TIEN VOORSPELLINGEN OVER XML IN 2007 door Elliotte Rusty Harold,
[email protected]
2007 belooft het interessantste jaar te worden sinds de gemeenschap een jaar of vijf geleden de XML-snelweg verliet om zich in het ruige webservices-gebied te begeven. XQuery, Atom, Atom Publishing Protocol (APP), XProc en GRDDL bieden elk nieuwe krachtige mogelijkheden. Enkele iets oudere technologieën zoals XForms en XSLT wordt nieuw leven ingeblazen. 2007 wordt een heel goed jaar om met XML te werken.
XQuery XQuery was gedurende vier of vijf jaar de technologie 'van het komende jaar', maar in 2007 komt het er eindelijk van. In de eerste plaats zal de voltooide set XQuery 1.0-, XPath 2.0- en XSLT 2.0-specificaties de volledige aanbevelingsstatus krijgen, en dit kan elk moment gebeuren. En op de dag dat ik de laatste hand legde aan dit stuk, was het inderdaad zover. :-) Bovendien vordert het bijwerken van XQuery in hoog tempo. Het zal dit jaar waarschijnlijk nog niet helemaal af zijn, maar het is al betrouwbaar genoeg om te worden geïmplementeerd zolang gebruikers het niet erg vinden om hun code bij elk nieuw concept ietsjes aan te passen. De situatie wordt in de loop van het jaar alleen maar beter. Daarnaast zullen er in 2007 bèta's verschijnen van javax.xml.xquery. Dit is een standaard-API waarmee Java™-programma's aan XQuery-engines en -databases kunnen worden gekoppeld. Het is te vergelijken met Java Database Connectivity (JDBC) voor XQuery. U kunt er XQuery mee integreren in uw Java-code. Bij de release van Java 7 in 2008 wordt dit een standaardonderdeel van de Java-klassenbibliotheek. Tot slot wordt de markt overspoeld met native XMLdatabases, en gebruikers beginnen hier belangstelling voor te tonen. In het goedkopere segment zien eXist en dbXML van Sleepycat (nu Oracle) er steeds beter uit. Hybride oplossingen, zoals Oracle Database 10g Release 2 and IBM® DB2 9 PureXML, zullen de acceptatie van XQuery bevorderen bij hun bestaande klanten die documenten willen combineren met hun traditionele tabellen. Pure XML-databases zoals Mark Logic blijven aantrekkelijk voor grote uitgevers die zich de invoerkosten kunnen permitteren. Het belangrijkste is dat de meeste problemen veel gemakkelijker zijn op te lossen met een native XMLdatabase en XQuery dan met een relationele database en SQL (Structured Query Language). SQL-databases zijn krachtig en nuttig, en ze zullen niet verdwijnen. Ze hebben echter nooit een goede combinatie gevormd met het web, terwijl tegenwoordig meer toepassingen webgebaseerd zijn dan niet. Programma's zoals WordPress en MediaWiki worden gebruikt in combinatie met relationele databases omdat de ontwikkelaars deze hulpmiddelen bij de hand hadden, en
<> PAG 30 4
n
NR 2
niet omdat dit de geschiktste programma's hiervoor waren. Aan het eind van het jaar zal er ten minste één Wiki-engine, één Content Management System-engine en één blog-engine zijn die in combinatie met eXist of een andere XQuery-database kan worden gebruikt. Een minpunt is dat, zo voorspel ik, door ten minste één van deze producten, en waarschijnlijk door alle drie, XQuery-injectie van een theoretisch probleem zal zijn verworden tot een praktisch probleem. Ook Office-documenten zullen een stimulans vormen voor de invoering van XML-databases. Een enorme hoeveelheid bedrijfs- en niet-bedrijfsgegevens wordt helemaal niet opgeslagen in XML. Deze gegevens zijn opgeslagen in Microsoft Word®-, Excel®- en PowerPoint®-bestanden, vaak op afzonderlijke computers. Nu deze programma's gegevens opslaan in native XML, kunnen dergelijke documenten worden opgeslagen in centraal beheerde XML-databases.
Atom Publishing Protocol Als ik volgend jaar maar één groot verhaal zou mogen schrijven, zou dit gaan over het Atom Publishing Protocol (APP). APP is begonnen als een standaardmethode om blogitems te posten, maar het is veel en veel meer aan het worden. APP en Atom zijn er helemaal klaar voor om voor webauthoring te doen wat HTTP (Hypertext Transfer Protocol) en HTML (Hypertext Markup Language) voor webbrowsen hebben gedaan. Tim Berners-Lee heeft het web altijd bedoeld als een medium voor lezen en schrijven, maar het heeft anders uitgepakt. Alleen het publicatie/leesgedeelte van het systeem is de afgelopen 15 jaar van de grond gekomen. Het schrijven gebeurde via strikt beperkte HTML-formulieren of niet-HTTP-methoden zoals FTP (File Transfer Protocol). APP vormt een standaardmethode voor het publiceren van nieuwe content die door alle servers kan worden geïmplementeerd. Onafhankelijke softwareleveranciers kunnen hun eigen authoringprogramma's schrijven die communiceren met APP-services op de verschillende servers. Uiteindelijk zult u webcontent kunnen schrijven met uitgebreide tekstverwerkingsprogramma's zoals Word of Emacs, en hoeft u zich niet langer te behelpen met de beperkte hulpprogramma's die u in browsers aantreft. Het uploaden van content kan even eenvoudig worden als tegenwoordig
het opslaan van een bestand op de lokale vaste schijf. APP is het eerste grote protocol dat is gebaseerd op REST (Representational State Transfer), de architectuur van het web. Tot nu toe hebben de meeste systemen alleen een subset van HTTP gebruikt, meestal GET en POST maar niet PUT of DELETE. Vele systemen, zoals SOAP en WebDAV (Web-based Distributed Authoring and Versioning), waren actief strijdig met het ontwerp van HTTP. APP daarentegen werkt samen met HTTP in plaats van ertegen. Als ik het bij het rechte eind heb en APP een succes wordt, zal dit enkele belangrijke gevolgen hebben. In de eerste plaats zal APP een mooi voorbeeld zijn dat laat zien hoe nieuwe systemen gemakkelijker kunnen worden ontwikkeld met REST. In de tweede plaats zullen dankzij APP vele eenvoudige firewalls en proxyservers opnieuw moeten worden geconfigureerd om PUT en DELETE door te laten, naast POST en GET. Hierdoor vervalt de noodzaak om alles via POST te tunnelen en wordt het heel wat voor de hand liggender om andere REST-applicaties te maken. Een ander probleem, naast broken proxies, dat de volledige acceptatie van REST in de weg heeft gestaan, is dat een browserformulier geen andere methoden kan toestaan dan GET en POST. Ook dit gaat veranderen, en APP is het grote gebruiksscenario dat deze verandering aanzwengelt. XForms en Web Forms 2.0 zullen zoals gepland ook een REST-upgrade krijgen door PUT en DELETE als browseracties toe te staan naast het huidige GET en POST. Zodra deze methoden door browserleveranciers zijn geïmplementeerd en door de webontwikkelaars zijn overgenomen, zal de webbeveiliging hierdoor worden verbeterd. Dit kost echter tijd en de effecten zullen op zijn vroegst in 2008 goed merkbaar worden.
verf. Het ontwikkelen van een XForms-toepassing is wezenlijk anders dan het ontwikkelen van een toepassing die is gebaseerd op klassieke HTML-formulieren. Het is nu eenmaal zo dat HTML-formulieren altijd al lapwerk waren: een snelle en klungelige oplossing voor eenvoudige problemen. Ze waren nooit bedoeld om het gewicht te dragen dat er door ontwikkelaars bovenop is geplaatst, en ze staan al jaren op instorten. Ze vormen geen goede basis om desktoptoepassingen te vervangen en Web 2.0 in te luiden. Er is een goede reden waarom zo veel Web 2.0-toepassingen meer met JavaScript dan met HTML werken: u kunt met HTMLformulieren niet doen wat u wilt doen. XForms gaat terug naar de tekentafel en definieert de architectuur opnieuw. Er zijn nu afzonderlijke modellen, views en controllers. Met XForms beginnen webtoepassingen te lijken op keurige, door professionals ontwikkelde programma's, geen broddelwerk dat in mekaar is geflanst door grafische kunstenaars die in de brugklas gedurende een half jaar een cursus Basic hebben gevolgd. Natuurlijk zullen de mensen die complexere toepassingen schrijven het meeste profijt hiervan hebben. Niet iedereen heeft behoefte aan alle mogelijkheden van XForms. Voor eenvoudige contactformulieren, inschrijvingen voor mailing lists, online enquêtes, aankopen via één klik en dergelijke voldoen de klassieke HTML-formulieren prima. Bij complexere formulieren, bijvoorbeeld voor afrekenen via meerdere pagina's, blogbeheer en firewallbeheer, biedt XForms echter enorme voordelen. Naarmate u voor het beheer van uw formulieren momenteel meer gebruikmaakt van JavaScript aan de clientzijde en van PHP aan de serverzijde, zult u in de nabije toekomst meer profijt hebben van XForms. Veel kwetsbare procedurele code wordt vervangen door declaratieve markup.
Formulieren XProc Ik zie geen grote toekomst voor Web Forms 2.0 van de WHAT Working Group. Het heeft een paar leuke toeters en bellen, maar er is niets wezenlijks veranderd. Het is een bescheiden cosmetische aanpassing, maar geen revolutionaire herziening. Sommige webontwikkelaars zullen Web Forms 2.0 gaan toepassen, maar de meeste ontwikkelaars zullen het negeren, net als Microsoft heeft gedaan. Binnen Windows® Internet Explorer® kan in een groot aantal functies worden voorzien via JavaScript. Dit zijn echter dezelfde functies die nu al beschikbaar zijn via JavaScript. Ze zullen alleen iets meer gestandaardiseerd zijn. Web Forms 2.0 heeft niets nieuws te bieden en verandert niets wezenlijks aan de manier waarop u uw formulieren gebruikt of ontwerpt. XForms daarentegen heeft alles om snel populair te worden. De specificaties zijn al jaren af, en de implementaties beginnen eindelijk bij te trekken. Ondanks beperkte browserondersteuning wordt XForms steeds vaker toegepast in intranetoplossingen. Waarom zal XForms, in tegenstelling tot Web Forms, wel succes hebben? Omdat XForms veel verder gaat. Anders dan bij Web Forms wordt met XForms de architectuur van het huis veranderd, en niet alleen de kleur van de
Het World Wide Web Consortium (W3C) heeft een groot aantal standaarden en technologieën ontwikkeld voor het werken met XML: naamruimten, Infoset, XInclude, XSLT, schema's, canonieke XML, enzovoort. Wat ze niet hebben gedaan is vastleggen hoe al deze onderdelen zich tot elkaar verhouden. Ze hebben met name nagelaten om details vast te leggen: moet schemavalidatie bijvoorbeeld plaatsvinden voor of na XInclude-resolutie. Dit is geen kwestie van nalatigheid. Zo wilde het W3C toestaan dat XIncludie-resolutie kan plaatsvinden voor of na schemavalidatie. Soms kan dit beter ervoor, soms beter erna. Vervolgens komt de vraag hoe je de verschillende verwerkingsketens organiseert. Hier komt XProc in beeld. XProc is een XML-indeling die aangeeft wat er met een XML-document moet gebeuren en in welke volgorde. XProc definieert een aantal achtereenvolgende bewerkingen. De invoer voor elk van deze stappen is een of meer XML-documenten, en de uitvoer van een stap, die niet de eindstap is, is ook een XML-document. (Eindstappen genereren soms niet-XML.) Stappen kunnen onder meer validatie, XInclusion,
<> PAG 30 5
n
NR 2
transformatie, aangepaste verwerking met de Simple API for XML (SAX) specificeren. Een XProc-processor kan een XProc-document lezen en vervolgens de opgegeven stappen in de opgegeven volgorde toepassen. Dit maakt het schrijven van documentverwerkende toepassingen veel eenvoudiger. Zo kunnen gecompliceerde XSLT-transformaties soms worden gesplitst in twee eenvoudiger delen die na elkaar worden toegepast. Met XProc kunt u de delen aan elkaar plakken zonder dat u een aangepast stuurprogramma voor uw toepassing hoeft te schrijven. Ontwikkelaars vragen al heel lang om deze functionaliteit. In 2007 moet het er eindelijk van komen.
Het Semantisch Web In 2007 is het erop of eronder voor het Semantisch Web. De specificaties zijn klaar. De tools zijn geïmplementeerd, en er is nog steeds nergens een spoor van een 'killer application' te zien. De achilleshiel van het Semantisch Web is wellicht de complete desinteresse van de meeste auteurs om hun pagina's te voorzien van wat enigszins in de buurt komt van metadata. Zoekengines hebben geleerd eventuele door de gebruiker gemaakte metadata te negeren omdat eerlijke uitgevers zich hier niet mee bezig houden en slinkse spammers er misbruik van maken. Schermlezers houden niet eens rekening met de beperkte semantiek in HTML en proberen in plaats daarvan uit te zoeken hoe de pagina eruitziet. Als uitgevers geen metadata leveren, waar kun je ze dan vandaan halen? Misschien uit de gegevens zelf? GRDDL (Gleaning Resource Descriptions from Dialects of Languages) is de eerste Semantische Webtechnologie die niet meer uitgaat van de veronderstelling dat uitgevers hun eigen metadata genereren. GRDDL baseert zich op door derden geleverde XSLT-opmaakprofielen om de metadata van webpagina's af te schrapen. De uitvoer van deze opmaakprofielen zijn RDF-triples (Resource Description Framework) die u kunt verwerken met de te weinig gebruikte RDF-toolset. Indien nodig kunnen op verschillende sites verschillende opmaakprofielen worden toegepast. Uiteraard kunnen verschillende consumenten gebruikmaken van verschillende opmaakprofielen die de informatie leveren die voor hen het meest waardevol is. Het is een slim plan en het lijkt alsof het kan werken (wat ik niet van alles van het Semantisch Web kan zeggen). Maar dit is de laatste kans. Als GRDDL het Semantisch Web niet tot een succes kan maken, is het einde oefening.
OpenDocument OpenDocument viel Microsoft rauw op het dak in 2006. Ga er maar vanuit dat Microsoft en diens Office Open XML-indeling in 2007 nog meer terrein zullen verliezen. Office Open XML is geen acceptabele bestandsindeling: het zit vol met legacy-troep die gedurende meer dan een decennium bijeen is geharkt, en het is niet te implementeren en te testen. Het is een papieren standaard, en niets meer dan dat. Slimme,
<> PAG 30 6
n
NR 2
competente overheden zullen dit inzien en zullen OpenDocument tot hun standaard maken, mogelijk samen met PDF of HTML. Veel bedrijven en organisaties zullen Microsoft Office blijven kiezen omdat ze hierin voorheen geïnvesteerd hebben, of gewoon omdat dit is wat bedrijven volgens hen nu eenmaal kopen. Voor deze gebruikers zal Office Open XML een weldaad zijn. Het is wellicht niet de beste keuze, maar het is beter dan wat ze nu hebben. Hele hordes secretaresses, verkopers en CEO's die niet eens weten welke tekstverwerker ze gebruiken, en nog minder in welke indeling hun gegevens worden opgeslagen, zullen echter ongemerkt door hun technische medewerkers worden geüpgraded naar OpenOffice. Microsoft zal deze migratie onbedoeld stimuleren. Software-audits, Digital Restrictions Management en lastige activeringssystemen die zijn ingebouwd in nieuwe versies van Office en Windows, zullen voor het eerst in tientallen jaren vele bedrijven van het Microsoft-platform afduwen. In 2007 zullen de meeste van deze organisaties oudere versies van Microsoft-producten blijven gebruiken, maar uiteindelijk zullen ze crossgraden naar OpenOffice en de bijbehorende XML-indelingen. Het belangrijkste is echter dat ik verwacht dat Office Open XML door geen enkel ander kantoorpakket zal worden overgenomen. Het gebruik van Office Open XML blijft beperkt tot het Microsoft Office-ecosysteem, waar het de ontwikkeling vergemakkelijkt voor leveranciers van kleine invoegtoepassingen, hulpprogramma's en extra’s. Voor onafhankelijke producten die een specifieke indeling nodig hebben voor hun eigen tekstverwerker, spreadsheet, presentatie, enzovoort, zal echter worden gekozen voor OpenDocument. (Eén uitzondering: voor tekenprogramma's zal worden gekozen voor Scalable Vector Graphics [SVG].)
XML in de client In 2007 wordt XSLT 1.0 voor het eerst door bijna alle belangrijke browsers volledig ondersteund. Het wordt eindelijk mogelijk om echte XML rechtstreeks op het web te publiceren zonder deze eerst te pre-renderen in HTML. Hoewel je met de beste wil van de wereld niet kunt verwachten dat dit vaak zal gebeuren, voorspel ik dat ten minste één grote site (en nogal wat kleinere) hiermee zal beginnen. Ik voorspel ook nog dat niemand dit in de gaten zal hebben, omdat het allemaal gewoon zal werken. Op de langere termijn (waarschijnlijk na 2007) voorspel ik dat dit veel van de discussies over HTML 5 en XHTML2 overbodig zal maken. Sites zullen content publiceren in elk gewenst XML-vocabulaire, en zullen opmaakprofielen leveren die deze content naar HTML converteren voor weergave in de browser. Het veranderen van uw documentindeling vereist niet langer een jarenlang proces van W3C-werkgroepen en trage browseracceptatie.
Prik er maar met de vork in: ze zijn gaar WS-* (spreek uit als WS-splat) heeft zijn hoogtepunt bereikt. Zelfs een ontspoorde trein heeft nog veel
vaart en dus wordt er in 2007 nog steeds over webservices gesproken. Er luistert echter niemand meer. Ondernemingen hebben zo veel webservices-machinerie opgenomen als ze maar konden verwerken. Web Services Description Language (WSDL) en SOAP 1.2 vormen de laatste fase. Veel ondernemingen komen niet eens zo ver. WS-Choreography, WS-Transport, WS-Reliability, WS-Security, WS-Resource, WS-ServiceGroup, WSBaseFaults, WS-Messaging, WS-Gootsteen en WS-Leestuditnogwel zullen het station niet meer verlaten. Er is een grens aan de hoeveelheid complexiteit die een organisatie kan beheren, en WS-* heeft deze drempel al lang overschreden. In plaats daarvan kunt u uitkijken naar de opkomst van POX (Plain Old XML). Mensen zullen XML-documenten via HTTP gaan verzenden (of, in veel gevallen, blijven verzenden). Authenticatie, caching en betrouwbare levering worden beheerd met de ingebouwde functionaliteit van HTTP. Applicaties worden aan elkaar vastgemaakt met een combinatie van XSLT, XProc, hobbytape en stopverf. Ontwikkelaars zullen het idee opgeven om services en systemen samen te voegen zonder handmatige configuratie (een droom waar de meesten van hen toch al nooit in hebben geloofd). SOA (Service Oriented Architecture) zou hierin een rol kunnen spelen, als een van de architectuurastronauten die dit propageren, lang genoeg naar aarde zou terugkeren om uit te leggen waar ze mee bezig zijn.
De browseroorlogen gaan door Het Mozilla-project gaat Firefox 3 uitbrengen. Firefox zal eindelijk slagen voor de Acid2-test voor de naleving van CSS2, waardoor Internet Explorer achterblijft als de laatste belangrijke browser die deze test niet heeft gehaald. Firefox zal echter nog geen native ondersteuning voor XForms toevoegen. Dat zal moeten wachten tot volgend jaar. Apple brengt Safari 3 uit samen met Leopard. Hoewel Safari 3 hoofdzakelijk is gericht op de eigen Appleextensies, wordt voor het eerst ondersteuning voor Scalable Vector Graphics (SVG) toegevoegd. Internet Explorer 7 vergemakkelijkt de taken van webontwikkelaars, zij het in onvoldoende mate. Internet Explorer 8 wordt niet op tijd uitgebracht om nog verschil te maken. Internet Explorer zal marktaandeel blijven verliezen aan zowel Firefox als Safari. Het marktaandeel van Internet Explorer zal tegen het eind van het jaar minder zijn dan 70% en zal in ten minste één en waarschijnlijk meerdere West-Europese landen onder de 50% zakken. XHTML2, HTML 5, Web Forms 2.0 en CSS3 zullen in 2007 nog niet klaar zijn. Hoewel onderdelen van HTML 5 en Web Forms 2.0 zullen worden geïmplementeerd door browsers met kleine marktaandelen, zal de meeste innovatie in webtoepassingen blijven komen van Ajax en server-side frameworks.
XML-verzet en de contrarevolutie In 2007 zullen alternatieve niet-XML-indelingen terrein blijven winnen bij ontwikkelaars met eenvou-
dige problemen in beperkte omgevingen. Met name webprogrammeurs zullen nog steeds gecharmeerd zijn van JSON (JavaScript Serialized Object Notation). Programmeurs die hier in een vroeg stadium mee zijn gaan werken en die nu complexere problemen willen aanpakken, ontdekken echter dat ze XML grotendeels opnieuw aan het uitvinden zijn. Ik voorspel tevens ten minste één grote schending van de beveiliging als direct resultaat van het doorgeven van JSON-gegevens naar de functie eval(). Het W3C zal in concept een binaire codering van de XML-infoset uitgeven. De beloofde verbeteringen op het gebied van prestaties, snelheid en langere levensduur van de accu zullen buiten de kunstmatige benchmarks nauwelijks merkbaar zijn. De leveranciers die echt problemen hebben met XML zullen ook met binaire XML niets te maken willen hebben. Ze zullen uiteindelijk hun eigen indelingen gaan ontwikkelen. Uiteindelijk zal iedereen de onuitvoerbaarheid van binair XML inzien en leren leven met tekst (maar niet aan het eind van 2007).
Samenvatting 2007 belooft een zeer interessant jaar te worden voor XML. XQuery is eindelijk gereed voor productie en APP staat op het punt om door te breken. Als ik in 2007 geld of tijd zou willen investeren in XML, dan zou ik me richten op deze twee technologieën. XForms volgt een tragere, meer lineaire groeicurve. Het wint echter beslist terrein. Hetzelfde geldt voor browsers, die een volwassen, betrouwbare technologie zijn geworden. Er zullen in 2007 nieuwe miljardenbedrijven actief zijn op het web, en de meeste hiervan zullen XML gebruiken. Ze zullen echter worden gestuurd door de inhoud en de ideeën voor de webapplicaties, en niet door de onderliggende technologie. Wat in 2007 echt telt, is de voortgezette migratie naar open, toegankelijke gegevensindelingen. Of de documenten van klanten zijn opgeslagen in een bestandssysteem of een XML-database is een bijkomende vraag. De hoofdzaak is dat het XML is, en dat documenteigenaren deze met hun favoriete tools kunnen verwerken en beheren. De tijden dat softwareleveranciers gegevens van gebruikers konden wegstoppen zonder dat hun klanten protesteerden, zijn voorbij. XML is niet meer de nieuwe, sexy technologie die het ooit was. Het is steeds meer een saai onderdeel van de infrastructuur geworden. Dit is echter wel een veel belangrijker rol. De vraag die moet worden beantwoord is niet langer "Waarom XML?" maar "Waarom niet XML?" XML is de standaardkeuze voor gegevens. Het is niet altijd het juiste antwoord, maar het is vaker juist dan verkeerd. En in 2007 geldt dit nog meer dan ooit.
Bronnen n Dit artikel is een vertaling van het artikel 10 Predictions for XML in 2007. Het is te vinden op developerWorks, een subsite van IBM, http://www.ibm. com/developerworks/xml/library/x-xml2007predictions.html
<> PAG 30 7
n
NR 2
n Don't Let Architecture Astronauts Scare You. Joel Spolsky, april 2001, http://www.joelonsoftware. com/articles/fog0000000018.html. Als 'architectuurastronauten' een nieuw begrip is voor u, is het de moeite waard om de diagnose van Joel te lezen. n An introduction to XQuery. Howard Katz, developerWorks, januari 2006, http://www.ibm.com/developerworks/xml/library/x-xquery.html: bekijk de voorgestelde W3C-standaard voor een XML-querytaal, inclusief achtergrondhistorie, een routekaart naar de documentatie en een momentopname van de huidige stand van de specificatie. n Atom Publishing Protocol (APP), http://bitworking. org/projects/atom/draft-ietf-atompub-protocol12.html. Lees concept 12 van de APP, een protocol op applicatieniveau voor het publiceren en uitgeven van webresources, dat is gebaseerd op HTTPtransport van weergaven in Atom-indeling. n Why XForms?, Elliotte Rusty Harold, developerWorks, oktober 2006, http://www.ibm.com/developerworks/xml/library/x-xformswhy.html: Ontdek welke problemen XForms kan oplossen, waaronder internationalisatie, toegankelijkheid en apparaatonafhankelijkheid. n Is Open XML a one way specification for most people?, Bob Sutor's Open Blog, oktober 2006, http://www. sutor.com/newsite/blog-open/?p=1145: lees waarom volgens Bob de Office Open XML-specificatie voor de meeste mensen een eenrichtingsspecificatie is. n XML 2006 trip report, Elliotte Rusty Harold, developerWorks, december 2006, http://www.ibm. com/developerworks/library/x-xml2006conf.html: in deze samenvatting van de XML 2006-conferentie treft u een paar opvallende onderwerpen aan, zoals XQuery, native XML-databases, het Atom
Publishing Protocol, Web 2.0 en de extractie van impliciete metadata uit gegevens. n XML in 2006, Elliotte Rusty Harold, developerWorks, januari 2007, http://www.ibm.com/developerworks/xml/library/x-xml2006review.html: kijk terug op XML met de bespreking van opmerkelijke gebeurtenissen in de wereld van XML van het afgelopen jaar van de hand van de auteur. n XML technical library, http://www.ibm.com/developerworks/views/xml/library.jsp: zie het XML-gedeelte van developerWorks voor een groot aantal technische artikelen en tips, zelfstudies, standaarden en IBM Redbooks.
Elliotte Rusty Harold is een adjunct professor in de computerwetenschappen aan de Polytechnische Universiteit, waar hij lesgeeft in Java en objectgeoriënteerd programmeren. Zijn website Cafe au Lait (http://www. cafeaulait.org/) is uitgegroeid tot een van de populairste onafhankelijke Java-sites op internet, en zijn nevensite, Cafe con Leche http://www.cafeconleche.org/), is uitgegroeid tot een van de populairste XML-sites. Zijn meest recente boek is Java I/O, 2nd edition. Hij werkt momenteel aan de API voor het verwerken van XML XOM (http:// www.xom.nu/), de XPath-engine Jaxen (http://jaxen. codehaus.org/) en de test coverage tool Jester (http://jester. sourceforge.net/).
Alle activiteiten Source of Innovation
(
<> PAG 30 8
n
NR 2