1 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Kengetallen in de Bouw
2 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Inhoudsopgave
3 1 Inleiding
4 18 21 2 De kengetallen
2.1 Algemeen
3 Managen van projecten is cruciale factor 4
2.2 Kengetallen Bouwbedrijven 5 2.3 Kengetallen Ingenieursbureaus 9 2.4 Kengetallen Installatiebedrijven 13 2.5 Begrippenlijst
17
4 Overige KPMG Publicaties
Over KPMG
22
Contact informatie
23
3 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
1 Inleiding De Nederlandse bouw is in transitie. Aannemers, installateurs en ingenieurs lijken te wennen aan de lagere bouwvolumes en spelen in op veranderde eisen van de markt. Het kan ook niet anders. In 2012 gingen elke maand gemiddeld minstens 150 bouwbedrijven failliet en in 2013 lijkt deze trend zich nog scherper voort te zetten. De aanpassing van capaciteit is even pijnlijk als noodzakelijk. Oude bouwvolumes komen in dezelfde vorm en omvang niet meer terug. Euroconstruct heeft voor 2013 haar al sombere prognose negatief bijgesteld en verwacht voor 2014 en 2015 een nog verdere daling. Dit pessimisme over de toekomst heeft meerdere oorzaken (financiële/economische crisis Eurozone, gering binnenlands consumentenvertrouwen, pensioendiscussies, werkloosheid, etc.). Nederland heeft een open economie en is sterk afhankelijk van de groei van de wereldhandel. De eerste tekenen van enig herstel in de Eurozone zijn zichtbaar, met name de Duitse economie groeit. Naar aanleiding van deze groei in de buurlanden kan Nederland de hoop koesteren dat het einde van de recessie nu echt nabij is. Het is echter wel de verwachting dat sprake zal zijn van een nieuwe realiteit. Gelukkig zijn er voor de bouw in Nederland nog opgaven genoeg. De woningvoorraad moet aangepast worden aan de ontwikkeling naar meer zorg op maat aan huis. Er is behoefte aan duurdere huurwoningen en goedkopere koopwoningen. Daarnaast brengen leegstand, vergrijzing, verstedelijking en verduurzaming vele kansen voor de sector met zich mee. Het geld hiervoor zal alleen op nieuwe plaatsen worden gezocht. Overheden, banken en huishoudens hebben ten opzichte van hun bezit te veel schuld. Om die reden wordt er gespaard en nog niet uitgegeven. De financier moet derhalve uit een andere hoek komen, waarbij coalities met eigenaren, exploitanten, gebruikers en bouwpartijen kunnen worden gesmeed. Dit vraagt een meer proactieve benadering van de bouwopgaven, het vermogen om gelijkwaardig samen te werken met partners en om met prestatieafspraken te werken.
Ó
In deze editie van ‘Kengetallen in de Bouw’ van KPMG zetten wij de belangrijkste financiële resultaten van de grootste partijen in de sector op een rij. De overzichten weerspiegelen de uitdagende markt. De uiterst dunne marges van met name de construc-
terug naar inhoudsopgave
teurs laten zien hoe heftig de marktomstandigheden zijn. Ten opzichte van de publicatie van vorig jaar is de samenstelling van de ranglijsten gewijzigd. Plegt-Vos Bouwgroep, Trebbe Groep en M.J. de Nijs en Zonen zijn dit jaar niet opgenomen. Hiervoor in plaats zijn gekomen: Aan de Stegge Verenigde Bedrijven, Strukton en A. Hakpark. Daarnaast hebben Haskoning en DHV Holding in 2012 hun activiteiten gezamenlijk voortgezet als Royal HaskoningDHV. Deze wijzigingen hebben geresulteerd in een representatieve weergave van de leidende bouwbedrijven, ingenieurs en installateurs over 2012. Managen van projecten is cruciale factor Juist omdat de marges branchebreed zo onder druk staan hebben we ervoor gekozen in deze uitgave aandacht te besteden aan het managen van projecten. Ook bij goed lopende ondernemingen kan het zwaar bevochten resultaat volledig vervliegen door één of twee projecten die uit het budget lopen. Met medewerking van de TU Delft en diverse direct betrokken marktpartijen hebben wij onderzoek gedaan naar de achtergronden van dergelijke plannings- en budget overschrijdingen bij bouwprojecten. Hierbij zijn we niet alleen op zoek gegaan naar de oorzaken, maar vooral naar de indicatoren die vroegtijdig kunnen wijzen op mogelijke overschrijdingen later in het proces. De bouw is voor KPMG een belangrijke sector. Niet alleen in goede, maar ook in zwaardere marktomstandigheden zijn en blijven wij uw partner met audit en advieswerkzaamheden. Indien u daar prijs op stelt komen wij naar aanleiding van deze publicatie graag bij u langs om onze inzichten met u te bespreken. Johan van Hoof Segmentleider Building & Construction
4 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
2 De kengetallen 2.1 Algemeen Van de grootste ondernemingen in de bouwsector hebben we de ‘Kengetallen in de Bouw’ op een rij gezet. Deze kengetallen zijn herleid uit de gepubliceerde jaarcijfers over 2012, 2011 en 2010. De kengetallen bevatten de financiële cijfers van de 15 bouwondernemingen, 5 ingenieursbureaus en 5 installatiebedrijven die zich het grootst mogen noemen in Nederland. De bedrijven zijn geselecteerd op basis van de hoogte van de bedrijfsop-brengsten over 2012. Binnen deze groepen zijn er organisaties die rapporteren volgens IFRS en Dutch GAAP. Als in enig jaar een stelselwijziging of andere wijziging is doorgevoerd waarvan de impact in de vergelijkende cijfers is verwerkt, dan zijn in deze publicatie de aangepaste vergelijkende cijfers opgenomen. We realiseren ons dat de betrokken organisaties in verschillende deelsegmenten met verschillende producten en diensten actief zijn. Daarnaast hebben in 2012, 2011 en 2010 enkele fusies plaatsgevonden, waaronder bijvoorbeeld Strukton/Oranjewoud en Haskoning/DHV. Dit heeft, gecombineerd met het verschil in verslagleggingregels, vanzelfsprekend invloed op de vergelijkbaarheid van de cijfers. We zijn desalniettemin van mening dat de overzichten waardevolle benchmarkgegevens bieden en nuttig kunnen zijn bij het stellen van eigen verbeterambities. Bouwbedrijven Het is wellicht niet verrassend dat dit jaar de kengetallen in de bouw flink worden beïnvloed door bijzondere waardeverminderingen. Met een omvang van circa 731 miljoen euro zijn de waardeverminderingen bij de grootste bouwbedrijven in 2012 aanzienlijk gestegen ten opzichte van 2011 (45 miljoen) en 2010 (235 miljoen). Maar liefst 11 van de 15 bedrijven moesten in het afgelopen jaar in hun jaarrekening een bijzondere waardevermindering erkennen. Met name door deze verliezen is het gezamenlijke nettoresultaat fors gedaald. In 2012 is het gezamenlijke nettoresultaat van de bouwbedrijven 33 miljoen negatief, waar in 2011 en 2010 respectievelijk 683 en 634 miljoen winst werd behaald.
Ó
Dat deze verliezen worden genomen wil niet zeggen dat de bouw op alle vlakken in een neerwaartse spiraal zit, zo blijven de bedrijfsopbrengsten en de orderportefeuilles in lijn met voorgaande jaren. De solvabiliteit van de bouwbedrijven daalt gemiddeld gezien wel, maar deze daling kan niet als drastisch worden aangemerkt. Interessant om te melden is terug naar inhoudsopgave
de impact van bijzondere waardeverminderingen op de jaarcijfers. Als deze verliezen buiten het nettoresultaat worden gehouden dan vertoont dit nettoresultaat slechts een beperkte daling over de afgelopen drie jaren. Ingenieursbureaus De kengetallen van de ingenieurs laten stabiliteit zien. Het nettoresultaat van de sector is nagenoeg gelijk gebleven aan voorgaande jaren en de solvabiliteitspositie van de bedrijven is licht versterkt. De marges staan echter wel onder druk. Het gezamenlijke resultaat van de ingenieurs blijft intact ondanks stijgende bedrijfsopbrengsten. Desondanks kan men spreken over een sector die ogenschijnlijk goed overeind blijft in economisch uitdagende jaren. Installatiebedrijven Bij de installateurs drukt Imtech haar stempel op de kengetallen in 2012. Het bedrijf laat het hoogste nettoverlies zien van alle in deze publicatie opgenomen bedrijven. Als gevolg hiervan is het bedrijf ook aanzienlijk minder solvabel geworden. De dieprode cijfers komen bij Imtech met name door de afboekingen naar aanleiding van de onregelmatigheden die hebben plaatsgevonden in Duitsland en Polen. De overige installateurs vertonen evenwichtigere cijfers, de marges van deze vier bedrijven zijn echter wel flinterdun met een nettoresultaat in percentage van de bedrijfsopbrengsten van slechts 1 procent in 2012.
5 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
2.2 Kengetallen Bouwbedrijven Bedrijfsomvang De totale bedrijfsopbrengsten van de vijftien bouwbedrijven zijn in 2012 met 27,8 miljard euro nagenoeg gelijk gebleven aan die van 2011. Vergeleken met de opbrengsten van 2010 zien we echter wel een positieve ontwikkeling in de bedrijfsopbrengsten, namelijk een stijging van 1,2 miljard euro. Koninklijke BAM Groep is net als in voorgaande jaren het grootste bouwbedrijf met een aandeel van 26,6% in de totale bedrijfsopbrengsten.
Van de vijftien bouwbedrijven geven de grootste tien cijfermatige informatie weer over de omvang van hun orderportefeuille. De totale orderportefeuille van deze bedrijven is met 0,4 miljard euro gestegen van 32,1 miljard euro naar 32,5 miljard euro in 2012 (2010: 34,2 miljard euro). In 2012 is de orderportefeuille ten opzichte van de bedrijfsopbrengsten 126% (2011: 124%, 2010: 138%).
Koninklijke Boskalis Westminster toont met circa 285 miljoen euro de grootste absolute groei van bedrijfsopbrengsten in 2012. Koninklijke BAM Groep is de grootste daler, met circa 293 miljoen euro minder bedrijfsopbrengsten in 2012 dan in 2011.
Het aantal medewerkers dat in 2012 werkzaam is bij de in deze publicatie genoemde bouwbedrijven bedraagt 96.873 (2011: 96.959, 2010: 100.672). Acht bedrijven drukken dit aantal uit in FTE’s, zeven bedrijven doen dit niet.
IFRS Bedrijfsomvang
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
Koninklijke BAM Groep
7.404.283
7.697.427
7.400.809
6.664.420
7.218.078
7.133.847
23.188
23.702
26.840 11.000.000 10.400.000 12.100.000
2010
2012
2011
149%
135%
163%
Koninklijke Volker Wessels Stevin
4.892.250
4.712.510
4.185.164
3.320.136
3.578.769
3.447.341
15.308
15.996
16.551
5.462.000
5.484.000
5.128.000
112%
116%
123%
Koninklijke Boskalis Westminster
3.095.322
2.809.817
2.712.728
4.888.771
4.673.670
4.315.253
15.653
13.935
13.832
4.106.000
3.489.000
3.248.000
133%
124%
120%
Heijmans
2.317.659
2.361.337
2.284.959
1.386.224
1.553.556
1.620.404
8.242
8.384
8.839
2.026.000
2.192.000
2.188.000
87%
93%
96%
Strukton
1.354.293
1.317.976
1.437.475
855.773
803.486
968.181
5.873
5.906
6.159
1.946.000
1.985.000
2.065.000
144%
151%
144%
Ballast Nedam
1.300.000
1.388.000
1.365.000
886.000
941.000
1.084.000
3.859
3.929
3.841
1.761.000
1.950.000
1.841.000
135%
140%
135%
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Bedrijfsomvang
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
TBI Holdings
2.121.639
2.171.952
2.023.851
763.451
793.894
738.304
8.216
8.498
8.736
1.916.000
2.394.000
2.796.000
90%
110%
138%
Van Oord
1.676.395
1.714.960
1.578.347
2.411.950
2.229.666
2.016.893
4.830
4.869
4.282
1.924.000
1.694.000
1.856.000
115%
99%
118%
Dura Vermeer
1.023.973
1.164.351
1.101.134
485.340
530.596
508.590
2.646
2.763
2.816
1.579.000
1.593.000
1.844.000
154%
137%
167%
Van Wijnen Holding
632.676
620.836
659.037
326.815
339.585
317.619
1.604
1.605
1.639
827.000
950.000
1.156.000
131%
153%
175%
Aan de Stegge Verenigde Bedrijven
446.034
510.910
451.639
154.251
197.958
213.355
992
1.083
1.120
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Joh. Mourik & Co. Holding
475.285
415.731
409.133
329.033
328.284
303.501
2.200
2.027
1.996
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
A. Hakpark
407.366
418.851
371.753
318.708
286.013
242.860
2.145
2.065
1.708
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Janssen De Jong
338.165
354.928
371.112
212.704
235.986
238.537
1.323
1.395
1.494
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Hurks Groep
300.160
264.783
220.890
164.771
152.347
129.375
794
802
819
n.b.
n.b
n.b.
n.b.
n.b
n.b.
* x EUR 1.000
6 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Winstgevendheid Het nettoresultaat van de vijftien geselecteerde bedrijven is fors gedaald naar 33 miljoen euro negatief. In 2011 en 2010 was de nettowinst respectievelijk circa 683 en 634 miljoen euro. In 2012 is bij twaalf van de vijftien bouwbedrijven sprake van een daling in het nettoresultaat. Deze resultaten zijn beïnvloed door bijzondere waardeverminderingen op activa die met name in 2012 zijn genomen.
Bij vijf bouwbedrijven wordt in 2012 een negatief nettoresultaat gerapporteerd (som van 458 miljoen euro negatief). Koninklijke BAM Groep laat met een negatief nettoresultaat van bijna 187 miljoen euro het hoogste verlies zien. Koninklijke Boskalis Westminster laat, net als in 2011 en 2010, zowel de hoogste nettowinst (circa 253 miljoen euro) als het hoogste nettoresultaat in percentage van de bedrijfsopbrengsten (8,18%) zien.
IFRS Winstgevendheid
Koninklijke BAM Groep
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
-140.596
285.373
104.791
-1,90%
3,71%
1,42%
-229.535
182.035
-798
-3,10%
2,36%
-0,01%
-186.908
127.727
18.366
-2,52%
1,66%
0,25%
Koninklijke Volker Wessels Stevin
-77.381
152.865
186.640
-1,58%
3,24%
4,46%
-140.802
90.019
107.201
-2,88%
1,91%
2,56%
-122.772
81.161
87.516
-2,51%
1,72%
2,09%
Koninklijke Boskalis Westminster
564.321
586.070
637.718
18,23%
20,86%
23,51%
337.109
356.113
426.843
10,89%
12,67%
15,73%
253.127
261.010
312.882
8,18%
9,29%
11,53%
Heijmans
-61.520
-4.736
70.807
-2,65%
-0,20%
3,10%
-88.403
-35.221
36.500
-3,81%
-1,49%
1,60%
-89.295
-37.620
15.674
-3,85%
-1,59%
0,58%
Strukton
45.063
51.290
24.344
3,33%
3,89%
1,69%
19.241
26.449
-3.733
1,42%
2,01%
-0,26%
18.212
14.362
-15.486
1,34%
1,09%
-1,08%
Ballast Nedam
-8.000
45.000
44.000
-0,62%
3,24%
3,22%
-31.000
19.000
18.000
-2,38%
1,37%
1,32%
-41.000
9.000
7.000
-3,15%
0,65%
0,51%
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Winstgevendheid
TBI Holdings Van Oord
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
36.273
53.835
-14.572
1,71%
2,48%
-0,72%
11.412
27.806
-41.857
0,54%
1,28%
-2,07%
5.800
24.221
-33.611
0,27%
1,12%
-1,66%
265.459
287.366
289.017
15,84%
16,76%
18,31%
138.124
173.519
173.546
8,24%
10,12%
11,00%
98.396
117.922
165.152
5,87%
6,88%
10,46%
Dura Vermeer
11.684
27.047
12.131
1,14%
2,32%
1,10%
-374
16.985
2.387
-0,04%
1,46%
0,22%
3.332
13.260
2.198
0,33%
1,14%
0,20%
Van Wijnen Holding
19.280
24.842
29.003
3,05%
4,00%
4,40%
12.108
17.696
20.712
1,91%
2,85%
3,14%
3.824
8.228
10.456
0,60%
1,33%
1,59%
3.298
4.196
3.516
0,74%
0,82%
0,78%
-17.658
17.809
10.114
-3,96%
3,49%
2,24%
-18.293
19.841
10.208
-4,10%
3,88%
2,26%
Joh. Mourik & Co. Holding
Aan de Stegge Verenigde Bedrijven
37.545
37.600
34.068
7,90%
9,04%
8,33%
17.552
17.397
16.415
3,69%
4,18%
4,01%
14.391
12.233
12.399
3,03%
2,94%
3,03%
A. Hakpark
34.566
38.102
44.179
8,49%
9,10%
11,88%
17.639
22.444
31.244
4,33%
5,36%
8,40%
11.380
14.999
21.862
2,79%
3,58%
5,88%
Janssen De Jong
-14.165
18.071
22.793
-4,19%
5,09%
6,14%
-21.287
10.837
14.725
-6,29%
3,05%
3,97%
14.277
7.310
11.025
4,22%
2,06%
2,97%
6.538
14.511
14.034
2,18%
5,48%
6,35%
2.678
11.011
10.863
0,89%
4,16%
4,92%
2.570
9.303
8.442
0,86%
3,51%
3,82%
Hurks Groep
* x EUR 1.000
7 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Soliditeit De gemiddelde solvabiliteit van de bouwbedrijven is in 2012 0,29. Daarmee is de solvabiliteit licht gedaald ten opzichte van 2011 en 2010 (beide 0,31).
De current ratio is in 2012 gemiddeld genomen 1,14. Daarmee is deze licht gedaald ten opzichte van 2011 (1,17) en 2010 (1,16). In 2012 hebben 11 van de 15 bedrijven een current ratio tussen de 1 en 2.
De solvabiliteit van de bedrijven ligt in 2012 tussen de 0,14 en 0,50. Aan de Stegge Verenigde Bedrijven kent met een solvabiliteit van 0,16 de grootste daling (38,1%) ten opzichte van 2011 (0,26). Dura Vermeer kent de grootse stijging (8,8%) en heeft in 2012 een solvabiliteit van 0,28.
Joh. Mourik & Co. Holding heeft met 1,70 de hoogste current ratio van de bedrijven voor 2012. Koninklijke Boskalis Westminster kent de laagste current ratio, zijnde 0,81.
IFRS Soliditeit
Koninklijke BAM Groep
Solvabiliteit
Current ratio
Quick ratio
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,14
0,16
0,15
1,10
1,39
1,23
0,78
0,97
0,81
Koninklijke Volker Wessels Stevin
0,19
0,26
0,27
1,01
1,02
1,19
0,83
0,85
1,00
Koninklijke Boskalis Westminster
0,39
0,37
0,37
0,81
0,84
0,81
0,76
0,79
0,76
Heijmans
0,23
0,27
0,28
1,18
1,30
1,36
0,67
0,76
0,75
Strukton
0,24
0,23
0,17
1,05
1,18
1,09
0,99
1,11
1,04
Ballast Nedam
0,15
0,18
0,15
1,01
1,05
1,11
0,69
0,70
0,69
Dutch GAAP Soliditeit
TBI Holdings
Solvabiliteit
Current ratio
Quick ratio
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,34
0,33
0,32
1,30
1,26
1,22
1,24
1,21
1,17
Van Oord
0,28
0,28
0,34
0,84
0,82
0,79
0,80
0,79
0,77
Dura Vermeer
0,28
0,25
0,25
1,24
1,23
1,19
0,96
0,99
1,00
Van Wijnen Holding
0,25
0,26
0,25
1,23
1,25
1,28
1,12
1,20
1,17
Aan de Stegge Verenigde Bedrijven
0,16
0,26
0,23
0,83
0,85
0,85
0,76
0,74
0,73
Joh. Mourik & Co. Holding
0,50
0,46
0,45
1,70
1,59
1,51
1,64
1,55
1,46
A. Hakpark
0,47
0,49
0,52
1,46
1,37
1,39
1,38
1,30
1,31
Janssen De Jong
0,29
0,32
0,35
0,92
1,05
1,08
0,59
0,69
1,03
Hurks Groep
0,45
0,49
0,52
1,37
1,27
1,31
1,25
1,21
1,23
8 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Productiviteit In 2011 stegen de gemiddelde personeelskosten met 3.599 euro (6,71%) per medewerker. In 2012 zijn deze verder gestegen met 1.865 euro (3,26%) naar 59.076 euro per medewerker. Ook de gemiddelde bedrijfsopbrengsten vertonen een stijgende lijn. In 2012 zijn deze gemiddeld 286.800 euro per medewerker. De hoogste bedrijfsopbrengsten per medewerker worden in 2012 gerealiseerd door de medewerkers van Aan de Stegge Verenigde Bedrijven (449.600 euro), de laagste bij A. Hakpark (189.900 euro). IFRS Productiviteit
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
Koninklijke BAM Groep
319,3
324,8
275,7
Koninklijke Volker Wessels Stevin
319,6
294,6
252,9
Koninklijke Boskalis Westminster
197,7
201,6
196,1
Heijmans
281,2
281,6
258,5
Strukton
230,6
223,2
233,4
Ballast Nedam
336,9
353,3
355,4
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Productiviteit
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
TBI Holdings
258,2
255,6
231,7
Van Oord
347,1
352,2
368,6
Dura Vermeer
387,0
421,4
391,0
Van Wijnen Holding
394,4
386,8
402,1
Aan de Stegge Verenigde Bedrijven
449,6
471,8
403,2
216,0
205,1
205,0
189,9
202,8
217,7
Janssen De Jong
255,6
254,4
248,4
Hurks Groep
378,0
330,2
269,7
Ó
Joh. Mourik & Co. Holding A. Hakpark
terug naar inhoudsopgave
* x EUR 1.000
9 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
2.3 Kengetallen Ingenieursbureaus Bedrijfsomvang De bedrijfsopbrengsten van de ingenieurs blijven stijgen in 2012. De stijging van 10% in 2011 wordt in 2012 vervolgd met een 11% stijging tot 8,1 miljard euro (2011: 7,3 miljard, 2010: 6,6 miljard). Met een stijging van ruim een half miljard euro laat Arcadis onder de ingenieurs de grootste groei zien. Met bedrijfsopbrengsten van ruim 2,5 miljard euro heeft het bedrijf tevens het grootste aandeel in de totale bedrijfsopbrengsten (31%). Daarbij moet wel gezegd worden dat Fugro ervoor kiest om zicht in haar jaarrekening enkel toe te spitsen op resultaten uit gecontinueerde activiteiten. Opbrengsten gerelateerd aan Geoscience, respectievelijk in 2012 en 2011 0,8 en 0,7 miljard, zijn hierdoor niet gerekend tot de bedrijfsopbrengsten. De stijging van de bedrijfsopbrengsten van Oranjewoud (EUR 1,1 miljard) zijn toe te schrijven aan de overname van Strukton eind 2010.
Het totaal aantal medewerkers van de vijf ingenieurs in 2012 bedraagt 59.762 en stijgt daarmee ten opzichte van 2011 (55.588) en 2010 (54.963). De grootste bijdrage in deze stijging in 2012 komt van Arcadis, die haar personeelsbestand met 3.797 ziet stijgen tot 20.283. Grontmij drukt het aantal medewerkers uit in FTE’s, de overige ingenieurs niet. Sommige bedrijven hanteren als afbakening het aantal ultimo boekjaar, anderen geven het gemiddelde over een jaar weer.
Royal Haskoning en DHV zijn in juli 2012 gefuseerd. De bedrijfsopbrengsten over 2011 zijn aangepast voor vergelijkingsdoelen. Voor 2010 geldt dat de gecombineerde bedrijfsopbrengsten van Haskoning en DHV worden weergegeven. IFRS Bedrijfsomvang
Arcadis
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2.544.462
2.017.365
2.002.807
1.770.870
1.558.955
1.424.530
20.283
16.486
15.531
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Fugro
2.164.996
1.858.043
2.280.391
4.169.716
3.861.595
3.089.991
14.301
13.749
13.444
1.514.200
1.362.700
1.553.200
70%
73%
68%
Oranjewoud
1.782.603
1.753.543
698.974
1.118.157
1.085.401
1.281.036
9.819
9.369
9.171
2.213.800
2.247.000
2.358.600
124%
128%
337%
890.001
917.390
841.298
730.241
746.190
891.283
8.364
8.672
8.938
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
Grontmij
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Bedrijfsomvang
Royal HaskoningDHV
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
701.532
737.104
803.984
333.206
356.057
412.779
6.905
7.312
7.879
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
n.b.
* x EUR 1.000
10 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Winstgevendheid In 2012 is de totale nettowinst van de bedrijven met 18,7 miljoen euro toegenomen naar 364 miljoen euro (2011: 345 miljoen, 2010: 387 miljoen). Met een resultaat van 301,4 miljoen euro heeft Fugro een aandeel van maar liefst 82,9% in de totale nettowinst. Drie van de vijf ingenieursbureaus tonen een positief nettoresultaat over 2012. Bij de bedrijven Arcadis, Fugro en Oranjewoud is een stijging tussen de 5 en 7 miljoen euro
zichtbaar in het nettoresultaat. Grontmij laat, ondanks een stijging ten opzichte van 2011, het meest negatieve nettoresultaat zien onder de ingenieurs. Royal HaskoningDHV laat met 24,2 miljoen euro de grootste daling zien in haar nettoresultaat. De nettowinst in percentage van de bedrijfsopbrengsten is gedaald met 0,24% tot 4,5% van de bedrijfsopbrengsten (2011: 4,74%, 2010: 5,84%).
IFRS Winstgevendheid
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
Arcadis
195.883
172.288
163.885
7,70%
8,54%
8,18%
148.432
139.253
130.347
5,83%
6,90%
6,51%
90.193
83.486
77.449
3,54%
4,14%
3,87%
Fugro
465.945
486.567
562.101
21,52%
26,19%
24,65%
307.201
356.658
352.497
14,19%
19,20%
15,46%
301.442
295.270
280.153
13,92%
15,89%
12,29%
Oranjewoud
75.070
86.888
44.391
4,21%
4,95%
6,35%
27.891
29.431
16.208
1,56%
1,68%
2,32%
23.476
17.922
14.181
1,32%
1,02%
2,03%
Grontmij
11.020
-10.580
52.112
1,24%
-1,15%
6,19%
-9.110
-34.912
31.562
-1,02%
-3,81%
3,75%
-31.507
-55.941
17.252
-3,54%
-6,10%
2,05%
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Winstgevendheid
Royal HaskoningDHV
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
-100
31.432
26.067
-0,01%
4,26%
3,24%
-15.841
11.692
3.910
-2,26%
1,59%
0,49%
-19.898
4.297
-1.769
-2,84%
0,58%
-0,22%
* x EUR 1.000
11 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Soliditeit De gemiddelde solvabiliteit van de in deze publicatie opgenomen bedrijven neemt licht toe. Het gemiddelde van 0,29 in 2010 groeit respectievelijk naar 0,30 in 2011 en 0,31 in 2012. De solvabiliteitratio’s van de ingenieurs variëren in 2012 tussen de 0,18 (Grontmij) en 0,47 (Fugro). In 2012 laten vier van de vijf bedrijven ten opzichte van 2011 een hogere solvabiliteit zien. Grontmij heeft de laagste solvabiliteit maar weet wel haar solvabiliteit met 45% te verhogen ten opzichte van 2011. Fugro heeft, net als in voorgaande jaren, de hoogste solvabiliteit. De omvang van de solvabiliteitsratio heeft geen causaal verband met de omvang van de onderneming.
De gemiddelde current ratio is in de laatste drie jaar toegenomen. In 2010 was deze 1,26, de ratio is vervolgens gestegen naar 1,39 in 2011 en 1,53 in 2012. Deze groei heeft voornamelijk te maken met Fugro die haar current ratio in twee jaar ziet verdubbelen naar 2,67 als gevolg van het presenteren van de activa van Geoscience als kortlopende activa. Alle ingenieurs laten een current ratio boven de 1 zien. De quick ratio laat nagenoeg eenzelfde beeld zien van de bedrijven als de current ratio.
IFRS Soliditeit
Solvabiliteit 2012
2011
Current ratio 2010
2012
2011
Quick ratio 2010
2012
2011
2010
Arcadis
0,30
0,29
0,29
1,21
1,39
1,34
1,21
1,39
1,34
Fugro
0,47
0,43
0,49
2,67
1,73
1,29
2,15
1,30
1,04
Oranjewoud
0,23
0,22
0,13
1,01
1,12
1,02
0,96
1,07
0,98
Grontmij
0,18
0,12
0,18
1,17
1,04
1,23
1,12
1,01
1,18
Dutch GAAP Soliditeit
Royal HaskoningDHV
Solvabiliteit
Current ratio
Quick ratio
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,38
0,43
0,37
1,59
1,67
1,43
1,59
1,67
1,43
12 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Productiviteit In 2012 zijn de gemiddelde personeelskosten per bedrijf tussen circa 48.000 euro en 73.000 euro, sectorbreed bedraagt dit 62.926 euro. Ondanks de stijging in de personeelskosten blijft Fugro de ingenieur met de laagste gemiddelde personeelskosten. Oranjewoud laat met circa 73.000 euro net als in 2011 de hoogste gemiddelde personeelskosten zien. Het bedrijf ziet de gemiddelde personeelskosten echter wel licht dalen met 1.190 euro. Oranjewoud toont met circa 181.500 euro de hoogste bedrijfsopbrengsten per medewerker in 2012. Royal HaskoningDHV kent de laagste, zijnde circa 101.600 euro. IFRS Productiviteit
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
Arcadis
125,4
122,4
129,0
Fugro
151,4
135,1
169,6
Oranjewoud
181,5
187,2
76,2
Grontmij
106,4
105,8
94,1
Dutch GAAP Productiviteit
Royal HaskoningDHV
* x EUR 1.000
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
101,6
100,8
102,0
Ó
* x EUR 1.000
terug naar inhoudsopgave
13 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
2.4 Kengetallen Installatiebedrijven Bedrijfsomvang De bedrijfsopbrengsten van de in deze publicatie opgenomen installatiebureaus zijn in 2012 toegenomen met circa 400 miljoen euro tot 7,5 miljard euro (2010: 6,3 miljard). Dit betreft een groei van 5,6% ten opzichte van 2011. Van de vijf installatiebedrijven laten twee bedrijven ten opzichte van 2011 een toename zien in hun bedrijfsopbrengsten ten opzichte van 2011. Voor de drie installatiebedrijven die een daling laten zien geldt dat deze daling minder dan 5% van hun bedrijfsopbrengsten van 2011 is. Imtech laat met circa 368 miljoen euro de grootste stijging in bedrijfsopbrengsten zien. Met bedrijfsopbrengsten van 5,4 miljard euro heeft Imtech tevens het grootste aandeel in de totale bedrijfsopbrengsten (circa 73%).
Het totaal aantal medewerkers bij de vijf grootste installatiebedrijven is in 2012 van 39.102 met 1.948 gestegen tot 41.050 medewerkers (2010: 37.095). Deze groei is toe te schrijven aan Imtech die haar werknemersbestand met ruim 2.000 medewerkers ziet groeien naar 29.473. Unica laat de grootste daling in personeel zien, in 2012 168 medewerkers minder dan in 2011. Unica drukt het aantal medewerkers uit in FTE’s, de overige installatiebedrijven niet. Imtech hanteert als afbakening het aantal medewerkers ultimo boekjaar, de andere bedrijven geven het gemiddelde over een jaar weer. Imtech ziet haar orderportefeuille stijgen met circa 600 miljoen euro. Cofely Nederland kiest er voor om in haar jaarverslag 2012 de omvang van haar orderportefeuille niet te specificeren. Voor de overige drie bedrijven geldt dat de orderportefeuille is afgenomen. Bij het percentage van de orderportefeuille ten opzichte van de bedrijfsopbrengsten zijn grote verschillen te zien tussen de bedrijven. Croon laat, ondanks een forse daling ten opzichte van 2011, met 121% het hoogste percentage zien in 2012, Unica met 44% het laagste.
IFRS Bedrijfsomvang
Imtech
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
5.432.900
5.064.800
4.480.900
3.938.400
3.801.600
3.046.200
29.473
27.412
25.075
6.409.000
5.811.000
5.204.000
118%
115%
2010 116% * x EUR 1.000
Dutch GAAP Bedrijfsomvang
Cofely Nederland
Bedrijfsopbengsten*
Balanstotaal*
Aantal medewerkers
Orderportefeuille t.o.v. bedrijfsopbrengsten in %
Orderportefeuille*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
1.070.759
1.079.082
965.096
380.495
346.432
324.102
6.137
6.192
6.651
n.b.
495.000
340.000
n.b.
46%
35%
Croon Elektrotechniek
386.029
327.444
266.961
120.449
112.273
107.523
1.986
1.941
1.884
465.900
538.000
571.600
121%
164%
214%
Ing. Bureau Wolter & Dros
314.399
321.694
294.102
104.848
115.499
117.325
1.781
1.716
1.630
244.454
267.596
332.783
78%
83%
113%
Unica Installatiegroep
281.006
292.454
303.808
73.577
90.864
93.874
1.673
1.841
1.855
125.000
160.000
140.000
44%
55%
46% * x EUR 1.000
14 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Winstgevendheid Alle installatiebedrijven zien hun nettoresultaat dalen in 2012. Imtech is de grootste daler en ziet in 2012 een negatief resultaat van circa 226 miljoen euro ontstaan (voornamelijk veroorzaakt door afboekingen van 370 miljoen euro in haar Poolse en Duitse activiteiten). Bij de overige vier bedrijven is het nettoresultaat wel positief. Cofely Nederland laat met 6,9 miljoen euro de grootste nettowinst zien. Bij vier van de vijf bedrijven valt de nettowinst
in percentage van de bedrijfsopbrengsten tussen de 0,5% en 2%. Imtech viel met 1,96% in 2011 ook in deze bandbreedte maar laat in 2012 een negatief percentage van 4,17% zien.
IFRS Winstgevendheid
Imtech
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
-72.100
257.100
291.300
-1,33%
5,08%
6,50%
-155.600
192.800
234.900
-2,86%
3,81%
5,24%
-226.300
99.500
141.700
-4,17%
1,96%
3,16%
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Winstgevendheid
EBITDA in % van bedrijfsopbrengsten
EBITDA*
EBIT in % van bedrijfsopbrengsten
EBIT*
Nettoresultaat in % van bedrijfsopbrengsten
Nettoresultaat*
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
Cofely Nederland
22.842
35.507
-37.437
2,13%
3,29%
-3,88%
10.940
22.749
-51.814
1,02%
2,11%
-5,37%
6.926
14.443
-40.251
0,65%
1,34%
-4,17%
Croon Elektrotechniek
14.079
14.836
11.987
3,65%
4,53%
4,49%
8.690
9.278
7.071
2,25%
2,83%
2,65%
6.295
6.822
6.040
1,63%
2,08%
2,26%
Ing. Bureau Wolter & Dros
9.330
10.516
9.572
2,97%
3,27%
3,25%
6.160
7.014
6.150
1,96%
2,18%
2,09%
5.099
6.059
6.478
1,62%
1,88%
2,20%
Unica Installatiegroep
5.376
5.351
12.689
1,91%
1,83%
4,18%
2.314
1.856
9.617
0,82%
0,63%
3,17%
1.741
2.024
7.282
0,62%
0,69%
2,40%
* x EUR 1.000
15 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Soliditeit De solvabiliteit van de in deze publicatie opgenomen bedrijven is in 2012 gemiddeld 0,32. Dit percentage ligt hoger dan in 2011 (0,30) en 2010 (0,31). Met een hoogste solvabiliteit van 0,41 (Croon Elektrotechniek) en laagste solvabiliteit van 0,14 (Imtech) liggen de verschillende ratio’s in 2012 verder uit elkaar dan in 2011, waar deze tussen de 0,22 en 0,38 lagen. De gemiddelde current ratio is in 2012 in vergelijking met voorgaande jaren nagenoeg gelijk gebleven, zijnde 1,24. Tussen de installatiebedrijven zijn echter wel de nodige verschuivingen opgetreden ten opzichte van 2011. Waar Imtech haar current ratio fors ziet dalen (33%), laten de andere bedrijven een hogere current ratio zien. Van de onderzochte bedrijven laat Unica installatiegroep laat met 1,41 de hoogste current ratio zien onder de meegenomen bedrijven. De verdeling van de quick ratio geeft nagenoeg eenzelfde beeld als de current ratio. IFRS Soliditeit
Imtech
Solvabiliteit
Current ratio
Quick ratio
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,14
0,22
0,27
0,78
1,16
1,27
0,75
1,12
1,21
Dutch GAAP Soliditeit
Cofely Nederland
Solvabiliteit
Current ratio
Quick ratio
2012
2011
2010
2012
2011
2010
2012
2011
2010
0,27
0,28
0,26
1,33
1,23
1,18
1,31
1,21
1,16
Croon Elektrotechniek
0,41
0,38
0,39
1,33
1,25
1,20
1,32
1,25
1,20
Ing. Bureau Wolter & Dros
0,40
0,32
0,32
1,36
1,25
1,22
1,34
1,23
1,20
Unica Installatiegroep
0,37
0,28
0,31
1,41
1,24
1,30
1,35
1,20
1,26
16 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Productiviteit De gemiddelde personeelskosten per medewerker zijn met 2.385 euro toegenomen naar 58.089 in 2012 (2011: 55.703 euro, 2010: 52.917 euro). Met gemiddelde personeelskosten per werknemer tussen de circa 56.000 euro en de circa 60.000 verschillen de gemiddelde personeelskosten minimaal. Unica Installatiegroep ziet haar personeelskosten met 6,9% per medewerker het hardst stijgen ten opzichte van 2011. De bedrijfsopbrengsten per medewerker zijn het hoogst bij Croon Elektrotechniek (194 duizend euro) en het laagst bij Unica Installatiegroep (168 duizend euro). Bij de in deze publicatie opgenomen bedrijven zijn de bedrijfsopbrengsten per medewerker in 2012 gemiddeld gezien met 4,7 duizend euro gestegen naar circa 180 duizend euro. IFRS Productiviteit
Imtech
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
184,3
184,8
178,7
* x EUR 1.000
Dutch GAAP Productiviteit
Cofely Nederland
Bedrijfsopbrengsten / Aantal medewerkers* 2012
2011
2010
174,5
174,3
145,1
Croon Elektrotechniek
194,4
168,7
141,7
Ing. Bureau Wolter & Dros
176,5
187,5
180,4
Unica Installatiegroep
168,0
158,9
163,8
Ó
* x EUR 1.000
terug naar inhoudsopgave
17 | Kengetallen in de Bouw
2.5 Begrippenlijst Bedrijfsopbrengsten Dit betreft het totaal van de netto-omzet, de wijziging in de onderhanden werken en eventueel overige bedrijfsopbrengsten. Aantal medewerkers Dit betreft het aantal medewerkers ultimo boekjaar of gemiddelde aantal medewerkers gedurende het boekjaar. In sommige gevallen is dit aantal uitgedrukt in FTE’s. Balanstotaal Dit betreft het totaal van activa c.q. het totaal van de passiva. EBITDA Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization. Dit betreft het bedrijfs-resultaat vóór belastingen, interest, afschrijvingen op materiële vaste activa en amortisatie van goodwill. EBIT Earnings Before Interest, Taxes. Dit betreft het bedrijfsresultaat vóór belastingen en interest. Solvabiliteitsratio Dit betreft het eigen vermogen ten opzichte van de totale passiva, beide gemeten per jaareinde. Current ratio Dit betreft de vlottende activa ten opzichte van de vlottende passiva, beide gemeten per jaareinde. Quick ratio Dit zijn de vlottende activa minus de voorraden ten opzichte van de vlottende passiva, beide gemeten per jaareinde.
Ó
Orderportefeuille Dit is het geheel aan te verwachten bedrijfsopbrengsten in verband met opdrachten of orders die nog uitgevoerd moeten worden.
terug naar inhoudsopgave
© 2013 KPMG Advisory N.V.
18 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
3 Managen van projecten is cruciale factor Iedereen kent ze. Projecten die behoorlijk misgaan. De tijd loopt uit, de kosten lopen op en de ontevredenheid (bij alle betrokken partijen) groeit. In een sector waarin de winstmarges zeer dun zijn kan één falend project het volledige organisatieresultaat bedreigen. Alle reden derhalve om lessen te trekken uit eerdere missers opdat deze zoveel mogelijk kunnen worden voorkomen. Met medewerking van de TU Delft heeft KPMG onderzoek gedaan naar indicatoren die een voorspellende waarde hebben op kosten- en tijdsoverschrijdingen. Om de beoogde indicatoren te achterhalen is een twintigtal interviews gehouden met aannemers, opdrachtgevers, ontwikkelaars, projectmanagers en adviseurs over tientallen projecten.
Oorzaken en indicatoren De oorzaken van kosten- en tijdsoverschrijdingen zijn zeer breed. In de literatuur worden diverse oorzaken veelvuldig genoemd, zoals fouten in een ontwerp, een ongeschikte contractvorm, scopewijzigingen, de bouwplaatsinrichting en het te laat en onvoldoende betrekken van partners.
Veelgenoemde oorzaken in de literatuur - Wijzigingen in het proces en de scope - Cultuur en houding van de bedrijfstak, geen partnership - Onvoldoende betrokken en/of competent personeel - Gebrekkige communicatie en zwakke terugkoppeling - Slecht benutten van ervaring - Project management / leiderschap inadequaat - Contract, aanbesteding, contractuele relaties niet geschikt - Bouwplaatsinrichting, maatvoering niet geschikt - Ontwerp is niet optimaal
Ó
- Grote tijdsdruk terug naar inhoudsopgave
Oorzaken van overschrijdingen kunnen in meerdere fasen van een project voorkomen en de verantwoordelijkheid ervoor kan bij meerdere partijen liggen. Veel van de oorzaken blijken zich pas in de uitvoering te openbaren, terwijl ze in de voorbereiding (ontwerp en planningsfase) zijn ontstaan. In ons onderzoek hebben wij niet alleen naar de oorzaken, maar vooral naar de vroegtijdige indicatoren van deze oorzaken gekeken. Het is immers het doel om overschrijdingen te voorkomen. Met adequaat zicht op indicatoren die zouden kunnen leiden tot een overschrijding is nog tijdig bij te sturen. In ons onderzoek zijn we tot bijgaand overzicht van meest belangrijke indicatoren gekomen. De genoemde indicatoren hoeven niet tot een budget- of planningsoverschrijding te leiden als de juiste beheersmaatregelen worden getroffen. Deze beheersmaatregelen zijn soms ‘zacht’ van aard en kunnen te maken hebben met samenwerking, communicatie, vertrouwen en sfeer.
19 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
In onderstaand overzicht zijn de gevonden indicatoren aangegeven. Categorie
Vroegtijdige indicatoren voor oorzaken van kosten- en tijdsoverschrijdingen
Bouwmethode
Andere bouwmethode indienen dan gevraagd bij aanbesteding Andere bouwmethode accepteren dan waarin gespecialiseerd Ontwerp sluit niet aan bij bouwmethode / complex ontwerp
Uitwerking ontwerp
Verificatieperiode voor ontwerptekeningen onderschat Beginnen met bouw voordat ontwerp is uitgedetailleerd Te korte voorbereidingsperiode na gunning
Aansluiting/ controle ontwerp
Geen aansluiting tekeningen adviseurs (Architect, Installateur, Constructeur) Geen controle of supervisie ontwerptekeningen Geen controle op vooronderzoek
Uitloop/ achterlopen
Standlijnen planning lopen achter maar kritieke pad nog niet overschreden
Bouwplaats organisatie
Bouwplaats organisatie, veiligheid of logistiek ongeorganiseerd
Soft skills
Ruzie / slechte sfeer / slechte communicatie tussen partijen
Opdrachtgever
Incomplete informatie vanuit opdrachtgever bij aanbesteding Professionaliteit opdrachtgever Besluitvorming bij opdrachtgever niet adequaat
Verloop van mensen
Vervanging van projectmedewerkers
Competentie personeel
Team samenstelling niet compleet qua benodigde competenties
Planning
Geen onzekerheidsmarge in planning Te globale planning, geen precieze sturing mogelijk Onvoldoende afstemming tussen levering-, uitvoering- en voorbereidingsplanning
Risicoverdeling
Teveel risico en verantwoordelijkheid bij de aannemer leggen
20 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
In de meerderheid van de onderzochte projecten bleek gekozen te zijn voor een contractvorm waarbij de uitvoerende partij pas betrokken werd na de ontwerpfase (zie figuur 1). Dit relatief laat betrekken van uitvoerende partijen is naar onze inschatting een belangrijke bron van overschrijdingen die zich in bouwprojecten voor kunnen doen. Andere, meer geïntegreerde contractvormen, kunnen stimuleren dat kennis eerder wordt gedeeld en meer gelijkwaardig wordt samengewerkt (zie figuur 2).
Figuur 1: Meest gebruikte contractvorm
Figuur 2: Contractvormen om het herkennen van indicatoren te vergemakkelijken
70,0% 60,0% genoemd (in %)
genoemd (in %)
60,0% 50,0% 40,0% 30,0% 20,0% 10,0% 0,0%
40,0% 30,0% 20,0% 10,0%
UAV bestek
DB(F)MO
design & construct
bouwteam vanaf bestek
Het gebruik van een geïntegreerde contractvorm is een middel om de samenwerking vanaf een vroegtijdig moment in het proces te stimuleren. Dit moet echter wel door de partijen zelf gerealiseerd worden. De juiste contractvoorwaarde is hierin een belangrijke stimulerende voorwaarde maar geen garantie. Het tijdig delen van kennis en het goed bewaken van overdrachtsmomenten moet door de betrokken partijen zelf vormgegeven worden. Een goede samenwerking kan snel in het proces gestimuleerd worden door een project start up en door gedurende de looptijd van het project de samenwerking te monitoren en bevorderen. Het formuleren van een gezamenlijk projectdoel is hierbij eveneens van belang. Het venijn zit hem in de start!
Ó
50,0%
terug naar inhoudsopgave
0,0%
design & construct
ketensamenwerking
bouwteam
DB(F)MO
21 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Ó
4 Overige KPMG Publicaties
Het juiste ERP pakket in de Bouw KPMG heeft, net als in 2011, onderzoek gedaan naar het juiste ERP pakket in de bouw. Vijftien leveranciers van IT pakketten hebben meegewerkt aan dit onderzoek, dat een beeld geeft van de functionaliteit en toepassingen van de diverse ERP pakketten voor de bouwsector.
Infrastructure 100: World Cities Edition In deze publicatie komen de 100 grootste en innovatieve internationale infrastructurele projecten aan bod. Doordat steeds meer mensen naar de stad trekken, komt er steeds meer druk te liggen op de leefbaarheid van de steden. Hoe gaat men om met deze ontwikkelingen in nieuwe bouwprojecten?
Ready for the next Big Wave? Uit dit onderzoek van KPMG onder ruim 160 bestuurders in de internationale bouw blijkt dat 70% van de ondernemingen voor toekomstige groei aangewezen is op de overheid. De wereldwijde economische groei, de verstedelijking en de toename van de wereldbevolking in met name landen als China, India en Brazilië, vormen volgens de onderzochte bedrijven in veel mindere mate een drijfveer voor toekomstige groei.
Bekijk hier de publicatie
Bekijk hier de publicatie
Bekijk hier de publicatie
terug naar inhoudsopgave
22 | Kengetallen in de Bouw
© 2013 KPMG Advisory N.V.
Over KPMG
KPMG Nederland levert hoogwaardige dienstverlening op het gebied van audit, tax en advisory. We adviseren over prestatieverbetering en risicobeheersing, begeleiden transacties (fusies, overnames, due diligence) en zijn actief op het gebied van controle en verantwoording. We werken voor een brede groep opdrachtgevers: grote (inter)nationale ondernemingen, middelgrote bedrijven, non-profitorganisaties en overheden.
Ó
De ingewikkelde problematiek van onze cliënten vraagt om een multidisciplinaire aanpak die helpt orde te scheppen in de complexiteit. Onze professionals blinken uit in hun eigen specialisme, maar werken tegelijkertijd nauw samen om zo de toegevoegde waarde te bieden die onze cliënten helpt om te excelleren. Daarbij putten we uit een rijke bron van kennis en ervaring, opgedaan in uiteenlopende organisaties en markten. terug naar inhoudsopgave
Bouwervaring KPMG heeft als accountant van vele grote bouw- en installatiebedrijven een diepgaande kennis van de bouw- en installatiesector. Onze kennis reikt veel verder dan puur financiële kennis. We adviseren bouw- en installatiebedrijven bij projectbeheersing, risicomanagement, duurzaamheid, restructuring, acquisitie, IT, in- en outsourcing, inkoop en het beheer van werkkapitaal. Daarnaast hebben we specialistische kennis over financieringsconstructies, de inrichting en het beheer van projectorganisaties, prestatieverantwoording en geschillenbeslechting ten aanzien van samenwerkingsverbanden en consortia.
23 | Kengetallen in de Bouw
Contact informatie
Johan van Hoof Segmentleider Building & Construction Partner Management Consulting Tel: +31 (0) 70 338 2172 Email:
[email protected]
Pieter Smorenburg Partner, Audit Tel: +31 (0)10 453 4439 Email:
[email protected] Ali el Hessaini Manager, Risk Consulting Tel: +31 (0) 30 658 2331 Email:
[email protected]
Rin-Sjoerd Zijlstra Associate Director Management Consulting Tel: +31 (0) 20 656 7306 Email:
[email protected] Deze publicatie werd mede mogelijk gemaakt door Joost Nijhof.
De in dit document vervatte informatie is van algemene aard en is niet toegespitst op de specifieke omstandigheden van een bepaalde persoon of entiteit. Wij streven ernaar juiste en tijdige informatie te verstrekken. Wij kunnen echter geen garantie geven dat dergelijke informatie op de datum waarop zij wordt ontvangen nog juist is of in de toekomst blijft. Daarom adviseren wij u op grond van deze informatie geen beslissingen te nemen behoudens op grond van advies van deskundigen na een grondig onderzoek van de desbetreffende situatie.
www.kpmg.com/nl
© 2013 KPMG Advisory N.V., ingeschreven bij het handelsregister in Nederland onder nummer 33263682, is een dochtermaatschappij van KPMG Europe LLP en lid van het KPMG-netwerk van zelfstandige ondernemingen die verbonden zijn aan KPMG International Cooperative (‘KPMG International’), een Zwitserse entiteit. Alle rechten voorbehouden. Gedrukt in Nederland. De naam KPMG, logo en ‘cutting through complexity’ zijn geregistreerde merken van KPMG International Cooperative.