Resultaat Septembercirculaire 2015 Op basis van de septembercirculaire 2015 is de algemene uitkering berekend voor de jaren 2015 tot en met 2019. Berekening heeft plaatsgevonden op basis van constante prijzen. Vervolgens zijn de resultaten vergeleken met de ramingen voor de jaren 2015-2019, welke zijn gebaseerd op de meicirculaire 2015. Het resultaat van de septembercirculaire wordt voornamelijk beïnvloed door de ontwikkeling van het accres en een voordeel door het plafond BTW compensatiefonds. Bij de analyse van de verschillen tussen de resultaten van de septembercirculaire 2015 en de meicirculaire 2015 wordt hier nader op ingegaan.
Effecten Septembercirculaire 2015 Algemene Uitkering A. Meicirculaire 2015 B. Septembercirculaire 2015 C. Verschil
2015 2016 2017 4.819.549 4.966.285 4.884.401 4.923.175 5.047.515 4.959.823 103.626 81.230 75.422
2018 4.854.069 4.966.755 112.686
2019 4.878.116 4.996.472 118.356
In de algemene uitkering zitten, naast het integratie-uitkering Sociaal Domein, ook integratieen decentralisatie-uitkeringen waar één op één lasten tegenover staan. Deze lasten bewegen mee met de hoogte van de vergoeding uit de algemene uitkering. Voor een goede vergelijking worden deze vergoedingen apart geraamd en uit de algemene uitkering afgezonderd. In de begroting van de gemeente worden deze vergoedingen ook geraamd op het specifieke taakvelden.
1
A. Meicirculaire 2015 wmo Peuterspeelzaalwerk Huishoudelijke hulp (doeluitkering) Integratie-uitkering Sociaal Domein: -decentralisatie AWBZ naar WMO -decentralisatie jeugdzorg -decentralisatie participatiewet Suppletie-uitkering Bommenregeling Algemene uitkering Totaal A B. Septembercirculaire 2015 wmo Peuterspeelzaalwerk Huishoudelijke hulp (doeluitkering) Integratie-uitkering Sociaal Domein: -decentralisatie AWBZ naar WMO -decentralisatie jeugdzorg -decentralisatie participatiewet Suppletie-uitkering Bommenregeling Algemene uitkering Totaal B C. Verschil wmo Peuterspeelzaalwerk Integratie-uitkering Sociaal Domein: -decentralisatie AWBZ naar WMO -decentralisatie jeugdzorg -decentralisatie participatiewet Suppletie-uitkering Bommenregeling D. Effect op algemene uitkering Totaal C
2015 223.342 12.691 12.996
2017 208.472 12.691 0
2018 208.472 12.691 0
2019 208.472 12.691 0
461.719 397.738 368.387 825.881 837.324 832.779 352.991 330.785 305.382 0 0 0 2.929.929 3.173.472 3.156.690 4.819.549 4.966.285 4.884.401
353.680 841.558 282.004 0 3.155.664 4.854.069
349.330 843.928 267.851 0 3.195.844 4.878.116
2017 209.487 12.690 0
2018 209.487 12.690 0
2019 209.487 12.690 0
463.251 393.477 368.387 821.967 837.324 832.779 352.991 333.603 310.088 37.190 0 0 2.998.336 3.255.166 3.226.392 4.923.175 5.047.515 4.959.823
353.680 841.558 288.533 0 3.260.807 4.966.755
349.330 843.928 275.719 0 3.305.318 4.996.472
2015 223.754 12.690 12.996
2016 201.279 12.691 12.996
2016 202.259 12.690 12.996
2015 412 -1
2016 980 -1
2017 1.015 -1
2018 1.015 -1
2019 1.015 -1
1.532 -3.914 0 37.190 68.407 103.626
-4.261 0 2.818 0 81.694 81.230
0 0 4.706 0 69.702 75.422
0 0 6.529 0 105.143 112.686
0 0 7.868 0 109.474 118.356
Met betrekking tot bovenstaand overzicht behoeven de volgende onderdelen nadere toelichting. WMO (2007) De verdeling van 2015 en 2016 is gewijzigd door het gebruik van meer actuele maatstafaantallen en door de definitiewijziging van de maatstaf woonruimten. Per saldo is er sprake van en geringe aanpassing van de bedragen. Integratie-uitkering Sociaal Domein De gelden voor het sociaal domein worden volgens de circulaire in één integratie-uitkering ontvangen. Er zitten geen schotten tussen de afzonderlijke taken. De maatstafgegevens van de objectieve verdeelmodellen worden in 2016 niet verder geactualiseerd. Dat komt de stabiliteit van de uitkering ten goede. In mei 2016 volgt een actualisatie voor de verdeling 2017. In de septembercirculaire is sprake van een geringe mutatie ten opzichte van de meicirculaire 2015.
2
Voor een totaal inzicht is in onderstaand overzicht het totaal toch gesplitst in de onderdelen WMO 2015, jeugd en Participatie. Integratie-uitkering Sociaal Domein: 2015 2016 2017 -decentralisatie AWBZ naar WMO 463.251 393.477 368.387 -decentralisatie jeugdzorg 821.967 837.324 832.779 -decentralisatie participatiewet: re-integratie 19.205 20.849 22.536 -decentralisatie participatiewet: WSW 333.786 312.754 287.552 Totaal 1.638.209 1.564.404 1.511.254
2018 353.680 841.558 24.382 264.151 1.483.771
2019 349.330 843.928 28.816 246.903 1.468.977
Suppletie uitkering Bommenregeling In de meicirculaire 2014 zijn wijzigingen van de bommenregeling aangekondigd. Het betreft de volgende wijzigingen: 1) vanaf 2015 kunnen alle gemeenten in geval van opsporing en ruiming van explosieven een bijdrage van 70% in de kosten ontvangen door het indienen van een raadsbesluit. De vaste jaarlijkse bijdragen voor gemeenten die regelmatig met opsporing en ruiming te maken hebben, de zgn. ‘veelgebruikers’, komen te vervallen. 2) vanaf 2015 wordt de mogelijkheid voor het ontvangen van een suppletie-uitkering beperkt tot de werkelijk gemaakte kosten. De mogelijkheid om op basis van toekomstige kosten een bijdrage te ontvangen vervalt. In de septembercirculaire 2015 is naast de bijlage (pag. 75) verder geen inhoudelijke informatie over de bommenregeling opgenomen. Uit de bijlage valt op te maken dat 21 gemeenten, waaronder Renswoude, vóór 1 juli 2015 een aanvraag om compensatie hebben ingediend. Van het aangevraagde bedrag is 70% (€ 37.190) toegekend. Dit bedrag wordt in 2015 uitgekeerd.
Effect op het vrij besteedbare deel algemene uitkering Onderstaand is het uiteindelijke effect op de algemene uitkering, en dus op de begroting (ten opzichte van de bedragen uit de meicirculaire 2015), weergegeven.
D. Effect op algemene uitkering
2015 € 68.407
2016 € 81.694
2017 € 69.702
2018 € 105.143
2019 € 109.474
De algemene uitkering ontwikkelt zich de komende jaren positief. Om inzicht te krijgen in de ontwikkeling van de algemene uitkering wordt kort ingegaan op de achtergrond van de verschillen tussen de meicirculaire 2015 en de septembercirculaire 2015. D. Verklaren effect op algemene uitkering Accresontwikkeling Ontwikkeling uitkeringsbasis Plafond BTW compensatiefonds in sept. Circ. WOZ herwaardering/aanpassing rekentarieven Maatstaf woonruimten (nieuwe definitie) BRZO Overige mutaties (vooral maatstaven) D. Totaal van de Mutaties
2015 13.000 0 5.000 23.617 0 0 26.790 68.407
2016 16.505 -2.750 30.259 29.356 -4.472 -4.260 17.056 81.694
2017 19.317 -2.760 16.557 29.356 -3.770 -3.803 14.805 69.702
2018 47.140 2.772 19.410 29.356 -3.790 -3.799 14.054 105.143
2019 41.856 5.580 27.904 29.356 -3.846 -3.846 12.470 109.474
3
Ontwikkeling accres De ontwikkeling van de algemene uitkering wordt voor een belangrijk deel bepaald door de ontwikkeling van de rijksuitgaven. Volgens het systeem van ‘samen de trap op en samen de trap af’ hebben wijzigingen in de rijksuitgaven direct invloed op de omvang van het gemeentefonds. De jaarlijkse toename of afname van het gemeentefonds, voorvloeiend uit de trap op trap af methode, wordt het accres genoemd. Het accres 2015 is iets minder nadelig ten opzichte van de meicirculaire 2015. Toen was er voor alle jaren sprake van een nadelig accres. In de septembercirculaire komt naar voren dat er in 2015 € 60 miljoen bij komt. Dit loopt op naar € 205 miljoen in 2019 (cumulatief). De rijksuitgaven nemen dit jaar toe door de verwachte toestroom van asielzoekers. De circulaire meldt extra uitgaven voor defensie/veiligheid, beschut werk, opvang van peuters en kinderopvangtoeslag. Verder valt een forse toename op van het accres 2018 van € 131 miljoen, dat echter niet wordt toegelicht in de circulaire. Ontwikkeling uitkeringsbasis De algemene uitkering wordt voor elke gemeente berekend aan de hand van een groot aantal maatstaven. De aantallen daarvan, zoals inwoners, woonruimten en vooral uitkeringsgerechtigden fluctueren jaarlijks. Dit leidt voor diverse gemeenten ook tot een stijging of daling van de algemene uitkering. Omdat het totale volume (macrobedrag) van de algemene uitkering daarop niet aangepast wordt, compenseert het rijk dit door de uitkeringsbasis (dit is de factor waarmee alle maatstaven worden vermenigvuldigd om tot het bedrag van de algemene uitkering per gemeente te komen) aan te passen. Plafond BTW compensatiefonds Omdat gemeenten naar inschatting van het ministerie van Financiën de komende jaren minder BTW declareren bij het rijk dan het daarvoor geldende plafond, krijgen ze dat niet gedeclareerde deel in het gemeentefonds gestort. In 2015 gaat het om € 24 miljoen extra, in 2016 om € 106 miljoen. De jaren daarna zijn er nog mutaties, maar het cumulatief effect in 2019 is nog steeds redelijk op het niveau van 2016. WOZ-herwaardering en aanpassing rekentarieven Als gevolg van lagere WOZ waarden in 2015 dan waarvan bij de meicirculaire 2015 was uitgegaan wordt de aftrekpost op de algemene uitkering die bij de “inkomstenmaatstaven” wordt toegepast lager. Voor het jaar 2016 zijn de waarden gehanteerd zoals het Ministerie van BZK deze ook hanteert in de prognose van de algemene uitkering. Deze zijn iets lager dan in 2015, wat leidt tot een lagere aftrekpost. Deze waarde is ook gehanteerd voor de jaren 2017 tot en met 2019. Maatstaf woonruimten (nieuwe definitie) In de eerste fase van de operatie “groot onderhoud verdeelstelstel algemene uitkering” werd met ingang van 2015 tevens de nieuwe definitie van ‘woonruimten’ ingevoerd als gevolg van de Wet BAG. Dat leidde tot onbedoelde herverdeeleffecten bij studentenwoningen en zorgwoningen. Die problematiek is onderzocht in het Periodiek Onderhoudsrapport (POR). Dat leidt met ingang van 2016 tot nieuwe parameters ‘uitwonende studenten’ en ‘personen in institutionele huishoudens, waarvan zorg’ in een aantal maatstaven. Voor Renswoude leidt deze bijstelling tot een gering nadeel. Besluit Risico Zware Ongevallen (BRZO) Betreft taakoverdracht van gemeenten naar provincies van vergunningverlening zware industrie. Vanwege de overdracht van het bevoegd gezag voor alle BRZO-inrichtingen (Besluit Risico Zware Ongevallen 1999) en RIE-4-installaties (Richtlijn Industriële Emissiescategorie 4) van gemeenten naar provincies wordt de algemene uitkering verlaagd. De uitname bedraagt in € 11 miljoen in 2016, daarna € 10 miljoen. Overige mutaties
4
Op basis van door de gemeente aan het Centraal Bureau voor Statistiek (CBS) geleverde mutaties betreffende aantal inwoners, woningen e.d. leiden tot mutaties in de algemene uitkeringen. Naast de mutaties in de algemene uitkering die worden veroorzaakt door wijzigingen in de maatstafgewichten en de wegingsfactoren als gevolg van beleidsmatige maatregelen, wordt een deel van de mutatie veroorzaakt door mutaties in de door de gebruiker ingebrachte basisgegevens. Deze mutaties zijn in een totaalbedrag weergegeven. Voorts zijn in het totaalbedrag de (afrondings)verschillen opgenomen die worden veroorzaakt door de wederzijdse afhankelijkheden tussen verschillende mutaties.
5