Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 1 van 28
Encountertherapie Ervaringsgericht leren en ontwikkelen door verdiepende ont-moeting(en)
[Alleen jij kunt het, maar je kunt het niet alleen]
Omdat
“Iedereen te maken heeft met lijden” “Hoe eenzaam men ook is, er altijd een vorm van verbondenheid is” “Problemen niet alleen in relatie tot anderen ontstaan maar er ook in kunnen worden uitgeklaard” “Gedeelde smart meer is dan halve smart” “Het geheel is meer dan de som der eenheden” “Genezende factoren in groep heel groot kunnen zijn” “Het gehele werkelijke leven is… ontmoeten”
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 2 van 28
Definitie
Encountertherapie (E-therapie) is -
een vorm van groepspsychotherapie met beperkte groepsgrootte en onder specifieke voorwaarden waarbij de groepsleden de kans krijgen over zichzelf te praten én over de ervaren contacten met de andere groepsleden waardoor een dynamisch groepsgebeuren geactiveerd wordt en zodoende de genezende factoren gestimuleerd worden ter bevordering van het individuele en het groepsbewustzijn.
Encounter is afgeleid van ‘to encounter’ en staat voor ‘ontmoeten’. Ontmoeten kan op verschillende manieren bekeken worden: -
-
elkaar letterlijk ontmoeten in een cirkel (lichamelijk, zintuiglijk) jezelf figuurlijk ontmoeten (gewaarwordingen, gedachten, gevoelens, fantasieën, gedragingen, weerspiegelingen, behoeften, kwaliteiten, valkuilen, uitdagingen en ergernissen) de ander(en) figuurlijk ontmoeten (ervaringscontact) ont – ‘moeten’: geen moeten maar willen, mogen en kiezen
Doelstelling
Het doel van E-therapie is – zoals uit het JOHARI-venster (zie bijlage 1) kan begrepen worden – (1) bewustwording van jezelf (2) temidden van anderen (sociale context) (3) in functie van het kunnen maken van betere keuzes (zelfsturing) en het ontwikkelen van intimiteit, (4) binnen het collectieve evolutieplaatje waarin elkeen een unieke rol te vervullen heeft. We streven: - naar het vergroten van je Open Gebied (kennis over jezelf en anderen) - door het verkleinen van je Geheime Plek (via onthullingen over jezelf) en je Blinde Vlek(ken) (via feedback van anderen) - opdat het Onbewuste bewuster gemaakt wordt (onder begeleiding van moderator) - waardoor je meer inzicht, vertrouwen, (keuze)vrijheid en verbondenheid ervaart in je leven Filosofisch uitgedrukt willen we: 1. Moed vinden om te veranderen wat we kunnen veranderen 2. Gemoedsrust vinden om te aanvaarden wat we niet kunnen veranderen 3. Wijsheid vinden om onderscheid te maken tussen beide
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 3 van 28
De Encountervisie: de universele mensvisie
E-therapie vertrekt net zoals voor de bouw van een woning vanuit een idee en fundamenten. Deze visie of raamwerk heeft betrekking op de mens, op crisis en succes en op het leven. Een visie geeft richting, perspectief en nodigt uit tot constructief handelen. Elke mens kijkt naar de wereld vanuit een bepaalde lens of bril. Deze lens of bril bepaalt wat we gaan zien en welke besluiten we kunnen trekken. Als de kleuren van mijn brilglazen blauw zijn dan is voor mij de werkelijkheid blauw, zijn ze echter groen dan is voor mij de werkelijkheid groen, enz… Dé werkelijkheid is ECHTER kleurloos en krijgt pas kleur door de bril van waaruit je kijkt! Even een voorbeeld ter verduidelijking. Als het regent zou je kunnen zeggen van: “de regen maakt mij neerslachtig.” Op datzelfde moment zegt een landbouwer, die al een hele tijd snakt naar wat neerslag voor zijn akkers: “joepie, de regen maakt mij gelukkig.” Op zich regent het maar gewoon, het is hoe je zelf de regent bekijkt en beoordeelt dat bepalend is voor de gevolgen (geluk of ongeluk). Een mensvisie zegt iets over de ‘kijk’ die je hebt op het wezen ‘Mens’. Het bevat al jouw bewuste en onbewuste antwoorden op vragen zoals: is de mens van nature goed of slecht? Is de mens een toevallige creatie der natuur of eerder een afgezant van een hogere macht? Is de mens een ‘slaaf der driften’ of een ‘black box’ of meer een ‘wezen dat streeft naar groei en verlichting’? Bestaat de mens als individu, afgesneden van de rest, of eerder als een onderdeel van een collectieve ketting? Is de mens te beschouwen als een lichaam mét een geest of geest mét een lichaam? Is de mens verantwoordelijk voor zijn daden of eerder slachtoffer van omstandigheden? Het menselijke gedrag wordt grotendeels bepaald door de levensvisie die men bewust en onbewust opgebouwd heeft. Deze visie, stelsel van waarden en overtuigingen kleurt ons denken, voelen, willen en handelen. De mensvisie van waaruit de E-therapie gestalte krijgt is universeel (holistisch) gekleurd. De mens wordt gezien – vanuit het perspectief van eenheid en verbondenheid (cohesie) – als een totaliteit van lichamelijke, geestelijke en gevoelsmatige componenten, deel uitmakend van een universele en particuliere geschiedenis, en behorend tot een bepaalde cultuur. Het is een mensvisie waarbij we op een realistische én optimistische wijze naar het wezen ‘Mens’ kijken. Vooral het geloof in de potentiële mogelijkheden – die diep kunnen verscholen liggen – staat hierbij centraal. Deze visie wordt verder vertaald tot een zestal kernachtige uitgangspunten: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Het Zelf in het midden De / Het Ander(e) als spiegel De Transacties als bind- en groeimedium De Hier-en-Nu focus De Groep als creatief helpend veld De Groepsmoderator als coachend leider Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 4 van 28
De zes uitgangspunten
I.
Het Zelf in het midden
Elke mens drijft in essentie op twee heel sterke verlangens: 1. Vermijden van pijn (overlevingsbehoefte) 2. Streven naar geluk (behoefte aan liefde en ontplooiing) De Ik-persoon van de mens streeft naar aandacht en eigenbelang omdat het: 1. Er wil bij horen (aanvaarding) 2. Invloed wil hebben (gelding) 3. Genegenheid nodig heeft (liefde) Op grond van deze natuurlijke behoeften ontwikkelt elke mens: 1. Een buitenkant of het publieke zelf (imago, masker) ter profilering én bescherming van zichzelf 2. Een binnenkant of het private zelf (innerlijke wereld, schaduw) ter bescherming én verdieping van zichzelf Door angst niet geaccepteerd of geliefd te worden ontstaat er vaak een grote kloof tussen de buitenkant en de binnenkant. Hoe groter de kloof, hoe groter de kans dat men uit balans geraakt. Men is zichzelf niet, kent zijn ware zelf niet, past zich voortdurend aan en loopt verloren of ligt constant dwars en raakt mateloos gefrustreerd. Hierdoor kunnen problemen van allerlei aard ontstaan (lichamelijk, mentaal, emotioneel, relationeel, familiaal, professioneel enz.) Ontwikkelen als mens betekent hoofdzakelijk het in evenwicht brengen of verzoenen van buitenkant en binnenkant. Het betekent ‘leren omgaan met tegengestelde behoeften of polariteiten. Zich realiseren dat er diepere behoeften meetellen die belangrijker zijn dat bijvoorbeeld enkel erkenning, waardering door de buitenwereld. Zonder evenwicht is er weinig mogelijkheid tot ontplooiing van het potentieel van de mens. Ontwikkelen betekent dus ook het vormgeven van de potentiële persoonlijkheid vanuit de persoonlijke behoeften, waardenschaal, talenten, eigenschappen binnen het geheel der relaties en levensomstandigheden. Hoe meer een mens zich focust op ontplooiing van zichzelf, hoe meer liefde en geluk hij ontdekt en ervaart. Binnen de E-therapie sta je ondanks het groepsgebeuren Zelf centraal, net als alle andere groepsleden voor zichzelf centraal staan. Jij staat voor jezelf in het midden want: - alles omringt jou - alles wordt vanuit jouw positie ervaren, zowel lichamelijk, zintuiglijk, mentaal, gevoelsmatig als sociaal - jij bent aanwezig met al je bewuste en onbewuste persoonlijke behoeften, talenten en andere kenmerken
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
II.
Pagina 5 van 28
De / Het Ander(e) als spiegel
Elke mens is tegelijkertijd uniek (en dus verschillend) én universeel (en dus gelijkwaardig). Uniek omdat iedereen van nature uit een intrinsiek pakket van talenten, kenmerken en mogelijkheden bezit. Er bestaan geen twee mensen met dezelfde vingerafdruk, en ieders levensverhaal is vanuit evolutionair oogpunt op de as van tijd en ruimte een ‘enig’ punt. Universeel omdat we in essentie gelijkwaardig zijn aan elkaar. Elke ‘ander’: - wordt ergens geboren, bestaat even en sterft op een bepaalde tijd - bezit een lichaam, geestelijke vermogens, verlangens, een persoonlijke en familiale geschiedenis, een talentenpakket en een potentiële toekomst - heeft kwaliteiten, valkuilen, uitdagingen en ergernissen - ontwikkelt zich binnen een bepaalde socioculturele context We hebben niet één Ik maar eerder meerdere Ik-ken, verschillende delen binnen onze persoonlijkheid ook wel onze schaduwkanten of alter-ego’s genoemd. Deze andere Ik-ken komen tot uiting via relaties met anderen (in de groep). Elke ander groot of klein, dik of dun, blank of zwart, mooi of lelijk, lief of wreed biedt ons een spiegel aan waarin we (gebieden van) ons zelf kunnen herkennen, ontdekken en leren liefhebben. De realiteit is echter dat we anderen meestal als een bron van angst, ergernis, kwaadheid, verdriet, enz. zien… Ontwikkelen als mens is gestoeld op het zien van de ander als een spiegel als een bron van leren (in plaats van als een doelwit). Het zien van de ander als een soort gelijke of evenbeeld bevordert de openheid, de samenwerking en de verruiming van jezelf en de diverse groep(en) waar je deel van uitmaakt (gezin van herkomst, familie, jeugdvrienden, kennissenkring, eigen gezin, studie en beroepskring, verenigingen, encountergroep,…). “Als jij je stoort aan een gedrag bij de ander, verander het dan in jezelf”, zo luidt de wijze boodschap van Bond Zonder Naam. Binnen de E-therapie sta jij dus niet enkel Zelf centraal, er is ook een belangrijke connectie met de andere aanwezigen: letterlijk en figuurlijk wordt een dynamische kring gevormd, een relatieveld waarbinnen elk groepslid (jezelf incluis) een levendige schakel is, dat model staat voor de ander. III.
De Transacties als bind- en groeimedium
Transacties als bindmiddel… Elke mens kan gezien worden als een open systeem dat een immense massa aan informatie van buiten en binnen in beweging brengt. Anders gezegd, een energiekanaal van materiële (voeding, drank, enz.) en immateriële informatie (gedachten, gevoelens, fantasieën, zintuiglijke indrukken, taal, enz) waarbij de informatie actief en passief, bewust en onbewust verwerkt wordt.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 6 van 28
Als open systeem staat de mens voortdurend via zijn Ik-persoon in verbinding met zichzelf en de andere(n). Communicatie gebeurt door transacties (uitwisselingen): - Binnenin (intern) en naar buiten toe (interactief) - Willens (bewust) en nillens (onbewust) - Verbaal en nonverbaal (intuïtief, lichaamsgericht, mentaal en gevoelsmatig) Door communicatie komt de mens in eerste instantie tegemoet aan de basisbehoeften van erbij horen, invloed hebben en affectie. Er ontstaat binding, contact en dusdanig verbondenheid met zichzelf én de ander(en). Ontwikkelen als mens kan slechts door zich te verbinden met zichzelf (eigenliefde) én met de anderen (altruïsme). Een boom dient in de eerste plaats diep geworteld te zijn in de aarde om te overleven en tot een typische vitale vorm uit te groeien. Enkel wanneer er aarding is kan er aanv-‘aarding’ gebeuren. Ten tweede verhoogt de waarde van de boom door deel uit te maken van een bos. Enkel wanneer er gevoelsmatige houvast is, kan men zich engageren voor een diepere verkenning en intimiteit, kan men ‘houden van…’ En: van liefdevolle warmte gaan mensen groeien! Transacties als groeimiddel… Communicatie zorgt dus voor een gevoel van verbondenheid. Daarnaast schept het ook een voedingsbodem voor ‘volwassen zelfontplooiing’ ofwel een ‘gezonder en gelukkiger persoonlijk, relationeel, sociaal en professioneel leven’. Wanneer men zich veilig, geborgen en zeker voelt, ontwaakt procesmatig meer verantwoordelijkheidszin. Men wordt bewuster van de eigen verlangens, wensen of dromen en men zoekt willens nillens naar mogelijkheden om deze te realiseren. Geen geluk zonder erkenning en vormgeving van de eigen waarden en verlangens … Anders gezegd: naast het ‘nemen’ (of vragen) haalt men ook uit het ‘geven’ heel veel persoonlijke voldoening: - Over-‘geven’ - Ver-‘geven’ - Zichzelf vorm-‘geven’ - Terug-‘geven’ - Door-‘geven’ - … Door de voortdurende transacties met anderen uit de omgeving leert men enerzijds zichzelf beter kennen, begrijpen, bijsturen, waarderen, relativeren en respecteren. Anderzijds ontwikkelt men belangrijke sociale vaardigheden (luisteren, gesprek voeren, mening geven, zich inleven, feedback geven, enz.) Een belangrijke voorwaarde hierbij is dat men een leerhouding bezit, een houding waarbij men zelf ‘wilt’, zelf ‘probeert’, zichzelf ‘kritisch evalueert’ en vooral ‘blijft leren’. Op die manier is men sneller geneigd openhartiger te zijn betreffende de eigen geschiedenis, de ‘roots’, de persoonlijke angsten, frustraties en dromen, de positieve en negatieve kanten van zichzelf, enz.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
De andere groepsleden feedbackgevers. Dankzij persoonlijke valkuilen en wanneer men zelf wil leren
Pagina 7 van 28
en moderator fungeren dan als luisteraars én hen ontdekt men de eigen blinde vlekken, de andere schaduwkanten. Ontwikkelen kan dus pas én de ander(en) toelaat als een bron van leren.
Binnen de E-therapie leert men communicatie begrijpen vanuit het model van Transactionele Analyse (zie bijlage 2). Dit model leert ons dat (rekening houdende met de sterke Ik-nood aan aandacht én het vaak diepgewortelde gemis aan verbondenheid) een mens zich op drie ‘hoofdmanieren van zijn’ kan uiten, zowel bewust als onbewust: 1. De Ouderzijnswijze 2. De Volwassenzijnswijze 3. De Kindzijnswijze Deze zijnswijzen kunnen als software van onze persoonlijkheid beschouwd worden of ook wel als de hoofdbronnen van gedrag. Elke zijnswijze heeft een oorsprong, een positieve en negatieve aard, en schept patronen van transacties tussen mensen, ofwel actie – reactie patronen. We streven naar het scheppen van een klimaat waarin intimiteit kan ontstaan: afwezigheid van (macht)spelen, de emancipatie van de Volwassene in de mens en de gebondenheid aan de positie ik ben ok – jij bent ok. Ontwikkelen betekent het innemen van een zelfbewuste en zelfverantwoordelijke houding in relatie tot het eigen leven en dat van anderen. Men verlaat de slachtofferpositie (‘och-arme ik’) en neemt de maximale verantwoordelijkheid op voor de eigen aandelen, keuzes in de relationele werkelijkheid (bijvoorbeeld het effect dat men heeft op andere mensen, groot én klein). Dit geldt zowel voor bewuste als onbewuste handelingen! Binnen de E-therapie stellen we ons daarom de volgende vragen ter onderzoek: 1. Vanuit welke zijnswijze communiceer ik (meestal) en waarom? 2. Waarom kies ik niet voor de Volwassene (zijnswijze) 3. Welke situatie in mijn leven herhaalt zich hier? Dergelijke onderzoeksvragen houden ons wakker en brengen inzicht bij om bepaalde psychosociale problemen uit te klaren. IV.
De Hier-en-Nu focus
We zijn als mens zelden of nooit echt daar waar we zijn. Als we letterlijk ‘hier’ zijn, zijn we zelden figuurlijk ‘hier’, integendeel, meestal zijn we afwezig ‘in’ de situatie. In een gesprek, tijdens een activiteit, aan tafel, enz. zijn we lichamelijk aanwezig, doch in gedachten veelal ergens anders: in het verleden of in de toekomst, ‘daar’ maar zelden alert in het ‘hier-en-nu’
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 8 van 28
Dit ‘ontsnappen’ uit het moment kan wel nuttig zijn: dagdromen zijn bijvoorbeeld gezond voor het brein ter ontspanning en ten behoeve van onze creativiteit. Ook in situaties van ernstige dreiging, geweld, mishandeling kan (mentaal – gevoelsmatig) ‘ontsnappen’ nodig zijn om de gruwelijke realiteit te vermijden. Verwerking van ervaringen kan echter niet zonder dat we gebeurtenissen, ervaringen bewust herinneren, herbeleven, hierover praten en de essentie ervan in ons leven integreren. In het hier – en – nu zijn betekent dat je heel aandachtig en alert bent voor de samenhang van innerlijke en uiterlijke gebeurtenissen op een gegeven moment. Door bijvoorbeeld actief te luisteren naar wat een ander vertelt, heb je tezelfdertijd ook aandacht voor zowel je eigen lichaamssignalen, je gedachten, je gevoelens als voor wat er ondertussen bij de ander(en) gebeurt. Deze ‘hier-ennu’ focus maakt je zelfbewuster en zorgt ervoor dat je meer afstand kunt nemen, dat je meer kunt loslaten. Dit is een leerproces en vraagt heel veel oefening omdat we doorgaans opgeslorpt worden door onszelf of de ander. Een aantal hulpvragen helpen om dit leerproces te stimuleren [Zelfbewust: hier en nu, momenteel…] - Waar ben ik mee bezig? - Waar denk ik aan? - Wat voel of wil ik? - Wat zou ik willen zeggen? - Hoe gedraag ik me? [Bewust van de ander] - Wat zie ik bij de ander(en) - Wat hoor ik bij de ander(en) - Wat roept dat bij me op? Ontwikkelen als mens kan slechts door in (zelf)bewustzijn te groeien en dit wordt gestimuleerd door een alerte hier-en-nu gerichtheid, een bewust waarnemen van de innerlijke en uiterlijke omstandigheden op een gegeven moment. V.
De E-groep als creatief helpend veld
We weten nu (1) dat we zelf in het centrum van ons leven staan, (2) dat andere mensen in ons leven specifieke kennis over onszelf weerspiegelen, (3) dat we ons door interacties met anderen verbonden voelen en zodoende (4) er op deze manier een draagvlak voor persoonlijke ontwikkeling ontstaat, waarbij hier-ennu alertheid ons helpt naar bewuster leven en communiceren. Zoals voorheen gesteld heeft elke mens nood aan opname in een groep. We zijn fundamenteel sociale wezens; maken (meestal) deel uit van een gezin, een familie, een vriendenkring, een studiekring, een werkkring, een straat, een dorp, een stad, een land, enz. Van nature streeft iedereen naar gelijkstemming, naar een erkende plaats in een collectief systeem. Deze mentale en gevoelsmatige houvast zorgt voor een stimulans van actie en verantwoordelijkheidszin. Bij afwezigheid hiervan ervaart met diepe (vaak verborgen) eenzaamheid en dit leidt niet zelden tot passiviteit en lusteloosheid.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 9 van 28
Gelet op het feit dat alle psychosociale problemen steeds in relatie tot anderen ontstaan, kunnen deze bijgevolg ook getransformeerd worden in relatie tot anderen. Ook al zijn de anderen vreemd voor ons, zij hebben m.a.w. geen aandeel in onze persoonlijke geschiedenis, toch kunnen zij in het herstelproces een zeer belangrijke invloed hebben. We kunnen de E-groep vergelijken met een sociale microkosmos. De persoonlijke buitenwereld van elk groepslid wordt in de groep gekristalliseerd, d.w.z. dat je sociaal leven buiten de groep zich binnen in de groep herhaalt. Belangrijke figuren in je leven vandaag en vroeger kunnen opnieuw tot leven gebracht worden via de personen in de groep waarin jij je bevindt, ‘hier-en-nu’. De persoon die bijvoorbeeld recht over je zit kan gedachten en emoties bij je wakker maken die terug gaan naar een tijd waarbij je problemen had met je vader, moeder, broer, zus, partner of kind, e.a. Er ontstaat een soort van ‘laboratoriumsituatie’ waarbinnen de individuele leden samen een dynamische ketting of geheel vormen, boordevol geschiedenis en potentieel. De groep kan dan als een voeding- en herstelbodem fungeren, waarbinnen de verschillende individuele verhalen kunnen verenigd en gekatalyseerd worden. We begrijpen allen de (wiskundige) logica dat je met méér mensen méér kunt bereiken. Persoonlijke genezing en groei worden gestimuleerd door enerzijds persoonlijke factoren (bewustzijn, wilskracht, inzet, volharding) en anderzijds 11 groepsfactoren (zie bijlage 3): 1. Universaliteit 2. Wekken van hoop 3. Geven van informatie 4. Verbeteren door herbeleving van oorspronkelijke gezinssituatie 5. Ontwikkelen van sociale vaardigheden 6. Nabootsend gedrag 7. Catharsis 8. Leren van elkaar 9. Existentiële factoren 10.Groepscohesie 11.Altruïsme Ontwikkelen als mens betekent in dit opzicht dat we ons durven openstellen voor gelijkgestemden opdat we vanuit deze ervaring van verbondenheid kunnen doorgroeien tot individuen met een uitgesproken visie en persoonlijkheid VI.
De groepsmoderator als coachend leider
De groepsmoderator is de leider. Hij start de groepssessie, begeleidt het groepsproces en sluit de sessie af. Hij ‘leest’ de mensen en situaties in de groep individueel en collectief en bestudeert de onderlinge verbanden en patronen. Hij luistert naar hun verhalen, voelt met hen mee en leert ze zichzelf begrijpen. Hij leert ze ook anders denken, anders kijken en andere keuzes maken in het leven en (terug) meer vertrouwen op elkaar.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 10 van 28
Hij kijkt voorbij de individuele problematiek en nodigt uit tot diepere reflectie. Hij bewaakt het dynamische groepsgebeuren op basis van de 6 peilers en de grondprincipes respect, authenticiteit en empathie Door zijn positie-inname belichaamt de groepsmoderator ook de ‘autoriteit’ (regels, structuur, ouderlijke macht, …) wat ook tot moeilijke confrontaties kan leiden die bespreekbaar gemaakt worden. Ontwikkelen als mens vergt de aanvaarding van je plaats in de groep én t.a.v. de autoriteit. Aanvaarding van de regelgevende en zorgdragende autoriteit leidt tot de aanvaarding van de eigen innerlijke autoriteit of macht
Ontwikkelen als mens (samenvattend) Betekent hoofdzakelijk het in evenwicht brengen of verzoenen van buitenkant en binnenkant. Betekent dus ook het vormgeven van de potentiële persoonlijkheid Is gestoeld op het zien van de ander als een spiegel, als een bron van leren (in plaats van als een doelwit) Is pas mogelijk door zich te verbinden met zichzelf (eigenliefde) én met de anderen (altruïsme). Kan pas wanneer men zelf wil leren én de ander(en) toelaat als een bron van leren. Betekent het innemen van een zelfbewuste en zelfverantwoordelijke houding in relatie tot het eigen leven en dat van anderen Geschiedt door in (zelf)bewustzijn te groeien en dit wordt gestimuleerd door een alerte hier-en-nu gerichtheid, een bewust waarnemen van de innerlijke en uiterlijke omstandigheden op een gegeven moment. Houdt in dat we ons durven openstellen voor gelijkgestemden opdat we vanuit deze ervaring van verbondenheid kunnen doorgroeien tot individuen met een uitgesproken visie en persoonlijkheid Vergt de aanvaarding van je plaats in de groep én t.a.v. de autoriteit. Aanvaarding van de regelgevende en zorgdragende autoriteit leidt tot de aanvaarding van de eigen innerlijke autoriteit of macht Door te ontdekken wie men in wezen is, wat men diep vanbinnen wilt en wat niet, door in te zien dat men Zelf in het centrum straat, de Ander en al het Andere een spiegel is, open communicatie het middel tot groei is, het hier – en – nu een ontdekkingsveld is, en de autoriteit buiten als een afspiegeling van de autoriteit binnenin, dan pas kan men zichzelf totaal leren uitdrukken van binnenuit naar buiten toe. Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 11 van 28
Bijlage 1 Het JOHARI-venster INDIVIDU Bekend
Onbekend
Bekend
A. Het Openbare Gebied
B. De Blinde Vlek
Onbekend
C. De Geheime Plek
D. Het Onbewuste
ANDER
Dit venster is ontworpen door Joe & Harris Het weerspiegelt kennisvelden betreffende mijn persoon. De 4 kennisvelden ontstaan via interactie met mezelf door zelfonderzoek en met anderen door dialoog. INDIVIDU: de persoon zelf ANDER: een ander persoon Bekend: wat aanwezig en geweten is, wat bewust is, wat de ervaring vertelt, wat willens is Onbekend: wat aanwezig en niet geweten is, niet (echt) bewust is, wat nillens is De 4 velden van kennis betreffende mezelf verwijzen naar de ruimere omtrek en diepere aard van zelfkennis A. Het Openbare Gebied Kennis die bekend is voor het individu en voor de ander. Dit verwijst naar het actuele beeld dat iemand van zichzelf heeft (zelfbeeld) dat identiek is aan het beeld dat anderen van hem hebben (gedeelde zelfbeeld). Bijvoorbeeld: Jan is een man, groot, slank van rond de veertig, heeft twee kinderen, heeft huwelijksproblemen en kan goed tekenen. Hoe groter dit kennisveld wordt, hoe waarachtiger iemand wordt. Men ervaart meer keuzevrijheid en men kan meer positieve waardering aan zichzelf en anderen geven én ontvangen.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 12 van 28
B. De Blinde Vlek Kennis die bekend is voor anderen en onbekend voor het individu. Dit verwijst naar de informatie die iemand heeft over de ander terwijl deze persoon zich daar niet van bewust is. Dit kan info zijn betreffende iemands uiterlijk, gedrag, persoonlijkheid, sociaal leven enz. Bijvoorbeeld: Jan vindt van zichzelf dat hij telkens naar zijn woorden moet zoeken, terwijl de ander opmerkt dat Jan echter zeer verbaal vaardig is. Of Jan benoemt zichzelf als een luistervaardig iemand, terwijl hij vaak een ander onderbreekt. De uitdrukking “Men ziet de splinter in iemands vinger maar de balk niet in eigen oog” illustreert het bestaan van de blinde vlek. Hoe meer we onszelf (en zelfbeeld) in vraag stellen plus ons moedig durven openstellen voor feedback (positieve en negatieve) van anderen, hoe minder blinde vlekken we hebben, hoe groter onze zelfkennis dus wordt. C. De Geheime Plek Kennis die bekend is voor onszelf en (relatief) onbekend voor anderen. Het betreft informatie betreffende ons levensverhaal, de positieve en de negatieve ervaringen én daden, verborgen gedachten, gevoelens, verlangens, talenten enzovoorts. Bijvoorbeeld: Jan voelt zich eerder aangetrokken door mannen doch gezien zijn leeftijd, huwelijk en vaderschap durft hij zich hierover in de maatschappij niet te uiten. Jan droomt er ook stiekem van om avontuurlijk rond te trekken doch quasi niemand weet hiervan. De geheime plek herbergt dus de schaduwkanten van het individu. Angst, schaamte, schuldgevoelens zijn vaak emoties die ervoor zorgen dat deze informatie diep verscholen blijft. Hoe meer men drempelvrees of geremdheid overwint om uiting te geven aan wat geheim en verborgen zit, hoe meer ademruimte men verwerft. De opluchting zorgt voor een groter vrijheidsgevoel en legt de basis voor een vernieuwd zelfvertrouwen D. Het Onbewuste Kennis die (relatief) onbekend is voor het individu en voor de ander. Het betreft informatie betreffende diep verborgen drijfveren van het individu, meerder individuen en het collectief. Dergelijke informatie is niet onmiddellijk toegankelijk voor de zintuigen, het verstand, het gevoel en de fantasie.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 13 van 28
De toegang tot de taal van het Onbewuste vergt inzicht. Er zijn toegangssleutels hiertoe en dit is in eerste instantie een belangrijke opdracht voor de groepstherapeut. Het diep verborgene in het individu en de groep komt aan het licht doorheen het interactiegebeuren én het groepsproces (verbaal en nonverbaal). Bijvoorbeeld: Jan voelt een onverklaarbare afkeer ten aanzien van kinderen en ontdekt – door de verschillende onthullingen van andere groepsleden over hun geschiedenis van misbruik – dat hij zijn vroegkinderlijke ervaringen van misbruik door vader al die tijd heeft verdrongen. Wat later in therapie en geïnspireerd door een ander lid uit de groep herontdekt Jan zijn onontwikkeld muziektalent en start hij met veel enthousiasme en zin voor avontuur een opleiding. Net zoals bij het beeld van een ijsberg is de belangrijkste voedingsbodem van de mens onder het oppervlak van het waarneembare te situeren. Het Onbewuste van de mens is een oneindig diepe en fascinerende realiteit van waaruit voor het verstand logische en onlogische fenomenen tevoorschijn komen. Ons leren openstellen voor de onzichtbare dimensie en krachten in ons leven is cruciaal ter opbouw van het ruimer begrip van onszelf en de werkelijkheid waarin we leven. Hoe meer inzicht in het Onbekende hoe groter onze actieradius van liefde en mededogen voor het leven wordt.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 14 van 28
Bijlage 2 TRANSACTIONELE ANALYSE van E. Berne Algemeen
Transactionele Analyse is een persoonlijkheidstheorie die in de jaren 1950 tot 1973 ontwikkeld werd door de Amerikaanse psycholoog Eric Berne. Vertrekpunt is de vergelijking van het bewustzijn met een videorecorder. Alles wat binnen ons bewustzijn is geweest werd erin nauwkeurig geregistreerd en opgeslagen en kan worden afgespeeld in het heden via communicatie binnen relaties. De persoonlijkheid van de mens is vrij complex, niet eenzijdig maar veelzijdig en kan begrepen worden als een samenspel van verschillende zijnswijzen of egotoestanden. Een zijnswijze of egotoestand is een totaliteit van verbale (gesproken) en nonverbale (lichaamstaal, gedrag) communicatie. Berne onderscheidt drie kardinale zijnswijzen: de Ouder – de Volwassene – het Kind Elke mens draagt een Ouder, een Volwassene en een Kind in zich
Ouder
Volwassene
Kind
Dit zijn persoonlijkheden binnen dé persoonlijkheid, zogenaamde deelpersoonlijkheden die elk een eigen geschiedenis, een eigen aard en specifieke bedoeling hebben. Deze zijnswijzen of egotoestanden worden niet als 'rollen' beschouwd, maar als een psychologische realiteit aangemerkt, een soort van ‘sfeer’ waarin men vertoeft. Deze toestand van ‘zijn’ wordt veroorzaakt door het opnieuw Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 15 van 28
projecteren van in het geheugen geregistreerde gegevens betreffende gebeurtenissen uit het verleden waarbij echte mensen, echte tijdstippen, echte plaatsen, echte besluiten en echte gevoelens zijn betrokken. Deze worden in het ‘Hier-en-Nu’ geconcretiseerd via emoties, reacties, reflexen, houdingen, uitlatingen, non-verbale uitingen, woordgebruik, enz. Anders gezegd het verleden manifesteert zich willens nillens in het heden. Mensen hebben dikwijls een voorkeur voor een specifieke zijnswijze De kardinale zijnswijzen van het IK
Ouder
De Ouderzijnswijze verwijst naar een Ik-zijnswijze die sterk lijkt op houding en gedrag van de ouderlijke figuren In de Ouder zijn de aangeleerde levensopvattingen gebundeld. De naam Ouder is gekozen als de beste omschrijving omdat het gaat over registratie van voorbeelden en uitspraken van de eigen ouders, of plaatsvervangers, welke toen de meeste indruk hebben gemaakt. De Ouder bestaat uit een gigantische hoeveelheid representaties die in het geheugen zijn opgeslagen. Meestal opgedrongen en onberedeneerd externe indrukken, opgedaan in de eerste vijf levensjaren. De Ouder is specifiek voor iedere persoon omdat de registraties van die reeks vroege ervaringen voor elk individu uniek zijn. Deze informatie is rechtstreeks geregistreerd zonder voorafgaande correctie of connectie, omdat het jonge kind afhankelijk is en nog niet in staat begrippen te vormen. Dit maakt het hem onmogelijk wijzigingen, correcties of generalisaties aan te brengen of verklaringen te vinden. In de ouder zijn alle vermaningen, regels en wetten, goed en kwaad geregistreerd die het kind van zijn ouders te zien of te horen kreeg. We spreken over de periode vanaf wellicht de conceptie tot het moment van socialisatie (5-7 jaar) en omvat de gehele ouderlijke communicatie, verbaal en non-verbaal. In deze geregistreerde representaties zijn de duizenden ‘nee's en ‘niet doens' opgenomen, de tikjes op de vingers, het weghalen uit gevaarlijke situaties, de blijde gezichten, de kirrende kreetjes, de boze gezichten, het opgeheven vingertje, enz., enz. Wat later worden hier duizenden moetens, waarden en overtuigingen aan toegevoegd, wellicht vanuit opvoedkundig of ethisch standpunt goed bedoeld, misschien goed of slecht, maar in de kinderziel geregistreerd als de waarheid! Een permanente registratie die niemand kan verwijderen, een opname op een band die het hele leven kan worden afgedraaid. De basis voor onze houding in het leven, de elementen van onze kernovertuigingen. Denk hierbij eens aan de
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 16 van 28
inconsequentie van de vele ouderlijke handelingen: ‘roken is slecht’, maar ze roken zelf wel! ‘Lieg niet’, maar ze vertellen zelf leugens. ‘Een mes is gevaarlijk’, maar ze spelen er zelf wel mee. Voor het kind is het (nog) niet veilig deze inconsequenties in twijfel te trekken en dus raakt het verward en verbijsterd. Omdat deze gegevens verwarring en angst veroorzaken, verdedigt het kind zich door de registratie uit te schakelen. Door deze tegenstrijdige informatie uit te sluiten zal het kind ook veel goedbedoelde informatie daarom niet registreren, het krijgt geen kans door te komen als sterke invloed in het leven van de persoon. In het latere leven zal dit voor mensen die niet in staat zijn achteraf deze informatie te evalueren, mogelijk leiden tot tweeslachtigheid, tegenstrijdigheid en wanhoop. Veel Ouderinformatie vinden we in ons huidige leven terug onder de rubriek ‘Hoe moet ik...' Allemaal gebaseerd op voorbeelden die we aangereikt hebben gekregen en noodzakelijk om hier te overleven. Van het inslaan van een spijker tot het geven van een hand. Van het dekken van de tafel tot wat gezond is om te eten en wat niet. Duizenden voorbeelden, nodig om in een gemeenschap te kunnen leven. Later, als de Volwassene vaardiger is geworden en in staat is de Ouderinformatie te evalueren en te beoordelen, worden deze handelwijzen soms aangepast of vervangen door betere; het leereffect van hem die leren wil en kan. Vaak echter blijven typische Oudergewoonten en waarden als vastgeroest achter. In het bijzonder als de oorspronkelijke instructies met strenge nadruk zijn opgenomen. Hierdoor krijg je pasklare informatie voor actuele transacties. Of en in hoeverre de Ouderinformatie een zegen of een last is, is sterk afhankelijk van de ontwikkeling van de Volwassene. De OUDER in jezelf samengevat: -
-
Macht / Autoriteit (refererend aan Moederfiguur en Vaderfiguur) Aangeleerde levensopvatting (gedragsregels, code), persoonlijk en collectief: de som van alle gedragingen, gevoelens en gedachten van de persoonlijke opvoeders van het kind en van alle andere belangrijke oudere personen uit de kinderjaren Verleden Onbewust verankerd Reactionair (op basis van oordelen, ondoordacht, incongruent, inconsequent) Ik moet… Veel gebruikte woorden zijn: moeten, mogen, dwingen, waarom, nooit, niet, altijd, waarom, … Veel voorkomend gedrag als: dwangmatigheden, regels stellen, starre eisen, boze blikken, grillen, zelfverwaarlozing, buitensporigheden, zelfbeperking,… Kwaliteiten: Beschermend Voedend Verzorgend Vervormingen: Controlerend Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 17 van 28
Normerend Bekritiserend Vermanend Machtsstrijdend
Kind
De Kindzijnswijze verwijst naar een Ik-zijnswijze die gekoppeld is aan de eigen kindnatuur uit het verleden Terwijl de gegevens worden geregistreerd tot een geheel, van wat wij de Ouder noemen, wordt tegelijkertijd een andere registratie gestart. Een registratie van interne gebeurtenissen, de reacties van de kleine mens. De reacties op wat hij hoort en ziet (externe gebeurtenissen), zijn gevoelens, gedachten en gedragingen: de gevoelsmatige levensopvatting. Er is dan nog onvoldoende tekst tot zijn beschikking, reacties zijn dus gevoelsmatig. Hij is nog klein, afhankelijk, onhandig en onbekwaam en erg gevoelig voor boze blikken, tikjes of verwaarlozing. Bovendien wordt hij blootgesteld aan een veelheid van onbegrijpelijke absolute en starre eisen waar hij geen touw aan kan vastknopen. Er is een aangeboren, genetische aanleg tot eten en drinken, zijn behoefte doen, op momenten waarop het lichaam dat aangeeft. Een aanleg om alles te onderzoeken, overal op te slaan, aan te raken, te vermorzelen en dingen doen om te kijken, te horen en te voelen wat er dan gebeurt. De ouders (opvoeders) reageren hierop en wijzen op regelmaat, orde en regels hetgeen in tegenspraak is met de natuurlijke behoeften van het kind. Beloningen en straf uit bestwil, goedkeuring die telkens kan wegvallen of veranderen levert het onpeilbare mysterie voor het kind dat te weinig informatie heeft om te (be)oordelen. Het standaard patroon van onze opvoeding is in feite een frustrerend civilisatieproces wat toen leidde tot een reeks negatieve gevoelens (en stilzwijgende conclusies). Of in TA termen: ik ben niet OK (een niet-OK kind). Deze conclusies en voortdurende beleving van ongelukkige gevoelens worden permanent vastgelegd in het geheugen, het neurologische systeem, en kunnen niet zomaar worden gewist. Deze permanente vastlegging is het restje Kind wat overblijft. Bij ieder kind, ook uit een perfect gezin, en zeer zeker uit een situatie van grove verwaarlozing, wreedheid of mishandeling. Net als de Ouder is het Kind een zijnswijze waar naar iedereen, elke persoon kan overgaan tijdens zijn huidige transacties. Alle prikkels kunnen de kinderjaren doen herleven en dezelfde gevoelens oproepen die we toen ondergingen. Waar we nu worden geconfronteerd met onmogelijke alternatieven, waar we ons nu in het nauw gebracht voelen of dat ook werkelijk zijn, roepen die situaties het ‘Kind' tevoorschijn. Daarom, als een mens in de ban is van zijn (negatieve) gevoelens, zeggen we dat het Kind aan het woord is. Als iemands verstand wordt overheerst door zijn woede, zeggen we dat zijn Kind de leiding heeft. Feitelijk overdreven emoties, niet rationeel verklaarbaar. Al deze informatie komt door in de actuele transacties.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 18 van 28
In het Kind zitten ook positieve kwaliteiten. Denk hierbij aan nieuwsgierigheid, creativiteit, de zucht naar onderzoeken, aanraken, voelen, ervaren en de eerste ongeëvenaarde gevoelens van Oooh, zit dat zo!' Ervaringen, de primeurs in het leven: het verlangen naar Zelf! Deze gevoelens van intense blijdschap worden eveneens vastgelegd. Bij alle Niet-OK-registraties vormen deze positieve ankers een tegenwicht welke ook opnieuw kunnen worden beleefd. De onvoorwaardelijke liefde, de intense tevredenheid, de warme veiligheid, de onbegrensde mogelijkheden, bieden de mens ook in zijn huidige transacties, een gevoel dat alles mogelijk moet zijn. Algemeen is geobserveerd, dat in onze wereld de Niet-OK-gevoelens de goede gevoelens serieus overtreffen. De ontwikkeling van de Ouder en het Kind, vindt in hoofdzaak plaats gedurende de eerste 5 levensjaren. Het feit dat het kind in de socialisatieperiode, welke aanvangt als het kind naar school gaat, de Ouder gaat gebruiken, is hierbij een duidelijke indicatie. Wat de negatieve emoties betreft, het is vrijwel uitgesloten dat er een emotie is die een 5 jarige niet in de hevigste vorm heeft ondergaan. Het KIND in jezelf samengevat: -
-
Onmacht (refererend aan Kinderlijke Onschuld) Gevoelsmatige levensopvatting: alle gevoelens, gedachten en gedragingen in de persoonlijke sfeer Verleden Onbewust verankerd Reactionair (op basis van emoties, ondoordacht) Ik wil… Polariteit (kwaliteiten en vervormingen Veel gebruikte woorden zijn: ik wil, kan me niet schelen, het is (altijd) mijn schuld, weeral, later zal ik, grootst, best, meest (superlatieven) Veel voorkomende uitingen van: frustratie, verlatenheid, machteloosheid, verdriet, angst, paniek, schrik, jaloezie, afgunst, graag willen helpen om aardig gevonden te worden, ja zeggen bij nee voelen, roddelen, klagen,… Kwaliteiten: Natuurlijk Spontaan Speels Creatief Magisch Vervormingen: Aangepast Emotioneel Verwond / Gewond Passief Wedijveren
E. Berne benadrukt dat Kindgedrag en Oudergedrag echo's uit het verleden zijn.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 19 van 28
Volwassene
De Volwassenzijnswijze verwijst zelfbewust, neutraal en wel doordacht is
naar
een
Ik-zijnswijze
die
Als een kind ongeveer 10 maanden oud is, gebeurt er iets bijzonders. Tot die tijd bestond het leven uit hulpeloze en ondoordachte reacties op gebeurtenissen in zijn omgeving. Het kind heeft dan al een Ouder en een Kind in zich. Tot die tijd had het echter nog niet het vermogen om een reactie te kiezen of zijn omgeving te beïnvloeden, kon geen richting geven en heeft eenvoudig alles genomen zoals dat kwam. Rond de tien maanden begint het kind de macht van de eigen beweging te ervaren, het kan dingen hanteren, begint te bewegen en geeft het alle aandacht om dingen te bekijken en te onderzoeken. Het begint in een wereld te leven. De baby gaat ontdekken dat hij in staat is iets te doen wat uit zijn eigen bewustzijn voortkomt, uit zijn eigen oorspronkelijk wezen. Deze zelfverwezenlijking is het begin van de Volwassene. De gegevens in de Volwassene nemen toe naarmate het vermogen van het kind toeneemt om zelf verschillen te ontdekken tussen de aangeleerde opvattingen in zijn Ouder, en de gevoelsmatige levensopvatting in zijn Kind: het ontwikkelt langzamerhand een doordachte levensopvatting, gebaseerd op het verzamelen, sorteren en verwerken van gegevens. In de eerste levensjaren is de Volwassene kwetsbaar en onzeker. De Volwassene kan gemakkelijk worden uitgeschakeld door de eisen en bevelen van de Ouder of door de angsten in het Kind. Meestal krijgt de Volwassene een nieuwe kans. Als de schrik of het verdriet over zijn, zal de nieuwsgierigheid het winnen en wordt er opnieuw op onderzoek uitgegaan zodat eigen ervaring kan worden opgedaan. De Volwassene is een zijnswijze die altijd in wording is: informatie verzamelen, verwerken en besluiten produceren, na vergelijking van die informatie met de bronnen Ouder en Kind en met zijn eerdere ervaringen. Door de Volwassene kan het individu onderscheid maken tussen het leven zoals hem dat werd gedemonstreerd en geleerd (Ouder), het leven zoals hij dat aanvoelde, wenste of droomde (Kind), en het leven zoals hij dat zelf verklaart (Volwassene). De Volwassene is nooit uitgeleerd. De Volwassene ontvangt dus data uit drie bronnen en werkt bij volgens doordachte levensvisie door toetsing aan de werkelijkheid. Het voortdurende werk bestaat uit het controleren van oude gegevens, deze bevestigen of verwerpen en rangschikken voor toekomstig gebruik
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 20 van 28
De VOLWASSENE in jezelf samengevat: -
Verleden Kracht / Autonomie (refererend aan Maturiteitsniveau) Doordachte levensopvatting: een bewuste respons, gebruikmakend van alle ter beschikking staande hulpbronnen Bewust-Zijn Hier en nu Beheerst (op basis van zelfbewustzijn, verantwoordelijkheidsgevoel en respect) Ik kies… Veel gebruikte woorden zijn: ik overdenk, ik kies, ik besluit, ik doe, ik ga, ik merk, ik kan, wie, wat, waar, hoe, wanneer. Veel voorkomende uitingen van: zelfbewust gedrag, zelfbeheersing, verantwoordelijkheid, nieuwsgierigheid, belangstelling, sympathie, empathie Kenmerken: Zichzelf Zelfbewust Zelfbeheerst Zelfsturend Zelfwaarderend Zelfrelativerend Zelfrespecterend Relationeel Open / toegankelijk Begripvol / Grenzen stellen Feedback geven Waarderen Relativeren / Vergeven Respecteren
De 4 levensposities
Een levenspositie is een grondhouding van waaruit je in het leven staat, mensen en dingen benadert, enz. Deze basishouding ontstaat vroeg in persoonsontwikkeling door een wisselwerking tussen aanleg, opvoeding levenservaringen. Het veranderen van een grondhouding is niet eenvoudig vraagt heel veel moed, geduld en vertrouwen. We onderscheiden levensposities waarvan de laatste als de meest ideale wordt beschouwd: 1. Ik ben niet ok – jij bent ok 2. Ik ben niet ok – jij bent niet ok 3. Ik ben ok – jij bent niet ok --------------------------------------------4. Ik ben ok – jij bent ok Positie 1-3 leidt tot negatief Oudergedrag of Kindgedrag Positie 4 is de basishouding voor Volwassengedrag
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
de de en en 4
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 21 van 28
Complementaire en kruistransacties
Elke levenspositie ligt aan de basis van een patroon van transacties. We herinneren ons dat een transactie een uitwisseling is. Alles wat tussen mensen gebeurt, kan gezien worden als een uitwisseling (prikkel versus reactie). Die transacties kunnen worden ingedeeld in twee groepen: complementaire transacties en kruistransacties Als voorbeeld van de drie kardinale zijnswijzen nemen we een situatie, waarin de man gehaast en te laat voor zijn werk op zoek is naar een schoon overhemd. Hij kan naar zijn vrouw roepen: “Waarom leg je verdomme de overhemden nooit zó weg, dat ze te vinden zijn!” (Ouder) - “Weet jij misschien waar ik een schoon overhemd kan vinden?” (Volwassene) - “Help me nou toch even; ik ben al zo laat en jij weet alles altijd te liggen en ik kan het toch niet vinden…” (Kind) Complementair betekent dat prikkel en reactie langs parallelle wegen op het diagram verlopen, m.a.w. dat de ene persoon reageert vanuit de egopositie, waarin hij door de ander wordt aangesproken. Deze transacties kunnen oneindig lang lopen en zijn mogelijk tussen alle posities van de betrokkenen (Eerste Wet). -
O
O
O
O
V
V
V
V
K
K
K
K
O
O
V
V
K
K
O
O
V
V
K
K
Echtgenoot Echtgenote
Voorbeeld van complementaire transacties O-K (kader): - Echtgenoot: “Waarom leg je verdomme de overhemden nooit zó weg, dat ze te vinden zijn!” (Ouder) - Echtgenote, klagelijk: “Ik kan toch niet helpen dat jij niet goed zoekt?” (Kind); of verdedigend: “Jij moet me niet op mijn kop geven als jij je verslaapt; ik heb je nog zó geroepen” (Kind), of gehoorzaam: “Stil maar, ik kom al” (Kind)
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 22 van 28
Een kruistransactie betekent dat prikkel en reactie elkaar kruisen op het diagram, m.a.w. wanneer de aangesprokene vanuit een andere egopositie reageert dan waarin de eerste spreker hem probeert aan te spreken. Gevolg hiervan is dat de communicatie stokt / verbroken wordt (Tweede Wet) O
V
2
O
V
1 4 K K 3 Echtgenoot Echtgenote Voorbeeld van kruistransacties O-K (kader): (1) Echtgenoot: “Weet jij misschien waar ik een schoon overhemd kan vinden?” (vraag zonder verwijt, Volwassene) (2) Echtgenote: “Leer eerst maar eens goed zoeken!” (Ouder) (3) Echtgenoot: “Help me nou toch even, ik kan geen schoon overhemd vinden…” (hulpeloos, Kind) (4) Echtgenote: “Ik moet toch ook altijd alles voor je opknappen” (klagend, Kind)
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 23 van 28
Bijlage 3 De 11 genezende factoren in groepstherapie volgens Irvin D. Yalom De Amerikaan Irvin D. Yalom wordt wel eens ‘de vader van groepspsychotherapie’ genoemd. Uit jaren van diepgaand onderzoek heeft hij geconstateerd dat therapie in groepsverband een zeer krachtige uitwerking bezit. Hij verwijst naar 11 genezende factoren die bijdragen aan de ontplooiing van het participerende individu. 1. Universaliteit
We zijn minder ‘alleen’ dan we denken. Veel cliënten gaan in therapie met de verontrustende gedachte dat zij uniek zijn in hun rampspoed. Dat zij alleen bepaalde angsten hebben of onaanvaardbare problemen, gedachten, impulsen en fantasieën. Dit heeft een kern van waarheid, want veel cliënten hebben een ongebruikelijk samenspel van spanningen achter de rug en zitten boordevol materiaal waar ze zich niet bewust van zijn. Hun gevoel van uniek-zijn wordt vaak nog vergroot door hun eenzaamheid. Door interpersoonlijke moeilijkheden zijn er geen mogelijkheden voor een eerlijke en oprechte onderlinge intieme relatie. Vooral in het begin is de ontdekking niet de enige te zijn vaak een bron van opluchting. Als ze van anderen horen en begrijpen dat deze gelijkaardige zorgen hebben als zij, zeggen cliënten vaak dat ze zich veel dichter bij de wereld voelen. Universaliteit betekent dat er dus meer gemeenschappelijkheid is tussen mensen dan gedacht, ook betreffende het lijden. Door bewustwording van het ‘gedeelde’ lijden (maar ook plezier) kan men hiervan meer afstand nemen en ontstaat een innerlijk zekerheidsgevoel van ‘deel uit te maken van een geheel’. 2. Het wekken van hoop
Hoop doet leven. Zonder hoop is er weinig reden tot actie en interne motivatie om te willen veranderen in positieve zin. Het wekken en stimuleren van hoop is beslissend in alles wat met psychotherapie te maken heeft. Hoop is niet allen nodig om de cliënt in therapie te houden zodat andere genezende factoren effect kunnen hebben. Geloof in een behandelingsmethode kan op zichzelf al een therapeutisch effect hebben. Honderden placebo-experimenten hebben aangetoond hoe krachtig en bepalend de invloed is van de menselijke geest op (herstel van) het lichaam en de sociale context. Geloven dat iets kan en zal gebeuren verhoogt onmiddellijk de kans dat het in de realiteit manifest wordt. Binnen E-therapie ontmoeten mensen elkaar terwijl ze zich op een verschillend punt binnen een evolutiecontinuüm kunnen bevinden: van het leven bijna niet meer aankunnen tot enorm ontwikkeld en gesterkt zijn. Deze diversiteit aan evolutieniveaus bij cliënten zorgt ervoor dat in verschillende richtingen de hoop versterkt wordt: de één trekt zich op aan het veranderingsniveau van de ander, en die ander groeit verder door hoop te kunnen geven aan die ene. De één is dus spiegel voor de ander en vice versa. Door spontane getuigenissen van oude aan nieuwe leden in de groep, wordt er een voorbeeld gecreëerd. Het vertrouwenspeil neemt hierdoor toe en men kan groeien door zich te spiegelen. Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 24 van 28
Anderzijds is het voor het gevorderde groepslid hoopgevend om te constateren dat het nieuwe lid een weerspiegeling is van wie hij aanvankelijk was. Het komen en gaan van cliënten benadrukt de evolutie in een groep. 3. Het geven van informatie
Kennis is macht, wordt wel eens gezegd. Terecht. Hoe meer informatie je bezit, hoe groter je begrip en vertrouwen in iets kan worden. Kennis geeft beheersing, vertrouwen, zelfvertrouwen. Binnen E-therapie komen cliënten dichter bij zichzelf en bij anderen door het proces van voortdurende uitwisseling (transacties). Door de openheid die ontstaat tussen de groepsleden onderling én deze van de moderator, wordt er heel wat informatie verspreid over de verschillende visies, waarden, overtuigingen, over ziek en gezond, over normaal en abnormaal, over goed en kwaad, over het waarom, enz…. Deze informatie zorgt voor een bredere kennisbagage en bevordert het intellect, de communicatie en de keuzevrijheid. 4. Altruïsme
In een donkere kamer is slechts een beetje licht via de deuropening nodig om deze in een wenk te verlichten, omgekeerd geldt dat nooit. Een verlichte kamer wordt niet donkerder door de donkerte van buiten binnen te laten. Zo werkt ook goedheid en liefde van mens tot mens. Een woord of daad van begrip, waardering en koestering kan bevroren zielen makkelijker ontdooien dan oordeel, kritiek en uitsluiting. Men zegt wel eens ‘wat je niet kent, kun je niet missen’. Mensen ontdekken vaak wat ze nodig hebben door het eerst onvoorwaardelijk te ontvangen. Door de aaneenschakeling van problemen en trauma’s in verleden en heden tijd geraken mensen heel vaak van zichzelf vervreemd is, en is de eigenliefde helemaal zoek geraakt. Isolement en vereenzaming zijn hierbij klassieke fenomenen. Men glijdt weg in een negatieve spiraal en geraakt ervan overtuigd anderen niets waardevols te kunnen bieden. De liefdevolle opzet van een E-groep, de mogelijkheid om jezelf te zijn, beluisterd te worden én je mening te mogen geven, zijn heel belangrijke ijsbrekers. Cliënten bieden elkaar wederzijdse steun, geruststelling, suggesties en inzicht aan. Zowel het leren geven als het leren ontvangen van affectie vormen zo de cruciale aandacht- en leerpunten. Door te leren geven begint men ook geleidelijk aan meer affectie voor zichzelf te voelen, wat dan weer zeer bevorderlijk is voor het zelfbeeld, het zelfvertrouwen, de empathische betrokkenheid naar de anderen toe, en bijgevolg ook de zelfrelativering. Zo wordt ook verder werk gemaakt van een positieve spiraal. Zonder zichzelf weg te cijferen levert een actieve bereidheid om een ander te steunen dus ook een versnelling van het eigen psychosociale herstel op.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 25 van 28
5. Verbetering door herbeleving van de oorspronkelijke gezinssituatie
Elke mens streeft naar geluk en liefde of anders gezegd naar volledigheid. We proberen de tekorten uit ons verleden bewust én vooral onbewust weg te werken door allerlei vormen van compensaties (status, geld, kledij, eten, drinken medicatie, drugs, maar ook lichamelijke en geestelijke aandoeningen) De basis van onze persoonlijkheid wordt in de kindertijd gelegd met vader en moeder als belangrijkste leraren, gidsen van zelfontwikkeling. In 95% van de gevallen zijn de ouders zelf niet helemaal ontwikkeld met alle rampzalige gevolgen van dien … Misvoeding leidt tot persoonlijke trauma’s die de verdere persoonlijke en sociale levensloop ernstig kunnen verstoren. Zonder uitzondering komen cliënten de E-therapie binnen met het verhaal over hun hoogst onbevredigde ervaringen in hun eerste en belangrijkste groep: hun primaire gezin. Tezelfdertijd, wanneer mensen deel gaan uitmaken van een groep dan ontstaat er een groepssfeer, die kan aangenaam of onaangenaam zijn, stimulerend of afremmend werken, enz. Dit klimaat werkt vaak als een soort van spiegel waarin de persoonlijke thema’s en trauma’s uit het verleden kunnen weerkaatst en zodoende herbeleefd worden. De andere groepsleden (de moderator incluis) fungeren dan als mogelijke figuranten waarmee het drama van toen ten tonele gebracht wordt, met de typische gedragswijzen en relationele conflicten tot gevolg. ‘Toen’ wordt ‘nu’, en de groep wordt het gezin of de familie van herkomst. Het positieve hiervan is de mogelijkheid deze ingesleten patronen te gaan herevalueren door middel van (1) een meer ‘volwassen’ houding van zichzelf, (2) meer ‘volwassen’ reacties van groepsleden en (3) de ‘volwassen’ begeleiding van de groepsmoderator 6. Het ontwikkelen van sociale vaardigheden.
Sociaal leren – het ontwikkelen van de fundamentele sociale vaardigheden – is een genezende factor die in alle therapiegroepen aanwezig is, hoewel de aard van de vaardigheden die worden bijgebracht en de duidelijkheid van het proces varieert al naargelang het type groepstherapie. In sommige groepen, bijvoorbeeld groepen waarin mensen die al lang geleden zijn opgenomen voorbereid worden op ontslag, ligt de nadruk duidelijk op het ontwikkelen van sociale vaardigheden. Voor mensen die geen intieme relaties hebben, is de groep vaak de eerste mogelijkheid voor juiste interpersoonlijke feedback. Je merkt vaak dat leden die al langer in de therapiegroep zitten zeer geperfectioneerde sociale vaardigheden hebben verworven. Zij hebben zich aan de groep aangepast, zij hebben geleerd hoe ze door hun wijze van reageren op anderen de ander kunnen helpen, ze hebben methodes geleerd om conflicten op te lossen, ze zijn minder geneigd een oordeel te vellen en beter in staat echt medegevoel te ervaren en uit te drukken. Deze vaardigheden kunnen hen bij toekomstige sociale interacties alleen maar helpen.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 26 van 28
7. Nabootsend gedrag
We leren vooral door imitatie van anderen, willens nillens. Het komt voor dat cliënten tijdens de psychotherapie zitten, lopen, praten en zelfs denken als hun therapeuten. In een groep is dit nabootsen minder duidelijk, omdat patiënten zowel andere groepsleden als de therapeut kunnen nadoen. In groepstherapie is het niet ongebruikelijk, dat een patiënt baat vindt bij het aanschouwen van de therapie van een ander met een soortgelijk probleem. Ook al duurt het specifiek nabootsende gedrag maar kort, dan nog kan het helpen de mens te 'ontdooien' doordat hij het met ander gedrag probeert. Het is niet ongebruikelijk, dat patiënten door de therapie heen stukjes en beetjes van andere mensen proberen over te nemen, om dat dan allemaal weer te laten varen omdat ze niet-passend zijn. Dit proces kan een fikse therapeutische werking hebben; uitvinden wat we niet zijn is vooruitgang naar uitvinden van wat we wel zijn. 8. Leren van elkaar
Leren van elkaar is, zoals Yalom het ziet, een overkoepelende en complexe, genezende factor die binnen de groepspsychotherapie dezelfde functie heeft als factoren zoals inzicht, het doorwerken van de overdracht, de corrigerende emotionele ervaring binnen de individuele therapie; het is ook een proces dat uniek is voor groepen. Om het begrip ‘leren van elkaar’ te definiëren en het mechanisme waardoor de therapeutische verandering bij het individu bewerkstelligt, legt Yalom eerst drie andere begrippen uit: 1. Het belang van relaties tussen mensen Als we de menselijke samenleving bestuderen, dan zien we, hoe we er ook tegenover staan, dat relaties tussen mensen een fundamentele rol spelen. Zonder intense, positieve, wederkerige interpersoonlijke banden hadden zowel individuen als hele geslachten het niet kunnen overleven. Mensen hebben mensen nodig – om voort te bestaan en om te blijven voortbestaan, voor socialisatie, om te kunnen streven naar bevrediging. Niemand stijgt uit boven zijn behoefte aan menselijk contact. Van belang voor het genezingsproces in groepstherapie: het begrip geestesziekte komt voort uit verstoorde intermenselijke relaties. 2. De corrigerende emotionele ervaring. In 1946 introduceerde Franz Alexander, toen hij het mechanisme van genezing door psychoanalyse beschreef, het begrip ‘corrigerende emotionele ervaring’. Hij stelde dat het basisprincipe van behandeling is ‘de patiënt onder gunstiger omstandigheden blootstellen aan emotionele situaties die hij in het verleden niet kon hanteren. De patiënt moet om geholpen te worden een corrigerende emotionele ervaring ondergaan, die geschikt is de traumatische invloed van vroegere ervaringen te herstellen’.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
Pagina 27 van 28
3. De groep als een sociale microkosmos Een groep die vrij interageert, met weinig structurele beperkingen, zal zich te zijner tijd ontwikkelen tot een sociale microkosmos van de deelnemers. Yalom bedoelt dat elke patiënt, als er maar tijd genoeg is, op een goed moment zichzelf zal zijn en gaat interageren met de groepsleden zoals hij met anderen uit zijn sociale omgeving interageert. M.a.w cliënten beginnen in de groep hun slecht aangepaste gedrag t.a.v. hun medemens te vertonen. Waarom zouden ze hun pathologie beschrijven? Vroeg of laat komt deze in de groep wel naar voren. Dit begrip is in groepstherapie van essentieel belang. Het is de hoeksteen waarop onze hele benadering van groepstherapie berust. Als je deze drie principes in een logische volgorde plaatst, dan wordt het mechanisme van leren van elkaar als genezende factor duidelijker. 1. 2.
3.
De bestudering van het menselijk gedrag is het bestuderen van interpersoonlijke relaties Als de psychotherapiegroep niet in haar ontwikkeling wordt belemmerd door strenge structurele beperkingen, ontwikkelt ze zich tot een sociale microkosmos; vertegenwoordigt ze op kleine schaal het sociale heelal van elke cliënt. De groepsleden worden zich door hun reactie op elkaar en zelfobservatie bewust van significante aspecten van hun interpersoonlijk gedrag, hun sterke punten, hun beperkingen en hun slecht aangepast gedrag dat aan anderen ongewenste antwoorden ontlokt.
9. Groepscohesie
Cohesie betekent letterlijk ‘verbondenheid’, ‘samenhang’, ‘de kracht die de moleculen van een stof bijeenhoudt’. In een groep bedoelt men hier het aan- of afwezige ‘groepsgevoel’. Cliënten met meer solidariteitsgevoel of ‘wij’-gevoel hechten meer waarde aan de groep en zullen haar tegen bedreigingen van binnenuit en van buitenaf verdedigen. ‘Groepscohesie’ is niet per se een genezende factor, maar eerder een noodzakelijke voorwaarde voor effectieve therapie. Cohesie is niet synoniem aan het onderling accepteren en begrijpen van elkaar, maar is sterk met deze factoren verbonden. Cohesie is zowel een bepalende factor voor al het resultaat van het accepteren van elkaar van de leden. Lid zijn van de groep, geaccepteerd worden, goedgekeurd, dit is van het uiterste belang als het gaat om de ontwikkeling van het individu. De meeste cliënten kunnen bogen over een vrij beperkt groepsverleden. Ze waren als lid van een groep zelden waardevol, niet in de groep geïntegreerd en ze participeerden niet. Voor deze cliënten kan het alleen al genezend werken, als er een succesvolle groepservaring tot stand wordt gebracht.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008
Steve Van Herreweghe | Visietekst Encountertherapie
10.
Pagina 28 van 28
Catharsis
Catharsis heeft vele betekenissen doch refereert vaak naar ‘zuivering’ of ‘loutering. In het klassieke drama staat catharsis voor ‘de verzoening met het lot’ In de psychotherapeutische zin staat het voor het vrijkomen van emoties als een verdrongen herinnering verwerkt wordt Catharsis heeft altijd al een belangrijke rol gespeeld in het therapeutische proces. Het ‘uitdrukking geven aan gevoelens, ten aanzien van een ander lid van de groep’ geeft de rol aan die catharsis heeft in de vooruitgang van het interpersoonlijk proces. Het gaat hier echter niet om een ‘spuien’ van…’ maar om een ‘in staat zijn om te zeggen wat me dwars zit’ of ‘leren hoe ik mijn gevoel moet uitdrukken’. Catharsis maakt deel uit van een interpersoonlijk proces; een hevige emotionele uitlaat bevordert de ontwikkeling van cohesie. Groepsleden die diepe gevoelens ten aanzien van elkaar tonen en daarbij oprecht met die gevoelens werken, zullen nauwe wederzijdse banden ontwikkelen. Het openlijk uitdrukken van gevoelens is zonder meer vitaal voor het therapeutische proces. 11.
Existentiële factoren
Eindigheid, vrije keuze, eenzaamheid, toeval… het zijn allemaal thema’s waar we ongetwijfeld vroeg of laat mee in aanraking komen. Persoonlijke en relationele crisissen nodigen meestal uit tot diepere bezinning betreffende deze vrij moeilijke kwesties. Ook in groepstherapie wordt de confrontatie hiermee niet uit de weg gegaan. De individuele en groepsmatige reflecties en standpunten vormen tevens het draagvlak waarmee men huidige en toekomstige situaties en conflicten zal aanpakken… Deze genezende factoren zijn voor ieder individu verschillend. De wijze waarop iemand hulp ondervindt in groepstherapie is het gevolg van een samenspel van diverse factoren: de interpersoonlijke behoefte, de sterke en de zwakke punten van het individu, de bronnen die hij naast de groep kan aanboren en de samenstelling en cultuur van de specifieke therapiegroep.
Copyright Steve Van Herreweghe 2008