Survival guide for newcomers in Brussels
NL
FR
EN
Wat wist je eigenlijk over Brussel voor je hier aankwam? Je had misschien al van Manneken Pis gehoord. En wellicht is de naam Horta ooit ter sprake gekomen. Had je een paradijs van chocolade en bier in gedachten? Of dacht je dat Brussel een soort ideale mix van Germaanse structuur en Latijnse chique zou zijn? Misschien was je aanvankelijk een beetje teleurgesteld. Dat horen we vaak bij expats: “Brussel is een stad die zich niet snel blootgeeft. Hij toont eerst zijn zwakke plekken, en pas later ontdek je beetje bij beetje zijn pareltjes en troeven.” En dan wordt het een thuis. Om nieuwkomers bij te staan tijdens hun ontdekkingstocht door Brussel, hebben we enkele
begrippen opgelijst. Dit gidsje is een survival guide for newcomers: basiskennis die je helpt om de stad beter aan te voelen en te doorgronden. Dankzij onze gids vermijd je verwarring en vertwijfeling, keuvel je vlotjes met de buren en imponeer je moeiteloos je bezoekers. Brussel is geen eenvoudige stad. Wij geven je een handleiding, geen afgevijlde tips voor dagtrippers. Voor informatie over art nouveau en stripmuren moet je aankloppen bij het Brusselse toerismebureau. De beste Brusselse restaurants en cafés laten we je zelf ontdekken. Nee, deze handleiding schotelt je een Brussel cru voor, de stad zoals hij is, zonder make-up. We geven tekst en uitleg bij enkele typisch Brusselse begrippen, rare gewoontes, zaken die je toch alleen hier ziet en hoort. We hopen
Au fond, que savais-tu de Bruxelles avant d’y arriver ? Peut-être avais-tu déjà entendu parler du Manneken-Pis ? Et peut-être que le nom d’Horta avait déjà été évoqué. Tu t’imaginais un paradis de chocolat et de bière ? Ou pensais-tu que Bruxelles serait le mélange idéal de rigueur germaine et de chic latin ? Peut-être as-tu été un peu déçu en arrivant. C’est ce que rapportent de nombreux expatriés : « Bruxelles est une ville qui ne jette pas vite le masque. D’abord elle montre ses points sensibles, puis tu découvres peu à peu ses perles et ses atouts. » Et enfin, elle devient ton « chez-toi ». Afin d’aider les nouveaux venus pendant leur voyage de découverte, nous avons listé quelques concepts. Ce petit fascicule est un guide de survie pour nouveaux arrivants : des connaissances
élémentaires qui t’aident à mieux sentir la ville et à te l’approprier. Grâce à ce guide, tu évites toute confusion et du désespoir liés à la découverte des grandes villes, tu abordes facilement tes voisins et impressionnes tes amis en visite sans problèmes. Bruxelles n’est pas une ville simple. Ce que nous te proposons est un guide, pas un sentier balisé pour randonneurs. Pour des informations sur l’art nouveau ou sur les fresques de bande dessinée qui recouvrent les murs de la ville, tu devras frapper à la porte de l’office de tourisme de Bruxelles. Nous te laissons découvrir par toi-même les meilleurs restaurants et cafés bruxellois. Ce guide te sert un Bruxelles brut : la ville telle qu’elle est, sans maquillage. Il reprend en détail quelques concepts bruxellois typiques, des habitudes étonnantes, des choses que tu ne pourras que voir ou entendre.
What did you really know about Brussels before you arrived? You’d probably heard about Manneke Pis. And maybe come across the name Horta. Were you dreaming of a paradise of chocolate and beer? Or were you thinking that Brussels would be a sort of ideal mix of German structure and Latin chic? Perhaps you were a bit disappointed to start with. We often hear that from expats: ‘Brussels is a city that doesn’t put all its goods in the shop window. It shows its weak points to begin with, and it’s only later that – little by little – it shows off its jewels and plays its trump cards’. And then you feel at home. We’ve made a list of some things you might be puzzled about to help you as a newcomer as you begin
to discover Brussels. This is a survival guide for newcomers: basic information that will help you to understand the city better and get to the bottom of its mysteries. Thanks to our guide you’ll avoid confusion and desperation, be able to chat easily with the neighbours and have no trouble impressing visitors. Brussels is not a simple city. We are giving you a manual, not a potted series of tips for day-trippers. For information about art nouveau and strip clubs you’ll have to go to the Brussels tourist office. We’ll leave you to discover the best restaurants and cafés in Brussels for yourself. No, this manual serves up Brussels cru, the city as it is, without make-up. We are giving text and explanations for a number
2
3
NL
FR
EN
NL
dat je je snel een echte Brusselaar voelt, gesterkt door de stad. Bij deze, speciaal voor jou, een volstrekt willekeurige en onvolledige lijst met weetjes die je helpen om de stad te vatten en – hopelijk – lief te hebben.
NL
Veel leesplezier, Het Verbindingsbureau Brussel-Europa
FR
Nous espérons que tu te sentiras vite un vrai Bruxellois, soutenu par la ville. Dans ce guide, tu trouveras une liste absolument arbitraire et certainement incomplète avec des détails intéressants qui t’aideront à apprivoiser la ville et – nous espérons – à l’aimer.
FR
Bonne lecture, Le Bureau de Liaison Bruxelles-Europe
EN
EN
of typical Brussels terms, odd customs, things that you’ll hear and see here and nowhere else. And we hope that you’ll soon feel een echte Brusselaar, a citizen at home here, supported by the city. We’ve compiled, especially for you, a random and incomplete list of things that will help you to understand the city and –we hope- come to love it. Read and enjoy, The Liaison Office Brussels-Europe
4
5
Wie zijn wij? / Qui sommes-nous ? / Who are we?
NL
FR
EN
In Brussel zijn talrijke Europese en internationale instellingen gevestigd. Dit heeft tot gevolg dat er veel expats in Brussel wonen (mensen die voor hun werk naar Brussel verhuisden). Het Verbindingsbureau Brussel-Europa (VBBE) verzorgt het onthaal van expats. Ons team van deskundigen geeft hen gratis advies en bijstand bij praktische en administratieve vragen en problemen. Door de aanwezigheid van de Europese en internationale instellingen is de economie, de demografie en de uitstraling van Brussel ingrijpend gewijzigd. Via debatten, informatiecampagnes, schoolprojecten en vormingen willen we de Brusselaars bewust maken wat het betekent voor Brussel om de hoofdstad van Europa te zijn.
Het VBBE is een vzw, opgericht en ondersteund door de regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Elke maand zenden we een e-newsletter uit, met nieuwtjes over het leven in Brussel en een uitgebreide culturele agenda. Inschrijven kan via onze website www.vbbe.be.
Hoofdkantoor Oudergemlaan 63, 1040 Brussel (bij het Schumanplein) 02 280 00 80 /
[email protected]
Bruxelles comporte de nombreuses institutions européennes et internationales, ce qui a pour conséquence qu’il y a beaucoup d’expatriés (des personnes qui ont quitté leur domicile pour s’installer à Bruxelles pour leur travail). Le Bureau de Liaison Bruxelles-Europe (BLBE) s’occupe de l’accueil ces expatriés. Notre équipe expérimentée leur propose une assistance gratuite pour toute question ou problème pratique ou administratif. Avec la présence des institutions européennes et internationales, l’économie et la démographie de Bruxelles ont changé radicalement. En organisant des débats, des campagnes d’informations, des projets scolaires et des formations nous voulons faire prendre conscience aux Bruxellois ce que signifie être la
capitale de l’Europe. Le BLBE est une a.s.b.l. créée et supportée par le gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale. Notre newsletter électronique mensuelle, véritable mine d’informations sur la vie quotidienne à Bruxelles, livre à toute personne intéressée une sélection des événements culturels les plus passionnants. Pour en bénéficier, inscrivez-vous sur notre site web www.vbbe.be.
Siège principal Avenue d’Auderghem, 63 à 1040 Bruxelles (près du rond-point Schuman) 02 280 00 80 /
[email protected].
Many European and international bodies are established in Brussels. The result is that many expats (people who have moved to Brussels for their work) are living in Brussels. The Liaison Office Brussels-Europe (VBBE) provides a welcome for expats. Our team of experts offers them free advice and support with practical and administrative questions and problems. The economy, the demography and the character of Brussels have been changed radically through the presence of the European and international bodies. We want to make the citizens of Brussels aware of what it means to be the capital of Europe through discussions, information campaigns, school projects and formation.
The VBBE is a non-profit making organisation, set up and supported by the Administration of the Brussels Capital Region. We send out an e-newsletter every month, with news about life in Brussels and an extensive cultural agenda. You can subscribe through our website. www.vbbe.be
Head office Oudergemlaan 63, 1040 Brussels (near the Schumanplein) 02 280 00 80 /
[email protected]
6
NL
Antenne Europees Parlement, ASP-gebouw, centrale gang (OH160) 02 284 21 46 /
[email protected] FR
Antenne Parlement européen, bâtiment ASP, couloir central (OH160) 02 284 21 46 /
[email protected]. EN
Branch office European Parliament, ASP building, central corridor (OH160) 02 284 21 46 /
[email protected]
7
Inhoudstafel / Table des matières / Contents
Inhoudstafel / Table des matières / Contents 1
Vijfhoek / Is het codetaal? Een geheim genootschap? En waar ligt ‘de driehoek’? Le Pentagone / Un langage codé ? Une association secrète ? Où est ‘le triangle’ ? Vijfhoek / Is that code? A secret society? And where is ”de driehoek”? Villo / Het is geel en fietst gezwind door het verkeer? Een Villomeneer. Villo / C’est jaune et ça roule à vélo à travers la circulation. Qu’est-ce que c’est ? Un monsieur Villo. Villo / Is it yellow and cycles at speed through the traffic? A Villo gentleman Is it yellow and more elegant than a tram? A Villo lady
2
3
Wc-madam / Wie waakt er over de Brusselse toiletten? ‘Madame pipi’ / Qui veille sur les toilettes bruxelloises ? WC madam / Who looks after the toilets in Brussels?
4
Leopold II / En toen schiep Hij de Stad. ‘Madame pipi’ / Et puis, Il a créé la Ville. Leopold II / And then He created the City.
5
Metro-DJ / Wie kiest de muziek in de Brusselse metro? DJ-métro / Toi aussi tu t’as déjà demandé qui choisissait la musique dans le métro bruxellois ? Metro DJ / Who chooses the music in the Brussels metro?
6
Halsbandparkiet / Nee, je hebt niet gedroomd. In die boom zat wel degelijk een felgroene parkiet. La perruche à collier / Non, tu n’as pas rêvé. Il y avait vraiment une perruche verte perchée dans cet arbre bruxellois ? Rose-ringed parakeet / No, you weren’t dreaming. There really was a bright green parakeet sitting in that tree.
7 Melting pot / Ben je een zinneke of een ket? Melting pot / Es-tu un Zinneke ou un Ket ? Melting pot / Are you a ‘zinneke’ or a ‘ket’?
8 Parking 58 / Stad in zicht. Parking 58 / La ville est proche. Parking 58 / See the city.
9 Cambio / Schipper, mag ik overvaren? Cambio / Monsieur le batelier, puis-je traverser ? Cambio / My car (well, partly, my freedom.
10 Kanaal / Schipper, mag ik overvaren? Le canal / Ma voiture (partagée), ma liberté. Canal / Skipper, dare we cross over the water?
11
Arsène 50 / Instantcultuurinjectie voor een kleine prijs. Arsène 50 / Une dose de culture instantanée pour un petit prix. Arsène 50 / Instant cultural injection for next to nothing.
8
9
Inhoudstafel / Table des matières / Contents
12
Kunstberg / Een hoopje cultuur. Le Mont des Arts / Un monticule de culture. Kunstberg / A heap of culture.
13
Institutioneel labyrint / C’est simple comme bonjour. Labyrinthe institutionnel / C’est simple comme bonjour. Kunstberg / A heap of culture.
14 De Europese wijk / We gaan ervan uit dat je Schuman kent, maar wist je ook het volgende? Le quartier européen / Partant du principe que tu connais Schuman, tu connais aussi les alentours ? The European neighbourhood / We assume you know about Schuman , but have you heard of these people?
15
Brusselsicious / Tips om de Brusselse menukaart te ontleden. Brusselsicious / Trucs et astuces pour analyser le menu bruxellois. Brusselsicious / Tips for deciphering the Brussels menu.
16 Metrokunst / Kom in het bos wonen / Bouwgrond te koop / Met toelating om alle bomen te rooien. L’art dans le métro / Venez habiter dans la forêt / Terrain à bâtir à vendre / Avec autorisation d’abattre tous les arbres. Metro art / Come and live in the wood/Building land for sale/you can cut down all the trees.
10
Inhoudstafel / Table des matières / Contents
17
Stadslegendes / ‘Een vooroordeel is moeilijker te splitsen dan een atoom’ (Albert Einstein) Des légendes urbaines / « Il est plus facile de désintégrer un atome qu’un préjugé » (Albert Einstein) City myths / “It’s easier to spilt an atom than remove a prejudice” (Albert Einstein)
18
Betoging / Wie kwaad is, komt naar Brussel. Manifestation / Quand on se fâche, on vient à Bruxelles. Argument?? / the wicked come to Brussels.
19
Kot à louer / Zeg me waar je woont en ik vertel je wie je bent. Kot à louer / Quand on se fâche, on vient à Bruxelles. Garret to rent / Tell me where you live and I’ll tell you who you are.
20 Justitiepaleis / Cyclopische architectuur. Le Palais de Justice / Architecture cyclopéenne. Court house / Architecture for a Cyclops??
21
Voetbal / Word supporter van een Brusselse ploeg. Football / Devenir supporter d’une équipe bruxelloise. Football / Support a local team.
11
Vijfhoek / Le Pentagone / Vijfhoek
NL
FR
EN
Is het codetaal? Een geheim genootschap? En waar ligt ‘de driehoek’? Laat ons je geruststellen: de Brusselse vijfhoek is geen Bermudadriehoek. Iedereen kan de vijfhoek vrij betreden en verlaten. Deze geometrische figuur verwijst immers naar het historische centrum van Brussel, het grondgebied dat omringd wordt door de ‘kleine ring’ en de vorm heeft van… een vijfhoek. Geen mysterie, maar pure wiskunde! De ‘kleine ring’ is vandaag een stadsautosnelweg met verscheidene tunnels, maar ooit stonden hier de oude stadswallen van Brussel. Rond 1830 werden deze middeleeuwse vestingmuren afgebroken en vervangen door brede, groene lanen vol wandelaars, karren en koetsen. In de tweede helft van
de twintigste eeuw kregen de grenzen van de vijfhoek een nieuwe invulling: auto’s en nog eens auto’s. De vijfhoek hoort bij de stad Brussel, één van de negentien gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Maar de stad Brussel is véél meer dan alleen de vijfhoek. In 1853 werd de Leopoldswijk aangehecht, in 1865 volgde de
Un langage codé? Une association secrète ? Où est ‘le triangle’ ? Ne t’inquiète pas : le Pentagone bruxellois n’est pas le triangle des Bermudes. Tout le monde peut librement entrer et quitter le Pentagone. Cette figure géométrique renvoie au centre historique de Bruxelles, le territoire entouré par la ‘petite ceinture’ et ayant la forme d’un … pentagone. Pas de mystère, mais des maths pures! Aujourd’hui, la ‘petite ceinture’ est une autoroute urbaine contenant plusieurs tunnels, mais autrefois il s’agissait du tracé des vieux remparts de Bruxelles. Aux alentours de 1830, ces murs médiévaux ont été démolis et remplacés par des allées larges et vertes où de nombreux promeneurs, charrettes et carrosses déambulaient. Dans la seconde moitié du vingtième siècle, les frontières du Pentagone
reçurent une nouvelle affectation : des voitures et encore des voitures. Le Pentagone appartient à Bruxelles-ville, une des 19 communes de la Région de BruxellesCapitale. Mais la ville de Bruxelles ne se limite pas au Pentagone. En 1853 le quartier Léopold fut annexé ; en 1865, c’était au tour de l’avenue Louise et en 1910, la ville connait sa plus grande extension avec le rattachement d’Haren,
Is that code? A secret society? And where is “de driehoek”? Don’t worry: the Brussels Vijfhoek or pentagon is no Bermuda triangle. Anyone can enter and leave the Vijfhoek safely. This geometric figure refers to the historic centre of Brussels, the area that is surrounded by the ‘Kleine Ring’ in the shape of … a pentagon. No mystery, just pure mathematics! [And de driehoek, again is a mathematical figure from 3 and hoek meaning corner or angle.] Nowadays the ‘Kleine Ring’ is an urban motorway with various tunnels, but it was originally the site of the old city walls. About 1830 these medieval defences were demolished and replaced by green lanes full of pedestrians , carts and carriages. In second half of the 20th century the boundaries of
the pentagon acquired other occupants: vehicles and more vehicles. The Vijfhoek is part of the city of Brussels, one of the 19 municipalities of the Brussels Capital Region. But the City of Brussels is much more than just the Vijfhoek. In 1853 the Leopoldswijk was added to it, in 1865 the Louizalaan followed and in 1910 the municipality had one of
12
13
NL
FR
EN
Vijfhoek / Le Pentagone / Vijfhoek
Villo / Villo / Villo
NL
FR
EN
Louizalaan en in 1921 kende de stad zijn grootste uitbreiding met de aanhechting van Haren, Laken en Neder-Over-Heembeek. De historische uitbreiding van de stad Brussel verklaart de soms bizarre verdeling van de Brusselse stadsgrenzen: zo wordt de gemeente Elsene doormidden gesplitst door de Louizalaan, die tot Brussel behoort.
Het is geel en fietst gezwind door het verkeer? Een Villomeneer. Het is geel en eleganter dan een tram? Een Villomadam. Dankzij Villo kan je in Brussel fietsen zonder ooit te moeten klimmen. Je kan er niet omheen: Brussel is geen vlakke stad. Het landschap durft er wel eens stijgen en – logischerwijs – dalen. Dat maakt fietsen in deze stad fysiek ‘uitdagend’. De Brusselaar is geen dwaas, enkel een beetje lui: hij/ zij neemt de metro om te stijgen en een Villo om te dalen. Daardoor zijn de stations in de benedenstad vaak overvol, en die in de bovenstad – je raadt het al – leeg. Villo? Dat zijn die gele fietsjes die overal opduiken. Met Villo wilde het Brussels Gewest meer
Laeken et Neder-Over-Heembeek. Cette politique de rattachement de la ville de Bruxelles par morceaux explique la division parfois bizarre des frontières urbaines bruxelloises : ainsi, l’avenue Louise, qui appartient à Bruxelles, divise la commune d’Ixelles en deux.
C’est jaune et ça roule à vélo à travers la circulation. Qu’est-ce que c’est ? Un monsieur Villo. Elle est jaune et plus élégante qu’un tram. Qu’est-ce que c’est ? Une Villomadame. Grâce au Villo tu peux faire du vélo à Bruxelles sans jamais devoir monter. C’est indéniable : Bruxelles n’est pas une ville plane. Certaines rues montent et – logiquement – d’autres descendent, ce qui peut parfois sérieusement éprouver les cyclistes. Le Bruxellois n’est pas fou, seulement un peu paresseux : il/elle prend le métro pour monter et un Villo pour descendre. Ce qui donne des stations du dessous de la ville souvent surchargées, alors que celles du haut de la ville sont – on s’en doute bien – vides.
its greatest expansions with the inclusion of Haren, Laken and Neder-Over-Heembeek. The annexation policy of the city explains the sometimes bizarre shape of municipal boundaries in the area: the municipality of Elsene is cut in two by the Louisalaan, which belongs to Brussels.
Is it yellow and cycles at speed through the traffic? A Villo gentleman Is it yellow and more elegant than a tram? A Villo lady In Brussels Villo allows you to cycle without ever having to climb uphill. There’s no way round it: Brussels isn’t flat. The ground rises in some places and –logically- goes down in others. So cycling in the city can be physically ‘challenging’. The average citizen is not stupid, just a bit lazy: he/she takes the metro to go uphill and a Villo to go down. That means that stations in the lower town are often overcrowded, and those in the upper town – you’ve got it- empty. Villo? Those are the yellow bikes that seem to pop up everywhere. The Brussels Region wants to
14
15
NL
FR
EN
VILLO /VILLO / VILLO
NL
FR
EN
VILLO /VILLO / VILLO
mensen aan het fietsen brengen. En dat blijkt te lukken. Het aandeel gebruikers van het fietsverhuursysteem neemt toe. Het netwerk startte met 625 fietsen, voornamelijk in het centrum. Vandaag zijn er 2.500 fietsen in gebruik, met 180 stations verdeeld over diverse Brusselse gemeenten. Om de 450 meter vind je een station. Een jaarabonnement voor het netwerk kost 30 euro, een dagabonnement 1,5 euro en een weekformule 7 euro. Bij elk gebruik komt daar nog een aparte verplaatsingskost bij, maar het eerste halfuur is gratis. Fietsen in Brussel is altijd een beetje zweten en zwoegen. Afgewisseld met puur plezier tijdens de afdalingen. Aan de niveauverschillen kan de Brusselse regering weinig veranderen, maar ze
investeert wel in een betere fietsinfrastructuur, zoals Villo. Het Brussels Gewest wil het autoverkeer op zijn grondgebied met een vijfde verminderen tegen 2018. Want laten we er geen doekjes om winden: het zijn niet de Brusselse hellingen die de mensen het meest afschrikken om op de fiets te springen...
Mais qu’est-ce que les Villo’s ? Ce sont les vélos jaunes les plus connus de Bruxelles. Avec les Villo’s, la Région de Bruxelles-Capitale voulait stimuler la circulation à vélo. Ce qui, semble-t-il, a fonctionné. Le nombre d’utilisateurs du système de location des vélos augmente constamment. Le réseau a commencé avec 625 vélos, principalement au centre. Aujourd’hui on en compte 2.500, avec 180 stations réparties entre différentes communes bruxelloises. On peut trouver une station Villo tous les 450 mètres. Un abonnement au réseau coûte 30 euros, un abonnement d’un jour revient à 1,5 euros et pour sept jours, tu le paieras 7 euros. La première demi-heure est gratuite et ensuite tu paies 50 cents par demi-heure d’utilisation. Rouler à vélo à Bruxelles, c’est toujours des moments de souffrance dans les montées, en alternance
avec des moments de pur plaisir dans les descentes. Le gouvernement de Bruxelles ne pouvant pas changer pas les dénivellations, il investit dans une meilleure infrastructure pour les vélos, comme avec les Villo’s. La Région de Bruxelles-Capitale espère ainsi diminuer la circulation automobile d’un cinquième sur son territoire pour 2018. Parce que, soyons honnêtes, ce ne sont pas les quelques montées bruxelloises qu’effraient le plus les gens quand il s’agit de faire du vélo…
encourage more people to cycle with Villo. And it seems to be working. The number of people using the cycle hire scheme continues to grow. The network started up with 625 cycles, mainly in the centre. Today there are 2,500 cycles in use, with 180 stations spread over different municipalities of Brussels. You find a station every 450 m. An annual card for the network costs 30 euros, a day ticket 1.5 euros and a weekly ticket 7 euros. The first half hour is free after that. Cycling in Brussels always involves sweat and toil, alternating with pure pleasure on the downhill run. The powers that be in the city can’t do much about the contours, but they are investing in a better cycling infrastructure such as Villo. The Brussels Region wants to reduce car traffic by a fifth by
2018. Because let’s not beat about the bush: it isn’t the hills in Brussels that most put people off jumping on a bike...
16
17
NL
FR
EN
Wc-madam / ‘Madame pipi’ / WC madam
Wc-madam / ‘Madame pipi’ / WC madam Meer / More / Plus d’info: www.observatbru.be
NL
FR
EN
Wie waakt er over de Brusselse toiletten? Brussel is ongetwijfeld de enige stad waar drommen giechelende toeristen samentroepen voor een plassend mannetje, en waar mannen tegen een kerk mogen plassen (urinoirs aan de Sint-Katelijnekerk). Maar waar nieuwkomers vaak nog het meest van opkijken, is de alomtegenwoordigheid van de ‘toiletmadam’ in de Brusselse openbare wc’s.
De wc- of toiletmadam vind je aan de ingang van de sanitaire vertrekken, niet alleen in treinstations en bioscopen, maar ook in sommige restaurants en cafés. Het betreft meestal een vrouw van zekere leeftijd, al is er geen enkele reden waarom een man van dertig de job niet zou kunnen uitoefenen. Ze zit op een plastic stoel aan een dito tafeltje waarop een prijsbordje en een schoteltje staan. Op dit schoteltje dien je muntjes te deponeren, bij voorkeur gepast. Plassers betalen doorgaans tussen de 30 en 50 eurocent voor een toiletbezoek. In het beste geval zorgt de wc-madam voor een kraaknette pot na elke plasbeurt; in het slechtste geval staat ze enkel op om het wc-papier aan te vullen. Deze wc-madammen zijn wijdverspreid in België en ook Nederland heeft zijn ‘toiletjuffrouwen’,
Qui veille sur les toilettes bruxelloises ? Bruxelles est sans doute la seule ville où une foule de gens rieurs s’attroupe devant un petit bonhomme urinant, et où des hommes peuvent uriner contre une église (les urinoirs de l’église Sainte-Catherine). Mais ce qui est encore plus étonnant pour les nouveaux venus, c’est la présence de ‘madame pipi’ dans les toilettes publiques bruxelloises. ‘Madame pipi’ se trouve à l’entrée des toilettes, pas
seulement dans les gares et cinémas, mais aussi dans certains restaurants et cafés. En général, il s’agit d’une femme d’un certain âge, bien qu’il n’y ait aucune raison pour qu’un homme de trente ans ne puisse exercer ce job. Elle est assise sur une chaise en plastique, accoudée à une table avec un écriteau annonçant le prix et une soucoupe. Le client dépose ses pièces de monnaie, de préférence le compte juste, dans cette soucoupe. Pour une visite des toilettes, chacun paie généralement entre 30 et 50 cents. Dans le meilleur des cas, ‘madame pipi’ entretient ses cabinets avec une propreté extrême après chaque visite aux toilettes ; dans le pire des cas, elle se lève uniquement pour renouveler le papier toilette. Ces ‘madame pipi’ se rencontrent partout en Belgique. Les Pays-Bas, eux aussi, ont leurs ‘dames
Who looks after our toilets? Brussels is undoubtedly the only city where hoards of giggling tourists troop past a little chap peeing and where men are invited to pee against a church wall (urinals at the Sint-Katelijne Church). But what often surprises the newcomers the most, is the ubiquitous ‘loo lady’ in the public toilets in Brussels. The loo lady is stationed at the entrance to the facilities, not only in train stations and cinemas, but also in some restaurants and cafés. She is usually a woman of a certain age , although there is no reason whatever that a man of thirty couldn’t do the job. She sits on a plastic chair in front of a
likewise plastic table with a price list and a small dish on it. You need to count out the money into the dish, preferably the correct change. You pay between 30 and 50 eurocents per visit. In the best case the loo lady makes sure the loo is spotless for the next client; in the worst case she only gets up to replenish the loo paper. These loo ladies are widespread in Belgium and The Netherlands has its ‘toiletjuffrouwen’, but they hardly ever appear in the rest of the world. In other countries you can well be asked to pay to use the toilet but it hardly ever happens via ‘madame peepee’. In the former Eastern Bloc there was a kind of toilet caretaker: toilet paper was in short supply and the authorities wanted to stop people walking
18
19
NL
FR
EN
Wc-madam / ‘Madame pipi’ / WC madam
NL
FR
EN
Wc-madam / ‘Madame pipi’ / WC madam
maar in de rest van de wereld komt het fenomeen amper voor. In andere landen durft men wel eens geld vragen voor een toiletbezoek, maar slechts zelden gebeurt dit via een ‘madame pipi’. Ook in het vroegere Oostblok was er een soort van ‘toiletbewaker’: wc-papier was toen schaars en de bewaker moest verhinderen dat bezoekers er vandoor gingen met hele rollen. Maar terug naar onze Brusselse wc-madammen: wie
zijn zij en wat drijft hen? Op enkele toplocaties valt er ongetwijfeld geld mee te verdienen, maar meestal is het niet echt een lucratieve business, anders zou je wel meer mannen van dertig terugvinden bij de wc-potten. Voor de meeste vrouwen is het een karig inkomen of een schaarse aanvulling op hun pensioen. De kuisproducten en wc-rollen betalen ze vaak uit eigen zak. Misschien loop je ze wel eens snel voorbij, omdat je geen zin hebt om te betalen. Je riskeert weinig meer dan wat gemopper en een vuile blik. Maar betalen voor de diensten en de glimlach van ‘madame pipi’, dat hoort toch gewoon bij de stad van Manneken Pis?
de lavabos’, mais le phénomène est presque inconnu ailleurs dans le monde. Dans les autres pays, il arrive qu’on doive payer pour sa visite aux toilettes, mais il est rare de rencontrer une ‘madame pipi’. Dans l’ancien bloc de l’Est, il y avait aussi une espèce de ‘surveillant de toilettes’ : il n’y avait pas beaucoup de papier toilette et le surveillant devait empêcher les visiteurs de l’emporter avec eux.
Mais retournons aux ‘madame pipi’ bruxelloises : qui sont-elles et quelle est leur motivation ? Sur quelques places populaires on peut sans doute y gagner beaucoup d’argent, mais généralement ce n’est pas un business lucratif, autrement il y aurait plus d’hommes de trente ans dans les toilettes. Pour la majorité des femmes, c’est un revenu maigre ou une addition maigre à leur pension de retraite. Souvent, elles payent elles-mêmes pour les produits ménagers et le papier toilette. Si tu t’en vas sans payer, tu ne risques qu’un grognement et un regard noir. Mais payer pour le service et le sourire de ‘madame pipi’, n’appartient-il pas à la ville de Manneken-Pis ?
off with a whole roll. But back to our loo ladies in Brussels: who are they and what motivates them? In some top locations there is serious money to be made from the job, but mostly it isn’t really a lucrative business, otherwise you’d find more thirty year old men looking after the toilets. For most of them it provides a meagre income or a rare supplement to their pension. They
often pay for the cleaning materials and the toilet paper out of their own pockets. Perhaps you have hurried past , because you don’t want to pay. You don’t run the risk of more than some muttering and a dirty look. But to pay for the service and the smile from ‘madame peepee’, isn’t that the right thing to do in the city of manneke pis?
20
21
NL
FR
EN
Leopold II / Léopold II /xx Leopold /xx / xxII
Leopold II / Léopold II / Leopold II Meer / More / Plus d’info: www.monument.irisnet.be
NL
FR
EN
En toen schiep Hij de Stad Stellen dat Leopold II ‘zijn stempel drukte’ op Brussel is een eufemisme. Deze koning-bouwheer herschiep op ingrijpende wijze de stad en gaf Brussel zijn meest indrukwekkende gebouwen en lanen. Maar achter deze architecturale praal schuilt een duister hoofdstuk uit de Belgische geschiedenis: de uitbuiting van Congo. Kijk het maar eens na: de meeste Brusselse gidsenverenigingen bieden een wandeling ‘in het spoor van Leopold II’ aan. Zijn invloed op de stad is alomtegenwoordig. Leopold II (1835-1909) haalde zijn inspiratie in Parijs. Meer nog, hij wou Parijs overbluffen in architecturale
grootsheid. Een goed voorbeeld hiervan is de Tervurenlaan. Naar aanleiding van de vijftigste verjaardag van België liet hij het Jubelpark aanleggen, compleet met triomfboog. En er volgde nog meer: het koninklijk paleis, het kasteel van Laken, de koninklijke serres in Laken, de basiliek van Koekelberg, de Onze-Lieve-Vrouwekerk in Laken, het justitiepaleis, het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika in Tervuren en de Koninklijke Musea voor Schone
Et puis, Il a créé la Ville. Ce serait un euphémisme de dire que Léopold II a ‘marqué Bruxelles de son empreinte’. Ce roi urbaniste et bâtisseur a radicalement transformé la ville et offert à Bruxelles ses bâtiments et allées les plus impressionnants. Mais derrière cette pompe architecturale se cache un chapitre noir de l’histoire belge : l’exploitation du Congo. Vérifie-le par toi-même : la plupart des associations
de guides bruxelloises offre une promenade ‘sur les traces de Léopold II’. Son influence sur la ville est omniprésente. Léopold II (1835-1909) s’inspirait de Paris. Il voulait même impressionner Paris en apportant à Bruxelles une ‘grandeur architecturale’. L’avenue de Tervuren en est un bon exemple. À l’occasion du cinquantenaire de la Belgique, il aménagea le Parc du Cinquantenaire, complété par un arc de triomphe. Mais il ne s’arrêta pas là : le palais royal, le château de Laeken, les serres royales de Laeken, la basilique du Sacré-Cœur de Koekelberg, l’église Notre-Dame de Laeken, le Palais de Justice, le Musée royal d’Afrique centrale à Tervuren et les Musées Royaux des Beaux-arts de Belgique.
And then He created the City. To say that Leopold II ‘put his stamp’ on Brussels is a euphemism. This king-architect radically recreated the city and gave Brussels its most impressive buildings and thoroughfares. But behind this architectural splendour lurks a dark chapter from Belgian history: exploitation of the Congo. Just take a look: most tour leaders in Brussels offer a
walking tour ‘in the footsteps of Leopold II’. It is impossible to overestimate his influence on the city. Leopold II (1835 – 1909) took his inspiration from Paris. But even more, he wanted to outdo Paris in architectural magnificence. The Tervurenlaan is a good example of this. In response to the 50th anniversary of Belgium he had the Jubelpark laid out, complete with triumphal arch. And there was more to follow: the Royal Palace, the Kasteel van Laken, the Royal Glasshouses in Laken, the Basilica of Koekelberg, Church of Our Lady in Laken, the Court House, the Royal Museum of Central Africa in Tervuren and the Royal Museums of Fine Arts. The particularly flamboyant buildings are not to everyone’s taste, but what we can say is that Leopold
22
NL
23
FR
EN
xx Leopold /xx / xx II / Léopold II / Leopold II
NL
FR
EN
Leopold II / Léopold II /xx Leopold /xx / xxII
Kunsten van België. De bijzonder bombastische gebouwen vallen niet bij iedereen in de smaak. Wat wel vaststaat, is dat Leopold II Brussel een allure, een gezicht gaf. Al deze pracht en praal zou echter nooit zijn gebouwd zonder financiële steun uit Congo. Leopold II was een vorst met een verschroeiende ambitie. Ook hij wou zijn deel van de ‘scramble for
Africa’, het kolonisatieproces van het zwarte continent. Na jarenlange voorbereidingen en diplomatische netwerking verwierf hij in 1885 Congo-Vrijstaat, zijn eigen privékolonie. En hoewel hij nooit een voet in Congo zette, voerde hij er 23 jaar lang een schrikbewind. Leopold II eiste een maximaal rendement van ‘zijn’ kolonie. De rubberplantages floreerden, de lokale bevolking werd op gruwelijke wijze uitgebuit:
Des bâtiments aussi imposants ne plaisaient pas à tout le monde, mais Léopold II était en train de façonner Bruxelles. Toute cette splendeur n’aurait cependant jamais vu le jour sans le support financier du Congo. Léopold II était un roi extrêmement ambitieux. Il voulait aussi sa part dans le ‘partage de l’Afrique’, le processus de colonisation du continent noir. Après des années de préparation et de négociations
diplomatiques, en 1885 il obtenait ‘l’État indépendant du Congo’, sa propre colonie privée. Bien qu’il ne se rendait jamais au Congo, il y régna par la terreur pendant 23 ans. Léopold II exigeait un rendement maximal de ‘sa colonie’. Les plantations de caoutchouc prospéraient, la population locale était exploitée d’une manière atroce : des mains coupées, des tortures, des viols, des décapitations, l’esclavage, des massacres… Les estimations varient entre trois
gave Brussels an air, a prospect. But none of this pomp and circumstance would have been built without financial support from the Congo. Leopold II was a ruler with a burning ambition. He wanted to have his share in the ‘grab for Africa’, the colonisation process in the Dark Continent. After preparations and diplomatic networking lasting years in 1885 he set up the Congo Free State, his own
private colony. And although he was never to set foot in the Congo, for 23 years he exercised a reign of terror. Leopold demanded the maximum return from ‘his’ colony. The rubber plantations flourished, the local population suffered atrocious exploitation: hands hacked off, torture, rape, beheading, slavery and genocide, … The estimates of the number of victims varies between 3 and 20 million. In 1905 a first
24
25
NL
FR
EN
Leopold II / Léopold II / Leopold II
NL
FR
EN
Leopold II / Léopold II / Leopold II
afgehakte handen, martelingen, verkrachtingen, onthoofdingen, slavernij, volkerenmoord… De schattingen over het aantal slachtoffers variëren van drie tot twintig miljoen. In 1905 verscheen een eerste vernietigend internationaal rapport over het wanbeleid van de Belgische vorst, wat zou leiden tot de overname van Congo-Vrijstaat door de Belgische staat in 1908. Leopold II heeft Brussel vorm gegeven, op de kaart gezet. Ook in Antwerpen en Oostende heeft hij grootse bouwwerken gefinancierd. Maar de prijs die de Congolese bevolking hiervoor betaalde, is erg
zwaar. De vorst wordt nog steeds geroemd. In zijn nagedachtenis werden standbeelden opgericht, lanen en pleinen naar hem vernoemd. Sommige mensen vinden dat dit niet kan. In Oostende zaagden onbekenden een hand van zijn beeldengroep af, in Brussel gooiden ze rode verf over zijn standbeeld.
et vingt millions de victimes. En 1905, une édition du premier rapport international concernant la mauvaise gestion du roi belge mena à la reprise de l’État indépendant du Congo par l’État belge en 1908. Mais Léopold II a façonné Bruxelles. Il a également financé des grandes constructions à Anvers et Ostende. La population congolaise en a payé le prix. Le roi a toujours été très loué. On a construit des statues en sa mémoire, des avenues et des squares
portent son nom. Plusieurs personnes pensent que ce n’est pas justifié. À Ostende, des inconnus ont coupé la mains de sa statue, à Bruxelles d’autres l’ont couvert de peinture rouge.
damaging international report appeared about the misrule of the Belgian King, which led to the takeover of the Congo Free State by the Belgian State in 1908. Leopold II gave Brussels shape, put it on the map. He also financed great building projects in Antwerp and Ostend. But the people of the Congo paid a very heavy price for all this. People still speak highly of
the King. Statues were erected in his memory, thoroughfares and squares named after him. Some people disagree with all that. In Ostend the hand was hacked off his statue by persons unknown, in Brussels they threw red paint over it.
26
27
NL
FR
EN
Metro-dj / DJ-métro / METRO DJ
Metro-dj / DJ-métro / METRO DJ Meer / More info: www.mivb.be Plus d’info : www.stib.be
NL
FR
EN
Heb jij je ook al afgevraagd wie de muziek in de Brusselse metro kiest? Het is maandagmorgen, je bent veel te vroeg uit je slaap gerukt voor weer een nieuwe werkweek. Met kleine oogjes sta je op het perron, wachtend op de metro. En plots schalt daar toch je lievelingslied uit de luidsprekers. Je wordt er meteen vrolijk van. Leve de metro-dj! Wie is toch die man/vrouw die de playlist in de metrostations samenstelt? En vooral: kunnen we onze favoriete plaat bij hem/haar aanvragen? Helaas. We moeten je teleurstellen. Achter de metro-dj gaat geen echte man/vrouw schuil die plaatjes draait. De MIVB (de Brussels vervoersmaatschappij) koopt de muziek bij een bedrijf dat
muziekpakketten samenstelt en aanlevert. Maar ere wie ere toekomt: Brussel is een pionier op het vlak van muziekkeuze in de stations, een voorbeeld voor andere steden. Vroeger hoorde je in de Brusselse metro alleen muzak (instrumentale achtergrondmuziek). In 2005 gooide de MIVB resoluut het roer om. Vandaag klinkt er pop op de perrons. Tot grote tevredenheid van de reizigers.
Toi aussi tu t’as déjà demandé qui choisissait la musique dans le métro bruxellois ? C’est lundi matin, tu t’es réveillé en sursaut pour une nouvelle semaine de travail. Tu te retrouves sur le quai, encore endormi, à attendre le métro. Et soudain, tu entends retentir ta chanson préférée du moment. Tout de suite, la vie te semble plus légère. Merci DJ-métro ! Qui est cet homme ou cette femme qui compose la liste de musique les stations de métro ? Et surtout : pouvons-nous lui demander notre disque préféré ? Hélas, nous devons te décevoir. Il n’y pas d’homme ou de femme réel(le) qui se cache derrière le DJ-métro. La STIB (la Société des Transports Intercommunaux de Bruxelles) achète
la musique auprès d’une firme qui compose et livre des listes de musique toutes faites. Mais à tout seigneur tout honneur : Bruxelles est un pionnier sur le plan du choix musical dans les stations, un exemple pour les autres villes. Autrefois, on n’entendait que de la musique d’ascenseur. En 2005, la STIB a résolument renversé le cap. Aujourd’hui, de la musique pop retentit sur les
Have you ever wondered who chooses the music in the Brussels metro? It’s Monday morning, you’ve been jolted out of sleep far too early at the start of a new working week. You’re standing bleary eyed on the platform, waiting for the metro. And suddenly out of the amplifiers comes your favourite song. It cheers you up straight away. Here’s to the Metro DJ! But who is the man/woman who puts together the programme in the metro stations? And specially: can we ask him/her for requests? Alas. We’ve got to disappoint you. There isn’t a really a man/woman secretly playing the discs for the Metro DJ. The MIVB (the Brussels transport company) buys the music from a firm that compiles and supplies music packages.
But credit where credit’s due: Brussels is a pioneer in the choice of music for stations, an example to other cities. At one time all you heard on the Brussels metro was muzak (instrumental back ground music). In 2005 the MIVB resolutely changed course. Today there’s pop music on the platforms. To the great satisfaction of commuters. The MIVB doesn’t compile lists of their staff’s favourite groups but does lay down a few ground rules.
28
29
NL
FR
EN
Metro-dj / DJ-métro / METRO DJ
NL
FR
EN
Metro-dj / DJ-métro / METRO DJ
De MIVB stelt geen lijstjes op met de favoriete groepen van haar personeel, maar legde wel enkele criteria vast. Tot voor kort waren alle liedjes Engelstalig. Een vaste taalverdeling (hoeveel procent liedjes in het Frans en hoeveel in het Nederlands) zou tot heftige discussies hebben geleid. Daar werd onlangs verandering in gebracht. Om het Europese karakter van de hoofdstad in de verf te zetten, werd besloten de muziekkeuze af te stellen op de Europese hitlijsten. Vandaag kunnen reizigers dus ook meeneuriën met Stromae of Manu Chao. Nederlandstalige nummers zal je niet zo snel horen: die vind je namelijk zelden terug in de Europese hitlijsten. De muziekkeuze is aangepast aan het tijdstip van de
dag. Tijdens de spitsuren wordt de smaak van de werknemers en het kaderpersoneel gerespecteerd, rond halfvier focust de MIVB op schoolgaande jongeren. Vanaf 21 uur weerklinkt in de metro alleen klassieke muziek. Zo probeert de MIVB de hangjongeren (jongeren die doelloos in het station rondhangen) op een zachtaardige manier weg te jagen en het veiligheidsgevoel bij de andere passagiers te verhogen.
quais, à la satisfaction générale des voyageurs. La STIB n’élabore pas de listes avec les groupes favoris de son personnel, mais elle donne quelques critères. Il y a peu de temps encore, toutes les chansons étaient en anglais. Un partage du temps de diffusion par langue (la proportion de chansons en français et de chansons en néerlandais) aurait mené à de violentes discussions. Finalement, afin d’insister sur le caractère
européen de la capitale, on a décidé de faire concorder le choix musical avec le hit-parade européen. Aujourd’hui, les voyageurs peuvent donc fredonner Stromae ou Manu Chao. Tu n’entendras pas beaucoup de chansons en néerlandais : elles n’ont pas vraiment la cote dans le hit-parade européen. Le choix musical est adapté au jour le jour. Pendant les heures de pointe, on respecte le choix des employés et des cadres, vers quinze heures trente, la STIB se focalise sur les jeunes d’âge scolaire. À partir de 21 heures, il n’y a plus que de la musique classique. Ainsi, la STIB tente de chasser les jeunes qui trainent sans raison dans la station avec douceur et d’augmenter la sensation de sécurité des autres voyageurs.
Until recently all the songs were in English. Using a fixed percentage of languages would have caused serious wrangling (what % of songs in French and what % in Dutch). Changes were brought in not long ago. It was decided to tailor the choice of music to the European charts in order to emphasise the European character of the capital. Today travellers can hum along with Stromae or Manu Chao. You
won’t hear so many Dutch numbers: they don’t often figure in the European charts. The choice of music is tailored to the time of day. In the rush hour the music reflects the taste of commuters and staff, about three thirty the focus is on school students. In the evening (from 9 pm) you will hear only classical music in the metro. The MIVB is trying to discourage gangs of youths who hang around the station aimlessly and to make the other passengers feel more secure.
30
31
NL
FR
EN
HalsbandparkieT / La perruche à collier / Rose-ringed parakeet
NL
HalsbandparkieT / La perruche à collier / Rose-ringed parakeet
Meer / More info: www.leefmilieubrussel.be Plus d’info : www.bruxellesenvironnement.be
Nee, je hebt niet gedroomd. In die boom zat wel degelijk een felgroene parkiet. Als je in de buurt van het Jubelpark werkt, heb je ze vast al een keertje opgemerkt: roodgebekte, exotische vogels in een groen jasje die vrolijk rondhuppelen op de takken van de Brusselse bomen. De eerste broedende halsbandparkieten werden al in 1966 gespot, in het park van Tervuren. Maar de echte start van de Belgische parkietenkolonie kwam er in 1974. Guy Florizoone, destijds directeur van de Brusselse Melizoo aan het Atomium, liet toen een vijftigtal exotische vogels vrij omdat Brussel volgens hem ‘wat meer kleur kon gebruiken’. Enkel de halsbandparkieten (afkomstig uit tropisch Afrika en Zuid-Azië) waren bestand tegen onze koude winters, de overige vogels overleefden
het experiment niet. Tegen 1984 vlogen in de hoofdstad al 250 parkieten rond, in 1988 was dat aantal verdubbeld en nu telt de populatie meer dan 8.000 vogels. De meeste parkieten leven in en rond Brussel, maar er zijn al broeinesten gesignaleerd tot in Aalst, Antwerpen, Leuven en Limburg. De felgroene vogels hebben verwoede voor- en tegenstanders. Ze worden geroemd om hun kleurige pluimpjes, verguisd voor hun hels gekrijs. Bovendien vormen de halsbandparkieten een bedreiging voor de inlandse vogelsoorten. Het zijn holenbroeders: ze maken zelden zelf een nesthol, maar nemen hun intrek in oude boomholten. Aangezien de parkieten eerder op zoek gaan naar een broedplaats dan inheemse soorten, nemen ze de beste nesten in. Grootste slachtoffers zijn de specht en
Non, tu n’as pas rêvé. Il y avait vraiment une perruche verte perchée dans cet arbre. Si tu travailles dans les environs du Parc de Cinquantenaire, tu l’as peut-être déjà remarqué : des oiseaux exotiques avec un bec rouge et un plumage vert sautillent dans les branches des arbres bruxellois. Les premières perruches à collier ont été remarquées en 1966 dans le parc de Tervuren. Mais la vraie origine de la colonie de perruches belge remonte en fait à 1974. Guy Florizoone, à
l’époque directeur du Melizoo bruxellois de l’Atomium, libéra une cinquantaine d’oiseaux exotiques parce que, selon lui, Bruxelles ‘manquait un peu de couleur’. Seules les perruches à collier (originaires de l’Afrique tropicale et de l’Asie du Sud) supportèrent nos hivers rigoureux. Les autres oiseaux n’ont pas survécu à l’expérience. En 1984, on pouvait déjà apercevoir 250 perruches dans la capitale. En 1988 ce nombre avait doublé et maintenant, c’est une population de plus de 8.000 oiseaux qui vit dans la ville. La plupart des perruches vit dans et autour Bruxelles, mais il y a déjà des nids à Alost, Anvers, Louvain et dans le Limbourg. Les avis sont partagés à propos de ces oiseaux colorés. Ils sont loués pour leur plumage coloré, mais critiqués pour leurs cris agaçants. De plus, ils constituent une menace pour les autres oiseaux
No, you weren’t dreaming. There really was a bright green parakeet sitting in the tree. If you work near the Jubelpark, you’ve no doubt noticed at least once: red-beaked exotic birds in green plumage that hop around the branches of trees in Brussels. The first breeding pair of rose-ringed parakeets was spotted in 1966 in the park in Tervuren. But the real start of the Belgian parakeet colony was in 1974. Guy Florizoone, the then director
of the Brussels Meli Zoo at the Atomium, released about fifty exotic birds, because, according to him Brussels ‘could do with some more colour’. Only the rose-ringed parakeets (originally from tropical Africa and South East Asia) could live through our cold winters, whereas the other birds didn’t survive the experiment. By 1984 there were about 250 flying about, in 1988 that number had doubled and now there’s a population of more than 8,000 birds. Most of the parakeets live in and around Brussels, but nests with breeding birds have been reported in Aalst, Antwerp, Leuven and Limburg. Passionate opinions are expressed for and against these bright green birds. They are loved for their colourful plumage, hated for their shrill cries. In addition the rose-ringed parakeets pose a threat
FR
EN
32
33
NL
FR
EN
HalsbandparkieT / La perruche à collier / Rose-ringed parakeet
Melting pot / MELTING POT / MELTING POT Meer / More / Plus d’ info: www.zinneke.org
NL
FR
EN
boomklever, die geen broedplaats meer vinden. Volgens sommige wetenschappers wordt de bedreiging overschat. Zij menen dat de exoten probleemloos kunnen samenleven met andere Brusselse vogels. Parkieten eten namelijk voedsel dat inheemse dieren niet lusten. Het verdwijnen van inlandse soorten wijten ze in de eerste plaats aan de toenemende vervuiling en de verwijdering van geschikte broedplaatsen door de mens.
Ben je een zinneke of een ket? Brussel heeft altijd mensen van buitenaf aangetrokken. Het is dan ook niet vreemd dat de Brusselse volkstaal woorden bevat die naar deze hutsepot aan origines verwijzen. Ben je geboren en getogen in Brussel? Dan ben je een ‘ketje’. Liggen je wortels elders? Dan noemt men je een ‘zinneke’, wat bastaardhond betekent. Vergis
originaires de nos régions. La nidification est dite cavernicole, ce qui signifie que les pontes se font dans des anfractuosités, souvent dans des arbres creux. Le problème vient du fait que les perruches sont à la recherche d’un lieu de ponte plus tôt que les espèces indigènes, elles prennent donc les meilleurs nids. Le pic et la sittelle en souffrent le plus car ils ne trouvent plus de lieu de nidification. Certains experts pensent que la menace est surestimée. Ils sont en effet persuadés que les oiseaux exotiques peuvent sans problème vivre avec les autres oiseaux bruxellois. Les perruches se nourrissent essentiellement d’aliments qui n’intéressent pas les autres oiseaux. La disparition des espèces indigènes doit d’abord être attribuée à l’augmentation de la pollution et à la suppression par l’homme des lieux propices à la nidification.
Es-tu un Zinneke ou un Ket ? Bruxelles a toujours attiré des gens de tous horizons. Il n’est donc pas étonnant que la langue « nationale » bruxelloise contienne des mots renvoyant à ce mélange des origines. Si tu es né et que tu as grandi à Bruxelles, alors tu es un ‘Ket’. Si tu viens d’ailleurs, tu es un ‘Zinneke’, ce qui signifie aussi bâtard. Pas de conclusion hâtive : il ne faut pas l’interpréter comme une insulte,
to the native birds. They nest in holes: they rarely make one, but move in to old holes in trees.The parakeets take the best nests because they look for nesting sites earlier in the season than the native birds. The greatest victims are the woodpecker and nuthatch, which cannot find nesting places any more. According to some scientists the threat is exaggerated. They believe that the exotic species can live alongside other local birds without any problems. The fact is that parakeets eat food that native birds don’t want. They attribute the disappearance of native birds to increased pollution and the removal of suitable nesting sites by man.
Are you a ’zinneke’ or a ‘ ket’? Brussels has always attracted people from outside. So it is not surprising that the dialect in Brussels has words that refer to this hotchpotch of origins. Were you born and brought up in Brussels? Then you’re a ‘ketje’. Are your roots somewhere else? Then people refer to you as a ‘zinneke’, which means mongrel. Make no mistake: don’t take this as an
34
35
NL
FR
EN
Melting pot /melting pot / melting pot
NL
FR
EN
Melting pot /melting pot / melting pot
je niet: je mag dit niet als een belediging opvatten, Brussel is juist heel trots op zijn vele zinnekes. Elke twee jaar trekt er zelfs een heuse Zinnekeparade door Brussel, een kleurrijke stoet die op ludieke wijze hulde brengt aan de Brusselse multiculturele samenleving. De zinnekes hechten geen belang aan origine of huidskleur, zij komen zingend en dansend op straat voor hun stad: Brussel. Er lopen ook heel wat Europese expats mee in de
parade en dat is niet meer dan logisch, ze vormen een wezenlijk deel van de Brusselse samenleving. Brussel telt dus ketjes en zinnekes maar eigenlijk volstaan deze termen al lang niet meer om de veelheid aan identiteiten in Brussel weer te geven. Hoog tijd om onze verbeelding te laten werken en de Brusselse taal te verrijken met nieuwe geuzennamen. Wij stellen alvast de ‘Euroket’ aan je voor: ‘m/v geboren en getogen in Brussel als kind van EU-ambtenaren, meertalig, vaak beschikkend over een dubbele nationaliteit, voelt zich Brusselaar en Europeaan, maar geen Belg, internationale vriendenkring, (ex-)leerling aan een Europese of internationale school’.
Bruxelles est par contre très fière de ses ‘Zinnekes’. Tous les deux ans, il y a même une Zinneke Parade qui parcoure Bruxelles : un cortège coloré qui rend hommage à la société multiculturelle de façon ludique. Les Zinnekes n’attachent pas d’importance à l’origine ou à la couleur de la peau, ils chantent et dansent dans les rues de leur ville : Bruxelles. On compte aussi beaucoup d’expatriés dans la parade, ce qui est logique, ils constituent une partie essentielle de la société bruxelloise.
À Bruxelles, il existe donc les Ketjes et Zinnekes, mais ça ne suffit pas pour démonter la multiplicité des identités à Bruxelles. Il est grand temps de laisser parler notre imagination et d’enrichir la langue bruxelloise avec de nouveaux noms. Commençons par te présenter ‘l’Euroket’ : « h/f né(e) et élevé(e) à Bruxelles en tant qu’enfant des fonctionnaires européens, polyglotte, souvent disposant d’une double nationalité, se sentant Bruxellois et Européen, mais pas Belge, cercle d’amis international, (ancien) élève d’une école européen ou internationale ».
insult, Brussels is rightly very proud of its many zinnekes. Every other year there is even a great Zinneke parade through Brussels, a colourful procession that shows off the multicultural community of Brussels in a carnival atmosphere. To the zinnekes origin or colour aren’t important, they appear singing and dancing through the streets of Cosmopolis: Brussels. Quite a few European expats join in the parade and that is only logical, because they form a
substantial part of the Brussels population. Brussels thus counts ‘ketjes’ and ‘zinnekes’, but for a long time these terms have not really accounted for the many different groups that live in Brussels. It is high time to use some imagination and enrich the Brussels dialect with new titles. We propose ‘Euroket’: “m/f born and bred in Brussels as child of EU officials, multilingual, often having dual nationality, feels citizen of both Brussels and Europe, but not Belgian, international circle of friends, (ex)student of a European or international school”. A few facts and figures about ‘ketjes and zinnekes’:
36
37
NL
FR
EN
melting pot / melting pot / melting pot
Parking 58 / Parking 58 / Parking 58
NL
FR
EN
Enkele cijfers over ketjes en zinnekes: • Op 1 januari 2010 telde het Brussels Hoofdstedelijk Gewest 1.089.538 officiële inwoners. • Als je rekening houdt met de nationaliteit bij de geboorte, is 46 procent van de Brusselaars van niet-Belgische origine. Het aantal officieel geregistreerde buitenlanders in de strikte zin be draagt 28 procent van de Brusselse bevolking. • EU-burgers zijn de grootste groep vreemdelingen in Brussel (61 procent van de niet-Belgen): ongeveer 180.000 niet-Belgische Brusselaars hebben een EU-nationaliteit. • Met 46.006 inwoners vormen de Fransen de grootste bevolkingsgroep van vreemde nationaliteit.
Stad in zicht. La ville est proche. City in view.
Quelque chiffres concernant les Ketjes et Zinnekes : • Fin 2009, la Région de Bruxelles-Capitale comptait officiellement 1.101.872 habitants. • En tenant compte de la nationalité de naissance, 46 pourcent des Bruxellois sont d’origine autre que belge. Le nombre d’étrangers enregistrés officiellement s’élève à 28,1 pourcent de la popula tion bruxelloise. • Les citoyens européens forment la majorité des étrangers à Bruxelles (60 pourcent des non Belges) : environ 170.000 non belges bruxellois ont une nationalité européenne. • Avec 43.708 habitants, les Français forment la plus grande population d’origine étrangère.
FR
• At the end of 2009 the Brussels Capital Region had 1,101,872 official inhabitants. • Going by nationality at birth, 46 % of the population of Brussels is of non-Belgian origin. The number of officially registered foreign nationals in the strict sense is 28.1 % of the population of Brussels. • EU citizens form the largest group of foreigners in Brussels (60 % non-Belgian): about 170,000 non-Belgian inhabitants of Brussels have an EU26 nationality. • The French form the largest population group of foreign nationals with 43,708 inhabitants.
38
NL
EN
39
Parking 58 / Parking 58 / Parking 58
NL
FR
EN
Parking 58 / Parking 58 / Parking 58
Tussen de Anspachlaan en het Sint-Katelijneplein in hartje Brussel staat een heel bijzonder gebouw. Op het straatniveau vind je een supermarkt, daarboven parkeerruimtes. Ook op het uitgestrekte dak kan je auto’s parkeren, al blijft het grotendeels leeg. Dit dak is het ultieme verborgen plekje van Brussel, een toplocatie voor een romantisch afspraakje. Op de tiende verdieping van Parking 58 kom je ogen tekort: je heb er een 360° panoramisch
zicht over Brussel. Parking 58 is in handen van een privé-ontwikkelaar en die wil de parkeertoren binnenkort afbreken en vervangen door een nieuw gebouw, met zowel parkeerruimte als kantoren en woningen. De open, voor iedereen toegankelijke dakverdieping zou verdwijnen. En dat maakt heel wat emoties los. Het gebouw van Parking 58 is een litteken in het historische stadscentrum, een betonnen kolos die brutaal is neergeplant op een plek waar ooit een van de prachtigste markt- en feesthallen van Brussel stond. De parking heeft zijn naam niet gestolen: hij werd gebouwd ter gelegenheid van de wereldtentoonstelling van 1958 en symboliseert de verwoestende opgang van de auto in de stad.
Entre le boulevard Anspach et la place Sainte-Catherine, en plein cœur de Bruxelles, se trouve un bâtiment spécial. Au niveau de la rue : un supermarché. En-dessous : un parking. On peut aussi garer sa voiture sur le toit étendu, mais ce dernier reste généralement vide. Ce toit est l’ultime place cachée de Bruxelles, une lieu de premier choix pour un rendez-vous romantique. Au dixième étage du Parking 58, gardez les yeux bien ouverts : on dispose d’un panoramique à 360° sur Bruxelles.
Parking 58 est la propriété d’un promoteur privé qui compte sous peu démolir cette tour et la remplacer par un nouveau bâtiment avec des places de stationnement mais également des bureaux et des habitations. L’étage supérieur, ouvert et accessible à tous, disparaîtrait, ce qui bouleverse les plus sensibles. Le bâtiment du Parking 58 est une cicatrice dans le centre de la ville historique, un colosse en béton planté brutalement à un endroit qui était jadis une des plus belles salles des fêtes de Bruxelles. Le parking n’a pas volé son nom : il a été construit à l’occasion d’exposition universelle de 1958 et demeure le symbole de l’impact destructeur de la voiture dans la ville. Si tout le monde convient du fait que le Parking 58 est un bâtiment repoussant, personne ne
In the heart of Brussels, between the Anspachlaan and the Sint-Katelijneplein, there is a very special building. At street level there’s a supermarket, with parking spaces above. You can also park on the extensive roof, although it’s usually mostly empty.. this roof is the ultimate hidden corner of Brussels, a first class location for a romantic assignation. On the 10th floor of Parking 58 you don’t know where to start: from there you have a 360° panoramic view
over Brussels. Parking 58 is in the hands of a private developer and he wants to demolish the multi-storey car park soon and replace it with a new building, with parking spaces as well as offices and apartments. The open roof accessible for everyone, would disappear. And that has stirred up a lot of emotion. The Parking 58 building is a scar in the historic city centre, a brutal concrete colossus plonked down on a space where the most beautiful banqueting halls of Brussels stood. The multi-storey car park has not stolen the name: it was built on the occasion of the Universal Exhibition in 1958 and symbolises the destructive rise of the car in the city.
40
41
NL
FR
EN
Parking 58 / Parking 58 / Parking 58
NL
FR
EN
Parking 58 / Parking 58 / Parking 58
Iedereen is het er over eens dat Parking 58 een lelijk gebouw is. Maar over de afbraak zijn de meningen verdeeld. Sommige mensen zijn blij dat het gedrocht eindelijk verdwijnt. Anderen pleiten voor het behoud van Parking 58 en zijn schitterend uitzicht. Parking 58, zo argumenteren zij, confronteert ons met de keuzes die in het verleden zijn gemaakt op vlak van urbanistische ontwikkeling en mobiliteit. En ook al zijn het keuzes die we nu betreuren, ze maken deel uit van het Brusselse cultureel erfgoed.
Andere fijne uitzichten: • De bovenste bol van het Atomium, een klassieker: www.atomium.be • De triomfboog in het Jubelpark: klim eens naar boven, de toegang is gratis. • Het Poelaertplein: neem de glazen lift in de Marollen en kijk samen met het justitiepaleis ‘neer’ op de stad. • De basiliek van Koekelberg: religieus hoogtepunt. • Het dakterras van het MIM (Muziekinstrumentenmuseum): www.mim.be
s’accorde sur sa démolition. Quand certains sont contents que le monstre disparaisse enfin, d’autres prient pour que le Parking 58 et sa vue extraordinaire soient conservés. Ces derniers invoquent l’intérêt de maintenir une confrontation avec les choix du passé concernant les développements urbains et la mobilité. Même s’il s’agissait de choix néfastes, ils font dorénavant partie intégrante du patrimoine culturel bruxellois.
D’autres vues fantastiques : • la sphère supérieure de l’Atomium, un classique : www.atomium.be; • l’arc de triomphe au parc de Cinquantenaire : monte au sommet, l’entrée est gratuite ; • la place Poelaert : prends l’ascenseur en verre aux Marolles et regarde la ville ‘de haut’, près du Palais de Justice ; • la basilique de Koekelberg : du sommet religieux ; • le toit en terrasse du MIM (Musée des Instruments de Musique) : www.mim.be.
Everyone agrees that Parking 58 is an ugly building. But opinion is divided about breaking it up. Some people are happy that the monster is finally going to disappear. Others are pleading for Parking 58 and its wonderful view to be preserved. Parking 58, so the argument goes, confronts us with the choices that have been made in the past in the field of urban development and mobility. And although these are choices that we now regret, they form part of the cultural heritage of Brussels.
Other good views: • The topmost ball of the Atomium: a classic. www.atomium.be • The Triumphal Arch in the Jubelpark: just climb up, entry is free • The Poelaertplein: take the glass lift in the Marollen and look down on the city together with the Court House. • The Basilica of Koekelberg : religious highpoint • The roof terrace of the MIM (Musical Instruments Museum) www.mim.be
42
43
NL
FR
EN
CAMBIO / CAMBIO / CAMBIO
Cambio / Cambio / Cambio Meer / More / Plus d’ info: www.cambio.be
NL
FR
EN
Mijn (gedeelde) auto, mijn vrijheid. Tijden evolueren. In de stad staat een eigen auto bezitten niet langer synoniem met ‘vrijheid’. Het betekent ook en vooral files, stress, eindeloos zoeken naar parkeerplaatsen, dure herstellingen en hoge autoverzekeringen. Een van de grootste voordelen van wonen en werken in Brussel, is dat je de auto geregeld aan de kant kan laten. Metro, bus, tram, fiets, te voet… er zijn voldoende alternatieven om je snel te verplaatsen. Toch kan een auto soms handig zijn. Wie slechts af en toe een wagen nodig heeft, kan zich aansluiten bij Cambio. Dankzij dit
autodeelsysteem geniet je van de lusten van een wagen, maar vermijd je de lasten (geen onderhoud, carwash, verzekering...). De vaste kosten zijn beperkt en je betaalt in functie van het gebruik. Cambio heeft stations in alle Brusselse gemeenten. Er is er vast eentje bij jou in de buurt. Je gebruikt de wagen wanneer je wil, maar je hoeft je er voor de rest niets van aan te trekken. Handig toch?
Ma voiture (partagée), ma liberté. Des temps changent. En ville, tu n’as pas toujours de réelle ‘liberté’ si tu possèdes ta propre voiture. Au contraire, tu as surtout des embouteillages, du stress, la quête interminable de places de parking, des réparations et des assurances chères à payer. Un des avantages d’habiter et de travailler à Bruxelles, c’est de pouvoir se passer de voiture. En métro, en bus, en tram, à vélo, à pied… il y a nombreuses alternatives de se déplacer rapidement. Néanmoins, dans certains cas, la voiture peut être pratique. Celui qui n’a besoin qu’occasionnellement d’une voiture peut s’inscrire chez Cambio. Grâce à ce système du carsharing, tu profites des avantages d’une voiture et évitant les inconvénients : pas
d’entretien, de Car Wash, d’assurance... Tu limites les coûts fixes et tu paies en fonction de l’usage. Il y a des stations Cambio dans toutes les communes bruxellois. Tu peux sans doute en trouver une près de chez toi. Tu utilises la voiture quand tu en as besoin sans tenir compte du reste. Pratique, non ?
My (shared) car, my freedom Times change. In the city having a car of one’s own is no longer synonymous with ‘freedom’. It means queuing traffic, stress, an endless search for somewhere to park, expensive repairs and car insurance. One of the biggest advantages of living and working in Brussels is that you can leave the car behind on a regular basis. Metro, bus, tram, cycle, walking … there are enough other ways of getting about quickly. Yet a car can sometimes be useful. If you only need a car occasionally you can join Cambio. Thanks to this car sharing organisation you
can have a car if you fancy one, but you avoid the hassle (no maintenance, carwash, insurance, etc). The fixed costs are limited and you pay for the use pro rata. Cambio has depots in every municipality in Brussels. There will certainly be one close to where you live. You can have the use of a car whenever you want one, but you don’t need to worry about the upkeep . Smart, isn’t it?
44
45
NL
FR
EN
Kanaal / Le canal / Canal
Kanaal / Le canal / Canal
NL
FR
EN
Schipper, mag ik overvaren? Een stad de naam waardig ligt aan een imposante stroom. Parijs heeft de Seine, Londen de Theems, Lissabon de Taag. En Brussel? Zijn rivier, de Zenne, is overwelfd sinds 1871. Toch stroomt er nog water door de stad. Al sinds de 16de eeuw verbindt een kanaal Brussel met Willebroek. Na de opening van dit kanaal werden in het Brusselse centrum verschillende dokken aangelegd (o.a. SintKatelijnedok). De dokken werden eind 19e eeuw gedempt maar sommige stratennamen (bijv. de Arduinkaai) verwijzen nog steeds naar de vroegere activiteit. In 1832 werd het kanaal BrusselCharerloi aangelegd en aangesloten op het kanaal Van Willebroek. Hierdoor ontstond een directe
verbinding tussen de haven van Antwerpen en het industriebekken rond Charleroi Het kanaal doorkruist de benedenstad (Molenbeek, Anderlecht, Schaarbeek) en vormt een grens tussen het stadscentrum en Molenbeek. Een geografische grens, maar ook een socio-economische. Aan beide zijden van het kanaal vind je andere winkels, andere restaurants, andere nationaliteiten. De hippe Dansaertstraat wordt voorbij het kanaal de Gentse Steenweg: een wereld van verschil. De kanaalzone is in volle ontwikkeling. De wijken
Monsieur le batelier, puis-je traverser ? Une ville digne de ce nom se trouve à proximité d’un cours d’eau important. Paris a la Seine, Londres a la Tamise, Lisbonne a le Tage. Et Bruxelles ? Son fleuve, la Senne, a été voûté en 1871. Cependant il y a encore de l’eau qui traverse la ville. Ce n’est que depuis 1832 que Bruxelles possède un canal dans le vieux bassin industriel de la ville. Le canal Bruxelles-Charleroi a été créé afin de connecter les bassins des charbonnages wallons avec Bruxelles et la Flandre. Depuis 1970, ce canal est presque tombé en désuétude. Le canal parcourt Molenbeek, Anderlecht, Schaerbeek, en formant une frontière entre le centre-ville et Molenbeek ; une frontière géographique mais aussi socio-économique. Des deux côtes du canal,
on trouve des magasins, des restaurants et des nationalités différents. L’excentrique rue Dansaert devient, au-delà du canal, la Chaussée de Gand : aucune comparaison n’est possible entre les deux. Le zone proche du canal est en constant développement. Les quartiers bordés par le canal font de plus en plus partie du centre-ville, ce qui déplace ce dernier lentement vers l’ouest. Des rues sont refaites, des plans d’urbanisme ont été dessinés ou de
Skipper, who dares to cross over? A city worth its name lies on an impressive river. Paris has the Seine, London the Thames, Lisbon the Tagus. And Brussels? Its river, the Zenne, has been covered over since 1871. Yet there is still water flowing through the city. Since 1832 in fact Brussels has had a canal, in the old industrial basins of the city. The Brussels-Charleroi Canal was designed to connect the coal basins of the Waal with Brussels and Flanders. It has been less and less used since 1970. The canal crosses the lower city (Molenbeek, Anderlecht, Schaarbeek) and forms a boundary between the city centre and Molenbeek. It is not only a geographical but also socio-economic one.
You find different shops, different restaurants, different nationalities on either side of the canal . The hip Dansaertstraat becomes the Gentse Steenweg beyond the canal: a world of difference. The canal zone is in the middle of undergoing development. The neighbourhoods round the canal are becoming more and more part of the city centre, which slowly but surely is shifting towards the west.
46
47
NL
FR
EN
Kanaal / Le canal / Canal
NL
FR
EN
Kanaal / Le canal / Canal
rondom het kanaal worden steeds meer deel van het stadscentrum, dat langzaam maar zeker verschuift naar het westen. De veranderingen zijn al langer bezig of staan op til: straten worden vernieuwd, bouwplannen uitgetekend en nieuwe projecten opgestart. Creatievelingen allerhande vestigen zich in de buurt. Tegelijk groeit de kloof tussen arm en rijk, tussen mensen mét en zonder diploma’s of werk. De kanaalzone is een bruisende buurt door de mix van een groot aantal verschillende mensen, talen, kleuren en… heel veel jongeren. Helaas heeft de buitenwereld vaak een bijzonder
negatief beeld van de wijken rond het kanaal. Ze halen enkel de pers met hun ‘rellen’ en ‘onveiligheid’. Dat schrikt veel mensen af. Overdreven of terecht? Oordeel zelf en ga eens kijken. Grensoverschrijdende activiteiten: • Een pintje drinken op het terras van café Walvis: www.cafewalvis.com • Winkelen op de markt van Molenbeek: elke donderdagmorgen rond metro Zwarte Vijvers. • Een tentoonstelling bezoeken in Tour & Taxis: www.tourtaxis.be • Een boottocht op het kanaal: www.brusselsbywater.be • Tijdens de zomer: www.brusselbad.be en www.couleurcafe.be
nouveau projets ont commencé. Une nouvelle génération de gens créatifs, artistes dans l’âme, s’établissent dans le quartier comblant petit à petit l’abîme qui sépare les pauvres des riches, les gens diplômés des gens sans diplôme ou travail. Le zone du canal est un quartier vivant grâce à la mixité sociale, au mélange des langues, des couleurs et… d’un grand nombre de jeunes. Malheureusement, le grand public a souvent une image négative des quartiers bordant le canal. Ils ne les connaissent qu’à travers ce qu’en disent les journaux qui ne relatent que les ‘bagarres’ et l’‘insécurité’. Est-ce exagéré ou légitime ? Le mieux est sans doute d’aller t’en rendre compte par toi-même...
Des activités transfrontalières : • boire une bière sur la terrasse du café Walvis : www.cafewalvis.com; • faire le marché de Molenbeek : chaque jeudi matin autour du métro Étangs Noirs ; • visiter une exposition à Tour & Taxis : www.tourtaxis.be; • faire une excursion en bateau sur le canal : www.brusselsbywater.be; • pendant l’été : www.bruxelleslesbains.be et www.couleurcafe.be.
The changes have been going on for a long time there is change in the air: streets are renewed, building plans drawn and new projects started. All sorts of creativity is being established in the neighbourhood. At the same time the gap is growing between rich and poor, between people with and people without qualifications or work. The canal zone is a neighbourhood bubbling over with energy with the mix of a large number of different people, languages, colours and … many young people. Alas the outside world often has a negative image of the areas round the canal. They only get in the news with their ‘uproar’ and ‘danger’. That frightens off a lot of people. Exaggerated or not? Go and have a look and judge for yourself.
Activities across the water : • Drink a pint on the terrace of café Walvis www.cafewalvis.com • Shop in the market in Molenbeek : every Thursday morning round Metro Zwarte Vijvers. • Visit an exhibition in www.tourtaxis.be • A boat trip on the canal www.Brusselsbywater.be • In the summer: www.Brusselsbad.be and www.couleurcafe.be
48
NL
FR
EN
49
Kraak de code / Déchiffre le code / Crack the code
(Placeholder kaart)
Kraak de code / Déchiffre le code / Crack the code
Arsène 50 / Arsène 50 / Arsène 50
Arsène 50 / Arsène 50 / Arsène 50 Meer / More / Plus d’ info: www.arsene50.be
NL
FR
EN
Instantcultuurinjectie voor een kleine prijs. Hou je van onverwachte culturele kicks? Beschik je slechts over een beperkt budget? Arsène 50 brengt je onmiddellijk in hogere sferen. Het klink giftig, maar geen paniek: een injectie Arsène 50 brengt geen schade toe aan het gestel. Integendeel, een shot cultuur bevrijdt de geest en verzacht de zeden.
Via Arsène 50 kan je tickets voor tal van theatervoorstellingen, concerten en evenementen voor de helft van de prijs kopen. Je kan de kaartjes echter alleen op dag zelf van de voorstelling kopen (behalve voor plaatsen op zondag en maandag, die al op zaterdag te koop zijn). De website geeft je een overzicht van alle voorstellingen die ze die avond aanbieden. Tickets kan je online bestellen of bij de Arsène 50-verkooppunten (Koninginnegalerij 13-15, 1000 Brussel en Flagey, Heilig Kruisplein, 1050 Elsene). Opgelet! Verslavingsgevaar, maar overdosis toegelaten.
Une dose de culture instantanée pour un petit prix. Tu aimes les stimulations culturelles inattendues ? Tu ne disposes que d’un budget limité ? Arsène 50 t’emmène dans les hautes sphères culturelles. Cela peut sembler intrigant voire inquiétant, mais pas de panique : une injection d’Arsène 50 n’entraine aucun dommage au corps. Au contraire, un shoot de culture libère l’âme et adoucit les mœurs.
Arsène 50 te propose une multitude de spectacles, concerts et évènements à moitié prix. Mais tu ne peux acheter les places que le jour-même du spectacle (sauf pour des places des spectacles ayant lieu le samedi ou le dimanche, celles-là sont déjà vendues le samedi). Le site web te donne un résumé de tous les spectacles qui ont lieu le soir même. La vente des places : en ligne ou aux guichets Arsène 50 (Galerie de la Reine, 26, 1000 Bruxelles et Flagey, Place Sainte-Croix, 1050 Bruxelles). Attention ! Danger d’accoutumance, mais overdose autorisée.
Instant injection of culture at an affordable price Do you fancy unexpected doses of culture? Have you got a limited budget? With Arsène 50 you can straightaway have your head in the clouds. It sounds like a poison, but don’t panic: an injection of Arsène 50 won’t wreck your system. On the contrary, a shot of culture frees the spirit and alleviates stress. You can buy tickets through Arsène 50 for dozens of
theatrical performances, concerts and events at half price. However, you can buy the tickets only on the day of the performance (except for seats on Sunday and Monday, which are on sale on Saturday). The website gives an overview of the performances that are on offer that evening. You can order tickets online or at the Arsène50 sales outlets (Koninginnegalerij 13-15, 1000 Brussels and Flagey, Heilig Kruisplein, 1050 Elsene). Be careful! Can be addictive, but you’re allowed to overdose.
52
53
NL
FR
EN
Kunstberg / Le Mont des Arts / Kunstberg
Kunstberg / Le Mont des Arts / Kunstberg Meer / More / Plus d’ info: www.kunstberg.com
NL
FR
EN
Een hoopje cultuur. Niet elke naam is vergezocht. Soms spreken zaken voor zich, zelfs in Brussel. De Kunstberg is een... berg met kunst. Misschien is ‘berg’ een beetje overdreven, maar de Kunstberg is zeker een heuvel. Of ten minste een helling, een glooiing, een hoogte. En op deze bult/hobbel in het Brusselse centrum vind je kunst. Heel veel kunst. Nergens vind je een grotere concentratie musea per vierkante meter. Hoeveel dagen zou een mens nodig hebben indien hij het malle idee zou aanvangen om in één ruk alle werken in het Magrittemuseum, de Koninklijke musea voor Schone Kunsten van België, Bozar en het ING-cultuurcentrum te bekijken? Brusselaars kunnen gelukkig de tijd nemen
om deze musea beetje bij beetje te ontdekken. En steeds opnieuw, want ze organiseren ook wisselende tentoonstellingen. De Kunstberg is ook een beetje een congresheuvel. Vergaderen kan in SQUARE, een chique naam voor 13.000 vierkante meter aan conferentiezalen. Dit Brussels meeting center werd in 2009 grondig vernieuwd en uitgebreid. Arne Quinze ontwierp de
Un monticule de culture. Il ne faut pas toujours chercher de midi à 14h pour de donner un nom à un lieu. Certains lieux parlent d’eux-mêmes, même à Bruxelles. Le Mont des Arts est un… mont avec des arts. Un ‘mont’ est peut-être un peu exagéré, mais le Mont des Arts est certainement une petite colline. Ou au moins une montée, une élévation, une bosse. Et sur cette bosse au centre de Bruxelles, on trouve de l’art. Beaucoup d’art. La concentration de musées par mètre carré la plus grande n’ayant jamais existée. De combien de jours un homme aurait-il besoin – s’il était assez fou – pour admirer toutes les œuvres au Musée Magritte, des Musées royaux des Beaux-Arts de Belgique, du Musée Bozar et de L’Espace culturel ING en une fois ? Heureusement, les Bruxellois prennent le temps pour découvrir
tous ces musées petit à petit, ils peuvent les visiter constamment grâces aux expositions provisoires qui changent régulièrement. Le Mont des Arts est aussi une colline de congrès. Avec ses 13.500 mètres carrés de salles de conférences, SQUARE offre un espace intéressant pour tout événement. En 2009, ce ‘Brussels Meeting Centre’ était renouvelé de fond en comble et agrandi. Arne Quinze y a conçu le restaurant et le ‘panoramic
A heap of culture. You don’t need to look far away for every name. Sometimes they speak for themselves even in Brussels. The Kunstberg is a …. mountain with Art. Perhaps ‘berg’ is a bit of an exaggeration, but the Kunstberg is certainly a hill. Or at least a slope, an incline, an elevation. And on this hump/bump in the centre of Brussels there you find Art. Lots and lots of Art. Nowhere else is there a greater concentration of museums per m². How many days would someone need if he/she got the crazy idea of discovering in one go all the works in the Magritte Museum, the Royal Museums for Belgian Fine Arts, Bozar and the ING cultural centre? Fortunately if you live in Brussels you can take the time to
discover these museums bit by bit. And there’s always something new, because they have temporary exhibitions as well. The Kunstberg is also something of a Congress hill. People meet in SQUARE, a chic name for 13,000 m² of conference halls. This Brussels Meeting Center was thoroughly refurbished and extended in 2009. Arne Quinze designed the brasserie and a
54
55
NL
FR
EN
Kunstberg / Le Mont des Arts / Kunstberg
Institutioneel labyrint / Un labyrinthe institutionnel / Negotiating the labyrinth of institutions NL
FR
EN
brasserie en een panoramische glazen hal met zicht op Brussel. Eigenlijk is de Kunstberg ook een infobult. In het BIP krijg je toeristische informatie over Brussel en kan je een interactieve tentoonstelling over het Brussels Gewest bezoeken. In het BELvue-museum wordt de geschiedenis van België uit de doeken gedaan. En dan is er nog de Cinematek (Belgisch filmarchief: 110 jaar bioscoop, 45 films per week), het MIM (muziekinstrumentenmuseum), de Coudenberg (restanten van het voormalig paleis van Brussel)… Aan degenen die beweren dat er in Brussel ‘niets te zien’ is, één advies: bezoek de Kunstberg.
C’est simple comme bonjour. • Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaat uit negentien gemeenten en is verdeeld in zes politiezones. Het is één van de drie gewesten van België. • België is een drietalig land, maar Brussel is het enige Belgische gewest dat officieel tweetalig is (Frans en Nederlands). Vier op de tien Brusselaars heeft Frans noch Nederlands als moedertaal. • Brussel is vier keer hoofdstad: van België, van Vlaanderen, van Europa en van de Franstalige Gemeenschap. De hoofdstad van Wallonië is Namen. • In Brussel vind je vijf parlementen: het Brussels, Vlaams, Europees en federaal parlement
hall’, qui offre des vues imprenables sur la ville de Bruxelles. En plus, le Mont des Arts est le bouton d’info. Le BIP (Bruxelles Info Place) t’offre de l’ information touristique sur Bruxelles et une exposition interactive qui présente la Région de Bruxelles-Capitale. Au musée BELvue tu peux encore en découvrir plus sur l’histoire de Belgique. Et puis, on y trouve encore Cinematek (qui contient entre autres les archives de cinéma belge : 110 années de cinéma, 45 films par semaine), le MIM (Musée des Instruments de Musique), le Coudenberg (les restants de l’ancien palais de Bruxelles)… Pour tous ceux qui posent qu’il n’y a ‘rien à voir’ à Bruxelles : visitez le Mont des Arts.
C’est simple comme bonjour. • La Région de Bruxelles-Capitale est constituée de dix-neuf communes et subdivisée en six zones de police. Elle est une des trois Régions de Belgique. • La Belgique compte trois langues officielles, mais Bruxelles est la seule Région belge bilingue (français-néerlandais). Quatre Bruxellois sur dix n’ont ni le français ni le néerlandais comme langue maternelle. • Bruxelles est quatre fois capitale : de la Belgique, de la Flandre, de l’Europe et de la Communauté française. La capitale de la Wallonie est Namur. • À Bruxelles, il y a cinq parlements : le Parlement bruxellois, flamand, européen, fédéral
panoramic glass hall witha view over Brussels. The Kunstberg is also an Info hub. In the BIP you can get tourist information about Brussels and you can visit the interactive exhibition about the Brussels Region. The history of Belgium is explained in the BELvue Museum. And then there is the CINEMATEK (Belgian film archive: 110 years of cinema, 45 films per week), the MIM (Musical Instruments Museum), Coudenberg (remains of the former palace of Brussels),… To all those people who say ‘there is nothing to see’ in Brussels , just one bit of advice: visit the Kunstberg.
It’s as simple as ABC • The Brussels Capital Region consists of 19 municipalities and is divided into 6 police zones. It is one of the 3 regions of Belgium. • Belgium is a tri-lingual country, but Brussels is the only Belgian region that is officially bilingu al (French and Dutch). 4 in 10 residents in Brussels in have neither French nor Dutch as a mother tongue. • Brussels is a capital 4 times over: of Belgium, of Flanders, of Europe and of the French- speaking Community. Namur is the capital of Wallonia.
56
57
NL
FR
EN
Institutioneel labyrint / Un labyrinthe institutionnel / Negotiating the labyrinth of institutions
Institutioneel labyrint / Un labyrinthe institutionnel / Negotiating the labyrinth of institutions
Meer / More / Plus d’ info: www.brussel.irisnet.be www.belgium.be
NL
FR
EN
(Kamer en Senaat) en dat van de Franse Gemeenschap. • De zetel van het Europees Parlement ligt officieel niet in Brussel maar in Straatsburg. • Het Europees Parlement in Brussel ligt op het grondgebied van Elsene, Etterbeek en de stad Brussel. • Brusselse Europeanen kunnen stemmen bij de
gemeenteraads- en Europese verkiezingen, maar niet bij de gewest- en federale verkiezingen. • De stad Brussel wordt geleid door een burgemeester, het Brussels Gewest door een minister-voorzitter. • Sint-Lambrechts-Woluwe en Sint-Pieters-Woluwe hebben verschillende burgemeesters. • Sint-Pieters-Leeuw is officieel eentalig en Sint-Pieters-Woluwe officieel tweetalig. • Er is geen verschil tussen Ixelles en Elsene, het betreft dezelfde gemeente. • De Marollen, Matongé of de Zavel zijn geen Brusselse gemeenten, maar wijken.
(Chambre et Sénat) et celui de la Communauté française. • Le siège du Parlement européen à Bruxelles se situe sur le territoire d’Ixelles, d’Etterbeek et de Bruxelles-ville. • Les Européens bruxellois peuvent exprimer leur vote pour les élections communales et euro péennes, mais pas pour les élections régionales et fédérales.
• Bruxelles-ville est dirigée par un bourgmestre, la Région de Bruxelles-Capitale par un ministre-président. • Les communes de Woluwe-Saint-Lambert et Woluwe-Saint-Pierre ont des bourgmestres différents. • Sint-Pieters-Leeuw est officiellement unilingue et Woluwe-Saint-Pierre est officiellement bilingue. • Il n’y pas de différence entre Ixelles et Elsene, il s’agit de la même commune. • Les Marolles, Matongé ou le Sablon ne sont pas des communes bruxelloises, ce sont des quartiers.
• There are 5 Parliaments in Brussels: the Brussels, Flemish, European and Federal Parliament (Chamber of Deputies and Senate) and that of the French Community. • The seat of the European Parliament is not in Brussels but in officially in Strasbourg. • The European Parliament in Brussels is on the terrain of Elsene, Etterbeek and Brussels City.
• Europeans in Brussels have a vote in the municipal and European elections, but not in the regional and federal elections. • The city of Brussels is headed by a burgomaster, the Brussels Region by a Minister-Chairman. • Sint-Lambrechts-Woluwe and Sint-Pieters-Woluwe have different burgomasters. • Sint-Pieter-Leeuw is officially monolingual and Sint-Pieters-Woluwe officially bilingual. • There is no difference between Ixelles and Elsene, it is the same municipality. • De Marollen, Matongé or de Zavel are not municipalities of Brussels but neighbourhoods. • The City of Brussels is one of the 19 municipalities of the Brussels Capital Region. The area of
58
NL
FR
EN
59
Institutioneel labyrint / Un labyrinthe institutionnel / Negotiating the labyrinth of institutions
De Europese wijk / Le quartier européen / The European quarter NL
FR
EN
• Het grondgebied van de stad Brussel bevat de vijfhoek (doorgaans Brussel-stad genoemd), Laken, Haren, Neder-Over-Heembeek, de Noord-Oostwijk en de Louizawijk. De benaming Brussel-stad is dus maar een deel van het hele grondgebied dat valt onder de benaming stad Brussel. • Brussel heeft een Zuidstation, maar geen Gare du Sud. Brussel heeft wel een Gare du Midi. • Brussels Airport ligt niet in Brussel, maar in Vlaanderen. Brussels South Airport ligt niet in Brussel, maar in Wallonië.
We gaan ervan uit dat je Schuman kent, maar wist je ook het volgende? Kunst-Wet: de meest gefotografeerde metronaam in Brussel. Doet vooral Engelstaligen gniffelen. De seksuele verwijzing is echter louter toevallig: ‘wet kunst’ is de Nederlandse vertaling van ‘loi’ en ‘art’. Belliardstraat en -tunnel: de Franse generaal Augustin Daniel Belliard was in 1830 (Belgische Revolutie) de Franse ambassadeur in Brussel. Toen Nederlandse troepen het opstandige België wilden bezetten, stuurde hij het Franse leger erop uit om dit prille landje te beschermen. Maalbeek: de beek die vanuit de abdij Ter Kameren in Elsene, via Etterbeek en Sint-Joost, in
• • •
Le territoire de la communce de la ville de Bruxelles est composé du Pentagone (nom généralement utilisé pour Bruxelles-ville), Laeken, Neder-Over-Heembeek, le quartier Nord-Est et le quartier Louise. L’appellation Bruxelles-ville n’est donc qu’une partie du territoire total qui est appelé Ville de Bruxelles. À Bruxelles, il y a une Gare du Midi, pas de Gare du Sud. Brussels Airport ne se situe pas à Bruxelles, mais en Flandre. Brussels South Airport ne se situe pas à Bruxelles, mais en Wallonie.
Partant du principe que tu connais Schuman, tu connais aussi les alentours ? Arts-Loi (‘Kunst-Wet’ en néerlandais) : c’est le nom de la station métro la plus photographiée de Bruxelles, faisant rire sous cape surtout les anglophones. La référence sexuelle cependant purement fortuite : ‘wet kunst’ est la traduction néerlandais de ‘loi’ et ‘art’. La rue et le tunnel Belliard : en 1830 (Révolution belge) le général français Augustin Daniel Belliard était ambassadeur à Bruxelles. Quand les troupes hollandaises on voulu réprimer la révolte belge, il a dirigé l’armée française afin de protéger le petit pays tout neuf. Le Maelbeek : s’écoulant de l’Abbaye de la Chambre à Ixelles en passant par Etterbeek et Saint-Josse, ce ruisseau (‘beek’ en néerlandais) se jette dans la Senne à Schaerbeek. Voûté en 1872, il alimentait
the City of Brussels consists of the Vifhoek (usually called Brussels-stad) Laken, Haren, Neder-Over-Heembeek, the Noord-Oostwijk and the Louizawijk. The term Brussels-stad is thus only a part of the whole area that goes under the name of Stad Brussels. • Brussels has a Zuidstation, but no Gare du Sud. Brussels does however have a Gare du Midi. • Brussels Airport is not in Brussels, but in Flanders. Brussels South Airport is not in Brussels, but in Wallonia.
We assume you know about Schuman, but have you heard of these? Kunst – Wet = the most photographed Metro station in Brussels. It makes English speakers snigger. The sexual overtones are purely accidental: ‘wet kunst’ is the Dutch translation of ‘art’ and ‘law’. Belliardstraat and –tunnel = The French General Augustin Daniel Belliard was the French ambassador in Brussels in 1830 (during the Belgian revolution). When Dutch troops wanted to occupy Belgium which was in revolt, he sent the French army to protect this plucky little country. Maalbeek = A stream which flows from the Abbey of Ter Kameren in Elsene, via Etterbeek and SintJoost, and flows into the Zenne in Schaarbeek. It was covered over in 1872. At that time there were
60
61
NL
FR
EN
De Europese wijk / Le quartier européen / The European quarter
NL
FR
EN
De Europese wijk / Le quartier européen / The European quarter
Schaarbeek in de Zenne stroomt. Werd overwelfd in 1872. In die tijd waren er nog 58 vijvers langs de Maalbeek, waarvan de meeste gedempt werden om plaats te maken voor bewoonbare ruimte. Uitzonderingen zijn onder andere de vijvers van Elsene en die in het Leopoldpark. Hier verloor de Maalbeek zijn natuurlijke buffers en trad hij bij zware regen uit zijn oevers. Om overstromingen te
vermijden werden onder het Jean Reyplein en het Flageyplein bekkens gebouwd. Leopoldpark: dit park werd gecreëerd om ontspanning te bieden aan de Brusselse burgerij die midden negentiende eeuw in de Leopoldswijk kwam wonen. Er waren een feestzaal, serres met exotische planten, een rolschaatsbaan, een restaurant en… een dierentuin. Het verhaal van de Brusselse dierentuin duurde niet lang. De dieren kregen onvoldoende voedsel, werden slecht verzorgd en stierven. Eind 19de eeuw krijgt het Leopoldpark een nieuwe functie: onder impuls van Ernest Solvay wordt het een wetenschapspark met talrijke universitaire instellingen. De meeste gebouwen in het park dateren uit deze periode. Jubelpark: het tentoonstellingspark dat in opdracht van koning
alors 58 étangs dont la plupart ont été comblés entretemps pour en faire des zones habitables. Seuls les étangs d’Ixelles et ceux du parc Léopold subsistent aujourd’hui. À cause de la disparition de cette « zone-tampon » naturelle, les pluies torrentielles ont régulièrement fait sortir le Maelbeek de son lit. Afin d’éviter ces inondations, des bassins ont été construits sous les places Jean Rey et Flagey.
Le parc Léopold : ancien parc de divertissement pour la bourgeoisie bruxelloise, il devait offrir un espace de détente à la nouvelle élite qui avait emménagé dans le quartier Léopold au milieu du dixneuvième siècle. On y trouvait une salle de fêtes, des serres avec des plantes exotiques, une patinoire, un restaurant et… un jardin zoologique. L’histoire du zoo bruxellois fut courte : ne disposant pas d’assez de nourriture et de soins, les animaux moururent rapidement. Le parc du Cinquantenaire : il s’agit d’un parc d’exposition aménagé en 1880 par le roi Léopold II pour la célébration du cinquantenaire de l’indépendance belge. Christian de Portzamparc : architecte français qui a conçu les plans pour la réaménagement de la rue de la Loi.
still 58 lakes along the Maalbeek, most of which were filled in to make space for residential development. Exceptions include the lakes in Elsene and those in the Leopoldpark. Here the Maalbeek lost its natural barriers and overflowed after heavy rain. To prevent flooding storm drains were constructed under the Jean Reyplein and the Flageyplein.
Leopoldpark = Former amusement park for the citizens of Brussels. It offered recreation to the new elite who came to live in the Leopldswijk during the middle of the 19th century. There was a banqueting room, glasshouses with exotic plants, a roller-skating rink, a restaurant, and … a zoo. The Brussels zoo didn’t last very long. The animals were overfed, badly cared for and died. Jubelpark = Exhibition park that was laid out in 1880 on the orders of King Leopold II to commemorate the fiftieth anniversary of Belgian independence. Christian de Portzamparc = Named after a French architect who drew up the plans for the
62
63
NL
FR
EN
De Europese wijk / Le quartier européen / The European quarter
NL
FR
EN
De Europese wijk / Le quartier européen / The European quarter
Leopold II werd aangelegd om in 1880 de vijftigste verjaardag van de Belgische onafhankelijkheid te vieren. Christian de Portzamparc: een Franse architect die de plannen voor de heraanleg van de Wetstraat ontwierp. Berlaymont: om het gebouw voor de Europese Commissie te kunnen bouwen, werden een klooster en meisjesschool opgedoekt. De Dames du Berlaymont verhuisden naar Waterloo. Résidence Palace: was ooit een luxueus art-decoappartementsgebouw met eigen zwembad, theaterzaal, ondergrondse parkeergarage en tennispleinen op het dak. Het werd gebouwd in 1928 en was
toen uniek in zijn genre. Justus Lipsius: een zestiende-eeuwse Vlaamse filoloog en humanist. Om het raadsgebouw te kunnen optrekken, gingen enkele Brusselse straten tegen de vlakte, waaronder een straat die genoemd was naar Justus Lipsius. Antoine Wiertz: een Belgisch kunstenaar uit de negentiende eeuw die monumentale schilderijen maakte. Kon de Belgische regering ervan overtuigen om voor hem een atelier te bouwen in Brussel. Zijn atelier is vandaag een museum in de schaduw van het Europees Parlement. In deze wijk zijn altijd veel artiesten actief geweest. Zelfs Auguste Rodin had hier een atelier.
Le Berlaymont : afin de construire l’édifice de la Commission européenne, un couvent et une école pour jeunes filles ont été expropriés. Les religieuses du Berlaymont ont déménagé à Waterloo. La résidence Palace : ancien immeuble art-déco luxueux avec piscine privée, théâtre, parking souterrain et courts de tennis sur le toit. Construit en 1928, il n’avait point d’égal. Justus Lipsius : philologue et humaniste flamand du seizième siècle. Afin de pouvoir construire l’édifice du conseil européen, on a fallu supprimer quelques rues bruxelloises, dont une rue portant le nom de Justus Lipsius. Antoine Wiertz : artiste belge du dix-neuvième siècle ayant peint des tableaux monumentaux. Il avait convaincu le gouvernement belge de lui construire pour lui un atelier dans un quartier louche
de Bruxelles. Aujourd’hui son atelier est devenu un musée à l’ombre du Parlement européen. Beaucoup d’artistes ont été actifs dans ce quartier. Même Auguste Rodin y possédait un atelier.
reconstruction of the Wetstraat. Berlaymont = A convent and girls’ school were demolished in order to construct the Commission building. The Dames du Berlaymont moved to Waterloo. Résidence Palace = Once a luxurious art-deco apartment block, with its own swimming pool, theatre, underground garage and tennis courts on the roof. It was built in 1928 and was at that time a unique example of the genre. Justus Lipsius = A 16th century Flemish philologist and humanist. Several streets in Brussels were knocked down to build the Council Chamber including one named after Justus Lipsius.
64
Antoine Wiertz = Nineteenth century Belgian artist who painted huge pictures. He persuaded the Belgian government to build him a studio in what was then an obscure neighbourhood of Brussels. Today his studio is a museum in the shadow of the European Parliament. There have always been many artists at work in the area. Even Auguste Rodin once had a studio there.
65
NL
FR
EN
Brusselicious /Brusselicious / Brusselicious
Brusselicious / Brusselicious / Brusselicious Meer / More / Plus d’ info: www.brussels-gourmet.be
NL
FR
EN
Tips om de Brusselse menukaart te ontleden. Les goûts et les couleurs ne se discutent pas, maar over één zaak blijkt iedereen het eens: in Brussel kan je heel lekker eten, ook met een beperkt budget. Brussel telt meer dan 1.300 restaurants, met de meest uiteenlopende keukens. Bij de toerismedienst kan je gratis de ‘gourmet guide’ aanvragen: een selectie van de beste Brusselse restaurants en duiding bij al die vreemde woorden op de menukaart. Wij lichten alvast een tipje van de sluier op. Bloedpens: de bloedpens is geen gewone zwarte pens. De basisingrediënten zijn wel dezelfde: varkensbloed en darmen. Maar bloedpens is dikker en wordt in grote schijven gegeten. Bovendien is de
bloedpens niet helemaal zwart, maar gespikkeld. De witte stukjes zijn afkomstig van een varkenskop. Vegetariërs gelieve zich te onthouden. Brusselicious: in 2012 viert Brussel het jaar van de gastronomie. Brusselicious zal focussen op regionale en duurzame producten. Brusselse wafel: grote, rechthoekige wafel met diepe inkepingen en een heel luchtige structuur. Deze wafel eet je warm, met poedersuiker of slagroom. Niet te verwarren met de Luikse suikerwafel die je aan de meeste straatkraampjes kan kopen. Filet americain: bestel op restaurant geen steak tartare, maar filet americain: rauw gemalen vlees,
Trucs et astuces pour analyser le menu bruxellois. Les goûts et les couleurs ne se discutent pas, mais tout le monde est d’accord sur une chose : on peut bien manger à Bruxelles, même avec un budget limité. Bruxelles compte plus de 1.300 restaurants, aux cuisines les plus diverses. L’ office du tourisme t’offre gratuitement un ‘gourmet guide’ : une sélection des meilleurs restaurants bruxellois avec une explication des mots étranges figurant au menu. Nous levons déjà un coin du voile. Le bloedpens : n’est pas un boudin noir comme les autres. Les ingrédients de base sont les mêmes : du sang de porc et des boyaux, mais le bloedpens est plus épais et mangé en rondelles. De plus, le bloedpens n’est pas entièrement noir, mais tacheté. Les pièces blanches proviennent de la tête du
porc. Végétariens, s’abstenir ! Brusselicious : en 2012 Bruxelles fêtera l’année de la gastronomie. Brusselicious mettra en avant des produits régionaux et durables. La gaufre de Bruxelles : il s’agit d’une grande gaufre rectangulaire avec des encoches profondes et une pâte très légère. On mange cette gaufre chaude, avec du sucre glace ou de la crème fouettée. À ne pas confondre avec la gaufre de Liège, sucrée, qu’on vend dans de nombreuses échoppes dans la rue. Le filet américain : ne commande pas un steak tartare, mais un filet américain : de la viande hachée crue, servi avec des frites et de la mayonnaise, assaisonnée avec de la moutarde, de câpres, un jaune d’œuf, des échalotes et des cornichons. Les experts se disputent afin de savoir si on doit ou non aussi
Tips for deciphering the menu in Brussels Les gouts et les couleurs ne se discutent pas, but everyone agrees about one thing: in Brussels you can eat very well, even on a limited budget. Brussels has more than 1,300 restaurants, with the most varied kitchens. You can ask for the ‘gourmet guide’ at the tourist office : a selection of the best restaurants in Brussels and an explanation of all those strange words on the menu. We offer you just a peep behind the curtain. Bloedpens = The bloedpens is no ordinary black pudding. The basic ingredients are the same: pig’s blood and intestines. But bloedpens is fatter and is eaten in thicker slices. In addition bloedpens isn’t
completely black, but speckled. The white bits are from a pig’s head. Not for vegetarians. Brusselicious = in 2012 Brussels will be celebrating the year of Gastronomy. ‘Brusselicious’ will focus on regional and sustainable products. Brussels wafel = large, square wafel with deep imprints and a very light texture. It is eaten warm, with icing sugar or whipped cream. It is not to be confused with Liège sugar wafels that you can buy at most street stalls! Filet américain = in a restaurant don’t order ‘steak tartare’ but a ‘Filet américain’: raw minced meat, served with chips and mayonnaise. Accompaniments include mustard, capers, egg yolk, shallots and
66
67
NL
FR
EN
Brusselicious /Brusselicious / Brusselicious
NL
FR
EN
Brusselicious /Brusselicious / Brusselicious
geserveerd met frietjes en mayonaise. Wordt op smaak gebracht met mosterd, kappertjes, eigeel, sjalotjes en augurken. Kenners twisten over de vraag of er ook Engelse saus bij moet. Frietkot: koterij/kraam, vaak op een plein, waar vooral frietjes worden verkocht. Iedereen heeft een andere mening over wat nu het beste frietkot van Brussel is, maar Frit’Flagey en Maison Antoine
(Jourdanplein) kunnen op veel bijval rekenen in Europese middens. Als je de volgende keer in de kou staat aan te schuiven bij Antoine, weet dan dat zelfs Mick Jagger hier ooit een frietje kwam prikken. Geuze: dit typisch Brussels bier wordt gemaakt door oude en jonge lambiek te mengen. In de achttiende eeuw waren er in de vijfhoek nog 150 brouwerijen waar geuze werd gemaakt. Maar vandaag is er in het hele Brusselse Gewest nog eentje, Cantillon in Anderlecht. Half en half: drankje dat bestaat uit een halfje schuimwijn en een halfje witte wijn. Wordt bij voorkeur gedronken in de Cirio of de Falstaff, typisch Brusselse cafés vlakbij de Beurs.
ajouter de la sauce Worcester. La friterie : une échoppe, souvent sur une place, où on vend surtout des frites. Les avis sont partagés sur la meilleure friterie de Bruxelles, mais Frit’Flagey et Maison Antoine (place Jourdan) sont très populaires auprès les citoyens européens. La prochaine fois que tu feras la file chez Antoine, souviens-toi que même Mick Jagger jamais est passé par là. La gueuze : cette bière typiquement belge se
fabrique en mélangeant un vieux et un jeune lambic. Au dix-huitième siècle, il y avait 150 brasseries dans le Pentagone où l’on brassait de la gueuze. Aujourd’hui, il n’en reste plus qu’une dans la Région de Bruxelles-Capitale, la brasserie Cantillon à Anderlecht. Le half-en-half : une boisson constituée à moitié de mousseux et à moitié de vin blanc. Elle a été Inventée dans le Cirio, un café bruxellois dans la rue de la Bourse. Le kipkap : des abats hachés très finement, recouverts de gelée au vinaigre. Le pistolet : ce n’est pas une arme, mais un petit pain rond. La praline : bonbon à base de chocolat fourré. Il en existe une grande variété : le chocolat comme la farce ce déclinent de mille façons. À ne pas confondre avec la praline française, une amande
gherkins. Purists argue about whether Worcester sauce should be served with it. Frietkot = barrow/stall, often in the square, where you can buy chips. Everyone will have their own opinion about which is the best chip stall in Brussels, but Frit’Flagey and Maison Antoine (Jourdanplein) can definitely count on approval in European circles. Next time you are standing in the cold queuing at
Antoine’s, remember that no lesser a person than Mick Jagger once came here to get some chips. Geuze = this typical Brussels beer is made by mixing old and young lambic beer. In the eighteenth century there were still 150 breweries in the Pentagon where Geuze was brewed. But nowadays there is only one in the whole Brussels Region, Cantillon in Anderlecht. Half and half = a drink made of half sparkling and half white wine. It originated in the Cirio, a Brussels café in the Beursstraat. Kip-kap = small pieces of minced meat scraps covered in vinegar jelly. Pistolet = not a weapon, a small round bread roll.
68
69
NL
FR
EN
Brusselicious /Brusselicious / Brusselicious
Metrokunst / L’art dans le métro / Metro art Meer / More info: www.mivb.be (‘Bezoek Brussel’) Plus d’info : www.stib.be (‘visiter Bruxelles’)
NL
FR
EN
Kipkap: stukjes heel fijn gehakt vleesafval, bedekt met azijngelei. Pistolet: geen wapen, maar een klein, rond broodje. Praline: chocoladebonbon met vulling. Grote variatie zowel op het vlak van de chocolade als de vulling. Niet te verwarren met de Franse praline, een amandel omhuld met geroosterde suiker. Stoemp: puree van aardappelen gemengd met een groente (meestal wortel, kool of prei). Wordt opgediend met worst, spek of pensen.
Kom in het bos wonen / Bouwgrond te koop / Met toelating om alle bomen te rooien. Neem je geregeld de roltrap in het metrostation Mérode? Dan heb je bovenstaande woorden vast al een keertje gelezen. Ze maken deel uit van een enorm schilderij van Roger Raveel dat de muren van het metrostation kleurt. Het heet Vive la Sociale, bevat verwijzingen naar Van Eyck en James Ensor, en creëert een bevreemdende interactie tussen de geschilderde figuren en de toevallige passanten. Roger Raveel is niet de enige bekende kunstenaar wiens werk je in de Brusselse metro kan bewonderen: ook Paul Delvaux, Octave Landuyt, Pierre Alechinsky en vele anderen mochten zich uitleven in een station. Er komen trouwens nog steeds nieuwe kunstwerken bij.
enveloppée de sucre caramélisé. Le stoemp : un mélange de purée et de légumes (carottes, chou ou poireaux). Servi avec du saucisson, du lard, des lardons ou du boudin.
Venez habiter dans la forêt / Terrain à bâtir à vendre / Avec autorisation d’abattre tous les arbres. Vous passez régulièrement par la station de métro Mérode ? Alors vous avez probablement déjà lu, près de l’escalator, les mots qui apparaissent ci-dessus. Ils font partie d’une énorme peinture baptisée ‘Vive la sociale’ de Roger Raveel qui orne les murs de la station. L’oeuvre fait référence aux artistes Jan Van Eyck et James Ensor, et crée une interaction inattendue entre les passants et les personnages dépeints sur la fresque. Roger Raveel n’est pas le seul artiste connu dont on peut admirer les œuvres dans le sous-terrain bruxellois ; Paul Delvaux, Octave Landuyt, Pierre Alechinsky et bien d’autres ont pu exprimer
Praline = chocolate bonbon with a filling. There is a great variation in chocolate and filling. It is not to be confused with the French praline which is an almond covered in caramelised sugar. Stoemp = mashed potato mixed with a vegetable (usually carrot, cabbage or leek). It is served with sausage, ham or black or white pudding.
«Come and live in the forest/Building land for sale/with a permit to cut down the trees» Are you one of the regulars on the escalator at Mérode metro station? Then you’ve probably read those lines. They are part of an enormous painting by Roger Raveel that brightens up the walls of the metro station. It’s called ‘Vive la Sociale’, has references to Van Eyck and James Ensor, and creates a surprising interaction between the painted figures and the people who happen to be passing. Rogeel Raveel is not the only famous artist whose work you can admire in the Brussels metro: Paul Delvaux, Octave Landuyt, Pierre Alechinsky and many others that can also be enjoyed in a station. In fact new works of art are being installed all the time.
70
71
NL
FR
EN
Metrokunst / L’art dans le métro / Metro art
NL
FR
EN
Metrokunst / L’art dans le métro / Metro art
De metro is ondertussen de grootste ondergrondse kunstgalerij van Brussel. Toen in de jaren zestig de aanleg van de metrolijnen startte, werd besloten om via kunst elk station een eigen identiteit te geven. Het was ook een manier om het elitaire karakter van cultuur te doorbreken: via de metrostations konden mensen die nooit een tentoonstelling bezochten toch in contact worden gebracht met hedendaagse kunst. Op de website van de MIVB vind je informatie over de kunstwerken. Maar het is natuurlijk veel leuker om al dat moois in levende lijve te ontdekken. Veel heb je daar niet voor nodig: een metroticket volstaat. Ideale reisgenoot is de gids ‘Als kunst de metro neemt’: prachtige foto’s en tekst en
uitleg bij alle kunstwerken en hun makers (5 euro, verkooppunten op de website).
librement leur art dans les stations. La collection ne cesse d’ailleurs de s’agrandir. Le métro est ainsi devenu au fil du temps le plus grand musée souterrain de Bruxelles. Quand le projet d’un métro à Bruxelles apparait dans les années 1960, il fut décidé de donner à chaque station sa personnalité propre. C’était aussi une façon de briser le caractère élitaire de la culture : conscients ou non, des milliers de voyageurs qui ne visitent pas forcément les musées, côtoient à présent tous les jours l’art contemporain. Vous trouverez davantage d’informations sur les œuvres d’art dans le métro sur le site de la STIB. Mais c’est encore mieux bien sûr de pouvoir les découvrir en vrai. Il vous suffit pour cela d’être en possession d’un ticket de transport et le monde artistique souterrain s’ouvre à vous. Le compagnon
de voyage idéal est la brochure « Quand l’art prend le métro... » contenant de superbes textes et photos sur l’ensemble des œuvres exposées et leurs auteurs (5 euros, points de vente sur le site).
Meanwhile the metro is the largest underground art gallery in Brussels. When construction of the metro lines began in the sixties a decision was made to give each station its own identity through art. It was also a way to dispel the idea of art as elitist: in the metro stations people who never visited an exhibition could come into contact with contemporary art. You can find information about the works of art on the MIVB website. But of course it’s much nicer to discover all that beauty in the flesh as it were. All you need is a metro ticket. The guide Als kunst de metro neemt [When art takes the metro] is the ideal accompaniment: beautiful photos with text and explanation for all the works of art and their creators (5 euros, sales outlets on the website).
72
NL
FR
EN
73
Stadslegendes / Des légendes urbaines / Urban myths
Stadslegendes / Des légendes urbaines / Urban myths
NL
‘Een vooroordeel is moeilijker te splitsen dan een atoom’ (Albert Einstein)
1 Why does it always rain on me? Nee, het regent NIET altijd in Brussel. Onderzoek wijst uit dat het in België slechts zes procent van de tijd regent. 1 Brussel is een eldorado voor criminelen Brussel is niet onveiliger dan andere steden, integendeel. De afgelopen tien jaar nam de bevolking in Brussel steeds toe, terwijl het aantal misdrijven daalde. De Brusselse criminaliteitsgraad ligt lager (14,7 misdrijven per 100 inwoners in het eerste semester van 2010) dan die in Antwerpen (16,7),
FR
« Il est plus facile de désintégrer un atome qu’un préjugé » (Albert Einstein)
1 Why does it always rain on me? Non, il ne pleut pas tout le temps à Bruxelles. Des recherches montrent qu’il ne pleut que six pourcent du temps. 1 Bruxelles, un eldorado pour criminels La situation à Bruxelles n’est pas pire que celle que connaissent d’autres grandes villes. Au contraire : lors des dix dernières années, le nombre d’habitants à Bruxelles a augmenté tandis que le nombre de délits a quant à lui diminué. Le taux de criminalité bruxellois est descendu à 14,7 délits commis pour cent habitants au premier semestre de 2010, ce qui est loin derrière les autres grandes villes (Anvers,
EN
“It’s easier to split an atom than remove a prejudice” (Albert Einstein)
1 Why does it always rain on me? No, it doesn’t ALWAYS rain in Brussels. Research shows that it only rains 6 % of the time in Belgium.
1 Brussels is an ‘Eldorado for criminals’ Brussels is no more dangerous than other cities, quite the contrary. In the last ten years the population of Brussels has continued to grow, while the number of offences has fallen. The proportion of crimes committed is lower (14.7 offences per 100 inhabitants in the first half of 2010) than in Antwerp (16.7), Ghent (16.5), Mechelen (17.6), Charleroi (17.2) or Liège (23.3). that doesn’t make
74
Gent (16,5), Mechelen (17,6), Charleroi (17,2) of Luik (23,3). Dit maakt de criminaliteit waarmee sommige Brusselaars geconfronteerd werden niet minder reëel: elk misdrijf is er een te veel. 1 Brussels is the most boring city in the world Deze onflatteuze titel is te wijten aan de associatie die sommige mensen maken tussen ‘Europese instellingen’ en ‘saaie bureaucratie’. Nochtans zorgen 16,7 ; Gand, 16,5 ; Malines, 17,6 ; Charleroi, 17,2 ; Liège, 23,3). Ce bon résultat ne signifie pas que la criminalité à laquelle certains Bruxellois sont confrontés n’est pas réelle : toute criminalité est de trop. 1 Brussels is the most boring city in the world Ce titre peu flatteur tire son origine dans l’association faite par quelques personnes entre ‘institutions européennes’ et ‘bureaucratie ennuyeuse’. Les nombreux fonctionnaires, diplomates et lobbyistes the criminal activity with which some people in Brusselsare confronted any less distressing: one offence is one too many. 1 Brussels is the most boring city in the world We have the association that some people make between ‘European institutions’ and ‘boring bureaucracy’ to thank for this unflattering description. Nevertheless the many European officials, diplomats
75
NL
FR
EN
Stadslegendes / Des légendes urbaines / Urban myths
Betoging / Manifestation / Protesting
Betoging / Manifestation / Protesting
NL
de vele Europese ambtenaren, diplomaten en lobbyisten er mee voor dat Brussel een erg bruisende stad is. In Brussel wonen is elke dag een beetje reizen: je leert altijd nieuwe mensen kennen, uit alle hoeken van de wereld. Niet overtuigd? Brussel ontdek je niet vanuit een hop-on, hop-offbus. Het is een stad van mensen, niet van monumenten. Gebruik de trams. Die doorkruisen vaak grote stukken stad en glijden langs de meest uiteenlopende wijken. Hoekje om, en je slaat een andere wereld in. En hou je ogen open, want er gebeurt overal wel iets. De meeste activiteiten vind je op www.agenda.be.
FR
européens rendent Bruxelles plus vivante. Habiter à Bruxelles, c’est un peu voyager chaque jour : tu rencontres toujours des nouvelles personnes, venant de tous les coins du monde. Toujours pas convaincu ? Prends le tram. Bruxelles n’est pas une ville à découvrir dans un bus touristique. C’est une ville faite de personnes, pas des monuments. Les trams parcourent de grandes parties de la villes et glissent le long de quartiers toujours plus différents. Au coin de chaque rue, tu entres dans un autre monde. Ouvre grand tes yeux parce qu’il se passe toujours quelque chose. Découvre la plupart des activités sur www.agenda.be.
EN
and lobbyists help to make Brussels a very exciting place. When you live in Brussels every day is a bit of a journey: you are always getting to know new people, from all corners of the world. Not convinced? You can’t discover Brussels from a hop on/hop off bus. It’s a city of people, not famous buildings. Take the tram. These crisscross the city and rattle through a great variety of neighbourhoods. Turn a corner and you are in another world. And keep your eyes open, because there’s always something happening. You can find most activities at www.agenda.be.
76
Wie kwaad is, komt naar Brussel. Nergens ter wereld wordt er zo vaak betoogd als in Brussel. Elk jaar vinden hier meer dan vijfhonderd betogingen plaats, wat betekent dat er elke dag wel ergens tegen wordt geprotesteerd. Al moet je je hierbij geen Egyptische toestanden voorstellen: de meeste Brusselse betogingen verlopen gemoedelijk. Hoe komt dit? Brussel is hét Europese Quand on se fâche, on vient à Bruxelles. Bruxelles est la seule ville où l’on manifeste aussi souvent. Il y a en effet plus de cinq cent manifestations par an, ce qui signifie que chaque jour il y a au moins une manifestations quelque part. Ce n’est pas comparable avec les événements récents d’Egypte : la majorité des manifestations bruxelloises se déroulent dans une ambiance détendue. Comment expliquer cela ? Bruxelles est devenu le If you’re angry come to Brussels There are more demonstrations in Brussels than anywhere else in the world. More than 500 demonstrations take place every year, which means that every day someone is protesting about something. You mustn’t imagine something like the Egyptian uprising: most demonstrations in Brussels are good humoured. How has this come about? Brussels has become the
77
NL
FR
EN
Betoging / Manifestation / Protesting
NL
FR
EN
Betoging / Manifestation / Protesting
beslissingscentrum geworden. Wie door de Europese beleidsmakers wil worden gehoord, komt naar Brussel. Lobbyisten weten dit, betogers ook. Brussel staat symbool voor Europa: wie boos is op Europa, zal zijn woede uiten in Brussel. Belgen zijn bovendien geboren betogers. Britten en Amerikanen protesteren op een andere manier: ze grijpen vaker naar petities. Zo heeft elk volk zijn
eigen tradities. Is de Belg boos, dan trekt hij de straat op. Ook de Fransen doen dat, maar de Belgen nog net iets vaker. Deze betogingsdrift heeft verscheidene oorzaken. België heeft sterke vakbonden en een middenveld dat graag betoogt. Maar we leven vooral in een klein land. Ook wie in een verre uithoek van het land woont, is in twee uur in Brussel. De meeste betogingen in Brussel verlopen vreedzaam. Betogers begeleiden: voor de Brusselse politie is het routine geworden. De agenten stellen zich low profile op. Ze zijn vaak in burger gekleed; slechts bij uitzondering worden paarden of waterkanonnen ingeschakeld. Een betoging in Brussel loopt dan ook zelden uit de hand. Nochtans zijn het net de ontspoorde betogingen die de
centre des décisions européennes. Quand on veut être entendu par les politiques, on monte à Bruxelles. Les lobbyistes le savent, les manifestants aussi. Bruxelles est un symbole de l’Europe : quand on se fâche contre l’Europe, on s’exprime à Bruxelles. En plus, les Belges sont nés manifestants. Les Anglais et les Américains manifestent d’une autre manière : ils optent plus souvent pour des pétitions. Ainsi, chaque ‘peuple’ a ses propres traditions. Quand le Belge est
mécontent, il descend dans la rue. Les Français réagissent de la même manière, mais moins souvent que les Belges. Il y a différentes raisons à cette passion pour la manifestation. D’abord, en Belgique, il y a des syndicats forts et une société qui aime manifester. Et surtout, nous vivons dans un petit pays. Même si on habite « au bout du monde », on peut être à Bruxelles en deux heures. La majorité des manifestations à Bruxelles sont paisibles. Pour la police bruxelloise, accompagner des manifestants est une routine. Les policiers se font discrets. Souvent, ils sont en civil ; on ne fait que rarement appel aux chevaux ou aux canons à eau. Il est en effet rare qu’une manifestation à Bruxelles dégénère. Pourtant, ce sont ces quelques manifestations qui font les choux gras de la presse. Des fermiers qui jettent des œufs, ça attire l’attention. Et c’est justement l’attention qui est recherchée. Il reste tout
centre for decision making in Europe. Anyone who wants to be heard by the European policy makers comes to Brussels. Lobbyists know it, protesters know it. Brussels is a symbol of Europe: anyone who is angry with Europe will express his/her anger in Brussels. Besides Belgians are born protesters. Britons and Americans have different ways of making their voices heard: they often do it through petitions. Each country
has its own traditions. If the Belgian is angry he takes to the streets. The French do that too, but the Belgians just do it more often. There are various reasons for this urge to protest. Belgium has strong trades unions, and a mid-field that likes to protest. But the main thing is we live in a small country. Even someone living in a far corner of the country can be in Brussels in a couple of hours. Most demonstrations in Brussels pass off peacefully. Accompanying demonstrators: it’s become routine for the police in Brussels. The officers keep a low profile. They are often in plain clothes; horses or water cannon are only used in exceptional circumstances. In Brussels a protest rarely gets out of hand. Nevertheless it is just those protests that are derailed that bring the press. Farmers throwing eggs, that
78
79
NL
FR
EN
Betoging / Manifestation / Protesting
NL
FR
EN
Betoging / Manifestation / Protesting
pers halen. Boeren die met eieren gooien, dat trekt de aandacht. En laat ‘aandacht trekken’ nu net het doel zijn van een betoging. Dat lukt het best door veel volk op de been te brengen of door radicale middelen te gebruiken. Ook al bieden de sociale media heel wat andere mogelijkheden om actie te voeren, betogen blijft populair. Meer nog, Facebook & co zijn een geweldig
middel om snel veel volk op straat te krijgen. Bij deze, een stappenplan: hoe organiseer ik een betoging in Brussel? • In functie van het verwachte aantal betogers, zal de politie je een parcours toekennen. Weet dat de meeste organisatoren het aantal betogers aanzienlijk overschatten. • Ontvang je een toelating, dat gaat dit steeds gepaard met een lijstje voorwaarden: geen knalbommen, geen fakkels, geen dieren, geen helmen, geen bedekte gezichten,...
de même préférable de mobiliser un grand nombre de personnes que d’utiliser des moyens radicaux. La majorité des manifestations à Bruxelles se déroulent paisiblement et à une petite échelle. Bien que les medias offrent d’autres possibilités d’agir, manifester reste très populaire. En plus, Facebook & co constituent un moyen rapide et facile pour mobiliser un grand nombre de personnes.
Voici un plan d’action : comment organiser une manifestation à Bruxelles ? • Demande la permission au bourgmestre (il est en charge de la police) en te prenant au moins dix jours à l’avance. Mentionne ou, quand, pourquoi et avec combien de personnes tu veux manifester. • La police fait une analyse des risques : elle examine si la manifestation peux compromettre l’ordre publique et si elle respecte la loi belge. • Le bourgmestre peux refuser une manifestation, mais en pratique cela se produit rarement. • Qu’est-ce qui est interdit ? Les manifestations d’organisations terroristes, les messages à caractère haineux, les défilés de sept cent vaches… • En fonction du nombre de manifestants attendu, la police t’accordera un parcours.
attracts attention. And ‘attracting attention’ now becomes the aim of a protest. That works best by getting a lot of people on to the streets or by using radical means. Most protests in Brussels are small scale and do pass off peacefully. Although the social media also provide other possibilities for protest, demonstrating remains popular. Even more, Facebook & Co do provide fantastic tools for bringing people out on the streets quickly.
Here is a step by step plan: how to organise a protest in Brussels. • Ask permission from the burgomaster (= the police chief) at least 10 days in advance. State where, when, why and with how many people you want to march. • The police make a risk assessment: they look at whether the demonstration will endanger public order and if it is in accordance with Belgian legislation. • The burgomaster can refuse a permission for a demonstration, but in practice that rarely happens. What isn’t allowed? Demonstrations by terrorist organisations, hate slogans, bringing 700 cows along, …
80
81
NL
FR
EN
Betoging / Manifestation / Protesting
Kot à louer / Kot à louer / Digs to rent Meer / More / Plus d’info: www.vbbe.be
NL
FR
EN
• Organisatoren zijn zelf verantwoordelijk voor de veiligheid en moeten hun troepen in bedwang kunnen houden. De politie zorgt er wel steeds voor – ook al ben je maar met drie betogers – dat er agenten ter plaatse zijn om een oogje in het zeil te houden. • Succes!
Zeg me waar je woont en ik vertel je wie je bent. Tijdens je zoektocht naar een woning in Brussel, is je oog ongetwijfeld gevallen op bordjes met de boodschap kot à louer. De prijs van zo’n kot is aantrekkelijk en bovendien zijn er heel wat te vinden in Elsene en Etterbeek, gemeenten die hoog scoren op het verlanglijstje van expats. Je neemt er voor de zekerheid toch even het woordenboek bij: Kot ellendig -, vuil -, slecht huis of vertrek; kort; bergruimte; hok, nest; verblijfplaats voor dieren, [bijvoorbeeld] varkens-, honden-; Raar volkje, die Belgen? Geen paniek, verhuurders van koten zijn meestal geen huisjesmelkers.
Sache que tout organisateur qui se respecte à tendance à considérablement surestimer le nombre de manifestants. • Si tu reçois une permission, il y a encore une liste de conditions à respecter : pas de petites bombes, pas de flambeaux, pas d’animaux, pas de visages couverts, pas d’insultes au gouvernement ou au personnel de la fonction publique… • Les organisateurs sont responsables de la sécurité et doivent maîtriser leurs troupes. Néanmoins, il y aura toujours des agents de police pour contrôler tout, même quand il n’y a que trois manifestants. • Bonne chance !
Dis-moi où tu habites et je te dirai qui tu es. Au moment de ta recherche d’un logement à Bruxelles, tu as sans doute vu les écriteaux avec le message « kot à louer ». Le prix d’un tel kot est attractif et, de plus, il y en a beaucoup à Ixelles et Etterbeek, des communes populaires chez les expatriés. Prend d’abord le dictionnaire quelques instants : Kot misérable -, sale -, mauvaise maison ou pièce ; débarras ; réduit ; nid ; domicile pour animaux, [par exemple] porcs -, chiens -.
• The police will assign you a route depending on the expected number of protesters. Most organisers considerably overestimate how many will come. • If you do get permission, it will be accompanied by a list of conditions: no pary poppers, no flares, no animals, no helmets, no covered faces, no insults to the government or persons in authority, ... • Organisers are themselves responsible for safety and must be able to keep their troops in order. The police will make sure that there are officers in place to keep an eye on things even if there are only three of you protesting . • Good luck!
Tell me where you live and I’ll tell you who you are When you are looking for somewhere to live in Brussels undoubtedly your eye has been caught by ‘kot à louer’. The price of such a kot is attractive and besides there are quite a lot on offer in Elsene and Etterbeek, municipalities that score highly on expats wish lists. To make sure you pick up a dictionary and find: Kot wretched -, dirty -, poor house or room; cramped; storage; shed, nest; animal shelter, [for example] pigs-, dogs-; Funny folk aren’t they these Belgians? Don’t panic, Landlords with kots are not usually rack renters.
82
83
NL
FR
EN
Kot à louer / Kot à louer / Digs to rent
NL
FR
EN
Kot à louer / Kot à louer / Digs to rent
In België wordt de term ‘kot’ ook gebruikt voor een studentenkamer. Het woord is afkomstig uit het Nederlands, maar wordt ook door Franstaligen gebruikt. In elke Belgische studentenstad kan je dus koten huren. Een kot bestaat uit één kamer, vaak gemeubeld. Keuken en badkamer worden meestal gedeeld met andere studenten. In het weekend keren de meeste huurders van een kot (in Belgisch-Frans:
‘kotteur’ en ‘kotteuse’) terug naar mama en papa. In België huur je geen studentenkamer, maar ga je ‘op kot’. Studentenkamers zijn erg populair, maar in een echt kot (een ‘ellendig -, vuil -, slecht huis of vertrek’) wil niemand wonen. Bezoek verscheidene appartementen, vergelijk en informeer je goed voor je een huurcontract ondertekent. Bij twijfel, neem contact op met het Verbindingsbureau BrusselEuropa. Op onze website vind je alvast een voorbeeldcontract. Rest de vraag waar in Brussel je het best kan wonen. Het Brussels Gewest is een mozaïek van buurten met elk een heel eigen identiteit. Elke gemeente heeft andere troeven. Wie op zoek is naar een
Un peuple bizarre ces Belges ? Pas de panique, les loueurs de kots ne sont pas des marchands de sommeil. En Belgique, on utilise également le terme ‘kot’ pour le logement des étudiants. Le mots est dérivé du néerlandais, mais est aussi utilisé par les francophones. Tu peux donc louer un kot dans chaque ville universitaire belge. Un kot consiste en une chambre, généralement meublée. En principe, la cuisine et la salle de bains sont partagés avec d’autres étudiants.
Le week-end, la plupart des locataires du kot (appelés ‘kotteur/euse’) retournent chez eux. En Belgique, on ne loue pas un logement pour étudiant étudiants, mais on va ‘en kot’. Les logements des étudiants sont très populaires, mais personne ne veut habiter dans un vrai kot (une « misérable -, sale -, mauvaise maison ou pièce »). Visite plusieurs appartements, compare et informe-toi avant de signer un contrat de location. En cas de doute, prend contact avec le Bureau de Liaison Bruxelles-Europe. Sur notre site web, tu peux télécharger un modèle de contrat de bail. Il reste encore la question du meilleur endroit pour habiter à Bruxelles. La Région de BruxellesCapitale est une mosaïque de quartiers possédant chacun avec sa propre identité. Chaque commune a ses atouts. Celui qui cherche un partenaire doit choisir Ixelles dont la population est composée de
In Belgian the word kot is also used for a student room or digs. The word comes from the Dutch but is often used by French speakers. So in every Belgian student city there are koten to rent. A kot consists of one room, often furnished. Kitchen and bathroom are usually shared with other students. At the weekend most tenants of a kot (in Belgian French: kotteur and kotteuse) go home to Mum and Dad. In Belgium
you don’t rent a student room, you live op kot. Student rooms are very popular, but no one wants to live in a wretched, dirty, poor house or room. Visit a number of apartments, compare them and get plenty of information before you sign a tenancy agreement. If in doubt, contact the Liaison Office Brussels-Europa. You will find a specimen contract on our website. There is still the question of the best place to live in Brussels. The Brussels Region is a mosaic of neighbourhoods each with its own identity. Each municipality has its own treasures. If you are looking for romance, you had better plump for Elsene, where nearly 40 % of the population is single.
84
85
NL
FR
EN
Kot à louer / Kot à louer / Digs to rent
Justitiepaleis / Le Palais de Justice / Court House Meer / More / Plus d’info: www.brusselscourthousecontest.be
NL
FR
EN
lief, kiest voor Elsene, waar bijna veertig procent van de bevolking uit singles bestaat. De duurste gemeenten van het gewest zijn Sint-Lambrechts-Woluwe, Watermaal-Bosvoorde en Etterbeek. Anderlecht en Molenbeek zijn het meest betaalbaar. Heb je een geschikt appartement gevonden? Vergeet je niet in te schrijven op het gemeentehuis, ook al verblijf je slechts tijdelijk in Brussel.
Cyclopische architectuur. Het justitiepaleis is een van de meest indrukwekkende gebouwen van Brussel. Toch laten veel toeristen het links liggen en ook de meeste Belgen zijn er nog nooit binnen geweest. Wie aan de drempel staat, wordt overdonderd door de omvang van het gebouw. Dat is niet verwonderlijk: zowel de binnen- als buitenkant zijn ontworpen om de absolute suprematie van Justitie tegenover het individu te benadrukken. Advocaten in toga lopen haastig op en af. Je aarzelt om er binnen te stappen. Nochtans is het gebouw vrij toegankelijk, weliswaar alleen tijdens de week. Het justitiepaleis neemt 26.000 vierkante meter in, telt 8 binnenplaatsen, 27 grote en 245 kleine
presque quarante pourcent de célibataires. Les communes les plus chères de la Région sont WoluweSaint-Pierre, Watermael-Boitsfort et Etterbeek. Anderlecht et Molenbeek sont les plus abordables. Tu as trouvé l’appartement de tes rêves ? N’oublie pas de t’inscrire à la maison communale, même si tu ne restes que temporairement.
Architecture cyclopéenne. Le Palais de Justice est une des édifices les plus impressionnantes de Bruxelles. Beaucoup de touristes le laissent à côté tout comme la majorité des Belges qui ne l’ont jamais visité. Une fois sur le seuil, tu seras été ébahi par l’ampleur du bâtiment. Cela n’a rien étonnant : l’intérieur comme l’extérieur ont été conçus pour accentuer la suprématie absolue de la Justice. Des avocats en toge y vont et viennent. Tu hésiteras à y entrer. Pourtant, le bâtiment est libre au public, mais seulement pendant la semaine. Le Palais de Justice a une superficie de 26.000 mètres carrés et compte 8 cours, 27 grandes et 245 petites salles. L’imposante salle des pas perdus mesure 3.600 mètres carrés. Le palais est coiffé d’une
The most expensive places are Sint-Lambrechts-Woluwe, Watermaal-Bosvoorde and Etterbeek. Anderlecht and Molenbeek are the most affordable. Have you found a suitable apartment? Don’t forget to register at the local government offices, even if you are only staying in Brussels temporarily.
Architecture for a Cyclops The Court House is one of the most impressive buildings in Brussels. Yet many tourists ignore it and most Belgians have never been inside. Anyone who stands on the threshold is overwhelmed by the magnitude of the building. That is hardly surprising: both the interior and exterior were designed to emphasise the absolute supremacy of Justice towards the individual. Advocates in gowns hurry to and fro. You hesitate to go inside. Nevertheless the building is open to the public, although only during the week. The Court House occupies 26,000 m², has 8 inner courtyards, 27 large and 245 small rooms. The
86
87
NL
FR
EN
Justitiepaleis / Le Palais de Justice / Court House
NL
FR
EN
Justitiepaleis / Le Palais de Justice / Court House
zalen. De imposante salle des pas perdus is 3.600 vierkante meter groot. Een monumentale koepel van 24.000 ton en 142 meter hoog bekroont het paleis. In de negentiende eeuw was het het grootste gebouw ter wereld.. Architect Joseph Poelaert koos voor een eclectische stijl, met neo-Byzantijnse, Griekse en Romeinse elementen. Hij maakte het zichzelf niet gemakkelijk: de Belgische grondwet werd destijds
beschouwd als een voorbeeld voor andere naties en Poelaert vond dat het Justitiepaleis deze grootsheid moest weergeven. In 1866 werd de eerste steen van het justitiepaleis gelegd. Zeventien jaar later was het klaar. Poelaert was toen al overleden. Het megalomane project had de architect in de laatste jaren van zijn leven tot waanzin gedreven. Het Justitiepaleis heeft fervente voor- en tegenstanders. Collega-architect Victor Horta was hard in zijn kritiek: “Cyclopische architectuur ontsproten aan de verbeelding van een dwerg, zonder kennis van de menselijke schaal.” Wie het Brusselse justitiepaleis bezoekt, komt ogen tekort. Het is een imponerende en tegelijk bevreemdende ervaring. Maar een praktisch gebouw is het niet. Gebruikers verdwalen in het labyrint
couple monumentale de 24.000 tonnes culminant à 142 mètres d’altitude. Au dix-neuvième siècle, il était alors le plus grand bâtiment du monde. L’architecte Joseph Poelaert choisit un style éclectique avec des éléments grecs et romains. Les travaux débutèrent en 1866 et le Palais fut inauguré dix-sept ans plus tard. Poelaert était déjà décédé entretemps. Le bâtiment gigantesque ne pouvait pas plaire à tout le monde. L’architecte Victor Horta en émit
une critique violente : « Architecture cyclopéenne née de l’imagination d’un nain, sans notion de l’échelle humaine. » Les habitants du quartiers étaient également atterrés : une partie considérable du quartier des Marolles devait faire place à la construction du Palais de Justice. Les petites gens déplacées n’avaient d’autre revanche que le sobriquet dont ils parèrent l’architecte Joseph Poelaert dans le savoureux patois bruxellois des Marolles : ‘schieven architec’, qu’on pourrait traduire à peu près par ‘architecte de travers’. De nos jours, ces deux mots restent l’insulte suprême utilisée par les personnes pratiquant ce dialecte. Ce sobriquet peut être expliqué autrement : le dirigeant du chantier aurait toujours parlé du ‘chief architect’. Les Bruxellois l’auraient répété en le déformant : ‘skieven architec’.
imposing salle des pas perdus [waiting room] is 3,600 m² in area. A huge cupola (24,000 ton), 142 metres high, crowns the building. In the 19de century it was regarded as the largest building in the world. Architect Joseph Poelaert chose an eclectic style, with Greek and Roman elements. The first stone of the Court House was laid in 1866. It was completed seventeen years later. By then Poelaert
was already dead. Not everyone approved of the grandiose style. Fellow architect Victor Horta was stern in his criticism: “Architecture for a Cyclops originating from the imagination of a dwarf, without any knowledge of the human scale.” The neighbours were appalled. A large part of the traditional Marollenwijk had been cleared and demolished to make way for the Court House. The Marolliens gave Poelaert a nickname: “Skieven Architec” (Crooked Architect), a swearword that still exists in the Brussels dialect. There is another suggested derivation for the nickname: the English building site foreman would have talked about ‘The Chief Architect’. The local people took this over and made it into
88
89
NL
FR
EN
Justitiepaleis / Le Palais de Justice / Court House
Voetbal / Football / Football
NL
FR
EN
aan gangen, het is moeilijk te onderhouden en verwarmen en niet aangepast aan de huidige veiligheidsvereisten. Daarom wordt er gezocht naar een nieuwe invulling voor het justitiepaleis. Er werd een internationale ideeënwedstrijd georganiseerd waarbij mensen een visie kunnen ontwikkelen voor de toekomst van het gebouw die erfgoed en functionaliteit met elkaar rijmt. Blijft het een gerechtsgebouw, wordt het een museum, een hotel, een restaurant? Aan suggesties geen gebrek, maar een beslissing is nog niet genomen.
Word supporter van een Brusselse ploeg. Als je het echte Brussel wil leren kennen, word je supporter van een lokale voetbalploeg. Sfeer op en naast het veld verzekerd. Maar welke club te kiezen? Er is vast een ploeg die bij je persoonlijkheid past. 1De voetbalkenner Wie van topvoetbal houdt en graag op zeker speelt, kiest voor RSC Anderlecht. Paars-wit speelt sinds 1935 onafgebroken in eerste klasse en rijfde al dertig keer de landstitel binnen. De ploeg won vijf Europese bekers en speelt met toptalent uit de hele wereld: misschien voetbalt er wel een speler
Celui qui décide de visiter le Palais de Justice de Bruxelles a du pain sur la planche : cela reste une expérience tant impressionnante que surprenante. L’édifice est tout sauf pratique : les visiteurs s’égarent dans le labyrinthe des couloirs, il est difficile à entretenir et chauffer et non adapté aux exigences de sécurité d’aujourd’hui. C’est pourquoi on cherche aujourd’hui une nouvelle affectation au Palais de Justice. Un concours international d’idées a été lancé afin d’examiner l’avenir du palais de justice de Bruxelles et de ses alentours en laissant place à la créativité et à l’imagination. Le concours prévoyait deux scénarios : un palais de justice gardant une fonction juridique ou un palais de justice sans affectation judiciaire. Beaucoup de suggestions ont été faites, mais aucune décision n’a encore été prise.
Devenir supporter d’une équipe bruxelloise. Si tu veux connaître le vrai Bruxelles, tu dois devenir supporter d’une équipe football locale. L’ambiance sur et à côté du terrain est assurée. Mais comment choisir son club ? Tu trouveras certainement une équipe en accord avec ta personnalité. 1L’expert en football Si tu aimes le top du football et que tu aimes la sécurité, tu choisiras le RSC Anderlecht. Depuis 1935, les Mauves et Blanc jouent en première division et se sont en effet forgés un superbe palmarès dans lequel on trouve entre autres 30 titres nationaux. L’équipe a gagné cinq coupes d’Europe et fait jour des joueurs de haut niveau mondial : peut-être y-a-t-il un joueur de ton équipe national qui joue au
‘Skieven Architec’. If you visit the Court House in Brussels your eyes will be popping out of your head. It is an imposing and at the same time surprising experience. But it isn’t a practical building. Those who have to use it get lost in the labyrinth of corridors, it is difficult to heat and maintain and isn’t adapted to the current safety requirements. So a new use is being sought for the Court House. An international competition was organised to find a vision for the future development of the building combining heritage and functionality. Is it to continue to house the law courts, should it become a museum, an hotel, a restaurant? There is no shortage of suggestions, but as yet no decision has been taken.
Supporting a team in Brussels If you want to get to know the real Brussels, support a local football team. Atmosphere on and off the pitch assured. But which club to choose? There’s certain to be a club just right for you. We can help you choose. 1The football buff | www.rsca.be If you like Premier League football and probably like to play, choose RSC Anderlecht. Since 1935 the purple and whites have played in the First Class without a break and have won the national championship 30 times. The team won five European Cups and has top class talent from all over the world:
90
91
NL
FR
EN
xx /xx / xx
NL
FR
EN
xx /xx / xx
uit jouw nationale ploeg bij RSCA? De 26.361 plaatsen van het Constant Vanden Stockstadion zijn meestal allemaal bezet. Anderlecht hoort samen met Club Brugge en Standard tot de grote drie van België. Meer info: www.rsca.be 1De nostalgische ziel Wie houdt van vergane glorie, kiest voor Royale Union Saint-Gilloise. De club werd opgericht in 1897 en speelt in het prachtige Joseph Marienstadion in het Dudenpark. Union was de meest succesvolle Belgische club voor de Tweede Wereldoorlog en veroverde elfmaal de landstitel. Union is nog steeds recordhouder op het vlak van het aantal opeenvolgende ongeslagen wedstrijden (60) in
de Belgische eerste klasse. Eind jaren veertig ging het een eerste keer bergaf met Union. De familiale club slaagde er niet in zich aan te passen aan de professionalisering van het voetbal. De ploeg verdween naar tweede klasse, maar keerde snel terug. In de jaren zestig kreeg Union het opnieuw moeilijk. In 1973 zakte ze definitief weg uit eerste klasse en begin jaren tachtig volgde het dieptepunt: vierde divisie. Vandaag speelt de club in derde klasse. Meer info: www.rusg.be 1De eeuwige optimist Wie support voor FC Brussels, steunt zijn ploeg door dik en dun en gelooft in beterschap. Het gaat
RSCA ? En général, les 26.361 sièges du Stade Constant Vanden Stock sont occupés. Anderlecht, Bruges et le Standard sont les trois meilleures équipes de Belgique. Plus d’info : www.rsca.be. 1L’âme nostalgique Si tu aimes les anciennes gloires, tu choisiras la Royale Union Saint-Gilloise. Fondé en 1897, le club joue au magnifique Stade Joseph Marien au Parc Duden. Avant la seconde Guerre mondiale, l’Union était le club belge ayant le plus de succès avec onze titres nationaux. L’Union est toujours détentrice du record d’une série de 60 matches sans défaites en première division belge. À la fin des années quarante, l’Union a connu un premier déclin. Le club familial n’a pu s’adapter au professionnalisme demandé alors par le football. L’équipe est descendue en seconde division, puis
est rapidement retournée au sommet. Dans les années soixante, les problèmes revinrent. En 1973, le club quitta à nouveau la première division pour se retrouver finalement au point le plus bas : la quatrième division. Aujourd’hui, le club se trouve en troisième division. Plus d’info : www.rusg.be. 1L’optimiste éternel En tant que supporter du FC Brussels, tu soutiendras l’équipe et croiras qu’elle va s’améliorer. Le club de Molenbeek ne va pas bien. Après le saison 2007/08, il est descendu en seconde division et risque encore maintenant de chuter. FC Brussels est né en 2002 de la fusion de RWD Molenbeek et KFC Strombeek. Plus d’info : www.fc-brussels.be.
perhaps there’s someone from your national side playing for RSCA? The 26,361 seats in the Constant Vanden Stock Stadium are nearly always full. Anderlecht is one of the top three in Belgium together with Club Brugge and Standard. 1The nostalgic soul | www.rusg.be If you are fond of past glory, go for l’Union Saint-Gilloise. The club was founded in 1897 and plays in the beautiful Joseph Marien Stadium in the Dudenpark. Union was the most successful Belgian club before the Second World War and took the national title eleven times. Union still holds the record for the number of successive unbeaten matches (60) in the Belgian First Class.
At the end of the 1940s things began to go downhill for Union. The family club didn’t succeed in adapting to the new professionalism in football. The team was relegated to the Second Class, but was promoted again soon. In the sixties Union ran into difficulties again. In 1973 it was finally relegated First Class and at the beginning of the eighties it hit rock bottom: Fourth Class. Nowadays the club plays in the Third Class. 1The eternal optimist | www.fc-Brussels.be Anyone who supports FC Brussels supports his team through thick and thin and dreams of better days. In fact things are not going well for the club from Molenbeek. After the 2007/08 season the
92
93
NL
FR
EN
xx /xx / xx
NL
FR
EN
immers niet goed met de club uit Molenbeek. De ploeg zakte na het seizoen 2007/08 naar tweede klasse.. FC Brussels ontstond in 2002 uit de fusie van het roemrijke R.W.D. Molenbeek en K.F.C. Strombeek. Meer info: www.fc-brussels.be 1De familieman Wie graag met het hele gezin naar het voetbal trekt, kiest voor White Star Woluwe. Het stadion van de club uit Sint-Lambrechts-Woluwe ligt in een groene oase, de kinderen kunnen er naar hartenlust ravotten terwijl je naar de match kijkt. Bovendien hangt er een gemoedelijke, positieve sfeer. De club ontstond uit het amateurvoetbal en wist op tot klimmen tot derde klasse. Meer info: www.whitestar.be
xx /xx / xx
Nog één laatste voetbaltip: bij Europese en wereldkampioenschappen vat je best post aan het beursgebouw. Daar vieren de supporters van het winnende team steeds uitbundig feest. Voetbal als demografisch instrument: werkelijk elk land, hoe klein ook, is vertegenwoordigd in Brussel. Dat leren ons de feestende massa’s aan het beursgebouw tijdens elk voetbalkampioenschap.
1Le familial
FR
Si tu aimes les sorties football en famille, tu choisiras les White Stars Woluwe. Se trouvant dans une oasis verte, le stade de ce club de Woluwe-Saint-Lambert occupe les enfants grâce à au jardin pendant que, toi, tu regardes le match tranquillement dans une ambiance amicale et positive. Initialement club de football amateur, le White Star a gravi les échelons jusqu’en troisième division. Plus d’info : www.whitestar.be. Le dernier astuce football : pendant les coupes du monde ou d’Europe, tu peux te rendre près de la Bourse. C’est là que les supporters de l’équipe gagnante font la fête. Le football est comme un instrument démographique : chaque pays, si petit qu’il soit, est représenté à Bruxelles. Les foules de gens fêtant les victoires à la Bourse à chaque compétition de football le prouvent. club sank back into the Second Class and now is even at risk of being relegated to the Third Class. FC Brussels was created in 2002 from a merger of the renowned R.W.D. Molenbeek and K.F.C. Strombeek. 1The family man | www.whitestar.be If you like to go to the match with the whole family, choose White star Woluwe. The club’s stadium in Sint-Lambrechts-Woluwe stands in a green oasis, the children can romp around to their heart’s content while you watch the match and there is a friendly, positive atmosphere. The club developed from amateur football and has been able to progress into the Third Class.
94
NL
One last football tip: for European and World Championships take up your position at the Beurs. The supporters of the winning team whoop it up. Football as a demographic indicator: actually every country, however small, is represented in Brussels. We can see that from the crowds celebrating at the Beurs during every football championship.
95
EN
Nuttige websites Je kan steeds bij ons terecht met al je vragen over Brussel: www.vbbe.be
Op stap in Brussel www.visitbrussels.be www.agenda.be www.cinenews.be www.arsene50.be www.brusselsmuseums.be www.kunstberg.com www.shopinbrussels.be www.resto.be www.brusselslife.be www.spottedbylocals.com/brusselswww.use-it.be www.atomium.be www.biponline.be
Nieuws uit Brussel www.brusselsnieuws.be www.tbx.be
Overzicht van blogs over Brussel: http://kreature.be/planmetro.html
Brussel praktisch Officiële website van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest: www.brussel.irisnet.be Hoe je verplaatsen in Brussel? www.mobielbrussel.be Openbare werken vandaag en morgen: www.openbareruimtebrussel. be MIVB (bus, tram en metro): www.mivb.be Villo (huurfietsen): www.villo.be Cambio (autodelen): www.cambio.be Carpooling: www.carpool.be Treinen: www.nmbs.be Luchthaven (Zaventem): www.brusselsairport.be Vuilnisophaling in Brussel: www.netbrussel.be Een vraag over gas en elektriciteit in Brussel? www.brugel.be Minder vervuilen en verbruiken: www.leefmilieubrussel.be Monumenten en landschappen: www.monument.irisnet.be