markt
Softwaregigant CA Technologies stapt in DCIM ABB betreedt Nederlandse datacentermarkt ENERGIEMANAGEMENT
PUE wordt officiële ISO-standaard infrastructuur
Upgraden of vervangen?
nr 10 december 2012 | in samenwerking met: advancing information transport systems
dcw colofon datac e nte rwo r ks is hét vakblad over de technische infrastructuur van datacenters.
Big Bang
datacenterworks verschijnt tienmaal per jaar. toezending geschiedt op abonne mentbasis en controlled circulation. h o o f d r e dacte u r / u itg e v e r
robbert hoeffnagel te l e f o o n +31 (6) 51 28 20 40 e - m a i l
[email protected] e i n d r e dacte u r Ma r ja n va n H o o r n p o sta d r e s r e dacti e
maredijk 17, 2316 vr leiden te l e f o o n 071 - 521 49 98
e - m a i l a dm i n i strati e @fenceworks.nl a dv e rte nti e - e xp lo itati e
hans potharst Commercieel Directeur te l e f o o n +31 (6) 17 44 38 16 e m a i l
[email protected] te l e f o o n +31 (0) 71 5 21 49 98 www.fenceworks.nl vo r m g e v i n g laura willemsen
grafisch ontwerp
druk
control media kopij kan worden ingezonden in overleg met de redactie. geplaatste artikelen vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van de redactie. de redactie noch de uitgever aanvaarden enige aansprakelijkheid voor de inhoud van
artikelen van derden, ingezonden mededelingen, advertenties en de juistheid van genoemde data en prijzen.
fotokopie en overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk op welke wijze dan ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie en onder vermelding van: ‘overgenomen uit datacenterworks, vakblad over de
technische infrastructuur van datacenters’, met vermelding van de jaargang en het nummer. datacenterworks is een uitgave van fenceworks bv
Staan we aan de vooravond van een Big Bang in de datacenterindustrie? Ik denk het wel. Waarom? Lees even mee. Een paar weken geleden vervulde ik de rol van moderator van een expertpanel tijdens een klantendag van CA Technologies. Dit grote softwarebedrijf verkoopt elk jaar voor een paar miljard euro aan software voor het beheren van netwerkinfrastructuren, voor cloudmanagement, voor IT-security, voor het managen van mainframes. Een van de deelnemers aan dit panel was Kenneth Clark. Hij is verantwoordelijk voor de activiteiten die CA Technologies sinds enige tijd onderneemt op het gebied van .... DCIM. Software voor datacenterinfrastructuurmanagement was tot voor kort het domein van aanbieders van producten en systemen die hun plaats vinden in de technische infrastructuur van een datacenter: power, koeling, bekabelingssystemen, toegangscontrole en dergelijke. Vanuit dit gezichtspunt ontwikkelen zij monitoring- en analysetools voor het besturen en optimaliseren van de infrastructuur. Maar er ontbreekt in vrijwel elk – zeg maar – klassiek DCIM-pakket steevast één aspect: de businesslaag. Anders gezegd: de huidige DCIM-tools richten zich op het optimaliseren van de technische infrastructuur. Daar komt inmiddels bij dat deze pakketten kunnen ‘praten’ met de virtualisatiesoftware van – met name – Vmware. Maar veel verder dan dat gaat het niet. En voor wie puur vanuit de technische infrastructuurlaag redeneert is ook niet veel meer nodig. Want vSphere zorg wel voor het management van de IT-laag. Dat is niet zoals IT-afdelingen naar het datacenter kijken. Zij kijken vanaf de businessprocessen – zeg maar – ‘omlaag’. Zij zien een gelaagd model dat opgebouwd is uit een aantal lagen. Grofweg ziet dat er als volgt uit. Onderaan de technische infrastructuur. Daar bovenop staan de IT-systemen met de applicaties. Deze ondersteunen de bovenste laag van het model: de businessprocessen. Wat een IT-manager wil, is zichtbaarheid dwars door dit hele model heen. Hij wil zien welke IT-systemen en elementen van de technische infrastructuur bepaalde businessprocessen ondersteunen. Bij een storing in de onderste laag moet direct duidelijk zijn welke processen hierdoor worden geraakt. Dit is van cruciaal belang nu het datacenter – met dank aan de opkomst van de cloud – meer en meer herkend wordt als dé cruciale basis waarop de businessorganisatie staat. Het datacenter moet per se beschikbaar zijn. Er is dus een nieuwe versie van DCIM nodig. Zeg maar: DCIM 2.0. Een managementpakket dat door het hele model heen kan ‘kijken’ en dat alle onderlinge afhankelijkheden ‘ziet’ en kan sturen. Maar dat ook gebruikt kan worden voor het plannen en optimaliseren van de capaciteit van het datacenter. Bedrijven als CA Technologies kennen dit spel als geen ander. Zij leveren vaak al tien of twintig jaar beheertools die deze functionaliteit in zich hebben, maar dan zonder monitoring en besturing van de technische infrastructuur. Nu het datacenter een cruciale rol speelt, nemen zij de technische infrastructuur er simpelweg ook bij. Hun grote voordeel: zij snappen de IT-manager en spreken zijn taal. Bovendien: IT-managers kennen aanbieders aan CA Technologies.Vandaar die Big Bang: de IT-industrie gaat zich bemoeien met onze wereld. En dat kon wel eens een interessant gevecht opleveren!
dcw december | redactioneel
jaargang 5, december 2012, nummer 10
3
6
10
16
12
25
18
20
36
Inhoud 6
greenwashing of geld verdienen? Overheden en nieuwe regelgeving stellen steeds meer eisen aan het energiegebruik van datacenters. Datacenteroperators kennen natuurlijk deze urgentie en nemen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Maar hoofdmotivatie is en blijft geld. Minder energiegebruik betekent minder operationele kosten. Dit is een van de resultaten uit een onderzoek dat Hitec Power Protection in oktober van dit jaar door Datacenter Dynamics Intelligence heeft laten uitvoeren onder negentig datacenteroperators.
technologie
12
gebruikelijk, maakt het nu mogelijk overcapaciteit in ontwerp en bouw te voorkomen.
management
26
‘datacenters moeten radicaal veranderen’ De tijd is aangebroken dat het datacenter fundamenteel verandert. Waar we het datacenter nu nog kennen als een plek van gespecialiseerde cpu’s, chips en silicium en speciale hardware, zien we een trend richting gestandaardiseerde ‘hardware blocks’. Alle functionaliteit binnen de infrastructuur wordt steeds meer uitgevoerd en ontwikkeld in software. En, wat nog belangrijker is, het gehele beheer van het datacenter wordt uitgevoerd door software. Het datacenter van de toekomst is volledig softwaregedreven.
it-infrastructuur optimaliseren voor cloud computing In de snelle wereld van de bedrijfs-IT is cloud computing niet langer het domein van de early-adopters. De principes achter het realtime leveren van IT-infrastructuur, -diensten en software via internet of via een interne, webgebaseerde infrastructuur worden tegenwoordig vlot geaccepteerd. Organisaties, ongeacht hun omvang of domein, stappen steeds sneller over op geoutsourcete software-, platform- en infrastructuuroplossingen voor betere efficiëntie en lagere kosten. Ondanks alles blijft één onderwerp onderbelicht: de impact van cloud computing op IT-infrastructuren.
34
infrastructuur
en verder
16
37 nieuws van it room infra 38 nieuws 46 bicsi-nieuws
upgraden of vervangen? In de afgelopen jaren zijn IT-systemen en datacenterinfrastructuren steeds efficiënter geworden. Daardoor krijgen leveranciers van datacentertechnologie nu vaker de vraag hoe hun klanten het best kunnen profiteren van alle verbeteringen. Dat speelt vooral als een datacenter qua capaciteit niet meer kan groeien. Wat is dan de beste optie: upgraden van de bestaande omgeving of complete vervanging?
energie
20
‘in zes stappen naar een efficiënt datacenter’ Om tot een efficiënt datacenter te komen, is een modulaire opbouw van (sub)systemen plus intelligente beheersoftware nodig. Philippe Diez, vicepresident bij Schneider Electric, legt tijdens Datacenter Dynamics Converged uit hoe je in zes stappen tot het gewenste eindresultaat kunt komen. De productie van kleinere subsystemen, anders dan voorheen
energievoorziening 15 seconden voldoende voor ups? Hoe lang moet een ups bij een storing de voeding van een computerruimte kunnen overnemen? Conventionele wijsheid zegt: 15 minuten. Bij Active Power zien ze dat anders. Mits de ups en de elektrische installatie waarin deze wordt opgenomen goed is ontworpen en aangelegd, is 15 seconden voldoende.
coverfoto Het coververhaal van deze editie van DatacenterWorks draait om de vraag ‘betere datacenterefficiëntie: upgraden of vervangen?’. Oftewel: als een datacenter qua capaciteit niet meer kan groeien, wat is dan de betere optie: upgraden van de bestaande omgeving, of complete vervanging? Upgraden heeft verschillende voordelen, waarbij lagere kosten natuurlijk het belangrijkste argument is. In veel gevallen zorgt een upgrade er zo voor dat de levensduur van het datacenter wordt verlengd. Maar wat als upgraden geen optie is? Leidt dit automatisch tot vervangen? Of zijn er nog andere moge lijkheden? Lees meer op pagina 16.
dcw december | inhoud
energie
5
Energie-effiëntie belangrijk criterium bij aanschaf ups
Greenwashing of geld verdienen? overheden en nieuwe regelgeving stellen steeds meer eisen aan het energiegebruik van datacenters. datacenteroperators kennen natuurlijk deze urgentie en nemen hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. maar hoofdmotivatie is en blijft geld. minder
energiegebruik betekent minder operationele kosten. dit is een van de resultaten uit een onderzoek dat hitec power protection in oktober van dit jaar door datacenter dynamics intelligence heeft
6
De negentig datacenteroperators, die hebben deelgenomen aan het onderzoek dat Datacenter Dynamics Intelligence in opdracht van Hitec Power Protection heeft uitgevoerd, hebben rond de vierhonderd datacenters in beheer. Deze vierhonderd datacenters hebben een totale vloeroppervlakte van 200.000 m2, waar 43.500 racks zijn gehuisvest die samen rond de 150 MW aan vermogen vragen. Op de open vraag welke factoren het belangrijkst zijn bij de beslissing voor een ups-systeem, gaf 53 % van de ondervraagden energie-efficiëntie als belangrijkste factor aan, gevolgd door service en support geleverd door de leverancier (51 %) en betrouwbaarheid van het systeem (47 %).Voor 18 % van de respondenten is energie-efficiëntie zelfs het belangrijkste criterium om te beslissen. Bypass Mode
statische en roterende ups
Bij aanschaf van een ups-systeem blijft de eerste keuze een statische of roterende ups. De bekendheid wereldwijd met statische upssystemen is groter, maar toch gebruikt 50 % van de respondenten roterende ups-systemen met regelmaat en 18 % past alleen maar deze techniek toe. Er is gevraagd een beeld te geven van de vooren nadelen van statische en roterende ups-sys temen. De traditionele overwegingen om roterende ups te gebruiken, zoals minder vloeroppervlakte voor installatie, hogere betrouwbaarheid, minder onderhoud en een betere energie-efficiëntie, kwamen in het onderzoek duidelijk naar voren. Leveranciers van statische ups-systemen leggen bij de presentatie van hun efficiëntie de naMaximum Energy Saving (VFD)
druk op de vermogenselektronica die zij leveren. Maar om zowel ononderbroken als continue stroom te kunnen leveren, iets wat een datacenter nodig heeft voor een betrouwbare stroomvoorziening, tellen meer componenten mee, zoals de batterijen en de noodstroomaggregaten.
appels met appels vergelijken
Bij het vergelijken van een statische ups met een diesel roterende ups, moeten dus zaken, zoals het continu laden van de batterijen, koelen van de batterijruimte en koelen van de vermogenselektronica, worden meegenomen. Al deze componenten worden binnen diesel roterende ups-systemen teruggebracht naar een simpel en robuust concept, bestaande uit een dieselmotor, generator, smoorspoel en het UPS Mode
tekst: jasper kerkwijk, manager marketing & business support
dcw december | energie
laten uitvoeren onder negentig datacenteroperators.
eco mode?
Wel staan getallen tot 99 % efficiëntie in brochures van leveranciers van statische ups-systemen. Maar de vraag is wat blijft er over aan functionaliteit? Die 99 % wordt bijvoorbeeld Maximum Power Control (VFI)
gehaald in VFD-mode. In dat geval wordt de essentie van het ups-systeem, namelijk betrouwbare levering van stroom aan de kritische IT-belasting, ingewisseld of uitgeruild voor een lager energiegebruik. Maar iedere datacenteroperator stelt betrouwbaarheid van de ups altijd boven energie-efficiëntie. Bij diesel roterende ups is geen sprake van een trade off tussen betrouwbaarheid en energie-efficiëntie.
Sinds februari 2011 bezit het bedrijf een patent op een vernieuwende toepassing van generator en smoorspoel. Door de belasting en generator op een andere wijze aan te sluiten op de getapte smoorspoel, wordt de efficiëntie aanzienlijk verhoogd. Dit is vooral het geval bij deellast, waarbij de energiebesparing kan toenemen met 2 % in normaal bedrijf. Een andere ontwikkeling is de ESO-mode
code of conduct voor datacenters
Het roterende ups-concept is dus in essentie energie-efficiënter. Maar natuurlijk staat daarmee de ontwikkeling niet stil. Hitec Power Protection is sinds 2009 actief deelnemer in het Europese programma ‘Code of Conduct for datacenters’. Roterende ups wordt daarin al genoemd als best practice om energie te besparen, maar het programma inspireert Hitec om de prestaties van zijn systemen nog verder te verbeteren.
Iedere datacenteroperator stelt betrouwbaarheid van de ups altijd boven energieefficientie
dcw december | energie
vliegwiel voor de opslag van kinetische energie. Wanneer dus echt appels met appels worden vergeleken, heeft roterende ups een significant betere energie-efficiëntie ten opzichte van een statische ups met batterijen en een noodstroomaggregaat.
07
(energy storagen), waarbij de opgeslagen kinetische energie wordt afgestemd op de aanwezige belasting via een automatische regeling. Bij beide ontwikkelingen wordt geen concessie gedaan aan de betrouwbaarheid en principiële werking van het ups-systeem.
dcw december | energie
altijd koel
8
De grootste besparing voor een datacenter op het gebied van energiegebruik kan natuurlijk worden behaald door efficiëntere IT-processen en koeling. Zo dalen de operationele kosten aanzienlijk door gebruik te maken van natuur-
lijke koeling. Door daarnaast een hogere temperatuur toe te staan in het datacenter is minder koelcapaciteit nodig. Maar wanneer deze temperatuur mag stijgen en het aantal watt per rack blijft toenemen, wordt de koeling cruciaal om de beschikbaarheid van de IT-processen te garanderen. In het onderzoek gaf slechts 22 % van de respondenten aan dat koeling door het ups-sys teem wordt ondersteund. Maar de marge in tijd is weg om bijvoorbeeld na een korte onderbreking pas weer het koelsysteem te gaan voeden. In een paar seconden stijgt de tempe-
De beste energie-efficiëntie wordt dus niet behaald vanuit een brochure of door functionaliteit van het upssysteem uit te schakelen en daarmee de betrouwbaarheid van de levering van stroom in gevaar te brengen.
ratuur boven de toegestane maximale grens. In een Tier III en Tier IV designarchitectuur (Uptime Insitute) wordt daarom dezelfde beschikbaarheid van de koeling geëist als van ITapparatuur. Juist een roterende ups kan beter omgaan met een mechanische belasting, zoals koelcompressoren.
energiekosten reduceren
De beste energie-efficiëntie wordt dus niet behaald vanuit een brochure of door functionaliteit van het ups-systeem uit te schakelen en daarmee de betrouwbaarheid van de levering van stroom in gevaar te brengen. Het onderzoek uitgevoerd door Datacenter Dynamics Intelligence, praktijkvoorbeelden en vermelding als best practices in de Code of Conduct voor datacenters tonen aan dat met roterende ups de energiekosten kunnen worden gereduceerd. Daarnaast wordt in een geïntegreerd datacenterdesign de maximale besparing gerealiseerd, waarbij ondersteuning van de koeling door het ups-systeem cruciaal is.
advertentie
➔ Oog voor techniek
De computerruimte is een knooppunt van techniek. All IT Rooms ziet techniek nooit als doel maar wel als belangrijk middel. All IT Rooms volgt de technische ontwikkelingen voor u op de voet. Wij zijn vernieuwend maar zorgen er ook voor dat in uw computerruimte alleen bewezen technieken worden gebruikt. All IT Rooms werkt alleen met de beste fabrikanten die wereldwijd actief zijn. Onze partners moeten voldoen aan hoge kwaliteitseisen. Omdat wij merkonafhankelijk zijn kunnen wij u altijd een optimaal resultaat bieden.
Ontdek de passie van all it ROOms all it Rooms B.v. | Lange Kleiweg 50B | 2288 GK Rijswijk | t +31(070)31 98 999 | e
[email protected] | www.allitrooms.com www.allitrooms.com
Green Grid wil duidelijkheid over datacenterefficiëntie
PUE wordt formele ISO-standaard
met de opkomst van meetwaarden als pue is energie-efficiëntie op de agenda van datacenters gekomen. the green grid is echter van mening dat er momenteel te veel meetsystemen bestaan en dat vaak onvoldoende duidelijk is hoe - bijvoorbeeld - een pue nu precies moet worden berekend en wat een bepaalde meetwaarde precies betekent. daarom werkt de organisatie aan de
dcw december | energiemanagement
The Green Grid heeft voor het tot stand komen van een ISO-standaard voor datacenters inmiddels een formeel initiatief opgezet. Dit initiatief heet voluit ‘Global harmonization of datacenter energy efficiency metrics’ en brengt een aantal deskundigen vanuit de gehele wereld bij elkaar om tot een nieuwe, gestandaardiseerde meting van datacenterefficiëntie te komen.
10
itte, itue en dppe
Deze taskforce is al een tijdje achter de schermen aan de gang, maar trad tijdens de vorige maand in Londen gehouden Datacenter Dynamics-conferentie formeel naar buiten. De groep heeft ondertussen tal van meetsystemen onderzocht. Denk aan PUE, maar ook ITTE (IT equipment energy efficiency), evenals ITEU (IT equipment utilization) en DPPE (datacenter performance per energy).
Tijdens de conferentie in Londen werd duidelijk dat de groep ook officiële gesprekken heeft gevoerd met de International Standards Organization om tot een formele ISO-standaard op dit terrein te komen. ISO heeft hierop gereageerd door het onderwerp onder te brengen binnen JTC1. Deze ISO-organisatie houdt zich bezig met standaardisatie van ict-onderwerpen. Sinds kort zijn twee JCT1-werkgroepen met PUE bezig. De eerste is Working Group 1 onder voorzitterschap van Jay Taylor van Schneider Electric. Deze groep richt zich op de meetsystemen die PUE, ITTE en ITUE en andere methoden te bieden hebben. Zij zullen bekijken hoe datacenterefficiëntie het best kan worden gemeten. Een tweede werkgroep, JTC1 Working Group 2, richt zich vooral op methoden om de meetwaarden te kunnen analyseren en interpreteren. Anders gezegd: deze werkgroep gaat bepalen wat een PUE van bijvoorbeeld 1,1 nu precies betekent.
ook de it-laag
Het initiatief om tot een formele ISO-standaard voor PUE te komen, wordt breed gedragen. Organisaties die steun hebben toegezegd zijn naast The Green Grid onder andere de EU Code of Conduct, het Amerikaanse Department of Energy, US Environmental Protection Agency en de Japanse overheid. De Japanse onderzoeker Tomoo Misaki gaf tijdens de conferentie in Londen aan dat alle betrokken organisaties het erover eens zijn dat PUE een belangrijk begrip voor datacenters is. Via een formele ISO-norm willen zij de manier van meten van een PUE standaardiseren en bovendien aanvullen met meetwaarden die gericht zijn op de IT-laag van een datacenter. Hierdoor ontstaat op termijn een gestandaardiseerde manier om vast te stellen wat de efficiëntie van een datacenter is.
tekst: loek wilden is system engineer bij schneider electric
totstandkoming van een officiële iso-standaard voor datacenterefficiëntie.
dcw december
IT-infrastructuur optimaliseren voor cloud computing
12
in de snelle wereld van de bedrijfs-it is cloud computing niet langer het domein van de earlyadopters. de principes achter het realtime leveren van it-infrastructuur, -diensten en software via internet of via een interne, webgebaseerde infrastructuur worden tegenwoordig vlot geaccepteerd. organisaties, ongeacht hun omvang of domein, stappen steeds sneller over op geoutsourcete software-, platform- en infrastructuuroplossingen voor betere efficiëntie en lagere kosten. ondanks alles blijft één onderwerp onderbelicht: de
Beheerders van traditionele datacenters hebben altijd al te maken gehad met de uitdagingen van beschikbaarheid, stroomvoorziening en koeling, maar voor managers van clouddatacenters kunnen deze opgaven nog lastiger zijn. De servers die de meeste cloudinfrastructuren gebruiken om virtuele machines te hosten zijn groter, krachtiger en worden intensiever gebruikt dan gewone servers. Dergelijke servers draaien het grootste deel van de tijd op 80 % van hun verwerkingscapaciteit, terwijl dat voor gewone servers tussen de 5 en 15 % is. Daarom gebruiken virtualisatieservers in de meeste clouddatacenters meer stroom dan conventionele servers en leggen ze meer druk op stroomverdelers, groepenkasten en noodstroomaggregaten. Dit geldt vooral voor bladeservers met meerdere plug&play-cpu's die voeding, stroomeenheden, ventilatoren, kabels en opslag delen. Zo wordt in het datacenter ruimte bespaard, het hardwarebeheer vereenvoudigd en de flexibiliteit vergroot, maar de hardwaredichtheid wordt aanzienlijk vergroot. Bladeservers genereren namelijk enorm veel hitte en stellen hoge eisen aan de stroomvoorziening van de racks. Een gewoon rack vol met bladeservers gebruikt soms wel 30 kW.
modulair
Door bepaalde strategieën te gebruiken kunnen IT- en facilitair managers de uitdagingen van stroomgebruik en koeling die cloudomgevingen met zich mee brengen, het hoofd bieden. In plaats van tijd, geld en mensen te verspillen om extra capaciteit voor toekomstige
behoeften te zorgen, kunnen er modulaire sys teemcomponenten worden gebruikt. Zo kan de capaciteit snel en incrementeel worden uitgebreid wanneer dat nodig is. Dergelijke modulaire systeemcomponenten zijn meestal compact en eenvoudig te installeren. Voor de koeling kunnen modulaire koelsystemen een alternatief bieden voor de traditionele Crac’s of configuraties met warme-koudeluchtgangen. Maar de installatie van extra koeleenheden is niet eenvoudig, omdat van tevoren leidingen onder de vloer of in het plafond moeten worden aangelegd. Vandaar dat veel bedrijven ervoor kiezen het stroomverbruik voor koeling te verminderen door hun airconditioners en luchtverwerkingsapparaten te voorzien van frequentieregelaars of ECventilatoren. Bedrijven die streven naar lagere kosten vooraf en hogere besparingen bij het gebruik, kunnen overgaan op passieve koelsystemen. Hierbij wordt de hete lucht van de servers gekoeld door de airco’s die de koude lucht in circulatie brengen. Grote datacenters die openbare clouddiensten leveren, hebben vaak ups-eenheden in een speciale ruimte naast de serverruimte. Twee van zulke ruimten, één voor ups-apparaten en componenten voor de stroomvoorziening, en de ander voor ups-accu's, kunnen nog efficiënter zijn. Terwijl ups-elektronica normaal gesproken veilig werkt bij een temperatuur van 35 °C, moeten ups-accu's meestal worden bewaard bij 25 °C. Door ups-accu's in een eigen ruimte met temperatuurregulatie te plaatsen, wordt de hoeveelheid warmte die koelsystemen moeten verwerken, verminderd.
De capaciteit kan snel en incrementeel worden uitgebreid, indien nodig
dcw december
tekst: tatu valjakka is productmanager ups-software van eaton power quality
impact van cloud computing op it-infrastructuren.
7
Een falende server kan impact hebben op veel gebruikers en bedrijfsprocessen
dcw december | technologie
betrouwbaarheid
14
Bij de optimalisatie van een infrastructuur voor cloud computing moet rekening worden gehouden met de gevolgen op de beschikbaarheid die zware belasting door virtualisatie tot gevolg heeft. In een gevirtualiseerd cloudcomputingdatacenter kan een willekeurige hostserver meer dan een applicatie ondersteunen. Daarom kan een uitvallende server impact hebben op veel gebruikers en bedrijfsprocessen. Sterker nog: de flexibiliteit die cloud computing en virtualisatie zo aantrekkelijk maakt, kan ongewild ook voor downtime zorgen. Zonder goed beheer kan het overdragen van workload binnen en tussen datacenters resulteren in overbelaste circuits of koelsystemen. En daardoor kunnen kritische systemen uitvallen. Hoewel cloud computing het garanderen van uptime kan bemoeilijken, zijn er werkwijzen en technieken die dit kunnen vereenvoudigen. Organisaties die van plan zijn een cloudinfrastructuur aan hun bestaande datacenter toe te voegen, moeten een grondige audit van hun stroomvoorziening laten uitvoeren. Wanneer deze door een gediplomeerd technicus wordt uitgevoerd, kan zo'n audit helpen bij de beoordeling van stroomvoorzieningen. Zo kan worden bepaald of systemen moeten worden ge-
üpgraded, uitgebreid of gemoderniseerd om een cloudomgeving te kunnen ondersteunen. Organisaties kunnen door een redundante stroomvoorziening de beschikbaarheid vergroten en de kans op ongeplande downtime verkleinen. Bij een N+1-architectuur is sprake van één of meer ups-eenheden, generatoren of andere stroomeenheden bovenop het minimaal vereiste aantal. Bij grote cloudomgevingen met een 2N-architectuur zijn er twee gescheiden, maar identieke stroomrails. Onder normale omstandigheden wordt de belasting door beide rails gelijk verdeeld. Wanneer één van beide uitvalt, kan de andere dat compenseren door tijdelijk de volledige belasting over te nemen. Voor een verdere verbetering van de betrouwbaarheid kunnen datacenterbeheerders op softwaregebaseerde redundantietechnieken gebruiken, zoals replicatie. Een andere effectieve, softwarematige strategie voor meer betrouwbaarheid kapitaliseert op de live-migratiefunctionaliteit die in veel virtualisatieoplossingen is ingebouwd. Met live-migratiesystemen, zoals vMotion van VMware, kunnen beheerders virtuele servers direct verhuizen van de ene fysieke host naar de andere.
beheer
Ook verwerkingscapaciteit en opslagruimte zijn cruciaal voor het succesvol gebruik van cloudinfrastructuren. Om een clouddatacenter soepel te laten functioneren hebben beheerders volledige, up-to-date informatie nodig over de status van hun IT-apparaten en stroomvoorziening. Tegenwoordig zijn er geïntegreerde oplossingen beschikbaar waarmee zij via een bedieningspaneel onder andere fysieke en virtuele servers, ups-eenheden en pdu’s kunnen beheren. Zo werken de IPM-software van Eaton en het beheersysteem vCenter Server van VMware samen om een compleet overzicht te bieden van netwerk- en stroomgerelateerde gebeurtenissen en waarschuwingen. Bovendien kunnen beheerders de twee systemen zo configureren dat ze dynamisch inspelen op statusinformatie. Cloudsoftware, -platforms en -infrastructuren verbeteren de efficiëntie en flexibiliteit van ITactiviteiten, maar oefenen ook veel druk uit op datacenters. Om deze uitdagingen aan te kunnen, moeten organisaties nieuwe technieken gebruiken die de betrouwbaarheid en redundantie van hun fysieke en virtuele omgevingen vergroten. Zo kan elk bedrijf op betrouwbare en kosteneffectieve wijze profiteren van de kracht van cloud computing.
van netaansluiting tot processor Voor elektrische verdelers van een fabriek of ziekenhuis gelden hoge eisen ten aanzien van betrouwbaarheid. Tijdens het ontwerp moet de engineer rekening houden met selectiviteit en coördinatie van de beveiligingen en heersende kortsluitvermogens. Doelstelling is ervoor te zorgen dat een zo klein mogelijk deel wordt afgeschakeld wanneer ergens een overbelasting ontstaat in de aangesloten afgaande velden. Kijken we naar de voeding voor datacenters, dan zijn deze eisen er ook. Specifiek voor datacenters moet echter extra rekening gehouden worden met een beginsituatie en alle (modulaire) uitbreidingen naar de toekomst toe. Martijn Imming, regional marketingmanager bij Eaton en specialist in datacenterinstallaties, vertelt: “Dit stelt speciale eisen aan de verdeler omdat de installatie bij de eerste opstart al betrouwbaar (selectief) moet zijn. Maar ook in alle modulaire uitbreidingen tot volbelasting
moet de elektrische voeding selectief blijven. Aanvullende uitdaging is het gebruik van meerdere voedingsbronnen. In al deze situaties moeten we een systeem realiseren dat foutsituaties tot een zo klein mogelijk deel beperkt. Bijzonder aan datacenters is dat de servers gevoelig zijn voor spanningsdips, een dip van 20 ms of meer kan al een probleem opleveren. Bij kortsluiting ontstaat een spanningsdip en daarom moeten de beveiligingen binnen deze tijd de getroffen servers afschakelen om te voorkomen dat andere hinder ondervinden. In datacenters die overgaan naar virtualisatie worden de servers zwaarder belast (van 10 naar 80 %) wat ook gevolgen heeft voor de belasting van de elektrische verdelers. Bij een verandering van bedrijfsvoering kunnen ontwerpkeuzes, installatiefouten, en sluimerende problemen in de elektrische installatie tot onbetrouwbare bedrijfsvoering leiden. Wij kunnen een opname doen aan de installatie om de
potentiële problemen te inventariseren en maatregelen aan te dragen. Zo realiseren we een betrouwbare voedingsketen van netaansluiting tot processor.”
‘Wij moeten een systeem realiseren dat foutsituaties tot een zo klein mogelijk deel beperkt’
advertentie REINIGEN, RECONDITIONEREN EN CONSERVEREN VAN KLIMAATTECHNISCHE INSTALLATIES
PROGREEN® CONDENSORCOATING Duurzaam elastisch Wering vuilaangroei Goed geleidend Alu-membraam Titaandioxide Zeer goede hechting en bescherming Watergedragen GROEN!
Kijk voor meer informatie op: WWW.CONPRO.NL Bunsenstraat 90 | 3316 GC Dordrecht | T 078 - 621 38 51
Conpro adv..indd 1
12-10-2010 13:16:15
Betere efficiëntie van het datacenter
Upgraden of vervangen?
in de afgelopen jaren zijn it-systemen en datacenterinfrastructuren steeds efficiënter geworden. daardoor krijgen leveranciers van datacentertechnologie nu vaker de vraag hoe hun klanten het best kunnen profiteren van alle verbeteringen. dat speelt vooral als een datacenter qua capaciteit niet meer kan groeien. wat is dan de beste optie: upgraden van de
16
Upgraden van de bestaande omgeving is een goede optie als efficiëntie en capaciteit de belangrijkste issues zijn. Upgraden heeft verschillende voordelen, waarbij lagere kosten het belangrijkste argument is. Een nieuw datacenter kost al snel 13 miljoen euro per megawatt. Het is mogelijk dat te verlagen naar 9,5 miljoen euro per megawatt door bijvoorbeeld een verbeterde inzet van ups. De kosten van upgraden bedragen 25 tot 40 % van nieuwbouwkosten. In veel gevallen biedt een upgrade de capaciteit om de levensduur van het datacenter uit te breiden.
vangen, die de koeling optimaliseren zodat die bij gedeeltelijke belastingen efficiënter werkt. Variabele ventilatorsnelheden verbeteren de efficiëntie aanzienlijk in vergelijking met traditionele ventilatoren met een vaste snelheid. Zogenoemde EC-plugventilatoren (electronically commutated) zijn zelfs nog efficiënter. De ventilatoren met variabele snelheid en de EC-plugfans zijn op bestaande koelsystemen te monteren. Zij zijn voor wat betreft prestaties en efficiëntie via intelligente controlemechanismen te optimaliseren.
nieuwe technologie
omslagpunt
Nieuwe koelings- en stroomvoorzieningen, en IT-middelen die de energie-efficiëntie vergroten, resulteren vaak ook in een capaciteitsuitbreiding. Het is hierdoor mogelijk capaciteit vrij te maken en daar in te zetten, waar die het meest nodig is. Door cold-aisle containment, intelligente controlemechanismen die de server monitoren, en zuiniger omgaan met middelen is de efficiëntie te verbeteren. Dit dankzij een beter temperatuur- en luchtstroombeheer. De SmartAisle-infrastructuur van Emerson verhoogt de efficiëntie en biedt flexibiliteit via een rijgebaseerde infrastructuur voor nieuwe en bestaande datacenters. Door een eenvoudig, modulair opgebouwd ontwerp zorgen de configuraties van SmartAisle ervoor dat IT-professionals minder apparatuurkosten hebben, het gebruik van de huidige infrastructuur kunnen optimaliseren, vastzittende capaciteit kunnen vrijmaken en het energiegebruik tot 30 % kunnen verlagen. Daarnaast is het mogelijk componenten te ver-
Het upgraden op basis van componenten heeft minder impact dan de volledige vervanging van een koelsysteem. De investering in componenten is in de regel binnen twee jaar terug te verdienen. Wie overweegt bestaande precisiekoeling te moderniseren door nieuwe componenten toe te voegen, moet beseffen dat het vergelijkbaar is met het inruilen van een auto voor een nieuwer model. Er is een omslagpunt waarbij je niet voldoende opbrengst haalt uit upgraden om de investering te rechtvaardigen. Mogelijke upgrades voor het efficiënter maken van het voedingssysteem zijn de dubbele conversie ups-techniek die conversieprocesverlies voorkomt, het intelligent combineren van upsmodules en hoogefficiënte transformators. Daarnaast dragen ook de inzet van datacenterbeheeroplossingen, de implementatie van een ecomode op de ups en de optimalisatie van de voeding van ups naar servers bij aan energiebesparingen.
tekst: ben de brauwer, managing director emerson benelux
dcw december | infrastructuur
bestaande omgeving of complete vervanging?
vervanging
Hoewel er veel redenen zijn een datacenter te upgraden, is dat niet altijd de meest praktische keus. Het nadeel van een omvangrijke upgrade is, dat deze moet plaatsvinden in een in bedrijf zijnd datacenter. Als er al enige ruimte is, is het upgraden niet zonder risico met het oog op de beschikbaarheid. Het unit-voor-unit upgraden kan dan uitkomst bieden om downtime te voorkomen. Volledige nieuwbouw is te overwegen als: • de bestaande ruimte niet voldoende is om nieuwe, efficiëntere apparatuur een goede plek te bieden; • er geen ruimte meer over is in het datacenter, maar dit nog wel dienst kan doen als disaster recovery-site; • de organisatie werkt met verschillende datacenters en wil deze effectiever benutten. De datacenters zijn dan te consolideren naar een nieuw datacenter waar alle nieuwe technieken te combineren zijn.
alternatieven
Als upgraden geen optie is en complete vernieuwing ook niet mogelijk is, dan zijn er nog andere alternatieven. Een mogelijkheid is de overstap naar een colocatieaanpak om een capaciteitstekort op te vangen. Dit is vooral praktisch voor applicaties die niet al te kritisch zijn, zoals e-mail. Colocatie maakt het mogelijk de kernapplicaties in eigen huis te blijven draaien. Daarnaast is het eventueel mogelijk meer fysieke ruimte te creëren en daarin efficiënte technieken voor zware applicaties onder te brengen. Een tweede alternatief om de efficiëntie en capaciteit te vergroten, is het inzetten van een modulair containerdatacenter voor zware, kritische applicaties. Deze containers zijn uit te rusten met de nieuwste technieken en vergroten de flexibiliteit door hun modulaire karakter. Upgraden of vernieuwen? Voor beide benaderingen zijn tal van argumenten aan te voeren. Een gedegen analyse vooraf van alle eisen op korte, middellange en lange termijn biedt het beste uitgangspunt voor de juiste keus.
dcw december | infrastructuur
Emerson Network Power ontwikkelde met het oog op energie-efficiëntie Energy Logic dat gebruik maakt van het cascade-effect. Dit effect doet zich voor wanneer een lager energiegebruik op componenten apparaatniveau wordt versterkt door een verminderde vraag op supportsystemen. Het is mogelijk met het cascade-effect sterke besparingen te realiseren. Dat biedt weer ruimte om een datacenter uit te breiden.
17
IT-industrie ‘ontdekt’ DCIM-markt
CA Technologies ziet veel in datacenterinformatie hoewel dcim maar een heel klein stukje uitmaakt van de softwaremarkt, is het monitoren en besturen van datacenters zo belangrijk dat grote softwarebedrijven besluiten in dit marktsegment te investeren. een goed voorbeeld is softwareconcern ca technologies dat zich tot nu toe vooral
dcw december | markt
“Inconsistent datacenter information is een van de belangrijkste redenen waarom wij interesse hebben in DCIM”, stelt Terebnce Clark, ge-
18
neral manager, CA ecosoftware, energy and sustainability management bij CA Technologies. Hij was onlangs in Nederland voor een conferentie van Nederlandse CA-klanten. Tot nu toe was het Amerikaanse bedrijf vooral een partner van DCIM-aanbieders. CA Technologies kent namelijk een softwareportfolio dat al jaren tal van tools telt om de IT-laag van een datacenter te beheren. Denk aan het beheer van servers, communicatienetwerken, security-processen en in toenemende ook van cloudtools. Voor een IT-manager was jarenlang het beheer van de IT-laag min of meer voldoende om voor zijn klanten tot een goede prestatie en beschikbaarheid van applicaties te komen. Inmiddels is dat niet meer genoeg. Hoewel dit in Nederland minder speelt dan in bijvoorbeeld Engeland, hebben vooral energieschaarste en de almaar stijgende kosten voor koeling de technische infrastructuur van een computerruimte hoog op de prioriteitenlijst van datacentermanagers geplaatst.
eigen versie van de waarheid
Tot voor kort werd het bovendien veelal als voldoende beschouwd als monitoring- of DCIM-pakketten konden ‘praten’ met tools voor het beheer van de ict-laag. Onderzoek van onder andere IDC Research heeft echter aangegeven dat er veel te winnen valt bij een betere in-
tekst: hans vandam is freelance journalist
met systeemmanagement bezighield. Het bedrijf stapt nu ook in de dcim-markt.
Het beheer van de technische infrastructuur en de IT-laag van een datacenter gebeurt tot nu toe handmatig of via een groot aantal los van elkaar staande tools.
geautomatiseerd beheer
IDC heeft daarom ook gevraagd wat gebruikers verwachten van een DCIM-oplossing. Die vraag heeft een lange lijst met eisen en wensen opgeleverd, zoals: - realtime monitoring van power, koeling, temperaturen, druk, toegang en dergelijke; - realtime monitoring van fysieke en virtuele IT-hardware; - realtime monitoring van de belasting van fysieke en virtuele hardware; - realtime monitoring van applicaties en andere software; - alerts en alarmeringen als grenswaarden ten aanzien van power&cooling en meer worden overschreden; - assetmanagement: welke apparatuur bevindt zich waar in het datacenter? - voorraadbeheer: hoeveel servers of schijven hebben we nog op voorraad? - analyse van huidige en verwachte capaciteit; - planning- en rapportagetools; - automatisering van al dit soort functies. IDC stelt in de op verzoek van CA Technologies geschreven whitepaper ‘The datacenter’s role in delivering business innovation: Using DCIM to enable a common management approach’ dat beheerders op zowel de IT-laag als de fysieke laag nog aarzelingen hebben als het gaat om het overdragen van het beheer van een datacenter aan volledig geautomatiseerde managementtools. Toch hebben de onderzoekers ook ontdekt dat dit idee aan populariteit wint. Al bijna de helft van de ondervraagde datacenter- en facilitair managers is inmiddels bereid dit idee serieus een kans te geven. “De voordelen van automatisch beheer zijn dan ook te groot om te negeren”, zegt Clark.
dcw december | markt
tegratie van het beheer van beide lagen. Er zijn nu te veel tools nodig om tot een totaalbeeld van de prestaties, de beschikbaarheid, maar bijvoorbeeld ook de operationele kosten van een datacenter te komen. ‘Inconsistent datacenter information’ wordt dat dus genoemd. Nog niet een derde van de door IDC in opdracht van CA Technologies ondervraagde IT- en facilitair managers geeft aan te beschikken over een geïntegreerde set van tools die het beheer van de IT-laag en de technische infrastructuur uitvoeren. In afbeelding 1 is te zien welke sys temen worden beheerd en hoe dit in de praktijk wordt aangepakt: met de hand, via een speciale tool of als onderdeel van een DCIM-oplossing. Hét grote probleem, zo menen de analisten van IDC, is dat tal van bij het datacenter betrokken functionarissen werken met – wat zij noemen – ‘een eigen versie van de waarheid’. Daarbij zien we bovendien een interessante mix aan functionarissen. IDC noemt niet alleen IT- en facilitair managers, maar bijvoorbeeld ook capaciteitsplanners. Deze vervullen in de IT-industrie al jaren een cruciale rol. Zij kijken naar het gebruik van IT-voorzieningen – servers, storage, netwerkapparatuur – en proberen op basis van historische gegevens en informatie die zij van hun klanten ontvangen een inschatting te maken van de toekomstige behoefte aan IT-capaciteit. Althans, dat was waar zij tot nu toe vooral naar keken: IT-capaciteit. Nu datacenters echter steeds belangrijker worden voor het zakelijk succes van bedrijven en veel computerruimten tegen de grenzen van hun capaciteit op het gebied van power&cooling aan lopen, wordt het voor capaciteitsplanners ook steeds belangrijker de volledige ‘datacenterstack’ in hun plannen mee te nemen. Er is voor een bedrijf immers geen extra servercapaciteit beschikbaar voor de uitrol van – bijvoorbeeld – SAP naar nieuwe kantoren als er fysiek geen ruimte is in het datacenter of als de koelsystemen aan hun maximale capaciteit zitten.
19
Philippe Diez, vicepresident bij Schneider Electric:
‘In zes stappen naar een efficiënt datacenter’
om tot een efficiënt datacenter te komen, is een modulaire opbouw van (sub)systemen plus intelligente beheersoftware nodig. philippe diez, vicepresident bij schneider electric, legt tijdens datacenter dynamics converged uit hoe je in zes stappen tot het gewenste eindresultaat kunt komen. de productie van kleinere subsystemen, anders dan voorheen
20
Bij het ontwerp van een datacenter is vaak sprake van warme- en koudegangen. Dat is een samenhangend geheel. Je krijgt een groot blok van racks voor de montage van onder meer servers (blades), opslagapparatuur en controllers. Ingesloten tussen een ups-systeem, een koelsysteem en een power distribution unit. Een tamelijk compact geheel dat als een soort eenheid zijn plaats krijgt in het datahotel. De tussenliggende gang is van boven en aan de beide toegangskanten afgesloten. Alles is qua capaciteit geheel op elkaar afgestemd, zodat je niet eenvoudig tussentijds wijzigingen (bijvoorbeeld uitbreidingen) kunt uitvoeren.
Het gevolg is dat in beginsel een oplossing wordt overgedimensioneerd om toekomstige uitbreiding binnen het bestaande ‘servercarré’ op te vangen. ‘Stranded power’ noemen de Amerikanen dat: apparatuur die energie gebruikt zonder dat het computertaken uitvoert. Een dergelijk ontwerp leidt tot een star ingericht datahotel, wil Diez maar gezegd hebben.
veranderlijk
En starheid is wel het laatste wat je in een rekencentrum kunt gebruiken. Hierbij zoekt Diez steun bij de Griekse filosoof Heraclitus (540 – 480 v.C.) die als grondfilosofie aanhing dat alles stroomt. Zijn gedachtewereld is samengebald in de spreuk ‘Niets is permanent, behalve verandering’. “Juist in de informatietechnologie is verandering de constante factor”, stelt Diez bij de grafiek die de ontwikkeling liet zien van ‘big iron’ (1970-1985), via client-server (1985-1995), internetrevolutie (1995-2000), volwassenwording (2000-2010) naar cloud computing (vanaf 2011). Ook de businessmodellen volgen deze verandering. Zo zijn er in de loop der
jaren verschillende datacenters ontstaan: het datacenter als ondersteuning voor geautomatiseerde bedrijfsprocessen (voor kostenbeheersing), als een investering (voor marktonderscheiding op de beste bedrijfsprocessen) en ten slotte als een bedrijfsmodel (voor marktonderscheiding op dienstverlening). Bij de eerste categorie zitten de corporate rekencentra, terwijl de tweede categorie geldt voor banken en high-performance computing. De derde klasse omvat de datacenters van telecombedrijven, cloudproviders en hosting bedrijven. Een parallelle ontwikkeling is die van serverrooms, hardwareconsolidatie, virtualisatie en cloud computing. “Datacenters zijn aan voortdurende verandering onderhevig, afhankelijk van de eisen die de bedrijfsvoering stelt”, geeft Diez aan.
modulariteit
De eerste stap naar een efficiënt datacenter is dan ook modulariteit. Hier valt de term legolisering toe te passen. Het begrip is gemunt door Hennes de Ridder, de Delftse hoogleraar Integraal Ontwerpen die onlangs een boek
tekst: teus molenaar is freelance journalist
dcw december | energie
gebruikelijk, maakt het nu mogelijk overcapaciteit in ontwerp en bouw te voorkomen.
schaalbaar
Het betekent wel dat je dan met modules moet kunnen werken. Daar heeft Schneider
Electric nu juist werk van gemaakt.Want dit is, volgens Diez, de tweede stap naar een efficiënt datacenter. Modules voor krachtstroom, ups, chillers, Crac en generatoren die in kleinere vorm en vermogen beschikbaar zijn, maar wel standaard en uitbreidbaar. “Tot nog toe ontbraken die op de markt. Wij hebben nu kleinere modules gemaakt, maar niet de allerkleinste. Om te beginnen zijn we op de middenmoot gaan zitten. Later breiden we de modules uit met nog geringere vorm en vermogen; en natuurlijk ook naar de bovenkant”, vertelt Diez. Hij heeft het dan bijvoorbeeld over een krachtstroommodule met 500 kW ups en
‘Je moet je echt afvragen hoe uniek jouw datacenter is’
1.000 kW switchgear; een koelingmodule met buitenlucht van 400 kW en een koelingmodule met water van 500 kW. “Je kunt ze aan elkaar schakelen om op te schalen naar een hogere capaciteit, of om ze in te zetten als redundante voorziening.” Het voordeel is bovendien dat ze aan de zijkant van een rekencentrum zijn te plaatsen en daardoor geen dure ‘white space’ innemen.
buitenlucht voldoende koud
“Ja, je moet niet in de Sahara gaan zitten”, stelt Diez, maar om nou alleen in Siberië of IJsland te kunnen koelen met buitenlucht vindt hij echt onzin. “Wij hebben bij het Franse Neoclyde (een colocatie-aanbieder) drie modules EcoBreeze geïnstalleerd. Die gebruiken de buitenlucht om te koelen en dat kan vrijwel het hele jaar door. Slechts zestien dagen in het jaar is de buitenlucht te warm. Dat geldt trouwens ook voor Nederland.” Hij vertelt dat de Ecobreeze werkt met een warmtewisselaar. “We vermengen niet de buitenlucht met de warme lucht in het datacenter. Daardoor kunnen we die hoge rendementen
dcw december | energie
uitbracht waarin hij betoogt dat in de bouwsector meer met standaardcomponenten moet worden gewerkt. “Je moet je echt afvragen hoe uniek jouw datacenter is.Vaak is dat helemaal niet het geval”, zegt Diez. “Met legoblokjes ben je veel flexibeler om iets te bouwen dan wanneer je een compleet product koopt. Beter met componenten werken dan met een ‘packaged solu tion’ in een rekencentrum, want dan kun je je aanpassen zonder kapitaalverlies.” Hij ziet die modulariteit op het niveau van het rack, maar ook op het vlak van functionele eenheden (ups, koeling, en dergelijke) die samengevoegd een POD (performance optimized datacenter) opleveren. Diez noemt de rekencentra van Google en Facebook als voorbeelden van een POD. “Modulair opgebouwd uit standaardcomponenten die schaalbaar zijn in te zetten. Zo bespaar je op kapitaal- en operationele kosten.”
21
Ook op uw bureau?
Cloud Works
Mail uw gegevens naar
[email protected] en ontvang het magazine CloudWorks gratis!* *Indien uw functie en werkkring relevant zijn. Vergeet deze niet te vermelden.
halen. Ook heb je dan geen roetfilters nodig die lastig zijn schoon te maken.” Met de EcoBreeze verwacht Neoclyde de kosten voor onderhoud en energie met 30 % te verlagen.
voorspellend vermogen
Terwijl achter Diez het beeld opduikt van een cockpit van een groot passagiersvliegtuig, spreekt hij over stap drie: het vermogen toekomstige capaciteit te voorspellen. Je moet immers over die kennis kunnen beschikken om te weten wanneer je de ups-systemen, chillers, en dergelijke moet opschalen. Daaraan verwant is beschikbaarheidsbeheer; waarbij je ervoor moet zorgen dat het datacenter te allen tijde beschikbaar is voor de bedrijfsvoering. “Bij dat laatste is een integratie nodig van gebouw- en IT-beheer”, legt Diez uit. “Tot nog toe zijn dat gescheiden werelden.” Een gerichte blik op terugdringing van het energiegebruik is de vijfde stap, waarbij het streven moet zijn op een PUE van 1 uit te komen. Dat zal natuurkundig niet altijd haalbaar zijn, maar moet volgens Diez wel het doel zijn.
IT-optimalisatie is ten slotte de zesde stap: zorg ervoor dat IT-apparatuur zo efficiënt mogelijk wordt ingezet. Om de stappen drie, vier, vijf en zes te kunnen uitvoeren is DCIM nodig. “Wij leveren DCIM, waarbij we niet alleen onze eigen mo-
dules monitoren en analyseren, maar ook die van andere fabrikanten, zolang ze maar standaard-communicatieprotocollen gebruiken”, zegt Diez. Zo komt hij in zes stappen tot een efficiënt datacenter.
makelaars in computerkracht
Ook al richt je het datacenter zo efficiënt mogelijk in, overcapaciteit zal er altijd zijn.Vooral bij de niet-bedrijfsgebonden rekencentra, bij de aanbieders van cloudcapaciteit, zoals Amazon en Microsoft. Het ligt in hun aard om overcapaciteit te hebben, omdat ze klaar moeten zijn voor toenemende vraag. Hier ziet Reuven Cohen, senior vicepresident bij Virtustream, een geheel nieuwe markt ontstaan: die van computerkracht. Zijn bijdrage op Datacenter Dynamics Converged ging over de verschillende soorten clouds. Hij probeerde orde te scheppen in public clouds, private clouds, hybride clouds en community clouds. Geleidelijk bracht hij zijn visie naar voren dat hij makelaars in computercapaciteit ziet ontstaan, naar analogie van de energiemarkt. Elektriciteitscentrales produceren geregeld meer energie dan op dat moment de vraag is van eigen afnemers. Die energie is ruim tevoren al ingekocht (op papier) door makelaars die vervolgens de elektriciteit elders afzetten. Hij ziet hetzelfde gebeuren met de computerkracht van datahotels. Dit zal leiden tot een enorme prijsdifferentiatie. Cohen zei niet op welke termijn hij deze ontwikkeling verwacht, maar liet wel doorschemeren dat dit geen eindeloos vergezicht is.
'Tot nog toe zijn IT- en gebouwbeheer gescheiden werelden'
Datacenters op een groene fundering
WHO ENSURES CONTINUITY FOR YOUR OPERATION?
Eaton 3 fase UPS. Energiezuinige power quality oplossingen • Ongeëvenaarde prestaties • Toonaangevend op gebied van efficiency • Innovatieve energiebesparende technologieën • Compact in vloeroppervlak en gewicht
www.eaton.nl/datacenters
WE TAKE CARE OF IT!
WITH FLEXIBLE POWER & FULL SERVICE SOLUTIONS Looking for a reliable emergency power source to secure your power supply if the public power net fails? Pon Power offers the security you seek. Next to our critical power diesel generators we supply UPS systems. A fully integrated critical power package, supplied and serviced by a single supplier. For more information go to www.pon-cat.com/criticalpower
PON POWER BV T+31 (0) 78 6 420 420 pon-cat.com/criticalpower CAT, CATERPILLAR, their respective logos, “Caterpillar Yellow” and the POWER EDGE trade dress, as well as corporate and product identity used herein, are trademarks of Caterpillar and may not be used without permission. ©2011 Caterpillar All Rights Reserved
PONP_11363_ADV_Noodstroom_DEF_02.indd 1
25-09-12 09:
VMware ziet veel kansen voor ‘hardware blocks’
‘Datacenters moeten radicaal veranderen’
de tijd is aangebroken dat het datacenter fundamenteel verandert. waar we het datacenter nu nog kennen als een plek van gespecialiseerde cpu’s, chips en silicium en speciale hardware, zien we een trend richting gestandaardiseerde ‘hardware blocks’. alle functionaliteit binnen de infrastructuur wordt steeds meer uitgevoerd en ontwikkeld in software. en, wat nog belangrijker is, het gehele beheer van het datacenter wordt uitgevoerd door software. het
Het datacenter ziet er nu vaak uit als een museum van verouderde ITbeslissingen. Elke innovatie en elk nieuw platform heeft gezorgd voor een eigen silo. Binnen de IT(-afdeling) vinden we silo’s voor speciale hardware, applicaties, beheertools en dedicated beheerders. En niet alleen applicaties, maar ook infrastructuurcomponenten, zoals storage en networking, hebben hun eigen silo. Echter, elke silo zorgt ook weer voor meer complexiteit. Wat nodig is, is een nieuw model voor het datacentrum. De volgende stap is te breken met de oude traditionele, fysieke infrastructuur (lees: het hardwaregedreven datacentrum). Door alles te virtualiseren zijn we niet meer afhankelijk van de fysieke hardware waardoor organisaties veel flexibeler kunnen worden. Doordat alles op software is gebaseerd, is het mogelijk heel snel aanpassingen te doen. Dat betekent ook dat IT de business veel beter kan ondersteunen. Als de business een andere kant op wil of een nieuw idee heeft, kan IT daar snel op inspelen doordat alles softwarematig is. Softwaregedreven IT zorgt voor meer eenvoud in het datacentrum en door de virtuele abstractielaag toe te passen, zijn we minder kwetsbaar voor bijvoorbeeld hardware die kapot gaat. Alles is overzichtelijk en makkelijk te herconfigureren, indien nodig.
waarom nu?
Er zijn drie trends gaande die verantwoordelijk zijn voor de veranderingen in het datacenter en die ervoor zorgen dat het softwaregedefi-
nieerde datacentrum voor het eerst tot de mogelijkheden behoort. 1. Steeds betere prijs-prestatieverhouding van hardware. 2. Dominantie van virtualisatie: het 100 % gevirtualiseerde datacenter. 3. Alle hardwareonderdelen van de infrastructuur zijn nu ook softwarematig mogelijk.
veranderingen in hardware
Op hardwaregebied zien we een aantal innovaties met betrekking tot de processor en het geheugen. Cpu’s worden steeds krachtiger waardoor een enkele cpu al zeer veel processorkracht bezit. Daarnaast wordt de ‘memory’ steeds goedkoper. Niet alleen de prijzen ervan dalen, maar ook de density, waardoor het mogelijk is meer geheugen in een server te stoppen. Waar de ontwikkelingen in geheugen enkele jaren geleden achterbleven bij de ontwikkelingen in computerkracht, en geheugen de begrenzende factor werd voor datacenterconsolidatie, zien we dat vanaf 2009 de geheugenlimieten veel hoger liggen. Ook op cpu-gebied is er de afgelopen jaren veel gebeurd. In 2013 zal de gemiddelde cpu 32 threads hebben (16 cores keer 2 threads) en het gemiddelde systeem tot 2 TB aan geheugen. Dit zijn gigantische cijfers die een aantal jaar geleden niet voor mogelijk werden gehouden. Daarnaast zijn de kosten voor de gemiddelde server ook nog eens flink gedaald. Samengevat dalen aan de ene kant dus de kosten voor rekenkracht en tegelijkertijd gaat de capaciteit omhoog. Er komt dus steeds meer capa-
dcw december | management
tekst: jeremy van doorn is manager systems engineering bij vmware
datacenter van de toekomst is volledig softwaregedreven.
25
NOW YOU CAN RELAX.
ROSENbERgER OSI CAbLINg COmPEtENCE. Cable systems are the backbone of a data center. With Rosenberger OSI you get efficient, customized cabling solutions from a single source, including consultancy, installation, maintenance and documentation. Plus comprehensive know-how and high-quality components. All of this ensures that you have a secure infrastructure and smooth operation.
www.rosenberger-osi.de
citeit beschikbaar om software op te draaien. Er is zelfs zoveel capaciteit dat niet alleen zakelijke applicaties erop kunnen draaien, maar ook bepaalde infrastructuurfuncties.
virtualisatietrend
De tweede trend is virtualisatie. Een aantal jaren geleden twijfelden mensen nog of virtualisatie voorbij de 50 % zou komen. Nu is de vraag eerder wanneer we aan de 100 % zullen geraken. Op dit moment is 60 % van de workloads gevirtualiseerd (volgens Gartner) en we gaan naar de situatie waarbij zowat elke commerciële applicatie, 100 % is gevirtualiseerd.Voorheen was het zo dat enkel applicaties werden gevirtualiseerd die op fysieke x86-architechturen draaiden. Nu richten we ons ook op de bedrijfskritische applicaties die draaien op Risc cpu’s op ‘proprietary’ units. Er is een standaardisatiegolf aan de gang: de wereld gaat naar gevirtualiseerde x86-datacenters. Doordat die standaardisatie al in een vergevorderd stadium is, kan nu ook de datacenterarchitectuur worden versimpeld. De architectuur kan verder worden geoptimaliseerd voor virtualisatie. Nu de meeste servers bestaan uit logische (virtuele) servers in plaats van fysieke, is de gehele industrie aan het veranderen. Allerlei hardware- en softwareleveranciers hebben als prioriteit VMware virtuele machines te ondersteunen.
men. Opslag en netwerkverkeer convergeert. De x86-architecturen zijn zo krachtig dat er geen reden is iets anders te installeren. Er worden haast geen applicaties ontwikkeld voor Unix, laat staan voor een mainframe; x86 is de standaard geworden. De afgelopen twee tot drie jaar was de term convergentie zeer populair op verschillende fronten: - convergentie van de IO. Er worden inmiddels op grote schaal 10 Gb-netwerken geïnstalleerd in datacenters en binnenkort zullen dat 40 Gb-netwerken zijn voor zowel storage en regulier dataverkeer, spraak, media, et cetera. De geconvergeerde IO’s vereenvoudigen de hardwareconfiguratie van de server, wat betekent dat we kunnen starten met de hoogste en de kosten kunnen verlagen; - convergentie van x86-cpu’s voor praktisch alle workloads. We kennen de traditionele x86-workloads, de proprietary Unix-workloads en komen nu bij de workloads van de nieuwe wereld, alsook de traditionele infrastructuurfuncties; - geconvergeerde systemen. Het feit dat de meeste datacenters draaien op grotendeels gevirtualiseerde infrastructuren, biedt datacenteroperators de mogelijkheid hun gehele datacenterontwerp te optimaliseren. »
convergentie
We zien in de industrie daarnaast de trend van convergentie terugko-
‘De wereld gaat naar gevirtualiseerde x86-datacenters’
DATACENTERS VOOR DE POLEPOSITION
THAT’S THE
CRITICAL DIFFERENCE.
Emerson. Consider it Solved., Emerson Network Power and the Emerson Network Power logo are trademarks and service marks of Emerson Electric Co. ©2012 Emerson Electric Co. All rights reserved.
Flexibel en klaar voor de toekomst met de wereldwijde marktleider in bedrijfskritische infrastructuuroplossingen. Met Emerson Network Power is uw onderneming klaar voor de toekomst. Als wereldwijd marktleider in stroomvoorzieningstechnologie, rackplatforms, koelsystemen en DCIM-oplossingen (Data Center Infrastructure Management) zorgen we er voor dat uw bedrijfskritische infrastructuur perfect blijft functioneren. Zo pakt u de poleposition - nu en in de toekomst.
De denkbeeldige grenzen tussen datacenters vervagen steeds verder Het resultaat van dit alles: hyper density. Er kan een groot aantal virtuele machines (VM’s) van applicaties draaien op één enkele server. Kijken we naar de prognoses dan is het zelfs zo dat in 2014 op een gemiddelde 2 cpu-server, van minder dan 5.000 dollar, tot wel 320 VM’s kunnen draaien. Dat betekent dat voor een heleboel bedrijven het datacenter straks bestaat uit een rack ter grootte van een koelkast. Ongeveer 60 % van de klanten van VMware heeft minder dan 1.000 VM’s in hun gevirtualiseerde datacenter. Ongeveer 75 % heeft minder dan 2.500 VM’s. Uiteraard is hier ook opslag voor nodig en dat deel zal groeien, maar de consolidatieschaal is enorm. Niet alleen met betrekking tot puur de servers, maar in het gehele datacenter.
waarom alles virtualiseren?
Ga voor meer informatie naar www.EmersonNetworkPower.eu.
Vandaag de dag is het heel eenvoudig om een VM te installeren. Maar wanneer deze in gebruik wordt genomen, moeten we alsnog zeer nauwkeurig bepalen welke fysieke apparaten in het datacenter aan die VM worden gekoppeld. Elke beslissing heeft weer gevolgen, want het verplaatsen van resources is tijdrovend en kostbaar. Daardoor is het datacentrum veel rigider dan de meesten zich zullen realiseren. Stel dat we het netwerk als voorbeeld nemen.VM’s worden snel opgenomen in een Vlan, maar daarmee worden veel van de abstractievoordelen van de virtualisatie van de hardware teniet gedaan. Servers worden onderbenut, instellen van netwerkdiensten verloopt traag en complex, het is moeilijk netwerkbeleid mee te verhuizen met VM’s en er zijn grenzen aan de workloads die worden ondersteund.
Uiteindelijk vormt het netwerk dan een barrière om volledig te kunnen profiteren van virtualisatie en uiteindelijk van de cloud. Het is niet alleen noodzakelijk virtuele machines in te zetten, maar complete virtuele datacenters. Een nieuw ontwerp met volledig gevirtualiseerde softwarematige opslag, networking, beveiliging en beschikbaarheid. En alle VM’s die binnen zo’n datacentrum huizen, krijgen de resources die ze nodig hebben. Beheerders kunnen veranderingen aanbrengen in de hardware zonder impact op gebruikers en VM’s kunnen migreren zonder onderbrekingen.
netwerkvirtualisatie
De eerste stap was het virtualiseren van het netwerk op hostniveau, de zogenoemde virtual switch. In 2009 kwam de virtual distributed switch waardoor het mogelijk was binnen een cluster van meerdere hosts het netwerk te kunnen virtualiseren. Nu zijn we inmiddels aanbeland bij de derde generatie: het VXlan waarbij de denkbeeldige grenzen tussen datacenters steeds verder vervagen. Door het netwerk op hostniveau te virtualiseren, praten VM’s met elkaar via het interne Ram-geheugen van de server. Pas als het virtuele netwerkverkeer aan de buitenwereld moet worden gekoppeld, moet een brug worden geslagen via een fysieke netwerkkaart. Op zich werkt dit prima, maar omdat VM’s live kunnen worden gemigreerd naar andere hosts, werd het noodzakelijk logische switches te kunnen definiëren over meerdere fysieke servers. Hierdoor maakt het niet meer uit waar de VM zich in het cluster bevindt, alles blijft op precies dezelfde manier functioneren. Nu, met de nieuwste VXlan-ontwikkelingen, kan netwerkverkeer als het ware worden ‘ingepakt’ in een extra envelop waardoor probleemloze communicatie tussen datacenters mogelijk wordt. Dit heeft gevolgen voor de netwerkinfrastructuur omdat er minder apparatuur nodig is. De (gedistribueerde) virtuele switches zitten in de virtualisatielaag ingebouwd en hardwarekosten kunnen daardoor omlaag. Bovendien is er minder complexiteit met betrekking tot de bekabeling en is er meer flexibiliteit om aanpassingen door te voeren.
besparingen
Maar hoe zit dat dan met de load balancers en firewalls? Welke worden zwaar belast of juist niet? De aanwezige netwerkapparatuur zal in wezen minder worden belast, omdat een deel van het netwerkverkeer tussen VM’s door de servers zelf wordt afgehandeld in het interne geheugen. Daarnaast is het mogelijk ook de load balancers en firewalls te virtualiseren. Zo is er minimale hardware vereist en wordt de infrastructuur zo eenvoudig mogelijk. Hardware kan altijd kapot gaan en door te virtualiseren, lopen we dat risico niet. Doordat er minder hardware in het datacentrum staat, is er ook minder koeling en stroom nodig, dit levert dus ook een besparing op. Door de hardware te actualiseren en ook de load balancers en firewalls te virtualiseren, kunnen klanten al snel een interessante besparingscase bouwen. Waar leiden al deze veranderingen toe? Er wordt al jaren gepraat over de cloud, maar hoe kunnen bedrijven echt profiteren van de voordelen van de cloud? En hoe brengen ze hun business naar de cloud? Het antwoord ligt in het datacentrum van de toekomst.
Modulaire bewaking van rack en ruimte
Rackmanagementsysteem meet veelvoud aan parameters schaefer it-systems levert een modulair bewakingssysteem voor serverruimten en datacenters. dit rms bestaat uit een bewakingssysteem, dat in een serverrack kan worden ingebouwd. ook zijn inbouwmodules beschikbaar voor de individuele communicatieverbindingen. zonder netwspanning
Het RMS van Schaefer IT-Systems kan behalve de prestaties van serveren schakelkasten, inclusief de klimatologische en thermische omstandigheden, in de IT-ruimte van een gecentraliseerd datacenter, ook die van een campus met bijgebouwen bewaken. Het RMS beschikt over een autarkische en van het IT-systeem onafhankelijke stroomvoorziening en levert zelf de spanning voor alle sensoren, die dus ook zonder netspanning kunnen functioneren. Door de modulaire architectuur is het systeem gemakkelijk aan te pas-
tekst: van de redactie
Via RJ45-connectoren kunnen sensoren worden aangesloten op de inbouwmodules van het RMS (rackmanagementsysteem) om de verschillende waarden te monitoren. De software van de controller, die over het stabiele en breed beschikbare Linux-platform loopt, kan alle aanwezige waarden analyseren en de benodigde aansturingen uitvoeren. Automatische alarmeringen en schakelingen worden in gang gezet wanneer vooraf ingestelde parameters worden bereikt. Het systeem kan via SNMP of een webbrowser worden bediend en is in alle gangbare netwerkmanagementsystemen integreerbaar.
Make IT easy. KASTSYSTEMEN
ts_it_420x105_holl.indd 1
STROOMVERDELING
KLIMATISERING
sen en uit te breiden aan de eisen van de klant of te integreren in bestaande infrastructuren. De acht-poortsmodules, elk voorzien van acht RJ45-poorten, zorgen voor een snelle uitbreiding zonder installatie van extra software. Met een plug-in aansluiting kan tijdens gebruik verbinding worden gemaakt met wde cpu-module die de informatie van de poortmodules verwerkt en dit via SNMP aan de besturingssoftware meldt. Met het bijgeleverde montageframe kunnen de 1 HE hoge modules eenvoudig in de 19”-racks worden gemonteerd.
‘Het systeem kan via SNMP worden bediend’
Het nieuwe TS IT Rack met snap-in technologie. Snel en eenvoudig gemonteerd.
IT-INFRASTRUCTUUR
SOFTWARE & SERVICE www.rittal4it.nl
08.08.2012 11:41:38
Ronald Timmermans van Schleifenbauer Products:
‘DCIM is ten dode opgeschreven’
als je net als ik actief bent in de datacenter wereld, zul je regelmatig te maken krijgen met de term dcim. als we de pers en de grote spelers in dit veld mogen geloven, is dit de heilige graal van het datacenter. alle ‘big players’, zoals schneider en emerson, hebben zwaar ingezet op dcim. alle bekende onderzoeksinstituten maken ondertussen lijvige rapporten, waarin eveneens te lezen staat dat dcim de technologie van de toekomst is. Ik geloof daar niet in. Althans niet op dit moment. Als je nu van een afstand naar een datacenter kijkt, is het beheer van alle operaties nog zeer primitief. Dit staat in schril contrast met alle hightech die zich binnen de muren van een datacenter afspeelt. Naar analogie van de automobiel is DCIM, goed beschouwd, niets anders dan een dashboard op een datacenter en dit dashboard bevindt zich voor datacenters nog in een primitief stadium. Stel je rijdt in je auto en per mail ontvang je op je smartphone het bericht dat de koelwatertemperatuur te hoog wordt. Via knoppen op het stuur open je de klep die het koelwater via de radiateur laat stromen, zodat de temperatuur weer tot acceptabele waarden terugkeert. Het leven van een autobestuurder zou er een stuk complexer van worden. Maar dat is wel, zoals het nu nog gebeurt in een datacenter.
snel mogelijk tot een standaard te komen voor sensoren en actoren in het datacenter. Het is een essentiële factor voor verdere verbetering van de datcenterefficiëntie. De maatschappelijke urgentie is hoog genoeg om hier een prioriteit van de te maken. Zonder deze standaard zijn alle investeringen in DCIM goedbedoelde, maar ten dode opgeschreven initiatieven. Ronald Timmermans is marketingdirecteur bij Schleifenbauer Products, producent en bedenker van intelligente energiemeters voor Europese datacenters. In zijn lezing op IT Room Infra poneerde hij de stelling dat er geen toekomst is voor DCIM zolang er geen standaarden zijn.
32
Je kunt je afvragen waarom we in het datacenter nog zo achterlopen in techniek en automatisering. Het antwoord is simpel: in het datacenter zijn er nog geen standaarden, zoals die er in de auto-industrie wel zijn. Was er maar een CAN-bus voor datacenters, dan zouden sensoren en actoren zo goedkoop zijn dat er in elk serverrack een groot aantal temperatuursensoren, luchtsnelheidsmeters, stroommeters en rooksensoren zouden zijn. Zo zou de koeling per hoogte-eenheid in de kast kunnen worden geregeld, zodat het niet meer nodig is een heel datacenter te koelen als de temperatuur bij één server kritisch wordt. Was er maar een standaard à la ODB-II waardoor het mogelijk zou zijn een willekeurig DCIM-pakket (dashboard) te kopen en deze aan te sluiten op het facilitaire netwerk van het datacenter.
oproep
Bij deze roep ik iedereen op die betrokken is bij de ontwikkeling van normen voor datacenters (bijvoorbeeld de EN 50600-commissie) zo
tekst: ronald tmmermans
dcw december | opinie
achterstand
SMARTER Data Center InfrastruCture. We’re In It. Our unique R&D relationships with the world’s leading active equipment vendors help anticipate your future connectivity requirements. Our investment in local resources delivers face-to-face technical support where you need it, when you need it, even for multi-national roll outs. So, for an agile and efficient data center, choose TE Connectivity. www.datacenteragility.com
netpodium rack system & universal Connectivity Platform (uCP):
NEW!
• Ideal for mixed media data center environments • Plug & play copper and fiber systems in one panel • Save time and space through increased rack efficiency • Utilize free space alongside, above and below the 19” envelope • For applications up to 100G • Reduced installation times due to tool-less fasteners • High density cable management & bend radius protection www.datacenteragility.com/products
KRONE
incorporating AMP NETCONNECT and KRONE
eVerY COnneCtIOn COunts Rietveldenweg 32, 5222 AR ’s-Hertogenbosch +31 73 6246211
[email protected] www.ampnetconnect.nl
Active Power stelt vraagtekens bij 15-minuteneis
35
Het is voor mensen in de datacenterwereld nog altijd een ‘no-brainer’. Om voldoende zekerheid te hebben is het noodzakelijk dat de elektrische installatie die de computerruimten voedt, voorzien is van een ups en een reeks batterijen die minimaal 15 minuten lang de stroomvoorziening kunnen overnemen, de zogeheten autonomietijd. Die gedachte is echter verouderd. Waarom? Omdat dieselgeneratoren tegenwoordig in staat zijn binnen 10 seconden te starten nadat een stroomstoring is opgetreden. Bovendien start een generator in 99,5 % van de gevallen in één keer.Voorwaarde hierbij is wel dat de opstelling inclusief generator door een specialist is ontworpen en goed wordt onderhouden.
‘gracefull shutdown’
Daarnaast is er nog een reden om vraagtekens te plaatsen bij het gebruik van batterijen in datacenters.Vroeger kenden batterijen meer dan één functie. Allereerst was dat het overnemen van de last totdat de generator was gestart en in staat was de voeding voor zijn rekening te nemen. Maar een tweede doel was dat in veel datacenters ook de eis werd gesteld van een ‘gracefull shutdown’. Dit wil zeggen dat de medewerkers van de IT-afdeling bij een eventuele storing in de stroomvoorziening de aanwezige IT-apparatuur op een normale manier ‘uit’ wilden kunnen zetten. Daarmee wordt immers voorkomen dat data verloren gaat, terwijl applicaties die plotsklaps stoppen bij het opnieuw starten soms grote technische problemen kennen of zelfs helemaal niet meer willen starten. Een gracefull shutdown bestaat tegenwoordig niet meer. Datacenters werken formeel nog met vier of vijf negens als doel voor de beschikbaarheid, maar de klant van het datacenter neemt in veel gevallen geen genoegen meer met minder dan een permanente beschikbaarheid. Shutdowns mogen simpelweg niet meer voorkomen.
De conclusie is duidelijk: als het om de zekerstelling van de elektrische voeding in computerruimten gaat, hoeven we niet meer met deze verouderde eis van 15 minuten autonomietijd te werken. Daarmee veranderen dus ook de eisen en wensen waarmee we bij het ontwerpen van een noodstroomvoorziening moeten werken, aanzienlijk.
onderhouden
Een goed ontworpen noodstroomvoorziening omvat altijd een dieselgenerator. De belangrijkste eis waarmee we in het ontwerp rekening moeten houden, is dat de generator ook daadwerkelijk start op het moment dat hier behoefte aan is. Gebeurt dit niet, dan is het sowieso onmogelijk om een 99,999 % beschikbaarheid te behalen. Dit stelt dus hoge eisen aan de keuze van de generator, het ontwerp van de installatie waarmee deze in de noodstroomvoorziening is opgenomen en de onderhoudsprocedures. Het is hierbij van cruciaal belang dat de kwaliteit van de brandstof met regelmaat wordt gecontroleerd en dat de accu’s die nodig zijn voor het starten van de generator, dubbel worden uitgevoerd en ook met voldoende regelmaat worden gecheckt. Het onderhouden van een dieselgenerator is een vak apart en zal aan experts moeten worden overgelaten. Zij zijn in staat een weldoordacht onderhoudsschema op te stellen.
redundante generator
Het effect van dit soort maatregelen op de betrouwbaarheid van de generator is groot. In 99,5 % van de gevallen start de diesel keurig binnen de gestelde limiet van 10 seconden. In datacenters waar de eis die aan de beschikbaarheid wordt gesteld feitelijk 100 % is, zal in de regel bovendien voor een redundant uitgevoerde generatoropstelling worden gekozen. Afhankelijk van de eisen van de klant en het beschikbare bud-
tekst: rob engelen is regional channel manager benelux bij active power
dcw december | energievoorziening
Is 15 seconden voldoende voor ups?
hoe lang moet een ups bij een storing de voeding van een computerruimte kunnen overnemen? conventionele wijsheid zegt: 15 minuten. bij active power zien ze dat anders. mits de ups en de elektrische installatie waarin deze wordt opgenomen goed is ontworpen en aangelegd, is 15 seconden voldoende.
monitoring
Dit maakt ups-systemen op basis van alternatieve vormen van energieopslag als vliegwielen ineens een stuk aantrekkelijker. Een in een ups geïntegreerd vliegwiel biedt meer dan voldoende tijd om de periode te overbruggen tussen het wegvallen van de netspanning en het starten van de generator. De klassieke nadelen van batterijen doen zich bij vliegwielen bovendien niet voor. Er speelt echter nog een punt. Door het toepassen van monitoringsoftware is het mogelijk bij het wegvallen van de netspanning eerst te analyseren wat er nu precies aan de hand is. Gaat het om een issue op het gebied van power quality? Met andere woorden: een dip van enkele
milliseconden? Of gaat het om een serieuze storing? Het voordeel van deze stap is dat eventuele dips niet zullen worden verward met serieuze storingen. Het is bij een kortdurende dip dan ook veelal niet nodig om een dieselgenerator te starten.
uci nijmegen
Er staan in Nederland verscheidene ups-installaties op basis van vliegwielen. Een interessant voorbeeld is bij het Universitair Centrum Informatievoorziening (UCI) in Nijmegen. Het UCI beschikt over twee als twin-datacenters uitgevoerde locaties. De universiteit is zijn technische infrastructuur de laatste jaren drastisch aan het moderniseren en rationaliseren. De beschikbaarheid van de ict-voorzieningen moet gegarandeerd zijn, terwijl tegelijkertijd moet worden ingespeeld op de in belangrijke mate onvoorspelbare groei van de vraag naar IT-capaciteit. Daarom heeft UCI gekozen voor ups-systemen van Active Power die modulair zijn opgebouwd en voorzien zijn van vliegwielen. De autonomietijd die deze systemen kennen, voldoet ruimschoots aan de eisen van UCI. Elinex heeft de ups’en van Active Power geleverd en het project is uitgevoerd door Croon Elektrotechniek in Apeldoorn en S2H Ingenieurs in Wageningen.
dcw december | energievoorziening
get komen wij in de praktijk zowel N+1, N+2 als N+N situaties tegen. Daarmee is een cruciale stap gezet in het veilig stellen van de stroomtoevoer naar het datacenter. Bovendien hebben we daarmee een van de belangrijkste oorzaken van een falende noodstroomvoorziening opgelost: een niet of niet op tijd startende generator. De belangrijkste oorzaak is overigens: het niet goed werken van de ATS (automatic transfer switch). Terug nu naar de discussie over 15 minuten autonomietijd. Die eis is niet meer van deze tijd. Een generator die ontworpen is volgens de regels die we hiervoor hebben beschreven, start binnen 10 seconden. De gracefull shutdown is als ontwerpeis in veel situaties ook niet meer relevant. Hier komt bij dat batterijen in veel noodstroominstallaties niet zelden zelf ook een probleem vormen. Batterijen zijn duur, kennen een fors gewicht en moeten met regelmaat worden gecontroleerd. Het gewenste ontladingsvermogen blijkt in de praktijk vaak helemaal niet beschikbaar, doordat de capaciteit van de batterijen in de loop van de tijd is teruggelopen.
33
Vertrekkend Newave-directeur Ronald Lagerberg met Bert Engbers (midden) en Pieter de Jong van ABB.
Na overname van Newave
ABB stapt in Nederlandse datacentermarkt onlangs nam abb ups-fabrikant newave over. de ambities van het zwitserse concern reiken echter verder. het levert reeds een uitgebreid pakket aan elektrische componenten en beschikt bovendien over het dcim-pakket decathlon. dit gehele portfolio is nu ook op de nederlandse
dcw december | markt
De overname van Newave Ups Systems door ABB gaat niet ongemerkt aan de Nederlandse markt voorbij. Zo betekent de acquisitie dat directeur Ronald Lagerberg van Newave vertrekt. “Dit gebeurt in goed verleg en ik ben blij dat ABB in Pieter de Jong iemand heeft gevonden die de komende jaren de bestaande, maar ook nieuwe Newave-klanten uitstekend zal bedienen”, zegt Lagerberg in een toelichting.
36
interessant
“Voor Newave-klanten zal de komende jaren weinig veranderen”, licht De Jong toe. “Daarmee bedoel ik dat de kwaliteit van de producten en de serviceverlening op het bekende hoge niveau blijven. Daarnaast zijn er natuurlijk wel degelijk nieuwe ontwikkelingen, want ABB heeft ambitieuze plannen voor de Nederlandse markt.” “De Nederlandse datacentermarkt is voor ABB absoluut interessant”, zegt Bert Engbers, Data Centre Segment manager ABB Benelux. “Tijdens de laatste editie van de beurs IT Room Infra viel mij op dat veel mensen interesse hebben in ABB. Wij leveren al jaren veel elektrische distributiesystemen en componenten voor gebruik in computerruimten en datacenters. Alleen hebben we daar nooit veel ruchtbaarheid aan gegeven. Dat gaat nu veranderen.” Behalve de Newave-producten en het elektrische schakelmateriaal heeft ABB nog een ijzer in het vuur:
Decathlon. Dit is een DCIM-pakket voor het beheren van de technische infrastructuur van datacenters. “Ons Decathlon-systeem is mede ontwikkeld met de kennis die we hebben opgedaan met het automatiseren van power plants en met automatisering in de procesindustrie. Het is een zeer uitgebreid pakket en biedt tal van modules die uitstekend geschikt zijn om een datacenter te beheren”, stelt Engbers.
abb test dc-datacenter
In het Zwitserse Lupfig staat een datacenter dat in belangrijke mate op gelijkspanning functioneert. “Het gaat hier om een ‘proof of concept’ om te laten zien dat een DC-datacenter grote voordelen kan hebben boven een faciliteit die geheel op wisselspanning functioneert”, vertelt Bert Engbers van ABB. Het datacenter telt 2.200 m2 op basis van wisselspanning en 1.100 m2 op basis van gelijkspanning. Het datacenter is sinds april operationeel en de resultaten zijn volgens Engbers zeer positief. “De energie-efficiëntie is 10 % beter dan bij traditionele datacenters. Dit is gemeten bij een gemiddelde serverbelasting van 40 tot 60 %. De investeringskosten liggen 15 % lager dan bij een conventioneel project, terwijl ook de ruimtebesparing zeer groot is. Er is een kwart minder vloeroppervlak nodig dan bij een vergelijkbare AC-installatie.”
tekst: robbert hoeffnagel is hoofdredacteur van datacenterworks
markt beschikbaar.
column
Nog steeds zijn alle leden, exposanten, FHI en de stuurgroep van IT Room Infra aan het bouwen aan het jaarlijkse ‘event’ met als doel de belangrijkste ict-infrabeurs van Nederland te worden. Dat lijkt ons aardig te lukken. Op het evenement van dit jaar waren ten opzichte van vorige jaren weer meer en veel tevreden bezoekers, veel inhoud en veel gesprekken. ‘In welke zaal wordt welke lezing gehouden?’ was verleden jaar een veel gehoorde opmerking. Dit jaar was dat opgelost met de lcd-schermen met interactieve inhoud die overal goed zichtbaar stonden opgesteld; met dank aan Maarten Verbunt van Simac, lid van de IT Room Infra stuurgroep. Binnenkort volgen de evaluatie en de planning voor 2013 waarvan het event zeker een onderdeel zal zijn, want het IT Room Infra event is hét event van de leden, exposanten en van de computerruimtegebruikers. Ik nodig u uit uw ervaringen en verbeteringsvoorstellen voor 2013 aan mij kenbaar te maken. Wat kan beter? Wat miste u? Wat vond u fantastisch? Zo’n evenement succesvol neerzetten kunnen we alleen met elkaar! Rest mij u, ook namens de stuurgroep, prettige feestdagen en een gezond en succesvol 2013 te wensen. Arthur Singendonk Voorzitter stuurgroep IT Room Infra
it room infra event 2013, uitdaging?
‘De branchegroep IT Room Infra is een collectief van bedrijven die zich als gespecialiseerde aanbieders in Nederland profileren. Hun boodschap is dat de realisatie van IT Rooms een hightech activiteit is die professioneel moet worden bedreven en steeds breder efficiënt kan worden toegepast.’ Met deze missie is de branchevereniging IT Room Infra in 2005 opgericht. Naast de individuele bedrijfsdoelen werd als doel gesteld een gezamenlijke boodschap te verkondigen. Door het organiseren van een eigen evenement is er concreet invulling gegeven aan deze doelstelling. 6 november 2012 vond het IT Room Infra event voor de zevende keer plaats. Het evenement is met 350 bezoekers en 31 deelnemende bedrijven voor de zevende keer gegroeid. Met de huidige opzet kan het evenement in De Kuip niet verder groeien. Er zijn zeker mogelijkheden, maar het belangrijkste is dat de boodschap over moet blijven komen. Alle deelnemers aan het IT Room Infra event worden op dezelfde manier behandeld. Grote, kleine bedrijven, groot en klein budget. Iedereen betaalt evenveel en voor dit bedrag krijgt iedereen hetzelfde. Bezoekers betalen tijdens het evenement niets, parkeren, entree, lunch, borrel alles wordt betaald door het collectief. De enige bezoekers die een bijdrage moeten leveren, zijn aanbieders die niet bij het collectief willen horen. Deze manier van werken kan alleen wanneer de gezamenlijke boodschap centraal staat. De organisatie door het verenigingsbureau FHI sluit hierdoor goed aan bij de doelstelling, een commerciële organisatie heeft eigen belangen. Komende maanden wordt er gewerkt aan een nieuwe opzet. Eerst wordt door de stuurgroep van IT Room Infra het laatste evenement geëvalueerd en nagedacht over de opzet in 2013. Vervolgens worden de plannen van de stuurgroep voorgelegd aan de leden. Hoe er in 2013 invulling wordt gegeven aan de boodschap krijgt de steeds professionelere markt hopelijk vanuit 40 bedrijven te horen!
contactgegevens it room infra: FHI, federatie van technologiebranches Eline Hazeleger (
[email protected]), T: (033) 465 75 07 www.itroominfra.nl
dcw december | it room infra
Wat een geweldig evenement was het jaarlijkse IT Room Infra event
37
Acht redenen om vrije koeling toe te passen Als je zoekt naar een oplossing om van een hoge energierekening voor het koelen van IT-apparatuur af te komen door een intelligente meet-, regel- en vrije-luchtkoelaanpak, dan kan profITair van profITbox de oplossing zijn. Met een korte terugverdientijd realiseert profITair een forse besparing op de jaarlijks terugkomende energiekosten. Vrijeluchtkoeling kent echter meer voordelen.
1
Het koelen van een computerruimte is onnodig duur Koelsystemen zijn verantwoordelijk voor een groot deel van het energiegebruik van een computerruimte en zijn hiermee een grote kostenpost. Zo kost de koeling van een ruimte van 10 m² jaarlijks ongeveer 4.000 euro, terwijl bedrijven voor de koeling van een ruimte van 100 m² op jaarbasis gemiddeld 35.000 euro kwijt zijn.
2
Koelen met vrije lucht Het klimaat in Nederland maakt het mogelijk het grootste deel van het jaar gebruik te maken van
vrijeluchtkoeling. Door te koelen met vrije lucht kunnen energieverslindende componenten van de conventionele airconditioners, zoals compressoren, pompen en ventilatoren, het grootste gedeelte van het jaar uit blijven staan.
3
Compromisloos Vrijeluchtkoeling verzorgt met de laagst mogelijke energievoorziening een omgeving waarin de ict-apparatuur zonder problemen kan functioneren. Serverruimtekoeling gebruikt traditioneel veel energie. Door de koelinstallatie te optimaliseren met vrijeluchtkoeling kan aanzienlijk op de energiekosten worden bespaard.
4
Geschikt voor bestaande computerruimten Oplossing voor vrijeluchtkoeling met profITair kan worden gecombineerd met bestaande airconditioners, zonder dat hieraan wijzigingen worden aangebracht. De implementatie brengt dan ook geen extra risico en geen downtime met zich mee. Daarmee is deze aanpak ook geschikt voor bestaande computerruimten.
advertentie
DE specialist voor IT-infrastructuren Wij optimaliseren uw Data Center voor de toekomst
SCHÄfer Ausstattungs-Systeme GmbH Industriestraße 41 · D-57518 Betzdorf Tel. +49 (0) 2741/ 283-770 · fax +49 (0) 2741 / 283-798 e-Mail:
[email protected] · www. schaefer-it-systems.de
5
Korte terugverdientijd Vrijeluchtkoeling kan worden gecombineerd met bestaande aircoapparatuur. Grote investeringen zijn dan ook niet nodig om de oplossing te implementeren. Een systeem als profITair kan hierdoor de energiekosten voor het koelen van een computerruimte met 90 % verminderen, waardoor de terugverdientijd van de oplossing zeer kort is. Bovendien kunnen investeringen om bestaande computerruimten te verduurzamen in aanmerking komen voor de EIA-maatregel, wat de terugverdientijd nog verder kan verkorten.
6
Balansregeling Het vrijeluchtkoelingsysteem meet continu de daadwerkelijke warmteproductie en stemt hier de ventilatoropbrengst op af. Hierdoor wordt nooit te veel, maar zeker ook nooit te weinig gekoeld.
Innovatieve UPS oplossingen
7
Mollierdiagram Interessant aan een systeem als profITair is dat het voorzien is van een geïntegreerd Mollierdiagram. Deze zorgt voor de bewaking van de temperatuur- en luchtvochtigheidscondities in de computerruimte. Hierbij worden de Ahsrae-normen gehanteerd.
8
CO2-footprint en -prestatieladder Vrijeluchtkoeling is niet alleen een uitstekende oplossing om van de kosten van het koelen van IT-apparatuur te verlagen, maar helpt ook bij het verminderen van de CO2-footprint. Zo kan profITair bij een computerruimte van 50 m2 al snel 8000 kg CO2-emissie besparen.
whitepaper
profITbox heeft een whitepaper opgesteld over de voordelen van deze koeloplossing, getiteld ‘Duurzame koelaanpak op basis van vrije luchtkoeling’. Deze is te vinden op http://profitbox.nl/whitepaper-aanvragen
Newave draagt zorg voor de onderbrekingsvrije stroomvoorziening van organisaties en bedrijven. Dat doen we al jaren op basis van kwaliteit, energie zuinigheid, lage explotatiekosten en een excellente service.
www.newavenergy.nl
BladeUPS voor high-efficiency datacenters en virtuele servers Eaton heeft een modulaire 3-fase-BladeUPS ontwikkeld voor gebruik in kleine en middelgrote datacenters. Hier is de ups bedoeld om intensieve bladeservers en IT-apparatuur te beschermen. De ups is eenvoudig te installeren en gemakkelijk in het gebruik. Bij een toenemende stroombehoefte kan het ontwerp worden aangevuld en uitgebreid met usp-systemen uit Eaton's huidige IT-aanbod. Eaton beschikt ook over een assortiment van makkelijk te configureren oplossingen voor stroomveiligheid voor serverruimten en kleine en middelgrote datacenters. De modulaire BladeUPS is speciaal ontworpen voor IT-apparatuur in datacenters. De ups voorziet in een betrouwbare stroomvoorziening en kan gemakkelijk worden uitgebreid naarmate de elektriciteitsbehoefte groeit. Met BladeUPS worden de operationele kosten tot een minimum beperkt door de operationele efficiëntie van 98 %. De ups biedt bescherming van 12 tot 60 kW in N+1-configuratie, waarbij de 60 kW N+1 in één standaard 19”-rack wordt gebruikt. Voor meer vermogen kunnen 12 kW 6U-modules bloksgewijs met elkaar worden gecombineerd. “De modulaire benadering houdt niet alleen rekening met wat een datacenter op dit moment nodig heeft, maar ook met de benodigde stroomvoorzieningen na eventuele uitbreidingen in de toekomst. Zo worden ook de startkosten bij het opzetten van een datacenter beperkt”, zegt Stefan Coote, verantwoordelijke voor oplossingen voor kleine en
middelgrote datacentra van Eaton. “Het aantal modules kan groeien of configuraties kunnen worden aangepast om aan de veranderende energie-eisen te voldoen. En bij een verhuizing of verplaatsing van de apparatuur kan de BladeUPS in een mum van tijd worden overgezet en opnieuw worden geïmplementeerd.” De BladeUPS scheelt ruimte en geld, claimt het bedrijf. De footprint is 70 % kleiner dan bij concurrerende producten. Met een 60 kW N+1oplossing veronderstelt Eaton aan energiekosten liefst 26.000 euro te kunnen besparen in vijf jaar. “De BladeUPS’en werken naadloos samen met onze Intelligent Power-software voor virtualisatie”, vertelt Coote. Kijk voor meer informatie op www.eaton.com/powerquality.
advertentie Brand B Brandvermeidung Br B Bra Brandv ra andv ndv nd v voorkomen ermeidung erm eidung gmet mit OxyReduct® m y
AAN ALLE VOORSCHRIFTEN VOLDAAN? ALLES PRIMA OP ORDE? BRAND NIET VOORKOMEN!
De huidige voorschriften zorgen voor minimale eisen. Deze eisen zijn vaak onvoldoende om een maximale beschikbaarheid te realiseren. Als leveringsverplichting of beschikbaarheid van de serverruimte niet nagekomen kan worden, dan is de schade snel niet te overzien. Een beetje rook of roet kan dit al tot gevolg hebben. OxyReduct® biedt de maximale bescherming. In de te beveiligen ruim-
te kan een brand niet meer ontstaan. OxyReduct® is de brandveiligheid van de toekomst en is al vele malen toegepast in IT ruimten en logistieke centra. Indien u verdere informatie wenst over OxyReduct® zuurstofverlagingssystemen, FirExting® blussystemen of TITANUS® rookaanzuigsystemen, neem dan contact op met: www.wagner-nl.com.
BSI certificeert Switch Datacenters volgens ISO 27001 Switch Datacenters, een carrierneutraal datacenter uit Amsterdam, is door BSI Group gecertificeerd volgens de ISO 27001-norm. ISO 27001 is een certificering die gebruikers garandeert dat hun IT-apparatuur en de bijbehorende bedrijfsdata op een veilige locatie is ondergebracht. BSI Group onderwerpt datacenters aan een audit voordat zij de ISO 27001-certificering ontvangen. Hierbij worden onder andere eisen gesteld aan het hebben van een goed gedocumenteerd ISMS (information security nanagement system). Ook wordt gekeken naar het risicomanagement van een datacenter. Het onderzoek wordt periodiek herhaald, om de veiligheid van apparatuur en gegevens te kunnen blijven garanderen. Switch Datacenters maakt sinds 2010 gebruik van het datacenter van KPNQwest, een samenwerking tussen KPN en het inmiddels door
CenturyLink overgenomen Qwest die in 2002 ten einde liep. Het datacenter is door Switch Datacenters vernieuwd en in 2011 geopend. Het datacenter heeft momenteel een PUE van 1.27. ■ Kijk op http://www.switchdatacenters.com/nl/ voor meer informatie.
Newave ontvangt Frost & Sullivan Best Practices Award 2012 Newave is beloond met de Frost & Sullivan Best Practices Award 2012. Het bedrijf ontvangt de prijs voor de lancering en het populair maken van nieuwe technologie in de 3-fase ups-productreeks. Newave heeft de 3-fase tranformatorloze ups-technologie ontwikkeld en in 1996 is de eerste 3-fase transformorloze ups gelanceerd. Daarnaast heeft Newave ook de eerste parallel inzetbare transformatorloze ups ontwikkeld. Het eerste modulaire 3-fase ups-systeem is door het bedrijf in 2000 gelanceerd. ■
Nieuw type datakabel maakt snelheden tot 1 Pbps mogelijk Een nieuwe datakabel heeft een dataoverdrachtssnelheid van 1 Pbps (petabit per seconde) gerealiseerd. Onderzoekers uit Japan en Denemarken hebben dit snelheidsrecord behaald met een multikernkabel. De snelheid van 1 Pbps is behaald over een lengte van 52,4 km. Onderzoekers van de Japanse telecomprovider NTT, de Universiteit van Hokkaido en de Technische Universiteit van Denemarken hebben gebruikgemaakt van een nieuw ontworpen optische kabel met twaalf kernen. De kabel is ontwikkeld in een bijna concentrisch patroon, waardoor minder data verloren gaat dan bij traditionele multikernkabels.
Elke kabelkern van de nieuwe optische kabel kan 84,5 Tbps aan data verwerken. Door de twaalf kernen komt de totale snelheid die met de kabel kan worden gerealiseerd op 1 Pbps. Het nieuwe kabelontwerp verhoogt de snelheid van breedband dus aanzienlijk. ■ Meer info is te vinden op www.ntt.co.jp/news2012/1209e/120920a.html
dcw december | nieuws
Kijk voor meer info op http://www.newavenergy.com/nl/
45
Switch Datacenters: incubator voor energie-efficiënte datacentertechnologie Switch Datacenters, eigenaar van een groot en energiezuinig ingericht ‘carrier neutraal’ datacenter in Amsterdam met een beoogde PUE van 1.1, gaat een rol spelen als incubator voor energie-efficiënte datacentertechnologie. De R&D-afdeling van het bedrijf heeft hiertoe een ‘Datacenter van de Toekomst programma’ opgesteld. Om meer bekendheid aan het incubatorprogramma te geven, is KINXX PR in de arm genomen. Het ‘Datacenter van de Toekomst programma’ van Switch Datacenters bevat gestructureerde R&D-methoden om nieuwe technologie uitvoerig te testen, alvorens ze mogelijkerwijs in gebruik gaat worden genomen. “Binnen dit programma zullen wij een verscheidenheid aan innovatieve datacentertechnologie adopteren”, zegt Gregor Snip, technisch directeur van Switch Datacenters. “Vooral op het gebied van datacenterkoeling, omdat daar nog altijd veel energie-efficiëntie kan worden gerealiseerd.”
datacenter amsterdam
Het doel van het incubatorprogramma is tweeledig. “Ons eerste datacenter - Switch AMS - is gevestigd in Amsterdam: één van de belangrijkste internetknooppunten ter wereld. Omdat datacenters doorgaans veel stroom verbruiken, is er in deze regio veel aandacht voor energieefficiëntie, onder andere via Green IT Amsterdam, het samenwerkingsconsortium tussen IT-bedrijven en de overheid. Wij willen met ons datacenter in deze regio vanuit maatschappelijke verantwoordelijkheid een significante bijdrage leveren aan verdere energiebesparingen binnen de datacenter markt”, vertelt Snip. “Daarnaast willen wij als datacenterconcern vooroplopen op het gebied van energie-efficiëntie en het gebruik van groene datacentertechnologie.Vooral ook omwille van
kostenbesparing, omdat stroomkosten een significant onderdeel vormen van de totale kosten van een datacenter. Dat kan alleen als je zelf de allernieuwste datacentertechnologie uitprobeert en deze zorgvuldig test, via gestructureerde R&D-methoden, om vervolgens op basis van ‘best practices’ de meest ideale technologieën te selecteren”.
innovatieve koeling datacenter
“Wij zijn ervan overtuigd dat het implementeren en testen van verschillende datacenterkoelingtechnologieën naast elkaar de beste efficiëntievergelijking zal opleveren”, meent Snip. “Verder kan de ene datacentertechnologie de andere technologie versterken of aanvullen waardoor een redundante oplossing ontstaat. Om die reden verwachten we op termijn een verscheidenheid aan datacentertechnologieën uit het incubatorprogramma naast elkaar te kunnen inzetten, in een juiste mixvorm of eventueel als stand-alonetechnologie gericht op specifieke klantsegmenten.Vooruitlopend op het programma waren we al begonnen met het testen van een innovatieve koelingtechnologie. Nu het incubatorprogramma officieel is, verwachten we binnenkort meerdere datacentertechnologieën aan het programma te kunnen toevoegen.”
advertentie
Van 1 tot 100 m2 Ga naar www.profitbox.nl en configureer in 9 stappen een computerruimte. T: 088 - 77 66 300
72 % van Nederlandse
bedrijven heeft cloudbudget Maar liefst 72 % van de Nederlandse bedrijven heeft inmiddels een budget beschikbaar gesteld voor cloud computing. Grote Nederlandse bedrijven zien de cloud niet langer als een hype. Organisaties zien cloud computing op zich niet als topprioriteit, maar zien in het gebruik van cloudservices wel een nuttig hulpmiddel om belangrijke problemen in hun organisatie en IT-strategie op te lossen. Dit blijkt uit een onderzoek dat onderzoeksbureau IDC in opdracht van T-Systems heeft gehouden onder Nederlandse CIO’s en IT-managers. 41 % van de ondervraagde CIO’s en IT-managers beschouwt cloud computing als een goede oplossing om betere toegang tot bedrijfsgegevens voor eindgebruikers te realiseren. Slechts 17 % ziet in cloud computing een aanpak om tot lagere IT-kosten te komen. Meer dan de helft van de geïnterviewden is zelf actief gebruiker van clouddiensten en heeft clouddiensten opgenomen in zijn ict-aanpak. De investeringen in clouddiensten concentreren zich voornamelijk op e-mail- en collaboratietools. Front-officeoplossingen, zoals CRM, staan voor de komende tijd hoog op de prioriteitenlijstjes. Beveiliging blijkt voor Nederlandse bedrijven nog steeds een belang-
rijke bron van zorg te zijn. Het IDC-onderzoek toont aan dat security nu breder wordt gedefinieerd. Zo kijken de ondervraagde CIO’s en IT-managers niet langer uitsluitend naar gegevensbescherming, maar richten zich ook op beschikbaar, SLA’s (service level agreements) en compliance. De belangstelling van Nederlandse bedrijven gaat voor bedrijfskritische applicaties vooral uit naar private en hybride cloudmodellen. ■
BSU beschikt over nieuw datacenter den aangeboden via een pay-per-use-model, waarbij dus alleen wordt betaald voor het daadwerkelijke gebruik. ■ Meer info op http://www.bsu.nl
Data Facilities neemt beheer van datacenter Best Projects over Data Facilities neemt het beheer van het datacenter van vastgoedbedrijf Best Projects & Properties over van Datahouse. Datahouse was sinds een jaar verantwoordelijk voor het beheer. Het vastgoedbedrijf stapt over op Data Faci-
lities als beheerder nadat het bedrijf het contract met Datahouse had opgezegd toen een huurachterstand was ontstaan. Ook zou het bedrijf ontevreden zijn over de manier waarop de oude beheerder met zowel het pand als de apparatuur
omging. Data Facilities is sinds 1 oktober 2012 verantwoordelijk voor het beheer van het datacenter in Spijkenisse. ■ Kijk voor meer info op: www.datafacilities.net
dcw december | nieuws
BSU, leverancier van automatiseringsoplossingen, beschikt over een nieuw datacenter. Het bedrijf gaat vanuit het datacenter clouddiensten aanbieden aan klanten. Het nieuwe datacenter maakt het mogelijk een hoge mate van beschikbaarheid en veiligheid te garanderen, aldus BSU. De clouddiensten die het bedrijf vanuit het datacenter levert, wor-
43
Cameramanager.com beveiligt datacenters
Een frisse wind in adviesland Computerruimte Advies is een COMPUTERRUIMTEADVIES.NL gespecialiseerde organisatie die zich uitsluitend bezig houdt met advies, maar dan wel in breedste zin van het woord, op het gebied van computerruimten. Computerruimte Advies is er voor bedrijven, overheden, instellingen en andere organisaties die op zoek zijn naar onafhankelijke kennis over computerruimten. Onze focus ligt op computerruimten van 10 tot 250 m2. Een adviseur met een “getting things done“ mentaliteit. Stel de proef op de som en wij komen graag bij u langs voor een vrijblijvend kennismakingsgesprek. Anthuriumpad 26, Wateringen | 070 319 80 10
[email protected]
Cameramanager.com, actief op het gebied van online camerabeveiliging, werkt sinds kort samen met Hikvision, een Chinese aanbieder van op videogebaseerde beveiligingsproducten. Deze plug&play-camera’s kunnen op eenvoudige wijze worden aangesloten, waardoor klanten met een Cameramanager. com account 24/7 via pc, smartphone en tablet onder andere computerruimten en datacenters in de gaten kunnen houden. De diensten van Cameramanager.com worden aangeboden als cloudservice. Sinds de start in 2007 werkt het bedrijf al voor hosting samen met TelecityGroup. Momen-
teel heeft het zijn servers ondergebracht in één van de bestaande Amsterdamse datacenters van TelecityGroup. Cameramanager.com is inmiddels een onderdeel van Detron Corporation Nederland en heeft 50.000 aansluitingen in meer dan tien landen wereldwijd. Kijk voor meer informatie op www.cameramanager.com.
Rittal: energiebesparende koeling voor kleine serverruimten Met een compacte koelunit met vrije koeling breidt Rittal de serie precisie–airconditioners uit voor de klimaatregeling in kleine serverruimten, telecommunicatiestations en -containers. De Smart Precisie is een airconditioner die is ontwikkeld voor koellasten van 4 tot 14 kW.
Het koelaggregaat is compact gebouwd. Het DX-koelsysteem en de condensor zijn in de behuizing geïntegreerd en er is dus geen leidingstelsel tussen het interne en externe deel nodig. De scrollcompressor levert het benodigde koelvermogen traploos, waarbij het koelaggregaat automatisch de energetisch gunstigste bedrijfsstand zoekt. Hierbij is directe vrije koeling mogelijk, maar ook actieve buitenlucht- of recirculatiekoeling tot een buitentemperatuur van maximaal 36 °C.
“Het nieuwe koelaggregaat is bedoeld voor het lagere vermogensgebied en is geschikt voor wisselende belastingen”, zegt Elbert Raben, productmanager IT–infrastructuur bij Rittal. “Vooral een regelbare scrollcompressor in combinatie met een omkeerbare koeling bestond tot nu toe niet.” ■
3300 vliegwielen Active Power ontwerpt en bouwt ups-systemen die gebruikmaken van vliegwielen voor het opslaan van energie. De vliegwielen worden vervaardigd in een fabriek in Austin, Texas en wegen per stuk 272 kg. De gemiddelde rotatiesnelheid van de wielen ligt op 7700 omwentelingen per minuut. De Texaanse fabriek heeft inmiddels meer dan 3300 vliegwielen aan klanten afgeleverd.
DCM Fusion biEDT EEN vollEDig pakkET aaN oploSSiNgEN, proDucTEN EN DiENSTEN op HET gEbiED vaN DaTacENTEr MaNagEMENT
Wij zorgen voor eFFiCiënte DataCenter ManageMent-oplossingen Die u per DireCt business-voorDelen opleveren DCM Fusion biedt een totaaloplossing voor Datacenter Management. Dit betekent dat wij ons richten op drie belangrijke elementen: processen, technologie en mensen. Onze oplossingen zorgen voor een volledige monitoring van uw datacenter. Hiermee verzamelen wij alle gegevens die nodig zijn om tot een optimaal beheer van het datacenter te komen. Bovendien bieden wij u de kennis en de tools om tot een pro-actief beheer van uw datacenter te komen. Hierdoor kunnen wij problemen in het datacenter al oplossen nog voor zij daadwerkelijk zijn opgetreden. DCM Fusion levert een volledig geïntegreerde Datacenter Management-oplossing die geheel op uw datacenter kan worden aangepast. Deze oplossing geeft u inzicht in de prestaties en de beschikbaarheid van uw datacenter. Bovendien beschikt u met deze oplossing over alle tools die u nodig heeft om uw IT-infrastructuur maximaal te benutten en optimaal af te stemmen op uw zakelijke werkprocessen. Behalve met Datacenter Management-software kunnen wij u ook helpen met: • intelligente hardware-oplossingen • implementatie en installatie van Datacenter Management-tools • consultancy • training • onderhoud • support
www.DCMFusion.CoM DCM Fusion B.V. Spoorallee 2c, 6921 HZ Duiven,The Netherlands T+31 (0)316 74 50 06, E:
[email protected]
Netwerkinfrastructuren en innovaties De november-decembereditie van het Bicsi News Magazine bevat weer een keur aan technische artikelen over het ontwerpen & implementeren van netwerkinfrastructuren en innovaties. Onder andere over multimediatoepassingen over het netwerk, passieve optische LAN's en PoE. ABC van AV-toepassingen
Bijna elk bedrijf heeft te maken met een toenemend aantal audiovisuele toepassingen over het netwerk. Is het niet voor videoconferencing, dan wel voor training of de IP-camera’s met een steeds hogere resolutie. AV-toepassingen raken steeds meer verweven met de dagelijkse business van hotels, onderwijsinstellingen, retailers, zorginstellingen en andere organisaties. Bij de implementatie daarvan is het belangrijk rekening te houden met het type connector waarmee de huidige en voor zover bekend, toekomstige apparatuur is uitgerust. Verder kunnen er afwijkende limieten gelden voor gebruik van bepaalde AVtoepassingen en apparatuur over het bedrijfsnetwerk. Het artikel de ABC's van AV, geeft inzicht in alle gangbare verbindingsmogelijkheden en diverse standaarden op het gebied van beeldkwaliteit, zoals 720i en 1080p.
dcw december | bicsi
Ontwerpopties voor PON-infrastructuren
46
De toepassing van passieve optische netwerktechnologie (PON) neemt toe, omdat daarmee de totale kosten van netwerkinfrastructuren te verlagen zijn. Dit staat in het artikel ‘Design Options voor PON’. Daarvoor moet de gebruiker echter wel bereid zijn voor langere termijn naar zo'n investering te kijken. Volgens de auteur van het artikel zijn er drie verschillende ontwerpmogelijkheden: gebaseerd op multidwelling units (MDU), in het rack gemonteerde splittershelves en een geïntegreerde LAN-oplossing. Uiteraard worden deze drie opties vervolgens uitgebreid belicht en vergeleken, inclusief een aantal aanbevelingen voor de implementatie ervan. Omdat de levensduur van PON-infrastructuren veel langer is dan van traditionele koperbekabeling komt niet alleen het ontwerp nauwer, maar ook de keuze van de leverancier en installateur.
dat wel enige consequenties voor de netwerkinfrastructuur die in het artikel ‘PoE in uw datacenter integreren’ in de rubriek technology & innovation, uitgebreid worden behandeld. Zowel de verschillende integratiemogelijkheden, standaarden als de manieren waarop niet voor PoE ontworpen apparatuur toch te verbinden is, komen achtereenvolgens aan bod.
Bicsi-bijeenkomsten en contactpersonen
Als u meer wilt weten over de toegevoegde waarde van Bicsi voor u als professional of uw organisatie, kunt u binnenkort deelnemen aan één van de onderstaande evenementen, of contact opnemen met de Nederlandse vertegenwoordigers van deze vereniging voor en door netwerkprofessionals. • 20-24 januari: Bicsi Winter Conference & Exhibition in Tampa, Florida • 18-20 maart: Bicsi South Pacific Conference & Exhibition in Melbourne, Australië • 23 april: Bicsi Italian Conference & Exhibition in Milaan
RCDD Gert-Jan Roozeboom van R&M, via
[email protected].
PoE-integratie
Hoewel volgens velen niet de beste netwerktechnologie, is ethernet wel verreweg het meest toegepast. Sinds een aantal jaren worden over de bekende vier-paarskoperbekabeling niet alleen communicatiesignalen verstuurd, maar ook stroom. De combinatie van data en stroom biedt als groot voordeel dat er minder kabels moeten worden aangelegd, onder andere voor het gebruik van IP-camera’s. Uiteraard heeft
RCDD Joop Ierschot van Deerns, via
[email protected]
powerful !
UPS Green Power 2.0 :
“Reduceer uw Kosten – Verhoog uw Vermogen” De nieuwe Socomec Green Power 2.0 UPS serie. Ongeëvenaarde energy efficiency nu gecombineerd met een Power Factor 1. Voor dé ultieme ‘toekomstbestendige’ kritische stroomoplossing is er nu kW=kVA voor uw datacenter. Daadwerkelijke power factor van 1. 11% meer vermogen dan bij PF = 0.9 Hoogste energy efficiency in de markt in volledige online dubbele conversie (VFI) modus, onafhankelijk gecertificeerd Dé twee ‘knock out’ stoten om uw energie kosten en carbon footprint aanzienlijk te reduceren. Ontdek uw jaarlijkse besparing met de Green Power 2.0 UPS via:
UPS Green Power 2.0 van 10 tot 400 kVA/kW
European UPS N ew p ro d u c t Innovation award
B U R E A U VERITAS
www.socomec.com
PUB 866012
030-760 09 11 of per e-mail
[email protected]
Wij zetten een energievisie om in energiebesparingen Bespaar op uw operationele kosten met Schneider Electric Data Center Energy Management Services Energieduurzaamheid = bedrijfsduurzaamheid Nu de kosten en de vraag naar energie snel blijven stijgen, is een efficiënt beheer van uw datacenter even belangrijk geworden voor zowel uw bottom line als de beschikbaarheid van uw systemen. Hoe kunt u op lange termijn besparingen realiseren op het gebied van energie-efficiëntie? Het antwoord op die vraag is eenvoudig: met behulp van Data Center Energy Management Services van Schneider Electric™.
Zet een energievisie om in energiebesparingen Als specialist in energiemanagement en in de ontwikkeling van energie-efficïente datacenters, kunnen wij u helpen bij het analyseren, monitoren, beheren en verbeteren van het energieverbruik in uw datacenter, van gebouw tot rack. Onze services helpen u bij het optimaliseren en beperken van het energieverbruik, terwijl de maximale beschikbaarheid gewaarborgd is. Onze specialisten richten zich op het efficiënt gebruik van de apparatuur, het verbeteren van de luchtverdeling, het optimaliseren van het koel -en electrisch vermogen, de beschikbaarheid van de koel -en noodstroomvoorzieningen, de juiste opbouw en de thermische analyse van de ruimte. U kunt zich volledig concentreren op uw core business, want u weet zeker dat uw datacenter ‘Business-wise, Future-driven™’ is.
Business-wise Energy Management Services Efficiënt: Verbeter uw energiebeheer door energieverspilling binnen de fysieke datacenterinfrastructuur te identificeren. Beschikbaar: Implementeer ontwerp- en operationele maatregelen om uw systeembeschikbaarheid te verhogen. Kosten: Verlaag datacenterkosten dankzij merkonafhankelijke aanbevelingen met betrekking tot het energiebeheer. Flexibel: Door de vraag naar en de kostprijs van vermogen en energie voor koeling te beperken, kunt u zich concentreren op uw core business. TM
Business-wise, Future-driven
Hoe presteert mijn datacenter? Hoe optimaliseer ik mijn datacenter?
Assessments, PUE, carbon footprint, koelingsanalyse van het datacenter
Ontwerp/bouw/retrofit aanpassing met energieefficiënte producten en configuraties
Hoe bepaal ik een strategie? Planning op het gebied van duurzaamheid en efficiëntie
Hoe beheer ik mijn datacenter? Datacentermonitoring en beheersoftware
Hoe en waar koop ik mijn energie? Energy procurement services
5 manieren om uw energiegebruik te verlagen! Meer informatie hierover vindt u in onze brochure over Energy Management Service. Maak kans op een iPhone 4S! Bezoek www.SEreply.com Key Code 25027p ©2012 S Schneider h id El Electric. t i All Rights Reserved. Schneider Electric and Business-wise, Future-driven are trademarks owned by Schneider Electric Industries SAS or its affiliated companies. www.schneider-electric.com • 998-6048_NL_B