VRA2002JUST.014. Verslag houdende een lijst van vragen. Vastgesteld

VRA2002JUST.014

Verslag houdende een lijst van vragen Vastgesteld De vaste commissie voor Justitie1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen.. De voorzitter van de commissie, Van Blerck-Woerdman De griffier voor dit verslag, Stahlie

1

1 Kan een overzicht gegeven worden van de cijfers van jeugdcriminaliteit in Zweden? Is de veronderstelling juist dat jeugdcriminaliteit in Zweden qua omvang kleiner is dan in Nederland? Zo ja, wat is hiervan de oorzaak? 2 Welke voornemens zijn er om gelden beschikbaar te stellen voor de oprichting van een zogenaamde long stay-afdeling in de Pompekliniek voor vijftien uiterst agressieve en onbehandelbare patiënten? 3 Welke garanties zijn er, nu de nazorg voor ex-gedetineerden wordt overgeheveld van Justitie naar VWS, dat de betreffende instellingen over voldoende gelden kunnen beschikken? Wanneer is VWS in staat de financiering over te nemen? 4 Op welke manier worden de extra gelden van de motie Zalm c.s.( TK 28 600 nr. 25) verdeeld over de veiligheidsketen? 5 Kan een overzicht worden gegeven van de opbouw van het ophelderingspercentage van misdrijven, waarbij rekening wordt gehouden met de situatie dat een persoon die van meerdere misdrijven verdacht wordt voor slechts één feit wordt veroordeeld? 6 Kan een tijdschema worden gegeven met betrekking tot de maatregelen die in het Strategisch Akkoord worden genoemd met betrekking tot vreemdelingenbeleid en integratie? 7 Kan de regering een overzicht geven van de capaciteit en de capaciteitsproblemen per partner in de strafrechtsketen? Kan daarbij worden aangegeven wat de capaciteit en de capaciteitsproblemen zijn bij het staand beleid en de verwachte capaciteit en capaciteitsproblemen na invoering van de beleidsvoornemens? 8 Waar exact in de begroting staan de objectief meetbare prestatieindicatoren waaraan de bevolking en de volksvertegenwoordiging kunnen toetsen of de regering haar belofte dat Nederland de komende jaren veiliger zal worden, nakomt? 9 Hoeveel asielzoekers zijn sinds 1/1/2002 ingestroomd? Hoeveel daarvan zijn «AC-afgedaan»? 10 Waar zijn de bezuinigingen terug te vinden die in het Strategisch Akkoord waren overeengekomen? Welk gewijzigd beleid moeten die bezuinigingen genereren? Is het juist dat 92,9 miljoen van de ODA-gelden gebruikt wordt om de asielbegroting rond te krijgen? Is het juist dat deze overheveling van budget niet past in afspraken die tot op heden bestonden met betrekking tot de asielbegroting (namelijk een bedrag van ODA per asielzoeker). 11 Kan precies worden aangegeven welke initiatieven uit de nota «Vasthoudend en effectief» door de regering worden overgenomen?

2

12 Kan gedetailleerd worden aangeven hoe de regering de € 130 miljoen extra voor veiligheid, die tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen bij motie beschikbaar is gekomen, precies wil verdelen? Welke onderdelen van de Justitiebegroting zullen met dit bedrag precies worden versterkt? 13 Hoe dient het veiligheidsprogramma van deze regering te worden uitgevoerd, terwijl er op het ministerie van Justitie, dat dit beleid in eerste instantie aanstuurt, een vacaturestop is doorgevoerd? Is de regering bereid deze vacaturestop op te heffen? Hoeveel vacatures wil de regering door middel van de vacaturestop «besparen»? 14 Hoe reageert de regering op de brief van 35 topjuristen waarin zij constateren dat de regering, in de drift om de veiligheid van de burger te vergroten, elementaire rechtsbeginselen overboord zet? 15 In de uitgave van Justitie Magazine uit september jl. stelt de minister van Justitie, met de voorzitter van het college van PG’s, de vraag wat nu belangrijker is: het vastzetten en berechten van drugskoeriers, terwijl daardoor een groot beroep wordt gedaan op de capaciteit van Justitie, of een primaire gerichtheid op de goederen (drugs). Hoe verhoudt zich deze uitspraak tot de investering van € 83 miljoen Justitiecapaciteit in het aanpakken van de bolletjesslikkers? Wanneer een deel van de bolletjesslikkers inderdaad met dagvaarding naar huis wordt gestuurd, zoals de minister suggereert, welke besparing levert dat dan op ten opzichte van de huidige extra investeringen? 16 Kan worden aangegeven hoeveel strafzaken (in de vorm van een percentage en absolute cijfers) bij meervoudige en enkelvoudige kamers van alle Nederlandse kantongerechten, rechtbanken, Hof, Hoge Raad etceterea, gezamenlijk betrekking hebben op harddrugs en softdrugs? Wanneer deze zaken op een andere wijze zouden worden afgedaan, zou er dan nog een capaciteitstekort in de rechterlijke macht en bij het OM bestaan? Hoe reageert de regering op uitspraken van de heer Gislof, dat de huidige aanpak van soft- en harddrugs door Justitie uiteindelijk het gehele Justitiële systeem zal verstikken? De minister van Justitie heeft aangegeven een brede discussie te willen voeren over het Nederlands strafrechtssysteem. Over welke onderwerpen zou een dergelijke discussie moeten handelen? Is de regering bereid bij een dergelijke discussie ook de opmerkingen van de heer Gislof te betrekken? 17 Is het bij de regering bekend, dat de minister van VROM voornemens is op 9 oktober 2002 een contract met de gemeente Den Haag inzake onder meer de nieuwbouw van het ministerie van Justitie te ondertekenen? 18 Hoe verhoudt dit voornemen van nieuwbouw van het ministerie van Justitie zich tot het stopzetten van de bouw van gevangenissen, daar waar de regeringsverklaring juist de nadruk legt op die bouw van gevangenissen? 19 Hoe verhoudt zich het voornemen tot grootschalige nieuwbouw met de wens om het aantal ambtenaren werkzaam bij het ministerie van Justitie terug te brengen?

3

20 Is het de regering bekend dat de voltallige oppositie in de Haagse gemeenteraad een planalternatief heeft ingediend, met een bescheidener, goedkoper en sneller te realiseren huisvesting voor het ministerie van Justitie? 21 Is de regering bereid een denkpauze van drie maanden in te lassen, respectievelijk bij zijn collega van VROM opschorting van de ondertekening van de totale nieuwbouw contract te bewerkstelligen teneinde deze alternatieven te bestuderen, dit mede gezien de totale begrotingsproblematiek binnen ministeries? 22 Wanneer verwacht de regering de motie Dittrich volledig te hebben uitgevoerd, waarin gevraagd wordt om een notitie over de verhouding tussen grondrechten als de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van godsdienst? 23 Is de regering bereid om, analoog aan het bilaterale verdrag met bijvoorbeeld Marokko, een verdrag met Thailand te sluiten om Nederlanders hun straf in Nederland te laten uitzitten? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? 24 Er zitten nu circa twaalf Nederlanders vast in Thaise gevangenissen, waarvan sommigen zijn veroordeeld tot levenslang respectievelijk 50 jaar wegens drugssmokkel. Eén van hen zou na vijf jaar procederen zijn vrijgesproken. Is het juist dat het Thaise OM in deze zaak in hoger beroep is gegaan en de Nederlander, in tegenstelling tot wat gebruikelijk is, ondertussen nog steeds gevangen wordt gehouden? Zo ja, wat zal de regering hiertegen ondernemen? 25 Kan een overzicht gegeven worden van de invulling van efficiency- en subsidietaakstellingen naar centraal departement, diensten en agentschappen? 26 Wordt de Kamer geïnformeerd over eventuele wijzigingen in de definitieve plaatsing van de taakstellingen? 27 Wanneer wordt de nota van wijziging tot overheveling van het Integratiebudget van het ministerie van BZK naar het ministerie van Justitie ingediend? In hoeverre bevordert de overheveling van de portefeuille Integratie van BZK naar Justitie dat integratie enkel als een justitieel probleem wordt gezien? Op welke wijze zullen de aan Vreemdelingenzaken en Integratie toegekende budgetten op afzonderlijke wijze worden opgenomen in de begroting? 28 Op welke termijn worden de budgetten van andere departementen (OCW en VWS) overgeheveld naar Justitie? 29 Kan een helder en duidelijk overzicht gegeven worden van de subsidies, investeringen en uitgaven in het kader van Vreemdelingenbeleid, Integratie en Grote Steden Beleid in de afgelopen acht jaar?

4

30 Welke argumenten liggen ten grondslag aan het voornemen van de Directie Bestuurszaken en het Nederlands Forensisch Instituut om een baten-lastendienst te worden? 31 Welke gemeenschappelijke doelen dienen mensen zich te beseffen om het draagvlak van de samenleving te optimaliseren 32 «Toegang tot de rechtspraak is daarbij wezenlijk, maar niet vanzelfsprekend.» Wat wordt hiermee bedoeld? Hoe verhoudt zich deze opmerking tot het in de Grondwet en in internationale verdragen verwoorde recht op toegang tot een onafhankelijke rechter? 33 Wat is het belang van een deadline die zich over vier jaren uitstrekt (2002–2006)? 34 Hoever reikt de eigen verantwoordelijkheid van burgers en maatschappelijke instellingen en organisaties? 35 Hoe wil de regering de rechtsorde versterken als zij geen concrete acties/prestatie-indicatoren aangeeft die tot doel hebben het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening, vergroten van de uitvoerbaarheid van en handhaafbaarheid van de regelgeving? Kan worden aangegeven welke concrete resultaten geobjectiveerd bereikt moeten zijn aan het einde van deze regeringsperiode om te spreken van een betrouwbare rechtsorde? 36 Overweegt de regering ook voor daarvoor in aanmerking komende strafzaken bemiddeling (tussen dader en slachtoffer) verplicht te stellen alvorens kan worden geprocedeerd? 37 Acht de regering het noodzakelijk om regelgeving in te voeren die kwaliteitswaarborgen voor bemiddelaars (mediators) in het leven roepen? 38 Is de regering bekend met het door prof. dr. G. Hoefnagels geïnitieerde fenomeen van forensisch mediator, en wat is haar oordeel in deze? 39 In welke mate kan de voorgestelde bemiddeling- en mediationverplichting daadwerkelijk bijdragen tot het tegengaan van het tekort van rechters? Is een dergelijke verplichting uitsluitend van toepassing in civielrechtelijke geschillen? 40 Schuilt niet in de verregaande responsabilisering van particulieren én de beperkte rol van de overheid tot het stellen van doelen en grenzen het gevaar dat burgers zich aan hun lot overgelaten voelen? 41 Kan, met inbegrip van de beleidsintensiveringen zoals opgenomen in de voorgestelde begroting 2003, een nieuwe totaaltelling worden gepresenteerd van de prestatiedoeleinden van politie en openbaar ministerie?

5

42 «Het kabinet stelt zich tot doel dat vanaf in 2003 jaarlijks tienduizend extra zaken door het OM en de rest van de justitiële keten worden afgehandeld, oplopend tot 40 000 extra zaken per jaar aan het eind van de kabinetsperiode in 2006.» Wordt hierbij ook gekeken naar de zwaarte van de zaken? Bij de plukzewetgeving hebben we gezien dat elke officier van justitie verplicht werd per jaar tien plukze-zaken voor te dragen. In de praktijk bleek dat door deze resultaatsverplichting de officieren van justitie zich richtten op de kleine vissen door onvoldoende tijd, zin of financieel-economische expertise. Dit leidde ertoe dat de opbrengsten ver achter bleven bij de hooggespannen verwachtingen. Kan de regering hier een reactie op geven? 43 De regering meent dat de voorgenomen behandeling van extra strafzaken kan plaatsvinden zonder extra budget. Dit kan worden bereikt, aldus de regering, middels een «kwaliteitsslag en effectiviteitsverhogende maatregelen». Kan de regering een overzicht geven op welke concrete punten in de Justitieketen (gesplitst naar actor) de kwaliteit en de effectiviteit kan worden vergroot? Welke concrete maatregelen kunnen worden getroffen om dat te bereiken? Tot hoeveel extra afgehandelde zaken zal dit naar verwachting in 2003 leiden? 44 Wat wordt bedoeld met de zin «uitgaande van het ervaringsgegeven dat een op de twee door de politie afgehandelde zaken leidt tot een zaak van het OM»? 45 Waaruit blijkt volgens de regering dat het publieke vertrouwen in de overheid geschonden is? Rechtvaardigt dit niet de invoering van mogelijke strafbaarstelling van de centrale overheid? 46 Op welke afdoeningsvariant van het openbaar ministerie dient volgens de regering de nadruk te liggen: sepot, transactie of afdoening door de rechter? 47 De regering wil Nederland veiliger maken door het herstel van het vertrouwen in de overheid en het meten op specifieke punten van de beoogde prestaties van de overheid in de aanpak van criminaliteit. Hoe wil de regering 20 000 zaken meer laten afdoen door de politie en 10 000 zaken meer door het OM als er niet wordt gewerkt aan een substantiële uitbreiding van de sterkte bij de politie, OM en zittende magistratuur? Hoe is de regering gekomen tot een taakstelling voor 2003 op basis van de genoemde kwantitatieve normen? 48 Kan de regering aangeven wat het tijdpad is voor de vorming van de nationale recherche? Hoe dient de landelijke recherche volgens de regering te worden aangestuurd? Hoe moeten de Interregionale Fraude teams en BRT’s worden geïmplementeerd binnen de nieuwe voorgestane structuur van de landelijke recherche? 49 Kan de regering aangeven op welke wijze lichte delicten op grotere schaal dan thans afgedaan kunnen worden door het middel transactie en overweegt de regering regelgeving op dit terrein?

6

50 Voorziet het in de begroting genoemde «early warning system» ook in het op elk gewenst moment voorhanden zijn van alle op dat moment beschikbare aantal cellen in heel Nederland, van de meest simpele cel in een politiebureau tot de meest geavanceerde cel in een gevangeniscomplex? Indien niet, zou de opzet van een dergelijk systeem zinvol kunnen zijn aan het op de meest efficiënte wijze inzetten van de detentiecapaciteit in Nederland zodat het niet meer voor kan komen dat een verdachte of gedetineerde vroegtijdig wordt heengezonden terwijl er ergens in Nederland een cel leegstaat? Zo ja, zal worden overgegaan tot de opzet van een dergelijk systeem? 51 Is de regering van mening dat een effectieve aanpak in de strafrechtsketen als het gaat om recidive-reductie tevens is gebaat met het invoeren van minimumstraffen met betrekking tot recidiveplegers? 52 Wat bedoelt de regering met «elke aangepakte zaak»? 53 Kan de regering de door haar voorgestane «alternatieve vormen van bewaring» nader toelichten? In hoeverre kan binnen het huidige bestel met meer-op-1-cel worden gewerkt? Welke structurele aanpassingen zijn er in het penitentiair bestel nodig om meerdere gedetineerden op één cel te kunnen plaatsen? 54 Duidt het feit dat de knelpunten in de capaciteit vooral zichtbaar zijn bij het OM, de rechterlijke macht en DJI er op dat een beter preventiebeleid noodzakelijk is? Zo ja, hoe wordt hier concreet vorm aan gegeven? Zo neen, waarom niet? 55 Waarom moeten, nu recentelijk de mogelijkheden tot preventief fouilleren zijn uitgebreid, de controlebevoegdheden van de politie op wapens in voertuigen worden uitgebreid? 56 Wordt bij «verhoging ophelderingspercentage» gedifferentieerd naar typen delicten? 57 Welke factoren verhinderen mogelijk een koppeling van de landelijke forensische sporendatabank met de landelijke DNA-databank? Wanneer kan de Tweede Kamer beschikken over de Visienota over de koppeling van databestanden in het belang van de opsporing? 58 Is het zinvol om over te gaan tot het oproepen van iedere Nederlander om vrijwillig DNA-materiaal af te staan voor de DNA-databank in het kader van de bevordering van de oplossing van delicten? Indien dit niet het geval is, zou een dergelijke oproep voor bepaalde bevolkingscategorieën wel zinvol (kunnen) zijn? 59 De regering noemt voor het verhogen van het ophelderingspercentage een zevental maatregelen. Is de regering van mening dat met name ook een gestructureerde pakkansanalyse zou kunnen bijdragen aan het verhogen van de ophelderingspercentages? Heeft de regering het

7

voornemen om aan de korpsen (dwingend) voor te schrijven de wijze van selectie van op te pakken strafrechtelijke onderzoeken? 60 Wat voegt een nieuw op te richten Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid toe aan reeds bestaande initiatieven en instituten? Kan meer exact worden aangegeven wat de doelen, middelen en prestatieindicatoren van een dergelijk centrum zullen zijn? 61 Ten aanzien van «preventie» wordt een summiere toelichting gegeven. Beleidsevaluatie/effectrapportage preventieprojecten zijn tot nu toe problematisch. Wordt hieraan in de toekomst meer aandacht besteed door de regering? 62 Justitie in de buurt (JIB) wordt beschouwd als een effectief instrument bij de criminaliteits- en overlastbestrijding in probleemgebieden. Welke instrumenten zijn er beschikbaar en welke maatstaven worden gehanteerd om de effectiviteit van de JIB’s te meten? Hoe verhouden de kosten zich van JIB met zaken die op een «normale» wijze worden afgedaan? 63 Wanneer is het bureau Bibob volledig operationeel? 64 Bij gerichte aanpak jeugdcriminaliteit wordt onder acties gemeld: pilots opvoedingsondersteuning en CtC met aandacht voor allochtone jongeren. Als actoren worden genoemd Justitie, Halt, Jeugdreclassering, VWS en OC&W. Een budget wordt (nog) niet ingevuld. Wordt hier een geoormerkt budget «aangehangen» of wordt het budget net als voorgaande jaren vanuit diverse departementen en potjes gehaald? 65 Overweegt de regering – gezien het zeer hoge recidive – percentageregelgeving die er toe leidt dat zedendelinquenten die het middel TBS opgelegd hebben gekregen nooit meer in vrijheid worden gesteld? 66 Op welk cijfermateriaal baseert de regering de voorgenomen maatregelen om het aantal veelplegers terug te dringen? Wordt hiermee de te grote nadruk op recidivisten als hoofdverantwoordelijken voor de totale omvang van de criminaliteit niet bestendigd? 67 De regering spreekt onder te nemen acties over een aparte strafmaat voor recidive. Is de regering van mening dat het hier alleen gaat om de aanpassing van de maximumstraffen of heeft de regering ook het voornemen te komen tot de invoering van minimumstraffen bij recidive? Is de regering ervan op de hoogte dat in de praktijk nauwelijks maximumstraffen (volgens de huidige geldende wetgeving) worden opgelegd? Heeft de regering het voornemen de capaciteit van de SOV-plaatsen (strafrechtelijke opvang verslaafden) aanzienlijk uit te breiden? 68 Op welke wijze gaat de regering uitvoering geven aan de in het Strategisch Akkoord genoemde inzet van het systeem van de Glen Millsscholen waar het betreft de aanpak van jeugdcriminaliteit (preventie en repressie)?

8

69 De regering maakt bij het plan van aanpak van de jeugdcriminaliteit geen melding van het institutionaliseren van heropvoedingscentra en opvoedingsscholen. Is de regering van mening dat juist dergelijke centra een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de afname van criminaliteit? 70 Wordt in het kader van opvoedingsondersteuning voor ouders van jongeren die dreigen te ontsporen ook gekeken naar een variant waarin ouders zich verplicht moeten laten ondersteunen op straffe van een sanctie? 71 Is de regering werkelijk van mening dat met de thans beschikbaar gestelde middelen de toevloed van zaken die voortvloeit uit het afgekondigde beleid op het gebied van veiligheid en handhaving door OM en rechterlijke macht op een zodanige manier kan worden opgevangen dat tevens de ambities op het terrein van de doorlooptijden niet in gevaar komen? 72 Overweegt de regering – mede in het licht van de eindigheid van detentiecapaciteit – om het middel taakstraf zodanig te herzien dat dit middel ook in de maatschappij wordt erkend als een adequaat middel om te straffen? 73 Overweegt de regering de invoering van minimumstraffen voor bepaalde delicten zodat gewaarborgd is dat de straf die ten minste wordt opgelegd voor het desbetreffende delict in elk arrondissement vaststaat? 74 Wat is het oordeel van de regering – gezien de kritiek die breed in de samenleving aanwezig is – over de werkwijze van de Raad voor de Kinderbescherming waar het betreft de advisering van de rechter in het algemeen en meer specifiek op het terrein van de omgang tussen de ouder bij wie het kind niet zijn hoofdverblijf heeft en het kind? 75 Acht de regering het zinvol om aan de consultatiebureaus een taak toe te kennen waar het betreft de preventie van huiselijk geweld en met name van kindermishandeling? 76 Wat wordt bedoeld met: «doordat de primair betrokken departementen van OcenW, Justitie, SZW, BZK en VWS integraal jeugdbeleid formuleren over de eigen grenzen heen». Worden hiermee de grenzen van departementen bedoeld, of wordt hier gedoeld over de landsgrenzen heen? 77 Waaruit zullen de pilots opvoedingsondersteuning 2003 bestaan? Waaruit zullen de specifieke maatregelen bestaan in het kader van jeugdcriminaliteit in relatie tot de integratie van jonge allochtonen? 78 Justitie zal sturend optreden bij de standaardisering van het instrumentarium voor screening en risicotaxatie. Juist bij integratie is gebleken dat standaardisering niet de beoogde resultaten heeft opgeleverd. Hierbij wordt vaker gedacht aan maatwerk. Hoe wordt in dit kader de screening en risicotaxatie bezien?

9

79 Voor wat betreft criminaliteit strenger bestraffen spreekt de regering alleen over verhoging van strafmaxima voor bepaalde misdrijven. Heeft de regering het voornemen om minimumstraffen in te voeren? 80 Waarom wordt als randvoorwaarde voor implementatie van verhoging van de strafmaxima gesteld dat er voldoende celcapaciteit is, aangezien celcapaciteit fluctueert en een rechter daar in het individuele geval rekening mee kan houden? 81 De vigerende noodwetgeving voor de bestrijding van drugssmokkel via Schiphol (de bolletjesslikkers-problematiek) wordt met twee jaar verlengd. De expiratiedatum van die wetgeving ligt dan niet meer in 2003 maar in 2005. Waarom neemt daarentegen het budget voor de bestrijding van drugskoeriers Schiphol (blz. 35) na 2003 wel af? Spreekt de regering zichzelf niet tegen? 82 De regering wil het ontmoedigingsbeleid voor het gebruik van softdrugs intensiveren en strikter handhaven en noemt hierbij met name de bescherming van het gebied rond scholen. Op welke wijze (wetgeving?) wil de regering hier vorm aan geven? 83 Kan de regering aangeven op welke wijze de uitbreiding van de projecten waarin aan zwaar verslaafden heroïne vrij wordt verstrekt, preventief werkt waar het betreft het aantal door deze categorie mensen gepleegde delicten? 84 Kan concreet worden aangegeven in welke gevallen verhoging van de strafmaxima daadwerkelijk bijdraagt aan criminaliteitsbestrijding? Kan dit worden gekwantificeerd? 85 Zou de afschaffing van de regelgeving op het gebied van de relatieve competentie dienstig kunnen zijn aan het op efficiëntere wijze inzetten van OM en rechterlijke macht, met name waar het strafzaken betreft. Zo ja, overweegt de regering wetgeving op dit terrein? 86 Waarom neemt het stoppen van testen van xtc-pillen bij party’s en clubs de indruk weg dat de overheid het gebruik van die drugs legitimeert? Zal het stoppen van die testen de productie, de handel of het gebruik van synthetische drugs verminderen? Zo ja, kan exact in beeld worden gebracht wat de effecten van het stoppen van de genoemde testen zijn? 87 Waarom staat er bij het voornemen «Samenwerking ter bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit» geen toelichting? 88 Bij het samenwerken ter bestrijding van de grensoverschrijdende criminaliteit valt het op dat er niet wordt gesproken over het op grote schaal (opnieuw) installeren van verbindingsofficieren van politie en justitie in de van belang zijnde Europese landen. Uit de hedendaagse praktijk is toch gebleken dat Europol en Eurojust niet op hun taak berekend zijn als het gaat om operationele uitvoering en nagenoeg geheel

10

een ceremoniële functie hebben? 89 Voorwaarden voor gezinsvorming worden aangescherpt, de minimumleeftijd gaat van 18 naar 21 jaar. Wat zijn de te verwachten effecten van deze maatregel? 90 Kan voor de jaren 1998 t/m 2003 een overzicht worden gegeven van het jaarlijkse budget van de UNHCR en van de jaarlijkse Nederlandse bijdragen daaraan? 91 Kan van de asielzoekers van wie de aanvraag is afgedaan in het aanmeldcentrum worden aangegeven hoeveel procent ongedocumenteerd is; hoeveel procent in beroep gaat; hoeveel procent in vreemdelingenbewaring belandt; hoeveel procent met onbekende bestemming vertrekt en hoeveel procent daadwerkelijk uit Nederland vertrekt? 92 De regering stelt zich tot doelstelling de instroom van asielzoekers terug te brengen tot 18 000 per jaar. Minister Nawijn heeft gezegd dat 80% van de asielverzoeken in het AC afgewezen moet kunnen worden. Moet deze uitspraak zo geïnterpreteerd worden dat 80% van 18 000 in het AC wordt afgewezen? Zo neen, hoe wordt deze uitspraak dan omgezet in een concrete doelstelling conform de VBTB-methodiek? 93 Ligt aan de vanaf 2003 te hanteren instroomlimiet van 18 000 asielzoekers een beredeneerde calculatie ten grondslag van de effecten van het aan te scherpen toelatingsbeleid? Zo ja, is de regering bereid die calculatie aan de Kamer te doen toekomen? 94 Op welke wijze zal de strengere selectie van asielzoekers in de Aanmeldcentra plaatsvinden? 95 Wat is de stand van zaken betreffende de onderhandelingen over de herziening van de Overeenkomst van Dublin? Is reeds te voorzien in welke richting de Overeenkomst herzien zal worden? Hoe effectief is de Nederlandse inbreng in de onderhandelingen? 96 Kan de regering, bijvoorbeeld op basis van de cijfers over 2001, aangeven met hoeveel procent de aanvragen voor gezinsvorming zullen dalen als de voorwaarden daarvoor worden aangescherpt in de zin zoals de regering dat voorstelt? 97 Is de huidige AC-procedure naar de mening van de regering flexibel genoeg om een strengere selectie aan de poort toe te passen, of zal daartoe een grondige wijziging van de huidige procedure plaats moeten vinden? 98 Kan een overzicht gegeven worden van de landen die niet meewerken aan de terugkeer van hun eigen onderdanen wanneer deze Nederland moeten verlaten? Kan daarbij vermeld worden welk van deze landen ontwikkelingsgeld ontvangen vanuit Nederland en/of de Europese Unie?

11

99 Betekent de zinsnede «criminele vreemdelingen (legaal of illegaal) zullen worden uitgezet», dat deze vreemdelingen net zo lang in vreemdelingenbewaring zullen worden gehouden totdat hun uitzetting daadwerkelijk kan worden geëffectueerd? 100 Kan een overzicht worden gegeven van de landen waarmee op bilateraal c.q. Beneluxniveau respectievelijk op Europees niveau terug- en overnameovereenkomsten zijn, respectievelijk zullen worden gesloten? Welke overeenkomsten zijn al in werking? Welke concrete terugkeerresultaten zijn op basis van deze overeenkomsten geboekt? 101 In het Strategisch Akkoord staat dat in bilatere verdragen bepalingen worden opgenomen over de terugname van uit die landen afkomstige personen (onderdanen, derdelanders, staatlozen) en dat regeringen die terugname weigeren niet in aanmerking komen voor ontwikkelingshulp. In de begroting staat dat passende maatregelen worden genomen tegen landen die weigeren mee te werken aan het terugnemen van eigen onderdanen en overname van derdelanders. Hoe verhouden deze beide passages zich ten opzichte van elkaar en wat moet worden verstaan onder «passende maatregelen» en het op «strategische wijze» gebruik maken van ontwikkelingshulp? Welke passende maatregelen zullen worden genomen als er met deze landen geen sprake is van een ontwikkelingsrelatie? 102 Welke maatregelen zullen worden getroffen bij de aanpak van werkgevers en bemiddelingsinstanties die illegalen tewerkstellen? Waaraan moet worden gedacht daar waar in het Strategisch Akkoord staat dat het tewerkstellen van illegalen zodanig wordt gesanctioneerd dat het onaantrekkelijk wordt? Wordt herinvoering van de vergunningplicht voor uitzendbureaus overwogen? Zo niet, op welke manier worden malafide bemiddelingsbureaus dan aangepakt? 103 De regering is van zins al tijdens strafrechtelijke detentie zoveel mogelijk vreemdelingen uit te zetten. Hierdoor worden de vreemdelingenkamers van de verschillende gerechten ontlast. Toch wil de regering het budget voor de vreemdelingenkamers meer dan verdubbelen (blz. 35), is dit niet in tegenspraak met elkaar, en zo neen, waarom niet? 104 Eén van de acties genoemd ten behoeve van de aanpak van de illegalenproblematiek is dat criminele vreemdelingen (illegaal of legaal) uitgezet worden. Daarnaast wordt gesproken over het strafbaar stellen van illegaal verblijf. Betekent dit nu dat omdat illegaliteit strafbaar wordt en dús alle illegalen criminele illegalen worden, dat in het vervolg wél alle illegalen ook daadwerkelijk uitgezet gaan worden, ongeacht de hoedanigheid van hun verblijf? 105 Op welke punten zullen de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit en de Vreemdelingencirculaire 2000 worden gewijzigd? Op welke termijn zijn deze wijzigingen te voorzien? 106 De regering geeft aan dat illegaliteit strafbaar wordt gesteld, de vreemdelingenbewaring wordt uitgebreid en vreemdelingentoezicht aan

12

de grens en in het land wordt geïntensiveerd. Worden hiervoor extra middelen beschikbaar gesteld of vindt een ombuiging plaats? Welke bedragen zijn beraamd voor respectievelijk de extra celcapaciteit voor het vastzetten van illegalen, voor de uitbreiding van de vreemdelingenbewaring en voor intensivering van het vreemdelingentoezicht? Kan de regering nader aangeven in welke mate en op welke wijze de vreemdelingenbewaring wordt uitgebreid? Is de regering voornemens om een actief arrestatiebeleid voor illegalen te gaan voeren? 107 Waarom ontbreekt er onder het punt Budget een budget bij de voornemens uit het Strategisch Akkoord? 108 Welke factoren worden bedoeld als gesproken wordt over factoren die het integratietraject belemmeren? Hoe verhoudt het wegnemen van de bedoelde factoren zich tot het garanderen van elementaire burgerrechten? 109 Er wordt gesproken over inburgeringscursussen voor oudkomers die afhankelijk zijn van een uitkering. Hoe wordt de groep oudkomers die niet afhankelijk van een uitkering zijn bereikt? 110 Op welke wijze wordt aandacht gegeven aan de Nederlandse historie in de inburgeringscursussen voor nieuwkomers? Kan de regering iets meedelen over de inhoud van de geschiedeniscomponent? 111 Kan de regering aangeven hoe zij de concrete invulling ziet van inburgeringscursussen in de landen van herkomst? 112 Welke toeloop op het aanbod van inburgeringscursussen in het land van herkomst valt te verwachten? 113 Hoe denkt de regering om te gaan met de forse verschillen in instroomniveau bij inburgeringscursussen in het land van herkomst? Deelnemers kunnen immers wat betreft instroomniveau variëren van analfabeet tot academisch gevormd. 114 Welke aanpassing van de wetgeving vraagt de nadruk op eigen verantwoordelijkheid van de inburgeraar? 115 Welke consequenties voor de uitkering heeft een niet tijdige en succesvolle afronding van de cursus? Krijgen uitkeringsgerechtigden een korting op de uitkering? Waar kunnen de opbrengsten die ontstaan ten gevolge van de kosten die inburgeraars betalen voor de inburgeringscursus worden teruggevonden op de begroting van Justitie? Wat wordt verstaan onder «succesvolle» en wat onder «tijdige» afronding van de inburgeringscursus als voorwaarde voor restitutie van de helft van de kosten van de inburgeringscursus en het verkrijgen van een verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd? Hoe wordt dit getoetst?

13

116 Wat is de omvang van de door de inburgeraar vooruit te betalen kosten van een inburgeringscursus? Acht de regering het realistisch dat alle nieuwkomers in staat zullen zijn om zelf hun inburgeringscursus vooraf te financieren? Levert deze wenselijk geachte verplichting geen problemen op voor toegelaten asielzoekers uit Derde Wereldlanden? 117 Op welke manier en via welke instanties worden vooruitbetaling en restitutie van de kosten van de inburgeringscursus geregeld? 118 Hoe moet er volgens de regering gehandeld worden in de reëel denkbare situatie dat een houder van een verblijfsvergunning bepaalde tijd er niet in slaagt de inburgeringscursus met succes af te ronden, hij mitsdien geen vergunning onbepaalde tijd verkrijgt en toch niet terug kan naar zijn herkomstland vanwege vrees voor vervolging in de zin van het Vluchtelingenverdrag, dan wel omdat die terugkeer van bijzondere hardheid zou zijn? 119 Hoe zullen de achterstanden in het reguliere onderwijs en schooluitval worden aangepakt? 120 Wanneer wordt de nota over het spanningsveld tussen vrijheden van meningsuiting en levensbeschouwing in relatie tot het discriminatieverbod naar de Tweede Kamer gestuurd? 121 Op welke wijze dienen immigranten een actieve bijdrage te leveren aan het debat over de eigen identiteit in relatie tot elementaire waarden van de Nederlandse samenleving? 122 Op welke wijze gaat het probleemoplossend vermogen binnen de etnische groepen gestimuleerd worden? 123 Welke beleidsinstrumenten gericht op een evenwichtige bevolkings- en inkomensopbouw in wijken zullen worden ingezet en welke gerichte inspanningen om segregatie tegen te gaan zullen worden ondernomen? 124 Om verdere afzondering van de algehele samenleving te voorkomen, is niet alleen een investering nodig in het leefklimaat van deze wijken, maar ook beleid gericht op een evenwichtige bevolkings- en inkomensopbouw. Kan de regering toelichten op welk(e) beleid(sinstrumenten) het hier doelt? 125 Hoe zal worden bevorderd dat instellingen faciliteiten bieden om onderwijs, werk en zorgtaken te kunnen combineren? 126 De regering is van zins om extra geld uit te trekken voor de procesvertegenwoordiging IND. Betekent dit dat men nog altijd veel bijstand duur blijft inkopen bij de landsadvocaat (PRDF) of is de regering juist van zins om meer ambtenaren «in eigen huis» op te leiden om in rechte op te treden?

14

127 Blijkens de overzichtstabel beleidsmatige mutaties wordt er flink gekort op de 10-dagen toets. Kan de regering aangeven of het wijzigen van de 10-dagen toets in (bijvoorbeeld) een 20-dagen toets nog meer bezuinigingen of ombuigingen oplevert in deze? 128 Voor 2003 staat nog een ombuiging van € 170 mln. opgenomen als «Ombuiging Strategisch Akkoord onverdeeld». Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over de invulling hiervan? 129 Kan exact worden aangegeven (beleidsartikel en budget) bij welke in de tabel genoemde intensiveringen er sprake is van een intensivering ten behoeve van criminaliteitspreventie? 130 Wat gaat de regering doen met de € 10 miljoen die jaarlijks zijn uitgetrokken voor het Actieplan terrorismebestrijding en veiligheid? Wordt het ter beschikking komende geld louter aangewend voor de uitvoerende diensten? 131 Hoeveel DNA-profielen zullen worden opgenomen in de DNA-databank na 2004? 132 Hoe verhouden de aangekondigde intensiveringen bij de aanpak van drugkoeriers op Schiphol zich tot het recent aangekondigde beleid ten aanzien van het terugsturen van bolletjesslikkers? 133 Met betrekking tot gerechtskosten strafzaken rijst de vraag of de regering aanbieders van telecommunicatie (op straffe van niet verlening of intrekking van de vergunning) niet zou moeten verplichten hun gegevens gecentraliseerd en geautomatiseerd aan te leveren aan de verzoekers binnen de overheid. Moeten de tarieven voor tolken en/of vertalers niet naar beneden moeten worden bijgesteld? 134 Met hoeveel plaatsen wordt de opleidingscapaciteit van de SSR uitgebreid om extra rechters op te leiden? 135 Onder rechterlijke macht wordt gesproken over een uitbreiding van de zittende magistratuur. Om welke kwantitatieve hoeveelheid personen gaat het hier? Waarom is er geen sprake van een uitbreiding van de staande magistratuur? 136 Met betrekking tot de Dienst Justitiële Inrichtingen rijst de vraag of het mogelijke is het detentieregime in de inrichtingen te wijzigen op een wijze waardoor de druk op het personeel en de kosten afneemt? 137 Is de ophoging van het budget van SRN met structureel € 7,5 miljoen noodzakelijk, gelet op de vele minder positieve signalen over haar functioneren?

15

138 Waarom wordt SRN wel gesubsidieerd als er geen sprake (meer) is van een justitiële titel, terwijl andere organisaties die bijdragen aan reïntegratieprojecten voor ex-gedetineerden in een vrijwillig kader geen subsidie ontvangen? 139 Hoe verlopen de besprekingen tussen de regering en Stichting Exodus en de Ontmoeting over een eventuele toekenning van subsidie? 140 Op grond van welke onderzoeksresultaten meent de regering dat het verhogen van de griffiegelden zal leiden tot een (evenredige) afname van (civiele) rechtszaken? Worden deze (verhoogde) kosten vergoed door de rechtsbijstand(verzekeraars)? 141 Vormen hogere griffierechten behalve «een extra prikkel voor grondige bezinning op de wenselijkheid van het entameren van een procedure» tevens een belemmering? 142 Wat zijn de gevolgen van de nieuwe richtlijn van het Landelijk Stafbureau Vreemdelingenkamers ten gevolge waarvan beroepszaken en voorlopige voorzieningen, aangevraagd door asielzoekers van wie de aanvraag in het aanmeldcentrum is afgewezen, niet meer gelijktijdig hoeven worden behandeld? Hoeveel tijdsduur zit er gemiddeld tussen de behandeling van de voorlopige voorziening (vovo) en het beroep? In hoeveel procent van de gevallen wordt door de rechter in AC-vovo-aanvragen/-beroepszaken «doorgepakt»? 143 Er zijn capaciteitsproblemen bij de Vreemdelingenkamers. Kan de regering aangeven welke concrete maatregelen zij wil nemen om dit op te lossen, met daarbij een tijdschema? 144 Hoe gaat uitwerking worden gegeven aan het in het Strategisch Akkoord gestelde: «gemeenten bieden uitgeprocedeerde asielzoekers geen vervangende opvang»? Welke maatregelen en sancties kunnen gemeenten die wel vervangende opvang bieden tegemoet zien? Hoe zal in dit verband worden omgegaan met kerken die uitgeprocedeerde asielzoekers opvang bieden? 145 In hoeveel gevallen, bezien naar de jaren 2000 t/m 2002, waarin gemeenten, kerken en eventuele andere instanties opvang hebben geboden aan uitgeprocedeerde asielzoekers heeft dit geleid tot daadwerkelijke terugkeer, vertrek met onbekende bestemming, dan wel alsnog het «op straat zetten» van betrokkenen? Indien hierover geen gegevens voorhanden zijn, bent u bereid die dan te verzamelen? 146 Kunnen de verwijderingscijfers van ama’s worden gegeven van vorig jaar en dit jaar (bezien naar de gebruikelijke indeling «controle adres», «vertrek onder toezicht» en «uitzetting»)? 147 Hoe zal worden omgegaan met de ophef die kan ontstaan ten gevolge van de beëindiging van de voorzieningen voor vreemdelingen die al langer in

16

Nederland verblijven en welke rol speelt hierbij het specifieke communicatieplan dat in ontwikkeling is? 148 Hoe verloopt momenteel de uitplaatsing van statushouders naar reguliere huisvesting, sinds de afspraken die tussen BZK, Justitie, VROM, het IPO en het COA zijn gemaakt om de achterstanden zo snel mogelijk weg te weken? 149 Kan de regering aangeven wat in de praktijk precies verstaan wordt onder goedkopere vormen van opvang? Zal de bezuiniging puur zijn gericht op versobering van de huisvesting? Zo neen, hoe krijgt deze dan wel vorm? 150 Welke nieuwe activiteiten en regelgeving ontwikkelt de regering ter bestrijding van leeftijdsdiscriminatie van ouderen? Hoe verhoudt de huidige situatie zich tot EU-regelgeving in deze? 151 In welke strategische verkenning wordt het onderwerp «een nieuw evenwicht tussen rechtsstaat en criminaliteitsbestrijding» behandeld? 152 Wanneer een politieagent tijdens een achtervolging een ongeluk veroorzaakt, kan hij daarvoor persoonlijk aansprakelijk worden gesteld. Acht u het noodzakelijk de aansprakelijkheidsregeling van agenten bij achtervolgingen aan te passen? 153 Is de regering bereid tot een wetswijziging om de strafrechtelijke immuniteit van de staat op te heffen, gezien de problemen die door deze immuniteit zijn ontstaan in onder meer de nasleep van de vuurwerkramp in Enschede? Zo neen, waarom niet? 154 Welke initiatieven worden ontplooid met betrekking tot de problematiek omtrent de omgangsregeling tussen de gescheiden ouder en kind en de afdwinging van de naleving hiervan? 155 Is de regering van mening dat op het gebied van echtscheidingsbemiddeling thans voldoende onderzoek is gedaan om over te gaan tot het concipiëren van een wetsvoorstel dat echtscheiding zonder tussenkomst van een rechter als uitgangspunt kent, op de wijze die ook geldt voor de ontbinding van een geregistreerd partnerschap? 156 Overweegt de regering wetgeving op het terrein van het concubinaat? 157 Overweegt de regering over te gaan tot de afschaffing van het geregistreerd partnerschap nu het burgerlijk huwelijk is opengesteld voor mensen van gelijk geslacht en het geregistreerd partnerschap daardoor overbodig is geworden? 158 Overweegt de regering over te gaan tot het instellen van een wettelijke omgangsregeling tussen het kind en de ouder bij wie het kind niet zijn hoofdverblijf heeft in dier voege dat indien de ouder bij wie het kind zijn

17

hoofdverblijf heeft zijn/haar gezag over het kind verliest indien en zolang hij/zij niet meewerkt aan de uitvoering van de omgangsregeling? 159 Houdt verbetering van de civielrechtelijke positie van slachtoffers een wijziging in van de strafrechtelijke positie van slachtoffers? 160 Welke initiatieven worden ontplooid met betrekking tot het inzetten van bestuurlijke boeten als middel om de strafrechtketen te ontlasten? 161 Hoe verhoudt de invoering van een algemene identificatieplicht voor verdachten van een strafbaar feit zich met het voornemen, zoals neergelegd in het Strategisch Akkoord op p. 10 (Kamerstuk 28 375, nr. 5), om een onbeperkte identificatieplicht in te voeren? 162 Wat zal naar verwachting de bijdrage (uitgedrukt in een cijfer) van het eventueel invoeren van een algemene identificatieplicht zijn op het reduceren van het aantal strafbare feiten? 163 Kan de regering aangeven aan welke vorm van identificatieplicht zij denkt? Zal de identificatieplicht ook een draagplicht in moeten houden? 164 Verwacht de regering dat, na de eventuele invoering van een algemene identificatieplicht, relatief meer allochtonen dan autochtonen op straat om hun identificatie zal worden gevraagd? Welke onderzoeken en gegevens zijn hieromtrent bekend uit landen waar reeds een algemene identificatieplicht bestaat, zoals België en Frankrijk? Is de regering bereid eventuele onderzoeken hiernaar naar de Kamer te zenden? 165 Is de invoering van de raadsheer-commissaris naar het oordeel van de regering daadwerkelijk een maatregel die bijdraagt tot een efficiëntere strafrechtspleging? Deze raadsheer-commissaris heeft wel goede kennis van het dossier, maar staat ver af van de dagelijkse praktijk van de rechter-commissaris. 166 Het parlement is medewetgever. In hoeverre zijn de genoemde impulsen en initiatieven ter bevordering van de kwaliteit van de wetgeving toegankelijk voor de leden en medewerkers van het parlement? 167 Welk percentage reductie van de hoeveelheid regelgeving zal de komende jaren worden geboekt? Kan dit percentage worden aangeven in reductie van de administratieve lasten en van reductie van het absoluut aantal wetten en regels? 168 Wat is het adres van de website voor wetgevingsjuristen? Is dit een openbare website? 169 Wat zijn de kosten van een advies, fiche en handleiding van ICER?

18

170 Hoe rijmt de voorgenomen bezuiniging op criminaliteitspreventie zich met de passage, verwoord op p. 9 van het Strategisch Akkoord, dat criminaliteitsbestrijding hoge prioriteit moet hebben, zowel preventief als repressief? 171 Wat is het interventiepercentage per partner in de strafrechtsketen? Hoe ontwikkelt dit percentage zich per ketenpartner door de jaren heen? 172 Kan een nadere uitleg worden gegeven voor de relatief grote budgetflexibiliteit bij het beleidsartikel Criminaliteitspreventie? In hoeverre is dit deel van het budget vrij besteedbaar? 173 Is de regering bereid het vereiste van dubbele strafbaarheid bij vrouwenbesnijdenis op te heffen, nu een wijziging van artikel 5 WvSr heeft plaatsgevonden? Zo neen, waarom niet? 174 Zijn de regering recente cijfers bekend over gevallen van vrouwenbesnijdenis in de Somalische gemeenschap? Welke vormen van voorlichting over vrouwenbesnijdenis vinden op het moment plaats richting de Somalische gemeenschap? Ziet de regering redenen om de overheidsinspanningen op dit gebied te versterken? 175 Hoe reageert de regering op de constatering van Defence for Children dat bij de Nederlandse overheid onvoldoende deskundigheid en ondersteuning bestaat ten aanzien van internationale kinderontvoeringen (zie hierover het rapport Ontvoering van kinderen, verhalen van ouders)? Hoe reageert de regering op de suggesties van Defence for Children om in het gebrek aan deskundigheid en ondersteuning verbetering te brengen, bijvoorbeeld door een ad hoc commissie in te stellen die de problematiek van kinderontvoeringen in kaart brengt en suggesties doet aan het ministerie, door een steunfonds bij het ministerie in te stellen dat de kosten voor rechtshulp die ouders maken (deels) kan vergoeden en om de kinderbijslag in geval van een kinderontvoering niet in te houden? 176 Bent u bereid de rol van het Bureau Centrale Autoriteit op het gebied van internationale kinderontvoeringen te laten evalueren? Zo neen, waarom niet? 177 Burenruzies kunnen ontwrichtend en bedreigend zijn. Kan worden aangegeven wat de resultaten zijn van zogenaamde buurtbemiddelingsprojecten, die onder meer het «buren pesten» willen tegengaan? Op welke schaal worden dergelijke projecten op het moment toegepast? Ziet de regering mogelijkheden voor uitbreiding? 178 Hoe staat de regering tegenover de suggestie van plaatsvervangend korpschef Van Riessen van de Amsterdamse politie, om alle drugsverslaafden onder te brengen op zogenaamde zorgboerderijen? 179 Volgens het rapport «Mensenhandel in Nederland, 1997–2000», van de Dienst Nationale Recherche Informatie, functioneert de aanpak van

19

mensenhandel op internationaal niveau gebrekkig en moeizaam. Hoe reageert de regering op de suggesties in dit rapport om de aanpak van mensenhandel op Europees niveau sterk te verbeteren en binnen Nederland de informatieuitwisseling tussen de verschillende politiekorpsen te verbeteren en bovenregionale, gespecialiseerde teams in te stellen? Is de regering bereid deze aanbevelingen uit te voeren? 180 Is het juist dat, ook na de legalisering van prostitutie, veel Nederlandse gemeenten nog steeds nauwelijks of geen vergunningen verstrekken voor de vestiging en exploitatie van een bordeel? Welke gegevens zijn de regering hierover bekend? Is zij bereid gemeenten hierover aan te schrijven? 181 Op welke wijze wil de regering de mensenhandel, die zich steeds vaker in de prostitutiebranche voordoet, terugdringen? 182 Terre des Hommes constateert een leemte in de Nederlandse wetgeving met betrekking tot handel in kinderen voor andere doeleinden dan prostitutie, bijvoorbeeld voor drugs- of wapenhandel. In het geval er geen sprake is van prostitutie valt handel in kinderen onder artikel 278 WvSr en heeft het kind bijvoorbeeld geen recht op bijzondere slachtofferopvang. Is de regering bereid om, zoals Terre des Hommes voorstelt, de wet zo aan te passen dat handel in kinderen bij alle gevallen van extreme arbeid – en niet alleen bij prostitutie – valt onder artikel 250 ter WvSr? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? 183 Welke veiligheidsregelingen bestaan er voor ambassades en consulaten van risicolanden als Afghanistan, Israël en de Verenigde Staten? Acht de regering het, gezien de veiligheidsrisico’s, aanvaardbaar dat dergelijke ambassades en consulaten zich bevinden in panden met reguliere kantoren of woonruimtes? 184 Welke veiligheidsregelingen bestaan er voor objecten van joodse organisaties in Nederland? 185 Acht de regering gronden aanwezig om de huidige beleidslijn, volgens welke slechts personen met een openbaar ambt, politici et cetera aanspraak kunnen maken op persoonsbeveiliging van overheidswege, aan te passen? Is de regering van mening dat bij de beveiliging van andere personen dan hiervoor bedoeld, een algemeen belang gediend kan zijn, bijvoorbeeld het belang van de vrijheid van meningsuiting? Is de regering bereid om de huidige beleidslijn ten aanzien van persoonsbeveiliging aan te passen? 186 In het rapport De Daltons van de politie Rotterdam Rijnmond wordt geconcludeerd dat het risico bestaat dat een kleine groep kwaadwillenden het huidige verlofsysteem voor wapens en munitie in gevaar brengt. In het rapport wordt onder meer aanbevolen de Wet wapens en munitie aan te passen en beter toe te zien op controle en handhaving. Hoe reageert de regering op deze en andere suggesties van de politie Rotterdam Rijnmond als gedaan in eerdergenoemd rapport?

20

187 Volgens het LBR is Nederland laks bij het naleven van internationale afspraken om rassendiscriminatie tegen te gaan. Zo zou de regering chronisch te laat zijn met het voldoen aan haar verplichtingen die voortvloeien uit het IVUR-verdrag om tweejaarlijks over discriminatie te rapporteren. Wat is hierop de reactie van de regering? Hoe denkt zij deze problematiek aan te pakken? 188 De regering noemt een percentage (9%) Bibob-aanvragen dat leidt tot een weigering. Waarop baseert de regering dit percentage? 189 Kan de regering aangeven wat de inhoud is van het onderzoek bij het verzoek van de particuliere beveiligingsbedrijven om een vestigingsvergunning? Aan welke criteria wordt door het departement getoetst? 190 In hoeverre wordt de Nederlandse kansspelmarkt geopend voor buitenlandse kansspelorganisaties? Welke mogelijkheden ziet de regering voor kansspelen op het internet? Welke beperkingen worden hier aan gesteld? 191 Naar hoeveel casinovestigingen streeft de regering in haar heroverweging? 192 Hoeveel geld gaat er naar de bestrijding kansspelverslaving? 193 Hoeveel geld wordt er middels subsidies verleend aan instellingen die nazorg verlenen aan ex-gedetineerden? 194 Kan de regering inzicht geven of de vestigingen van Justitie in de Buurt (JIB) hun rol voor wijkgerichte criminaliteitspreventie effectief kunnen oppakken? Kan de regering de normstelling aangeven die op dit terrein voor justitie in de buurt wordt gehanteerd? Is hier sprake van kwantitatieve normen in relatie tot een gehanteerde bevolkingsmonitor? 195 Welke criteria legt de regering aan om te beoordelen of een Justitie in de Buurtproject voorziet in een plaatselijke behoefte? 196 Waarom wordt een beleidsplan huiselijk geweld niet van alle Nederlandse gemeenten in 2003 verwacht? Wat is de sanctie op het niet naleven door gemeenten met betrekking tot de 20% doelstelling beleidsplan huiselijk geweld? 197 Wat is de precieze reden van de daling van de apparaatuitgaven (subsidies) in 2003? 198 Geldt de zinsnede «nieuwe preventieve maatregelen moeten gebaseerd zijn op een gedegen analyse van het criminaliteitsprobleem» ook voor nieuwe repressieve maatregelen?

21

199 Waar wordt precies op gedoeld als wordt gesproken over nieuwe preventieve maatregelen in beleidsdoelstelling 3.1.11? 200 Is de uitkomst van het onderzoek naar de effectiviteit van bestaande preventieve maatregelen in de detailhandel al bekend? Zo ja, is de Kamer reeds op de hoogte van deze uitkomst? 201 Hoe verhoudt de voorgenomen bezuiniging op slachtofferhulp zich met hetgeen hierover in het Strategisch Akkoord is afgesproken? 202 Kan doordat de Tweede Kamer bij motie de bezuinigingen op slachtofferhulp ongedaan heeft gemaakt, gegarandeerd worden dat ook bij een groei van het aantal aanvragen om slachtofferhulp die hulp in voldoende mate kan worden aangeboden? 203 Waarom is er in de jaren 2001 tot en met 2003 zo’n grote schommeling in de uitgaven voor slachtofferzorg? 204 Hoe reageert de regering op de constatering van Slachtofferhulp Nederland dat de continuïteit van haar hulpverlening, gezien de voorliggende bezuinigingen, ernstig gevaar loopt en dat de regering in haar veiligheidsbeleid te zeer de nadruk legt op repressie van criminaliteit en te weinig op de zorg voor het slachtoffer? Is de regering bereid te garanderen dat Slachtofferhulp Nederland geen kantoren zal hoeven te sluiten? 205 Wanneer zal de regering financieel invulling geven aan de motie De Graaf, die gratis rechtshulp voor slachtoffers mogelijk wil maken (27 400 nr. 26)? 206 Er wordt regelmatig geklaagd dat de afhandeling van letselschade door verzekeringsmaatschappijen, sinds de kamervragen over dit onderwerp in 2001 van de leden Dittrich en Santi, eerder is verslechterd dan verbeterd. Over welke gegevens beschikt de regering in deze? Rapporteert de verzekeringskamer over dit onderwerp aan de regering? Zo ja, wat zijn haar conclusies? Welke maatregelen stelt de regering voor? Is zij bereid de verzekeringskamer onderzoek te laten verrichten? 207 De Vereniging voor Letselschade-Slachtoffers verricht belangrijk werk op het gebied van tweede lijnsopvang en trajectbegeleiding van ongevalsslachtoffers. Zij helpt letselschadeslachtoffers bij het beperken, in kaart brengen en verhalen van hun schade en vervult daarmee een aanvullende rol ten aanzien van de eerste lijnsopvang die Slachtofferhulp biedt. Is de regering bereid tot het verstrekken van een subsidie aan de Vereniging voor Letselschade-Slachtoffers? 208 Kan worden aangegeven welke voortgang in 2002 is geboekt bij de afhandeling door justitie van medische zaken (zogenaamde «medische missers»)? Wat is de stand van zaken ten aanzien van de landelijk Officier van Justitie voor medische zaken en het expertiseburo voor medische zaken in Rotterdam? In hoeveel zaken heeft de gespecialiseerde Officier van Justitie sinds zijn aantreden geadviseerd? Hoe staat het met de

22

registratie van medische zaken bij de verschillende parketten? Op welke wijze is de expertise ten aanzien van dit onderwerp in 2002 versterkt? 209 Kan de regering aangeven waarom de uitgaven voor slachtofferzorg in 2003 (ten opzichte van 2002) nominaal substantieel minder zijn? Worden de hooggestelde verwachtingen wel mogelijk door een beperkter budget? 210 «Daarnaast krijgen de slachtoffers informatie over hun rechten en plichten en krijgen slachtoffers van een ernstig geweldsmisdrijf een financiële tegemoetkoming.» Betreft het hier een nieuwe voorziening of doelt de regering op het al bestaande Schadefonds Geweldsmisdrijven? 211 Vergt de uitwerking van de reorganisatie van de Vereniging Slachtofferhulp Nederland – onder meer het samenvoegen van de regionale stichtingen Slachtofferhulp tot een landelijke stichting en de invoering van outputsturing – extra uitgaven? Zo ja, in hoeverre is hier in de ontwerpbegroting 2003 rekening gehouden? 212 Deelt de regering de opvatting dat slachtofferzorg in belangrijke mate afhankelijk is van de persoonlijke betrokkenheid van politie- en justitiefunctionarissen? Zo ja, overweegt zij dwingender gedragsvoorschriften voor deze overheidsfunctionarissen? 213 Is de regering bereid te onderzoeken of dading nieuw leven ingeblazen kan worden? 214 Welk deel van de uitgaven voor Slachtofferzorg komt nu direct ten goede aan de slachtoffers? 215 Welke maatregelen neemt de regering ter vergroting van de mogelijkheden voor slachtoffers om materiële en fysieke schade op daders te verhalen? 216 Waarop is de veronderstelling gebaseerd dat er in 2003 niet meer slachtoffers zullen worden geholpen dan in 2002? 217 Is het mogelijk de bureau’s voor slachtofferhulp (waar mogelijk) te integreren in Justitie in de Buurt (JIB)? Kunnen medewerkers van slachtofferhulp assisteren bij de hulp die in de rechtbank/gerechtshof wordt geboden aan slachtoffers van misdrijven die de behandeling van strafzaken bezoeken? Is het niet beter de aansturing van de medewerkers van slachtofferhulp mede te laten geschieden door de arrondissementsparketten? 218 Hoe verhoudt de intensivering van de handhaving van wet-en regelgeving zich met de voorgenomen bezuiniging op de rechtshandhaving? 219 Wat zijn de cijfermatige gevolgen van het oplossen van de capaciteitsproblemen bij het OM voor het capaciteitsbeslag van de rechterlijke

23

macht, de celcapaciteit en de reclassering? 220 Waarom worden er nog geen objectief meetbare doelen gepresenteerd op grond waarvan kan worden bepaald of de regering er de komende jaren daadwerkelijk in slaagt de ambitie dat Nederland veiliger moet worden waarmaakt? 221 Er wordt gesproken over objectief meetbare veiligheid na deze regeringsperiode. Welke instrumenten worden voor die meting gebruikt? Wie voert dat onderzoek uit? En welke sanctie staat er op het eventueel niet halen van die ambitieuze doelstelling? Welke rol spelen burgers in dit geheel? Hoe gaat de doelstelling met betrekking tot een veilige Nederlandse samenleving gepaard met ca. 50 miljoen minder uitgaven aan beleid in 2007? 222 Op welke termijn verwacht de regering de digitale aangifte van kleine criminaliteit landelijk te kunnen invoeren, nu de experimenten hiermee positief zijn verlopen? 223 Wat zijn tot nu toe de resultaten van het Rotterdamse experimenten waarbij winkeliers zelf winkeldiefstallen kunnen afdoen met een schikking? Welke kwaliteitscontroles zijn al in dit systeem ingebouwd? Hoe reageert de regering op de suggestie van hoogleraar strafrecht De Roos om kwaliteitscontroles in het systeem in te voeren om op die manier eventuele ongeoorloofd gedrag van winkeliers uit te sluiten? Acht de regering het Rotterdamse systeem geschikt voor gebruik in het hele land? 224 Volgens de Landelijke criminaliteitskaart 1999 worden niet de zogenoemde «veelplegers», maar mensen die nieuw zijn in de criminaliteit het meest opgepakt voor delicten. Het regeringsbeleid is echter gebaseerd op de veronderstelling dat «veelplegers» het grootste probleem vormen. Hoe verklaart de regering deze kloof, en acht zij beleidsaanpassing noodzakelijk? Zo neen, waarom niet? 225 Volgens de Amsterdamse politie is de mogelijkheid om GSM-telefoonnummers direct na een beroving te laten afsluiten een effectief middel om de vele gevallen straatroof in de hoofdstad tegen te gaan. Thans zouden die mogelijkheden te beperkt zijn. Welke mogelijkheden ziet de regering om directe afsluiting van GSM -nummers te vergemakkelijken? 226 Jaarlijks wordt één op de vier Amsterdammers (180 000 gevallen) van zijn of haar fiets beroofd. In Nederlands vinden jaarlijks circa 900 000 fietsendiefstallen plaats. Inmiddels is een plan van aanpak voor deze problematiek ontwikkeld door de regering en enkele externe organisaties. Voorlopig is echter nog geheel onduidelijk of de middelen en de capaciteit om dit plan uit te voeren, door de regering beschikbaar worden gesteld. Kan worden aangegeven welke (financiële) prioriteit fietsendiefstal voor de regering heeft? Kan de regering toezeggen dat het plan van aanpak zal worden uitgevoerd? Welke doelstellingen heeft de regering voor het terugdringen van fietsendiefstal voor het jaar 2003?

24

227 Er zijn nog steeds grote problemen met zakkenrollers op de trein. Aangiften daarvan, en van bedreigingen waarmee deze soms gepaard gaan, worden soms niet eens meer opgenomen. Wat is de reactie van de regering op deze situatie en welke aanpak staat de regering voor? Welke rol zouden agenten in burger op de trein hierbij kunnen spelen? 228 Welke resultaten worden er geboekt met de zogenaamde dadingsprojecten? Welke projecten vinden er nog plaats? Wat zijn de resultaten? 229 Waarom heeft de regering nog geen duidelijkheid verschaft over de beschikbare middelen voor de politieopleidingen in 2003? Hoe reageert de regering op de waarschuwing van de Raad van hoofdcommissarissen dat hierdoor nog maar 1200 leerlingen zijn aangemeld, dat er mogelijk 2000 opleidingsplaatsen ongebruikt blijven, dat 4000 goedgekeurde aspirantagenten in onzekerheid verkeren of zij in 2003 of 2004 aan hun opleiding kunnen beginnen, terwijl enige honderden sollicitatieprocedures zijn stilgezet? Hoe verhoudt zich een en ander tot de prioriteiten van de regering op het gebied van veiligheid? Welke maatregelen stelt de regering voor? 230 Welke voortgang is in 2001 en 2002 geboekt bij het terugbrengen van het aantal zogenaamde «stille sepots» dat in 2000 nog 80 000 bedroeg? 231 Uit het jaarverslag van het Openbaar Ministerie blijkt dat vorig jaar 1400 strafzaken door gebrek aan rechters werden geseponeerd. Kan worden aangegeven hoe de regering denkt te voorkomen dat dergelijke sepots in 2002 en 2003 opnieuw vóórkomen? 232 De politierechter heeft de bevoegdheid gekregen om ook «eenvoudige zaken», waarvoor een maximumstraf kan worden opgelegd van 6 maanden tot een jaar, te behandelen. Kan worden aangegeven op welke wijze wordt onderzocht wat de gevolgen hiervan zijn voor de kwaliteit van de rechtspraak? Wat zijn de resultaten van eventueel onderzoek? 233 Wanneer de ophelderingspercentages bij politie en het aantal door het OM opgepakte zaken relatief sterk stijgt, welke consequenties zal dat dan volgens de regering hebben voor de rechterlijke macht? Zal de rechterlijke macht niet verworden tot de flessenhals van het justitiële systeem? Zo neen, waarom niet? 234 De achterstanden bij de rechtspraak in asielzaken zijn op het moment gigantisch. Hoe wil de regering deze achterstanden wegwerken? 235 Hoe staat de regering tegenover de aanwezigheid van televisiecamera’s en andere media in de rechtszaal, om zo meer recht te doen aan de openbaarheid van de rechtspraak en de controlefunctie van het publiek? Is de regering bereid om de mogelijkheden tot aanwezigheid van de media in de rechtszaal beter wettelijk te regelen? Zo neen, waarom niet?

25

236 De Raad voor de Rechtspraak stelt dat voor het adequaat functioneren van de rechterlijke macht in Nederland in 2003 tenminste € 90 miljoen extra in de rechterlijke macht geïnvesteerd moet worden. Wat is de reactie van de regering op deze opvatting van de Raad voor de Rechtspraak? Is zij bereid deze € 90 miljoen vrij te maken? 237 Kan, in de vorm van een percentage en in de vorm van absolute aantallen, worden aangegeven welk deel van de binnen het arrondissement Haarlem door het Openbaar Ministerie behandelde zaken op dit moment betrekking heeft op drugskoeriers? Kunt u aangeven hoe de verhouding tussen aan drugskoeriers gerelateerde zaken en overige zaken zich het afgelopen jaar heeft ontwikkeld? Kunt u aangeven welke consequenties een en ander heeft voor de niet aan drugskoeriers gerelateerde zaken? 238 Wanneer kan een onafhankelijk toezichtsorgaan worden ingesteld voor het aftappen van telefoons door de politie? 239 Wat is de opvatting van de regering over het gebruik door werkgevers van software als eBlaster, Big brother is watching you en soortgelijke programma’s, waarmee een werkgever, zonder medeweten van de werknemer, precies het computer- en internetgebruik van de werknemer kan nagaan? Is de regering bereid voor dergelijke programmatuur soortgelijke wetgeving als voor het zogenaamde heimelijk cameratoezicht op te stellen? 240 Volgens recente berichtgeving in de pers werkt de Raad van de Europese Unie op dit moment aan nieuwe Europese regelgeving die internetproviders verplicht gegevens over al het internetverkeer van hun klanten langdurig ter beschikking te houden van opsporings- en andere overheidsdiensten. Wordt ook de Nederlandse regering over deze voorstellen geraadpleegd? Steunt zij het idee van een instrument op EU-niveau voor het bewaren van internet-verkeersgegevens voor opsporingsdoeleinden? 241 Is de regering bekend met het conceptvoorstel van het Belgisch voorzitterschap zoals gepubliceerd op de Statewatch-website (http:// www.statewatch.org/news/2002/aug/05datafd.htm)? Wat is de huidige status van deze tekst? Indien ze niet meer ter tafel ligt, waarom is dat dan? 242 Volgens artikel 5 van het eerdergenoemde Belgische voorstel zou de Nederlandse rechter bij een verzoek om inzage vanuit een ander EU-land geen inzicht of inspraak krijgen in de onderhavige zaak. Is dit voor de Nederlandse regering acceptabel? Is dit ook zo indien het verzoekende land een uitgebreidere lijst van vergrijpen hanteert waarvoor deze regeling geldt dan Nederland? En wanneer het verzoek een vergrijp betreft dat in Nederland niet strafbaar is? Wat is volgens de regering de meerwaarde van het langdurig bewaren van alle verkeersgegevens, in relatie tot de kosten die dit meebrengt voor providers en het gevaar van aantasting van de privacy van hun klanten? Voor welke vergrijpen zou de regering een dergelijke Europese regeling willen laten gelden? Voor welke niet? Wat vindt zij een redelijke termijn voor het verplicht bewaren van internet-verkeersgegevens?

26

243 In het licht van punt 9 van notitie 10 358/02 d.d. 24 juni 2002 van het inkomende Deens voorzitterschap, kan de regering aangeven welke elementen van relevante bestaande Nederlandse regelgeving volgens haar gewijzigd zouden moeten worden ten behoeve van dergelijke bindende Europese regelgeving? Met welke wijzigingen zal zij zeker niet instemmen? Welke instructies heeft zij dienaangaande gegeven aan de Nederlandse ambtenaren in de relevante Raadswerkgroep(-en)? 244 Vindt de regering het wenselijk voor internetverkeer af te stappen van de bestaande praktijk voor telefoonverkeer, namelijk dat data pas mogen worden afgetapt en bewaard nadat een rechter daarvoor toestemming heeft gegeven? Zal de regering zorgdragen voor rechterlijke toetsing van ieder verzoek tot inzage van gegevens? 245 Wat wordt bedoeld met een tijdige strafrechtelijke reactie op daders van strafbare feiten? 246 Wanneer zullen de hier genoemde prestatie-indicatoren gereed zijn? 247 Zullen klassieke prestatie-gegevens en de gegevens te verkrijgen door toepassing van de prestatie-indicatoren onderling vergelijkbaar zijn? 248 Hoeveel andere zaken blijven door uitvoering van het Plan van Aanpak Drugssmokkel Schiphol op de plank liggen? 249 Hoeveel strafzaken worden tijdens de procedure (van dagvaarding tot aan veroordeling) aangehouden? 250 Hoe komt het dat de prognose voor wat betreft de kantongerechtsappellen in 2002 achterloopt bij de begroting? 251 Er wordt een toename van het aantal rechtszaken verwacht. De regering legt hierbij een relatie met het plan Aanpak Drugssmokkel Schiphol. Dat laatste voorziet toch juist in een vermindering van het aantal zaken? 252 Wat is de achterliggende reden van het beleid om kantongerechtappellen door de gerechtshoven te laten behandelen? Kost dat juist niet meer geld en mankracht? 253 Ligt er in de toename van het aantal rechtbankzaken in 2003 een relatie met het opleggen van quota door Justitie aan de politie? En zo ja, welke? Zo niet, waarom niet? 254 In hoeverre betekent het feit dat pas vanaf 1 januari 2005 met alle prestatie-indicatoren voor de beleidsdoelstelling «Handhaving van wet- en regelgeving ten behoeve van een veilige Nederlandse samenleving» gewerkt zal gaan worden, dat de Tweede Kamer de regering tot die tijd gehandicapt zal blijven bij het ter verantwoording roepen van de regering

27

over het belofte dat Nederland objectief meetbaar veiliger zal worden? 255 Welke stijging van DNA-analyses verwacht de regering na 2004? 256 Betekent dat ander type DNA-onderzoek, gericht op vaststellen uiterlijke kenmerken, dat er op termijn een databank is waar een ieder zijn DNA is opgeslagen? 257 Hoeveel personen hebben momenteel legaal bezit van wapens en munitie en is uw streven erop gericht om dat aantal te verminderen? 258 Is bij het begroten van de kosten van het Plan van Aanpak Drugssmokkel Schiphol rekening gehouden met de nieuwe aanpak, zoals voorgesteld in de Vierde Voortgangsrapportage? 259 In hoeverre hebben de recent door de minister aangekondigde voornemens om bepaalde categorieën bolletjesslikkers in toenemende mate terug te zenden naar hun land van herkomst, gevolgen voor het budget ten behoeve van het in de begroting aangekondigde plan van aanpak? 260 Waar wordt op gedoeld als wordt gesproken over een versnelling van reeds in gang gezet beleid ten aanzien van het plan van aanpak Drugssmokkel Schiphol? 261 Hoeveel geld gaat er naar uitbreiding celcapaciteit? 262 Welke maatregelen neemt de regering in het geval de instroom drugskoeriers blijkt toe te nemen in 2003? 263 Wat wordt in het kader van vergroting van de kwaliteit van de recherche concreet bedoeld met «het stimuleren van innovatieve technologische toepassingen ten behoeve van opsporing»? 264 Worden de kosten van beveiliging van de burgerluchtvaart op enige wijze doorberekend aan de passagiers? 265 Hoeveel exact wordt de capaciteit van het OM, de rechterlijke macht, de Dienst Justitiële inrichtingen, reclassering, het NFI, het CJIB en de Raad voor de Kinderbescherming in de komende vijf jaar uitgebreid? 266 Wanneer zal het systeem ten behoeve van de informatievoorziening van Nederlandse opsporingsinstanties aan Europol gereed zijn? Hoeveel inlichtingen worden op dit moment jaarlijks door Nederlandse opsporingsinstanties aan Europol geleverd?

28

267 Binnen welk tijdsbestek zullen verdragen worden afgesloten met België en Duitsland in het kader van politiële en justitiële samenwerking? 268 Wanneer wordt de Kamer geïnformeerd over vervolgonderzoeken naar aanleiding van het boek «Duitsland/Nederland en de afdoening van strafzaken» van de heren Tak en Fiselier? 269 Hoe zal de samenwerking met Spanje op het gebied van de drugsbestrijding in verband met Zuid-Amerika gestalte krijgen? 270 Gaat de regering zich inzetten voor een Europees Wetboek van Strafvordering waarin de rechten van verdachten geformuleerd worden? 271 Welke consequenties worden verbonden aan de overweging: «Een geloofwaardige handhaving kan niet om de schijnbaar gegroeide acceptatie van het gebruik van cannabis heen.»? Wat bedoelt de regering hiermee? In hoeverre is dit besef ook in andere Europese landen doorgedrongen? Blokkeert Nederland hierdoor niet de internationale samenwerking? 272 «Percentage afname bedrijfsmatige teelt van cannabis in 2003 en 2004 5%.» Hoe meent de regering deze beleidsdoelstelling te kunnen «meten»? 273 Kan de regering aangeven welke resultaten tot op heden zijn geboekt in de experimenten met omgangshuizen? Is zij voornemens het aantal omgangshuizen uit te breiden? Zo neen, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en op welke wijze? 274 Beschikt de regering over cijfers of percentages over het aantal gevallen waarin de betaling van alimentatie problemen oplevert omdat de betalingsplichtige weigert te betalen? Zo neen, is zij bereid hier onderzoek naar te laten doen? 275 Hoe staat de regering tegenover de introductie in Nederland van een alimentatiestelsel naar Scandinavisch model? Volgens het rapport «Het kind centraal» zou invoering van een dergelijk model in Nederland tot € 358 miljoen (door onder meer besparingen op de bijstand) aan overheidsuitgaven kunnen besparen, terwijl de alimentatiegerechtigden veel moeite en zorg wordt bespaard. Welke mogelijkheden ziet de regering om alimentatie in Nederland via een hiervoor te creëren centrale instantie, via de belastingdienst, of via een vorm van loonbeslag te laten innen? 276 Hoe staat de regering tegenover de suggestie om toekomstige echtgenoten beter bewust te maken van de plichten die zij hebben – bijvoorbeeld ten aanzien van omgangsregelingen of alimentatieverplichtingen – wanneer het huwelijk in een echtscheiding zou eindigen? Hoe staat de regering tegenover de suggestie om die bewustwording te bevorderen door dit soort zaken bijvoorbeeld in de huwelijksakte te vermelden?

29

277 Welke voortgang is geboekt bij het ontwikkelen van een cliëntvolgsysteem voor jeugdige criminelen? 278 Met hoeveel tijd zijn de doorlooptijden in de jeugdstrafrechtketen afgenomen of juist toegenomen tussen 1 januari en 1 september 2002? 279 In hoeveel gevallen werden jonge criminelen sinds 1 januari 2002 door middel van snelrecht veroordeeld? Is er sprake van een toename ten opzichte van voorgaande jaren? Wanneer verwacht de regering dat alle strafrechtzaken tegen jongeren met snelrecht kunnen worden behandeld? 280 In hoeverre zijn in 2002 de achterstanden bij het uitvoeren van behandelprogramma’s in jeugd justitiële inrichtingen ingelopen? Hoe vaak komt het nog voor dat jongeren in jji’s zonder behandelprogramma de hele dag «op cel» zitten? 281 Opvoedhulp in probleemgezinnen blijkt in tweederde van de gevallen een effectief middel om de situatie in deze gezinnen te verbeteren en om kinderen uit deze gezinnen van criminaliteit af te houden. Bent u voornemens opvoedhulp op grotere schaal in te zetten? 282 In Arnhem, Alkmaar en Almere is succesvol geëxperimenteerd met een systeem om probleemjongeren snel te signaleren. Bent u voornemens dit systeem in het hele land te gaan toepassen? Zo ja, op welke termijn? Zo neen, waarom niet? 283 Hoeveel Glen Mills plaatsen zijn er sinds 1 januari 2002 extra ter beschikking gekomen? Hoe ontwikkelde zich de vervulling van de ingekochte plaatsen in Glen Mills-internaten sinds 1 januari 2002? Wat zijn de achtergronden voor deze ontwikkelingen? Wat zijn de opvattingen van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak over het gebruik van plaatsing in een Glen Mills-internaat als sanctie? In hoeverre vormt de leeftijdseis (15–18) bij plaatsing op een Glen Mills-internaat een probleem? Is het niet zo dat juist de groep jonge veelplegers tussen de 17 en de 24 jaar een groot probleem vormen en zouden zij niet ook op Glen Mills-internaten moeten worden toegelaten? 284 Welke elementen uit het Beware! Watch Out!-project en het project van Sportschool Albert Cuyp in Amsterdam en het VOS-project in Rotterdam lenen zich voor landelijke toepassing? Bent u bereid deze elementen en/of soortgelijke projecten die jeugdcriminaliteit op effectieve wijze voorkomen, landelijk te implementeren? Zo neen, waarom niet? 285 In het Westside-project in Utrecht worden goede resultaten geboekt bij de preventie van jeugdcriminaliteit, door een nauwe samenwerking van politie en het jeugd- en buurtwerk; een combinatie van preventie en een duidelijke aanpak van politie en justitie. Welke elementen uit dit project lenen zich voor landelijke toepassing? Hoe verhoudt dit zich tot bezuinigingen op het jeugd- en buurtwerk?

30

286 Met zogenaamde «buurtregisseurs» worden in Amsterdam goede resultaten geboekt in de preventie van (jeugd-) criminaliteit. Bent u bereid middelen ter beschikking te stellen om dergelijke agenten in het hele land in probleemwijken in te zetten? Zo neen, waarom niet? 287 Er wordt geklaagd dat bureau’s jeugdzorg vaak geen of onvoldoende ondersteuning bieden aan de ondersteuning van de gezaghebbende ouder. Hoe reageert de regering op deze kritiek? Wat kan er worden verbeterd? 288 Hoe wordt, afgezien van de rechter, op onafhankelijke wijze toegezien op de werkwijze van de Raad voor de Kinderbescherming? Wie ziet er op toe dat de Raad voor de Kinderbescherming zich aan Normen 2000 houdt? Hoe kunnen de aanhoudende klachten over de werkwijze Raad voor de Kinderbescherming worden verklaard? Hoe kan in de werkwijze van de Raad eindelijk verbetering gebracht worden opdat aan deze klachtenstroom een einde komt? 289 Hoe verhoudt de bezuiniging op de Raden voor de Kinderbescherming zich met het voornemen uit het Strategisch Akkoord om jongeren beter te beschermen tegen kindermishandeling en om eerder in te grijpen als een jongere dreigt te ontsporen? 290 Waarom wordt er bij een verzoek tot wijziging van de geslachtsnaam van een minderjarige jonger dan twaalf jaar, in verband met de wachttermijn van vijf jaar geen onderscheid gemaakt tussen de reden van ontbinding van het huwelijk (overlijden van een de partners of echtscheiding?) 291 Hoe gaat de regering uitvoering geven aan de motie van het lid Rosenmöller inzake de kinderbescherming? Wanneer wordt de kinderbescherming daarvan op de hoogte gesteld? 292 Wat is de reden van de substantiële daling van ontvangsten als gevolg van beleidsdoelstelling 3.4 (jeugdbescherming) in 2002? 293 Kan worden aangegeven hoeveel kinderen hun ouders de facto niet (kunnen) zien terwijl de rechter wel een omgangsregeling heeft opgelegd? Wordt dit bijgehouden door de Raad voor de Kinderbescherming? Zo neen, is de regering bereid de Raad deze problematiek te laten inventariseren en registreren? Zo neen, waarom niet? 294 Welke voortgang is er in de eerste negen maanden van 2002 geboekt bij het realiseren van de voornemens van de Raad voor de Kinderbescherming? Wat is de stand van zaken ten aanzien van achterblijvende instroom, ziekteverzuim en de vele vacatures bij de Raad? 295 Uit het overzicht over de operationele doelstelling 3.4.1. valt op te merken dat het aantal zaken voor de Raad van de Kinderbescherming binnen de doorlooptijd omhoog moet en dat de doorlooptijd zelf omlaag moet. Aangezien tevens valt te concluderen dat er naar gestreefd wordt om het

31

aantal zaken van de Kinderbescherming ongeveer gelijk te houden, wordt hiermee geïnvesteerd in verkorting van de wachttijden. Hoe valt te verklaren dat deze intensivering van beleid niet vertaald is naar de budgettaire gevolgen van dit beleid? 296 Verwacht de regering een stijging in de komende jaren van het percentage zaken met betrekking tot scheidings- en omgangsonderzoek? Wat is hiervan de precieze oorzaak? 297 De instroom van ama’s wordt vanaf 2003 geschat op 5300 per jaar. Waarom wordt ten gevolge van het te voeren beleid geen afname verwacht, terwijl wel een afname wordt verwacht van het aantal statusverleningen aan asielzoekers? 298 Hoeveel beleidsambtenaren op het centrale departement houden zich bezig met de rechtspleging? Hoe verhoudt zich dit tot de omvang van de staf van de Raad voor de Rechtspraak? 299 Kan de regering een geactualiseerd meerjarig overzicht geven van het aantal malen dat in civiele zaken gebruik is gemaakt van het procuraat? Kan zij daarbij tevens aangeven wat de daarmee gemoeide kosten waren? 300 Kan de regering aangeven wat haar taak is ten aanzien van de oriëntatie van de rechterlijke organisatie op de behoeften van de samenleving, naast de genoemde primaire rol van de Raad voor de Rechtspraak in deze? 301 Er bestaat momenteel brede kritiek op de Raad van State; de procederende burger zou bij de Raad vrijwel altijd – en soms onterecht – het onderspit delven. Is de regering bereid tot een uitgebreide evaluatie van de werkwijze van de Raad van State? Zo neen, waarom niet? Zo ja, kan de regering daarbij betrekken het rapport over de Raad van professor A. Tak van de Universiteit van Maastricht? 302 Hoeveel nieuwe rechters zijn er sinds 1 januari 2002 aangenomen? Hoeveel aspirant-rechters zijn er sinds 1 januari 2002 aan de RAIO opleiding of een andere opleiding tot rechter begonnen? Zal de regering haar doelstelling om jaarlijks 200 nieuwe rechters aan te nemen in 2002 wel halen? Hoe zal de achterstand ten opzichte van deze doelstelling die in 2001 is ontstaan, toen slechts 87 nieuwe rechters werden aangenomen, worden ingehaald? 303 Kan worden aangegeven wat de gemiddelde wachttijden voor behandeling van een rechtszaak door de kantonrechter, rechtbank, hof, Hoge Raad, Raad van State, op het moment zijn? Hoe hebben deze wachttijden zich sinds 1 januari 2002 ontwikkeld? 304 Kan worden aangegeven wat de gemiddelde doorlooptijden van een rechtszaak door de kantonrechter, rechtbank, hof, Hoge Raad, Raad van State, op het moment zijn? Hoe hebben deze doorlooptijden zich sinds 1 januari 2002 ontwikkeld?

32

305 Kan worden aangegeven in welke mate de zogenaamde «megastrafzaken» de rechterlijke macht in 2002 hebben belast? 306 Hoeveel zaken kunnen er naar verwachting worden afgehandeld met de extra beschikbare middelen van € 5 miljoen in 2002 en € 10 miljoen in 2003? 307 Zijn inmiddels aan de gerechtshoven voldoende middelen toebedeeld voor de behandeling van de kantongerechtsappellen die met ingang van dit jaar door de hoven moeten worden behandeld? 308 Welke extra inspanningen gaan er verricht worden om de rechterlijke macht uit te breiden? Hoe verhouden zich deze inspanningen tot de reeds lopende projecten? 309 Kan in een tabellarisch vergelijkend overzicht worden aangegeven in hoeverre de door de Raad voor de Rechtspraak ingediende begroting per onderdeel afwijkt van de door de regering beschikbaar gestelde middelen? Kan het gevolg voor de rechtspleging van elke afwijking worden aangegeven? 310 Waarop is de veronderstelling gebaseerd dat de door de Raad voor de Rechtspraak geprognosticeerde instroom van zaken «aan de (te) hoge kant» is? Dit mede gezien in het licht van de constatering dat de diverse elementen die de werklastontwikkeling mede bepalen «nog in kaart moet(en)worden gebracht». 311 Wanneer zou duidelijk kunnen zijn of de verwachtingen van de Raad voor de Rechtspraak ten gevolge van het Strategisch Akkoord kloppen? 312 Kan nader uiteengezet worden waarom de claim van de Raad voor de Rechtspraak voor extra opleidingscapaciteit onvoldoende onderbouwd is? 313 Hoe verhoudt zich de mededeling dat «nog niet duidelijk is of, en zo ja wanneer» het amendement van het lid Van Oven met betrekking tot belastingrechtspraak in twee instanties zal worden ingevoerd tot de brief van de minister van Justitie d.d. 30 september 2002 over dit onderwerp waarin hij slechts opmerkt dat «nog niet duidelijk is wanneer» artikel 44 RO zal worden uitgevoerd? 314 Moet behalve de Raad voor de Rechtspraak zelf ook de minister aangeven «aan welke kwaliteitseisen een goed systeem van rechtspraak dient te voldoen»? 315 Is de voorgenomen uitbreiding van het aantal advocaten-generaal bij de Hoge Raad reeds in het budget van de Hoge Raad verwerkt?

33

316 Welke taakstellingen gelden er voor het College Bescherming Persoonsgegevens en de Commissie Gelijke Behandeling? 317 Op welke wijze en in welk kader zal de Kamer worden geïnformeerd over de verhouding tussen het functioneren van het bestaande Europees Justitieel Netwerk en het op te richten Eurojust? 318 Kan de regering een concreet tijdspad aangeven ten aanzien van de te ontwikkelen nationale procedures om de relatie tussen het Europees Justitieel Netwerk en de Internationale Coördinatie Centra inzake rechtshulpverlening verder gestalte te geven? 319 Jaarlijks gaan ca. 3500 kleine en middelgrote ondernemingen failliet. Is het juist dat de bestuurders en directie van dergelijke ondernemingen, wanneer zij een inkomen hebben dat hoger is dan bedoeld in het Besluit draagkrachtcriteria rechtsbijstand, geen recht hebben op gesubsidieerde rechtsbijstand, terwijl in veel gevallen op hun inkomsten in feite beslag is gelegd? Hoe worden dergelijke ondernemers geacht zich in de faillissementsprocedure van adequate rechtshulp te kunnen voorzien? Is het juist dat rechtsbijstandsverzekeringen in een dergelijke situatie ook meestal niet uitkeren? Welke (wets-)wijzigingen stelt de regering voor? 320 De regering wil bij alle inkomensafhankelijke regelingen binnen de rechtsbijstand het belastbaar inkomen (in plaats van het netto-inkomen) als draagkrachtbegrip gaan hanteren. Zullen de draagkrachtnormen ondertussen gelijk blijven? Betekent dit niet dat een (veel) kleinere groep personen binnen de criteria voor rechtsbijstand zal vallen? Kan de regering cijfermatig de te verwachten consequenties aangeven van het aantal mensen dat recht heeft op gesubsidieerde rechtsbijstand, wanneer het belastbaar inkomen als draagkrachtbegrip gaat functioneren? Welke besparingen worden op deze wijze gerealiseerd? 321 Met hoeveel is het aantal sociaal advocaten sinds 1 januari 2002 toe- of afgenomen? 322 Is het juist dat er in Nederland hele regio’s zijn waar geen advocaat meer te vinden is die zich met gesubsidieerde rechtsbijstand bezighoudt? Wat is de analyse van de regering van deze situatie? Is de regering van mening dat de voorgestelde verhoging van de uurvergoeding voor sociale advocaten dit probleem voldoende zal bestrijden, en zo ja, waarom? 323 Volgens voorstellen van het Interdepartementaal beleidsonderzoek (IBO) zal in de toekomst – in grote lijnen – de eigen bijdrage van de rechtzoekende achteraf worden verhoogd en de sociaal advocaat 25 procent minder vergoeding krijgen, wanneer de eis of het verzoek van de rechtzoekende wordt afgewezen. Volgens veel sociaal advocaten zal dit de doodsteek voor de sociaal advocatuur betekenen, omdat men dan niet meer economisch verantwoord kan functioneren. Met name in de asielsector zullen zich onaanvaardbaar grote problemen voordoen, wanneer de voorstellen worden uitgevoerd. Hoe reageert de regering op deze opvattingen die binnen de sociale advocatuur leven?

34

324 Welke overwegingen hebben ertoe geleid dat de minister van Justitie inmiddels (jaarvergadering Nederlandse Orde van Advocaten) heeft aangekondigd dat de toevoegingvergoeding naar € 94 euro wordt verhoogd? Hoe verhoudt zich dit tot het bedrag dat nog in de ontwerpbegroting wordt genoemd en hoe verhoudt zich dit tot het bedrag dat de rechtshulporganisaties vragen? 325 Het uurtarief op grond van de Wrb is € 87,36. Aan welke kwaliteitseisen dient een rechtsbijstandverlener te voldoen om in aanmerking te komen voor dit bedrag? Welke instrumenten heeft de regering tot haar beschikking om die kwaliteit te meten? 326 Is de regering bereid het instrument inkomensafhankelijke boetes nader te onderzoeken? 327 Welke initiatieven worden ontplooid om het aantal beschikbare rechtsbijstandverleners te vergroten? 328 Worden er in de monitoring van een adequaat stelsel van gesubsidieerde rechtsbijstand ook adequate operationele doelstellingen en prestatieindicatoren ontwikkeld? Dienen de vragen die op p 124/125 worden gesteld als richtlijn bij de ontwikkeling van die doelstellingen en prestatieindicatoren? 329 Hoe wordt klanttevredenheid bij rechtsbijstandverleners en rechtzoekenden gemeten? 330 Wat vindt de regering van het invoeren van een fiscale aftrekpost voor alle of een gedeelte van de kosten voor rechtsbijstandverzekeringen? 331 Waardoor wordt de stijging van de variabele prijs (van 27 naar 41 Euro) bij de uitvoeringslasten raad voor de rechtsbijstand voor de schuldsanering veroorzaakt? 332 Is het aannemelijk dat het aantal Wsnp-zaken (schuldsanering natuurlijke personen), gezien de verslechterde economische omstandigheden in 2003 gelijk is aan dat van 2002? Is hier sprake van een naijleffect indien mocht blijken dat de conjunctuur in 2003 weer een opgaande lijn gaat vertonen? 333 In de begroting wordt gesteld dat gewaakt moet worden voor buitensporige tariefstijgingen in vrije juridische beroepen. In hoeverre hebben de betreffende MDW-projecten of andere marktwerkingsprojecten ertoe bijgedragen dat de tarieven door marktwerking in de vrije juridische beroepen daalden? 334 Is de regering voornemens om naast mediation andere vormen van alternatieve geschilbeslechting te onderzoeken?

35

335 Is de regering bekend met een notitie van de leden van de GroenLinksfractie over het grievengerecht? Zo ja, is de regering bereid deze notitie te betrekken bij haar gedachtevorming rondom het instellen van alternatieven voor de rechtspraak? 336 Kan de regering aangeven of mediation in alle gevallen die nu nog aan de rechter worden voorgelegd, een geschikt (voor-) traject is? In welke gevallen acht de regering mediation al dan niet een geschikt (voor)traject? Op welke termijn wil de regering het mediation-experiment, dat nu bij vijf rechtbanken en één gerechtshof wordt uitgevoerd, uitbreiden? 337 Is de regering van mening dat mediation in het bijzonder bij het tot stand komen van omgangsregelingen na echtscheiding een geschikt alternatief is voor een reguliere rechtsgang? Welke mogelijkheden ziet de regering om op korte termijn bij het totstandkomen van omgangsregelingen op grote schaal met mediationprocedures te gaan werken? 338 Welke cruciale randvoorwaarden worden door de regering bedoeld als gesproken wordt van een landelijke voorziening voor scheidings- en omgangsbemiddeling? 339 Hoeveel geld gaat er precies naar recidivevermindering? 340 Hoe is het mogelijk dat uit de gevangenis in Roermond al verscheidene malen drugskoeriers zijn ontsnapt? Welke maatregelen stelt de regering voor? 341 De laatste jaren zijn regelmatig Nederlanders uitgeleverd aan de Verenigde Staten. Hoeveel Nederlanders zitten er nu vast in de VS? Hoeveel van hen zijn uitgeleverd door Nederland? Op welke wijze heeft de regering geïntervenieerd bij de Amerikaanse autoriteiten om helderheid te krijgen over de mogelijkheden om een eventuele straf in Nederland uit te kunnen zitten en over processuele waarborgen? Welke beleidslijn hanteert de regering om te bepalen of een Nederlander dient te worden uitgeleverd aan de Verenigde Staten? Wanneer worden de Nederlanders die veroordeeld zijn overgebracht? Welke afspraken bestaan er met de Verenigde Staten over het uitleveren van Amerikanen die in Nederland verdachte zijn? Hoeveel Amerikanen zijn er momenteel door de Verenigde Staten aan Nederland uitgeleverd? Welke voorwaarden stellen de Verenigde Staten voor uitlevering van een onderdaan aan Nederland? 342 Wat bedoelt de regering met de stelling dat Nederland vooralsnog geen onderdanen uitlevert aan de VS, indien verdachte daar wordt bedreigd met de doodstraf. Wil de regering op termijn in dergelijke gevallen wel gaan uitleveren? Is er sprake van een beleidswijziging? Zo ja, wat is hiervoor de motivering? 343 Hoe staat de regering tegenover het idee van het Rotterdamse college van B&W om het cellentekort aan te pakken met gevangenissen op boten, zogenaamde «drijvende gevangenissen»? Is deze oplossingsmethode ook elders in het land bruikbaar? Zo neen, waarom niet?

36

344 Hoe kan verklaard worden dat het aantal vrouwen in Nederlandse gevangenissen volgens gegevens van het CBS sinds 2000 met 24 procent is toegenomen? 345 Worden er nog steeds psychisch gestoorden in politiecellen ingesloten? Zo ja, hoe groot is deze problematiek op het moment? Welke oplossingen staat de regering voor? 346 Gevangenisdirecteuren maken bezwaar tegen de gevolgen van de zogenaamde IVO regeling, waarbij gedetineerden, terwijl zij worden voorbereid op hun terugkeer in de maatschappij, plotseling vervroegd worden vrijgelaten. De IVO maatregel doorkruist dan namelijk het proces van voorbereiding op de vrijlating. Men stelt voor om 120 cellen speciaal te bestemmen voor gevangenen die zich in de laatste fase dit voorbereidingsproces op terugkeer in de maatschappij bevinden en waar zeker geen IVO maatregel wordt toegepast. Hoe reageert de regering op deze klacht en het voorstel van de gevangenisdirecteuren? 347 Wanneer zal «recidivevermindering» geheel ingevoerd zijn als prestatieindicator voor de organisaties die zijn belast met de tenuitvoerlegging van straffen en maatregelen? 348 Deelt de regering de opvatting van de vorige minister van Justitie dat het sober regime onwenselijk is en indruist tegen de resocialisatiegedachte? 349 In hoeverre is de verwachting dat het aantal heenzendingen in 2002 en latere jaren «nihil» zal zijn nog reëel? 350 De regering is voornemens de uitstroom Penitentiair Programma in 2007 te verhogen naar 95%. Welk instrumentarium zal de regering daarbij gebruiken? 351 De regering noemt het aantal heenzendingen nihil. Is 18 heenzendingen in 2002 (12 minderjarigen niet meegerekend) nihil? 352 Kan de regering in kengetallen aangeven of, en zo ja in welke mate, de personeelsproblematiek in het gevangeniswezen sinds 1 januari 2002 minder problematisch is geworden? Hoeveel nieuw personeel is aangenomen en hoeveel personeel is vertrokken? Welke veranderingen doen zich voor in het arbeidsverzuim? 353 Kan de regering door middel van kengetallen aangeven in welke mate door Nederlandse penitentiaire inrichtingen sinds 1 januari 2002 gebruik is gemaakt van particulier bewakingspersoneel? Is er sprake van een stijging of een daling ten opzichte van 2001? 354 Wat is het minimum aantal uren dat particulier bewakingspersoneel moet zijn bijgeschoold om te mogen worden ingezet in een penitentiaire inrichting? Wat zijn de minimale kwalificaties voor particulier bewakings-

37

personeel om in een penitentiaire inrichting te mogen functioneren? Bestaan er verschillen in opleidingsduur en kwalificatie-eisen aan particulier bewakingspersoneel voor verschillende functies in penitentiaire inrichting, en zo ja, welke? Is aan deze opleidings- en kwalificatie het in 2001 en 2002 steeds strikt de hand gehouden? Zo neen, in hoeveel gevallen is dat niet gebeurd? 355 Recent is een convenant tot stand gekomen waarbij is overeengekomen dat vrijwilligers op grote schaal kunnen worden in gezet in het gevangeniswezen voor intermenselijk contact met gedetineerden. Van hoeveel vrijwilligers wordt op dit moment door de justitiële inrichtingen gebruik gemaakt en is dit aantal toegenomen na sluiting van de convenant? 356 In de justitiebegroting wordt de groeiende behoefte aan celcapaciteit in de nabije toekomst onderkend. Kan de regering in dit licht aangeven waarom de formele capaciteit afneemt? 357 Waarom kan pas in 2004 het percentage recidive bij jeugdige delinquenten in de begroting als prestatie-indicator worden opgenomen? 358 Wat zijn de normen met betrekking tot het voorkomen van heenzendingen en wachtlijsten in relatie tot tenuitvoerlegging van vrijheidsstraffen? 359 Welke prestatie-indicatoren meten de competenties van jeugdigen? 360 Wat is het nut van de beleidslijn dat 80% van de plaatsingen van jeugdige delinquenten in behandelinrichtingen binnen een maand na het vonnis moet hebben plaatsgevonden, als die norm naar verwachting pas in 2006 kan worden gehaald? 361 Wanneer wordt het besluit ten aanzien van het werkbare evenwicht ten aanzien van de beschikbare capaciteit van de justitiële jeugdinrichtingen genomen? 362 Is voor de TBS-verpleging de behandelduur een adequate prestatieindicator, gelet op de mogelijke tegenstrijdigheid in de doelstellingen van het voorkomen van recidive en bevorderen van maatschappelijke reïntegratie? 363 Welke oorzaken zijn er voor het bijna verdubbelen van het aantal TBS-passanten in 2003 en het meer dan verdubbelen in de komende jaren? Op welke wijze kan worden gegarandeerd dat de maatschappelijke veiligheid hierdoor niet zal afnemen? 364 Wat is het huidige recidivepercentage, onderverdeeld naar type delict, van ex-TBS-patiënten? 365 Waarom wordt het Exodus-netwerk niet landelijk dekkend gemaakt en ook niet langer gesubsidieerd? In hoeverre komt de stopzetting van de

38

subsidiering overeen met de operationele doelstelling «het bewerkstelligen van reïntegratie door gerichte advisering, begeleiding en toezicht van strafrechtelijk justitiabelen»? Is de regering bereid de subsidie te continueren en het Exodus-netwerk uit te breiden? Wat is de stand van zaken ten aanzien van de subsidiëring van de stichting Ontmoeting? Is in het overleg tussen de ministers van Justitie en VWS over recidivebestrijding ook gesproken over beide projecten, en is de minister van VWS bereid de subsidieverlening over te nemen en voort te zetten? Kan de regering garanderen dat de continuïteit van deze reïntegratieprojecten niet in gevaar komt, dit mede met het oog op het grote belang dat de regering hecht aan recidivebestrijding? 366 Welk bedrag wordt aan de Stichting Reclassering Nederland toegekend om begeleiding van het elektronisch toezicht mogelijk te maken? 367 Wat verstaat de regering onder effectieve resocialisatiegerichte interventies? 368 Welke mogelijkheden zijn er om de ouders van een kind dat een STOP-reactie heeft gekregen te verplichten deel te nemen aan een programma? 369 Wat wordt bedoeld met «oneigenlijk gebruik van het gratie-instrument»? 370 Wat is het beleid ten aanzien van vreemdelingen die hier vergunning tot verblijf vragen in verband met medische problemen? 371 In hoeveel gevallen is, onder de oude en nieuwe Vreemdelingenwet, een verblijfsvergunning ingetrokken, omdat een vreemdeling een strafrechtelijke sanctie is opgelegd (zie artikel 35 Vreemdelingenwet 2000)? Leidt het plegen van een misdrijf, begaan door een houder van een verblijfsvergunning, tot intrekking van de verblijfvergunning conform artikel 35 Vreemdelingenwet 2000? Zo neen, in welke gevallen wordt de verblijfsvergunning niet ingetrokken? 372 Wat zijn de ontwikkelingen in de doorlooptijd voor een mvv sinds 1 januari 2002? Wat is op het moment de gemiddelde wachttijd voor een mvv? Zal de regering haar toezegging gestand doen om de wachttijd voor een mvv tot 3 maanden terug te brengen vóór 1 januari 2003? Zo neen, wanneer denkt de regering de termijn van drie maanden wel te bereiken en hoe? 373 Kan de regering een prognose geven van het deel van de celcapaciteit, in percentages en in absolute getallen, dat zal worden gebruikt voor de bewaring van illegalen, wanneer illegaliteit strafbaar gesteld zal worden en een effectieve vervolging plaatsvindt? 374 Hoe staat de regering tegenover het zogenaamde «kerkasiel»?

39

375 Is het juist dat, zoals de Internationale Organisatie voor Migratie stelt, asielzoekers steeds vaker vrijwillig terugkeren naar hun land van herkomst? 376 De operationele doelstelling 6.1.3 is helder met betrekking tot de doorlooptijden. Hoeveel procent van de aanvragen, uitgesplitst naar asiel en regulier, wordt momenteel binnen de wettelijke termijn afgehandeld? 377 Op welke aannames zijn de prestatiegegevens inzake de statusverlening aan asielzoekers van 2001–2007 gebaseerd? 378 De regering is voornemens om de uitvoeringsorganisaties in de vreemdelingenketen te ontlasten door op het terrein van het vreemdelingenbeleid een aantal wezenlijke veranderingen door te voeren dat moet leiden tot vermindering van het aantal procedures. Welke wezenlijke veranderingen heeft de regering daarbij concreet in gedachte? 379 Hoever staan de voorbereidingen wijziging Vreemdelingenwet 2000? 380 Het driejarenbeleid, op grond waarvan aan vreemdelingen, enkel vanwege het tijdsverloop een verblijfsvergunning wordt verleend, wordt afgeschaft. Wanneer gaat deze maatregel in? Waarom wordt het driejarenbeleid, dat toch gezien kan worden als de enige stok achter de deur voor de overheid in de asielprocedure, afgeschaft? Hoe staat het met de groep reeds lang in Nederland verblijvende personen die al jarenlang in procedure zitten, zoals bijvoorbeeld de witte illegalen? In hoeverre heeft het prioriteit geven aan de afhandeling van zaken aan de voorkant van de keten gevolgen voor het driejarenbeleid? 381 Hoe zal de regering invulling geven aan de strengere selectie in de aanmeldcentra? Naar welk afdoeningspercentage streeft de regering? Heeft een strengere selectieprocedure gevolgen voor de termijnen in de AC-procedure? 382 Wat betekent de beperking van de toelating van ongedocumenteerden tot de asielprocedure in de praktijk? Kan de regering daarbij ingaan op de bewijslastverdeling en de feitelijke toegang tot de asielprocedure? 383 Welke wezenlijke veranderingen op het terrein van het vreemdelingenbeleid zullen worden doorgevoerd om het aantal procedures te verminderen? Kan de regering aangeven welke procedures in aantal naar beneden moeten worden bijgesteld? 384 Heeft de regering een reactie ontvangen van de rechterlijke macht op de voorgenomen wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 om de rechterlijke toets in bewaringszaken terug te brengen tot de situatie van voor de inwerkingtreding van de Vreemdelingenwet 2000? Zo ja, hoe luidde deze reactie? Heeft de regering van de rechterlijke macht vernomen of deze van mening is dat door deze wijziging de verwerkingscapaciteit op een acceptabel niveau wordt gebracht?

40

385 Welke initiatieven zal de regering nemen om op Europees niveau het vreemdelingenbeleid vorm te geven? Hoe denkt de regering binnen de EU op korte termijn te komen tot harmonisatie van de asielwetgeving? 386 Is er reeds met de Hoge Commissaris van de UNHCR gesproken over verbeterde opvang in de regio? Zo ja, wat waren de uitkomsten van dat gesprek? Zo neen, wanneer zal dat gesprek plaats vinden? Voert Nederland als enige overleg met UNHCR hierover, of zijn ook andere landen daarbij betrokken? Hoe denken andere EU-landen over opvang en toetsing in de regio? Is de regering voornemens om in het kader van het intensiever gebruik maken van de UNHCR voor opvang in de regio ook de afdrachten aan deze organisatie te verhogen? 387 Kan een verklaring worden gegeven voor het gegeven dat enerzijds door de regering herhaaldelijk is gesteld dat er geen landen zijn die weigeren dan wel die niet voldoen aan de internationale verdragsrechtelijke verplichting om hun onderdanen terug te nemen en anderzijds dat speciale terug- en overnameovereenkomsten moeten worden gesloten en ambtelijke missies worden ondernomen (zoals bij ama’s) om landen van herkomst te bewegen hun (minderjarige) onderdanen terug te nemen? 388 Wat is de hoogte van de borgsom die zal worden gevraagd van personen die hun partner voor gezinsvorming naar Nederland willen laten komen? 389 Gesteld wordt dat het meerdere malen laten overkomen van een partner uit het buitenland in het kader van gezinshereniging wordt tegengegaan. Wordt hier niet bedoeld (zoals in het Strategisch Akkoord staat) gezinsvorming? Aan welke concrete situaties moet hierbij worden gedacht? Geldt dit bijvoorbeeld ook voor personen van wie de partner is overleden? 390 Om integratie van nieuwkomers te bevorderen wordt een borgsom gevraagd van personen die hun partner voor gezinsvorming naar Nederland willen laten komen. Hoeveel kost een inburgeringscursus? Wordt rekening gehouden met de vooropleiding van de cursist en de invloed die dit heeft op de duur van de inburgeringscursus en daarmee de kosten hiervan? Wordt hierbij specifiek rekening gehouden met analfabeten en is bekend welk deel van de immigranten in het kader van gezinsvorming analfabeet is? Is de regering bereid uitzonderingen te formuleren voor de verplichte borgsom voor nieuwkomers? 391 Staat de borgsom die in het kader van de gezinsvorming zal worden gevraagd los van het vooraf betalen van de kosten van de inburgeringscursus? 392 Is inmiddels in Angola een opvangfaciliteit voor ama’s gerealiseerd zodat ook ama’s terug kunnen keren van wie nog geen ouders of andere verwanten zijn gevonden? 393 Hoeveel Nederlanders hebben in het afgelopen jaar een verzoek gedaan tot gezinsvorming en -hereniging in vergelijking met niet-Nederlanders? Verwacht de regering dat de voorgenomen maatregelen alleen

41

niet-Nederlanders en niet-EU-onderdanen zullen treffen? 394 Het meerdere malen laten overkomen van een partner uit het buitenland in het kader van gezinshereniging wordt tegengegaan. Welke criteria worden hierbij gehanteerd? 395 In hoeverre denkt de regering dat het verhogen van de minimumleeftijd en het het aanscherpen van de inkomenseis voor gezinsvorming het aantal huwelijken met een buitenlandse partner zal doen afnemen? 396 Wat is de stand van zaken met betrekking tot het terugkeeronderwijs voor ama’s? Kan de regering daarbij ingaan op het aantal ama’s dat wegblijft van de lessen en de specifieke problemen die docenten ondervinden bij het terugkeeronderwijs? 397 Hoe wordt vormgegeven aan het ontmoedigingsbeleid om zowel jongeren als reisagenten te bewegen niet naar Nederland te komen? 398 Wanneer worden de resultaten van de pilotprojecten voor de specifieke ama-opvang verwacht? 399 Kan de regering een overzicht geven van de aanpassingen van de Vreemdelingenwet 2000, het Vreemdelingenbesluit 2000 en de Vreemdelingencirculaire 2000? Zijn de verschillende instanties belast met de uitvoering en/of toetsing van het vreemdelingenbeleid in staat deze wijzigingen te verwerken gezien de achterstanden bij de diverse organisaties? 400 Bij de raming productieaantallen IND wordt logischerwijs gesteld dat «de mate waarin bovenstaande productieaantallen gehaald kunnen worden afhankelijk is van de omvang en samenstelling van de instroom». Moet de tabel zo gelezen worden dat de verwachte instroom asielzoekers in 2003 op 30 000 wordt geraamd en dat daarvan 11 000 in de aanmeldcentra worden afgehandeld? Waarom blijft de raming beroeps- en hoger beroepszaken constant op 27 000 respectievelijk 4000? Waarom wordt hier geen afname verwacht op basis van het nieuwe beleid? 401 Hoe ver is de regering gevorderd met de uitvoering van de motie van het lid Kamp (26 732, nr. 78)? 402 Op welke wijze zal er rekening mee worden gehouden dat er voldoende behandelcapaciteit is om een plotselinge instroom van vreemdelingen het hoofd te kunnen bieden? 403 Voorziet de regering, gezien de geopolitieke ontwikkelingen, een extra toestroom van vluchtelingen naar Nederland? Kan de regering de situatie rondom Irak bij dit antwoord betrekken?

42

404 Kan de regering aangeven hoe de kosten van het primair proces zich binnen de organisatie van het COA verhouden tot de kosten van leidinggevende functies en het administratief apparaat? Is het juist dat de feitelijke kosten van de opvang van asielzoekers relatief gering zijn in verhouding tot de kosten van leidinggevende functies en administratief apparaat? Wat betekent het nieuwe bekostigingsstelsel van het COA voor de opvang van asielzoekers? Hoeveel van de buffercapaciteit van 5000 opvangplaatsen is reeds door het COA gerealiseerd en op welke termijn kan het overige daarvan gerealiseerd worden? 405 Heeft de regering een reactie van het COA ontvangen op de voorgenomen bezuinigingen op beleidsdoelstelling 6.2 en zo ja hoe luidt deze? Is de regering van opvatting dat het COA in staat is, gezien de (langlopende) contracten met derden, aan deze bezuinigingen te kunnen voldoen? 406 Welke Nederlandse instanties en overheidsinstellingen hebben gelden ontvangen uit het Europees Vluchtelingenfonds (EVF) en wat zijn de resultaten van de projecten die met deze EVF-gelden zijn gefinancierd? Welke landen van de Europese Unie krijgen in 2003, naast Nederland, een bijdrage uit het Europees Vluchtelingenfonds (EVF)? Hoe groot is die bijdrage? 407 Wat zijn de meest recente en op korte termijn te verwachten beleidsontwikkelingen inzake de veiligheid van opvangcentra, in het bijzonder voor vrouwen en minderjarigen? Op welke wijze wordt de veiligheid van vrouwen en minderjarigen in de opvangcentra bevorderd? Hoeveel vrouwen en hoeveel minderjarigen zijn vorig jaar en dit jaar met onbekende bestemming uit de opvang verdwenen? 408 Hoeveel subsidie ontvangen Vluchtelingenwerk Nederland en het Nederlandse Rode Kruis van de overheid? Welk deel daarvan is bestemd voor de opvang van asielzoekers? 409 De regering is voornemens goedkopere vormen van opvang te realiseren. Hoe verhoudt zich dit tot de extra aandacht die de regering wil schenken aan veiligheid in de centra? 410 Geldt het recht op opvang zoals toegezegd door de voormalig staatssecretaris van Justitie nog steeds voor Dublinclaimanten? Zo ja, waarom worden zij niet vermeld in beleidsartikel 6.2? 411 Hoe wordt getracht de behandeltermijnen van subsidieaanvragen te verkorten? 412 Hoe wordt inhoud gegeven aan de voorgenomen bezuinigingen op immateriële en materiële opvangfaciliteiten voor vreemdelingen in de asielprocedure? Kan de regering aangeven op welke opvangfaciliteiten deze bezuinigingen betrekking hebben?

43

413 Zijn de meerjarencijfers inzake de voorziene afname van de bezetting in de opvang niet te optimistisch, gezien de capaciteitsproblemen bij de vreemdelingenkamers en de stagnatie van de uitplaatsing van statushouders naar reguliere huisvesting? 414 Hoe zal de uitplaatsing van opvang naar reguliere huisvesting worden versneld? 415 Welke uitstroombevorderende maatregelen is de regering van plan te nemen? 416 Hoe wordt het creëren van een extra buffer voor eventuele schommelingen in de instroom gefinancierd? Uit welke middelen wordt een eventuele hogere instroom van asielzoekers dan verwacht gefinancierd? 417 In het Strategisch Akkoord wordt gesteld dat de uitzetting van illegalen effectiever wordt gemaakt. Het budget van beleidsdoelstelling 6.3 stijgt van € 123 948 000 in 2002 tot € 131 500 000 in 2003. Kan dit bedrag nader onderbouwd worden? Op hoeveel uitzettingen is deze stijging gebaseerd? Is een onderverdeling te maken in het uitzetten van afgewezen asielzoekers en overige illegalen? Waarom is er geen kwantitatieve doelstelling met betrekking tot uitzettingen opgenomen in de begroting? 418 Is de observatie correct dat de meeste onderzoeken inzake illegaliteit voornamelijk zijn gericht op een analyse van de problematiek en nauwelijks op een analyse van reële oplossingen? 419 In hoeveel procent van de gevallen van uitgeprocedeerde asielzoekers verleent de IND assistentie bij het verkrijgen van «laissez-passers» bij diplomatieke vertegenwoordigingen van landen van herkomst? Wordt zulke assistentie altijd verleend indien daarom wordt gevraagd? Wat is precies de aard van dergelijke bemiddeling? Leidt die bemiddeling altijd tot het verkrijgen van documenten? Zo neen, waarom niet? 420 Zou de regering uitgebreider kunnen aangeven welke toelatingstaken zij op welke wijze van de vreemdelingenpolitie naar de IND wil overhevelen? Houdt de overdracht van administratieve toelatingstaken van de vreemdelingenpolitie naar de IND het gevaar in dat specifieke kennis en ervaring verloren dreigt te gaan? Zullen de termijnen voor afhandeling van mvv-aanvragen en aanvragen voor verblijfsvergunningen oplopen gedurende het overdrachtsproces? Is bij de IND de capaciteit aanwezig om deze taken op te pakken en naar behoren uit te voeren? 421 Op welke wijze wordt de centrale regie met betrekking tot de coördinatie van activiteiten gericht op terugkeer of uitzetting versterkt? 422 Houdt het voorstel om illegaal verblijf strafbaar te stellen, ook in dat diegenen die illegalen hulp bieden strafbaar zijn?

44

423 Hoe denkt de regering concreet te voorkomen dat vreemdelingen zich illegaal toegang verschaffen tot Nederland? 424 Is de regering bereid de aanpak van criminele illegalen voorrang te geven boven de aanpak van overige illegalen? Zo neen, waarom niet? Zo ja, waaruit blijkt deze prioriteitstelling in de aanpak van illegaliteit? 425 In hoeverre verwacht de regering dat intensivering van het toezicht van vreemdelingen het aantal illegalen in de Nederlandse samenleving zal terugbrengen? 426 Kan de regering een overzicht geven van de kosten van intensivering van toezicht en terugkeer en de verwachte resultaten van deze intensivering? 427 Welke rol speelt samenwerking met politiediensten van andere EU-lidstaten bij het intensiever tegengaan van illegale toegangsverschaffing tot Nederland? 428 Hoeveel verblijfsvergunningen zijn verleend op grond van het buitenschuld-criterium, sinds de introductie van dit criterium? 429 De vreemdelingenbewaring dient optimaal te worden gebruikt. Illegaal verblijf wordt strafbaar gesteld. Hoeveel extra cellen en of opvangcentra zijn hiervoor nodig? Hoeveel kost dit? Zijn deze kosten begrepen in de raming van € 131 500 000 voor 2003? Zo neen, waar zijn deze kosten dan wel opgenomen? 430 Welke passende maatregelen worden bedoeld als wordt gesproken over landen die weigeren mee te werken aan het terugnemen van eigen onderdanen en overname van derdelanders? 431 Op welke termijn komt de regering met een uitgewerkte visie en plan van aanpak inzake de strafbaarstelling van illegaliteit (waaronder de strafmaat en de dwangmiddelen die aan illegaal verblijf verbonden worden)? 432 Betekenen de cijfers inzake de aantallen vreemdelingen die in 2001 door de Internationale Organisatie voor Migratie zijn geholpen, dat die vreemdelingen Nederland daadwerkelijk hebben verlaten? Hoeveel vreemdelingen hebben zich in 2001 tot de Internationale Organisatie voor Migratie gewend, dan wel met hoeveel vreemdelingen heeft de Internationale Organisatie voor Migratie contact gezocht/gehad ten behoeve van hun terugkeer? 433 Wat betekent de opmerking dat de Internationale Organisatie voor Migratie vanaf 2003 zal worden gefinancierd op basis van output? Om welke output gaat het hier?

45

434 Welke activiteiten worden bedoeld als wordt gesproken van «vreemdelingen waarbij de IND ten behoeve van hun terugkeer activiteiten verricht»? Van hoeveel van de 41 000 vreemdelingen die in 2001 door de IND zijn geholpen is bekend of zij Nederland daadwerkelijk hebben verlaten? 435 Het Strategisch Akkoord vermeldt dat de uitzetting van illegalen effectiever wordt gemaakt. Waarom neemt de raming vrijheidsbeneming en vreemdelingenbewaring dan slechts toe van 1305 in 2002 tot 1386 in 2003? Hoe verhoudt deze raming zich tot het aantal illegalen in Nederland dat door het CBS wordt geraamd op tussen 46 000 en 116 000? Moeten de cijfers zo geïnterpreteerd worden dat van dit geschatte aantal illegalen er in 2003 1386 worden uitgezet? Zo nee, hoeveel dan wel? Zo ja, hoe verlaten de overige illegalen dan Nederland? 436 Hoeveel extra capaciteit voor de vreemdelingenbewaring wil deze regering in vergelijking met de laatste stand van de vorige regering de komende jaren realiseren? 437 Het aantal vreemdelingen waarbij het IND activiteiten verricht ten behoeve van terugkeer blijft kennelijk gelijk tot en met 2007. Wat is hier de achterliggende reden van? 438 Wanneer is gestart met de beëindiging van de opvangprocedure van een aantal hier al langer verblijvende asielzoekers die onder de oude terugkeerplannen vielen conform de terugkeernotitie van de vorige regering? Kan aangegeven worden hoeveel uitgeprocedeerde asielzoekers de komende maanden deze procedure zullen doorlopen? Is er iets gewijzigd in de voorgenomen procedure sinds het aantreden van minister Nawijn? 439 Hoeveel zogenaamde moeilijke individuele gevallen heeft de minister van Vreemdelingenzaken en Integratie zelf nogmaals beoordeeld, zoals hij verscheidene malen zei voornemens te zijn? 440 Wat wordt er precies bedoeld met taakstelling externen? Wie vallen daaronder? 441 Wat is de precieze stand van zaken betreffende het afficheringsverbod? Kan de regering concreet aangeven hoe vorm gegeven wordt aan de handhaving ervan en wat de resultaten daarvan zijn? 442 Wat is de stand van zaken met betrekking tot de bestrijding van kinderpornografie, dit mede gelet op de berichten van het Meldpunt Kinderpornografie over een forse stijging van het aantal meldingen en vondsten in het achterliggende jaar, en de gelijktijdige berichten over de problematiek van de personele bezetting van het KLPD-team dat zich met dit onderwerp bezighoudt?

46

443 Bij de prestatiegegevens van «Toelating asiel en regulier» zijn ondermeer opgenomen de vernietiginspercentages van beschikkingen asiel en regulier door de rechter. Wat zijn de huidige percentages en de te bereiken doelstellingen? Is de regering van mening dat tussentijdse ontwikkelingen de oorzaak zijn van het hoge vernietigingspercentage van de beslissingen? Is de regering bereid de reden van vernietiging in een overzicht aan de Tweede Kamer toe te sturen? 444 Bij de prestatiegegevens «Toezicht en terugkeer» is vrijwel ieder prestatiegegeven te kwantificeren, te beginnen met: «Aantal illegaal in Nederland verblijvende vreemdelingen » tot en met «aantal terugkerenden». Waarom zijn deze doelstellingen niet gekwantificeerd, was dat niet noodzakelijk om de financiële ramingen te kunnen maken? Kan deze kwantificering alsnog ingevuld worden voor de hele lijst prestatiegegevens «Toezicht en terugkeer»? 445 Wat is, rijksbreed gezien, de omvang van de directe, de indirecte en de totale kosten van het Nederlandse asielbeleid, bezien naar de jaren 1998 t/m 2003? 446 Waarom is artikel 8 in de begroting van het ministerie van BZK voor 2003 uitgebreider dan in de begroting van het ministerie van Justitie voor 2003? 447 Kan de regering duidelijkheid scheppen over de vraag of (autochtone) woonwagenbewoners deel uitmaken van de doelgroep van het rijksintegratiebeleid? Sinds de Minderhedennota uit 1983, waarin woonwagenbewoners tot doelgroep van het beleid werden benoemd, heerst er veel onduidelijkheid op dit punt. In regeringsstukken worden ze dan weer wel en dan weer niet gerekend tot de doelgroep. Kan de regering aangeven wat het actuele regeringsstandpunt is? Sinds intrekking van de Woonwagenwet in 1999 verliest de overheid meer en meer het zicht op deze groep. Het primaat voor het beleid licht bij de gemeenten maar deze voeren nauwelijks beleid op dit punt. Intussen is de sociaal-economische achterstand van woonwagenbewoners erg groot en neemt de betrokkenheid bij (georganiseerde) criminaliteit toe. Wat is de reactie van de regering hierop? 448 Bij de beleidsdoelstelling «bevorderen van actief en volwaardig burgerschap» worden onder «streefwaarde» een aantal te kwantificeren doelen genoemd, te weten deelname hoger onderwijs, arbeids- en inkomenspositie vertegenwoordiging etnische minderheden, criminaliteit allochtone jeugd, aantal opvangplaatsen. Waarom zijn deze niet ingevuld? Was dit niet nodig om de financiële ramingen te maken? Kunnen deze streefwaarden alsnog ingevuld worden? 449 Heeft de overdracht van verantwoordelijkheden van de minister voor GSI naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie consequenties voor de wijze waarop aan het Groot Project Oudkomers invulling zal worden gegeven? Kan de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie over dezelfde informatiekanalen beschikken als de minister voor GSI gebruikte?

47

450 Hoeveel opvoeders en werkzoekenden bevinden zich in de groep oudkomers? 451 Aan het terugdringen van ongeoorloofd tussentijdse uitval bij inburgeringscursussen wordt prioriteit gegeven. Het Strategisch Akkoord spreekt over consequenties voor een eventuele bijstandsuitkering. Wordt hierbij uitsluitend gedacht aan tijdelijk korten of ook aan het volledig beëindigen van de uitkering bij notoire wegblijvers? Zal gerapporteerd worden hoe vaak sancties worden opgelegd, zoals het niet terugbetalen van de borg en/of het korten of stoppen van de uitkering? 452 Bij de prestatiesgegevens is aangegeven dat met het beschikbare budget 18 000 oudkomerstrajecten kunnen starten (instroom) en 12 000 trajecten afgerond (uitstroom) kunnen worden. Waarop zijn deze cijfers gebaseerd? Welke maatregelen worden vooraf reeds genomen om een daling van 33% te realiseren? 453 Zijn de gemeenten inmiddels voldoende in staat om de noodzakelijke beleids- en verantwoordingsinformatie te verstrekken aan het Rijk? Is er hierbij sprake van een eensluidende manier van aanleveren van genoemde informatie? 454 Is er in de begroting rekening gehouden met een mogelijke vorm van opvolging van de Taskforce Inburgering om ondersteuning te bieden bij de optimalisering van inburgeringscursusen? 455 Welke specifieke plannen worden bedoeld die een positieve bijdrage leveren aan het voorkomen van de marginalisering van jongeren uit etnische minderheden? 456 Welke maatregelen worden genomen om met een kleiner budget dan in 2001 de uitplaatsingstermijn voor statushouders terug te brengen tot gemiddeld 100 dagen?

48