Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide V O O R O N T W E R P

Bes te m mi ng s p l an Tu o r re bo ut / Si je He ste rs t r jit te

te T wi jz e le r hei de

V OO R ON TW E R P

Bes te m mi ngs p l an Tu o r re bo ut / Si je He ste rs t r jit te te T wi jz e le r hei de

VOO R ON TW E R P

Inhoud

Toelichting + bijlagen Regels Verbeelding

29 maart 2016 Projectnummer 005.00.12.36.00

T o e l i c h t i n g

005.00.12.36.00.toe

I n h o u d s o p g a v e

1

2

3

Inleiding

5

1.1

Planvoornemen

5

1.2

Ladder duurzame verstedelijking

6

Planbeschrijving

9

2.1

Huidige situatie

9

2.2

Toekomstige situatie

2.3

Volkshuisvestelijke onderbouwing

10

2.4

Relatie met vigerend plan

13

Beleid 3.1

3.2

4

5

9

15 Provinciaal beleid

15

3.1.1

Streekplan Fryslân 2007

15

3.1.2

Provinciale Verordening Romte Fryslân

16

Gemeentelijk beleid

17

3.2.1

17

Structuurvisie Achtkarspelen 2013

3.3

Woonvisie

18

3.4

Welstandsnota

19

3.5

Gemeentelijk Verkeer en VervoerPlan

19

Milieuaspecten

21

4.1

Hinder van bedrijvigheid

21

4.2

Archeologie en cultuurhistorie

21

4.3

Bodem

23

4.4

Ecologie

24

4.5

Externe veiligheid

30

4.6

Geluidhinder

31

4.7

Luchtkwaliteit

31

4.8

Water

33

Juridische toelichting

35

5.1

Bestemmingsplanprocedure

36

5.2

Bestemmingen

37

6

Economische uitvoerbaarheid

39

7

Overleg en inspraak

41

Bijlagen

005.00.12.36.00.toe

1

I n l e i d i n g

1.1

Planvoornemen Het voorliggende bestemmingsplan vormt de planologische regeling die de bouw van tien nieuwe woningen mogelijk maakt op een aantal percelen tussen de Sije Hesterstrjitte, de Tuorrebout en de bebouwing aan de Wetterroas. Met het voorliggende plan wordt een deel van het bestemmingsplan Twijzelerheide herzien. Dit plan is vastgesteld door de gemeenteraad van Achtkarspelen op 5 juni 2008. De nieuw te bouwen woningen passen niet binnen de in het plangebied geldende regelingen. Om de ontwikkeling planologisch mogelijk te maken, is het voorliggende plan opgesteld. De situering van het plangebied is weergegeven in figuur 1.

Figuur 1. Situering plangebied (bron: Bing Maps)

005.00.12.36.00.toe - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016

5

1.2

Ladder duurzame verstedelijking In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte is de ladder voor duurzame verstedelijking geïntroduceerd. Deze ladder is per 1 oktober 2012 als motiveringseis in het Besluit ruimtelijke ordening opgenomen. Daarin staat dat pas als herstructurering of transformatie van bestaand stedelijk gebied onvoldoende ruimte biedt om aan de ruimtevraag van het plan te voldoen, er sprake kan zijn van een nieuwe stedelijke ontwikkeling. Het begrip ‘stedelijke ontwikkeling’ is daarbij als volgt gedefinieerd: ruimtelijke ontwikkeling van een bedrijventerrein of zeehaventerrein, of van kantoren, detailhandel, woningbouwlocaties of andere stedelijke voorzieningen. Trede 1: de regionale ruimtevraag De eerste trede bevat de vraag naar de ontwikkeling in de regio. Het gaat om de ruimtevraag waarin elders in de regio nog niet is voorzien. Het project voorziet in een ontwikkeling die aansluit bij de regionale woningbehoefte. Deze regionale behoefte is door de provincie Fryslân in beeld gebracht aan de hand van de IBP Primos prognoses. Op basis hiervan zijn regionale afspraken gemaakt over de aantallen te bouwen woningen per gemeente tot het jaar 2020. Deze afspraken hebben vervolgens ten grondslag gelegen aan het gemeentelijk Woningbouwprogramma. De ontwikkeling aan de Sije Hesterstrjitte is opgenomen in dit woningbouwprogramma. Ookin relatie tot de gemeentelijke woonvisie wordt de woningbouwontwikkeling als passend beschouwd. De woningmarkt in Twijzelerheide is sterk lokaal georiënteerd. De inwoners hebben een sterke binding met het dorp. Wanneer zij een woning zoeken, wordt over het algemeen in het dorp zelf naar een geschikte woning gezocht. Ook de mensen die van elders naar Twijzelerheide verhuizen, hebben vaak al een binding met het dorp. De woningbehoefte wordt daardoor met name bepaald door de lokale vraag in relatie tot het lokale aanbod. Dit maakt het woningmarktgebied van Twijzelerheide zeer lokaal gericht. De ter plekke geldende behoefte is verder uitgewerkt in de volkshuisvestelijke onderbouwing in deze toelichting. Trede 2: bestaand stedelijk gebied In de tweede trede wordt bekeken of binnen het bestaande stedelijke gebied in de behoefte voor de nieuwe functie kan worden voorzien. Voorliggend plan betreft de ontwikkeling van woningen op een voormalig agrarisch erf. Dit erf ligt geheel binnen de contour van het bebouwd gebied zoals die in de Verordening Romte van de provincie Fryslân is vastgelegd. Daarnaast is de woningbouw in functionele en ruimtelijke zin passend bij het aanliggende bebouwd gebied van Twijzelerheide.

6


Trede 3: multimodaal ontsluiten In trede 3 gaat het om stedelijke uitleg en wel op een zodanige locatie dat het uitleggebied (in potentie) multimodaal ontsloten kan worden. De wijze van ontsluiting heeft een zodanige kwaliteit dat deze effectief en efficiënt is zowel uit het oogpunt van het vervoer als uit het oogpunt van gebruik van de locatie. In dit geval gaat het niet om een stedelijke uitleg maar om een herontwikkeling binnen bestaand stedelijk gebied. Conclusie Het project voldoet aan de ladder voor duurzame verstedelijking. In deze toelichting wordt in hoofdstuk 2 nader ingegaan op de huidige en toe-

LEESWIJZER

komstige situatie en de relatie met het vigerende bestemmingsplan. In hoofdstuk 3 komt het beleidskader aan de orde. Hoofdstuk 4 bevat een overzicht van de planologische randvoorwaarden. Hoofdstuk 5 betreft de juridische vormgeving van het plan en in hoofdstuk 6 komt de economische uitvoerbaarheid van het plan aan de orde. In hoofdstuk 7 wordt ingegaan op de maatschappelijke uitvoerbaarheid van het plan.


7

2

P l a n b e s c h r i j v i n g

2.1

Huidige situatie Het plangebied is gelegen aan de noordoostkant van het dorp Twijzelerheide, binnen de bebouwde kom. De bebouwing in de omgeving betreft voornamelijk vrijstaande woningen. In het plangebied bevindt zich momenteel een woonboerderij met bijgebouwen, erf en toegangsweg. Rondom de voormalige boerderij, die gesloopt zal worden, bevindt zich enige beplanting. Voor het overige bestaat het plangebied uit open grasland. Figuur 2 geeft een beeld van het plangebied, gezien vanaf de Sije Hesterstrjitte.

Figuur 2. Situatie plangebied in 2010 (bron: Google Streetview, 2014)

2.2

Toekomstige situatie Op het terrein dat vrijkomt na de sloop van een voormalige boerderij, ontstaat

ALGEMEEN

ruimte voor het realiseren van nieuwe woningen in Twijzelerheide. De locatie ligt tussen de Tuorrebout en de Sije Hesterstrjitte en sluit aan op reeds bestaande nieuwbouw aan de Tuorrebout en de Wetterroas. In figuur 3 is de inrichtingsschets weergegeven. Afhankelijk van de uiteindelijke indeling zullen er negen of tien woningen worden gerealiseerd. Vier woningen zullen ontsloten


9

worden op reeds bestaande wegen: twee vrijstaande woningen zijn georiënteerd op de Tuorrebout en twee, eveneens vrijstaande woningen, zijn georiënteerd op de Sije Hesterstrjitte. Vanaf de Tuorrebout wordt er een nieuwe straat aangelegd. Aan deze weg komen nog eens vijf of zes woningen. Deze woningen kunnen ofwel vrijstaand ofwel als twee-onder-een-kapwoningen worden gerealiseerd en zijn georiënteerd op het nieuwe weggedeelte. De noordelijke grens van het plangebied voorziet in een groenstrook die bestaat uit een elzensingel. Daarnaast worden er een aantal sloten verbreed en wordt er een nieuwe dobbe gegraven. Deze waterpartijen vormen de compensatie voor de toename aan oppervlakteverharding. Qua welstand gelden in de huidige situatie de criteria voor gebied 10 ‘individuele bouw’. Dat blijft van kracht voor de nieuwe situatie.

Figuur 3. Verkavelingsschets (grotere versie in bijlage 1)

Parkeren ten behoeve van de woningen dient plaats te vinden op eigen erf. De geldende parkeernorm is 1,8 tot 2,7 parkeerplaatsen per woning.

2.3

Volkshuisvestelijke onderbouwing In de Woonvisie ‘Wonen voor jong en oud’(november 2014) wordt onder meer ingegaan op de gevolgen van de bevolkingskrimp in de regio. Dit betekent dat vanaf 2022 te verwachten is dat een overschot op de woningmarkt ontstaat. De behoefte aan seniorgeschikte woningen neemt nog toe als gevolg van de vergrijzing, maar er zijn voldoende gezinswoningen en woningen voor starters. Er vindt een lichte verschuiving plaats van de koop- naar de huursector.

10


Een en ander betekent dat sterk wordt ingezet op versterking van de kwaliteit van het woningaanbod, het geschikt maken van de bestaande woningvoorraad voor senioren en het verbeteren van de woonomgeving. Met nieuwe woningbouwprojecten wordt aangesloten op de vraag. Vaak zal dit kleinschalige initiatieven betreffen. Naast kleinschaligheid is de inzet van de woonvisie ook gericht op lokale vraag en/of vervangingsnieuwbouw (herstructurering). Voorliggend plan maakt de bouw van maximaal 10 woningen mogelijk. In de uitvoeringsfase wordt gekeken of de behoefte aan dit maximale aantal benut kan worden of dat kan worden volstaan met een lagere dichtheid. De stedenbouwkundige schets, zoals in de toelichting is opgenomen, geeft een beeld van 7 vrijstaande en één 2^1-kap woning. Het kan blijken dat er behoefte is aan een indeling met 6 vrijstaande woningen en twee 2^1 kap woning. Daarvoor biedt het plan flexibiliteit. Het plan zet in op vervangingsnieuwbouw waarbij een gedateerd en bouwtechnisch zwakke voormalige boerderij wordt opgeheven ten behoeve van een invulling die goed aansluit op de identiteit van de omliggende bebouwingsstructuur. Belangrijk is om te beoordelen of deze woningbouwontwikkeling voorziet in een behoefte. Ondanks dat er sprake is van bevolkingskrimp groeit het aantal huishoudens nog tot het jaar 2022. Het woningbouwprogramma 2014-2018, dat regionaal is afgestemd, toont aan dat tot 2022 nog behoefte is aan zo’n 200 tot 250 woningen. Aan welke plannen de resterende woningbehoefte wordt besteed is in dit woningbouwprogramma opgenomen. Hierin is voorliggend plan opgenomen met 10 woningen. Doordat in dit plan een boerderij wordt opgeheven omvat het voorliggende plan een toevoeging van maximaal 9 woningen aan de voorraad. De sociaal-culturele achtergrond van Twijzelerheide maakt dat dorpsbewoners sterk lokaal georiënteerd zijn in hun zoektocht naar een woning. Om adequaat in te kunnen spelen op deze lokale behoefte dient voldoende en passend aanbod beschikbaar te zijn. Met het oog op dit laatste aspect is door Wijmenga makelaars en taxateurs een analyse gemaakt van de vraag naar woningen en het woningaanbod.


11

Wijmenga makelaars en taxateurs constateren het volgende: In Twijzelerheide zijn in de periode vanaf 2012 tot februari 2016 de volgende aantallen en typen woningen verkocht:

€ 0,€ 150.001 € 200.001 € 250.001

€ 150.000 € 200.000 € 250000 Totaal:

Aantal Aantal verkocht

Type Vrijstaand

2-1 kap

Hoekwoning

Tussenwoning

15 6 3 0 24

4 6 3 0 13

2 0 0 0 2

3 0 0 0 3

6 0 0 0 6

Daarnaast wordt per februari 2016 te koop aangeboden:

€ 0,€ 150.001 € 200.001 € 250.001 € 300001

€ 150.000 € 200.000 € 250000 € 300000 ---Totaal:

Aantal Aantal aangeboden

Type Vrijstaand

2-1 kap

Hoekwoning

Tussenwoning

5 5 9 8 4 31

1 0 9 8 4 22

1 1 0 0 0 2

0 3 0 0 0 3

3 1 0 0 0 4

Uit deze cijfers is het volgende af te leiden: er is een verhoudingsgewijs ruim aanbod in het vrijstaand segment. Aan de hand van de aantallen verkochte woningen kan een beeld verkregen worden van de lokale woningvraag. Hieruit blijkt dat de vraag zich met name richt op vrijstaande woningen. Hierin zit ook de meeste verkoopactiviteit: vanaf 2014 zijn er in Twijzelerheide 24 woningen verkocht waarvan het merendeel (n=21) in de prijsklassen onder de €200.000,00 valt. Dit segment wordt met voorliggend plan bediend. Transacties van woningen boven de € 250.000,00 hebben niet plaatsgevonden, terwijl het aanbod in deze prijsklasse relatief groot is. In voorliggend plan wordt voorzien in bouwkavels, die naar eigen inzicht kunnen worden ingevuld (binnen de gestelde kaders). Door verschillende invullingen zal sprake zijn van verschillende prijsstellingen, waarbij het realiseren van een woning beneden de €250.000,00 tot de mogelijkheden zal behoren.

12


Van een omvangrijke kwantitatieve behoefte lijkt hiermee geen sprake. Daarentegen kan het voorgenomen plan uit kwalitatief oogpunt voorzien in een behoefte: het bestaande aanbod is in sommige gevallen oud en in meerdere gevallen staan de woningen op grote kavels, waaruit geconcludeerd kan worden dat het bestaande bezit relatief veel onderhoud vergt. De woningen in voorliggend plan staan op kleinere percelen en zullen minder onderhoud vergen. De woningen bedienen daarmee een andere doelgroep en voorzien vanuit dat oogpunt in een (lokale) behoefte. De ervaring is dat de woningen die worden achtergelaten door deze doelgroep goedkopere huur- of koopwoningen betreffen welke gewild zijn bij starters. Hierdoor ontstaan ook mogelijkheden voor de lokaal georiënteerde starter in Twijzelerheide. De vrije kavels, waarmee in voorliggend plan wordt voorzien, geeft kopers daarbij de mogelijkheid een woning te realiseren die aansluit op hun behoefte. Daarnaast wordt geconstateerd dat er nauwelijks aanbod is in het 2^1-kap segment en dat zich de afgelopen jaren weinig transacties in dit segment hebben voorgedaan. Dat is opmerkelijk omdat dit segment – marktbreed - al jarenlang populair is. Om dit segment meer speelruimte te geven binnen Twijzelerheide, voorziet het plan in de mogelijkheid extra 2^1 kap-woningen te realiseren. Op deze wijze kan met begrensde flexibiliteit ingespeeld worden op de woningmarkt in Twijzelerheide. Voor alle duidelijkheid nogmaals: het plan biedt ruimte voor 7 vrijstaande en één 2^1-kap-woning dan wel er wordt geschakeld naar 6 vrijstaande woningen en twee 2^1 kap woningen. Daarnaast biedt de opzet van het plan de mogelijkheid om het gefaseerd te realiseren. Zodoende kan ook qua bouwtempo worden aangesloten bij de vraag. Conclusie Samenvattend kan de conclusie getrokken worden dat het plan van relatief kleinschalige omvang is, een gedateerd en bouwtechnisch zwak gebouw vervangt en voorziet in de lokale behoefte.

2.4

Relatie met vigerend plan Op 5 juni 2008 is het bestemmingsplan Twijzelerheide vastgesteld. Onder verwijzing naar dit plan wordt hier alleen ingegaan op de afwijkingen en benodigde aanvullende onderzoeken. 1. Gewijzigde situatie Het plan voor de locatie leidt tot de wijziging van de bestemming en de ligging van bouwvlakken. Voor de regels wordt aangesloten op die van het vigerende plan, maar deze moet wel worden aangepast aan de huidige normen voor (digitale) bestemmingsplannen. Hierop wordt in hoofdstuk 5 nader ingegaan.


13

2. Actualisering beleid In de periode tussen de vaststelling van het geldende bestemmingsplan en het opstellen van voorliggend bestemmingsplan, is een aantal provinciale en gemeentelijke beleidsstukken geactualiseerd. De relevante beleidsstukken voor het voorliggende plan zijn opgenomen in hoofdstuk 3. 3. Actualisering onderzoeksaspecten In hoofdstuk 4 wordt ingegaan op de geactualiseerde weten regelgeving en wordt ingegaan op de gevolgen voor de geplande woningbouw.

Figuur 4. Uitsnede vigerend plan Twijzelerheide (globale planbegrenzing)

14


3

B e l e i d

3.1

Provinciaal beleid 3 . 1 . 1

Streekplan Fryslân 2007

In december 2006 hebben Provinciale Staten het nieuwe Streekplan Fryslân 2007 vastgesteld. Een streekplan vormt de schakel tussen het abstracte rijksbeleid en het concrete gemeentelijke beleid. In het streekplan wordt de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de provincie aangegeven. Daarnaast is het streekplan toetsingskader voor gemeentelijk ruimtelijk beleid, zoals bij de provinciale beoordeling van bestemmingsplannen. Het streekplan is dus zowel sturend en ontwikkelingsgericht als toetsend. Het uitgangspunt van de provincie voor het in het streekplan geformuleerde ontwikkelingsgerichte tweeledige beleid is ‘een ondeelbaar Fryslân met ruimtelijke kwaliteit’. Een ondeelbaar Fryslân benadrukt dat de steden en het platteland elkaar nodig hebben en elkaar ondersteunen. Een Fryslân met ruimtelijke kwaliteit benadrukt het bovenlokale belang bij de instandhouding en verdere ontwikkeling van de landschappelijke kwaliteiten van Fryslân. Op deze manier wil de provincie een economisch sterk en tegelijkertijd mooi Fryslân creëren. Leefbare steden en een vitaal en aantrekkelijk platteland versterken elkaar wanneer ze elkaar aanvullen. Daarom wordt de keuze gemaakt om verstedelijking te concentreren in de stedelijke gebieden. Wat betreft het platteland moet de vitaliteit en leefbaarheid bewaard blijven, met werk en voorzieningen die passen bij de aard en schaal van het gebied. In het streekplan valt Twijzelerheide onder de ‘overige kernen’. In de hiërarchie van het streekplan zijn dit de kleinste dorpen, zonder volwaardig voorzieningenniveau. Bij de toekomstige ontwikkeling van de provincie ligt de nadruk op de steden en de regionale centra, zoals Dokkum, Buitenpost en Surhuisterveen. In dorpen als Twijzelerheide zijn ontwikkelingen toegestaan voor zover die passen bij de schaal en ruimtelijke karakteristiek van het dorp. Voor de kleine kernen stelt de provincie Fryslân een terughoudend woningbouwbeleid voor. Woningbouw op het platteland is primair gericht op de plaatselijke woningbehoefte, dat wil zeggen op de reële woningvraag die voortkomt uit het gebied zelf. De verdeling van de beschikbare woningbouwruimte op het platteland is primair een gemeentelijke verantwoordelijkheid. Wel legt de provincie een accent op locaties die goed met het openbaar vervoer ontsloten zijn.


15

3 . 1 . 2

Provinciale

Verordening Romte

Fryslân

Door het college van Gedeputeerde Staten is op 15 juni 2011 de Verordening Romte Fryslân vastgesteld. In de verordening worden die onderwerpen uit het streekplan geregeld waarvan de juridische doorwerking en borging in ruimtelijke plannen van gemeenten noodzakelijk is. Het onderliggende beleid staat in het streekplan en enkele andere provinciale plannen. Dit betekent dat bij de interpretatie en toepassing van bepaalde artikelen in concrete situaties, soms teruggegrepen moet worden op dit provinciale beleid.

Figuur 5. Bestaand stedelijk gebied Twijzelerheide (boven) (plangebied globaal rood begrensd)

In de huidige woningbouwafspraken met de provincie wordt onderscheid gemaakt tussen woningbouw binnen en buiten het stedelijk gebied. Binnen de grenzen van het stedelijk gebied kan op basis van deze afspraken ‘plafondloos’ worden gebouwd. In figuur 5 is een kaartbeeld opgenomen van de kaarten die bij de Verordening Romte Fryslân horen. Hieruit blijkt dat het plangebied binnen het stedelijk gebied valt. Verordening Romte Fryslân 2014 De herziening van de Verordening Romte Fryslân 2014 heeft geen consequenties voor het voorliggende plan.

16


3.2

Gemeentelijk beleid 3 . 2 . 1

Structuurvisie

Achtkarspelen

2013

Op 24 januari 2013 heeft de gemeenteraad de Structuurvisie 'Samen leven in Achtkarspelen' vastgesteld. Deze visie blikt vooruit op de ontwikkelingen in de dorpskernen voor de komende 15 jaar. De leefbaarheid en het samen leven in de dorpen staan centraal in de Structuurvisie. Dit centrale thema is uitgewerkt in verschillende onderwerpen zoals wonen, werken en voorzieningen. Achtkarspelen wil zich verder ontwikkelen als aantrekkelijke woongemeente. Er moeten voldoende woningbouwmogelijkheden komen om de voor de komende jaren voorspelde woningvraag op te vangen. De provincie heeft met de NOFA-regio afspraken gemaakt voor de periode 2008 t/m 2015 (inmiddels verlengd tot 2020). Vertrekpunt voor deze afspraken vormen de meest recente provinciale bevolkings- en woningbouwprognoses voor de regio Noordoost In de structuurvisie is een onderdeel opgenomen per dorp. Ten aanzien van Twijzelerheide wordt opgemerkt dat er in het vigerende bestemmingsplan nog een woningbouwlocatie is aan de Tuorrebout en de Wetterroas, waar de komende jaren nog een aantal kavels uitgegeven zullen worden. Het voorliggende plangebied ligt voor een beperkt deel in deze locatie en koerst voor het overige op een herontwikkeling en inbreiding op een bestaand erf binnen de stedelijke contourlijn.

Figuur 6. Fragment structuurvisiekaart


17

3.3

Woonvisie Recent is een nieuwe Woonvisie door de gemeenteraad vastgesteld. In deze visie is het woonbeleid voor de komende jaren neergelegd. Achtkarspelen spreekt hierin de ambitie uit om een aantrekkelijke gemeente zijn om in te wonen. Voor alle inwoners, ongeacht leeftijd of inkomen. In dit kader benutten en versterken we de aantrekkelijke woonomgeving die Achtkarspelen te bieden heeft en zetten in op levensloop- en zorggeschikte woningen. In zowel nieuwbouw als bestaande voorraad zodat ook het toenemend aantal (zorgbehoevende) ouderen een geschikte woning kan vinden. Ook duurzaamheid is een belangrijk thema. Aan de Woonvisie is een Woningbouwprogramma gekoppeld waarin het beleid uit de Woonvisie wordt vertaald naar concrete projecten. Regie van de gemeente is hierin van belang om ervoor te zorgen dat vraag en aanbod op de woningmarkt op elkaar af te stemmen. Er is de komende jaren nog een beperkte behoefte aan extra woningen. In het woningbouwprogramma heeft de gemeente een keuze gemaakt voor welke projecten zij zich wil inzetten. Er wordt aangesloten bij de kansen die er liggen. Het woningbouwproject aan de Sije Hesterstrjitte in Twijzelerheide is in het woningbouwprogramma opgenomen met een aantal van 10 woningen. Het woningbouwprogramma is op 5 maart 2015 door de gemeenteraad vastgesteld.

18


3.4

Welstandsnota Conform het gemeentelijk welstandsbeleid maakt het plangebied deel uit van gebiedsnummer 10 ‘individuele bouw’. De hiervoor geldende criteria blijven van toepassing voor de beoogde invulling.

Figuur 7. Fragment welstandskaart met markering plangebied

3.5

Gemeentelijk Verkeer en VervoerPlan De gemeente Achtkarspelen heeft op 22 januari 2015 het beleid ten aanzien van verkeer en vervoer opnieuw vastgesteld. Voor het parkeren geldt als uitgangspunt dat er binnen het plangebied voldoende ruimte moet zijn voor het opvangen van de parkeerbehoefte. Zodoende ontstaat er in de omgeving geen overlast door geparkeerde auto's. Het gemeentelijk beleid ten aanzien van parkeren is opgenomen in het Gemeentelijk Verkeer en Vervoerplan (GVVP). In de parkeerregeling die geldt voor het voorliggend bestemmingsplan, wordt verwezen naar het gemeentelijk verkeer- en vervoersplan (gebaseerd op de CROW publicatie 182) vastgesteld door de gemeenteraad op 22 januari 2015. Aan de hand van het gemeentelijk beleid kan worden bepaald wanneer sprake is van 'voldoende parkeergelegenheid'. De afweging is gekoppeld aan het verlenen van een omgevingsvergunning. Indien de beleidsregels ten aanzien van het gemeentelijke parkeerbeleid binnen de planperiode worden gewijzigd, wordt rekening gehouden met het gewijzigd beleid. Dit is expliciet in de regels ten behoeve van het parkeren bepaald.


19

De normering uit het GVVP is in de regels vastgelegd zodat daaraan kan worden voldaan en deze op goede wijze wordt geborgd. Daarnaast is de gemeente bezig met het opstellen van een Nota parkeerbeleid. Wanneer deze nota in werking treedt, zal deze ook van toepassing zijn op de parkeerregels in het voorliggende bestemmingsplan. De regels waarborgen dit.

20


4

M i l i e u a s p e c t e n

4.1

Hinder van bedrijvigheid Op grond van de Wet Milieubeheer zijn bedrijven en instellingen verplicht te

WET- EN REGELGEVING

voldoen aan de eisen van een AMvB, dan wel een milieuvergunning te hebben voor de exploitatie van het bedrijf, waarbij rekening gehouden dient te worden met de omliggende woonbebouwing. Door middel van de milieuwet- en regelgeving wordt (milieu)hinder in woongebieden zo veel mogelijk voorkomen. Uit de publicatie ‘Bedrijven en milieuzonering’ (2009) van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) wordt de richtafstandenlijst voor milieubelastende activiteiten gehanteerd, zowel voor bedrijven als maatschappelijke instellingen als scholen en sportvoorzieningen. Per bedrijfstype zijn voor elk van de aspecten geur, stof, geluid en gevaar de minimale afstanden aangegeven die in de meeste gevallen kunnen worden aangehouden tussen een bedrijf en woningen om hinder en schade aan mensen binnen aanvaardbare normen te houden. De grootste afstand is bepalend. De genoemde maten zijn richtinggevend, maar met een goede motivering kan en mag hiervan worden afgeweken. Er dient te worden aangetoond dat het plan buiten de invloedssfeer van bedrijvigheid in de nabije omgeving valt. Tevens dient te worden aangetoond dat het plan geen belemmering vormt voor de nabijgelegen functies. De omgeving van het plangebied bestaat uit woonstraten en agrarische perce-

ONDERZOEK

len. In de directe omgeving komen geen bedrijven of andere functies voor die tot hinder leiden voor de woningen. Ook leidt de bouw van tien nieuwe woningen daardoor niet tot beperkingen voor uitbreidingsmogelijkheden voor andere functies. De uitvoerbaarheid van voorliggend bestemmingsplan wordt niet belemmerd

CONCLUSIE

door onaanvaardbare hinder van bedrijven.

4.2

Archeologie en cultuurhistorie Begin 1992 ondertekende Nederland het Verdrag van Valletta/Malta. Daarmee

WET- EN REGELGEVING

heeft de zorg voor het archeologische erfgoed een prominentere plaats gekregen in het proces van de ruimtelijke planvorming. Uitgangspunten van het verdrag zijn het vroegtijdig betrekken van archeologische belangen in de planvorming, het behoud van archeologische waarden in situ (ter plaatse) en de


21

introductie van het zogenaamde ‘veroorzakerprincipe’. Dit principe houdt in dat degene die de ingreep pleegt financieel verantwoordelijk is voor behoudsmaatregelen of een behoorlijk onderzoek van eventueel aanwezige archeologische waarden. Ondertussen is dit vertaald in de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) die op 1 september 2007 van kracht is geworden. Met name de Monumentenwet is door de Wamz aangepast en gaat concreet in op de bescherming van archeologische waarden in bestemmingsplannen. De provincie Fryslân heeft de Friese Archeologische Monumentenkaart Extra opgesteld. Op deze kaart staat voor het hele grondgebied van de provincie Fryslân de archeologische verwachtingswaarde met een bijbehorend advies weergegeven. De kaart voorziet in de verwachtingswaarde voor twee verschillende tijdsperioden: de steentijd-bronstijd en ijzertijd-middeleeuwen. In het navolgende zijn kaartuitsneden opgenomen voor beide tijdsperioden. Figuur 7 toont het kaartbeeld voor de periode steentijd-bronstijd. Voor deze periode adviseert de provincie voor het westelijke deel ‘karterend onderzoek 3’ (onderzoek nodig bij oppervlaktes groter dan 5000 m²) en voor het oostelijke gedeelte ‘onderzoek bij grote ingrepen’ (vanaf 2,5 hectare). Het gedeelte van het plangebied dat in de zone ligt die is geclassificeerd voor karterend onderzoek 3, is kleiner dan 5000 m². Ook wordt de oppervlakte van 2,5 hectare niet gehaald. Voor deze tijdsperiode is daarom geen noodzaak tot het verrichten van archeologisch onderzoek.

Figuur 7. Steentijd-bronstijd

Voor de periode ijzertijd-middeleeuwen geldt dat er voor het plangebied geen onderzoek noodzakelijk is.

22


Figuur 8. IJzertijd-middeleeuwen

Vanuit het oogpunt van archeologie is er geen belemmering voor de uitvoer-

CONCLUSIE

baarheid van het plan.

4.3

Bodem Door Enviso Ingenieursbureau een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 5740 en conform de NEN 5897 uitgevoerd ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide (zie bijlage 2). Het doel van het verkennend bodemonderzoek is het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van zowel de grond als het grondwater op de locatie. Tevens dient de aanwezigheid van asbest in het puin onderzocht te worden. Vooronderzoek Uit het vooronderzoek is gebleken dat er op de onderzoekslocatie geen bodembedreigende activiteiten hebben plaatsgevonden. Op de locatie zijn geen gedempte sloten aanwezig. Tevens zijn er geen boven en/of ondergrondse tanks aanwezig (geweest). Er bestaat aanleiding om asbesthoudende materialen in en/of op de bodem te verwachten in verband met de puinverharding in het toegangspad en achter de boerderij. Daarnaast is de schuur naast de boerderij bedekt met asbestverdachte golfplaten. De potentieel verdachte locatie (nummer 13), ten zuiden van de onderzoekslocatie is dusdanig ver van het onderzoeksterrein gelegen dat dit niet relevant is voor het uit te voeren bodemonderzoek. Op basis van het vooronderzoek wordt de puinverharding ter plaatse van het toegangspad en het deel achter de boerderij als ‘verdacht’ beschouwd met betrekking tot de aanwezigheid van asbestverdacht materiaal. Het overig terrein


23

wordt op basis van het vooronderzoek, met betrekking tot de chemische kwaliteit, als ‘onverdacht’ beschouwd. Conclusie Op grond van het uitgevoerde onderzoek is geconstateerd dat er nog vervolgonderzoek nodig is met het oog op aangetroffen verontreinigingssporen van asbest op enkele locaties van het perceel. Dit onderzoek en de mogelijke daarop volgende sanering moet worden uitgevoerd. Onderzoek en sanering verontreinigingssporen van asbest In opdracht van de initiatiefnemer, is door Van der Wiel Infra & Milieu BV een asbest in puin verharding gesaneerd ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide. De milieukundige begeleiding is uitgevoerd door Enviso Ingenieursbureau. Het bijbehorend rapport, alsook de bevestiging van de Inspectie Leefomgeving en Transport, is opgenomen als bijlage 3 bij de voorliggende toelichting. Aanleiding tot de sanering is de voorgenomen ontwikkeling van de locatie tot woningbouw. Tijdens de uitgevoerde bodemonderzoeken is ter plaatse van het terrein achter de boerderij asbesthoudend materiaal in de puinverharding aangetroffen boven de hergebruiksnorm (100 mg/kg ds). Daarnaast is rondom deze puinverharding grond met puin en asbest onder de hergebruiksnorm aanwezig, welke ontgraven en afgevoerd moet worden. Conclusie Geconcludeerd kan worden dat de sanering van het asbesthoudend puin ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide in voldoende mate is uitgevoerd en de overtreding is opgeheven. Er bestaan geen beperkingen meer voor de voorgenomen woningbouw ter plaatse van de locatie.

4.4

Ecologie KADER

Om de uitvoerbaarheid van onderhavig plan te toetsen, is een inventarisatie van natuurwaarden uitgevoerd. Het doel hiervan is om na te gaan of een vooronderzoek in het kader van de Flora- en faunawet (Ffw), een Voortoets in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 (Nbw 1998) of een analyse in het kader van het provinciaal ruimtelijk natuurbeleid noodzakelijk is. Naast het raadplegen van bronnen is het plangebied ten behoeve van de inventarisatie op 20 augustus 2014 bezocht door een ecoloog van BügelHajema Adviseurs. Tijdens het veldbezoek is onder meer met behulp van een ladder de bebouwing geïnspecteerd.

24


Plangebied vanaf de Sije Hesterstrjitte (20 augustus 2014)

Het plangebied wordt voor een groot deel gevormd door een voormalig boe-

TERREINOMSTANDIGHEDEN

renerf met woonboerderij en bijgebouwen (waaronder twee veestallen). De bebouwing is al langere tijd niet meer in gebruik en verkeerd in een vervallen staat. De bebouwing is voornamelijk opgetrokken uit baksteen, waarbij de kappen bedekt zijn met golfplaat of dakpannen (toepassing van vlakke muldenpan, beton dakpan en verbeterde holle dakpan op dakbeschot van planken en/of riet). Het erf is sterk verruigd en werd ten tijde van het veldbezoek begraasd door schapen. Rondom het erf bevindt zich enige opgaande beplanting in de vorm van fruitbomen, coniferen, schietwilgen, zwarte elzen en berken. Het westelijke deel van het plangebied betreft een perceel grasland. Ten tijde van het veldbezoek werd dit perceel begraasd door een pony. Het perceel is extensief in gebruik. Het geheel wordt om sloten door een kavelsloot. Soortbescherming Achter de Ffw staat het idee van de zorgplicht voor in het wild levende be-

FLORA- EN FAUNAWET

schermde dieren en planten en hun leefomgeving. Beschermde soorten worden opgesomd in de ‘lijsten beschermde inheemse planten- en diersoorten’. De Algemene Maatregel van Bestuur ex artikel 75 van de Ffw van 23 februari 2005, kent een driedeling voor het beschermingsniveau van planten- en diersoorten, hierna te noemen: licht beschermd, middelzwaar beschermd en streng beschermd. De inheemse vogelsoorten hebben een eigen afwijkend beschermingsregime; ze vallen zowel onder het middelzware als strenge beschermingsregime.


25

INVENTARISATIE

Uit het raadplegen van de Nationale Database Flora en Fauna 1 via Quickscanhulp.nl2 (© NDFF - quickscanhulp.nl 14-08-2014 14:36:01) blijkt dat in de omgeving van het plangebied de laatste vijf jaar verschillende beschermde soorten zijn waargenomen. Binnen een straal van één kilometer betreft het daslook (stinzenplant), waterdrieblad (moerasplant), groene glazenmaker (libel die voor de voortplanting gebonden is aan de moerasplant krabbenscheer), gewone dwergvleermuis en meerdere vogelsoorten. Op basis van het veldbezoek blijkt dat het plangebied een beperkte natuurwaarde kent. Grazige delen zijn sterk verruigd met soorten als akkerdistel, grote brandnetel, ridderzuring en zevenblad. Tussen de dominerende grassoorten Engels raaigras en gestreepte witbol staan verder kruiden zoals rode en witte klaver, paardenbloem en vogelwike. Op een muur van een veestal, welke met een tussenstuk aan de boerderij is vast gebouwd, is de middelzwaar beschermde steenbreekvaren aangetroffen. Steenbreekvaren groeit hier op een steensmuur (rode, onbezande baksteen in kruisverband), onder een lekkende dakgoot samen met mannetjesvaren en smalle stekelvaren. Anders dan steenbreekvaren zijn er in het plangebied geen beschermde plantensoorten aangetroffen.

Steenbreekvaren

1

Nationale Databank Flora en Fauna (NDFF). De NDFF is de meeste complete natuurdatabank van Nederland. De NDFF geeft informatie over waarnemingen van beschermde en zeldzame planten en dieren en bevat uitsluitend gevalideerde gegevens. Informatie is te vinden op www.natuurloket.nl.

2

Quickscanhulp.nl is een online applicatie waarmee een afgeleide van data uit de NDFF wordt weergegeven. Het is daarmee een hulpmiddel om te bepalen of een beschermde soort wel of niet in het plangebied kan voorkomen. Quickscanhulp.nl geeft aan op welke afstand waarnemingen van beschermde soorten in relatie tot het plangebied zijn aangetroffen. Voor Quickscanhulp.nl worden alleen gevalideerde waarnemingen gebruikt.

26


Het plangebied vormt naar verwachting een onderdeel van het foerageergebied van de vleermuissoorten gewone dwergvleermuis, laatvlieger en ruige dwergvleermuis. Alle vleermuissoorten zijn streng beschermd. Gezien de aanwezigheid van potentieel foerageergebied in de omgeving, betreft het plangebied geen essentieel onderdeel van het foerageergebied van vleermuizen. In de bomen zijn geen voor vleermuizen geschikte holten en/of spleten aanwezige. Daarnaast vormen de bomen geen onderdeel van lijnvormige groenstructuren. Verblijfplaatsen in de bebouwing worden evenmin verwacht. In de buitenmuren is geen spouw aanwezig en de toegepaste dakpannen in combinatie met de dakvorm en het type dakbeschot biedt geen geschikte plaatsen. In de bebouwing en onder de dakpannen zijn verder ook geen sporen van vleermuizen aangetroffen. Verspreid in het opgaand groen zullen vogels zoals houtduif en vink nestelen. Binnen in de bebouwing werden verder nesten van boerenzwaluw (nog jongen in nest), merel en winterkoning aangetroffen en onder de dakpannen werden enkele nesten van spreeuw aangetroffen. Nesten van huismus zijn niet aangetroffen. Huismus (standvogel) is ook niet in het plangebied of in de directe omgeving waargenomen. Verder wordt binnen het plangebied de aanwezigheid van enkele algemeen voorkomende, licht beschermde soorten zoals egel, gewone pad, huisspitsmuis en veldmuis verwacht. Ten behoeve van de uitvoering van het plan zal de bestaande bebouwing wor-

TOETSING

den gesloopt. Door de sloop zal de groeiplaats van steenbreekvaren verloren gaan. Dit betreft een overtreding van een verbodsbepaling (artikel 8) van de Ffw waarvoor een ontheffing dient te worden verkregen. Bij uitvoering van het plan zal verder het foerageergebied van vleermuizen veranderen, maar niet verloren gaan. Naar verwachting zal de waarde van het foerageergebied wel afnemen. Negatieve effecten op in de omgeving verblijvende populaties worden, gezien het omliggende gebied, niet verwacht. Als gevolg van inrichtingswerkzaamheden kunnen daarnaast verblijfplaatsen van enkele algemeen voorkomende diersoorten zoals egel, gewone pad, huisspitsmuis en veldmuis worden verstoord en vernietigd (artikel 11 van de Ffw). Ook kunnen bij de werkzaamheden enkele exemplaren worden gedood (artikel 9 van de Ffw). Het betreft hier algemeen voorkomende soorten die onder het lichte beschermingsniveau vallen. Deze soorten worden niet in hun voortbestaan bedreigd en vallen in de vrijstellingsregeling bij ruimtelijke ontwikkelingen. Voor deze soorten hoeft dan ook geen ontheffing te worden aangevraagd. Indien werkzaamheden tijdens het broedseizoen worden uitgevoerd kunnen in gebruik zijnde nesten van vogels worden verstoord en vernietigd. Het is verboden nesten van vogels (indien nog in functie) te verstoren of te vernietigen (artikel 11 en 12 van de Ffw). Daarom dient bij de planningen van en gedurende de uitvoering van de werkzaamheden rekening te worden gehouden met het broedseizoen van vogels. Verstoring van broedgevallen van vogels dient te worden voorkomen. Voor de in het plangebied te verwachten vogelsoorten kan dit plaatsvinden door werkzaamheden buiten de broedperiode van aanwezige soorten uit te voeren. Tevens kunnen voorbereidende maatregelen worden ge-


27

troffen om te voorkomen dat vogels tot broeden kunnen komen binnen het plangebied. Voor het broedseizoen wordt geen standaardperiode gehanteerd in het kader van de Ffw. Van belang is of een broedgeval aanwezig is, ongeacht de periode. Voor de meeste vogels geldt dat het broedseizoen ongeveer van 15 maart tot 15 juli duurt. Het broedseizoen van boerenzwaluw loopt evenwel van april tot begin oktober. Gebiedsbescherming Voor onderhavig plangebied is de volgende weten regelgeving op het gebied van gebiedsbescherming relevant: de Natuurbeschermingswet 1998 en de provinciale structuurvisie en verordening. NATUURBESCHERMINGS-

In de Nbw 1998 is de bescherming van specifieke (natuur)gebieden geregeld. In

WET 1998

de Nbw 1998 zijn ook de bepalingen vanuit de Europese Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn verwerkt. Onder de Nbw 1998 worden drie typen gebieden aangewezen en beschermd: Natura 2000-gebieden, Beschermde Natuurmonumenten en Wetlands. Verder is deze wet de basis voor het Natuurbeleidsplan waarin het concept van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is opgenomen.

ECOLOGISCHE HOOFD-

De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en nog te ontwikkelen

STRUCTUUR

belangrijke natuurgebieden in Nederland en vormt de basis voor het nationale natuurbeleid. De begrenzing en ruimtelijke bescherming van de provinciale EHS is voor provincie Fryslân uitgewerkt in het Streekplan Fryslân 2007 en de Verordening Romte Fryslân (provinciaal ruimtelijk natuurbeleid).

NATUUR BUITEN DE EHS

Vanuit het Streekplan Fryslân 2007 en de Verordening Romte Fryslân wordt buiten de EHS-gebieden bij ruimtelijke plannen specifiek ingezet op de bescherming van bestaande natuurgebieden en natuurwaarden in agrarisch gebied.

INVENTARISATIE

Het plangebied ligt niet in en grenst niet aan een beschermd gebied in het kader van de Nbw 1998. Het meest nabijgelegen beschermde gebied betreft het Natura 2000-gebied Groote Wielen dat gelegen is op ongeveer 10 kilometer afstand van het plangebied. Dit beschermde gebied is op 30 december 2010 definitief aangewezen als Natura 2000-gebied. In het aanwijzingsbesluit staan de begrenzing en de instandhoudingsdoelen. Op 10 december 2013 heeft Gedeputeerde Staten van Fryslân het definitieve beheerplan voor de Groote Wielen vastgesteld. Het plangebied ligt verder niet op en grenst niet aan gronden die in het kader van het provinciaal ruimtelijk natuurbeleid zijn aangewezen als EHS of Natuur buiten de EHS.

TOETSING

Gezien de terreinomstandigheden en ligging van het plangebied en de aard van de ontwikkeling worden met betrekking tot het voorgenomen plan op voorhand geen negatieve effecten op beschermde natuurgebieden verwacht.

28


Conclusie Op basis van de ecologische inventarisatie is een voldoende beeld van de gebiedsbescherming ontstaan. Uit de ecologische inventarisatie is naar voren gekomen dat een Voortoets in het kader van de Nbw 1998 of een analyse in het kader van het provinciaal ruimtelijk natuurbeleid niet noodzakelijk is. Voor het plan is geen vergunning op grond van de Nbw 1998 nodig en het plan is niet in strijd met het provinciaal ruimtelijk natuurbeleid. Wat de soortbescherming betreft komt naar voren dat de ecologische inventarisatie niet volstaat. In het kader van de Ffw zijn twee aspecten relevant. -

Gedurende de uitvoeringswerkzaamheden dient er rekening te worden gehouden met het broedseizoen van vogels. Verstoring van broedgevallen van vogels dient te worden voorkomen. Voor de in het plangebied te verwachten vogelsoorten kan dit plaatsvinden door werkzaamheden buiten de broedperiode van aanwezige soorten uit te voeren. Tevens kunnen voorbereidende maatregelen worden getroffen om te voorkomen dat vogels tot broeden kunnen komen binnen het plangebied. Voor het broedseizoen wordt in het kader van de Ffw geen standaardperiode gehanteerd. Van belang is of een broedgeval aanwezig is, ongeacht de periode.

-

Als gevolg van de sloop van de bebouwing gaat een groeiplaats van de middelzwaar beschermde steenbreekvaren verloren, waardoor artikel 8 van de Ffw wordt overtreden. Daartoe dient een ontheffing van de Ffw te worden aangevraagd. Gezien het geringe aantal exemplaren en de stabiele trend van de Nederlandse populatie wordt er geen afbreuk gedaan aan de staat van instandhouding van de landelijke populatie. Mogelijk kan als mitigerende maatregel het betreffende deel van de muur elders worden ingepast. De activiteit heeft daarnaast een redelijk doel. Het ligt hiermee in de verwachting dat een ontheffing verkregen kan worden.

Op voorhand kan in redelijkheid worden gesteld dat natuurwet en -regelgeving de uitvoerbaarheid van het plan niet in de weg staat. Met het oog op steenbreekvaren is een omgevingsvergunningstelsel voor het slopen van een bouwwerk in de regels opgenomen, met daaraan gekoppeld de voorwaarde dat voorafgaand aan de sloop van de bestaande bebouwing een ontheffingsprocedure Flora- en faunawet is gestart en ontheffing is toekend. Ontheffing dient te worden verkregen van artikel 8 Flora- en faunawet. Op basis van artikel 75b lid 1 Flora- en faunawet haakt de te doorlopen ontheffingsprocedure aan bij het spoor van de omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk. Vóór het verlenen van een omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk dient een verklaring van geen bedenken te zijn verkregen van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, inhoudende een toegekende ontheffingsaanvraag van artikel 8 Flora- en faunawet.


29

4.5

Externe veiligheid KADER

Externe veiligheid gaat om het beperken van de kans op het effect van een ernstig ongeval voor de omgeving door: -

het gebruik, de opslag en productie van gevaarlijke stoffen (inrichtingen);

-

het transport van gevaarlijke stoffen (wegen, buisleidingen, waterwegen en spoorwegen);

-

het gebruik van luchthavens.

Het externe veiligheidsbeleid richt zich op het beperken van de risico’s voor de burger door bovengenoemde activiteiten. Het externe veiligheidsbeleid is verankerd in diverse wet en regelgeving. Voor het bestemmingsplan zijn de volgende besluiten relevant waaraan getoetst dient te worden: 1.

Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi);

2.

Circulaire Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (cRNVGS);

3.

Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb).

Risicobronnen kunnen worden opgesplitst in: -

inrichtingen waar risicovolle activiteiten plaatsvinden;

-

transportroutes van gevaarlijke stoffen;

-

buisleidingen.

Op de Risicokaart van de provincie Fryslân staan in de omgeving van het plangebied geen risicovolle inrichtingen aangegeven. Het plangebied ligt niet binnen een Plaatsgebonden Risico-contour of invloedsgebied van een risicobron waarvoor het groepsrisico bepaald moet worden. Ook is er geen sprake van routes voor gevaarlijke stoffen die een risico vormen voor het plangebied.

30


Figuur 9. Fragment risicokaart ( bron: provincie Fryslân)

De uitvoerbaarheid van het voorliggende bestemmingsplan wordt niet belem-

CONCLUSIE

merd door risico’s vanwege het gebruik, de opslag of het vervoer van gevaarlijke stoffen.

4.6

Geluidhinder In de Wet geluidhinder is bepaald dat elke weg een zone heeft, waarbinnen

WET- EN REGELGEVING

onderzoek plaats moet vinden naar de geluidbelasting aan de gevels van nieuw te bouwen woningen en gebouwen ten behoeve van andere geluidgevoelige functies. Een uitzondering geldt voor: -

wegen die gelegen zijn binnen een als woonerf aangeduid gebied;

-

wegen waarvoor een maximum snelheid geldt van 30 km/uur.

Indien binnen een geluidzone nieuwe geluidgevoelige objecten, zoals woningen, worden gerealiseerd, moet door middel van akoestisch onderzoek worden vastgesteld of aan de grenswaarden uit de Wet geluidhinder wordt voldaan. Ditzelfde geldt voor spoorweglawaai. Het plangebied ligt binnen de 30 km-zone van de bebouwde kom van Twijze-

WEGVERKEERSLAWAAI

lerheide. Dat betekent dat akoestisch onderzoek op basis van de Wet geluidhinder niet noodzakelijk is. Gezien de te verwachten verkeersintensiteiten op de wegen waaraan de woningen worden gebouwd, is het aannemelijk dat kan worden voldaan aan het vereiste van een ‘goede ruimtelijke ordening’. Het op basis van het Bouwbesluit vereiste binnenniveau van 33 dB moet haalbaar worden geacht. De locatie in Twijzelerheide ligt op circa 750 m van de spoorlijn Leeuwarden-

SPOORWEGLAWAAI

Buitenpost en daarmee ruimschoots buiten de invloedssfeer van deze spoorlijn. Geluidhinder ten gevolge van wegverkeerslawaai en spoorweglawaai vormt

CONCLUSIE

geen belemmering voor de uitvoerbaarheid van het plan.

4.7

Luchtkwaliteit Nederland heeft de Europese regels ten aanzien van luchtkwaliteit geïmple-

WET- EN REGELGEVING

menteerd in de Wet milieubeheer. Op 15 november 2007 is het onderdeel luchtkwaliteit van de Wet milieubeheer in werking getreden. Kern van de wet is het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL, in werking sinds 1 augustus 2009). Hierin staat wanneer en hoe overschrijdingen van de


31

luchtkwaliteit moeten worden aangepakt. Het programma houdt rekening met nieuwe ontwikkelingen, zoals bouwprojecten of de aanleg van infrastructuur. Projecten die ‘niet in betekenende mate’ (nibm) van invloed zijn op de luchtkwaliteit hoeven niet meer te worden getoetst aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit. De criteria om te kunnen beoordelen of er voor een project sprake is van nibm, zijn vastgelegd in de AMvB-nibm. In de AMvB-nibm is vastgelegd dat na vaststelling van het NSL of een regionaal programma een grens van 3% verslechtering van de luchtkwaliteit (een toename van maximaal 1,2 µg/m3 NO2 of PM10) als ‘niet in betekenende mate’ wordt beschouwd. Ook projecten die ‘niet in betekenende mate’ (nibm) van invloed zijn op de luchtkwaliteit hoeven niet meer te worden getoetst aan de grenswaarden voor luchtkwaliteit. De criteria om te kunnen beoordelen of er voor een project sprake is van nibm, zijn vastgelegd in de AMvB-nibm. In de AMvB-nibm is vastgelegd dat na vaststelling van het NSL of een regionaal programma een grens van 3% verslechtering van de luchtkwaliteit (een toename van maximaal 1,2 µg/m3 NO2 of PM10) als ‘niet in betekenende mate’ wordt beschouwd. ONDERZOEK

Het plan biedt de mogelijkheid tot het realiseren van 10 woningen. Op basis van de CROW-publicatie nr. 317 ‘Kencijfers verkeersgeneratie en parkeren’ (oktober 2012) mag worden uitgegaan van een ritproductie tussen de 7,4 en 8,6 ritten per woning. Dit betekent een ritproductie vanwege het bestemmingsplan van maximaal 86 ritten per etmaal. Voor kleinere ruimtelijke en verkeersplannen die effect kunnen hebben op de luchtkwaliteit heeft VROM in samenwerking met InfoMil de nibm-tool (mei 2012) ontwikkeld. Daarmee kan op een eenvoudige en snelle manier worden bepaald of een plan niet in betekenende mate bijdraagt aan luchtverontreiniging. Met behulp van deze rekentool is de toename van de stoffen NO2 en PM10 bepaald.

Figuur 10. Berekening met de nibm-tool

32


Uit de berekeningen met de nibm-tool blijkt dat het plan de grens van 3% (een toename van 1,2 µg/m3 NO2 of PM10) niet overschrijdt. Het project moet derhalve worden beschouwd als een nibm-project. Nader onderzoek naar de luchtkwaliteit kan derhalve achterwege blijven. Het plan voldoet daarmee aan het gestelde in de Wet milieubeheer. De uitvoerbaarheid van voorliggend bestemmingsplan wordt niet belemmerd

CONCLUSIE

door verslechtering van de luchtkwaliteit.

4.8

Water Op grond van artikel 3.1.1 Bro is de watertoets verplicht voor bestemmings-

WET- EN REGELGEVING

plannen. In een hierover op te nemen paragraaf dient te worden aangegeven op welke wijze rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de waterhuishoudkundige situatie. In die paragraaf dient uiteengezet te worden of en in welke mate het plan in kwestie gevolgen heeft voor de waterhuishouding, dat wil zeggen het grondwater en het oppervlaktewater. Het is de schriftelijke weerslag van de zogenaamde watertoets: “het hele proces van vroegtijdig informeren, adviseren (door de waterbeheerder), afwegen en beoordelen van waterhuishoudkundige aspecten in ruimtelijke plannen en besluiten”. Het plan is voorgelegd aan het Wetterskip Fryslân. De reactie van het Wet-

WATERTOETS

terskip is in de bijlage 4 opgenomen. Meest essentiële punten uit deze reactie waarmee rekening moet worden gehouden zijn: 1.

de hoofdwatergang aan de noordzijde waarvoor een beschermingszone van 5 meter (aan weerszijden) van de sloot geldt. Afstemming voor aanplant van singelbeplanting is nodig en daarvoor zal een watervergunning aangevraagd moeten worden.

2.

met betrekking tot peilbeheer zijn adviezen van kracht

3.

er dient rekening gehouden te worden met compensatie van water als gevolg van dempingen en toename verhard oppervlak. Met de voorgestelde ruimte voor compensatie kan worden ingestemd. Een watervergunning is nodig in relatie tot het dempen van een gedeeltelijke watergang.

4.

De opmerkingen met betrekking tot ‘schoon’ zijn voor de uitvoering van belang.


33

5

J u r i d i s c h e t o e l i c h t i n g

Het voorliggende bestemmingsplan maakt de bestemmingswijziging van een woning en aanpassing van het bijbehorende bouwvlak mogelijk. In aansluiting op de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro), het

HET DIGITALE

Besluit ruimtelijke ordening (Bro), op 1 juli 2008, en de RO-standaarden, op

BESTEMMINGSPLAN

1 juli 2013, is bij het opstellen van het bestemmingsplan de genoemde weten regelgeving toegepast. De RO-standaarden bestaan uit: de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2012 (SVBP2012), de Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke instrumenten 2012 (STRI2012) en de Praktijkrichtlijn bestemmingsplannen 2012 (PRBP2012). Op grond van artikel 3.1.3 en artikel 3.1.6 van het Bro bestaat een bestem-

INHOUD

mingsplan uit:

BESTEMMINGSPLAN

1.

bestemmingen die bij of krachtens de Wro kunnen worden voorgeschreven;

2.

regels die bij of krachtens de Wro kunnen worden voorgeschreven;

3.

een beschrijving van de bestemmingen, waarbij per bestemming het doel of de doeleinden worden aangegeven;

4.

wanneer nodig uitwerkings- en wijzigingsregels en afwijken bij een omgevingsvergunning.

Daarbij is een bestemmingsplan voorzien van een toelichting. Hierin is de gemaakte keuze van de bestemmingen uiteengezet en zijn de resultaten van de voor het bestemmingsplan uitgevoerde onderzoeken opgenomen. Ook de resultaten van het overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Bro zijn in de toelichting opgenomen alsook de manier waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereiding van het bestemmingsplan zijn betrokken is in deze toelichting uiteengezet. Daarbij zijn in de toelichting ook de inzichten in de uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan opgenomen. In het plan zijn de al dan niet in directe relatie met een bestemming staande

ADDITIONELE

voorzieningen, zoals ondergrondse leidingen, paden, parkeervoorzieningen,

VOORZIENINGEN

bermen en voorzieningen ten behoeve van de waterbeheersing in de bestemming begrepen, zonder dat dit uitdrukkelijk is vermeld. Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) met

WET ALGEMENE BEPALINGEN

het bijbehorende Besluit omgevingsrecht (Bor) in werking getreden. De invoe-

OMGEVINGSRECHT

ring van de Wabo en het Bor heeft gevolgen voor het ruimtelijk omgevingsrecht


35

zoals dat gold op grond van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). Met de inwerkingtreding van de Wabo is de Wro deels vervallen en opgegaan in de Wabo. In de Wabo en het Bor is de omgevingsvergunning geïntroduceerd en geregeld. WONINGAANPASSING

Middels een algemene afwijkingsbevoegdheid wordt ten behoeve van mindervaliden en zorgbehoeftigen extra mogelijkheden voor de bouw van aanen uitbouwen/woningaanpassing geboden. Zo kan men langer in de woning blijven wonen. Wel dient de behoefte aan extra woonruimte voldoende aannemelijk te worden gemaakt. Voorwaarde is verder dat men op grond van een wettelijke regeling (nu Wmo) in aanmerking komt voor een financiële bijdrage. Ook kan worden gedacht aan een verklaring van een arts van de GGD.

5.1

Bestemmingsplanprocedure In de Wro en het Bro zijn regelingen opgenomen voor de bestemmingsplanprocedure. In deze procedure zijn de volgende fases onderscheiden. Voorbereidingsprocedure Voor het opstellen van een voorontwerpbestemmingsplan wordt door de gemeente een onderzoek uitgevoerd naar de bestaande situatie, de ruimtelijke ontwikkelingen en naar mogelijke en wenselijke ontwikkelingen in de gemeente. De gemeente stelt het voorontwerpbestemmingsplan voor het overleg op grond van artikel 3.1.1 van het Bro beschikbaar aan de betreffende besturen en diensten. In de toelichting van het bestemmingsplan wordt de reactie van de gemeente op de open aanmerkingen uit overleg- en inspraakreacties opgenomen. Vaststellingsprocedure Na een aankondiging in de Staatcourant, één of meer plaatselijke dag-, nieuws- of huis-aan-huisbladen en op de gemeentelijke internetpagina, wordt het ontwerpbestemmingsplan voor een periode van zes weken ter inzage gelegd. Tijdens deze periode kan een ieder zienswijzen indienen. Hierna stelt de gemeenteraad binnen twaalf weken na de periode van terinzagelegging het bestemmingsplan vast. Wanneer noodzakelijk kan de gemeenteraad het bestemmingsplan gewijzigd vaststellen. Beroepsprocedure Het vaststellingsbesluit waarin het bestemmingsplan is vastgesteld wordt door de gemeenteraad bekend gemaakt. Het vastgestelde bestemmingsplan wordt ter inzage gelegd. Wanneer door de Inspectie leefomgeving en transport (voormalige VROM-inspectie) of Gedeputeerde Staten een zienswijze is ingediend die niet volledig is overgenomen of wanneer het bestemmingsplan door de gemeenteraad gewijzigd is vastgesteld, moet het vaststellingsbesluit zes weken na het besluit bekend worden gemaakt en moet het vastgestelde bestemmingsplan ter inzage worden gelegd. Binnen zes weken na het bekendma-

36


ken van het vaststellingsbesluit kan er beroep worden ingesteld bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Wanneer het bestemmingsplan ongewijzigd is vastgesteld en de mogelijke zienswijze van de Inspectie leefomgeving en transport of Gedeputeerde Staten volledig is overgenomen wordt het vaststellingsbesluit door de gemeenteraad binnen twee weken na het besluit bekend gemaakt. Ook het vastgestelde bestemmingsplan wordt binnen deze periode ter inzage gelegd.

5.2

Bestemmingen Het voorliggende bestemmingsplan kent vier bestemmingen: ‘Wonen’, ‘Groen’, ‘Tuin’ en ‘Verkeer-Verblijfsgebied’. Voor de regels wat betreft deze bestemmingen is aansluiting gezocht bij de regels van het bestemmingsplan Twijzelerheide. De voor ‘Wonen’ bestemde gronden zijn bestemd voor woningen, al dan niet in

WONEN

combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf en inclusief de bijbehorende aanen uitbouwen en vrijstaande bijgebouwen. Voor de maatvoering van de gebouwen en bouwwerken is aangesloten bij de regels zoals die in het vigerende bestemmingsplan gelden met een goothoogte van 6 meter en een bouwhoogte van 11 meter. De woningen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd. Op de verbeelding is per bouwvlak aangegeven hoeveel woningen er maximaal zijn toegestaan. Er mogen zowel vrijstaande als twee-onder-een-kapwoningen gebouwd worden. De bestemming ‘Groen’ is onder meer bedoeld voor groenvoorzieningen. Deze

GROEN

bestemming ligt op de plaats waar de elzensingel, die de overgang vormt naar het landschap, is beoogd. De bestemming ‘Tuin’ heeft betrekking op de ruimte voor de woning. Hier mo-

TUIN

gen geen gebouwen worden gebouwd. Ook bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan, met uitzondering van erkers en omgevingsvergunningvrije bouwwerken. De wegen zijn bestemd voor ‘Verkeer - Verblijfsgebied’. Ook kunnen hier par-

VERKEER - VERBLIJFSGEBIED

keervoorzieningen en groenvoorzieningen worden gerealiseerd.


37

6

E c o n o m i s c h e

u i t v o e r b a a r h e i d

Het voorliggende bestemmingsplan is opgesteld naar aanleiding van een initiatief van een private partij. Omdat het voorliggende bestemmingsplan een bouwplan als bedoeld in artikel 6.2.1 Bro mogelijk maakt, dient een exploitatieplan te worden opgesteld. Dit tenzij de te verhalen kosten anderszins verzekerd zijn. In het voorliggende geval zullen de kosten van de onderzoeken van het bestemmingsplan en de uitvoering van het plan door de initiatiefnemer worden gedragen, hetgeen is vastgelegd in een exploitatieovereenkomst. Door de herziening van het voor de betreffende gronden geldende bestemmingsplan is er de kans dat door eigenaren van gronden in de directe omgeving van het plangebied, bij de gemeente op grond van artikel 6.1 van de Wro een verzoek tot tegemoetkoming in de planschade wordt ingediend. Door de gemeente is al eerder met betrekking tot de gronden die in eigendom zijn van de initiatiefnemer een besluit genomen met betrekking tot tegemoetkoming in planschade. Dit besluit betrof een vergoeding van planschadekosten in natura, hetgeen inhield dat de gemeente heeft toegezegd medewerking te verlenen aan dit bouwplan. Onderdeel van dit besluit is, dat eventuele planschade die uit het bouwplan voortkomen, voor rekening zijn van de gemeente. Op basis van bovenstaande mag het voorliggende bestemmingsplan economisch uitvoerbaar worden geacht. De exploitatiekosten zijn anderszins verzekerd omdat een exploitatieovereenkomst is getekend en de eventuele planschade door de gemeente betaald wordt. Een exploitatieplan op grond van de Grondexploitatiewet is dan ook niet noodzakelijk. Dit betekent dat de uitvoerbaarheid van het voorliggende bestemmingsplan niet door onvoldoende economische uitvoerbaarheid wordt belemmerd.


39

O v e r l e g

7

e n

i n s p r a a k

Nadat inspraak en overleg ex artikel 3.1.1 Bro heeft plaatsgevonden, zullen de binnengekomen reacties hier opgenomen en beantwoord worden.


41

B i j l a g e n

B i j l a g e

1 :

V e r k a v e l i n g s s c h e t s

B i j l a g e

2 :

V e r k e n n e n d o n d e r z o e k

b o d e m -

VERKENNEND BODEMONDERZOEK SIJE HESTERSTRJITTE 17 TE TWIJZELERHEIDE

COLOFON Opdrachtgever: BügelHajema Balthasar Bekkerwei 76 8914 BE LEEUWARDEN Contactpersoon: dhr. J. Kruiger Projectgegevens: Locatie: Sije Hesterstrjitte 17 9287 LH TWIJZELERHEIDE Projectnummer: EN02999 Documentnummer: 140729 Status: definitief, versie 1

Onderzoek uitgevoerd door: Enviso Ingenieursbureau Postbus 508 9200 AM DRACHTEN Telefoon: +31(0)512-586246 E-mail: [email protected] Internet: www.enviso.nl Projectmedewerkers: Projectleider: dhr. S. Oosting Veldwerkers: dhr. G.S. Plantinga & dhr. F. Schriemer Auteur: dhr. G.S. Plantinga Kwaliteitscontrole: dhr. F. Hooghiemstra

Drachten, 27 oktober 2014

INHOUD 1 1.1 1.2

INLEIDING ................................................................................................................................. 3 Algemeen ...................................................................................................................................... 3 Aanleiding en doel ........................................................................................................................ 3

2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5

VOORONDERZOEK ................................................................................................................. 4 Algemeen ...................................................................................................................................... 4 Beschrijving onderzoekslocatie .................................................................................................... 4 Bodemopbouw .............................................................................................................................. 4 Historisch onderzoek..................................................................................................................... 5 Conclusie vooronderzoek .............................................................................................................. 6

3 3.1 3.2

ONDERZOEKSPROGRAMMA ............................................................................................... 7 Kwaliteitsborging en onafhankelijkheid ....................................................................................... 7 Onderzoeksopzet ........................................................................................................................... 7

4 4.1 4.2 4.3

VELDWERKZAAMHEDEN .................................................................................................... 8 Grond ............................................................................................................................................ 8 Asbestonderzoek puinverharding .................................................................................................. 8 Grondwater.................................................................................................................................... 9

5 5.1 5.2 5.3

LABORATORIUMONDERZOEK ......................................................................................... 10 Chemische analyses .................................................................................................................... 10 Resultaten bodemonderzoek ....................................................................................................... 10 Resultaten asbestonderzoek ........................................................................................................ 11

6 6.1 6.2

SAMENVATTING EN CONCLUSIE .................................................................................... 12 Samenvatting............................................................................................................................... 12 Conclusie en aanbeveling............................................................................................................ 13

Bijlagen 1 Ligging en kadastraal overzicht onderzoekslocatie 2 Historisch informatie (Nazca-i) 3 Situering boringen, peilbuis en proefgaten met verontreinigingsituatie 4 Bodemprofielen 5 Analyserapporten grond en –water 6 Analyserapporten asbest in puin 7 Toetsingstabellen analyseresultaten Wbb 8 Toetsingstabellen analyseresultaten Bbk 9 Berekeningen asbest in puin 10 Foto’s asbestonderzoek 11 Toelichting ‘Circulaire bodemsanering 2013’

Documentnummer: 140729

2

EN02999: Verkennend bodemonderzoek Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide

1

INLEIDING 1.1 Algemeen In opdracht van BügelHajema is door Enviso Ingenieursbureau een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 5740 en conform de NEN 5897 uitgevoerd ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide. Op de locatie is een boerderij met schuur en een stal aanwezig welke gesloopt gaan worden. Men is voornemens om ter plaatse nieuwbouw te realiseren. De topografische ligging van de onderzoekslocatie is aangegeven in bijlage 1. 1.2 Aanleiding en doel Aanleiding voor het uitvoeren van het verkennend bodemonderzoek is de voorgenomen herontwikkeling van de locatie. Het plan is om ter plaatse negen of tien vrijstaande woningen te realiseren. Het doel van het verkennend bodemonderzoek is het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van zowel de grond als het grondwater op de locatie. Tevens dient de aanwezigheid van asbest in de aanwezige puinverharding onderzocht te worden.


3


2

VOORONDERZOEK 2.1 Algemeen Voor aanvang van de veldwerkzaamheden is een vooronderzoek conform de NEN 5725 uitgevoerd. Aangezien het bodemonderzoek is uitgevoerd in het kader van de herontwikkeling ter plaatse van de onderzoekslocatie, is een standaard vooronderzoek uitgevoerd. Als afbakening van het geografische besluitvormingsgebied heeft het vooronderzoek zich gericht op het perceel Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide en de aangrenzende percelen tot 25 meter. De resultaten van het vooronderzoek worden navolgend beschreven. 2.2 Beschrijving onderzoekslocatie De geografische gegevens van de onderzoekslocatie staan weergegeven in tabel 2.2.1. Voor een kadastraal overzicht wordt verwezen naar bijlage 1. Tabel 2.2.1: Geografische gegevens onderzoekslocatie Gemeente Achtkarspelen Adres Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide Kadastraal Gemeente: KOOTEN Sectie: D Coördinaten X: 199.521 Y: 584209 Oppervlakte onderzoekslocatie 6.835 m²

Nummer(s): 4099 & 5853 (deels)

Op het westelijk deel van de locatie is een boerderij met schuur en een stal aanwezig. Het oostelijk deel van de onderzoekslocatie bestaat uit een perceel weiland. Op het zuidelijk deel en achter de boerderij is puinverharding aanwezig. Ten noorden, zuiden en westen van de locatie zijn percelen weiland en/of percelen met bebouwing en bijbehorend erf gesitueerd. Ten oosten grenst de locatie aan de doorgaande weg “Sije Hesterstrjitte“. Een overzicht van de onderzoekslocatie is weergegeven in bijlage 3. 2.3 Bodemopbouw De regionale bodemopbouw is ontleend aan het DINOLoket (Data en informatie van de Nederlandse ondergrond) van TNO. De regionale bodemopbouw van de locatie is weergegeven in tabel 2.3.1. Tabel 2.3.1: Regionale bodemopbouw Bodemtraject t.o.v. maaiveld (cm-mv) 0 30 30 70 70 80 80 250 250 370

Bodemopbouw Zand, sterk humeus Zand Zand, zwak humeus Leem sterk zandig Zand, zwak humeus

Het maaiveld ter plaatse van de locatie bevindt zich op een hoogte van ca. 1,00 meter + N.A.P. De stromingsrichting van het freatische grondwater is niet eenduidig te bepalen en kan beïnvloed worden door lokale factoren zoals waterlopen, drainagesystemen, (lekke) rioleringen en dergelijke. De locatie bevindt zich niet binnen een grondwaterbeschermingsgebied.


4


2.4 Historisch onderzoek Voor het bepalen van de aanwezigheid, de aard en de ruimtelijke verdeling van eventuele bodemverontreiniging ter plaatse van de onderzoekslocatie is een historisch onderzoek verricht. Ten behoeve van het historisch vooronderzoek is gebruik gemaakt van de volgende bronnen: • •

•

gemeente Achtkarspelen m.b.v. Nazca-i; watwaswaar.nl; locatiebezoek.

Gemeente Achtkarspelen m.b.v. bodeminformatiesysteem van de provincie Fryslân (Nazca-i) Uit de verkregen gegevens van de gemeente Achtkarspelen (Nazca-i) is gebleken, dat in het verleden op de locatie een bodemonderzoek is uitgevoerd. Het kenmerk van het rapport is navolgend weergeven: •

Verkennend bodemonderzoek NVN 5740, rapportnummer 81010434.110, Fugro B.V., d.d. 7 december 2001.

Uit het rapport is gebleken dat in de bovengrond een licht verhoogd gehalte aan minerale olie is vastgesteld. In de ondergrond en het grondwater zijn geen verhoogde gehalten aangetroffen. Uit besluitvorming van het bevoegd gezag blijkt dat de locatie voldoende is onderzocht. Er is geen informatie aanwezig over de eventuele aanwezigheid van gedempte sloten. Voor zover bekend zijn op de onderzoekslocatie geen onder- en/of bovengrondse brandstoftanks aanwezig (geweest). Verder blijkt dat op de omliggende percelen in het verleden verschillende bodemonderzoeken uitgevoerd zijn. Uit besluitvorming van het bevoegd gezag blijkt dat deze locaties voldoende zijn onderzocht. Daarnaast blijkt dat ter plaatse van locatie nummer 13, ten zuiden van de onderzoekslocatie, is een benzine-service-station aanwezig of aanwezig is geweest. Uit besluitvorming van het bevoegd gezag blijkt dat ter plaatse van deze locatie een historisch bodemonderzoek uitgevoerd dient te worden. In bijlage 2 is de volledige verkregen historische informatie van de gemeente Achtkarspelen met behulp van het bodeminformatiesysteem van de provincie Fryslân (Nazca-i) opgenomen. Watwaswaar.nl Uit de gegevens van Watwaswaar.nl blijkt dat de locatie tot op heden deels een agrarische bestemming (weiland) heeft gehad en bebouwd is met een boerderij. Op de kaart van 1930 is te zien dat er toen een pad op de locatie aanwezig was, mogelijk is dit het puinpad.

1930


1952

5


1961

1970

1992

Recente luchtfoto (www.bingmaps)

Locatiebezoek Voorafgaande aan het bodemonderzoek is een locatiebezoek verricht. Tijdens de terreininspectie is gebleken dat het toegangspad en achter de boerderij bijmenging met puin aanwezig is in de toplaag. De boerderij en stal achter op de locatie zijn bedekt met dakpannen. De schuur naast de boerderij is bedekt met asbestverdachte golfplaten. Tijdens de terreininspectie voorafgaand aan de veldwerkzaamheden van het bodemonderzoek blijkt dat het toegangspad en het deel achter de boerderij volledig uit puin bestaat met een totale oppervlakte van circa 1.200 m². 2.5 Conclusie vooronderzoek Uit het vooronderzoek is gebleken dat er op de onderzoekslocatie geen bodembedreigende activiteiten hebben plaatsgevonden. Op de locatie zijn geen gedempte sloten aanwezig. Tevens zijn er geen bovenen/of ondergrondse tanks aanwezig (geweest). Er bestaat aanleiding om asbesthoudende materialen in en/of op de bodem te verwachten in verband met de puinverharding in het toegangspad en achter de boerderij. Daarnaast is de schuur naast de boerderij bedekt met asbestverdachte golfplaten. De potentieel verdachte locatie (nummer 13), ten zuiden van de onderzoekslocatie is dusdanig ver van het onderzoeksterrein gelegen dat dit niet relevant is voor het uit te voeren bodemonderzoek. Op basis van het vooronderzoek wordt de puinverharding ter plaatse van het toegangspad en het deel achter de boerderij als ‘verdacht’ beschouwd met betrekking tot de aanwezigheid van asbestverdacht materiaal. Het overig terrein wordt op basis van het vooronderzoek, met betrekking tot de chemische kwaliteit, als ‘onverdacht’ beschouwd.


6


3

ONDERZOEKSPROGRAMMA 3.1 Kwaliteitsborging en onafhankelijkheid Voor het bewijsbaar en zichtbaar maken van de kwaliteit (kwaliteitsborging) beschikt Enviso Ingenieursbureau over een kwaliteitssysteem dat is opgezet conform NEN-EN-ISO 9001. In het kader van Kwalibo zijn de veldwerkzaamheden uitgevoerd onder een procescertificaat, hetgeen is omschreven in de vigerende versie van de Beoordelingsrichtlijn SIKB 2000 en de daarbij behorende VKB-protocollen 2001, 2002 en 2018. Met betrekking tot de functiescheiding kan worden gesteld dat er geen relatie bestaat tussen Enviso Ingenieursbureau en de opdrachtgever. 3.2 Onderzoeksopzet Ten behoeve van het verkennend bodemonderzoek is een programma voor veld- en laboratoriumonderzoek opgesteld, waarbij het overig terrein van de onderzoekslocatie op basis van de historie als ‘onverdacht’ kan worden beschouwd. Op basis van protocol ‘NEN 5740 strategie onverdacht (ONV)’ zijn het aantal boringen en analyses bepaald. De onderzoeksstrategie is weergegeven in tabel 3.2.1. Tabel 3.2.1: Strategie bodemonderzoek onverdacht terrein Deellocatie Strategie Boringen A: Overig terrein 5.635m2 1

ONV (NEN-5740)

- 12 x boring tot 0,50 m-mv - 3 x boring tot grondwater - 1 x boring met peilbuis

Analyseparameters1 Bovengrond Ondergrond 2 x NEN-g, L+H 2 x NEN-gr, L/H

Grondwater 1 x NEN-gw

verklaring analyseparameters: NEN-g = pakket NEN 5740 grond: droge stof, metalen (9), PAK (10), PCB (7) en minerale olie NEN-gw = pakket NEN 5740 grondwater: metalen (9), vluchtige aromaten (5), VOCl (18) en minerale olie L+H = lutum en humus (organische stof)

Bij alle boringen vindt een zintuiglijke beoordeling van het opgeboorde materiaal plaats. Hierbij wordt eveneens aandacht besteed aan de eventuele aanwezigheid van asbest. Voor aanvang van de grondwaterbemonstering wordt de stijghoogte, het elektrisch geleidingsvermogen (EC), de zuurgraad (pH), de temperatuur (T) en de troebelheid (NTU) van het grondwater bepaald. Ten behoeve van het verkennend asbestbodemonderzoek is een programma voor veld- en laboratoriumonderzoek opgesteld, waarbij het toegangspad en achter de boerderij als ‘asbestverdacht’ kan worden beschouwd. Op basis van protocol NEN 5897:2005, strategie halfverhardingslagen, zijn het aantal te graven gaten en te verrichten boringen bepaald. De onderzoeksstrategie is weergegeven in tabel 3.2.2. Tabel.3.2.2: Strategie onderzoek puinverharding Deellocatie Strategie Aantal te inspecteren meetpunten van het maaiveld (minimaal)

B: puinverharding ca. 1.200 m2

NEN 5897 (halfverhardings -lagen)

7

Aantal te inspecteren gaten in de actuele contactzone (max. 0,50 m diep)

7

Aantal te inspecteren boringen in de ondergrond (max. 2 m diep) 1

Op basis van de zintuiglijke waarnemingen kunnen afwijkend ten opzichte van de tabellen 3.2.1 en 3.2.2 aanvullende proefgaten en boringen worden uitgevoerd.


7


4

VELDWERKZAAMHEDEN 4.1 Grond De veldwerkzaamheden zijn uitgevoerd op 14 augustus 2014. Ten behoeve van het samenstellen van een grondwatermonster is boring A09 gebruikt voor het plaatsen van een peilbuis. Voor een overzicht van de onderzoekslocatie met de situering van de boringen en de peilbuis wordt verwezen naar bijlage 3. Bij alle boringen heeft een zintuiglijke beoordeling van het opgeboorde materiaal plaatsgevonden. De lokale bodemopbouw is in tabel 4.1.1 weergegeven. Hierbij is uitgegaan van boring A09. In bijlage 4 zijn de bodemprofielen weergegeven. Tabel 4.1.1: Lokale bodemopbouw Traject (cm-mv) 0 20 60 160 200 -

20 60 160 200 300

Grondsoort Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, Leem, sterk zandig, licht Leem, zwak zandig Leem, zwak zandig, sterk zandhoudend Zand, matig fijn, matig siltig

Kleur Donker zwartbruin Grijsbruin Licht grijsbruin Donkergrijs Donkergrijs

Tijdens het verkennend bodemonderzoek zijn zowel in de grond als op het maaiveld visueel geen asbestverdachte materialen aangetroffen. 4.2

Asbestonderzoek puinverharding De veldwerkzaamheden zijn eveneens uitgevoerd op 14 augustus 2013. De veldwerkzaamheden zijn gecombineerd uitgevoerd met het verkennend bodemonderzoek. Voorafgaande aan het graven van gaten is het maaiveld visueel geïnspecteerd op eventuele aanwezigheid van asbestverdachte materialen. Uit de visuele inspectie is gebleken dat er zintuiglijk geen asbestverdacht materiaal is aangetroffen op het maaiveld. Er zijn in totaal 7 proefgaten (0,3/0,5 m x 0,30/0,60 m) handmatig gegraven tot de ongeroerde ondergrond (0,15/0,3 m-mv). Eén proefgat (B07) is doorgeboord tot een diepte van 2,00 m-mv. Voor een overzicht van de onderzoekslocatie met de situering van de proefgaten wordt verwezen naar bijlage 2. Het opgegraven materiaal en opgeboorde grond is uitgeharkt, gezeefd en zorgvuldig geïnspecteerd op de aanwezigheid van asbestverdacht materiaal. Uit de visuele beoordeling is gebleken dat het toegangspad volledig uit puin bestaat. Het deel achter de boerderij bestaat eveneens uit puin maar met zwakke bijmenging van grond. Uit de zintuiglijke waarnemingen kan worden geconcludeerd dat er ter plaatse van de proefgaten B06 (0,00-0,30 m-mv) en B07 (0,00-0,15 m-mv) asbestverdachte materialen zijn aangetroffen in het puin. Ter plaatse van de overige proefgaten B01 t/m B05 (0,00-0,30 m-mv) en in de ondergrond zijn zintuiglijk geen asbestverdachte materialen waargenomen. Van het aangetroffen asbestverdachte materiaal uit de proefgaten B06 en B07 zijn asbestverzamelmonsters samengesteld (B-VM1: B06 & B-VM2: B07). De asbestverzamelmonsters zijn samengesteld voor de analyse op asbest in materiaal conform de NEN 5896 “Monsterneming en analyse van asbest in bouwen sloopafval en puingranulaat”. Van het puin ter plaatse van de proefgaten (B06 en B07) zijn separate puinmengmonster samengesteld (B-M3: & B-M4: B07) van de fractie < 16 mm voor de analyse op asbest in puin conform de NEN 5897. Van de overige proefgaten (B01 t/m B05), waar geen asbest verdacht materiaal is waargenomen, is eveneens een puinmengmonster samengesteld (B-M1) van de fractie < 16 mm voor de analyse op asbest in puin conform de NEN 5897. Documentnummer: 140729

8


Alle proefgaten zijn conform VKB-protocol 2018 geïnspecteerd en bemonsterd. Enkele foto’s van de locatie en het asbestonderzoek zijn opgenomen in bijlage 10. Een overzicht van de samenstelling van het puinmengmonster, inclusief de monstercode, het bijbehorende meetpunt en de diepte van de monstername, de analysemethode en de reden van de selectiekeuze is weergegeven in tabel 4.2.1. Tabel 4.2.1: Samenstelling en analyses grondmonsters Deellocatie MonsterMeetpunten en -diepten code (m-mv) B-M1 B01 t/m B05 (0,00 - 0,40) B: puinverharding B-M2 B06 (0,00 - 0,30) ca.1.200 m2 B-M3 B07 (0,00 - 0,15) B-VM1 B06 (0,00 - 0,30) B-VM2 B07 (0,00 - 0,15) 1

Matrix

Analysemethode1

Puin Puin Puin Plaatmateriaal Plaatmateriaal

NEN-5897 NEN-5897 NEN-5897 NEN-5896 NEN-5896

Reden monsterselectie Gemiddeld gehalte Asbestverdacht Asbestverdacht Asbestverdacht Asbestverdacht

Verklaring analysemethode: NEN 5896 = asbest verzamelmonster NEN 5897 = asbest in bouwen sloopafval en puingranulaat

4.3 Grondwater Het grondwater is op 21 augustus 2014 bemonsterd. Voor een overzicht van de onderzoekslocatie met situering van de peilbuis wordt verwezen naar bijlage 3. Voor aanvang van de monstername van het grondwater zijn diverse metingen uitgevoerd. De resultaten van de metingen zijn weergegeven in tabel 4.3.1. Tabel 4.3.1: Meetgegevens grondwater Peilbuis Filterstelling (cm-mv) A09-1-1 200-300

Stijghoogte (cm-mv) 30

EC (µS/cm) 1.136

pH 6,9

T (°C) 14,7

NTU (0-10) 32,73

Het grondwatermonster is troebel (NTU > 10). Dit is waarschijnlijk te relateren aan de leemlaag die ter hoogte van de filterstellingen aanwezig is. Het verhoogde troebelheidsgehalte is echter niet van invloed geweest op de analyseresultaten. De resultaten van de metingen hebben geen aanleiding gegeven tot het bijstellen van het onderzoeksprogramma.


9


5

LABORATORIUMONDERZOEK 5.1 Chemische analyses Het aantal analyses en de te analyseren parameters zijn conform de onderzoeksopzet ingezet. De analyses zijn uitgevoerd door AL-West te Deventer, dat geaccrediteerd is volgens het accreditatieschema “AS 3000” onder nr. L 005. 5.2 Resultaten bodemonderzoek De analyserapporten van de grond(meng)monsters en de grondwatermonsters zijn opgenomen in bijlage 5. Om de resultaten te kunnen interpreteren worden deze vergeleken met de toetsingswaarden zoals opgenomen in de ‘Circulaire bodemsanering 2013’. In bijlage 7 zijn de toetsingsresultaten (Wbb) opgenomen en in bijlage 8 de indicatieve toetsing aan het Besluit bodemkwaliteit. Een toelichting op de toetsing van de analyseresultaten aan de circulaire is opgenomen in bijlage 11. In de tabellen 5.2.1 en 5.2.2 is een overzicht van de toetsingsresultaten weergegeven met daarin de eventueel vastgestelde verontreinigingen. Tevens is de indicatieve toetsing van het Besluit bodemkwaliteit aan de generieke waarde weergegeven. Tabel 5.2.1: Toetsingsresultaten grondmengmonsters (mg/kg d.s.) Deellocatie Monstercode met bijbehorende Toetsing Wbb meetpunten en -diepten (cm-mv) Licht Sterk (>AW) (>I) A-M1 A01 (0,00 - 0,40) A02 (0,00 - 0,50) A: A03 (0,00 - 0,40) A04 (0,00 - 0,40) Overig terrein 5.635m2 A05 (0,00 - 0,50) A06 (0,00 - 0,40) A07 (0,00 - 0,50) A08 (0,00 - 0,50) A-M2 A09 (0,00 - 0,20) A10 (0,00 - 0,50) Zink A11 (0,00 - 0,40) A12 (0,00 - 0,50) Lood A13 (0,00 - 0,40) A14 (0,00 - 0,50) A15 (0,00 - 0,30) A16 (0,00 - 0,40) A-M3 A02 (0,50 - 1,00) A09 (0,60 - 1,10) A-M4 A10 (0,70 - 1,20) A16 (0,40 - 0,90) Tabel 5.2.2: Toetsingsresultaten grondwatermonsters (ųg/l) Meetpunt en filterstelling (cm-mv) Licht (>S) A09-1-1 (200-300) Barium

Indicatieve toetsing Besluit bodemkwaliteit Altijd toepasbaar

Altijd toepasbaar

Altijd toepasbaar Altijd toepasbaar

Toetsing Wbb Sterk (>I) -

Uit tabel 5.2.1. blijkt dat in het samengestelde mengmonster van de bovengrond (A-M2) licht verhoogde gehalten aan zink en lood zijn vastgesteld ten opzichte van achtergrondwaarden. In de overige bovenen ondergrond (A-M1, A-M3 & A-M4) zijn geen verhoogde gehalten aan onderzochte parameters vastgesteld ten opzichte van de achtergrondwaarden. Alle grondmonsters voldoen indicatief aan de kwaliteitsklasse Altijd toepasbaar Uit tabel 5.2.2 blijkt dat in het grondwater ter plaatse van peilbuis 01 de concentraties aan barium licht verhoogd zijn vastgesteld. De overige onderzochte parameters zijn niet verhoogd vastgesteld ten opzichte van de streefwaarden.


10


5.3 Resultaten asbestonderzoek In tabel 5.3.1 is een overzicht van de onderzoeksresultaten weergegeven. De analyserapporten van de analyse op asbest in puin zijn opgenomen in bijlage 6. In de bijlage 9 zijn de berekeningen van het asbestgehalte in puin van proefgaten B06 en B07 opgenomen. Tabel 5.3.1: Toetsingsresultaten puinmengmonsters (mg/kg d.s.) Deellocatie Monstercode met bijbehorende meetpunten en -diepten (cm-mv)

B: B-M1 Puinverharding B-VM1 + B-M2 1.200 m2 B-VM2 + B-M3 -

B01 t/m B05 (0,00 - 0,40) B06 (0,00 - 0,30) B07 (0,00 - 0,15)

Gewogen gehalte < 16mm

Gewogen gehalte > 16mm

mg/kg ds <1 310 160

mg/kg ds 1.400,98 2.020,44

Totaal gehalte asbest (gewogen) mg/kg ds <1 1.710,98 2.180,44

geen asbest aangetoond

Op basis van het asbestbodemonderzoek (zintuiglijke waarnemingen en analyseresultaten) kan worden gesteld dat ter plaatse van de proefgaten B06 en B07 asbesthoudend materiaal is vastgesteld. De interventiewaarde voor asbest (100 mg/kg ds) wordt ruimschoots overschreden. De omvang van de verontreiniging met asbest in de puinverharding is niet in kaart gebracht.


11


6

SAMENVATTING EN CONCLUSIE 6.1 Samenvatting In opdracht van BügelHajema is door Enviso Ingenieursbureau een verkennend bodemonderzoek conform de NEN 5740 en conform de NEN 5897 uitgevoerd ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide. Op de locatie is een boerderij met schuur en een stal aanwezig welke gesloopt gaan worden. Men is voornemens om ter plaatse nieuwbouw te realiseren. Aanleiding voor het uitvoeren van het verkennend bodemonderzoek is de voorgenomen herontwikkeling van de locatie. Het plan is om ter plaatse negen of tien vrijstaande woningen te realiseren. Het doel van het verkennend bodemonderzoek is het vaststellen van de milieuhygiënische kwaliteit van zowel de grond als het grondwater op de locatie. Tevens dient de aanwezigheid van asbest in de puin onderzocht te worden. Vooronderzoek Uit het vooronderzoek is gebleken dat er op de onderzoekslocatie geen bodembedreigende activiteiten hebben plaatsgevonden. Op de locatie zijn geen gedempte sloten aanwezig. Tevens zijn er geen bovenen/of ondergrondse tanks aanwezig (geweest). Er bestaat aanleiding om asbesthoudende materialen in en/of op de bodem te verwachten in verband met de puinverharding in het toegangspad en achter de boerderij. Daarnaast is de schuur naast de boerderij bedekt met asbestverdachte golfplaten. De potentieel verdachte locatie (nummer 13), ten zuiden van de onderzoekslocatie is dusdanig ver van het onderzoeksterrein gelegen dat dit niet relevant is voor het uit te voeren bodemonderzoek. Op basis van het vooronderzoek wordt de puinverharding ter plaatse van het toegangspad en het deel achter de boerderij als ‘verdacht’ beschouwd met betrekking tot de aanwezigheid van asbestverdacht materiaal. Het overig terrein wordt op basis van het vooronderzoek, met betrekking tot de chemische kwaliteit, als ‘onverdacht’ beschouwd. Zintuiglijke waarnemingen Er zijn tijdens de werkzaamheden ter plaatse van de puinverharding (proefgaten B06 en B07) asbestverdachte materialen waargenomen welke duiden op een eventuele verontreiniging met asbest. Ter plaatse van het overig terrein zijn geen waarnemingen gedaan welke duiden op een eventuele bodemverontreiniging. Deellocatie A: overig terrein Resultaten grond In het samengestelde mengmonster van de bovengrond (A-M2) zijn licht verhoogde gehalten aan zink en lood vastgesteld ten opzichte van achtergrondwaarden. In de overige bovenen ondergrond (A-M1, AM3 & A-M4) zijn geen verhoogde gehalten aan onderzochte parameters vastgesteld ten opzichte van de achtergrondwaarden. Alle grondmonsters voldoen indicatief aan de kwaliteitsklasse Altijd toepasbaar Resultaten grondwater In het grondwater ter plaatse van de onderzoeklocatie is de concentraties aan barium licht verhoogd vastgesteld. De overige onderzochte parameters zijn niet verhoogd vastgesteld ten opzichte van de streefwaarden.


12


Deellocatie B: puinverharding Resultaten asbest in puin Op basis van het asbestbodemonderzoek (zintuiglijke waarnemingen en analyseresultaten) kan worden gesteld dat ter plaatse van de proefgaten B06 en B07 asbesthoudend materiaal is vastgesteld. De interventiewaarde voor asbest (100 mg/kg ds) wordt ruimschoots overschreden en er is dus sprake van een verontreiniging met asbest in de puinverharding achter de boerderij. De omvang van de verontreiniging met asbest in de puinverharding is niet in kaart gebracht. Ter plaatste van de overige proefgaten (B01 t/m B05) is zowel zintuiglijk als analytisch geen asbest aangetroffen 6.2 Conclusie en aanbeveling Op basis van de onderzoeksresultaten kan worden geconcludeerd dat er ter plaatse van de puinverharding achter de boerderij (B06 en B07) asbesthoudend materiaal in de bodem is aangetroffen, waarbij de interventiewaarde voor asbest (100 mg/kg ds) ruimschoots wordt overschreden. Op het overige terrein zijn zowel in de grond als het grondwater geen tot slechts licht verhoogde gehalten aan enkele onderzochte parameters aangetroffen. Uit milieuhygiënisch oogpunt bestaan er beperkingen voor de voorgenomen herontwikkeling van de locatie. Ter plaatse van de puinverharding achter de boerderij is asbesthoudend materiaal boven de interventiewaarde aangetroffen. Aanbevolen wordt om ter plaatse van de puinverharding een nader asbestonderzoek uit te voeren om de exacte omvang van de verontreiniging te bepalen.

ENVISO INGENIEURSBUREAU


13

Bijlage 1 Ligging en kadastraal overzicht onderzoekslocatie


Omgevingskaart

Klantreferentie: EN02999

0m

125 m

625 m

Deze kaart is noordgericht. Hier bevindt zich Kadastraal object KOOTEN D 4099 Sije Hesterstrjitte 17, 9287 LH TWIJZELERHEIDE CC-BY Kadaster.

Schaal 1: 12500

Uittreksel Kadastrale Kaart

Uw referentie: EN02999 15

13 11

5490

5781

2325

10

5768

5737

17

5429

Tuo

rreb

out

4099

6

8

5853

280

10

5834

rreb

jitte

Tuo

14

5850

4453

5844

out

12

1

5852

ste rstr

5851

Sjie

16

13

He

4454 5746 5752

5

5715

1133

7

5754 Tuo

11

rreb out 5831

1047 0m

Deze kaart is noordgericht Perceelnummer 25 Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 30 juni 2014 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers

12345

10 m

50 m

Schaal 1:1000 Kadastrale gemeente Sectie Perceel

KOOTEN D 4099

Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

23

573

8

6

5769

Bijlage 2 Historisch informatie (Nazca-i)


Bodeminformatie Sije_Hesterstrjitte_Twijzelerheide

Legenda Geselecteerd perceel

Saneringscontour

Huisnummers

Zorgmaatregel

Straatnamen

Slootdempingen

Locatie-ID

Locaties

Onderzoek

Nog aanwezige dan wel gesaneerde tanks

Verontreinigingscontour

Boringen

Coördinaten volgens RDM (Rijksdriehoeksmeting) Middelpunt: X 199508 Y 584212 meter

(c) 2010 Shared Services voor (water)bodeminformatie - Pagina 1 van 14 - 30-06-2014

Inhoudsopgave Toelichting

3

Beoordeling en advies

3

Disclaimer

3

Leeswijzer

3

Informatie over geselecteerd gebied

5

Locaties (overlap met contour)

5

Aanvullende bodeminformatie

5

Niet aan bodemlocatie gekoppelde bodembedreigende activiteiten

11

Bijlage:

12


Toelichting Deze rapportage is automatisch tot stand gekomen. De informatie is afkomstig uit het bodeminformatiesysteem van de Provincie Fryslân en de Friese gemeenten. Uitzonderingen hierop zijn de gemeenten Leeuwarden en Smallingerland. Voor het grondgebied van de Gemeente Leeuwarden is alleen informatie opgenomen over waterbodemverontreiniging. Voor het grondgebied van de gemeente Smallingerland is alleen (water)bodeminformatie opgenomen welke in het kader van de Wet bodembescherming (Wbb) is gemeld bij de Provincie Fryslân. Om volledige informatie te krijgen over de bodemkwaliteit in de gemeenten Leeuwarden en Smallingerland dient u zich te richten tot deze gemeenten. Alle in deze rapportage geraadpleegde informatiebronnen zijn in juli 2009 samengevoegd in één centrale database en worden daar ook in onderhouden. Hierbij is geen inhoudelijke herbeoordeling van de samengevoegde informatie op de locaties uitgevoerd. Mocht u naar aanleiding van dit rapport nog stuiten op onduidelijkheden, dan kunt u contact opnemen met de betreffende gemeente waarin deze locatie ligt. Als het noodzakelijk is om een herbeoordeling uit te voeren van de locatie en eventueel omliggende locaties, dan zal de betreffende gemeente het dossier met eventuele aanvullende informatie opnieuw beoordelen en u voorzien van een nieuwe rapportage.

Beoordeling en advies Deze rapportage geeft inzicht of in het kader van de saneringsregeling van de Wet bodembescherming nog acties ondernomen moeten worden binnen de opgegeven contour. De rapportage geeft antwoorden op de volgende vragen. Is er bodeminformatie op het opgegeven adres geregistreerd? Is er bodeminformatie binnen de opgegeven contour bekend? Zo ja: Wat is de kans op aanwezigheid van bodemverontreiniging dan wel de ernst van de geconstateerde verontreiniging? Welke vervolg actie is nodig of wordt geadviseerd? Indien antwoord op deze vragen ontbreekt kunt u zelf aan de hand van eventueel beschikbare informatie van bodembedreigende activiteiten en onderzoekssamenvattingen een eigen oordeel vormen. Mocht u behoefte hebben aan een bevestiging van uw oordeel neem dan contact op met de betreffende gemeente. Nadere informatie over de Wet bodembescherming, de geraadpleegde informatie bronnen en gebruikte termen treft u aan in de bijlage van dit rapport.

Disclaimer De bodeminformatie is met de grootste zorg ingevoerd. Toch kan het voorkomen dat deze informatie verouderd is, onvolledig is of onjuistheden bevat. De Provincie Fryslân en de Friese gemeenten achten zich niet aansprakelijk voor enigerlei schade die het directe of indirecte gevolg is van of in verband staat met het gebruik van deze informatie. U helpt de provincie en de gemeenten door eventuele geconstateerde fouten of gebreken te melden.

Leeswijzer Met het plaatje op bladzijde 1 kunt u in één oogopslag zien wat voor relevante bodeminformatie aanwezig is: - groen geeft aan dat er onderzoek is uitgevoerd; - okergeel geeft aan dat er een verontreiniging zit - bruin geeft aan dat er een sanering heeft plaatsgevonden - zwart geeft aan de plekken waarop een zorgmaatregel (ook kadastraal geregistreerd) van toepassing is


- oranje lijnen geven de locatiecontour aan; kleine vierkantjes geven aan dat er gegevens over bedrijfsactiviteit aanwezig zijn - blauwe lijnen geven de plek aan van slootdempingen of (tram en spoor)traces - donkergroene punten geven aan waar boringen zijn gezet - rode driehoekjes geven aan waar tanks zitten of hebben gezeten. Het lange nummer verwijst naar een locatie-ID waaronder u nadere informatie kunt vinden in deze rapportage. In het hoofdstuk Samenvatting bodeminformatie is de informatie over locaties, onderzoeken en tanks opgenomen welke (grafisch) binnen de opgegeven contour vallen. Voor de gedetailleerde informatie behorende bij een locatie wordt u verwezen naar het hoofdstuk Aanvullende bodeminformatie.


Informatie over geselecteerd gebied

Locaties (overlap met contour) LOC.ID

Locatie code

Naam

7864

NZ005900114

TWYH, De Biezen!w

1838

NZ005900197

TWYH, It Heideloantsje/Sije

voldoende

Hesterstrjitte!g

onderzocht

TWYH, Sije Hesterstrjitte 17

voldoende

2320

NZ005900570

Status EUT

Vervolgactie Wbb

onderzocht 115024

FR005900329


potentieel spoed

Uitvoeren historisch onderzoek

2324

NZ005900574


voldoende onderzocht

Uitgevoerde onderzoeken (overlap met contour) Loc. ID

Naam+datum onderzoek

Rapportnummer

Onderzoeksbureau

1838

Verkennend onderzoek NVN 5740: 3-7-1996

610268

Tukkers BV

2320


81010434.110

Fugro B.V.

2324


C-3475.10

Fugro B.V.

7864

Verkennend onderzoek NVN 5740

R001-4206266MBO-D01-N- Tauw bv G

Nog aanwezige dan wel gesaneerde tanks (binnen de straal van 50 m) Gegevens niet beschikbaar

Aanvullende bodeminformatie TWYH, De Biezen!w

Locatie code

NZ005900114

Naam

TWYH, De Biezen!w

Straat


Nummer Postcode Plaats

TWIJZELERHEIDE

Gemeente

Achtkarspelen (59)

Land-/ Waterbodem

Waterbodem

Bedrijfsactiviteit + kans op

, NSX

bodemverontreiniging Beoordeling Wbb Opgelegde beperkingen Wbb Welke vervolgactie is nodig of wordt geadviseerd?

Onderzoeken bij locatie Naam

Verkennend onderzoek NVN 5740

Rapportnummer

R001-4206266MBO-D01-N-G

Datum rapport

01-01-2003

Onderzoeksbureau

Tauw bv

Conclusie

Zie opmerkingen

Opmerkingen

Archief gemeente: 7864, ZZ,TWYH, De Biezen, 9212, R001-4206266MBO-D01-N-G, Datum onbekend, Verkennend Onderzoek 1

Besluiten bij locatie Gegevens niet beschikbaar

Gebruiken bij locatie UBI-omschrijving

NSX

Onderzocht

Start activiteit

onbekend

Verontreinigingsbronnen uit het Historisch Bodembestand (HBB) Gegevens niet beschikbaar

TWYH, It Heideloantsje/Sije Hesterstrjitte!g

Locatie code

NZ005900197

Naam

TWYH, It Heideloantsje/Sije Hesterstrjitte!g

Straat

It Heideloantsje

Nummer Postcode Plaats

TWIJZELERHEIDE


Eind activiteit

Vervallen onbekend

Gemeente

Achtkarspelen (59)

Land-/ Waterbodem

Landbodem

Bedrijfsactiviteit + kans op bodemverontreiniging

, NSX

Beoordeling Wbb

Niet verontreinigd

Opgelegde beperkingen Wbb Welke vervolgactie is nodig of wordt voldoende onderzocht geadviseerd?



Rapportnummer

610268

Datum rapport

03-07-1996

Onderzoeksbureau

Tukkers BV

Conclusie Opmerkingen

Archief gemeente: 1838, TWYH, It Heideloantsje/Sije Hesterstrjitte, 2960, 610268, 0307-1996, Verkennend Onderzoek 1 Zintuigelijke waarnemingen: Geen afwijkende geur en/of kleur waargenomen, welke zou kunnen duiden op de aanwezigheid van een verontreiniging. Bovengrond: Geen verontreinigingen aangetroffen. Ondergrond: niet geanalyseerd Grondwater: Bij Pb 44 is de parameter Nikkel boven de waarde voor nader onderzoek aangetoond. Bijzonderheden: Boorbeschrijving niet conform NEN-5104 en Meerdere boorstaten ontbreken, pH en EC ontbreken in rapport. Conclusie: Er bestaat geen bezwaar tegen normaal of intensief gebruik, bouwvergunning of aankoop/verkoop van het terrein. Aanbevelingen: Pb 44 nogmaals te bemonsteren en analyseren op nikkel. Er bestaat geen bezwaar tegen normaal of intensief gebruik, bouwvergunning, aankoop/verkoop van het terrein.



NSX

Onderzocht

Start activiteit

onbekend


Eind activiteit

Vervallen onbekend



Locatie code

NZ005900570

Naam


Straat

Sije Hesterstrjitte

Nummer

17

Postcode

9287LH

Plaats

TWIJZELERHEIDE

Gemeente

Achtkarspelen (59)

Land-/ Waterbodem

Landbodem

Bedrijfsactiviteit + kans op bodemverontreiniging

, NSX

Beoordeling Wbb

niet ernstig, licht tot matig verontreinigd




Rapportnummer

81010434.110

Datum rapport

07-12-2001

Onderzoeksbureau

Fugro B.V.


Archief gemeente: 2320, TWYH, Sije Hesterstrjitte/Tuorrebout, Hoek, 3641, 81010434.110, 07-12-2001, Verkennend Onderzoek 1 Zintuiglijke waarnemingen: boring 2 zwak puinhoudend Bovengrond: MM2 min.olie licht verhoogd Ondergrond: Geen verontreiniging Grondwater: Geen verontreiniging Bijzonderheden: Conclusies: Geen bezwaren tegen voorgenomen gebruik.


Aanbevelingen: Geen nader onderzoek noodzakelijk.



NSX

Onderzocht

Start activiteit

Eind activiteit

onbekend

Vervallen onbekend



Locatie code

FR005900329

Naam


Straat

Sije Hesterstrjitte

Nummer

13

Postcode

9287LH

Plaats

TWIJZELERHEIDE

Gemeente

Achtkarspelen (59)

Land-/ Waterbodem

Landbodem


benzine-service-station, NSX 420

bodemverontreiniging Beoordeling Wbb

potentieel spoed

Opgelegde beperkingen Wbb Welke vervolgactie is nodig of wordt Uitvoeren historisch onderzoek geadviseerd?

Onderzoeken bij locatie Gegevens niet beschikbaar



NSX

Onderzocht

Start activiteit

Eind activiteit

Vervallen

benzine-service-station

420

onbekend

1951

Onbekend

onbekend

Verontreinigingsbronnen uit het Historisch Bodembestand (HBB) Bedrijfsnaam

WIJBENGA, W./SHELL

UBI-omschrijving

benzine-service-station

UBI-klasse

7


Start activiteit

1951

Einde activiteit

Onbekend

Vermelding uit de bron Vindplaats

GA Buitenpost

Dossiernummer

HW/MV


Locatie code

NZ005900574

Naam


Straat

Sije Hesterstrjitte

Nummer

23

Postcode

9287LH

Plaats

TWIJZELERHEIDE

Gemeente

Achtkarspelen (59)

Land-/ Waterbodem

Landbodem


, NSX

bodemverontreiniging Beoordeling Wbb

niet ernstig, licht tot matig verontreinigd




Rapportnummer

C-3475.10

Datum rapport

18-11-1994

Onderzoeksbureau

Fugro B.V.


Archief gemeente: 2324, TWYH, Sije Hesterstrjitte, Terrein, 3645, C-3475.10, 18-111994, Verkennend Onderzoek 1 Zintuiglijke waarnemingen: Geen verontreiniging Bovengrond: Geen verontreiniging Ondergrond:


Grondwater: Cr, tolueen, ethylbenzeen, xylenen licht verhoogd Bijzonderheden: Bij analyses de detectiewaarden ingevuld waar niet aantoonbaar stond. Conclusies: Er zijn geen bezwaren tegen voorgenomen gebruik. Aanbevelingen: nader onderzoek niet noodzakelijk.



NSX

Onderzocht

Start activiteit

onbekend

Eind activiteit

Vervallen onbekend


Niet aan bodemlocatie gekoppelde bodembedreigende activiteiten Gegevens niet beschikbaar

Nog aanwezige dan wel gesaneerde tanks Gegevens niet beschikbaar


Bijlage: 1. Wet bodembescherming De Wet bodembescherming (Wbb) schrijft voor, dat melding gedaan moet worden aan het bevoegde gezag als men een bodemverontreiniging groter dan 25m3 of een grondwaterverontreiniging groter dan 100m3 vermoed. Op zo’n melding neemt het bevoegd gezag een ‘besluit’ (voorlopige beoordeling van mate van ernst van eventueel uitvoeren van vervolg onderzoek) of een Wbb-beschikking (ernst en urgentie tot 2006 en daarna ernst en spoedeisendheid). Ook als een sanering is uitgevoerd neemt het bevoegd gezag over het evaluatierapport een Wbb-beschikking of ‘besluit’.

Gemeenten en de Wet bodembescherming In de meeste gevallen worden ter voorbereiding van de uitvoering van infrastructurele werkzaamheden, woningbouw, milieuvergunningen en grondverplaatsing bodemonderzoeken uitgevoerd. Bij veel van deze onderzoeken is geen bodemverontreiniging geconstateerd en bij sommige in beperkte mate waarbij het niet noodzakelijk was een melding zoals bedoeld in de Wet bodembescherming door te geven aan het bevoegde gezag Wbb. Hoewel de gemeenten formeel de uitgevoerde onderzoeken zullen hebben getoetst aan de Wet bodembescherming is het toetsingsresultaat in veel gevallen niet vastgelegd in het bodeminformatiesysteem. Wel is bij elk rapport een conclusie of opmerking opgenomen met een samenvatting van het rapport.

Bevoegd Gezag Wet bodembescherming. De Provincie Fryslân is bevoegd gezag in het kader van de Wet bodembescherming (Wbb) welke op 1 januari 1995 in werking is getreden. De gemeente Leeuwarden is bevoegd gezag voor haar eigen grondgebied. Met de invoering van de Waterwet in 2009 is het Wetterskip Fryslân bevoegd gezag voor de waterbodems (Provincie Fryslân is nog bij hoge uitzondering bevoegd gezag voor waterbodems). De besluiten en beschikkingen die zijn opgenomen in deze rapportage zijn afgegeven door de Provincie Fryslân. Alleen beschikkingen over grondverontreiniging, voor zover de interventiewaarde zijn overschreden, zijn geregistreerd bij het Kadaster.

Het Kadaster en de Wet bodembescherming Sinds 1995 worden ernstige gevallen van grondverontreinigingen ook geregistreerd bij het Kadaster. Grondwaterverontreiniging en waterbodemverontreinigingen hoeven niet geregistreerd te worden bij het Kadaster. De registraties in het kader van de Wet bodembescherming kunt u opvragen bij het Kadaster. Nota Bene: Als er onderzoeken en saneringen zijn uitgevoerd voor 1995 dan zijn hier geen beschikkingen op afgegeven en heeft ook geen registratie plaats gevonden bij het Kadaster.

Bedrijven en de Wet bodembescherming Bedrijven zijn verplicht om bodemonderzoek te laten uitvoeren voor het verkrijgen van een milieuvergunning. Nieuw ontstane bodemverontreiniging (als gevolg van calamiteiten) dient direct gemeld te worden bij het bevoegd gezag. De vervuiler zorgt onverwijld voor de volledige verwijdering van de vervuiling.


De gemeentelijke archieven zijn in 90’er jaren onderzocht op afgegeven milieu- en hinderwetvergunningen sinds begin 1800 betreffende bodembedreigende activiteiten. Ook zijn de Kamer van Koophandel inschrijvingen opgenomen tot 1994. In 2004 zijn dempingen, stortplaatsen en erfverhardingen toegevoegd. De informatie over deze mogelijke bodembedreigende (bedrijfs)activiteiten kunnen gebruikt worden voor het uitvoeren van gericht historisch en/of bodemonderzoek op een locatie. Bij ongeveer 2,5% van alle geïndiceerde locaties met mogelijke belastende (bedrijfs)activiteiten zal naar verwachting een verontreiniging zijn achter gebleven. Hoe hoger de NSX-score van de (bedrijfs)activiteit des groter is de kans op aanwezige verontreiniging. Bij een NSX-score lager dan 100 is de kans op verontreiniging zeer gering. In ieder geval is dan in het kader van de saneringsregeling Wbb geen bodemonderzoek verplicht. Bij een NSX-score van 100-300 worden locaties aangeduid als 'Potentieel ernstig'. Locaties met een NSX-score van >300 worden aangeduid als 'Potentieel spoedeisend'.

Burgers en de Wet bodembescherming Burgers en de Wet bodembescherming Als burger kunt u op meerdere manieren te maken krijgen met (mogelijke) bodemverontreiniging. Veel voorkomende situaties zijn: • Aan- of verkoop van een woning. De verkoper heeft een informatieplicht, de koper een onderzoeksplicht naar informatie die van invloed is op het nemen van het besluit tot (ver)koop. Bij aanen verkoop van een perceel is het van belang om de kwaliteit van de bodem te kennen. Als koper wilt u niet voor ongewenste verrassingen komen te staan en is het van belang te weten of de locatie geschikt is voor uw plannen. • Aanvraag bouwvergunning. Indien u een bouwwerk wilt realiseren op uw perceel, dan wordt bij de behandeling van de bouwaanvraag bij de gemeente gecontroleerd of er bodemonderzoek noodzakelijk is. Als bodemverontreiniging de bouwplannen of aan- of verkoop belemmert of als er onaanvaardbare risico’s zijn voor mens of milieu moet de bodemverontreiniging aangepakt worden.

2. Welke gegevensbronnen zijn geraadpleegd voor deze rapportage? De gegevensbronnen zijn: 1. Registraties van beschikkingen en besluiten op (mogelijke) gevallen van bodem-, grondwater- en waterbodemverontreiniging en uitgevoerde saneringen zoals bedoeld is in het kader van de Wet bodembescherming (vanaf 1995). 2. Vermeldingen van bodemonderzoeken en bekende verontreinigingen en saneringen welke voor 1995 uitgevoerd zijn. 3. Uitgevoerde archiefonderzoeken naar mogelijk belastende (bedrijfs)activiteiten welke bodemverontreiniging hebben kunnen veroorzaken. 4. Gegevens uit luchtfoto interpretaties waarna in vergelijking met eerder genomen luchtfoto’s sprake is van slootdempingen, stortplaatsen en erfverhardingen waar mogelijk verontreinigd materiaal in is gebruikt. 5. Uitgevoerde waterbodem en slibonderzoeken en eventueel uitgevoerde baggerwerken en saneringen 6. Informatie uit bodem- en grondwateronderzoeken of partijkeuringen welke de gemeente vereist voor het afgeven van bouwvergunningen (Bouwbesluit), locatieontwikkeling of grondverplaatsing (Bouwstoffenbesluit/Besluit bodemkwaliteit) 7. Brandstoftanks welke zijn verwijderd (BOOT/Activiteitenbesluit) of nog aanwezig kunnen zijn met eventuele indicatie van aanwezige verontreiniging. (deze info is niet volledig)


3. Toelichting van gebruikte termen Voor een verklaring van de termen gebruikt in deze rapportage kunt u de Begrippenlijst op de volgende webpagina gebruiken: http://www.bodemloket.nl/bodemloket-flex/bodemloket.html


Bijlage 3 Situering boringen, peilbuis en proefgaten met verontreinigingsituatie


Bijlage 4 Bodemprofielen


Legenda (conform NEN 5104) grind

klei

geur

Grind, siltig

Klei, zwak siltig

Grind, zwak zandig

Klei, matig siltig

geen geur zwakke geur matige geur sterke geur

Grind, matig zandig

Klei, sterk siltig

Grind, sterk zandig

Klei, uiterst siltig

Grind, uiterst zandig

Klei, zwak zandig

uiterste geur

olie geen olie-water reactie zwakke olie-water reactie matige olie-water reactie sterke olie-water reactie Klei, matig zandig

Klei, sterk zandig

zand

uiterste olie-water reactie

p.i.d.-waarde >0

Zand, kleiïg

>1 >10 Zand, zwak siltig

>100

leem

>1000

Zand, matig siltig

Leem, zwak zandig

>10000

Zand, sterk siltig

Leem, sterk zandig

monsters geroerd monster

Zand, uiterst siltig

overige toevoegingen zwak humeus

veen Veen, mineraalarm

matig humeus

ongeroerd monster volumering

overig bijzonder bestanddeel

Veen, zwak kleiïg

sterk humeus

Gemiddeld hoogste grondwaterstand grondwaterstand

Veen, sterk kleiïg

zwak grindig

Veen, zwak zandig

matig grindig

Veen, sterk zandig

sterk grindig

Gemiddeld laagste grondwaterstand slib

water

peilbuis blinde buis

casing

hoogste grondwaterstand gemiddelde grondwaterstand laagste grondwaterstand zand afdichting bentoniet/mikoliet/klei afdichting

grind afdichting filter

Projectcode: EN02999 Projectnaam: Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide

Boring:

A01 0

0

-40 -50

50

Boring: weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Zand, matig fijn, zwak siltig, licht grijsbruin

A02 0

0

weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin

-50

50

Leem, zwak zandig, licht grijsbruin

100

-150

150

Boring:

0

0

-40 -50

50

Boring: 0

50

A03

Boring: weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Leem, zwak zandig, licht grijsbruin

0

-50

0

0

-40 -50

50

A05

Boring: weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin

0

50

A04 weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Zand, matig fijn, zwak siltig, licht grijsbruin

A06 0

-40 -50

weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Zand, matig fijn, zwak siltig, lichtbruin

getekend volgens NEN 5104


Boring:

A07 0

0


-50

50

Boring:

0

0

-20

0

0


weiland Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin

-50

50

A09

A08

A10 0

0

braak Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin

Leem, sterk zandig, licht grijsbruin 50

-50

50

-60

-70

Leem, zwak zandig, licht grijsbruin

Zand, matig fijn, zwak siltig, licht grijsbruin Leem, zwak zandig, licht grijsbruin

100

100

150

-150

150

-160

Leem, zwak zandig, sterk zandhoudend, donkergrijs -200

200

Zand, matig fijn, matig siltig, donkergrijs

250

-300

300

Boring: 0

50

A11 0

-40 -50

Boring: braak Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Leem, zwak zandig, grijsbruin

0

50

A12 0


-50



Boring:

0

0

-40 -50

50

Boring: 0

A13 braak Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin Leem, sterk zandig, licht grijsbruin

0

-50

Zand, matig fijn, zwak siltig, lichtbruin

0


-50

50

Boring: braak Zand, matig fijn, zwak siltig, matig humeus, donker zwartbruin

A14 0

0

A15

-30

50

Boring:

A16 0


-40

Leem, zwak zandig, grijsbruin

50

100

150

-150



Boring:

B01 0

0

Boring: puin Volledig puin

B02 0

0

-30 -35

-30 -35

Zand, matig fijn, zwak siltig, grijs

Boring:


B03 0

0

Boring: puin Volledig puin

B04 0

0

-30 -35

Boring: puin Uiterst puinhoudend, resten asfalt

-30 -35

0

0

B06 0

puin Volledig puin, matig asbesthoudend

-30 -35


Boring:


B05 0

0

puin Uiterst puinhoudend, resten asfalt

-30 -35


Boring:

puin Volledig puin


B07 -15

puin Volledig puin, matig asbesthoudend

-40

Zand, matig fijn, matig siltig, zwak humeus, donkerbruin

0

50

Leem, zwak zandig, donker bruingrijs

100 -120

Zand, matig fijn, zwak siltig, brokken leem, lichtgrijs 150

-160

Leem, zwak zandig, licht blauwgrijs 200

-200


Bijlage 5

Analyserapporten grond en –water


AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer, the Netherlands Postbus 693, 7400 AR Deventer Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108 e-Mail: [email protected], www.al-west.nl

ENVISO B.V. G. Plantinga POSTBUS 508 9200 AM DRACHTEN Datum Relatienr Opdrachtnr.

20.08.2014 35006381 452061

ANALYSERAPPORT Opdracht 452061 Bodem / Eluaat

Uw referentie

35006381 ENVISO B.V. EN02999 Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide

Opdrachtacceptatie Monsternemer

Opdrachtgever

Opdrachtgever

14.08.14

Geachte heer, mevrouw, Hierbij zenden wij U de resultaten van het door u aangevraagde laboratoriumonderzoek. De analyses zijn, tenzij anders vermeld, uitgevoerd overeenkomstig onze erkenning voor de werkzaamheid "Analyse voor milieuhygiënisch bodemonderzoek" van het Besluit Bodemkwaliteit. Indien u gegevens wenst over de meetonzekerheden van een methode, kunnen wij u deze op verzoek verstrekken. Dit rapport mag alleen in zijn geheel worden gereproduceerd. Eventuele bijlagen zijn onderdeel van het rapport. Indien u nog vragen heeft of aanvullende informatie wenst, verzoeken wij u om contact op te nemen met Klantenservice. Wij vertrouwen U met de toegezonden informatie van dienst te zijn. Met vriendelijke groet,

DOC-13-6549494-NL-P1

AL-West B.V. Dhr. Jan Godlieb, Tel. +31/570788113 Klantenservice

Blad 1 van 4 Kamer van Koophandel Nr. 08110898 VAT/BTW-ID-Nr.: NL 811132559 B01

Directeur ppa. Elly van Bakergem Dr. Paul Wimmer


Opdracht 452061 Bodem / Eluaat Monsternr. Monstername

Monsteromschrijving

673963 673972 673981 673984

A-M1 A01 (0-40) A02 (0-50) A03 (0-40) A04 (0-40) A05 (0-50) A06 (0-40) A07 (0-50) A08 (0-50)

14.08.2014 14.08.2014 14.08.2014 14.08.2014

A-M2 A09 (0-20) A10 (0-50) A11 (0-40) A12 (0-50) A13 (0-40) A14 (0-50) A15 (0-30) A16 (0-40)

A-M3 A02 (50-100) A09 (60-110) A-M4 A10 (70-120) A16 (40-90)

Eenheid

673963

673972

673981

673984

A-M1 A01 (0-40) A02 (0-50) A03 (0-40) A04 (0-40) A05 (0-50) A06 (0-40) A07 (0-50) A08 (0-50)

A-M2 A09 (0-20) A10 (0-50) A11 (0-40) A12 (0-50) A13 (0-40) A14 (0-50) A15 (0-30) A16 (0-40)

A-M3 A02 (50-100) A09 (60-110)

A-M4 A10 (70-120) A16 (40-90)

Algemene monstervoorbehandeling Voorbehandeling conform AS3000

-++

-++

-++

-++

-82,2 -<5,0

-87,0 -<5,0

-84,7

Droge stof

%

IJzer (Fe2O3)

% Ds

-82,7 -<5,0

Organische stof

% Ds

4,5--

Carbonaten dmv asrest

% Ds

-0,6

-0,6

-0,7

-10

% Ds

-6,8

-7,6

-10

-16

-++

-++

-++

-++

mg/kg Ds

-35

-48

-36

-51

Cadmium (Cd)

mg/kg Ds mg/kg Ds

Koper (Cu)

mg/kg Ds

Kwik (Hg)

mg/kg Ds

Lood (Pb)

mg/kg Ds

Molybdeen (Mo)

mg/kg Ds

Nikkel (Ni)

mg/kg Ds

Zink (Zn)

mg/kg Ds

-<0,20 -4,6 -12 -0,06 -38 -<1,5 -6,9 -98

-<0,20 -4,6 -<5,0 -<0,05 -<10 -<1,5 -7,9 -<20

-<0,20

Kobalt (Co)

-<0,20 -4,3 -8,7 -<0,05 -17 -<1,5 -5,4 -30

mg/kg Ds

-<0,050

-<0,050

-<0,050

-<0,050

Benzo(a)anthraceen

mg/kg Ds mg/kg Ds

Benzo(k)fluorantheen

mg/kg Ds

Benzo-(a)-Pyreen

mg/kg Ds

Chryseen

mg/kg Ds

Fenanthreen

mg/kg Ds

Fluorantheen

mg/kg Ds

Indeno-(1,2,3-c,d)pyreen

mg/kg Ds

Naftaleen

mg/kg Ds

Som PAK (VROM) (Factor 0,7) Minerale olie (AS3000)

mg/kg Ds

-<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -0,064 -0,12 -0,062 -<0,050 #) 0,49--

-<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 #) 0,35--

-<0,050

Benzo(ghi)peryleen

-<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 #) 0,35--

Koolwaterstoffractie C10-C40

mg/kg Ds

-<35

-<35

-<35

-<35

-<5,0

Klassiek Chemische Analyses x)

x)

6,5--

x)

0,3--

x)

0,9--

Fracties (sedigraaf) Fractie < 2 µm

Voorbehandeling metalen analyse Koningswater ontsluiting Metalen (AS3000) Barium (Ba)

-6,4 -7,0 -<0,05 -11 -<1,5 -12 -25

PAK (AS3000)

DOC-13-6549494-NL-P2

Anthraceen

-<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 -<0,050 #)

0,35--




Opdracht 452061 Bodem / Eluaat

Eenheid

673963

673972

673981

673984

A-M1 A01 (0-40) A02 (0-50) A03 (0-40) A04 (0-40) A05 (0-50) A06 (0-40) A07 (0-50) A08 (0-50)

A-M2 A09 (0-20) A10 (0-50) A11 (0-40) A12 (0-50) A13 (0-40) A14 (0-50) A15 (0-30) A16 (0-40)

A-M3 A02 (50-100) A09 (60-110)

A-M4 A10 (70-120) A16 (40-90)

Minerale olie (AS3000) mg/kg Ds

-<3

-<3

-<3

-<3


mg/kg Ds mg/kg Ds


mg/kg Ds


mg/kg Ds


mg/kg Ds


mg/kg Ds


mg/kg Ds

-<3 -<4 -<5 -<5 --8 -<5 -<5

-<3 -<4 -<5 -<5 -<5 -<5 -<5

-<3


-<3 -<4 -<5 -<5 -<5 -<5 -<5

PCB 28

mg/kg Ds

-<0,0010

-<0,0010

-<0,0010

-<0,0010

PCB 52

mg/kg Ds

-<0,0010

-<0,0010

-<0,0010

-<0,0010

PCB 101

mg/kg Ds mg/kg Ds

PCB 138

mg/kg Ds

PCB 153

mg/kg Ds

PCB 180

mg/kg Ds

Som PCB (7 Ballschmiter) (Factor 0,7)

mg/kg Ds

-<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 #) 0,0049--

-<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 #) 0,0049--

-<0,0010

PCB 118

-<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 #) 0,0049--


-<4 -<5 -<5 -<5 -<5 -<5

Polychloorbifenylen (AS3000)

-<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 -<0,0010 #)

0,0049--

Verklaring:"<" of n.a. betekent dat het gehalte van de component lager is dan de rapportagegrens. x) Gehaltes beneden de rapportagegrens zijn niet mee inbegrepen. #) Bij deze som zijn resultaten "

DOC-13-6549494-NL-P3

Dit electronisch gegenereerde rapport is gecontroleerd en vrijgegeven. In overeenstemming met de vereisten van NEN EN ISO/IEC 17025:2005 voor eenvoudige rapportage is dit rapport met digitale handtekening rechtsgeldig.




Opdracht 452061 Bodem / Eluaat

Toegepaste methoden Vaste stof eigen methode: eigen methode: n)

Carbonaten dmv asrest Koolwaterstoffractie C10-C12 Koolwaterstoffractie C12-C16 Koolwaterstoffractie C16-C20 Koolwaterstoffractie C20-C24 Koolwaterstoffractie C24-C28 Koolwaterstoffractie C28-C32 Koolwaterstoffractie C32-C36 Koolwaterstoffractie C36-C40

Gelijkwaardig aan NEN 5739: n)IJzer (Fe2O3) Glw. NEN-ISO 11465;cf. NEN-EN 12880; cf. AS3000:Droge stof Protocollen AS 3000: Voorbehandeling conform AS3000 Som PCB (7 Ballschmiter) (Factor 0,7) Protocollen AS 3000 / Protocollen AS 3200: Organische stof Koningswater ontsluiting Barium (Ba) Lood (Pb) Kobalt (Co) Molybdeen (Mo) Cadmium (Cd) Nikkel (Ni) Koper (Cu) Kwik (Hg) Zink (Zn) Koolwaterstoffractie C10-C40 Som PAK (VROM) (Factor 0,7) Fractie < 2 µm

DOC-13-6549494-NL-P4

n) Niet geaccrediteerd



AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer, the Netherlands Postbus 693, 7400 AR Deventer Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108 e-Mail: [email protected], www.al-west.nl [@ANALYNR_START=673963]

DOC-13-6549506-NL-P1

Chromatogram for Order No. 452061, Analysis No. 673963, created at 19.08.2014 06:58:03 Monsteromschrijving: A-M1 A01 (0-40) A02 (0-50) A03 (0-40) A04 (0-40) A05 (0-50) A06 (0-40) A07 (0-50) A08 (0-50)




DOC-13-6549506-NL-P2

Chromatogram for Order No. 452061, Analysis No. 673972, created at 19.08.2014 06:58:23 Monsteromschrijving: A-M2 A09 (0-20) A10 (0-50) A11 (0-40) A12 (0-50) A13 (0-40) A14 (0-50) A15 (0-30) A16 (0-40)




DOC-13-6549506-NL-P3

Chromatogram for Order No. 452061, Analysis No. 673981, created at 19.08.2014 06:58:45 Monsteromschrijving: A-M3 A02 (50-100) A09 (60-110)




DOC-13-6549506-NL-P4

Chromatogram for Order No. 452061, Analysis No. 673984, created at 19.08.2014 06:58:21 Monsteromschrijving: A-M4 A10 (70-120) A16 (40-90)





27.08.2014 35006381 452925

ANALYSERAPPORT Opdracht 452925 Water

Uw referentie



Opdrachtgever

Opdrachtgever

21.08.14

Geachte heer, mevrouw, Hierbij zenden wij U de resultaten van het door u aangevraagde laboratoriumonderzoek. De analyses zijn, tenzij anders vermeld, uitgevoerd overeenkomstig onze erkenning voor de werkzaamheid "Analyse voor milieuhygiënisch bodemonderzoek" van het Besluit Bodemkwaliteit. Indien u gegevens wenst over de meetonzekerheden van een methode, kunnen wij u deze op verzoek verstrekken. Dit rapport mag alleen in zijn geheel worden gereproduceerd. Eventuele bijlagen zijn onderdeel van het rapport. Indien u nog vragen heeft of aanvullende informatie wenst, verzoeken wij u om contact op te nemen met Klantenservice. Wij vertrouwen U met de toegezonden informatie van dienst te zijn. Met vriendelijke groet,

DOC-13-6566970-NL-P1





Opdracht 452925 Water Monsternr. Monsteromschrijving

Monstername

679419

21.08.2014

A09-1-1 A09 (200-300)

Eenheid

Monsternamepunt

679419 A09-1-1 A09 (200-300)

Metalen (AS3000) Barium (Ba)

µg/l

-120

Cadmium (Cd)

µg/l

-<0,20

Kobalt (Co)

µg/l

-<2,0

Koper (Cu)

µg/l

-<2,0

Kwik (Hg)

µg/l

-<0,05

Lood (Pb)

µg/l

-<2,0

Molybdeen (Mo)

µg/l

-<2,0

Nikkel (Ni)

µg/l

-4,4

Zink (Zn)

µg/l

-<10

Benzeen

µg/l

-<0,20

Tolueen

µg/l

-<0,20

Ethylbenzeen

µg/l

-<0,20

m,p-Xyleen

µg/l

-<0,20

ortho-Xyleen

µg/l

-<0,10

Som Xylenen (Factor 0,7)

µg/l

0,21--

Naftaleen

µg/l

-<0,020

Styreen

µg/l

-<0,20

Aromaten

#)

DOC-13-6566970-NL-P2

Chloorhoudende koolwaterstoffen Dichloormethaan

µg/l

-<0,20

Trichloormethaan (Chloroform)

µg/l

-<0,20

Tetrachloormethaan (Tetra)

µg/l

-<0,10

1,1-Dichloorethaan

µg/l

-<0,20

1,2-Dichloorethaan

µg/l

-<0,20

1,1,1-Trichloorethaan

µg/l

-<0,10

1,1,2-Trichloorethaan

µg/l

-<0,10

Vinylchloride

µg/l

-<0,20

1,1-Dichlooretheen

µg/l

-<0,10

Cis-1,2-Dichlooretheen

µg/l

-<0,10

trans-1,2-Dichlooretheen

µg/l

-<0,10

Som cis/trans-1,2Dichlooretheen (Factor 0,7)

µg/l

0,14--

Som Dichlooretheen (Factor 0,7)

µg/l

0,21--

#)

#)




Opdracht 452925 Water

Eenheid

679419 A09-1-1 A09 (200-300)

Chloorhoudende koolwaterstoffen Trichlooretheen (Tri)

µg/l

-<0,20

Tetrachlooretheen (Per)

µg/l

-<0,10

1,1-Dichloorpropaan

µg/l

-<0,20

1,2-Dichloorpropaan

µg/l

-<0,20

1,3-Dichloorpropaan

µg/l

-<0,20

Som Dichloorpropanen (Factor µg/l 0,7) Broomhoudende koolwaterstoffen

0,42--

µg/l

-<0,20


µg/l

-<50


µg/l

-<10


µg/l

-<10


µg/l

-<5,0


µg/l

-<5,0


µg/l

-<5,0


µg/l

-<5,0


µg/l

-<5,0


µg/l

-<5,0

Tribroommethaan (bromoform)

#)

Minerale olie (AS3000)

Verklaring:"<" of n.a. betekent dat het gehalte van de component lager is dan de rapportagegrens. #) Bij deze som zijn resultaten "

DOC-13-6566970-NL-P3

Dit electronisch gegenereerde rapport is gecontroleerd en vrijgegeven. In overeenstemming met de vereisten van NEN EN ISO/IEC 17025:2005 voor eenvoudige rapportage is dit rapport met digitale handtekening rechtsgeldig.




Opdracht 452925 Water

Toegepaste methoden Protocollen AS 3100: Koper (Cu) Kwik (Hg) Nikkel (Ni) Kobalt (Co) Zink (Zn) Lood (Pb) Molybdeen (Mo) Cadmium (Cd) Barium (Ba) Tribroommethaan (bromoform) Dichloormethaan Benzeen Trichloormethaan (Chloroform) Tolueen Tetrachloormethaan (Tetra) Ethylbenzeen 1,1-Dichloorethaan 1,2-Dichloorethaan Som Xylenen (Factor 0,7) Naftaleen Styreen 1,1,1-Trichloorethaan 1,1,2-Trichloorethaan Vinylchloride Som Dichlooretheen (Factor 0,7) Trichlooretheen (Tri) Tetrachlooretheen (Per) Som Dichloorpropanen (Factor 0,7) Koolwaterstoffractie C10-C40 Protocollen AS 3100: n) Som cis/trans-1,2-Dichlooretheen (Factor 0,7) Koolwaterstoffractie C10-C12 Koolwaterstoffractie C12-C16 Koolwaterstoffractie C16-C20 Koolwaterstoffractie C20-C24 Koolwaterstoffractie C24-C28 Koolwaterstoffractie C28-C32 Koolwaterstoffractie C32-C36 Koolwaterstoffractie C36-C40

DOC-13-6566970-NL-P4

n) Niet geaccrediteerd




DOC-13-6566986-NL-P1

Chromatogram for Order No. 452925, Analysis No. 679419, created at 26-aug-2014 9:41:34 Monsteromschrijving: A09-1-1 A09 (200-300)



Bijlage 6 Analyserapporten asbest in puin




08.09.2014 35006381 453159 / 2

ANALYSERAPPORT Opdracht 453159 / 2 Bodem / Eluaat

Uw referentie



Opdrachtgever

Opdrachtgever

22.08.14

Geachte heer, mevrouw, Hierbij zenden wij u de resultaten van het door u aangevraagde laboratoriumonderzoek. De analyses zijn geaccrediteerd volgens NEN-EN-ISO/IEC 17025, tenzij anders vermeld bij toegepaste methoden en uitgevoerd overeenkomstig de onderzoeksmethoden die worden genoemd in de meest actuele versie van onze verrichtingenlijst van de Raad voor Accreditatie, accreditatienummer L005. Indien u gegevens wenst over de meetonzekerheden van een methode, kunnen wij u deze op verzoek verstrekken. Dit rapport mag alleen in zijn geheel worden gereproduceerd. Eventuele bijlagen zijn onderdeel van het rapport. Indien u nog vragen heeft of aanvullende informatie wenst, verzoeken wij u om contact op te nemen met Klantenservice. Wij vertrouwen erop u met de toegezonden informatie van dienst te zijn. Dit rapport, versie 2, vervangt alle voorgaande rapportages. De verandering heeft betrekking op monster(s): 680868 / 680871 / 680874. Met vriendelijke groet,

DOC-13-6600970-NL-P1

AL-West B.V. Dhr. Jan Godlieb, Tel. +31/570788113 Klantenservice Blad 1 van 2 Kamer van Koophandel Nr. 08110898 VAT/BTW-ID-Nr.: NL 811132559 B01



Opdracht 453159 / 2 Bodem / Eluaat Monsternr. Monstername

Monsteromschrijving

680866 680867 680868 680871 680874

B-VM1 B06 (0-30) B-VM2 B07 (0-15)

14.08.2014 14.08.2014 14.08.2014 14.08.2014 14.08.2014

B-M1 B01 (0-30) B01 (0-30) B02 (0-30) B02 (0-30) B03 (0-30) B03 (0-30) B04 (0-30) B04 (0-30) B05 (0-30) B05 (0-30)

B-M3 B07 (0-15) B07 (0-15) B-M2 B06 (0-30) B06 (0-30)

Eenheid

680866

680867

680868 / 2

680871 / 2

680874 / 2

B-VM1 B06 (0-30)

B-VM2 B07 (0-15)

B-M1 B01 (0-30) B01 (0-30) B02 (0-30) B02 (0-30) B03 (0-30) B03 (0-30) B04 (0-30) B04 (0-30) B05 (0-30) B05 (0-30)

B-M3 B07 (0-15) B07 (0-15)

B-M2 B06 (0-30) B06 (0-30)

--zie bijlage --

--zie bijlage --

-++

-++

-++

--<1

--160

--310

Asbest Zie bijlage voor toelichting asbestanalyse

Asbest verzamelmonster Som gewogen asbest (puin)

mg/kg Ds

Verklaring:"<" of n.a. betekent dat het gehalte van de component lager is dan de rapportagegrens. Begin van de analyses: 22.08.2014 Einde van de analyses: 29.08.2014 De onderzoeksresultaten hebben alleen betrekking op het aangeleverde monstermateriaal. Monsters met onbekende herkomst kunnen slechts beperkt gecontroleerd worden op plausibiliteit.

AL-West B.V. Dhr. Jan Godlieb, Tel. +31/570788113 Klantenservice Dit electronisch gegenereerde rapport is gecontroleerd en vrijgegeven. In overeenstemming met de vereisten van NEN EN ISO/IEC 17025:2005 voor eenvoudige rapportage is dit rapport met digitale handtekening rechtsgeldig. Toegepaste methoden Vaste stof conform NEN 5896-bepaling van Asbest in materialen:Asbest verzamelmonster

DOC-13-6600970-NL-P2

conform NEN 5897 (analysedeel): Som gewogen asbest (puin) Geen informatie:

Zie bijlage voor toelichting asbestanalyse

Kamer van Koophandel Nr. 08110898 VAT/BTW-ID-Nr.: NL 811132559 B01


Blad 2 van 2

AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer, the Netherlands Postbus 693, 7400 AR Deventer Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108 e-Mail: [email protected], www.al-west.nl Rapportageblad verzameld materiaal NEN 5896; Kwalitatieve analyse van asbest in materialen met polarisatiemicroscopie Monsternr. : 680866 Datum onderzoek : 8/25/2014 Monster omschrijving: type aantal gram

a 39 322,1

b

c

Omschrijving soorten a

tot. asbesthoudend materiaal (g)

B-VM1 B06 (0-30)

Golfplaat en vlakke plaat

d

e

f 11 142,8

322,1

Hechtgebonden ja/nee ja

asbest type

gem %

MIN%

MAX %

chrysotiel

12,5

10

15

-

-

-

-

-

gevonden asbest gram 40,3 0,0 40,3

MIN asbest gram 32,2 0,0 32,2

MAX asbest gram 48,3 0,0 48,3

b

c

d

e

niet asbesthoudend f

Cement

asbesttype Serpentijn Amfibool Totaal

aantal 39 0 39

DOC-13-6600979-NL-P1

AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer

Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108

Postbus 693, 7400 AR Deventer

e-mail: [email protected], www.al-west.nl



AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer, the Netherlands Postbus 693, 7400 AR Deventer Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108 e-Mail: [email protected], www.al-west.nl Rapportageblad verzameld materiaal NEN 5896; Kwalitatieve analyse van asbest in materialen met polarisatiemicroscopie Monsternr. : 680867 Datum onderzoek : 8/25/2014 Monster omschrijving: type aantal gram

tot. asbesthoudend materiaal (g)

B-VM2 B07 (0-15)

a 27 393,4

b 7 100,9

c

d

e

f 1 22,8

494,3

a

Golfplaat

Hechtgebonden ja/nee ja

b

Golfplaat

ja

chrysotiel crocidoliet

12,5 3,5

10 2

15 5

Cement

-

-

-

-

-

gevonden asbest gram 61,8 3,5 65,3

MIN asbest gram 49,4 2,0 51,4

MAX asbest gram 118,0 19,7 137,7

Omschrijving soorten

asbest type

gem %

MIN%

MAX %

chrysotiel

12,5

10

15

c

d

e

niet asbesthoudend f

asbesttype Serpentijn Amfibool Totaal

aantal 34 7 34

DOC-13-6600978-NL-P1

AL-West B.V. Dortmundstraat 16B, 7418 BH Deventer

Tel. +31(0)570 788110, Fax +31(0)570 788108

Postbus 693, 7400 AR Deventer

e-mail: [email protected], www.al-west.nl




Bijlage analyseresultaten asbest

ENS

####### 8-5-2007

Drogestof Nat gewicht gehalte (%) (g) B-M1 B01 (0-30) B01 (0-30) B02 (0-30) B02 (0-30) B03 (0-30) B03 (0-30) B04 (0-30) B04 (0-30) B05 (0-30) B05 (0-30) 26244 680868 78,0 Monster Nr.

Zeeffractie

Monster omschrijving

Zeeffractie

chrysotiel amosiet crocidoliet Aantal Massa Onderzoc (mg/kg ds (mg/kg ds (mg/kg ds fractie (g) ht (%) (m/m%) tot.) tot.) tot.) N > 16 mm 0 0 100 8 - 16 mm 17 3551 100 1 4 - 8 mm 19 3839 100 0,2 1 2 - 4 mm 9,1 1871 67,0 <0.1 1 1 - 2 mm 7 1436 31,3 0,1 0.5 mm - 1 mm 11 2347 9,6 35 < 0.5 mm 7076,382 0,1 98 0,5 3 Totalen 20120,38 Na afronding volgens norm (mg/kg) :

Asbest (mg/kg ds tot.)

0,2

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens

0,1

0,1 <0.1 <0.1

0,4 0,3 0,7

0,5 <1

nvt 0,2 <1

nvt 1,4 1,4

Droog gewicht 20473 Hecht geb.

ja ja ja

Gerapporteerde asbestgehaltes zijn afgeronde waardes, in de totaalgehaltes kunnen geringe afwijkingen voorkomen. Conclusie:

De bepalings grens is Hoeveelheid hechtgebonden asbesthoudend materiaal Hoeveelheid niet hechtgebonden asbesthoudend materiaal Serpentijn asbest Amfibool asbest Totaal asbest Gewogen totaal asbest (serpentijn + 10 x amfibool)

Gemeten Gehalte (mg/kg ds) 0,5 <1 0,5 <0.1 <1 <1

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens 1 0,2 1,4 <1 <1 0,2 1,4 <0.1 <0.1 <1 1,4 <1 1

In het, met de optische lichtmicroscoop, onderzochte deel van de fractie <500 µm zijn geen asbestverdachte vezels gevonden.

DOC-13-6600982-NL-P1

Analyse van asbest in bodem (NEN 5707:2003/C1:2006nl), onbewerkt bouw- sloop en recyclinggranulaat (NEN 5897) Kwalitatieve analyse van asbest in materialen met polarisatiemicroscopie (NEN 5896)





ENS

####### 8-5-2007

Monster Nr.


680871

B-M3 B07 (0-15) B07 (0-15)

Zeeffractie

Zeeffractie

chrysotiel amosiet crocidoliet Aantal Massa Onderzoc (mg/kg ds (mg/kg ds (mg/kg ds fractie (g) ht (%) (m/m%) tot.) tot.) tot.) N > 16 mm 0 0 100 23 8 - 16 mm 3,6 853 100 120 1,9 16 4 - 8 mm 3,3 779 100 19 6 2 - 4 mm 2,9 690 84,1 1,9 <0.1 9 1 - 2 mm 2,7 630 26,2 0,7 1 0.5 mm - 1 mm 7,6 1784 6,2 <0.1 78 < 0.5 mm 18401,56 0,1 98 150 1,9 55 Totalen 23137,56 Na afronding volgens norm (mg/kg) :

Drogestof Nat gewicht gehalte (%) (g) 89,0 26421 Asbest (mg/kg ds tot.) 130 19 1,9 0,7

150 150

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens 98 15 1,3 0,3 <0.1 nvt 110 110

150 22 2,9 1,6 0,4 nvt 180 180


ja ja ja beide ja



Gemeten Gehalte (mg/kg ds) 150 <1 150 1,9 150 160

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens 1 110 180 <1 <1 110 180 0,2 3,7 110 180 120 220


DOC-13-6600977-NL-P1






ENS

####### 8-5-2007

Monster Nr.


680874

B-M2 B06 (0-30) B06 (0-30)

Zeeffractie

Zeeffractie

chrysotiel amosiet crocidoliet Aantal Massa Onderzoc (mg/kg ds (mg/kg ds (mg/kg ds fractie (g) ht (%) (m/m%) tot.) tot.) tot.) N > 16 mm 0 0 100 41 8 - 16 mm 14 3241 100 270 25 4 - 8 mm 11 2460 100 32 21 2 - 4 mm 6,1 1373 51,0 5,6 1 1 - 2 mm 4,5 1010 24,8 <0.1 1 0.5 mm - 1 mm 5,4 1213 14,8 <0.1 56 < 0.5 mm 12641,92 0,1 98 310 89 Totalen 21938,92 Na afronding volgens norm (mg/kg) :

Drogestof Nat gewicht gehalte (%) (g) 88,7 25299 Asbest (mg/kg ds tot.) 270 32 5,6

310 310

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens 210 24 3 <0.1 <0.1 nvt 240 240

330 39 10 0,5 <0.1 nvt 380 380


ja ja ja nee nee



Gemeten Gehalte (mg/kg ds) 310 <1 310 <0.1 310 310

95%-betrouwbaarheidsinterval (mg/kg ds) ondergrens bovengrens 1 240 380 <1 <1 240 380 <0.1 <0.1 240 380 240 380


DOC-13-6600980-NL-P1




Bijlage 7 Toetsingstabellen analyseresultaten Wbb


Tabel 1: Gemeten gehalten in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Grondmonster Certificaatcode Boring(en) Traject (m -mv) Humus Lutum Monsterconclusie Monstermelding 1 Monstermelding 2 Monstermelding 3

% ds % ds

A-M1 452061 A01, A02, A03, A04, A05, A06, A07, A08 0,00 - 0,50 4,5 6,8 Voldoet aan Achtergrondwaarde

Meetw

GSSD

GECHLOREERDE KOOLWATERSTOFFEN PCB 138 PCB 153 PCB 180 PCB 28 PCB 52 PCB 101 PCB 118 PCB (7) (som, 0.7 factor) PCB (som 7)

mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049

METALEN IJzer [Fe] Kobalt [Co] Zink [Zn] Nikkel [Ni] Molybdeen [Mo] Koper [Cu] Cadmium [Cd] Barium [Ba] Lood [Pb] Kwik [Hg]

% ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

<5,0 4,3 30 5,4 <1,5 8,7 <0,20 35 17 <0,05

3,5 (6) 9,9 54 11,3 <1,1 14,4 <0,20 85 (6) 24 <0,05

OVERIG Droge stof Calciumcarbonaat

% % ds

82,7 0,6

82,7 (6) 0,6 (6)

OVERIGE (ORGANISCHE) VERBINDINGEN Minerale olie C36 - C40 Minerale olie C10 - C12 Minerale olie C28 - C32 Minerale olie C32 - C36 Minerale olie C10 - C40 Minerale olie C12 - C16 Minerale olie C16 - C20 Minerale olie C20 - C24 Minerale olie C24 - C28


PAK Pak-totaal (10 van VROM) (0.7 facto Anthraceen Fenanthreen Fluorantheen Chryseen Benzo(a)anthraceen Benzo(a)pyreen Benzo(k)fluorantheen Indeno-(1,2,3-c,d)pyreen Benzo(g,h,i)peryleen PAK 10 VROM Naftaleen

Projectcode: EN02999

<0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,011

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

mg/kg ds

<0,35

mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050

Index

8 (6) 5 (6) 8 (6) 8 (6) <54 5 (6) 6 (6) 8 (6) 8 (6)

A-M2 452061 A09, A10, A11, A12, A13, A14, A15, A16 0,00 - 0,50 6,5 7,6 Voldoet aan Achtergrondwaarde

Meetw

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049 -0,01

-0,03 -0,15 -0,36 -0 -0,17 -0,03 -0,05 -0

-0,03

GSSD

A-M3 452061 A02, A09 0,50 - 1,10 0,30 10,0 Voldoet aan Achtergrondwaarde

Index

<0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049

<0,0075 -0,01

<5,0 4,6 98 6,9 <1,5 12 <0,20 48 38 0,06

3,5 (6) 10,0 166 13,7 <1,1 18 <0,19 109 (6) 50 0,08

82,2 0,6

82,2 (6) 0,6 (6)

<5 <3 8 <5 <35 <3 <4 <5 <5

5 (6) 3 (6) 12 (6) 5 (6) <38 3 (6) 4 (6) 5 (6) 5 (6)

-0,03 0,04 -0,33 -0 -0,15 -0,03 0 -0

-0,03

0,49 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

Meetw

<0,050 0,064 0,12 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 0,062 <0,050 -0,03 <0,050

GSSD

<0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,025

<5,0 4,6 <20 7,9 <1,5 <5,0 <0,20 36 <10 <0,05

3,5 (6) 8,6 <24 13,8 <1,1 <5,7 <0,21 70 (6) <10 <0,04

87,0 0,7

87,0 (6) 0,7 (6)

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

Index

18 (6) 11 (6) 18 (6) 18 (6) <123 11 (6) 14 (6) 18 (6) 18 (6)

0,01

-0,04 -0,2 -0,33 -0 -0,23 -0,03 -0,08 -0

-0,01

<0,35 <0,035 0,064 0,12 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 0,062 <0,035 0,49 <0,035

<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 -0,03 <0,050

<0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

-0,03

Tabel 2: Gemeten gehalten in grond met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Grondmonster Certificaatcode Boring(en) Traject (m -mv) Humus Lutum Monsterconclusie Monstermelding 1 Monstermelding 2 Monstermelding 3

% ds % ds

A-M4 452061 A10, A16 0,40 - 1,20 0,90 16 Voldoet aan Achtergrondwaarde

Meetw

GSSD



<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049



<5,0 6,4 25 12 <1,5 7,0 <0,20 51 11 <0,05

3,5 (6) 8,9 35 16 <1,1 9,8 <0,20 72 (6) 14 <0,04


% % ds

84,7 10

84,7 (6) 10 (6)





<0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,025

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

mg/kg ds

<0,35


<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050

Index

18 (6) 11 (6) 18 (6) 18 (6) <123 11 (6) 14 (6) 18 (6) 18 (6)

<0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

0,01

-0,03 -0,18 -0,29 -0 -0,2 -0,03 -0,08 -0

-0,01

-0,03

---< 8,88 8,88 8,88 6 # GSSD Index

: Geen toetsnorm aanwezig : kleiner dan de detectielimiet : <= Achtergrondwaarde : <= Interventiewaarde : > Interventiewaarde : Heeft geen normwaarde : verhoogde rapportagegrens : Gestandaardiseerde meetwaarde : (GSSD - AW) / (I - AW) - Getoetst via de BoToVa service, versie 1.1.0 -

Tabel 3: Normwaarden conform de Wet Bodembescherming AW

WO

IND

I

GECHLOREERDE KOOLWATERSTOFFEN PCB (som 7)

mg/kg ds

0,02

0,04

0,5

1

METALEN Kobalt [Co] Zink [Zn] Nikkel [Ni] Molybdeen [Mo] Koper [Cu] Cadmium [Cd] Lood [Pb] Kwik [Hg]

mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

15 140 35 1,5 40 0,6 50 0,15

35 200 39 88 54 1,2 210 0,83

190 720 100 190 190 4,3 530 4,8

190 720 100 190 190 13 530 36

OVERIGE (ORGANISCHE) VERBINDINGEN Minerale olie C10 - C40

mg/kg ds

190

190

500

5000

PAK PAK 10 VROM

mg/kg ds

40

40


1,5

6,8

Tabel 4: Gemeten concentraties in grondwater met beoordeling conform de Wet Bodembescherming Watermonster Filterdiepte (m -mv) Monsterconclusie Monstermelding 1 Monstermelding 2 Monstermelding 3

A09-1-1 2,00 - 3,00 Overschrijding Streefwaarde

Meetw

GSSD

Index

AROMATISCHE VERBINDINGEN Styreen (Vinylbenzeen) Benzeen Ethylbenzeen Tolueen Xylenen (som) meta-/para-Xyleen (som) ortho-Xyleen Xylenen (som, 0.7 factor) Som 16 Aromatische oplosmiddelen

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

GECHLOREERDE KOOLWATERSTOFFEN Dichloorpropanen (0,7 som, 1,1+1,2+1,3) Dichloormethaan Trichloormethaan (Chloroform) Tribroommethaan (bromoform) Tetrachloormethaan (Tetra) 1,1-Dichloorethaan 1,2-Dichloorethaan 1,2-Dichloorpropaan 1,1,1-Trichloorethaan 1,1,2-Trichloorethaan Trichlooretheen (Tri) Tetrachlooretheen (Per) cis + trans-1,2-Dichlooretheen 1,1-Dichlooretheen cis-1,2-Dichlooretheen trans-1,2-Dichlooretheen Vinylchloride Dichloorethenen (som, 0.7 factor) 1.2-Dichloorethenen (som, 0.7 facto Dichloorpropaan 1,3-Dichloorpropaan 1,1-Dichloorpropaan

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

<0,42 <0,20 <0,20 <0,20 <0,10 <0,20 <0,20 <0,20 <0,10 <0,10 <0,20 <0,10

<0,42 <0,14 <0,14

-0

<0,20 <0,20

METALEN Kobalt [Co] Zink [Zn] Nikkel [Ni] Molybdeen [Mo] Koper [Cu] Cadmium [Cd] Barium [Ba] Lood [Pb] Kwik [Hg]


<2,0 <10 4,4 <2,0 <2,0 <0,20 120 <2,0 <0,05

<1,4 <7 4,4 <1,4 <1,4 <0,14 120 <1,4 <0,04

-0,23 -0,08 -0,18 -0,01 -0,23 -0,05 0,12 -0,23 -0,04



<5,0 <10 <5,0 <5,0 <50 <10 <5,0 <5,0 <5,0

3,5 (6) 7 (6) 3,5 (6) 3,5 (6) <35 7 (6) 3,5 (6) 3,5 (6) 3,5 (6)

-0,03

PAK PAK 10 VROM Naftaleen

µg/l


<0,20 <0,20 <0,20 <0,20 <0,20 <0,10 <0,21

<0,14 <0,14 <0,14 <0,14 <0,21 <0,14 <0,07

-0,02 -0 -0,03 -0,01 0

<0,77 (2,14)

<0,10 <0,10 <0,10 <0,20 <0,21 <0,14

<0,020

<0,14 <0,14 <0,14 (14) <0,07 <0,14 <0,14 <0,14 <0,07 <0,07 <0,14 <0,07 <0,14 <0,07 <0,07 <0,07 <0,14

0 -0,01 0,01 -0,01 -0,02 0 0 -0,05 0 0,01 0,01

0,03

<0,00020 (11) <0,014 0

---< 8,88 8,88 8,88 11 14 2 6 # GSSD Index

: Geen toetsnorm aanwezig : kleiner dan de detectielimiet : <= Streefwaarde : > Streefwaarde : > Interventiewaarde : Enkele parameters ontbreken in de berekening van de somfractie : Streefwaarde ontbreekt zorgplicht van toepassing : Enkele parameters ontbreken in de som : Heeft geen normwaarde : verhoogde rapportagegrens : Gestandaardiseerde meetwaarde : (GSSD - S) / (I - S) - Getoetst via de BoToVa service, versie 1.1.0 -

Tabel 5: Normwaarden conform de Wet Bodembescherming S AROMATISCHE VERBINDINGEN Styreen (Vinylbenzeen) Benzeen Ethylbenzeen Tolueen Xylenen (som) Som 16 Aromatische oplosmiddelen

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

6 0,2 4 7 0,2

GECHLOREERDE KOOLWATERSTOFFEN Dichloormethaan Trichloormethaan (Chloroform) Tribroommethaan (bromoform) Tetrachloormethaan (Tetra) 1,1-Dichloorethaan 1,2-Dichloorethaan 1,1,1-Trichloorethaan 1,1,2-Trichloorethaan Trichlooretheen (Tri) Tetrachlooretheen (Per) cis + trans-1,2-Dichlooretheen 1,1-Dichlooretheen Vinylchloride Dichloorpropaan

µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l µg/l

0,01 6 0,01 7 7 0,01 0,01 24 0,01 0,01 0,01 0,01 0,8

METALEN Kobalt [Co] Zink [Zn] Nikkel [Ni] Molybdeen [Mo] Koper [Cu] Cadmium [Cd] Barium [Ba] Lood [Pb] Kwik [Hg]


20 65 15 5 15 0,4 50 15 0,05


µg/l

50

PAK Naftaleen

µg/l


S Diep

Indicatief

I

300 30 150 1000 70 150

0,01

1000 400 630 10 900 400 300 130 500 40 20 10 5 80

0,7 24 2,1 3,6 1,3 0,06 200 1,7 0,01

100 800 75 300 75 6 625 75 0,3

600

70

Bijlage 8 Toetsingstabellen analyseresultaten Bbk


Tabel 1: Samenstellingwaarden en toetsing voor grond conform Besluit Bodemkwaliteit Grondmonster Humus (% ds) Lutum (% ds) Monster getoetst als Bodemklasse monster Monstermelding 1 Monstermelding 2 Monstermelding 3

A-M1 4,5 6,8 partij Altijd toepasbaar

Meetw


GSSD

Meetw


GSSD

Meetw

GSSD



<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049



<5,0 4,3 30 5,4 <1,5 8,7 <0,20 35 17 <0,05

3,5 (6) 9,9 54 11,3 <1,1 14,4 <0,20 85 (6) 24 <0,05

<5,0 4,6 98 6,9 <1,5 12 <0,20 48 38 0,06

3,5 (6) 10,0 166 13,7 <1,1 18 <0,19 109 (6) 50 0,08

<5,0 4,6 <20 7,9 <1,5 <5,0 <0,20 36 <10 <0,05

3,5 (6) 8,6 <24 13,8 <1,1 <5,7 <0,21 70 (6) <10 <0,04


% % ds

82,7 0,6

82,7 (6) 0,6 (6)

82,2 0,6

82,2 (6) 0,6 (6)

87,0 0,7

87,0 (6) 0,7 (6)





<0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016 <0,0016

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049

<0,011

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

mg/kg ds

<0,35


<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050

8 (6) 5 (6) 8 (6) 8 (6) <54 5 (6) 6 (6) 8 (6) 8 (6)

<0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0011 <0,0075

<5 <3 8 <5 <35 <3 <4 <5 <5

5 (6) 3 (6) 12 (6) 5 (6) <38 3 (6) 4 (6) 5 (6) 5 (6)

0,49 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049

<0,050 0,064 0,12 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 0,062 <0,050 <0,050

<0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,025

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

18 (6) 11 (6) 18 (6) 18 (6) <123 11 (6) 14 (6) 18 (6) 18 (6)

<0,35 <0,035 0,064 0,12 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 0,062 <0,035 0,49 <0,035

<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050

<0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

Tabel 2: Samenstellingwaarden en toetsing voor grond conform Besluit Bodemkwaliteit Grondmonster Humus (% ds) Lutum (% ds) Monster getoetst als Bodemklasse monster Monstermelding 1 Monstermelding 2 Monstermelding 3

A-M4 0,90 16 partij Altijd toepasbaar

Meetw

GSSD



<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0049



<5,0 6,4 25 12 <1,5 7,0 <0,20 51 11 <0,05

3,5 (6) 8,9 35 16 <1,1 9,8 <0,20 72 (6) 14 <0,04


% % ds

84,7 10

84,7 (6) 10 (6)




----


<0,025

<5 <3 <5 <5 <35 <3 <4 <5 <5

mg/kg ds

<0,35


<0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050 <0,050

: Geen toetsnorm aanwezig

<0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035 <0,0035

<0,050

18 (6) 11 (6) 18 (6) 18 (6) <123 11 (6) 14 (6) 18 (6) 18 (6)

<0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,035 <0,35 <0,035

---< 8,88 8,88 8,88 8,88 8,88 6 # GSSD

: Geen toetsnorm aanwezig : kleiner dan de detectielimiet : <= Achtergrondwaarde : Wonen : Industrie : <= Interventiewaarde : Niet Toepasbaar > IW : Heeft geen normwaarde : verhoogde rapportagegrens : Gestandaardiseerde meetwaarde - Getoetst via de BoToVa service, versie 1.1.0 -

Tabel 3: Normwaarden (mg/kg) conform Regeling Besluit Bodemkwaliteit AW

WO

IND

I

GECHLOREERDE KOOLWATERSTOFFEN PCB (som 7)

mg/kg ds

0,02

0,04

0,5

1

METALEN Kobalt [Co] Zink [Zn] Nikkel [Ni] Molybdeen [Mo] Koper [Cu] Cadmium [Cd] Lood [Pb] Kwik [Hg]


15 140 35 1,5 40 0,6 50 0,15

35 200 39 88 54 1,2 210 0,83

190 720 100 190 190 4,3 530 4,8

190 720 100 190 190 13 530 36


mg/kg ds

190

190

500

5000

PAK PAK 10 VROM

mg/kg ds

40

40


1,5

6,8

Bijlage 9 Berekeningen asbest in puin


Berekening asbest in bodem projectnr. Projectnaam Gatnr.

EN02999 Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide B06 (0-30)

Verzameld asbesthoudend materiaal visueel (asbesthoudend materiaal > 16 mm) eenheid m m m m3 kg/l kg % % kgds

0,3 0,3 0,3 0,027 1,5 40,5 80 88,7 28,74

aantal delen chrysotielhoudend materiaal (> 16 mm) gewicht chrysotielhoudend materiaal (> 16 mm) % chrysotiel gewicht chrysotiel > 16 mm

g % mg

39 322,1 12,5 40262,5

aantal delen crocidoliethoudend materiaal (> 16 mm) gewicht crocidoliethoudend materiaal (> 16 mm) % crocidoliet gewicht crocidoliet > 16mm

g % mg

0 0 0 0

aantal delen amosiethoudend materiaal (> 16 mm) gewicht amosiethoudend materiaal (> 16 mm) % amosiet gewicht amosiet > 16mm

g % mg

0 0 0 0

mg/kgds mg/kgds mg/kgds

1400,98 0 0

lengte gat breedte gat laagdikte onderzocht volume onderzocht dichtheid puin gewicht onderzochte puin onderzoeksefficiency droge stofgehalte drooggewicht veldmonster

gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet

Gehalte aan asbest bepaald in het laboratorium (asbesthoudend materiaal < 16 mm) gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet


310 0 0

Totaal gehalte aan asbest gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet


1710,98 0# 0#

Gewogen gehalte aan asbest in de puin

mg/kgds

1.710,98

# amfiboolasbest (vermeerderd met factor 10)

Berekening asbest in bodem projectnr. Projectnaam Gatnr.

EN02999 Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide B07 (0-15)

Verzameld asbesthoudend materiaal visueel (asbesthoudend materiaal > 16 mm) eenheid m m m m3 kg/l kg % % kgds

0,6 0,5 0,15 0,045 1,5 67,5 80 89 48,06

aantal delen chrysotielhoudend materiaal (> 16 mm) gewicht chrysotielhoudend materiaal (> 16 mm) % chrysotiel gewicht chrysotiel > 16 mm

g % mg

34 494,3 12,5 61787,5

aantal delen crocidoliethoudend materiaal (> 16 mm) gewicht crocidoliethoudend materiaal (> 16 mm) % crocidoliet gewicht crocidoliet > 16mm

g % mg

7 100,9 3,5 3531,5

aantal delen amosiethoudend materiaal (> 16 mm) gewicht amosiethoudend materiaal (> 16 mm) % amosiet gewicht amosiet > 16mm

g % mg

0 0 0 0


1285,63 73,48107 0

lengte gat breedte gat laagdikte onderzocht volume onderzocht dichtheid puin gewicht onderzochte puin onderzoeksefficiency droge stofgehalte drooggewicht veldmonster

gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet

Gehalte aan asbest bepaald in het laboratorium (asbesthoudend materiaal < 16 mm) gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet


150 10 0

Totaal gehalte aan asbest gehalte chrysotiel gehalte crocidoliet gehalte amosiet


1435,63 744,8107 # 0#

Gewogen gehalte aan asbest in de puin

mg/kgds

2180,44

# amfiboolasbest (vermeerderd met factor 10)

Bijlage 10 Foto’s asbestonderzoek


Foto’s locatie


Asbestonderzoek

Proefgat B01

Proefgat B02

Proefgat B03

Proefgat B04

Proefgat B05 Documentnummer: 140729

Proefgat B06

Proefgat B06: asbestverdachte materialen

Proefgat B07

Proefgat B07: asbestverdachte materialen

Proefgat B07: incl. boring 2,0 m-mv


Bijlage 11 Toelichting ‘Circulaire bodemsanering 2013’


Algemene toelichting toetsingskader Om de analyseresultaten te kunnen interpreteren worden deze vergeleken met de toetsingswaarden zoals opgenomen in de Circulaire bodemsanering 2013. De toetsingswaarden zijn geen 'harde' criteria. Rekening dient te worden gehouden met het feit, dat de mobiliteit van stoffen in de bodem en daardoor de verspreiding in het milieu afhankelijk is van allerlei bodemkenmerken. Tevens is van belang, dat het risico van blootstelling van de bevolking mede afhankelijk is van de bestemming en het gebruik van de grond in de huidige situatie en de toekomst. In de ‘Circulaire bodemsanering 2013’ is een toetsingskader opgenomen voor de beoordeling van de milieukwaliteit van een bodem. Dit toetsingskader is vastgesteld voor grond/sediment en grondwater en geldt voor landbodems. In de circulaire worden voor grond AW2000- en interventiewaarden en voor grondwater worden streef- en interventiewaarden als volgt onderscheiden: AW2000 (grond) of Streefwaarde (grondwater) Referentiewaarde, het gehalte dat op grond van natuurlijk voorkomen maximaal is te verwachten of overeenkomt met de detectiegrens van de huidige analysemethodiek. De AW2000 danwel streefwaarde geeft het milieukwaliteitsniveau aan van een "schone" bodem, die alle mogelijke functies kan vervullen; Tussenwaarde (grond en grondwater) De tussenwaarde is het gemiddeld van de AW2000- en interventiewaarde danwel van de streef- en interventiewaarden. De tussenwaarde geeft het gemiddelde aan van het milieukwaliteitstraject waarin sprake is van een zekere, maar niet ernstige, vermindering van de functionele eigenschappen van de bodem. Bij een overschrijding van de tussenwaarde is in principe een nader onderzoek noodzakelijk; Interventiewaarde (grond en grondwater) Toetsingswaarde voor saneringsonderzoek, waaronder een sanering gewoonlijk niet op korte termijn noodzakelijk is, maar waarboven een sanering(s)(onderzoek) bij voorkeur wel op korte termijn wordt uitgevoerd nadat het onderzoek is afgerond. Indien de interventiewaarde gemiddeld in een bodemvolume van 25 m3 in grond of in een poriënverzadigde bodemvolume van 100 m3 in grondwater wordt overschreden, is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging. Toelichting De AW2000 danwel streefwaarden kunnen worden beschouwd als indicatieve concentratieniveaus waarboven wel en waaronder geen sprake is van een aantoonbare beïnvloeding van de bodemkwaliteit (verontreiniging). Hierbij dient echter rekening gehouden te worden met het feit dat de lokale achtergrondgehalten kunnen afwijken van de gemiddelde achtergrondgehalten in de Nederlandse bodem, waarop de referentiewaarden zijn gebaseerd. Voor veel stoffen zijn de referentiewaarden van grond afhankelijk gesteld van het lutumgehalte en/of het organische stofgehalte in de bodem. Het lutumgehalte is de minerale bestandsdelen kleiner dan 2 µm als gewichtspercentage van het totale drooggewicht. Het organische stofgehalte is het gloeiverlies als gewichtspercentage van het totale drooggewicht. Voor meer achtergrondinformatie en de berekeningswijze wordt verwezen naar de ‘Circulaire bodemsanering 2013’. Asbest De interventiewaarde voor asbest is vastgesteld op 100 mg/kgds gewogen (gewogen wil zeggen de serpetijnasbest-concentratie vermeerderd met 10 maal de amfiboolasbest-concentratie). Voor asbest wordt geen streefwaarde vastgesteld omdat de interventiewaarde reeds op niveau van verwaarloosbaar risico ligt. Er is geen bodemtype-correctie van toepassing op de interventiewaarde van asbest. Voor informatie over asbest wordt verwezen naar de ‘Circulaire bodemsanering 2013’. Ernst en spoed Indien sprake is van een geval van ernstige bodemverontreiniging (zie voor toelichting ‘interventiewaarde’) dient te worden vastgesteld of er al dan niet spoedig dient te worden gesaneerd. Hiertoe worden de locatiespecifieke risico’s bepaald. Indien de locatiespecifieke risico’s onaanvaardbaar zijn dient met spoed te worden gesaneerd. Saneren wil zeggen dat maatregelen worden getroffen om de onaanvaardbare risico’s in voldoende mate tegen te gaan.


Milieuhygiënische saneringscriterium Indien sprake is van een geval van ernstige verontreiniging dat voor 1987 is ontstaan, dient te worden bepaald of de sanering al dan niet spoedig dient te worden uitgevoerd. Voor landbodems dient hiervoor de systematiek van de milieuhygiënische saneringscriterium te worden gevolgd. Deze systematiek is beschreven in de Circulaire bodemsanering 2013 en bestaat uit drie stappen: 1. het vaststellen van het geval van ernstige verontreiniging; 2. standaard risico beoordeling bij het huidig of toekomstig gebruik; 3. locatiespecifieke risico beoordeling bij het huidig of toekomstig gebruik. De stappen 1 en 2 dienen altijd uitgevoerd te worden indien een geval van ernstige verontreiniging is vastgesteld. Stap 3 kan worden uitgevoerd indien er in stap 2 is bepaald dat sprake is van onaanvaardbare risico’s maar de standaard risico beoordeling sluit niet voldoende aan bij het huidig of toekomstig gebruik van de locatie. Het resultaat van stap 3 is bepalen voor de beslissing omtrent de spoed van de sanering. Bij de risicobeoordeling wordt onderscheid gemaakt in risico’s voor de mens, risico’s voor de ecologie en risico’s van verspreiding van de verontreiniging. In bijlage 1 van deze circulaire is de methode uitgewerkt. Ter ondersteuning is het computermodel Sanscrit door het Van Hall Instituut ontwikkeld. In principe dient de sanering van een geval van ernstige verontreiniging spoedig te worden uitgevoerd tenzij is aangetoond dat er in de huidige of toekomstige situatie géén sprake is van onaanvaardbare risico’s. Er moet dan aan alle drie de hieronder beschreven criteria worden voldaan: Humane risico’s - het MTRhumaan wordt ten gevolge van deze verontreiniging in de locatiespecifieke situatie niet overschreden; - mensen ondervinden géén aantoonbare hinder (o.a. huidirritatie en stank) van de verontreiniging. Dit geldt alléén voor de huidige situatie. Ecologische risico’s - de HC50 wordt over een bepaald oppervlakte (afhankelijk van het gebruik van de locatie) niet overschreden of er is op basis van ecologische meetmethoden aangetoond dat er géén sprake is van onaanvaardbare risico’s voor het ecosysteem. Verspreidingsrisico’s - er is geen kwetsbaar object in een straal van 100 meter van de interventiewaardecontour in het grondwater; - er is geen sprake van een drijf- en/of zaklaag van waaruit verspreiding plaatsvindt; - het totale bodemvolume waarbinnen het grondwater is verontreinigd met één of meer stoffen in gehalten boven de interventiewaarden is niet groter dan 6.000 m3 of als het groter is dan 6.000 m3 dient jaarlijkse verspreiding van de verontreiniging met één of meer stoffen boven de interventiewaarde in het grondwater binnen een kleiner bodemvolume dan 1.000 m3 plaats te vinden. Saneringstijdstip Een geval van ernstige bodemverontreiniging waarbij sprake is van onaanvaardbare risico’s dient spoedig te worden gesaneerd. Dit houdt in dat de onaanvaardbare risico’s zo snel mogelijk dienen te worden weggenomen. Als indicatie voor de termijn waarop de sanering dient aan te vangen geldt als richtlijn: binnen 4 jaar na het afgeven van de beschikking ernst en spoed. Zorgplicht Los van het toetsingskader is in 1987, bij de inwerktreding van de Wet bodembescherming, het zorgplichtartikel van kracht geworden. Iedereen die vanaf 1987 handelingen verricht die de bodem (verder) verontreinigen, is verplicht direct saneringsmaatregelen te treffen, zodat de oude situatie wordt hersteld.


B i j l a g e

3 :

O n d e r z o e k r i n g

e n

v e r o n t r e i n i -

g i n g s s p o r e n b e s t

s a n e -

v a n

a s -

Erven Faber T.a.v. de heer S. Faber De Wygeast 29 9294 KI Oudwoude

Drachten, 13 januari 2016

Kenmerk Projectnummer Contactpersoon

: 160018 : EN03376 : dhr. F. Hooghiemstra

Betreft

: evaluatie asbest in puin sanering Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide

Geachte heer Faber, In opdracht van Erven Faber, is door Van der Wiel Infra & Milieu BV een asbest in puin verharding gesaneerd ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide. De milieukundige begeleiding is uitgevoerd door Enviso Ingenieursbureau. Aanleiding tot de sanering is de voorgenomen ontwikkeling van de locatie tot woningbouw. Tijdens de uitgevoerde bodemonderzoeken is ter plaatse van het terrein achter de boerderij asbesthoudend materiaal in de puinverharding aangetroffen boven de hergebruiksnorm (100 mg/kg ds). Daarnaast is rondom deze puinverharding grond met puin en asbest onder de hergebruiksnorm aanwezig, welke ontgraven en afgevoerd moet worden. Functiescheiding Met betrekking tot de functiescheiding is na toetsing gebleken, dat er geen relatie bestaat tussen degene, die de werkzaamheden uitvoert en de eigenaar van het saneringsterrein. Saneringslocatie De locatie bevindt zich aan de Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide. Het perceel is kadastraal bekend als gemeente Kooten, sectie D, nummers 4099 & 5853 (deels). Op het westelijk deel van de locatie is een boerderij met schuur en een stal aanwezig. Achter de boerderij is een puinverharding aanwezig. Op basis van de uitgevoerde onderzoeken (zintuiglijke waarnemingen en analyseresultaten) is vastgesteld dat op de locatie een asbesthoudende puinverharding aanwezig is met een oppervlakte van ca. 140 m² en een diepte van 0,5 m-mv. De interventiewaarde voor asbest (100 mg/kg ds) wordt ruimschoots overschreden. Ter plaatse is sprake van een asbestverontreiniging in puin met een geschatte omvang van circa 70 m³. Naast de vastgestelde verontreinigingssituatie is ter plaatse van enkele overige sleuven analytisch asbest aangetroffen, maar de interventiewaarde wordt hier niet overschreden. Naar verwachting is bij een oppervlakte van ca. 400 m² en een gemiddelde diepte van 0,5 meter circa 200 m³ puin/grond met asbest aanwezig. De kadastrale kaart en de topografische ligging van de saneringslocatie is weergegeven in bijlage 1. Pagina 1 van 3

Uitganspunten sanering Uitganspunten voor de sanering zijn de volgende documenten:  Verkennend bodemonderzoek Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide, Enviso ingenieursbureau, kenmerk 140729, d.d. 27 oktober 2014;  Nader asbestbodemonderzoek Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide, Enviso ingenieursbureau, kenmerk 150518, d.d. 6 juli 2015;  Plan van aanpak sanering asbesthoudend puin Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide, Enviso ingenieursbureau, kenmerk 150944, d.d. 11 november 2015;  Melding Asbest, sanering asbesthoudende weg en/of erf, Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide. Saneringsdoelstelling De doelstelling van de sanering is het op milieuhygiënische verantwoorde wijze verwijderen van de verontreiniging, zodat er geen onaanvaardbare risico’s kunnen optreden voor de mens. In de eindsituatie gelden daarmee geen beperkingen bij het beoogde gebruik. De doelstelling is om het aangetroffen asbesthoudend materiaal te saneren tot onder de hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds. Daarnaast wordt ook het overige aanwezige puin/grond met asbesthoudend materiaal gesaneerd. Saneringswerkzaamheden De saneringswerkzaamheden ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide hebben plaatsgevonden op 8 en 9 december 2015. De saneringswerkzaamheden zijn uitgevoerd door Van der Wiel Infra & Milieu BV. De milieukundige begeleiding is verricht door de heer S. Oosting van Enviso Ingenieursbureau. De asbesthoudende puinverharding is ontgraven tot een diepte van maximaal 0,5 meter minus maaiveld. In bijlage 2 is de ontgravingscontour weergegeven. Het vrijgekomen materiaal is afgevoerd naar Van Gansewinkel Minerals, Newtonweg 1 te Leeuwarden. In totaal is er 126,10 ton met asbest verontreinigd puin afgevoerd onder afvalstroomnummer 02D6P5AA3235. De begeleidingsbrieven en weegbonnen zijn opgenomen in bijlage 3. Aansluitend is de overige grond-/puinverharding, met bijmenging van asbest beneden de hergebruiksnorm van 100 mg/kg ds, ontgraven en afgevoerd. Het vrijgekomen materiaal is afgevoerd naar DBG bouw & reststoffen, De Meerpaal 11 te Drachten. In totaal is er 316,20 ton verontreinigd puin/grond afgevoerd onder afvalstroomnummer 02C395001788. De begeleidingsbrieven en weegbonnen zijn eveneens opgenomen in bijlage 3. Na afloop van de sanering is het ontgravingsvak aangevuld met teelaarde, de kwaliteitsverklaring is opgenomen in bijlage 4. Eindverificatie De milieukundige verificatie is op 9 december 2015 uitgevoerd door de heer S. Oosting. De eindverificatie is conform de BRL-SIKB 6000 en het VKB-protocol 6001 uitgevoerd. Nadat uit de visuele inspectie van de ontgraving is gebleken dat er geen asbestverdacht materiaal meer is aangetroffen, is van de bodem van het ontgravingsvak een controlemengmonster samengesteld voor de analyse op de parameter asbest conform de NEN-5707. Vanwege de aanvullende ontgraving rondom de interventiewaardecontour en de verhoogde ligging van het ontgraven deel zijn er geen putwanden aanwezig welke bemonsterd konden worden. Op de foto’s in bijlage 6 is de ontgravingssituatie weergegeven. Voor een overzicht van de saneringslocatie met daarop ontgravingscontour en -diepte en de situering van het controlemengmonster wordt verwezen naar bijlage 2.

Kenmerk: 160018

Pagina 2 van 3

De analyse is uitgevoerd door Eurofins-Analytico te Barneveld, dat geaccrediteerd is volgens het accreditatieschema “AS 3000” onder nr. L 010. In tabel 1 is een overzicht van het analyseresultaat van de bodem weergegeven. Tabel 1: Analyseresultaat asbestgehalte controlemonsters Monster- code Bodem/ Traject Gewogen gehalte Wand (m-mv) <16mm

B-01 (grond)

Bodem

0,50-0,60

mg/kgds -

Gewogen gehalte >16mm mg/kgds -

Totaal gehalte asbest (gewogen) mg/kgds <2

Voldoet (< 100 mg/kg ds) Ja/nee Ja

Het analyserapport van het controlemengmonster is opgenomen in bijlage 5. Conclusie Geconcludeerd kan worden dat de sanering van het asbesthoudend puin ter plaatse van de locatie Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide in voldoende mate is uitgevoerd en de overtreding is opgeheven. Er bestaan geen beperkingen meer voor de voorgenomen woningbouw ter plaatse van de locatie. Vertrouwende u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Met vriendelijke groet, Enviso Ingenieursbureau

De heer F. Hooghiemstra Projectleider Milieutechniek

Bijlagen 1 Ligging en kadastraal overzicht van de locatie 2 Overzicht van de locatie met de ontgravingscontour en –diepte 3 Begeleidingsbrieven en weegbonnen 4 Kwaliteitsverklaring aanvulgrond 5 Analysecertificaat controlemonster 6 Foto’s

Kenmerk: 160018

Pagina 3 van 3

Bijlage 1 Ligging en kadastraal overzicht van de locatie

Projectnummer: EN03376 Kenmerk: 160018

Omgevingskaart

Klantreferentie: EN02999

0m

125 m

625 m

Deze kaart is noordgericht. Hier bevindt zich Kadastraal object KOOTEN D 4099 Sije Hesterstrjitte 17, 9287 LH TWIJZELERHEIDE CC-BY Kadaster.

Schaal 1: 12500

Uittreksel Kadastrale Kaart

Uw referentie: EN02999 15

13 11

5490

5781

2325

10

5768

5737

17

5429

Tuo

rreb

out

4099

6

8

5853

280

10

5834

rreb

jitte

Tuo

14

5850

4453

5844

out

12

1

5852

ste rstr

5851

Sjie

16

13

He

4454 5746 5752

5

5715

1133

7

5754 Tuo

11

rreb out 5831

1047 0m

Deze kaart is noordgericht Perceelnummer 25 Huisnummer Vastgestelde kadastrale grens Voorlopige kadastrale grens Administratieve kadastrale grens Bebouwing Overige topografie Voor een eensluidend uittreksel, Apeldoorn, 30 juni 2014 De bewaarder van het kadaster en de openbare registers

12345

10 m

50 m

Schaal 1:1000 Kadastrale gemeente Sectie Perceel

KOOTEN D 4099

Aan dit uittreksel kunnen geen betrouwbare maten worden ontleend. De Dienst voor het kadaster en de openbare registers behoudt zich de intellectuele eigendomsrechten voor, waaronder het auteursrecht en het databankenrecht.

23

573

8

6

5769

Bijlage 2 Overzicht van de locatie met de ontgravingscontour en -diepte


Bijlage 3 Begeleidingsbrieven en weegbonnen


eDBG bouwen reststoffen Opdrachtgever: Van der Wiel Infra & Milieu BV Herkomst: Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide Bestemming: Van Gansewinkel Minerals, Newtonweg 1 te Leeuwarden Afvalstroomnummer: 02D6P5AG3235

Datum weging

'Vervoerder

Kenteken

Nummer begeleidingsbrief

fNummer ' 'weegbon

Hoeveelheid (ton)

08-12-15

Van der Wiel Transport BV

BS-BG-63

AB53803554

8917

35,20

08-12-15


27-BSB-1

AB53803555

8921

30,22

09-12-15


BS-BG-63

AB53803556

8927

32,56

09-12-15


27-BGB-1

AB53803557

8929

28,12

•

-^

T

-

"..... - ,....,,,---- .. It s.,.--ar..,...

- -....- . ,., '.. ...

. .. ....,... • .....

-.....C.

--,...... ,.. ,

,.-

- eo - .

* - ...!.. ,T.e........

.....:. C.,,,....

.......

a..............

........... ..

.--, -

-

'

"'Cs<

•••

f r"

^

1 -

ran..

blad 1 van 1

Totaal:

126,10

Aantal vrachten:

4

BEWIJS VAN ONTVANGST (B1) (mtour naar ontdcznar) Te gebruiken voor aSvalveivoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

(primaire) 9 a.f- ,:e. 3 3 handelaar Ei ontc ioene r - fl onf.v, afzender DBG bouwen reststoffen

4 1:3 bemiddelaar

DB

straat ± nr De Meerpaal 11 postc. woonpl. 9206 AJ DRACHTEN VII-1B-nummer FR503001xxHB factuuradres DBG bouwen reststoffen MELDER

postbus of straat + nr De Meerpaal 11 postc. wooripi. 9206 AJ DRACHTEN 36 locatie van herkomst bodemsanering straat 4- nr Sije Hesterstrjitte 17

ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) TOEPISSER EIGET4111

straat nr De Wygeast 29

postc. woonpi. 9287 LH TWIJZELERHEIDE

postc. + wconpl. 9294 KI OUDWOUDE

datum aanvang transport 46

46 uitbesteed vervoerder

locatie van bestemming TOP Leeuwarden (Van Gansewinkel Minerals) straat nr Newtonweg 1

straat 4- nr

postc. ÷ ,,,vcraripi. 8912 BD LEEUWARDEN datum ontvangst transport

poste,. woonpl. VIHB-nummer

DAME AANVANG TOEPASSING

5 uitbesteedr"'route-inzameling D ja oetransporteerd door: 1 afzender 2 3 ontdoener 3 [1] ontvanger 413inzamelaar E vervoerder 6 verioerde ontv/inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV routelijst bijsluksn (zie toelichting) nummer FR500370VIHB VHBTOEPASSER UITIVEROB7

esi nee

straat nr

inzameraarsregelino Ei ja repeterende vrachten Ei ja

De Meerpaal 11

postc. woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

kenteken

n nee in nee

zie toelichting

valistramsiturnmer MELDINGNMER MELDSVSTES,i)

geschatte gewogen verv.i. hoeveelheid hoeveelhei( (kg) meth. (kg)

gebruikelijke benaming van de afvalstoffen

aantal!

LIATERIAAL TYPE

verpakkir

eund code

1/bulk

-17 05 03*C A.02

0 2D6P5AG3 2 3 5 f asbesthoudend puin met grond i (ter plaatse van proefgaten B06 (0,0-0,4 m-mv), 1 ilihitili B07 (0,0-0,15 m-mv) en sleuf B12-2 (0,0-0,2 m-mv)

DETJUST.IIDDa

Nader asbestbodemonderzoek

VERKLARING TYPE

R-apportnummer 1-50518 dtd.-6-juli-2015

VERKLARING DOCUMEIfinigIER

Enviso-Ingenieursbureau-

VERKLARWG ORGANISATIEila;

7. p;r1t) ,

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag

handtekening afzender

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arrsechtbank te Amsterdam en Rotterdam gede.poneerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de vgeo, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener HALTITEKENING TOEPASSE? EIGENAAR

handtekening transporteur voor ontvangst der zending mei gelijkgenummercle vrachtbrief

® A B 5,,,`-'_8_0_3_5_.5 4. handtekening ontvanger (geadresseerde) voor goede ontvangst der zending met gelijkgenummerde vrachtbrie

i ns

BEGELIEE

r: J-11 7 r=

BEWIJS VAN oNT-ktmesT (131) (retour naar ontdoensr) Te gebruiken voor afvalvervoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEY ONDER HET BESLUIT BODEMINLITEIT

DBG bouw en

ont-vanger 3 3 handelaar A bemiddelaar 1" j0 0,112 DuG bouwen reststoffen afzender

Vii-E-nummer FR503001 xxHB 2 factuuradres DBG bouwen reststoffen Napa De-M-eerp-aat-11 postbus of straat ± nr 9206-AT DRACHTEN postc. woonpl.

3A ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) TWASSO EIGEWAI: De-Wygeast 29 straat nr g294K1 OUDWOUDE postc. woonpl.

locatie van herkomst bodemsanering straat nr Sije Hesterstrjitte 17

4e

40

uitbesteed vervoerder

locatie van bestemming TOP Leeuwarden (Van Gansewinkel Minerals) straat nr Newtonweg 1

postc. woonpl 9287 LH TWIJZELERHEIDE datum aanvang transport

straat n;

8912 BD LEEUWARDEN postc. woonpi. datum ontvangst transport

1-woonpl.

pg.

,V11-1B-nummer

DATUM 44IIVAPG TOPASSIIIG

5 getransporteerd door: I fl afzender 2 [1 ontdoener 3 ontv/inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV "EPASSa limEwDe Meerpaal-11 straat ± nr 9206 AJ DRACHTENpostc.+ woonpl.

uitbesteed vervoerder 6 u vemoerder FR500370VIHB VIHB-nummer

)route-inzameling

kenteken

repeterende vrachten D ja

inzamelaar 5

Li en.,:variGer 4

Eija nnee.

routelijst bijsluiten (zie toelichting)

inzamelaarsregeline

D ia t] nee nea

zie toelichting

6

alivaEstrocrmununer rziontaimmER (un- MaDSYSTEE.0

; 02 D6 P 5AG 3235 11 '11

aantal/ verpakkho,

giebn.qtcc-Celba a rsin trEa. 217-udstoffen MATERIAAL TYPE

asbesthoudend puin met grond

1/bulk

geschatte gewogen kfGnr,r. hoeve-effle4d hoeveetheic (kg) meth. (Czá

euvair code 17 05 03*C

A.02

111111

(ter plaatse van proefgaten B06 (0,0-0,4 m-mv),

ei. Ut315 .bb-ZZ

I

1111

B07 (0,0-0,15 m-mv) en sleuf B12-2 (0,0-0,2 m-mv)

BEWIJSMIDDEL


VERKIARING TYPE

Rapp_ortnurnmer1505:18-,4.d, -6- juli 20-15

VERKLARING DOGLII;151TNUMi',1ER

Enviso. Ingenieursbureau

VERKLARING ORGANISATIENAM1

,,,„.., 'EL9: _,!._.:,,:..-._ , "

lC

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haao

handtekening afzender 12 ca Ca Cu

.?.

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechibank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener IL41,,DTEilf.VG We-PASSER Btribig

handiekeninc transporteur voor ontvangst der zending met gelijkgenumrnerde vrachtbrief

®AB53803555 handtekening ontvanger (geadresseerde) voor goede ontvangst der zending met gelijkoenummerde vrachtbrief

0 4ig

g

tk:E2C > C-)75 "E sy=. ct

e D

u u BEWIJS VAN ONTVANGST (B1) (re.'ocurn=cnidcener) Te gebruiken voor afvalverveer o'; TRANSPORTEN tvae VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMIWIALITEIT j 3 3 handelaar 4 be.middeaar 1 Li n] 0 0, 11'1 2,1'nel, 2 Lr—lontvanger afzender DBG bouwen reststoffen

straat

e,

••••

nr-te ,tr-,FP

)0uv\I-

nr• De Meerpaal 11

postc. woonpi. 9206 AJ DRACHTEN ViHE-nummer FR503001xxHB

0 0 C 0 32 f2 > coo .c

2 factuuradres DBG bouwen reststoffen

IELDER

postbus of straat nr De Meerpaar i 1 postc. „ono. 9206 AJ DRACHTEN 36

30 Erven Faber (dhr. S. Faber) 0._ ontdoener TOPASSEll EIGET41,51 -0

C.

-o.7)

> -0: c


straat + nr De VVygeast 29 9 KI OUDWOUDE postc. + woonpl.294

postc. + woonp!. 9287 LH TWIJZELERHE1DE datum aanvang transport

2 5 c

0

®

E

75 -E cs) ▪ oi c E 00

0 Ca

.▪ -F-c

C -2

o

45

as

uitbesteed vervoerder straat + nr

locatie van bestemming TOP Leeuwarden (Van Gansewinke( Minerals) straat + ni- Newtonweg 1

Dostc. + woonpi. ijIHB-nummer

postc. + woonpl. 8912 BD LEEUWARDEN datum ontvangst transport DATUM Alt ENIG TOEPASSIthiG

uitbesteed''''' • • getransporteerd door: 1 El afzender 2 D ontdoener 3 D ontvanger 4 ri inzamelaar 5 n vervoerder Liz vervoerder "R"nzameling ontv/inzarnivervoerder Van der Wiel Transport BV FR500370V1HB routelijst bijsluiten (zie toelichting) VIHB-nummer TOEPASSET1 UITVEWER straat + nr De Meerpaal 11 ja inzamelaarsregeling 9206 AS DRACHTEN repeterende vrachten D ja kenteken postc. woonpl.

n net

zie toelichting

B ,c e>

o -0 -0 e) > e 0) co (2)

ki

benerning

afvdsts'eartinricimils.r tiELDIaGiInif;;ER (urr IIELDSYSTEE0

arvalstogf'w

24151.1;11. TYPE

q2D6P5AG3 2 35 asbesthoudend puin met grond

geschatte gawogen verw. hoeveelheid hoeveelhei meth. (kg)

aantall vevpakkintzi

code-,

1/bulk

17 05 03*C

A.02

-11111

(ter plaatse van proefgaten B06 (0,0-0,4 m-mv), 1

1

1

1

1

1

g

1

1

1

1

B07 (0,0-0,15 m-mv) en sleuf B12-2 (0,0-0,2 m-mv)

(La. CJ 2

• 0 5/2 0 Q_

3 -2 -7-6 cy, o.)

"C co

a 10

BEIVIMIDDEL


VERKLARIIIG TYPE

R-apportnumrner-15051-8,-

VERKLARI?IG DOCOE7117.Elf,IER

Enviso -Ingenieursbureau

VERKLAIIIIVG ORGAOSATIEllal

C Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag ''

e

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffe.nvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z.


handiske.ning ontdoene.r IMAIDTEKEINIG TOEPASSEll EJCEILLilI

handtekening transporteur voor ontvangst der zending met gelijkgenummerde vrachtbrief

AB53803556 handtekening ontvanger (geadresseerde) voor goede ontvangst der zending met gelijkgenummerde vrachibrie.f

BEGELEIDINGS:REEF BEWIJS VAN ONTVANGST (B1) (retour naar ontdoener) Te gebruiken voor afvalvervoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUff BODEMKWALITEIT

1

(primaire) 2 D ontvanger 3 [3 handelaar 4 13 bemiddelaar 1—iontdoener afzender DBG bouwen reststoffen

@DBG bouwer

,

,

si-of1e n

straat + nr De Meerpaal 11

postc. woonpl. 9206 AJ DRACHTEN Vn-e-nummer FR503001xxHB 2 factuuradres DBG bouwen reststoffen MELDE:

postbus of straat nr De Meerpaal 11 postc. woonpl. 9206 AJ DRACHTEN 3A

36

ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber)


WASSER MOUW

straat nr De Wygeast 29 postc. woonpl. 9294 Kl OUDWOUDE

43

46 uitbesteed vervoerder straat 4- nr postc. woonpl. ;111-1B-nummer

7

postc. woong 9287 LH TWIJZELERHE1DE datum aanvang transport locatie van bestemming

TOP Leeuwarden (Van Gansewinkel Minerals)

straat + nr Newtonweg 1

postc. woonpl. 8912 BD LEEUWARDEN datum ontvangst transport 1~ ~AIS TTIEPASSEG

Tutec

n

a

) uitbesteed('" nei3 [j] ja route-inzarnelino getransporteerd door. 1 D afzender 2 Ei ontdoener 3 []ontvanger 4 D inzarnetaar 5 n vervoerder 6 vervoerder ti co 7.5 ontv/inzamivervoerder Van der Wiel Transport BV routelijst bijsluiten (zie toelichting) c» cri TOEPASS159 DIMMER V1HB-nummer FR500370VIHB c E straat nr De Meerpaal 11 0.3 0 inzamelaarsregeling D ja ?5] 0 co Wi _c

9206 AJ DRACHTEN Ts. postc. woonpl.

c

0 '2

repeterende vrachten zie toelichting

kenteken

6

2

afvalstroomnummer gebruikelijke benaming van de afvalstoffen LiELDINGIAMER (urr LIEWSYS183.1)

2' Q) "P .-c75 >

MATERNAL TIPE

0,2 D6P5AG3 2 3-5 1 asbesthoudend puin met grond

-

Li ja n ne:-.

geschatte gewogen ven.% hoeveelheid hoeneliEd (kgli meth. (kg)

aantal/ verpakking

code

1/bulk

17 05 03*C A.02

Q) 9

_C «D

(ter plaatse van proefgaten B06 (0,0-0,4 m-mv),

'I= c

B07 (0,0-0,15 m-mv) en sleuf B12-2 (0,0-0,2 m-nnv)

° 0 1:3 CCI • C C .<2

C

e) 0

BEWIJSMIDDEL VERKLARING TYPE VERKLARING DOCUMEMINUMMER

Nader asbestbodemonderzoek Rappodnummer 1505-1-8,-d :d.-6 -juli -2015 Enviso -Ingenieursbureau

VERKLARMG ORGAMISATTEMIALI

11,4, )

Auteursrecht sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag


Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arrxechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontvanger (geadresseerde) voor liandie.ke.ning ontdoener handtekening transporteur voor ontvangst der goede ontvangst der zending met gelijk 114.10TEICE11111G TOEPASSER E7GEI.WAR zending met celijkgenummerde vrachtbrief genummerde vrachtbrief

®AB53803557

Opdrachtgever: Van der Wiel Infra & Milieu BV Herkomst: Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide Bestemming: DBG bouwen reststoffen, De Meerpaal 11 te Drachten Afvalstroomnummer: 02C395001788 Datum weging

Vervoerder

Kenteken 27-BGB-1

Nummer begeleidingsbrief AB53803574

Nummer weegbon 175152

08-12-15


08-12-15


08-12-15


08-12-15

BS-BG-63

AB53803575

175178

33,80

27-BGB-1

AB53803576

175183

34,58


BS-BG-63

AB53803577

175221

33,42

08-12-15


27-BGB-1

AB53803578

175231

35,16

09-12-15


BS-BG-63

AB53803579

175300

40,50

09-12-15


27-BGB-1

AB53803580

175307

35,30

09-12-15


BS-BG-63

AB53803583

175325

38,32

09-12-15


27-BGB-1

AB53803584

175338

32,94

blad 1 van 1

Hoeveelheid (ton) 32,18

Totaal:

316,20

Aantal vrachten:

9

• BEGaEIDINGSBRIEF 1.. •

E

BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of

▪ 4t"-- TRANSPORTED WELKE VALLEN ODDER HET BESLUIT RODEMKWALITEIT cnti c

(primaire) 2 M ontvanger 3 D handelaar 4 III bemiddelaar /, >2 ' ontdoener 6)2, afzender DBG bouwen reststoffen straat + nr _ DeMeerpaaLll

@DBG bouwen reststoffen

-0 « postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN C

2°0. VIHB-nummer _ _ER5133001xxHB 2 DBG bouwen reststoffen -0 -= factuuradres NEWER postbus of street nr De Meerpaal 11 .F_

poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN '75 ontdoener PASSER EJGE

3° locatie van herkomst bodemsanering

Erven Faber (dhr. S. Faber)

straat + nr Sije Hesterstrjitte 17

straat + nr De W_ygeast 29 C' "1 ' 3 1 Poste. + woonpl. 9294 KI OUDWOUDE

poste. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEI DE datum aanvang transport 4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen street + nr De Meerpaal 11

4A

uitbesteed vervoerder straat + nr

postc. + woonpi, 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport

poste. + woonpl. VIHB-nummer

YAWS MN VANS TOEPASSING

5 getransporteerd door: 1 D afzender 2 [I] ontdoener 313 ontvanger ontv/inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV

d'-' route-inzameling vervoerder 6 01 uitbestee ervoerder

4 D inzamelaar 5

TOEPASSER MENDER

VIHB-nummer

FR500370VIHB

straat + nr De Meerpaal 11 poste. + woonpl, 9206 AJ DRACHTEN

kenteken

6 afvaistroomnummer


MEIDINGLGINVER (V17 MELOSYSFEEM)

NATEMAL TYPE

T i

mi

" II

Mengvrachten grond en stenen (puin)

aantal/ verpakking 1/bulk

Lila

nee

outelijst bijsluiten (zie toelichting)

inzamelaarsregeling

nee

repeterende vrachten D ja toelichting

nee

criral code

gewogen geschatte verw. hoeveelheid hoeveelheid meth. (kg) (4)

20 02 02

CO3

(grondfractie indicatief klasse AVV)

REIVIJSMIODa VERKLARANG IYPE VERKLARING DOCIPAGYINUINER VERKLARING OI1IC4FCISA ItENACM

, ‘‘



Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Asterdmt m a en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laa ste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener RNNRTSYSNNR TOEPASSER I _'," - 4

handtekening transporteur voor ontvangst der zending met gelijkgenumme`rde vrachtbrief

n3574 handtekening ontvanget (qead' osseerde) voor gnede ontvangst don zending cot gelijkgenumwrde vrachtbrief

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaal 11, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512 - 58 62 00, fax 0512- 58 62 01

WEEGBON

Weeg bon Voertuig

175152 164/27-BGB-1

Geleidebonnr.

AB53803574

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:

DBG Bouw- en Reststoffen BV De Meerpaal 11 - 11 DRACHTEN 9206 AJ Van der Wiel Transport

Vervoerder

De Meerpaal 11 9206 AJ Herkomst

DRACHTEN

Twijzelerheide Sije Hesterstrjitte 17 Sije Hesterstrjitte 17 TWIJZELERHEIDE

Bestemming

02c39

DBG bouwen reststoffen

De Meerpaal 11 9206 AJ Opmerkingen

02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

49380

Tweede weging

Netto gewicht

DRACHTEN

Datum

Weegmethode IN

kg

8-12-15 10:15

INDICATOR

17200

kg

8-12-15 10:15

INDICATOR

32180

kg

Handtekening voor akkoord:

Debiteur/aanbieder verklaart door ondertekening van de weeg bon akkoord te gaan met de aan de achterzijde vermelde acceptatie voorwaarden. Op al onze leveringen zijn de algemene voorwaarden van Van der Wiel Transport BV van toepassing, welke zijn gedeponeerd ter griffie van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden. Inschrijvingnr. KvK. Leeuwarden 01039321

BEGELEIDINGSBRIEF BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voor ontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT 1

1 D gel

2 k ontvanger 3 El handelaar 4 D bemiddelaar

)O bouwen resistoffen

afzender DBG bouwen reststoffen street + nr _ _De_Me_e_rpaal 1.1 postc. + woonpl. _ 9206_AJ. DRACHT.EN. VIHB-nummer _ FR_5_0_3001xxHB 2 factuuradres DBG bouwen reststoffen MOLDER postbus of straat + nr De Meerpaal 11 poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN 30 ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) TOEPASSER E/GEWAR

3° locatie van herkomst bodemsanering

straat + nr

straat + nr Sije Hesterstrjitte 17

De Wygeast 29

postc. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE

poste. + woonpl. 9294 KI OUDWOUDE

datum aanvang transport 40


4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen

straat + nr


poste. + woonpl.

postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport

VIHB-nummer 22.v CI 0)2 trt,3 ai cE 0)0 0) ") R

DATUM AANVANG TOEPASSING

5 getransporteerd door: 1 Ill afzender 2 D ontdoener ontv/inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV 1.01VOE00EN

3 [3 ontvanger

err''route-inzamelng eej 4 [3 inzamelaar 5 M vervoerder 6 3 l

TOEPASSEN

De Meerpaal 11 postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

VIHB-nummer

gebruikelijke benaming van de afvalstoffen g4TEFIRIL

MELLOGNOMMER (MT PEETO)Y'STEEVA)

TYPE

Dja

nee


FR500370VIHB

inzamelaarsregeling

straat + nr

C a> 6 c )DC -0 afvalstroomnummer i532

)

ja M nee

repeterende vrachtenLi ja M nee zie toelichting

kenteken

aantal/ verpakking

eural code

geschatte gewogen verw. hoeveelheid hoeveelheid (kg) meth. (kg)

20 02 02

CO3

2..) l "g c>) a> a>

92C3 9001 788

— :C)

I


1/bulk

(grondfractie indicatief klasse AVV) I

I I

I

1

1

1 1

1

1

"E

(f)

al

421

'0 CM " 0 10 15) 4?; '6 co

.5 rb • 150 0) ce l—

BENDS/4101M VENATION TYPE MARINO DOCUAIMMER

WAWONG ORGOSATiniMAI

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag • CO handtekening afzender cz• in -0 0

tON

Cd-cl .22 12 '5 I

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Arnsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervder over 0 de weg, laatste versie. 0 .AB In de vracht is verzekering niet begrePen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. , handtekening ontvanger (geadresseerde) voor handtekening transporteur voor ontvangst der handtekening ontdoener -goede ontvangst der zending met gelijkPANOTENEW TOENIS _R EiGEN-1 zending met gelijkgenummerde vrachtbrief gegummerde viarittb 'ef , y /

5380 3 575

r t) ''`...

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaal 11, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512 - 58 62 00, fax 0512 - 58 62 01

WEEGBON

Weegbon Voertuig

175178 148/BS-BG-63

Geleidebonnr.

AB53803575

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming

02c39 De Meerpaal 11


9206 AJ

DRACHTEN

Opmerkingen

02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

51800

Tweede weging

Netto gewicht

Datum

Weegmethode IN

kg

8-12-15 11:48

INDICATOR

18000

kg

8-12-15 11:48

INDICATOR

33800

kg


Debiteur/aanbieder verklaart door ondertekening van de weegbon akkoord te gaan met de aan de achterzijde vermelde acceptatie voorwaarden. Op al onze leveringen zijn de algemene voorwaarden van Van der Wiel Transport BV van toepassing, welke zijn gedeponeerd ter griffie van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden. Inschrijvingnr. KvK. Leeuwarden 01039321

3EGELEIDINGSBRIEF 10 -3 BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of

—

TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

1

Iceér 2 E ontvanger 3 n handelaar 2 (I) 1n(opnlitiCl afzender DBG bouwen reststoffen Ti

:1) ▪e

4 fl bemiddelaar

BG bouwen reststoffen

straat + nr

Meerpaal 1'1 9206_AJ_ DRACHTEN .0 0. VIHB-nummer FR503001xxHB postc. + woonpl.

([) CC 2 a> es, factuuradres DBG bouwen reststoffen -C WIDER > a> a)0 postbus of straat + nr De Meerpaal 11 are' .a postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN Di

3A

3°

ontdoener

locatie van herkomst

Erven Faber (dhr. S. Faber) (7, > straat + nr De VVygeast 29 c-° >1 postc. + woonpl. 9294 KI OUDWOUDE 0.

TOEPASSER EIGEN4,111

datum aanvang transport

-E» 7:3 c 4A fit E uitbesteed vervoerder t straat + nr 2 -0 poste. + woonpl. <>) VIHB-nummer

c o), (1 1:317i vi cE a)0

4°

DBG bouwen reststoffen De Meerpaal 11 straat + nr woonpl. 9206 AJ DRACHTEN postc. + datum ontvangst transport locatie van bestemming

PAWL /MANG TOEPASSWG

5 getransporteerd door: 1 D afzender 2 [1 ontdoener 3 D ontvanger ontv/Inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV

uitbesteedi"' route-inzameling

4 D inzamelaar 5 K] vervoerder 6 1-1 vervoerder

TOEPASSER MOWER

De Meerpaal 11 o • rT, postc. + woonpl, 9206 AJ DRACHTEN

• o

bodemsanering

straat + nr Sije Hesterstrjitte 17 poste. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE

V1HB-nummer FR500370V1HB kenteken

repeterende vrachten E ja n nee zie toelichting

inzamelaarsregeling Die

straat + nr

C (1) 6 C G> V a> -a;)

afvalstroomnummer


MELIOGNUMMER (un- MELOSE)TEEM)

M4TER,A4L SPY

Dia K] nee


aantal/ verpakking

eural code

1/bulk

20 02 02

n

nee

gewogen geschatte verw. hoeveelheid hoeveelheid (kg) meth. (kg)

.2"2

M (31 1 71 9 9 I

9

C> a

CO3


c5)

Al át) -E.


I

1

1

1

1

1

1

1

1

1

1

I

52, ki vó0• 20 e •• 2)-> 1,- -0

76 -2

o

0

BEWIJSMIDDEL VEPPLAPWC TYPE VERMARRI6 DOCUIENMIMVER VERRIARING ORGANIS4IIE5441,1

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag handtekening afzender

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arrsechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer oVer C) A B 53 `.,, `qq — • de weg, laatste versle. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening onlvanger (geadresseerde) voor handtekening ontdoener handtekening transporteur voor ontvangst der goede ontvangst der evading met gelijkP/SOTEXDP VG TOEP, ' . fl DEEM zending met gelijkgenummerde vrachtbrief genuion)erde vrachtbrief

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaal 11, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512 - 58 6200, fax 0512 - 58 62 01

WEEGBON

Weegbon Voertuig

175183 164/27-BGB-1

Geleidebonnr.

AB83803576

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


Bestemming

DRACHTEN

Twijzelerheide Sije Hesterstrjitte 17 Sije Hesterstrjitte 17

TWIJZELERHEIDE

02c39



02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

51780

Tweede weging

Netto gewicht

DRACHTEN

Datum

Weegmethode IN

kg

8-12-15 12:02

INDICATOR

17200

kg

8-12-15 12:02

INDICATOR

34580

kg



BEGELEIDINGSBRIEF

o fa -*(/).

BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (A1) (voor ontvanger (geadresseerde)) IR E Te gebruiken voor afvalvervoer of .31 ( a— ®r-.6 TRANSPORTEN WELKE VALLEN ODDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT o •Ri <11

1 D girdnárg, 2 E ontvanger 3 E] handelaar 4 El bemiddelaar cp-o afzender DBG bouwen reststoffen y, straat + nr meerpaal It

@DBC bouwen reststoffen

SC

-0Cs <, poste. + woonpl. 9206_AJ _ DRACHTEN VIHB-nummer FR503001xxHB

(,) -0 C C„„ 2

factuuradres DBG bouwen reststoffen "5 2. 'ELDER > (D 0 postbus of straat + nr De Meerpaal 11 •E

poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

N

0 3A ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) 79" TOEPASSER EIGEMAR <> straat + nr De Wyg_east 29

-0 CT

3° locatie van herkomst bodemsanering street + nr Sije Hesterstrjitte 17 poste. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE


datum aanvang transport "C)

g •§


.2

straat + nr

>

a. a) cc >>

4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen straat + nr De Meerpaal 11 postc. + woonpi. 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport

poste. + woonpl.

-▪o = VIHB-nummer as c 5 0)2 getransporteerd door: 1 Ljafzender

DAM AAMIANG TOEPASSING

2 El ontdoener 3 E] ontvanger

crr rri cE at et U) ),) .c

ontv/inzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV TOEPASSER UITVOERDER

U)

6

D

VIHB-nummer

6

El (jétr'veosérciér

FR500370VIHB

straat + nr De Meerpaal 11 postc. + woonpl, 9206 AJ DRACHTEN

a>

afvalstroomnurnmer

gebruikelijke benaming vend? afvalstoffen

MELi;

MATERA1L TYPE

(1117 MELOSYSTEEM)

C

-5 a>

nnee nnee

Li a f

5 ? ? 1 78 8 Mengvrachten grond en stenen (puin)

aantal/ verpakking

eural code

1/bulk

20 02 02

geschatte gmogen verw. hoeveelheid hoaveelheid (kg) meth. (kg) CO3

O

II I

Cif

.0

route-inzameling


zie toelichting

-2

> (I) et St cfr

)

Inzamelaarsregeling Li ja repeterende vrachten Ej ja j nee

kenteken

c

'5 -0

c'vs

4 [I] inzamelaar 5 in vervoerder

I IlIIII

(grondfractieindicatiefklasseAW)

d 0.)

25 ti2

-0 u) 0.) 2 8

11 3 _o a) U) 0

Fu • tv 0.0

BEWIJSMIDDEL VERMARING »(TE VERIGARING oocumonommEn VERKLARING ORGNIIS411ENAAM

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag handtekening afzender ,

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. In de vracht is verzekering niet begrepen handtekening ontdoener handtekening transporteur voor ontvangst der "IDTEKENAG r0~ Br'? zending met gelijkgenurnmerde vrachtbrief

B53S03577 handtekening ontv.ingrr (geadresseerde)

goede crntvangst der zending met gelijk• genuminerile vrachtbrief

voor

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaal 11, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512- 58 62 00, fax 0512 - 58 62 01

WEEGBON

Weegbon Voertuig

175221 148/BS-BG-63

Geleidebonnr.

AB53803577

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming



9206 AJ

DRACHTEN

Opmerkingen

02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

51420

Tweede weging

Netto gewicht

Datum

Weegmethode IN

kg

8-12-15 15:10

INDICATOR

18000

kg

8-12-15 15:10

INDICATOR

33420

kg



3

BEGELEIDINGSBRIEF BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of

11

TRANSPORTER WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

1 1Ei ((g-rlirSca )érgr 2 lïe ontvanger 3 [1] handelaar 4 E bemiddelaar afzender DBG bouwen reststoffen

@DBG bouwen reststoffen

straat + nr De_Meespaal 11 postc. + woonpl. _ 9206_AJ_ DRACHTEN VIHB-nummer FR503001xxHB 2 factuuradres DBG bouwen reststoffen HELDER postbus of straat + nr De Meerpaal 11 poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN 35 ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) TOEPASSER EIGENA4R

30

street + nr De Wyg_east 29

!make van herkomst bodemsanering street + nr Sije Hesterstrjitte 17


poste. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE


40

datum aanvang transport locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen straat + nr De Meerpaal 11

street + nr

poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport

poste. + woonpl. VIHB-nummer

DATUM AANVAND TOEPASSING

5 getransporteerd door: 1 13 afzender 2 D ontdoener 3 Li ontvanger ontv/inzam/veivoerder Van der Wiel Transport BV

4 [j] inzamelaar 5

TOEPASSER UITVOERDER

nvervoerder 6-

ust•b steed"4a)route-inzameling

ja M nee

vervoerder e VIHB-nummer FR500370VIHB


kenteken

repeterende vrachten fl ja jj nee

inzamelaarsregeling D ja M nee

straat + nr De Meerpaal 11 poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

zie toelichting

6 afvalstroomnummer MELDMNUMMER

gebruikelijke benaming van de afvalstoffen rEim

MELOSYSIEEM)

DrE

? r??? 7 ?? Mengvrachten grond en stenen (puin)

aantal/ verpakking 1/bulk'

eural code

geschatte gewogen verw. hoeveelheid hoeveelheid (kg) meth. (kg)

20 02 02

CO3

(grondfractie indicatief klasse AW) 1

1

1

1

BEWIJSMIDDEL VERKLARING TYPE VERKI.ARINO OfXUAlEf MOOD] VERKLARING ORGANISATIENAAM

4tks ‘\,



Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener HM0~ TOEPASSER E ' ', ' ''

:us

handtekening transporteur voor ontvangst der zending met gelijkgénummerde vrachtbrief

p

fl 3 578

handtekening ontvanget (geado, seerde) ye& goede ontvangst der zending met gelijkgenunimerde vrachtbrief

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaa111, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512 - 58 62 00, fax 0512 - 58 62 01

WEEGBON

Weegbon Voertuig

175231 164/27-BGB-1

Geleidebonnr.

AB53803578

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming

02c39



02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

52360

Tweede weging

Netto gewicht

DRACHTEN

Datum

Weegmethode IN

kg

8-12-15 15:39

INDICATOR

17200

kg

8-12-15 15:39

INDICATOR

35160

kg



BEGELEIDINGSBRIEF

\-c) ïk), g BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

1 1 El (
c

.-' S

iR

2

ontvanger 3 [3 handelaar 4

2 bemiddelaar

bouwen reststoffen

afzender DBG bouwen reststoffen straat + nr

De M_eerpaal 11 DC postc. + woonpl. 9206.AJ DRACHTEN -0 ce COO r 0)0 D O) cc Q) -C 32 > Q) 0)0 c ce c

VIHB-nummer FR503001xxHB

2 factuuradres DBG bouwen reststoffen MELDER postbus of straat + nr De Meerpaal 11 postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN 30

ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) TOEPASSER E5m0

(W.)c,') straat + nr De Wygeast 29 -0

postc. + woonpl. 9294 KI OUDWOUDE

30 locatie van herkomst bodemsanering straat + nr Sije Hesterstrjitte 17 postc. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE datum aanvang transport _

▪c c

40

4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen straat + nr De Meerpaal 11

1-,-) uitbesteed vervoerder E o

.c

-o

c

`>)

(1.> -0

t,

•(

c

cs).2 'El le -é3 cE 0)0 (c)

straat + nr poste. + woonpl.

poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN , datum ontvangst transport

VIHB-nummer

DATUM MAYANS TOEPASSING

5 route-Inzameling getransporteerd door: 1 E afzender 2 [1] ontdoener 3 E ontvanger 4 [j] Inzamelaar 5 vervoerder 6 LI uitbesteed''" L ie vervoerder ontvfinzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV VIHB-nummer FR500370VIHB routelijst bljsluiten (zie toelichting) TOEPASSER UITVOERDER

nee

street + nr De Meerpaal 11

nee

postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

.ct) c c a> c Do) 'd 0.) 7:1 30

> 0.> 0.) .S.

inzamelaarsregeling LI ja repeterende vrachtenD ja

kenteken

nee

zie toelichting

6 afva.listroomnummer


ITEIDNGNUMMER (UIT MELOSESTEEM)

mATERmAL TYPE

10 2 C 39 5 00 1 7.8 8 111111111111

a:Altai/ verpakking 1/bulk


eural code

geschatte gewiwen verw. hoeveelheid horvre-lheid meth. (kg) (kg)

20 02 02

CO3

I (grondfractie indicatief klasse AVV) 1 I 1 1 1 1 1

'50) .G

g

(113,D

iso

— a> o

rt5)

'Rio. 0.)

cn 0) 5.0

. 0) 8

.ƒ3

QJ "o

N BEWIJSUIDDE.

0

cv c\I to

C- CO

VERKLARHVG VERXIMM DOCUNIIINUMMER

2 0 co 75 a) I—

ORGANISMIMAAM

tyti

(7) z-t rç c)

(00

as

Auteursrecht: sVa / Stichting Vervoeradres, Den Haag-


Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste verste. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener 1140/EKEI5) IDEPASSER OGENAM

handtekening transporteur voor ontvangst der zending met gelijkQenummerde vrachtbrief i

) ,

O m

t

i

Cci

AR 51 803579 .t-

handtekening entvanger (geadresseerde) voor goede ontvangst der zending met gelijk, genurnmeide vmrhtbriét

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV


WEEGBON

Weegbon Voertuig

175300 148/BS-BG-63

Geleidebonnr.

AB53803579

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming

02c39



02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

57900

Tweede weging

Netto gewicht

DRACHTEN

Datum

Weegmethode IN

kg

9-12-15 10:31

INDICATOR

17400

kg

9-12-15 10:31

INDICATOR

40500

kg



! o -0

BEGELEIDINGSBRIEF BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde))

,1 g Te gebruiken voor afvalvervoer of 0. ci) ie

TRANSPORTEN WELKE VALLEN ORDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

1

1 II] (primaire) 2 U] ontvanger 3 El handelaar 4

c

n bemiddelaar


{5)-0 afzender DBG bouwen reststoffen .5 -'e .c straat + nr De IVIeedpaal 11 postc. + woonpl. _ 9206_AJ_ DRACHTEN c tr. -ci .c 0. VIHB-nummer _ FR5_0_3001xxHB oo 0 0) 2 CC 0 47, factuuradres DBG bouwen reststoffen :P MELDER E postbus of straat + nr De Meerpaal 11 re 0 .1 ; poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN •C 535 N .0 ontdoener 0. Erven Faber (dhr. S. Faber)

35 locatie van herkomst

TOUASSER EIGENAAR

C> -o

straat + nr

ci) 10 poste. + woonpl. > 'FL; ;.»..

postc. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE

9294 KI OUDWOUDE


4°

o3 4A

13 174 0E

DBG bouwen reststoffen De Meerpaal 11 poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN


locatie van bestemming

_c o straat + nr o = 2- c postc. + woonpl. a.) >>

street + nr

datum ontvangst transport

VIHB-nummer

DATUM MN YANG TOEPASSING

1 -> c 5 o)2 getransporteerd door: 1 [1 afzender 2 D ontdoener ontv/inzam/vervoerder

3

D ontvanger 4 Einzamelaar 5 M vervoerder 6 L--(uitbesteed(' vervoerder

Van der Wiel Transport BV 0-) c E TOEPASSER UITVOERDER a> o straat + nr De Meerpaal 11
postc. + woonpl.

(ll

6

C 73 a; (52 13 ro

-5 et

>

o

.E :0 33 kJ' 8

bodemsanering

street + nr Sije Hesterstrjitte 17

De W_ygeast 29

9206 AJ DRACHTEN

afvalstroomnummer


MELOGNUMVER (uri P010)05 IDEM)

MATERIAAL roer

• 2 C á 9 5 0 0 1 7 8 8 Mengvrachten grond en stenen (puin) 111111111111

1 1 1 1

111111

VIHB-nummer

route-inzameling

FR500370VIHB

)J ja

J nee

routelijst bijsluiten (zie toelichting) inzamelaarsregeling Uja jj nee repeterende vrachten zie toelichting

kenteken

aantal/ verpakking

1/bulk

n ja jj nee

eural code

geschatte gewogen verw. hoeveelheid hoeveelheid meth. (kg) (k9)

20 02 02

CO3


(50 c cc o ,5 (5 0.0
(I)

0?• () Ei _a

a> ci> a> o 5) 5) Do

BEWIJSMIDDEL VERALARING TYPE VERKLARING DOCUMENINUMMER VERKLARING ORGANESATIENAAM


)

AB I .

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over(dde weg, laatste versie. '‘ ci Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o,z. In de vracht is verzekering niet begrepen ‘ '''''' ontva handtekening ontdoener fia,ndtekening nger (geadresseerde) voor handtekening transporteur voorontvangst der R4NOTEW i NG TOEPASSER BURMA goede ontvangst der zending met gelijkzending met gelijkgenummerde vrechtbrief genuinmeriki vrachtbrief, ,' . ).

•

:R f1 .

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV


WEEGBON

Weegbon Voertuig

175307 164/27-BGB-1

Geleidebonnr.

AB53803580

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming



9206 AJ

DRACHTEN

Opmerkingen

02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

52500

Tweede weging

Netto gewicht

Datum

Weegmethode IN

kg

9-12-15 10:50

INDICATOR

17200

kg

9-12-15 10:50

INDICATOR

35300

kg



L_ BEGELEIDINGSBRIEF

1

BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) Te gebruiken voor afvalvervoer of TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET RESLUIT BODEMKWALITEIT

D grágrrt

2 [id ontvanger 3 D handelaar 4 El bemiddelaar

©DBG bouwen reststoffen

afzender DBG bouwen reststoffen straat + nr _ Deivleerpaal 11 poste. + woonpl. 9206 AJ_ DRACHTEN VIHB-nummer _ FR503001xxHB g) 2 factuuradres DBG bouwen reststoffen MELDEN

•

— -c

t postbus of straat + nr De Meerpaal 11 21-2 .0. poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

3°

3^ ontd0 er Erven Faber (dhr. S. Faber) En4in rnEpAs,Eiir >) straat + nr De Wyg east 29

-0

locatie van herkomst bodemsanering straat + nr Sije Hesterstrjitte 17 postc. + woonpl. 9287 LH TWIJZELERHEIDE

> -t: postc. + woonpl. 9294 KI OUDWOUDE a.


o•

LE a, E

0

4^ uitbesteed vervoerder

4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen straat + nr De Meerpaal 11

straat + nr

poste. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport /2

ct postc. + woonpl. >> o VIHB-nummer -a= •

DATIINI MANS TOEPASSING

5

2 E ontdoener 3 le getransporteerd door: 1 [1] afzender Van der Wiel Transport BV 0)(6 ontv/Inzam/vervoerder c E TOEPASSEN MENDER straat + nr De Meerpaal 11 S)

ontvanger

uitbesteed4 [I] inzamelaar 5 eg vervoerder 6 Li vervoerder VIHB-nummer FR500370VIHB

postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN C C

• c 0 a) 6' P_ (;) > Te».) s) 0) a P (T) -E as 0 as -0

route-inzameling

D ja eg nee


inzamelaarsregeling

ja [)_g nee

repeterende vrachten III ja 1)_g nee

kenteken

zie toelichting

6 afvalstroomnummer VELD ',GVIVAIER

IAELDSISTEIGIT)

3 9001788

pf

1111111 111111

gebruikelijke benaming van de afvalstoffen IAA TER WIT TYPE Mengvrachten grond en stenen (puin)

aantal/ verpakking

1/bulk

eural code

gewogen geschatte verw. hoeveelheid hoeveelheid meth. (kg) (kg)

20 02 02

CO3

(grondfractie indicatief klasse AW)

)fi ct

Cd d

c

C. a ai

(,) .0 -0 Ee 0, G, a>

g> 8 .0 o -0

BEWIJSMIDDEL VERWRING DEE VERNANK VOCUMENTIRIMMER VFAKLAING ORGANNATIENAMI

-\\


handtekening afzender . .

//

Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de arr.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener rrearadars agPASSERDLEM

handtekening transporteur voor ontvangst der zending met gelijkgcritrillI I le 1 de Vrachtbrief

( 4.4) A Fi

51R0 3 5 83

handtekening mitvartger (geadresseerde) voor garde ontvangst der zending met gelijkgenteninerde, vrachtbrief

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV


WEEGBON

Weegbon Voertuig

175325 148/BS-BG-63

Geleidebonnr.

AB53803583

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming



9206 AJ

DRACHTEN

Opmerkingen

02c395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

55720

Tweede weging

Netto gewicht

Datum

Weegmethode IN

kg

9-12-15 11:43

INDICATOR

17400

kg

9-12-15 11:43

INDICATOR

38320

kg


Debiteur/aanbieder verklaart door ondertekening van de weegbon akkoord te gaan met de aan de achterzijde vermelde acceptatie voorwaarden. Op al onze leveringen zijn de algemene voorwaarden van Van der Wiel Transport BV van toepassing, welke zijn gedeponeerd ter griffie van de arrondissementsrechtbank te Leeuwarden. Inschrijvingnr, KvK. Leeuwarden 01039321 __

BEGELEIDINGSBRIEF

2.-a) '4 3 BEGELEIDINGSBRIEF VRACHTBRIEF (Al) (voorontvanger (geadresseerde)) o

Te gebruiken voor afvalvervoer of

0-)Tj

C> ru .5 .e

TRANSPORTEN WELKE VALLEN ONDER HET BESLUIT BODEMKWALITEIT

-I

(primaire)r 2 U] ontvanger 3 13 handelaar 4

E bemiddelaar


afzender DBG bouwen reststoffen 2.92 straat + nr _ _De _metrpeal e -0 <( poste. + woonpl. _ 9206_AJ_ DRACHTEN c G: (50 a. VIHB-nummer FR50_3001xxElla ®0

2 factuuradres DBG bouwen reststoffen

CC 0 lc; -o g_ >

HEWER

Cit

postc. + woonpl. 9206 AJ DRACHTEN

0 0 postbus of straat + nr De Meerpaal 11

35 locatie van herkomst bodemsanering

.0 35 ontdoener Erven Faber (dhr. S. Faber) 12. TOEPASSER EMMA straat + nr De Wygeast 29 E >

(1-

street + nr Sije Hesterstrjitte 17 postc. + woonpl, 9287 LH TWIJZELERHEIDE


datum aanvang transport l b S 3,10 E 22 o a,

4° locatie van bestemming DBG bouwen reststoffen

4A uitbesteed vervoerder


straat + nr a (2- c postc. + woonpl.

-0 a> = VIHB-nummer 5 ol2 'art getransporteerd door: 1 Ei afzender 2 E ontdoener 3 13 ontvanger • a) 0) 0)(4 ontvfinzam/vervoerder Van der Wiel Transport BV CE

W O a>
OAR'S AMMO TOEPASSING

4

uitbesteed E inzamelaar 5 n vervoerder 6 1-7 Li vervoerder

TOEPASSER MEADER

)route-inzameling inzamelaarsregeling

poste. + woonpl, 9206 AJ DRACHTEN

c a) C

6

Eja

repeterende vrachten U ja

kenteken

Ninee nnee

zie toelichting

geschatte gewogen verw. hoeveelheid hoeveelheid meth. (kg) (kg)

c ®

ja PS] nee


VIHB-nummer FR500370VIHB


rn .(n

o

poste. + woonpl, 9206 AJ DRACHTEN datum ontvangst transport - 1,?

afvalstroomnummer


IIELIP.'GNOVMER

MATERMAL tYPf

1471051STEEM)

"0 -0 w > °If

1

7 88 1 1


aantal/ verpakking

eural code

1/bulk

20 02 02

- CO3

(1.) I (grondfractie indicatief klasse AVV) 11[111

-E

as • 1 <)

(E)

0

a) a-

17. .0 -0 c

0)

So cu n

(c' p o .o (1> C)

BEWIJSMIDDEL VERIMARU TYPE VERKLADING ooculIENTNIIIIMER VERKLARING ORCANISA


Het vervoer geschiedt op de door sVa / Stichting Vervoeradres ter griffie van de aff.rechtbank te Amsterdam en Rotterdam gedeponeerde algemene voorwaarden voor het afvalstoffenvervoer over de weg, laatste versie. In de vracht is verzekering niet begrepen Voor aansprakelijkheid vervoerder z.o.z. handtekening ontdoener handtekening transporteur voor ontvangst der MDIBEIdS IDEPASSal 00 ' '1 zending met gelijkgenummerde vrachtbrief

'—..)

AB

n1584

handtekening oritvang,i (geadresseerde) voor goede ontvangpt der zending met gelijkgenummerde vf debt brief

r

,

VAN DER WIEL

TRANSPORT BV

De Meerpaal 11, postbus 332, 9200 AH Drachten, telefoon 0512 - 58 62 00, fax 0512 58 62 01

WEEGBON

Weegbon Voertuig

175338 164/27-BGB-1

Geleidebonnr.

ab53803584

Afvalstroomnummer

Zie opmerkingen

Product

Grond

Klant:


Vervoerder


DRACHTEN


Bestemming



9206 AJ

DRACHTEN

Opmerkingen

02C395001788

Weging

Gewicht

Eerste weging

50140

Tweede weging

Netto gewicht

Datum

Weegnnethode IN

kg

9-12-15 12:05

INDICATOR

17200

kg

9-12-15 12:05

INDICATOR

32940

kg



Bijlage 4 Kwaliteitsverklaring aanvulgrond


Partijkeuring GRONDBANK NIJ BEETS (CP1-NB2015)

COLOFON

Opdrachtgever: DBG bouw- & reststoffen De Meerpaal 11 | 9200 AH DRACHTEN Contactpersoon: dhr. L. Marinus Kenmerk: CP1-NB2015

Onderzoek uitgevoerd door: Enviso Ingenieursbureau Postbus 332 | 9200 AH DRACHTEN Telefoon: 0512-586246 E-mail: [email protected] | Internet: www.enviso.nl

Projectgegevens: Locatie: Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets Projectnummer: EN03506 Kenmerk: 150848 Status: definitief, versie 1

Projectmedewerkers: Projectleider: dhr. F. Hooghiemstra Veldwerker(s): dhr. G.S. Plantinga & dhr. L. Boerma Auteur: dhr. G.S. Plantinga Kwaliteitscontrole: dhr. F. Hooghiemstra

Drachten, 15 oktober 2015

INHOUDSOPGAVE 1

INLEIDING ............................................................................................................................3

2 2.1 2.2 2.3

WERKZAAMHEDEN ..............................................................................................................4 Achtergrondinformatie ..................................................................................................................4 Onderzoeksopzet ...........................................................................................................................4 Monsterneming..............................................................................................................................4

3 3.1 3.2 3.3 3.4

LABORATORIUMONDERZOEK ...............................................................................................5 Chemische analyses .......................................................................................................................5 Resultaten ......................................................................................................................................5 Controle verhouding tussen de meetwaarden ..............................................................................5 Grootschalige toepassing (gbt) ......................................................................................................5

4 4.1 4.2

CONCLUSIE AANBEVELINGEN ...............................................................................................6 Conclusies.......................................................................................................................................6 Aanbevelingen................................................................................................................................6

Bijlagen 1 Ligging van de locatie 2 Monsternemingsplan 3 Monsternemingsformulier 4 Foto’s van de partij 5-1 Ligging van de partij 5-2 Overzicht van de partij 6 Analysecertificaat 7 Toetsingstabel analyseresultaten 8 Toelichting Besluit bodemkwaliteit


2

Partijkeuring Grondbank Nij Beets (CP1-NB2015)

1

INLEIDING

Door Enviso Ingenieursbureau is in opdracht van DBG bouw- & reststoffen een partijkeuring conform het Besluit bodemkwaliteit uitgevoerd. De partij (CP1-NB2015) is gelegen op de locatie Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets. De topografische ligging van de locatie is aangegeven in bijlage 1. Aanleiding tot de partijkeuring is de wens van de opdrachtgever om inzicht te krijgen in de hergebruikmogelijkheden van de partij in het kader van het Besluit bodemkwaliteit. Het doel van de partijkeuring is het toetsen van de milieuhygiënische kwaliteit van de partij voor hergebruik en/of toepassing (elders). In het kader van het Besluit bodemkwaliteit is de partijkeuring uitgevoerd onder een procescertificaat, hetgeen is omschreven in vigerende versie van de Beoordelingsrichtlijn SIKB 1000 en het daarbij behorende protocol 1001. Het procescertificaat (afgegeven door KIWA Nederland BV met nummer K20832) van Enviso Ingenieursbureau en het hierbij behorende keurmerk zijn uitsluitend van toepassing op de activiteiten betreffende de monsterneming en de overdracht van de monsters, inclusief de daarbij behorende veldwerkregistratie, aan een erkend laboratorium (of aan de opdrachtgever, die -in geval van monsters van grond of bouwstoffen voor nuttige toepassing- dan zelf in het kader van het Besluit bodemkwaliteit is erkend). Enviso Ingenieursbureau is een onafhankelijk adviesbureau en is geen eigenaar van de te keuren partij waar de werkzaamheden betrekking op hebben.


3


2

WERKZAAMHEDEN

2.1

ACHTERGRONDINFORMATIE

De partij (CP1-NB2015) betreft teelaarde dat in depot is gelegen op de locatie Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets. Uit informatie van de opdrachtgever is gebleken dat het een samengevoegde partij betreft, welke bestaat uit de partijen: 91, 121, 123, 129, 132, 135, 140, 142 en 143. De onderlinge partijen zijn conform de BRL 9335-1 samengevoegd door DBG bouwen reststoffen te Drachten. De verwachting is dat de samengevoegde partij zal voldoen aan bodemkwaliteitsklasse Altijd toepasbaar (achtergrondwaarde). Er blijken geen redenen te zijn om, naast het standaard analysepakket, extra (kritische) parameters te onderzoeken of delen van de partij uit te sluiten van de partijkeuring.

2.2

ONDERZOEKSOPZET

Op basis van protocol 1001, volgens de onderzoeksstrategie “keuring partijen grond of baggerspecie in depot/in-situ”, zijn het aantal boringen, monstergrepen en analyses bepaald zoals weergegeven in tabel 2.2.1. Tabel 2.2.1: Overzicht monsterneming en chemische analyses Partij Omvang (m3/ton) Raster (m) CP1-NB2015 600 / 900 3,5 x 3,5

2.3

Grepen 2 x 56

Mengmonsters 2

Analysepakket Standaardpakket A

MONSTERNEMING

Bij de projectvoorbereiding is een monsternemingsplan opgesteld (bijlage 2). Voorafgaand aan de monsterneming zijn de gegevens, genoemd in het monsternemingsplan, in het veld getoetst. Eventuele wijzigingen zijn door de monsternemer weergegeven op het monsternemingsformulier (bijlage 3). Uit het monsternemingsformulier blijkt dat ten opzichte van het monsternemingsplan geen afwijkingen zijn vastgesteld, die aanleiding konden geven om af te wijken van de vooraf vastgestelde monsternemingsstrategie. Uit opmeting van de partij is gebleken dat de partijgrootte globaal overeenkomt met de vooraf aangeleverde informatie van de opdrachtgever. De monsterneming is uitgevoerd op 7 oktober 2015 (12:30-15:30 uur). Tijdens de veldwerkzaamheden zijn in de partij sporadisch bodemvreemde materialen waargenomen. Visueel is vastgesteld dat de totale hoeveelheid bodemvreemd materiaal in de partij < 1 % bedraagt. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn visueel geen asbestverdachte materialen aangetroffen. De betreffende grondsoort kan worden betiteld als zijnde matig humeus, zwak tot sterk siltig zand (teelaarde). De partij heeft de volgende afmetingen 26,0 x 22,0 x 4,0 m. Voor de bemonstering van de partij zijn in totaal 28 boringen verricht tot onderzijde depot. Uit deze boringen zijn in totaal 112 grepen genomen die zijn samengevoegd tot 2 mengmonsters. In bijlage 4 zijn foto’s van de partij opgenomen. In bijlage 5-1 is de ligging van de partij opgenomen en in bijlage 5-2 is de partij op schaal ingetekend met daarbij de genomen monstergrepen.


4


3

LABORATORIUMONDERZOEK

3.1

CHEMISCHE ANALYSES

De analyses zijn uitgevoerd door het voor AP-04 geaccrediteerd laboratorium Eurofins-Analytico BV, welke is geaccrediteerd volgens door de Raad van Accreditatie gestelde criteria voor testlaboratoria onder nr. L 010. De monsters zijn, na voorbehandeling, geanalyseerd op de stoffen uit het standaard analysepakket voor grond aangevuld met het percentage organische stof en lutum. Dit pakket omvat de volgende parameters: • • • •

zware metalen (barium, cadmium, kobalt, koper, kwik, molybdeen, lood, nikkel en zink); polychloorbifenylen (PCB); polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK); minerale olie.

3.2

RESULTATEN

Het analysecertificaat van de grondmengmonsters (nummer 2015111375/1 met rapportagedatum 13 oktober 2015) is opgenomen in bijlage 6. Om de resultaten te kunnen interpreteren worden deze vergeleken met de toetsingswaarden, zoals opgenomen in het Besluit en de regeling bodemkwaliteit. In bijlage 7 zijn de toetsingsresultaten opgenomen. Een toelichting op de toetsing van de analyseresultaten aan het Besluit bodemkwaliteit is opgenomen in bijlage 8. In tabel 3.2.1 is de classificatie van de partij weergegeven op basis van de analyseresultaten, getoetst volgens het generieke kader voor het toepassen op landbodem. Tabel 3.2.1: Classificatie van de partij op basis van de chemische samenstelling voor toepassing op landbodem Partij Omvang (m3/ton) Mengmonsters Beoordeeld als bodemkwaliteitsklasse1 CP1-NB2015 600 / 900 MMA & MMB Altijd toepasbaar (achtergrondwaarde) 1) De chemische kwaliteit is getoetst aan het generieke kader (landelijke normen). In diverse gemeenten is sprake van een lokaal bodembeleid met een gebiedsspecifieke toetsingskader. In het gebiedsspecifieke kader zijn de lokale maximale waarden vastgesteld.

3.3

CONTROLE VERHOUDING TUSSEN DE MEETWAARDEN

Voor de toetsing van de homogeniteit van de partij mag per parameter de verhouding tussen hoogste en laagste meetwaarde van MMA en MMB niet groter zijn dan 2,5. Uit controle van de analyseresultaten blijkt dat geen van de verhoudingen tussen de hoogste en laagste meetwaarden groter zijn dan 2,5. De homogeniteit van de partij is hiermee gewaarborgd.

3.4

GROOTSCHALIGE TOEPASSING (GBT)

Uit toetsing blijkt dat de partij mag worden toegepast in een grootschalige bodemtoepassing.


5


4

CONCLUSIE AANBEVELINGEN

4.1

CONCLUSIES

De partij teelaarde (CP1-NB2015) gelegen op de locatie Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets voldoet aan bodemkwaliteitsklasse Altijd toepasbaar (achtergrondwaarde). De conclusie is samengevat in tabel 4.1.1. Tabel 4.1.1: Classificatie van de partij op basis van de chemische samenstelling voor toepassing op landbodem Partij Omvang Omvang Grondsoort Beoordeeld als bodemkwaliteitsklasse (m3) (ton) CP1-NB2015 600 900 Zand, matig humeus, zwak tot sterk Altijd toepasbaar (achtergrondwaarde) siltig zand (teelaarde)

Tijdens de veldwerkzaamheden zijn in de partij sporadisch bodemvreemde materialen waargenomen. Visueel is vastgesteld dat de totale hoeveelheid bodemvreemd materiaal in de partij < 1 % bedraagt. Tijdens de veldwerkzaamheden zijn visueel in en op het depot geen asbestverdachte materialen aangetroffen. De partij kan volgens het landelijke generieke kader vrij op landbodem worden toegepast. Er hoeft geen rekening te worden gehouden met de kwaliteit en de functie van de ontvangende bodem ter plaatse van de toepassingslocatie. Naast toepassing volgens het generieke kader, komt de gehele partij ook in aanmerking om in een grootschalige bodemtoepassing te worden toegepast.

4.2

AANBEVELINGEN

Het toepassen van een partij grond dient minimaal 5 werkdagen vooraf te worden gemeld via het Meldpunt bodemkwaliteit (http://meldpuntbodemkwaliteit.agentschapnl.nl). Hierbij dient rekening gehouden te worden met het lokale bodembeleid van de gemeente. Voor diverse gemeenten is een gebiedsspecifiek toetsingskader opgesteld. De vastgestelde chemische kwaliteit dient in dit geval te worden getoetst aan het gebiedsspecifieke kader van de desbetreffende gemeente.

ENVISO INGENIEURSBUREAU


6

Bijlage 1 Ligging van de locatie


Omgevingskaart

0m

125 m

625 m

Deze kaart is noordgericht. Schaal 1: 12500 Hier bevindt zich Kadastraal object BEETSTERZWAAG G 60 Beetsterweg , BEETSTERZWAAG © De auteursrechten en databankenrechten zijn voorbehouden aan de Topografische Dienst Kadaster.

Bijlage 2 Monsternemingsplan


ENVISO

Projectnummer: EN03506

Ingenieursbureau

MONSTERNEMINGSPLAN GROND (AP04)

PROJECTGEGEVENS Projectnummer

EN03506

Projectnaam

Bbk Clusterpartij CP1-NB2015 Grondbank Nij Beets

Projectleider

Dhr. F. Hooghiennstra

Monsternemer(s)

Dhr. G.S. Plantinga & dhr. L. Boerma

Locatie monsterneming

Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets

Opdrachtgever Naam

DBG Bouw & Reststoffen

Contactpersoon

Dhr. L. Marinus

Adres

De Meerpaal 11 te Drachten

Telefoonnummer

0512-586230

Doel monsterneming

bepalen milieuhygiënische kwaliteit

Uitvoerende organisatie

Enviso Ingenieursbureau

Uitvoeringsdatum monsterneming

07-10-2015

PARTIJGEGEVENS Opdrachtgever

producent / leverancier / eigenaar / ge-b-r-iiiker--/-eveFheiet

Partijgrootte

ca. 833

ton / ca.

555

m' / dichtheid

1,5

ton/m3 (schatting)

Wijze waarop het materiaal

nat / droog

beschikbaar is

in situ / onder verharding / statische partij / materiaalstroom

Grondsoort

teelaarde / zand / leem / veen / klei

Verwachte korrelgrootte

D95 < 16mm / D95> 16mm

Bijzonderheden partij

nee / ja: Partij is geclusterd onder de BRL-9335-1.

Bijmengingen verwacht

nee / ja:

percentage: Vorm van de partij

depot / in situ

Gegevens vooronderzoek

Indicatief Klasse AW2000

Maximale bennonsteringsdiepte

3

m

MONSTERNEMING Aantal grepen per (deel)partij

2 x 50

Aard materiaal

grond / baggerspecie

Wijze van monsterneming

systematisch /gestratificeerd aselect partij gedeeltelijk verplaatsen / partij geheel verplaatsen

Indelen in deelpartijen

nee / ja, aantal:

Voorgeschreven indeling in deelpartijen

nee, zelf bepalen tja, aantal zie bijgevoegde kaart

Motivatie van afwijkingen

Foto's nemen


ja

1/2

Monsternemingsplan grond, versie 2014-01

ENVISO


Ingenieursbureau DEELPARTIJ-, GREEP- EN MONSTERGROOTTE (deel)partijgrootte

max. 2.000 ton / max. 10.000 ton

D95 < 16mm, standaard

grepen

min 0,18 kg (ca.5x5x5 crn3, ca. 1 boorkop)

monsters :

2 monsters van elk 50 grepen; 2 x 9 kg

OVERIGE MONSTERNEMINGSGEGEVENS Apparatuur

edelnnanboor 0 7 cm /afwifken-d4

Monstercodering

standaard: (deelpartij) MMA / MMB afwijkend:

Monsterverpakking

10 Itr emmers anders:

Monsteropslag

gekoeld

Monstertransport

gekoeld

Aanleveren aan

Laboratorium Eurofins-Analytico BV, binnen 24 uur afw-ifkanel+

Analyses

samenstellingsonderzoek AP-04

nee! ja

uitlogingsonderzoek

nee! ja

extra kritische parameters

nee / ja

Bijzonderheden

KWALITERING MONSTERNEMINGSPLAN Naam

handtekening

datum _-------..

Projectleider

F. Hooghiemstra

Gekwalificeerde en erkende monsternemer(s)

G.S. Plantinga

BULAGEN*: - kaart ligging! toegang locatie - kaart indeling deelpartijen - kaart toelichting onnvangbepaling - kaart ruimtelijke verdeling grepen

06-10-2015

.04111/

Oj- )0-201 5—

: nee /ja : nee /ja nee /ja : nee /fa

* Doorstrepen wat niet van toepassing is


2/2

Monsternemingsplan grond, versie 2014-01

Bijlage 3 Monsternemingsformulier


ENVISO


Ingenieursbureau

MONSTERNEMINGSFORMULIER GROND (AP04)

PROJECTGEGEVENS Projectnummer

EN03506

Projectnaam

Bbk Clusterpartij CP1-NB2015 Grondbank Nij Beets

Locatie monsternenning

Grondbank Nij Beets aan de Beetsterweg te Nij Beets

Uitvoerende organisatie


Naam projectleider

Dhr. F. Hooghiemstra

Naam monsternemer(s)

Dhr. G.S. Plantinga & dhr. L. Boerma

Uitvoeringsdatum

07-10-2015

Tijd monsterneming

begintijd

uur

eindtijd

uur

Partijgrootte:

ca.

ton / ca.

Afmetingen van de partij

L)

Bepaald door

opmeting (motivatie in bijlage) / anders:

Geschat vochtpercentage

5%-j-10% / 15% / 20% /-25% ?25%

Grondsoort:

teelaarde / zand / leenti-veenildei

Maximale korrelgrootte

D95 < 16nnm / D9S-> ltnirn

Bepaald door

zintuiglijke waarneming / z-eefpr-oef-(14e-bijiage

Bijzonderheden partij

nee/ ja: 2_4*-e

Bijmengingen aangetroffen

nee / ja:

PARTIJGEGEVENS m3 /dichtheid

B)

H)

Soort en percentage: 6covc-c4.4:5 61--) . Zeefproef

gezeefd materiaal: ?p z

f (>1

ton/m3 (schatting)

< 1 47o

g

•

percentage (>16

)

kg

):

(eventuele toelichting in •bijlage)

percentage (totaal):

(eventuele toelichting in bijlage)

Visuele controle op asbest

nee /ja

Asbest aangetroffen

nee /j-

Vorm van de partij

depot bin-eit-u; zie schets in bijlage

(eventuele toelichting in bijlage)

MONSTERNEMING Wijze van monsterneming

ja / neerafwifkingen:

conform Monsternemingsplan Motivatie afwijkingen Indelen in deelpartijen

nee / ja,aanteHzie-bijiage

)

Aanduiding indeling in het veld

nee /ja: piketten / SjatbrittOkken /

achtergelaten Motivatie van afwijkingen

Foto's


ja, zie bijlage

1/2

Monsternemingsfornnulier, versie 2014-01

ENVISO


Ingenieursbureau DEELPARTIJ-, GREEP- EN MONSTERGROOTTE

monstergewicht (kg) (deel)partij

aantal grepen

grootte deelpartij (m3/ton)

MMA

MMB

OVERIGE MONSTERNEMINGSGEGEVENS Apparatuur

edelmanboor 0 7 cm / afwijkend:

Monstercodering

standaard / afwijkend:

Monsterverpakking

conform plan / anders:

Monsteropslag

gekoeld

Monstertransport

gekoeld

Aanleveren aan

laboratorium Eurofins-Analytico BV, binnen 24 uur ander-s:

Bijzonderheden

KWALITERING MONSTERNEMINGSFORM. EN VERIFICATIE TOV MONSTERNEMINGSPLAN naam

handtekening

o7-0— 2_0,5-

Gekwalificeerd en erkende monsternemer(s)

G.S. Plantinga

Projectleider

F. Hooghiemstra

BIJLAGEN*: - kaart ligging / toegang locatie kaart indeling deelpartijen

datum

III _ /0- 2 c)/ 6-

: nee / ja, zie bijlage : nee / jarrie blilage

: nee / ja, zie bijlage kaart toelichting omvangbepaling kaart ruimtelijke verdeling grepen : nee tja, zie bijlage foto's (nummers, locatieaanduiding): nee /ja, zie bijlage zie bijiage : nee / verslag zeeftest la ge : nee / ja, anders

* Doorstrepen wat niet van toepassing is


2/2

Monsternemingsformulier, versie 2014-01

Bijlage 4 Foto’s van de partij


Foto 1

Foto 2


Bijlage 5-1 Ligging van de partij


Bijlage 5-2 Overzicht van de partij


Noordpijl

li

t „ . .

14% L/

Z

W

W

1

•

• •

. .

. •

xl/

rw.4/

ijaanzicht

.ar 3

•3 I

• II

•1

• -1-

•5

•

•..}

• ''

f

1 .----->

•I

•

--

e

„-,

.. 2

l g:2 —1--

--• 2.

‘.

•

:2-

•

•5

•

•

•I"

X

,

Legenda

Y 56 4 . Sb5 6

1%'2..

Om

Bovenaanzicht WIJZIGING

.1

monsternamepunt

,

monsternamegreep

L>

foto met nummer m

m

Schaal CONTROLE

GETEKEND

OMSCHRIJVING WIJZIGINGEN

DATUM

OPMERKINGEN:

OPDRACHTGEVER: D G 6

k,0 u „ _

monstername conform protocol 1001 AutoCAD 2011

GETEKEND: CONTROLE: SCHAAL:

s

DATUM: MAATEENHEID:

OMSCHRIJVING:

Postbus 332 9200 AH DRACHTEN Tel,: 0512-586246 Fax.: 0512-586236 [email protected] www,envisanl

PROJECTNUMMER:

-E- ii./,) ) 5 - ( )

it

ni /e215 c-4-A- "- ( -e-L45.44-3''—'64'.-5.p(cti.td-,',-,j,/L ‘,.,,,..,. DATUM MONSTERNAME:

:-YoKri-bc.-fr,

NAAM MONSTERNEMER:

ENVISO

Ingenieursbureau

LIGGING PARTIJ:

'c L..'

c..

,e4e

pc
aid,

/7 i ‹

...k

og— 1 c,

),Jr )---

@DI- wi3 _di 5)

TEKENINGNUMMER:

BLAD

v c. 1

1

UIT

A4

C) Het copyright van deze tekening behoort toe aan Enviso Ingenieursbureau

LOCATIE: M:\EN VISO\Basistekeningen ENVISO\BR L 1000 STANDAARD (1001).dwg

..14

Bijlage 6 Analysecertificaat


Enviso BV T.a.v. Gerrit Sjoerd Plantinga Postbus 508 9200 AM DRACHTEN

Analysecertificaat Datum: 13-Oct-2015

Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer/Versie Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen

2015111375/1 EN03506 Bbk 3 partijen Nij Beets CP1-NB2015 07-Oct-2015

Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. De analyse resultaten hebben alleen betrekking op het beproefde object. De grondmonsters worden tot 4 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 werkdag voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.

Bewaren tot: Datum:

Naam:

Handtekening:

Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.

Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.

Ing. A. Veldhuizen Technical Manager

Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL

Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail [email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A

Eurofins Analytico B.V. is ISO 14001: 2004 gecertificeerd door TÜV en erkend door het Vlaamse Gewest (OVAM en Dep. LNE), het Brusselse Gewest (BIM), het Waalse Gewest (DGRNE-OWD) en door de overheid van Luxemburg (MEV).

Analysecertificaat Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer

EN03506 Bbk 3 partijen Nij Beets CP1-NB2015

Monsternemer Monstermatrix

Gerrit Sjoerd Plantinga Grond; Bouwstof (BSB/AP04)

Certificaatnummer/Versie Startdatum Rapportagedatum Bijlage Pagina

Eenheid

Analyse

1

2015111375/1 07-Oct-2015 13-Oct-2015/11:00 A,B,C 1/2

2

Voorbehandeling

A

Hoeveelheid aangeleverd monster

A

Massa percentage artefacten

kg

9.3

9.3

% (m/m)

<1.0

<1.0

Bodemkundige analyses

A

Droge stof

% (m/m)

82.2

82.9

A

Organische stof

% (m/m) ds

4.6

4.5

A

Lutum

% (m/m) ds

4.5

5.1

Metalen

A

Barium (Ba)

mg/kg ds

30

30

A

Cadmium (Cd)

mg/kg ds

<0.20

<0.20

A

Kobalt (Co)

mg/kg ds

<3.0

<3.0

A

Koper (Cu)

mg/kg ds

7.6

7.7

A

Kwik, niet vluchtig (Hg)

mg/kg ds

<0.050

<0.050

A

Nikkel (Ni)

mg/kg ds

5.5

5.5

A

Molybdeen (Mo)

mg/kg ds

<1.5

<1.5

A

Lood (Pb)

mg/kg ds

50

22

A

Zink (Zn)

mg/kg ds

32

31

Minerale olie (C10-C12)

mg/kg ds

<2.0

<2.0


mg/kg ds

<3.0

3.4


mg/kg ds

4.8

5.1


mg/kg ds

28

15


mg/kg ds

17

9.5


mg/kg ds

6.3

<3.0

Minerale olie totaal (C10-C40)

mg/kg ds

56

36

Minerale olie

A

Polychloorbifenylen, PCB

A

PCB 28

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

A

PCB 52

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

A

PCB 101

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

A

PCB 118

mg/kg ds

<0.0010

<0.0010

Nr. Monsteromschrijving

Datum monstername

Monster nr.

1

MMA

07-Oct-2015

8747094

2

MMB

07-Oct-2015

8747095

Q: door RvA geaccrediteerde verrichting A: AP04 erkende verrichting S: AS 3000 erkende verrichting V: VLAREL erkende verrichting

Eurofins Analytico B.V.

Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL

Tel. +31 (0)34 242 63 00 Fax +31 (0)34 242 63 99 E-mail [email protected] Site www.eurofins.nl

BNP Paribas S.A. 227 9245 25 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 KvK No. 09088623 IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A


TESTEN RvA L010


EN03506 Bbk 3 partijen Nij Beets CP1-NB2015


Gerrit Sjoerd Plantinga Grond; Bouwstof (BSB/AP04)

Analyse

Eenheid

A

PCB 138

A A A


1

2

mg/kg ds

0.0014

<0.0010

PCB 153

mg/kg ds

0.0013

<0.0010

PCB 180

mg/kg ds

0.0015

<0.0010

PCB (som 7) (factor 0,7)

mg/kg ds

0.0070

0.0049 0.013

2015111375/1 07-Oct-2015 13-Oct-2015/11:00 A,B,C 2/2

1)

Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK

A

Naftaleen

mg/kg ds

<0.010

A

Fenanthreen

mg/kg ds

0.091

0.19

A

Anthraceen

mg/kg ds

0.036

0.061

A

Fluorantheen

mg/kg ds

0.19

0.32

A

Benzo(a)anthraceen

mg/kg ds

0.10

0.16

A

Chryseen

mg/kg ds

0.13

0.17

A

Benzo(k)fluorantheen

mg/kg ds

0.054

0.070

A

Benzo(a)pyreen

mg/kg ds

0.097

0.12

A

Benzo(ghi)peryleen

mg/kg ds

0.068

0.076

A

Indeno(123-cd)pyreen

mg/kg ds

0.084

0.095

A

PAK VROM (10) (factor 0,7)

mg/kg ds

0.86

1.3

Fysisch-chemische analyses

Meettemperatuur (pH-CaCl2) A

°C

Zuurgraad (pH-CaCl2)

21

21

7.1

6.9


Datum monstername

1

MMA

07-Oct-2015

8747094

2

MMB

07-Oct-2015

8747095







Monster nr.

Akkoord Pr.coörd.

GW TESTEN RvA L010

Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2015111375/1 Pagina 1/1 Monster nr.

Boornr

Omschrijving

Van

Tot

Barcode

Monsteromschrijving

8747094

0540083502

MMA

8747095

0540083503

MMB


Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL




Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2015111375/1 Pagina 1/1 Opmerking 1)

De toetswaarde van de som is gelijk aan de sommatie van 0,7*RG






.

Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2015111375/1

Pagina 1/1

Analyse

Methode

Techniek

Methode referentie

Aangeleverde monsterhoeveelheid

W7101

Voorbehandeling

Cf. AP04 V

Artefacten

W7101

Voorbehandeling

Cf. AP04 V

Droge stof

W7104

Gravimetrie

Cf. AP04-SG-II/SB-I

Organische stof (gloeiverlies)

W7109

Gravimetrie

Cf. AP04-SG-IV cf. NEN 5754

Lutum (fractie < 2 μm)

W7173

Sedimentatie

Cf. AP04-SG-III en cf. NEN 5753

Barium (Ba)

W0423

ICP-MS

Cf. AP04-SG-V en cf. NEN-EN-ISO 17294-2

Cadmium (Cd)

W0423

ICP-MS


Kobalt (Co)

W0423

ICP-MS


Koper (Cu)

W0423

ICP-MS


Kwik (Hg)

W0423

ICP-MS


Nikkel (Ni)

W0423

ICP-MS


Molybdeen (Mo)

W0423

ICP-MS


Lood (Pb)

W0423

ICP-MS


Zink (Zn)

W0423

ICP-MS


Minerale Olie (GC) (C10 - C40)

W7203

GC-FID

Cf. AP04-SG-XI/SB-V en Gw. NEN-EN-ISO

PCB (7)

W0271

GC-MS

Cf. AP04-SG-X & SB-IV

PAK som AS3000/AP04

W0271

GC-MS

Cf. AP04-SG-IX/SB-III & gw.NEN-ISO 18287

PAK (10 VROM)

W0271

GC-MS

Cf. AP04-SG-IX/SB-III & gw.NEN-ISO 18287

Zuurgraad (pH-CaCl2)

W0524

Potentiometrie

Cf. AP04-SG-I / SB-XI

16703

Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie juli 2011.






Bijlage 7 Toetsingstabel analyseresultaten


BoToVa T1 Partijbeoordeling kwaliteit van grond en bagger bij toepassing op of in de landbodem

Uw projectnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Datum monstername Monsternemer Certificaatnummer Startdatum Rapportagedatum

EN03506 Bbk 3 partijen Nij Beets CP1-NB2015 07-10-2015 Gerrit Sjoerd Plantinga 2015111375 07-10-2015 13-10-2015

Analyse

Eenheid

1 (MMA)

2 (MMB)

GSSD gem.

Oordeel

RG Eis

AW

AW x 2

Wonen

indust.

IW

Bodemtype correctie

Organische stof Lutum

4,6 4,5

4,5 5,1

4,55 4,8

kg % (m/m)

9,3 <1,0

9,3 <1,0

% (m/m) % (m/m) ds % (m/m) ds

82,2 4,6 4,5

82,9 4,5 5,1


30 <0,20 <3,0 7,6 <0,050 5,5 <1,5 50 32

30 <0,20 <3,0 7,7 <0,050 5,5 <1,5 22 31

86,18 0,2077 5,655 13,36 0,04718 13,01 1,05 51,64 61,94

<=AW <=AW <=AW <=AW <=AW <=AW Wonen <=AW

20 0,2 3 5 0,05 4 1,5 10 20

0,6 15 40 0,15 35 1,5 50 140

1,2 30 54 0,3 70 3 100 200

1,2 35 54 0,83

mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds mg/kg ds

<2,0 <3,0 4,8 28 17 6,3 56

<2,0 3,4 5,1 15 9,5 <3,0 36

100,9

<=AW

35

190


<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 0,0014 0,0013 0,0015 0,007

<0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 <0,0010 0,0049

0,01305

<=AW

0,0049

<0,010 0,091 0,036 0,19 0,1 0,13 0,054 0,097 0,068 0,084 0,86

0,013 0,19 0,061 0,32 0,16 0,17 0,07 0,12 0,076 0,095 1,3

1,066

<=AW

0,35

21 7,1

21 6,9

Voorbehandeling

Hoeveelheid aangeleverd monster Massa percentage artefacten Bodemkundige analyses

Droge stof Organische stof Lutum Metalen

Barium (Ba) Cadmium (Cd) Kobalt (Co) Koper (Cu) Kwik, niet vluchtig (Hg) Nikkel (Ni) Molybdeen (Mo) Lood (Pb) Zink (Zn)

88 210 200

4,3 190 190 4,8 100 190 530 720

920 13 190 190 36 100 190 530 720

190

190

500

5000

0,02

0,04

0,04

0,5

1

1,5

3

6,8

40

40

Minerale olie

Minerale olie (C10-C12) Minerale olie (C12-C16) Minerale olie (C16-C21) Minerale olie (C21-C30) Minerale olie (C30-C35) Minerale olie (C35-C40) Minerale olie totaal (C10-C40) Polychloorbifenylen, PCB

PCB 28 PCB 52 PCB 101 PCB 118 PCB 138 PCB 153 PCB 180 PCB (som 7) (factor 0,7)

Polycyclische Aromatische Koolwaterstoffen, PAK

Naftaleen Fenanthreen Anthraceen Fluorantheen Benzo(a)anthraceen Chryseen Benzo(k)fluorantheen Benzo(a)pyreen Benzo(ghi)peryleen Indeno(123-cd)pyreen PAK VROM (10) (factor 0,7)


Fysisch-chemische analyses

Meettemperatuur (pH-CaCl2) Zuurgraad (pH-CaCl2)

°C

Legenda <=AW: kleiner of gelijk achtergrondwaarde Eindoordeel: Altijd toepasbaar Deze toetsing is met behulp van BoToVa uitgevoerd. Eurofins Analytico B.V. is niet verantwoordelijk voor de uitkomst van deze toetsing. Mocht u een probleem in deze toetsing signaleren, dan verzoeken wij u vriendelijk dit door te geven aan [email protected]

Bijlage 8 Toelichting ‘Besluit bodemkwaliteit’


8 BESLUIT BODEMKWALITEIT Het Besluit bodemkwaliteit (Bbk) heeft ten doel milieuhygiënische voorwaarden te stellen aan de toepassing van bouwstoffen, grond en baggerspecie ter bescherming van de bodem en het oppervlaktewater. Kortom, streven naar duurzaam bodembeheer. Daarom stelt het Bbk randvoorwaarden aan het toepassen van bouwstoffen, grond en baggerspecie op of in de bodem en het oppervlaktewater. De Regeling bodemkwaliteit (Rbk) geeft een technische invulling aan de hoofdregels van het Bbk en uitleg over de uitvoering. In de Rbk staan onder andere de normen, de wijze waarop de kwaliteit van bouwstoffen, grond en baggerspecie kan worden bepaald en hoe de normen moet worden getoetst. Het Bbk en de Rbk vullen elkaar aan en zijn niet los van elkaar te gebruiken. 8.1 CERTIFICERING Grond die voor toepassing in werken in aanmerking komt, dient aan de kwaliteitseisen uit het Bbk te voldoen. De gebruiker dient te bewijzen, dat de grond aan deze kwaliteitseisen voldoet. Dit bewijs kan onder meer geleverd worden door het uitvoeren van een partijkeuring. In het kader van het Bbk zijn door het ministerie van VROM eisen gesteld aan degene die en de wijze waarop een partijkeuring dient te worden uitgevoerd. Het feitelijk onderzoek dient te worden uitgevoerd door een daartoe aangewezen gecertificeerde instantie. Kwalificatie van de monsterneming Enviso Ingenieursbureau voldoet aan het ISO 9001 kwaliteitssysteem evenals de BRL (beoordelingsrichtlijn) 1000 van het SIKB en is op basis hiervan gecertificeerd voor het procescertificaat ‘Monsterneming voor partijkeuringen’, versie 8.0, d.d. 17 juni 2009 (afgegeven door KIWA N.V. met nummer K20832). De monsterneming wordt uitgevoerd door gekwalificeerde medewerkers conform protocol 1001 ‘Monsterneming voor partijkeuringen grond en baggerspecie’, versie 2.0, d.d. 17 juni 2009. Certificering van de chemische analyses Het laboratorium Eurofins Analytico is door het ministerie van VROM aangewezen als één van de laboratoria die analyses in het kader van het Bbk mag uitvoeren. De aanwijzing van deze laboratoria vindt plaats door accreditatie op grond van het Accreditatieprogramma Besluit bodemkwaliteit (AP-04). Deze AP-04 accreditatie heeft betrekking op samenstellings- en uitloogonderzoek van grond. Het AP-04 stelt hoge eisen aan de wijze waarop metingen worden uitgevoerd, de hoeveelheid monstermateriaal die in bewerking wordt genomen en de monstervoorbehandeling. Op deze wijze wordt de kwaliteit van de analyses daadwerkelijk gewaarborgd. 8.2 TOETSINGSKADER Grond en baggerspecie die voldoen aan de achtergrondwaarden mogen altijd worden toegepast en grond en baggerspecie boven de grens van het onaanvaardbare risico mogen nooit worden toegepast. Dit geldt ook voor grond en baggerspecie die boven de interventiewaarden zijn verontreinigd als gevolg van lokale puntbronnen. Systeem van toetsing grond en baggerspecie Voor het bepalen van de milieuhygiënische toepassingsmogelijkheden van de grond of baggerspecie, dient getoetst te worden aan het lokale bodembeleid. Het lokale bodembeheer wordt het ‘gebiedsspecifieke kader’ genoemd. Voor de bodembeheerders die geen lokale normstelling wensen geldt het ‘generieke kader’. De kwaliteit van de toe te passen grond of baggerspecie moet aansluiten bij de functie van de toepassingslocatie. Daarom zijn voor zeven bodemfuncties referentiewaarden (maximale waarden) vastgesteld, de bodemkwaliteitsklassen. Deze zeven bodemfuncties worden gebruikt in het gebiedsspecifieke kader. Voor het generieke kader zijn de zeven bodemfunctieklassen voor grond samengevoegd tot twee bodemfunctieklassen: Wonen en Industrie. Voor waterbodem zijn geen bodemfunctieklassen vastgesteld. Alle locaties die niet zijn ingedeeld vallen automatisch onder de achtergrondwaarden. • Achtergrondwaarden (altijd toepasbaar): moestuinen en volkstuinen, natuur en landbouwgrond; • Bodemfunctieklasse Wonen: wonen met tuin, plaatsen waar kinderen spelen, groen met natuurwaarden; • Bodemfunctieklasse Industrie: ander groen, bebouwing, industrie, infrastructuur. Generieke toetsingskader Binnen het generieke kader wordt het gebruik van de landbodem geografisch vastgelegd in bodemfunctieklassen, en wordt zowel de landbodem als de waterbodem ingedeeld in bodemkwaliteitsklassen. De toepassingseisen die op een bepaalde locatie gelden worden gevormd door de combinatie van de eis die op grond van de bodemfunctieklasse geldt, en de eis die op grond van de ter plekke aanwezige bodemkwaliteitsklasse geldt. De strengste van die twee geeft de uiteindelijke eis. Er zijn op deze algemene systematiek twee uitzonderingen: 1 Bij het op de kant brengen van baggerspecie op het direct aan de watergang gelegen perceel hoeft de kwaliteit van die baggerspecie alleen aan de door het Bbk gegeven kwaliteitseisen te doen; 2 Toepassingen die dikker zijn dan 2 meter en in een omgeving van meer dan 5.000 m3, de zogenaamde grootschalige toepassingen van grond en baggerspecie. Deze kunnen worden uitgevoerd wanneer wordt voldaan aan door het Bbk gegeven standaardnormen. In dat geval hoeft alleen te worden voldaan aan een aantal standaardnormen.

Gebiedsspecifieke kader Door het bevoegd gezag is in het bodembeleid gebiedsspecifiek toetsingskader vastgesteld. De toetsingsmethodiek is gelijk aan de toetsingsmethodiek aan het generieke kader, waarbij de maximale waarden zijn gewijzigd in lokale maximale waarden. Gehanteerde waarden • Achtergrondwaarden: Landelijke geldende waarden voor een multifunctionele bodemkwaliteit die de grens vormen aan wat in het dagelijks gebruik ‘schone grond en bagger’ wordt genoemd; • Maximale waarden voor de bodemfunctieklassen: landelijk vastgestelde generieke waarden voor de bodemkwaliteit die voor een groep van bodemfuncties in algemene zin de bovengrens aangeeft van wat als een duurzaam geschikte toestand wordt beschouwd. Voor de generieke toetsing van op de landbodem toe te passen grond en baggerspecie worden twee bodemfunctieklassen onderscheiden: Wonen en Industrie; • Maximale waarden voor de bodemkwaliteitsklassen: landelijk vastgestelde generieke waarden voor klassen waarin de actuele bodemkwaliteit kan worden ingedeeld. Voor de generieke toetsing van op de landbodem toe te passen grond en baggerspecie worden twee bodemkwaliteitsklassen onderscheiden: Wonen en Industrie. Bij toepassing op de waterbodem worden eveneens twee bodemkwaliteitsklassen onderscheiden: klasse A en klasse B; • Interventiewaarden: landelijk geldende waarden die aangeven dat bij overschrijding sprake is van potentiële ernstige vermindering van de functionele eigenschappen die de bodem heeft voor mens, plant of dier, als bedoeld in de Wet bodembescherming. Bij overschrijding van deze waarden moet nader worden onderzocht welke maatregelen nodig zijn om de risico’s voor mens, plant of dier ongedaan te maken en of spoedige sanering op grond van artikel 37 van de Wet bodembescherming nodig is; • Lokale maximale waarden: Lokaal vastgestelde waarden voor de bodemkwaliteit waaraan de toe te passen grond en baggerspecie moet voldoen. Partijen grond die voldoen aan de kwaliteitseisen Achtergrondwaarden (AW) zijn betreft de milieuhygiënische kwaliteit per definitie binnen het generieke kader én het gebiedsspecifieke kader altijd vrij toepasbaar. 8.3 TOETSING Toetsing aan Besluit bodemkwaliteit De samenstellingswaarden worden voor toepassing in of op landbodem getoetst aan de Achtergrondwaarden (AW, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Rbk), de bodemkwaliteitsklasse Wonen en de bodemkwaliteitsklasse Industrie. Deze waarden zijn afhankelijk van het humus- en het lutumgehalte. De samenstellingswaarden worden voor toepassing in of op waterbodem getoetst aan de Achtergrondwaarden (AW, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Rbk), de bodemkwaliteitsklasse A en de bodemkwaliteitsklasse B. Deze waarden zijn afhankelijk van het humus- en het lutumgehalte. Als de verhouding tussen de hoogste en laagste werkelijk gemeten waarde gelijk aan of hoger is dan een factor 2,5, dan moet worden nagegaan of er sprake is van fouten in de monsterneming en/of analyseprocedure. Als een meetwaarde kleiner is dan de bepalingsgrens van de analyse, dan wordt met de vastgestelde waarde (bepalingsgrens) de gemiddelde meetwaarde bepaald. 8.4 BODEMKWALITEITSKLASSE Na relatering aan de samenstellingswaarden kunnen de onderstaande hergebruiksmogelijkheden worden onderscheiden: AW (achtergrondwaarden) Grond of baggerspecie kan vrij, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op zowel landals waterbodem, indien (zie artikel 4.2.2 en 4.10.2 van Rbk): • de gehalten van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden AW (achtergrondwaarden = schone grond) overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond of baggerspecie in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. danwel: • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Wonen (Wo) overschrijdt, én • bij meting van tenminste 2 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalte van max. 1 stof verhoogd is; • bij meting van tenminste 7 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 2 stoffen verhoogd zijn; • bij meting van tenminste 16 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 3 stoffen verhoogd zijn; • bij meting van tenminste 27 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 4 stoffen verhoogd zijn; • bij meting van tenminste 37 stoffen de rekenkundig gemiddelde gehalten van max. 5 stoffen verhoogd zijn; • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. De partij kan volgens het generieke kader in of op zowel landals waterbodem vrij worden toegepast, er hoeft geen rekening te worden gehouden met de kwaliteit en functie van de bodem ter plaatse van de toepassingslocatie.

Bodemkwaliteitsklasse Wonen Grond of baggerspecie kan als Wonen, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op landbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Wonen (Wo) overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. De partij kan volgens het generieke kader in of op landbodem worden toegepast, mits de bodem ter plaats van de toepassingslocatie zowel de kwaliteit als functie wonen of industrie heeft. Bodemkwaliteitsklasse Industrie Grond of baggerspecie kan als Industrie, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op landbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Industrie (In) overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. De partij kan volgens het generieke kader in of op landbodem worden toegepast, mits de bodem ter plaats van de toepassingslocatie zowel de kwaliteit als functie industrie heeft. Kwaliteitsklasse A Grond of baggerspecie kan als kwaliteitsklasse A, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op waterbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden kwaliteitsklasse A overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. De partij kan volgens het generieke kader in of op waterbodem worden toegepast, mits de waterbodem ter plaats van de toepassingslocatie de kwaliteitsklasse A of B heeft. Kwaliteitsklasse B Grond of baggerspecie kan als kwaliteitsklasse B, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op waterbodem, indien (zie artikel 4.2.1 en 4.10.2 van Rbk): • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden kwaliteitsklasse B overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. De partij kan volgens het generieke kader in of op waterbodem worden toegepast, mits de waterbodem ter plaats van de toepassingslocatie de kwaliteitsklasse B heeft. Niet toepasbaar Grond of baggerspecie is niet toepasbaar, indien: • de gehalten van de stoffen de waarden voor bodemkwaliteitsklasse Industrie c.q. B overschrijden. Mogelijk dat de partij voldoet aan de voorwaarden voor het gebiedsspecifieke toetsingskader (artikel 44 t/m 53 van Bbk). Zo niet, dan dient te partij te worden gereinigd of te worden gestort. Grootschalige toepassing Op grond van artikel 63 in het Bbk mogen alleen de volgende toepassingen onder de noemer van grootschalige toepassingen worden toegepast: • toepassingen van grond en baggerspecie in bouwen wegconstructies, waaronder wegen, spoorwegen en geluidswallen; • toepassingen van grond en baggerspecie voor het afdekken van een saneringslocatie of een stortplaats, met het oog op het voorkomen van nadelige gevolgen van de omgeving; • toepassingen van grond en baggerspecie in ophogingen in waterbouwkundige constructies en voor het verondiepen en dempen van oppervlaktewater met het oog op de hoogtewaterbescherming, de doelstellingen van de Kaderrichtlijn water, bevordering van natuurwaarden en de vlotte en veilige afwikkeling van de scheepvaart; • toepassing van grond en baggerspecie in aanvullingen, waaronder de herinrichting en stabilisering van voormalige winplaatsen voor delfstoffen. Voor overige toepassingen, zoals ophogingen van industrieterreinen en woningbouwlocaties, verspreiding of tijdelijke opslag van baggerspecie, kan dus niet worden gekozen voor het toetsingskader voor grootschalige toepassingen.

Grond kan als grootschalige toepassing, dus zonder bodembeschermende IBC-maatregelen, worden toegepast in of op zowel landals waterbodem, indien: • de partijkeuring heeft plaatsgevonden conform het gebruikersprotocol voor schone grond, én • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Industrie (In) overschrijdt, én • de grond aanééngesloten wordt verwerkt in hoeveelheden van tenminste 5.000 m3, én • de grond wordt verwerk met een minimale hoogte van 2 meter (voor wegen en spoorwegen geldt een minimale toepassingshoogte van 0,5 meter), én • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de emissietoetswaarden (mg/kg.ds, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Regeling bodemkwaliteit) overschrijdt, én • het gehalte van géén van de gemeten stoffen de maximale emissiewaarden (mg/kg L/S 10, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Regeling bodemkwaliteit) overschrijdt, én • het voornemen tot gebruik van de grond in een werk, vijf werkdagen voor gebruik van te voren melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag, zie ook ‘Meldingsplicht voor toepassing’. Een grootschalige toepassing moet worden afgedekt met een leeflaag van tenminste 0,5 meter. De leeflaag moet geschikt zijn voor de functie en passen bij de daadwerkelijke kwaliteit van de omliggende bodem. Toetsing aan de emissie(toets)waarden Indien uit toetsing is gebleken dat de gehalten van één of meerdere anorganische parameters groter is dan de emissietoetswaarden (mg/kg.ds, zie tabel 1 en 2 bijlage B van de Regeling bodemkwaliteit) en kleiner dan de maximale waarden bodemkwaliteitsklasse Industrie, dan dient voor die anorganische parameters een uitloogproef te worden uitgevoerd. Om de uitloogwaarde te bepalen wordt in het laboratorium een kolomproef op de grond uitgevoerd. De kolomproef dient te worden uitgevoerd volgens NEN 7373 of NEN 7383 door een door VROM erkend laboratorium. Er vindt bij deze proef gedurende een vastgestelde periode een continue doorstroming plaats van licht aangezuurd water door een kolom waarin zich een monster van de grond bevindt. Na analyse van het uitloogwater wordt de emissiewaarde berekend. Emissietoetswaarden en Maximale emissiewaarden parameters Bbk Parameter Emissietoetswaarde (mg/kg ds) Maximale emissiewaarden (mg/kg L/S 10) Barium n.v.t. n.v.t. Cadmium 4,3 0,051 Kobalt 130 0,24 Koper 113 1,0 Kwik 4,8 0,49 Lood 308 15 Molybdeen 105 0,48 Nikkel 100 0,21 Zink 430 2,1 De waarden in bovenstaande tabel gelden voor standaard bodem: humus 10% en lutum 25% 8.5 SPLITSEN VAN PARTIJEN Het Bbk biedt de mogelijkheid om partijen te splitsen, zoals beschreven in artikel 4.3.1. van de Rbk. Na splitsing van een partij kan voor de deelpartijen gebruik worden gemaakt van de milieuhygiënische verklaring voor de oorspronkelijk partij. Degene die de splitsing uitvoert blijft verantwoordelijk voor de splitsing en moet onderstaande gegevens in de administratie vastleggen: • de relatie tussen de deelpartij en de oorspronkelijke partij; • de persoon of instelling die de splitsing heeft uitgevoerd; • de datum waarop de splitsing is uitgevoerd. 8.6 MELDINGSPLICHT VOOR TOEPASSING Degene die voornemens is grond of baggerspecie toe te passen als bedoeld in het Bbk dient in beginsel dat voornemen tenminste vijf werkdagen van te voren te melden via de Minister van VROM bij het bevoegd gezag. In de praktijk zal een dergelijke melding geschiede via het meldpunt bodemkwaliteit (meldpuntbodemkwaliteit.agentschapnl.nl) aan Agentschap NL dat daartoe is gemandateerd door de Ministerie van VROM. De meldingsplicht geldt niet voor de volgende toepassingen: • de toepassing van grond of baggerspecie door particulieren; • het toepassen van grond of baggerspecie binnen een landbouwbedrijf indien de grond of baggerspecie afkomstig is van een tot dat landbouwbedrijf behorende perceel grond waarop een vergelijkbaar gewas wordt toegepast; • het toepassen van grond of baggerspecie uit de watergang over de aan het watergang grenzende perceel met het oog op het herstellen of verbeteren van het profiel van de watergang of de aan de watergang grenzende percelen; • het toepassen van schone grond en baggerspecie in hoeveelheden kleiner dan 50 m3. Houd rekening met het lokale bodembeleid van de gemeente, in diverse gemeenten is een gebiedsspecifiek toetsingskader opgesteld.

Bijlage 5 Analysecertificaat controlemonster


Enviso BV T.a.v. Sander Oosting Postbus 508 9200 AM DRACHTEN

Analysecertificaat Datum: 17-Dec-2015

Hierbij ontvangt u de resultaten van het navolgende laboratoriumonderzoek. Certificaatnummer/Versie Uw project/verslagnummer Uw projectnaam Uw ordernummer Monster(s) ontvangen

2015140619/1 EN03376 Twijzelerheide B01 09-Dec-2015

Dit certificaat mag uitsluitend in zijn geheel worden gereproduceerd. De analyse resultaten hebben alleen betrekking op het beproefde object. De grondmonsters worden tot 4 weken na datum ontvangst bewaard en watermonsters tot 2 weken na datum ontvangst. Zonder tegenbericht worden de monsters nadien afgevoerd. Indien de monsters langer bewaard dienen te blijven verzoeken wij U dit exemplaar uiterlijk 1 werkdag voor afloop van de standaardbewaarperiode ondertekend aan ons te retourneren. Voor de kosten van het langer bewaren van monsters verwijzen wij naar de prijslijst.

Bewaren tot: Datum:

Naam:

Handtekening:

Wij vertrouwen erop uw opdracht hiermee naar verwachting te hebben uitgevoerd, mocht U naar aanleiding van dit analysecertificaat nog vragen hebben verzoeken wij U contact op te nemen met de afdeling Verkoop en Advies.

Met vriendelijke groet, Eurofins Analytico B.V.

Ing. A. Veldhuizen Technical Manager

Eurofins Analytico B.V. Gildeweg 44-46 3771 NB Barneveld P.O. Box 459 3770 AL Barneveld NL

Tel. +31 (0)34 242 63 00 BNP Paribas S.A. 227 9245 25 Fax +31 (0)34 242 63 99 VAT/BTW No. NL 8043.14.883.B01 E-mail [email protected] KvK No. 09088623 Site www.eurofins.nl IBAN: NL71BNPA0227924525 BIC: BNPANL2A



EN03376 Twijzelerheide B01


Sander Oosting Grond; Grond (AS3000)


Eenheid

Analyse

2015140619/1 10-Dec-2015 17-Dec-2015/15:36 A,B,C 1/1

1

Bodemkundige analyses

Q

% (m/m)

77.1

In behandeling genomen hoeveelheid

kg

11.8

Asbest fractie <0,5mm

mg

-

Asbest fractie 0,5-1mm

mg

-

Asbest fractie 1-2mm

mg

-


mg

-


mg

-


mg

-

Asbest fractie >16mm

mg

-

Asbest (som)

mg

-

Droge stof Uitbesteed / Overig onderzoek

Gemeten Asbestconcentratie

mg/kg ds

<2

Asbest in grond (gewogen NEN 5707)

mg/kg ds

n.a.

Gemeten concentratie (OG)

mg/kg ds

-

Gemeten concentratie (BG)

mg/kg ds

5.7

Gemeten concentratie Crocidoliet

mg/kg ds

n.a.

Concentratie Crocidoliet (OG)

mg/kg ds

-

Concentratie Crocidoliet (BG)

mg/kg ds

-

Gemeten concentratie Amosiet

mg/kg ds

n.a.

Concentratie Amosiet (OG)

mg/kg ds

-

Concentratie Amosiet (BG)

mg/kg ds

-

Gemeten concentratie Chrysotiel

mg/kg ds

n.a.

Concentratie Chrysotiel (OG)

mg/kg ds

-

Concentratie Chrysotiel (BG)

mg/kg ds

5.7

Totaal asbest hechtgebonden

mg/kg ds

<2

Totaal asbest niet hechtgebonden

mg/kg ds

<2

1)


Datum monstername

1

09-Dec-2015

B01







Monster nr.

8834285

Akkoord Pr.coörd.

GW TESTEN RvA L010

Bijlage (A) met deelmonsterinformatie behorende bij analysecertificaat 2015140619/1 Pagina 1/1 Monster nr.

8834285

Boornr

Omschrijving

Van

B01

Tot

Barcode

0540093040

Monsteromschrijving

B01






Bijlage (B) met opmerkingen behorende bij analysecertificaat 2015140619/1 Pagina 1/1 Opmerking 1)

Deze bepaling is uitbesteed bij L376. Het originele certificaat van dit onderzoek is op verzoek verkrijgbaar.






.

Bijlage (C) met methodeverwijzingen behorende bij analysecertificaat 2015140619/1

Analyse

Methode

Techniek

Methode referentie

Droge stof RPS/ACMAA

P0902

Extern

Externe methode

Asbest in grond tot 10 kg (ACMAA)

P0902

Extern

Externe methode AS3000

Pagina 1/1

Nadere informatie over de toegepaste onderzoeksmethoden alsmede een classificatie van de meetonzekerheid staan vermeld in ons overzicht "Specificaties analysemethoden", versie juli 2011.






Bijlage 6 Foto’s



Inspectie Leefomgeving en Transport Miníxer

i

ev

an Inft as v u cwur en Milieu

> RetouEdres Postbus 16191 2500 BD Den Haag

Wijmenga Rentmeesters Ia.v. de heer J. Ebberc Postbus 47

ILT/Water, Producten en Stcffen

9250 AA Burgum

Gr¿adt van Roggenuæg 500

Handhavin g R¡sicovol le

Stofün U

trecht

Postbus 16191 2500 BD Den Haag

www,ilent,nl

Contactpersoon Meld- e n Inb rmatiecentrum

T

088 489 00 00

Ons kenmerk

Datum

29 januari 2016

Betreft

Tekortkoming voldoende

tt243t he

rsteld

B¡jlage(n)

Geachte heer Ebbers,

In mijn brief van 8 mei 2015 heb iku, ab vertegenwoordigervan de erven van wijlen de heer B. Faber, gewezen op een tekortkoming met betrekking tot het voorhanden hebben van een asbesthoudende locatie. Het gaat om een met asbest verontrcinigdeweg/erf, te weten Sije Hestestrjitte 17 te Twijzelerheide, kadastraal bekend onder de gerneente Kooten sectie D nummer 4099. Ik heb vastgesteld dat u de geænstateerde tekortkoming heeft hersteld.In de bijgevoegde LUst van tekortkomingen heb ik de status van de tekortkoming aa ngepast in "georrigee rd ".

Afschrift Een aßchrift van deze brief wordt gezonden aan het college van burgemeester en

wethoudes van de gemeente Achtkarspelen. Hooga chte nd, DE INSPECTEUR ILT/WATER, PRODUCTEN en STOFFEN

P,C,

de Rooij

Pagina 1 van 2

ILT/Water, Producten en

Lijst van tekortkomingen, 29 januari 2016

Stdfen

Besluit asbestwege n milie u be hee r

Stoffrn

Gemeente Achtkarspelen: Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide

Conta(tgegevens Meld- en Inbrmatiecentrum

Handhavin g Risicovol le

T 088 489 00 00 F 070 456 30 13

Tekortkoming

Ons kenmerk

It243t Regelgeving

Categorie

Status

Artikel 2 Besluit

n.v.t.

g e co

rrigee rd

Uiterste oplosdatum n.v,t,

asbestwegen milie

u be

hee

r

Eis

Beëindiging ovetreding artikel 2 Besluit asbestwegen milieubeheer Tekortkoming Het voorhanden hebben van een asbesthoudende weg is veóoden Bewijs

Evaluatie asbest in puin sanering Sije Hesterstrjitte 17 te Twijzelerheide, kenmerk 160018, Prcjectnummer EN03376, d.d. 13 januari 2016 door Enviso Inoenieutsbu reau

Pag¡na 2 van 2

B i j l a g e

4 :

W a t e r t o e t s

R e g e l s

005.00.12.36.00.rgl

I n h o u d s o p g a v e Hoofdstuk 1 Inleidende regels Artikel 1

Begrippen

3

Artikel 2

Wijze van meten

7

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels Artikel 3

Groen

11

Artikel 4

Tuin

12

Artikel 5

Verkeer – Verblijfsgebied

13

Artikel 6

Wonen

14

Hoofdstuk 3 Algemene regels Artikel 7

Anti-dubbeltelregel

21

Artikel 8

Algemene bouwregels

22

Artikel 9

Algemene afwijkingsregels

23

Artikel 10 Algemene procedureregels

25

Artikel 11 Overige regels

26

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels Artikel 12 Overgangsrecht

31

Artikel 13 Slotregel

32

005.00.12.36.00.rgl

H o o f d s t u k I n l e i d e n d e

005.00.12.36.00.rgl

1 r e g e l s

Artikel 1 Begrippen

In deze regels wordt verstaan onder: 1.

het plan: het bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide met identificatienummer NL.IMRO.0059.BPThTuorrebSijeHes-VO01 van de gemeente Achtkarspelen;

2.

bestemmingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels;

3.

aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van gebruik en/of bebouwen van deze gronden;

4.

aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;

5.

aanbouw: een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

6.

aan-huis-verbonden beroep of bedrijf: een dienstverlenend beroep of bedrijf, dat in of bij een woonhuis wordt uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;

7.

bebouwing: één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;

8.

be s t a a n d : het legale gebruik dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, krachtens een bouwvergunning (vóór 1 oktober 2010)/omgevingsvergunning voor het bouwen (ná 1 oktober 2010);

9.

bestemmingsgrens: de grens van een bestemmingsvlak;

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 1 Begrippen

3

10.

bestemmingsvlak: een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;

11.

bijgebouw: een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

12.

bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;

13.

bouwgrens: de grens van een bouwvlak;

14.

bouwlaag: een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;

15.

bouwperceel: een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;

16.

bouwperceelgrens: een grens van een bouwperceel;

17.

bouwvlak: een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;

18.

bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;

19.

dak: iedere bovenbeëindiging van een gebouw;

20.

detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;

4


21.

eerste bouwlaag: de bouwlaag op de begane grond;

22.

erf: een al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een gebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;

23.

gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

24.

hoofdgebouw: een gebouw dat, gelet op de bestemming, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel kan worden aangemerkt;

25.

kampeermiddel: een mobiel en/of demontabel kampeermiddel en/of vast kampeermiddel dan wel enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, een en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;

26.

mobiele en/of demontabel kampeermiddel: een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan; enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, op een (kleinschalig) kampeerterrein gedurende een periode ten hoogste 3 aansluitende maanden per kampeerseizoen;

27.

overkapping: elk bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat een overdekte ruimte vormt zonder, dan wel met ten hoogste één wand;

28.

peil: 1. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang direct aan de weg grenst:

- de hoogte van de weg ter plaatse van die hoofdtoegang; 2. voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst:

- de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw; 3. indien in of op het water wordt gebouwd:

- het Nieuw Amsterdams Peil;


5

29.

prostitutie: het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;

30.

seksinrichting: de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;

31.

uitbouw: een gebouw dat als vergroting van een reeds gerealiseerde ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;

32.

vast kampeermiddel: een stacaravan, trekkershut of ander recreatief verblijf, welke naar aard en inrichting bestemd is om duurzaam ter plaatse te blijven en al dan niet direct steun vindt in of op de grond en daardoor als bouwwerk is aan te merken;

33.

verkoop van goederen via internet : een vorm van detailhandel, dat vanuit een woonhuis wordt uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;

34.

woning: een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.

6


Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten: a.

de dakhelling: langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

b.

de goothoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

c.

de inhoud van een bouwwerk: tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

d.

de bouwhoogte van een bouwwerk: vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;

e.

de oppervlakte van een bouwwerk: tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.

Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 m bedraagt.


7

H o o f d s t u k

2

B e s t e m m i n g s r e g e l s

005.00.12.36.00.rgl

Artikel 3 Groen

3.1

Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Groen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

groenvoorzieningen;

b.

bermen en beplanting;

c.

paden;

d.

waterlopen en waterpartijen,

met daaraan ondergeschikt: e.

verhardingen,

met de daarbij behorende: f.

bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

3.2

Bouwregels

a.

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel: -

de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 5,5 m bedragen.

3.3

Omgevingsvergunning

voor

het

uitvoeren

van

een

werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden a.

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren: -

b.

het kappen of rooien van opgaand houtgewas.

De onder a bedoelde omgevingsvergunning is niet vereist voor normaal onderhoud en beheer.

c.

De onder a bedoelde omgevingsvergunning mag worden verleend, indien door uitvoering van het werk of de werkzaamheden niet onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de landschappelijke waarde van de elzensingels en houtwallen.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 3 Groen

11

Artikel 4 Tuin

4.1


De voor ‘Tuin’ aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

voortuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen,

met daaraan ondergeschikt: b.

wegen en paden;

c.

groenvoorzieningen;

d.

parkeervoorzieningen;

e.

waterlopen en waterpartijen.

4.2

Bouwregels

a.

Met uitzondering van erkers (tot een breedte van ten hoogste 50% van de breedte van de gevel van het hoofdgebouw en tot een diepte van ten hoogste 1 m en een bouwhoogte van ten hoogste 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw) mogen geen gebouwen worden gebouwd.

b.

Met uitzondering van omgevingsvergunningvrije bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en vlaggenmasten met een bouwhoogte van niet meer dan 8 m, mogen geen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.

12

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 4 Tuin

Artikel 5 Verkeer – Verblijfsgebied

5.1


De voor ‘Verkeer – Verblijfsgebied’ aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

(woon)straten;

b.

paden;

c.


d.

groenvoorzieningen;

e.

speelvoorzieningen;

f.

waterlopen en waterpartijen,

met de daarbij behorende: g.


5.2

Bouwregels

a.

Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

b.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel: -

de bouwhoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, mag niet meer dan 5,5 m bedragen.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 5 Verkeer – Verblijfsgebied

13

Artikel 6 Wonen

6.1


De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor: a.

vrijstaande dan wel twee-onder-een-kapwoningen, al dan niet in combinatie met:

b.

-

ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf;

-

verkoop van goederen via internet;

aanen uitbouwen en bijgebouwen,

met de daarbij behorende: c.

erven;

d.

paden;

e.

openbare nutsvoorzieningen;

f.

waterlopen en waterpartijen;

g.


h.


Het parkeren ten behoeve van de bestemming en het realiseren van parkeervoorzieningen dient plaats te vinden op het eigen terrein/erf.

6.2

Bouwregels

a.

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels: 1. als hoofdgebouw dienen uitsluitend woningen te worden gebouwd, met dien verstande dat uitsluitend vrijstaande woningen dan wel twee-onder-een-kapwoningen mogen worden gebouwd; 2. het aantal woningen bedraagt ten hoogste het aangegeven aantal ter plaatse van de aanduiding “maximum aantal wooneenheden”; 3. een hoofdgebouw dient uitsluitend binnen een bouwvlak te worden gebouwd; 4. de afstand van hoofdgebouwen tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt ten minste 2,5 m; 5. de goothoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 6 m bedragen; 6. de bouwhoogte van een hoofdgebouw mag niet meer dan 11 m bedragen; 7. de dakhelling van een hoofdgebouw mag niet minder dan 20° en niet meer dan 60° bedragen.

14

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 6 Wonen

b.

Voor het bouwen van aanen uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen bij hoofdgebouwen gelden de volgende regels: 1. de gezamenlijke oppervlakte van de aanen uitbouwen en aangebouwde en vrijstaande bijgebouwen en overkappingen per woning mag niet meer dan 75 m² bedragen. -

Wanneer de gezamenlijke oppervlakte van het bouwperceel en de gronden bestemd als ‘Tuin’ meer is dan 500 m² mag deze oppervlakte ten hoogste 100 m² bedragen.

-

Wanneer de gezamenlijke oppervlakte van het bouwperceel en de gronden bestemd als ‘Tuin’ meer is dan 1000 m² mag deze oppervlakte ten hoogste 150 m² bedragen, met dien verstande dat de gezamenlijke oppervlakte van vrijstaande bijgebouwen niet meer dan 100 m² mag bedragen;

2. de gezamenlijke oppervlakte van aanen uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en overkappingen mag ten hoogste 100% van de oppervlakte van de woning bedragen, met een maximum van 75 m²; 3. ten hoogste 50% van het erf buiten het bouwvlak gelegen mag worden bebouwd; 4. de goothoogte van een aanen uitbouw en een aangebouwd bijgebouw en overkappingen mag niet meer dan 0,30 m boven de vloer van de eerste verdieping van het hoofdgebouw bedragen; 5. de goothoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer dan 2,5 m bedragen; 6. de bouwhoogte van een aanen uitbouw en een aangebouwd bijgebouw en overkappingen is ten minste 1 m lager dan de bouwhoogte van het hoofdgebouw; 7. de bouwhoogte van een vrijstaand bijgebouw mag niet meer dan 6 m bedragen; 8. de dakhelling van een aanen uitbouw en een bijgebouw mag niet minder dan 15° bedragen, tenzij deze gebouwen plat zijn afgedekt; 9. de afstand tussen vrijstaande bijgebouwen onderling en ten opzichte van het hoofdgebouw met aanen uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen mag niet minder dan 1 m bedragen. c.

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels: 1. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 m bedragen; 2. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 5,5 m bedragen.


15

6.3

Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik in strijd met deze bestemming wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen: a.

het gebruiken of laten gebruiken van vrijstaande bijgebouwen voor bewoning;

b.

het gebruiken of laten gebruiken van vrijstaande bijgebouwen voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf;

c.

het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken voor de realisatie van een hoofdgebouw in de vorm van rijenwoningen;

d.

het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken voor detailhandel, met uitzondering van de verkoop van goederen via internet en overige bedrijfs- en/of de daarvoor benodigde opslagruimte;

e.

in de in lid 6.2 onder a genoemde hoofdgebouwen een aan-huisverbonden beroep of bedrijf uit te oefenen in strijd met de volgende regels: 1. ten hoogste 30% van de begane grond oppervlakte van de woning inclusief aanen uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen met een maximum van 45 m² mag voor het aan-huis-verbonden beroep of bedrijf worden aangewend; 2. alleen het beroeps- of bedrijfsmatig gebruik dat niet vergunningplichtig of meldingplichtig is ingevolge de Wet milieubeheer is toegestaan; 3. detailhandel is uitsluitend toegestaan voor zover ondergeschikt aan en voortvloeiend uit het beroeps- of bedrijfsmatig gebruik; 4. horecabedrijven en seksinrichtingen zijn niet toegestaan;

f.

vanuit de in artikel 6.2 onder a genoemde hoofdgebouwen de verkoop van goederen via internet uit te oefenen in strijd met de onderstaande regels: 1. ten hoogste 30% van de begane grond oppervlakte van de woning inclusief aanen uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen met een maximum van 45 m², mag worden aangewend ten behoeve van de internetverkoop; 2. alleen het gebruik dat niet vergunningplichtig of meldingplichtig is ingevolge de Wet milieubeheer, is toegestaan; 3. er geen fysiek klantencontact plaatsvindt; 4. er geen afhaal van goederen plaatsvindt; 5. er ter plaatse geen uitstalling van de koopwaar plaatsvindt; 6. er geen reclame-uitingen bij de woning zijn toegestaan; 7. de bevoorrading gebeurt in de dagperiode (07:00 - 19:00 uur).

16


6.4

Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, het plan wijzigen in die zin dat: a.

de afmeting, de situering en de vorm van de aangegeven bouwvlakken worden gewijzigd met dien verstande dat: 1. de oppervlakte van het bouwvlak van vrijstaande woningen ten hoogste 150 m² mag bedragen; 2. de overige bouwvlakken met ten hoogste 20% mogen worden vergroot; 3. het bouwvlak maximaal 15 m diep is; 4. het bouwvlak op ten minste 2,5 m uit de zijdelingse perceelsgrens blijft; 5. de diepte van het erf achter het bouwvlak minimaal 5 m bedraagt; 6. de bouwregels van deze bestemming voor het overige onverkort van toepassing blijven.

Op de voorbereiding van een besluit tot wijziging op grond van lid 6.4 is de procedure opgenomen in artikel 10 van toepassing.


17

H o o f d s t u k A l g e m e n e

005.00.12.36.00.rgl

3 r e g e l s

Artikel 7 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 7 Anti-dubbeltelregel

21

Artikel 8 Algemene bouwregels

Voorwaardelijke bepaling Een omgevingsvergunning voor het bouwen van bouwwerken kan uitsluitend worden verleend wanneer een elzensingel als bedoeld in paragraaf 2.2 van de toelichting is gerealiseerd, dan wel dat een elzensingel als bedoeld in paragraaf 2.2 van de toelichting krachtens een voorschrift verbonden aan de omgevingsvergunning voldoende is verzekerd. De elzensingel dient te zijn gerealiseerd uiterlijk 1 jaar ná het gereed komen van de bouwwerkzaamheden waarvoor omgevingsvergunning voor het bouwen door het bevoegd gezag is verleend.

22

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 8 Algemene bouwregels

Artikel 9 Algemene afwijkingsregels

Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, bij een omgevingsvergunning afwijken van: a.

de bij recht in het plan gegeven maten, afmetingen, percentages tot niet meer dan 10% van die maten, afmetingen en percentages;

b.

het bepaalde in het plan en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of –intensiteit daartoe aanleiding geven;

c.

het bepaalde in het plan en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;

d.

het bepaalde in het plan en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden verhoogd dan wel gebouwd tot een bouwhoogte van niet meer dan 10 m;

e.

het bepaalde in het plan en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van antennemasten worden verhoogd dan wel gebouwd tot een bouwhoogte van niet meer dan 15 m, met dien verstande dat antennemasten uitsluitend op meer dan 1 m achter de naar de weg gekeerde gevel, dan wel achter het verlengde daarvan, mogen worden gebouwd;

f.

het bepaalde in het plan en toestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, en ten behoeve van lichtmasten, antennemasten ten behoeve van mobiele telecommunicatie en/of sirenemasten worden verhoogd dan wel gebouwd tot een bouwhoogte van niet meer dan 40 m;

g.

het bepaalde in het plan en toestaan dat gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen worden verhoogd dan wel gebouwd, mits de bouwhoogte niet meer dan 1,25 maal de maximale (bouw)hoogte van het betreffende gebouw bedraagt;

h.

het bepaalde in het plan ten aanzien van de dakhelling en toestaan dat afwijkende dakvormen als mansardedaken, gebogen dakvormen en platte daken worden gerealiseerd;

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 9 Algemene afwijkingsregels

23

i.

het bepaalde in het plan ten aanzien van de oppervlakte van aanen uitbouwen bij woningen en toestaan dat de oppervlakte van aanen uitbouwen ten behoeve van gehandicapten en mindervaliden wordt vergroot met niet meer dan 25 m²;

j.

het bepaalde in het plan ten aanzien van de bouwhoogte van een aanen uitbouw en een aangebouwd bijgebouw en toestaan dat de bouwhoogte van aanen uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen bij plat afgedekte hoofdgebouwen bestaande uit 1 bouwlaag ten hoogste gelijk is aan de hoogte van dat hoofdgebouw.

24

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 9 Algemene afwijkingsregels

Artikel 10 Algemene procedureregels

10.1 A f w i j k e n b i j o m g e v i n g s v e r g u n n i n g Op de voorbereiding van een besluit tot afwijking bij een omgevingsvergunning is de in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht genoemde procedure van toepassing.

10.2 W i j z i g i n g s b e v o e g d h e d e n Op de voorbereiding van een besluit tot wijziging is de in de Wet ruimtelijke ordening genoemde procedure van toepassing.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 10 Algemene procedureregels

25

Artikel 11 Overige regels

11.1 A l g e m e n e o m g e v i n g s v e r g u n n i n g v o o r h e t s l o p e n v a n een bouwwerk aanwezig bij inwerkingtreding van het bestemmingsplan a.

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag bouwwerken aanwezig bij inwerkingtreding van het bestemmingsplan, geheel of gedeeltelijk te slopen.

b.

Het bepaalde in sub a geldt niet voor het uitvoeren van sloopwerkzaamheden die: 1.

plaatsvinden in het kader van het normale onderhoud;

2.

al in uitvoering waren op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan;

3.

plaatsvinden aan bestaande bebouwing indien door een deskundige zoals bedoeld in de Flora- en faunawet is vastgesteld dat de steenbreekvaren niet aanwezig is op bouwwerken aanwezig bij inwerkingtreding van het bestemmingsplan.

c.

Een omgevingsvergunning als bedoeld in sub a, wordt slechts verleend indien voor te slopen bouwwerken aanwezig bij inwerkingtreding van het bestemmingsplan een ‘verklaring van geen bedenking’ als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht door Rijksdienst voor Ondernemend Nederland is afgegeven, in het kader van het afwijken van artikel 8 Flora- en faunawet.

11.2 p a r k e e r g e l e g e n h e i d a.

Een omgevingsvergunning voor het bouwen en/of gebruiken, waarvan een behoefte aan parkeergelegenheid wordt verwacht, kan niet worden verleend wanneer op het bouwperceel of in de omgeving daarvan niet in voldoende parkeergelegenheid is voorzien en in stand wordt gehouden.

b.

Voorafgaand aan de verlening van een omgevingsvergunning wordt aan de hand van de parkeerkencijfers zoals opgenomen in het gemeentelijk verkeer- en vervoerplan bepaald of is voorzien in voldoende parkeergelegenheid en deze parkeergelegenheid in stand wordt gehouden.

c.

Indien de beleidsregels ten aanzien van het gemeentelijke parkeerbeleid binnen de planperiode worden gewijzigd, wordt rekening gehouden met de wijziging.

26

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 11 Overige regels

d.

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in sub a en sub b en worden toegestaan dat in minder dan voldoende parkeergelegenheid wordt voorzien en in stand wordt gehouden, mits dit geen onevenredige afbreuk doet aan de parkeersituatie ter plaatse.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 11 Overige regels

27

H o o f d s t u k O v e r g a n g s -

005.00.12.36.00.rgl

4 e n

s l o t r e g e l s

Artikel 12 Overgangsrecht

12.1 O v e r g a n g s r e c h t b o u w w e r k e n a.

Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: 1. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd; 2. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning voor het bouwen wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan.

b.

Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in sub a een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.

c.

Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.

12.2 O v e r g a n g s r e c h t g e b r u i k a.

Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.

b.

Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.

c.

Indien het gebruik, bedoeld in sub a, na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.

d.

Het bepaalde in sub a is niet van toepassing op gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 12 Overgangsrecht

31

Artikel 13 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als: “Regels van het bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide”.

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van ………………………………….

32

005.00.12.36.00.rgl - Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide 29 maart 2016 Artikel 13 Slotregel

Colofon Opdrachtgever Gemeente Achtkarspelen Bestemmingsplan BügelHajema Adviseurs b.v. Projectnummer 005.00.12.36.00

BügelHajema Adviseurs bv Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu BNSP Balthasar Bekkerwei 76 8914 BE Leeuwarden T 058 215 25 15 F 058 215 91 98 E [email protected] W www.bugelhajema.nl Vestigingen te Assen, Leeuwarden en Amersfoort

23 KTN00 D 4494

14

21 KTN00 D 4807

19

Legenda

KTN00 D 4808

17

KTN00 D 4809

Plangebied

15

Bestemmingen 13

Groen 11

G

Tuin KTN00 D 5490

T

Verkeer - Verblijfsgebied V-V KTN00 D 5781

Wonen W KTN00 D 2325

Bouwvlak 10

KTN00 D 5768

bouwvlak

G

Maatvoeringaanduiding KTN00 D 5737 57 36

E

W 2

8

maximum aantal wooneenheden

KT N0 0D

KTN00 D 5769

Verklaring 26

1

Tu o r r e b o u t

1

KTN00 D 4099

T

T

4

G

V-V

gegevens GBKN

23

17

KTN00 D 5429

4

W

6

1

8 KTN00 D 5853

1

KTN00 E 280

T

1 0 KTN00 D 5834

KTN00 D 5852

KTN00 D 4453

12

KTN00 D 5844 KTN00 D 5850

14

Tu orr eb ou t

Gemeente ACHTKARSPELEN Bestemmingsplan Tuorrebout/Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide

KTN00 D 5851

KTN00 D 5746

KTN00 D 5715

Verbeelding

Sj i eH

16

13

es t er st rj i t t e

KTN00 D 4454

KTN00 D 5752

5

KTN00 E 1133

7

datum:

29-03-2016

schaal:

1 : 1000

BugelHajema Plek voor ideeºn

KTN00 D 5754

Tu o re r b o u t

11

papierformaat: A3 status:

voorontwerp

projectnr.:

005.00.12.36.00

gezien:

JK

KTN00 D 5831

6

KTN00 E 1047

BgelHajema Adviseurs bv, Bureau voor Ruimtelijke Ordening en Milieu Balthasar Bekkerwei 76, 8914 BE Leeuwarden T NL.IMRO.0059.BPThTuorrebSijeHes-VO01

KTN00 D 5631

E

[email protected] W

058 215 25 15

www.bugelhajema.nl

BNSP

Sije Hesterstrjitte te Twijzelerheide V O O R O N T W E R P

Recommend Documents