GEESTELIJKE ERFENIS Preek over II Koningen 2: 9b Zesentwintigste zondag na Trinitatis, laatste zondag kerkelijk jaar Gedachtenis gestorvenen, 24 november 2013 Zoetermeer, Oude Kerk ds. C.H. Wesdorp Schriftlezing 1: 2 Koningen 2: 1 - 18 Schriftlezing 2: 1 Thessalonicenzen 4: 13 - 18
a.l. Psalm 139: n.v. Psalm 139: n.vm. Gezang 75: 8,9 Sl. 1 Psalm 68: Sl. 2 Psalm 68: n.p. Gezang 300: namen Gezang 268: 3 slz Gezang 293:
1 4,8 Romeinen 13: 8 - 14 6 7 3,5 1,2,3
Bloemschikking U ziet samengebonden strengen gras als een eilandje in water. Die twee strengen stellen Elia en Elisa voor, mensen, die elkaar vast houden, sterken, omgeven door de Geest van God. Tot het moment komt dat het tijd is om elkaar los te laten. De samengebonden strengen zijn grassen en gras staat voor vergankelijkheid. Dat zegt Jesaja in hoofdstuk 40: 7-8, de mens is als gras, bloeiend als een bloem; het gras verdort en de bloem verwelkt, maar het woord van onze God houdt altijd stand. Ik zal straks in de preek nog een woord van Jesaja noemen. Het verhaal gaat dat Elisa vasthoudt wat van waarde is, met behoud van Elia’s mantel mag ervaren dat er ook voor hem een weg komt door het water. De stronk verwijst naar hen die ons zijn voorgegaan. Daar zijn witte lelies bij te zien. De witte lelies staan symbool voor de witte klederen van hen die ontslapen zijn, hun kleren zijn witgewassen met het bloed van het Lam. (Openbaring 7: 14). De rozen hebben dezelfde betekenis. Er staan 7 lichtjes (getal van de volheid), naar het visioen van de Openbaring, dat Christus zeven sterren in zijn rechterhand heeft. Die zeven sterren zijn de lichten van zijn kerk, het huis als schuilplaats van de Allerhoogste. Christus laat niet los, wie in zijn huis geestelijk komen schuilen. Het thema van de preek is dan ook: een geestelijke erfenis. Bij de bloemschikking is ook een korte tekst: Voorbij de wolk van mijn verdriet licht jouw gelaat soms even op. Je bent ver weg en toch dichtbij, het licht dat jou omgeeft Pagina: 1
is ook in mij wanneer ik bid: ik geloof in de Liefde in geloof in het Leven ik geloof in het Licht waarin jij woont voorgoed. Voorbij de wolk van mijn verdriet raakt tijd de eeuwigheid (Caritas van Houdt')
GEESTELIJKE ERFENIS Dit Bijbelverhaal over de hemelvaart van Elia, wie vraagt zich niet af: hoe kan dat? Is het niet sprookjesachtig, het wijkende water van de rivier en de vurige wagen waarin de godsman verdwijnt? Hoe komt het dat wij moeite hebben met zo’n verhaal? Zijn wij niet doordrenkt met het verlichtingsdenken, dat ons wereldbeeld geconcentreerd heeft op wat wij empirisch kunnen waarnemen? Als wij vierhonderd jaar eerder geleefd hadden, zouden we mogelijk heel wat minder moeite hebben gehad met dit verhaal. Wat wij kunnen waarnemen, meten en wegen zijn de vier dimensies waarin wij leven: lengte, breedte, hoogtediepte en de tijd. Daarin zijn alle processen opgenomen van onze groei, voortgang en levensgang. Wij meten ons gewicht, meten onze lengte en tellen onze jaren. Wat wij niet kunnen waarnemen is een vijfde dimensie, de geestelijke wereld. Een geheim. Die vijfde dimensie is om ons heen, dichtbij en ver weg. De hemel is een werkelijkheid om ons heen. De hemel is in de Bijbel vaak een ander woord voor Gods onzichtbare aanwezigheid. God is het leven, die het leven geeft. Waar God is, daar is leven, hier op aarde en in de vijfde dimensie, de onzichtbare wereld. Je moet een grens over om daar in die wereld te komen. Als we de grens over zijn, zijn wij niet meer in het hier en nu. Dan heten de mensen hier gestorvenen. Maar in de andere wereld leven zij. Uit de Bijbel begrijpen wij dat er een leven is in God, in het licht en het geluk, en dat er een ander bestaan is buiten God, waar het donker is en niet het geluk. De boodschap van deze geschiedenis van Elia’s hemelvaart wil ons veel meer zeggen dan alleen vragen oproepen. De Bijbelse boodschap is bedoeld om op deze laatste zondag van het kerkelijk jaar een boodschap van troost te brengen, deze dag waarop wij met u, familieleden, de gemeenteleden gedenken, die ons door de dood zijn ontvallen. Op een of andere manier heeft de mens Elia van God te horen gekregen, dat hij binnen een paar dagen opgenomen zal worden. Zijn taak op aarde is volbracht. Op de dag die God bepaald heeft, zal Elia niet meer op deze aarde zijn. Elisa is het ook te weten gekomen, dat hij niet lang meer Elia als zijn geestelijke vader bij zich zal hebben. Hij is vastbesloten om niet van zijn voorganger te scheiden totdat de dood hen scheiden zal. Er leeft in Elisa een verlangen: dat hij van zijn leermeester een geestelijke erfenis mag krijgen. Dat houdt hem aan Elia vast tot het laatste ogenblik toe. Dat is zeer te prijzen in Elisa. Zo zijn er veel mensen te prijzen, familieleden te bedanken, die tot het laatst toe een vader of moeder hebben verpleegd hebben, of een geliefde bijgestaan, dag en nacht over hen gewaakt hebben. U hebt het als een natuurlijke plicht gedaan, zult u zeggen, maar het betekent wel, dat degenen die ons dierbaar zijn geweest, niet eenzaam hebben hoeven te zijn, tot aan het laatste stukje. Pagina: 2
Loslaten en afscheid nemen is een moeilijke weg om te gaan. We lezen hoe Elisa bij Elia blijft tijdens zijn tocht op weg naar zijn levenseinde. Drie plaatsen worden aangedaan die allemaal iets zeggen over de nabijheid van God in moeilijke momenten. Alle drie zeggen ze ook iets over toekomst die geopend wordt dwars door moeite en verdriet heen. Elia van zijn kant lijkt liever helemaal alleen te zijn als hij van deze aarde zal scheiden. Het lijkt wel of hij Elisa van zich af wil schudden, maar het lukt hem niet. Waarom? Is de aanwezigheid van Elisa hem te dichtbij, of wil hij zijn jongere broeder zoveel mogelijk sparen voor het verdriet van de scheiding? Onderweg zijn de twee niet erg spraakzaam. Het enige gesprek, dat wij horen is: Elisa, blijf toch hier. Het effect van zijn weinige woorden is wel, dat hij zijn nabestaande opvolger danig op de proef stelt. Elisa echter is niet van zijn voornemen af te brengen om bij Elia te blijven tot het laatste ogenblik. Zo waar de Here leeft, geen denken aan, dat ik u alleen laat. Ze reizen van de ene pleisterplaats naar de ander. Op iedere plek komen ze hulpverleners tegen met sombere boodschap. Weet u dat de levensverwachting van uw vader nihil is? Misschien hadden ze witte jassen aan, die profeten. Eerst is het het ziekenhuis waar je je hoop op stelt. Vaak is het ziekenhuis een levensreddend huis. Maar helaas, de diagnose wordt gesteld: nog maar een korte levensverwachting. Dan komt er een periode verpleeghuis maar ook daar komt een keer een eind aan de mogelijkheden. Ondertussen reizen vader en zoon, ouder en familieleden naar de volgende halte. Totdat het onvermijdelijke geaccepteerd moet worden en het is alsof je met elkaar door een rivier trekt. Er is geen brug over de doodsrivier, maar je worstelt door de stroom van zorgen heen. Als laatste stap gaan de mannen door het water van de Jordaan. Water dat geen dreiging meer vormt, maar waar een weg komt om te gaan. Belofte van nieuw leven. De profeet Jesaja heeft eeuwen later een belofte gegeven voor de mensen, die vol zorg en wanhoop door rivieren moeten trekken. De krachten van de wanhoop zullen u niet als stromende wateren meesleuren, want Ik ben uw God, uw Verlosser. Ik houd u vast, want u bent kostbaar in mijn ogen. Elia was een kostbaar mens in de dienst van God. Zover heeft Elisa hem al begeleid, dat zij aan de overkant van de Jordaan zijn. Zij zijn als het ware door de doodsrivier heen in het land van de andere kant. Dan pas lijkt het gesprek tussen de twee op gang te komen. Wat wil je dat ik je nalaat, is de vraag. Elisa heeft een onmogelijk te vervullen wens: een dubbel deel van de geest van Elia. Elisa vraagt geen geld, geen testament maar een geestelijke erfenis. Vader, laat mij tweederde van uw geestkracht ontvangen, tweederde deel van uw geloof en uw gebed, uw ervaring met God, tweederde deel van uw gezag en tweederde deel van uw Godskracht. Uw profetische gave, laat die de geestelijke erfenis zijn, die u mij nalaat. Elia is niet goed in staat om op deze wijze zijn geestelijk testament op te maken, want dit is iets, wat alleen God kan. Maar hier vandaan zou ik toch een lijn willen doortrekken. Wij zijn nabestaanden van hen, die gestorven zijn. Wij zijn hun erfgenamen en opvolgers. Bij notariële acte is in veel gevallen een materiële erfenis ontvangen. Denken we echter ook aan de gééstelijke erfopvolging? Er zijn ouders geweest, die in kracht van geloof zijn gestorven, anderen in trouw aan de traditie waarin zij opgegroeid zijn. In sommige opzichten kunnen wij in mentale volwassenheid onze ouders voorbij gegroeid zijn. Maar dat neemt niet weg, dat zij onze voorgangers zijn geweest en wij hun opvolgers, met verantwoordelijkheid voor deze wereld, Gods schepping. Veelal hebben onze ouders ons gedoopt in het geloof van onze Here Jezus Christus met het oog op de nieuwe wereld. Het geloof van onze Here Jezus Christus is zo rijk, omdat de erfenis van het geloof ons verbindt met ons voorgeslacht en ons uitzicht geeft over de grens van de dood op het eeuwige leven; verbondenheid met onze gestorvenen in gemeenschap met God. Deze erfenis geeft antwoord op de zin van het bestaan. Het is goed om te bedenken: waarom zouden mijn ouders mij hebben laten dopen, waarom hebben zij mij vroeger uit de Bijbel voorgelezen. Dat hebben zij niet zonder doel gedaan. Pagina: 3
Soms hebben zij brieven nagelaten, of andere documenten vol van geloof en liefde. Aan de andere kant maak je soms mee, dat ouders komen te overlijden, zonder dat zij een duidelijk geestelijk testament hebben nagelaten. Dan blijft het een vraag: wat was het lievelingslied, wat was de bijbeltekst op het lijf geschreven? Wat was de kracht, wat was de hoop? Eenmaal zullen wij erflaters zijn. Goed om er eens over na te denken: wat zullen wij onze nabestaanden meegeven aan de hoop die in ons is? Laat er een brief in de la gevonden worden met een bijbeltekst en een paar liederen, een paar regels waarom het geloof een kracht in ons leven is geweest. De profeet Elia had zijn mantel, dat was om zo te zeggen zijn buitenkant, zijn omhulsel. Zijn mantel was een werktuig van zijn geloofskracht geworden. Deze mantel laat hij na een Elisa. Deze mantel is voor Elisa een teken en een houvast, dat hij een dubbel deel van de geestkracht van Elia gekregen heeft. Zo kan het geloof als een mantel om ons heen zijn. Een mantel om door te geven. Elisa maakt gebruik van de geestelijke erfenis. Hij handelt met de mantel zoals hij zijn vaderlijke leermeester heeft zien doen. De kracht werkt. God is hem nabij. Hij staat er niet alleen voor. God werkt door ook in zijn leven. God werkt door van vader op zoon, van moeder op dochter, van generatie tot generatie. God werkt in onze moderne generatie. Het feit van Elia’s hemelvaart mag voor ons beperkte verstand een moeilijk vraagstuk zijn, maar de troost die hierin gelegen is, dat er tenminste éen mens is geweest, bij wie de dood buiten spel is gebleven. Daar zijn er drie mensen van. Al in veel vroegere tijden dan Elia is er een man geweest, Henoch, van wie de Bijbel vertelt, dat hij met God wandelde. Opeens was Henoch er niet meer, want God had hem opgenomen. Henoch en Elia zijn voorgangers geweest van onze Here Jezus Christus. Drie mensen in de Bijbel, van wie geschreven staat, dat zij lichamelijk opgenomen zijn in de hemel. Drie mensen, die niet dood zijn. Driemaal is scheepsrecht. Op het getuigenis van twee of drie zal een zaak bestaan. Dat betekent, dat in deze drie er een belofte ligt voor heel de mensheid, voor allen die onze Here Jezus Christus hebben lief gehad. De belofte dat de dood buiten spel gezet zal worden. Het grote verschil van onze Here Jezus met Elia en Henoch is, dat Hij wel door de bittere dood is heengegaan. Hij heeft de dood geleden, die Henoch en Elia niet geleden hebben. Het heerlijke feit is, dat onze Here Jezus uit de dood gebroken is, dat Hij de macht van de dood overwonnen heeft. Dat is sterker dan bij Elia en Henoch. Deze twee zijn in een punt van tijd veranderd. Zonder dat zij dood zijn gegaan zijn zij overgegaan van aards leven naar hemels leven, die geheime vijfde dimensie. Onze Here Jezus is in de opstanding uit het graf in drie dagen veranderd en verheerlijkt. Die verheerlijking wordt ook ons deel. Dit feit maakt van iedere zondag de dag des Heren, tot op de laatste zondag van het kerkelijk jaar een overwinningsdag, een troostdag. Daarom mogen wij onze hoop op Jezus Christus stellen. Jezus’ hemelvaart is namelijk niet het einde. De ten hemel opneming van Elia en Henoch is niet definitief. Overigens zal de gemeente van Christus ook een hemelvaart maken, hoorden wij Paulus zeggen. Een tijdelijk verblijf in die andere dimensie, achter de coulissen van deze werkelijkheid. Op een of andere manier zullen we Christus tegemoet gaan om Hem als Koning in te halen om samen terug te keren naar de nieuwe aarde. De mens is niet geschapen om in de hemel te wonen. Hij is geschapen om de aarde te bewonen. Daarom zal Jezus terugkomen, en Hij zal Elia en Henoch meenemen en al de gestorvenen, die in Jezus ontslapen zijn, zal Hij wakker roepen, en hen gelijk maken aan Henoch en Elia om tezamen de nieuwe aarde te bewonen. Deze toekomst werpt zijn glans vooruit, zodat wij hier en nu al in dit licht leven. Nu wandelen wij nog in geloof. Wij zien het niet. Door Jezus Christus hebben wij goede moed, om Zijn toekomst met open ogen tegemoet te gaan. AMEN.
Afkondiging van overlijden: Pagina: 4
Wij gedenken en noemen nu de namen van hen die in het afgelopen kerkelijk jaar 2011-2012 ontslapen zijn. Ik verzoek u zo mogelijk van uw zitplaatsen op te staan. Wij noemen de namen van de gestorvenen met liefde en respect en leggen die in de hand van Christus. - Johannes Frederik Pronk, gestorven op 22 november 2012 in de leeftijd van 94 jaar. - Adrie Alberts, gestorven op 14 december 2012 in de leeftijd van 81 jaar. - Willem Cornelis van der Perk, gestorven op 21 december 2012 in de leeftijd van 87 jaar. - Anna van der Poel, gestorven op 7 januari 2013 in de leeftijd van 88 jaar. - Pieter Jacobus Gombert, gestorven op 8 januari 2013 in de leeftijd van 85 jaar. - Arie van Waaij, gestorven op 3 februari 2013 in de leeftijd van 84 jaar. - Cornelia Langerak-Hoogesteker, gestorven op 17 februari 2013 in de leeftijd van 86 jaar. - Johanna Catharina Kok, gestorven op 9 maart 2013 in de leeftijd can 86 jaar. - Elisabeth Korswagen, gestorven op 19 maart 2013 in de leeftijd van 81 jaar - Anita Barbera van Rijswijk-Harteveld, gestorven op 6 april 2013 in de leeftijd van 57 jaar. - Irma Petronella Bruinsma-Boelee, gestorven op 19 april 2013 in de leeftijd van 80 jaar. - Reinderd van Assen, gestorven op 22 april 2013 in de leeftijd van 83 jaar. - Hinke Elisabeth Straatman-van der Linde, gestorven op 5 mei 2013 in de leeftijd van 89 jaar. - Gerrit Peterse, gestorven op 7 mei 2013 in de leeftijd van 87 jaar. - Jan Christerus, gestorven op 16 februari 2013 in de leeftijd van 56 jaar. Zoon van - Franktina Afina Christerus-Zijlstra, gestorven op 8 mei 2013 in de leeftijd van 85 jaar. - Pieter Dirk Boon, gestorven op 19 mei 2013 in de leeftijd van 92 jaar. - Hendrik Salie, gestorven op 20 mei 2013 in de leeftijd van 95 jaar. - Adrie Cornelis van der Graaf, gestorven op 14 juni 2013 in de leeftijd van 74 jaar. - Alberdina Sneep-Velthuizen, gestorven op 3 juli 2013 in de leeftijd van 89 jaar. - Johanna Hendrika van Piggelen-Roovers, gestorven op 3 augustus 2013 in de leeftijd van 92 jaar - Maria Francina van Hesse-van Waas, gestorven op 26 augustus 2013 in de leeftijd van 90 jaar - Arendje Helena Wubben-van Bakel, gestorven op 23 september in de leeftijd van 67 jaar.
Pagina: 5