Gebruiksaanwijzing SSP-300 Surround-Sound Processor/Voorversterker
WAARSCHUWING: OM HET RISICO VAN BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, ADVISEREN WIJ U HET APPARAAT NIET BLOOT TE STELLEN AAN REGEN OF ANDERE VOCHTIGE EN NATTE OMSTANDIGHEDEN.
PAS OP! RISICO OP ELEKTRISCHE SCHOKKEN - NIET OPENEN PAS OP: OM HET RISICO VAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VOORKOMEN, LAAT U DE KAP A.U.B. DICHT. IN HET APPARAAT BEVINDEN ZICH GEEN ONDERDELEN DIE GEACHT WORDEN DOOR DE GEBRUIKER ONDERHOUDEN TE WORDEN. LAAT ZULKE HANDELINGEN DUS OVER AAN EEN GEKWALIFICEERDE TECHNICUS.
NOTA BENE Wij van Classé besteden de uiterste zorg aan onze producten om er zeker van te zijn dat het voor u een waardevolle investering blijft. We zijn er dan ook trots op u te kunnen melden dat alle Classé componenten officieel zijn goedgekeurd voor de Europese Gemeenschap (CE) . Dat betekent dat uw Classé apparaat onderworpen is geweest aan de meest rigoureuze fabricage- en veiligheidstesten, die u zich maar kunt voorstellen. Het CE teken verzekert u er van, dat uw aanschaf aan alle Europese Gemeenschapseisen betreffende consistentie van productie en veiligheid voldoet, of daar zelfs overheen gaat. Dit apparaat werd getest en binnen de uiterste normen bevonden die gesteld worden aan klasse B digitale apparatuur, volgens artikel 15 van de Amerikaanse FCC regels. Deze regels werden vastgesteld om een redelijke bescherming te kunnen waarborgen tegen nadelige straling onder woonkameromstandigheden. Dit soort apparatuur verwekt, gebruikt en straalt hoogfrequent energie uit en kan, indien niet geïnstalleerd en gebruikt volgens deze handleiding, kwalijke invloed uitoefenen op radiocommunicatie. Dat neemt niet weg dat we kunnen garanderen dat onder specifieke omstandigheden hoogfrequent instraling is te voorkomen. Mocht dit component invloed hebben op radio of televisieontvangst, iets dat u kunt controleren door dit apparaat uit en weer aan te zetten, dan kunt u dit probleem proberen te corrigeren door één of meer van de onderstaande maatregelen te treffen: • Indien u een externe antenne gebruikt verplaats hem dan of richt hem anders. • Vergroot de afstand tussen dit apparaat en uw radio-ontvanger. • Sluit dit apparaat aan op een andere lichtnetgroep dan waarop uw radio-ontvanger is aangesloten. • Mocht dit alles niet baten, neem dan contact op met uw Classé leverancier of een technicus/specialist op radio- en tv-gebied. In dit product worden technologieën gebruikt die door patenten of andere intellectuele eigendommen worden beschermd. Alternatief gebruik dan in huis en andere beperkte omstandigheden van deze technologieën is alleen toegestaan door machtiging van Macrovision. Het uit elkaar halen van dit apparaat voor onderzoek is dan ook verboden. De informatie in deze handleiding kan in de loop der tijd veranderd worden. De meest recente uitgave kunt u vinden op onze internetsite: http://www.classeaudio.com.
Dit symbool, hier links afgebeeld, betekent dat het onderhavige apparaat voldoet aan de standaardeisen betreffende EMC (Electromagnetic Compatibility) en LVD (Low Voltage Directive) van de Europese Gemeenschap. Classé producten worden zo ontworpen dat zij voldoen aan de internationale regels betreffende de beperking van milieuonvriendelijke grondstoffen die gebruikt kunnen worden in elektrische en elektronische apparatuur. Het symbool van de vuilcontainer met het kruis erdoor betekent voor u dat u, wanneer u dit apparaat wilt afvoeren, dit moet doen volgens de regels die daarvoor hier en nu gelden.
Noteer hier het serienummer van uw Classé component altijd makkelijk als u het ooit nodig heeft. Serienummer:__________________ 2
Belangrijke Veiligheidsinstructies 1.
Lees onderstaande instructies a.u.b.
2.
Bewaar deze instructies a.u.b..
3.
Sla de waarschuwingen niet in de wind a.u.b.
4.
Volg alle instructies op a.u.b.
5.
Wij adviseren u het apparaat niet bloot te stellen aan regen of andere vochtige en natte omstandigheden. Mocht er onverhoopt toch vloeistof in het apparaat terecht komen, haal het dan direct van het lichtnet en ga ermee voor controle naar uw Classé-dealer.
6.
Stof het apparaat alleen maar af met een droge doek.
7.
Nooit de ventilatieopeningen en/of de koellichamen blokkeren. Installeer het apparaat volgens de instructies van de fabrikant.
8.
Het apparaat moet verre gehouden worden van warmtebronnen zoals: radiatoren en kachels, maar ook andere apparatuur, zoals versterkers. Ook volle zonneschijn vindt het apparaat niet prettig. Gebruik dit apparaat nooit in een explosiegevaarlijke ruimte.
9.
Het component mag alleen op een wisselspanningsbron met het correcte voltage worden aangesloten. Het voltage is aangegeven op de verpakking en op de achterkant van het apparaat, in dit geval 230 Volts 50 Hz. Gebruik op een ander voltage dan aangegeven kan desastreus zijn en maakt uw garantie ongeldig.
10.
De lichtnetkabel dient zo neergelegd te worden, dat er niet op getrapt of door scherpe voorwerpen niet beklemd kan worden. Nooit een netkabel spannen omdat hij eigenlijk iets te kort is. Gebeurt er iets met de kabel: ga er ter controle mee langs bij uw Classé leverancier en/of schaf eventueel een nieuw aan.
11.
Gebruik alleen verbindingsmateriaal en accessoires die aanbevolen worden door de fabrikant.
12.
Gebruik alleen maar dressoirs, statieven, consoles of opzettafels die geschikt zijn voor het gewicht van de totaal te bergen apparatuur of een kwalitatief hoog, specifiek voor audioapparatuur ontworpen meubel. Gebruikt u een verrijdbaar opbergsysteem wees dan voorzichtig bij het verplaatsen, een ongeluk zit in een klein hoekje.
13.
Wanneer het apparaat voor langere tijd niet in gebruik is (tijdens vakantie of zo) en tijdens onweer, dient de lichtnetkabel, om problemen te voorkomen, uit het lichtnet verwijderd te zijn.
14.
Laat iedere eventuele reparatie verrichten door een gekwalificeerde technicus. Zo’n reparatie dient gedaan te worden wanneer het component op wat voor manier dan ook beschadigd is, zoals beschadiging van de lichtnetkabel, er vloeistof of voorwerpen in het apparaat terecht zijn gekomen en wanneer het niet meer normaal functioneert of gevallen is. Een open apparaat, helemaal wanneer het nog op het lichtnet is aangesloten, is een dodelijk schokgevaar. Stel nooit een zekering buiten werking en vervang nooit een zekering door één met een andere waarde.
15.
Vermijd druppelend en rondspattend water: een vaas met bloemen op het apparaat is dus uit den boze.
16.
Als u het apparaat helemaal wilt uitzetten, verwijder dan de voedingskabel uit het lichtnet.
17.
Zorg ervoor dat u altijd makkelijk bij de aansluiting van de lichtnetstekker op de wandcontactdoos kunt komen.
18.
Stel batterijen niet bloot aan intense warmte, zoals zonlicht, vuur of dergelijke.
De pijlvormige bliksemschicht binnen een driehoek is er om u er op te wijzen dat binnenin het apparaat zich niet geïsoleerde onderdelen bevinden, die een gevaar voor u kunnen betekenen.
Dit symbool vraagt uw speciale aandacht voor dit deel van de gebruiksaanwijzing i.v.m. de bediening en eventueel onderhoud van het betreffende apparaat.
WAARSCHUWING: Om het risico van brand of elektrische schokken te voorkomen, adviseren wij u het apparaat niet bloot te stellen aan regen of andere vochtige en natte omstandigheden.
3
Inhoud Welkom bij de Classé familie ..........................................................................6 Uitpakken en Neerzetten .................................................................................7 Het uitpakken van de processor ............................................................... 7 De plaatsing ............................................................................................. 7 Ventilatie .................................................................................................. 7 Het installeren .......................................................................................... 7 Het serienummer ..................................................................................... 7 Registreer uw aankoop! ............................................................................ 8 De opwarm en “inbreek” periode............................................................. 8 Lees a.u.b. deze gebruiksaanwijzing... ..................................................... 8 Het werkvoltage ..............................................................................................9 Wat opmerkingen over het installeren............................................................10 Speciale ontwerpkenmerken ..........................................................................11 videocircuit met grote bandbreedte ........................................................ 11 Signaalomzetting ............................................................................. 11 THX Ultra 2® .......................................................................................... 11 Re-Equalization™ ............................................................................ 12 Timbre Matching™ .......................................................................... 12 Adaptive Decorrelation™ ................................................................ 12 Advanced Speaker Array™ ............................................................... 13 THX Ultra 2 voor muziekweergave .................................................. 13 THX Ultra 2 voor filmweergave ....................................................... 14 Compensatie van de “wandversterking” ........................................... 14 makkelijk te gebruiken grafisch bedieningspaneel .................................. 14 zichzelf aanpassende geluidssterkteregeling ........................................... 14 hoogst verfijnde technische ontwerpen .................................................. 15 uitgebreide luistertests ............................................................................ 15 buitengewone duurzaamheid ................................................................. 16 De eerste stappen ..........................................................................................17 De Voorkant ..................................................................................................20 De Achterkant................................................................................................23 De afstandsbediening ....................................................................................31 Het begrip “Surround Sound” ........................................................................33 hoeveel kanalen? ................................................................................... 33 matrixweergave of totaal gescheiden weergave? ..................................... 33 de meerkanaalsformaten .................................................................. 34 Processormogelijkheden achteraf ........................................................... 34 bij meerkanaalformaten ................................................................... 35 De SSP-300 in gebruik ...................................................................................36 de ingangskeuze .................................................................................... 36 de keuze van de wijze van weergeven ................................................... 37 vooruitblik ............................................................................................. 37 de bedieningstoetsen .............................................................................. 37 individuele kanaalregeling ............................................................... 38 instellingen voor een tweede ruimte ................................................ 38 luisterplekinstelling .......................................................................... 39
4
Het Menusysteem ..........................................................................................40 de systeemstructuur (“system setup”) ...................................................... 40 het scherm voor het instellingen van de geluidssterkteregeling “volume setup” ...................................................................................... 41 het scherm van de draaiknop “rotary setup”..................................... 41 De instelling van het maximale geluidsniveau (max volume) ........... 43 het scherm voor het instellen van de aanvanggeluidssterkte “startup volume” .............................................................................. 43 het scherm voor het instellen van de stiltefunctie “mute setup” ........ 44 het scherm van de ingangen (input setup) ........................................ 44 het scherm van de luidsprekerinstellingen (speaker setup)................ 47 beschrijvingen van verkorte routes (profiles) .................................... 49 het scherm van de inschakelinstellingen (triggers setup) ................... 49 het scherm van de leerbare afstandsbediening (teach IR) ........................ 50 de structuur van het grafisch bedieningsscherm (display setup) ............... 50 het instellen van de helderheid ........................................................ 51 het instellen van de automatische dimmer (timeout) ........................ 51 het instellen van de gebezigde taal (language) ................................. 51 Informatieweergave op uw beeldscherm (OSD) ............................... 51 hoelang is tijdelijk: “temp. display” ................................................. 52 het weergavescherm van de geluidssterkte (volume) ........................ 52 Het Dolby en DTS instelscherm ............................................................. 52 Dolby Pro Logic II ............................................................................ 53 DTS Neo:6....................................................................................... 53 het menu “remote Fkeys” ....................................................................... 53 even extra aandacht bij het gebruik van deze toetsen ...................... 54 het scherm “status”................................................................................. 54 de toets “version info” ..................................................................... 54 de toets “sensors” ............................................................................ 54 Problemen oplossen ......................................................................................55 Verzorging en onderhoud. .............................................................................57 Technische gegevens .....................................................................................58 Afmetingen ....................................................................................................59
5
Welkom bij de Classé familie Gefeliciteerd met de aanschaf van dit Classé-product. Het is het resultaat van vele jaren continue verfijning en we zijn er zeker van dat u van dit apparaat vele jaren plezier zult hebben. Wij schatten de relatie met onze gebruikers zeer hoog in. Daarom vragen wij u het garantiebewijs nu ingevuld naar ons terug te sturen, voordat u het apparaat gaat uitpakken en het daarna vergeet. Met het opsturen verzekert u zichzelf van informatie betreffende eventuele toekomstige opwaarderingen en verbeteringen, die voor uw Classé apparaat beschikbaar komen. Door het insturen van uw garantiebewijs wordt uw apparaat geregistreerd zodat wij u snel van eventuele service kunnen voorzien, ook in het geval als u uw aankoopfactuur bent kwijtgeraakt. U vindt het garantiebewijs achterin het apart bijgeleverde boekje dat handelt over de garantievoorwaarden. Nogmaals, vult u alstublieft het garantiebewijs meteen in en doe het op de post. Nogmaals, vult u alstublieft het garantiebewijs meteen in en doe het op de post of, als u dat makkelijker vindt, kunt u zich “online” registreren op www.classeaudio.com
6
Uitpakken en Neerzetten Het uitpakken van de processor
Belangrijk!
De plaatsing
Haal het apparaat alsmede de accessoires volgens de instructies voorzichtig uit de doos en ontdoe ze van het verpakkingsmateriaal. Bewaar als het even kan de doos, de beste verpakking als u ooit mocht gaan verhuizen of als het apparaat gerepareerd zou moeten worden. Beschadiging door verzending in een andere dan zijn eigen doos wordt niet gedekt door de garantie.
Als bij iedere processor is de beste plaats voor de SSP-300: centraal tussen de andere apparaten van uw systeem. Daar hij in uw systeem het meest gebruikte toestel is (het volume instellen, van ingang wisselen enz.), moet hij voldoende hoog komen te staan om zijn infoscherm te kunnen lezen en hem makkelijk te kunnen bedienen. Extra informatie: Zorg voor voldoende ruimte achter de SSP-300 voor de netkabel en de andere bekabeling. Wij adviseren om zo’n 20cm ruimte voor die bekabeling achter de SSP-300 vrij te laten.
Ventilatie
Het installeren
Het serienummer
Uw Classé processor produceert een zekere hoeveelheid warmte, die weg moet kunnen. Zorg t.b.v. een goede ventilatie voor zo’n 8cm vrije ruimte boven en aan de zijkanten van de SSP-300. Vermijd plaatsing op zachte oppervlakken (zoals kleedjes), die de luchtstroom kunnen belemmeren. Elders in deze gebruiksaanwijzing vindt u tekeningen om het installeren te verduidelijken (zie ook: Afmetingen). Optioneel is een 19” inbouwset voor deze processor leverbaar. Neem contact op met uw Classé leverancier voor meer informatie daarover. Het serienummer van deze processor vindt u op de achterkant van het apparaat. Noteer voor eventualiteiten dit nummer op de pagina “Belangrijke Veiligheids Instructies” a.u.b.
7
Registreer uw aankoop!
Nu u het serienummer gevonden heeft is het de juiste tijd om het garantiebewijs in te vullen. Nogmaals: laat u aankoop registreren zodat wij u op de hoogte kunnen houden van eventuele veranderingen en verbeteringen betreffende uw processor. Het kost u slechts een minuutje van uw tijd. Invullen en op de post doen, voordat u het vergeet.
De opwarm en “inbreek” periode
Vanaf het moment dat u uw nieuwe processor aanzet zal hij een uitstekende prestatie neerzetten. U zult echter merken dat de SSP-300, naar gelang hij zijn bedrijfstemperatuur bereikt en de diverse onderdelen “inbreken”, steeds beter gaat klinken. Het is onze ervaring dat tijdens de eerste 300 speeluren als het component langzaam zijn thermische evenwicht bereikt en de elco’s gevormd worden, de grootste veranderingen plaatsvinden. Na deze eerste periode, moeten de prestaties van het nieuwe apparaat gedurende jaren vrij constant blijven. De enige uitzondering op deze regel is wanneer het apparaat gedurende langere tijd in stand-by staat of helemaal niet op het lichtnet is aangesloten, waardoor hij meer dan gemiddeld afkoelt. Afhankelijk van de mate van afkoeling, moet u met een korte opwarmperiode rekening houden, voordat het apparaat zijn optimale prestaties kan leveren. Tenzij u de SSP-300 wel heel erg koud hebt laten worden, zal een dergelijke thermische herstabilisatie nooit erg lang duren. Gelukkig zult u, hoe dan ook, de 300 uur inbreektijd nooit hoeven te herhalen.
Lees a.u.b. deze gebruiksaanwijzing...
8
Neem een paar minuten de tijd om deze gebruiksaanwijzing door te nemen en vertrouwd te raken met uw nieuwe bezit. We begrijpen heel goed dat u het liefst meteen met alle stekers en pluggen aan de slag wilt, maar even deze gebruiksaanwijzing lezen en de adviezen ter harte nemen zullen u ervan verzekeren dat u alles krijgt wat u verdient met de aanschaf van zo’n mooi stuk audiogereedschap. Vast bedankt.
Het werkvoltage De SSP-300 is op de fabriek ingesteld op één van de lichtnetvoltages: 100V, 120V, 230V of 240V wisselspanning, al naar gelang het land waar deze processor moet worden verkocht. (230V volgens de CE regels voor de landen van de Europese Gemeenschap.) U mag het voltage zelf niet wijzigen. Overtuig uzelf er even van of het voltage van uw land overeen komt met het vermelde voltage op de achterkant van de SSP-300. Proberen de processor zijn werk te laten doen op een ander en vooral een veel hoger dan het aangegeven voltage kan spijtig uitpakken voor de SSP-300. Waarschuwing:
U mag zelf het voltage van de processor niet wijzigen. In het apparaat bevinden zich geen onderdelen die geacht worden door de gebruiker onderhouden te worden. Bij problemen: ga naar uw Classé leverancier, hij kan er mee omgaan. Als dus het vermelde voltage niet overeenstemt met het plaatselijk voltage (hier in de Benelux 230V), neem dan contact op met uw leverancier. De SSP-300 kan makkelijk gevoed worden uit een 16A lichtnetgroep. Staan er nog meer apparaten op deze groep dan zou het wel zo goed zijn daar een aparte groep voor te laten aanleggen. De SSP-300 is uitgerust met een beveiligingscircuit om te voorkomen dat hij moet werken op een gevaarlijk veel te hoog of veel te laag voltage. • Bij het aanzetten: Het aangeboden voltage bij het aanzetten van de processor moet ongeveer tussen de -15% en +10% van het nominale voltage zijn, anders gaat hij niet aan. Voorbeeld: een 230V apparaat verlangt een lichnetspanning tussen de 195V en 255V om aangezet te kunnen worden. • Een oplopend voltage gedurende het gebruik: Als het voltage tijdens gebruik met ruwweg 10% oploopt, dan gaat het beveiligingscircuit aan de arbeid en zet de processor uit. Het “STANDBY” lichtje knippert dan om te laten zien dat het beveiligingscircuit is aangesproken. • Te weinig spanning: Als het voltage tijdens het gebruik zo’n 15% of meer zakt, dan blijft de SSP-300 wel spelen (gewoon omdat het eigenlijk geen gevaarlijke omstandigheid is voor de processor), echter de kwalitatief hoge standaard wordt onder deze matige omstandigheden niet gehaald. Ook bij een dergelijke conditie knippert het “STANDBY” lichtje.
9
Wat opmerkingen over het installeren We hebben alles in het werk gesteld om de SSP-300 zo eenvoudig mogelijk te kunnen installeren en te laten functioneren. De vele andere variabelen, zoals de vorm en afmetingen van uw kamer, zijn akoestische eigenschappen en de bijkomende apparatuur, hebben wij niet in de hand. Al deze factoren beïnvloeden echter wel degelijk de uiteindelijke prestaties van uw geluidssysteem. Om deze reden bevelen wij u sterk aan uw gehele geluidsinstallatie door uw leverancier te laten installeren en afregelen. Hij is de man met de ervaring, knowhow en speciale (meet)apparatuur om het verschil te kunnen maken tussen een aardige en een perfecte muziekinstallatie.
10
Speciale ontwerpkenmerken videocircuit met grote bandbreedte
Moderne videobronnen met een hoge resolutie kunnen u een werkelijk fantastisch plaatje bieden. De technische eisen, die worden gesteld aan de apparatuur die deze bijzondere signalen moeten doorlopen voordat ze uw beeldscherm kunnen bereiken, zijn echter een ware uitdaging. In de wetenschap dat het videosignaal in zijn puurheid ernstig wordt aangetast door apparatuur die niet berekend is op het vervullen van zijn taak, sluiten vele “videofielen” al hun videobronnen maar regelrecht aan op hun tv. Dat werkt wel, maar het is natuurlijk heel vervelend en moeizaam, als je iedere keer van audio- en videoverbindingen moet wisselen. Wij hebben de nieuwe Classé processor echter voorzien van een kwaliteit videocircuit op professioneel niveau, met zowel een buitengewone grote bandbreedte als de vereiste dynamiekomvang om zelfs de meest veeleisende videosignalen van de HDTV standaard vlekkeloos te kunnen verwerken. Dit verzekert u van een eenvoudige bediening, daar alle video- en audiosignalen geleid worden door één centrale regeleenheid. Net zo belangrijk is, dat hij dat doet zonder te sjoemelen met de beeldkwaliteit.
Signaalomzetting
De SSP-300 kan standaard geïnterlinieerd composiet, S-video en component signalen ontvangen en kan ze gelijktijdig omzetten voor de verschillende video-uitgangen. Hij kan de signalen naar behoefte “naar boven” of “naar beneden” omzetten om ervoor te zorgen dat alle uitgangen altijd actief zijn, of er nu wel of geen signaal op de ingang staat. (Weet echter wel, dat de SSP-300 niet het aantal beelden of de uitzendnorm kan veranderen, dus niet omzetten van 60 beelden NTSC naar 50 beelden PAL) Ook kan een volbeeldsignaal (progressive scan) niet naar de “tweede ruimte” gebracht worden: de tweede ruimte ontvangt een composiet signaal. (Er bestaat overigens geen volbeeld composietsignaal.) Heeft u echter een volbeeldbron dan adviseren wij u deze bron zowel progressief (voor gebruik in de hoofdruimte en zonder verdere signaalverwerking) als S-video of composiet aan te sluiten (voor gebruik in de tweede ruimte).
THX Ultra 2®
THX® is een exclusief pakket van standaarden en technologieën ontwikkeld door de wereldbefaamde productiemaatschappij Lucas Film Ltd. THX ontstond door George Lucas wens om de belevenis van de weergave van de geluidssporen van een film, zowel in de bioscoop als thuis, net zo echt te maken als de regisseur dat bedoeld heeft. De geluidssporen van een film worden in speciale bioscopen, genaamd “dubbing stages”, gemixt. Bij dat mixen heersen dezelfde condities ook qua apparatuur als in een normale bioscoop. Deze zelfde geluidssporen worden gewoonlijk vervolgens op dvd of een andere distributievorm gezet, dus zonder enige aanpassing voor de huiskameromgeving. De mensen bij THX hebben echter een (gepatenteerde) techniek ontwikkeld die het geluid, gemaakt voor de echte bioscoop, exact vertaalt voor de omstandigheden van de bioscoop thuis, door de “tonale” en ruimtefouten die ontstaan te corrigeren. Als de THX indicator van uw SSP-300 aan is, worden de onderstaande THX extra’s automatisch toegevoegd:
11
Re-Equalization™
De tonale balans van een geluidsspoor van een gemiddelde bioscoopfilm zal buitengewoon scherp en rauw klinken wanneer deze wordt afgespeeld via een hoogwaardige geluidsinstallatie. Dat komt omdat films in principe gemaakt zijn om in een bioscoop vertoond te worden, waar de omstandigheden en de apparatuur volkomen verschillend zijn. “Re-Equalization” herstelt de juiste toonbalans zodat deze ten gehore gebracht kan worden onder huiselijke omstandigheden.
Timbre Matching™
Het menselijk gehoor verandert de gewaarwording van een geluid op basis van de richting waarvan dat geluid vandaan komt. Dus twee dezelfde geluiden die van verschillende richtingen komen klinken dus iets verschillend (dat komt door de asymmetrische vorm van onze oren). Bij geluidssporen van een film kan dat leiden tot discontinuïteit omdat geluiden van voor naar achter door de kamer vliegen, ook al zijn de luidsprekers voor en achter dezelfde. “Timbre Matching” nu, filtert de informatie van de achterkanalen dermate dat ze ongeveer hetzelfde tonale karakter krijgt als van de voorluidsprekers. Dit garandeert u een naadloos overgaan van geluiden van de voor- naar de achter/zijluidsprekers en omgekeerd.
Adaptive Decorrelation™
In een bioscoop hangt soms een batterij van wel twaalf surroundluidsprekers, zodat u letterlijk rondom van surroundinformatie wordt voorzien. Zo’n opstelling creëert een heel diffuus geluidsbeeld dat je omsluit, je waarlijk bij de actie op het scherm sleurt en je er bepaalt niet van af houdt. In tegenstelling tot de bioscoop gebruik je thuis meestal maar twee luidsprekers aan de zijkant of iets naar achteren. Zelfs in meer uitgebreide “7.1” installaties heb je maar twee luidsprekers aan de zijkant en twee achter, toch wel wat anders dan de bioscoopomstandigheden waarvoor de geluidssporen gemixt zijn. Dit verschil maakt dat de luidsprekers gaan klinken als een hoofdtelefoon, gewoon gebrek aan ruimte en betrokkenheid. Het rondomgeluidsveld heeft ook de neiging zich in de dichtstbijzijnde luidspreker terug te trekken als je maar even van ideale plaats verandert. Adaptive Decorrelation – al weer een THX techniek – verandert iets aan de tijd en fase samenhang van ieder surroundkanaal t.o.v. de andere kanalen. Daardoor wordt de luisterplek vergroot en wordt de ruimtelijkheidservaring van de echte bioscoop weer grotendeels hersteld, zelfs bij gebruik van slechts twee surroundluidsprekers.
12
Advanced Speaker Array™
De mensen van THX hebben eindelijk ook een oplossing gevonden voor een probleem dat betere surround installatie al jaren achtervolgt: het eeuwige conflict tussen optimale muziekinstellingen en de optimale filminstellingen. U moet weten, films worden gemixt in een hoogst gestandaardiseerde omgeving met veel surroundluidsprekers in een soort slagorde om er maar voor te zorgen dat er een heel diffuus pakkend klankbeeld ontstaat. Het doel is uw aandacht zoveel mogelijk naar het scherm te trekken. Als geluid u verleidt om achterom te kijken, dan heeft het systeem gefaald: het heeft u er namelijk aan herinnert dat u zich bevindt in uw veilige woonkamer, in plaats van deelnemer te zijn van datgene dat zich op het witte doek afspeelt. Als contrast worden de meeste meerkanalen muziekopnames gemixt met slechts een enkel paar luidsprekers achter, rechtstreeks gericht op de luisteraar. Veel klanktechnici plaatsen opzettelijk muziekinstrumenten op die locaties en willen u dus laten voelen dat u als ware als muzikant middenin het orkest zit. Voor dit soort opnames kunt u dus helemaal geen diffuus klankbeeld, waarin u geen plaats kan bepalen, gebruiken. THX Ultra 2 lost dit duidelijke dilemma op door een vernieuwend gebruik van een speciale surroundopstelling, dat zowel een hoogst diffuus surroundbeeld (voor film) als een hoogst lokaliseerbaar surroundbeeld (voor muziekweergave) kan neerzetten, zonder ook maar iets aan de luidsprekeropstelling te hoeven veranderen. Bij de Advanced Speaker Array (ASA) techniek wordt een stel surroundluidsprekers terzijde van de luisteraar geplaatst en een tweede paar direct achter de luisteraar (en zo dicht bij elkaar als praktisch mogelijk is). Door gebruikmaking van zeer geraffineerde digitale signaalverwerking (DSP), kan deze opstelling u zowel de illusie geven omringd te zijn door een heleboel luidsprekers als ook de illusie geven van een enkel paar, achter u en een eind uit elkaar geplaatst, zoals dat normaal gesproken ook het geval zou zijn.
THX Ultra 2 voor muziekweergave
De “THX Ultra 2 Music Mode” uit de hierboven beschreven ASA techniek optimaliseert het gedrag van de luidsprekers in het surroundsysteem voor weergave van muziek, of dat nu van een concert video DVD-, een DVD-Audio- of een meerkanalen Super Audio Cdschijfje (SACD) betreft. Wanneer THX Ultra 2 Music mode wordt ingeschakeld, creëert ASA de illusie van een enkel paar surroundluidsprekers direct achter u geplaatst onder een hoek van ongeveer 30º. Deze virtuele opstelling simuleert de meest gangbare opstelling zoals u die aan kunt treffen in meerkanalen muziekopnamestudio’s en garandeert u de best denkbare realisering van het surroundbeeld zoals de muziekregisseur het in zijn hoofd had tijdens de opname. Er zijn nog meer ingrepen (b.v. het Re-Equalizationcircuit wordt uitgeschakeld, omdat muziekopnames nu eenmaal niet voor weergave in een bioscoop zijn bedoeld), maar het komt er eigenlijk hier op neer, dat THX Ultra 2 Music mode ontzettend goed werk verricht in het verbeteren van de prestaties van uw installatie bij weergave van meerkanalen muziekopnames en dat bij de aanraking van slechts één toets.
13
THX Ultra 2 voor filmweergave
Zoals u mag verwachten doet THX Ultra 2 Cinema mode natuurlijk net zo geweldig werk om het geluid bij films te optimaliseren. Wanneer THX Ultra 2 Cinema mode wordt ingeschakeld, creëert ASA een geluidsbeeld, dat u de illusie geeft dat u net zoveel surroundluidsprekers heeft als het aantal waarmee de grotere bioscooptheaters zijn uitgerust. Natuurlijk worden daarbij Re-EQ, Adaptive Correlation en Timbre Matching ook ingeschakeld om alle verschillen te compenseren tussen een eerste klas bioscoop en uw huiselijke luisterruimte. Nogmaals, slechts één toets optimaliseert uw geluidssysteem voor een totaal andere taak n.l. het weergeven van films zoals ze bedoeld waren om beleefd te worden.
Compensatie van de “wandversterking”
De meeste luidsprekers zijn ontworpen om een stuk van de muur af te presteren. Op zo’n plaats krijgt u de mooiste stereoverbeelding en klinkt de luidspreker op zijn best. Een dergelijke opstelling echter is niet handig in een huiskamer en waarin ook nog een surroundinstallatie gehuisvest moet worden. Luidsprekers worden dan dus gewoon tegen de muur geplaatst om normaal leven mogelijk te maken. Helaas verandert deze verkeerde wijze van plaatsen het lagetonengedrag, van mid-laag tot diep-laag, aanzienlijk. Nu hebben weinig mensen bezwaar tegen wat extra diep-laag, maar een versterkt mid-laag klinkt heel onaangenaam, vooral mannenstemmen gaan klinken alsof ze uit een houten kast komen, verstopt en “boomy”.
makkelijk te gebruiken grafisch bedieningspaneel
Het aanraakscherm op de voorkant van uw nieuwe apparaat herbergt een uiterst makkelijk en veelzijdig grafisch bedieningspaneel. Deze benaderingswijze van bediening houdt het frontpaneel vrij van knoppen en toetsen. De SSP-300 biedt u op deze wijze een arsenaal aan bedieningsmogelijkheden, dat op conventionele wijze de plaats van wel een dozijn toetsen en knoppen had opgeëist. Ondanks zijn kracht en souplesse is dit schermpje door zijn eenvoud een genot om dagelijks te bedienen. In feite is deze bediening eenvoudiger om mee om te gaan dan de meer gekende ontwerpen. Voorbeeld: Als u enkele van de ingangen niet gebruikt, dan kunt u die betreffende toetsen gewoon weglaten van uw “bedieningspaneel”. Op deze wijze voorkomt u dat er een ingang kan worden ingeschakeld waar geen bron op aangesloten is en de frustratie over een installatie waar geen geluid uit komt. (Natuurlijk kunt u deze ingangen als u ze op een gegeven moment wel nodig heeft direct weer in het menu opvoeren.)
zichzelf aanpassende geluidssterkteregeling
De geluidssterkteregeling van uw nieuwe Classé processor wordt bewerkstelligd door een heel geraffineerd stukje software welke u in staat stelt het volume op een heel subtiele wijze naar uw behoefte in te stellen. Bij de ideale volumeregeling stellen wij ons voor dat u op een snelle wijze ongeveer de gewenste geluidssterkte wilt bereiken en dat u vervolgens in staat wordt gesteld om op minutieuze wijze die geluidssterkte te kunnen “fine-tunen”. We begrijpen echter dat dit conflicterende eisen zijn: de eerste handeling vraagt nogal wat niveauverandering bij een bepaald aantal slagen van de knop terwijl de tweede handeling om hele kleine niveauwisselingen vraagt, met diezelfde hoeveelheid slagen.
14
De volumeregeling van uw SSP-300 lost deze paradox op door verschillend te reageren onder specifieke omstandigheden (of te wel hoe snel draait u aan de knop en bij welke stand van de volumeregelaar doet u dat). Na zeer uitgebreide proeven vinden we dat we een kant en klare oplossing hebben gevonden waarmee vrijwel iedereen als vanzelfsprekend en met het grootste plezier kan werken. Vindt u echter dat het “finetunen” nog niet helemaal is zoals u dat wenst dan kunt u zelf de instelling op eenvoudige manier wijzigen. hoogst verfijnde technische ontwerpen
Alle analoge versterkingstrappen van Classé zijn gebaseerd op circuits die door vele jaren continue ontwikkeling tot in de puntjes zijn geperfectioneerd. Door al te beginnen met uitstekend ontworpen circuits en daar nog jaren aan te werken, weten wij ondertussen wat hele kleine verfijningen kunnen bijdragen aan al buitengewoon presterende apparaten in een grote variëteit van toepassingen. Het veranderen van een spanning hier, of de inzet van een net even ander onderdeel daar, kan al het verschil maken tussen een goede prestatie en een absoluut perfecte prestatie. Een dergelijke graad van perfectie bereik je alleen maar door heel veel experimenteren en is niet haalbaar voor die ontwerpers die fladderen van de ene modegrill naar de andere. Hij draagt in niet geringe mate bij aan, zowel de consistentie van de muzikale prestaties van de diverse Classé producten (omdat ze allemaal gebaseerd zijn op dezelfde analoge versterkertrappen) alsook aan de consistent lovende kritieken over deze producten van zowel gebruikers als audiorecensenten.
uitgebreide luistertests
Excellent uitziende metingen mag je verwachten van producten van wereldklasse en de producten van Classé leveren die prestatie. Echter, de praktijk heeft aangetoond dat een excellente techniek niet een perfecte muzikale prestatie garandeert. Om deze reden, worden alle Classé producten gedurende het ontwikkelingsproces minutieus “gefinetuned” naar aanleiding van uitgebreide luistersessies. Het menselijk gehoor is nog steeds het beste testinstrument dat ons ter beschikking staat en complementeert op een unieke wijze de meer gekende meetapparatuur die normaal gesproken een technicus ter beschikking staat. In de loop van het verbeteringsproces van een schakeling voor een bepaald product, wordt het verwisselen van het ene topkwaliteits onderdeel voor een ander, honderden malen beslist op basis van de subjectieve impressies van het menselijk gehoor. Een voorbeeld. Het komt echt voor dat we moeten “luisteren” naar een half dozijn 0.1% filmweerstanden van dezelfde grootte, maar van verschillende fabrikanten. Standaard tests geven allemaal dezelfde waarden aan, in termen van ruis, vervorming en wat nog meer zij. Toch, levert bijna altijd onze uiteindelijke keuze in de subjectieve waarneming nog een kleine verbetering op in de prestaties van het product in ontwikkeling. Heel af en toe zelfs geeft zo’n uitwisseling van onderdelen een verrassend grote verbetering. Vermenigvuldig al deze kleine verbeteringen met de dozijnen of zelfs honderden malen dat we zo’n beslissing moeten nemen voordat het product klaar is voor productie en je hebt bij elkaar een opmerkelijke verbetering, geheel gebaseerd op luistertests, welke wij beschouwen als noodzakelijke aanvulling op het solide technisch vakwerk, dat u terecht mag verwachten van Classé.
15
buitengewone duurzaamheid
Nog een voordeel van het over vele jaren op grote schaal werken aan de ontwikkeling van hoogst verfijnde schakelingen is, dat we een enorme ervaring hebben op het gebied van wat wel en niet werkt op de lange termijn. Door, om te beginnen, alleen maar te werken met de beste onderdelen en ze dan, door de opgedane kennis met versnelde verouderingsexperimenten en onze lange termijn expertise, op de juiste wijze in te zetten, zijn we in staat een product te ontwerpen waar we zeker van zijn dat het de tand des tijds doorstaat. Wij zijn ervan overtuigd dat uw nieuwe Classé apparaat u jarenlang probleemloos luisterplezier zal bieden, net zoals zo vele voorgaande Classé producten dat al voor onze gebruikers hebben gedaan.
16
De eerste stappen We begrijpen best dat u meteen aan de slag wilt met uw zojuist verworven processor, maar wij adviseren toch anders. Maak gebruik van de grote ervaring van uw Classé leverancier en laat hem het apparaat installeren zodat u zeker weet dat de SSP-300 die prestaties gaat verrichten die u van hem verwachten mag. Wilt u het echter toch zelf doen, dan is dit het hoofdstuk om de SSP-300 snel te installeren en aan de praat te krijgen. Het volgen van de hier onderstaande stap voor stap benadering behelst niet het optimaal maken van uw totale installatie, want dat eist het inregelen van alle componenten en dus niet alleen uw processor. Wel begeleiden wij u naar een goede startpositie, aangenomen dat de rest van de installatie er bijstaat zoals het min of meer zou moeten zijn. 1.
Sluit alle componenten aan op het lichtnet, maar overtuig uzelf er wel van dat ze allemaal uit staan (of standby). Door alle apparaten op het lichtnet aan te sluiten weet u zeker dat ze allemaal ook geaard zijn en zo de kans wordt verkleind dat door ontlading van statische elektriciteit kwetsbare elektronica beschadigd wordt. Het is echter van evident belang dat al deze apparaten wel uitstaan voordat u ze aan het lichtnet hangt, specifiek de eindversterkers. Wij weten het zeker: U wilt echt geen aansluittik van uw eindversterker naar uw luidsprekers sturen!
2.
Sluit de broncomponenten aan op de SSP-300. Van de fabriek uit staat toets “INPUT 1” in verbinding met “LINE 1” analoge ingang. Toets “INPUT 2” met “LINE 2”, toets “INPUT 3” met “LINE 3” enz. Analoge bronnen zoals een tuner kunnen op ieder willekeurige lijningang aangesloten worden. Maak even een kattebelletje over welke bron u op welke ingang aansluit.
3.
Sluit vervolgens de SSP-300 aan op uw eindversterker(s). Sluit de uitgangen “Main Outputs” van de SSP-300 aan op de corresponderende ingangen van de verschillende versterkerkanalen. Goed opletten dat u ze niet door elkaar gooit. Van vooral het subwooferkanaal (“SUB”) moet u zich overtuigen dat dat signaal ook daadwerkelijk naar een actieve subwoofer gaat, de extreem lage frequenties die van een subwooferuitgang komen kunnen luidsprekers die daarvoor niet geschikt zijn lelijk beschadigen.
4.
Nadat u zich er nogmaals van heeft overtuigd dat de versterkers inderdaad uit staan of in standby, kunt u de luidsprekers gaan aansluiten. Besteedt vooral aandacht aan de fase van de luidsprekers. Sluit altijd rood (+) op rood aan en altijd zwart (–) op zwart aan.
17
5.
Nu kan u pas uw SSP-300 en de aangesloten versterkers aanzetten. Weet dat als u de processor voor het eerst aanzet het wel zo’n 90 seconden duurt voordat hij bedrijfsklaar is. Gedurende die tijd flikkert het blauwe lichtje in de standbytoets. Na ongeveer 45 seconden laat het bedieningsscherm “initializing, please wait...” zien. Is de SSP-300 klaar met zijn procedure dan blijft het blauwe lichtje branden en schakelt hij zich in standby. Met een eenvoudige aanraking van het bedieningsscherm wekt u de SSP-300. Het scherm vertoont nu gedurende 15 seconden een blauw scherm met het woord “initializing”.
6.
Sluit nu de bijgeleverde meetmicrofoon aan op de ingang “MIC” op de achterkant van de SSP-300 en gebruik de auto-calibrate functie van de SSP-300 om de “eerste stappen” af te sluiten. U vindt de auto-calibrate functie van de SSP-300 door de volgende “toetsen” van het bedieningsscherm te gebruiken: • Volgorde: MENU/system setup/speakers/position 1/autocalibration • druk dan op “auto levels” (en wacht tot het einde van de procedure) • druk tenslotte op “auto delays” Houd de microfoon op armlengte, rechtop zodat hij zich ongeveer bevindt op hoofdhoogte op de plek van de luisterpositie en gericht naar het plafond. Roze ruis (op laag niveau) begint nu te klinken uit de linker voorluidspreker en zal langzaam steeds harder worden. De SSP-300 genereert dit geluid, luistert vervolgens naar zijn eigen microfoon en zal het niveau steeds verhogen tot op de luisterplek een geluidsdruk van 75dB is bereikt. Op deze wijze test de SSP-300 alle speakers op de bekende volgorde tot alle luidsprekers een niveau van 75dB hebben bereikt. Even speciale aandacht voor de subwoofer We hebben ontdekt dat, afhankelijk van de akoestische omstandigheden, deze automatische afstandsinstelling voor de subwoofer mislukt of slechte resultaten oplevert. Is dat bij u het geval probeer dan één van de volgende oplossingen: Was tijdens de eerste doorgang het niveau van de subwoofer erg laag, zet hem dan iets luider zodat hij beter hoorbaar wordt voor de microfoon. Verhoog de kantelpuntfrequentie van de subwoofer (in het Audio Setup Menu) of zet het subwooferfilter helemaal uit (een handeling die de kantelpuntfrequentie niet meer van betekenis maakt). Als dit allemaal niet mocht baten dan zal u de afstand zelf moeten instellen via het “Distance Setup Menu” Extra informatie: Als u naar aanleiding van bovenstaande opmerkingen het niveau en de afstand van de subwoofer met de hand wilt gaan maken, blijven de instellingen van de andere luidsprekers gehandhaafd. Het beste is, om voor een optimaal resultaat, na de auto-calibratiefunctie alle luidsprekerniveaus en afstanden handmatig optimaal bij te stellen.
18
7.
Neem rustig de tijd om deze gebruiksaanwijzing door te nemen. Om het uiterste uit uw nieuwe surroundprocessor te kunnen halen, is het belangrijk dat u vertrouwd raakt met al zijn mogelijkheden. (Als [verstandig] alternatief kunt u natuurlijk ook al dit werk door uw leverancier laten doen en dus al deze technische rompslomp aan professionals overlaten.) Voorbeeld: de standaardinstelling van het lagetonenbeheer van de SSP-300 is om uit ieder kanaal het laag te verwijderen beneden 80Hz en dit toe te voegen aan het subwooferkanaal. Dit is een vrij veilige keuze, daar maar weinig luidsprekers die van het SSP-300 kaliber zijn gestrest zullen raken bij deze instelling. Echter, deze instellingen zouden wel eens niet optimaal kunnen zij voor uw luidsprekers. In dat geval kan uw Classé-dealer u assisteren bij het optimaal configureren van het “lagetonen beheer” voor uw specifieke situatie.
19
�������
����
����
�������
De Voorkant 1.
De aan/uittoets “STANDBY” met zijn LED indicator Met deze toets op de voorkant kunt u de processor in bedrijf stellen en hem weer uitzetten. Dit is een z.g. standby modus waardoor de processor kan reageren op één van de volgende afstandsbedieningscommandomogelijkheden (t.w. infraroodingang, gelijkstroom trigger, CAN Bus of RS-232). De blauwe LED indicator van de aan/uittoets geeft de status van de processor aan: • • • •
Aan Flikkerend (na het aanzetten) Uit Flikkerend (tijdens gebruik)
= = = =
uit (standby) de processor maakt zich op voor gebruik aan netspanning is buiten de marge
Als u van plan bent de processor een tijdje niet te gebruiken, u gaat b.v. op vakantie, dan raden wij u aan hem van het lichtnet te halen. Doet u dat niet eerder dan dat u de SSP-300 eerst uit (standby) heeft gezet. Omdat bliksem in de buurt van uw huis een enorme energiepuls kan geven aan het lichtnet en daar geen lichtnetschakelaar tegen opgewassen is, is het een goede gewoonte om tijdens onweer al uw apparatuur van het lichtnet te ontkoppelen. Zo’n enorme energiepuls (en dat kan oplopen tot duizenden volts) laat ieder stuk elektronica in rook opgaan, hoe goed ook beveiligd of ontworpen. De beste bescherming tegen hevig onweer is alle apparatuur radicaal van het lichtnet (en vergeet ook de aansluiting op de kabel niet).
20
2.
De toets “MENU” Door op de toets “MENU” te drukken op de voorkant roept u het LCD aanraakscherm op van de SSP-300
3.
Het LCD aanraakscherm De meeste handelingen die u zult verrichten met de SSP-300 zult u doen via het LCD aanraakscherm (en natuurlijk de afstandsbediening). Normaal gesproken zal op dit scherm de meest gebruikte ingangen samen met de “tape”toets getoond worden. Met de toets “MENU” kunt u het menusysteem van de SSP-300 oproepen, welke u controle biedt over de vele kleine instelmogelijkheden die deze processor nog verder in huis heeft zoals: systeemconfiguratie-opties, meerdere schermweergaveopties (zoals de gebezigde taal op het scherm) en nog een paar instelmogelijkheden om de SSP-300 perfect in te kunnen passen in een wat meer ingewikkeld totaalsysteem. Voor meer informatie kunt u het hoofdstuk “Het Menusysteem” elders in deze handleiding raadplegen.
4.
De stiltetoets “MUTE” U kunt uw installatie het zwijgen opleggen middels de toets “MUTE”. Drukt u nogmaals op deze toets dan herneemt de weergave zich weer op het aanvankelijk ingestelde niveau. U kunt het gedrag van de stiltefunctie zelf aanpassen. Hoe u dat moet doen kunt u lezen in het gedeelte “Instellingen van de geluidssterkteregeling” van het hoofdstuk “Het menusysteem” elders in deze gebruiksaanwijzing. Wijzigt u echter tijdens de stiltefunctie het volume (hetzij met de volumeregelaar hetzij met de afstandsbediening), dan wordt de stiltefunctie uitgeschakeld en de geluidssterkte teruggebracht naar nul. Om veiligheidsredenen hebben wij deze maatregel genomen om te voorkomen dat derden tijdens de stiltefunctie het volume gaan opdraaien en daardoor bij het uitschakelen van de stiltefunctie een niet te verstouwen niveau uw luidsprekers ter ziele brengt.
5.
Het infraroodvenster Achter dit venster zitten zowel de infraroodontvanger als -zender verborgen. Normaal gesproken moet de SSP-300 uw afstandsbediening “zien” om met hem te kunnen functioneren. Staat uw SSP-300 echter verborgen in een kast of is anderszins niet waar te nemen voor uw afstandsbediening, dan bieden de IR input aansluitingen op de achterkant samen met een infrarood doorstuursysteem uitkomst. Voor meer informatie betreffende een dergelijk systeem om infraroodsignalen van en naar uw SSP-300 te sturen, refereren wij u aan het hoofdstuk “De Achterkant” of/en eventueel contact op te nemen met uw Classé leverancier. Behalve dat de SSP-300 infraroodsignalen kan ontvangen kan hij ze ook uitzenden om ze te kunnen overbrengen naar leerbare afstandsbedieningen (door derden te leveren). De processor heeft ook een uitgebreide lijst met losse infraroodcommando’s om betrouwbare kettingopdrachten te kunnen creëren. Specifiek zijn er losse codes voor alle opdrachten, die normaal als aan/uitfunctie werken (t.w. een apart “aan” en een apart “standby” commando toegevoegd aan het commando dat tussen deze twee posities laat heen- en weerschakelen).
21
6.
De geluidssterkteregelaar Met de grote knop rechts voorop de SSP-300 kunt u de geluidssterkte van uw installatie regelen. De geluidssterkte is over het gehele bereik regelbaar in stapjes van een 1dB. Bij zeer laag niveau worden de stapjes iets vergroot om het makkelijker te maken om van extreem laag niveau naar normaal luisterniveau te gaan.
22
De Achterkant De tabel hieronder laat de drie types ingangen zien die op de SSP-300 voorkomen en waarvan de uitgangen gebruikt kunnen worden. Een ✔ duidt aan dat er signaal beschikbaar is en een ✘ dat er geen signaal beschikbaar is. Voorbeeld: Met een Component signaal aan de ingang is er een S-Video signaal beschikbaar aan de hoofduitgang (“MAIN”), maar geen opnamesignaal aan uitgangen Rec 1 en 2. Zie, voor verdere informatie betreffende de verschillende in- en uitgangen, de rest van dit hoofdstuk.
⏐ ⏐ ⏐S-Video Out ⏐Main ⏐Rec 1 ⏐Rec 2 ⏐ ⏐Composite Out ⏐Main ⏐Zone ⏐Rec 1 ⏐Rec 2 ⏐ ⏐Component Out ⏐Output ⏐Bypass 1.
⏐ Component ⏐ ⏐ Input ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✔ ⏐
S-Video Input ✔ ✔ ✔
✔ ✔ ✔ ✔
✔ N/A
⏐ Composite ⏐ ⏐ Input ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ✘ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ⏐ ✔ ⏐ ⏐ N/A ⏐
De composiet video-ingangen De SSP-300 heeft vier composietvideo ingangen. Deze voeren het naamkaartje “COMPOSITE VIDEO 1, 2, 3 en 4”. Al deze ingangen vertalen het signaal zowel naar S-Video als naar Component video om op uw tv-scherm (aan de MAIN output) bekeken te kunnen worden. Verbindt de composietvideo uitgang van uw bron op de correcte composietvideo ingang van de SSP-300, met gebruikmaking van topkwaliteits 75Ω videokabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
23
Opgemerkt zij, dat de drie analoge videostandaarden verschillend van kwaliteit zijn: • Component biedt de beste beeldkwaliteit • S-Video is de een na beste • Composiet video biedt de minste kwaliteit Vandaar dat wij u adviseren daar waar mogelijk component-video verbindingen te gebruiken en pas S-Video verbindingen als component-video niet voor handen is. Composiet verbindingen gebruikt u alleen wanneer de andere mogelijkheden ontbreken, of bij minder kritische bronnen (b.v. een VHS videorecorder of wellicht een videospelletje). 2.
De composiet video-uitgangen De SSP-300 is uitgerust met meerdere composiet uitgangen voor verschillende doeleinden. • Op de uitgangen “REC 1” en “REC 2” staat videosignaal bedoeld om opgenomen te worden op b.v. een al dan niet digitale videorecorder. Voor het gemak worden alle inkomende S-VHS signalen omgezet naar composiet om via deze uitgangen opgenomen te kunnen worden. Daar wij aannemen dat u zo af en toe een opname maakt om te bewaren wordt er op deze uitgangen geen scherminformatie meegestuurd. • De uitgang “ZONE” is bedoeld om videosignaal te sturen naar een tweede ruimte binnen uw huis. Daardoor krijgt u de mogelijkheid om in een andere ruimte ook beelden te vertonen en ook nog van een andere bron. (Mocht u daarin geïnteresseerd zijn dan adviseren wij u uw Classé leverancier te informeren over een z.g. “multi-zone” systeem voor uw huis.) Voor het gemak worden ook bij deze uitgang alle inkomende S-VHS signalen omgezet naar composiet om op alle soorten beeldschermen vertoond te kunnen worden. • Op de uitgang “MAIN” staat het videosignaal voor de hoofdruimte (uw thuistheater) en kan eventueel scherminformatie bevatten indien dat wenselijk is. Deze scherminformatie (OSD) is gelijk aan die op het infoscherm van de SSP-300 zelf en kan de bediening in die ruimte aanzienlijk vereenvoudigen.
3.
S-Video ingangen De SSP-300 heeft vijf S-Video ingangen. Deze voeren het naamkaartje “S-VIDEO 1, 2, 3. 4 en 5”. Al deze ingangen vertalen het signaal zowel naar Composiet video als naar Component video om op uw tv-scherm (aan de MAIN output) bekeken te kunnen worden. Verbindt de S-video uitgang van uw bron op de correcte composietvideo ingang van de SSP-300, met gebruikmaking van topkwaliteits S-video kabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
24
Opgemerkt zij, dat de drie analoge videostandaarden verschillend van kwaliteit zijn: • Component biedt de beste beeldkwaliteit • S-Video is de een na beste • Composiet video biedt de minste kwaliteit Vandaar dat wij u adviseren daar waar mogelijk component-video verbindingen te gebruiken en pas S-Video verbindingen als component-video niet voor handen is. Composiet verbindingen gebruikt u alleen wanneer de andere mogelijkheden ontbreken, of bij minder kritische bronnen (b.v. een VHS videorecorder of wellicht een videospelletje). 4.
De S-Video-uitgangen De SSP-300 is uitgerust met meerdere S-video uitgangen voor verschillende doeleinden. • Op de uitgangen “REC 1” en “REC 2” staat videosignaal bedoeld om opgenomen te worden op b.v. een al dan niet digitale videorecorder. Daar wij aannemen dat u zo af en toe een opname maakt om te bewaren wordt er op deze uitgangen geen scherminformatie meegestuurd. • Op de uitgang “MAIN” staat het videosignaal voor de hoofdruimte (uw thuistheater) en kan eventueel scherminformatie bevatten indien dat wenselijk is. Deze scherminformatie (OSD) is gelijk aan die op het infoscherm van de SSP-300 zelf en kan de bediening in die ruimte aanzienlijk vereenvoudigen.
5.
De optische digitale uitgang Met deze optische digitale uitgang kunt u het originele digitale bronsignaal onbewerkt versturen naar een ander apparaat. Een voorbeeld. U heeft nog een meerkanaleninstallatie in uw huis, u kunt nu van deze uitgang het complexe onbewerkte Dolby bitstream-signaal doorsturen naar deze tweede installatie middels slechts een enkele kabel i.p.v. de vijf of zes die u nodig zou hebben als u het signaal analoog over zou moeten brengen. Ook kunt u deze aansluiting gebruiken om digitale opnames te maken. Weet dat deze uitgang functioneert onafhankelijk van het signaal dat is geselecteerd. U mag alleen kopieën maken als u het wettelijk recht heeft dat te doen en dat dat ook uw verantwoordelijkheid is.
6.
De coaxiale digitale ingangen Op deze vier ingangen kunt u digitaal signaal zetten dat voldoet aan de 75Ω S/PDIF digitale verbindingsnorm (de verbindingen komen tot stand middels 75Ω kabels uitgerust met de bekende cinchpluggen) van b.v. een digitale satellietontvanger, cd-speler, dvd-speler of andere digitale bron. Verbindt de 75Ω S/PDIF uitgang van uw bron op één van deze ingangen, met gebruikmaking van een topkwaliteits 75Ω kabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
25
7.
De optische digitale ingangen Op deze twee ingangen kunt u digitaal signaal zetten dat voldoet aan de EIAJ digitale verbindingsnorm (ook wel Toslink™ genoemd) van b.v. een digitale satellietontvanger, cd-speler, dvd-speler of andere digitale bron. Verbindt de optische uitgang van uw bron op één van deze ingangen, met gebruikmaking van een topkwaliteits Toslink verbindingskabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
8.
De AES/EBU digitale ingang Op deze ingang kunt u digitaal signaal zetten dat voldoet aan de professionele 110Ω AES/EBU digitale verbindingsnorm (de verbindingen komen tot stand middels 110Ω kabels uitgerust met de professionele XLR-pluggen) van b.v. een digitale satellietontvanger, cd-speler, dvd-speler of andere digitale bron. Verbindt de AES/EBU uitgang van uw bron op de AES/EBU ingang van de SSP-300, met gebruikmaking van een topkwaliteits AES/EBU 110Ω verbindingskabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren. De penbezetting van de AES/EBU XLR plug is als volgt: Pen 1: Signaal aarde Pen 2: Digital + (niet gekeerd) Pen 3: Digital – (gekeerd) Buitenkant plug: chassis aarde. Deze penbezetting komt overeen met de standaard zoals aangenomen door de AES; de “Audio Engineering Society” en de EBU; de “European Broadcast Union”. Gebruikt u een bron van een ander merk, maar wel met een AES/EBU uitgang, kijk dan even in zijn gebruiksaanwijzing of de penbezetting dezelfde is als van de SSP-300. Komt die niet overeen, laat dan uw leverancier de plug(gen) correct omsolderen.
9.
De Classé “CAN Bus” bedieningspoorten Deze RJ-45 aansluitingen zijn gereserveerd voor toekomstige bedienings- en com municatietoepassingen, die gebruik maken van de met Classé Audio’s toegeruste “Controller Area Network” (CAN) Bus specificatie.
10.
De RS-232 bedieningspoort Deze DB-9 poort dient twee doelen: • de mogelijkheid bieden om nieuwe software te kunnen “downloaden” mocht die ooit verschijnen voor deze processor. • voor afstandsbediening van deze processor in systemen als van i-Command, AMX™ en Creston™ Voor meer informatie over dergelijke grote afstandsbedieningssystemen moet u even contact opnemen met uw leverancier, hij weet er waarschijnlijk alles van.
26
11.
De infrarood ingangen “MAIN” en “ZONE” Uw Classé surround-processor is ook uitgerust met twee 3.5mm mono mini jackplugaansluitingen voor gebruik met een infrarood afstandsbedieningssysteem. De “IR” commando’s zijn b.v. voor het aan/uitzetten van deze processor, maar zijn ook vaak losse commandocodes voor dezelfde opdrachten. Deze losse codes worden gebruikt in z.g. macro’s om de processor te kunnen bedienen in uitgebreide geavanceerde afstandsbedieningssystemen, die het dan ook mogelijk maken de SSP-300 te gebruiken in grote complexe opzetten. De SSP-300 heeft twee gescheiden afstandsbedieningsingangen, één voor de hoofdinstallatie (“MAIN”) en één voor de bediening van de tweede ruimte (genaamd “ZONE”). De commando’s gegeven aan één bepaalde ingang zullen dan ook geïnterpreteerd worden als zijnde bedoeld voor die sectie van de SSP-300. Als u bij voorbeeld de ingangskeuze voor de tweede ruimte wenst te veranderen naar dvd dan zal dat commando binnenkomen op de ingang “ZONE IR IN” en alleen voor de tweede ruimte (“ZONE”) zal de bronkeuze naar dvd worden gewisseld, daarbij het hoofdsysteem (“MAIN”) ongemoeid latend. Om het mogelijk te maken complexe, vlekkeloos werkende macro’s (kettingcommando’s) te kunnen creëren, is de lijst met commando’s vrij uitgebreid. Bent u geïnteresseerd in deze materie dan raden wij u sterk aan eens met uw Classé deskundige te gaan praten. Deze processor is ontworpen om te reageren op afstandsbedieningssignalen met een spanning van 5 volts (gelijkspanning), met de tip van de plug zijnde de “plus” t.o.v. de rest van de schacht.
Extra informatie: De Classé Delta serie infraroodingangen reageren op een “idle-high, active-low” signaal. Laat dat de leverancier weten als u een afstandsbedieningssysteem van een ander merk wilt aanschaffen. 12.
De “DC Trigger” uitgangen Vele audio/video apparaten kunnen een gelijkspanningssignaal afgeven aan andere aangesloten apparatuur om daarmee een bepaald gedrag bij ze te veroorzaken. De twee 3.5mm mini-jackplugaansluitingen genaamd “TRIGGER OUT 1 en 2” zijn onafhankelijk in te schakelen voor meerdere doeleinden zoals omschreven in het hoofdstuk “Het Menusysteem”. U kunt uw leverancier b.v. “TRIGGER OUT 1” zo laten programmeren dat de SSP-300 een aangesloten Classé eindversterker aan en uit kan schakelen. Op de triggeruitgangen staat een spanning van 12V (gelijkspanning) en kan 100mA aan stroom leveren. De plug wordt als op de hier onderstaande tekening aangesloten.
27
13.
De microfooningang De microfooningang op de achterzijde van de SSP-300 wordt gebruikt tijdens het automatisch inregelen van het systeem. Voor een snelle inregeling, sluit u de bijgeleverde microfoon aan op deze ingang en volgt u de procedure die uitgelegd wordt in het hoofdstuk “De eerste Stappen” eerder in deze gebruiksaanwijzing. Voor meer gedetailleerde informatie raadplege men het hoofdstuk “Het Menusysteem” verderop in deze gebruiksaanwijzing.
14.
De analoge audio-ingangen (stereo) Deze cinchaansluitingen zijn om op conventionele wijze analoge bronnen aan te sluiten (rood rechts, wit links) zoals tuners, cd-spelers, opnameapparatuur enz. Deze bronnen kunnen gekozen worden door aanraking van de betreffende toets op het hoofdbedieningspaneel van het scherm op de voorkant van de SSP-300. Voor het beste resultaat bevelen wij u aan om kwaliteits afgeschermde kabels te gebruiken. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
15.
De analoge audio-uitgangen (stereo) De SSP-300 is uitgerust met vier paar analoge stereo uitgangen. “REC 1”, “REC 2”, en “REC 3” kunnen meerdere opname/weergave apparaten ten dienste staan (zoals het geluidsgedeelte van een video- of dvd-recorder , of een typisch audio opnameapparaat zoals een cd-brander of een cassettedeck). Op de uitgang “ZONE” staat een zelfstandig te kiezen audio-signaal bedoeld voor een tweede ruimte in uw huis, volkomen onafhankelijk te beluisteren van de bronkeuze voor de hoofdluisterruimte. Vindt u dit een interessant gegeven dan raden wij u aan eens met uw Classé-adviseur te gaan praten over deze materie.
16.
De 7.1 analoge audio-ingang We hebben gezorgd voor een 7.1 analoge ingang om een SACD en/of DVDAudio-speler aan te kunnen sluiten. Om redenen van kopieerrechten is het niet toegestaan een hoogwaardige digitale uitgang voor dit signaal te maken. Daarvoor in de plaats worden hoogwaardige analoge uitgangen gebruikt. Om de zuiverheid van het oorspronkelijke signaal niet aan te tasten worden in de SSP-300 deze signalen door de processor heengeleid zonder dat ze op de één of andere wijze worden bewerkt. Wanneer deze ingang wordt gekozen kunt u alleen nog maar de geluidssterkte regelen (inclusief de individuele kanaalinstellingen voor een correcte balans onderling).
17.
De 7.1 analoge audio-uitgang De asymmetrische verbinding met cinchpluggen is het meest verbreid in audioland. Indien goed toegepast en met gebruikmaking van hoge kwaliteits verbindingskabels, kan deze audiostandaard een excellente prestatie neerzetten. Classé heeft buitengewone inspanning gedaan om deze asymmetrische uitgangen van uw processor optimaal te maken. Voor het beste resultaat bevelen wij u aan om kwaliteits afgeschermde kabels te gebruiken tussen de SSP-300 en uw eindversterker(s). Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
28
18.
De component video in- en uitgangen De SSP-300 is uitgerust met drie sets component video ingangen: “COMPONENT INPUT 1, 2, en 3” Verbind de component video uitgangen van uw bron op de correcte set component video ingangen van de SSP-300, met gebruikmaking van topkwaliteits 75Ω videokabel voor optimaal resultaat. Uw Classé leverancier kan u bij die keuze adviseren.
Extra informatie:
Omdat composiet en S-video alleen standaard geïnterlinieerde televisienormen ondersteunt (480 lijnen in NTSC landen en 525 lijnen in PAL en SECAM landen) moeten volbeeldaftasting (progressive scan) en HDTV videobronnen altijd via component video verbindingen op elkaar aangesloten worden. HDTV component videosignalen worden door de SSP-300 niet “naar beneden omgezet” voor composiet of S-video weergave. Let er goed op dat u de drie verbindingen juist maakt: • Y staat voor luminantie (dit signaal vertegenwoordigt de zwarte en witte delen van het beeld) en wordt gewoonlijk aangegeven met een groene code op de pluggen. • Pr staat voor het “roodverschil” (R-Y: het verschil tussen het luminantie- en het roodsignaal) wordt ook wel Cr genoemd. Dit signaal wordt aangegeven met de kleur rood op de pluggen. • Pb is het “blauwverschil” (B-Y: het verschil tussen het luminantie- en het blauwsignaal) wordt ook wel Cb genoemd. Dit signaal wordt aangegeven met de kleur blauw op de pluggen. Uw Classé leverancier kan u bij de kabelkeuze adviseren. Nogmaals opgemerkt zij, dat de drie analoge videostandaarden verschillend van kwaliteit zijn: • Component biedt de beste beeldkwaliteit • S-Video is de een na beste • Composiet video biedt de minste kwaliteit Vandaar dat wij u adviseren daar waar mogelijk component-video verbindingen te gebruiken en pas S-Video verbindingen als component-video niet voor handen is. Composiet verbindingen gebruikt u alleen wanneer de andere mogelijkheden ontbreken, of bij minder kritische bronnen (b.v. een VHS videorecorder of wellicht een videospelletje). Op de component video uitgang (output) staat het geselecteerde videosignaal uw tv-ontvanger in het component videoformaat ter beschikking, ongeacht hoe dat signaal aan de SSP-300 wordt aangeboden. Dat houdt tevens in standaard en hoge definitie videosignalen. Om het ook hier eenvoudig te houden worden alle standaard componentsignalen omgezet naar S-video en composiet video voor eventuele weergave via deze uitgang. Tijdens de weergavewijze “BYPASS” is de schermweergave, om het component videosignaal in takt te houden, niet beschikbaar.
29
19.
De hoofdschakelaar De hoofd aan/uitschakelaar zit rechts op het achterpaneel van de SSP-300 naast de aansluiting voor het netsnoer. Zet u deze schakelaar op “ON” (aan) dan zet u de processor in standby. Als u de SSP-300 wilt uitzetten met deze schakelaar dan moet hij eerst in de standby modus gezet worden.
Gevaarlijk!
Potentieel gevaarlijke spannings- en stroompunten bevinden zich in uw processor zelfs wanneer hij uitstaat en van het lichtnet ontkoppeld is. Doe dus ook geen pogingen het apparaat te openen. Nogmaals: binnenin bevinden zich geen onderdelen die geacht worden door de gebruiker onderhouden te worden. Bij problemen: ga naar uw Classé leverancier, hij kan er mee omgaan. 20.
30
De lichtnetaansluiting De bekende Euro netkabel wordt voor de SSP-300 gebruikt om hem te kunnen activeren. Doe de (meegeleverde) kabel in de netingang en de andere steker in een wandcontactdoos.
De afstandsbediening
STANDBY LIGHT
INFO
THX
NIGHT
DISPLAY
MODE
VOL INPUT SEL. MUTE
VOL TAPE
HOME
SETUP
� �
Uw nieuwe surround-processor wordt geleverd met een veelzijdige afstandsbediening, welke zowel de SSP-300 zelf als verschillende functies van andere apparaten op het Classé gebaseerde systeem kan bedienen. We hebben de toetsen naar hun functie logisch gegroepeerd. 1.
� �
• LIGHT. Met deze toets schakelt u de achtergrondverlichting aan van de afstandsbediening voor een betere zichtbaarheid onder donkere omstandigheden. Na enige momenten van inactiviteit schakelt de verlichting automatisch uit. • INFO. Met een druk op deze toets wordt u meteen naar het statusscherm van het LCD menusysteem gevoerd. U krijgt dan informatie te zien over de SSP300 en waar hij op dat moment mee bezig is. • DISP. (staat voor display). Met deze toets kunt u in drie standen de helderheid van de verlichting instellen van het infoscherm van de SSP-300. • STANDBY. Met deze toets kunt u de SSP-300 aan- en uitzetten.
ENTER
ZONE
F1
TRIM
F2
F3
De Basisfuncties Dit deel langs de bovenkant van de afstandsbediening behelst een groep van vier toetsen die de basisbediening vormen van de SSP-300.
F4
2.
De audio bewerkingstoetsen Met de volgende rij van drie toetsen bepaalt u hoe de SSP-300 het audiosignaal gaat bewerken. • Met de toets “THX” gaat u langs de beschikbare THX bewerkingswijzen (dat zijn: THX Movie, THX Music en THX off (uit). De keuze is afhankelijk van het soort signaal dat aangeboden wordt). Dit is een makkelijke en snelle manier om, waar de SSP-300 ook mee bezig is, de THX weergavewijze van uw keuze direct te kunnen inschakelen. • Met de toets “Night” (nacht) kunt u zonder de buren uit hun slaap te houden Dolby Digital films afspelen. Deze speciale weergavewijze kunt u met deze toets aan- en uitzetten. • Met de toets “MODE” roept u het weergavewijzekeuzemenu op, waarmee u op een snelle en eenvoudige wijze kunt kiezen uit de vele surround weergavewijzen die de SSP-300 te bieden heeft. Gebruik de pijl om op en neer door de lijst te gaan en te kiezen en bevestig uw keuze door op de toets “ENTER” te drukken.
3.
De toetsen voor de geluidssterkteregeling De toetsen “VOL▲”, “VOL▼” en “MUTE” (Stilte) doen wat u van ze verwachten kunt.
4.
De bronkeuzetoetsen “INPUT SEL” • Met deze toetsen, één met een pijl naar boven en één met pijl naar gericht, kunt u de respectievelijke actieve ingangen van de SSP-300 in werking stellen. Heweft u ingangen die u niet gebruikt, dan adviseren wij u deze uit te schakelen teneinde om op een snellere en eenvoudigere wijze die bronnen te kunnen inschakelen die u wel gebruikt,. (Zie hiervoor het onderwerp “Het Menusysteem” elders in deze gebruiksaanwijzing.) • Met de toets “TAPE” kunt u heen en weer schakelen tussen de bron naar waar u aan het luisteren bent en de uitgang van het opname/weergaveapparaat op de SSP-300 aangesloten. Als u aan het opnemen bent met een apparaat met een z.g. “naband” afluistermogelijkheid (b.v. een driekoppencassettedeck), bent u dus in staat de kwaliteit van de opname te vergelijken met die van het origineel tijdens de actuele opname.
31
5.
De navigatie- en menutoetsen Op het centrale deel van de afstandsbediening vindt u de navigatietoetsen. De opstelling van deze toetsen toont overeenkomst met die van de afstandsbediening van een dvd-speler en wordt hier gebruikt om door het menusysteem te gaan van de SSP-300. De vier toetsen rondom de navigatietoetsen, zijn om direct in bepaalde menuschermen te kunnen komen. • p/q/t/u Met deze vier toetsen kunt u door een scherm manoeuvreren om een bepaald onderdeel te kunnen selecteren, van boven naar beneden en van links naar rechts vanuit uw luie stoel. • Met de toets “ENTER” bevestigt u de gemaakte keuze en heeft hetzelfde effect als wanneer u deze toets gebruikt op het aanraakscherm. • Met de toets “SETUP” komt u in het scherm van de systeemstructuur. Vanuit dit scherm kunt u weer in andere schermen komen betreffende de instelling van de geluidssterkte en de ingangen van de aangesloten bronnen, de luidsprekerconfiguratie- en calibratie, het samenstellen van binnenweggetjes voor veelgebruikte functies, om ze vlotter te kunnen bedienen alsmede het programmeren van de SSP-300’s trigger-aan/uitfuncties. • “HOME”. Eén druk op deze toets brengt u weer terug naar het uitgangsscherm van het menusysteem van de SSP-300 en u ziet dan vier toetsen (source, video preview, modes en control). Op deze wijze kunt op een snelle manier weer terugkeren naar de basisbediening, hoe diep u ook zit in het menusysteem. • “TRIM”. Deze toets brengt u direct naar het “system trims” scherm. Op het aanraakscherm van de SSP-300 of middels de afstandsbediening kunt u de relatieve geluidssterkte van de speakers naar wens instellen. Gebruik de toets “ENTER” om de toe te passen toets te activeren. • Met de toets “ZONE” brengt u het bedieningsmenu van de tweede ruimte in beeld en kunt instellingen, de bronkeuze en de geluidssterkte van die ruimte wijzigen.
6.
Extra informatie:
32
De F1/F2/F3/F4 toetsen Met deze toetsen kunt u aspecten van de SSP-300 bedienen die niet door de andere toetsen van de afstandsbediening gedaan worden. U bent b.v. in staat om te bepalen wat de SSP-300 moet doen als hij een signaal binnenkrijgt via een bepaalde F-toets. De lijst met mogelijkheden is vrij uitgebreid en kunt u vinden in het hoofdstuk “Het Menusysteem”. De F-toetsen van alle Classé afstandsbedieningen zenden dezelfde infrarood commando’s uit. Dit voorkomt de ergernis van het zoeken naar de juiste Classé afstandsbediening.
Het begrip “Surround Sound” Bij de tegenwoordige surround-apparatuur schijnt u overladen te moeten worden met veel, meer dan verbijsterende technieken en nieuwe onbegrijpelijke afkortingen. In dit hoofdstuk proberen wij u wat basisbegrippen bij te brengen over wat al dat vakjargon nu eigenlijk betekent. Aan het eind zult u beter beslagen ten ijs zijn om alle voordelen te kunnen plukken die een uitgebreid geluidssysteem u te bieden heeft. hoeveel kanalen?
Aan de tegenwoordige surroundsystemen wordt gevraagd om geluidssporen weer te geven waar informatie op staat om verdeeld te worden over één tot zeven kanalen. Hier volgen wat voorbeelden: • U wilt kijken naar Casablanca of The Wizard of Oz (beide films met mono geluid dus met maar één geluidsspoor) • U wilt luisteren naar een stereo cd-schijfje (slechts twee geluidssporen) • U wilt kijken naar de originele Star Wars film met de originele Dolby Pro Logic geluidsregistratie (vierkanalen informatie verkregen uit twee geluidssporen) • U wilt naar een moderne film kijken, in 5.1 registratie (dat betekent vijf volkomen verschillende over het volledige frequentiespectrum werkende geluidssporen voor de voor- en achterkanalen, plus een speciaal effectkanaal voor de lage frequenties [de .1 in 5.1 en ook wel LFE genaamd]) Uw nieuwe processor doet al deze taken, zonder verblikken of verblozen, hij schakelt automatisch over naar de taak die hij moet verrichten zodra hij de aard van het binnenkomende signaal ontdekt heeft. Een enkele keer echter is het aan u om een keuze te maken uit de verschillende verwerkingsmethodes. Voorbeeld: dvd-schijfjes hebben vaak meerdere geluidssporen, met wellicht een variërend aantal kanalen of zelfs verschillende talen. Nu kunt u, d.m.v. het menu van het dvd-schijfje zelf, kiezen welke van die mogelijkheden u wenst te horen. Daarom is het handig voor u om te weten wat het taalgebruik van dergelijke menu’s nu eigenlijk voorstelt. De meest voorkomende mogelijkheden laten we de revue passeren.
matrixweergave of totaal gescheiden weergave?
Toen filmmakers lang geleden meer wilden dan simpel stereogeluid (slechts één linker en één rechter kanaal) hadden ze een probleem: de gehele infrastructuur van de cinemawereld was gebaseerd op stereo. Een firma, genaamd Dolby, werd de reddende engel door een geluidssysteem te introduceren dat ze “Dolby Surround” noemden. Een systeem waarbij in de twee bestaande kanalen nog twee extra kanalen werden verscholen en deze verborgen informatie kon er, en nog redelijk precies ook, met een speciaal stuk elektronica weer uitgehaald worden. Deze techniek waarbij de kanalen bij elkaar worden gebracht, met de bedoeling ze later weer te scheiden, noemen we matrix (de)codering. Het nadeel van deze matrixmethode is natuurlijk overduidelijk: het is gewoon een schier onmogelijke taak om twee dingen die je bij elkaar gemixt hebt weer perfect uit elkaar te halen. Als je eenmaal een cake hebt gebakken, is het ook onmogelijk later de eieren en het meel weer terug te krijgen.
33
Vandaag de dag echter wordt het geluid van een film in volkomen gescheiden geluidssporen opgenomen. Dat betekent dat ieder kanaal volkomen onafhankelijke informatie ontvangt t.o.v. de andere kanalen. Dit is dus een veel wenselijker situatie, omdat de filmmakers nu de kwaliteit van uw filmbelevenis veel creatiever kunnen sturen. Ook muzikanten zijn gelukkiger met deze methode van registreren, het stelt ze namelijk in staat de plaatsing van instrumenten en stemmen veel nauwkeuriger te bepalen om het gewenste effect te bereiken. Een heel leger aan meerkanalen methodes staat ter uwer beschikking. Hier hebben wij voor u een overzicht gemaakt van de mogelijkheden. de meerkanaalsformaten
Methode analoog stereo
# Kanalen 2
Gescheiden? ja
6–8
ja
4
matrix
1.0 – 5.1
ja
6.1
de meeste wel
1.0 – 5.1
ja
DTS-ES Matrix
6.1
de meeste wel
DTS-ES Discrete
6.1
ja
meerkanalen
Dolby-Surround Pro Logic
Dolby Digital (AC-3) Dolby Digital EX
DTS
Processormogelijkheden achteraf
Opmerkingen op bijna alle bronnen toegepast: tapedecks cd-spelers enz. gebruikt een meerkanalen analoge ingang wordt gebruikt bij SACD en DVD-Audio het originele matrix (de)coderingssysteem vier kanalen worden in twee kanalen “geperst” en later weer gescheiden teruggewonnen de meest gebruikte meerkanalen registratiemethode, bij HDTV, DVD enz. alleen het middenachterkanaal is op matrixwijze verstopt in het linker en rechter surroundkanaal vergelijkbaar met Dolby Digital, er wordt alleen een andere techniek gebruikt alleen het middenachterkanaal is op matrixwijze verstopt in het linker en rechter surroundkanaal alle 6.1 kanalen zijn gescheiden
Als de SSP-300 eenmaal het signaal heeft vertaald wordt het u op de juiste wijze aangeboden, u heeft echter nog wat mogelijkheden om het geluid nog wat naar uw hand te zetten. Op dit punt wordt de materie wat verwarrend. De belangrijkste taak van een geluidsprocessor is het terugbrengen van de verschillende kanalen waarvan het de bedoeling is dat u ze kunt beluisteren in uw woonkamer. Dat kan een enkel (mono) kanaal zijn, de geluidssporen van een Dolby Digital Surround EX film met 6.1 kanalen of alles daartussen. Dit signaal kan worden aangeboden via een satellietontvanger, een kabeltuner of een eenvoudig dvd-schijfje. Simpel gesteld, opdracht één voor een processor is zoveel kanalen af te leveren als geregistreerd staan en dat zo accuraat en natuurgetrouw mogelijk. Als hij dat echter gedaan heeft is het wellicht zinnig om achteraf nog wat bewerkingen op het geluid los te laten. Vandaar de uitdrukking: nabewerking.
34
Voorbeeld: Geluid bij films wordt gecreëerd in een zeer vergaand gestandaardiseerde omgeving om een zo perfect mogelijke weergave in een grote bioscoop te kunnen realiseren. Akoestisch gezien is uw leefruimte uiteraard heel wat anders dan waar deze geluidssporen voor gemaakt zijn. Daarom is het zinnig dat u aan het verschil tussen de bedoelde omgeving (een bioscoop) en de eigenlijke omgeving (uw luisterruimte) iets zou willen doen. De compensatie die u daarvoor nodig hebt wordt u aangereikt middels THX Ultra 2. THX Ultra 2 werkt in combinatie met alle andere meerkanaalformaten op de vorige bladzijde beschreven: Dolby Surround, Dolby Digital, DTS en ga maar door. Overweeg altijd het te gebruiken als u een film gaat bekijken die eigenlijk voor vertoning in een bioscoop is bedoeld, of deze film nu komt van een dvd-schijfje, televisie-uitzending of welk medium dan ook. Hier volgt een lijst van nabewerkingmogelijkheden die uw SSP-300 te bieden heeft. bij meerkanaalformaten
Bewerkingsmethode Dolby Pro Logic
DTS Neo:6
THX Ultra 2 Cinema
THX Ultra 2 Music
Extra Informatie
Beschrijving Een verbeterde versie van de oorspronkelijke Pro Logic matrixmethode, met een duidelijk waarneembaar betere scheiding tussen de kanalen en breder inzetbaar voor zowel Dolby Surround gecodeerde films als niet gecodeerde muziekopnames. Luister eens naar een cd-opname met Dolby Pro Logic II geactiveerd, u zult verbaasd staan over het multikanaaleffect van deze tweekanalen opname. Qua concept werkt DTS Neo:6 hetzelfde als Dolby Pro Logic II. De subjectieve waarneming vertelt echter toch wat anders. De meeste mensen houden van de één of van de andere techniek. Dus adviseren wij u ze beide te proberen. Het blijkt dat de beide methodes toch een heel verschillende invloed hebben op bepaalde opnames. Gebruik de techniek die u het beste vindt. Experimenteer met Neo:6 bij weergave van gewone (stereo) cd’s en andere stereo muziekbronnen. Ooit, in 1991, zette THX de standaards voor topklasse theaterweergave thuis. THX Ultra 2 Cinema is de laatste incarnatie van die technologie, bedoeld om uw filmgenoegen te vergroten met weinig extra ongemakken. Gebruik deze bewerkingsmethode voor alle films die oorspronkelijk bedoeld zijn voor bioscoopvertoning, maar ook voor die tv-programma’s die wat aan de heldere kant klinken, waarschijnlijk waren deze films in theaterstudio’s afgemixt. De noden voor een optimale weergave van meerkanalige muziekopnames zijn wat verschillend van die van filmopnames. Deze nabewerkingnoden worden u hierbij aangeboden en zijn een grootse wijze om iedere (meerkanalen)muzieksessie mee te beginnen.
Weergave middels THX Ultra 2 eist de aanwezigheid van echte achterluidsprekers, dus naast de gekende “surroundluidsprekers”. Deze luidsprekers worden gevoed met de resultaten van de toegepaste THX ASA techniek, ter verbetering van het totale kwaliteitsniveau, maar in het bijzonder voor het bereiken van een mooi aaneengesloten surround geluidsbeeld.
35
De SSP-300 in gebruik We hebben de SSP-300 uitgerust met een heel handig en veelzijdig LCD bedieningsscherm, waarmee u het apparaat tijdens het normale gebruik kunt bedienen (maar ook via een heel handelbaar menusysteem de minder gebruikte functies). Ondanks dat de bediening nogal intuïtief is, is het systeem op zich toch vrij veel omvattend. Dit hoofdstuk van de gebruiksaanwijzing echter leert u omgaan met het aanraakscherm als instrument voor de bediening van de SSP-300 in het dagelijks gebruik. Met het hoofdmenu, “home”, kunt u op eenvoudige wijze bij de meest basale functies van de processor komen t.w. de ingangskeuze en de weergavewijze. Het scherm biedt u ook de mogelijkheid om datgene wat u wilt gaan zien eerst te bekijken (“preview”) voordat u het doorgeeft aan het eigenlijke hoofdscherm en het maakt functies die u veel gebruikt makkelijk bereikbaar. Tenslotte laat het scherm zowel grafisch als numeriek de stand van de volumeregelaar zien. de ingangskeuze
Als u drukt op één van de brontoetsen van het aanraakscherm zal de corresponderende ingang geactiveerd worden. Rechtsboven in het scherm ziet u de toets “MORE” dat is een tweede pagina, met nog eens zes ingangen, totaal dus twaalf. Heeft u niet zoveel bronnen in uw systeem, dan kan u ervoor kiezen ieder niet gebruikte ingang uit te schakelen. Als u dat doet dan verdwijnen ook hun toetsen van het scherm en wat er niet is kan ook niet in de weg zitten. Heeft u minder dan zes bronnen dan verschijnt de paginaverwijzing “MORE” (hierboven vernoemd) ook niet meer in het scherm. Raadpleeg het hoofdstuk “Het Menusysteem” voor meer informatie over het verwijderen van ingangen.
36
de keuze van de wijze van weergeven
Terwijl het mogelijk is voor iedere individuele ingang een bepaalde weergavewijze in te stellen, kan het zich voordoen dat u wellicht voor een andere mogelijkheid wilt kiezen. Voorbeeld: U wilt naar een film gaan kijken uit de veertiger jaren, dan wilt u deze film waarschijnlijk ook horen met het originele monogeluid (met gebruikmaking van slechts de middenluidspreker). Drukt u op de toets “MODE” dan krijgt u een hele rollijst van surroundmogelijkheden te zien.
Als u nu vervolgens op één van de twee pijlen drukt rolt de lijst zich af in de gestelde richting. Ziet u de gewenste surround weergavewijze dan hoeft u deze alleen maar aan te raken; de SSP-300 verandert dan meteen van bewerkingswijze om aan uw nieuwe wens tegemoet te komen. U kunt nu drukken op de toets “back” linksboven of u doet niets omdat na enige tijd het scherm toch weer terugkeert naar het thuismenu. vooruitblik
Met de toets “video preview” op het thuismenu kunt u de bron die u wenst te gaan gebruiken eerst bekijken op het LCD-schermpje zelf. Zo kunt u b.v. eerst de gewenste scène opzoeken of de kopijrechtwaarschuwingen overslaan zodat uw “publiek” alleen dat te zien krijgt waar u ze voor heeft uitgenodigd. Om de vooruitblik te bewerkstelligen drukt u op de toets “video preview” van het thuismenu en drukt u vervolgens op de toets van de videobron waarvan u een vooruitblik wenst te bekijken. Als het gegeven “voorstaat” en uw publiek is er klaar voor, kies dan de bron zoals u dat altijd doet in het hoofdkeuzemenu (main source select). Weet dat de preview-functie niet werkt bij weergave van volbeeld afgetast (progressive scan) programmamateriaal zoals 480p en 525p en HDTV programmamateriaal bij 720p en 1080i.
de bedieningstoetsen
In het menu “controls” kunt u een hele variëteit aan processor-functies instellen, zoals: het bijregelen van geluidsniveaus, vertragingstijden enz. bediening van de tweede ruimte en het kiezen van uw favoriete luisterplek.
U moet wel weten dat dit allemaal tijdelijke instellingen zijn net zoals het instellen van de geluidssterkte. Wilt u een instelling definitief veranderen, door bij voorbeeld verwisseling van apparatuur dan moet u dat in het “Speaker Setup Menu” doen en niet hier.
37
individuele kanaalregeling
Met de individuele kanaalregeling “System Trims” kunt u diverse parameters van de bediening van de SSP-300 instellen, mocht dat nodig zijn voor specifieke opnames.
• “level trims” Dit is een mogelijkheid om de balans tussen de kanalen onderling bij te regelen. Voorbeeld: U wilt het niveau van de middenluidspreker wat opvoeren omdat de dialoog van een bepaalde film moeilijk te verstaan is. • Met “audio delay” kunt u de “lipsynchroniteit” herstellen bij films waar het beeld wat achter loopt op het geluid. (U moet wel weten dat de gevoeligheid voor dit verschijnsel voor ieder mens nogal varieert). Af en toe zal u een dvd-schijfje tegenkomen met dit verschijnsel, dit komt door onoplettendheid tijdens de “mastering” van het schijfje. Heeft u het probleem vaak dat moet u een specifieke vertragingsinstelling maken voor die bepaalde ingang in de systeemstructuur (“System Setup Menu”); is het echt dvd-schijfje gerelateerd dan moet u de instelling hier maken. • De “Dolby late night” weergavewijze is een heel intelligente manier van temperen van het dynamisch bereik van Dolby Digital opnames. Heel handig wanneer u ’s avonds laat een heftige film wilt bekijken, maar u zich dan toch wel wat zorgen moet gaan baren over de relatie met de rest van de familie en natuurlijk uw buren, omdat ze lekker willen slapen. Deze truc is gerelateerd aan Dolby Digital opgenomen geluidssporen en die mogelijkheid is dan ook grijs gemaakt (niet beschikbaar) in uw infoscherm tijdens weergave van andere formaten. • Met de mogelijkheid “reset trims” kunt u al uw specifieke instellingen met de aanraking van één toets weer terugbrengen naar de basisinstellingen, zoals u die gemaakt heeft in het “System Setup Menu”. instellingen voor een tweede ruimte
Met het menu “zone control” kunt u de tweede ruimte aan/uitzetten, een bron voor deze ruimte kiezen en het geluidsniveau van deze bron instellen.
Door aanraking van de toetsen “decrease” (verminderen) en “increase” (vermeerderen) wijzigt u de geluidssterkte in de andere ruimte. (De geluidssterkteregelaar op de voorkant van de SSP-300 regelt niet het volume in die andere ruimte.) Met de toets “on” bepaald u of het systeem in de tweede ruimte geactiveerd wordt (verlicht) of niet (niet verlicht). Tenslotte kiest u een bron voor de tweede ruimte middels de bekende bronkeuzeschermen, die u bereikt door op de toets “source” te drukken.
38
luisterplekinstelling
Met de SSP-300 kunt u vier sets van instellingen creëren voor vier verschillende luisterposities. In het “position select” menu kunt u kiezen uit één van die door u gemaakte luisterplekken.
Voorbeeld: U kunt luisterpositie 1 optimaliseren voor de plek waar u uw films normaal bekijkt, maar u heeft een hele andere samenstelling van instellingen nodig voor de plek waar u normaal gesproken een boek of de krant leest, b.v. op de bank uit het hart van de luidsprekeropstelling (luisterpositie 2). Deze luisterplekinstellingen worden gemaakt in het “Speaker Setup” menu en worden beschreven in het volgende hoofdstuk van deze gebruiksaanwijzing. In dit “position select” menu kunt u op een eenvoudige wijze een keuze maken uit deze door uzelf samengestelde configuraties.
39
Het Menusysteem Als op de toets “MENU” drukt op de voorkant van de SSP-300 links van het aanraakscherm wordt u naar een zeer uitgebreid menusysteem gebracht, dat is verdeeld in zes secties.U kunt met deze toets heen en weer schakelen tussen de “MENU” en “HOME” schermen. Om het instellen te vereenvoudigen zijn de menuschermen altijd te zien via de hoofd video-uitgangen (uw tv in de hoofdluisterruimte).
Met dit menusysteem kunt u bij alle specifieke installatiemogelijkheden komen waarmee u de SSP-300 naar uw hand kunt zetten. Al deze mogelijkheden worden hierna in detail beschreven. de systeemstructuur (“system setup”)
40
De eerste toets “system setup” brengt u naar een hele serie van submenu’s, die tezamen een groot deel van de controle over uw systeemstructuur verzorgen.
Hier kunt u: • • • • • het scherm voor het instellingen van de geluidssterkteregeling “volume setup”
Als u “VOLUME” aanraakt in “system setup”-scherm, krijgt u het “volume setup”scherm te zien. In dit scherm ziet u dan toetsen die weer andere schermen kunnen openen, waarmee u: • • • •
het scherm van de draaiknop “rotary setup”
het gedrag van de geluidssterkteregelaar naar uw hand zetten de ingangen aanpassen naar uw specifieke broncomponenten het configureren en optimaal inregelen van het systeem op uw luidsprekers kortere routes maken voor uw meest favoriete en meest gebruikte functies het gedrag van de schakelspanningsuitgangen programmeren
het gedrag van de geluidssterkteregeling kunt aanpassen de maximale geluidssterkte kunt instellen de geluidssterkte kunt bepalen als de installatie wordt aangezet het gedrag van de stiltefunctie kunt instellen
De draaiknop op de voorkant regelt niet direct de geluidssterkte. Deze knop regelt namelijk het circuit dat voor de geluidssterkteregeling zorgt en doet dat veel preciezer en flexibeler dan de gekende conventionele volumeregelaar dat ooit zou kunnen. Nu de volumeregelaar onder “software” controle staat is het mogelijk het gedrag van de geluidssterkteregeling onder diverse omstandigheden te beïnvloeden. Om duidelijk te maken hoe belangrijk dat is, de twee onderstaande voorbeelden. Luisteraar A vindt een heel precieze volume-instelling van het hoogste belang voor de mate van zijn ultieme muziekbeleving. Door hem de mogelijkheid te bieden het geluidsniveau te veranderen in stapjes van 1 dB. komen we deze muziekliefhebber tegemoet aan zijn kritische eisen betreffende muziekweergave. Luisteraar B wil snel en gemakkelijk over kunnen gaan van een laag naar een redelijk luisterniveau en maakt zich bepaald niet druk over een dB meer of minder en de mate van precisie waarmee de geluidsinstelling gemaakt wordt: als hij maar snel de handeling kan doen. U ziet hier de paradox van deze twee scenario’s: liefhebber A wil het niveau heel subtiel kunnen regelen, wat vele knopomwentelingen vergt wanneer men van een heel laag naar een reëel geluidsniveau wil gaan en liefhebber B wil met een “snelle draai” dat niveau bereiken, wat een heel grove regelaar zou eisen voor zoveel niveauverandering in zo’n kleine “ruimte”. Kunt u zich voorstellen wanneer deze twee mensen in één huis wonen met één installatie, of nog slimmer als er zich nog een liefhebber C meldt, die een combinatie van deze twee eigenschappen wel prettig vindt? (Hoogst waarschijnlijk is die persoon C zoals u en ik.) Classé heeft dit dilemma opgelost door het bereik van de volumeregeling aan te passen, gebaseerd op verschillende factoren. Daar er zelden op een zeer laag, bijna onhoorbaar volume naar een geluidsinstallatie geluisterd wordt, mogen de laagniveaugebied instellingen van een volumeregelaar wat sneller op een beweging van de knop reageren. Wanneer u aan de knop draait, dan gebeurt er in het eerste stuk veel meer dan verderop in het regelgebied. Dit effect kan subtiel zijn, maar kan ook onwenselijk zijn wanneer er van extreem gevoelige luidsprekers in de keten gebruik wordt gemaakt (daar dit resulteert in een overmatig gebruik van het laagste deel van de sterkteregeling). Vandaar dat de fabrieksinstelling voor het laagste deel van de volumeregeling is uitgezet (op 0).
41
De belangrijkste factor in de mate van reactie van de volumeregelaar is de snelheid waarmee hij gebruikt wordt. Wij mensen hebben de natuurlijke neiging om een volumeregelaar sneller te draaien naarmate we meer effect willen hebben en we draaien wat langzamer naarmate we de luidheid bereiken die we wensen. Dus wat doet de SSP-300: als er aan de volumeregelaar relatief snel wordt gedraaid, dan neemt hij grote stappen om snel het gewenste doel te bereiken. Als dan vervolgens de snelheid afneemt, vergroot de SSP-300 de fijnheid van zijn stappen, welke de snelheid van de actie van de regelaar vertraagt en zodoende een meer precieze instelling mogelijk maakt. Het kan natuurlijk altijd gebeuren dat u per ongeluk tegen de volumeregelaar aanstoot, wat kan resulteren in een hele snelle slinger aan de knop. In plaats van een ongecontroleerde geluidssterkte vermeerdering, zet de SSP-300 de rem op dit soort gebeurtenissen om uw kostbare luidsprekers tegen opblazen te beschermen. U kunt zelfs een snelheidsbeperking instellen waarboven het draaien aan de knop gewoon wordt genegeerd. De fabrieksinstellingen betreffende de gedragingen van de volumeregeling worden over het algemeen beoordeeld als intuïtief en plezierig om mee te werken. Heeft u echter het idee om deze instellingen naar uw eigen hand te moeten zetten, dan kunt u dat doen in het draaiknopmenu “rotary setup”, hieronder afgebeeld.
Alle draaiknop instellingen zijn interactief. U kunt eerst de waarde instellen vervolgens de volumehandeling doen om te checken of het effect naar wens is. • low range: bepaalt de mate waarin het reageren van de volumeregeling wordt versterkt om sneller uit een laag niveau-instelling te komen. Bij niveau-instelling 0 wordt het effect uitgeschakeld, terwijl bij instelling 100 het effect maximaal is.
• low speed: bepaalt de snelheid van reactie van de volumeregeling wanneer er langzaam aan de knop wordt gedraaid. Bij de instelling 0 zal deze snelheid bij langzaam draaien zo traag mogelijk zijn en bij instelling 100 zo snel als bij langzaam draaien maar mogelijk is. (Het menu is hetzelfde als het bovenstaande, behalve dat het nu “low speed” instellingen betreft.) • medium speed: bepaalt de snelheid van reactie van de volumeregeling wanneer er met gemiddelde snelheid aan de knop wordt gedraaid. Bij de instelling 0 zal deze snelheid bij gemiddeld draaien zo traag mogelijk zijn en bij instelling 100 zo snel als bij gemiddeld draaien maar mogelijk is. (Het menu is hetzelfde als het bovenstaande, behalve dat het nu “medium speed” instellingen betreft.)
42
• high speed: bepaalt de snelheid van reactie van de volumeregeling wanneer er snel aan de knop wordt gedraaid. Bij de instelling 0 zal deze snelheid bij snel draaien zo traag mogelijk zijn en bij instelling 100 zo snel als bij snel draaien maar mogelijk is. (Het menu is hetzelfde als het bovenstaande, behalve dat het nu “high speed” instellingen betreft.) • speed limit: met deze instelling bepaalt u de maximum draaisnelheid waarboven geen verandering in geluidssterkte meer zal plaatsvinden. De knopbewegingen worden vanaf dat moment totaal genegeerd, tot het ogenblik dat de volumeregelaar eerst stilstaat en vervolgens met een lagere snelheid dan het ingestelde maximum wordt doorgegaan. • reset defaults: als u na wat experimenten heeft ontdekt dat onze instellingen nog zo gek niet waren en u beslist om dus weer terug te gaan naar de fabrieksinstellingen, dan kunt u dat met een druk op deze toets bewerkstelligen. Dus voel u niet geremd bij het experimenteren, u kunt altijd terugvallen op de oorspronkelijke instellingen. De instelling van het maximale geluidsniveau (max volume)
Met het scherm “max volume” kunt u de maximale geluidssterkte van uw installatie instellen. De schaal loopt van 0 tot 100, waarbij 100 betekent dat er geen kunstmatige ingreep op het maximale geluidsniveau van uw SSP-300 plaatsvindt. De instelling is interactief. U kunt de instelling maken ergens onder de 100, vervolgens controleren of dat het gewenste maximale niveau is en meteen bijstellen als dat niet het geval is. (De volumeregelaar kan het maximale geluidsniveau zelf niet instellen, dat moet u dus doen, in het menu.) het scherm voor het instellen van de aanvanggeluidssterkte “startup volume”
In dit scherm kunt het geluidsniveau instellen waarmee de installatie begint als u haar aanzet. Er zijn twee mogelijkheden: • “last volume” het geluidsniveau van het moment dat u de installatie voor het laatst uitzette. De stand van de stiltetoets (mute) op dat moment wordt echter ook onthouden. • “specific” laat u een niveau instellen naar uw voorkeur. Nu wordt echter met de stand van de stilteschakelaar geen rekening gehouden.
43
het scherm voor het instellen van de stiltefunctie “mute setup”
In dit scherm kunt u het gedrag van de stiltefunctie instellen. • “classic”: Wordt deze functie geactiveerd dan valt totale stilte in. De twee andere keuzes zijn handig wanneer u wilt kunnen blijven horen wat er gebeurt, maar op een wat lager niveau. Voorbeeld: De telefoon gaat; u wilt hem aannemen, maar toch ook het programma kunnen blijven volgen... • “specific”: stelt u in staat een exact te bepalen verlaagd geluidsniveau in te stellen onafhankelijk van de actuele geluidssterkte • “dampening”: stelt u in staat de actuele geluidssterkte met een exact te bepalen mate te reduceren.
het scherm van de ingangen (input setup)
Iedere ingang van uw surround-processor kan op verschillende manieren worden aangepast, hetzij om beter te presteren hetzij om makkelijker mee te werken. Een korte blik op het ingangsmenu en submenu’s geeft u een overzicht van wat er allemaal mogelijk is:
Met de toets “name” kunt u zelf een naam geven aan een bepaalde ingang zoals hij getoond gaat worden op zijn ingangsscherm. Voorbeeld: U wilt ingang een ingang de naam “CDP-100” geven omdat u de Classé cd-speler heeft aangesloten op die ingang. U handelt dan als volgt: gebruik de vier toetsen aan de onderkant van het “input name” menu om de fabrieksnaam of elke andere naam te wijzigen in een naam die meer past bij uw installatie. Handel als volgt:
44
• De t toets doet als de terugtoets van een toetsenbord en laat dus de cursor naar links bewegen alles op zijn weg eliminerend. • De u toets laat de cursor naar rechts bewegen letters, cijfers of leestekens toevoegend. (Verander iedere letter naar wens met de + en – toetsen.) • Met de + en – toetsen vervangt u de bestaande letter door een beschikbare letter uit het “letterbakje”. Daar zitten in: alle kleine- en hoofdletters uit het alfabet, de cijfers 0 t.m. 9 en een hele variëteit aan leestekens. Als u klaar bent kan het scherm “main source select” er als volgt uitzien (zie de verandering in de toets rechts boven):
Met het beroeren van de toets “audio input” verkrijgt u de controle over een variëteit van instelmogelijkheden, die de geluidsinstellingen van een bepaalde ingang betreffen.
• “offset” wordt gebruikt om er voor te zorgen dat alle analoge bronnen op een vergelijkbaar niveau worden afgespeeld. Het uitgangssignaal van analoge bronnen kan heel verschillend zijn (dit verschijnsel kennen we bij digitale bronnen niet); dit kan leiden tot onverwachte niveauverschillen bij het overschakelen van de ene bron naar de andere. De SSP-300 biedt u de mogelijkheid deze verschillen te nivelleren door de ingangsgevoeligheid van iedere ingang instelbaar te maken van –5 tot +10dB. • Met “delay” kunt u een vertraging instellen voor het gehele systeem om het geluid in tijd aan te kunnen passen aan een vertraagd video signaal. Deze instellingsmogelijkheid pakt het “lipsynchroonprobleem” aan, een probleem dat u vaak tegenkomt bij digitale tv’s, waarvan de geavanceerde beeldbewerking de oorzaak is voor een vertraagd beeld. Ziet u bij het bekijken van films consistent dezelfde beeldvertraging, dan is dit de plaats om het probleem aan te pakken. Ziet u het verschijnsel alleen bij bepaalde dvd-schijfjes dan kunt u beter terecht in het thuismenu “home” (home/controls/system trims/audio delay). De SSP-300 zal vanzelf teruggrijpen naar deze instelling wanneer u van ingang wisselt of wanneer u de “reset trims” toets aanraakt in het “system trims” menu. • Met de toets “fav.processing” kunt u bepalen welke vaste bewerkingsmethode de SSP-300 moet loslaten op een stereo- of multichannelsignaal dat wordt ontvangen van een bepaalde bron. Voorbeeld: U wenst altijd de Dolby Pro Logic II Music bewerking wanneer u een cd-schijfje afspeelt, maar u prefereert gewone stereoweergave van uw FM radioafstemeenheid. Bij zowel de keuze voor “2-channel” als voor “multichannel” krijgt u een lijst van beschikbare bewerkingsmethodes voor het gekozen signaaltype te zien, waaruit u uw vaste instelling kunt selecteren. • De toets “digital” brengt u naar een scherm waarop u kunt bepalen wat voor digitale verbinding u bij een bepaalde bron gebruikt. De SSP-300 is uitgerust met zeven digitale ingangen t.w. vier coaxiale, twee optische z.g. Toslink™ ingangen en een gebalanceerde AES/EBU ingang. Allen kunnen ze aan een bepaalde ingang worden toegewezen.
45
Met de toets “position” van het “input setup” menu kunt u een luisterplekinstelling (een set van niveau- en vertragingsinstellingen) aan een bepaalde ingang toewijzen. De toets “video” brengt u naar een menu waarin u kan specificeren wat voor soort videosignaal (indien aanwezig) de gekozen bron aanbiedt.
• SDTV (“standard definition television”) leidt u naar een rollijst met mogelijkheden voor het aansluiten van een normaal tv-signaal (480 lijnen/60Hz of 525 lijnen/ 50Hz), waar u voor deze bron uit kunt kiezen. U heeft de beschikking over vier composiet-, vijf S-video- en drie component videoaansluitingen. • Met de toets “video on” kunt u heen en weer schakelen tussen on (aan, verlicht) en off (uit, onverlicht). Gebruik deze toets om een videobron te activeren. “OFF” betekent dat er geen videosignaal komt van deze ingang. • De “bypass” functie wordt alleen maar gebruikt bij de component video aangesloten bronnen en is bedoeld om het HDTV-signaal zo puur mogelijk over te brengen, in zijn volledige bandbreedte, om alle details vast te houden die deze uitzendwijze te bieden heeft. Bent u in het rijke bezit van een HD (highdefinition)-bron, zoals HD satelliet- of kabelontvangst, sluit deze dan aan op een component videoaansluiting en gebruik de bypassfunctie om er zeker van te zijn dat dat hoogwaardige signaal onaangetast door de SSP-300 wordt heengeleid. • Met de toets “audio only” kunt u heen en weer schakelen tussen on (aan, verlicht) en off (uit, onverlicht). Gebruik deze toets om een audiobron te activeren waar geen beeld bij is, zoals een tuner, terwijl u toch kan blijven kijken naar de actieve videobron. Als u zowel “SDTV” als “bypass” aan een bepaalde ingang toewijst, dan zal de functie bypass gebruikt worden voor de hoofduitgang van uw systeem en de SDTV-functie voor alle composiet- en S-video-uitgangen. Voorbeeld: Veel volbeeld aftastende (progressive-scan) dvd-spelers ondersteunen tegelijkertijd zowel een component video uitgang als een composiet/S-videouitgang. Door beide verbindingen te maken en toe te wijzen aan een bepaalde ingang, kunt u zowel genieten van een topkwaliteit volbeeld afgetaste weergave op uw theaterbeeldscherm, alsook het standaardsignaal van dezelfde bron doorsturen naar de tweede ruimte of een ander ontvangend videocomponent. De toets “next input” van het “input setup” menu laat u de eerstvolgende ingang zien om op deze wijze uw processor efficiënter te kunnen programmeren.
46
het scherm van de luidsprekerinstellingen (speaker setup)
In het menu van de luidsprekerinstellingen (te bereiken via de weg: system setup/ speakers) kunt u de SSP-300 alles vertellen over de luidsprekers waarmee hij moet gaan werken, zodat hij in staat wordt gesteld iedere individuele luidspreker met het beste en meest geschikte signaal te kunnen bedienen.
• Onder de toets “speaker config” kunt u zowel de luidsprekerconfiguratie opslaan als de instellingen voor het lagetonengebied maken. Iedere groep luidsprekers (dus niet de subwoofer) kan gespecificeerd worden als “large” (dat betekent groot in de zin van de lagetonen kunnen weergeven die in dat specifieke kanaal kunnen voorkomen), “small” (dat betekent klein in de zin van hoogstwaarschijnlijk overstuurd te worden door de lagetonen die in dit kanaal kunnen voorkomen) of “none” (betekent “mijn installatie gebruikt deze luidsprekers niet”). Als u dus bij de mogelijkheid “surroundspeakers” “none” aanklikt, dan zal de mogelijkheid om de surroundluidsprekers in te kunnen stellen, niet beschikbaar zijn. • “subwoofer configuration” onderdeel van het “speaker config” menu, is de plaats waar u aangeeft of u een subwoofer in het systeem heeft opgenomen of niet. Als u aanklikt “sub enabled”, zal het signaal van het LFE (Low Frequency Effect) kanaal, in veel filmgeluidssporen aanwezig, naar de subwoofer geleid worden, alsmede de lagetoneninformatie van die kanalen waarvan u de luidsprekers bestempeld heeft als zijnde “small” (klein). Heeft u geen subwoofer, dan gaat al deze lagetoneninformatie naar de luidsprekers van die kanalen waarvan u de luidsprekers heeft bestempeld als zijnde “large” (groot). Wilt u dat alle lagetoneninformatie zowel naar de subwoofer als de grote (“large”) luidsprekers gaat, klik dan zowel “sub enabled” als “e-bass” (enhanced bass) aan. • Na het indrukken van de functietoets “system crossover” kunt u de frequentie waaronder audiosignalen de luidsprekers, die u bestempeld heeft als zijnde “small”, niet mogen bereiken, bepalen. De vaste THX instelling voor deze kantelpuntfrequentie (de instelling die u moet gebruiken bij THX gecertificeerde luidsprekers) is 80Hz. U bent echter vrij om iedere frequentie te kiezen tussen 40 – 140Hz, in stappen van 10Hz. Er is ook een aan/uit mogelijkheid in het crossoverscherm. Zorg ervoor dat deze mogelijkheid op “on” staat (aan, verlicht) als u “small” dus kleine luidsprekers in uw systeem gebruikt.
47
• De toets “THX Setup” van het speaker setup menu vertoont u een scherm waarin u een paar specifieke THX mogelijkheden kunt configureren.
Deze zijn: • De functie “THX Ultra 2 sub” moet geactiveerd worden wanneer u van een THX gecertificeerde subwoofer in uw systeem gebruikt maakt. Dergelijke subwoofers lopen onder de meest erbarmelijke akoestische omstandigheden in principe recht door tot een frequentie van 20Hz. en leveren ook zelfs dan ongelofelijke prestaties. Als u de “THX Ultra 2 sub” functie activeert, ziet u dat de anders grijze lange toets “boundery gain compensation” onder in het menu, nu ook beschikbaar is geworden (zie hieronder). • “ASA” staat voor “Advanced Speaker Array” en activeert een eigen THX techniek, waarmee u uw installatie veel beter kunt aanpassen aan en kunt laten presteren in zijn surround activiteiten. Deze toets leidt u naar een submenu met de volgende drie mogelijkheden voor uw achterluidsprekers: “together” (minder dan 30cm uit elkaar), “close” (tussen de 30cm en 1.2m uit elkaar) en “apart” (meer dan 1.2m uit elkaar). De ideale situatie voor een ASA surroundsysteem is als de achterluidsprekers bijna tegen elkaar aanstaan en u dus de keuze “close” heeft moeten maken. Pas onder die omstandigheden is ASA in staat om een vrijwel naadloos en aaneengesloten surround geluidsbeeld te creëren. • In de “boundary gain compensation” (compensatie voor de wandversterking) moet u instellingen maken vanwege het feit dat de meeste van ons in niet zulke erbarmelijke akoestische omstandigheden voor een THX-Ultra subwoofer verkeren als hierboven omschreven staat. Heeft u dus een dergelijke subwoofer en is deze tussen de ongeveer 1m. en 1.2m. afstand van tenminste één muur geplaatst, dan moet u de “boundary gain compensation” aanzetten. Deze instelling moet de versterkende werking die uw ruimte heeft op de weergave van de subwoofer corrigeren, teneinde een vlakke en accurate laagweergave te kunnen realiseren. • Met de toetsen “position 1 – 4” van het speaker setup menu kunt u vier sets oproepbare niveau en afstand luidsprekerinstellingen maken. U kunt zo bijvoorbeeld de ideale luisterplek creëren voor het bekijken van films en een andere plek, laten we zeggen bij het raam, voor het door een fijn stuk muziek begeleid lezen van een goed boek of de krant.
Deze luisterposities kunt u naar wens aan- en uitzetten door naar het positions menu te gaan via het pad: system setup/speakers/positions. De positie is alleen beschikbaar als zij aangelicht wordt. Wordt de positie niet aangelicht dan is zij uitgeschakeld om abusievelijk gebruik te voorkomen. • De naam (de toets “name”) die u aan een bepaalde luisterpositie wilt geven kunt u op dezelfde wijze maken als voor een bron. (Zie hiervoor de paragraaf het scherm van de ingangen even terug in dit hoofdstuk.)
48
• Bij “autocalibration” gebruikt u de bijgeleverde meetmicrofoon om het systeem optimaal te kunnen inregelen voor elk van de vier luisterposities.
Stop de microfoonplug in de ingang “auto cal mic” achterop de processor, plaats de microfoon op de gewenste plek, druk vervolgens op “auto levels” of op “auto delay”, om de SSP-600 in staat te stellen de respectievelijke testprocedure af te kunnen laten werken teneinde zijn instellingen voor een bepaalde luisterplek te kunnen maken. • Met “manual levels” kunt u het luidsprekerniveau van iedere luidspreker individueel instellen zoals u dat had moeten doen bij een normale geluidsprocessor. Er is een ruisgenerator met een wisselend referentiesignaal beschikbaar om de nodige metingen te kunnen verrichten. Houdt een dB geluidsdrukmeter (voor zo’n dertig euro te koop in de elektronicahandel) op armlengte naar het plafond gericht op de luisterplek en stel het niveau in tot u 75dB afleest. Wel de dB meter instellen op schaal 80dB, C gewogen (Cweighted) en traag (slow). • Met “manual distance” kunt u de afstand tot iedere luidspreker individueel instellen zoals u dat had moeten doen bij een normale geluidsprocessor. Meet met een meetlint de afstand tussen de betreffende luisterplek en de specifieke luidspreker en breng die in, in het menu. De SSP-300 zal deze afstand dan omzetten naar de correcte vertraging. beschrijvingen van verkorte routes (profiles)
Deze speciale slimmigheid is uitgedacht om u een paar routes in handen te spelen die u op snelle wijze naar de belangrijkste functies van uw surround-processor kunnen leiden. Twee losse omschrijvingen (profiles), die ieder zes opdrachten kunnen omvatten kunnen worden samengesteld. Deze twee profielen kunt u van een naam voorzien die mag bestaan uit veertien tekens en die u kunt toekennen aan deze twee toetsen. Zodra u de “ingebruikstoets” (in use) heeft aangelicht verschijnt de beschrijving in het hoofdmenu (home). U kunt deze voorkeursinstelling ook laten verschijnen in de beeldscherminformatie (OSD).
het scherm van de inschakelinstellingen (triggers setup)
Elk van de beide gelijkspanning inschakelaansluitingen kan op “logic” (aan, 12V) of “inverse logic” (uit, 0V) ingesteld worden. De mogelijkheid om deze aansluiting “aan” te zetten kan eventuele problemen in uw installatie oplossen, die anders kostbare externe apparatuur zou eisen en die de installatie ook nog complexer maken. Voor meer informatie over dit onderwerp verzoeken wij u contact op te nemen met uw Classé leverancier.
49
het scherm van de leerbare afstandsbediening (teach IR)
De SSP-300 maakt gebruik van individuele infraroodcommando’s voor al zijn functies, met een lijst die veel verder gaat dan die van gewone afstandsbedieningen. Vele van deze commando’s echter zijn van het grootste belang als u van plan bent een totaal afstandsb edieningssysteem op te bouwen waarbij macro’s (kettingcommando’s) de bediening van uw gehele geluidsinstallatie (en meer) gaan overnemen. Zonder deze individuele codes zullen vele van de macro’s, die u zou willen creëren niet betrouwbaar werken. Het scherm van de leerbare afstandsbediening (“teach IR”) voorziet u van een rolmenu van alle voor de SSP-300 ter beschikking staande codes. U hoeft alleen maar in de lijst het betreffende commando op te zoeken, vervolgens op de “send IR code” toets te drukken en de SSP-300 stuurt vanuit zijn IR-zender op de voorkant, de correcte code naar de ontvanger van de (door derden te leveren) universele, leerbare afstandsbediening, zolang u deze toets ingedrukt houdt. Voor meer informatie betreffende dergelijke afstandsbedieningssystemen kunt u uiteraard terecht bij uw Classé leverancier. de structuur van het grafisch bedieningsscherm (display setup)
50
Met deze toets brengt u de instellingsmogelijkheden van het infoscherm (display setup) naar voren. Hiermee kunt u de helderheid (brightness) van het scherm regelen, het scherm tijdelijk uitzetten (timeout) en de gebezigde taal (language) van het scherm instellen. Ook kunt u het gedrag van de informatie op uw tv-scherm (OSD) bepalen, zoals hoe lang de informatie op uw beeldscherm blijft staan (de mededeling die op uw beeldbuis verschijnt wanneer u bij voorbeeld van ingang wisselt of de geluidssterkte verandert) en in welke vorm de geluidssterkte-instellingen moeten worden getoond.
het instellen van de helderheid
U kunt met de functie “brightness” de helderheid van het infoscherm van de SSP-300 op drie waarden instellen t.w. low (laag), medium (gemiddeld) en high (hoog). Kies de juiste helderheid t.o.v. de gemiddelde verlichting van de omgeving waar de SSP-300 staat. De hoogste stand is meestal de beste in een lichte omgeving, maar kan daarentegen hinderlijk zijn onder wat minder lichte omstandigheden.
het instellen van de automatische dimmer (timeout)
Als u het fijn vindt om in een nauwelijks verlichte of donkere kamer uw muziek te beluisteren, dan kan het best zijn dat de lage verlichtingsstand van het infoscherm nog te fel is. Mocht dat het geval zijn dan kunt u een tijdstip instellen wanneer, na de laatste keer dat u de SSP-300 bediend heeft, het infoscherm uitgaat. In deze context bedoelen wij met bedienen ieder gebruik van de bedieningsorganen van de SSP-300: de gewone toetsen, de schermtoetsen alsmede alle toetsen van de afstandsbediening. Voorbeeld: als, laten we zeggen, u de minimum tijd als “timeout” heeft ingesteld, dan gaat de verlichting van het infoscherm weer aan zodra u de SSP-300 op wat voor manier dan ook bedient en blijft dan slechts gedurende drie seconden aan, net tijd genoeg om op het scherm iets te controleren. Gaat u binnen die tijd nog een handeling verrichten, dan blijft de verlichting aan. Om pas weer na de volgende drie seconden van inactiviteit uwerzijds, uit te gaan. Als u het prettiger vindt dat, nadat de informatie is uitgegaan, i.p.v. een blank scherm het actuele videoprogramma op het infoscherm wordt getoond, moet u “video on timeout” selecteren. Vindt u het prettiger dat het scherm verlicht is zolang de processor aanstaat (niet in standby) gebruik dan de timeout-instelling nooit. De verlichting van de SSP-300 was oorspronkelijk voor de automobieltechniek ontworpen kan dus tegen een stootje en langdurig gebruik, en zal u waarschijnlijk voor jaren lang dienen. Laat u de SSP-300 altijd aanstaan dan adviseren wij u de timeout-functie op minder dan 1 minuut in te stellen. (Opmerking: met het instellen van de verlichting op een lager niveau wordt de levensduur van het lampje NIET verlengd.)
het instellen van de gebezigde taal (language)
Het taalmenu “language” geeft u de keuze uit zes talen die gebruikt kunnen worden op het infoscherm (GUI). Voor het Nederlands niet van toepassing.
Informatieweergave op uw beeldscherm (OSD)
Bij het aanraken van de toets “OSD” wordt u naar een scherm geleid waarin u het tvsysteem van uw land kunt bepalen, zodat de SSP-300 een correct plaatje voor uw tv kan creëren. U kunt kiezen uit: NTSC, PAL-B, PAL-M en PAL-N. Nederland en België gebruiken de PAL-B kleurennorm.
Belangrijk!
Hoewel het kiezen van de verkeerde kleurennorm geen enkele schade kan veroorzaken aan welke apparatuur dan ook, kan het wel uw tv onmogelijk maken om de kortdurende (slechts enkele seconden) scherminformatie te tonen. U kunt echter op eenvoudige wijze de informatieweergave opnieuw (correct) instellen middels het aanraakscherm van de SSP-300, die altijd op de juiste wijze zal werken.
51
hoelang is tijdelijk: “temp. display”
De toets “temp. display” in het display setup menu brengt u naar een scherm waarin u kunt bepalen hoelang de scherminformatie op uw beeldbuis blijft staan als u een handeling heeft verricht op de SSP-300. Uw keuzes zijn: none (u krijgt deze mededeling helemaal niet op uw beeldscherm te zien), 2, 3, 4 en 5 seconden.. Iedere keer wanneer u iets doet met de SSP-300 verschijnt er een tijdelijke mededeling aan de onderkant van het tv-beeldscherm en op het menuscherm. Het menuscherm zelf wordt dan wat donkerder of de kleuren “vervagen” iets. U kunt dan geen handelingen verrichten tot het moment dat de tijdelijke mededeling is verdwenen.
het weergavescherm van de geluidssterkte (volume)
Er zijn twee algemeen gekende manieren van het tonen van informatie betreffende de geluidssterkte in een meerkanalensysteem.
De toets “absolute” refereert aan het algemene idee dat 0 niets betekent, dus is dit geval helemaal geen geluid. In “absolute” betekent 0 dus “geluid uit” en een hoger getal betekent dus een hogere geluidssterkte. Dit is natuurlijk heel intuïtief en de enige manier om een idee te krijgen hoe luid een bepaalde instelling is, is door ervaring. Met de toets “relative (THX)” ligt dat anders. Hier is sprake van een gekalibreerd referentie geluidsniveau waarop films worden vertoond in een theater en dit niveau wordt naar uw luisterruimte gekopieerd. Hoe groot of hoe klein de bioscoop ook is 0dB. is 0dB. een vastgelegde, bekende geluidssterkte. Veranderingen in deze geluidssterkte worden t.o.v. 0dB in positieve zin aangeduid (luider) of in negatieve zin (zachter). Als u ooit opnames heeft gemaakt met een taperecorder of cassettedeck dan zal u deze 0dB. herkennen van de opnameniveaumeter. Hoe dan ook, aan u de keuze wat voor u de meest zinvolle wijze van weergave is. Het Dolby en DTS instelscherm
We hebben de SSP-300 voorzien van zowel Dolby Pro Logic II als DTS Neo:6, technieken voor het omzetten van een tweekanalen (stereo) signaal naar een plezierig aan te horen meerkanalige luisterervaring.
Hoewel ze op details verschillen, in opzet en in subjectieve waarneming, doen beide systemen conceptueel hetzelfde: het analyseren van de verborgen informatie in een stereo-opname, op zoek naar aanwijzingen die kunnen wijzen op hoe het geluid van zo’n opname het best verdeeld kan worden over de meerdere luidsprekers in een meerkanalensysteem, om zodoende een echte meerkanalenopname te kunnen simuleren. Beide hebben nog wat instelmogelijkheden zodat u het resultaat, naar eigen smaak, ook nog naar uw hand kunt zetten.
52
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic heeft drie door u instelbare grootheden.
De functie “panorama” kunt u gewoon aan/uitzetten (verlicht is aan) en biedt u al dan niet een diepere en bredere podiumweergave. De mate van het effect is signaalafhankelijk. Dat betekent dat het bij de ene opname duidelijker is waar te nemen dan bij de andere. Bij een goede opname echter kan het effect heel indrukwekkend zijn. Met de toets “center width” kunt u bepalen hoeveel middenkanaalinformatie er mag worden weergegeven door de linker en rechter voorluidspreker. De laagste instelling plaatst alle middeninformatie die in een normale stereo-installatie verdeeld zou worden over de linker en rechter luidspreker, naar de middenluidspreker. (We spreken dan ook wel over een “hard” middenkanaal.) De hoogste instelling laat al deze informatie in het linker en rechter kanaal, waardoor de middenluidspreker stil blijft. Instellingen daartussen is een soort compromissen sluiten tussen een naadloos en ruimtelijk geluidsbeeld van een topklasse stereo-installatie en een wijds geluidsbeeld van een meerkanalensysteem (waarbij u niet direct op de luisterplek hoeft te zitten om het midden van het podium te kunnen bepalen). Met de toets “dimension” kunt u de balans van het bewerkte geluidsbeeld wat naar achteren in de luisterruimte verschuiven. In hele “droge” opnames waar weinig ruimteinformatie in zit, zal een hogere instelling een gevoel van ruimtelijkheid in de opname terugbrengen. In extreem “natte” opnames met een overdaad aan ruimte-informatie zal u waarschijnlijk de instelling wat lager zetten om een alles overheersende ruimtelijkheid te voorkomen. DTS Neo:6
In tegenstelling tot Pro logic II is DTS Neo:6 de eenvoud zelve. Het enige wat u hier kan instellen is de “center width” functie, die ongeveer het zelfde werkt als de center width functie bij Dolby Pro Logic II (zie hierboven).
het menu “remote Fkeys”
Op de afstandsbediening die bij de SSP-300 wordt geleverd bevinden zich vier functietoetsen (de z.g. “Fkeys”). Zij bieden u de mogelijkheid om direct en op een simpele wijze bij een bepaalde functie te komen, die wellicht anders ergens ver weg in één of ander menu gezocht zou moeten worden. Voorbeeld. U gebruikt regelmatig de balansregeling, dan kunnen wij ons voorstellen dat u deze functie om hem dicht bij de hand te hebben aan een functietoets wilt toebedelen. Door dat te doen hoeft u niet eerst het bedieningsmenu in om vervolgens op de balanstoets te kunnen drukken (waarschijnlijk kan u door de grote afstand die toets niet eens goed zien).
53
Het “remote Fkey” menu heeft vier toetsen, één voor iedere toets op de afstandsbediening. Door op één van deze toetsen te drukken wordt u gebracht naar een submenu, met een rollijst met alle functies die u aan die betreffende functietoets kunt geven. Het vastleggen van een functie is heel eenvoudig. U gaat door de lijst (middels de op/ neer pijltoetsen rechts in het beeld) en vervolgens raakt u de functie aan, die u aan die bepaalde functietoets wenst te geven. even extra aandacht bij het gebruik van deze toetsen
Weet dat alle Classé afstandsbedieningen dezelfde vier functietoetsen hebben, zo dat u zich geen zorgen hoeft te maken welke afstandsbediening u pakt om iets te kunnen bedienen. Dus toets “F1” van de afstandsbediening van deze processor zendt hetzelfde infraroodsignaal uit als de “F1” toets op de afstandsbediening van de Classé cd-speler. Terwijl we dit gedaan hebben om het voor u allemaal wat doorzichtiger te maken (door dit aspect doen alle afstandsbedieningen hetzelfde), moet u natuurlijk wel oppassen als u verschillende functies van verschillende apparaten aan dezelfde functietoets gaat geven. Als u dergelijke instellingen gemaakt heeft, dan kunnen twee apparaten bij een druk op dezelfde functietoets twee verschillende dingen gaan doen. Maar dat kan ook heel nuttig zijn. Voorbeeld: U kunt middels de functietoets “F1” zowel de SSP-300 de cd-ingang laten kiezen als tegelijkertijd de cd-speler met afspelen laten beginnen.
het scherm “status”
Het scherm “status” licht u in over de bedrijfsomstandigheden van de SSP-300 en biedt u tevens toegang tot de informatie over de gebruikte software en de interne sensoren van de SSP-300.
54
de toets “version info”
De toets “version info” op het statusscherm brengt u naar het gelijknamige scherm, dus bij de informatie over de gebruikte versie van de software van uw SSP-300. Mocht het ooit gebeuren dat u vragen heeft aan onze technische dienst over onderwerpen die niet vermeld staan in deze gebruiksaanwijzing, dan zal de technicus u waarschijnlijk vragen van welke softwareversie uw SSP-300 zich bedient. Heeft u deze informatie bij de hand, dan zal dat ongetwijfeld helpen bij het verlenen van een optimale service.
de toets “sensors”
De toets “sensors” op het statusscherm brengt u bij het scherm over interne sensoren die in de SSP-300 gebruikt worden. Het is zeer onwaarschijnlijk dat u deze informatie ooit nodig heeft, tenzij onze technische dienst u om die informatie vraagt teneinde u beter van dienst te kunnen zijn bij een onverwacht probleem.
Problemen oplossen Normaal gesproken moet u zich, als er zich problemen voordoen met uw apparaat, wenden tot uw Classé leverancier. Voordat u dat echter doet is het wellicht verstandig om de onderstaande lijst met problemen eerst even door te nemen en, als deze zich voordoen, de voorgestelde oplossingen te proberen. Als geen van de aangedragen oplossingen helpt, raadpleegt u dan uw Classé leverancier. 1.
Zeer belangrijk!
Alles lijkt aan te staan, maar er is geen geluid ✓ Zet de volumeregelaar op een gemiddeld niveau (een niveau dat duidelijk hoorbaar zou moeten zijn, maar duidelijk niet te hard). ✓ Vergewis u ervan dat de broncomponent waarvoor gekozen is, ook daadwerkelijk aanstaat en signaal produceert. ✓ Overtuig uzelf ervan dat de correcte ingang is ingeschakeld ✓ Check even de status van de stiltetoets (mute) ✓ Controleer of de eindversterker/s op het lichtnet is/zijn aangesloten en of hij/ zij ook daadwerkelijk aanstaat/n. ✓ Controleer ook even of de functie “tape” uitstaat, tenzij u tijdens het opnemen uw opname/weergaveapparaat wilt beluisteren. ✓ Als het probleem alleen maar voorkomt bij een bepaalde bron: check de bedrading naar die bron. ✓ Als het probleem zich bij alle bronnen voordoet: check de bedrading tussen de SSP-300 en de eindversterker/s. Is/zijn deze verbinding/en ook ok, controleer dan de bekabeling naar de luidsprekers. Zorg dat de eindversterker/s uitstaat/n als u de bekabeling tussen de processor en eindversterker/s of de eindversterker/s en de luidsprekers controleert.
2.
Er is geen geluid en het lampje in de toets “STANDBY” brandt ook niet. ✓ Controleer of de processor wel is aangesloten op het lichtnet, of de hoofdschakelaar op de achterkant wel op “ON” staat en natuurlijk of er spanning op de gebruikte wandcontactdoos staat. Door gewoon niet aan te gaan beschermt de SSP-300 zichzelf tegen slechte lichtnetsituaties,. Zorg ervoor dat de eindversterker/s uitstaat/n (mocht/en deze al zijn aangesloten op de SSP-300) voordat u de netsteker van de processor in het lichtnet steekt en hem aanzet. ✓ Als u alle handelingen met de processor correct heeft uitgevoerd en u hoort nog steeds niets, probeer dan het volgende: zet de processor uit (standby), zet de netschakelaar op de achterkant ook op uit (OFF) en haal de netsteker uit het lichtnet en wacht een halve minuut, steek vervolgens de netsteker weer terug in het lichtnet en zet het apparaat weer aan. (Een spanningsonderbreking of een kortstondige spanningsval kan de oorzaak zijn dat de interne microprocessor opnieuw geactiveerd moet worden.)
Belangrijk!
Let erop dat de eindversterker/s uitstaat/n VOORDAT u de herstart doet van de SSP-300. ✓ Controleer de handmatig gemaakte niveau-instellingen bij de betreffende luisterpositie bij: system setup/speakers (juiste positie)/manual levels (kies het correcte kanaal) en gebruik de + en – toetsen om het kanaal in kwestie correct in te stellen. ✓ Als geen van deze voorgestelde oplossingen werkt, neem dan contact op met uw Classé leverancier. Probeer geen zekeringen te verwisselen en laat de SSP300 dicht: er bevinden zich in het apparaat geen onderdelen waarvan u geacht wordt service te geven.
55
3.
Zeer belangrijk!
Er speelt maar één luidspreker ✓ Doet het verschijnsel zich voor bij alle bronnen controleer dan de verbindingen tussen de processor/voorversterker en de betreffende eindversterker/s. Zit hier ook alles ok, controleer dan de bekabeling naar de betreffende luidsprekers. Zorg dat de eindversterker/s uitstaat/n als u de bekabeling tussen de processor en eindversterker/s of de eindversterker/s en de luidsprekers controleert. ✓ Doet het verschijnsel zich slechts voor bij één bepaalde bron controleer dan de stand van de balansregeling voor die bron/ingang. menu a system setup a input a input name a balance waar “input name” staat voor die specifieke ingang. ✓ Blijkt nu de instelling correct te staan, controleer dan de verbindingskabel tussen die bepaalde bron en de SSP-300
4.
De afstandsbediening schijnt niet te werken ✓ Zorg ervoor dat er zich geen obstakels bevinden tussen de afstandsbediening en de ontvanger van de SSP-300 (rechts van de toets “MUTE”). ✓ Wellicht zijn de batterijen aan de zwakke kant, vervang ze dan door verse.
5.
Er komt brom uit de luidsprekers. ✓ Als u met asymmetrische (cinch)kabels werkt controleer of ze niet langs een lichtnetkabel liggen. ✓ Zorg, als u met asymmetrische kabels werkt, dat ze niet te lang zijn. Lange asymmetrische kabels hebben de natuurlijke neiging om storing op te pikken ook al zijn ze afgeschermd. ✓ Als één of meerdere van de componenten is aangesloten op de “kabel”, verwijder deze verbinding(en) dan even. Verdwijnt de brom dan heeft u een isolatiefilter nodig tussen de kabelaansluiting en die bronnen. Uw Classéleverancier heeft dat goedkope apparaatje vast voor u in huis.
6.
Er komt mechanische brom uit de processor. ✓ Dit probleem suggereert dat uw lichtnet ernstig vervuild is. Probeer een andere groep in uw huis. Dus niet een andere wandcontactdoos, maar echt een andere groep. ✓ Ook halogeenverlichting met dimmers op dezelfde groep als uw audioinstallatie kan voor een brom/ratelprobleem zorgen.
7. Er verschijnen dubbele beelden op het hoofd tv-scherm. ✓ Als een progressief gescanned signaal, zoals dat kan komen van een dvd-speler geconfigureerd is als een SDTV-signaal dan verschijnt er een dubbel beeld op uw scherm. Verander dan of het bronsignaal naar SDTV (geïnterlinieerd), of verander de configuratie van de component video ingang naar “bypass”.
56
Verzorging en onderhoud. Gebruik een pluisvrije stofdoek om de SSP-300 af te stoffen. Om vuil en vingerafdrukken te verwijderen adviseren wij u spiritus en een stofdoek te gebruiken. Maak de stofdoek eerst vochtig met spiritus en wrijf dan lichtjes het oppervlak van de processor schoon. Gebruik zo weinig mogelijk vloeistof, dat kan alleen maar in de SSP300 terecht komen. Opgelet!
In geen geval mag ooit een vloeistof direct op de SSP-300 gebruikt worden, dat kan alleen maar problemen veroorzaken voor de elektrische componenten in het apparaat.
57
Technische gegevens Op het moment van drukken van deze gebruiksaanwijzing waren alle specificaties accuraat. Classé houdt zich echter het recht voorbehouden om niet aangekondigd veranderingen aan te brengen. ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■ ■
■
■ ■
Frequentiebereik 0 Hz-200 kHz ±0.1dB) Totale harmonische vervorming en ruis 0,003% Maximale ingangsspanning (ongebalanceerd) 5 Volt rms Maximale uitgangsspanning (ongebalanceerd) 10 Volt rms Versterkingsbereik -100 dB tot +14 dB Ingangsimpedantie 100 kΩ Uitgangsimpedantie (hoofduitgang) 100 Ω Signaal/ruisverhouding (ref. 10 Volt rms aan de ingang) 100 dB Kanaalscheiding > 100 dB Overspraak (van iedere ingang naar iedere ingang) > -120 dB bij 1 kHz Gemiddeld gebruik 30 Watts Vermogen in standby 29 Watts Lichtnetspanning Afhankelijk van het land van levering voor de EU: 230 V. 50 Hz. Kan niet veranderd worden door dealer of gebruiker. Buitenmaten breedte 445 mm diepte 419 mm hoogte 121 mm Netto gewicht 11.8 kg Bruto gewicht 15 kg
Voor meer informatie neemt u contact op met uw Classé leverancier of met ons: B&W Loudspeakers Nederland B.V., Brugwachter 9, tel. 010-4134422, 3034KD Rotterdam.
Classé en het Classé logo zijn handelsmerken van Classé Audio Inc. te Lachine in Canada. Alle rechten voorbehouden. i-Command is een handelsmerk van Equity International Inc. Alle rechten voorbehouden. AMX ® is een geregistreerd handelsmerk van AMX Corporation of Richardson, TX. Alle rechten voorbehouden. Creston is een geregistreerd handelsmerk van Creston Electronics, Inc. of Rockleight, NJ. Alle rechten voorbehouden. Dolby, Pro Logic, Surround EX, en het dubbele D logo zijn handelsmerken van Dolby Laboratories DTS en Neo:6 zijn handelsmerken van Digital Theater Systems
58
Afmetingen
������ �� ��
59
Classé Audio 5070 François Cusson Lachine, Quebec Canada H8T 1B3 +1 (514) 636-6384 +1 (514) 636-1428 (fax) http://www.classeaudio.com email:
[email protected] North America: 1 800 370 3740 email:
[email protected] Europe: 44 (0) 1903 221 700 email:
[email protected] Asia: (852) 2790 8903 email:
[email protected] All Others: +1 514 636 6394 email:
[email protected]
Copyright © 2007 Classé Audio Inc. Printed in Canadá. v2.2
030307