Verslag masterclass 15 juli 2010 rijven d e b e d geven haal n a a n o cradle to cradle Vier to ellen hun ver vert voor Zeeuwse inkopers en dienstverleners
Zeeland
Wilbert van den Bosch leidde sprekers en luisteraars door de masterclass en bracht een vruchtbare uitwisseling van meningen en ervaringen op gang
2
Welkomstwoord Facilitaire dienstverleners en inkopers kunnen het verschil maken. Door te zoeken en te vragen naar innovatieve producten en diensten, door eisen te stellen op het gebied van duurzaamheid, gezondheid en kwaliteit, door bedrijven die echt werk maken van duurzaamheid en innovatie te belonen. Met een professionele blik en oog voor kwaliteit en inventiviteit, brengen zij de interne bedrijfsvoering op een hoger duurzaamheidsniveau en treden op als intermediair tussen leveranciers en gebruikers. Facilitair dienstverleners en inkopers zijn de spil van organisaties die streven naar kwaliteit en duurzaamheid. 3
Marten Wiersma, gedeputeerde van de provincie, heette de aanwezigen welkom en riep op tot duurzaam inkopen.
Cradle to cradle (C2C) Cradle to cradle is op dit moment de meest inspirerende benadering voor ontwerp, productontwikkeling en productinnovatie.
Aandacht voor de keten van grondstoffen en materialen
• In overleg met toeleveranciers zoeken naar grondstoffen en halffabrikaten die duurzaam en eerlijk geproduceerd zijn. • Opzetten van retoursystemen, dus niet alleen Bedrijven die gegrepen zijn door cradle to cradle, producten en verpakkingen leveren maar deze hebben een duurzame bedrijfsvoering, besteook ophalen en hergebruiken. den aandacht aan de keten van grondstoffen en materialen en blinken uit in innovatieve en Productinnovatie en kwaliteitszorg duurzame producten en diensten. • Investeren in research & development, opleiding en professionalisering. Duurzame bedrijfsvoering • Producten en productlijnen laten certificeren. • Bedrijven gebruiken hernieuwbare energiebronnen zoals groene stroom, zonne-energie en Bedrijven die kiezen voor cradle to cradle zijn energie uit biomassa. ambitieus en zetten hoog in op kwaliteit en • Besteden aandacht aan milieuvriendelijke protransparantie, vaak hoger dan de wettelijke eiductiewijze waarbij water zoveel mogelijk wordt sen. Met dat ambitieniveau en die professionalihergebruikt en afval een herbestemming krijgt. teit kunt u als facilitair dienstverlener en inkoper uw voordeel doen. 4
Twee kringlopen horen bij cradle to cradle:
Cradle to cradle op hoofdlijnen
• Biologische kringloop, de kringloop van natuurlijke of organische voedingsstoffen. PRODUCTIE
producten
materialen
PRODUCTIE
LEVERANCIER
GEBRUIK
BIOLOGISCHE KRINGLOOP
grondstoffen gebruikte producten
REGENERATIE
TERUGNAME + COMPOSTERING biologische voedingsstoffen
biologische kringloop, voor consumptie
• Technologische kringloop, de kringloop van bodemschatten. PRODUCTIE
halffabrikaten
SUPPLIER LEVERANCIER
producten
TECHNOLOGISCHE KRINGLOOP
PRODUCTIE
GEBRUIK
grondstoffen
5
Cradle to cradle is een van de meest inspirerende duurzaamheidsconcepten van dit moment. Uitgangspunt is dat afval niet bestaat en dat elke component van een product of proces bruikbaar is als voedingsstof in een volgende kringloop.
gebruikte producten
TERUGNAME + RECYCLING
t e ch n o l o g i s c h e k r i n g l o o p , voor serviceproducten
Belangrijkste kenmerken van cradle to cradle: • afval is voedsel • gebruik hernieuwbare energiebronnen • geniet van diversiteit Toepassen van het C2C principe betekent het zoeken naar oplossingen die goed zijn voor mensen en milieu en winst opleveren voor het bedrijf.
Van Gansewinkel Groep Het is even wennen: een afvalverwerker die om het hardst roept ‘Afval bestaat niet’. Van Gansewinkel Groep heeft een duidelijke bedrijfsvisie: grondstoffen worden schaars en duur en een afvalverzamelaar heeft een maatschappelijke rol om die grondstoffen niet verloren te laten gaan. Een kwestie van anders denken en doen, aldus marketingmanager Eric Segers. En dat geldt niet alleen voor zijn eigen bedrijf maar ook voor de producent, de afnemer en de consument. Als in de ontwerpfase bedacht wordt dat een product eindeloos moet meegaan, kan iedereen daaraan meewerken. Als voorbeeld noemt Segers glas dat mits puur geproduceerd, oneindig kan worden hergebruikt. Als de kringlopen worden gesloten, krijgt afval
Afval bestaat niet! Afval = Grondstof
Waarde aan afval geven
waarde en dat is een belangrijk economisch uitgangspunt voor Van Gansewinkel. Voor de overheid ziet Segers een faciliterende en stimulerende rol. ‘Geen subsidies geven maar wel gescheiden inzameling faciliteren en stimuleren want dat levert op lange termijn altijd het meeste op!’
6
Eric Segers, Van Gansewinkel Groep
Vraag uit de zaal Wat kunnen consumenten doen om de ambities van C2C bedrijven te steunen? Concreet: ‘Wat doe ik als ik na een verbouwing tapijttegels wil afdanken? Breng ik die naar de milieustraat of bel ik de leverancier?’ Rob Kragt van Desso pleit voor een inzamelbak voor tapijt op elke gemeentelijke milieustraat, Roel van der Palen van Ahrend wil een statiegeldsysteem op kantoormeubilair invoeren en Eric Segers meldt dat Van Gansewinkel Groep geïnteresseerd is in glas en wit- en bruingoed. In het algemeen geldt dat gemeenten als regisseurs van afvalstromen een sleutelrol hebben. Zij maken afspraken met afvalverwerkers, richten de milieustraat in en geven voorlichting aan burgers. Als de waarde van afval als grondstof wordt erkend, kunnen interessante deals tot stand komen tussen bedrijven, afvalverwerkers, gemeenten en burgers.
7
Eco-Point
Ferry Samuels, Eco-Point
Eco-Point ontwikkelt, produceert en verkoopt reinigings- en onderhoudsmiddelen voor industriële toepassingen. In het assortiment zitten zo’n 50 verschillende producten zoals ontvetters, lijmverwijderaars, ontkalkers en vloerreinigers. Alle producten worden samengesteld uit natuurlijke grondstoffen. Sinds de oprichting in 1991 heeft Eco-Point gekozen voor een verantwoorde bedrijfsvoering met zo min mogelijk schade voor milieu en gezondheid. In 2009 is een van de producten C2C gecertificeerd, Eco-Point ontving de erkenning ‘silver’ vanwege de integrale duurzame bedrijfsvoering. Het gecertificeerde reinigingsmiddel is samengesteld uit afval van suikerbieten. Niet voor niets spreekt directeur en oprichter Ferry Samuels van duurzaamheid in de wortels van zijn bedrijf. Met een klein R&D team werkt Eco-Point aan nieuwe producten, vaak op maat en op verzoek van klanten en aan toepas8
sing van nieuwe grondstoffen en kleurstoffen uit natuurlijke bronnen. Behalve de genoemde reststroom van suikerbieten is ook wei, een restproduct uit de kaasproductie, een waardevol ingrediënt in de Eco-Point reinigingsmiddelen. Dit middelgrote bedrijf uit Halsteren laat zien dat ook een MKB-bedrijf toonaangevend in de branche kan zijn als het gaat om productontwikkeling, duurzame bedrijfsvoering en innovatieve en professionele dienstverlening op maat.
Resultaat • Ontwikkeld product (ADD CIP 15) gecertificeerd • CIP reiniger gebaseerd op suikerdetergenten en –ontharders • Vermindert loogverbruik met 60% • Afval geschikt voor veevoeder: biologische kringloop. Met dank aan samenwerking met Hogeschool Zeeland en EPEA
9
Vraag uit de zaal Naar aanleiding van de C2C-certificaten die EcoPoint en ook Ahrend en Desso hebben behaald, komt een vraag uit de zaal naar de waarde van de verschillende certificaten en labels. Samuels en Van der Palen leggen uit dat de C2C certificering een uitgebreide en veeleisende procedure is waarbij niet alleen het product of productlijn worden bekeken maar ook de gehele bedrijfsvoering. EPEA die de certificering verzorgt, beoordeelt op vijf criteria. Vooral op het gebied van materiaalgebruik zijn de eisen hoger dan de Europese normen. De vijf C2C beoordelingsaspecten
• materials transparency: samenstelling van het product tot op tienden promille • energy: gebruik van hernieuwbare energie en/of groene stroom • water: gebruik van waterzuivering, waterhergebruik • social responsibility: uitgewerkt in missie, visie en personeelsbeleid • materials reutilisation: afvalstromen en hergebruik
DESSO Een internationaal opererend producent van tapijttegels, vloerbedekking en kunstgras. Desso werd gegrepen door de uitgangspunten van cradle to cradle omdat deze aansluiten bij hun kwaliteitseisen waarbij milieu, gezondheid en welzijn even zwaar meewegen. Invoering van C2C had vergaande gevolgen: zo werd een Ecobase tegelrug ontwikkeld die momenteel op de helft van alle Desso tapijttegels zit. Deze rug kan probleemloos van het tapijt worden gescheiden en hergebruikt. De traditionele tegels hebben een rug waarin bitumen is verwerkt. Die rug maakt Desso niet meer. Wel heeft het bedrijf geïnvesteerd in scheidingsmachines voor alle soorten tapijt. Het garen gaat naar de garenindustrie, de traditionele rug wordt hergebruikt in de wegenbouw. Desso biedt een takebacksysteem voor alle soorten vloerbedekking en los van koopverplichting. Marketing manager Rob Kragt legt uit: “De grondstoffen zijn voor ons dus-
Rob Kragt, DESSO
danig waardevol dat we alle tapijt willen innemen en verwerken. Het zou mooi zijn als gemeenten die waarde erkennen door aparte inzamelbakken voor tapijt neer te zetten op de gemeentewerf of milieustraat.” Desso heeft grote ambities voor de toekomst. Zo wil het bedrijf in 2020 alleen nog 100% duurzame energie gebruiken en met een groen dak op de fabriek bijdragen aan de biodiversiteit. Er wordt geëxperimenteerd met nieuwe producten in de biologische kringloop, gemaakt met papie-
10
Vraag uit de zaal DESSO Een Cradle to Cradle-bedrijf
Stadia voor de implementatie 2010-2020 • 50% gebruik van post- consumer producten • 100% inkoop duurzame energie • Fabrieksafvalwater • Terughaal- en recyclingsystemen • Een Cradle to Cradle-supply-chain management • 100% Cradle to Cradle productcertificering • 100% duurzame of gerecyclede bronnen • 100% veilige terugkeer van materialen • 100% hergebruik of recycling van materialen
ren, bamboe of jute garens. “Nu zijn deze tegels binnen een half jaar versleten maar de productontwikkeling gaat door”, vertelt Rob Kragt. Bovendien werkt Desso aan een netwerk om de kennis rondom cradle to cradle te vergroten. In Waalwijk is een C2C research center gevestigd waar ook kleinere bedrijven terecht kunnen met vragen en ideeën. Inmiddels zijn de eerste Desso tegels C2C gecertificeerd. 11
Gaelle van Zeveren van VG Architecten uit Sas van Gent ontwerpt veel voor de zorg en het onderwijs. Steeds moet een vloerbedekking gekozen worden. Daarbij gaat het niet alleen om het productieproces maar ook om onderhoud, afschrijving en afvalverwerking. Daarnaast spelen hygiënische en gezondheidsafwegingen. Tijdens de masterclass vraagt zij hulp bij deze afweging. Hoe verhouden tapijttegels zich bijvoorbeeld tot linoleum en pvc-vloeren? Na afloop van de masterclass zegt ze: “Een goede kosten-batenvergelijking voor de hele keten van de diverse vloerbedekkingen is er nog niet. Ook zijn producten nog volop in ontwikkeling. Wel is het belangrijk te weten dat Van Gansewinkel vloerbedekking ophaalt en teruglevert aan de producenten. Dat kan ik in het bestek opnemen. Verder blijf ik de ontwikkelingen volgen en ben ik blij met de mooie en duurzame producten van Desso, een aanwinst voor de markt.”
Ahrend
C2C gecertificeerd: de Table Series A500 en de Desk Chairs A 230 en A 250. Het bedrijf kreeg Maatschappelijk verantwoord ondernemen is voor de erkenning ‘silver’ vanwege het integrale en vooruitstrevende MVO-beleid. Zo heeft Ahrend Ahrend al jaren een leidend begrip. Het Nedereen Next Life programma ontwikkeld om gebruikt landse bedrijf in kantoormeubilair investeert vanaf de jaren 90 in ecodesign en milieuvriende- meubilair op te knappen en opnieuw in roulatie te brengen. lijke productie. Roel van der Palen vertelt over het huidige beleid: Door de kennismaking met cradle to cradle zijn “Bij de Europese normen hoort een rode stofde ambities verder opgeschroefd: Ahrend streeft fenlijst met toxische stoffen die beperkt mogen ernaar in 2020 de materiaalketens te sluiten en worden gebruikt. Aan de hand van cradle to cradle de productie CO2 neutraal te maken. maken we heldere keuzes. Deze giffen gebruiken Manager business development Roel van der we niet meer. Dat betekent dat we volledig transPalen legt uit: “Het is ons belang om waarde te parant kunnen zijn naar onze klanten. Vragen over scheppen in de hele keten, dus geen grondstoffen verwerken in producten die we nooit meer veiligheid, gezondheid en duurzaamheid kunnen we tot in de details beantwoorden.” terugzien maar zorgen dat de producten bij ons terugkomen en herbruikbaar zijn. Hetzelfde geldt Kortom, cradle to cradle werkt als een vliegwiel voor energie, als we hernieuwbare energiebronnen voor research & development en innovaties kogebruiken, hoeven we niet te letten op efficiency men in een stroomversnelling. Daarmee kiest Ahrend voor een transparante bedrijfsvoering en energiebesparing maar kunnen we ons helemaal richten op effectiviteit.” die tegemoet komt aan de verwachtingen van de Inmiddels zijn de eerste productlijnen van Ahrend meest kritische en veeleisende inkopers. 12
Roel van der Palen, Ahrend
Vraag uit de zaal
-70%
-88% 40
-94% 0,4
Oplosmiddelen uitstoot (ton)
7
2009
1125
-59% 466
1990
1990
2009
2009
2009
112
-95% 5,8 1990
Waterverbruik (m3)
Vervuilingsgraad afvalwater (ve)
320
2.775
1990
13
Gevaarlijk afval (ton)
9.379
1990
Geuruitstoot (geureenheden)
• Ecodesign sinds 1992 • Gebruikt veel minder materialen in haar producten • Voert al decennialang een effectief en succesvol milieubeleid • Groene energie • Drastische besparing van water etc • Heeft een integraal & bedrijfsbreed MVO beleid
Broeikasgasuitstoot CO2 (ton)
Wat Ahrend deed en doet
2009
125.000
-85% 19.044
1990
2009
Ahrend en Waterschap Dommel - 8 juli 2010
4
Ingenieur Tjeerd Kuiper van Kuiper Management Consultancy uit Veere vraagt of de investeringen van Ahrend in ontwerp en productontwikkeling invloed hebben op de prijs van de Ahrendproducten. Roel van der Palen legt uit dat Ahrend nooit tot de prijsvechters heeft behoord en dat nog steeds niet is. Het prijsniveau van Ahrend is niet veranderd door deze innovaties. Met energiebesparing en het terugwinnen van grondstoffen kunnen de investeringen worden terugverdiend. De heer Kuiper na afloop van de masterclass: “Ik ben onder de indruk van de keuzes en de ambities van Ahrend. Zij laten zien dat duurzaam innoveren echt mogelijk is en tot kwalitatief goede producten en diensten leidt. Bovendien brengen ze een maatschappelijke discussie op gang over onze rol als producenten, consumenten en burgers. Laten we daar vooral mee doorgaan!”
De masterclass werd goed bezocht. Zo’n 80 bezoekers luisterden naar de inleidingen en stelden goede vragen waaruit betrokkenheid bleek.
14
15
Colofon
Na afloop van de masterclass werden in een ontspannen sfeer contacten gelegd en standpunten verhelderd
Tekst en opmaak: Marianne Dagevos www.marcada.nl Fotografie: Marijana Pajovic www.image4life.nl
Bezoekers van de masterclass konden tijdens een rondleiding door het gebouw van ROC Zeeland zien wat de bijzondere kenmerken zijn van een duurzaam schoolgebouw
Zeeland
Project ‘Cradle to cradle in Zeeland’ In het project ‘Cradle to cradle in Zeeland’ heeft een vijftal Zeeuwse MKB bedrijven de eerste stappen richting C2C gezet. De ondernemers zijn enthousiast over deze ervaring. Ze zien cradle to cradle als hefboom om strategisch voordeel te behalen op de concurrentie en om winst te maken met duurzaamheid. Het project liep van september 2008 tot juli 2009 en werd begeleid door de Hogeschool Zeeland. Resultaten van het project: stappenplan om C2C-innovaties in te voeren en concrete verbetervoorstellen voor producten, productieprocessen en bedrijfsvoering. Over dit project is een brochure verschenen.