Stroomgebiedsafstemming Rijnwest ER in combinatie met meetgegevens
Stroomgebiedsafstemming Rijn-West 2
Opdrachtgever: Rijn West Begeleidingsgroep / beoordelingsgroep: Provincies, RAO, KRW-Kernteam Rijn West, Waterschappen, Werkgroep monitoring, werkgroep nutrienten. Doel: de ‘afwenteling’ van stoffen in beeld brengen
Resultaat 3 Rapportage heeft de volgende inhoud: Een beeld van de verdeling van rivierwater over de verschillende takken in NL Een beeld van de vrachten (direct en indirect via gemalen) op deze takken Een beeld van de invloed van NL ten opzichte van BL De bronnenverdeling volgens ER De afwenteling van stoffen in beeld: – – – –
Waterschappen onderling Afwenteling van en naar Rijkswateren Afwenteling naar de Noordzee Afwenteling naar beschermde gebieden
Een oplegnotitie met de belangrijkste conclusies en aanbevelingen
Schematisatie
Verdeling van het debiet over de takken van het hoofdwatersysteem binnen Rijn-west 5
Legenda Rijn
0.6
Maas
0.6
5 58 .3
7.5 29.2
7
3.7 21.7
14.63.7
24. 2
1.2 21.7 4.9
0
71.3
3 20.
6.2
31.6
11.3
31.6 0
7.5 29.2
27.4 11.3
43.8
71 .3
12.6
.6 28
5
12
9 15.
10 0
Een beeld van de invloed van NL ten opzichte van BL 6
Tabel 4-1 Overzicht karakteristieken van het stroomgebied, debiet en jaarvrachten in de Rijn (Lobith) en de toevoeging in Rijn-West (gemiddeld over de hydrologische jaren 2006-2010) Oppervlak in 1000 km2
Inwoners (mln)
Debiet (m3/s)
Totaal-N (*1000 kg)
Totaal-P (*1000 kg) 9199
Koper (*1000k g) 280
Zink (*1000 kg) 1152
Lobith
160
50,3
2217
218963
Toevoeging in Rijn-West
8,1*
8,5
95
17031
1610
33,2
110
Toevoeging in procenten**
5,1%
17%
4,2%
7,2%
14,9%
10,6%
8,7%
Belasting door gemalen***
10252
939
8,2
32,5
Directe belasting o.b.v. ER
2936
115
23,1
62
Directe belasting door RWZI’s
3841
555
1,9
15,4
Uitsplitsing toevoeging in Rijn-West
*Totaal oppervlak Deelstroomgebied Rijn West. Het noordelijk deel van HHNK is naar schatting 1600 km2 groot en loost op de Waddenzee. Wanneer dit oppervlak niet wordt meegerekend is het gebied dat toelevert aan de Rijn 6500 km2 (4,1%). ** Gebaseerd op ER-data van 2010 is directe belasting van Koper en Zink respectievelijk 13,1 en 23,5 ton (toevoeging 7,7% respectievelijk 5,8%). *** Inclusief RWZI’s die indirect (via die gemalen) op Rijkwateren lozen
Schematisatie
Directe RWZI lozingen Op rijkswateren
Indirecte RWZI lozingen (via gemalen) “Lozingen” op rijkswateren via gemalen
Rijkswater
Directe bronnen op de rijkswateren en uiterwaarden: ER-gegevens
TOT-N
Bronnen
17%
17%
GEMALEN 66%
ER RWZI
Cu
Metingen van – RWZI’s die op rijkswateren lozen – Gemalen
4%
26% GEMALEN ER
70%
RWZI Cu
6% 36%
Gegevens ER van: – RWZI’s (allen, dus ook controle van aangeleverde gegevens RWZI’s die op RW lozen) op basis van metingen – Directe lozingen op gebieden Rijkswaterstaat (meest berekeningen) met bronverdeling – Vrachten en bronnenverdeling van brongebieden (waterschappen)
58%
Verdeling van de vracht op de takken van het hoofdwatersysteem binnen Rijn-west 9
Verdeling van bronnen in Rijn West (ER) + directe lozingen RWZI’s 10
Riolering en RWZI's Effluenten lozingen op Rijkswateren Riolering en RWZI's Ongezuiverd rioolwater Verkeer en vervoer Zeescheepvaart Verkeer en vervoer Recreatievaart Verkeer en vervoer Railverkeer Riolering en RWZI's Effluenten lozingen 1% Overige industrie Metaalelektro (SBI:28 t/m 35) Overig Atmosferische depositie Landbouw Uit- en afspoeling landelijk gebied
N 60%
7% 3% 2% 18%
3%
9%
De bronnenverdeling volgens ER (Stikstof) 11
3.000.000 2.500.000
7 miljoen kg
2.000.000 Landbouw Uit- en afspoeling landelijk gebied 1.500.000
Riolering en RWZI's Effluenten lozingen op Rijkswateren Riolering en RWZI's Ongezuiverd rioolwater
1.000.000
Riolering en RWZI's Effluenten lozingen
Overige industrie Voedings- en genotmiddelenindustrie (SBI:15) 500.000
Overig Atmosferische depositie Landbouw Glastuinbouw afvalwater
0
Consumenten Huishoudelijk afvalwater Chemische Industrie Chemische Industrie (SBI:241 exclusief 2415)
De schijnbare retentie…. 12
Schijnbare retentie[1] (verhouding totale emissie in ER tot emissie berekend in deze studie) per beheersgebied en per stof "Retentie" N
"Retentie" P
"Retentie" Cu
"Retentie" Zn
HH Amstel, Gooi en Vecht
0.8
0.9
3.2
2.1
HH van Schieland en de Krimpenerwaard
1.0
1.7
4.2
3.4
Waterschap Rivierenland
1.6
2.3
2.1
1.9
HH De Stichtse Rijnlanden
14.4
3.2
14.8
13.6
HH Hollands Noorderkwartier
12.3
8.8
5.4
4.8
HH van Delfland
1.7
0.8
5.3
2.5
Waterschap Hollandse Delta
1.0
1.0
3.0
3.7
HH van Rijnland
1.5
1.0
3.6
2.1
Een ‘schijnbare retentie’ van 2 betekent dat de helft van de emissie die wordt berekend in de ER-database wordt gemeten [1]
De vragen 13
Wat kunnen we wel met de informatie uit de ER? Met andere woorden wat hebben we?
Wat kunnen we niet met de informatie uit de ER? Met andere woorden wat missen we?