1
Opbouw lesstof NamoNamah
Uitgangspunten van Namonamah, opleiding tot Yogadocent zijn: -Yoga is een ervaringswetenschap, er is veel theorie te vinden over de Yoga, deze dient als basis en kan alleen verinnerlijkt worden door Yoga te doen. Naast de plm. 120 docent contacturen die er per jaar zijn gaan we uit van een tijdsinvestering van plm. 200 – 220 uur per jaar voor zelfstudie, volgen van yogalessen, intervisie en uitwerking van opdrachten, individueel of in groepsverband; -Het Yogapad is een ontwikkelingsweg, de opleiding is een eerste aanzet op deze weg, een richtingaanwijzer, waarbij een basis wordt gelegd, die de student de mogelijkheid geeft zichzelf te ontwikkelen tot een yogadocent, passend bij zijn mogelijkheden en persoonlijkheid; -Net zo als een yogacursist zich ontwikkelt, zal ook de docent een ontwikkeling doormaken, van onbewust onbekwaam, naar bewust onbekwaam, naar bewust bekwaam, naar onbewust bekwaam. Deze ervaring maakt het mogelijk om, als docent, vanuit deze ervaring te spreken en te doceren en toekomstige cursisten mee te nemen op hun pad. We kiezen daarom bewust voor een opleidingstraject van vier jaar. -De Hatha Yoga Pradipika zegt: ‘de ware Yogi komt in contact met het innerlijk geluid : ‘(anahata) nadam’, het geluid dat hoorbaar wordt als de innerlijke stilte intreedt, als de wervelingen van de geest tot rust komen’. Wij zijn van mening dat klank daarom een belangrijke rol speelt in de Yoga. Yoga is: de verbinding met jezelf, de ander en het grotere (weer) ervaren. Klank is daartoe een belangrijk middel, een klank of mantra zingen met een groep brengt je als vanzelf bij alle 3 de aandachtsgebieden. -Een van de uitgangspunten van NamoNamah is dat de Oosterse Yogafilosofie in het heden ten daagse Westen toegepast wordt. Daarvoor brengen we de Ayurveda (oost) en de 4 Natuurkwaliteiten (west) in contact met elkaar. Vanuit de visie dat beide ontstaan zijn uit de zelfde bron: de Natuur, welke ‘is’. Het ene is gelijk aan het andere, er is geen hiërarchie en geen oordeel. Beide werken met dezelfde uitgangspunten en op deze manier kan prachtig de combinatie Oost en West geïntegreerd worden, ook in de student/docent en dus de cursist in de yogales. In de Yoga komen de 4 natuurkwaliteiten bijvoorbeeld tot uiting als:
2
Opbouw lesstof NamoNamah
-
Warm: alle acties, zoals bij de asana’s Koud: het naar binnen gaan, zoals bij de meditatie en de ontspanning Droog: de technische kant en instructies en details Vocht: het integreren en samen vallen en het voelen
Ook worden de 4 natuurkwaliteiten in de didactiek toegepast en tevens als een reflectie/feedbackmodel in de Procesmap.
De vorm die we kiezen is: Er is één hoofddocent (Chris Bieze) die de rode draad in de opleiding bewaakt en verbanden op didactisch niveau aangeeft. Daarnaast zijn er meerdere gastdocenten (Waaronder Eric Staals, Petra Janssen, Inge van Nimwegen en Yvonne de Hoop), die 1 of meerdere dagdelen per studiejaar een specifiek deel van de Yoga aanbieden met daarbij extra aandacht voor de techniek van de asana’s of die een apart deel van de Yoga leerstof behandelen vanuit hun optiek, ervaring of opleiding. Daarnaast is er een opleidingscoördinator (Tineke Eleveld), zij coacht het persoonlijke ontwikkelingstraject dat de studenten doorlopen, middels hun portfolio en is tevens doceert zij het vak voeding en de fysiologie. gebruikte boeken: verplicht: Handboek Yoga, Mark Kan. Veltman uitgevers Het grote Yoga therapieboek, Remo Rittiner, Elikser uitg. De Yoga gids, Christina Brown. Veltman uitgevers Hatha Yoga werkboek, Jogchum Dijkstra. De Toorts Yoga als levenskunst, B.K.S. Iyengar. Altamira Yoga doen, chakra’s ervaren, Mieke de Bock. BBNC Verdere aanbevolen boeken: The yogasutra’s of Patanjali, Gary Kissiah. Lilalabs (E) Teaching Yoga, Mark Stephens. North Atlantic Books (E) Yin Yoga, Stefanie Arend. Panta Rhei Yoga zonder leeftijd, Dick de Ruiter. Panta Rhei Yoga anatomie, Leslie Kaminoff. Altamira Daarnaast 3 zelfgekozen titels, met daarbij minimaal 1 over de gekozen specialisatie, deze boeken worden aan de medestudenten gepresenteerd. Een deel van de leerstof wordt door middel van een e-learning omgeving aangeboden, waar de studenten in eigen tijd en tempo stof kunnen doornemen en informatie kunnen uitwisselen met mede studenten. Daarnaast worden informatiebronnen op internet gebruikt, zoals: https://books.google.nl/
3
Opbouw lesstof NamoNamah
https://yoga.com/articles https://www.yoganederland.nl/
We kunnen studenten op deze manier in 4 jaar opleiden tot een goede Yogadocent, die vanuit de basis van de Hatha Yoga een eigen Yoga-stijl heeft kunnen ontwikkelen en die over voldoende kennis, inzicht, vaardigheden en ervaring beschikt zodat hij of zij zelfstandig yogalessen kan aanbieden. De eerste twee jaren zijn vooral kennismaking met de vele aspecten van Yoga en het lesgeven, het derde en vierde studiejaar geven de student de mogelijkheid zich te verdiepen, te specialiseren en ervaring met lesgeven op te doen.
4
Opbouw lesstof NamoNamah
Opbouw lesstof Namonamah 4 jarige opleiding tot Yogadocent
Jaar 1
Sutra’s Patanjali (Kan 16-20) Geschiedenis van de Yoga: oorsprong (Kan 12-15) Yama’s: Ahimsa, Satya, Asteya, Brahmacharya, Aparigraha Eerste twee chakra’s, Hatha Yoga en invloed Tantra Yoga (Kan 58-77) Anatomie en fysiologie blok 1 botten en gewrichten en blok 2 spieren, spijsverteringsstelsel (Kan 28-55) Basis âsana’s Basis principes meditatie & mindfulness (Kan 228-233) Inleiding klank in Yoga: werken met klanken Inleiding Sanskriet: eerste mantra’s Inleiding pranayama: Nadi Sodhana. Kapalabhati (Kan 216-223) Voeding: basis principes en ayurvedische kijk op voeding (Kan 36-37 en 74-77) Yoga en de kunst van het ontspannen blok 1 Sadhana: eenvoudige zonnegroet en mala maken Shatkarma’s en kriya’s (Kan 68-71), tong schraper, neuskannetje en oil pulling Bandha’s en mudra’s (Kan 222-227) De 4 natuurkwaliteiten Yin Yoga Pawanmuktasana’s Coachingstrajekt persoonlijke ontwikkeling Intervisie, peer assessment, leerdoelen aangeven, SMARTI gefprmuleerd
Eindtermen eerste jaar: De student kan: -vanuit de yoga filosofie en dan vooral de yama’s, begrip en betrokkenheid tonen bij ethische, normatieve en maatschappelijke vragen die samenhangen met toepassing van kennis in de beroepspraktijk; -de huidige yoga plaatsen in een historisch perspectief; -een les van minimaal 10 minuten voorbereiden en deze aan de studiegenoten presenteren, waarbij de gekozen asana zo aangeboden wordt, dat er rekening gehouden wordt met de anatomische kenmerken van deze houding en er effectief gecommuniceerd wordt met de groep door het hanteren van verbale (volume, tempo, articulatie, melodie) en nonverbale technieken (mimiek, uiterlijk, lichaamshouding); -kennis uit de anatomie en fysiologie zodanig toepassen dat asana’s en andere oefeningen zodanig worden uitgevoerd dat deelnemers geen kans op blessures hebben;
5
Opbouw lesstof NamoNamah
-inzichten uit de ayurveda, yogafilosofie en de voeding die met gezondheid te maken hebben toepassen op uiteenlopende beroepssituaties; -kennis van bandha’s, mudra’s en pranayama vertalen naar praktische oefeningen in de Yogales; -een meditatieoefening van enkele minuten presenteren, zodanig dat er effectief gecommuniceerd wordt met de groep door het hanteren van verbale (volume, tempo, articulatie, melodie) en nonverbale technieken (mimiek, uiterlijk, lichaamshouding); -kennis van ontspanningsmethodieken toepassen in een yogales; -yoga en klank combineren, zodanig dat er effectief gecommuniceerd wordt met de groep door het hanteren van verbale (volume, tempo, articulatie, melodie) en nonverbale technieken (mimiek, uiterlijk, lichaamshouding); -in de procesmap, tijdens intervisie en voortgangs- en overgangsgesprek blijk geven van inzicht in eigen ontwikkeling en de bereidheid systematisch op eigen gedrag te reflecteren daar de feedback van anderen bij te betrekken;
De urenverdeling over de verschillende onderdelen in het eerste jaar: Praktijk Hatha Yoga
40%
Theorie Algemene kennis, filosofie, ayurveda en voeding Anatomie en fysiologie Psychologie/intervisie/peer assessment Didactiek
28% 12% 10% 10%
-
6
Opbouw lesstof NamoNamah
Jaar 2
Sutra’s Patanjali vervolg, Niyama’s : Saucha, Santosha, Tapas, Svadhyaya, Ishvara Pranodhana Geschiedenis van de Yoga: filosofische stromingen, veda’s, Upanishads, Hatha Yoga Pradipika Derde en vierde chakra’s, Karma Yoga en Bhakti Yoga (Kan 58-77) Anatomie en fysiologie blok 2 vervolg botten, gewrichten en spieren, bewegingsapparaat, endocriene stelsel (Kan 28-55) didactiek van de Yoga, yogales geven aan elkaar, met feedback, in groep van drie les van uur geven aan eerstejaars, met feedback, indeling van de asana’s Asana’s met aanpassingen, mudra’s en bandha’s, props meditatie & mindfulness verdieping: Pratyāhāra, kriya meditatie (Kan 228-233) Inleiding klank in Yoga: klank als ondersteuning van de houdingen Sanskriet: mantra’s Pranayama oefeningen (Kan 216-223) Voeding: zuur base (Kan 36-37 en 74-77), reinigingstechnieken Yoga en de kunst van het ontspannen blok 2 Het astrale lichaam (Kan 58-59) De nadi’s (Kan 62-63) Psychosomatiek, zenuwstelsel (Kan 38-39) boekbesprekingen door student gekozen boek Coachingstrajekt persoonlijke ontwikkeling Intervisie, Intervisie, peer assessment, leerdoelen, SMARTI geformuleerd evalueren en bijstellen, omgaan met feedback
Eindtermen tweede jaar: De student kan: -vanuit de yoga filosofie en dan vooral de yama’s en niyama’s, begrip en betrokkenheid tonen bij ethische, normatieve en maatschappelijke vragen die samenhangen met toepassing van kennis in de beroepspraktijk; -een les van minimaal 10 minuten voorbereiden en deze aan eerstejaars studenten presenteren, waarbij de gekozen asana zo aangeboden wordt, dat er rekening gehouden wordt met de anatomische kenmerken van deze houding, er effectief gecommuniceerd wordt met de groep door het hanteren van verbale (volume, tempo, articulatie, melodie) en nonverbale technieken (mimiek, uiterlijk, lichaamshouding) en er betrokkenheid en enthousiasme getoond wordt ; -de kennis van het eerste tot en met het vierde chakra’s en die van de het astrale lichaam en de nadi’s actief toepassen in een presentatie aan de groep, waarbij er een veilig klimaat wordt geboden, de student de medestudenten respectvol behandeld en er ruimte is voor de medestudenten om eigen inbreng te kunnen tonen -gebruik van props en handson toepassen in een presentatie aan de groep, waarbij er een veilig klimaat wordt geboden, de student de medestudenten respectvol behandelt en er ruimte is voor de medestudenten om eigen inbreng te kunnen tonen
7
Opbouw lesstof NamoNamah
-kennis van psychosomatiek en een mogelijke classificatie van de yogahoudingen toepassen in een presentatie aan medestudenten; -in de procesmap, tijdens intervisie en voortgangs- en overgangsgesprek blijk geven van inzicht in eigen ontwikkeling en de bereidheid systematisch op eigen gedrag te reflecteren daar de feedback van anderen bij te betrekken; -een boekbespreking (van een boek over Yoga of een yoga gerelateerd boek) presenteren aan de groep, waarin het belang van het boek voor de eigen ontwikkeling van de student naar voren komt en het belang voor de medestudenten. -een voldoende scoren op de toetsen anatomie/fysiologie en Yoga filosofie
De urenverdeling over de verschillende onderdelen in het tweede jaar: Praktijk Hatha Yoga
40%
Theorie Algemene kennis, filosofie, ayurveda en voeding Anatomie en fysiologie Psychologie/intervisie/peer assessment Didactiek
26% 12% 12% 10%
8
Opbouw lesstof NamoNamah
Jaar 3
Sutra’s Patanjali vervolg en Hatha Yoga Pridipika Geschiedenis van de Yoga: ontwikkelingen in Europa en Amerika, westerse filosofische stromingen ontstaan vanuit de Yoga. Vijfde en zesde chakra’s: Mantra Yoga en Jnana Yoga (Kan 58-77) Anatomie en fysiologie blok 3 ademhaling stelsel, hart- en vaatstelsel, lymfevatenstelsel (Kan 28-55) didactiek van de Yoga, hele yogales geven aan elkaar, met feedback, les van half uur aan eerstejaars, met feedback Asana’s met aanpassingen, leren instructies geven en voordoen / didactiek, indicatie en contra-indicatie. De kosha’s (Kan 66-67) (Iyengar 25-92) klank in Yoga: klank als ondersteuning van de houdingen, stem en houding als docent Sanskriet: mantra’s en hymnen Prana (Iyengar 93-139) Pranayama oefeningen (Kan 216-223) De vayu’s meditatie & mindfulness verdieping: Dhārana; Helderheid (Iyengar 140-184) (Kan 228-233) Voeding: (Kan 36-37 en 74-77) Yoga en de kunst van het ontspannen blok 3, methode van Dixhoorn. Boekbesprekingen door student gekozen boek Coachingstrajekt persoonlijke ontwikkeling Intervisie, Intervisie, peer assessment, leerdoelen aangeven, SMARTI geformuleerd Voldoende op toets fysiologie
Eindtermen derde jaar: De student kan: -Een volledige les presenteren aan de eigen groep en een les van minimaal 30 minuten aan de tweedejaars, waarbij naast de al eerder genoemde competenties rekening wordt gehouden met de verschillen tussen de medestudenten, gebruik wordt gemaakt van betekenisvolle en toepassingsgerichte leeractiviteiten, er een heldere opbouw in de leerstof te herkennen is en er eventueel gebruik gemaakt wordt van audiovisuele en/of digitale leermiddelen om leerdoelen te bereiken; -Kennis rond kosha’s en vayu’s toepassen in een presentatie aan studiegenoten; -in de procesmap, tijdens intervisie en voortgangs- en overgangsgesprek blijk geven van inzicht in eigen ontwikkeling en de bereidheid systematisch op eigen gedrag te reflecteren daar de feedback van anderen bij te betrekken; -een eigen specialisatie ontwikkelen, als basis voor de te schrijven eind scriptie en om de eigen (toekomstige) yoga praktijk vorm te geven.
9
Opbouw lesstof NamoNamah
De urenverdeling over de verschillende onderdelen in het derde jaar: Praktijk Hatha Yoga
40%
Theorie Algemene kennis, filosofie, ayurveda en voeding Anatomie en fysiologie Psychologie/intervisie/peer assessment Didactiek
26% 12% 12% 10%
Daarnaast besteedt de student 50 uur aan de specialisatie. (Dit kan per student verschillen, afhankelijk van de tijdsinvestering in de eerste 2 opleidingsjaren)
10
Opbouw lesstof NamoNamah
Jaar 4
Sutra’s Patanjali vervolg en Bhagavad Ghita Geschiedenis van de Yoga: ontwikkelingen in europa en amerika zevende chakra: Raja Yoga (Kan 58-77) Anatomie en fysiologie blok 4 zenuwstelsel, (Kan 28-55) Asana’s met aanpassingen, leren instructies geven, lesopbouw / didactiek meditatie & mindfulness verdieping Dhyana en Samadhi: Wijsheid (Iyengar 185-230) Gelukzaligheid (Iyengar 231-275) (Kan 228-233) Pranayama (Kan 216-223) klank in Yoga: stem en houding als docent. Sanskriet: houding gerelateerde mantra’s Yoga en de kunst van het ontspannen blok 4, methode van Dixhoorn. Voeding: (Kan 36-37 en 74-77), input-verwerking-output Ondernemers aspecten van Yoga (Kan 236-249) Yoga in het dagelijks leven (Iyengar 276-321) Karma (Kan 72-73) Coachingstrajekt persoonlijke ontwikkeling Intervisie door student gekozen boek passend bij specialisatie examen
Eindtermen vierde jaar: De student kan: -Een volledige yoga les presenteren aan een groep eerste, tweede en derde jaars: waarin: naast asana’s ook andere werkvormen aan bod komen, zoals meditatie, mudra’s, klank, etc., er actief gebruik gemaakt wordt van (eventuele verschillen in) voorkennis en er aangesloten wordt bij de belevingswereld van de mede studenten, er actuele inzichten worden verwerkt en een link naar de beroepspraktijk wordt gelegd; er prioriteiten worden gesteld en de beschikbare tijd wordt efficiënt gebruikt en professionele opvattingen, werkwijze en benadering worden verantwoord; -de kennis uit de chakra psychologie toepassen in een presentatie aan medestudenten; -een ontspanningsoefening van minimaal 10 minuten aan de medestudenten presenteren; -een meditatieoefening van minimaal 10 minuten aan de medestudenten presenteren; waarbij het achtvoudige pad van Patanjali in wordt toegepast; -voldoende halen op de eindtoets Yogafilosofie;
11
Opbouw lesstof NamoNamah
-blijk geven van inzicht in een zelf op te zetten yoga praktijk, alleen of met een groep, in de vorm van een bedrijfsplan en een flyer/folder; -in de procesmap, tijdens intervisie en voortgangs- en overgangsgesprek blijk geven van inzicht in eigen ontwikkeling en in de chakrapsychologie en de bereidheid systematisch op eigen gedrag te reflecteren daar de feedback van anderen bij te betrekken; -in de eindscriptie laten zien dat hij/zij integratief kan denken en werken vanuit de verschillende disciplines van de Yoga, dat hij/zij op basis van verzamelen en evalueren van relevante info kan reflecteren op het beroepsmatige handelen en de beroepshouding, dat hij/zij kan communiceren, zowel mondeling als schriftelijk en daarbij gebruik kan maken van bedrijfstaal en vaktermen, kan overleggen, een draagvlak creëren en besluiten; -In de eindscriptie laten zien dat de student resultaat gericht kan werken, initiatief kan nemen, zelfstandig kan optreden, flexibiliteit kan tonen, realistische doelen kan stellen, werkzaamheden kan plannen en deze planmatig afwerken; -uit de eindscriptie moet blijken dat de student kan nadenken en reflecteren over en verantwoording nemen voor eigen handelen; -een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het beroep/professionalisering van Yogadocent
De urenverdeling over de verschillende onderdelen in het vierde jaar: Praktijk Hatha Yoga
40%
Theorie Algemene kennis, filosofie, ayurveda en voeding Anatomie en fysiologie Psychologie/intervisie/peer assessment Didactiek
24% 12% 14% 10%
Daarnaast besteedt de student 50 uur aan de specialisatie. (Dit kan per student verschillen, afhankelijk van de tijdsinvestering in de eerste 3 opleidingsjaren)
12
Opbouw lesstof NamoNamah
Onze visie:
1.
begroet het diepste en meest waardevolle in jezelf en de ander
2.
begroet de oosterse yoga filosofie in het heden ten daagse westen
3.
begroet het lichaam met de geest en de geest in het lichaam
4. begroet de spanning en de ontspanning in jezelf, de ander, de yoga, het lesgeven, je beroepshouding
5.
begroet de adem met de stem, en gebruik je stem met de adem
6.
begroet de 4 natuurkwaliteiten in de yoga en jouw yoga visie/leefwijze
7. begroet de voeding van het oosten en het westen volgens de yoga filosofie
8. begroet de praktijkvoering in het algemeen en die van jou in het bijzonder
9.
begroet het inzicht in jezelf en de wereld om je heen
13
Opbouw lesstof NamoNamah
1. In de opleiding tot yogadocent van Namonamah leer je de yoga(leer) centraal te zetten ten opzichte van jezelf (ontwikkeling) en de ander (de cursist). De didaktiek neemt een belangrijke plaats in (methodiek en toepassing) in dit proces. De didactische onderdelen zijn: instructies houdingen (asana’s) lesopbouw les geven (van instructies tot een complete les) Je wordt individueel begeleid in jouw yogaproces, middels de lessen, opdrachten en persoonlijke (portfolio/coaching) gesprekken. Het Portfolio is een weerslag van je opdrachten, leerdoelen, reflecties, feedback van medecursisten en de docenten, verslagen van de coaching gesprekken en persoonlijke functionele toevoegingen (illustraties, gedichten, spreuken, foto’s, tekeningen, ed.), zodat jij als (toekomstig) yoga beoefenaar (docent) concreet in beeld komt. Je krijgt methodes aangereikt om deze vaardigheden toe te passen. Tevens zijn er in de opleiding gastdocenten die een lesdag verzorgen vanuit hun eigen discipline en specialisatie.
2. De Yoga is ontstaan vanuit de Indiase filosofie, zoals deze is omschreven door Patanjali, in de Yoga Sutra’s. Deze oorspronkelijke visie is de basis van de opleiding. Wij leven in 2013 in het westen van de wereld, en in de opleiding wordt je uitgedaagd vanuit deze oorspronkelijke basis een eigentijdse yogavisie te vormen en toe te passen. Het doel is deze te integreren in je leven als een leefstijl. Je beroepshouding (attitude) is/wordt hierin essentieel.
14
Opbouw lesstof NamoNamah
3. In de opleiding wordt gewerkt vanuit het holistische principe: de mens is een geheel, en alles werkt in op alles. Een lichamelijke yogahouding zal een uitwerking hebben op de geest, en andersom. Er zal veel aandacht zijn voor de actieve en passieve lichaamshoudingen (theorie, toepassen, instructies en begeleiden). Op de lesdagen wordt er praktisch geoefend: individueel, met een studiegenoot en in groepjes. Daarnaast is de geest en de geestelijke houding een onmisbaar item, dus elke lesdag wordt er een (of meerdere korte) meditatie(s) gegeven.
4. Het woord Yoga heeft dezelfde oorsprong als ons woord juk: stel je voor dat je een juk op je schouders draagt, de linker kant even zwaar belast als de rechter kant. Zo is het ook met de inspanning en de ontspanning: het gaat om het evenwicht. Deze balans ga je ervaren in de inspanning en de ontspanning die je tegen komt bij het volgen van Yoga en deze opleiding. Het ‘juk’ verbindt de beide gewichten en is daarmee een van de symbolen van de verbinding tussen lichaam en geest.
5. De adem is essentieel in de Yoga. Elke inademing geeft voeding voor alle cellen; zo is elke inademing een uitnodiging tot leven. Elke uitademing ontlast je van stoffen die je geproduceerd hebt en niet meer nodig hebt, die je belasten; zo is elke uitademing een uitnodiging tot ontlasten. Adem = Yoga, Yoga = Adem.
15
Opbouw lesstof NamoNamah
6. Na de aangeboden lunch gaan we een wandeling maken door het natuurgebied waar de locatie in ligt. Dit is een weldaad voor lichaam en geest, na een ochtend les en de lunch. Tijdens deze wandelingen zal je de natuur ervaren met de 4 natuurkwaliteiten waaruit deze is opgebouwd: warm en koud, droog en vochtig. Deze 4 natuurkwaliteiten worden gebruikt in de didactiek en de coaching van de opleiding. Op het einde van elke lesdag is er ruimte en tijd om de dag te evalueren middels reflectie en feedback. Deze verslaggeving komt in het Portfolio.
7. Bij de yoga hoort de ayurvedische voeding. Dit is een voedingsfilosofie geheel gericht op een oosterse benadering en toepassing. In de opleiding wordt deze basis gebruikt om de voeding van nu in ons westerse leven toe te gaan passen ( 4 natuurkwaliteiten en het reinigende zuur-base voedingspatroon). De aangeboden lunch zal volgens deze principes klaar gemaakt worden, zodat je er ook praktisch kennis mee maakt. Tevens is er de hele dag kruidenthee en gefilterd water te drinken.
8. Namonamah is een praktische opleiding waarin de praktijkvoering in het algemeen en die van jou in het bijzonder, aan bod komt. In met name het 4e studiejaar zal er een deel van de bedrijfsvoering behandeld worden.
16
Opbouw lesstof NamoNamah
9. De handen in namaste gevouwen voor de borst zijn als de knop van een lotus: de lotus als symbool van het inzicht door de Yoga. Vanuit de wortels diep in het donkere water in de modder (onwetendheid) groeit de knop door het water (samsara/illusie) naar het licht en verheft zich uiteindelijk boven het water om daar te openen en tot bloei te komen (inzicht). Deze opleiding geeft je de mogelijkheid als een lotus tot bloei te komen.