SBK Nationale Milieudatabase

www.milieudatabase.nl > inloggen

SBK Nationale Milieudatabase© Betreft:

Handleiding Invoer/wijzigen productkaarten en aanleveren basisprofielen t.b.v. de Nationale Milieudatabase

Versie:

1.2

Status :

Definitief

Datum :

11 april 2012

Stichting Bouwkwaliteit (SBK) Visseringlaan 22b 2288 ER Rijswijk Telefoon: 070-3072929 Website: www.bouwkwaliteit.nl www.milieudatabase.nl

Versie 1.2 – SBK-handleiding invoeren productkaarten april 2012

1


INLEIDING Data (productkaarten en basisprofielen 1) in de Nationale Milieudatabase kunnen onderscheiden worden in 3 categorieën: Cat 1: merkgebonden, getoetste data Cat 2: merkongebonden, getoetste data Cat 3: merkongebonden, niet getoetste data In deze handleiding wordt kort uiteengezet hoe een productkaart moet worden ingevoerd. Voor categorie 3 data geldt dat gebruik gemaakt mag worden van bestaande basisprofielen met milieu-informatie uit de Nationale Milieudatabase of als die ontbreken kunnen nieuwe profielen aangeleverd worden. Voor categorie 1 en 2 data gelden dat er nieuwe basisprofielen aangeleverd moeten worden. Het aanleveren van de basis-profielen moet in een bepaald format, zie verder bijlage 2 voor een uitgebreide toelichting. Aanbevolen wordt eerst deze Handleiding nauwkeurig door te nemen alvorens productkaarten in te voren of basisprofielen te uploaden. De productkaarten én basisprofielen (tezamen de Nationale Milieudatabase) worden ingelezen in rekeninstrumenten zoals GPR-gebouw en GreenCalc+ waarmee vervolgens de milieuprestatie van een gebouw berekend kan worden. Zie voor de beschikbare instrumenten www.milieudatabase.nl, menu, Instrumenten. Enkele algemene belangrijke tips zodat de gegevens correct in de Nationale Milieudatabase komen: * Klik na het invullen van elk tabblad altijd op bewaar (onderaan scherm) * Na alles ingevoerd te hebben (minimaal moet u tabblad product en één tabblad Productonderdeel 1 -P01- invullen) ga naar tabblad Save en klik op ‘bewaar alle gegevens’. Bent u helemaal zeker van uw invoer dan kunt u klikken op ‘bewaar alle gegevens definitief’. U kunt dan de data niet meer wijzigen. NB: wordt ‘save’ overgeslagen en gaat u direct naar Keuze menu (no Save) of Uitloggen (no Save) dan worden de gegevens niet bewaard!

Figuur 1: fragment webapplicatie met tabbladen Product, P01, P02 etc.

1

In bijlage 1 worden de termen productkaart en basisprofiel kort toegelicht.


2


Zoeken in de database:

Figuur 2: zoeken via vergrootglas

* Alle schermen in de applicatie zijn uniform opgebouwd. Het zoeken in de kolommen van de database gaat via het vergrootglas. Zo kan men snel een productnaam of basisprofiel vinden. * Voor bedrijven: •

Invoeren productnaam: product/merknaam gevolgd door naam fabrikant voorbeeld betontegels 60 mm x 60 mm-Jansen

Inloggen Nadat u zich als branche of bedrijf aangemeld heeft op de website (links in het menu: Voor branches en Voor bedrijven) krijgt u van SBK een unieke inlogcode. U logt in op www.milieudatabase.nl via de button Inloggen.


3


Figuur 3: via de homepage kan men met de inlogcode inloggen

Na het inloggen heeft u vervolgens verschillende keuzes: 1. uw (eventueel bestaande) productkaarten inzien (incl. basisprofielen) 2, 2. uw (eventueel bestaande) productkaarten wijzigen (tenzij de productkaart definitief is; definitieve productkaarten en basisprofielen kunnen dan alleen nog gewijzigd worden via SBK) 3. nieuwe productkaarten invoeren. U en SBK hebben alleen toegang tot de door u ingevoerde data via de webapplicatie. U blijft data-eigenaar van de data (productkaarten en basisprofielen) en daarmee ook verantwoordelijk voor de kwaliteit; SBK maakt conform de met u overeengekomen Gebruiks- en geheimhoudingsovereenkomst gebruik van de data.

2

Zie bijlage 3 voor het inzien van productkaarten en basisprofielen.


4


INVOEREN NIEUWE PRODUCTKAARTEN

3

Een product kan bestaan uit één onderdeel/materiaal (bijv. een betonnen tegel) of uit meerdere onderdelen/materialen (bijv. een binnenwand bestaande uit productonderdeel 1 (P01): verzinkt stalen frame, productonderdeel 2 (P02): isolatie en productonderdeel 3 (P03): gipsplaten). Afhankelijk van het aantal productonderdelen moeten één of meerdere tabbladen in de webapplicatie ingevuld worden. Aan de hand van enkele voorbeelden wordt het invoeren van een nieuwe productkaart toegelicht. Voorbeeld 1: productkaart met één onderdeel, zonder cyclisch onderhoud en zonder emissies in de gebruiksfase. Brandwerende bekleding Fibersilicaatplaat - (er is nog geen getoetste informatie beschikbaar, ongetoetste data categorie 3 worden door de branche/groep van bedrijven aangeleverd). Stap 1:

kies het tabblad 'Product' (tab wordt zwart met grotere letter), selecteer type kaart: categorie 3: merkongebonden - niet-getoetst.4 Klik voorts op ‘vul in’ (rode cirkel figuur 3) en selecteer de elementcode waaronder het product valt, in dit geval 40.2 Brandwerende bekleding. Vul vervolgens de overige gegevens in zoals productnaam bijv. Fibersilicaatplaat HEB 200. Klik tenslotte op de button 'Bewaar' (onder aan het tabblad). Bij het veld Toelichting bij product (gebruiker) moet commentaar gegeven worden over de representativiteit van het product in Nederland en eventuele overige belangrijke kenmerken; in de rekeninstrumenten is dit veld zichtbaar.

3

Voor het wijzigen van een bestaande productkaart zie bijlage 4. Als het om getoetste data gaat dan moet een MRPI-certificaat of een vergelijkbaar document zoals een toetsingsrapport geupload worden.

4


5


ü

Figuur 4: fragment tabblad 'Product' met de invoerhulp 'Vul in' en het veld waar de gebruiker een toelichting kan geven bij het product.

Stap 2a:

kies vervolgens tabblad 'P01' (Productonderdeel 1). Selecteer het basisprofiel met milieu-informatie en het afvalscenario behorende bij Fibersilicaatplaat (zie cirkels onderstaand figuur); voer de overige gegevens (aantal kg per m2, bouwafval (defaultwaarden in %, zie help-knop) en levensduur (jaar)) van de Fibersilicaatplaat in. De help-knop bij levensduur verwijst naar de SBR-levensduurcatalogus. Voor categorie 3 data wordt aanbevolen deze data te gebruiken; afwijkingen moeten bij navraag door SBK gemotiveerd kunnen worden. Bij categorie 1 en 2 data moet de gebruiker zelf het bouwafvalpercentage invullen; dit kan 0 zijn indien het bouwafval in het basisprofiel is meegenomen.


6


Figuur 5: fragment tabblad 'PO1' met twee invoerhulpen 'Vul in'

Stap 2b:

klik op de button Bewaar (onderaan het tabblad).

Stap 3:

ga naar het tabblad 'Save' en klik op 'Bewaar alle gegevens'. Als u dat gedaan heeft is de productkaart bewaard en kunt u deze productkaart nog wijzigen of een nieuwe productkaart invoeren of uitloggen. Bent u helemaal zeker van uw invoer dan kunt u klikken op ‘bewaar alle gegevens definitief’. U kunt dan de data niet meer wijzigen.


7


Voorbeeld 2: productkaart met één onderdeel én cyclisch onderhoud en geen emissies gebruiksfase Plat dakbedekking bitumen gemodificeerd eenlaags volledig gekleefd (brandmethode). Het dak wordt opgeleverd met een bitumenlaag van 4 mm, na 30 jaar wordt een extra laag aangebracht, na 60 jaar wordt weer een extra laag aangebracht en na 90 jaar is het einde levensduur van het dak. Voor de eenvoud wordt het branden van de dakbedekking (gasverbruik en emissies) niet meegenomen. Stap 1:

kies het tabblad 'Product', selecteer en vul de gegevens in en klik dan op de button 'Bewaar' (onder aan het tabblad). Levensduur product: 90 jaar.

Figuur 6: fragment tabblad 'Product'


8


Stap 2a:

kies vervolgens tabblad 'P01' (Productonderdeel 1) en vul de gegevens ïn van de bitumen. Levensduur bitumen: 90 jaar.

Figuur 7: Ingevuld P01


9


Stap 2b:

klik cyclisch onderhoud open door een vinkje te plaatsen en vul de gegevens van het bitumen in en vul bij levensduur 30 jaar in.

Figuur 8: fragment tabblad 'PO1' door het plaatsen van een vinkje bij cyclisch onderhoud kunnen de benodigde gegevens ingevoerd worden

Stap 2c: Stap 3:

klik op de button 'Bewaar' (onder aan het tabblad)

ga naar het tabblad 'Save' en klik op 'Bewaar alle gegevens'. Als u dat gedaan heeft is de productkaart bewaard en kunt u een nieuwe productkaart invoeren of uitloggen.

Hoe werkt dit nu in de rekensoftware? In de rekeninstrumenten wordt deze invoer als volgt geïnterpreteerd: het dak wordt opgeleverd met een bitumenlaag van 4mm. Na 30 en 60 jaar worden extra lagen bitumen van 4 mm opgebracht (cyclisch onderhoud na 30 jaar) en na 90 jaar is het einde levensduur van het bitumen dak. De eerste laag blijft dus 90 jaar liggen (vandaar de levensduur van 90 jaar bij P01),de tweede laag blijft 60 jaar liggen en de derde laag 30 jaar.

NB: let op bij het invoeren van gegevens als de verhoudingen andersom liggen. Bijvoorbeeld: een dak met een levensduur van 15 jaar en bitumen dakbedekking met een levensduur van 30 jaar heeft als effect dat in de rekeninstrumenten gerekend wordt met een levensduur van bitumen van 30 jaar incl. de daarbij behorende milieu-efecten.


10


Voorbeeld 3: productkaart met meerdere onderdelen Systeemwand, niet dragend, bestaande uit productonderdeel 1 gipskartonplaten en productonderdeel 2 verzinkt stalen profielen. Voor de eenvoud is de isolatie en de bevestiging weggelaten. Stap 1:

kies het tabblad 'Product', vul en selecteer de gegevens in en klik dan op de button 'Bewaar' (onder aan het tabblad).

Figuur 9: fragment ingevuld tabblad 'Product' met een ingevuld Toelichtend veld. Het toelichtend veld is te zien in de rekeninstrumenten; verplicht is om de marktdekking te vermelden!


11


Stap 2a:

kies vervolgens tabblad 'P01' (Productonderdeel 1) en vul de gegevens van de gipskartonplaat in en klik op bewaar.

Figuur 10: fragment tabblad 'Productonderdeel 1 PO1'


12


Stap 2b:

kies vervolgens tabblad 'P02' (Productonderdeel 2) en vul de gegevens van het verzinkt stalen profiel in en klik op bewaar.

Figuur 8: fragment tabblad 'PO2'

Stap 3:

ga naar het tabblad 'Save' en klik op 'Bewaar alle gegevens'. Als u dat gedaan heeft is de productkaart definitief bewaard en kunt u een nieuwe productkaart invoeren of uitloggen.


13


SCHAALBARE PRODUCTEN: MAAK ÉÉN PRODUCTKAART VOOR MEERDERE PRODUCTEN Schaalbaarheid als invoeroptie is ontwikkeld om het aantal productkaarten zoveel mogelijk te beperken en de invoer van een gebouw in de rekensoftware zo eenvoudig mogelijk te houden. Zo maakt schaalbaarheid het mogelijk om bijv. 10 verschillende diktes van een materiaal of een massief product dat een variabele dikte heeft, in één productkaart samen te vatten. Naast dat schaling niet van toepassing is, zijn er twee opties: ‘rechtevenredig’ en ‘massa volgens tabel’. Een keuze voor één van de twee opties is niet verplicht maar bespaart voor sommige producten tijd als het gaat om het invoeren van producten en bespaart tijd als het gaat om onderhoud van de database. 1. Schaling: Niet van toepassing Voorbeelden Leidingen, een m3-zand of producten die eenmalig voorkomen bijv. een fabrikant die één type dakraam of dakgoot maakt. Sommige producten zoals leidingen en zand zijn in principe lineair verschaalbaar maar als bijv. één productkaart zand gedefinieerd is met als functionele eenheid m3 dan kunnen de rekeninstrumenten rekenen met de door de gebruiker opgegeven hoeveelheden zand. Meer productkaarten maken heeft dan geen zin. In het algemeen kan gezegd worden dat als er één of een beperkt aantal vergelijkbare producten ingevoerd moet worden schaling niet van toepassing is. 2. Schaling: recht evenredig Voorbeelden houten stijlen, plaatmateriaal, gipsblokken of betontegels. In het algemeen kan gezegd worden dat producten, die bestaan uit massieve productonderdelen recht evenredig schaalbaar zijn. Hoe wordt een product dat rechtevenredig schaalbaar is ingevoerd in de webapplicatie? Voorbeeld Een fabrikant levert zinken dakplaten met 10 verschillende diktes. In plaats van 10 verschillende productkaarten zinken dakplaten in te voeren kan volstaan worden met één productkaart zinken dakplaat gekoppeld aan de optie type schaling ‘rechtevenredig’. We kiezen voor rechtevenredig omdat een zinken plaat van 4 mm bijv. 1,6 kg per m2 weegt en een zinken plaat van 8 mm het dubbele weegt. We maken een productkaart van een zinken dakplaat met een dikte van 0,7 mm omdat 0,7 mm een standaard productdikte vertegenwoordigt. Stap 1:

U voert op het eerste tabblad product de algemene gegevens over het product in en kiest bij type schaling: rechtevenredig.


14


Figuur 12: fragment tabblad 'product' type schaling: rechtevenredig

Zodra type schaling ‘rechtevenredig’ is geselecteerd komt er een invoermenu met 4 invulopties: dimensie 1, dimensie 2, schaalbare dimensie 1 en schaalbare dimensie 2. Welke dimensie is nu schaalbaar van de zinken dakplaat? Dat is alleen de dikte van de plaat. Bij Dimensie 1 wordt 0,7 mm ingevuld (dat is de default die gebruikt wordt in de rekeninstrumenten) en bij Schaalbare dimensie 1 wordt ook 0,7 ingevuld, hiermee wordt aangegeven dat de waarde ingevuld bij dimensie 1 (dus: 0,7) schaalbaar is. 5

5

Andere opties voor de schaalfactor zijn: 0: productonderdeel is niet schaalbaar of bijvoorbeeld 0,5 : productonderdeel schaalt voor de helft mee.


15


Vervolgens gaat u op tabblad productonderdeel 1 (PO1) de zinken plaat invoeren. Bij de schaalfactor vult u een 1 in: de zinken plaat is volledig rechtevenredig schaalbaar.

Figuur 10: schaalfactor

Hoe werkt dit nu in de rekensoftware? Een gebruiker voert in de rekensoftware een zinken dakplaat in met een dikte van 0,9 mm. De rekensoftware heeft bovenstaande productkaart ingelezen en weet nu het aantal kg’s zink per m2 voor een zinken dakplaat van 0,7 mm. In de rekensoftware wordt nu op basis van rechtevenredigheid het aantal kg’s zink berekend voor een 0,9 mm zinken dakplaat. Vervolgens worden hier de milieu-effecten per kg aan gekoppeld.


16


Schaling bij samengestelde producten In de bouw komen ook veel samengestelde producten voor. Deze kunnen volledig rechtevenredig schalen maar kunnen ook bestaan uit schaalbare en niet schaalbare delen. Voorbeeld: Een fabrikant levert 10 type binnenwanden waarvan de meest verkochte binnenwanden bestaan uit een gipsvezelplaat (15 mm) - isolatie (90 mm) gipsvezelplaat (15 mm) en een 100 mm dikke houten regelwerk. Eerst moet duidelijk zijn of de wand voor alle onderdelen rechtevenredig schaalt of gedeeltelijk rechtevenredig schaalt. Indien alle onderdelen van de wanden rechtevenredig schalen dan zou gelden dat de andere 9 wanden geleverd kunnen worden met bijv.: 30 mm gipsplaat en 200 mm regel werk met 180 mm isolatie en 30 mm gipsplaat of 45 mm gipsplaat, 300 mm regelwerk met 270 mm isolatie en 45 mm gipsplaat etc. Is dat het geval dat geldt voor alle productonderdelen PO dat de schalingsfactor 1 is. In de praktijk zal echter alleen de isolatie en het regelwerk variëren, de gipsplaten houden dan dezelfde dikte. In dergelijke gevallen is een deel van de wand schaalbaar (nl. de isolatie/ het regelwerk) en een deel niet (de gipsplaten). Invoer webapplicatie samengesteld product U voert het eerste tabblad Product in: U selecteert bij schaling rechtevenredig en vervolgens voert u bij dimensies in: Dimensie 1: de dikte van de wand: 130 mm Verschaalbare dimensie 1: het gedeelte dat schaalbaar is, nl. het regelwerk waar de isolatie binnenvalt: 100 mm


17


Figuur 14: invullen dimensies bij samengestelde producten welke gedeeltelijk schaalbaar zijn


18


Vervolgens gaat u op tabblad productonderdeel PO1 de gipsplaats in de webapplicatie invoeren. Bij de schaalfactor vult u een 0 in: de gipsvezelplaat is niet verschaalbaar.


Vervolgens gaat u P02 invoeren, de isolatie, bij de schaalfactor vult u een 1 in, de isolatie is rechtevenredig schaalbaar (want aanleverbaar in verschillende diktes met een rechtevenredige toename van het gewicht).


Bij P03 voert u het regelwerk in waarbij de schaalfactor ook 1 is.


19


Hoe werkt dit nu in de rekensoftware? Uitgaande van bovenstaand voorbeeld is in de Nationale Milieudatabase één productkaart binnenwand opgenomen met een totale dikte van 130mm. Een gebruiker van de rekeninstrumenten voert een wand voor een te ontwerpen gebouw in waarbij de totale dikte van de wand echter 250 mm bedraagt. Dit betekent dat voor het schaalbare deel in de wand (regelwerk met isolatie) de massa zal veranderen terwijl voor het niet schaalbare deel (de gipsplaten) de massa hetzelfde blijft. Dus de wand van 250 mm wordt in de rekenprogramma’s gezien als 30 mm gipsplaat (2 x 15 mm) en 220 mm regelwerk met isolatie. Dit is alleen mogelijk wanneer bij de gipsplaten is aangegeven dat ze niet meeschalen. Wanneer dus wordt aangegeven bij de gipsplaten dat de schaalfactor 0 is dan wordt de dikte wijziging van de wand (zoals die in de praktijk wordt toegepast en door de gebruiker wordt ingevoerd in de rekenapplicaties zoals GPR Gebouw en GreenCalc+) toegerekend aan het regelwerk met de isolatie (schaalfactor=1). Voorbeeld 3 Vuren vliesgevelstijlen Een fabrikant wil het volgende product invoeren: vuren vliesgevelstijlen met verschillende afmetingen. De standaard stijl heeft een dimensie van 200x75 mm. Stap 1:

Tabblad product invullen. Omdat zowel de dimensie 200 mm als 75 mm schaalbaar zijn, worden bij dimensie 1 en 2 deze waarden ingevuld en worden bij de schaalbare dimensies deze waarden ook ingevuld. Het invullen bij de schaalbare dimensies wil zeggen dat de waarden die bij dimensie 1 en 2 zijn ingevuld, schaalbaar zijn.

Figuur 17: voor twee schaalbare dimensies de schaling invoeren


20


Stap 2:

Vervolgens wordt tabblad P02 ingevuld. De schaalfactor is 1 waarmee aangegeven wordt dat het product volledig schaalbaar is.


3. SCHALING: MASSA VOLGENS TABEL Niet alle producten zijn rechtevenredig schaalbaar. Voor die producten die niet recht evenredig schaalbaar zijn, is de optie ‘massa volgens tabel’ geïntroduceerd. In het algemeen kan gesteld worden dat producten met een vergelijkbare samenstelling maar met verschillen in massa tussen de productonderdelen, via massa volgens tabel ingevoerd kunnen worden (er is dus alleen sprake van massaverschil van de materialen in het product; maar wel dezelfde materialen/productonderdelen zijn in het product gebruikt). Hoe wordt nu een product volgens massa volgens tabel ingevuld? Voorbeeld Luchtbehandelingkast (LBK) Er bestaan luchtbehandelingskasten met verschillende debieten (categorie 3 data). De gemiddelde kast heeft een debiet van 20.000 m3/h en bestaat uit 590 kg staal en 561 kg aluminium (we nemen als voorbeeld 2 productonderdelen, maximaal kunnen er 10 ingevoerd worden). Ook voor de 10.000-, 30.000- en 40.000-kast is de materiaalsamenstelling bekend. De rekensoftware werkt met rechtevenredige interpolatie van de dichtst omliggende waarden uit de tabel. De productkaart Luchtbehandelingkast ziet er als volgt uit: Stap 1: invullen tabblad product met als type schaling ‘massa volgens tabel’ en vul bij tabelkeuze bijv. in Tabel LBK.


21


Figuur 19: massa volgens tabel

Vervolgens wordt tabblad productonderdeel 1 Staal ingevoerd. Door de optie ‘massa volgens tabel’ wordt er een tabel geopend waar voor maximaal 4 productvarianten materiaalhoeveelheden vastgelegd kunnen worden. Ook de overige gegevens zoals bouwafval en afvalscenario moeten ingevoerd worden.


22


Figuur 20: ‘massa volgens tabel’ op basis van materiaalhoeveelheid van maximaal 4 productvarianten

Dit wordt ook gedaan voor productonderdeel 2 Aluminium :

Figuur 21 ‘massa volgens tabel’ op basis van materiaalhoeveelheid van maximaal 4 productvarianten

Hoe werkt dit nu in de rekensoftware? Een gebruiker voert in de rekensoftware een LBK met een debiet van 35000 m3/h. De rekensoftware heeft de bovenstaande productkaart ingelezen en interpoleert nu, op basis van rechtevenredigheid, tussen de waarden 30000 en 40000 om de materiaalhoeveelheden voor de LBK 35000 te bepalen. Voor een meer praktijkgebaseerde hoeveelheid zou wellicht een andere wiskundige functie moeten


23


worden toegepast maar een rechtevenredige interpolatie tussen de tabelwaarden is echter het enige haalbare op dit moment.

Bovenstaande voorbeelden zijn categorie 3-data, hoe zit het met categorie 1 of 2 data? Categorie 1 en 2 betreffen getoetste data en wijken niet wezenlijk af van het bovenstaande. Er is echter één belangrijk verschil: het opsplitsen van een samengesteld product in allerlei productonderdelen is niet nodig. Immers er is een LCA-gemaakt van het totale product en dat betekent dat er dan ook maar één basisprofiel voor het product aangeleverd behoeft te worden. Zie verder bijlage 2.


24


Tenslotte: Nadere toelichting transportafstand naar de bouwplaats en transport bij afval: Transportstand naar de bouwplaats Cat 1 en 2 data: specifieke afstand is in te voeren en eigen transport basisprofiel mag aangeleverd worden (indien dit niet het geval is dan wordt gebruik gemaakt van het standaard basisprofiel). Cat 3 data: afstand default (50 km of 150 km) én standaard transport basisprofiel. Transport afvalverwerking Cat 3: de transportafstanden en transport basisprofielen liggen vast. Voor Cat 1 en 2 gelden het volgende: wanneer een eigen afvalprofiel wordt aangeleverd (eigen profiel: ja) moet de transportafstand in de webapplicatie ingevoerd worden. Normaal is er een aantal km verbonden aan stort, verbranding en recycling. Deze afstanden verschillen per type afvalverwerking. Wanneer er gekozen wordt voor een eigen afvalprofiel moet bij de transportafstand eigen profiel de enkele reisafstand (“in de rekeninstrumenten wordt rekening gehouden met 2x de enkele reisafstand”) naar verwerking (stort, verbranding en recycling, al dan niet via sorteercentra) worden opgegeven. Is sprake van een ‘eigen profiel’ dan moet ook één record met milieu-informatie aangeleverd worden voor het eigen-basisprofiel-afvalverwerking (het zgn. mixprofiel). Deze moet geselecteerd worden uit de database bij Afvalverwerking. (zie verder bijlage 2). Het basisprofiel transport kan niet veranderd worden en is voor alle categorieën data v.w.b. transport afvalverwerking, gelijk.

Figuur 22: selecteer eigen afvalscenario en voer km-afstand in

Figuur 23: in dit eigen basisprofiel afvalverwerking worden de milieu-effecten gewogen geaggregeerd van het materiaal voor stort, verbranden, recycling weergegeven. De gewogen gemiddelde transportafstand van bouwplaats naar verwerking (bijv. de stort of verbrandingsinstallatie), wordt apart in de productkaart ingevoerd. Het basisprofiel transport kan niet aangepast worden.


25


Helpdesk Schaling is lastig maar zeker bij veel gelijksoortige producten bespaart het veel tijd, vermindert het de complexiteit van de database en het onderhoud en vergroot het de bruikbaarheid van de ingevoerde data. Voor vragen over het invoeren van de data in de database bel 070-3072929 of stel uw vraag per mail: [email protected]


26


BIJLAGE 1 UITLEG PRODUCTKAARTEN EN BASISPROFIELEN De productkaarten bevatten algemene productinformatie over bouwcomponenten: samenstelling (bijv. hoeveel kg hout), onderhoudsscenario’s (1x per 2 jaar verfwerk) en afdankscenario’s (wat gebeurt er met het materiaal bij sloop bijv. stort, verbranden e.d.). Een productkaart bevat geen milieu-informatie. De basisprofielen bevatten voor de verschillende milieu-effectcategorieën zoals C02uitstoot en ozon-aantasting -zie voor de andere categorieën de Bepalingsmethode- de waarden voor de productie, constructie, cyclisch onderhoud, emissies gebruiksfase en afdanking. De waarden zijn de milieu-effecten van de doorrekening van de basisprocessen in het LCA-pakket SimaPro. De productkaarten en basisprofielen worden in de rekeninstrumenten gebruikt voor de berekening van de milieu-prestatie van een gebouw.


27


BIJLAGE 2 AANLEVEREN BASISPROFIELEN Voor de verschillende categorieën data gelden regels voor het aanleveren van basisprofielen met milieudata. Per categorie wordt aangegeven hoe de data aangeleverd dienen te worden. SBK heeft een Excel-sheet op de website geplaatst welke gebruikt moet worden. Categorie 1 -data : merkgebonden, getoetste data Doelgroep: bedrijven 1. aan te leveren data moeten getoetst zijn volgens het SBK-toetsingsprotocol. Het certificaat (bijv. MRPI) of een gelijkwaardig document bijv. een toetsingsrapport moet geüpload worden naar SBK 2. aangeleverd moet worden (indien beschikbaar) in Excel: - basisprofiel materiaal Voorbeeld: van een kanaalplaatvloer bestaande uit beton, wapening en vulvoegsel kan één getoetst basisprofiel materiaal aangeleverd worden of kan gebruik gemaakt worden van getoetste basisprofielen die al eventueel in de Nationale Milieudatabase (NMD) aanwezig zijn. - basisprofiel afvalverwerking. Het is toegestaan om gebruik te maken van een afdankscenario uit NMD met de basisprofielen uit de NMD die daarbij horen. - basisprofiel transport. - basisprofiel cyclisch onderhoud - basisprofiel emissies gebruiksfase NB: er mag geen gesommeerd basisprofiel (dus bij. materiaal, transport en afval in één profiel geaggregeerd) aangeleverd worden.


28


Voorbeeld MRPI-certificaat product X van fabrikant Y

Milieu-indicatoren

De volgende data moeten in Excel (SBK-format) per milieuprofiel en –indicator worden aangeleverd aan SBK. NB: let goed op: de kolommenvolgorde in het Excel-SBK-bestand (cf. Bepalingsmethode 1-11-2011) hoeven niet overeen te komen met kolommenvolgorde op een MRPI-blad. Basisprofiel Basisprofiel Basisprofiel Basisprofiel Basisprofiel

materiaal: kolom productie en constructie gesommeerd transport: kolom transport afvalscenario: kolom afvalverwerking onderhoud: hier niet van toepassing emissies gebruiksfase: hier niet van toepassing

Categorie 2 data : merkongebonden, getoetste data Doelgroep: branches of groepen bedrijven Zie categorie 1 data


29


Categorie 3 data : merkongebonden, niet getoetste data Doelgroep: branches, bedrijven of andere belanghebbenden 1. Er moet in principe gebruik gemaakt worden van de basisprofielen die in de Nationale Milieudatabase aanwezig zijn voor productie en constructie van materiaal, afvalverwerking, transport, onderhoud en emissies gebruiksfase. Dat kunnen ook getoetste basisprofielen zijn. 2. als basisprofielen ontbreken of als basisprofielen aantoonbaar niet voldoen kan men zelf basisprofielen aanleveren. 3. de milieudata categorie 3 worden aankomende jaren stelselmatig verhoogd. Doel is om de kwaliteit van de database te verbeteren. De eerste aanpassing vindt per 1-1-2013 plaats, dan worden de milieudata generiek met 30% verhoogd.


30


BIJLAGE 3 A. UW PRODUCTKAARTEN INZIEN

Na het inloggen op de website www.milieudatabase.nl zijn er 2 opties. Kies voor “Ik wil een bestaande productkaart wijzigen of inzien. “ U heeft wederom twee opties: Kies productkaart inzien en u ziet het volgende scherm verschijnen met alle door u beheerde productkaarten.

Figuur 1: alle productkaarten (records)

Klik vervolgens op één van de records bijv: “74.01 Toiletten”. Onder de records verschijnt de inhoud van de geselecteerde productkaart.


31


Figuur 2: records + productkaart aangeklikte record 74.01 Toiletten

B. UW GEBRUIKTE BASISPROFIELEN MET MILIEU-INFORMATIE INZIEN Klik op i.900 transport, lorry > 16 (of een ander getal waar een i voor staat bijv. i 104). Kiest u i.900 dan verschijnt als pop-up het basisprofiel met de milieu-informatie per ton km van dit transportmiddel:

Figuur 3: milieu-informatie transportmiddel per ton kilometer.


32


BIJLAGE 4 BESTAANDE PRODUCTKAART WIJZIGEN Een bestaande productkaart kan worden ingelezen en worden gewijzigd. Omdat het een webbased applicatie is gelden er een paar regels indien productonderdelen verwijderd moeten worden. Voorbeeld 1 Stel van een productkaart is tabblad product, P01, P02, P03 en P04 ingevuld. U wilt P02 verwijderen. U gaat dan naar P02 en klik op Reset Pr onderaan. U ziet dan dat de velden worden leeggemaakt. Vervolgens moet u echter de data uit P04 invoeren in P02. Het is handig als u deze bewerking doet dat u vooraf van P04 een schermprint maakt en bij P02 opnieuw invoert. Andere optie -is simpeler maar ‘vervuilt’ de productkaart- is dat u bij de hoeveelheden in P02 0 invoert. Dit betekent dat dit productonderdeel niet wordt meegenomen. Voorbeeld 2 Stel van een productkaart is tabblad product, P01, P02, P03 en P04 ingevuld. U wilt P03 en P04 verwijderen. U gaat dan naar P04 en klik op Reset PR onderaan. U ziet dan dat de data-velden worden leeggemaakt. Vervolgens gaat u naar P03 en klikt wederom op Reset…de velden worden leeggemaakt. Vervolgens saved u de data en de productkaart wordt opgeslagen. Een productkaart kan door de data-eigenaar als geheel niet worden verwijderd tenzij na overleg met SBK.


33

SBK Nationale Milieudatabase

Recommend Documents