SPECIAAL REGLEMENT BROMFIETS GEKENTEKEND BRG-0506
REG-BRG-01-05-06
Uitsluitend van kracht in combinatie met het ALGEMEEN REGLEMENT.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen Onder verzekerd object wordt in de zin van dit reglement verstaan: de in de polis als verzekerd object omschreven bromfiets, inclusief de meeverzekerde accessoires. 1.1 Bromfiets Het in de polis vermelde verzekerd object, waarvoor een bromfiets kentekenbewijs is afgegeven. Een verzekerd object kan zijn, een: 1. bromfiets: een 2 of 3 wielig motorvoertuig met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 45 km per uur en een motor met een cilinderinhoud van ten hoogste 50cc, of continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW; 2. snorfiets: een 2 wielig motorvoertuig met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 25 km per uur en een motor met een cilinderinhoud van ten hoogste 50cc, of continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW; 3. brommobiel: een gesloten 4 wielig motorvoertuig met een ledig gewicht van ten hoogste 350 kg, met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 45 km per uur en een motor met een cilinderinhoud van ten hoogste 50cc, of continu maximumvermogen van ten hoogste 4 kW; 4. fiets met hulpmotor: een fiets met hulpmotor met een door de constructie bepaalde maximumsnelheid van ten hoogste 25 km per uur; 5. oldtimer: een object, zoals hierboven beschreven, welke minimaal 25 jaar oud is. Tevens behoort tot het verzekerd object de hieraan bevestigde aanhangwagen, bagagewagen of een ander daarmee in de zin van de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (W.A.M.) gelijk te stellen voorwerp. Uitdrukkelijk wordt bepaald, dat niet onder een bromfiets wordt verstaan een motorrijtuig dat bij aanvang van of gedurende de looptijd van de verzekering een technische wijziging heeft ondergaan en daarmee niet meer voldoet aan de wettelijk daarvoor gestelde eisen. 1.2 Accessoires De niet tot de standaarduitrusting behorende aan het verzekerd object bevestigde onderdelen o.a. dienende tot verhoging van veiligheid, comfort en verfraaiing. 1.3 Leeftijdsindeling Bij de berekening van de premie wordt rekening gehouden met de leeftijd van de aan de maatschappij opgegeven regelmatige bestuurder op de mutatiedatum c.q. de contractsvervaldatum, waarvoor de volgende indelingen gelden: 1. 50 jaar en ouder 2. 30 t/m 49 jaar 3. 24 t/m 29 jaar 4. 19 t/m 23 jaar 5. 16 t /m 18 jaar Indien de bestuurder in een hogere indeling valt dan aangevraagd gelden er beperkingen, zie artikel 10 en artikel 16.8. 1.4 Consumentenprijs Onder consumentenprijs wordt verstaan de in Nederland geadviseerde verkoopprijs van het verzekerd object naar merk, model, type en uitvoering zoals vermeld in de prijslijst van de fabrikant of importeur op het moment dat het verzekerd object nieuw werd geleverd, verhoogd met de nieuwwaarde van de accessoires.
Artikel 2. Premiegrondslagen 2.1 Premiebepalende factoren 1. WA premie De premie wordt vastgesteld op basis van de regio en de leeftijd van de bestuurder. Hiervan zijn uitgezonderd de fiets met hulpmotor en de oldtimer waarvoor een vast bedrag geldt. 2. Beperkt Casco premie Voor de brom- en snorfiets wordt de premie vastgesteld op basis van de regio, de consumentenprijs, voor de fiets met hulpmotor geldt een vast bedrag. De andere objecten kennen geen beperkt casco dekking. 3. Casco premie Voor de brom- en snorfiets wordt de premie vastgesteld op basis van de regio, de leeftijd van de bestuurder en de consumentenprijs, voor de fiets met hulpmotor geldt een vast bedrag. De andere objecten kennen geen casco dekking. 2.2 Opgave door verzekeringnemer De consumentenprijs wordt door of namens verzekeringnemer voor diens verantwoordelijkheid bij de verzekeringsaanvraag resp. mutatiemelding opgegeven inclusief de waarde van de -later- aangebrachte accessoires. De maatschappij heeft het recht, doch niet de plicht, deze opgave bij onjuistheid te herzien. Artikel 3. Kortingen/toeslagen 3.1 Bonus/malusregeling In geval van een verzekering voor een bromfiets, snorfiets of een brommobiel wordt op de premie voor de onderdelen “Aansprakelijkheidsverzekering”, “Beperkt Casco verzekering” en “Cascoverzekering” een korting verleend voor schadevrij rijden. Bij het aangaan van de verzekering wordt het kortingspercentage bepaald op grond van een geldige originele royementsverklaring met vermelding van het aantal schadevrije jaren. De verklaring dient te zijn afgegeven door een Nederlandse verzekeraar op naam van verzekeringnemer of verzekerde. Indien een dergelijke verklaring niet kan worden overgelegd, vindt inschaling plaats op basis van 0 jaar schadevrij. 3.2 Kortingstabel Schadevrije Korting in % Trede jaren -8 20% toeslag -7 0% -6 10% -5 15% -4 20% -3 25% -2 30% -1 35% 0 40% 1 45% 2 50% 3 55% 4 60% 5 65% 6 70% 7 70% 8 70% 9 70% 10 of meer 70%
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19
0 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 19
Trede na één of meer schade(n) in 1 jaar 1 2 3 of meer 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 1 2 1 1 3 1 1 4 1 1 5 1 1 6 2 1 7 3 1 8 4 1 9 5 1 10 6 2 11 7 3 12 8 4 13 9 5 14 10 6 15 11 7
3.3
3.4
Vaststelling korting bij verlenging. Jaarlijks wordt per de contractsvervaldatum de trede opnieuw vastgesteld op basis van de kortingstabel. De korting is afhankelijk van het aantal schadegebeurtenissen dat in het afgelopen verzekeringsjaar is geclaimd. Een schadegebeurtenis heeft geen invloed op de korting voor schadevrij rijden, indien: a. het vast staat dat de maatschappij geen schadevergoeding hoeft te verlenen; b. de betaalde schade volledig is verhaald; c. de schadevergoeding is verleend op basis van uitsluitend de dekking voor: - Beperkt casco; - ongevallen; - verhaalsrechtsbijstand; d. de betaalde schadevergoeding het gevolg is van een schaderegelingovereenkomst tussen verzekeraars; e. de schadevergoeding uitsluitend op grond van artikel 185 Wegenverkeerswet 1994 is gedaan en aan de zijde van de bestuurder geen sprake is van een verkeersovertreding en/of een strafbaar feit en de bestuurder rechtens geen verwijt treft. Terugbetalen van een schadevergoeding Uiterlijk 12 maanden na de datum van de schadeafwikkeling mag verzekerde een schadevergoeding (terug)betalen. De betreffende schade wordt dan buiten beschouwing gelaten voor vaststelling van de korting.
7.4
7.5
7.6
Artikel 4. Verzekeringsgebied De verzekering is geldig in Nederland en, wanneer voor het object een Internationaal Motorrijtuigverzekeringsbewijs (Groene Kaart) is afgegeven, in de overige landen waarvoor de Groene Kaart geldig is. De dekking wordt opgeschort zodra het object, zonder nadere overeenkomst met de maatschappij, langer dan 3 maanden aaneensluitend buiten Nederland verblijft. AANSPRAKELIJKHEIDSVERZEKERING Artikel. 5 Verzekerden Als verzekerden worden beschouwd: de verzekeringnemer; de eigenaar, de houder, de bestuurder van het verzekerde object en de personen die daarmede worden vervoerd; de werkgever van bovengenoemde verzekerden, indien hij krachtens artikel 6:170 BW aansprakelijk is voor de door hen veroorzaakte schade.
verplicht de maatschappij een machtiging te verstrekken om over de zekerheidstelling te beschikken zodra deze wordt vrijgegeven en tevens alle medewerking te verlenen om de terugbetaling te verkrijgen. Aanhangwagen De verzekering geeft dekking indien met het verzekerd object een aanhangwagen wordt getrokken, tenzij anders aangegeven in de polis. Onder aanhangwagen wordt verstaan: een bagagewagen, zijspan of een daarmee volgens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (WAM) gelijk te stellen object, ongeacht het aantal wielen. Schade aan de aanhangwagen zelf toegebracht is niet gedekt. Kosten van verweer De maatschappij vergoedt - ook boven het verzekerde bedrag - in geval van een gedekte schade de kosten van: 1. juridische bijstand, verleend door de maatschappij, in een tegen een verzekerde aanhangig gemaakt strafproces. Deze bijstand wordt door de maatschappij alleen verleend indien zij dat in haar belang acht of wanneer zij daartoe krachtens bijzondere overeenkomst verplicht is. Boeten, afkoopsommen en de met een strafproces samenhangende gerechtskosten worden niet vergoed; 2. verweer in een door de benadeelde tegen de verzekerde resp. tegen de maatschappij aanhangig gemaakt burgerlijk proces, voorzover de leiding bij de maatschappij berust. Sistercardekking De maatschappij vergoedt de schade met het verzekerd object op de openbare weg toegebracht aan een ander motorrijtuig, toebehorende aan dezelfde verzekeringnemer. Voorgaande dekking geldt eveneens, indien de gebeurtenis plaatsvindt in gebouwen of op terreinen in gebruik bij verzekeringnemer, onder voorwaarde dat het schadelijdende motorrijtuig een personenauto, motor, scooter of bromfiets is. Schade bestaande uit waardevermindering of gevolgschade is uitgesloten. De maatschappij vergoedt de schade alleen indien en voor zover de maatschappij daartoe krachtens de voorwaarden zou zijn gehouden, als de schade niet door de verzekeringnemer maar door een willekeurige derde was geleden en er geen dekking is onder een andere verzekering al dan niet van oudere datum.
Artikel 8. Uitsluitingen Naast de in het Algemeen Reglement genoemde uitsluitingen is van de verzekering uitgesloten: 8.1 Bestuurder de aansprakelijkheid voor schade toegebracht aan de bestuurder van het verzekerd object; 8.2 Opzicht de aansprakelijkheid voor schade aan zaken die de verzekerde onder zich heeft en de schade aan de door het verzekerd object vervoerde zaken, behoudens schade aan of vermissing van kleding en handbagage van de passagiers van het verzekerd object, mits het verzekerd object bij het ongeval zelf ook werd beschadigd; 8.3 Diefstal of geweldpleging de aansprakelijkheid van hen die zich door diefstal of geweldpleging de macht over het verzekerd object hebben verschaft, en van hen die hiermee bekend zijn, het verzekerd object zonder geldige reden gebruiken; 8.4 Niet gemachtigde bestuurder of passagier de aansprakelijkheid van hen die niet door een daartoe bevoegd persoon zijn gemachtigd als bestuurder of passagier gebruik te maken van het verzekerd object; 8.5 Contractuele verplichting de aansprakelijkheid voor schade die uitsluitend voortvloeit uit een door verzekerde aangegane contractuele verplichting; 8.6 Alcohol De aansprakelijkheid voor schade die de bestuurder van het verzekerd object veroorzaakt terwijl hij ten tijde van de gebeurtenis verkeert onder invloed van alcoholhoudende drank of enig bedwelmend middel, zodanig dat hij niet in staat moet worden geacht een bromfiets naar behoren te besturen, dan wel dat hem dit door de wet of overheid is of zou zijn verboden. Het weigeren van een ademtest, bloed- en/of urineproef wordt gelijkgesteld met het hierboven gestelde; 8.7. Schade aan personen buiten wettelijk daartoe bestemde zitplaatsen de aansprakelijkheid voor schade aan personen die zich buiten de wettelijk daartoe bestemde zitplaatsen bevinden;
Artikel 6. W.A.M.-dekking Met voorbijgaan aan hetgeen anders in de verzekeringsvoorwaarden mocht zijn bepaald, wordt deze verzekering geacht aan de door of krachtens de Wet Aansprakelijkheidsverzekering Motorrijtuigen (W.A.M.) gestelde eisen te voldoen. Artikel 7. Dekking De verzekering dekt de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van de verzekerden voor schade aan personen en zaken - met inbegrip van de daaruit voortvloeiende schade - die met of door het verzekerd object veroorzaakt is, en wel voor alle verzekerden tezamen tot ten hoogste het in de polis vermelde verzekerde bedrag per gebeurtenis. Bovendien zijn de volgende insluitingen van toepassing: 7.1 Lading De verzekering geeft eveneens dekking voor schade die, anders dan tijdens laden of lossen, veroorzaakt is door zaken die zich bevinden op dan wel vallen of gevallen zijn van het verzekerd object. 7.2 Groene Kaart De verzekering geeft, bij afgifte en gedurende de looptijd van een Internationaal Motorrijtuigverzekeringsbewijs (Groene Kaart), dekking in de landen vermeld in dit bewijs, overeenkomstig de daar geldende wettelijke bepalingen. Is een hoger verzekerd bedrag aldaar wettelijk voorgeschreven, dan geldt de dekking tot dat bedrag, doch zal nooit lager zijn dan het in de polis vermelde bedrag. 7.3 Zekerheidstelling De maatschappij verstrekt tot ten hoogste EUR 25.000,- voor alle verzekerden tezamen de zekerheid door een buitenlandse overheid als waarborg voor de rechten van een benadeelde verlangd, voor het opheffen van de vrijheidsbeperking van een verzekerde of van een op het verzekerd object gelegd beslag, mits er sprake is van een gedekte schade. De verzekerden zijn
2
8.8
Verhuur de aansprakelijkheid voor schade ontstaan tijdens de periode dat het verzekerd object wordt verhuurd; 8.9 Gebruik de aansprakelijkheid voor schade 1. wanneer het verzekerd object voor een ander doel wordt gebruikt dan bij het aangaan van de verzekering werd opgegeven; 2. wanneer met betrekking tot het gebruik van het verzekerd object niet door de bestuurder aan de van overheidswege geldende voorschriften is voldaan of wanneer hij niet de benodigde vergunningen bezit, waartoe onder meer gerekend wordt een geldig wettelijk voorgeschreven bromfietscertificaat. Deze laatste uitsluiting is niet van toepassing indien de gebruiker in het bezit is van een geldig rijbewijs, tenzij het rijbewijs is ingevorderd op grond van artikel 164 Wegenverkeerswet; 3. wanneer deze is ontstaan terwijl het verzekerd object was gevorderd door of vanwege een burgerlijke of militaire overheid; 4. wanneer deze voortvloeit uit het gebruik in al dan niet georganiseerd (snelheids)wedstrijdverband; 5. veroorzaakt terwijl de bestuurder de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak is ontzegd; 6. wanneer het verzekerd object wordt gebruikt voor zakelijke doeleinden zoals bezorg- of koeriersdiensten. 7. wanneer het verzekerd object niet voldoet aan het begrip bromfiets vermeld in artikel 1van dit reglement. 8.10 Eigen schuld De aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door verzekerde waarbij hem merkelijke schuld, roekeloosheid of opzet verweten kan worden. De uitsluitingen genoemd onder artikel 8.6., 8.9.2. en artikel 8.9.4 gelden niet voor de verzekeringnemer en degene aan wie hij het verzekerd object had toevertrouwd die aantonen, dat de daarin bedoelde omstandigheden zich buiten hun weten en tegen hun wil hebben voorgedaan en dat hen ter zake van de omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
De cascoverzekering geldt eveneens: tijdens transport van het verzekerd object; tijdens transport van het verzekerd object tussen de landen waar de verzekering geldig is, evenals tijdens laden en lossen. Artikel 12. Beperkt Casco Schade aan het verzekerd object ontstaan door: 12.1 Brand/storm Brand/storm, waaronder wordt verstaan: schade aan het verzekerd object ontstaan door brand, ontploffing, zelfontbranding, blikseminslag, kortsluiting, storm of hagel. Onder schade door storm of hagel wordt verstaan: directe schade aan het verzekerd object als gevolg van hagel en storm, waarbij gevolgschade uitdrukkelijk is uitgesloten. 12.2 Diefstal Diefstal van het verzekerd object of onderdelen daarvan, die zich ten tijde van de diefstal aan het verzekerd object bevinden, al dan niet door middel van geweld/braak/verbreking, dan wel strafbare poging daartoe, verduistering en joy-riding, mits de eigenaar/houder en/of de bestuurder van het verzekerd object geen enkel verwijt treft. Beschadiging ontstaan gedurende de joy-riding dan wel gedurende de tijd dat het verzekerd object was ontvreemd; 12.3 Botsing met loslopende dieren Botsing met loslopende of vliegende dieren, uitsluitend voor zover de schade rechtstreeks door de botsing is toegebracht. Schade als gevolg hiervan ontstaan door botsing met andere zaken is niet verzekerd; 12.4 Van buiten komend onheil tijdens transport Een plotseling van buiten komend onheil, gedurende de tijd dat het verzekerd object tijdens transport aan de zorg van een vervoersonderneming is toevertrouwd; 12.5 Neervallen van luchtvaartuigen; Neervallen van luchtvaartuigen of onderdelen daarvan; 12.6 Natuurgeweld Overstroming, lawines, bergstorting, vloedgolf en aardbeving. Artikel 13. Casco Schade aan het verzekerd object ontstaan door: 13.1 De in artikel 12 van dit reglement omschreven oorzaken; 13.2 een plotseling ander van buiten komend onheil, zoals botsen, stoten, omslaan, slippen of van de weg geraken.
Artikel 9. Schaderegeling Naast het in het Algemeen Reglement bepaalde is het volgende van toepassing: De maatschappij heeft steeds het recht een schadevergoeding rechtstreeks aan benadeelde(n) te betalen of met hem (hen) een schikking te treffen. De verzekerde is verplicht ter zake van de schaderegeling alle medewerking te verlenen, zoals het zo spoedig mogelijk en onbeantwoord aan de maatschappij zenden van aansprakelijkstellingen, dagvaardingen e.d. De ter zake door de maatschappij genomen beslissingen zijn bindend voor de verzekerden.
Artikel 14. Uitsluitingen Naast de in het Algemeen Reglement genoemde uitsluitingen is van de verzekering uitgesloten: 14.1 Breuk- en machineschaden Breuk- en machineschaden, al dan niet terug te voeren op materiaal- of constructiefouten en/of slijtage en/of overbelasting van het inwendige mechanisme of van het gehele verzekerd object. Indien echter daardoor een ongeval in de zin van deze voorwaarden veroorzaakt wordt, is de daardoor ontstane schade door de verzekering gedekt, met inachtneming van hetgeen bepaald is in het Algemeen Reglement; 14.2 Banden Schade aan banden, tenzij de schade veroorzaakt is door diefstal of moedwillige beschadiging, of deze samenvalt met een andere gedekte gebeurtenis; 14.3 Financieel nadeel Financieel nadeel wegens het niet kunnen gebruiken van het verzekerd object; 14.4 Waardevermindering Waardevermindering van het verzekerd object na herstel; 14.5 Weersinvloeden Schade ontstaan tengevolge van weersinvloeden als warmte, vocht of koude, tenzij dergelijke schaden het gevolg zijn van een gebeurtenis waarbij tevens een onder de verzekering gedekte schade aan het verzekerd object is ontstaan; 14.6 Lading Schade door lading aan het verzekerd object, tenzij deze het gevolg is van een gebeurtenis, waarbij tevens een onder de verzekering gedekte schade aan het verzekerd object is ontstaan; 14.7 Alcohol Schade die de bestuurder van het verzekerd object veroorzaakt terwijl hij ten tijde van de gebeurtenis verkeert onder invloed van alcoholhoudende drank of enig bedwelmend middel, zodanig dat hij niet in staat moet worden geacht een bromfiets naar behoren te besturen, dan wel dat hem dit door de wet of overheid is of zou zijn verboden. Het weigeren van een ademtest, bloeden/of urineproef wordt gelijkgesteld met het hierboven gestelde;
Artikel 10. Verhaal Indien de maatschappij op grond van de W.A.M. of een overeenkomstige buitenlandse wet aan een benadeelde schade moet vergoeden, die niet gedekt is, kan de maatschappij de schade en de gemaakte kosten, zowel gerechtelijke als buitengerechtelijke, verhalen op de betreffende verzekerde die jegens de benadeelde aansprakelijk is. De maatschappij heeft geen verhaalsrecht: 10.1 Op de verzekerde die aantoont dat hem geen verwijt treft ten aanzien van het ontbreken van de dekking; 10.2 Op de verzekeringnemer of zijn erfgenamen, indien na eigendomsoverdracht door een ander schade is veroorzaakt, mits de eigendomsovergang tijdig overeenkomstig het Algemeen Reglement is gemeld. De maatschappij heeft wel verhaalsrecht: 10.3 Indien de bestuurder van een brom- of snorfiets tijdens de schadegebeurtenis valt in leeftijdsindeling (zie artikel 1.3) 3, 4 of 5, maar premie is berekend op basis van een lagere leeftijdsindeling dan voor de betreffende bestuurder van toepassing is. De hoogte van het te verhalen schadebedrag wordt bepaald door de verhouding van de berekende premie en de premie die verschuldigd is op basis van de leeftijd van de bestuurder tijdens de schadegebeurtenis. Het maximaal te verhalen bedrag bedraagt EUR 1.000,-. CASCOVERZEKERING Artikel 11. Dekking Verzekerd zijn de verliezen van of schaden aan het verzekerd object ten gevolge van de hierna omschreven oorzaken, voorzover in de polis als gedekt aangegeven.
3
14.8 Verhuur Schade ontstaan tijdens de periode dat het verzekerd object wordt verhuurd; 14.9 Gebruik Schade aan het verzekerd object 1. wanneer deze voor een ander doel wordt gebruikt dan bij het aangaan van de verzekering werd opgegeven; 2. wanneer met betrekking tot het gebruik van het verzekerd object niet door de bestuurder aan de van overheidswege geldende voorschriften is voldaan of wanneer hij niet de benodigde vergunningen bezit, waartoe onder meer gerekend wordt een geldig wettelijk voorgeschreven bromfietscertificaat. Deze laatste uitsluiting is niet van toepassing indien de gebruiker in het bezit is van een geldig rijbewijs, tenzij het rijbewijs is ingevorderd op grond van artikel 164 Wegenverkeerswet; 3. wanneer deze is ontstaan terwijl het verzekerd object was gevorderd door of vanwege een burgerlijke of militaire overheid; 4. wanneer deze voortvloeit uit het abnormaal gebruik van het verzekerd object, waaronder begrepen het gebruik in al dan niet georganiseerd (snelheids-) wedstrijdverband; 5. veroorzaakt terwijl de bestuurder de rijbevoegdheid onvoorwaardelijk bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak is ontzegd; 6. wanneer het verzekerd object wordt gebruikt voor zakelijke doeleinden; 7. wanneer het verzekerd object niet voldoet aan de omschrijving vermeld in artikel 1 van dit reglement; 14.10 Niet gemachtigde bestuurder of passagier Schade veroorzaakt aan het verzekerd object door hen die niet door een daartoe bevoegd persoon zijn gemachtigd als bestuurder of passagier gebruik te maken van het verzekerd object. 14.11 Eigen schuld De aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door verzekerde waarbij hem merkelijke schuld, roekeloosheid of opzet verweten kan worden. De uitsluitingen genoemd onder artikel 14.7, 14.9.2 en artikel 14.9.4 gelden niet voor de verzekeringnemer en degene aan wie hij het verzekerd object had toevertrouwd die aantonen, dat de daarin bedoelde omstandigheden zich buiten hun weten en tegen hun wil hebben voorgedaan en dat hen ter zake van de omstandigheden in redelijkheid geen verwijt treft.
15.6 Diefstal, verduistering en joy-riding In geval van diefstal van het verzekerd object of onderdelen daarvan al dan niet door middel van geweld/braak/verbreking, dan wel strafbare poging daartoe, verduistering en joy-riding is de verzekeringnemer of de bestuurder verplicht direct aangifte te doen bij de plaatselijke politie en hierbij de naam van de maatschappij en het polisnummer te vermelden. Indien het verzekerd object wordt terugverkregen voordat dertig dagen na de datum van de schade-aanmelding bij de maatschappij zijn verstreken, dan moet het door de verzekeringnemer tegen terugbetaling van de eventueel reeds ontvangen schadeloosstelling worden teruggenomen, waarbij eventuele kosten voor reparatie van gedurende die diefstal of verduistering ontstane beschadigingen door de maatschappij worden vergoed. De schadevergoeding wordt betaald zodra de verzekeringnemer de maatschappij heeft gemachtigd het verzekerd object namens hem te vorderen, en/of het eigendom aan de maatschappij heeft overgedragen; beide ter keuze van de maatschappij volgens een door haar op te stellen en door verzekeringnemer ondertekende akte. 15.7 Diefstal bromfiets/Vermiste Objecten Register Verzekeringnemer is verplicht bij constatering van vermissing van de bromfiets de maatschappij onverwijld van dit feit op de hoogte te stellen. Verzekeringnemer verklaart zich akkoord met het aanmelden door de maatschappij van de voertuiggegevens aan het Vermiste Objecten Register (VOR), zodat door de overheid erkende particuliere organisaties door de maatschappij ingeschakeld kunnen worden voor het terugvinden en terugverkrijgen van de bromfiets. Verzekerde kan ook de vermissing van de bromfiets doorgeven aan SOM Helpservice, die 24 uur per dag bereikbaar is. Verzekeringnemer is tevens verplicht de vermissing van de bromfiets of onderdelen daarvan terstond bij de politie aan te geven en het bewijs van aangifte, alsmede het schadeformulier aan de maatschappij toe te zenden. Artikel 16. Schadevergoeding De maatschappij vergoedt, tot ten hoogste het verzekerd bedrag: 16.1 Beschadiging In geval van een herstelbare schade aan het verzekerd object, de reparatiekosten, verminderd met aftrek wegens verbetering nieuw voor oud in die gevallen waarin een sterk in bruikbaarheid teruggelopen onderdeel door een nieuw onderdeel wordt vervangen; 16.2 Totaal verlies In geval van een totaal-verlies, de waarde van een bromfiets van overeenkomstig merk, type, uitvoering, gebruik en leeftijd ten tijde van de schade, onder aftrek van de door de deskundige aangetoonde opbrengstmogelijkheden van de restanten. Onder totaal verlies wordt verstaan: algeheel verlies door diefstal of verduistering, dan wel zodanige beschadiging, dat de herstelkosten meer bedragen dan de dagwaarde minus de restwaarde. De maatschappij behoudt zich het recht voor de schade-uitkering slechts te verstrekken als de eigenaar van de bromfiets heeft voldaan aan het verzoek de verzekerde bromfiets of het restant daarvan inclusief de eventueel door de maatschappij te vergoeden extra voorzieningen en accessoires aan de maatschappij of een door haar aan te wijzen derde over te dragen. Verzekeringnemer is verplicht het complete kentekenbewijs en/of de sleutels indien door de maatschappij daarom verzocht aan haar of een door haar aan te wijzen derde te overhandigen. 16.3 Diefstal en verduistering In geval van diefstal of verduistering van het verzekerd object danwel onderdelen daarvan, de waarde van het ontvreemde onmiddellijk voor de gebeurtenis, een en ander met inachtneming van het volgende: 1. recht op uitkering bestaat eerst dan, nadat de eigenaar van het gestolen goed zijn eigendomsrecht heeft overgedragen aan de maatschappij. Bij diefstal van een geregistreerd verzekerd object dient de eigenaar het registratiebewijs en de sleutels aan de maatschappij over te dragen; indien het gestolen goed binnen dertig dagen na de datum van 2. aangifte bij de politie wordt terugverkregen, moet het door de verzekeringnemer in eigendom worden teruggenomen. Hierbij worden de eventuele kosten voor reparatie van gedurende de diefstal ontstane beschadigingen door de maatschappij vergoed; 16.4 Invoerrechten In geval van een gedekte schade in het buitenland, de invoerrechten die verzekeringnemer bij verlies van het verzekerd object verschuldigd is;
Artikel 15. Schaderegeling 15.1 Schadevaststelling De door de maatschappij aangewezen deskundige stelt het schadebedrag vast. 15.2 Bindend advies Indien met betrekking tot het vastgestelde bedrag geen overeenstemming wordt bereikt, wordt dit vastgesteld door de in 15.1. genoemde deskundige en door een door de verzekerde aangewezen deskundige. Komen deze twee deskundigen niet tot overeenstemming, dan wordt door beide een bindend adviseur benoemd. De bindend adviseur dient ingeschreven te zijn als Register-Expert in het register Motorvoertuigen van de NIVRE (Stichting Nederlands Instituut van Register Experts). De bindend adviseur stelt voor beide partijen het schadebedrag bindend vast. Elk der partijen draagt de kosten van haar deskundige. De kosten van de bindend adviseur komen voor rekening van de maatschappij, tenzij hij anders bepaalt. 15.3 Noodreparatie Voordat de deskundige van de maatschappij het schadebedrag vaststelt, kan de verzekeringnemer noodreparaties laten verrichten, mits de kosten hiervan niet hoger zijn dan EUR 200,-. Onder noodreparatie wordt verstaan: een voorlopige eenvoudige voorziening welke nodig is om gevaar voor het verkeer of voor verdere beschadiging van het verzekerd object te voorkomen. 15.4 Kleine schaden Zonder noodzaak van vaststelling van het schadebedrag door de deskundige van de maatschappij kan de verzekeringnemer schaden beneden EUR 200,- laten repareren. Hij dient de maatschappij hiervan in kennis te stellen, een gespecificeerde nota in te sturen en de vervangen onderdelen voor controle te bewaren. 15.5 Overige schaden Tot eventueel herstel mag niet eerder worden overgegaan dan na toestemming van de maatschappij of haar deskundige. Toestemming tot reparatie houdt in geen geval erkenning van vergoedingsplicht in.
4
16.5 Kosten van berging, vervoer en bewaking In geval van een gedekte schade de kosten van berging, vervoer en bewaking naar de dichtstbijzijnde reparatie inrichting, voorzover niet vallend onder de dekking van artikel 12 van dit reglement; 16.6 Averij-grosse In geval van vervoer over water, de van de verzekeringnemer gevorderde bijdrage in de averij-grosse. Verder gelden de volgende bepalingen: 16.7 Vergoeding accessoires De maatschappij vergoedt, zo nodig boven het verzekerd bedrag, de waarde van eventuele accessoires met een maximum van EUR 150,-; 16.8 Beperking schadevergoeding De maatschappij beperkt haar schadevergoeding indien de bestuurder van een brom- of snorfiets tijdens de schadegebeurtenis valt in leeftijdsindeling (zie artikel 1.3) 3, 4 of 5, maar premie is berekend op basis van een lagere leeftijdsindeling dan voor de betreffende bestuurder van toepassing is. De schade wordt dan vergoed in de verhouding van de berekende premie en de premie die verschuldigd is op basis van de leeftijd van de bestuurder tijdens de schadegebeurtenis. Artikel 17. Verhaalsrecht De maatschappij doet afstand van haar recht op verhaal van een betaalde vergoeding op: 1. de bestuurder en/of een passagier van het verzekerd object, die door de verzekeringnemer waren gemachtigd gebruik te maken van het verzekerd object; 2. de werkgever van de in lid 1 genoemde personen, indien hij voor deze personen aansprakelijk is; mits zij de in het Algemeen Reglement genoemde verplichtingen bij schade nakomen en voor hen geen uitsluiting vermeld in het Algemeen Reglement of in dit reglement van toepassing is.
5
6