verkochte 'suikerspin' was in ieder geval voldoende groot om blij te zijn dat ze gefrituurd waren (en niet levend)... Onderweg ook al aardig wat kunnen zien van het land. Je kunt goed zien dat men hier armer is. Veel blote kindertjes overal. Daarnaast is het land grover, ruiger, minder gecultiveerd dan in Vietnam. Opvallend dat de mensen meteen zo anders zijn: veel donkerder, steviger gebouwd en wat stugger in de contacten. Ook zijn ze wat minder commercieel, de prijzen liggen vaker vast dan in Vietnam, waar ze nogaleens uitproberen hoe stom je bent. Het paradoxale is dat de prijzen in Cambodja daardoor ook wat hoger liggen. Bovendien zoeken ze naar andere methoden dan onderhandelen om extra te verdienen. Bekend was mij al dat veel restaurants aparte menu’s hanteren voor buitenlanders, maar nieuw was om te ontdekken dat ze ook voor de toeristen verschillende menu's (lees prijzen) hanteren. Amerikanen en Japanners betalen gewoon wat meer. Eenmaal in Pnom Penn hebben we brommers gehuurd, dat wordt ondertussen een leuke gewoonte en ik amuseer me steeds weer meer op de heilige koe van Vietnam en Cambodja. Door het gekrioel van de stad, door de modder of op de vele boekelpistes, het is gewoon geweldig om te doen. Een opmerkelijk advies kregen we bij het huren van de tweewieler: als de politie op de hoek van de straat je probeert te stoppen, doe dan gewoon alsof je niks ziet en blijf gewoon rijden. Het is namelijk een gewoonte hier om als ambtenaar wat bij te verdienen. En ja, het werkt! Nadat we gefloten worden rijden we met een stomme blik van wij zijn blond (voor Klaus wat makkelijker dan voor mij) gewoon door. We worden niet aangehouden! Dat moet ik ook eens in Nederland proberen... In Pnom Penn hebben we een drievoudige kennismaking met het Rode Khmer drama van Cambodja: Het Genocide museum, de killing fields bezocht en de film de Killing Fields bekeken. Dat is 3 keer een keiharde confrontatie met wat er zich hier heeft afgespeeld, en dat nog geen 30 jaar geleden... De dag daarna tijdens de busreis naar Siem Reap, ontdek ik dat het toch nog echt erger kan met de wegen. In een locale bus van het type 'weggooien is zonde' ondergaan we de Ultimate Road Experience in net te kleine stoelen op de achterste rij van de bus. Regelmatig hebben we het plafond afgestoft met het haar op ons hoofd (wederom was dit makkelijker voor Klaus dan voor mij). Zonder overdrijven: het plafond zat 35 cm boven ons hoofd en sprongen van 30 cm waren heel gewoon. Maar opvallend hoe snel je je aanpast. De sprongen werden steeds gracieuzer en na verloop van tijd ging het gesprek gewoon ongestoord door terwijl het niveau van de conversatie gemakkelijk met decimeters varieerde. Desalnietemin komen we redelijk gebroken aan in Siem Raep, waar De Grote Attractie van Cambodja op ons wacht: de tempels van Ankhor, een meer dan 1000 jaar oude 'stad' van tempels, half opgegeten door de jungle. We zijn twee dagen van zonsopgang tot zonsondergang bezig geweest ala Indiana Jones, en hebben werkelijk spectaculaire beelden gescoord! COPY COPY
Alles wordt in Vietnam gekopieerd. CDs koop je dan ook overal voor nog geen euro per stuk. En allerlei boeken natuurlijk. Netjes gekopieerd en gebonden. Laatst een unieke versie van de lonely planet ontdekt, met een publicatiedatum in de toekomst! De gids zelf is helaas al twee drukken oud, maar de kopieerders hebben ontdekt, dat de potentiële kopers met name naar de publicatiedatum kijken. Pragmatisch en commercieel als ze zijn: een nieuwe datum dus. Eentje die lang vooruit kan. Je blijft lachen in dit land... 18 december 2003 MASSA BOEM BOEM Vanavond heb ik wel een 'massa' verdiend, vind ik. De derde groep is zojuist vertrokken en voor het eerst ben ik blij dat een groep weer weg is. Met 'massa' bedoel ik gewoon massage en zeker geen 'massa boem boem'. Omdat de grens in Vietnam wat dit betreft toch vaak vaag is, ga ik naar de massa salon van mijn budget-hotel. Hier hangen namelijk strikte regels voor de massameisjes EN gasten aan de muur. Allereerst mag ik 10 minuten in de sauna. De sauna blijkt een houten douchecel met een brandkraan, een grote metalen buis die uitmondt in een bakje met kruiden, en een plastic stoeltje waar je onder geen beding met blote kont op wil zitten. Maar goed, eenmaal in naakte startpositie draai ik de kraan open en wordt er stoom de cabine in geblazen. Terwijl de lucht om me heen langzaam mistig wordt, bereiken de geuren van de kruiden mij. Lekker ruikt het! Tot ik mij realiseer dat dit 'lekker' is in een geheel andere context. De geur lijkt namelijk verdacht veel op prei, ui en tomaat... Conform een beetje geoefende soepkip probeer ik mij toch te ontspannen en 10 minuten later onderwerp ik mij aan het gebruikelijke knijp en breekwerk van het massa-meisje. Hoewel ze gevaarlijk lang mijn dijen masseert, houden we ons netjes aan de regels en een klein uur later verlaat ik ontspannen en rozig de salon op weg naar m'n volgende date. We eten vanavond in mijn favoriete balkon-restaurant. Hier tref ik vaak bekenden, veelal engelse leraren of andere low budget in Vietnam levende buitenlanders. Vanavond heb ik afgesproken met een collega-reisbegeleider die ook net haar groep heeft uitgezwaaid. We roddelen gezellig tot laat in de avond en worden slechts onderbroken door de restaurant eigenaresse die ons een kadootje aanbiedt omdat we naar Nederland gaan. HUNG 'Wat verdien je per maand?', vroeg ik gisteren aan de jongen achter de receptie. In Nederland zou dit misschien niet netjes zijn, maar in Vietnam is het een heel gewoon onderwerp en ik heb geleerd er even luchtig mee om te gaan. '650.000 Dong, ongeveer 45 dollar', antwoorde Hung, ' maar ik heb toch wel 2 miljoen nodig'. Hung werkt daarom daarnaast ook in de fabriek van z'n ouders, een meubelmakerij. Een afspraak was snel gemaakt en vandaag stap ik na werktijd achter op de brommer. Terwijl we ons door het spitsverkeer met honderden brommers -het is zondag- manouvreren richting buitenwijk, kletsen we ons gezellig door het standaard lijstje van elk gesprek. Hung is 31 jaar, komt uit Hanoi en woont bij zijn broers. Nee, hij is nog niet getrouwd en ja, hij heeft wél een vriendinnetje. Nadat we voor mij hetzelfde lijstje hebben doorgenomen stelt hij voor: 'na de fabriek gaan we Bia Hoi drinken!'. Dat is een prima idee, het drinken van lokale, zelfgebrouwen bier voor 10 eurocent per glas is altijd een gezellige aangelegenheid. Na de ronde door de fabriek, de kennismaking met zijn familie en het gebruikelijke kopje thee, stappen we even later met de jongere broer van Hung weer op de brommer en gaan we naar de lokale uitgaansbuurt. Even later nemen we plaats op de blauwe plastic kinderstoeltjes. Ik word getrakteerd -geen spráke van dat ik betaal- op achtereenvolgens
gebrande pinda's, gekookte pinda's en een interessant pakketje van bananenblad. De inhoud ervan smaakt als ham, maar navraag leert dat het Porc Skin is. Ik slik even door en richt m’n aandacht weer op de gekookte pinda's. 'waarom werk je voor zo weinig in het hotel als je bij je ouders veel meer kunt verdienen?',wil ik weten. Het antwoord is eenvoudig: zijn ouders willen dat. Het hotel is staatseigendom en dat betekent een stabiele baan voor hun zoon. De ouders hebben wel meer te vertellen. 'Een oudgezegde hier is: you can divorce your wife, but you cannot change your parents", leer ik. Opeens moeten we opschieten. 'Om half acht is Vietnam-Cambodja op tv". voetbal. Met de geschiedenis van de twee landen in gedachten, moet dit zoiets zijn als NederlandDuitsland, vermoed ik. We springen dus weer op de brommer. Terwijl we vrolijk toeren door de buitenwijken van de stad, realiseer ik me hoe bijzonder de beelden eigelijk zijn die ik ondertussen gewoon begin te vinden. 4 mensen op 1 brommer bijvoorbeeld. Of de vrolijk omhoogwijzende staart van een halve hond met een goudbruin gebakken korstje. Ik heb nog een doos nodig om mijn marmeren wasbak in te verschepen. We maken daarom nog een korte stop bij een winkel die dozen verkoopt die eerder dienst hebben gedaan als verpakking van bijvoorbeeld zakken chips. Daarna wordt ik afgezet bij mijn hotel. Terwijl ik de ongelijke trap naar boven beklim realiseer ik me dat ik weinig heb gedaan vandaag. Een gewone dag eigenlijk, maar o zo bijzonder.