n a b e sta a N d e n
Nummer 24 • jaargang 12 • December 2013 Dit is een uitgave van de NTS, transplantatiestichting.nl
Contact Informatie van en voor nabestaanden van orgaan- en weefseldonoren
De ouders van Rianne vertellen over haar onverwachte
overlijden, en het verdriet dat
nog iedere dag deel uitmaakt van hun leven. Het leven van Arian èn zijn grote liefde Kata veranderde ingrijpend toen Arian nieuwe longen kreeg. In 2014 komt er
weer een TransplantERENdag,
hierbij alvast een vooruitblik. Tot
slot leest u de resultaten van het
lezersonderzoek, waar we erg blij mee zijn.
familie Steigenga:
“Vier vlinders voor Rianne” Niemand wist dat de levenslustige 16-jarige Rianne een hartafwijking had. Geen mens dacht dan ook dat het wel eens verkeerd kon aflopen toen ze tijdens een uitje op de kermis ineens buiten kennis raakte. Aanvankelijk leek het de goede kant op te gaan, maar het lot besliste anders. Na vijf dagen vechten stierf ze. En ondanks hun verbijstering wisten haar ouders één ding zeker: ze wordt donor. In de woonkamer van Arjan en Grietje Steigenga prijkt een grote foto van een vrolijke blonde tiener in de bloei van haar leven, met eromheen wensen, dingen die ze hebben bewaard, ingelijste herinneringen. Al is Arjan weer volledig aan het werk, de energie daarvoor moet uit zijn tenen komen. Grietje Steigenga spreekt van een leven ervoor en erna. Jongere broer Rik ontwijkt alle verhalen over de gebeurtenissen. De dood van Rianne, ruim anderhalf jaar geleden, heeft erin gehakt. En die kwam uit het niets. Grietje vertelt: “Rianne ging met Rik en een paar vrienden en vriendinnen naar de kermis hier in Dordrecht. Na een uur werden we gebeld: ze was niet lekker geworden, of we wilden komen.
Toen we arriveerden, was alles afgezet met rood-wit lint. Er stonden twee ambulances en overal was politie. Midden in een mensenmassa lag Rianne op de grond. Tien meter verderop stond Rik in zijn eentje te huilen, helemaal overstuur.” De beheerster van de ballengooikraam heeft Rianne gereanimeerd totdat de ambulance kwam. Met vliegende vaart werd Rianne naar het ziekenhuis gebracht terwijl de reanimatie doorging. Een uur nadat ze bewusteloos was geraakt, slaagde het medische team erin haar machinaal te beademen. Haar hart klopte intussen weer zelfstandig. Maar daar was wel iets ernstigs mee aan de hand, vertelt Arjan. “Rianne bleek WPW te hebben, een hartafwijking waarbij er als het ware een extra leidinkje is aangelegd dat bij stress of inspanning elektrische impulsen kan gaan geven. Daardoor ontstaan hartritmestoornissen. Riannes hart was volledig stil blijven staan. Ze had nooit iets gemankeerd, ze bruiste altijd van energie, dus dat was een volslagen verrassing. Het heeft niet gelegen aan een kermisattractie, het had ook op de fiets kunnen gebeuren.”
Tekst: Ellen Segeren Foto’s: Lianne Dekker
Voetbal Twee dagen lag Rianne aan de apparatuur. Ze knapte sneller op dan verwacht. Er werd besloten om te stoppen met de slaapmedicatie en haar wakker te laten worden. Arjan: “Ze hoestte en schopte wat met haar benen. Daar moesten we om lachen, want ze zat op voetbal en we zeiden: kijk, ze wil voetballen! Ze deed haar ogen een beetje open, maar wakker worden deed ze niet.” Het duurde lang. Grietje: “We zeiden tegen haar: meisje, word nou wakker, we zitten op je te wachten! Je vriendin komt eerder terug van vakantie voor jou! Toen rolden er tranen langs haar gezicht.” Ze wachtten twee dagen. Alles werd aan Riannes bed besproken, maar na een MRI-scan kregen ze het verzoek om mee te lopen naar de kamer van de arts. “Toen wisten we: dit is mis,” zegt Arjan. En het was mis. De hersenen vertoonden geen activiteit meer. Het zuurstoftekort had te lang geduurd. “Het was niet te bevatten.” Nichtje en vriendin In al die verslagenheid kwam de vraag of Rianne donor mocht zijn. Hoewel we het daar met Rianne niet echt over hebben gehad, weten we zeker dat ze dat goed had gevonden. Arjan: “We waren niet voorbereid op die vraag, maar ze stelden die wel heel voorzichtig. We hoefden geen bedenktijd, we zeiden meteen ja. Dat vonden ze misschien wel raar.
Voor ons was het duidelijk. Ons nichtje bleek vlak na haar geboorte een ernstige leverziekte te hebben en voor haar leven afhankelijk te zijn van een donororgaan. Ze is nu vijf en dankzij een donorlever gaat het ontzettend goed. Rianne heeft dat van nabij meegemaakt en wist hoe belangrijk orgaandonatie is. Op 6-jarige leeftijd stelde Rianne zelf voor een deel van haar eigen haar te geven aan haar beste vriendin die opeens haar haar verloor. Dit typeert hoe Rianne was: ze was een meisje van geven. Ze zou het er beslist mee eens zijn geweest.” Moeilijker vonden ze het moment waarop het moest gebeuren. Arjan: “Ik dacht: laten we dan maar niet meer wachten. Hoe lang moet je het nog gaan rekken?” Grietje: “Ik had nog wel een jaar naast haar bed kunnen zitten. We hebben die laatste nacht bij haar in de kamer geslapen, ik bij haar in bed, Arjan en Rik samen op een eenpersoonsstretcher ernaast. Nou ja, geslapen...” Wilde verhalen De volgende ochtend is Rianne overleden en namen ze afscheid. Arjan: “Zo raar… Toen we bij haar weggingen was ze nog warm, het leek alsof ze zo kon opstaan, en toen we terugkwamen was ze koud. En je bent machteloos.” Er valt een stilte in de kamer. Na een poosje zegt Grietje: “Ik ben verpleegkundige geweest en heb veel overledenen verzorgd. Dat wilde ik ook voor Rianne doen. Ik heb haar haar ge-
“
Vier op de vijf relaties stranden na het verlies van een kind, maar wij hebben aan een half woord genoeg
wassen, haar mooi opgemaakt. Bij je eigen kind is dat wel heel anders, hoor, maar ik wilde het beslist zelf doen.” De tijd na haar dood was hectisch, vertelt Grietje. “Bij de begrafenis stonden er zelfs een heleboel mensen buiten, zo druk was het. De stoet moest een langere route lopen, anders kon niet iedereen mee. Bergen kaarten, bloemen, dat was hartverwarmend. Op school leefde iedereen mee, bij de supermarkt waar ze werkte… Maar er was ook iets heel vervelends: wat er op de kermis was gebeurd, ging een eigen leven leiden. Rianne werd ‘het meisje van de kermis’. Allerlei wilde verhalen deden de ronde: ze zou gedronken hebben, gevochten hebben, een overdosis energiedrank hebben gehad, uit een attractie zijn gevallen, ongelofelijk. Dat verdient ze niet. Mensen staarden ons na op straat, bekenden in de supermarkt sloegen een ander pad in als ze me zagen. Dat heeft nog een hele tijd geduurd. Maar gelukkig hebben we ook heel veel liefde en steun gehad.” Half woord Er zijn vier mensen in wie Riannes organen voortleven. “Zo zie ik het wel een beetje,” zegt Grietje. “Enerzijds zou ik wel meer over de ontvangers willen weten, anderzijds lijkt me dat ook enorm confronterend.” Zes weken na Riannes dood kregen ze bericht dat de transplantaties geslaagd waren. Arjan: “Echt troostend was dat niet, want het verdriet was veel sterker. Wat we vooral heel fijn vinden, is dat Rianne ook twee kinderen heeft kunnen helpen. Dat is onze associatie met ons nichtje. En Rianne had zelf eigenlijk ook nog een heel leven voor zich.” Over Riannes grafsteen hebben ze lang nagedacht, vertelt Arjan. “We hebben een glazen plaat gekozen waarop in een hoek vier vlinders dansen. Twee grote en twee kleine. Die symboliseren ons gezin, maar
”
ook de vier mensen aan wie Rianne haar organen heeft gedoneerd: twee volwassenen en twee kinderen. Dat wilden we graag weergeven. Ook voor in onze tuin hebben we dezelfde vlinders laten maken van metaal.” In hun leven is een gat geslagen. Arjan: “Normaal gesproken doe je alles op je kennis, intuïtie en ervaring. Die schieten nu tekort. Ik voel me nog steeds verlamd.” In het ziekenhuis kregen ze het advies om met elkaar te blijven communiceren. “Vier op de vijf relaties stranden na het verlies van een kind,” zegt Grietje, “maar wij hebben aan een half woord genoeg, dat gaat gelukkig goed.” Hun zoon Rik verwerkt het op zijn eigen manier. En er is iets wat er voorheen niet was, zegt Grietje: “Als ik een ambulance hoor, denk ik meteen: waar is Rik?” Ze proberen nu hun leven weer op te pakken. “We richten ons op Rik, want we beseffen dat we verder moeten. We slaan ons erdoorheen, hoe moeilijk dat ook is.”
Arian en Kata
”
Donorlongen voor twee
Toen Arian Visser en Kata Ottovay elkaar leerden kennen, werd Kata niet afgeschrikt door Arians rolstoel en zuurstofflessen. Dat waren zijn metgezellen vanwege taaislijmziekte. Al snel werden de twee verliefd en ontstond er een hechte relatie. Arian verloor steeds meer energie en een
longtransplantatie was de enige optie. Dat gebeurde tien jaar geleden. Een verhaal over het gevecht en de overwinning van twee mensen: iemand met een slopende ziekte en zijn partner. Tekst: Ellen Segeren Foto: Sietske Raaijmakers
“We zagen elkaar voor het eerst bij een wederzijdse vriendin. Ik vond hem meteen heel leuk. We gingen elkaar mailen, steeds uitgebreider. Arian was ziek en had een slechte conditie, maar schrijven kon hij uitstekend.” Kata Ottovay (40) lacht breed bij de herinnering. “Zúlke lappen schreven we elkaar,” voegt Arian Visser (45) eraan toe. De blik die ze elkaar toewerpen, spreekt boekdelen. Arian heeft de erfelijke taaislijmziekte, ofwel Cystic Fibrosis, waardoor onder andere het longslijm indikt en er om de haverklap infecties ontstaan die het longweefsel aantasten. Tot zijn zesde ging het vrij goed, maar in zijn puberteit lag hij jaarlijks een keer of zeven in het ziekenhuis voor een paar weken. Toen Arian 21 was, was er van zijn longcapaciteit nog maar een
kwart over, maar werd hij stabiel. “Ik was arbeidsongeschikt, maar een computermuis bewegen kon ik wel, dus leerde ik websites maken. Voor langere afstanden zat ik in een rolstoel en ’s nachts sliep ik met zuurstof.” Echte liefde Zo leefde hij toen hij Kata ontmoette, in 2001. Ze vertelt: “Ik had een paar relaties gehad en bij Arian voelde ik dat ik thuiskwam. Dat was wat ik zocht. Zoals hij naar zichzelf en de wereld keek, dat raakte me. Toen we iets begonnen, overwon bij mij het gevoel dat ik liever iets zou hebben gehad dat ik zou kunnen verliezen dan het helemaal niet gehad te hebben: échte liefde.”
niet goed, maar op dat moment wel stabiel, dus dat was een zware keuze.” Kata: “Een vijfde van de mensen overleeft het eerste jaar na een longtransplantatie niet. Toen was dat een kwart. Maar als hij geen nieuwe longen zou krijgen, zou hij zéker doodgaan.” Dus kwam Arian op de wachtlijst. Gelijk Samenwonen was al ter sprake gekomen, en door de naderende transplantatie kregen ze haast. Als een wonder vonden ze snel een huis met een traplift. “Een bruiloft met een feest wilden we pas na de transplantatie, maar we hebben wel ons partnerschap geregistreerd.” Na anderhalf jaar wachtlijst kwam het telefoontje: er waren longen. “We wonen vlak bij Utrecht, waar het zou gebeuren. Ik kon nog net iemand bellen, de thermostaat omlaag draaien en de achterdeur op slot doen, toen stond de ambulance al voor de deur,” zegt Arian. Kata vertelt: “We zeiden tegen elkaar: vanaf nu wordt het nooit meer hetzelfde. En vol goede moed stapten we erin.” De transplantatie slaagde. Maar wat erop volgde had niemand voorzien: twee weken later kreeg Arian een darmperforatie en een buikvliesontsteking. Kata: “Het was afschuwelijk. De intensivist zei tegen me: een dezer dagen gaat uw man overlijden, hij gaat dit niet overleven. Iedereen was volkomen ontredderd. We spraken al in de verleden tijd over Arian.” Hij zegt: “Mijn angst werd werkelijkheid.” Kata: “Ik dacht: hij wil altijd gelijk hebben en nu krijgt hij gelijk.” Arian vult aan: “Als ze met mij had willen sporten was het lastig geworden. Maar we vonden elkaar op andere vlakken interessant. En ze duwde mijn rolstoel met verve. Weet je nog in Parijs, Kata?” Ze knikt. “Zijn beperking is nooit een probleem tussen ons geweest. Een mogelijk levenseinde, daar spraken we natuurlijk wel over.”
Maar er gebeurde een wonder, aldus Arian. Zijn nieuwe longen sleepten hem erdoorheen. “Die zaten gebeiteld, ze maakten een perfecte match met mijn lichaam. Dat hielp. Na tien dagen begon ik op te knappen. Mijn overleving stelde iedereen voor een raadsel.”
Een jaar later moest Arian op controle in het ziekenhuis. “Vlak daarvoor had ik tegen Kata gezegd: ik ben al twaalf jaar stabiel, ik kachel nog wel een tijdje door. Maar ik was toch steeds wat verder achteruit gegaan en de longarts zei: je gaat als een kaarsje uit, je moet getransplanteerd worden. Ik werd geconfronteerd met mijn toestand. Die was
Eerste keren Vanaf dat moment was Arian onstuitbaar. “Ik had 36 jaar op de waakvlam gestaan en nu ging de geiser vol open. Ik ging inhaalgedrag vertonen.” Kata kon hem niet bijbenen, zegt ze. “Na die turbulente tijd snakte ik naar rust. Maar ik begreep dat hij wat in te halen had. Het was een gekke periode.”
“
Maar er gebeurde een wonder, aldus Arian. Zijn nieuwe longen sleepten hem erdoorheen
”
Voor Arian was het een tijd van eerste keren. Zijn eerste baan bijvoorbeeld. “Ik kreeg een onbetaalde werkervaringsplaats en na een jaar een vast contract bij dezelfde werkgever. Van mijn eerste salaris zijn we uit eten gegaan. En we gingen voor het eerst op vakantie. Man, wat hebben we gelopen! Het was heel bijzonder om van niemand afhankelijk te zijn. Ik voelde me net een kind. Nog steeds neem ik de trap met twee treden tegelijk, en door een gang móét ik rennen. Gewoon omdat het kan.” Na het eerste jaar zonder problemen groeide hun vertrouwen in het leven. Tijd dus voor een bruiloft, en ook voor kinderen. Daarvoor moesten ze opnieuw de medische molen in. Arian: “Mannen met CF zijn onvruchtbaar, maar het is mogelijk om zaad op chirurgische wijze te winnen uit de bijbal en in een eicel te brengen.” Er volgde een behandeling vergelijkbaar met IVF, die uitmondde in een zwangerschap. Die begon hoopvol, zegt Kata. “Bij twintig weken was de echo goed, maar in de vierentwintigste week kreeg ik ineens weeën. Veel te vroeg werd ons kindje geboren, en kort daarna is het gestorven. Dat was een immens verdriet.” Opnieuw leverde Arians levenstempo spanningen
7.8
op. “Ik dook mijn leven in de stroomversnelling weer in. We verwerkten het verschillend. Maar we hadden samen al veel overleefd en waren dicht bij elkaar, dus we vonden elkaar ook weer.” Een tweede poging bracht hen een gezonde dochter, die nu 5 is en waar ze dol op zijn. “Het jaar waarin Donja is geboren is een veelbewogen jaar geweest,” zegt Arian, “want twee van mijn beste vrienden zijn toen aan CF overleden. Dat maakte me eenzaam. Ik voelde me net een soldaat die het slagveld verlaat en zijn maten dood achterlaat. Er zijn me veel fijne mensen aan die ziekte ontvallen. Ook het gevoel van ‘ik wel en zij niet’ is heel naar. Zij hebben geen nieuwe longen gekregen.” Commitment Desondanks is Arian erg blij met zijn ‘set ronkende longen’, zoals hij ze noemt. “Ik weet dat het longen zijn van een leeftijdsgenoot en dat dat overlijden heel verdrietig moet zijn geweest. Ik zou de donor niet willen achterhalen. Ik heb gelukkig nooit het gevoel gehad dat ik iets van iemand anders in mijn lichaam heb, dat zou ik moeilijk vinden. Ik ervaar
‘Heel tevreden, maar er zijn natuurlijk altijd verbeterpuntjes’
In de afgelopen zomerperiode heeft bureau DUO market research per brief nabestaanden en
professionals gevraagd naar hun ervaringen met de nieuwsbrief Nabestaanden Contact. Per brief, omdat we van de meesten alleen het bezorgadres van de nieuwsbrief kenden. We vroegen een online vragenlijst in te vullen waarbij onder meer werd gevraagd naar inhoud, vorm en vormgeving van de nieuwsbrief. Sommigen hebben op verzoek de vragenlijst op papier beantwoord. Respons Omdat het onderzoek in de vakantieperiode viel hebben we de sluitingsdatum van het onderzoek pas in september gesteld, zodat iedereen er aan kon deelnemen. Nabestaanden Contact wordt gestuurd naar ongeveer 1000 nabestaanden, geïnteresseerden en professionals. Van 194 mensen hebben we een ingevulde lijst ontvangen, een netto-respons van 18%. Wat kwam er uit het onderzoek? We vroegen naar bereik, leesgedrag, waardering en verbeterpunten van de nieuwsbrief. Bereik ging
onder meer over hoeveel mensen Nabestaanden Contact daadwerkelijk lezen, en hoe intensief. Dat bereik bleek zeer hoog, 91% en ruim driekwart van de lezers leest NC helemaal of voor het overgrote deel. Men is tevreden over de frequentie, bijna twee derde van de lezers vindt twee maal per jaar precies goed, een derde van de nabestaanden vind dat de nieuwsbrief vaker mag verschijnen, een vijfde van de professional vindt dat ook. We hebben ook gevraagd wat er met het blad gebeurt nadat het gelezen is. Professionals geven het blad vaker door, nabestaanden bewaren het blad een poosje en gooien het daarna weg.
het als een nieuwe start en ik heb de longen in grote dankbaarheid aanvaard.” Aan de nabestaanden hebben ze een brief geschreven, vertelt Kata. “Maar ik kan me voorstellen dat ze het niet wilden lezen. Als je veel verdriet hebt, kan het ook pijnlijk zijn. Zij wel, wij niet… Ik voel soms bijna schaamte naar de nabestaanden dat wij
“
Ik heb gelukkig nooit het gevoel gehad dat ik iets van iemand anders in mijn lichaam heb
”
Naast de vragen over de nieuwsbrief zelf vroegen we ook naar emailadressen van de abonnees, en of we in de nieuwsbrief en daar buiten van ervaringen van de lezers gebruik mochten maken. Van 135 mensen kregen we een e-mailadres, 47 mensen wilden hun verhaal delen. Heel erg bedankt hiervoor! Waardering en verbeterpunten De lezer geeft Nabestaandencontact gemiddeld een 7,8. Dat is behoorlijk hoog, maar er zijn ook verbeterpunten aangegeven. De combinatie van interviews met nabestaanden en getransplanteerden wordt hoog gewaardeerd. Ook over de begrijpelijkheid, diepgang, schrijfstijl en actualiteit van de artikelen was men (zeer) tevreden. Het meest tevreden waren de lezers over het nabestaandeninterview. Verbeterpunten die werden genoemd waren een hogere verschijningsfrequentie, dikker blad, en kortere artikelen. Ook meer diversiteit van de inhoud werd genoemd. De vormgeving werd gemiddeld gewaardeerd met een 7,7. De meesten wilden de nieuwsbrief op papier blijven ontvangen, maar een derde van de respondenten gaf aan een combinatie met een digitale nieuwsbrief te waarderen. Open vragen Uit de reacties op de open vragen bleek dat vooral nabestaanden het waardevol vinden de ervaringen van anderen te lezen. Het biedt vaak troost. Wat gaan we met dit resultaat doen? We zijn ontzettend blij dat mensen Nabestaanden
plezier hebben van een orgaan waar zij plezier van zouden moeten hebben. Mijn partner leeft, maar van de donor is de partner achtergebleven.” Binnenkort is het tien jaar geleden dat Arian zo’n perfecte match maakte met zijn nieuwe longen. “Dat gaan we vieren. Vijf jaar geleden zijn we uit eten geweest met mijn ouders, broer en zus en partners, dat vond ik toen erg ontroerend.” De match met elkaar vieren ze dagelijks. “We hebben ontzettend veel samen meegemaakt, dat maakt onze band hecht. Laatst hoorden we van mensen die gaan scheiden. Toen zeiden we tegen elkaar: dat gaan wij niet doen hè?” Kata: “Als ik vroeger hoorde over commitment, dacht ik: wat suf, waar is de romantiek? Nu besef ik wat commitment betekent.” Arian: “Die basis met Kata, het zou belachelijk zijn die weg te doen.” Kata: “Zoiets krijg je nooit meer opgebouwd.” Arian: “Nee. En krijg je nooit meer afgebroken!”
Contact zo hoog waarderen. Maar we gaan als redactie ook aan de slag met de wensen en verbeterpunten. Zoals kijken hoe we meer variatie in de artikelen kunnen brengen door bijvoorbeeld een interview met iemand die op een heel andere manier iets te maken heeft met donatie. En we gaan kijken of we de teksten zowel bondig als inhoudelijk interessant kunnen maken. En misschien een vaste rubriek? Feedback is altijd welkom, en wordt zeer gewaardeerd. Wie geïnteresseerd is in het hele onderzoek kan dat natuurlijk toegestuurd krijgen, stuur uw verzoek naar
[email protected].
TransplantERENdag 2014
IK LEEF! getransplanteerden vieren terugkijkend het leven
Elke twee jaar wordt de zogenoemde TransplantERENdag georganiseerd in de Grote Kerk te Naarden. Sinds twee jaar staat naast deze kerk het Nationaal Donor Monument. Het beeld, ‘de Klim’ geheten, staat symbool voor enerzijds de getransplanteerde die dankzij een donor naar een nieuw leven klimt en anderzijds een nabestaande die uit een dal van verdriet klimt doordat de overleden donor in iemand anders voortleeft. Tekst en foto: Ook op 14 juni 2014 eren wij, getransplanteerden en Godfried Beumers onze dierbaren, allereerst onze donoren en hun nabestaanden. We zijn er ons van bewust dat wij een betere gezondheid en ons leven te danken hebben aan die ene (meestal) anonieme donor. We begrijpen tegelijkertijd ook dat ons geluk parallel loopt aan het verdriet van de achterblijvers van deze voor ons zo gulle gever. Wij, de voorbereidingscommissie van deze dag, stellen zoals altijd de aanwezigheid van nabestaanden van donoren op de TransplantERENdag 2014 bijzonder op prijs. Omdat in Nederland nabestaanden – net als donoren – anoniem zijn, nodigen wij u uit via nabestaanden Contact. We zouden u namelijk graag willen bedanken voor úw aandeel in het donatie- en transplantatieproces. Vervolgens willen we samen terugkijken op ons leven; om te beseffen wat ons bindt, en om te kijken naar het leven zoals het nu voor ons allen is. Het zijn echter niet alleen de
TransplantERENdag zaterdag 14 juni 2014 GROTE KERK te NAARDEN aanvang 13.30 uur
donoren en hun geliefden waaraan wij terug willen denken. Ook onze familieleden en vrienden, artsen, verplegers, therapeuten en verzorgers verdienen het om geëerd te worden. En wat te denken van het leven zelf? Momenteel wordt achter de schermen hard gewerkt om een mooi programma samen te stellen. Op deze dag heeft elke bezoeker de gelegenheid om bij aankomst een ogenblik stil te staan bij het mooie monument. U kunt er bloemen leggen of een zelf geschreven kaart of brief met dankwoorden of wensen achterlaten. Vervolgens ontvangen we u als vanouds in de kerk met broodjes en koffie of thee. Tijdens het eerste deel van de middag vertellen mensen over hun ervaringen. Er worden speciaal gecomponeerde liederen en gedichten ten gehore gebracht. Met elkaar maken we een kring van licht, en natuurlijk zijn er muzikale rustmomenten. Na dit meer formele deel is er voldoende tijd en ruimte om elkaar informeel te ontmoeten onder het genot van een hapje en een drankje.
antwoordkaart
Colofon Wilt u Nabestaanden Contact twee keer per jaar ontvangen, dan kunt u de antwoordkaart naar ons toesturen. U krijgt dan een abonnement tot wederopzegging. Als u uw abonnement wilt opzeggen, kunt u dat eveneens met deze kaart doen. U kunt natuurlijk ook altijd bellen.
Nabestaanden Contact is een uitgave van de Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS) en verschijnt twee keer per jaar. Meningen verwoord in bijdragen hoeven niet overeen te komen met opvattingen van de NTS. Overname van artikelen uit Nabestaanden Contact is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de NTS.
Ja, ik wil Nabestaanden Contact gratis ontvangen Nee, u mag toezending stopzetten Naam:
heer/mevrouw: ______________________________________________________
Organisatienaam:
______________________________________________________
Straat:
______________________________________________________
Postcode en plaats: ______________________________________________________ Ik ben*:
nabestaande
belangstellende
(* s.v.p. aankruisen wat van toepassing is)
De antwoordkaart kunt u (zonder postzegel) sturen naar: NTS • Antwoordnummer 10282 • 2300 VB Leiden
NTS Postbus 2304, 2301 CH Leiden Tel: (071) 57 98 442
[email protected] transplantatiestichting.nl Redactie: Marije Huijgen, Elise van Hees, Michèle van Beek, Ellen Segeren Vormgeving: i-Matic, Leiden Druk: Drukkerij Domstad bv