.
Voorbereiding: 1. Je kunt op meerdere manieren beelden overzetten: a. Sluit je video- of fotocamera aan op de pc (eventueel via een laadstation) b. Sluit een kaartlezer met de geheugenkaart van je camera aan op een pc c. Plaats de geheugenkaart in de pc kaartlezer d. Gebruik de bronbestanden van USB-stick, CD-rom, DVD of andere dataopslag op je pc. 2. Om sneller te werken kopieer je de bronbestanden (video, afbeeldingen, geluid) naar een aparte map op de harde schijf van de pc.
Als je Windows movie maker opent, activeer dan het deelvenster: Filmtaken (klik op de knop Taken) Je kunt dan de drie filmtaken in deelhandelingen afwerken.
Stroomlijn van handelingen binnen Windows movie maker • • • • • • • • • • •
Importeer de bronbestanden (video, foto's, audio of muziek) en plaats ze in een nieuwe collectie. Sleep de beelden in de goede volgorde naar de tijdbalk onder aan het scherm, de beelden worden nu al elkaar gekoppeld tot een film. Je hebt nu een ruwe montage gemaakt. Sla deze montage op als project. Bekijk het resultaat. Bewerk het resultaat, maak scènes op lengte, voeg nieuwe beelden (b.v. foto's) toe. Voeg overgangen, effecten, titels toe. Voeg geluid toe en maak dit op lengte. Sla het eindresultaat op Maak een film van je project, bepaal de grootte in relatie met het gebruiksdoel en plaatsing. Plaats de film op een videoportaal of binnen een digitale leeromgeving.
Misschien wel het allerbelangrijkste: gebruik de Help knop van Moviemaker. Je treft hier documentatie, overzichtsinformatie en procedures voor het uitvoeren van veelvoorkomende taken en het maken van films in Windows Movie Maker. In de procedures wordt beschreven hoe je Windows Movie Maker gebruikt met menuopdrachten.
Hieronder worden de handelingen uit de stroomlijn afzonderlijk besproken.
Bestanden in Collecties plaatsen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Kopieer je bronbestanden naar een map op de computer. Open Windows Moviemaker. Kies voor: Bestand, Importeren in Collecties... Er opent zich een venster: Bestand importeren, je kunt nu naar de map gaan met je bronbestanden. Selecteer de bronbestanden die je wilt monteren, vink aan: Clips maken van videobestanden. Klik op: Importeren. Maak een nieuwe collectie aan: Klik met je rechtermuisknop op Collecties en kies voor: Nieuwe collectie 8. Geef de map: nieuwe collectie een passende naam (in dit voorbeeld heet de collectie: Labvaardigheden) 9. Sleep geïmporteerde videobeelden naar de gekozen collectiemap 10. Kies nu ook afbeeldingen, muziekbestanden of andere noodzakelijke bestanden en importeer deze op dezelfde wijze naar de gekozen collectiemap. Hieronder zie je een afbeelding van een collectie..
Je bent nu startklaar om te monteren.
Tips om te werken met Moviemaker Eerste TIP: Standaard staat Moviemaker ingesteld op: Storyboard. Wij gebruiken: Tijdlijn. Dit geeft meer detail en werkt uiteindelijk makkelijker. Tweede TIP: alle clips zijn genummerd (code)! Bij het importeren komen zij op opnamevolgorde, genummerd achter elkaar te staan in de collectie. Je kunt scènes die je -per abuis- hebt verwijderd tijdens het montageproces dus weer eenvoudig tussenvoegen in de tijdlijn. Derde TIP: door het Videospoor uit te vouwen (klik op het + teken naast Video) krijg je de: videoclips, overgangen en audio in beeld. Dit geeft je beter zicht op het resultaat van je montage ingrepen.
Ruwe montage van bronbestanden maken
Je kunt de clips nu achter elkaar plaatsen in de volgorde die jij wenst. 1. Klik met je linkermuisknop op de videoclip die je gaat gebruiken. Houd de muisknop ingedrukt en sleep de clip naar de juiste plaats op de tijdbalk. Doe dat ook met overige clips en media (afbeeldingen, audio/muziek) 2. Sla nu eerst deze ruwe montage op als: project. Kies voor een logische naam voor je filmproject! 3. In het videovenster kun je de montage bekijken door op de play knop te klikken. 4. Nu kun je de ruwe montage verder te bewerken (verfraaien) met overgangen, titels of video effecten.
Clips en geluid op lengte (tijdsduur) maken Hier staat uitleg over het echte monteren (op lengte maken) van de verschillende clips en geluidfragmenten. Montagemogelijkheden: 1. Selecteren van clips en audio en deze met behulp van je muis (slepen) inkorten. Selecteer eerst de clip die moet worden ingekort. Klik eenmaal met je muis op de clip. Ga met je muisaanwijzer aan het begin van de clip staan. Er verschijnen twee rood gekleurde pijltjes. Klik en sleep om de clip bij te knippen. Op het afspeelvenster kun je precies bepalen bij welk fragment de knip gemaakt moet worden. Laat de muisknop los op dit punt. De clip is nu ingekort. Deze handelingen kun je op alle afzonderlijke clips of binnen 1 enkele clip toepassen. 2. Het knippen van scènes. Start de clip door op de knop Afspelen van het filmvenster te klikken. Druk op het punt waar de clips gesplitst moet worden op de Pauze knop. Klik nu rechts eenmaal op het icoon splitsen. De clip wordt gesplitst in twee gedeelten bij het huidige frame. Verwijder op de tijdlijn het niet-gewenste gedeelte door dit te selecteren en op Delete te drukken.
Een andere manier om clips te splitsen is om gebruik te maken van de tijdlijn zelf. Zet de blauwe verticale lijn (met het blauwe blokje boven de lijn kun je dit slepen) op het gewenste punt. Kies in het menu Clip voor de optie: Splitsen. De scène wordt nu in twee delen gesplitst. Selecteer het niet-gewenste deel en verwijder dit door op Delete (toetsenbord) te drukken. Je kunt de clip aan het begin van je film uit 'zwart' laten opkomen. Dit heet: Infaden Je kunt de laatste clip van je film ook op 'zwart' zetten. Dit heet: Uitfaden Gebruik hiervoor de werkbalk: Clip / Video / en kies voor: Uitfaden of Infaden. 3. Geluidsbestanden op lengte maken. Op dezelfde wijze als hierboven beschreven kun je geluidsbestanden op maat maken. Plaats de muisaanwijzer op het bestand, selecteer het bestand en verplaats (klik en sleep!) of knip het op de gewenste lengte. Je kunt, als je hier ervaring mee opgedaan hebt, de muziek laten eindigen als ook de film afloopt. Als je kiest voor: Clip / Audio, krijg je bovendien de mogelijkheid de muziek weg te draaien of op te laten komen (uitfaden/infaden) in de film. Je kunt het geluid van afzonderlijke clips apart aan of uit zetten. Selecteer met de rechtmuisknop de clip en kies voor: Dempen. afb: venster met audio bewerkingen.
4. Afbeeldingen, animaties, foto's bewerken. Sleep en plaats dit soort bestanden uit je collectie naar de tijdlijn. Identiek als hierboven beschreven kun je de bestanden selecteren, knippen en slepen op gewenste lengte (tijdsduur). Door in het filmvenster te klikken op de afbeelding van het fototoestel kun je een schermfoto maken en opslaan. De schermfoto kun je toevoegen in de tijdlijn.
Overgangen Tussen de verschillende scènes van je videofilm kun je 'video-overgangen' plaatsen. Tussen de beide gekozen scènes zal dan een vloeiende overgang te zien zijn. Hoe doe je dit? Selecteer de tweede clip en sleep deze, met ingedrukte linkermuisknop over de eerste clip heen. Nu ontstaat een overlapping. Hoe verder je overlap sleept, des te langer duurt de overgang tussen de twee clips. fase 1: klik en sleep
fase 2: de overgang is geplaatst en zichtbaar op het spoor: Overgang.
Je kunt ook kiezen voor een aantal speciale overgangen. Deze kun je vinden onder de knop: Extra/Video overgangen. Selecteer de overgang van je keuze in de galerie. Sleep de overgang naar de gewenste plaats op de tijdlijn. De overgang wordt geplaatst op de clip en wordt zichtbaar op het spoor: 'Overgang' van de tijdlijn. Hieronder een aantal van de (60 stuks!) beschikbare mogelijkheden:
Effecten Het is ook mogelijk een speciaal effect toe te voegen aan je film. Denk daarbij aan: een film oud doen lijken, film in sepia of zwart-wit maken, lichter of donkerder van kleur... Selecteer met je muis een effect en sleep dit naar de gewenste plaats op de tijdlijn. Op de tijdlijn zie je de plaatsing terug door het verschijnen van een blauwe ster. Hieronder zie je een aantal van de 28 beschikbare mogelijkheden:
Titels en aftiteling toevoegen Je kunt op verschillende plaatsen titels aan je films toevoegen. Klik op een van de mogelijkheden en typ daar de gewenste tekst in. Je kunt ook nog kiezen voor verschillende 'animaties', lettertypes, letterkleur, achtergrondkleur. Als je tevreden bent met je keuzes klik dan op: Gereed. Het resultaat wordt toegevoegd in de tijdlijn. Hieronder voorbeelden van de keuzes met invoervelden:
Gebruik de opties om lettertype, lettereigenschappen, letterkleur, achtergrondkleur van het titelveld, mate van helderheid, lettergrootte, en uitlijning vast te stellen.
Er zijn 34 verschillende animaties beschikbaar, bij het onderdeel: 'Verantwoording' zijn 9 keuzes beschikbaar.
Geluid of muziek toevoegen aan je film Je kunt een geluidbestand uit je collectie kiezen en dit naar het audio/muziek spoor slepen. Je kunt zelf ook tekst opnemen met de geluidsrecorder en een microfoon op je computer en dat toevoegen aan de film. Klik op het icoon van de microfoon op de tijdlijn om het onderstaande venster in beeld te krijgen. Je kunt nu stapsgewijs tekst inspreken, stoppen en toevoegen aan de montage.
Klik op het icoon: Audioniveaus instellen, om de geluidsterkte van video opname en muziek/ingesproken tekst te regelen. Er verschijnt een venster met een schuifknop die de mogelijkheid geeft de geluidsniveaus te regelen (zie afbeelding hieronder).
De video onderdelen op de tijdlijn
Als je alle mogelijkheden (geluid, overgangen, effecten) in de tijdbalk geplaatst hebt heb je een eindresultaat van je montage. Hierboven zie je voorbeeld van een eindmontage op de tijdlijn. 1. 2. 3. 4. 5.
Op de Videolijn staan: Titel en aftiteling, verschillende scènes en gebruikte afbeeldingen. Op de Overgang lijn staat de gekozen overgangen tussen de scènes. Op de Audiolijn staat het geluid van de videobeelden (dat samen opgenomen is). Op de lijn Audio/Muziek staat een muziekbestand. Op de lijn Overlaytitel staan de titels die over de videobeelden heen verschijnen.
Sla de montage weer op via: Bestand, Project opslaan. Je hebt nu een video montage gemaakt. Je kunt nu de Film afwerken en daarna gebruiken.