Raadsvergadering d.d. 26 juni 2008, Agendapunt 16
Disciissie/Vofa Afdeling: Beheer
code: HdB/ 531
Adviseur: H. de Boer
openbaar B&W
Medeadviseur(s): Projectgroep ver-/herbouw gemeentehuis
é>
Budgetnummer in afdelingsplan:
Adviseur is bij bespreking in het colleae aanwezia
Paraaf manager: ' ' MKl
Portefeuiiie(s): huisvesting bestuursdienst Houder(s): D. ter Maat
Controlling: Datum :
Aangepaste discussienota ver/herbouw gemeer tehuis waarin verwerkt de memo d. d. 10 juni 2008.
Onderwerp:
Gemeente Brummen
orgaan H] Forum F Ruimte d Forum iSamenleving D Forum ^ Gemee iteraad
Procedur
orgaan 'status datum d MT ö Ondernemingsraad ^ B&W ö Richtinggevende uitspraak doen over::
Regnr..: *status
t.a.
16 juni 2008 BW08.0201/HdB
datum
26 juni 2008
nieuwe kaderstelling ver-/herbouw gemeentehuis
Akkoord Gemeentesecretaris:
N E Joosten
College van B&W
Datum : \k-e-Ocf
Bespr eken
bur
< 9> E.M. van Ooijen D. ter Maat
Paraaf / G. van Klinken voor ( ö akkoord:: ^^ B&W-besluit d.d. \^_ „ <^ - £>$ C^/O^exCW^
• -• ^ ^ C *
Gemeentesecretaris |
Ur-
Raadsgriffle
Orgaan
Datum
Advies/Besluit
D Presidium D Forum SL D Forum Ruimte
|
D Raadsbesluit t.k.n. = ter kennisname | t.a. = ter advisering 11.b. = ter besluitvorming G:\Thematisch\Adviezen\Openbaar 2008\HdB-BW08.0201-3-Opties ver-herbouw gemeentehuis.doc | LO 16-jun-08 16:45 Chrissie-Jane Hissink Witteveen | LP 16-jun08
Raadsvergadering d.d. 26 juni 2008 nr.: 16 Reg.nr.: BW08.0201/HdB Portefeuille: huisvesting bestuursdienst Brummen, 16 juni 2008 Onderwerp: Aangepaste discussienota ver/herbouw gemeentehuis waarin verwerkt de memo d.d. 10 juni 2008, kenmerk INT08.0026/HdB Richtinggevende uitspraak doen over: 1. Nieuwe kaderstelling ver-/herbouw gemeentehuis.
1. INLEIDING In september 2006 heeft Uw raad op basis van een programma van eisen (PvE) een totaalkrediet beschikbaar gesteld van € 5.996.991,-- inclusief BTW en prijsstijgingen tot 2008 voor de her-/verbouw van het gemeentehuis, waarbij de keuze gevallen is op de realisatie van het toen gepresenteerde Model I op basis van de prijsstelling van Model II. Het verschil tussen model I en II is dat bij model I de bestaande publiekshal en hoofdingang niet worden gehandhaafd (sloop) en dat de raads- en trouwzaal niet meer in de villa maar in de nieuwbouw zullen worden gerealiseerd. In beide modellen wordt de laagbouwkantoorvleugel aan de spoorzijde gesloopt. Het PvE is indertijd opgesteld door het bouwkundig adviesbureau ABC uit Veenendaal. In kolom I van de bij deze nota gevoegde bijlage is de opbouw van de investering aangegeven, zoals beschikbaar gesteld door uw raad, alsmede de totale lasten zoals die in de begroting voor de algemene dienst zijn opgenomen. Bij het door uw raad beschikbaar gestelde krediet van € 5.996.991,-- zijn jaarlasten (kapitaallasten en exploitatiekosten) opgenomen van € 639.722,--. Daarnaast is voor werkzaamheden aan de oostgevel nog € 232.000,-- nodig. Dit bedrag wordt uit de voorziening groot onderhoud gebouwen gedekt. De gemeente staat nu aan de start van de realisatie van de (ver)bouw van het gemeentehuis. Begin dit jaar hebben twee aanbestedingsprocedures plaatsgevonden die de externe adviseur en architect hebben opgeleverd (projectmanagementbureau Royal Haskoning BV en architectenbureau BCT uit Enschede). De eerste stap is geweest het actualiseren van het Programma van Eisen (PvE) zoals dat in 2006 is vastgesteld. Zoals eerder aan uw raad is gemeld, heeft de complexiteit rond Europese aanbesteding voor dit project geleid tot vertraging. Met de nu geselecteerde partijen zijn de daadwerkelijke voorbereidingen gestart om te komen tot een Voorlopig Ontwerp (VO) en Definitief Ontwerp (DO) in de zomer van 2008.
2. ONTWIKKELINGEN In de afgelopen periode is een aantal zaken duidelijk geworden die wij de revue laten passeren. 2.1. Gebleken is dat de fundering van het huidige gebouw te licht is om nieuwe gevels te kunnen dragen. Alle aanvragen voor nieuwbouw en ingrijpende verbouwingen moeten voldoen aan voorwaarden die zijn opgenomen in het Bouwbesluit. Volgens deze voorwaarden moeten gebouwen voldoen aan minimale isolatiewaarden en aan de Energie Prestatie Norm (EPN). Deze norm is een berekening van het totale energieverbruik (gas en elektra) van de aanwezige verlichting, installaties en computers etc. in een pand. Het gehele gebouw inclusief de te verbouwen vleugel, met uitzondering van de villa, dient na de verbouwing te voldoen aan het Bouwbesluit. Dit betekent dat met name de gevel aan de spoorzijde meer geluidswerend moet zijn en alle gevels moeten voldoen aan hogere minimale RC (isolatie)waarden. Met name de fundering aan de spoorzijde zal behoorlijk verzwaard moeten worden om er een gevel op te kunnen zetten die voldoet aan de isolerende en geluidswerende eisen van het Bouwbesluit.
G:\Thematisch\Adviezen\Openbaar 2008\HdB-BW08.0201-3-Opties ver-herbouw gemeentehuis.doc | LO 17-jun-08 11:24 I. Moor | LP 18-jun-08
Ook de fundering aan de Pothofzijde moet extra verzwaard worden om een voldoende isolerende gevel te kunnen dragen. De dakconstructie moet beter geïsoleerd worden dan deze nu is. De dakconstructie is van hout. Gezien het dragend vermogen van de constructie kan niet een veel beter te isoleren betonnen dakconstructie worden aangebracht. De isolatiewaarde van het huidige dak en de vloerconstructie van de te verbouwen vleugel zijn resumerend onvoldoende om te kunnen voldoen aan de waarden die worden geëist. Met naar verwachting aanzienlijk dure kunstgrepen is het mogelijk de te verbouwen vleugel te laten voldoen aan de Energie Prestatie Norm. Daarbij blijft altijd nog een risico aanwezig of dit voldoende zal blijken te zijn. 2.2 Hogere kosten tijdelijke huisvesting. De door het adviesbureau geraamde kosten voor tijdelijke huisvesting blijken veel te laag geraamd. De noodzakelijke verzwaring van de fundering en het slopen van de gevels van de bestaande vleugel vraagt meer tijd voor tijdelijke herhuisvesting dan voorzien. Het is nodig voor een groter deel van de organisatie en de publieksfuncties, met alle infrastructuur (telefoon, computernetwerk etc.) langere tijd tijdelijke huisvesting beschikbaar te hebben. 2.3. Energie-neutraliteit. Op zowel landelijk, provinciaal en regionaal niveau wordt naar (meer) energieneutraliteit gestreefd. Nog afgezien van de eisen uit het Bouwbesluit, zijn ook wij van mening dat overheidsgebouwen zodanig gebouwd moeten worden dat een maximale inspanning wordt worden geleverd om (onnodig) energieverbruik te reduceren en gebruik van natuurlijke energiebronnen te bevorderen, zoals ook in ons bestuursakkoord is opgenomen. Extra investeringen in energiebesparende maatregelen leveren uiteraard energiebesparing en daarom ook kostenbesparing op. Volgens de berekeningen van onze adviseurs zijn de financiële voordelen van de te behalen energiebesparing samen met de overige financiële voordelen voor de exploitatie van compactere bouw op basis van het Bouwbesluit in deze notitie meegenomen. Extra investering in het milieu kan in dit geval per saldo een besparing op de gemeentelijke uitgaven geven. Dit is de reden dat wij, ondanks uw uitdrukkelijke opdracht om niet meer te investeren dan 5,97 miljoen Euro het toch onze taak vinden u als optie voor te leggen een hoger bedrag te investeren teneinde zowel voor het milieu als voor de gemeentelijke (lees burgers) portemonnee winst te boeken. 3. ALTERNATIEVEN / OPTIES 3.1. Handhaven maximaal investeringsbudget en voldoen aan de isolatie-eisen in het Bouwbesluit. Het kunnen voldoen aan de isolatie-eisen in het Bouwbesluit (lees verzwaring van de fundering) betekent een aanzienlijke kostenverhoging van de te verbouwen delen van het gemeentehuis ten opzichte van het door de raad beschikbaar gestelde budget. Bij handhaving van het gestelde maximum budget, betekent dit dat onderdelen uit het eerder vastgestelde programma van eisen moeten worden geschrapt; met andere woorden: minder verbouwen voor het zelfde geld (met wel per saldo lagere exploitatielasten als gevolg van energiebesparing). Vanuit de aan u eerder aangeboden modulaire opbouw, zouden dan modules komen te vervallen. Zo zou volstaan kunnen worden met het alleen herbouwen van de langs de spoorzijde te amoveren vleugel. Het merendeel van de ambtenaren behoudt dan de huidige verouderde en niet gerenoveerde werkplekken. Ook de onderhoudslasten en het energieverbruik van die kantoorruimten blijven bijzonder hoog. Ook worden er dan geen vernieuwingen doorgevoerd aan de publieksruimten, bestuursvleugel, vergaderaccommodaties, fractiekamers, e.d. Deze maximaal uitgeklede variant is mogelijk binnen het investeringskrediet maar naar onze mening niet verantwoord. Voor een relatief hoog bedrag wordt relatief weinig verbetering bewerkstelligd.
3.2 Afzien van nieuwe bestuurs- & publieksruimten en voor het overige het eerder vastgestelde programma van eisen (model II) realiseren. Het verbouwen van de bestaande kantoorruimten is op grond van het Bouwbesluit schier onmogelijk geworden. De te behalen milieudoelstellingen zijn met handhaving van bestaande gevels en daken niet of nauwelijks mogelijk. Om aan de EPN te kunnen voldoen, zullen de bestaande houten gevelbekledingen moeten worden vervangen door veel zwaardere stenen gevels. De huidige fundering is niet geschikt om een stenen gevel te dragen. Deze is berekend op het dragen van een houten gevel. Gevolg is dat de fundering verzwaard moet worden door middel van nieuw aan te brengen funderingspalen. Dit is een gecompliceerd werk omdat met een boorinstallatie tegen de bestaande gevel moet worden gewerkt. Beschadiging van het overblijvende casco is een risico. De gecompliceerdheid en de risico's die de aannemer moet nemen zullen de aanneemsom zeker nadelig beïnvloeden. Het slopen van de bestaande gevels moet uitgevoerd worden zonder schade. Dit betekent precisiesloopwerk. Dat kost aanzienlijk meer tijd dan wanneer men "voor de voet" op kan slopen. Wanneer door het slopen de stalen draagconstructie wordt beschadigd moet deze worden hersteld. Tijdens het slopen van de bestaande gevels zal het gebouw volledig ontruimd moeten worden. Gevolg is dat er voor meer medewerkers gedurende langere tijd tijdelijke huisvesting gerealiseerd moet worden dan waarmee in het oorspronkelijke rapport van ABC is gerekend. Dit geldt ook voor de diverse publieksfuncties. Van dit alternatief zijn wij geen voorstander. Gelet op de ingrijpende aanpassingen van gevels en daken zal het niet mogelijk zijn deze variant uit te voeren binnen het gestelde budget. Te meer daar ook het gemeentehuis langere tijd volledig buiten gebruik zal moeten worden gesteld hetgeen hogere kosten met zich meebrengt voor tijdelijke vervangende huisvesting. In de bijlage bij dit voorstel ziet u de financiële consequenties van dit alternatief in kolom 3 nader uitgewerkt. 3.3. Afzien van her/verbouw van het gemeentehuis De bij uw besluit tot her/verbouw van het gemeentehuis gestelde randvoorwaarden c.q. aanleiding is nog steeds onverminderd van kracht. Op grond van eisen uit de Arbeidsomstandighedenwet (ARBO-normen) c.q. goed werkgeverschap is een aanpassing van de huisvesting onontkoombaar en onuitstelbaar. Uit oogpunt van milieu en verantwoord financieel beleid ligt de vraag voor of het niet verstandiger is te investeren in een energiebewuster en onderhoudsvriendelijker gebouw. Kortom, vanwege een drietal redenen (werkgeverschap, milieu, (onderhoud)kosten) plaatsen wij vraagtekens bij de eerder genoemde opties. 3.4. Volledig nieuw programma van eisen opstellen Door de architect en overige adviseurs, alsmede de projectgroep, wordt voorgesteld (behoudens de Villa), over te gaan tot volledige herbouw op de huidige kantoorlocatie op basis van het eerder vastgestelde programma van eisen (op basis van het Bouwbesluit). Dit betekent feitelijk vrijwel een volledig nieuw gemeentehuis bouwen (m.u.v. de Villa). De vraag die zich dan opdringt is of dan nog steeds geldt dat de huidige locatie de te verkiezen locatie is. Bij uw principebesluit in 2006 heeft u een afweging gemaakt tussen verschillende locaties. Geconstateerd is dat (ver)bouwen op de huidige locatie vanuit verschillende gezichtspunten het meest voordelig is. Een loket in Eerbeek is tegelijkertijd gehandhaafd en inmiddels vernieuwd. De voor- en nadelen van vertrek naar een andere plaats zijn op hoofdlijnen onverminderd van kracht gebleven. Financiële effecten zouden uiteraard geactualiseerd kunnen worden. Realisatie van nieuwbouw op een andere locatie (bijvoorbeeld door opname in het Programma van het Centrumplan Eerbeek) zal aanpassing van het PvE vragen en hernieuwd locatieonderzoek hetgeen (wederom) tot aanzienlijke vertraging zal leiden. Daarnaast zullen nieuwe (financiële) risico's ontstaan. Veel werk dat tot nu toe is verricht zal opnieuw moeten worden gedaan hetgeen tot hogere (voorbereidings)kosten zal leiden.
4. FINANCIËLE ASPECTEN
Sinds uw vorige raadsbesluit is in het PvE met de volgende kostenstijgingen te rekenen bij het project her/verbouw gemeentehuis: 4.1. Prijsstijging na 2007. In het door de raad beschikbaar gestelde krediet zijn de prijsstijgingen tot 2008 geraamd. Aanbesteding en realisatie zullen vanaf 2008 in 2009 en 2010 plaatsvinden. Dit betekent dat de prijsindex vanaf 2008 alsnog toegevoegd zal moeten worden. 4.2. Hogere kostenraming verbouw of nieuwbouw bestaande vleugel. (zie 2.1)
4.3. Kosten tijdelijke huisvesting De noodzakelijke verzwaring van de fundering en het slopen van de gevels van de bestaande vleugel vraagt meer tijd voor tijdelijke herhuisvesting dan voorzien in het rapport van ABC. Het is nodig voor een groter deel van de organisatie en de publieksfuncties, met alle infrastructuur (telefoon, computernetwerk etc.) langere tijd tijdelijke huisvesting beschikbaar te hebben dan in het oorspronkelijke rapport van ABC voorzien. Totale kosten hiervoor zijn € 450.000,- meer dan oorspronkelijk geraamd. De financiële gevolgen van 4.1 t/m 4.3 zijn resumerend en globaal als volgt te ramen: 1. Prijsstijgingen 2008/2009/2010
€
2. Hogere bouwkosten 3. meerkosten tijdelijke huisvesting Totaal
- 1.320.000,453.000,€ 2.047.000,-
274.000,-
Dit houdt in dat bij een ongewijzigd PvE, de oorspronkelijke investering van € 5.9 miljoen (afgerond) opgehoogd dient te worden tot € 8 miljoen. De daarbij behorende jaarlasten zouden bedragen € 778.251,-. Een en ander is in kolom 2 van de bijlage nader terug te lezen. Dit zou een toename betekenen van de jaarlasten van plm. € 138.500,-. Redenerend vanuit het besluit van de raad om in ieder geval adequate huisvesting voor de ambtelijke organisatie te realiseren kan de keuze gemaakt worden de bestuurlijke voorzieningen zoals raadszaal, trouwzaal en overige bestuurlijke voorzieningen niet te realiseren. Dan wordt teruggevallen op Model l van het PvE van mei 2006. Wij hebben laten berekenen welke kostenbesparing hiermee gemoeid kan gaan. Op basis van ramingen kan dan een kostenbesparing gerealiseerd worden van plm. € 996.700,™ op het investeringsbudget van € 8.021.046,-. Dan resteert nog een investering van € 7.024.350,- hetgeen een toename aan investering betekent van € 1.027.359,- ten opzichte van het door de raad beschikbaar gestelde bedrag van € 5.996.991,- Dit komt neer op een toename van de jaarlasten van fa I69.800,--. In kolom 3 van de bijlage is deze variant in bedragen weergegeven. 4.4. Conclusie Op basis van de hiervoor geschetste omstandigheden is het niet mogelijk voor het beschikbaar gestelde budget van € 5.996.991,- een sobere nieuwbouwvleugel en raadzaal, een minimale renovatie (opknapbeurt) van de villa en een minimale renovatie van het semi-permanente gebouw te realiseren. Zelfs bij het achterwege laten van een nieuwe raadszaal, trouwzaal en andere bestuurlijke voorzieningen blijft een investering benodigd van € 7.024.350,-. Als eerder aangegeven heeft het bovenstaande ons genoodzaakt na te denken over een andere benadering van de materie. Een nieuwbouwvariant blijkt na doorrekening haalbaar binnen de raming van de jaarlasten.
5. NIEUWE VARIANT: NIEUWBOUW MET LAAGSTE EXPLOITATIELASTEN VOOR DE GEMEENTEBEGROTING
Het voorstel voor volledige nieuwbouw (zie 3.4) is eveneens door onze adviseurs doorgerekend. In deze optie (inclusief het renoveren van de villa) komen we hoger uit in investering maar lager in totale exploitatielasten. In geval van nieuwbouw komt een aantal kostenfactoren anders te liggen, c.q. wordt ook aanzienlijk minder (financieel) risico gelopen dan bij renovatie van de bestaande vleugel. We kunnen dan ook beide onderdelen van het PvE realiseren: de ambtelijke huisvesting én de bestuurlijke voorzieningen. Deze sobere en doelmatige nieuwbouw vraagt een totale investering van € 7.498.872,-. Ook dit investeringsbedrag is hoger dan het oorspronkelijke budget, maar de totale jaarlasten zijn per jaar € 21.400,- lager dan de lasten die horen bij het oorspronkelijke benadering. In kolom 4 van de bijlage zijn de cijfers van deze optie opgenomen. Dit betekent dat een aanvullend krediet benodigd is van € 1.501.881 ,--(€ 7.498.872 -/- € 5.996.991) met bijbehorende jaarlasten van € 618.281,-. 6. TOELICHTINGEN
6.1. Afschrijvingsrisico van het te renoveren deel De te renoveren vleugel van het kantoorgebouw is 20 jaar oud en afgeschreven. Als we de vleugel renoveren en in veertig jaar afschrijven is het overblijvende casco 60 jaar oud. Het is niet reëel om er vanuit te gaan dat het casco van een semi-permanent gebouw een levensduur heeft van 60 jaar. Daarom mag de afschrijvingstermijn van de gerenoveerde vleugel in feite niet langer zijn dan 20 jaar. Nieuwbouw wordt op een dusdanige wijze gerealiseerd dat afschrijving over 40 jaar verantwoord is. 6.2. Tijdelijke huisvesting Onder nummer 7 is opgenomen de post tijdelijke huisvesting. Deze is gesteld op € 503.530,-. Dit is gebaseerd op een realisatietermijn van de ver- en herbouw van 20 maanden. Gedurende deze periode moet, om de burger voldoende ten dienste te kunnen zijn, een volledig operationeel ingerichte noodhuisvesting beschikbaar zijn voor een groot deel van de organisatie. Bij de nieuwbouwvariant is de realisatietermijn van de nieuwbouw 12 maanden. De noodhuisvesting is daardoor plm. € 135.500,- goedkoper dan bij de ver- herbouwvariant. 6.3. Kapitaallasten De bestaande kapitaallasten vallen bij volledige nieuwbouw weg. In het oorspronkelijke plan was het idee om de kapitaallasten van diverse verbouwingen die in het verleden hebben plaats gevonden in stand te laten. Deze kapitaalrest is € 361.728,- en dus€ 253.132,— meer dan oorspronkelijk voorzien. Deze moet in één keer in 2010 afgeboekt worden. 6.4. Onderhoudskosten. De huidige onderhoudskosten aan het gebouw zijn hoog omdat het een semi-permanent gebouw betreft. Het huidige gebouw bestaat voor 80% uit vurenhouten puien. Dit vergt veel onderhoud. Om de vijfjaar moet een volledige schilderbeurt worden uitgevoerd terwijl tussendoor de verflaag op diverse plaatsen gerepareerd moet worden. Daarnaast moeten herstelwerkzaamheden plaatsvinden aan rotte delen. Het huidige houten dak vergt veel meer onderhoud dan een nieuwe (betonnen) dakconstructie met een duurzamere dakbedekking. 6.5. Energie- en schoonmaakkosten. De energielasten zijn bij de her- en verbouwvariant bijna € 18.000,- lager dan de huidige energiekosten. Bij volledige nieuwbouw is de verwachting dat deze nogmaals met ongeveer € 7.000,- omlaag gaan. Dit komt omdat bij deze ingrijpende verbouwing een hoge Re (isolatie) waarde moet worden gerealiseerd. Zoals eerder genoemd is het twijfelachtig of we hier bij verbouw van de bestaande vleugel aan kunnen voldoen. Bij volledige nieuwbouw is het zeker dat voldaan kan worden aan de vereiste Re waarde. Deze Re waarde is zodanig dat een nog hogere energiebesparing plaatsvindt. Bovendien wordt compacter gebouwd. Ook dat levert een energiebesparing op. Dit geldt ook voor de schoonmaakkosten. Een nieuw gebouw is gemakkelijker schoon te houden dan de huidige verouderde gebouwen en bij een compactere bouw behoeft er minder m2 hoeft te worden schoongemaakt.
6.6. Financiële dekking De financiële gevolgen/dekking van dit advies op investeringsniveau en jaarlasten zijn terug te vinden in het overzicht van de 4 modellen in de bijlage. De bedragen genoemd in kolom 1 zijn opgenomen in de gemeentebegroting. Naast het beschikbare krediet van € 5.996.991,-- is een bedrag beschikbaar van € 232.000,- beschikbaar uit de voorziening onderhoud gebouwen voor renovatie van de oostgevel. De bedragen genoemd in de kolommen 2, 3 en 4 zijn totaalkredieten (kolom Totale investering). Het beschikbare bedrag van € 232.000,- voor renovatie van de oostgevel kan ingezet worden als bijdrage aan de kredieten. In geval van nieuwbouw (model 4) moet rekening worden gehouden met een eenmalige afschrijving in 2010 van € 253.132,-. Gezien het bijzondere en eenmalige karakter van deze uitgave wordt voorgesteld om hiervoor de Algemene Vrije Reserve in te zetten. 7. KADERSTELLING DOOR UW RAAD Het bovenstaande is voor ons college aanleiding om u om een nieuwe kaderstelling te vragen. Wij hebben de voorkeur voor realisatie van het volledige inhoudelijke programma van eisen dat ten grondslag lag aan de beschikbaarstelling van het krediet. Dit blijkt ook binnen reeds beschikbare gestelde totale jaarlasten mogelijk te zijn. Ook willen wij vasthouden aan het afgesproken tijdpad voor realisatie. Echter een bijstelling door u van het investeringsbudget tot een niveau van €7.500.000 en een herbevestiging van uw wens het volledige PvE op de huidige kantoorlocatie te realiseren is dan noodzakelijk.
VER-NIEUWBOUW GEMEENTEHUIS BRUMMEN Varianten 1 2 Basis: Rapport Royal Haskoning 26-02-2008
4
Nieuwbouw
model opgenomen
model II
model l
in de begroting
bij huidige inzichten afschr 20/40 jr
bij huidige inzichten afschr 20/40 jr
82.380 5.572.475 133.739
82.380 4.583.475 133.739
800.000 869.431 503.530
€ € € € € € €
800.000 869.431 503.530
afschr 40 jr € 208.740 € 5.314.985 € 127.560 € € 800.000 € 623.917 € 368.071
€ 7.443.273
afschr40 jr
1 . Sloopkosten 2. Bouwkosten 3. Bijkomende kosten 4. Inventaris 5. Adviseurs 6. Onvoorzien en loon/prijsstijgingen
3
€ €
4.255.098 199.410
€ € €
760.126 687.123 50.000
€ € € € € € €
€
5.951.757
€
7.961.555
€
6.972.555
€
45.234
€
59.491
€
51.795
€ Bijdrage uit voorziening groot onderhoud € TOTALE INVESTERING € Exploitatiekosten
5.996.991 232.000 6.228.991
€
8.021.046
€
7.024.350
€ 7.498.872
€
8.021.046
€
7.024.350
€ 7.498.872
349.494 20.000 10.964 8.953 70.255 102.962 77.094
€ € € € € € €
537.255 20.000 12.032 8.021 52.306 77.522 71.115
€ € € € € € €
468.501 20.000 12.032 8.021 52.306 77.522 71.115
€ € € € € € €
423.500
13. Energie 14. Onderhoud 15. Schoonmaak
€ € € € € € €
Totale jaarlasten
€
639.722
€
778.251
€
709.497
€
618.281
Saldo t.o.v. vastgestelde begroting
€
€
138.529 nadeel
€
69.775 nadeel
€
21.441voordeel
7. Tijdelijke huisvesting, schoonmaak en verhuizing
8. Kostenverhogende btw 4% van 19%
9. Kapitaallasten nieuw (invest-/- 232.000 bijdrage uit voorz geb.) bij varianten 2, 3 en 4
10. Kapitaallasten bestaand 11. Belastingen en heffingen
12. Verzekeringen
€
55.599
12.309 8.205 45.422 61.920 66.925
G:\Thematisch\Adviezen\Openbaar2008\secr.-BW08.0201-3-Opties ver-herbouw gemeentehuis bijlage blad 1 van 1
Behorende bij agendapunt 16 van de raadsvergadering van 26 juni 2008