TOERISTISCHE INFOBROCHURE
NIJLEN
BEVEL
KESSEL
GEMEENTE NIJLEN
Voorwoord Beste bezoeker, Welkom in Nijlen, de poort van de Kempen. U hebt de toeristische informatiebrochure van onze gemeente in handen. U zal merken dat ook wij op toeristisch vlak wel één en ander te bieden hebben. Schitterende fiets- en wandelpaden, ongerepte stukken natuurgebied, historische figuren en stemmige bezienswaardigheden. We hebben getracht om deze brochure zo overzichtelijk mogelijk het maken voor u. Moest u toch nog bijkomende vragen of info wensen, aarzel dan niet om onze medewerkers op de dienst vrije tijd te raadplegen. Annemie, Gunther, Hans en Annelies helpen je graag verder. Nogmaals van harte welgekomen in onze gemeente en geniet ervan!
Marc Engelen Schepen van Toerisme
Legende bezienswaardigheid wandelmogelijkheid overnachtingsmogelijkheid
2 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
I. GEOGRAFISCHE GEGEVENS De gemeente Nijlen ligt in de provincie Antwerpen, op de verbindingsweg tussen de steden Lier en Herentals. Het gebied maakt deel uit van de Kempen. De gemeente Nijlen bestaat uit drie deelgemeenten, Kessel, Bevel en uiteraard Nijlen. Ze grenst aan Zandhoven in het noorden, Grobbendonk en Herenthout in het oosten, Heist-op-den-Berg en Berlaar in het zuiden en Lier en Ranst in het westen. Nijlen bevindt zich op ± 22 km ten zuidoosten van Antwerpen en op ± 24 km ten noordoosten van Mechelen. Het is een gebied dat wordt gekenmerkt door uitgesproken zandige bodems met een overgang naar lemig zand in de richting van Bevel. De gemeente is gelegen in het samenvloeiinggebied van Kleine Nete en Grote Nete. De rivieren vormen respectievelijk de noordelijke en zuidelijke gemeentegrens. Nijlen wordt dan ook gekenmerkt door een laaggelegen, vlak reliëf dat samenhangt met de samenvloeiing van beide Netes.
II. EEN BEETJE GESCHIEDENIS Nijlen is een zeer oud dorp, met wortels van haar geschiedenis tot in de Romeinse tijden. In 1770 vond men hier een aardepot die met Romeinse gouden munten gevuld was. Deze munten droegen de beeltenissen van Julius Caesar tot Keizer Domitianus. Dit geeft ons een duidelijk bewijs voor een vroegere Romeinse aanwezigheid in onze gemeente. Volgens sommige bronnen lag tijdens deze periode een Romeinse heirweg op het grondgebied van Nijlen, die leidde naar de Romeinse nederzetting te Grobbendonk. Deze baan werd later de Koningsbaan genoemd. Hieruit mogen we afleiden dat ons dorp heeft deelgenomen aan de drukke handelsbedrijvigheid die tussen deze stad aan de Rijn, Antwerpen en onze kust ontstond.
III. NAAMSVERKLARING Reeds zeer vroeg bezat de abdij van Tongerlo vele gronden in Nijlen en ook de Norbertijnen hadden hier een rechtsgebied. De plaatsnaam Nijlen vinden we voor de eerste keer terug in een bulle, gedateerd op maart 1145, waarin Eugenius III Hendrik, abt van de abdij van Tongerlo, het bezit van een aantal goederen, waaronder het ganse vrijgoed “Nile”, bevestigt. En zo treden de Nijlense zandboeren wellicht voor de eerste keer de geschiedenis binnen. In 1286 doen ze dat opnieuw, toen ze als ingezetenen van de bijvang van Lier deelnamen aan de slag van Woeringen op 17 juli. Zij strijden aan de zijde van hertog Jan I van Brabant, die een overwinning behaalde op de Limburgers. De Nijlenaars houden er twee dingen aan over: de Woeringenstraat en vooral het mooie wapenschild met de 4 leeuwen.
IV. BIJNAAM Veel Nijlenaars weten dat ze als inwoners van de gemeente als ‘Sparrijders’ door het leven gaan. In vroegere tijden was hier namelijk een roversbende genesteld die de streek onveilig maakte. Deze bende zou een afdeling van de beruchte bokkenrijders zijn. De rovers vulden hun dagen met het aanranden van reizigers, waarbij ze gebruik maakten van nooit eerder geziene methoden. Ze bonden de voeten van hun slachtoffers bijeen en hingen ze vervolgens met het hoofd naar beneden aan een dennenspar. Het geld dat ze bij hadden rolde dan uit hun zakken en de rovers hadden het gewoon voor het rapen. Het kan als een omslachtige methode overkomen, maar op deze manier konden de dieven beweren niemand iets ontnomen te hebben. Ze hadden het geld enkel gevonden en opgeraapt. Of men daar ook intrapte is een andere zaak, maar de Nijlenaars verdienen er wel de bijnaam Sparrijders mee. Minder bekend is dat ze ook Royeurs worden genoemd.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
|3
V. DIAMANTGEMEENTE In heel België en misschien ook een beetje daarbuiten staat bekend dat Nijlen en diamant onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Het begon allemaal in 1876, toen ene Jan Eduard Claes in Nijlen kwam wonen. Hij bracht ‘het steentje’ naar onze gemeente en bouwde in de jaren 1885-1890 de eerste diamantslijperij met meer dan één molen. De opgang was toen niet meer te stuiten. De echte ‘boom’ liet nog even op zich wachten, maar toen in 1902 de Premier-mijn in Zuid-Afrika ontdekt werd, was er geen houden meer aan en ook in Kessel en Bevel rezen de slijperijen als paddestoelen uit de grond. Met WO I kwam de bouw van nieuwe slijperijen tot stilstand, net als de hele Belgische diamantnijverheid. Na het beëindigen van de vijandelijkheden ging men terug intens aan het werk, met de grootste bloeiperiode tot gevolg in de jaren 1918-1930. Het grootste deel van de Nijlense jeugd wilde het steentje leren bewerken en al snel waren er molens te weinig. Met de komst van de elektriciteit in Nijlen (in 1928) gingen veel Nijlenaars de stiel in familieverband uitoefenen. Het was een tijd waarin haast in elke straat een kleine slijperij actief was. Wat er met de diamantnijverheid gebeurde tijdens WO I, herhaalde zich in WO II. Vanaf 1945 leek de markt onverzadigbaar en de vraag naar diamantbewerkers nam met de dag toe. Op het hoogtepunt zaten er wellicht 2200 à 2300 Nijlenaars in de stiel. In 1968 waren er nog maar 203 werkplaatsen in uitbating. De reden hiervoor is dat de terugval al in 1960 ingezet werd. De diamantnijverheid onderging langzaam maar zeker enkele veranderingen en er werden steeds hogere eisen gesteld aan het beroep. Nijlen richtte het Githo op om beter geschoolde vakmensen te vormen, maar onder meer omwille van de concurrentie uit de lage loonlanden, was er vanaf 1970 een dalende werkgelegenheid. In 1982 waren er nog maar 62 slijperijen in werking en tien jaar later, in 1995, was dat aantal zelfs teruggelopen tot 28. Het slijpen van het steentje is dus meer en meer tot de tijd van toen gaan behoren.
VI. ENKELE NIJLENSE BEZIENSWAARDIGHEDEN 1. St-Willibrorduskerk
Kerkstraat - Nijlen
De leefgemeenschap van een dorp hangt nauw samen met de kerk en daarom is één van de belangrijkste bouwkundige erfgoederen van Nijlen zeker het kerkgebouw. Omstreeks 1610 bezat onze kerk vier altaren, een groot aantal voor een plattelandskerk uit die tijd. In 1632 werd een torenuurwerk gemonteerd en in 1641 verrijkte men de parochiekerk met twee nieuwe altaren ter vervanging van de oude. De aangroei van de bevolking maakte dat men in 1850 een kruisbeuk in rode baksteen moest toevoegen en het hoogkoor verplaatsen. De kerktoren was een zwaar en log vierkant gebouw en lijkt een beetje op een donjon. De Nijlenaars gebruikten hem dan ook als schuil- en verdedigingsplaats tijdens oorlogstijden. De toren werd in 1914 in brand gestoken en een dag later beschoten. De kerk lag helemaal in puin en alle kunstschatten gingen verloren. In 1922 bouwde men de kerk weer op en in 1935 werden de westertoren en de eerste vier gewelfvlakken als beschermd monument geklasseerd. Bij het begin van W.O. II ging de toren weer tegen de vlakte. Om de oprukkende Duitse troepen in hun opmars te stuiten bliezen de Belgische genietroepen op dinsdag 14 mei 1940 de kerktoren van Nijlen op. De heropbouw gebeurde eerst gedeeltelijk tussen 1941 en 1943 en later helemaal tussen 1960 en 1961. De neogotische St-Willibrordukskerk is een fraai en verzorgd bedehuis. Het is een driekleurig gebouw in witte natuursteen met kruisbeuk, koor en ingebouwde westertoren. Op het hoofdaltaar prijkt een eiken retabel dat volgende taferelen voorstelt: Kruisvinding door de H. Elena, Jezus wordt gegeseld, Jezus breekt brood aan met de Emmaüsgangers, enz… Voorts treffen wij op het hoogkoor een vogel in smeedwerk aan, gemaakt door August Hermans. Het ijzeren traliewerk achter in de kerk is van dezelfde kunstenaar. De St-Willibrorduskerk is een beschermd monument.
4 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
2. St-Lambertuskerk
Kessel-Dorp - Kessel
De huidige dorpskerk in Kessel werd gebouwd tussen 1300 en 1500. Tijdens heel deze periode werd de oorspronkelijke stijl, de gotiek, gerespecteerd. Hieraan heeft de kerk haar eretitel ‘Lentebloesem van de Brabantse gotiek’ te danken. Ze wordt beschouwd als één van de mooiste uit de Kempen. Een en ander heeft wellicht te maken met het St-Salvatorkruis, dat aanbeden werd om de doofheid en hoofdpijn tegen te gaan. Net als de kerk van Nijlen werd de trotse toren met zijn twee meter dikke muren door het Belgische leger gedynamiteerd. Het gedeelte van het schip tot aan de zijkapellen moest er eveneens aan geloven. Het grootste en oudste gedeelte van de oorspronkelijke rechthoekige kerk ging zo verloren. De heropbouw startte bijna onmiddellijk na de verwoesting, in volle oorlogstijd. Ook voordien had het gebouw al heel wat te verduren gekregen, zoals de plunderingen en vernielingen tijdens de godsdienstoorlogen en zware beschadiging in 1914 bij het beleg van het fort. Ondanks al die gebeurtenissen is het gebouw sinds 1500 praktisch onveranderd gebleven, op het dak van de sacristie na. De torenspits daarentegen werd wel veelvuldig gewijzigd. Wat het interieur betreft zoals de altaren, glasramen, schilderijen, meubilair, enz… is elke vergelijking met vroegere tijden onmogelijk. De St-Lambertuskerk met toren is een beschermd monument.
3. Kessel Fort
Fortstraat - Kessel
In 1906 besloot de regering om een grote verdedigingsgordel op te richten met elf nieuwe forten en veertien schansen. Eens voltooid zou Antwerpen de modernste vesting van de wereld zijn. In 1909 begon de firma Bolsee met de bouw van het Fort van Kessel. Het zou tot in 1912 duren vooraleer de ruwbouw af was. Pas in 1913 kon men beginnen met het plaatsen van de bewapening. Aan de vooravond van de Eerste wereldoorlog stond het fort onder bevel van kapitein-commandant Piraux. Tijdens de Duitse aanval op de Vesting Antwerpen deelde het zwaar in de klappen. Vanaf 29 september 1914 nam het fort actief deel aan de gevechten om de Duitsers terug te slaan. In de nacht van 3 oktober stelde de vijand zijn zwaarste artillerie op tegen het fort. In de prille ochtend van 4 oktober 1914 om 6 u ’s morgens begon de zwaarste Duitse artillerie het fort te beschieten vanuit Heikant, een gehucht van Berlaar en vanuit Isschot (Itegem). Hoewel het percentage dat doel trof zeer klein was, daverde het fort op zijn grondvesten. De granaten doorboorden gewelven, muren storten in als kaartenhuisjes en de geschutskoepels werden buiten werking gesteld. Tegen dit alles had de bemanning geen schijn van kans, de hoofdbewapening schoot letterlijk te kort om de vijandelijke batterijen te treffen. Om 11u werd het fort opgegeven. In 1935 wordt het fort opnieuw ingericht als infanteriesteunpunt. Op de plaatsen van de vroegere kanonkoepels worden bunkers gebouwd. Tijdens de mobilisatie in 1939 werd het fort bezet door de vijftiende compagnie van het eerste vestingregiment onder leiding van luitenant De Middeleer. Op 16 mei 1940 verliet de compagnie het fort na het te hebben opgeblazen en trok samen met het veldleger richting West-Vlaanderen. Na de tweede wereldoorlog hief men de krijgsdienstbaarheden beetje bij beetje op en daalde er een rust over het fort neer. Na de aankoop door de gemeente Kessel in 1973 kreeg het fort de bestemming van passieve recreatie. Rondleidingen: Wil je voor eens en voor altijd al de mysteries van het fort ontrafeld zien? Dan kan de “Gidsenwerking Fort Kessel” voor u de oplossing zijn. Deze groep enthousiastelingen die al heel wat gidsbeurten op hun palmares hebben verzorgen er historische rondleidingen die absoluut de moeite zijn. Tijdens deze rondleidingen reizen ze met u door de tijd en voeren u terug naar de verschillende periodes waarin het fort een rol speelde, beginnende aan de vooravond van de eerst wereldoorlog.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
|5
Ze bezoeken met u, de door een dikke laag aarde en beton bedekte traditore batterijen, munitiemagazijnen, troepenkamers en geschutsemplacementen. Bovengronds bekijken we de koepels, de loopgrachten uit wereldoorlog 2 en de vernielingen teweeggebracht door de befaamde “dikke Bertha’s” in WO 1. Rondleidingen op het fort zijn gratis en kunnen vanaf begin april tot einde september. Voor een bezoek aan het fort moet je met minimaal 5 personen zijn. (tenzij afgesproken) tijdens de laatste zaterdag van augustus kan je het fort zonder reservatie bezoeken tussen 13.00 tot 17.00u. Info en reservatie op de cultuurdienst (gegevens achteraan) .
4. Kruiskensberg
Kruiskensbaan - Bevel
Kruiskensberg is één van de bedevaartsoorden van onze gemeente. Een oude tekst verhaalt dat een erg zieke herder omstreeks 1260 van de bron dronk en plots genezen was. Toen dit bekend raakte werd er een houten kruis opgericht en de bedevaarders stroomden toe. In de 17de eeuw werden vijf putjes gegraven als symbool voor de vijf wonden van Christus. Vorige eeuw werden deze putjes in steen gemetseld, werd er een kapel opgericht en schonk jonkheer Florent le Grelle, de kasteelheer van het Rameyenhof, een groot ijzeren kruis. Op Goede Vrijdag stromen van 07.00u tot 12.00u gelovigen nog steeds toe om de kruisweg te volgen. Op deze dag is er trouwens ook een speciale markt rond de Kruiskensberg. Aan de rand van het domein tref je ook het kleine café ’t Schipke aan, zeer bekend geworden door de film Pallieter. Er doet over Kruiskensberg nog een ander verhaal de ronde. De kapel zou de plaats zijn waar je aan een lief kan geraken en de jongeren kwamen er dan ook bidden om een partner te vinden. Verder vind je aan sommige vensters van de kapel een hele reeks veters en ander stukjes stof om ‘de koorts af te binden’. Maar ook het domein achter de kapel heeft zijn eigen geschiedenis. Kruiskensberg is een beschermd monument.
5. Pastorie van Nijlen
Gemeentestraat 36 - Nijlen
Even buiten het centrum staat de pastorie van Nijlen, zonder twijfel één van de oudste gebouwen van de gemeente. Wanneer ze precies op de huidige plaats werd gebouwd is nog niet achterhaald. Omdat periodes van rust en voorspoed erg zeldzaam waren in onze streken en oorlogen en rampen de Kempen teisterden, was er een vest rond het huis. Deze moest de bewoners en de dorpelingen beschermen bij een inval van vijandige legers. Tijdens een van die invallen legerde de vorst van Waldeck met zijn troepen in Nijlen met het oog op de belegering van Lier en Antwerpen. Op 23 juni 1747 brandde het pastoreelhuis volledig af, door een onvoorzichtigheid van de kok van de vorst. De benedenverdieping werd herbouwd in de tweede helft van de 18de eeuw en de eerste verdieping volgde ongeveer 100 jaar later. In 1892 werd er een grilwerk voor de slaapkamer van de pastoor aangebracht. Ook het torenklokje is van die datum. Waarom dit klokje er is gekomen, is een heel verhaal, namelijk het verhaal van ‘de moord van Nijlen’. Op 2 januari 1842 pleegde ene Hendrik De Backer een laffe aanval op de toenmalige pastoor, Petrus De Groof. Een week later bezweek de pastoor aan zijn verwondingen en op 11 mei 1842 werd de dader opgehangen op de Grote Markt in Lier. Het was de opvolger van pastoor de Groof, pastoor De Mets, die het klokje liet aanbrengen zodat hij de dorpelingen zou kunnen verwittigen als er onraad was op de pastorie. Het klokje is tot op heden gelukkig altijd stil gebleven. De pastorie is een beschermd monument.
6 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
6. Tibourschrans
Tibourstraat 10 - Nijlen
Een van de bekendste gebouwen van Nijlen is zeker de Tibourschrans. Dit statige gebouw ligt langs de Tibourstraat, verscholen tussen eeuwenoude loofbomen. Een fraai park en een brede, sierlijke slotgracht geven het domein een grootse indruk. We weten dat de Tibourschrans er al zeker sinds 1636 is. Mogelijk bestaat ze al veel langer. Oorspronkelijk deed ze dienst als hoeve. Momenteel is de Tibourschrans eigendom van de gemeente Nijlen. Op 19 november 1969 keurde de gemeenteraad de aankoop van het ongeveer 4 ha groot domein goed. In 1972 werd het domein open gesteld als wandelpark. Er kwamen aanplantingen, grasvelden met rustbanken en een grote speeltuin voor de kinderen. Ook een zandbak en een voetbalveld zijn aanwezig. In het gebouw zelf zijn nu, na de nodige verbouwingswerken, de leslokalen en de ateliers van de Academie voor Beeldende Kunsten gehuisvest.
7. ’t Vredehof
Torenvenstraat 28 - Kessel
Je zou het Vredehof een uit de hand gelopen huwelijksbelofte kunnen noemen … Fernand Geyselings beloofde zijn toekomstige vrouw een mooie tuin. En of hij daar in geslaagd is! In 1992 begon hij aan de heuse klus. 13 jaar later wandel je door een heerlijke bloementuin van 1 hectare groot. Tussen september en half december plant Fernand - met de hand - ruim 150.000 bollen. In het voorjaar zorgen de tulpen, narcissen en hyacinten voor een schitterend kleurenspel. Ongelooflijk maar waar: Fernand onderhoudt de tuin helemaal alleen! Het Vredehof is dagelijks geopend vanaf eind maart tot begin mei tussen 10.00u en 18.00u. Voor meer informatie kan u steeds terecht op het nummer: 03 480 09 22.
8. Diamantslijperij Spoorweglei 24 - Nijlen Op 16 december 2003 heeft het gemeentebestuur besloten om de diamantslijperij van de familie Lieckens aan te kopen om het diamantverleden van onze gemeente niet verloren te laten gaan. De slijperij in kwestie is een goed bewaarde diamantwerkplaats in het centrum van Nijlen. Naast het gebouw en de typische inrichting, bevinden zich in dit gebouw ook nog heel wat verschillende werktuigen. Omwille van de archeologische en sociaalculturele waarde, is de werkplaats immers van een algemeen belang. Daarnaast is het één van de laatst volledig uitgeruste slijperijen uit de streek. Voor een stand van zaken met betrekking tot de plannen voor de slijperij kan je steeds contact opnemen met de Cultuurdienst.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
|7
VII. Andere historische punten Om het overzicht te vervolledigen, vullen we bovenstaande trekpleisters aan met andere vermeldenswaardige monumenten:
1. Kasteelpark De Bist
Beukenlaan 16 - Kessel
Op dit moment is het kasteel een ontmoetingshuis van de Gasthuiszusters Augustinessen van Lier. De oudste bron waarin we een verwijzing vinden naar het Hof De Bist, dateert vermoedelijk uit het einde van de 17de eeuw. De Lierse Jonkheer Jan Robert de Hoves des Estiennes (1627-1707) wordt vermeld als eigenaar van het “Hof de Bist te Kessel onder den Byvanck van Lier met erven en toebehoren t’samen 17 bunders groot”, wat overeenkomt met een oppervlakte van ruim 22 ha. Het domein kende verschillende eigenaars, wat tot gevolg had dat het verbouwd en evenveel aangepast werd. Met Allerzielen 1944 verwoestte een V1 het gebouw en werd, volgens de plannen van de Kesselse architect Gommaar De Vos, terug heropgebouwd. In 1962 werd het kasteel met het restant van het oorspronkelijke domein te koop gesteld. Op 10 april van dat jaar werd het door de V.Z.W. Klooster van het Heilig Hart, gevestigd te Lier aan de Kolveniersevest, aangekocht. De totale oppervlakte binnen een veelhoekig, afgebakend terrein rond de vijvers en de verbindingsgrachten waarin het kasteel centraal lag, bedroeg 5 ha. Het huidige park is een oase van rust waar men kennis kan maken met een aantal merkwaardige bomen, ronde vijvers en een stijlvolle aanleg.
2. Gemeentehuis van Nijlen
Kerkstraat 4 - Nijlen
Het gemeentehuis dateert van 1953-1954 en werd gebouwd onder het burgemeesterschap van Octaaf Vernimmen. De kostprijs bedroeg toen bijna € 100.000 of zo’n 4 miljoen frank. Na de fusie van Nijlen, Bevel en Kessel was de reeds beperkte werkruimte duidelijk te klein. De gemeenteraad opteerde om het bestaande gemeentehuis te verbouwen en naar achter uit te breiden. Het verbouwde gemeentehuis opende in 1990 zijn deuren.
3. OCMW-gebouw
Kessel-Dorp 54 - Kessel
Dit gebouw was vroeger het gemeentehuis en dateert uit 1907. Het is een alleenstaand neogotisch pand. De belangrijkste elementen zijn: bakstenen lijst- en zijtrapgevels, kordons, banden, hoekblokken, omlijstingen, balustrades en overhoekse topstukken in zandsteen; kruiskozijnen, spitsboogomlijstingen; rondbogen; kruisgewelven; gedenksteen met vermelding van bouwjaar en architect; grote medaillons op gevel met afbeeldingen van St-Salvator en het wapen van Antwerpen; getrapt dakvenster. Het oude gemeentehuis staat op de monumentenlijst.
8 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
4. Boerenkrijgmonument
Kessel-Dorp - Kessel
Dit monument aan de St-Lambertuskerk uit 1898 was een bronzen Christus aan een ijzeren kruis, gesmeed door de Lierse kunstsmid Van Boeckel. Na WO I werd dit monument voor het zijportaal van de Kesselse St-Lambertuskerk geplaatst. Het monument van de gesneuvelden werd een arduinen tombe, omspannen met enkele sierpaaltjes, voorzien van een keten in zilvermetaal. Bovenop prijkte het zwarte ijzeren kruis van de Boerenkrijg. Op de tombe van het graf lag een gesmeden palmtak. Na WO II werd het monument vernieuwd met materiaal van het puin van de vernielde kerk. Een robuuste grafsteen werd opgetrokken met boven op het kruis. In 1990 ontwierp Marc Verreydt een nieuw monument van de gesneuvelden. Het gedenkteken bestaat uit een blauwe hardsteen met boven op het Boerenkrijgkruis.
5. St-Pauluskerk
Broechemsesteenweg 223 - Nijlen
Dit kerkgebouw is een modern complex uit 1972 met eigenlijke kerk, ruime inkomhal, sacristie en vergaderzalen. In de kerk zijn een aantal prachtige kunstwerken terug te vinden. Bijvoorbeeld: kruis boven het altaar van W. Ceyssens, O.L.V. beeld van Rik van Schil.
6. Pastorie van Bevel
Bevel-Dorp 84 - Bevel
In de 15de en 16de eeuw bewoonden de pastoors van Bevel een hoeve. In het begin van de 17de eeuw werd een pastorie gebouwd in de omgeving van het huidig gemeentelijk dienstencentrum en bibliotheek. Dit gebouw blijft met enkele onderbrekingen en verbouwingen tot in de tweede helft van de 19de eeuw pastorie. In 1892 kon de legendarische pastoor Van Tendeloo een volledige nieuwe pastorie betrekken: het huidig gemeentelijk dienstencentrum. Het werd in “broederlijke samenhorigheid” gebouwd op kosten van het gemeentebestuur op grond van de kerkfabriek.
7. Pastorie van Kessel
Kessel-Dorp 39 - Kessel
In deze pastorie hebben bijna 400 jaar de pastoors van Kessel gewoond. ‘Het Heiligh Geesthuys’ werd reeds in 1436 vermeld. Sindsdien werd de pastorie verkocht, verhuurd aan Henri Soubain en Jacob Dens, gebruikt door de gemeente voor o.a. het samenstellen van de rol van de gemeentebelasting. Ze deed ook dienst als vredegerecht voor het kanton Berlaar en ze werd in beslag genomen om tenslotte in 1827 verkocht te worden aan de gemeente. In 2000 werd het gebouw opgenomen op de monumentenlijst.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
|9
8. De Mariakapel
Kapellebaan - Nijlen
Dit kapelletje uit de 17de-18de eeuw toont het opschrift “Maria wil ons bevrijden van de koorts en alle lijden”. Het werd vermoedelijk opgericht tijdens of na één of andere epidemie waardoor onze streken vroeger zo talrijk en zo dikwijls geteisterd werden.
9. van ’t Salvatorkapelletje
Liersesteenweg, Salvatorbaan, Bartstraat - Kessel
De eerste sporen van deze kapel gaan terug tot in 1651. Het staat op een eeuwenoud kruispunt. In vorige eeuwen hielden de reizigers er halt, sloegen er een kruis en offerden iets voor Sint-Salvator.
10. Molens a. Dommolen
Statiestraat 2 - Nijlen
Stenen molenromp van de oorspronkelijke molen uit 1856. Deze molen is te vinden vlak bij het station van Nijlen. De molen was in gebruik tot 1939. Heden doet ‘De Molen’ dienst als café.
b. Verbistmolen
Spoorweglei 21 - Nijlen
Stenen molenromp van de oorspronkelijke molen uit 1847. Deze molen bevindt zich in de Spoorweglei in Nijlen. Hij was in gebruik tot 1914, waarna de molen een waarnemingspost voor het Belgische en Duitse leger werd. Heden wordt Verbistmolen gebruikt voor het verhandelen van aardappelen, granen en zaden.
10 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
c. Stenen Molen
Stenen Molen - Kessel
Stenen molenromp van de oorspronkelijke graan- en schorswindmolen uit 1842. In 1945 sloeg een vliegende bom vanaf 30 meter afstand in, waardoor de molen fel beschadigd werd. De restanten van de Molen kan men bezichtigen in de straat: Stenen Molen te Kessel.
d. Carolusmolen Afgebrand in 1914. Deze molen dateerde van 1460. (Molenbos)
11. De Poemp
Gemeentestraat 24 - Nijlen
Deze gerestaureerde pomp die in het centrum van Nijlen staat, dateert van 1872. De pomp heeft een leeuwenkop, een gebogen fronton en een halfrond waterbekken. De heemkundige kring (De Poemp) is naar deze pomp genoemd.
VIII. ENKELE NIJLENSE HISTORISCHE FIGUREN 1. August Hermans, geboren in 1885, was gedurende 37 jaar een echte boerensmid. Nadien had hij vooral aandacht voor bloemen. Zijn kunstenaarsdrang was niet te stuiten en gaf hem de durf vogels, slangen en andere dieren gestalte te geven. Gust kon het ijzer smeden tot vliegende en rustende uilen. Zijn kunststukken zijn over het ganse land en zelfs tot in het buitenland verspreid geraakt. Voor kerken en kloosters maakte hij kandelaars, misboek- en wierookhouders en kruisbeelden. Palmen maakt hij voor wieler- en oorlogshelden. Het levenswerk van de artiest prijkt in de erehal van het gemeentehuis: ‘De strijd van de arend met de draak’, zinnebeeld van een gevecht onder vijandige dieren. Het ‘August Hermansplein’ is naar hem genoemd. 2. Rector Pierre De Ram, geboren in 1804, werd priester en door verdere studies behaalde hij de titel van ‘Dokter in de Godsgeleerdheid en het Kerkelijk recht’. In 1834 ijverde hij, samen met andere geestelijken, voor de heropening van de Katholieke Universiteit Leuven. Op 4 november van dat jaar stichtten de Belgische bisschoppen een nieuwe Katholieke Universiteit, waarvan Pierre De Ram rector werd. Hij oefende dit ambt uit tot aan zijn dood. Hij verwierf grote naam als kerkhistoricus. Hij heeft een periode van zijn leven doorgebracht in de Tibourschrans. De ‘Rector De Ramstraat’ verwijst nog steeds naar hem.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
| 11
3. Pastoor Louis Schelkens, geboren in 1903 te Broechem, was uren in ’t ronde gekend en gewaardeerd. In 1951 werd hij te Kessel als pastoor ingehaald. Over deze man doen vele verhalen de ronde, maar ze komen allen neer op hetzelfde thema: zijn liefde voor de medemens. De uitstraling van zijn persoonlijkheid en zijn impact op de mensen waren uitzonderlijk. In 1989 eindigde zijn leven. We herdenken hem met het ‘Pastoor Schelkensplein’ te Kessel. 4. Livinius Carré, geboren in 1837 in Kessel, volgde in Lier de opleiding tot onderwijzer. Hij aanvaardde het kosteronderwijzerambt dat hem werd aangeboden in Hallaar en zette zich voor alles en iedereen in. In 1873 trok hij een streep onder zijn onderwijzersloopbaan en zette zich volledig in om zijn droom, om van Hallaar een zelfstandige gemeente te maken, te verwezenlijken. Dit lukte hem in 1876, waarbij hij werd aangesteld als gemeentesecretaris, het ambt dat hij tot 1902 uitoefende. Deze oud-Kesselaar wordt herdacht met een straat in Hallaar. 5. Over de oude pastoor Van Tendeloo van Bevel is enorm veel geschreven. Al de artikels en publicaties die over hem handelen, staan vol lof over zijn geleerdheid, zijn vroomheid, zijn welbespraaktheid, zijn ijver voor het heil van zijn parochianen, zijn gastvrijheid gepaard aan het feit dat hij maar alleen ’s middags een uitgebreid maal nam. Hij woonde meer dan 50 jaar te Bevel en dwong veel respect af. Hij stierf in 1941. Hij wordt herdacht met de ‘Pastoor Van Tendeloostraat’ in Bevel.
IX. LANDSCHAPPEN 1. De Kesselse Heide
Lindekensbaan - Kessel
De heide is vermoedelijk in de oertijd ontstaan door klimatologische wijzigingen waardoor de loofwouden stilaan verdwenen en er woeste heidevelden ontstonden. In de middeleeuwen werden de heidevelden door de boeren in stand gehouden. Het was een ideale plaats voor de schapen. In de 18de eeuw begon men op grote schaal terug bomen op de heide te planten. Slechts enkele heidevlakten ontsnapten aan de bebossing. Deze worden gelukkig als natuurreservaat beschermd en voor de toekomst bewaard. Volgens het gewestplan van Mechelen dat bij K.B. van 5/8/1975 goedgekeurd werd, ligt de Kesselse Heide in een natuurgebied. Deze gebieden zijn beschermd en voorzien in het herstel van het natuurmilieu. In 1978 heeft de provincie Antwerpen de Kesselse Heide aangekocht en alzo deze gave natuurbrok van verkaveling gered. Na ruiling van enkele percelen werden de twee stukken tot een homogeen geheel verenigd zodat we een oppervlakte van 43 ha krijgen. Het domein is open gesteld voor passieve recreatie en heeft een grote esthetische en wetenschappelijke waarde. Het wandelpad kronkelt tussen de natuurlijke begroeiing en loopt langs open zandverstuivingen en een ven met schiereilandje. Dit pad is ongeveer 2500 meter lang en is met rode merktekens aangegeven. Een afwisselende bodemvegetatie zorgt voor kleurschakeringen. We bemerken ondermeer lijsterbes, berk, brem, jeneverbessen en pijpenstrootjes. Langs het pad zijn rustbanken en pic-nictafels aangebracht. De Kesselse Heide is een beschermd landschap en is sinds 1978 een provinciaal domein met een oppervlakte van ca. 75 ha. Het is ook een geklasseerd landschap. Hier kan men ook wandelingen maken onder begeleiding van een gids. Meer info: dhr. De Roovere Frank, toezichter van de Provincie Antwerpen, Kesselse Heide, tel. 03 489 29 13.
12 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
2. Hoogbos
Lindekensbaan - Kessel
Het domein “Hoogbos” is in 1981 door de gemeente Nijlen aangekocht en in 2005 in beheer gegeven aan de provincie Antwerpen, die ook eigenaar is van het tegenoverliggende domein “Kesselse Heide” en dat ook beheert. Dit 7 ha groot natuurgebied heeft een belangrijke educatieve waarde. Door weloverwogen beheerswerken tracht men hier op deze betrekkelijk kleine oppervlakte twee verschillende biotopen terug in hun vroeger stadium te herstellen. Enerzijds door kap- en plagwerk probeert men de verrijking van de bodem te voorkomen. Zo kan de struikheide hier terug welig tieren op de hoger gelegen gedeelten evenals de talrijke korstmossen. Anderzijds werden op de lager gelegen gedeelten dezelfde beheerswerken uitgevoerd, zodat de dopheide weer rijkelijk kan bloeien.De resultaten van deze beheerswerken zijn op verschillende plaatsen merkbaar. Zo kunnen we met fierheid zeggen dat de “ronde zonnedauw”, na vele jaren afwezigheid, hier terug groeit en bloeit. Ook werd er een bijenstal gebouwd, en de honingbijen vliegen hier terug over de zich herstellende heide. Het terrein is terug toegankelijk gemaakt voor wandelaars. Een nieuw natuurleerpad werd hier in 2005 aangelegd door een samenwerking tussen het provinciebestuur, de gemeente Nijlen en de natuurgidsen. Dit leerpad geeft elementaire informatie over planten en dieren die hier leven. Ook de leerlingen van de omliggende scholen gebruiken dit pad veelvuldig om de geleerde stof aan de werkelijkheid te toetsen.
3. Kruiskensberg
Kruiskensbaan - Bevel
Kruiskensberg is niet enkel een monument. Het heeft ook heel wat te bieden als landschap. Op het domein, dat een natuurgebied is, vind je een heideven met daar rond een uitgestrekte vochtige heide, afgewisseld met droge zandbruggen. Het gemeentelijk wandelbos met een oppervlakte van 13 ha herbergt naast naaldbos tevens Amerikaanse eik, Amerikaanse vogelkers, berk, beuk, els, zomereik, wilg, hazelaar, kamperfoelie, adelaarsvaren, blauwe bosbes en wilde hop. Naast deze planten treffen we in de natte beemden, waar vroeger de Nete stroomden, ook moerasspirea, melkeppe, wolfspoot, gele lis, koekoeksbloem, dotterbloem, wilde bertram en in de oude Netearm wateraardbei en gele plomp aan. Bij al deze flora krijg je tevens nog een concert van de vele bruine kikkers die hier leven samen met andere amfibieën en de reigers. Verder kan je met een beetje geluk kennis maken met de boom- en torenvalk, de nachtegaal, wielewaal, boomklever, boomkruiper en de specht. Achter en opzij van de kapel en het kruis ontvouwt zich een wisselend terrein met nu eens dichte bossen en dan plots weer een open vlakte met een oude eenzame boom. De open ruimtes zijn ideaal om tot rust te komen, terwijl de bossen dan weer iets mysterieus uitstralen. Langs de wandelpaden zijn rustbanken geplaatst. Kruiskensberg en omgeving is een beschermd landschap.
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
| 13
X. WANDEL- EN FIETSTOCHTEN Wandelingen De wandelingen werden samengebracht in een toeristische wandelgids van de gemeente Nijlen: Er bevinden zich een 10-tal bewegwijzerde wandelroutes in de gemeente, goed voor ongeveer 125 km. Ze laten de mooiste plekjes van de drie deelgemeenten zien. Deze routes doorkruisen voornamelijk de gebieden met hoge natuurlijke, landschappelijke en cultuurhistorische waarde, maar ook andere delen van het landelijk gebied.
Vogelzangpad (8,3 km) Fortpad (7,5 km) Hoevepad (8 km) Tibourpad (7 km) Drie-dorpenwandeling (30, 23 of 16 km)
Bogaertpad (6,5 km) Heidepad (2,5 km) Natuurpad Hoogbos (1,5 km) Paddekotenpad (8 km) Stynehofpad (8 km)
De toeristische wandelgids is te koop voor € 4 in de bibliotheek of op de cultuurdienst. Toerisme Provincie Antwerpen heeft in de wedstrijd ‘Verdienstelijke Wandelgemeente 2003’ de tweede prijs toegekend aan de gemeente Nijlen.
Fietstochten Volgende fietsroutes lopen door Nijlen of omgeving; Molenroute (48 km) Netelandroute (44 km) Arkelroute (42 km) Boomgaardroute (29 km) Achtzalighedenroute (51 km)
Watermolenroute (50 km) Abraham Hansroute (40 km) Conscienceroute (27 km) Diamantroute (30 km) Trappistenroute (44 km)
Een handige brochure met een plannetje en routebeschrijving van elke tocht is te verkrijgen in de bibliotheek aan de prijs van € 1,50. Voor de meeste routes zijn er ook alternatieve, kortere beschrijvingen in de brochures opgenomen. De kaarten van het fietsknooppuntennetwerk zijn eveneens te verkrijgen in de bibliotheek. Het totale netwerk doorheen Antwerpen telt 2460 kilometer aan heerlijke fietstochten. Bovendien sluit het Antwerpse netwerk naadloos aan bij dat van de regio Breda (NL). Er zijn drie fietskaarten van de Antwerpse Kempen die elk € 4,5 kosten één scheldeland netwerkkaart die € 5 kost. Alle brochures bevatten gedetailleerde kaarten en een lijst met fietsvriendelijke horecazaken onderweg.
XI. LIER EN HET PALLIETERLAND Op 28 oktober 2005 werd de samenwerkingsovereenkomst tussen zeven gemeenten uit de Antwerpse Kempen, met name Berlaar, Bonheiden, Heist-op-den-Berg, Herenthout, Lier, Nijlen en Putte, plechtig ondertekend in Lier. De toeristische cluster kreeg de naam ‘Lier en het Pallieterland’. De zeven gemeenten werken in de regio samen rond toerisme. Begin 2007, bij de hernieuwing van de gemeentebesturen, en ook de hernieuwing van de samenwerkingsovereenkomst, hebben Bonheiden en Herenthout bedankt en gaat de cluster verder met vijf gemeenten. In de werffolder wil de cluster Lier en het Pallieterland de toeristen warm maken
14 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
om een bezoekje te brengen aan onze regio. De regio heeft heel wat te bieden: het groen, de historische elementen, het gezellige, het Bourgondische luilekkere leven van Palliter zoals Felix Timmermans zo smakelijk heeft neergeschreven in zijn gelijknamige roman (1916). In de regiopocket van het TPA worden de trekpleisters van de cluster belicht. Neem ook eens een kijkje op de website www.pallieterland.be en ontdek leuke plekjes, historische gebouwen en verhalen uit de eigen streek. Je vindt er alles over overnachtingsmogelijkheden, een kalender van de evenementen en beschrijving van wandel- en fietstochten.
XII. LOGIES Onze gemeente biedt ook enkele overnachtingsmogelijkheden:
Bed & Breakfast Torenven Bed & Breakfast An Stuckens Torenvenstraat 16 Bartstraat 25 2560 Kessel 2560 Kessel Tel.: 03 480 02 66 Tel.: 03 488 34 86 Fax: 03 480 02 60 E-mail:
[email protected]
XIII. SPORT EN ONTSPANNING De gemeente Nijlen telt 2 sporthallen waar men tal van verschillende sporten kan beoefenen. O.a.: aikido, basketbal, handbal, karate, volleybal, badminton, gymnastiek, hapkido, korfbal, tafeltennis, zaalvoetbal …
Sport • Gemeentelijk sportcentrum Gemeentestraat 36a 2560 Nijlen Tel. 03 410 02 40 Tel cafetaria. 03 481 76 52 Openingsuren: elke dag van 9u tot 24u • Sporthal “De Putting” Grote Puttingbaan 8a 2560 Kessel Tel. 03 488 20 83 Tel. cafetaria. 03 488 25 20 Openingsuren: Elke dag van 9u tot 24u. • Gemeentelijk zwembad Gemeentestraat 36a 2560 Nijlen Tel. 03 410 02 40 Openingsuren: Werkdagen: 9u tot 12u 13 tot 17u 18u tot 21u Zaterdag: 9u tot 12u 13u tot 16u Zondag: 9u tot 12u
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
| 15
Jeugd • Jeugdhuis Kroenkel vzw Statiestraat 13 2560 Nijlen Tel. 03 411 19 88 Openingsuren: Vrijdag: 19u30 tot 02u Zaterdag: 19u30 tot 02u Zondag: 18u30 tot 22u30 • Jeugddienst Kerkstraat 4 2560 Nijlen Tel. 03 410 02 32 E-mail:
[email protected] Openingsuren gemeentehuis
Een lijst met gegevens van alle jeugdverenigingen in onze gemeente is te bekomen bij de jeugddienst en de bibliotheek.
Cultuur • Bibliotheek:
Nijlen:
Kessel:
Bevel:
Ma: 14u-20u Di: 14u-20u 18u-20u Woe: 10u-12u 14u-16u 14u-16u 13u-17u Do: 14u-20u 18u-20u Vrij: 14u-17u Za: 09u-12u Zo: 10u-12u 10u-12u • Cultuurdienst: Kerkstraat 4 2560 Nijlen Tel. 03 410 02 34 E-mail:
[email protected] Openingsuren gemeentehuis: zie achterzijde brochure
16 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
KESSEL
2
1
3 7
1
10c
7 3
9 2
4
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
| 17
EVEL
6
3
4
18 | TOERISTISCHE INFOBROCHURE
6 5
8
10a
2
1
10b
8
11 5
NIJLEN
TOERISTISCHE INFOBROCHURE
| 19
Openingsuren: Maandag 9u tot 12u Dinsdag 9u tot 12u Woensdag 9u tot 12u en van 13u tot 17u Donderdag 9u tot 12u en van 17u tot 20u Vrijdag 9u tot 12u Zaterdag, zondag en op feestdagen is het gemeentehuis gesloten. Tijdens de maanden juli en augustus zijn de loketten op woensdag om 14.30 uur gesloten.