Waterplan Coevorden
Auteur: Afdeling: Team:
H.J.R. Ellen Beleid & Strategie Team Ruimte
Datum:
24 juni 2013
Versie:
concept
*13-068665*
Inhoudsopgave 1
Waarom een Waterplan ................................................................................ 4 1.1 1.2 1.3 1.4
2
Achtergrond ......................................................................................................4 Gemeentelijk (water)visie ...................................................................................4 Positie van het Waterplan ...................................................................................4 Leeswijzer.........................................................................................................5
Wet-, regelgeving en bovengemeentelijk beleid............................................... 6 2.1 Europees ..........................................................................................................6 2.1.1 Kaderrichtlijn Water.....................................................................................6 2.2 Nationaal ..........................................................................................................6 2.2.1 Waterbeleid 21e eeuw ..................................................................................6 2.2.2 Nationaal Bestuursakkoord Water..................................................................7 2.2.3 Nationaal Waterplan ....................................................................................7 2.2.4 Waterwet ...................................................................................................7 2.3 Provinciaal – Regionaal .......................................................................................8 2.3.1 Omgevingsvisie Drenthe, 2010 .....................................................................8 2.3.2 Lokaal Bestuursakkoord Waterbeheer, 2009 ...................................................8 2.4 Waterschap .......................................................................................................9 2.4.1 Algemeen...................................................................................................9 2.4.2 Waterbeheerplan....................................................................................... 11 2.4.3 Keur ........................................................................................................ 11 2.5 Gemeentelijk................................................................................................... 11 2.5.1 Wet gemeentelijke watertaken.................................................................... 11 2.5.2 Verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2010-2014........................................... 11
3
Water in Coevorden ................................................................................... 12 3.1 Watersysteem ................................................................................................. 12 3.1.1 Oppervlaktewater...................................................................................... 12 3.1.2 Grondwatersystemen................................................................................. 13 3.1.3 Drinkwater ............................................................................................... 14 3.1.4 Bluswater ................................................................................................. 14 3.1.5 Rioolwater ................................................................................................ 15 3.2 Gemeentelijke beleidsthema’s ........................................................................... 17 3.2.1 Klimaatbeleidsplan, 2009 ........................................................................... 17 3.2.2 Structuurvisie, 2013 .................................................................................. 17 3.2.3 Erfgoednota, Het Kapitaal van Coevorden, 2012............................................ 17 3.2.4 Toeristisch en recreatie beleidsplan, All-Inclusive, 2010 ................................. 18 3.2.5 Vechtdal Strategie, 2008............................................................................ 19 3.2.6 Wensbeeld, Welkom in Coevorden, 2012...................................................... 19 3.2.7 Herstructurering Holwert-Midden, 2013........................................................ 19 3.2.8 Gebiedsvisie Stationsomgeving Coevorden, 2012 .......................................... 20 3.2.9 Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan .......................................................... 20 3.2.10 Economie.............................................................................................. 20 3.2.11 Groenbeleid en beheerplan, 2013............................................................. 20 3.2.12 Wonen op het water ............................................................................... 21 3.2.13 Water in de woonomgeving ..................................................................... 21 3.2.14 Waterwegen.......................................................................................... 21 3.3 Samenwerkingsverbanden ................................................................................ 22 3.3.1 Rijn-Oost ................................................................................................. 22 3.3.2 Samenwerken in de (afval-)waterketen........................................................ 22 3.3.3 Compensatie afspraken.............................................................................. 22 3.3.4 Gemeente als De Eerste Overheid ............................................................... 23 3.3.5 Binnen de gemeente Coevorden (intern) ...................................................... 23 3.3.6 Vanuit de gemeente Coevorden (Extern) ...................................................... 23 3.3.7 Over de landsgrens ................................................................................... 24
2
4
Uitvoeren ................................................................................................. 25 4.1
Maatregelenplan .............................................................................................. 25
Begrippenlijst................................................................................................... 26 Literatuur ........................................................................................................ 27
3
1
Waarom een Waterplan
In de stedelijke gebieden van Nederland staat het water, door de complexe ruimtevragen, het veranderende klimaat, en nationale en internationale wet- en regelgeving, volop in de belangstelling. In het waterbeheer heeft de gemeente dan ook een duidelijk taak. Deze gemeentelijke watertaak richt zich op de zorg voor het afvalwater, het afvloeiend hemelwater en het grondwater. Daarnaast heeft de gemeente Coevorden vanuit andere beleidsterreinen doelstellingen geformuleerd die betrekking hebben op het water. Om een goed overzicht te krijgen, van alle activiteiten, verantwoordelijkheden en wensen, op het thema water is dit Waterplan opgesteld. Daarnaast geeft dit Waterplan inzicht in de doelen die wij, naast onze watertaak, in de komende jaren met betrekking tot water, willen bereiken en geeft het duidelijkheid waarom wij deze doelen hebben gesteld. De relevante onderdelen van het Waterplan voor andere beleidsterreinen worden, in de toekomst, doorvertaald in aanpalende beleidsnota’s, beleidsplannen, enz. Op deze wijze wordt het aspect water ook in andere beleidsterreinen gewaarborgd.
1.1
Achtergrond
Waterplan gemeente Coevorden 2006-2010 In 2006 is de eerste beleidsvisie Water 2006-2010 door de gemeenteraad vastgesteld. Het doel was niet alleen het kunnen beschikken over een (gemeentelijk) waterbeleid voor het grondgebied van de gemeente Coevorden, maar ook het onderzoeken in hoeverre de afstemming en samenwerking tussen alle betrokken organisaties en de communicatie met burgers en belanghebbenden ten aanzien van het waterbeheer kon worden verbeterd. Geactualiseerde beleidsvisie Water In 2010 heeft de eerste actualisatie van het waterplan plaatsgevonden, waar onder andere het Lokaal Bestuursakkoord Water (LBW) uit is voortgevloeid. Bij het opstellen van het Waterplan 2013 hebben o.a. het “Waterplan Gemeente Coevorden 2006-2010” en “De geactualiseerde beleidsvisie water 2009” als basis gediend. Actuele onderdelen uit deze plannen zijn dan ook rechtstreeks in het voorliggende “Waterplan 2013” overgenomen.
1.2
Gemeentelijk (water)visie
Als gemeente Coevorden zetten wij in op een goed en duurzaam watersysteem, waarbij zowel de waterkwaliteit als de waterkwantiteit zeer belangrijk zijn. Wij streven ernaar om te voldoen aan de wettelijk minimaal gestelde eisen. Daar waar het (financieel) mogelijk is, willen wij meer doen dan het wettelijk minimum. Hiervoor geldt altijd dat de kosten en baten goed tegen elkaar worden afgewogen, waardoor wij de maatschappelijke kosten zo laag mogelijk houden. In ruimtelijke plannen maken wij gebruik van de (water)kansen die geboden worden. Hierbij geldt dat wij plannen realiseren op basis van meest gunstige maatschappelijke kosten. Bij de realisatie van voldoende waterberging zetten wij in op beekherstel in combinatie met natuurontwikkeling, waarbij er voldoende ruimte blijft voor agrarische bedrijven. Door functiecombinatie voorkomen wij versnippering en zorgen wij ervoor dat de ruimtelijke druk zo goed mogelijk verdeeld wordt.
1.3
Positie van het Waterplan
Als gemeente Coevorden zetten wij in op een goed en duurzaam watersysteem, waarbij zowel de waterkwaliteit als de waterkwantiteit zeer belangrijk zijn. Wij streven ernaar om te voldoen aan de wettelijk minimaal gestelde eisen. Daar waar het (financieel) mogelijk is, willen wij meer doen dan het wettelijk minimum. Hiervoor geldt altijd dat de kosten en baten goed tegen elkaar worden afgewogen, waardoor wij de maatschappelijke kosten zo laag mogelijk houden. In ruimtelijke plannen maken wij gebruik van de (water)kansen die geboden worden. Hierbij geldt dat wij plannen realiseren op basis van meest gunstige maatschappelijke kosten.
4
Bij de realisatie van voldoende waterberging zetten wij in op beekherstel in combinatie met natuurontwikkeling, waarbij er voldoende ruimte blijft voor agrarische bedrijven. Door functiecombinatie voorkomen wij versnippering en zorgen wij ervoor dat de ruimtelijke druk zo goed mogelijk verdeeld wordt.
1.4
Leeswijzer
Hoofdstuk2 begint met een analyse van al het bestaande wet-, regelgeving en beleid dat zich op water richt, vanaf Europees naar gemeentelijk abstractieniveau. In het daar opvolgende hoofdstuk wordt gekeken naar het water in Coevorden. Hierin wordt al het water en het waterbeleid dat binnen de gemeente Coevorden aanwezig is beschreven. Tevens wordt aangegeven welke ambitie wij voor het specifieke onderdeel hebben. In hoofdstuk 4 staat, middels een maatregelenplan, omschreven hoe wij de gestelde doelen willen gaan behalen. In deze beleidsnota worden regelmatig begrippen en vaktermen gebruikt. Met de begrippenlijst (hoofdstuk 5) worden deze verder uitgelegd. Als laatste wordt een overzicht gegeven van gebruikte literatuur.
5
2
Wet-, regelgeving en bovengemeentelijk beleid
2.1
Europees
2.1.1 Kaderrichtlijn Water In Europees verband is in 2000 de Kaderrichtlijn Water (KRW) vastgesteld. In de KRW is Europa ingedeeld in diverse stroomgebieden, die op hun beurt op regionaal niveau in deelstroomgebieden zijn ingedeeld. In Nederland zijn vier stroomgebieden aanwezig, te weten: Schelde, Maas, Rijn en Eems. De Gemeente Coevorden is voor het grootste deel gelegen in het stroomgebied van de Rijn en voor een klein deel in het stroomgebied van de Eems. Tot de stroomgebieden behoort niet alleen het water van de rivier, maar al het water in de betreffende regio, dus ook de meertjes, vertakkingen, e.d.. Stroomgebieden zijn daarom op regionaal niveau opgedeeld in deelstroomgebieden. Het deelstroomgebied waar de gemeente Coevorden onder valt is deelstroomgebied Rijn-Oost. De KRW richt zich op de volgende punten: Kwaliteitseisen voor grond- en oppervlaktewater; De KRW schrijft kwaliteitseisen voor, waaraan zowel het grond- en oppervlaktewater in 2015 moet voldoen. Al het oppervlaktewater dient uiteindelijk te voldoen aan de Goede Chemische Toestand (GCT). Hiervoor gelden er op Europees niveau 41 normen voor chemische stoffen. Op nationaal niveau zijn er nog eens 149 niveaus vastgesteld. Daarnaast dienen waterlichamen, veelal hoofdwateren, te voldoen aan ecologische doelen, Goed Ecologisch Potentieel (GEP). De GEP zijn afgeleid van een vastgestelde natuurlijke referentie. Volgens de KRW moet de waterkwaliteit in 2015 voldoen aan de GCT en GEP. Eenheid in regelgeving; De doelstelling is om meer eenheid in de regelgeving op het gebied van waterkwaliteit te brengen. Opstellen stroomgebiedbeheerplannen; De KRW verplicht de EU-lidstaten om voor elk stroomgebied een stroomgebiedbeheerplan op te stellen. Grensoverschrijdende samenwerking; Omdat stroomgebieden vrijwel altijd grensoverschrijdend zijn, is er ook de verplichting tot het opstellen van een internationale versie van het stroomgebiedbeheerplan. Opstellen monitoringsprogramma; De waterkwaliteit dient door middel van een monitoringsprogramma gecontroleerd te worden, zodat duidelijk wordt welke maatregelen, waar genomen moeten worden.
2.2
Nationaal
2.2.1 Waterbeleid 21e eeuw De kerngedachte in het advies van de Commissie waterbeleid 21e eeuw (Commissie Tielrooij), of kortweg WB21, is dat er in de toekomst meer ruimte voor water nodig is. Vanuit de Commissie komt dan ook de drietrapsstrategie: vasthouden, bergen, afvoeren voort. Waarbij water meer leidend moet zijn in ruimtelijke vraagstukken. Deze principes brengen een belangrijke verandering teweeg in het maatschappelijk bewustzijn ten aanzien van de vraag hoe met water om te gaan. Ook waterkwaliteit, waterschaarste, verdroging en het tegengaan van verzilting moeten onderdeel zijn van de plannen die de waterschappen ontwikkelen. De Commissie voorziet dan ook een forse wateropgaaf om problemen in het kader van te verwachten klimaatsveranderingen voor 2050 te voorkomen. De maatregelen zijn verder uitgewerkt in het NBW (Nationaal Bestuursakkord Water). Bij extreme situaties moet worden voldaan aan de werknormen, zoals die zijn vastgelegd in het NBW. Hierbij moet ook rekening worden gehouden met verwachte toekomstige klimaatsveranderingen. Wateropgaven Voor wateropgaven zijn normen (bv hoe vaak mag een gebied onder water staan) bepalend. De wateropgaven moeten gezien worden als een (hydrologisch) 'verlanglijstje' van waterschappen. Het geeft aan wat nodig is om voldoende water vast te houden en te bergen en als dat niet meer mogelijk is af te voeren. De belangrijkste vragen die in de wateropgave worden beantwoord, zijn: hoeveel vasthoud- en bergingscapaciteit (m3's) is er nodig voor de waterhuishouding in 2050? hoeveel hectares is hiervoor nodig? waar zijn er in het beheersgebied realistische mogelijkheden voor het vasthouden en bergen van water? wat kost de realisatie en het beheer?
6
2.2.2 Nationaal Bestuursakkoord Water Het advies van de Commissie waterbeleid 21e eeuw is door het Rijk, provincies, gemeenten en waterschappen doorvertaald in het Nationaal Bestuursakkoord Water (NWB) welke in 2003 is ondertekend. Het NBW heeft tot doel om in 2015 het watersysteem op orde te hebben en te houden. Hierbij richt het NBW zich vooral op het voorkomen van wateroverlast (waterkwantiteit). Er zijn in het NBW afspraken gemaakt over onder andere de wijze waarop de benodigde ruimte voor water wordt berekend en de taken van de waterbeheerders. De uitgangspunten uit het NBW worden regionaal doorvertaald in het Lokaal Bestuursakkoord Noodretentie (LBN)1. Voor alle gemeenten betekent dit dat zij de ruimtebehoefte voor water in bestemmingsplannen vastleggen. In 2008 geactualiseerde NBW richt zich op het op orde brengen van de waterhuishouding in 2015. Op nationaal niveau zijn, om de waterkwaliteit te verbeteren, diverse stroomgebiedbeheerplannen opgesteld.
2.2.3 Nationaal Waterplan Eind 2008 is het Nationaal Waterplan (NWP) verschenen. Dit NWP kent drie doelstellingen: 1. een goede bescherming tegen overstromingen; 2. het zoveel mogelijk voorkomen van wateroverlast en droogte; 3. het bereiken van een goede waterkwaliteit. In het NWP worden de volgende maatregelen benoemd om de doelstellingen te behalen: Een gebiedsgerichte aanpak; water gebruiken om de ruimtelijke kwaliteit op het platteland en in de steden te vergroten; water een meer bepalende rol geven bij ruimtelijke ontwikkelingen; waterveiligheid garanderen door preventieve maatregelen en het beperken van de gevolgen van een eventuele overstroming; waterkwaliteit verbeteren door aanpak bij de bron en verbetering van de inrichting.
2.2.4 Waterwet Per 22 december 2009 is de nieuwe Waterwet in werking getreden. In de oude situatie duikelden wetten, regelingen en beleidsplannen over elkaar heen. Het versterken van het waterinstrumentarium, verbetering van de samenhang tussen water, ruimtelijke ordening en beheer is het voornaamste doel van de Waterwet. Met de Waterwet zijn er diverse wetten (oa. Wet op de waterhuishouding, Wet op de waterkering, Grondwaterwet, Wet verontreiniging oppervlaktewateren, Wet op droogmakerijen en indijking, Waterstaatswet) geïntegreerd. In de Waterwet wordt de basis gelegd voor de normen die aan watersystemen en waterkeringen gesteld worden. De Waterwet maakt het mogelijk normen op te stellen voor watersystemen om onaanvaardbare wateroverlast te voorkomen. Ook geeft de Waterwet normen voor de bergings- of afvoercapaciteit van regionale watersystemen. Deze dienen zo te worden ingericht dat bij hoog water voldoende water kan worden geborgen of afgevoerd.
Daarnaast worden er in de Waterwet kwaliteitseisen gesteld, voor de grond- en oppervlaktewaterkwaliteit, waaraan waterbeheerders moeten voldoen. Daarnaast biedt de Waterwet bestuurlijk-juridische instrumenten voor de uitvoering van het waterbeleid. Voor de gemeente zijn de hemelwaterzorgplicht en de grondwaterzorgplicht in de Waterwet opgenomen. Met betrekking tot het grondwater is de zorgplicht op de volgende wijze vastgelegd: De burger is verantwoordelijk voor de goede staat van zij of haar eigendom. De burger zorgt voor bouwkundige of waterhuishoudkundige voorzieningen voor eigen erf en woning (zoals een vochtdichte vloer). De gemeente is het aanspreekpunt (loket) voor de burger. Zij behandelt vragen en meldingen. De gemeente overlegt met de partijen over analyse, aanpak, oplossing en mogelijke gevolgen van eventuele grondwaterproblemen op het erf. De gemeente neemt daarbij de verantwoordelijkheid van de burger en instanties niet over. En verder, zoals de burger verantwoordelijk is voor zijn of haar erf, zo is de gemeente verantwoordelijk voor de openbare ruimte. Het waterschap zorgt voor de afvoer van eventueel ingezameld grondwater naar het oppervlaktewater. Het waterschap is de peilbeheerder van het oppervlaktewater. De provincie regelt de vergunningen voor de onttrekking van grondwater.
Voor hemelwater heeft de gemeente de plicht om te zorgen voor een doelmatige afvoer ervan. Binnen de Waterwet zijn ook diverse gedoog- en duldplichten opgenomen. Dit is op zichzelf geen nieuwe ontwikkeling in het waterbeheer. In voorgaande wetgeving was al opgenomen dat op gronden, grenzend 1
In het beheersgebied van het waterschap Velt en Vecht is het NBW doorvertaald in het Lokaal Bestuursakkoord Waterbeheer (LBW)
7
aan of liggend in een watersysteem, baggerspecie of maaisel mag worden achtergelaten. Nieuw is wel dat eigenaren van gronden kunnen worden geconfronteerd met een plicht om in een bergingsgebied de tijdelijke berging van water te dulden. Deze bergingsgebieden dienen dan wel hiervoor te zijn aangewezen en zijn vastgelegd in een bestemmingsplan. In de Waterwet zijn meerdere vergunningen uit eerdere wetten opgegaan in één watervergunning, waarbij aangesloten wordt bij het Wabo-principe (Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht). Op basis van het gedachtegoed van “De Eerste Overheid” kan de watervergunning bij de gemeente aangevraagd worden. Wanneer er ook een Omgevingsvergunning nodig is, kan die samen met de watervergunning, bij hetzelfde loket worden aangevraagd. De gemeente moet vervolgens zorgen voor doorzending naar de juiste bevoegde instanties. Als voor de afgifte van de watervergunning verschillende bestuursorganen bevoegd zijn, wordt de beslissing op de aanvraag in beginsel genomen door het hoogst bevoegde gezag. Hiervoor kunnen de bestuursorganen onderling tot een andere werkformule besluiten.
Wabo-principe Eén loket Eén bevoegd gezag Eén vergunningsaanvraag Eén procedure reguliere projecten Eén procedure complexe projecten Eén besluit Eén handhaver
2.3
Provinciaal – Regionaal
2.3.1 Omgevingsvisie Drenthe, 2010 In de Omgevingsvisie Drenthe (vastgesteld 2 juni 2010) is het provinciaal waterhuishoudingsplan opgenomen. Hierin staat vermeld dat er in de eerste plaats door herstel van de natuurlijke waterlopen meer ruimte voor water in de beekdalen gecreëerd moet worden. Hiermee moet wateroverlast in lager gelegen gebieden voorkomen worden, verdroging van bovenstroomse gebieden verminderd worden en een bijdrage geleverd worden aan de Europese waterkwaliteitsdoelstellingen. Het tweede uitgangspunt betreft het aanwijzen van inzijgingsgebieden en waterspaarzones om toekomstige watertekorten te voorkomen. Deze twee uitgangspunten moeten ontwikkelingen op andere vlakken mogelijk maken, namelijk: De productieomstandigheden voor de landbouw verbeteren door het herstel van de natuurlijke waterloop in de beekdalen; kansen voor de ontwikkeling van landbouw in verdroginggevoelige gebieden; kansen voor ontwikkelingen op het gebied van recreatie en toerisme, wonen en landschap.
2.3.2 Lokaal Bestuursakkoord Waterbeheer, 2009 In het Lokaal Bestuursakkoord Waterbeheer (LBW) hebben de gemeenten Coevorden, Emmen, Hardenberg en Ommen tezamen met het Waterschap Velt en Vecht, op 26 oktober 2009, afspraken vastgelegd over de maatregelen omtrent (nood-) waterberging. In het LBW is overeengekomen dat het merendeel van de wateropgave (waterberging) gerealiseerd wordt op het grondgebied van Coevorden. Dit omdat er in de gemeente Coevorden meerdere natuurlijke laagtes voorkomen, waardoor de realisatie van waterberging goedkoper is. Hierdoor neemt de gemeente Coevorden, in ruil voor compensatie, een deel van de wateropgave van de gemeenten Emmen, Hardenberg en Ommen over (zie onderstaande tabel). Het waterschap heeft de verantwoordelijkheid voor de regionale wateropgave, maar de gemeente is hierbij verantwoordelijk voor de integrale ruimtelijke afweging en de planologische reservering.
8
Coevorden Emmen Hardenberg Ommen Totaal
intentie verklaring (naar rato van grondoppervlak) landelijk stedelijk 3,77 0,6 2,41 0,3 3,79 0,1 1,03 0,09 11 1,09
Verdeling wateropgave (landelijk gebied + stedelijke gebied Coevorden) 4,37 2,41 3,79 1,03 11,6
Programma Wateropgave
6,7 2,01 1,69 0 10,4
(Genoemde getallen x mln m3) Tabel met de regionale wateropgave zoals opgenomen in het LBW
2.4
Waterschap
2.4.1 Algemeen Voor het grootste deel valt het water binnen de gemeente Coevorden onder de verantwoordelijkheid van het waterschap Velt en Vecht. Voor het westelijk deel van de gemeente valt het water onder de verantwoordelijkheid van het waterschap Reest en Wieden en aan de noordzijde onder de verantwoordelijkheid van het waterschap Hunze en Aa’s. Voor het gehele grondgebied is het waterschap Velt en Vecht voor wat betreft water onze aanspreekpartner. Zij neemt de taken van de andere waterschappen waar. Alleen voor de formele zaken (bv goedkeuringen, vergunningen, ed.) dienen wij contact op te nemen met de andere twee waterschappen. Op 1 januari 2014 fuseert het waterschap Velt en Vecht met het waterschap Regge en Dinkel tot het Waterschap Vechtstromen. De waterschappen zijn verantwoordelijk voor zowel een goede waterkwaliteit als waterkwantiteit. De zorg voor de waterkwaliteit, is nadrukkelijk een rol voor het waterschap. Op dit gebied heeft zij vanuit de KRW een resultaatverplichting aan de Europese Unie. Maatregelen in het kader van de zorg voor schoon water betreffen voor de gemeente Coevorden vooral het herstel van de beekdalen door bijvoorbeeld natuurvriendelijke oevers aan te leggen en natuurvriendelijk onderhoud toe te passen. Voor overige doelen heeft het waterschap ‘slechts’ een inspanningsverplichting. Bij deze doelen moet gedacht worden aan zaken als waterberging, waterkering en zuiveringstechnische maatregelen. Voor de Gemeente Coevorden zijn de gebieden Groot Weijerswold, Ossehaar en Oosterhesselerlanden aangewezen als noodwaterbergingsgebied. Het waterschap is in voorbereiding om deze noodwaterbergingsgebieden te gaan realiseren. Hiervoor heeft men de projectplannen, in het kader van Waterwet, voor Ossehaar en Groot Weijerswold inmiddels vastgesteld. Op dit moment is de planologische procedure voor wat betreft Ossehaar afgerond en kan met de aanleg begonnen worden. Voor het bergingsgebied Groot Weijerswold werkt de gemeente Coevorden aan de planologische procedure om de daadwerkelijke realisatie mogelijk te maken. Daarnaast is het waterschap op dit moment bezig met het maken van de inrichtingsplannen voor het bergingsgebied Oosterhesselerlanden.
9
Beheersgebieden van de verschillende waterschappen
10
2.4.2 Waterbeheerplan Vanuit de nieuwe Waterwet (2009) zijn waterschappen verplicht waterbeheerplannen op te stellen. Deze waterbeheerplannen hebben verplicht een looptijd van zes jaar. Het waterschap Velt en Vecht beheert samen met vier andere waterschappen het deelstroomgebied Rijn-Oost (deelstroomgebieden komen voort uit de KRW). Deze waterschappen hebben tezamen een concept-waterbeheerplan opgesteld. Deze zijn daarna door de individuele waterschappen vastgesteld. In het waterbeheerplan geeft het waterschap onder andere aan wat de lange termijn doelstellingen voor het waterbeheer zijn. Het gaat hierbij om alle watertaken van het waterschap: waterkwantiteit (hoeveelheid), waterkwaliteit, waterkering (dijken) en waterketen (riolering en zuivering). Ook wordt aangegeven welk beleid gevoerd wordt voor watergerelateerde thema's en wat het waterschap in de planperiode wil doen om de doelstellingen te bereiken. In het waterbeheerplan zijn ook de KRWdoelstellingen en maatregelen verankerd In het waterbeheerplan wordt ingegaan op ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het watersysteem. Ook veranderingen in Wet en regelgeving worden daarbij meegenomen. Aspecten van beheer en onderhoud krijgen uitgebreid aandacht in het waterbeheerplan. Deze aspecten zijn onder andere peilbeheer, natuurvriendelijk onderhoud en energiebewust beheer. Een goed beheer is uitermate belangrijk voor het bereiken van de doelstellingen.
2.4.3 Keur Wanneer er (bouw)werkzaamheden worden uitgevoerd in de buurt van een watergang, waterkering of kunstwerk, heeft de initiatiefnemer een keurvergunning of een keurontheffing nodig van het waterschap. De Keur is een verordening van het waterschap, waarin zij regels stelt voor ingrepen in de buurt van een watergang, waterkering of kunstwerk. Het waterschap onderzoekt hoe en wat de nadelige gevolgen van de ingreep zijn. Zijn de gevolgen acceptabel, dan wordt (onder strikte voorwaarden een vergunning of ontheffing) afgegeven. Voor diverse werkzaamheden zijn algemene regels beschikbaar. Als aan deze regels wordt voldaan, is er geen vergunning of ontheffing nodig, waarbij de werkzaamheden wel bij het waterschap moeten worden gemeld. In de Keur van het waterschap Velt en Vecht zijn onder andere opgenomen: • regeling van beheer en onderhoud van waterstaatswerken (waterkeringen, oppervlaktewaterlichamen en kunstwerken); • vergunningstelsel voor handelingen in het watersysteem; • algehele verboden in geval van calamiteiten; • watervergunning en melding voor lozen en onttrekken van grond- en oppervlaktewater; • meet- en registratieplicht; • zorgplicht voor het watersysteem; • regeling voor de schouw. De aanvragen voor een keurvergunning kunnen deel uit maken van een Omgevingsvergunning in het kader van de Wabo. De gemeente is het loket voor de burger waar het vragen kan stellen en vergunningen kan aanvragen bij de overheid. Vragen of vergunningen die betrekking hebben op water moeten dan ook doorgeleid worden naar het waterschap. Deze functie wordt het Waterloket genoemd.
2.5
Gemeentelijk
2.5.1 Wet gemeentelijke watertaken De Wet gemeentelijke watertaken is op 1 januari 2008 in werking getreden. In de Wet gemeentelijke watertaken wordt ingegaan op de gemeentelijk zorg voor het afvalwater, het afvloeiend hemel- en grondwater en verduidelijkt daarmee de rolverdeling tussen verschillende overheden en de perceeleigenaar. Daarnaast bevat de wet onder andere de rioolbelasting waarmee de aanleg, het beheer en het onderhoud van de riolering bekostigd worden. 2.5.2 Verbreed gemeentelijk rioleringsplan 2010-2014 Vanuit de Wet milieubeheer zijn alle gemeenten verplicht een gemeentelijk rioleringsplan (GRP) op te stellen, waarin de rioolvoorzieningen, het beheer, het functioneren en de financiering van de riolering is vastgelegd. Met de invoering van de Wet gemeentelijke watertaken (Wgw) moet in het GRP ook het beheer van het grond- en hemelwater worden opgenomen, dit wordt het verbreed gemeentelijk rioleringsplan (vGRP) genoemd. Het vGRP is een gemeentelijk beleidsplan dat in gaat op drie onderwerpen waarvoor zij verantwoordelijk is, te weten: afval-, hemel- en grondwaterzorgplicht. Daarnaast worden de plichten van burgers en gemeente in het vGRP geregeld. Het vGRP geeft ook aan welke voorzieningen noodzakelijk zijn voor een goede afvoer van afval-, regen en overtollig grondwater. Met daarbij de financiële gevolgen voor de in standhouding van die voorzieningen. Het vGRP is vertaald naar een verordening waarin taken, rechten en plichten van en tussen burgers en gemeente formeel zijn vastgelegd. Deze verordening regelt tevens de rioolheffing. Het huidige GRP is op 19 oktober 2009 door de gemeenteraad vastgesteld en zal in 2014 vernieuwd worden.
11
3
Water in Coevorden
3.1
Watersysteem
In grote lijnen zijn er meerdere vormen van water te onderscheiden. Te weten: Oppervlaktewater Grondwater Drinkwater Rioolwater Bluswater Hieronder wordt per type water een kort overzicht gegeven van de situatie in de gemeente Coevorden. Verder wordt aangegeven hoe de gemeente Coevorden in de komende jaren haar taak per onderdeel zal uitvoeren.
3.1.1 Oppervlaktewater Binnen de gemeente Coevorden is een uitgebreid oppervlaktewatersysteem van greppels, sloten, wijken, kanalen en beeklopen dat ervoor zorgt dat het overtollige water van noordoost naar zuidwest door onze gemeente stroomt. Uiteindelijk wordt het water via het Afwateringskanaal afgevoerd op de Overijsselse Vecht. De belangrijkste beeksystemen binnen onze gemeente zijn (van west naar oost): - Mars- en Geeserstroom/Loodiep. - Aelder- en Westerstroom/Drostendiep. - Sleenerstroom. Langs de zuidgrens van de gemeente stroomt het Schoonebekerdiep (tevens Rijksgrens) en de Kleine Vecht. Het spreekt voor zich dat deze oorspronkelijke beeksystemen een grote invloed hebben op het grondwatersysteem binnen de gemeente. De aanwezige kanalen die de gemeente doorsnijden laten de natuurlijke watersystemen door middel van grondduikers/onderleiders/sifons grotendeels intact. Van oost naar west doorsnijdt de Verlengde Hoogeveensche Vaart de gemeente. In de zuidelijke helft van het grondgebied vinden we het Stieltjeskanaal, het kanaal Coevorden-Zwinderen, het kanaal Coevorden-Alte Picardie, het CoevordenVechtkanaal (met Afwateringskanaal) en de Lutterhoofdwijk. In het uiterste noorden van het grondgebied van de gemeente Coevorden ligt tenslotte het Oranjekanaal. De kanalen hebben in de historie van Coevorden een belangrijke rol gespeeld voor het transport van turf en andere goederen, maar hebben nu grotendeels hun functie verloren. Een deel van de kanalen is ook niet meer bevaarbaar. De kanalen zijn nu vooral in gebruik voor de afwatering: via het Stieltjeskanaal wordt bijvoorbeeld een groot deel van het water vanuit de gemeente Emmen afgevoerd. Over het algemeen kan gesteld worden dat de watersystemen goed zijn. Hierbij moet natuurlijk de kanttekening geplaatst worden dat de hoogwatersituatie van 1998 maatgevend is hiervoor en toen ging het NET goed. Sindsdien zijn er al vele maatregelen genomen om een situatie zoals in 1998 te voorkomen. Zo heeft het waterschap, om de extra waterafvoer vanuit Duitsland en de gemeente Emmen op te kunnen vangen, een aantal waterbergingsgebieden aangewezen. Deze waterbergingsgebieden, Ossehaar en Groot Weijerswold, zijn beide gelegen aan de oostzijde van de stad Coevorden. Daarnaast hebben in de bovenloop van de Aelderstroom en de Geeserstroom omvangrijke hermeanderingsprojecten plaatsgevonden, waarbij het watersysteem zo is ingericht dat deze het water langer vasthoudt en daardoor de afvoerpiek benedenstrooms vermindert. In het gebied Oosterhesselerlanden (ten zuiden van Oosterhesselen) wordt door het waterschap op dit moment gewerkt aan het maken van een uitvoeringsplan om ook hier een waterbergingsgebied mogelijk te maken. De peilbeheerders van het waterschap Velt en Vecht stemmen de waterpeilen af op eventuele afvoerpieken in de Overijsselse Vecht. Binnen het grondgebied van de gemeente Coevorden moet alvast zoveel mogelijk water worden afgevoerd vooruitlopende op een afvoerpiek in de Overijsselse Vecht, om de bergingscapaciteit in de gemeente Coevorden zo lang mogelijk beschikbaar te houden. Deze bergingscapaciteit is namelijk hard nodig om op het moment dat afvoer naar de Vecht nauwelijks nog mogelijk en ongewenst is, water te kunnen bergen. In de praktijk betekent dit dat het peil van de Verlengde Hoogeveensche Vaart en het kanaal Coevorden-Zwinderen tijdelijk kan worden verlaagd. Op het Stieltjeskanaal worden vaste peilen gehanteerd in verband met de scheepvaart en is een tijdelijke verlaging van het waterpeil niet mogelijk.
12
Ander oppervlaktewater in de gemeente bestaat uit binnenstedelijke vijvers, de structuren van de historische grachten van de stad Coevorden en uit een aantal fraaie zwemplassen. Deze open wateren hebben met name een recreatieve functie en geen specifieke functie voor het oppervlaktewatersysteem. In algemene zin is het waterschap verantwoordelijk voor het oppervlakte water. Het beheer en onderhoud evenals het eigendom van het meeste oppervlaktewater is dan ook in handen van het waterschap. Alleen de vijverpartijen in het stedelijk gebied zijn in eigendom, beheer en onderhoud van de gemeente.
Ambitie Ons streven is het beheer en onderhoud van stedelijk water over te dragen aan het waterschap. Of het eigendomsschap ook overgaat naar het waterschap is nog te bezien. Wat gaan we doen? Op dit moment wordt er gewerkt aan de uitvoering van het baggerplan. Hierbij worden de waterbodems in stedelijk gebied schoongemaakt. Nadat dit baggerplan volledig is uitgevoerd wil de gemeente het beheer en onderhoud van het stedelijk water overdragen aan het waterschap. Of ook het eigendomsschap overgaat is nog te bezien. Door de overdracht van het stedelijk water wordt het waterschap verantwoordelijk voor al het oppervlakte water.
3.1.2 Grondwatersystemen Het diepe grondwater stroomt in hoofdzaak in zuidelijke richting, naar het watersysteem van de Overijsselse Vecht. Langs de noordoostelijke rand van de gemeente is een diepere grondwaterstroming in oost- noordoostelijke richting waarneembaar, naar de Dollard/Waddenzee. Stromingsrichting van het ondiepe grondwater is niet bekend. Buiten de bemalingsgebieden/ polders zal dit naar verwachting ook zuidelijk georiënteerd zijn, met een duidelijk drainerende werking van de verschillende beeksystemen. Vooral ten westen en ten oosten van Coevorden liggen grotere bemalingsgebieden: dit zijn vooral de gebieden waar turf gewonnen is. Hetzelfde geldt voor een gebied ten zuidoosten van Schoonoord. Tenslotte kennen de van oudsher nattere gronden ten noorden van Geesbrug en ten westen en ten zuiden van Oosterhesselen een kunstmatig peil door bemaling. Hogere grondwaterstanden komen vooral voor in de beekdalen en in de oude veenontginningsgebieden. Als gevolg van stagnatie van infiltrerend hemelwater op storende (keileem)lagen komen plaatselijk hogere (schijn)grondwaterstanden voor. In een aantal naoorlogse wijken in Coevorden, te weten: Lootuien, Lootuinen-Noord en Poppenhare, wordt op dit moment een onderzoek gedaan naar grondwateroverlast die hier in het verleden heeft plaatsgevonden. Verder zijn er in de gemeente geen grondwaterproblemen bekend. Vanuit de Samenwerking in de (afval-)waterketen is er een grondwaterbeleid opgesteld. Op basis van historische gegevens (meldingen) is gebleken dat wij binnen de gemeente, met uitzondering van Lootuinen, Lootuinen-Noord en Ballast-Noord, geen grondwaterproblematiek kennen. Voor de gebieden Lootuinen, Lootuinen-Noord en Ballast-Noord wordt in 2013 gestart met een nader onderzoek naar de grondwaterproblematiek door aanleg van een meetnet. Dit meetnet zal door het waterschap beheerd gaan worden. Met de resultaten, die voortkomen uit het meetnet, zal er gekeken worden naar mogelijke oplossingen om grondwateroverlast in het betreffende in de toekomst te voorkomen.
13
Ambitie Als gemeente streven wij ernaar dat er geen grondwateroverlast plaatsvindt. De gemeente Coevorden beschikt op dit moment echter niet over gegevens van grondwateroverlast in alle gebieden. Allereerst zullen we inventariseren of er nog andere plekken zijn waar eventueel grondwateroverlast voorkomt. Wanneer blijkt dat er interventie nodig is zal er bezien worden op welke wij deze interventie moet/kan plaatsvinden. Wat gaan we doen? In gebieden die gerealiseerd zijn vóór 2003 moet grondwateroverlast voorkomen worden. Hiervoor geldt een basisinspanning voor de gemeente. Voor gebieden die na 2003 gerealiseerd zijn, geldt deze verplichting niet, omdat vanaf 2003 strengere eisen werden gesteld aan de afdichting van de beganegrondvloeren (dampdicht) van nieuwbouwwoningen. Hierdoor is eventueel grondwater in de kruipruimte niet van invloed op het binnenklimaat van de woning. Wij zullen in samenwerking met het waterschap inventariseren waar er in het verleden meldingen van grondwateroverlast zijn gedaan.
3.1.3 Drinkwater Voor de gehele drinkwatervoorziening (winning en levering) binnen de gemeente Coevorden is de Waterleiding Maatschappij Drenthe (WMD) verantwoordelijk. De drinkwaterkwaliteit binnen de gemeente Coevorden is goed en voldoet aan alle gestelde normen. In de gemeente Coevorden zijn drie grondwaterbeschermingsgebieden, ter bescherming van waterwingebieden, aanwezig. Deze zijn gelegen ten zuiden van Dalen (wingebied Dalen), ten westen van Sleen (wingebied Kruidhaars) en nabij ’t Haantje (wingebied Valtherbos). In de eerste twee grondwaterbeschermingsgebieden is tevens een drinkwaterproductiestation gelegen. Het drinkwaterproductiestation Valtherbos is gelegen in de gemeente Emmen. Planologisch worden de grondwaterbeschermingsgebieden beschermd middels het bestemmingsplan.
Ambitie De gemeente Coevorden streeft ernaar dat haar inwoners beschikken over een goed drinkwaternet met daarbij een levering van drinkwater van goede kwaliteit. Zoals hiervoor beschreven is dit de verantwoordelijkheid van de WMD. Daar waar nodig faciliteren wij en helpen wij de WMD haar taak te vervullen. Verder streven we ernaar goed te signaleren welke klachten er zijn omtrent het drinkwater of het drinkwaternet en deze adequaat door te leiden naar de WMD. Wat gaan we doen? Om onze ambities waar te maken hoeven wij niets te veranderen in onze huidige werkwijze. Deze zetten wij dan ook voort.
3.1.4 Bluswater Voor bluswater maakt de brandweer (behalve in de woonwijk Ossehaar) gebruik van brandkranen die zijn aangesloten op het drinkwaternet. In de woonwijk Ossehaar is een bluswaterriool aanwezig. Om drinkwater te kunnen besparen en de kwaliteit te verbeteren wil de WMD overstappen op dunnere leidingen. Hierdoor is de capaciteit van de waterleiding niet meer voldoende om de brandweer van voldoende bluswater te voorzien. Na een succesvolle proef met een nieuwe bluswatervoorziening in de gemeente Emmen is de Drentse brandweer nu bezig om dit systeem in de gehele provincie in te voeren. Waar nu veelal de brandkraan, die is aangesloten op het drinkwaternetwerk, voor bluswater zorgt tijdens een brand zal de brandweer dit in de toekomst zelf verzorgen. De hulpverleningsdienst Drenthe (HVD) is bezig om voor de gehele provincie in kaart te brengen waar vulpunten, toegangen tot openwater en eventuele waterbronnen gerealiseerd moeten worden om de aanvoer van bluswater te kunnen garanderen. De inventarisatie en realisatie van vulpunten en nieuwe waterbronnen zal in nauw overleg met de gemeente plaatsvinden. Om te voorzien in (primair) bluswater wordt in de gemeente Coevorden gebruik gemaakt van brandkranen die zijn aangesloten op het drinkwaterleidingnet. Over wederzijdse rechten en plichten is tussen alle Drentse gemeenten en de WMD in 2002 een overeenkomst “Levering bluswater” gesloten. De vanzelfsprekendheid om drinkwater als bluswater te gebruiken is echter verleden tijd en de levering ervan is geen wettelijke taak van de WMD. Volgens de Drinkwaterwet zijn drinkwatermaatschappijen verantwoordelijk voor het leveren van schoon drinkwater. Sinds de nieuwe ontwerpeisen van
14
distributienetten verkleinen deze maatschappijen de diameter van de waterleidingen. Immers, door de leidingdiameter te verkleinen wordt de doorstroomsnelheid verhoogd, waardoor voorkomen wordt dat vuil in de leidingen kan bezinken en zich kan ophopen wat weer een voedingsbodem vormt voor bacteriën, die uit oogpunt van volksgezondheid geminimaliseerd moeten worden. Naast de steeds kleiner wordende diameter van de waterleidingen, is de geringe dichtheid van het brandkranennet in grote delen van het buitengebied problematisch. Binnen de bebouwde kom is de dichtheid aan brandkranen voldoende. Doordat van oudsher ook de diameter van de waterleidingen in landelijke gebieden kleiner is kan er niet vertrouwd worden op een ‘gegarandeerde’ hoeveelheid bluswater. Verder leidt het onttrekken van bluswater regelmatig tot breuken in de waterleiding. De brandweer in Drenthe heeft gekozen voor een nieuw bluswatersysteem dat wordt gevormd door pendelende tankwagens in combinatie met vulpunten. Om dat haalbaar te maken moet er binnen vijf minuten rijden van elke bereikbare plaats een vulpunt aanwezig zijn. Deze vulpunten hebben voldoende capaciteit om de tankwagen snel te vullen. Open water, een geboorde put of een bluswaterriool worden als vulpunt gebruikt. Met de invoering van dit systeem gebruikt de brandweer in Drenthe geen duurzaam drinkwater meer als bluswater. Hierdoor heeft de WMD over tien jaar een schoner leidingnet, waardoor het leidingnetwerk minder snel vervuild en de onderhoudskosten ten behoeve van het drinkwaternetwerk zullen dalen.
Ambitie Door het initiatief van de HVD waarbij de brandkranen worden afgeschaft streeft de gemeente Coevorden ernaar te blijven beschikken over een adequaat bluswatersysteem in haar gemeente, waarbij de aanvoer van voldoende bluswater tijdens een brand gegarandeerd is. Wat gaan we doen? De HVD is verantwoordelijk voor de aanleg en het beheer van het bluswatersysteem. De gemeente Coevorden ondersteunt de HVD bij het vinden van geschikte vulpunten en de eventuele inrichting daarvan
3.1.5 Rioolwater De gemeente is verantwoordelijk voor het afvalwater. Hiervoor maakt de gemeente gebruik van meerdere typen riolering, die dan ook in eigendom, beheer en onderhoud zijn bij de gemeente. Het gaat hierbij om gescheiden (twee aparte buizen voor droogweer- en regenwaterafvoer) en gemengde (gecombineerde buis voor zowel droogweer- als regenwaterafvoer) rioolstelsels. Droogweerafvoer Nadat het afvalwater in de (vuilwater)riolering (of droogweerafvoer, dwa) is gekomen wordt het afgevoerd naar één van de drie aanwezige rioolwaterzuiveringsinstallaties (rwzi’s) binnen de gemeente Coevorden. Deze rwzi’s zijn in beheer en eigendom van het waterschap Velt en Vecht en bevinden zich in Coevorden, Sleen en Schoonoord. In de hiervoor genoemde rwzi’s wordt naast afvalwater uit de gemeente ook afvalwater van gebieden buiten de gemeentegrens gezuiverd. Na zuivering wordt het gezuiverde afvalwater (effluent) van de rwzi’s afgevoerd naar het oppervlaktewater. Regenwaterafvoer Het regenwater wordt van oorsprong afgevoerd via het gemengde rioolstelsel (rwa en dwa). Hierdoor ontstaat er bij hevige regenval een piekbelasting bij de rwzi’s, waarbij er een behoorlijke hoeveelheid relatief schoon regenwater wordt aangevoerd. Om het rendement van de rwzi te verhogen en piekafvoeren te verminderen wordt het regenwater zoveel mogelijk afgekoppeld, oftewel gescheiden van het vuilwater afgevoerd. In hoofdzaak wordt dit afkoppelen gedaan door bij nieuwe rioolaanleg of een rioolvervanging twee rioolbuizen aan te leggen. Bij een gescheiden stelsel wordt het regenwater via de rwa rechtstreeks afgevoerd naar het oppervlaktewater. Voor de regenwaterafvoer maakt de gemeente Coevorden hoofdzakelijk gebruik van infiltratieriolen. Deze riolen zijn niet waterdicht, maar infiltreren het regenwater af naar de ondergrond. Wanneer er teveel regen valt, zal het water na vulling van het infiltratieriool via een overstort in het oppervlaktewater geloosd worden. In de woonwijk Ossehaar ligt een rwa, welke tevens bij brand dienst doet als bluswatervoorziening voor de Brandweer. Dit bluswaterriool staat permanent onder water en in open verbinding met het oppervlakte water.
15
Afkoppelen en rioolrenovatie Bij een rioolrenovatie project wordt het oude gemengde stelsel vervangen door een gescheiden stelsel. Tijdens de aanleg worden straatkolken op de rwa aangesloten. De huisaansluitingen van de rwa worden tot aan de erfgrens aangelegd. Vanaf de erfgrens naar het pand is het afkoppelen een verantwoordelijkheid van de perceeleigenaar. Sinds 2010 heeft de gemeente Coevorden een subsidieregeling (verordening) waarvan perceel eigenaren gebruik kunnen maken wanneer zij regenwater gescheiden aanbieden (Verordening op de afvoer van hemelwater en grondwater gemeente Coevorden 2010). Het maximale subsidiebedrag bedraagt € 1.000,- per aansluiting. Van de subsidieregeling is in 2012 twaalf keer gebruik gemaakt. Bij rioolrenovaties waarbij een regenwaterriool wordt aangelegd worden perceeleigenaren middels een folder in kennis gesteld van de subsidiemogelijkheden. Daarnaast wordt de subsidieregeling via de gemeentelijke website en bij de rioolbelasting onder de aandacht van de perceeleigenaren gebracht. In het buitengebied (gebied waar geen vrijverval riolering aanwezig is) is het aansluiten van hemelwaterafvoeren op de riolering verboden. In dit gebied moet de perceeleigenaar zelf voorzieningen treffen voor het afvoeren van het hemelwater. De subsidieregeling voor het afkoppelen van hemelwater is niet bedoeld voor het buitengebied. Wel geldt voor het buitengebied een verlaging van de rioolheffing. Bij een rioolrenovatie wordt zoveel mogelijk gekeken of er werk-met-werk gemaakt kan worden waardoor wegenonderhoud gelijktijdig uitgevoerd wordt met een rioolrenovatie.
Ambitie We streven naar, met betrekking tot de afkoppeling, renovatie en realisatie van het rioolsysteem, de hoogst mogelijke kwaliteit tegen de laagst mogelijke (maatschappelijke) kosten. Daarnaast wordt onderzocht in hoeverre het mogelijk is het regenwaterriool verder te ontwikkelen en geschikt te maken voor de bluswatervoorziening. Wat gaan we doen? Een rioolrenovatie wordt zoveel als mogelijk tezamen met het wegonderhoud uitgevoerd. Daar waar mogelijk wordt er afgekoppeld. Bestaande (betonnen) rioolbuizen worden vervangen door hoogwaardige buizen, waarbij gekeken wordt naar zowel de kosten van aanschaf en aanleg als die van onderhoud. Zo wordt op dit moment gekozen voor keramische dwa-buizen en voor de rwa kunststof infiltratiebuizen. De ontwikkeling van een regenwaterriool naar een bluswaterriool zal in overleg plaatsvinden met de HVD. De beste mogelijkheden hiervoor zijn gelegen in nieuwe uitbreidingswijken.
16
3.2
Gemeentelijke beleidsthema’s
Wat betreft de gemeentelijke beleidsvrijheid zijn wij gebonden aan de Europese en Nationale wet- en regelgeving en het reeds ingezette beleid vanuit de provincie en het waterschap. Het gemeentelijke beleid dat reeds is vastgelegd in onze beleidsstukken, zoals in hoofdstuk 2 benoemd, worden in dit Waterplan overgenomen en geïntegreerd. Wat betreft ons eigen gemeentelijke beleid ten aanzien van water richten wij ons in de basis op de uitvoering van onze watertaken zoals deze in paragraaf 3.3 worden beschreven.
3.2.1 Klimaatbeleidsplan, 2009 De gemeente Coevorden streeft naar een duurzame gemeente, waarbij er met name wordt ingestoken op de reductie van koolstofdioxide (CO2). Vanuit de KRW dient het watersysteem duurzaam en ecologisch te zijn ingericht. Hierin ligt met name een taak voor het waterschap, waarbij de gemeente Coevorden ondersteunend is. Binnen het klimaatbeleidsplan is er op dit moment met name aandacht voor CO2-reductie. In de toekomst zal ook waterbesparing en watervervuiling een aandachtspunt worden. Hierbij kan dan gedacht worden aan drinkwaterbesparing, het hergebruiken van regenwater op perceelsniveau, beperking van chemische onkruidbestrijding en aandacht voor medicijnresten in afvalwater.
Ambitie In 2013 wordt het Klimaatbeleidsplan geëvalueerd. Indien gewenst wordt er in 2014 wordt een nieuw klimaatbeleidsplan opgesteld waarin waterbesparing en watervervuiling mogelijk nadere aandacht zal krijgen.
3.2.2 Structuurvisie, 2013 Naast de ontwikkelingen in de stedelijke gebieden wordt er vanuit de Structuurvisie2 ook ingestoken op de ontwikkeling en beleving van het landschap. Water vormt voor het landschap een van de belangrijkste basiselementen. Het water heeft immers het landschap rondom Coevorden gevormd en is nu nog steeds kenmerkend voor het gebied. Daarnaast zijn, met betrekking tot water, in de structuurvisie meerdere beleidsuitgangspunten uit andere beleidstukken overgenomen. Met betrekking tot water zijn er op diverse beleidsterreinen wensen en beleidsvoornemens uitgesproken.
Ambitie Vanuit de structuurvisie zijn de volgende beleidsvoornemens geformuleerd die een relatie hebben met het thema water: 1. We versterken het water in de stad Coevorden waardoor de belevingswaarde hiervan stijgt; 2. Terugbrengen van de vestingstructuur; 3. verbeteren van de (recreatieve) bevaarbaarheid van het kanaal Coevorden-Zwinderen en de mogelijkheden tot gebruik van het Coevorden-Alte Picardiekanaal als recreatieve vaarverbinding zullen worden onderzocht; 4. bereikbaarheid Coevorden voor goederenvervoer over water verbeteren door de knelpunten in de bevaarbaarheid van de stadsgracht weg te nemen en de verhoging van de capaciteit van het kanaal Almelo-Coevorden; 5. verbetering van waterhuishouding door beekherstel; 6. onderzoek naar effectiviteit opwaardering waterverbinding Meppel-Coevorden.
3.2.3 Erfgoednota, Het Kapitaal van Coevorden, 2012 De Cultuurhistorische Inventarisatie is doorvertaald in het Erfgoedbeleid met als titel ‘Het kapitaal van Coevorden’. In dit beleid zijn een negental gebieden aangewezen waar de cultuurhistorische waarden extra beschermd zullen worden. De eerste doorvertalingen hiervan hebben inmiddels plaatsgevonden, zoals bijvoorbeeld in de structuurvisie en het bestemmingsplan Buitengebied. Het erfgoed in de gemeente Coevorden is met de cultuurhistorische inventarisatie in 2011 in kaart gebracht. In 2012 heeft deze CHI een doorvertaling gekregen in de Erfgoednota. Het watererfgoed is 2 Op dit moment is de structuurvisie nog niet vastgesteld en daarmee geen vigerend beleid. Naar verwachting wordt de sturtuurvisie medio 2013 vastgesteld.
17
hierin niet specifiek beschreven, maar ons watererfgoed kan ingedeeld worden in alle categorieën (Landschap, gebouwde omgeving en in mindere mate archeologie). Voor met name het landschap is het water, door sloten, kanalen en wijkstructuren, bepalend en draagt het bij aan het karakter van het landschap. Voor wat betreft de gebouwde omgeving, welke een relatie heeft met het water (zoals, bruggen, brugwachterswoningen, enz.), zal in 2013 nadere invulling worden gegeven aan de wijze waarop de gemeente Coevorden deze wil beschermen.
Ambitie Vanuit het erfgoedbeleid (het Kapitaal van Coevorden) zijn de volgende beleidsvoornemens geformuleerd die een relatie hebben met het thema water: 1. De gemeente Coevorden zet in op het behoud van haar cultuurhistorisch erfgoed. Het watererfgoed zal binnen de gemeente nader gewaardeerd en waar nodig beschermd worden. In overleg met de eigenaren van het watererfgoed zal gekeken worden op welke wijze het erfgoed beschermd kan/moet worden en op welke wijze de gemeente de eigenaar kan ondersteunen bij het behoud ervan. 2. Behoud van de aanwezige cultuurhistorische elementen (zowel objecten als kanaal-, wijk- en slootstructuren) 3. Waarderen van de cultuurhistorische elementen 4. Versterken van de cultuurhistorische elementen en deze bekend maken aan een breder publiek. Het Erfgoedbeleid is voor wat betreft het thema water met name van toepassing op de Bentheimerbrug, de draaibruggen over de Verlengde Hoogeveense vaart en de kanaal-, wijk- en slootstructuren in de verschillende cultuurhistorische gebieden.
3.2.4 Toeristisch en recreatie beleidsplan, All-Inclusive, 2010 In 2010 is het toeristisch en recreatief beleidsplan, ‘All-Inclusive’ vastgesteld. Toeristisch en recreatief gezien heeft de gemeente Coevorden, in Drenthe, op jaarbasis de meeste overnachtingen en vormt daarmee een zeer belangrijk onderdeel van de Drentse economie. Toeristen trekken naar Coevorden door enerzijds de goede overnachtingsmogelijkheden en anderzijds de mogelijkheden om ‘er opuit’ te trekken. Beleving van het gebied is hierbij zeer belangrijk. Gebieden als de Geeserstroom en Aelderstroom, die in de afgelopen jaren grootschalig zijn herontwikkeld en waar het water door hermeandering van de beken is teruggebracht dragen bij aan deze belevingswaarde. In het toeristisch recreatief beleidsplan wordt naast de verdere ontwikkeling van het toeristisch en recreatief aanbod ingestoken op het verbeteren van de water gerelateerde recreatie. Zo is het aantal bedrijven dat actief is op het terrein van watergebonden recreatie beperkt. Wel is er een waterskibaan op het recreatieterrein Ermerstrand en door middel van het werkgelegenheidsproject AQUANO bestaat de mogelijkheid om te kanoën in stadsgracht van Coevorden. De vaarverbinding Erica -Ter Apel (opening 8 juni 2013) zal bijdragen aan een betere ontsluiting van zuid-oost Drenthe voor pleziervaartuigen, doordat de vaarcircuits in de provincie Groningen en de provincie Drenthe met elkaar worden verbonden. Zo ontstaat er een aansluiting op de Friese, Overijsselse en Duitse vaarwegen. De vaarverbinding Erica – Ter Apel zal dan ook een economische impuls aan de regio geven. De gemeente is echter van mening dat er meer gedaan moet worden om het vaartoerisme te stimuleren. Coevorden wordt immers beschouwd als één van de Waterpoorten van Drenthe. De kansen die de nieuwe vaarverbinding geeft, liggen in de ontwikkeling van nieuwe faciliteiten en (kleinschalige) voorzieningen, zoals aanlegsteigers, passantenhavens, attracties en musea, horeca en dergelijke. Naast het creëren van vaarverbindingen is het ook belangrijk om aanlegplaatsen voor zowel passanten als verblijfstoeristen te realiseren. De vaartoerist moet de mogelijkheid hebben om de boot aan te leggen en vanaf de ligplaats de stad Coevorden, de dorpen en de omgeving te verkennen.
Ambitie Vanuit het toeristisch en recreatief beleidsplan (All-Inclusive) zijn de volgende beleidsvoornemens geformuleerd die een relatie hebben met het thema water: 1. We bestuderen verdere mogelijkheden tot het bevaarbaar maken van vaarwater in de regio; 2. We verbeteren de verbindingen tussen de diverse ´soorten´ water en kwalitatief goede aanlegen overstapmogelijkheden voor de watersporter; 3. We implementeren de resultaten van het haalbaarheidsonderzoek dat in 2006 is uitgevoerd naar het herstel van verdedigingswerken door het realiseren van een nieuwe stadsgracht; 4. We willen opnieuw de haalbaarheid van een museumhaven onderzoeken.
18
3.2.5 Vechtdal Strategie, 2008 Ook in Duitsland is men bezig de waterrecreatie verder te ontwikkelen. Hierbij wordt met name gekeken naar de Overijsselse Vecht en het Alte Picardiekanaal. Op dit moment wordt er gewerkt aan de Vechtdalstrategie waarin de Gemeente Hardenberg, Gemeente Coevorden, Samtgemeinde Emlichheim, Vechtdal Marketing, BTE Touristik en het Waterschap Velt en Vecht participeren.
Ambitie Vanuit de Vechtdalstrategie is er een planning opgesteld om de mogelijkheden voor de ontwikkeling van vaarrecreatie op de Vecht te onderzoeken. Hiervoor is de volgende planning opgesteld: 2013: haalbaarheidsstudie (mei – juni gereed) 2013: terugkoppeling haalbaarheidsstudie ‘grote groep’ (vrijwilligersgroepen) mei – juni 2014: realisatie boten (of boot) 2015-2016: botenhuis en andere infrastructurele maatregelen (als omstandigheden dit toelaten)
3.2.6 Wensbeeld, Welkom in Coevorden, 2012 In het Wensbeeld (Welkom in Coevorden, 2012) wordt voort geborduurd op de ontwikkeling van het centrum van de stad met als één van de belangrijkste pijlers het terugbrengen van gezelligheid en beleving in de stad. Water kan de beleving en gezelligheid zeer beïnvloeden. In het Wensbeeld wordt niet zozeer meer gezocht naar het terugbrengen van water (met uitzondering van het herstel van de grachtstructuur van de oude vestingstad), maar wel in het beleefbaar maken van het water. Een goed voorbeeld hiervan is het versterken van de verbinding stadscentrum-Van Heutzpark (oude stadsgracht).
3.2.7 Herstructurering Holwert-Midden, 2013 Het bedrijventerrein Holwert-Midden is een oud bedrijventerrein waar veel leegstand en verpaupering is. Het bedrijventerrein Holwert-Midden is een van de drie Drentse bedrijventerreinen (andere terreinen zijn: de Wieken te Hoogeveen, de Tweeling te Emmen) die in aanmerking komen voor het provinciale revitaliseringsprogramma. Dit revitaliseringsprogramma komt voort uit het, in het najaar 2009 gesloten ‘Convenant bedrijventerreinen 2010-2020’. De provinciale bijdrage bedraagt maximaal € 1.025.000,-. Voor de herinrichting van het gebied Holwert-Midden is een projectplan opgesteld. Dit projectplan ‘Samen succesvol revitaliseren en herprofileren’ komen de volgende thema’s opgenomen: Bereikbaarheid (aanpak infra, P+R en verbinding met centrum); Openbare ruimte (vestingstructuur en groenstructuur); Upgrading private kavels en vastgoed; Innovatie en duurzaamheid (ICT/glasvezel en energiescans); Parkmanagement (is reeds in voorzien); Bestemmingsplan (actualisatie loopt); Bodemsanering (Holwert-Zuid en eventueel Intergas). Onderdeel van het projectplan voor Holwert-Midden is het terugbrengen van de ‘oude’ structuur van de vestingstad doormiddel van het aanleggen van een deel van de ‘oude’ stadsgracht.
19
3.2.8 Gebiedsvisie Stationsomgeving Coevorden, 2012 Een belangrijk punt in het Wensbeeld, ‘Welkom in Coevorden’, is het herstel van de structuren van de oude vestingstad. Het huidige stationsgebied vormt een ruimtelijke barrière om dit herstel mogelijk te maken. Het is de ambitie van Coevorden deze barrière op te heffen en het stationsgebied tot een belangrijke verbindingszone naar de binnenstad te ontwikkelen. Het spooremplacement bij het station zal grotendeels moeten verdwijnen. Hierdoor ontstaan mogelijkheden voor de uitvoering van enkele projecten uit het Wensbeeld. Doordat eind 2007 het kabinet een negatief besluit heeft genomen over de Zuiderzeelijn is er middels het Regiospecifiek Pakket Zuiderzeelijn (RSP-ZZL) geld beschikbaar gekomen om de infrastructurele knelpunten in Coevorden aan te pakken. Daarom is er een integrale gebiedsvisie voor de stationsomgeving opgesteld. Onderdeel van de gebiedsvisie is het herstellen van de historische structuur.
Ambitie In de gebiedsvisie voor de stationsomgeving steken wij in op de volgende punten: - De historie als drager voor de stationsomgeving; - Aantrekkelijk maken van de stationsomgeving door een groen/blauwe inrichting; - De stationsomgeving en Holwert op korte termijn aantrekkelijk maken; - Het realiseren en beheren van het oppervlaktewater met als uitgangspunten schoon, veilig en aantrekkelijk.
3.2.9 Verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan In 2014 wordt er een nieuw verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan opgesteld. Dit vGRP zal de basis vormen voor het toekomstig gemeentelijk beleid ten aanzien van de zorg voor het afval-, hemel- en grondwater. Uitgangspunten voor het opstellen van het vGRP zijn, naast het civieltechnische deel (rioolbuizen, pompen, gemalen, en andere kunstwerken), dat de gemeente Coevorden de subsidieregeling voor het afkoppelen van hemelwater op eigen terrein in stand houdt. Daarnaast dient het afval- en hemelwater bij nieuwbouw door de eigenaar gescheiden aangeleverd te worden. Ook wanneer er nog geen gescheiden rioolstelsel in de straat aanwezig is. Onderdeel van het vGRP is de Rioolbelasting. De gemeente is vanuit de Wet gemeentelijke watertaken bevoegd een rioolbelasting in rekening te brengen bij de aangesloten perceeleigenaren. Op dit moment worden er in de rioolbelasting diverse kostenposten voor het beheer en onderhoud van het rioolstelsel en hemelwaterafvoer doorberekend. Bij het opstellen van het nieuwe vGRP zal nader bekeken moeten worden of deze kostenposten voor de komende periode actueel zijn. Tevens zal nader bekeken worden of er nog andere posten opgevoerd kunnen worden. Op dit moment wordt de rioolbelasting berekend op basis van het drinkwaterverbruik. Bij het opstellen van het vGRP zal ook deze vorm van heffing opnieuw tegen het licht gehouden worden.
3.2.10 Economie Om de logistieke draaischijf naar het oosten invulling te geven, is er de ambitie om samen met Emmen een dryport te vormen. Een dryport is een overslagpunt in het achterland voor grote goederenstromen, bestaande uit overwegend maritieme lading in containers. Deze worden vervolgens overgeslagen op transport via weg, spoor of water, op weg naar een volgende bestemming. Het bedrijventerrein Europark Coevorden en het Emmtec Park in Emmen zouden hierin een rol kunnen spelen. Hierbij wordt ook gekeken naar samenwerking met de goederenvervoercentra langs de Emsachse in Niedersachsen.
Ambitie Het is onze ambitie de industrie en bedrijvigheid in Coevorden te versterken waarbij trimodaliteit (bereikbaarheid via water, weg en spoor) voorop staat. Versterken van de industrie en bedrijvigheid in Coevorden waarbij trimodaliteit (bereikbaarheid via water, weg en spoor) voorop staat.
3.2.11 Groenbeleid en beheerplan, 2013 De laatste hand wordt gelegd aan het Groenbeleid en beheerplan. In dit plan wordt naast aandacht voor ‘groen’ ook aandacht besteed aan het beheer van oppervlaktewater (sloten en vijverpartijen). Met betrekking tot vijverpartijen is de doelstelling het behouden van de waterbergende en waterafvoerende functies en daarnaast het ontwikkelen van natuur en het bevorderen van de ecologische kwaliteit. In het
20
Groenbeleid en beheerplan worden tevens aanbevelingen gedaan om de bergingsfunctie en waterafvoer te waarborgen en daar waar mogelijk ecologisch oeverbeheer toepassen. Voor wat betreft het beheer van de ca 62 kilometer sloten en greppels, die zorgen voor waterafvoer, kunnen deze onderverdeeld worden in sloten met en zonder keur van het waterschap. Het behouden van de waterbergende en waterafvoerende functies en daarnaast ontwikkelen van natuur en bevorderen van de ecologische kwaliteit staat voorop. Verder wordt het huidige beheer van de waterafvoerende sloten en keursloten voortgezet. Greppels en zaksloten zullen worden beheerd op natuurwaarden.
Ambitie Wij streven naar een adequaat beheer en onderhoud van het groen, waarbij wij kritisch kijken naar de huidige beheermethoden en -frequenties en naar andere beheermogelijkheden, zonder dat dit afbreuk doet aan kwaliteit, veiligheid en duurzaamheid, met zoveel mogelijk gelijk blijvende financiële gevolgen.
3.2.12 Wonen op het water Binnen de gemeente hebben wij in de stad Coevorden 6 permanente ligplaatsen voor woonboten. Woonboten die gelegen zijn op deze ligplaatsen moeten aangesloten zijn op de gemeentelijke riolering. Op dit moment wordt hier aan gewerkt.
Ambitie Wij willen het wonen op het water niet verder uitbreiden, maar de zes permanente ligplaatsen die er nu zijn zullen wij aansluiten op de gemeentelijke riolering.
3.2.13 Water in de woonomgeving In bijvoorbeeld Ossehaar wordt water gecombineerd met wonen in de zin van wonen aan het water. Dit is voornamelijk uit noodzaak geboren, omdat nieuwe uitleggebieden moeten voldoen aan de gestelde normen van waterafvoer. Een bergingsvijver is meestal de meest geschikte methode om hieraan te voldoen. ‘Wonen aan het water’ is dan ook meer vanuit ‘noodzaak’ geboren dan vanuit een wens om ‘wonen aan het water’ mogelijk te maken.
Ambitie Als gemeente Coevorden hebben wij niet de ambitie om te investeren in ‘wonen aan het water’. Op momenten waarbij er een verplichting bestaat om oppervlakte water aan te leggen in/bij een woonwijk is een functionele combinatie ervan wenselijk.
3.2.14 Waterwegen Coevorden takt via het kanaal Coevorden-Almelo aan op het nationaal vaarwegennet. Het kanaal ontsluit de grootste bedrijventerreinen in Coevorden, Leeuwerikenveld en Europark. Hier zijn enkele watergebonden bedrijven gevestigd. Het goederenvervoer over water heeft in Coevorden echter (nog) geen grote vlucht genomen. Dit komt doordat het Drentse deel van het kanaal bevaarbaar is voor schepen tot 1.000 ton, terwijl het Overijsselse deel voor schepen tot slechts 700 ton (eventueel 800 ton op basis van vergunning) bevaarbaar is. De bottlenecks in de vaarverbinding liggen op Overijssels grondgebied en bestaan uit twee viaducten, een sluis en een bocht. Opwaardering van het kanaal naar 1.000 ton zou uitkomst bieden. Hierover wordt met de provincie Overijssel gesproken. Een zogenaamde koppelvaart maakt het zelfs mogelijk om tot 1.500 ton te vervoeren. Het Stieltjeskanaal is de verbinding voor het goederenvervoer naar Emmen. Het gaat hierbij voornamelijk om het vervoer van grind en zand naar de betonindustrie in Emmen. De Hoogeveense Vaart heeft door de beperkte doorvaartmogelijkheden geringe betekenis voor het goederenvervoer. Op dit moment worden er, samen met Rijkswaterstaat, provincie Overijssel en provincie Drenthe, tevens gekeken naar een verdere opwaardering (boven 1.000 ton) van de vaarverbinding Eefde-Emmen (verbinding Twentekanaal, kanaal Almelo-Coevorden, Stieltjeskanaal). De provincie Drenthe is verder bezig met een project, waarbij zij alle beweegbare bruggen en sluizen (kunstwerken) die zij in beheer en eigendom heeft te automatiseren en van afstand bedienbaar te maken.
21
Ambitie Wij streven naar een goede bereikbaarheid van Coevorden met zo groot mogelijke binnenvaartschepen (>1.000 ton).
3.3
Samenwerkingsverbanden
3.3.1 Rijn-Oost Binnen het Deelstroomgebied Rijn-Oost, dat voortvloeit uit de KRW (zie 2.2 KWR) is de gemeente Coevorden vertegenwoordigd in het Regionaal Bestuurlijk Overleg (RBO) en het Regionaal Ambtelijk Overleg (RAO). Het RAO bereidt stukken voor welke in het RBO vastgesteld worden. Besluitvorming vanuit het RBO gelden voor de gemeente als ‘zwaarwegende’ adviezen. Ter voorbereiding van deze overleggen heeft de gemeente Coevorden samen met andere gemeente binnen Rijn-Oost gebruik gemaakt van een waterambassadeur. Per 1 januari jl. is deze functie beëindingd. Wel wordt er een doorstart gemaakt en is er binnen de gemeente Emmen nu een gemeentelijk coördinator aanwezig waarvan wij als gemeente Coevorden gebruik maken.
Ambitie Als gemeente Coevorden zullen wij de komende jaren deelnemen aan het RAO en RBO. Deze werkwijze zullen wij in de komende jaren voortzetten. Bij eventueel daaruit voortvloeiende projecten zullen wij kritisch zijn over onze deelname, zoals wij dat ook in de afgelopen jaren hebben gedaan. Nut, noodzaak en relevantie van een project voor de gemeente Coevorden zal telkens beoordeeld worden, alvorens wij een standpunt ten aanzien van deelname zullen innemen.
3.3.2 Samenwerken in de (afval-)waterketen In mei 2011 is het Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW) ondertekend. Het akkoord bevat onder meer afspraken over doelmatig beheer van de waterketen. Binnen het waterketendeel is op hoofdlijnen een viertal doelen te onderscheiden, te weten: Kosten; minder meerkosten in 2020 Kwaliteit; verder professionaliseren Kwetsbaarheid; verminderen Duurzaamheid; innoveren De uitvoering van het akkoord is neergelegd bij de regio’s: gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven. Deze zijn samen verantwoordelijk voor om de doelstellingen uit het akkoord te bereiken. Landelijk wordt de voortgang gevolgd. Wanneer er te weinig resultaat wordt geboekt zal vanuit het NBW worden ingegrepen. In 2012 is er in de regio Velt en Vecht gestart met een Regionaal feitenonderzoek. Dit feitenonderzoek geeft inzicht in de verschillen tussen de gemeenten en de huidige stand van zaken. Vanaf het voorjaar van 2013 wordt gestart met het verder uitwerken van de samenwerkingsopgave. Naar verwachting ligt er in het najaar van 2013 een voorstel tot meer samenwerking en doelmatiger inzet van middelen waaraan de verschillende partijen zich committeren.
Ambitie De gemeente Coevorden heeft als ambitie voor het project ‘Samenwerken in de (afval)waterketen’ dat het op een pragmatische en doelgerichte wijze wordt opgezet, waarbij de uiteindelijke resultaten (Kosten, kwaliteit, kwetsbaarheid en duurzaamheid, zie 2.4.2) voorop moeten blijven staan.
3.3.3 Compensatie afspraken Vanuit het LBW heeft de gemeente Coevorden een extra wateropgave op zich genomen, omdat op het grondgebied van de gemeente Coevorden gemakkelijker en dus goedkoper extra waterberging kan worden gerealiseerd dan in de meer stedelijke gemeenten als Emmen, Hardenberg en Ommen. Voor de overname van een deel van de wateropgave van de andere gemeente zal de gemeente Coevorden door het waterschap Velt en Vecht financieel gecompenseerd moeten worden. Wij willen in 2013 met het waterschap afspraken maken over deze compensatie gelden, door projecten aan te wijzen waaraan het
22
waterschap een financiële bedrage zal leveren. Vanuit het waterschap is het een voorwaarde dat zij rechtstreeks meebetaalt aan uit te voeren werkzaamheden en niet dat de gemeente Coevorden een zak met geld ontvangt.
Ambitie In 2013, voor de fusie van het waterschap Velt en Vecht, willen wij een akkoord bereiken met betrekking tot de compensatie afspraken, waarin deze afspraken helder vastgelegd worden waarna ze doorvertaald worden in concrete projecten. Het doel hiervan is dat de compensatie middelen voor de toekomst gewaarborgd zijn.
3.3.4 Gemeente als De Eerste Overheid De gemeente is als eerste overheid het aanspreekpunt voor burgers over alle zaken die te maken hebben met de overheid. Zo is de gemeente ook het eerste aanspreekpunt voor het thema water, ook bekend als het Waterloket. Binnen de gemeente Coevorden beschikken wij over een Klant Contact Centrum (KCC) waar alle vragen binnenkomen, beantwoord of doorgeleid worden. Voor wat betreft het thema water kan de kwaliteit van het KCC verbeterd worden. Ook de gegeven informatie op de gemeentelijke website is summier. Specifieke eisen worden er aan het waterloket echter niet gesteld. Bij het aanvragen van omgevingsvergunningen, waarvan ook watervergunningen een onderdeel kunnen uitmaken, moet er vanuit de gemeente direct contact gelegd worden met het waterschap om het vergunningdeel, waarvoor het waterschap bevoegd is, uit te zetten. Op dit moment verlopen deze contacten nog niet soepel en kunnen ze dan ook verbeterd worden. Nadere uitwerking zal moeten uitwijzen op welke wijze het contact tussen het team Vergunningen en het Waterschap verbeterd kunnen worden. Vanaf 1 januari 2014 zal de RUD-Drenthe (Regionale Uitvoeringsdienst) operationeel worden. Vanaf dat moment zal gekeken worden hoe de nieuwe structuren vormgegeven moeten worden.
Ambitie De gemeente Coevorden wil het Waterloket beter inrichten en de contacten tussen het KCC, publieksloketten en het waterschap verbeteren. Wanneer een burger zich meldt bij de gemeente wordt deze adequaat geholpen of direct doorgeleid naar de juiste persoon of naar de juiste instantie. De gemeentelijke website (www.coevorden.nl) zal meer en volledigere informatie gaan verschaffen. Daarnaast zal ook de vergunningverlening beter gestroomlijnd moeten worden.
3.3.5 Binnen de gemeente Coevorden (intern) Binnen de gemeente Coevorden is het onderwerp water verdeeld over drie verschillende afdelingen. Afdeling Beleid & Strategie: Hierbinnen is één watercoördinator aanwezig. De watercoördinator is het eerste aanspreekpunt voor zowel interne als externe partijen als het om water gaat. Vanuit de watercoördinator zullen vele taken begeleid en gedelegeerd worden. Daarnaast is hij op de hoogte van alle ontwikkelingen die er binnen de gemeente spelen op het gebied van water. De watercoördinator is de spin in het web. Afdeling Beheer & Realisatie: Deze afdeling is verantwoordelijk voor het VGRP, de aanleg, het beheer en het onderhoud van de rioolsystemen, het oppervlakte water en de bijbehorende technische voorzieningen. Deze afdeling beschikt dan ook over specialistische kennis. Afdeling Publieksservice: Hier komen de aanvragen omtrent omgevingsvergunningen binnen en deze afdeling zorgt voor beantwoording van vragen die door klanten aan de gemeente gesteld worden of verwijst de klanten door naar de juiste personen. Ambitie De gemeente streeft ernaar dat de functie van watercoördinator op een goede en effectieve manier wordt ingevuld, waarbij er continu gezocht wordt naar verbeteringen voor zowel de processen als de uitvoering van taken. De watercoördinator is binnen de gemeente verantwoordelijk voor de overkoepelende taken en de relaties met externe partijen. Onze ambitie is om de processen die de watercoördinator coördineert goed in kaart te brengen en eventueel te verbeteren met het oog op efficiëntie.
3.3.6
Vanuit de gemeente Coevorden (Extern)
23
Het gehele moderne waterbeleid richt zich op samenwerking tussen verschillende organisaties en overheden. De gemeente Coevorden kiest ervoor aan deze samenwerking deel te nemen middels de inzet van haar watercoördinator en het delen van vakspecialistische kennis. Voor de gemeente Coevorden is in eerste instantie het contact met het waterschap van cruciaal belang. In de (boven-) regionale samenwerking zal de gemeente Coevorden zich laten vertegenwoordigen door andere gemeenten/organisaties die mede de belangen van Coevorden behartigen. Extra inzet op de (boven-) regionale afstemming wordt geleverd op het moment dat hier voor de gemeente Coevorden een duidelijke meerwaarde is.
Ambitie De gemeente Coevorden streeft naar en investeert in een goede en duurzame relatie met allereerst het waterschap ‘Velt en Vecht’ en daarnaast de waterschappen ’Reest en Wieden’ en ‘Hunze en Aa’s’. Verder streeft de gemeente Coevorden ernaar goede contacten te onderhouden met haar buurgemeenten. Voor overige samenwerking streeft de gemeente ernaar continu te kijken naar de optimale inzet van middelen, het belang en de noodzaak van de samenwerking en het beoogde rendement dat middels de samenwerking behaald kan worden in verband met het gegeven dat de gemeente Coevorden de komende jaren meer werk zal moeten doen met minder financiële middelen.
3.3.7 Over de landsgrens De mogelijkheden voor grensoverschrijdende samenwerking op het gebied van oppervlaktewater en waterrecreatie zullen in de komende jaren verder versterkt worden. Een goed voorbeeld hiervan is de Vechtdalstrategie. Op dit moment zijn er nog geen nieuwe projecten of initiatieven bekend, maar zodra deze zich aandienen zullen wij als gemeente Coevorden een afweging maken of wij hieraan zullen deelnemen.
Ambitie Zoals in de vorige ambitie beschreven, streven wij naar een goede samenwerking met de omliggende gemeenten. Het maken van goede afspraken over het waterbeheer ligt in handen van het waterschap. Aangezien de gemeente aan de zuidkant grenst aan Duitsland en er geen internationale wet- en regelgeving bestaat ten aanzien van water en samenwerking op dit terrein, stellen wij de ambitie om meer aansluiting te vinden bij onze Duitse partners en daarnaast duidelijk te communiceren met het waterschap om op informele wijze ervoor zorg te dragen dat een situatie zoals in 1998 voorkomen kan worden.
24
4
Uitvoeren
In dit hoofdstuk wordt verder ingegaan op de maatregelen die wij in de komende periode zullen uitvoeren. Hiervoor is het maatregelenplan opgesteld. Deze geeft inzicht wat en op welke termijn er welke acties worden uitgevoerd met daarbij aangegeven wie voor de uitvoering verantwoordelijk is.
4.1
Maatregelenplan
25
Begrippenlijst dwa effluent EU GCT GEP KRW kunstwerk LBW NBW NWP Rijn-Oost RUD rwa RWS rwzi vGRP waterberging waterkering waterkwaliteit waterkwantiteit watertaak WB21 Wgw WMD
droogweerafvoer gezuiverd rioolwater Europese Unie Goede Chemische Toestand Goed Ecologisch Potentieel Europese Kaderrischtlijn Water civieltechnisch bouwwerk (brug, stuw, sluis, ed) Lokaal Bestuursakkoord Waterbeheer Nationaal Bestuursakkoord Water Nationaal Waterplan Deelstroomgebied voortvloeidende uit KRW Regionale uitvoeringsdienst regenwaterafvoer Rijkswaterstaat rioolwaterzuiveringsinstallatie verbreedt Gemeentelijk Rioleringsplan opvang van water ter voorkoming van overstromingen object met als doel water tegen te houden chemische toestand van het water hoeveelheid water gemeentelijke zorg voor afval-, hemel- en grondwater Waterbeleid 21e eeuw Wet gemeentelijke watertaken Waterleiding Maatschappij Drenthe
26
Literatuur Waterplan Emmen, Gemeente Emmen, 2004 Waterplan Coevorden 2006-2010, Arcadis, 2006 Waterplan Hardenberg, Royal Haskoning, 2008 Geactualiseerde beleidsvisie water Gemeente Coevorden 2006-2010, Gemeente Coevorden, 2009 All-Inclusive, Gemeente Coevorden, 2010 Welkom in Coevorden, Gemeente Coevorden, 2012 Het Kapitaal van Coevorden, Gemeente Coevorden, 2012 Structuurvisie Coevorden, Gemeente Coevorden, 2013 Regionaal feitenonderzoek, Welldra/RoyalHaskoningDHV, 2013
27