U kunt de aanbevelingen in de handleiding, de technische gids of de installatie gids voor CANON MVX4I. U vindt de antwoorden op al uw vragen over de CANON MVX4I in de gebruikershandleiding (informatie, specificaties, veiligheidsaanbevelingen, maat, accessoires, enz.). Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding. Gebruiksaanwijzing CANON MVX4I Gebruikershandleiding CANON MVX4I Handleiding CANON MVX4I Bedieningshandleiding CANON MVX4I Instructiehandleiding CANON MVX4I
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
Handleiding samenvatting: ANDERS KOMT U MOGELIJK BLOOT TE STAAN AAN ELEKTRISCHE SCHOKKEN. @@LAAT DIT DOEN DOOR GEKWALIFICEERD ONDERHOUDSPERSONEEL. WAARSCHUWING! VOORKOM BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN. @@GEBRUIK DAAROM ALLEEN DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES. VOORZICHTIG: HAAL HET NETSNOER UIT HET STOPCONTACT ALS U HET APPARAAT NIET GEBRUIKT. Het identificatieplaatje CA-570 bevindt zich aan de onderzijde. Als een ander apparaat dan de compacte netadapter CA-570 wordt gebruikt, kan de camcorder beschadigd raken. Bij dit produkt zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA 2 Gebruik van deze handleiding Hartelijk dank dat u heeft gekozen voor de Canon MVX4i. Neem deze handleiding zorgvuldig door voordat u de camcorder in gebruik neemt en bewaar de handleiding op een gemakkelijk bereikbare plaats, zodat u deze later altijd kunt raadplegen. Ne Symbolen en verwijzingen die in deze handleiding worden gebruikt : Voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben op de bediening van de camcorder. : Overige functies die de basisbediening van de camcorder complementeren. : Nummer van pagina waarnaar wordt verwezen. Er worden hoofdletters gebruikt voor de namen van functies op de knoppen op de camcorder of draadloze afstandsbediening. [ ] worden gebruikt voor de titels van menu-onderdelen die op het scherm worden weergegeven. "Scherm" heeft betrekking op het LCD-scherm en het zoekerscherm. Stap 8: De tijdzone, datum en tijd instellen Tijdzone/zomertijd instellen Inleiding Menuonderdeel weergegeven in de standaardinstelling Knoppen en schakelaars die moeten worden gebruikt voor bediening van de camcorder MENU ( 63) D/TIME D/TIME SET T.ZONE/DST T.ZONE/DST 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de stand CAMERA of PLAY (VCR). 2. Druk op de MENU-toets om het menu te openen. 3. Draai de keuzeschijf naar [D/TIME SET] en druk op de keuzeschijf. 4. Draai de keuzeschijf naar [T.ZONE/DST] en druk op de keuzeschijf. De tijdzone-instelling verschijnt. De standaardinstelling is Paris. 5. Draai de keuzeschijf naar uw tijdzone en druk op de keuzeschijf. Als u de zomertijd wilt instellen, selecteer dan de tijdzone met naast het gebied. Dt tijd i t ll DATE/TIME Bedieningsstanden Aan/uitschakelaar (POWER) CAMERA PLAY (VCR) CAMERA PLAY (VCR) TAPE/ CARDschakelaar Scherm symbolen D/TIME SET De bedieningsstanden worden ingesteld met de aan/uit-schakelaar (POWER) en de TAPE/CARD-schakelaar. Bedieningsstand CAMERA· PLAY(VCR)· CAMERA· PLAY(VCR)· Belangrijkste functie Films opnemen op een cassette. Cassette afspelen. Foto's maken/films opnemen op een geheugenkaart. Geheugenkaart weergeven. 26 33 28 35 3 Handelsmerken · is een handelsmerk. · is een handelsmerk. · Windows® is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen. · Macintosh en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Computer, Inc., gedeponeerd in de Verenigde Staten en andere landen. · HDV is een handelsmerk van Sony Corporation en Victor Company of Japan, Limited (JVC). · Andere namen en producten die hierboven niet zijn genoemd, kunnen gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken zijn van de betreffende ondernemingen. 4 Inhoudsopgave Inleiding Gebruik van deze handleiding . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......3 Controleren of alle accessoires zijn geleverd ... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..8 Overzicht van bedieningselementen ... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 9 Schermsymbolen.......... .......... ..... ..... .......... ..........
..... ..... .......... .......... ..... ..... .13 Ne Voorbereidingen Stap 1: De stroombron aansluiten ......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ......15 Stap 2: Een cassette plaatsen .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......18 Stap 3: Een geheugenkaart plaatsen ... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......19 Stap 4: De camcorder voorbereiden... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .........20 Stap 5: De draadloze afstandsbediening gebruiken . ..... ..... .......... .......... ..... ..21 Stap 6: Het LCD-scherm instellen ... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
..22 Stap 7: De displaytaal wijzigen ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..23 Stap 8: De tijdzone, datum en tijd instellen........ ..... ..... .......... .......... ..... ..... ....24 Inleiding Basisfuncties Opnemen Films opnemen op een cassette...... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..26 Opnemen op een geheugenkaart........ ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........28 Zoomen .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ...31 Tips voor het maken van betere opnamen ....... .......... ..... ..... ..........
.......... ..... 32 Afspelen Een cassette afspelen ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........33 Een geheugenkaart afspelen.. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .35 Het volume instellen ......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..36 Afspelen op een TV-scherm ... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .37 Geavanceerde functies Opnameprogramma's De opnameprogramma`s gebruiken ......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...39 Gebruik van de supernachtstand (Super Night)....... .....
..... .......... .......... ..41 Gebruik van de speciale scènes ... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..42 Gebruik van de AE-programmastand... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........43 Gebruik van de AE-sluitertijdvoorkeuze .. ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........44 Gebruik van de AE-diafragmavoorkeuze .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... .45 Opnemen De belichting handmatig instellen.... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..46 Handmatig scherp stellen ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... 47 Gebruik van de minivideolamp ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 48 De zelfontspanner gebruiken.......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ...49 Opnemen met een externe microfoon: ....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .50 De instellingen wijzigen (1) De instellingen wijzigen met de FUNC.- toets ........ ..... ..... .......... .......... ..... ....51 Overzicht van menu-onderdelen (FUNC. ) .......... .......... ..... ..... .......... .......... ...52 De witbalans instellen.. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......53 Een beeldeffect selecteren ... ..... ..... .......... ..........
..... ..... .......... .......... ..... ..... ...55 Digitale effecten gebruiken ....... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .........56 De instellingen wijzigen (2) De instellingen wijzigen met de MENU-toets. ..... ..... .......... .......... ..... ..... ........63 Overzicht van menu-onderdelen (MENU) .. .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .64 5 Het opnameniveau van de audio instellen......... .......... ..... ..... .......... .......... ....70 Gebruik van het windscherm . ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......72 Opnemen voor breedbeeldformaat(16:9) ... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
.73 Een opstartbeeld maken......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... .74 Afspelen Het beeld vergroten .... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........75 De datacodering weergeven.. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..76 Einde zoeken........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .........77 Terugkeren naar een eerder gemarkeerde positie . .......... ..... ..... .......... .........78 Datum zoeken . ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ....79 Functies digitale camera De beeldkwaliteit/grootte selecteren. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .80 Tegelijkertijd opnemen op cassette en geheugenkaart .... .......... .......... ..... ....82 Gebruik van de flitser. .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ....83 De lichtmetingsstand selecteren. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..85 De scherpstelstand wijzigen ........ .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ......86 De opnamestand selecteren.... .....
..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 87 Panoramabeelden maken (functie Stitch Assist) .......... .......... ..... ..... .......... ...89 Beelden afspelen/zoeken ....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .91 Beelden beveiligen ......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ....93 Beelden wissen . .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..94 Een geheugenkaart formatteren........ .......... ..... ..... ..........
.......... ..... ..... .......... 95 Videobeelden monteren Opnamen kopiëren naar een video-recorder of digitaal videoapparaat ........96 Opnemen via de analoge ingang.. ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... 97 DV dubben..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ......99 Analoge signalen omzetten in digitale signalen (analoog/digitaal-omzetter)102 Audio dubben .... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... 104 Opnemen vanaf de cassette naar de geheugenkaart .......... ..... ..... .......... ...106 Afdrukken Foto's afdrukken ....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ..........
..... ..... .......... ...108 De afdrukinstellingen selecteren ....... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... ........ 111 Instellingen voor het uitsnijden (trimming) van een beeldgedeelte.. ..... ..... ..116 Afdrukken met de instellingen van de afdrukopdracht........ .......... ..... ..... .....117 Aansluiting op een PC Video-opnamen kopiëren naar een computer ..... .......... ..... ..... .......... .......... 119 Beelden van de geheugenkaart kopiëren naar een computer (directe overdracht)..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .121 Beelden selecteren om te kopiëren (Transfer Order) .... .......... .......... ..... ..... 124 Gebruik van de stand NETWORK (DV Messenger versie 2) .......... .......... ..125 Problemen? Problemen oplossen... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... .....
.......... ......126 Overzicht van berichten.... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .....130 Wat u wel & niet moet doen Hoe u de camcorder moet behandelen ..... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... 133 De videokoppen reinigen.......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......137 Onderhoud/overig... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .....138 6 Aanvullende informatie Systeemschema (Beschikbaarheid verschilt van gebied tot gebied) ..... ..... 139 Optionele accessoires ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... ..........
......140 Specificaties.... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ...143 Index.. ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .......... ..... ..... .......... .145 Ne Inleiding 7 Controleren of alle accessoires zijn geleverd Compacte netadapter CA-570 (inclusief netsnoer) Accu BP-308 Draadloze afstandsbediening WL-D85 Lithiumknoopbatterij CR2025 voor draadloze afstandsbediening Lensdop en snoer voor lensdop Multikabel MTC-100 SCARTadapter PC-A10* USB-kabel IFC-300PCU SD Memory Card SDC-16M DIGITAL VIDEO Minivideolamp ( 48) Flitser ( 83) AF/AE vergrendeld tijdens het maken van foto's ( 28) AF-kader ( 28) Resterende accucapaciteit Het accusymbool geeft aan in hoeverre de accu nog opgeladen is.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
" begint in een rode kleur te knipperen wanneer de accu leeg is. ·Als u een lege accu aansluit, wordt de camera mogelijk uitgeschakeld zonder dat " " wordt weergegeven. ·In hoeverre de accu nog opgeladen is, wordt mogelijk niet nauwkeurig aangegeven. Dit kan afhangen van de omstandigheden waaronder de accu en camcorder worden gebruikt. ·" 13 Wanneer u een cassette afspeelt ) (PLAY(VCR)· 12-bits audio ( 105) Einde zoeken ( 77), Datum zoeken ( 79), Audio dubben ( 104) Digitale effecten ( 56) Filmgrootte ( 106) Fotokwaliteit/grootte ( 106) Opnamemodus ( 65) Cassettebediening Tijdcode (Bandteller) ( 27) Resterende band ( 27) Breedbeeldstand ( 73) Audiostand ( 66) Volumeniveau van ingebouwde luidspreker of hoofdtelefoon ( 36) Datacodering ( 76) Cassettebediening / : Versneld vooruit : Opnemen afspelen/versneld achteruit : Pauzeren afspelen ( 34) : Stoppen x2 / x2: x2 afspelen ( 34) : Uitwerpen x1 / x1: x1 afspelen ( 34) : Afspelen / : Langzaam afspelen ( 34) : Vooruit/ : Beeld voor beeld vooruit/ spoelen achteruit afspelen ( 34) : Terugspoelen / / / / : Afspeelpauze ( 34) : Datum zoeken ( 79) : Nulstelgeheugen ( 78) : Audio dubben ( 104) Wanneer u een geheugenkaart weergeeft ) (PLAY(VCR)· Bestandsnummer ( 68) Aantal beelden Fotoformaat Filmgrootte/afspeelduur Beveiligingsmarkering ( 93) 14 Stap 1: De stroombron aansluiten Voorbereidingen De stroom voor de camcorder wordt geleverd via een accu of een gewoon stopcontact. Laad de accu op voordat u met de camcorder aan het werk gaat. Ne De accu plaatsen 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de UIT-stand (OFF). 2. Plaats de accu in de camcorder. · Verwijder het afdekplaatje van de accu. · Schuif het connectoruiteinde van de accu naar binnen in de richting van de pijl en druk dit zachtjes aan totdat het wordt vastgeklikt. De accu verwijdert u als volgt: Houd de BATT. RELEASE-toets ingedrukt en trek de accu aan de onderzijde uit het compartiment. Voorbereidingen Ontgrendelingstoets accu (BATT. RELEASE) De accu opladen 1. Sluit het netsnoer aan op de adapter. 2. Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. 3. Open het afdekplaatje van de aansluitpunten en sluit de netadapter aan op de DC INaansluiting van de camcorder. De oplaadindicator (CHARGE) begint te knipperen. Nadat de accu opgeladen is, gaat de indicator continu branden. De netadapter verwijdert u als volgt: Oplaadindicator (CHARGE) 1. Verwijder de netadapter uit de camcorder. 2. Haal het netsnoer uit het stopcontact. 3. Verwijder het netsnoer uit de adapter. 15 Een stopcontact gebruiken Sluit de camcorder aan op een stopcontact als u de camcorder wilt gebruiken zonder dat u zich zorgen hoeft te maken over de stroomvoorziening. De accu kan in dat geval op zijn plaats blijven; de accu verbruikt dan geen stroom. 1. Zet de aan/uitschakelaar in de UIT-stand (OFF). 2. Sluit het netsnoer aan op de netadapter. 3. Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact. 4. Open het afdekplaatje van de aansluitpunten en sluit de netadapter aan op de DC INaansluiting van de camcorder. Zet de camcorder uit voordat u de netadapter aansluit of verwijdert. Sluit op de DC IN-aansluiting of de netadapter van de camcorder geen producten aan die niet uitdrukkelijk zijn aanbevolen. Tijdens gebruik produceert de netadapter mogelijk enig lawaai. Dit is normaal en duidt niet op een storing. Terwijl de accu wordt opgeladen, mag het netsnoer niet worden verwijderd en opnieuw worden aangesloten. Het opladen wordt dan mogelijk stopgezet. Mogelijk wordt de accu dan niet correct opgeladen, ook al blijft de oplaadindicator later continu branden. Als er zich tijdens het opladen een stroomuitval voordoet, wordt de accu mogelijk ook niet goed opgeladen. Verwijder in dat geval de accu en plaats deze weer terug in de camcorder. Wanneer de netadapter of accu defect is, gaat de oplaadindicator snel knipperen (ten minste 2 knippersignalen per seconde) en wordt gestopt met opladen. De oplaadindicator (CHARGE) geeft informatie over de oplaadstatus. 0-50%: Knippert eenmaal per seconde Meer dan 50%: Knippert tweemaal per seconde 100%: Brandt continu 16 Oplaad-, opname- en afspeelduur De gebruiksduur hieronder is bij benadering gegeven en kan variëren al naargelang de omstandigheden waaronder wordt opgeladen, opgenomen of afgespeeld. Accu Oplaadduur Maximale opnameduur Zoeker: LCD normaal helder Gebruikelijke opnameduur* Zoeker: LCD normaal helder Afspeelduur BP-308 170 min. 115 min. 110 min. 105 min. 65 min. 60 min. 60 min. 130 min. BP-315 255 min. 205 min. 195 min. 185 min. 115 min. 110 min. 100 min. 230 min. Ne Voorbereidingen * Tijdsduur bij benadering voor opnamen met herhaalde bedieningshandelingen zoals starten/stoppen, zoomen, voeding in/uitschakelen. Het verdient aanbeveling de accu op te laden bij een temperatuur tussen 10 °C en 30 °C (50 °F en 86 °F). Wordt de accu opgeladen bij een temperatuur die lager is dan 0 °C (32 °F) of hoger is dan 40 °C (104 °F), dan gaat de oplaadindicator (CHARGE) snel knipperen en wordt met opladen gestopt. Een lithiumion accu kan in elke toestand worden opgeladen. Anders dan bij conventionele accu's hoeft u de accu niet eerst volledig te gebruiken of te ontladen voordat u deze weer mag opladen. U kunt op stroom besparen door de camcorder uit te zetten in plaats van deze in de opnamepauzestand te laten staan. Wij raden u aan twee- tot driemaal zoveel opgeladen accu's bij de hand te houden dan u nodig denkt te hebben. 17 Stap 2: Een cassette plaatsen Gebruik alleen videocassettes met het logo. 1. Verschuif de OPEN/EJECTschakelaar en open de afdekking van het cassettecompartiment. Het cassettecompartiment gaat automatisch open. 2. Plaats de cassette. Verwijder de cassette door deze recht naar buiten te trekken. 3. Druk op de markering van het cassettecompartiment totdat u een klik hoort. 4. Wacht totdat het cassettecompartiment zich automatisch intrekt en sluit de afdekking hiervan. Belemmer het cassettecompartiment niet wanneer dit automatisch wordt geopend of gesloten. Probeer de afdekking ook niet te sluiten voordat het cassettecompartiment zich volledig ingetrokken heeft. Let erop dat uw vingers niet bekneld raken in de afdekking van het cassettecompartiment. Indien de camcorder is aangesloten op een stroombron, kunt u ook cassettes plaatsen of verwijderen als de aan/uit-schakelaar in de UIT-stand staat (OFF). 18 Stap 3: Een geheugenkaart plaatsen Deze camcorder is alleen bestemd voor gebruik met SD Memory Cards. De kaart plaatsen 1. Zet de aan/uitschakelaar in de UIT-stand (OFF). 2. Open de afdekking. 3. Plaats de geheugenkaart in zijn geheel in de geheugenkaartsleuf. 4. Sluit de afdekking. Maak de afdekking niet met kracht dicht; let erop dat eerst de kaart goed geplaatst is. Ne Voorbereidingen De kaart verwijderen Probeer de geheugenkaart niet met kracht te verwijderen; duw deze eerst naar binnen. 1. Zet de camcorder uit.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
Controleer of de kaarttoegangsindicator niet knippert alvorens de camcorder uit te zetten. 2. Open de afdekking. 3. Duw de geheugenkaart naar binnen om deze te ontgrendelen. Verwijder de geheugenkaart. 4. Sluit de afdekking. Kaarttoegangs indicator Als u andere geheugenkaarten gebruikt dan de bijgeleverde kaart, zorg er dan voor dat u deze met de camcorder formatteert ( 95). De SD Memory Card is uitgerust met een wisbeveiligingsschuifje om te voorkomen dat u de gegevens op de kaart per abuis wist. Als het wisbeveiligingsschuifje in de vergendelde stand (LOCK) staat, kunt u op de geheugenkaart geen beelden opnemen en de geheugenkaart niet formatteren. Als u Wisbeveiligingss een van beide wilt doen, moet u de stand van het wisbeveiligingsschuifje wijzigen. Niet voor alle geheugenkaarten kan een juiste werking worden gegarandeerd. 19 Stap 4: De camcorder voorbereiden De zoeker instellen (instelling oogcorrectie) 1. Zet de camcorder aan en houd het LCD-paneel gesloten. 2. Stel de oogcorrectieregelaar in. De lensdop bevestigen 1. Bevestig het snoer aan de lensdop. 2. Haal de handgreepriem door de lus van het snoer. Druk de knoppen op de lensdop in wanneer u de lensdop bevestigt of verwijdert. Haak de lensdop aan de handgreepriem als u wilt opnemen en plaats de dop over de lens nadat u klaar bent met opnemen. De handgreepriem vastmaken Houd de camcorder met uw rechterhand vast en stel de riem bij met uw linkerhand. Stel de handgreepriem zo af dat uw wijsvinger de zoomregelaar en uw duim de start/stop-toets kan bereiken. 20 Stap 5: De draadloze afstandsbediening gebruiken De batterij plaatsen De draadloze afstandsbediening werkt op een lithiumknoopbatterij CR2025. Ne 1. Druk het lipje in de richting van de pijl en trek de batterijhouder naar buiten. 2. Plaats de lithiumknoopbatterij zodanig dat de + zijde naar boven is gericht. 3. Duw de batterijhouder weer op zijn plaats. Lipje Voorbereidingen De draadloze afstandsbediening gebruiken Als u de knoppen van de afstandsbediening gebruikt, richt de afstandsbediening dan op de sensor van de camcorder. De draadloze afstandsbediening werkt mogelijk niet naar behoren wanneer de afstandsbedieningssensor wordt blootgesteld aan fel licht of direct zonlicht. Indien de draadloze afstandsbediening niet werkt, controleer dan of de afstandsbedieningssensor op [OFF] ( 68) ingesteld is. Wanneer de camcorder niet reageert op de draadloze afstandsbediening of slechts op korte afstand, dan moet de batterij worden vervangen. 21 Stap 6: Het LCD-scherm instellen Het LCD-paneel draaien Het onderwerp kan het LCD-scherm bekijken Open het LCD-paneel in een hoek van 90 graden. · U kunt het paneel tot 90 graden naar beneden draaien. · U kunt het paneel 180 graden naar de lens draaien (waardoor het onderwerp het LCDscherm kan bekijken). U kunt het LCD-paneel zo draaien dat het onderwerp het scherm kan bekijken terwijl u de zoeker gebruikt. Dit is ook handig als u met gebruik van de zelfontspanner van uzelf een opname wilt maken. LCD-achtergrondverlichting De helderheid van het LCD-scherm kunt u instellen in een normale stand of een stand die helderder is. Gebruik hiervoor de achtergrondverlichtingstoets (LCD BACKLIGHT). Dit komt van pas bij buitenopnamen. Achtergrondverlichtingstoets (LCD BACKLIGHT) Druk op de achtergrondverlichtingstoets (LCD BACKLIGHT). De helderheid verandert telkens wanneer u de toets indrukt. Deze instelling is niet van invloed op de helderheid van de opname of de helderheid van het zoekerscherm. Bij gebruik van een accu onthoudt de camcorder deze instelling ook als u de stand van de aan/uit-schakelaar wijzigt. De accu raakt sneller leeg als het LCD-scherm helderder wordt ingesteld. 22 Stap 7: De displaytaal wijzigen De taal van de camcorderschermen en menu-onderdelen kunt u wijzigen in Duits, Spaans, Frans, Italiaans, Russisch, Vereenvoudigd Chinees, Traditioneel Chinees, Koreaans of Japans. Ne MENU ( 63) DISPLAY SETUP/ LANGUAGE 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de stand CAMERA of PLAY (VCR). 2. Druk op de MENU-toets. 3. Draai de keuzeschijf naar [DISPLAY SET UP/ ] en druk op de keuzeschijf. 4. Draai de keuzeschijf naar [LANGUAGE] en druk op de keuzeschijf. 5. Selecteer met de keuzeschijf een taal en druk op de keuzeschijf. 6. Druk op de MENU-toets. Voorbereidingen Als u per abuis de taal heeft gewijzigd, volg dan het teken naast het menuonderdeel om de instelling te wijzigen. De schermsymbolen en die op het scherm verschijnen als u de afdrukinstellingen en de instellingen voor directe overdracht wijzigt, blijven ongewijzigd, ongeacht welke taal is geselecteerd.. 23 Stap 8: De tijdzone, datum en tijd instellen Tijdzone/zomertijd instellen MENU ( 63) D/TIME SET T. ZONE/DST 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de stand CAMERA of PLAY (VCR). 2. Druk op de MENU-toets om het menu te openen. 3. Draai de keuzeschijf naar [D/TIME SET] en druk op de keuzeschijf. 4. Draai de keuzeschijf naar [T.ZONE/DST] en druk op de keuzeschijf. De tijdzone-instelling verschijnt. De standaardinstelling is Paris. 5. Draai de keuzeschijf naar uw tijdzone en druk op de keuzeschijf. Als u de zomertijd wilt instellen, selecteer dan de tijdzone met naast het gebied. Datum en tijd instellen MENU ( 63) D/TIME SET DATE/TIME 6. Draai de keuzeschijf naar [DATE/TIME] en druk op de keuzeschijf. Het jaardisplay begint te knipperen. 7. Draai de keuzeschijf naar het gewenste jaar en druk op de keuzeschijf. · Het volgende gedeelte van het display begint te knipperen. · Stel de maand, dag, uren en minuten op dezelfde wijze in. 8. Druk op de MENU-toets om het menu te sluiten en de klok te starten. Als u de camcorder ongeveer 3 maanden lang niet gebruikt, is het mogelijk dat de ingebouwde, oplaadbare lithiumbatterij leeg raakt, waardoor u de datum/ tijdinstelling verliest. Laad in een dergelijk geval de ingebouwde lithiumbatterij op ( 136). 24 Tijdzones Als u eenmaal de tijdzone, datum en tijd heeft ingesteld, hoeft u de klok niet steeds opnieuw in te stellen als u naar een andere tijdzone reist. U hoeft alleen maar de tijdzone te wijzigen in de tijdzone van uw bestemming, en de camcorder stelt vervolgens automatisch de klok bij. Ne Tijdzones en verschil ten opzichte van GMT/UTC LONDON PARIS CAIRO MOSCOW DUBAI KARACHI DACCA BANGKOK Hong Kong (H. KONG) TOKYO SYDNEY SOLOMON GMT/UTC Wellington (WELLGTN) +1 +2 +3 +4 +5 +6 +7 +8 +9 +10 +11 SAMOA Honolulu (HONOLU.) Anchorage (ANCHOR. ) Los Angeles (L.A.) DENVER CHICAGO New York (N.Y.) CARACAS Rio de Janeiro (RIO) Fernando de Noronha (FERNAN.) AZORES +12 11 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 Voorbereidingen 25 Films opnemen op een cassette Basisfuncties Opnemen Voordat u met opnemen begint Wilt u controleren of de camcorder juist opneemt, dan kunt u beter eerst een testopname maken. Maak, indien nodig, de videokoppen schoon ( 137). 1. Druk op de kleine toets en zet de aan/uitschakelaar op CAMERA.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
De aan/uit-indicator (POWER) gaat branden. 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op . 3. Druk op de start/stop-toets om te beginnen met opnemen. Wilt u tijdens het opnemen een pauze inlassen, druk dan nogmaals op de start/ stop-toets. Nadat u klaar bent met opnemen: 1. Zet de aan/uit-schakelaar in de UITstand (OFF). 2. Sluit het LCD-paneel. 3. Breng de lensdop weer aan op zijn plaats. 4. Verwijder de cassette. 5. Verwijder de stroombron. Wacht totdat de tijdcode volledig is gestopt voordat u met opnemen begint. Als u opneemt over eerdere opnamen, dan wordt het overschreven gedeelte volledig verwijderd. Zoek eerst het eindpunt van de vorige opnamen voordat u opnieuw gaat opnemen. Als u opneemt bij een hard geluid (zoals vuurwerk, drums of concerten), dan is het mogelijk dat het geluid vervormd raakt of niet wordt opgenomen op het feitelijke geluidsniveau. Dit is normaal en duidt niet op een storing. Het geluidsopnameniveau kan ook handmatig worden ingesteld ( 70). De camcorder wordt stopgezet als deze 4 minuten en 30 seconden in de opnamepauzestand heeft gestaan. Dit wordt gedaan om de band en videokoppen te beschermen. Als de camcorder stopgezet is, druk dan op de start/stop-toets om weer met opnemen te beginnen en vervolgens op de zelfontspannertoets als u de opnamepauzestand wilt activeren. Het cassettebedieningsdisplay verandert in als de camcorder in de stopstand staat en in als de camcorder in de opnamepauzestand staat. Indien u gebruik maakt van de accu, dan wordt de camcorder automatisch uitgezet als u op de camcorder 5 minuten lang geen bedieningshandelingen verricht. Dit wordt gedaan om stroom te besparen ( 68). Ongeveer 30 seconden voordat de camcorder zichzelf uitschakelt, verschijnt in het midden van het scherm de melding " AUTO POWER OFF". Als de camcorder zichzelf heeft uitgeschakeld en u deze weer wilt inschakelen, zet de aan/uit-schakelaar dan op OFF en vervolgens weer aan. 26 Wat u moet weten over het LCD-scherm en zoekerscherm: De schermen zijn gemaakt met uiterst verfijnde technieken; meer dan 99,99% van alle pixels functioneren volgens specificatie. Minder dan 0,01% van alle pixels kan af en toe mislukken of als zwarte of groene punten verschijnen. Dit heeft geen invloed op het opgenomen beeld en betekent niet dat er problemen zijn. Ne Schermsymbolen tijdens het opnemen Resterende tijdsduur band Geeft de resterende tijdsduur van de band aan. Tijdens het opnemen beweegt " ". " END" knippert wanneer de band het eind heeft bereikt. · Wanneer de resterende duur minder is dan 15 seconden, is het mogelijk dat de resterende duur niet meer wordt weergegeven. · Het is mogelijk dat niet precies wordt weergegeven hoeveel tijd nog resteert. Dit hangt af van het cassettetype dat u gebruikt. Basisfuncties Opnemen Tijdcode Geeft in uren, minuten en seconden aan hoe lang u aan het opnemen bent. Opnameherinnering De camcorder telt van 1 tot 10 seconden wanneer u begint op te nemen. Dit komt van pas om scènes te vermijden die te kort zijn. Opnamen bekijken en zoeken tijdens het opnemen De laatste paar seconden van uw opname kunt u snel bekijken (opname bekijken). U kunt ook de band afspelen om het punt te lokaliseren waar u met de opname wilt beginnen (opname zoeken). Opname bekijken In de opnamepauzestand: Druk de toets (opname bekijken) in en laat deze los. De camcorder spoelt de band terug, speelt de laatste paar seconden af, en keert terug naar de opnamepauzestand. Opname zoeken In de opnamepauzestand: Druk de + toets of toets "opname zoeken" (REC SEARCH + of ) in en houd deze ingedrukt om vooruit respectievelijk achteruit te zoeken. · Laat de toets los als u het punt bereikt waar u met opnemen wilt beginnen. · De camcorder keert terug naar de opnamepauzestand. 27 Opnemen op een geheugenkaart Foto's maken op een geheugenkaart 1. Druk op de kleine toets en zet de aan/uit-schakelaar op CAMERA. De aan/uit-indicator (POWER) gaat branden. 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op . 3. Selecteer de fotogrootte en de fotokwaliteit ( 81). 4. Druk de PHOTOtoets half in. wordt groen wanneer scherp wordt gesteld en er verschijnt een groen kader. Er klinkt een pieptoon. · Als u de PHOTO-toets van de draadloze afstandsbediening indrukt, wordt de foto onmiddellijk gemaakt. · 5. Druk de PHOTO-toets volledig in. en het scherpstelkader verdwijnen en u hoort een sluitergeluid. · De kaarttoegangsindicator knippert. · Films opnemen op een geheugenkaart 1. Druk op de kleine toets en zet de aan/uit-schakelaar op CAMERA. De aan/uit-indicator (POWER) gaat branden. 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op . 3. Selecteer de filmgrootte ( 81). Kies een andere filmgrootte dan [ MOVIE REC OFF]. 4. Druk op de start/stop-toets om te beginnen met opnemen. · De kaarttoegangsindicator knippert. · Druk op de start/stop-toets om te stoppen met opnemen. 28 Wanneer u een SD Memory Card gebruikt, moet het wisbeveiligingsschuifje zo staan dat opnemen mogelijk is. Als de kaarttoegangsindicator knippert, mag u de camcorder niet uitzetten, de positie van de TAPE/CARD-schakelaar niet wijzigen, de voeding niet ontkoppelen, de afdekking van de geheugenkaart niet openen en de geheugenkaart niet verwijderen. Als u dat wel doet, kan dat beschadiging van gegevens tot gevolg hebben. Over het scherpstelkader: Deze camcorder maakt gebruik van een 9-punts, op kunstmatige intelligentie gebaseerde automatische scherpstelling (9 Point AiAF) waarmee uit 9 scherpstelkaders automatisch de beste worden gekozen. De manier waarop scherpstelkaders worden geselecteerd, hangt af van de programmastand en kan ook handmatig worden gewijzigd ( 86). Als het onderwerp niet geschikt is voor automatische scherpstelling, verandert in een gele kleur. Houd de PHOTO-toets half ingedrukt en stel handmatig scherp met de keuzeschijf. Bij het maken van een foto (stap 3) kan het voorkomen dat het beeld korte tijd niet scherp wordt weergegeven terwijl de camcorder scherp stelt. Als het onderwerp te helder is, begint "OVEREXP." te knipperen. Gebruik in een dergelijk geval het optionele ND-filter FS-34U. Geluid voor films die worden opgenomen op de geheugenkaart, is in mono. Als u een SD Memory Card wilt gebruiken, dan raden wij u aan gebruik te maken van een SD Memory Card van Canon of van een SD Memory Card met een overdrachtssnelheid van meer dan 2 MB per seconde, direct nadat u deze met de camcorder heeft geformatteerd. Bij geheugenkaarten die niet met deze camcorder zijn geformatteerd of wanneer op de kaart veel opnamen zijn gemaakt en veel opnamen zijn gewist, dan is het mogelijk dat de schrijfsnelheid te laag is, wat tot gevolg heeft dat de opname wordt gestopt. Indien u gebruik maakt van de accu, dan wordt de camcorder automatisch uitgezet als u op de camcorder 5 minuten lang geen bedieningshandelingen verricht. Dit wordt gedaan om stroom te besparen ( 68). Ongeveer 30 seconden voordat de camcorder zichzelf uitschakelt, verschijnt in het midden van het scherm de melding " AUTO POWER OFF".
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
Als de camcorder zichzelf heeft uitgeschakeld en u deze weer wilt inschakelen, zet de aan/uitschakelaar dan op OFF en vervolgens weer aan. Ne Basisfuncties Opnemen 29 Schermsymbolen tijdens het maken van foto's Resterende kaartcapaciteit voor foto's knipperend in rood: geen kaart aanwezig in groen: 6 of meer beelden in geel: 1 tot 5 beelden in rood: 0 beelden · De getalsaanduiding van het aantal resterende beelden neemt mogelijk niet af ondanks dat een foto wordt gemaakt, of neemt mogelijk tegelijk met 2 af. · Alle indicators lichten groen op wanneer een geheugenkaart wordt weergegeven. Kaarttoegangsdisplay " " wordt weergegeven om aan te geven dat de camcorder op de geheugenkaart gegevens schrijft. Fotokwaliteit/grootte Geeft de beeldkwaliteit en de beeldgrootte van de foto aan. Schermsymbolen tijdens het opnemen van films Resterende kaartcapaciteit voor films Geeft in uren en minuten de resterende duur aan. Bij minder dan 1 minuut wordt de resterende duur in stappen van 10 seconden weergegeven, bij minder dan 10 seconden in stappen van 1 seconde. · De aanduiding varieert al naargelang de opname-omstandigheden. De tijd die feitelijk resteert, kan langer of korter zijn dan is aangegeven. Filmopnameduur Geeft de opnameduur van de film aan. Filmgrootte Geeft de filmgrootte aan. Kaarttoegangsdisplay " " wordt weergegeven om aan te geven dat de camcorder op de geheugenkaart gegevens schrijft. Tijdens het opnemen beweegt " ". 30 Zoomen Stand CAMERA· digitale zoom ( : Behalve de 10x optische zoom kunt u ook gebruik maken van 200x 64). Inzoomen Ne Uitzoomen 10x optische zoom Verplaats de zoomregelaar naar W om uit te zoomen (groothoek). Verplaats de zoomregelaar naar T om in te zoomen (telepositie). Druk de zoomregelaar iets in voor een langzame zoom. Druk harder voor een snellere zoom. U kunt ook de toetsen T en W op de draadloze afstandsbediening gebruiken. De zoomsnelheid kunt u daarmee echter niet regelen. De zoomsnelheid is sneller in de stopstand en in de opnamepauzestand. Als tijdens het opnemen van films de zoom te veel wordt gebruikt, kan dat tot gevolg hebben dat tijdens het afspelen opnamen onstabiel overkomen. Maak weloverwogen gebruik van de zoom. Houd tot het onderwerp een afstand aan van ten minste 1 meter. Bij gebruik van groothoek kunt u tot niet minder dan 1 cm op een onderwerp scherp stellen. Basisfuncties Opnemen 31 Tips voor het maken van betere opnamen De camcorder vasthouden Houd de camcorder in uw rechterhand en houd uw elleboog tegen uw lichaam aangedrukt om een maximale stabiliteit te verkrijgen. Ondersteun, indien nodig, de camcorder met uw linkerhand. Let erop dat uw vingers de microfoon of lens niet aanraken. Voor meer stabiliteit Leun tegen een muur Zet de camcorder op een tafel Lig op uw elleboog Kniel op één knie Gebruik een statief Licht Als u buitenshuis opnamen maakt, raden wij u aan opnamen te maken met de zon in uw rug. Als u een statief gebruikt, laat de zoeker dan niet blootgesteld staan aan direct zonlicht. De zoeker kan anders inbranden doordat de lens het licht concentreert. Gebruik geen statieven met bevestigingsschroeven die langer zijn dan 5,5 mm. Anders kan de camcorder beschadigd raken. 32 Een cassette afspelen Afspelen Als het afspeelbeeld vervormd is, maak dan de videokoppen schoon met een Canon Head Cleaning Cassette of een in de handel verkrijgbare reinigingscassette voor digitale videokoppen ( 137). Ne 1. Druk op de kleine toets en zet de aan/uit-schakelaar op PLAY (VCR). 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op . Basisfuncties Afspelen 3. Druk op om de band terug te spoelen. 4. Druk op / om de band af te spelen. 5. Druk op om te stoppen met afspelen. Wilt u de zoeker gebruiken, sluit dan het LCD-paneel. Wat u moet weten over het schermdisplay: Tijdens het afspelen worden door de tijdcode de uren, minuten, seconden en beeldjes weergegeven. Het is mogelijk dat de resterende opnameduur niet meer wordt weergegeven als u nog minder dan 15 seconden kunt opnemen. Als u het audioniveau van de opname wilt weergeven, druk dan tijdens het afspelen op de AUDIO LEVEL-toets. 33 Speciale afspeelstanden REW PLAY FF STOP PAUSE SLOW / (Afspeelpauze) Wilt u tijdens het afspelen een pauze inlassen, druk dan tijdens normaal afspelen op / . (Versneld vooruit afspelen) / (Versneld achteruit afspelen) Speelt de band 11,5 zo snel af (vooruit of achteruit). Druk tijdens normaal afspelen of vooruitspoelen deze toets in en houd deze ingedrukt. / (Achteruit afspelen) Druk tijdens normaal afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen. +/ (Beeld voor beeld vooruit) / / (Beeld voor beeld achteruit) Speelt de band beeld voor beeld af. Druk tijdens afspeelpauze herhaaldelijk op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk de toets in en houd deze ingedrukt om ononderbroken de band beeld voor beeld vooruit of achteruit af te spelen. Langzaam (Langzaam vooruit)/(Langzaam achteruit) Speelt de band met 1/3 van de normale snelheid af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen. x2 (x2 Vooruit afspelen)/(x2 Achteruit afspelen) Speelt de band tweemaal zo snel als normaal af. Druk tijdens normaal of achteruit afspelen op deze toets van de draadloze afstandsbediening. Druk op (afspelen) om terug te keren naar normaal afspelen. Tijdens de speciale afspeelstanden is er geen geluid mogelijk. Bij sommige speciale afspeelstanden kan het beeld vervormd raken. De camcorder wordt stopgezet als deze 4 minuten en 30 seconden in de afspeelpauzestand heeft gestaan. Dit wordt gedaan om de band en videokoppen te beschermen. 34 Een geheugenkaart afspelen 1. Druk op de kleine toets en zet de aan/uit-schakelaar op PLAY (VCR). 2. Zet de TAPE/CARD-schakelaar op . Ne 3. Druk op de CARD +/ toets om heen en weer te gaan tussen beelden. Druk op de / toets om een film af te spelen. · De eerste scène verschijnt als een foto nadat de film afgespeeld is. · Door op de toets te drukken, wordt de eerste scène van de film weergegeven. Basisfuncties Afspelen / afspeel/ pauzetoets CARD +/ toets Beelden die niet met deze camcorder zijn opgenomen, vanaf een computer zijn gedownload (behalve de voorbeeldopnamen voor de functie Card Mix), op een computer zijn bewerkt en beelden waarvan de bestandsnamen zijn gewijzigd, worden mogelijk niet goed afgespeeld. Als de kaarttoegangsindicator knippert, mag u de camcorder niet uitzetten, de positie van de TAPE/CARD-schakelaar niet wijzigen, de voeding niet ontkoppelen, de afdekking van de geheugenkaart niet openen en de geheugenkaart niet verwijderen. Als u dat wel doet, kan dat beschadiging van gegevens tot gevolg hebben. Tijdens het afspelen van een film: Houd de CARD +/ toets op de camcorder (of REW /FF op de draadloze afstandsbediening) ingedrukt om beelden 8x versneld vooruit/achteruit af te spelen.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
35 Het volume instellen Als u voor het afspelen van een cassette het LCD-scherm gebruikt, speelt de camcorder het geluid af via de ingebouwde luidspreker. De luidspreker klinkt niet wanneer u het LCD-paneel sluit. Gebruik een hoofdtelefoon wanneer u de zoeker gebruikt. Luidspreker Keuzeschijf 1. Zet de camcorder in de stand PLAY(VCR)· of PLAY(VCR)· . 2. Draai tijdens het afspelen de keuzeschijf omhoog om het volume te verhogen en naar beneden om het volume te verlagen. · Er verschijnt 2 seconden lang een volumebalk. · U kunt het geluid volledig uitschakelen door de keuzeschijf omlaag te draaien totdat "OFF " verschijnt. Draai de keuzeschijf omhoog om het volume weer te verhogen. De luidspreker produceert geen geluid als de hoofdtelefoon op de camcorder aangesloten is. U kunt tijdens het opnemen ook de hoofdtelefoon gebruiken om het geluid te controleren. Gebruik de MENU-toets om het volume in te stellen ( 66). 36 Afspelen op een TV-scherm Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder. Ne TV's met S (S1)-videoingangsaansluiting TV's met audio/ videoaansluitingen INPUT S(S1)-VIDEO INPUT Signaal Signaal VIDEO AUDIO L VIDEO AUDIO L Multikabel MTC-100 Stereovideokabel STV-250N (bijgeleverd) (bijgeleverd) R R Basisfuncties Afspelen 1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. 2. Open het afdekplaatje van de aansluitpunten en sluit de camcorder aan op de TV/videorecorder met behulp van de multikabel MTC-100. · Als u de camcorder aansluit op een TV met een S (S1)-video-ingangsaansluiting: Sluit de zwarte stekker aan op de S-videoaansluiting, de witte stekker op de witte audioaansluiting L (links) en de rode stekker op de rode audioaansluiting R (rechts). Sluit de gele stekker niet aan. · Als u de camcorder aansluit op een TV met audio/videoaansluitingen: Sluit de witte stekker aan op de witte audioaansluiting L (links), de rode stekker op de rode audioaansluiting R (rechts) en de gele stekker op de gele videoaansluiting VIDEO. 3. Als u de camcorder aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u de camcorder aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE. 4. Speel een cassette af ( 33) of geef een geheugenkaart weer ( 35). Wij raden u aan de camcorder via een stopcontact van stroom te voorzien. m De beeldkwaliteit is hoger wanneer de camcorder wordt aangesloten op een TV met een S (S1)-aansluiting. 37 De camcorder aansluiten op een TV met SCARTaansluiting Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de TV of videorecorder. Signaal Multikabel MTC-100 (bijgeleverd) SCART-adapter PC-A10 1. Schakel alle apparatuur uit voordat u begint met de aansluitingen. 2. Sluit de SCART-adapter PC-A10 aan op de aansluitingen van de TV of videorecorder. 3. Sluit de multikabel MTC-100 aan op de AV-aansluiting van de camcorder en de audio/videoaansluitingen van de SCART-adapter. Sluit de witte stekker aan op de witte AUDIO-aansluiting L (links), de rode stekker op de rode AUDIO-aansluiting R (rechts) en de gele stekker op de gele videoaansluiting VIDEO. 4. Als u de camcorder aansluit op een TV, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op VIDEO. Als u de camcorder aansluit op een videorecorder, zet de ingangskeuzeschakelaar dan op LINE. 5. Speel een cassette af ( 33) of geef een geheugenkaart weer ( 35). De meegeleverde SCART-adapter PC-A10 is alleen voor uitgangssignalen. Voor opnamen via de analoge ingang of analoog/digitaal omzetting dient gebruik te worden gemaakt van een SCART-adapter met ingangsmogelijkheid (in de winkel verkrijgbaar). 38 De opnameprogramma`s gebruiken Geavanceerde functies Opnameprogramma's Automatisch De camcorder verzorgt automatisch de scherpstelling, de belichting en andere instellingen, waardoor u alleen maar de camcorder hoeft te richten op het onderwerp en de opname te maken. AE-programma De camcorder verzorgt zelf de camerainstellingen. U kunt er echter ook voor kiezen de instellingen handmatig te verrichten ( 43). Ne Portret De camcorder maakt gebruik van een groot diafragma. Hierbij wordt het onderwerp scherp gesteld en vervagen andere details die de aandacht afleiden. Creatieve zone: U kunt de instellingen afstemmen op de opnameomstandigheden. Sluitertijdvoorkeuze AE Gebruik deze stand om de sluitertijd te selecteren. De camcorder selecteert automatisch een over eenkomende diafragmainstelling ( 44). Diafragmavoorkeuze AE Gebruik deze stand om het diafragma te selecteren. De camcorder selecteert de overeen- komende sluitertijd ( 45). Beeldzone: De camcorder stemt de instellingen automatisch af op de omstandigheden. Landschap De camcorder kiest een klein diafragma om in de gehele compositie een brede scherptediepte te bereiken. Geavanceerde functies Opnameprogramma's Lange sluitertijd Sport Gebruik deze stand om sportacties op te nemen, zoals tennis of golf. Gebruik deze stand om bewegende onderwerpen wazig op te nemen, zoals de stroming van een rivier. Speciale scène Maak een keuze uit 6 speciale scènes, met voor elke scène de meest geschikte instellingen ( 42). Nacht Gebruik deze stand om opnamen te maken op plaatsen met weinig verlichting ( 41). 39 Het opnameprogramma selecteren Programmakeuzewiel 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . 2. Draai het programmakeuzewiel naar het gewenste opnameprogramma. Het symbool van het geselecteerde opnameprogramma verschijnt. Wijzig het programma niet als u aan het opnemen bent, omdat de helderheid van het beeld dan abrupt kan veranderen. Portret: Het wazige effect van de achtergrond neemt toe naarmate u meer naar telefoto zoomt. Het beeld is tijdens het afspelen mogelijk niet helemaal vloeiend. Landschap: Door uit te zoomen (W) kunt u een effectievere opname maken. Sport: Het beeld is tijdens het afspelen mogelijk niet helemaal vloeiend. Lange sluitertijd: - Als u films opneemt op een cassette, is de beeldkwaliteit mogelijk niet zo goed als in de andere standen. - Automatische scherpstelling verloopt mogelijk niet geheel zonder problemen. 40 Gebruik van de supernachtstand (Super Night) Hiermee kunt u opnamen maken op plaatsen met weinig licht zonder dat u concessies hoeft te doen aan kleur. De hulplamp gaat automatisch branden in reactie op de helderheid van de omgeving. Ne Keuzeschijf Hulplamp Programmakeuzewiel Supernachtstand (Super Night) 1. 2. 3. 4. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· Zet het programmakeuzewiel op . Druk op de keuzeschijf. Draai de keuzeschijf naar [ SUPER NIGHT] en druk op de keuzeschijf. . Geavanceerde functies Opnameprogramma's · " " verschijnt. · Het symbool van de geselecteerde stand verschijnt op het scherm. Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen achterlaten. De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij de andere programma's.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
Op het scherm kunnen witte punten verschijnen. Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet zo goed als bij andere programma's. In dat geval moet u handmatig scherp stellen. 41 Gebruik van de speciale scènes FOLIAGE (GEBLADERTE) SNOW (SNEEUW) Gebruik deze stand om opnamen te maken Gebruik deze stand om opnamen te maken van bloemen, bladeren of bomen. op heldere skipistes. Hiermee voorkomt u dat het onderwerp onderbelicht wordt. BEACH (STRAND) SUNSET Gebruik deze stand om opnamen te maken (ZONSONDERGANG) op een zonnig strand. Hiermee voorkomt u Gebruik deze stand om opnamen te maken dat het onderwerp onderbelicht wordt. van zonsondergangen, zodat de krachtige kleuren goed worden weergegeven. SPOTLIGHT FIREWORKS (VUURWERK) Gebruik deze stand om opnamen te maken Gebruik deze stand om vuurwerk op te van scènes onder spotlights. nemen. 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· 2. Zet het programmakeuzewiel op . 3. Druk op de keuzeschijf. Er verschijnt een lijst met speciale scènes. of CAMERA· . 4. Selecteer met de keuzeschijf een speciale scène en druk op de keuzeschijf. Het symbool van de geselecteerde stand verschijnt. Sneeuw/Strand: - Het onderwerp kan overbelicht raken op bewolkte dagen of op beschaduwde plekken. Controleer het beeld op het scherm. - Het beeld is tijdens het afspelen mogelijk niet helemaal vloeiend. Vuurwerk: Om camcordertrillingen te voorkomen, raden wij u aan gebruik te maken van een statief. Stand CAMERA· : Gebruik een statief omdat de sluitertijd langer wordt. 42 Gebruik van de AE-programmastand De camcorder stemt automatisch de sluitertijd en belichting af op de helderheid van het onderwerp. In de AE-programmastand kunt u opnamen maken zoals in de automatische stand (AUTO), maar met dit programma kunt u een aantal instellingen zelf wijzigen. Ne 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· 2. Zet het programmakeuzewiel op . of CAMERA· . Als de optimale belichting niet kan worden bereikt, probeer dan het volgende. Stel de belichting handmatig in ( 46). Gebruik de flitser ( 83). Verander de lichtmetingsstand ( 85). Geavanceerde functies Opnameprogramma's 43 Gebruik van de AEsluitertijdvoorkeuze U kunt zelf een sluitertijd selecteren, en de camcorder kiest automatisch een passende diafragma-instelling. Selecteer een korte sluitertijd om snel bewegende onderwerpen vast te leggen, en kies een lange sluitertijd om een nabeeld met sporen te creëren. Richtlijnen voor het selecteren van de sluitertijd CAMERA· 1/6, 1/12, 1/25 1/50 1/120 1/250, 1/500, 1/1000 1/2000 CAMERA· 1/2, 1/3, 1/6, 1/12, 1/25 1/50 1/120 1/250, 1/500 Voor het maken van opnamen van onderwerpen op donkere plaatsen. Voor algemene opnamen. Voor het opnemen van sportscènes in een zaal. Voor het maken van opnamen vanuit een auto of trein, of van bewegende onderwerpen zoals achtbanen. Voor het maken van opnamen van buitensporten zoals golf of tennis op zonnige dagen. - 1. 2. 3. 4. of CAMERA· Zet de camcorder in de stand CAMERA· Zet het programmakeuzewiel op . Druk op de keuzeschijf. Selecteer met de keuzeschijf de sluitertijd. De indicator van de sluitertijd verschijnt. . Het getal van de sluitertijd knippert wanneer de geselecteerde sluitertijd niet in overeenstemming is met de opnameomstandigheden. Kies in een dergelijk geval een andere sluitertijd. Bij gebruik van een lange sluitertijd op donkere plaatsen kunt u van het onderwerp heldere opnamen maken, maar kan de beeldkwaliteit minder zijn, en is het mogelijk dat automatische scherpstelling niet optimaal functioneert. Richt de camcorder niet rechtstreeks op de zon wanneer de sluitertijd op 1/ 1000 of hoger is ingesteld. Het beeld kan flikkeren wanneer u opneemt met hoge sluitertijden. 44 Gebruik van de AEdiafragmavoorkeuze U kunt zelf een diafragmawaarde selecteren, en de camcorder kiest automatisch de juiste sluitertijd. Diafragmawaarden: 1.8, 2.0, 2.4, 2.8, 3. 4, 4.0, 4.8, 5.6, 6.7, 8.0 Gebruik lage diafragmawaarden (groot diafragma) om de achtergrond wazig te maken bij het maken van een portret, of hoge diafragmawaarden (klein diafragma) om een brede scherptediepte tot stand te brengen bij het maken van landschapsopnamen. Ne 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . 2. Zet het programmakeuzewiel op . 3. Druk op de keuzeschijf. 4. Selecteer met de keuzeschijf een diafragmawaarde. · De sluitertijd wordt automatisch ingesteld. · Het diafragma wordt kleiner naarmate de diafragmawaarde hoger is. Welke diafragmawaarden beschikbaar zijn, hangt af van de zoomstand. Het getal van het diafragma knippert wanneer het geselecteerde diafragma niet in overeenstemming is met de opnameomstandigheden. Stel in een dergelijk geval het diafragma opnieuw in. Geavanceerde functies Opnameprogramma's 45 De belichting handmatig instellen Opnemen Stel de belichting bij wanneer een onderwerp waarvan de achtergrond is verlicht, onderbelicht raakt, of vanwege fel licht overbelicht raakt. Programmakeuzewiel Keuzeschijf Belichtingsvergrendelingstoets (EXP) Belichtingsvergrendeling 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . 2. Stel het programmakeuzewiel in op een andere stand dan De belichting kan niet worden bijgesteld in de stand Vuurwerk (SCN). . 3. Druk op de EXP-toets. · Op het scherm wordt "±0" weergegeven. · Als u tijdens belichtingsvergrendeling de zoom bedient, kan de helderheid van het beeld veranderen. De belichting aanpassen Tijdens belichtingsvergrendeling: Stel met de keuzeschijf de helderheid van het beeld in. Het afstelbereik hangt af van de helderheid op het moment dat u de belichting vergrendelde. 46 Handmatig scherp stellen Automatische scherpstelling werkt mogelijk niet goed bij de onderwerpen hieronder. Stel in een dergelijk geval handmatig scherp. Reflecterende oppervlakken Onderwerpen met weinig contrast of zonder verticale lijnen Snel bewegende onderwerpen Via vuile of natte ramen Nachtopnamen Ne Zoomregelaar Programmakeuzewiel Scherpstellingstoets (FOCUS) Keuzeschijf Geavanceerde functies Opnemen 1. 2. 3. 4. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . Stel het programmakeuzewiel in op een andere stand dan Stel de zoom in. Druk op de FOCUS-toets. "MF" verschijnt. . 5. Stel scherp door aan de keuzeschijf te draaien. · Draai de keuzeschijf omhoog of omlaag totdat het beeld scherp is. · Druk de FOCUStoets in als u terug wilt keren naar automatische scherpstelling. De instelling wordt teruggezet naar automatische scherpstelling als u het programmakeuzewiel naar draait. Stel opnieuw scherp als u eerder de camcorder uitgezet heeft. Oneindige scherpstelling Gebruik deze functie als u wilt scherp stellen op verafgelegen onderwerpen zoals bergen of vuurwerk. Druk de FOCUS-toets langer dan 2 seconden in na stap 3 onder Handmatig scherp stellen.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
" " verschijnt. Wanneer u de zoom bedient of aan de keuzeschijf draait, verandert " " in "MF" en gaat de camcorder over op de stand voor handmatige scherpstelling. 47 Gebruik van de minivideolamp U kunt, ongeacht het opnameprogramma, altijd de minivideolamp (hulplamp) aanzetten. Lamptoets (LIGHT) Minivideolamp 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· 2. Druk op de LIGHT-toets. of CAMERA· . · Op het scherm wordt " " weergegeven. · De minivideolamp gaat aan en uit telkens wanneer u de toets indrukt. Richt de minivideolamp niet op personen als zij een auto besturen. Kijk niet langere tijd in de minivideolamp. Gebruik de minivideolamp niet dicht in de buurt van ogen van personen. Als in de supernachtstand de minivideolamp automatisch wordt ingeschakeld, kunt u deze niet uitschakelen door op de LIGHT-toets te drukken. 48 De zelfontspanner gebruiken De zelfontspanner kan worden gebruikt voor het opnemen van films en het maken van foto's. Fototoets (PHOTO) Ne Start/stop-toets Zelfontspannertoets 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· 2. Druk op de zelfontspannertoets. · " " verschijnt. · Zet in de stand CAMERA· Als u een foto wilt maken: of CAMERA· . de camcorder in de opnamepauzestand. 3. Druk de PHOTO-toets half in. 4. Druk de PHOTO-toets volledig in. Geavanceerde functies Opnemen De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na 2 seconden bij gebruik van de afstandsbediening). Op het scherm ziet u dat wordt afgeteld. Als u een film wilt opnemen: 3. Druk op de start/stoptoets. De camcorder begint na 10 seconden aftellen op te nemen (of na 2 seconden bij gebruik van de afstandsbediening). Op het scherm ziet u dat wordt afgeteld. Wilt u de zelfontspanner stopzetten, druk dan op de zelfontspannertoets. Zodra het aftellen is begonnen, kunt u ook op de start/stop-toets (bij het opnemen van films) of de PHOTO-toets (bij het maken van een foto) drukken om het aftellen van de zelfontspanner te annuleren. De zelfontspanner wordt uitgeschakeld als u de camcorder uitschakelt. 49 Opnemen met een externe microfoon: U kunt gebruik maken van de optionele adapterbeugel SA-1 om op de camcorder een microfoon aan te sluiten. Raadpleeg ook de bedieningshandleiding van de microfoon. 1. Bevestig de microfoon op de adapterbeugel. 2. Bevestig de adapterbeugel op de camcorder. 3. Sluit de microfoon aan op de camcorder. Wanneer u opnamen maakt op stille plaatsen, is het mogelijk dat de microfoon het motorgeluid van de camcorder registreert. In dat geval raden wij u aan gebruik te maken van een externe microfoon. Wanneer u gebruik maakt van een elders aangeschafte microfoon: Gebruik een microfoon met een ingebouwde voeding (condensmicrofoon). Bijna alle stereomicrofoons met een stekkerdiameter van 3,5 mm (0.14 in.) kunnen worden aangesloten. Het audioniveau kan verschillen van dat van de ingebouwde microfoon. - Lange microfoons kunnen op het scherm verschijnen. 50 De instellingen wijzigen met de FUNC. toets De instellingen wijzigen (1) Veel van de camcorderfuncties worden geselecteerd in het menu FUNC., dat verschijnt wanneer u de FUNC.-toets indrukt. Wilt u meer weten over de menu-onderdelen, raadpleeg dan Overzicht van menu-onderdelen (FUNC.) ( 52). Ne Functietoets (FUNC.) Keuzeschijf 1. Druk op de FUNC.-toets. · Het menu verschijnt. · De symbolen van de huidige instellingen worden weergegeven. 2. Selecteer met de keuzeschijf een functie en druk op de keuzeschijf. 3. Selecteer met de keuzeschijf een instellingsoptie en druk op de keuzeschijf. · Het symbool verandert in het symbool van de geselecteerde instelling. · Als u meer wilt weten over het instellen van de [SET]-functie van de witbalans, de [CUSTOM]-functie van beeldeffecten of de [MULTI-IMAGE SCREEN]-functie van digitale effecten, raadpleeg dan de betreffende pagina's. Geavanceerde functies De instellingen wijzigen (1) 4. Druk op de FUNC.-toets. Het menu verdwijnt. Functies die niet beschikbaar zijn, worden grijs weergegeven. Het menu kunt u op elk gewenst moment sluiten door op de FUNC.-toets te drukken. 51 Overzicht van menu-onderdelen (FUNC.) Welke menu-onderdelen beschikbaar zijn, hangt af van de bedieningsstand. De standaardinstellingen worden aangeduid met vette letters. Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen als u meer wilt weten over een bepaalde functie. MenuLichtmetingsstand Witbalans Beeldeffect Opnamestand Digitale effecten Instellingsopties EVALUATIVE, SPOT CENT.WEIGHT. AVERAGE, CLOUDY, 85 53 55 87 89 AUTO, DAYLIGHT, SHADE, TUNGSTEN, FLUORESCENT, FLUORESCENT H, SET IMAGE EFFECT OFF, LOW SHARPENING, CUSTOM VIVID, NEUTRAL, SOFT SKIN DETAIL, SINGLE, CONT.SHOOT., HISPEED CONT.SHOOT., AEB, STITCH AST D.EFFECT OFF, FADER, EFFECT, MULTI-IMAGE SCREEN, CARD MIX D.EFFECT OFF, FADER, MULTI-IMAGE SCREEN D.EFFECT OFF, BLK&WHT EFFECT, 56 Foto's maken Filmgrootte Beeldkwaliteit Fotogrootte/ kwaliteit IMAGE ERASE Diashow Beveiligen Afdrukopdracht (Print Order) Kopieeropdracht (Transfer Order) STILL I. REC OFF, S FINE/640x480, S NORMAL/640x480 320x240, 160x120 MOVIE REC OFF, 320x240, 160x120 82 80 106 80 * * 94 91 93 117 124 S S.FINE/640x480, S FINE/640x480, S NORMAL/640x480 L 2304x1736, M1 1632x1224, M2 1280x960, S 640x480 SUPER FINE, FINE, NORMAL * Deze instellingsoptie verschijnt wanneer u de FUNC. -toets indrukt direct nadat u op de geheugenkaart een foto heeft gemaakt. 52 De witbalans instellen U kunt gebruik maken van de voorkeuze-instellingen om kleuren nauwkeuriger weer te geven, of een aangepaste witbalans instellen om een optimaal resultaat te krijgen. AUTO DAYLIGHT SHADE CLOUDY TUNGSTEN FLUORESECENT Ne FLUORESCENT H SET Instellingen worden automatisch verricht door de camcorder. Voor het maken van buitenshuisopnamen op een heldere dag. Voor het maken van opnamen op beschaduwde plaatsen. Voor het maken van opnamen op een bewolkte dag. Voor het maken van opnamen onder wolfraamverlichting en TL-buizen van het wolfraamtype (drie golflengten). Voor het maken van opnamen onder warmwitte of koelwitte TLverlichting, of TL-verlichting van het warmwitte type (3 golflengten). Voor het maken van opnamen onder daglicht-TL of TL-buizen van het daglichttype (drie golflengten). Gebruik deze stand (aangepaste witbalans) om witte onderwerpen onder een gekleurde verlichting wit uit te laten komen. Wit vel papier Geavanceerde functies De instellingen wijzigen (1) Zoomregelaar Programmakeuzewiel Functietoets (FUNC.) Keuzeschijf ( 51) AUTO 1. 2. 3. 4. 5. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . Zet het programmakeuzewiel in een andere stand dan of . Druk op de FUNC.-toets. Selecteer het witbalanssymbool en vervolgens de instellingsoptie. Wanneer u [ SET] heeft geselecteerd: Richt de camcorder op een wit object, zoom in totdat het object het gehele scherm vult en druk op de keuzeschijf.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
· Houd de camcorder ingezoomd op het witte object totdat stap 5 voltooid is. · knippert en stopt met knipperen als de instelling voltooid is. 6. Druk op de FUNC.-toets. 53 Gebruik de automatische instelling voor normale scènes buitenshuis. Afhankelijk van het type TL-verlichting kan de optimale kleurbalans niet worden bereikt met [FLUORESCENT] of [FLUORESCENT H]. Als de kleur onnatuurlijk is, stel dan bij met [AUTO] of [SET]. De camcorder onthoudt de aangepaste witbalans ook als u de camcorder uitzet. Als u een eerder gemaakte [SET]-instelling wilt gebruiken, druk dan, nadat u bij stap 4 de optie [SET] heeft geselecteerd, op de FUNC.-toets zonder de keuzeschijf in te drukken. Als u de aangepaste witbalans heeft ingesteld: Afhankelijk van de lichtbron is het mogelijk dat " " blijft knipperen. Toch zal het resultaat beter zijn dan met de automatische instelling. - Stel de witbalans opnieuw in als de lichtomstandigheden veranderen. - Zet de digitale zoom uit. Een handmatig aangepaste witbalans geeft mogelijk een beter resultaat onder de volgende omstandigheden: - Bij veranderende lichtomstandigheden - Close-ups - Onderwerpen met één kleur (lucht, zee of bos) - Bij verlichting met kwiklampen of bepaalde typen TL-verlichting 54 Een beeldeffect selecteren U kunt opnamen maken met verschillende verzadigings- en contrasteffecten in kleur. IMAGE EFFECT OFF VIVID NEUTRAL LOW SHARPENING SOFT SKIN DETAIL CUSTOM Neemt op zonder effecten. Benadrukt het contrast en de kleurverzadiging om opnamen te maken in levendige kleuren. Maakt het contrast en de kleurverzadiging zachter om opnamen te maken in neutrale tinten. Neemt onderwerpen op met verzachte contouren. Verzacht de details van de huid om het onderwerp een complimenteuzer uiterlijk te geven. Voor instelling van helderheid, contrast, kleurdiepte en scherpte van het beeld. Ne ( 51) IMAGE EFFECT OFF 1. 2. 3. 4. 5. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of CAMERA· . Zet het programmakeuzewiel in een andere stand dan of . Druk op de FUNC.-toets. Selecteer het beeldeffectsymbool en vervolgens de instellingsoptie. Wanneer u [ CUSTOM] heeft geselecteerd: Selecteer de instellingsoptie (helderheid, contrast, scherpte of kleurdiepte), verricht de instellingen met de keuzeschijf en selecteer [SET]. 6. Druk op de FUNC.-toets. [SOFT SKIN DETAIL]: Het beste effect krijgt u door deze functie te gebruiken als u in close-up een persoon filmt. Houd er rekening mee dat gebieden die vergelijkbaar zijn met de huidkleur, enigszins minder gedetailleerd zijn. Geavanceerde functies De instellingen wijzigen (1) 55 Digitale effecten gebruiken De functie voor digitale effecten omvat een fader en effecten, het meerbeeldenscherm en Card Mix . Faders ( 58) Schuiven (WIPE) Begin of eindig scènes met een fade (overgang) vanaf of naar zwart. Fade-start (FADE-T) Verschuiving vanuit de hoeken (CORNER) Sprong (JUMP) Zwaai (FLIP) Puzzel (PUZZLE) Zigzag (ZIGZAG) Balk (BEAM) Getijde (TIDE) 56 Effecten ( Zwart-wit (BLK & WHT) 59) Sepia (SEPIA) Artistiek (ART) Geef uw opnamen iets extra's. Ne Mozaïek (MOSAIC) Bal (BALL) Kubus (CUBE) Golf (WAVE) Kleurenmasker (COLOR M.) Gespiegeld (MIRROR) Geavanceerde functies De instellingen wijzigen (1) Meerbeeldenscherm ( 60) Legt bewegende onderwerpen vast in 4, 9 of 16 stilbeeldjes en geeft deze in één keer weer. Geluid wordt normaal opgenomen. 4 beeldjes 9 beeldjes 16 beeldjes Card Mix ( 61) Combineert met uw opname een foto die is gemaakt op een geheugenkaart. 57 Beschikbare digitale effecten per bedieningsstand: CAMERA· Films Foto's Faders Effecten Meerbeeldenscherm Card Mix : Beschikbaar : Niet beschikbaar *: Alleen zwart-wit. PLAY(VCR)· CAMERA· PLAY(VCR)· * Een fader selecteren ( 51) D.EFFECT OFF 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of PLAY(VCR)· . : Stel het programmakeuzewiel in op een andere Stand CAMERA· stand dan . 2. Druk op de FUNC.-toets. 3. Selecteer het symbool van het digitale effect en vervolgens [ FADER]. 4. Selecteer het fadertype. · De geselecteerde fader wordt weergegeven als een animatie. · De geselecteerde fader maakt een animatie van het beeld dat op het scherm wordt weergegeven. 5. Druk op de FUNC.-toets. Het symbool van de geselecteerde fader verschijnt. 6. Druk op de D.EFFECTS-toets. · Het symbool wordt groen. · Door op de D. EFFECTS-toets te drukken, wordt de fader gedeactiveerd. Stand CAMERA· : 7. Infaden: Druk op de start/stop-toets in de opnamepauzestand. Uitfaden: Druk op de start/stop-toets in de opnamestand. 58 Stand PLAY(VCR)· : 7. Infaden: Druk op de afspeelpauzestand. Uitfaden: Druk op de / / toets in de toets in de afspeelstand. Ne Een effect selecteren ( 51) D.EFFECT OFF 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· , PLAY(VCR)· of CAMERA· . en CAMERA· : Stel het programmakeuzewiel in op Stand CAMERA· een andere stand dan . 2. Druk op de FUNC.-toets. 3. Selecteer het symbool van het digitale effect en vervolgens [ EFFECT]. Stand CAMERA· : Selecteer het symbool van de digitale effecten en vervolgens [ BLK&WHT], en ga verder met stap 5. Geavanceerde functies De instellingen wijzigen (1) 4. Selecteer het effecttype. · Het geselecteerde effect wordt weergegeven als een animatie. · Het geselecteerde effect maakt een animatie van het beeld dat op het scherm wordt weergegeven. 5. Druk op de FUNC.-toets. Het symbool van het geselecteerde effect verschijnt. 6. Druk op de D.EFFECTS-toets. · Het symbool wordt groen en het effect wordt geactiveerd. · Stand PLAY(VCR)· : Begin eerst de band af te spelen en druk op de D. EFFECTS-toets. · Door op de D.EFFECTS-toets te drukken, wordt het effect weer gedeactiveerd. 59 Gebruik van het meerbeeldenscherm Alleen in de volgende afspeelstanden kan het meerbeeldenscherm worden gebruikt: · - Wanneer [S.SPEED] staat ingesteld op [MANUAL]: Afspeelpauze, langzaam vooruit/ achteruit afspelen · - Wanneer [S. SPEED] staat ingesteld op [FAST], [MOD.] of [SLOW]: Afspeelpauze ( 51) D.EFFECT OFF 1. Zet de camcorder in de stand CAMERA· of PLAY(VCR)· . : Zet het programmakeuzewiel in een andere stand Stand CAMERA· dan of . 2. Druk op de FUNC.-toets. 3. Selecteer het symbool van het digitale effect en vervolgens [ MULTI-IMAGE SCREEN]. 4. Selecteer [S.SPEED] en selecteer de overgangssnelheid. · Handmatig (manual): om beelden handmatig vast te leggen. · Snel (fast): telkens 4 beeldjes · Gemiddeld (mod. ): telkens 6 beeldjes (8 beeldjes in het programma Lange sluitertijd) · Langzaam (slow): telkens 8 beeldjes (12 beeldjes in het programma Lange sluitertijd) 5. Selecteer [S.SPLIT] en selecteer het aantal reeksen. 6. Selecteer [SET] en druk op de FUNC.
Uw gebruiksaanwijzing. CANON MVX4I http://nl.yourpdfguides.com/dref/815674
Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)